FORUM Factsheet februari 2011
Somaliërs in Nederland
door: Suzanne Wolf
Samenvatting
De Somalische gemeenschap (35 á 40 duizend personen) in Nederland bestaat uit twee groepen vluchtelingen, die onderling sterk verbonden zijn. De eerste groep betreft de vluchtelingen die in de jaren tachtig en negentig zijn gevlucht. Dit zijn voornamelijk hoog opgeleiden, die deels al in het buitenland verbleven. De tweede groep vluchtte na 2006 en heeft door de langdurige oorlogssituatie in Somalië weinig onderwijs kunnen volgen. Een relatief groot deel is minderjarig. Hoewel Somaliërs zich veilig en welkom voelen in Nederland en Nederland dankbaar zijn voor het geboden asiel, zien vooral hoog opgeleide Somaliërs hun verblijf in Nederland vaak als een tussenstop en is de doormigratie naar andere landen hoog. Daarom is de groep sterk wisselend van samenstelling. Vanwege de traumatische oorlogsgeschiedenis, doordat vooral de beter opgeleiden uit Nederland migreren en omdat de meeste Somaliërs nog maar kort in Nederland wonen, is er sprake van een cumulatie van problematiek. Niet voor niets hebben veel Somaliërs psychische problemen. De werkloosheid is hoog omdat veel Somaliërs met een erg laag opleidingsniveau naar Nederland komen en tijdens het wachten op hun vluchtelingenstatus niet mogen werken. Er is sprake van een oververtegenwoordiging in de criminaliteit en er zijn problemen door het risico van meisjesbesnijdenis. Door de ongunstige situatie van Somaliërs in Nederland zijn zij vatbaarder voor radicalisme en, met name, voor drugsgebruik (qat). De algehele problematiek is zo wijd verbreid dat de volwassenen de jongeren niet goed kunnen ondersteunen. Ouderen zijn sterk gericht op Somalië en de achterblijvers en proberen hun familie en clanleden te helpen door geld te sturen of door gezinsleden te helpen het land te verlaten. Jongeren identificeren zich weinig met Somalië, maar meer met de religie, vaak met de orthodoxe vormen ervan. Jongeren beschouwen Nederland meer als hun vaderland dan Somalië.
2
Inleiding Eind december 2010 kwamen Somaliërs plots in het nieuws omdat een twaalftal Somaliërs verdacht werden van het beramen van een terroristische aanslag. Hun arrestatie vestigde de aandacht op de vele problemen die binnen deze gemeenschap spelen, waaronder het gevaar voor radicalisering. Inmiddels zijn de van terrorisme verdachten vrijgelaten en is hun zaak geseponeerd omdat er geen aanwijzigen zijn dat ze met terroristische activiteiten bezig waren. Omdat omtrent de situatie van Somaliërs in Nederland veel onbekend is, zetten wij in deze factsheet de belangrijkste feiten op een rij.
Geschiedenis van Somalië1 Het huidige Somalië (zie bijlage I) is in 1960 ontstaan door de samenvoeging van een voormalig Brits protectoraat (Brits Somaliland2) en een Italiaanse kolonie (Italiaans Somaliland). Voor die tijd was dit gebied, samen met Frans Somaliland (Djibouti), Ethiopië en Eritrea in verschillende samenstellingen gekolonialiseerd. Generaal Maxamed Siyaad Barre (1919-1995) pleegde in 1969 een staatsgreep op Aden Abdullah Osman, de eerste president van Somalië. Barre wilde Somalië omvormen tot een socialistische en links-islamitische staat en streefde naar een GrootSomalië, inclusief het gebied de Ogaden3, dat toen en nu nog steeds bij Ethiopië hoort. In 1977 trok Siyaad Barre ten strijde tegen Ethiopië, hetgeen uitliep op een nederlaag voor Somalië. Na deze nederlaag raakte Somalië in een neerwaartse spiraal van opstand, repressie, militarisme en corruptie. Revolutionaire bewegingen in NoordSomalië vochten tegen de regering. In 1988 sloten Ethiopië en Somalië vrede, maar de clanoorlogen ging door. In 1991 vluchtte Siyaad Barre na een volksoproer, waarna de staat Somalië uiteenviel. Somaliland scheurde zich in 1991 af van Somalië, Puntland in 1998 en Zuidwest-Somalië in 2002 (zie figuur 1). Hoewel deze landen als onafhankelijk landen functioneren zijn ze niet internationaal erkend. Vanaf eind jaren tachtig kwam de eerste Somalische asielzoekers naar Nederland. Zij zijn voornamelijk afkomstig uit Somaliland, het gebied van de Isaaq-clan (zie figuur 8). In 2006 brak een conflict uit tussen enerzijds een alliantie van de in de hoofdstad Mogadishu gevestigde seculiere krijgsheren (warlords) en anderzijds een militie die loyaal is aan de op de Sharia georiënteerde Unie van islamitische Rechtbanken. Volgens veel Somaliërs steunden de VS de alliantie door, ondanks het wapenembargo, wapens te leveren (Moors e.a.). De Unie van Rechtbanken wist grote delen van Zuiden Centraal–Somalië te veroveren en probeerde hier rechtbanken op basis van de sharia op te richten. Ondertussen erkenden veel Somalische vluchtelingen en de Verenigde Naties de Somalische regering in ballingschap, die in Ethiopië was gevormd en die met hulp van Ethiopische troepen begin 2007 terugkeerde naar Mogadishu. De Ethiopische troepen bleven in Somalië achter om de Somalische regering te ondersteunen. In 2007 was de eerste militaire actie van het Amerikaanse leger op Somalisch grondgebied tegen Al Qaida-verdachten met als nevendoel het verzwakken van de Unie van Rechtbanken (Moors e.a.). De Unie van Rechtbanken kreeg vervolgens het 1
De informatie in dit hoofdstuk is afkomstig van de volgende bronnen: - The National Counterterrorism Center: http://www.nctc.gov/ - Ministerie van Buitenlandse Zaken, directie Personenverkeer, Migratie en Vreemdelingenzaken, ‘Algemeen ambtsbericht Somalië’, september 2010. - Moors, Van den Reek-Vermeulen en Siesling (2009), ‘Voedingsbodem voor radicalisering bij kleine etnische groepen in Nederland. IVA, Tilburg’. - Mohamed Haji Mukhtar (2003), ‘Historical Dictionary of Somalia’
2
Dat is nu Somaliland, zie figuur 1
3
Zie figuur 1.
