Nederlandse Vereniging van Banken
Bank|Wereld Kwartaalblad, nummer 1, april 2013
Financial Transaction Tax: Schade voor Nederland groot Antony Burgmans: De code heeft veel losgemaakt Nederland omarmt de Europese Investeringsbank
Bank|Wereld
2
Eind 2012 heeft de Radboud Universiteit (RU) in samenwerking met de Nederlandse Vereniging van Banken (NVB) de leerstoel Financial Information Security ingesteld. De leerstoel is onderdeel van de bekende Digital Security-groep onder leiding van prof. dr. Bart Jacobs. Per 1 februari 2013 is deze leerstoel ingevuld door prof. dr. Eric Verheul.
Uitgesproken
Informatiebeveiliging Informatiebeveiliging en internetbankieren Internetbankieren bestaat sinds het midden van de jaren tachtig en is intussen zeer succesvol. Meer dan elf miljoen consumen ten gebruiken het en ook zakelijk vindt het meeste betalingsverkeer plaats via het internet. Deze ontwikkeling kent ook een neveneffect; sinds 2007 stijgen de fraude cijfers. De fraude bij internetbankieren in 2011 kwam uit op €35 miljoen. Gelukkig steeg de fraude niet verder in 2012, waarbij kan worden opgemerkt dat de schade in de tweede helft van 2012 60% lager was dan de schade in de eerste helft. Banken werken nauw samen op het gebied van informatiebe veiliging bij internetbankieren. Zij delen kennis over incidenten, kwetsbaarheden en informatie over maatregelen die een individu ele bank neemt. Dit gebeurt primair binnen Nederland, maar ook in Europees verband. Intensieve samenwerking De trend is dat beveiligingsmaatregelen steeds complexer worden. Ten dele zijn deze maatregelen zichtbaar voor de klant. Veel ge beurt achter de schermen; banken bouwen intelligentie in hun systemen om frauduleuze transacties vooraf te signaleren en tegen te houden. De uitdaging is dat zij in staat zijn om ook in de toekomst het vertrouwen van de klanten in internetbankieren te waarbor gen. Punt van zorg voor de toekomst is dat cybercriminelen ook andersoortige aanvallen gaan uitvoeren. Hierdoor neemt de behoefte toe om ook in tensief samen te werken met de wetenschap. Van groot belang daarbij is dat onderzoeks vragen in de universitaire wereld worden gevoed met input uit de (interbancaire) praktijk. En ook dat onderzoek (in een aantal gevallen) met inbreng van de gezamenlijke banken wordt uitgevoerd. Om die reden is in
overleg tussen de RU en de NVB een part time leerstoel Financial Information Security binnen de universiteit ingesteld. Cryptografie en security management Eric Verheul is sinds 2003 als hoogleraar verbonden aan de RU. Zijn interesses gaan uit naar twee onderdelen van het veld die meestal als elkaars tegenpolen worden ge zien: cryptografie en security management. Cryptografie is het meest technische gedeelte van informatiebeveiliging en daar doet Ver heul onderzoek naar. Hij is onder meer de mede-uitvinder van twee nieuwe publieke sleutelcryptosystemen waarvan één samen met Citigroup. Security management is het minst technische gedeelte van informatiebe veiliging en gaat over hoe het management van een organisatie informatiebeveiliging onder controle heeft. Verheul doceert een mastercollege over dit onderwerp en advi seert bedrijven bij de implementatie hiervan. “De uitdaging die ik zie bij security manage ment is de omgang met Advanced Persistent Threat-aanvallen (APT-aanvallen) binnen organisaties, ook binnen de financiële sector. Dit zijn aanvallen waarbij de opponent een groep is die zowel de capaciteiten (kennis en geld) als de motivatie heeft om langdurig te proberen een informatiepositie te verkrij gen in een organisatie. Dergelijke aanvallen worden met name uitgevoerd door goed geütiliseerde criminele organisaties vanuit Azië. Mijn zorg is dat APT-aanvallen ook in de bankwereld kunnen plaatsvinden,” aldus Eric Verheul. Doel leerstoel Kennisuitwisseling tussen de academische wereld en de financiële sector, waarbij de leerstoelhouder als liaison fungeert, staat in
deze leerstoel centraal. Het voordeel voor de academische wereld is het verkrijgen van praktische ervaringen en (wetenschappe lijke) uitdagingen rond informatiebeveiliging uit de bancaire sector. Dit kan leiden tot we tenschappelijke onderzoeken, bijvoorbeeld: hoe ziet het toekomstige ‘betalingstoken’ voor internetbankieren eruit? Het voordeel voor de financiële sector is inzicht krijgen in de nieuwste wetenschappelijke ontwikkelingen op het terrein van informatiebeveiliging. Praktische vormgeving Regelmatig vindt overleg plaats met de afzonderlijke afdelingen Informatiebeveiliging binnen de banken en de NVB-werkgroep Informatiebeveiliging (WgIB). De leerstoel houder zal aan de WgIB periodiek presenta ties geven over wat er binnen de RU gebeurt aan ontwikkelingen op dit terrein. Tot slot wordt onderzocht of de mogelijkheid bestaat afstudeerders te plaatsen bij banken op informatiebeveiligingsonderwerpen. Eric Verheul | hoogleraar Informatiebeveiliging RU
[email protected] Michael Samson | Informatiebeveiliging
[email protected]
Inhoudsopgave Oogpunt
4
Financial Transaction Tax: Schade voor Nederland groot
7
Kort
8
Antony Burgmans: De code heeft veel losgemaakt
11
Herstelplannen maken
13
Succes in de strijd tegen fraude in het betalingsverkeer
12
Nieuws uit Brussel
14 13
Nieuwe voorzitter: Chris Buijink
14
Minister Dijsselbloem opent ledenbijeenkomst
15
Van de hemel naar de aarde
16
Nederland omarmt de Europese Investeringsbank
18
Onze experts aan het woord
19
Bankenbibliotheek
Bank|Wereld is een uitgave van de Nederlandse Vereniging van Banken
Colofon Redactieadres: Gustav Mahlerplein 29-35, 1082 MS Amsterdam Postbus 7400, 1007 JK Amsterdam t: 020 550 28 88 e:
[email protected] Eindredactie: Hanan Laghmouchi, Eelco Dubbeling Redactie: Sofia van de Ven, Floris Mreijen, Bart van Leeuwen, Kirsi Rautiainen, Willem de Vocht, Dominique d'Haens, Ivo Bolluijt, Gijs Boudewijn, Daan van Seventer Overname van artikelen uit deze uitgave of delen daarvan is toegestaan, mits met bronvermelding. Voor meer informatie over de inhoud van dit nummer kunt u terecht bij de redactie.
3
‘Be good and tell about it’ is niet altijd genoeg De Monitoring Commissie Code Banken heeft eind vorig jaar geconstateerd dat banken de Code in grote mate naleven, maar dat het publiek daar niet bekend mee is. Men ziet banken onvoldoende werk maken van herstel van vertrouwen. De Commissie beschouwt dit als een gemiste kans en roept de banken op om eensgezind de dialoog met de samenleving aan te gaan. Pittige conclusies van deze onafhankelijke commissie die de NVB – straks onder leiding van onze nieuwe voorzitter Chris Buijink die per 1 juni aantreedt - ter harte zal nemen. Onze huidige voorzitter, Boele Staal, kondigde in zijn Nieuwjaarsrede al aan dat de NVB dialoog gesprekken gaat voeren met haar belangrijkste stakeholders, zoals bedrijven en consumenten. Aan de ene kant is het positief dat de commissie constateert dat ban ken veel vooruitgang hebben geboekt, bij voorbeeld als het gaat om het centraal stellen van het klantbelang. Een Angelsaksisch adagium is: ‘Be good and tell about it’. Dat doen banken blijkbaar te weinig. Maar ook als banken veel investeren in een goede prestatie en daar over uitgebreid communiceren, kan het in de publieke opinie nog mis gaan. De afgelopen maanden kwam ik twee voorbeelden daarvan tegen: financiële educatie en de bestrijding van fraude door cybercri me. In beide gevallen waren er mediaberichten met als strekking dat banken daar onvoldoende werk zouden maken. Nu kan men banken veel verwijten maar dit niet! De NVB ziet financiële educatie als haar maatschappelijke rol. De bankensector is sinds de oprichting in 2006 partner in het publiekprivate platform Wijzer in Geldzaken. Afgelopen jaar werden in 3500 gastlessen circa 110.000 kinderen in het basisonderwijs bereikt. De Nederlandse banken investeren tientallen miljoenen in deze collec tieve onderwijsprojecten. Bij de bestrijding van fraude door cybercrime werken banken juist constructief samen met politie en justitie, onder andere in de Electronic Crime Task Force waar alle beschikbare informatie over fraude wordt gedeeld en onderzocht. Zij voorkomen veel fraude door maatregelen zoals monitoring en detectie. Daarnaast voeren zij sinds 2007 campagnes om het publiek bewust te maken van de risico's van internet. Banken publiceren sinds 2009 fraudecijfers. Op 2 april jl. zijn de cijfers over 2012 bekend gemaakt waaruit blijkt dat er – dankzij de inzet van alle betrokken partijen een dalende trend is. De recente DDoS-aanvallen waarbij websites overbelast raken, zijn heel vervelend voor het publiek maar treffen niet alleen banken en zijn een zaak van nationale veiligheid. Computers zijn daarbij niet gehackt en het beta lingsverkeer is veilig gebleven. Hoewel er dus goede resultaten zijn, is communicatie alleen niet voldoende. Natuurlijk valt er in de bankensector inhoudelijk nog veel te verbeteren. De dialooggesprekken zullen daarnaast de kloof tussen de bankensector en de samenleving moeten helpen dichten. Wim Mijs | directeur Nederlandse Vereniging van Banken
[email protected]
Vormgeving: Gijs Sierman, Amsterdam Fotografie: Marcel Molle, Henk Boom (foto Onno Steins en Yvonne Wil lemsen), beeldbank EIB (foto Pim van Ballekom), beeldbank Ministerie van Financiën (foto Chris Buijink), Rijkswaterstaat (foto Joop van Houdt) Productie: Yardmen, Amsterdam
3
Oogpunt
3
Bank|Wereld
Bank|Wereld
Schade voor Nederland groot
Op 14 februari jl. presenteerde de Europese Commissie (EC) een nieuw voorstel voor een Financial Transaction Tax (FTT). Na een eerder mislukte poging tot invoering van de FTT in de gehele Europese Unie (EU), zou deze FTT nu onder de zogenaamde versterkte samenwerking in ten minste 11 van de 27 EU-lidstaten moeten worden ingevoerd. De impact van het oude voorstel was al onbekend; dat geldt ook zeker voor het nieuwe voorstel. De economische gevolgen zijn in ieder geval – ook voor niet-deelnemende landen – enorm. Landen als het Verenigd Koninkrijk en Luxemburg opperen dan ook nu al de mogelijkheid om na eventuele inwerkingtrede van de FTT naar het Hof van Justitie te stappen.
