Geachte klanten: Hartelijk dank voor de aankoop van een HVP duurzaamheid zonneboiler. Ons product levert niet alleen continu warm water, maar ook kunt u genieten van schone energie. U levert een bijdrage aan het milieu en u ervaart de uitstekende prestaties en kwaliteit van onze producten. Om het product goed te begrijpen en te gebruiken raden wij u aan de handleiding zorgvuldig te lezen en op te volgen om zodoende onnodige schade te voorkomen. Neem contact op met uw dealer als u technische problemen ondervindt of niet tevreden bent over de kwaliteit.
Inhoud 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12.
Belangrijkste functies en kenmerken Opmerkingen Belangrijkste technische specificaties Omgevingsvereiste voor gebruik Montage en aansluiting Werking en het gebruik Werking en gebruik van Control systeem Routine onderhoud Meest voorkomende storingen van systemen en oplossingen Onderhoudkaart Systeemcomponenten overzicht Manieren om de installatie te installeren
Bijlage 1 Vertaling figuren
4 5 6 7 8 13 14 15 16 18 19 20
24
Installatie schema van HVP duurzaamheid zonneboiler
3
1. Belangrijkste functies en kenmerken (1) Functies: A.
Het warmwater circulatie systeem (collector en water tank) gaat automatisch aan / uit bij temperatuurverschil (begin- en eindtemperatuur kunnen apart ingesteld worden)
B.
U kunt verschillende temperaturen instellen (collector en watertank) m.b.t. de parameters van het starten en stoppen van de circulatiepomp.
C.
De antivorst functie staat garant voor de normale werking van het systeem in de winter.
D.
Het digitale display toont de temperatuur van de collector en de watertank.
E.
De automatische geheugenfunctie staat garant voor het behouden van de instellingen van de parameters.
F.
Automatisch elektrische verwarming.
G.
Handmatig controle elektrische verwarming.
H.
Timing elektrische verwarming.
I.
Handmatig instellen pomp circuleren.
(2) Kenmerken van het Product: A.
Integratie ontwerp met de bouw. De collector en watertank zijn apart. De collector kan worden geïnstalleerd op balkon, vensterbank, wand- en/of dakraam, perfecte te combineren met een verbouwing.
B.
De octrooiwerkgroep garandeert, het anti-vries in de winter en garandeert ook dat de combinatie met hoge efficiëntie werkt tijdens slechte weer.
C.
Gebruik de elektrische verwarmde watertank speciaal voor de zonneboiler.
D.
Dubbele energie: Gebruik warm water op elk moment van een dag, omdat de zonneenergie boiler ook een elektrisch verwarmingssysteem heeft voor extra verwarming.
E.
Automatisch intelligente systeem dat controle en beheer gedurende de gehele dag mogelijk maakt.
4
2. Opmerkingen: A.
De leidingen van het systeem moeten tegen hoge temperaturen bestand zijn (120 C) en een druk kunnen weerstaan van 0.8MPa. We adviseren zodoende koperen buis te gebruiken.
B.
Controleer voor de installatie van het systeem of de stroomvoorziening en de bedrading geschikt zijn voor het vermogen van het systeem.
C.
Alvorens het systeem te installeren moet er een afvoerput aanwezig zijn, om te voorkomen dat andere faciliteiten beschadigingen door lekkages van buizen en andere onderdelen.
D.
Elektrische onderdelen dienen op een veilige en droge plaats geïnstalleerd te worden om vocht en regen te voorkomen.
E.
De extra elektrische kachel moet voorzien zijn van een betrouwbare aarding. Zo niet is het verboden om deze te gebruiken. Koppel de aarde draad ook niet aan de nul draad of waterleiding buis dit is eveneens verboden.
F.
Schakel de stroom niet in als de tank niet vol is met water.
G.
Wanneer het water warmer is dan 50C, kan het de huid verbranden. Dus u kunt het water gebruiken als u het vermengd met koud water.
H.
Voor uw eigen veiligheid, dient u de stroomtoevoer van de extra elektrische kachel te onderbreken voordat u warm water gebruikt. En het is verboden de elektrische verwarming te starten als de tank niet vol met water is, want dit kan schade veroorzaken aan de zonneboiler.
I.
Een afvoerklep is opgenomen in dit systeem, maak de tank regelmatig schoon. Zorg dat de tank leeg is als u langere tijd geen gebruik maakt van het systeem.
J.
Zet de T / P-ventiel regelmatig aan en zorg ervoor dat het ten alle tijden functioneert.
