PLAYING MÁXIMA EN GISELE 21 sept. 2009
Dit jaar lijkt de reis in het teken te staan van het aantal landen. We beginnen bij onze oosterburen vanwege het gunstig geprijsd vliegticket. First stop is Madrid, met een overstaptijd van 1,5uur. Krap aan halen we de tweede vlucht, maar we zitten in het vliegtuig. Op naar Buenos Aires! Doorgaans kan ik mezelf goed vermaken en instellen op een lange vlucht. Deze keer gaat dat niet vanzelf. Zijn het de enthousiaste kriebels voor ´het beloofde land´? Of is het ‘t slechte vooruitzicht dat ik meer dan twaalf uur stil moet zitten? Met moeite kijk ik drie films en vermaak de mensen om me heen (of irriteer, dat laat ik in het midden). Voornamelijk met mijn pogingen tot het spreken van enig begrijpbaar en correct Spaans. Een geduldige meneer heeft er in ieder geval van genoten. Rond 20.30 bereiken we het vliegveld van Buenos Aires, waar een taxichauffeur met een groot bord ´Cindy 2x´ staat te wachten. Hoe leuk om al bekend te zijn. Mijn gevleugelde uitspraak ´Weet je wel wie ik ben?´ zal hier vermoedelijk niet opgaan. Na mijn dringende behoefte aan nicotine worden we keurig afgezet bij ons, bleek later, partyhostel. Omdat wij, senior-backpackers, gebroken zijn door ons entertainment in het vliegtuig, gaan we vrijwel direct slapen. Althans een poging tot.... Want slapen is niet hetgeen onze tijdelijke medebewoners voor ogen hebben... Volgens de hostelmedewerker is het ´een geluk´ dat we op donderdag aankomen want dan is er altijd een feest. Noodgedwongen zijn wij hier getuigen van in de vorm van veel te harde (en slechte) muziek. Met als hoogtepunt om 3.30 uur ´a special treat´ aangezien een joker met z´n tengels aan de verkeerde schuif zit. Met als gevolg dat de geluidsbox, op onze toch al galmende verdieping, op volume ´veel te hard en zeer ongewenst´ open gaat. Not amused! Om 7uur, na versnipperd drie uur slaap te hebben gepakt, is de strijd gestreden. We gaan ´ontbijten´ met te sterkte koffie en vertrekken. Met de taxi gaan we dwars door BA naar het betere gedeelte van deze enorme stad. We kunnen namelijk in het appartement logeren van een Nederlandse vriendin die permanent in BA woont, maar er tijdelijk niet is. Daar aangekomen kan ik de situatie het beste omschrijven als in een etalage staren naar een heerlijke, maar onbereikbare taart. Wat onze droom niet waar kan maken is een ordinaire stuk techniek wat de poort zou moeten openen. De code bleek niet juist (of wij hebben het systeem ontwricht door zo vaak te proberen...) maar the golden gate naar het beloofde land gaat niet open. De buren zijn of niet thuis of hebben geen reden de poort te openen voor twee dutchies met backpacks, want het blijft angstvallig stil door de intercom. Met de staart tussen de benen druipen we af en zwerven door de straten van de mooie wijk Palermo. In de regen dolende door de straten, opzoek naar een hostel om te nacht te verblijven en fijner nog: om de zware ballast van mijn rug te halen. Al zwalkend door de straten is het dan wel weer grappig ´een bekende´ tegen te komen. De Nederlandse kerel waar ik in het vliegtuig veel tijd mee heb doorgebracht, liep daar ook rond. Ook hij is zoekende naar een plaats om te slapen en sluit zich aan bij ons. Uiteindelijk komen we terecht bij Hostel Tango. Hoe toepasselijk in Argentinië. Na het direct ontdoen van de zware rugzak wordt het toch echt de hoogste tijd de eerste kennismaking met de stad te realiseren. Met de metro, waar Sanne zo oplettend is zich niet financieel af te laten zetten, gaan we naar het centrum. Op zoek naar een reisbureau om de volgende stappen te ondernemen en de plannen concreet te maken. Vanwege de weidsheid van het land, is er een divers klimaat. In dit geval erg prettig. De regen in BA stemt zo treurig dat we de volgende dag in het vliegtuig stappen naar Puerto Iguazú. Richting de indrukwekkende watervallen. Juist: nog meer water! Een vlucht van 1,5 uur, waar ik kennismaak met een praatgrage Australische kerel. Eenmaal daar stappen we in de bus naar Bambu hostel. We kiezen dit vanwege de naam, maar ook zeker omdat het een kleurrijk en huiselijk hostel is. Het type ´gastvrij en behulpzaam´ waardoor we
© flipflopfiles
direct alle info krijgen die we nodig hebben om de beroemde watervallen te bezoeken. De Watervallen van de Iguaçu vormen het grootste complex van watervallen in ZuidAmerika. Ze liggen op de grens tussen de Argentijnse provincie Misiones 80% en de Braziliaanse staat Paraná 20%. In respectievelijk 1984 en 1986 zijn ze aan de lijst van het UNESCO Werelderfgoed toegevoegd. Het is een geheel van 270 - 300 watervallen, afhankelijk van de hoeveelheid water die door de rivier Iguaçu stroomt. In het totaal zijn de watervallen 2,7 kilometer breed en vallen tot 82 meter naar beneden. Het bekendste deel is de "Garganta do Diabo" (keel van de duivel), een grote halfronde waterval van 150 meter breed waarin het water 70 meter in de diepte stort. Recht over dit punt gaat de grens tussen Argentinië en Brazilië, waardoor het grootste deel van de watervallen in Argentijns gebied ligt. Het water stroomt echter weg van Argentinië, waardoor het meest complete uitzicht van de Braziliaanse kant te zien is. De naam Iguaçu betekent "groot water" in de indianentaal Guaraní. Volgens een legende van dit indianenvolk was de maagd Naipi uitverkoren om de god M'Moy (M'Boi) te trouwen, dat wil zeggen geofferd te worden aan de goddelijke waterslang, maar werd zij verliefd op de indiaan Tarobá en hij op haar. De geliefden besloten met een kano over de rivier te vluchten voordat de god met Naipi kon trouwen. Toen de god M'Moy ontdekte wat er was gebeurd, zette hij de achtervolging in in de vorm van een grote slang. Op de plek waar hij ze vond boorde hij zich in de grond, waardoor een grote afgrond ontstond. Naipi veranderde hij in een steen die voor altijd door het water geslingerd zou worden, en haar geliefde in een palmboom aan de oever. Naipi en haar droomman werden hierdoor gedoemd elkaar tot in de eeuwigheid te aanschouwen, zonder elkaar ooit aan te kunnen raken. De watervallen van Iguaçu zijn groter dan die van Niagara. Een betere vergelijking kan gemaakt worden met de Victoria watervallen in Afrika. Iguaçu is met 2,7 kilometer breder dan de ongeveer 1,6 kilometer van de Victoria watervallen, ook zonder de in totaal 900 meter aan verschillende kleine eilandjes tussen de watervallen. De Victoria watervallen kennen bij hoogwater echter geen tusseneilandjes, waardoor het de grootste aaneengesloten waterval ter wereld vormt. Ook in volume winnen de Victoria watervallen. Op haar hoogtepunt stort zich in Afrika 9,1 miljoen liter per seconde de diepte in, terwijl dat bij Iguaçu slechts 6,5 miljoen liter is. In extreme omstandigheden haalden beide echter gelijkwaardige resultaten met meer dan 12 miljoen liter per seconde. Niagara wint echter van beide watervallen als het gaat om jaartotalen: waar zowel de Iguaçu watervallen als de Victoria watervallen erg fluctueren naar de tijd van het jaar, is de waterdoorvoer bij de Niagara watervallen redelijk constant. De watervallen van Iguaçu winnen het echter op toegankelijkheid van de Victoria watervallen. Dankzij de vorm van de watervallen zijn bovendien prachtige uitzichten mogelijk. In de Gargante do Diabo stort het water zich aan drie kanten naar beneden, waardoor er vlak bij 260 graden aan waterval te zien is. Doordat Iguaçu bovendien uit zo veel kleinere watervallen bestaat, kan men het natuurfenomeen in stukjes bekijken. De Victoria watervallen geven die mogelijkheid niet omdat het water normaal gesproken in één stuk naar beneden komt, en een totaaloverzicht onmogelijk gemaakt wordt door de diepe kloof waar het water in valt. Na aankomst in Puerto Iguaçu zitten we een uur laten al, met de Ozzy, in de lokale bus naar Brazilië. Land nummer 4! Waar ik in Argentinië Máxima speel, doe ik in Brazilië een poging om topmodel Gisele Bündchen te zijn. Helaas redelijk kansloos aangezien deze dame de naam ´the boobs from Brazil´ heeft en ik niet beschik over het meest essentiële hiervoor...