FORUM Instituut voor Multiculturele Vraagstukken - Factsheet Somaliërs in Nederland - februari 2011
3
zuiden opnieuw in handen. Islamitische rechtbanken werden daar actief en de sharia werd ingevoerd. Ook groeide de zeeroverij uit tot een lucratieve geldwinning voor Somalische piraten die miljoenen binnenhalen met het kapen van schepen4. In 2008 werden zelfmoordaanslagen gepleegd in het relatief veilige Somaliland. Deze werden opgeëist door een afgescheiden militie van de Unie van islamitische rechtbanken, Al-Shabaab, voorheen de jongerenvleugel van de Unie van islamitische Rechtbanken. Figuur 1 Kaart van Somalië; politieke situatie op 1 januari 2011
4
Volgens de krant USA Today hebben Somalische piraten in 2008 zo’n $80 miljoen aan losgeld ontvangen (23 april 2009, ‘Donors pledge over $250 million for Somalia’)
FORUM Instituut voor Multiculturele Vraagstukken - Factsheet Somaliërs in Nederland - februari 2011
4
Al-Shabaab Al-Shabaab hangt de Saoedisch georiënteerde Wahhabi-interpretatie van de islam aan en staat op slechte voet met de soennitische stromingen in Somalië die de traditie van religieuze cultuur van heiligenverering en soefisme aanhangen5. De meest extreme secties van Al-Shabaab stellen loyaal te zijn aan Al Qaida en roepen op tot een wereldwijde jihad. In naam is Sheikh Mukhtar Abdirahman ‘Abu Zubeyr’ de leider van Al-Shabaab, maar de organisatiestructuur is gegroepeerd rond dorpen, clans of religieuze leiders, die over een behoorlijke mate van autonomie beschikken en vaak niet de transnationalistische ideologie van de leiders van de groep delen. De Somalische leden van Al-Shabaab behoren hoofdzakelijk tot de Somalische Hawiye-clan en zijn overwegend jonge mannen van ongeveer 20 jaar, maar ook jongere kinderen worden gerekruteerd. Het gebrek aan middelen en kansen is voor jongeren een belangrijke reden om zich aan te sluiten bij Al-Shabaab, maar rekrutering gebeurt ook onder dwang. De organisatie rekruteert zowel in Somalië als binnen de Somalische diaspora. Rekruten worden getraind in trainingskampen in Zuid- en Centraal Somalië en in Puntland6. Het is niet bekend of zich ook trainingskampen van Al-Shabaab buiten Somalië bevonden. De VS, Noorwegen en Zweden hebben Al-Shabaab formeel als een terroristische organisaties gekenschetst7. Het vermoeden bestaat dat Al-Shabaab deels gefinancierd wordt met geld afkomstig van de piraterij, door extreme moslimorganisaties in Iran, Libië en Egypte en door Somaliërs in het buitenland. Politici in de Verenigde Staten8 verdenken Eritrea ervan Al-Shabaab te financieren en te bewapenen, terwijl anderen beweren dat deze beschuldiging ongegrond is en dateert uit de periode dat Eritrea tegen Ethiopië vocht9. De huidige situatie In januari 2009 heeft het Ethiopische leger, dat de Somalische regering steunde, zich teruggetrokken en in mei 2009 heeft de president de invoering van de sharia goedgekeurd10. De overkoepelende soefi-groep Ahlu Sunnah Wal Jama heeft in maart 2010 een overeenkomst getekend om de overheid te steunen tegen Al-Shabaab11. De overheid is echter nog steeds in constante gevecht met verschillende gewapende groeperingen. Ook liggen de opstandelingen regelmatig met elkaar overhoop. Bij deze gevechten komen veel burgers om het leven. Alle partijen maken zich schuldig aan mensenrechtenschendingen, zoals het gebruik van zware wapens en geïmproviseerde explosieven in dichtbevolkte gebieden. Dagelijks worden doden gemeld als gevolg van bommen, beschietingen en ander geweld. Door het gebrek aan overheidsgezag viert criminaliteit en banditisme hoogtij. Ook in Somaliland en Puntland zijn rebellenbewegingen actief die waarschijnlijk banden hebben met de islamitische bewegingen in Zuid- en Centraal-Somalië.
5
Volgens BBC News (8 juni 2009, ‘Somali rage at grave desecration’) zijn de meeste Somalis Soefi-moslim. De overkoepelende groep van soefi-sekten
‘Ahlu Sunnah Wal Jama’ ziet de Al-Shabaab als vreemd en
onislamitisch. 6
Volgens het algemeen ambtsbericht Somalië van september 2010 liggen er in Zuid- en Centraal Somalië trainingskampen in Balad, El Bur, Mogadishu, Badmadow, El Adde, Bu’ale, Afmadow, Ballidogle en Labatan Jirow. In Puntland zijn trainingsfaciliteiten in Bargal.
7
8 9 10
11
Office of the Coordinator for Counterterrorism (2009), ‘Foreign Terrorist Organizations’ Bijvoorbeeld the Terrorism, Nonproliferation and Trade Subcommittee of the U.S. House of Representatives. http://www.eritrea-unmission.org/documents/21Jul10Shebab.pdf Waarschijnlijk omdat Al-Shabaab heeft verklaard door te vechten tot de sharia in geheel Somalië is ingevoerd. Zie http://articles.cnn.com/2009-04-18/world/somalia.sharia_1_sharia-law-parliament-somalia BBC News (15 maart 2010) ‘Somali Sufi group joins government to fight al-Shabab’.
FORUM Instituut voor Multiculturele Vraagstukken - Factsheet Somaliërs in Nederland - februari 2011
5
Door de gevaarlijke en onvoorspelbare opstanden schorsen hulpverleners in sommige gebieden humanitaire steun aan ontheemden12. Het gebrek aan voeding verergert verder doordat vrachtschepen vanwege de piraterij niet meer kunnen worden verzekerd en moeilijker op hun bestemming kunnen aankomen. Tegelijkertijd leidt de politieke instabiliteit en armoede in de buurlanden anderen juist naar Somalië in de hoop naar Jemen over te kunnen steken.
De diaspora van Somalische vluchtelingen In Somalië wonen 10 miljoen personen, waarvan 1,4 miljoen ontheemd in eigen land zijn. Daarnaast zijn er buiten Somalië nog zo’n 700 duizend vluchtelingen en asielzoekers, waarvan er 326 duizend in Kenia wonen en 165 duizend in Jemen. Ongeveer 100 duizend asielzoekers en vluchtelingen wonen buiten de regio van Somalië13. De Europese landen met de meeste vluchtelingen zijn het Verenigd Koninkrijk (32 duizend), Nederland (11 duizend), Zweden (10 duizend), Italië (8 duizend) en Noorwegen (7 duizend). Figuur 2 Spreiding Somalische vluchtelingen over Europa, 2009
Bron: UNHCR Statistical Online Population Database, United Nations High Commissioner for Refugees (UNHCR), gegevens ontleend op 12/01/2011
Somaliërs in Nederland Het officiële aantal Somaliërs in Nederland schommelt tussen de 20 en 30 duizend personen14 (zie figuur 3). Op 1 januari 2010 waren er 27.011 Somaliërs ingeschreven bij een gemeente in Nederland. Dat de omvang van deze groep zo sterk fluctueert en niet toeneemt komt door de hoge doormigratie (zie hierna: ‘Blijven, vertrekken of terugkeren’.) Het aantal in Nederland geboren Somaliërs (de tweede generatie) is vrij stabiel. De werkelijke groep Somaliërs in Nederland is veel groter dan de 27 duizend ingeschrevenen, want op 1 oktober 2010 verbleven 5.697 Somaliërs in de Centrale opvang voor Asielzoekers (COA) waarvan 211 alleenstaande minderjarige asielzoekers. Zij staan niet ingeschreven bij een gemeente. Bovendien vertrekken afgewezen asielzoekers niet altijd uit Nederland. De meest recente schatting van het aantal illegale Somaliërs dateert van 2002. Het CBS heeft toen geschat dat bovenop het aantal geregistreerde Somaliërs 5% tot 22% illegaal in Nederland verblijft. Het werkelijke aantal Somaliërs in Nederland zal daarom tussen de 35 en 40 duizend liggen.
12
UNHCR Fundraising Reports (1 december 2010), ‘UNHCR Global Appeal 2011 (update) – Somalia’
13
www.UNHCR.org.
14
De gegevens over de Somalische bevolkingsgroep komt voornamelijk van het CBS (Statline).
FORUM Instituut voor Multiculturele Vraagstukken - Factsheet Somaliërs in Nederland - februari 2011
6
Figuur 3 Aantal ingeschreven Somaliërs naar generatie, 1996-2010. 35000
7208 19.803
6517 15.281
6048 13.501
6202
5957 12.961
15.083
19.546
21.071
21.705
21.418
21.027
17.368
5000
20.591
10000
19.801
17.156
15000
13.691
6650
8021
7908
7926
7362
6394
7633
2904
20000
4063
25000
5251
2e generatie 1e generatie
30000
0 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010
Een groot deel van de Somaliërs is in de jaren ‘80 en ‘90 naar Nederland gekomen. Het ging vaak om diplomaten en zakenmensen die in het buitenland werkten en andere hoog opgeleiden. Daar staat tegenover dat zo’n 30% van de Somaliërs nog geen 2 jaar in Nederland woont. Voor de 20- tot 30-jarigen geldt dat zelfs voor 40%. Figuur 4 Aantal immigranten en emigranten met Somalië als geboorteland, 1995-2010. 6000 Immigratie Emigratie incl. administratieve correctie Emigratie excl. administratieve correctie
5000
4000
3000
2000
1000
20 10 *
20 09
20 08
20 07
20 06
20 05
20 04
20 03
20 02
20 01
20 00
19 99
19 98
19 97
19 96
19 95
0
* Schatting voor 2010 op basis van 11 maanden Bron: CBS/Statline
Somaliërs komen naar Nederland als asielzoeker of vanwege gezinshereniging- en vorming. Tussen 2005 en 2009 hanteerde Nederland een categoriaal beschermingsbeleid. Omdat de algemene situatie in Somalië volgens het Ministerie van Buitenlandse Zaken15 te gevaarlijk is om Somaliërs terug te sturen kwamen asielzoekers voor een verblijfsvergunning in aanmerking. Daar de veiligheidssituatie in Somalië gedurende deze periode sterk verslechterde is het aantal asielverzoeken sterk gestegen van bijna 800 in 2006 tot 5.890 in 2009. Het categoriale beschermingsbeleid is afgeschaft bij besluit van 2 juli 200916. Asielverlening op individuele gronden is wel mogelijk gebleven. Eind november 2010 lagen er 3.080 asielaanvragen bij de IND. Gezinsherenigers en -vormers kunnen de reguliere procedure volgen of op grond van het asielbeleid onder soepelere voorwaarden gezinshereniging aanvragen ‘voor nareis’. In 2007 kwam meer dan de helft van de vrouwelijke immigranten en ruim een derde van de mannelijke vanwege gezinshereniging (als partner of kind).
15
Algemeen ambtsbericht Somalië van september 2010
16
Staatscourant 27 juli 2009.
FORUM Instituut voor Multiculturele Vraagstukken - Factsheet Somaliërs in Nederland - februari 2011
7
Leeftijdsopbouw Zo’n 25% à 30% van de Somaliërs in Nederland behoort tot de tweede generatie. Op 1 januari 2010 waren dat er 7.208. Van 504 kinderen was één van de ouders in Nederland geboren, en van de overige waren beide ouders in het buitenland geboren. Vergeleken met de totale groep niet-westerse allochtonen in Nederland hebben Somaliërs een veel jongere tweede generatie en is een relatief groot deel van de eerste generatie 20 tot 30 jaar (zie figuur 5). Van de 20 tot 30-jarigen is 59% man, van de totale bevolking in Nederland is 51% man. Ook de asielzoekers zijn verhoudingsgewijs erg jong. In 2009 was 31% van de Somalische asielzoekers jonger dan 18 jaar en 21% jonger dan 15 jaar. Dit kwam toen nog overeen met het gemiddeld beeld van asielzoekers in Nederland. Maar in 2010 was 58% van de Somalische asielzoekers nog geen 18 jaar en 48% nog geen 15 jaar. Deze recente verschuiving naar jongere kinderen geldt niet voor de andere asielzoekersgroepen. Figuur 5 Leeftijdsverdeling Somaliërs versus niet-westerse allochtonen naar generatie, 1-1-2010 1e generatie Somaliers 2e generatie Somaliers
15% 14% 13% 12% 11% 10% 9% 8% 7% 6% 5% 4% 3% 2% 1% 0%
95+ 90-95 85-90 80-85 75-80 70-75 65-70 60-65 55-60 50-55 45-50 40-45 35-40 30-35 25-30 20-25 15-20 10-15 5-10 1 0-5
2e generatie niet-westers 1e generatie niet-westers
0% 1% 2% 3% 4% 5% 6% 7% 8% 9% 10% 11% 12% 13% 14% 15%
Bron: CBS/Statline
Blijven, vertrekken of terugkeren Somaliërs zijn Nederland dankbaar voor de eerste opvang na hun vlucht uit Somalië. Hoewel Somaliërs zich in sterke mate veilig en thuis voelen in Nederland (SCP, 2011), zijn zij weinig gericht op de Nederlandse samenleving. Een groot deel van de groep vertrekt weer uit Nederland. Veel meer dan bij andere migrantengroepen. In de afgelopen vijf jaar keerde slechts zo’n 10% van de emigranten terug naar Somalië. Het Verenigd Koninkrijk is de populairste emigratiebestemming voor Somaliërs die in Europa wonen. Ongeveer de helft van de in Somalië geboren emigranten verruilt Nederland voor het Verenigd Koninkrijk. Het gaat vooral om hoger opgeleiden. Zowel sociaal-economische als cultureel-religieuze motieven spelen een rol bij de doormigratie van Somaliërs naar het Verenigd Koninkrijk. Redenen voor de doormigratie zijn zowel betere kansen op de arbeidsmarkt en bekendheid met de taal, als de gepercipieerde vrijheid ten aanzien van het kunnen beleven van de eigen godsdienst in het openbaar en de aanwezigheid van meer Somalische vluchtelingen en zelforganisaties. Somaliërs wonen in Engeland vaak in wijken met vrijwel alleen maar islamieten, waarvan een aanzienlijk deel Somaliërs. Daar kunnen ze volgens de Somalische cultuur en tradities leven. De overgrote meerderheid van de volwassenen in het Verenigd Koninkrijk heeft geen terugkeerwens. Maar kinderen en jongeren kunnen niet goed aarden in de islamitisch georiënteerde wijken en willen vrijwel allemaal terug naar Nederland dat zij als hun vaderland zien17.
17
Van den Reek, E. A. W.; Hussein, A. I. (2003), ‘Somaliërs op Doorreis, Verhuisgedrag van Nederlandse Somaliërs naar Engeland’
FORUM Instituut voor Multiculturele Vraagstukken - Factsheet Somaliërs in Nederland - februari 2011
8
Wonen Zoals uit figuur 6 blijkt wonen Somaliërs redelijk verspreid over het land. Dit komt door het Nederlandse spreidingsbeleid bij de opvang van asielzoekers en bij huisvesting van mensen met een vluchtelingenstatus. Vervolgens verhuizen Somaliërs vaak om bij hun familie in de buurt te wonen. Figuur 6 Somaliërs naar woongemeente, 1-1-2010
Er zijn vier steden waar meer dan 1.000 Somaliërs wonen. In Rotterdam wonen de meeste Somaliërs, zo’n 6% van alle Somaliërs. Behalve in de drie grote steden zijn er ook grote Somalische migrantengroepen in steden in het zuiden van het land (zie tabel 1). De verdeling van Somaliërs over Nederland wordt beïnvloed door de locatie van asielzoekerscentra, zoals Oisterwijk, Vught en Zevenaar. Tabel 1 Gemeenten met meer dan 500 Somaliërs, 1-1-2010 gemeente
aantal
Rotterdam
1.539
's-Gravenhage (gemeente)
1.299
Amsterdam
1.071
Tilburg
1.069
Eindhoven
679
Arnhem
510
Nijmegen
502
Bron: CBS/Statline
FORUM Instituut voor Multiculturele Vraagstukken - Factsheet Somaliërs in Nederland - februari 2011
9
Familie, clan en religie Somalische gezinnen De gezinssituatie van Somaliërs wijkt af doordat veel gezinnen vanwege de oorlog niet compleet zijn. Van de vrouwen heeft 12% een eenoudergezin en veel Somaliërs wonen in bij familie. Ruim een derde van de Somaliërs van 15 jaar en ouder woont alleen. Omgekeerd wonen in veel gezinnen (soms tijdelijk) kinderen uit andere gezinnen, tantes en verre familieleden (Moors e.a.). Gezinshereniging en -vorming is een methode om achtergebleven Somaliërs te helpen het land te verlaten. Contacten tussen de Somaliërs in Nederland beperkt zich tot de eigen clan/familie en vriendenkring18. Er is veel contact met familieleden in Somalië, de buurlanden of andere (westerse) landen. Een relatief groot deel van de Somaliërs (27%) stuurt geld naar het herkomstland, vooral naar ouders en andere familieleden (SCP, 2011). Clans In Somalië is het clansysteem belangrijk voor de sociale verhoudingen. In een clansysteem zijn de leden door middel van verwantschap en afstamming met elkaar verbonden. In tijden van nood doet men een beroep op deze banden. Er zijn zes verschillende clans. Deze zijn weer onderverdeeld in subclans. In figuur 8 staat waar de clans historisch gezien wonen en hoe de omvang van de zes clans zich tot elkaar verhouden. Er is geen informatie over verdeling naar clans in Nederland. Figuur 8 Clans en subclans in Somalië, naar regio en relatieve omvang.
Bron: http://de.academic.ru/pictures/dewiki/115/somalia_ethnic_grps_2002.jpg
18
Reek van den E.W.A., (2001), ‘Somaliërs en Integratie, een profielschets, Wetenschapswinkel Universiteit van Tilburg.
FORUM Instituut voor Multiculturele Vraagstukken - Factsheet Somaliërs in Nederland - februari 2011
10
In Somalië is het mogelijk dat men de verwantschap om praktische redenen ‘aanpast’. Na acceptatie door de nieuwe clan heeft men dan tijdelijk een shedad-status tot men volledig is geïntegreerd en na verloop van tijd wordt ook in de stamboom de nieuw situatie weerspiegeld. Ook is het mogelijk om een beroep te doen op de band met de clan van de moeder, echtgeno(o)t(e) en eventuele huwelijkspartners van de kinderen19. Religie Somaliërs zijn overwegend islamitisch: 95% van de huishoudens noemt zichzelf moslim en 69% van de moslims geeft aan vijf keer per dag te bidden (SCP, 2011). Zowel in Somalië als in Nederland is sprake van een verschuiving richting de orthodoxe geloofsbelevenis. Voor de oudere groep Somaliërs is het clansysteem belangrijk, hun kinderen identificeren zich eerder met de islamitische religie dan als Somaliër of clanlid (Moors e.a.).
Onderwijs en opleiding De eerste groep Somaliërs heeft een relatief hoge opleiding gevolgd in het land van herkomst. Maar hun opleiding wordt in Nederland vaak niet erkend. De tweede groep asielzoekers heeft door de burgeroorlog in Somalië niet veel onderwijs kunnen volgen; 62% van de volwassen Somaliërs in Somalië is analfabeet20. De recent gearriveerde Somalische vluchtelingen zijn gemiddeld erg laag opgeleid. Slechts 20% van alle Somaliërs met een in het buitenland behaalde diploma heeft hun diploma laten waarderen. Andere asielzoekersgroepen zoals Iraniërs, Irakezen en Afghanen doen dat ongeveer twee keer zo vaak (SCP, 2011). Onder Somaliërs in Nederland is het percentage voortijdige schoolverlaters erg hoog. In het schooljaar 2007/8 verliet 5% van de Somaliërs het voortgezet onderwijs en 20% het middelbaar beroepsonderwijs voortijdig. Gemiddeld in Nederland is dit 1% en 9%. Van de 20- tot 34-jarigen had in 2009 slechts 23% een startkwalificatie. Dit is veel lager dan onder de andere etnische groepen waar het varieert van 37% van de Turkse tot 77% van de Afghaanse leeftijdsgenoten (SCP, 2011). Als reden voor de hoge schooluitval wordt genoemd de beperkte ondersteuning van de ouders. Taalproblemen van de ouders, weinig kennis van het Nederlands onderwijssysteem, weinig betrokkenheid tonen met het onderwijs van de kinderen, het gevoel hebben niet serieus te worden genomen en te hoge toekomstverwachtingen in relatie tot het onderwijsniveau van de kinderen leiden tot demotivatie en schooluitval (Moors e.a.).
Werk en inkomen Van de Somaliërs heeft in 2009 29% een betaalde baan. Hiervan heeft 43% een vaste baan en 43% een tijdelijke baan. De rest heeft een tijdelijke baan met uitzicht op een vaste baan. Van de autochtone Nederlanders heeft 70% werk en slechts 5% van deze groep heeft een tijdelijke baan. De werkloosheid onder Somaliërs bedraagt 33%. Onder alle niet-westerse allochtonen, inclusief Somaliërs, is dat percentage 10 à 12% (SCP, 2011). De lage arbeidsparticipatie kan voor een belangrijk deel worden verklaard door de korte vestigingsduur, de asielzoekersachtergrond en de verschillen in de bevolkingssamenstelling. Een groot deel van de Somaliërs woont nog geen vijf jaar in Nederland. Deze groep mag door de restricties die gelden voor asielzoekers niet werken tot aan het verkrijgen van de vluchtelingenstatus. Vanaf dat moment worden ze arbeidsgerechtigd. Daarnaast spelen bijvoorbeeld opleidingsniveau, geslacht en de gezinssituatie een rol. Zo zijn immigranten uit Somalië relatief vaak vrouw en hoofd
19
Algemeen ambtsbericht Somalië van de Directie Consulaire Zaken en Migratiebeleid, september 2010
20
CIA , The World Factbook, 3 jan 2011.
FORUM Instituut voor Multiculturele Vraagstukken - Factsheet Somaliërs in Nederland - februari 2011
11
van een eenoudergezin. Vergeleken met andere asielzoekersgroepen (Irakezen en Soedanezen) wijkt het aandeel werkenden niet sterk af21. Samenhangend met de lage arbeidsparticipatie is de uitkeringsafhankelijkheid erg hoog. In totaal ontvangt 46% een uitkering, bijna altijd een bijstandsuitkering. Somaliërs ontvangen vaker een uitkering dan andere vluchtelingengroepen en vaker dan gemiddeld onder niet-westerse allochtonen (zie figuur 7). Figuur 7 Percentage Somaliërs en totaal niet-westerse allochtonen van 15-64 jaar met een uitkering naar soort uitkering, maart 2009.
Somaliërs
Niet-westerse allochtonen
2% 2%
6%
0%
36%
2%
10%
10% % AO-uitkering
20%
30%
% WW-uitkering
40%
50%
% bijstandsuitkering
Bron: SCP Jaarrapport Integratie 2009.
Somalische organisaties Gezien het aantal Somaliërs in Nederland zijn er relatief veel Somalische organisaties. Veel Somalische organisaties in Nederland zijn gericht op het herkomstland en bieden hulp –vaak geld– aan mensen in Somalië. Zij zijn zowel langs de traditionele clanlijnen georganiseerd als clanoverstijgend. De grootte van de organisaties verschilt van organisaties met één bestuurslid tot verenigingen met honderden leden. Het netwerk van Somalische organisaties verandert sneller dan dat van de andere groepen. Een van de grootste problemen bij de samenwerking tussen Somalische organisaties is de tweedeling tussen Somaliërs die willen dat Somalië één land blijft en Somaliërs die de afscheiding van Somaliland en Puntland nastreven22. Bij de FSAN (Federatie van Somalische Associaties) zijn circa 50 zelforganisaties aangesloten (zie http://www.fsan.nl/leden.html). De FSAN richt zich op de Nederlandse samenleving en op het versterken van de samenwerking van de onderlinge zelforganisaties. Haar belangrijkste activiteiten zijn gericht tegen vrouwenbesnijdenis en tegen de burgeroorlog. Naast de zelforganisaties die bij de FSAN zijn aangesloten zijn in diverse gemeenten plaatselijke Somalische organisaties actief die activiteiten opzetten met of zonder de gemeente en algemene instellingen. Samenwerking met gemeenten wordt bemoeilijkt doordat gemeenten graag willen dat de inspanningen zich binnen de gemeentegrenzen beperken, terwijl Somalische organisaties juist vaak gemeenteoverschrijdend werken.
Maatschappelijke problemen De belangrijkste maatschappelijke problemen met de Somalische migrantengroep betreffen gevaar voor etnische spanningen, criminaliteit, radicalisering, drugsgebruik en meisjesbesnijdenis. Drugsgebruik (qat) en meisjesbesnijdenis worden besproken onder ‘Gezondheid en zorg’. Etnische spanningen
21
CBS (2005),’Afrikanen in Nederland’.
22
Kusters, J. (2007), ’De Somalische diaspora in Nederland’
FORUM Instituut voor Multiculturele Vraagstukken - Factsheet Somaliërs in Nederland - februari 2011
12
Etnische spanningen tussen Somalische jongeren en andere etnische groepen komen niet vaak voor. Na de maatschappelijke spanningen tussen bevolkingsgroepen in 2003 in Tilburg, waarbij ook Somaliërs betrokken waren, zijn deze de laatste jaren duidelijk verminderd. Criminaliteit Somaliërs zijn oververtegenwoordigd als verdachte van een misdrijf; 61 op de 1.000 Somaliërs van 12 jaar en ouder is verdacht, in de helft van de gevallen vanwege een vermogensdelict. Ter vergelijking: 59 van de 1.000 Marokkaanse en 35 van de 1,000 Afghaanse 12-plussers worden verdacht van criminele handelingen. In absolute zin gaat het om zo’n 800 Somalische verdachten per jaar (CBS/Statline). Als risicofactoren noemt Regioplan23 het lage opleidingsniveau, de lage arbeidsmarktparticipatie en de schuldenproblematiek. Ook beseffen Somaliërs vaak niet dat zij een misdaad hebben begaan omdat zij opgegroeid zijn in een land zonder regels. Ook het WODC24 relateert de hoge criminaliteit aan de situatie van normloosheid in het herkomstland. Radicalisering Zowel de jonge nieuwkomers als de jongeren die in Nederland zijn opgegroeid, zijn ontvankelijk voor religieuze orthodoxie. Deze gevoeligheid heeft te maken met de sociaaleconomische achterstandpositie op het gebied van wonen, werken en onderwijs, de financiële situatie van veel Somalische gezinnen, het relatieve isolement van de groep, de sterke betrokkenheid op de eigen gemeenschap en de psychische problematiek door de oorlogstrauma’s25. In het onderzoek van Regioplan geven zelforganisaties aan dat zij hebben gehoord over het ronselen van jongeren in Europa voor deelname aan de heilige oorlog. In het buitenland is verschillende malen sprake geweest van aanslagen waarvan Somaliërs werden verdachten (zie bijlage II). In 2010 heeft de Algemene Inlichtingenen Veiligheidsdienst (AIVD) Somalië, samen met Jemen, aangewezen als nieuwe gebieden van waaruit terroristische dreiging voor Nederland komt. Op 24 december 2010 zijn 12 Somaliërs opgepakt op verdenking van terrorisme. Eén verdachte is de vader van een Al-Shabaab-commandant26. De laatste verdachte is op 30 december vrijgelaten en een aantal gearresteerden hebben een schadevergoeding ontvangen. Op 22 februari heeft het OM bekendgemaakt dat alle zaken tegen de Somaliërs zijn geseponeerd omdat er geen aanwijzingen zijn dat de mannen iets te maken hadden met het voorbereiden van een aanslag27. De verdachten zelf spreken over twisten binnen de Somalische gemeenschap en afpersing als reden tot verdachtmaking. Twisten tussen verschillende clans kunnen hier debet aan zijn28.
Gezondheid en zorg Door de oorlog, en vlucht hebben veel asielzoekers traumatische ervaringen opgedaan. Toch wordt in Nederland weinig beroep gedaan op de geestelijke hulpverlening. De vele jongeren krijgen geen psychische hulp en hun ouders of degenen die hun opvangen hebben vaak zelf te maken met onverwerkte trauma’s waardoor zij weinig hulp en opvoedingsondersteuning kunnen bieden. De psychische gezondheid is slechter bij mensen wiens partner of kinderen niet in Nederland wonen (SCP, 2011). Oplossingen worden gezocht in het gebruik van qat, in het geloof en door telkens te verhuizen blijkt uit onder andere het onderzoek van Moors e.a.
23
Regioplan (2010),’Somaliërs in Nederland’.
24
Kromhout, M. en M. van San (2003), ’Schimmige werelden, nieuwe etnische groepen en jeugdcriminaliteit.
25
Regioplan (2010),’Somaliërs in Nederland’ .
WODC 26
http://sunatimes.com/view.php?id=648; ‘Dutch police arrest Alshabaab commander's father over foiled blasts’,
27
Volkskrant (22-02-2010), ‘Het is officieel: geen Somalische terreurverdachte wordt vervolgd’.
28
Volkskrant (29-12-2010), ‘Erin geluisd door landgenoten’.
FORUM Instituut voor Multiculturele Vraagstukken - Factsheet Somaliërs in Nederland - februari 2011
13
Qat In Somalië wordt qat vooral gebruikt door werkende mannen. In Nederland wordt qat steeds meer gebruikt door werkloze mannen, vrouwen en jongeren29. Qat heeft een amfetamineachtig effect. Aanvankelijk voelen gebruikers zich opgewekt, daarna ontstaat er slapeloosheid, een verstoord dag- en nachtritme en depressiviteit. Bezit, handel en productie van de plant qat zijn in Nederland legaal en vallen onder de Warenwet. Nederland en Groot-Brittannië zijn overigens de enige westerse landen waar import van qat legaal is. In enkele plaatsen in Nederland (Arnhem en Tilburg) heeft de gemeente met een Algemene Politie Verordening een verbod op de handel en gebruik van qat ingevoerd, vanwege de overlast op verkooppunten en rond woningen waar groepen mensen samenkomen om qat te kauwen. De gemeente Den Haag heeft sinds 2010 zorgbemiddelaars ingesteld in de Somalische gemeenschap. Dit project is geïnitieerd en uitgevoerd door Stichting Dalmar. Het doel van het project is om het aantal qatverslaafden te verminderen (Regioplan 2010).
Meisjesbesnijdenis Een ander bron van zorg is de besnijdenis van meisjes. Hoe vaak dit in Nederland voorkomt is niet bekend, maar in Somalië wordt 98% van de meisjes besneden. Pharos schat dat maximaal zo’n vijfduizend Somalische meisjes risico lopen en de Raad voor Volksgezondheid30 vermoedt dat er in Nederland jaarlijks minimaal 50 meisjes van diverse herkomstgroepen worden besneden. Zowel internationaal als in Nederland worden alle vormen van meisjesbesnijdenis beschouwd als een schending van mensen-, vrouwen- en kinderrechten. Vrouwelijke genitale verminking bij minderjarigen is een bijzondere vorm van kindermishandeling en wordt juridisch als zodanig behandeld. Sinds 2005 is er Nederlandse beleid, dat gericht is op preventie, vooral door voorlichting. Tussen 1 juli 2007 en 1 maart 2008 zijn 44 adviesvragen en meldingen over meisjesbesnijdenis binnengekomen bij de Advies- en Meldpunten Kindermishandeling en de Raad voor de Kinderbescherming. Deze meldingen van vermoedens hebben in Nederland nog nooit geleid tot een vervolging of strafbaarstelling voor meisjesbesnijdenis31. In tegenstelling tot bijvoorbeeld in Frankrijk, waar dit wel het geval is.
29
30 31
Trimbos (2010), ‘Qat gebruik onder Somaliërs in Nederland, Studie naar de invloed van Qat op de sociaaleconomische situatie en de gezondheid van Somaliërs’. Commissie Bestrijding Vrouwelijke Genitale Verminking (2005), ‘Bestrijding vrouwelijke genitale verminking’. In 2010 is een man wegens onvoldoende bewijs vrijgesproken voor genitale verminking, maar veroordeeld voor mishandeling van zijn dochter. (Elsevier (23 december 2010) ‘In hoger beroep ook vrijspraak vader besneden meisje’.)
FORUM Instituut voor Multiculturele Vraagstukken - Factsheet Somaliërs in Nederland - februari 2011
14
Websites www.FSAN.nl www.Nedsom.com www.Pharos.nl
Aanvullende literatuur • Heelsum, A. van (2011) ‘Somaliërs in Nederland, een profiel’, Den Haag: Ministerie van VROM. • Moors, Van den Reek-Vermeulen en Siesling (2009), ‘Voedingsbodem voor radicalisering bij kleine etnische groepen in Nederland. IVA, Tilburg’ • SCP, (2011), ‘Vluchtelingengroepen in Nederland, Over de integratie van Afghaanse, Iraakse, Iraanse en Somalische migranten’
FORUM Instituut voor Multiculturele Vraagstukken - Factsheet Somaliërs in Nederland - februari 2011
15
Bijlage I Kaart van de regio’s in Somalië
FORUM Instituut voor Multiculturele Vraagstukken - Factsheet Somaliërs in Nederland - februari 2011
16
Bijlage II Van terrorisme verdachte Somaliërs
21 juli 2005
Aanslagen in Londen. Twee van de acht later opgepakte verdachten zijn van Somalische afkomst.
24 juli 2009
Drie Nederlanders en een Marokkaan met een Nederlandse verblijfstitel worden in Kenia opgepakt bij de grens met Somalië. Ze zouden onderweg zijn geweest naar een jihadistisch trainingskamp in Somalië. Een van hen is van Somalische afkomst.
8 november 2009
Op verzoek van de VS wordt in het asielzoekerscentrum in Dronten een 44-jarige Somaliër gearresteerd. Hij zou lid zijn van de Somalische terreurgroep Al-Shabaab.
3 december 2009
Een 25-jarige Deen van Somalische afkomst pleegt een zelfmoordaanslag tijdens een drukbezochte afstudeerplechtigheid in een hotel in de Somalische hoofdstad Mogadishu. 24 mensen komen om het leven, onder wie drie Somalische ministers.
1 januari 2010
Een 28-jarige Somalische man dringt met een bijl de woning binnen van de Deense cartoonist Kurt Westergaard, bekend van zijn spotprenten over de profeet Mohammed. Volgens de Deense inlichtingendienst heeft hij banden met Al-Shabaab.
4 augustus 2010
De Amerikaanse regering stelt veertien burgers in staat van beschuldiging wegens steun aan de groepering Al-Shabaab. Twee Somalische vrouwen uit Minnesota worden gearresteerd voor het werven van fondsen voor de groep.
Augustus 2010
Twee mannen van Somalische afkomst krijgen in Zweden vier jaar wegens het plannen van zelfmoordaanslagen in Somalië.
19 september 2010
De Koninklijke Marechaussee houdt op Schiphol een Brit van Somalische afkomst aan op verdenking van betrokkenheid bij terrorisme. Hij was onderweg van Liverpool naar Oeganda.
6 november 2010
De Amerikaanse politie arresteert een 19-jarige jongen van Somalische afkomst die een door de FBI verschafte nep-autobom wil laten ontploffen op een vol plein in Portland, Oregon, tijdens het ontsteken van kerstverlichting.
23 december 2010
Een Australische rechter veroordeelt 3 Australiërs, van Libanese en Somalische afkomst, voor het plannen van een zelfmoordaanslag op een legerbasis in Sydney. Eén van de mannen zou Somalië bezocht hebben, om toestemming voor de aanslag te krijgen van een islamitische geestelijke. De aanslag moest een vergelding zijn voor de deelname van Australië aan de oorlogen in Irak en Afghanistan en voor het gevangennemen van moslims voor terreurdaden. De drie kunnen levenslang krijgen.
25 december 2010
Twaalf Somaliërs zijn in Rotterdam aangehouden op verdenking van terrorisme. Alle Somaliërs zijn vrijgelaten en worden niet meer verdacht.
Bron: NRC, 27 december 2010 en aanvulling door FORUM