[fit.
6—7.]
Wet op liet lecbt van zegel. AHikil 90, In het tweede lid 1". wordt in de plaats van ,,77" gelezen: , , 7 8 " .
I
Artikel 99.
Aan !>et laatste lid wordt toegevoegd: ,,Indien dal zegelicclit niet is voldaan, kunnen die stukken, Linnen zes m ianden na liet in werking treden dezer wet, zonder betaling van boete gezegeld worden tegen voldoening van het verschul-
digde recht."
.
*
Artikel 101. Het eerste lid vervalt.
Artikel 102. Tii plaats van ,,Mei" wordt" gelezen „ J a n u a r i " . (212. 7.) G E W I J Z I G D O N T W E R P VAN W E T . Wrj W I L H E L M I N A ,
BIJ DE GRATIE GODS, KONINGIN P E E
N KDERLANDEN, P H I N S E S VAN O R A N J E - N A S S A U ,
ENZ., ENZ., ENZ.
Allen, die deze zullen zien of hooren lezen, salut! doen te weten: Alzoo Wij in overweging genomen hebben, dat het tot aanvulling der Rijksmiddelen noodig is, de belasting, welke onder den naam van recht van zegel geheven wordt, nader te regelen en andere bepalingen vast te stellen ter verzekering van de heffing dier belasting;
De afdruk van den zegelstempel en de plakzegels wijzen het bedrag van het zegelrecht aan. t De bijzondere merkteekens, de afmetingen van het papier, Poor zoover deze niet bij artikel 28 zijn vastgesteld, de vorm der plakzegels en die der stempels, welke voor de zegeimg van papier worden gebr/iikt, wordeu door Ons bepaald.
Artikel 4. Het is een ieder, die niet door of van wege het Departement van Financiën daartoe aangesteld of gemachtigd is, verboden gezegeld papier of plakzegels te verkoopen of u h te geven. Voor iedere overtreding van dit artikel wordt eene boete van honderd gulden verbeurd. «
»
Artikel 5. Alle stukken, gesteld op gezegeld papier van wege het Rijk uitgegeven, meeten zijn aangevangen aan dén voorkant, naast of onmiddellijk onder den afdruk van den zegelstempel, , en regelmatig vervolgd worden. De afdruk van den zegelstempel mag zoo min op de vóórals op de keerzijde door letters of cijfers bedekt, noch op eenige wijze onkenbaar gemaakt of beschadigd worden. De plakzegels mogen op geenerlei wijze onkenbaar» gemaakt of beschadigd worden en moeten worden gebruist op de wijze door Ons te bepalen. , \' Indien in strijd met een dezer voorschriften is gehandeld, wordt het stuk als ongezegeld beschouwd.
Artikel 6.
.*
Zoo is het, dat Wij, den Raad van State gehoord en met Indien een stuk, onderworpen aan eenig ander zegelgemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden recht dan dat naar de oppervlakte van het papier, te omen verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: .vangrijk is om in zijn geheel op het in gebruik genomen gezegeld papier te worden gesteld, kan voor het overblijvende HoOFDS'jpjK I . gedeelte ongezegeld papier gebezigd worden, mits het recht, voor het geheele stuk verschuldigd, is voldaan. Algcmeene bepalingen.
Artikel 1.
Artikel 7.
De wijze waarop 's Rijks ambtenaar doet blijken van de Onder den naam van. zegelrecht wordt eene belasting ge- • lieven van de in deze wet genoemde stukken, overeenkomstig voldoening der zegelrechten van de stukken, die hem ter zegeling worden aangeboden, wordt door? Ons bepaald. de daarbij gestelde regelen. De Staat is aansprakelijk voor de schade, welke ontstaat door het teloorgaan of de verminking van een stuk, terwijl Artikel 2. dit zich aan een kantoor van .registratie of van het zegel De belasting wordt voldaan: bevindt. door gebruik van gezegeld papier of van plakzegels van Artikel 8. wege het Rijk uitgegeven; i/oor notarissen mag voor hunne aan zegelrecht oiulerwiu door gebruik van buitengewoon gezegeld papier, of door' betaling van het verschuldigde recht aan 's Rijks pen akten alleen gebruikt worden perkament of het van weg*" het Rijk uitgegeven papier. ambtenaar, Het plakzegel raag alleen gebruikt worden voor de stukken, een en ander volgens de regelen bij deze wet gesteld. waarvoor zulks uitdrukkelijk is bepaald. Bij overtreding wordt het stuk als ongezegeld beschouwd. Deze wet" verstaat: onder het Rijk, het lïijk in Europa; Artikel 9. onder papier, tevens perkament en iedere andere stof, E r besiaat geen overtreding, indien, eenig stuk niet o p waarop de aan zegelrecht onderworpen stukken zijn gesteld; het daarvoor bestemde, maar op een ander van wege het onder buitengewoon gezegeld papier, papier, dat op ver- Rijk uitgegeven gezegeld papier is gesteld, indien de bfczoek van belanghebbenden van Rijkswege gestempeld is; lasting ten volle is voldaan. onder > Rijks ambtenaar, de ontvanger van de registratie <>f van het zegel met de ontvangst van zegelrechten belast. Artikel 10. Wegens één stuk is slechts één zegelrecht verschuldigd, Artikel 3. • Hehoudens de in deze wet vermelde uitzonderingen, is Het recht wordt bepaald door de hoogst belaste be/ H e t papier van wege het Rijk uitgegeven zal, behalve van Hiikking of verklaring. een of meer bijzondere merkteekens, voorzien zijn van e-v» behoudens het bepaalde in de artikelen '!G, 57 en 76. afdruk van den zegelstempel aan -u bovenzijde. elk afzonderlijk stuk aan een afzonderlijk zegelrecht onder-
V
[ f i t . 7.] Wet op het recht van zegel worpen en kan een gezegeld ' of van plakzegel voorzien papier, ilat reeds voor een stuk is gebruikt, niet voor een tfnder aan zegelrecht onderworpen jtuk worden gebezigd, zelfsi al ware het eerste doorgehaald of op eenige andere wijze vernietigd. Ingeval van overtreding wordt hetgeen na het eerste stuk op het gezegeld of van plakzegel voorzien papier voorkomt beschouwd als op ongezegeld, papier te zijn gesteld.
waarvan het recht niet is voldaan, behoudens verhaal op wien het behoort. , De bepaling van het eerste lid is niet toepasselijk, op de stukken overgelegd: I". Ingevolge artikel 147 — of, als bescheiden tot sta\ing der rekening, ingevolge de artikelen 775, 777 en 787 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering;
Artikel 11.
2°. als stukken van vergelijking in geschillen over de echtheid of" onechtheid van geschriften;
Behoudens de uitzonderingen bij deze wet gemaakt, zijn de verschillende exemplaren van een stuk alle aan hetzelfde zegelrecht onderworpen. Afschriften en uittreksels van onderhandsche stukken, dooi een of meer der partijen underteekend, zijn aan hetzelfde zegelrecht onderworpen als de oorspronkelijke stukken. Afschriften en uittreksels, door ambtenaren als zoodanig opgemaakt en onderteekend, worden, voor de toepassing dezer wet, met akten van die ambtenaren gelijkgesteld. Afschriften en uittreksels, uitsluitend ter voldoening aan administratieve voorschriften van openbare besturen en instellingen vervaardigd, zijn vrij van zegelrecht.
3°. als bescheiden tot staving van de eigen aangifte van faillissement en van het verzoek tot bekoming van surséance van betaling, bedoeld bij de artikelen 1 en 213 van de Faillissementswet; ' •« .4°. in strafzaken. \ indien zich onder de biervoor uitgezonderde en ter griffie overgelegde stukken niet behoorlijk gezegelde bevinden, zijn de griffiers verplicht die stukken vóór de teruggave ter hand te stellen aan 's Rijks ambtenaar ter constateering van de begane overtredingen. Wordt door den griffier niet tijdig aan deze verplichting voldaan, dan verbeurt hij eene boete van honderd gulden.
i
*
Artikel 12.
N
i
Artikel 16. i
•Alle hier te lande wonende personen, die eenig aan zegelHet is aan procureurs verboden ongeteekende stukken in recht onderworpen stuk opmaken of afgeven, of op zoodanig het geding te brengen, zoolang daarop niet betaald is het stuk hun handteekening stellen, worden geacht het stuk hier zegelrecht, dat van'bet stuk, indien het in forma ware, verte lande te hebben opgemaakt of afgegeven, of daarop hier schuldigd zoude zijn. te lande hunne handteekening te hebben gesteld, zoolang het Het is aan de griffiers van rechterlijke collegiën en kantegendeel niet aannemelijk is gemaakt. De vermelding op tongerechten verboden ongezegelde of niet behoorlijk gehet stuJj, dat deze handelingen in het buitenland plaats i zegelde stukken, als in het eerste lid Van dit artikel en in hadden, is daartoe niet voldoende. bet eerste lid van artikel 15 bedoeld, aan te nemen om in het dossier te "worden gevoegd. Artikel 13. Voor iedere overtreding wordt eene boete van honderd gulden verbeurd. Voor de toepassing dezer wet worden stukken, welke voorx zien zijn van eeu paraaf, het facsimilé van een handteekeArtikel 17. *ning of paraaf, of den afdruk van een naam- of paraafIndien in eene notarieele akte een aan zegelrecht onderstempel, als onderteekeride stukken beschouwd. worpen stuk (uitgezonderd authentieke akten, afschriften en uittreksels daarvan en effecten) wordt vermeld en indien Artikel 14. een zoodanig stuk, met of zonder aanhechting, als bijlage Iedere vermelding in of op eenig niet behoorlijk gezegeld van eene notarieele akte wordt bewaard, is de notaris verstuk, waarbij de onderteekenaar of de uitgever van dat stuk plicht in die akte op te geven: zich verbindt het door een behoorlijk gezegeld te vervangen ai. indien het stuk ongeregistreerd is, het bedrag van het en iedere aanduiding, vermelding of overeenkomst, welke . zegelrecht voor het vermelde of bijgevoegde stuk betaald; ten doel heeft eene overtreding van deze wet aan de kennisb. indien het stuk geregistreerd is, kantoor en dagneming van 's Rijks ambtenaar te onttrekken, alsmede iedere teekening der registratie. overeenkomst, welke de niet-vervulling van eenige bij dezewet opgelegde verplichting of de verkorting van eenige bij Als volgens die Opgave het vermelde of bijgevoegde deze wet toegekende bevoegdheid ten doel heeft, is nietig. sfcllk niet van. Indioorlijk zegel volgens de wet is voorzien, zal de notaris verplicht zijn dit stuk, bij de aanbieding ter registratie van de notarieele akte, gelijktijdig ter zegeling Artikel 15. over te leggen. Het is aan rechters, scheidsmannen, departementen van Deze verplichtingen vervallen echter, indien het bedoelde algemeen bestuur, besturen van provinciën* gemeenten, stuk zich niet in de macht bevindt van hen, die partij zijn waterschappen en andere door het openbaar gezag ingestelde bij de notarieele akte. en zij dit in deze akte verklaren. zedelijke lichamen en instellingen, en aan daartoe beDe bepalingen van dit artikel.zijn niet van toepassing op hoorende ambtenaren verboden bij hunne beslissing of be- hei in bewaring nemen van olographische en geheime testaschikking rekening te houden met den inhoud Van eenig stuk menten, benevens de omslagen daarvan en op de vermelding dat, hoewel aan zegelrecht onderworpen, ongezegeld of niet van stukken in akten van boedelbeschrijving en in processenvoldoende .gezegeld te hunner kennis wordt gebracht. verbaal van vergadering, van verzending, van uitloting of Zij mogen evenmin bij lïumie beslissing of beschikking van vernietiging van stttkhen. rekening „houden met den inhoud van het afschrift of uitVoor iedere overtreding, van dit artikel wordt eene boete treksel van een onderhandsch stuk, tenzij dit voorzien is van van vijftig gulden verbeurd. eene verklaring van 's Rijks ambtenaar, dat het zegelrecht voor het oorspronkelijk stuk behoorlijk is voldaan. Artikel 18. Voor iedere overtreding is verbeurd eene "boete van Het is aan rechters en andere ambtenaren verboden om honderd gulden. De overtreuers zijn bovendien gehouden tot betaling van de rechten, verschuldigd *wegens de stukken, een register, aan zegelrecht onderworpen, te kantteekenen
[215I. 1
7.1 -
Wet op hei recht van zegel.
of Ie waarmerken, indien niet alle, bladen van liet regisier gezegeld zijn. liet is aan ambtenaren verboden bandteekeningen te le«^tiliseeren op aan Regelrecht onderworpen stukken, voordat bei zegelrecht Maarvan overeenkomstig <1H wet is voldaan. Voor iedere overtreding van dit artikel wordt eene boete Vill vijfentwintig gulden verbeurd.
reciil niet overeenkomstig de wet is voldaan en welke hun ter inschrijving of overschrijving, of tot het stellen van aanteekeningen worden aangeboden, na verrichting dier formaliteiten, terug te houden voor de invordering van de wegens dit} stukken verschuldigde rechten en boeten. Voor iedere overtreding van dit artikel wordt eene boete van vijfentwintig gulden verbeurd.
