Gaudeamus igitur! Heidelberg, kerstreis voor romantici.
Gaudeamus, het eerste woord van het prachtige Latijnse kerstlied dat vroeger gezongen werd tijdens de nachtmis van Kerstmis: “Verheugt U, een kind is U geboren” Gaudeamus staat ook voor de naam van de bar in het Crowne Plaza hotel waar Hannick ons had ondergebracht tijdens deze kerstreis. En “Gaudeamus igitur” staat voor: “Laat ons vrolijk zijn” Zoals te doen gebruikelijk startte ik mijn reis een dag eerder richting Arnhem, alwaar ik met mijn zus had afgesproken ( die ook al behept is met het Hannick-virus) om weer samen deze reis te maken. Het voorkomt dat wij op de reisdag zelf voor dag en dauw moeten opstaan om op tijd de bus te moeten halen. Een extra vakantie dag dus en heerlijk uitslapen en ontbijten en krantje lezen totdat de bus arriveert. Postiljon Hotel Arnhem. Opstapplaats voor Hannick reizen. Daar zit je dan in alle rust, een beetje, in gedachten, preluderend te wachten op wat er komen gaat tijdens deze reis, totdat er een aantal bussen arriveert met Hannickers. Wij ontmoetten medereizigers van vorige reizen en een aantal van hen was ook weer medereiziger tijdens deze reis. We ontmoetten ook reisleider Cecilia (wat een heerlijk weerzien voor ons beiden) en buschauffeur Ron, aan wie wij ook zulke goede herinneringen hebben. Een betere start voor een reis is bijna ondenkbaar. Heidelberg. Een stad die tot de verbeelding spreekt en fraai gelegen is in het dal van de Neckar. Wij arriveerden daar na een uiterst voorspoedige reis in het luxe Crowne Plaza hotel. Wat een tegenstelling met de vorige dag waarop ik vanuit Dordrecht bijna 8 uur nodig had om Arnhem te bereiken. Die avond diner in ons hotel. Het is dan een beetje de gelegenheid om kennis te maken met de medereizigers. Perkeo’s prosit!. Op de eerste dag tijdens ons verblijf stonden twee hoofdzaken geprogrammeerd: een bezoek aan het Slot Heidelberg en het s-avonds het bijwonen van de opvoering van Vivaldi’s opera Bajazet. Met het bouwen van het slot is begonnen in (circa) 1215 en kwam gereed in 1294, waar het onderverdeeld was in twee kastelen. Het is gelegen op één van de heuvels rond Heidelberg, op een hoogte van circa 80 meter.
Tijdens het ontbijt was iedereen opgelucht dat het niet sneeuwde en Heidelberg bleek geheel vrij van sneeuw te zijn. Er hing wel wat mist maar die zou, zo verzekerde ons het weerbericht, in de loop van de dag wegtrekken. Een uitstekende gids vergezelde ons tijdens de bustocht naar het slot en zij was uitmuntend voorbereid op haar taak. Zij leidde ons langs de immens grote bebouwing van het slot, waarbij met de nodige humor de historie ervan aan ons voorbijtrok. Uiteindelijk belandden wij in de kelder waar het grootste wijnvat ter wereld staat. Met een inhoud van zo’n kleine 225.000 liter. (De dagconsumptie bedroeg zo’n 600 liter wijn!) Nu verhaalt de historie dat een zekere Perkeo ( Bijnaam voor de dwerg die Clemens Pankert heette) als hofdwerg was aangenomen om de leden van het hof te vermaken. Vanwege zijn eigen matenloze consumptie van deze drank kreeg hij al gauw het beheer over de vier grote wijnvaten van het slot. Op de vraag die men hem stelde of er nog kon worden bijgeschonken antwoordde hij steevast met: “perché no?” (waarom niet?) Zo ontstond zijn bijnaam. In tegenstelling tot de weersvoorspellingen nam de mist niet af maar werd dikker en dikker. Ondanks het feit dat dit fenomeen ons het prachtige uitzicht over Heidelberg enigszins ontnam, was het indrukwekkend te zien hoe het slot in nevelen gehuld was. Een beetje een Transsylvanische ervaring… In tegenstelling tot eerdere stedenreizen kwam het niet van een uitgebreide verkenningstocht door Heidelberg. Het weer was een beetje een spelbreker en de uitgebreide koffierust (jawel, weer met die heerlijke taarten!, waarvoor Dank, Hannick) kwam ons goed van pas. De mogelijkheid werd geboden om per bus terug te keren naar het hotel maar mijn zus en ik besloten, om toch noch iets van de stad te willen zien, samen terug te lopen naar het hotel. Belandden vervolgens in een prachtig boekenantiquariaat en ik haalde mijn verlanglijstje voor kunst-fotografie- en muziekboeken tevoorschijn (Draag ik altijd bij me) om te zien of ik mijn verzameling wellicht kon uitbreiden. Dit keer pech maar het blijft altijd een feest om hier tijd en aandacht aan te besteden.
