Fluoridetandpasta: zijn geschiedenis en verdere ontwikkeling J. S. Wefel, PhD
Continuous Education Studie-uren: 2 uur
Deze permanente cursus is bedoeld voor tandartsen, mondhygiënisten, tandartsassistenten en preventieassistenten. Deze cursus geeft een overzicht en update van cosmetische en medicinale tandpasta's, hun invloed op marktaandelen en de ontwikkeling van tandpastatechnologieën met meerdere gunstige werkingen.
Overzicht
Deze cursus geeft een overzicht en update van cosmetische en medicinale tandpasta's, hun invloed op marktaandelen en de ontwikkeling van tandpastatechnologieën met meerdere gunstige werkingen. De eerste medicinale tandpasta bevatte fluoride en kwam halverwege de jaren '50 op de markt. Het publiek was niet overtuigd van het belang van een dergelijk product, totdat een product in 1964 het Seal of Acceptance kreeg van de American Dental Association (ADA). Druk vanuit het publiek en de markt hebben geleid tot een continue ontwikkeling van nieuwe en verbeterde producten, die niet alleen een medicinale, maar ook een cosmetische waarde hebben. Deze ontwikkelingen hebben geleid tot het gebruik van uiteenlopende fluoridehoudende middelen, polijstmiddelen en toevoegingen, evenals nieuwe technologieën. De meest recente fluoridetandpasta dat het ADA-keurmerk heeft ontvangen, beschikt over bijna alle voordelen van tandpasta in één formule.
Doel van de cursus
Na voltooiing van deze cursus, zou de dentale professional in staat moeten zijn om: • De geschiedenis en ontwikkeling van de huidige tandpasta's te begrijpen. • De veranderingen te bespreken van tandpasta's die alleen cosmetische voordelen hadden, naar tandpasta's die zich richten op medicinale voordelen, en toen weer terug naar producten met een combinatie van beiden. • De veranderingen in ingrediënten en werkzame bestanddelen te bespreken, en nieuwe technologieën te beschrijven. • Zijn of haar patiënten in te lichten vanuit een kennispositie over de verschillende tandpasta's die op dit moment op de markt verkrijgbaar zijn.
1 ®
Crest® Oral-B voor www.dentalcare.nl permanente cursussen, laatst bijgewerkt op 27 januari 2011
Cursusinhoud • • • • • • • • • • •
brouwsels uit het verleden tot de meer basische of neutrale producten. Dit is het resultaat van het aanvaarden van de acidogene theorie van Miller over de vorming van cariës, waardoor de overgang van zure naar meer basische formuleringen werd gestimuleerd.2
Tandenpoetsen Cariëspreventie Fluoridetandpasta's Publieke acceptatie van medicinale tandpasta's Werkingsmechanisme van fluoride Verschillen in werkzame stoffen Voortdurende ontwikkeling van medicinale tandpasta's Het gebruik van tandpasta als een toeleveringssysteem Cursusexamen Referenties Over de auteur
Cariëspreventie
Het toevoegen van fluoride aan tandpastabereidingen en onderzoek naar het fluoridebestanddeel van tanden, leverde tegenstrijdige resultaten op. De "bruine vlekken" die werden geassocieerd met een te grote inname van fluoride werden gezien als "typische cariës" in een a paper dat in 1904 werd gepresenteerd voor de Duitse Chirurgenvereniging.3 Mckay en Black onderzochten in 1916 al het fenomeen dat "Colorado Brown Stain" werd genoemd en kwamen erachter dat het ook in andere gemeenschappen voorkwam, en in verband werd gebracht met de gemeentelijke watervoorziening, hoewel ze niet zeker waren van de oorzaak.4 Deze en andere bevindingen leidden ertoe dat de Amerikaanse dienst voor volksgezondheid eind jaren '30 uitgebreid epidemiologisch onderzoek deed naar tandcariës en fluorose.5 Toen eenmaal werd erkend dat de inname van fluoride door het water te maken had met de veel voorkomende fluorose aan de tanden en tandcariës, werden veel toeleveringssystemen en methodes onderzocht om optimaal te profiteren van het voordeel van fluorides op zowel gemeenschaps- als individueel niveau. In 1937 werd een tandpastabereiding, dat bederf tegen zou moeten gaan, niet heel positief beoordeeld door het Council on Dental Therapeutics van de American Dental Association's (ADA). De mogelijkheid van problemen met giftigheid, de gebruiksomstandigheden en absorptie leidde ertoe dat de ADA concludeerde dat "Het gebruik van fluoride in tandpasta's onwetenschappelijk en irrationeel is, en daardoor niet toegestaan zou moeten worden."6 In die tijd werden tandproblemen gezien als een persoonlijke zaak. Toen men erachter kwam dat mondgezondheid de grootste reden voor afkeuring van personen voor het leger was in de Tweede Wereldoorlog, veranderde dit standpunt. Al snel werd mondgezondheid een zaak van nationale veiligheid en werd het erkend als een nationaal gezondheidsprobleem. Fluorisatie van de gemeentelijke watervoorziening werd gezien als een ideale
Tandenpoetsen
De eeuwenoude kauw- of poetsstokjes zijn waarschijnlijk de voorlopers van de huidige tandenborstels. In zowel het evangelie van Boeddha als in oude Egyptische geschriften kunnen we het gebruik hiervan terugvinden. De brouwsels die werden gebruikt voor het reinigen van de mond, slechte adem te verminderen en het tandvlees te behandelen, waren eerder schadelijk dan preventief. In de geschriften van Piny (23-79 n.Chr.) bijvoorbeeld, worden verschillende remedies genoemd: verbrand salpeter voor het herstellen van de witheid; geitenmelk om de adem zoeter te maken; verbrand hertengewei en as van verschillende dieren voor het versterken van het tandvlees, etc.1 Er worden veel verschillende remedies voorgesteld voor het verhelpen van mondaandoeningen, en je zou deze nare brouwsels zelfs de eerste tandpasta's kunnen noemen. Twee basisbestanddelen van mondhygiëne hebben de tand des tijds echter doorstaan en vinden, hoewel inmiddels aangepast en verbeterd, hun oorsprong in het verleden. Deze bestanddelen zijn de tandenborstel en de tandpasta in combinatie met de borstel. Primitieve poetsstokjes bestaan vandaag de dag nog steeds en worden in sommige culturen gebruikt als borstel; hoewel de moderne tandenborstel zich heeft ontwikkeld tot een slim vervaardigd product met meerdere bosjes haar. De handtandenborstel wordt nog altijd verbeterd en er zijn nu elektrische versies die de borsteltjes in verschillende richtingen laten bewegen. Er zijn onder andere versies met trillende en roterende of met sonische bewegingen. Ook tandpasta's zijn ingrijpend veranderd van de voornamelijk zure 2 ®
Crest® Oral-B voor www.dentalcare.nl permanente cursussen, laatst bijgewerkt op 27 januari 2011
openbare gezondheidsmaatregel en werd in 1945 als eerste geïntroduceerd in het Amerikaanse Grand Rapids, Michigan, waarbij Muskegon fungeerde als bestuursstad. Andere studies in zustersteden gingen in verschillende landen van start en over het algemeen werd er een significante afname in tandcariës waargenomen, zonder de cosmetisch gezien minder prettige fluorose aan de tanden, wanneer de fluorideconcentratie werd gehandhaafd op ongeveer 1 ppm.4 Men dacht dat het werkingsmechanisme voornamelijk bestond uit de opname van fluoride in de glazuurstructuur, waardoor de oplosbaarheid van het glazuur werd verminderd.
rie A-classificatie in 196419 Deze erkenning van de preventieve waarde leidde tot voortdurende onderzoeken naar verbeterde formuleringen met verschillende werkzame stoffen en schuurmiddelen. Deze zoektocht naar effectievere producten duurt nog tot de dag van vandaag voort.
