EVENWICHT IN PARKEREN Parkeerbeleidsplan gemeente Leeuwarden
april 2005
E V E N W I C H T I N PA R K E R E N Gemeentelijk Parkeerbeleidsplan
2
INHOUD
2
SAMENVATTING
4
1
INLEIDING 1.1 Aanleiding 1.2 Doel 1.3 Leeswijzer
9 9 9 9
2.
HET PARKEERBELEID IN HOOFDLIJNEN 2.1 Kader 2.2 De pijlers van het parkeerbeleid 2.3 Reflectie 2.4 Uitwerking
10 10 10 12 13
3
DE KWALITEIT VAN HET PARKEREN 3.1 Inleiding 3.2 De binnenstad 3.3 Schil en kantorenhaak 3.4 Overige woonwijken en bedrijventerreinen 3.5 Gevolgen & conclusies
15 15 16 17 17 18
4
PARKEERBALANS 4.1 Evenwicht en concurrentiepositie 4.2 Parkeernormen 4.2.1 Algemeen 4.2.2 Parkeernormen Leeuwarden 4.2.3 Aanwezigheidspercentages 4.3 Parkeerbalans binnenstad 4.3.1 Toekomstige vraag naar parkeerplaatsen 4.3.2 Toekomstig aanbod van parkeerplaatsen 4.4 Gevolgen & conclusies
19 19 19 19 19 20 20 20 21 22
5
REGULEREN VAN PARKEREN 5.1 Vertaling naar instrumentarium 5.2 Uitgiftebeleid parkeerbewijzen 5.2.1 Nieuwe gebiedsindeling 5.2.2 Parkeerbewijs 5.3 Parkeren binnenstad 5.3.1 Bewoners 5.3.2 Bedrijven 5.3.3 Bezoek 5.4 Parkeren schil en kantorenhaak 5.4.1 Bewoners 5.4.2 Bedrijven
24 24 24 24 25 26 26 27 27 29 29 30
3
5.4.3 5.5 5.5.1 5.5.2 5.5.3 5.6 5.6.1 5.6.2 5.7
Bezoek Parkeren overige gebieden Bewoners Bedrijven Bezoek Parkeren specifieke doelgroepen Parkeren touringcarbussen Gehandicaptenparkeren Gevolgen & conclusies
30 30 30 30 30 30 30 31 31
6
ORGANISATIE EN FINANCIËN 6.1 Organisatie 6.1.1 Parkeren op maaiveld 6.1.2 Parkeren in gebouwde parkeervoorzieningen 6.2 Financiën 6.2.1 Parkeerexploitatie 6.2.2 Reserve parkeren 6.2.3 Benchmark parkeertarieven 6.3 Nieuwe situatie
33 33 33 34 34 35 35 36 37
7
FLANKEREND BELEID 7.1 Transferia 7.2 Openbaar vervoer 7.3 Fiets 7.4 Vervoersmanagement 7.5 Gevolgen & conclusies
39 39 39 40 40 40
8
OPERATIONALISERING 8.1 Van grof naar fijn 8.2 Hoofdlijnen 8.3 Parkeernormen 8.4 Parkeerbalans 8.5 Parkeerregulering 8.6 Communicatie 8.7 Uitvoering parkeerbeleid
41 41 41 41 41 42 42 43
BIJLAGE BIJLAGE BIJLAGE BIJLAGE BIJLAGE BIJLAGE
45 46 47 53 55 56
1 2 3 4 5 6
LITERATUURLIJST PARKEERNORMEN LEEUWARDEN HUIDIG AANBOD PARKEREN PARKEREN BINNENSTAD BEZETTINGGRAFIEKEN PROCEDURE AANVRAAG VERGUNNINGEN VOORSTEL NIEUWE TARIEVEN 2005
E V E N W I C H T I N PA R K E R E N Gemeentelijk Parkeerbeleidsplan
4
SAMENVATTING
Aanleiding en doel; relatie met het GVVP
In februari 2003 is het Gemeentelijk Verkeers- en Vervoerplan (GVVP) Leeuwarden vastgesteld. Het GVVP anticipeert op de ontwikkeling van Leeuwarden, zowel qua bedrijvigheid als qua woningbouw en houdt daarbij rekening met het nieuwe rijksbeleid inzake de automobiliteit. In totaliteit neemt de verkeersdruk op de stad toe. De daarmee samenhangende groei van de parkeerdruk vraagt om een actualisering van het vigerende parkeerbeleid. De pijlers van het parkeerbeleid
In het GVVP zijn de volgende vijf pijlers (uitgangspunten) geformuleerd die als basis dienen voor het parkeerbeleid. Dit parkeerbeleidsplan is een concrete uitwerking van die pijlers. 1. De kwaliteit van de parkeervoorzieningen moet in overeenstemming zijn met de kwaliteit van de openbare ruimte. 2. In principe dient elk gebied, elke woning of woningcomplex, elk complex of bedrijf in zijn eigen parkeerbehoefte te voorzien, zodat de openbare ruimte minder wordt belast. 3. Het parkeerbeleid is restrictief in die gebieden waar de ruimte schaars is, de aanwezigheid van de auto ongewenst is en alternatieven beschikbaar zijn. 4. De kosten van het parkeren dienen in essentie door de gebruiker van die parkeerplaats te worden betaald. 5. Flankerend beleid, waaronder de verdere ontwikkeling van transferia. Voor het voeren van een integraal parkeerbeleid, kunnen deze pijlers niet los van elkaar worden gezien. Deze 5 pijlers zijn dan ook in hun onderlinge samenhang nader uitgewerkt. Gebiedsgewijs parkeerbeleid
Het parkeerbeleid wordt gebiedsgewijs ingevuld. Voor het gebiedsgewijze parkeerbeleid is de stad ingedeeld in gebieden, om vervolgens per gebied een gedifferentieerd beleid te kunnen voeren. Dit gebiedsgedifferentieerde beleid wordt manifest in parkeernormen, parkeertarieven, parkeerduurbeperkingen en andere regulerende maatregelen. In Leeuwarden worden drie gebieden onderscheiden, zie kaart S.1. Ten eerste gaat het om de binnenstad met een kritische parkeerdruk en een grote mate van functievermenging. Het tweede gebied is de schil rondom de binnenstad en de kantorenhaak. In deze gebieden zijn parkeerregulerende maatregelen nodig om het overloopparkeren vanuit de binnenstad te voorkomen. Kantoren, woningen, bedrijven etc. dienen te voorzien in hun eigen parkeerbehoefte. Het derde te onderscheiden gebied is de rest van de bebouwde kom. Hieronder vallen ook de bedrijventerreinen en de omliggende dorpen.
5
Kaart S.1 Gebiedsindeling t.b.v. van parkeernormen (binnenstad, schil met kantoorhaak en overige)
Parkeren en de openbare ruimte
De relatie tussen het parkeren en de kwaliteit van de openbare ruimte is het meest manifest in de binnenstad. Juist in de binnenstad is ingezet op een hoog ambitieniveau waar het de inrichting van de openbare ruimte betreft. Voor de bezoekers aan de binnenstad betekent dit dat zij voor langparkeren zijn aangewezen op de parkeergarages. Op straat zijn nog wel parkeerplaatsen voor bezoekers beschikbaar, maar minder dan voorheen het geval was. Tevens wordt de parkeerduur meer beperkt en als reguleringsinstrument ingezet. In lijn met het verfraaien van de binnenstad, zal ook de uitvoering en inrichting van de parkeerplaatsen zelf in overeenstemming moeten worden gebracht met hun omgeving. Met behulp van referentiebeelden van parkeersituaties in Leeuwarden wordt aangegeven wat voor de binnenstad onder kwaliteit wordt verstaan. Voor het parkeren in de schil en kantorenhaak gelden minder ‘zware’ kwaliteitseisen dan voor de binnenstad en voor de bedrijventerreinen en de overige woongebieden zijn geen kwaliteitseisen geformuleerd. Parkeerbalans
De parkeerbalans is de verhouding tussen het aanbod van parkeerplaatsen en de vraag naar parkeerplaatsen. Er is alleen voor de binnenstad van Leeuwarden een parkeerbalans opgesteld, omdat juist daar in de afgelopen jaren een onbalans is ontstaan tussen vraag en aanbod. Vanwege de toenemende vraag naar parkeerplaatsen en tegelijkertijd het laten vervallen van parkeerplaatsen op maaiveld, zullen in 2010 in totaal 800 parkeer-
E V E N W I C H T I N PA R K E R E N Gemeentelijk Parkeerbeleidsplan
6
plaatsen extra ten behoeve van de binnenstad moeten worden gerealiseerd. Deze 800 plaatsen zullen worden gerealiseerd in de nieuwe parkeergarage Oldehoofsterkerkhof en een extra verdieping op de Klanderij-garage. Dubbelgebruik van het Jacob Catsplein/Fonteinland wordt gestimuleerd tijdens de bouw van de garage op het Oldehoofsterkerkhof en vervolgens geëvalueerd. Afhankelijk van de uitkomst van deze evaluatie wordt eventueel een zoekopdracht geformuleerd voor de zuidwestzijde van de binnenstad, waar gedacht wordt aan dubbelgebruik van bijvoorbeeld de Aegon-garage. In 2010 zal het gewenste aantal van 3.850 parkeerplaatsen ten behoeve van de binnenstad gerealiseerd zijn. Nadrukkelijk wordt opgemerkt dat het voeren van parkeerbeleid niet statisch, maar juist dynamisch is. Jaarlijks zal de parkeerbalans in Leeuwarden worden onderzocht en geëvalueerd, zodat waar nodig bijstellingen kunnen worden doorgevoerd. Instrumentarium
Er is een voorstel uitgewerkt met als doel het reguleren van het parkeren, zowel voor de gemeente als voor de gebruiker, duidelijker en flexibeler te maken. In plaats van de uitgifte van parkeerbewijzen op straatniveau wordt overgestapt op een gebiedsgerichte uitgifte. Hiervoor wordt de binnenstad in zeven gebieden opgedeeld, waardoor efficiënter gebruik gemaakt kan worden van de beschikbare parkeerplaatsen. De afgiftecriteria zullen worden aangescherpt. Voor bewoners en bedrijven kunnen maximaal twee parkeerbewijzen op maaiveld worden afgegeven. Bewoners of bedrijven met een grotere parkeerbehoefte kunnen, indien er ruimte is, tegen een hoger tarief parkeren in de garages. Parkeren met een abonnement/vergunning op maaiveld blijft goedkoper dan in een parkeergarage. Tarieven in garages zijn dusdanig hoog dan dit een prikkel moet zijn om in de eigen parkeergelegenheid te voorzien en/of een vervoersplan te ontwikkelen. Indien in de toekomst een wachtlijst ontstaat, zullen zowel bewoners als bedrijven voor hun tweede voertuig moeten uitwijken naar de parkeergarages. Als gevolg van de gebiedsgerichte uitgifte van de parkeerbewijzen zal er altijd ruimte zijn voor het parkeren van de eerste auto op maaiveld. Gehandicapten kunnen met de Europese gehandicaptenparkeerkaart tegen betaling gebruik maken van algemene gehandicaptenparkeerplaatsen in de binnenstad en de andere parkeermogelijkheden die de kaart volgens de Nederlandse regelgeving biedt. De maximale parkeerduur zal bij de gehandicaptenparkeerplaatsen op maximaal drie uur worden gesteld en het tarief is in de gehele binnenstad gelijk. De kosten en opbrengsten van het parkeren
Uit landelijk onderzoek blijkt dat de overheid driekwart van de maatschappelijke kosten van het parkeren betaalt. Hoewel de concurrentiepositie van Leeuwarden op gespannen voet staat met onnodig ‘duur’ betaald parkeren, zal de gebruiker toch een groter aandeel van de werkelijke kosten moeten gaan betalen voor het parkeren.
7
De driejaarlijkse indexering van de parkeertarieven met 10% wordt daarom gehandhaafd. Om het parkeren beter te kunnen ‘sturen’ wordt er in de avonduren (tot 22.00 uur) in de binnenstad betaald parkeren geïntroduceerd. De handhaving zal hiervoor moeten worden uitgebreid. Bij het vaststellen van de tarieven is niet alleen gekeken naar de parkeertarieven in vergelijkbare gemeenten, maar ook nadrukkelijk rekening gehouden met de concurrentiepositie van Leeuwarden ten opzichte van de omliggende steden en dorpen. De opbrengsten van het parkeren komen, na aftrek van de exploitatie van de parkeervoorzieningen en een bijdrage aan de algemene middelen, ten goede aan de ‘reserve parkeren’ Flankerend beleid
Het te voeren parkeerbeleid wordt ondersteund met een aantal aanvullende maatregelen. Het gaat om het verder ontwikkelen van de transferia, dat zijn succes met de FEC-Citybus inmiddels heeft bewezen. Ook de fiets blijft belangrijk door de schaal van Leeuwarden. En tenslotte zullen ook bedrijfsvervoerplannen hun bijdrage moeten leveren; daarin worden afspraken gemaakt over mobiliteit, bereikbaarheid en parkeren voor en door bedrijven. Uitvoering parkeerbeleid
Het parkeerbeleidsplan leidt tot een set aan maatregelen die onderstaand zijn samengevat.
2004 • • •
•
Stimuleren dubbelgebruik Jacob Catsplein / Fonteinland; Parkeernormen opnemen in verordeningen; Opnemen nieuwe parkeertarieven maaiveld / parkeergarages en tarieven van de parkeerbewijzen in de verordeningen. Dit als gevolg van de inflatiecorrectie van gemiddeld 10%; Parkeeronderzoek naar de parkeerbalans en de betalingsbereidheid.
2005 • • • • • • •
Aanpassen parkeerduur en parkeertarief voor gehandicapten; Aanpassen parkeertarieven op maaiveld en in de parkeergarages met gemiddeld 10% (inflatiecorrectie); Invoeren avondparkeren van maandag tot en met zaterdag tot 22.00 uur in zone a en b; Uitbreiding handhaving tot 22.00 uur (tevens aanstellen 2,3 fte handhavers); Openstelling parkeergarage Zaailand 7 dagen in de week 24 uur per dag; Openstelling parkeergarage Hoeksterend tot 24.00 uur van maandag tot en met zaterdag met uitrijmogelijkheid van 7 dagen in de week 24 uur per dag; Realisatie bouw extra parkeerlaag Klanderij;
E V E N W I C H T I N PA R K E R E N Gemeentelijk Parkeerbeleidsplan
8
•
• • •
Evalueren dubbelgebruik Jacob Catsplein / Fonteinland en afhankelijk van de uitkomst bepalen of een zoekopdracht voor het zuidwestelijke gebied wordt opgestart; Bedrijven stimuleren opstellen vervoersplannen; Vaststellen door Raad (nieuwe) afgiftecriteria parkeerbewijzen in combinatie met aantal en soort parkeerbewijzen en tarieven; Parkeeronderzoek naar de parkeerbalans en de betalingsbereidheid.
2006 • • • •
Invoeren nieuwe parkeerbewijzen vanaf januari 2006; Realisatie bouw parkeergarage Oldehoofsterkerkhof; Parkeren in garages 24 uur per dag voor abonnementen; Parkeeronderzoek naar de parkeerbalans en de betalingsbereidheid.
NA 2006 • • •
Beperken parkeerduur zone a en b; Onderzoek naar chipknip / gsm parkeren / creditcard betalen; Parkeeronderzoek naar de parkeerbalans (jaarlijks) en de betalingsbereidheid (tweejaarlijks).
9
1 INLEIDING
1.1
Aanleiding
In februari 2003 is het Gemeentelijk Verkeers- en Vervoerplan (GVVP) Leeuwarden vastgesteld. In het GVVP heeft de gemeente Leeuwarden haar beleid voor verkeer, vervoer en infrastructuur tot 2020 vastgelegd. Het doel van het gemeentelijk verkeers- en vervoerbeleid is een doelmatig, veilig en duurzaam verkeers- en vervoersysteem dat noodzakelijk is voor het functioneren van de stad Leeuwarden. Het parkeren is integraal onderdeel van het verkeers- en vervoersbeleid; in het GVVP is het parkeren in hoofdlijnen beschreven. De concretisering van het parkeerbeleid vindt plaats in dit parkeerbeleidsplan. 1.2
Doel
Parkeren is een belangrijk aandachtsveld in het stedelijk gebied. De behoefte aan parkeerruimte komt voort uit het bezoek per auto aan personen, bedrijven, instellingen, voorzieningen etcetera. Ook de bewoners van de stad hebben behoefte aan parkeerruimte om hun eigen auto thuis te kunnen parkeren. In de parkeerbehoefte wordt voorzien door een passend aanbod aan parkeerruimte. Het doel van het Parkeerbeleidsplan is het op elkaar afstemmen van de vraag naar en het aanbod van parkeerruimte, op een manier waarbij het parkeren in al zijn facetten in onderlinge samenhang wordt bezien: een integrale benadering. Door te komen tot dubbelgebruik van de parkeervoorzieningen (in tegenstelling tot het voorzien in parkeerruimte voor doelgroepen apart) kunnen ruimtegebruik en exploitatie van de parkeervoorzieningen worden verbeterd. 1.3
Leeswijzer
In hoofdstuk 2 wordt het parkeerbeleid in hoofdlijnen beschreven; aan de orde komen het kader, de pijlers waarop het parkeerbeleid is gebaseerd, reflectie met de essenties parkeerbeleid en hoe dat zijn uitwerking heeft gekregen in deze nota. Deze pijlers worden in de verschillende hoofdstukken verder uitgewerkt. Kenmerkend voor het integrale parkeerbeleid is dat ook de 5 pijlers integraal zijn uitgewerkt. In de hoofdstukken 3 tot en met 7 wordt respectievelijk ingegaan op de kwaliteit van het parkeren, de parkeerbalans, hoe het parkeren is geregeld, wat de financiële consequenties zijn en wat de rol van het flankerende beleid is. In hoofdstuk 8 wordt tenslotte aangegeven hoe het parkeerbeleidsplan wordt geoperationaliseerd. Een lijst met de geraadpleegde literatuur is opgenomen in bijlage 1. De overige bijlagen bevatten detailinformatie; de verwijzing hierna is opgenomen in de relevante hoofdstukken.
E V E N W I C H T I N PA R K E R E N Gemeentelijk Parkeerbeleidsplan
10
2 HET PARKEERBELEID IN HOOFDLIJNEN
2.1
Kader
Het vigerend gemeentelijke parkeerbeleid dateert uit 1994; een periode waarin het terugdringen van de automobiliteit centraal stond. Het parkeerbeleid was daarbij één van de meest prominente middelen. Inmiddels is het beleid op rijksniveau gewijzigd en in aansluiting daarop is ook voor het GVVP uitgegaan van “mobiliteit mag, maar onder voorwaarden”, wat ook consequenties heeft voor het parkeerbeleid. Voor de vitaliteit van de stad zijn de bereikbaarheid en beschikbaarheid van parkeerruimte belangrijke voorwaarden. Beschikbaarheid mag echter niet ten koste gaan van het verblijfsklimaat en de leefbaarheid in de stad. Na de vaststelling van het GVVP en vooruitlopend op het opstellen van het parkeerbeleidsplan zelf, is de notitie ‘Essentie parkeerbeleidsplan’ opgesteld. Deze notitie had tot doel een richtinggevende discussie te voeren in de Commissie Stadsontwikkeling en is in april 2003 vastgesteld door de Gemeenteraad. De notitie ‘Essentie parkeerbeleidsplan’ is daarmee kaderstellend voor de uitwerking van het parkeerbeleid voor Leeuwarden op een logische, handhaafbare én betaalbare manier. 2.2
De pijlers van het parkeerbeleid
Het parkeerbeleidsplan richt zich op het totale grondgebied van de gemeente en is een beleidsplan waarin aangegeven staat hoe de gemeente de komende jaren om zal gaan met het parkeren. Het parkeerbeleid is gestoeld op de volgende 5 pijlers: 1. De kwaliteit van de parkeervoorzieningen moet in overeenstemming zijn met de kwaliteit van de openbare ruimte. 2. In principe dient elk gebied, elke woning of woningcomplex, elk complex of bedrijf in zijn eigen parkeerbehoefte te voorzien, zodat de openbare ruimte minder wordt belast. 3. Het parkeerbeleid is restrictief in die gebieden waar de ruimte schaars is, de aanwezigheid van de auto ongewenst is en alternatieven beschikbaar zijn. 4. De kosten van het parkeren dienen in essentie door de gebruiker van die parkeerplaats te worden betaald. 5. Flankerend beleid, waaronder de verdere ontwikkeling van transferia. ad 1 In de intensief gebruikte delen van Leeuwarden, zoals de binnenstad, waar bovendien hoge eisen worden gesteld aan de kwaliteit van de openbare ruimte, worden eisen gesteld aan de kwaliteit van het parkeren. Kwaliteit betekent enerzijds minder geparkeerde auto's op straat (te bereiken via een aangepaste normering) en anderzijds een betere inpassing van de parkeervoorzieningen in de openbare ruimte.
11
ad 2 Dit wordt gerealiseerd door ieder complex of bedrijf te verplichten een adequate hoeveelheid parkeerruimte op dat complex te organiseren. Alternatieven zullen zodanig geprijsd moeten zijn, dat bedrijven zelf gaan investeren in de eigen parkeerbehoefte. Ook woningen moeten voorzien in de eigen parkeerbehoefte. Voor woningen in de binnenstad komen (per adres) minder parkeerbewijzen beschikbaar. Ook voor bewoners geldt dat kan worden uitgeweken naar parkeergarages. In nieuw te bouwen woningen/ wooncomplexen zal bij de bouw rekening moeten worden gehouden met het realiseren van parkeerplaatsen op eigen terrein. ad 3 Afhankelijk van de kwaliteit van de bereikbaarheid van gebieden per fiets en openbaar vervoer en de (on)wenselijkheid van het toelaten van een hoge auto/parkeerdruk in een bepaald gebied, wordt differentiatie van parkeerduur en -tarieven als regulerend instrument ingezet. In een gebied dat goed per openbaar vervoer bereikbaar is, zoals het stationsgebied, kunnen hogere parkeertarieven gelden, ad 4 Landelijk onderzoek heeft aangetoond dat de gebruiker ongeveer een kwart van de maatschappelijke kosten van het parkeren betaalt. Hoewel uit overwegingen van de concurrentiepositie van Leeuwarden het parkeren niet onnodig duur moet worden gemaakt, zal de gebruiker een groter aandeel van de werkelijke kosten moeten gaan betalen voor de geboden parkeervoorzieningen. De driejaarlijkse inflatiecorrectie van 10% wordt daarom in ieder geval gehandhaafd. ad 5 Goed parkeerbeleid gaat vergezeld van flankerend beleid. Zo kan als alternatief voor het realiseren van parkeerplaatsen voor de drukste momenten, het gebruik van parkeerplaatsen op afstand (transferia) en de inzet van shuttlebussen tussen deze parkeerplaatsen en de belangrijke bestemmingen worden genoemd. Een proef met een shuttlebus tussen het centrum en het FEC bleek een dermate groot succes, dat besloten is deze shuttlebus op te nemen in de reguliere stadsbusdienst. De ontwikkeling van transferia is een onderdeel van het flankerende beleid. Ook goede fietsvoorzieningen (routes, stallingen), goed openbaar vervoer en vervoersmanagement zijn onderdeel van het flankerend beleid. De doorwerking en samenhang van deze 5 pijlers in de verschillende thema’s die in de afzonderlijke hoofdstukken zijn uitgewerkt, is als volgt:
E V E N W I C H T I N PA R K E R E N Gemeentelijk Parkeerbeleidsplan
12
Thema’s
Openbare ruimte & parkeren
Parkeer balans
Pijler
(Hfdst 3)
(Hfdst 4)
1. Kwaliteit openbare ● ruimte & parkeren 2. Het voorzien in eigen parkeerbehoefte 3. Restrictief beleid 4. De gebruiker betaald 5. Flankerend beleid
2.3
Reguleren Organisatie Flankerend van & financiën beleid parkeren (Hfdst 5)
(Hfdst 6)
(Hfdst 7)
● ●
●
● ●
● ●
Reflectie
Ten aanzien van de pijlers van het parkeerbeleid, toegelicht in de vorige paragraaf, zijn er als gevolg van de gesprekken die zijn geweest met de betrokken partijen, na vaststelling van de essenties, (bewoners, bedrijven, stichting parkeergarages etc.) de volgende aanpassingen doorgevoerd: ß Bewoners en bedrijven kunnen ook in het nieuwe beleid op maaiveld blijven parkeren; ß De parkeerbewijzen (vergunningen en abonnementen) blijven op maaiveld goedkoper dan in de parkeergarages; ß Bedrijven worden gestimuleerd om vervoersplannen op te stellen maar worden daartoe niet gedwongen. De bewoners en bedrijven komen ook in het nieuwe beleid in aanmerking voor een parkeerbewijs op maaiveld, echter hier wordt wel een maximum van twee aan gesteld, voor zover de ruimte hiervoor aanwezig is. In ieder geval is 1 parkeerbewijs op maaiveld altijd mogelijk. In de huidige situatie zijn er veel bedrijven met meer dan twee parkeerbewijzen op maaiveld, waardoor er in de huidige situatie sprake is van een niet evenwichtige situatie tussen belanghebbenden parkeren en openbaar parkeren. In hoofdstuk 5 wordt hier uitgebreid op ingegaan. Daarnaast zou er ook een probleem gaan ontstaan wanneer alle voertuigen van bewoners en bedrijven in de parkeergarages moeten parkeren. Er gaat dan een conflict ontstaan met de primaire functie winkelen en cultuur waarvoor de parkeerplaatsen in de garages zijn bedoeld. De parkeerbewijzen op maaiveld blijven goedkoper dan de parkeerbewijzen in de parkeergarages. Uit de benchmark is gebleken dat de huidige tarieven voor de parkeerbewijzen op maaiveld in Leeuwarden al hoger zijn dan het gemiddelde in vergelijkbare steden. Als gevolg van het aanscherpen van de afgiftecriteria dient het derde (en volgende) voertuig te worden geparkeerd in de parkeergarage. De parkeerbewijzen in de parkeergarages zijn gemiddeld drie keer zo hoog als op maaiveld. Dit heeft tot gevolg dat de bewoners en bedrijven met meer dan twee
13
voertuigen veel meer gaan betalen voor hun derde (en volgende) voertuig dan nu het geval is en daardoor worden geprikkeld om parkeren op eigen terrein te gaan realiseren dan wel een vervoersplan (geldt alleen voor bedrijven) op te gaan stellen en zo bewuster met de mobiliteit omgaan. Bedrijven worden gestimuleerd om vervoersplannen op te stellen maar worden niet verplicht om dat te doen. Oorzaak hiervan is dat het juridisch gezien lastig is om dit te eisen. Bovendien hebben steeds meer bedrijven, vooral de grotere, al een vervoersplan. 2.4
Uitwerking
Het parkeerbeleid is per gebied ingevuld. De volgende gebieden worden onderscheiden (zie kaart 2.1): • binnenstad; • schil en kantorenhaak; • bedrijventerreinen en overige woongebieden. Kaart 2.1 Gebiedsindeling t.b.v. van parkeernormen (binnenstad, schil met kantoorhaak en overige)
De parkeerproblematiek is het grootste en ook het meest complex in zijn uitwerking in de binnenstad (kaart 2.2) van Leeuwarden. De ambitie die Leeuwarden heeft met betrekking tot de verfraaiing en verlevendiging van de binnenstad is hoog. Het project ‘Binnenstad Nieuwe Stad’ is voor het grootste deel uitgevoerd. Door
E V E N W I C H T I N PA R K E R E N Gemeentelijk Parkeerbeleidsplan
14
het aanscherpen van de afgiftecriteria en het introduceren van een gebiedsgebonden parkeerbewijs moet een gezond evenwicht tussen de kwaliteit van de openbare ruimte en het aantal geparkeerde auto’s op maaiveld ontstaan. Per gebied is de parkeerbehoefte bepaald ten behoeve van de verschillende functies (wonen, werken, bezoek, etc.) in dat gebied. Daarbij is dubbelgebruik van de parkeerfaciliteiten (niet langer parkeerplaatsen uitsluitend koppelen aan één vorm van gebruik cq motief) nadrukkelijk uitgangspunt geweest. Op deze wijze is het aantal benodigde parkeerplaatsen bepaald. Om het gebruik van die parkeerKaart 2.2 Binnenstad
plaatsen op de gewenste wijze te kunnen sturen is per gebied het instrumentarium nader uitgewerkt. De bijbehorende financiële en organisatorische aspecten zijn zodanig uitgewerkt, dat het beleid uitvoerbaar, handhaafbaar en rendabel is. Nadrukkelijk wordt opgemerkt dat het voeren van parkeerbeleid niet statisch, maar juist dynamisch is. Jaarlijks zal de parkeerbalans in Leeuwarden worden onderzocht en geëvalueerd, zodat waar nodig bijstellingen kunnen worden doorgevoerd.
15
3 DE KWALITEIT VAN HET PARKEREN
3.1
Inleiding
Leeuwarden is een stad die een grote diversiteit aan functies herbergt. Het gaat daarbij om wonen, winkelen, culturele voorzieningen, bestuursfuncties, zakelijke dienstverlening, onderwijsvoorzieningen, kantoren, bedrijven, etc. Deze grote diversiteit brengt ook een grote mate van levendigheid met zich mee, vooral in de binnenstad. Een levendige binnenstad is ook van groot belang voor de concurrentiepositie van Leeuwarden ten opzichte van de omliggende steden en dorpen. Maar om de binnenstad van Leeuwarden levendig te houden zijn maatregelen nodig. Maatregelen die onder andere tot doel hebben de binnenstad goed bereikbaar te houden voor de bezoekers, de bewoners en de werknemers. In het GVVP zijn maatregelen uitgewerkt die tot doel hebben de bereikbaarheid van de stad optimaal te reguleren. Zo is het parkeerbeleid een van de instrumenten waarmee het gebruik van de openbare ruimte kan worden beïnvloed. Voor Leeuwarden is een levendig stadshart waar het goed verblijven is van groot belang. Naast allerlei andere aspecten draagt de kwaliteit van de openbare ruimte in belangrijke mate bij aan die levendigheid. Hoewel de parkeervoorzieningen niet de meest fraaie elementen zijn in de openbare ruimte, zijn ze wel nodig om het centrum (kernwinkelgebied, bestuursfuncties) goed te kunnen laten functioneren. Derhalve is het nodig een goede afstemming te vinden tussen het zoveel mogelijk tegemoet komen aan de parkeervraag aan de ene kant en het aan de andere kant beperken van het ruimtebeslag van de parkeervoorzieningen op de openbare ruimte. Daarnaast dienen de parkeerplaatsen in de openbare ruimte zo fraai mogelijk te worden ingepast in die openbare ruimte; een kwestie van de juiste locaties, de juiste aantallen en de juiste vormgeving. Deze overwegingen leiden tot de eerste pijler van het parkeerbeleid: De kwaliteit van de parkeervoorzieningen moet in overeenstemming zijn met de kwaliteit van de openbare ruimte. Kwaliteit is in sterke mate gekoppeld aan gebieden. Voor de binnenstad van Leeuwarden gelden andere kwaliteitseisen voor de inrichting van de openbare ruimte dan voor de schil en kantorenhaak en de overige gebieden. Van buiten naar het centrum toe geredeneerd is er sprake van steeds hogere eisen; ook voor het parkeren worden op die manier kwaliteitseisen gesteld. Het hanteren van kwaliteitseisen voor het parkeren is dus geen doel op zich, maar een middel om de kwaliteit van de openbare ruimte te verhogen en de bereikbaarheid te waarborgen. Maar wat is kwaliteit als het gaat om parkeren in de openbare ruimte? Is kwaliteit in objectieve criteria te vatten? Als dat al het geval is, wat betekent dat dan
E V E N W I C H T I N PA R K E R E N Gemeentelijk Parkeerbeleidsplan
16
voor de operationalisering van het beleid in de vorm van voorschriften? Leeuwarden is niet voornemens om hier meetbare criteria voor te introduceren. Voor de drie onderscheiden deelgebieden wordt daarom gewerkt met referentiebeelden. Voor elk van de drie gebieden zijn referentiebeelden (foto’s van situaties in Leeuwarden) gemaakt voor wat Leeuwarden als kwaliteit aanmerkt. 3.2
De binnenstad
• • •
In 1998 is gestart met het project ‘Binnenstad Nieuwe Stad’. De eerste fase van het project ‘Binnenstad Nieuwe Stad’ had als doel het hart van Leeuwarden aantrekkelijker te maken voor het winkelende publiek, toeristen en dagrecreanten, ondernemers en bewoners. Aspecten als inrichting, routing, bevoorrading en parkeergelegenheid werden samen met beheer en onderhoud verwoord in een integrale visie op de invulling van de openbare ruimte. Deze visie is vertaald in de concrete uitvoering van de herinrichting van de binnenstad, zoals onder meer de Nieuwestad en de Voorstreek. Terwijl het project ‘Binnenstad, Nieuwe Stad’ nog liep, is een stadsvisie ontwikkeld, met als titel ‘Varen onder eigen vlag’. Deze titel benadrukt de eigen identiteit van Leeuwarden. In nauwe samenhang met die eigen identiteit verwoordt en verbeeldt de stadsvisie de ontwikkelingen die waarborgen dat Leeuwarden haar positie kan versterken in ruimtelijk, economisch en sociaal opzicht. Voor de binnenstad is het volgens de stadsvisie ‘Tijd voor Schoonheid’. Nu deze tijd is aangebroken, zal er in de binnenstad meer ruimte worden gegeven aan specifieke doelgroepen (in volgorde van belangrijkheid): Bezoekers aan winkels, bedrijven, cultuurfuncties en bestuursfuncties; Bewoners van de binnenstad; Werknemers en bestuurders van bedrijven en instellingen. De nadruk van ‘Binnenstad Nieuwe Stad’ en ‘Varen onder eigen vlag’ ligt op de binnenstad van Leeuwarden. Het gaat daarbij om de kwaliteit van de openbare ruimte, waarbij het ambitieniveau hoog ligt. In die openbare ruimte strijden veel functies om hun plaats. Die ruimte moet primair beschikbaar zijn voor winkelend publiek, toeristen en dagrecreanten, voor culturele doeleinden, etc. In die openbare ruimte vindt ook het parkeren op maaiveld plaats. Het parkeren op maaiveld is ondergeschikt aan die andere functies die in de openbare ruimte hun plek moeten krijgen. Bezoekers aan de binnenstad hebben er belang bij dat ze snel een beschikbare parkeerplaats vinden en dat ze vanaf die parkeerplaats op een plezierige en com-
17
fortabele wijze en via een directe looproute bij hun bestemming komen. Het parkeergedrag van mensen wordt door diverse factoren beïnvloed; de loopafstand telt van al die factoren voor ongeveer 50%. Naarmate de aantrekkelijkheid van de looproute toeneemt, wordt door de bezoekers een steeds langere looproute geaccepteerd. Recent is de looproute tussen parkeergarage Hoeksterend en het winkelhart van de binnenstad verbeterd door een kwalitatief hoogwaardige herinrichting van de Voorstreek. Dit is een goed voorbeeld van een aantrekkelijke looproute. Dus als het om parkeren en openbare ruimte gaat, dan hoort daar ook de looproute naar de op wat grotere afstand gelegen parkeervoorzieningen bij. 3.3
Schil en kantorenhaak
In de oudere woonwijken in de schil rondom de binnenstad wordt in de huidige situatie op straat geparkeerd. In deze woongebieden is de parkeerdruk lager dan in de binnenstad, mede door de invoering van blauwe zones. Kantoren, bedrijven en andere instellingen die gevestigd zijn of zich gaan vestigen in de kantorenhaak dienen op eigen terrein voldoende parkeerplaatsen te realiseren. Voor deze parkeervoorzieningen op maaiveld geldt de eis dat ze op een zodanige wijze dienen te worden ‘aangekleed’ dat de geparkeerde auto’s niet overheersen in het straabeeld. 3.4
Overige woonwijken en bedrijventerreinen
Ten aanzien van de rest van de bebouwde kom worden er geen eisen gesteld aan de kwaliteit van de parkeervoorzieningen. Wel zijn de nieuwe parkeernormen van toepassingen; hierover meer in hoofdstuk 4. In de woonwijken en op de bedrijventerreinen is namelijk over het algemeen voldoende ruimte beschikbaar, terwijl geen bijzondere eisen worden gesteld als het gaat om de aanwezigheid van geparkeerde auto’s in het wegbeeld.
E V E N W I C H T I N PA R K E R E N Gemeentelijk Parkeerbeleidsplan
18
3.5
Gevolgen & conclusies
•
Er is aansluiting met de projecten ‘Binnenstad Nieuwe Stad’ en ‘Varen onder eigen vlag’ als het gaat om kwaliteit van de openbare ruimte. Op een aantal foto’s zijn sfeerbeelden weergegeven. Voor bewoners en bedrijven zijn maximaal twee parkeerbewijzen voor parkeren op maaiveld beschikbaar. De overige auto’s moeten worden geparkeerd in een parkeergarage of op eigen terrein (bijvoorbeeld buurtstallingen). Voor de bezoekers aan de stad worden langere loopafstanden tussen parkeerplaats en bestemming geaccepteerd, mits de looproute kwalitatief goed is.
•
•
19
4 PARKEERBALANS
4.1
Evenwicht en concurrentiepositie
Bij het parkeerbeleid gaat het om het evenwicht tussen faciliteren en reguleren, met voldoende aandacht voor de verschillende (binnen)stadsfuncties. De concurrentiepositie van de stad in de regio en de financiële haalbaarheid van maatregelen zijn in dit verband van belang. De parkeertarieven spelen een rol in de concurrentiepositie van Leeuwarden, maar de aantrekkelijkheid van de binnenstad en daarmee het binnenstadsbezoek wordt bepaald door vooral andere zaken, zoals winkelaanbod, ruimtelijke kwaliteit, gezelligheid en evenementen. Het hiervoor geschetste evenwicht en het belang van de concurrentiepositie zijn belangrijke uitgangspunten bij de verdere uitwerking van de parkeerbalans. De parkeerbalans is de verhouding tussen het parkeeraanbod en de parkeerbehoefte. De parkeerbalans voor de Leeuwarder binnenstad wordt de komende periode beïnvloed door verschillende ontwikkelingen. Voor de bepaling van de parkeerbehoefte van nieuwe ontwikkelingen wordt gebruik gemaakt van nieuwe parkeernormen. 4.2
Parkeernormen
4.2.1 Algemeen
Het functiespecifieke en gebiedsgewijze parkeren wordt onder andere via de parkeernormen bij elkaar gebracht. Per functie en per gebied worden parkeernormen geformuleerd. Die parkeernormen kwantificeren de benodigde parkeercapaciteit uitgedrukt in parkeerplaatsen. Met dat aantal parkeerplaatsen dient een gebied in zijn parkeerbehoefte te voorzien. De parkeernormen zijn reële normen die aansluiten bij de werkelijke behoefte. In vergelijking met het oude ABC-locatiebeleid worden de parkeernormen ruimer. Uiteraard gelden deze normen voor nieuwe ontwikkelingen en niet voor bestaande situaties. Ambitie is wel om ook voor bestaande situaties volgens het nieuwe beleid te handelen, bijvoorbeeld bij de functiewijziging van een gebouw (dus indien er vanuit de gebruiker een wijziging in het gebruik ontstaat) of uitbreiding van een gebouw . 4.2.2 Parkeernormen Leeuwarden
De parkeernormen zijn opgenomen in het ASVV 2004 – Aanbevelingen voor Verkeersvoorzieningen binnen de bebouwde kom – opgesteld door het CROW1, het kenniscentrum voor verkeer, vervoer en infrastructuur. Deze parkeerkencijfers zijn op de praktijk gebaseerde cijfers, waarbij rekening is gehouden met de bereikbaarheidskenmerken van de locatie, specifieke kenmerken van de functie en de mobiliteitskenmerken van de gebruikers en bezoekers van het gebouw. Per functie hanteert het CROW een bandbreedte voor de parkeerkencijfers. Leeuwarden is te definiëren als sterk stedelijk, binnen de onderverdeling die door de CROW is gemaakt. Voor niet-woningen wordt de normering van het CROW 1
ASW2004, CROW, Ede, 2004
E V E N W I C H T I N PA R K E R E N Gemeentelijk Parkeerbeleidsplan
20
aangehouden, waarbij in eerste instantie zal worden ingezet op de maximale parkeernorm. Dit omdat tot nog toe (te) lage parkeernormen werden toegepast en daardoor in de loop der jaren een behoorlijke druk op het parkeren is gelegd. Ook spelen de autonome groei van het verkeer en de bezuinigingen in het openbaar vervoer hierbij een rol. Voor het wonen zijn de normen gespecificeerd voor de Leeuwarder situatie en is er geen bandbreedte opgenomen maar verfijningcriteria. In bijlage 2 zijn deze parkeernormen opgenomen. In bestemmingsplannen worden doorgaans geen parkeereisen opgenomen, tenzij dat planologisch relevant wordt geacht. In artikel 2.5.30 van de Bouwverordening Leeuwarden staat aangegeven dat bij bouwplannen moet worden voorzien in voldoende parkeerruimte en laad- en losmogelijkheden. Burgemeester en wethouders kunnen in bijzondere omstandigheden vrijstelling verlenen van de parkeereis, danwel wanneer op andere wijze in de nodige parkeer- of stallingsruimte kan worden voorzien. 4.2.3 Aanwezigheidspercentages
De daadwerkelijke vraag naar parkeerplaatsen per functie is niet de gehele dag gelijk. Overdag is slechts een deel van de bewoners thuis, zodat niet alle parkeerplaatsen bij woningen bezet zijn. Het omgekeerde geldt voor kantoren: overdag zijn de medewerkers van bedrijven aanwezig, tijdens de avonduren en de weekenden liggen de bij de kantoren aanwezige parkeerplaatsen er ongebruikt bij. Bij dubbelgebruik is het mogelijk parkeerplaatsen voor meerdere functies te gebruiken. In de eerder gememoreerde CROW-publicatie zijn de aanwezigheidspercentages gepresenteerd. Deze kunnen worden gebruikt om de daadwerkelijke parkeervraag te bepalen, rekening houdend met vraagverschillen tussen de dag en de avond van de verschillende soorten gebruikers (functies). Een randvoorwaarde is wel dat een parkeervoorziening openbaar toegankelijk is zodat dubbelgebruik ook daadwerkelijk mogelijk is. De aanwezigheidspercentages zijn eveneens opgenomen in bijlage 2. 4.3
Parkeerbalans binnenstad
4.3.1 Toekomstige vraag naar parkeerplaatsen
Op dit moment zijn er in binnenstad circa 3.200 parkeerplaatsen (situatie januari 2004). Het betreft openbare parkeerplaatsen in parkeergarages (50%), maaiveldparkeerplaatsen bij parkeerautomaten (35%) en parkeerplaatsen uitsluitend gereserveerd voor vergunninghouders (15%). Niet inbegrepen is de tijdelijke beschikbaarheid van parkeerplaatsen op piekmomenten op het Wilhelminaplein. Bij de herinrichting van de binnenstad, in het kader van het project 'Binnenstad Nieuwe Stad', zijn er tot 2004 ongeveer 250 parkeerplaatsen op maaiveld opgeheven, verspreid over de gehele binnenstad. De verwachting is dat er tot 2010 nog circa 150 parkeerplaatsen komen te vervallen.
21
De komende jaren zal de vraag naar parkeerplaatsen toenemen. Leeuwarden heeft als doel om de concurrentiepositie in de regio te handhaven en uit te bouwen. Dit betekent een groei van parkerende voertuigen als gevolg van een toename van het winkelareaal in Leeuwarden en de groei van de gemeente naar een inwoneraantal boven de 100.000. Ook de landelijke trend in het toenemende autobezit is van invloed op de vraag naar parkeerplaatsen. De exacte toekomstige parkeervraag is van veel factoren afhankelijk en daardoor moeilijk eenduidig vast te stellen. Gelet op bovenstaande is maatschappelijk draagvlak aanwezig voor de realisatie van 800 extra parkeerplaatsen waardoor de parkeercapaciteit zal groeien tot circa 3.850 parkeerplaatsen ten behoeve van de binnenstad. Hierin zijn de groei van de stad, de groei van de autoverkeersdruk, het verdwijnen van nog circa 150 parkeerplaatsen op maaiveld, de uitbouw van het FEC-bus-concept en andere relevante ontwikkelingen meegenomen. Ten opzichte van de situatie voor het begin van het project 'Binnenstad Nieuwe Stad' komen er netto 400 parkeerplaatsen bij. Door jaarlijks de parkeerbalans te monitoren kan worden bepaald of de groei tot 3850 parkeerplaatsen voldoende is. In bijlage 4 staan de bezettingsgraadgrafieken weergegeven van de maaiveldparkeerplaatsen waar betaald parkeren van toepassing is voor de situatie 2003. 4.3.2 Toekomstig aanbod van parkeerplaatsen
In totaal moet een extra parkeercapaciteit van 800 parkeerplaatsen ten behoeve van de binnenstad gerealiseerd worden. De vraag is dan ook waar deze capaciteit gevonden en gerealiseerd moet worden. Uitgaande van de herkomst en bestemming van de bezoekers van de binnenstad is een passende verdeling van de benodigde extra capaciteit over de windrichtingen wenselijk; aan de zuidoostzijde ongeveer 150 extra parkeerplaatsen, aan de noordwestzijde 250 extra en 400 extra aan de zuidwestzijde. Tabel 4.1 bevat de locaties waar de 800 parkeerplaatsen worden gevonden. Tabel 4.1
Locaties vervanging en uitbreiding parkeercapaciteit
Locatie Nieuwbouw Oldehoofsterkerkhof Klanderij Stimuleren dubbelgebruik Jacob Catsplein/Fonteinland
Opgave bouw parkeerkelder 525 plaatsen bouw extra verdieping
Saldo 300 130
stimuleren dubbelgebruik tijdens bouw 380 Oldehoofsterkerkhof + evaluatie na 1 jaar Zoekopdracht zuidwestkant binnenstad (afhankelijk van evaluatie Jacob Catsplein/Fonteinland) Bijv. Aegon/stationsomgeving stimuleren dubbelgebruik ca. 400
Door de bouw van een parkeergarage op het Oldehoofsterkerkhof wordt de capaciteit ten opzichte van de huidige situatie met circa 300 parkeerplaatsen uitgebreid. Voor deze locatie heeft de Gemeenteraad inmiddels een realisatiebesluit
E V E N W I C H T I N PA R K E R E N Gemeentelijk Parkeerbeleidsplan
22
genomen. Door de bouw van een extra parkeerlaag op de parkeergarage Klanderij kunnen hier circa 130 parkeerplaatsen extra worden gerealiseerd, waarmee het totaal aan extra parkeerplaatsen op circa 430 komt. Aan de zuidwestkant van de binnenstad is er behoefte aan zo'n 400 parkeerplaatsen, met name tijdens de piekmomenten, koopavond en zaterdag. In eerste instantie wordt tijdens de bouw van het Oldehoofsterkerkhof het dubbelgebruik van het Jacob Catsplein/Fonteinland gestimuleerd en niet de Aegongarage. Dit vanwege de negatieve exploitatie, beperkte toegankelijkheid en het geringe verschil in afstand. Na een jaar zal het gebruik van het Jacob Catsplein/Fonteinland geëvalueerd worden. Wanneer deze evaluatie negatief uitvalt wordt doorgegaan met de zoekopdracht, hierbij wordt gedacht aan de Aegongarage of de stationsomgeving. Bij een positieve evaluatie wordt dit dubbelgebruik structureel en kunnen deze parkeerplaatsen, met name tijdens piekmomenten, worden aangewend ten behoeve van de binnenstad. Het parkeren op transferia wordt gestimuleerd, met name tijdens piekmomenten. De huidige FEC-bussen en het transferium bij het FEC zijn hiervan de eerste stap (zie: ‘Flankerend beleid’). Op termijn zullen op basis van behoefte transferia worden toegevoegd. Potentiële locaties zijn de Werpsterhoek en de Kenniscampus. 4.4
Gevolgen & conclusies
• •
Leeuwarden kiest voor de nieuwe parkeernormering De nieuwe parkeernormering van het CROW wordt bij functiewijziging, uitbreiding of nieuwbouw toegepast. Door de bevolkingsgroei, meer inwoners in Leeuwarden en meer winkels zal het autogebruik toenemen. Vanwege het opheffen van parkeerplaatsen en de groeiende vraag naar parkeerplaatsen is in Leeuwarden maatschappelijk draagvlak aanwezig voor de realisatie van 800 nieuwe parkeerplaatsen (peiljaar 2004), waardoor de capaciteit zal groeien naar 3.850 parkeerplaatsen. Hierin zijn de groei van de stad, de groei van de autoverkeersdruk, het verdwijnen van nog circa 150 parkeerplaatsen op maaiveld, de uitbouw van het FEC-bus-concept en andere relevante ontwikkelingen meegenomen. Ten opzichte van de situatie voor het begin van het project 'Binnenstad Nieuwe Stad' komen er netto 400 parkeerplaatsen bij. Deze capaciteit wordt gevonden door de bouw van de parkeergarage onder het Oldehoofsterkerkhof (saldo +300), een extra laag op de Klanderij (+ 130). De overige benodigde capaciteit, met name nodig op piekmomenten zoals de koopavond en de zaterdag, moet worden gevonden door een betere benutting danwel dubbelgebruik van parkeercapaciteit op acceptabele loopafstand aan de zuidwestkant van de binnenstad. Op korte termijn, wanneer de bouw van de parkeerkelder Oldehoofsterkerkhof start, wordt gestart met het stimuleren van het dubbelgebruik van het Jacob Catsplein/Fonteinland. Hierbij wordt gedacht aan de inzet van de FEC-Citybus. Passagiers die parkeren op het Jacob Catsplein /
•
• •
23
•
•
Fonteinland kunnen gratis met de FEC-Citybus naar de binnenstad. Het gebruik hiervan wordt eind 2005 geëvalueerd. Afhankelijk van de uitkomst van de evaluatie wordt dit dubbelgebruik structureel danwel wordt verder gegaan met de zoekopdracht. Parkeren op transferia zal worden gestimuleerd, met name op piekmomenten. In aansluiting op het GVVP zullen naast het FEC op termijn en naar behoefte transferia worden gerealiseerd. Door jaarlijks onderzoek te doen naar de parkeerbehoefte (monitoring), kan tijdig gesignaleerd worden indien nieuwe aanvullende parkeercapaciteit nodig is.
E V E N W I C H T I N PA R K E R E N Gemeentelijk Parkeerbeleidsplan
24
5 REGULEREN VAN PARKEREN
Het is niet mogelijk om te voldoen aan de behoeften van alle potentiële parkeerders in vooral de binnenstad, de schil en de kantorenhaak. Vandaar dat reguleren betekent dat er prioriteiten gesteld moeten worden. Leeuwarden kiest (in volgorde van belangrijkheid) voor de bezoekers van winkels, cultuurfuncties en bestuursfuncties, voor de bewoners van de binnenstad en voor werknemers van bedrijven en instellingen. 5.1
Vertaling naar instrumentarium
Elk in te zetten parkeerinstrument spitst zich toe op een specifieke parkeerdoelgroep. Zo is het betaald parkeren in het centrum vooral gericht op bezoekers van de binnenstad. In tabel 5.1 is per doelgroep en per gebied een overzicht gegeven van het in te zetten instrumentarium, zie ook kaart 5.1. Tabel 5.1
Overzicht instrumentarium per doelgroep en gebied
Doelgroep
Binnenstad
Schil en kantorenhaak
Overige gebieden
Kort winkelbezoek
betaald parkeren op maaiveld (kort en relatief duur) betaald parkeren in garages (zonder tijdsduurbeperking en relatief goedkoop) parkeerbewijs abonnement garage betaald parkeren op maaiveld/in garages
parkeerschijf (blauwe zone)
openbare weg
Lang winkelbezoek
Bewoners Bezoek bewoners
Bedrijven Bezoek bedrijven
5.2
parkeerbewijs abonnement garage parkeerbewijs abonnement garage
openbare weg
ontheffing blauwe zone eigen terrein of openbare weg parkeerschijf openbare weg (blauwe zone) kraskaart eigen terrein eigen terrein eigen terrein of parkeer- openbare weg of schijf (blauwe zone) eigen terrein
Uitgiftebeleid parkeerbewijzen
De huidige situatie heeft een grote verscheidenheid aan vergunningen, ontheffingen en abonnementen in de binnenstad. Deze verscheidenheid betreft de verschillende gebieden, de geldigheidsduur en de locaties waar mag worden geparkeerd. Gestreefd wordt naar een eenduidige regeling en een duidelijk uitgiftesysteem van de verschillende parkeerbewijzen. Om dit mogelijk te maken wordt een nieuwe gebiedsindeling geïntroduceerd. 5.2.1 Nieuwe gebiedsindeling
Het parkeren met een vergunning of abonnement is in Leeuwarden momenteel op straatniveau gereguleerd. Het gevolg is een minder efficiënte toedeling van
25
Kaart 5.1 Reguleringsgebieden binnenstad en schil
vraag en aanbod. Straten met minder parkeerplaatsen dan vergunningen en/of abonnementen leveren in die straat een hoge parkeerdruk op, terwijl in naastgelegen straten beschikbare capaciteit niet wordt gebruikt. In de nieuwe situatie wordt de binnenstad (inclusief die gedeeltes van de schil waar betaald parkeren geldt) in zeven deelgebieden onderverdeeld met daarin exclusieve delen voor vergunninghouders. Wanneer men een vergunning heeft voor gebied 1 mag uitsluitend geparkeerd worden op de vergunninghouders plaatsen in gebied 1, terwijl met een abonnement voor gebied 1 uitsluitend geparkeerd mag worden op de betaalde parkeerplaatsen in gebied 1. Het systeem van gebiedsgebonden parkeerbewijzen is een systeem dat in een groot aantal gemeenten wordt toegepast (Amsterdam, Rotterdam, Alkmaar, Gouda, Zwolle). Het grote voordeel is dat er meer flexibiliteit in het gebruik van de parkeercapaciteit ontstaat. Restcapaciteit in de ene straat kan uitstekend worden ingevuld door parkeerders uit naastgelegen straten. Een bijkomend voordeel is dat de uitgifte van parkeerbewijzen en de controle vergemakkelijkt wordt. Kaart 5.2 bevat het voorstel voor de gebiedsindeling. 5.2.2 Parkeerbewijs
Het parkeerbewijs omvat de parkeervergunningen, parkeerabonnementen en de ontheffingen in de blauwe zone. Door de toekomstige afname van het aantal par-
E V E N W I C H T I N PA R K E R E N Gemeentelijk Parkeerbeleidsplan
26
Kaart 5.2 Gebiedsindeling uitgifte parkeerbewijzen (vergunning of abonnement)
keerplaatsen op maaiveld en om voldoende parkeerplaatsen op maaiveld voor kortparkeerders beschikbaar te houden zal Leeuwarden de uitgiftecriteria voor parkeervergunningen en parkeerabonnementen aanscherpen met als doel een beter bereikbare binnenstad. Landelijk gezien wordt bij dubbelgebruik van vergunninghoudersparkeerplaatsen door zowel bewoners als bedrijven een verhouding van circa 120% aangehouden tussen uitgegeven vergunningen en beschikbare parkeerplaatsen. Deze verhouding wordt gebruikt om de restcapaciteit in te schatten. Voor de uitgifte van abonnementen voor betaalde parkeerplaatsen wordt in de binnenstad en daarbuiten een verhouding van respectievelijk 35, 50 en 70% gehanteerd. De gevolgen voor de huidige situatie zijn opgenomen in bijlage 3. Daaruit blijkt dat in een beperkt aantal zones te veel abonnementen zijn uitgegeven. Door het aanscherpen van de afgiftecriteria (maximaal 2 op maaiveld) wordt het evenwicht hersteld. 5.3
Parkeren binnenstad
5.3.1 Bewoners
Het wonen in de binnenstad is en wordt nog steeds aantrekkelijker gemaakt. Deze bewoners moeten ook hun voertuigen kunnen parkeren. Door het deels opheffen van parkeerplaatsen op maaiveld komen minder parkeerplaatsen beschikbaar. Anderzijds ontstaat er met de nieuwe gebiedsindeling een efficiënter en
27
flexibeler vergunningensysteem. De verwachting is dat de huidige wachtlijstproblematiek hiermee tot het verleden gaat behoren. Er blijft sturing op de uitgifte van parkeerbewijzen nodig. Daarom wordt aan bewoners maximaal twee parkeerbewijzen voor maaiveldparkeren verstrekt. De tweede vergunning wordt pas uitgegeven als er voldoende ruimte beschikbaar is. Indien in het gebied geen ruimte meer beschikbaar is, kan voor een naastgelegen gebied - mits daar nog capaciteit is – het tweede parkeerbewijs worden afgegeven. Als in het gebied en de naastgelegen gebieden geen capaciteit meer beschikbaar is, worden de bewoners doorverwezen naar de parkeergarages (garageabonnement). Omdat de parkeerbewijzen per jaar worden verstrekt kan jaarlijks worden bepaald of er restcapaciteit beschikbaar is in de gebieden en of deze beschikbaar kan komen voor een tweede parkeerbewijs. De schematische weergave van de procedure van de aanvraag van een parkeerbewijs is opgenomen in bijlage 5. Om te kunnen bewerkstelligen dat bewoners ook in de avond en nacht hun auto kunnen (de)parkeren, wordt de parkeergarage Zaailand 24 uur per dag opengesteld, zowel voor bezoekers als bewoners en wordt de garage Hoeksterend toegankelijk gemaakt voor bewoners met een abonnement. Garage Zaailand is ook 24 uur per dag bemenst. De bewaking van de garage Hoeksterend vindt in de nachtelijke uren plaats vanuit de garage Zaailand. 5.3.2 Bedrijven
Bedrijven en kantoren kunnen zich in de binnenstad vestigen, maar dienen dan in hun eigen parkeerbehoefte te voorzien. Leeuwarden gaat ervan uit dat bedrijven en kantoren met parkeren op eigen terrein geen aanspraak hoeven te maken op een openbare parkeerplaats. Hierdoor is het niet nodig om voor bedrijven die op eigen terrein parkeren, parkeerbewijzen beschikbaar te stellen. Daarnaast is er vanuit de historie sprake van bedrijven die niet beschikken over eigen (voldoende) parkeergelegenheid. Parkeerbewijzen voor bedrijven worden straks alleen nog tegen strikte voorwaarden verstrekt. Per bedrijf en/of vestigingadres worden afhankelijk van het aantal werknemers parkeerbewijzen verstrekt. Er worden per bedrijf en/of vestiging maximaal twee parkeerbewijzen verstrekt op maaiveld. De noodzakelijkheid moet worden aangetoond. Woon-werk verkeer komt dus niet in aanmerking voor een parkeerbewijs. De parkeerbewijzen worden op kenteken uitgegeven. Bedrijven met een grotere parkeerbehoefte kunnen, indien er ruimte is, tegen een hoger tarief parkeren in de garages. Leeuwarden zal deze uitgifte beperken tot maximaal 10 abonnementen voor de eerste 10 medewerkers. Voor elke volgende 10 medewerkers kan slechts één abonnement worden aangeschaft. De schematische weergave van de procedure van de aanvraag van een parkeerbewijs is opgenomen in bijlage 5. 5.3.3 Bezoek
De binnenstad heeft te maken met kort en lang (winkel)bezoek, bezoek aan bewoners en bezoek aan bedrijven. Deze bezoekers maken allen gebruik van de betaalde parkeerplaatsen. Betaald parkeren in het centrum op straat (maaiveld) is
E V E N W I C H T I N PA R K E R E N Gemeentelijk Parkeerbeleidsplan
28
bedoeld voor bezoekers met een beperkte verblijfsduur in de binnenstad (de runshoppers) of kort bezoek aan de bestuursfuncties. De overige bezoekers worden gestimuleerd gebruik te maken van de parkeergarages, doordat op het maaiveld een parkeerduurbeperking (maximaal 1/2, 1 of 2 uur) bestaat en in de garages niet. Daarnaast is er sprake van onderscheid in tarieven op basis van de kwaliteit van het vervoer per openbaar vervoer en fiets en de loopafstanden tussen de parkeerplaatsen en de bestemmingen. Ook speelt hierbij, gezien vanuit de gemeente, de onwenselijkheid van het gebruik van de auto naar die bestemmingen een rol. De bestaande en nieuwe tariefzones, parkeertarief en parkeerduur zijn samengevat in kaart 5.3 en tabel 5.2. Kaart 5.3 Tariefzones
Om de leefbaarheid te vergroten, de bereikbaarheid te verbeteren en de parkeerdruk te reguleren, zal ’s avonds (maandag tot en met zaterdag, tot 22.00 uur) betaald parkeren worden ingevoerd. Hierdoor wordt in die situaties, waar ’s avonds niet altijd voldoende parkeerruimte beschikbaar is voor de bewoners, de situatie verbeterd. Consequentie hiervan is dat ook de parkeercontrole uitgebreid zal moeten worden tot 22.00 uur 's avonds. Het avondtarief en parkeerduur op maaiveld wijkt niet af van het tarief en de parkeerduur overdag. In tegenstelling tot de huidige situatie zal niet meer sprake zijn van een minimale inworp van € 0,50. Bij de parkeerautomaten kan ook met € 0,10 en € 0,20 betaald worden. Consequentie hiervan is dat men voor kortere
29
Tabel 5.2
Overzicht parkeertarief en parkeerduur
Locatie
Uurtarief huidige nieuwe situatie situatie
Dagtarief huidige nieuwe situatie situatie
Parkeerduur huidige nieuwe situatie situatie
Parkeerzone A
€ 2,00
€ 2,20
n.v.t.
