Elektrische rolstoel B600
Transportformaat
Kinbesturing
Detail velg
Gebruiksaanwijzing B600
© 2006 Otto Bock HealthCare GmbH Deze gebruiksaanwijzing valt niet onder de mutatieservice. Het is verboden deze gebruiksaanwijzing of enig daarbij behorend document door te geven aan derden, te verveelvoudigen, te verkopen of mededeling te doen van de inhoud daarvan, tenzij dit gebeurt met uitdrukkelijke schriftelijke toestemming van Otto Bock HealthCare GmbH. Bij overtreding van dit verbod is een schadevergoeding verschuldigd. Voor het geval van inschrijving van octrooien, gebruiksmodellen of industriële modellen worden alle rechten voorbehouden.
Inhoud
Inhoud 1 1.1 1.2 1.3 1.3.1 1.3.2 1.4 1.5 2 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6 2.7 2.8 2.9 3
B600
Inleiding......................................................... 4 Over deze gebruiksaanwijzing...................... 4 Gebruiksdoel................................................ 5 Aansprakelijkheid......................................... 5 Aansprakelijkheid voor elektrische rolstoelen...5 Overige bepalingen...................................... 5 Aanwijzingen voor hergebruik....................... 6 Service......................................................... 6 Veiligheid....................................................... 7 Normen en richtlijnen.................................... 7 Verklaring van overeenstemming.................. 7 Algemene veiligheidsvoorschriften................ 8 Veiligheidsvoorschriften voor transport, opslag en montage....................................... 8 Veiligheidsvoorschriften voor het gebruik...... 9 Veiligheidsvoorschriften voor het onderhoud en bij afdanking van de rolstoel.................. 12 Eisen waaraan de gebruiker moet voldoen 13 Veiligheidsfuncties...................................... 13 Waarschuwingen en typeplaatjes............... 14 Technische gegevens.................................. 15
4
Productbeschrijving..................................... 17
5
Transport en opslag..................................... 19
6
Levering en ingebruikneming...................... 21
6.1 6.2 7 7.1 7.1.1 7.1.2 7.1.3 7.1.4 7.1.5 7.2 7.2.1 7.2.2 7.3 7.3.1 7.3.2 7.3.3 7.3.4 7.3.5 7.3.6 7.4 7.5 7.5.1
06/2006
Levering..................................................... 21 Ingebruikneming......................................... 22 Bediening.................................................... 23 Instelmogelijkheden.................................... 23 Telescopeerbaar voorframe....................... 23 Rugleuning................................................. 23 Zijdeel met armlegger................................. 24 Bedieningseenheid..................................... 25 Voetsteun................................................... 26 In- en uitstappen........................................ 27 Van opzij.................................................... 28 Van voren................................................... 28 Besturing................................................... 29 Bedieningseenheid..................................... 29 In- en uitschakelen..................................... 30 Rijfunctie „drive“......................................... 31 Extra functies............................................. 32 Wegrijblokkering........................................ 32 Verlichting.................................................. 34 Remontgrendeling en -vergrendeling.......... 34 Accu’s........................................................ 36 LED’s „accucapaciteit“.............................. 38 Pagina
Inhoud 7.5.2 7.5.3 8
Laden........................................................ 39 Acculader.................................................. 40 Opties.......................................................... 43
8.1 8.1.1 8.1.2 8.1.3 8.1.4 8.1.5 8.2 8.3 8.4 8.5 8.5.1 8.5.2 8.5.3 8.6 8.7 8.7.1 8.7.2 8.8 8.8.1 8.8.2 8.8.3
Extra functies zitting.................................... 43 Heffunctie................................................... 43 Elektrische zithoekverstelling...................... 45 Elektrische rughoekverstelling .................. 46 Elektrische rolstoelen met rughoekverstelling voorbereiden voor transport ...................... 46 Recaro®-stoel............................................. 47 Zwenkwielvering......................................... 48 Stuurvergrendeling van de voorwielen........ 48 Elektrisch instelbare voetsteunen................ 49 Instellingen van de bedieningseenheid........ 49 Hoogteverstelling........................................ 49 Wegdraaien............................................... 50 Hoekverstelling (bedieningseenheid Delta)... 50 Speciale besturingen.................................. 51 Overige weergave- en bedieningselementen...51 Kilometerteller............................................ 51 Toetsenmodule........................................... 52 Overige opties............................................ 53 Bekkengordel............................................. 53 Montageset voor hoofdsteunen (standaardzitting)....................................... 53 Begeleidersbesturing.................................. 54
Pagina
9
Storingen en het verhelpen daarvan........... 55
9.1 9.2 9.3
Waarschuwing........................................... 55 Storing....................................................... 57 Defect/weigering........................................ 57
10
Periodiek en dagelijks onderhoud.............. 60
10.1 10.2 10.3 10.4 10.5 11
06/2006
Onderhoudstermijnen................................. 60 Zekering vervangen.................................... 62 Banden verwisselen................................... 63 Defecte verlichting vervangen..................... 64 Reiniging en dagelijks onderhoud............... 66 Als u de rolstoel niet meer gebruikt............ 67
B600
Afbeeldingenlijst
Afbeeldingenlijst Afb. 1 Afb. 2 Afb. 3 Afb. 4 Afb. 5 Afb. 6 Afb. 7 Afb. 8 Afb. 9 Afb. 10 Afb. 11 Afb. 12 Afb. 13 Afb. 14 Afb. 15 Afb. 16 Afb. 17 Afb. 18 Afb. 19 Afb. 20 Afb. 21 Afb. 22 Afb. 23 B600
Teksten en symbolen op de B600.............. 14 Hoofdcomponenten................................... 18 Transportformaat...................................... 19 Hoofdcomponenten................................... 21 Zekeringhouder......................................... 22 Telescopeerbaar voorframe...................... 23 Ontgrendelingsriem rugleuning.................. 24 Zijdeel uitnemen........................................ 24 Armleggerhoogte verstellen....................... 25 Bedieningseenheid aanpassen.................. 25 Aansluitstekker.......................................... 26 Voetsteunvergrendeling............................. 27 Onderbeenlengte instellen......................... 27 Voetsteunen opgeklapt.............................. 28 Voetsteunen opzij geklapt.......................... 29 Bedieningseenheid.................................... 30 Informatievenster „wegrijblokkering“.......... 33 Voorlampen............................................... 34 Achterlampen............................................ 34 Remontgrendeling..................................... 35 Rem vergrendelen..................................... 36 Acculade................................................... 36 Acculade openen...................................... 37
Afb. 24 Afb. 25 Afb. 26 Afb. 27 Afb. 28 Afb. 29 Afb. 30 Afb. 31 Afb. 32 Afb. 33 Abb. 34 Abb. 35 Abb. 36 Abb. 37 Abb. 38 Abb. 39 Abb. 40 Abb. 41 Abb. 42 Abb. 43 Abb. 44 Abb. 45 Abb. 46
06/2006
Kliksluiting bevestigingsriem...................... 37 Accu’s....................................................... 38 Ontgrendelingsbout vergrendeld............... 38 Laadbus.................................................... 41 Hefinrichting uitgeschoven......................... 45 Elektrische zithoekverstelling..................... 45 Elektrische rughoekverstelling.................... 46 Dwarsbout vergrendeld in de houder......... 46 Zwenkwielvering........................................ 48 Stuurvergrendeling vastgezet en losgezet.... 49 Voetsteun omhoog gezwenkt..................... 49 In hoogte verstelbare houder voor de bedieningseenheid.................................... 50 Zwenkbare houder voor de bedieningseenheid.................................... 50 Kilometerteller........................................... 51 Toetsenmodule.......................................... 53 Bekkengordel vastmaken.......................... 53 Montageset voor hoofdsteunen................. 54 Zekeringhouder......................................... 62 Aandrijfwiel demonteren............................ 63 Voorwiel demonteren................................. 63 Voorlampen vervangen.............................. 64 Knipperlicht vervangen.............................. 64 Achterlicht zonder glas.............................. 65 Pagina
Inleiding
1
Inleiding
1.1
Over deze gebruiksaanwijzing
Deze gebruiksaanwijzing geeft de gebruiker en zijn begeleiders alle informatie die zij nodig hebben over de opbouw, de werking, de bediening en het onderhoud van de elektrische rolstoel B600 van Otto Bock HealthCare GmbH. Daarnaast bevat de gebruiksaanwijzing alle benodigde informatie voor een veilig gebruik van de elektrische rolstoel en wordt hierin beschreven wat de oorzaken van eventuele storingen kunnen zijn en hoe deze verholpen kunnen worden. Voor een veilig gebruik van de elektrische rolstoel is het absoluut noodzakelijk bekend te zijn met de inhoud van deze gebruiksaanwijzing. Daarom dienen de gebruiker en diens begeleiders de gebruiksaanwijzing voor ingebruikneming van de elektrische rolstoel aandachtig door te lezen. Dit geldt in het bijzonder voor het hoofdstuk „Veiligheid“. Alleen dan is gewaarborgd dat alle mogelijkheden van de elektrische rolstoel volledig benut kunnen worden. Bij het schrijven van deze gebruiksaanwijzing is uitgegaan van de norm DIN EN 62079 „Erstellen von Anleitungen Gliederung, Inhalt und Darstellung“ (vgl. NEN-EN-IEC 62079 „Voorbereiding van instructies – Structurering, inhoud en presentatie“). De gebruiksaanwijzing is onderverdeeld in 11 hoofdstukken. De kopregel van iedere bladPagina
zijde bevat de naam van het betreffende hoofdstuk en de voetregel de naam van de elektrische rolstoel, de versie en het aantal bladzijden van de gebruiksaanwijzing. Ter vergroting van het gebruiksgemak zijn er in de gebruiksaanwijzing diverse verwijzingen opgenomen naar andere delen van het document, bijv. „zie hoofdstuk 4.2“. Gebruikte symbolen en signaalwoorden:
06/2006
GEVAAR
Waarschuwing voor mogelijke gevaren voor lijf en leden
LET OP
Waarschuwing voor mogelijke materiële schade
AANWIJZING
Attendering op belangrijke informatie en tips
AANWIJZING
Aanwijzing ten behoeve van de bescherming van het milieu
B600
Inleiding
1.2
Gebruiksdoel
1.3
De elektrische rolstoel B600 is uitsluitend bedoeld als transportmiddel voor individueel gebruik binnenshuis en buitenshuis door personen die niet of moeilijk kunnen lopen. Optioneel kan de B600 met behulp van bepaalde speciale besturingen ook worden voortbewogen door een begeleider. Voor andere doeleinden mag de rolstoel niet worden gebruikt. Voor persoonlijk letsel en materiële schade die ontstaat door gebruik van de rolstoel voor een ander doel dan dat waarvoor de stoel bestemd is, kan de fabrikant niet aansprakelijk worden gesteld, maar berust de volledige aansprakelijkheid bij de persoon die de rolstoel bedient. De elektrische rolstoel B600 is goedgekeurd voor gebruik als stoel in een rolstoelbus. De B600 mag uitsluitend worden gebruikt door personen die hebben geleerd hoe ze met de rolstoel moeten omgaan. Een instructie in het gebruik van de elektrische rolstoel is een van de voorwaarden waaraan voldaan moet zijn om beschermd te zijn tegen persoonlijke risico’s en de B600 veilig en goed te kunnen bedienen. De bedrijfszekerheid van de B600 is alleen gewaarborgd, wanneer de rolstoel wordt gebruikt voor het doel waarvoor hij bestemd is, en wanneer de aanwijzingen in deze gebruiksaanwijzing worden opgevolgd. De uiteindelijke verantwoordelijkheid voor een schadevrij gebruik van de rolstoel berust bij de persoon die de rolstoel bedient. B600
Aansprakelijkheid
1.3.1 Aansprakelijkheid voor elektrische rolstoelen De fabrikant kan alleen aansprakelijk worden gesteld, indien de voor het product geldende bedienings- en onderhoudsinstructies worden opgevolgd, het product volgens voorschrift wordt onderhouden en de onderhoudstermijnen in acht worden genomen. De fabrikant wijst er uitdrukkelijk op dat er alleen door de fabrikant goedgekeurde onderdelen gebruikt mogen worden en dat het product uitsluitend mag worden gebruikt voor het doel waarvoor het bestemd is. Voor schade die wordt veroorzaakt door onderdelen die niet door de fabrikant zijn goedgekeurd, en voor schade die ontstaat door gebruik in afwijking van de voorschriften, is Otto Bock HealthCare GmbH niet aansprakelijk. Op deze garantiebepalingen zijn het Duitse burgerlijk recht en het Duitse handelsrecht van toepassing.
1.3.2 Overige bepalingen Vervangen onderdelen mogen door Otto Bock HealthCare GmbH drie weken na teruggave worden vernietigd, tenzij de patiënt of de persoon of instantie die de kosten van de patiënt draagt (zorgverzekeraar), hiertegen bezwaar maakt. Plaats waar de uit de garantiebepalingen voortvloeiende prestaties verricht moeten worden, is Duderstadt (Duitsland).
06/2006
Pagina
Inleiding
1.4
Aanwijzingen voor hergebruik
De elektrische rolstoel B600 is geschikt voor hergebruik. Hiertoe moet het betreffende product eerst grondig worden gereinigd en gedesinfecteerd. Daarna moet het product door een geautoriseerde vakman worden gecontroleerd op staat van onderhoud, slijtage en beschadigingen.
Alle versleten en beschadigde onderdelen en alle componenten die voor de nieuwe gebruiker niet passen of niet geschikt zijn, moeten worden vervangen.
Wanneer u vragen heeft of een probleem ondanks het raadplegen van de gebruiksaanwijzing niet kunt oplossen, neem dan contact op met de servicedienst van Otto Bock HealthCare GmbH (zie de achterzijde van de omslag voor het adres).
Met het oog op de klanttevredenheid doet Otto Bock HealthCare GmbH al het mogelijke om zijn klanten in ieder opzicht te ondersteunen, zodat zij het product zo lang mogelijk naar hun volle tevredenheid kunnen gebruiken.
Een serviceplan voor ieder model, gedetailleerde informatie en het benodigde gereedschap zijn te vinden in de servicehandleiding.
1.5
Service AANWIJZING
Service- en reparatiewerkzaamheden aan de elektrische rolstoel worden principieel alleen uitgevoerd door bij de vakhandel werkzame personen die door Otto Bock HealthCare GmbH zijn geautoriseerd en geschoold. Neem bij problemen contact op met de dealer die de elektrische rolstoel voor u heeft aangepast.
Pagina
06/2006
B600
Veiligheid
2
Veiligheid
2.2
2.1
Normen en richtlijnen
Otto Bock HealthCare GmbH verklaart als fabrikant geheel onder eigen verantwoording dat de elektrische rolstoel B600 in overeenstemming is met de eisen van richtlijn 93/42/EEG van de Raad van 14 juni 1993 betreffende medische hulpmiddelen.
Alle informatie in deze gebruiksaanwijzing die betrekking heeft op veiligheid, is gebaseerd op de momenteel in Duitsland geldende nationale wetgeving en verordeningen van de Europese Unie. In andere landen moeten de daar geldende wetten en nationale verordeningen worden nageleefd. Naast de veiligheidsvoorschriften uit deze gebruiksaanwijzing moeten de algemeen geldende voorschriften van de ongevallenverzekeraars, de ongevallenpreventievoorschriften en de milieuvoorschriften in acht worden genomen en worden nageleefd. Alle aanwijzingen uit deze gebruiksaanwijzing dienen altijd zonder enige beperking opgevolgd te worden.
De elektrische rolstoel B600 is gebouwd volgens de huidige regels van de techniek en is veilig en betrouwbaar. Dat de elektrische rolstoel B600 veilig is, wordt bevestigd door de CE-markering en de verklaring van overeenstemming.
B600
Verklaring van overeenstemming
De ontwikkeling, constructie en bouw van de B600 zijn volledig in overeenstemming met de veiligheidstechnische eisen van de volgende normen:
DIN EN 12182 Technische Hilfen für Behinderte „Allgemeine Anforderungen und Prüfverfahren“ (vgl. NEN-EN 12182 Technische hulpmiddelen voor gehandicapten - Algemene eisen en beproevingsmethoden) DIN EN 12184 Elektrorollstühle und -mobile und zugehörige Ladegeräte „Anforderungen und Prüfverfahren“ (vgl. NEN-EN 12184 Elektrisch aangedreven rolstoelen, scooters en bijbehorende laadapparaten - Eisen en beproevingsmethoden)
De overeenstemming met DIN 12184 betekent o.a. dat de vereiste waarden (categorie B) voor een veilig gedrag bij het rijden op hellingen en het nemen van hindernissen, een veilige snelheid enz. bij de B600 worden bereikt of zelfs overschreden.
06/2006
Pagina
Veiligheid
2.3
Algemene veiligheidsvoorschriften
2.4
De B600 mag alleen worden gebruikt voor het doel waarvoor hij bestemd is. De B600 mag uitsluitend worden gebruikt door personen die hebben geleerd hoe ze met de rolstoel moeten omgaan. Gebruik door onbevoegden is niet toegestaan. Er mag nooit meer dan één persoon met de B600 worden vervoerd. Met het oog op zijn veiligheid wordt de rolstoelgebruiker dringend aanbevolen altijd de bekkengordel om te doen. Deze is bij Otto Bock HealthCare GmbH als optie verkrijgbaar. Alle veiligheidsvoorschriften uit deze gebruiksaanwijzing en alle overige toepasselijke documenten dienen in acht genomen en nageleefd te worden. De rolstoelgebruiker moet te allen tijde over de gebruiksaanwijzing kunnen beschikken. De rugbespanning en het zitkussen van de elektrische rolstoel zijn moeilijk ontvlambaar, maar kunnen wel vlam vatten. Daarom is bij het omgaan met vuur – en in het bijzonder met brandende sigaretten – de grootste voorzichtigheid geboden.
Pagina
06/2006
Veiligheidsvoorschriften voor transport, opslag en montage
De elektrische rolstoel mag nooit worden getransporteerd terwijl er iemand in zit. Voor het transport mogen uitsluitend daarvoor geschikte hefwerktuigen worden gebruikt. De elektrische rolstoel dient volgens de voor het gebruikte transportmiddel geldende voorschriften geborgd te worden. De spanriemen mogen alleen worden bevestigd aan de daarvoor bedoelde bevestigingsogen. Bij transport op hefplateaus en in liften moet de besturing van de elektrische rolstoel worden uitgeschakeld. De rem moet vergrendeld zijn. Zorg ervoor dat de elektrische rolstoel midden op het hefplateau komt te staan. Er mogen zich geen onderdelen (bijv. anti-kiepwielen of andere componenten van de elektrische rolstoel ) in de gevarenzone bevinden. Als de elektrische rolstoel gedurende langere tijd niet wordt gebruikt en bij verzending van de stoel moet de zekering worden verwijderd. Na het verrichten van in- en verstelwerkzaamheden aan de elektrische rolstoel moeten de bevestigingsbouten en -moeren altijd weer goed worden vastgedraaid. B600
Veiligheid
Bij montage van een Recaro®-stoel moet ervoor worden gezorgd dat de zitschaalhouder goed in de bevestigingsbussen komt te zitten en dat de vergrendelingsbouten aan de voorkant tot aan de sleutelring in het zittingframe komen te vallen. Bij montage van een speciale besturing is de persoon die de rolstoel bedient, verplicht zich door de dealer goed te laten instrueren hoe deze besturing gebruikt moet worden. De montagepositie van de hefinrichting of de stoel mag niet worden gewijzigd in verband met kantelgevaar.
2.5
Veiligheidsvoorschriften voor het gebruik
De rolstoelgebruiker is verplicht telkens voor gebruik te controleren of de elektrische rolstoel veilig gebruikt kan worden en of de stoel en alle veiligheidsfuncties volledig in orde zijn. De elektrische rolstoel mag alleen worden gebruikt, indien alle veiligheidsfuncties (bijv. de automatische remmen) goed werken. Wanneer de remmen niet functioneren, kan dat ernstige ongevallen met dodelijke verwondingen tot gevolg hebben. De elektrische rolstoel moet minimaal één keer per jaar door een geautoriseerde vakman worden gecontroleerd op zijn functionaliteit en rijveiligheid.
B600
06/2006
Als er storingen, defecten of andere risico’s worden geconstateerd die persoonlijk letsel tot gevolg kunnen hebben, moet de elektrische rolstoel onmiddellijk buiten gebruik worden gesteld. Voor gebruik van de elektrische rolstoel moeten alle vereiste mechanische en softwarematige aanpassingen (bijv. montage van een speciale besturing resp. programmering van de besturing) worden uitgevoerd die nodig zijn om de stoel af te stemmen op de individuele behoeften en vaardigheden van de persoon die de rolstoel bedient. De stoel mag alleen worden ingesteld door vakkundig personeel dat door Otto Bock HealthCare GmbH is geautoriseerd en geschoold. De B600 kan alleen worden gebruikt in het temperatuurgebied van -25 °C tot +50 °C. Tijdens het gebruik mag de rolstoel niet worden blootgesteld aan temperaturen die buiten dit gebied liggen. De B600 mag maximaal worden belast met 120 kg. Deze belasting mag niet overschreden worden. Als optie kan de B600 zodanig worden aangepast dat deze geschikt is voor een maximale belasting van 180 kg. Telkens voor gebruik dient door middel van een visuele controle nagegaan te worden of de banden van de elektrische rolstoel nog voldoende profieldiepte hebben en of de bandenspanning in orde is (zie de buitenkant van de banden). Pagina
Veiligheid
Bij gebruik van de rolstoel op de openbare weg moet het wegenverkeersreglement in acht worden genomen. Het is niet toegestaan de rolstoel te gebruiken op een zeer gladde ondergrond (bijv. op het ijs). Het rijden op een zeer grofkorrelige ondergrond (steenslag of rolsteen) is evenmin toegestaan. Bij gebruik van hefplateaus, liften, bussen, treinen en trams moet de besturing van de elektrische rolstoel worden uitgeschakeld. De rem moet vergrendeld zijn. Bij het in- en uitstappen van de elektrische rolstoel moet de rolstoelbesturing uitgeschakeld zijn. De rolstoelgebruiker mag de voetsteunen en armleggers niet met zijn volle gewicht belasten en deze daarom niet gebruiken bij het in- en uitstappen van de rolstoel. De kritische hindernishoogte van de B600 bedraagt 5 cm. Hoogteverschillen van meer dan 5 cm mogen niet worden overbrugd. Hindernissen zoals traptreden en stoepranden mogen niet ongeremd en niet met omlaag gekantelde zitting worden genomen. Manoeuvreren is alleen toegestaan op een lage snelheid. De heffunctie mag uitsluitend worden gebruikt op een vlakke ondergrond en alleen bij een verticaal ingestelde rughoek.
Pagina 10
06/2006
De heffunctie mag alleen worden gebruikt op een ondergrond met een helling van maximaal 30%. Het heffen en laten zakken van de hefinrichting is beperkt tot 6 minuten per uur. De in hoogte verstelbare zitting mag worden belast met maximaal 100 kg. Tijdens het bedienen van de hefinrichting mogen er zich geen onbevoegden in de gevarenzone bevinden. Er mogen zich geen storende objecten of hindernissen in de hefzone bevinden. Alle begeleiders dienen erop gewezen te worden dat de constructie met zich meebrengt dat er tussen het frame van de zitting en dat van de rolstoel bepaalde punten zijn waar beknellingsgevaar bestaat. De rolstoelgebruiker en zijn begeleider mogen niet in de gevarenzone grijpen. Bij defecten of storingen mag de hefinrichting niet worden bediend. Als bij het bedienen van de hefinrichting de kruipversnelling niet wordt geactiveerd, moet de rolstoel onmiddellijk naar een vakhandel worden gebracht. Totdat het probleem is verholpen, mag de elektrische rolstoel alleen worden gebruikt met de zitting in de laagste stand. Bij het oprijden van hellingen met gekantelde zitting of met een rughoek van meer dan 90° moet rekening worden gehouden met de gewijzigde kantelstaB600
Veiligheid
biliteit van de rolstoel. De besturing van de elektrische rolstoel voldoet aan de eisen voor beschermingsgraad IP 54 en kan dus worden gebruikt bij slechte weersomstandigheden (bijv. regen). De besturing is goedgekeurd voor gebruik binnenshuis en buitenshuis en voldoet aan de geldende eisen met betrekking tot klimaat en spatwater. De elektrische rolstoel is gekeurd volgens de bepalingen van de EMC-richtlijn. Bij gebruik van de rolstoel dient rekening gehouden te worden met de volgende bijzonderheden: – De rij-eigenschappen van de elektrische rolstoel kunnen worden beïnvloed door elektromagnetische velden (mobiele telefoons en andere apparatuur die straling afgeeft). Als er met de rolstoel wordt gereden, moet alle mobiele apparatuur daarom uitgeschakeld zijn. – De elektrische rolstoel kan elektromagnetische velden genereren die storingen in andere apparaten kunnen veroorzaken. Als de besturing niet nodig is, moet deze daarom altijd worden uitgeschakeld. De banden van de elektrische rolstoel bevatten chemische stoffen die met andere chemische stoffen (bijv. reinigingsmiddelen, zuren) een reactie kunnen aangaan.
B600
06/2006
Zwarte banden bevatten roetdeeltjes die verkleuring kunnen veroorzaken en sporen kunnen achterlaten. Als de rolstoel voor langere tijd wordt neergezet, moet er daarom voor worden gezorgd dat hij op een geschikte onderlaag komt te staan. De B600 is goedgekeurd voor het rijden op en van hellingen met een hellingspercentage van max. 17%. Op hellingen met een hoger hellingspercentage mag niet met de rolstoel worden gereden. Bij het rijden bergafwaarts moet de snelheid met het oog op de veiligheid worden verlaagd (door bijv. rijstand 1 in te stellen). Als de rem ontgrendeld is, kan er niet worden geremd. Hiermee dient vooral rekening te worden gehouden bij transport van de elektrische rolstoel op een hellend traject. Na iedere noodstop moet de besturing van de elektrische rolstoel opnieuw worden ingeschakeld. Het systeem voert bij communicatieproblemen in het bussysteem van de besturing een noodstop uit. Hierdoor wordt voorkomen dat bepaalde functies ongecontroleerd worden geactiveerd. Als de rolstoel nadat deze opnieuw is ingeschakeld, niet rijklaar is, kan door ontgrendeling van de rem worden omgeschakeld naar de duwfunctie. Daarna moet de rolstoel in ieder geval naar een Pagina 11
Veiligheid
vakhandel worden gebracht. Wanneer de besturing bij het bedienen van de remhendel geen foutsignaal geeft, is er sprake van een storing. Laat in dit geval bij de vakhandel controleren of de remhendel goed is afgesteld. De elektrische rolstoel mag worden gebruikt als stoel tijdens het transport in een rolstoelbus. Bij het laden van de accu’s kunnen zich explosieve gassen ontwikkelen. Daarom moeten voor het laden de volgende voorzorgsmaatregelen worden getroffen: – De besturing moet uitgeschakeld zijn. – Als de accu’s worden geladen in een gesloten ruimte, moet er voor voldoende ventilatie worden gezorgd. – Er mag niet worden gerookt en geen vuur worden aangestoken. Vonkvorming dient onherroepelijk vermeden te worden. – De ventilatiesleuven in de beplating mogen niet worden afgedekt. Bij het sluiten van de acculade moet de ontgrendelingsbout goed in de daarvoor bedoelde uitsparing komen te zitten. De ontgrendelingsbout moet aan de onderkant van de draagconstructie zichtbaar of in ieder geval duidelijk te voelen zijn. Bij elektrische rolstoelen met gasdrukveren moet
Pagina 12
erop worden gelet of er bij de zuigerstang geen olie naar buiten komt. Lekkage vermindert de functionaliteit van de gasdrukveren en kan zelfs tot gevolg hebben dat deze niet meer werken. Defecte gasdrukveren (bijv. krassen op of beschadiging van de zuigerstang door stoten, vervorming van de cilinderbuis) dienen onmiddellijk vervangen te worden. De zuigerstangen worden niet gesmeerd. Deze zijn onderhoudsvrij.
2.6
06/2006
Veiligheidsvoorschriften voor het onderhoud en bij afdanking van de rolstoel
Onderhoudswerkzaamheden aan de elektrische rolstoel mogen alleen worden verricht door vakkundig personeel dat door Otto Bock HealthCare GmbH is geautoriseerd en geschoold. Dit geldt ook voor alle reparatiewerkzaamheden en voor het afstellen van de rem. Een verkeerde afstelling kan tot gevolg hebben dat de rem niet goed werkt. Bij alle onderhoudswerkzaamheden bij geopend accudeksel moet de zekering worden verwijderd. De elektrische rolstoel mag in geen geval worden gereinigd met een waterstraal of een hogedrukreiniger. De elektronica, de motor en de accu’s mogen in geen geval in direct contact komen met water. Defecte accu’s moeten worden behandeld volgens B600
Veiligheid de in het land van gebruik geldende milieuvoorschriften.
2.7
Eisen waaraan de gebruiker moet voldoen
De elektrische rolstoel mag uitsluitend worden gebruikt en bediend door personen die weten hoe ze met de rolstoel moeten omgaan. De rolstoelgebruiker en zijn eventuele begeleider moet daarvoor door personen die door Otto Bock HealthCare GmbH geautoriseerd en geschoold zijn, worden geleerd hoe ze met de elektrische rolstoel moeten omgaan. De persoon die de rolstoel bedient, moet de complete gebruiksaanwijzing gelezen en begrepen hebben. Het is niet toegestaan de rolstoel te bedienen bij oververmoeidheid en onder invloed van alcohol of geneesmiddelen. De persoon die de rolstoel bedient, mag geen geestelijke beperkingen hebben die een tijdelijke of blijvende negatieve invloed hebben op zijn oplettendheid en oordeelsvermogen. Voordat de elektrische rolstoel voor het eerst wordt gebruikt, moet er op vlak en overzichtelijk terrein mee worden geoefend. Daardoor kunnen valpartijen en gevaarlijke situaties worden voorkomen. De invloed van verplaatsing van het zwaartepunt op
B600
het gedrag van de elektrische rolstoel hellingen, op een naar opzij aflopende ondergrond en bij het nemen van hindernissen moet voor ingebruikneming worden uitgeprobeerd in aanwezigheid van een helper die zo nodig direct kan ingrijpen. De persoon die de rolstoel bedient, wordt dringend aanbevolen in het donker lichte kleding of kleding met reflectoren te dragen.
2.8
Veiligheidsfuncties
Bij gevaar kan de B600 met de in- en uitschakeltoets op ieder gewenst moment worden uitgeschakeld. Bij bediening van deze toets wordt de elektrische rolstoel onmiddellijk geremd en wordt de hefinrichting voor zover deze geactiveerd was, gestopt.
Wanneer er storingen optreden (bijv. een defecte energietoevoer van de rem), worden deze door de software herkend en wordt de noodrem in werking gesteld of de snelheid van de elektrische rolstoel verlaagd. Tegelijkertijd klinkt er een waarschuwingssignaal.
06/2006
Pagina 13
Veiligheid
2.9
Waarschuwingen en typeplaatjes
Afb. 1
Pagina 14
Teksten en symbolen op de B600
06/2006
B600
Technische gegevens
3
Technische gegevens Maten en gewichten
Zitbreedte
38 – 42 cm of 43 – 48 cm
Zithoogte
45 – 60 cm
Zitdiepte
Armleggerhoogte Armleggerlengte
Onderbeenlengte Rughoogte Rughoek
Totale breedte Totale hoogte Totale lengte Draaicirkel Bandmaat
Bandenspanning Leeggewicht
Max. belasting B600
38 – 46 cm of 42 – 50 cm 24 – 36 cm 26 cm
25 – 34 cm of 35 – 44 cm of 45 – 54 cm 45 of 55 cm
-9/1/11/21° of 0/10/20/30° 64,5 cm 103 cm 108 cm 155 cm
voor: 9’’-10’’ achter: 14’’ voor:
115 kg
zie buitenkant band
120 kg (optioneel 180 kg)
Elektrische installatie Bedrijfsspanning Accu’s: natte-celaccu’s gelaccu’s Besturing: model
24 V 2 x 12 V, 60 Ah (5 u) 2 x 12 V, 75 Ah (5 u)
MCS (Modular Control System) elektrische waarden 24 V DC max. 100 A Verlichting: knipperlichten voor voorlicht knipperlichten achter achterlicht Zekering
H21W 12 V; BAY9s HMP 08 2,4 W; 6 V; PX13,5s C21W 12 V; BA15s C10W 6 V; BA15s 80 A
Rijgegevens
Snelheid
6 km/u resp. 10 km/u
Max. hindernishoogte
5 cm
Max. helling in %
06/2006
17%
Pagina 15
Technische gegevens Af te leggen afstand ca. 35 km Gebruikstemperatuur
Transport- en opslagtemperatuur Model
Netaansluiting Netfrequentie
Veiligheidsklasse Laadaansluiting Nominale laadstroom
-25 °C tot +50 °C -40 °C tot +65 °C
Acculader MEG 2408 automatische acculader met computergestuurde karakteristiek 230 V -10%, +6% 50 Hz ± 4%
1 (aardleiding)
Omgevingstemperatuur
IP 21
-10 °C tot +40 °C
Statusmelding
2 LED’s
Afmetingen (b x h x d)
105 x 65 x 205 mm
Gewicht
Tab. 1
1,7 kg
Technische gegevens
8A
< 1%
Zekering primair
G-smeltzekering T 4 A, niet van buiten af toegankelijk
Pagina 16
Beveiliging
elektronische reversibele ompoolbeveiliging, kortsluitvast, nullastvast, beschermd tegen oververhitting
24 V DC
Restrimpel
Laadkarakteristiek
Zekering secundair
IUU met druppellaadfase, computergestuurd
06/2006
B600
Productbeschrijving
4
Productbeschrijving
De elektrische rolstoel B600 kan zowel binnenshuis als buitenshuis worden gebruikt. Hij is compact gebouwd en binnenshuis goed wendbaar. Het krachtige aandrijfsysteem, dat wordt gevoed met twee 12 V accu’s, en de geveerde aandrijfwielen maken het mogelijk hindernissen gemakkelijk te overwinnen (categorie B van EN 12184) en staat borg voor betrouwbare rij-eigenschappen. De elektrische rolstoel wordt bestuurd met het Modular Control System (MCS). Dit systeem bestaat uit een bedieningseenheid voor het invoeren van de rijopdrachten en het weergeven van de actuele status en een controller die op basis van de ingevoerde gegevens de aandrijfmotoren en andere elektrische functies aanstuurt. De gegevens worden overgebracht via een bussysteem.
Doordat het MCS programmeerbaar is, kan de besturing worden aangepast aan de persoonlijke behoeften van de gebruiker, bijv. door aanpassing van de snelheids-, versnellings- en vertragingswaarden. Speciale kenmerken van de B600 zijn:
instelbare zwaartepuntverplaatsing dankzij het telescopeerbare frame servicevriendelijkheid dankzij de goede toegankelijkheid tot en de overzichtelijkheid van de diverse modules
B600
individuele aanpassingsmogelijkheden door middel van opties en speciale constructie met behulp van modulaire onderdelen.
Door de modulaire opbouw is het mogelijk de B600 in aanvulling op de hoofdcomponenten (zie afb. 2) uit te rusten met extra modules, zoals elektrische stoelverstelling, speciale besturingen, een werkblad e.d. Deze worden in hoofdstuk 8 nader beschreven.
De vele uitvoeringsvarianten en de modulaire constructie maken de elektrische rolstoel geschikt voor gebruik door personen die niet of moeilijk kunnen lopen ten gevolge van:
verlammingen verlies van ledematen (beenamputatie) defecten/deformatie van ledematen gewrichtscontracturen/-beschadigingen andere aandoeningen.
De B600 is in het bijzonder ontwikkeld voor gebruikers die in staat zijn zich zelfstandig in een elektrische rolstoel voort te bewegen.
06/2006
Pagina 17
Productbeschrijving Bij de individuele keuze van een rolstoel moet bovendien rekening worden gehouden met
Afb. 2
Hoofdcomponenten 1 2 3 4
Pagina 18
lichaamslengte en lichaamsgewicht (max. belasting 120 kg, optioneel 180 kg) fysieke en psychische gesteldheid leeftijd woonsituatie leefomgeving.
rugleuning joystick en besturing armlegger (zijdeel) zitkussen
5 remontgrendeling 6 voetsteun 7 motor met aandrijfwiel
06/2006
B600
Transport en opslag
5
Voor het aanbrengen van de spanriemen is het frame van de elektrische rolstoel voorzien van 4 bevestigingsogen.
Transport en opslag GEVAAR
Gevaar voor verwonding door een verkeerde manier van transporteren! Optimale bescherming van de inzittenden bij een ongeval bieden de in het voertuig geïnstalleerde stoelen met de bijbehorende veiligheidssystemen. De elektrische rolstoel B600 mag alleen in uitzonderlijke gevallen als stoel in een rolstoelbus worden gebruikt en alleen onder voorwaarde dat er gebruik wordt gemaakt van de bij Otto Bock HealthCare GmbH verkrijgbare veiligheidselementen en veiligheidssystemen. Nadere informatie hierover is te vinden in onze brochure „Gebruik van uw rolstoel/ zitschaalframe of buggy als stoel tijdens het transport in een rolstoelbus”, bestelnummer 646D158.
GEVAAR
Gevaar voor verwonding doordat de rolstoel onvoldoende is vastgezet! Zet de elektrische rolstoel bij transport in een ander voertuig goed vast met spanriemen. B600
Schakel voordat u de elektrische rolstoel gaat transporteren, de elektrische besturing uit en vergrendel de rem. U kunt het formaat van de elektrische rolstoel bij transport verkleinen (afb. 3) door de rugleuning in te klappen en de zijdelen en voetsteunen te verwijderen (zie hoofdstuk 7.1).
Afb. 3
06/2006
Transportformaat
Pagina 19
Transport en opslag Banden bevatten chemische stoffen die met andere chemische stoffen (bijv. reinigingsmiddelen, zuren) een reactie kunnen aangaan. Zwarte banden bevatten daarnaast roetdeeltjes.
De elektrische rolstoel moet op een droge plaats worden opgeslagen.
Bij transport en opslag moet de omgevingstemperatuur binnen het gebied van -10 °C tot +40 °C liggen.
AANWIJZING
Als uw elektrische rolstoel een paar dagen niet wordt verplaatst, is het mogelijk dat er op de plaatsen waar de banden de grond raken, permanente kleurveranderingen optreden. Zet de rolstoel daarom als u hem langere tijd niet gebruikt, op een geschikte onderlaag.
AANWIJZING
Zwarte banden kunnen op de plaatsen waar ze de bodem raken, zwarte sporen achterlaten. