Fietssnelwegen in West-Vlaanderen
Inhoud Voorwoord5 Fietssnelwegen: theorie en praktijk
9
Fietssnelwegen in West-Vlaanderen 9 Wat is een fietssnelweg? 9 Kwaliteit9 Herkenbaarheid 10 Het Guldensporenpad als inspiratiebron 10
Fietssnelwegen in het m oderne mobiliteitsbeleid
13
Fietslandschap in volle beweging Met de fiets snel weg van de files
13 15
Provinciebestuur West-Vlaanderen als fietsbestuur
19
Provinciaal (fietsroute)netwerk Expertise en ondersteuning gemeenten Campagnes moedigen fietsverkeer aan
19 19 19
Overzicht van de fietssnelwegen
23
Overzichtskaart23 Fiches per fietssnelweg 24 Brugge-Knokke-Heist
25.
Brugge Ring
27.
Brugge-Gent
29.
Brugge-Maldegem
31.
Brugge-Oostende
33.
Brugge-Zeebrugge
35.
Diksmuide-Ieper
38.
Diksmuide-Kortemark
40.
Ieper-Menen
42.
Ieper-Poperinge
44.
Komen-Deinze
46.
1
Kortemark-Ieper
48.
Kortemark-Roeselare
50.
Kortemark-Torhout
52.
Kortrijk-Avelgem
54.
Kortrijk-Deinze
56.
Oostende-Knokke-Heist
58.
Oostende-Torhout
60.
Oudenburg-Nieuwpoort
62.
Roeselare-Aalter
64.
Roeselare-Ieper
66.
Roeselare-Menen
68.
Roeselare-Wielsbeke
70.
Tielt-Deinze
72.
Torhout-Brugge
74.
Torhout-Roeselare
76.
Veurne-Diksmuide
78.
Veurne-Koksijde
80.
Veurne-Nieuwpoort
82.
Waregem-Zwevegem
84.
Besluit
87
Colofon
89
2
3
Voorwoord Je bent het ongetwijfeld met me eens als ik beweer dat veilige fietsroutes de essentie zijn om het fietsverkeer aan te moedigen. De aanleg van fietspaden op het Bovenlokaal Functioneel Fietsroutenetwerk is dan ook de kern van het West-Vlaamse mobiliteitsbeleid. Dit netwerk van fietsroutes richt zich op de dagelijkse verplaatsingen naar het werk of naar school. De middelen voor de aanleg van de fietsroutes komen uit het Fietsfonds: de provincie betaalt 60%, de Vlaamse overheid past 40% bij. Maar er is meer en meer nood aan een snelle verbinding voor fietsers tussen stedelijke gebieden. Door een nog altijd groeiend autobezit en de bijhorende drukke wegen dient de elektrische fiets zich aan als alternatief voor woon-werk- en woon-schoolverplaatsingen. Waar de fiets vroeger verplaatsingen tot ongeveer 5 km toeliet, zorgt de elektrische fiets ervoor dat dagelijkse verplaatsingen tot 15 km geen uitzondering meer zijn. Uiteraard is het van belang dat er daarvoor aangepaste infrastructuur aanwezig is. Fietssnelwegen bieden een antwoord op deze vraag. West-Vlaanderen heeft met het Guldensporenpad hét voorbeeld van een druk gebruikte fietssnelweg. Dit is nog maar het begin! In de toekomst willen wij een volledig netwerk van fietssnelwegen uitbouwen tussen de steden in onze provincie. Deze brochure brengt de fietssnelwegen in West-Vlaanderen in kaart. De provincie wil een deel van de fietsroutes van het Bovenlokaal Functioneel Fietsroutenetwerk die een hoog potentieel hebben, omvormen naar fietssnelwegen. Al dan niet in combinatie met de elektrische fiets wordt de fietssnelweg een echt alternatief voor de ochtendfile. De fietssnelwegen die hier voorgesteld worden zijn een eerste selectie. Ze liggen op routes waar nu al veel functionele fietsers rijden of verwacht kunnen worden. Sommige fietspaden bestaan al, maar kunnen nog verbeterd worden, aan andere is nog veel werk. Op sommige locaties ontbreekt een kwaliteitsvolle verharding of ligt er zelfs nog helemaal geen fietspad. Hoewel deze brochure nog maar het begin is van een fietssnelwegprogramma, is een selectie als fietssnelweg niet vrijblijvend. Voor een traject dat definitief vastgelegd wordt als fietssnelweg verwachten we een engagement van alle partners
5
om op termijn te investeren in duurzame verharding, hoogwaardig fietscomfort, rechtlijnigheid, continuïteit en herkenbaarheid als fietssnelweg. Het provincie bestuur zal hierin het voortouw nemen door een deel van de financiering op zich te nemen. Daarom is de inbreng van die partners, de gemeenten, de Vlaamse agentschappen, de openbaar vervoersbedrijven, de bedrijfswereld, het middenveld en de burgers erg belangrijk. Deze brochure met voorstellen is een instrument in een overlegronde om het draagvlak uit te bouwen voor de fietssnelwegen in West-Vlaanderen. Waarschijnlijk komen er uit dit overleg aanpassingen voort, komen er misschien trajecten bij, vallen er af of worden er routes verlegd. Niet alleen de infrastructuur vergt nog veel werk, maar ook de methodiek van de fietssnelwegen staat nog niet op punt in Vlaanderen. In de komende jaren volgen wellicht nog wijzigingen in normen en eisen. Het werk zal nooit af zijn. Nieuwe noden en inzichten passen de vervoersinfrastructuur voortdurend aan. Dat mag er ons evenwel niet van weerhouden om vandaag werk te maken van fietssnel wegen.
Franky De Block, gedeputeerde mobiliteit, ruimtelijke ordening, toerisme en recreatie
6
7
Fietssnelwegen: theorie en praktijk Fietssnelwegen in West-Vlaanderen De fietssnelwegen in West-Vlaanderen vormen in de eerste plaats een netwerk tussen stedelijke gebieden en economische knooppunten. Het zijn verbindingen die aan dagelijkse fietsers een alternatief bieden voor de wagen om bijvoorbeeld de verplaatsing te maken naar school of het werk. Deze functies zijn nu eenmaal geconcentreerd in stedelijke gebieden. De fietssnelwegen zijn rechtlijnige tracés die fietsers op een snelle en zo veilig mogelijke manier naar hun bestemming leiden.
Wat is een fietssnelweg? Een fietssnelweg laat zich niet altijd binnen een afgelijnd concept definiëren, zeker niet binnen de ruimtelijke ordening die we in Vlaanderen kennen. Het is een rechtlijnige verbinding tussen attractiepolen, met een fietsvriendelijk en kwaliteitsvol karakter. In West-Vlaanderen streven we ernaar om de fietssnelwegen conflictvrij uit te bouwen, zonder onnodige stopplaatsen of vertragingen. Ter hoogte van kruispunten zoeken we naar de meest veilige oplossing voor de fietsers. Het spreekt voor zich dat er op een fietssnelweg zo weinig mogelijk gemotoriseerd verkeer rijdt, maar zelfs wandelaars geven we bij voorkeur een eigen ruimte om de snelheid van de fietsers continu te kunnen garanderen.
Kwaliteit De ideale fietssnelweg beantwoordt aan volgende kwaliteitseisen: • Een monolithische verharding (KWS of beton) met hoge kwaliteitseisen voor trilcomfort. • Vlak: geen drempels. • Een minimumbreedte van 3 meter voor dubbelrichtingsfietspaden, bij voorkeur 4 meter. Enkelrichtingsfietspaden zijn minimum 1,75 meter breed. • Direct en rechtdoor, omwegen herleiden tot een absoluut minimum. • Aandacht voor de belevingswaarde, zoals lawaai en luchtkwaliteit. • Aandacht voor boogstralen in bochten, zodat fietsers niet te veel moeten afremmen.
9
• Verlichting in bewoond gebied: continu, tijdens bepaalde uren of met sensoren. In het buitengebied geen (continue) verlichting om lichtvervuiling te beperken. • Paaltjes en fysieke afsluiting van het fietspad voor gemotoriseerd verkeer worden beperkt omdat die voor fietsers een gevaar betekenen. • Conflicten op kruispunten moeten zoveel mogelijk opgelost worden. Op drukke verkeerswegen kan een tunnel of een fietsbrug een oplossing bieden. Beïnvloeding van verkeerslichten door sensoren in het wegdek behoort eveneens tot de mogelijkheden. Op kruispunten waar de fietsers voorrang moeten verlenen om veiligheidsreden moeten ze vlot kunnen oversteken via bijvoorbeeld een middengeleider met wachtplaats.
Herkenbaarheid De vijf Vlaamse provincies streven naar een optimale leesbaarheid en herkenbaarheid van de fietssnelwegen. Een uniform materiaalgebruik, dezelfde signalisatie en een gemeenschappelijke communicatiecampagne moeten hiertoe bijdragen. Daarom werd in onderling overleg een studieopdracht uitgeschreven om fietssnelwegen op het terrein herkenbaar te maken voor de fietsers.
