Examenreglement beroepsonderwijs ROC Rivor Inhoud

Examenreglement beroepsonderwijs ROC Rivor

Inhoud 1

Regeling van examens............................................................................................. 4

2

Organisatie examens ............................................................................................... 8

3

Richtlijnen voor de gang van zaken tijdens examenafname .................................. 10

4

Richtlijnen voor beoordeling van het examen ........................................................ 12

5

Bezwaar, klacht en beroep..................................................................................... 13

6

Uitslagbepaling en diplomering .............................................................................. 15

7

Vrijstellingsregeling ................................................................................................ 18

8

Examencommissie ................................................................................................. 20

Bijlagen Bijlage 1 Samenstelling Commissie van Beroep voor de Examens ..................................... 23 Bijlage 2 Afwijkende examinering van beroepsgerichte examens en schoolexamens ten aanzien van studenten met een handicap en specifieke doelgroepen (art. 2.10) .. 24 Bijlage 3 Begrippenlijst.......................................................................................................... 27 Bijlage 4 Samenstelling Examencommissies........................................................................ 30

Versiebeheer Datum vaststelling

Wijzigingen

19 februari 2014 CvB

Tekstueel: overal waar deelnemers stond is deze vervangen door student – behalve bij ‘examendeelnemer’. Dit is in de begrippenlijst ook aangepast. Door het vervallen van artikelen is de nummering gewijzigd. • Art. 1.3 en 1.4 zijn samengevoegd tot artikel 1.3 (onderscheid in generiek en specifiek examen) Aanpassing n.a.v. uitstel van de invoering van de centrale examinering: • Art. 1.6: weergave schooljaren waarin centrale examinering plaatsvindt, de overgangsregeling (studievertraging) is komen te vervallen. • Art.6.3: weergave schooljaren waarin centrale examinering plaatsvindt; de overgangsregeling is komen te vervallen. Aanpassing n.a.v. gewijzigde naamgeving (Expertisecentrum Æ Loopbaancentrum) • Bijlage 2 Toevoeging / verwijdering: • Art. 1.6: dubbeling in examenprogramma-omscrhijving verwijderd • Art. 1.9: verruiming datum bekendmaking uitslag examen naar 15 werkdagen i.p.v. 10 • Art. 1.12 lid 2: herkansing van een examen Nederlands of rekenen op hoger niveau is mogelijk op het vereiste niveau; herkansing van een cijfer hoger dan of gelijk aan een 6 op het centraal examen is ook mogelijk • Art. 8.1: samenstelling examencommissie: docenten, medewerkers en overigen • Art. 8.3: taakomschrijving examencommissie gespecificeerd met borging van de kwaliteit van examens en examinering - conform Toezichtskader Inspectie. • Begrippenlijst: certificeerbare eenheid. Het begrip deelkwalificatie is geschrapt. najaar 2012 • Inpassing Examen- en Kwalificatiebesluit 2012 (EKB) i.v.m. regels centrale examinering Nederlands en rekenen • Art. 5.2 adressering klacht Rivor.net • In hoofdstuk 6 samenvoeging van artikelen over uitslagregels, - bepaling en diplomering (losgeweekt van hoofdstuk 1 en 4) • Hoofdstuk 7: aanscherping vrijstellingsaanvraag • Bijlage 2: aanpassing aan dyslexieprotocol en verwijzing naar COE-regels • Bijlage 4: wijziging samenstelling examencommissies September 2011: • Art. 1.6 lid 3: toevoeging voorbeelden van onregelmatigheden • Art. 5.1 en 5.3: toevoeging Afwijkend traject klacht en beroep bij Inburgering • Art. 5.4, 5.6 en 5.7: termijnen indienen beroep overeenkomstig Reglement CBE 2011 • Bijlage 1: nieuwe samenstelling Commissie van Beroep voor Examens • Bijlage 3: wijziging begrip Bevoegd gezag • Bijlage 4: wijziging samenstelling examencommissie domeinen Economie en Dienstverlening; PP2, Gastouders en VAVO. Maart 2011: • Bijlage 4: samenstelling examencommissies Januari 2011: • update WEB-verwijzingen; • Art. 1.8: termijn uitslag bekendmaken interne examens 10 dagen; • toevoeging art. 4.7: beschrijving diplomering;. Toevoeging terminologie competentiegericht onderwijs en bijlage 2 aan originele versie uit 2007.

9 januari 2014 OR 16 september 2013 Projectgroep Examinering

11 december 2012 CvB 4 december 2012 OR 02 oktober 2012 Projectgroep Examinering

15 maart 2011 door CvB

6 juli 2010 in MT

Examenreglement ROC Rivor 2013

2 van 30

Algemene bepalingen Inhoud

Dit examenreglement bestaat uit 8 hoofdstukken en 4 bijlagen. Deze bijlagen vormen een integraal onderdeel van het reglement. Per artikel wordt verwezen naar de relevante artikelen uit de Wet Educatie en Beroepsonderwijs (WEB) en/of het Examen- en kwalificatiebesluit beroepsopleidingen WEB 2012 (EKB).

Begrippen

De in dit reglement gebruikte begrippen worden omschreven in bijlage 3. Bij interpretatie en toepassing van dit reglement zijn de gegeven begripsomschrijvingen bindend.

Bereik

Dit reglement is, in samenhang met het bepaalde in de examenprogrammering (zie OER 1 /SW), van toepassing op (alle onderdelen van) het examen van de opleiding. Dit reglement is van toepassing op het beroepsgerichte onderwijs.

Ontheffing

1

In bijzondere gevallen kan op een verzoek vooraf van de opleiding op grond van overmacht door de examencommissie (tijdelijk) ontheffing van een bepaling uit dit reglement worden verleend.

Onderwijs en Examenregeling / Studiewijzer


3 van 30

1

Regeling van examens

Art. 1.1 Gelegenheid 7.4.2 WEB

Het bevoegd gezag van het ROC geeft de student de gelegenheid een examen(onderdeel) af te leggen.

Art. 1.2 Begrippenlijst

Bij dit reglement hoort een begrippenlijst (zie bijlage 3). De begrippenlijst is een onderdeel van het reglement.

Art. 1.3 Het examen van een beroepsopleiding incl. centrale examinering Nederlandse taal en rekenen en voor niveau 4 Engels 3, 4, 5, EKB

Het examen van een beroepsopleiding bestaat uit specifieke examenonderdelen en uit generieke examenonderdelen.

Art. 1.4 Toegang en toelating 8.1.1 WEB

lid 1 Degene die bij het ROC als student is ingeschreven, heeft toegang tot de onderwijs- en examenvoorzieningen van de opleiding waarvoor hij staat ingeschreven. Aan de inschrijving zijn de volgende voorwaarden gesteld: • de student dient in het bezit te zijn van een geldige onderwijsovereenkomst; • de student dient aan de voorwaarden voor toegang tot het examen(onderdeel), gesteld in de OER/SW, te hebben voldaan; • de student dient zich op de juiste wijze in te schrijven voor elk examen(onderdeel).

Examendeelnemer 8.1.1 WEB

lid 2 Degene die uitsluitend tot de examenvoorziening wenst te worden toegelaten, kan zich als examendeelnemer in laten schrijven. Aan die inschrijving zijn de volgende voorwaarden verbonden: • voldoen aan de voorwaarden voor deelname aan de examinering door het ROC gesteld zoals vermeld in de OER/SW van de opleiding; • betaling van het door het ROC vastgestelde examengeld.

Art. 1.5 Vrijstelling 7.4.3 lid 3 WEB

lid 1 De examencommissie kan op verzoek van de betrokkene op basis van vooropleiding of ervaring, vrijstelling verlenen voor het afleggen van één of meer examenonderdelen. De examencommissie baseert zich bij het verlenen van vrijstellingen op de richtlijnen van het bevoegd gezag, zoals die in de OER/SW zijn neergelegd, op de WEB en op het Examen- en kwalificatiebesluit beroepsopleidingen WEB. Studenten die in het bezit zijn van een certificaat, verkregen op grond van een met succes voltooide certificeerbare eenheid aan een andere instelling kunnen worden vrijgesteld van het daarmee overeenkomende examenonderdeel (zie hoofdstuk 7 van dit reglement).

De specifieke examenonderdelen betreffen de kerntaken en werkprocessen van de kwalificatie en de moderne vreemde talen (m.u.v. Engels op mbo-niveau 4). De generieke examenonderdelen betreffen de onderdelen: • Nederlandse taal (centraal en instellingsexamen); • rekenen (centraal examen); • loopbaan en burgerschap; en • voor mbo-4 opleidingen: Engels

lid 2 De examencommissie kan op verzoek van de student studie- of ervaringsresultaten erkennen die aan een andere instelling zijn behaald.


4 van 30

Art. 1.6 Examenprogrammering 7.4.8 WEB 7.4.9 WEB

Alle gegevens met betrekking tot de inhoud en organisatie van de examens worden in de examenprogrammering bekend gemaakt. De examenprogrammering is te vinden in de onderwijs- en examenregeling of Studiewijzer (OER/SW). Het examenprogramma bevat: a. de procedure voor de aanmelding voor deelname aan de examens – indien van toepassing; b. de wijze van beoordelen; c. de criteria waaraan voldaan moet zijn om een diploma of certificaat af te geven; d. de herexamenregeling. Daarnaast bevat de Studiewijzer (OER/SW) een examenplan: het overzicht van de kwalificerende examens met een korte beschrijving van de vorm, inhoud en locatie van de examens

Examenprogrammering centraal examen Nederlandse taal en rekenen 18 EKB

lid 1 Centrale examinering van Nederlandse taal (gedeeltelijk) en rekenen (geheel) vindt voor de eerste maal plaats: a. in mbo-4 opleidingen waarmee een aanvang is gemaakt op of na 1 augustus 2010 (vanaf cohort 2010) vindt centrale examinering plaats van Nederlandse taal in het studiejaar 2014-2015, en centrale examinering van Nederlandse taal en Rekenen in het studiejaar 2015 - 2016; b. in mbo-2 en mbo-3 waarmee een aanvang is gemaakt op of na 1 augustus 2012 (vanaf cohort 2012) vindt centrale examinering plaats van Nederlandse taal in het studiejaar 2015-2016 en centrale examinering van Nederlandse taal en rekenen in het studiejaar 2016-2017. Voor Engels wordt vanaf 2017-2018 centrale examinering ingevoerd

7a EKB

lid 2 De afname van de centrale examens vindt plaats nadat de helft van de studieduur is verstreken; bij opleidingen korter dan 24 maanden vindt de afname plaats in de laatste 12 maanden van de opleiding.

Art. 1.7 Onregelmatigheden

lid 1 Bepaalde gedragingen en handelingen van een kandidaat voor of tijdens het examen kunnen door de beoordelaar/assessor of surveillant als onregelmatig worden aangemerkt. De beoordelaar/assessor en surveillant hebben het recht om een kandidaat die hun inziens een onregelmatigheid pleegt de toegang tot de examenlocatie te weigeren of hem daaruit te verwijderen. Een ieder die betrokken is bij het examen en vermoedt dat er sprake is van onregelmatigheden is verplicht dit te melden aan de examencommissie, door middel van het examenprotocol. lid 2 Als onregelmatigheid wordt in ieder geval aangemerkt: - Het plegen van plagiaat en/of gebruiken van vervalste documenten; - Het niet opvolgen van instructies van surveillanten of beoordelaars/assessoren; - Het gebruik van niet toegestane hulpmiddelen; - Het plegen van (fysiek en/of verbaal) geweld. Verder staat het ter beoordeling van de examencommissie om gedragingen, handelingen en dergelijke aan te merken als onregelmatigheid in de zin van dit artikel.


5 van 30

lid 3 De examencommissie treft maatregelen tegen kandidaten die ten aanzien van examinering onregelmatigheden plegen. Deze maatregelen kunnen onder meer zijn: • een ongeldigheidsverklaring van de uitslag van het betreffende examenonderdeel: het gemaakte examen is ongeldig en wordt gewaardeerd met het cijfer 1. In geval van fraude bestaat er geen recht op herkansing. Mocht deze uitslag bij de diplomeringsvergadering echter de enige onvoldoende zijn waardoor je niet in aanmerking zou komen voor een diploma, dan wordt voor dit examen alsnog een herexamen aangeboden. Dit examen kan niet nogmaals herkanst worden. • een waarschuwing; • uitsluiting van verdere deelname aan examinering • .Het College van Bestuur kan besluiten tot verwijdering van school (opzeggen onderwijsovereenkomst). Voordat de maatregel wordt opgelegd, wordt de kandidaat gehoord door de examencommissie. De kandidaat kan zich laten bijstaan door een meerderjarige; de minderjarige kandidaat laat zich vergezellen van een wettelijke vertegenwoordiger. lid 4 Alle partijen die betrokken zijn bij een onderwijsovereenkomst die op de opleiding van toepassing is, worden van de maatregel schriftelijk in kennis gesteld. lid 5 Indien de onregelmatigheid te wijten is aan het gedrag van personeel van het ROC of van hulpkrachten die door het ROC zijn aangetrokken, hetzij door gedraging hetzij door het verstrekken van verkeerde informatie, worden maatregelen als bedoeld in lid 3 alleen toegepast voor zover de kandidaat zelf (mede)-verantwoordelijk is voor die onregelmatigheid.

Art. 1.8 Toezicht 7.4.4 WEB

De Inspectie van Onderwijs houdt namens de minister toezicht op de examens. Dit gebeurt op basis van bij ministeriële regeling vastgestelde landelijke standaarden voor de kwaliteit van de examens.

Art. 1.9 Bekendmaking uitslag 7.4.8 lid 2 WEB

De uitslag van elk examenonderdeel wordt bij interne examens door de examinator uiterlijk binnen 10 werkdagen na afname van het examenonderdeel bekend gemaakt. De uitslag van het examen (einduitslag) wordt door de examencommissie uiterlijk binnen 15 werkdagen na afsluiting van het examen bekendgemaakt, tenzij sprake is van door externen afgenomen en/of beoordeelde examenonderdelen en behoudens bijzondere situaties. Dan is bekend of de student zijn diploma behaald heeft.

Art. 1.10 Bezwaar en beroep 7.5.1 WEB

Kandidaten kunnen tegen de uitslag van examenonderdelen en tegen maatregelen als bedoeld in artikel 1.7. lid 3 bezwaar en beroep aantekenen volgens de regels van hoofdstuk 6 in deze regeling.

Art. 1.11 Generiek examen afleggen op hoger niveau dan vereist 3a lid 1 EKB

De examencommissie kan de student toestaan een examenonderdeel Nederlandse taal of rekenen op een hoger niveau af te leggen dan vereist voor de kwalificatie. Dit examenonderdeel komt in plaats van het examenonderdeel op het vereiste niveau voor de kwalificatie. Het verzoek dient voor aanvang van het eerste examenmoment te zijn gehonoreerd. Indien de student in het onderdeel Nederlandse taal of rekenen op een hoger niveau examen doet, wordt het cijfer dat is behaald voor dit onderdeel gebruikt bij het bepalen van de eindwaardering van het generieke examenonderdeel.


6 van 30

Art. 1.12 Meer examengelegenheden 7.4.8 WEB

lid 1 Een kandidaat heeft het recht om beroepsgerichte examenonderdelen maximaal 2 keer af te leggen, binnen een redelijke termijn. Het opnieuw afleggen van een examenonderdeel is slechts toegestaan als de kandidaat een cijfer lager dan 5,5 of een onvoldoende heeft behaald. Indien een kandidaat één of twee keer een onvoldoende haalt, telt het hoogste cijfer.

Meer examengelegenheden centrale examinering Nederlandse taal en rekenen 8 EKB

lid 2 Indien de student voor een centraal examen een waardering lager dan het cijfer 6 heeft behaald, heeft hij recht op tenminste één herkansing voor dit centraal examen, binnen de geldende studieduur, mits niet eerder van een herkansing gebruik is gemaakt. Indien de student voor een centraal examen een waardering van het cijfer 6 of hoger heeft behaald, heeft hij recht op één herkansing binnen de geldende studieduur, mits niet eerder van een herkansing gebruik is gemaakt. Herkansing in een centraal examen vindt plaats in een volgend tijdvak. Nadat gebruik is gemaakt van een herkansing wordt het hoogst behaalde cijfer voor het centraal examen gebruikt voor de bepaling van de eindwaardering. Bij de afname van een examenonderdeel van het centraal examen op een hoger niveau kan een herkansing voor dit examenonderdeel tevens aangevraagd worden op het lagere, vereiste niveau. lid 3 De examencommissie kan, na een ontvangen schriftelijk verzoek van de student, beslissen op welke wijze extra examenonderdelen worden afgenomen. lid 4 Kandidaten die niet aan een geplande examengelegenheid deelnemen en kandidaten die na inschrijving niet deelnemen, verbruiken één gelegenheid. lid 5 Door of namens de examencommissie wordt een kandidaat die niet alle examenonderdelen heeft behaald geadviseerd over de voortgang van de opleiding.

Art. 1.13 Beroepspraktijkvorming 7.2.8 WEB

lid 1 Van elke beroepsopleiding maakt onderricht in de praktijk van het beroep deel uit. Het bedrijf waar het onderricht in de praktijk plaatsvindt, is een erkend leerbedrijf dat mag opleiden volgens de normen van het kwalificatiedossier van de opleiding die de student volgt. lid 2 De beroepspraktijkvorming (BPV) wordt verzorgd op grondslag van een praktijkovereenkomst gesloten door het ROC, de student en het bedrijf of de organisatie die de BPV verzorgt. lid 3 Het bedrijf of de organisatie die de BPV verzorgt, draagt zorg voor de begeleiding van de student binnen het bedrijf. De examencommissie beoordeelt of de BPV wel of niet voldoet aan de vooraf gestelde vereisten. De examencommissie betrekt bij de beoordeling het oordeel van het bedrijf of de organisatie, met inachtneming van de desbetreffende in de OER/SW opgenomen regels. lid 4 Door of namens de examencommissie wordt beoordeeld of de betreffende examenonderdelen zijn behaald. De examencommissie betrekt het oordeel van het opleidend bedrijf of opleidende organisatie bij de beoordeling.


