Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
Nota Volksgezondheid 20112011-2014, Duurzaam gezond!
Fit en weerbaar de toekomst in
Duurzaam Gezond Wordversie definitief
1
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
2
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
Voorwoord 'Als het maar gezond is', is de wens van iedere aanstaande ouder en 'Lang zal je leven', wordt gezongen als er iemand jarig is. Bij een toost uitbrengen horen de woorden ‘op je gezondheid’. Gezondheid is iets positiefs, waar je van geniet en wat je koestert. Dit positieve gevoel voor gezondheid deel ik en wil ik de komende vier jaar als wethouder Volksgezondheid uitdragen. In essentie is iedereen verantwoordelijk voor zijn eigen gezondheid. Utrechters waarvoor dit niet vanzelfsprekend is, wil ik stimuleren de kansen voor een goede gezondheid te pakken door in Utrecht gezonde keuze gemakkelijk te maken. Utrecht profileert zich als mensenrechtenstad. Vanuit die gedachte vind ik dat iedereen recht heeft op een gelijke kans op een goede gezondheid. Ook draag ik vanuit mijn portefeuille actief bij aan de dossiers van mijn collega’s om een gezonde fysieke en sociale leefomgeving te creëren. Het aspect gezondheid weegt mee in alle beleidsvoornemens en –maatregelen om zo bij te dragen aan een gezonde lucht en een gezonde en veilige leefomgeving. In de stad komt meer groen en het stimuleren van de fiets als vervoermiddel kan een bijdrage leveren aan een gezonde leefstijl en aan het verbeteren van de luchtkwaliteit door minder autogebruik in de stad. Vanuit de ambitie ‘Utrecht als duurzame stad’ werken we aan een gezond milieu. Het beleidskader Woonstad bevat maatregelen om van Utrecht een stad te maken waar iedereen een passende woning kan vinden in een gezonde, groene, schone en veilige omgeving. Bij de sociale en actievere stad is de komende periode het veilig kunnen opgroeien van onze Utrechtse jeugd tot gezonde, zelfstandige en betrokken burgers een van de prioriteiten. Tijdig signaleren van gezondheidsachterstanden en voorkómen van groter wordende gezondheidsachterstanden is met name bij deze categorie essentieel. Sport en bewegen zijn belangrijk om je fit te voelen. Jong geleerd is ten slotte oud gedaan. Vanuit de portefeuille Volksgezondheid ga ik me richten op het ondersteunen van de bovenstaande beleidsvelden met kennis, kunde en vaardigheden, zowel op inhoud als op proces. Daarnaast heb ik specifieke speerpunten. Als kern van de portefeuille de basistaken ‘bewaken en beschermen van de gezondheid van de Utrechters’ op een goed niveau uitvoeren. Dat mag de Utrechter van ons als lokale overheid verwachten. Het tweede speerpunt is de aanpak van de gezondheidsachterstanden. De verschillen in gezondheid tussen Utrechters zijn groot. In sommige wijken krijgen mensen twaalf jaar eerder gezondheidsproblemen dan in andere wijken van Utrecht. Dat is onacceptabel. Ik bouw de komende jaren voort op het fundament dat in de gezonde wijk aanpak voor en door Utrechters de afgelopen jaren in de stad is gelegd. De zorgverzekeraar is daarbij een kernpartner. Als derde speerpunt noem ik de integrale aanpak preventie alcohol- en middelenmisbruik bij de jeugd. Zo geeft alcoholgebruik op jonge leeftijd al grote kans op blijvende hersenschade. Dit is bij jongeren en hun ouders onvoldoende bekend. Daarnaast hebben scholen, sportverenigingen, de horecasector, politie en handhaving aangegeven één Utrechtse aanpak te willen om een doorbraak te bewerkstelligen en blijvende schade bij de jeugd te voorkomen. Ik neem deze handschoen graag op en zie voor ons als lokale overheid een coördinerende en stimulerende rol. De kern van gezondheid ligt in fit voelen en weerbaar zijn. Stimuleren van de psychosociale gezondheid is dan ook de rode draad in mijn beleid. Het beleid dat is vormgegeven door en voor de Utrechters en getoetst aan de opvattingen van de maatschappelijke partners die actief zijn in Utrecht. Ik vertrouw erop dat ik door deze aanpak nauw aansluit op de vraag die in de stad leeft. Namens het college van burgemeester en wethouders, Victor Everhardt Wethouder Volksgezondheid
3
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
4
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
Samenvatting Utrecht wil graag een stad zijn van kennis en cultuur. Hiervoor is een goede gezondheid van inwoners een basisvoorwaarde. In Utrecht ervaart 86% van de inwoners zijn gezondheid als (zeer) goed. Dat uit zich in een gezonde (economische) bedrijvigheid, actieve Utrechters die naast school of werk ook als vrijwilliger graag hun handen uit de mouwen steken en veel energie op de thema’s duurzaam, groen en gezond. Ambitie Ambitie van Utrecht is een duurzame en gezonde stad te zijn en te blijven. Een stad waarin inwoners zich gezond voelen, gezond zijn en blijven. Een stad waarin gezonde keuzes gemakkelijk zijn, iedereen zijn toekomst in eigen handen kan nemen en waar voor kwetsbare groepen een sociaal vangnet is. Eigen kracht van mensen staat centraal. Waar nodig is er in de buurt een helpende hand op de weg terug naar zelfstandigheid en meedoen. Een brede samenhangende benadering van gezondheid is de basis. Gezondheid zien we als een toestand is van compleet fysiek, mentaal en sociaal welbevinden en niet alleen de afwezigheid van ziekte of andere gebreken.1 Samenwerking met Utrechters en publieke en private partners die in Utrecht actief zijn is vanzelfsprekend. De stedelijke gezondheidsdienst heeft de opdracht de gezondheid te bewaken en waar nodig te beschermen en te bevorderen zodat Utrechters zich gezond voelen, zijn en blijven. Aanpak gezondheidsachterstanden, doorbraak op het alcoholdossier zijn samen met de basistaken bewaken en beschermen van de gezondheid de speerpunten. Een goede psychosociale gezondheid is daarbij een noodzakelijke voorwaarde en vormt de rode draad in de nota Volksgezondheid 2011–2014 Duurzaam gezond. Fit en weerbaar de toekomst in!. In deze nota laten we zien wat de lokale ambitie voor de portefeuille Volksgezondheid voor de komende vier jaar is en wat de gemeente Utrecht (GG&GD) op zich neemt. Eigen kracht Eigen kracht van mensen is de basis. Mensen dragen de stad en gelukkig is in Utrecht de participatie hoog. Sommige groeperingen en in sommige buurten meer dan in andere kunnen een helpende hand gebruiken. Eerst zijn mensen zelf aan zet. De weg wijzen is dan al vaak voldoende. Mocht dit niet toereikend zijn, dan treffen we aanvullende maatregelen die gericht zijn op zoveel mogelijk zelfstandig functioneren en wonen. Niet iedereen kan zich op eigen kracht staande houden in de samenleving. Mensen kunnen in een uitzichtloze situatie terecht komen, voor een korte of langere periode. In de meest extreme vorm uit zich dat in (dreigend) dakloosheid. Gezondheidsachterstanden De meeste Utrechters voelen zich gezond. De gemeente Utrecht legt de focus op degenen met gezondheidsachterstanden. Uit onderzoek blijkt dat daar waar achterstanden zijn, de gezondheid minder goed is. Op veel leefgebieden is de score ongunstig en stapelen (gezondheids)problemen zich op. Gezondheidsachterstanden zijn hardnekkig. Alleen een consequente, langdurige en gerichte aanpak kan het tij keren. De gemeente wil deze gezondheidsachterstanden aanpakken door een samenhangend vier sporenbeleid: Gezond meedoen, Gezonde leefstijl, Gezonde leefomgeving en Toegankelijke zorg en ondersteuning. In de buurten waar de gezondheidsachterstanden het grootst zijn, gaat de gemeente door met de gezonde wijkaanpak. Bij deze aanpak leveren Utrechters samen met publieke en private partners een bijdrage aan een gezonde fysieke en sociale leefomgeving.
De jeugd jeugd heeft de toekomst toekomst 1
Definitie van gezondheid, Wereld Gezondheidsorganisatie (WHO), 1948.
5
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
Fit zijn is essentieel voor de gezonde ontwikkeling van kinderen en jongeren. Gezonde opvoeding is een beschermende factor. Onder het motto 'jong geleerd is oud gedaan' ligt de prioriteit bij de Utrechtse jeugd (en hun ouders). De gemeente wil dat kinderen en jongeren kunnen opgroeien tot gezonde, betrokken en zelfstandige burgers! De komende periode worden activiteiten om een gezonde leefstijl bij de jeugd te stimuleren gecontinueerd met een focus op gezond gewicht en de preventie van alcoholgebruik. Aandacht voor een gezonde leefstijl en weerbaarheid op school zijn speerpunten. Het jeugdbeleid van de gemeente Utrecht wordt integraal vorm gegeven in het programma Jeugd. De gemeente Utrecht bereidt zich voor op de decentralisatie van de provinciale jeugdzorg (Wet op de jeugdzorg), jeugdbescherming en jeugdreclassering en de jeugd-ggz (Zorgverzekeringswet) en de zorg voor de licht verstandelijke gehandicapten (AWBZ). Ook de nieuwe plannen van de rijksoverheid over passend onderwijs hebben een grote impact binnen het werkveld jeugd onderwijs en zorg. De diensten DMO en GG&GD hebben de opdracht voorstellen te ontwikkelen voor een samenhangende aanpak tegen lagere kosten De portefeuille Volksgezondheid en Jeugd hebben op het terrein van zorg samenhang. De jeugdgezondheidszorg 0 t/m 18 jaar speelt een belangrijke rol als poortwachter voor de hele jeugdzorgketen, naast dat zij opvoed- en opgroeiproblemen signaleert, werkt zij aan het verminderen van schooluitval. Hierdoor wil de gemeente het perspectief op respectievelijk een startkwalificatie dan wel betaald of onbetaald werk vergroten. Zelfredzaamheid vergroten Op basis van het aantal problemen op diverse leefgebieden zijn Utrechters te verdelen in drie categorieën. Het merendeel van de Utrechters is zelfredzaam, actief en heeft een lange levensverwachting. Dit noemen we in deze nota de groene groep. Een deel van de Utrechters is kwetsbaar en heeft een aanzienlijk lagere levensverwachting. Deze groep vormt de oranje groep. Een nog kleiner deel is zeer kwetsbaar en leidt veelal aan gezondheidsproblemen met een chronisch karakter. Dat is de rode groep. Kwetsbare Utrechters (oranje) zijn stabiel en zelfredzaam maar lopen gezondheidsrisico's doordat ze meerdere problemen hebben op verschillende leefgebieden. Dit kunnen lichamelijke beperkingen zijn of psychische problemen, maar ook financiële problemen, een onafgeronde opleiding of wonen in een ongezonde omgeving. Deze Utrechters zijn oververtegenwoordigd in de krachtwijken en in een aantal andere buurten van de stad. We stimuleren dat de zelfredzaamheid toeneemt. De aanpak voor de rode categorie krijgt een samenhangende aanpak vanuit de gemeente Utrecht. Deze aanpak wordt momenteel voorbereid door de diensten DMO en GG&GD. Voor de specifieke groep voormalig dak- en thuislozen ligt de focus op het voorkomen van terugval en dus op duurzaam herstel. Voor andere groeperingen in deze rode categorie ondersteunt een effectief en activerend welzijn gesubsidieerd vanuit de gemeente, de bewoner om verantwoordelijkheid te nemen voor zichzelf en voor anderen, emancipatie én zo nodig hulpverlening op maat. De komende jaren verandert de rolverdeling tussen gemeente en uitvoeringsorganisaties, afhankelijk van de activiteit. Soms is de aanpak stedelijk georganiseerd, soms juist op wijk- of nog kleinschaliger op buurtniveau. Alles gericht om waar nodig hulp snel en in samenhang bij mensen te krijgen, zodat ze weer spoedig zelfstandig verder kunnen. Toegankelijke zorg Voldoende en toegankelijke zorg voor alle inwoners van Utrecht bij fysieke dan wel mentale klachten of ziekte is het uitgangspunt. Ieder mens heeft recht op een gelijke kans op een goede gezondheid. Wijkgezondheidscentra en Centra voor Jeugd en Gezin fungeren als basisvoorziening in de wijk. Bewoners kunnen daar terecht voor informatie en advies en zo nodig preventieve zorg. Naast een goed functionerend aanbod van zorgvoorzieningen zijn organisaties die kritisch meedenken met de gemeente essentieel voor een goed functionerende publieke gezondheidszorg. Zij zorgen ervoor dat de rollen en verantwoordelijkheden scherp en zuiver blijven. Het zorgnetwerk in de stad is een belangrijke basis. De GG&GD blijft ook de komende jaren investeren in het faciliteren van ontmoetingen tussen deze maatschappelijke partners, de gemeente en het bestuur van de stad.
6
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
Inhoudsopgave Voorwoord
3
Samenvatting
5
Inhoudsopgave
7
1.
Inleiding
9
2.
Lokaal volksgezondheidsbeleid
11
2.1 Ambities en uitgangspunten Utrechts volksgezondheidsbeleid 2.2 Gezondheid van de Utrechtse inwoners 3.
Volksgezondheidsbeleid 2011-2014
11 15 18
3.1 Alle Utrechters: bewaken en beschermen gezondheid
19
3.2 Kwetsbare Utrechters: bevorderen gezondheid,
23
verminderen van gezondheidsachterstanden 3.3 Zeer kwetsbare Utrechters: tijdelijke intensieve acties
29
4.
Financiën
31
5.
Bijlagen
35
5.1 Actieprogramma
37
5.2 Evaluatie nota volksgezondheid 2007-2010
59
5.3 Projectsamenwerking per partner
66
5.4 Wettelijk kader
70
5.5 Ontvangen adviezen
74
5.6 Afkortingen en begrippen
75
7
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
8
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
1. Inleiding Utrecht wil een duurzame en gezonde stad zijn. Een stad waarin iedereen zijn toekomst in eigen handen kan nemen en waar voor kwetsbare groepen een sociaal vangnet is. Utrecht is een stad met een evenwichtige leeftijdsopbouw. Belangrijk voor zowel jong als oud is zich veilig kunnen bewegen als gezonde, zelfstandige en betrokken burgers. Voor kinderen en jongeren wensen we voldoende ruimte om buiten te spelen en zichzelf te ontwikkelen. Sporten en bewegen zijn daarbij belangrijk voor een gezonde fysieke en mentale ontwikkeling. Gezondheid is een groot goed voor ieder van ons. Het gemeentebestuur van Utrecht wil dat alle Utrechters een gelijke kans hebben op een goede gezondheid. Een goede gezondheidszorg en (jeugd)hulpverlening hoort daarbij. Gezonde lucht, een rustige omgeving, een veilige en groene openbare ruimte in en om de stad dragen hier aan bij. Utrechters melden dat zij last hebben van luchtverontreiniging en geluidshinder en zij hebben te maken met onveilige verkeerssituaties. Utrechters met veel problemen wonen bovendien geconcentreerd in enkele wijken. De gezondheid van Utrechters weegt mee bij het merendeel van de beleidsterreinen van de gemeente Utrecht. Schone lucht verbeteren we door alternatieve schone vervoersmiddelen te stimuleren en toch te zorgen voor een goede bereikbaarheid in en rond Utrecht. Een schone, aantrekkelijke, veilige openbare ruimte met voldoende groen die uitnodigt er in te spelen of recreëren helpt. Balans zoeken tussen de blijvende druk op de schaarse ruimte en de negatieve gevolgen daarvan op de gezondheid van de inwoners, de leefbaarheid in de wijken, de bereikbaarheid van de stad en het behoud van groen in en om de stad, is de kern van de opgave in Utrecht. Gelukkig voelt het merendeel van de Utrechters zich gezond. Uit de Volksgezondheid Monitor Utrecht 2010 blijkt dat jeugd, allochtonen en ook ouderen grotere risico’s lopen. Het bewaken, beschermen en bevorderen van hun gezondheid vraagt daarom extra aandacht. Een groen, duurzaam en gezond Utrecht is alleen te verwezenlijken met behulp van de Utrechters zelf en diverse groeperingen en organisaties zoals private ondernemingen die maatschappelijk verantwoord willen ondernemen. Ook is Utrecht rijk aan onderwijsinstellingen en kennisintensieve bedrijven die zich bezig houden met gezondheid(szorg). Ook zij willen een bijdrage leveren. Zowel voor de ontwikkeling als de uitvoering van de activiteiten zijn betekenisvolle en werkbare verbindingen tussen tal van partners van belang om duurzame verbeteringen aan te brengen. De gemeente stimuleert en faciliteert dit waar nodig en mogelijk. De sterke economie van Utrecht en omgeving helpt om een duurzame en aantrekkelijke regio te zijn. Om dit te behouden zijn economische ontwikkeling, sociale participatie en culturele integratie noodzakelijke voorwaarden. Vanuit volksgezondheidsperspectief zijn de begrippen duurzaam en gezond te koppelen. Een lokale voedselstrategie helpt daarbij. Deze voedselstrategie, gebaseerd op de drie P's: People, Planet, Profit, zal ook een zichtbare bijdrage leveren aan het Olympisch Plan voor 2028 en nog verder weg aan de duurzame aantrekkelijke regio die Utrecht in 2040 wil zijn. Noodzakelijke voorwaarde voor economische ontwikkeling, creativiteit en innovatie is dat Utrechters zich gezond voelen, zijn en blijven. Ook vanuit volksgezondheidsperspectief worden de veranderingen in de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) en de jeugdzorg nauwlettend gevolgd. De verantwoordelijkheden en taken van de gemeente nemen toe en voorbereidingen daarop zijn nodig. De opgebouwde samenwerking met de zorgverzekeraar en het hechte netwerk met de zorgorganisaties in de stad helpen gaten in de zorg te voorkomen. Het risico hierop bestaat omdat de veranderingen gepaard gaan met bezuinigingen vanuit
9
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
het rijk. Vanuit de portefeuille Volksgezondheid wordt het zorgnetwerk Utrecht gefaciliteerd en wordt waar nodig en gewenst samenhang gecreëerd. Vanuit de portefeuille jeugd spant de gemeente zich in om de jeugdketen snel en goed te laten werken Een sterke informatie- en adviesfunctie, het verbeteren en aanscherpen van de signaleringsfunctie (inclusief het vervolg daarop), het verlenen van lichte opvoedhulp en in complexere situaties de inzet van de jeugdadviesteams zijn daarbij essentieel. Al deze functies zin verenigd in de Centra voor jeugd en gezin. Het jeugdbeleid wordt vormgegeven vanuit de portefeuille jeugd. Deze nota Volksgezondheid beschrijft onze visie, ambities en concrete activiteiten en is tot stand gekomen door actieve participatie van Utrechters en in interactie met maatschappelijke partners. Gezondheid wordt vanuit een breed stedelijk perspectief benaderd. Gezond is meer dan afwezigheid van ziekte en is vanuit het perspectief van de overheid zowel middel als doel. Binnen de gemeente worden dan ook in samenhang keuzes gemaakt op het sociale en fysieke veld. Daarmee bereiken we de gewenste synergie. Hoofdstuk 2 beschrijft de ambities en uitgangspunten van het Utrechtse volksgezondheidsbeleid en de gezondheid van de Utrechtse inwoners op dit moment. In hoofdstuk 3 beschrijven we het beleid en de doelstellingen voor de komende vier jaar. Daarbij maken we onderscheid tussen het beleid voor alle Utrechters, voor kwetsbare Utrechters en voor zeer kwetsbare Utrechters. Hoofdstuk 4 geeft inzicht in de financiën. Het laatste hoofdstuk bevat de bijlagen. De eerste bijlage is het Actieprogramma waarin de acties staan waarmee we de gestelde doelen willen bereiken. Ook is een evaluatie opgenomen, die beschrijft wat er de afgelopen vier jaar is bereikt. Als derde bijlage volgt een overzicht van alle samenwerkingspartners van de gemeente, op het gebied van volksgezondheid. In de vierde bijlage wordt het wettelijk kader geschetst. Dan volgt een overzicht van de adviezen die de gemeente heeft ontvangen over een eerder concept van de nota volksgezondheid. Tot slot is in bijlage 6 een afkortingen- en begrippenlijst opgenomen.
10
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
2. Lokaal volksgezondheidsbeleid In dit hoofdstuk staan de ambities en uitgangspunten van het Utrechts volksgezondheidsbeleid. De tweede paragraaf beschrijft de gezondheid van de Utrechtse inwoners op dit moment. Dit baseren we op de in februari 2010 uitgekomen Volksgezondheidsmonitor Utrecht (VMU). De uitkomsten van de VMU zijn richtinggevend voor onze ambities zoals die in de eerste paragraaf zijn beschreven.
2.1 Ambities en uitgangspunten Utrechts volksgezondheidsbeleid Ambities Utrecht wil een gezonde stad zijn waarin inwoners zich gezond voelen, gezond zijn en blijven. Dit willen we bereiken door het bewaken, beschermen en bevorderen van de gezondheid van alle Utrechters. Voorkomen is beter dan genezen is de basis van ons beleid. We willen gezondheidsbeschermende factoren vergroten en de risicofactoren verkleinen. We pakken gezondheidsachterstanden aan en bewerkstelligen een doorbraak in het voorkomen van alcohol- en middelengebruik door jongeren. Het bevorderen van de psychosociale gezondheid is de rode draad.
Bewaken en beschermen van de gezondheid De gemeente Utrecht continueert het bewaken en beschermen van de gezondheid van de Utrechters, waarbij we extra accent leggen op infectieziektebestrijding en bestrijding van tuberculose en het actief opsporen van risicofactoren bij jeugd ter bevordering van gezond opvoeden en opgroeien en om welvaartsziektes te voorkomen. De helft van alle Utrechters heeft één of meer chronische aandoeningen. Welvaartsziektes treden op steeds jongere leeftijd op. Deze chronische ziekten zijn voor de helft vermijdbaar door een gezonde leefstijl. De bestrijding van de effecten van de leefomgeving op de gezondheid van de Utrechters helpt daarbij.
Gezondheidsachterstanden Iedere Utrechter heeft recht op een gelijke kans op een goede gezondheid en het terugdringen van gezondheidsachterstanden is een van onze speerpunten. Utrechters met een laag inkomen en opleiding, die veelal aanwijsbaar geconcentreerd wonen in sommige delen van de stad (buurten en wijken) hebben te maken met problemen op meerdere leefgebieden2. De problematiek van allochtone en autochtone Utrechters met een lage sociaal economische status (SES) werkt aanzienlijke gezondheidsachterstanden in de hand of andersom, de gezondheidsachterstanden geven onvoldoende zicht op een toekomstperspectief bij deze groeperingen. De komende jaren ligt in die buurten waar de gezondheidsachterstand het grootst is, de focus op het terugdringen van gezondheidsachterstanden door de Gezonde Wijk aanpak. Scholen, sociale zaken en werkgelegenheid, stadsontwikkeling, de welzijnsorganisaties en werkers in de eerstelijnsgezondheidszorg zijn daarbij de samenwerkingspartners. Samen met private partners maken we allianties. De zorgverzekeraar is daarbij kernpartner.
2
De volgende leefgebieden worden onderscheiden: lichamelijke gezondheid, psychosociale gezondheid, coping,
zorgbehoefte, leefstijl overgewicht/voeding/beweging, leefstijl middelengebruik, fysieke omgeving, sociale omgeving, dagbesteding, financiële situatie, opleiding.
11
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
Voorkomen van alcohol- en middelengebruik door jongeren We bewerkstelligen een doorbraak in het voorkomen van alcohol- en middelengebruik door jongeren tot 16 jaar. Boven de 16 gaan we overmatig gebruik tegen. Jongeren beginnen te jong, gebruiken (met name alcohol) te vaak en te veel. Uit recent onderzoek blijken de negatieve gezondheidseffecten van alcoholgebruik op hersenen, hart, lever en kanker en de duidelijke relatie tussen alcoholmisbruik en agressie en geweld. Gebruik op jonge leeftijd verhoogt de kans op verslaving later. Jongeren en ouders zijn zich onvoldoende bewust van deze risico's. We willen een doorbraak realiseren door de preventie van alcohol- en middelengebruik in samenhang in te zetten op verschillende gebieden: school, ouders, vrije tijd (sport, horeca, welzijnsinstellingen) en supermarkten/verkooppunten.
Psychosociaal gezond Mentaal welbevinden is één van de factoren voor een goede gezondheid en kwaliteit van leven. Het helpt om het leven vorm te geven. Veel problemen op diverse leefgebieden komen voort uit psychosociale problematiek zoals angst, depressie en sociaal isolement. Het bevorderen van de psychosociale gezondheid van Utrechters vormt dan ook de rode draad. Verbetering draagt bij aan het functioneren van individuen, gezinnen, buurten, wijken, organisaties, scholen en de stad als geheel.
Uitgangspunten We werken met een samenhangende aanpak die aansluit op de vraag van de Utrechters in de wijken en/of buurten. Onze aanpak kenmerkt zich door een hoge participatiegraad van de Utrechters zelf en publieke en veelal ook private partners. Gezondheid is primair ieders eigen verantwoordelijkheid. We gaan daarom uit van de eigen kracht van mensen en zetten waar gewenst of nodig actief in op de weg terug naar zelfstandigheid en meedoen. We benaderen de inwoners met een positieve boodschap. We leggen de verbinding met andere beleidsterreinen. We pakken alleen activiteiten op die niet door partijen in het veld ingevuld kunnen worden. We kiezen voor de faciliterende of zo nodig een coördinerende of regisserende rol. Daarmee sturen we op gezamenlijke doelen, brengen focus aan, zorgen voor samenhang en het voorkomen van dubbelingen en werken we doelmatig en doeltreffend. Het regenboogmodel3 in figuur 1 geeft deze brede benadering goed weer. Duurzaam en effectief gezondheidsbeleid is niet alleen gericht op zorg en leefstijl, maar ook op een gezonde fysieke en sociale leef- en werkomgeving. De verschillende ‘lagen’ van de regenboog hangen onlosmakelijk met elkaar samen. Figuur 1. Regenboogmodel
3
Het regenboogmodel is ontwikkeld door Whitehead en Dahlgren in de jaren negentig. Deze bewerkte versie komt
uit de oratie ‘Maatschappij als medicijn’ van Prof dr. K. Stronks uit 2007.
12
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
Samenhangende aanpak Een brede benadering van gezondheid is de basis van het Utrechtse beleid: gezondheid is meer dan afwezigheid van ziekte. Gezondheid is deels afhankelijk van erfelijke factoren. Daarnaast zijn tal van omgevingsfactoren van invloed op de gezondheid. Gezondheid en welbevinden, wordt positief beïnvloed door het hebben van betaald of onbetaald werk, een opleiding of het uitzicht daarop. Andersom kan een betere (ervaren) gezondheid helpen initiatief en verantwoordelijkheid te nemen. Een gezonde fysieke en sociale leefomgeving die uitnodigt tot bewegen en sport is samen met een gezonde leefstijl van belang. Voldoende en toegankelijke zorg en ondersteuning als het nodig is, is een basisvoorwaarde. Volksgezondheidsbeleid draagt bij aan het bereiken van doelen op andere beleidsterreinen, zoals onderwijs (voorkomen schooluitval), stadsontwikkeling (gezonde leefomgeving) en sociale zaken (reintegratie). Ontwikkelingen op andere beleidsterreinen zoals sport en bewegen hebben invloed op de volksgezondheid. Alleen een brede en een integrale aanpak gedurende tien tot vijftien jaar en gericht op een aantrekkelijke omgeving waardoor mensen zich uitgenodigd voelen en verleid worden te participeren, werkt.