Publieke acceptatie van medicinale tandpasta's
Een artikel dat werd gepubliceerd door de Harvard Business School biedt een interessante kijk op het publieke bewustzijn en de acceptatie van een medicinale tandpasta20 In een uitgebreid rapport van Unilever in 1959 staat de volgende bewering: "Helaas blijft een echte medicinale tandpasta met een hoge mate van bescherming tegen tandcariës nog altijd een droom, eentje die voorlopig nog niet uit lijkt te komen. Wanneer dit probleem zou kunnen worden opgelost, zou dat een marktleider betekenen." De ontwikkeling en het testen van Crest tandpasta eind jaren '50 leek precies zo'n droomproduct te zijn, maar een marktonderzoek in 1958 wees uit dat deze medicinale tandpasta maar weinig invloed had op het marktaandeel. Pas toen Crest het ADA-keurmerk kreeg toegekend, kon het zich onderscheiden van alle andere tandpasta's. In totaal werden er ruim 40 klinische proeven uitgevoerd met de originele tinfluoride en verschillende schuurformuleringen waarmee de efficiëntie ervan werd onderzocht. Dankzij het belang van het ADAkeurmerk plus het feit dat er geen vergelijkbare therapeutische concurrent bestond, kreeg het merk Crest de kans om marktleider te worden. In 1969 ontving ook Colgate goedkeuring voor een medicinale tandpasta. Hierdoor verschoof de status van tandpasta van een puur cosmetisch product naar een product met meer therapeutische voordelen, en begon de hele markt te veranderen. Wanneer we kijken naar marktaandelen, zien we dat tandpasta's in de V.S. die puur waren gericht op het bieden van cosmetische voordelen, in 1960 bijna 70% van de markt uitmaakten, maar nog maar 11% in 1985. De meer therapeutisch gerichte merken hadden slechts 14% van het marktaandeel in 1960, maar stegen tot 60% in 1985, met nog eens 19% in gecombineerde producten. Deze verschuiving in marktaandeel laat de enorme acceptatie en vraag van het publiek zien naar medicinale tandpasta's, iets wat vandaag de dag nog steeds zo is. De Europese markten zouden al snel volgen, hoewel het de
Fluoridetandpasta's
Met het succes van fluorisatie van water werd aangenomen dat de plaatselijke toepassing van fluoride ook zou kunnen resulteren in een toename van fluoride en de opname daarvan in de tanden; en dat minder frequente toepassingen van hogere concentraties fluoride ook bevorderlijk zouden kunnen zijn. Bibby7 zette de eerste studies op naar beide soorten tandpasta en de plaatselijke toepassing van fluorides, maar slaagde hier niet volledig in. In een paper dat werd gepresenteerd door GK Stookey op het congres "Klinisch gebruik van fluorides" werden deze en vele andere tandpastastudies gepubliceerd."8 Er waren zo'n acht vroege studies met gebruik van natriumfluoride en calciumhoudende schuurmiddelen, maar geen van deze methodes leidde tot aanzienlijke afnames in tandcariës.9-15 De meest aannemelijke verklaring hiervoor was de incompatibiliteit van het schurende middel en de toegevoegde fluoride, aangezien dit kon reageren met het calcium in de schuurmiddelen om zo calciumfluoride te vormen.16 Deze vorm van fluoride gaat geen reactie aan met het glazuuroppervlak, en dit gebrek aan reactieve ionische fluoride leidde hoogstwaarschijnlijk tot het mislukken van deze eerste formuleringen ter preventie van cariës. In 1954 kwam de eerste melding van een klinisch effectieve fluoridetandpasta. Deze tandpasta bevatte tinfluoride, gecombineerd met een schuurmiddel met thermisch behandeld calciumfosfaat.17 Deze SnF2 –Ca2P2O7 combinatie werd in 1960 voorwaardelijk aanvaard door de Council on Dental Therapeutics van de ADA met een categorie B-classificatie. Na het uitvoeren van aanvullende studies naar de medicinale werking ervan, kreeg de tandpasta een catego3 ®
Crest® Oral-B voor www.dentalcare.nl permanente cursussen, laatst bijgewerkt op 27 januari 2011
verschuiving van Colgate naar een medicinale tandpasta was, die hier leidend was. De sector tandvleesverzorging leek van even groot belang, in tegenstelling tot de anti-cariës sector. De fabrikant die als eerste een stap zette in de sector "tandvleesgezondheid" binnen de tandpastamarkt, was de Duitse firma Blendax. Vergelijkbaar met de verschuiving in marktaandeel in de V.S., bestond de Europese markt in 1985 voor slechts 10% uit cosmetische merken.20
Daarom zou een beperkte opname van fluoride in het kristalrooster of op de oppervlakte een aanzienlijke invloed kunnen hebben op de oplosbaarheid.24 Van het systemische "verminderde oplossingseffect" werd gedacht dat het het enige werkingsmechanisme was, totdat studies een aanzienlijk plaatselijk effect op de mineralisatie aantoonden, evenals een bacterieel effect. Fluoride in een oplossing kan eveneens de oplossnelheid beïnvloeden, zonder de oplosbaarheid te veranderen. Slechts 0,5 mg/liter in zuuroplossingen zorgt al voor een verlaagde oplossnelheid van apatiet.25 Dit mechanisme is eveneens van invloed op absorptie en/of ionenuitwisseling op het kristaloppervlak. Het oppervlak kan zich dus meer gedragen als FAP dan als HAP, en daarmee een andere oplossnelheid hebben. Wanneer het glazuur oplost, kan het ook fluoride toevoegen aan de oplossing. Onder sedimentatieomstandigheden zou dit niet veel effect hebben, maar de oplossingen die de tanden normaal gesproken bevochtigen, zijn altijd gedeeltelijk verzadigd met apatiet. Er is gebleken dat een laag fluorideniveau van 230ug/g de oplossingssnelheid al aanzienlijk vermindert.26 Zowel de concentratie van fluoride op de kristaloppervlakken als de fluorideconcentratie in de vloeibare fase tijdens een cariogene aanval zijn dus belangrijk.27
Werkingsmechanisme van fluoride
De ontwikkeling van nieuwere tandpastaformuleringen ging gelijk op met het groeiende inzicht in het cariësproces en de werking van fluoride. Het oorspronkelijke idee van een voortdurende oplossing van het tandoppervlak maakte plaats voor erkenning van demineralisatie onder het oppervlak, en het behoud van een relatief intacte oppervlaktelaag (waarschijnlijk door remineralisatie).21 Demineralisatie vindt plaats wanneer er een onbalans is tussen de processen van aanmaak en verlies van mineralen. Fluoride kan deze processen op verschillende manieren beïnvloeden. Tegenwoordig wordt algemeen erkend dat fluoride zowel een systemische als een plaatselijke werking heeft.22 De interactie van fluoride met het mineraal in de tand zorgt voor een fluorhydroxiapatiet (FHA) door de vervanging van F− voor OH−. Dit resulteert in een verhoogde waterstofverbinding, een kleiner kristalrooster, en een algehele afname van oplosbaarheid. Door de opname van fluoride in het hydroxiapatiet (HA) kan kristal worden gevormd bij het vormen van de tand, of door de uitwisseling van ionen wanneer deze eenmaal is doorgekomen. Een verminderde oplosbaarheid neemt toe met grotere opnames fluoride, maar we overschrijden zelden enkele duizenden ppm's fluoride in de buitenste glazuurlaag.23 Er is dus slechts een beperkte bescherming te verwachten van fluoridevervanging, vergeleken met FAP, dat 40.000 ppm fluoride bevat. Een andere methode om de glazuurlaag fluoride op te laten nemen, is plaatselijke toepassing en ionenuitwisseling. Deze op de oppervlakte gerichte uitwisseling zou ook van invloed kunnen zijn op de oplosbaarheid van de rest van de tand. De uitzondering op de beperkte bescherming zou het kristalliete oppervlak kunnen zijn, waar een dun laagje FAP de rest van de tand minder oplosbaar doet lijken dan de mate van vervanging lijkt te voorspellen.
Een andere manier waarop fluoride reageert met glazuur om oplossing te verminderen, naast het beschermen tegen demineralisatie, is door remineralisatie. Dit is een proces waarbij gedeeltelijk opgeloste glazuurkristallen als substraat voor minerale afzetting uit de oplossingsfase fungeert, waardoor gedeeltelijk herstel van de beschadigde kristallen mogelijk is. Remineralisatie zal dan ook een deel van de demineralisatie neutraliseren, waardoor er een evenwicht ontstaat tussen de twee processen. De cariëslaesie is het gevolg van een grotere demineralisatie dan remineralisatie. Een van de voordelen van de interactie tussen demineralisatie en remineralisatie is de aanmaak van minder goed oplosbaar mineraal in het glazuur.28 Dit vindt plaats door oplossing van het beter oplosbare calciumarme magnesium met carbonaatapatiet, waar glazuur uit bestaat wanneer het wordt gevormd. Het 4
®
Crest® Oral-B voor www.dentalcare.nl permanente cursussen, laatst bijgewerkt op 27 januari 2011
remineralisatieproces resulteert in de vorming van een minder goed oplosbare vorm van apatiet. Wanneer er ook fluoride aanwezig is, resulteert de vorming van FAP of in ieder geval fluorhydroxiapatiet (FHAP) in een mineraal met een nog grotere zuurresistentie. Het remineralisatieproces wordt gecontroleerd door de oververzadiging van vloeistoffen die de tanden bevochtigen – plaque-vloeistof of speeksel. De mate van oververzadiging zal, deels, de bezinkingssnelheid bepalen van mineralen van 29 de oplossing. Een te hoge oververzadiging resulteert in de snelle vorming van calciumfosfaat, waardoor de oppervlakteporiën van het glazuur worden geblokkeerd. Deze bezinking beperkt vervolgens de verspreiding van calcium, fosfaat en fluoride aan de binnenkant van de laesie, wat leidt tot een groeistilstand van de laesie, maar niet in herstel.30 De binnenkant van de laesie is gedeeltelijk verzadigd met HAP en kan oververzadigd met FAP raken wanneer er kleine hoeveelheden fluoride aanwezig zijn of zich verspreiden in de laesie. Het gebruik van producten met een lage concentratie fluoride, zoals het dagelijks gebruik van tandpasta, zal deze gunstige verzadiging in stand helpen houden. De remineralisatie van de laesie kan dus leiden tot herstel van de bestaande laesie met minder oplosbaar mineraal, waardoor dit deel van de tand minder gevoelig wordt voor toekomstige demineralisatie. Dit is waarschijnlijk één van de belangrijkste werkingsmechanismen van fluoride.
Het algehele effect is minder zuur en een steeds minder zure omgeving.32 Wanneer deze minder acidogene omstandigheden voortduren, zal de ecologie van de plaque op lange termijn veranderen. Het is moeilijk om de effecten op lange termijn te voorspellen, aangezien er aanpassing aan de fluoride plaats kan vinden. Sommige vormen van fluoride zijn mogelijk beter dan anderen ten aanzien van de effecten op orale bacteriën.
Verschillen in werkzame stoffen
De wens om een effectievere tandpasta, ideaal werkzaam ingrediënt en schuurmiddel te vinden, zorgde voor een voortdurend onderzoek naar de ontwikkeling van medicinale tandpasta's. Actieve monofluorfosfaat (MFP) bestanddelen werden geïntroduceerd en bleken compatibel met verschillende schuurmiddelen, en de combinatie toonde in de meeste studies gunstige effecten op cariës aan. De zoektocht naar een stabielere formulering en een grotere effectiviteit tegen cariës leidde tevens tot de introductie van een natriumfluoride (NaF) formulering, die uiteindelijk het actieve tinfluoride (SnF2) bestanddeel zou vervangen. Dit nieuwe product gebruikte de reclamenaam "Fluoristat" en combineerde NaF met een schuurmiddel met silica, dat effectiever tegen cariës bleek dan de vroegere "Fluoristan" formulering. Deze verandering in werkzame bestanddelen vond plaats in 1981, toen de schuurmiddelen met silica compatibel bleken met de meeste werkzame stoffen.33 Alle actieve fluoridebestanddelen zijn in bepaalde mate succesvol gebleken in het voorkomen van tandcariës, wanneer ze worden gebruikt in een regelmatige mondhygiëne. De zeer competitieve tandpastamarkt heeft zeker een rol gespeeld in de ontwikkeling van effectievere producten, evenals een verbeterde smaak en een toenemend wereldwijd gebruik. Dit is zeer gunstig geweest voor de tandgezondheid van burgers, zoals de afname van tandcariës in de afgelopen decennia in de meeste ontwikkelde landen heeft uitgewezen.34
Fluoride kan in een relatief lage concentratie ook reageren met de orale bacteriën om de productie van zuren te verminderen. Er zijn meerdere mechanismen voorgesteld die dit eindresultaat zouden kunnen veroorzaken. Een bekende interactie is die van fluoride met het enzym enolase, dat de productie van zuren rechtstreeks zou kunnen verminderen. Daarnaast is er het indirecte effect op het fosfotransferase systeem (PTS), dat de hoeveelheid suiker die de cel binnendringt vermindert door het beperken van fosfoenolpyruvaat (PEP).31 Een andere mogelijkheid is de verspreiding van fluoride in de cel, die als waterstoffluoride (HF) plaatsvindt, wat vervolgens wordt ontbonden en de intercellulaire pH verlaagt. Fluoride kan ook van invloed zijn op het vermogen van de cel om overvloedige H+ te verwijderen, en een lagere zuurproductie die kan voortkomen uit cytoplasmische verzuring.
