ERKENNINGSREGELING BOSAANNEMERS
Zeist, maart 2004
19060/XXIV/14b
ERKENNINGSREGELING BOSAANNEMERS 1997
Het bestuur van het Bosschap, - gelet op de wenselijkheid in het belang van de bosbouw te komen tot verbetering van de economische en sociale structuur van de bosbouwsector en van de kwaliteit van het boswerk; - gehoord de Commissie Bosbouwambachten; BESLUIT: BEGRIPPEN artikel 1 Dit besluit verstaat onder: a. Onderneming De - bij het Bosschap geregistreerde - aannemer van boswerk, die zich toelegt op het tegen betaling verrichten van werkzaamheden in bossen of andere houtopstanden in Nederland, welke bedrijfsmatig in ondernemingen waarin de bosbouw of de houtteelt wordt uitgeoefend worden verricht. Voor de uitvoering van deze regeling worden met aannemers van boswerk gelijkgesteld rondhouthandelsbedrijven die hout op stam of reeds geveld hout, dat zich nog in het bos bevindt, kopen en die zelf geen personeel in dienst hebben dat in het bos werkt en derhalve de werkzaamheden aan het gekochte hout in het bos laten verrichten door aannemers van boswerk.1 b. Bestuur Het bestuur van het Bosschap, het bedrijfschap voor de bosbouw en de houtteelt. c. Commissie De Commissie Bosbouwambachten van het Bosschap. d. Erkenningsregeling De Erkenningsregeling Bosaannemers en alle op grond van deze regeling gebaseerde besluiten en/of voorschriften. e. Bosbouw Het geheel van bedrijfsmatig handelen en activiteiten gericht op de duurzame instandhouding en ontwikkeling van bestaande en nieuwe bossen ten behoeve van (een of meerdere van de functies) natuur, houtproductie, landschap, milieu (waaronder begrepen waterhuishouding) en recreatie. f. Houtteelt Een duurzame vorm van grondgebruik waarbij hout wordt voortgebracht op een bedrijfsmatige wijze door aanplant en oogst van bomen op landbouwgronden, die tijdelijk hiervoor worden gebruikt. g. Boswerk Alle werkzaamheden in Nederlandse bossen/houtopstanden, die in directe relatie staan tot aanleg, beheer, onderhoud en functievervulling van de bossen, met inbegrip van de oogst van 1
zie toelichting blz. 5
hout uit die bossen. h. Bosbouwkundig verantwoord (handelen) Het handelen en het uitvoeren van de boswerkzaamheden: - is gebaseerd op een goede bedrijfsuitoefening; - is gericht op duurzame instandhouding en ontwikkeling van het bos; - is gericht op adequate vervulling van de aan het bos toegekende functie(s); i. Lijst De lijst van de in het kader van de Erkenningsregeling erkende aannemers van boswerk, welke door het Bosschap wordt bijgehouden. j. Aanvrager De ondernemer die door indiening van een ingevuld en ondertekend aanvraagformulier te kennen heeft gegeven erkend te willen worden. k. Deelnemer De ondernemer die voldoet aan de in de Erkenningsregeling opgenomen toelatingsvoorwaarden en die door middel van ondertekening van het aanvraagformulier is gehouden tot het nakomen van alle uit de Erkenningsregeling voortvloeiende verplichtingen. l. Geschillencommissie De commissie ter beoordeling van geschillen als bedoeld in artikel 17a van de Erkenningsregeling. m. Klachtencommissie De Commissie ter behandeling van klachten als bedoeld in artikel 17b van de Erkenningsregeling. n. Secretariaat Het secretariaat van het Bosschap.
DOEL artikel 2 De Erkenningsregeling heeft tot doel: a. de verbetering van de economische en sociale structuur van de bosbouwsector; b. de bevordering van de kwaliteit van het ondernemerschap en de kwaliteit van het te leveren werk door de aannemer van boswerk; c. de bevordering van de continuïteit van de bedrijfstak; d. de bevordering van een herkenbare marktpositie van ondernemingen die voldoen aan de op grond van de regeling gestelde kwaliteitseisen; e. de verbetering in het algemeen van het imago van aannemers van boswerk.
2
WERKINGSSFEER artikel 3 De Erkenningsregeling is van toepassing op ondernemingen, die jaarlijks een omzet aan boswerk realiseren van ten minste € 22.690,- exclusief omzetbelasting, ongeacht of die omzet via eigen werk of via in te schakelen onderaanneming wordt gerealiseerd.
AANVRAAG PLAATSING OP DE LIJST / TOELATINGSVOORWAARDEN artikel 4 1.
Op haar verzoek kan een onderneming door het bestuur worden geplaatst op de lijst. Een aanvraag voor plaatsing op de lijst dient te geschieden op een daartoe vastgesteld aanvraagformulier, dat moet worden ingediend bij het secretariaat. Het formulier dient volledig te zijn ingevuld en ondertekend door de eigenaar van de onderneming, dan wel door degene die blijkens het handelsregister bevoegd is de onderneming volledig te vertegenwoordigen. Door de indiening van de aanvraag verklaart de aanvrager: - bekend te zijn met de inhoud van de Erkenningsregeling; - de verplichtingen voortvloeiend uit deelneming aan de Erkenningsregeling vanaf het moment waarop de erkenning is verleend te zullen nakomen. Een onderneming dient bij een aanvraag als bedoeld in lid 1 de volgende bewijsstukken mee te zenden: a. een uittreksel uit het Handelsregister als bewijs van inschrijving daarin; b. een schriftelijke verklaring, dat de cao voor de particuliere bosbouw zal worden gehanteerd, dan wel een andere door het bestuur gelijkwaardig geachte cao; c. een schriftelijke verklaring dat zal worden zorg gedragen voor afdracht van sociale premies en loonbelasting aan de Uitvoeringsinstelling resp. de Belastingdienst; d. een schriftelijke verklaring, dat de onderneming is aangesloten bij een gezamenlijke bedrijfsgeneeskundige dienst resp. Arbo-dienst; e. een schriftelijke verklaring, dat een arbo risico-inventarisatie en -evaluatie is uitgevoerd; f. kopieën van diploma's bij toepasselijkheid van artikel 5 onder a en b; kopieën van de drie getuigschriften bij toepasselijkheid van artikel 5 onder c; een bewijs van omzet aan boswerk van ten minste € 22.690,- excl. BTW over het voorafgaande kalenderjaar, via eigen werk of via inschakeling onderaanneming De schriftelijke verklaring, als bedoeld in lid 4 onder b, c,d en e, dient ook te worden overgelegd door de onderneming, die op het tijdstip waarop het verzoek om plaatsing op de lijst wordt ingediend, geen werknemers in dienst heeft.2 De onderneming die verzoekt om plaatsing op de lijst, dient ten genoegen van het bestuur aan te tonen, dat over voldoende vakbekwaamheid als bedoeld in artikel 5 wordt beschikt. Plaatsing op de lijst geschiedt nadat de commissie in de gelegenheid is gesteld terzake te adviseren. Op een aanvraag voor plaatsing op de lijst wordt binnen drie maanden beslist.
2.
3.
4.
5.
6. 7. 8.
2
zie toelichting blz. 6 3
VAKBEKWAAMHEID artikel 5 Voldoende vakbekwaamheid als bedoeld in artikel 4 lid 6, wordt geacht aanwezig te zijn, indien: a. degene die de onderneming drijft of degene die in het kader van die onderneming leiding geeft aan de uitvoering van boswerk in het bezit is van een diploma van het Onderwijs Centrum 't Vanck, ten minste opleidingsniveau MBCS-B of van het diploma Gespecialiseerd Beroepsbeoefenaar Bos en Natuurbeheer, dan wel van een minstens gelijkwaardig diploma èn b. ten minste 75% van het bij de onderneming in dienst zijnde personeel, dat in overwegende mate boswerk uitvoert, in het bezit is van het vakdiploma bosbouw van het Leerlingstelsel voor Bosbouw en Cultuurtechniek (tot 1992), het diploma ZB "Vakbekwaam medewerker bosexploitatie / bos- en natuurbeheer" of een ander, door het bestuur daarmee gelijkgesteld diploma. Bij de bepaling van het percentage werknemers met een vakdiploma worden werknemers van 35 jaar en ouder, die aantoonbaar drie jaren of langer bij een aannemer van boswerk hebben gewerkt en werknemers die deelnemen aan een opleiding voor het vakdiploma oudere werknemers of het vakdiploma bosbouw van het Leerlingstelsel voor Bosbouw en Cultuurtechniek gelijkgesteld met werknemers die in het bezit zijn van het vakdiploma Bosbouw; c. de onderneming, die niet of deels aan de onder a en/of b gestelde voorwaarden voldoet: - ten minste 3 jaar als aannemer van boswerk bij het Bosschap is geregistreerd, èn - aantoonbaar over relevante ervaring beschikt, èn - 3 gunstige getuigschriften van bij het Bosschap geregistreerde bosbedrijven of erkende aannemers van boswerk kan overleggen, èn - beschikt over een diploma/certificaat waaruit blijkt, dat de ondernemer beschikt over Algemene Ondernemersvaardigheden (AOV) of beschikt over het middenstandsdiploma. ONTHEFFING artikel 6 1. Het bestuur kan, de commissie gehoord, voor al dan niet nader bepaalde tijd ontheffing verlenen van bepaalde voorwaarden / vereisten van de Erkenningsregeling, indien omstandigheden of factoren daartoe naar zijn oordeel aanleiding geven. 2. Aan de ontheffing en de mede op grond van die ontheffing verleende erkenning kunnen beperkingen, voorwaarden en voorschriften worden verbonden. DUUR VAN DE ERKENNING artikel 7 1. De inschrijving als deelnemer geschiedt voor onbepaalde tijd.
4
2. In opdracht van het bestuur onderzoekt het secretariaat periodiek of de deelnemer nog aan de gestelde voorwaarden en verplichtingen voldoet.
WEIGERINGSGRONDEN artikel 8 De erkenning wordt geweigerd indien: a. niet wordt voldaan aan de in de regeling genoemde (toelatings)voorwaarden en daarvan geen ontheffing is verleend, of binnen een periode van 1 jaar voorafgaand aan het tijdstip van indiening van de aanvraag een eerdere inschrijving van de aanvrager als deelnemer aan de Erkenningsregeling is geschrapt.
INWERKINGTREDING ERKENNING artikel 9 1. Een erkenning treedt in werking nadat de aanvrager het aanvraagformulier ingevuld en ondertekend heeft teruggestuurd, het inschrijfgeld heeft betaald en van het Bosschap bericht heeft gehad, dat zijn aanvraag is toegewezen. Als blijk van erkenning geldt vermelding op de lijst. De deelnemer is gerechtigd tot het voeren van het ErBo-beeldmerk en wordt dringend geadviseerd dat daadwerkelijk te doen.
DOORHALING VAN DE INSCHRIJVING artikel 10 1. Doorhaling van de inschrijving als deelnemer door het bestuur geschiedt in ieder geval: a. na het faillissement van de deelnemer; b. op verzoek van de deelnemer; c. na het beëindigen van de uitoefening van het bedrijf; d. door een besluit tot schrapping van de lijst als bedoeld in artikel 18 lid 2, onder d; e. indien de door de deelnemer verschuldigde bijdragen als bedoeld in artikel 16 niet binnen de daarvoor te stellen termijnen zijn voldaan. 2. Voor wat betreft het gestelde bij lid 1 onder b geldt voor de deelnemer, dat opzegging dient te geschieden vóór januari van het jaar waarin voor het eerst inschrijving niet meer wordt gewenst.
VERPLICHTINGEN artikel 11a De onderneming, die op de lijst wordt geplaatst, verplicht zich ervoor zorg te dragen, dat bij de uitvoering van werkzaamheden in bossen en andere houtopstanden: a. de Algemene Aannemingsvoorwaarden in de Bosbouw en /of de Algemene Voorwaarden 5
b. c. d.
e.
voor de verkoop van Rondhout dan wel de eigen, gedeponeerde voorwaarden van de aannemer - mits niet in strijd met de eerder genoemde voorwaarden - bij een eerste opdracht aan de opdrachtgever worden aangeboden en bij volgende opdrachten de opdrachtgever in elk geval op deze voorwaarden wordt gewezen; met de opdrachtgever eventueel overeengekomen afwijkingen van de onder a genoemde voorwaarden schriftelijk worden vastgelegd; de werkzaamheden op bosbouwkundig verantwoorde wijze worden uitgevoerd; de werkzaamheden worden uitgevoerd met inachtneming van de algemeen aanvaarde kwaliteitsnormen, behoudens in het geval door de opdrachtgever schriftelijk een daarvan afwijkende opdracht wordt verstrekt; de werkzaamheden ongeacht het bepaalde onder a. t/m d. steeds worden uitgevoerd met inachtneming van het bepaalde in de Flora- en faunawet. artikel 11b
1. De onderneming, die op de lijst wordt geplaatst, verplicht zich ervoor zorg te dragen, dat bij de uitvoering van werkzaamheden in bossen en andere houtopstanden: a. de verplichtingen voortvloeiende uit wet- en regelgeving op grond van de Arbowet strikt worden nagekomen; b. onverminderd het bepaalde onder a. de voor de bosbouwsector geldende veiligheidsvoorschriften in acht zullen worden genomen, zoals deze zijn neergelegd in de brochure "Veilig Boswerk" van het Bosschap; c. de voor de bosbouwsector noodzakelijke (voorzorgs)maatregelen in het kader van de milieuzorg zijn genomen en de uit de wet- en regelgeving op grond van de Wet Milieubeheer en de Bestrijdingsmiddelenwet voortvloeiende voorschriften in acht worden genomen. 2. Het in lid 1 bepaalde geldt ook voor ondernemingen die geen personeel in dienst hebben; dat geldt óók als de ondernemer de werkzaamheden zelf uitvoert. artikel 12 De onderneming die op de lijst is geplaatst, is verplicht: a. tot het blijven voldoen aan de toelatingsvoorwaarden; b. een wijziging in de voor het recht van plaatsing op de lijst van belang zijnde gegevens te melden bij het secretariaat binnen twee weken, nadat de wijziging aan hem bekend is geworden of bekend had kunnen zijn; c. bij aanhangigmaking van een geschil door een opdrachtgever bij de Geschillencommissie alle medewerking te verlenen die door de Geschillencommissie wenselijk of noodzakelijk wordt geacht bij de behandeling van dat geschil; d. uitvoering te geven aan een uitspraak van de Geschillencommissie als bedoeld in artikel 17 dan wel aan een besluit van het bestuur, binnen de daaraan verbonden of te verbinden termijn(en). artikel 13 1. De onderneming die op de lijst is geplaatst, is verplicht bij inschakeling van een onderaannemingsbedrijf - ook als dat een eenmansbedrijf is - zich ervan te vergewissen, dat het onderaannemingsbedrijf, voorzover dat niet een in het kader van deze regeling erkend bedrijf is: - een bij het Bosschap geregistreerde aannemer van boswerk is; - voldoet aan de voorwaarden/eisen die in het kader van de regeling óók aan erkende 6
ondernemingen worden gesteld. 2. De onderneming die op de lijst is geplaatst en die een onderaannemingsbedrijf inschakelt: - blijft juridisch verantwoordelijk voor wat betreft de in het kader van de regeling aangegane verplichtingen; - is aansprakelijk in het geval van klachten/geschillen. artikel 14 1. De onderneming, die op de lijst wordt geplaatst, verplicht zich in het kader van haar administratie tot: a. het zorgvuldig bijhouden van de loonadministratie en het verstrekken van loonstrookjes; b. het zorgvuldig bijhouden van de afdrachten aan de bedrijfsvereniging en het jaarlijks èn op verzoek van het bestuur verschaffen van een verklaring van de bedrijfsvereniging, dat men aan zijn verplichtingen heeft voldaan; c. een omzet-administratie die een getrouw beeld geeft van de met boswerk behaalde omzet; d. een overzicht van ondernemingen, aan welke in een kalenderjaar werkzaamheden zijn uitbesteed (onderaanneming), onder vermelding van naam, adres en woonplaats. 2. In afwijking van het in lid 1 onder d. bepaalde, dient een ErBo-bedrijf dat omzet via onderaanneming wenst te gebruiken om aan zijn eigen omzet-criterium voor de regeling te voldoen, ook een overzicht bij te houden van in onderaanneming uitgegeven boswerkzaamheden en de daarmee behaalde omzetten bij de onderhavige onderaannemingsbedrijven 3. De verplichtingen als bedoeld in lid 1 onder a en b gelden niet voor ondernemingen, welke geen werknemers in dienst hebben.
CONTROLE artikel 15 1. De onderneming, die op de lijst is/wordt geplaatst, stemt in met controle van haar administratie door een door het bestuur aangewezen, met controle belaste functionaris. 2. De onderneming die op de lijst is/wordt geplaatst stemt ter uitvoering van de in lid 1 genoemde controle in met het desgevraagd verstrekken van gegevens die nodig zijn ter beoordeling van het feit of de deelnemer voldoet aan de voorwaarden gesteld bij of krachtens de Erkenningsregeling. 3. De onderneming die op de lijst is/wordt geplaatst stemt in met controle door een door het bestuur aangewezen, met controle belaste functionaris ter plaatse van het werk ter waarborging van de kwaliteit van (de uitvoering van) het werk en ter waarborging van het nakomen van veiligheidsvoorschriften, arbo-verplichtingen en milieuverplichtingen. 4. De controle-functionaris stelt het bestuur in kennis van zijn bevindingen.
BIJDRAGEN artikel 16 Het bestuur kan terzake van de plaatsing op de lijst een inschrijfgeld en een jaarlijkse bijdrage heffen ter dekking van de met de uitvoering van de regeling samenhangende kosten. De hoogte van zowel inschrijfgeld als bijdrage wordt door het bestuur vastgesteld, nadat de commissie in de gelegenheid is gesteld terzake advies uit te brengen. 7
KLACHTEN/GESCHILLEN artikel 17a 1. In geval van geschillen betreffende de kwaliteit/uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 1 onder a in relatie tot de daartoe gesloten overeenkomst zal - indien een der partijen dit wenst - een bindende uitspraak worden gedaan door een vaste Geschillencommissie. 2. Samenstelling en werkwijze van de Geschillencommissie en verdere regeling inzake geschillen als bedoeld in lid 1 zijn neergelegd in het Reglement "Geschillen op grond van de Erkenningsregeling Bosaannemers".3 Dit reglement maakt daarmee deel uit van deze regeling. artikel 17b 1. Er is een Klachtencommissie, bestaande uit een lid namens opdrachtgevers, een lid namens bosaannemers, en een onafhankelijk voorzitter. De voorzitter heeft de hoedanigheid van meester in de rechten. 2. Ingeval van een klacht betreffende het door de deelnemer (niet) nakomen van voorwaarden/verplichtingen zoals genoemd in de Erkenningsregeling kan de opdrachtgever zich richten tot het secretariaat, dat de klacht onverwijld voorlegt aan de Klachtencommissie. Het klaagschrift dient binnen vier weken na het voorval waarop het klaagschrift betrekking heeft of na de datum waarop opdrachtgever er kennis van heeft kunnen nemen naar het secretariaat te zijn verzonden (datum poststempel is bepalend). 3. Inzake een klacht als bedoeld in lid 2 zal de Klachtencommissie onderzoek instellen. 4. Het secretariaat meldt de deelnemer onverwijld de ontvangst van de klacht, de doorzending naar de Klachtencommissie en het voorgenomen onderzoek ernaar; de deelnemer ontvangt daarbij een afschrift van de klacht. 5. De deelnemer heeft de mogelijkheid om binnen vier weken een verweerschrift in te dienen. Een later ingediend verweerschrift wordt niet in behandeling genomen, tenzij dringende (aannemelijk te maken) reden uitstel rechtvaardigt. 6. De Klachtencommissie beoordeelt de zaak binnen drie weken na de datum waarop een eventueel verweerschrift is ontvangen en verbindt aan zijn bevindingen conclusies en een sanctie-advies ten behoeve van het bestuur. De termijn van drie weken kan met maximaal twee weken worden verlengd indien de zorgvuldigheid van onderzoek dat rechtvaardigt. Zonodig zal de Klachtencommissie beide partijen in elkaars aanwezigheid nader horen. Onder bijzondere omstandigheden kan van deze vorm van horen worden afgeweken. Het verloop van een hoorzitting wordt in een verslag vastgelegd. 7. Het secretariaat doet de deelnemer verslag van de bevindingen, conclusies en advies van de Klachtencommissie. Een afschrift van het in lid 6 genoemde verslag en van de conclusies en bijbehorend advies gaat naar de indiener van de klacht. 8. Het secretariaat doet onverwijld mededeling aan het bestuur inzake de bevindingen van de Klachtencommissie en de daaraan verbonden conclusies en advies. 9. Het bestuur beslist binnen één maand na ontvangst van de in lid 8 bedoelde stukken en kan daarbij de deelnemer op grond van het advies zoals genoemd in lid 6 een sanctie opleggen zoals bedoeld in artikel 18 lid 2 van de regeling. 10. De deelnemer wordt onverwijld van het besluit van het bestuur op de hoogte gesteld. Een afschrift van deze mededeling gaat naar de indiener van de klacht. 3
zie bijlage 8
