© Ingrid Godon
Fidelio. Een grimmige sprookjesopera van Judith Vindevogel geïnspireerd op de gelijknamige opera van Ludwig van Beethoven.
Persdossier Fidelio
MEDEWERKERS concept, dramaturgie, libretto en Judith Vindevogel regie muziek Ludwig van Beethoven arrangementen Jago Moons artiesten Nederlandse versie Annelies Van Hijfte (sopraan): Leonore aka Fidelio Astrid Stockman/Laure Campion (24.02 t/m 27.02 en 1.03 t/m 4.03.2016) (sopraan): Marcelline Kurt Gysen (bas-bariton): Rocco & Pizarro Jago Moons: piano, synthesizers, soundscapes Saïd Boumazoughe (acteur): Florestan in de film scenografie, licht en foto's Stef Depover kostuumontwerp Caroline Wittemans kostuumuitvoering Hilde Mertens Hanne Vandersteen Caroline Wittemans pop, masker en coaching Filip Peeters filmopname de Imagerie geluidsopname Stoffel de Laat educatief medewerker Paula Stulemeijer toneelmeester en klankuitvoering Francis Van Laere decoruitvoering Francis Van Laere Danny Havermans Vicente Simone y Araixa Marco Santy illustratie Ingrid Godon coproductie HETPALEIS (BE) Théâtre de Saint-Quentin-en-Yvelines/ Scène nationale (FR) productie WALPURGIS met de steun van Arcadi Île-de-France en de Vlaamse gemeenschap
Persdossier Fidelio
SPEELLIJST Februari 2016 Vr 5 Wo 10 Do 11 Vr 12 Za 13 Zo 14 Di 16 Di 16 Wo 17 Do 18 Vr 19 Vr 19 Za 20 Zo 21 Di 23 Di 23 Wo 24 Do 25 Vr 26 Vr 26 Za 27 Zo 28
19:00 15:15 15:15 15:15 15:15 15:15 10:00 13:30 15:15 13:30 10:00 13:30 15:15 15:15 10:00 13:30 15:15 13:30 10:00 13:30 15:15 15:15
Avant-première Première Voorstelling Voorstelling Voorstelling Voorstelling Schoolvoorstelling Schoolvoorstelling Voorstelling Schoolvoorstelling Schoolvoorstelling Schoolvoorstelling Voorstelling Voorstelling Schoolvoorstelling Schoolvoorstelling Voorstelling Schoolvoorstelling Schoolvoorstelling Schoolvoorstelling Voorstelling Voorstelling
Kleine zaal HETPALEIS Kleine zaal HETPALEIS Kleine zaal HETPALEIS Kleine zaal HETPALEIS Kleine zaal HETPALEIS Kleine zaal HETPALEIS Kleine zaal HETPALEIS Kleine zaal HETPALEIS Kleine zaal HETPALEIS Kleine zaal HETPALEIS Kleine zaal HETPALEIS Kleine zaal HETPALEIS Kleine zaal HETPALEIS Kleine zaal HETPALEIS Kleine zaal HETPALEIS Kleine zaal HETPALEIS Kleine zaal HETPALEIS Kleine zaal HETPALEIS Kleine zaal HETPALEIS Kleine zaal HETPALEIS Kleine zaal HETPALEIS Kleine zaal HETPALEIS
+32 (0)3 202 83 60 +32 (0)3 202 83 60 +32 (0)3 202 83 60 +32 (0)3 202 83 60 +32 (0)3 202 83 60 +32 (0)3 202 83 60 +32 (0)3 202 83 60 +32 (0)3 202 83 60 +32 (0)3 202 83 60 +32 (0)3 202 83 60 +32 (0)3 202 83 60 +32 (0)3 202 83 60 +32 (0)3 202 83 60 +32 (0)3 202 83 60 +32 (0)3 202 83 60 +32 (0)3 202 83 60 +32 (0)3 202 83 60 +32 (0)3 202 83 60 +32 (0)3 202 83 60 +32 (0)3 202 83 60 +32 (0)3 202 83 60 +32 (0)3 202 83 60
Di 1 Di 1 Wo 2 Do 3 Vr 4 Vr 4 Za 5 Zo 6 Do 10 Do 10 Vr 11 Vr 11 Di 15
10:00 13:30 15:15 13:30 10:00 13:30 15:15 15:15 10:00 14:00 13:30 19:00 10:00
Schoolvoorstelling Schoolvoorstelling Voorstelling Schoolvoorstelling Schoolvoorstelling Schoolvoorstelling Voorstelling Voorstelling Schoolvoorstelling Schoolvoorstelling Schoolvoorstelling Voorstelling Schoolvoorstelling
Di 15
14:00 Schoolvoorstelling
Wo 16
14:00 Schoolvoorstelling
Kleine zaal HETPALEIS +32 (0)3 202 83 60 Kleine zaal HETPALEIS +32 (0)3 202 83 60 Kleine zaal HETPALEIS +32 (0)3 202 83 60 Kleine zaal HETPALEIS +32 (0)3 202 83 60 Kleine zaal HETPALEIS +32 (0)3 202 83 60 Kleine zaal HETPALEIS +32 (0)3 202 83 60 Kleine zaal HETPALEIS +32 (0)3 202 83 60 Kleine zaal HETPALEIS +32 (0)3 202 83 60 Schouwburg Kortrijk +32 (0)56 23 98 55 Schouwburg Kortrijk +32 (0)56 23 98 55 Schouwburg Kortrijk +32 (0)56 23 98 55 Schouwburg Kortrijk +32 (0)56 23 98 55 Marne-la-Vallée, La Ferme du Buisson (FR) +33 (0)1 64 62 77 77 Marne-la-Vallée, La Ferme du Buisson (FR) +33 (0)1 64 62 77 77 Marne-la-Vallée,
Maart 2016
Persdossier Fidelio
Wo 16
20:00 Voorstelling
Do 17
10:00 Schoolvoorstelling
Do 17
14:00 Schoolvoorstelling
Vr 18
10:00 Schoolvoorstelling
Vr 18
14:00 Schoolvoorstelling
Wo 30
10:00 Schoolvoorstelling
Wo 30
15:00 Voorstelling
Do 31
10:00 Schoolvoorstelling
Do 31
14:30 Schoolvoorstelling
La Ferme du Buisson (FR) +33 (0)1 64 62 77 77 Marne-la-Vallée, La Ferme du Buisson (FR) +33 (0)1 64 62 77 77 Marne-la-Vallée, La Ferme du Buisson (FR) +33 (0)1 64 62 77 77 Marne-la-Vallée, La Ferme du Buisson (FR) +33 (0)1 64 62 77 77 Marne-la-Vallée, La Ferme du Buisson (FR) +33 (0)1 64 62 77 77 Marne-la-Vallée, La Ferme du Buisson (FR) +33 (0)1 64 62 77 77 Dunkerque, Le Bateau Feu (FR) +33 (0)3 28 51 40 40 Dunkerque, Le Bateau Feu (FR) +33 (0)3 28 51 40 40 Dunkerque, Le Bateau Feu (FR) +33 (0)3 28 51 40 40 Dunkerque, Le Bateau Feu (FR) +33 (0)3 28 51 40 40
April 2016 Vr 1