Dossier
Financial Transaction Tax
4
Bank|Wereld
Naar een Europese FTT Invoering van een Europese financiële transactiebelasting is al een aantal jaren een grote wens van de EC. In 2011 diende de EC een eerste voorstel in om de FTT in te voeren in de EU. Dit voorstel is echter begin 2012 door de lidstaten verworpen vanwege gebrek aan unanimiteit. De invoering in alle 27 lidstaten was hiermee van de baan, maar het streven van de EC om een FTT in te voeren was nog niet van tafel. De EC startte een initiatief om de FTT in een aantal ‘kopgroeplanden’ in te voeren via een zogenoemde versterkte samenwerking. In december 2012 keurde het Europees Parlement deze aanpak goed en in januari 2013 de Europese Raad. Na dit groene licht presenteerde de EC op 14 februari jl. een herzien FTTvoorstel. De lidstaten onderhandelen nu op basis van dit voorstel over de definitieve vorm. Ook de niet-deelnemende lidstaten kunnen aansluiten bij deze onderhandelingen. Het voorstel hoeft echter alleen door de kopgroeplanden (unaniem) te worden goedgekeurd. De verwachting is dat de uiteindelijke invoering niet vóór 2016 gaat plaatsvinden. De EC rekent op een jaarlijkse FTT-opbrengst van 30 tot 35 miljard euro bij een invoering in 11 lidstaten. Van Rutte-‘nee’ naar Rutte-‘ja’ Onder het kabinet-Rutte I was Nederland nog fel tegenstander van de Europese FTT. Het kabinet vond dat de FTT te veel economische schade voor burgers en bedrijven zou aanrichten. Het kabinet zag zich hierbij ondersteund door analyses van het CPB, DNB en de AFM. De houding van Nederland veranderde echter met het regeer akkoord-Rutte II van 20 oktober 2012. Het huidige kabinet staat in beginsel positief tegenover de invoering van een FTT. Wel heeft het kabinet drie voorwaarden gesteld voor de invoering ervan: — de pensioenfondsen van FTT gevrijwaard blijven; — er geen disproportionele samenloop is met de huidige banken belasting; — de inkomsten terugvloeien naar de lidstaten. Minister Dijsselbloem van Financiën heeft aangegeven zich actief op te stellen om een FTT te bereiken die aan de drie gestelde voorwaar den voldoet. Het definitieve voorstel wordt door Nederland beoordeeld aan de hand van deze voorwaarden. Nederland heeft zich op dit moment nog niet officieel bij de EC aangemeld als kopgroepland.
Wat is een FTT? Een belasting op transacties in bepaalde financiële instrumenten, bijvoorbeeld bij de aankoop of verkoop van aandelen, obligaties, derivaten of opties. Hiermee is de FTT een vorm van overdrachtsbelasting.
Grote economische gevolgen niet goed in kaart gebracht De NVB heeft belangrijke bezwaren tegen de voorgestelde FTT. Het voorstel zorgt voor aanzienlijke economische schade, ook voor nietdeelnemende landen. Het is daarom van groot belang dat de exacte impact van een FTT goed in kaart wordt gebracht, iets wat tot op heden nog niet is gebeurd. Economische schade is groot Invoering van een FTT zal zorgen voor een fors lagere economische groei. Zo berekende het CPB –nog op basis van het oude voorstel – een daling van het bruto binnenlands product (tot 1,2%) en een stijging van de werkloosheid (tot 0,5%). Dit komt onder meer doordat de FTT zorgt voor hogere kapitaalskosten. Een FTT op aandelen- en schuldpapiertransacties verhoogt deze kosten, omdat beleggers een hoger rendement eisen om de belasting te compenseren. Hogere kapitaalskosten maken vervolgens kredietverlening voor burgers en bedrijven duurder, waardoor investeringen worden beperkt en de economische groei wordt geremd. Kredietverlening zal ook duurder worden, omdat een FTT het moeilijker maakt voor market makers – partijen die een belangrijke rol spelen bij het creëren van liquiditeit – te opereren. Dit maakt de kostprijs van financiële instrumenten hoger, waardoor uiteindelijk de kosten van kredietverlening stijgen. Ook zul len de kosten voor het afdekken van bedrijfsrisico’s door middel van derivaten stijgen. Een belangrijke oorzaak van de grote economische schade is de opzet van de FTT. Bij een transactie is zowel verkoper als koper FTT verschuldigd en worden ook de betrokken tussenpartijen bij een transactie belast. Dit brengt een zogenaamd ‘watervaleffect’ teweeg en doet de belastingdruk verveelvoudigen. De daadwerkelijke FTT-druk kan hierdoor makkelijk oplopen naar 1% per transactie. En hoe hoger de FTT-druk is, hoe groter de economische effecten zullen zijn. Grote impact niet-deelnemende landen De FTT heeft ook grote impact op niet-deelnemende landen. Allereerst leidt het voor overheden en financiële instellingen uit nietdeelnemende landen tot een hoge administratieve lastendruk. Hiernaast heeft het voorstel een grote extraterritoriale werking, doordat
Hoe ziet het FTT-voorstel van de EC eruit? Het is de bedoeling dat in beginsel elke financiële instelling die direct of indirect optreedt als partij bij een financiële transactie – waarbij ten minste één van de betrokken partijen gevestigd is in de FTT-zone – wordt belast. Dit is het vestigingsplaatsbeginsel. Financiële instellingen zijn bijvoorbeeld pensioenfondsen, verzekeraars, banken, brokers en market makers. Bij financiële instrumenten (en hun derivaten) kan worden gedacht aan aandelen, deelnemingen in beleggingsfondsen, instrumenten die op de kapitaalmarkt verhandelbaar zijn en bepaalde geldmarktinstrumenten. FTT is bijvoorbeeld verschuldigd bij een transactie waarbij een Duits pensioenfonds betrokken is. Aanvullend op het vestigingsplaatsbeginsel wordt het uitgiftebe-
ginsel voorgesteld. Dit betekent dat bij handel in een in een FTT-land uitgegeven financieel instrument FTT verschuldigd is. Ook als de daarbij betrokken partijen niet in de FTT-zone gevestigd zijn. Bijvoorbeeld bij een transactie tussen twee Amerikaanse banken in een Duits aandeel. In het voorstel gaat de Commissie uit van een tarief van ten minste 0,01% op derivatentransacties en een tarief van ten minste 0,1% op andere financiële transacties. Bepaalde transacties worden uitgesloten, zoals de uitgifte van aandelen en courante financiële activiteiten van burgers en bedrijven, bijvoorbeeld hypotheken, leningen, betalingen, verzekeringen en deposito’s.
5
Bank|Wereld
Impactanalyse van essentieel belang De verwachte economische gevolgen van de FTT zijn groot, des ondanks ontbreekt een nauwkeurige analyse van de effecten voor burgers en bedrijven. De EC zag merkwaardig genoeg geen noodzaak voor een nauwkeurig onderzoek naar de impact. Hierdoor is nu nog niet duidelijk hoeveel bijvoorbeeld de pensioenuitkering van een gepensioneerde als gevolg van deze belasting zal dalen (doordat de kosten voor het pensioenfonds zullen stijgen). Of met hoeveel de ren tetarieven zullen stijgen als een burger of bedrijf wil lenen. Het is van essentieel belang dat een duidelijk beeld wordt verkregen van deze gevolgen, zowel op Europees als nationaal niveau. Niet alleen voor de deelnemende landen, maar ook voor de niet-deelnemende landen. De EC heeft voor deze laatste groep landen zelfs helemaal geen beperkte analyse gemaakt, terwijl deze landen door de grote extraterritoriale werking wel sterk worden geraakt. Doelstellingen EC worden niet gehaald Naast de grote negatieve impact op de economie, bereikt de belasting ook niet de door de EC gestelde doelen. Hierdoor richt zij niet alleen schade aan, zij is ook nog eens ineffectief. De EC heeft aangegeven met een FTT drie doelen voor ogen te hebben:
1. het harmoniseren van financiële transactiebelastingen om de werking van de interne markt te verbeteren; 2. ervoor zorgen dat de financiële sector een bijdrage levert aan de kosten van de financiële sector; 3. het leveren van een bijdrage aan een stabielere financiële sector. De NVB is van mening dat er geen sprake is van harmonisatie, om dat het Commissievoorstel veel verder gaat dan de bestaande natio nale FTT-initiatieven. En draagt een heffing die niet in alle EU-landen wordt ingevoerd per definitie niet bij aan het functioneren van de interne markt. Door de te ontstane tweedeling is eerder sprake van strijdigheid met de Europese interne markt. Het is verder de vraag in hoeverre de financiële sector daadwerkelijk zal bijdragen aan de kosten van de FTT. Vermoedelijk zullen in de praktijk voornamelijk burgers en bedrijven voor de rekening moeten opdraaien. Dit komt omdat naar alle waarschijnlijkheid een groot deel van de FTT-last wordt doorberekend aan de eindgebruiker. De gepen sioneerde, de verzekerde, de hypotheeknemer, de ondernemer en de belegger zullen de gevolgen dan het meest merken. Ook zeer twijfelachtig is de bijdrage van de FTT aan een stabielere financiële sector. Het lijkt moeilijk te geloven dat een FTT effectief speculatie en ander ongewenst marktgedrag kan bestrijden. Zoals ook DNB stelt kunnen handelshuizen in een globaliserende wereld hun activiteiten makkelijk verplaatsen. Of nemen handelshuizen meer risico om de kosten terug te verdienen, waardoor juist sprake kan zijn van een grotere instabiliteit. Regulering van specifieke problemen kan beter plaatsvinden via hierop gerichte wetgeving. In MiFID II, de Europese richtlijn Markets in Financial Instruments, worden bijvoor beeld op dit moment maatregelen voorgesteld die zich richten op high frequency trading (een vorm van geautomatiseerde handel die wordt uitgevoerd met behulp van wiskundige algoritmes). De FTT lijkt dan ook op een schot hagel: niet specifieke, maar alle handel wordt geraakt. De Europese economie is hier onnodig slachtoffer van. Meer informatie is voor onze leden te vinden in het dossier FTT op het ledennet. Michiel Peters | Financiële Markten
[email protected]
Welke landen nemen deel aan de FTT?
Wat is het watervaleffect?
De landen die mee-
Een belangrijke oorzaak van de grote impact
doen aan de versterkte
van de FTT (op de eindgebruiker) is het zoge-
samenwerking om een
naamde ‘watervaleffect’. Bij de uitvoering van
FTT in te voeren, de
een financiële transactie zijn vaak verschillende
‘kopgroeplanden’, zijn
financiële partijen betrokken. Bijna iedere
op dit moment: België,
partij die betrokken is bij een transactie zal
Duitsland, Estland,
worden belast. Hierdoor zal het effectieve tarief
Griekenland, Spanje,
van de door de Commissie voorgestelde FTT
Frankrijk, Italië,
voor de eindgebruiker al snel veel hoger uitval-
Oostenrijk, Portugal,
len dan 0,1% voor aandelen en obligaties en
Slovenië en Slowakije.
0,01% voor derivaten. De uiteindelijke omvang van dit effect hangt af van de mate waarin financiële partijen de heffing gaan doorberekenen aan hun klanten, dan wel ten laste brengen van hun marges.
Dossier
zowel het vestigingsplaatsbeginsel als het uitgiftebeginsel wordt voor gesteld [zie kader]. De Commissie stelt dat dit nodig is om ontwijking – door bijvoorbeeld het verplaatsen van transacties – tegen te gaan. Het is zeer de vraag of met deze invulling wel aan de voorwaarden van ver sterkte samenwerking wordt voldaan. Eén van die voorwaarden luidt dat lidstaten die niet meedoen, geen last mogen hebben van hetgeen de kopgroeplanden overeenkomen. Door de grote impact op nietdeelnemende landen is het zeer twijfelachtig of aan deze voorwaarde wordt voldaan. Daarom denken tegenstanders van deze belasting, zoals het Verenigd Koninkrijk en Luxemburg, na over de mogelijkheid om na eventuele inwerkingtreding naar het Hof van Justitie te stappen. Ook individuele personen kunnen deze stap zetten. De Commissie en deelnemende landen zullen een sluitend antwoord op deze problema tiek moeten hebben.
6
Bank|Wereld
Op de Nationale onderwijs-tentoonstelling (NOT) 2013 ging de NVB in
Verder in het kader van financiële educatie hadden drie schoolklassen
gesprek met docenten uit het basis- en voortgezet onderwijs om hen te
uit Breda, Eindhoven en Urk op dinsdag 5 februari jl. hun schoolreis
stimuleren financiële educatie in het onderwijsaanbod te integreren. De
naar het GeldMuseum. Het was een leerzame en leuke middag met
beurs had een bezoekersaantal van 42.138 personen. Samen met Wijzer
een museumrondleiding, een workshop Goochelen met geld van Igor
in geldzaken en acht partners presenteerde de NVB haar programma’s op
Krulsnor en een fotoshoot in de Boevenstudio. Volgens meester Dennis
het gebied van financiële educatie. Het grootste programma is het gastles
uit Breda hebben de leerlingen een ‘topdag gehad in een geweldig mooi
sen programma Bank voor de klas. Jong geleerd is immers oud gedaan!
museum’.
Bankovervallen en ram- en plofkraken Het aantal bankovervallen is de afgelopen twintig jaar gedaald van 570 in het ‘piekjaar’ 1992 tot vier vorig jaar. De laatste bankoverval werd gepleegd in april 2012. Het aantal overvallen op banken daalt al jaren, met uitzondering van enkele uitschieters waarbij een kleine opleving viel te constateren. Die daling komt doordat bankpersoneel niet langer toegang heeft tot grote sommen geld. Daartegenover staat dat het aantal plofkraken op geldautomaten in 2012 ten opzichte van een jaar eerder met vier procent toenam. Criminelen probeerden 127 keer door middel van een explosie de kluis van de geldautomaat te kraken. Ramkraken werden het afgelopen jaar vier keer gepleegd. Dat waren er minder dan de zeven in 2011.
Informatiebijeenkomst FATCA
Op 5 februari 2013 organiseerde de NVB wederom een informatiebijeen
panel van bancaire experts. De bijeenkomst werd door de aanwezigen
komst voor haar leden over de FATCA (Foreign Account Tax Compliance
als zeer informatief ervaren. Voor onze leden is alle informatie over
Act). Meer dan 125 personen waren aanwezig om de laatste informatie
FATCA te lezen in het dossier FATCA op het ledennet.
te krijgen en vragen te stellen aan het ministerie van Financiën en een
Kort
Financiële educatie
7
Bank|Wereld
8 De ontmoeting
Interview Antony Burgmans
De code heeft veel losgemaakt Antony Burgmans was de afgelopen drie jaar voorzitter van de Monitoring Commissie Code Banken. Onlangs verschenen de aanbevelingen van de commissie: een advies om een nieuwe Code Banken op te stellen en om onafhankelijke monitoring voort te zetten.
U bent drie jaar voorzitter geweest van de Monitoring Commissie Code Banken. Hoe beviel dat? ‘Bijzonder goed. Wij hebben gelukkig mogen constateren dat de Code Banken heel veel heeft losgemaakt, vooral bínnen de sector. Ik kan de bancaire sector alleen maar een compliment geven dat men er met veel ijver – en op bepaalde plekken ook enthousiasme – toe over is gegaan om de code daadwerkelijk te implementeren en toe te pas sen. En dat de code in de breedte wordt nageleefd, vind ik een zeer bevredigende conclusie. Dat hebben de banken allemaal zelf gedaan, maar ik ben er wel van overtuigd dat de commissie daar een rol in heeft gespeeld.’