Het Guldensporenpad als inspiratiebron Het Guldensporenpad verbindt Marke met Zwevegem en geeft aansluiting op fietsroutes in het buitengebied, zoals de Trimaarzate en het Groen Lint Zuid. Dagelijks maken honderden fietsers dankbaar gebruik van deze vlotte fietsverbinding. Het Guldensporenpad is het beste voorbeeld van een fietssnelweg in West-Vlaanderen. De Fietsersbond riep het pad in 2014 zelfs uit tot de beste fietssnelweg van Vlaanderen! Fietsers krijgen er voorrang en belangrijke kruispunten zijn ongelijkvloers ingericht. Het Guldensporenpad is verlicht en heeft een comfortabel laagje asfalt. Het pad bevindt zich in de stedelijke omgeving van Kortrijk en biedt aan werknemers en leerlingen snelle, veilige fietsverplaatsingen. De passage langs het station van Kortrijk biedt de fietssnelweg nog meer fietspotentieel. Bovendien heeft het pad een recreatieve meerwaarde als onderdeel van het fietsknooppuntennetwerk. Het Guldensporenpad beantwoordt dus aan alle vereisten voor een goede fietssnelweg.
10
11
Fietssnelwegen in het moderne mobiliteitsbeleid Fietslandschap in volle beweging Fietsen als trend De fiets heeft de voorbije twintig jaar een ware metamorfose ondergaan. Van een vervoermiddel voor wie geen auto bezit, is de fiets stilaan uitgegroeid tot een hippe transportkeuze. Niet alleen je auto, maar ook je fiets toont nu je persoonlijkheid. Fietsen in alle kleuren, vormen, maten en voorkeuren verschijnen op de markt en in het straatbeeld. Het beeld van een geroeste fiets die je neergooit in een aftandse stalling is niet meer van deze tijd. De fiets is trendgevoelig en wordt voorzien van allerlei snufjes.
Fietsen afgestemd op gebruiksgemak Het gebruik van de fiets evolueerde mee met deze trend. In het straatbeeld verschijnen meer en meer bakfietsen, fietskarren en andere praktische oplossingen voor het vervoeren van kinderen of materiaal. In stedelijke gebieden voeren fietskoeriers pakketten rond. De introductie van de fietsknooppuntennetwerken heeft de beleving van het fietsen enkele niveaus hoger getild. Fietsrecreatie zit nog altijd in de lift. Dankzij de bevordering van fietsrecreatie en mede door de groeiende milieubewustwording, stijgt het fietsgebruik en -bezit langzaamaan. Fietsen is niet meer louter een hobby of tijdverdrijf met het gezin op zondag. De fiets krijgt intussen meer en meer een plaats in het woon-werkverkeer of om boodschappen te halen. Denken we maar aan de succesvolle actie ‘met belgerinkel naar de winkel’.
Verder met de elektrische fiets Het succes van de elektrische fiets zorgt ervoor dat we langer blijven fietsen, zelfs als de fysieke conditie vermindert. Via een ingenieus systeem van trapondersteuning kan iedereen langer blijven fietsen. En verder. Wie tot voor kort een fietsrit van pakweg 5 kilometer naar het werk al te ver vond, kan nu dankzij de elektrische fiets zelfs vlot 12 kilometer woon-werkafstand overbruggen. Met alle voordelen voor de fysieke conditie van deze werknemers. De provinciale campagnes ‘Verder met de elektrische fiets!’ of ‘De testkaravaan komt er aan!’ spelen volop in op het gebruik van (onder meer) de elektrische fiets.
13
Aangepaste fietspaden Het veranderende fietslandschap heeft uiteraard gevolgen voor de aanleg van fietspaden. Comfortabele en veilige fietsinfrastructuur is de noodzakelijke voorwaarde om vlot te fietsen. Met de komst van bakfietsen en snelle elektrische fietsen groeit de vraag naar bredere fietspaden. Fietsroutes waar je een zekere snelheid kunt halen en handhaven. Fietspaden waar je andere fietsen vlot en zonder conflicten kunt inhalen, ook de bredere modellen. Fietssnelwegen bieden een antwoord op deze vragen en uitdagingen. Fietssnelwegen passen ook letterlijk in het (fiets)landschap. De fietssnelwegen in West-Vlaanderen zijn anders ingericht dan die in meer verstedelijkte agglomeraties zoals in Antwerpen of in de buurt van Brussel.
Met de fiets snel weg van de files Files als een ‘noodzakelijk kwaad’ Files zijn dagelijkse kost, we lijken ze te aanvaarden als een deel van onze realiteit. Mobiliteitsdeskundige Kris Peeters kaatst de bal terug naar de automobilist als hij gevat oppert dat we niet in de file staan, maar dat we zelf die file zijn. Files zijn de directe, zichtbare gevolgen van een vergaande vergroeiing met de wagen. Nochtans zijn veel autoverplaatsingen vlot te vermijden. Autosolisme is nog altijd de gang van zaken, terwijl je door te carpoolen al een pak auto’s van de baan kunt halen. De combinatie van de trein en een fiets (vouwfiets, deelfiets) is een andere oplossing. Uit onderzoek blijkt dat 71% van de verplaatsingen korter is dan 15 kilometer. Net iets meer dan de helft van de afgelegde afstanden is zelfs korter dan 5 kilometer. Denk maar aan autoverplaatsingen naar de bakker in de buurt, het station of zelfs naar de fitness. Zeker met de komst van de elektrische fiets zijn deze afstanden perfect op een duurzame manier te overbruggen.
Economische gevolgen Bedrijven lijden economisch verlies door de files, die voor een deel te wijten zijn aan die perfect mijdbare autokilometers. Bedrijven zijn moeilijker bereikbaar, bestellingen komen niet tijdig ter bestemming, klanten zijn ontevreden. Werknemers komen gestresseerd en te laat op het werk of verliezen dure loonuren terwijl ze wachten in de file. De kosten van de files lopen volgens een nieuw onderzoek door Transport & Mobility Leuven intussen op tot ruim 600.000 euro per dag. Elke personenwagen in de file kost 10,58 euro per uur. Vrachtwagens die vaststaan in de file kosten zelfs drie keer zoveel aan de maatschappij. Op drukke dagen zou de totale kost van de files zelfs kunnen oplopen tot bijna drie miljoen euro per dag!1 Overmatig autogebruik bij werknemers vereist de aanleg van parkings op de al zo dure bedrijfsgronden. Ruimte is schaars en grond die voor parking wordt gebruikt, is verloren voor andere, meer nuttige bestemmingen. Bedrijven zien zich op termijn genoodzaakt om hun bedrijf op een andere locatie uit te breiden.
Milieuproblematiek Het veelvuldige autogebruik leidt verder tot duidelijke gezondheidsproblemen. Meer en meer kinderen kunnen niet meer vrij ademen zonder puffers of andere medicijnen. Ouderen kunnen in een warme zomer niet naar buiten wegens te hoge ozonconcentraties. De luchtvervuiling en andere milieuproblemen die gere1 Bron: http://www.standaard.be/cnt/dmf20150420_01639631
14
15
lateerd zijn aan de auto zijn evenzeer een probleem voor wie niet tot een ‘klassieke’ risicogroep behoort. Een op drie Vlamingen krijgt in de loop van zijn leven af te rekenen met kanker. Geen toeval als je weet dat we in de meest verdieselijkte regio van Europa leven. Studies tonen daarnaast aan dat we onvoldoende bewegen. Het veelvuldige autogebruik is een van de bepalende factoren tot een overmatige sedentaire levensstijl. Wie te weinig beweegt, wordt sneller ziek. Deze gezondheidsgevolgen hebben, naast het sociale aspect, een duidelijke negatieve weerslag op de economie. Anderzijds blijken fietsende werknemers minder ziek te zijn dan hun automobiele collega’s. De overstap naar de fiets is een logische en economisch aan te raden keuze!
De fiets als oplossing Veilige, comfortabele fietsinfrastructuur zoals de fietssnelwegen, moedigen de overstap van de auto naar de fiets alleen maar aan. Vooral in het woon-werkverkeer kunnen fietssnelwegen hun nut bewijzen. Deze paden zijn initieel bedoeld voor het afleggen van grotere afstanden, tegen een min of meer constante, vlotte snelheid. Zeker voor wie met een elektrische fiets naar het werk rijdt, bieden fietssnelwegen een goede oplossing. Het succes van de ‘fiets-o-strades’ in de provincie Antwerpen bewijzen intussen al hun nut in de filebestrijding. Antwerpen heeft veel meer dan West-Vlaanderen te kampen met files, en dus is de noodzaak en het nut van deze fietssnelwegen daar extra zichtbaar. In West-Vlaanderen moeten we situaties zoals in Antwerpen of Brussel voorkomen. Een van de manieren is door het promoten van de fiets bij verschillende doelgroepen, en door hiervoor de noodzakelijke hardware (fietssnelwegen, het Bovenlokaal Functioneel Fietsroutenetwerk) te voorzien. Zo worden de fietssnelwegen de groene aders van en naar de steden en naar de bedrijven. Voor het woon-schoolverkeer bieden de fietssnelwegen evengoed een voordeel. Door hun aparte bedding zorgen ze voor meer verkeersveiligheid, wat de argumenten van bezorgde ouders tegen de fiets weerlegt. Als we onze mobiliteit duurzamer willen maken, is het van het uiterste belang dat we vooral de jongeren stimuleren om zich met de fiets te verplaatsen. De scholieren van nu zijn de chauffeurs die morgen staan aan te schuiven op weg naar hun werk. Duurzame mobiliteit vereist een mentaliteitswijziging. De modal shift vereist vooral een mental shift.