Eigen kracht We gaan uit van de eigen kracht, initiatief en zelfredzaamheid van de Utrechters. Het merendeel van de Utrechters is actief, met hen gaat het goed. Ze voelen zich gezond en doen volop mee. Voor een kwart van de Utrechters is dit minder vanzelfsprekend. Zij kampen met meerdere, samenhangende problemen: op sociaal vlak, op het gebied van gezondheid, inkomen en werk. Soms dreigen zij zelfs helemaal de regie over hun leven kwijt te raken. Zo nodig reikt de overheid de helpende hand. In eerste instantie moeten zij een beroep doen op hun eigen netwerk (civil society). Alleen als het echt nodig is, komt de overheid in actie om op elkaar aansluitende en elkaar versterkende ondersteuning en zorg te bieden met de bedoeling in beperkte tijd weer zelfstandigheid en participatie mogelijk te maken. Door de te verwachten forse ingrepen in de zorg en sociale zekerheid neemt de druk op deze mensen toe. Te denken valt aan de gevolgen van de versobering van het AWBZ-pakket, verhogen van het eigen risico en het beperken van de WW-duur of hoogte.
Meedoen Utrecht wil een sociale en actieve stad zijn waarin inwoners zo lang mogelijk naar beste vermogen meedoen. Het gaat om meedoen in de breedste zin van het woord: het volgen van een opleiding, het hebben van een betaalde baan of het verrichten van vrijwilligerswerk. Meedoen is belangrijk voor mensen zelf, je voelt je gezonder. Meedoen is ook belangrijk voor de stad. Het draagt bij aan de leefbaarheid van de stad, en het zorgt ervoor dat de economie blijft draaien en de welvaart op peil blijft. Tegelijkertijd, meedoen gaat beter als je gezond bent en/of je fit voelt. Een goede gezondheid versterkt meedoen, meedoen versterkt een goede gezondheid. Daarmee is gezondheid een doel én een middel.
Positieve benadering Uit het Utrechtse onderzoek 'De vitale stem van de Utrechter' (2010) kwam naar voren dat mensen in probleemsituaties bij de dag leven en weinig energie hebben voor verder weg liggende (gezondheids)doelen. We sluiten met ons werk aan bij de leefwereld van deze Utrechters. Een positieve boodschap waarbij de opbrengsten op de korte termijn worden benadrukt, vormt de kern.
Samenwerking Uit praktijkervaringen en onderzoek blijkt voor een samenhangende aanpak samenwerking met de Utrechters zelf en de partners in het veld een noodzakelijke voorwaarde. Een aanpak dicht bij en samen met de mensen waar het om gaat heeft zijn meerwaarde bewezen. Dat blijkt uit programma's als Gezonde wijk en Gezond Gewicht Overvecht en het plan van aanpak maatschappelijke opvang. Het convenant
13
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
Utrecht gezond! tussen de gemeente Utrecht en Agis Zorgverzekeringen is landelijk een voorbeeld van bestuurlijk commitment als randvoorwaarde voor een effectief actieprogramma. Naast Agis Zorgverzekeringen werkt de gemeente ook samen met andere partijen uit het zorg- en welzijnsveld, zoals zorginstellingen, wijkwelzijnsorganisaties, zelforganisaties, migrantenorganisaties en bewonersorganisaties. Daarnaast werkt de gemeente samen met private partners en gaat daar graag mee verder bijvoorbeeld bij het Gezond Gewicht Programma en het ontwikkelen van een lokale voedselstrategie. Utrechtse bedrijven zijn betrokken bij de stad en hebben baat bij gezonde en vitale medewerkers die vaak in de stad wonen. Onze manier van samenwerken zetten we voort en intensiveren we om nog effectiever te worden. Daarbij pakken we alleen zaken op die van algemeen belang zijn dan wel (gevoelde) meerwaarde hebben voor onze partners in het veld. We kiezen voor het versterken van onze faciliterende rol om partijen in hun kracht te zetten en vervullen als dat nodig is een coördinerende of regisserende rol.
Kennisorganisatie De gemeente Utrecht is de stad van kennis en cultuur. Ook de gemeente is een kennisorganisatie. De gemeente Utrecht wil vanuit haar stedelijke gezondheidsdienst haar kennis op het gebied van de volksgezondheid versterken, benutten en delen. De GG&GD gaat door met het werven van externe gelden voor het doen van gezondheidsonderzoek gelieerd aan haar primaire proces en bestendigt dan wel versterkt de samenwerking met de universiteiten in Nederland en in Europa. Verkenning op internationaal vlak kan uitsluitsel geven of samen met de Utrechtse kennisintensieve partijen ook wereldwijd een bijdrage kan worden geleverd. De kennis en kunde van GG&GD-medewerkers wordt overgedragen via de opleidingsrichting voor de artsenspecialisatie Maatschappij en Gezondheid. De GG&GD Utrecht is een erkende opleidingsinrichting en wil die erkenning behouden. De komende vier jaar wordt verkend of deze rol uitgebreid kan worden naar andere medische disciplines. Over en weer kennis delen met partijen in de stad zorgt voor meer kennis en inzicht op wijk- en buurtniveau en sluit aan bij de vraag.
Rollen GG&GD De gemeente Utrecht is verantwoordelijk voor de openbare gezondheidszorg in de stad. De GG&GD adviseert het bestuur en formuleert beleidsrichtingen, ontwikkelt volksgezondheidbeleid, bewaakt voor het bestuur de gezondheidsaspecten in gemeentelijke bestuurlijke beslissingen en draagt bij aan de voorbereiding van het gemeentelijke beleid in gelieerde werkvelden. De GG&GD levert deze bijdrages aan gelieerde werkvelden om de gezondheid van de inwoners te bewaken en te beschermen dan wel de gezondheidschade zoveel mogelijk te beperken. Daarnaast is de GG&GD een schakel tussen het beleid en de daadwerkelijke uitvoering. Het gaat hierbij om het vertalen van beleid naar uitvoering, planning en het maken van contractafspraken met partners. De operationalisering en uitwerking van het beleid in GG&GD-activiteiten valt onder de primaat van de politiek. De GG&GD maakt op een aantal onderdelen van het gezondheidsbeleid afspraken met maatschappelijke partners over de uitvoering. Daarbij verschuift de rol van de GG&GD van initiator naar ketenbeheerder. In die rol stuurt de dienst op de verbinding tussen de partijen in de keten, benoemt knelpunten en stuurt aan op oplossingen. De GG&GD ziet erop toe dat contractafspraken met partners worden nagekomen wat betreft kwantiteit, kwaliteit en geld. De uitvoeringsactiviteiten van de GG&GD zijn met name gericht op het bewaken en beschermen van de gezondheid. Denk aan infectieziektebestrijding, bestrijding tuberculose, bestrijding van soa, medische milieukunde, jeugdgezondheidszorg en ook de monitor- en vangnetfunctie. Op elk van die velden spelen vaak maatschappelijke partijen en organisaties een rol als mede-uitvoerder. De GG&GD onderhoudt op zowel operationeel, tactisch als strategisch niveau contacten met de zorgpartners. Permanent moet de
14
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
GG&GD de grens van haar eigen uitvoering bepalen en daarover communiceren. Daarbij heeft de GG&GD de opdracht om initiatieven in samenwerking met zorgpartners inhoud te geven en waar mogelijk te sturen op het inbedden van activiteiten in het zorgveld. Het blijft essentieel bij de start helder te zijn over de rol van de GG&GD: bij het begin (wegvoorbereider) en in de toekomst (ketenbeheerder/control). Ook is het belangrijk om tijdig te bepalen welke GG&GD-activiteiten 'rijp' zijn om naar andere organisaties over te hevelen. Daar waar schaalvoordeel is te behalen werken we samen met collega GGD’en. Zo voert de GG&GD Utrecht de tuberculosebestrijding uit voor de hele provincie en geeft de GGD Midden Nederland inhoud aan de Publieke Gezondheid Asielzoekers. Voor rijksgestimuleerde publieke taken zoals seksuele gezondheid en openbare geestelijke gezondheidszorg heeft de GG&GD Utrecht een centrumfunctie voor de regio. Gezien het hoge risicoprofiel dat de gemeente Utrecht heeft, onder andere door hoge concentraties mensen op een beperkte ruimte, participeert de GG&GD actief in de Geneeskundige Hulp bij Ongevallen en Rampen (GHOR) die vanuit de Veiligheidsregio wordt georganiseerd. Op regioniveau zijn tussen GG&GD Utrecht en GGD Midden Nederland vergaande afspraken gemaakt op taken waar schaalvoordelen zijn te behalen. We willen een sterke stedelijke GG&GD behouden, met verantwoordelijkheden op regionaal niveau.
2.2 Gezondheid van de Utrechtse inwoners Gezondheidssituatie De Volksgezondheidmonitor Utrecht maakt eens in de vier jaar de staat van de gezondheid van de Utrechters op. In feite is de hoofdconclusie van de VMU anno 2010 dat de grote meerderheid van de Utrechters (86%) de gezondheid als (zeer) goed ervaart. Tegelijkertijd komen in Utrecht, net als in de andere drie grote steden, meer gezondheidsproblemen4 en de bepalende risicofactoren hiervan voor dan in Nederland als geheel. In enkele wijken en buurten stapelen de gezondheidsproblemen zich op. De opeenstapeling van problemen is gerelateerd aan sociale kwetsbaarheid en sociale uitsluiting. Ze vormen een belangrijke risicofactor voor de gezondheid en maatschappelijke uitval. Specifieke risicogroepen zijn autochtone, Turkse en Marokkaanse Utrechters met een lage opleiding en een laag inkomen. Voor een deel van de Utrechtse jeugd geldt dat ze opgroeit in een omgeving (gezin of wijk) met meerdere risicofactoren, waardoor kinderen al op jonge leeftijd ongezond gedrag vertonen of met (gezondheids)problemen kampen.
Gezondheidsachterstanden Uit onderzoek blijkt dat de mensen met een sterkere sociaal economische positie over het algemeen een betere gezondheid hebben. Ze zijn langer vrij van ziektes en hebben een hogere levensverwachting..Dit is zichtbaar in figuur 2. Het verschil in gezonde levensverwachting tussen laag- en hoogopgeleiden is gemiddeld 14 jaar, bij mannen is dit gemiddeld zelfs 19 jaar.
4
Het gaat om het voorkomen van chronische ziekten (hart- en vaatziekten, bewegingsapparaat, diabetes, obesitas),
psychische aandoeningen (angst en depressie) en het hebben van een ongezonde leefstijl (ongezond eten, te weinig bewegen, roken)
15
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
Figuur 2. 2. Gezondheidservaring en levensverwachting per opleidingsniveau
In Utrecht ervaart 86% van de inwoners zijn gezondheid als (zeer) goed. In de Utrechtse wijken en buurten waar de achterstand het grootst is, is de gezondheid van de inwoners minder goed. Op veel leefgebieden is de score ongunstig en stapelen (gezondheids)problemen zich op. In deze wijken wonen verhoudingsgewijs veel laagopgeleide autochtone, Turkse en Marokkaanse Utrechters. Utrechters met een lage opleiding en een laag inkomen scoren op veel gezondheidsindicatoren en –determinanten minder goed. Zij hebben een aantoonbare gezondheidsachterstand. Gekoppeld aan de krachtwijkenaanpak heeft de gemeente de ambitie uitgesproken om deze trend de komende jaren te keren door een extra impuls te geven om deze gezondheidsachterstanden gericht aan te pakken. De gezonde wijkaanpak wordt vorm gegeven op basis van het in 2009 afgesloten convenant De Verbinding. Samen met de andere grote gemeenten Den Haag, Rotterdam en Amsterdam en de ministeries van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) en Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties wordt beoogd een doorbraak te realiseren en het tij te keren.. Op basis van het aantal problemen op diverse leefgebieden zijn Utrechters in deze nota verdeeld in drie categorieën. Dit is schematisch weergegeven in figuur 3. Het geeft inzicht in de orde van grootte van de te onderscheiden categorieën, naar zelfredzaamheid en meedoen. De overgangen zijn uiteraard geleidelijker dan dit schematische beeld laat zien. De gemeente Utrecht zet erop in dat het aantal mensen dat zelfredzaam is toeneemt en dat het aantal mensen met meerdere problemen daalt. Om te zorgen dat de kwetsbare groep zelfredzaam blijft en zelf het heft in handen houdt of weer kan nemen, is het belangrijk om te investeren in vroegtijdige signalering van problemen, het versterken van de eigen kracht en het waar mogelijk voorkomen van langdurige afhankelijkheid van zorg en ondersteuning. De focus op het volksgezondheidsbeleid is gericht op de groene en oranje categorie. De activiteiten van de gemeente Utrecht voor de zeer kwetsbaren (rode categorie) zijn de komende jaren vooral gericht op preventie en duurzaam herstel.
16
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
Figuur 3. 3. Aantal Utrechters met weinig tot veel problemen naar zelfredzaamheid en participatie
Zelfredzaam
Meedoen
Weinig tot geen problemen
Problemen op 4-6 leefgebieden
± 225.000
± 60.000
± 15.000 Problemen op 7-11 leefgebieden
Niet meedoen
Niet zelfredzaam
± 3.150 ± 1.725 Ex-dak- en thuisloos, in zorg
Geïndiceerde OGGz doelgroep ± 1,5% bevolking
In onderstaande tabel is uitgewerkt wat de verschillende categorieën uit de driehoeksfiguur kenmerkt. Zelfredzaam
Stabiel, zelfredzaam en onafhankelijk, maatschappelijk en sociaal actief, hoog percentage mensen dat zijn gezondheid als goed ervaart, meestal gezonde leefstijl,
(Groen)
risico's of problemen op drie of minder leefgebieden, lange (gezonde) levensverwachting.
Kwetsbaar
Stabiel, nog wel zelfredzaam (of de potentie dat te zijn met een steuntje in de rug), tijdelijk zorgafhankelijk, niet altijd maatschappelijk en sociaal actief, laag percentage
(Oranje)
van mensen dat zijn gezondheid als goed ervaart, relatief ongezonde leefstijl, risico's of problemen op vier tot zeven leefgebieden. Bepalende factoren zijn: sociaal economische factoren (opleiding en inkomen), maar ook lichamelijke beperkingen en psychische problemen zijn bepalende factoren. Sterk oververtegenwoordigd in de krachtwijken en in een aantal andere buurten van de stad. Kortere (gezonde) levensverwachting.
Zeer
Instabiel, niet zelfredzaam, zorgafhankelijk, maatschappelijk en sociaal weinig of niet
(sociaal)
actief, een zeer laag percentage (kwart van deze groep) dat zijn gezondheid als goed
Kwetsbaar
ervaart, verslavingsproblematiek, risico's of problemen op meer dan zeven leefgebieden, soms geen vaste woon- en verblijfplaats, meervoudige problematiek (soms ook in
(Rood)
combinatie met bijv. overlast en criminaliteit). Lage levensverwachting.
17
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
3. Volksgezondheidsbeleid 20112011-2014 Hier beschrijven we de doelstellingen van de nota Volksgezondheid. Onze ambities en uitgangspunten, de resultaten van de VMU 2010 en het onderzoek ‘De vitale stem van de Utrechter’, adviezen en meningen van adviesraden en maatschappelijke partners zijn vertaald in doelstellingen. Die doelstellingen zijn toegespitst per groene, oranje en rode categorie zoals beschreven in hoofdstuk 2, figuur 3. Iedere paragraaf wordt afgesloten met een overzicht van acties die de gemeente (GG&GD) oppakt om een bijdrage te leveren aan het bereiken van de doelstellingen. Deze nota beschrijft de ambities van de gemeente. Maatschappelijke effecten worden echter niet alleen door de gemeente beïnvloed. Utrechters zelf hebben een belangrijke sleutel in handen en ook zaken als een economische crisis, media aandacht voor bepaalde voeding of een sport, een uitbraak van een ziekte of een ramp, maatschappelijke beslissingen op rijksniveau zijn van invloed op de gezondheid van mensen. Daarnaast beïnvloeden maatschappelijke beslissingen op rijksniveau ook het gemeentelijke beleid. De keuze van de actie is gestoeld op het te verwachten maatschappelijk beoogde effect. Interventies waar in de praktijk goede ervaringen mee zijn opgedaan, dan wel waarvan gebleken is dat zij werken of evidence based zijn hebben nadrukkelijk de voorkeur. Een uitgebreide beschrijving is te vinden in het actieprogramma. Om het effect van ons beleid de komende jaren te kunnen volgen, hebben we indicatoren geformuleerd.
18
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011 Effectindicatoren Volksgezondheidsbeleid 20112011-2014
Waarde 2010
Streefwaarde 2014
Aantal wijken waarin de jeugdgezondheidszorg intensief samenwerkt met (voor)scholen neemt toe, met als effect dat risico's en (gezondheids)problemen eerder worden gesignaleerd en opgepakt waardoor problemen minder snel escaleren. De samenwerking met voortgezet onderwijs is in 2014 gehandhaafd.
2
10
Onbekend*
100%
Onbekend**
Onbekend **
13%
11%
16%
14%
24%
22,5%
25%
20%
62%
65%
18%
16%
Percentage kinderen waarvan de jeugdgezondheidszorg vroegtijdig signaleert of het wel of niet tot de doelgroep vooren vroegschoolse educatie behoort. Op basis van deze indicering kunnen kinderen toegeleid worden naar de vooren vroegschoolse educatie zodat zij voldoende toegerust de schoolloopbaan starten. Percentage kinderen tussen de 12 en 18 jaar dat alcohol gebruikt is in 2014 gedaald. Percentage inwoners van 19 jaar en ouder met een hoog risico op stemmingsproblemen is in de buurten met een integrale gebiedsaanpak in 2014 gedaald. Percentage inwoners van 19 jaar en ouder dat onvoldoende regie op het eigen leven ervaart is in buurten met een integrale gebiedsaanpak in 2014 gedaald. Percentage inwoners van 19 jaar en ouder met een matig of slecht ervaren gezondheid is in buurten met een integrale gebiedsaanpak in 2014 gedaald. Percentage kinderen met overgewicht in groep 2 en 7 van het basisonderwijs is, in de buurten waar sprake is van JOGGinzet, in 2014 gedaald. In Overvecht is in 2014, na de daling van het aantal kinderen met overgewicht in 2010, het niveau gehandhaafd. Percentage inwoners van 19 jaar en ouder dat voldoende beweegt in de wijken met een integrale gebiedsaanpak, is in 2014 toegenomen. Percentage mantelzorgers van 19 jaar en ouder dat de zorg als te zwaar ervaart, is in 2014 gedaald. * Onbekend. Door gefaseerde invoering DD JGZ is de waarde niet te berekenen. ** Nieuwe indicator, waarden op dit moment niet bekend, worden later gepresenteerd.
3.1 Alle Utrechters: bewaken en beschermen gezondheid Wat willen we bereiken? Bijdragen aan een gezonde, sociale en actieve stad.
Wat gaan we daarvoor doen? Bewaken, beschermen en bevorderen van de gezondheid van alle Utrechters. Het gezondheidsbeleid van de gemeente is gericht op het creëren van een gezonde sociale en fysieke omgeving, zodat Utrechters gelijke kansen hebben op het zich gezond voelen, zijn en blijven. Dit doen we door de gezondheid te bewaken, beschermen en te bevorderen. Bij bewaken en beschermen gaat het om bekende GG&GD-taken als infectieziektebestrijding, waaronder naast surveillance ook uitvoering van het rijksvaccinatieprogramma en de reizigersvaccinatie, de tuberculose bestrijding, voorkomen en bestrijden van soa en de signaleringsfunctie van de jeugdgezondheidszorg van 0 t/m 18 jaar. Daarnaast heeft de
19
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
gemeente Utrecht ook een wettelijke taak in de lijkschouw. Verder volgen we de gezondheidstoestand van Utrechters door middel van het systematisch verzamelen van gegevens over gezondheid en ziekte (epidemiologie). Aanvullende gezondheidsenquêtes onder de volwassen bevolking zorgen samen met de gegevens van de zorgverzekeraar voor gespecificeerde wijk- en buurtgezondheidsprofielen. Eens per vier jaar brengt de GG&GD de Volksgezondheid Monitor Utrecht uit. Onze werkwijze is dat activiteiten die door ons gesubsidieerd of uitgevoerd worden zoveel mogelijk begeleid worden met participerend actiebegeleidend onderzoek en/of evaluatieonderzoek. Hierdoor kunnen we eventueel tussentijds bijsturen èn is er zicht op de doelmatig en doeltreffendheid. De onderzoeksresultaten zijn richtinggevend voor ons volksgezondheidbeleid. Bij gezondheidsbescherming gaat het om het opsporen en vroegtijdig onschadelijk maken van gezondheidsbedreigende factoren of risicofactoren, het voorkomen van schadelijke invloeden en het minimaliseren van gezondheidsschade bij het optreden daarvan. Vanwege het risicoprofiel van de gemeente Utrecht is het belangrijk dat we goed voorbereid zijn op een eventuele infectieziekteuitbraak. De grieppandemie in 2009 heeft laten zien dat de gemeente (GG&GD) in staat is adequaat te handelen bij een grote infectieziekte-uitbraak. De GG&GD Utrecht participeert in de piketregeling van de Geneeskundige Hulp bij Ongevallen en Rampen (GHOR), heeft een actueel GGD RampenOpvangPlan (GROP) en neemt regelmatig deel aan crisisoefeningen. Met verbeteringen in de leefomgeving wordt de gezondheid van de Utrechters positief beïnvloed. We streven ernaar om gezondheidsrisico's door luchtverontreiniging, geluidshinder en onveilige situaties zoveel mogelijk te beperken. De gemeente vraagt de GG&GD om vanuit haar expertise authentiek te adviseren over gezondheidsaspecten bij stedelijke ontwikkelingen. De GG&GD participeert zo mogelijk vanaf het begin. Daarmee weegt het gemeentebestuur gezondheidsaspecten expliciet mee in haar besluiten, bijvoorbeeld bij het Masterplan 'Binnenstedelijk bouwen' en het actieplan Luchtkwaliteit. Gezondheidsbevordering betreft de preventieactiviteiten rond leefstijl en gedrag, gezonde leefomgeving en toegankelijkheid en bereikbaarheid van voorzieningen. Daarbij moeten we steeds zoeken naar de balans tussen de blijvende druk op de schaarse ruimte, de bereikbaarheid van de stad en de gezondheid van inwoners en leefbaarheid in buurten. Een groot deel van deze activiteiten is verankerd in de wettelijke taken voor gemeenten op het terrein van volksgezondheid en wordt uitgevoerd in samenwerking met andere partijen. We continueren de succesvol uitgevoerde activiteiten en als het nodig is vernieuwen en/of verbeteren we de aanpak. We gaan door met de basistaken, met reeds gemaakte afspraken met partners, met beproefde pakketten en succesvolle interventies. We investeren in een meerjarige inzet in plaats van wisselende projecten. Dat is solide en duurzaam. Dan zijn we betrouwbaar in de samenwerking en herkenbaar naar de inwoners in de stad. Het voorkomen van schadelijk alcohol- en middelengebruik krijgt de komende jaren extra aandacht. De focus tot 16 jaar ligt op het voorkomen van gebruik. Boven de 16 jaar gaan we overmatig gebruik tegen. Ook ouders worden betrokken. Groepsgerichte activiteiten ter voorkoming en beperking van het gebruik van alcohol en middelen worden aangeboden via scholen, sport, wijkwelzijnsorganisaties, horeca, evenementen en veldwerk. Waar mogelijk wordt aangesloten bij andere leefstijlprojecten en programma's, bijvoorbeeld in het kader van weerbaarheidtrainingen en de Gezonde School. Door in samenhang in te zetten op deze verschillende gebieden, willen we een doorbraak realiseren. Acties zijn: •
Epidemiologie: gezondheidsinformatie en onderzoek;
•
Forensische geneeskunde: uitvoeren van de gemeentelijke lijkschouwerstaak;
20
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011 •
Infectieziektebestrijding, reizigerszorg en technische hygiënezorg;
•
Tuberculosebestrijding;
•
Seksuele gezondheid: beschermen en bevorderen van seksuele gezondheid (inclusief curatieve soa-bestrijding);
•
Gezonde leefomgeving: beschermen tegen schadelijke invloeden uit de leefomgeving en het zorgen voor een fysieke leefomgeving die een gezonde leefstijl bevordert;
•
Inspectie kindercentra;
•
Informatie en advies over opvoeden en opgroeien;
•
Jeugdgezondheidszorg 0 t/m 18 jaar: uitvoeren van preventieve gezondheidsonderzoeken en rijksvaccinatieprogramma voor de jeugd;
•
Licht pedagogische hulpverlening;
•
Vroegsignalering: Samen Starten, realiseren van steun voor ouders die problemen ervaren bij de opvoeding van hun pasgeboren kind;
•
Preventieactiviteiten alcohol en middelen, gericht op jongeren en hun ouders.
21
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
Prestatie indicatoren Alle Utrechters
Waarde 2010
Oplevering van de Volksgezondheidsmonitor Utrecht (VMU)
Streefwaarde 2014 1
1
91%
95%
80%*
85%
30
30
77
50**
600
500
98%
95%
Percentage meldingplichtige infectieziekten (inclusief tbc) dat door de GG&GD op tijd bij het RIVM is gemeld. Percentage tbc-patienten dat per jaar de behandeling met succes voltooien in de provincie Utrecht. Aantal scholen dat actief werk maakt van het onderwerp relaties, seksualiteit en deelneemt aan de week van de lentekriebels. Aantal voorlichtingsbijeenkomsten over seksuele gezondheid aan MBO studenten. Aantal on-line chats per jaar over veilig seksueel gedrag via op MSM-gerichte websites (provincie Utrecht). Percentage meldingen dat is afgehandeld van alle binnengekomen meldingen over het binnenmilieu. Aantal gebiedsplannen waar gezonde leefomgeving onderdeel van uitmaakt.
0
Aantal inspecties van kinderopvangvoorzieningen uitgevoerd
4 Jaarlijks vast te
conform jaarlijks handhavingsplan.
464
stellen ***
n.v.t.****
100%
95%
95%
krijgt.
95%
95%
Percentage kinderen van 9 jaar dat BMR-vaccinatie krijgt..
95%
95%
100%
100%
Percentage van de preventieve gezondheidsonderzoeken, die bij schoolgaande kinderen van 4 t/m 18 jaar worden uitgevoerd, waarbij tenminste één signaleringsinstrument is gebruikt. Percentage van de pasgeboren kinderen die zijn gecontroleerd op aangeboren afwijkingen. Percentage zuigelingen (14 maanden) dat BMR-vaccinatie
Percentage kinderen van 0 tot 2 jaar, die gebruik maken van de JGZ, waar het signaleringsinstrument Samen Starten wordt toegepast. Aantal lespakketten op scholen (gericht op jongeren en ouders) met als voorlichtingsdoel voorkomen van alcoholgebruik onder de 16 jaar.
120
135
5804 < 16 jaar
Afhankelijk van nog
8461 ≥ 16 jaar 872
te maken afspraken
ouders
met samenwer-
Aantal risicojongeren en ouders dat wordt bereikt met selectieve alcohol- en middelenpreventie.
*****
kingspartners.
Percentage leerlingen op basisonderwijs en voortgezet
BO: 65%
BO: 80%,
onderwijs dat bereikt wordt met voorlichting en
VO: 28%
VO: 50%
preventieactiviteiten over alcohol- en middelengebruik.
*****
* Cijfers 2009. Door de lengte van de behandelduur zijn de cijfers van 2010 pas bekend in 2012. ** 2011: 120 door extra financiering. *** 2011: 400. **** Nieuwe indicator. Vanaf 2011 wordt deze werkwijze ingevoerd. ***** Cijfers schooljaar 2009/2010.
22
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
3.2 Kwetsbare Utrechters: bevorderen gezondheid, verminderen van gezondheidsachterstanden Wat willen we bereiken? De gezondheidsachterstanden van kwetsbare Utrechters verminderen en daarmee de zelfredzaamheid en mogelijkheden van participatie vergroten.