© flipflopfiles
Maar goed, de watervallen. Oogverblindend, onbeschrijflijk, wonderlijk, groot, hoog, breed, adembenemend en letterlijk spetterend. Door de Braziliaanse bus (overstappen aan de grensovergang) worden we afgezet bij de ingang. Hier betalen we ca. € 15 voor de toegang (2009). Het wandelpad laat zich eenvoudig raden en vanaf hier zien we de mooiste beelden. Het één nog mooier en indrukwekkender dan het vorige. Als bonus is er een loopbrug waar je op kan zodat je midden in het vallende water en de kolkende massa lijkt te staan. Een nat pak moet je dan voor lief nemen... Ongelooflijk cool! In de avond zetten we de eerste twee vinkjes: Argentijns bier (Quilmes) & Steak. Juist ja, met een hoofdletter want daar zeg je ´U´ tegen; Te groot, te sappig, te zout maar bovenal erg lekker! Zo ontzettend niet bikiniproof. De dag erop belooft de Argentijnse kant van de watervallen nog mooier te zijn. En daar kan ik volledig mee instemmen. In de stadsbus gaan we met de plaatselijke bewoners richting het natuurpark. Deze zet ons voor de ingang af en we betalen ca. € 15 entree (2009). De hele dag lopen we rond en met open mond staren we naar dit natuurverschijnsel. Ongelooflijk dat het zo mooi kan zijn, dat het bestaat, wat een geweld en zo onbeschrijflijk. Op een foto is het niet te vangen, maar uiteraard doe ik wel een goede poging. De boot die ons dichterbij de watervallen zou brengen gaat die dag niet vanwege het hoge water. Jammer, soms zit het mee en soms tegen. Vanaf de kant is het al mooi, uniek en ge-wel-dig! De poncho was overbodig deze dag. We hebben geleerd van de dag ervoor: dichtbij = nat pak = niet te zien op een foto hoe stoer je bent. Gesloopt door alle indrukken (en de activiteit aan wandelen en klimmen) keren we huiswaarts. Nagenietend van de indrukken. Een mooie dag, op naar meer! De lijst is lang, de mogelijkheden ontelbaar en enthousiasme te groot. Nog 18 dagen voor het avontuur! FIETSEN LANGS DE WIJNROUTE 25 sept. 2009
De derde bestemming is Salta. Het gezellige dorp ligt in het noordwesten. Snelle en vooral luie reizigers als wij zijn, nemen we decadent het vliegtuig. Niet geheel onverstandig, want de vlucht duurt al twee uur. Dat zou met een bus lang duren. Salta biedt historie (kerken, kloosters, musea) en cultuur. Geheel onverwacht zijn wij onbedoeld onderdeel van de plaatselijke fanfare. Geen idee waar ze ineens vandaan komen aangezien wij met iets heel anders bezig waren; het bewonderen van tientallen oude rally auto´s. Verwarrend geheel voor ons als buitenstaanders. Aan de andere zijde van het plein staan de Gaucho´s te paard te wachten voor hun optreden. Met handen en voeten vernemen we via een stadbewoner dat dit spektakel vandaag plaatsvindt vanwege het wisselen van de regering. Geen smalltalk wat Sanne heeft geleerd in haar zelfondernomen Teleac cursus Spaans. Het behulpzame boek `Hoe en wat in het Spaans` biedt mij, degene met een wiskundeknobbel, geen uitkomst. De combinatie Sanne-Cindy laat zich het best omschrijven als `de blinde en de dove op pad`. Ik spreek/versta welgeteld vijf woorden Spaans en beperkt zich tot begroeting en bier bestellen. Een volzin snappen is een brug te ver. Sanne daarentegen kan zich, met een franse taalbeheersing als leidraad, prima redden in spreken en begrijpen. Het kaartlezen en richtingsgevoel is mijn hoofdtaak. Op deze manier komen we in ieder geval thuis en zo niet, dan kan Sanne de weg vragen in het Spaans. Doorgaans komen we er goed uit en het gemak ligt ‘m in de ‘blocks’ zoals de straten hier zijn ingedeeld. De namen zijn leesbaar en duidelijk, maar het verkeer is een chaos. Oversteken lijkt het einde van het leven te betekenen. Run Forest run! Auto`s, bussen en zelfs fietsers rijden
© flipflopfiles
schijnbaar lukraak door elkaar, al dan niet door richting aan te geven. Survival of the fittest. Een heldendaad om over te steken. Wat lef en rennen is niet onverstandig. Dat laatste is, naast veel lopen, zeer gewenst met ons huidig eetpatroon. Alles is lekker! De Argentijnen lijken echte zoetekauwen met hun enorme hoeveelheden koek, snoep, chocolade en taart. Terwijl de enorme stukken vlees hetgeen is waar ze bekend om staan. We genieten uiteraard ook van het lokale bier en tutten heerlijk van het ongekend groot aanbod wijnen. Een randje wintervet kan geen kwaad want in de avond kan het onaangenaam koud worden. Overdag is het prima te doen in de zon. Maar als de geliefde stralende warmtebol verdwijnt, wordt het trui-vest-sjaal temperatuur. Helaas zijn we al voor de tweede keer slachtoffer van het (lente-)weer geworden. In Salta waren we voornemens om een kabelbaan naar de top van de berg te nemen, maar de wind stak hier een