Focus 2013 Het realiseren van de doelstellingen in de watersector toekomstvisie ‘Water 2020’ is het kompas waar NWP op vaart bij alle op deze pagina genoemde activiteiten en netwerken. Daarbij lag de focus in 2013 op een aantal thema’s: de transitie van hulp naar handel, de water, voedsel en energie nexus en het aantrekken van de samenwerking met andere sectornetwerken.
Resultaten op de kaart NWP voorzitter Sybe Schaap blikt terug op 2013. Hij zag het optimisme en de groei voorzichtig weer terugkeren en signaleerde diverse nieuwe trends.
Wat was 2013 voor jaar voor de watersector? “2013 was een jaar waarin het optimisme weer terugkwam, zeker in de tweede helft van het jaar. Dat merkten we onder andere aan de Water Export Index (WEX). Volgens dit onderzoek dat NWP periodiek laat uitvoeren in opdracht van het programma Partners voor Water, verwachtte 70% van de bedrijven in de watersector eind 2013 een toename in de export van wateractiviteiten, vier maanden eerder was dat nog 61%. De export van de watersector steeg van 7,1 miljard in 2012 naar 7,4 miljard in 2013. Azië is de regio die het meest werd genoemd als kansrijk, gevolgd door het Midden- Oosten, Afrika en Latijns Amerika. Europa wordt minder genoemd omdat de economische situatie nog steeds ongunstig was.“
Was het ook een goed jaar voor NWP? “We zagen dat projecten waar we als Nederland al lang in investeren, nu resultaat op gaan leveren. Bijvoorbeeld het overheidsbeleid ‘Water Mondiaal’, dat gaat over de samenwerking met laaggelegen delta’s in de wereld. Bij dit soort grote projecten trekken overheid en sector vaak samen op. Daar speelt ook een groot deel van onze activiteiten zich af: het NWP is door sector en overheid opgericht als netwerk om in samen te werken, met een bureau dat de partijen ondersteunt. Het NWP bureau organiseerde
voor de vijf Water Mondiaal delta’s de samenwerking met en input van de sector, communicatie, missies, beurzen, kennis enzovoort. In 2013 leverde de gezamenlijke investering resultaat op. Lang lopende projecten in Indonesië, Vietnam, Mozambique en Bangladesh mondden uit in concrete plannen. Voor Jakarta verscheen een visie voor kustontwikkeling die in de nabije toekomst tot een masterplan zal leiden, het door Nederland en Vietnam in gezamenlijkheid ontwikkelde Mekong Delta Plan werd met groot enthousiasme ontvangen door de Wereldbank, voor Mozambique leverde een Nederlands consortium een masterplan op waar nu door lokale overheden voor wordt gelobbied bij internationale financiele instellingen. In Bangladesh is veel geïnvesteerd in een programma voor water en textiel, een consortium is bezig met een masterplan voor de delta. Ik verwacht dat deze investering in 2014 tot concreet resultaat zal leiden. In Egypte hebben we even pas op de plaats moeten maken. Het contact is wel gebleven, maar de politieke situatie maakt dat er niet zoveel voortgang geboekt kon worden.”
Komen de successen altijd uit overheidsprogramma’s? Niet altijd, er zijn ook private netwerken en consortia die bij NWP onderdak vinden. Maar het is wel vaak de overheid die de eerste investering doet als het om nieuwe landen, nieuwe aanpak of het onderhouden
van bilaterale relaties gaat. Voor overheid en sector is dat een spannende inzet. De overheid zet immers belastinggeld in om de BV Nederland verder te brengen en om bij te dragen aan het oplossen van waterissues. Van tevoren kun je als sector niet garanderen dat die investering terugkomt. Je weet alleen op basis van eerdere projecten, bijvoorbeeld New Orleans, dat een dergelijke aanpak loont. Nergens is die spanning duidelijker zichtbaar dan in het Water OS programma. Het getuigt van lef en visie van de overheid om hulp en handel te koppelen in dit programma. Niemand betwist meer dat deze niet samengaan. Maar het gaat zeker niet om de makkelijkste landen. Voor NWP is het een uitdaging om de behoeften van de sector en overheid op elkaar aan te sluiten en voor deze landen voldoende geinteresseerde sectorpartijen te vinden. Het Water OS programma ging in 2013 van vijf naar vijftien focuslanden: Bangladesh, Benin, Ethiopië, Ghana, Indonesië, Jemen, Kenia, Mali, Mozambique, Palestijnse Gebieden, Rwanda en Zuid Soedan. NWP zorgde ervoor dat voor al deze landen kernadviseurs kwamen, ervaren waterprofessionals die als linking pin konden fungeren tussen ambassade, watersector, lokale en internationale stakeholders. Ze helpen onder andere bij het opstellen van de waterparagraaf in de meerjarenplannen van de ambassade, organiseerden lokale netwerken en mobiliseerden de sector in Nederland. De eerste resultaten zijn er: de grootste handelsmissie die ooit naar Palestina ging, kende een groot wateraandeel. En hoewel er hier ook grote politieke gevoeligheden meespelen, zijn er toch meerdere grote kansen gecreëerd voor de sector. In Mozambique hielp NWP bij het opzetten van een lokaal water partnership. Maar zoals gezegd hebben we soms te maken met instabiele landen, zoals Zuid Soedan. Daar moesten onze werkzaamheden opgeschort worden vanwege het oplaaiende geweld.
Het was merkbaar dat ‘Water OS’ in de tweede fase is gekomen. Van het scheppen van randvoorwaarden en het opstellen van plannen, zijn we nu naar het opbouwen van lokale contacten, het inzetten van missies, en het voorbereiden van concrete vormen van samenwerking gegaan. Wat ik mooi vind, is dat niemand meer in twijfel trekt dat hulp en handel samen gaan. Toen we bij NWP in 2005 het NGO platform oprichtten, was het een grote missie om de verbinding te leggen met het bedrijfsleven. Dat is in 8 jaar vanzelfsprekend geworden.”