B
€ 1,00
€ 1,10
n.v.t.
2 uren
1 of 1 uur
C
€ 0,50
€ 0,60
n.v.t.
3 uren
3 uur
D
€ 0,25
€ 0,30
€ 2,00
€ 2,20
dag
dag
€ 1,50 en na
€ 1,50
€ 5,50
€ 6,00
n.v.t.
n.v.t.
€ 1,50
€ 3,60
€ 4,00
n.v.t.
n.v.t.
€ 1,00
€ 3,60
€ 4,00
n.v.t.
n.v.t.
€ 4,00
n.v.t.
n.v.t.
1 uur 1/2 of 1 uur
Parkeergarages Zaailand
1 uur aflopend € 1,00 en na
Klanderij
1 uur aflopend Hoeksterend
€ 1,50
Oldehoofsterkerkhof
€ 1,50
tijd kan betalen, wat een intensievere controle vergt. Om de bezoekers te faciliteren en het totale parkeren te reguleren, wordt bij de invoering van het avondparkeren de garage Zaailand 24 uur per dag (7 dagen per week) opengesteld en de Hoeksterendgarage op maandag tot en met zaterdag tot 24.00 uur. Uitrijden is mogelijk 7 dagen in de week 24 uur per dag. In hoofdstuk 6 wordt nader ingegaan op de organisatorische en financiële aspecten. 5.4
Parkeren schil en kantorenhaak
5.4.1 Bewoners
Voorlopig wordt vastgehouden aan het huidige systeem: in de direct aan de binnenstad grenzende straten/pleinen is betaald parkeren ingesteld, in de woonstraten op loopafstand van de binnenstad zogenaamde parkeerschijfzones ofwel blauwe zones en in het overige deel van de schil is het parkeren niet gereguleerd. Wanneer bewoners in een bepaald gebied problemen ondervinden door bedrijven (in de schil of de binnenstad) is het mogelijk het parkeren in de schil (verder) te reguleren danwel op een andere manier reguleren. Parkeerproblemen worden bekeken op wijkniveau, niet op straatniveau. Hierbij spelen argumenten van parkeerregulatie (effectiviteit van beleid), eenduidigheid en geld een rol. Bewoners die wonen in een straat met betaald parkeren kunnen een abonnement verkrijgen voor het betaald parkeren, volgens de gebiedsindeling. Bewoners van een blauwe zone kunnen een ontheffing blauwe zone verkrijgen voor de wijk waarin zij wonen. De tarieven van de abonnementen zullen gelijktijdig met de driejaarlijkse inflatiecorrectie worden verhoogd, de kosten van de ontheffing blauwe zone zullen vanaf 2005 driejaarlijks voor de inflatie worden gecorrigeerd en herijkt.
E V E N W I C H T I N PA R K E R E N Gemeentelijk Parkeerbeleidsplan
30
5.4.2 Bedrijven
In de kantorenhaak en de schil gelden voor bedrijven dezelfde principes als in de binnenstad. Bedrijven en kantoren die zich daar vestigen dienen in de eigen parkeerbehoefte te voorzien. Alleen in de kantorenhaak is de ruimte minder schaars dan in de binnenstad en gelden andere normen voor parkeren. Wanneer er geen ruimte gevonden kan worden op eigen terrein, kan Leeuwarden, onder voorwaarden, de vraag faciliteren bijvoorbeeld in de vorm van een gebouwde parkeervoorziening. 5.4.3 Bezoek
Bezoekers in het betaalde gebied in de schilwijken, kunnen tegen betaling gebruik maken van de betaalde parkeerplaatsen, danwel op eigen terrein wanneer dit mogelijk is. Bezoekers in een blauwe zone maken in principe gebruik van de parkeerschijf, waarmee zij maximaal twee uren kunnen parkeren, danwel op eigen terrein wanneer dit mogelijk is. Bezoekers van bewoners die langere tijd blijven kunnen gebruik maken van de zogenaamde kraskaart voor de blauwe zone gebieden. Deze kraskaart kan door de bewoner aangeschaft worden voor zijn bezoekers. 5.5
Parkeren overige gebieden
5.5.1 Bewoners
De bewoners van Leeuwarden in de overige woonwijken moeten op een passende wijze kunnen parkeren in hun woonomgeving. Dit betekent dat zij of op hun eigen terrein of in de openbare ruimte kunnen parkeren. In een aantal woonwijken is de parkeerdruk hoog. Dit als gevolg van een toenemend autobezit dan wel wijziging van de samenstelling van de wijk. Getracht zal worden om bij herontwikkeling, vervangen riolering etc. indien mogelijk meer parkeerplaatsen aan te gaan leggen. 5.5.2 Bedrijven
Voor bedrijven op bedrijventerreinen buiten de binnenstad, de schil en de kantorenhaak geldt dat zij in de eigen parkeerbehoefte voorzien. Op de bedrijventerreinen zijn de voorwaarden met betrekking tot parkeren anders dan in en rond de binnenstad. 5.5.3 Bezoek
De bezoeker parkeert vooral in de openbare ruimte of op eigen terrein. 5.6
Parkeren specifieke doelgroepen
5.6.1 Parkeren touringcarbussen
Touringcarbussen kunnen hun passagiers probleemloos laten in- en uitstappen op het Zaailand en het Oldehoofsterkerkhof. Getracht zal worden parkeren voor touringcarbussen mogelijk te maken bij het busstation en het FEC.
31
5.6.2 Gehandicaptenparkeren
In Leeuwarden wordt voor bewoners de gehandicaptenparkeerkaart uitgegeven, naar Europees model. In Leeuwarden gelden dan ook dezelfde regels, zowel voor bewoners als bezoekers, als in geheel Nederland, vermeld in de brochure die bij de verstrekking van de kaart wordt geleverd. In het kort samengevat: • In een woonerf mag ook buiten de vakken geparkeerd worden voor maximaal drie uren (met gebruik van de parkeerschijf) • In een blauwe zone mag binnen en buiten de vakken geparkeerd worden zonder de parkeerschijf en dus zonder tijdsduurbeperking • bij een parkeerverbod mag geparkeerd worden voor max. 3 uren (met gebruik van de parkeerschijf) • Op plaatsen voor vergunninghouders mag niet geparkeerd worden • Op gehandicaptenparkeerplaatsen mag geparkeerd worden • Parkeren (en rijden) in voetgangersgebieden mag niet • Op wegen en terreinen waar betaald parkeren geldt, moet parkeergeld betaald worden en de tijdslimiet in acht genomen In Leeuwarden zijn geen uitzonderingen op deze regels gemaakt. Voor de binnenstad van Leeuwarden wordt voorgesteld de maximale parkeerduur op de algemene gehandicaptenparkeerplaatsen op maaiveld op drie uren te stellen, dit in tegenstelling tot de overige parkeerplaatsen, welke uitsluitend voor kort en ultra kort (maximaal 2 uren) parkeren te gebruiken zijn. Bij deze algemene gehandicaptenplaatsen zal een losse parkeermeter staan met de aangepaste tijdsduur. Ook het parkeertarief wordt gewijzigd voor de binnenstad, in de gehele binnenstad geldt hetzelfde tarief, namelijk die van zone B. 5.7
Gevolgen & conclusies
•
In plaats van de uitgifte van parkeerbewijzen op straatniveau gaat Leeuwarden over op een gebiedsgerichte uitgifte van parkeerbewijzen. Hiervoor wordt de binnenstad in zeven gebieden opgedeeld. Dit maakt een efficiënter gebruik van parkeerplaatsen mogelijk, vereenvoudigt de uitgifte en handhaving en draagt bij aan het opheffen van de wachtlijstproblematiek. De uitgifte van parkeerbewijzen voor bewoners wordt beperkt tot twee vergunningen of abonnementen voor maaiveldparkeren. Eén parkeerbewijs op maaiveld is altijd mogelijk. Indien het gebied geen capaciteit meer heeft, kan worden uitgeweken naar naastgelegen gebieden. Als ook daar het maximum aan vergunningen of abonnementen is uitgegeven, wordt de aanvrager doorverwezen naar de parkeergarages. Bedrijven kunnen maximaal twee vergunningen of abonnementen voor hun ambulante personeel aanschaffen op maaiveld. Eventuele extra plaatsen zijn te huur in de garages. Wel wordt deze uitgifte beperkt tot maximaal 10 voor de eerste 10 medewerkers. Voor elke volgende 10 medewerkers kan slechts één abonnement worden aangeschaft. Bedrijven met een eigen parkeerterrein komen
•
•
E V E N W I C H T I N PA R K E R E N Gemeentelijk Parkeerbeleidsplan
32
•
•
•
•
•
niet meer in aanmerking voor parkeerbewijzen (naar rato van het aantal parkeerplaatsen op eigen terrein). In de binnenstad zijn de betaalde parkeerplaatsen op maaiveld bedoeld voor kort parkerende bezoekers (locatieafhankelijk, een half uur tot maximaal 2 uur). Bezoekers met een langere verblijfstijd kunnen terecht in de parkeergarages. Invoeren van betaald parkeren tot 22.00 uur in combinatie met openstelling van de Zaailandgarage, 7 dagen per week 24 uur per dag. De Hoeksterendgarage is geopend op maandag tot en met zaterdag tot 24.00 uur. Uitrijden is mogelijk 7 dagen in de week 24 uur per dag. De huidige parkeerregulering in de schil en de kantorenhaak voldoet, er zal vooralsnog dan ook aan dit systeem vastgehouden worden. Wanneer er problemen ontstaan voor bewoners door de daar aanwezige bedrijven of bedrijven uit de binnenstad kan, onder voorwaarden, het systeem van regulering aangepast danwel ingevoerd worden. Gehandicapten kunnen met de Europese gehandicaptenparkeerkaart tegen betaling (tariefzone B) gebruik maken van algemene gehandicaptenparkeerplaatsen in de binnenstad. Gehandicapten kunnen maximaal drie uur parkeren op maaiveld. De parkeertarieven, de parkeerduurbeperkingen en uitgiftecriteria van de parkeerbewijzen zullen worden vastgelegd in de relevante verordeningen.
33
6 ORGANISATIE EN FINANCIËN 6.1
Organisatie
De gemeente is verantwoordelijk voor de uitvoering van het parkeerbeleid. De parkeercontrole en –handhaving zijn momenteel tijdens de reguleringsperiode ondergebracht bij het team Parkeerpolitie en Parkeerbeheer. Buiten de reguleringsperiode, de tijden waarop niet betaald hoeft te worden voor parkeren op maaiveld, treedt de Politie op bij parkeerexcessen. Leeuwarden blijft vooralsnog zelf verantwoordelijk voor het beleid, exploitatie en uitvoering van het parkeren. Dit geldt zowel voor het parkeren op maaiveld als ook voor het parkeren in de garages waarbij er een commanditaire vennootschap is gevormd met de Stichting Parkeergarages. Hierdoor is het mogelijk invloed te houden op het beleid, de handhaving en de tarieven. 6.1.1 Parkeren op maaiveld
Voor het parkeren op maaiveld (vooraf betaald parkeren) is handhaving noodzakelijk. De parkeercontrole maakt onderdeel uit van de gemeentelijke organisatie. De werkzaamheden hebben betrekking op de fiscale en Wet Mulder feiten, handhaving RVV artikelen 5, 6, 10, 60, 62 en 80, voorlichting, klachtenafhandeling, cameratoezicht en uitgifte van parkeerbewijzen. Parkeerhandhaving is grofweg in twee onderdelen te splitsen, te weten fout parkeren en niet of niet voldoende betalen (zie ook schema 6.1). Bij foutparkeren gebeurt de handhaving op grond van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wet Mulder). Niet of niet voldoende betalen is eigenlijk het niet betalen van een gemeentelijke belasting, in dit geval parkeerbelasting. Hiervoor wordt een naheffingsaanslag opgelegd. Als een Mulderbon wordt uitgeschreven wordt deze door de politie verwerkt. Via het Centraal Justitieel Incasso Bureau wordt een acceptgiro naar de eigenaar van de auto gestuurd. Dit betekent dat de opbrengsten voor het Rijk zijn. Dit in tegenstelling tot een naheffingsaanslag. Hiervan komen de opbrengsten bij de gemeente terecht. Het grote voordeel van deze constructie is dat de opbrengsten ten goede komen aan de parkeerexploitatie. Schema 6.1 Proces van handhaving en afhandeling
fout parkeren
overtreding Wet Mulder
administratieve boete
opbrengst rijk
niet betalen
naheffing parkeerbelasting
naheffingsaanslag
opbrengst gemeente
Al eerder is vermeld dat een adequate handhaving een kwaliteitskenmerk is. Daarom is de afdeling Parkeerpolitie en Parkeerbeheer op een aantal productiekenmerken getoetst aan zeven vergelijkbare gemeenten. Uit dit onderzoek blijkt 2
Bron: Kwaliteit straatparkeren; leidraad voor beleid, richtlijn voor uitvoering, CROW, Ede, 2002 (publicatie 162)
E V E N W I C H T I N PA R K E R E N Gemeentelijk Parkeerbeleidsplan
34
dat onze controleurs in Leeuwarden 70% van hun tijd op straat aanwezig zijn. Dit komt vrijwel overeen het gemiddelde (72%). Daarnaast is de parkeerhandhaving geautomatiseerd, waardoor het interne proces minder last heeft van doublures of foute registraties. Consequentie van het instellen van betaald parkeren in de avonduren, tot 22.00 uur, is dat ook de parkeercontrole uitgebreid zal moeten worden tot 22.00 uur 's avonds. Verwachting is dat de opbrengsten van het avond-parkeren de kosten van de voorgestelde uitbreiding zullen dekken. In tegenstelling tot de huidige situatie zal niet meer sprake zijn van een minimale inworp van € 0,50. Bij de parkeerautomaten kan ook met € 0,10 en € 0,20 betaald worden. Consequentie hiervan is dat men voor kortere tijd kan betalen, wat een intensievere controle vergt. Om de bezoekers te faciliteren en het totale parkeren te reguleren, wordt bij de invoering van het avondparkeren de garage Zaailand 24 uur per dag (7 dagen per week) opengesteld en de Hoeksterendgarage op maandag tot en met zaterdag tot 24.00 uur. Uitrijden is wel mogelijk 7 dagen per week, 24 uur per dag. De uitbreiding van betaald parkeren tot 22.00 uur heeft personele consequenties. Het team Parkeerpolitie en Parkeerbeheer zal daarom moeten worden uitgebreid. In eerste instantie wordt gestart met 2,3 extra. Deze 2,3 fte is uitsluitend bedoeld voor de uitbreiding van het betaald parkeren en niet voor intensivering van de parkeercontrole, als gevolg van de verlaging van de muntinworp naar € 0,10 en de daarmee samenhangende kortere parkeerduur. De uitbreiding en de effectiviteit zullen na een jaar worden geëvalueerd (onder andere door meting van de betalingsbereidheid), waarna eventuele aanpassingen worden doorgevoerd. 6.1.2 Parkeren in gebouwde parkeervoorzieningen
De gemeente is een van de aandeelhouders in de Stichting Parkeergarages Leeuwarden. In aanvulling op de samenwerking in de Stichting hebben wij met Parkeergarages Leeuwarden BV, die het uitvoerende orgaan is van de Stichting, een commanditaire vennootschap gevormd. Binnen deze CV vindt de exploitatie van de parkeergarages plaats. Op basis van de inbreng door de twee partijen is een verdeelsleutel opgesteld ten behoeve van de winstverdeling in de toekomst. De gemeente draagt de aanloopverliezen, die bij het maken van winst eerst verrekend worden. Verder heeft de gemeente de zorg voor een adequate infrastructuur en het bevorderen van de bezettingsgraad. 6.2
Financiën
De kosten en opbrengsten van het integrale parkeerbeleid zijn op hoofdlijnen uitgewerkt. Vervolgens zijn de parkeertarieven van Leeuwarden vergeleken met vergelijkbare steden (benchmark). Dit heeft geleid tot het voorstel om de parkeertarieven, de abonnementen, het langparkeren en de reguleringsperiode in te zetten als instrumenten.
35
6.2.1 Parkeerexploitatie
Voor de komende 10 jaar is een integrale parkeerexploitatie opgesteld. Daarbij is onder andere rekening gehouden met de inflatie, de bouw van de parkeergarage op het Oldehoofsterkerkhof en het extra parkeerdek op parkeergarage de Klanderij. De resultaten van de integrale parkeerexploitatie, exclusief het resultaat van de parkeergarages en de afdracht Algemene Middelen, zijn samengevat in grafiek 6.2. 6.2
Meerjarige parkeerexploitatie
€ 5.000.000
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011
€ 4.000.000 € 3.000.000 € 2.000.000 € 1.000.000 €
0
€-1.000.000 €-2.000.000 €-3.000.000 €-4.000.000 €-5.000.000
Kosten Opbrengsten Saldo
De onrendabele top van de parkeergarage op het Oldehoofsterkerkhof wordt gefinancierd uit de Reserve parkeren. Uit grafiek 6.2 blijkt verder dat de parkeerexploitatie de komende tien jaar een vrijwel constante kasstroom heeft. 6.2.2 Reserve parkeren
In 1990 is het initiatief genomen tot het instellen van een parkeerfonds. Bij het parkeerbeleidsplan van 1994 zijn daar nog enkele reserves aan toegevoegd en is het fonds ingesteld. Begrotingstechnisch wordt niet meer gesproken van een fonds maar van de ‘Reserve Parkeren’. Zowel de reguliere uitgaven en inkomsten van het parkeren (exploitatie) als de financiering van het realiseren van vervangende parkeervoorzieningen zijn in de Reserve Parkeren opgenomen. Het doel van de ‘reserve’ is naast een goed inzicht in de stand van zaken, beter en sneller te kunnen reageren op (tijdelijk) veranderende situaties.
E V E N W I C H T I N PA R K E R E N Gemeentelijk Parkeerbeleidsplan
2012
2013
36
De inkomsten van de reserve worden gevormd door: • Parkeeropbrengsten maaiveldparkeren In de binnenstad en deels in de schilgebieden is betaald parkeren ingevoerd voor het maaiveldparkeren. Na aftrek van de exploitatiekosten van deze parkeervoorziening (parkeercontrole, kosten naheffingsaanslagen etcetera) en een bijdrage aan de Algemene Middelen wordt het saldo toegevoegd aan de Reserve parkeren. • Parkeeropbrengsten parkeergarages Het winst/verlies saldo van de parkeergarages worden verrekend met de gemeente. De in de reserve aanwezige financiën kunnen worden aangewend, met inachtneming van een ondergrens van € 2.000.000,- voor: • Realisatie en exploitatie van parkeervoorzieningen • Uitvoering parkeerbeleid • Bewaakte fietsenstalling(en) in de binnenstad • Stimulering vervoersplannen • Pilot projecten in relatie tot parkeren/flankerend beleid 6.2.3 Benchmark parkeertarieven Parkeren op maaiveld
Het huidige parkeertarief in het centrum van Leeuwarden bedraagt in het kernwinkelgebied (zone A) 2,- euro per uur en in het overige centrumgebied binnen de grachten (zone B) 1,- euro per uur. De parkeertarieven in de garages variëren op doordeweekse dagen van 1,- euro per uur tot 1,50 euro per uur. Bij parkeergarage Hoeksterend geldt door de week een verlaagd parkeertarief. Veel gemeenten hebben op straat een hoger parkeertarief (minimaal 10%) dan in de garages. In Leeuwarden is dit alleen in zone A het geval. Parkeren in gebouwde parkeervoorzieningen
Om een indruk te krijgen hoe deze parkeertarieven zich verhouden tot parkeergaragetarieven van vergelijkbare steden, zijn de parkeertarieven van de garages in 15 andere steden geïnventariseerd. De uitkomsten zijn weergegeven in grafiek 6.3. Uit dit onderzoek blijkt dat zeven gemeenten een lager parkeertarief hanteren. Het parkeertarief dat Leeuwarden vraagt ligt 5 eurocent boven het gemiddelde van de onderzochte gemeenten. Dit is een enigszins vertekend beeld door het verschil in het vastgestelde tarief voor de garage Hoeksterend en de korting die hierop totnogtoe wordt gegeven. In de nieuwe tarieventabel zal het tarief van deze garage gelijk gesteld worden aan de garage Klanderij, waardoor het gemiddelde parkeertarief vergelijkbaar met Zwolle wordt. De tarieven van het (kort)parkeren in Leeuwarden zijn in vergelijking met andere vergelijkbare steden zoals Amersfoort, Arnhem, Breda, Den Bosch, Nijmegen en Groningen wel beduidend lager. De parkeertarieven in garages van andere grote Friese steden variëren tussen de € 0,46 (Sneek) en € 2,00 (Harlingen) per uur.
37
6.3
Tarieven kortparkeren in garages
Den Bosch Nijmegen Apeldoorn Arnhem Groningen Amersfoort Enschede Breda Leeuwarden Deventer Zwolle Roosendaal Alkmaar Maastricht Assen Middelburg € 0,60
€ 0,80
€ 1,00
€ 1,20
€ 1,40
€ 1,60
Resultaten benchmark tarieven kortparkeren voor het eerste uur in parkeergarages
Parkeerbewijzen
Ook de tarieven van de parkeerbewijzen zijn vergeleken. Uit een vergelijking met de gemeenten Amersfoort, Alkmaar, Deventer, Groningen en Zwolle blijkt dat Leeuwarden in de binnenstad bij de bewonersvergunning een tarief hanteert dat 30% boven de onderzochte gemeenten ligt. Opgemerkt moet worden dat de informatie moeilijk met elkaar te vergelijken is. Vanwege het lokale karakter worden de vergunningen qua gebied en werkingsduur door elke gemeente op ‘maat’ vastgesteld. Leeuwarden biedt een hoge plaatsgarantie wat een hoger tarief op maaiveld rechtvaardigt. Verder zijn er steden waar veel minder op straat kan worden geparkeerd, maar wel in de parkeergarages tegen een hoger tarief dan in Leeuwarden wordt gehanteerd voor het maaiveldparkeren. Bedrijven betalen in Leeuwarden lagere tarieven (circa 30% minder). 6.3
Nieuwe situatie
•
De parkeertarieven voor bezoekers op maaiveld en in de garages zullen elke drie jaar gemiddeld met 10% worden geïndexeerd (inflatiecorrectie). Bijlage 6 bevat het nieuwe tarievenvoorstel. Voor parkeren op maaiveld wordt, afhankelijk van de locatie in de binnenstad, gekozen voor ultrakort (een half tot 1 uur) en kortparkeren ( 1 tot 2 uren). Mogelijk zal op termijn het prijsmechanisme worden aangescherpt om structureel en adequaat flankerend beleid te voeren. Om het parkeren 's avonds beter te reguleren, wordt tot 22.00 uur in de binnen-
•
•
E V E N W I C H T I N PA R K E R E N Gemeentelijk Parkeerbeleidsplan
€ 1,80
38
•
•
stad betaald parkeren geïntroduceerd. De opbrengsten zullen naar verwachting de kosten van de handhaving dekken. In combinatie hiermee worden de openingstijden van de parkeergarages aangepast, zie hoofdstuk 5. Veel bedrijven hebben nu voor het personeel meer dan twee vergunningen of abonnementen (tegen lage kosten) op maaiveld. Met de invoering van het nieuwe parkeerbeleid is dit niet meer mogelijk; dan hebben bedrijven recht op maximaal twee parkeerbewijzen voor hun ambulante medewerkers. Voor extra parkeerplaatsen zullen bedrijven (tegen hogere kosten) moeten uitwijken naar de garages. Dit zal de bedrijven en instellingen stimuleren om in hun eigen parkeerbehoefte te voorzien dan wel een vervoerplan te ontwikkelen. Op de korte termijn zal de gemeente geen investeringen doen in andere betaalsystemen. Er zijn weinig klachten over het ontbreken van alternatieve betaalmogelijkheden. Bovendien zijn er behoorlijke investeringen nodig om parkeerapparatuur om te bouwen. Voor de langere termijn zal wel worden gekeken of nieuwe betaalsystemen, bijvoorbeeld Chipknip en mobiel betalen, voor Leeuwarden voldoende voordelen biedt.
39
7 FLANKEREND BELEID
Naast de eerder genoemde uitbreiding van de parkeercapaciteit is flankerend beleid nodig om bezoekers en werknemers van de stad Leeuwarden te faciliteren. Bijvoorbeeld de werknemer die de auto slechts gebruikt voor woon-werk verkeer of de bezoeker die op piekmomenten grote moeite heeft zijn auto op loopafstand van het winkelgebied te parkeren. Flankerend beleid maakt het mogelijk het in te zetten specifieke parkeerbeleid te ondersteunen door aanvullende maatregelen te nemen en/of het gebruik er van te stimuleren. Naast de gebruikelijke bevordering van de fiets en het openbaar vervoer zet Leeuwarden sterk in op de ontwikkeling van transferia. De vijfde pijler van het parkeerbeleid is dan ook: Flankerend beleid, waaronder de verdere ontwikkeling van transferia.
7.1
Transferia
Transferia voorzien in een behoefte voor het winkelende publiek naar de binnenstad en voor forenzen in werkgebieden met veel autoverkeer en te weinig of te dure parkeerplaatsen. In plaats van voldoende parkeergelegenheid te realiseren in of rondom de binnenstad of kantoorlocatie, wordt gebruik gemaakt van (al aanwezige) parkeergelegenheid op afstand. Voorbeelden hiervan zijn parkeerterreinen bij sportvoorzieningen / voetbalstadions, scholen en carpoolplaatsen. Transferia kunnen succesvol zijn als er voldaan wordt aan een aantal voowaarden. Het moet gaan om een zware vervoerstroom per auto, op bij voorkeur overbelaste autoverkeerverbindingen, in combinatie met parkeerproblemen op de bestemming. Een transferium kan dan goed werken als er frequent openbaar vervoer beschikbaar is op de verbinding tussen het transferium en de bestemming. Na een succesvolle proef is de FEC-Citybus een vast onderdeel geworden van de reguliere stadsdienst in Leeuwarden. Dit betekent dat deze busdienst tussen het FEC, het busstation en de binnenstad nu iedere dag rijdt. Hierdoor kunnen winkelend publiek en forenzen alle dagen, van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat, tegen een gering tarief hun auto parkeren op de grote parkeerplaats achter het FEC. De eerste resultaten zijn dusdanig dat wordt verdergegaan met de inzet van transferia, zoals het Kalverdijkje. Als potentiële locaties wordt in ieder geval gedacht aan de Kenniskampus en Werpsterhoek. Goede communicatie is van essentieel belang. 7.2
Openbaar vervoer
Ten aanzien van het openbaar vervoer in Leeuwarden wordt gestreefd naar het in stand houden van het bestaande kwaliteitsniveau van het openbaar vervoer van
E V E N W I C H T I N PA R K E R E N Gemeentelijk Parkeerbeleidsplan
40
nu en het verbeteren of ontwikkelen van een selectie van de verbindingen. Het gaat hierbij vooral om de zwaardere vervoerstromen. Het openbaar vervoer van en naar de belangrijke bestemmingen in Leeuwarden wordt hierdoor verbeterd, wat een positief effect kan hebben op het gebruik van het openbaar vervoer ten koste van de auto. Een gevolg hiervan is een verlaging van de parkeerdruk bij de belangrijke bestemmingen. 7.3
Fiets
Leeuwarden is een echte fietsstad. Dit komt door de schaal van de stad, het grote aantal scholieren en studenten in de stad, het uitgebreide fietsnetwerk en de voorkeur van de Leeuwarder voor de fiets. Een belangrijk onderdeel van het gebruik van de fiets is het fietsparkeren. De afgelopen jaren zijn de stallingmogelijkheden op diverse plekken verbeterd. In het nog op te stellen uitvoeringsplan Fiets (onderdeel uitvoeringsprogramma GVVP) zal het fietsen nader worden uitgewerkt. 7.4
Vervoersmanagement
In het GVVP heeft de gemeente aangegeven vervoersmanagement in te zetten als ondersteuning van het selectief autoverkeerbeperkend beleid. Bedrijven en instellingen kunnen met vervoersmanagement in de mobiliteit van medewerkers en – in mindere mate – bezoekers sturen. Een vervoerplan zal worden gevraagd van nieuw te vestigen bedrijven met 50 of meer medewerkers (in de binnenstad en de kantorenhaak) of met 100 medewerkers (daarbuiten). In het vervoerplan worden afspraken gemaakt over mobiliteit, bereikbaarheid en parkeren. Een bedrijf kan ook in combinatie met omliggende bedrijven een gezamenlijke parkeervoorziening realiseren. Leeuwarden wil hierin een initiërende rol spelen door het stimuleren van vervoersplannen. De gemeente Leeuwarden zal als werkgever op korte termijn ook een vervoersplan opstellen. 7.5
Gevolgen & conclusies
Om de kritische parkeerdruk van de binnenstad op te kunnen vangen zal flankerend beleid verder worden ontwikkeld. Bij dit beleid horen de volgende aandachtspunten: • Het (verder) ontwikkelen van transferia. • Stimuleren van alternatieve vervoerswijzen fiets en openbaar vervoer. Het stimuleren van het fietsgebruik wordt uitgewerkt in het uitvoeringsprogramma Fiets. Het stimuleren van het openbaar vervoer maakt onderdeel uit van de concessie. • Bedrijven en instellingen in de binnenstad of in de kantorenhaak met meer dan vijftig medewerkers en elders gevestigde bedrijven en instelling met meer dan honderd medewerkers worden gestimuleerd een vervoersplan op te stellen.