K.
Demonteer zelf nooit elektrische onderdelen. Onderhoud moet worden gedaan door professionals. Zorg er voor dat gedurende onderhoud de stroomvoorziening ontkoppeld is.
L.
Vervang de magnesium stick om de levensduur van de watertank en de waterkwaliteit optimaal te houden.
5
3. Belangrijkste technische specificaties A.
Tankinhoud: 100L-300L;
B.
Vlakke plaat zonnecollector: 2000 × 1000 × 87/105mm, 2,0 ㎡ / stuk
C.
Werkdruk: ≤ 0.8MPa ± 0,1 MPa; Controller vermogen: 3W;
D.
Watertemperatuur wordt per 1℃ weergegeven ;
E.
De kracht van circulatiepomp: ≤ 100 W;
F.
Werkende spanning: 220V +10% 50Hz;
G.
De kracht van de elektrische kachel: ≤ 3000W;
6
4. Omgevingsvereiste voor gebruik A.
Gebruik het systeem niet op gebieden die hoger liggen dan 3500m.
B.
Voor het gebruik van de controller dient de luchtvochtigheid binnen ≤ 95% te zijn;
C.
Voor het gebruik van de controller dient de binnen temperatuur tussen de -15 ℃ 50 ℃ te zijn.
D.
De druk voor de watertoevoer ≥ 0,1 MPa;
7
5. Montage en aansluiting (1) Bevestiging van de installatie positie A.
Tank en elektrische onderdelen moeten worden geïnstalleerd op een droge en vorstvrije plaats.
B.
Het is aan te raden de tank zo dicht mogelijk bij de meeste gebruikte warmwater voorziening te plaatsen.
C.
Er dient voldoende ruimte rondom de tank vrij te blijven om zodoende onderhoud te kunnen plegen.
D.
Het is beter om de elektrische connector, T / P ontlastklep aan de kant waar de meeste ruimte is te positioneren, zodat onderhoud vergemakkelijkt wordt.
E.
Er moet voor gezorgd worden dat het vermogen van het gebouw hoog genoeg is om de tank boven te positioneren, anders raden wij aan de tank op de grond etage te installeren.
F.
De tank moet worden geïnstalleerd op een brandwerende basis die niet minder dan 50mm dik is en een goede drainage rondom de tank is ook vereist.
G.
Installeer het systeem volgens het schema. Wij stellen voor om koperbuis te gebruiken voor het circulatiesysteem. Ontlastingsventiel en uitlaatventiel moeten worden geïntegreerd in het systeem. Isolatie van de leidingen is vereist.
H.
Installatie in / op hellend dak (figuur 1): bevestig de collector aan het draagframe en bevestig dan het frame aan het dak. Waterdichte oppervlakten mogen niet beschadigd worden tijdens het installatie proces.
Figuur 1 Hellend dak
8
I.
Installatie op een plat dak (figuur 2): bevestig de collector aan het draagframe (de hoek is ± 10 graden) en bevestig het vervolgens op het plat dak. Waterdichte oppervlakten mogen niet beschadigd worden tijdens het installatie proces.
Figuur 2 Plat dak
I.
Installatie op een vlak balkon (figuur 3): bevestig de frame voeten aan het balkon en bevestig vervolgens de collector(en) aan de steun(en) (de hoek is ± 10 graden).
Figuur 3 Vlak balkon
9
J.
Bij het installeren van de collector dient u rekening te houden met de luchtweerstanden en de daar uit voortvloeiende belasting op de bevestigingspunten. Gelieve zich aan de relevante bouwvoorschriften / regelgeving met betrekking tot de installatie van dergelijke objecten te houden.
K.
Het standaard frame, en frames kits zijn allemaal ontworpen om windsnelheden tot 80mph / 128km/h zonder schade te kunnen weerstaan. Voor gebieden met windsnelheden die mogelijk boven dit niveau liggen zijn extra bevestigingsmaterialen nodig.
L.
Om de installatie extra te zekeren zijn er roestvrijstalen kabels deze kunnen bevestigd worden aan het frame. Zie bijlagen A tot en met E voor frame montage details.
M.
Het is raadzaam het koperen circulatie systeem van de collector te aarden om schade bij bliksem te voorkomen.
N.
De glazen plaat van de collector is verrassend sterk en is zelfs in staat hagel tot 25 mm / 1'' in diameter, en nog groter wanneer geïnstalleerd in een hoek van 40 graden te weerstaan. De hoek van de impact beïnvloed op grote mate de bestendigheid van het glas. Bij installatie onder een kleine hoek wordt de bestendigheid verminderd.