Wat gaan we daarvoor doen? Een gebiedsgerichte en samenhangende aanpak langs vier sporen: 1. Bevorderen dat meer Utrechters gezond meedoen dan in 2010. 2. Meer Utrechters hebben een gezonde leefstijl doordat meer mensen op een aansprekende manier bereikt worden met een samenhangend aanbod van preventieactiviteiten in de buurt. 3. Bevorderen van een gezonde fysieke en sociale leefomgeving. 4. Toegankelijke zorgvoorzieningen en ondersteuning realiseren door een netwerk van signalering en samenwerking te initiëren, faciliteren en zo nodig te coördineren of regisseren. In Utrecht voelen de meeste mensen zich gezond. Toch is ook in Utrecht de trend aanwezig dat mensen op steeds jongere leeftijd gaan lijden aan chronische ziektes als diabetes, hart- en vaatziektes, COPD en depressies. Uit onderzoek blijkt dat deze ziektes voor de helft vermijdbaar zijn door te leven in een gezonde fysieke en sociale omgeving èn een gezonde leefstijl. De afgelopen jaren is binnen de grenzen van de gemeente Utrecht succesvol gewerkt aan gezond gewicht van jongeren, ter voorkoming van ziekte, en aan de gezonde wijk, ter bevordering van een gezonde sociale en fysieke omgeving gecombineerd met voldoende, toegankelijke zorg . De ervaring leert ons dat deze gunstige leefomgeving alleen op een duurzame manier kan worden bereikt door een brede, consistente en langdurige aanpak over de sectoren heen. Daarom kiezen we in Utrecht voor het voortzetten van deze brede aanpak, zeker daar waar gezondheidsachterstanden aanwezig zijn door problemen op meerdere leefgebieden. De komende periode gaan we de activiteiten in samenhang langs vier sporen organiseren. Centraal in deze aanpak staat de vraag: wat levert de meeste gezondheidswinst op voor de Utrechter? De vier sporen zijn: Gezond meedoen, Gezonde leefstijl, Gezonde leefomgeving en Toegankelijke zorg en ondersteuning. Deze werkwijze vereist gemeenschappelijke visie van en vertrouwen tussen vele publieke en private partners die met elkaar gecoördineerd naar hetzelfde doel werken. De combinatie, tussen wat Utrechters zelf, private partijen, maatschappelijke partners dan wel de lokale overheid oppakken, wordt zo gekozen dat het de Utrechters het meeste gezondheidswinst oplevert. Gemeente stimuleert en faciliteert zo nodig. De rode draad in de aanpak vormt de inzet op de psychosociale gezondheid en mentale fitheid en daarmee het versterken van zelfredzaamheid en mogelijkheden tot participatie in de samenleving. In de wijken/buurten met de grootste gezondheidsachterstanden brengen wij vanuit de gemeente (GG&GD) een integrale en samenhangende aanpak tot stand. Een voorbeeld daarvan is gezonde wijk Overvecht. Op YouTube is daar een impressie van te zien onder de titel Utrecht Gezond! Gezonde wijk Overvecht. Een effectieve aanpak is ook een gebiedsgerichte aanpak, dichtbij en samen met de mensen waar het om gaat en samen met partners in de buurt en de wijk. We maken daarbij gebruik van natuurlijke ingangen als de buurtvereniging, de school, de huisarts en het gezondheidscentrum. De prioriteit van deze Gezonde Wijk aanpak ligt daarbij op de wijken en buurten met de grootste gezondheidsachterstanden. Uit de Volksgezondheidsmonitor Utrecht blijkt dat dit de volgende wijken en buurten zijn: Overvecht, Kanaleneiland en Transwijk, Zuilen-Oost en Ondiep. Continuering van de intensieve aanpak is hier van grote waarde, omdat alleen effect bereikt kan worden door meerjarige inzet. In de rest van de stad is een
23
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
aantal (kleinere) buurten waar in meer of mindere mate eveneens sprake is van gezondheidsachterstanden en risico's: Nieuw Hoograven, Bokkenbuurt (Zuid), Sterrenwijk (Oost), Staatsliedenbuurt (Noordoost), Halve Maan en Nieuw Engeland (West) en bepaalde buurten in Leidsche Rijn en Lunetten (Zuid). Ook hier lijkt een meerjarige en samenhangende aanpak wenselijk. Op basis van nadere inhoudelijke analyse en de meest effectieve inzet van de beschikbare middelen zal hierover voor eind 2011 een definitieve keuze worden gemaakt. Utrechters met gezondheidsachterstanden in deze buurten worden verleid en uitgedaagd met een positieve benadering om een gezondere leefstijl aan te nemen. Gezondheid als iets leuks, iets positiefs. Samen sporten en bewegen stimuleert, samen gezond en betaalbaar koken inspireert én integreert! Met initiatieven in de wijk, cursussen over gezond koken of sportlessen voor basisschool kinderen leren kinderen van jongs af aan over gezond gedrag. Een gezonde leefomgeving nodigt uit tot gezond gedrag en wordt als prettig en sociaal veilig ervaren. Een gezonde en groene leefomgeving draagt bij aan een gezonde leefstijl en aan de psychosociale gezondheid van mensen. Vanuit de gemeente heeft de GG&GD de opdracht om het gezondheidsperspectief actief in te brengen in stedelijke ontwikkelplannen. Binnenstedelijk Bouwen is daarbij een voorbeeld. Voor scholen wordt het gemakkelijker gezondheid te integreren in hun lesprogramma’s doordat wij vanuit de gemeente de (nieuwe) methodiek van de gezonde school gaan hanteren. Deze methodiek zet de vraag en behoefte van de school centraal en de gemeente (GG&GD) stemt haar (bestaande) activiteiten en die van partners op het terrein van gezondheidsbevordering daarop af en biedt activiteiten onderling in samenhang aan. Thema’s voor scholen zijn gezond gewicht, jeugdige mantelzorgers, alcohol- en middelengebruik of seksuele ontwikkeling. Naar het voorbeeld van gezonde wijk Overvecht trekken we in toenemende mate samen op met de gezondheidscentra (geïntegreerde eerstelijnszorg) in de wijken en met onze eigen jeugdgezondheidszorg. Hier wordt met Agis Zorgverzekeringen gewerkt aan goede toegankelijke zorg en ondersteuning met verbinding van zorg, welzijn en preventie als onderdeel van de vier sporen aanpak. Daarnaast start Fit-4-Work begin 2011. Deze pilot is een voorbeeld en eerste uitwerking van de aanpak waarlangs in G4-verband en op landelijk niveau wordt gewerkt aan innovatie en een doorbraak in de aanpak van gezondheidsachterstanden. In het convenant De Verbinding (2009) staan afspraken over gezamenlijke visievorming, innovatieve projecten, uitwisseling van kennis, ervaring en netwerken, agendering bij andere (samenwerkings)partners en het verwerven van aanvullende financieringsbronnen. Utrecht vervult hierin met de andere steden een koplopersrol. Met het spoor toegankelijke zorg en ondersteuning stimuleren we een actief signalerings- en samenwerkingsnetwerk en faciliteren dit indien nodig bij de start. Het gaat om het realiseren van zorg en ondersteuning in de buurt. Als Utrechters hulp nodig hebben dan is snelle en gerichte doorverwijzing naar de juiste (preventieve) zorg en hulpverlening een basisvoorwaarde. Specifieke groeperingen zijn de mantelzorgers en vrijwilligers die de pijlers zijn van het gemeentelijk beleid. Door veranderingen in het zorgstelsel en het belang van behoud van eigen kracht is extra aandacht nodig voor kwetsbare ouderen. Kwetsbaar door hun leeftijd en door een opeenstapeling van problemen op meerdere leefgebieden. We bereiken ouderen via het wijkgezondheidswerk, het welzijns- en ouderenwerk, de huisarts en andere professionals in de wijk, maar ook door de informele netwerken. Al deze partijen leveren hun bijdrage via gerichte cursussen, voorlichting of dagbestedingsactiviteiten. Zij werken daarin steeds meer samen en betrekken ouderen er zelf bij.
24
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
In figuur 4 is aangegeven via welke sporen we de gezondheid, zelfstandigheid en participatie verhogen. Gezondheid hangt, naast eigen aanleg, samen met de sociaal economische positie en met (perspectief op) wonen, leefstijl en werk. Dit is weergegeven in de drie blauwe blokken. Langs vier sporen oefenen we direct of indirect invloed uit op gezondheid. Ieder spoor of thema bestaat uit verschillende activiteiten die de gezondheidsbeschermende factoren vergroten en/of de gezondheidsrisico's beperken. Het gaat hierbij niet alleen om de activiteiten per thema, maar ook en vooral om een samenhangende en integrale aanpak tussen de thema's. Binnen de sporen is er specifieke aandacht voor de groep kwetsbaren, maar de activiteiten dragen bij aan de gezondheid van alle Utrechters. Figuur 4. Aanpak gezondheidsachterstanden
Spoor 1: Gezond meedoen Kaderstellend voor dit spoor is de participatienota van de gemeente Utrecht. Vanuit de portefeuille Volksgezondheid ligt de focus op het bevorderen van de psychosociale gezondheid. Psychosociale gezondheid hangt samen met individuele (fysieke) factoren, factoren in de sociale omgeving van mensen en met factoren in directe fysieke omgeving. Wanneer iemand om weet te gaan met tegenslag, weerbaar is, over goede sociale vaardigheden beschikt, een sociaal vangnet heeft, werk heeft en in een prettige en veilige buurt woont, is de kans groter dat iemand zich mentaal fit voelt. We zien echter ook dat bij sommige mensen, in sommige gezinnen en in sommige wijken en buurten dit niet het geval is en zich een opeenstapeling van problematiek voordoet. Ziekte of problemen van ouders hebben invloed op het welbevinden en de spankracht (ook op latere leeftijd) van hun kinderen. Psychosociale factoren spelen hier vrijwel altijd een rol. Jongeren zijn onze toekomst en jong geleerd is oud gedaan. Binnen dit thema geven wij dan ook extra aandacht aan de jeugd. Fit zijn is essentieel voor de gezonde ontwikkeling van kinderen en jongeren en hun ouders. Een deel van de Utrechtse jeugd groeit op in een gezin of buurt met meerdere risicofactoren, waardoor zij ongezond gedrag aanleren en al vroeg (gezondheids)problemen hebben. Denk aan het groeiend aantal diabetes patiënten bij jongeren. Onze ambitie is om mee te werken jeugdigen een stevige start voor een gezond, weerbaar en stabiel leven te geven. Samen met de jeugdgezondheidszorg en andere partners, waaronder Agis, de verloskundigen en de kraamzorg zorgen we voor een versterking van de zorg voor (aanstaande) ouders en hun kinderen door het verbeteren van de informatieoverdracht en het stimuleren van preconceptie-, perinatale voorlichting.
25
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
Psychosociale gezondheid is de rode draad in het gezondheidsbeleid. De voorgaande jaren is vooral met maatschappelijke partners contact gelegd die zich richten op psychosociale klachten om in beeld te krijgen welke activiteiten er in de stad zijn. De komende jaren intensiveren wij deze contacten en stimuleren en initiëren we activiteiten op dit werkveld. Een nauwe relatie en afstemming met de activiteiten voor het verminderen van sociaal isolement liggen voor de hand. Onze focus ligt vooral op preventie door gezondheidsbeschermende factoren, zoals de weerbaarheid vergroten, toegankelijkheid van opvoedkundige kennis vergroten en het stimuleren van sporten, deelname aan culturele en welzijnsactiviteiten en werken met en in het groen om het sociale netwerk van mensen te versterken. Acties zijn: •
Versterken van psychosociale gezondheid van de Utrechters onder andere door agenderen en
•
Aanpak gezondheidsachterstanden NIEUW;
•
Fit-4-Work NIEUW;
•
Wijkgezondheidswerk met buurtgerichte gezondheidsbevordering;
stimuleren initiatieven op het gebied van e-health;
•
Weerbaarheid: trainingen op scholen met alcoholmodule;
•
Collectieve opvoedingsondersteuning: cursussen en voorlichting.
Spoor 2: Gezonde leefstijl Leefstijl heeft direct invloed op de gezondheid. Een gezonde leefstijl draagt bij aan het verminderen van gezondheidsachterstanden en stimuleert het nemen van initiatief en verantwoordelijkheid. Mensen met meerdere problemen leven veelal bij de dag en hebben weinig belangstelling voor verder weg liggende (gezondheids)doelen. Onze aanpak is gericht op het positieve van gezondheid op de korte termijn met het doel perspectief te bieden en hen te stimuleren en activeren. De aanpak met betrekking tot het bevorderen van een gezonde leefstijl is een combinatie van het verminderen van gezondheidsrisico's, zoals overgewicht en overmatig alcohol- en middelengebruik en het vergroten van vaardigheden als contact leggen en meer bewegen. Een succesvol voorbeeld in Utrecht is het programma Gezond Gewicht. In Overvecht is in vijf jaar tijd het percentage kinderen met overgewicht van 27% naar 20% verminderd. Utrecht is een JOGG-gemeente. JOGG staat voor Jongeren Op Gezond Gewicht. Dit houdt in dat deze brede aanpak in de stad wordt voortgezet. We kiezen voor het aanbrengen van samenhang in één aanpak die langdurig kan worden ingezet. Gezondheidswinst boeken vraagt om een lange adem. Het voorkomen van schadelijk alcohol- en middelengebruik krijgt de komende jaren extra aandacht.. Waar mogelijk wordt aangesloten bij andere leefstijlprojecten en programma's, bijvoorbeeld in het kader van weerbaarheidtrainingen en de Gezonde School. Door in samenhang in te zetten op deze verschillende gebieden, willen we een doorbraak realiseren. Acties zijn: •
Gezond Gewicht: community aanpak gericht op jeugd in Overvecht, Hoograven, Zuilen en Ondiep waar mogelijk ook in andere wijken/buurten;
•
Gezondheidsvoorlichting, afgestemd op de vragen en de achtergrond van de betreffende groep;
•
Gezonde School NIEUW: deze nieuwe werkwijze zet de vraag en behoefte van de school centraal en stemt activiteiten op het terrein van gezondheidsbevordering daarop af en zorgt dat activiteiten onderling in samenhang aangeboden worden
26
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
Spoor 3: Gezonde leefomgeving Een gezonde leefomgeving is niet in alle wijken vanzelfsprekend. Met name in de wijken en buurten met grote gezondheidsachterstanden komen leefbaarheidsproblemen samen en liggen er bij herstructuring kansen om de leefomgeving te verbeteren. Dat draagt bij aan verminderen van de gezondheidsachterstanden in deze wijken. Een gezonde leefomgeving nodigt mensen uit tot een gezonde leefstijl. Het gaat dan om een groene, veilige en kindvriendelijke inrichting, waar het leuk is om te spelen, lopen, fietsen en elkaar te ontmoeten. Een omgeving waar inwoners zich veilig voelen: thuis, in de buurt, maar ook (bij het uitgaan) in het centrum. In de afgelopen periode is bereikt dat gezondheidsaspecten integraal worden meegewogen in bestuurlijke beslissingen bij stedelijke ontwikkelingen. In de komende vier jaar intensiveren we activiteiten die bijdragen aan een gezonde leefomgeving. Wij kijken naar de mogelijkheden voor gezondheidsbevordering bij de inrichting van de openbare ruimte, bijvoorbeeld bij de inrichting van speelstraten in Overvecht, playgrounds, speeltuinen of een beweegtuin voor ouderen. Particuliere initiatieven op het gebied van duurzame voedselproductie, streekproducten en stadslandbouw of voedingsconsumptie als basis voor gezondheid en middel tot participatie in de samenleving worden toegejuicht en gebundeld tot een lokale voedselstrategie. Acties zijn: •
Gezonde fysieke leefomgeving die bijdraagt aan een gezondere leefstijl;
•
Experimenten achterdeur coffeeshops NIEUW: het verminderen van de schade van cannabisgebruik voor de gezondheid, waarmee wij ook willen bijdragen aan het verminderen van de criminaliteit en overlast rond cannabis.
Spoor 4: Toegankelijke zorg en ondersteuning Om te zorgen dat de kwetsbare groep zelfredzaam blijft en zelf het heft in handen houdt of weer kan nemen, is het belangrijk om te investeren in vroegtijdige signalering van problemen, het versterken van de eigen kracht en het waar mogelijk voorkomen van langdurige afhankelijkheid van zorg en ondersteuning. Wij signaleren zelf waar mogelijk vroegtijdig en stimuleren betrokken instanties initiatieven te nemen om vroegtijdig problemen bij mensen te signaleren. De gemeente neemt hierin een faciliterende en zo nodig coördinerende of regisserende rol, zodat er geen gaten vallen en dubbelingen worden voorkomen. We stimuleren dat zorg en ondersteuning in onderlinge samenhang wordt aangeboden en kiezen zelf vanuit de overheid de schaal waarop wij willen opereren. Voldoende en toegankelijke voorzieningen in de buurt voor iedereen die het nodig heeft, is voor ons de basis. We werken vraaggericht. Als Utrechters hulp nodig hebben, dan is snelle en gerichte doorverwijzing naar de juiste preventieve zorg en ondersteuning een basisvoorwaarde. Goede samenwerking tussen professionals in de buurt is daarvoor nodig. We stimuleren een actief signalerings- en samenwerkingsnetwerk en faciliteren dit indien nodig bij de start. Aandacht is er voor ouderen. Sinds 1 juli 2010 is de gemeente verantwoordelijk voor de uitvoering van de (preventieve) ouderengezondheidszorg voor ouderen vanaf 65 jaar. Samen met ouderenorganisaties, zorgaanbieders, welzijnsorganisaties geven we uitvoering aan die taak, zodat ouderen kunnen rekenen op toegankelijke zorgvoorzieningen en ondersteuning indien nodig. Voor de jeugd is vanuit de Centra voor jeugd en gezin de jeugdgezondheidszorg actief om er als eerste voor te zorgen dat kinderen en jongeren niet onnodig in de jeugdzorgketen terecht komen. De jeugdigen
27
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
die dat nodig hebben worden actief begeleid naar hulp en zorg. Jeugdadviesteams ondernemen verdere actie in complexere situaties waar zorgprofessionals zelf niet uitkomen om stagnatie te voorkomen en knopen op te lossen. Als dit niet tot een oplossing leidt, kan de jeugdregisseur (directeur GG&GD) in de top van de escalatieladder de knoop (laten) doorhakken. Het doel: één gezin, één plan. Voor de ambulante en geïndiceerde zorg en hulpverlening aan jeugdigen is de gemeente (portefeuille jeugd) een apart traject gestart, geleid door de diensten DMO en GG&GD om na de verwachte stelselherziening de jeugdhulpverlening sneller en slimmer te organiseren. Acties zijn: •
Veranderingen in het zorgstelsel NIEUW: treffen van compenserende maatregelen voor de versoberingen in het zorgstelsel (AWBZ en ZVW);
•
Gezonde wijk en geïntegreerde eerstelijnszorg in de wijk: samenwerking met eerstelijnszorg, welzijn en preventie naar het voorbeeld van Gezonde wijk Overvecht. Continuering en uitbreiding van de aanpak naar andere wijken in samenwerking met de eerstelijnszorg, Agis en de wijkpartijen waaronder welzijn;
•
Mantelzorgondersteuning: voorkomen van overbelasting en behoud van inzet in de informele zorg;
•
Signaleringsstructuur en ketenzorg voor alcohol en middelen: afspraken met professionals in stad/wijken over monitoren en signaleren problematisch alcohol- en/of middelengebruik en toeleiding naar hulp;
•
Jeugdadviesteams.
Prestatie indicatoren kwetsbare Utrechters
Waarde 2010
Streefwaarde 2014
Aantal aandachtswijken/buurten waar sprake is van een gebiedgerichte aanpak Gezonde Wijk. Percentage deelnemers aan Fit-4-Work waarbij (naar
1
4
n.v.t*.
70%
500
500
46
50
97
100
1
4
338
340
n.v.t.*
4
n.v.t.***
Gesloten keten
vermogen) duurzame uitstroom naar een reguliere arbeidsorganisatie is gerealiseerd. Aantal bereikte inwoners van het wijkgezondheidswerk per wijk waar het wijkgezondheidswerk actief is**. Aantal weerbaarheidstrainingen per jaar met onderwerpen als pesten, alchol, (homo)seksualiteit, kindermishandeling op scholen in het primair onderwijs. Aantal groepsbijeenkomsten per jaar over opvoedingsondersteuning. Aantal aandachtswijken/buurten waar een community aanpak volgens de JOGG-uitgangspunten is gerealiseerd (Jongeren op Gezond Gewicht). Aantal groepsbijeenkomsten per jaar over gezondheid en leefstijl. Aantal afgeronde leertrajecten Gezonde School in het Utrechtse Onderwijs (2 x basisonderwijs en 2x voortgezet onderwijs). Monitoren en signaleren problematisch alcohol- en/of middelengebruik en toeleiding.
* Start in 2011. ** Wijkgezondheidswerk in 2011 in vijf wijken actief. Waarde 2010 excl. extra bereik door WAP middelen. *** Onderzoek naar ketensamenwerking is in 2010 afgerond.
28
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
3.3 Zeer kwetsbare Utrechters: tijdelijke intensieve acties Wat willen we bereiken? De categorie zeer kwetsbare Utrechters verkleinen en voorkomen dat Utrechters in de alarmerende categorie zeer kwetsbaren terecht komen.
Wat gaan we daarvoor doen? Voortzetten en voortbouwen op bestaand beleid gericht op preventie en duurzaam herstel uitgaande van participatie en eigen kracht van betrokkenen.
Wat gaan we daarvoor doen? In de stad Utrecht is sprake van een kleine groep mensen, waarvoor intensievere zorg en ondersteuning nodig is. Daar waar mogelijk is die tijdelijk van aard, altijd gericht op het bereiken van meer zelfstandigheid en eigen kracht. Als lokale overheid blijven we er zijn voor deze categorie Utrechters met problemen op zeven of meer leefgebieden. De afgelopen jaren is samen met Agis Zorgkantoor en de maatschappelijke partners met veel succes de meest kwetsbaren in deze rode groep, de langdurig dak- en thuislozen, onder dak gebracht en voorzien van individuele zorgtrajecten. Deze intensieve aanpak gericht op toegang tot zorg, wordt nu omgebogen naar voorkomen van dakloosheid en behoud van herstel. De situatie voor deze mensen gaat naar een ‘normale’ situatie. Zij onderscheiden zich niet meer van de andere zeer kwetsbare Utrechters. Deze ombuiging betekent een andere opgave voor de gemeente Utrecht en andere betrokken partijen in de stad. De focus op dakloosheid wordt verlaten en we richten ons nu op is nu voor de totale groep zeer kwetsbaren. Deze aanpak wordt voorbereid door de gemeente Utrecht (diensten DMO en GG&GD), waarbij wordt behouden wat is opgebouwd en gezocht wordt naar synergie.. Meer dan voorheen worden deze mensen gestimuleerd via (tijdelijke) ondersteuning naar een vorm van participatie. Bijvoorbeeld naar het volgen van een opleiding, vrijwilligerswerk of het doen van betaald werk. Deze toeleiding naar betaald of onbetaald werk is primair de verantwoordelijkheid van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Vanuit volksgezondheid is de focus gericht op het monitoren van de gezondheid van deze groep en het adviseren over effectieve interventies. Mochten er vragen zijn die vanuit volksgezondheid kunnen worden aangepakt, dan maken we daar concrete afspraken over. Voor Utrechters die op alle leefgebieden problemen hebben en geen uitweg meer kunnen vinden, voert de GG&GD de wettelijke vangnettaken uit, zoals de sociaal medische zorg voor dak- en thuislozen en de aanpak van woonhygiënische problematiek. We zetten in op blijvend herstel door te bevorderen dat mensen die van de opvang gebruik maken zelfstandig gaan wonen en door re-integratie en participatie in de wijk. Naast herstel is er ook aandacht voor preventie. De aanpak Voorkomen huisuitzetting!, Woonoverlast en Stille problematiek dragen bij aan het voorkomen van dak-en thuisloosheid. De komende periode is extra aandacht voor jongeren. In de aanpak zwerfjongeren, die buiten het kader van deze volksgezondheidsnota valt, wordt dit thema en de inzet vanuit de lokale overheid verder uitgewerkt. Daarnaast worden zeer kwetsbare Utrechters geactiveerd te sporten en te bewegen, bijvoorbeeld door deelname aan het speciale voetbalteam met dak- en thuislozen. Gezien de afnemende tolerantie in de stad voor mensen met onaangepast gedrag is het actieplan Wonen opgesteld. Dit plan wordt als Binnenplaats 2 door StadsOntwikkeling ten uitvoer gebracht. De gemeente blijft vanuit haar maatschappelijke zorgplicht een vangnetfunctie vervullen. Verder continueert de gemeente de heroïnekliniek. Ook Voorzorg is een voorbeeld van het uitvoeren van de collectieve preventieve taak van de GG&GD. Door (aanstaande) moeders met omvangrijke en complexe problemen snel hulp te bieden wordt bijgedragen
29
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
aan een betere startpositie van hun kind. Zeer kwetsbaar zijn ook prostituees, vluchtelingen en asielzoekers. Voor prostituees zetten we in op medische hulp en zorg dichtbij via Huiskamer Aanloop Punten op het Zandpad en de Europalaan en ondersteuning als zij uit de prostitutie willen stappen. We reguleren de straatprostitutie en werken mee aan de registratie van prostituees aan het Zandpad in het kader van aanpak mensenhandel. Onze wettelijke taak Publieke Gezondheidszorg voor Asielzoekers laten we uitvoeren door de GGD Midden Nederland. Acties zijn: •
Sociaal medische zorg voor dak- en thuislozen
•
Woonhygiëne problematiek;
•
Bijdrage GG&GD aan prostitutiebeleid;
•
Voorzorg NIEUW.
Prestatieindicatoren zeer kwetsbare kwetsbare Utrechters
Waarde 2010
Streefwaarde Streefwaarde 2014
Aantal verleende vergunningen voor de tippelzone aan de Europalaan
150
Maximaal 150
n.v.t*.
700
50
50
voltooit
12
12
Aantal vrouwen dat het traject VoorZorg start
13
24
n.v.t.**
50%
Aantal geregistreerde raamprostituees Aantal trajecten gericht op uitstap (van prostitutie) Percentage prostituees dat het uitstaptraject succesvol
Percentage vrouwen dat het traject VoorZorg voltooit
*Registratie raamprostitutie start in 2011. ** Het tweeenhalfjaar durende traject is in 2009 gestart. Eerste lichting kan in 2011 het traject voltooien.
30
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
4. Financiën De eerste paragraaf beschrijft de financiële vertaling van de nota Volksgezondheid op hoofdlijnen. Daarna wordt dat beeld per doelgroep, alle Utrechters, kwetsbare Utrechters en zeer kwetsbare Utrechters, gespecificeerd. Per activiteit zijn de daarbij begrote lasten opgenomen. De begrote lasten zijn opgebouwd uit de lasten van de programmabegroting volksgezondheid en de beschikbare middelen van buiten de programmabegroting volksgezondheid. Onder de totaaltelling van de activiteiten is elke keer een uitsplitsing opgenomen van de begrote lasten naar de verschillende financieringsbronnen.
