Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________
G AVEN VAN DE GEEST
WERKBOEK VOOR DE HUISKRING SAMENSTELLING
GERRIT PASTERKAMP
2008 _________________________________________________________________ Gerrit Pasterkamp Urk 2008
1
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________
INHOUD 1. De geestelijke gaven 2. Welke geestelijke gaven zijn er? 3. Wat zijn mijn gaven? 4. Wijsheid 5. Kennis 6. Geloof 7. Genezing 8. Krachten en wonderen 9. Profetie 10. Onderscheiden van geesten 11. Tongen 12. Vertolking van tongen 13. Helpen 14. Besturen
_________________________________________________________________ Gerrit Pasterkamp Urk 2008
2
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________
1. DE GEESTELIJKE GAVEN
Aantekeningen
1.1 Wat is een geestelijke gave? Het Nieuwe testament leert ons dat iedere Christen tenminste één geestelijke gave heeft ontvangen. Niet alle mensen hebben een geestelijke gave, de ongelovige ontvangt ze niet. Nu kunnen we er van uitgaan dat er christenen zijn die hun gaven wel gebruiken, maar zich er niet van bewust zijn dát ze hun geestelijke gaven gebruiken. Ze hebben hun geestelijke gaven nog niet ontdekt, wat voor hun geestelijke groei een belemmering kan zijn. Blijkbaar is dit onderwerp niet genoeg onder de aandacht gekomen. De Bijbel gaat er gewoon van uit, dat ieder gemeentelid gaven heeft. We lezen in 1 Petrus 4:10: Dient elkander, een ieder naar de genadegave (een bijzonder geestelijk talent, en goddelijk geschenk door genade) die hij ontvangen heeft over de velerlei (alles wat onverdiend aan gaven en krachten aan christenen gegeven is) genade Gods. Hier staat zondermeer dat iedere gelovige een gave heeft ontvangen. Tegelijkertijd staat hier het gebod dat die gave tot welzijn van anderen gebruikt moet worden. We mogen er op vertrouwen dat God ons niet zou gebieden om iets te gebruiken wat we niet bezitten. Maar hoe ontvangen we het? Het Griekse woord voor “genadegave” in dit vers is: Charisma, vertaald door mijn Grieks woordenboek met: “een goddelijke gift, een geestelijke begiftiging, een gratis geschenk” dat is dus niet iets wat wij kunnen verdienen; in feite is het gebod niet dat we het niet moeten proberen te verdienen, maar dat we het moeten gebruiken in het Lichaam van Christus, de gemeente. 1.2 Een werkdefinitie. Wat wordt er bedoeld als we het over “geestelijke gaven” of “charisma’s” hebben? De ervaring heeft mij geleerd dat de volgende definitie in de meest uiteenlopende kringen van christenen instemming vindt: Een geestelijke gave is een bijzondere bekwaamheid, die de Heilige Geest aan iedere christen – naar Gods genade geeft, en die tot opbouw van het Lichaam van Christus gebruikt moet worden. In deze definitie is elk onderdeel belangrijk:
_________________________________________________________________ Gerrit Pasterkamp Urk 2008
3
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________ 1.2 Een bijzondere bekwaamheid.
Aantekeningen
Christenen hebben niet allemaal dezelfde gaven. Zoals een menselijk lichaam vele leden en organen heeft, zo is ook het Lichaam van Christus, de gemeente, samengesteld uit christenen die allemaal verschillende functies hebben. Welke functies dat zijn, wordt in wezen door hun geestelijke gaven bepaald. 1.4 Werkingen van de Heilige Geest. Charisma’s, geestelijke gaven, zijn werkingen van de Heilige Geest. 1 Kor. 12 : 8 – 11. Daaruit blijkt dat alleen christenen geestelijke gaven bezitten. Elk mens heeft weliswaar bepaalde natuurlijke begaafdheden, maar dat zijn nog geen geestesgaven. Als iemand christen wordt, kan een natuurlijke begaafdheid door de Heilige Geest omgezet worden in een geestesgave. Bijvoorbeeld een begaafde lerares merkte dat God haar natuurlijke begaafdheid anderen iets te leren, omzette in een charisma, zodat die nu ook de gemeente van Jezus Christus ten goede komt. Ik ken ook christenen aan wie de Heilige Geest nieuwe gaven gaf die met hun natuurlijke begaafdheden niets te maken hadden. 1.5 Iedere christen. Iedere christen heeft tenminste één geestelijke gave. Lees 1 Kor. 12: 7 – 11. 1 Petr. 4: 10. Als je christen bent en niet weet wat je gaven zijn, dan betekent dat niet dat God je niets gegeven heeft, maar dat je ze nog niet ontdekt hebt! 1.6 Naar Gods genade. God geeft geen geestelijk gaven als beloning voor standvastigheid of geloof. Hij geeft je Zijn gaven alleen uit genade. Lees Rom.12:6 Geestelijke gaven moeten niet met de “vrucht van de Geest” worden verwisseld, zie de studie: “Liefde is een werkwoord.” Geestelijke gaven zijn dus geen beloning voor bijzondere trouw in het geloof, maar worden door God zo toebedeeld als het Hem goeddunkt. 1.7. Tot opbouw van het Lichaam van Christus. Alle belangrijke uitspraken die in het Nieuwe Testament over geestelijke gaven gaan: Lees: Rom. 12; 1 Kor. 12; Efeze 4, komen voor in verband met het Lichaam van Christus en de opbouw daarvan. Geestelijke gaven zijn dus niet allen gaven voor persoonlijke geloofsopbouw, ze moeten anderen tot zegen zijn. Wie zich dus aan de christelijke gemeenschap onttrekt, kan zijn gaven niet zo gebruiken als God het heeft bedoeld. _________________________________________________________________ Gerrit Pasterkamp Urk 2008
4
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________ Ze moeten in dienst gesteld worden tot opbouw van de gemeente. Als goede rentmeesters zijn we verantwoordelijk voor de gaven die de Heer ons wil geven, we moeten ze gebruiken zoals de Heer bedoeld heeft. Daarom moeten wij ons nu voorbereiden op de vraag die de heer eenmaal stellen zal: “Wat heb jij met de gaven gedaan die Ik je toevertrouwd heb?” •
Lees ter voorbereiding de Bijbelgedeelten die genoemd worden in dit hoofdstuk.
•
Doe de gaventest die te vinden is op internet. www. Impulsonline.nl
Aantekeningen
Als je de test hebt gedaan en de vragen eerlijk hebt beantwoord, dan komt in de uitslag een gave die je naar alle waarschijnlijkheid zult hebben. Meestal zal het je bekend voorkomen, maar het kan ook verrassend zijn. Voor dat je aan de kring je gave bekendmaakt, vraag dan eerst aan de kringleden welke gave of zij denken dat jij hebt. Je zult zien dat ze je beter kennen dan jij vermoed. Meer over de gave(en) die je hebt, komt in de loop van de studie als deze gave behandeld wordt.
_________________________________________________________________ Gerrit Pasterkamp Urk 2008
5
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________
2. WELKE GEESTELIJKE GAVEN ZIJN ER?
Aantekeningen
2.1 Waar zijn ze te vinden? Wie de drie belangrijkste gavenlijsten in het Nieuwe Testament bekijkt: Romeinen 12; 1 Korinte 12 ; Efeze 4, die merkt dat elke lijst anders is. De in het Nieuwe Testament genoemde gavenlijsten laten zien hoe God in bepaalde situaties gemeenten met die gaven toegerust heeft, die ze nodig hadden om hun specifieke opdracht te vervullen. 2.2 Zijn er ook nieuwe gaven? Ik geloof persoonlijk dat we voor de mogelijkheid open moeten staan dat God ons vandaag gaven kan geven die in de Bijbel helemaal niet als geestesgaven vermeld worden. Het Nieuwe Testament spreekt bijvoorbeeld nergens over de geestelijke gave van het gebed. Toch zijn er zonder twijfel christenen aan wie God op een bijzondere manier de gave van het gebed heeft gegeven. Als iemand dag in dag uit bidt, daar vreugde aan beleeft, en op een buitengewone manier gebedsverhoring meemaakt, dan ligt het vermoeden voor de hand dat God hem of haar op dit gebied een bijzondere gave heeft gegeven. Of: Het Nieuwe Testament spreekt nergens over de geestelijke gave van de muziek, of van lofprijs en aanbidding. Maar iemand die tot eer van God muziek maakt, en mensen in de lofprijs gedreven door de Geest, tot God kan leiden, heeft naar mijn mening op dit gebied een geestelijke gave. 2.3 De gaven uit 1 korintiërs 12 “Maar aan een ieder wordt de openbaring (dat wil zeggen, het bewijs, de geestelijke verlichting) van de Geest gegeven tot welzijn van allen. Want aan de een wordt door de Geest (de kracht) gegeven om met wijsheid te spreken, en aan een ander (de kracht) met kennis te spreken krachtens dezelfde Geest; aan de een (wonderen bewerkend) geloof door dezelfde Geest en aan de ander (de buitengewone) gaven (krachten) van genezing door die ene Geest; aan de een werking van krachten, aan de ander profetie (profetisch inzicht of de gave van het interpreteren van de Goddelijke wil en bedoelingen) ; aan de een (de bekwaamheid voor) het onderscheiden van ( goede en kwade) geesten, en aan de ander allerlei (onbekende) tongen, en aan weer een ander ( de bekwaamheid tot) vertolking van ( zulke) tongen”. Aanvullingen GP.
Er worden hier negen geestesgaven genoemd: _________________________________________________________________ Gerrit Pasterkamp Urk 2008
6
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________ Aantekeningen 1. Het spreken met wijsheid, een openbaring van wijsheid boven gewone menselijke wijsheid, die iemand in staat stelt te weten wat hij moet zeggen of doen. 2. Het spreken met kennis, een openbaring van informatie voor een persoon, groep of situatie die niet op een gewone manier verkregen is. 3. Geloof, het soort geloof dat wonderen bewerkstelligt, bergen verzet en hoopvol wacht op resultaten. 4. De gaven van genezingen, de vele verschillende manieren en vormen waarop God genezingen doet plaatsvinden. 5. De werking van krachten, het vertoon van kracht en macht van God die boven de natuurwetten uitstijgt. 6. Profetie, een gave die in staat stelt een boodschap van God voor zijn volk rechtstreeks van de Heilige Geest te ontvangen en door te geven. 7. De onderscheiding van geesten, de gave van iemand om te ontdekken welk soort geest, goed of kwaad, er in een bepaalde situatie aan het werk is. 8. Allerlei tongen, de talen die aan een gelovige gegeven worden door de Heilige Geest, maar niet geleerd zijn of begrepen worden door degene die ze uitspreekt. 9. De vertolking van tongen, de bovennatuurlijke gave om duidelijk te maken wat er in tongen is gesproken. Deze gaven worden wel kracht of manifestatiegaven genoemd, omdat Paulus in het Grieks het woord phaneroris gebruikte, wat “een tentoonstelling, uiting of manifestatie” betekent. Met andere woorden, Paulus zag deze gaven als bovennatuurlijke manifestaties van de Heilige Geest, aan het werk door een gelovige. 2.4 De gaven uit Efeziërs 4 Hier betekent het woord voor gave in vers 8 – “opgevaren naar de hoge…, gaven ( doma ) gaf Hij aan de mensen…” letterlijk: “een cadeau.” Als we naar de context van deze tekst kijken zien we dat Jezus, nadat Hij was opgevaren naar de Vader, gaven van mensen gaf die geroepen en begiftigd waren om het Lichaam van Christus te leiden en te onderrichten. Wat die gaven precies zijn, lezen we in vers 11: (Statenvertaling; aanvulling GP)
“En Dezelfde heeft gegeven (Hij stelde aan en gaf ons mensen) sommigen tot apostelen (speciale boodschappers) en sommigen tot profeten, ( geïnspireerde predikers en uitleggers) en sommigen tot evangelisten (predikers van het evangelie, zendelingen) en sommigen tot herders (van Zijn kudde ) en leraars.” Let op het woord: “sommigen” , dat gebruikt wordt in de zin van _________________________________________________________________ Gerrit Pasterkamp Urk 2008
7
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________ mensen – mannen en vrouwen. Daarom kunnen beiden domas Aantekeningen krijgen en een ambt of bediening hebben in het Lichaam van Christus. Er staan vijf geestesgaven in dit gedeelte: 1. De apostel, iemand die kerken sticht en versterkt. 2. De profeet, iemand die het Woord van God doorgeeft 3. De evangelist, iemand die is geroepen om het evangelie te prediken. 4. De herder, iemand die de gelovigen voedt en hoedt. 5. De leraar, iemand die de gelovigen onderwijst in het Woord van God. Let wel, dat dit geen titels zijn maar bedieningen. Iemand wordt geen profeet doordat hij die naam krijgt. Hij wordt een profeet als hij de door God gegeven gave om te functioneren als een profeet, door gehoor te geven aan Gods roeping, met een gewillig hart ontwikkelt. Het doel van deze bedieningsgaven is duidelijk. In de NBG staat het zo: Efeziërs 4: 11 – 13. “Hij heeft zowel apostelen als profeten gegeven, zowel evangelisten als herders en leraren, om de heiligen toe te rusten tot dienstbetoon, tot opbouw van het lichaam van Christus, totdat wij allen de eenheid des geloofs en der volle kennis van de Zoon Gods bereikt hebben.” Efeziërs 4 verschilt in zoverre van 1 Korintiërs 12 en Romeinen 12, dat er gesproken wordt van bedieningen in plaats van gaven. Als hier van apostelen, profeten, evangelisten, herders, leraars sprake is, dan zijn hier mee personen bedoeld die deze bediening in de gemeente bekleed hebben. Deze vijf bedieningsgaven kunnen net zo goed “toerustingsgaven” genoemd worden, die de heiligen (gelovigen) in staat stellen om het werk van de bediening te doen, zodat het Lichaam van Christus op aarde ( de kerk) kan functioneren als Zijn ware vertegenwoordiger. 2.6 De gaven uit Romeinen 12 We komen nu bij de derde lijst gaven die in het Nieuwe Testament staat, in het boek Romeinen: “Wij hebben nu gaven (vermogens, talenten, kwaliteiten) onderscheiden naar de genade die ons gegeven is (laten we die gebruiken): (laat hij die de gave heeft van) profetie, (profeteren) naar gelang van ( de mate van zijn) geloof; wie (de gave heeft van dienen,) dient, in het dienen; wie onderwijst, in het _________________________________________________________________ Gerrit Pasterkamp Urk 2008
8
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________ onderwijzen; wie vermaant (hij die vermaant of bemoedigt), in het vermanen; wie meedeelt, in eenvoud; wie (hulp biedt en ) leiding geeft in ijver; wie barmhartigheid bewijst, in blijmoedigheid.” Romeinen 12 ; 6 – 8.