O.
Het wordt aanbevolen dat in gebieden die gevoelig zijn voor grote hagel (> 20mm/3/4'' diameter) de zonnecollector onder een hoek van 40 graden of groter wordt geplaatst om zo een optimale bescherming te hebben. Omdat de grootst bevolkte gebieden in de wereld binnen de breedte van 30-70 graden vallen is deze hoek over het algemeen toch al gangbaar voor de installatie.
10
(2) Warmwaterleiding en verbindingen
A.
De Warm- en Koud water leidingen moeten dezelfde druk aan kunnen als die van de boiler met dezelfde materiaal specificaties. (zie figuur) Alle druk leidingen moeten minimaal 0.8MPa kunnen weerstaan. Warmwaterleiding moet minimaal 99 ℃ kunnen weerstaan.
B.
De Warm- en Koud water aansluiting moet van dezelfde grootte zijn als die van de boiler. (zie figuur) De leidingen moeten minimaal 0.8MPa kunnen weerstaan. Warmwaterleiding moet minimaal 120 ℃ kunnen weerstaan.
C.
De watertemperatuur van het systeem is zeer hoog. Voor gebruik van het water adviseren wij een mengkraan te gebruiken om zodoende koud water bij te mengen aan het warme water uit het systeem. Als het tappunt op enige afstand van de tank ligt kunt u het beste de leidingen goed isoleren om zoveel mogelijk warmte vast te houden.
D.
Een terugslagklep moet geïnstalleerd worden direct voor de koud water aansluiting. Als de druk van de watertoevoer niet hoog genoeg is dan dient er een boosterpomp aan de koud water toevoer worden bevestigd. Als de waterdruk hoger is dan 0. 8Mpa is er een reduceerventiel is nodig.
11
E.
Als de kwaliteit van het water niet goed is raden wij aan een installatie te plaatsen om de kwaliteit van het water te verbeteren.
F.
De antivries bescherming moet worden geïmplementeerd in alle regio's die kans op vorst hebben.
G.
Voor gebieden met een temperatuur die niet onder de -5 ℃ komt is een eenvoudige temperatuur controller vorstbeveiliging aan te raden. D.w.z. pomp circuleert als de temperatuur in het spruitstuk het vriespunt bereikt). Indien mogelijk backupbeveiliging in de vorm van antivries ventielen (water kan dan uit het systeem druppelen).
H.
Voor gebieden met temperaturen onder de -5 ℃, is een gesloten lus gevuld met een glycol-water mengsel noodzakelijk om bevriezen te voorkomen. Raadpleeg voor de glycol specificaties de fabrikant om af te stemmen welke temperaturen het systeem kan weerstaan.
(3) Leidingen aansluitschema. A.
Sluit de automatische uitlaat systeem, expansievat, werkstation (pomp, controller, manometer en ga zo maar door) collector en thermische opslag tank volgens het figuur.
B.
Er zijn drie temperatuurtest plaatsen in het systeem. Schilderen de thermische geleidbaarheid silicagel op het sensoroppervlak en fixeer dan de sensor lijn. Deze moet betrouwbaar zijn.
Waarschuwing: haal de sensor nooit zelf uit elkaar om schade te vermijden en nauwkeurigheid en lekken te voorkomen. (4) Installeer de T / P ontlastklep A.
Zorg ervoor dat de T/P-ventielsensor niet gebogen is, en het handvat flexibel is.
B.
Teflon afdichting tape , echter niet voorbij het einde van de 1e draad, de installeer het P/T-ventiel volgens figuur (1)
C.
Sluit een stuks van de afvoerpijp (Ф20) aan op de riolering, en hou deze afvoerpijp vrij, geen ventiel, niet langer dan 9 meter en niet meer dan 3 rechthoekige bochten gebruiken.
Waarschuwing: De afvoerpijp moet altijd vrij zijn om eventuele schade te vermijden. (5) Draadverbinding Sluit de kabels aan zoals aangegeven in de controller installatiehandleiding. Waarschuwing: Elektrische aansluitingen moeten worden uitgevoerd door professionals! Alle elektrische aansluitingen, leidingen en apparaten moet worden geïnstalleerd in overeenstemming met de huidige eisen en veiligheidsnormen!
