Factsheet van de nationale, provinciale en lokale beslismomenten van windparken in de Veenkoloniën 2008
In 2008 is het Nationaal Plan van Aanpak Windenergie opgesteld als uitwerking van het coalitieakkoord van het Kabinet om de transitie naar een duurzame energievoorziening te versnellen. Doel van dit plan was om de gezamenlijke aanpak van windenergie in Nederland te intensiveren, aansluitend op de zogenaamde BLOW-afspraken. Met het Nationaal Plan van Aanpak Windenergie heeft het Kabinet zich gebonden aan 2000 megawatt (MW) extra windenergie op land op de korte termijn (2011). Ook is toen afgesproken dat er in 2011 een ruimtelijk perspectief moet zijn voor forse groei tot na 2020 (6000 MW op land).
2009
14 januari: Klimaat-Energie-akkoord: het Interprovinciaal Overleg (IPO) en het Rijk leggen de ambitie van het programma Schoon & Zuinig neer (hierin ook de extra 2000 MW in 2011). De provincies onderschrijven de doelen voor wind op land in het programma Schoon en Zuinig en hebben zich bereid verklaard om met het Rijk prestatieafspraken te maken. Op 3 oktober 2008 is door het IPO een persbericht gepubliceerd dat uitgaat van de realisatie van 3578 MW op 21 december 2011.
16 januari: Interview minister van der Hoeven in Trouw:
“De minister erkent dat het kabinet kansen laat liggen in het streven naar meer duurzame energie. Op land worden de doelstellingen niet gehaald en ook op zee gaat het minder hard dan bijvoorbeeld het regeerakkoord voorschrijft. "We moeten minder afhankelijk worden van fossiele energie. Ik word er niet vrolijk van. De oorzaak? Tegenwerking van belangengroepen en lokaal gebrek aan draagvlak. Daarom ben ik blij dat de Eerste Kamer nu ook de Rijkscoördinatieregeling heeft goedgekeurd. Die geeft mij meer bevoegdheden bij lokale problemen. Het is net zoiets als de spoedwet, waardoor wegen sneller kunnen worden uitgebreid. Ook zo'n goede regeling, waarmee we nu sneller aan de slag kunnen." “
mei: gedeputeerde noemt op TV Drenthe De Veenkoloniën als een geschikte plek voor windmolens, maar voorafgaand aan dat interview laat de zender meer dan een handvol initiatieven zien die door de provincie zijn tegengehouden. https://www.youtube.com/watch?v=01EqsroYJYw
december: Provincie stuurt gemeentes de Omgevingsvisie.
2010
januari-februari: ontwerp Provinciale Omgevingsvisie ter inzage met windgebied Emmen en Coevorden: grote turbines daarbuiten worden expliciet uitgesloten.
6 april: Gedeputeerde Staten nemen de Provinciale Omgevingsvisie over en voegen Aa en Hunze en Borger-Odoorn toe aan het windgebied. De wethouders worden over deze wijziging gebeld. Deze wijziging wordt niet ten behoeve van inspraak ter inzage gelegd. Gedeputeerde Anneke Haarsma zegt dat het authentieke landschap gespaard moet worden en het dus is geconcentreerd (in een minder mooi gebied).
mei: behandeling Omgevingsvisie in de Staten
mei: Raedthuys Windenergie en Duurzame Energieproductie Exloërmond vragen Rijksinpassingsplan aan voor groot windpark in Borger-Odoorn.
2 juni 2010: omgevingsvisie Drenthe van de provincie vastgesteld door Provinciale Staten.
juni: Ministerie publiceert Nationaal Ruimtelijk Perspectief windenergie op land: daarin is te zien dat de Veenkoloniën qua wind en landschap het beste alternatief zijn.
30 juni: ambtelijke mededeling Rijk dat er een grootschalig windplan (400-600 Mw) is aangevraagd op grondgebied Borger-Odoorn.
8 juli: Ministerie reageert positief op aanvraag rijksinpassingsplan van initiatiefnemers windparken.
voorlichtingsavonden ministerie en initiatiefnemers (datum onduidelijk)
december, gedeputeerde Anneke Haarsma, ooit fel tegenstander, zegt bij gemeente Aa en Hunze “we gaan meters maken.” (slechts 1 bron)
2011
Er zijn ook windplannen in Aa en Hunze en het Rijk maakt daar 1 project van. De gemeente Aa en Hunze krijgt allemaal plannenmakers over de vloer met een totale aanvraag van 400-600 MW, langzamerhand ontstaat onrust in het dorp. Provincie realiseert zich: wij hebben te weinig criteria, nu kan iedereen met wat komen, hoe brengen we dit terug? Provincie en gemeente besluiten tot een ‘aanvaardbaar tegenplan’, namelijk een Gebiedsvisie, om in het verweer te komen. Maar de Provincie weigert de gemeentes uit het windplan te schrijven, want er lag een afspraak met het Interprovinciaal Overleg.
Begin van vele vergaderingen voor die Gebiedsvisie.
‘concept notitie Reikwijdte en Detail’ (startnotitie) voor het milieueffectrapport (MER) lag in 2 delen ter inzage: voor windpark De Drentse Monden van 24 juni tot en met 4 augustus 2011; voor windpark Oostermoer en de samenhang met windpark De Drentse Monden van 20 januari tot en met 1 maart 2012. Er zijn binnen de inspraaktermijn in totaal 2052 zienswijzen van particulieren en bedrijven ontvangen, waarvan 638 uniek en 1414 eensluidend.
december: Openbaarmaking Gebiedsvisie Wind Drenthe met daarin 3 stergebieden voor max 120MW windenergie in Aa en Hunze en Borger-Odoorn.
2012
februari: brief provincie naar Kamp: reactie op notitie reikwijdte en detail in kader van de MER: wij hebben 200-280 MW geboden, 300-450 MW voor de Monden, plus 120-150 voor Oostermoer is veel te veel.
december: provincies garanderen Kamp 6000 MW, minister zegt toe dat hij zijn besluiten laat leiden door provinciebesturen. Drenthe 280MW.
19 december 2012 tot 12 februari 2013 ligt de ontwerp-Gebiedsvisie Windenergie Drenthe ter inzage bij de gemeenten en de provincie Drenthe. De inspraakperiode is in verband met de kerstvakantie twee weken verlengd. Belanghebbenden kunnen tot 12 februari 2013 een zienswijze indienen bij Gedeputeerde Staten.
2013
maart: Ontwerp Structuurvisie op Land aangeboden: 19 april-30 mei ter inzage: 151 unieke zienswijze ingediend, vooral uit Drenthe en Groningen. Ook rondetafelgesprekken Tweede Kamer met betrokkenen.
juni: Commissie van MER komt met voorlopig toetsingsadvies: onvolledig, daarom aanpassingen.
mei: Nota van beantwoording Gebiedsvisie windenergie Drenthe: 222 unieke zienswijzen van 1394 personen.
juni: debat Tweede Kamer over Structuurvisie
juni: wethouder Aa en Hunze zegt dat gemeente het zoekgebied opgedrongen heeft gekregen door de provincie. Raad neemt er geen besluit over. Borger-Odoorn stelt gebiedsvisie niet vast, maar houdt wel vast aan 3 ‘stergebieden’.
juni: burgemeester Marco Out van Borger-Odoorn noemt besluit in een toespraak in de Provinciale Staten niet legitiem, zoekgebied pas op laatste moment in Omgevingsvisie opgenomen, nooit aan de orde geweest, geen onderdeel geweest van ambtelijk overleg,
burgers konden er niets van vinden. Bovendien weet de burgemeester nog steeds niet waarom ze in Borger-Odoorn moeten komen. Hij wil alles overdoen maar krijgt het verwijt bij een essentieel moment afwezig te zijn.
juni: Provincie neemt Gebiedsvisie windenergie Drenthe aan. (voor: CU, GL, PvdA (1 dissident), VVD, CDA, D66, tegen. PVV en SP wilden uitstel. In Borger-Odoorn zijn alle partijen, behalve GroenLinks, tegen. In het plan wordt wel afstand genomen van de plannen van de initiatiefnemers. Iedereen benadrukt dat er draagvlak moet zijn.
december: brief minister Kamp aan de Commissaris van de Koningin in Drenthe: er komt een rijksinpassingsplan 150-max 185,5MW in twee gemeenten.
Gebiedsvisie wordt verwerkt in Omgevingsvisie Provincie.
2014
januari: Commissie voor de m definitief toetsingsadvies. De commissie constateert dat er kansen zijn gemist doordat het plan-MER zich heeft beperkt tot het onderzoeken van de provinciale gebieden voor windenergie. Een bredere analyse had naar de mening van de commissie tot een beter onderbouwde afweging geleid. Desondanks is de commissie van mening dat het MER de mogelijkheid biedt om randvoorwaarden en aandachtspunten vast te leggen voor grootschalige windenergie in de wel onderzochte gebieden.
Veel brieven tussen gemeenten en Rijk over gebrek aan draagvlak. Kamp zegt dat er wel draagvlak is want o.a. VNG en IPO hebben Energie-akkoord ondertekend.
twee bijeenkomsten georganiseerd door het Rijk
maart: rijk presenteert Structuurvisie Wind op Land (de Veenkoloniën zijn geschikt), plus plan-MER en Nota van antwoord op zienswijzen. juli: mededeling Ministerie van EZ: windpark De Drentse Monden en Oostermoer mag minimaal 150 MW en maximaal 185,5 MW groot worden. Uitgaande van windmolens van 3 MW betekent dat ten minste 50 en maximaal 62 windmolens. november: onderzoek naar draagvlak door gemeentes en Stadskanaal: 77-80% tegen.
2015
februari: brief Kamp aan initiatiefnemers; er komt 150 MW in Aa en Hunze en BorgerOdoorn (16/34) maar ze moeten wel goed communiceren met de inwoners.
april: ministers stellen Notitie Reikwijdte en Detailniveau vast, t.b.v. MER. Die heeft in 2011 en 2012 in concept ter visie gelegen.
mei: ministers nemen voorbereidingsbesluit. Het ligt van 18 mei tot en met 29 juni ter inzage op de gemeentehuizen van de gemeenten Aa en Hunze, Borger-Odoorn en
Stadskanaal. Het is niet mogelijk om tegen het voorbereidingsbesluit bezwaar te maken of beroep in te stellen.
juni/juli: Beide gemeentes moeten voor het windpark een omgevingsvergunning verlenen. Aa en Hunze weigert, Borger-Odoorn kiest de aanval en accepteert niet langer dat het windmolenpark 1 project is van meer dan 100 megawatt, maar een verzameling kleinere projecten. Daarom acht ze de Rijkscoördinatieregeling (die van toepassing is op parken boven de 100 MW) niet legitiem.
augustus: Het ministerie stelt de gemeenten in een ambtelijk overleg een deadline, anders neemt ze de regie in handen. Maar vooralsnog is er geen officiële reactie van de minister op de tegenwerking van beide gemeenten. De Provincie wil zich er niet mee bemoeien.
Na de zomer: eind dit jaar komen het Rijksinpassingsplan en de MER ter inzage, zienswijzen kunnen worden ingediend. Het concept wordt nu geschreven en besproken.