Aantekeningen
Het Griekse woord hier is: charisma hetzelfde woord als in Petrus 4 : 10 gebruikt wordt. Wij geloven dat dit de categorie gaven is die Petrus bedoelde toen hij zei, dat we die moeten gebruiken om elkaar te dienen. In dit gedeelte uit Romeinen wordt er immers op aangedrongen dat we ze moeten gebruiken. Dit vers is als een herhaling of echo van het gedeelte van Petrus. Let op: omdat God ons met een vrije wil geschapen heeft kunnen we er voor kiezen om onze gaven op een goede manier te gebruiken, of we kunnen er voor kiezen om ze te negeren of zelfs te misbruiken. Om te kunnen kiezen om deze gaven te gebruiken naar de wil van God, is het belangrijk dat we iets begrijpen van wat ze zijn en hoe ze functioneren. We zullen de zeven gaven uit Romeinen in het kort even benoemen : 1. Profetie, iemand die de wil van God duidelijk waarneemt. Deze belangrijke gave wordt ook in de andere twee groepen gaven en bedieningen genoemd. 2. Dienaar, iemand die er van houdt om anderen te dienen. Een ander geschikt woord is “doener”. 3. Leraar, dezelfde gave als in de bedieningsgaven. 4. Bemoediger, iemand die de gave heeft om te vermanen en te bemoedigen en te troosten 5. Gever, iemand die de gave heeft om anderen blijmoedig te laten delen in bezit, geld en goederen 6. Bestuurder, iemand die de gave heeft om te organiseren, leiden of besturen. Andere benamingen zouden “organisator” en “leider” kunnen zijn. 7. Barmhartige, iemand die medeleven toont, liefde en zorg voor degenen in nood. Voor de volledigheid: er is nog een lijst met gaven in de Bijbel. Het is geen nieuwe lijst, maar eerder een samenstelling van de drie lijsten die we al genoemd hebben. Hij staat in 1 Korintiërs 12: 28 – 30: “En God heeft sommigen aangesteld in de gemeente, ten eerste apostelen, ten tweede profeten, ten derde leraren, verder krachten, daarna gaven van genezing, (bekwaamheid) om te helpen, om te besturen, en verscheidenheid van tongen. Zijn zij soms allen apostelen? Allen profeten? Allen leraren? Allen krachten?”
_________________________________________________________________ Gerrit Pasterkamp Urk 2008
9
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________ Hier gebruikt Paulus gaven uit elk van de drie groepen als voorbeeld:
1 Korintiërs 12:28 Krachten Genezing Verscheidenheid van tongen
Efeziërs 4 Apostelen Profeten Leraren
Aantekeningen
Romeinen 12 Helpen (dienen) Besturen
Dit gedeelte wordt onmiddellijk gevolgd door het hoofdstuk over de liefde in 1 Korintiërs 13. Paulus noemt hier een belangrijk punt, namelijk, dat of je wel of niet handelt overeenkomstig je gaven, als je het niet doet in liefde - Gods Agape liefde - dat je gaven dan waardeloos zijn. Dat zal ook duidelijk geworden zijn door het werkboek “Liefde is een werkwoord”. Als we aan de slag gaan om onze gaven gaan ontdekken, te ontwikkelen en te gebruiken in het Lichaam van Christus, moeten we deze waarschuwing voor ogen houden.
•
Is het mogelijk dat iemand zonder “liefde” toch “gaven” bezit en deze gebruikt?
•
Zoek op in de Bijbel waar dit het geval is.
_________________________________________________________________ 10 Gerrit Pasterkamp Urk 2008
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________
3. WAT ZIJN MIJN GAVEN?
Aantekeningen
3.1 De eerste gave De eerste gave die ons gegeven is na de Pinksterdag is de gave van de Heilige Geest. Hand. 2:5. De Bijbel noemt dit de “doop met de Heilige Geest” Dit is een éénmalige gebeurtenis in een mensenleven, net als de waterdoop. Hand. 2: 38: “En Petrus antwoordde hun: “Bekeert u en een ieder van u late zich dopen op de naam van Jezus Christus, tot vergeving van zonden, en gij zult de gave van de Heilige Geest ontvangen”. Jezus komt, zo zegt de Bijbel het: “in ons hart wonen” uiteraard doordat Gods Geest in ons gaat werken. Deze Heilige Geest ontvangt men op het moment dat men zich bekeert. De Bijbel is hier glashelder in. Het is “je zult ontvangen” wat Petrus hier zegt. Het zál dus gebeuren, het is een zekerheid. Maar het is ook een gebeuren dat je niet altijd voelt of ervaart, maar een zeker weten, in je denken aanvaarden van dit feit. Romeinen 8:16: “Maar de Geest getuigd met onze geest, dat wij kinderen Gods zijn.” Wanneer iemand de Heilige Geest heeft ontvangen heeft hij de gever van die gaven in zich wonen. De Geest kan geven wat Hij wil, en wanneer Hij dat wil. Je ontvangt dus de gave van de Heilige Geest ( Hemzelf) en uit Hem voort komen Zijn gaven. Omdat ze uit Hem voortkomen, noemt Paulus ze in 1 Kor. 12 “uitingen.” De gaven van de Geest zijn dus manieren waarop de Geest zich door een christen heen uit. Van Zich laat horen en zien. 3.2 De uitwerking van de Heilige Geest Wanneer een mens met God’s Geest wordt gedoopt zal dat zijn uitwerking niet missen. De doop met de Geest staat aan het begin van het christenleven. Vaak denken we als gelovige dat de uitwerking alleen bestaat uit het “ontvangen van de gaven van de Geest”. Dat is een vergissing. De Heilige Geest doet namelijk veel meer. Het was niet voor niets dat we in de vorige studie eerst zijn ingegaan op de “vrucht van de Geest”. En pas daarna op de gaven. De vrucht van de Geest is liefde, dan is er blijdschap, vrede, lankmoedigheid, vriendelijkheid, goedheid, trouw, zachtmoedigheid, zelfbeheersing. Galaten 5:22.
_________________________________________________________________ 11 Gerrit Pasterkamp Urk 2008
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________ 3.3 Eerst als Jezus worden, daarna als Jezus doen
Aantekeningen
Die vrucht van de Geest is eigenlijk niets anders dan de beschrijving van het karakter van de Here.Jezus zelf. Je moet eigenlijk eerst de vrucht van de Geest kennen voordat je de gaven van de Geest gaat kennen. Ik denk dat deze bij elkaar horen. Eerst moet je worden als Jezus om te kunnen doen als Jezus. We worden opgeroepen dat Christus in ons gestalte krijgt. We worden naar hetzelfde beeld veranderd van heerlijkheid tot heerlijkheid om hem “gelijkvormig” te worden. Te gaan lijken op Jezus, Hij heeft laten zien hoe je met de gaven van genezing, krachten, wonderen, geloof, moet omgaan. Wij mogen in Zijn naam en kracht Hem daarin volgen. Een manier om te toetsen of iemand “in de Geest” leeft en werkt, is te letten op de vrucht die deze mens voortbrengt. Een voorbeeld: ik ken, en heb gehoord van diverse voorgangers die in tongen spraken, profeteerden en zelfs wonderbaarlijke genezingen leken te verrichten. Maar hun levenswijze? Gemeenten die scheurden, overspel, bedrog en manipulatie. Dit is wat Paulus bedoeld in 1 Kor. 13: Gaven van de Geest zijn zonder liefde ( de vrucht van de Geest) waardeloos. 3.4 Het werk van de Heilige Geest. Voor een goed begrijpen van de “gaven” moeten we weten dat het werk van de Heilige Geest veelomvattend is. We volstaan met een opsomming. •
•
•
•
•
De Heilige Geest geeft de zekerheid dat iemand een kind van God is. Hij is het zegel en onderpand van God's beloften en maakt woning bij de mens. Romeinen 8:14-16, Efeze 1:13-14, Johannes 14:16-17 De Heilige Geest woont in alle gelovigen. Dit is het voorrecht van iedere gelovige, en niet slechts van een bepaalde groep of elite. Romeinen 8:9, 1 Korinthe 12. De Heilige Geest is de "parakleet" wat betekent de "Trooster". Het betekent ook dat hij "de ernaast geroepene" is. Hij troost, steunt en sterkt ons. Johannes 14:16 De Heilige Geest is Degene die de gelovige leidt. Wat voor Israël een belofte was (en is), is nu al werkelijkheid voor de Christen. Hij wil iedereen leiden die zijn zonden belijdt en zich ter beschikking stelt aan Hem.Rom 8:14, Jesaja 30:20-21, Psalm 32:1, 1 Johannes 1:5-7. De Heilige Geest deelt zijn gaven uit en bewerkt de vrucht van de Geest Galaten 5.
_________________________________________________________________ 12 Gerrit Pasterkamp Urk 2008
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________ Aantekeningen •
•
De Heilige Geest woont in de Gemeente, die door Hemzelf tot stand is gebracht op de eerste pinksterdag. Handelingen 2:41-47, Handelingen 4:32-37, Efeze 3:20-21. De Heilige Geest helpt bij het bidden, leert ons te strijden in gebed, en herinnert ons eraan wanneer en voor wie wij moeten bidden. Romeinen 8:26-27, Romeinen 15:30.