12
6. Werking en het gebruik (1) Onderzoek voor het gebruik A.
Voor gebruik controleert u zelf de boiler, de kracht, het watersysteem, de vervuiling, het veiligheidsventiel en het uitlaatventiel volledig. Onderzoek of het watersysteem lekt. Controleer of er vervuiling van het afvoersysteem bestaat, potentieel gevaar voor de veiligheid
B.
Maak de watertank voor de eerste keer gebruik goed schoon, en zorg ervoor dat de tank vol is. (draai het uitlaatventiel rustig open.) Zorg ervoor dat de stroomvoorzieningen aan de vraag van de boiler kan voldoen en de boiler moet een veilige aarde aansluiting hebben.
(2) Instructie A.
Om te beginnen draait men het inlaatventiel open. Open onder tussen de aflaat kraan van de binnenste watertank om de lucht te laten ontsnappen gedurende het vullen .Anders kan het koude water niet de tank in lopen.
B.
Als er bij de warm water uitvoer water uitkomt dan betekend dat dat de tank vol is. Sluit dan de warm water uitvoer. (Sluit niet het inlaatventiel.)
C.
Sluit de elektrische besturing aan op de stroomvoorziening en de controller zal de temperatuur van het water in het reservoir weergeven en de temperatuur van het water in de collector.
D.
Het instelling van de specificaties kan worden opgezocht in de controller instructie.
E.
Denk eraan dat het inlaatventiel altijd open moet staan.
F.
Zet de warm water kraan om direct warm water te gebruiken.
13
7. Werking en gebruik van Control Systeem (Lees de gebruiksaanwijzing van Control Systeem)
14
8. Routine onderhoud A. Veiligheidscontrole Controleer het T/P-ventiel elke maand, zorg dan ook dat het werkt. Controleer instructie: Open de T/P-ventiel om te zien of er water naar buiten komt, zo niet, dan verander het. B, Reinig de buitenkant Om te zorgen dat het systeem schoon en mooi blijft volgt u regelmatig de volgende stappen: A.
Zorg dat er geen spanning op het systeem staat (haal stekker uit stopcontact, zet power off)
B.
Gebruik een vochtige doek met schoonmaakmiddel om de buitenzijde van het apparaat te reinigen. Gebruik geen wasbenzine of andere bijtende/chemische (reinigings)middelen
C.
Droog daarna het schoongemaakte gedeelte met een droge doek.
D.
Herstart nu het systeem.
C, Reinig de binnenkant van de tank A.
Reinig de binnentank ieder heel of half jaar afhankelijk van de kwaliteit van het water.
15
9. Meest voorkomende storingen van systemen en oplossingen Storing
Oorzaak
Oplossing
Er komt geen water uit bij inschakelen van de afvoerventiel.
Er komt geen water uit de kraan, of toevoer ventiel is afgesloten.
Open het toevoer ventiel.
Lage capaciteit in uitstromend water.
Toevoer ventiel is niet volledig open of er is een lage waterdruk.
Open het toevoer ventiel volledig of verhoog de druk op de toevoerleiding.
De watertemperatuur daalt snel bij gebruik.
Toevoer ventiel is buitensporig open.
Stel het toevoer ventiel bij.
Display geeft niks weer bij opstarten.
De stekker zit niet goed in het stopcontact of er is een slechte verbinding.
Steek stekker goed in het stopcontact en controleer de stroomvoorziening.
Abnormale weergave op display (onbekende code).
Signaalkabel is niet correct aangesloten.
Sluit correct aan.
Indicatie licht geeft aan dat temperatuur correct is, maar dit is niet het geval.
De elektrische verwarming is defect.
Vervang de elektrische verwarming.
Handmatig het verwarmen stoppen is niet mogelijk.
De huidige temperatuur is lager dan het minimum of de timer is ingesteld.
Bekijk en wijzig timer instellingen of zorg dat de minimum temperatuur behaald wordt.
Lekkage.
Buizen zijn niet goed aangesloten of de installatie lekt.
Controleer de verbindingen van leidingen.
Warm water heeft een vreemde geur.
In het leidingwater zitten andere mineralen en/of kan verontreinigd zijn met bacteriën.
Reinig de installatie na het leeg laten.
Lage watertemperatuur.
Bij te weinig zonlicht kan het systeem het water slecht verwarmen, water toe- en afvoer zijn omgewisseld of de collector is stoffig.
Verhoog het aantal uren dat de zon de collector verwarmd, installeer de toeen afvoer opnieuw of verwijder het stof van de collector.
16
Gebrek aan heet water capaciteit.
Bij te weinig zonlicht kan het systeem het water slecht verwarmen of de buizen zijn te lang waardoor er warmte verlies plaats vind.