41
8 OPERATIONALISERING
8.1
Van grof naar fijn
In de vorige hoofdstukken is uitgebreid ingegaan op het parkeerbeleid voor het gehele grondgebied van de gemeente. Hierbij zijn van grof naar fijn een aantal elementen van het parkeerbeleid benoemd en nader uitgewerkt. Vanuit het gemeentelijke verkeers- en vervoersbeleid (GVVP) is het parkeerbeleid op hoofdlijnen neergezet: Essenties parkeerbeleid. Hierin zijn een vijftal pijlers benoemd. Op basis van de vastgestelde Essenties Parkeerbeleid en de daarin geformuleerde pijlers heeft een nadere uitwerking op detailniveau plaatsgevonden, zoals het aanbieden van voldoende parkeercapaciteit (parkeerbalans) en het reguleren van het parkeren binnen de verschillende deelgebieden in de stad en voor de verschillende doelgroepen. In dit hoofdstuk zijn de gevolgen en de conclusies van deze keuzes gebundeld. 8.2
Hoofdlijnen
Het parkeerbeleid voor de komende jaren is gericht op integraliteit op het gebied van efficiëntie van het gebruik van de parkeercapaciteit, kwaliteit van de openbare ruimte en verbetering van de parkeerexploitatie. Voorts wordt een functiespecifiek parkeerbeleid gevoerd, waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen wonen, werken en bezoek. 8.3
Parkeernormen
In Leeuwarden worden de nieuwe CROW-parkeernormen gehanteerd, afgestemd op de functies en onderscheiden naar drie deelgebieden. Deze normen houden rekening met het groeiende autobezit en moeten parkeerproblemen in de toekomst voorkomen. Het grondgebied van Leeuwarden wordt opgedeeld in drie deelgebieden: binnenstad, schil/kantorenhaak en de overige woonwijken/bedrijventerreinen. 8.4
Parkeerbalans
•
Het aantal parkeerplaatsen ten behoeve van de binnenstad zal worden uitgebreid tot 3850 parkeerplaatsen in 2010 De aanvullende parkeercapaciteit wordt bereikt door: • De bouw van de parkeergarage onder het Oldehoofsterkerkhof (saldo +300) en een extra laag op de Klanderij (+ 130). • Stimuleren van het dubbelgebruik van het Jacob Catsplein/Fonteinland (+380) en na één jaar evalueren. • Afhankelijk van de uitkomst van de evaluatie van het dubbelgebruik Jacob Catsplein/Fonteinland, overleg starten met partijen aan de zuidwestzijde van de binnenstad om hun parkeercapaciteit op de koopavond en de zaterdag voor bezoekers van de binnenstad te mogen gebruiken. • Uitbreiding van het concept van transferia naar aanvullende locaties.
•
E V E N W I C H T I N PA R K E R E N Gemeentelijk Parkeerbeleidsplan
42
8.5
Parkeerregulering
Om het parkeren te reguleren, worden de volgende maatregelen voorgesteld: •
•
•
•
• • • •
•
8.6
Introduceren van een systeem met gebiedsgerichte uitgifte van parkeerbewijzen in plaats van het huidige systeem op straatniveau. Hiervoor wordt de binnenstad in zeven gebieden opgedeeld, met daarin plaatsen voor houders van een vergunning en betaalde parkeerplaatsen waar met een abonnement geparkeerd kan worden. Parkeren met een abonnement op een vergunninghouderplaats is niet mogelijk, ook niet als dit hetzelfde gebied betreft. Beperken van de uitgifte van parkeerbewijzen voor bewoners tot twee parkeerbewijzen voor maaiveldparkeren. Bij een tekort op maaiveld zal de bewoner ook voor de tweede auto moeten uitwijken naar de parkeergarages. Beperken van de uitgifte van parkeerbewijzen voor bedrijven en instellingen tot maximaal twee parkeerbewijzen op maaiveld. Wanneer dit niet voldoende is, kunnen abonnementen in de garages worden aangeschaft. Deze uitgifte zal wel worden beperkt tot maximaal 10 voor de eerste 10 medewerkers per bedrijf of vestiging. Voor elke volgende 10 medewerkers kan slechts één parkeerbewijs worden aangeschaft. Wel zijn er voorwaarden aan de uitgifte van zowel de parkeerbewijzen op maaiveld als de abonnementen in garages verbonden. De werknemers kunnen alleen via het bedrijf een aanvraag indienen en de ambulantheid moet hierbij worden aangetoond. Bedrijven met parkeerplaatsen op eigen terrein komen niet meer in aanmerking voor parkeerbewijzen (naar rato van het aantal parkeerplaatsen op eigen terrein). Nieuw te vestigen bedrijven zullen in hun eigen parkeerbehoefte moeten voorzien (realiseren parkeerplaatsen volgens de nieuwe parkeernormen). Invoeren van betaald parkeren tot 22.00 uur in combinatie met openstelling van de Zaailandgarage, 7 dagen per week 24 uur per dag. De Hoeksterendgarage is geopend op maandag tot en met zaterdag tot 24.00 uur. Uitrijden is mogelijk 7 dagen in de week 24 uur per dag Door middel van selectieve toegankelijkheid zal een parkeergarage 24 uur per dag, 7 dagen in de week toegankelijk worden gemaakt voor abonnementhouders. De parkeertarieven en de tarieven voor de abonnementen stijgen gemiddeld met 10%, conform de driejaarlijkse inflatiecorrectie (bijlage 6). Vastleggen van bovenstaande afspraken in de verordeningen. Gehandicapten kunnen met de Europese gehandicaptenparkeerkaart tegen een (deels) aangepast parkeertarief drie uur parkeren op algemene gehandicaptenparkeerplaatsen in de binnenstad. Stimuleren dat nieuw te vestigen bedrijven en instellingen in de binnenstad of in de kantorenhaak met meer dan vijftig medewerkers en elders gevestigde bedrijven en instelling met meer dan honderd medewerkers een vervoersplan op stellen. Communicatie
Communicatie en voorlichting zijn aspecten die tijdens verscheidene momenten een rol spelen. Het gaat hier om het in meer algemene zin communiceren over
43
de voorstellen zoals die in het voorliggende parkeerbeleidsplan naar voren komen. Deze communicatie zal meer van algemene aard zijn en is met name gericht op voorlichting en het informeren van belanghebbenden en belangstellenden over de voorstellen. Met de daadwerkelijke uitvoering van onderdelen uit het parkeerbeleidsplan wordt per onderdeel bekeken op welke wijze de communicatie wordt ingericht. Deze communicatie is gericht op de direct belanghebbenden en zal ook met gerichte informatieverstrekking plaatsvinden (folders, bijeenkomsten e.d.). 8.7
Uitvoering parkeerbeleid
Het parkeerbeleidsplan leidt tot een set aan maatregelen die onderstaand zijn samengevat.
2004 • • •
•
Stimuleren dubbelgebruik Jacob Catsplein / Fonteinland. Parkeernormen opnemen in verordeningen. Opnemen nieuwe parkeertarieven maaiveld / parkeergarages en tarieven van de parkeerbewijzen in de verordeningen. Dit als gevolg van de inflatiecorrectie van gemiddeld 10%. Parkeeronderzoek naar de parkeerbalans en de betalingsbereidheid.
2005 • • • • • • • •
• • •
Aanpassen parkeerduur en parkeertarief voor gehandicapten. Aanpassen parkeertarieven op maaiveld en in de parkeergarages met gemiddeld 10% (inflatiecorrectie). Invoeren avondparkeren van maandag tot en met zaterdag tot 22.00 uur in zone a en b. Uitbreiding handhaving tot 22.00 uur (tevens aanstellen 2,3 fte handhavers). Openstelling parkeergarage Zaailand 7 dagen in de week 24 uur per dag. Openstelling parkeergarage Hoeksterend tot 24.00 uur van maandag tot en met zaterdag met uitrijmogelijkheid van 7 dagen in de week 24 uur per dag. Realisatie bouw extra parkeerlaag Klanderij. Evalueren dubbelgebruik Jacob Catsplein / Fonteinland en afhankelijk van de uitkomst bepalen of een zoekopdracht voor het zuidwestelijke gebied wordt opgestart. Bedrijven stimuleren opstellen vervoersplannen. Vaststellen door Raad (nieuwe) afgiftecriteria parkeerbewijzen in combinatie met aantal en soort parkeerbewijzen en tarieven. Parkeeronderzoek naar de parkeerbalans en de betalingsbereidheid.
2006 • • • •
Invoeren nieuwe parkeerbewijzen vanaf januari 2006. Realisatie bouw parkeergarage Oldehoofsterkerkhof. Parkeren in garages 24 uur per dag voor abonnementen. Parkeeronderzoek naar de parkeerbalans en de betalingsbereidheid.
E V E N W I C H T I N PA R K E R E N Gemeentelijk Parkeerbeleidsplan
44
NA 2006 • • •
Beperken parkeerduur zone a en b. Onderzoek naar chipknip / gsm parkeren / creditcard betalen. Parkeeronderzoek naar de parkeerbalans jaarlijks en de betalingsbereidheid 1 x per twee jaar.
45
BIJLAGE 1
LITERATUURLIJST
Voor het tot stand komen van het parkeerbeleidsplan is gebruik gemaakt van de volgende literatuur: • ‘Parkeerplan Leeuwarden’ gemeente Leeuwarden, 1994 • ‘Gemeentelijk Verkeers- en Vervoerplan (GVVP) Leeuwarden’, gemeente Leeuwarden, februari 2003 • ‘Varen onder eigen vlag’ Stadvisie Leeuwarden, oktober 2002 • ‘Essenties Parkeerbeleid, gemeente Leeuwarden, februari 2003 • ‘Realisatie van een parkeergarage onder het Oldehoofsterkerkhof en realisatie van een stedelijk plein aldaar’, gemeente Leeuwarden, september 2003 • ‘Kwaliteit straatparkeren’, CROW, 2001 • ‘Parkeerregulering: toepassing en effecten’, CROW, 2003 • ‘Parkeerkencijfers – Basis voor parkeernormering’, CROW, 2003 • ASVV 2004, Aanbevelingen voor verkeersvoorzieningen binnen de bebouwde kom, CROW, 2004 • ‘Loopafstanden bij winkelgebieden, CROW, 2003 • Diverse internetsites
E V E N W I C H T I N PA R K E R E N Gemeentelijk Parkeerbeleidsplan
46
BIJLAGE 2
PARKEERNORMEN LEEUWARDEN
Parkeernormen
Woningen *
Eenheid
Centrum Schil / Rest Aandeel bezoeker overloop bebouwde gebied kom
Woning groot, opp > 120m2 Woning opp = 80-120 m2 Woning opp = 60-80 m2 Woning opp < 60m2 Serviceflat/Aanleunwoning Kamer verhuur
Woning Woning Woning Woning Woning Kamer
1,80 1,40 1,10 0,80 0,60 0,30
1,90 1,50 1,20 0,90 0,60 0,30
2,00 1,60 1,30 1,00 0,60 0,30
0,3 0,3 0,3 0,3 0,3 0,2
pp pp pp pp pp pp
per per per per per per
woning woning woning woning woning woning
* Verfijningscriteria voor Woningen
Criteria
+ 0,1 per eenheid
neutraal
- 0,1 per eenheid
Prijsklasse Woningtype Woningtype Locatie
luxe/duur grondgebonden vrije kavel nvt
normaal gestapeld twee onder één kap nvt
sober/goedkoop nvt rijtjeswoning binnen de stad in rest bebouwde kom
Aanwezigheidspercentages
Woningen Detailhandel Kantoor Bedrijven Sociaal cultureel Sociaal medisch Ziekenhuis Dagonderwijs Avondonderwijs Bibliotheek Museum Restaurant Café Bioscoop/ theater Sport
werkdag overdag
middag
avond
koopavond
zaterdag middag
zaterdag avond
zondag middag
50 30 100 100 10 100 85 100 0 30 20 30 30 15 30
60 70 100 100 40 100 100 100 0 70 45 40 40 30 50
100 20 5 5 100 30 40 0 100 100 0 90 90 90 100
90 100 10 10 100 15 50 0 100 70 0 95 85 90 90
60 100 5 5 60 15 25 0 0 75 100 70 75 60 100
60 0 0 0 90 5 40 0 0 0 0 100 100 100 90
70 0 0 0 25 5 40 0 0 0 90 40 45 60 85
47
BIJLAGE 3
HUIDIG AANBOD PARKEREN
nwe. Plaats 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1
Boterhoek Doelestraat Groeneweg (Schoenm.p-Hr. Ivostraatje) Groot Schavernek Grote Kerkstraat (betaald) Harmonieplein Nieuwestad NZ (Kleine Kerkstraat tot Groot Schavernek) Ruiterskwartier (bij de Harmonie) Schoenmakersperk Westerplantage Totaal betaald parkeren
1 1 1 1 1 1 1 1 1
Bollemanssteeg Haniasteeg Kleine Kerkstraat Muggesteeg Nieuwepijp Nieuwesteeg Prinsentuin Wirdumerdijk Totaal parkeerverbod
1 1 1 1 1 1 1 1 1
aantal uitgegeven reguleringsvorm pp. verg/abonn 10 33 25 10 10 42 5
0 5 0 7 0 6 0
betaald betaald betaald betaald betaald betaald betaald
2 16 7 160
0 12 5 35
betaald parkeren A betaald parkeren B betaald parkeren B max. beschikbaar voor abonnementhouders: 35% = 56pp
0 0 0 0 0 0 0 0 0
2 0 0 0 0 0 0 0 2
Bagijnestraat Beyerstraat Burmaniastraat Grote Kerkstraat (verg) Klein Schavernek Perkswaltje St. Anthonystraat Torenstraat Totaal vergunninghoudersplaatsen
33 3 6 55 13 15 11 2 138
44 0 6 47 17 12 8 2 136
1
TOTAAL
298
173
2 2
Amelandsdwinger Bonifatiusplein
6 70
6 18
E V E N W I C H T I N PA R K E R E N Gemeentelijk Parkeerbeleidsplan
parkeren parkeren parkeren parkeren parkeren parkeren parkeren
tarief zone B B B A B A A
tekort / overschot
niet voor Ab.h. niet voor Ab.h.
+ 21
parkeerverbod X parkeerverbod X parkeerverbod X parkeerverbod X parkeerverbod X parkeerverbod X parkeerverbod X parkeerverbod X alleen tijdelijke ontheffingen verg.houdersplaatsen V verg.houdersplaatsen V verg.houdersplaatsen V verg.houdersplaatsen V verg.houdersplaatsen V verg.houdersplaatsen V verg.houdersplaatsen V verg.houdersplaatsen V max. beschikbaar voor vergunninghouders: 120% = 166pp
betaald parkeren betaald parkeren
B B
+ 30 + 51
48
nwe. Plaats
2 2 2 2 2 2 2 2 2
aantal uitgegeven reguleringsvorm pp. verg/abonn
Eewal 64 Gouverneursplein 15 Nieuwe buren 61 Voorstreek (Tuinen tot Wortelhaven) 8 Voorstreek OZ (Dubbele pijp tot Tuinen) 9 Voorstreek OZ (Hoeksterend 9 tot Dubbele pijp) Wissesdwinger 21 Wortelhaven 8 Totaal betaald parkeren 271
parkeren parkeren parkeren parkeren parkeren parkeren
tarief zone
72 12 51 0 0 0
betaald betaald betaald betaald betaald betaald
B B B B B B
3 2 164
betaald parkeren B betaald parkeren B max. beschikbaar voor abonnementhouders: 35% = 95pp
2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2
A.S. Levinsonstraat Amelandshof Amelandsstraat Auckemastraatje Bonte Papesteeg Grote Hoogstraat Hoeksterend Hofplein Huygenstraat Jacobijnerkerkhof Kleine Hoogstraat Maria Annastraatje Minnemastraat Monnikenmuurstraat Noorderweg Pijlsteeg Poststraat Raadhuisplein Sint Jacobsstraat Slotmakersstraat Vijzelstraat Weerd Totaal parkeerverbod
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
0 0 0 0 0 0 0 14 0 8 0 0 0 0 0 0 0 10 0 0 0 0 32
parkeerverbod parkeerverbod parkeerverbod parkeerverbod parkeerverbod parkeerverbod parkeerverbod parkeerverbod parkeerverbod parkeerverbod parkeerverbod parkeerverbod parkeerverbod parkeerverbod parkeerverbod parkeerverbod parkeerverbod parkeerverbod parkeerverbod parkeerverbod parkeerverbod parkeerverbod alleen tijdelijke ontheffingen
X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X
2 2 2 2
Achter de Grote kerk Bij de put Bredeplaats Breedstraat
13 6 7 6
14 7 8 6
verg.houdersplaatsen verg.houdersplaatsen verg.houdersplaatsen verg.houdersplaatsen
V V V V
tekort / overschot
niet voor Ab.h. niet voor Ab.h. niet voor Ab.h.