Hoofdlijnen De tabellen in dit hoofdstuk zijn opgebouwd uit twee delen. Het eerste deel bestaat uit de vertaling van de programmabegroting 2011 naar de nota Volksgezondheid. Daarin zijn voor wat betreft de middelen van het plan van aanpak Maatschappelijke Opvang alleen de volksgezondheidsactiviteiten opgenomen. Het tweede deel bestaat uit de weergave van de beschikbare gelden die buiten de programmabegroting vallen. Deze beschikbare gelden buiten de programmabegroting volksgezondheid bestaan uit bijdragen uit programma jeugd, welzijn en onderwijs, extern aangetrokken gelden voor projecten waarvoor de gemeente verantwoording draagt en de wijk actieplan (WAP) gelden. De financiële middelen en uitvoering van de Wet publieke gezondheid met betrekking tot asielzoekers zijn ondergebracht bij de GGD Midden Nederland. Nota volksgez volksgezondheid gezondheid Alle Utrechters
2011
2012
2013
2014
23.606
23.167
22.876
22.841
Kwetsbare Utrechters
7.713
6.671
6.670
6.670
Zeer kwetsbare Utrechters
2.025
1.960
1.960
1.960
33.344
31.798
31.506
31.471
17.992
17.924
17.871
17.871
9.851
9.781
9.781
9.781
218
-
-
-
2.783
2.783
2.783
2.783
Totaal nota volksgezondheid volksgezondheid GG&GD Totaal lasten nota volksgezondheid Programmabegroting Concernbijdrage Baten Onttrekking reserve Overige beschikbare gelden Bijdrage uit programma jeugd Bijdrage uit programma onderwijs
103
-
-
-
Bijdrage uit programma veiligheid
38
45
45
45
Bijdrage uit programma welzijn
951
951
951
951
Externe financiering
897
314
75
40
WAP gelden
511
Nb
Nb
Nb
Bedragen in € 1.000
31
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
Alle Utrechters In de volgende tabel zijn de activiteiten van de doelgroep alle Utrechters van de nota Volksgezondheid opgenomen. Naast de activiteiten uit het actieprogramma zijn de onderdelen Algemeen en Volksgezondheidbeleid in de onderstaande tabel opgenomen. Onder deze activiteiten vallen GG&GDbrede ondersteunende taken. 1.1 Bewaken en beschermen Algemeen (incl. projectafwikkeling)
2011
2012
2013
2014
507
576
582
530
Epidemiologie: gezondheidsinformatie en onderzoek
952
971
680
732
Forensische geneeskunde
148
148
148
148
Gezonde leefomgeving
305
305
305
305
2.412
2.294
2.294
2.259
Infectieziektebestrijding, reizigerszorg en technische hygiënezorg Informatie en advies over opvoeden en opgroeien* Inspectie kindercentra Jeugdgezondheidszorg 0 t/m 18 jaar
-
-
-
-
864
864
864
864
10.316
10.035
10.032
10.032
Licht pedagogische hulpverlening
1.002
1.002
1.002
1.002
Preventieactiviteiten alcohol en middelen
2.089
2.089
2.088
2.088
Seksuele gezondheid
1.928
1.830
1.830
1.830
Tuberculosebestrijding
1.909
1.909
1.909
1.909
Volksgezondheidbeleid
674
643
642
642
Vroegsignalering: Samen starten Totaal Alle Utrechters
500
500
500
500
23.606
23.166
22.876
22.841
Totaal lasten
23.606
23.166
22.876
22.841
Concernbijdrage
11.900
11.977
11.926
11.926
9.573
9.573
9.573
9.573
218
-
-
-
Baten Onttrekking reserve Bijdrage uit programma jeugd
1.302
1.302
1.302
1.302
Bijdrage uit programma onderwijs
103
-
-
-
Externe financiering
510
314
75
40
Bedragen in € 1.000 * valt onder uitvoering programma jeugd
Kwetsbare Utrechters In het volgende overzicht zijn de activiteiten van de doelgroep kwetsbare Utrechters van de nota Volksgezondheid opgenomen. Langs de vier sporen , Gezond meedoen, Gezonde leefstijl, Gezonde leefomgeving en Toegankelijke zorg en ondersteuning, worden de financiële ontwikkelingen weergegeven. Gezonde leefstijl: de daling van de lasten van gezond gewicht ontstaat door het afronden van het project overbruggingsprotocol dat gefinancierd is door Agis en het vervallen van de WAP-gelden vanuit de wijken voor deze activiteiten. Voedselstrategie: de eigen bijdrage van 0,05 miljoen van de GG&GD aan dit project is opgenomen onder Gezonde leefomgeving in de begroting.
32
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
2.1 Bevorderen: Gezond ezond meedoen Coördinatie aanpak gezondheidsachterstanden Opvoedingsondersteuning, collectief Participatie Fit-4-work
2011
2012
2013
2014
25
25
25
25
322
184
184
184
13
13
13
13
Versterken van de psychosociale gezondheid
445
444
444
444
Weerbaarheid
321
269
269
269
Wijkgezondheidswerk
714
609
609
609
1.840
1.544
1.544
1.544
1.320
623
623
623
Totaal 2.1 Gezond meedoen 2.2 Bevorderen: Gezonde leefstijl Gezond gewicht Gezonde School
84
84
84
84
Gezondheidsvoorlichting
248
248
248
248
Totaal 2.2 Gezonde leefstijl
1.652
955
955
955
83
83
83
83
2.3 Bevorderen: Gezonde leefomgeving Gezonde fysieke leefomgeving Experiment achterdeur coffeeshops Totaal 2.3 Gezonde leefomgeving
17
17
17
17
100
100
100
100
2.4 Bevorderen: Toegankelijke zorg en ondersteuning Gezonde wijk en geïntegreerde eerstelijnszorg in de wijk Jeugd advies teams Mantelzorgondersteuning
667
617
617
617
1.531
1.531
1.531
1.531
785
785
785
785
1.138
1.138
1.138
1.138
-
-
-
-
4.121
4.071
4.071
4.071
Signaleringstructuur en ketenzorg voor alcohol en middelen Veranderingen in het zorgstelsel Totaal 2.4 Toegankelijke zorg en ondersteuning Totaal kwetsbare Utrechters
7.713 7.713
6.671
6.670
6.670
Totaal lasten
7.713
6.671
6.670
6.670
Concernbijdrage
4.275
4.130
4.130
4.130
108
108
108
108
Baten Bijdrage uit programma jeugd
1.481
1.481
1.481
1.481
Bijdrage uit programma welzijn
951
951
951
951
Externe financiering
387
-
-
-
WAP gelden
511
Nb
Nb
Nb
Bedragen in € 1.000
33
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
Zeer kwetsbare Utrechters In de volgende tabel zijn de activiteiten gericht op de doelgroep zeer kwetsbare Utrechters opgenomen. De eerste vier activiteiten worden gerekend tot werkzaamheden vanuit specifiek volksgezondheidsperspectief waarbij de eerste twee daarvan worden gefinancierd vanuit Plan van aanpak Maatschappelijke Opvang middelen. Daarnaast zijn de overige middelen Plan van aanpak Maatschappelijke Opvang opgenomen. Deze middelen worden ingezet voor de nog door te ontwikkelen aanpak zeer sociaal kwetsbaren (niet specifiek volksgezondheidsnota beleid). 3.1 Zeer kwetsbare Utrechters
2011
2012
2013
2014
Sociaal medische zorg voor dak en thuislozen
724
724
724
724
Woonhygiëne problematiek
179
177
177
177
1.046
983
983
983
76
76
76
76
2.025
1.960
1.960
1.960
Prostitutiebeleid Voorzorg Totaal zeer kwetsbare Utrechters, nota volksgezondheid Plan van aanpak MO, niet nota volksgezondheid *
18.729
19.041
14.738
14.738
Totaal zeer kwetsbare Utrechters
20.754
21.001
16.698
16.698 16.698
Totaal lasten
20.754
21.001
16.698
16.698
Concernbijdrage
16.078
16.319
15.016
15.016
1.707
1.637
1.637
1.637
Baten Bijdrage uit programma veiligheid Onttrekking reserve WAP gelden
38
45
45
45
2.931
3.000
-
-
Nb
Nb
Nb
Nb
Bedragen in € 1.000 *) Wordt betrokken in vervolg traject zeer sociaal kwetsbaren (DMO en GG&GD).
Samenwerking met partners In de financiële paragraaf zijn alleen de budgetten opgenomen waar de GG&GD direct verantwoordelijk voor is. Naast deze budgetten investeren andere gemeentelijke diensten en partners van de gemeente in diverse activiteiten in de stad, voor het bereiken van de gezamenlijke ambities. Deze middelen staan niet op de begroting van de GG&GD, maar op de begroting van deze samenwerkingspartners. In de begroting van de GG&GD zijn wel de kosten voor coördinatie en organisatie opgenomen. Dit geldt ondermeer voor de participatie in Fit-4-work en coördinatie aanpak gezondheidsachterstanden.
34
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
5. Bijlagen 5.1 Actieprogramma
37
5.2 Evaluatie nota volksgezondheid 2007-2010
59
5.3 Projectsamenwerking per partner
66
5.4 Wettelijk kader
70
5.5 Ontvangen adviezen
74
5.6 Afkortingen en begrippen
75
35
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
36
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
5.1 Actieprogramma De realisatie van het volksgezondheidsbeleid vindt plaats door de gemeente in nauwe samenwerking met de partijen in de stad en de inwoners zelf. Binnen de gemeente heeft de GG&GD hierin een belangrijke rol. Dat is de reden dat in dit hoofdstuk specifiek ingegaan wordt op de inspanningen van de GG&GD in het bereiken van onze gemeentelijke doelen. De acties worden beschreven per categorie, alle Utrechters, kwetsbare Utrechters of zeer kwetsbare Utrechters. Per programma en project staat beschreven wat het doel is voor de komende vier jaar en hoe we dat willen bereiken.
5.1.1 Alle Utrechters: bewaken en beschermen gezondheid Wat willen we bereiken? Bijdragen aan een gezonde, sociale en actieve stad.
Wat gaan we daarvoor doen? Bewaken, beschermen en bevorderen de gezondheid van alle Utrechters. Acties zijn: 1.
Epidemiologie: gezondheidsinformatie en onderzoek;
2.
Forensische geneeskunde: uitvoeren van de gemeentelijke lijkschouwerstaak;
3.
Infectieziektebestrijding, reizigerszorg en technische hygïënezorg;
4.
Tuberculosebestrijding;
5.
Seksuele gezondheid: beschermen en bevorderen van seksuele gezondheid (inclusief curatieve soa-bestrijding);
6.
Gezonde leefomgeving: beschermen tegen schadelijke invloeden uit de leefomgeving en het zorgen voor een fysieke leefomgeving die een gezonde leefstijl bevordert;
7.
Inspectie kindercentra;
8.
Informatie en advies over opvoeden en opgroeien;
9.
Jeugdgezondheidszorg 0 t/m 18 jaar: uitvoeren van preventieve gezondheidsonderzoeken en rijksvaccinatieprogramma voor de jeugd;
10. Licht pedagogische hulpverlening; 11. Vroegsignalering: Samen starten, realiseren van steun voor ouders die problemen ervaren bij de opvoeding van hun pasgeboren kind 12. Preventieactiviteiten alcohol en middelen, gericht op jongeren en hun ouders
1. Epidemiologie: gezondheidsinformatie en onderzoek Wat willen wij bereiken over vier jaar? De GG&GD geeft op basis van bestaande gegevensbronnen inzicht in de gezondheidstoestand van de bevolking. De Volksgezondheidsmonitor Utrecht (VMU) wordt eens in de vier jaar uitgebracht. De VMU geeft inzicht in de gezondheidstoestand van de Utrechter en trends daarin. Voor het afleggen van rekenschap over inzet van publieke middelen vindt evaluatief onderzoek van beleid en interventies plaats.
37
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
Wat gaan we daarvoor doen? De GG&GD levert informatie en advies voor de ontwikkeling, uitvoering en evaluatie van het gemeentelijke gezondheidsbeleid door: •
Monitoring. Het onderzoeken van de gezondheidstoestand van de Utrechtse bevolking door onder andere enquêteonderzoeken. Dat gebeurt door middel van de inzet van gebruikelijke onderzoeksinstrumenten, maar ook aan meer specifiek gezondheidsonderzoek wordt invulling gegeven als daartoe aanleiding is, bijvoorbeeld na een ramp of crisis.
•
Interventieonderzoek. We voeren interventieonderzoek uit om keuzes voor specifieke interventies en doelgroepen te onderbouwen en om zicht te krijgen op het effect van uitgevoerde interventies.
•
Advisering. We adviseren gevraagd en ongevraagd bijvoorbeeld over het opzetten van registraties, de wenselijkheid en mogelijkheid van onderzoek, samenwerking met universiteiten, nieuw te verwachten trends en prestatie-indicatoren.
•
Acquisitie. Acquisitie van nieuw onderzoek is nodig omdat de structurele middelen niet voldoende zijn om te voldoen aan de informatiebehoefte. Zowel voor monitoring als interventieonderzoek moeten aanvullende middelen gezocht worden.
•
Kwaliteitsborging door samenwerkingsverbanden met universiteiten, zowel groot en structureel (OGGZ, Urban Health en Jeugd) als in kortlopende projectmatige activiteiten.
2. Forensische geneeskunde Wat willen wij bereiken over vier jaar? Het op verzoek onderzoeken van alle gemelde niet-natuurlijke overlijdensgevallen door het schouwen van lichamen, waarbij de melder en/of behandelaar geen verklaring kan/mag afgeven van natuurlijk overlijden.
Wat gaan we daarvoor doen? Als de behandelend arts niet overtuigd is van een natuurlijke dood mag hij geen verklaring van overlijden afgeven en hoort de gemeentelijk lijkschouwer direct ingeschakeld te worden. Is daar sprake van bij een minderjarige, dan kan een nader onderzoek naar de doodsoorzaak gaan plaatsvinden en start de zogenaamde NODO-procedure (Nader Onderzoek DoodsOorzaak). Wanneer de uitkomst van deze procedure is dat er sprake is van een niet-natuurlijke dood, dan wordt het Openbaar Ministerie hiervan in kennis gesteld. De NODO-procedure zal in de komende periode van start gaan. Drie GG&GD-artsen zijn gemeentelijk lijkschouwer en werken vanuit een regionale pool lijkschouwers voor alle gemeenten in de provincie Utrecht.
3. Infectieziektebestrijding, reizigerszorg en technische hygiënezorg Wat willen wij bereiken over vier jaar? Besmettingen met infectieziekten zijn voorkomen of in ieder geval zo snel mogelijk opgespoord om verdere verspreiding te voorkomen. Er is specifieke aandacht voor zoönosen en verdere verspreiding van multiresistente micro-organismen is voorkomen. De GG&GD is aanspreekpunt voor vragen over infectieziekten bij een individuele patiënt of bij een infectieziekte-uitbraak. De GG&GD beschikt over voldoende personeel met actuele kennis en vaardigheden om bij een infectieziekte-uitbraak snel en gericht te handelen.
Wat gaan we daarvoor doen? Infectieziektebestrijding en technische hygiënezorg zijn wettelijke taken, die volgens landelijk vastgestelde richtlijnen worden uitgevoerd. De taken bestaan uit negen deeltaken: surveillance,
38
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
verwerken van meldingen, beleidsadvisering, preventie, bron- en contactopsporing, regie en netwerk, vangnet, uitbraakmanagement en onderzoek. Op deze taken werken GG&GD Utrecht en GGD Midden Nederland samen. Uit de afgelopen jaren blijkt dat op het terrein van infectieziektebestrijding vaker acties nodig zijn. Daarom worden de activiteiten van de afgelopen jaren voortgezet en is in 2010 de infectieziektebestrijding op een basisniveau gebracht. Hierbij ligt de nadruk op: •
Preventie. Om infectieziekten te voorkomen, adviseren we over hygiëne en infectieziektepreventie bij grote evenementen en bij risico-instellingen. Ook het algemeen publiek adviseren we over maatregelen gericht op infectiepreventie. Daarnaast is aandacht voor specifieke risicogroepen, bijvoorbeeld mensen met een hoog risico op hepatitis C en risico-instellingen, zoals dak- en thuislozenopvang en scholen.
•
Bron- en contactopsporing. De komende jaren werken we aan efficiëntere (kortere) zorgketens. We willen inwoners gerichter doorverwijzen om een infectieziekte sneller en effectiever op te sporen en te behandelen.
•
Uitbraakmanagement. Verbeteren van kennis en vaardigheden op het terrein van uitbraakmanagement. Naast draaiboeken en opschalingsplannen, is een goede en actieve relatie met zorgpartners van belang. Hierbij is het GGD rampenopvangplan ondersteunend.
Daarnaast voeren we activiteiten uit op het terrein van reizigerszorg. Bij deze activiteit streven we er naar dat zoveel mogelijk reizigers goed voorgelicht en beschermd (gevaccineerd) op reis kunnen gaan. Deze zorg wordt gefinancierd uit de betalingen van klanten en is een kostendekkende activiteit. Reizigerszorg is voor ons een basisvoorziening. Het bieden van deze reizigerszorg draagt namelijk bij aan het op peil houden van basiskennis van de GG&GD. Daardoor kunnen wij in het geval van een infectieziekte-uitbraak adequaat handelen omdat we uitvoeringscapaciteit met voldoende basiskennis hebben. Reizigerszorg omvat verschillende activiteiten. Utrechters krijgen in een consult informatie over gezond blijven op reis en kunnen vaccinaties krijgen tegen infectieziekten. Daarnaast is er actuele informatie via internet beschikbaar en worden korte praktische vragen via de telefoon beantwoord. Van deze diensten kunnen alle Utrechters gebruik maken. Er zijn ook afspraken met bedrijven van wie de werknemers tegen gezondheidsrisico's beschermd moeten worden door vaccinaties. Tot slot probeert de GG&GD in samenwerking met anderen, Utrechters te bereiken die zich niet bewust zijn van de risico's voor gezondheid op reis en daardoor kwetsbaar zijn.
4. Tuberculosebestrijding Wat willen wij bereiken over vier jaar? Besmettingen met tuberculose (tbc) zijn voorkomen of in ieder geval zo snel mogelijk opgespoord om verdere verspreiding te voorkomen. Het aantal tbc-patiënten5 is minimaal gelijk of lager aan 2010 in de provincie Utrecht. Resistentie tegen gangbare medicijnen is zo veel mogelijk voorkomen. In 2014 is de tbc-bestrijding toekomstbestendig georganiseerd en wordt optimaal gebruik gemaakt van de beschikbare middelen en expertise.
Wat gaan we daarvoor doen? De tbc-bestrijding is een wettelijke taak, die volgens landelijk vastgestelde richtlijnen wordt uitgevoerd en uit negen deeltaken bestaat. Die deeltaken zijn, net als bij infectieziektebestrijding: surveillance, verwerken van meldingen, beleidsadvisering, preventie en behandeling en begeleiding, bron- en
5
deels bepaald door goede tbc bestrijding, maar ook in belangrijke mate door mondiaal verkeer van
mensen vanuit landen waar tbc nog veel voorkomt.
39
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
contactopsporing, regie en netwerk, vangnet, uitbraakmanagement en onderzoek. De GG&GD voert deze taken uit voor alle gemeenten van de provincie Utrecht. De nadruk ligt op: •
Preventie. Vaccineren en screenen van specifieke risicogroepen, zoals: kinderen van migranten, reizigers, dak- en thuislozen, verslaafden, prostituees, asielzoekers/immigranten en gedetineerden.
•
Bron- en contactopsporing. We brengen volgens een protocol rondom een tbc-patiënt contacten en relaties in kaart om mogelijke besmettingen op te sporen en zo snel mogelijk te behandelen. Indien nodig adviseren we over te nemen maatregelen om verdere verspreiding te voorkomen. Bij een tbc-uitbraak is het GGD rampenopvangplan ondersteunend.
•
Behandeling en begeleiding. De GG&GD behandelt ook tbc-patiënten. Patiënten worden hierbij intensief begeleid door bijvoorbeeld huisbezoek en ondersteuning bij het volgen van de behandeling. Zo wordt therapietrouw bevorderd om resistentie tegen gangbare medicijnen zoveel mogelijk te voorkomen.
Door de verminderde inkomsten van betaalde taken, stijging van de uitgaven en de stabilisering in het aantal tbc-patiënten komt de uitvoering van de tbc bestrijding onder druk te staan. Daarmee wordt ook de kennis en expertise van de GG&GD op het gebied van de tbc-bestrijding kwetsbaar. Daarom vindt er in 2010/2011 een heroriëntatieproces plaats op regionaal en op landelijk niveau. Het is mogelijk dat activiteiten de komende jaren anders uitgevoerd of anders belegd gaan worden. Hierbij is het uitgangspunt: een toereikende koppeling tussen preventieve en curatieve taken en het borgen van tbc-expertise.
5. Seksuele gezondheid Wat willen wij bereiken over vier jaar? Bij de Utrechtse jeugd en bij mensen uit risicogroepen zijn kennis, vaardigheden en gedrag op het gebied van relaties en seksualiteit verbeterd. Besmetting met een seksueel overdraagbare aandoening (soa) is voorkomen of een soa is zo snel mogelijk opgespoord, om verdere verspreiding te voorkomen. Dit draagt bij aan een gezondere seksuele ontwikkeling: minder seksuele dwang, minder schooluitval door onbedoelde zwangerschap, vermindering van soa, vermindering van taboe op seksualiteit en verbeterde acceptatie van homoseksualiteit. Voor de Utrechter en professional is de GG&GD een vanzelfsprekende autoriteit op het terrein van seksuele gezondheid en soa.
Wat gaan we daarvoor doen? De activiteiten vallen in hoofdzaak uiteen in het bevorderen van seksuele gezondheid door informatie, advies en groepsvoorlichting en het beschermen van de seksuele gezondheid door soapreventieactiviteiten en curatie. Kinderen en jongeren zijn een belangrijke doelgroep. In verschillende leeftijdsfasen van de Utrechtse jeugd is consequent en adequaat aandacht voor hun relationele en seksuele ontwikkeling en veilig seksueel gedrag. De GG&GD biedt verschillende interventies in samenhang aan om een gezonde seksuele ontwikkeling te ondersteunen. •
Voorlichting over relaties en seksualiteit op basisscholen in de week van de lentekriebels.
•
Weerbaarheidtraining voor jongeren op basisscholen en op voortgezet onderwijs.
•
Training van docenten in de lessenserie Relationele en Seksuele Vorming voor zowel het
•
Verzorgen van voorlichtingen soa-preventie op het middelbaar beroepsonderwijs; deels in
basisonderwijs als het voortgezet onderwijs. combinatie met lessen waarin de nadruk meer ligt op eigen wensen en grenzen. De activiteiten worden zoveel mogelijk in samenhang met activiteiten over alcohol- en middelengebruik aangeboden, omdat er een verband is tussen alcohol- en middelengebruik en onveilig seksueel gedrag. Daarnaast voert de GG&GD het programma Sense uit voor alle gemeenten in
40
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
de provincie Utrecht; de GG&GD Utrecht heeft hierin een coördinerende rol. Op spreekuren maar ook via online hulpverlening6 kunnen jongeren daar terecht voor informatie en advies. Ook is er in het preventief gezondheidsonderzoek door de jeugdgezondheidszorg aandacht voor seksualiteit. Soa-bestrijding is een wettelijke taak en richt zich op risicogroepen. Dit zijn vooral: mannen die seks hebben met mannen (MSM), prostituees, prostituanten en migranten. De voorlichtingsactiviteiten voor prostituees/prostituanten en MSM zetten we de komende jaren voort. Aan deze twee risicogroepen bieden we gratis hepatitis B vaccinaties aan. De doelgroep MSM wordt succesvol bereikt door online interventies. Ook de voorlichtingsactiviteiten gericht op preventie van soa bij allochtonen worden dankzij rijksmiddelen voortgezet. Genoemde groepen zijn ook de belangrijkste doelgroepen in de curatieve soa-zorg, die wordt uitgevoerd in samenwerking met het UMC. Voor de curatieve soa-zorg heeft de GG&GD een regionale coördinerende rol voor alle gemeenten in de provincie Utrecht.
6. Gezonde leefomgeving Wat willen wij bereiken over vier jaar? De gezondheid van de Utrechters is positief beïnvloed door verbeteringen van de leefomgeving. In- en externe partners hebben de GG&GD op het netvlies als adviseur voor een gezonde leefomgeving en ze kennen de onafhankelijke rol en verantwoordelijkheid van de GG&GD op dit gebied. Bij ruimtelijke ontwikkelingen en daarmee samenhangende bestuursbesluiten wordt rekening gehouden met de beschermende en bevorderende gezondheidseffecten. Andere partijen consulteren de GG&GD vroegtijdig voor gezondheidsadvies7.
Wat gaan we daarvoor doen? We beschermen Utrechters zoveel mogelijk tegen schadelijke invloeden uit de leefomgeving door actief te reageren op basis van signalen. Daarnaast zorgen we voor een fysieke leefomgeving die een gezonde leefstijl bevordert. De gemeente Utrecht heeft een bewakende en beschermende taak en richt zich op de relatie tussen milieu en gezondheid. Er zijn vijf deeltaken: signaleren, beleidsadvisering, het beantwoorden van vragen, voorlichting ter preventie en advisering bij milieu-incidenten. Voor dit laatste is het GGD Rampen Opvang Plan ondersteunend. De komende jaren ligt de nadruk op: •
Versterken van de samenwerking met Stadsontwikkeling waarbij de GG&GD optreedt als kennismakelaar en de verbinding legt tussen de vraagsteller, zoals scholen, kinderdagverblijven of inwoners, en diegene die antwoord kan geven.
•
Verkeer en de daarmee samenhangende geluids- en luchtkwaliteit. Ondersteunen bij het opzetten van het meetnet luchtkwaliteit en het monitoren en interpreteren van de meetresultaten.
•
Wonen en (ge)bouwen. Scholen krijgen voorlichting over een gezond binnenmilieu; de aanpak Gezonde School is het kader. Verder intensiveren we de samenwerking met woningbouwcorporaties, huurdersverenigingen en verenigingen van eigenaren, met als doel hen een belangrijke rol te laten spelen in de voorlichting over een gezond binnenmilieu aan bewoners.
6
www.sense.info
7
Collegebesluit Advisering Gezonde leefomgeving, 16 februari 2010.
41
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
7. Inspectie kindercentra Wat willen wij bereiken over vier jaar? De gemeente heeft de kwaliteit van de kinderopvang in Utrecht behouden en waar mogelijk verbeterd door toezicht en handhaving en het naleven van regels te bevorderen. Utrechtse ouders kunnen erop vertrouwen dat de kwaliteit van de kinderopvang voldoende is. De verantwoordelijkheden van de verschillende partijen in de kinderopvang zijn helder voor alle betrokkenen. Over vier jaar ligt de verantwoordelijkheid waar mogelijk meer bij de ondernemers en ouders.
Wat gaan we daarvoor doen? De GG&GD heeft de wettelijke taken toezicht en handhaving. Hierbij werken we volgens het Utrechts model van programmatisch handhaven: op basis van een omgevingsanalyse wegen we risico's en stellen een handhavingsprogramma vast. De inspectie houdt toezicht op de kwaliteit van de kinderopvang door het inspecteren van kinderdagverblijven, buitenschoolse opvang, gastouderopvang, voorscholen en peuterspeelzalen. Als het nodig is, nemen zij handhavingmaatregelen. Daarnaast werkt de inspectie preventief door doelgroepen en betrokkenen te informeren om het naleven van regels te bevorderen. Uitgangspunt is dat de ondernemer verantwoordelijk is voor de kwaliteit en de ouders verantwoordelijk zijn voor het kiezen van goede opvang voor hun kinderen. De gemeente geeft ouders het vertrouwen dat de kwaliteit van de kinderopvang in Utrecht voldoende is. We inspecteren minder waar het kan en meer waar het moet. Dat wil zeggen risicogestuurd toezicht. De komende jaren ligt de nadruk op verdergaande samenwerking en vroegtijdige afstemming met inen externe partners en het uitbreiden van risicogestuurd toezicht.
8. Informatie en advies over opvoeden en opgroeien Wat willen we over vier jaar bereiken? Iedere inwoner van Utrecht moet makkelijk, snel en goed informatie en advies kunnen krijgen op het gebied van opvoeden en opgroeien.
Wat gaan we daarvoor doen? Langs drie pijlers, telefonisch, digitaal en persoonlijk, zorgt de gemeente dat inwoners informatie en advies kunnen krijgen. Daarbij sluiten wij aan op de vragen van de Utrechters. Eén van de doelen is het versterken van de eigen kracht van gezinnen. •
Eén telefoonnummer (030 - 2864000) voor alles wat met opvoeden en opgroeien te maken heeft, zoals het maken/verzetten van afspraken JGZ 0 t/m 18, informatie en advies (direct geven of direct doorzetten) van persoonlijke opvoedvragen tot het inschrijven voor opvoedcursussen en/of een telefonisch spreekuur JGZ 0 t/m 18 . Ook voor professionals moet dit het telefoonnummer worden voor informatie, advies en doorverwijzing.