7 van 30

2

Organisatie examens

Art. 2.1 Examencommissie 7.4.5 WEB

Het bevoegd gezag stelt ten behoeve van de organisatie en het afnemen van de examens, op voordracht van de opleidingsdirecteur, de examencommissies in. De taken van de examencommissie zijn opgenomen in hoofdstuk 8.

Art. 2.2 Bekendmaking

Aan de kandidaten wordt jaarlijks bij aanvang van de opleiding de OER/SW bekend gemaakt. Alle gegevens met betrekking tot de planning, inhoud, organisatie en vorm van de examenonderdelen staan in de examenprogrammering vermeld.

Art. 2.3 Hulpmiddelen

Bij de voorbereiding op de examens wordt informatie over de toegestane en te gebruiken hulpmiddelen verstrekt, aan de kandidaten. Dit staat vermeld in de OER/SW en/of in het exameninstrumentarium.

Art. 2.4 Examinator 7.4.5 WEB

De examencommissie wijst de beoordelaars/assessoren aan.

Art. 2.5 Ziekte/overmacht (geoorloofd verzuim)

Kandidaten die door ziekte of overmacht niet in staat zijn aan een examenonderdeel deel te nemen, melden zich af en verbruiken één van de maximaal twee geplande examengelegenheden. In bijzondere situaties kan de kandidaat een schriftelijk verzoek indienen bij de examencommissie om in aanmerking te komen voor een uitzonderingsregel.

Art. 2.6 Laatkomers, niet verschijnen (ongeoorloofd verzuim)

Bij theorie-examens: het theorie-examen vangt aan op het moment dat de surveillant de deur sluit. Na aanvang van het examen worden kandidaten niet meer toegelaten tot de examenlocatie en geldt deze examenmogelijkheid als benut (zie art. 3.1). Kandidaten die bij aanvang van het examenonderdeel (nog) niet aanwezig zijn, worden door de surveillant als afwezig op het examenprotocol vermeld. Kandidaten die niet verschijnen bij een geplande examengelegenheid of een gelegenheid waarvoor ze zich hebben ingeschreven, verbruiken één gelegenheid. Het niet verschijnen van een kandidaat is zichtbaar op het examenprotocol.

Art. 2.7 Afwikkeling van de examinering 7.4.5 WEB

De gang van zaken tijdens de examinering is omschreven in hoofdstuk 3 van dit reglement.

Art. 2.8 Inzagerecht, bewaartermijn en recht op bespreking 7.4.8 WEB

Gedurende 10 schooldagen, na het bekend worden van het examenresultaat, hebben kandidaten recht op inzage en recht op bespreking van het materiaal en motivering van de beoordeling. Examenwerk van kandidaten wordt, indien de aard en omvang van het examenwerk dat toelaat, samen met de examenonderdelen en beoordelingscriteria door de examencommissie bewaard of na verstrekking van de einduitslag aan de kandidaat meegegeven. De resultaten en uitslagen van het examenwerk worden bewaard tot één jaar na diplomering. Na afloop van de bewaartermijn wordt het examenwerk meegegeven aan de afgestudeerde - met uitzondering van theorie-examens - of vernietigd.


8 van 30

Art. 2.9 Geheimhouding AWB

Iedereen die betrokken is bij de uitvoering van de examinering, krijgt de beschikking over gegevens met een vertrouwelijk karakter. Voor alle betrokkenen geldt een geheimhoudingsplicht. Deze verplichting tot geheimhouding geldt, behoudens voor zover enig wettelijk voorschrift hen tot bekendmaking verplicht of uit de taak bij de examinering noodzaak tot bekendmaking voortvloeit.

Art. 2.10 Afwijkende examinering

Ten aanzien van kandidaten met een handicap (zie bijlage 2) kan de examencommissie toestaan dat een examenonderdeel in afwijkende vorm wordt afgenomen. De afwijkende vorm moet voldoen aan de examentechnische eisen zoals validiteit en betrouwbaarheid. Het niveau en de doelstelling van de afwijkende examenvorm mogen niet anders zijn dan de beoogde doelstellingen en het niveau van het oorspronkelijke examenonderdeel. Kandidaten die in aanmerking willen komen voor afwijkende examinering dienen hiertoe bij aanvang van de opleiding bij de examencommissie een gemotiveerd en schriftelijk verzoek in dat vergezeld gaat van een verklaring van een deskundige over de aard en mate van de handicap.


9 van 30

3

Richtlijnen voor de gang van zaken tijdens examenafname

Art. 3.1 Theorie-examens 7.4.8 WEB

Bij afwikkeling van de theorie-examinering 2 worden de volgende regels in acht genomen: Voor aanvang van de examinering - Kandidaten moeten zichzelf kunnen legitimeren met een geldig legitimatiebewijs of hun ROC Rivor-pas; - Er is minimaal één surveillant aanwezig; - De surveillanten zijn verantwoordelijk voor een adequate inrichting van de examenlocatie en dienen dit voor aanvang van het examen te controleren; - De surveillanten hebben de beschikking over een examenprotocol (ook kandidatenlijst) en over de benodigde examenmaterialen - Surveillanten noteren de aanwezigheid van de kandidaten op het examenprotocol (ook kandidatenlijst), of dragen er zorg voor dat dit genoteerd wordt. Tijdens de examinering - Het examen vangt aan op het moment dat de surveillant dit aankondigt c.q. de deur van de examenlocatie sluit. Na aanvang van het examen worden kandidaten niet meer toegelaten tot de examenlocatie en geldt deze examenmogelijkheid als benut; - Gedurende de laatste 10 minuten van het examen mogen de kandidaten de examenlocatie niet meer verlaten; - Surveillanten handhaven de rust en orde en nemen zonodig passende maatregelen; - Surveillanten vermelden onregelmatigheden op het examenprotocol en melden dit bij een medewerker van het examenbureau. Het examenbureau stelt de secretaris van de examencommissie van onregelmatigheden in kennis. Aan het eind - Kandidaten leveren examenmateriaal en gemaakte opgaven in bij een surveillant; - Bij het inleveren tekent de kandidaat het examenprotocol en noteert de surveillant het tijdstip van vertrek; - de surveillant controleert en noteert de ontvangst van het materiaal op het 3 examenprotocol . Na afloop - De surveillanten dragen na afloop al het materiaal over aan een medewerker van het examenbureau.

Art. 3.2 Praktijkexamens

Bij de afwikkeling van de praktijkexaminering worden de volgende regels in acht genomen: Voor aanvang van de examinering - De gang van zaken vóór, tijdens en na afloop van de praktijkexaminering wordt tijdig aan de kandidaat kenbaar gemaakt. Tijdens de examinering - De examinator handelt bij het te laat komen van een kandidaat tijdens een examen in overleg met het bedrijf naar bevind van zaken: - De examinator noteert bijzonderheden betreffende de praktijkexaminering in het examenprotocol; - Kandidaten moeten zichzelf kunnen legitimeren met een geldig legitimatiebewijs.

2 3

Dit betreft zowel schriftelijke als mondelinge examenonderdelen. Of op de kandidatenlijst.


10 van 30

Aan het eind - Kandidaten leveren examenmateriaal en gemaakte opgaven in bij de examinator. De examinator staat er voor in, dat het examenwerk door de kandidaat is vervaardigd. - De examinator controleert en noteert de ontvangst van het materiaal op het examenprotocol. Na afloop - De examinator in de praktijk draagt al het materiaal over aan de examinator van het ROC. De examinator van het ROC draagt het vervolgens over aan een medewerker van het examenbureau. Art. 3.3 Niet volgens de regels afgenomen centraal examen 11 EKB

Lid 1 Indien het centraal examen naar het oordeel van de inspectie niet volgens de geldende regels is afgenomen, kan zij besluiten dat het geheel of gedeeltelijk voor een of meer studenten opnieuw wordt afgenomen. Lid 2 De inspectie verzoekt het College van Examens zonodig nieuwe opgaven vast te stellen en te bepalen op welke wijze en door wie het examen zal worden afgenomen.

Art. 3.4 Onvoorziene omstandigheden centraal examen 12 EKB

Indien door onvoorziene omstandigheden het centraal examen voor één of meer onderdelen van één of meer beroepsopleidingen niet op de voorgeschreven wijze kan worden afgenomen, beslist de Minister van OCW hoe in dat geval moet worden gehandeld.


11 van 30

4

Richtlijnen voor beoordeling van het examen

Art. 4.1 Objectiviteit

Elke kandidaat wordt objectief beoordeeld doordat bij elk examen duidelijke beoordelingscriteria en beoordelingsrichtlijnen zijn vastgesteld.

Art. 4.2 Gelijkheid

Elke kandidaat wordt aan de hand van dezelfde normen op gelijke wijze beoordeeld.

Art. 4.3 Beoordelingscriteria

Elke kandidaat wordt beoordeeld aan de hand van normen die vastgelegd zijn in een beoordelingsvoorschrift. Indien van een vooraf vastgestelde beoordelingsvoorschrift wordt afgeweken, wordt dat beargumenteerd aangegeven op het examenprotocol en wordt dit aan de examencommissie voorgelegd.

Art. 4.4 Transparantie

Kandidaten worden op de hoogte gesteld van de normering die bij de beoordeling gehanteerd wordt en van de consequenties van een onvoldoende beoordeling.

Art. 4.5 Motivering

Beoordelaars (examinatoren) moeten hun beoordeling kunnen motiveren. De beoordeling moet consistent zijn en in overeenstemming met de beoordelingscriteria.


12 van 30

5

Bezwaar, klacht en beroep

Art. 5.1 Klacht en Bezwaar

Indien een kandidaat het niet eens is met de beslissing van een beoordelaar/assessor over de beoordeling van een examen, dan wel klachten heeft over de examenomstandigheden, of de (weg tot) toelating tot het examen, of een opgelegde sanctie naar aanleiding van onregelmatigheden kan hij tegen een schriftelijke beslissing een bezwaar en in overige gevallen een klacht indienen bij de Examencommissie van het ROC van zijn domein.

Art. 5.2 Klaag- of bezwaarschrift

lid 1 Het klaag- of bezwaarschrift moet het volgende bevatten: - naam en adres van de indiener - naam van het examen(onderdeel) - datum waarop het examen(onderdeel) is afgenomen - datum van de indiening - omschrijving van de maatregel of beslissing waartegen de klacht wordt ingediend (kopie meesturen) - de gronden van de klacht of het bezwaar (motivering).

Termijn voor indienen

lid 2 Een klacht- of bezwaarschrift voor de sectoren Economie & Dienstverlening, Zorg & Welzijn, Techniek en Entree moet binnen 10 werkdagen na dagtekening brief of – bij ontbreken van een brief – binnen 10 werkdagen na bekend worden van het feit waartegen de klacht of het bezwaar is gericht, gezonden worden aan de Secretaris Examencommissie, t.a.v. dhr. B. van Woudenbergh, Postbus 365, 4000 AJ Tiel Een klacht- of bezwaarschrift voor de studenten van Rivor.net moet binnen 10 werkdagen na dagtekening brief of – bij ontbreken van een brief – binnen 10 werkdagen na bekend worden van het feit waartegen de klacht of het bezwaar is gericht, gezonden worden aan: ROC Rivor T.a.v. Examencommissie Rivor.net Postbus 365 4000 AJ Tiel

Samenstelling subcommissie

lid 3 De examencommissie laat een onderzoek naar bijzonderheden op het examenprotocol en bezwaren instellen door tenminste 3 personen uit de examencommissie, waaronder de voorzitter, de secretaris en 1 lid dat niet betrokken is bij het bezwaar.

Termijn uitspraak klacht of bezwaar

lid 4 De subcommissie doet binnen 10 werkdagen na ontvangst van het bezwaar uitspraak of verlengt deze termijn – met redenen omkleed – tot maximaal 20 werkdagen na ontvangst van de klacht.

Bekendmaking uitspraak

lid 5 De subcommissie stelt de kandidaat op de hoogte van de uitspraak en legt deze ter bekrachtiging voor aan de examencommissie.

Art. 5.3 Beroep 7.5.1 WEB

Kan de kandidaat zich niet vinden in de uitspraak van de examencommissie, dan kan hij zich richten tot de Commissie van Beroep voor de Examens (beroep aantekenen).


13 van 30

Art. 5.4 Verzending

De kandidaat stuurt het beroepschrift aan : de Commissie van Beroep voor de Examens ROC Rivor, t.a.v. de Bestuurssecretaris, Postbus 365, 4000 AJ Tiel De dagstempel toont de datum waarop het beroep is ingediend en is doorslaggevend bij de vaststelling van de termijn van artikel 5.6 van dit hoofdstuk.

Art. 5.5 Beroepschrift

Het beroepschrift moet het volgende bevatten: - naam en adres van de indiener; - naam en datum van het examen(onderdeel) - datum waarop het examen(onderdeel) is afgenomen - datum van indiening; - de uitspraak van de examencommissie (kopie meesturen); - de gronden van het beroep (motivering).

Art. 5.6 Termijn voor indienen 7.5.2 lid 2 WEB

De termijn voor het indienen van een beroepschrift bedraagt twee werkweken (vastgestelde schoolvakanties niet meegeteld). De termijn start op de dag na de dag waarop de maatregel of beslissing van de examencommissie schriftelijk bekend is gemaakt aan de kandidaat. Overschrijding van de termijn leidt tot het niet in behandeling nemen van het beroepschrift.

Art. 5.7 Termijnen uitspraak beroep 7.5.2 lid 3 WEB

De Commissie beslist binnen vier weken gerekend vanaf de dag na die waarop de termijn voor het indienen van het beroepsschrift is verstreken, tenzij de commissie deze termijn heeft verlengd met ten hoogste twee weken. De commissie maakt dit schriftelijk kenbaar aan de kandidaat.

Art. 5.8 Samenstelling commissie van beroep 7.5.1 WEB

Samenstelling Commissie van Beroep voor de Examens (in te stellen door bevoegd gezag): - even aantal gewone leden en eventueel plaatsvervangende leden; - voorzitter en plaatsvervangend voorzitter De samenstelling van de commissie van beroep voor de examens en de plaatsvervangers is opgenomen in bijlage 1.


14 van 30

6

Uitslagbepaling en diplomering

Art. 6.1 Uitslagregels

lid 1 Per examenonderdeel wordt door de examencommissie vastgesteld of een kandidaat daarvoor geslaagd is of niet. De eindwaardering voor een examenonderdeel wordt weergegeven in één van de volgende begrippen: - onvoldoende, voldoende, ruim voldoende of goed - behaald of niet behaald - of in één van de volgende cijfers: 10 = uitmuntend 5 = bijna voldoende 9 = zeer goed 4 = onvoldoende 8 = goed 3 = gering 7 = ruim voldoende 2 = slecht 6 = voldoende 1 = zeer slecht - voor (Leren,) Loopbaan en Burgerschap in voldaan of niet voldaan - weergave van het behaalde resultaat m.b.v. de CEFschaal (niveau A1-C2) voor Nederlandse taal t/m cohort 2009 en voor moderne vreemde talen - weergave van het behaalde resultaat voor Nederlands en rekenen: o in cohort 2010, 2011 en 2012 voor Nederlands en Rekenen (1F-3F) zolang geen sprake is van centrale examinering; o in cohort 2012 en verder voor Nederlands en Rekenen een cijfer, zodra er sprake is van centrale examinering - weergave van het behaalde resultaat voor Engels (mbo-4) in cijfers vanaf cohort 2012 lid 2 Bij afronding van het cijfer: worden breuken van een half of meer naar boven afgerond en breuken van minder dan een half naar beneden: - naar beneden afronden als het eerste cijfer achter de komma een 4 of lager is; - naar boven afronden als het eerste getal achter de komma een 5 of hoger is. Het resultaat voor het centraal ontwikkelde examen en het instellingsexamen worden uitgedrukt in een cijfer 1,0 t/m 10,0. Het eindcijfer Nederlands, gebaseerd op het referentieniveau is het rekenkundig gemiddelde, afgerond op een heel getal, van het centraal ontwikkeld examen en het instellingsexamen. Het resultaat voor het centraal ontwikkeld examen Rekenen wordt uitgedrukt in een cijfer 1,0 t/m 10,0. Het eindcijfer voor Rekenen gebaseerd op het referentieniveau is het cijfer voor het centraal ontwikkeld examen, afgerond op een heel getal.

14 EKB

Bij gedeeltelijke centrale examinering van een examenonderdeel (Nederlands) worden de waarderingen voor zowel het instellingsexamen als het centraal examen uitgedrukt in een cijfer 1,0 t/m 10,0 met een decimaal. lid 3 De weging van de vijf taalvaardigheden onderling voor de centrale examinering van Engels op mbo-4, uitmondend in een cijfer, is instellingsbeleid.


