Emissie inventaris van Martinus Groep 2013 volgens ISO

Emissie inventaris van Martinus Groep 2013 volgens ISO 14064-1

Martinus Groep Januari 2014 Definitief

Emissie inventaris van Martinus Groep 2013 volgens ISO 14064-1 Versie Datum uitgifte Status Docnr.: Opsteller:

1.0 08-04-2013 Definitief 10.01.004.001 R.J.W. Martinus

Adres PC+Plaats Telefoon Fax Email

Christiaan Huygenweg 31 3225 LD Hellevoetsluis 0181-331050 0181-331051 [email protected]

KvK Lindeloof GWW KvK Vibor KvK Lindeloof services KvK Rond Ruimte Website

24234014 24263158 24422076 24320867 www.martinus.nl

INHOUDSOPGAVE 1 INLEIDING ______________________________________________________________________________________________ 3 2 AFBAKENING ____________________________________________________________________________________________ 4 2.1 ORGANISATIEGRENZEN _______________________________________________________________________________ 4 2.2 OPERATIONELE GRENZEN ______________________________________________________________________________ 5 3 RESULTATEN ____________________________________________________________________________________________ 7 3.1 CO2 EMISSIES SCOPE 1 EN 2 IN 2012 ______________________________________________________________________ 7 3.2 ONZEKERHEID IN DE RESULTATEN ______________________________________________________________________ 10 4 CONCLUSIE ____________________________________________________________________________________________ 11 4.1 CONCLUSIES _______________________________________________________________________________________ 11 4.2 AANBEVELINGEN NAUWKEURIGERE VOETAFDRUK ________________________________________________________ 11 5 COLOFON _____________________________________________________________________________________________ 12

BIJLAGEN Bijlage 1 – Berekeningen van de scope 1 en 2 Deze CO2 inventarisatie is opgesteld overeenkomstig de eisen uit ISO 14064-1;2006, paragraaf 7: ISO 14064-1 §7.3 GHG Beschrijving Hoofdstuk / Overig paragraaf report onderhavig rapport content

4.1 4.2.2 4.2.2 4.2.2 4.3.1 4.2.3 5.3.1 5.3.2 4.3.3 4.3.3 4.3.5 5.4

A B C

Reporting organization Person responsible Reporting period

1

D E F G H I J K L M N O P

Organizational boundaries Direct GHG emissions Combustion of biomass GHG removals Exclusion of sources or sinks Indirect GHG emissions Base year Changes or recalculatons Methodologies Changes to methodologies Emission or removal factors used Uncertainties Statement in accordance with ISO 14064

2 3 n.v.t. n.v.t. n.v.t. 3

1

Dhr. R.J.W. Martinus 01-01-2012 t/m 31-12-2012

2011 n.v.t. Bijlage 1 n.v.t. 2.2 3 1

Tabel 1.1 "Eisen uit ISO 14064-1;2006, paragraaf 7"

p:\02 algemeen\07 kwaliteit arbo en milieu\02 algemene kam\werkmap kam\tijdelijk\co2 prestatieladder\emissie inventaris iso 14064\10.01.004.001 emissie inventaris van de martinus groep 2013 volgens iso 14064-1.docx

Pagina 2 van 15






24234014 24263158 24422076 24320867 www.martinus.nl

1 INLEIDING De Martinus Groep is een holding met vier werkmaatschappijen op het gebied van civiele techniek, bestaande uit een ingenieursbureau, een aannemersbedrijf en een integraal beheerder openbare ruimte. Voor de vier bedrijven werken in totaal circa 100 medewerkers. Door expertise en maatschappelijk verantwoord ondernemen schuift de Martinus Groep op in de waardeketen door verantwoordelijkheid te nemen bij het in stand houden van een duurzame leefbare buitenruimte. Martinus Groep is zich bewust van haar klimaatimpact en heeft de behoefte om inzicht te hebben in de eigen CO2 voetafdruk. In 2012 is daarom gestart met het systematisch en structureel in kaart brengen van de CO2 emissies van de eigen bedrijfsvoering. Begin 2013 is de Martinus Groep gecertificeerd voor het CO2 bewust zijn certificaat met als basisjaar 2011. Het jaarlijks in kaart brengen van de CO2 emissies biedt Martinus Groep de kans om de uitstoot te monitoren en te sturen op maatregelen om de CO2 emissies te reduceren en de bedrijfsvoering te verduurzamen. In dit rapport wordt de CO2 voetafdruk van de Martinus Groep over het gehele jaar 2013 (1 januari 2013 t/m 31 december 2013) besproken. De CO2 voetafdruk geeft een inventarisatie van de totale hoeveelheid uitgestoten broeikasgassen1. Daarnaast geeft ze inzicht in de herkomst van deze emissies, door een onderverdeling te maken naar de verschillende bedrijfsonderdelen van de Martinus Groep en naar directe en indirecte broeikasgasemissies. Aan de hand van de resultaten uit dit rapport kan de Martinus Groep haar klimaat- en energiebeleid op gerichte wijze monitoren en sturen. De CO2 Prestatieladder is in 2009 ontwikkeld door ProRail met als doel bedrijven te stimuleren tot CO2 bewust handelen en dit te kunnen belonen in aanbestedingen. Inmiddels is de CO2 Prestatieladder verzelfstandigd en in eigendom bij de onafhankelijke Stichting Klimaatvriendelijk Aanbesteden & Ondernemen (SKAO). Ook andere (publieke en commerciële) organisaties maken gebruik van de CO2 Prestatieladder bij aanbestedingen. De Prestatieladder kent 4 invalshoeken: A Inzicht (het opstellen van een CO2 voetafdruk, conform de mondiale ISO 14064 normen) B CO2 reductie (de ambitie van het bedrijf de uitstoot te verminderen) C Transparantie (de wijze waarop een bedrijf daarover intern en extern communiceert) D Deelname aan initiatieven (in sector of keten) om CO2 te reduceren. Elke invalshoek is onderverdeeld in 5 niveaus: hoe hoger het niveau per invalshoek, hoe meer punten het bedrijf kan vergaren. Een certificeerde instantie zal de activiteiten beoordelen om het niveau van het CO2 bewust certificaat te bepalen. Hiervoor moeten stappen zijn gezet op alle onderdelen A t/m D van de ladder. De in dit rapport opgeschreven emissie inventaris is een verantwoording van onderdeel 3.A.1 uit de CO2 Prestatieladder, te weten “het bedrijf beschikt over een uitgewerkte emissie inventaris voor haar scope 1 en 2 CO2 emissies conform ISO 14064-1”. In dit rapport wordt de CO2 voetafdruk gerapporteerd volgens § 7.3.1 van deze norm. In de inhoudsopgave is een verwijzingstabel opgenomen, die aangeeft in welke hoofdstukken van dit rapport de te rapporteren aspecten van de ISO 14064-1 norm staan.

1

Het gaat hier om de 6 geïdentificeerde Kyotogassen: CO2, CH4, N2O, HFCs, PFCs en SF6


Pagina 3 van 15






24234014 24263158 24422076 24320867 www.martinus.nl

2 AFBAKENING Dit rapport is gebaseerd op de methodiek van de CO2 Prestatieladder (versie 2.1). De Prestatieladder borduurt voort op het Greenhouse Gas Protocol (GHG Protocol)2, dat een internationaal erkende stapsgewijze aanpak beschrijft om een CO2 voetafdruk te berekenen. 2.1 ORGANISATIEGRENZEN Bij het bepalen van de organisatiegrenzen zijn alle activiteiten waarover de Martinus Groep de regie voert, meegenomen in de CO2 inventarisatie3. Hierbij is gebruik gemaakt van de operational control methode conform het Greenhouse Gas Protocol. Martinus Groep is een holding met vier werkmaatschappijen, die op basis van de operational control methode allen zijn meegenomen in de CO2 voetafdruk. Het gaat om de volgende werkmaatschappijen: Lindeloof Services BV (KvK nummer 24422076) Lindeloof GWW BV (KvK nummer 24234014) VIBOR BV (KvK nummer 24263158) Rond Ruimte BV (KvK nummer 24320867) Om de CO2 uitstoot van het bedrijf te bepalen is de organisatie onderverdeeld in “bedrijfsonderdelen”. De bedrijfsonderdelen zijn opgedeeld in sub-bedrijfsonderdelen en eventuele in sub-sub-bedrijfsonderdelen, zie tabel 2.1. Bedrijfsonderdeel Bedrijfslocaties

Sub-bedrijfsonderdeel Hoofdkantoor

VIBOR Rond Ruimte Rotterdam Projectlocaties

Mobiliteit

Eigen wagenpark

Sub-sub-bedrijfsonderdeel Verwarming (aardgas) Elektriciteitsverbruik Koelvloeistoffen Lassen Verwarming (aardgas) Elektriciteitsverbruik Verwarming (aardgas) Elektriciteitsverbruik Verwarming (aardgas) Elektriciteitsverbruik Verwarming (propaan) Rijdend materieel Klein materieel Auto’s Vrachtwagen

Zakelijke kilometers Tabel 2.1 "Indeling Martinus Groep"

2 3

Informatie over het Greenhouse Gas Protocol is te vinden op www.ghgprotocol.org Greenhouse Gas Protocol Hoofdstuk 3 “Setting Organizational Boundaries”


Pagina 4 van 15






24234014 24263158 24422076 24320867 www.martinus.nl

2.2 OPERATIONELE GRENZEN De internationale normen schrijven voor dat naast CO2 nog vijf broeikasgassen worden meegerekend in het bepalen van een CO2 voetafdruk, te weten, CH4, N2O, HFCs, PFCs en SF6. Vervolgens kan de CO2 voetafdruk (uitgedrukt in CO2 equivalenten) aan de hand van specifieke conversiefactoren worden bepaald. Deze conversiefactoren verschillen sterk per broeikasgas. HFCs, die vrijkomen bij lekkage van koelvloeistoffen in koel-/vriesapparatuur en airconditioning, hebben een broeikasgaseffect dat honderden malen hoger kan liggen dan dat van CO2. Conform het GHG Protocol wordt onderscheid gemaakt tussen drie bronnen van emissie (scopes) in twee categorieën: directe emissies (scope 1) en indirecte emissies (scope 2 en 3). SCOPE 3

Woonwerk -verkeer

Afval

SCOPE 2

SCOPE 1

Dienstreizen OV

Papiergebruik Brandstofverbruik

Zakelijke kilometers met privé auto

Koelvloeistoffen

Eigen en leasewagen park

Zakelijke vliegtuigkilometers

Ingekochte elektriciteit

Elektriciteitsgebruik door klanten

Leverancier / uitbestede emissies Overige gebruiksgoederen

SKAO rekent zakelijke kilometers met privé auto en zakelijke vliegtuigkilometers tot scope 2

Figuur 1.1 "Scope overzicht"

Scope 1 De CO2 uitstoot in scope 1 betreft alleen de directe broeikasgasemissie van het bedrijf zelf, dus veroorzaakt door de verbranding van fossiele brandstoffen (diesel, aardgas, benzine) en overige directe emissie van broeikasgassen (bijvoorbeeld de lekkage van koelvloeistoffen ter plaatse) als gevolg van de activiteiten die het bedrijf zelf uitoefent.


Pagina 5 van 15






24234014 24263158 24422076 24320867 www.martinus.nl

Scope 2 Daarnaast wordt in een CO2 voetafdruk ook indirecte CO2 uitstoot ten gevolge van het elektriciteitsgebruik meegenomen. Bij het gebruik van elektriciteit op het bedrijf komt weliswaar geen CO2 emissie vrij (met andere woorden in een elektrisch apparaat vindt geen verbrandingsproces plaats), maar bij de productie van elektriciteit in de elektriciteitscentrale wel. Door het inkopen van elektriciteit stoot het bedrijf op indirecte wijze CO2 uit. Ook de inkoop van rest- of stadswarmte wordt om deze reden tot scope 2 gerekend. In de CO2 Prestatieladder worden “zakelijke kilometers met privé auto” (personale cars for business travel) en “zakelijke vliegtuigkilometers” (business air travel) tevens tot scope 2 gerekend, in tegenstelling tot het GHG Protocol, die deze onderdelen aan scope 3 toeschrijft. Scope 3 Tenslotte komen bij een organisatie indirecte CO2 emissie vrij door activiteiten waar men geen invloed op kan uitoefenen; bijvoorbeeld emissies die vrijkomen bij de afvalverwerking door een externe partij, door productie van materialen die de organisatie inkoopt, of door woon werkverkeer van medewerkers (OV of eigen auto). Deze indirecte emissies worden scope 3 emissies genoemd. Voor eis 3.A.1 van de CO2 Prestatieladder is het verplicht scope 1 en scope 2 te rapporteren. Emissies die in scope 3 vallen komen om deze reden niet terug in deze voetafdruk. Voor de Martinus Groep zijn de scopes als volgt ingevuld: Scope Subsubbedrijfsonderdeel Scope 1 Verwarming Koelvloeistoffen Acetyleen Auto’s Vrachtwagen Rijdend materieel Klein materieel Scope 2