•
Digitale informatie en advies, twee websites op het gebied van opvoeden en opgroeien in Utrecht zijn operationeel. Voor ouders en professionals www.jeugdengezinutrecht.nl en specifiek voor jongeren, gericht op opgroeien in Utrecht in de breedste zin van het woord, www.jong030.nl. Beide websites worden in hun functionaliteiten doorontwikkelt. Het gaat dan onder meer om het toevoegen van sociale kaartinformatie voor professionals, structurele inbedding van E-consult en structurele coördinatie en aansturing van de websites.
•
Informatie en advies fysiek in de wijk. We willen dat ouders/opvoeders in Utrecht persoonlijk en dichtbij, op plekken in de wijk waar ze toch al komen, informatie en opvoedadvies kunnen
42
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
krijgen: outreachende opvoedingsondersteuning. De Jeugdgezondheidszorg ziet (bijna) alle ouders tijdens de reguliere contactmomenten, die op achttien locaties verspreid over de gemeente worden uitgevoerd. Ouders en kinderen worden daar gestimuleerd hun vragen te stellen. Zij krijgen tevens advies over gezondheid, opvoeding en een gezonde leefstijl. De inloopfunctie op het fysieke Centrum voor Jeugd en Gezin in de wijk, bemensd door een Informatie en advies medewerker, is vanwege onvoldoende toeloop en functioneren losgelaten. Inloop op het Centrum voor Jeugd en Gezin blijft wel mogelijk. De invulling van het outreachende opvoedadvies/opvoedhulp in de wijk willen we op maat en behoefte van de wijk inrichten. Daarbij gaat het van opvoedcursussen in de voorschool tot en met themabijeenkomsten in de bibliotheek en van inloopspreekuren van de wijkpedagoog in de brede school tot en met opvoeddebatten in het buurthuis.
9. Jeugdgezondheidszorg 0 t/m 18 jaar: basistakenpakket en rijksvaccinatieprogramma Wat willen wij bereiken over vier jaar? De Jeugdgezondheidszorg (JGZ) spoort tijdig aangeboren afwijkingen, psychosociale- en opvoedingsproblemen op. Ouders en kinderen krijgen advies op maat waardoor kinderen gezonder kunnen opgroeien.
Wat gaan we daarvoor doen? De jeugdgezondheidszorg bevordert, beschermt en bewaakt de lichamelijke en psychische gezondheid en sociale ontwikkeling van de Utrechtse jeugd tot en met 18 jaar. De wettelijke taken van jeugdgezondheidszorg liggen vast in het Basistakenpakket jeugdgezondheidszorg. Op grond daarvan voert de GG&GD het Rijksvaccinatieprogramma uit. Het Rijksvaccinatieprogramma (RVP) biedt alle kinderen bescherming tegen een aantal ernstige infectieziekten door vaccinatie met effectieve vaccins met een zo laag mogelijke belasting en minimale risico's. De jeugdgezondheidszorg volgt en beoordeelt de ontwikkeling van kinderen, signaleert risico’s en problemen, geeft (collectieve) voorlichting en advies, en intervenieert. Daarnaast wordt via de jeugdgezondheidszorg indien nodig psychosociale hulpverlening aangeboden, indien zich een incident voordoet waarbij jongeren betrokken zijn, bijvoorbeeld een zedenzaak op school. Hierbij is het GGD rampenopvangplan ondersteunend. De ontwikkelingen van de kinderen en jongeren worden vastgelegd in het digitale dossier JGZ. De GG&GD wil alle kinderen in beeld hebben, werkt preventief én risicogericht. De JGZ maakt de vertaalslag naar beleidsontwikkeling en creëert meerwaarde in samenhang met andere preventieve activiteiten in de wijken. De jeugdgezondheidszorg is de basis voor het Centrum voor Jeugd en Gezin. Het protocol voorkomen van kindermishandeling en meisjesbesnijdenis is onderdeel van de basishandelingen. Daarnaast levert JGZ een bijdrage aan de preventie van overgewicht. Naast het digitale dossier JGZ is ook de verwijsindex risicosignalering een belangrijk ondersteunend instrument.
10. Licht pedagogische hulpverlening Wat willen wij bereiken over vier jaar? Het Opvoedbureau geeft laagdrempelige ondersteuning aan alle Utrechtse opvoeders, zodat opvoedproblemen zo snel mogelijk worden verholpen en zo min mogelijk escaleren.
43
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
Wat gaan we daarvoor doen? Met het Opvoedbureau biedt de GG&GD opvoedingsondersteuning voor alle ouders/opvoeders met kinderen van nul 0 t/m 18 jaar. Het Opvoedbureau geeft op verzoek in maximaal vijf gesprekken gratis informatie en advies over opvoeden aan ouders met kinderen van 0 t/m 18 jaar. Daarmee bevordert het Opvoedbureau de (psychische) gezondheid van kinderen en hun ouders. Het is een voorziening waar alle Utrechtse ouders gebruik van kunnen maken. Beleidsmatig is dit een belangrijke pijler van het Utrechtse jeugdbeleid (programma Jeugd). gemeentebreed wordt er gewerkt aan het stroomlijnen van het aanbod opvoedingsondersteuning, naar aanleiding van de nota Sneller en beter (2009) van de gemeente Utrecht
11. Vroegsignalering: Samen Starten Wat willen wij bereiken over vier jaar? Met de methodiek Samen Starten is steun gerealiseerd voor ouders die problemen ervaren bij de opvoeding van hun pasgeboren kind.
Wat gaan we daarvoor doen? De werkwijze Samen Starten wordt door alle consultatiebureaus binnen de gemeente Utrecht uitgevoerd. Als hulpmiddel voor deze vroegsignalering wordt een protocol gebruikt dat geschikt is om in de eerste levensjaren van het kind opgroei- en opvoedingsproblemen bij risicogezinnen op te sporen en te voorkomen. De medewerkers van de consultatiebureau's zijn hiervoor getraind in gespreks- en houdingsvaardigheden. Samen Starten bevordert de gezondheid en het welzijn van kinderen van nul tot twee jaar en de gezonde opvoedingssituatie voor ouders van jonge kinderen door onder meer de versterking van de lokale samenwerking. De aanpak draagt bij aan vroegsignalering van zorgwekkende opvoedingssituaties op het consultatiebureau. Met Samen Starten wil de gemeente voorkomen dat kinderen in een moeilijke opvoedingssituatie terecht komen, waardoor ze psychische problemen kunnen ontwikkelen of a-sociaal of crimineel gedrag kunnen gaan vertonen.
12. Preventieactiviteiten alcohol en middelen Wat willen wij bereiken over vier jaar? We bewerkstelligen een doorbraak in het voorkomen van alcohol- en middelengebruik door jongeren tot 16 jaar. Daarnaast is het alcohol en middelengebruik door jongeren tot 16 jaar verwaarloosbaar. De oudere jeugd (en hun ouders) is zich bewust van risico’s van alcohol en middelengebruik. De gemeente Utrecht voorkomt problematisch alcohol- en middelengebruik.
Wat gaan we daarvoor doen? We bewerkstelligen een doorbraak in het voorkomen van alcohol- en middelengebruik door jongeren tot 16 jaar. Boven de 16 gaan we overmatig gebruik tegen. Jongeren beginnen te jong, gebruiken (met name alcohol) te vaak en te veel. Uit recent onderzoek blijken de negatieve gezondheidseffecten van alcoholgebruik op hersenen, hart, lever en kanker en de duidelijke relatie tussen alcoholmisbruik en agressie en geweld. Gebruik op jonge leeftijd verhoogt de kans op verslaving later. Jongeren en ouders zijn zich onvoldoende bewust van deze risico's. We willen een doorbraak realiseren door preventie van alcohol- en middelengebruik in samenhang in te zetten op verschillende gebieden: school, ouders, vrije tijd (sport, horeca, welzijnsinstellingen) en supermarkten/verkooppunten. We vergroten de kennis en maatschappelijke bewustwording over de effecten van alcohol en middelen door het uitdragen van een uniforme boodschap en afspraken met scholen, sportclubs, horeca, wijkwelzijnsorganisaties en supermarkten/verkooppunten. De preventieactiviteiten zijn gericht op
44
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
kinderen en jongeren tot en met 24 jaar. Voor kinderen tot 12 jaar uit het basisonderwijs is het aanbod gericht op het versterken van de algemene weerbaarheid. Jongeren tussen de 12 en 16 jaar uit het voortgezet onderwijs lichten we breed voor over de risico's van alcohol en middelengebruik. Jongeren boven 16 mogen wettelijk gezien alcohol en boven de 18 ook cannabis kopen, vandaar dat we bij deze doelgroep kiezen voor een andere toon bij de benadering. De activiteiten richten zich dan meer op het bewust gebruiken van alcohol en het tegengaan van gebruik van middelen. We betrekken ouders bij de activiteiten. Groepsgerichte activiteiten worden aangeboden via scholen in het kader van de Gezonde School en via sport, wijkwelzijnsorganisaties, horeca, evenementen en veldwerk. Als het mogelijk is, sluiten wij aan bij andere leefstijlprojecten. We zetten in op handhaving van de leeftijdsgrens voor de verkoop van alcohol en cannabis.
5.1.2 Kwetsbare Utrechters: bevorderen gezondheid, verminderen van gezondheidsachterstanden Wat willen we bereiken? De gezondheidsachterstanden van kwetsbare Utrechters verminderen en daarmee de zelfredzaamheid en mogelijkheden van participatie vergroten.
Wat gaan we daarvoor doen? Een gebiedsgerichte en samenhangende aanpak langs vier sporen: 1. Bevorderen dat meer Utrechters gezond meedoen dan in 2010. 2. Meer Utrechters hebben een gezonde leefstijl doordat meer mensen op een aansprekende manier bereikt worden met een samenhangend aanbod van preventieactiviteiten in de buurt. 3. Bevorderen van een gezonde fysieke en sociale leefomgeving. 4. Toegankelijke zorgvoorzieningen en ondersteuning realiseren door een netwerk van signalering en samenwerking te initiëren, faciliteren en zo nodig te coördineren of regisseren. Acties zijn: Spoor 1 13. Versterken van psychosociale gezondheid van de Utrechters, onder andere door agenderen en stimuleren van initiatieven op het gebied van e-health; 14. Aanpak gezondheidsachterstanden NIEUW; 15. Fit-4-Work NIEUW; 16. Wijkgezondheidswerk met buurtgerichte gezondheidsbevordering; 17. Weerbaarheid: trainingen op scholen met een alcoholmodule; 18. Collectieve opvoedingsondersteuning: cursussen en voorlichting . Spoor 2 19. Gezond Gewicht: community aanpak gericht op jeugd in Overvecht, Hoograven, Zuilen en Ondiep en waar mogelijk ook in andere wijken/buurten; 20. Gezondheidsvoorlichting, afgestemd op de vragen en de achtergrond van de betreffende groep; 21. Gezonde School NIEUW: deze nieuwe werkwijze zet de vraag en behoefte van de school centraal en stemt activiteiten op het terrein van gezondheidsbevordering daarop af en zorgt dat activiteiten onderling in samenhang aangeboden worden Spoor 3 22. Gezonde fysieke leefomgeving die bijdraagt aan een gezondere leefstijl;
45
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
23. Experiment achterdeur coffeeshops NIEUW. het verminderen van de schade van cannabisgebruik voor de gezondheid, waarmee wij ook willen bijdragen aan het verminderen van de criminaliteit en overlast rond cannabis. Spoor 4 24. Veranderingen in het zorgstelsel NIEUW: treffen van compenserende maatregelen voor de versoberingen in het zorgstelsel (AWBZ en ZVW); 25. Gezonde wijk en geïntegreerde eerstelijnszorg in de wijk: samenwerking met eerstelijnszorg, welzijn en preventie naar het voorbeeld van Gezonde wijk Overvecht. Continuering en uitbreiding van de aanpak naar andere wijken in samenwerking met de eerstelijnszorg, Agis en de wijkpartijen waaronder welzijn; 26. Mantelzorgondersteuning: voorkomen van overbelasting en behoud van inzet in de informele zorg; 27. Signaleringsstructuur en ketenzorg voor alcohol en middelen: afspraken met professionals in stad/wijken over monitoren en signaleren problematisch alcohol- en/of middelengebruik en toeleiding naar hulp; 28. Jeugdadviesteams.
Spoor1: Gezond meedoen 13. Versterken van psychosociale gezondheid van de Utrechters Wat willen we bereiken over vier jaar? Utrechtse kinderen, jongeren en hun ouders en ouderen hebben in 2014 een betere psychosociale gezondheid, zodat meer inwoners naar vermogen meedoen in de samenleving. De eigen kracht, het initiatief en de zelfredzaamheid van de inwoners zijn het vertrekpunt.
Wat gaan we daarvoor doen? Psychosociale gezondheid is de basis om mee te kunnen doen in de samenleving. Het hangt samen met factoren in de sociale omgeving van mensen, factoren op het niveau van de samenleving en met biologische factoren. Wanneer iemand om weet te gaan met tegenslag, weerbaar is, over goede sociale vaardigheden beschikt, onderdeel uitmaakt van een sociale omgeving, werk heeft en in een leuke en veilige buurt woont, is de kans groter dat iemand zich lekker fit voelt. Bij sommige mensen, in sommige gezinnen en in sommige wijken en buurten is dit niet het geval en stapelen problemen zich op. Ziekte of problemen van ouders hebben invloed op de gezondheid en welzijn van hun kinderen. Psychosociale factoren spelen hier vrijwel altijd een rol. Werkloosheid, lage opleiding, sociaal isolement en ziekte leiden tot een grotere kans op psychosociale problemen. Meedoen en zingeving blijken belangrijke beschermende factoren. De inspanningen die de psychosociale gezondheid van de Utrechters versterken zijn: •
Bij andere beleidsterreinen het onderwerp psychosociale gezondheid op de agenda zetten. Stimuleren en faciliteren dat zij een bijdrage leveren aan een betere psychosociale gezondheid van de Utrechters. Het is van belang deze integrale aanpak te stimuleren en te faciliteren, omdat psychosociale gezondheid en mentaal welbevinden sterk samenhangen met een groot aantal andere thema's. Er wordt daarom aangehaakt bij andere relevante programma's, projecten en activiteiten uit dit actieprogramma. Verder wordt er aangesloten bij de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo), Vernieuwend Welzijn, de aanpak Sociaal Isolement en het programma Jeugd.
•
Organiseren, financieren en/of aanbieden van collectieve preventieve activiteiten rond het thema psychosociale gezondheid, met aandacht voor het vergroten van het bereik van de activiteiten onder lage SES-groepen door een community-insteek.
46
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011 •
Samen met preventiepartners zorgen voor een goed collectief aanbod voor kinderen en jongeren om psychosociale problematiek op latere leeftijd te voorkomen.
•
Bevorderen van een goede ketensamenwerking preventie-welzijn-eerstelijn door samen met Agis Zorgverzekeringen preventieve psychosociale activiteiten in te kopen.
•
Het agenderen en stimuleren van e-health ontwikkelingen. Gebleken is dat e-health programma’s of andere vormen van e-health bijdragen aan preventie en effectieve en doelmatige zorg. In het kader van Utrecht gezond! onderzoeken wij samen met Agis op welke wijze het gebruik van e-health programma's kan worden gestimuleerd en gefaciliteerd.
14. Aanpak gezondheidsachterstanden - Nieuw Wat willen we bereiken over vier jaar? In 2014 voelen Utrechters in wijken/buurten met gezondheidsachterstanden zich net zo gezond of gezonder dan in 2010.
Wat gaan we daarvoor doen? In 2009 maakte de G4 (Amsterdam, Den Haag, Rotterdam, Utrecht) en het Rijk afspraken over een samenhangende en intersectorale aanpak van gezondheidsachterstanden. Deze afspraken staan in het convenant De Verbinding. Dit convenant beoogt een doorbraak in de aanpak van gezondheidsachterstanden. Daarvoor bundelt de G4 de krachten en voert een gezamenlijk integraal beleid. Dit beleid draagt aantoonbaar bij aan het terugdringen van gezondheidsachterstanden met ruimte voor lokale invulling en onderlinge diversiteit. Daarom is in overleg tussen de vier steden besloten de samenwerking op dit thema in de periode 2011-2014 te continueren door: •
Gezamenlijke visie- en beleidsontwikkeling, tussen de G4 onderling en tussen de G4 en andere relevante partners.
•
Opzet van innovatieve projecten en initiatieven.
•
Participatie in het G4-project Fit-4-Work.
•
Uitwisseling van onderlinge kennis, ervaring en netwerken;
•
Agendering van het thema bij andere partners, onderhouden van contacten met en lobby naar met name het Rijk, gezondheidsfondsen, wetenschap en kennisinstituten.
•
Verwerven van aanvullende financieringsbronnen voor de aanpak van gezondheidsachterstanden.
15. Fit-4-Work - Nieuw Wat willen we bereiken over vier jaar? Vijftig procent van de deelnemers aan Fit-4-work heeft langer dan een jaar een reguliere baan. De gezondheid van de doelgroep is verbeterd door interventies op psychisch, sociaal en medisch vlak. Bijvoorbeeld door hulp uit de geestelijke gezondheidszorg of deelname aan leefstijlprogramma's.
Wat gaan we daarvoor doen? De gemeente Utrecht participeert in het innovatieve G4-project Fit-4-Work. Dit is een multidisciplinaire aanpak voor cliënten van het UWV, Sociale zaken en Werkgelegenheid en de GGD, die wordt uitgevoerd in de periode 2011-2014. Het gaat om uitkeringsgerechtigden die door problemen op verschillende leefgebieden relatief ver verwijderd zijn van regulier werk, maar nog wel de potentie hebben om aan de slag te gaan.
47
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
De diensten Sociale Zaken en Werkgelegenheid en de GGD'en van de vier grote steden hebben samen met het UWV de handen ineen geslagen om te komen tot een integrale aanpak om mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt en sociaal-medische problemen weer aan te laten sluiten en naar vermogen mee te laten doen. Door de samenwerking tussen verschillende domeinen wordt op een integrale en meer effectieve manier gewerkt. Het klantperspectief is daarbij leidend. De resultaten van Fit-4-Work worden nauwkeurig gemonitord zodat de opgedane kennis breed verspreid en gebruikt kan worden. Streven is dat de investering in dit G4project binnen de termijn van het project wordt terugverdiend. Dit komt doordat de maatschappelijke kosten verlaagd worden door mensen aan het werk te helpen of te laten participeren in de samenleving en door hun gezondheid te verbeteren. Geschat wordt dat in Utrecht ongeveer vijftig mensen deelnemen vanuit de gemeente en ongeveer honderdvijftig via het UWV. Hoewel de gemeente Utrecht slechts met dit relatief kleine aantal cliënten verwacht deel te nemen, is het innovatieve belang van Fit-4-Work groot. Op landelijk niveau gaat het in de periode 2011-2014 om ongeveer tweeduizend cliënten. Voor de uitvoering van de trajecten wordt zoveel mogelijk het bestaande aanbod uit de domeinen zorg en leefstijl en reintegratie gebundeld vanuit de reguliere middelen. Vanuit de duidelijke relatie met preventie en zorg is contact gelegd met Agis Zorgverzekeringen. In het kader van de samenwerking binnen Utrecht gezond! heeft Agis toegezegd in Utrecht projectpartner te willen zijn samen met de dienst SZW en UWV. De GG&GD en Agis Zorgverzekeringen zijn binnen de Utrechtse uitvoering van het project samen verantwoordelijk voor: •
Afstemmen met het zorg- en gezondheidsveld.
•
Bijdragen aan het effectonderzoek en monitoring ten aanzien van gezondheidsindicatoren.
•
Organiseren van samenwerking met de zorg- en preventieaanbieders door het tijdig beschikbaar stellen van reguliere middelen en capaciteit voor de begeleiding/zorg van deelnemers. De gelijktijdige inzet van werk en zorg is een essentiële succesfactor voor Fit-4Work.
•
Cofinanciering van de landelijke projectorganisatie.
16. Wijkgezondheidswerk Wat willen we bereiken over vier jaar? Kwetsbare Utrechters hebben hun gedrag ten aanzien van gezondheid (mentaal en fysiek) in positieve zin verbeterd en kunnen daardoor beter meedoen in de samenleving.
Wat gaan we daarvoor doen? Wijkgezondheidswerk verkent de vraag en behoefte, koppelt vraag en aanbod, organiseert participatie en de uitvoering van wijkactiviteiten. Wijkgezondheidswerk werkt nauw samen met wijkpartners op het gebied van gezondheidszorg, preventie, welzijn, onderwijs en sport. Investeren in netwerken is dan ook een basisvoorwaarde. Het wijkgezondheidswerk stimuleert en activeert Utrechters in hun eigen gezondheidsgedrag. Het werk richt zich op de kwetsbare inwoners in de wijken Zuid, Noordwest, Zuidwest, Overvecht en Leidsche Rijn. Wijkgezondheidswerkers zoeken de mensen op en leggen contact. Samen met wijkpartners motiveren de gezondheidswerkers inwoners tot een gezondere leefstijl en tot een actievere houding door participatie en empowerment. Bij de koppeling van vraag en aanbod is het wijkgezondheidswerk de kwartiermaker voor andere preventiepartners zodat zij hun aanbod op wijkniveau kunnen afstemmen op de vraag en behoefte van bewoners. De inhoudelijke wijkgezondheidsactiviteiten zijn divers en variëren van gezond gewicht,
48
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
eenzaamheid en depressiepreventie tot bewegingsstimulering. De activiteiten zijn cursussen en trainingsprojecten (gezond gewicht, ontspanning en stress), publieksevenementen (gezonde leefstijl, wijkgezondheidsdagen) en ondersteunen van bewegingsinitiatieven (wandelen, beweging voor ouderen). Het wijkgezondheidswerk zet in op (gezondheids)participatie en empowerment door doelgroep- en wijkspecifiek te werken. Daarnaast zijn er vanuit de Wijkactieplannen middelen voor specifieke projecten, zoals buurtgerichte gezondheidsbevordering in Overvecht en Levenslust in Noordwest (gericht op ouderen).
17. Weerbaarheid Wat willen we bereiken over vier jaar? Utrechtse kinderen hebben zelfvertrouwen en een goed zelfbeeld. Ze hebben meerdere vaardigheden geleerd die ze kunnen toepassen in relatie tot actuele (maatschappelijke) gebeurtenissen, zoals middelengebruik in de (nabije) omgeving, seksualiteit en geaardheid en veiligheid.
Wat gaan we daarvoor doen? Weerbaarheid bestaat uit weerbaarheidtrainingen en Relationele en Seksuele vorming. Deze laatste staat beschreven onder seksuele gezondheid. Kinderen brengen een belangrijk deel van hun jeugd door op school. In de basisschoolperiode en de periode van voortgezet onderwijs zijn kinderen gevoelig voor invloeden uit hun omgeving en vatbaar voor opmerkingen over uiterlijk en gedrag. Om psychosociale problematiek te voorkómen is het belangrijk om het gevoel van eigenwaarde en zelfvertrouwen van een kind te vergroten. Tijdens weerbaarheidtrainingen leren kinderen hoe ze voor zichzelf kunnen opkomen, waar ze hulp kunnen zoeken en hoe ze respectvol kunnen omgaan met anderen. De kinderen krijgen door de training meer zelfvertrouwen en weten beter wat ze kunnen doen als iemand over hun grenzen gaat. Ze leren nee te zeggen en om hulp te vragen om te voorkomen dat zij slachtoffer worden van gedrag dat zij niet prettig vinden. Dit gebeurt in spelvorm, met kringgesprekken, rollenspelen en door het oefenen van zelfverdedigingtechnieken. Weerbaar zijn, zelfvertrouwen hebben, om kunnen gaan met groepsdruk, op een goede manier nee kunnen zeggen, zijn vaardigheden die bij vele maatschappelijke (gezondheids)thema's van belang zijn. In het kader van de nota Integraal alcoholbeleid wordt tijdens de weerbaarheidtrainingen aandacht besteed aan alcoholen middelengebruik. De relatie met onder andere groepsdruk en nee zeggen wordt gelegd. Het is heel goed mogelijk om op deze manier meerdere thema's aan weerbaarheid te koppelen.
18. Collectieve opvoedingsondersteuning: cursussen en voorlichting Wat willen we bereiken over vier jaar? Over vier jaar hebben ouders met een lage opleiding, waaronder ouders van allochtone afkomst, die een cursus of een voorlichting volgen over opvoedingsondersteuning meer kennis en vaardigheden over opvoeding. Hierdoor doen meer ouders en hun kinderen op een gezonde manier mee in Utrecht.
Wat gaan we daarvoor doen? Het aanbod van de GG&GD is voor aanstaande ouders en voor ouders met kinderen van 0 t/m 18 jaar. Meestal bestaan de groepen uitsluitend uit vrouwen of uitsluitend uit mannen, zoals bijvoorbeeld bij de opvoedcursus voor vaders. Opvoeden is universeel maar de wijze waarop dat plaatsvindt, wordt beïnvloed door culturele achtergronden van de opvoeders. Wil preventie aanslaan dan is kennis van de culturele achtergrond noodzakelijk. Tijdens de cursus maken de deelnemers ook kennis met een pedagoog van het Opvoedbureau. Deze geeft een toelichting om een eventuele drempel naar een individuele vorm van
49
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
opvoedingsondersteuning te verlagen. Ook kunnen andere vormen van opvoedingsondersteuning aan bod komen en wordt een deelnemer als dat nodig is daar naar toe doorverwezen. De cursussen vergroten de betrokkenheid van ouders bij de schoolloopbaan van hun kinderen. Daarmee dragen ze bij aan het voorkomen van schooluitval. Voorlichtsters werken op locatie in de stad en daardoor hebben zij voor andere partijen, zoals wijkgezondheidswerk, gezond gewicht en perinatale voorlichting een waardevolle signalerende functie.
Spoor 2: Gezonde leefstijl 19. Gezond Gewicht Wat willen we bereiken over vier jaar? Het percentage kinderen met overgewicht in Overvecht is even hoog als in 2010 of lager (20 %). In de andere buurten en wijken waar de Gezond Gewicht aanpak is uitgevoerd, is het percentage kinderen met overgewicht gedaald.
Wat gaan we daarvoor doen? Utrecht is één van de koplopergemeenten bij de aanpak van Jongeren Op Gezond Gewicht. Met de aanpak Jongeren Op Gezond Gewicht hebben steeds minder kinderen overgewicht. In Overvecht is het percentage kinderen met overgewicht gedaald van 27% naar 20%. Dat is een fantastisch resultaat. De aanpak is wijk- en buurtgericht en richt zich vooral op kinderen en hun ouders. Het helpt hen bij het zoeken naar een goede balans tussen gezonde voeding en voldoende bewegen. De gemeente wil dit percentage in Overvecht in ieder geval gelijk houden en bij voorkeur verlagen. In de overige wijken, waar het percentage overgewicht bij de jeugd problematisch is (ongeveer 25%), wil de gemeente vergelijkbare resultaten realiseren. Daarvoor werken we in minimaal vier van deze wijken/buurten met de community-aanpak van Jongeren Op Gezond Gewicht (JOGG). In Overvecht, Hoograven, Zuilen, Pijlsweerd en Ondiep zet de GG&GD haar activiteiten voort. We willen ook graag starten in Kanaleneiland en eventueel in Transwijk en in andere relevante wijken of buurten als de Vogelaargelden worden toegekend. Onderdelen van de wijkaanpak zijn: het ondersteunen van voor- en basisscholen bij het opzetten van programma's rond voeding en bewegen, samenwerking tussen publieke en private partners, verbinding leggen tussen preventie en zorg onder andere in samenwerking met Agis Zorgverzekeringen, breed bestuurlijk draagvlak en goede monitoring van de voortgang en resultaten. Daarvoor is het nodig om op stedelijk niveau regie- en ontwikkeltaken te blijven uitvoeren en kennis en ervaring binnen en buiten de gemeente te bundelen en te bespreken in de stedelijke werkgroep Gezond Gewicht. Aandacht voor voeding en bewegen is er ook binnen de Gezonde Wijk (Big Move!), de Gezonde leefomgeving, gezondheidsvoorlichting, het wijkgezondheidswerk (cursussen Gezond Gewicht, Gezond eten voor weinig geld, GROSSO), de jeugdgezondheidszorg (uitvoering Overbruggingsplan JGZ), de Gezonde School (in ontwikkeling), de uitvoering van het Nationaal Actieplan Sport en Bewegen (DMO) en de voorzieningen voor U-pashouders (DMO). In bredere zin draagt Gezond Gewicht bij aan de doelstellingen van het gemeentelijk sport- en beweegbeleid en aan het Olympisch plan van 2028.