3.5 Hoeveel gaven? Kun je meer gaven tegelijk ontvangen? Daar wordt verschillend over gedacht. Ik denk dat als Gods Geest in je komt wonen, dat met de Geest van God niet een deel van God in je komt wonen, maar God geheel en al. God is dus met al zijn gaven en vrucht in je aanwezig. Er is dus de mogelijkheid om te groeien in het ontvangen van steeds meer van God. Maar er wordt wel iets van ons gevraagd om het te ontvangen! We lezen in 1 kor. 12:31 en 1 kor.14:1: “Streeft dan naar de hoogste gaven” “Jaag de liefde na en streeft naar de gaven des Geestes, doch vooral naar het profeteren.” Streef! Dat is gebiedende wijs en verwacht actie van ons. 1 Kor.14:1; we moeten ons uitstrekken naar de gave die we op een bepaald moment nodig hebben, maar niet latent bezitten. Want in principe heeft een christen toegang tot alle gaven. Alleen God bepaald wanneer een bepaalde gave ( uiting) in je leven actief wordt. Dat heeft alles te maken met de plek die je op een bepaald moment in Zijn koninkrijk inneemt. Het gaat Hem er namelijk om dat je door gebruikmaking van een bepaalde gave de ander zo goed mogelijk kunt dienen. Bijvoorbeeld een zendeling met de gaven van evangelist en leraar zal streven naar de gaven van kennis, wijsheid, genezing en krachten, om maar eens een paar te noemen die nodig zijn op het zendingsveld. Tot opbouw van het Lichaam van Christus zullen deze gaven op het moment dat ze nodig zijn aan hem gegeven worden. Iedere zendeling kan daar voorbeelden van geven. De Heilige Geest kan aangewakkerd/ aangevuurd worden , Paulus noemt dat in 2 Tim. 1 : 6: “Om die reden herinner ik u er aan, de gave Gods aan te wakkeren, die door mijn handoplegging in u is.”
_________________________________________________________________ 13 Gerrit Pasterkamp Urk 2008
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________ 3.6 Gaven en talenten
Aantekeningen
In ons taalgebruik worden de begrippen “gaven” en “talenten” vaak door elkaar heen gebruikt; ook door christenen. Wanneer iemand een heel groot talent heeft als kunstenaar, noemen we zo iemand ook wel begaafd. “het is echt een gave om zo te kunnen schilderen” zeggen we dan. Maar zo iemand heeft tegelijkertijd ook “veel talent”. Binnen de kerk is die spraakverwarring er ook. “Het is belangrijk om je gaven te ontdekken” hoor je vaak. Maar dan wordt meestal bedoeld dat je moet zien te ontdekken welke talenten je hebt en voor God kunt inzetten. Het ontdekken van je gaven is wezenlijk iets anders. Dat is geen natuurlijke, maar een bovennatuurlijke aangelegenheid. Er is ook onder christenen dus vooral kennis over de “talenten van de Geest” en veel minder over de “gaven van de Geest” Toch hebben die twee elkaar juist hard nodig. Want God wil ze samen gebruiken om Zijn gemeente op te bouwen. 3.7 Sta open om te ontvangen Sta daarom open voor de Geest van God en ga vooral soepel om met alle begrippen waar we het over gehad hebben. Het is niet de bedoeling om het leven met God door allerlei termen ingewikkeld te maken. Veel dingen in Gods koninkrijk ontstaan spontaan, zonder dat er naar etiketten gekeken wordt. Begripsbepaling kan je wel helpen om het werk van God in je leven te herkennen en te benoemen. En dat maakt je alleen maar verwonderd over Hem! Gebed: Here Jezus, maak me zoals U. En laat me dan ook mogen doen, wat U wilt dat ik doe. U was genezer, leraar, apostel, profeet, herder, dienaar, U was het allemaal. Laat me mogen worden als U, laten we mogen doen als U Here. Door de kracht van Uw Geest. Amen. In de volgende hoofdstukken gaan we geestesgaven behandelen zoals we die vinden in 1 Korintiërs 12, de zogenaamde kracht of manifestategaven.
_________________________________________________________________ 14 Gerrit Pasterkamp Urk 2008
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________
4. DE GAVE VAN WIJSHEID
Aantekeningen
3.1 Omschrijving. De gave van wijsheid is een bijzondere bekwaamheid die God aan sommige leden van het Lichaam van Christus geeft, waardoor ze in staat zijn door de Geest, aan anderen door te geven hoe bepaalde kennis het best kan worden toegepast in bepaalde situaties die zich voordoen in het Lichaam van Christus. 3.2 Bijbelplaatsen. 1 Koningen 3: 5 – 28 1 Korintiërs 12 : 7 – 8 Jakobus 3 : 13 – 18
3.3 Het kenmerk van deze gave. Mensen die God niet kennen, kunnen ook een natuurlijke wijsheid bezitten die op een natuurlijke en menselijke wijze wordt ingezet. Maar bovennatuurlijke wijsheid en kennis liggen op een niveau dat oneindig hoger is dan dat van hun natuurlijke tegenhangers. Wie de gave van deze wijsheid heeft, kan vlug tot de kern van een probleem doordringen. Hij of zij denkt praktisch en wordt vaak gevraag om te helpen problemen op te lossen. Hij of zij hebben er geen moeite mee om beslissingen te nemen omdat ze met betrekkelijk grote zekerheid de consequenties kunnen overzien. Een voorbeeld is Salomo, die zijn veelgeroemde wijsheid van de Heer ontvangen had. Dit was wijsheid tot opbouw van het volk Israël en zelfs tot opbouw van het Lichaam van Christus aangezien veel van zijn wijsheden in de Bijbel zijn opgenomen. Het eerste kenmerk van een gave is altijd, dat deze gebruikt worden tot opbouw van de gemeente. 3.4 Hoe kan ik streven naar deze gave? Jakobus, de broer van Jezus, geeft in zijn brief een aantal aanwijzingen. Jakobus 3: 13 – 18. Hij begint te vragen: “wie is wijs en verstandig onder U?” Dan geeft hij aan dat die wijsheid te zien moet zijn, in een goede levenswandel en wijze zachtmoedigheid. Want er is een wijsheid die van boven komt, de wijsheid als gave van God de Geest, en een wijsheid die van beneden komt, die aards is , ongeestelijk, zelfs duivels. Die “wijsheid”zorgt voor ruzie, wanorde en allerlei kwade praktijken. Jakobus laat in vers 17 zien wat de kenmerken zijn van de wijsheid van boven, de wijsheid als gave van God. _________________________________________________________________ 15 Gerrit Pasterkamp Urk 2008
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________ Hij maakt dat duidelijk door middel van acht begrippen, heel zorgvuldig uitgekozen en neergeschreven. In het Grieks beginnen de eerste en laatste drie woorden met een a, de vier woorden er tussen in met een e. Wijsheid van boven is: • Rein, zuiver zonder bijbedoelingen. • Vreedzaam, • Vriendelijk, • Gezeglijk • Ontferming • Goede vruchten • Onpartijdig • Ongeveinsd.
Aantekeningen
Deze gave laat ons lijken op Jezus, dit beeld komt ook naar voren in de vrucht van de Geest en in de andere genadegaven. Zoals de wijsheid van beneden leidt tot wanorde en chaos en aan elkaar hangt van kwesties en problemen, zo leidt de wijsheid van boven tot vrede en vredestichten in het Lichaam van Christus. In vers 18 geeft Jakobus een soort samenvatting van wat hij heeft gezegd. Hij doet dat in de vorm van een wijsheids spreuk die in de NBV duidelijker is dan in de NBG. Waar in vrede wordt gezaaid, brengt gerechtigheid haar vruchten voort voor hen die vrede stichten. We lezen hier, dat de uitwerking van de gave van wijsheid waar ze toegepast wordt in bijvoorbeeld een conflict, als resultaat heeft: gerechtigheid en vrede tot opbouw van het Lichaam van Christus. 3.5 Hoe kan ik hier naar deze gave streven? Door er God om te vragen: Jakobus 1 : 5: Komt een van u wijsheid tekort? Vraag God er om en Hij, die aan iedereen geeft zonder voorbehoud en zonder verwijt, zal u wijsheid geven.
_________________________________________________________________ 16 Gerrit Pasterkamp Urk 2008
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________
5. DE GAVE VAN KENNIS
Aantekeningen
5.1 Omschrijving De gave van kennis is als het ware de tweelinggave van wijsheid. Kennis heeft te maken met het ontdekken van de waarheid terwijl wijsheid met de praktische toepassing van deze waarheid te maken heeft. De gave van kennis is een bijzondere bekwaamheid, die God aan sommige leden van het Lichaam van Christus geeft. Waardoor de Heilige Geest ze laat delen in Zijn kennen en weten van de verborgen onzichtbare dingen. Op hetzelfde ogenblik waarop dat nodig is voor het welzijn en groei van de gemeente 5.2 Bijbelplaatsen Rom. 15:14 1 Kor. 12 : 8 1 Kor. 13: 2, 8-10
1 Kor. 8:1,2 2 Kor. 12:7 Ef. 3: 14 – 19
5.3 Het kenmerk van deze gave “Want in elk opzicht zijt gij rijk geworden in Hem:in alle woord en alle kennis” 1 Kor.1:5 Wellicht doelt Paulus hier op de gave van het woord en kennis. Een woord van wijsheid verschaft de gemeente inzicht voor het praktische handelen, een woord van kennis moet de beginselen, de leerstellingen verhelderen die de basis van dat handelen vormen. Door deze gave wordt de gemeente bepaald bij de Bijbelse waarheid of bij bepaalde feiten die in verband met een praktische kwestie bekeken moeten worden. Het woord van kennis lijkt dus net als het woord van wijsheid een openbaringskarakter te bezitten: kennis van feiten omtrent omtrent verleden en heden van personen en zaken en inzicht in schriftuurlijke beginselen van waaruit die feiten bekeken moeten worden. Rom. 15:14. Ook bijvoorbeeld bij een genezingsbediening: een “woord van kennis” voor de diagnose van de ziekte. Ook kan een “woord van kennis” van belang zijn om de oorzaak van de ziekte op te sporen. Zo kon Jezus tegen de verlamde in Bethesda zeggen: “Zie, u bent gezond geworden; zondig niet meer, opdat u niet iets ergers overkomt” We vinden een woord van kennis bij: •
Petrus, toen hij op de berg der verheerlijking op bovennatuurlijke wijze “wist” dat Jezus metgezellen Mozes en Elia waren. Joh. 5:14
_________________________________________________________________ 17 Gerrit Pasterkamp Urk 2008
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________ •
Petrus wist ook door een woord van kennis de Ananias en Aantekeningen Safira over de opbrengst van het stuk land gelogen hadden. Hand. 5:1 – 11
•
In Hand. 9: 10 – 16 ontving die andere Ananias een woord van kennis over Saulus van Tarsus, over zijn verblijfplaats en toestand.
•
In Hand. 14 :9 “zag” Paulus dat de verlamde man geloof had om gezond te worden.
•
Opmerkelijk is ook deze uitspraak over Jezus: Terstond onderkende Jezus in zijn geest dat zij zo bij zichzelf overlegden…” Mark. 2:8
•
Zou er ook misbruik van deze gave kunnen voorkomen in een gemeente?
•
Hoe zou je dat kunnen onderscheiden?
_________________________________________________________________ 18 Gerrit Pasterkamp Urk 2008
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________
6.
DE GAVE VAN GELOOF.
Aantekeningen
6.1 Omschrijving De gave van geloof is een bijzondere bekwaamheid, die God aan sommige leden van het Lichaam van Christus geeft, die hen in staat stelt om met buitengewoon veel vertrouwen de wil van God te doen. Ze hebben in de diepste zin van het woord het geloof “dat bergen verzet”. Ze schrikken zelfs voor grote risico’s en onzekerheden niet terug als ze er van overtuigt zijn dat een bepaalde zaak Gods wil is. 6.2 Bijbelplaatsen Mat. 8 : 5 – 13 Mat. 17: 20 b Mat. 21; 18 – 22
Rom. 4: 18 - 21 1 Kor. 12:9 Jak. 1: 5 – 8
6.3 Het kenmerk van deze gave Vrijwel iedereen die over deze gave schrijft, noemt de gave van geloof een gave van “bijzonder geloof” . dat komt omdat we onderscheid moeten maken tussen enerzijds de gave van geloof en anderzijds het verlossende geloof op grond waarvan wij christen worden, zonder welk geloof het “onmogelijk is Hem welgevallig te zijn” Hebr, 11:6. Gewoonlijk hebben deze christenen buitengewoon veel moed, omdat ze zich zeer nauw met God verbonden voelen. “Als God voor ons is, wie zal dan tegen ons zijn?” Rom 8:31. Alle geloof is van nature gelijk, maar bij de gave van geloof gaat het om een bijzondere mate van geloof en een bijzondere toepassing daarvan. 6.4 Een voorbeeld van deze gave Een voorbeeld van deze gave van geloof is de genezing van de verlamde man bij de Schone poort. Hand. 3 Petrus bezat deze gave van geloof en kon in de naam van Jezus tegen deze verlamde man zeggen: “sta op en wandel”. Misschien was dit wel wat Jezus bedoelde toen Hij tegen zijn discipelen zij: “Heb geloof in God” Marc. 11:22. In de Griekse grondtekst staat er letterlijk: “Heb het geloof van God” In het daaropvolgende vers zegt Jezus dat men met dit geloof dat God geeft, tegen een berg kan zeggen “ werp u in zee” en dat het dan ook gebeuren zal. “Berg “kan hier staan voor elk schijnbaar onneembaar obstakel dat een christen of de gemeente in de uitoefening van haar opdracht op haar weg vindt. _________________________________________________________________ 19 Gerrit Pasterkamp Urk 2008
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________ Mensen met de gave van geloof zijn vaak “zieners”, die aan het beging van nieuwe ontwikkelingen staan.