Artikel 19.
Artikel 21.
Alle personen, die in eenige openbare betrekking registers, akten of stukken houden* of in bewaring hebben, zijn verplicht om daarvan, zonder verplaatsing, inzage te geven aan de ambtenaren van de registratie of van het zegel, of aan zoodanige andere ambtenaren, die van eenen door Onzen Minister van Financiën afgegeven schriftelijken last voorzien zrjn, zoo dikwerf die ambtenaren zulks vorderen en te gedoogen dat deze daarvan afschriften of uittreksels nemen. (lelijke verplichting rust op kooplieden ten aanzien van de door hen aangehouden boeken en registers en van de aan zegelrecht onderworpen akten en stukken, welke zij onder zich hebben. m Er behoeft, echter geen inzage' verleend te worden: 1°. van akten van uitersten wil voor notarissen verleden, of bij hen in bewaring gegeven, zoolang de beschikkers in leven zijn en van akten van inbewaargeving, superscriptie, herroeping en terugneming van uitersten wil, gedurende het 'leven van hen,'te wier verzoeke die akten zijn opgemaakt; 2°. van den inhoud van pakketten verzegeld in bewaring gegeven. Geen inzage kan gevorderd worden: 1°. op Zondag en de daarmede in hét tweede lid van artikel 154 van .het Wetboek van Koophandel gelijkgestelde dagen; 2°. op andere dagen vóór 9 uur des voormiddags en na 4 uur des namiddags. Wegens iedere door de in het eerste lid genoemde ainbteuareu'bij proces-verbaal geconstateerde weigering of belemntering van inzage is eehe boete verschuldigd van vijftig gulden. . v Hij die geen gelegenheid geeft inzage te nemen wordt geacht de inzage te weigeren. Wordt aan de in het eerste lid bedoelde ambtenaren de toegang geweigerd, dan verschaffen zij zich dien desnoods met behulp van den sterken arm. » Zijn de plaatsen, waar de stukken, waarvan inzage gegeven moet wordeu, zich bevinden of redelijkerwijze verïnoed worden zich te bevinden, tevens woningen of alleen door eene woning toegankelijk, dan treden de ambtenaren die plaatsen niet binnen dan op vertoon van een schriftelijken bij zonderen last van den burgemeester of van den kantonrechter. Van het binnentreden wordt door den ambtenaar proces-verbaal opgemaakt; een afschrift' hiervan wordt binnen tweemaal vier en twintig uren uitgereikt aan dengene, in wiens woning is binneu getreden.
Béhaaden) hetgeen hierna omtrent sommige stukken is j bepaald, zal elke houder van eenig zegelplichtig stuk, dat i niet of niet behoorlijk gezegeld is, dit tegen voldoening van j het verschuldigde recht door 's Rijks ambtenaar kunnen doen zegelen, mits hij tegelijkertijd de boete voldoet, wegens het I stuk verschuldigd of dit in handen van gemelden ambtenaar i late voor het constateeren der overtreding.
Artikel 22. Het is aan 's Rijks ambtenaar verboden om eenig ten onrechte .niet ot' niet behoorlijk gezegeld stuk van zegel te voorzien, zonder de overtreding bij proces-verbaal te constateeren, indien de boete niet gelijktijdig wordt voldaan. • Voor iedere overtreding van dit artikel wordt eene bfcete van vijfentwintig gulden verbeurd,
Artikel 23. Voor stukken, buitenslands opgemaakt, moet, behoudens het hierna omtrent sommige stukken bepaalde, het zegelrecht aan-'s Rijks ambtenaar.worden voldaan, vóórdat daarvan gebruik gemaakt wordt op een der wijzen bij de artikelen 15, 16 of 1T vermeld of vóórdat daarmede gehandeld wordt overeenkomstig het eerste lid van artikel 20. Hef zegelrecht van stukken, buitenslands opgemaakt, welke, aan de bewaarders van de hypotheken, het kadaster en de scheepsbewijzen ter inschrijving of overschrijving, of tot het stellen van aanteekeningen worden aangeboden, wordt, zoo dit recht niet vóóraf is voldaan, na verrichting dier formaliteiten ingevorderd. * Stukken, voor welke in de Overzeesche bezittingen van het Rijk het aldaar verschuldigde zegelrecht is voldaan, zijn hier | te lande niet aan .zegelrecht onderworpen. HOOFDSTUK
II.
Van het zegelrecht naar de-oppervlakte het papier.
van
Artikel 24. Aan een zegelrecht naar de oppervlakte van het papier zijn, behoudens na te melden uitzonderingen, onderworpen: 1°. de aan belanghebbenden uitgereikt wordende minuten,_ afschriften of uittreksels van Koninklijke besluiten en van akten van de beide Kamers der Staten-Generaal, waarbij een benoeming plaats heeft, een verhooging van bezoldiging wordt gegeven, of een gunst verleend wordt; »
2°. de aan belanghebbenden uitgereikt wordende minuten, afschriften of uittreksels van beschikkingen van collegiën, Het is verboden aan griffiers van rechterlijke collegiën commissiën en ambtenaren, bohoorende tot het bestuur en kantongerechten om een aan zegelrecht onderworpen stuk van den Staat, van provinciën, gemeenten, waterschappen in de ter griffie gehouden wordende registers over te ; en andere door het openbaar» gezag ingestelde, zedelijke schrijven, eD aan ambtenaren der registratie om zoodanig lichamen en instellingen, waarbij een benoeming plaat? stuk te registreeren. vóórdat het zegelrecht daarvan overeen- i heeft, een verhooging van bezoldiging wordt gegeven, of een komstig de wet voldaan^ is. gunst verleend wordt; Laatstgenoemde ambtenaren mogen akten van protest van 3°. de verzoekschriften — zelfs iir^den vorm van brieven handelspapier niet registreeren, zonder zich het geprotesteer. — tot het bekomen van de hiervoor bedoelde beschikkingen; de s t u t te doen vertoon en. 4°. afschriften van- en uittreksels uit akten van den burDs bewaarders van de hypotheken, het kadaster en de j gerlijkan stand; '' scheepsbewijzen zijn verplicht de stukken, waarvan hét zegel-
Artikel 20.
V„
[912.
Bijlagen.
7.]
Tweede Kamer.
W e t op h e t recht vuil zegel. 5°. de d a g i v g i s t e r s en r e g i s t e r s van in- en o v e r s c h r i j v i n g BAD «Ie k a n t o r e n van de h y p o t h e k e n , h e t k a d a s t e r en de scheepsbewijzen; 6°. de s t a t e n van h y p o t h e c a i r e i n s c h r i j v i n g e n , verklaringeii d a t i n s c h r i j v i n g e n zijn d o o r g e h a a l d , g e t u i g s c h r i f t e n v a n o n b e z w a a r d h e i d en a n d e r e v e r k l a r i n g e n door de bewaard e r s van de h y p o t h e k e n , h e t k a d a s t e r en de scheepsbewijzen afgegeven a n d e r s dan in 's R i j k s b e l a n g ; 7°. a k t e n v a n n o t a r i s s e n , a r t i k e l 57 bedoelde;
met uitzondering
van de
Artikel 28. l i d p a p i e r , (lat n a a r de opper vlakte gezegeld v a n w e g e het Rjjk w o r d t u i t g e g e v e n , is van de volgende s o o r t e n : Hoogte
liieedte
Oppervlakte
centimeter.
centimeter.
vierkante centimeter.
1. Grootregisterpupier
45,20
57,00
2576
f 2,-
2. Klein register papier
38,57
50,10
1932
. wo
8, Gewoon papier .
32,20
40,00
1288
,
4. Half vel gewoon papier . . . .
32,20
20,00
644
. 0,50
5 Klein papier
25,00
17,00
425
. 0,30
UKNAMINO.
Prjjs.
in
8°. a k t e n v a n griffiers van r e c h t e r l i j k e collégiën en kant o n g e r e c h t e n betreffende h a n d e l i n g e n , w a a r t o e zij gelijkelijk niet notarissen en d e u r w a a r d e r s bevoegd zijn en a k t e n en e x p l o i t e n van d e u r w a a r d e r s , voor zoover zij b e t r e k k i n g hebben op h e t p r i v a a t r e c h t ; 9°. b o r d e r e l l e n van i n s c h r i j v i n g in de r e g i s t e r s d e r hypot h e k e n en scheepsbewijzen ; . 10°. bestekken, v o o r w a a r d e n , k a a r t e n en t e e k e n i n g e n , voor zoover zij bestemd zijn om m e t de a k t e n , welke de over- £ e n k o m s t c o n s t a t e e r e n , w a a r o p zij b e t r e k k i n g h e b b e n , den t i t e l dier overeenkomst u i t / t e m a k e n ; . 11°. alle a n d e r e n i e t e l d e r s in deze w e t g e n o e m d e stukk e n , o p g e m a a k t tot bewijs v a n p r i v a a t r e c h t e l i j k e overeenk o m s t e n , h a n d e l i n g e n , v e r b i n t e n i s s e n en v e r k l a r i n g e n .
Artikel 25. H e t zegelrecht n a a r de o p p e r v l a k t e v a n h e t p a p i e r bed r a a g t d e r t i g c e n t voor elk p a p i e r , w a a r v a n de o p p e r v l a k t e n i e t grooter is d a n 425 c M 2 . ; ' vijftig c e n t voor elk p a p i e r m e t eene o p p e r v l a k t e boven de 425 tot e n m e t 644 c M . 2 ; een g u l d e n voor elk p a p i e r m e t eene o p p e r v l a k t e boven de 644 tot en m e t 1288 c M 2 . , e n voor elk p a p i e r , w a a r v a n de o p p e r v l a k t e g r o o t e r is dan 1288 c M 2 . , vijftig c e n t voor iedere reeks van 644 c M 2 . , gedeelten eener reeks voor eene geheele g e r e k e n d .
i -
Artikel 29. B e h o u d e n s de v r i j s t e l l i n g e n , moet van een zegel v a n n i e t m i n d e r d a n eên g u l d e n voorzien zijn h e t p a p i e r , d a t g e b r u i k t wordt voor: a. de s t u k k e n genoemd;
in a r t i k e l 24 onder 1°, 2°, 4°, 5° en 6°
h. de a k t e n door notarissen o p g e m a a k t , m e t u i t z o n d e r i n g v a n d i e , welke door hen in o r i g i n a l i worden u i t g e r e i k t ; e. de a a n zegelrecht onderworpen a k t e n v a n g r i f f i e r s v a n r e c h t e r l i j k e collégiën en k a n t o n g e r e c h t e n , m e t u i t z o n d e r i n g van de p r o t e s t e n v a n n o n - a c c e p t a t i e en v a n non-betaling van handelspapier; H e t g e b r u i k v a n p a p i e r , voorzien v a n een zegel van d e r t i g c e n t , w o r d t slechts voor de volgende s t u k k e n t o e g e l a t e n : 1°.
verzoekschriften;
2°. v o l m a c h t e n en m a c h t i g i n g e n n i e t t e n o v e r s t a a n v a n notarissen verleden;
Artikel 26. H e t z e g e l r e c h t n a a r de o p p e r v l a k t e v a n h e t p a p i e r , vers c h u l d i g d v a n h i e r te l a n d e op te m a k e n s t u k k e n , w o r d t , beh o u d e n s h e t b e p a a l d e in a r t i k e l 8, voldaan door de stukken te stellen op gezegeld p a p i e r v a n w e g e h e t R i j k u i t g e g e v e n of op b u i t e n g e w o o n gezegeld p a p i e r . Voor b u i t e n s l a n d s o p g e m a a k t e stukken w o r d t h e t zegelr e c h t Voldaan bij de a a n b i e d i n g t e r z e g e l i n g a a n 's Rijks ambtenaar.