Elektriciteitsverbruik Zakelijke kilometers met privé voertuigen Zakelijke vliegtuigkilometers

Emissiebron Ingekochte aardgas voor kantoren, loodsen Lekkage airco-unit hoofdkantoor Acetyleen gebruik in loods hoofdkantoor Ingekochte brandstof t.b.v. auto’s Ingekochte brandstof t.b.v. vrachtwagen Ingekochte brandstof t.b.v. rijdend materieel op projectlocaties Ingekochte brandstof t.b.v. klein materieel aan de van kleine tankhoeveelheden van inkoop autobrandstof Ingekochte elektra voor kantoren, loodsen en projectlocaties Kilometerstaten van de bestuurders (n.v.t. in 2013)

Tabel 2.2 “Scope indeling Martinus Groep”

Verwijderingsfactoren Martinus Groep wekt zelf geen duurzame energie op. Ook verbranding van biomassa vond binnen scope 1 en scope 2 niet plaats in 2012. Verwijderingsfactoren (removal factors) die de hoeveelheid voorkomen CO2 emissie per energie-eenheid door eigen duurzame energieproductie weergeven zijn derhalve niet van toepassing.


Pagina 6 van 15






24234014 24263158 24422076 24320867 www.martinus.nl

3 RESULTATEN 3.1 CO2 EMISSIES SCOPE 1 EN 2 IN 2012 Martinus Groep heeft in 2013 in scope 1 en 2 840,18 ton CO2 uitgestoten Deze emissie komt overeen met het energiegebruik van 4 miljoen autokilometers4. Per FTE werd er in 2013 in totaal 8,40 ton CO2 uitgestoten. Het overgrote deel van de emissies is het gevolg van directe emissie: Scope 1: 772,67 ton (92 %) Scope 2: 67,51 ton (8 %) Het totaalbeeld van de emissies per bedrijfsonderdeel is in tabel 3.1 weergegeven. Bedrijfso nderdeel

Sub-bedrijfsonderdeel

Sub-sub bedrijfsonderdeel

Emissiebron

Bedrijfslocaties

Hoofdkantoor

Elektriciteitsverbruik Verwarming Acetyleen Koelvloeistoffen Elektriciteitsverbruik Verwarming Elektriciteitsverbruik Verwarming Elektriciteitsverbruik Verwarming

Elektriciteit Aardgas Acetyleen R410a Elektriciteit Aardgas Elektriciteit Aardgas Elektriciteit Aardgas

Rond Ruimte VIBOR Rotterdam Subtotaal bedrijfslocaties Mobiliteit Eigen wagenpark Zakelijke kilometers met privé auto’s Subtotaal mobiliteit ProjectVerwarming locaties Rijdend materieel VIBOR Tank Aggregaten + klein materieel Subtotaal projectlocaties Totaal bedrijfsonderdelen

Benzine Diesel Benzine Diesel Autobrandstof Propaan Diesel Diesel Benzine Diesel

CO2 Verschil Verschil uitstoot t.o.v. t.o.v. in ton 2012 2011 [2013] 32,70 +10,11 -3,51 23,10 +0,37 +1,51 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 -4,20 15,64 +2,95 -14,65 10,13 +2,26 -1,12 3,48 -0,02 -2,12 4,90 -1,34 -1,20 0,05 +0,05 +0,05 1,37 +1,37 +1,37 91,37 +15,75 -23,87 88,94 +12,70 +17,74 301,09 +52,91 -22,31 -11,10 -4,45 15,64 +15,64 -1,76 405,67 +65,70 -6,33 3,73 +0,53 +1,33 335,48 +10,92 +38,88 0 -146,92 -172,40 3,93 +2,58 +2,33 0 -0,28 -0,20 343,14 -133,17 -130,06 840,18 -51,72 -160,26

Tabel 3.1 "CO2 emissies (in ton) van Martinus Groep 2012”

4

Een gemiddelde autokilometer veroorzaakt 210 gram CO2 uitstoot (CO2 Prestatieladder 2.0)


Pagina 7 van 15






24234014 24263158 24422076 24320867 www.martinus.nl

Figuur 3.1 t/m 3.5 geven een grafische weergave van de uitsplitsingen van de CO2 emissies per bedrijfsonderdeel en emissiebron. % verdeling emissies per bedrijfsonderdeel 2011

2012

2013

48

48

54

41 38

11

8

41

11

Kantoren

Mobiliteit

Projectlocaties

Figuur 3.1 "CO2 emissie naar bedrijfsonderdeel”

Onderverdeling CO2 uitstoot bedrijfsonderdelen Uit figuur 3.1 blijkt dat de helft (48%) van de CO2 emissie van de Martinus Groep wordt veroorzaakt door het bedrijfsonderdeel mobiliteit. In vergelijking tot het basisjaar 2011 is dit een toename van 7%. In de voorafgaande jaren waren de projectlocaties de grootste bron van CO2 uitstoot. Dit jaar is de mobiliteit de grootste bron van CO2 uitstoot. De groei van het autopark in 2013 is de oorzaak hiervan. Anderzijds is de daling op de projectlocaties ontstaan door strenger toezicht op de IBC’s. Veel materieelstukken worden inclusief brandstof ingezet.

De CO2 emissies als gevolg van energiegebruik door de bedrijfslocaties veroorzaakt een totale emissie van 11%. In vergelijk tot het basisjaar 2011 is sprake van geen. Het aantal bedrijfslocaties is toegenomen met 1 (Rotterdam). In de nieuwe vestiging Rotterdam is bewust gekozen voor energie uit windkracht (Milieukeur). De toename van de nieuwe vestiging is nihil. De overige toename is de overstap van groene stroom naar grijze stroom van het hoofdgebouw en het pand Rond Ruimte. De overstap was een financiële overweging waarbij vergeten was te kijken naar de CO2 emissie. Deze overstap wordt in 2014 gecorrigeerd. De energie t.b.v. verwarming van de panden is iets gestegen ten opzichten van het basisjaar. De koude winter begin 2013 is hiervan de oorzaak. % verdeling emissies projectlocaties 2011

2012

2013

98 63 68 36 31 0 Rijdend materieel

Tank Vibor

0,510,671,09

0,380,341,15

Verwarming

Klein materieel

Figuur 3.2 "CO2 emissie projectlocaties”

Onderverdeling CO2 uitstoot projectlocaties Van de totale emissie op de projectlocatie (zie figuur 3.2) is 98% afkomstig van de verbranding van diesel door rijdend materieel. In 2013 is de dieseltank, die achterop het terrein van VIBOR staat, verwijderd. Rijdend materieel in de omgeving van Hellevoetsluis heeft een tankpas gekregen voor de BP. Na het tanken moet de bestuurder zijn voertuignummer invoeren. Hierdoor is het inzichtelijk het verbruik per voertuig. Doordat de dieseltank verwijderd is neemt het percentage van rijdend materieel sterk toe.

De verbranding van propaan ten behoeve van de verwarming veroorzaakt 1% van de CO2 uitstoot. Er is een lichte stijging ten opzichten van het basisjaar 2011. De koude winter en nat voorjaar heeft is hiervan de oorzaak. De verbranding van brandstoffen ten behoeve voor klein materieel veroorzaakt >1% van de CO2 uitstoot. Deze is een lichte stijging ten opzichten van basisjaar 2011.


Pagina 8 van 15





96

2012

In figuur 3.3 zijn de emissies van het bedrijfsonderdeel mobiliteit uitgesplitst. Voertuigen met brandstofpas zorgen voor 96% van de emissies van het onderdeel mobiliteit. De overige 4% van de CO2 uitstoot door dit onderdeel wordt veroorzaakt door zakelijke kilometers met privé voertuigen.

2013

96

95

4 Voertuigen met brandstofpas

24234014 24263158 24422076 24320867 www.martinus.nl

Onderverdeling CO2 uitstoot mobiliteit

% verdeling emissies mobiliteit 2011


5

4

Zakelijke autokilometers

Figuur 3.3 "CO2 emissie mobiliteit”

% verdeling emissies bedrijfslocaties 2011

2013

36 29

26

0,1 0 0

4

0 0 Koelvloeistoffen

Elektriciteitsverbruik Rotterdam

0 0 1

Acetyleen

4

0 0 0

12 8 10

Verwarming Rotterdam

9

Verwarming Rond Ruimte

5 Elektriciteitsverbruik Rond Ruimte

Elektriciteitsverbruik VIBOR

Elektriciteitsverbruik hoofdkantoor

5 5 4

25

19

17 18

Verwarming VIBOR

30

Verwarming hoofdkantoor

33

2012

Figuur 3.4 "CO2 emissie per kantoor / loods”

Onderverdeling CO2 uitstoot kantoor en loods 11 % van de emissies wordt veroorzaakt door de bedrijfslocaties. Het energieverbruik is van het hoofdgebouw het grootste van alle bedrijfslocaties. Door de overstap naar grijze stroom is de CO2 uitstoot vergroot. Qua kWh is het hoofdgebouw licht gestegen t.o.v. 2012. In de vestiging Rotterdam is besloten om windenergie van Eneco toe te passen (Milieukeur). Het energieverbruik van Rond Ruimte is vrij hoog te opzichten van VIBOR. De ruimte van Rond Ruimte is in vergelijking met VIBOR vele malen kleiner. Van de airco zijn er geen gegevens beschikbaar. In 2013 is er geen onderhoud geweest aan de airco units. In 2015 dienen de units vervangen te worden.


Pagina 9 van 15






24234014 24263158 24422076 24320867 www.martinus.nl

% verdeling emissies per emissiebron 2011

2012

2013

79 81 75

2

7 10 11

8

5

6

0

0

1

0

0

0

R410A

0

Propaan

2

Elektriciteit

0

Diesel

0

Benzine

0

KM->brandstof

5

Acetyleen

4 Aardgas

4

Figuur 3.5 "CO2 emissie per emissiebron”

Onderverdeling CO2 uitstoot emissiebronnen Figuur 3.5 geeft inzicht in de verdeling van de CO2 emissies over de verschillende emissiebronnen. Diesel is de dominante emissiebron bij de Martinus Groep; 75% van alle emissies is het gevolg van de verbranding van diesel. De verbranding van benzine veroorzaakt een emissie van 11%. Elektriciteit wordt gebruikt op de bedrijfslocaties en is verantwoordelijk voor 6%. Verbranding van aardgas t.b.v. verwarming van bedrijfslocaties zorgt voor 5 % van de CO2 emissies van de Martinus Groep. De overige emissies zijn dusdanig beperkt, dat zij niet tot uiting komen in deze voetafdruk. 3.2 ONZEKERHEID IN DE RESULTATEN De gepresenteerde resultaten moeten geïnterpreteerd worden met een bepaalde onzekerheidsmarge. De onzekerheid wordt op basis van expert op basis van expert judgement geschat op minder dan 3% als gevolg van: De opgegeven hoeveelheid brandstof betreft de ingekochte hoeveelheid in 2013 zonder voorraadcorrectie. Dit geldt voor de brandstof in de IBC’s en eigen voertuigen. De onzekerheid die hieruit volgt voor het daadwerkelijke verbruik wordt geschat op maximaal 4%. Op de totale voetafdruk leidt dit tot een onzekerheidsmarge van circa 2%.


Pagina 10 van 15






24234014 24263158 24422076 24320867 www.martinus.nl

4 CONCLUSIE In dit hoofdstuk worden de resultaten van de CO2 emissie inventarisatie van het bedrijf besproken. Tevens worden in dit hoofdstuk aangrijppunten voor een nauwkeurigere voetafdruk. 4.1 CONCLUSIES CO2 emissie scope 1 en 2 De totale scope 1 en 2 CO2 uitstoot van de Martinus Groep bedroeg in het basisjaar 2011 998,20 ton. In 2013 is er een totale CO2 emissie van 840,18 ton. Dit een daling van 15,83 % ten opzichten van het basisjaar 2011. 772,67 ton is gevolg van directe emissie (scope 1) en 67,51 ton het gevolg van indirecte emissie door ingekochte elektriciteit (scope 2). Per FTE wordt er door eigen medewerkers 8,4 ton CO2 uitgestoten. De emissies zijn vooral het gevolg van mobiliteit van het eigen wagenpark en activiteiten op de projectlocaties; hier wordt respectievelijk 48% en 41% van de emissies veroorzaakt. De bijdrage van de kantoren en loodsen aan de totale CO2 uitstoot is met 11% relatief beperkt. Diesel is de dominante emissiebron bij de Martinus Groep; 75% van alle emissies is het gevolg van de verbranding van diesel (door materieel, aggregaten en het eigen wagenpark). Elektriciteit wordt gebruikt op de bedrijfslocaties is verantwoordelijk voor 6% van de emissies. Verbranding van aardgas vindt plaats op de bedrijfslocaties en zorgt voor 5% van de CO2 emissies van de Martinus Groep. De emissies van de overige emissiebronnen zijn dusdanig beperkt, dat zij niet tot uiting komen in deze voetafdruk. Onzekerheid in resultaten De gepresenteerde resultaten moeten geïnterpreteerd worden met een bepaalde onzekerheidsmarge. De onzekerheid in de voetafdruk van de scope 1 en 2 emissie wordt geschat op minder dan 2%. 4.2 AANBEVELINGEN NAUWKEURIGERE VOETAFDRUK Om in de komende jaren een nauwkeurigere voetafdruk te kunnen berekenen worden een aantal aanbevelingen gedaan: • Verder doorvoeren van voertuig registratie, zodat per voertuig inzichtelijk is wat het verbruik is • Splitsing maken van woon-werk en zakelijke kilometers voor gebruik privé auto’s • In het grootboek van Metacom de brandstofliters invoeren, zodat sneller en nauwkeuriger inzichtelijk is het totaal verbruik.


Pagina 11 van 15






24234014 24263158 24422076 24320867 www.martinus.nl

5 COLOFON

Opdrachtgever Project Omvang rapport Auteur Interne controle Datum

: Martinus Groep : Emissie inventaris van Martinus Groep 2012 volgens ISO 14064-1 : 12 pagina’s : R.J.W. Martinus : A.R.J. Martinus : Januari 2014


Pagina 12 van 15


BIJLAGE 1





24234014 24263158 24422076 24320867 www.martinus.nl

“Berekeningen van de scope 1 en 2 emissies

De emissie van de verschillende sub-bedrijfsonderdelen van dit bedrijf is bepaald met behulp van het Excel-formulier “CO2 Bewust omrekentabel”. Dit Excel-formulier wordt er gerekend met de energie gebruiksgegevens en de data waarin dit heeft plaatsgevonden. In veel gevallen zijn gegevens over het energiegebruik bekend. Deze energie gebruiksgegevens kunnen in het Excelformulier worden ingevoerd, waarna automatisch met de juiste conversiefactoren de CO2 emissies worden berekend. Hierbij wordt de volgende formule gehanteerd. CO2 uitstoot = (energiegebruik) x (conversiefactor). Voor de inventarisatie van de CO2 uitstoot van de Martinus Groep over het jaar 2013 zijn de conversiefactoren uit de CO2 Prestatieladder 2.1 gehanteerd. Omdat het gaat om zeer specifieke conversiefactoren op nationaal niveau zijn de gehanteerde conversiefactoren zeer geschikt voor het omrekenen van broeikasgas activiteiten data naar de daarvoor veroorzaakte CO2 emissie. Alle gebruikte conversiefactoren zijn opgenomen in de hierna weergegeven tabellen, kolom “conversiefactor”. Voor acetyleen (gebruik voor autogeen lassen) is met behulp van de molverdeling en het molgewicht van acetyleen het aantal kg CO2 per liter vloeibaar acetyleen bepaald (564 gram per liter vloeibaar acetyleen). In een aantal gevallen zijn energie gebruiksgegevens niet bekend. In dat geval kan het niveau van de “(sub) bedrijfsonderdeel gerelateerde activiteiten” worden gebruikt (bijv. aantal gereden autokilometers). Dit niveau is gebaseerd op de volgende formule: CO2 uitstoot = (activiteit van het bedrijfsonderdeel) x (energie-indicator) x (conversiefactor). In de hierna weergegeven tabellen staat voor ieder (sub)bedrijfsonderdeel vermeld welke indicatoren zijn gebruikt, welke conversiefactoren zijn gebruikt en welke aannames zijn gedaan. Alle data is door middel van berekeningen (calculaties) tot stand gekomen, er zijn geen metingen uitgevoerd om de uitstoot van broeikasgassen te bepalen.


Pagina 13 van 15

Emissie inventaris scope Versie Datum uitgifte Status Docnr.: Opsteller:

Bedrijfsonderdeel Bedrijfslocaties


Subbedrijfs onderdeel Hoofdkantoor

Vibor Rond Ruimte

Mobiliteit

Projectlocaties

Rotterdam Eigen wagenpark


Subsubbedrijfs onderdeel Verwarming Verwarming Koelvloeistoffen

Emissiebron Aardgas Aardgas R410A

Acetyleen

Acetyleen


Indicator Gasmeter Gasmeter Logboek t.p.v. schakelkast Flessen

Bron aantal 1 1 1

1

Verwarming Verwarming Verwarming Verwarming Auto’s

Aardgas Aardgas Aardgas Aardgas Diesel

Gasmeter Gasmeter Gasmeter Gasmeter Tankpas

1 1 1 1 1

Vrachtwagen Verwarming

Benzine Diesel Propaan

Tankpas Tankpas Flessen

1 1 113

Rijdend materieel

Diesel

Factuur

Klein materieel

Euro 95 Aspen

Tankpas Factuur

Eenheid indicator 3 m /locatie 3 m /locatie Kg/ per aircounit Aantal flessen 3 m /locatie m3/locatie m3/locatie m3/locatie l/pas

JAAR 2013 SCOPE 1 Energie gebruik 3252 9410 0

0


Eenheid 3

m 3 m kg

st 3

Bron energiegebruik Factuur Eneco Aflezing meter Logboek van Buuren koudetechniek Factuur Lindegas

24234014 24263158 24422076 24320867 www.martinus.nl

Conversie factor 1,825 1,825 2090,00

Eenheid kg CO2/m 3 kg CO2/m kg CO2/kg

CO2 Prestatieladder versie 2.1 CO2 Prestatieladder versie 2.1 CO2 Prestatieladder versie 2.1

5,93 17,17 0,00

0,564

L CO2/m3

CO2 Prestatieladder versie 2.1

0,00

3

3

Bron

CO2 uitstoot in ton

2686 977 4575 752 78087,31

m m3 m3 m3 l

Factuur Eneco Factuur Eneco Aflezing meter Aflezing meter Factuur BP

1,825 1,825 1,825 1,825 3,135

kg CO2/m kg CO2/m3 kg CO2/m3 kg CO2/m3 l CO2/m3

CO2 Prestatieladder versie 2.1 CO2 Prestatieladder versie 2.1 CO2 Prestatieladder versie 2.1 CO2 Prestatieladder versie 2.1 CO2 Prestatieladder versie 2.1

4,90 1,78 8,35 1,37 244,80

Factuur BP Factuur BP Factuur Voorne Gas, Leeflang Factuur DC Berkel, Sakko, Hoefnagel & BP Factuur BP Factuur JVM

2,780 3,135 1,530

l CO2/m3 l CO2/m3 l CO2/m3

CO2 Prestatieladder versie 2.1 CO2 Prestatieladder versie 2.1 CO2 Prestatieladder versie 2.1

88,94 56,29 3,73

3,135

l CO2/m3


335,48

2,780 2,780

l CO2/m3 l CO2/m3

CO2 Prestatieladder versie 2.1 CO2 Prestatieladder versie 2.1 SUBTOTAAL SCOPE 1

2,71 1,22 772,67

31992,86 17953,90 2436,28

l l l

1

l/pas l/pas Aantal flessen l/locatie

107011,07

l

1 1

l/pas l/locatie

976,01 440

l l

Emissie inventaris scope Versie Datum uitgifte Status Docnr.: Opsteller:

Bedrijfsonderdeel Bedrijfslocaties


Subbedrijfs onderdeel Hoofdkantoor

Elektriciteit

Elektrameter

1

Elektriciteit

Elektriciteit

Elektrameter

1

Vibor

Elektriciteit

Elektriciteit

Elektrameter

1

Rond Ruimte

Elektriciteit

Elektriciteit

Elektrameter

1

Elektriciteit

Elektriciteit

Elektrameter

1

Elektriciteit

Elektriciteit

Elektrameter

1

Brandstof

Registratie

1

Zakelijke kilometers

Emissiebron


Subsubbedrijfs onderdeel Elektriciteit

Rotterdam Mobiliteit


Indicator

Bron aantal

Eenheid indicator kWh/ locatie kWh/ locatie kWh/ locatie kWh/ locatie kWh/ locatie kWh/ locatie St/km

JAAR 2013 SCOPE 2 Energie gebruik 10971


Eenheid kWh

Bron energiegebruik Factuur Eneco

Conversie factor 0,300

64638

kWh

Aflezing meter

0,455

11591

kWh

Factuur Eneco

0,300

3264

kWh

Factuur Eneco

0,300

32229

kWh

Aflezing meter

0,455

3199

kWh

Aflezing meter

0,015

74479

km

Kilometer declaratie

0,210

Eenheid kg CO2/kWh kg CO2/kWh kg CO2/kWh kg CO2/kWh kg CO2/kWh kg CO2/kWh Kg CO2/km


24234014 24263158 24422076 24320867 www.martinus.nl

Bron

CO2 uitstoot in ton


3,29


29,41


3,48


0,98


14,66


0,05


15,64

SUBTOTAAL SCOPE 2 TOTALE UITSTOOT

67,51 840,18

Pagina 15 van 15

Emissie inventaris van Martinus Groep 2013 volgens ISO

Recommend Documents