Evaluatie van een aantal opleidingsprofielen van het studiegebied Grafische technieken in het volwassenenonderwijs 1. Opdracht Het Besluit van de Vlaamse Regering van 1 september 2006 voorziet in de evaluatie van de opleidingsprofielen ten laatste 3 jaar na zijn inwerkingtreding. De evaluatie heeft betrekking op onderstaande opleidingsprofielen: Studiegebied Grafische technieken code naam Drukvoorbereider (pre-press) BO GR 102 Operator digitale impositie (pre-press) BO GR 103 BO GR 104
Digitaal drukker (pre-press)
BO GR 105
DTP-operator (pre-press)
BO GR 201
Hulpdrukker (press)
BO GR 202
Offsetdrukker vellenpers (press)
BO GR 203
Offsetdrukker rotatie (press)
BO GR 204
Flexodrukker (press)
BO GR 205
Diepdrukker (press)
BO GR 206
Zeefdrukker (press)
BO GR 301
Afwerker: snijder en vouwer (afwerking)
BO GR 302
Machinaal boekbinder (afwerking)
BO GR 401
Papier- en kartonoperator (afwerking)
BO GR 501
Multimedia-operator (non-print)
BO GR 502
Webdesigner (non-print)
BO GR 503
Webontwikkelaar (non-print)
BO GR 504
Webserverbeheerder (non-print) Zwevende modules
2. Onderzoeksmethode Voor de evaluatie van de opleidingsprofielen (OP’s) ontwikkelde de inspectie Volwassenenonderwijs (VWO) een onderzoekskader steunend op het CIPO-model met de vier componenten Context, Input, Proces en Output. Er werd gebruik gemaakt van volgende onderzoeksmethoden: - een literatuurstudie voornamelijk over de historiek en het concept van de opleidingsprofielen; - een analyse van numerieke gegevens over de centra voor volwassenenonderwijs op basis van de databank van de overheid; - een schriftelijke bevraging van de centra;
Schooljaar 2008-2009 Evaluatie opleidingsprofielen in het studiegebied Grafische technieken
1
-
een gesprek met een aantal deskundigen (consultatiegroep).
Om de planlast van de centra tot een absoluut minimum te herleiden, werden enkel bij de overheid kwantitatieve gegevens opgevraagd. Het beschikbare materiaal was tot een minimum beperkt. Wat de component Output betreft, konden geen onderliggende indicatoren worden weerhouden. De inspectie heeft de 13 centra (bijlage 1) die het studiegebied Grafische technieken aanbieden, uitgenodigd om deel te nemen aan de schriftelijke bevraging. Elf centra verleenden hun medewerking. De bevraging (bijlage 2) betrof verschillende aspecten van de opleidingsprofielen. De resultaten hiervan zijn in grafieken verwerkt (bijlage 3). Voor de consultatie heeft de inspectie ook deskundigen uitgenodigd (bijlage 4) voor een gesprek.
Schooljaar 2008-2009 Evaluatie opleidingsprofielen in het studiegebied Grafische technieken
2
3. Context 3.1
Situering van de opleidingsprofielen
Het decreet betreffende het volwassenenonderwijs van 15 juni 2007 bepaalt in art. 24: § 1. Op voordracht van de stuurgroep en na advies van de Vlaamse Onderwijsraad bepaalt de Vlaamse Regering de opleidingsprofielen. Een opleidingsprofiel omvat ten minste : 1° het minimale aantal lestijden van een opleiding; 2° het aantal modules; 3° het aantal lestijden per module dat in aanmerking genomen wordt voor de berekening van de financiering; 4° de verdeling van de eindtermen, de specifieke eindtermen of basiscompetenties over de modules binnen een opleiding. § 2. De Vlaamse Regering kan voor bijzondere doelgroepen afwijken van het in § 1, 1°, bedoelde minimale aantal lestijden van een opleiding. § 3. De Vlaamse Regering bepaalt de procedure en de criteria om tot opleidingsprofielen te komen. Een grafisch overzicht van de opleidingen is te vinden op http://www.ond.vlaanderen.be/dvo/ > Volwassenenonderwijs > Secundair volwassenenonderwijs > Concrete uitwerking per studiegebied. 3.2 Ontstaan van de opleidingsprofielen De opleidingsprofielen van het studiegebied Grafische technieken werden ontwikkeld in de schoot van de Dienst voor Onderwijsontwikkeling (DVO). De DVO vertrok bij de ontwikkeling van de opleidingsprofielen voornamelijk vanuit het experiment modularisering, met uitzondering van de opleiding waarvoor een beroepsprofiel voorhanden was. De Vlor bracht advies uit op 26/04/2005. Op 1/09/2006 werden de 18 opleidingsprofielen ingevoerd als definitief structuurschema conform het besluit van de Vlaamse Regering van 01/09/2006 betreffende de modulaire structuur van het secundair onderwijs voor sociale promotie. De opleidingsprofielen werden gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 08/11/2006. 3.3 Concept De opleidingsprofielen zijn volgens een vast stramien opgebouwd. In een eerste deel wordt in een korte beschrijving de relatie geduid van de opleiding tot het beroep met een opsomming van vaardigheden en technieken die de cursist tijdens de opleiding zal aanleren. Daarna volgt een opsomming van de modules met het aantal lestijden, de instapvereisten en desgevallend de facultatieve modules (de modules in het leertraject die niet leiden tot het certificaat). De modules en de opleiding zijn gekoppeld aan een niveau en een vak. Vervolgens worden de sleutelvaardigheden opgesomd. In de opleidingsprofielen van het volwassenenonderwijs gebruikt men voor het formuleren van de sleutelvaardigheden in principe enkel de GENT-4-publicatie Sleutelvaardigheden in het beroepsgerichte onderwijs in
Schooljaar 2008-2009 Evaluatie opleidingsprofielen in het studiegebied Grafische technieken
3
Vlaanderen en in Nederland 1. Deze publicatie beschrijft 36 sleutelvaardigheden zoals contactvaardigheid, beslissingsvermogen, empathie, leergierigheid enz. Het tweede deel omvat de individuele modules. Per module volgt een situering binnen de opleiding met de instapvereisten, de studieduur en de basiscompetenties.
1
GENT staat hier voor Gehele Europese Nederlandstalige Taalgebied. De GENT-4-publicatie dateert van 4 november 1999.
Schooljaar 2008-2009 Evaluatie opleidingsprofielen in het studiegebied Grafische technieken
4
4. Input De opleidingen Grafische technieken worden aangeboden in 13 cvo’s.
X
X
X
X
X
X
X
CVO CTT, Halmstraat 12, 3600 GENK
X
X
X
CVO HZ, Molenstraat 12, 3550 HEUSDENZOLDER
X
X
X
X
X
CVO Kortrijk-Menen-Tielt, Minister Taeyelaan 13, 8500 KORTRIJK
De
X
X
X
X
X
CVO Leuven Landen, Redingenstraat 90 3000 LEUVEN
X
X
X
X
X
X
X
CVO Leerstad, LOKEREN
Brouwerijstraat
5,
9160
PCVO Waas en Durme, Durmelaan 34_A, 9160 LOKEREN
X
X
X
X
CVO KISP, Industrieweg MARIAKERKE
X
X
X
X
X
X
CVO TSM, MECHELEN
Jef
228,
Denynplein
2,
Afwerker: snijder vouwer Zwevende modules
X
Zeefdrukker
Webontwikkelaar
X
Webserverbeheerder
Webdesigner
Multimedia operator
X
X
CVO VTI, Boeveriestraat 73, 8000 BRUGGE CVO TISJ, Kleinhoefstraat 4, 2440 GEEL
Offset vellenpers
SCVO Nijverheidsschool, Paardenmarkt 94, 2000 ANTWERPEN 1
DTP operator
Digitale drukker
Drukvoorbereider
en
Onderstaande tabel geeft een overzicht van het aanbod incl. de spreiding over de regio’s tijdens het schooljaar 2008-2009.
9030
2800
X
X
X
X
X
X
CVO LBC, Kroonmolenstraat 4, 9100 SINTNIKLAAS CVO HORITO, de Merodelei 220, 2300 TURNHOUT
X
X
X
De opleidingen Afwerker: snijder en vouwer (1x) en Zwevende modules (6x) werden in 20082009 voor de eerste keer aangeboden.
Schooljaar 2008-2009 Evaluatie opleidingsprofielen in het studiegebied Grafische technieken
5
Onderstaande tabel geeft een overzicht van het aantal cursisten tijdens de schooljaren 20062007 en 2007-2008 Aantal cursisten 3000
2537 2500
2000 1702 1600 1500
06 07 07 08
1359
1000 736 552 500 146
53 74
13 47
239 41 32
26 28
41 37
M
W
Ze ef dr uk ke r
eb se rv eb eh ee rd er
ik ke la ar W eb
on tw
W eb de si gn er
ffs et O
ul tim
ve lle np er s
ed ia -o pe rra to r
D TP -o pe ra to r
dr uk ke r ig ita le D
D
ru kv oo rb er ei de r
0
Onderstaande tabel geeft een overzicht van het aantal centra tijdens de schooljaren 20062007, 2007-2008 en 2008-2009. Aantal centra 12 11 11
11
10
10 9 9
8 7
7 6
6 5 5 4
06 07 07 08 08 09
4
4 3 3 2 2
3
3
2
2
2 2
2 1 1 1
1
1
1
0 0
0 0
ul es m od
Ze ef dr uk ke r
Zw ev en de
W
eb se r
ve be he er de r
r ik ke la a on tw
W eb
W eb de si gn er
D TP -o pe er ra ke to r: r sn ijd er en vo uw M er ul tim ed ia -o pe rra to r O ffs et ve lle np er s Af w
D
ru kv oo rb er ei de r D ig ita le dr uk ke r
0
Schooljaar 2008-2009 Evaluatie opleidingsprofielen in het studiegebied Grafische technieken
6
De regionale spreiding is vrij evenwichtig: Antwerpen 3, Vlaams-Brabant 1, Limburg 3, OostVlaanderen 4 en West-Vlaanderen 2. Het aantal cursisten is eerder beperkt met name 2,3% van het totale aantal cursisten volwassenenonderwijs. Er is een stijgende tendens vooral in de opleidingen DTP-operator, Multimedia-operator en Webdesigner. Van de 18 ontwikkelde opleidingsprofielen worden er drie jaar na datum maar 11 ingericht door de cvo’s. De reden hiervoor is dat de opleidingsprofielen prioritair werden ontwikkeld voor het dagonderwijs vanuit een beroepenstructuur van de drukkerij-, grafische kunst- en dagbladbedrijven. Hierbij vormde de indeling van het productieproces het referentiekader met name Pre-press, Press en Afwerking. De profielen werden door de DBO ontwikkeld vanuit een zuiver grafische invalshoek voor het dagonderwijs. Voor het volwassenenonderwijs zijn heel wat van die modules dan ook niet organiseerbaar o.m. wegens de instroom (gering), de infrastructuur (niet beschikbaar) en de methode (bv. werkplekleren). Het is dan ook geen toeval dat het overgrote aanbod in het volwassenenonderwijs Non-print betreft, niet gebaseerd is op beroepsprofielen en inhoudelijk aanleunt tegen het studiegebied ICT. Een bijkomende complexiteit betreft de opleidingen van het studiegebied Fotografie waarmee men anno 2005 niet in het vaarwater wilde komen. Met de invoering van het decreet van 2007 werden de opleidingen fotografie ondergebracht in het studiegebied Grafische technieken. De beroepenstructuur wordt momenteel door de SERV en de sectoren geactualiseerd. Deze actualisering en het herbekijken en ontwikkelen van beroepsprofielen in functie van de nood van de arbeidsmarkt is broodnodig. De beroepenstructuur kan dan uitmonden in een opleidingen- c.q. kwalificatiestructuur die het sturend referentiekader wordt voor heel het aanbod. Het officiële aanbod, dat gebaseerd is op opleidingsprofielen met een wettelijk erkende certificering, zou een inhoudelijke basis en bindmiddel kunnen vormen voor samenwerking en afstemming. De certificering vormt hierbij een belangrijke meerwaarde. Naast het officiële gecertificeerde aanbod Grafische technieken in het volwassenenonderwijs is er een aanverwant aanbod in het secundair onderwijs - TSO, KSO en (D)BSO, in de hogescholen - professionele bachelor, en in de academies (DKO). Verder zijn vooral de VDAB, de SYNTRA en een aantal commerciële opleidingscentra actief op de vormingsmarkt. Het is moeilijk om een volledig zicht te krijgen op de sector en dit zowel wat betreft het aanbod als wat betreft de deelnemers. Er zijn geen formele dwarsverbindingen tussen het officiële en het niet-officiële circuit. Contacten zijn meestal gebonden aan individuele personen en initiatieven. Een sluitende inventaris van het volledige aanbod, officieel en nietofficieel, en dwarsverbindingen tussen de aanbieders is wenselijk.
Schooljaar 2008-2009 Evaluatie opleidingsprofielen in het studiegebied Grafische technieken
7
5. Proces De informatie over het proces berust op de analyse van de enquêtes die de centra hebben ingevuld en op de opmerkingen die door de consultatiegroep terzake werden geformuleerd. 5.1 Organisatie van het aanbod De centra ondervonden weinig problemen bij de omschakeling naar de nieuwe modulaire organisatie. Het vroegere aanbod werd vlot afgebouwd, voornamelijk “Toegepaste grafische technieken” en “Elektronische paginaopmaak en DTP”. De cursisten die reeds enkele modules afgewerkt hadden, konden nog inschrijven voor de vervolgmodule. De nieuwe cursisten werden onmiddellijk ingeschreven in één van de nieuwe opleidingsprofielen. De centra vinden de opleidingsprofielen voldoende flexibel opgesteld om diverse doelgroepen te bereiken met name cursisten tweedekansonderwijs en cursisten uit allerhande beroepscategorieën die kiezen voor bepaalde modules in functie van hun behoeften en/of interesses: architecten, reclamemakers, administratief personeel. De leerinhouden kunnen op verschillende manieren ingevuld worden en laten toe op verschillende niveaus te werken. Een aantal centra geeft aan dat dit in mindere mate geldt voor de opleidingen DTP-operator en Multimedia-operator. Er is ook vraag naar korte, specifieke opleidingen die momenteel vooral bij SYNTRA, VDAB en de commerciële opleidingscentra lopen. De samenwerking met deze aanbieders verloopt eerder moeizaam. De centra hebben vooral problemen op het vlak van logistiek/uitrusting en personeel. De eisen qua hard- en software zijn hoog, zelfs de educatieve versies van grafische programma’s blijven zeer prijzig. De doelstellingen richten zich vooral op professionele grafische pakketten hetgeen soms een struikelblok is voor de cursisten gezien de hoge kostprijs. Zo hebben cursisten die een opleiding in tweedekansonderwijs volgen betaalproblemen. Zij volgen veel modules tegelijkertijd en betalen al een hoge inschrijvingskost. Het plafond per schooljaar is vastgelegd op €400. Dit bedrag plus de materiaalkost vormt voor deze groep cursisten een serieuze financiële aderlating. Er is een duidelijke vraag naar de sector om hier betaalbare oplossingen aan te bieden. Het is ook geen sinecure om voldoende gekwalificeerd en gemotiveerd personeel te vinden. Het aantrekken van geschikte mensen met relevante ervaring is zeer moeilijk. Er is een probleem van verloning (specialisatie van de lesgever), van participatie aan het schoolgebeuren (hoog gekwalificeerd personeel houdt er nog een volledige dagtaak op na buiten het onderwijs) en van bekwaamheidsbewijzen (benoemde lesgevers in grafische technieken zijn verplicht alle modules van de grafische opleidingen te geven, wat niet realistisch is). De opleidingen van het studiegebied Grafische technieken liggen te ver uiteen om alle specialiteiten onder de knie te hebben. 5.2 Kwaliteitsbevorderende randvoorwaarden t.a.v. het opleidingsprofiel Alle centra hebben een formele en dynamische vakgroepwerking die geïntegreerd is in het algemene kwaliteitszorgsysteem i.c. evaluatie en bijsturing. Er worden kredieten vrijgemaakt voor bij- en nascholing maar de specifieke grafische nascholing is een pijnpunt qua prijs. Leerkrachten volgen bijscholing vooral intern maar ook extern in overleg met andere scholen. In een aantal centra is het grafische ontstaan uit de
Schooljaar 2008-2009 Evaluatie opleidingsprofielen in het studiegebied Grafische technieken
8
afdeling informatica of leunde er sterk bij aan. Leerkrachten uit de afdeling informatica hebben zich bijgeschoold om de meer technische modules binnen grafische te onderwijzen. De selectie van nieuwe leerkrachten richt zich niet in eerste instantie naar leerkrachten met kennis van een bepaald pakket, maar wel naar personen met de correcte opleiding binnen dit vakgebied en naar professionals. Ter bevordering van het leerproces investeren de centra in recent technisch materiaal en materiaal om het lesgeven te bevorderen (extra grote schermen, aangepaste software, …). De leerkrachten kunnen gebruik maken van een pakket met aangepast materiaal om de lessen grondig te kunnen voorbereiden en te geven. Grafische technieken is een dure afdeling die bovendien weinig lesurencursist genereert. Er is momenteel heel wat kunst- en vliegwerk nodig om tegemoet te komen aan de vereisten. Het verdient aanbeveling om hier als groep de krachten te bundelen en tot concrete afspraken te komen inzake softwarelicenties. Momenteel vaart elk centrum zijn eigen koers. 5.3 Leerbevorderende acties op cursistenniveau t.a.v. het opleidingsprofiel Het agogisch-didactische handelen van de leerkrachten is niet wezenlijk veranderd met de
invoering van de opleidingsprofielen. Methode en werkvormen liggen in de lijn van de vroegere praktijk - de meeste centra werkten reeds met modulaire structuurschema’s. Cursisten worden wel meer dan vroeger aangespoord tot creativiteit en zelfsturend leren. Gezien niet alle cursisten zich de dure softwareprogramma’s kunnen aanschaffen maken sommige centra gebruik van een OLC. Leermateriaal wordt via een website beschikbaar gemaakt. Daarnaast wordt intensief gebruikt gemaakt van de elektronische leeromgeving (ELO), zijn er extra muros activiteiten, infoavonden,… De evaluatie is geëvolueerd naar gespreide en permanente evaluatie waarbij zowel proces als product aan bod komen. Deze evolutie is niet specifiek een gevolg van de invoering van de opleidingsprofielen maar komt ook voor in andere vaardigheidsgerichte opleidingen. Omdat de grafische opleidingen zowel een technische als een creatieve inspanning vragen van de cursist hanteert men soms een portfolio-evaluatie bv. in de opleiding Multimedia-operator. De vakgroepen maken werk van een intakebeleid en oriëntatiebeleid. Er is meer dan vroeger sprake van trajectbegeleiding. Cursisten worden doelgerichter georiënteerd naar vervolgmodules. 5.4 Aspecten m.b.t. de implementatie 5.4.1 Implementatie vormelijk De huidige structuur, gestoeld op de 4 polen Pre-press, Press, Afwerking en Non print, is werkbaar maar onvolledig ingevuld (zie ook supra 4). Er is nood aan een globale beroepenstructuur voorzien van beroepsprofielen. Op basis hiervan kan een opleidingen- c.q. kwalificatiestructuur worden opgebouwd en opleidingsprofielen ontwikkeld. Deze opleidingen- c.q. kwalificatiestructuur vormt dan het referentiekader voor alle aanbieders zodat de samenwerking ook inhoudelijk gefaciliteerd wordt. De volgorderelatie van de modules voldoet grotendeels. Desalniettemin is er een algemene wens om de pijltjes zo veel mogelijk tussen de modules weg te laten en de
Schooljaar 2008-2009 Evaluatie opleidingsprofielen in het studiegebied Grafische technieken
9
verantwoordelijkheid bij het centrum te leggen. De stijgende kwaliteit van de leertrajectbegeleiding moet hier een garantie voor kwaliteit bieden. Zo is bij de Multimediaoperator de pijl tussen “Non-print producties” en “Non-print producties scripting” niet zinvol. Er is geen softwarepakket dat in beide modules kan gebruikt worden. Ook de inhoud van beide modules sluit niet bij mekaar aan. Voor dezelfde opleiding wordt dan weer voorgesteld om een volgorderelatie te leggen tussen “3D-tekenen 1” en “3D-animaties 1”. De verkaveling van het opleidingsprofiel in modules wordt overwegend als relevant ervaren. Het gaat om zinvolle inhoudelijke eenheden. Alleen bij Multimedia-operator zijn er te veel modules met een soms grote verscheidenheid. Een certificaat halen is hierdoor vaak onhaalbaar, een eventuele opsplitsing naar specialisaties zou beter zijn. De voorgeschreven minimale lestijd is overwegend realistisch ingeschat. De hoeveelheid oefeningen wordt afgestemd op de beschikbare tijd. Voor de opleidingen waarbij de computer gebruikt wordt er meestal in extra oefeningen voorzien die de cursist thuis kan maken. Sommige programma’s zijn wel zo uitgebreid geworden dat het aantal modules niet meer volstaat. Voor sommige modules zoals 'Webanimatie' en 'Non-print producties scripting' bij Multimedia-operator is de lestijd nipt. Dit geldt eveneens voor de modules “Websiteproductie” in de opleiding Webontwikkelaar. Bij de DTP-operator daarentegen kunnen de twee modules “Grafische vormgeving” gereduceerd worden tot één. De inhouden zijn onvoldoende uitdagend voor 2 x 60 lestijden. Ook de benaming van de opleidingen/modules worden als helder en duidelijk ervaren. Alleen bij de DTP-operator zorgen de benamingen grafische vormgeving en digitale beeldverwerking voor verwarring. Een aantal centra vindt dat de benaming van de modules veraf ligt van de pakketten zoals Photoshop en Illustrator en wenst een grotere transparantie naar certificering. Het kan uiteraard niet de bedoeling zijn merknamen het statuut te geven van een officieel deelcertificaat met civiel effect. De basiscompetenties/modules zijn overigens niet rechtstreeks gebonden aan één bepaald toepassingssoftwarepakket. Deze keuze van de ontwikkelaars is correct onder meer om in te spelen op de meest recente ontwikkelingen in dit snel evoluerend leergebied. De doelen zijn goed geformuleerd. Een aantal centra meldt dat door een te specifieke formulering van bepaalde doelstellingen deze niet steeds te bereiken zijn. Het is de vraag of deze opmerking niet slaat op het leerplan dat de basiscompetenties concretiseert. De ontwikkelaars van het opleidingsprofiel opteerden immers voor generisch geformuleerde basiscompetenties zodat ze de leerplanmaker c.q. lesgever voldoende ruimte laten om de onderwijspraktijk zinvol in te vullen. Een aantal centra vindt de instapvereisten soms te laag. Een basiskennis ICT is voor sommige modules noodzakelijk. Voor de modules ”Serverside-scripting” en “Clientside- scripting” in de opleiding Webontwikkelaar is geen voorkennis nodig. In de praktijk is het volgen van deze cursus zonder een behoorlijke kennis van HTML zeer moeilijk, tot onmogelijk. 5.4.2 Implementatie inhoudelijk Hoewel de doelstellingen als voldoende en actueel beschouwd worden, pleiten een aantal centra ervoor om ze bij te werken. De extra mogelijkheden van sommige nieuwe software zijn niet altijd op een logische manier onder te brengen in de opleidingsprofielen. Een aantal termen en technieken zijn ondertussen verouderd en zullen in de praktijk niet meer aan bod
Schooljaar 2008-2009 Evaluatie opleidingsprofielen in het studiegebied Grafische technieken
10
komen. Zo zijn de modules gericht op printoutput terwijl het digitale en het fotografische erg aan belang heeft gewonnen. De opleiding Multimedia-operator omvat een aantal modules met overlappende inhouden. Voor cursisten die de volledige opleiding volgen is de inhoud van de module “Non-print producties” overbodig omdat deze inhouden aan bod komen in andere modules. Deze module zou beter vervangen worden door een module die inzicht geeft in de technische problemen (PC- of serverproblemen) bij toepassingen in het multimedia gebied. Verder legt deze opleiding Multimedia-operator zich vooral toe op video en animatie en laat internet een beetje in de koude staan. Voor de modules digitale fotografie is de leerinhoud niet up-to-date. Er zijn inhouden (modules 1 en 2) die in de richting gaan van multimedia (diashow maken, …) en andere die noodzakelijk zijn voor de inhoud maar niet voldoende aanwezig zijn (kleurbeheer, …) of verkeerd geprogrammeerd zijn (RAW-ontwikkeling pas in de derde module, …). Er is ook discussie over de plaats en de inhoud van de module “Basis grafische technieken”. Deze module is geconcipieerd voor de 2de graad SO en bereidt de cursisten alleen voor op offsetdruktechnieken. Een oplossing bestaat erin om de module open te trekken of uit te breiden met algemene doelstellingen zodat een lokale invulling mogelijk wordt. Over het algemeen zijn de basiscompetenties voldoende breed geformuleerd. De leerinhoud kan op verschillende manieren ingevuld worden. Zo past een bepaald centrum de eerste module van de cursus digitale fotografie aan voor weinig eisende en veel eisende cursisten. De omschrijving van de leerinhoud laat toe op verschillende niveaus te werken. De verschillende cursussen kunnen met respect voor de basiscompetenties op een flexibele manier aangepast worden voor specifieke doelgroepen. De sleutelvaardigheden worden als zinvol ervaren. Er zijn wel vragen bij de hoeveelheid en de evaluatie ervan. 5.5 Impact van het opleidingsprofiel Het is niet mogelijk om een valide uitspraak te doen over de meerwaarde van de opleidingsprofielen in het kader van beroepsuitoefening. De meeste centra voeren een systematische bevraging van de motivatie van de cursisten. Slechts heel occasioneel wordt de output gemeten met name een bevraging van de alumni. Hier melden sommigen dat ze na het volgen van een cursus ander werk gevonden hebben of een andere (bijkomende) invulling van hun werkopdracht gekregen hebben. Een aantal cursisten die als zelfstandige of freelancer werken, hebben hun taken kunnen uitbreiden met de technologie die ze in deze opleiding hebben bijgeleerd. In de opleiding Multimedia-operator is een groot deel van de cursisten semi-amateur of beroepsfotograaf. Een belangrijke doelgroep vormen cursisten uit de kunstacademie. De leerstof aan de kunstacademie en binnen de modules digitale fotografie zijn complementair met name het technische en het creatieve aspect. De meeste cursisten Webdesigner hebben plannen om professioneel andere wegen in te slaan of om webontwikkeling te doen in bijberoep. Ook de cursisten uit digitale tekst- en paginaopmaak volgen deze modules uit professionele overwegingen. De benamingen DTPoperator en Multimedia-operator hebben overigens op zich een wervende waarde. Ze komen bij een sollicitatie beter over dan een cursus Photoshop of Indesign.