stokje voor. Maar waar een deur zich sluit, opent er een andere. Het alternatief was zelf de berg oplopen: één uur op en één uur terug. We zouden volgens de man genieten van `a stunning view`. Déze Argentijn heeft kennisgemaakt met mijn dodelijke blik. Ben je gek geworden?!! Op slippers, berg op én af en wind tegen. Mafkikker! Uitrusten van al deze activiteiten gaat gemakkelijk. De reisbijbel is voor Salta niet al te uitgebreid in hostels en vanwege een trekkende, zware rugtas beloven we onszelf de eerste mogelijkheid die we tegenkomen te nemen. En zo eindigen wij low-budgettravellers in een veel te duur hotel. Een driepersoonskamer met eigen grote badkamer. Wij luilakken die om 20uur al terug zijn in onze gouden kooi, hebben ook een tv met 1378 kanalen en maken er dankbaar gebruik van. Er zijn Engelstalig programma´s en kijken heerlijk relaxt vanuit bed naar tv. De Argentijnse mannen. Het zijn en blijven Latino`s! Onduidelijk is of wij nagekeken worden omdat we A) een andere taal spreken, B) blondines zijn (in mijn geval vakkundig aangebracht) of C) we vrouwen zijn. We bereiken het toppunt van machogedrag tijdens een diner in het centrum. De tafelgast naast ons is erg behulpzaam in het vertalen van de menukaart. Enige tijd later komt de schat aanzetten met voor ieder een bosje bloemen. Zo lief. Voor de volledigheid: de dame in zijn gezelschap had het nakijken met lege handen. Voor wat betreft het ondernemen van activiteiten kunnen we natuurlijk niet alles zelf doen. En zo ging Tante Ari op safari. Op slippers natuurlijk. Op de onmenselijke tijd van 7uur worden wij opgehaald. We zijn slechts met vier toeristen in de Peugeot van Noë, de Engelstalige gids. De kleine samenstelling van de groep maakt het eenvoudiger qua fotoen toiletmomenten. Ik hoef niet al te veel mensen te irriteren wanneer ik weer eens wil stoppen. Dwars door de bergen gaan we naar de ruines in Inca-style, naar een opstapplaats voor de trein naar de wolken (Tren de las nubes), door naar de zoutbanken (een hap nemen van een puur zoutblok is goed voor de bloeddruk) (en vies!), door de Andes en afsluitend zien we de zevenkleurige berg (Cerros de siete coloures). Mijn scheikunde is ver naar de achtergrond verdwenen, maar ik laat me laten dat het te maken heeft met een bepaald mineraal (bijv. ijzer, sulfaat etc.) in de berg waardoor deze een kleur krijgt. Op de bewuste plaats komen er zeven kleuren in een paar naast elkaar gelegen bergen voor. Het lijkt alsof er een schilder langs is geweest welke de kleur er op natuurlijke wijze op heeft gezet. Allemaal even mooi en indrukwekkend. Een relaxte dag. Over relaxt gesproken; ze hebben hier coca bladeren. Hier kan je inderdaad mee in hogere sferen komen, maar dat is niet de intentie. Ze stoppen de bladeren in hun mond, tussen de tanden en wang. Het gaat onder andere het hongergevoel tegen en schijnt te helpen tegen hoogteziekte. Daredevil als ik ben, probeert dat ook gedaan. Kauwen en doorslikken is niet gewenst, want dan kan je je voorbereiden op enige tijd op het toilet... Niet een vooruitzicht waar ik om sta te springen. Het proeft naar thee en na één keer lachen, waarbij erg oncharmant de bladeren te zien zijn, spuug ik ze beleeft uit. Échte
© flipflopfiles
spanning is er op de terugweg. Al rijdend op de linkerbaan, wil een onoplettende buschauffeur op dezelfde plaats rijden en verplaatst het gevaarte naar links. Onze chauffeur blijft daar ook rijden zonder gas bij te geven of te remmen. Alsof het de normaalste zaak van de wereld is, stuurt hij de berm in en blijft daar rijden totdat hij `gepasseerd` is. Heel geruststellend is het commentaar: nothing happened, this is normal. Ofcourse... De avond brengt een interessante kennismaking met een praatgrage 80-jarige opa uit Salta. Hij spreekt goed Engels en zit duidelijk op de praatstoel, alhoewel ik moet meegeven dat ik braaf luister en de vragen maar blijven komen. Maar een ontmoeting betekent een afscheid. De dag erop vervolgen wij onze reis richting het zuiden, wederom langs prachtige gekleurde bergpartijen en stoppen in Cafayate. Een plaats waar niet veel te doen is en bekend staat om de vele wijnvelden en bodega`s. Per fiets verkennen we de omgeving (lees: van bodega naar bodega rijden) en proeven de wijn. Eerlijk is eerlijk; het is heerlijk (en gastvrij). Op naar het volgende avontuur! AVONTUURTJE 29 sept. 2009