Aantekeningen
6.4 Het ontvangen van deze gave • • • •
Na de bekering, na de doop in de Geest We moeten er om bidden, evenals wij de Heer moeten bidden om de andere gaven Het is de Heilige Geest die ons geeft naar Zijn wil Als wij die gave ontvangen hebben, dan wil de Heer dat wij deze gave gaan gebruiken tot opbouw van het Lichaam van Christus. Zo ook de andere gaven
_________________________________________________________________ 20 Gerrit Pasterkamp Urk 2008
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________
7. DE GAVEN VAN GENEZINGEN
Aantekeningen
7.1 Omschrijving De gaven van genezingen is een bijzondere bekwaamheid, die God aan sommige leden van het Lichaam van Christus geeft, om ze in staat te stellen om door de naam en kracht van Jezus, zonder gebruik van natuurlijke middelen, ziekte geneest en gezondheid teruggeeft. 7.2 Bijbelplaatsen Marc. 2: 1 – 12 Marc. 8: 22 – 26 Marc. 16: 17,18 Joh. 9: 1 – 12 Joh. 14: 12 – 14
Hand. 3: 1 - 8 Hand. 14: 8 - 15 Hand. 28: 8,9 1 Kor. 12:9, 28 - 30 Jak. 5: 14 – 16
7.3 Het kenmerk van deze gaven De Bijbel spoort alle christenen aan om voor zieken te bidden Mark 16:8. Zoals we ook lezen in Jakobus 5: waar naast het bidden ook het zalven met olie wordt genoemd. Maar God heeft enkelen de bijzondere gaven van genezingen geschonken. In het Grieks staan er twee meervouden: “gaven van genezingen” waaruit je zou kunnen opmaken dat er ofwel vele gaven van genezing voor verschillende ziekten zijn, ofwel dat elke uitoefening van genezende kracht een gave op zich is. Nergens in het Nieuwe Testament lezen we dat iemand “de” gave van genezing heeft. De meeste evangelisten en voorgangers die een geweldige genezingsbediening hadden of hebben, hebben de gedachte als zouden zij beschikken over een gave van genezing, van de hand gewezen. Niemand heeft ooit een bediening gehad om elke ziekte te genezen. Jezus genas soms allen die bij Hem kwamen, maar op andere momenten werd Hij in zijn werk tegengehouden door dat de mensen te weinig geloof hadden. Matt. 13: 58. Weer op andere momenten een enkeling, maar de rest niet. Johannes 5: 1 – 9. 7.4 Deze gave is aan de gemeente gegeven Zeker is wel, dat God het mogelijk heeft gemaakt dat lichamelijke genezing een van de bedieningen van het Lichaam van Christus is en dat er in combinatie met geloof gaven van genezingen aan de dag treden. Genezen is zo verweven met het optreden van Jezus en de apostelen, dat een gemeente zonder gaven van “heelmaking” veraf staat van het Bijbelse patroon. Naast de gaven van genezingen moeten de oudsten bereid zijn _________________________________________________________________ 21 Gerrit Pasterkamp Urk 2008
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________ om zieken met olie te zalven, wanneer zij daarom vragen, en voor hem een gelovig gebed te bidden, God heeft beloofd dat Hij de zieke dan gezond zal maken en zijn zonden zal vergeven. Jak. 5: 14. In het zendingsbevel, zoals opgetekend door Marcus. Marc. 16:15 staat ook de belofte van Jezus dat waar de gelovigen getuigen van het verlossende evangelie, tekenen hen zullen volgen. Als een van die tekenen noemt hij het genezen van zieken na handoplegging. Al de tijd die er nodig is om het evangelie aan de hele schepping te verkondigen, zullen tekenen de gelovigen volgen, waaronder de wonderbaarlijke genezing van zieken.
Aantekeningen
De tekst spreekt over “gelovigen” . Daaruit mogen we opmaken dat de tekenen niet alleen door de apostelen moesten worden verricht, maar door allen die geloof hadden. In het zendingsbevel wordt uitdrukkelijk gesproken over “handoplegging”. Dat is de zichtbare uiting van het geloof en de liefde van degene die voor de zieke bidt. Daardoor wordt het voor iedereen zichtbaar dat God de getrouwe gelovige wil gebruiken als een kanaal van Zijn kracht. 7.5 Het zalven met olie Ook het zalven met olie volgens Jakobus 5 gaat gepaard met het opleggen van handen. De olie symboliseert het werk van de Heilige Geest. Nadat Jezus de twaalf discipelen had uitgezonden om het Koninkrijk aan te kondigen, “zalfden zij vele zieken met olie” zegt Marcus, “en zij genazen hen” Marcus 6:13. De gelovige is het instrument van Gods kracht, maar de genezing zelf is het werk van de Geest. 7.6 Ziekte en geloof Bij sommige gelegenheden wordt de zieke genezen door het geloof van degene die voor hem bidt, op andere momenten is het juist het geloof van de zieke zelf belangrijk of zelfs essentieel. “Paulus keek hem scherp aan en zag dat hij geloof had om genezing te vinden, en hij zei met luide stem: Ga recht op uw voeten staan! En hij sprong overeind en liep heen en weer” Hand. 14: 9. Paulus had de gave van geloof en genezing, maar hij gaf zijn bevel pas nadat hij had gezien, door middel van de gave van “kennis”, dat de verlamde man geloof had om te worden genezen.
_________________________________________________________________ 22 Gerrit Pasterkamp Urk 2008
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________ 7.6 Trouw en volharding
Aantekeningen
We lezen in Marcus 16:18: “In mijn naam…. Zullen zij op zieken de handen leggen en zij zullen genezen worden…” Er staat niets bij over de tijdsduur van genezing, direct of over langere tijd. In Johannes 5: 1 – 9 lezen we dat de verlamde man 38 jaar in het huis van barmhartigheid; “Beth – esda” lag voordat hij genezen werd. Toen Jezus een bezoek bracht aan Beth – esda moest deze persoon zeggen: “Heer , ik heb geen mens…” En daarom bleef de genezing uit! Er bestaat de mogelijkheid, dat bij langdurig zieken in de gemeente de aandacht verslapt, en daarmee ook het bidden en het uitstrekken van onze handen. Laten we daarom trouw zijn en er zijn, voor mensen met lichamelijke of psychische problemen. Trouw zijn en volharden in werken en bidden. Anders bestaat de mogelijkheid dat ze de engel der genezing missen en misschien nog zieker worden. Laat het daarom niet gebeuren dat er onder ons iemand zal zijn die zeggen moet: “Heer, ik heb geen mens…” Want zonder onze handen, kunnen ze niet gebracht worden bij de grote geneesheer: Jezus Christus. Gebed Laten de gaven van genezingen zichtbaar mogen zijn in ons Beth – esda; de gemeente, als Huis van genade. Zodat tekenen en wonderen geschieden door de naam van de Heilige knecht Jezus. Amen.
• •
Jezus geneest, maar satan ook. Welke methoden en middelen gebruikt hij? Kun je een getuigenis geven van een genezing?
_________________________________________________________________ 23 Gerrit Pasterkamp Urk 2008
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________
TERZIJDE.
De dienst van de genezing.
Aantekeningen
We kunnen er niet omheen. Allemaal krijgen we te maken met ziekte: we worden zelf ziek of er is een zieke in onze directe omgeving. Omdat we leven in een cultuur waarin gezondheid en vitaliteit de norm zijn, is het niet gemakkelijk om ziek, oud of gehandicapt te zijn. We kunnen ons mislukt of afgeschreven voelen. Als we geconfronteerd worden met ziekte in onze omgeving hebben we de neiging om weg te lopen of weg te blijven vanwege ons onvermogen om onze eigen kwetsbaarheid en sterfelijkheid onder ogen te zien. God en ziekte. Er is vandaag veel aandacht in kerken voor genezing. Ook in Reformatorische kerken komt ziekenzalving steeds meer voor. De genezingsbediening van Jan Zijlstra is heel bekend en roept veel reactie op; van hoop tot irritatie. Er wordt ook verschillend over de vraag: wie maakt ziek, wie maakt gezond gedacht. In de Gereformeerde belijdenis lezen we in de Heidelberger Cathechismus Zondag 10: “….. dat gezondheid en ziekte, rijkdom en armoede en alle dingen, niet bij toeval, maar uit zijn Vaderhand ons ten deel vallen.” Dat levert een gedachte op van: alle ziekte komt van God, dus ik moet er in berusten. Deze beredenering is te simpel, en doet geen recht aan het spreken van de Schrift. De uitspraak: “Alle ziekte komt van God” doet geen recht aan onze eigen verantwoordelijkheid voor onze gezondheid, en niet aan de ruimte die de duivel heeft om mensen ziek te maken. In de Bijbel lezen we niet dat God mensen ziek maakt. Jezus leert ons: “Wie mij heeft gezien, heeft de vader gezien” Jezus kwam om te genezen, Hij maakte niemand ziek! Zo is zijn Vader dan ook een God van Leven! In dit kader is het goed om in het kort te kijken naar de oorzaak van ziekte en dood. Daar zijn nog al wat misverstanden over. God is niet de gever van ziekte en dood. God is liefde, en God geeft Leven. God had het gezag over de aarde aan de mens gegeven, de mens gaf het weer in handen van de satan. Door Adam en Eva is het ganse mensengeslacht in handen van satan gekomen; met alle gevolgen van dien, ziekte en dood werden ons deel. God is geen dief die gezondheid steelt, maar de satan is dat wel! Satan is door leugen en bedrog in het bezit gekomen van deze aarde, en probeert in de tijd die hem _________________________________________________________________ 24 Gerrit Pasterkamp Urk 2008
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________ gegeven is, te roven, verslinden en te vernietigen. De satan is Aantekeningen een mensenmoordenaar vanaf het begin en een dief, maar God beschermt en beschut, God is Leven! Joh. 10:10. Als we leven in de beschutting van God, als Zijn eigendom, kan satan ons niets doen! Job 1:10. Deze beschutting breken we echter af als we zondigen, en ons daardoor van die bescherming verwijderen. De satan heeft dan toegang tot ons lichaam, ziel en geest. Ondanks dat, kan God onze ziel en geest behouden. Als voorbeeld een voorval uit de gemeente van Korinthe: 1 Kor. 5:5: Daar was een man die overspel gepleegd had met de vrouw van zijn vader, zijn stiefmoeder, en de gemeente heeft dat maar laten gaan. Paulus heeft die man overgeleverd aan satan tot verderf van zijn vlees, dat is; om zijn lichaam aan te tasten met ziekte, opdat zijn geest behouden zou worden in de dag des Heren. We lezen dat Paulus de man niet overlevert aan God, want het is niet God die ziek maakt, maar de satan. Hij is de verderver die een mens naar lichaam, ziel en geest kan vernietigen. Het is daarom duidelijk, dat satan ook een leven kan en zal nemen, als er geen beschutting is.! Wat betekent, dat satan ook kan genezen; maar wel ten koste van lichaam, ziel en geest, je bent in zijn macht, dat is de prijs die je voor de “genezing” betaald! Denk bijvoorbeeld aan alle heidense “geneeswijzen” die zo populair zijn om ons heen. Een middel van satan om mensen in zijn macht te krijgen. Je merkt dan, dat mensen alles over hebben om “gezond” te zijn of te worden, zelfs ziel en geest. Dat de vader der leugen zelfs in staat is om in deze praktijken zelfs de naam van Jezus te misbruiken lezen we in: Matt. 7:22: “Velen zullen ten dien dage tot Mij zeggen: Here, Here, hebben we niet in uw naam geprofeteerd en in uw naam boze geesten uitgedreven en in uw naam vele krachten gedaan? Dan zal ik openlijk tot hen zeggen: Ik heb u nooit gekend; gaat weg van Mij, gij werkers der wetteloosheid. ” De gave van het onderscheiden van geesten is in deze materie dringend nodig! Genezen is daarom een mens in de naam van Jezus, te ontroven uit de handen van satan. Daarom is de bediening van bevrijding vaak gekoppeld aan de bediening van genezing.