Kon u in 2013 zaken van uw actielijst afstrepen? De toekomstvisie ‘Water 2020’ , waarin de wensen van de sector zijn opgetekend, is het kompas waar NWP op vaart. Daarin staat onder meer de wens om jonge professionals ervaring op te laten doen in het buitenland. Een lang gekoesterde wens, waar NWP flink voor heeft gestreden. Ik ben blij dat het Ministerie van Buitenlandse Zaken het initiatief heeft genomen voor het YEP water programma en dat we dat nu samen met het ministerie uitvoeren. Jonge professionals (zowel Nederlandse als lokale professionals) kunnen met dit programma ervaring opdoen in het buitenland bij Nederlandse organisaties die daarvoor specifieke projecten indienen. NWP zorgt samen met Buitenlandse Zaken voor de werving en selectie, de communicatie en de begeleiding en training. Daarnaast hebben we in 2013 meegewerkt aan de totstandkoming van het Dutch Risk Reduction Team, een initiatief van I&M en Buitenlandse Zaken. Ook dit is een wens die al langer speelde en waar NWP ook voorwerk voor heeft gedaan. Een ‘DRRTeam’ kan snel worden uitgezonden wanneer een buitenlandse overheid urgent water-expertise nodig heeft. De overheid heeft gelden vrijgemaakt om een pool van experts op te zetten en deze snel uit te
zenden wanneer dat nodig is. De sector draagt er zelf ook aan bij. Een ‘DRR team’ inventariseert de problematiek ter plaatse en levert een eerste advies. Zo komt er snel een gedegen advies voor waterproblemen en zijn we als sector goed gepositioneerd om het later uit te voeren. Beide zijn wensen die in vervulling zijn gegaan. Daarnaast hebben we onze kennis uit het Innovatieprogramma Watertechnologie, waarvoor NWP van 2006 tot 2011 het programmabureau was. ingebracht bij de Topsector Water. Een logische stap, gezien het feit dat NWP zich meer op internationale zaken is gaan focussen. NWP voerde het secretariaat voor de ‘TKI-watertechnologie’ (innovatieconsortium) van de Topsector Water, hielp met het opzetten van diverse regelingen en instrumenten en het organiseren van bijeenkomsten. In 2014 wordt onze rol binnen het TKI-watertechnologie beperkter.
Wat waren voor u hoogtepunten in 2013? De International Water Week in november in Amsterdam natuurlijk. Met bijna 1000 bezoekers op de conferentie, 40 internationale delegaties, het grootste Holland Paviljoen ooit (40 partijen die zich presenteerden) en een goed inhoudelijk programma overtrof de week onze verwachtingen. Dat kwam ook door de uitstekende samenwerking met IWA, Rai Amsterdam en IWC en de ondersteuning van het programma Partners voor Water. Ook in maart hadden we een zeer succesvol evenement: vanuit het nutrient platform, een netwerk van organisaties die zich richten op het terugwinnen van grondstoffen uit afvalwater, kwam het initiatief om in Brussel een conferentie te organiseren rond het winnen van fosfaten uit afvalwater. Fosfaat is schaars, zeker in Europa. We hadden een urgent onderwerp aangeboord, dat bleek uit het feit dat de conferentie druk bezocht
werd. Ook door Europees commissielid Potocnik, die het onderwerp op de Europese agenda zette. Verder verwacht ik veel van de samenwerking met organisaties in de watertechnologie, de VLM, Aqua NL en de Water Alliantie, die we in 2013 zijn gestart tijdens het Wetsus congres. We hebben onder andere een gezamenlijk paviljoen op de Aqua Nederland Vakbeurs neergezet, samen het Holland Paviljoen op de International water Week neergezet en ook bij internationale beurzen werken we veel samen. In de toekomst zullen we ons nog bewuster richten op samenwerking met branche-organisaties en andere netwerken. Daarnaast vind ik de vele succesvolle missies dit jaar opvallend. De inzet in het topsectorenbeleid om de reisagenda van de bewindslieden aan te sluiten op behoeften van de sector, maakt echt verschil. Als NWP zijn we bij meerdere missies betrokken geweest, met als klapper de grote handelsmissie die Rutte leidde naar Indonesie. En niet te vergeten: de website dutchwatersector.com, de internationale site van de watersector die NWP runt met steun van Partners voor Water. De site heeft zich in 2013 echt bewezen, dankzij de actuele journalistieke aanpak trekt de site meer dan 10.000 internationale bezoekers per maand.
Heeft u nog trends opgemerkt in 2013? Ineens hebben we intensief contact met ruimtelijke denkers, stedenbouwers, landschappelijk architecten, maar ook kaartenmakers en 3d specialisten. In consortia in New York, Mozambique, Jakarta en Vietnam trekt de watersector met deze partijen op. Dat is heel inspirerend en echt een nieuwe trend. Al die ‘urban delta’s’ waar we de komende decennia oplossingen voor willen bieden, hebben behoefte aan deze
gecombineerde expertise. En de watersector kan nog wat leren van de manier waarop die partijen hun projecten visualiseren. Daarnaast valt de aandacht voor finance op. In de watersector is het besef doorgedrongen dat je naar meerdere manieren van financiering moet zoeken, dat het kansen biedt als je lokale overheden -je potentiele klanten- ondersteunt bij het op orde krijgen van financiering en governance daaromheen en dat je goede aansluiting moet zoeken. In 2013 hebben we daar op ingespeeld met de workshop ‘appropriate finance’ tijdens international water week. Er zijn ook zaken die inmiddels geen trend meer zijn, maar gemeengoed. De samenwerking tussen land- en tuinbouw en de watersector bijvoorbeeld. Inmiddels hebben we heel veel projecten ingezet in binnen- en buitenland. Bijvoorbeeld projecten waarbij irrigatie verbeterd wordt door de inzet van sensoren in de grond, hergebruik van water in kassen, het nutriëntenplatform dat ik al noemde. Op de grens tussen onze sectoren liggen veel kansen. Daarom hebben we in oktober 2013 Peter Prins aangetrokken, een adviseur van LTO Nederland. Hij gaat de samenwerking tussen de sectoren in 2014 verder vormgeven.
Gingen er ook zaken minder goed? Die zijn er altijd, de ontwikkelingen waar NWP bij betrokken is, vergen lange adem en zijn afhankelijk van vele partijen en wereldwijde ontwikkelingen. Daarnaast is het altijd een uitdaging om onze rol duidelijk te maken. Wij zijn echt een partij die altijd achter de schermen werkt en die op veel terreinen, met veel verschillende partijen, actief is. In 2012 hebben we al besloten weer sterk te focussen op internationaal gerichte activiteiten. De slogan ‘meer impact in het buitenland’ onderstreept dat. Mensen zien van het NWP vooral de activiteiten van het bureau aan de Bezuidenhoutseweg. Dat is inderdaad
de spil, maar het het bureau wordt gevoed door het NWP zelf, dat is het netwerk van bedrijfsleven, overheid, NGO’s en kennisinstellingen. Deze partijen hebben samen het NWP opgericht; dat wordt soms wel eens vergeten. Zonde, want in vijftien jaar zijn met het NWP model al veel successen geboekt en het model is zowel in Nederland als wereldwijd al vele malen gekopieerd. Onze uitdaging is om het eigenaarschap van NWP nog meer bij de partners te leggen. Sybe Schaap voorzitter Netherlands Water Partnership
Wereldwijde cases in 2013 was NWP betrokken bij 120 internationale projecten. Het Netherlands Water Partnership is een platform waar sector en overheid samen werken aan internationale positionering. Soms in breed verband, soms in kleinere consortia. De rol van het NWP vindt altijd plaats in die context: ondersteunend aan de ambities van de deelnemers. Een investering in een positie in het buitenland vergt vaak een lange adem en stoelt voor een groot deel op intensieve contacten tussen overheden. Voor de watersector is het van groot belang dat onze overheid steeds bereid is om te investeren in de internationale positie van Nederland waterland. Dat is ook een resultaat van het Topsectoren beleid. Het NWP wordt daarbij vaak ingezet om de samenwerking tussen sector en overheid tot stand te brengen en ambities te realiseren. In 2013 ging dat met name om de volgende programma's: Partners voor Water, met onder andere het 'Water Mondiaal' beleid waarin samenwerking met andere deltalanden tot stand komt • Het 'Water OS' programma, dat zich richt op kansen op het grensvlak tussen hulp en handel • Het 'Yep Water' programma, dat jong talent een vliegende start geeft in het buitenland •
Bangladesh 2013 Bangladesh is een van de Delta’s in het overheidsprogramma ‘Water Mondiaal’, dat gericht is op duurzame relaties met meerdere delta’s (Vietnam, Indonesie, Mozambique, Egypte). Ook het programma ‘Water OS’ (water en ontwikkelingssamenwerking) investeert in het land. In het kader van deze programma’s leverde NWP input voor het meerjarenplan van de ambassade, ondersteunde geïnteresseerde partijen vanuit de Nederlandse watersector bij diverse projecten en legde het contact tussen Nederlandse watertechnologie bedrijven en de textielsector in Bangladesh. De samenwerking tussen Nederland en Bangladesh is veel breder dan alleen textiel en omvat bijvoorbeeld ook een delta plan, flood early warning systems en oesterbanken om de kust te beschermen.