15 van 30

Artikel 6.2 Uitslag van het examen voor opleidingen zonder centrale examinering

Pilotexamens Nederlands en rekenen 19 EKB

Art. 6.3 Uitslag van het examen voor opleidingen waarbij Nederlandse taal en rekenen (en Engels voor niveau 4) centraal geëxamineerd wordt 14a, 15, 17 EKB

lid 1 Een kandidaat is voor een beroepsopleiding geslaagd indien alle generieke en specifieke examenonderdelen zijn behaald, waarmee aangetoond is dat: • alle kerntaken zijn behaald; • aan de inspanningen voor Leren, Loopbaan en Burgerschap (LL&B) zijn voldaan; vanaf cohort 2011 aan de inspanningen voor Loopbaan en Burgerschap (L&B) zijn voldaan; • aan de inspanningsverplichtingen (niveau 1, 2 en 3) of de eisen (niveau 4) voor Nederlands is voldaan zowel vanuit het kwalificatiedossier als vanuit LL&B / L&B, zolang nog geen sprake is van centrale examinering; • aan de eisen voor de moderne vreemde t(a)al(en) is voldaan vanuit het kwalificatiedossier; • de beroepspraktijkvorming met goed gevolg is afgesloten; • het gewogen gemiddelde van de behaalde resultaten 5,5 of meer is of als ‘voldoende’ beoordeeld is; • voldaan is aan alle overige eisen die in de examenprogrammering aan de behaalde resultaten worden gesteld; • aan de generieke eisen (Nederlandse taal, Rekenen en Engels (Engels alleen mbo-4) is voldaan vanaf het moment dat centrale examinering een feit is. lid 2 Studenten kunnen voorafgaand aan de studiejaren waarin centrale examinering wordt ingevoerd deelnemen aan pilotexamens. De waardering van een pilotexamen of een instellingsexamen voor de onderdelen van Nederlands of rekenen in de studiejaren voordat centrale examinering is ingevoerd telt niet mee voor het bepalen van de einduitslag t.b.v. diplomering. Deelname aan een pilotexamen, niet zijnde een instellingsexamen, in het laatste studiejaar voorafgaande aan het studiejaar waarin centrale examinering voor de eerste maal plaatsvindt, levert voor de onderdelen Nederlandse taal of rekenen een vrijstelling van uitsluitend het centraal examen voor het betreffende onderdeel op indien het volgens de regels is afgenomen (art. 7a EKB) en voor dit pilotexamen ten minste het cijfer 6 is behaald. lid 1 mbo-4 1. Bij diplomering vóór de eerste centrale examinering van Nederlandse taal in schooljaar 2014-2015: het behaalde referentieniveau Nederlandse taal in onderwijs en examinering wordt vastgesteld, maar resultaten hebben geen invloed op diplomering; 2. bij diplomering vóór de eerste centrale examinering van rekenen in 2015-2016: het behaalde referentieniveau rekenen in onderwijs en examinering wordt vastgesteld, maar resultaten hebben geen invloed op diplomering. 3. Bij diplomering in 2014-2015: verplichte centrale examinering Nederlandse taal: - gestart vóór 1 augustus 2012 (Engels nog geen verplicht generiek onderdeel): voor Nederlandse taal minimaal het cijfer 5 vereist; - gestart op of na 1 augustus 2012: (generiek Engels verplicht): voor Nederlands en Engels samen niet meer dan één onvoldoende, niet lager dan het cijfer 5; 4. Bij diplomering in 2015-2016: verplichte centrale examinering Nederlandse taal en rekenen: - gestart vòòr 1 augustus 2012 (Engels nog geen verplicht generiek onderdeel): voor Nederlandse taal en rekenen samen niet meer dan één onvoldoende, niet lager dan het cijfer 5; - gestart op of na 1 augustus 2012: (generiek Engels verplicht): voor Nederlands, Engels en rekenen samen niet meer dan één onvoldoende, niet lager dan het cijfer 5.


16 van 30

lid 2 mbo-2 en 3 Voor mbo-studenten die op of na 1 augustus 2012 aan de opleiding begonnen zijn geldt: 1. bij diplomering vóór de eerste centrale examinering van Nederlandse taal in schooljaar 2015-2016: het behaalde referentieniveau Nederlandse taal in onderwijs en examinering wordt vastgesteld, maar resultaten hebben geen invloed op diplomering 2. bij diplomering vóór de eerste centrale examinering van rekenen in 2016-2017: het behaalde referentieniveau rekenen in onderwijs en examinering wordt vastgesteld, maar resultaten hebben geen invloed op diplomering. 3. Bij diplomering in 2015-2016: verplichte centrale examinering Nederlandse taal, minimaal het cijfer 5 vereist: 4. Bij diplomering in 2016-2017: verplichte centrale examinering Nederlandse taal en rekenen: voor Nederlandse taal en rekenen samen niet meer dan één onvoldoende, niet lager dan het cijfer 5; Overzicht uitslagregels COE Nederlands en rekenen per examenjaar: 2013-2014 2014-2015 2015-2016 2016-2017 Pilots COE COE mbo-4 COE Nederlands Nederlands Nederlands Nederlands en Rekenen en Rekenen en Rekenen KD 2012: Tenminste Tenminste Tenminste 5 5-6 voor N/E* 5-6-6 voor Tenminste voor Engels N/R/E* 5-6-6 voor N/R/E* Pilot Rekenen mbo-2 en mbo-3

Pilots Nederlands en Rekenen

Pilots Nederlands en Rekenen

COE Nederlands

COE Nederlands en Rekenen

Tenminste 5 Pilot Rekenen

Tenminste 5-6 voor N/R* In 2014 besluitvorming over centrale invoering examinering

Pilots Nederlands en Rekenen * eindcijfers in willekeurige volgorde, E= generieke exameneisen Engels mbo-4 Entreeopleiding

Art. 6.3 Diplomering

Indien de kandidaat voldoet aan de uitslagregels geeft de examencommissie, nadat de resultaten zijn geverifieerd en vastgesteld, opdracht een diploma te vervaardigen. Het diploma wordt ondertekend door de voorzitter van de examencommissie en bij uitreiking door de gediplomeerde, die tevens een kopie van het diploma ondertekent ten behoeve van de administratie.

Art. 6.4 Verlaten van de opleiding zonder diploma

lid 1 De student krijgt bij het verlaten van de opleiding een overzicht van de afgelegde examenonderdelen uitgereikt. Betreft het examenonderdeel een certificeerbare eenheid dan ontvangt de kandidaat een certificaat. lid 2 De bewijsstukken bevatten de naam van het betreffende Kenniscentrum voor Beroepsonderwijs en Bedrijfsleven.


17 van 30

7

Vrijstellingsregeling

Art. 7.1 Vrijstelling van examenonderdelen

lid 1 De Examencommissie kan, op schriftelijk verzoek van de kandidaat zelf, de kandidaat vrijstellen van het afleggen van een of meer examenonderdelen op basis van eerder verworven competenties. In geval de vrijstelling wordt aangevraagd zal de Examencommissie na onderzoek een besluit nemen over de vrijstelling. lid 2 Indien deze vrijstelling niet op individuen in een opleiding betrekking heeft maar op elke student in een bepaalde opleidingsvariant, hoeven de betrokken kandidaten geen verzoek in te dienen. De vrijstelling en onderbouwing van collectieve vrijstellingen worden dan formeel neergelegd in het examenplan van de opleiding. De examencommissie beschrijft veel voorkomende vrijstellingen op basis van certificaten of diploma’s die vervolgens door het bevoegd gezag gefiatteerd worden. De vrijstellingen zijn - indien van toepassing- als bijlage toegevoegd aan de onderwijs- en examenregeling / studiewijzer van de opleiding.

Vrijstellingen examenonderdelen Nederlands en rekenen 7.4.3 lid 3 WEB 3b, 18 EKB

lid 3 Studenten die in het bezit zijn van een diploma van een beroepsopleiding, dat op het moment van aanvragen niet ouder is dan vijf jaren, kunnen vrijstelling aanvragen voor gelijkwaardige beroepsspecifieke examenonderdelen. Studenten die in het bezit zijn van een certificaat van een beroepsopleiding, dat op het moment van aanvragen niet ouder is dan vijf jaren, verkregen op grond van een met succes voltooide certificeerbare eenheid aan een andere instelling, zijn vrijgesteld van het daarmee overeenkomende examenonderdeel. lid 4 De student is vrijgesteld van het generieke examenonderdeel Nederlandse taal of rekenen indien de examencommissie heeft vastgesteld dat de student binnen twee studiejaren, gemeten vanaf het studiejaar waarin het examenonderdeel is afgelegd,: 1. dit examenonderdeel voor een beroepsopleiding op eenzelfde of hoger referentieniveau al heeft afgelegd en daarvoor tenminste het cijfer 6 heeft behaald; 2. het eind- of staatsexamen Nederlandse taal en literatuur voor havo of vwo, of de rekentoets voor havo of vwo heeft afgelegd (vanaf studiejaar 2013-2014) en daarvoor tenminste het eindcijfer 6 heeft behaald. Dit geldt zowel voor het instellingsexamen als het centraal examen. lid 5 In geval de vrijstelling wordt aangevraagd op basis van een ervaringscertificaat van een erkende EVC-instelling, zal de Examencommissie na onderzoek een besluit nemen over de vrijstelling. Vrijstelling op basis van EVC vindt uitsluitend aan de poort plaats, voor de start van de opleiding. lid 6 Indien vrijstelling wordt verleend ontvangt de kandidaat hiervan schriftelijk bericht en wordt de vrijstelling opgenomen in het dossier van de kandidaat. Bij vrijstelling voor het generieke examenonderdeel Nederlandse taal of rekenen wordt het behaalde resultaat meegenomen in de eindwaardering.