Artikel 27. I n a f w i j k i n g van h e t voorschrift, v e r v a t m h e t eerste lid van h e t * orige a r t i k e l , w o r d t b e p a a l d :
3°. door e i g e n a a r s of r e c h t h e b b e n d e n v e r l e e n d e v e r g u n n i n g e n om op eens a n d e r s g r o n d of w a t e r te j a g e n ; 4°. a k t e n van p r o t e s t van n o n - a c c e p t a t i e en v a n non-betal i n g van h a n d e l s p a p i e r ; ' 5°. a k t e n Van d e u r w a a r d e r s , m e t u i t z o n d e r i n g v a n die tot welker o p m a k i n g , behalve de d e u r w a a r d e r s , ook a n d e r e a m b t e n a r e n bevoegd zijn, voor welke a k t e n door de d e u r w a a r d e r s geen m i n d e r gezegeld p a p i e r m a g worden g e b r u i k t d a n aan die a n d e r e a m b t e n a r e n is t o e g e s t a a n ; 6°. borderellen t o t i n s c h r i j v i n g in de r e g i s t e r s der h y p o theken en der scheepsbewijzen.
a. d a t h e t zegelrecht v a n o l o g r a p h i s c h e en v a n g e h e i m e t e s t a m e n t e n en van de d a a r o p gestelde a a n t e e k e n i n g e n en a k t e n , zoomede d a t v a n b e s c h i k k i n g e n , als bedoeld in artikel 982 v a n h e t B u r g e r l i j k W e t b o e k , eerst . o l d a a n behoeft te w o r d e n , w o n n e e r die s t u k k e n ge - gistreerd worden of d a a r v a n op oenigerlei wijze g e b r u i k w o r d t g e m a a k t , welke vold o e n i n g g e s c h i e d t door die stukken ter z e g e l i n g a a n te bieden aan 's R i j k s a m b t e n a a r ;
Vopr alle a n d e r e in dit hoofdstuk g e n o e m d e n i e t van het r e c h t v r i j g e s t e l d e stukken m o e t gezegeld p a p i e r g e b r u i k t worden v a n t e n m i n s t e v i j f t i g cent. Bij o v e r t r e d i n g v a n d i t artikel w o r d t e e n e boete van vijfentwintig gulden verbeurd.
h. d a t h e t zegelrecht van de in a r t i k e l 24, o n d e r 10°, bedoelde bestekken, v o o r w a a r d e n , k a a r t e n en t e e k e n i n g e n eerst voldaan behoeft te worden, w a n n e e r die stukken de daarbedoelde b e s t e m m i n g k r i j g e n , welke v o l d o e n i n g eveneens g t schiedTMoor die stukken ter zegeling aan te bieden a>in 's R i j k s ambtenaaT.
Vóór de b u i t e n het Rrjk o p g e m a a k t e s t u k k e n zal, als zij h i e r te l a n d e ter z e g e l i n g worden a a n g e b o d e n , t e n m i n s t e b e t a a l d w o r d e n een r e c h t gelijk a a n d a t , h e t w e l k v e r s c h u l d i g d zou zijn geweest, indien zij b i n n e n h e t Rijk w a r e n o p g e m a a k t , ook al zou h e t r e c h t n a a r de o p p e r v l a k t e v a n het p a p i e r m i n d e r b e d r a g e n .
H a n d e l i n g e n der S t a t e n - G e n e r a a l .
Bijlagen.
1915—1916.
Artikel 30.
[«12. 7.]
48
Wet op hei recht van zegel.
Artikel t l . >
I). rerhooging van bezoldiging van ambtenaren en leden van collegiën of commissiën, als de bezoldiging met de vertlOOgiag niet meer dan duizend gulden 's jaars bedraagt;
Da hier te lande door eenig ambtenaar opgemaakte si ukken in dit hoofdstuk bedoeld, welke t i e t van zegelrecht zijn vrijgesteld, en de daarvan gemaakte afschriften en uitIreksels mogen niet meer hevatten per bladzijde, de lettergrepen door elkander gerekend, dan: 'Jl regels van 12 lettergrepen, indien het gebruikte
'•. benoeming tot een ambt van gelijken of minderen rang dan dat, hetwelk de benoemde reeds Inkleedde, voor zoover aan liet nieuwe ambt geen hoogere bezoldiging is verbonden dan aan het oude. ' . . . . Indien liet jaarlij kseh l>edrag der bezoldiging niet in het besluit; de akte of de beschikking is uitgedrukt of niet bekend is, kan de vrijstelling slechts worden ingeroepen, als door of namens de openbare macht, van wie de benoeming is uitgegaan, op bet uit te reiken stuk verklaard is, dat de bezoldiging niet meer dan duizend gulden 's jaars bedraagt of op niet meer dan die som wordt begroot;
papier niet grooter is dan 425 c.M 2 .;
.'il) regele van 15 lettergrepen, indien papier grooter is dan 425 en niet grooter dan 36 regels van 18 lettergrepen, indien papier grooter is dan 1288 en niet grooter dan 42 regels van 20 lettergrepen, indien
papier grooter is clan 1932 c.M2.
het gebruikte 1288 c.M 2 .; het gebruikte 1932 c.M 2 .; het gebruikte
Hij de berekening der lettergrepen worden drie cijfers voor een lettergreep gerekend. De bepalingen van dit artikel zijn niet toepasselijk op in
2°. de aan den belanghebbende uit te reiken beschikkingen van administratieven aard, waarbij vergunning wordt verleend tot handelingen, waarvoor, krachtens de wet of krachtens reglementen of verordeningen van politie,, ver-, guuning.moet worden gevraagd, en die waarbij de bijdragen worden geregeld, welke gevraagd worden op grond van bepalingen' voorkomende in Rijkswetten, rakende de staatszorg voor minderjarigen, armen en krankzinnigen;
kolommen afgedeelde registers. Voor iedere overtreding van dit artikel is verbeurd eene boete van vijfentwintig gulden voor ieder stuk.
Artikel 32. Op hetzelfde gezegeld' papier mogen worden gesteld:, ,a. boedelbeschrijvingen, processen-verbaal en andere akten en geschriften, die' de onderscheidene gedeelten van eene handeling coiistateeren, welke niet in ééne zitting is voltooid; / I). de akten, welke, overeenkomstig de wet, in registers of achter of naast elkander geschreven worden. Voorts kunnen worden gesteld: 1°. de legalisatiën en erkenningen van handteekeningen en bekrachtigingen of , goedkeuringen van akten, op de stukken waartoe zij betrekking hebben, en in het algemeen de verm'eldfng van de verrichting van formaliteiten op de stukken of op de afschriften of uittreksels der stukken, welke die formaliteiten hebben ondergaan; . 2°. de akten van beteekening, op het beteekende stuk, onverschilhg of de beteekening al dan niet tevens inhoudt aanmaning, bevel of dagvaarding; 3°.
in geval van aanbesteding, verkooping of verhuring:
de akten van voorloopige toewijzing, van ophouding en van toewijzing, - op de bestekken of memoriën van voorwaarden ; i de akten van afslag, opbieding of verhooging, de akten van ophouding en van eindelijke toewijzing, op de akten van vdbrloopige toewijzing; de akten van herbesfceding of lierveiling, op de akten van toewijzing en de verklaringen van lastgeving of opgaven van meester, op de akten, waartoe zij betrekking hebben;
3°. verzoekschriften en verdere stukken, benoodigd tot het bekomen van de onder 2° bedoelde beschikkingen; t
4°. alle stukken, welke volgens hun aard aan dit zegelrecht zouden zijn onderworpen, doch worden opgemaakt tot regeling van belastingen of ter voldoening aan- of uitvoering van wetten en algemeene maatregelen van bestuur, houdende voorschriften van staatszorg en staatstoezicht en van wetten, regelende onderwerpen van publiek recht; , 5°. de aan in het buitenland wonende belanghebbenden uit te reiken besluiten, houdende toekenning van ridderorden; 6°. de afschriften van- en uittreksels uit akten van den burgerlijken stand en van- en uit stukken aan die akten gehecht, welke ingevolge eenig wettelijk voorschrift of voor, de regeling van belastingen moeten worden overgelegd, en die, welke niet bestemd zijn om aan bijzondere personen of andere dan door het openbaar gezag ingestelde zedelijke lichamen en instellingen in hun belang te worden uitgereikt, mits van een en ander in de onder die afschriften of uittreksels voorkomende deugdelijkverklaring door den ambtenaar, die ze afgeeft, melding gemaakt zij; 7'. akten van bekendheid, opgemaakt ter vervanging van ' de onder 6° bedoelde afschriften en uittreksels; 8'. de door bewaarders van de hypotheken, het .kadaster en de scheepsbewijzen af te geven uittreksels uit de kadastrale plans, leggers, en aanwijzende tafels;
9C. de stukken, benoodigd tot het aangaan van huwelijken, 4°. de akten van indeplaatsstelling van lasthebbers, op de die betreffende de voorziening in .voogdij en toeziende voogdij, curateele en toeziende curateele, betreffende ophefakten van lastgeving; . fing van curateele, meerderjarigverklaring en toekenning 5°. de akten van herroeping van volmacht of van uiterste van bepaalde rechten van meerderjarigheid, erkenning en wilsbeschikking, op de akten, welke worden herroepen. wettiging van natuurlijke kinderen en betreffende verbetering van akten van den burgerlijken stand, de stukken benoodigd om uit de gijzeling ontslagen te worden, verzoekArtikel 33. scbriften aan openbare autoriteiten, voor zoover volgens artiVan het zegelrecht naar de oppervlakte van het papier kel 24 onder 3° aan zegelrecht onderworpen en de minuten, afzijn vrijgesteld: schriften en uittreksels van daarop te nemen beschikkingen, 1°. de «an de belanghebbenden uit te reiken minuten, af- alles voor zoover de personen onvermogend zijn en dat onverschriften of uittreksels van besluiten, akten en beschikkingen, i mogen blijkt uit een verklaring, afgegeven, indien zij binnen het Rijk wonen, door het hoofd van het bestuur huDner woonhoudende: a. benoeming van ambtenaren en leden van collegiën of I plaats, en indien zij buiten het Rijk wonen, door de bevoegde commissiën, aan wie geen bezoldiging of een bezoldiging van \ openbare macht, en van het onvermogen op de Hukken melding, is gemaakt. niet meer dan duizend gulden 's jaars is toegekend;
7.]
[212.
49
Wet op het. recht vau zegel. De personen, wier onvermogen moet hl ijken, zijn : a. hij akten van toestemming tot liet aanga 111 van een huwelijk, zij die toestemming geven; b. hij stukken betreffende de voorziening in voogdij of. toeziende voogdij, curateele of toeziende curateele, de onder voogdij of curateele te stellen of gestelde peitonen; . c. hij stukken betreffende de erkenning of wettiging van natuurlijke kinderen, hij die erkent of die de wettiging vraagt; d. bij andara stukken, zij ten bate van wie de stukken strekken; 10°. de akten door notarissen, ingevolge het tweede lid van artikel ü der wet vau 9 Juli 1842 (Staatsblad n". 20) voor onvermogenden kosteloos opgemaakt, mits de door den voorzitter der rechtbank verstrekte last tot kostelooze opraaking behoorlijk in de akte is vermeld, en de afschriften Van- en uittreksels uit die akten; 11°. alle akten en'vonnissen opgemaakt door rechterlijke ambtenaren en collegiën, alsmede door scheidsmannen; 12°. de akten van procureurs ; 13°. de stukken, opgemaakt ter gerechtelijke tenuitvoerlegging van vonnissen en beschikkingen, gewezen in rechtsgediugen, welke van een of van beide zijden kosteloos worden gevoerd; 14°. de stukken betreffende invordering van sommen aan het llijk verschuldigd, welke het bedrag van dertig gulden niet te boven gaan ; 15°. de stukken door ambtenaren van den Staat, van provinciën, gemeenten en waterschappen en door onderwijzers benoodjgd tot het bekomen van pensioenen, voor zoover hunne bezoldiging of belooning niet meer dan duizend gulden 's jaars bedraagt en daarvan uit de stukken blijkt; de stukken, benoodigd tot het bekomen van weduwen- en weezenpensioen uit tot dat doel ingestelde fondsen, ingeval de belanghebbende personen onvermogend zijn, blijkens een verklaring, afgegeven door het hoofd van het bestuur hunner woonplaats en daarvan pp de stukken melding gemaakt is, en de-stukken, benoodigd voor de deelneming in- en tot het verkrijgen van u i t k e r i n g e n wegens de in artikel 47 onder a bedoelde verzekeringen, mits van deze bestemming uit die stukken blijkt; 16°. de akten van beschrijving en de processen-verbaal van verkoop van verstane 'panden in banken van leening, gehouden wordende ingevolge verordeningen, welke door het openbaar gezag zijn vastgesteld; 17°. de akten van vergunning tot het plaatsen van brievenbussen ten dienste van de administratie der posterijen ; 18°. de machtigingen tot het in ontvangst nemen van aangeteekende brieven, gesteld op de kennisgevingen van de aanwezigheid van die brieven en de machtigingen tot inning hij de Rijksbetaalmeesters van bedragen van niet ineer dan honderd gulden, gesteld op de betalingsstukken; 19°. de verklaringen van gerechtigdheid en van dienstverrichting, afgegeven ten behoeve van schuldeischers van den Staat, van provinciën, gemeenten, waterschappen en andere door het openbaar gezag ingestelde zedelijke lichamen en instellingen; 20°. de monsterrollen; 21°. lansen; 22°. 23°'. 24°.
de koopmansbrieven, de koopmansboeken en de bade vrachtbrieven; de cognossementen; de akten, waarvoor op grond van artikel 101 letter a
der Hogistratiewet 1916, algehoelevrijstolling van registratie-
recht irordt genoten, ao da afschriften ran- en uittreksels uit die akten.