Op weg naar schone textielproductie Tijdens de Internationale Water Week in november verzorgde Erwin Rietman, Area Sales Manager bij Nijhuis Water Technology, op verzoek van NWP een presentatie over afvalwaterzuivering in de textielindustrie voor de delegatie uit Bangladesh. Inmiddels zijn er goede contacten gelegd, op weg naar een pilot die het hele productieproces moet optimaliseren, inclusief water-, energie- en chemicaliëngebruik, plus de impact op het milieu. ‘De textielindustrie in Bangladesh heeft een groot afvalwaterprobleem, er wordt veelal hoog vervuild en gekleurd afvalwater geloosd in de rivieren. Daar komt bij dat er heel veel water wordt gebruikt en dat de grondwaterstand door alle economische activiteiten snel daalt. Dit probleem vereist een integrale aanpak om het gehele proces te optimaliseren en de totale hoeveelheid benodigd water te reduceren. Daarbij hoort de toepassing van geavanceerde afvalwatersystemen, inclusief recycling voor het hergebruik van dit water. Wij bieden deze geïntegreerde aanpak samen met enkele andere partners en hebben verschillende contacten gelegd met textielfirma’s in Bangladesh. Ik hoop dat we met elkaar tot een goede pilot voor integrale schone productie kunnen komen.
Dat zal niet vanzelf gaan, er is enige druk nodig. Die functie heeft bijvoorbeeld het Bangladesh Water PaCT: Partnership for Cleaner Textile programma. Dat draagt eraan bij dat bekende textielketens, zoals H&M, C&A en WE, strengere duurzaamheidseisen stellen aan de textielproducenten, ook als het gaat om water. Net zoals dat ook gebeurt op het gebied van brandveiligheid en arbeidsomstandigheden. Vooral de jongere ondernemers zijn daar wel gevoelig voor. Je moet dan wel een goed controlesysteem hebben. Anders voldoen ze op papier wel aan alle regels, maar zetten ze de zuivering alleen aan als er een inspecteur in de fabriek is.’
Australië Het programma Partners for International Business laat zien dat je per land en per situatie andere samenwerkingsverbanden nodig hebt. Het gaat hier vaak om investeringen op de lange termijn. Het NWP biedt een platform voor deze verschillende vormen van samenwerking: in 2013 faciliteerde NWP 9 landenplatforms, 3 thematische netwerken en 5 regionale netwerken in het buitenland.
Stap voor stap een band opbouwen Rijksdienst voor Ondernemend Nederland en een consortium van bedrijven en kennisinstellingen uit de Nederlandse watersector hebben op 9 juli 2013 een samenwerkingsverband ondertekend in het kader van het programma Partners for International Business (PIB). Het programma richt zich op een collectieve benadering van de Australische markt. NWP is penvoerder, Charlotte Spliethoff van Royal HaskoningDHV is in Brisbane gestationeerd als liaison officer. ‘We hebben ons in eerste instantie vooral gericht op de overheid van de staat Queensland, maar daar zat weinig beweging in. De staat heeft ook niet veel budget. Tijdens bijeenkomsten was iedereen wel enthousiast, maar daarna gebeurde er niet zo veel. Daarom hebben we besloten om het anders aan te pakken, en hebben we een zogenoemde community of practice opgezet. Het is een platform voor diverse betrokkenen in de regio om met elkaar van gedachten te wisselen. We hebben nu bijvoorbeeld contact met gemeentelijke overheden, universiteiten en kennisorganisaties. In eerste instantie ligt de focus op integrated flood risk management in Queensland,
maar later kunnen we het wellicht breder trekken, zowel qua onderwerpen als geografisch. Op 18 maart 2014 hebben we een eerste bijeenkomst gehad en we hadden het zo geregeld dat de uitnodiging kwam van Mark Pascoe, de CEO van kennisinstituut International WaterCentre hier in Brisbane. Dat werkt beter dan een uitnodiging van een Nederlandse club. Het is vooral zaak om een vertrouwensband op te bouwen, en dat gaat stap voor stap. Het heeft hier heel weinig zin om ergens binnen te stappen en even te vertellen hoe de Australiërs het op moeten lossen.’
Indonesië Via het programma Partners voor Water is al enige jaren geleden het fundament gelegd voor de huidige inzet in Jakarta. Voor dat programma organiseerde NWP de samenwerking met de sector. In 2013 kreeg de samenwerking een extra impuls dankzij een groep bedrijven die zich onder de vlag van Topsector Water schaarden. Van Oord was een van deze bedrijven. De focus ligt daarbij op Jakarta, waar Nederland adviseert bij het opzetten van een groot project om de stad te beschermen tegen overstromingen. Het ambitieuze project gaat naar verwachting in 2014 van start, verschillende Nederlandse partijen zijn door het samenwerkingsproject goed gepositioneerd om daar een rol bij te spelen.
Robert de Bruijn, Head Communication and Markets, van Oord
Met elkaar het speelveld organiseren In november 2013
bezocht een breed samengestelde missie onder leiding van premier Rutte Indonesië, met het accent op Jakarta. Doel was het versterken van de onderlinge banden, waardoor ook de kansen voor de Nederlandse sector kunnen toenemen. Onder de bedrijven was ook Van Oord. Robert de Bruin, Head Communication and Markets, is ervan overtuigd dat het helpt. ‘We hebben in Indonesië al een heel mooi gevulde orderportefeuille en we zijn bijvoorbeeld al druk bezig in de haven van Jakarta. De stad heeft twee uitdagingen. Ten eerste groeit Indonesië de komende jaren in razend tempo naar een plek in de top-tien van wereldeconomieën. En tegelijkertijd zakt de bodem onder de stad, met alle risico’s van dien. In de Nederlandse propositie van de ‘Great Garuda’ ( een plan om Jakarta te beschermen tegen overstromingen) komt dat allemaal bij elkaar: de groeiambitie en de verstedelijkingsopgave, inclusief sanitatie. Er komen natuurlijk grote waterbouwkundige werken aan. Vanuit de ministeries en ook vanuit NWP wordt hard gewerkt aan het bestendigen en versterken van
de relaties op overheidsniveau en tussen kennisinstituten. Als Van Oord doen we full speed mee, ook met de uitwisselingsprogramma’s van kennis met bijvoorbeeld Indonesische studenten. Begin april 2014 zijn we ook weer mee geweest met de missie van minister Schultz. Zo laten we zien dat we blijvend willen investeren in de relatie. Want het helpt ons bij het aangaan van de zware concurrentie met de Chinezen, de Koreanen en de Japanners. Dat doen we op eigen kracht, en zo hoort het ook. Maar als je met elkaar het speelveld goed hebt georganiseerd, dan creëer je wel zo gunstig mogelijke omstandigheden.’
kenia en 'water os' Kenia is een van de landen uit het Water OS programma van het ministerie van Buitenlandse Zaken. Hulp en handel gaan in dit programma hand in hand. Andere landen in het water os programma zijn: Bangladesh, Benin, Ghana, Indonesie, Kenia, Mali, Mozambique, Palestina, Rwanda, Zuid Soedan en Yemen. In deze landen is het vaak moeilijk voor de private sector om zelf aan de slag te gaan. In het Water OS programma wordt nauw samengewerkt met de ambassade om de behoeftes van het land in kwestie in kaart te brengen, NWP betrekt en steunt de sector. Ervaren ‘kernadviseurs’, die het land kennen, komen tijdelijk in dienst bij NWP om bedrijven, NGO’s en de publieke sector te stimuleren en begeleiden bij hun eerste stappen in het land.
Veel mogelijkheden, maar niet op de traditionele manier
De Nederlandse watersector zocht in oktober 2013 tijdens de IWA Development Congress & Exhibition in Nairobi collectief de samenwerking met Kenia en de regio. NWP coördineerde de Nederlandse deelname. Victor Langenberg van kennisinstituut Deltares blikt terug. ‘We zijn nu al een tijdje actief in Kenia. De Kenianen waarderen onze opstelling: not for profit, zakelijk, onpartijdig, en de juiste kennis genereren, delen en toepassen daar waar het écht nodig is. Nu hebben we van de conferentie en het latere bezoek van minister Ploumen, gebruik gemaakt om onze samenwerking met een aantal kennisinstituten, publieke en private partijen te bezegelen in een memorandum of understanding. Ondernemende partijen die ook graag een verbindende rol spelen in die kennisuitwisseling en de toepassing ervan.
Om vervolgens samen met de Nederlandse sector met betere, voor Afrika duurzamere oplossingen te komen.
De conferentie was vanuit de Nederlandse kant goed ingevuld, er zaten bedrijven en organisaties aan tafel die niet alleen iets kunnen, maar ook iets willen. Maar eerst moet je goed in kaart brengen wat de grootste problemen zijn. Daarop nemen wij vaak het initiatief.
Dat moet de Nederlandse sector zich goed realiseren. Er liggen grote mogelijkheden in Kenia, maar dan moet je niet op de traditionele manier tegen de relatie aankijken.’
De afgelopen jaren is de politieke en economische stabiliteit flink toegenomen en men is gezond kritisch aan Keniaanse kant. Steeds vaker komen we in gesprek met betrokken waterexperts. Zo kunnen we veel makkelijker de juiste wensen boven tafel krijgen en samenwerkingen starten. Het wordt meer en meer een level playing field.
Mozambique Mozambique is volop in ontwikkeling, dat biedt kansen voor de sector. In 2013 ondersteunde NWP voor het Water Mondiaal programma het consortium dat een Masterplan maakt om de kuststad Beira veiliger te maken voor overstromingen. De lokale overheid is enthousiast, nu de realisatie nog.
Kansen vergroot in Beira Het Masterplan ‘Beira 2035’is onlangs opgesteld door het consortium met Deltares, Witteveen+Bos, Wissing stedenbouwkundigen, NIRAS Mozambique en VandenBroek Consulting. Het plan is en in nauwe samenwerking met de gemeente Beira en lokale stakeholders tot stand gekomen. Piet Kalsbeek, directeur van Wissing, onderstreept het belang van dat laatste aspect. ‘We hebben een duurzaam, integraal en onderscheidend plan gemaakt, en dat hebben we nadrukkelijk sámen met de belangrijkste stakeholders gedaan. Die samenwerking was een essentiële succesfactor. Het plan is de basis voor Beira om de komende twintig jaar kwantitatief en kwalitatief uit te kunnen groeien tot een regionale hub, waarbij vanaf het begin rekening wordt gehouden met klimaatveranderingen, zoals toenemende neerslag en de stijging van het zeewaterniveau. Het plan voorziet bijvoorbeeld in het eerherstel van een aantal oude rivierlopen, een nieuwe lagune plus de keuze om de stadsuitbreiding te situeren in de hoger gelegen
delen van de stad. Dat soort verregaande keuzes is wezenlijk, omdat de stad in inwoneraantal de komende decennia zal verdubbelen, en misschien zelfs verdrievoudigen. Het brede draagvlak, met alle stakeholders, biedt de beste kansen dat de plannen ook daadwerkelijk integraal worden uitgevoerd. We hebben nu een jaar met veel energie gebouwd aan een stevige vertrouwensbasis. We maken duidelijk dat we ons verbonden voelen en samen de volgende stap willen zetten. Dat heeft gewerkt, er heerst nu een sfeer van ‘laat het maar aan de Nederlanders over, dan komt het goed.’ Ik denk dat we de kansen voor de Nederlandse sector wel hebben versterkt. De gunfactor is vergroot.’
Zuid Afrika Zuid Afrika is een land vol kansen, maar het is soms lastig om voet aan de grond te krijgen met nieuwe expertise. Dankzij financiering van het programma Partners voor Water was het mogelijk om de eerste stappen te zetten. NWP was een van de drijvende krachten achter het centre of expertise, een platform dat innovaties van sectorpartijen introduceert bij de water en sanitatiesector in Zuid Afrika. Dat centrum is er nu en wordt gerund door Vitens Evides International, in samenwerking met andere partijen. NWP is liaison tussen het centrum en de watersector.
Samen tot oplossingen komen Het in 2013 gestarte Centre of Expertise in het Zuid-Afrikaanse Durban wil de toegang tot de Zuid Afrikaanse markt vergemakkelijken voor Nederlandse bedrijven met innovatieve producten en diensten. Mooie ‘showcase’ is de asset management game van Colibri Advies. Martine van den Boomen legt uit hoe het werkt. ‘Het spel ‘asset management game’ daagt je uit om een probleem in de dagelijkse praktijk met je collega’s te bespreken. Stel dat je bijvoorbeeld niet goed weet hoe het zit met de betrouwbaarheid van de drinkwatervoorziening, hoe stuur je daar dan op? De deelnemers vertolken elk een rol in dat proces: bijvoorbeeld het beheer, de directie, het onderhoud en het ontwerp. Zo kom je samen tot oplossingen, het spel geeft structuur aan het proces. Dat leidt ertoe dat je niet gaat zitten stoeien op je eigen eilandje, én dat je tot oplossingen kunt komen die je op eigen kracht niet had kunnen bereiken.
Het spel is helemaal aangepast aan de situatie en de prioriteiten in Zuid-Afrika. Qua niveau hoefden we er trouwens niet veel aan te doen, met de kennis over asset management en organisatie van de sector zit het wel goed. Alleen is de praktijk vaak een stuk weerbarstiger. Juist daarbij kan de asset management game helpen. We werken ook aan een train-detrainerconcept, waarbij mensen worden opgeleid om het spel bij waterbedrijven in het land te spelen en dat proces te begeleiden. We verkopen ook liever geen losse spellen, het is zeker geen dozen schuiven. Het gaat ons erom dat we expertise overdragen, het spel is daarvoor een middel.’
Polen De inzet in Polen maakt deel uit van een langjarig project, gefinancierd door het programma Partners voor Water. Dankzij dit programma hebben meerdere bedrijven inmiddels opdrachten verworven.
Meer veiligheid voor Wroclaw Grontmij heeft een grote rol als adviesbureau in een uitgebreid programma rond de Poolse stad Wroclaw, om de ongeveer 2,5 miljoen inwoners van het gebied te beschermen tegen overstromingen. Het programma startte eind 2012 en loopt door tot in 2014. Piotr Szymczak, hoofd van de adviesgroep van Grontmij Polska, legt uit wat er gebeurt en geeft aan dat NWP heeft bijgedragen aan een gunstiger klimaat voor de Nederlandse sector. ‘Het bevaarbare deel van de rivier de Oder, met een lengte van 750 kilometer, gaat dwars door Polen heen. Overstromingen komen veel voor, met name in de lente. De laatste ernstige was in 2010, en in 1997 was de overstroming werkelijk verwoestend. Het programma moet zorgen voor het moderniseren en verbeteren van de overstromingsbescherming. Wij zijn als consultants verantwoordelijk voor het ontwerpen, het besteksgreedmaken en het projectmanagement van hoogwaterbeschermingsmaatregelen langs de Oder, ter hoogte van Wroclaw. Het is een programma voor een groot gebied, met een mogelijke impact voor het hele land. We vinden het
fantastisch dat we mogen bijdragen aan een van de grootste programma’s voor overstromingsbescherming die ooit in Polen zijn ontwikkeld. We voelen ons geruggesteund door de gezamenlijke aanpak van de Nederlandse Ambassade en het NWP bij het promoten van de Nederlandse kennis en ervaring op het gebied van watermanagement. Die aanpak geeft ons zeker een extra steun in de rug ten opzichte van concurrentie – niet alleen de lokale, maar ook de internationale. Het geeft opdrachtgevers het vertrouwen dat goede oplossingen kunnen worden gegenereerd en geïmplementeerd.’
Vietnam en Water Mondiaal Vietnam is een van de ‘Water Mondiaal’ landen, dat wil zeggen delta’s waar Nederland inzet op een lange termijn relatie om zo de Nederlandse watersector te positioneren om samen met lokale counterparts de waterproblematiek aan te pakken. Water Mondiaal komt voort uit het Partners voor Water programma, gefinancierd door de overheid. Het voorsorteren op het Mekong Delta plan is daarbij een groot project, maar ook rond Ho Chi Minh stad is sprake van een groot project waar een Nederlands consortium dankzij de Water Mondiaal samenwerking actief is.
Financiers aan boord Op 19 december 2013 overhandigde minister Schultz het Mekong Delta Plan aan de Vietnamese vicepremier Vu Van Ninh. De Wereldbank en andere internationale financiers hebben het plan omarmd. Tom Kompier, eerste secretaris watersector van de Nederlandse ambassade in Hanoi, noemt dat buitengewoon goed nieuws. ‘De Mekongdelta staat voor grote uitdagingen, en daarvoor zijn ingrijpende oplossingen nodig die veel geld kosten. Dus heeft de financiering hoge prioriteit. Vietnam is nu een middeninkomenland, maar maakt nog wel degelijk gebruik van internationale donoren en is afhankelijk van leningen, bijvoorbeeld van de Wereldbank en de Asian Development bank. Er is een goede verklaring voor de steun van financiers voor het Mekong Delta Plan. Alle financiers worstelen namelijk met hetzelfde probleem: ze vragen zich af of de investeringen die zij in Vietnam doen, wel de juiste zijn. Dit met oog op de snelle klimatologische en sociaal-economische veranderingen. Mede daarom juichen ze een integrale aanpak zeer toe. En dat is precies wat het Mekong DeltaPlan biedt.
Financiers kunnen grote infrastructurele projecten nu langs de meetlat van het Mekong Delta Plan leggen. Dat kan ertoe leiden dat plannen in hoog tempo kunnen worden uitgevoerd, omdat ze er prima in passen. Maar er kan ook reden zijn om aan te dringen op het aanpassen of, in een uiterste geval, het schrappen van plannen. Dat is het spanningsveld. Het is natuurlijk nog geen gelopen koers. Uiteindelijk neemt Vietnam de beslissingen zelf. Maar het perspectief is aantrekkelijk. Het is aan de sector om straks die kansen te verzilveren.’
Kerngegevens Netherlands Water Partnership in 2013
Jong talent voor de sector case: YEP Water VEI
Vliegende start Yep water in 2013 Veertig waterprofessionals aan de slag
Via YEP Water, een programma om jong watertalent een vliegende internationale start te geven, zijn in 2013 veertig jonge waterprofessionals aan de slag gegaan. NWP voert YEP Water uit, in opdracht van en samen met het ministerie van Buitenlandse Zaken. Een van de deelnemende organisaties is Vitens Evides International. Marco Schouten is daar regional manager. ‘We hebben mensen permanent in het buitenland gestationeerd en op projectbasis voegen we daar specialisten aan toe. Via YEP kunnen we jonge professionals koppelen aan senior managers. Dat zorgt voor verfrissing. Neem bijvoorbeeld Peter Bervoets, die in Kenia van project naar project holt. Een jonge hond die alles wel wil aanpakken. Er zijn er nu drie aan de slag, plus een lokale YEP’er in NoordOeganda. Die brengt daar de waterinfrastructuur in kaart; niemand weet precies wat er ligt en in welke staat het is. Die kennis kan later de basis vormen voor een investeringsplan. Het YEP-programma sluit prima aan op onze visie op het ontwikkelen van arbeidspotentieel. Ook wij hebben te maken met een oplopende gemiddelde leeftijd en veel medewerkers die ouder aan het worden zijn. Dan is de instroom van jonge enthousiaste
gasten natuurlijk extra belangrijk. Ze krijgen twee jaar de tijd om zich te bewijzen. Ik hoop dat YEP’ers na afloop van het programma bij ons blijven, omdat we er zo in slagen om onze eigen buitenlandse projectleiders op te leiden. Voor ons is het absoluut winst. Wat mij betreft snijdt het mes dus aan alle kanten.’
Yep Water in 2013 Het YEP Water programma maakt deel uit van een bredere inzet, gericht op het aantrekken en ontwikkelen van jong talent voor de watersector. Ook het Human Capital Water en Delta programma, waaruit onder meer het watertraineeship en het de jongerencampagne waterwonderen uit voorkomt, maken daar onderdeel van uit. In 2013 werden via YEP water 40 professionals geplaatst in het buitenland, wat betekent dat er ook veertig organisaties projecten inbrachten.
Internationale branding / internationale events en missies
Sector en overheid zetten NWP in als platform voor internationale branding van de watersector. Voor dat doel realiseerde het NWP de internationale brandingstrategie met de titel ‘Let’s work together’. De kernboodschap daarin is partnerschap: Nederland als partner voor wateroplossingen in de 21e eeuw. De brandinglijn kent diverse middelen: de website www.dutchwatersector.com. de twitterstream @hollandwater evenals diverse publicaties en een internationale film. www.dutchwatersector.com trok in 2013 meer dan 10.000 bezoekers per maand, dankzij een uitgekiende journalistieke strategie. In plaats van te zenden, sluiten we met Nederlandse kennis aan op actuele onderwerpen die in de wereld spelen. Omdat veel mensen dan net zoeken op dat onderwerp, realiseert de sector een groot bereik. NWP was in 2013 betrokken bij de organisatie van Holland paviljoens op internationale beurzen in Abu Dabi, Wasser Berlin, Roemenië, IWA Kenia, IWW Amsterdam. NWP doet daarnaast periodiek onderzoek naar de belangstelling voor en de toegevoegde waarde van beurzen en de manier waarop de sector hier de meeste toegevoegde waarde kan behalen. Ook bij andere internationale evenementen, zoals conferenties, evenementen van ambassades, en in- en uitgaande missies levert NWP ondersteuning (in 2013 waren dat er 112).
IWW/ Aquatech international water week en internationale branding in 2013 De International Water Week is een van de belangrijkste pijlers onder de Internationale Brandingstrategie voor de Nederlandse Watersector. Met de week halen we de internationale watergemeenschap naar Amsterdam en versterken daarmee de positie van Nederland als wereldwaterleider.
Ger Bergkamp over International Water Week en Aquatech Amsterdam:
De energie was de hele week voelbaar De International Water Week (IWW) van 5 tot 8 november in Amsterdam was een doorslaand succes. Dat blijkt uit enkele indrukwekkende cijfers: • Meer dan 1000 deelnemers aan de conferentie, uit ongeveer 140 landen • Speciale delegaties uit 40 landen • Jongerenprogramma met 500 deelnemers • Aquatech omvatte ruim 650 stands en ontving ongeveer 18.500 bezoekers • Een groot Holland Paviljoen met 46 deelnemers dankzij het partnerschap met VLM en de Wateralliantie Het succes werd mogelijk omdat overheid en sector samen in de week investeerden. Zo kwamen veel delegaties in het kader van de programma’s Water Mondiaal en Water OS naar Nederland en hadden zich diverse sponsoren gemeld. NWP organiseerde de International Water Week samen met IWA, RAI Amsterdam en IWC. Ger Bergkamp, executive director van de International Water Association (IWA), was dan ook zeer positief gestemd: ‘De IWW was een groot succes. De hoge
inhoudelijke kwaliteit, de excellente sprekers en het grote aantal tevreden deelnemers bewijzen dat. Tijdens de diverse sessies zorgden de uitstekende sprekers en de toehoorders samen voor heel veel positieve energie. Die energie was de hele week tijdens alle activiteiten voelbaar.’ Uit alle evaluaties kwam ook een positief beeld naar voren: het brede en aansprekende thema, de integrale aanpak, het grote aantal delegaties en bezoekers, het internationale karakter. Bezoekers prezen ook de opzet, die zorgde voor relatief veel interactie en dialoog. ‘Green Economy’ als overkoepelend thema werd hoog gewaardeerd. De IWW kan volgens Ger Bergkamp voortbouwen op het succes van dit jaar. ‘Dat betekent bijvoorbeeld extra aandacht voor de agenda’s van de groene economie, delta’s en stedelijke ontwikkeling. Dit kan leiden een verdere versterking van het programma, met een focus op specifieke doelgroepen.’ De volgende edtie is in 2015, van 2 tot 6 november.
Wasser Berlin
Van Remmen ging mee naar de Wasser Berlin
Voor ons als MKB bedrijf is het geen doen om op eigen kracht te gaan
Organisatie gezamenlijke Holland Paviljoens NWP organiseert in de hele wereld collectieve Holland Paviljoens voor de Nederlandse watersector. Ook in Berlijn, waar dankzij een speciale rijkstoelage voor de topsectoren flink uitgepakt kon worden. Samen met VLM, Aqua Nederland en de Wateralliantie werd daar een Netherlands Water Pavillion neergezet.
Kerngegevens internationale vakbeurzen 2013: NWP was in 2013 betrokken bij de organisatie van Holland
Van Remmen is gespecialiseerd in uv-desinfectie-apparatuur en water is daarbij uiteraard een belangrijke markt. Het bedrijf stond daarom van 23 tot 26 april 2013 op de beurs Wasser Berlin, in het gezamenlijke Netherlands Water Pavillion. Sales manager Gerbert ten Hoven blikt tevreden terug. ‘We doen normaal gesproken weinig tot geen beurzen. De kosten zijn relatief hoog en het kost je erg veel tijd, ook in de voorbereiding. Onze aanwezigheid op Wasser Berlin was voor ons dus een pilot: we waren zeer benieuwd wat het ons zou opleveren, in contacten en naamsbekendheid. We streven naar expansie, vooral internationaal, en een succesvolle beurs zou mooi in onze verkoopstrategie passen. We zoeken distributeurs en ‘original equipment manufacturers’.
paviljoens op internationale beurzen in Abu Dabi, Wasser Berlin, Roemenië, IWA Kenia, IWW Amsterdam. NWP doet daarnaast periodiek onderzoek naar de belangstelling voor en de toegevoegde waarde van beurzen en zorgt dat de sector geinformeerd is over de diverse internationale evenementen.
En ik moet zeggen: het is ons prima bevallen. We hebben er een aantal veelbelovende leads aan overgehouden, waarmee we aan de slag konden. Het Nederlandse paviljoen is zeer herkenbaar en er
waren ook volop activiteiten, waardoor we veel bezoekers kregen, ook van allerlei handelsmissies. Voor ons als mkb-bedrijf is het geen doen om regelmatig op eigen kracht aan zulke beurzen mee te doen. Je bent enorm druk met de voorbereiding en een goede stand is ook zeer kostbaar. Nu was alles netjes voor ons geregeld, de prijs-kwaliteitverhouding was zeer gunstig. We hebben daarom besloten om dit jaar ook naar de IFAT in München te gaan. Grappig detail: men zocht nog een presentje om weg te geven namens Nederland. Daarom liep de Duitse minister van Financiën rond met onze mooie paarse klomp!’
Wereldbank studytour Kerngegevens 2013 De samenwerking met de W ereldbank maakt deel uit van een bredere inzet gericht op Internationale Financiele instellingen.
Wereldbank neemt delegaties mee naar Nederland waterland
‘Zelf zien hoe het werkt’ Van 9 tot 12 september organiseerden het Ministerie van Buitenlandse Zaken, het NWP, Deltares, het Water Partnership Program (WPP - een Wereldbank programma mede gefinancierd door Nederland) en de Wereldbank een studietour voor delegaties uit Mozambique, Benin, Senegal en Tanzania. De studietour richtte zich op ‘Integrated Urban Planning in the context of climate change and flood control management’. Matthijs Schuring, WPP-coördinator bij de Wereldbank, was na afloop vol lof. Veel hard-groeiende steden in Afrika hebben te maken met deze problematiek. Nederland staat natuurlijk bekend als een land dat altijd met water heeft geleefd, maar buiten Nederland hebben veel mensen deze aanpak van waterbeheer nooit gezien en zijn er altijd vragen over de toepasbaarheid in minder ontwikkelde landen. Dat heeft de studietour voor de deelnemende landen veranderd. De delegatieleden hebben verschillende innovatieve waterprojecten met eigen ogen gezien, en dan blijken het wel degelijk inspirerende en praktische voorbeelden. Bovendien gaat het niet alleen om techniek, maar ook om instituties en samenwerking – ook daar is Nederland sterk in. En slimme (financierings-) oplossingen, zoals een
retentiebassin midden in Rotterdam, geïntegreerd in een parkeergarage die deels de kosten dekt. De tour was goed georganiseerd, de bezoekers waren erg enthousiast. Dat blijkt ook uit concrete vervolgstappen: in Benin heeft de overheid een bijeenkomst georganiseerd over mogelijke oplossingen, de Senegalese overheid heeft een studie uitgezet voor een nationale flood management strategie. En Tanzania en Mozambique hebben Nederlandse kennis ingeschakeld , resp. voor hulp bij het opstellen van een gedegen stedelijk masterplan, en een haalbaarheidsstudie voor een groot drainageproject. Zeker voor herhaling vatbaar, deze studietour!’
nutrient platform conferentie nutrient platform
Om een markt voor gerecycled fosfaat te creëren is draagvlak nodig in heel Europa. Daarom organiseerde het Nutrient Platform (samenwerkingsverband bedrijven en overheid) de eerste
European
Sustainable
Phosphorus
Conference
(ESPC2013) in Brussel, met meer dan 330 deelnemende professionals uit 26 Europese lidstaten. Eurocommissaris Potocnik van Milieu sprak zijn waardering uit.
De organisatie van ESPC2013 heeft direct geleid tot de oprichting van een Europees fosfaat platform, het European Sustainable Phosphorus Platform (ESPP). Door middel van een co-creatief proces heeft het netwerk zich binnen enkele weken achter een lijst van gezamenlijke doelen geschaard, die de transitie richting duurzamer fosfaatgebruik de komende tijd nog verder zal versnellen.
In de aanloop naar de conferentie heeft het Nutrient Platform een serie korte films en een iPad app laten ontwikkelen die de fosfaatuitdaging op een toegankelijke manier uitleggen. Deze zijn te vinden op www.nutrientplatform.org. De inzet voor het nutrient platform is een voorbeeld van de cross sectorale samenwerking op het gebied van water en landbouw. Voor meer voorbeelden zie: www.dutchwatersector.com/expertise
Leon Korving, Nutrient platform
Terugwinning fosfaat op de kaart in Europa Het terugwinnen
van het steeds schaarser wordende fosfaat uit afvalstromen staat inmiddels hoog op de Europese agenda, mede dankzij een uiterst succesvolle conferentie in Brussel, begin maart 2013. Het Nederlandse Nutrient Platform, gefaciliteerd door NWP, was een van de initiatiefnemers. Sindsdien is er alweer veel voortgang geboekt, vertelt Leon Korving. Hij is als wetenschappelijk projectleider verbonden aan het phosphate recovery team van Wetsus. ‘De conferentie was een uitstekende start voor het Europese platform, er is een momentum gecreëerd waarvan we nu gebruik moeten maken. Er is in elk geval al een prima netwerk ontstaan, dat ons goede contacten met Europese partijen oplevert. Je weet wie je moet hebben en je kunt samen aan voorstellen werken. Bovendien zorgt zo’n Europees platform voor een grotere herkenbaarheid, ook richting politiek en een breder publiek. We moeten met elkaar een omslag maken. Voorheen was de focus gericht op het verwijderen van fosfaat uit afvalstromen, bijvoorbeeld door het te binden aan
ijzer. Nu willen we het juist terugwinnen als struviet, dat vervolgens weer als meststof ingezet kan worden. Dat is een heel andere benadering. Je moet dan die binding omkeerbaar maken. Het denken over oplossingen is nu vooral technologypushed. Dat is belangrijk, maar vervolgens is het ook zaak om de link naar de praktijk te leggen, en er samen met de industrie voor te zorgen dat er partijen klaar staan om het over te nemen nadat het is bedacht. Zodat technologische doorbraken ook feitelijk de markt bereiken.’
werken aan het netwerk case: wateralliantie
Organisatie van de sector in Nederland NWP is al vanaf haar oprichting gericht op het verbeteren van de samenwerking en organisatie in de watersector. De samenwerking met de branche organisaties past daarbij. De organisaties vullen elkaar goed aan: waar NWP sterk internationaal gericht is en de hele breedte van de watersector bedient, zijn deze organisaties specifiek op watertechnologie gericht en houden zij zich ook bezig met kennis en innovatie in Nederland. In de komende jaren zal NWP meer van deze strategische samenwerkingsverbanden zoeken. Zo kunnen we elkaar versterken in plaats van beconcurreren. NWP organiseert daarnaast in 2013 41 bijeenkomsten om de sector te informeren over met name internationale kansen en mogelijkheden, waaronder Waterpoort, Wereldwaterdag en Aid and trade in a day.
Samen naar een sterke sector Tijdens het Wetsus congres oktober 2013 kondigden Water Alliance, VLM, Aqua Nederland en NWP aan dat ze vaker samen zouden optrekken. Zo willen ze het innoverende watertechnologische bedrijfsleven versterken. Directeur Hein Molenkamp van Water Alliance ziet grote mogelijkheden. Bij het versterken gaat het niet alleen om Nederland, maar ook om exportbevordering van het Nederlandse MKB dat gespecialiseerd is in watertechnologie. De krachtenbundeling zorgt voor de noodzakelijke vliegwielwerking. Er is wereldwijd veel vraag naar slimme en duurzame oplossingen voor belangrijke waterkwaliteitsvraagstukken. Daar zit veel groeipotentie in voor de aangesloten bedrijven .
bundeling ook met dergelijke paviljoens op buitenlandse beurzen staan. Op wat kleinere schaal verwacht ik ook veel van sectoroverstijgende bijeenkomsten die we gaan organiseren. Want de echte innovatievraagstukken liggen op de raakvlakken tussen sectoren, de’ cross-overs’. Denk aan energie, landbouw en voedingsindustrie, chemie, sensoring en ict.
We hebben meteen concrete stappen gezet.. Een mooi voorbeeld was in mijn ogen de samenwerking tijdens de International Water Week in Amsterdam. Op de Aquatech beurs organiseerden we samen het Holland Business Pavilion, volgens vele bezoekers de meest dynamische plek van de beurs: volop waardevolle contacten. Anders voorbeelden zijn de Aqua Nederland vakbeurs en Wasser Berlin. De komende jaren zullen we vanuit onze krachten-
De komende jaren gaan we nog intensiever samenwerken, ik verwacht ook een verdubbeling van het aantal deelnemers, van wie we ook een actieve bijdrage verwachten. Zo bouwen we samen verder aan het uitgroeien van Nederland tot een echte watertech-hub in de wereld.’
nwp deelnemers 2013
Bestuur Het bestuur van NWP vormt een evenwichtige en representatieve vertegenwoordiging van overheden, kennisinstituten, bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties.
Bestuur per 31 december 2013
Naam
Op voordracht van
Prof. dr. ing. S. (Sybe) Schaap R.I.F. (Ron) Thiemann, heeft op 25 maart 2013 Ir. A.J. (Harry) Baayen opgevolgd.
Kennisinstituten
Ir. P. (Peter) Struik, heeft op 25 maart 2013 Ir. L. (Luitzen) Bijlsma opgevolgd
Centrale Overheid
G.J. (Gerard) Doornbos
Decentrale Overheid
P.W. (Peter Willem) Hatenboer
Fabrikanten
Ir. P. (Peter) de Jong
Consultants
Ir. W.J. (William) van Niekerk
Aannemers
Drs. T.J.J. (Theo) Schmitz
Waterleidingbedrijven
J.H.M (Jacqueline) Barendse
Maatschappelijke organisaties
Ing. H. (Erik) Punt, heeft op 10 juni 2013 Ir. F.A. (Frank) Verhoeven opgevolgd.
Waterbouwers
Ir. M.M. (Menno) Holterman
Voorzitter Stuurgroep Watertechnologie
Bureau Het NWP bureau ondersteunt het netwerk. Kijk voor een actueel overzicht van alle medewerkers en hun functie op www.nwp.nl
jaarrekening 2013
Ingekorte balans per 31-12-2013
Ingekorte staat baten en lasten
x € 1.000
x € 1.000
31-12-2013 31-12-2012
Materiële vaste activa
25
102
Vorderingen
1.491
1.227
Liquide middelen
1.502
506
Totaal activa
3.018
1.835
2013
2012
€
€
4.884
4.176
401
407
5.285
4.583
Personeelskosten formatiepersoneel
1.591
1.405
Kosten netwerkplaatsen
1.517
1.267
Directe projectkosten
1.203
1.172
620
717
4.931
4.561
354
22
9
10
363
32
- Continuïteitsreserve
143
32
- Bestemmingsreserve IWW-conferentie
70
0
- Bestemmingsreserve Topsector Water
100
0
- Bestemmingsreserve huisvesting
50
0
363
32
Baten Baten programma's en projecten Bijdragen participanten
Totaal baten (A)
Af: Schulden op korte termijn
2.106
realisatie realisatie
1.286 Lasten
Eigen vermogen
912
549
Overige bedrijfskosten
Waarderingsgrondslagen
Totaal lasten (B)
Algemeen: Bij het opstellen van de jaarrekening is
projectkosten omvatten de direct op het
Richtlijn 640 van de Raad voor de Jaar-
project betrekking hebbende kosten,
verslaggeving, te weten de Richtlijn voor
kosten
Organisaties Zonder Winststreven, ge-
projectactiviteiten in het algemeen en
volgd.
toewijsbaar zijn aan het project en andere
die
toerekenbaar
zijn
aan
kosten die contractueel aan het project
A-B Financiële baten en lasten
kunnen worden toegerekend.
Waarderingsgrondslagen voor de balans
De cijfers zoals opgenomen in deze verkorte balans en baten en lasten zijn ontleend aan de jaarrekening 2013 van NWP. Deze jaarrekening is goedgekeurd door het bestuur in de vergadering van 10 april 2014. De externe accountant heeft een goedkeurende controle verklaring verstrekt bij deze jaarrekening. Voor een verantwoorde oordeelsvorming over de financiële positie en de resultaten dient deze verkorte jaarrekening gelezen te worden in samenhang met deze gecontroleerde jaarrekening.
De in de balans opgenomen activa en
Vorderingen
passiva zijn, voor zover niet anders
Waardering van vorderingen geschiedt op
vermeld, tegen nominale waarde opge-
nominale waarde, indien noodzakelijk,
nomen. Onder nominale waarde wordt
onder aftrek van een voorziening voor
verstaan het bedrag dat te zijner tijd bij
oninbaarheid, gebaseerd op individuele
afwikkeling van de desbetreffende post
beoordeling van de vorderingen.
zal worden ontvangen of betaald. Grondslagen voor de staat van baten en lasten
Materiele vaste activa worden
De baten en lasten worden toegerekend
gewaardeerd tegen de aanschafwaarden
aan het verslagjaar waarop zij betrekking
verminderd met lineaire afschrijvingen,
hebben. De baten worden verantwoord in
gebaseerd op de aanschafwaarden en de
het jaar waarin de diensten zijn verricht.
verwachte economische levensduur. Het
Lasten worden in aanmerking genomen in
afschrijvingspercentage bedraagt 20%. In
het jaar waarin deze voorzienbaar zijn.
De
materiële
vaste
activa
het jaar van aanschaf wordt naar rato afgeschreven. Alle materiële vaste activa
Bedrijfskosten
zijn ingezet voor de bedrijfs-voering.
De
kosten
worden
bepaald
met
inachtneming van de hiervoor reeds Onderhanden projecten
vermelde grondslagen van waardering en
De onderhanden projecten in opdracht
toegerekend aan het verslagjaar waarop
van derden worden gewaardeerd tegen
zij betrekking hebben.
Exploitatiesaldo
Resultaat boekjaar te bestemmen voor:
de gerealiseerde projectkosten verminderd met gedeclareerde termijnen. De
Totaal