SANCTIES EN TENUITVOERLEGGING artikel 18 1. Indien naar het oordeel van het bestuur door de deelnemer is of wordt gehandeld in strijd met de voorwaarden / bepalingen van de Erkenningsregeling, zegt het bestuur de deelnemer aan om de overtreding ongedaan te maken, dan wel deze onmiddellijk te staken. 2. De deelnemer die één of meer van de in het kader van de Erkenningsregeling door hemzelf aanvaarde voorwaarden / bepalingen niet naleeft, kan in evenredigheid tot de ernst / aard ervan door het bestuur worden bestraft met één van de volgende sancties: 1 een waarschuwing 2 een voorwaardelijke boete tot maximaal € 4.538,-, met een nader te bepalen proeftijd 3 een onvoorwaardelijke boete tot maximaal € 4.538,4 een combinatie van 2 en 3, met een nader te bepalen proeftijd 5 een voorwaardelijke schorsing, met een nader te bepalen proeftijd 6 een voorwaardelijke schorsing, met een nader te bepalen proeftijd + een onvoorwaardelijke boete 7 schorsing voor een nader te bepalen periode 8. schrapping van de lijst. artikel 19 Het bestuur kan de commissie vragen hem nader te adviseren inzake het eventueel treffen van een maatregel als bedoeld in artikel 17 lid 9 juncto artikel 18 lid 2. BEZWAAR EN BEROEP artikel 20 1. Tegen de weigering van een gevraagde erkenning, tegen een weigering van een ontheffing als bedoeld in artikel 6, tegen een aan een erkenning verbonden beperking / voorwaarde / voorschrift kan de betrokken onderneming, binnen een termijn van zes weken, bezwaar aantekenen bij het bestuur, dat daarop een bindend advies vraagt aan de commissie. 2. Tegen een maatregel als bedoeld in artikel 18 lid 2 onder 2 t/m 8 kan de betrokken onderneming bezwaar aantekenen bij het bestuur, binnen zes weken nadat de maatregel te harer kennis is gebracht. 3. Het bestuur doet inzake het in lid 1 en 2 genoemde bezwaar binnen vier weken uitspraak. 4. Tegen de in lid 3 bedoelde uitspraak kan de betrokken onderneming beroep instellen bij het College van Beroep voor het Bedrijfsleven.
DE LIJST / DE REGISTRATIE artikel 21 1. Onmiddellijk na het bericht van inwerkingtreding als bedoeld in artikel 11 lid 1 door het secretariaat wordt de deelnemer op de lijst geplaatst. 2. De lijst is openbaar en ligt voor een ieder ter inzage bij het secretariaat. 3. De op het secretariaat bij te houden registratie bevat de volgende gegevens: a. de naam van de onderneming van de deelnemer; 9
b. het adres en de plaats van de onderneming van de deelnemer, waarin het bedrijf wordt uitgeoefend; c. het (de) vakgebied(en) en de categorie(ën) van boswerk waarin de onderneming bedrijfsmatig actief is; d. het aantal werknemers dat bij de onderneming in dienst is; e. de omzetcategorie waarin de onderneming in het kader van de registratie is geplaatst; f. het telefoon- en faxnummer van de onderneming; g. de datum van eerste inschrijving. 4. Op verzoek van het secretariaat dienen de deelnemers jaarlijks eventueel gewijzigde gegevens in ter actualisering van de registratie en de lijst. 5. Ten minste eenmaal per jaar zorgt het secretariaat voor publicatie van een overzicht van ingeschrevenen op de lijst. Het bestuur bepaalt daarbij welke gegevens worden gepubliceerd; de gegevens als genoemd in lid 3 onder d en e zullen niet in dat overzicht worden opgenomen. 6. Ten minste eenmaal per jaar zorgt het secretariaat voor toezending van het overzicht zoals bedoeld in lid 5 aan de deelnemers en aan de geregistreerde bosbedrijven.
INWERKINGTREDING ERKENNINGSREGELING artikel 22 1. De Erkenningsregeling treedt in werking met ingang van 1 januari 1998. 2. Het bestuur kan besluiten, dat onderdelen van de regeling op een afwijkend tijdstip in werking treden. 3. Een besluit als bedoeld in lid 2 zal op dezelfde wijze als de regeling bekend worden gemaakt. Door de bekendmaking zal het besluit een onderdeel vormen van de regeling.
UITSLUITING AANSPRAKELIJKHEID artikel 23 Het Bosschap is op geen enkele wijze aansprakelijk voor eventuele schade van aanvragers of van deelnemers voortvloeiende uit of verband houdende met de uitvoering van de Erkenningsregeling.
BEKENDMAKING artikel 24 1. De regeling ligt ter inzage op het secretariaat. 2. Desgevraagd verstrekt het secretariaat een afschrift van de regeling. 3. Bij de eerste inschrijving ontvangt de deelnemer een afschrift van de regeling. Gedurende zijn erkenning ontvangt de deelnemer steeds bericht over wijzigingen van de regeling.
10
NAAM VAN DE ERKENNINGSREGELING artikel 27 Dit besluit kan worden aangehaald als Erkenningsregeling Bosaannemers 1997.
Zeist, 18 maart 2004
A. Jorritsma-Lebbink voorzitter
ir. G.J.P. Jansen secretaris
11
TOELICHTING BIJ DE ERKENNINGSREGELING BOSAANNEMERS 1. Omschrijving van de erkenningsregeling Wat is eigenlijk een erkenningsregeling? Het Handboek Erkenningsregelingen van het Instituut voor het Midden- en Kleinbedrijf geeft van het begrip "erkenningsregeling" de volgende definitie: "een door of op initiatief van een branche-organisatie (al of niet met anderen) vastgestelde regeling op grond waarvan een onafhankelijke, erkennende instantie verklaart dat een ondernemer, al of niet lid van de organisatie, aan bepaalde eisen voldoet waarmee de ondernemer zich kan profileren". Met "branche-organisatie" wordt - aldus het Handboek - bedoeld: een vereniging van ondernemers in een branche die zich ten doel stelt, de algemene belangen van de leden te behartigen. In het geval van de Erkenningsregeling Bosaannemers ligt de situatie iets anders. Het initiatief is hier niet door een branche-organisatie, maar door de Commissie Bosbouwambachten van het Bosschap genomen. De onafhankelijke, erkennende instantie is in vele gevallen een daartoe in het leven geroepen stichting. In het onderhavige geval vormt het Bosschap de onafhankelijke, erkennende instantie. Met inachtneming van nog enkele specifieke aspecten kan de definitie van de Erkenningsregeling Bosaannemers als volgt luiden: "de op initiatief van de Commissie Bosbouwambachten door het Bosschap vastgestelde regeling, op grond waarvan het Bosschap verklaart, dat een bij dit bedrijfschap geregistreerde aannemer van boswerk aan bepaalde eisen voldoet, waarmee de onderneming zich kan profileren als erkende onderneming". De eisen in een erkenningsregeling kunnen betrekking hebben op het verkrijgen van de erkenning (toelatingsvoorwaarden) of op het erkend zijn (verplichtingen). De eisen moeten in één of andere vorm een bijdrage leveren aan de kwaliteit van de aangeboden producten of diensten, want één van de belangrijkste kenmerken van een erkenningsregeling is het herkenbaar maken van kwaliteit. Door te voldoen aan de eisen in een erkenningsregeling, kan de ondernemer zich profileren tegenover niet-erkende bedrijven. Dit zal echter alleen inhoudsvol zijn als de eisen voor de afnemers voldoende meerwaarde vertegenwoordigen. Bijzonder aan de Erkenningsregeling Bosaannemers is - en dat is uniek in het land van erkenningsregelingen - dat deze tot stand is gekomen op initiatief van en door boseigenaren, aannemers van boswerk en werknemers in de bosbouw. Dat betekent, in termen van een erkenningsregeling, dat de ondernemers samen met de afnemers van hun producten/diensten een regeling hebben vastgesteld.