'
Voorts blijven van kracht de vrijstellingen verleend bij:
a.
de artikelen 874*. 8742, 889, 429, 44M, 606, 821, 1121
en 1637»; van het Burgerlijk Wetboek; h. da nrtikebn 800, 807, 872 en 874 van het WVtl.oek v.-.n Burgerlijke Rechtsvordering; c. artikel 10 van de wet van 2G Mei 1841 (Staatsblad n". 14), houdende nadere bepalingen nopens de consignatie van effecten aan toonder, welke aan minderjarige of onder curateele gestelde personen toehchooren; d. de artikelen 11 en 14 der wet van 17 November Yó'lf (Staatsblad n". 227), tot regeling der coöperatieve vereet.• gingen, en artikel 1 der wet van 7 Mei 1878 (Staatsblad n°. 4 1 ) ; e. artikel 22 der wet tot instelling eener Rijkspostspaarbank (Staatsblad 1910 n°. 368); / . artikel G der wet van 5 December 1881 (Staatsblad n°. 185), houdende bepalingen omtrent de uitgifte van schat», kistpromessen; g. de artikelen 17 en 118 der Faillissementswet; h. artikel 82 der wet van 16 Juli 1907 (Staatsblad n°. 222), tot afschaffing der tienden; .• ' i. de artikelen 18 en 32 der wet van 12 Juli 1909 (Staat/. blad. n°. 141), tot uitvoering van het op 17 Juli 1905 te '* Gravenhage gesloten verdrag betreffende de burgerlijke rechtsvordering; k. artikel 19 der wet van 7 November 1910 (Staatsblad n°. 313), tot regeling van het octrooirecht voor uitvindingen;. I. de artikelen 50J en 51 der wet van 23 "September 1912 (Staatsblad n°. 308). houdende nieuwe regeling van het auteursrecht, zooals deze is aangevuld bij de wet van 29 October 1915 (Staatsblad n°. 446); in. artikel 83 der wet van 7 April 1913 (Staatsblad n°. 123) op de Grootboeken der Nationale Schuld.
Artikel 34. Indien het tegendeel niet is bedongen en niet voortvloeit uit de bepalingen van het burgerlijk recht, is het zegelrecht van de in dit hoofdstuk bedoelde stukken verschuldigd door hen, ten bate van wie de stukken zijn opgemaakt, doch wat dé in artikel 24 onder 10° bedoelde stukken betreft, door hen, die de daar bedoelde bestemming aan die stukken geven of doen geven. i HOOFDSTUK
III.
Van liet zegelrecht ran beu ijzen van ontvangst run gelden, rekeningen, dfdaratiën, diploma's van lidmaatschap en toei/anqsbcicijzcn. y
'
\
Artikel 35. Behoudens de hierna vermelde uitzonderingen,, zijn onderworpen: I. aan een vast recht van vijf cent: a. kwitantiën voor geldsommen en andere eenzijdig opgemaakte stukken, waarbij de ontvangst of overneming van gelden wordt erkend of vermeld door of vanwege den schuldeischer. Verklaringen, dat niets te vorderen is, worden met kwitantiën gelijkgesteld. . De stukken zijn aan dit zegelrecht onderworpen, onverschillig in welken vorm zij overigens zijn opgemaakt, al was het in dien van bericht of brief, zelfs als deze stukken in rechten niet kunnen dienen tot schriftelijk bewijs. Deze be-
[S12.
50
7.]
Wet op liet recht van zegel.
paling Li niet van toepassing op berichten of brieven, waarbij eene gesegelde kwitantie wordt toegesondenj b.
depositobewijzen,
overschrijvingsbiljetten
(giro)
en
laldobiljetten; c onderteekende declaratiën en rekeningen; \ d. diploma's van lidmaatschap van- en toegangsbewijzen vim leden tót sociëteiten en vereenigingen. I I . aan een vast recht van dertig cent: 11. akten van schuldbekentenis, mits niet tot de effecten behoorende, en akten van borgtocht voor geldsommen; b. akten van prolongatie en akten van beleening van effecten en koopniansgoederen.
Artikel 36. Voor kwitantien is een. recht van vijf cent verschuldigd voor eiken sehuldeischer. Schuldeischers, die een gezamenlijk belang hebben, worden voor één persoon gerekend. Artikel 37. Geen afzonderlijk zegelrecht is verschuldigd: 1°. voor kwitantien, gesteld op gezegelde rekeningen, deplaratiën en bevelschriften van betaling; 2°. 'voor voldaanteekeningen op postwissels, postbewijzen, kassierspapier, cheques, assignatiën en ander bandelspapier; 3°. voor kwitantien wegens inlage of premie op de polissen van assurantie of bewijzen van verzekering; 4°. A'oor kwitantien wegens ontvangen sommen, welke voorkomen op hetzelfde papier, waarop reeds een gezegelde kwitantie voor een in mindering van dezelfde schuldvordering ontvangen som voorkomt," mits u i t den inhoud der latere kwitantie duidelijk blijkt, dat de betaling betrekking heeft op dezelfde vordering; elke termijn van buren en renten wordt als een afzonderlijke vordering aangemerkt; 5". voor kwitantien van betaalde reebten op de jachtakten gesteld; 6". voor aanteekeningen van verandering, vermeerdering of teruggaaf van onderpand, en van verlenging der prolongatie of beleening op behoorlijk gezegelde akten van prolongatie en van beleening.
Artikel 38. Geenerlei zegelrecht is verschuldigd voor: 1°. de in artikel 35 genoemde stukken, als zij betrekking Hebben op sommen tien gulden of minder bedragende, mits hiervan uit de stukken blijke en de sommen niet strekken in mindering of' tot afdoening van grootere bedragen; 2°. de stukken, constateerende den inleg in spaarbanken en de betalingen door spaarbanken aan inleggers gedaan, en de ^tukken betreffende beleeningen in banken van leening, welke gehouden worden overeenkomstig verordeningen door het openbaar gezag vastgesteld;, 3°. rekeningen of declaratiën en kwitantien betreffende sommen, welke door den Staat, door provinciën, gemeenten, waterschappen of andere door het openbaar gezag ingestelde zedelijke lichamen en instellingen verschuldigd zijn; 4°. kwitantien voor alle belastingen en daarmede gelijk te stellen inkomsten van den Staat, van provinciën, gemeenten en waterschappen en voor boeten, ingevolge belastingwetten verbeurd; 5°. bewijzen van consignatie; 6°. bewijzen van door armbesturen of gemeentebesturen aan behoeftigen verstrekten onderstand;
1". kwitantien wegens onderstand of schadeloosstelling aan onvermogenden, door besturen of cominissiën verleend ingeval van brand, overstrooming of andere onheilen; 8°. inteekenlijsten voor liefdadige doeleinden; 9°. de dooi' ambtenaren der posterijen af te geven bewijzen van ontvangst van per postwissel over te maken gelden; 10°. de stukken, als bedoeld in artikel 33 onder 4°. Voorts blijven de vrijstellingen, verleend bij de in het laatste lid van artikel 33 vermelde wetsartikelen, ook van kracht voor de in dit hoofdstuk bedoelde stukken. Artikel 39. lijp bepalingen van dit hoofdstuk zijn niet toepasselijk op notarieele akten. Artikel 40.
, I
Het zegelrecht van de in artikel 35 bedoelde stukken moet, voor zoover zij hier te lande worden opgemaakt, voldaan worden door deze te stellen op gezegeld papier.van wege het Kijk uitgegeven of op buitengewoon gezegeld papier, of door gebruik van plakzegel. Is dit voorschrift niet nageleefd, dan wordt eene boete van 'honderd gulden verbeurd door hem, die het stuk heeft on dei teekend, en, zoo het niet is onderteekend, door den uit* gever. Hij aan wien het niet behoorlijk gezegeld stuk is afgegegeven is verplicht dit onder opgaaf aan 's Rijks ambtenaar van naam en woonplaats van hem, van wien het werd 'ontvangen, binnen een maand na de ontvangst ter constateer ing van de overtreding aan te bieden op straffe van aansprakelijkheid voor de boete. ' •*•. • Zoo de in artikel 35 bedoelde stukken buitenslands zijn opgemaakt, geschiedt de zegeling door 's Rijks ambtenaar na voldoening van het zegelrecht.
'.'
.
Artikel 41.
Behoudens beding van het tegendeel, is het zegelrecht van de in dit hoofdstuk bedoelde stukken verschuldigd: wegens kwitantien, schuldbekenteniss#n en akten van borgtocht, door den schuldenaar; wegens onderteekende declaratiën en rekeningen, door den sehuldeischer; wegens akten van prolongatie en van beleening, door den geldnemer; , / wegens depositobewijzen en bewijzen van terugbetaling van. in deposito gegeven sommen, door hem, die in deposito gegeven heeft; wegens overschrijvings- en saldobiljetten, door hem, die deze stukken afgeeft; wegens andere stukken, de ontvangst of overneming van gelden aantoonende, en wegens diploma's van lidmaatschap van- en toegangsbewijzen tot sociëteiten en vereenigingen, door hem, aan wien zij afgegeven worden. HOOFDSTUK
IY.
Van het zegelrecht van paspoorten, jachtakten en besluiten, houdende verlof tot het aannemen van vreemde ordeteekenen, titels, rang of waardigheid, rei-gunning tot verandering ran geslacht.I naam en verleening ran adeldom.
Artikel 42. Aan een vast recht van twee gulden vijftig cent zijn onderworpen de buitenlfindsche paspoorten voor één persoon. • Aaji een vast recht van vijf gulden zijn onderworpen d«* buitenlandsche paspoorten voor twee of weer personen.
Bijlagen.
[212.
7.]
Tweede Kamer.
51
Wet op het recht.van zegel. Dt jachtakten zijn onderworpen aan een recht van1 vijftig cent van iedereu gulden, een gedeelte voor een geheel gerekend, van het bedrag, dat als recognitie verschuldigd is; ilit recht is slechts verschuldigd voor het eerste exemplaar; alle verdere exemplaren van dezelfde akte zijn onderworpen MB MD vast recht van een gulden. De aan belanghebbenden uitgereikt wordende minuten, afschriften oi' uittreksels van de hierna te noemen Koninklijke besluiten zijn onderworpen aan de volgende rechten, te weten: 1°. die, houdende verlof aan hier te lande wonende Nederlanders tot het aannemen van vreemde ordeteekenen — medailles of penningen niet daaronder Ingrepen — vrVemde titels, rang of waardigheid, aan een recht van vijftig gulden voor ieder ordeteeken, iederen titel of rang of iedere waardigheid, waarvoor het verlof strekt; 2°. die, houdende vergunning tot verandering van geslachtsnaam,— toevoeging van een of meer namen aan den geslachtsnaam daaronder begrepen — aan een recht van tweehonderd en vijftig gulden; 3°'. die, houdende verleening van adeldom, aan een recht van duizend gulden. Onder verleening van adeldom wordt verstaan, erkenning van adeldom, inlijving of verheffing in den adelstand, verleening van een titel of eenen hoogeren titel en elke andere uitbreiding van reeds verleenden adel. De rechten, hiervoor onder 2°. en 3°. vastgesteld, zijn verschuldigd voor iederen in het besluit met name te noemen persoon, te wiens behoeve de verleening strekt. Echter wordt een persoon met zijne bloedverwanten in de rechte nederdalende lijn daarbij slechts voor één gerekend.
