Gamen is geen spelletje! Een interview van Jaap Kleinpaste met Jasper Schoo
Jasper Schoo is initiatiefnemer en voorzitter van de e-sportbond, een organisatie die als doelstelling heeft van gaming een officiële sport in Nederland te maken. De e-sportbond heeft daartoe een officieel verzoek ingediend bij NOC*NSF om erkenning aan te vragen als sportbond. Gamende computerfreaks als lid van de grootste sportkoepel van Nederland, het lijkt onvoorstelbaar! Jasper Schoo maakt duidelijk waarom het spelen van computergames gezien kan worden als sport en waarom de aansluiting bij het NOC*NSF een logisch gevolg is van de visie op sport van de e-sportbond. Een enthousiaste presentator, op een podium voor twee grote video walls, zweept het massaal opgekomen publiek op om de binnenkomst van hun favoriete game team met toejuichingen en applaus te ondersteunen. De twee finalisten van de Grand Finale van de International e-Sports Federation (IeSF), zwaar gesponsorde Koreaanse fabrieksteams van Jaedong en Stork, komen in snelle speedboten op het strand af gevaren. Aan land gekomen banen de beide teams zich een weg door de uitzinnige mensenmassa. Op het uitgestrekte strand is een verdeling in een rood en wit vak, waarmee duidelijk wordt voor welk team de aanmoedigingen bedoeld zijn. Op de eerste rij zitten Jasper Schoo, voorzitter van de Nederlandse e-sportbond, en een afgevaardigde van het NOC*NSF, als speciale genodigden van het IeSForganisatiecomité. Beide Nederlandse vertegenwoordigers krijgen kippenvel op de armen in deze topsportentourage met een onverstaanbare presentator die in het Koreaans de opkomst van de sterren begeleidt, de strakke beat die permanent op de achtergrond dreunt, de flitsende videobeelden van de gespeelde voorronden en de geestdriftige supporters die onafgebroken schreeuwen, juichen en applaudisseren. De spelers nemen plaats achter hun spelcomputer en het finalespel StarCraft begint.
De ontwikkeling van het gamen in Korea ligt minstens tien jaar voor op Nederland. De supporters volgen betrokken en ademloos de verrichtingen van hun spelers en begeleiden spectaculaire teamacties met veel enthousiasme. Het is een wereld van show, entertainment en topsport, waarin de spelers nationale helden zijn. De ontwikkeling van het gamen in Korea ligt minstens tien
Gamen is geen spelletje!
235
jaar voor op Nederland, verzucht Jasper Schoo, wij missen dit soort helden, die kunnen dienen als rolmodel voor gamers. Een herkenbaar gezicht De e-sportfinale in Korea verbeeldt op perfecte wijze de toekomstdromen van de voorzitter van de e-sportbond. De in 2005 opgerichte bond, is ontstaan om de wereld van de hardcore gamers een platform te bieden voor herkenbaarheid, competitie en fair play. Die wereld bestaat uit clans en communities rondom populaire spelen, die verschijnen en verdwijnen met de snelheid van een internetverbinding. De e-sportbond vormt zich naar de markt en is anders dan de traditionele sportbonden gericht op het ondersteunen van de games die op een bepaald moment populair zijn bij de gamers. Het middel, de spelcomputer, is bij de e-sportbond de constante factor en de spelen die erop gespeeld kunnen worden, variëren onder invloed van de spelletjesproducenten. Gamers beginnen vaak als single player, omdat ze een spelletje leuk en uitdagend vinden. Na verloop van tijd willen ze zich gaan meten met andere spelers en gaan ze online spelen tegen andere gamers. De e-sporters zijn de selectie van serieuze wedstrijdgamers die willen gamen in competitieverband en mee willen doen aan de grotere toernooien, zoals het NK Gaming. Deze laatste groep bestaat uit zo’n 20.000 mensen, terwijl er ongeveer 9 miljoen mensen wel eens een spelletje spelen op de computer. De e-sportbond wil deze grote potentiële doelgroep van ongebonden casual gamers, aan zich binden door het oprichten van e-sportclubs, het uitgeven van een eigen blad en het bieden van voordelen via de website www.ikbengamer.nl. Deze e-sportclubs moeten de solitaire recreatieve spelers, die op zolderkamertjes hun eigen high score proberen te verbeteren, uit hun isolement halen, door een omgeving te bieden waar ze elkaar kunnen ontmoeten en tegen elkaar kunnen spelen in lokaal opgezette competities. E-sport is eigenlijk een heel sociaal gebeuren, waarbij spelers van een spel elkaar tijdens wedstrijden en LAN-party’s ontmoeten en met elkaar hun spelervaring uitwisselen onder het genot van een drankje. De communities zijn in de wereld van het gamen erg belangrijk en de e-sportbond wil een structuur bieden met als doel de vluchtige wereld van gamers, clans en communities een herkenbaar gezicht te geven voor de game-industrie, potentiële sponsors en sportorganisaties.
Competitief gamen is echt iets voor jongens en dat zie je terug in het ledenbestand van de bond. Erkenningsaanvraag bij NOC*NSF Jasper Schoo vertelt dat de e-sportbond nu in een fase zit dat de bond aansluiting wil zoeken bij NOC*NSF om erkenning te krijgen als sportbond.
236
Van tikken naar taggen
Voorafgaand aan de erkenningsaanvraag is uiteraard goed gekeken naar de bonden die al bij NOC*NSF zijn aangesloten en dan past een bond voor gameactiviteiten als moderne denksport heel goed in het rijtje van aangesloten sportbonden, zoals de Nederlandse Bridge Bond, Koninklijke Nederlandse Dambond en de Koninklijke Nederlandse Schaakbond. In een aantal landen, waaronder Zuid-Korea en Zuid-Afrika, valt gaming of e-sport onder de denksporten en op basis van deze internationale ontwikkeling zal dit betekenen dat e-sport in Nederland op termijn ook als sport erkend zal worden. Een duidelijke handreiking vanuit het IOC naar de game-industrie, wordt geboden in onderstaande paragraaf uit The Olympic Movement in Society, een recommendation paper van het XIII Olympic Congress in Kopenhagen, Denemarken (IOC, 2009):
Volgens de voorzitter van de e-sportbond zijn de beweeggames nog onvoldoende doorontwikkeld. The Olympic Movement should strengthen its partnership with the computer game industry in order to explore opportunities to encourage physical activity and the practice and understanding of sport among the diverse population of game users. Is gamen een sport? De Nederlandse sportfilosoof Johan Steenbergen, stelt dat op grond van drie intrinsieke kenmerken er een (scherpe) grens te trekken is tussen sport en niet-sport (zie het hoofdstuk Niet alles wat we sport noemen is sport). Dit leidt tot de volgende definitie van sport: een spel waarbinnen bewegingsvaardigheden worden getest (Steenbergen, 2004). Jasper Schoo is van mening dat gamen geen spelletje is, maar wel degelijk een sport, omdat je ervoor moet trainen om er goed in te worden en omdat je er competitie in kunt spelen. Het spelen van computergames vergt goed getrainde spelers die binnen de game op verschillende fronten op het juiste moment strategische acties kunnen ondernemen, die de winstkansen van de speler(s) vergroten. De joystick, controller, het toetsenbord of de muis, behoren tot de basisuitrusting van de gamer. Het vaardig omgaan met deze besturingsapparaten, is bepalend voor winst of verlies. Dit in tegenstelling tot strategische bordspellen, zoals Risk, Diplomacy en Kolonisten van Catan, waar geluk met het gooien van de dobbelsteen de doorslaggevende factor kan zijn. Dat strategische computerspellen die gespeeld worden op het NK Gaming, zoals Quake, Command & Conquer: Tiberium Wars, Warcraft 3: The Frozen Throne, Gears of War, Resistance: Fall of Man, Call Of Duty 4: Modern Warfare en Street Fighter 4, in de publieke opinie niet direct geassocieerd worden met de intrinsieke waarde van sport en de positieve vorming die
Gamen is geen spelletje!
237
Sport en Kennis
Deze preview is een gedeelte uit het boek: Van tikken naar taggen Digitalisering van bewegingsonderwijs en sport Meer informatie
Voor meer artikelen en andere uitgaven kunt u terecht op www.sportenkennis.nl