Lezing Geachte heren en dames,
VN Rechten Kijk me aan en zie wie ik ben. Raak me aan en voel wie ik ben. Luister naar me en versta mij door de woorden heen.
4 februari 2011
Thomas d’Ansembourg
Simon Henk Luimstra
Hier spreekt volgens de aankondiging een ervaringsdeskundige. Ik werd twintig jaar geleden ziek en werd met alle zorg omringd. Kosten nog moeiten werden gespaard. Toch was ik zo dom om niet volledig te herstellen. En dat zal ik weten ook. We hebben een uitstekende gezondheidszorg, maar o wee als je niet beter wordt. In mijn verhaal ga ik me niet druk maken om politieke correctheid, ik raak wellicht wat tenen en zorg er misschien voor dat mensen zich ongemakkelijk gaan voelen. Mijn verhaal is dit keer het verhaal van
een rolstoelgebruikende burger. En weet dat het begrip burger bij iedereen andere beelden oproept. Ik schets mijn beeld. Ik zeg iets over historie, zeg iets over regels maar ben geen historicus en geen jurist. Ik spreek mijn verwondering en soms mijn ergernis uit.
Ik wil graag succesvol leven. Volgens Covey gaat dat slim als je een proces doorloopt van afhankelijkheid via wederzijdse afhankelijkheid naar onafhankelijkheid. Veel mensen vinden dit open
Simon Henk Luimstra, 4 februari 2011
Hier spreekt geen zuur of bitter persoon en sluit positief af. Maar laat ik eerst eens beginnen.
deuren, maar de eerste zes benoemde gewoonten in de praktijk brengen valt niet mee. Zeker niet met een beperking. Ik neem jullie mee, in vogelvlucht vanwege de tijd .… Wees proactief en begin met het eind voor ogen en belangrijke zaken eerst. Stap 1 was voor mij het optimale uit de revalidatieperiode halen met een toekomst voor ogen. Dus tijdens de zware veeleisende revalidatieperiode al bezig zijn met studeren, tentamens halen, videolessen volgen. Noem maar op. Prima gefaciliteerd want ik kon nog genezen dacht men. Toen kwam bij alle partijen het besef. Genezen leek onmogelijk. Revalidatieperiode werd afgesloten. Ik ging zelfstandig wonen en natuurlijk de Hbo-opleiding afgemaakt. Zoals de meeste van mijn collega-studenten wilde ik naar het buitenland voor een stageplek en een versneld Masterprogramma van een jaar. Daar begon de krachtmeting met de ‘overwinningen op de omgeving’. Om mijn maatschappelijke bijdrage groter te laten zijn dacht ik in win-wintermen. Maar niet de officiële instanties. Ik wilde naar Engeland en mocht mijn bruikleenauto niet meenemen. En zonder eigen vervoer vond ik zo’n buitenlandstage wel erg uitdagend. Daarbij kwam de gemeente met de eis dat ik in die buitenlandperiode mijn aangepaste woning uitmoest vanwege de schaarsheid van dit type woningen. Er kwam nog bovenop dat de gemeente weigerde mee te werken aan een aangepaste woning voor als ik terugkwam en me vertelde dat er dan wel een plaats in een verzorgingshuis zou kunnen worden gezocht. Dat was het einde van mijn buitenlanddroom.
Ik wil dat begrijpen en nu twintig jaar later snap ik er nog steeds niets van. Natuurlijk ligt dat aan mijn beperking in verstandelijke vermogens maar die valt in het dagelijkse leven best mee. Volgens diverse testjes schijnen mijn verstandelijke vermogens statistisch hoger te zijn dan een behoorlijke groep van die hier zitten. Gezien de beperkte tijd haal ik één domein wat naar voren. Het vervoer. We hebben in Nederland een falend openbaar vervoer. Openbaar is een bijvoeglijk naamwoord dat ‘voor iedereen zichtbaar of toegankelijk betekent’.
Simon Henk Luimstra, 4 februari 2011
En het begin van de verwondering. Waarom krijg ik niet dezelfde kansen? Ben ik apart of zo?
De term openbaar vervoer is een groot misverstand. Via wat lapmiddelen wordt een suggestie gewekt dat rolstoelgebruikers mee kunnen. In de bus is het onmogelijk. In de trein is het praktisch onmogelijk. Ik krijg vaak te horen dat er toch wel mogelijkheden zijn.
Als ik vooraf bel en vooraf bestel (inclusief terugreis) mag ik in het fietsenverblijf van de tweede klasse vervoerd worden. Ik moet niet naar het toilet willen, want dat is onmogelijk. Als ik voorbij Zwolle moet, mag ik een trein eerder pakken. Reden? Langzame liften in Zwolle die het praktisch onmogelijk maken om de overstap te halen. Je begrijpt het niet, vanuit mijn uitgangspunt van gelijkberechtiging. Als jullie zo behandeld zouden worden kwamen er Kamervragen. Ik citeer uit een brochure van NS: ‘op ruim 100 stations in Nederland zijn servicemedewerkers aanwezig’. Onder de indruk? Ik niet. Het zijn er bijna driehonderd te weinig! ‘Het is belangrijk dat u zich tenminste drie uur voordat u op reis wilt meldt’.Pardon? ‘Er is per trein maar een beperkt aantal rolstoelplaatsen voorhanden. Daardoor kan het soms gebeuren dat er in de trein van uw keuze geen plek meer is, zodat u een trein eerder of later moet nemen’. ‘U meldt zich minimaal een kwartier voordat uw trein vertrekt’. ‘De meeste treinen (dus niet ALLE) hebben een speciale ingang voor rolstoelgebruikers, waarbij onder andere stangen en andere obstakels zoveel mogelijk zijn weggelaten’. Ze vergeten te schrijven dat je alleen tweede klasse mag reizen. In de opening van de eerste klasse zit in het midden een stang zodat rolstoelgebruikers niet naar binnen kunnen. Waarom? Moet een bepaalde klasse reizigers gevrijwaard worden van menselijk leed, of heeft een ontwerper en opdrachtgever liggen slapen? Onbenul of kwade opzet? Laatste citaat: ‘omdat er per trein maar een beperkt aantal rolstoelplaatsen is, zijn groepsreizen voor rolstoelgebruikers in principe niet mogelijk’. Gezamenlijk naar een rolstoelrugby-finale? Met z’n tienen in 5 verschillende treinen, tweeënhalf uur tijdsverschil. U snapt mijn punt zo langzamerhand.
Simon Henk Luimstra, 4 februari 2011
Ik ben een Nederlander met dezelfde belastingplichten en wat krijg ik terug? Ik verwonder me dus ook over de tweede kamerdiscussies over wel of geen toilet in de trein. Mijn mening is helder: zolang ik er geen gebruik van kan maken is dat een non-discussie. Ze zijn voor iedereen toegankelijk of ze komen er niet. Ik had liever gehad dat het Mea Culpa van anderhalve week geleden van NS en Prorail ging over het na zestig jaar nog niet toegankelijk zijn. Maar nee, het overheids- en marktfalen op dit punt is niet besproken. En dan het instappen: ook handig als je dan toch gebruik wil maken van de service.
Toegankelijkheid stations in Drenthe Zonder toegankelijkheidsproblemen • Emmen • Hoogeveen • Assen • Meppel • Onmogelijk: (geen assistentie) – – – – –
Beilen Nieuw Amsterdam Dalen Coevorden Emmen - Zuid
Als je reist tussen • Emmen: 7.00 – 23.00 / 8.00 – 22.00 • Hoogeveen: 7.00 – 23.00 / 8.00 – 22.00 • Assen: eerste tot laatste trein • Meppel: 7.00 – 23.00 / 8.00 – 22.00
In Drenthe zijn 9 stations. Waarbij ikzelf van vier gebruik kan maken. Ik vraag me oprecht af wat ik heb misdaan om geweerd te worden in NieuwAmsterdam en Dalen als voorbeeld. Ik vraag dat na bij de provincie en die komen met antwoorden als
Antwoord provincie Jouw vraag over de toegankelijkheid van het spoor: Prorail, als spoor wegbeheerder, heeft hiervoor een uitvoeringsbeleid (implementatie nota toegankelijkheid, zie prorail site ) bepaald. Gefaseerd worden de stations volledig toegankelijk gemaakt. ProRail gaat in Drenthe de volgende stations toegankelijk maken: Meppel, Hoogeveen, Beilen, Assen, Emmen, Emmen-Zuid, Coevorden Dus nog niet: Nieuw-Amsterdam en Dalen. • • Voor meer informatie over toegankelijkheid van stations: www.prorail.nl/toegankelijkheid/ • Met ProRail zijn we in gesprek om alle stations op de lijn Zwolle-Emmen volledig toegankelijk te krijgen bij de start van Arriva in 2013. Echter dat is nog geen gelopen race. • • met vriendelijke groet
…. Ik wil graag begrijpen, maar snap het niet. Er is een besef ontstaan dat er een groep Nederlanders is die niet mee kan in het niet zo openbaar vervoer. Dus is een oplossing bedacht: de deeltaxi. Een vervoersysteem van deur tot deur. In mijn beleving onnodig dus als we een echt fijnmazig openbaar vervoersysteem hebben. Ook daar is wel iets over te zeggen in de verwondering. Hoe zouden jullie het vinden als de busvervoerder zou zeggen: ‘je moet minimaal een kwartier vroeger dan de afgesproken tijd klaar zitten. Wij mogen een kwartier later komen dan de afgesproken tijd en claimen het recht om 50% langer over de normale rittijd te doen’. Een leuke rekenexercitie is nodig om een goede tijdafspraak te maken om op tijd te komen. Hoezo dezelfde rechten? Eerst rolstoelgebruikers willens en wetens de toegang tot het openbaar vervoer ontzeggen en dan zulke eisen stellen? Waarom deze apartheid?
Ik probeer het te begrijpen. Sinds de tweede wereldoorlog bestaat een falend overheidsoptreden rond het onderwerp toegankelijkheid van het openbaar vervoer en de daardoor benodigde vangnetoplossing wordt inkomensafhankelijk. Welke logica volgt de Coevordense raad? Als proactief opererend individu kies ik dan maar voor de auto. Dat lijkt in ieder geval voor iedereen gelijk. Maar pas op: daar heeft men ook wat op gevonden. Onbemande tankstations. Een geweldige uitvinding om weer een groep Nederlanders uit te sluiten van deelname aan de samenleving.
Simon Henk Luimstra, 4 februari 2011
En dan afgelopen december een brief van mijn gemeente Coevorden. Geen toegankelijke stations en bussen in deze gemeente. Wel een beperking in het aantal kilometers van 2750 per jaar. Er moet immers bezuinigd worden. Wie van jullie heeft een dergelijke beperking met trein of bus? In een volgende alinea lees ik het bericht dat het benodigde vangnet ook nog inkomensafhankelijk wordt gemaakt.
Mede ontwikkeld door de ANWB met de fantastische leus: hebben we u ooit wel eens de verkeerde kant opgestuurd? Praktisch gezien niet, maar ze laten me al jaren zitten. En bij de nog wel bemande tankstations mogen ze niet meer uit hun hokje om te helpen tanken, zeker voorbij de IJssel wordt daar strak de hand aan gehouden. Ok, dat is een kwestie van plannen. We zijn in Drenthe nog niet helemaal zo ver. Tien jaar geleden kon ik nog met een gratis Eurocheque betalen. Dat werd om een of andere afgeschaft. Dus proactief aan de Visakaart. Met een handtekening betalen, net zo makkelijk voor mij (de tankbediende moet nu tweemaal lopen) wel tegen betaling van een jaarlijkse contributie. Dit systeem is nu zo geëvolueerd dat er nu ook een pincode moet worden ingevoerd. Om dit praktische probleem te tackelen bega ik ongeveer de grootste zonde binnen Nederland. Ik geef mijn pincode aan
een wildvreemde af.
Vanuit de welvaartsstaat gedachte heb ik dus beleidsmensen gevraagd hoe je dit systeem van een ontoegankelijk penbaar vervoer kunt doorbreken. De antwoorden zijn voor mij teleurstellend en intellectueel niet diepgaand. Ik krijg antwoorden op het niveau van: de doelgroep is te klein en het probleem is economisch niet interessant. Het levert wel leuke handelingsperspectieven: De theorie van verandermanagement leert dat er eerst een sense of urgency moet zijn. Die is te creëren. De doelgroep van actieve mensen in een rolstoel moet omhoog! Volgens de proactieve aanpak moeten we daarom regelen dat de handhaving van snelheidsgeboden, het dragen van autogordels en helm niet meer wordt uitgevoerd. We moeten geldverslindende ARBO-wetgeving en inentingsprogramma’s afschaffen. Polio moet terug! We moeten regelen dat de ANWB zich bij z’n
Simon Henk Luimstra, 4 februari 2011
Ik probeer te begrijpen en kijk naar de overheid. Waarom eigenlijk? Waarom verwacht ik oplossingen van de overheid? Simpel: Het is het bestaansrecht van de overheid. Het is hun opdracht. Sinds de vrede van Munster in 1648 wordt Nederland erkend en wordt een verschil gezien tussen privé en staat. Een ontwikkeling van een staat heeft baat bij een stabiel klimaat. Sociale rust. De eerste taak van de overheid was rumoer voorkomen door het bieden van interne en externe veiligheid, de nachtwakersstaat. Een tweede taak ontstond daarna, de reguleringsstaat om de eindige hulpbronnen te beschermen. De daarop volgende ontwikkeling naar welvaartsstaat ontstond doordat zonder belastingen er geen toereikende voorzieningen voor iedereen ontstaan. Het openbaar vervoer ontstaat niet dekkend zonder een overheid. Leuk als dan ‘iedereen’ in de praktijk niet iedereen betekent. Als laatste ontwikkeling tot nu is de verzorgingsstaat ontstaan om de spanning te reguleren tussen inkomensongelijkheid en sociale vrede.
eigen opdracht blijft en geen vergunning krijgt voor helikoptervluchten. De discussie rondom Afghanistan komt hiermee ook in een ander daglicht. Misschien nog een andere wapenwetgeving invoeren met gratis cursussen lage dwarslaesie schieten.. En dan het economische principe als antwoord. Openbare toegankelijkheid is economisch niet interessant: het kost meer dan het oplevert. Ik roep iedereen op die enig begrip heeft gekregen bij mijn gevoelde onrecht, en volgens het Verdrag niet eens onterecht gevoeld, om elke rotonde tien keer volledig te nemen alvorens af te slaan. In die tijd even stilstaan bij apartheid, even nadenken over uitsluiting, even tijd nemen voor gelijke kansen en rechten voor iedereen. Het gevolg van deze niet strafbare actie is economische pijn, want twee auto’s per rotonde geeft al file. In dit land is economische pijn helaas vaak het meest succesvolle beleidsinstrument voor verandering. Terwijl je toch zo hoopt dat rechtvaardigheid die kracht zou hebben. Een overheid reageert, zoals ik eerder betoogde, als de maatschappelijke rust in het gedrang komt. En dan nog de bejegening op organisatieniveau. Voor onder andere vervoersbedrijven ben ik niet de klant. Nee dat is de gemeente. Wie betaalt, bepaalt. Als de gemeente tevreden is, is er geen probleem. De gemeente is, kan ik u vertellen, erg snel tevreden. Het aantal klachten is maatgevend. Dat na bijna 50% problematische ritten er niet meer geklaagd wordt, kan door een gemeente niet worden nagegaan. Vaak is het zo dat je moet klagen bij de vervoerder