Bajazet. Vivaldi’s opera Bajazet was geprogrammeerd. In een ambiance om van te watertanden: het barokslot in Schwetzingen, in het rococotheater. En dan ook nog, voorafgaand aan de opera, te dineren in het slotrestaurant. Het is op dit soort reizen altijd weer aardig te zien hoe de metamorfose zich bij mensen voltrekt. Laarzen, mutsen petten gedurende een excursie verdwijnen; prachtig gekleed gezelschap op weg naar het diner en de opera. Een feest om te zien. Tijdens het diner werden wij bediend door een gérant die het lardeerde met de meest gevatte opmerkingen. Geen moeite was hem teveel en zijn teleurstelling was groot als hij wéér met een schaal aankwam waarvoor hij op een gegeven moment geen afnemers meer voor kon vinden. Wat een opmaat voor een operavoorstelling in een theater waar wij ons nog geen voorstelling van konden maken…
Hoewel de huidige vorm van het slot dateert uit 1715 (begonnen met de wederopbouw in 1697) was er in 1350 al sprake van een vesting. Tijdens de dertigjarige oorlog is die verwoest. Het rococotheater werd in 1753 officieel geopend met een opvoering van Holzbauers opera Il figlio delle selve Het slot en het bijbehorende landgoed, met vele themaparken, tempels en een moskee, staat op de UNESCO wereld erfgoedlijst. De opera-uitvoering was een lust voor oog en oor. De rollen werden niet alleen uitmuntend gezongen, de “acteerprestaties” logen er ook niet om. De hoofdrollen werden met verve ten tonele gebracht en de muzikale begeleiding werd vakkundig geleid door de blokfluit spelende dirigent. De enscenering, decor en kostuums vormden een prachtig samenspel met dit toch wel heel bijzondere theater. Het is ondoenlijk om alles te beschrijven van deze opera maar één uitzondering wil ik maken voor de persoon Idaspe, overigens zonder iemand tekort te willen doen. Zij fungeerde tijdens de opera als het ware als continuo-speler. Met haar uitdagende mimiek, op heel subtiele wijze gebracht, wervelde zij door het hele verhaal heen. Na afloop, op weg naar de bus, liepen wij langs een groep bronzen beelden van vier applaudisserende mannen. Moest er om grinniken want die hadden als publiek geen slecht figuur geslagen. In de bar Gaudeamus in het hotel hadden we onder de borrel voldoende stof tot napraten. Heiligenabend Een lichte sneeuw viel uit de lucht en wie maakt zich daar zorgen over. Een excursie stond gepland naar Speyer, een stad die een rijke historie heeft. Keizers, koningen en bisschoppen hebben hier duidelijk hun sporen nagelaten. Een wandeltocht was gepland van zo’n 2 uur. Start bij de Dom van Speyer. Een ijzige wind, gepaardgaande met sneeuw, was onze begeleider en paraplu’s waren nog nauwelijks in bedwang te houden. Onze gids heeft echt haar uiterste best gedaan om ons een en ander duidelijk te maken maar op een gegeven moment kwamen wij in een soort blizzard terecht en dan verslapt de aandacht behoorlijk. Besloten werd om de tocht in te korten en via een schuiladres verder te gaan. Het schuiladres was de Dreifaltigheitskirche. Gebouwd als Lutherse kerk met beschilderde panelen op de balkons en een kruisgewelf plafond dat beschilderd is met voorstellingen uit het oude- en nieuwe testament. Het gebouw dat thans geldt als een voorbeeld van de architectuur uit de laatbarok. Een Juweel! Speyer herbergt ook een Joodse nederzetting, gesticht in de 11e