Geenerlei zegelrecht is verschuldigd van: paspoorten aan onvermogenden uitgereikt;
2°. aan onvermogenden kosteloos uitgereikt wordende vergunningen om te jagen en de buitengewone machtigingen tot het schieten of het zich op andere wijze meester maken van wild of scl^adelijk gedierte; 3°. afschriften of uittreksels van de in artikel 42 genoemde besluiten, afgegeven na de voldoening der bij dat artikel vastgestelde rechten. '
Artikel 44. Het zegelrecht van de in artikel 42 vermelde stukken is verschuldigd door hem, te wiens behoeve de stukken strekken. Dit recht wordt voldaan: van de buitenlandsche paspoorten en van de jachtakten, door deze te stellen op gezegeld papier van wege het Rijk uitgegeven of op buitengewoon gezegeld papier; van de minuten, afschriften of uittreksels der besluiten, door betaling aan den ontvanger der registratie en domeinen met de uitreiking daarvan belast. Vóór de betaling van het verschuldigde zegelrecht wordt' aan het besluit^ geenerlei uitvoering of publicatie gegeven. Indien het recht niet vrijwillig wordt befonald. heeft geen invordering plaats, doch vervalt het besluit van rechtswege na verloop van één jaar. Handelingen der Staten-Generaal.
Bijlagen.
V.
Van het zegelrecht van polissen van verzekering en van bewijzen van verwaarborging.
Artikel 45. Alle polissen van verzekering, bewijzen van verwaarborging, binvijzen van deelneming in onderlinge of andere verzekeringen en alle ^tukken, hoe ook genaamd, welke het bestaan van de verzekering bewijzen, hetzij tegenover den verzekerde, hetzij tegenover den verzekeraar, alsmede de ver. nieuwingen en verlengingen van polissen of verzekeringen zijn onderworpen aan het volgende zegelrecht: a. ingeval van levensverzekering en van invaliditeits\ erzekering, aan een vast recht van een gulden; onder levensverzekeringen worden voor de toepassing dezer wet mede begrepen.tontines en verzekeringen van lijfrenten en andere van het leven afhankelijke uitkeeringen, alsmede van uitkeeringen uit begrafenisfondsen: b. ingeval van ziekteverzekering en van ohgevallenverzekering, aan een vast recht van vijftig cent; c1.' ingeval van herverzekering door verzekeraars gesloten, aan een vast recht van vijftig cent; d.
ingeval van zeeverzekering:
1°. bij verzekering van een vaartuig, aan een recht van vijftien cent van iedere duizend gulden van het verzekerd bedrag; •2°. bij verzekering van in te laden of ingeladen goederen, aan een recht van vijf cent van iedere duizend gulden van het verzekerd bedrag; e. ingeval van eenige andere verzekering, aan een recht van vijf cent van iedere duizend gulden van het verzekerd bedrag.
Artikel 43.
1*.
HOOFDSTUK
1915—1916.
De onder d. en e. vermelde réchten worden berekend over ronde sommen van f 1000 tot en met een bedrag van f 5000, boven de f 5000 over ronde sommen van f 5000 tot en met een bedrag van f 100000 en boven de f 100 000 over ronde sommen van f 10 (K)(t. Het onder e. vermelde recht wordt verdubbeld als de verzekering voor twee jaren, en met drie vermenigvuldigd, als de verzekering voor langer dan twee jaren, voor het leven of voor onbepaalden tijd is gesloten. Verzekeringen, welke voortduren, totdat door een der partijen opzegging heeft plaats gehad, w-orden geacht voor onbepaalden tijd te zijn aangegaan. Het onder e. vermelde recht wordt verminderd tot op een tiende als de verzekering voor niet langer dan ééne maand is gesloten; dit verminderd recht wordt berekend over ronde sommen van f 10 000 tot en met een bedrag van f 5 0 000 en boven de f 50 000 over rgnde sommen van f50 000. Tn geval van eene samengestelde verzekering is slechts één zegelrecht verschuldigd, waarvan het bedrag bepaald wordt door die verzekering, welke het hoogst is belast en, voor zoover de onder d'. en e. bedoelde verzekeringen betreft, door het hoogste bedrag, dat door den verzekeraar verschuldigd kan zijn.
Artikel 46. Meerdere exemplaren, afschriften en uittreksels van in hét vorige artikel vermelde aan evenredig zegelrecht onder\vorpen stukken zijn onderworpen aan een zegelrecht van vijf en twintig cent, mits bij de aanbieding tot zegeling bet stuk, waarvoor het evenredig zegelrecht volgens de wet U voldaan, aan 's Rijks ambtenaar wordt vertoond.
[«12. 7.1 Wet op het recht van zegel.
Geen afzonderlijk zegelrecht, is verschuldigd foor de kwi- I gemaakt, moet daarvan het zegelrecht worden voldaan vóórlantien wegens inlage of premie op de in het vorige artikel vernielde stukken gesteld eli voor de aanteekeningen van allerlei aard, welke op de verzekering Intrekking hebben en op gemeld* stukken gesteld worden, met uitzondering van die, bondend* verlenging of' vernieuwing van de verzekering^
of vorhooging van bel veraekerd belang. Dos* uitgezonderde aanteekeningen zullen gezegeld moeten worden als waren het nieuwe bewijzen van verzekering. ' In geval van veYhooging van liet verzekerd liehing hij verzekeringen, ;ils bedoeld onder d, en o. van artikel 46, wordt liet verseluildigd zegelrecht berekend naar het bedrag der
verhooging,
dat de eerste premie-betaling hier te lande plaats heeft, vóórdat zij hier te lande onderteekend of geëndosseerd worden, alsmede vóórdat eenige uitbetaling door den verzekeraar plaats heeft. Die voldoening geschiedt door de stukken ter zegeling aan te bieden aan 's Kijks ambtenaar. Wordt dit voorschrift niet nageleefd, dan verbeurt hij, die/een der in hej eejste lid genoemde handelingen verricht, eeife boete v;in vijfhonderd
gulden.
Artikel 50. Behoudens beding van het tegendeel, .is het zegelrecht, in dit hoofdstuk bedoeld, verschuldigd door hem, die de
Artikel 47. Geenerlei zegelrecht is verschuldigd:
premie of inlage verschuldigd is. Artikel 51.
t
. a. voor de in artikel 45 vermelde stukken betreffende personenverzekeringen, indien de op het hoofd van één persoon verzekerde uitkeeringen niet .meer bedragen dan vijfhonderd gulden aan kapitaal -of twee gulden per week aan renten, te zamen of afzonderlijk; in geval van ziekteverzekering wordi dit bedrag van twee gulden verhoogd tot tien gulden per week; h. wegens .verzekeringen krachten* wettelijke verpüch* ting gesloten en wegens vrije verzekeringen krachtens de Invaliditeitswet gesloten. e. wegens verzekeringen tegen gevaren van vervoer hier te lande en op rivieren en binnenwateren en wegens transportverzekeringen van geld of geldswaardig papier; il. ingeval van zeeverzekering, wegens verlenging eener verzekering tot bericht van aankomst van het vaartuig.
De verzekeraar, die niet heeft voldaan aan zijne verplichting ten aanzien van de zegeling van hier te lande opgemaakte stukken, als in dit hoofdstuk bedoeld, verliest alle aanspraak op betaling der premiën of' inlagen. Heeft de betaling plaats gehad, dan kunnen de betaalde bedragen, als onverschuldigd betaald, worden teruggevorderd, mits die terugvordering in rechten wordt gevraagd binnen vijf jaren na de betaling. ' Deze bepalingen zijn niet toepasselijk, indien geheele of gedeeltelijke kwijtschelding of teruggave is verleend van de bonte, welke'volgens artikel 48 is verbeurd. » HOOFDSTUK
VI.
Van het zegelrecht van wissels, orderbriefjes, kassierspapier, bankpapier en ander papier aan toonder, assignatiën, enz.
Artikel 52. Artikel 48.
Alle wissels, orderbriefjes, kassierspapier, cheques, bankpapier of ander papier aan toonder en ander handelspapier, Het zegelrecht van de in artikel 45 bedoelde stukken moet, ' niet elders in deze wet genoemd, alle assignatiën, ook als zij voor zoover zij hier te lande worden opgemaakt, voldaan niet tot het handelspapier behooren en alle dubbelen of worden door deze te stellen op gezegeld papier van wegè hei afschriften van*al deze stukken zijn, met uitzondering van Rijk uitgegeven of op buitengewoon gezegeld papier, of door het zoogenaamde kort papier, onderworpen aan een recht gebruik van plakzegel. van vijf cent van iedere hónderd gulden, indien zij binnen Het zegelrecht van de in het eerste lid van artikel 46 het Rijk betaalbaar zijn. bedoelde meerdere exemplaren, afschriften en uittreksels Het recht wordt berekend over de som in het stuk uit-moet worden voldaan door betaling van het recht aan 's Rijks gedrukt, over ronde sommen van f 100 tot en met een bedrag ambtenaar. van f 500, boven de f 500, over ronde sommen van f 500 tot en Het zegelrecht van de in het tweede lid van artikel 46 uitmet een bedrag van f 10 000, en boven de f' 10 000, over ronde gezonderde aanteekeningen moet, voor zoover zij hier te lande sommen van f 1000. . worden opgemaakt, voldaan worden door gebruik van plakDe in het eerste lid genoemde stukken, welke door den zegel. . uitgever buiten het Rijk betaalbaar zijn gesteld, alsmede het Ia het recht niet tot het in artikel 45 genoemd bedrag volbinnen het Rijk betaalbaar zoogenaamde %ort papier, zijn daan, dan wordt eene boete van 'vijfhonderd gulden verbeurd slechts onderworpen aan een vast recht van vijf cent. door den verzekeraar. Deze bepaling is niet «toepasselijk op Wissels en andere stukken, oorspronkelijk tot het kort papier certificaten door assurantiebezorgers afgegeven en oj^ sluithehoorende, zijn aan het evenredig recht onderworpen, indien nota'a, waarvan een zegelrecht van vijf cent voldaan is, mits zij verlengd worden of' langer dan acht dagen in omloop deze stukken binnen drie maanden na liet sluiten der verblijven. zekering door behoorlijk gezegelde polissen zijn vervangen. Onder kort papier verstaat deze wet dat, hetwelk betaalWordt eene verzekering door meer dan één verzekeraar, baar is gesteld, hetzij op zicht of vertoon, hetzij uiterlijk ieder Voor een afzonderlijk bedrag, doch bij één polis gedrie dagen na zicht of vertoon, cf wel uiterlijk acht dagen sloten. d;in wordi eene boete van vijfhonderd gulden verbeurd na zijne dagteekening. door eiken verzekeraar, door of namens wien de polis wordt Is een aan evenredig recht onderworpen wissel in het onderteekend, voor dat het zegelrecht is voldaan, dat tijdens buitenland in meer dan één exemplaar opgemaakt, of zijn die onderteekening verschuldigd is. van zoodanig buitenlandsch stuk afschriften vervaardigd, dan zijn de meerdere exemplaren en afschriften vrij van het recht, Artikel 49. mits: • * Indien de in artikel 45 bedoelde stukken of de bij artikel 46 a. op één der exemplaren of op het oorspronkelijk stuk uitgezonderde aanteekeningen buiten het Rijk worden ophet recht behoorlijk zij voldaan; ^
7.]