Jezus geneest ook vandaag nog! Het is belangrijk om dit heel duidelijk tegen elkaar te zeggen. Misschien trap ik een open deur in, maar soms is het goed om dat te doen. _________________________________________________________________ 25 Gerrit Pasterkamp Urk 2008
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________ Jezus is onze Heelmeester! Dat betekent dat we elke ziekte, hoe groot of klein ook bij Hem mogen brengen.
Aantekeningen
Niet de dokter geneest, niet de arts of chirurg – hoezeer we ook van hun diensten gebruik mogen maken omdat het gaven van de schepping zijn - Jezus geneest. Jezus kwam om te genezen en te bevrijden. Het evangelie wordt vaak verkleind tot maar één thema: de vergeving van de zonden, maar genade is krachtiger en meer dan dat alleen. Een schema kan dat verduidelijken: In het centrum staat de genade van Jezus Christus. Direct daaromheen breng ik in beeld dat de gemeente de plek is waar we de vergevende, genezende en bevrijdende kracht van Gods genade mogen ervaren. En in de buitenste cirkel wordt duidelijk dat dat vraagt om een specifieke bediening op alle drie terreinen.
Naar geest, ziel en lichaam. Die volgorde aanhouden is belangrijk. In het evangelie is de lichamelijke genezing een teken voor iets anders: dat ons harde hart zacht gemaakt wordt door de wedergeboorte is: de genezing van de geest. Genezing van de ziel is: dat we van binnen, psychisch, in het alledaagse leven gezond mogen functioneren. Heel veel mensen zijn niet lichamelijk ziek, maar is de uiting van hun ziekte vaak een gevolg van bitterheid, boosheid, kritiek en _________________________________________________________________ 26 Gerrit Pasterkamp Urk 2008
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________ onvrede. Op een genezing van geest en ziel, volgt dan vaak een Aantekeningen genezing van het lichaam.
Een gemeente van Christus is een genezende gemeenschap De dienst van de genezing hoort binnen de kaders van de plaatselijke gemeente. Hetzelfde geldt voor de dienst van de bevrijding. We hoeven er geen kilometers voor te rijden om naar een bijzondere plek te gaan. Die bijzondere plek is de eigen gemeente! Dat wordt ook duidelijk uit Jakobus 5: de oudsten die daar genoemd worden zijn de oudsten van de eigen gemeente. Elke lokale gemeente behoort heel zorgvuldig bezig te zijn met de realiteit van ziekte en genezing, pastoraat en gebed voor zieken. Daarvoor moet de gemeente allereerst een genezende gemeenschap zijn. Dat is niet een gemeenschap waar alle mensen lichamelijk genezen, maar een gemeenschap waar je allereerst kwetsbaar mag zijn, waar je mag praten over je ziekte, waar je mag worstelen, want er niets zo genezend als kwetsbaarheid in de veiligheid van de gemeente van Christus. Ik doel dan weer op die eerste cirkel rondom de kern van genade: Gods genezende aanwezigheid kunnen we ervaren als we kwetsbaar en gekwetst zijn. Maar staan we het onszelf wel toe? Ik denk dat er veel meer zieken zijn dan alleen de lichamelijk zieken. Anders gezegd: We zijn allemaal gekwetst door het leven, door pijnlijke ervaringen. Taak van de gemeente. Genezing is geen los artikel dat je ergens vandaan haalt. Genezing behoort dus te stromen in de plaatselijke gemeente. De oudsten dienen hierin leiding te geven. Binnen de gemeente moet daarom plaats zijn voor: • • • • • • • • •
De dienst van het woord De dienst van de sacramenten De dienst van de lofprijs en aanbidding De dienst van de gebeden De dienst van de offeranden De dienst van de vergeving De dienst van de genezing De dienst van de bevrijding De dienst van de vertroosting
Dat laatste is ook echt nodig: naast de dienst van genezing en bevrijding heeft de gemeente dringend behoefte aan de dienst _________________________________________________________________ 27 Gerrit Pasterkamp Urk 2008
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________ der vertroosting! Troosten is: in het ziek zijn, in het lijden, nabijheid en uitzicht bieden!
Aantekeningen
Er is niet alleen het mysterie van genezing, maar ook het mysterie van het lijden. Genezing is een mysterie: waarom de een wel, de ander niet? Een raadsel dat ons misschien kan irriteren, omdat we graag een antwoord op die vraag willen hebben. Maar ook het lijden bergt een mysterie in zich: onze God kan het gebruiken ten goede. Rom. 8:28: “Wij weten nu, dat God alle dingen doet medewerken ten goede voor hen, die God liefhebben, die volgens zijn voornemen geroepen zijn.” Het is wel van belang om te weten dat er verschillende vormen van lijden zijn: • Lijden aan ziekte en pijn als gevolg van de gebrokenheid van de schepping, hiertegen mogen we vechten; het past niet bij Gods goede schepping; dus niet berusten maar aanvaarden. Berusten is een passieve houding, aanvaarden een actieve houding. • Lijden als gevolg van de navolging van Christus; hierin mogen we ons verheugen! Die eerste vorm van lijden mogen we leren zien als een mysterie. Het brengt ons op het spoor van God en Christus als mysterie. Daarom wil ik twee Bijbelwoorden aanreiken: Kol. 2:2,3: NBV: “Ik wil u bemoedigen en u in liefde bijeenhouden, opdat u tot de volle rijkdom van allesomvattend inzicht komen, tot de kennis van Gods mysterie: Christus, in wie alle schatten van kennis en wijsheid verborgen liggen.” Kol. 3:2,3: “Richt u op wat boven is, niet op wat op aarde is. U bent immers gestorven, en uw leven ligt met Christus verborgen in God.” Gebed: Dank U heer Jezus, dat U ons lijden en ziek-zijn kent. Wil ons als we ziek zijn nabij komen op de weg die we gaan. Wil ons als we zieken om ons heen hebben helpen om voor de ander als Jezus te zijn: mee – lijdend, meedogend, kwetsbaar, vruchtbaar en liefdevol. Wij bidden voor wie ziek zijn om lichamelijke genezing en geestelijke heelwording. Laat zien, Heer, dat U onze Heelmeester bent. Amen. _________________________________________________________________ 28 Gerrit Pasterkamp Urk 2008
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________
8. WONDEREN of KRACHTEN
Aantekeningen
8.1 Omschrijving De gave van wonderen is een bijzondere bekwaamheid die God aan sommige leden van het Lichaam van Christus geeft, om ze in staat te stellen als menselijke werktuigen te dienen, door wie God machtige daden tot stand brengt, die door hen die ze waarnemen als een doorbreking van de natuurwet beschouwd worden. 8.2 Bijbelplaatsen Ex. 14: 21 – 30 1 Kon. 18: 21 – 40 Mat. 14: 28 – 33 Mat. 24: 23,24 Luc. 10: 17 – 20 Joh. 14; 2 – 14
Hand. 9: 36 - 42 Hand. 19:11 Hand 20: 9 - 12 Rom. 15: 18,19 1 Kor. 12: 10, 28 2 Kor. 12:12
8.2 Het kenmerk van deze gave. In de Griekse grondtekst staat: “energemata dunameon” dat letterlijk “werking van bovennatuurlijke krachten” betekent. Net als bij gaven van genezingen staan hier ook twee meervouden. Uit de twee meervouden leiden we af dat elk wonder van bovennatuurlijke krachtsontplooiing tot stand komt door iemand met een gave van geloof. Lees: Mat. 17: 20; 21:20. Wat is een wonder, een kracht? “Een gebeurtenis of handeling die kennelijk ingaat tegen de bekende wetenschappelijke wetten en daarom geacht wordt het gevolg te zijn van bovennatuurlijke oorzaken, in het bijzonder van een handeling van God” In het Nieuwe Testament worden gebeurtenissen van bovennatuurlijke oorsprong “tekenen”of “krachten”genoemd. Lees: Hand. 2: 22, 43; 6:8; 8:13; Hebr. 2:4. De corresponderende Griekse woorden zijn: “semeia”, “terata” en “dunameis”. Letterlijk betekenen zij: • • •
“gebeurtenissen die iets betekenen” ( omtrent God of Zijn werk), “gebeurtenissen die verwondering wekken” “gebeurtenissen van goddelijke kracht”
_________________________________________________________________ 29 Gerrit Pasterkamp Urk 2008
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________ Het is opvallend, dat de term “wonder” nooit afzonderlijk Aantekeningen voorkomt maar altijd in combinatie met de term “teken” . God toont Zijn kracht niet maar alleen om verwondering te wekken, met zijn wonderen wil Hij altijd een “teken” stellen of ons iets leren. “Terwijl ook God getuigenis daaraan geeft door tekenen en wonderen en velerlei krachten (daden van kracht) en door de Heilige Geest toe te delen naar Zijn wil” Hebr. 2:4. Voorbeelden van krachten en wonderen zijn: • Bovennatuurlijke bevrijding uit gevangenschap. Hand. 5:18; 12: 5 – 10; 16: 23 – 30. • Elymas de tovenaar die met blindheid wordt geslagen. Hand. 13: 8 – 12. • Filippus die onmiddellijk wordt overgebracht van Gaza naar Asdod. Hand. 3: 39. • De opwekking van een dode, Dorcas, in Joppe. Hand. 9: 36 – 42. • Paulus die de giftige slang van zich afwerpt. Hand. 28: 3. Het genezen van zieken en het uitdrijven van boze geesten kunnen onder de werkingen van krachten worden gerangschikt zolang ze niet een belangrijke tekenfunctie hebben, zoals in het geval van Paulus in Efeze: “En God deed buitengewone krachten door de handen van Paulus, zodat ook zweetdoeken of gordeldoeken van zijn lichaam aan de zieken gebracht werden en hun kwalen van hen weken en de boze geesten uitvoeren” Hand. 19: 11. En in het geval van Petrus in Jeruzalem, toen zijn schaduw maar op een zieke hoefde te vallen of deze werd genezen. Hand. 5: 12.
•
Kun je een geval van een wonder in je leven noemen?
•
Persoonlijk of meegemaakt van anderen?
_________________________________________________________________ 30 Gerrit Pasterkamp Urk 2008
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________
9. DE GAVE EN BEDIENING VAN PROFETIE
Aantekeningen
9.1 Omschrijving De gave van profetie is een bijzondere bekwaamheid, die God aan sommige leden van het Lichaam van Christus geeft, om ze in staat te stellen een boodschap van God voor zijn volk rechtstreeks van de Heilige Geest te ontvangen en door te geven 9.2 Bijbelplaatsen Deut. 13: 1 – 6 Deut. 18: 18 – 22 1 Sam. 3: 1 – 21 Mat. 7: 15 – 20 Mat. 24: 11 – 23,24 Hand. 15: 32
1 Kor. 12: 28, 29 1 Kor. 14: 3; 22 - 40 2 Petr. 1: 19 - 21 1 Joh. 4: 1 - 6 Openb. 1: 1 - 3
9.3 Het kenmerk van deze gave Omdat het woord “profetie” tegenwoordig meestal in de zin van “toekomstvoorspelling” gebruikt wordt, is het voor sommigen moeilijk te begrijpen dat de Bijbelse profetie evenzeer op het heden betrekking kan hebben. Feitelijk wordt de gave van profetie meer gebruikt met betrekking tot actuele situaties dan toekomstige gebeurtenissen. De woordelijke vertaling van het Griekse woord voor profetie; profeteia is: “voorspreken” of iemand die “namens een ander spreekt”. 9.4 De profeet in het Oude Testament Aangezien we de profeet al in het Oude Testament tegenkomen, moeten we daar ook de basisdefinitie zoeken. Het Hebreeuwse woord voor profeet is: “nabi” hetgeen “aankondigen, betuigen” of “getuigen” betekent. In Deuteronomium 18:18 staat de profeet duidelijk omschreven: “Een profeet zal ik hun verwekken uit het midden van hun broederen, zoals gij zijt; Ik zal mijn woorden in zij mond leggen, en hij zal alles tot hen zeggen, wat Ik hem gebied” Een profeet is iemand die zich namens God tot het volk richt door uit te spreken wat God in zijn mond heeft gelegd. Dezelfde gedachte komen we tegen in het woord van de Heer tot Mozes nadat deze had gezegd, dat hij niet geschikt was om tot de Farao te spreken: Exodus 7: 1v: _________________________________________________________________ 31 Gerrit Pasterkamp Urk 2008
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________ “Zie, ik stel u als God voor Farao; en uw broeder Aäron zal uw profeet zijn. Gij zult alles zeggen wat Ik u gebied, en uw broeder Aäron zal bij Farao het woord voeren”
Aantekeningen
Aäron heet hier “de profeet van Mozes” omdat hij namens Mozes moest optreden door de boodschap van Mozes aan de Farao over te brengen. Dat spreken “voor “of “namens” God is ook de onderliggende gedachte in het getuigenis van de profeet Jeremia: Jer. 1:9:
“Toen strekte de Here zijn hand uit en roerde mijn mond aan, en de Here zeide tot mij: Zie, ik leg mijn woorden in uw mond” Soms bracht de profeet het volk namens God een boodschap met betrekking van de omstandigheden van dat moment, soms voorspelde hij toekomstige gebeurtenissen. In beide gevallen deed hij echter niet meer dan de boodschap van God doorgeven. 9.4 Voorwaarden om te toetsen In Deuteronomium 13 en 18 komen we een aantal voorwaarden tegen waaraan een profeet moet voldoen, maar ook enkele criteria waaraan we de echtheid van de profeet kunnen toetsen. • Hij moet uit het midden van zijn broeders zijn genomen. Deut. 18:18. • Hij moet tot zijn broeders spreken in de naam des Heren. Deut. 18:19. • Hij kan zijn profetie gepaard doen gaan met het verrichten van wonderen en tekenen. Deut. 13;1. • Als hij iets profeteert dat niet strookt met wat reeds is geopenbaard in de wet van God, dan moet men hem afwijzen ook al verricht hij tekenen en wonderen. Deut. 13: 1vv. • Als hij de toekomst voorspelt en zijn voorspelling komt niet uit, dan moet hij worden afgewezen. Deut. 18:20vv.
9.5 De profeet in het Nieuwe testament. In het Nieuwe Testament komen we twee soorten profeten tegen: zij die de bediening van profeet bekleden; Efeze 4:11, en zij die in de gemeente de gave van profetie bezitten zoals beschreven in Rom. 12 en 1 Kor. 12 en 14. De eerste vorm van profetie behoort tot de bedieningsgaven, de tweede kan in beginsel toebehoren aan iedere geestvervulde gelovige.
_________________________________________________________________ 32 Gerrit Pasterkamp Urk 2008
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________ Niet iedereen kan de bediening van profeet bekleden volgens Efeze 4:11:
Aantekeningen
“De Here heeft zowel apostelen gegeven als profeten”, Maar volgens 1 Kor. 14:31 is het zo dat: “ieder een voor een kan profeteren..” Wie de gave van profetie heeft, is daarmee nog geen “profeet”, dat wil zeggen, iemand met de bediening van profeet. 9.6 Profetische bediening of gave? Velen kennen het onderscheid niet tussen de gave van profetie en de bediening van profetie. Wanneer iemand een profetie uitspreekt in de samenkomst of bij een andere gelegenheid, dan zal dit meestal de gave van profetie zijn. Zelfs mensen die vaker dan anderen profeteren hebben meestal de gave ontvangen zoals beschreven staat in Rom. 12 en 1 Kor. 12 en 14. Waar de gave vooral het persoonlijk gebruik is binnen de plaatselijke gemeente, is de bediening gegeven om heiligen toe te rusten tot dienstbetoon. Is dus gericht op training van anderen ook buiten de gemeente. 9.7 Het doel van profetie. Over de gave profetie zegt Paulus in 1 Kor. 14:3: “Wie profeteert, spreekt voor de mensen stichtend,vermanend en bemoedigend” Om de mensen op te bouwen, door bij te dragen aan hun geestelijke groei, om te bemoedigen en te vertroosten. Het voorspellen van toekomstige gebeurtenissen wordt niet in verband gebracht met de gave van profetie, maar is een functie de behoort bij de bediening van profeet. De gave van profetie is er om de gemeente geestelijk op te bouwen. Wanneer de gemeente bepaalde feiten niet kent die zij wel zou moeten kennen of de behoefte heeft aan wijsheid in verband met een praktische beslissing, kan er een woord van kennis of een woord van wijsheid komen dat samen gaat met de gave van profetie. 9.8 Valse profeten Als men het Woord van God kent, is een valse profeet te onderscheiden van een echte. In 1 Joh. 4:1 waarschuwt Johannes ons: “Geliefden, vertrouwt niet iedere geest, maar beproefd de geesten, of zij uit God zijn; want vele valse profeten zijn in de wereld uitgegaan” _________________________________________________________________ 33 Gerrit Pasterkamp Urk 2008
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________ We worden opgeroepen om te testen! Kostbare zaken zoals schilderijen worden dikwijls nagemaakt. Helaas vinden we dat dus ook bij profetie. Mat. 24:11: “En vele valse profeten zullen opstaan en velen zullen zij verleiden” In de Bijbel wordt op verschillende plaatsen gewaarschuwd voor valse profeten die met opzet verkeerde woorden doorgeven. Deze woorden zijn niet bedoeld om te bemoedigen, op te bouwen of te vertroosten, maar om te verleiden en te manipuleren. Ze worden door Jezus ook wel wolven in schaapskleren genoemd. Mat. 7:15: “Wacht u voor de valse profeten, die in schapenvacht tot u komen, maar van binnen zijn zij roofgierige wolven” Daarom, ontvang niet zomaar een profetie van een willekeurig persoon die lijkt op een schaap van de gemeente (schapenvacht) maar van binnen is het een afbrekend en manipulerend persoon.
Aantekeningen
Het is daarom belangrijk om onder bescherming van het Lichaam van Christus te staan, de gemeente en haar leiders. Als er in de gemeente een profetie over je wordt uitgesproken, ben jij en de gemeenteleiding verantwoordelijk voor de orde en de afhandeling. Als er buiten de gemeente een profetie over je wordt uitgesproken, ben jij en de profeet verantwoordelijk! Als deze zich wil verantwoorden….! 9.9 Grote zegen De profetische gave en bediening kan voor de gemeente een grote zegen zijn, als we de spelregels goed begrijpen en toepassen. Als we de woorden toetsen zal profetie voor ons de zelfde betekenis kunnen hebben als in de vroege kerk: een bovennatuurlijke gave, waardoor we allen onderwezen en opgewekt worden! Strek je daarom uit en streef naar deze gave die God laat spreken. Daar zijn vijf zaken voor nodig: 1. 2. 3. 4. 5.
Lees het Woord van God, de Bijbel Wees vervuld met Gods Geest! Geloof met je hart dat profetie voor vandaag is Belijd het met je mond En laat je mond spreken! • • •
Is er al eens een profetie over je uitgesproken? Kun je voorbeelden noemen van valse profetie? Heb je wel eens door de Geest gedrongen een Woord van God uitgesproken?
_________________________________________________________________ 34 Gerrit Pasterkamp Urk 2008
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________
10. ONDERSCHEIDEN VAN GEESTEN
Aantekeningen
10.1 Omschrijving De gave van het onderscheiden van geesten is een bijzondere bekwaamheid, die God aan sommige leden van het Lichaam van Christus geeft, waardoor ze in staat zijn met zekerheid te weten of een aan God toegeschreven gedrag of woord in werkelijkheid goddelijk, dan wel menselijk of satanisch is. 10.2 Bijbelplaatsen Matt. 16:22,23 Hand. 5:1 – 10 Hand 8: 18 – 24 Hand. 13: 6 – 12
Hand. 16: 16 - 22 1 Kor. 12:10 1 Tess. 5: 19 - 22 1 Joh. 4: 1 - 5
10.3 Het kenmerk van deze gave Het Nieuwe Testament leert ons dat ieder christen in staat moet zijn goed en kwaad, recht en slecht te kunnen onderscheiden. Hebr. 5:14 spreekt over volwassen christenen die “hun zinnen geoefend hebben in het onderscheiden van goed en kwaad. Dat moeten wij ook doen: “Vertrouwt niet iedere geest, maar beproeft de geesten of zij uit God zijn” 1 Joh. 4:1. De uitdrukking “onderscheiden van geesten” is de vertaling van het Griekse “Diakriseis pneumaton” . De betekenis van “Diakreis” is: onderscheiden, onderscheid maken, onderkennen. Het is duidelijk dat de gave van het onderscheiden van geesten inhoudt het vermogen om te onderkennen uit welke bron een geestelijke manifestatie voortkomt, uit de Heilige Geest, uit een boze geest of slechts uit de menselijke geest. In 1 Kor. 14:29 schrijft Paulus: “Wat de profeten betreft, twee of drie mogen het woord voeren, en de anderen moeten het beoordelen” Dat laatste woord is “diakrino” dat we dus ook kunnen vertalen met : onderscheiden. kennelijk is het zo dat telkens wanneer iemand de gave van profetie gebruikt, er ook iemand met de gave van het onderscheiden van geesten bij moet zijn. 10.4 Hoe deze gave te gebruiken. De gave, geesten te onderscheiden, kan op verschillende manieren beoefend worden. _________________________________________________________________ 35 Gerrit Pasterkamp Urk 2008
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________ •
•
Het duidelijkst openbaart zich deze gave als een ogenschijnlijk goed gedrag ontmaskerd wordt als het werk van Satan. Een andere mogelijkheid kan zijn om te onderscheiden of datgene wat een medebroeder of zuster doet op goddelijke of vleselijke motivatie berust. Of de vrucht Geestelijk of ongeestelijk is.
•
Een derde mogelijkheid is de bovennatuurlijke begaafdheid waarheid van dwaling te onderscheiden; zelf wanneer de motivatie oprecht is.
•
Een vierde mogelijkheid is om alternatieve geneeswijzen of occulte handelingen te doorzien en te onderscheiden.
Aantekeningen
Hoewel het een algemene christelijke roeping is om de geesten te onderscheiden, is de gave slechts aan enkelen gegeven. Deze gave wordt niet zo vaak in praktijk gebracht omdat het veel moed vraagt om ogenschijnlijk goede christenen te vermanen en hun praktijken af te wijzen. Zorgvuldig Bijbels onderwijs kan voorkomen dat we er enerzijds op onvolwassen en misleidende wijze mee omgaan en anderzijds verhoeden dat we uit angst of wantrouwen de Geest doven. Let op; dat de gave van onderscheiden van geesten niet inhoudt dat we mensen beoordelen, maar dat we nagaan uit welke geest een bepaalde uiting voortkomt: De Heilige Geest, een boze geest of de menselijke geest.
•
Ben je wel eens onderwezen in het onderscheiden van geesten?
•
Heidense geesten en praktijken zijn volop aanwezig rondom ons, zeker als het gaat om ziekte, en geestelijke gezondheid. Bespreek een aantal van die zaken die ook christenen “normaal” vinden. Hoe vindt je daar je weg in?
•
Stel dat in de samenkomst een gemeentelid zou opstaan en zeggen: “Dit gedeelte van de preek stemt niet overeen met Gods Woord” wat zou er gebeuren?