16
17
Provinciebestuur WestVlaanderen als fietsbestuur Provinciaal (fietsroute)netwerk Het provinciebestuur van West-Vlaanderen profileert zich nadrukkelijk als fietsbestuur. Het provinciale mobiliteitsbeleid geeft een hoofdrol aan de fiets, omdat net meer dan de helft van de verplaatsingen amper of zelfs minder dan 5 kilometer omvat. Perfect voor de fiets. Door de fiets aan te moedigen, kunnen er dus nog heel wat autokilometers bespaard worden. De provincie is een regionaal bestuur dat over de gemeentegrenzen heen kijkt, maar voldoende kleinschalig is om de plaatselijke finesses te vatten. In de loop der jaren heeft de provincie een netwerk opgebouwd van gemeenten, politie, bedrijven, scholen en andere partners en brengt deze verschillende partners bijeen. De provincie heeft intussen een ruime ervaring en expertise opgebouwd en deelt die graag met deze partners.
Expertise en ondersteuning gemeenten Voor de aanleg van fietspaden op het Bovenlokaal Functioneel Fietsroutenetwerk kunnen de gemeenten een beroep doen op de ruime expertise van de provincie. De provincie coördineert de aanleg van deze fietspaden van het eerste idee tot de eindafrekening. Dankzij de middelen uit het Fietsfonds hoeven de gemeenten geen budget vrij te maken voor de kosten van het fietspad. Daarnaast werkt het autonome provinciebedrijf Westtoer aan de uitbouw van een recreatief fietsroutenetwerk in West-Vlaanderen dat bestaat uit een uitgebreide waaier aan fietsroutes en en een fietsknooppuntennetwerk over heel West-Vlaanderen.
Campagnes moedigen fietsverkeer aan Fietspaden zijn een noodzakelijke voorwaarde voor meer en veilig fietsverkeer. Maar er is meer nodig om mensen daadwerkelijk te overtuigen van het nut en voordeel van de fiets voor het overbruggen van korte verplaatsingen. Daarom organiseert de provincie verschillende campagnes om het gebruik van de fiets
19
aan te moedigen. Voor de leerlingen van de lagere school stimuleert de provincie fietspooling, waarbij de leerlingen samen en onder begeleiding van een of meer volwassenen naar school fietsen. Schoolfietsroutekaarten tonen de l eerlingen van de secundaire scholen de meest aangewezen fietsroute naar school. Werknemers zijn een andere grote groep die de provincie aanspreekt. Concreet gebeurt dit onder meer via de campagne ‘De testkaravaan komt er aan!’, waarbij de werknemers van allerhande bedrijven in West-Vlaanderen gedurende enkele weken verschillende vervoermiddelen kunnen uittesten voor hun woon-werk traject. De nadruk ligt op het aanmoedigen van de (elektrische) fiets, bakfiets, fietskar, vouwfiets. De deelnemers kunnen ook inschrijven om openbaar vervoer of carpooling te proberen. Het Provinciaal Mobiliteitspunt West-Vlaanderen geeft concreet advies aan de bedrijven om het woon-werkverkeer te verduurzamen. Intussen heeft het PMP al een aardig netwerk van West-Vlaamse bedrijven weten uit te bouwen. De campagne ‘Verder met de elektrische fiets!’ moedigt de elektrische fiets aan en geeft tips over aanschaf, gebruik en onderhoud ervan.
20
21
Overzicht van de fietssnelwegen Overzichtskaart
23
Fiches per fietssnelweg
Brugge-Knokke-Heist
Hierna vindt u een overzicht van de fietssnelwegen in West-Vlaanderen, aan de hand van fiches die de kenmerken ervan opsommen. De beschreven trajecten zijn nog niet altijd gerealiseerd op het terrein. Ze geven een indicatie hoe de fietssnelweg het vlotst zou kunnen verlopen. Naast een schets van het parcours beschrijft elke fiche enkele knelpunten.
Traject
De fietssnelweg loopt langs de Damse Vaart en het Schipdonkkanaal/Leopoldkanaal en maakt de verbinding Brugge-Damme-Heist, dus van Brugge naar de oostkust via Damme en met aansluiting op de haven van Zeebrugge. Er is ook nog een aftakking naar Oost-Vlaanderen.
24
25
Brugge Ring
Vanaf de Wulpenstraat op de Brugse Ring (zie verder) en Buiten de Dam dwarst de route de R30 naar de Noorweegse Kaai, die na enkele honderden meters overgaat in een jaagpad langs de Damse Vaart. Ter hoogte van Damme dwarst het traject de Dammesteenweg en gaat het traject verder langs de Damse Vaart tot aan het Schipdonkkanaal (ter hoogte van de Sifon). Daar sluit de verbinding aan op het jaagpad langs het Schipdonkkanaal noordwaarts, dat de Koolkerke steenweg (N374) dwarst en via de Zeekanaalweg uitmondt op de Westkapelse Steenweg (N376). Fietsers moeten die weg even volgen om het Schipdonk- en L eopoldkanaal te dwarsen en vervolgens steken ze over richting Vaartdijk, het jaagpad aan de oostkant van het Leopoldkanaal. Ter hoogte van de Moerstraat verlaat de route het kanaal en sluit ze aan op de Heistlaan (N300), die naar de Elisabethlaan (N34) leidt en via de afslag van de Koudekerkelaan naar het station van Heist.
Potentieel fietsverkeer
Dagelijks gebruiken vele fietsers de Noorweegse Kaai-Damse Vaart-West, zowel recreatief als functioneel. Het is een verkeersluwe verbinding richting Damme, waar ze verderop via het Schipdonk- en het Leopoldkanaal naar Heist kunnen fietsen. Via de geplande zuidelijke fietspoort (in het kader van de aanleg van de A11) en de eveneens geplande oostelijke fietspoort (het project Ramskapellebruggen) krijgen de werknemers van de haven van Zeebrugge een veilige en comfortabele toegang tot hun werkplek.
Knelpunten
De route verloopt grotendeels langs verkeersluwe jaagpaden en is bijgevolg heel aangenaam voor fietsers. De oversteken vormen het grootste knelpunt. Andere knelpunten zijn de moeilijke aansluiting van de Vaartdijk op de Moerstraat, het smalle dubbelrichtingsfietspad langs de Heistlaan en het ontbreken van een stuk jaagpad langs het Schipdonkkanaal.
Partners
Provincie West-Vlaanderen, Agentschap Wegen en Verkeer, Waterwegen en Zeekanaal, steden Brugge en Damme en gemeente Knokke-Heist
26
Traject
De fietsroute langs de Ring in Brugge (R30) volgt grotendeels de Brugse Vesten, met inbegrip van de wijken Kristus Koning en het Stubbekwartier. Het traject loopt vanaf het station noordwaarts via de fietstunnel aan de Boeveriepoort langs de Hendrik Consciencelaan en de Guido Gezellelaan over een apart dubbelrichtingsfietspad noordwaarts richting Bloedput. Na de oversteek van de Bevrijdingslaan (N351) en de parallelle waterloop gaat de route via het Graaf Visartpark naar de Maria van Bourgondiëlaan, in gemengd verkeer tot aan de Houtkaai. Van daar gaat het parcours, via de Houtkaai en verder de Kolenkaai, parallel aan het kanaal Oostende-Gent, naar de Ter Pannestraat en het Baron Ruzettepark.
27
Brugge-Gent
Fietsers die komen uit het park moeten de R30 oversteken om via de Komvest en de Wulpenstraat het Sasplein te bereiken. Na het dwarsen van de Potterierei komen de fietsers op het wandel- en fietspad van de Vesten, dat ze volgen tot aan de Katelijnepoort. Daar steken ze over naar het dubbelrichtingsfietspad langs de Bargeweg, dat hen onder de hoge Katelijnebrug naar de zuidkant van de R30 en het station leidt.
Potentieel fietsverkeer
Het fietspotentieel is hier bijzonder groot, gezien de nabijheid van het historische centrum van Brugge, grote scholen in de buurt (VTI, St-Lodewijkscollege, Spermalie), de passage langs het station, de aansluitingen naar de nabijgelegen deelgemeenten en verbindingen met andere fietssnelwegen. Gezien het aantrekkelijke parcours langs de Vesten wordt dat stuk ook veelvuldig recreatief gebruikt.
Knelpunten
Op het grootste deel van het traject beschikt de fietser over eigen of met wandelaars te delen fietsinfrastructuur. Alleen op de verkeersluwe Maria Van Bourgondiëlaan en ter hoogte van de Wulpenstraat en het Sasplein is er gemengd verkeer. Aan de Houtkaai komt er aparte fietsinfrastructuur, langs de Kolenkaai ligt er al een breed dubbelrichtingsfietspad. Bijna het volledige (lange) stuk langs de Vesten moeten de fietsers delen met wandelaars. Het grootste knelpunt zijn ongetwijfeld de vele oversteken van vaak drukke verkeersassen en de passage voor het Stationsplein. Enkel de Albert I-laan (N397) heeft een ongelijkvloerse kruising, via een fietstunnel.
