Energie-efficiënt bouwen onder Europese vlag SESAC demonstratieproject in Delft
Energy-efficient building under the flag of Europe SESAC demonstration project in Delft
Energie-efficiënt bouwen onder Europese vlag SESAC demonstratieproject in Delft
Energy-efficient building under the flag of Europe SESAC demonstration project in Delft
Inhoud
5
Voorwoord
6
De Delftse partners
8
Europese samenwerking
10
Vaxjo: de Zweedse partner
11
Grenoble: de Franse partner
12
Warmtebedrijf
14
Poptahof
16
Harnaschpolder
18
Sporten en wonen
20
Gezondheidscentrum
22
Training
24
Monitoring
26
Gedragsbeïnvloeding inwoners
28
Miskolc als waarnemer
29
Colofon
Content
5
Foreword
6
The partners in Delft
8
European cooperation
10
Vaxjo: the Swedish partner
11
Grenoble: the French partner
12
Heat for Delft
14
Poptahof
16
Harnaschpold er
18
Sports and living
20
Healthcare centre
22
Training
24
Monitoring
26
Behaviour modification
28
Miskolc: the Hungarian observer city
29
Credits
Energie-efficiënt bouwen onder Europese vlag – SESAC demonstratieproject in Delft
3
Waste Water Treatment Plant Ecobuildings in Poptahof New dwellings Harnaschpolder
District heating
Healthcare centre Händellaan Sportsfacility and student premises Buitenhof
Energie-efficiënt bouwen onder Europese vlag – SESAC demonstratieproject in Delft
4
Voorwoord Delft wil op termijn een CO2-neutrale stad zijn. Om dit te bereiken streeft ze naar een reductie van 15 procent CO2-emissie in 2012, 5 procent meer aandeel duurzame energie bij de energieproductie en 15 procent minder energiegebruik ten opzichte van 1990. In de Actualisatie Klimaatplan 2008-2012 zijn concrete projecten en maatregelen benoemd om deze ambitie te realiseren. In 2011 vindt, na zes jaar, de afronding plaats van één van de grootste Europese demonstratie-projecten in Delft van de afgelopen jaren: SESAC. SESAC staat voor Sustainable Energy Systems in Advanced Cities. Het is onderdeel van een Europees programma dat innovaties in duurzaamheid wil versnellen door middel van demonstratieprojecten met duurzame energie en energiebesparing in concrete bouwprojecten. Uitwisseling van kennis en ervaringen spelen daarbij een belangrijke rol voor zowel de gemeente als de Delftse partners Woonbron en het energie-agentschap EREA. De andere Euro-
pese partners kwamen onder andere uit Växjo (Zweden) en Grenoble (Frankrijk). Bij de ontwikkeling van klimaatbeleid keken ook Miskolc (Hongarije), Kaunas (Litouwen) en Vastseliina (Estland) over de schouders van de SESAC-partners mee om op termijn zelf deel te nemen aan een groot Europees project. In deze brochure komen personen aan het woord die nauw betrokken waren bij de diverse projecten. Hoe kijken zij terug op de samenwerking in Europees verband? Wat leverden de verschillende projecten op en wat hebben de deelnemers ervan geleerd? En welke adviezen zouden zij initiatiefnemers op dit gebied geven?
jaren heeft opgedaan bij de diverse SESAConderdelen. De partners Woonbron, EREA en de gemeente Delft hebben met enthousiasme meegewerkt aan dit project en er veel van geleerd. Het Warmtebedrijf en de energie zuinige woningen in Poptahof, Buitenhof en Harnaschpolder zijn concrete resultaten van het project. Saskia Bolten Wethouder Participatie en Duurzame Ontwikkeling
Het was de eerste keer dat Delft deelnam aan een Europees project van deze omvang. Misschien bent u ook van plan een demonstratie- of samenwerkingsproject op te zetten, eventueel binnen Europees verband. Dan hopen we dat u profijt heeft van de kennis en ervaringen die Delft in de afgelopen zes
Foreword Delft wishes to become a CO2 neutral city in due course. In order to achieve this, it aspires towards a reduction by 15 percent of the CO2 emission by 2012, a 5 percent higher share of renewable energy in the total energy production, as well as a decrease in energy consumption by 15 percent in comparison to 1990. Specific projects and measures have been designated towards this end in the Implementation Climate Plan 2008-2012.
partners: the Woonbron Housing Corporation and the EREA (the First Regional Energy Agency). Other European partners joined us from Växjo in Sweden and from Grenoble in France, among others. During the development of climate policy, the cities of Miskolc (Hungary), Kaunas (Lithuania) and Vastseliina (Estonia) observed the activities of the SESAC partners with the intention of participating in a large European project in the future.
In 2011, the conclusion of one of Europe’s largest recent demonstration projects will take place in Delft, ending a six-year process: SESAC. SESAC stands for Sustainable Energy Systems in Advanced Cities. It is a component of a European programme that intends to accelerate innovation in sustainability through demonstration projects relating to renewable energy and energy-saving in dedicated construction projects. The exchange of knowledge and experience plays an important role in this for both the municipality of Delft and its
The people who were closely involved in the various tasks associated with SESAC will be offering their personal views on the project in this brochure. How do they look back on the cooperation on a European level? What yield did the different projects result in, and what have the participants learnt from it? Finally, what advice would they give to the initiators in this area?
are planning to set up a demonstration or cooperative project too, conceivably on a European level. In that case, we hope that you will benefit from the knowledge and experience that Delft has acquired over the last six years through the various elements of the SESAC project. As partners, the Woonbron Housing Corporation, EREA and the municipality of Delft have worked together on this project with great enthusiasm. It has taught us a lot. The District Heating Company as well as the energy-efficient homes in Poptahof, Buitenhof and Harnaschpolder, are the tangible products of the project. Saskia Bolten Vice mayor Participation and Sustainable Development Municipality of Delft
This was the first time that Delft participated in a European project of this size. Perhaps you
Energie-efficiënt bouwen onder Europese vlag – SESAC demonstratieproject in Delft
5
‘Door te dóen hebben we ervan geleerd’
De winst van een Europees project Leren van elkaar. De eigen kennis uitdragen én meeliften op kennis die elders in Europa al is opgedaan. Samenwerken. Maar ook: ambities laten zien en voorop willen lopen bij scherpe klimaatdoelstellingen. Drie Delftse ‘hoofdrolspelers’ over de Delftse SESAC-projecten.
(AWZI). Dat gaat ook gebeuren.’
Duurzaam bouwen Ook Harry Meerwijk, directeur van de stichting EREA (Eerste Regionale Energie
Agentschap) is tevreden met wat er is bereikt. ‘Wij hebben ons vooral beziggehouden met monitoring van verbruiksgegevens en trai ningen op het gebied van duurzame renovatie. Voor de cursus ‘Duurzaam bouwen’ is nu zelfs
Saskia Bolten, wethouder Duurzame Ontwik keling van de gemeente Delft, wijst erop dat de grootste winst van het project zit in de concrete uitvoering. ‘In Poptahof hebben de partners op zo’n mooie manier energiezuinige woningen gerealiseerd dat er geregeld binnenen buitenlandse delegaties in Delft komen kijken. De nieuwe Sporthal Buitenhof is een mooi afgerond project en ligt nu energetisch ver onder het landelijk gemiddelde. En het uitgangspunt van het project ‘Stadsverwarming’ staat nog altijd recht overeind: Delftse woningen op een moderne manier ver warmen met industriële restwarmte van de nabijgelegen afvalwaterzuiveringsinstallatie
“We have learned by doing”
The benefit of a European project To learn from each other. Sharing your own knowledge and profiting from the knowledge that has already been acquired elsewhere in Europe. Cooperating. But also: demonstrating your great ambitions and your eagerness to be a frontrunner where strict climate goals are concerned. Three Delft “leading figures” share their views on the SESAC projects that their municipality participated in. Saskia Bolten, Vice mayor Participation and Sustainable Development of the Muni cipality of Delft, points out that the bulk of the benefit of this project lies in its concrete implementation. “In Poptahof, the partners have created energy-efficient homes in such a wonderful way that delegations from both in and outside the country visit Delft on a regular basis to see them. Buitenhof, the new sports centre, is an attractive, finished project
that remains far below the national average in its consumption of energy. Also, the objectives of the district heating system project continue to exist: to heat homes in Delft employing the modern method of using the industrial residual heat of the nearby waste water purification plant (AWZI). That will absolutely happen.”
Sustainable construction Harry Meerwijk, Managing Director of the EREA Foundation (First Regional Energy Agency) is also satisfied with the results thus far. “We have mainly concerned ourselves with monitoring the consumption data as well as providing training in the area of sustainable renovation. There is a lot of interest in our training course ‘Sustainable construction,’ even on a national level, and that is a direct spin-off of the SESAC project. Parts of it, like stripping a complete flat in Poptahof and then rebuilding it from scratch, were in fact nothing short of trailblazing.”
Energie-efficiënt bouwen onder Europese vlag – SESAC demonstratieproject in Delft
Wider horizons According to Karin Schrederhof, Managing Director of the Woonbron Housing Corporation, the benefit of the SESAC project primarily lies in the opportunity to broaden the participant’s horizons. “Along the way, we have learned a lot from each other. It is always a good thing to take a closer look at each other’s specific situations – to look behind the scenes. Sweden is an excellent example of that: due to their cold climate, they are more advanced in some areas than we are. To us, participating in SESAC was a pleasant experience anyway. Not only because of our public function, but also in light of our cooperation with the partners from Delft. Genuine cooperation is only possible when you are wellacquainted with each other. It would be fair to say that we have definitely become accustomed to each other by now.”
Communication According to the chairperson Saskia Bolten,
6
andere bijeenkomsten merk je dat hierover wordt gepraat.’
landelijk veel belangstelling, dat is een rechtstreekse spin-off van SESAC. En op sommige gebieden, bijvoorbeeld in Poptahof een complete flat strippen en weer helemaal opnieuw opbouwen, was het een kwestie van pionieren.’
Enthousiast
Verbreding Volgens Karin Schrederhof, directeur van woningcorporatie Woonbron, zit de winst van SESAC vooral in de verbreding van het blikveld. ‘Gaandeweg hebben we veel geleerd van elkaar. Het is sowieso goed om bij elkaar in de keuken te kijken. Daarmee bedoel ik onder meer de Zweden, waar ze met hun koude klimaat op bepaalde terreinen verder zijn dan wij. Voor ons was het sowieso prima om mee te doen aan SESAC, niet alleen vanwege onze maat schappelijke functie, maar ook met het oog op onze Delftse partners. Samenwerking gaat pas goed als je elkaar echt kent. En je kunt rustig stellen dat we nu wel aan elkaar gewend zijn.’
the fact that the partners were widely communicating that they were involved in innovative demonstration projects was another advantage. “Knowledge needs to be passed on, not in the least since in the ‘world of energy’ technological developments happen in rapid
Uitdragen Volgens wethouder Bolten was het ook goed dat de partners hebben uitgedragen dat ze met innovatieve demonstratieprojecten bezig waren. ‘Kennis moet worden doorgegeven, zeker omdat in de energiewereld de technologische ontwikkelingen erg snel gaan. In Delft zijn we nogal eens bescheiden en vinden we het ‘redelijk normaal’ dat we een ambitieus Klimaatplan hebben, maar op congressen en
succession. We tend to be modest in Delft. Consequently, we consider it ‘rather normal’ that we have an ambitious Climate Plan. At conferences and other such meetings, however, we find that people are definitely talking about it.”
Energie-efficiënt bouwen onder Europese vlag – SESAC demonstratieproject in Delft
En hoewel het SESAC-project in mei 2011 officieel is afgerond, zullen partners langer genieten van ‘de erfenis’. Saskia Bolten: ‘Europees gezien profiteren we op de lange termijn van SESAC: we hebben in Europa tal van enthousiaste gemeenten ontmoet die graag kennis delen en die, net als wij, gezamenlijk willen optrekken om het klimaat te verbeteren. Bovendien hebben we onze Delftse partners beter leren kennen. We weten nu beter hoe je om kunt gaan met verschillende belangen, want bijvoorbeeld een corporatie heeft andere doelstellingen dan een gemeente.’ Harry Meerwijk (EREA) onderstreept dat laatste facet: ‘De samenwerking met de Delftse partners was al goed, maar als je samen, met de helmen op, in een flat rondloopt, wordt die samenwerking verdiept. Ook dat soort ervaringen nemen we in de toekomst mee.’
Enthusiastic Although the SESAC project will officially draw to an end in May of 2011, the partners will be able to enjoy its “heritage” for quite some time to come. Saskia Bolten: “On a European level, the benefit of SESAC is a long-term benefit. We have met several enthusiastic municipalities in Europe who are keen to exchange knowledge and who share our desire to work together toward a better climate. Moreover, we have gotten to know our partners in Delft better. We have learned how to manage diverse interests; a housing corporation has different objectives from a municipality, for example.” Harry Meerwijk (EREA) agrees: “The partners in Delft already cooperated well with each other. Still, when you are walking around a flat in your hardhat together, that sense of cooperation becomes much more tangible and profound. We will be carrying those kinds of experiences with us in the future, too.”
7
‘Wij hebben Europa nodig, Europa heeft ons nodig’
Samenwerken is geven en nemen Niet samenwerken om het samen werken, maar aan de slag met collegasteden die hetzelfde willen: met concrete projecten het energieverbruik terugdringen of energie uit duurzame bronnen gebruiken. Wat Johan van Reenen, vakteamhoofd Milieu van de gemeente Delft, betreft was het SESAC-project niet het laatste Europese samenwerkingstraject waar de gemeente aan meedeed. ‘Wij hebben Europa nodig, maar Europa heeft ook ons nodig.’
van milieu. ‘In het SESAC-project hebben we partners gevonden waar we gevoel mee hebben, die inhoudelijk op één lijn zitten’, aldus Van Reenen. ‘Daarbij hebben we de sterke punten van elkaar kunnen benutten. De Franse manier van bouwen en hun enthousiasme waren voor ons leerzaam. Växjö was bijvoorbeeld verder dan wij op het gebied van stadsverwarming. En wij hebben de partners weer iets kunnen leren over energiebesparing in woningen en vooral op het gebied van wetgeving, daar zijn wij weer voorloper in.’
Het Zweedse Växjö, het Franse Grenoble, het oer-Hollandse Delft: heel verschillende steden, maar met dezelfde ambities op het gebied
Brussel Europees samenwerken is dus een kwestie van geven en nemen. Dat geldt ook voor de
relatie met Brussel. Achterliggende gedachte van Europa en het SESAC-project is immers ‘energiebesparing en duurzame energie op de Europese kaart zetten én zorgen voor een gelijk speelveld voor alle lidstaten’. Om dat te realiseren, heeft Brussel immers ‘gewoon’ enthousiaste steden, voorlopers, nodig die concrete energieprojecten willen realiseren. Van Reenen: ‘En voor de steden is het goed dat er subsidie beschikbaar is (10,4 miljoen euro voor het hele project, 2,86 miljoen euro voor Delft-red), zodat ze worden getriggerd om aan de slag te gaan. ’Om die gedrevenheid nog eens te onderstrepen, ondertekenden de SESAC-partners in 2009 een ‘Covenant of mayors’. Met die overeenkomst verplichtten deelnemers zich om naast de Europese
“We need Europe; Europe needs us”
Cooperation involves giving and taking Cooperating not for the sake of cooperation, but to be able to work with sister cities that share your objective: developing specific projects, either to reduce energy consumption or to make use of energy from renewable sources. If it were up to Johan van Reenen, Head of the Department of Environment for the City of Delft, the SESAC project would not be the last European joint venture in which the municipality takes part. “We need Europe, but Europe needs us too.” Växjö in Sweden, Grenoble in France, and the so-very-typically Dutch City of Delft in the Netherlands: however different these cities
may be, they share a common goal when it comes to the environment. “In the SESAC project we have found partners with whom we share a definite connection and who are on the same wavelength as we are in terms of content,” says Van Reenen. “What’s more, we have all been able to benefit from the strengths that each of us brings to the project. The French construction method, as well as their enthusiasm, have been very instructive to us. Växjö, for instance, had come a lot farther than us in the area of district heating. Likewise, we were able to teach the partners something about reducing energy consumption in homes, and more specifically about the legislation issues pertaining to that topic. When it comes to that, we are forerunners in the field.”
Energie-efficiënt bouwen onder Europese vlag – SESAC demonstratieproject in Delft
Brussels Cooperation on a European level is thus a question of giving and taking. That is also true for relations with Brussels. After all, the underlying idea of Europe and the SESAC project is “to call attention to energy saving and renewable sources of energy, and to ensure a level playing field for all member states.” To that end, Brussels now simply needs “normal” enthusiastic cities, forerunners who are willing to implement those concrete energy projects. Van Reenen: “For the cities, it is an advantage that there is a subsidy available (10.4 million euro for the entire project, 2.86 million euro for the City of Delft) to induce them to spring into action.” To underline this passion once more, the SESAC partners signed a ‘Covenant of mayors’ in 2009. By
8
milieu-doelstellingen er nog een flinke schep bovenop te doen.
Plannen indienen SESAC was niet het eerste Europese project waar Delft aan meedeed. ‘Toch hebben we hier veel geleerd, bijvoorbeeld hoe je je plannen het beste kunt indienen. Voor de toekomst hebben we dus zeker weer interesse in nieuwe projecten, maar vooropstaat dat het project past bij de doelstelling die we als stad hebben, bijvoorbeeld het verbeteren van de energieprestaties van bestaande woningen.’
signing this covenant, the participants committed themselves to going above and beyond the existing European environmental objectives.
Submitting plans SESAC was not the first European project in which Delft took part. “Still, we have learned a lot from this project. How to best submit your plans, for instance. Therefore, we would certainly be interested in new, future projects. The first matter of importance, however, would be that the project fits the goals that we have set ourselves as a municipality, such as the improvement of the energy performances in existing houses.”
Energie-efficiënt bouwen onder Europese vlag – SESAC demonstratieproject in Delft
9
‘Dezelfde uitdagingen, andere benadering’
Växjö: de Zweedse SESAC-partner SESAC is van groot belang geweest voor Växjö, de groenste stad van Europa. Dit project was een stimulans voor de uitwerking en uitvoering van nieuwe ontwikkelingen, zoals stadskoeling, zonnepanelen en ecogebouwen. Bezoekers vanuit de hele wereld komen onze prototypeprojecten bekijken. Ook heeft SESAC de partnerschappen met plaatselijke organisaties versterkt. Een belangrijke dimensie van het project is de kennisuitwisseling met andere Europese steden. Van andere steden hebben we geleerd over andere bouwtechnieken, en ook hoe men in verschillende culturen problemen oplost. Alle culturen staan voor dezelfde uitdagingen, maar soms hebben we een andere benadering! Die uitwisseling heeft geleid tot een betere kennis van verschillende culturen en verbeterde vaardigheden. In Zweden denken we wel eens dat we uitontwikkeld zijn en dat wij overal een antwoord op hebben. Projecten als SESAC laten zien dat we nog veel kunnen leren van andere landen.
Julia Ahlrot SESAC-projectcoördinator Växjö, Zweden
“The same challenges, different approaches”
Växjö: the Swedish SESAC partner SESAC has been of great importance to Växjö, the greenest city in Europe. The project has helped development and implementation of new advances such as district cooling, solar panels and eco-buildings. We have visitors from all over the world coming to see our prototype projects. SESAC has also strengthened partnerships with local organisations. An
important dimension of the project is the knowledge exchange with other cities in Europe. From other cities we have learned about other buildings techniques and also how different cultures solve problems. All cultures have the same challenges but we sometimes have different approaches! The exchange has led to improved awareness of
Energie-efficiënt bouwen onder Europese vlag – SESAC demonstratieproject in Delft
different cultures and improved skills. Sometimes people in Sweden think we are fully developed and have answers for everything. Projects like SESAC show that we can learn much from other countries. Julia Ahlrot SESAC project coordinator Växjö, Sweden
10
‘Samenwerken voor de planeet’
Grenoble: de Franse SESAC-partner De stad Grenoble en de plaatselijke partners hebben veel geleerd en bereikt tijdens het Europese SESAC-project. De resultaten zijn zeer indrukwekkend: ongeveer vijfhonderd nieuwe gebouwen met een oppervlakte van in totaal 60.300 m2, waaronder een school en twee kantoorgebouwen, 1077 gerenoveerde huizen, de installatie van fotovoltaïsche panelen met een vermogen van meer dan 300 kWp en een biomassasysteem voor directe verwarming. Door dit alles is de CO2-uitstoot tussen 2005 en 2008 vermin derd met 7,4 procent.
Maar allemaal hebben ze ervaren dat ze voor dezelfde uitdaging staan – we hebben maar één planeet om op te leven – en dat samenwerken in die richting heel stimulerend is. Daar zijn ze trots op, en ze zijn van plan om in de voorhoede te blijven strijden tegen de opwarming van de aarde en voor stedelijke duurzaamheid. Perrine Flouret SESAC-projectcoördinator Grenoble, Frankrijk
Gedurende deze zes jaar hebben de twintig plaatselijke partners, allemaal met een verschillende achtergrond, voor het eerst geleerd samen te werken, maar ze hebben ook veel geleerd van de samenwerking in Europees verband. Sommigen hebben technische ideeën opgedaan, zoals het geprefabriceerde onderstation voor stadsverwarming, anderen staan nu open voor details in een efficiënt bouw ontwerp.
“Working together for the planet”
Grenoble: the French SESAC partner The city of Grenoble and the local partners have learned and achieved a lot during the European SESAC project. The achievements are quite impressive: about five hundred new buildings, with an area of 60,300 m2 in total including a school and two office buildings, 1,077 renovated houses, more than 300 kWp of photovoltaic panels installed, and a biomass system used for district heating. And that all led to a decrease of 7.4 percent of CO2 emissions from 2005-2008. During these six years, the twenty local partners, all coming from different backgrounds, first learned to work together, but have also learned a lot from the European cooperation. Some have taken technical ideas,
such as the pre-built district heating substation, some have opened their minds to details about efficient building design. But all have experienced that we have the same challenge to face: we have only one planet to live on... and that working together in that direction is very stimulating. The three main cities of SESAC were among the first cities to sign the Covenant of Mayors. They are proud of that and still intend to remain cities at the forefront of the fight against global warming and in the field of urban sustainability. Perrine Flouret SESAC project coordinator, Grenoble, France
Energie-efficiënt bouwen onder Europese vlag – SESAC demonstratieproject in Delft
11
Duurzame doelen staan recht overeind
Warmte voor Delft Huizen verwarmen met industriële restwarmte. Die doelstelling mag misschien overzichtelijk klinken, het vereist wel een innovatief concept, veel samenwerking en een sterke wil bij partners. In Delft betekende SESAC de aanjager voor stadsverwarming.
Warmtestation Toch worden op termijn ruim 20.000 woningen in Delft aangesloten op stadsverwarming
160.000
120.000 Capacity (kW)
Kees Kruijff, programmamanager Internationaal Beleid en projectleider voor de stadswarmte van de gemeente Delft, beseft dat ‘stadswarmte in Delft’ een moeilijke aanloop kende. ‘Het oorspronkelijke businessmodel is niet van de grond gekomen, onder meer vanwege de recessie en de lage gasprijzen. Daardoor hebben we onze koers moeten bijstellen.’ De plannen om de hele stad met industriële restwarmte te voeden, werden verlaten om te switchen naar een goedkopere, eenvoudiger organisatievorm.
Connections district heating company Delft 2010–2040
80.000
40.000
0 Time (years)
op publiek-private basis. Voor het warmte station voor de Delfts jongste woonwijk Harnaschpolder wordt nu een ontwerp gemaakt. De verwachting is dat in 2012 de eerste huizen in Harnaschpolder worden
verwarmd met restwarmte van de afvalwaterzuiveringsinstallatie (AWZI)Harnaschpolder. Op termijn gaat het in Harnaschpolder om 1600 woningen die worden aangesloten op stadsverwarming.
Heating plant
search for suitable forms of renewable heat and district heating, Delft gratefully drew knowledge from its European partners. In Sweden in particular, district heating is already a well-known phenomenon, after all. Peter Rommens, Policy Advisor on Energy states on behalf of the City of Delft: “In that field in particular, cooperation offers much added
Sustainable objectives holding up
Heat for Delft Heating homes using industrial residual heat. However comprehensible this objective may sound, it actually requires an innovative project plan, a lot of cooperation and a strong resolve on behalf of the partners. In Delft, SESAC acted as the driving force behind the district heating system. Kees Kruijff, Program Manager for International Policy and project leader for district heating for the Delft municipality, recognises that “district heating in Delft” has had a difficult build-up. “The original business model did not get off the ground, in part due to the recession and lower gas prices. As a result, we were forced to re-adjust our course.” The original plan to supply energy to the entire city using industrial residual heat had to be abandoned in favour of switching to a less expensive, simplified form of organisation.
All the same, well over 20,000 houses in Delft will eventually be connected to the district heating system on a public-private basis. We are in the process of designing a heating plant for Delft’s latest residential area, Harnaschpolder. We expect that by 2012, the first homes in Harnaschpolder will be heated using the residual heat from the waste water purification plant (AWZI), Harnaschpolder. In the long run,1,600 Harnaschpolder homes will be connected to the district heating system.
Geothermal energy At the same time, attempts are being made in other locations in Delft as well to implement CO2 reduction as defined in the SESAC objectives. The Eneco Energy Company, for example, explored the possibilities of geothermal energy – the Delft Geothermal Project (DAP) – and deep geothermal heat. In the
Energie-efficiënt bouwen onder Europese vlag – SESAC demonstratieproject in Delft
12
van Europese partners. Vooral in Zweden is stadswarmte immers al een bekend fenomeen. Peter Rommens, beleidsadviseur energie bij de gemeente Delft: ‘Juist daar biedt samenwerking meerwaarde. Je spiegelt je eigen gedachten door bij andere partners te kijken, en je leert ervan hoe ze daar zaken oplossen.’ Kruijff: ‘We zijn bijvoorbeeld in Göteborg geweest waar ze dezelfde warmteinstallatie hebben die wij willen bouwen. Dergelijke bezoeken leveren kennis, inspiratie en nieuwe energie op.’
Overeind
Geothermie Maar ook op andere locaties in Delft wordt, naar aanleiding van de uitgesproken SESACdoelstellingen, gewerkt om CO2-reductie toe te passen. Zo liet energiebedrijf Eneco
value. You hold a mirror to your own thoughts and beliefs by looking at those of your partners. And you learn from the way in which they resolve issues.” Kruijff: “We went to Göteborg, for instance, because they already have the kind of heating plant that we are planning to build. Visits like that offer us knowledge, inspiration and renewed vigour.”
onderzoek doen naar geothermie (Delft Aardwarmte Project (DAP) en diepe geo thermie. Bij de zoektocht naar geschikte vormen van duurzame warmte en stads verwarming putte Delft dankbaar uit de kennis
Municipalities
Eneco
Housing Associations
Statutes and shareholder agreement
Holding up Despite the delay, the objectives of Delft are holding up. Kruijff: “The Delft District Heating Company would not have come into being without SESAC; in that way the project has been very successful as a driving force. And in ‘the world of heat’, everyone is aware of the fact that we are giving shape to the Eneco Delft District Heating Company through public-private cooperation. In that respect we have propagated our activities more than sufficiently.”
Ondanks de vertraging zijn de Delftse doelen altijd overeind gebleven. Kruijff: ‘Het Warmtebedrijf Delft zou er niet zijn gekomen zonder SESAC, wat dat betreft heeft het project goed gewerkt om de gang erin te houden. En in ‘de wereld van warmte’ weet iedereen inmiddels wel dat we via publiek-private samenwerking Warmtebedrijf Eneco Delft gestalte geven, wat dat betreft hebben we wel voldoende uitgedragen waar we mee bezig zijn.’
Heat distribution licence/concession
Energie-efficiënt bouwen onder Europese vlag – SESAC demonstratieproject in Delft
District Heating Company Eneco Delft
Heat provision agreement
Service level agreements
Other (Eneco) companies
13
‘Verrassingen in positieve en negatieve zin’
Proeftuin Poptahof Renovatie of nieuwbouw? Of renovatie én nieuwbouw? De wijk Poptahof fungeerde als ‘proeftuin’ voor SESAC. Meest in het oog springende opdracht: een oude flat compleet transformeren tot woningen met dezelfde duurzaamheidsprestaties als moderne nieuwbouwwoningen.
Wil Bonet, liaisonmanager projectontwikkeling van woningcorporatie Woonbron, sinds jaren betrokken bij de herstructurering van Poptahof: ‘SESAC was een langlopend project. In de praktijk betekende het dat we verrassingen in negatieve zin en in positieve zin zijn tegengekomen. Dit was een demonstratieproject, bedoeld om ook tot kruisbestuiving en uitwisseling van kennis te komen om woningen met een lage energiebehoefte te creëren. Dat is wel degelijk gelukt.’ ‘Aan de andere kant blijkt het in zulke lang jarige projecten heel lastig om aan de voorkant exacte oplossingen te beschrijven die voortdurend moeten worden aangepast. Dan dreigen plannen te verzanden in wollige vergadercircuits. Het kost dan erg veel energie om partijen mee te krijgen. Wij zijn dus positief-kritisch. Bij een volgend project zou je globale doelstellingen moeten opstellen, die wel hun waarde behouden, maar die je slagvaardig kunt aanpassen als de situatie daarom vraagt.’
“Surprises in both a positive and a negative sense”
Poptahof experimental garden Renovation or new development? Or renovation and new development? The Poptahof residential area acted as an “experimental garden” for SESAC. The most conspicuous assignment: to completely transform old flats into houses with the same sustainability performances as modern, newly developed houses. Wil Bonet, Project Development Liaison Manager for the Woonbron Housing Corporation, has been involved in restructuring Poptahof for several years: “SESAC was a long-term project. In actual practice, this meant that we came across surprises in both a positive and a negative sense. This was a demonstration project, intended to achieve the cross-pollination of ideas and the ex-
change of knowledge as well as to create homes with low energy needs. That has definitely been accomplished.” “On the other hand, long-term projects such as this one prove to make it quite a complicated task to establish precise solutions upfront that then have to be continuously modified. Plans run the risk of getting bogged down in woolly meetings that way. Consequently, it takes a lot of effort to get the different parties on board. In short, we are positively-critical. For the next project, it would be better to formulate broad objectives that retain their significance, but can be suitably modified when the situation calls for it.”
Measuring Another positive result of the project, according to Bonet, lies in the experience which the
Energie-efficiënt bouwen onder Europese vlag – SESAC demonstratieproject in Delft
partners can continue to draw on in the future. “For example, the measurement of energy performances both after and during construction, at the front-end so to say: that is something that has proved its worth.” The structural quality of the building was subjected to inspections while construction was still in progress – among other things with infrared equipment that could detect potential cold bridges. That way, adjustments could still be made if necessary. This was instead of only the usual inspections upon completion.
Call for attention Bonet states that by and large SESAC has therefore been a “driving force” in Poptahof. “The SESAC project encouraged sustainability measures in addition to the regular sustainability policy of the Woonbron Housing
14
Meten
Op de kaart
Positief zijn volgens Bonet de ervaringen die partners ook in de toekomst kunnen blijven gebruiken. ‘Bijvoorbeeld het meten van energieprestaties niet alleen na de bouw, maar ook tijdens de bouw, dus aan de voorkant, dat is iets wat z’n waarde heeft bewezen.’ Al tijdens het bouwproces werd de bouw fysische kwaliteit van het gebouw aan controles onderworpen, onder meer met infraroodapparatuur, die eventuele koudebruggen kon opsporen. Hierdoor konden, waar nodig, nog aanpassingen plaatsvinden. Dit in plaats van alleen maar de gebruikelijke controles achteraf.
In zijn algemeenheid stelt Bonet, is SESAC in Poptahof dan ook ‘aanjager’ geweest. ‘Duurzaamheidsmaatregelen zijn, naast het reguliere duurzaamheidsbeleid van Woonbron, gestimuleerd door het SESAC-project, het is een stok achter de deur geweest om innovaties op het gebied van energiebesparing toe te passen. Onze partners bij dit project, gemeente Delft en EREA, kenden we al, de verhoudingen waren al goed en dat blijven ze. Sterker nog: we kunnen niet zonder elkaar.’
Corporation. It was an incentive to implement energy-saving innovations We already knew our project partners – the Delft municipality and EREA. Our relations with them were already good and will remain so. To put in more emphatically: we need each other.”
Energie-efficiënt bouwen onder Europese vlag – SESAC demonstratieproject in Delft
15
‘Gemeente moet partijen verleiden’
Groene wijk Harnaschpolder met Europees tintje Een nieuwe woonwijk met nieuwe eisen, innovatieve woningen en duurzame ambities. De groene woonwijk Harnaschpolder Delft krijgt langzaam maar zeker gestalte. Mede met dank aan Europa, want de eerste drie honderd huizen van de nieuwste woonwijk van Delft zijn ‘SESAC-proof ’. Bij de start van het SESAC-project leek het leven nog overzichtelijk: ‘Een verbetering van 30 procent op het gebied van energieefficiëntie ten opzichte van het Bouwbesluit’ voor de eerste drie honderd Harnasch polderwoningen was het doel. Voor de kenners: het betekende een EPC (energieprestatiecoëfficiënt) van maximaal 0,7 en een EPL (Energie Prestatie op Locatie) van minstens 7,5.
Maximaal Met het aanpassen van het Bouwbesluit werden ook de Harnaschpolder-plannen bijgesteld. Maaike Kaiser, specialist Energie en
“Municipality must persuade all parties involved”
Green residential area of Harnaschpolder with a European touch A new residential area with new requirements, innovative houses and sustainable goals. The green residential area of Harnaschpolder Delft is slowly but surely taking shape – in part thanks to ‘Europe’ since the first three hundred homes in Delft’s newest residential area are ‘SESAC-proof ’.
struction Specialist for the City of Delft: “Ultimately, we have formulated strict insulation requirements and worked with a maximum number of kWh per square metre. Every developer had to comply with these requirements. In any case, sustainable construction fits the ecological objectives of Harnaschpolder, too.”
At the start of the SESAC project, life still appeared to be quite orderly: The target was “to improve the energy-efficiency by 30 percent compared to the Building Ordinance’ in the first three hundred Harnaschpolder houses. To experts: this meant an EPC (energy performance coefficient) of no more than 0.7 and an EPL (Energy Performance on Location) of at least 7.5.
Authority
Maximum As the Building Ordinance was amended, the Harnaschpolder plans were similarly revised. Maaike Kaiser, Energy and Sustainable Con-
cial considerations, this means either tempting or persuading all parties involved. After all, you cannot blame a property developer for mainly looking at the business case.” The different parties took on their respective roles in different ways. The housing corpo
According to Kaiser, the SESAC project was valuable to Harnaschpolder if nothing else because it called for a ‘different way of thinking’ on the part of the property developers. ‘A property developer generally prefers to be the one in authority, but in the context of a European project like SESAC, it simply does not work that way. In the case of Harnaschpolder several property developers are involved who were all able to apply for a subsidy if they fulfilled the requirements. To a municipality that is primarily motivated by non-commer-
Energie-efficiënt bouwen onder Europese vlag – SESAC demonstratieproject in Delft
16
Duurzaam Bouwen van de gemeente Delft: ‘Uiteindelijk hebben we strikte isolatie-eisen opgesteld en gewerkt met een maximaal aantal kwh per vierkante meter. Daar moest iedere ontwikkelaar zich aan houden. En duurzaam bouwen past ook bij de ecologische ambities van Harnaschpolder.’
Regie Het SESAC-project was voor Harnaschpolder volgens Kaiser sowieso leerzaam omdat het een ‘andere manier van denken’ vergde voor projectontwikkelaars. ‘Een projectontwikkelaar heeft het liefst de regie zelf in handen, maar bij een Europees project als SESAC werkt dat nu
ration Vidomes, for example, took the ecological objectives very seriously and put a lot of effort in ensuring sustainable con struction, as was the case with the council houses that were the first to be completed in this area.
stellingen zeer serieus en stak veel energie in duurzaam bouwen, bijvoorbeeld bij de sociale huurwoningen die als eerste werden opgeleverd in de wijk. eenmaal anders. En bij Harnaschpolder zijn meerdere projectontwikkelaars betrokken, die subsidie konden aanvragen als ze aan de eisen voldeden. Voor een gemeente, die vooral werkt met ideële motieven, betekent het wel dat je partijen moet overtuigen of verleiden, want je kunt een projectontwikkelaar niet kwalijk nemen dat hij vooral naar de businesscase kijkt.’ De verschillende partijen pakten hun rol op diverse manieren op. Zo nam corporatie Vidomes de ecologische doel
Quality charter Furthermore, SESAC functioned as a driving force for putting objectives and results in writing. Kaiser: ‘Because of this, a quality charter is now available which describes the building process in detail and in which every
Energie-efficiënt bouwen onder Europese vlag – SESAC demonstratieproject in Delft
Kwaliteitshandboek Daarnaast fungeerde SESAC ook als animator bij het op schrift stellen van ambities en resultaten. Kaiser: ‘Zo ligt er nu een kwaliteitshandboek waarin het bouwproces tot in detail wordt beschreven, en waarin iedere partij precies weet wat er wordt verwacht. Dat handboek wordt nu in de praktijk gebruikt, ook bijvoorbeeld bij de waterkavels in Harnaschpolder, en is leidend.’
party can read back exactly what is expected of them. That charter is now used in actual practice, such as in the case of the water parcels in Harnaschpolder. It is the guiding principle.’
17
‘Dit was een kans die we niet konden laten liggen’
Sporthal met beschermende ‘schil’ van woningen Een nieuwe sporthal Buitenhof, inclusief 88 studentenappartementen. Het project kreeg SESAC-steun vanwege de energieprestaties, tot tevredenheid van Thomas van den Doel van Vorm Ontwikkeling B.V. Een Europese stimuleringssubsidie krijg je niet zomaar, daar moet je wel wat voor doen, weet Van den Doel inmiddels uit ervaring. ‘De eerste contacten over SESAC dateren van 2007. En we hebben er nu nog steeds mailcontact over, we wachten nog op het subsidiebedrag. Om in aanmerking te komen voor het geld, moet je niet alleen heel zorgvuldig allerlei documenten invullen, je moet vooral ook geduld hebben.’
Prijsvraag Dat geduld heeft Vorm Ontwikkeling. In 2006 won de ontwikkelaar, samen met Mei Architecten en Stedenbouwers, een prijsvraag voor het nieuwe project ‘Buitenhof ’. De oude sporthal uit 1969 voldeed niet meer. In plaats
“This was an opportunity that we could not let slip by”
A sports centre inside a protective “shell” of houses A new Buitenhof sports centre containing 88 residential student units. It’s a project that received SESAC assistance on account of the energy performances, much to the satisfaction of Thomas van den Doel of Vorm Ontwikkeling B.V. Van den Doel has learnt from experience that you do not receive a European incentive subsidy without putting in real effort. ‘The first exchanges regarding SESAC date from 2007 and we are still emailing on the subject to this day. We are still waiting for the subsidy to be disbursed. In order to be eligible for the money, you must not only complete all kinds of forms with absolute care, you must also have a great deal of patience.”
Competition Vorm Ontwikkeling has that kind of patience. In 2006, the developer – together with Mei Architects and Urban Developers –
won the competition for the new Buitenhof project. The old sports centre, dating from 1969, no longer met with requirements. In its place, a new centre has now been erected that performs 80 percent better than the old one in terms of energy con sumption, and scores significantly higher than the national requirements. The sports centre was completed in March 2010. The student dwellings were ready as early as December 2009.
Lively A part of the secret of the success lies in the student residences at the centre. Van den Doel: “These residences constitute what looks like a ‘shell’ around the sports centre. That presents a lively scene around the new centre and makes a considerable difference in the heating costs.” Both the sports centre and the residential student units are ready to be connected to the district heating system. For that matter, the SESAC project also demon-
Energie-efficiënt bouwen onder Europese vlag – SESAC demonstratieproject in Delft
strates how quickly technologies are advancing, say Van den Doel and Peter Rommens of the Delft municipality. Rommens: “What was highly innovative a few years ago has been mostly superseded today. We wanted the SESAC projects to show everything that could be possible, but the standards are rising fast as well.”
Attentive It was actually Rommens who drew Vorm Ontwikkeling’s attention to the SESAC project. Van den Doel: “The municipality pointed it out to us because our EPC value was quite low. And although we receive only a relatively small part of the subsidy compared to other large projects, it is well worth it. Not in the least because we were able to prove that we incur additional costs in the area of energyefficiency. To us, SESAC meant an opportunity that we could not let slip by. In the end, the users of the sports centre, the municipality and we are satisfied.”
18
daarvan staat er nu een nieuwe hal die het qua energieverbruik bijna 80 procent beter doet dan de oude, en beduidend beter scoort dan de landelijke eisen. De oplevering van de sporthal was in maart 2010. De studenten woningen waren reeds in december 2009 opgeleverd.
Levendig Een deel van het geheim van het succes zit in de studentenwoningen bij de hal. Van den Doel: ‘Die woningen liggen als het ware als een schil om de sporthal heen. Dat levert een levendig beeld op rond de nieuwe hal én het scheelt aanmerkelijk in de stookkosten.’ Zowel sporthal als studentenappartementen zijn klaargemaakt voor aansluiting op stadsverwarming. Overigens laat het SESAC-project ook zien dat de technologische ontwikkelingen elkaar snel opvolgen, merken Van den Doel en Peter Rommens van
Energie-efficiënt bouwen onder Europese vlag – SESAC demonstratieproject in Delft
de gemeente Delft. Rommens: ‘Wat enkele jaren geleden superinnovatief was, is nu soms al bijna achterhaald. Met SESAC-projecten wilden wij graag laten zien wat er kan, maar de standaarden gaan ook snel omhoog.’
Attent Vorm Ontwikkeling werd overigens door Rommens van de gemeente attent gemaakt op het SESAC-project. Van den Doel: ‘De gemeente heeft ons daarop gewezen omdat we zo laag zaten met de EPC-waarde. En hoewel wij vergeleken met andere grote projecten relatief maar een klein deel van de subsidie krijgen, is het wel de moeite waard. Zeker omdat we konden aantonen dat we extra kosten maken op het gebied van energiezuinigheid. Voor ons betekende SESAC een kans die we niet konden laten liggen. En uiteindelijk zijn de gebruikers van de sporthal, de gemeente én wij tevreden.’
19
Gezondheidscentrum Händellaan
‘Maatschappelijk verantwoord bouwen’ Zorg en wonen onder één dak, en dat in een van de meest energiezuinige gebouwen van Delft. Het inmiddels opgeleverde project van gezondheidscentrum Händellaan ‘De Groene Smaragd’ paste niet alleen goed bij SESAC, maar ook bij Woonbron, vertelt Karin Schrederhof, directeur van de woningcorporatie. Het nieuwe gezondheidscentrum herbergt onder meer een huisartsenpraktijk, thuiszorg, maatschappelijk werk, podotherapie en fysiotherapie, maar ook 21 woningen voor mensen met een beperking. En dat allemaal met hoge duurzaamheidsstandaarden, onder meer verhoogde isolatiewaarden, milieu vriendelijke bouwmaterialen, de toepassing van zonne-energie en een energiebesparend ventilatiesysteem. Volgens Karin Schrederhof is het een project waarin de ambities van SESAC en Woonbron samenvallen. ‘Woonbron heeft als corporatie stevige duurzaamheidsambities. Dan moet je niet alleen zeggen dat je maat-
Händellaan Healthcare Centre
“Socially responsible construction” Care and housing under one and the same roof, and in one of Delft’s most energy-efficient buildings at that. Händellaan Healthcare Centre “The Green Emerald”, a project that has now been completed, not only fit SESAC well, but also the Woonbron Housing Corporation, says Karin Schrederhof, Managing Director of the Corporation.
according to Karin Schrederhof. “As a housing corporation, Woonbron has strong sustainability goals. It is not enough to say that you feel a corporate social responsibility; you need to act on it too. This project allows us to do so. Furthermore, the project has an important social purpose. Not to mention: buildings that have a high energy performance reduce heating costs. That is something that will have a direct positive effect on our clients’ finances.”
The new health care centre contains, among other things, a general practitioner’s practice, homecare, a social service institution, podotherapists and physiotherapists, as well as 21 homes for people with disabilities. All of them meet the highest of sustainability norms, such as increased insulation values, environmentally friendly building materials, the utilisation of solar energy and an energy-saving ventilation system. It is a project that combines the objectives of both SESAC and Woonbron,
Experimenting SESAC was all about demonstration projects. This means experimenting, and with experimenting comes the risk of things not going quite as planned. Schrederhof: “And so it can happen that you fail to fully achieve a certain objective regarding EPC (energy performance coefficient), or fail to achieve the standard for a specific part of the building. The health care centre features a heat pump system that required some time to get accustomed to. At
Energie-efficiënt bouwen onder Europese vlag – SESAC demonstratieproject in Delft
first, we definitely underestimated its management as well. Not in the least since a multifunctional building such as this one raises many different heat questions. Your immediate response could be: ‘never an installation like that again, it is too troublesome’. Instead, we prefer to say: there is nothing wrong with the installation and we will find a way to improve on the management. That is what we set out to work with, and that is very instructive. It is a lesson to be learnt from SESAC anyway: you can spend a lot of time on the design, devising ingenious systems and building optimally insulated homes – but if you do not pay sufficient attention to information and education, you are forfeiting a large part of the benefit.”
20
schappelijk verantwoord onderneemt, maar je moet het ook laten zien. Dat kan bij dit project. Daarnaast heeft het een belangrijk maatschappelijk doel. En ook belangrijk: in gebouwen met hoge energieprestaties blijven de stookkosten beperkt en dat merken onze klanten in hun portemonnee.’
Experimenteren Bij SESAC ging het om demonstratieprojecten. Dat betekent ook: experimenteren, en dus dat de kans bestaat dat er iets anders loopt dan was gepland. Schrederhof: ‘Het kan dus ook gebeuren dat je een bepaalde doelstelling op
het gebied van EPC (energieprestatiecoëffi ciënt), niet helemaal haalt, of voor een deel van het gebouw niet haalt. In het gezondheidscentrum hebben we een warmtepomp installatie waar we aan moesten wennen. Ook het beheer ervan hebben wij in het begin onderschat, zeker omdat er in zo’n multifunctioneel gebouw veel verschillende warmtevragen zijn. Je zou direct kunnen zeggen: ‘Nooit meer zo’n installatie, want dat is lastig.’ Maar wij zeggen liever: met die installatie is niks mis, maar in het beheer kunnen we nog wel wat verbeteren. Daarmee gaan we aan de slag en dat is ook leerzaam.
Energie-efficiënt bouwen onder Europese vlag – SESAC demonstratieproject in Delft
Dat is sowieso een les uit SESAC: je kunt wel heel veel aandacht aan het ontwerp schenken, ingenieuze systemen bedenken en optimaal geïsoleerde woningen bouwen. Maar als je te weinig aandacht besteedt aan voorlichting, laat je een groot deel van de winst liggen.’
21
Cursus ‘Duurzaam bouwen’
Poptahof als innoverend praktijkvoorbeeld
Ambitieuze, duurzame doelstellingen in de bouw worden vaak niet gehaald door fouten in de uitvoering. Reden voor de stichting EREA om in een cursus ‘Duurzaam bouwen’ voorbeelden te geven van hoe het wel kan. Dat gebeurt aan de hand van de Delftse SESAC-demonstratieprojecten in Poptahof en Harnaschpolder. Frank Spruit is namens de stichting EREA een van de docenten van de cursus. Aanleiding was ervaring in Zweden waaruit bleek dat fouten in de uitvoering onder meer leiden tot lagere energieprestaties, slechter comfort, hogere kosten en een ongezonder binnen klimaat. Spruit: ‘Niet alleen in Zweden, maar ook in Nederland gaat nogal eens wat fout, reden om er extra aandacht aan te besteden.’ Samen met de gemeente en corporatie Woonbron ging EREA aan de slag met kwaliteitsborging in het SESAC-traject.
“Sustainable Construction” training
Poptahof as an innovative practical example Ambitious, sustainable objectives in construction are often not achieved due to flaws in the execution. This is why the EREA foundation offers examples of how it can be done in a “Sustainable Construction” training course. These examples are based on Delft’s SESAC demonstration projects in Poptahof and Harnaschpolder.
among other things. Spruit: “Mistakes like that are not confined to Sweden; things regularly go wrong in the Netherlands as well. All the more reason to pay extra attention.” In association with the municipality of Delft and the Woonbron Housing Corporation, EREA set to work safeguarding quality in the SESAC project.
Frank Spruit is one of the training instructors on behalf of the EREA foundation. The immediate cause for the training was an experience in Sweden that made it apparent that flaws in the execution led to lower energy performances, less comfort, higher expenses and an unhealthier indoor climate,
This safeguarding took place on different levels: various parties formulated an approach that was subsequently field-tested in Poptahof; initially in a one-flat showcase from where the entire construction process was thoroughly monitored. Incidentally, the quality assurance concerned the entire process, from design and
Fewer arguments
Energie-efficiënt bouwen onder Europese vlag – SESAC demonstratieproject in Delft
execution to the actual occupation phase. The demonstration project proved to be beneficial to both the client (greater chance of meeting the sustainability norm) and the contractor (support from the consultant and a lower risk of disagreements afterwards). SESAC contributed to improved quality safeguarding before and during construction, too, by commissioning a quality charter for Harnaschpolder from the BuildDesk Company (under the authority of the municipality).
Practical example Spruit: “Our experiences in Delft, and those in Poptahof in particular, have been incorporated into an already existing Sustainable Construc-
22
Minder discussies Die borging gebeurde op verschillende terreinen: diverse partijen zetten onder meer een aanpak op, die vervolgens werd uitgetest in Poptahof, eerst in een showcase van één flatwoning waar het gehele bouwproces uitvoerig werd gemonitord. Het ging bij de kwaliteitsbewaking overigens om het hele proces, van ontwerp en uitvoering tot de gebruiksfase. Het bleek dat het demonstratieproject winst opleverde voor zowel de opdrachtgever (de kans om de duurzaamheidsnorm te halen is groter) als de bouwer (hulp van de adviseur en minder risico op discussies achteraf). Maar ook met het schrijven van een kwaliteitshandboek (het bedrijf BuildDesk in opdracht van de gemeente) voor Harnaschpolder droeg SESAC bij aan een betere kwaliteitsbewaking voor en tijdens het bouwproces.
warmteverlies
Praktijkvoorbeeld Spruit: ‘De Delftse ervaringen, en dan met name die van Poptahof, hebben we ondergebracht in een al bestaande cursus ‘Duurzaam Bouwen’.’ Dat initiatief past bij SESAC, omdat een van de doelstellingen van het Europese project was dat opgedane kennis moet worden verspreid. Spruit: ‘We hebben de cursus inmiddels drie keer gegeven en hij staat nu voor twee keer per jaar op het
programma.’ De cursus wordt overigens vooral gevolgd door werknemers van gemeenten, woningcorporaties, bouwpartijen en adviseurs. Volgens Spruit werkt het voor EREA goed om de Delftse praktijkervaringen in de cursus voor het voetlicht te brengen. ‘Vooral Poptahof is een innoverend, aansprekend praktijkvoorbeeld voor de cursisten.’
tion course.” Such an initiative is a good match with SESAC since one of the goals of the European project is to widely spread all acquired knowledge. Spruit: “So far, we have offered the training course three times already. It is now a semi-annual part of our curriculum.” The training is mainly attended by municipal employees, housing corporations, contractors and consultants. According to Spruit, bringing Delft’s real-life experiences out into the open during the training course works well for EREA. “Poptahof in particular provides an innovative and appealing practical example to the course participants.”
Energie-efficiënt bouwen onder Europese vlag – SESAC demonstratieproject in Delft
23
Monitoring en energiecoaches
‘Bewoners waren heel positief ’
Voor EREA was monitoring in het SESACproject een traject met hindernissen, vindt De Jonge van het agentschap. ‘Zo werd er in eerste instantie gewacht op de landelijke introductie van ‘slimme meters’. Daar wilden we op meeliften’, aldus De Jonge. ‘Toen de wetgeving daarover in 2008 werd terug gefloten door de Eerste Kamer, moesten we een andere manier vinden om aan betrouwbare gegevens te komen.’
Resultaten Vanaf begin 2010 kon EREA aan de slag met het binnenhalen en verwerken van de data uit de gerenoveerde flatwoningen van Poptahof.
Final heat demand Poptahof
kWh/m2
Monitoring moet in een vroegtijdig stadium een plek krijgen in het bouwproces. Met de juiste meters, adequate voorlichting en feedback naar de consument is er nog veel te winnen, ontdekte Joris de Jonge van de stichting EREA, het Eerste Regionale Energie Agentschap.
20
20
15
15
10
10
5
5
0
0 jan/10
apr/10
jul/10
oct/10 Refurbished
In Harnaschpolder worden de verbruiks gegevens sinds mei 2010 verwerkt. De eerste resultaten in Poptahof leverden overigens gefronste wenkbrauwen op. De Jonge: ‘Het verbruik was aanmerkelijk hoger dan waarop we hadden gerekend. Sowieso was het in januari en februari 2010 erg koud,
jan/11 New housing
maar daarnaast bleek dat het langer duurde dan was voorzien om een ‘koud gebouw’ droog te stoken.’
Overtuigen Later normaliseerden de waarden zich en kon er, met dank aan een feedbacksysteem, actie
Monitoring and energy coaches
“Residents were very positive” “Monitoring” must be internalised in the construction process at any early stage. With the right meters, adequate information and feedback to the consumer, a lot can still be gained, discovered Joris de Jonge of the EREA Corporation (the First Regional Energy Agency). To EREA, monitoring was an eventful process in the course of the SESAC project, according to De Jonge. “Among other things, the waiting was for the nationwide introduction of ‘smart meters’ at first. We wanted to hitch a ride on that wagon”, says De Jonge. “When the pertinent legislation was reined in by the Upper House in 2008, we had to find another way to collect reliable data.”
Results As of early 2010, EREA was able to set to work collecting and processing data from the renovated flats of Poptahof. In Harnaschpolder, consumption data are being processed beginning in May 2010. The initial results in Poptahof actually raised quite a few eyebrows. De Jonge: “Consumption was significantly higher than what we had expected. True, it
Energie-efficiënt bouwen onder Europese vlag – SESAC demonstratieproject in Delft
24
worden ondernomen richting bewoner. Want energieverbruik meten is één ding, met de gegevens van monitoring in de hand is het voor ‘energiecoaches’ ook makkelijker om bewoners te overtuigen van het nut van energiebesparing. De Jonge: ‘Vanuit SESAC waren middelen gereserveerd voor de terugkoppeling naar bewoners. Gaandeweg is gekozen voor energieadviseurs aan huis. Dat bleek goed te werken; de reacties van de bewoners waren erg positief.’
de meterstanden voor de monitoring. Toch zijn alle inspanningen zeker niet voor niks geweest. De Jonge: ‘Niet alleen wij, maar ook partners als Woonbron en de gemeente hebben veel ervaring opgedaan en gezien wat wel en wat niet werkt.’
Inspanningen Met het naderende einde van het SESACproject stokt voor EREA ook het uitlezen van
was very cold in January and February of 2010, but apart from that we found that it took longer than we had anticipated for a ‘cold building’ to dry out.”
Hold up Later, the figures normalised and – thanks to a feedback system – resident-directed action could be taken. Measuring energy consump-
tion is one thing, but armed with the outcome of the monitoring it is also easier for ‘energy coaches’ to convince residents of the benefits of energy saving. De Jonge: “SESAC resources were allocated specifically to giving feedback to the residents. Gradually, we opted for energy consultants making house calls. That turned out well: the residents’ reactions were very positive.”
Energie-efficiënt bouwen onder Europese vlag – SESAC demonstratieproject in Delft
Efforts With the end of the SESAC project drawing near, EREA’s task of recording the meter readings for monitoring purposes is also coming to a conclusion. Still, their efforts have not been in vain. De Jonge: “Both EREA and its partners, like the Woonbron Housing Corporation and the municipality, have gained a lot of experience. We have seen what works and what does not.”
25
‘Gedragsbeïnvloeding staat nog in kinderschoenen’
Bewoners helpen zich energiezuiniger te gedragen Als er één persoon is die meerdere facetten van het SESAC-project heeft beleefd, is het Zeno Winkels. Als voormalig directeur van het Delfts Energie Agentschap (DEA) en als adviseur van corporatie Woonbron was hij er al nauw bij betrokken, vervolgens vertrok hij naar Zweden om aan de universiteit van Stockholm een diepere analyse los te laten op het energieverbruik van alle gebouwen uit het SESAC-project. Gedragsbeïnvloeding op het gebied van energieverbruik is heel wat meer dan een folder uitdelen aan bewoners. Winkels: ‘Het begint eigenlijk al met vooruitstrevende corporaties, die met een goed ontwerp aan de slag gaan en er ook tijdens de bouw bovenop zitten. Vervolgens moet je als corporatie of als energieleverancier de bewoner helpen om zich energiezuinig te gedragen. Het lijkt misschien raar, maar veel bewoners kunnen niet uit de voeten met schriftelijke instructies. Dat gaat soms ver.
“Behaviour modification is still in its infancy”
Help residents to conduct themselves more energy-efficiently If there is one person who has experienced the many different aspects of the SESAC project, it is Zeno Winkels. As the former Managing Director of Delfts Energie Agentschap (DEA) and as a consultant for the Woonbron Housing Corporation, he was already closely involved with the project. Subsequently, he travelled to Sweden to perform an in-depth analysis of the energy consumption of all the buildings related to the SESAC project, at the Stockholm University.
residents. Winkels: “Modifying behaviour actually begins with progressive housing corporations setting to work with a good design and keeping on top of the actual construction. Subsequently, residents need help from their housing corporation or power supplier in order to become more energyefficient. It may seem strange, but many residents are unable to manage written instructions. That goes quite far sometimes. There are people who leave on holiday and absolutely do not know how to turn off the heating system.”
When it comes to energy consumption, behaviour modification demands a whole lot more than simply distributing leaflets to the
Woonbron As a part of the SESAC project, Woonbron collaborated with EREA professionals to carry
Energie-efficiënt bouwen onder Europese vlag – SESAC demonstratieproject in Delft
out a trial involving personal consultants. “This consists of someone visiting residents at home in order to explain the ins and outs of energy saving measures”, says Winkels. “In addition, the resident’s personal energy-saving potential will be illustrated using graphs that show both personal and average energy consumption levels.” These kinds of facts and figures with regard to one’s personal energy consumption can really bring home the necessity to change. Winkels: “This is obviously a rather labour-intensive approach, since it involves one-on-one contact. However, we are finding more and more that merely preparing a brochure just won’t be enough. This is a science in itself, a whole new field of interest. Behaviour modification is still in its
26
Er zijn mensen die op vakantie gaan en helemaal niet weten hóe ze de verwarming uit moeten zetten.’
Woonbron Voor het SESAC-project experimenteerde Woonbron, samen met de professionals van EREA, onder meer met het inzetten van adviseurs. ‘Het betekent dat er iemand op bezoek komt en in huis van alles uitlegt over energiebesparing’, aldus Winkels.‘Bovendien wordt aan de hand van grafieken van het eigen verbruik en het gemiddelde verbruik getoond wat je kunt besparen.’ Die feedback over het eigen verbruik is confronterend en maakt het ook erg dichtbij.Winkels: ‘Natuurlijk is het een intensieve methode, het gaat immers om één-op-één contact, maar we
komen er steeds meer achter dat je je er te makkelijk vanaf maakt met het opstellen van een brochure. Het is een wetenschap op zich, een heel nieuw aandachtsveld. Gedrags beïnvloeding staat nog in de kinderschoenen, vandaar dat Woonbron er nu bijvoorbeeld in zo’n vijftien projecten mee bezig is.’
Maximaal 20 graden In Zweden ziet Winkels dat bij gedrags beïnvloeding ook de landsaard een rol speelt. ‘Hier staat bijvoorbeeld een appartementencomplex waar je als bewoner de verwarming niet meer hoger kunt zetten dan 20 graden. Dat bespaart veel kosten in het ontwerp én in het verbruik, maar de vraag is of Nederlanders zoiets niet te ver vinden gaan. Ook wat dat betreft is het goed om van elkaar te leren.’
infancy. That is why, for example, Woonbron is currently addressing this in approximately fifteen projects.”
A maximum of 20 degrees Celsius Winkels has noticed in Sweden that a country’s national disposition toward energy consumption is a factor in behaviour modi fication as well. “For example, there is an apartment complex here that limits its residents to a maximum of 20 degrees Celsius when they are turning up the heat. That saves a lot of expenses, both in design and consumption. I doubt, however, whether Dutch residents would accept such limitations. In that way, too, it is good to learn from each other.”
Energie-efficiënt bouwen onder Europese vlag – SESAC demonstratieproject in Delft
27
Miskolc als waarnemer De afgelopen zes jaar heeft de stad Miskolc ontzettend veel geleerd van de drie demonstratiesteden: Delft, Grenoble en Vaxjö. Als
observatiestad hebben we niet alleen geobserveerd, maar ook veelbelovende maatregelen genomen op het gebied van
energiebesparing (het gebruik van stortgas voor verwarming en voor de productie van elektriciteit, een reconstructieproject voor geprefabriceerde gebouwen, de eerste stappen op weg naar het gebruik van biomassa en aardwarmte voor het gemeentelijke verwarmingssysteem). Onze deelname aan het SESAC-project was een uitgelezen kans om nieuwe contacten te leggen met vergevorderde steden en te profiteren van hun nuttige ervaringen. De ‘SESAC-familie’ is een best practice die zijn nut bewezen heeft voor samenwerking en netwerken op Europees niveau. Ik hoop dat we in de toekomt weer zullen kunnen samenwerken. Zelf willen wij ook een voorbeeld zijn voor andere Hongaarse en Europese steden – wie weet als demonstratiestad in verschillende projecten. Zoltán Pápai Hoofd Afdeling Milieu, gemeente Miskolc, Hongarije
Miskolc: the Hungarian observer city In the last six years the city of Miskolc has learnt a great deal from the three demonstration cities: Delft, Grenoble and Vaxjö; but as an observer city we have not just observed, but also have started promising measures in the field of energy efficiency (utilising landfill gas for heating and producing electricity, introducing a reconstruction programme for prefabricated buildings, taking the first steps towards
using biomass and geothermal energy in the municipal district heating system). Participating in the SESAC project was a very good chance to build new contacts and get useful experiences from advanced cities. I think that the ‘SESAC family’ represents best practice for European cooperation and networking. I hope that we will have the
Energie-efficiënt bouwen onder Europese vlag – SESAC demonstratieproject in Delft
opportunity to cooperate with them in the future and we would also like to be a good example for other Hungarian and European cities, maybe as a demonstration city in several projects. Zoltán Pápai Head of the Environmental Section, Municipality of Miskolc, Hungary
28
Colofon SESAC Partners Delft Gemeente Delft Kees Kruijff 015 260 27 88
[email protected] EREA Eerste Regionale Energie Agentschap Harry Meerwijk
[email protected] Woonbron Delft Peter van Hemmen 015 888 05 00
[email protected] Websites www.concerto-sesac.eu www.eumayors.eu www.delft.nl www.poptahof.nl www.wonentussendeschatten.nl
Redactie Marlies van der Heijden, gemeente Delft Interviews Leo van Marrewijk Vertaalbureau Skrivanek Translation Services Belgium Fotografie Charles Borsboom, Hans de Lijser, Frank Spruit, gemeente Växjö, gemeente Grenoble, gemeente Delft
Deze brochure is geproduceerd onder supervisie van het Delftse projectteam SESAC. Het SESAC-project is uitgevoerd met finan ciële steun van het CONCERTO-programma van de Europese Commissie, gericht op duurzame ontwikkeling. Disclaimer De hierin gepresenteerde visie is gerelateerd aan het SESAC-project en kan daarom op geen enkele wijze gezien worden als officieel standpunt van de Europese Commissie.
Ontwerp KEPCOM Creatieve Communicatie, Delft April 2011
Credits SESAC Partners Delft Gemeente Delft Kees Kruijff 015 260 27 88
[email protected] EREA Eerste Regionale Energie Agentschap Harry Meerwijk
[email protected] Woonbron Delft Peter van Hemmen 015 888 05 00
[email protected] Websites www.concerto-sesac.eu www.eumayors.eu www.delft.nl www.poptahof.nl www.wonentussendeschatten.nl
Editor Marlies van der Heijden, Municipality of Delft Interviews Leo van Marrewijk Translation Skrivanek Translation Services Belgium Photography Charles Borsboom, Hans de Lijser, Frank Spruit, Municipality of Växjö, Municipality of Grenoble, Municipality of Delft
This brochure has been produced under supervision of the Delft SESAC project team. The SESAC project has been made possible by the financial assistence of the CONCERTO programme of the European Commission for sustainable development. Disclaimer The outlook presented in this brochure relates to the SESAC project and thus in no way whatsoever can it be construed as being the official standpoint of the European Commission.
Design KEPCOM Creatieve Communicatie, Delft April 2011
Energie-efficiënt bouwen onder Europese vlag – SESAC demonstratieproject in Delft
29
Sesac staat voor Sustainable Energy Systems in Advanced Cities: een Europees project dat innovaties in duurzaamheid wil versnellen d.m.v. demonstratieprojecten op het gebied van duurzame energie en energie-efficiëntie.
1100082-1
SESAC stands for Sustainable Energy Systems in Advanced Cities: a European project that intends to accelerate innovation in sustainability through demonstration projects relating to renewable energy and energy-saving.