68
Wet op liet recht van zegel. li.
de houder of de acceptant, die binnen liet Rijk op een
der MM ti M ilcic exemplaren of der afschriften bet eersl xijmbandteekening zet, aan die bandteekening de daardoor tevens bekrachtigde verklaring doe voorafgaan: „Heil legelreohi is op den (prima-, secunda-, enz. of oorapronjcelijken) wissel behoorlijk voldaan."
acceptatie D/f nou-betaIing van zoodanig; stuk eene akte van
protest heeft doen opmaken tonder vooraf bet Regelrecht te
voldoen. Deze voldoening kan door hem, vóór het verrichten ran een dier handelingen, zonder l>etaling van boete, geM-liicden op de wijze in bel vierde lid van dit artikel aangeduid, indien zijne bandteekening niet of niet in strijd met de wet op.het stuk voorkomt, v a a r s * dat stuk ten aanzien yan Hij die deze verklaring in strijd 'met'de waarheid onder- hem en van latere houders als behoorlijk gezegeld wordt aan. teekent, beloopt eene boete van duizend gulden. gemerkt. Hij is tot deze voldoening verplicht op straffe van Op vertoon van den gezegelden wissel kan de onder letter b aansprakelijkheid jegens den Staat voor boeten ter zake van bedoelde verklaring, in plaats-van door den houder of aocep< dat stuk vroeger door anderen beloopen. taut, gesteld worden door 's Rijks ambtenaar. Als betaling vóór het protest geldt de terhandstelling van het verschuldigde recht door den houder, die protest doet opmaken, aan den hiermede belasten ambtenaar, mits Artikel 53. deze in zijne akte die terhandstelling vermelde en bet zegelGeen afzonderlijk zegelrecht is verschuldigd voor de kwi-. recht i n ' ' s Rijks schatkist overstorte bij de aanbieding dier tantiën, endossementen, acceptatiën, visa's, avals en verakte ter registratie. lengingen van den termijn van betaling, op de in het vorige artikel vermelde stukken gesteld. Artikel 56. Ingeval van verlenging van zoogenaamd kort papier, moet het meerdere zegelrecht, dat dientengevolge wegens het stuk Hei zegelrecht van de stukken, in dit hoofdstuk bedoeld, verschuldigd word.t, door hem, die de aanteekening der verkomt, indien niet anders is overeengekomen, ten laste van lenging op het stuk stelt, voldaan worden door gebruik vun plakzegel bij het stellen dier aanteekening, of door het den'trekker of uitgever van het stuk. stuk vooraf ter zegeling aan te bieden aan 's Rijks ambtenaar. HOOFDSTUK V I I . Ingeval papier, dat uiterlijk acht dagen na zijne dagteekei'ing betaalbaar is gesteld, langer dan acht dagen in omloop blijft, moet op dezelfde wijze het meerdere zegelrecht worden Van het zegelrecht van de bewijzen van voldaan. —• huur en verhuur. Artikel 54.
Artikel 57.
Geenerlei zegelrecht is verschuldigd: Db authentieke akten en de door- of namens huurder en verhuurder, of door- of namens een van beiden onderteekende - b. vóór assignatiën of aanwijzingen tot betaling, welke onderhandsche stukken, onverschillig in' welken vorm opgedoor departementen van algemeen bestuur en door rijks- maakt, al ware het in dien van berichten of brieven, ambtenaren worden afgegeven op rijksambtenaren en op de houdende erkenning van de huur of verhuur van roerende Nederlandsche Bank naar aanleiding van ten behoeve van zaken of van binnen het Rijk gelegen of gevestigde onroerende zaken, zijn onderworpen aan een zegelrecht van 's Rijks dienst geopende credieten ; tien cent van iedere honderd gulden van den huurprijs over c. voor de bankbiljetten door de Nederlandsche Bank den geheelen huurtijd berekend. gedurende den loop van het octrooi afgegeven wordende. Onder den huurprijs wordt verstaan de som, door den huurder aan den verhuurder te betalen, benevens al de lasten, Artikel 55. die de huurder voor zijne rekening neemt, ter ontlasting van Het zegelrecht yan de in dit hoofdstuk bedoelde stukken den verhuurder. moet, voor zoover zij binnen het Rijk worden opgemaakt, In geval van openbare verhuring bedraagt het recht ten door den trekker of uitgever worden voldaan door deze te minste vijftig cent. stellen op gezegeld papier van wege het Rijk uitgegeven of Voor de berekening van het recht wordt-de'duur van een op buitengewoon gezegeld papier, of door gebruik van plak- voor het leven of tot wederopzegging aangegane huur gezegel. ' ' • steld op tien jaren, die van eenige andere huur voor onbeIngeval van overtreding, 'wordt eene boete verbeurd van paalden tijd op twintig jaren; met de jaren, dié ter keuze honderdmaal het niet betaalde recht, doch ten minste hon- staan Van .huurder of verhuurder wordt dadelijk rekening gehouden. derd gulden. Indien de stukken buitenslands zijn opgemaakt, moet het Indien de akte of bet stuk niet de noodige gegevens bevat zegelrecht daarvan worden voldaan, vóórdat zij hier te lande voor de berekening van het recht, moeten deze aan den voet verhandeld, geaccepteerd, geviseerd* geëndosseerd, betaald, door den openbaren ambtenaar, die de akte opmaakte, of gekwiteerd, of voor aval geteekénd worden, of eindelijk vóór- door of' namens partijen bij onderteekende verklaring worden dat wegens non-acceptatie of non-betaling protest wordt opopgegeven. gemaakt. Ontbreekt deze opgave, dan is een recht van twintig gulden De voldosn:ng van het recht van deze in het buitenland I verschuldigd. Het recht wordt berekend over ronde sommen van f 250 opgemaakte stukken geschiedt door de stukken ter ztgeling i.an te bieden aan 's Rijks ambtenaar of daor gebruik van tot en met een bedrag van f 5000 en boven de f 5000, over een of meer plakzegels bij het stellen van het accept, ronde sommen van f 500. endossement, aval of vam de kwijting. • Voor df toepassing dezer wet worden: Eene boete van honderdmaal het niet overeenkomstig de wet betaalde recht, doch ten minste honderd gulden, wordt a.. huur en verhuur onder opschortende voorwaarde geverbeurd door ieder, die eenig in dit hoofdstuk l>edoeld stuk, i lijkgesteld met zuivere huur en verhuur; hetwelk niet van behoorlijk zegel i9 voorzien, onverschillig I of het binnen- of buitenslands is opgemaakt, hier te lande [ - b. onderhuur en verhuur, vernieuwing van huur en verheeft verhandeld,, geaccepteerd, geviseerd, geëndosseerd, be- huur en overdracht of overneming van huur gelijkgesteld taald, gekwiteerd of voor aval geteekénd, of wegens non^ met huur en verhuur. a.
voor postbewijzen en postwissels;
7-]
r/i
Wet op het recht van zegel. Voor ili berekening van het recht wordt, ingeval van onderhuur en verhuur en van overdracht of overneming van huur, als l'iiui pi ijs beschouwd hetgeen de verkrijger van het genot zal moeten voldoen aan of voor den oorspronkelijken ver- , huurder, vermeerderd met wat de verkrijger moet voldoen aa:i den onderverhuurder of aan hem die het genot heeft
vestigde onroerende zaken, dan moeten zij uiterlijk binnen een maand na hare dagteekening hier te lande aan 's Rijks ambtenaar ter zegeling aangeboden worden; bij gebreke hiervan zal het stuk tot geenerlei bewijs kunnen strekken.
o\ ergedragtn,
Behoudens beding van het tegendeel, is het zegelrecht van de in dit hoofdstuk bedoelde stukken verschuldigd door de buurden, door of namens wie zij zijn onderteekend. Zijn de stukken alleen door of namens de verhuurders onderteekend, dan is het zegelrecht te hunnen laste.
Bevnf eene akte verschillende overeen komsten of' verkla.iingen van huur en verhuur, dan is het verschuldigde zegelrecht gelijk aan het totaal der rechten, waartoe de verschillende overeenkomsten of verklaringen, indien zij bij afzonderlijke akten geconstateerd waren, aanleiding zouden hebben gegeven, tenzij de verhuriug in het openbaar werd gehouden, in welk geval het recht berekend wordt over de totale opbrengst der verhuring. I
Artikel 58. Geenerlei zegelrecht is verschuldigd: a. indien de huurprijs over den geheelen huurtijd .berekend niet meer dan tweehonderd vijftig gulden bedraagt, behoudens het bepaalde bij het derde lid van het vorige artikel; o. indien de huur en verhuur bij andere dan notarieele akte is geconstateerd, voor het voor een der partijen bestemde exemplaar van de akte, dat tegelijk met het behoorlijk gezegelde stuk en binnen drie maanden na de dagteekening der akte, in ieder geval binnen een maand na den aanvang der huur, ter registratie wordt aangeboden; c. voor het voor ieder der partijen bestemde afschrift van- of uittreksel uit de notarieele akte van huur en verhuur; d. voor verhuringen, welke met evenredig registratierecht zijn- belast; voor verhuringen aan den Staat.
Artikel 59. Het zegelrecht van de in dit hoofdstuk bedoelde stukken moet wordeji voldaan: a. van hier te lande door notarissen opgemaakt* akten, door deze te stellen op gezegeld papier van wege het Rijk uitgegeven; h. van alle andere hier te lande opgemaakte stukken, door deze te stellen op gezegeld papier van wege het Rijk uitgegeven of op buitengewoon gezegeld papier, of door gebruik van plakzegel. Is het recht niet tot het in artikel 57 genoemde bedrag voldaan, dan wordt wegens, eene notarieele akteeene boete van honderd gulden door' den notaris verbeurd, en wegens eene andere akte of verklaring door elk der onderteekenaars eene boete van honderd maal het te weinig betaalde recbt, doch ten minste vijfhonderd gulden, welke boete komt ten laste van den verhuurder of den cedent der huur, als de akte of verklaring door l>eide partijen is onderteekend, en ten laste van den onderteekenaar, indien de akte of verklaring slechts door een der partijen is onderteekend. Vorenstaande bepaling is niet toepasselijk op akter van openbare verhuring, waarvan aanvankelijk een zegelrecht vim vijftig cent voldaan is, mits d ze tijdig ter registratie worden aangeboden en daarbij het te min betaalde recht wordt voldaan. Die aanbieding ter registratie moet geschieden, van de notarieele akten, binnen de bij de wet op de registratie bepaalde termijnen en van alle andere akten, binnen een maand na de verhuring. Zijn de akten en verklaringen buitenslands opgemaakt en betreffen zij het genot van binnen het Rijk gelegen of ge-
Artikel 60,.'
1
HOOFDSTUK
Vilt.
Van het zegelrecht van
effecten.
Artikel .61. Van alle zoo binnen* als buitenslands opgemaakte effecten wordt een recht geheven ten beloope van: a. een gulden van iedere honderd gulden, voor de bew ijzen van aandeel in preniieleeningen; , I). tachtig cent van iedere honderd gulden voor de buitenlandjche effecten; c. zestig eent van iedere hónderd gulden, voor alle andere stukken, die onder welke benaming ook, gerangschikt kunnen worden onder de effecten of publieke fondsen. Onder buitenlandsche effecten worden verstaan: 1°. die welke buiten het Rijk zijn opgemaakt en de hier te laiyie opgemaakte bewijzen van schuld uit geldleeningen en rente-schuldbewijzen ten laste van buitenlandsche lichamen en personen en bewijzen van aandeel of deelgerechtigdheid in vennootschappen, maatschappijen of vereenigingen, waarvan de zetel buiten het Kijk gevestigd is, en . 2°. de certificaten, welke ter zake van de onder 1° bedoelde effecten door administratiekantoren hier te lande zijn opgemaakt. , /
i ,
' -
Het recht bedraagt ten minste tien cent; het klimt op met tien'cent tot een gulden en boVen de gulden met vijftig cent. Het recht wordt berekend over het kapitaal in het stuk uitgedrukt of daarin aangewezen door de vermelding van den rentevoet of op andere wijze. Is in het stuk geen kapitaal uitgedrukt of aangewezen, dan wordt het vijfentwintigvoud der uitgeloofde jaarlijksche ,rente daarvoor genomen. Is kapitaal of rente alleen in vreemde munt uitgedrukt, dan wordt deze herleid tot Nederlandsche munt naar den maatstaf,' welke daarvoor wordt aangenomen bij het verhandelen ter beurze te Amsterdam. Ligt het bedrag van het naar deze grondslagen berekend recht tusschen twee der door het derde lid van dit artikel bepaalde zegelrechten, dan is het hoogste van die beide reohten verschuldigd. Is noch kapitaal noch rpnte uitgedrukt, en is niet na te gaan hoe groot het kapitaal of de rente is, dan is een vast r i ht van een gulden vijftig cent verschuldigd.
Artikel 62. De voorloopige bewijzen van storting zijn onderworpen aan dezelfde rechten als de definitieve stukken. Behoudens het bepaalde bij artikel 67, zijn de stukken, welke ter vervanging van andere worden uitgegeven, aan de hiervoor bepaalde zegelrechten onderworpen, om het even of de oorspronkelijke stukken TÓÓr of na de invoering van deze wet zijn opgemaakt of uitgegeven. Stukken, welke bij conversie worden gewijzigd door afstempeling of op andere wijze, worden als nieuwe stukken beschouwd en zijn mitsdien — ongeacht het daarvan reeds
Bijlagen.