Bank|Wereld U bent positief. U zag zelfs enig enthousiasme. Heeft dat u verbaasd? ‘Nee, dat heeft mij niet verbaasd, het is een constatering. Het is wel zo dat het proces op gang moest komen. Het eerste jaar was het lastigste. Daarvóór was er geen code. Het bankwezen moest eraan wennen, ook dat er een onafhankelijke commissie kwam die in de keuken kwam kijken of banken zich wel aan hun eigen code hielden, met name op het punt van klant centraal, risicomanagement en allerlei governanceaspecten. Na een jaar, toen men ongeveer door had hoe het spel gespeeld werd en wat de bedoeling was, is dat proces heel goed op gang gekomen. Het tweede jaar zag je een versnelling, het derde jaar dat men echt doorzette.’ In uw jaarlijkse rapportages en in de recente aanbevelingen staat ook de nodige kritiek. ‘Het is niet allemaal rozengeur en maneschijn. Er is een aantal dingen dat nog beter kan. Veranderingsprocessen hebben vaak tijd nodig. De Nederlandse samenleving heeft gezegd: wij willen niet meer zo’n bankensector zoals die is ontstaan tijdens de laatste vijftien jaar tot de crisis. Dat straalt de code ook uit: verandering. Maar een cultuurver andering kost tijd. Dat manifesteert zich het meest bij het thema klant centraal. Voordat je een organisatie om krijgt van ‘een organisatie die helemaal gefocust is op zijn aandeelhouder en op zijn eigen personeel’ tot ‘een organisatie waarin de klant centraal staat’ ... Dat krijg je niet voor elkaar in drie jaar. Er is een aantal stevige stappen gezet, maar dat aspect is absoluut nog niet klaar. Op het gebied van risicomanagement zie je dat er al heel veel winst is geboekt. Die harde les heeft men geleerd. Dat heeft men zich zeer ter harte genomen. Binnen de banken zijn de risicoprocessen nu veel grondiger. Ook is het toezicht veel meer op z’n qui-vive. En de rol van de raad van commissarissen is duidelijk toegenomen. Ongeveer elke raad van commissarissen heeft nu een Risk Committee en de meeste banken hebben ook een Chief Risk Officer op het niveau van de raad van bestuur.’ In hoeverre heeft dit met de code te maken? Zijn dergelijke veranderingen niet veeleer in gang gezet door veranderende regelgeving en door de toezichthouders die dichter op de banken zitten - en waartoe ze ook door politiek en publiek worden aangespoord na bijvoorbeeld staatssteun of nationalisatie? ‘U haalt een paar dingen door elkaar. De problemen die zo nu en dan naar boven komen, nog steeds, die hebben allemaal te maken met zaken die gebeurd zijn vóór de crisis. De code is ingesteld ná de crisis. Onze constateringen gaan over wat er gebeurd is ná de crisis, aan de hand van de code. Dan zie ik dat een aantal processen aanmerkelijk verbeterd is. Ik vraag me af of een ontwikkeling als bij SNS op dit mo ment nog plaats had kunnen vinden met de verbeterde processen die er binnen de banken zijn bij bijvoorbeeld het risicobeheer.’ Wat er voor 2008 allemaal gebeurd is werkt toch door, daar is toch geen streep onder te zetten? ‘Dat doe ik ook niet. Maar wij moeten ons realiseren dat de banken op dit moment anders opereren dan voor de crisis. Een hoop zaken is nu in orde. Bijvoorbeeld de productgoedkeuringsprocessen, die zijn op dit moment veel en veel beter dan tien jaar geleden. Je kunt dan wel zeggen: we moeten het productgoedkeuringsproces verbeteren en aanpassen, maar dan ga je iets verbeteren en aanpassen wat al
aangepast en verbeterd is. Dat is het probleem voor de bancaire sector op dit moment. Veel zaken waar banken nu op afgerekend worden, zijn zaken die gebeurd zijn vóór de crisis. Ik begrijp wel dat het voor de burger allemaal erg verwarrend is, maar de sector zelf en de overheid moeten dat helder over het voetlicht brengen.’ De sector heeft de code goed toegepast, maar over de communicatie met de samenleving bent u kritisch. ‘Als ik puur kijk naar het toepassen van de code, dan kunnen we alleen maar tevreden zijn: de code heeft gewerkt. De code heeft veel losgemaakt. Tegelijk kunnen we constateren dat het vertrouwen niet hersteld is, dat de perceptie over de bancaire sector niet veranderd is en dat de politiek zich steeds vijandiger opstelt ten opzichte van de bancaire sector. Maar dat doet niets af aan het feit dat de bancaire sector de code heel goed toepast.’ Was het niet allemaal te doen om herstel van het vertrouwen? ‘Juist. En in dat opzicht heeft de code, helaas, niet gewerkt. Dat is teleur stellend. Maar je ziet dat wat de samenleving eigenlijk wilde, wel is ge beurd. De samenleving wilde dat de klant meer centraal kwam te staan, dat het risicomanagement op orde zou komen, dat productgoedkeu ringsprocessen effectiever zouden worden, dat een aantal governanceaspecten veel beter zou worden georganiseerd en dat de remuneratie veel gedisciplineerder zou zijn. Dat is stuk voor stuk bereikt.’ Je hoeft het alleen nog maar beter te verkopen? ‘Dat is precies het punt. Dat hebben we ook voortdurend aan de orde gesteld, al ligt het strikt genomen buiten de scope van de code en buiten het mandaat van de commissie. Wij hebben tegen de bancaire sector gezegd: U moet wél met de samenleving communiceren, een dialoog aangaan. En daarvan is geen of nauwelijks sprake geweest. Dat is buitengewoon spijtig en ook zonde. Duizenden hardwerkende mensen binnen de bancaire sector worden hierdoor miskend, ver keerd getypeerd. De vijandigheid tegenover de bancaire sector is niet veranderd en dat heeft niet alleen te maken met het verleden. Men heeft onvoldoende gecommuniceerd wat men allemaal heeft gedaan om de zaak te veranderen. Heel weinig mensen staan op en zeggen: hé, maar wij zijn veranderd! En de politiek en de media helpen ook niet. Toen onze rapportages uitkwamen, zag ik zelden een artikel met de strekking: kijk eens wat ze allemaal gedaan hebben, hoe hard ze eraan werken.’ Het verbaast mij niet dat ‘Cyprus’ wel op de voorpagina staat en niet dat de banken op de goede weg zijn. ‘Dat verbaast mij ook niet. En ik begrijp de woede en de teleurstelling over zaken die in het verleden gepasseerd zijn - want ook de oorzaak van de problemen in Cyprus ligt vóór de crisis. Maar tegelijkertijd moeten we ervoor zorgen dat we het kind niet met het badwater weggooien. Je kunt wel zeggen: we moeten de financiële sector hier afbouwen. Maar Nederland is een handelsland en al die handelsstromen moeten gefinancierd worden. En de financiële sector in Nederland opereert nu duidelijk anders dan voor de crisis, veel meer in lijn met wat de samenleving wenst, deels door de code, deels afgedwongen door wetgeving en toezichthouders DNB en AFM.’
9
Bank|Wereld
Daar speelt de NVB een rol in, als sectororganisatie? ‘De rol van de NVB is heel belangrijk. Maar ze moet wel de ruimte krij gen van de sector. Men heeft moeten wennen aan die nieuwe rol van de NVB. De heer Staal heeft een voortreffelijke ploeg mensen, maar je moet ze wel de vrijheid geven om die dialoog aan te gaan. Als Burg mans dat een keer vertelt, wordt dat niet gelijk opgepakt en begrepen. Maar mijn gevoel is dat het kwartje begint te vallen. Als ik zie hoe de opvolging van de heer Staal is geregeld, dat de voorzitters van de drie grote banken zelf in het dagelijks bestuur gaan zitten, dan denk ik dat men een belangrijke stap vooruit heeft gezet.’ U propageert een holistische risico-aanpak? ‘In 2007, 2008 was de perceptie van risico binnen de samenleving volkomen scheef. Men betaalde prijzen voor huizen die niet meer in lijn waren met de echte waarde. De risico’s die de banken heb ben genomen, op het gebied van derivaten, van securitisation, het aansmeren van hypotheken aan mensen die eigenlijk geen hypotheek moesten hebben – met name in Amerika ... Alsof men zei: er zijn geen risico’s. We hebben onze les daarin geleerd, op een harde wijze. Je ziet dat het behoedzaam, prudent bankieren weer terugkomt. Dat gaat samen met een meer holistische risico-benadering. Alle risico’s worden in totaliteit beschouwd. Veel banken hebben nu een Risk Committee. Er is vaak een Chief Risk Officer, die veelal deel uitmaakt van de raad van bestuur, en rappor teert aan de CEO en het Risk Committee. Dat was er vroeger allemaal niet. Raden van commissarissen keken nauwelijks naar kredietri sico’s. Maar het belangrijkste is de cultuur: wij nemen geen grote risico’s. Het is het verwachtingspatroon, ook naar je aandeelhouders toe. “Wij zijn een stabiele bank. Wij managen de bank voor de volgende honderd jaar. Dus uw investering is safe, maar verwacht geen hoge rendemen ten.” Dat schept wel problemen, want je hebt kapitaalverschaffing nodig om een bank te runnen. Dat is een spanningsveld. Maar er is altijd spanning tussen de verwachtingen van de verschillende stakeholders. Het personeel wil goed betaald worden. Aandeelhouders willen goede rendementen hebben. Klanten willen fantastische service en lage tarieven.’