18 van 30

Art. 7.2 Aanvraag

Indien de student denkt recht te hebben op een vrijstelling, dan vraagt de student dit schriftelijk aan bij de examencommissie, in overleg met de SLB-er 4 . Bij inschrijving in de opleiding wordt bij de student geïnventariseerd of sprake is van mogelijke vrijstellingen op basis van eerder verworven competenties en wordt bewijsmateriaal aangeleverd. Indien geen inventarisatie heeft plaatsgevonden aan het begin van de opleiding kan uiterlijk zes weken voor aanvang van de examinering van het examenonderdeel een vrijstellingsverzoek worden ingediend. In beide gevallen wordt gebruikgemaakt van een formulier aanvraag vrijstelling.

Aanvraag vrijstelling op basis van certificaat of diploma

In geval van verzoek om vrijstelling op basis van bezit van certificaat of diploma wordt de aanvraag bij de examencommissie ingediend samen met gewaarmerkte kopieën van diploma’s en cijferlijsten waarop de eventuele vrijstelling is gebaseerd. Die kopieën worden door de examencommissie op echtheid gecontroleerd. Vrijstellingen worden alleen in behandeling genomen indien een waardering van tenminste voldoende of tenminste het cijfer 5,5 is behaald.

Art. 7.3 Uitslag

De examencommissie beslist binnen vier werkweken na ontvangst van de aanvraag over de vrijstelling. De aanvrager wordt schriftelijk op de hoogte gesteld van de uitslag.

Art. 7.4 Weergave eindwaardering o.b.v. vrijstellingen met een cijfer of met ‘vrijstelling’

lid 1 De examencommissie geeft de eindwaardering ‘vrijstelling’ in geval van - een vrijstelling op basis van certificaat of diploma mbo; - een EVC bij het desbetreffende examenonderdeel.

Art. 7.5 Bezwaar en beroep 7.5.1 WEB 7.5.2 WEB

Indien de kandidaat bezwaar of beroep wil aantekenen tegen de gevolgde procedure en de besluitvorming, dan is de procedure zoals beschreven in hoofdstuk 5 van dit reglement van kracht.

4

lid 2 De examencommissie geeft de eindwaardering in de vorm van het behaalde cijfer van het eerder afgelegde (pilot)examenonderdeel, of het eindcijfer van de eerder afgelegde rekentoets of eind- of staatsexamen in het vak Nederlandse taal en literatuur van havo of vwo.

En/of mentor


19 van 30

8

Examencommissie

Art. 8.1 Samenstelling 7.4.5 lid 2 WEB

De examencommissie van een domein bestaat uit de opleidingsdirecteur als voorzitter, de secretaris en twee of meer leden. De examencommissie bestaat uit leden 5 (docenten en/of medewerkers) die bij de opleidingen betrokken zijn en overigen.

Art. 8.2 Adres

Brieven en berichten aan de examencommissie worden geadresseerd aan ROC Rivor, Secretaris van de Examencommissie, dhr. B. van Woudenbergh, Postbus 365, 4000 AJ Tiel

Art. 8.3 Taken 7.4.5 WEB 7.4.6 WEB 7.4.8 WEB 7.4.9 WEB

De examencommissie is verantwoordelijk voor de aansturing en kwaliteitsbewaking van de examencyclus: het ontwerpen, ontwikkelen, uitvoeren en evalueren van examinering. Tevens houdt de examencommissie toezicht op de uitvoering van de regels voor geheimhouding en zorgvuldigheid. Taken: • Aanwijzen en instrueren van constructeurs, inkopers, vaststellers, beoordelaars, surveillanten en logistieke en administratieve ondersteuners • Vaststellen examenplannen per kwalificatie • Omzetten van adviezen (bv. inkoop, vaststelling, beoordelingen) in besluiten en het accorderen van examenmodel, examenplan en kwalificerende examens beroepsonderwijs, danwel het verspreiden van het examenprogramma vavo ; • Toezien op tijdig en adequaat informeren van de kandidaten; • Organiseren van logistiek, administratie en archivering m.b.t. tot het gehele examenproces; • Vaststellen en bekendmaken van examenuitslagen; • Verlenen van vrijstellingen op basis van richtlijnen conform examenreglement beroepsonderwijs, OER/SW en/of examenplan beroepsonderwijs of wet- en regelgeving vavo • Toekennen van extra herkansingen zoals vastgelegd in het examenmodel of het examenreglement vavo • Oordelen over en maatregelen nemen bij onregelmatigheden, overmachtsituaties, bijzondere procedures, klachten en bezwaren (conform Examenreglement beroepsonderwijs en het Examenreglement vavo); • Toezien op betrokkenheid van het beroepenveld bij de examinering (bijv. adviserend, evaluerend, participerend); • Vaststellen of een examendeelnemer voldoet aan de voorwaarden voor het verkrijgen van een diploma • Zorgdragen voor het valideren en ondertekenen van diploma’s en certificaten; • Uitreiken van certificaten en diploma’s; • Afsluiten van een contract met een examenleverancier; • Borging en kwaliteit van examens en examinering door het signaleren van risico’s die de kwaliteit van examinering bedreigen en voorstellen doen aan het bevoegd gezag om deze risico’s te beperken. • Organiseren van de evaluatie van de examinering op micro- (resultaten van de kwalificerende examens), op meso- (de uitvoering van het examenproces door betrokkenen), en macroniveau (het examenbeleid en regelingen): o nagaan uitvoering evaluatie conform examenmodel, examenprogramma en Examenreglement vavo o bespreken resultaten evaluatie en vaststellen van verbeterpunten o toezien op de uitvoering van de verbeterpunten • Vastleggen evaluatie- en verbeterpunten in een examenjaarverslag of zelfevaluatie • Doen van aanbevelingen voor deskundigheidsbevordering m.b.t. vervullen rollen in examinering

5

De samenstelling van de examencommissies staat in Bijlage 4.


20 van 30

Art. 8.4 Taken examencommissie bij centrale examinering 9 EKB

6

De examencommissie zorgt er in ieder geval voor dat: a. de opgaven van het centraal examen geheim blijven tot de aanvang van het examen waarbij de opgaven aan de studenten worden voorgelegd; b. het nodige toezicht bij het centraal examen wordt uitgeoefend, en c. het door het College van Examens vastgestelde examenprotocol 6 m.b.t. afname van het examen in acht wordt genomen.

Zie Handboek COE op www.examenbladmbo.nl


21 van 30

Bijlagen


22 van 30

Bijlage 1 Samenstelling 7 Commissie van Beroep voor de Examens Voorzitter:

De heer R.R. Munniks

Secretaris/ Lid:

De heer J.H.W. Bezemer

Lid:

Mevrouw mr. C.J. Sander

Ambtelijk secretaris:

Mevrouw drs. D. Leeuwerke-Kusters

Vervangend secretaris:

Mevrouw drs. K.M.M. Hendrich MBA

7

ROC Rivor maakt gebruik van de leden van de Commissie van Beroep voor de Examens van ROC A12. De ambtelijk secretaris is benoemd door ROC Rivor.