_________________________________________________________________ 36 Gerrit Pasterkamp Urk 2008
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________
11. SPREKEN IN TONGEN
Aantekeningen
11.1 Omschrijving De gave van het spreken in tongen is een bijzondere bekwaamheid, die God aan sommige leden van het Lichaam van Christus geeft, waardoor ze in staat zijn (a) met God in een andere taal te spreken die ze nooit geleerd hebben en / of (b) een boodschap van God te ontvangen en deze, onder inspiratie van de Geest, aan de gemeente door te geven in een taal die ze nooit geleerd hebben. 11.2 Bijbelplaatsen Marc. 16:17 Hand. 2: 1 – 13 Hand. 10: 44 – 48 Hand. 19: 1 – 7
Rom. 8: 26,27 1 Kor. 12: 10, 28 – 30, 39 1 Kor. 14: 4 – 6, 26 - 28
11.3 Het kenmerk van deze gave Het verschijnsel “spreken in tongen” roept – ook in onze gemeente - verschillende reacties op. Sommigen vinden het onzin, anderen vinden het bedreigend, weer anderen denken dat ze “minder”zijn als ze het niet kunnen. Anderen spreken veelvuldig in tongen, soms hardop, maar ook in stilte. De vraag is; wil ik dat ook? En als ik het wil, kan ik het dan ook? Hoe moet dat? Deze vragen wil ik aan de orde stellen. 11.4 wat is spreken in tongen? Spreken in tongen is spreken in een taal die je door de Heilige Geest ingegeven krijgt. Deze gave komt in twee varianten voor; als persoonlijke gebedstaal en als “openbare tongentaal”. De tweede variant is, volgens Bijbelse voorschriften alleen dan in praktijk te brengen als ze ook wordt uitgelegd. In de Griekse grondtekst staat: “gene glosson” en de letterlijke vertaling is: “allerlei tongen” het woord “allerlei”heeft ongetwijfeld betrekking op het feit dat er nieuwe tongen (of talen NBV) zijn, maar ook “tongen der mensen en der engelen” 1 kor. 13:1 Sommige tongen zijn menselijke talen, bijvoorbeeld op de Pinksterdag, toen de tongen waren bedoeld om duidelijk te maken dat het evangelie bedoeld is mensen uit alle volken en talen. Een andere variant van “allerlei tongen” zijn van hemelse oorsprong. Dit zijn de “tongen der engelen” bedoeld voor aanbidding en voor gebed wanneer wij zelf niet meer weten “hoe wij zullen bidden naar behoren” 1 Kor. 14:2, Rom. 8:26v In zo’n geval richt de persoon zich tot God en spreekt hij _________________________________________________________________ 37 Gerrit Pasterkamp Urk 2008
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________ geheimenissen en verstaat niemand hem. 11.5 Wat is het nut?
Aantekeningen
Wat is het nut van deze wijze van spreken in tongen? In Rom. 8: 26,27 staat: “En evenzo komt de Geest onze zwakheid te hulp; want wij weten niet wat wij bidden zullen naar behoren, maar de Geest zelf pleit voor ons met onuitsprekelijke verzuchtingen. En Hij, die de harten doorzoekt, weet de bedoeling des Geestes, dat Hij namelijk naar de wil van God voor heiligen pleit.” God komt ons door middel van deze gave van de Geest te hulp met “onuitsprekelijke verzuchtingen.” Om te bidden voor de “heiligen” onze broeders en zusters.
11.6 Tongen als teken voor ongelovigen Wanneer Paulus het in 1 Kor. het heeft over tongen als “teken” dan bedoeld hij menselijke talen waarin een boodschap voor een ongelovige wordt doorgegeven. 1 Kor. 14:22: “Derhalve zijn tongen een teken niet voor hen, die geloven, maar voor ongelovigen.” Hij baseert dit onderwijs op Jesaja 28: 11,12, waar geschreven staat dat God “zal spreken tot het ongehoorzame volk door mensen die een onverstaanbare taal spreken en in een vreemde tongval” 11.7 De gave kan voor eigen opbouw worden gebruikt Paulus zegt in 1 Kor. 14:4: “Wie in een tong spreekt sticht zichzelf” In vers 18 dankt Paulus God dat hij veel in tongen kan spreken: “Ik dank God, dat ik meer dan gij allen in tongen spreek.” Dat deed hij in de binnenkamer, niet in de gemeente, hij voegt er namelijk aan toe: “maar in de gemeente wil ik liever vijf woorden met mijn verstand spreken om ook anderen te onderwijzen dan duizenden woorden in een tong.” Veel gelovigen ervaren de geloofsopbouwende werking van het spreken in tongen in het eigen gebed en de aanbidding. 11.8
Spreken alle gelovigen in tongen?
Het wordt wel eens als hét kenmerk gezien van de doop met de Heilige Geest. Dat is niet helemaal waar, Elizabeth, Zacharias en Johannes de Doper waren vervuld met de Geest zonder dat zij ooit in tongen spraken. Luc. 1: 15, 41, 67. Johannes deed zelfs geen enkel teken. Joh. 10:41. En toch was hij vanaf de moederschoot vervuld met de Geest. We kunnen wel opmerken dat dit gebeurde voor de uitstorting van de Heilige Geest op de Pinksterdag. Omgekeerd kun je in tongen spreken zonder met de Geest _________________________________________________________________ 38 Gerrit Pasterkamp Urk 2008
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________ vervuld te zijn, zoals sommige ongeestelijke Korinthiërs deden. Van de zes keer dat mensen in de Bijbel met de Geest gedoopt werden, is er drie keer van tongentaal sprake: Hand. 2;4; 10:44; 19:5. en drie keer niet: Hand 2: 38; 8:17; 9:17.
Aantekeningen
11.9 Samenvatting We kunnen de verschillende manieren waarop spreken in tongen kan functioneren als volgt samenvatten: •
Spreken in tongen als aanvankelijk bewijs van de doop in de Heilige Geest. Hand. 2;4, 10:45v, 19;6
•
Bidden in tongen, een gebedstaal die het verstand te boven gaat en waarmee men zich richt tot God. 1 Kor. 14:2, 14v Rom. 8: 26v
•
Spreken in tongen gevolgd door een vertolking, bedoeld voor de geestelijke opbouw van de gemeente. 1 Kor. 5, 26v
•
Spreken in tongen gevolgd door een vertolking, bedoeld als een “teken” voor de ongelovige. Zo’n boodschap in tongen kan een teken zijn van Gods aanwezigheid of als een teken dat God een ongelovige aanspreekt in zijn eigen taal. 1 Kor. 14: 22
11.10
Wil ik dat ook?
De vraag of ik dat wil, mag getoetst worden aan de Bijbelse opdracht die als een rode draad door deze studie heenloopt: “Streef naar de gaven van de Geest”. Als ik dát wil, als ik de gaven van de Geest die God mij wil geven wil ontvangen, dan mag, nee moet, ik er naar streven. Wil ik dus spreken in tongen? Als ik me richt op de Bijbel en Gods Geest, dan wel. Wie van ons die God wil dienen zal een van Zijn gaven willen afwijzen?
_________________________________________________________________ 39 Gerrit Pasterkamp Urk 2008
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________
12. VERTALING VAN TONGEN
Aantekeningen
12.1 Omschrijving Het tweede deel van onze studie over de gave van het spreken in tongen staat in nauw verband met de gave van hun vertaling. Zonder vertaling heeft het openlijk gebruik van deze gave geen zin en wordt dan ook in de samenkomst van de gemeente niet toegelaten. 1 Kor. 14: 27,28. De gave van de vertaling of vertolking van tongen is een bijzondere bekwaamheid, die God aan sommige leden van het Lichaam van Christus geeft, om ze in staat te stellen de boodschap, die een ander in tongen geeft, in een verstaanbare taal weer te geven. 12.2 Bijbelplaatsen 1 Kor. 12:10 1 Kor. 12: 27 – 31 1 Kor. 14: 1 – 5
12.3
1 Kor. 15: 12 – 19 1 Kor. 14 : 26 - 28
Het kenmerk van deze gave
Wie de gave van tongen heeft, kan deze gebruiken om zich in lofprijzing tot God te richten, om in de Geest te zingen of te bidden, of om tot de gemeente te spreken. Alleen, in het laatste geval moet er altijd een vertaler, vertolker aanwezig zijn. Als er geen vertaler aanwezig is, moet de betreffende persoon zwijgen. Wie een gave van tongen heeft om daarmee tot de gemeente te spreken, moet bidden voor de begeleidende gave van vertolking van tongen. Als degene die in tongen spreekt, niet weet of er een uitleggen aanwezig is, moet hij bereid zijn om zelf de vertolking van de boodschap weer te geven. 1 Kor.14: 13,28. Kennelijk staan tongen en vertolking van tongen met elkaar gelijk aan profetie. In alle gevallen geldt: Tongentaal richt zich tot God, profetie tot de gemeente. 12.4 Vertolking van tongen Het woord “vertolking”is de weergave van het Griekse “hermeneia” waarvan het woord “hermeneutiek” ( de wetenschap van het uitleggen) is afgeleid. Van oorsprong betekent het vooral “uitleg” en het hoeft dus niet zo te zijn, dat een vertolking van tongen een letterlijke woord – voor – woord vertaling van de voorafgaande boodschap in tongen is. _________________________________________________________________ 40 Gerrit Pasterkamp Urk 2008
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________ Wanneer de gave van het spreken in tongen wordt gebruikt tot opbouw van de gemeente of als een “teken”, is een vertolking van groot belang, aangezien Paulus deze gave tot het individuele gebedsleven beperkt zolang er geen vertaling bijkomt. 1 Kor. 14: 13, 27v. Hij vermaant degenen die deze gave hebben, te bidden om de gave van vertolking. 1 Kor. 14:13.
Aantekeningen
12.5 Tongen en profetie Van het openlijk gebruik van tongentaal kan nog gezegd worden, dat : Wie profeteert, is meer dan wie in tongen spreekt, tenzij hij het ook uitlegt, zodat de gemeente stichting ontvangt”. 1 Kor. 14:5. Vertolking van tongen staat dus gelijk aan profetie. 12.6 Wanneer? In het openbaar mag deze gave uitsluitend gebruikt worden in een samenkomst van gelovigen, tot stichting, bemoediging en vermaning van de gelovigen. De tegenstander zal proberen om twijfel in je hart te zaaien omtrent deze gaven door te zeggen: “het is niet echt, het komt uit jezelf” in zo,n geval speelt je relatie met God een belangrijke rol. De gave van geloof en de onderscheiding van geesten zal deze leugen dan ontmaskeren.
_________________________________________________________________ 41 Gerrit Pasterkamp Urk 2008
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________
TERZIJDE.
Aantekeningen
Over spreken in tongen.
Eeuwenlang hebben mensen, vanaf de vroege kerkleiders, geprobeerd om het onderwerp, de mens, een plaats te geven in hun denken. Uit welke componenten is de persoonlijkheid van de mens opgebouwd? Daar bestaan twee theorieën over: • De theorie van Dichotomie • De theorie van Trichotomie De theorie van de Dichotomie houdt in dat de mens bestaat uit twee delen: een materieel deel (fysiek) en een immaterieel deel (geest). Aanhangers van deze theorie geloven dat de mens uit twee componenten bestaat: Goddelijk Menselijk
of
Immaterieel Materieel
of
Geest Lichaam
Kort door de bocht; vooral in het Oude Testament is deze theorie terug te vinden. In het Nieuwe Testament komen we een aantal keren een andere benadering tegen: die van de Trichotomie. Deze theorie zegt dat de mens uit drie componenten bestaat: Lichaam (Soma) Ziel (psyche) en Geest (pneuma) We lezen deze driedeling in o.a. 1 Tess. 5:23. Ook op andere plaatsen heeft Paulus het over : het vlees, (lichaam) de uitwendige mens ( de ziel) en de inwendige mens (de geest) . Beide benaderingen hebben in Bijbelse zin sterke argumenten, waar ik verder niet op in wil gaan. Tot ik andere argumenten aangereikt krijg, werk en geloof ik in deze driedeling. In deze korte studie volg ik dan ook de theorie van de Trichotomie, omdat die helpt tot een beter begrijpen van 1 Kor. 14: Over tongen en Profetieen. De sleutel tot het begrijpen van 1 Kor. 14 is deze driedeling van de mens: : van geest (bij de christen wedergeboren door Gods Geest, de plaats waar de Geest gaat “wonen”) Ziel (het verstand, de emoties en de wil; het “ik” als menselijk wezen) en Lichaam (fysisch gedeelte; het materieel lichaam) Zie 1 Tess. 5:23; Hebr. 4:12. Zoals gezegd; nemen anderen geest en ziel gelijk, alsof er geen onderscheid is tussen die twee, en houden zich aan een dichotomie van geest en lichaam, maar dan is 1 Kor. 14 minder begrijpelijk. _________________________________________________________________ 42 Gerrit Pasterkamp Urk 2008
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________ Aantekeningen Werkend vanuit de trichotomie geef ik volgend commentaar bij 1 Kor. 14: Wanneer iemand in een vreemde taal spreekt, bidt of zingt, dan is dat een gave van de Heilige Geest die aangrijpt in de geest van die persoon. De talenspreker begrijpt in zijn geest duidelijk wat hij zegt ,of beter: te zeggen krijgt, zonder dat hijzelf een vertaling via zijn verstand naar zijn moedertaal nodig heeft. Hand. 2:4b: “…zoals de Geest het hun gaf uit te spreken.” Rom. 8:16: “Die Geest getuigt met onze geest, dat wij kinderen Gods zijn.” Zo is zijn natuurlijk verstand daar niet bij betrokken, en is dat buitenwerking; vruchteloos. Als hij dan zijn natuurlijk verstand wél moet gebruiken, zoals Paulus vraagt, dan is dat om te vertalen, wat niet nodig is voor hemzelf maar wel nodig voor de toehoorders. Daarom zegt Paulus dat de tongenspreker zijn verstand moet gebruiken, dus dat hij een verstaanbare taal moet spreken die door alle aanwezigen kan begrepen worden, ofwel dat er een vertolker wordt ingeschakeld, met de gave van het vertalen van tongen, die de vreemde taal vertaalt. Spreken in tongen is dus een geestelijke activiteit, die zich verbaal uitdrukt in een vreemde taal. Maar de talenspreker moet de boodschap van de Geest,in zijn geest vertalen in de taal die alle aanwezigen kunnen begrijpen, en dat is een verstandelijke activiteit. Een geestelijke activiteit moet niet verward worden met een verstandelijke activiteit, alsof dat één en hetzelfde is. Het verstand behoort tot de ziel. De geest begrijpt zonder dat die daarbij de hersenen van het lichaam nodig heeft. Engelen zijn geesten en zij verstaan. Het is de geest van de mens die na zijn fysieke dood blijft bestaan, bewust bestaan, en die bij zijn opstanding “overkleed” zal worden met een hemels lichaam. •
Bij de talengave grijpt Gods Geest in op de menselijke geest, en die mens verstaat de vreemde taal die hij dan spreekt volkomen. Maar wil hij ook verstaanbaar zijn door de aanwezigen dan zal hij met zijn verstand moeten spreken om het te vertalen, of een vertolker inschakelen.