zelf. Slager en vlees? Het is, vanuit mijn beleving, verwonderlijk dat er erg weinig boetes vanuit de gemeente zijn uitgedeeld. Keihard innen! Connexxion had op basis van boetes allang failliet moeten zijn. Een prachtige manier om te sparen voor algemene aanpassingen. Station Dalen had allang aangepast kunnen zijn met te innen boetes. Ik heb beloofd positief te zullen afsluiten. Volgens de theorie van geweldloze communicatie zal ik dan moeten praten via een bepaald patroon en zal ik mijn behoefte als hulpvraag formuleren. Nou hier komt ie dan. Ik merk dat ik op diverse leefdomeinen niet dezelfde kansen krijg als andere Nederlanders. Ik ervaar dat als onrechtvaardig en onredelijk en wordt daardoor ontzettend boos, Ik voel me niet gerespecteerd om wie ik ben en wat ik bijdraag aan deze samenleving. Ik voel me gereduceerd tot kostenpost en jullie laten zien dat ik vaak niet gewenst ben. Ik voel me daardoor machteloos en vind dat ik dat niet verdien. Deze emoties belemmeren me om optimaal te functioneren. Ik heb er behoefte aan dat de overheid zich losschudt van de VOC-mentaliteit van zo laat mogelijk regelingen uitvoeren die niet meer houdbaar zijn, zoals een ander voorbeeld de slavernijwetgeving. Nederland was ook tientallen jaren later dan andere beschaafde landen met het praktisch afschaffen ervan. Ik heb er behoefte aan om via algemene redelijke en eventuele specifieke aanpassingen een vergelijkbaar leven te kunnen leven als ieder andere Nederlander. Dames en heren, ik rond af.
Nee, pas sinds 1922 is het gemeenschappelijk hebben. kiesrecht voor vrouwen ingevoerd door een grondwetswijziging. Daarvoor waren vrouwen
Simon Henk Luimstra, 4 februari 2011
Ik heb bewust de formulering dames en heren gebruikt. Ik heb namelijk mijn hoop gevestigd op de vrouwen. Niet alleen omdat rolstoeltoegankelijkheid en kinderwagentoegankelijkheid veel
tweederangsburgers, zoals rolstoelgebruikers nu. Ook hier had Nederland een andere VOCmentaliteit dan de rest van de wereld. Waarom loopt Nederland op gelijkberechtigingkwesties steeds achter? Nog geen negentig jaar geleden had de helft van de Nederlandse bevolking misschien dezelfde achterstandsgevoelens als ik nu heb. Ik doe een oproep om die energie opnieuw op te wekken. Dames, stop geen energie in discussies over een te laag percentage vrouwen aan de top. Laten we die energie stoppen in het laten ratificeren van het verdrag. Dames en heren, ik reken op u, alhoewel ik eigenschap vijf heb omgedraaid, probeer ik te komen tot eigenschap zes: het bereiken van synergie. Ik hoop dat jullie begrip hebben gekregen voor mijn stellingname. Maar ik wil uitgaan van vertrouwen. Ik vertrouw erop dat, na vanmiddag, iedereen vanuit eigen positie nadenkt over de praktische invulling van dit verdrag. Dat het logisch is dat toegankelijkheid van bijvoorbeeld het openbaar vervoer geen provinciaal verkiezingsthema is, omdat iedereen het hier mee eens is en we de bestaande afspraken in tijd scherper stellen. Alle politieke partijen eendrachtig samen! Niet maandag, maar vanmiddag nog Pro-rail bellen. Durf je nek uit te steken. Leiderschap met lef, op ieder niveau! Bestuurlijk en ambtelijk. Toegankelijkheid is geen kostenpost, nee toegankelijkheid is werk, werk en nog eens werk. Op basis van waarden en principes en niet op basis van economische simplificaties. 2011 een jaar vol toegankelijkheidsuitdagingen en kansen!
Simon Henk Luimstra, 4 februari 2011
Aan ’t werk!