23 van 30

Bijlage 2 Afwijkende examinering van beroepsgerichte examens en schoolexamens 8 ten aanzien van studenten met een handicap en specifieke doelgroepen 9 (art. 2.10) Studenten met een handicap Onderstaande richtlijnen gelden voor aangepaste toetsen c.q. examens voor studenten met een handicap. Per student wordt de situatie geïnventariseerd tijdens de intake Daar waar handicap staat, kan ook gelezen worden: chronische ziekte, leerbelemmering/stoornis, of examenvrees. Procedures • Als een student met handicap een aanpassing in de wijze van toetsing en examinering wil vragen op grond van artikel 2.10 van het examenreglement, moet hij dat schriftelijk aanvragen bij de voorzitter van de examencommissie. De voorzitter overlegt in geval van twijfel met medewerkers van het Loopbaancentrum (LC). • De student overlegt een verklaring van arts of ter zake kundig pedagoog, psycholoog of orthopedagoog waaruit blijkt dat een aanpassing gewenst is, en waaruit de aanpassing dient te bestaan. • Als een student niet wil of kan aantonen dat klachten waarneembaar en controleerbaar zijn, kan hij geen aanspraak maken op aanpassing in de wijze van examinering. • Als de student een deskundigenverklaring met advies overlegt, neemt de commissie dit advies over en deelt dit schriftelijk mee aan de student. • De examencommissie staat de aanpassing van de examinering toe, tenzij daardoor geen sprake meer kan zijn van een gelijkwaardige examinering. In de onderhavige situatie wijst de examencommissie het verzoek schriftelijk en gemotiveerd af. • Een afschrift van het besluit van de examencommissie wordt verzonden naar het LC. • De student kan bezwaar maken tegen de afwijzing van het verzoek tot aanpassing. Hij kan dit doen door een voor beide partijen bindende beslissing aan te vragen bij de Commissie van Beroep voor de Examens van ROC Rivor. De aanpassing is geldig totdat: a. de onderwijsovereenkomst beëindigd wordt; of b. in voorkomende gevallen de indicatie ophoudt te bestaan; of c. de geldigheidsduur blijkens de verklaring en naar het oordeel van de examencommissie is verstreken. De aanpassing blijft ook geldig als de student overstapt naar een andere opleiding binnen ROC Rivor. (Pilots) Centrale examinering Nederlandse Taal en rekenen De aanpassingen voor studenten met beperkingen in de afname van centrale examens Nederlandse Taal en rekenen worden beschreven in het Handboek COE. Specifieke doelgroepen De examencommissie kan een student, die korter dan zes jaar in Nederland woont en voor wie de Nederlandse taal niet de moedertaal is, toestaan het examen niet conform de examenregeling af te leggen. Indien de Nederlandse taal van belangrijke betekenis is voor het betreffende examen kan de tijdsduur van het betreffende examenonderdeel met maximaal 25% worden verlengd. Ook kan de commissie het gebruik van een verklarend woordenboek Nederlands toestaan.

8

Voor de regels met betrekking tot de centraal ontwikkelde examens verwijzen we naar het Handboek COE. Bronnen: Bijlage 3 Centraal examenreglement Middelbaar beroepsonderwijs ROC Vitalis 2011 Examenreglement Friesland College 2012 Dyslexieprotocol Rivor 2012-2013 Memo ROC Rijn IJssel dd .27.04.2012: Aangepaste examinering Handboek COE Special needs special: centrale examinering en deelnemers met een beperking in het mbo pilotjaar 2013-2014 + Errata, zie 9

Hhttp://www.steunpuntdyslexie.nl/dyslexie-op-school/mbo/toetsen-en-examens/


24 van 30

Onderstaande aanpassingen zijn bij de diverse handicaps mogelijk. Aan deze lijst kunnen geen rechten worden ontleend. Visueel gehandicapt Blind

Examenopgaven op usb stick aanleveren i.v.m. omzetting m.b.v. brailleleesregel op p.c. Houd rekening met omgevingsgeluiden Mondeling examineren i.p.v. schriftelijk (alleen in uiterste gevallen) Examenduurverlenging Examens op geluidsdragers aanleveren

Slechtziend

Examenopgaven aanleveren in grootletterdruk Examen op p.c. maken,aanpassing in lettertype en contract (kleurinstelling) evt. met gebruikmaking van vergrotingssoftware Mondeling i.p.v. schriftelijk (alleen in uiterste gevallen) Leesloep gebruiken Wijziging verlichting i.v.m. lichtinval Examenduurverlenging

Kleurenblind Auditief gehandicapt Doof

Nummercodering voor kleuren

Doventolk, audiotolk Ondertiteling bij luisterexamens Schriftelijk examineren i.p.v. mondeling Examenduurverlenging

Slechthorend

Gebruik maken van solo apparatuur Doventolk Examenduurverlenging

Motorisch gehandicapt Algemeen

Arm/hand

Op basis van de inschatting van de beperking in belastbaarheid door een deskundige: • technische aanpassing aan meubels, hardware en/of hulpmiddelen • vermindering van het aantal uren BPV per week (aantal uren per dag of aantal dagen per week). Dit leidt tot een verlenging van de BPV. Examen op computer maken Examenduurverlenging

Bewegingsapparaat

Aanpassing locatie (rolstoelers)

Rugklachten

Aangepast meubilair

Rolstoeler

Aanpassing examenopstelling bij praktijkexamens Examenduurverlenging

Chronisch ziek Luchtwegen Nieren

Luchtconditie examenruimte moet goed zijn Aanpassing examenmomenten i.v.m. dialyse

Diabetes

Eten en drinken tijdens examen toegestaan

Algemeen

Examenduurverlenging bij div. ziektes


25 van 30

Overig Autisme Epilepsie Aangeboren hersenletsel/ ADHD

Persoonlijke exameninstructie Examenduurverlenging – m.u.v. digitale examens - tot 20 procent met een maximum van 30 minuten Prikkelarme omgeving

Niet aangeboren hersenletsel

Prikkelarme omgeving Student vooraan laten zitten Examenduurverlenging – m.u.v. digitale examens - tot 20 procent met een maximum van 30 minuten Zie ook leerstoornissen Prikkelarme omgeving Zie ook leerstoornissen

Psychische problemen

Maatwerkoplossingen

Moeilijk lerend

Maatwerkoplossingen

Spraak- en taalproblemen

Examenduurverlenging bij mondelinge toetsen

Leerstoornissen Dyslexie

Examenduurverlenging – m.u.v. digitale examens - tot 20 procent met een maximum van 30 minuten Examenopgaven in overzichtelijke lay-out, minimale puntgrootte 12 en regelafstand 1,5 (eventueel op A3 formaat) Examenopgaven met gebruik van audio hulpmiddelen Gebruik tekstverwerker met spellingscontrole toestaan, echter GEEN digitaal woordenboek Spelfouten bij vaklessen niet meerekenen Spelfouten worden bij schrijfopdrachten voor Nederlands of Moderne vreemde taal minder zwaar aangerekend volgens de afspraak: regulier 1 fout, dyslexie 0,5 fout. Dezelfde fout die vaker wordt gemaakt wordt slechts 1x gerekend. Gebruik ondersteunende software: L2S (usb), indien hiermee vooraf is geoefend. In overleg met de SLBer mag ook gewerkt worden met andere programma’s die tijdens de studie zijn ingezet door de student. Recht op nabespreking. Hiermee wordt bedoeld bespreking direct na het examen met de vakdocent om te controleren of de vraagstelling goed geïnterpreteerd is. Eventueel herzien van antwoorden is mogelijk.

Dyscalculie

Verlenging duur van digitale examens, zo mogelijk met gebruikmaking van ingebouwde tijdverlenging, vergroting van letterweergave en/of voorleesfunctie Examenduurverlenging Examenopgaven in overzichtelijke lay-out, minimale puntgrootte 12 en regelafstand 1,5 (eventueel op A3 formaat) Gebruik in het digitale programma ingebouwde rekenmachine (uitgezonderd Hoofdrekenen

Examenvrees Examenvrees

Examenduurverlenging Examen in aparte ruimte Examen in delen afnemen Aanpassing examenmoment


26 van 30

Bijlage 3 Begrippenlijst Assessor/ beoordelaar/

Degene die belast is met afnemen en beoordelen van het examen of onderdelen daarvan.

Beroep

Schriftelijk protest tegen een beslissing van de examencommissie naar aanleiding van een klacht of bezwaar. Dat protest is gericht tot de Commissie van Beroep voor Examens.

Beroepsprakijkvorming (BPV)

Het onderricht in de praktijk van het beroep, bedoeld in art. 7.2.8 eerste lid van de WEB.

Bevoegd gezag

Het bestuur van ROC Rivor. De taken en bevoegdheden rondom examinering zijn gedelegeerd naar de examencommissie per domein.

Bezwaar

Schriftelijk protest tegen een beslissing in verband met examinering die schriftelijk aan de kandidaat is kenbaar gemaakt. Dat protest is gericht tot de examencommissie.

Certificaat

Een krachtens de wet erkend document waarmee is aangetoond en vastgesteld dat de bezitter een omschreven kwalificatieonderdeel heeft behaald. Ofwel: bewijsstuk van het behalen van een certificeerbare eenheid.

Certificeerbare eenheid

Deel van de werkzaamheden in een bepaald beroep dat binnen een kwalificatiedossier apart wordt onderscheiden wanneer dat deel arbeidsmarktrelevantie heeft.

Commissie van beroep voor de Examens

De commissie behandelt het beroep dat door een kandidaat is ingesteld. De Commissie van Beroep voor de Examens is een onafhankelijke commissie die werkt met een eigen reglement (separaat document).

Competentie

Competenties zijn ontwikkelbare vermogens van mensen om in voorkomende situaties op adequate, doelbewuste en gemotiveerde wijze proces- en resultaatgericht te handelen, dat wil zeggen passende procedures te kiezen en toe te passen om het juiste resultaat te bereiken. Competenties zijn samengesteld van karakter: verwijzen naar onderliggende combinatie van vaardigheids-, kennis-, en houdingsdomeinen en worden in een context ontwikkeld en toegepast.

Student

Iemand die deelneemt aan de onderwijsactiviteiten van een opleiding op grond van een onderwijsovereenkomst (al dan niet gecombineerd met een praktijkovereenkomst). De WEB gebruikt het begrip 'deelnemer', binnen Rivor wordt het begrip ‘student’ gehanteerd.

Diploma

Een krachtens de wet erkend document waarmee is aangetoond en vastgesteld dat de bezitter een omschreven kwalificatie behaald heeft. Ofwel: Een bewijsstuk voor het behalen van het totale examen van een opleiding. De examencommissie van de onderwijsinstelling reikt het diploma uit.


27 van 30

Examen

Een onderzoek naar de kennis, het inzicht, de vaardigheden en de beroepshoudingen die de kandidaten zich bij voltooiing van de opleiding moeten hebben eigen gemaakt, evenals de beoordeling van dat onderzoek aan de hand van kerntaken, werkprocessen en competenties. Alle voorgeschreven examenonderdelen samen vormen het examen. Het met goed gevolg afgelegde examen leidt tot een diploma. Het begrip examen omvat alle examenonderdelen die leiden tot een kwalificatie.

Examencommissie

De commissie die is belast met alle taken en bevoegdheden rond examinering, namens het bevoegd gezag. Die taken staan in het reglement, hoofdstuk 8 vermeld. Het bevoegd gezag benoemt de leden. Zie artikel 7.4.5 van de WEB.

Examenonderdeel

Onderdeel van het examen van een beroepsopleiding; generieke examenonderdelen: examenonderdelen die de examinering betreffen van de generieke kwalificatie-eisen; specifieke examenonderdelen: examenonderdelen die de examinering betreffen van de specifieke kwalificatie-eisen die als kerntaken zijn opgenomen in het kwalificatiedossier van de beroepsopleiding waarin examen wordt gedaan.

Examenprogrammering

Het gedeelte van de Onderwijs- en Examenregeling / Studiewijzer (OER/ SW) waarin zo concreet mogelijk de examinering per opleiding wordt omschreven in al zijn aspecten.

Examenreglement

Formele regels en afspraken die gelden bij examinering en diplomering (m.b.t. fraude, herkansing, bewaartermijnen, beroep e.d.).

Examenresultaat

Officieel vastgestelde uitkomst van een examen (onderdeel/eenheid) door de examencommissie.

Kandidaat

Student die verplicht is deel te nemen en/of feitelijk deelneemt aan een examen.

Kerntaak

Kwalificerende eenheid uit het kwalificatiedossier. Beschrijft een set van inhoudelijk samenhangende beroepsactiviteiten die door een belangrijk deel van de beroepsbeoefenaren wordt uitgeoefend. De kerntaken geven de kenmerkende werkzaamheden van de beroepsbeoefenaar weer, zo mogelijk geordend in de logische volgorde van het beroep.

Klacht

Schriftelijk protest tegen een beslissing of omstandigheid in verband met examinering die niet schriftelijk aan de kandidaat is kenbaar gemaakt. Dat protest is gericht tot de examencommissie.

Kwalificatie

Een kwalificatie is geheel van kennis, inzicht, vaardigheden en houdingen, dat voor de uitvoering van een beroep of in een groep van samenhangende beroepen (beroepskwalificering), verdere studie (doorstroomkwalificering) en/of het maatschappelijk functioneren (maatschappelijke/culturele kwalificering) vereist wordt. Kwalificaties zijn primair afgeleid van beroepsprofielen en van instroomprofielen van het vervolgonderwijs en van maatschappelijke en culturele situaties.


28 van 30

Kwalificatiedossier

Een dossier met daarin opgenomen de geformaliseerde en gestandaardiseerde beschrijving van de startpositie van de beginnend beroepsbeoefenaar op de arbeidsmarkt en in de maatschappij. Het bevat alle documenten die van belang zijn om het daaruit af te leiden onderwijs inclusief examen vast te stellen en te ontwikkelen. Bij het kwalificatiedossier hoort ook het brondocument Leren, Loopbaan en Burgerschap (t/m cohort 2010) en het brondocument Loopbaan en Burgerschap (v.a. cohort 2011).

Maatregel

Straf die door de examencommissie, de teammanager of het College van Bestuur kan worden opgelegd aan een examenkandidaat die rond examinering fraude pleegt of (mede)veroorzaker is van onregelmatigheden.

Niveau

Niveauaanduiding van de mbo-opleiding, zoals genoemd in art. 7.2.2 van de WEB. Niveau 1 staat voor de assistentenopleiding; niveau 2 voor de basisberoepsopleiding; niveau 3 voor de vakopleiding; niveau 4 voor de middenkaderopleiding en de specialistenopleiding.

Onderwijs- en examenregeling

Regeling per opleiding, waarin vermeld staat het onderwijs- en examenprogramma, de examenprogrammering, en het examenreglement. Voorgeschreven in de WEB, zie art. 7.4.8.

Onderwijsinstelling

De organisatie die op basis van de wet is erkend voor het verzorgen van onderwijs in de vorm van (beroeps)opleidingen en waarvoor het bevoegd gezag de studenten de gelegenheid geeft een examen af te leggen.

Opleiding

Het geheel van onderwijsactiviteiten dat tenminste tot doel heeft een kwalificatie te realiseren.

Pilotexamen

Centraal examen dat bij wijze van proef wordt afgenomen in een periode voorafgaand aan de invoering van centrale examinering voor het betreffende examenonderdeel (Nederlandse taal of Rekenen) overeenkomstig daarvoor bij of krachtens artikel 19 van het EKB gestelde eisen.

Surveillant

Degene die bij afname van examens toezicht houdt.

Toezicht

De minister houdt toezicht op het onderwijs. Dit toezicht op het onderwijs en examinering wordt uitgevoerd door de Inspectie van het Onderwijs.

Voorwaarde

In de examenprogrammering kan worden vastgelegd dat aan het afleggen van een bepaald examenonderdeel voorwaarden zijn verbonden: bijvoorbeeld: - dat het afleggen van een bepaald voorafgaand examenonderdeel met voldoende resultaat voorwaarde is voor het mogen afleggen van een (bepaald) volgend examenonderdeel; - dat er aan bepaalde inspanningsverplichtingen is voldaan; Ook kan er een voorwaardelijke maatregel worden opgelegd bij gevallen van fraude of onregelmatigheid bij examinering. De examencommissie legt dan schriftelijk vast dat betrokkene(n) automatisch een straf opgelegd krijgt (krijgen) als binnen een bepaalde tijd het niet te tolereren gedrag wordt herhaald.

Werkproces

Een werkproces is een afgebakend geheel van beroepsactiviteiten binnen een kerntaak. Het werkproces heeft een begin en een eind, heeft een resultaat en wordt als kenmerkend herkend in de beroepspraktijk.


29 van 30

Bijlage 4 Samenstelling Examencommissies Academie Ambacht & Technologie Voorzitter: Secretaris: Leden:

Dhr. F. van Woesik Dhr. mr. B. van Woudenbergh / Mevr. M. Blok Dhr. R. Driessen Dhr. H. de Lang Dhr. J. van Raalte Dhr. K. Saarloos Mevr. S. Stellaard Academie Ondernemerschap & Dienstverlening

Voorzitter: Secretaris: Leden:

T/m 31-12-2013 Dhr. H. Hendrickx Dhr. mr. B. van Woudenbergh Dhr. N. Lemmen Mevr. drs. T. Verregghen Mevr. D. de Looze Dhr. T. Vriese Mevr. I. Mondriaan Dhr. B. Lenssinck

Per 01-01-2014 Mw. M. Alberts Mevr. M. Blok Dhr. N. Lemmen Dhr. B. Lenssinck Mevr. D. de Looze Dhr. H. Hendrickx Mw. M. Ter Bork

Academie Zorg en Welzijn Voorzitter: Secretaris: Leden:

Mevr. M. Kervel Dhr. mr. B. van Woudenbergh Dhr. E. Gerrits (waarnemend voorzitter) Mevr. R. Klein-Lenderink Dhr. B. de Leeuw

Startacademie (Entree-opleiding) 10 Voorzitter : Secretaris: Leden:

Dhr.drs. E. Berendsen Dhr. mr. B. van Woudenbergh / Mevr. M. Blok Mevr. drs. M. Engels Dhr. F. Arnoldus

Domein VAVO Voorzitter: Secretaris: Leden:

Dhr. F. van Woesik Dhr. J. Spierings Dhr. drs. M. Dieteren Dhr. D. van Londen

Domein Rivor.net Voorzitter: Secretaris: Leden:

10

Mevr. A. Kruithof Mevr. M. Blok (tevens lid) Mevr. M. Pelgrum Mevr. J. Tiegelaar Mevr. M. Posthumus

De voorzitters van de Academie en van het Domein zijn tekenbevoegd bij diplomering.


30 van 30

Examenreglement beroepsonderwijs ROC Rivor Inhoud

Recommend Documents