eeuw. Helaas zijn daar nog slechts ruïnes van over maar de Mikwa, het Joodse rituele bad, is – weliswaar gerestaureerd – in zijn oorspronkelijke staat bewaard gebleven en het was zonder meer indrukwekkend om hier kennis van te kunnen nemen . Besloten werd om hier de tocht te beëindigen vanwege het weer. Vanwege de kerstmarkt bleek een vrije tafel in de vele eetgelegenheden moeilijk te vinden maar na enige omzwervingen is dat uiteindelijk gelukt. En na “de Kroeg” de Kerk. (Ik herinner me dat dát vroeger andersom was) ( En de bewegwijzering loog er ook niet om)
Kerk is een wat oneerbiedig woord voor de Dom van Speyer. Keizers, koningen en bisschoppen hebben hun sporen nagelaten, schreef ik eerder. De bouw van deze Kathedraal begon rond 1030 onder auspiciën van keizer Koenraad II (geboren in Utrecht) en werd in 1061 ingewijd door zijn kleinzoon Hendrik IV. Tijdens de regeerperiode van de vier Salische Keizers, die ruim 100 jaar duurde, is de kathedraal verder uitgebouwd. Het bouwwerk was tevens een symbool voor hun macht. De Crypte behoort tot de oudste bouwfase van de kerk en is de grootst bewaard gebleven ondergrondse zuilengalerij van Europa. In de Kaisergruft, een entresol tussen de kerk en de crypte, liggen deze keizers begraven. De kathedraal is de grootste in Romaanse stijl gebouwde kerk ter wereld. In 1981 is de kathedraal toegevoegd aan de werelderfgoedlijst van de UNESCO.
De Crypte en Kaizergruft van de Dom
Nee, geen Gaudeamus tijdens het kerstdiner. Wél werden wij bij binnenkomst in de prachtig aangeklede eetzaal verwelkomd door onze gastvrouw Pauline Nieuwenhuijs die op haar harp kerstmelodieën vertolkte. Het was een introïtus, een kerstdiner waardig. Tijdens het diner werden twee deelnemers “gehuldigd” vanwege hun tiende reis bij Hannick. Pauline besloot om die huldiging niet afzonderlijk te doen; zij smeedde de twee oorkondes samen tot één voordracht. Op een zeer creatieve manier. Dank je wel, Pauline. Over het diner kan ik kort zijn: overweldigend en uitbundig. Kerstmis, feest van het licht. Was vér te zoeken, dat licht. Het licht bestond uit de kleuren grijs en wit. Grijs boven, wit onder. Een aantal dapperen binnen onze groep besloot, ondanks sneeuw en wind, toch de tocht te maken naar Neckarsteinach. Een stadje gelegen aan de rivier de Neckar, befaamd om de vier burchten die het huisvest, en de historie die teruggrijpt tot de middeleeuwen. Een tocht die zeer de moeite waard was. De sneeuwjacht veroorzaakte een palet aan wit- en grijstinten door de bebossing van naald- en loofhout. Het naaldhout ging gebukt onder een laag sneeuw en het kale silhouet van de loofbomen gaf, als het ware, een zilveren, transparante glans in het landschap. En in dat verstilde landschap ploegde het gitzwarte water van de rivier de Neckar zich voort richting rivier de Rijn om uiteindelijk in de Noordzee te belanden. Het stadje was zeker de moeite waard om te bezoeken vanwege de ligging en de charmante uitstraling. Slechts het zicht op één burcht viel ons ten deel en na de door ons aanbevolen wandeling geheel gemaakt te hebben belandden we als aangeklede sneeuwpoppen in een archetypisch Duits dorpscafé. Aardig detail om te vermelden is dat bijna de gehele bevolking op deze eerste kerstdag doende was om de paden sneeuwvrij te maken. Het Frohe Weihnachten zoemt nog in m’n oren na… Gaudeamus!