- 69
49
nwe. Plaats
2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2
aantal uitgegeven reguleringsvorm pp. verg/abonn
Eebuurt 10 Groeneweg (Noorderweg- Schoenm.p) 14 Herenwaltje 10 Kazerne 64 Klokplein 5 Kromme Jat 9 Pottebakkersplaats 11 Reyndersbuurt 13 Sacramentsstraat 4 Speelmanstraat 26 Totaal vergunninghoudersplaatsen 198
10 13 18 24 4 4 8 1 2 34 153
2
TOTAAL
469
349
3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3
Druifstreek (Oosterstraat-Keizersgracht) 15 Gedempte Keizersgracht 8 Groentemarkt 0 Korfmakerstraat 9 Nieuwekade 24 Nieuweweg 6 Oosterbuurt 64 Oostergrachtswal 4 Oosterkade 47 Ritsumastraat 8 Tuinen ZZ 7 Turfmarkt 10 Tweebaksmarkt 59 Uniabuurt 4 Vliet 116 Zwitserswaltje 11 Totaal betaald parkeren 392
5 24 2 4 1 0 0 0 33 0 2 6 44 2 50 5 178
3 3 3 3 3 3 3
Blokhuissteeg de Brol Heerestraat Keizersgracht Kelders Koningsstraat Kruisstraat
E V E N W I C H T I N PA R K E R E N Gemeentelijk Parkeerbeleidsplan
0 0 0 0 0 0 0
0 0 1 0 0 0 1
tarief zone
verg.houdersplaatsen V verg.houdersplaatsen V verg.houdersplaatsen V verg.houdersplaatsen V verg.houdersplaatsen V verg.houdersplaatsen V verg.houdersplaatsen V verg.houdersplaatsen V verg.houdersplaatsen V verg.houdersplaatsen V max. beschikbaar voor vergunninghouders: 120% = 238pp
betaald parkeren B betaald parkeren B betaald parkeren B betaald parkeren B betaald parkeren B betaald parkeren B betaald parkeren C betaald parkeren C betaald parkeren B betaald parkeren B betaald parkeren B betaald parkeren B betaald parkeren B betaald parkeren B betaald parkeren C betaald parkeren B max. beschikbaar voor abonnementhouders: 35% = 137pp parkeerverbod parkeerverbod parkeerverbod parkeerverbod parkeerverbod parkeerverbod parkeerverbod
X X X X X X X
tekort / overschot
+ 85 16
- 41
50
nwe. Plaats
3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3
Nieuwstraatje Oosterstraat Ossekop Over de Kelders Peperstraat Reigerplein Reigerstraat TOTAAL PARKEERVERBOD Berlikumermarkt Blokhuisplein Droevendal Gedempte Keizersgracht Keijzersbuurt Weaze west Totaal vergunninghoudersplaatsen
aantal uitgegeven reguleringsvorm pp. verg/abonn 0 0 0 0 0 0 0 0 8 35 5 16 3 15 82
0 0 1 0 0 0 0 3 7 36 3 3 9 58
3
TOTAAL
474
239
4 4 4 4 4 4 4 4
Baljeestraat Beursplein Lange Marktstraat Snekerkade (=deel Willemskade ZW) Stationsplein Van Swietenstraat Willemskade Willemskade NZ (west) (Pr. Hendrikstr-Schoolstr) Willemskade NZ (oost) (Pr. Hendrikstr-Zuiderstr) Willemskade ZZ (west) Willemskade ZZ (oost) Zaailand (gehandicaptenparkeerplaatsen) Zaailand (Westerkade-Pr. Hendrikstraat) Zuidersingel Zuiderstraat Totaal betaald parkeren
42 10 13 0 12 34 0 11
33 0 0 0 0 12 142 0
24
0
87 73 4 33 12 48 403
0 0 0 0 0 8 195
4 4 4 4 4 4 4 4
4 4
Prins Hendrikstraat Sophialaan
0 0
0 0
tarief zone
parkeerverbod X parkeerverbod X parkeerverbod X parkeerverbod X parkeerverbod X parkeerverbod X parkeerverbod X alleen tijdelijke ontheffingen verg.houdersplaatsen V verg.houdersplaatsen V verg.houdersplaatsen V verg.houdersplaatsen V verg.houdersplaatsen V verg.houdersplaatsen V max. beschikbaar voor vergunninghouders: 120% = 98pp
betaald betaald betaald betaald betaald betaald betaald betaald
parkeren parkeren parkeren parkeren parkeren parkeren parkeren parkeren
B A B B B B A A
betaald parkeren
A
betaald parkeren B betaald parkeren B betaald parkeren A betaald parkeren A betaald parkeren B betaald parkeren A max. beschikbaar voor abonnementhouders: 50% = 202pp parkeerverbod parkeerverbod
X X
tekort / overschot
+ 40 - 1,00
niet voor Ab.h.
niet voor Ab.h.
+7
51
nwe. Plaats
aantal uitgegeven reguleringsvorm pp. verg/abonn
tarief zone
4 4
Stationsweg Totaal parkeerverbod
0 0
0 0
parkeerverbod X alleen tijdelijke ontheffingen
4 4 4 4
5 23 20 14
5 19 29 0
verg.houdersplaatsen verg.houdersplaatsen verg.houdersplaatsen verg.houdersplaatsen
8
0
verg.houdersplaatsen A
14
33
verg.houdersplaatsen V
4
Arendstraat Schoolstraat Westerkade Willemskade NZ (west) (Schoolstraat-tot Westerkade) Willemskade NZ (oost) (Zuiderstraat tot Beursplein) Zaailand (Prins Hendrikstraat tot Zuiderstraat) Totaal vergunninghoudersplaatsen
84
86
max.beschikbaar voor vergunninghouders: 120% = 101pp
4
TOTAAL
487
281
5 5 5
Zuidergrachtswal Zuiderplein Totaal betaald parkeren
34 19 53
0 8 8
4 4
5 5 5 5 5 5 5 5 5
Gardeniersweg Totaal parkeerverbod Achter de Hoven Hovenierstraat Klanderijstraat Romkeslaan Tulpenburg Zoutbranderij Totaal vergunninghoudersplaatsen
0 0 10 0 18 6 0 2 36
0 0 2 0 2 11 0 2 17
5
TOTAAL
89
25
6 6 6 6 6 6
Fonteinland Harlingersingel Harlingertrekweg Jacob Catsplein Westersingel TOTAAL BETAALD PARKEREN
274 2 10 112 125 523
2 1 0 8 90 101
E V E N W I C H T I N PA R K E R E N Gemeentelijk Parkeerbeleidsplan
tekort / overschot
V V A V
betaald parkeren B betaald parkeren B max. beschikbaar voor abonnementhouders: 50% = 27pp parkeerverbod X alleen tijdelijke ontheffingen verg.houdersplaatsen V verg.houdersplaatsen V verg.houdersplaatsen V verg.houdersplaatsen V verg.houdersplaatsen V verg.houdersplaatsen V max. beschikbaar voor vergunninghouders: 120% = 43pp
betaald parkeren D betaald parkeren B betaald parkeren C betaald parkeren D betaald parkeren C max. beschikbaar voor
+ 15 + 22
+ 19
+ 26 + 45
52
nwe. Plaats
aantal uitgegeven reguleringsvorm pp. verg/abonn
tarief zone
abonnementhouders: 70% = 366pp 6
TOTAAL
523
101
7 7 7
Schrans Sixmastraat/plein Totaal betaald parkeren
54 144 198
10 114 124
7 7 7
7
Eenhoorn Hoekemastraat Totaal vergunninghoudersplaatsen
9 0 9
7 0 7
tekort / overschot
+ 265 + 265
betaald parkeren B betaald parkeren C max. beschikbaar voor abonnementhouders: 50% = 99pp verg.houdersplaatsen V verg.houdersplaatsen V max. beschikbaar voor vergunninghouders: 120% = 11pp
niet voor Ab.h.
- 25
+4
TOTAAL
207
131
- 21
TOTAAL
2547
1299
377
230 251 187 46
74
Te ‘vervallen’ parkeerplaatsen Oldehoofsterkerkhof, door bouw parkeergarage P&R terrein, in eigendom bij NS Wilhelminaplein, tijdelijk terrein Arendstuin, door woningbouw
Capaciteit Parkeergarages Zaailand 625 Klanderij 525 Hoeksterend 395 Oldehoofsterkerkhof (medio 2006 beschikbaar) 525 Totaal garages (medio 2006) 2070
0 33
betaald parkeren betaald parkeren betaald parkeren verg.houdersplaatsen
B D B V
53
BIJLAGE 4
PARKEREN BINNENSTAD BEZETTINGGRAFIEKEN
Bezettingsgrafieken van de betaald parkeerplaatsen in de binnenstad van Leeuwarden o.b.v. parkeeronderzoek op vrijdagmiddag 10 oktober 2003, zaterdag 11 oktober 2003 en donderdagavond 6 november 2003. Noordrand (binnenstad)
600 500 400 300 200 100 0
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
14
14
15
16
17
18
19
20
21
14
15
16
17
18
19
20
21
Oostrand (binnenstad)
350 300 250 200 150 100 50 0
10
11
12
Oostrand (schil rondom binnenstad)
250 200 150 100 50 0
10
11
Capaciteit
12
12
Bezetting Donderdag
E V E N W I C H T I N PA R K E R E N Gemeentelijk Parkeerbeleidsplan
Bezetting Vrijdag
Bezetting Zaterdag
54
Zuidrand (binnenstad)
350 300 250 200 150 100 50 0
10
11
12
12
14
15
16
17
18
19
20
21
13
14
15
16
17
18
19
20
21
13
14
15
16
17
18
19
20
21
15
16
17
18
19
20
21
Zuidrand (schil rondom binnenstad)
500 400 300 200 100 0
10
11
12
Westrand (binnenstad)
500 400 300 200 100 0
10
11
12
Westrand (schil rondom binnenstad)
600 500 400 300 200 100 0
10
11 Capaciteit
12
13
14
Bezetting Donderdag
Bezetting Vrijdag
Bezetting Zaterdag
55
BIJLAGE 5
PROCEDURE AANVRAAG VERGUNNINGEN Klant meldt zich Balie levert informatie over vergunningen • Basiscriteria • Wachtlijst ja/nee Voldoet de aanvrager aan de criteria Ja
Nee Geen parkeerbewijs
Heeft de aanvrager al een parkeerbewijs op zijn woon- cq bedrijfsadres? Ja
Nee Parkeerbewijs in zone wooncq bedrijfsadres Heeft de aanvrager al twee parkeerbewijzen?
Ja
Nee
Aanvrager wordt doorverwezen naar parkeergarages Is er ruimte in de zone? Ja
Nee
Parkeerbewijs in zone woon- cq bedrijfsadres zo ver parkeercapaciteit dat toelaat. De balans wordt jaarlijks opgemaakt Is er ruimte in de aangrenzende zones? Ja Aanvrager krijgt parkeerbewijs in aangrenzende zone
E V E N W I C H T I N PA R K E R E N Gemeentelijk Parkeerbeleidsplan
Nee Aanvrager wordt doorverwezen naar parkeergarages
56
BIJLAGE 6
VOORSTEL NIEUWE TARIEVEN 2005
Parkeren op maaiveld, tarieven
Zone Zone Zone Zone Zone
Parkeren op maaiveld, max. parkeerduur
2004 A B C D
€ € € €
2,00/uur 1,00/uur 0,50/uur 0,25/uur
2005 € € € €
2,20/uur 1,10/uur 0,60/uur 0,30/uur
Zone Zone Zone Zone Zone
A B C D
2004
2005
1 uur 2 uren 3 uren dag
1/2 uur of 1 uur 1 of 2 uur 3 uur dag
Parkeren in garages
Garage
2004
Zaailand € 1,50 /uur Klanderij € 1,00 /uur Hoeksterend € 1,00 /uur Oldehoofsterkerkhof
2005 € 5,50 /dag € 3,60 /dag € 3,60 /dag
€ € € €
1,50 1,00 1,00 1,50
/uur /uur /uur /uur
€ € € €
6,00 4,00 4,00 6,00
/dag /dag /dag /dag
Parkeren met een Abonnement, Vergunning of Ontheffing voor bewoners Bewoners parkeren op maaiveld (prijs per jaar)
Parkeerbewijs Vergunning binnenstad (zone A+B) 1 locatie Vergunning schil (zone C+D), 1 locatie Abonnement binnenstad (zone A+B), 1 locatie Abonnement schil (zone C+D), 1 locatie
2004
2005
€ 145,00 € 72,00 € 145,00 € 72,00
€ 160,00 € 80,00 € 160,00 € 80,00
Parkeren met een Abonnement, Vergunning of Ontheffing voor bedrijven Bedrijven parkeren op maaiveld (prijs per jaar)
Parkeerbewijs Abonnement binnenstad, 6 dgn, 1 locatie Abonnement binnenstad, 6 dgn Abonnement schil, 6 dgn, 1 locatie Abonnement schil, 5 dgn (8-18 uur) Abonnement binnenstad en schil, 6 dgn Ontheffing 5 dgn, 8-18 uur
2004 € € € € € €
290,00 324,00 145,00 162,00 399,00 324,00
Parkeren in garages voor bewoners en bedrijven met een Abonnement Abonnement 2004 Abonnement Zaailand, ma-vr € 840,00 Abonnement Zaailand, ma-za € 948,00 Abonnement Klanderij, ma-vr € 744,00 Abonnement Klanderij, ma-za € 840,00 Abonnement Hoeksterend, ma-vr € 390,00 Abonnement Hoeksterend, ma-za € 576,00
2005 € € € € € €
320,00 356,00 160,00 178,00 439,00 356,00
2005 € 942,00 € 1.032,00 € 828,00 € 924,00 € 450,00 € 660,00
57
Colofon Projectteam Marga Waanders, Wethouder Ruimtelijke Ordening Verkeer en Vervoer Hayo van der Meer, Senior adviseur Verkeer en Vervoer Geertje Bakker, Verkeerskundige Durk Bergsma, Procesmanager Lambert Kappert, Sectorhoofd Ruimtelijke Ontwikkeling & Inrichting Teksten en kaarten Hayo van der Meer, senior adviseur Verkeer & Vervoer Durk Bergsma, procesmanager Geertje Bakker, verkeerskundige Roeland van der Velden, Grontmij Parkconsult Rik Timmer, Grontmij Uitgave Gemeente Leeuwarden, april 2005 Vastgesteld door de gemeenteraad 11 october 2004
E V E N W I C H T I N PA R K E R E N Gemeentelijk Parkeerbeleidsplan