[MS. 7.]
Tweede Kamer.
55
Wet op liet recht van zegel. betaalde zegelrecht — opnieuw aan zegelrecht onderworpen. Van de betaling van het zegelrecht na de wijziging moet blijken door zegeling niet een bijzonderen stempel.
Artikel 63. Van oprichtersaandeelen is een vast recht van tien gulden verschuldigd. Een vast recht van vijftig cent is verschuldigd van: a. bewijzen van deelgerechtigdheid (actions de jouissance), alsmede restant-bewijzen en dergelijke welke, na aflossing der oorspronkelijke aandeelen, aan de houders verblijven of uitgereikt worden; o. bewijzen van overneming van effecten, afgegeven door hen, die zich met het behartigen, van de belangen van fondsenhouders belasten, of door vereenigingen van houders van fondsen, die ten doel hebben de belangen van hare leden bij die fondsen te l>ehartigen en de certificaten van aandeel, door administratiekantoren uitgegeven, indien, met inachtneming van de daarvoor door Onzen Minister van Financiën te stellen regelen, wordt aangetoond, dat de effecten, ter zake waarvan de bewijzen van overneming of certificaten zijn uitgegeven," behoorlijk gezegeld zijn. De onder letter b vermelde stukken moeten, ten blijke dat aan de daarvoor gestelde voorwaarde is voldaan, met den in het vorige artikel bedoelden bijzonderen stempel gezegeld worden.
Artikel 64. Het zegelrecht moet, voor zoover de stukken hier te lande worden opgemaakt, worden voldaan door deze te stellen op gezegeld papier van> wege het Rijk uitgegeven of op buitengewoon gezegeld papier. Ingeval van overtreding wordt eene boete verbeurd van honderd maal het niet betaalde récht, doch ten minste honderd gulden voor ieder stuk. Niet hier te lande opgemaakte stukken moeten van den zegelstempel worden voorzien binnen acht dagen, nadat zij hier te lande in ontvangst zijn genomen en vóórdat zij hier te huid e uitgegeven, in omloop gebracht, overgedragen, verpand of in beleening gegeven, afgelost'of geconverteerd worden, of vóórdat daarvoor binnen het Eijk door administratiekantoren certificaten worden uitgegeven.
Artikel 65.
Artikel 68. Nieuwe stukken, uitgegeven ter vervanging van andere, zonder eenige verandering in de rechtsbetrekkingen, kunnen zonder betaling worden gezegeld, indien, mej, inachtneming van de daarvoor door Onzen Minister van Financiën te stellen regelen, wordt aangetoond, dat de oude stukken behoorlijk zijn gezegeld. Deze bepaling geldt niet bij splitsing of samenvoeging van stukken, tenzij ten genoegen van Onzen Minister van Financiën wordt aangetoond, dat de oude stukken nimmer hier te lande in omloop zijn geweest. In dit geval kunnen nieuwe stukken, tot het bedrag van het zegelrecht voor de oude betaald, kosteloos gezegeld worden.
Artikel 69. Geenerlei zegelrecht is verschuldigd van: a. de ten laste van het Rijk of van zijne koloniën uitgegeven effecten; b. de bewijzen van aandeel in die maatschappen en vereenigingen, welker geplaatst aandeelenkapitaal met evenredig registratierecht is belast; c. de coupons, dividendbewijzen en talons, behoorende bij de in'artikelen 61, 62 en 63 bedoelde effecten en voorloopige bewijzen van storting.
Artikel 70. Behoudens beding van het tegendeel, is het zegelrecht van de in dit hoofdstuk bedoelde stukken verschuldigd: van de hier te lande opgemaakte stukken, door hem die ze uitgeeft, en van de niet hier te lande opgemaakte stukken, door hem die ze hier te lande in ontvangst neemt, uitgeeft, in omloop brengt, overdraagt, verpandt, of in beleening geeft of ter aflossing of conversie aanbiedt. Artikel 7 1 . Niet van zegelrecht vrijgestelde stukken zijn niet leverbaar, vóórdat zij behoorlijk gezegeld zijn. Artikel 72. De Directie van het Grootboek zal geene certificaten Nationale Werkelijke Schuld viseeren, welke niet van behoorlijk zegel zijn voorzien.
Het zegelrecht, dat betaald is voor behoorlijk gezegelde voorloopige bewijzen van storting, wordt teruggegeven of verrekend voor zoover het zegel op die bewijzen van storting door 's Rijks ambtenaar is vernietigd en zij door behoorlijk gezegelde stukken zijn vervangen. De teruggaaf moet worden gevraagd en de verrekening moet plaats hebben binnen tien jaren na de zegeling der voorloopige bewijzen van storting.
Artikel 73. Hij die niet behoorlijk gezegelde effecten in ontvangst neemt is verplicht die stukken, onder opgaaf aan 's Rijks, ambtenaar van naam en woonplaats van hem, van wien zij zijn ontvangen, binnen acht dagen na de ontvangst te doen zegelen, en is bevoegd het daarvoor betaalde van hem, van wien hij de stukken ontving, terug te vorderen. Zij die eenig volgens dit hoofd^uk met zegelrecht belast effect hebben uit te geven, in omloop te brengen, over te dragen, te verpanden, in beleening te geven, ter aflossing of ter conversie aan te bieden, af te lossen of te converteeren, of daarvoor certificaten van een administratiekantoor hebben uit te geven,, zijn verplicht de niet behoorlijk gezegelde stukken vóór het verrichten van een dier handelingen te doen zegelen, en zijn bevoegd het daarvoor betaalde aan hunne lcstgevers of meesters in rekening te brengen.
Artikel 67.
Artikel 74.
Geen afzonderlijk zegelrecht is verschuldigd van akten van overdracht of volmachten tot overdracht, welke gesteld worden op de behoorlijk gozegelde effecten, waartoe zij betrekkicg hebben. '
Iedere overtreding van het vorige artikel wordt gestraft met eene boete van honderdmaal het niet betaalde recht, doch ten minste honderd gulden, voor ieder stuk, ten opzichte waarvan de overtreding is begaan.
Ingeval van conversie van niet hier te lande opgemaakte stukken kunnen de oude stukken onge'zegeld blijven, wanneer de nieuwe, die daarvoor in de plaats worden uitgegeven, van behoorlijk zegel zijn voorzien.
Artikel 66.
Handelingen der Sta ten-Generaal.
Bijlagen.
1915—1916.
7.] Wet op het recht van zegel. Zij die alleen of met anderen zijn belast met het bewaren van effecten, ter zake waarvan door administratiekantoren certificaten zijn uitgegeven, en zij die de certificaten mede onderteekend hebhen zijn hoofdelijk aansprakelijk voor de boeten, welke wegens het niet behoorlijk zegelen van die effecten of certificaten zijn verbeurd.
Artikel 75. Aan het bij dit hoofdstuk vastgestelde zegelrecht zijn niet onderworpen: a. de effecten, vóór het in werking treden dezer wet hier te lande opgemaakt. Deze effecten blijven onderworpen aan het zegelrecht, dat daarvan verschuldigd was volgens de wetten, welke op het tijdstip van de opmaking in, werking waren; b. de effecten elders dan hier te lande opgemaakt en hier' te la^nde reeds van behoorlijk zegel voorzien. De door kantoren van administratie vóór de invoering der wet van .3 October 1843 (Staatsblad n°. 47), uitgegeven certificaten Nationale Werkelijke Schuld, welke ongezegeld zijn, worden beschouwd van zegelrecht te zijn vrijgesteld. HOOFDSTUK t
IX.
Van het zegelrecht van nota's van makelaars commissionairs in effecten, enz.
en
Artikel 76.
Indien de nota wordt afgegeven door een makelaar, commissionair of ander persoon, die van den handel in — of het uitgeven van effecten zijn gewoon beroep maakt, wordt zij getrokken uit een register met stok, waarvan al de bladen genummerd zijn. Vóór het in gebruik nemen van het register wordt dit op den stok door een door Ons aan te wijzen ambtenaar gewaarmerkt. Op den stok wordt een afschrift van de nota overgenomen; daarop wordt tevens het bedrag van het in rekening gebrachte zegelrecht aangeduid op door Ons aan te geven wijze. Indien volgens die vermelding te weinig zegelrecht in rekening is gebracht, wordt het te weinig betaalde recht van den houder van het register ingevorderd, behoudens diens verhaal op den schuldenaar. Het register in dit artikel bedoeld moet gedurende drie jaren, ingaande met de laatste boeking op den stok, bewaard blijven, ten einde daarvan overeenkomstig artikel 19 inzage te geven. i Eene boete van vijftig gulden wordt verbeurd: indien de nota niet voldoet aan de bij dit artikel gestelde eischen; indien niet voldaan is aan het voorschrift van het derde lid van dit artikel.
Artikel 79. Hij die een aan zegelrecht onderworpen nota ontvangt, welke niet- of niet behoorlijk gezegeld is, is verplicht deze binnen veertien dagen na de ontvangst uit te reiken aan 's Rijksambtenaar. Hij die geen nota ontvangt is eveneens verplicht daarvan, binnen veertien dagen nadat de aankoop, verkoop of toewijzing hem bekend is geworden, kennis te geven aan 's Rijks ambtenaar. Hij die aan een dezer verplichtingen niet voldoet is aansprakelijk voor de boete ingevolge artikel 76 verbeurd.
De nota — al dan niet onderteekend — waarbij een makelaar, commissionair of ander persoon, die van den handel in- of het uitgeven van'effecten zijn gewoon beroep maakt, opgaaf doet van het bedrag, dat is te betalen of te ontvangen door hem, voor wiens rekening de in de nota vermelde verrichting plaats had, ter zake van een aankoop of verkoop van eenig effect, onverschillig of al dan niet levering plaats heeft, is onderworpen aan een recht van vijf cent van iedere honderd gulden. Artikel 80. Aan hetzelfde recht is onderworpen de nota, houdende opgaaf van het toegewezen bedrag ter zake van inschrijving Geenerlei zegelrecht is verschuldigd voor: bij gelegenheid van eene uitgifte van effecten. 1°. de nota betreffende een aankoop of verkoop van eenig Het recht is verschuldigd over het bedrag van iederen aankoop, verkoop en toewijzing en wordt berekend over ronde effect, afgegeven of gezonden aan een der in artikel 78, sommen van f 100 tot een bedrag van f 500, boven de f 500, tweede lid,' genoemde personen, indien deze hier te lande over ronde sommen van f 500 tot een bedrag van f 10 000, en / gevestigd is, mits uit de nota blijkt, dat zij niet bestemd is om aan een ander te worden uitgereikt; boven de f 10 000, over ronde sommen van f 1000. Het recht wordt voldaan door gebruik van plakzegel. 2°. de nota betreffende eene toewijzing van effecten, Onder effecten worden in dit hoofdstuk verstaan in- indien te zelf der zake reeds éen behoorlijk gezegelde nota schrijvingen-grootboek en alle stukken, die onder welke be- is afgegeven öf verzonden door hem, die de gelegenheid tot naming ook, gerangschikt kunnen worden onder de effecten verkrijging der effecten bij inschrijving of op andere wijze of publieke fondsen. ' heeft opengesteld, mits van deze afgifte of verzending en van het gebezigde zegel in de eerstbedoelde nota melding Artikel 77. wordt gemaakt; en De in het vorige artikel genoemde personen zijn verplicht, binnen drie dagen na den aankoop of verkoop van eenig effect, een behoorlijk gezegelde p°ta daarvan af te geven of te zenden aan hem, ten behoeve van wien een dier handelingen plaats had. Eene gelijke verplichting rust, ingeval van toewijzing van effecten, op ieder, die de gelegenheid tot verkrijging daarvan bij inschrijving of op andere wijze heeft opengesteld. Toor iedere overtreding van dit artikel wordt verbeurd eene boete van honderdmaal het niet betaalde recht doch ten minste vijfhonderd gulden.
Artikel 78. De nota vermeldt den naam van hem, die has :* afgeeft of verzendt en van hem,.ten behoeve van wien de aankoop of verkoop plaats had of B3ÏI wien de toewijzing geschiedde, den aard der verrichting en het bedrag van iederen aankoop, verkoop of toewijzing.
3°. een duplicaat-nota, indien te zelfder zake reeds eene behoorlijk gezegelde nota is afgegeven of verzonden, mits van deze afgifte of verzending en van het gebezigde zegel in de duplicaat-nota melding wordt gemaakt.
Artikel 81. Onverminderd de straf, gesteld op het niet afgeven van een nota en op de afgifte van een niet behoorlijk gezegelde nota, verliest hij die een dezer overtredingen begaat alle recht op loon of vergoeding voor de verrichte werkzaamlieden. Indien het loon of de vergoeding betaald mocht zijn, kan het bedrag daarvan, als onverschuldigd betaald, worden teruggevorderd, mits die terugvordering in rechten gevraagd wordt binnen vijf jaren na de betaling. Deze bepalingen zijn niet toepasselijk, indien geheele of gedeeltelijke kwijtschelding of teruggave is verleend van de boete, welke volgens artikel 77 is verbeurd.
I
—••
[212.
7.]
Wet op het recht van zegel.
Artikel 82.
Artikel 85.
Het zegelrecht van de in dit hoofdstuk bedoelde nota's is verschuldigd door hem, te wiens behoeve de in de nota vermelde verrichting plaats had.
Met het opsporen van overtredingen dezer wet ten aanzien van de in de hoofdstukken I I I , V en' V I I genoemde stukken zijn ook belast alle andere ambtenaren van 's Rijks belastingen en de in artikel H onder 1° tot en met 4° en 6° van het Wetboek van Strafvordering aangewezen personen. Zij zijn verplicht de stukken, waarin de overtreding is begaan, aan te houden en van die aanhouding een procesverbaal op te maken, dat binnen twee dagen met die stukken wordt toegezonden aan een ontvanger der registratie, die daarmede handelt overeenkomstig het vorige artikel.
HOOFDSTUK
Van de vervolgingen,
X.
verjaringen,
enz.
Artikel 83. Behalve zij die volgens de voorgaande artikelen de zegelrechten en boeten moeten dragen of voor de betaling daarvan kunnen worden aangesproken, zijn tegenover den Staat voor de zegelrechten en boeten hoofdelijk aansprakelijk: a. de onderteekenaren van onderhandsche akten; b. zij die de aan zegelrecht onderworpen registers houden of door anderen doen houden. De naamlooze vennootschappen, de wederkeerige verzekering- of waarborgmaatschappijen, de coöperatieve- of andere rechtspersoonlijkheid bezittende vereenigingen en de stichtingen zijn aansprakelijk voor de .boeten, welke door hare bestuurders of vertegenwoordigers in deze hoedanigheid zijn verbeurd. Indien eene overtreding dezer wet is begaan door een lid eener burgerlijke maatschap of eener vennootschap onder firma als zoodanig, is ieder der leden van de maat- of vennootschap hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de rechten en boeten. Al de beheerende vennooten eener commanditaire vennootschap zijn hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de rechten en boeten, verschuldigd ten gevolge van eene overtreding dezer wet, door een hunner als zoodanig begaan. De werkgever is aansprakelijk voor de rechten en boeten verschuldigd ten gevolge van handelingen door personen in zijn dienst als zoodanig verricht.
Artikel 84. Met het opsporen van de feiten, strafbaar gesteld bij deze wet, zijn belast de ambtenaren van de registratie en van het zegel. '/Ai maken van hunne bevinding proces-verbaal op, ten.iij het niet- of te weinig betaalde recht en de boete onmiddellijk worden betaald. De processen-verbaal van overtreding ten aanzien van de in artikel 52 vermelde stukken bevatten den letterlijken inheud van die stukken met al de daarop gestelde verklaringen en handteekeningen; die van de stukken, in de artikelen 61, 62 en 63 vermeld, en van de stukken, welke overeenkomstig artikel 21 ter zegeling zijn aangeboden, bevatten den letterlijken inhoud van die stukken, voorzooveel zulks ter beoordeeling van het gevorderde recht en de boete noodig is, eveneens met al de daarop gestalde handteekeningen; de processen-verbaal verdienen, behoudens tegenbewijs, ook te dien aanzien volledig geloof. De in het eerste lid bedoelde ambtenaren zijn verplicht alle stukken, waarin eene overtreding dezer wet is begaan, voor zoover die niet onder ambtenaren in hunne betrekking blijven berusten, aan te houden voor het constateeren der overtreding. De in het derde lid bedoelde stukken worden binnen vier en twintig uren teruggeven; de overige stukken worden teruggegeven, indien de bekeurden door mede-onderteekening van het proces-verbaal de daarin vermelde daadzaak erkennen of het recht tot vervolging door betaling of op andere wijze is vervallen. Ingeval van vervolging wordt het proces-verbaal met het dwangschrift beteekend.
Artikel 86. Voor de beslissing van alle geschillen over invordering en terugvordering van rechten en boeten, voor de vervolging tot betaling van réchten en boeten en voor de terugvordering van betaalde rechten en boeten gelden de daaromtrent in de Registratiewet 1916 voorkomende bepalingen.
Artikel 87. Het bewijs door getuigen is toegelaten ten aanzien van alle overtredingen dezer wet.
Artikel 88. Door verloop van twee jaren verjaren: 1°. de vordering van recht, verschuldigd wegens jachtakten, te rekenen van het verstrijken van-den termijn waarvoor die stukken geldig waren; 2°. de vordering van alle andere rechten en van de boeten, volg'ens deze wet verschuldigd, te rekenen van den dag, waarop akten of stukken, waaruit de schuldplichtigheid blijkt, ter kennis gekomen zijn van 's Rijks ambtenaar. Het recht tot terugvordering van onverschuldigd a.an 's Rijks ambtenaar betaalde zegelrechten en boeten vervalt door verjaring na twee jaren, ingaande met den dag der betaling.
Artikel 89. De verjaring wordt gestuit door rechtsvorderingen, beteekend aan hem, wien men de verjaring wil beletten, vóór het verstrijken van den termijn; als echter de aangevangen rechtsvordering gedurende een jaar niet,wordt voortgezet, is de vordering vervallen.
Artikel 90. Met dezelfde straf, als in artikel 222 van het Wetboek van Strafrecht is bepaald, wordt gestraft hij die opzettelijk een plakzegel, dat gebruikt is, verkoopt, te koop aanbiedt, aflevert, ten verkoop in voorraad beeft, binnen het Rijk in Europa invoert of andermaal gebruikt, als ware het nog niet gebruikt. Met dezelfde straf, als in artikel 225 van het Wetboek van Strafrecht is bepaald, wordt gestraft: 1°. hij die opzettelijk het afschrift, bedoeld in het derde lid van artikel 78 dezer wet, valschelijk opmaakt of vervalscht, met het oogmerk om het als echt en onvervalscht te gebruiken of door anderen te doen gebruiken, indien uit dat gebruik eenig nadeel kan ontstaan; 2°. hij die opzettelijk in dit afschrift eene met de waarheid strijdige vermelding doet omtrent bet bedrag van het in rekening gebrachte zegelrecht, indien uit die vermelding eenig nadeel kan ontstaan. De in dit artikel genoemde feiten worden als misdrijf beschouwd en vervolgd op de wijze, bedoeld in artikel 141, 1°. van het Wetboek van Strafvordering.
58
[212.
7.]
Wet op het recht van zegel HOOFDSTUK
,
XI.
Artikel 97.
Het gezegeld papier, dat bij de invoering dezer wet nog onbeschreven voorhanden is in de door de bewaarders van .de hypotheken, het kadaster en de scheepsbewijzen gehouden Artikel 91. wordende dagregisters en registers van in- en overschrijving, Hit recht, betaald voor het van wege het Rijk uitgegeven wordt in rekening gebracht, alsof het volgens deze wet gegezegeld papier, voor het stempelen van buitengewoon ge- stempeld ware. Mgeld papier en voor gekochte plakzegels wordt, behoudens Deze niet bij gestempelde registers kunnen zonder verbeurte de uitzondering in artikel i>b vermeld, niet teruggegeven, al is van boete door de kantonrechters geteekend en gewaarmerkt het papier en al zijn de plakzegels ook onnoodig gebruikt of worden. ' verklad. On ie Minister van Financiën is echter bevoegd om, in door Artikel 98. hem aan te wijzen gevallen, en onder door hem vast te stellen Van de nog onbeschreven gedeelten van andere registers voorwaarden, machtiging te verleenen tot inwisseling of overstempeling van gezegeld papier en tot inwisseling van dan de in het vorige artikel bedoelde, kan het suppletoire zegelrecht gedurende twee maanden na de invoering dezer plakzegels. 'wet worden voldaan, tegen eene door 's Rijks ambtenaar op Artikel 92. elk register te stellen kwitantie. Gedeeltelijk onbeschreven bladen worden als geheel onbeWij behouden Ons voor: schreven beschouwd. in bijzondere gevallen kwijtschelding, vermindering of teruggave te verleenen van recht en boeten; Artikel 99. den Raad van State gehoord, in het algemeen belang, Alle vroegere wetten, wetsbepalingen en wettelijke vervrijstelling van recht te verleenen voor bepaalde soorten van ordeningen betreffende het recht van zegel worden bij het niet aan evenredig recht onderworpen stukken. in werking treden dezer wet afgeschaft. Zij blijven echter van kracht ten aanzien van alle vroeger Artikel 93. opgemaakte stukken, waarvan het zegelrecht vóór dat tijdstip . In de termijnen, bij deze wet vastgesteld, is niet begrepen verschuldigd was. Indien dat zegekecht niet is voldaan, kunnen die stukken, de dag van welken zij beginnen te loopen, doch wel'die binnen zes maanden na het in werking treden dezer wet, waarop zij eindigen. Indien de laatste dag van een termijn valt op een Zondag zonder betaling van boete gezegeld worden tegen voldoening of op een daarmede gelijkgestelden dag, wordt de termijn van het verschuldigde recht. verlengd tot den eersten daarop volgenden dag, welke geen Artikel 100. • Zondag noch een daarmede gelijkgestelde dag is. Met den Zondag worden ten deze gelijkgesteld: de NieuwNotarieele akten, als in artikel 57 bedoeld, na hét in Werjaarsdag, de Christelijke Tweede Paasch- en Pinksterdag, de king treden dezer wet verleden, worden gratis geregistreerd. beide Kerstdagen en de Hemelvaartsdag. Op de vóór het in werking treden dezer wet opgemaakte akten en stukken van den hierbedoelden aard blijven de beArtikel 94. staande bepalingen van toepassing. Van wege het Departement van Financiën wordt een afArtikel 101. druk van eiken nieuwen zegelstempel, op het midden van een vel papier geschroefd of geslagen, nedergelegd ter Alle boeten, krachtens deze wet geheven, worden overgriffie van den Hoogen Raad, van de gerechtshoven en gedragen aan de Rijksverzekeringsbank, welke de opbrengst arrondissements-rechtbanken, en wordt een gelijke afdruk daarvau volgens nader door Ons te bepalen regelen verdeelt toegezonden aan de Algemeene Rekenkamer. onder de districtsbesturen. De districtsbesturen besteden deze gelden voor maatregelen Artikel 95. van algemeen hygiënischen aard, ten behoeve van hen, die Gedurende drie maanden na de invoering dezer wet kan verzekerd zijn ingevolge de Ziektewet, de Invaliditeitswet of het nog ongebruikte van wege het Rijk uitgegeven gezegeld de Ongevallenwet 1901. papier, bedoeld in artikel 11 der wet van 3 October 1843 Artikel 102. (Staatsblad n°. 47), alsmede het nog niet gebruikte van wege het Kijk uitgegeven papier, bedoeld in artikel 20 dier Deze wet zal kunnen worden aangehaald als: „Zegelwet wet, bij de met zegeldebiet belaste ontvangers worden ingewisseld tegen ander gezegeld papier van gelijke of van 1916". Zij treedt in werking den eersten Januari 1917. hoogere waarde, met bijbetaling van het suppletoire recht, Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden zoo dat verschuldigd is. geplaatst en dat alle Ministerieele Departementen, Autoriteiten, Colleges en Ambtenaren, wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden. Artikel 96. Slot- en
overgangsbepalingen.
Belanghebbenden kunnen gedurende drie maanden na de invoering dezer wet ongebruikt papier, dat vóór die invoering buitengewoon gezegeld is, aan de kantoren van het buitengewoon zegel, tegen betaling van het suppletoir verschuldigde recht, doen bijstempelen, of voor dat papier, tegen vernietiging van den afdruk van den zegelstempel, ander papier buitengewoon doen zegelen, in welk geval het vroeger betaalde recht in mindering wordt gebracht. De vorm van den voormelden bijstempel wordt door Ons bepaald.
Gegeven De Minister
van
Financiën,