Zolderkamer, markt en een sfeervol restaurant.
La Bohème Hannick kondigt wel vaker aan: eten in een sfeervol restaurant vóór het bijwonen van een voorstelling. Maar met de reizen die ik met hen maak wil dat nog wel eens een understatement zijn. Wij kwamen nu ook weer in een restaurant terecht dat volledig in tegenstelling was met de uitvoering die wij die avond te zien kregen. Een modern etablissement, verscholen in één van de kwadraten van de stad (hier kom ik later op terug), zeer eigentijds ingericht met dito verlichting, én een uitstekende maaltijd. Een prachtige keuze. Een tegenstelling met de decors van La Bohème, in sommige opzichten traditioneel, maar die zonder meer voor een uiterst fraaie omlijsting (soms zelfs beklemmend) zorgden. De zolderkamer in de eerste- en vierde acte gaf, evenals het marktplein in het Quartier Latin in de tweede acte, de sfeer van het Parijs in de vorige eeuw realistisch weer. De uitvoering was puntgaaf te noemen. De befaamde sterfscène in de laatste acte, waarbij de ernstig zieke Mimi in de armen van Rodolfo overlijdt, ontlokte zo her en der bij het publiek zelfs een traan… Het orkest kweet zich uitstekend van zijn taak, ondanks een enkele uitglijder. Maar ik prefereer een uitvoering die de grenzen van het haalbare opzoekt - met alle risico’s vandienboven een plichtmatig uitgevoerde voorstelling. Kortom, voor mij was het een feestelijke avond in alle opzichten. En gezien alle reacties van de medereizigers, niet voor mij alleen. Jeder wird gerettet!
Voor vandaag stond een bezoek aan het barokslot van Mannheim op het programma en s-avonds het bijwonen van de opera Die Zauberflöte van Mozart. (Of delen uit het Weihnachtsoratorium van J.S. Bach) Mannheim, gelegen aan de samenvloeiing van de Rijn en de Neckar, is in de tweede wereldoorlog grotendeels verwoest. De stad is nadien – letterlijk – op ruïnes terug opgebouwd zo leerde ons de welbespraakte gids. Vóór het bezoek aan het slot kreeg ons gezelschap een uitgebreide stadstour. Voorbeelden werden ons getoond van huizen waar, op de overgebleven restanten, nieuwe verdiepingen zijn gebouwd. Mannheim is ook de stad waar Carl Benz in 1885 zijn (gepatenteerde) auto presenteerde. Snelheid: 15 km/u. Het was een driewieler die aangedreven werd door een verbrandingsmotor. De stad wordt ook wel Quadratestadt genoemd omdat de binnenstad is aangelegd in een schaakbordpatroon. Met de rug naar het slot toegekeerd begint de binnenstad die uit gelijkvormige blokken is opgebouwd en geen straatnamen hebben, maar genummerd zijn. Een systeem dat met een variatie in de zeventiger jaren onder meer is toegepast in Lelystad.