10:00 Schoolvoorstelling
Vr 1
14:30 Schoolvoorstelling
Za 2
17:00 Voorstelling
Zo 10 Ma 11 Ma 11 Vr 15 Vr 15 Za 16 Za 16 Zo 17 Zo 17 Zo 24 Zo 24 Ma 25
15:00 10:30 13:30 10:30 14:00 11:00 16:00 11:00 16:00 15:00 17:00 10:00
Persdossier Fidelio
Voorstelling Schoolvoorstelling Schoolvoorstelling Schoolvoorstelling Schoolvoorstelling Voorstelling Voorstelling Voorstelling Voorstelling Voorstelling Voorstelling Schoolvoorstelling
Dunkerque, Le Bateau Feu (FR) +33 (0)3 28 51 40 40 Dunkerque, Le Bateau Feu (FR) +33 (0)3 28 51 40 40 Dunkerque, Le Bateau Feu (FR) +33 (0)3 28 51 40 40 Tongeren, De Velinx +32 (0)12 80 00 40 Tongeren, De Velinx +32 (0)12 80 00 40 Tongeren, De Velinx +32 (0)12 80 00 40 Charleroi, PdBA +32 (0)71 31 12 12 Charleroi, PdBA +32 (0)71 31 12 12 Charleroi, PdBA +32 (0)71 31 12 12 Charleroi, PdBA +32 (0)71 31 12 12 Charleroi, PdBA +32 (0)71 31 12 12 Charleroi, PdBA +32 (0)71 31 12 12 cc Hasselt +32 (0)11 22 99 31 cc Hasselt +32 (0)11 22 99 31 cc Hasselt +32 (0)11 22 99 31
HET VERHAAL Leonore is verliefd op Florestan. Al twee jaar lang heeft Leonore haar vriendje Florestan niet meer gezien. Al twee jaar lang houdt Pizarro Florestan gevangen. Is Florestan een gevaarlijke moordenaar? Of een gemene dief? Helemaal niet. Florestan doet niets liever dan zingen. En met zijn liedjes doet hij de mensen dromen. Maar al die al dat 'gedroom' is niet naar de zin van Pizarro. Daarom heeft Pizarro Florestan opgesloten in een geheime kerker, diep onder de grond. 'De mensen zullen hem nu wel gauw vergeten', denkt hij. Maar Leonore kan haar Florestan niet vergeten. Zij moet en zal haar vriendje bevrijden uit de klauwen van de wrede Pizarro. In de gevangenis van Pizarro mogen alleen mannen binnen. Dus verkleedt Leonore zich als 'een jongen' en verandert ze haar naam in Fidelio. Marcelline, de dochter van de gevangenisbewaker, vindt Fidelio (= Leonore!) een hele knappe 'jongen'! Zij zorgt er mee voor dat Fidelio (Leonore dus) in de gevangenis binnen geraakt. Met de hulp van Marcelline, haar vader en alle toeschouwers zal Leonore er in slagen om haar liefje Florestan te bevrijden. En Pizarro? Die trapt in zijn eigen val … wie een put graaft voor een ander valt er zelf in!
DE PERSONAGES Leonore: de 'heldin', jong, idealistisch, moedig Fidelio: Leonore, vermomd als jongen Florestan: het lief van Leonore, volkszanger en idealist, al twee jaar lang opgesloten in de gevangenis omdat hij 'gevaarlijk' is Rocco: de gevangenisbewaker, gaat gebukt onder het werk in de gevangenis, bang van zijn baas Pizarro Marcelline: dochter van Rocco, naïef, levenslustig Pizarro: de baas van de gevangenis, kwaadaardig, racistisch en machtsgeil
Persdossier Fidelio
PARTNERS PRODUCTIE WALPURGIS COPRODUCTIE HETPALEIS, Théâtre de Saint-Quentin-en-Yvelines - Scène nationale (FR) MET DE STEUN VAN de Vlaamse Overheid en Arcadi Île-de- France (FR)
WALPURGIS is een meerstemmig gezelschap van zangers, acteurs, muzikanten en andere kunstenaars. Sinds de oprichting in 1987 richt dit dynamische collectief zich op de creatie en presentatie van hedendaags muziektheater dat verwondert, de verbeelding prikkelt, ontroert en tot nadenken stemt. WALPURGIS gaat op zoek naar de muzikale kracht van het theater en de theatrale kracht van de muziek. Het repertoire is verrassend divers, van grimmige sprookjesopera tot psychologische thrilleropera, van uitbundige Russische bruiloft op locatie tot onconventionele liedrecital. WALPURGIS is niet bang van tegenstellingen en uitersten, maar bouwt - over de landsgrenzen heen - bruggen tussen verschillende genres, generaties en publieksgroepen. walpurgis.be
HETPALEIS is gegroeid uit het Koninklijk Jeugdtheater (KJT). Sinds 1997 is HETPALEIS een theaterhuis voor kinderen, jongeren en kunstenaars in het hart van Antwerpen dat podiumkunsten evident wil maken door toegankelijke kwaliteit te brengen en kwaliteit toegankelijk te maken voor elk kind in elke familie. HETPALEIS doet dit door producties te creëren, te presenteren, te omkaderen, te spreiden én derden te sensibiliseren in functie van het verbreden van een gunstig(er) kinderkunstenklimaat. Prinses Turandot (2011) was de eerste coproductie tussen WALPURGIS en HETPALEIS. hetpaleis.be
& Na Princesse Turandot (2013) werkt WALPURGIS voor de 2e keer samen met Théâtre de SaintQuentin-en-Yvelines - Scène nationale, een theater in de regio Île-de-France dat haar stempel drukt op de artistieke identiteit van de stad. Voor de 2e keer op rij kan WALPURGIS ook rekenen op de steun van Arcadi bij de spreiding van de voorstelling in de regio Île-de-France. Fidelio is bovendien het enige project van een niet-Frans gezelschap dat door deze Franse organisatie ondersteund wordt.
