Gebiedsanalyse 2008 naar perspectief 2010 Deelgemeente Hillegersberg-Schiebroek
Speciale Taken en Projecten/ Team Onderzoek, januari 2009 Claudia de Graauw (projectleider) Arnoud van Amersfoort
Copyright 2009 Onderzoek
Inhoudsopgave Inhoudsopgave ...................................................................................................................................... 3 1
Inleiding........................................................................................................................................... 5 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6
2
Publieke en sociale context .......................................................................................................... 9 2.1 2.2 2.3
3
Doel ........................................................................................................................................... 5 Methode .................................................................................................................................... 5 Gebiedsgericht werken ............................................................................................................. 5 Speerpunten Deelgemeente ..................................................................................................... 6 Hillegersberg-Schiebroek.......................................................................................................... 6 Leeswijzer ................................................................................................................................. 7
De identiteit ............................................................................................................................... 9 Sociale index........................................................................................................................... 10 Het sociale netwerk................................................................................................................. 13
Vrijetijdsbesteding ....................................................................................................................... 15 3.1 3.2 3.3
Tijdsbesteding ......................................................................................................................... 15 Sport........................................................................................................................................ 15 Recreatie en cultuur ................................................................................................................ 15
4
Persoonsgebonden kenmerken.................................................................................................. 17
5
Het vrijetijdsaanbod ..................................................................................................................... 19 5.1 5.2 5.3
6
Sport........................................................................................................................................ 19 Natuur- en milieueducatie ....................................................................................................... 20 Wijkrecreatie ........................................................................................................................... 21
Beleid............................................................................................................................................. 23 6.1 6.2 6.3 6.4 6.5
De wijken................................................................................................................................. 23 Deelgemeentelijke actiepunten............................................................................................... 24 Het Rotterdamse stedelijke beleid van Sport en Recreatie .................................................... 24 Trends in vrijetijdsbesteding ................................................................................................... 25 Toekomstige ontwikkelingen................................................................................................... 25
3 Gebiedsanalyse 2008 naar perspectief 2010 Hillegersberg-Schiebroek
1
Inleiding
Sport en Recreatie heeft in veel deelgemeenten een groot aandeel in de tijdsbesteding van Rotterdammers. Alle voorzieningen gezamenlijk ontvangen per jaar ca. 9 miljoen bezoeken. Die bezoeken worden voor het merendeel gebracht in de vrije tijd om zich te ontspannen of juist in te spannen, om er wijzer van te worden of voor de gezelligheid, om mensen te ontmoeten en plezierige dingen te doen. Hoewel er een grote diversiteit is in de voorzieningen van Sport en Recreatie, hebben ze allemaal gemeenschappelijk dat men er uit vrije wil naar toe gaat. De missie van Sport en Recreatie is: “Het bieden van mogelijkheden voor sportieve en recreatieve vrijetijdsbesteding aan de burgers van Rotterdam en daarmee bij te dragen aan de sociale samenhang en leefbaarheid van de stad met als resultaat: Rotterdam attractieve stad!“ Uit vrijetijdsonderzoek blijkt echter ook dat die vrijetijdsbesteding niet voor iedereen hetzelfde is. Steeds weer blijkt dat er bepaalde groepen zijn, die veel verschillende activiteiten in hun - soms beperkte - vrije tijd doen en anderzijds groepen, die in hun ruime vrije tijd een beperkt activiteitenpatroon heeft. Ook zijn er grote verschillen in het type activiteiten per groep mensen. Om goed aan de wensen van de inwoners tegemoet te komen is het dus erg belangrijk te weten hoe mensen zich in hun vrije tijd gedragen.
1.1
Doel
Deze gebiedsanalyse dient als basis voor de begroting van 2010. Daarnaast geeft zij input aan de Notitie van Uitgangspunten van de deelgemeente en het overleg met de deelgemeente over de (beleids)opdrachten 2010. De gebiedsanalyse van Hillegersberg-Schiebroek geeft de deelgemeenteraad informatie en advies over het vrijetijdsbeleid. Daarvoor wordt nagegaan welke factoren het uitvoeren van de Sport en Recreatie missie op het niveau van de deelgemeente belemmeren of vereenvoudigen.
1.2
Methode
De basis voor de gebiedsanalyse zijn gegevens over de gebieden die zijn verzameld vanuit diverse beschikbare bronnen. Dit zijn over het algemeen publiek beschikbare statistische gegevens (bijvoorbeeld over de bevolkingssamenstelling). Daarnaast zijn analyses gemaakt op bestaande bestanden (bijvoorbeeld het bestand van de vrijetijdsomnibus). Ten slotte is gebruik gemaakt van kennis over het gebied vanuit de organisatie om de gevonden gegevens te interpreteren en te verklaren. De nadruk in deze analyse ligt dus op beschikbare informatie. Voor het hoofdstuk over het vrijetijdsaanbod betekent dit dat hoofdzakelijk het Sport en Recreatie-aanbod is meegenomen. Een systematische analyse van het overige aanbod ligt niet binnen de scope van de gebiedsanalyses. Bij de interpretatie van de gegevens over het aanbod is wel gebruik gemaakt van kennis over eventuele andere aanbieders die beschikbaar is bij medewerkers die actief zijn in het gebied. In deze gebiedsanalyse worden gegevens over een gebied of de deelgemeente waar mogelijk vergeleken met het Rotterdamse gemiddelde. Bij een sterke afwijking van dit gemiddelde wordt hier melding van gemaakt en wordt eventueel een verklaring gezocht. Het doel van deze methode is om aan te tonen wat deze deelgemeente of dit gebied bijzonder maakt binnen Rotterdam. Streven naar het Rotterdamse gemiddelde is niet altijd een aan te bevelen beleidsdoel. Dat is dan ook niet de suggestie die deze analyse wil wekken. Dit gemiddelde kan bijvoorbeeld sterk afwijken van het landelijke gemiddelde. Daarnaast kan de deelgemeente als doel hebben bovengemiddeld of zo hoog mogelijk te scoren.
1.3
Gebiedsgericht werken
Het college heeft de wens gebiedsgericht te werken. Dit om gerichter op de vraag van de Rotterdammers in te gaan: vraaggericht werken. Alle gemeentelijke diensten maken de omslag naar gebiedsgericht werken om zo beter in te kunnen gaan op de vraag vanuit de burgers en vanuit de deelgemeente.
5 Gebiedsanalyse 2008 naar perspectief 2010 Hillegersberg-Schiebroek
De deelgemeente Hillegersberg-Schiebroek wordt gezien als één gebied en zal als zodanig worden besproken. Het gebied bestaat uit de volgende wijken: Hillegersberg-Schiebroek Molenlaankwartier Terbregge Hillegersberg-Zuid Hillegersberg-Noord Schiebroek
1.4
Speerpunten Deelgemeente
Ook vanuit de deelgemeente is er de wens vraaggericht en gebiedsgericht te werken. Hiermee in verband staat de toenadering tot de burger vanuit het bestuur en het stimuleren van burgerparticipatie. Het gaat hierbij om actief burgerschap. Het bestuur wil burgers ondersteunen om meer te kunnen bereiken. Ook vrijwilligerswerk speelt hierbij een belangrijke rol. Om hier vorm aan te geven wil de deelgemeente maatwerk leveren en een goede dienstverlening realiseren. Daarnaast wordt veel waarde gehecht aan goede communicatie en samenwerken. Andere aandachtspunten in het beleid liggen bij veiligheid en handhaving, sociaal beleid, ruimtelijke en economische ontwikkelingen, buitenruimte en milieu en bestuur en financiën. Naast deze algemene trend is er extra aandacht op de beleidsgebieden van armoedebestrijding, jeugd en voorzieningen. In het zesde hoofdstuk is meer informatie te vinden over het beleid en de beleidswensen.
1.5
Samenvatting en aanbevelingen Hillegersberg-Schiebroek
Hillegersberg-Schiebroek kenmerkt zich in bevolkingssamenstelling doordat er veel ouderen zijn en door het relatief grote aantal hoge inkomens. Daarnaast is opvallend dat Schiebroek Zuid een andere bevolking kent dan de rest van de deelgemeente en dat de bevolking de komende jaren gaat afnemen. Het gebied Hillegersberg-Schiebroek scoort een 7,3 op de sociale index, na Hoek van Holland de hoogst scorende deelgemeente van de stad. Vier van de vijf wijken scoren sociaal sterk, Schiebroek is voldoende sterk. De bewoners zijn gemiddeld tevreden over hun inkomen, voelen zich verbonden met hun omgeving en ervaren geen vervuiling of overlast. Op het gebied van fysieke voorzieningen is men relatief ontevreden over locaties om samen dingen te doen (zoals een buurthuis of een pleintje) en over de jongerenvoorzieningen. Uit de sociale index komt een aantal wijkspecifieke problemen naar voren. Zo is men in HillegersbergSchiebroek Zuid ontevreden over speelplaatsen, recreatief groen en openbaar groen. In Terbregge vindt de bevolking de voorzieningen voor jongeren, voor ouderen en voor binnensport niet adequaat. Deze twee wijken zijn beide dicht bebouwd en laten weinig ruimte voor ‘nieuw steen’. Het vrijetijdsgedrag van de bewoners is relatief sportief. Vooral routegebonden sporten worden veel beoefend. Op cultureel gebied valt op dat weinig mensen wel eens een voorstelling (toneel, bioscoop, muziek of anders) bezoeken. Ook is de culturele participatie afgenomen de afgelopen 2 jaar. Bewoners van Hillegersberg-Schiebroek bezoeken relatief vaak een kinderboerderij, maar relatief weinig speeltuinen. In vergelijking met het Rotterdamse gemiddelde heeft Hillegersberg-Schiebroek weinig wijkaccommodaties, alleen de LCC Castagnet. Ook het aantal sportaccommodatie is momenteel onvoldoende om bijvoorbeeld het Lekker Fit! project uit te breiden. Met zwembad de Wilgenring heeft de deelgemeente relatief veel zwemwater. Er is echter vanuit de verenigingen nog steeds vraag naar meer. Het nieuwe zwembad in Lansingerland is bijna voltooid. De effecten van deze extra zwemmogelijkheid in de regio op de bezoekersaantallen van de Wilgenring is moeilijk te voorspellen.
6 Gebiedsanalyse 2008 naar perspectief 2010 Hillegersberg-Schiebroek
1.5.1 Tekort aan voorzieningen Op het gebied van jongerenvoorzieningen wordt in de sociale index een tekort aangegeven. Voor jongeren, blijkt steeds vaker, zijn specifieke eisen aan activiteiten verbonden. Beveiliging is daar een voorbeeld van. In Hillegersberg-Schiebroek wordt hieraan gewerkt met een pasjessysteem. Hierdoor komt het in de toekomst naar verwachting minder vaak voor dat een evenement of activiteit om veiligheidsredenen niet (meer) plaats kunnen vinden. Op deze manier wordt beter gebruik gemaakt van de beschikbare tijd en ruimte. Voor jongeren werkt Sport en Recreatie veel samen met welzijnsorganisaties Thermiek en Stichting Dock. Deze samenwerking verloopt steeds beter. Door onderling af te stemmen kan beter gebruik gemaakt worden van bestaande accommodaties. De nieuwe school aan de Pergolesilaan biedt wellicht de mogelijkheid een accommodatie te creëren waar (deels) voor jongeren wordt geprogrammeerd. Sport en Recreatie kan in deze programmering voorzien vanuit LCC De Castagnet en vanuit sportstimulering. De mogelijkheden om binnen te sporten zijn te klein voor de vraag. Vaak moeten kinderen om te sporten worden vervoerd naar een locatie buiten de wijk. Het Lekker Fit! Project merkt dit ook. Het verdient de aanbeveling dat de deelgemeente met JOS en Sport en Recreatie concreet op zoek gaat naar locaties voor nieuwe gymzalen. In Hillegersberg Zuid is de bevolking relatief ontevreden over de speelplaatsen en het groen in de wijk. Door de dichte bebouwing zijn hier echter weinig mogelijkheden voor uitbreiding van het aanbod. De speeltuinen in deze wijk worden momenteel echter niet goed bezocht. Het verdient aanbeveling te onderzoek wat hiervan de oorzaak is en wellicht de bekendheid te verbeteren. In Terbregge is een tekort aan veel soorten voorzieningen. Deze wijk biedt echter ook weinig tot geen mogelijkheden voor nieuwe locaties. Sport en Recreatie blijft graag betrokken bij ontwikkelingen in dit gebied. In Hillegersberg-Schiebroek is in 2008 een kunstgras trapveldje aangelegd aan de Hazelaarweg. In 2009 komt er in de deelgemeente nog een bij. De mogelijkheid om een derde trapveldje aan te leggen wordt momenteel onderzocht.
1.5.2 Focus op gebieden Hillegersberg Zuid en Terbregge met de dichte bebouwing en tekort aan voorzieningen verdienen extra aandacht. Dichte bebouwing vraagt om creatieve oplossingen door gebruik te maken van bestaande voorzieningen, samenwerking met andere partijen als woningbouwverenigingen en door de wijk in te komen met aanbod. Daar waar zich mogelijkheden voordoen voor nieuwbouw is het voor de aantrekkelijkheid van de woonomgeving van belang dat groene, sportieve en culturele mogelijkheden in de wijk zijn. Vooral in een deelgemeente waar veel ouderen wonen. Ook Schiebroek Zuid verdient extra aandacht. Deze wijk kent een andere bevolkingssamenstelling. Dit vraagt om een ander aanbod. Uit de sociale index blijkt bijvoorbeeld dat ook jongere bewoners (vanaf 35 jaar) uit deze wijk zich minder gezond voelen. Onderzocht kan worden waar deze (gepercipieerde) ongezondheid vandaan komt. Als het bijvoorbeeld gaat om overgewicht kan Sport en Recreatie een aanbod ontwikkelen voor deze doelgroep.
1.6
Leeswijzer
In de volgende hoofdstukken staat de informatie waarop de conclusies uit de twee voorgaande paragrafen is gebaseerd. In het volgende hoofdstuk over de publieke en sociale context worden de sfeer en de gewoontes van de deelgemeente beschreven. De achtergronden van de deelgemeente zijn hiervoor belangrijk, zoals de ontstaansgeschiedenis en typerende plaatsen. Deze kunnen een basis zijn voor de aantrekkelijkheid van het aanbod en wellicht "content" voor belevenissen. Ook de manier waarop mensen met elkaar omgaan wordt zoveel mogelijk beschreven; is er een verenigingsleven, heeft men vaak contact met de buren, doet de bevolking veel aan vrijwilligerswerk, etc. Deze informatie wordt onder andere verkregen vanuit de sociale index. De sociale index bestaat
7 Gebiedsanalyse 2008 naar perspectief 2010 Hillegersberg-Schiebroek
uit de vier aspecten ‘capaciteiten’, ‘leefomgeving’, ‘meedoen’ en ‘sociale binding’ die de sociale kwaliteit in een gebied in kaart brengen. De aspecten zijn wederom onderverdeeld in thema’s. Alle sterke en zwakke punten van de wijken zijn aan de hand van deze thema’s in kaart gebracht. Daarop is gebiedsgerichte actie mogelijk, door de gemeente en haar maatschappelijke partners zoals woningbouwcorporaties, scholen en welzijnsorganisaties. In het derde hoofdstuk wordt ingegaan op de vrijetijdsbesteding van de inwoners van HillegersbergSchiebroek. Hiervoor is gebruik gemaakt van de vrijetijdsomnibus van 2007. Hierbij is voornamelijk gekeken naar activiteiten die met Sport en Recreatie te maken hebben en dan met name de activiteiten buitenshuis. Hier is een vergelijking gemaakt met het Rotterdam en het verleden. In het vierde hoofdstuk worden de inwoners van Hillegersberg-Schiebroek onder de loep genomen. Het gaat hierbij over leeftijd, opleidingsniveau, gezinssamenstelling, afkomst en dergelijke. Deze achtergronden zijn factoren die van invloed zijn op vrijetijdsbesteding. Hiervoor is gebruik gemaakt van data van het COS. Ook is in dit hoofdstuk aandacht voor de bevolkingprognoses. In het vijfde hoofdstuk wordt gekeken naar het vrijetijdsaanbod. Het bestaande aanbod is opgesplitst naar sport (accommodaties, velden en activiteiten), natuur en milieu en wijkrecreatie. Hierbij wordt voornamelijk naar het aanbod van Sport en Recreatie gekeken. Waar mogelijk worden ook andere aanbieders genoemd. Het overige aanbod is echter niet volledig. Tenslotte wordt in het zesde hoofdstuk naar beleid gekeken. Hierbij wordt van klein naar groot gekeken. Allereerst wordt beleid in de wijken beschreven, waarbij gekeken wordt naar de kindvriendelijke wijken. In de tweede paragraaf wordt gekeken naar de actiepunten van de deelgemeente Hillegersberg-Schiebroek. Hierbij wordt niet het gehele bestuursprogramma bekeken, maar de punten die betrekking hebben op Sport en Recreatie. Het hoofdstuk wordt afgesloten met een paragraaf over de stedelijke collegedoelstellingen.
8 Gebiedsanalyse 2008 naar perspectief 2010 Hillegersberg-Schiebroek
2
Publieke en sociale context
Vrijetijdsbesteding vindt niet plaats in het luchtledige. Meestal is al sprake van een bepaalde sfeer (de identiteit) en bepaalde gewoontes (het sociale netwerk). Deze identiteit en het sociale netwerk kunnen belangrijk zijn voor het gedrag. Identiteit van de omgeving is dus belangrijk maar ook de manier waarop vrije tijd doorgebracht wordt (bijvoorbeeld in verenigingen) en de waarde die men aan vrije tijd hecht. In dit hoofdstuk bespreken we daarom eerste de identiteit, waarbij voornamelijk aandacht is voor de geschiedenis van de deelgemeente (paragraaf 1). In de tweede paragraaf wordt de sociale index besproken. De sociale index is een instrument dat iets zegt over de sociale kwaliteit van het gebied en de wijken. Ook is gekeken naar buurtsignalering. In buurten waar negatieve ontwikkelingen zijn, worden deze besproken. In de derde paragraaf wordt gekeken naar het sociale netwerk. Het sociale netwerk bestaat uit verenigingen, welzijnsorganisaties en scholen. Daarnaast kijken we ook naar vrijwilligerswerk en wat de bewoners van hun woonomgeving vinden.
2.1
De identiteit
Hillegersberg was voorheen een groene en chique gemeente in het noorden van Rotterdam. Hillegersberg kan terugvallen op een lange geschiedenis. De naam Hillegersberg is afgeleid van Hildegard van Vlaanderen, echtgenote van graaf Dirk II. Dit voert terug naar de tiende eeuw. De oude dorpskern rond de Hillegondakerk in het centrum van de wijk Oud-Hillegersberg dateert uit de periode 990/1028 en is nog duidelijk herkenbaar. In Hillegersberg staan nu nog twee molens uit respectievelijk 1648 en 1776. Langs de Straatweg en de Kleiweg staan fraaie historische panden, monumentale herenhuizen en villa’s. Door turfwinning is een groot plassengebied ontstaan waarvan de Bergse Plassen nu karakteristiek zijn voor Hillegersberg. Daar vindt ook een groot deel van de Rotterdamse watersport plaats. In 1772 maakte men van Schiebroek een polder door het aanleggen van kades, vaarten en sloten. Het ambacht Schiebroek werd in 1817 een zelfstandige gemeente. Het bleef nog lang een landelijk gebied. De bewoning concentreerde zich vooral in een buurtschap aan de Kleiweg en langs de Hoge Limiet. Door de ontwikkeling van 'Tuinstad Schiebroek', zoals het werd genoemd, groeide het aantal inwoners snel. Tot de annexatie door Rotterdam op 1 augustus 1941 waren Hillegersberg en Schiebroek zelfstandige gemeenten. Met de invoering van het deelgemeentebestel werden de gemeenten Hillegersberg en Schiebroek onderdeel van de deelgemeente Hillegersberg-Schiebroek. Oud-Hillegersberg is de oudste wijk van de deelgemeente. In deze wijk is sprake van een dorpsachtige sfeer. Er is weinig ruimte voor nieuwbouw door de vele historische panden en het water. Oud-Hillegersberg is één van de meest welgestelde buurten van Nederland. Langs de Straatweg is dit vooral goed te zien door de fraaie historische panden die hier te vinden zijn. De woonwijk Schiebroek had aanvankelijk slechts enkele honderden inwoners. In het ontwerp voor de Tuinstad Schiebroek, dat in de jaren 30 werd ontwikkeld, werd het aantal woningen echter fors uitgebreid. Na de oorlog, in de jaren 50, werd in het kader van de sociale woningbouw een groot aantal vierlaagsflats in het voorheen agrarische gebied neergezet.1 Schiebroek wordt omringd door parken. Het gebied is zijn karakter van tuinstad trouw gebleven; ondanks alle uitbreidingen en veranderingen heeft Schiebroek het karakter van een tuinstad. De wijk 110-Morgen ligt in een polder aan de noordzijde van de dorpskern van Hillegersberg. 110Morgen is een groene wijk die ontstaan is in de jaren 50. Deze typisch naoorlogse wijk bestaat uit in carré opgestelde lage flats en eengezinswoningen. Er staan veel nieuwbouwprojecten op stapel omdat de naoorlogse woningen na 50 jaar zijn verouderd. Het Molenlaankwartier is genoemd naar de Molenlaan, een lommerrijke laan geflankeerd door imposante platanen, die in de jaren dertig van de twintigste eeuw werden aangeplant. Het Molenlaankwartier is ruim opgezet en voorzien van stukken groen en doorsneden met singels. De bebouwing bestaat voornamelijk uit naoorlogse eengezinswoningen. De huizen rond de brede Molenlaan dateren uit de periode 1900-1935. Het zijn statige herenhuizen omgeven door tuinen.
1
http://nl.wikipedia.org/wiki/Schiebroek
9 Gebiedsanalyse 2008 naar perspectief 2010 Hillegersberg-Schiebroek
Aan weerszijde van de Rotte ligt de oude kern van de wijk Terbregge. Zij heeft haar naam te danken aan de brug waar de mensen vroeger de Rotte overstaken. De woningen in Nieuw Terbregge zijn gebouwd volgens het principe van 'duurzaam bouwen'. Dit houdt in dat de belasting van het milieu zo 2 klein mogelijk is gehouden. Het Kleiwegkwartier ligt in het zuidelijke deel van de deelgemeente. De meeste woningen dateren uit de jaren '20 en '30 van voor de oorlog. Centraal door de wijk loopt de Kleiweg, waaraan de wijk de naam heeft te danken. De Kleiweg was oorspronkelijk de verbindingsweg tussen Rotterdam en Overschie. Vooral langs de Kleiweg en Straatweg staan nog enkele fraaie historische panden. De wijk staat binnen de gemeente Rotterdam officieel bekend onder de naam Hillegersberg-Zuid. In de geschiedenis van de deelgemeente heeft de recreatie ook een rol gespeeld. De Wilgenplas in Schiebroek was voor de oorlog een zeer populair openluchtzwembad waar honderdduizenden bezoekers op af kwamen. Lommerrijk en Plaswijck in Hillegersberg zijn van oudsher ‘pretparken’. “Plaats Lommerrijk” is ontstaan in 1880 in een tuinachterhuis aan de Straatweg als een kinderspeelplaats. Dit was het begin van een ontwikkeling tot pretpark en vrijetijdsplaats.3 Plaswijckpark is sinds de oprichting in 1923 als theetuin via allerlei wegen uitgegroeid tot het 4 gewaardeerde familiepark anno 2006.
2.2
Sociale index
De sociale kwaliteit van een deelgemeente wordt uitgedrukt aan de hand van vier aspecten: capaciteiten, leefomgeving, meedoen en sociale binding. De sociale index deelt wijken en deelgemeenten in vijf categorieën; sociaal zeer zwak, probleem, kwetsbaar, sociaal voldoende en sociaal sterk. In onderstaande tabel staan de legenda inzichtelijk weergegeven. Tabel 2.1: Legenda sociale index
Deelgemeente Hillegersberg-Schiebroek scoort een 7,3 op de sociale index, na Hoek van Holland de hoogst scorende deelgemeente van de stad. Vier van de vijf wijken scoren sociaal sterk, Schiebroek is voldoende sterk. De bewoners zijn gemiddeld tevreden over hun inkomen, voelen zich verbonden met hun omgeving en ervaren geen vervuiling of overlast. Hierbij moet opgemerkt worden, dat er behoorlijke verschillen zijn tussen de wijken.
2 3 4
http://www.wonen.rotterdam.nl/smartsite http://www.deoudrotterdammer.nl/pdf/lommerrijk.pdf http://www.plaswijckpark.nl/home/index.php
10 Gebiedsanalyse 2008 naar perspectief 2010 Hillegersberg-Schiebroek
Figuur 2.1: Sociale index Hillegersberg-Schiebroek
Hieronder wordt de sociale index per wijk besproken. Er wordt vooral dieper ingegaan op het meedoen aan de sociale en culturele activiteiten.
2.2.1 Sociale index wijken Figuur 2.2: Sociale index wijken Hillegersberg-Schiebroek
Molenlaankwartier heeft met een 8,0 de hoogste score op de sociale index van de stad. De scores zijn zeer hoog op de vier deelaspecten. De laagste score is voor sociale contacten, maar ook die score ligt boven het gemiddelde van de deelgemeente en de stad. Het onderdeel meedoen aan sociale en culturele activiteiten (sca) scoort sociaal sterk (7,9). Zowel de sportdeelname (69%) als de deelname aan culturele activiteiten (67%) in Molenlaankwartier liggen ver boven het stedelijk gemiddelde (resp. 54% en 52%). Aan cultuur wordt in deze wijk het rapportcijfer 8,0 toegekend. Rotterdam als geheel krijgt een gemiddeld rapportcijfer van 6,2 voor cultuur. Terbregge scoort ook zeer hoog op de sociale index (7,8). Ook deze wijk heeft hoge scores op alle aspecten en een zeer hoge score op sociale binding en geen vervuiling en overlast. De voorzieningen scoren het laagst. De bewoners van de wijk zijn niet tevreden over de buurtvoorzieningen. De score is
11 Gebiedsanalyse 2008 naar perspectief 2010 Hillegersberg-Schiebroek
aanzienlijk lager dan gemiddeld in de deelgemeente en zelfs lager dan het stedelijke gemiddelde. Meedoen aan sociale en culturele activiteiten (sca) scoort sociaal voldoende (6,9). De sportdeelname (66%) ligt boven het stedelijk gemiddelde (54%). De deelname aan culturele activiteiten (46%) in Terbregge ligt daarentegen onder het stedelijk gemiddelde (52%). Aan cultuur wordt in deze wijk een gemiddeld rapportcijfer van 5,1 toegekend. Rotterdam als geheel krijgt een gemiddeld rapportcijfer van 6,2 voor cultuur. Hillegersberg-Zuid (7,5) is sociaal sterk. Vooral op capaciteiten scoort het goed. De bewoners zijn gehecht aan hun wijk. Het onderdeel meedoen aan sociale en culturele activiteiten (sca) scoort sociaal sterk (7,8). De sportdeelname (63%) ligt boven het stedelijk gemiddelde (54%). De deelname aan culturele activiteiten (65%) in Hillegersberg-Zuid ligt ook boven het stedelijk gemiddelde (52%). Aan cultuur wordt in deze wijk dan ook een hoog gemiddeld rapportcijfer van 7,7 toegekend. Hillegersberg-Noord (7,2) is ook sociaal sterk. Hillegersberg-Noord scoort qua opleiding aanzienlijk lager dan bij de hierboven beschreven wijken. Het onderdeel meedoen aan sociale en culturele activiteiten (sca) van de sociale index krijgt als score sociaal sterk (8,0). De bewoners van Hillegersberg-Noord ondernemen van alle wijken van de deelgemeente de meeste sociale en culturele activiteiten. De sportdeelname ligt op 65% en de deelname aan culturele activiteiten op 66%. Aan cultuur wordt in deze wijk dan ook een hoog gemiddeld rapportcijfer van 7,9 toegekend. Dit ligt ver boven het Rotterdamse gemiddelde van 6,2 voor cultuur. Schiebroek is voldoende sterk (6,8). Op capaciteiten en participatie scoort de wijk aanzienlijk lager dan de andere wijken van Hillegersberg-Schiebroek, maar nog steeds ruim beter dan het Rotterdams gemiddelde. Dit geldt alleen niet voor gezondheid, Het aantal bewoners van Schiebroek, dat zich minder gezond voelt, is ten opzichte van de deelgemeente relatief hoog, wel gelijk aan het gemiddelde van de stad. Het onderdeel meedoen aan sociale en culturele activiteiten (sca) scoort sociaal voldoende (6,5). Zowel de sportdeelname (56%) als de deelname aan culturele activiteiten (55%) in Schiebroek liggen net iets boven het stedelijk gemiddelde (resp. 54% en 52%). Aan cultuur wordt in deze wijk een gemiddeld rapportcijfer van 7,9 toegekend. Dit ligt ver boven het Rotterdamse gemiddelde van 6,2 voor cultuur. Aangestipt dient te worden dat er een duidelijke tweedeling is in Schiebroek. Schiebroek-Zuid kent als wijk meerdere problemen die middels een gerichte wijkaanpak nog steeds gereduceerd dienen te worden. Hillegersberg-Schiebroek telt dus vier sociaal sterke wijken en één sociaal voldoende wijk.
2.2.2 Buurtsignalering5 Het COS-Buurtsignaleringsmodel is een systeem om snel en vroegtijdig potentieel negatieve ontwikkelingen op (sub)buurtniveau te constateren. Aan de hand van dit buurtsignaleringssysteem kan gericht met bewoners en/of deskundigen gesproken worden voor het verkrijgen van kwalitatieve informatie ter bevestiging/weerlegging van potentieel negatieve ontwikkelingen zodat tijdig beleid gevoerd kan worden om deze negatieve ontwikkelingen tegen te gaan. Het signaleren gaat aan de hand van het periodiek bepalen van de PPC (potentiële probleemcumulatie) score. Deze score wordt gevormd door de gewogen optelling van twaalf variabelen waaronder percentages voor leegstand, goedkope particuliere huurwoningen, overbewoning, uitkeringsontvangers en nieuwe Nederlanders. Per wijk worden de buurten met een toegenomen PPC besproken. Hillegersberg-Zuid In Hillegersberg-Zuid heeft de buurt rondom de Zonnebloemstraat en Kleiweg een toenemende PPCscore. Deze score heeft vooral te maken met een toegenomen mobiliteit (aantal verhuizingen) en een toename van het aantal nieuwe Nederlanders (mensen die korter dan twee jaar in Nederland wonen). Schiebroek In Schiebroek heeft de buurt rondom de Donkersingel en Teldersweg een toenemende PPC-score. Deze score heeft vooral te maken met een toegenomen leegstand. Daarnaast is er een toename van het aantal meldingen van burengerucht en geweld.
5
COS-Buurtsignaleringsmodel (http://www.cos.nl/mb/)
12 Gebiedsanalyse 2008 naar perspectief 2010 Hillegersberg-Schiebroek
2.3
Het sociale netwerk
Het aantal sportverenigingen in Hillegersberg-Schiebroek is 406. Dat betekent dat er gemiddeld één vereniging is op de 1.021 inwoners. Gemiddeld in Rotterdam is er één vereniging per 1.425 inwoners. In Hillegersberg-Schiebroek zijn dus relatief veel verenigingen op het aantal inwoners. Van de sporten waar in heel Rotterdam tien verenigingen of meer zijn, is er minimaal één vereniging aanwezig met uitzondering van tafeltennis. In Hillegersberg-Schiebroek is geen enkele tafeltennisvereniging, in heel Rotterdam zijn er negentien tafeltennisverenigingen. Opvallend is dat het aantal bridge- en handboogverenigingen in vergelijking met het Rotterdamse gemiddelde goed is vertegenwoordigd. Hillegersberg-Schiebroek heeft als enige deelgemeente een gehandicaptensportvereniging. De diversiteit in het aanbod van sportverenigingen is groot. In het vitaliteitsonderzoek van Rotterdam Sportsupport is de verenigingen gevraagd naar het aantal leden dat de club telt. Van de 26 verenigingen die mee hebben gedaan aan het vitaliteitsonderzoek hebben 25 verenigingen het ledenaantal opgegeven. Deze verenigingen hebben gemiddeld 472 leden. In Rotterdam is het gemiddeld aantal leden per vereniging 313. In Hillegersberg-Schiebroek zijn op het vrijetijdsvlak diverse aanbieders. Er zijn naast de sportverenigingen ook een balletschool, een muziekschool en diverse scoutingverenigingen in de deelgemeente terug te vinden. De speeltuinverenigingen zijn onder andere Terbregge, Balonia, 110Morgen, Hillegersberg en Melanchton Torteltuin. Daarnaast telt de deelgemeente vier volkstuinverenigingen; Terbregge, Lage Limiet, Lusthof en Ons Genoegen. In de deelgemeente zijn twee sportscholen gevestigd; Sportcentrum De Wilgenring en Sportingclub De Uitweg. Zorg- en welzijnsorganisaties zijn ook gevestigd in de deelgemeente onder andere; Thermiek, Pameijer en Opzoomer Mee. De inwoners van Hillegersberg-Schiebroek zijn meer dan gemiddeld in Rotterdam lid van een maatschappelijke organisatie, een sportvereniging of een natuur- en milieuvereniging. Daarnaast verricht 35% van de inwoners wel eens vrijwilligerswerk, in Rotterdam ligt dit gemiddelde op 31%. Scholen zijn een belangrijke plek in het sociale netwerk. Hillegersberg-Schiebroek kent veertien basisscholen, deze zijn allen brede school, twee scholen zijn Lekker Fit! scholen. Er zijn vijf voortgezet onderwijsscholen in de deelgemeente, waarvan er vijf breed zijn ingericht en twee deelnemen aan het Super Fit programma. Inwoners hebben iets meer dan gemiddeld contact met de buren. Eén op de tien bewoners heeft zelden of nooit contact, In Rotterdam heeft 16% van de bevolking zelden of nooit contact. De bevolking is nagenoeg even gelukkig als de bevolking in Rotterdam. 89% van de bewoners is zeer tevreden over hun woonomgeving, dat percentage is 8% hoger dan het gemiddelde in Rotterdam. De veiligheidsindex staat in 2007 voor Hillegersberg-Schiebroek op een 10,0. De index is in vergelijk met het voorgaande jaar met 0,9 omhooggegaan. Hillegersberg-Schiebroek en Hoek van Holland zijn de veiligste deelgemeenten van Rotterdam. Met uitzondering van Schiebroek krijgen alle wijken van de deelgemeente qua veiligheid een 10,0. De veiligheidsindex staat in Schiebroek op een 8,7. De publieke en sociale context bieden gunstige mogelijkheden om een recreatief en sportief beleid verder uit te bouwen.
6
Bron: COS 2008
13 Gebiedsanalyse 2008 naar perspectief 2010 Hillegersberg-Schiebroek
3
Vrijetijdsbesteding7
Dit hoofdstuk brengt de vrijetijdsbesteding van de inwoners van deelgemeente HillegersbergSchiebroek in kaart. Hiervoor worden de sportparticipatie en de deelname aan recreatieve en culturele activiteiten uiteengezet.
3.1
Tijdsbesteding
In vergelijking met de andere bewoners van Rotterdam besteedt de bevolking van HillegersbergSchiebroek evenveel tijd aan zorg en studie. Inwoners van Hillegersberg-Schiebroek werken gemiddeld meer dan de andere bewoners van Rotterdam. Daarnaast hebben de inwoners van Hillegersberg-Schiebroek ook meer vrije tijd.
3.2
Sport
In Hillegersberg-Schiebroek sport meer dan driekwart van de bevolking in meer of mindere mate. De meeste sportieve inwoners sporten minimaal één keer per week. In vergelijking met de andere bewoners van Rotterdam zijn de bewoners van Hillegersberg-Schiebroek zeer sportief. Het college van B&W heeft per deelgemeente een target vastgesteld voor het aantal inwoners dat minimaal één keer per maand sport. In 2007 moest in Hillegersberg-Schiebroek 61% van de inwoners minimaal één keer per maand sporten. Hillegersberg-Schiebroek heeft met 66% van de inwoners aan deze target voldaan. De sportparticipatie is toegenomen in deze deelgemeente en daarmee is de mijlpaal 2007 voor het collegetarget sportparticipatie gehaald. De sportende inwoners geven ook voor sport per maand € 9,- meer uit dan het gemiddelde in Rotterdam. In Hilligersberg-Schiebroek wordt door de bewoners meer dan gemiddeld in de rest van Rotterdam gedaan aan tennis, wintersport, joggen/skeeleren, watersport en zwemmen. In HilligersbergSchiebroek zijn ook relatief veel tennisverenigingen terug te vinden. Daarnaast is de deelgemeente een zeer waterrijk en natuurrijk gebied waardoor de mogelijkheden om te watersporten en te joggen/skeeleren voldoende aanwezig zijn. Het park of het bos blijkt ook meer dan gemiddeld de locatie te zijn om te sporten. De bewoners van Hilligersberg-Schiebroek sporten meer dan gemiddeld bij een vereniging of juist ongeorganiseerd.
3.3
Recreatie en cultuur
De bewoners van Hillegersberg-Schiebroek maken meer wandeltochten (68%) dan het gemiddelde in Rotterdam (58%). Ze maken ook meer fietstochten (63%) dan gemiddeld in Rotterdam (53%). Ten opzichte van 2005 zijn er meer inwoners die wel eens een wandel-, fiets- of autotocht maken. Bewoners bezoeken ook vaker dan gemiddeld wel eens een recreatiegebied (64%) dan in Rotterdam (46%). In de deelgemeente zijn de mogelijkheden met de Bergse Plassen, het Schiebroekse Park, de Rotte en het Lage Bergsche Bos volop aanwezig. De bewoners van deze deelgemeente brengen minder vaak dan gemiddeld een bezoek aan een wijkgebouw of buurthuis. In Hillegersberg-Schiebroek gaan inwoners wel vaker naar een clubhuis van een sportvereniging en naar het zwembad. De inwoners van de deelgemeente bleken al zeer sportief te zijn. Er zijn meer inwoners in vergelijking met 2005 die wel eens een bezoek aan een wijkgebouw of clubhuis van een speeltuinvereniging brengen. De inwoners van Hillegersberg-Schiebroek geven relatief veel geld uit aan vrijetijdsactiviteiten. In Hillegersberg-Schiebroek gaan de inwoners vaker dan gemiddeld uit eten en naar het theater of concert. Ze geven hier ook meer dan gemiddeld geld aan uit. Daarnaast besteden ze ook meer geld aan de horeca, uitgaan, sport en funshoppen. In vergelijking met 2005 wordt meer geld uitgegeven aan uitgaan en de horeca. Het gemiddelde inkomen in de deelgemeente ligt ook hoger, de inwoners hebben meer geld te besteden.
7
De gegevens in dit hoofdstuk zijn afkomstig uit het databestand van het VTO 2007
15 Gebiedsanalyse 2008 naar perspectief 2010 Hillegersberg-Schiebroek
De culturele participatie in Hillegersberg-Schiebroek ligt voor culturele voorstellingen gemiddeld iets lager dan in de rest van de stad. Er zijn procentueel minder inwoners die een bezoek brengen aan voorstellingen, de bioscoop of feesten met optredens. Deze culturele participatie is ook afgenomen sinds 2005. De bevolking van de deelgemeente Hillegersberg-Schiebroek is dus een erg actieve bevolking. De inwoners besteden veel geld aan vrijetijdsactiviteiten. Wel dient rekening gehouden te worden met de inkomensverschillen die er tussen de buurten in Hillegersberg-Schiebroek zijn.
16 Gebiedsanalyse 2008 naar perspectief 2010 Hillegersberg-Schiebroek
4
Persoonsgebonden kenmerken8
Ongeveer één op de veertien inwoners van Rotterdam woont in de deelgemeente HillegersbergSchiebroek. Uit de bevolkingsprognose blijkt dat het aantal inwoners in de deelgemeente in de komende vijftien jaar zal dalen, vooral in de leeftijdscategorie 25 jaar en ouder neemt de bevolking af. Er is duidelijk sprake van een verjonging in de deelgemeente. De bevolkingsafname in de deelgemeente is tegengesteld aan de prognose van de stad Rotterdam waarbij het totaal aantal inwoners van Rotterdam juist toeneemt. De meeste inwoners (30%) van de deelgemeente Hillegersberg-Schiebroek zijn tussen de 35 en 55 jaar. Dit is net iets hoger dan het gemiddelde in Rotterdam. In de wijk Terbregge is zelfs vier op de tien inwoners tussen de 35 en 55 jaar oud. Opvallend is dat er ten opzichte van het stadsgemiddelde (24%) weinig mensen wonen van 20 t/m 34 jaar (16%). In de deelgemeente zijn relatief veel bewoners van 80 jaar en ouder. In de wijk Hillegersberg-Noord wonen relatief veel mensen van 65 jaar en ouder. Ten opzichte van Rotterdam wonen er minder alleenstaanden en eenoudergezinnen en meer echtparen. Zeven op de tien inwoners van de bevolking van Hillegersberg-Schiebroek heeft een middelbare of hoge opleiding genoten. Rotterdam bestaat voor 56% uit middelbaar en hoger opgeleiden. Het opleidingsniveau is dus hoog in deze deelgemeente. Meer dan de helft (54%) van de bevolking van Rotterdam is autochtoon. In Hillegersberg-Schiebroek is slechts net iets meer dan een kwart (26%) allochtoon. Er wonen verhoudingsgewijs weinig Turken, Marokkanen en Surinamers. De meeste allochtonen wonen in de wijk Schiebroek. Het gemiddelde huishoudinkomen in Hillegersberg-Schiebroek is € 32.600. Dat is 30% hoger dan het gemiddelde in Rotterdam. Eén op de vier huishoudens heeft een hoog inkomen. 12% van de huishoudens heeft een inkomen onder de armoedegrens en 3% van de huishoudens ontvangt een uitkering. Deze twee percentages liggen onder het Rotterdamse gemiddelde. Binnen de deelgemeente zijn echter ook verschillen. Het laagste gemiddelde inkomen heeft Schiebroek. Dit inkomen (€ 26.000) is overigens nog hoger dan het Rotterdamse gemiddelde. Het hoogste inkomen hebben de inwoners van het Molenlaankwartier. Het gemiddelde inkomen ligt hier op € 46.000 en is 84% hoger dan het gemiddelde in Rotterdam. De deelgemeente kan welvarend genoemd worden. De verhouding tussen het aantal huur- en koopwoningen wijkt in de deelgemeente sterk af van het gemiddelde in de stad. Er zijn relatief veel koopwoningen (46%) en relatief weinig huurwoningen (46%). Zowel de koop- als de huurwoningen zijn de duurste woningen in Rotterdam. De gemiddelde waarde van koopwoningen is 56% hoger dan in Rotterdam en de gemiddelde waarde van huurwoningen ligt 23% hoger dan het Rotterdamse gemiddelde. Vier op de tien woningen in Hillegersberg-Schiebroek is een eengezinswoning. Dit type woning is hiermee bovengemiddeld vertegenwoordigd. In Rotterdam bestaat 23% van de woningen uit eengezinswoningen Samenvattend: In Hillegersberg-Schiebroek wonen veel mensen van tussen de 35 en 55 jaar oud. Er wonen relatief weinig jonge mensen maar daarentegen wel veel senioren. Er wonen veel echtparen. Het gemiddelde huishoudinkomen en het opleidingsniveau zijn bovengemiddeld. Bij het inkomen zijn er wel grote verschillen tussen de wijken. In de deelgemeente zijn veel koopwoningen. Deze hebben de hoogste gemiddelde waarde van Rotterdam. De meeste woningen zijn eengezinswoningen.
8
Bron: COS 2008
17 Gebiedsanalyse 2008 naar perspectief 2010 Hillegersberg-Schiebroek
5
Het vrijetijdsaanbod
In de deelgemeente Hillegersberg-Schiebroek is een breed sport- en recreatieaanbod. Het aanbod in de deelgemeente wordt vergeleken met het aanbod in Rotterdam om na te gaan of er in dit aanbod wellicht bepaalde voorzieningen of activiteiten ontbreken. Uitgangspunt hierbij is dat de deelgemeente ongeveer 7,0% van de Rotterdamse bevolking telt en er dus een aanbod van ongeveer die omvang mag worden verondersteld.
5.1
Sport
De deelgemeente Hillegersberg-Schiebroek biedt diverse mogelijkheden voor haar inwoners om te sporten. Deze mogelijkheden bestaan uit sportaccommodaties, sportterreinen en sportstimuleringsactiviteiten. In deze paragraaf worden deze mogelijkheden besproken.
5.1.1 Sportaccommodaties In Hillegersberg-Schiebroek is één sporthal. De sporthal is gelegen in Sportcentrum de Wilgenring. De sporthal is geschikt en toegerust voor nagenoeg alle competitiesporten. De hal beschikt over een vaste en een mobiele tribune voor de toeschouwers. De sporthal heeft een passende horecavoorziening. De sporthal heeft diverse huurders. De sportverenigingen en de scholen zijn de grootste gebruikers. De buitenschoolse gebruikers zijn te onderscheiden in: georganiseerde sport, ongeorganiseerde sport en commerciële verhuur. In Sportcentrum de Wilgenring bevindt zich het zwembad. Met een zwemoppervlakte van 675 m² heeft de deelgemeente op basis van het aantal inwoners het grootste aantal m² zwemwater per inwoner. In het nabijgelegen Lansingerland wordt een nieuw zwembad gebouwd met 3 bassins en een buitenbad. Dit bad zal waarschijnlijk ook (potentiële) bezoekers van De Wilgenring trekken. In Hillegersberg-Schiebroek zijn acht gymzalen in beheer van Sport en Recreatie. De gymzalen zijn onlangs opgeknapt dankzij financiële middelen van de deelgemeente en de stad. De gymzalen zijn geschikt voor de kleine sporten. In de gymzalen zijn nagenoeg geen toeschouwers- of horecafaciliteiten. De gymzalen worden overdag gebruikt voor bewegingsonderwijs. Sport en Recreatie verhuurt elke gymzaal voor een vast aantal uren en ontvangt hiervoor een vergoeding van de dienst JOS. De gymzaal is een onbemande voorziening. Het aantal gymzalen en sporthallen komt niet geheel overeen met wat er op basis van de bevolkingsomvang verwacht mag worden. In deze deelgemeente zijn meer gymzalen per 10.000 inwoners dan in de stad. De werkgroep BABO9 heeft onderzocht of er voldoende gym- en sportaccommodaties aanwezig zijn om de komende jaren uitvoering te kunnen geven aan stedelijke beleidsinitiatieven en –programma’s. Hiervoor zijn drie scenario’s geschetst. De wethouders Geluk en Bolsius hebben de wens uitgesproken dat er gevolg gegeven moet worden aan het eerste scenario waarbij het collegebeleid uitgevoerd kan worden. Voor Hillegersberg-Schiebroek betekent dit dat geen behoefte bestaat aan uitbreiding. Voortschrijdend inzicht leert ons echter dat er op dit moment één school meedoet aan het lekker Fit! Programma. Voor komend schooljaar is geen ruimte in de bestaande accommodaties voor een extra school. Er bestaat hier dus behoefte aan extra capaciteit.
5.1.2 Sportterreinen In Hillegersberg-Schiebroek zijn zeven verenigingsterreinen met daarop 26 speelvelden, die worden bespeeld door zes voetbalverenigingen, één hockeyvereniging, één rugbyvereniging en één honkbal/softbalvereniging. Er zijn daarnaast nog vier schoolsportterreinen met in totaal zeven speelvelden, die worden bespeeld door een handbal- en een korfbalvereniging. Door het samen bespelen van één terrein en de eerdere verplaatsing van de tweede korfbalvereniging zullen twee schoolsportterreinen een andere bestemming krijgen. 9
Beschikbaarheid Accommodaties Bewegingsonderwijs (2008), Gezamenlijke Werkgroep BABO van Sport en Recreatie en JOS
19 Gebiedsanalyse 2008 naar perspectief 2010 Hillegersberg-Schiebroek
In het kader van de ontwikkelingen vanuit de voetbalvisie zijn de kunstgrasvelden van de V.V. Hillegersberg, Sparta Terbregge en V.O.C. allen naar tevredenheid in gebruik. Sparta heeft in 2008, op eigen kosten, de toplaag van een eerder aangelegd kunstgrasveld vervangen. Voetbalvereniging Hillegersberg speelde in het seizoen 2007/2008 op twee verschillende accommodaties. In januari 2008 is het oude clubgebouw van Duivesteijn gesloopt. De bouw van het nieuwe clubgebouw (en de uiteindelijke definitieve huisvesting van de V.V. Hillegersberg aan het Duivenpad, alsmede het inleveren van het complex aan de Van Ballegooijsingel) is vanwege vertraging met de bouwvergunning meermalen uitgesteld. Inmiddels is begonnen met de bouw van het nieuwe clubgebouw; de vereniging verwacht dat dit in het voorjaar van 2009 gereed zal zijn. De fusie tussen Leonidas en Schiebroek ’94 is definitief van de baan. Een mogelijke verhuizing van Leonidas naar Schiebroek ’94 behoort echter nog steeds tot de mogelijkheden. De verenigingen zouden dan veldgebruik moeten delen, maar wel zelfstandig voort blijven bestaan. Stad en deelgemeente hebben de voorkeur uitgesproken voor dit scenario, voetbalvereniging Leonidas heeft echter negatief gereageerd. Zij heeft zich uitgesproken tegen een verhuizing. Afhankelijk van het samen bespelen van het complex is nog onzekerheid over de daar gevestigde windhondenrenbaan. In Hillegersberg-Schiebroek zijn twee tenniscomplexen met in totaal negentien tennisbanen. De tenniscomplexen zijn per 1-1-2009 overgegaan naar het OBR. Daarnaast zijn in het kader van het sportjaar 2005 en programma sociaal de afgelopen jaren vier openbare (kunstgras) speelveldjes aangelegd.
5.1.3 Sportstimulering In de deelgemeente Hillegersberg-Schiebroek streeft Sport en Recreatie naar een maximale inzet van de sportstimuleringsproducten die zijn gegroepeerd onder buurtsport, schoolsport, stedelijke projecten, brede school en het actieprogramma Voeding en Beweging (Lekker Fit! en Super Fit). In wijken en buurten vervult sportstimulering, als katalysator voor het aangaan en onderhouden van relaties, een belangrijke sociale functie. Het biedt tevens een sportief vangnet voor Rotterdammers die anders niet zouden sporten. Het aanbod bestaat onder meer uit sportinstuiven, sportmarkten, clinics, programma’s op pleinen en veldjes, activiteiten aansluitend op het onderwijs en in de Brede School, toernooien, activiteiten voor speciale doelgroepen (vrouwen, gehandicapten, ouderen), het uitlenen van materialen en vakantieactiviteiten voor de jeugd. Het speelt zich af op straten, (school-) pleinen, parken, trapveldjes en in sportaccommodaties, zoals gymzalen. Daarnaast lopen de projecten Lekker Fit! (op het basisonderwijs) en Superfit (in het voortgezet onderwijs) uit om bewegingsarmoede en overgewicht te bestrijden. In Hillegersberg-Schiebroek wordt gemiddeld voor elke 38 bewoners één activiteit georganiseerd. Dit gemiddelde blijft net iets achter bij wat je op basis van het inwonersaantal zou mogen verwachten. Ook het percentage deelnames aan deze activiteiten door de inwoners is lager dan verwacht op basis van het percentage inwoners. Wel moet de kanttekening geplaatst worden dat dit gaat om structurele activiteiten. Activiteiten die incidenteel gehouden worden, zijn niet in deze berekening meegenomen. In 2009 heeft de deelgemeente een extra investering gedaan in activiteiten en formatie van 125 duizend euro.
5.2
Natuur- en milieueducatie
Het aanbod aan natuur- en milieueducatie is in de deelgemeente meer dan gemiddeld aanwezig. Kinderboerderij De Wilgenhof is gelegen in de deelgemeente. De kinderboerderij heeft een regionale functie. Er komen dus ook bezoekers van buiten de (deel)gemeente. De kinderboerderij stimuleert het contact met voornamelijk boerderijdieren en de natuur. Jaarlijks wordt er een breed scala aan extra activiteiten aan geboden. Deze zijn onderverdeeld in activiteiten voor doelgroepen of onderwerpen aangaande het “Boerenbedrijf", bijvoorbeeld kinderen in de leeftijd van 6 tot 12 jaar, activiteiten voor wijkbewoners en activiteiten waarbij één specifiek dier of "agrarisch product" centraal staat. De kinderboerderij is tevens een plek waar vanuit diverse organisaties onder andere vrijwilligers, gehandicapten, jongeren (bijvoorbeeld Halt-jongeren), hun dagbesteding vinden. De kinderboerderij heeft dus ook een sociaal-maatschappelijke functie. Rondom de kinderboerderij is sprake van een actief netwerk van ‘vrienden van de kinderboerderij’ en vrijwilligers.
20 Gebiedsanalyse 2008 naar perspectief 2010 Hillegersberg-Schiebroek
Het centrum voor natuur- en milieueducatie “CNME De Wilgenhof” bevindt zich op het terrein van de kinderboerderij. Door middel van een jaarprogramma kunnen scholen zich inschrijven op een breed scala aan natuur- en milieueducatieve activiteiten. Variërend van boerderijlessen voor de jongste groepen (4/5 jaar) en veldwerk voor oudere kinderen (11/12 jaar, soms tot 15 jaar), tot advies aan leerkrachten en ondersteuning met lesmateriaal voor de lessen op school. De keuze van het soort activiteit wordt afgestemd op de behoefte van de doelgroep. Tevens worden er in samenwerking met de kinderboerderij diverse andere activiteiten georganiseerd voor de buurtbewoners. Het programma richt zich op het aanbieden van basiskennis over natuur en milieu alsmede het beïnvloeden van gedrag met het oog op een leefbare en duurzame samenleving. De kinderboerderij en het CNME De Wilgenhof hebben een visiedocument opgesteld waarmee zij een richting aangeven waar zij met de natuur- en milieuproducten in Hillegersberg-Schiebroek zoals de Kinderboerderij, het Centrum voor Natuur en Milieu Educatie en de Educatieve Tuinen naar toe willen. Aanleiding van dit visiedocument zijn de veranderingen ten aanzien van duurzaamheid, dierenwelzijn en natuur- en milieueducatie. Het Rotterdam Climate Initiative brengt duurzaamheid, energiebeheer en het terugbrengen van CO2-uitstoot dichterbij. Het doel is dat de Wilgenhof over een modern recreatief en educatief natuur- en milieucentrum wordt. Het nieuwe centrum moet een voorbeeld zijn in duurzaamheid, milieuvriendelijkheid en diervriendelijkheid voor alle bewoners van Rotterdam en de bezoekers van de omliggende gemeenten. Gedacht kan daarbij worden aan zonnecellen, zonneboilers, windturbines, groene daken, opvang en hergebruik van hemelwater en vrije uitloop voor de boerderij dieren. De Centra vormen met andere natuur- en milieuvoorzieningen een stadsbreed netwerk waarin onderling nauw wordt samengewerkt. Hierdoor kan een kwalitatief goed product worden geboden tegen zo laag mogelijke kosten. Ook is het op die manier mogelijk activiteiten en programma’s op elkaar af te stemmen. De meeste centra werken deelgemeente-overschrijdend. Er wordt samengewerkt met basisscholen, ROTEB, OBR, Centrum voor Educatieve Dienstverlening, Gemeentewerken, JOS, cultureel/maatschappelijke organisaties, bewoners. De deelgemeente is meer dan gemiddeld vertegenwoordigd met twee educatieve tuinen. Naast de educatieve tuinen voor scholieren is in Hillegersberg-Schiebroek ook een tuinencomplex voor Tuinieren voor Ouderen: TVO Achilles. Het aantal bezoeken aan kinderboerderij De Wilgenhof is 132.200, dit is 13,7% van het totaal aantal bezoeken van kinderboerderijen. 35,5% van de inwoners van Hillegersberg-Schiebroek bezoekt een kinderboerderij één of meer keer per jaar. In Rotterdam bezoekt gemiddeld een kwart van de inwoners één of meer keer per jaar een kinderboerderij. Het gemiddelde aantal bezoeken aan de kinderboerderij in Hillegersberg-Schiebroek ligt op 6,1. In 2007 werden 530 lessen gegeven op “CNME De Wilgenhof”.
5.3
Wijkrecreatie
Een wijkaccommodatie is een multifunctionele wijkvoorziening met een ontmoetingsruimte, incidenteel te verhuren ruimte, permanent verhuurde ruimte en een activiteitenaanbod. Ten behoeve van onder andere de exploitatie is in deze accommodaties personeel van Sport en Recreatiewerkzaam. Tot de permanente huurders behoren bijvoorbeeld welzijnsorganisaties, de bibliotheek, bewonersorganisaties, vestigingen van de SKVR en het Sociaal Maatschappelijk Werk. In Hillegersberg-Schiebroek is één wijkaccommodatie aanwezig: LCC Castagnet. Een LCC (Lokaal Cultuur Centrum) heeft als doel, het ontwikkelen van lokale cultuur in de wijk en het laagdrempeliger maken van cultuur om zo meer burgers kennis te laten maken met cultuur. Voorbeelden zijn onder andere hiphop talentenjachten of het optreden van het nationale ballet in een wijkaccommodatie. Er wordt zowel stedelijk als lokaal geprogrammeerd. Er worden ongeveer 3.900 incidentele uren verhuurd. Dat is een lager aanbod dan op basis van het aantal inwoners verwacht mag worden. Het aantal welzijnsaccommodaties (7) is iets lager dan op basis van de bevolkingsomvang verwacht kan worden. Het is 6% van het totaal aantal welzijnsaccommodaties van Sport en Recreatie.
21 Gebiedsanalyse 2008 naar perspectief 2010 Hillegersberg-Schiebroek
Er liggen vijf speeltuinen in de Hillegersberg-Schiebroek. Per kind in de deelgemeente is 3,8 m2 aan speeltuinruimte. Dat is gelijk aan het gemiddelde in Rotterdam. In Hillegersberg-Schiebroek bezoekt 25,7% van de inwoners de speeltuin één of meer per jaar. Het gemiddeld aantal bezoeken ligt op 12,7. In Hillegersberg-Schiebroek zijn 453 watersportligplaatsen van Sport en Recreatie gevestigd. Dit is meer dan een derde van het totale aanbod van Sport en Recreatie. De volkstuinen worden verhuurd aan de Rotterdamse Bond van Volkstuinders (RBvV). Deze verhuurt de tuinen door aan verenigingen. Op de volkstuinen (verblijfstuinen) vindt naast het tuinieren ook verblijfsrecreatie plaats. Volkstuincomplexen worden door OBR namens de deelgemeenten beheerd en verhuurd binnen Rotterdam. De deelgemeente telt drie volkstuincomplexen, te weten: Lusthof, Ons Genoegen en Terbregge Lage Limiet. Deze complexen hebben gezamenlijk 296 tuinen. Naast de volkstuinen zijn er in Hillegersberg-Schiebroek twee nutstuincomplexen: Lage Limiet en Lindesingel. Per 1 november 2008 is het beheer van alle onbemande voorzieningen waaronder volkstuinen, speeltuinen, welzijnsaccommodaties, jachthavens en recreatieterreinen overgaan naar het OBR. Hoewel het beheer is overgegaan, blijft Sport en Recreatie op beleidsvlak actief en kan gevraagd en ongevraagd advies uitbrengen. Samenvattend kan worden gezegd dat op het gebied van wijkrecreatie het aanbod van de wijkaccommodaties een aandachtspunt voor beleid is. Dit geldt met name voor het aantal wijkaccommodaties. Vooral in de wijken met veel ouderen zijn wijkaccommodaties van belang, niet omdat deze specifiek voor ouderen zijn, maar wel omdat deze voorzieningen vaak door deze groep worden bezocht..
22 Gebiedsanalyse 2008 naar perspectief 2010 Hillegersberg-Schiebroek
6
Beleid
In dit hoofdstuk wordt het deelgemeentelijke en gemeentelijke beleid uiteengezet. Eerst wordt gekeken op wijkniveau. Allereerst wordt het Wijk Actieprogramma Sociaal (WAPS) voor de wijk Terbregge besproken Vervolgens wordt Schiebroek als aandachtswijk van het Sociaal Platform Rotterdam besproken. In de tweede paragraaf worden de deelgemeentelijke actiepunten besproken. In de derde paragraaf is er aandacht voor het Rotterdamse stedelijke beleid. In paragraaf vier wordt hier verder op ingegaan voor de dienst Sport en Recreatie. In paragraaf vijf passeren trends in vrijetijdsbesteding de revue. Tot slot worden in paragraaf zes de toekomstige ontwikkelingen besproken.
6.1
De wijken
6.1.1 WAPS Een belangrijk onderdeel van het collegebeleid zijn de Wijkactieplannen Sociaal. (WAPS). De deelgemeenten hebben hierbij de regie. De WAPS wordt opgesteld na een wijkanalyse op basis van factoren uit de sociale index op CBS-buurtniveau. De bijdrage van de activiteiten van Sport en Recreatie in deze plannen kan op verschillende manieren. Vrije tijd biedt behalve plezier ook mogelijkheden om informeel te leren over natuur, ecologie, cultuur, sport en onderling respect, mogelijkheden voor sociale contacten tussen bewoners met verschillende sociale achtergronden, om de gezondheid te bevorderen en om de betrokkenheid bij de buurt en de maatschappij op een aantrekkelijke manier vorm te geven. Voor de wijk Terbregge is een WAPS gemaakt. Op basis van de ambities uit de wijkvisie is een uitvoeringsprogramma opgesteld. Hierin staan de maatregelen en doelstellingen beschreven die prioriteit verdienen bij de totstandkoming van het Wijkactieprogramma Sociaal. Voor Sport en Recreatie zijn de volgende maatregelen van belang. Op het gebied van jeugd komt een samenwerkingsverband tussen Tuinstad Terbregge, Sport en Recreatie en Sparta. Ingezet wordt op het stimuleren van voorschoolse educatie om de prestaties van de kinderen op de basisschool te verbeteren en de sociale capaciteiten van de kinderen al eerder te ontwikkelen. Daarnaast zal gekeken worden naar alle mogelijke manieren om een extra voorziening voor de jongeren te realiseren. Gedacht wordt aan mogelijke extra voorziening in de dependance van Tuinstad Terbregge. Hier kunnen eveneens sociaal culturele activiteiten georganiseerd worden. Een andere optie is een (multifunctionele) voorziening op een woonboot in de wijk. Terbregge is een wijk met relatief veel jonge kinderen. Belangrijk is dus om ook in te zetten op preventieve maatregelen om mogelijk problemen over een jaar of vijf te voorkomen. Met betrekking tot de voorzieningen wordt samengewerkt tussen Thermiek en Sport en Recreatie. Vanwege het tekort aan voorzieningen wordt gekeken naar de mogelijkheden die er überhaupt zijn om het aantal voorzieningen uit te breiden, in Terbregge zelf en de directe omgeving daarvan. Enkele opties zijn alsnog een kleine buurtsuper, een centraal meldpunt in de wijk en mogelijk extra voorzieningen voor de ouderen in de wijk.
6.1.2 SPR Het Sociaal Platform Rotterdam (SPR) is in 2005 opgericht door het Rotterdamse college van B&W naar aanleiding van het eindrapport “Platform ontwikkeling welzijn Rotterdam”. Alhoewel het SPR door het gemeentebestuur is opgezet is het toch een onafhankelijk adviesorgaan. Sociaal Platform Rotterdam is actief in vier wijken, Afrikaanderwijk, Oude Noorden, Pendrecht en Schiebroek. Het SPR is opgericht om de sociale leefbaarheid in de Rotterdamse wijken te verbeteren en te stabiliseren. Het SPR wil partijen helpen en samenbrengen om de wijk tot het volle potentieel te brengen. De taken van het SPR omvatten onder andere het gemeentebestuur en deelgemeentebesturen adviseren over nieuwe en innovatieve manieren om beleid te ontwikkelen dat meer kansen biedt voor leefbaarheid in de wijk. Ook gaat het SPR zelf de wijken in om samen met instellingen en bewoners praktische
23 Gebiedsanalyse 2008 naar perspectief 2010 Hillegersberg-Schiebroek
oplossingen te bedenken. In Hillegersberg is het SPR actief in de wijk Schiebroek. De gerichte aandacht gaat dan wel uit naar Schiebroek-Zuid. In overleg met het deelgemeentebestuur van Hillegersberg-Schiebroek zet het SPR in Schiebroek in op het operationaliseren van plannen voor een nieuwe sociale infrastructuur in de wijk. Welzijnsorganisaties, corporaties, zorginstellingen en bewoners geven hieraan collectief inhoud. De deelgemeente voert de regie en heeft een extern bureau ingehuurd voor de operationalisering. Het SPR kijkt over de schouders mee en fungeert als klankbord en rapporteur.
6.2
Deelgemeentelijke actiepunten
In het Uitvoeringsprogramma 2006-2010 heeft het dagelijks bestuur van de deelgemeente een uitwerking gegeven aan het coalitieakkoord “Ruim Baan voor Mensen”. De belangrijkste opdracht is een versterkte inzet op de sociale kwaliteit van de samenleving en de invloed van de bewoners daarop. Het uitvoeringsprogramma 2006-2010 heeft een aantal gewenste effecten op vijf aandachtsterreinen opgesteld: 1. Veiligheid en handhaving - Geen enkele wijk scoort in 2020 lager dan een 8,5 op de veiligheidsindex. Bestaande hoge scores blijven minimaal op hetzelfde niveau; - In 2010 moeten kinderen en ouderen via veilige voet- en fietspaden scholen en voorzieningen kunnen bereiken; - Verbetering woningvoorraad bedreigde wijken. 2. Sociaal beleid - Verkleinen sociaal isolement, vergroten van de participatie en verbetering van de zelfredzaamheid; - Participatie van inwoners in het kader van de WMO; - In 2010 is de 1-loket functiebij 75% van de inwoners van de deelgemeente bekend. 3. Ruimtelijke en economische ontwikkelingen - Bouw van 1500 woningen in periode tot 2010; - De locaties Moltzerhof, Lupine, Donkersingel, Teldersweg en Asserdriehoek zijn ontwikkeld; - Voorzieningen in 110-Morgen en aan de Teldersweg zijn gerealiseerd; - Alle bestemmingsplannen zijn geactualiseerd, dat wil zeggen goedgekeurd door de gemeenteraad. 4. Buitenruimte en milieu - Een schone, hele en groene deelgemeente; - Heel: handhaven op 3,5 gemiddeld; - Schoon: 4,5 gemiddeld. 5. Bestuur en financiën - Realisatie nieuwe huisvesting aan de Straatweg – C.N.A. Looslaan; - In 2008 organiseren van activiteiten in het kader van het 25-jarig bestaan van de deelgemeente.
6.3
Het Rotterdamse stedelijke beleid van Sport en Recreatie
Het stedelijk sportbeleid heeft twee doelen. Het collegedoel 6c “Lekker fit” is dat in 2010 op 23% van de Rotterdamse basisscholen elke schooldag 1 uur sport en bewegen aanbiedt en dat op minstens de helft van het aantal basisscholen de kinderen hebben deelgenomen aan het programma Lekker Fit!. Het andere collegedoel, 6d “Meer sportparticipatie”, is dat de sportparticipatie in de gebieden waar het aandeel sporters in 2005 het kleinst is, in november 2009 met tenminste 5% is gestegen en in de overige gebieden tenminste gelijk is gebleven. De belangrijkste acties voor het vergroten van sportparticipatie zijn stadsbreed de aanleg van extra trapveldjes, de ontwikkeling van Lokale Activiteiten Centra (LAC’s) met een actieve programmering. Het beleidsdoel van Sport en Recreatie op het gebied van wijkrecreatie is het stabiliseren van het aantal bezoeken aan wijkaccommodaties: in 2010 bezoekt 20% van alle Rotterdammers minimaal eens per jaar een wijkaccommodatie. In het programma Sociaal zijn middelen beschikbaar gesteld voor een kwaliteitsimpuls op het gebied van wijkrecreatie zoals het transformeren van de huidige wijkgebouwen in zogeheten Lokale Activiteiten Centra en Lokale Culturele Centra. Ook bij andere recreatieve vormen, zoals volkstuinen, speeltuinen en openbare ruimten is verder beleid ontwikkeld.
24 Gebiedsanalyse 2008 naar perspectief 2010 Hillegersberg-Schiebroek
Sport en Recreatie heeft als beleidsdoel voor natuur- en milieuvoorzieningen een grotere bekendheid en inzetbaarheid in het beleid. De voorzieningen en educatieve programma’s op het gebied van natuur en milieu lenen zich uitstekend voor het bijdragen aan diverse collegedoelen op het gebied van gezondheid (overgewicht), onderwijs en leefbaarheid. Duurzaamheid, met onder andere het Cradle to Cradle principe, klimaatsverandering, CO2-uitstoot, luchtkwaliteit en groene (speel)ruimten is een actueel thema. Natuur- en milieueducatie kan een belangrijke educatieve rol vervullen en een rol om van Sport en Recreatie een CO2 vrije dienst te maken. Om de mogelijkheden voor kinderen en jongeren actief te worden bij een groene organisatie te verbeteren is Sport en Recreatie in samenwerking met enkele andere organisaties het project Jong Groen gestart. Jong Groen stelt zich ten doel jongeren te laten deelnemen aan activiteiten, hen te activeren en dat in iedere deelgemeente één natuurvereniging wordt gevestigd.
6.4
Trends in vrijetijdsbesteding
Tijdsdruk bij de burger Vrije tijd is belangrijk voor het individu en de maatschappij. Vrije tijd geeft het individu de mogelijkheid de eigen identiteit te ontwikkelen, competenties te ontdekken en te leren kiezen. Maar volgens de Vrijetijdsomnibus van 2007 krijgen de Rotterdammers het steeds drukker. Bijna twee vijfde van de Rotterdammers zegt te weinig vrije tijd te hebben. Een dag heeft maar 24 uur. Overheidsbeleid zoals de WMO, het cultuurbeleid, het sportbeleid en de sociale cohesie kosten de burger (extra) tijd. Andere vormen van tijdsbesteding worden steeds aantrekkelijker. Er is dus sprake van een verdringingsmarkt in de tijdsbesteding. Het aanbod van Sport en Recreatie zal meer rekening moeten houden met de tijdsdruk van de doelgroep door aangepaste openingstijden (weekend open en ’s avonds), arrangementen voor bepaalde groepen (ouders en kinderen), etc. Ook activiteiten die verschillende beleidsdoelen dienen kunnen hiervoor gebruikt worden. Maar ook dat is extra lastig omdat als motief om te sporten steeds meer gezondheid genoemd wordt en sociale motieven zoals gezelligheid naar de achtergrond verdrijven. Driedeling in de sportmarkt Steeds duidelijker wordt het dat de sportmarkt zich splitst zich in drie delen, namelijk: commerciële sporten veelal in sportscholen; verenigingssporten in gemeentelijke sportaccommodaties en ongeorganiseerde sporten veelal in de openbare ruimten. Deze deling dwingt het sportbeleid zich niet alleen te richten op de verenigingssporten, maar ook met de andere twee soorten sport rekening te houden. Dalend gebruik voorzieningen in de wijk Het huidige collegebeleid focust met gebiedsgericht werken op wijken en buurten. Zwembaden, bibliotheken, wijkgebouwen, club- en buurthuizen en NME-voorzieningen kunnen een belangrijke rol vervullen in gebiedsgericht werken. Het bezoek aan deze voorzieningen in de wijken daalt echter al enkele jaren. Het nieuwe LCC-concept lijkt volgens de cijfers van de vrijetijdsomnibus aan te slaan. De invoering van dit soort nieuwe concepten (LCC, LAC, etc.) moet krachtiger doorgezet worden. Nu volgens de vrijetijdsomnibus in Rotterdam al 75% van de bevolking op internet zit is het belangrijk de positionering van deze voorzieningen op het internet goed te regelen, want internet wordt als medium steeds belangrijker. Meer onderlinge samenhang van deze voorzieningen is gewenst.
6.5
Toekomstige ontwikkelingen
6.5.1. Trends Vrijetijdsbesteding is een breed terrein dat vanuit allerlei velden beïnvloed wordt. Het trendboekje van de Belgische website “Flandersdc.be” beschrijft alleen al 30 trends. De trendwatcher Marcel Bullinga10 voorziet in 2020 onder andere de volgende ontwikkelingen “Sporttoerisme is in”, “Verenigingen zijn uit”, “Dikke kinderen zijn uit”, “Paralympics worden Bionolympics” en “de Aziatische coach is in” en de overheid verdwijnt achter een computerscherm, zoals dat nu al bij de banken is. Transformaties
10 http://www.futurecheck.nl/
25 Gebiedsanalyse 2008 naar perspectief 2010 Hillegersberg-Schiebroek
Huidige trends zoals “belevenissen” en “individualisering” maken al min of meer onderdeel uit van het beleid. De nieuwste producten zijn “transformaties”, waarbij de deelnemer een garantie krijgt dat zijn gedrag zal veranderen. Bijvoorbeeld bij fitness wordt niet alleen bijgehouden hoeveel calorieën je verbruikt, maar je krijgt een garantie dat je lijf verandert. Het personeel krijgt daarin een andere rol, meer als coach, vertrouwenspersoon, pedagoog en/of intermediair. Door technologie meer aandacht voor symboliek en spel Fundamentele veranderingen komen als gevolg van de veranderingen in de technologie; denk aan robots, nieuwe materialen, nog snellere communicatie. De overheid verdwijnt door deze technologie achter een computerscherm. De verwachting is dat daardoor de symbolische functie van de overheid sterker op de voorgrond treedt. Dat betekent meer aandacht voor thematische jaren zoals Sportjaar, Jongerenjaar, etc. Bij deze verandering worden de methoden en de emoties uit de vrijetijdssector steeds belangrijker. De Amerikaanse presidentsverkiezingen lijken steeds meer op een grote “Idols verkiezing”. Meer ruimte voor vrije tijd nodig Ook is de komende jaren steeds meer ruimte nodig voor vrijetijdsbesteding. Delen van de stad en platteland worden steeds meer vrijetijdsland. En vrije tijd heeft zijn onschuld verloren. Er komen meer 11 regels, er kan meer aan verdiend worden en de eisen aan de kwaliteit worden strenger. Een ander belangrijk aspect is het huidige ressentiment onder de bevolking. Het merendeel van de bevolking wil een lokale verzorgingsmaatschappij, verwacht een mondiale prestatiemaatschappij en ziet dat niemand er iets aan kan doen. 6.5.2. Ander perspectief Toekomstige veranderingen zijn door hun verwevenheid van de verschillende aspecten, maar vooral door de nieuwe technologische mogelijkheden, moeilijk voorspelbaar. Ze zijn soms paradoxaal. Een ander perspectief, gevormd door de 5-E’s helpt om nieuwe ontwikkelingen beter te begrijpen en er mee om te gaan. Die 5 E’s zijn: e-technologie, emoties, ecologie, evenementen en educatie. Deze aspecten zullen bij activiteiten, voorzieningen, belevenissen, et cetera steeds op nieuw bekeken moeten worden. 1. E-technologie (d.w.z. elektronica, nanotechnologie, sociale technologie, etc.) verandert de meeste vrijetijdsactiviteiten en raakt elk aspect van het functioneren en het welbevinden als mens. Hyves weblogs, you-tube en websites als “Independer”, “Geen stijl” of WIKIpedia en Linux zijn het begin van een nieuwe massale vorm van creativiteit. Van een internationale website als “Stitch ’n bitch” (een breiclub via internet), komt een groep bij elkaar in LCC de Castagnet. 12 2. Emotie is het snelst groeiende product in de welvarende economie. De emotiemarkt is leven in een samenleving doordrenkt met adrenaline ('druk, druk, druk') en geteisterd door verveling. Emoties spelen een belangrijke rol bij de aanschaf van producten, het meedoen met activiteiten, belevenissen en transformaties. Het bespelen van die emoties is een nieuwe vaardigheid, die geleerd en gebruikt moet worden. 3. Ecologie impliceert niet alleen respect voor natuur, milieu, cultuur maar ook immaterieel erfgoed en samendoen, moraliseren, ethisch werken en tijdsparen. Vrije tijd kan erg milieubelastend worden of juist bij dragen aan milieubesparing. Hierop inspelen en nagaan welke effecten producten of diensten hierbij hebben is belangrijk. 4. Evenementen kunnen, meer dan accommodaties, inspelen op subjectieve waarden, zoals emoties, collectieve verhalen, ethiek, et cetera. De vrijetijdssector is steeds op zoek naar nieuwe waarden, onderwerpen en activiteiten. Wat voorheen werk was (zoals ambachten) wordt vrije tijd 13 en nieuwe vormen vrije tijd worden later commercieel. Evenementen zijn voor deze vernieuwing een goed podium. 5. Educatie is een belangrijk aspect van vrije tijd in de vorm van informeel leren, experimenteren, zelf ontplooien, etc. Het leren verantwoorde keuzes te maken, dat hierbij nodig is, is cruciaal voor een verdere persoonlijke ontwikkeling. De bestaande vormen van educatie zoals sportstimulering, natuur- en milieueducatie en cultuureducatie worden aangevuld met andere onderwerpen zoals techniek en elektronica (bijvoorbeeld gaming, robotwedstrijden, etc.).
11 De Nota Ruimte van de rijksoverheid streeft naar 75 vierkante meter openbaar recreatiegroen per nieuwbouwwoning. Dit streven is erg ambitieus, aangezien er tussen 1990 en 1996 slechts 21 vierkante meter per woning werd gerealiseerd. Daarnaast ligt er een provinciale opgave van 80 vierkante kilometer groen in en om de steden (GIOS), vooral in Gelderland en de Randstad. 12 Bron onder andere De emotiemarkt van Susanne Piet 13 De gegevens van weeramateurs worden door de klimaatverandering en de lokale effecten daarvan nu ook voor het KNMI belangrijk.
26 Gebiedsanalyse 2008 naar perspectief 2010 Hillegersberg-Schiebroek