De cultuurverandering stokt niet bij de top? ‘De ‘tone at the top’ is echt goed. De grote bazen zetten zich er zelf voor in en dat sijpelt door naar de hele bank. Daar hebben wij on derzoek naar gedaan. Hoe zit het in de buik van het schip en aan de onderkant? Dan zie je dat die signalen doorkomen. Maar het ene onderwerp gaat sneller dan het andere. Risicomanage ment: zeker. Een aantal governance aspecten zoals remuneratie: zeker. Klant centraal is een weerbarstig onderwerp. Dat gaat tien jaar duren. De verandering is in gang gezet. En we zien duidelijk signalen dat het in het buik en de onderkant van het schip ook gedragen wordt. Is het allemaal perfect in orde? Nee. Word je af en toe nog met een kluitje in het riet gestuurd? Ja. Maar zijn er processen in gang gezet om het te verbeteren? Ja, absoluut.’ U adviseert om door te gaan met een vernieuwde Code Banken. ‘Door nieuwe wet- en regelgeving, nationaal, Europees en mondiaal, is er een overlap met de code. Dat vergt een herziening, als het zinnig is om door te gaan met een code. En de commissie is van mening dat een nieuwe code ook de komende jaren een nuttige rol kan spelen. Het is voor de banken een kans om tegen de samenleving te zeggen: dit mag u van ons verwachten, hier mag u ons op afrekenen. Dit is niet opgelegd door de wetgever, dat vinden wij zelf. En je kunt in die code zaken regelen die je met wet- en regelgeving niet kunt regelen, op het terrein van normen en waarden en fatsoen en dat soort zaken. Een bankierseed is een poging om zo iets te doen. Al is het lastig hoe je het gaat afdwingen. Maar als een bankmedewerker de code echt helemaal aan z’n laars lapt, dan moet die bankmedewerker maar ergens anders gaan werken. Dat is de uiteindelijke sanctie.’ Een bank is een complexe organisatie. Een commissaris moet daar de tijd voor nemen. Hoeveel? ‘Een president-commissaris twee, drie dagen per week, bij een grote bank die goed functioneert. Bij een bankencrisis veel meer. Het is nu nog vaak zes, zeven vergaderingen per jaar. Een middagje bij elkaar komen. Misschien een hapje eten. Een commissievergadering. De balanstotalen zijn echter vele malen over de kop gegaan. De producten zijn veel complexer geworden, het is een veel globalere in dustrie. Ons pleidooi is: banken, overheid, Nederlandsche Bank, doe daar iets aan want het toezicht van de commissarissen is het meest effectieve toezicht, die zitten er meer bovenop dan de Nederlandsche Bank of de AFM.’ Daan van Seventer Rein Pijpers | Secretaris Monitoring Commissie Code Banken
[email protected]
De ontmoeting
Het vertrouwen is nog niet terug, kunnen bestuurders hier zelf aan bijdragen? ‘De positie van de bankensector is veranderd. Als iemand vroeger kritiek had op de financiële sector, zei de baas van de Nederlandsche Bank en zelfs de minister van Financiën: kom niet aan mijn financiële sector want die is erg belangrijk voor de Nederlandse economie, daar hebben we onze welvaart aan te danken. Die beschermheren zijn weggevallen. De Nederlandsche Bank is zelf zwaar onder vuur komen te liggen. De financiële sector moet de dialoog met de samenleving nu zelf aangaan. Van oudsher zijn bankiers niet gewend om die rol te spelen. En het vereist inderdaad mensen die dat begrijpen. En het vereist ook saamhorigheid in die sector. Daar heeft het ook wel eens aan ontbro ken. Maar op dit moment is dat een stuk beter.’
Een veranderingsproces gaat gemakkelijker als er voldoende geld is. Lastig dus, dat banken hun kapitaalbuffers moeten uitbreiden. ‘Ja, maar dat moet. Dat is het repareren van wat er verkeerd gegaan is in het verleden. Deze generatie en de generatie van mijn kinderen zeggen: dit willen we absoluut niet weer. De volgende vijftig jaar wil men systeembanken hebben die niet meer omvallen en die geen greep hoeven te doen in de staatskas.’
10
Bank|Wereld
Waar te beginnen?
De grotere banken hebben samen met de toezichthouder veel ervaring opgedaan met het opstellen van herstelplannen. Samen met de verscherping van de eisen onder Basel III t.a.v. kapitaal en liquiditeit, dragen herstelplannen bij aan het verkleinen van systeemrisico's en het reduceren van het risico dat de belastingbetaler te hulp moet schieten. Hoe zorgt een bank ervoor dat mogelijke problemen eerder, effici ënter en effectiever worden gesignaleerd? Hoe zorgt een bank er vervolgens voor dat deze mogelijke problemen zelfstandig worden opgelost? Hoe borg je het herstelplan goed binnen de organisatie? Welke herstelmaatregelen kunnen worden ingezet en hoe zorg je ervoor dat de juiste maatregel op het juiste moment wordt ingezet? Maar ook, hoe verhoudt een herstelplan zich tot bestaande risicorap portages – en processen als ILAAP, ICAAP en stress testing? Onder andere deze vragen staan centraal bij het opstellen van een herstel plan. Voor kleinere banken kan het opstellen van een herstelplan lastig zijn vanwege beperktere capaciteit. Door ervaringen uit te wisselen met elkaar en hierover met de toezichthouder en elkaar in gesprek te gaan helpen banken elkaar om tot een goed eindresultaat te komen en zo de stabiliteit van de sector verder te vergroten.
5. Onderschat niet de hoeveelheid werk die gepaard gaat met het opstellen van een herstelplan. 6. Zorg ervoor dat vooraf is bepaald welke medewerkers deel uit maken van het crisismanagementteam en zorg ervoor dat deze personen binnen één uur beschikbaar zijn voor overleg. Zorg ook voor achtervang. 7. Werk stressscenario’s uit in een raamwerk. Besteed daarbij aan dacht aan problemen die opkomen als gevolg van bankspecifieke situaties en ook aan problemen die sectorbreed zijn. 8. Het opstellen van een gedegen herstelplan is maar het begin. Zorg daarom ook voor een goed monitoring- en onderhoudsplan. Dit zorgt voor actuele informatie en borgt de aansluiting met de veranderende organisatie van de bank op de vooraf geïdentifi ceerde herstelmaatregelen.
Deze kennis is op 4 maart jl., tijdens een seminar van de NVB, gedeeld met de rest van de sector. Voor 2013 zijn de middelgrote banken aan de beurt om hun herstelplan op te stellen. Uit de pre sentaties komen een aantal overkoepelende leerpunten naar voren: 1. Het herstelplan moet één logisch geheel vormen en moet in alle relevante onderdelen van een bank zijn ingebed. 2. Vooraf dient duidelijk te zijn welke herstelmaatregelen beschikbaar zijn, wanneer deze kunnen worden ingezet en hoe dit is ingebed in de governance van de bank. 3. Het herstelplan moet het commitment hebben van de Raad van Bestuur. Zonder deze steun kan een herstelplan niet effectief en efficiënt worden ingevoerd. 4. Bij het identificeren van de herstelmaatregelen moet al van tevoren worden nagedacht over eventuele disclosure-vereisten. Sommige maatregelen vereisen disclosure en dat heeft een weerslag op de effectiviteit van de maatregel.
Voor elke bank zal het herstelplan er anders uitzien, omdat het plan is toegespitst op de eigen situatie en het bedrijfsmodel. Wel staat vast dat het herstelplan voor iedere bank een effectief instrument kan zijn om in een crisissituatie sneller te kunnen handelen, en daardoor erger te voorkomen. Koen Holdtgrefe | Toezicht
[email protected]
Herstelplannen: worden opgesteld door instelling zelf; — — worden gekoppeld aan resolutieplannen; — vormen samen met resolutieplannen de living wills; — de resolutieplannen worden door de toezichthouder opgesteld.
Toegelicht
Herstelplannen maken
11
Bank|Wereld
12
Succes in de strijd tegen fraude in het betalingsverkeer
Reportage
“Voor het eerst in drie jaar is de fraude in het betalingsverkeer afgenomen, zowel totaal als met betrekking tot de grootste posten daarbinnen, te weten internet bankieren en skimming van betaalpassen.” Dit goede nieuws bracht voorzitter Boele Staal van de NVB op 2 april jl., tijdens de publicatie van de fraudecijfers 2012. Hij voerde het woord samen met Wilbert Paulissen, voorzitter van de Electronic Crime Task Force (ECTF) en tevens hoofd van de Nationale Recherche.
Fraude betalingsverkeer Internetbankieren Skimming Overig
Daling fraude De totale fraude in het betalingsverkeer was afgelopen jaar 11% lager dan in 2011 en kwam uit op € 82 miljoen. Deze daling is met name het gevolg van de daling in de schade als gevolg van skimming. Dit daalde van € 38,9 miljoen in 2011 naar € 29 miljoen in 2012. Ook de schade door fraude met internetbankieren is licht gedaald in 2012, van € 35 miljoen in 2011 naar € 34,8 miljoen in 2012. Vooral in de tweede helft van 2012 daalde de schade fors. De schade als gevolg van fraude met internetbankieren is in het tweede halfjaar zelfs met 60% gedaald, van € 24,8 miljoen tot € 10 miljoen. Het is voor het eerst in drie jaar dat er sprake is van een daling. Maatregelen Banken investeren vele miljoenen euro’s om deze technische en geavanceerde criminaliteitsvormen tegen te gaan. Inmiddels heb ben zij zeer effectieve systemen voor het monitoren van schadelijke software en ongebruikelijke transacties. Daardoor kan het overgrote deel van de internetfraude tijdig worden herkend en voorkomen. Een andere effectieve maatregel tegen cybercrime is het preventief blok keren van buitenlandoverboekingen binnen internetbankieren. De daling van schade door skimming is voor een groot deel te d anken aan de invoering van de EMV-chip (‘het nieuwe pinnen’); in de retailbranche is niet meer geskimd doordat de pas wordt ingesto ken i.p.v. ‘geswiped’. Door ‘GEO-blocking’ wordt het criminelen veel
moeilijker gemaakt om te profiteren van skimming. Banken werken ook nauw samen met publieke partners. Een succesvol samenwer kingsverband is de ECTF, waarin banken samenwerken met politie en het Openbaar Ministerie. Dat benadrukten Staal en Paulissen nog eens tijdens de persbijeenkomst. Een ander publiek-privaat samenwerkingsverband is het Landelijk Skimming Point. Dat heeft er aan bijgedragen dat de politie vorig jaar bijna 90 verdachten kon aanhouden voor skimming. Tot slot is het belangrijk dat klanten zelf maatregelen treffen om te voorkomen dat anderen toegang krijgen tot hun bankrekening. Daarom voert de NVB al jaren campagnes om klanten voor te lichten over veilig bankieren. Zo zorgen banken, hun samenwerkingspartners en klanten ervoor dat het betalingsverkeer veilig blijft. Toch zullen criminelen blijven proberen om geld te bemachtigen van bankrekeningen. Daarom eindigde Staal zijn toespraak ook met de opmerking: “We zullen er alles aan blijven doen om te voorkomen dat geld in de zakken van criminelen verdwijnt. Dat zien banken als hun maatschappelijke plicht.” Bezoek voor meer informatie over fraude en onze campag nes onze website, www.nvb.nl. Kirsi Rautiainen | Veiligheidszaken
[email protected]
Bank|Wereld 13 Uitgelicht
Nieuws uit Brussel Het jaar 2014 is het jaar van de Europese verkiezingen en dat heeft gevolgen voor het werkprogramma van de Commissie in de tweede helft van dit jaar en het besluitvormingsproces begin 2014. De meeste prioriteiten van het huidige Iers Raadsvoorzitterschap hebben betrekking op het bankentoezicht. Rekening houdend met de verkiezingen voor een nieuw Europees Parlement (EP) in mei 2014 en niet veel later de Europese Com missie, is de verwachting dat na maart 2014 het besluitvormingsproces in Brussel tijdelijk stil komt te liggen vanwege de campagnes in de lidstaten. Dit betekent dat de Commissie, wil het voor de verkiezingen een Europees akkoord hebben op een dossier, uiterlijk dit najaar haar voorstel moet presenteren. Prioriteiten Iers voorzitterschap Ierland is tot 1 juli 2013 voorzitter van de Europese Raad en zij geeft de bankenunie de hoogste prioriteit. Een akkoord over de hervorming van kapitaalseisen en liquiditeit, CRD/CRR4, is begin maart 2013 bereikt. Eind juni zal de definitieve tekst worden gepubliceerd in het Official Journal. Verder wordt er intensief gewerkt aan de creatie van een Europees toezichtmechanisme (SSM), onderdeel van de bankenunie. Een Europees akkoord werd eind maart bereikt. De toekomstige werkzaamheden van het SSM (lees: ECB) wordt in het organisatorisch raamwerk bepaald. Eind september wordt hiervoor een publieke consultatie uitge schreven, waarbij de sector nauw betrok ken zal worden. Het SSM wordt gezien als een noodzakelijke voorwaarde voor de directe herkapitalisatie van banken door het Europees stabiliteitsmechanisme (ESM) van de 17 Eurolanden. In de eerste zes maan den van 2013 wordt over dit operationele raamwerk, de voorwaarden, onderhandeld. De Raad werkt op dit moment hard aan het bereiken van een standpunt op Bank Recovery and Resolution (Crisismanagement) en op de richtlijn Depositogarantiestelsel (DGS). De Raad en het EP moeten uiterlijk juni 2013 een Europees akkoord bereiken
over deze twee voorstellen. Dit moet de Commissie in staat stellen om na de zomer voorstellen te doen voor het Europees Resolutiemechanisme (ERM), een Europese resolutieautoriteit en -fonds. Het Iers voorzitterschap hoopt zo snel mogelijk een Raadsstandpunt te bereiken op Markets in Financial instruments Directive (MIFID/MIFIR), zodat men na de zomer kan beginnen aan de onderhandelingen met het EP voor een Europees akkoord. De tijd dringt om dit akkoord te bereiken voor de EU verkiezingen. Wanneer dit Raadsstand punt op MiFID bereikt is, kan men – van wege de samenhang – ook de triloogonder handelingen voor de richtlijn en verordening Marktmisbruik afronden. Daarnaast streeft het Iers voorzitterschap op een Europees akkoord op de Europese Hypothekenricht lijn en Central Securities Depositories. Een akkoord op de Financiële Transactietaks (onder versterkte samenwerking) zal waar schijnlijk niet haalbaar zijn onder het Iers voorzitterschap. Daarvoor liggen de stand punten van de lidstaten te ver uiteen.
met ongeveer een jaar vertraging, de herzie ning van de richtlijn Betalingsdiensten (PSD) plaats, evenals de presentatie van de ver ordening voor de Multilaterale Interchange Fees (MIF’s). In juni wordt de Securities Law Directive verwacht, evenals voorstellen voor het versterken van het raamwerk rondom het vaststellen van benchmarks, zoals Libor en Euribor. De Commissie zal waarschijnlijk in september een wetgevingsinitiatief over de structuur van banken, een follow-up van het Liikanen rapport, presenteren. Buiten deze behandeling van wetgevingsvoorstellen zal de sector ook intensief betrokken worden bij de totstandkoming van een enorm aantal zogenaamde level 2-maatregelen, de techni sche standaarden en uitvoeringsbepalingen die worden opgesteld door de Europese toezichthouders EBA en ESMA n.a.v. een politiek akkoord (level 1) op bovenstaande dossiers.
Wat kunnen we nog verwachten? Vanwege de eerder genoemde prioritei ten op prudentieel toezicht, de enorme werkdruk en interne discussie binnen de Commissie zijn bijna alle geplande wet gevingsinitiatieven op retail- en betalings gebied uitgesteld met een paar maanden tot soms wel een jaar. De Commissie presenteerde onlangs een groenboek en consultatie Long Term Investments, waarin de effecten van regeldruk worden geadres seerd. Toch draait de motor van de Com missie op volle toeren. Er staat in mei een communicatie en wetgevingsinitiatief t.a.v. schaduwbankieren gepland. In juni vindt,
Martijn Vliegenthart | Public Affairs Brussel
[email protected]
Voor leden is er meer informatie te vinden op het ledennet van de NVB onder ‘Politiek Brussel’.
Andere actuele dossiers die spelen, zijn: — dataprotectieverordening; — Packaged Retail Investment Products (PRIPs); — Insurance Mediation Directive; — Undertakings for Collective Investment in Transferable Securities (UCITS); — en de vierde herziening van de antiwitwasrichtlijn.
Bank|Wereld
De NVB krijgt een nieuwe voorzitter. Drs. Chr. P. (Chris) Buijink, op dit moment secretaris-generaal van het ministerie van Economische Zaken, wordt door het bestuur aan de leden voorgedragen als nieuwe voorzitter van de NVB en zal per 1 juni 2013 aantreden. Chris Buijink is 58 jaar oud, getrouwd en heeft twee kinderen. Hij studeerde politicologie aan de Universiteit van Amsterdam en werkt sinds 1980 in diverse functies bij het ministerie van Economische Zaken. Hij was onder meer plaatsvervangend directeur-generaal Buitenlandse Economische Betrekkingen, plaatsvervangend secretaris-generaal en directeur-generaal Ondernemen en Innovatie. Sinds 2007 is hij de hoogste ambtenaar van het departement. Om het belang van de dialoog met alle stakeholders te benadrukken, nemen tegelijkertijd de voorzitters van de raden van bestuur van Rabobank, ING en ABN AMRO zitting in het bestuur van de NVB. Chris Buijink volgt Boele Staal op, die in juli vorig jaar in het bestuur van de NVB heeft aangekondigd op een geschikt moment met pen sioen te willen gaan. De NVB is Boele Staal zeer erkentelijk voor zijn bijdrage in de afgelopen periode.
Minister Dijsselbloem opent ledenbijeenkomst Ieder jaar organiseert de NVB een nieuw jaarsreceptie. Het nieuwe jaar geeft aanleiding om elkaar te ontmoeten en informeel te spreken over het komende jaar. Op 14 januari j.l. vond deze receptie bij de NVB plaats met voorafgaand een ledenbijeenkomst. Na de opening van de leden bijeenkomst door Boele Staal hield minister Dijsselbloem van het ministerie van Financiën een speech over zijn visie op de sector. Verder sprak Hans van der Noorda (ING) over de financiering van BV Nederland, Jeroen Drost (NIBC) over de stapeling van regelgeving en Peter Blom (Triodos) over de diversiteit van de bankensector. Aansluitend aan deze bijeenkomst vond de nieuwjaarsreceptie plaats waarbij Boele Staal de oproep deed aan de bankensector om werkelijk contact te maken met de samenleving. De speech van Boele Staal is te vinden op www.nvb.nl.
Toegelicht
Nieuwe voorzitter: Chris Buijink
14
Bank|Wereld
Van de hemel naar de aarde Reflectie en zingeving in de financiële wereld “We zijn de kunst van het vertellen kwijtgeraakt. Story telling is gereduceerd tot een rijtje bullet points in PowerPoint. Het Jiddische concept van lernen is verdwenen, terwijl de bijbel juist dat doet: verhalen vertellen.” Aan het woord is ds. Ruben van Zwieten, de predikant-directeur van Stichting Zingeving Zuidas en van stichting De Nieuwe Poort. De behoefte aan zingeving en inspiratie is groot onder ‘Zuid-assers’, zo blijkt. Werkenden en omwonenden, gelovig of niet, lijken meer dan ooit op zoek naar ‘het waarom der dingen’. Al jaren voorziet Stichting Zingeving Zuidas in deze behoefte met ‘een breed palet aan diensten’. Zo zijn er existentielunches met bestu urders, themadiensten in de Thomaskerk en ontmoetingen in café De Blauwe Engel. Een doorslaand succes, zo blijkt. Alles naast de bezoekers, nooit boven ze. “De tijd waarin de dominee met de bijbel in zijn hand de wereld uitlegt, ligt gelukkig achter ons”, aldus Van Zwieten. Zelf probeert hij daarom voortdurend de dialoog te zoeken met de samenleving, met de bijbel als inspirerend uitgangspunt. Tijdens een bezoek aan de Trinity Church midden in het financiële hart van Manhattan, werd hij getriggerd door de verbinding tussen geld en geloof. Die bleek daar overigens letterlijk: de kerk had een gouden asset in handen met haar pand op de overigens ook voor veel financials heilige grond. Terug in Nederland raakte hij in contact met ds. Ad van Nieuwspoort, met wie hij Stichting Zingeving Zuidas uitbouwde. Dat is inmiddels een begrip. Zingeving Zuidas ‘wil de Nederlandse samenleving menselijker maken’, zo geeft ze ook aan op haar site, ‘te midden van de bedrijvigheid zoeken naar zelfreflec tie’. Dat kan alleen door ook in die samenleving te gaan staan. Een betere parallel met het bankwezen is bijna niet denkbaar.
In gesprek met ds. Ruben van Zwieten Het werkterrein van de stichting is inmiddels flink verbreed, op onderdelen zelfs overlappend met dat van de NVB. Zo doet Zingev ing Zuidas aan financiële educatie en zijn er contacten met jongere bankiers verenigd in FIER. Ook fysiek breidt de stichting uit: vanaf 1 mei zal Zingeving Zuidas deel gaan uitmaken van een nieuw initiatief: stichting De Nieuwe Poort, en een eigen clubhuis krijgen. De Nieuwe Poort wordt ‘een soort kruising tussen een buurthuis, volksuniversiteit en sociëteit’, volgens Van Zwieten onlangs in het Parool. In het nieuwe gebouw komen de vele bestaande, contem platieve activiteiten van Zingeving samen, maar er gebeurt meer. Zo zal er ruimte worden geboden voor theatervoorstellingen en exposi ties. De uiteindelijke plannen voorzien zelfs in een eigen toren, op een nu nog braakliggend stuk Zuidas, de Jakobsladder. Van Zwieten toont trots het ontwerp van een gebouw met zeven verdiepingen, dat samen met andere instellingen als de VU gebruikt zou kunnen worden. “In zeven stappen van de hemel terug naar aarde.” Of deze toren er ook inderdaad komt zal mede afhangen van het succes van De Nieuwe Poort, die overigens aan de Gustav Mahlerlaan staat, op een steenworp afstand van de NVB. Reflectie te midden van de bedrijvigheid dus inderdaad. Meer informatie op www.denieuwepoort.org en www.zingevingzuidas.nl. Edward Feitsma | Toezicht, Consumentenzaken en Financiële Markten
[email protected]
15
Bank|Wereld
De Europese Investeringsbank (EIB) is de bank van de Europese Unie. De 27 lidstaten zijn de aandeelhouders. De bank is in de jaren vijftig begonnen als een investeringsbank die zich richtte op Italië omdat de kapitaalmarkt daar minder goed werkte dan elders in Europa. Stap voor stap groeide het uit tot een bank die de hele Europese Unie bedient. Ook in Nederland groeit de investeringsportefeuille. Pim van Ballekom is sinds 2012 namens de Benelux-landen vicepresident van de EIB.
Interview
Nederland omarmt de Europese Investeringsbank
16
Wat doet de EIB in Nederland? ‘Wij zijn traditioneel een bank voor de infrastructuur. In Nederland doen we bijvoorbeeld de Tweede Maasvlakte, de A1/A6 en het Vaan plein. Tennet en de Gasunie zijn vaste klanten.’ En u bent er nu ook voor het MKB? ‘Ja. Dat is een nieuw product voor ons in Nederland: kredietverlening aan het midden- en kleinbedrijf. Omdat het MKB op het ogenblik moeilijker financierbaar is, hebben wij een manier gezocht om die kredieten toch mogelijk te maken. Maar wij zijn een te kleine bank om het zelf te doen en kennen de lokale markt niet. Daarvoor maken we dus graag gebruik van het klantenbestand van de Rabobank, ABN AMRO of bijvoorbeeld de ING. En dat gaat goed. Mensen vragen zich misschien af of het door de EIB verstrekte geld niet op de eigen balans van de banken blijft staan, als extra buffer. Maar dat is niet zo, want bij een nieuwe lening vereist de EIB dat het verkregen geld aantoonbaar in de markt is uitgezet. Dan beginnen we pas aan de onderhandelingen voor een vervolglening. De Nederlandse banken hebben natuurlijk kosten en mogen die kosten in rekening brengen, maar ze moeten het voordeel dat ze hebben door met ons in zee te gaan, ook doorgeven aan de eindgebruiker en dat ook melden. Iets anders, waar wij nu mee aan het experimenteren zijn in Grieken land, en dat misschien ook in Nederland komt, is ondersteuning bij exportkredieten en exportkredietverzekeringscontracten.’
Bank|Wereld
Overigens moet een investeringsproject uiteindelijk een akkoord krijgen van de lidstaat waarin de investering plaatsvind en van de Europese Commissie. We doen niets in Nederland tegen de zin van Nederland. We proberen ook dingen in gang te zetten. We hebben vanuit het Europees investeringsfonds onlangs een first-loss agreement gesloten met ABN AMRO. Zij kunnen dan projecten met een hoger risico ho noreren omdat ze de zekerheid hebben dat als er iets mis gaat wij de eerste ellende op onze nek nemen en zij pas de volgende.’ Waarom maakt de EIB hogere risico’s bij een bank mogelijk? ‘Het gaat om innovatie en research & development. Wij zijn de bank van de Europese Unie en dat past helemaal in de agenda van de Europese Unie. Als wij bedrijven kunnen stimuleren in hun research & development en in hun innovatie, dan doen we dat graag. Reggefiber, een bedrijf dat Nederland aan de glasvezelkabel legt, is een heel goed voorbeeld van wat de EIB kan doen. Moet dat bedrijf eerst half Nederland open graven, kabels leggen en dan maar afwach ten of je klant wilt worden? De komende tien, vijftien jaar hebben ze onvoldoende inkomsten om te blijven investeren. Dat bedrijf is een jong, innovatief bedrijf met een financiële gap die wij overbruggen.’
Pim van Ballekom, vice-president EIB
Nederland leert de EIB zo beter kennen? ‘De bank is op zich een bescheiden bank. Begin jaren negentig was de omzet acht miljard euro per jaar, toen deden we bijna niets in Neder land. Als je vier of vijf vaste klanten hebt, ben je niet bekend. Door de crisis is er meer vraag, ook uit Nederland. En de omzet is al gestegen tot vijftig miljard en dat wordt zeventig miljard nu de aandeelhouders ons kapitaal hebben verstrekt. Met de 10 miljard die we van de mi nisters van Financiën hebben gekregen, konden we onze AAA-rating houden en kunnen we extra uitlenen. Maar in economisch moeilijke tijden zeg je dan wel tegen je aandeelhouders: dát krijg je ervoor terug.’ Nederland moest doneren, maar krijgt nu wat extra terug? ‘Nederland heeft 450 miljoen gedoneerd, dan vind ik het wel redelijk als er iets terug komt. En als de markt zegt: wij hebben de EIB niet no dig, dan vind ik het ook best, maar als die behoefte er wel is dan vind ik dat wij de Nederlandse markt nu wat meer moeten bedienen. Al moet je je er ook geen overdreven voorstelling van maken. Wij kennen in Nederland een omzet van 1 tot 1,5 miljard per jaar. Met de kapi taalverhoging is mijn streven om te komen tot 1,5 tot 2 miljard euro. Aardig, maar geen enorm bedrag.