50
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
20. Gezondheidsvoorlichting Wat willen we bereiken over vier jaar? Over vier jaar beschikken meer kwetsbare Utrechters met een laag opleidingsniveau, waaronder Utrechters van allochtone afkomst, over basiskennis en vaardigheden ten aanzien van gezondheid en gezond gedrag.
Wat gaan we daarvoor doen? Gezondheidsvoorlichters gaan in op aanvragen van contactpersonen of bewoners. Door kennisoverdracht en het aanleren van vaardigheden proberen zij mensen te motiveren tot een gezondere leefstijl en tot een actievere houding. In overleg met de aanvragers stemmen we de voorlichting af op de vragen die er leven in de doelgroep en op de achtergrond van de doelgroep, wat betreft opleidingsniveau, taal, cultuur en leeftijdsfase. Naast aanvragen op verzoek benutten de voorlichters hun eigen netwerk om bijeenkomsten te organiseren. Door bijvoorbeeld huiskamerbijeenkomsten benaderen en betrekken we mensen bij activiteiten die om wat voor reden dan ook niet in de maatschappij deelnemen. Dit wordt gezien als eerste stap naar meer participatie. Daarnaast geeft de GG&GD informatie en voorlichting op publieksevenementen als wijkgezondheidsdagen. In het algemeen wordt minder de nadruk gelegd op kennisoverdracht, maar meer op het versterken van vaardigheden. De voorlichtingsbijeenkomsten kunnen in de hele stad gegeven worden, maar we richten ons met name op die buurten waar de gezondheidsachterstanden het grootst zijn. Daarnaast vinden er outreachende preventieactiviteiten plaats via een netwerk van freelancers uit de doelgroep, rond met name seksualiteit en middelengebruik in bijvoorbeeld coffeeshops en op straat. Een belangrijk deel van de allochtone doelgroep wordt ouder en moet voorbereid zijn op gezond oud worden in Nederland.
21. Gezonde School - Nieuw Wat willen we bereiken over vier jaar? Over vier jaar is er een Utrechtse Gezonde School werkwijze beschikbaar die op alle scholen in Utrecht toegepast kan worden. Onderdeel hiervan is dat de GG&GD vraaggericht werkt en haar diensten meer in samenhang naar scholen aanbiedt.
Wat gaan we daarvoor doen? Veel scholen besteden op verschillende manieren aandacht aan gezondheidsthema's. De GG&GD en de school maken samen een analyse van de behoefte van de school en de bestaande activiteiten. Op basis hiervan stelt de school zelf prioriteiten voor een driejarig activiteitenprogramma. De GG&GD heeft hierin een adviserende rol. Scholen kunnen kiezen uit thema's als gezond gewicht, weerbaarheid, psychosociale gezondheid, alcohol- en middelengebruik en sport en/of bewegen. De GG&GD gaat samen met scholen, preventiepartners en andere gemeentelijke diensten deze werkwijze in de periode 2010/2011 gefaseerd invoeren. Dit gebeurt door het ondersteunen van een beperkt aantal scholen uit het basis- en voortgezet onderwijs bij het bepalen van hun behoefte en het stellen van prioriteiten. De GG&GD gaat vanaf het schooljaar 2010/2011 ook haar diensten naar alle scholen meer in samenhang aanbieden. Vanaf 2014 is de Utrechtse Gezonde School werkwijze beschikbaar voor alle scholen.
51
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
Spoor 3: Gezonde leefomgeving 22. Gezonde fysieke leefomgeving Wat willen we over vier jaar bereiken? De fysieke leefomgeving draagt er toe bij dat meer Utrechters een gezondere leefstijl hebben. Gezondheidsbevordering en gezonde leefomgeving dragen bij aan het verwezenlijken van Utrecht Fietsstad. Daarnaast is de GG&GD initiatiefnemer voor het ontwikkelen van een lokale voedselstrategie.
Wat gaan we daarvoor doen? Een gezonde leefomgeving nodigt uit tot gezond gedrag en wordt als prettig en sociaal veilig ervaren. Een gezonde en groene leefomgeving draagt bij aan een gezonde leefstijl en aan de psychosociale gezondheid van mensen. Onbewust doen bomen en planten veel positiefs voor ons. Wat de aanwezigheid van openbaar groen betreft lijkt niet zozeer de kwantiteit, maar de kwaliteit van het groen in de stad bepalend voor het gebruik en bijvoorbeeld voor het stimuleren van bewegen. Kansen bij concrete projecten voor een gezonde leefomgeving worden benut, zoals in Overvecht met het project Speelstraten. De GG&GD levert een bijdrage aan Utrecht Fietsstad door fietsen te stimuleren als middel dat bijdraagt aan een gezonde leefstijl en aan het verbeteren van de luchtkwaliteit door minder autogebruik in de stad. Aandacht voor fietsen is er ook bij Gezond Gewicht en het Wijkgezondheidswerk. Verder wordt een lokale voedselstrategie opgesteld. Voedsel verbouwen in en om de stad draagt bij aan de aandacht voor gezonde voeding, participatie in de samenleving, reductie van stress en het verminderen van het aantal kilometers voor het vervoer van voedsel. Wijkgezondheidswerkers bereiken bij het thema gezonde leefomgeving bewoners met bijvoorbeeld informatie over gezonde en betaalbare voeding en stimuleren buurtinitiatieven voor gezamenlijk tuinieren, koken en eten.
23. Experiment achterdeur coffeeshops - Nieuw Wat willen we over vier jaar bereiken? In Utrecht voelen de inwoners zich veilig zowel thuis als in de stad bij het uitgaan of andere activiteiten. Kinderen en jongeren hebben de kans zich goed te ontplooien.
Wat gaan we daarvoor doen? De GG&GD participeert in Utrecht Veilig! en het programma 'Geweld' ter voorkoming van geweld in de thuissituatie en op straat. In samenwerking met de politie en het programma Veilig Uitgaan ontwikkelen we nieuwe activiteiten op het gebied van gezond en veilig uitgaan. Ook onderzoeken we welke afspraken we over alcoholgebruik kunnen maken bij evenementen en terugkerende feesten. In deze periode werken we aan het starten van een experiment met het reguleren van de achterdeur van coffeeshops. We verkennen de mogelijkheden om binnen de bestaande wettelijke kaders te komen tot wetenschappelijk te onderzoeken alternatieven voor het huidige coffeeshopbeleid. De beoogde experimenten moeten bijdragen aan het verminderen van onnodige schade van cannabisgebruik voor de gezondheid bij volwassen recreatieve gebruikers en het stabiliseren en zo mogelijk afbouwen van cannabisgebruik bij risicogroepen, zoals personen in behandeling voor schizofrenie. Tevens geldt dat de experimenten moeten bijdragen aan het verminderen van schade voor de samenleving vanwege overlast en criminaliteit samenhangend met de teelt, de aanvoer en het gebruik van cannabis.
52
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
Spoor 4: Toegankelijke zorg en ondersteuning 24. Veranderingen in het zorgstelsel - Nieuw Wat willen we de komende vier jaar bereiken? Utrechters stimuleren om naar beste vermogen mee te doen aan de samenleving, ze tijdig doorverwijzen naar de juiste (preventieve) ondersteuning en sociale netwerken versterken door het ondersteunen van mantelzorgers en de inzet van vrijwilligers.
Wat gaan we daarvoor doen? Doordat de extramurale begeleiding en dagbesteding niet meer door de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) worden gefinancierd, wordt van de gemeente verwacht dat zij compenserende maatregelen treft voor ouderen, mensen met psychosociale en psychiatrische problematiek en mensen met een lichtverstandelijke beperking. De gemeente stimuleert deze inwoners om naar vermogen te participeren in de samenleving. Daar waar zij op eigen kracht er niet uitkomen wordt allereerst gestimuleerd dat zij terugvallen op hun eigen sociaal netwerk (buurt of familie). Als dat niet voldoende is, worden zij doorverwezen naar de juiste ondersteuning. Die ondersteuning is licht als het kan, maar zwaarder als het nodig is, dichtbij huis, laagdrempelig en gericht op het vergroten of realiseren van zelfredzaamheid. Daarbij wordt primair gekozen voor collectieve ondersteuningsvormen waarbij aangesloten wordt bij de behoeften van de mensen zelf. De GG&GD stimuleert Utrechters hun eigen verantwoordelijkheid te nemen. Om de inwoners gezond te houden en ze te voorzien van preventieve zorg en ondersteuning zijn ketenzorg en een betere aansluiting tussen preventie, welzijn en zorg prioriteit. De GG&GD stimuleert samenwerking tussen zorgorganisaties, welzijnswerk, vrijwilligerswerk en mantelzorg. Daarvoor wordt, als dat mogelijk is, de samenwerking met de verzekeraar geïntensiveerd. De gemeente neemt, in samenwerking met de zorgverzekeraar, een regisserende en actieve rol zodat er geen gaten vallen of overlap is en zorg en ondersteuning meer in onderlinge samenhang worden aangeboden. Daarbij kijken we welke ondersteuning wijkgericht en welke stedelijk opgepakt kunnen worden.
25. Gezonde wijk en geïntegreerde eerstelijnszorg in de wijk Wat willen we over vier jaar bereiken? Voor de bewoners in de wijken met de grootste gezondheidsachterstanden, zoals Overvecht, Ondiep, Zuilen en Kanaleneiland, is er een betere en laagdrempelige basiszorg dichter bij huis georganiseerd in een netwerk van zorg, welzijn en preventie. Over vier jaar is er in deze wijken een intensieve samenwerking tussen eerstelijnszorg, welzijn en publieke gezondheidszorg gerealiseerd. Ook bewoners in andere wijken en buurten van Utrecht profiteren in toenemende mate van deze samenwerking.
Wat gaan we daarvoor doen? De projecten 'Gezonde wijk' en 'geïntegreerde eerstelijnszorg in de wijk' maken onderdeel uit van de Gezonde wijkaanpak. Dit is een meerjarige en samenhangende aanpak langs vier sporen, waarmee de gezondheidsachterstanden van kwetsbare Utrechters worden verminderd. De aanpak vergroot ook de zelfredzaamheid en de mogelijkheden voor participatie. In de wijken Overvecht, Zuidwest en Noordwest werken partijen uit de eerstelijnszorg, welzijn en publieke gezondheid samen in de Gezonde wijk om de gezondheid van wijkbewoners met een grote
53
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
zorg- en hulpvraag te verbeteren. De GG&GD stimuleert en coördineert in samenwerking met Agis Zorgverzekeringen het samenwerkingsproces, waarbij professionals in de wijken voldoende vrijheid en verantwoordelijkheid houden. In Overvecht richten we ons op volwassenen met vage klachten en een grote zorgvraag. De komende jaren wordt de inzet versterkt door: •
Houding en professionaliteit van professionals: samenwerken met andere domeinen en het ondersteunen van inwoners bij het nemen van de regie over hun gezondheid vraagt om een andere manier van werken.
•
Organisatieontwikkeling en multidisciplinaire samenwerking tussen professionals in de eerstelijnszorg en welzijnsorganisaties.
•
Aanvullend aanbod op het snijvlak eerste lijn, welzijn en preventie als daar vraag naar is vanuit de inwoners.
Verder financiert het wijkactieplan Overvecht het beweeg- en activeringsprogramma Big!Move en Happinezz tot 2012. Vanaf 2011 starten we in de wijken Zuidwest en Noordwest met de Gezonde wijk. De basis is daarvoor de afgelopen jaren gelegd in activiteiten waarin is samengewerkt met ondermeer fysiotherapeuten, huisartsen, welzijnsorganisaties en Sociale Zaken en Werkgelegenheid. In andere Utrechtse wijken en buurten, als Hoograven en Leidsche Rijn, zet de GG&GD vanuit een meer adviserende rol in op het ondersteunen en stimuleren van initiatieven in de samenwerking tussen eerste lijn, welzijn en preventie.
26. Mantelzorgondersteuning Wat willen we de komende vier jaar bereiken? Minder mantelzorgers zijn overbelast en in een sociaal isolement terecht gekomen. De motivatie van mantelzorgers om te zorgen voor hun naasten is behouden en versterkt. De sociale zelfredzaamheid en de positie van mantelzorgers is vergroot en versterkt. Dit draagt bij aan het versterken van de informele zorg in Utrecht.
Wat gaan we daarvoor doen? Mantelzorgondersteuning richt zich op het versterken van de ondersteuningsstructuur voor mantelzorgers en het verspreiden van kennis over mantelzorgondersteuning naar professionals in de wijken zodat mantelzorgers dichtbij huis met ondersteuningsvragen terecht kunnen. Samenwerking tussen professionals en tussen professionals en vrijwilligersorganisaties op het terrein van signalering, doorverwijzing en ondersteuning wordt gestimuleerd. De gemeente faciliteert het Steunpunt Mantelzorg dat zich, naast het geven van individuele ondersteuning, de komende jaren zal ontwikkelen tot een lokaal kenniscentrum. Vanuit die rol verspreiden ze kennis en kunde over mantelzorgondersteuning naar professionals in de wijk. Daarnaast faciliteert de gemeente nieuwe vormen van mantelzorgondersteuning. Dit vergroot de mogelijkheden om (dreigend) overbelaste mantelzorgers te signaleren en te ondersteunen, zodat de mantelzorgers de zorg blijven volhouden en blijven meedoen aan de samenleving. Hierbij wordt aangesloten bij bestaande trajecten zoals Vernieuwend Welzijn, Sociaal isolement, de kanteling in de Wmo en de Gezonde School.
27. Signaleringsstructuur en ketenzorg voor alcohol en middelen Wat willen we de komende vier jaar bereiken? Er is een sluitende ketenaanpak van alcohol- en middelenmisbruik, een adequate inrichting van de hulpverlening en een monitorings- en signaleringssstructuur gericht op van Utrechters met een problematisch alcohol en/of middelengebruik.
54
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
Wat gaan we daarvoor doen? Voor een sluitende keten voor verslavingszorg is vroegsignalering belangrijk. Daarvoor worden medewerkers in de 0e, 1e en 2e lijn getraind. Er wordt effectief en adequaat op nieuwe trends ingespeeld, of het nu gaat om wisselende genotsmiddelen of wisselende wijken waar de problemen het grootst zijn. De gemeente ontwikkelt een monitorings- en signaleringsstructuur van waaruit signalen worden omgezet in acties. Dit is gericht op alle leeftijdsgroepen. Daarnaast nemen onze samenwerkingspartners het initiatief om afspraken te maken over de wijze waarop zij cliënten en patiënten kunnen wijzen en aanspreken op hun eigen inzet en verantwoordelijkheid. Uitgangspunt is dat als cliënten hun eigen verantwoordelijk (kunnen) nemen voor hun eigen gedrag en gezondheid, dit betere en langduriger effecten oplevert voor hun herstel of welbevinden, te vertalen in behaalde ervaren of feitelijke gezondheidswinst. Deze gezamenlijke afspraken kunnen worden gezien als gezamenlijke ‘leveringsvoorwaarden’ waarbij het doel van dergelijke leveringsvoorwaarden is om aan de cliënten/patiënten duidelijk te maken: “dit is de manier waarop wij u aanspreken op uw eigen inzet en verantwoordelijkheid”. Dit vraagt een gezamenlijke aanpak en visie, vertaald in bedoelde leveringsvoorwaarden, van alle zorgaanbieders in de stad/regio, om tegen te gaan dat ‘shoppen’ van cliënten mogelijk is of sprake is van ongelijkheid in behandeling en bejegening. Deze leveringsvoorwaarden zouden moeten worden opgesteld door de zorg- en welzijnsorganisaties, gemeente en evt. andere organisaties samen.
28. Jeugdadviesteams Wat willen we de komende vier jaar bereiken? De Jeugdadviesteams adviseren de professionals in de wijk, zodat kinderen en jongeren tot en met 23 jaar met ernstige opvoed- en opgroeiproblemen en hun ouders snel de juiste hulp krijgen.
Wat gaan we daarvoor doen? De gemeente Utrecht heeft zes Jeugdadviesteams, die vanuit de Centra voor Jeugd en Gezin werken. Professionals melden kinderen en jongeren met complexe problemen aan bij het Jeugdadviesteam. Het team onderzoekt de problemen van de gezinsleden en brengt de al bestaande hulp in kaart. Vanuit deze probleemverkenning formuleert het team een advies en zorgt voor toeleiding naar passende zorg. Het Jeugdadviesteam coördineert de afstemming tussen alle betrokken organisaties. Tijdens het traject staan het kind en het gezin centraal. Jeugdadviesteams ondernemen verdere actie in complexere situaties waar zorgprofessionals zelf niet uitkomen om stagnatie te voorkomen en knopen op te lossen. Als dit niet tot een oplossing leidt, kan de jeugdregisseur (directeur GG&GD) in de top van de escalatieladder de knoop (laten) doorhakken. Voor de ambulante en geïndiceerde zorg en hulpverlening aan kinderen en jongeren is de gemeente (portefeuille jeugd) een apart traject gestart, geleid door de diensten DMO en GG&GD om na de verwachte stelselherziening de jeugdhulpverlening sneller en slimmer te organiseren.
55
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
5.1.3 Zeer kwetsbare Utrechters: tijdelijke intensieve acties Wat willen we bereiken? De groep zeer kwetsbare Utrechters verkleinen en voorkomen dat Utrechters in de alarmerende categorie zeer kwetsbaren terecht komen.
Wat gaan we daarvoor doen? Voortzetten en voortbouwen op bestaand beleid gericht op preventie en duurzaam herstel uitgaande van participatie en eigen kracht van betrokkenen. Acties zijn: 29. Sociaal Medische Zorg voor dak- en thuislozen 30. Woonhygiëne problematiek; 31. Bijdrage GG&GD aan prostitutiebeleid; 32. Voorzorg NIEUW; 33. Plan van aanpak Maatschappelijk Opvang, fase 2.
29. Sociaal medische zorg voor dak- en thuislozen Wat willen we bereiken? Sociaal kwetsbaren die zorg nodig hebben, zijn opgespoord en is sociaal-medische zorg (SMZ) verleend.
Wat gaan we daarvoor doen? We verlenen sociaal-medische zorg aan sociaal kwetsbaren, onder andere op spreekuren voor dak- en thuislozen. De daarmee samenhangende taak van opsporen, vinden en toeleiden naar zorg pakt de GG&GD Utrecht op. Sociaal-medische zorg heeft expertise op het gebied van contact leggen en opbouwen met zorgmijdende cliënten. Sociaal-medische zorg verzorgt de medische spreekuren en zorgt ervoor dat het veldwerk door ketenpartners wordt gedaan.
30. Woonhygiëne problematiek Wat willen we bereiken? We willen mensen met woonhygiënische problemen duurzaam uit hun onmenselijke woonsituatie halen. Daarmee bereiken we tegelijkertijd dat de overlast die deze situaties met zich meebrengen verdwijnt.
Wat gaan we daarvoor doen? De GG&GD Utrecht voert woonhygiënische preventieactiviteiten uit en is de deskundige op het gebied van woonhygiëne–vraagstukken in Utrecht. Na een melding van overlast wordt door een sociaalverpleegkundige een huisbezoek afgelegd. De desbetreffende persoon wordt gemotiveerd tot het accepteren van passende hulp, waarbij de woonsituatie moet verbeteren. In geval van zorgmijdend gedrag wordt door de sociaal-verpleegkundige, die onderdeel uitmaakt van een Vangnet-team, samengewerkt met andere hulpverleners. Op basis van het gezamenlijk inzicht van de onderliggende problematiek die tot verwaarlozing van zichzelf en de woning leidt, wordt geprobeerd de persoon in een passend zorgtraject te krijgen.
56
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
31. Bijdrage GG&GD aan prostitutiebeleid Wat willen we bereiken in de komende vier jaar? Over vier jaar is de kwaliteit van leven op medisch en maatschappelijk vlak verbeterd en voelen prostituees zich veilig(er) en zijn ze weerbaarder. Prostituees krijgen ondersteuning als zij uit de prostitutie willen stappen. Er is gereguleerde straatprostitutie en ook de prostituees die op het Zandpad werken zijn geregistreerd.
Wat gaan we daarvoor doen? We continueren het uitstroombeleid door het uitstapprogramma van de Stichting Tussenvoorziening te subsidiëren tot 2014. We continueren de subsidie aan de opvangvoorzieningen Huiskamer Aanloop Prostituees (HAP) voor een laagdrempelige opvang en (medische) zorg voor prostituees aan het Zandpad en de Europalaan. Prostituees worden benaderd voor consultatie en voorlichting in samenwerking met de Rode Draad. De gemeente geeft maximaal 150 vergunningen uit op de tippelzone aan de Europalaan. In het kader van de aanpak mensenhandel registreert de GG&GD prostituees vanaf begin 2011 in opdracht van Openbare Orde en Veiligheid. Tijdens de geschatte 700 registratiegesprekken per jaar wordt gelet op signalen van onvrijwillige prostitutie. We overleggen minimaal vier keer per jaar met de G4-steden. Samen met Rotterdam en Den Haag neemt Utrecht deel aan het internationale NICIS-onderzoek naar de effecten van prostitutiebeleid.
32. Voorzorg - Nieuw Wat willen we bereiken in de komende vier jaar? Door het project Voorzorg krijgen (aanstaande) moeders met omvangrijke en complexe problemen snel hulp. Daardoor verbetert de startpositie van hun kind.
Wat gaan we daarvoor doen? Voorzorg richt zich op jonge vrouwen in achterstandswijken. Om te voorkomen dat moeders en kinderen in een zeer kwetsbare positie terecht komen, biedt de gemeente aanstaande moeders met problemen op een groot aantal leefgebieden en jonger dan 25 jaar ondersteuning tijdens hun zwangerschap en bij de opvoeding van hun eerste kind. Het gaat hier om ongeveer één procent van de zwangere vrouwen.
33. Plan van aanpak Maatschappelijk Opvang, fase 2 Wat willen we bereiken in de komende vier jaar? Een samenhangende en integrale aanpak voor de zorg en ondersteuning van zeer sociaal kwetsbaren.
Wat gaan we daarvoor doen? In de eerste fase van het Plan van aanpak Maatschappelijke Opvang, die liep tussen 2006 en 2009, zijn de mensen die langdurig op straat leefden grotendeels onder dak en in zorg gebracht. Om terugval te voorkomen wordt het vervolg ingericht op preventie en herstel. Het gaat dan niet meer specifiek om de doelgroep (ex-)dak en thuislozen maar de totale groep zeer sociaal kwetsbaren in Utrecht. Het betreft mensen met problemen op zeven of meer leefgebieden. Voor deze categorie zeer kwetsbaren is een samenhangende aanpak nodig vanuit de gemeente Utrecht en andere betrokken partijen in de stad. Deze huidige aanpak voor deze groep wordt ter bevordering van de doelmatigheid en doeltreffendheid intensief onder de loep genomen om waar mogelijk verbetering en synergie te realiseren. Dit wordt voorbereid door
57
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
de gemeente Utrecht (diensten DMO en GG&GD). Daarbij wordt tevens de inhoud van het Stedelijk Kompas dat in ontwikkeling is betrokken.
58
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
5.2 Evaluatie nota volksgezondheid 20072007-2010 Kader van de evaluatie Deze notitie is een overzicht van de belangrijkste resultaten van het Actieprogramma 'Beweging in gezondheid, Utrecht gezonder in 2010'. Er wordt in deze evaluatie stilgestaan bij vier onderdelen: I. Wat is er bereikt op de prioriteiten die gesteld werden in 2007, zoals die terug zijn te vinden in de samenvatting van het actieprogramma? II. Wat is er bereikt op overige belangrijke punten uit het Actieprogramma 2007-2010? III. Welke ontwikkelingen zijn tussen 2007 en 2011 op ons af zijn gekomen en hoe zijn wij daarmee omgegaan? IV. Welke activiteiten en projecten zijn afgerond en overgedragen aan andere partijen?
I. Prioriteiten samenvatting actieprogramma 'Beweging in gezondheid, Utrecht gezonder in 2010' In de samenvatting van het actieprogramma 'Beweging in gezondheid, Utrecht gezonder in 2010' worden de volgende prioriteiten benoemd: •
Jeugd & gezondheid
•
Plan van aanpak Maatschappelijk Opvang
•
Gezond gewicht
•
Psychosociale gezondheid
•
Alcohol en drugs
Hier is terug te lezen of de ambities van toen bereikt zijn.
Jeugd & gezondheid De ambitie voor alle Utrechtse kinderen was om kinderen met opvoed- en opgroeiproblemen de zorg en steun te geven die ze nodig hebben. De jeugdgezondheidszorg 0 t/m 18 bewaakt de gezondheid van de kinderen, beschermt deze onder andere door uitvoering te geven aan het rijksvaccinatieprogramma en door vroegtijdige signalering en actieve doorverwijzing naar passende hulp en ondersteuning. Voor licht pedagogische hulpverlening wordt vanuit de jeugdgezondheidszorg doorverwezen naar het Opvoedbureau dat in alle tien de wijken actief is. Door gevoelde belemmeringen in de doorgaande lijn van de jeugdgezondheidszorg 0 t/m 18 is door de gemeenteraad besloten de consultatiebureaus bij de afdeling Jeugdgezondheidszorg van de GG&GD onder te brengen. Deze overname is per 1 januari 2010 gerealiseerd. In 2007 en 2008 zijn vijf centra gevestigd in de wijken West, Overvecht, Vleuten-de Meern, Leidsche Rijn en Zuidwest. In april 2009 is besloten tot uitbreiding met twee nieuwe gebouwen: in Noordwest en Zuid. Om bij complexe situaties versnelling aan te brengen zijn vanaf 2007 zes Jeugdadviesteams operationeel. De Jeugdadviesteams, bestaande uit een jeugdarts, een orthopedagoog en een maatschappelijk werker, ondersteunden professionals bij het beoordelen van kinderen met complexe problematiek en versnellen de doorgeleiding van deze kinderen naar passende zorg- en hulpverlening.
59
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
Het bevorderen van weerbaarheid bij kinderen is gestimuleerd met, onder andere met de training 'Kom op voor jezelf'. In 2009 zijn 38 weerbaarheidstrainingen gegeven op basisscholen. De vermindering van alcohol en middelengebruik door jongeren was ook een van de ambities bij het speerpunt Jeugd en gezondheid. Enkele getallen: 42% van de jongeren van 12 tot en met 15 jaar heeft in 2009 wel eens alcohol gebruikt. De verslavingsvoorlichting op scholen is met 40% uitgebreid door middel van het geven van extra weerbaarheidstrainingen op basisscholen. Meer dan 150 probleemgebruikende jongeren zijn toegeleid naar zorg. Gezien de stijging van het aantal jongeren die vanwege overmatig alcoholgebruik bij de Utrechtse ziekenhuispoli’s werden gebracht is ertoe overgegaan om een integraal aanpak alcohol en middelengebruik op te stelen. Deze integrale aanpak is in 2009 door de gemeenteraad vastgesteld.
Plan van aanpak Maatschappelijk Opvang Om de gezondheid van en zorg voor dak- en thuislozen te verbeteren heeft Utrecht zich de afgelopen periode gericht op een verbetering van de leefsituatie van (dreigend) daklozen en een afname van de criminaliteit en overlast door deze groep. Er werd in G4 verband en met het Rijk vanaf 2006 samengewerkt onder de naam Plan van aanpak Maatschappelijk Opvang. Er zijn in de afgelopen periode negen hostels gebouwd. Sinds 2006 zijn er 1725 daklozen geplaatst in hostels en andere 24uurs voorzieningen. Het aantal uithuiszettingen halveerde van 214 naar 103. De hoeveelheid overlast door de doelgroep is met 34,6% gedaald ten opzichte van 2008. In 2010 is gestart met de 2e fase van het Plan van Aanpak Maatschappelijke Opvang, gericht op preventie en herstel.
Gezond gewicht Het doel voor 2010 was om de stijgende trend van de hoeveelheid kinderen met overgewicht te doorbreken. Sinds de start van de wijkaanpak Gezond Gewicht Overvecht in 2005 is het percentage kinderen met overgewicht afgenomen van 27% naar 20%. Dit houdt in dat er gesproken mag worden van een trendbreuk vanaf 2005. Om gezondheidsachterstanden te voorkomen en te verkleinen zijn in de krachtwijken in 2009 via uiteenlopende programma’s en activiteiten duizenden inwoners gestimuleerd om gezonder te leven. Op wijkniveau is intensief samengewerkt met organisaties die deze inwoners mede bereiken (scholen, sportverenigingen, welzijn, gezondheidscentra en wijkbureaus). Belangrijke programma’s en activiteiten in 2009 waren Gezond Gewicht, Psychosociale Gezondheid, het Wijkgezondheidswerk (onder meer de wijkgezondheidsdagen), Big Move en de Gezonde Wijk. Utrecht speelde (zowel ambtelijk als bestuurlijk) een zeer actieve rol in de totstandkoming van het nieuwe landelijke convenant Gezond Gewicht.
Psychosociale gezondheid Een vijfde van de Utrechters geeft in 2006 aan te kampen met een psychische aandoening, zoals depressie en angsten. Het stadsbestuur wilde de verwachte toename daarin zoveel mogelijk beperken, met name in de wijken Overvecht, Zuidwest, Noordwest, Zuid en Leidsche Rijn. Het programma Psychosociale Gezondheid is volop in uitvoering in samenwerking met Agis
Zorgverzekeringen (Convenant Utrecht Gezond! 2008 – 2013). In de verschillende wijken geven de gezondheids- en opvoedingsvoorlichters (voorheen voorlichter eigen taal en cultuur) voorlichting aan groepen, vooral allochtone, vrouwen. In samenwerking met onder andere pedagogen, wijkgezondheidswerkers, wijkwelzijnsorganisaties wordt in de wijk een samenhangend aanbod benut of gecreëerd. Gedurende een langere tijd (bijvoorbeeld door cursussen) is met dezelfde deelneemsters gewerkt waardoor naast kennisoverdracht ook een attitudeverandering en gedragsverandering teweeggebracht wordt.
60
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
Daarnaast was de ambitie om samen met maatschappelijke partners te investeren in het beter signaleren van klachten, en beter doorverwijzen naar zorg. We hebben samenwerkingsverbanden gecreëerd om onder meer de rol van de eerstelijnszorg bij de preventie van psychosociale problematiek te versterken. Het project Integrale depressie is uitgevoerd. We hebben met Agis Zorgverzekeringen afspraken gemaakt over de aanpak van eenzaamheid, waaronder problematisch alcoholgebruik. Voor de jeugd is in Ondiep gestart met het integreren van alcoholvoorlichting in weerbaarheidstrainingen, vanuit de aanpak Krachtwijken.
Alcohol en drugs De ambitie van de gemeente Utrecht was in 2007 om zoveel mogelijk te voorkomen dat inwoners verslaafd raken aan alcohol, drugs en gokken. In Zuilen is een pilot gestart die gericht is op het tegengaan van sociaal isolement, depressie en alcoholgebruik. Er is aangesloten bij het wijkactieplan in Ondiep om schadelijk alcoholgebruik binnen families en buurten aan te pakken. Daarnaast wilden huisartsen en andere hulpverleners uit de eerstelijnszorg meer ondersteuning voor het beter signaleren van problematisch gedrag, zodat mensen sneller door verwezen werden naar goede hulpverlening. Het project Ketensamenwerking is daartoe gestart en richt zich op een sluitende keten voor jongeren en oudere probleemdrinkers. Er zijn acht wijkspreekuren. Vanuit de spreekuren kunnen probleemdrinkers worden toegeleid naar zorg en hulp. Ook deze afspraken zijn een onderdeel van het convenant Utrecht Gezond! met Agis Zorgverzekeringen. Om te voorkomen dat mensen ná hun behandeling terugvallen in hun oude verslavingsgedrag Is ondersteuning geboden. Viel in 2007 nog 59% uit tijdens de behandeling, afgelopen jaar was dat nog maar 33,8%.
II. Overige belangrijke punten uit het actieprogramma 2007-2010 Naast de prioriteiten die gesteld werden in 2007 heeft de GG&GD op enkele andere terreinen ook een aantal belangrijke stappen gezet. •
Kindermishandeling. De landelijke aanpak kindermishandeling is door de gemeente Utrecht ingevoerd. Vanuit de GG&GD Utrecht is de invoering van de RAAK aanpak gestimuleerd bij een gedeelte van de provincie Utrecht. De RAAK aanpak is een aanpak ‘over de hele breedte’: van algemene preventie en ondersteuning tot ingrijpen als kindermishandeling wordt geconstateerd. Een onderdeel hiervan was het stimuleren van het gebruik van de meldcode kindermishandeling. Om dit te realiseren is onder meer een digitaal protocol kindermishandeling ontwikkeld voor de jeugdgezondheidszorg en het hele primair onderwijs in de gemeente Utrecht. Dit protocol vindt landelijk navolging.
•
In het kader van de gezonde leefomgeving hebben besprekingen met Stadsontwikkeling geleid tot een besluit om gezondheidsaspecten mee te nemen bij ruimtelijk planontwikkeling (bestuurlijke vaststelling februari 2010). De GG&GD heeft een adviesrol en Stadsontwikkeling neemt gezondheidsaspecten integraal mee in ruimtelijke ontwikkelingen. Deze adviesrol is zowel een formalisering van de samenwerking tussen Stadsontwikkeling en medische milieukunde, als een nieuwe inzet op het benutten van ruimtelijke mogelijkheden voor gezondheidsbevordering.
•
Wijziging wet kinderopvang. Kinderopvang is continu in ontwikkeling, wet- en regelgeving wordt frequent gewijzigd. Met ingang van januari 2010 zijn gastouders als nieuwe inspectiedoelgroep toegevoegd, evenals de kwaliteitseisen voor peuterspeelzalen en voorscholen. Dergelijke grote wijzigingen vragen om (lokale) aanpassingen van
61
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
werkwijzen, toezicht- en handhavingskader en het jaarlijks bijstellen van toezicht- en handhavingprioriteiten. •
Technische hygiënezorg. We hebben dankzij het extra geld dat de raad ter beschikking heeft gesteld, uitvoering kunnen geven aan technische hygiëne zorg, met als resultaat dat hygiëneadvies standaard onderdeel uitmaakt van het proces van vergunningverlening voor evenementen in Utrecht. Ook de wettelijke taak van vergunningverlening aan tatoe- en piercingshops is gerealiseerd de afgelopen jaren. Waar nodig zijn overtredingen gemeld bij de Voedsel- en Waren Autoriteit.
•
Sense. Toename van chlamydia onder jongeren vormde de directe aanleiding om op nationaal niveau een interventie, gericht op kwetsbare jongeren, te ontwikkelen. Daarom heeft de GG&GD jaarlijks duizend ROC leerlingen voorgelicht over veilig seksueel gedrag; de eerste jaren met financiering van Agis, vanaf 2010 gefinancierd uit gemeentelijke middelen.
III. Ontwikkelingen tussen 2007-2011 Naast de geplande projecten en activiteiten zijn er de afgelopen vier jaar ook ontwikkelingen op ons afgekomen waarmee we geconfronteerd werden. Hier is beschreven welke ontwikkelingen dat waren en hoe we daarop hebben ingespeeld. •
Nieuwe Influenza A. De uitbraak van de Mexicaanse griep bedreigde de volksgezondheid in 2009. Het H1N1 virus leidde tot een pandemie. Vanuit het programma Volksgezondheid zijn maatregelen genomen om de gevolgen voor de Utrechters zoveel mogelijk te beperken. Zo speelden artsen infectieziektebestrijding in de eerste fase een actieve rol in de bestrijding door bemonstering van patiënten en bron- en contactonderzoek. Er zijn 2467 vragen van inwoners beantwoord en 111 casussen gemeld aan het RIVM. Daarnaast hebben we verpleeghuizen, verzorgingshuizen, gehandicaptenzorg en organisatoren van evenementen en studentenactiviteiten geadviseerd over hygiënemaatregelen om verspreiding te beperken. Eind 2009 en begin 2010 is alle personeel van de GG&GD ingezet voor een massale vaccinatiecampagne voor kinderen tot vijf jaar. De opkomst tijdens de eerste ronde was 64%, tijdens de tweede ronde 55% en tijdens de inhaalronde 92%. Men waardeerde de vaccinatiecampagne met een 8,9. De benodigde extra capaciteit om dit uit te voeren heeft effect gehad op de resultaten van andere doelstellingen van de GG&GD. Andere projecten en activiteiten hebben vertraging opgelopen. De kans om infectieziekten op te lopen neemt toe en zij vormen een steeds groter risico voor de volksgezondheid.
•
Integrale aanpak alcohol. De gemeente Utrecht had in 2008 overlast van alcohol verslaafde Oost Europeanen, die in een groep de binnenstad onveilig maakten. Dit probleem samen met een alarmerende toename van opnames van door overdadig alcoholgebruik in coma geraakte jongeren op de poli's van de Utrechtse ziekenhuizen, de aanpak huiselijk geweld waarvan bij de helft overmatig alcoholgebruik in het spel was, de toenemende overlast bij sportverenigingen en op schoolfeesten dat zich uitte in agressief of intimiderend gedrag en ongewenst seksueel gedrag en de aanpak. Binnenstad Veilig was de aanleiding om in Utrecht een integrale aanpak alcoholbeleid te initiëren. Dit intersectoraal beleid is in 2009 vastgesteld.
•
Prostitutiebeleid. De GG&GD zag zich geconfronteerd met een sterk verhoogde mobiliteit van buitenlandse vrouwen die op het zandpad als prostituee gingen werken. De GG&GD heeft de registratieplicht van de prostituees voorbereid in het kader van de Aanpak Mensenhandel. Utrecht is pionier in deze aanpak en sluit in werkwijze aan op de landelijke wetgeving die in ontwikkeling is. In 2010 heeft het college een motie aangenomen voor de continuering van het uitstapprogramma en van de intensivering van de dienstverlening aan prostituees.
62
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011 •
Er wordt een toename gesignaleerd van mensen die dreigen dakloos te worden door voornamelijk financiële problemen. Waarschijnlijk is dit een effect van de kredietcrisis. In voorgaande jaren waren uitvallers bijna alleen personen met meervoudige problematiek.
•
Utrecht gezond! Op basis van wijzigingen in wet- en regelgeving, oplopende zorgkosten, de goede samenwerking in het plan van aanpak Maatschappelijke Opvang en een gezamenlijk gevoelde verantwoordelijkheid voor de aanpak van gezondheidsachterstanden hebben Agis zorgverzekeringen en de gemeente Utrecht de samenwerking versterkt en geïntensiveerd. Dit heeft geresulteerd in het vijfjarige convenant 'Utrecht gezond!' en een actieplan voor de eerste fase 2009-2010. Samenwerking vindt plaats op de Gezonde wijk, tien gezondheidsprogramma's en kennisuitwisseling. Op de verschillende onderdelen zijn goede resultaten geboekt. Ook op nationaal niveau heeft de samenwerking aandacht getrokken. Zo is Utrecht gezond! als inspirerend voorbeeld neergezet in het gezamenlijk advies ‘Buiten de gebaande paden’ van de raad van de Volksgezondheid, Raad voor de openbare gezondheidszorg en de Onderwijsraad.
•
De krachtwijkenaanpak is gelanceerd in vier wijken van Utrecht, hierin heeft gezondheid in meer of mindere mate een plek gekregen. Vanuit het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport is de Gezonde wijk geïntroduceerd binnen deze krachtwijken aanpak. In Utrecht is dit samen met Agis zorgverzekeringen opgepakt (onderdeel convenant Utrecht Gezond!) in de wijk Overvecht. Samen met Cumulus welzijn, Indigo en eerstelijnsorganisatie Overvecht Gezond! wordt sinds 2009 gewerkt aan meer samenwerking en samenhang tussen de eerstelijnszorg, welzijn en publieke gezondheid. Inmiddels is binnen deze aanpak een vergaande wijkstructuur opgebouwd, onder andere door vorming van een platform (uitvoerend/tactisch niveau) en een regiegroep (management). Inzet vindt plaats via drie sporen: 1. houden en werkwijze van de professionals; 2. organisatieontwikkeling en multidisciplinaire samenwerking tussen professionals; 3. aanbod. Ook in de wijken Zuidwest en Noordwest is de afgelopen jaren een goede basis gelegd om samenwerking tussen eerstelijns, welzijn en publieke gezondheid verder vorm te geven.
•
AWBZ/WMO. Het Rijk heeft de afgelopen jaren de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) ingeperkt. Dit heeft gevolgen voor kwetsbare inwoners van de stad. Van de gemeente wordt verwacht de effecten van deze bezuiniging te compenseren. Met ingang van 2009 zijn de financiële middelen voor Ondersteunende Begeleiding Psychosociaal overgeheveld naar de gemeente. In 2010 is de AWBZ-pakketmaatregel Begeleiding ingevoerd. Mensen met een lichte beperking kunnen geen aanspraak meer maken op de AWBZ. Van deze groep wordt verwacht dat zij zelf in een oplossing voorzien. Als dat niet lukt, kunnen zij op zoek gaan naar andere vormen van begeleiding. Utrecht is gedeeltelijk gecompenseerd voor het opvangen van de gevolgen van de pakketmaatregel en heeft hiervoor maatregelen getroffen. Deze sluiten aan bij de uitgangspunten van de Wet Maatschappelijke Opvang (WMO): Uitgaan/versterken van eigen kracht, ondersteuning wordt geboden dichtbij in de wijk, laagdrempelig toegankelijk, inzetten van collectieve ondersteuningsvormen.
•
De GG&GD is centrumgemeente voor de coördinatie van aanvullende curatieve soa en eerstelijns seksualiteitshulpverlening Sense in de regio Utrecht. Sense is in 2008 gestart en, net als de SOA regeling, gefinancierd door het ministerie van VWS. Speciaal opgeleide verpleegkundigen voeren Sense-spreekuren uit waar jongeren tot 25 jaar gratis en anoniem terecht kunnen voor informatie en advies over seksualiteit. Sinds 2009 is er een landelijke Sense-website speciaal voor jongeren; ook in de provincie Utrecht wordt veel gedaan om deze bekend te maken onder jongeren.
•
DD JGZ. De implementatie van het Digitaal Dossier JGZ (DD JGZ, voorheen Elektronisch Kind Dossier (EKD)) is in 2009 volgens planning gestart. In 2010 is het DD JGZ volgens de wettelijke eisen volledig operationeel. Wel bleek dat het werken met het DD JGZ structureel extra tijd
63
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
kost, ook over een langere periode dan oorspronkelijk werd ingeschat. Tevens zijn er technische problemen waardoor verbindingen niet altijd tot stand komen en er dan niet gewerkt kan worden met DD JGZ. Deze problemen komen landelijk voor. •
Mantelzorg. In samenwerking met diverse organisaties is het ondersteuningsaanbod voor mantelzorgers in Utrecht verbreed. Het aanbod voor allochtone mantelzorgers is uitgebreid en er zijn diverse nieuwe projecten gestart, zoals het Autisme Informatiecentrum, het Inloophuis Utrecht en informele respijtzorg voor mantelzorgers van mensen met psychische problematiek. Daarnaast is gestart met het scholen van én intensiever samenwerken met professionals van wijkwelzijnsorganisaties, zodat mantelzorgers daar terecht kunnen voor ondersteuning. Dit, te samen met de toegenomen maatschappelijk aandacht voor het thema als gevolg van de komst van de WMO, heeft er toe bijgedragen dat meer mantelzorgers zich bewust zijn geworden van het feit dat zij mantelzorger zijn en gebruik kunnen maken van de bestaande ondersteuningsmogelijkheden. Er is een toename te zien van de vraag naar ondersteuning door mantelzorgers in Utrecht. De verwachting is dat de vraag naar ondersteuning voor mantelzorgers de komende jaren zal blijven stijgen mede door de aangekondigde veranderingen in de AWBZ.
IV. Afgerond en overgedragen De GG&GD Utrecht heeft enkele projecten en activiteiten kunnen afronden of kunnen overdragen aan andere partijen.
Afgerond Per 1 Januari 2010 is het programma Versterking eerstelijnszorg afgerond. Vijf jaar lang is met partners in de stad succesvol gewerkt aan een sterke eerste lijn. Halverwege het programma is het accent verlegd van het creëren van een aantrekkelijk vestigingsklimaat (vanwege dreigend huisartsen tekort) naar samenwerking rond zorg, welzijn en preventie in de wijk. Behaalde successen: •
Na twee jaar was er geen dreigend huisartsen tekort meer.
•
Bij de balie Bouwen Wonen en Ondernemen is een loket onder gebracht speciaal voor zorgaanbieders waar ze terecht kunnen met vragen over vestiging en uitbreiding.
•
Inzet van de procesmanagers Gezondheidsbevordering heeft in alle aandachtswijken geleid tot samenwerking in de ketens rond welzijn, preventie en zorg. De samenwerking bevindt zich in verschillende stadia, afhankelijk van de dynamiek, snelheid en aangrijpingspunten in de wijk. Thema’s als Gezonde wijk, bewegen en activering/participatie helpen bij het leggen van verbindingen.
•
Volgens het Akkoord 2002 tussen de gemeente en Agis zijn in Leidsche Rijn zijn in opdracht van de GG&GD vier brede gezondheidscentra gerealiseerd; de voorbereiding van het vijfde centrum is afgerond. Voor de ontwikkeling van het laatst geplande centrum in de Centrale Zone is het initiatief teruggelegd bij de zorgaanbieders, zorgverzekeraar en aanbieders maatschappelijk vastgoed.
•
In de afgelopen jaren hebben Agis Zorgverzekeringen en Raedelijn (ondersteuningsstructuur voor de eerste lijn) hun rol opgepakt ten aanzien van versterking eerstelijnszorg en samenwerking met welzijn en preventie. Periodiek worden met deze partijen afspraken gemaakt over ieders rol en inzet. Dit gebeurt zowel op stedelijk als wijkniveau. Ook zijn de relaties met de Utrechtse Huisartsenvereniging en Stadsmaatschap versterkt.
•
In samenwerking met Agis Zorgverzekeringen zijn per wijk wijkgezondheidsprofielen opgesteld. Deze mooie producten zijn meegenomen de wijk in om het gesprek met partijen aan te gaan. Hiervoor zijn in alle wijken bijeenkomsten georganiseerd.
64
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
Versterking van en samenwerking met de eerstelijnszorg gaat verder onder de vlag van Utrecht Gezond!, samenwerkingsconvenant van gemeente Utrecht en Agis zorgverzekeringen.
Overgedragen •
De preventieve gezondheidszorg aan asielzoekers (PGA) werd uitgevoerd door de MOAstichtingen (Medische Opvang Asielzoekers). Sinds 1 januari 2009 werd de PGA uitgevoerd door de GGD'en. Met ingang van 1-1-2010 zijn de taken van de Publieke Gezondheidzorg Asielzoekers ondergebracht bij de lokale GGD'en. GGD Midden Nederland zal deze taken voor de GG&GD Utrecht uitvoeren.
•
Bij de start van het project Binnenplaats heeft de gemeente forse investeringen gedaan voor de (ver)bouw van de woonvoorzieningen voor verslaafde daklozen, de hostels. Al bij het begin van dit actieprogramma is in overleg met de Stichting Utrechtse Woningcorporaties (STUW) en de afzonderlijke woningcorporaties afgesproken dat de verantwoordelijkheid en investeringen voor de ontwikkeling van de nog te realiseren hostels bij de woningcorporaties komt te liggen.
Met de gemeentelijke verantwoordelijkheid voor de uitvoering van de WMO per 2007 en vanuit de visie dat het onderbrengen van de advisering voor de WMO-verstrekkingen bij één partij vanuit klantgerichtheid en doelmatigheid gewenst is, is besloten om de sociaal-medische advisering uitgevoerd door de GG&GD Utrecht onder te brengen bij het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ). Dit besluit heeft in de loop van 2007 zijn beslag gekregen.