Partners
Waterwegen en Zeekanaal, Agentschap Wegen en Verkeer, stad Brugge
28
Traject
Het parcours loopt vanaf de grens met Oost-Vlaanderen (gemeente Knesselare) langs de zuidkant van het kanaal Gent-Oostende tot aan de aansluiting met de Vaartdijkstraat in Steenbrugge. Vanaf daar tot het station van Brugge valt deze route samen met de route Brugge-Maldegem (zie verder). Fietsers die komen uit de richting van Oost-Vlaanderen moeten momenteel door de relatief drukke kern van Sint-Joris (Beernem) rijden. Inmiddels is een veilige en comfortabele fietsverbinding door de kern van Sint-Joris langs het kanaal in aanleg. Na een kort stuk dubbelrichtingsfietspad langs de drukke Sint-Jorisstraat (N368) volgt een onverhard stuk jaagpad tot in Beernem, waar op de Oude Vaartstraat/ Stationsstraat/Fortstraat gemengd verkeer geldt. Ter hoogte van Gevaerts-Zuid kunnen fietsers een kort stuk autovrij jaagpad volgen, tot aan de wijk Gevaerts.
29
Brugge-Maldegem
De route wordt opnieuw autoluw ter hoogte van Den Overzet en het begin van de Westdijk. Bij Moerbrugge (deelgemeente van Oostkamp) sluit het jaagpad aan op de Patersonstraat en het rond punt met de Moerbrugsestraat en loopt vervolgens verder tot in Steenbrugge.
Potentieel fietsverkeer
Moerbrugge en zelfs Beernem liggen op fietsafstand van Brugge. De as heeft ook heel wat recreatief verkeer.
Knelpunten
Zoals hierboven aangegeven is er nu geen sprake van een doorgaande, autoluwe verbinding tussen de provinciegrens en Steenbrugge. Het knelpunt in Sint-Joris wordt momenteel aangepakt, maar op verschillende andere plaatsen is nog sprake van gemengd verkeer of zijn er risicovolle oversteken.
Partners
Agentschap Wegen en Verkeer, Waterwegen en Zeekanaal, stad Brugge en gemeenten Beernem en Oostkamp
Traject
Het traject loopt vanaf de grens met Oost-Vlaanderen (gemeente Maldegem) op de oude spoorwegbedding Eeklo-Brugge tot aan de Baron Ruzettelaan (N50) in Steenbrugge, vanwaar de verbinding via de Steenbruggebrug naar de Vaartdijkstraat aan de westkant van het kanaal Gent-Oostende gaat. De Vaartdijkstraat mondt uit op het dubbelrichtingsfietspad aan de zuidkant van de R30, waarlangs de fietser het station bereikt. Het grootste deel van het traject loopt over een oude spoorwegbedding (A bdijenroute) en is dus vrij van autoverkeer. Op de Vaartdijkstraat is er in het eerste deel een afgescheiden dubbelrichtingsfietspad, vanaf het kruispunt met het bedrijventerrein Ten Briele is de weg autoluw wegens de afsluiting ter hoogte van het bedrijf Bombardier.
30
31
Brugge-Oostende
Potentieel fietsverkeer
De route verbindt het station van Brugge met twee ziekenhuizen (AZ St-Lucas in Assebroek en AZ Alma in Sijsele) en de kernen van Ver-Assebroek en Sijsele. De oude spoorwegbedding wordt ook intensief gebruikt door recreatieve fietsers (en wandelaars).
Knelpunten
Het grootste knelpunt is ongetwijfeld de aansluiting van de oude spoorwegbedding op de Vaartdijkstraat, waarvoor fietsers de Baron Ruzettelaan (N50) en het kanaal moeten oversteken. Verder is de oude spoorwegbedding onverlicht, half tot onverhard en op sommige stukken vrij smal. De fietsers moeten vrij veel oversteken maken, waaronder de drukke N9 (Maalse Steenweg). Bovendien sluit de Vaartdijkstraat ter hoogte van de R30 aan op een niet-conform dubbelrichtingsfietspad richting station.
Partners
Provincie West-Vlaanderen, Waterwegen en Zeekanaal, Agentschap Wegen en Verkeer, steden Brugge en Damme
Traject
Vanaf de Houtkaai in Brugge loopt het traject langs de zuidzijde van het kanaal richting Oostende. Ter hoogte van het sluizencomplex Plassendale volgt de route verder het kanaal naar Oostende via de Oudenburgsesteenweg (N358) en vervolgens de Prins Albertlaan. Na het dwarsen van het kruispunt met de Twee Bruggenstraat (N34), gaat het traject verder via een fietstunnel onder het spoor en havendok naar de Konterdamkaai. Via die Konterdamkaai en vervolgens de Slachthuiskaai bereiken de fietsers het station van Oostende. Vanaf de Houtkaai tot Plassendale beschikken fietsers over een verkeersluw jaagpad met slechts twee keer risico op dwarsende bewegingen, namelijk ter hoogte van Nieuweghe Brug en van Stalhille Brug. Die laatste brug is dan nog enkel toegankelijk voor zachte weggebruikers. Daarnaast zijn er nog enkele lokale wegen die aansluiten op het jaagpad.
32
33
Brugge-Zeebrugge
Ter hoogte van de sluis van Plassendale verandert het jaagpad in een brede en vrij drukke weg, de Oudenburgsesteenweg (N358), met een dubbelrichtingsfietspad aan de zuidzijde. Aan het begin van de bebouwde kom van Oostende gaat het traject over naar aanliggende, enkelrichtingsfietspaden. Vanaf de N34 tot aan de Slachthuizenkaai beschikt de fietser weer over eigen, vrijliggende infrastructuur. De Slachthuizenkaai heeft gemengd verkeer.
Potentieel fietsverkeer
De volledige afstand Brugge-Oostende is allicht slechts weggelegd voor de gedreven (elektrische) functionele fietser, maar zowel in de buurt van Oostende als van Brugge is er veel potentieel. Het traject passeert in Oostende aan het AZ Damiaan en geeft in Brugge aansluiting op de te bouwen fietsbrug langs de N31 naar AZ Sint-Jan. Het traject langs de waterweg trekt ook veel recreatieve fietsers aan.
Knelpunten
Het grootste deel van de route loopt over een verkeersluw jaagpad en stelt bijgevolg geen problemen. Het dubbelrichtingsfietspad langs de Oudenburgsesteenweg ligt aan de kant van de bedrijven, met dus bij iedere in- en uitrit het risico dat bestuurders de fietsers uit de onverwachte richting niet opmerken.
Partners
Waterwegen en Zeekanaal, Agentschap Wegen en Verkeer, de stad Oudenburg, gemeente Jabbeke en de steden Oostende en Brugge
Traject
Het fietstraject volgt vanaf de Ring rond Brugge via de Krakelebrug en de Krakeleweg het dubbelrichtingsfietspad langs de Pathoekeweg tot de Stationsweg in Dudzele.
34
35
Via de Stationsweg loopt het parcours westwaarts richting Blankenbergse Steenweg, tot de afslag noordwaarts naar Kruipuit (Brugge)/Bontepoortstraat (Zuienkerke)/Patentestraat (opnieuw Brugge). Het traject loopt een eind noordwaarts via deze Patentestraat, tot de kruising met de Uitkerkestraat, die noordoostwaarts wordt gevolgd. Op het grondgebied van Blankenberge, net voor het kruispunt met de Zeebruggelaan (N335), verandert de naam in Doornhaagstraat.
Partners
Agentschap Wegen en Verkeer, steden Brugge en Blankenberge, gemeente Zuienkerke
Tussen de N335 en de Kustlaan (N34) moet er een verbinding worden gelegd via de Oudemaarspolder.
Potentieel fietsverkeer
De Pathoekeweg loopt langs of in de nabijheid van bedrijventerreinen (Nijverheidsdok, Herdersbrug, De Spie), waardoor het een interessante verbinding vormt voor de werknemers in die bedrijven. Verderop is er een verbinding met Lissewege en uiteindelijk met Zeebrugge en de haven. Deze verbinding draagt bij tot een betere en veilige bereikbaarheid per fiets van de Zeebrugse haven. Op die manier vormt ze ook een onderdeel van het Masterplan Fiets voor de haven van Zeebrugge. Het Masterplan Fiets tekent een netwerk uit voor een fietsveilige infrastructuur in de haven en de omliggende dorpen. Het gaat om fietspaden voor zowel het woon-werkverkeer als voor het recreatief verkeer (dat laatste enkel buiten de haven). De stad Brugge, de provincie West-Vlaanderen en het havenbestuur hebben dat plan vijf jaar geleden opgesteld. De ambitie van het plan bestond er niet in om in één keer gerealiseerd te worden, maar stapsgewijs, bij herinrichting van wegen of naar aanleiding van nieuwe projecten. Dankzij de realisatie van de A11 komen er aan de zuidkant van de haven bijvoorbeeld een aantal nieuwe verbindingen.