Er was daar in de gemeente van Korinte een misbruik van de talengave en geen evenwicht met betrekking tot de belangrijkere gave, die van de profetie. Zo spraken zij in talen zonder vertolking naar de gemeente toe. _________________________________________________________________ 43 Gerrit Pasterkamp Urk 2008
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________ Niemand verstond het daarom en niemand werd gesticht. Zij moesten een verstaanbare taal spreken, ofwel moest de uitoefening van de talengave vergezeld worden van een vertolking. In 14:1-4 zei Paulus ook dat de talengave een spreken tot God is, dat is een spreken van lofwoorden tot God door een individu, als teken voor ongelovigen, terwijl profetie de hele gemeente sticht.
Aantekeningen
Hand. 2:11: “Wij horen hen in onze eigen taal van de grote daden Gods spreken..” Hand. 10:46: “Want zij hoorden hen spreken in tongen en God grootmaken..” De Korintiërs moesten de gave van profetie meer aandacht geven, omdat deze voor de gelovigen is en de gemeente sticht, en daarnaast de talengave in goede orde laten gebeuren, met vertolking.
_________________________________________________________________ 44 Gerrit Pasterkamp Urk 2008
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________
13 DE GAVE VAN HET HELPEN
Aantekeningen
13.1 Omschrijving De gave van het helpen is een bijzondere bekwaamheid, die God aan sommige leden van het Lichaam van Christus geeft, waardoor ze in staat zijn hun eigen gaven in dienst van andere christenen te stellen, waardoor deze medechristenen is staat zijn hun eigen gaven zinvoller te gebruiken. 13.2 Bijbelplaatsen Ex. 18:21,22 Num. 11: 16,17 Marc. 2:1 – 12
Luc. 10: 38 - 42 Rom. 16: 1,2 1 Kor. 12:28
13.3 Het kenmerk van deze gave We wezen er in hoofdstuk 2 al op dat de opsomming van negen geestesgaven in 1 Kor. 12: 8 – 10 niet alle “charismata” bevatten. Dat blijkt wel uit vers 28 – 30 van dit zelfde hoofdstuk, waar Paulus drie bedieningsgaven noemt: apostelen om gemeenten te stichten, profeten om de gemeente te vermanen en te motiveren, leraars of voorgangers om de gemeente te onderwijzen, en nog een zestal “charismata” : krachten, gaven van genezingen, bekwaamheid om te helpen, bekwaamheid om te besturen, tongen en vertolking van tongen. De twee nog niet eerder genoemde “charismata” in deze lijst zijn de bekwaamheid om te helpen en de bekwaamheid om te besturen. Het Griekse woord “antilempseis” komt alleen hier voor in het Nieuwe Testament. De werkwoordsvorm; “antilambano” komt drie keer voor, bijvoorbeeld in Handelingen 20:35; waar we een goed beeld krijgen van de betekenis van deze gave : “Ik heb u in alles getoond, dat men door zo te arbeiden zich de zwakken moet aantrekken ( antilambano) en zich de woorden van de Here Jezus herinneren, die zelf gezegd heeft: Het is zaliger te geven dan te ontvangen”. Paulus sprak deze woorden tot de oudsten uit Efeze, aan wie hij de zorg voor de gemeente aldaar had toevertrouwt. Zij kregen de opdracht de gemeente te “weiden “ vs.28 en te versterken tegen valse leraren vs.29v en om bovendien ten opzichte van de zieken en behoeftigen een bediening van “helpen” (antilempsis) uit te oefenen.
_________________________________________________________________ 45 Gerrit Pasterkamp Urk 2008
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________ 13.4 De inhoudt van deze gave
Aantekeningen
Voor een dergelijke bediening kan men niet zomaar iemand aanstellen. Daarvoor heeft men een geestelijke bewogenheid nodig en moet men vervuld zijn met Gods liefde voor de zieken en de armen, en mensen in nood en druk. Nood en druk is ook te vinden bij bijvoorbeeld leiders in de gemeente die ook “geholpen” kunnen worden met de hulp van de helper. De helper kan ze met deze gave tot een hand en een voet zijn. Gezegend is de leider, die deze gave opmerkt in zijn gemeente en gebruikt. Maar voorop blijft staan: het helpen van een broeder of zuster die ziek is behoeftig. Een goed voorbeeld zijn de vier vrienden die een verlamde man op een matras bij Jezus brachten; Marc.2 Voor deze gave is vooral een Goddelijke roeping en een zalving van de Geest nodig, want zonder Geestelijke kracht wordt men in dit werk al gauw ontmoedigd en kritisch. Bovendien gaat het in een bediening voor de zwakken niet alleen om het toedienen van geestelijke pijnstillers en het verstrekken van noodhulp voor de korte termijn, maar om de mensen te brengen van “zwakheid tot kracht:” Hebr. 11: 34. 13.5 De uitwerking van deze gave De gave van het helpen is – evenals de gave van barmhartigheid - op enkelingen gericht. In tegenstelling tot de gave van barmhartigheid, is ze niet alleen gericht op mensen die aan de rand van de maatschappij leven of ziek zijn. Ze kan dus ook gebruikt worden om andere christenen, vaak geestelijke leiders, te ontlasten, zodat deze meer ruimte krijgen om hun eigen gaven in praktijk te brengen. De gave van het helpen moet niet verward worden met de gave van het dienen. “Dienen” richt zich in de eerste plaats op groepen en organisaties, “helpen” op enkelingen.
•
Wat versta jij onder “helpen” kun je daar ook het schoonhouden van het gebouw onder plaatsen?
•
Waarom zou je voor het helpen van mensen bijzondere Geestelijke kracht nodig hebben?
•
Ben jij ook wel een “geholpen” en hoe heb je dat ervaren?
_________________________________________________________________ 46 Gerrit Pasterkamp Urk 2008
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________
14 DE GAVE VAN HET BESTUREN
Aantekeningen
14.1 Omschrijving De gave van het besturen is een bijzondere bekwaamheid die God aan sommige leden van het Lichaam van Christus geeft, die ze in staat stelt om de korte – en lange – termijn doelstellingen van het gemeentewerk uit te zetten en effectieve plannen te ontwerpen om deze doelen te bereiken. 14.2 Bijbelplaatsen Ex. 18: 13 – 27 Rom 12: 8 1 Tess. 5: 12,13
14. 3
1 Tim. 1: 1 - 7 1 Tim. 5: 17 - 22
Het kenmerk van deze gave
Het Griekse woord “kubernesis” dat in vers 28 staat, komt net als “antilempseis” maar een keer voor in het Nieuwe Testament en betekent “ besturen” volgen Strongs Dictionary. Daarnaast komt het zelfstandig naamwoord “kybernetis” twee keer voor, telkens in verband met het besturen van een schip. Hand. 27: 11 en Openb. 18:17. Het werkwoord betekent “sturen” in de zin van “loodsen, pilotage” De gave van het besturen heeft dus kennelijk betrekking op een geestelijke bekwaamheid die bepaalde leiders ontvangen om de gemeente veilig langs klippen te loodsen, en stormen te doorstaan om weer in veilig vaarwater te komen. Op grond van 1 Tim. 5:17 hebben sommigen de stelling geponeerd als zouden er in de gemeente twee categorieën oudsten zijn, lerende oudsten en besturende oudsten. Al naar gelang van de gaven die zij bezitten zou dit waar kunnen zijn, omdat beide gaven noodzakelijk zijn in het leiden van een gemeente. 14.3 De gemeente mag niet stuurloos zijn Van het Griekse woord “kubernesis” is het moderne begrip “cybernetica” afgeleid; de wetenschap van het beheren van werkzaamheden en processen door middel van computers. Wij noemen dat dan ook “het besturingssysteem” . Je zou het kunnen vergelijken met besturen van de gemeente. Een gemeente kan van alles en nog wat invoeren, maar zonder “besturingssysteem” komt er niets uit. Daarom heeft een gemeente behoefte aan leiders, bestuurders die door de Heilige Geest in staat zijn gesteld om de gemeente zowel goed op koers te houden als goed te doen functioneren. _________________________________________________________________ 47 Gerrit Pasterkamp Urk 2008
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________ 14.4
Tot slot algemeen over de gaven:
•
Vergeet nooit dat de Gever, dus God, belangrijker is dan de gaven. De gaven zijn slechts middelen waardoor God tot Zijn doel wil komen. Als we God uit het oog verliezen is dat een ernstige en gevaarlijke zaak. Het is zelfs zo dat Gods tegenstander ons onze gaven en talenten verkeerd kan laten gebruiken, tot afbreuk van het Lichaam van Christus, dat daardoor grote schade kan leiden.
•
Zoek niet een gave die jij graag wilt hebben, maar sta open voor de gave die God je wil geven, waarbij Hij vaak gebruik maakt van onze natuurlijke talenten.
•
Houdt het doel van de gaven voor ogen: de opbouw en het onderhoud van het Lichaam van Christus, zodat Gods boodschap uitgedragen kan worden in woord en daad.
•
De vrucht en de gaven van de Geest horen bij elkaar. De vrucht is: worden als Jezus, de gaven zijn: doen als Jezus. Het kernwoord van zowel de vrucht als de gaven is: Liefde. 1 Kor. 13. is daar duidelijk in.
•
Vergeet nooit dat je elkaar nodig hebt, samen ben je het Lichaam van Christus, de hand en voet, oog, oor, enz. allemaal even belangrijk. Dit vraagt de bereidheid om als team te willen werken gebruik makend van de gaven van ieder. Meer of minder bestaat dan niet, iedereen is gelijkwaardig in het Koninkrijk van God.
Aantekeningen
_________________________________________________________________ 48 Gerrit Pasterkamp Urk 2008
Gaven van de Geest Werkboek voor de huiskring De Morgenster Urk ___________________________________________________________________
LITERATUUR: . Woord en Geest Hoofd lijnen van de theologie van de Pinksterbeweging. Guy P. Duffield en Nathaniel M van Cleave Kok. kampen . Gaven van de Geest Harold Horton Gazon uitgeverij. DenHaag . Ontdek je door God gegeven gaven Don & katie Fortune Bread of Life. Vlissingen . De nieuwe gaventest Christian A. Schwarz Gideon. Hoornaar . De geestelijke gaven voor de opbouw van de gemeente. Peter Wagner Gideon. Hoornaar
_________________________________________________________________ 49 Gerrit Pasterkamp Urk 2008