Van de wijnroute in Cafayete stappen we wederom in de luxe bus richting de volgende bestemming. Vanwege de lange afstanden naar de vooraf bepaalde plaatsen zijn we het er beide over eens dat we ´babysteps` nemen en ergens uitstappen om rond te lopen, eten, slapen en door te gaan. Next stop is Tucuman. Deze middelgrote stad heeft meer te bieden dan één slecht restaurant en een tierelantijnenwinkel. Het hostel is in een gerenoveerd, historisch gebouw en een evenzo antiek bed. Liggen, niet verplaatsen en niet zeuren. In Argentinië is het net zoals in Azië: als ze het antwoord niet weten, verzinnen ze gewoon iets. Als ze je niet begrijpen in je vraag, zeggen ze kortweg ´si`. En zo sta je dan voor verrassingen. Waar je ontbijt verwacht blijken ze dat niet te hebben, warm water is er (dus die klopt) maar dan wel slechts op bepaalde uren van de dag en internet waarmee ze je willen lokken gaat via de satelliet dus is ongeduldig langzaam. Maar goed in Tucuman zien we de wereld ineens anders en letterlijk zonniger, want het is ineens rond de 30 graden. Dat maakte dat we meer zin hebben in terraszitten dan in toerist zijn. Onze enige toeristische poging is verrassend. Een ogenschijnlijk historisch gebouw lijkt aanvankelijk een kantoor gezien de toeloop van zakenlieden. Eenmaal binnen, door de metaaldetector, worden we begroet door een toevallig passerende zakenman. Hij ziet ons waarschijnlijk als afleiding van zijn drukke werkzaamheden en laat ons het halve gebouw zien. Echt prachtig; een eetzaal, borrelruimte en vergaderzaal. Een voorrecht om daar te mogen werken, lijkt me. En het is dus inderdaad een historisch gebouw waar nog steeds de gouverneur gestationeerd is en werkt. Ons maximum voor die dag is bereikt en we gebruiken onze tijd voor koffie drinken en eten op diverse terrassen. Soms mag je ook gewoon genieten. Ook de volgende dag is er een onverwachte wending. De busreis gaat vlot, totdat we om onverklaarbare reden stilstaan. Op de meest ondenkbare plekken, waar niks in de wijde omgeving is, doen we mensen op die meegenomen worden door de buschauffeur. Maar nu staan we wel erg lang stil. Niet heel vervelend, want deze rit hebben we een soort van business class stoelen: grote, leren fauteuils die vrijwel plat kunnen om te slapen, veel beenruimte en tv met films. Na een paar minuten gaan de deuren open en zien we enorme rookwolken langs de vrachtwagens die voor ons opgesteld staan. In gebrekkige talen (want Sanne gooit alles door elkaar) vernemen we dat we in een demonstratie terecht zijn gekomen waardoor de weg volledig geblokkeerd is. Dit duurt uiteindelijk ongeveer 2 uur... Om van de nood een deugd te maken, smeren we zonnebrandcrème en gaan we op de vangrail in de zon zitten. De schaarse momenten van zon benutten we optimaal. Veel te laat arriveren we in La Rioja, waarover niks teveel is gezegd: er is niks te doen.
© flipflopfiles
We willen naar Talampaya maar voor ons leken is het op de kaart onduidelijk waar de ingang is. Het land en ook het natuurgebied is zo groot dat als we het niet goed zouden doen, we honderden kilometers verkeerd zouden gaan. Een wijze beslissing om dit een gids te laten vertellen en hem uiteindelijk onbedoeld af te wijzen. Hij spreekt zo gebrekkig Engels dat ik er moe van wordt en hij me geenszins kan overtuigen een hele dag met hem op pad te gaan. Op avontuur dan maar! Zonder busticket melden we ons om 7 uur bij de bus, op weg naar een dorp in buurt zodat we zelf kunnen gaan. Aangekomen bij de ingang (en dus niet het beoogde dorp) worden we eruit gegooid met onze spullen. Sta je daar met je backpack, zeer onhandig en nietwetend om je heen te staren... Ongewenste bijkomstigheid is dat binnen één dag de temperatuur gedaald is van 30 graden naar het vriespunt. Heb ik ff het nakijken met mijn zomerbroek en op slippers. Het eerste de beste toilet is de mijne om alles aan kleding aan te trekken wat in de rugtas zit. Nu is enkel de backpack nog een opstakel. Deze mogen we (onbeheerd) op een plek in het restaurant achterlaten en vinden deze zowaar in dezelfde staat terug. Het park, met enorme rotsformaties (te vergelijken met de Grand Canyon), archeologische vondsten etc., is wel erg de moeite waard. Ondanks de kou, gure wind en uiteindelijk sneeuw. Jammer dat de verwarming in de bus het ‘net’ heeft begeven… Normaal is deze onnodig met een gebruikelijke temperatuur van 40 graden. Lucky day for us... Het kan erger: om half twee in de middag is de tour afgelopen en wachten wij in het restaurant op onze bus van half vier. Een Nederlandse stel, die in een mini bus zijn gekomen, wijst ons op hun chauffeur. Hij mag ons niet wegbrengen, omdat hij het park niet mag verlaten. Hij mag ons wel naar de grote weg brengen waar wij ruim een uur wachten op ons vervoer. Welke niet komt. Uiteindelijk gooien we de plannen om en kunnen toch met de mini bus naar een zuidelijker gelegen dorp gaan. Eenmaal daar biedt toevallig passerende man in een busje ons een hostel aan en gaan met hem mee. Prima voor de