Knelpunten
Vertrekkend vanuit Brugge is een eerste knelpunt de oversteek van de R30 en vervolgens de Krakeleweg. De oversteek aan de Stationsweg in Dudzele wordt ongetwijfeld aantrekkelijker en veiliger eens de werken aan de A11 voltooid zullen zijn en deze weg weer een lokaal karakter krijgt. Tussen de Stationsweg en de Zeebruggelaan (N335) loopt het traject over landelijke wegen. Een aandachtspunt hier is, ter hoogte van Lissewege, de oversteek van de Canadezenstraat (N312). Tussen de Zeebruggelaan (N335) en de Kustlaan (N34) is er ter hoogte van de Doornhaagstraat nog geen doorsteek.
36
37
Diksmuide-Ieper
van de Vrijbosroute verder deze oude spoorlijn te volgen richting Ieper.
Potentieel fietsverkeer
Ieper en Diksmuide zijn in de Westhoek twee belangrijke steden op vlak van werk, gezondheid en onderwijs. Door de uitgestrektheid van de regio en de verspreide woonkernen kunnen heel wat scholieren en pendelaars aansluiten op deze centrale as om zich op een duurzame manier naar beide steden te verplaatsen.
Knelpunten
Nogal wat gemotoriseerd verkeer gebruikt deze wegen, vooral aan de IJzerdijk. De mobiliteit in de regio moet dus in zijn geheel bekeken worden om deze fietssnelwegen autoluw te maken.
Partners
Provincie West-Vlaanderen, steden Diksmuide, Lo-Reninge en Ieper
Traject
Vanuit Diksmuide volgen we in eerste instantie het jaagpad langs de IJzerdijk, aan de noordzijde van de IJzer. Ter hoogte van het gehucht Knokke volgt het traject de Ieperleedijkstraat. Aan de oostzijde, tussen Bikschote en Zuidschote, verandert het fietstracé naar de westzijde. We onderzoeken de mogelijkheid om ter hoogte
38
39
Diksmuide–Kortemark
In Diksmuide zijn heel wat bedrijven samengebracht op de bedrijventerreinen Diksmuide Heernisse en Diksmuide Kaaskerke.
Knelpunten
Het dossier tussen Kortemark en Esen is al een hele tijd geleden opgestart. Er zijn veel eigenaars van de aanpalende gronden, waarvan er enkele zelfs in het buitenland wonen. De gronden verwerven verloopt dus zeer moeizaam, waardoor het dossier al erg lang aansleept.
Partners
Infrabel, stad Diksmuide, gemeente Kortemark
Traject
Tussen Diksmuide en Kortemark verloopt de fietsverbinding het snelst via de bestaande spoorlijn. In Kortemark is de aanleg van een fietspad voorzien aan de noordzijde van de spoorweg. Op het grondgebied van Diksmuide moeten nog keuzes gemaakt worden wat de aanleg betreft.
Potentieel fietsverkeer
Zowel Diksmuide als Kortemark beschikken over een station en bieden secundair onderwijs aan. In Kortemark kunnen de leerlingen zelfs specifieke richtingen volgen die zeldzaam zijn in de regio. In Kortemark is er heel wat bedrijvigheid, maar niet altijd gebundeld op een bedrijventerrein.
40
41
Ieper–Menen
Knelpunten
Traject
De fietsverbinding tussen Ieper en Menen verloopt eerst langs de Tulpenlaan en verderop via het Bijlanderpad langs de vaart Ieper-Komen. Ter hoogte van Hollebeke gaat de fietssnelweg over naar de Kasteelhoekstraat. Aan de Kortewildestraat kruisen we de spoorlijn om dan opnieuw het jaagpad langs de vaart te volgen. In Komen verlegt het traject zich naar de Leie om zo het jaagpad verder te volgen naar Menen.
Potentieel fietsverkeer
Dit is niet de meest directe verbinding tussen Ieper en Menen. Op het gebied van fietsbeleving en veiligheid is dit niettemin het meest aangewezen traject. Deze fietsverbinding is bijzonder interessant voor fietsers in de gemeenten langs het traject om zich naar de steden te verplaatsen.
42
Op dit traject treffen de fietsers de klassieke knelpunten aan zoals het ontbreken van verlichting en het dwarsen van kruispunten.
Partners
Waterwegen en Zeekanaal, steden Ieper, Menen en Komen
43
Ieper-Poperinge
Partners
Agentschap Wegen en Verkeer, steden Ieper en Poperinge
Traject
De snelste fietsverbinding tussen Ieper en Poperinge verloopt via de gewestweg N308 Poperingseweg, Ieperseweg, Ieperstraat. Langs deze weg worden de fietsvoorzieningen uitgebouwd, zodat de veiligheid verbetert.
Potentieel fietsverkeer
Beide steden bieden in de Westhoek de nodige faciliteiten onder meer op vlak van onderwijs en tewerkstelling.
Knelpunten
Hier wordt geen gebruik gemaakt van een afzonderlijke fietsweg, maar wel van vrijliggende enkelrichtingsfietspaden langs een gewestweg. Fietsers treffen dus nog een aantal kruispunten aan, waar ze weliswaar voorrang hebben. Het gemotoriseerde verkeer zorgt voor een verminderde belevingswaarde op dit traject.
44
45
Komen–Deinze
De fietser kan niet conflictvrij van oever veranderen. Bij de aanpassing van de bruggen over de Leie in Menen en Wevelgem is een oplossing voor dit probleem nodig. Momenteel is er een onveilige omleiding ter hoogte van Galloo in Menen. Het verbeteren van de omleiding vormt de oplossing.
Partners
Waterwegen en Zeekanaal, aanpalende gemeenten en steden (Wervik, Menen, Wevelgem, Kortrijk, Kuurne, Harelbeke, Wielsbeke, Waregem en Dentergem)
Traject
Momenteel kunnen fietsers rijden langs het jaagpad op de linkeroever van de Leie tussen Komen en Deinze. Enkel tussen Menen en Wevelgem moeten fietsers rijden op de rechteroever van het jaagpad.
Potentieel fietsverkeer
Dit is duidelijk een belangrijke as die stedelijke gebieden en industriegebieden met elkaar verbindt. De route loopt van Menen over Kortrijk en Waregem naar Deinze. Verder zijn er verbindingen voor zacht verkeer langs de Leie naar verschillende industriegebieden.
Knelpunten
Knelpunten met overslag van goederen zijn langs het traject goed geregeld, bijvoorbeeld de oplossing ter hoogte van Alpro in Wevelgem.
46
47
Kortemark-Ieper
Het is een fietsas die het landschap doorkruist, maar in de woonkernen pal door het centrum loopt, waardoor deze erg geschikt is voor functionele verplaatsingen.
Potentieel fietsverkeer
De Vrijbosroute heeft in de regio heel wat potentieel. Uiteraard biedt Ieper als stad heel wat voorzieningen op vlak van winkelen, onderwijs, tewerkstelling en gezondheidszorg. In de omgeving die de fietssnelweg doorkruist zijn er ook heel wat bedrijven die samenhangen met land- en tuinbouw, zoals Milcobel in Langemark en Westvlees in Westrozebeke. Deze bedrijven zorgen voor heel wat werkgelegenheid in de regio. Een aanzienlijk aantal werknemers woont dus op een fietsbare afstand.
Knelpunten
De Vrijbosroute kruist veel wegen, zowel in de woonkernen als landelijke wegen in het buitengebied. Om de continuïteit en de snelheid van fietsers te garanderen, zullen dus heel wat ingrepen nodig zijn om de conflicten tot een minimum te herleiden.
Partners
Provincie West-Vlaanderen, gemeenten Kortemark, Staden, Langemark-Poelkapelle en stad Ieper
Traject
Voor het traject tussen Kortemark, Staden, Langemark-Poelkapelle en Ieper leent de oude spoorlijn 63 zich perfect voor fietsverplaatsingen op een verkeers luwe manier. Deze oude spoorlijn is beter bekend als de Vrijbosroute en is een van de groene assen die het provinciebestuur van West-Vlaanderen zelf beheert.
48
49
Kortemark–Roeselare
Knelpunten
Het traject loopt niet zo rechtlijnig als andere fietssnelwegen. In de woonkernen kan niet altijd een vrijliggend fietspad aangelegd worden. Toch is een snelle fietsverbinding zeker een meerwaarde in dit gebied gezien de vele ontwikkelingen op het gebied van wonen en bedrijvigheid. Het is een lang en divers traject met verschillende schakels. Voor de eenduidigheid van de route en de uitvoering van de werken moet met heel wat zaken en partners rekening gehouden worden.
Partners
Stad Roeselare, gemeenten Kortemark en Hooglede.
Traject
Vanuit Kortemark verloopt het traject langs de Hoogledestraat en de Kortemarkstraat tot in het centrum van Hooglede. Daar gaat het verder via de Bruggestraat naar de Kandelaarstraat en de Beverenstraat. Via de Honzebroekstraat rijden we verder richting Noordstraat om zo tot in de kern van Roeselare aan te komen.
Potentieel fietsverkeer
Roeselare biedt als centrumstad heel wat voorzieningen op het gebied van onder meer werkgelegenheid, onderwijs en zorg. Hooglede en Kortemark zijn dus voor heel wat voorzieningen afhankelijk van Roeselare. Met een grote verkaveling in het vooruitzicht op de grens van Hooglede en Roeselare zullen daar heel wat gezinnen bij komen voor wie een veilige fietsverbinding richting Roeselare een absolute meerwaarde is.