65
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
5.3 Projectsamenwerking per partner Binnen de gemeente Utrecht Bestuursinformatie: Epidemiologie: gezondheidsinformatie en onderzoek Brandweer: Inspectie Kindercentra Dienst Burgerzaken: Bijdrage GG&GD aan Prostitutiebeleid Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling: Epidemiologie: gezondheidsinformatie en onderzoek, Gezonde Leefomgeving, Inspectie Kindercentra, Seksuele gezondheid, Jeugdgezondheidszorg 0 t/m 18 jaar: basistakenpakket en rijksvaccinatieprogramma, Vroegsignalering: Samen starten, Opvoedbureau, Preventieactiviteiten alcohol en middelen, Versterken psychosociale gezondheid van de Utrechters, Aanpak gezondheidsachterstanden, Wijkgezondheidswerk, Fit-4-Work, Weerbaarheid, Opvoedingsondersteuning, Gezondheidsvoorlichting, Gezond Gewicht, Gezonde school, Gezonde leefomgeving, Agressie en geweld onder invloed van middelen en experiment achterdeur coffeeshops, Veranderingen in het zorgstelsel, Gezonde wijk en geïntegreerde eerstelijnszorg in de wijk, Mantelzorgondersteuning, Jeugdadviesteam, Plan van aanpak Maatschappelijk Opvang, fase 2, Bijdrage GG&GD aan Prostitutiebeleid, Voorzorg
Dienst Ondersteuning: Tuberculosebestrijding, Seksuele gezondheid Openbare orde en veiligheid: Infectieziektebestrijding, reizigerszorg en technische hygiënezorg, Seksuele gezondheid, Preventieactiviteiten alcohol en middelen, Agressie en geweld onder invloed van middelen en experiment achterdeur coffeeshops, Plan van aanpak Maatschappelijk Opvang, fase 2, Bijdrage GG&GD aan Prostitutiebeleid
Stadsontwikkeling: Gezonde Leefomgeving, Infectieziektebestrijding, reizigerszorg en technische hygiënezorg, Inspectie Kindercentra, Preventieactiviteiten alcohol en middelen, Gezonde leefomgeving, Agressie en geweld onder invloed van middelen en experiment achterdeur coffeeshops, Plan van aanpak Maatschappelijk Opvang, fase 2, Bijdrage GG&GD aan Prostitutiebeleid
Stadswerken: Infectieziektebestrijding, reizigerszorg en technische hygiënezorg, Gezonde leefomgeving
Wijkbureaus: Preventieactiviteiten alcohol en middelen, Gezonde wijk en geïntegreerde eerstelijnszorg in de wijk, Plan van aanpak Maatschappelijk Opvang, fase 2
Buiten de gemeente Utrecht Advies en meldpunt kindermishandeling (AMK): Jeugdadviesteam, Jeugdgezondheidszorg 0 t/m 18 jaar: basistakenpakket en rijksvaccinatieprogramma, Opvoedbureau
Advies en Steunpunt Huiselijk Geweld: Jeugdadviesteam Agis Zorgverzekeringen: Utrecht Gezond, Tuberculosebestrijding, Preventieactiviteiten alcohol en middelen, Opvoedbureau, Versterken psychosociale gezondheid van de Utrechters, Aanpak gezondheidsachterstanden, Fit-4-Work, Gezond Gewicht, Veranderingen in het zorgstelsel, Gezonde Wijk en geïntegreerde eerstelijnszorg in de wijk, Mantelzorgondersteuning, Plan van aanpak Maatschappelijk Opvang, fase 2
Algemeen Maatschappelijk Werk: Vroegsignalering: Samen starten Altrecht Geestelijke Gezondheidszorg: Jeugdgezondheidszorg 0 t/m 18 jaar: basistakenpakket en rijksvaccinatieprogramma, Opvoedbureau, Preventieactiviteiten alcohol en middelen, Jeugdadviesteam, Voorzorg
Aveant: Gezond Gewicht, Gezonde wijk en geïntegreerde eerstelijnszorg in de wijk Basis-, voortgezet- en speciaal onderwijs: Jeugdadviesteam, Gezonde school, Jeugdgezondheidszorg 0 t/m 18 jaar: basistakenpakket en rijksvaccinatieprogramma, Opvoedbureau, Wijkgezondheidswerk, Weerbaarheid, Opvoedingsondersteuning, Gezondheidsvoorlichting
Bedrijven met beroepsrisicogroepen: Tuberculosebestrijding
66
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
BOinK (belangenvereniging voor ouders in de kinderopvang): Inspectie Kindercentra Bureau Jeugdzorg: Vroegsignalering: Samen starten, Jeugdgezondheidszorg 0 t/m 18 jaar: basistakenpakket en rijksvaccinatieprogramma, Opvoedbureau
Centraal Orgaan opvang Asielzoekers:Tuberculosebestrijding, Jeugdgezondheidszorg 0 t/m 18 jaar: basistakenpakket en rijksvaccinatieprogramma
Centrum Maliebaan: Infectieziektebestrijding, reizigerszorg en technische hygiënezorg, Jeugdgezondheidszorg 0 t/m 18 jaar: basistakenpakket en rijksvaccinatieprogramma, Opvoedbureau, Preventieactiviteiten alcohol en middelen, Versterken psychosociale gezondheid van de Utrechters, Weerbaarheid, Opvoedingsondersteuning, Gezonde School, Agressie en geweld onder invloed van middelen en experiment achterdeur coffeeshops, Jeugdadviesteams,
Cliëntorganisaties: Plan van aanpak Maatschappelijk Opvang, fase 2 Dienst Justitiële Inrichtingen: Tuberculosebestrijding Eduniek: Gezonde school Eerstelijns zorgvoorzieningen: Versterken psychosociale gezondheid van de Utrechters, Wijkgezondheidswerk, Fit-4-Work, Gezond Gewicht, Gezonde wijk en geïntegreerde eerstelijnszorg in de wijk, Mantelzorgondersteuning, Plan van aanpak Maatschappelijk Opvang, fase 2
G4 (Samenwerkingsverband met gemeenten Amsterdam, Rotterdam en Den Haag): Inspectie Kindercentra, Aanpak gezondheidsachterstanden, Fit-4-Work, Veranderingen in het zorgstelsel, Plan van aanpak Maatschappelijk Opvang, fase 2
Geestelijke Gezondheidszorg-preventie: Wijkgezondheidswerk, Fit-4-Work, Gezondheidsvoorlichting Geneeskundige Hulp bij Ongevallen en Rampen: Gezonde Leefomgeving voor wat betreft afstemming inzet rampen en incidenten, Infectieziektebestrijding, reizigerszorg en technische hygiënezorg, Tuberculosebestrijding
GGD'en: Epidemiologie: gezondheidsinformatie en onderzoek, Forensische geneeskunde, Tuberculosebestrijding, Gezonde Leefomgeving, Infectieziektebestrijding, reizigerszorg en technische hygiënezorg, Seksuele gezondheid, Weerbaarheid
GGD Nederland: Inspectie Kindercentra Halt: Agressie en geweld onder invloed van middelen en experiment achterdeur coffeeshops Huisartsen: Infectieziektebestrijding, reizigerszorg en technische hygiënezorg, Tuberculosebestrijding, Jeugdgezondheidszorg 0 t/m 18 jaar: basistakenpakket en rijksvaccinatieprogramma, Preventieactiviteiten alcohol en middelen
Immigratie en Naturalisatie Dienst :Tuberculosebestrijding Indigo: Jeugdgezondheidszorg 0 t/m 18 jaar: basistakenpakket en rijksvaccinatieprogramma, Opvoedbureau, Preventieactiviteiten alcohol en middelen, Versterken psychosociale gezondheid van de Utrechters, Gezond Gewicht, Gezonde school, Gezonde wijk en geïntegreerde eerstelijnszorg in de wijk, Mantelzorgondersteuning, Jeugdadviesteams
Inspectie van het Onderwijs: Inspectie Kindercentra Inspectie werk en inkomen: Inspectie Kindercentra Kennisinstituten in Nederland: Epidemiologie: gezondheidsinformatie en onderzoek, Aanpak gezondheidsachterstanden, Gezonde leefomgeving
Kindercentra: Infectieziektebestrijding, reizigerszorg en technische hygiënezorg, Jeugdgezondheidszorg 0 t/m 18 jaar: basistakenpakket en rijksvaccinatieprogramma, Opvoedbureau, Jeugdadviesteams
Koninklijke Nederlandse Tuberculose Vereniging: Tuberculosebestrijding Landelijk Centrum voor Hygiëne en Veiligheid: Infectieziektebestrijding, reizigerszorg en technische hygiënezorg
Medische laboratoria:Infectieziektebestrijding, reizigerszorg en technische hygiënezorg, Tuberculosebestrijding
67
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
Mezzo: Mantelzorgondersteuning Ministerie van Sociale zaken en Werkgelegenheid: Inspectie Kindercentra, Aanpak gezondheidsachterstanden
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport: Infectieziektebestrijding, reizigerszorg en technische hygiënezorg, Aanpak gezondheidsachterstanden, Gezonde leefomgeving, Plan van aanpak Maatschappelijk Opvang, fase 2
Moskee besturen: Opvoedingsondersteuning Nederlandse Vereniging van Artsen voor Longziekten en Tuberculose: Tuberculosebestrijding Openbaar Ministerie: Jeugdadviesteams, Bijdrage GG&GD aan Prostitutiebeleid Ouderenzorg: Wijkgezondheidswerk, Gezondheidsvoorlichting Politie: Jeugdadviesteams, Plan van aanpak Maatschappelijk Opvang, fase 2, Bijdrage GG&GD aan Prostitutiebeleid
Provincie Utrecht: Gezonde leefomgeving Raad voor de Kinderbescherming: Jeugdgezondheidszorg 0 t/m 18 jaar: basistakenpakket en rijksvaccinatieprogramma, Opvoedbureau, Jeugdadviesteams
Raedelijn: Gezond Gewicht, Gezonde wijk en geïntegreerde eerstelijnszorg in de wijk Rijks Instituut voor Volksgezondheid en Milieu / Centrum infectieziektebestrijding: Infectieziektebestrijding, reizigerszorg en technische hygiënezorg, Tuberculosebestrijding, Seksuele gezondheid
Rutgers Nisso Groep: Seksuele gezondheid Samenwerkende landelijke gezondheidsfondsen: Aanpak gezondheidsachterstanden School maatschappelijk werk: Weerbaarheid, Gezonde school SoaAids Nederland: Seksuele gezondheid Sportservice Midden Nederland: Gezond Gewicht Sportverenigingen: Wijkgezondheidswerk Steunpunt mantelzorg: Mantelzorgondersteuning Stichting Stade: Gezonde school, Jeugdadviesteams Stichting de Tussenvoorziening: Bijdrage GG&GD aan Prostitutiebeleid Stichting Voorkom: Preventieactiviteiten alcohol en middelen, Gezonde school Thuiszorg: Wijkgezondheidswerk, Gezondheidsvoorlichting Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV): Fit-4-Work Universiteiten: Epidemiologie: Gezondheidsinformatie en onderzoek, Aanpak gezondheidsachterstanden, Gezonde wijk en geïntegreerde eerstelijnszorg in de wijk, Epidemiologie: gezondheidsinformatie en onderzoek
Veiligheidshuis: Jeugdadviesteams Vereniging van Nederlandse Gemeenten: Inspectie Kindercentra Vereniging Sport Utrecht: Preventieactiviteiten alcohol en middelen, Gezond Gewicht Vrijwilligersorganisaties: Wijkgezondheidswerk, Opvoedingsondersteuning, Gezondheidsvoorlichting, Veranderingen in het zorgstelsel, Mantelzorgondersteuning
Wijkwelzijnsorganisaties Doenja Dienstverlening, Portes en Cumulus: Vroegsignalering: Samen starten, Preventieactiviteiten alcohol en middelen, Jeugdgezondheidszorg 0 t/m 18 jaar: basistakenpakket en rijksvaccinatieprogramma, Opvoedbureau, Versterken psychosociale gezondheid van de Utrechter, Opvoedingsondersteuning, Gezond Gewicht, Gezonde school, Mantelzorgondersteuning, Jeugdadviesteams, Voorzorg
Woningbouwcorporaties: Plan van aanpak Maatschappelijk Opvang, fase 2, Voorzorg Zelforganisaties: Opvoedingsondersteuning, Wijkgezondheidswerk, Gezondheidsvoorlichting Ziekenhuizen: Infectieziektebestrijding, reizigerszorg en technische hygiënezorg, Tuberculosebestrijding, Jeugdgezondheidszorg 0 t/m 18 jaar: basistakenpakket en
68
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
rijksvaccinatieprogramma, Opvoedbureau, Voorzorg, Seksuele gezondheid, Mantelzorgondersteuning, Preventieactiviteiten alcohol en middelen
Zorginstellingen: Gezonde Leefomgeving, Infectieziektebestrijding, reizigerszorg en technische hygiënezorg, Tuberculosebestrijding
Zorgverzekeraars:Infectieziektebestrijding, reizigerszorg en technische hygiënezorg, Tuberculosebestrijding
69
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
5.4 Wettelijk Wettelijk kader Onderstaande wetten zijn kaderstellend voor de gemeente op het gebied van volksgezondheid. Hier staan niet de volledige wetteksten, er kunnen geen conclusies aan verbonden worden. Grondwet In de Grondwet (artikel 22, lid 1) staat “De overheid treft maatregelen ter bevordering van de volksgezondheid.” Dit geldt zowel voor de rijksoverheid als de lokale overheden. De minister van VWS heeft in een brief, d.d. 20 mei 1997, aan de Tweede Kamer aangegeven dat zij dit in brede zin opvat. Gemeentewet De Gemeentewet, artikel 149, stelt dat de gemeenteraad de bevoegdheid heeft verordeningen te maken in het belang van de gemeente. Op grond van dit artikel kunnen maatregelen getroffen worden op het gebied van volksgezondheid. Wet Publieke Gezondheid (vervangt sinds 1 december 2008 Wet collectieve collectieve preventie volksgezondheid, volksgezondheid, Infectieziektenwet & Quarantaine wet) De Wet Publieke Gezondheid (WPG) regelt de organisatie van de openbare gezondheidszorg, de bestrijding van infectieziektecrises en de isolatie van personen/vervoermiddelen die internationaal gezondheidsgevaren kunnen opleveren. Ook regelt de wet de jeugd- en ouderengezondheidszorg. Verantwoordelijkheden van het College en de GGD zijn hieronder samengenomen. •
Algemeen
Het college van burgemeester en wethouders bevordert de totstandkoming en de continuïteit van en de samenhang binnen de publieke gezondheidszorg en de afstemming ervan met de curatieve gezondheidszorg en de geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen. Taken die hieronder vallen zijn: het doen van vierjaarlijks epidemiologisch onderzoek naar de gezondheidssituatie van de gemeente, vierjaarlijks opstellen van de Nota gemeentelijk gezondheidsbeleid, bewaken van gezondheidsaspecten in bestuurlijke beslissingen, bevorderen van medische milieukundige zorg, bevorderen van technische hygiënezorg en het bevorderen van psychosociale hulp bij rampen. •
Jeugdgezondheidszorg
Het college van burgemeester en wethouders draagt zorg voor de uitvoering van de jeugdgezondheidszorg. Taken die hieronder vallen zijn: het systematisch volgen van de gezondheidssituatie van jeugdigen en de gezondheidsbevorderende en –bedreigende factoren, het ramen van de behoeften aan zorg, vroegtijdig signaleren van stoornissen en geven van voorlichting, advies en begeleiding. •
Ouderengezondheidszorg
Het college van burgemeester en wethouders draagt zorg voor de uitvoering van de ouderengezondheidszorg. Taken die hieronder vallen zijn: het systematisch volgen van de gezondheidssituatie van ouderen en de gezondheidsbevorderende en –bedreigende factoren, het ramen van de behoeften aan zorg, de vroegtijdige opsporing en preventie van specifieke stoornissen als comorbiditeit en het geven van voorlichting, advies en begeleiding. •
Infectieziektebestrijding
Het college van burgemeester en wethouders draagt zorg voor de uitvoering van de algemene infectieziektebestrijding. Taken die hieronder vallen zijn: het nemen van algemene preventieve maatregelen op dit gebied, het bestrijden van tuberculose en seksueel overdraagbare aandoeningen, inclusief bron- en contactopsporing, gevallen van ernstige besmettelijke ziekten worden gemeld, indien er risico op verspreiding bestaat kan de burgemeester besluiten een persoon ter isolatie in het ziekenhuis op te nemen. Bron: Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
70
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) De AWBZ dekt medische kosten die niet onder de zorgverzekering vallen en die door bijna niemand op te brengen zijn. Om AWBZ-zorg te krijgen is een indicatie nodig. In 2009 is toelating tot de AWBZ strenger geworden. Alleen de meest kwetsbare mensen krijgen nu nog een AWBZ-indicatie. Voorbeelden van AWBZ-zorg zijn thuiszorg, verblijf in een verzorgingshuis, verblijf in een afdeling of instelling voor psychiatrische hulp en dagbesteding voor gehandicaptenhulp. Bron: Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Kwaliteitswet zorginstellingen De verantwoordelijkheid voor het leveren van kwalitatief goede zorg ligt primair bij degenen die de zorg verlenen: instellingen en beroepsbeoefenaren. De overheid blijft eindverantwoordelijk, maar op afstand. Zorginstellingen werken systematisch en structureel aan kwaliteitsbeleid. Alle instellingen in de zorgsector moeten aan de Kwaliteitswet zorginstellingen voldoen, ongeacht de financieringswijze. De Kwaliteitswet stelt globale eisen en laat de invulling daarvan over aan de zorginstelling zelf. De wet schrijft voor dat instellingen verantwoorde zorg moeten leveren, welke aspecten een instelling in ieder geval bij haar kwaliteitsbeleid moet betrekken, dat een instelling de kwaliteit van zorg systematisch bewaken, beheersen en zo mogelijk verbeteren en dat ze jaarlijks een kwaliteitsverslag moeten publiceren. Toezicht op de naleving van de Kwaliteitswet is noodzakelijk. Dat is de taak van de Inspectie voor de Gezondheidszorg. Bron: Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Wet op de beroepen in de individuele individuele gezondheidszorg (BIG (BIG) IG) De Wet Big beoogt de kwaliteit van de beroepsuitoefening in de individuele gezondheidszorg te bevorderen en te bewaken en de patiënt te beschermen tegen ondeskundig en onzorgvuldig handelen door beroepsbeoefenaren. De wet spitst zich toe op de individuele gezondheidszorg, dat wil zeggen zorg die rechtstreeks is gericht op een persoon. De wet Big is in de plaats gekomen van twaalf oude wettelijke regelingen en heeft een eind gemaakt aan het absolute verbod op het onbevoegd uitoefenen van de geneeskunst. Daarmee is ieders vrijheid om de hulpverleners te kiezen die hij of zij wenst, vergroot. Wel noemt de Wet Big een aantal voorbehouden handelingen. Deze mogen alleen worden verricht door daartoe bevoegde beroepsbeoefenaren, om te voorkomen dat door ondeskundig handelen onaanvaardbare gezondheidsrisico's voor de patiënt ontstaan. Bovendien is in de wet aan de vrijheid van medisch handelen een strafbepaling toegevoegd: het toebrengen van schade aan iemands gezondheid is strafbaar. Voor een beperkt aantal beroepen wordt titelbescherming ingevoerd. Een dergelijke titel geeft aan dat de drager deskundig is op een bepaald terrein van de gezondheidszorg. Het gaat om de volgende beroepsbeoefenaren: apothekers, artsen, fysiotherapeuten, gezondheidszorgpsychologen, psychotherapeuten, tandartsen, verloskundigen en verpleegkundigen. Bron: Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Wet op de geneeskundige geneeskundige behandelingsovereenkomst behandelingsovereenkomst (WGBO) (WGBO) Deze wet regelt de relatie tussen patiënt en zorgverlener (artsen, verpleegkundigen, orthopedagogen, psychologen, verloskundigen, fysiotherapeuten, logopedisten etcetera). Wanneer een patiënt de hulp van een zorgverlener inroept, ontstaat een geneeskundige behandelingsovereenkomst tussen hen. De patiënt is opdrachtgever tot zorg, hetgeen gedefinieerd wordt als: onderzoek, het geven van raad en handelingen op het gebied van de geneeskunst, die het doel hebben iemand van een ziekte te genezen, ziekte te voorkomen of de gezondheidstoestand te beoordelen, of het verlenen van verloskundige bijstand. De Wgbo is dwingend recht, dat betekent dat zorgverleners of zorgverlenende instanties en patiënten onderling geen afspraken kunnen maken die in strijd zijn met de Wgbo. Bron: Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
71
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
Wet op de jeugdzorg Op 1 januari 2005 is de Wet op de jeugdzorg ingevoerd. Het doel van de wet is tweeledig: betere zorg voor jeugdigen en hun ouders, de cliënten van de jeugdzorg èn het versterken van hun positie. De cliënt staat centraal in een meer transparant, eenvoudiger georganiseerd stelsel voor de jeugdzorg. Provincies en grootstedelijke regio’s zijn verantwoordelijk voor de uitvoering van de Wet op de jeugdzorg. Ze zijn verantwoordelijk voor het bureau Jeugdzorg en de zorg waarop aanspraak bestaat op grond van de Wet op de jeugdzorg. In de aanloop naar de Wet op de jeugdzorg is er steeds meer behoefte ontstaan naar meer duidelijkheid over hetgeen in het domein voorafgaand aan de geïndiceerde jeugdzorg moet gebeuren voor jeugdigen, om problemen te voorkomen en/of zo vroeg mogelijk te signaleren. Dit heeft geleid tot een typering van 5 functies waaraan op lokaal niveau voorafgaand aan de jeugdzorg invulling moet worden gegeven. De functies dienen als een soort kapstok voor gemeenten en lokale instellingen. Het gaat om de functies: ♦ Informatie- en advies: voor iedereen is duidelijk waar binnen de gemeente informatie en advies over opvoeden en opgroeien te krijgen is. ♦ Signalering: voor alle partijen is duidelijk welke afspraken gelden voor het melden van verontrustende signalen van of over gezinnen en jeugdigen. ♦ Toeleiding: voor alle partijen is duidelijk welke afspraken gelden voor het beoordelen van gesignaleerde problemen en het zo nodig plegen van interventies. Ook hoort onder deze functie het doorverwijzen van cliënten naar lokale voorzieningen of bureau jeugdzorg. ♦ Licht pedagogische hulp: gezinnen en jeugdigen met opvoed- en opgroeiproblemen komen op de juiste plek terecht en zo nodig is er licht pedagogische hulp beschikbaar. ♦ Coördinatie van zorg: voor gezinnen en jeugdigen met meervoudige problemen die daar geen greep (meer) op hebben is er coördinatie van zorg. Overigens op het moment dat er sprake is van geïndiceerde jeugdzorg in het gezin ligt de verantwoordelijkheid voor (het aanwijzen van) de coördinatie van zorg bij bureau jeugdzorg. Bron: Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Wet Kinderopvang Deze wet regelt de kwaliteit en financiering van kinderopvang. Uitgangspunt is dat kinderopvang een zaak is van ouders, werkgevers en overheid. De gemeentelijke bemoeienis met de kinderopvang is hierdoor wezenlijk veranderd. Voor volksgezondheid betekent dit dat de gemeente verantwoordelijk is voor het toezicht op de kwaliteit van de kinderopvang. Onder kinderopvang wordt verstaan: kinderdagverblijven, buitenschoolse opvang, gastouderopvang, voorscholen en peuterspeelzalen. De kinderopvanginstelling moet onder meer de veiligheids- en gezondheidsrisico's inventariseren en moet voldoen aan de globale wettelijke eis om verantwoorde kinderopvang aan te bieden. Bron: Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Wet klachtrecht cliënten zorgsector Volgens de Wet klachtrecht cliënten zorgsector is iedere hulpverlener en instelling verplicht een klachtencommissie te hebben. De klachtenregeling moet op een duidelijke manier bekend worden gemaakt. Een ernstige klacht kan ook worden ingediend bij een Regionaal Tuchtcollege of de Inspectie voor de Gezondheidszorg. De Inspectie bewaakt de kwaliteit van de gezondheidszorg. Het onderzoeken van ernstige klachten over de zorg is onderdeel van deze taak. Daarbij kijkt de Inspectie of er sprake is van handelingen of nalatigheid waardoor de kwaliteit van de zorg in het gevaar komt. Bron: Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
72
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
Wet op de lijkbezorging De Wet op de lijkbezorging regelt wat er moet gebeuren als iemand komt te overlijden. Zo zijn er regels gegeven omtrent de lijkschouw en over begraven en cremeren. Burgemeester en wethouders dienen één of meerdere gemeentelijke lijkschouwers te benoemen. Deze wordt ingeschakeld op het moment dat de behandelend arts eraan twijfelt dat de persoon een natuurlijke dood is gestorven en op het moment dat het een minderjarige betreft. Bron: Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) Met ingang van 1 januari 2007 is de Wmo van kracht. De Wmo heeft als doel dat iedereen kan meedoen in de maatschappij. Dit geldt voor jonge en gezonde mensen, maar ook voor ouderen en mensen met een handicap of beperking. Sommige mensen hebben daarbij hulp nodig. Veel hulp wordt gegeven door mantelzorgers en vrijwilligers. De Wmo schrijft voor dat de gemeente het werk van mantelzorgers en vrijwilligers ondersteunt. Sommige mensen hebben professionele hulp nodig, zoals hulp in het huishouden, een rolstoel of woningaanpassing. Deze worden in het kader van de Wmo door de gemeente verstrekt. De Wmo voegt enkele wetten samen: de Wet voorzieningen gehandicapten (Wvg) en de Welzijnswet vallen nu onder de Wmo. Ook een deel van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) gaat over naar de Wmo, het gaat hier om hulp bij het huishouden. Bron: Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Wet veiligeidsregio's veiligeidsregio's (Wvr) De Wet veiligheidsregio’s (Wvr) is sinds 1 oktober 2010 van kracht. De nieuwe wet vervangt de Brandweerwet 1985, de Wet geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen (Wghor) en de Wet rampen en zware ongevallen (Wrzo). In de wet zijn onder meer de bestuurlijke inbedding en de basisvereisten voor de organisatie van de hulpverleningsdiensten opgenomen, welke taken het bestuur van een veiligheidsregio heeft en wat de minimumeisen zijn voor hulpverleners als de regionale brandweer en geneeskundige diensten en het materieel dat ze gebruiken. Daarnaast is de functie van directeur GHOR vastgelegd. De directeur GHOR maakt deel uit van de directie van de in het gebied van de veiligheidsregio gelegen gemeentelijke gezondheidsdienst en is belast met de operationele leiding van de geneeskundige hulpverlening. Bron: Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Wet werk en bijstand (Wwb) De Wet werk en bijstand is ingegaan op 1 januari 2004. Het doel van de nieuwe bijstandswet is zoveel mogelijk mensen uit de bijstand aan het werk te krijgen. Vanuit het oogpunt dat werk de beste manier is om deel te nemen aan de samenleving. Hierbij geldt: werk gaat voor inkomen. Wie het écht niet lukt om aan de slag te komen, heeft recht op een uitkering. De gemeenten voeren de wet uit. Gemeenten hebben een eigen budget om de uitkeringen te betalen (bijstandsbudget) en om mensen uit een uitkering te begeleiden naar een baan (reïntegratiebudget). Tegenover minder regels van het rijk en meer eigen autonomie staan een eigen financiële verantwoordelijkheid en het belang van het beperken van de instroom en het bevorderen van de uitstroom. Bron: Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
73
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
5.5 5.5 Ontvangen adviezen Alle 14 wijk- en adviesraden in Utrecht zijn gevraagd om advies uit te brengen over het beleidskader van de Nota Volksgezondheid 2011-2014 'Duurzaam gezond! Fit en weerbaar de toekomst in.' Van de wijkraad Binnenstad, wijkraad West, wijkraad Oost, Cliëntenraad Wmo, Adviescommissie Lesbische en Homo Emancipatie (LGBT), Adviescommissie voor het Ouderenbeleid, wijkraad Noordwest, wijkraad Zuidwest, Saluti Stedelijk Adviesorgaan Interculturalisatie en wijkraad Noordoost heeft de GG&GD een reactie ontvangen. Met Wijkraad Overvecht is tijdens een vergadering van de wijkraad gesproken over de nota. Ouderenbond Cosbo-Stad-Utrecht heeft zelf het initiatief genomen om een reactie te geven.
74
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
5.6 5.6 Afkortingen en begrippen AMW
Algemeen Maatschappelijke Werk
AWBZ
Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten
AWBZ pakket
Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten. Er vinden wijzigingen plaats in de omvang van dit
BJZ
Bureau Jeugdzorg
BJZ/AMK
Bureau Jeugdzorg onderdeel Advies- en Meldpuntkindermishandeling
pakket.
BMR-vaccinatie Bof, mazelen en rodehond- vaccinatie BO
Basisonderwijs
BOinK
belangenvereniging voor ouders in de kinderopvang
CIB
Centrum Infectieziektebestrijding
CIZ
Centrum Indicatiestelling Zorg
CJG
Centrum voor Jeugd en Gezin
COA
Centraal orgaan asielzoekers
COPD
Chronic Obstructive Pulmonary Disease. Chronische bronchitis en longemfyseem
Coping
De manier waarop iemand met problemen om gaat.
DD JGZ
Digitaal Dossier Jeugdgezondheidszorg
DJI
Dienst Justitiële Instellingen
DMO
Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling
Eerste lijn
Alle zorg die direct toegankelijk is voor de patiënt, Denk aan huisartsen, maatschappelijk werk en spoedeisende hulp in ziekenhuizen.
E-health
Het gebruik van nieuwe informatie- en communicatietechnologieën, en met name internettechnologie, om gezondheid en gezondheidszorg te ondersteunen of te verbeteren. Bron: Raad voor Volksgezondheid en Zorg.
Fiom
Organisatie die psychosociale hulp, informatie en advies biedt aan mensen met vragen of problemen op verschillende gebieden zoals zwangerschap, adoptie, etc.
G4
Vier grote steden (Amsterdam, Den Haag, Rotterdam en Utrecht)
GAGS
Gezondheidskundig adviseur gevaarlijke stoffen
Gezonde Wijk Overvecht Programma in de wijk Overvecht, gericht op het verbeteren van de gezondheid van de inwoners. GG&GD
Gemeentelijke Geneeskundige en Gezondheidsdienst
GGD Nl
GGD Nederland is de koepelorganisatie van de GGD’en
GGZ
Geestelijke gezondheidszorg
GHOR
Geneeskundige Hulp bij Ongevallen en Rampen
HAP
Huiskamer Aanloop Prostituees
Heroïnekliniek Verstrekken van heroïne op medisch voorschrift aan langdurig verslaafden, om overlast tegen te gaan. IND
Immigratie en Naturalisatie Dienst
IvhO
Inspectie van het Onderwijs
IWI
Inspectie Werk en Inkomen
JGZ
Jeugdgezondheidszorg
JOGG
Jongeren op gezond gewicht, een programma tegen overgewicht bij jongeren.
KNCV
Tuberculosefonds (Koninklijke Nederlandse Tuberculose Vereniging)
LCHV
Landelijk Centrum voor Hygiëne en Veiligheid
MBO
Middelbaar beroepsonderwijs
Meetnet Luchtkwaliteit Metingen van het RIVM en de Gemeente Utrecht naar de luchtkwaliteit.
75
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
minSZW
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
minVWS
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
NODO
Nader Onderzoek DoodsOorzaak
Nulde lijn
De zorg die gegeven wordt door mantelzorgers, vrijwilligers en familie
MOA
Medische Opvang Asielzoekers
MSM
Mannen die seks hebben met mannen
NVALT
Nederlandse Vereniging van Artsen voor Longziekten en Tuberculose
OGGZ
Openbare Geestelijke Gezondheidszorg
OOV
Openbare Orde en Veiligheid (onderdeel van de Bestuurs- en Concerndienst)
Perinatale voorlichting Voorlichting rondom de geboorte PGA
Preventieve gezondheidszorg aan asielzoekers
Plan van aanpak maatschappelijke opvang Sinds 2006 pakken Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht dakloosheid aan, in een gezamenlijk plan van aanpak. RAAK
Reflectie- en Actiegroep Aanpak Kindermishandeling. Regionale aanpak kindermishandeling
RIVM
Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu
RIVM/Cib
Het Centrum Infectieziektebestrijding is onderdeel van het RIVM
RNG
Rutgers Nisso Groep
RSV
Relationele en Seksuele Vorming
RVP
Rijksvaccinatieprogramma
SAN
SoaAids Nederland
Sense
Aanvullende seksualiteitshulpverlening
SES
Sociaal-economische status. Positie die iemand inneemt in de sociale hiërarchie gemeten aan de hand van opleiding, inkomen of beroepsstatus.
SMZ
Sociaal-medische zorg
SO
Stadsontwikkeling
Soa
Seksueel overdraagbare aandoening
STUW
Stichting Utrechtse Woningcorporaties
Surveillance
Het voortdurend verzamelen, analyseren en interpreteren van die infectieziektegegevens,die noodzakelijk zijn voor de planning, uitvoering en evaluatie van beleid, gekoppeld aan de tijdige verspreiding van informatie aan allen die ervan op de hoogte dienen te zijn. De surveillance betreft alle infectieziekten en mogelijke bedreigingen in de toekomst.
SZW
Sociale Zaken en Werkgelegenheid
TBC
Tuberculose
Tweede lijn
De zorg waar een verwijzing voor nodig is. De hulp is meestal ambulant, wat betekent dat de patiënt niet wordt opgenomen in een instelling. Voorbeelden van tweedelijnszorg zijn medisch specialisten en behandeling door het Riagg.
UMC Utrecht
Universitair Medisch Centrum Utrecht
UWV
Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen
Verwijsindex risicosignalering De verwijsindex risicojongeren (VIR) is een digitaal systeem dat risicosignalen van hulpverleners over jongeren (tot 23 jaar) bij elkaar brengt. Zijn er twee instanties die via de Verwijsindex een probleem signaleren, dan ontvangen de melders een zogenaamd niet-pluissignaal, en nemen ze contact op met elkaar Vmbo
Voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs
76
Nota Volksgezondheid, Duurzaam Gezond Wordversie definitief, 1 april 2011
VMU
De VMU geeft inzicht in de gezondheidstoestand en de determinanten daarvan en op gezondheidsverschillen en trends onder jeugd, volwassenen, ouderen en OGGZ doelgroepen
VNG
Vereniging van Nederlandse Gemeenten
VO
Voortgezet onderwijs
VWA
Voedsel en Waren Autoriteit
WAP
Wijk Actieplan
Wmo
Wet maatschappelijke ondersteuning
Wpg
Wet Publieke Gezondheid
WW
Werkeloosheidswet
Wwo
Wijkwelzijnsorganisatie
ZonMW
Organisatie die gezondheidsonderzoek en innovatie stimuleert. Opdrachtgevers zijn ministerie van VWS en NWO (Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek).
Zoönosen
Ziekten die van dier op mens overdraagbaar zijn
Zvw
Zorgverzekeringswet
77