nacht, maar wat een rampzalig bed... Veel te doorgelegen matrassen waardoor we als een Duitser in een kuil liggen. Twee matrassen op elkaar dan maar? Dat staat voor een dubbele kuil. Om deze bedden, en alles er om heen, nogmaals zonder desinfecterend middel en handschoenen aan te raken, is te riskant. En zo laten we alles liggen. Gelukkig kunnen we erom lachen. Net zoals om de andere suffe grappen en acties. Waarschijnlijk ligt elke medebewoner wakker van ons… Waar wij doorgaans vroeg met de bus gaan, blijkt dat hier niet mogelijk. Uitgerekend in dit primitieve dorp zitten we vast! Maar ook dit biedt nieuwe kansen: de adonis van het hostel legt uit dat hij tangolessen geeft. Wij zien dit als aangenaam tijdverdrijf en zodoende eindig ik, na wat basisstappen door te nemen, in de armen van Don Juan. Op gympies en met teveel kleren aan (vanwege de kou) tracht ik mijn anti-soepele lijf in ongekende houdingen te dwingen. Er is me eens verteld: het gaat niet om het dansen, maar om het vasthouden. En kijkend in reebruine ogen vaneen latinoman die tegen me aangedrukt is, vind ik dit waarheid als een koe. Ons moment wordt abrupt verstoord de eigenaar. Don Juan mag namelijk geen tangolessen geven wanneer hij in het hostel werkt. De big boss blijft maar rondhangen. Uitgerekend hij zorgt ervoor dat wij in het volgende Argentijnse gebruik worden ingewijd: de maté. Een zeer kruidige thee met te veel suiker en te weinig heet water. Beleefd nemen we wat slokjes. Dan nog liever de koffie. Dit is niet om over naar huis te schrijven. Of eigenlijk wel aangezien dit een belangrijke rol in mijn leven speelt. De geliefde en noodzakelijke koffie is hier vreselijk. Het water ruikt al vreemd en de koffie heeft helaas dezelfde aroma. Een drama voor deze grootverbruiker die koffie als eerste levensbehoefte heeft. Maar ik laat me niet zomaar uit het veld slaan. Ik houd stug vol. Net zoals de hoop op een bus die ons uit dit dorp kan laten vertrekken. Onze gebeden worden gehoord en vervolgens onze route naar Mendoza.
© flipflopfiles
HOOGTEPUNT 10 okt. 2009
Mendoza: het hart van de wijnindustrie. Hier kan je je prima vermaken en het is er altijd warm met 360 dagen per jaar zon. Meteen voel ik me thuis: middelgrote stad, voorzien van bars & restaurants, leven op straat en veel activiteiten in de buurt. Om het cultureel gedeelte direct in te luiden verkennen we, onlosmakelijk met de kaart in de hand, de stad. Van terras (met écht koffie), het park in en lopen door naar het hoofdplein. Een natuurgebied op zichzelf. Relaxte toeristen als we zijn, hebben we de wandelmax. die dag bijna bereikt en gaan lui in een minibus zitten om ons prinsesheerlijk rond te laten rijden. Geen onverstandige keuze aangezien éém van de locaties bovenop de berg blijkt te zijn. Dit geeft een prachtige panoramaview over de stad. De rest van de dag besteden we nuttig, met shoppen. Deze nacht slapen we wél goed en zijn klaar voor een volgende dagtrip. We zijn er immers niet om uit te rusten… Een volle bus deze keer welke de opgetogen avonturiers brengt naar ongekende hoogte: de Andes! Op 6900m ligt de hoogste berg van ZuidAmerika welke wij, op de respectabele hoogte van 3200m, op afstand aanschouwen. Best koud daar. En dat hebben zij al ingecalculeerd. Wij niet met onze beperkte pakking met als warmste kleding een t-shirt met lange mouwen en vest. Vooraf krijgen wij de mogelijkheid om een dikke jas en waterdichte snowboots te huren. En laat ik eens een keer niet eigenwijs doen en inzien dat mijn All Stars nooit toereikend gaan zijn (of waterdicht). We toppen het geheel af met handschoenen. Ons hebben ze niet meer als we weer koude momenten gaan ervaren. En het is hier nodig! Waarom doen wij zonaanbidders dit soort uitstapjes?! Het is zeer de moeite waard. Dat dan weer wel. Een adembenemend (letterlijk ook, door hoogteziekte ) zicht en een ‘wandeling’ door de bergen. Ook de natuurlijke brug, een door bergen ingesloten meer en gekleurde bergen zijn onbeschrijflijk mooie plaatjes. De avond wordt ‘our night out’. Alhoewel we ons dit vooraf hebben voorgenomen en beloofd, is het een spontane gebeurtenis. Het beste restaurant uit de reisgids wordt geprikt en maakt de beloftes ook waar. Onder het genot van de beste rode wijn, nuttigen wij de beste maaltijd tot dan toe in Argentinië. De ambiance is een gezellig, nette, bruine kroegachtige zaak en vol met Argentijnen. En dan vallen wij op (nog buiten ons harde lachen). En zo eindigen wij aan de tafel van de buren, bestaande uit vier mannen. Zippend aan nog meer wijn en een zeer sterk alcoholisch Italiaanse mix in een longdrink en, om klokslag middernacht, aan de champagne. We zijn namelijk onbedoeld deelgenoot van een verjaardag. De broer van de jarige is overigens een echt celeb. Hij is de nieuwslezer om 7.30. Wij beloven te gaan kijken als hij ergens in het programma de groeten aan ons gaat doen en zwaait. Helaas vindt hij het dagelijks nieuws daar te serieus voor en wordt dit voorstel afgewezen. De heren spreken redelijk goed Engels en geeft ons de uitgelezen kans de locals te ondervragen met al onze opgespaarde onduidelijkheden in/over het land. Onder andere de werktijden; ze werken van 8-13, houden dan siësta (eten & slapen) en werken dan nog een paar uur tot circa 21uur. Vervolgens dineren ze pas rond 22/23uur en gaan dan slapen. De eerste vijf jaar dat ze ergens werken, krijgen ze twee weken vakantie per jaar, daarna drie. Arme schapen… Maar de avond is nog jong, zo blijkt. Wij worden meegenomen naar de lokale dancing en tot 4uur in de nacht oefenen we de Europese dansmoves in deze redelijk volle tent. Zij moeten dus om 7uur opstaan. De oplossing hiervoor is simpel: A happy heart don’t cry.
© flipflopfiles
Na krap zes uur slaap denken wij Dutchies daar toch echt anders over: de eerste Argentijnse kater is een feit. Te veel rode wijn, champagne, mousserend witte bocht in de discotheek en witte wijn omdat dit je weer nuchter maakt… Jeh right. Overbodig te melden dat wij deze dag niet veel ondernemen. Toch verzamelen wij nog al onze moed om de wijntoer, in deze daarvoor aangewezen streek, te doen. Met z’n allen in de bus (glaasje op, laat je rijden) en gaan de verschillende wineries af om te zien hoe het gemaakt wordt en te proeven wat hun specialiteit is. Helaas zal een fles wijn geen overlevingskans hebben in de backpack en in het laadruim van het vliegtuig, dus weerstaan we de verleiding een aantal aanlokkelijke exemplaren mee te nemen. De glazen ‘druivensap’ zijn een prima basis om 10 uur in een nachtbus richting Cordoba te overleven. Alhoewel onze business class stoelen ook een prima comfort bieden. Op de belachelijke anti-vakantietijd van 7 uur in de ochtend arriveren wij op het einddoel: De één na grootste stad van Argentinië. Op een kleine 2 uur rijden, in dit enorme land hoef je je hand daar niet voor om te draaien, ligt de plaats Villa General Belgrano. Hier wordt jaarlijks, de eerste twee weekenden van oktober, een authentiek Duits Bierfeste gehouden. En daar moeten wij bij zijn! Verheugd storten wij ons in deze belevenis en wat is dit achen. Het hele dorp staat op z’n kop en in het teken van het bierfeest: podia, kraampjes met Duitse onzin gadgets, muziek, een optocht, Bratwürst, Apfelstrüdel, verkleedde mensen, volksdansen en bierpullen. Die laatste mag je houden als je een halve liter bier bestelt. En dat laten we ons geen twee keer zeggen. Spuuglelijke, beschilderde enorme pullen welke zich ervoor lenen door iedere willekeurige voorbijganger gevuld te worden. We worden er door een oudere dame op gewezen dat wanneer er rond het podium een chaos ontstaat, wij er ook naartoe moeten gaan aangezien dan de kraan opengezet wordt en er gratis bier vloeit. Het lijkt de uitverkoop wel! Met wat dringen staan we middenin de menigte in de hoop een druppel op te vangen. Middenin de massa doemt onze Nederlandse vriend van het vliegtuig op. We hebben bekenden in dit kansloze dorp! Blijkbaar trekken wij onbewust wederom de aandacht. Vanaf de andere kant, uit de zee aan feestvierders, horen we de Spaanse klanken op de melodie van ‘Het is stil aan de overkant’ komende van een groep van 15 mannen. Duidelijk gericht op….juist ja: ons! Dat laat mijn duidelijk onder invloed verkerende gestalte zich geen 2x zingen… en begin in het Nederlands terug te zingen (lees; schreeuwen). Alsof er een noodalarm afgaat, wordt het inderdaad erg stil aan de overkant… We beseffen ons ineens dat we nog middenin het publiek staan, omdat we ons na het gratis bierschenken voor het podium niet meer hebben verplaatst. Oeps!!! De heren in kwestie weten de actie te waarderen. We eindigen in de groep als een soort van prooi om uitbundig op de Argentijnse manier welkom geheten te worden. Uiteraard met veel bier. Maar de sjanspartij is anderen niet ontgaan en zo worden we door meerdere opgedrongen types persoonlijk verwelkomt. Wat hebben we gelachen. Maar aan alles komt een eind en moeten toch echt, na beleeft meerdere aanzoeken tot feesten en barbecues afgeslagen te hebben, weer met de bus mee. Een goede zet, want niet veel later word ik ontzettend ziek. Een koorts overvalt me en alles doet pijn. Het vermoeden is meteen dat, in het nummer 2 land van de Mexicaanse griep, het virus mij te pakken heeft. Of is de onschuldige muggenbult gezet door een malariamug? Anyway, ik houd me staande door een strip paracetamol en ibuprofen.
© flipflopfiles
En dan onze eindhalte: Buenos Aires. Ook hier gaat de busreis niet vlekkeloos. Met een vertraging door een defecte bus, lopen we minimaal een vertraging van één uur op. Maar arriveren eerder dan verwacht in de hoofdstad. Ook hiervoor geldt: een verklaring is er gewoonweg niet. Niet denken, gewoon accepteren. De citybus, zo’n echt toeristisch geel gevaarte, lijkt ons de uitkomst om in ieder geval de highlights te bezoeken en op een redelijk relaxte manier. De lust tot lopen is ons na drie weken wel vergaan. En BA is dan ook niet een wandelstad. Het is zo immens groot. Er wonen maar liefst 13 miljoen mensen. Boca is geweldig. De wijk met de kleurrijke huizen, de tango en eten op straat. In de avond zien we eindelijk onze Nederlandse vrienin, die ons meeneemt naar een concert. In een simpele maar sfeervolle hal aanschouwen wij met honderden Argentijnen een Percussie-optreden. Swingen! En liters bier. De afterparty is op het privé dakterras en een passende maaltijd is sushi. De verklaring ontgaat ons volledig maar laten het ons wel smaken. De volgende dag slepen wij ons uit het aftandse stapelbed om met tegenzin in de ranzige badkamer te gaan staan. Het doel om schoner te worden lijkt onmogelijk in dit vochtig hok waar de paddenstoelen uit de badkamerkast groeien. Ook hier geldt weer: niet zeuren en doe je ding. Hetzelfde is het geval voor het toilet; het riool is nog niet bestand tegen toiletpapier dus wordt dat onhygiënisch in een bak ernaast gedeponeerd. Iets anders opmerkelijks is het verkeerslicht. Buiten het feit dat ‘jouw’ stoplicht aan de overkant van de weg staat, is het groene poppetje, welke bij ons aangeeft dat je mag gaan lopen, in Argentinië doorgaans wit. Waarom? Groene lampen op? De laatste dagen brengen we door in de verschillende wijken van Buenos Aires. Recoleta; daar waar de begraafplaats van Evita is. Zeer indrukwekkend. Na een decadent westerse lunch is het tijd voor de dierentuin met de meest vreemde beesten. In Palermo (waar wij ook verblijven) shoppen we, slenteren we door de mooie straten en genieten van een massage. San Telmo staat bekend om de markten (vlees, antiek en andere overjarige nutteloze objecten) en de Tango op straat. Puerto Madeira is het havengebied om lekker over de boulevard te flaneren en heerlijk te eten. Op donderdag is er nog steeds een optocht op het Plaza de Mayo van ‘de dwaze moeders’. Dit aanschouwen we ook nu we er toch zijn. We bezoeken het Evita-museum en natuurlijk gaan we naar een heuse tangoshow. Zo last-minute dat ze alvast begonnen zijn zonder ons. Daardoor hebben wij de huisregels gemist want, na boze blikken tijdens het fotograferen, krijgen wij ze persoonlijk toegelicht. Ook weer opgehelderd. De show is overigens magnifiek! Al met al kunnen we stellen dat we alles afgevinkt hebben wat we wilden doen. Het enorme plezier, de geweldige lachbuien, onverwachte wendingen, het avontuur, de charme van het land, de inwoners en de prachtige omgeving maken het een topreis. Hasta la vista! De afbeeldingen van deze reis vind je door onder het tabblad ‘foto’s’ op het land te klikken Andere interessante files: Verhaal file Argentinië - Patagonië Reisroute Argentinië Land info file Argentinië Info file accommodatie boeken Info file vliegticket boeken Paklijst
© flipflopfiles