Persdossier Fidelio
DE MUZIEK Fidelio (1805), de enige opera van Beethoven, is een singspiel, een opera-genre met gesproken dialogen, recitatieven en aria's. De toeschouwers zitten vlakbij de zangers en ervaren op die manier de kracht van de operastem van heel dichtbij.
Naast muziek uit de opera zelf, wordt ook een fragment gebruikt uit de Mondscheinsonate en de Ode an die Freude uit Beethovens 9de symfonie. Beethoven was een idealist. Net als Leonore en Florestan droomde hij van een rechtvaardige en solidaire wereld waarin alle mensen met elkaar in vrede zouden leven. De arrangementen werden gemaakt door de jonge muzikant/componist Jago Moons.
Enkele linken naar bekende muziekfragmenten waarnaar gerefereerd wordt in de voorstelling: Ouverture (Fidelio): in de voorstelling wordt het begin gebruikt tot 1:37 https://www.youtube.com/watch?v=QmpJkIiFEGk Sonata Allegro (5e symfonie): alleen de kenners zullen de eerste noten (sterk vertraagd) herkennen https://www.youtube.com/watch?v=_4IRMYuE1hI Mondscheinsonate (pianosonate nr. 14) https://www.youtube.com/watch?v=C5WTGOdOek0 Ode an die Freude (9e Symfonie): in 1985 uitgeroepen tot Europees volkslied en sinds 2001 op de Werelderfgoedlijst van Unesco: https://www.youtube.com/watch?v=Jo_-KoBiBG0
Persdossier Fidelio
ODE AAN DE VRIJHEID Het oorspronkelijke gedicht van Schiller heette Ode an die Freiheit. Maar omdat het woord Freiheit gecensureerd werd, maakte Schiller er Freude van. Judith Vindevogel, regisseur van Fidelio, bewerkte in functie van deze sprookjesopera voor kinderen de originele tekst Duitse tekst. In haar versie staat (mensen)liefde en verbeelding als basis voor de vrijheid, centraal. Ode aan de Vrijheid Muziek: Ludwig van Beethoven Tekst: Judith Vindevogel 1. Laat ons zotte dromen dromen, Laat ons onze fantasie. Laat ons 's werelds oor bekoren, Met een mooie melodie. 2. Waarom bang zijn, waarom beven, Voor wat koud is en gemeen? Als we liefdesbanden smeden, Zijn we sterk en nooit alleen. 3. Liefde kleurt onze gezangen, Liefde stroomt door al wat leeft. Rijk zijn zij die haar ontvangen, Nobel hij die liefde geeft. 4. Zelfs de wreedste woestelingen buigen voor haar tovermacht. Liefde kan een kraai doen zingen Liefde geeft de mensen kracht. (2x) Herhaling 1. en 2.
Persdossier Fidelio
PLAYLIST SPROOKJESOPERA FIDELIO Uit de opera Fidelio van Beethoven (opus 72) Ouverture (fragment) Nr. 9 Recitatief Abscheulicher! Wo eilst du hin? (Leonore) Nr. 9 Aria Ich folg' dem innern Triebe (fragment; Leonore) Nr. 4. Aria Hat man nicht auch Gold beineben (Rocco; in onze versie een trio voor Leonore, Rocco en Marcelline) Nr. 5 Trio Gut, Sönnchen, Gut (Rocco, Leonore, Marcelline) Nr. 2 Aria O wär' ich schon mit dir vereint (Marcelline) Uit de 5de Symfonie van Beethoven (opus 67) Allegro con brio (alleen de eerste acht noten, vertraagd) Uit de opera Fidelio van Beethoven (opus 72) Nr. 3 Kwartet Mir ist so wunderbar (fragment tot waar Jaquino normaal gezien invalt; Marcelline, Leonore, Rocco) Nr. 8 Duet Jetzt Alter hat es eile (fragment; Pizarro, Rocco) Recitatief (scène 10) Nun sprecht, wie ging's? (Leonore, Rocco) Nr. 11 Aria In des Lebens Frühlingstagen (fragment; Florestan, in onze versie gezongen door Leonore) Nr. 12 Melodrama Wie kalt ist es in diesem unterirdischen Gewölbe! (Rocco, Leonore) Nr. 14 Kwartet Er sterbe! (fragment, vnl. opkomst Pizarro) Uit de Pianosonate Nr. 14 in cis mineur ('Mondscheinsonate') van Beethoven (opus 27 Nr. 2) Adagio sostenuto Uit de opera Fidelio van Beethoven (opus 72) Nr. 13 Trio Euch werde Lohn in bessern Welten (Leonore-repliek; in onze versie gezongen door Marcelline) Nr. 12 Duet Nur hurtig fort, nur frisch gegraben (fragment; in onze versie een trio voor Rocco, Leonore en Marcelline) Uit de 9de Symfonie van Beethoven (opus 125) fragment uit de koorfinale (Ode an die Freude)
MEDEWERKERS Nederlandstalige versie (in alfabetische volgorde)
Laure Campion (sopraan) speelt piano, danst en zingt. Zij begint op negenjarige leeftijd met pianostudies aan de muziekacademie van Sint-Agatha-Berchem bij Chris Ceuppens en Peter Vanhove. In 2006 wordt ze laureate van de pianowedstrijd Cantabile en laureaatfinaliste van het concours André-Charlier te Charleroi. Zij behaald haar Masterdiploma Piano (2012, klas van Jan Michiels) en Zang (2014, klas van Lena Lootens) aan het Koninklijk Conservatorium te Brussel. De voorbije jaren maakte Laure deel uit van het orkest van de musicals ‘Dans der Vampieren’, ‘Oliver’, ‘Spamalot’, ‘De Blauwe vogel’, ‘Annie’, ‘Time-out’, ‘Beauty and the beast’, ‘Tom Sawyer’ en ‘The Wizard of Oz’. Ze stond ook op de planken in tal van musicals zoals 'Pinokkio', 'Kuifje en de Zonnetempel', 'Suske en Wiske: de spokenjagers', 'Raisonnez' en 'Het Geslacht Borgia'. Samen met pianiste Goedele Taveirne en klarinettiste Sabine Schmitz vormt ze het Trio Innocence en verzorgt zij tal van concerten in België en Nederland.
Stef Depover (scenograaf) begint zijn carrière bij Akt/Vertikaal in producties van Ivo Van Hove. Sindsdien werkt hij als scenograaf, dramaturg en/of lichtontwerper voor verschillende theatergezelschappen zoals de Onderneming, Toneelgroep Amsterdam, HETPALEIS, Lampe, Ibycus, Theater Teater, het Nederlands Toneel Gent, Jenny en De Kakkewieten. De laatste 15 jaar werkt hij regelmatig samen met Michael De Cock voor t,arsenaal mechelen (Kamyon, Rumble in da Jungle, Hannibal, Rosie en Moussa, Hitler is dood,…). Sinds 1998 is hij de vaste huisscenograaf van WALPURGIS en creëerde hij de decors voor o.a. de noces/svadebka/de bruiloft, Haven 010 en Prinses Turandot. Jago Moons studeerde piano aan het Conservatorium van Antwerpen bij Jozef De Beenhouwer en compositie bij Wim Henderickx. Als muzikant treedt hij zowel solo als in verschillende kamermuziekformaties op. Zo speelde hij onder meer in deSingel, tijdens het klavierfestival Infinizio in Amuz, in De Studio en in Het Huis Happaert. Samen met zijn zussen Lily en Romy, resp. violiste en celliste, vormt hij het Moons-trio. Als componist werkte hij o.a. samen met cineast Simon Patoor, danseres Yorrith De Bakker, woordkunstenaar Bart Stouten en beeldend kunstenaars Athar Jaber, Koyuki Kazahaya, Liesbeth De Feyter en Spank Moons. In 2009 ontving hij de Cantabile Compositie-prijs.
Kurt Gysen (bas-bariton) studeerde aan het Lemmensinstituut te Leuven en aan het Conservatorium van Maastricht. Hij volgde masterclasses bij Marlene Malas, Tom Krause en John Bröcheler. Tegenwoordig werkt hij geregeld met de zangpedagoge Gemma Visser. Als vast lid van de Opera Studio van de Staatsoper Hamburg zong hij verschillende rollen die hem de Prijs Dr. Wilhelm Oberdörfer opleveren in de categorie 'meest getalenteerde zanger van het jaar'. Hij was te
gast in de operahuizen van Madrid, Barcelona, Parma, Modena, Lyon, Brussel, Straatsburg, Antwerpen en Gent waar hij rollen zingt zoals Don Fernando (Fidelio,) Fafner (Siegfried), Le Roi de Trèfle en Tchelio (L’Amour des trois Oranges), Fasolt (Das Rheingold), König Marke (Tristan und Isolde) en Hunding (Walküre). Filip Peeters (poppenmaker) werkt al 20 jaar als freelance scenograaf, poppenmaker en acteurpoppenspeler voor theater (Ultima Thule, Froe Froe, HETPALEIS, Sidi Larbi Cherkaoui) film en televisie. Zijn ontwerpen worden gekenmerkt door een doorgevoerde stilering. Hij is gefascineerd door traditioneel 17de-eeuws Japans poppentheater en maakt zijn poppen in Bunraku stijl. Naast zijn activiteiten als ontwerper en poppenspeler, is Filip regelmatig gastdocent en coach in marionettenmanipulatie.
Opera en muziektheater is de grote passie van Astrid Stockman (sopraan). Ze behaalt haar masterdiploma zang en piano aan het Lemmensinstituut in Leuven, werkt samen met onder meer Laika, Muziektheater Transparant, Het Antwerps barokorkest, het European Philharmonic Orchestra en vertolkt rollen als Suor Angelica (Il Trittico), Venus (Venus & Adonis), Belinda (Dido & Aeneas) en Donna Elvira (Don Giovanni). Zij is regelmatig te zien op podia en festivals als Operadagen Rotterdam, De Hallen van Schaarbeek, AMUZ, ILT-festival in Denemarken, het Concertgebouw Brugge, deSingel en Le Volcan en Le Channel in Frankrijk.
Annelies Van Hijfte (sopraan) studeerde klassieke zang bij Gidon Saks en Mireille Capelle en wordt gecoacht door o.a. Catrin Wynn-Davies. Ze deed tevens ervaring op aan de prestigieuze Guildhall School of Music and Drama te Londen en door haar samenwerking met ensembles als Scoppio
di Vesuvio o.l.v Gidon Saks waarbij ze rollen vertolkte zoals The Governess (Turn of the screw), Aspasia (Mitridate), Despina (Cosi fan tutte) en Poppea (L'incoronazione di Poppea). Daarnaast was ze te zien in voorstellingen van Muziektheater Transparant, The Yorke Trust Summer Course, de operastudio van Vlaanderen, het Orkest van de Lage Landen en the School of Arts. Vorig jaar won ze de eerste prijs in de wedstrijd Bell'arte in Braine-l'alleud. In HETPALEIS speelde ze onlangs mee in Babel (Opera Vlaanderen, I Solisti del Vento en HETPALEIS), een opera voor
kinderen
met
een
libretto
van
Frank
Adam
en
muziek
van
Sam
Vloemans.
Judith Vindevogel (regisseur en artistiek directeur WALPURGIS) is een artistieke duizendpoot met wortels in zowel de filosofie, het theater, de dans, de opera, de hedendaagse muziek als het chanson. In de opera debuteerde ze als Papagena in de legendarische Zauberflöteenscenering van Karl-Ernst en Ursel Herrmann (Landestheater Salzburg/De Munt). Zij vertolkte o.a. de rol van Marie (Wozzeck, Nouvel Ensemble Moderne) en Ordogno (Don Quichotte in Sierra
Morena o.l.v. René Jacobs). Ze is mede-oprichtster van Ensemble Leporello en oprichtster en bezielster van muziektheatergezelschap WALPURGIS. Judith was als gastprofessor muziektheater, kamermuziek en zang verbonden aan resp. het conservatorium van Antwerpen en Brussel, Luik en P.A.R.T.S.
Zij
geeft
Alexandertechniek
aan
zangers,
acteurs
en
muzikanten.
Caroline Wittemans (kostuumontwerpster) behaalde in 2014 haar master in de beeldende kunsten in de afstudeerrichting theaterkostuum aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten in Antwerpen met grote onderscheiding. Met haar afstudeerproject IN DE GROEI won ze de prijs voor Jong Aanstormend Talent en de Lon Landau-prijs voor beste scenografie. Tijdens haar studies deed Caroline stage bij o.a. HETPALEIS (Azen, Geen Gezicht). Na haar afstuderen werkte ze als kostuumontwerpster voor o.a. WALPURGIS (Daphne – Librettolezing#9, The Medium – reconstruction of a murder, Beatrice en Benedicte – Librettolezeing #10), en ook voor Nikolas Lestaeghe (De Loopgravenoperette). Naast haar kostuumopdrachten maakte ze in het kader van VAARTfestival haar eigen theaterperformance KALVERLIEFDE.
“Soms moet je de moed hebben om in actie te schieten,
als je wil dat er iets verandert.” - regisseur Judith Vindevogel over Fidelio Met Beethovens Fidelio maken WALPURGIS en HETPALEIS na Prinses Turandot hun tweede sprookjesopera voor kinderen. In Fidelio draait alles om de bevrijding van Florestan, in het hoofd van Judith Vindevogel een bekende volkszanger, die met zijn liedjes de mensen doet dromen van een 'betere' wereld. Een wereld waarin verbondenheid, (mensen)liefde en verbeelding centraal staan. Met zijn liedjes vormt Florestan een bedreiging voor de tiran Pizarro. En daarom houdt hij hem gevangen. Florestans geliefde, Leonore, vreest voor zijn leven. Om in de gevangenis van Pizarro te kunnen binnendringen, verkleedt zij zich als een jongen en verandert zij haar naam in Fidelio. Met de hulp van de gevangenisbewaker Rocco en diens dochter Marcelline zal zij er uiteindelijk in slagen om Florestan te bevrijden. Judith Vindevogel vertelt hoe ze deze opera van Beethoven, oorspronkelijk bedoeld voor volwassenen, voor kinderen heeft geadapteerd. Was het evident voor jou om na Prinses Turandot een nieuwe sprookjesopera te maken? Evident is zoiets nooit. Zeker niet nadat zowel bij ons als bij de verschillende partners de subsidies serieus werden teruggeschroefd. En ik moet toegeven dat het succes van Prinses Turandot bij mij toch ook wel voor wat extra druk zorgde. Ik wilde wel opnieuw een grimmige sprookjesopera maken in een gelijkaardige setting, met de kinderen dichtbij de spelers, maar het mocht natuurlijk geen copy worden van Prinses Turandot. Aanvankelijk wilde ik ook met een verteller werken, maar na de audities die we hebben gehouden heb ik gekozen voor drie klassiek geschoolde zangers. Vanuit theatraal oogpunt een gewaagde keuze, maar ik vond het wel een spannend idee om een stuk te schrijven waarin bijna alle teksten gezongen worden. Ik had er dus wel veel goesting in en de coproducenten van Prinses Turandot - HETPALEIS en de Franse structuren Arcadi en Théâtre de Saint-Quentin-en-Yvelines - waren dadelijk enthousiast. Waarom heb je voor Fidelio gekozen? Ik voel me erg betrokken bij wat er in de samenleving gebeurt en het is wel duidelijk dat er de laatste jaren een zichtbare verharding optreedt. Ik vind die tendens behoorlijk zorgwekkend. Daarom ben ik erg blij dat er in verschillende landen burgerinitiatieven ontstaan, zoals hier bij ons in België Hart Boven Hard/Tout Autre Chose. Ik vind het hoopgevend dat burgers zich - los van de sector, het milieu of de taalgemeenschap waartoe ze behoren - verenigen, hun stem laten horen en concrete alternatieven voorstellen. Beethoven schreef Fidelio in 1805, enkele jaren na de Franse Revolutie. Dat was ook een behoorlijk woelige tijd, en in die zin misschien wel te vergelijken met de onze. Onrecht bestaat helaas nog altijd, overal ter wereld. En soms moet je de moed hebben om in actie te schieten, als je wilt dat er iets verandert. Over dat soort moed gaat het voor mij in Fidelio. Fidelio is voor mij dan ook helemaal geen pleidooi voor het huwelijk zoals wel eens beweerd wordt, maar een pleidooi voor rechtvaardigheid en menselijkheid. Fidelio is een ode aan de liefde in de breedst mogelijke betekenis van het woord. In mijn bewerking is het trouwens niet alleen Leonore die Florestan bevrijdt. Zij neemt wel het initiatief, maar ze wordt onmiddellijk geholpen door Marcelline, Rocco én de toeschouwers. Over die verbondenheid, daar gaat het voor mij over. Fidelio is een opera voor volwassenen. Hoe maak je zo’n opera toegankelijk voor kinderen? Ik ben begonnen met het verhaal te vereenvoudigen, wat mij de mogelijkheid gaf om een aantal personages uit de originele opera te schrappen. Zo was er in mijn versie geen plaats voor Jaquino, het liefje van Marcelline, die alleen in het eerste bedrijf voorkomt en voor Fernando, de minister, die pas helemaal op het einde van de opera als een deus ex machina ten tonele verschijnt. Ik vond
trouwens het idee dat Leonore samen met Marcelline, Rocco en het publiek Florestan zouden bevrijden veel interessanter dan het idee dat 'alle heil van boven komt'. De rol van Florestan wordt gespeeld door de Antwerpse hiphopper Saïd Boumazoughe en een marionet, die gemaakt werd door Filip Peeters. Saïd is alleen te zien op film, als de knappe energieke, charismatische Florestan. Met de marionet wilde ik zichtbaar maken wat er met een mens gebeurt als hij twee jaar lang in erbarmelijke omstandigheden heeft moeten zien te overleven. Als Florestan eindelijk vrij komt, kan hij nog amper op zijn benen staan en heeft hij zeker niet de kracht om een aardsmoeilijke tenoraria te zingen (lacht). Elke acteur meer op de scène betekent een extra loonkost. Dat financiële aspect is natuurlijk ook wel bepalend, maar voor mij klopte het ook dramaturgisch om voor de rol van Florestan op het einde te kiezen voor een marionet. Bij Prinses Turandot werden de teksten gezongen in de originele talen. Fidelio is oorspronkelijk een Duitse opera, is afgelopen november in première gegaan in het Frans en wordt nu in het Nederlands gezongen. Hoe ben je te werk gegaan voor de vertalingen? Dramaturgisch gezien, klopte het voor mij dat in Prinses Turandot de prins en de prinses in 'vreemde talen' zongen. Maar voor Fidelio, dat voor mij toch veel meer een 'mensensprookje' is, vond ik het heel belangrijk dat alles wat gezongen werd, ook verstaan zou kunnen worden. Dat maakte dat ik bij het schrijven van het libretto met verschillende paramaters rekening moest houden. Eerst en vooral was er de beperkte tijd die ik toegemeten kreeg om het verhaal te vertellen. Een voorstelling voor jonge kinderen mag maar maximum 45 minuten duren. Binnen dat korte tijdsbestek moet je dus je personages een identiteit kunnen geven én de juiste woorden bij elkaar zoeken om een verhaal te vertellen dat niet banaal is en ook nog steek houdt. Ten tweede was ik gebonden aan het rijm. Het rijm heeft in een opera niet alleen een belangrijke muzikale functie maar vergroot ook de verstaanbaarheid. Ten derde - en dat weet ik maar al te goed omdat ik zelf ook zangeres ben - is het ontzettend belangrijk dat de prosodie (de klemtonen en de intonatie bij het spreken) en de frasering (de muzikale articulatie, het ritme, de accenten) goed op elkaar afgestemd zijn. Tijdens het schrijven had ik deze drie verschillende parameters constant in het achterhoofd. Ik wilde namelijk een gezongen verhaal schrijven dat verstaanbaar was en natuurlijk en direct overkomt. Het was uiteraard een extra uitdaging om deze voorstelling dan ook nog eens eerst in het Frans te creëren. Voor het Franstalige libretto ben ik vertrokken vanuit een eerste 'ruwe' Nederlandstalige versie. Samen met Lorenzo Caròla, die zelf ook een zanger is - wat ik voor dit project dus heel belangrijk vond - en met wie ik ook samengewerkt heb voor de Franse vertaling van Prinses Turandot, heb ik vervolgens het Franstalige libretto geschreven. Op welke manier heb je de muziek van Beethoven gebruikt? Het feit dat ik me voor Fidelio wilde beperken tot de muziek van Beethoven is ook een belangrijk verschil met Prinses Turandot. Ik heb de meest toegankelijke muziekstukken uit de opera gehaald en dan geprobeerd om volledig out of the box te denken. Allemaal in functie van het verhaal, de personages en de relaties tussen de personages. Zo heb ik van de bekende Goud-aria van Rocco een trio gemaakt en wordt de aria van Florestan gezongen door Leonore. Van die aria's heb ik alleen de muziek behouden en er een andere tekst voor geschreven. Ik heb dus de muziek van Beethoven als het ware 'gerecycleerd'. De keuze van de muziekfragmenten is uiteraard vooraf gebeurd omdat ik daarop de teksten moest schrijven. De arrangementen daarentegen zijn allemaal op de vloer gemaakt en zijn ontstaan uit de repetities met Jago en de zangers. De soundscapes die Jago maakte, al dan niet geïnspireerd op Beethoven, hebben voor mij ook een scenografische functie en structureren de voorstelling mee. Hoe ben je op zoek gegaan naar de zangers? Ik heb in het begin alles opengelaten en heel breed gerecruteerd. Voor onze audities in Antwerpen en Parijs hebben we zowel acteurs uitgenodigd met een goede zangstem als zangers met
podiumervaring. Iedereen kreeg vooraf de opdracht om een aria en een trio uit Beethovens opera voor te bereiden en een lied en een tekst naar keuze te brengen. Tijdens de audities werd het me al snel duidelijk dat als ik een fragment uit het Wunderbar-kwartet wilde gebruiken - en dat wilde ik absoluut - ik dat alleen zou kunnen doen met stemmen van gelijke kwaliteit. Toen was de keuze snel gemaakt om alleen met klassieke zangers te werken. Hoe maak je van deze opera een toegankelijke operatheatervoorstelling? De kinderen zitten mee in het decor en maken daardoor alles wat op de scène gebeurt van dichtbij mee. Heel direct, bijna intiem. Dat betekent dus dat je als zanger je zang- en speelstijl moet aanpassen. Zingen in een kleine setting zoals bij Fidelio is iets totaal anders dan zingen in een groot operahuis waar je ook nog eens met je stem over een groot orkest heen moet geraken. Je zou die vergelijking nog verder kunnen doortrekken naar de film. Voor de camera ga je ook niet alles wat je denkt, voelt of zegt uitvergroten. Je houdt het klein. Een gedachte alleen al is vaak genoeg om de juiste gezichtsuitdrukking teweeg te brengen. Maar dat 'versoberen' is voor een zanger niet evident omdat zingen een zeer grote fysieke inspanning vraagt. Bovendien stapelen veel zangers tijdens het zingen ook nog eens veel spanningen op in de armen, in de benen, de handen, de nek, hun blik. Het spreekt vanzelf dat al die spanningen de manier van bewegen, ja, zelfs de manier van kijken beïnvloeden. Net zoals een librettist prosodie en frasering op elkaar moet afstemmen, moet een zanger dus zijn stem en zijn lichaam goed op elkaar afstemmen. Dat is niet voor elke zanger even eenvoudig. Het is voor elke zanger sowieso telkens opnieuw een groeiproces dat tijdens het spelen verdergaat. Het vraagt zowel van de speler als van de regisseur veel geduld. Maar het is niet alleen een groter lichamelijk bewustzijn dat ervoor zorgt dat opera toegankelijker en directer wordt, ook een iets andere focus op het zingen zelf kan daarbij helpen. Daarom vertrek ik met de zangers altijd vanuit het spreken en vanuit de taal, en veel minder vanuit de melodie. Focussen op de melodie en de stem is voor een zanger heel verleidelijk maar leidt af van de inhoud. Hoe liep de reeks het afgelopen najaar in Frankrijk? Als je aan kinderen en muziek denkt, denk je niet onmiddellijk aan