Verhoog het aantal uren dat de zon de collector verwarmd of verkort de lengte van de buizen en gebruik extra isolerende materialen.
17
Onderhoudkaart
Aankoopdatum:
Nummer:
Naam:
Adres:
Telefoonnummer:
Contactpersoon:
Waar gekocht:
Factuurnummer:
Product model:
Installatiedatum:
Datum
Onderhoud details
Handtekening gebruiker
Handtekening / naam monteur
18
Systeemcomponenten overzicht
Nr.
Item
1
Model
Aantal
Opmerkingen
Collector
1 set
Kunnen in diverse maten geleverd worden afhankelijk van de wensen van de klant.
2
Tank
1 set
80~500l. beschikbaar voor verschillende modellen.
3
Intelligent bedieningssysteem
1 set
4
Expansievat
1 stuks
5
Uitlaatventiel
1 stuks
6
Stekker voor collector sensor
1 stuks
7
T/P-ventiel voor de tank
1 stuks
8
Afvoerventiel voor de tank
1 stuks
19
12. Manieren om de installatie te installeren A Op een schuin dak (1) Afhankelijk van de grootte van de collector A. Verwijder de dakpannen en wees voorzichtig zodat het dak niet beschadigt en het waterbestendig blijft.
Opmerking: Zorg ervoor dat de bouten en dopmoeren goed zijn vastgedraaid en vervang zo nodig de beschadigde.
20
(3) Installeer de collector en versterk de liggers.
B. Op het platte dak: (1)
Bepaal de juiste hoek van het frame om zodoende het beste uit het systeem te halen.
(2)
Het frame bestaat uit aluminium om maximale stevigheid te behalen en corrosie te voorkomen.
(3)
De collector wordt met bouten aan het aluminium frame verbonden.
C. In het schuine dak: (1)
Het voordeel van een collector die geïntegreerd is in het gebouw is dat hij niet alleen warm water levert maar ook er voor zorgt dat men materiaal bespaart.
(2)
Het is belangrijk dat u de juiste collector kiest. Het is daarbij wel van belang dat u in samenspraak met u installateur en leverancier een juiste afweging maakt.
21
De aansluiting van de aan- en afvoer: (1)
Weergave van de ingang / uitgang: G3 / 4'':
(2)
Sluit de aan- en afvoer G3 / 4'' aan.
(3)
Wanneer de vier ingangen / uitgangen niet volledig in gebruik zijn, dan dienen de linker te zijn verzegeld door G3 / 4'' mannelijke uiteinde.
Verpakking en vertaling De collector is verpakt in een kartonnen doos. Men dient voorzichtig om te gaan met de verpakking. Besteed ook aandacht aan het opslaan en het stapelen. Merk de kant met de glazen afdekplaat deze moet aan de bovenzijde zitten.
Bliksem De collectoren dienen te worden aangesloten op de bliksemafleiders van de gebouw.
Onderhoud (1)
Voor het gesloten circulatiecircuit;
De druk van het gesloten circuit dient regelmatig gecontroleerd (gewoonlijk zes maanden) te worden, wanneer de druk lager is dan de gewenste druk betekent dat dat de vloeistof moet worden bijgevuld.
22
(2)
De collector niet worden gebruikt voor een lange tijd:
Het is beter om de collector(ren) af te dekken bij langdurig niet gebruik. Door de interne temperatuur kan het systeem beschadigen.
23
Bijlage 1 Vertaling figuren
Hot water outlet Cut-off Valve T/P valve T1Sensor T2Sensor T3Sensor Aux electric heater Water tank Coil Drain valve Cold water inlet One way valve Expansion Vessel Controller Flat plate solar collector Exhaust valve Pump Mixing valve City water Hot water supply point Magnesium stick Circulation inlet Inlet joint Sensor inlet Sensor Circulation outlet Outlet joint Electric box Treading hole Set up the supporting part
Warm water uitlaat. Veligheids ventiel T/P ventiel Temperatuur sensor 1 Temperatuur sensor 2 Temperatuur sensor 3 Aux electrisch element Watertank Ring Aflaat ventiel Koud water inlaat Terugslagklep Expansievat Regelaar Vlakke plaat collector Ontluchting ventiel. Pomp Meng ventiel Leiding water Warm water toevoer Magnesium Stick Circulatie inlaat Inlaat punt Inlaat sensor Sensor Circulatie uitlaat Uitlaat punt Elektrische kast .. ..
24