Schooljaar 2008-2009 Evaluatie opleidingsprofielen in het studiegebied Grafische technieken
11
Eén centrum biedt de opleidingen DTP-operator, Webdesigner en Webontwikkelaar aan voor werkzoekenden onder de vorm van een intensief programma. 70% van deze cursisten vindt binnen de 6 maanden na het beëindigen van de opleiding werk Een belangrijke doelgroep vormt ook het tweedekansonderwijs. Momenteel (juni 2009) studeert de eerste cohorte af, zodat nu nog niet kan geëvalueerd worden wat hun kennis waard is op de arbeidsmarkt. De opleidingsprofielen beantwoorden wel aan de verwachtingen van de cursisten. De doelstellingen zijn duidelijk en toch ruim inzetbaar waardoor een vlotte aanpassing aan doelgroepen mogelijk is.
Schooljaar 2008-2009 Evaluatie opleidingsprofielen in het studiegebied Grafische technieken
12
6. Conclusies en aanbevelingen 6.1 Aanbod Aanbevelingen: - Actualiseer (SERV en de sectoren) de beroepenstructuur en herbekijk en ontwikkel beroepsprofielen in functie van de nood van de arbeidsmarkt - Leid (Onderwijs) uit de beroepenstructuur een opleidingen- c.q. kwalificatiestructuur af die een sturend referentiekader wordt voor het volledige aanbod. - Maak een inventaris van het volledige aanbod, officieel en niet-officieel, en realiseer dwarsverbindingen tussen de aanbieders. 6.2 Organisatie van het aanbod Aanbevelingen: - Investeer in samenwerking en afstemming tussen de onderscheiden aanbieders. 6.3 Kwaliteitsbevorderende randvoorwaarden t.a.v. het opleidingsprofiel Aanbevelingen: - Onderhandel in groep met de sector om te komen tot concrete afspraken inzake softwarelicenties. 6.4 Leerbevorderende acties op cursistenniveau t.a.v. het opleidingsprofiel Aanbevelingen: - Nihil (De invoering van de opleidingsprofielen veroorzaakte geen wijzigingen inzake het agogischdidactische handelen en de evaluatie. De trajectbegeleiding is opgestart.) 6.5 Aspecten m.b.t. de implementatie Aanbevelingen: Vormelijk - Herbekijk de globale indeling van opleidingenstructuur gestuurd vanuit een geactualiseerde beroepenstructuur. - Evalueer de sequentiële volgorderelaties (pijltjes) in het licht van de inspanningen en de vorderingen die de centra hebben gerealiseerd inzake trajectbegeleiding.
Schooljaar 2008-2009 Evaluatie opleidingsprofielen in het studiegebied Grafische technieken
13
- Evalueer de moduletijd van een aantal modules o.m. in de opleiding Multimedia-operator. - Evalueer de instapvoorwaarden van een aantal modules o.m. in de opleidingen Multimediaoperator en Webontwikkelaar. - Zie erop toe dat de leerplannen die op het opleidingsprofiel gebaseerd zijn, geen keurslijf worden die een flexibele praktijk hypotheceert. Inhoudelijk - Evalueer de basiscompetenties van een aantal modules o.m. “Basis grafische technieken”. 6.6 Impact van het opleidingsprofiel Aanbevelingen: - Breng systematisch de output in kaart zodat op basis van data kan geëvalueerd en bijgestuurd worden.
Schooljaar 2008-2009 Evaluatie opleidingsprofielen in het studiegebied Grafische technieken
14
Bijlagen Bijlage 1: Lijst van de bevraagde centra Bijlage 2: Formulier voor de bevraging van de centra Bijlage 3: Gegevensverwerking bevraging OP Bijlage 4: Lijst van de geconsulteerde deskundigen
Schooljaar 2008-2009 Evaluatie opleidingsprofielen in het studiegebied Grafische technieken
15