50
51
Kortemark–Torhout
Partners
Infrabel, gemeente Kortemark, stad Torhout
Traject
Kortemark sluit aan bij Torhout dat nog meer voorzieningen aanbiedt op vlak van hoger onderwijs en gezondheidszorg. Een snelle fietsverbinding zou kunnen gerealiseerd worden langs de spoorlijn die via de Spanjaardstraat, Ieperse Heerweg en Meibosstraat aansluit op het fietspad langs de spoorlijn naar Torhout.
Potentieel fietsverkeer
Torhout heeft op zijn grondgebied heel wat secundaire en hogescholen met een aanzienlijke studentenpopulatie. Torhout beschikt eveneens over verschillende voorzieningen in de gezondheidszorg.
Knelpunten
De Spanjaardstraat, Ieperse Heerweg en Meibosstraat zijn landelijke wegen waar specifieke aandacht moet gaan naar de veiligheid van de fietsers.
52
53
Kortrijk-Avelgem
Guldensporenpad: • Ter hoogte van de Bekaertsite in Zwevegem • De connectie tussen Knokke (Zwevegem) en Moen-Statie over het Kanaal Bossuit-Kortrijk • De doortocht in Avelgem Verder moet er aandacht gaan naar de voorrangsregeling van het fietsverkeer.
Partners
Provincie West-Vlaanderen en aanpalende gemeenten en steden (Kortrijk, Harelbeke, Zwevegem en Avelgem)
Traject
De verlaten spoorwegbedding loopt vanaf Marke tot in Avelgem. Het grootste gedeelte van de bedding is ingericht. Deze fietssnelweg is beter bekend als het Guldensporenpad.
Potentieel fietsverkeer
Een fietssnelweg die langs het station van Kortrijk en langs verschillende industriegebieden en scholen loopt, biedt een enorm potentieel. Verder ontsluit het Guldensporenpad het economisch knooppunt Avelgem en het stedelijk gebied Oudenaarde. De verplaatsingen in het voorstedelijke gebied kunnen feilloos verlopen via deze conflictvrije fietssnelweg. De nieuwe brug over de Schelde garandeert bovendien de verbinding naar Oost-Vlaanderen.
Knelpunten
De huidige knelpunten situeren zich in een aantal ontbrekende schakels van het
54
55
Kortrijk-Deinze
Partners
Steden Kortrijk, Harelbeke en Waregem, Infrabel
Traject
Vanuit Kortrijk kan het traject eerst lopen langs het Guldensporenpad en zo een rechtlijnig tracé vormen, parallel aan de spoorlijn richting Waregem en Deinze. Tussen Waregem en Zulte is er al een fietsweg langs de spoorlijn, aan de noordwestzijde.
Potentieel fietsverkeer
Er is heel wat bedrijvigheid verspreid langs deze spoorlijn. Zowel Waregem als Kortrijk hebben heel wat onderwijsinstellingen en zorgcentra. De regio biedt bovendien een groot en hoogstaand aanbod op vlak van (sport)verenigingen.
Knelpunten
Op dit ogenblik is enkel nog maar het stuk tussen Waregem en Zulte aangelegd. De ontbrekende stukken moeten dus verder onderzocht worden in overleg met de partners.
56
57
Oostende-Knokke-Heist
Knelpunten
Traject
De route start vanaf het station van Knokke met de Knokkestraat (N359), om dan in Heist aan te sluiten op de Koninklijke Baan (N34). Het tracé volgt de N34 tot voorbij Wenduine en volgt dan de iets meer naar het binnenland gelegen N317 (Driftweg/Wenduinsesteenweg), tot die op de grens van Bredene en Oostende weer aansluit op de N34. Ter hoogte van Blankenberge en Wenduine loopt de route door het centrum.
Potentieel fietsverkeer
Nog niet het hele parcours is uitgerust met comfortabele en veilige fietsinfrastructuur. De doortochten van Wenduine, Blankenberge en vooral Zeebrugge zijn nog een probleem. Bovendien zijn er langs het hele traject verschillende oversteken van de N34.
Partners
Waterwegen en Zeekanaal, steden Oostende, Brugge en Blankenberge, gemeenten Bredene, De Haan en Knokke-Heist
De route verbindt Knokke-Heist, Blankenberge en Oostende met elkaar. Deze regio biedt veel mogelijkheden op vlak van onder meer onderwijs en zorg. Omdat de route langs de kust loopt, is er ook een groot recreatief potentieel. De recreatieve Kustfietsroute volgt tussen Oostende en Knokke trouwens voor een groot stuk dezelfde weg.
58
59
Oostende-Torhout
route via de afslag naar de Karel De Goedelaan, vervolgens de Brugsestraat en tenslotte de Sint-Jozefstraat aansluiten op de fietssnelweg naar Brugge (noordwaarts) of Lichtervelde (zuidwaarts).
Potentieel fietsverkeer
De Groene 62 verbindt de kernen van Oostende, Snaaskerke, Gistel, Eernegem, Wijnendale en Torhout, ideaal dus voor fietsverkeer tussen die kernen. Vooral voor Oostende en Torhout zijn er heel wat scholieren die via de Groene 62 naar school fietsen. Vanuit Oostende is de Groene 62 ook een ideale weg om de bedrijven aan of in de buurt van de Zandvoordesteenweg te bereiken.
Knelpunten
De Groene 62 is aan de smalle kant en op veel plaatsen niet verhard. Verder zijn er talrijke potentiële conflictpunten die de route dwarsen. Dat gaat van zeer landelijke wegen tot secundaire wegen als de N367 in Gistel en de N368c in Eernegem of drukke ontsluitingswegen van bedrijventerreinen, zoals de Zandvoordestraat in Oostende. In Torhout is er een kruispunt met verkeerslichten om de R34 over te steken, maar is er geen bijzondere aandacht voor de fietsers. In Torhout zelf is er gemengd verkeer.
Partners
Provincie West-Vlaanderen, Infrabel, steden Oostende, Gistel, Oudenburg en Torhout, gemeente Ichtegem
Traject
Bijna het hele traject ligt op de bedding van de oude spoorlijn Groene 62 van Oostende naar Torhout. In Oostende begint die eigen bedding aan het einde van de Konterdamkaai en in Torhout eindigt ze op de Aartrijkestraat. Via de A artrijkestraat bereikt de route het centrum. Vanaf de Aartrijkestraat kan de
60
61
Oudenburg-Nieuwpoort
Ook de stad Nieuwpoort biedt heel wat kansen op vlak van onderwijs, werkgelegenheid en om te winkelen.
Knelpunten
Langs het traject bevindt zich nog een aantal knelpunten, vooral ter hoogte van kruispunten. Er is niet overal verlichting. Ter hoogte van de woonkernen rijdt het plaatselijk verkeer eveneens langs dit jaagpad.
Partners
Waterwegen en Zeekanaal, stad Oudenburg, gemeente Middelkerke, stad Nieuwpoort
Traject
De verbinding tussen Oostende/Oudenburg en Nieuwpoort verloopt langs de noordzijde van het kanaal Plassendale-Nieuwpoort. Er is een aansluiting ter hoogte van het kanaal Gent-Oostende. Deze verbinding loopt langs een jaagpad, waardoor de fietsers de weg moeten delen met plaatselijk verkeer, dienstvoertuigen en recreatief verkeer.
Potentieel fietsverkeer
De stad Oostende biedt heel wat functies aan in de regio op vlak van onderwijs, gezondheidszorg, winkels en werkgelegenheid. Het bedrijventerrein Oudenburg-De Witte Bergen, bedrijventerrein Oostende-Oudenburg en bedrijventerrein Oostende II Zandvoorde situeren zich in Plassendale, aan het begin van het traject.
62
63
Roeselare-Aalter
Traject
Om de verbinding te maken tussen Roeselare-Tielt en verder richting Aalter hebben we de N37 geselecteerd. Dit is namelijk de meest rechtlijnige verbinding.
Partners
Agentschap Wegen en Verkeer, stad Roeselare, gemeente Ardooie, gemeente Pittem, stad Tielt
Potentieel fietsverkeer
Tussen Roeselare en Tielt is er een aaneenschakeling van stedelijke gebieden en economische knooppunten. De fietssnelweg verbindt de verschillende gemeenten en functies.
Knelpunten
Deze fietspaden liggen langs een gewestweg. Fietsers rijden dus niet langs hun eigen fietsweg, maar naast een weg die ook door gemotoriseerd verkeer gebruikt wordt. De belevingswaarde is hier niet zo hoog als langs oude spoorlijnen of jaagpaden. Voor dit traject kan een optimalisatie gezocht worden.
64
65
Roeselare-Ieper
Knelpunten
De oude spoorlijn ligt uiteraard in een eigen bedding, maar kruist nog heel wat lokale en bovenlokale wegen. Doordat de Stroroute wat verscholen ligt in het landschap, worden automobilisten langs deze wegen vaak geconfronteerd met fietsers die ze niet altijd verwachten. De conflictpunten moeten dus nog aangepakt worden zodat de fietsers hun plaats kunnen opeisen in de openbare ruimte. Vanaf Moorslede richting Zonnebeke is het fietspad aangelegd in halfverharding.