Een bezoek aan het imponerende barokslot is de moeite waard. Het is het grootste in zijn soort in Duitsland en is gebouwd in de periode 1720-1760. Het is in de tweede wereldoorlog geheel verwoest en nadien zijn alle buitenmuren vernieuwd. Een gedeelte van het interieur – een aantal zalen – is gereconstrueerd en met name de plafondschilderingen van immense afmetingen zijn, aan de hand van bestaande schetsen, opnieuw aangebracht. Fascinerend om te zien. Ons werd een denkbeeldige blik gegund op het leven dat zich hier in het verleden afspeelde. Anekdotisch was wel dat met Pruisische strengheid ons verboden werd om ook maar iets tijdens de rondleiding bij zich te hebben (vooral camera’s, of die schade kunnen aanrichten!) maar dat spijkermatjes onder de schoenen – vanwege de gladheid buiten – zonder problemen bij het lopen over de prachtige houten vloeren mochten blijven zitten… On-y-soit, qui mal-y-pense. Een (onverwachte), uitgebreide brunch viel ons ten deel voordat de groep werd gesplitst in deelnemers aan ofwel Die Zauberflöte of het Weihnachtsoratorium.
Jeder wird gerettet!, schreef ik eerder. Tijdens de voorstelling van Die Zauberflöte had ik soms het gevoel zélf gered te moeten worden.
De opera vond plaats in de Opernzelt in Heidelberg. Het is een tijdelijk onderkomen voor theaterproducties vanwege de nieuwbouw van een theater dat in 2012 klaar moet zijn. De basis is een voormalige brandweerkazerne waarachter een tent is gebouwd, waar de voorstellingen plaatshebben. Een wel heel aparte ambiance, die door zijn basale opbouw een bepaalde charme bezit, in schril contrast met de verzorgde uitstraling van het publiek. Dat schiep overigens wel een heel ongedwongen, aangename sfeer. Het orkest, het Philharmonisches Orchester Heidelberg zorgde, evenals bij Bajazet, voor een voortreffelijke begeleiding. Maar de prachtige fortepiano begeleidingen werden gespeeld op een huiskamerpiano die absoluut onhoorbaar was. De gesproken teksten hadden niets gemeen met het oorspronkelijke libretto en hadden geen enkele samenhang met de verhaallijn ervan. Na de pauze veranderde de operatent in een circustent, althans op het podium. Sarastro was verkleed als een Toni Boltini en zwaaide lustig in het rond met z’n goochelstaf. De muziek begon met delen uit Mozart’s symfonieën om vervolgens te belanden in Die entführung aus dem Serail en via Don Giovanni terug te keren naar die Zauberflöte. Gelukkig werden de aria’s, duetten en koren voortreffelijk gezongen met als uitschieter Pamina die een voortreffelijke rol bezette, zowel qua zang- als acteerprestaties. En de drie knapen, jongenssopranen, waren vertederend in hun rollen. Al met al, een uitvoering die ons amuseerde. Maar wel met momenten: “von Himmelhoch jauchzent bis zum Tode betrübt”. Na de die Zauberflöte en het Weihnachtsoratorium werden wij nog vergast op een voortreffelijk souper. En stof tot napraten hadden wij.
Slotakkoord. Zo’n laatste avond geeft stof tot napraten wat met een aantal onder ons ook gedaan werd in de Gaudeamus bar van het hotel. Met, uiteraard, het drinken van de Scheidebecher, de afscheidsdronk. Met het einde van deze reis was het letterlijk: “partir, c,est mourir un peu”. De afscheidslunch was, zoals altijd, buitengewoon goed verzorgd op een locatie, halverwege de terugreis. “Kerstreis voor romantici” schreef Hannick in de brochure. Een optelsom van factoren heeft deze belofte waargemaakt De keuzes van de locaties én de muziekvoorstellingen bevestigden dit. Alsmede het totale programma dat ons werd voorgeschoteld. Ook de reisleiding, in handen van Pauline Nieuwenhuijs, gaf een toegevoegde waarde door de innemende manier van haar begeleiding. En waar kom je nog binnen voor een kerstdiner, waar een harpspelende Dame het beginakkoord tot het diner verzorgt? Een prachtige, en soms indrukwekkende reis, De Heidelberg Variaties! Dordrecht, februari 2011. Jos Boekhout.