2. Kenmerken van de erkenningsregeling 2.1. Algemeen Bij een erkenningsregeling staan de begrippen "toegevoegde waarde" en "geloofwaardigheid" centraal.
13
De toegevoegde waarde wordt gevormd door de combinatie van toelatingsvoorwaarden en verplichtingen. Aan toelatingsvoorwaarden moet worden voldaan om voor een erkenning in aanmerking te komen; verplichtingen moeten worden nageleefd om erkend te blijven. Om ervoor te zorgen, dat de toegevoegde waarde wordt waargemaakt, bevat elke erkenningsregeling bepalingen op het gebied van de controle op toelatingsvoorwaarden en verplichtingen, sancties, procedures voor bezwaar en beroep en de garantie dat er door een onafhankelijke instantie wordt geoordeeld. De geloofwaardigheid hangt samen met toereikende controle op naleving door de erkende ondernemingen van de in het kader van de Erkenningsregeling gestelde voorwaarden en eisen. Onlosmakelijk met adequate tenuitvoerlegging van controle is verbonden het treffen van sancties ten aanzien van ondernemingen die zich blijkens die controle niet aan de regels houden. Een erkenningsregeling bevat in elk geval altijd de volgende elementen: Toelatingsvoorwaarden Verplichtingen
Toegevoegde waarde
Controle Sancties
Geloofwaardigheid
Bezwaar en beroep 2.2. Erkenningsregeling Bosaannemers De Erkenningsregeling Bosaannemers bevat de volgende elementen: - toelatingsvoorwaarden; - ontheffingsmogelijkheden; - weigeringsgronden; - verplichtingen; - regeling controle; - regeling klachten/geschillen; - sancties; - regeling bezwaar en beroep; - bepalingen inzake het register ("de lijst"); - regeling aansprakelijkheid. Toelatingsvoorwaarden De toelatingsvoorwaarden vormen de drempel tot toetreding. Via de toelatingsvoorwaarden kan de kwaliteit van de onderneming, het product of de dienst zichtbaar worden gemaakt. Bij de Erkenningsregeling Bosaannemers richten de toelatingsvoorwaarden zich op verificatie (bewijs inschrijving Handelsregister) van de onderneming, deskundigheid van de onderneming (vereiste vakbekwaamheid) en op de zorg voor werknemers (bewijs afdracht premies, bewijs aansluiting bij arbodienst, etc.). Ontheffing 14
In de Erkenningsregeling is voorzien in de mogelijkheid van tijdelijke of permanente ontheffing van voldoening aan een of meer van de gestelde voorwaarden/verplichtingen. Dat is gedaan om erkenning van een onderneming tòch mogelijk te maken, in het geval in redelijkheid van die onderneming niet kan worden verlangd, dat aan genoemde voorwaarde(n)/verplichting(en) wordt voldaan. Weigeringsgronden De Erkenningsregeling bevat ook bepalingen in de vorm van weigeringsgronden. Er kan een reden zijn om een onderneming die aan de vereiste voorwaarden voldoet tòch een erkenning te weigeren. Verplichtingen De verplichtingen zijn de voorwaarden waaraan moet worden voldaan om de erkenning te behouden. Eén van de verplichtingen is dan ook altijd de eis, dat erkende bedrijven moeten blijven voldoen aan de toelatingsvoorwaarden. Andere verplichtingen kunnen zijn: - het werken volgens bepaalde normen; - het op peil houden van kennis. Elke erkenningsregeling bevat verder ook "procedurele" verplichtingen, zoals de verplichting om informatie te verstrekken en mee te werken aan controles. Bij de Erkenningsregeling Bosaannemers richten de verplichtingen - naast het blijven voldoen aan de toelatingsvoorwaarden en de procedurele verplichtingen - zich in hoofdlijnen op: - de bij de uitvoering van boswerkzaamheden in acht te nemen normen en wet- en regelgeving; - de bij inschakeling van onderaannemers te hanteren regels; - tijdige afdrachten aan fiscus en Uitvoeringsinstelling; - specifieke administratieve voorzieningen. Controle Via de erkenning wordt beloofd, dat aan toelatingsvoorwaarden is voldaan en dat verplichtingen worden nagekomen. Om ervoor te zorgen dat deze belofte ook wordt waargemaakt, moet periodiek worden gecontroleerd en getoetst of de erkenningsregeling door het erkende bedrijf wordt nageleefd. Als dit niet gebeurt, verliest de erkenning zijn geloofwaardigheid. Hoe de controle in de praktijk van de Erkenningsregeling Bosaannemers plaats heeft, wordt niet specifiek in de regeling aangegeven. Wèl is duidelijk, dat de nodige administratie-controle zal plaatshebben en dat zonodig controle ter plaatse van het werk kan of zal worden uitgevoerd. Toetsing kan plaats hebben door middel van tenuitvoerlegging van de geschillenregeling. Klachten/geschillen De Erkenningsregeling voorziet in een Klachtencommissie en een Geschillencommissie, welke op verzoek van een der partijen (doorgaans de afnemer van producten/diensten) - onder voorwaarden – klachten resp. geschillen in behandeling neemt en poogt partijen tot elkaar te brengen dan wel een bindende uitspraak doet. De tenuitvoerlegging van deze regeling vormt het toetsingselement van de Erkenningsregeling. Sancties Wanneer een erkend bedrijf zich niet aan de regels houdt, moet het hiervoor kunnen worden gestraft. Mogelijke sancties zijn een berisping, een geldboete, een tijdelijke schorsing of een definitief verlies van de erkenning. Diverse sancties kunnen voorwaardelijk worden opgelegd. Daarnaast moet op grond van de regeling volgens bepaalde normen worden gewerkt. Als deze normen niet in acht zijn genomen, kan ook een "herstelplicht" worden opgelegd. 15
De sancties dienen als correctiemiddel voor de schade die is toegebracht aan de erkenningsregeling zelf en aan de deelnemende bedrijven. Bezwaar en beroep Om de geloofwaardigheid van een erkenningsregeling te kunnen bewaken, is interne tuchtrechtspraak onontbeerlijk. De aanvrager en het erkende bedrijf moeten in beroep kunnen gaan tegen onder meer het weigeren van een erkenning en tegen opgelegde sancties. Bij de Erkenningsregeling Bosaannemers kan terzake bezwaar/beroep worden aangetekend bij het bestuur van het Bosschap.
3. Motivering instelling Erkenningsregeling Bosaannemers De bosbouwsector heeft er belang bij dat boswerkzaamheden worden uitgevoerd door vakbekwame mensen, die kwalitatief hoogwaardig werk afleveren en die werkzaam zijn bij aannemers van boswerk die "zich aan de regels houden". De Erkenningsregeling beoogt bij te dragen tot de verbetering van de economische en sociale structuur van de bosbouwsector. De regeling bevordert dat de bonafide aannemers van boswerk duidelijk als zodanig herkenbaar worden. Zij worden op hun verzoek op een lijst van erkende bedrijven geplaatst. Het bosbedrijf dat een erkende aannemer van boswerk inschakelt, kan er op vertrouwen dat het werk door vakbekwame mensen wordt uitgevoerd. De erkenningsregeling is gebaseerd op het principe van vrijwilligheid: aannemers van boswerk kunnen op eigen verzoek op de lijst worden geplaatst. Uiteraard is vervolgens van vrijwilligheid ten aanzien van het naleven van voorwaarden/verplichtingen, voortvloeiende uit de verleende erkenning geen sprake meer. - Erkende ondernemingen verplichten zich onder meer om het werk uit te voeren met personeel dat in meerderheid aan bepaalde vakbekwaamheidseisen voldoet. - Erkende ondernemingen moeten een verklaring overleggen waaruit blijkt, dat zij ten aanzien van de werknemers die boswerk uitvoeren de c.a.o. voor de particuliere bosbouw - of een door het bestuur van het Bosschap gelijkwaardig geachte andere c.a.o. - toepassen, sociale premies en loonbelasting afdragen en aangesloten zijn bij een gezamenlijke bedrijfsgeneeskundige dienst. - Erkende ondernemingen verplichten zich er zorg voor te dragen, dat veiligheidsvoorschriften in acht worden genomen en de werkzaamheden op bosbouwkundig verantwoorde wijze, worden uitgevoerd. - Erkende ondernemingen verplichten zich in het kader van de administratie tot het zorgvuldig bijhouden van bepaalde gegevens en in te stemmen met controle op de administratie.
4. Artikelgewijze toelichting Erkenningsregeling Bosaannemers artikel 1 In dit artikel is onder meer vermeld, wat onder een aannemer van boswerk moet worden verstaan. In de definitie komt duidelijk tot uitdrukking dat het moet gaan om een onderneming die zich toelegt op het in bossen en andere houtopstanden verrichten van werkzaamheden, welke in bosbedrijven (ondernemingen waarin de bosbouw of de houtteelt wordt uitgeoefend) bedrijfsmatig plegen te worden verricht. In de praktijk komt het voor, dat een onderneming zich toelegt op verschillende activiteiten, zoals bijvoorbeeld de handel in rondhout en de uitvoering van boswerkzaamheden. Een dergelijke onderneming is voor wat de uitvoering van boswerkzaamheden betreft een aannemer van 16
boswerk, die als zodanig ook voor erkenning in aanmerking kan komen. Voor de uitvoering van deze regeling worden met aannemers van boswerk gelijkgesteld rondhouthandelsbedrijven die hout op stam of reeds geveld hout, dat zich nog in het bos bevindt, kopen en die zelf geen personeel in dienst hebben dat in het bos werkt en om die reden de werkzaamheden aan het gekochte hout in het bos laten verrichten door aannemers van boswerk. Voor deze rondhouthandelsbedrijven geldt op grond van de registratieverordening van het Bosschap niet de verplichting tot registratie. Willen zij echter erkend worden, dan dienen zij uiteraard daaraan voorafgaand bij het Bosschap te zijn geregistreerd. Rondhouthandelsbedrijven die zelf werkzaamheden aan het gekochte hout uitvoeren zijn uiteraard óók aannemer van boswerk. Het gaat bij aannemers van boswerk om werkzaamheden die in directe relatie staan tot het beheer van het bestaande bos en / of de aanleg van nieuw bos en de oogst van hout. Genoemd kunnen b.v. worden: inkoop van hout op stam / geveld / sortiment, dunnen, vellen, meten, korten, slepen, uitrijden, klepelen, planten, rasteren, zuiveren, snoeien, blessen. Het gaat niet om werken in de civieltechnische sfeer, zoals het aanleggen van bruggen / wegen; evenmin gaat het om werk in de sfeer van advies / beheer / rentmeesterij. Een organisatie die uitsluitend met vrijwilligers werkt en derhalve geen betaling voor de verrichte werkzaamheden verlangt, kan niet als aannemer van boswerk worden aangemerkt. Indien een dergelijke organisatie behalve met vrijwilligers ook met betaalde krachten werkt en betaling verlangt, is wel sprake van een aannemer van boswerk. Onder betaling wordt ook verstaan: betaling in natura. Daarvan is bijvoorbeeld sprake als een aannemer van boswerk voor de uitvoering van dunningswerkzaamheden betaling ontvangt in de vorm van het vrijkomende hout. artikel 3 Dit artikel vormt de toetredingsdrempel tot de regeling. Daarmee moet worden bereikt, dat de Erkenningsregeling nadrukkelijk bedoeld is voor aannemers van boswerk die zich structureel toeleggen op het tegen betaling verrichten van boswerkzaamheden. Daaraan moet dus een substantiële omzet worden ontleend. De - overigens vrij lage - omzetgrens is zodanig gekozen, dat kleine (eenmans) bedrijven die zich ook toeleggen op het tegen betaling verrichten van boswerkzaamheden niet de mogelijkheid van een erkenning op grond van deze regeling wordt ontnomen. Duidelijk is, dat de regeling niet bedoeld is voor bedrijven, die doorgaans elders hun omzet behalen en daarnaast "af en toe iets of doorgaans helemaal niets tegen betaling in het bos doen". artikel 4 Dit artikel vormt een soort wegwijzer voor de aanvrager van een erkenning. Een aannemer van boswerk, die geplaatst wil worden op de lijst van erkende aannemers van boswerk, moet weten: - waar hij een aanvraag voor erkenning moet neerleggen; - welke gegevens hij daarbij moet overleggen; - aan welke toelatingsvoorwaarden moet worden voldaan. Artikel 4 voorziet in de regeling van één en ander. Voor een zinvolle behandeling van een aanvraag om erkenning is het verder nodig dat de indiener van de aanvraag beseft wat hem staat te wachten als zijn aanvraag wordt gehonoreerd.
17
Daarom is als regel opgenomen, dat de aanvrager zich bekend verklaart met de inhoud van de regeling en de uit de erkenning voortvloeiende voorwaarden en verplichtingen. Uit lid 4 van artikel 4 vloeit voort, dat een erkende onderneming die boswerkzaamheden uitbesteedt aan een andere onderneming ervoor zorg dient te dragen en ook ervoor verantwoordelijk is, dat die andere onderneming ten aanzien van de werknemers, die genoemde boswerkzaamheden uitvoeren, de raam-cao bos en natuur toepast, dan wel een andere, door het bestuur van het Bosschap gelijkwaardig geachte cao. Dit geldt ook ten aanzien van de afdracht van sociale premies en loonbelasting en het aangesloten zijn bij een gezamenlijke bedrijfsgeneeskundige dienst (zie ook de toelichting bij artikel 13). Ook aannemers van boswerk zonder personeel kunnen worden geplaatst op de lijst. Omdat deze ondernemingen de werkzaamheden mogelijk door derden zullen laten uitvoeren is in lid 5 bepaald dat ook zij de verklaring zoals bedoeld in het tweede lid moeten indienen. artikel 5 In dit artikel zijn de criteria die met betrekking tot de vakbekwaamheid worden gehanteerd nader uitgewerkt. Voldoende vakbekwaamheid is niet uitsluitend gerelateerd aan het bezit van diploma's bij de ondernemer en / of de werknemer(s). Ook op grond van jarenlange ervaring verkregen vakbekwaamheid telt mee. Indien een onderneming op grond daarvan wil worden erkend, moet echter wèl aan enkele voorwaarden worden voldaan (zie onder c). Onder b zijn de vakbekwaamheidseisen opgesomd die gelden ten aanzien van het werknemersbestand van een aannemer van boswerk. Bepaald is, dat driekwart van het personeel dat in overwegende mate werkzaamheden in het bos uitvoert in het bezit moet zijn van een aantal nader genoemde diploma's of "...een ander door het bestuur daarmee gelijkgesteld diploma". Als zodanig zal in ieder geval worden aangemerkt het bewijs dat wordt afgegeven als met goed gevolg is deelgenomen aan de vakvaardigheidscursus vellingswerk. Daarbij gaat het om het testen van vakkennis, van veiligheidskennis en om omgang met de motorzaag. artikel 6 In dit artikel is voorzien in een algemene ontheffingsmogelijkheid. Dat is gedaan, omdat er factoren en omstandigheden denkbaar zijn waaronder in redelijkheid niet van een onderneming kan worden verlangd, dat deze aan een of meer voorwaarden van de Erkenningsregeling voldoet. Op basis van de verkregen ontheffing is erkenning dan toch mogelijk. artikel 8 In dit artikel is aangegeven in welke gevallen een erkenning wordt geweigerd. Dat is opgenomen, omdat anders wellicht de indruk zou kunnen ontstaan, dat het voldoen aan de gestelde voorwaarden te allen tijde tot erkenning zou leiden. Dat is dus niet het geval. Een onderneming, die weliswaar aan de gestelde voorwaarden/eisen voldoet wordt bijvoorbeeld een erkenning geweigerd als die onderneming niet van onbesproken gedrag is. artikel 10 In dit artikel zijn een aantal situaties weergegeven waarbij de deelnemer van de lijst wordt geschrapt. Er zijn ook andere omstandigheden denkbaar. Daarom is in dit artikel vastgelegd, dat schrapping in ieder geval plaats heeft in de genoemde situaties. artikel 11 (a en b) 18
In dit artikel zijn diverse verplichtingen opgesomd, die voor zichzelf spreken. Opgemerkt kan worden dat de veiligheidsvoorschriften door de Arbo-commissie van het Bosschap in de handzame brochure "Veilig boswerk" bijeen zijn gebracht. artikel 12 Het is van belang te wijzen op de noodzaak, dat ten aanzien van de erkende ondernemingen steeds over de juiste, voor het recht op plaatsing op de lijst van belang zijnde gegevens kan worden beschikt. Daarom is dat extra in een apart artikel benadrukt. artikel 13 Voor een goede uitvoering van de regeling is het noodzakelijk, dat bij uitbesteding van werkzaamheden door erkende bedrijven aan derden wordt bereikt, dat deze derden - voorzover zij geen erkende onderneming zijn - óók aan de voorwaarden/eisen voldoen die aan de erkende onderneming in het kader van de regeling worden gesteld (zie ook de toelichting bij de artikel 4). artikelen 14 en 15 Aangezien de Erkenningsregeling tot doel heeft bij te dragen tot verbetering van de sociale structuur in de bosbouwsector is een goede controlemogelijkheid onontbeerlijk. Aannemers van boswerk dienen, bij plaatsing op de lijst van erkende ondernemingen, derhalve in te stemmen met controle door een door het bestuur met controle belaste functionaris. De controle spitst zich in ieder geval toe op de punten, opgesomd in artikel 14 lid 1. Overigens gaan de eisen die op grond van artikel 14 lid 1 aan de administratie worden gesteld, niet verder dan hetgeen de doorsnee aannemer van boswerk in de praktijk toch reeds doet of in elk geval zou moeten doen. artikel 16 In dit artikel wordt de mogelijkheid geopend voor het bestuur van het Bosschap om een eenmalig inschrijfgeld en een jaarlijkse bijdrage te heffen. Uit de opbrengst daarvan worden de kosten bestreden, waarmee het Bosschap als de onafhankelijke instantie die voor de aannemers van boswerk de regeling uitvoert wordt geconfronteerd. De Commissie Bosbouwambachten van het Bosschap wordt steeds in de gelegenheid gesteld terzake te adviseren; dat geldt zowel voor de invoering van een eenmalig inschrijfgeld en/of een jaarlijkse bijdrage als voor de bepaling van de hoogte daarvan. Ook wijziging van de bedragen worden alleen doorgevoerd, nadat de Commissie Bosbouwambachten terzake advies heeft uitgebracht. artikel 17 (a en b) Dit artikel voorziet - tezamen met het reglement terzake - in een regeling van klachten en geschillen. Centraal element daarbij vormen de Geschillencommissie en de Klachtencommissie. Bij deze commissies kunnen belanghebbenden terecht voor geschillen betreffende de kwaliteit/uitvoering van het werk en voor klachten betreffende het niet nakomen van verplichtingen in het kader van de regeling.
19
artikel 18 In artikel 18 is geregeld, welke sanctie staat op niet naleving van de voorwaarden. De sanctie kan variëren van een waarschuwing, een schorsing en een boete tot schrapping van de lijst, al naar gelang de ernst en de aard van de nalatigheid. artikel 19 Wanneer het bestuur twijfelt aan de juistheid van een geadviseerde sanctie kan het bestuur daartoe de Commissie Bosbouwambachten om haar mening vragen. artikel 20 In artikel 20 is voorzien in een regeling van bezwaar en beroep. Vooral schorsing van de plaatsing op de lijst van erkende aannemers van boswerk voor een bepaalde periode en schrapping van die lijst zijn maatregelen met mogelijk verstrekkende gevolgen voor de desbetreffende onderneming. In verband daarmee is uit een oogpunt van rechtszekerheid in dit artikel in de mogelijkheid van bezwaar en beroep voorzien. Evenzeer is van belang, dat wordt voorzien in de mogelijkheid van bezwaar en beroep voor een onderneming, wanneer een gevraagde erkenning of een ontheffing als bedoeld in artikel 6 niet wordt verleend, dan wel aan de erkenning voor die onderneming ongewenste voorwaarden / beperkingen / voorschriften worden verbonden. Voordat op het bezwaar wordt beslist, wordt degene die beroep instelt gehoord door de daartoe op grond van de Algemene Wet Bestuursrecht (AWB) ingestelde commissie voor de bezwaarschriften van het Bosschap. Het alsdan door het bestuur genomen besluit is vatbaar voor beroep op het College van Beroep voor het Bedrijfsleven.
20
AANVRAAGFORMULIER
1. naam onderneming
: .............................................................................................
adres
: .............................................................................................
postcode
: .............................................................................................
vestigingsplaats
: .............................................................................................
telefoon
: .............................. fax
mobiele telefoon
: .............................. website : ...............................................
e-mail
: .............................................................................................
provincie
: .............................................................................................
inschrijfnummer KvK kopie bijvoegen
: .............................................................................................
btw-nummer
: .............................................................................................
: ...............................................
2. Vakgebieden waarin de onderneming werkzaam is (aankruisen wat van toepassing is)
houtoogst
rondhoutverwerking (voorzover in het bos)
houthandel
bosbeheer
3. Werkzaamheden die in het kader van de houtoogst door de onderneming worden uitgevoerd (aankruisen wat van toepassing is) vellen korten/sortiment zagen langhout slepen met trekker langhout slepen met paard uitrijden van hout (sortiment) houttransport vanaf bosweg
21
4. Wie in de onderneming is in het bezit van vakdiploma's/certificaten en zo ja, welke? a. de ondernemer b. de bedrijfsleider c. degene die leiding geeft aan de uitvoering van de werkzaamheden
a. naam ondernemer diploma's/certificaten kopie(ën) bijvoegen
: ................................................................................................ : ................................................................................................ ................................................................................................ ................................................................................................ ................................................................................................ ................................................................................................ ................................................................................................
b. naam bedrijfsleider diploma's/certificaten kopie(ën) bijvoegen
: ................................................................................................ : ................................................................................................ ................................................................................................ ................................................................................................ ................................................................................................ ................................................................................................ ................................................................................................
c. naam leidinggevende bosbouwwerkzaamheden : ................................................................................................ diploma's/certificaten kopie(ën) bijvoegen
: ................................................................................................ ................................................................................................ ................................................................................................ ................................................................................................ ................................................................................................ ................................................................................................ 22
Indien noch u, noch iemand anders in uw bedrijf over diploma's/certificaten beschikt, zijn de volgende vragen van belang: 5. a. Bent u als bosbouwambachtonderneming minstens 3 jaar als zodanig in de sector werkzaam èn bij het Bosschap geregistreerd?
O O
ja, sinds ....................................... nee
19….. / 200…..
b.Was uw omzet aan boswerk vorig boekjaar meer dan € 22.690 excl. b.t.w.?
O O
ja nee
6. Indien vraag 5 met "ja" is beantwoord: kunt u dan verklaringen van minstens drie opdrachtgevers overleggen, waaruit blijkt dat u tot hun tevredenheid boswerkzaam-heden heeft uitgevoerd?
O O
ja nee
7. Indien vraag 6 met "ja" is beantwoord, vermeldt u dan de namen en adressen van die opdrachtgevers: kopie van hun schriftelijke verklaringen als bijlage bijvoegen! 1.
.........................................................................................................................................
2.
.........................................................................................................................................
3.
.........................................................................................................................................
8. Beschikt u over een diploma/certificaat "Algemene Ondernemersvaardigheden"?
O O
ja (kopie bijvoegen) nee
9. Heeft u personeel in dienst?
O O
ja nee
10. Door hoeveel personeelsleden worden de bij de vragen 2 en 3 aangegeven werkzaamheden uitgevoerd? aantal: .......... 11. Wilt u de gegevens van het personeel dat de werkzaamheden - zoals vermeld bij vraag 9 uitvoert, invullen op de volgende lijst.
23
LET OP DE CATEGORIE-INDELING!
werknemers met vakdiploma's/certificaten naam
adres
postcode/woonplaats
sofinummer
functie
datum indiensttreding
vakdiploma's
certificaten
functie
datum indiensttreding
vakdiploma's
certificaten
functie
datum indiensttreding
vakdiploma's
certificaten
werknemers zonder vakdiploma's/certificaten, maar met tenminste 3 jaar ervaring in de bosbouw naam
adres
postcode/woonplaats
sofinummer
werknemers zonder vakdiploma's/certificaten en met minder dan 3 jaar ervaring in de bosbouw naam
Indien
u
adres
meer
personeelsleden
postcode/woonplaats
heeft:
graag
op
een
sofinummer
apart 24
blad
vermelden
en
als
bijlage
bij
dit
formulier
voegen.
12. Welke cao is in uw bedrijf van toepassing op de personeelsleden die betrokken zijn bij de werkzaamheden, zoals vermeld bij vraag 5?
13. Bij welke uitvoeringsorganisatie (UWV-GUO, UWV-GAK, etc.) bent u voor de uitvoering van sociale verzekeringswetten aangesloten? naam
: ................................................................................................................
adres
: ................................................................................................................
postcode
: ................................................................................................................
woonplaats
: ................................................................................................................
aansluitingsnr
: ................................................................................................................
14. Bij welke bedrijfsgezondheids- of arbo-dienst bent u aangesloten voor wat betreft de bedrijfsgezondheidszorg en de arbo-zorg? naam
: ................................................................................................................
adres
: ................................................................................................................
postcode
: ................................................................................................................
woonplaats
: ................................................................................................................
aansluitingsnr
: ................................................................................................................
15. Waar is de administratie van uw onderneming aanwezig en door wie wordt deze gevoerd? administratie aanwezig op adres van de onderneming, zoals vermeld bij vraag 1 naam verantwoordelijke:
..................................................................................................
óf: administratie onderneming elders ondergebracht naam bedrijf
:
..................................................................................................
naam verantwoordelijke :
..................................................................................................
adres :
:
..................................................................................................
postcode
:
..................................................................................................
woonplaats
:
..................................................................................................
telefoonnummer
:
.................................................................................................. 1
Ondergetekende verklaart op de hoogte te zijn en zich te zullen houden aan de in de "Erkenningsregeling Bosaannemers" gestelde eisen, voorwaarden en verplichtingen. Dit betekent o.a. dat hij verklaart er voor te zullen zorgdragen dat: - bij de uitvoering van werkzaamheden in bossen of andere houtopstanden voor de bosbouwsector geldende veiligheidsvoorschriften in acht zullen worden genomen; - bij de uitbesteding van werkzaamheden in bossen en andere houtopstanden de onderaannemer ten aanzien van de door hem bij de uitvoering van de onderhavige werkzaamheden in te zetten werknemers een erkende cao toepast, sociale premies en loonbelasting afdraagt en is aangesloten bij een bedrijfsgeneeskundige dienst c.q. arbodienst; - de werkzaamheden op bosbouwkundig verantwoorde wijze worden uitgevoerd; - een loonadministratie wordt bijgehouden, werknemers een opgave krijgen van het verdiende loon en de inhoudingen daarop, met inachtneming van de daaraan te stellen eisen; - een overzicht wordt bijgehouden van de in een kalenderjaar uitgevoerde werkzaamheden onder vermelding van de objecten van uitvoering; - een overzicht wordt bijgehouden van de werkzaamheden, die in een kalenderjaar zijn uitbesteed aan andere ondernemingen, onder vermelding van naam en adres van die andere onderneming en de bijbehorende omzet. Ondergetekende stemt in met controle van de administratie door een door het bestuur van het Bosschap gemachtigde en verleent daartoe alle medewerking en overhandigt op verzoek een accountantsverklaring of anderszins geautoriseerde informatie. Ondergetekende verklaart dit formulier naar waarheid te hebben ingevuld.
datum aanvraag:
handtekening ondernemer
2