Partners
Provincie West-Vlaanderen, stad Roeselare, gemeenten Moorslede en Zonnebeke
Traject
Vanuit Roeselare vertrekken we aan de Koning Albert I laan en de Meiboomlaan richting oude spoorlijn 64 ‘Stroroute’. Vanaf hier ligt het fietspad langs de Stroroute in een eigen bedding die een prachtig landschap doorkruist. De fietsbeleving ligt hier zeer hoog, vooral ook door het verkeersluwe traject. In Zonnebeke sluit de Stroroute aan op de Ieperstraat en bereikt verder via de Zonnebeekseweg het centrum van Ieper.
Potentieel fietsverkeer
De steden Ieper en Roeselare hebben uitgebreide voorzieningen op vlak van onderwijs, tewerkstelling en gezondheidszorg. Voor de gemeenten ertussen, zoals Moorslede en Zonnebeke, is de Stroroute niettemin een belangrijke, rechtlijnige verbinding. Langs het traject situeren zich verschillende bedrijven die binnen de regio heel wat tewerkstelling bieden, zoals Pasfrost en Passendale Kaasmakerij.
66
67
Roeselare–Menen
langs de N32 bevinden, biedt de route veel mogelijkheden voor een rechtstreekse ontsluiting met de fiets.
Potentieel fietsverkeer
Er bevinden zich bedrijven, zorgcentra en onderwijsinstellingen in beide steden, maar ook langs het traject zelf is er heel wat bedrijvigheid.
Knelpunten
Op de gewestweg rijdt heel wat gemotoriseerd verkeer. Bovendien sluiten wel wat zijstraten aan op de N32, maar de fietsers rijden in de hoofdrichting en genieten dus voorrang op het verkeer dat komt uit de zijstraten.
Partners
Agentschap Wegen en Verkeer, stad Roeselare, gemeenten Ledegem en Wevelgem, stad Menen
Traject
Tussen Roeselare en Menen vormt de N32 de snelste verbinding. Dit is geen afzonderlijke fietsweg, want de fietsvoorzieningen liggen naast een gewestweg. Het is evenwel een rechtlijnig en continu traject. Doordat er veel bedrijven zich
68
69
Roeselare-Wielsbeke
Traject
De verbinding Roeselare-Izegem-Ingelmunster-Ooigem kan verlopen via het jaagpad langs het kanaal Roeselare-Leie. Zowel de waterwegen als de fietssnelwegen komen samen in Ooigem.
Potentieel fietsverkeer
Langs het kanaal Roeselare-Leie bevinden zich verschillende woon- en werkzones. In totaal wonen en werken 100.000 mensen rond het kanaal. De fiets is een ideaal middel om zich in het gebied te verplaatsen. Zowel Roeselare als Izegem hebben een groot aanbod aan zorg- en onderwijsinstellingen.
70
Knelpunten
In het havengebied van Roeselare is er momenteel geen veilige fietsinfrastructuur. De interactie met de bedrijvigheid langs het kanaal moet nauwgezet bekeken worden. Het jaagpad ligt deels in buitengebied, waardoor er niet altijd verlichting aanwezig is.
Partners
Waterwegen en Zeekanaal, steden Roeselare en Izegem, gemeenten Ingelmunster, Oostrozebeke en Wielsbeke
71
Tielt-Deinze
Knelpunten
Deze fietsverbinding loopt langs een gewestweg. Na de heraanleg van de N35 zullen de fietsers op een veilige afstand van de rijbaan fietsen.
Partners
Agentschap Wegen en Verkeer, stad Tielt
Traject
De verbinding tussen Tielt en Deinze gebeurt in West-Vlaanderen langs de N35. Dit is een rechtlijnige verbinding. Het alternatief langs het spoor zorgt namelijk voor een aantal praktische knelpunten die de aanleg van fietspaden bemoeilijken. De provincie Oost-Vlaanderen ziet wel mogelijkheden langs het spoor op hun grondgebied. Er wordt een veilige verbinding gezocht om de link te maken tussen beide tracés.
Potentieel fietsverkeer
De verbinding zorgt voor de aansluiting met de fietssnelwegen in Oost-Vlaanderen. Tielt en Deinze bieden elk een belangrijk industrieel weefsel en een scholengemeenschap voor de omliggende gemeenten.
72
73
Torhout-Brugge
straat (N368) en buigt vlak voor het station van Zedelgem rechtsaf in Pierlapont. Via Pierlapont en vervolgens de Zeedijkweg gaat het tracé naar de Heidelbergstraat (N309) in Loppem. Die Heidelbergstraat wordt gevolgd richting kern van Loppem, tot de afslag Autobaan richting E40 en verder de Koning Albert I-laan (N397) richting Brugge, die ter hoogte van de Boeveriepoort aansluit op de Brugse Ring.
Potentieel fietsverkeer
Dit traject verbindt de kernen van Torhout, Maria-Assumpta, Veldegem, Zuidwege, Loppem en Brugge. Extra attractiepolen zijn de bedrijven aan Zuidwege, in de eerste plaats Case New Holland, het station van Zedelgem, de P&R-parking in Loppem en het station van Brugge.
Knelpunten
Op de drukkere weggedeelten is er een fietspad aanwezig of gepland, maar er zijn nog moeilijke kruispunten voor fietsers, zoals de rotonde met de R34, de oversteek van de Koning Albertstraat, Ruddervoordsestraat (N368) en van de Heidelbergstraat (N309). Ook ter hoogte van het aansluitingscomplex met de E40 en in de Koning Albert I-laan tussen Sint-Michiels en de stationsomgeving zijn er nog verbeteringen voor de fietser wenselijk.
Partners
Agentschap Wegen en Verkeer, steden Torhout en Brugge, gemeente Zedelgem
Traject
Vanuit Torhout loopt de route via de Keibergstraat, de Rozeveldstraat en de Rembertstraat naar de kern van Veldegem. Daar volgt het traject een kort stukje de Koning Albertstraat richting N32 en neemt vervolgens de Veldegemstraat richting Zuidwege. De route gaat even westwaarts verder via de Ruddervoordse-
74
75
Torhout-Roeselare
Potentieel fietsverkeer
Torhout, Lichtervelde en Roeselare vormen voor de spoorwegen in West-Vlaanderen drie belangrijke stations. Lichtervelde is bovendien een knooppunt met lijnen in vier richtingen. Op vlak van onderwijs, zorg en tewerkstelling bieden vooral Roeselare en Torhout heel wat faciliteiten aan.
Knelpunten
Op dit ogenblik is er geen fietsinfrastructuur langs de spoorlijnen. Het verwerven van de nodige gronden kan hierbij enige tijd duren.
Traject
Het traject Torhout-Lichtervelde-Roeselare verloopt grotendeels parallel met de spoorlijn.
76
Partners
Infrabel, stad Torhout, gemeente Lichtervelde, stad Roeselare
77
Veurne-Diksmuide
Potentieel fietsverkeer
Zowel Veurne als Diksmuide bieden in de Westhoek de nodige voorzieningen op vlak van onderwijs, gezondheidszorg, winkels en werkgelegenheid. Beide steden beschikken over een station. In Veurne is er met het bedrijventerrein Veurne I heel wat tewerkstelling. In Diksmuide sluit het fietspad aan op het bedrijventerrein Diksmuide Kaaskerke. Dichter bij het centrum bevindt zich het bedrijventerrein Diksmuide Heernisse. Gezien de landelijke ligging van deze steden is het aanbod van het openbaar (bus) vervoer wat minder uitgebouwd. De fiets biedt daar dus heel wat mogelijkheden voor functionele verplaatsingen.
Knelpunten
De verbinding tussen Veurne en Diksmuide is een aaneenschakeling van dossiers die al een volledige procedure hebben doorlopen. Aangezien de fietssnelwegen pas recent op de voorgrond traden, voldoen deze fietspaden nog niet aan de minimumnorm van 3 meter breedte. Toch kunnen fietsers comfortabel en grotendeels afgescheiden van het wegverkeer tussen beide steden rijden.
Partners
Agentschap Wegen en Verkeer, stad Veurne, stad Diksmuide
Traject
In Veurne start de fietssnelweg aan het station en gaat via de Rodestraat verder langs de spoorlijn. Het fietspad blijft ten zuiden van de spoorlijn tot aan de Steengracht Oost en volgt daar plaatselijk de bestaande rijbaan. De fietsweg kruist de spoorlijn ter hoogte van de Knollestraat en het tracé volgt verder de spoorlijn langs de noordzijde, tot in de kern van Avekapelle. In de dorpskern van Avekapelle gebruiken de fietsers de rijbaan. Door de landelijke woonkern en een gebrek aan ruimte is de aanleg van aparte fietspaden er niet mogelijk. Buiten de kern van Avekapelle, in de Roesdammestraat, komt er een vrijliggend dubbelrichtingsfietspad aan de noordzijde van de rijbaan. Ter hoogte van de woonkern Roesdamme op de grens van Veurne en Diksmuide ontdubbelt het fietspad zich plaatselijk in twee enkelrichtingsfietspaden. Voorbij deze woonkern komt er opnieuw een dubbelrichtingsfietspad aan de zuidzijde tot aan de N35. Langs de N35 voorziet de Vlaamse overheid een dubbelrichtingsfietspad langs de zuidzijde tot in Diksmuide. Daar is al een deel van gerealiseerd in de richting van Diksmuide.