De aanwezigheid van de werkzame ingrediënten NaF en Na2FPO4 in de meeste tandpasta's leidde ook tot de onvermijdelijke vraag: "Zijn alle fluoridetandpasta's hetzelfde?" Deze vraag werd in 1984 behandeld door Stookey na het bestuderen van ruim 140 artikelen over 5
®
Crest® Oral-B voor www.dentalcare.nl permanente cursussen, laatst bijgewerkt op 27 januari 2011
fluoridetandpasta's.8 Daaruit bleek dat een aantal tandpasta's met combinaties van verschillende werkzame bestanddelen (NaF, SnF2, amine F en Na2FPO4) en schuurmiddelen zorgden voor gunstige effecten tegen cariësvorming. De belangrijkste bestanddelen die werden goedgekeurd voor gebruik in de V.S. waren natriumfluoride (NaF) en natriummonofluorfosfaat Na2FPO4). Het merendeel van de werkzame bestanddelen die in plaatselijke toepassingen worden gebruikt, worden normaal gesproken ontbonden om het fluoride-ion en zijn metgezel, het positief geladen ion, vrij te laten. Het positief geladen ion kan op zichzelf enige interactie veroorzaken, zoals Sn of Ti, maar de belangrijkste effecten op cariës worden in verband gebracht met fluoride. De toepassing van deze stoffen resulteren in de ontbinding van zouten en de aanwezigheid van F en positief geladen ionen, behalve in het geval van FPO4. In dit geval is de fluoridebron in een andere vorm, en heeft enzymatische hydrolyse nodig om de covalente binding tussen het fosfaatmolecuul en fluoride te splitsen. Studies naar FPO4 hebben aangetoond dat het compatibeler is met schuurmiddelen in tandpasta's, maar dat het in zijn werkingsmechanisme kan afwijken van het fluoride-ion. Vroege studies toonden aan dat het FPO4 met het apatietoppervlak kon reageren en daarmee ontbinding kon verminderen, en er werd aangenomen dat het ion in de orale omgeving werd vastgehouden als volledig molecuul.35 Later konden studies door Pearce en Moore36 dit mechanisme niet bevestigen, en men had het vermoeden dat de meeste werkzaamheid van deze stof te danken was aan het fluorideion dat als onzuiverheid aanwezig was. Er wordt algemeen aangenomen dat FPO4 een nuttig bestanddeel is, omdat het fluoride-ionen kan hydrolyseren en vrijlaten, die in de orale omgeving zullen reageren zoals beschreven in het voorgaande gedeelte.
Helaas waren de meeste studies niet bedoeld om deze werkzame ingrediënten te testen in één-opéén vergelijkende klinische proeven, omdat ze verschillende schuurmiddelen en fluorideniveaus bevatten. Dr. Stookey8 trok echter wel meerdere conclusies uit de onderzochte data en verklaarde dat de MFP-formuleringen voor vergelijkbare resultaten zorgden als de oude SnF2 -tandpasta's, maar dat de NaF-tandpasta's met compatibele schuurmiddelen met silica voor een grotere afname in cariës zorgden dan de oude SnF2 -producten. Vier van de vijf klinische proeven resulteerden bovendien in een numeriek grotere effectiviteit van de geteste tandpasta's met natriumfluoride dan die met monofluorfosfaat. Laboratoriumstudies wezen ook op betere resultaten voor de NaF-tandpasta's, hoewel een deel daarvan te danken was aan de afwezigheid van de enzymen die nodig zijn om de monofluorfosfaat-binding te verbreken en fluoride te laten vrijkomen. Hoewel de mate van bewijs vanzelfsprekend lijkt,8 bleek deze vraag toch lastig naar ieders tevredenheid te beantwoorden in 1985. De beschikbaarheid van hoofdzakelijk twee werkzame bestanddelen had natuurlijk als gevolg dat deze twee producten met elkaar werden vergeleken. Duckworth37 toonde bijvoorbeeld aan dat er aanzienlijk meer fluoride werd gevonden in plaque bij personen die NaF-tandpasta's gebruikten, dan die van personen die Na2FPO4 -tandpasta's met compatibele schuurmiddelen gebruikten. Andere in-vitro cyclusmodellen hebben ook geleid tot gunstigere resultaten met NaF, maar sommige daarvan hebben de belangrijke stappen overgeslagen die nodig zijn voor het ontbinden van het monofluorfosfaat-molecuul. Er waren één-op-één klinische proeven nodig om onderscheid te kunnen maken tussen deze producten. Recente onderzoeken tonen aan dat NaF-tandpasta's beter werken dan Na2FPO4 -tandpasta's wanneer er gebruik werd gemaakt van compatibele schuurmiddelen.38 Het grootste verschil tussen producten in de afname van cariës is ongeveer 6%, zoals bleek uit meta-analyse van een aantal klinische proeven.39 Dezelfde conclusie werd echter niet getrokken in een apart onderzoek van voornamelijk dezelfde klinische proeven. Hoewel er een numeriek verschil mogelijk is, bleek dit niet significant te zijn uit deze analyse.40 Een derde analyse had het voordeel van enkele extra grootschalige klinische proeven, en hieruit bleek opnieuw dat het gebruik van een 6
®
Crest® Oral-B voor www.dentalcare.nl permanente cursussen, laatst bijgewerkt op 27 januari 2011
NaF-tandpasta gunstig is, wanneer dit in een formulering wordt gebruikt in combinatie met een geschikt schuurmiddel.41 De nieuwe één-op-één vergelijkingen werden uitgevoerd door Marks e.a.42 en Stephen e.a.43 die een aanzienlijke meerwaarde aantoonden van natriumfluoride. Het klinische verschil tussen de twee producten is waarschijnlijk te wijten aan het orale zelfreinigende vermogen en de opname door het tandglazuur. In dit opzicht heeft een NaF-bestanddeel een groter potentieel, omdat het werkt vanuit een groter fluoridereservoir. Het gezamenlijke bewijs uit deze studies heeft aangetoond dat NaF-tandpasta's met een formulering met een compatibelere schuurmiddelen met silica tot aanzienlijk betere resultaten leidden.
"cosmetische" en "medicinale" bestanddelen. Het gaat hier bijvoorbeeld om reiniging, tandsteencontrole, het verwijderen van vlekken, of de blekende werking van de nieuwe formuleringen, gecombineerd met fluoride om cariës tegen te gaan. Hoewel fluoridetandpasta's en een verbeterde mondgezondheid hebben gezorgd voor een flinke afname van cariësgevallen bij de bevolking, tonen onderzoeken aan dat gingivitis en teruggetrokken tandvlees nog altijd veelvuldig voorkomen onder volwassenen.48 De wens om zowel cariës als gingivitis te behandelen, in combinatie met de veranderende patronen in mondgezondheid, hebben geleid tot uitgebreid onderzoek door de laboratoria van Procter & Gamble, en de "terugkeer" van tinfluoride als werkzaam bestanddeel. Hiervoor diende er een gestabiliseerde formulering te worden ontwikkeld die zou zorgen voor voldoende tinfluoride om gingivitis tegen te gaan en voldoende extra tinfluoride als middel tegen cariës. Het gestabiliseerde systeem dat werd ontwikkeld, maakte gebruik van natriumgluconaat als chelaatvormer om SnF2 te beschermen tegen hydrolyse. Tinchloride werd toegevoegd als antioxidant om SnF2 te beschermen tegen oxidatie en als tinvoorraad om SnF2 -verlies in het schuurmiddel te beperken. De vele andere gunstige aspecten van tinfluoride, zoals het minder gevoelig maken van het tandbeen en de reactiviteit van het worteloppervlak, bieden nog mogelijkheden tot toekomstige verbeteringen.49 Een speciale uitgave van het Journal of Clinical Dentistry in 1995 was gewijd aan tandpasta met gestabiliseerde tinfluoride.50 Op de Amerikaanse markt waren dus wederom de werkzame stoffen SnF2, evenals NaF en in beperkte mate Na2FPO4 verkrijgbaar. Helaas was het gebruik van SnF2 op dat moment nog altijd beperkt door de slechte, bittere smaak, en de kans op kleine extrinsieke vlekken. Het zou nog een decennium duren voordat men een oplossing vond voor deze uitdagingen.
Voortdurende ontwikkeling van medicinale tandpasta's
De veranderende marktdruk leidde tot voortdurend onderzoek naar de ontwikkeling van verbeterde producten, wat zorgde voor veranderingen in de formuleringen van tandpasta's en tandpastaverpakkingen. Enkele voorbeelden zijn de ontwikkeling van gels i.p.v. pasta's, pompverpakkingen, dubbele tubereservoirs, en de toevoeging van vele cosmetische bestanddelen. Eén van de eerste verbeteringen was de ontwikkeling van tandpasta's met "tandsteencontrole" halverwege de jaren '80, wat erg succesvol bleek op de markt. Een pyrofosfaat- of zinktoevoeging bleek effectief in het remmen van de groei van tandsteen, en voorkwam dat dit een harde, moeilijk te verwijderen laag werd. Dit maakte het reinigen van de tanden gemakkelijker voor de mondhygiënist tijdens de regelmatige tandartsbezoeken.44,45 Een ander middel dat de vorming van tandsteen tegenging, maakte gebruik van een copolymeer van ether en maleïenzuur (PVM/MA) en pyrofosfaat. Niet iedereen heeft last van overtollige vorming van tandsteen, maar een groter publiek bewustzijn over mondgezondheid heeft geleid tot de toevoeging van bestanddelen die niet alleen de tanden en de mond reinigen, maar ook de algemene mondgezondheid verbeteren. Producten hebben zich dus gericht op het ontwikkelen van formuleringen met meerdere gunstige effecten, die aan meer dan één behoefte tegemoet kwamen. Een voorbeeld is de combinatie van fluoride en kaliumnitraat om zowel cariës als overgevoeligheid tegen te gaan.46,47 Daarnaast hebben we een toename gezien van producten met een combinatie van
Het gebruik van tandpasta als een toeleveringssysteem
De algemene acceptatie van het gebruik van tandpasta voor een betere mondgezondheid heeft geleid tot het gebruik van tandpasta als een effectief toeleveringssysteem voor zowel cosmetische als medicinale bestanddelen. Dit blijkt wel uit de talloze tandpastamerken en -soorten die verkrijgbaar zijn bij de plaatselijke supermarkt. Een van de voorwaarden om tandpasta's met een 7
®
Crest® Oral-B voor www.dentalcare.nl permanente cursussen, laatst bijgewerkt op 27 januari 2011
bewezen anti-cariës werking te gaan gebruiken voor het toevoegen van andere bestanddelen die de mondgezondheid gunstig beïnvloeden, is dat we de oorspronkelijke voordelen van dat product moeten behouden. Dit betekende dat er uitgebreide tests nodig waren bij het formuleren van producten met meerdere voordelen, om ervoor te zorgen dat ieder ingrediënt werkzaam was in combinatie met de andere ingrediënten. Dit is precies dezelfde situatie als die waar actieve NaF-bestanddelen en calciumhoudende schuurmiddelen in de eerste tandpasta's mee te maken kregen: de compatibiliteit van ingrediënten. Bij de ontwikkeling en marketing van nieuwe producten moest iedere producent zijn nieuwe formuleringen testen om ervoor te zorgen dat het nieuwe additief of ingrediënt de werking van het bestaande werkzame bestanddeel niet verstoorde, en tegelijkertijd zorgde voor een aanzienlijk nieuwe gunstige werking. Tabel 1. vormt een tijdlijn van belangrijke gebeurtenissen in de ontwikkeling van zowel cosmetische als medicinale tandpasta's. Een van de interessante ontwikkelingen was de komst van tandpasta's met natriumbicarbonaat. Dit product werd geïntroduceerd door Church & Dwight en
bevatte zuiveringszout, dat van oudsher werd gebruikt door vorige generaties. De populariteit hiervan had als gevolg dat ook alle andere producenten producten gingen maken met zuiveringszout. De tandverzorgingsproducten van Church en Dwight bevatten het meeste zuiveringszout (65%) vergeleken met de producten van Colgate en Crest, die rond de 25% bevatten. Hoewel algemeen werd aangenomen dat zuiveringszout agressiever was, bleek het uiteindelijk milder dan de vaker gebruikte schurende bestanddelen.51 Een ander product dat jarenlang vorm gaf aan de markt, kwam voort uit de wens van het publiek om wittere tanden te krijgen. Bleekmiddelen waren verkrijgbaar bij de tandarts, maar niet als een zonder recept verkrijgbaar drogisterijproduct. Een van de eerste werkingen was het verwijderen van extrinsieke vlekken door bestaande middelen ter voorkoming van tandsteen. Deze formules werden geoptimaliseerd en getest op zowel het verwijderen van vlekken als het tegengaan van tandsteen. Voor intrinsieke vlekken werden peroxides of carbamides gebruikt, die de tanden konden bleken en de "witheid" doen terugkeren. Crest Whitestrips 8
®
Crest® Oral-B voor www.dentalcare.nl permanente cursussen, laatst bijgewerkt op 27 januari 2011
betekende het begin van bleekmiddelen die de consument zelf kon gebruiken, waardoor mensen zelf thuis hun tanden witter konden maken.52 Tandpastaproducten waren ook op de hoogte van deze interesse van het publiek in het cosmetische aspect van mondverzorgingsproducten, en verbeterde formuleringen voor het verwijderen en voorkomen van vlekken, de afname van tandsteen, en het bleken van tanden, werden allemaal verkrijgbaar op de markt. Dit cosmetische aspect heeft sinds eind jaren '90 continu een rol gespeeld. Het whitening-effect omvat ook de oorspronkelijk reinigende functie van tandpasta's, zoals tandsteencontrole en het verwijderen van vlekken, maar kan ook het verwijderen van intrinsieke vlekken omvatten door het gebruik van bleekmiddelen om de klinische tint van de tanden lichter te maken. Uit deze pogingen kwam eveneens een whitening-technologie met dubbele werking voort.53 In Tabel 2. worden de verschillende werkingen van tandpasta en de standaard ingrediënten die daarvoor zorgen, opgesomd.
0,3% Triclosan, 2% Gantrez, en 0,243% NaF met een schuurmiddel met silica. Er werden uitgebreide klinische proeven uitgevoerd om het ADA-keurmerk te krijgen voor bescherming tegen gingivitis, plaque en cariës. Een verbeterde versie, Colgate Total Plus Whitening tandpasta, wordt beschreven in een speciale uitgave van het Journal of Clinical Dentistry, 2002.54 Deze formulering beweert effectief te werken tegen cariës, plaque, gingivitis en een slechte adem, en de tanden witter te maken. In tegenstelling tot het gebruik van bestaande ingrediënten,
Huidige tandpastaformuleringen combineren vaak meerdere ingrediënten en worden daarmee formuleringen met meerdere gunstige effecten. Er zijn onlangs producten geïntroduceerd, die bijna alle in Tabel 2. genoemde gunstige effecten beweren te combineren. Colgate Total werd bijvoorbeeld geïntroduceerd in de jaren '90 met
Pyrofosfaten hechten zich aan het tandoppervlak en voorkomen de vorming van tandsteen 9
®
Crest® Oral-B voor www.dentalcare.nl permanente cursussen, laatst bijgewerkt op 27 januari 2011
Chemische formule van Triclosan
Chemische formule van PVM/MA copolymeer
Natriumhexametafosfaat
zoals de zachte schuurmiddelen met silica voor wittere tanden, ontwikkelde Procter & Gamble een efficiëntere formulering voor het verwijderen van vlekken en tandsteen, door het gebruik van natriumhexametafosfaat, een actieve calciumopbouwer aan het oppervlak (CASAB). Eerder onderzoek, dat verlies in effectiviteit met betrekking tot de afname van cariës met het nieuwe hexametafosfaat polymeer (niet schurend) moest voorkomen, werd in-vitro uitgevoerd,55 in-situ,56 en vervolgens in klinische proeven.57 Een van de problemen met CASAB-bestanddelen is hun hydrolytische stabiliteit in de aquatische fase van traditionele tandpasta's. De ontwikkeling van een tweefase verpakkingstechnologie heeft geleid tot het gebruik van polypyrofosfaat-ingrediënten zoals natriumhexametafosfaat. Het gebruik van dit nieuwe product wordt eveneens beschreven in een speciale uitgave van het Journal of Clinical Dentistry, 2002.58
voordelen van de natriumhexametafosfaat-CASAB. CASAB wordt gebruikt voor het remmen van de groei van tandsteen, het witter maken van de tanden door het verwijderen en voorkomen van extrinsieke vlekken, terwijl de tinfluoride in het polyfluoride-systeem plaque en gingivitis tegengaat, een langdurige antibacteriële werking heeft, tegen gevoeligheid beschermt, gaatjes tegengaat en de adem verfrist. Deze nieuwe formulering heet Crest PRO-HEALTH tandpasta. Er zijn ruim 70 studies uitgevoerd die de gunstige effecten van de ingrediënten in het polyfluoride-systeem ondersteunen. Een beoordeling van de nieuwe technologie is te vinden in het online Compendium Journal.59 Deze nieuwe technologie is de eerste die bewezen resultaten in de bestrijding van cariës, plaque, gingivitis, gevoeligheid en tandsteen combineert. In 2006 kende de ADA haar keurmerk toe aan dit product met meerdere gunstige effecten. Zoals het keurmerk vermeldt:"De acceptatie door het ADA Council on Scientific Affairs van de Crest PRO-HEALTH tandpasta was gebaseerd op hun conclusie dat het product effectief was in het voorkomen en verminderen van tandbederf, gingivitis, en plaque boven het tandvlees, om gevoeligheid te verminderen van tanden die verder normaal waren, en om tanden witter te maken door
De voortdurende ontwikkeling van het dubbele whitening-systeem heeft geleid tot het gebruik van een gepatenteerd "polyfluoride"-systeem. Het polyfluoride-systeem bevat gestabiliseerde tinfluoride, gecombineerd met de cosmetische 10 ®
Crest® Oral-B voor www.dentalcare.nl permanente cursussen, laatst bijgewerkt op 27 januari 2011
0,454% gestabiliseerde tinfluoride
Natriumhexametafosfaat
• Gaat plaque en gingivitis tegen
• Wordt witter gemaakt door extrinsieke verkleuringen
• Heeft een langdurige antibacteriële werking
• Helpt verkleuringen te voorkomen
• Beschermt tegen gevoeligheid
• Remt de groei van tandsteen
• Gaat gaatjes tegen
het verwijderen van vlekken op het tandoppervlak, wanneer het product werd gebruikt zoals voorgeschreven." In één formulering werden nu de meeste problemen aangepakt door de nieuwe technologieën en ontwikkelde formuleringen.
Welke nieuwe technologieën of welk gebruik van de bestaande technologieën de consument nog te wachten staan, is nog maar de vraag. Zal nanotechnologie een belangrijk onderdeel worden in de toekomst? Zal het gebruik van tandpasta's als toeleveringssysteem toenemen en zich verder uitbreiden? Zullen mondkanker of andere systemische aandoeningen via de orale omgeving een toeleveringssysteem krijgen? We zullen moeten wachten om te zien wat nieuwe systemen mogelijk te brengen hebben in deze constant veranderende markt.
Dit overzicht toont aan dat het vrijemarktmechanisme heeft gezorgd voor de ontwikkeling van nieuwe en verbeterde producten voor de consument. De medicinale tandpasta's die zijn ontwikkeld, hebben een groot aandeel gehad in de afname van cariës in de ontwikkelde wereld.
11 ®
Crest® Oral-B voor www.dentalcare.nl permanente cursussen, laatst bijgewerkt op 27 januari 2011
Om permanente studiepunten te krijgen voor deze cursus, moet u de online test afleggen. Ga naar www.dentalcare.nl en zoek de cursus in het gedeelte "Continuing Education".
Preview cursusexamen 1.
In welk jaar vond fluorisatie van de gemeentelijke watervoorziening voor het eerst plaats in Grand Rapids, Michigan? a. 1872 b. 1905 c. 1945 d. 1957
2.
Het/de werkingsmechanisme(n) van fluoride is/zijn: a. Het verstoren van het cellulaire metabolisme van de orale bacteriën die cariës veroorzaken. b. Het laten opnemen van fluoride in de oppervlaktekristallen van het glazuur, waardoor de oplosbaarheid van het glazuur vermindert. c. Het verbeteren van het remineralisatieproces. d. Alle bovenstaande. e. A en C
3.
Het werkzame ingrediënt in de eerste tandpasta die door de ADA werd goedgekeurd was: a. Natriumfluoride b. Calciumfluoride c. Monofluorfosfaat d. Tinfluoride
4. Welke concentratie van fluoride in een gemeentelijke watervoorziening is er nodig om het voorkomen van cariës aanzienlijk te verminderen, zonder tandfluorose te veroorzaken? a. 0,01ppm b. 1,0ppm c. 10ppm d. 100ppm 5.
De term “bruine vlekken” werd ooit gebruikt om een aandoening aan te duiden, die later bekend zou komen te staan als: a. het Syndroom van Goodpasture b. Acute ijzervergiftiging c. Fluorose d. Chronische retro-orbitale dyspneu
6.
Wat is er nodig voor het vrijkomen van het fluoride-ion van het fluorfosfaat-molecuul? a. Een pH lager dan 4,5 b. Poetsen c. Enzymen d. Alle bovenstaande
7.
Welke van deze bestanddelen worden gebruikt als werkzame stoffen in anti-tandsteen tandpasta's? a. Pyrofosfaat b. Zink c. Polymeer van ether en maleïenzuur (PVM/MA) d. Alle bovenstaande
12 ®
Crest® Oral-B voor www.dentalcare.nl permanente cursussen, laatst bijgewerkt op 27 januari 2011
8.
De eerste Categorie A-classificatie voor een fluoridetandpasta werd door de American Dental Association toegekend in: a. 1947 b. 1955 c. 1964 d. 1969
9.
Welke van onderstaande ingrediënten is nooit een werkzame stof geweest in een fluoridetandpasta? a. NaF b. SnF2 c. Na2FPO4 d. Geen van bovenstaande
10. De publieke acceptatie van medicinale tandpasta's vond plaats na: a. De introductie van anti-tandsteen tandpasta's b. De ontwikkeling van NaF-producten c. De toekenning van het ADA-keurmerk d. De introductie van MFP-producten 11. Wat is er nodig voor de remineralisatie van tandglazuur? a. Fluoride b. Oververzadiging c. Collageen d. pH < 5,0 12. Actieve calciumopbouwers aan het oppervlak maken onderdeel uit van de nieuwe technologieën en zijn werkzaam om: a. Cariës te verminderen b. De adem te verfrissen c. Gevoeligheid tegen te gaan d. Vlekken te verwijderen en de tanden witter te maken 13. Het belangrijkste effect van fluorides in de mondholte is: a. Systemische opname b. Bactericide activiteit c. Het voorkomen van demineralisatie/Verbeteren van remineralisatie d. Geen van bovenstaande 14. De wens om de huidige werkzame stoffen te verbeteren, leidde tot: a. SnF2 als de eerste werkzame stof b. Fluoristat als vervanging van Fluoristan c. De ontwikkeling van een gestabiliseerde tinfluoride d. Alle bovenstaande. 15. Bij gebruik van een compatibel schuurmiddel: a. Werd NaF de favoriete werkzame stof b. Presteerde NaFPO4 even goed als de originele SnF2 c. Presteerde NaF beter dan de originele SnF2 d. Toonde meta-analyse een klein maar significant verschil aan tussen NaF en NaFPO4 e. Alle bovenstaande.
13 ®
Crest® Oral-B voor www.dentalcare.nl permanente cursussen, laatst bijgewerkt op 27 januari 2011
Referenties
1. Griffiths BM. Dentifrices--an item of historical interest. N Z Dent J. 1966 Oct;62(290):296-301. 2. Miller WD. The microorganisms of the human mouth. S S White Dental Manufacturing Company 1890. Reprinted Basel, Switzerland: Karger; 1973. 3. von Stubenrauch: Experimentelle Untersuchungen über die Wirkung des Fluornatriums auf den Knochen, speziell den Kieferknochen, Verhandlungen der Deutschen Gesellschaft für Chirurgie, 3. Kongress, Berlin 1904, p.20. 4. Newbrun E. Water fluoridation and dietary fluoride. In: Newbrun E, editor. Fluorides and dental caries, 2nd ed. Springfield, IL: CC Thomas; 1975. p. 31-45. 5. Dean HT, McKay FS, Elvone E. A report of a mottled enamel survey of Bauxite (AK) ten years after a change in the common water supply. Pub Health Rep 1938; 53:1736-48. 6. Council of Dental Therapeutics. J Am Dent Assoc 1937; 24:307-9. 7. Bibby BG. A test of the effect of fluoride-containing dentifrices on dental caries. J Dent Res 1945; 24:297-03. 8. Stookey GK. Are all fluoride dentifrices the same? In: Wei SHY, editor. Clinical uses of fluorides. Philadelphia: Lea & Febiger; 1985. p. 105-31. 9. Bibby BG, Welloch WD. Unpublished report 1948. In: Shaw JH, editor. Fluoridation as a public health measure. AAAS; 1954. p. 158-9. 10. Welloch WD, Bibby BG. Unpublished report 1949. In: Shaw JH, editor. Fluoridation as a public health measure. AAAS; 1954. p. 158-9. 11. Winkler KC, Bacher-Dirks O, van Amerongen J. A reproducible method for caries evaluation. Br Dent Journal 1953; 95:119-24. 12. Muhler JC. Effect on dental caries of a dentifrice containing stannous fluoride and dicalcium phosphate. J Dent Res. 1957 Jun;36(3):399-402. 13. Muhler JC, Radike AW, Nebergall WH, Day HG. A comparison between the anticariogenic effects of dentifrices containing stannous fluoride and sodium fluoride. J Am Dent Assoc. 1955 Nov;51(5):556-9. 14. Kyes FM, Overton NJ, McKean TW. Clinical trials of caries inhibitory dentifrices. J Am Dent Assoc. 1961 Aug;63:189-93. 15. Brudevold F, Chilton NW. Comparative study of a fluoride dentifrice containing soluble phosphate and a calcium-free abrasive: second-year report. J Am Dent Assoc. 1966 Apr;72(4):889-94. 16. Ericsson Y. Fluorides in dentifrices. Investigations using radioactive fluorine. Acta Odontol Scand. 1961 May;19:41-77. 17. Muhler JC, Radike AW, Nebergall WH, Day HG. The effect of a stannous fluoride-containing dentifrice on caries reduction in children. J Dent Res. 1954 Oct;33(5):606-12. 18. American Dental Association, Council on Dental Therapeutics: Evaluation of Crest toothpaste. J Am Dent Assoc 1960; 61:272-74. 19. American Dental Association, Council on Dental Therapeutics: Reclassification of Crest toothpaste. J Am Dent Assoc 1964; 69:195-6. 20. Miskell P. How Crest made business history. Harvard Business School Working Knowledge. 1/17/2005. 21. Silverstone LM. Remineralization phenomena. Caries Res. 1977;11 Suppl 1:59-84. 22. Wefel JS. Mechanisms of action of fluoride. In: Stewart, Wei, Barber, Troutman, editors. Pediatric dentistry: scientific foundations and clinical practice. St. Louis: CV Mosby Co.; 1981. 23. Moreno EC, Kresak M, Zahradnik RT. Physicochemical aspects of fluoride-apatite systems relevant to the study of dental caries. Caries Res. 1977;11 Suppl 1:142-71. 24. Brown WE, Gregory TM, Chow LC. Effects of fluoride on enamel solubility and cariostasis. Caries Res. 1977;11 Suppl 1:118-41. 25. Christoffersen MR, Christoffersen J, Arends J. Kinetics of dissolution of calcium hydroxyapatite VII. The effect of fluoride ions. J Cryst Growth 1984; 67:104-14. 26. Wong L, Cutress TW, Duncan JF. The influence of incorporated and adsorbed fluoride on the dissolution of powdered and pelletized hydroxyapatite in fluoridated and non-fluoridated acid buffers. J Dent Res. 1987 Dec;66(12):1735-41. 14 ®
Crest® Oral-B voor www.dentalcare.nl permanente cursussen, laatst bijgewerkt op 27 januari 2011
27. Shellis RP, Duckworth RM. Studies on the cariostatic mechanisms of fluoride. Int Dent J. 1994 Jun;44(3 Suppl 1):263-73. 28. Wefel JS, Dodds MWJ. Oral biologic defenses and the demineralization and remineralization of teeth. In: Harris NO, Garcia-Godoy F, editors. Primary Preventive Dentistry. Stamford: Appleton and Lange; 1999. p. 271-98. 29. Silverstone LM, Wefel JS. The effect of remineralization on artificial caries-like lesions and their crystal content. J Cryst Growth 1981; 53:148-59. 30. Silverstone LH. Fluorides and remineralizations. In: Wei SHY, editor. Clinical uses of fluorides. Philadelphia: Lea & Febiger; 1985. p. 153-75. 31. Hamilton IR. Effects of fluoride on enzymatic regulation of bacterial carbohydrate metabolism. Caries Res. 1977;11 Suppl 1:262-91. 32. Sutton SV, Bender GR, Marquis RE. Fluoride inhibition of proton-translocating ATPases of oral bacteria. Infect Immun. 1987 Nov;55(11):2597-603. 33. Zacherl WA. A three-year clinical caries evaluation of the effect of a sodium fluoride-silica abrasive dentifrice. Pharmacol Ther Dent. 1981;6(1-2):1-7. 34. Hargreaves JA, Thompson GW, Wagg BJ. Changes in caries prevalence of Isle of Lewis children between 1971 and 1981. Caries Res. 1983;17(6):554-9. 35. Ingram GS. The reaction of monofluorophosphate with apatite. Caries Res. 1972;6(1):1-15. 36. Pearce EI, More RD. Uptake of fluoride by enamel from monofluorophosphate dentifrices. Caries Res. 1975;9(6):459-74. 37. Duckworth RM. Fluoride in plaque and saliva. Thesis. Amsterdam: 1993. 38. Stookey GK, DePaola PF, Featherstone JD, et al. A critical review of the relative anticaries efficacy of sodium fluoride and sodium monofluorophosphate dentifrices. Caries Res. 1993;27(4):337-60. 39. Johnson MF. Comparative efficacy of NaF and SMFP dentifrices in caries prevention: a metaanalytic overview. Caries Res. 1993;27(4):328-36. 40. DePaola PF, Soparkar PM, Triol C, et al. The relative anticaries effectiveness of sodium monofluorophosphate and sodium fluoride as contained in currently available dentifrice formulations. Am J Dent. 1993 Sep;6 Spec No:S7-12. 41. Fluoride toothpaste – latest clinical update. Int Dent J 1994; 44(Suppl):255-99. 42. Marks RG, Conti AJ, Moorhead JE, et al. Results from a three-year caries clinical trial comparing NaF and SMFP fluoride formulations. Int Dent J. 1994 Jun;44(3 Suppl 1):275-85. 43. Stephen KW, Chestnutt IG, Jacobson AP, et al. The effect of NaF and SMFP toothpastes on threeyear caries increments in adolescents. Int Dent J. 1994 Jun;44(3 Suppl 1):287-95. 44. White DJ. Tartar control dentifrices: current status and future prospects. In: Embery, Rolla, editors. Clinical and biological aspects of dentifrices. Oxford: Oxford University Press; 1992. p. 277-91. 45. White DJ, McClanahan SF, Lanzalaco AC, et al. The comparative efficacy of two commercial tartar control dentifrices in preventing calculus development and facilitating easier dental cleanings. J Clin Dent. 1996;7(2 Spec No):58-64. 46. Perlich MA, Berman E, Frataneangelo P, Hanna CB, Saluato A, Silverman G, et al. Desensitizing efficacy of a 5% KNO3/0.243% NAF dentifrice. J Dent Res 1994; 73:166. 47. Faller RV, Shaffer JB, Eversole S. Agricola FO. In vitro fluoride uptake from dentifrices containing sodium fluoride and potassium nitrate. J Dent Res 1994; 73:241. 48. Brown LJ, Oliver RC, Loe H. Evaluating periodontal status of US employed adults. J Am Dent Assoc. 1990 Aug;121(2):226-32. 49. White DJ. A "return" to stannous fluoride dentifrices. J Clin Dent. 1995;6 Spec No:29-36. 50. Stabilized stannous fluoride dentifrice: a new generation of oral care technology. J Clin Dent 1995; 6 Special Issue. 51. Lehne RK, Winston AE. Abrasivity of sodium bicarbonate. Clin Prev Dent. 1983 Jan-Feb;5(1):17-8. 52. Gerlach RW, Gibb RD, Sagel PA. A randomized clinical trial comparing a novel 5.3% hydrogen peroxide whitening strip to 10%, 15%, and 20% carbamide peroxide tray-based bleaching systems. Compend Contin Educ Dent Suppl. 2000 Jun;(29):S22-8.
15 ®
Crest® Oral-B voor www.dentalcare.nl permanente cursussen, laatst bijgewerkt op 27 januari 2011
53. White DJ. A new and improved "dual action" whitening dentifrice technology--sodium hexametaphosphate. J Clin Dent. 2002;13(1):1-5. 54. Documenting the efficacy of a dentifrice with caries, plaque, gingivitis, calculus, whitening and fresh breath benefits. J Clin Dent 2002; 13:55-94. 55. Faller RV, Best JM, Featherstone JD, Barrett-Vespone NA. Anticaries efficacy of an improved stannous fluoride toothpaste. J Clin Dent. 1995;6 Spec No:89-96. 56. Wefel JS, Stanford CM, Ament DK, et al. In situ evaluation of sodium hexametaphosphatecontaining dentifrices. Caries Res. 2002 Mar-Apr;36(2):122-8. 57. Stookey GK, Mau MS, Isaacs RL, et al. The relative anticaries effectiveness of three fluoridecontaining dentifrices in Puerto Rico. Caries Res. 2004 Nov-Dec;38(6):542-50. 58. Technical and clinical responses to a sodium hexametaphosphate dentifrice. J Clin Dent 2002; 13:1-5. 59. Next-generation dentifrice technology. Compendium 2005; 26(Suppl 1)3-55.
Over de auteur James S. Wefel, PhD Dr. Wefel werd in 1973 aangesteld bij het College of Dentistry aan de Universiteit van Iowa. Hij is directeur van het Dows Institute for Dental Research, administratief directeur van het Office of Clinical Research, en professor bij het Department of Paediatric Dentistry. De voornaamste pedagogische taken van Dr. Wefel bevinden zich onder andere op het gebied van academische cariologie, cariologie en preventieve behandelingen op bachelorniveau, en seminars op bachelorniveau in selectieve cursussen. De onderzoeksgebieden van Dr. Wefel bevinden zich op het gebied van laser en tandinteracties, vroege cariësdetectie, de werkingsmechanismen van fluoride, plaatselijke fluorides, remineralisatie, dynamica van kristalgroei van calciumfosfaat, secundaire cariës, dynamica van orale fluoride, antimicrobiële middelen, en fluoridehoudende materialen. Onder het specifieke onderzoek aan het Dows Institute for Dental Research vallen onder andere worteloppervlakcariës, preventie van tanddemineralisatie met laser en fluoridehoudende biomaterialen en secundaire cariës. De activiteiten bevatten onder andere promotie van laboratorium- tot klinisch onderzoek in het Centrum voor Klinische Studies. Op dit moment is Dr. Wefel recensent voor het Journal of Clinical Dentistry; Journal of Dental Research; Caries Research; Calcified Tissue Research; Archives of Oral Biology; American Journal of Dentistry; Journal of Oral Pathology and Gerodontology; reserve-recensent voor de Oral Biology and Medicine II Study Section, het National Institute of Dental and Craniofacial Research; externe recensent voor de National Science Foundation en het American Fund for Dental Health; ad hoc recensent voor de Board of Scientific Counsellors, het NIDCR; voormalig voorzitter van de Cariology Research Group, het IADR (1990-1991); de huidige consultant voor de American Dental Association Council on Scientific Affairs; ontvanger van de IADR Distinguished Scientists Award; huidig lid van de American Association for Dental Research; de International Association of Dental Research; de American Dental Education Association; en de European Association for Caries Research; en lid van het College of Dentistry's Faculty Promotions Advisory Committee. Contact opnemen met Dr. Wefel: James S. Wefel, PhD N413 DSB University of Iowa Iowa City, IA 52242 Fax: 319-335-8895 Kantoor: 319-335-7376 E-mailadres:
[email protected] 16 ®
Crest® Oral-B voor www.dentalcare.nl permanente cursussen, laatst bijgewerkt op 27 januari 2011