De woningbouw ligt stil in Nederland. Kunt u helpen? ‘Het gaat mij niet specifiek om het bouwen van huizen. Ik wil van grote bedrijven of sectoren weten waarom zij geen gebruik maken van de EIB als hun collega’s in andere landen dat wel doen. Daarover heb ik ook twee maanden geleden met VNO-NCW gesproken. Waarom ko men de big corporates niet naar de EIB? Mercedes-Benz en BMW ko men wel naar ons toe, terwijl zij heel gemakkelijk geld kunnen krijgen op de kapitaalmarkt, eventueel ook door obligaties. Hetzelfde geldt voor de woningbouw. Dat doen we al jaren in het Verenigd Koninkrijk. Misschien kunnen we hier ook wat betekenen nu de woningcorpora ties wat moeilijker hun financiering rond krijgen. Wat we vroeger ook niet deden, ziekenhuizen. Dat doen we tegen woordig ook: het Academisch Medisch Centrum, het Erasmus Me disch Centrum. En ik heb nu meegemaakt dat de ene klant de andere klant aanbrengt. We hebben de Techno Campus in Eindhoven, een heel leuk project waar 114 bedrijven zitten met een leegstand van 2 procent. Zij zeiden tegen Philips: je moet eens naar de EIB gaan.’ U bent enthousiast over de EIB. Zou het een goed idee zijn als Nederland zelf ook weer een investeringsbank opzet? ‘Dat weet ik niet, dat moet u aan de Nederlandse regering vragen. Maar als wij de oude Nationale Investeringsbank nog hadden in Nederland, dan was die op dit moment denk ik niet privaat mogelijk geweest. Aan de andere kant moet je je echt afvragen wat de toege voegde waarde zou zijn van zo’n nationale investeringsbank als de crisis over een jaar of vijf, zes is overwonnen. De EIB heeft als bank dan nog toegevoegde waarde in de landen van het voormalige Oost blok. En tien procent van onze projecten is buiten de EU, bijvoorbeeld in Turkije en in Afrika.’ Daan van Seventer Sofia van de Ven | Communicatie & Public Affairs
[email protected]
17
Bank|Wereld
De experts
Onze experts aan het woord
18
Ontwikkelingen op het dossier Basel III FATCA De laatste maanden is het besluitvormingsproces rondom CRD41 en CRR2 in een stroomversnelling gekomen. De huidige verwachting is dat het pakket tijdens de plenaire stemming van het Europees Parlement op 18 april aanstaande zal worden bekrachtigd. De datum van in werking treding is afhankelijk van de publicatiedatum in het Official Journal, het Europese equivalent van de Staatscourant. Als er vóór 1 juli gepubliceerd wordt, dan treedt het pakket in werking per 1 januari 2014. Als er na 1 juli 2013 gepubliceerd wordt, treedt het pakket in werking per 1 juli 2014. Op dit moment veronderstelt DNB dat de CRR per 1 januari 2014 in werking zal treden. Met het afronden van dit deel van het wetgevende traject komt er meer nadruk te liggen op het uitwerken van de technische standaar den door de Europese Banken Autoriteit (EBA). Deze standaarden hebben bijvoorbeeld betrekking op de samenstelling van de buffer die banken moeten aanhouden voor de Liquidity Coverage Ratio (LCR). Ook krijgt EBA een mandaat om na te gaan op welke manier de leverage ratio het beste kan worden ingevuld. Onno Steins | Prudentiële Regelgeving
[email protected] 1. Capital Requirements Directive 4 2. Capital Requirements Regulation
Op 17 januari 2013 zijn de finale regels ten aanzien van de Amerikaanse wet FATCA (Foreign Account Tax Compliance Act) gepubliceerd. Als gevolg van FATCA zijn financiële instellingen over de hele wereld, waaronder banken, vanaf 2014 verplicht om de Amerikaanse Belastingdienst IRS jaarlijks met betrekking tot het voorafgaande jaar informatie te geven over bepaalde Amerikaanse klanten. Doel van de wet is om belastingontwijking door Amerikaan se belastingplichtigen tegen te gaan. De wet past in de wereldwijde aanpak van belastingontwijking. Diverse landen hebben inmiddels een overeenkomst tot uitwisse ling van gegevens gesloten met de Amerikaanse overheid. Medio mei zal ook Nederland een dergelijke overeenkomst afsluiten. Dit betekent dat de uitwisseling van gegevens via de Nederlandse Belastingdienst zal plaatsvinden en niet direct met de IRS. Om klanten van banken goed te informeren over FATCA is de NVB een voorlichtingscampagne gestart op haar website, www.nvb.nl. Yvonne Willemsen | Juridische, Fiscale en Veiligheidszaken
[email protected]
Bank|Wereld Tip
1
Duurzame economie Het kapitalisme ligt sinds het begin van de economische crisis zwaar onder vuur. Caroline Ven, in België voorma lig sociaaleconomisch kabinetschef van premier Yves Leterme en Herman van Rompuy, houdt in dit boek een warm pleidooi voor een vernieuwd kapitalisme, aangepast aan de huidige maatschappelijke noden. Ze beschrijft een duurzaam systeem dat het streven naar verbetering van de welvaart en de levensomstandigheden voor iedereen erkent en zelfs aanmoedigt, maar dat tegelijk ook kijkt naar het grotere geheel. Toegepast op de praktijk, denkt ze na over wat ‘goed ondernemen’ vandaag betekent.
Tip
2
Duurzame economie – Caroline Ven – ISBN10 9058269418 – € 14,95
De mythe van het glazen plafond Marike Stellinga verzet zich met feiten en cijfers tegen clichés over de werkende vrouw. Kern van haar gloedvolle betoog: Nederlandse vrouwen kunnen bereiken wat ze willen. De kinderopvang is niet te duur, vaders zijn geen luie varkens en het old boys network is zo macho niet. Maar waarom zijn er dan zo weinig topvrouwen? Omdat Neder landse vrouwen niet naar de top willen, blijkt uit stapels onderzoeken; ze zijn tevreden met hun deeltijdbaan. De mythe van het glazen plafond is een humoristisch en baanbrekend boek over een van de gevoeligste thema’s van deze tijd. De mythe van het glazen plafond – Marike Stellinga – ISBN10 9460031935 – € 15
Bankenbibliotheek De bankenbibliotheek bevat diverse tips voor een boek, film, app, website of blog over de financiële sector, nationaal en internationaal. Door en voor onze lezers komt deze bankenbibliotheek tot stand. Heeft u een tip? Laat het de redactie weten via
[email protected].
Tip
3
Arbitrage De film geeft een interessant inkijkje in de mechanismen van Wall Street; zonder veel voorkennis te verwachten maakt regisseur Nicolas Jarecki duidelijk hoe een groot bedrijf als dat van Miller, gespeeld door hoofdrolspeler Richard Gere, de mist kon ingaan en hoe verstrekkend de gevolgen van de val van zo’n multinational zouden zijn. Arbitrage – Thriller – geregisseerd door Nicolas Jarecki – 107 minuten
Tip
4
Mobiel schade melden (app) Neem ‘geluk bij een ongeluk’, tel dat op bij ‘leuker kun nen we het niet maken, wel makkelijker’ en je krijgt Mobiel schade melden, de nieuwe app van het Verbond van Verzekeraars. Hiermee kunnen eenzijdige en tweezijdige autoschades worden gemeld. Handig, dan hoef je niet meer langs de weg staan te schutteren met het invullen van het aangifteformulier. Een melding wordt op basis van het kenteken automatisch doorgestuurd naar de juiste verzekeraar. Via de e-mail krijg je als melder zelf ook een afschrift. Voertuiggegevens worden vanzelf opgehaald, de locatie wordt opgehaald met behulp van GPS. Voor iPhone en iPad ontwikkeld. Ontwikkelaar Verbond van Verzekeraars – talen Nederlands, Engels – gratis
19
‘Als je zo afhankelijk bent van het buitenland als Nederland dan moeten rotte appels, waar de hoge hypotheekschuld er een van is, er zo snel mogelijk uit.’
Neelie Kroes, Eurocommissaris van Telecomzaken, Het Financieele Dagblad, 12 maart 2013
‘Je bent als crimineel dom als je nog steeds in drugs doet, terwijl de pakkans in cyber nihil is.’
Ronald Prins, Fox-IT, Elsevier, 9 maart 2013
‘Het Nieuwe Werken. Volgens mij zijn we doorgeslagen en hebben we nooit bedoeld dat iedereen thuis zou gaan werken en het gevoel van verbondenheid kwijt zou raken. De beste ideeën ontstaan bij het koffieapparaat. Volgens CEO Marissa Mayer van Yahoo gaat fysiek samenwerken haar bedrijf sterker maken. Mooi experiment. Ik ga dit idee met aandacht volgen.’
Annemarie van Gaal, ondernemer, Het Financieele Dagblad, 5 maart 2013
‘We bezuinigen niet. Althans, niet op een manier die gewone burgers bezuinigen zouden noemen: namelijk minder uitgeven. De overheid gaf in 2008, toen de kredietcrisis uitbrak, € 239 miljard uit. Dit jaar is het budget € 261 miljard.’
Marike Stellenga, NRC, 2 maart 2013
‘Vrouwen hebben vaker een baan in een sector die niet zo onder druk komt te staan als het tegenzit met de economische groei. Ze werken bijvoorbeeld nogal eens bij de (semi)overheid, zoals in het onderwijs en de zorg. Daardoor hebben ze minder kans op ontslag als het met de economie tegenzit. Dus: vrouwen hebben een lager inkomen, maar wel een veiliger inkomen. Dat is interessant hypotheeknieuws!’
Henriette Prast, Eigen Huis-magazine, maart 2013
‘Nu gijzelt de behoefte aan financiële stabiliteit en het precaire herstel van overheidstekorten het monetair beleid. Bij een verdere stijging van de inflatie zal de ECB dus een lakmoesproef ondergaan hoe zij de conflicterende doelstellingen van financiële en monetaire stabiliteit weet te verenigen. Maar hoe kan vrijwaring van politieke beïnvloeding van de ECB binnen dit verbrede werkterrein het beste worden gewaarborgd?’
Sylvester Eijffinger en Dick van Wensveen, Het Financieele Dagblad, 9 februari 2013
‘De Nederlandse economie doet nog altijd mee in de eredivisie van sterke landen. Maar de economische groei staat wel onder druk en we moeten daarom alles uit de kast halen om onze economie te versterken. Dat vraagt om efficiëntere en betere dienstverlening door semipublieke instellingen.’
Chris Buijink, secretaris-generaal van het ministerie van Economische Zaken, economenblad ESB, 10 januari 2013