78
79
Veurne-Koksijde
Knelpunten
Momenteel zitten de ruimtelijke plannen voor de luchtmachtbasis nog in een beginfase. Er volgt dus nog een heel planproces, dat zeker de nodige tijd in beslag zal nemen. Het verdere traject richting Koksijde volgt de Zeelaan. Daar ligt een dubbelrichtingsfietspad langs de oostzijde. Het dubbelrichtingsfietspad is breed, maar ligt in een woonkern. Er is dus interactie met het gemotoriseerde verkeer.
Partners
Stad Veurne, gemeente Koksijde
Traject
Bij de transformatie van de luchtmachtbasis in Koksijde komt er ruimte vrij om met een goede ruimtelijke planning een veilig uitgebouwde fietsverbinding te voorzien die Koksijde met Veurne verbindt. Deze verbinding kan in Koksijde aansluiten op de Zeelaan waar er op dit ogenblik al een vrijliggend dubbelrichtingsfietspad ligt aan de oostzijde.
Potentieel fietsverkeer
Zowel Koksijde als Veurne bieden heel wat mogelijkheden op het gebied van zorginstellingen en onderwijs.
80
81
Veurne-Nieuwpoort
Knelpunten Traject
Tussen Nieuwpoort en Veurne is het jaagpad geselecteerd als snelle fietsverbinding. Vanaf de sluizen en de Pieter Deswartelaan in Nieuwpoort volgen we aan de noordzijde het Langgeleed en de Conterdijk richting Veurne. De Rozendalstraat vervolledigt het traject tot in de kern van Veurne.
Langs het jaagpad moeten de fietsers nog op een aantal kruispunten extra opletten. Het jaagpad ligt grotendeels in buitengebied, waardoor er niet altijd verlichting voorzien is.
Partners
Waterwegen en Zeekanaal, stad Nieuwpoort, gemeente Koksijde, stad Veurne
Potentieel fietsverkeer
In Nieuwpoort zijn er de bedrijventerreinen Nieuwpoort Noorderhavenoever en Nieuwpoort Achterhaven. Meer ten zuiden van het traject is er het bedrijventerrein Nieuwpoort Noordvaart. In Veurne loopt het jaagpad tot aan de kern van de stad. Het station is dichtbij en het bedrijventerrein Veurne I is op fietsafstand.
82
83
Waregem-Zwevegem
Knelpunten
In Sint-Eloois-Vijve volgt het traject langs de Leie eerst de industrieweg Barrage. Maar hier ontbreekt fietsinfrastructuur. Tussen Harelbeke en Kortrijk wordt een ontbrekend stuk jaagpad aangelegd. In Harelbeke is er geen aansluiting met de N36. Dat is wel wenselijk. Ter hoogte van de sluis in Harelbeke wordt een fietsoversteek over de Leie voorzien in het verbouwen van de sluis. Langs het Kanaal Bossuit-Kortrijk moet het jaagpad nog aangelegd worden. Ook de aansluitingen op de Luipaardstraat, Beneluxlaan en richting De Gavers moeten verder onderzocht worden.
Partners
Waterwegen en Zeekanaal, aanpalende gemeenten en steden (Waregem, Harelbeke, Kortrijk en Zwevegem) en provincie West-Vlaanderen
Traject
Fietsers kunnen op de rechteroever van het jaagpad langs de Leie tussen SintEloois-Vijve en Kortrijk vlot rijden tot aan de monding van het Kanaal Bossuit-Kortrijk. Via de Abdijkaai en Spinnerijkaai komen ze ter hoogte van Sluis 9 op een aan te leggen jaagpad op rechteroever. Dit jaagpad wordt aangelegd tot aan de Deerlijksestraat in Zwevegem. Hier verandert de route van oever tot aan de aansluiting met het Guldensporenpad.
Potentieel fietsverkeer
Deze fietssnelweg zorgt voor de ontsluiting van de kernen gelegen ten zuiden van de Leie. Hierdoor krijgen de kernen Sint-Eloois-Vijve, Desselgem, Beveren-Leie, Deerlijk, Harelbeke en Stasegem een verbinding. Verder is langs deze zijde van de Leie en het Kanaal Bossuit-Kortrijk veel bedrijvigheid en kunnen de bedrijven toegankelijk gemaakt worden voor zacht verkeer.
84
85
Besluit Het Bovenlokaal Functioneel Fietsroutenetwerk vormt al jaren de kern van het West-Vlaamse mobiliteitsbeleid. Deze beleidskeuze is logisch, aangezien de aanleg van veilige, comfortabele fietspaden de conditio sine qua non is voor het aantrekken van meer fietsers en het vermijden van aangroeiende files. Het Bovenlokaal Functioneel Fietsroutenetwerk strekt zich uit als een netwerk op bovenlokale schaal. Fietsverbindingen van kern tot kern, met een maximale aandacht voor het verbinden van functies. Zo creëert het fietsroutenetwerk maximale kansen voor het inschakelen van de fiets in het woon-werk- en woon-schoolverkeer. Bij de opmaak van het Bovenlokaal Functioneel Fietsroutenetwerk is er al het onderscheid gemaakt tussen bovenlokale routes en snelle hoofdroutes. Ontwikkelingen binnen het fietslandschap dwingen nu eenmaal tot gelijkaardige ontwikkelingen in de categorisering en aanleg van fietspaden op het netwerk. Het Bovenlokaal Functioneel Fietsroutenetwerk moet meer en meer afgestemd zijn op de snelle en/of brede fietsen die alsmaar meer in het straatbeeld verschijnen. De aandacht voor fietssnelwegen past helemaal in die evolutie. Fietssnelwegen bieden de uitkomst om nog verder het fietsverkeer aan te moedigen. De realisatie van de fietssnelwegen moet in functie staan van het gebruik e rvan. Plannen voor de optimalisering van het netwerk moeten aangepast zijn aan de functies van het fietspad op die bepaalde plaats. Dat betekent dat eenzelfde traject nu eens de voorkeur geeft aan de functionele inrichting of zelfs aan een hoogwaardige inrichting als fietssnelweg, dan weer de nadruk legt op natuurwaarden of aan de meer recreatieve beleving van het pad. De fietssnelwegen vormen binnen het Bovenlokaal Functioneel Fietsroutenetwerk de kers op de taart. De indeling van het Bovenlokaal Functioneel Fietsroutenetwerk komt meer in de buurt van de categorisering van het autowegennet. De fietssnelwegen zijn de autostrades van het Bovenlokaal Functioneel Fietsroutenetwerk. Het zijn de routes die je het snelst van A naar B brengen, zonder al teveel kruisingen of zoveel mogelijk ongelijkvloers. Het is de hoogste categorie van fietspaden. Zo ontstaat een fietsroutenetwerk in West-Vlaanderen dat voor snelle verbindingen de fietssnelwegen aanduidt, voor intergemeentelijke verplaatsingen de hoofd- en bovenlokale routes verkiest en tot slot de fietsers binnen de gemeenten het lokale fietsroutenetwerk adviseert. Een duidelijke hiërarchie. Uiteraard is het optimaliseren van de verbinding tussen de verschillende categorieën fietswegen een must.
87
In West-Vlaanderen is er nog veel potentieel om een aantal hoofdroutes op het netwerk uit te bouwen tot ware fietssnelwegen. De vele voorbeelden in deze publicatie geven deze kansen duidelijk aan. Anderzijds moeten we bij de aanduiding en realisatie van de fietssnelwegen blijvend aandacht besteden voor de specifieke situatie van West-Vlaanderen dat een pak minder verstedelijkt is dan provincies in de Vlaamse Ruit. Die eigenheid vertaalt het provinciebestuur in de keuzes voor de aanleg van de fietssnelwegen op het Bovenlokale Functionele Fietsroutenetwerk. Deze publicatie geeft de aanzet tot actie om van West-Vlaanderen eens te meer een fiets(snelweg)provincie te maken. Met het Guldensporenpad als ultieme voorbeeld is de toon alvast gezet!
Colofon Redactie Christophe Boval, Evert de Pauw, An Paepe, Koen Vanneste, Bram Verheire Contact Provinciebestuur West-Vlaanderen Dienst mobiliteit Provinciehuis Abdijbeke Evert de Pauw Abdijbekestraat 9 8200 Brugge 050 40 34 83 Provinciehuis Potyze Martin Deman Zonnebeekseweg 361 8900 Ieper 057 22 41 40
[email protected] www.west-vlaanderen.be/mobiliteit Fotoverantwoording Provinciebestuur West-Vlaanderen, Koen Cornelus (p. 67, achterkant kaft), Jan Darthet (p. 11, 12, 14, 17, 18, 26, 28, 55, cover), Wikipedia (Marc Ryckaert (p. 32), Spotter2 (p. 73)) D/2015/0248/13
Brugge, juni 2015
88
89
90