opera. Bovendien hebben we ook op heel veel plekken gespeeld, zoals bijvoorbeeld in Evry, Terrenoire en Saint-Antoine, waar veel mensen in armoede leven. De meeste kinderen hadden dan ook nog nooit van opera gehoord. Toch hingen ze al bij de eerste - half gezongen, half gesproken - woorden van Leonore aan haar lippen. En Fidelio is weliswaar een grimmig sprookje, maar er zitten ook grappige en enkele interactieve momentjes in waarbij de kinderen zich volledig kunnen ontladen. Na de voorstelling zorgden we er ook altijd voor dat de acteurs en de kinderen elkaar konden ontmoeten en met elkaar in gesprek konden gaan. De kinderen reageerden dan altijd heel uitgelaten en heel enthousiast. "C'était trop cool" hebben we toch wel meer dan eens mogen horen. Hoe belangrijk is dat nauwe fysieke contact met het publiek? Ik kan het me eigenlijk niet voorstellen om een opera voor kinderen te maken zonder dat directe contact tussen publiek en spelers. Het wordt steeds belangrijker voor mij om het publiek deelgenoot te kunnen maken van de voorstelling. De setting speelt daar een belangrijk rol in. Van zodra de kinderen het theater binnenstappen, komen ze terecht in een andere wereld. In dit geval is dat de gevangenis van Pizarro. In mijn verbeelding zijn de kinderen dan ook een beetje de gevangenen. En al helemaal als ze er op het einde van de voorstelling mee voor zorgen dat Pizarro zelf in de gevangenis terecht komt. Ook het slotlied is een belangrijk moment waarbij de kinderen niet louter toeschouwer zijn, maar ook deelgenoot worden. En dan kom ik terug bij mijn stokpaardje: theater is een ritueel. Het is niet iets dat je van op een afstandje "consumeert", maar een gebeuren waaraan je medeplichtig bent.
“WALPURGIS is mijn tuin, de pracht zijn de mensen hier.”
INTERVIEW MET JUDITH VINDEVOGEL OVER PASSIE, WALPURGIS EN FIDELIO. interview Frauke Joossen - bron wOwW! november 2015, oorspronkelijk verschenen in het Frans
Judith Vindevogel (© Stef Depover, 2010) HET PLEZIER VAN HET GRAVEN Judith: “Ik heb het altijd moeilijk gevonden om te moeten kiezen. Ik wil tegelijkertijd heel diep en heel breed kunnen gaan. Dat is een soort innerlijke noodzaak. Al tijdens mijn opleiding voelde ik heel erg die drang van sommige mensen om je in een bepaalde richting te duwen: of je kiest voor theater of voor opera. Wel, voor mij lag dat niet zo simpel. Daarom ben ik ook gestopt in het midden van mijn derde jaar Studio Herman Teirlinck. Ik moest gewoon mijn eigen weg gaan. En dat die niet via de geijkte paden liep werd me al vrij snel duidelijk. Ik kreeg een beurs om à la carte in Londen te gaan studeren en maakte er o.a. kennis met de Alexandertechiek, een bewegingstechniek die ik ondertussen ook zelf geef. En terwijl ik studeerde, zong ik tegelijkertijd in de opera, maakte ik mijn
eerste muziektheatervoorstelling met regisseur Dirk Opstaele en zong ik met de bigband van de Vlaamse Radio en Televisie.”
Judith Vindevogel in Mignon (Herman Sorgeloos, 1989) En dan beslis je: ik richt mijn eigen gezelschap op? Judith: “Ja, omdat je ook door zelf dingen te maken veel kan leren. Al mijn projecten ontstaan vanuit het plezier om te kunnen ‘graven’. Dat was al het geval voor mijn eerste project Mignon. Ik had zoals elke sopraan wel enkele Mignon-liederen op mijn repertoire staan. Dat lijken op het eerste zicht nogal romantische liederen. En op alle opnames die ik kende, werden ze gezongen met een volle, gepolijste stem. Alles tip top onder controle. Maar tijdens het lezen van Goethes roman Wilhelm Meisters leerjaren kwam ik erachter dat Mignon helemaal geen romantische jonge vrouw was, maar een nogal onbeholpen, mysterieus kind dat zich op een vreemde manier bewoog en uitdrukte. Goethes Mignon had iets kwetsbaars, iets broos, iets onvolmaakts ook. Ze deed me op een of andere manier denken aan een autistisch kind. Als je dat figuurtje vanuit die invalshoek bekijkt ga je de liederen waarmee ze zich probeert uit te drukken ook helemaal anders zingen. Met Mignon is het begonnen: tradities in vraag stellen, op zoek gaan naar de bron, tekst en muziek tegen het licht houden van deze tijd en datgene dat zich dan openbaart, delen met een publiek. En het is altijd een sterke drijfveer gebleven binnen mijn werk. "
Judith Vindevogel in HAVEN 010 (© Jordi Bover, 2010)
Op welke voorstelling ben je het fierst als je terugkijkt? Judith: “Goh, op een of andere manier koester ik ze allemaal wel al blijft denoces (les noces/svadebka/le marriage, nvdr) natuurlijk wel een heel bijzonder project. Ook van Les noces van Stravinsky had ik al verschillende opnames en zelfs ook al een live uitvoering gehoord. En toch bleef ik elke keer op mijn honger zitten. Er miste iets. Het was me allemaal te afstandelijk, te beheerst, te proper. Les noces is een bruiloftsritueel, een volks gebeuren dat diep geworteld is in de Russische cultuur. De wodka vloeit overvloedig heel het stuk door, de taal is bijwijlen poëtisch, bijwijlen ruw en schunnig zoals meestal op familiefeesten waar teveel gedronken wordt. Mijn noces moest een echt feest worden. En dat is het ook geworden. We hebben de voorstelling gespeeld op verschillende locaties in België, Nederland en Frankrijk voor meer dan twintigduizend toeschouwers. En voor veel mensen was het hun allereerste kennismaking met Stravinsky. Door de voorstelling op locatie te spelen in plaats van in een concertzaal of een theater, door de zangers op een heel fysieke, bijna volkse manier te laten zingen, door het stuk te combineren met een eenakter van Tjechov, een receptie, eten en drinken, kortom, door de toeschouwers het gevoel te geven dat ze uitgenodigd
werden op een echte bruiloft, hebben we die muziek echt toegankelijk gemaakt. Ja, daar ben ik best fier op.
les noces/svadebka/le marriage (© Stef Stessel, 2005)
Dat is soms kritiek op theatergezelschappen: dat ze te elitair zijn… Judith: “Daar heb ik een dubbel gevoel bij. Ook sommige voorstellingen die ik maak vragen een grotere inspanning dan andere, niet alleen van mezelf maar ook van het publiek. Het moeten niet allemaal feestjes zijn à la denoces. Al zal ik altijd proberen om te zoeken naar manieren om het thema, de teksten en de muziek waarrond ik werk, zo dicht mogelijk bij de mensen te brengen. Meestal maak ik trouwens een voorstelling om zelf ook een en ander beter te begrijpen of om iets vanuit een ander perspectief te kunnen bekijken. Zo voel ik mij sinds ik voor Haven 010 heb samengewerkt met verschillende asielzoekers veel meer betrokken bij de migratieproblematiek. Of neem La Bohème van Puccini. Die opera wordt in alle grote operahuizen gespeeld in de 'rode pluche' terwijl het gaat over mensen die niks hebben. Op zo’n moment denk ik dan: ‘Wat zou het geven als we La Bohème in een context spelen waarin armoede ook echt voelbaar is en duidelijk maken dat armoede echt geen ver van mijn bed-show is? Het is meer dan ooit een actueel thema, jammer genoeg. Kinderen, vluchtelingen, alleenstaanden: ze zijn allemaal zo kwetsbaar en de kloof tussen arm en rijk wordt alleen maar groter.”
VERBEELDING EN ENGAGEMENT Judith: “Laatst was ik te gast in de Balletschool, die haar vijftigjarig bestaan vierde. Ik heb er zelf als kind gezeten, en ze vroegen me er te komen vertellen over mijn herinneringen aan de lagere school. Gek genoeg hadden die weinig met dansen te maken. Engagement, dàt heb ik er geleerd. Ik kwam van een nogal bekrompen gemeenteschooltje en voor mij was deze stadsschool een echte verademing. Er heerste een heel open sfeer, je werd gestimuleerd om zelf rond bepaalde thema's documentatie op te zoeken en eigen werkjes te schrijven. Het was een school die je verbeelding prikkelde, meer dan wat ook. Elke vrijdag was het 'weeksluiting'. Dan stopten de lessen na de middag en kregen we tijd om zelf iets in elkaar te knutselen. Het laatste uur van de dag kwam de hele school bij elkaar op de binnenkoer en wie wil kon dan iets tonen. Maar we werden niet alleen gestimuleerd op creatief vlak. In de school werd oud papier verzameld, toen al, om ons, kinderen, bewust te maken van onze rol in de wereld, hoe klein we ook waren. En het had effect op me. Weet je dat ik thuis zelfs de gebruikte koffiefilters uitwaste, liet drogen en dan bij het oud papier legde? Die school is een enorme stimulans geweest voor mij. Het vertrouwen dat ik daar kreeg, daar teer ik nog elke dag op.” GENEROSITEIT EN GASTVRIJHEID Judith: “Het fijne aan muziektheater is dat je heel verschillende mensen leert kennen. En het maken van een voorstelling, het samen creëren, blijft een geweldige oefening in dialoog, elke keer opnieuw. Soms voel ik me een beetje als een kapitein op een schip. En natuurlijk ga ik mijn stuurman niet vertellen hoe hij moet sturen, maar soms is het noodzakelijk om van koers te durven veranderen en te beslissen: nu gaan we dáár heen. Ook onze werkplaats deFENIKS past helemaal in het plaatje van ‘mensen samen’. Het stimuleren van nieuwe ontmoetingen en nieuwe samenwerkingen is denk ik echt wel iets dat onze werking typeert. Het heeft voor mij ook te maken met ‘de volgende generatie’. Niet dat ik me al 'oud' voel, maar toch: ik vind het best een fijn gevoel dat deFENIKS een huis is waar mensen terecht kunnen, nu en later. Waar beginnende artiesten kansen krijgen. Waar kan worden gegroeid, gezocht en geëxperimenteerd. Er heerst hier een grote bedrijvigheid en dat creëert een aanstekelijke dynamiek en levendigheid. Het zijn trouwens niet alleen artiesten die hier over de vloer komen. Ook de buren komen hier samen om hun huwelijksjubileum te vieren, of voor een babyborrel. Er worden ook allerlei soorten cursussen gegeven. En zo moet het, vind ik. Geen apart huis voor kunstenaars, maar een huis waar iedereen welkom is. Misschien ben ik – nog meer dan een kapitein – een tuinman. Mijn droomtuin is een zichzelf regulerend organisme. Dus eerder zo'n Engelse wilde tuin. Ik zorg gewoon voor een goede humusbodem, geef de zonneminnende planten een plekje in volle zon, en de schaduwplanten een plaatsje onder de bomen. Uiteraard hou ik in de gaten dat de planten en de bloemen niet
overwoekerd worden door onkruid. En door hier en daar te snoeien zorg ik er voor dat er zoveel mogelijk licht in de bomen komt. Voor de rest vertrouw ik op de natuur en laat ik de zon, de regen en de bijen hun werk doen. Je ziet het, ik ben ook ‘maar’ een tuinman. De pracht zit in de planten en de bloemen die er groeien. WALPURGIS is mijn tuin, de pracht zijn de mensen hier. Ja, noem mij gerust een trotse, gelukkige tuinier…”
Judith Vindevogel bij de bijenkasten in de tuin van deFENIKS (© Joris Casaer, 2014)
CONTACT WALPURGIS – Deurneleitje 6 – B 2640 Mortsel –België– www.WALPURGIS.be HETPALEIS – Meistraat 2 – B 2000 Antwerpen – België – www.hetpaleis.be
Communicatie Ellen Fransen
[email protected] T 03 235 66 62 M 0472 27 76 72
Cien Schelkens
[email protected] T 03 202 83 66 M 0495 54 04 26
Facebook www.facebook.com/muziektheaterwalpurgis www.facebook.com/HETPALEIS
Instagram walpurgis_muziektheater Instagram hetpaleis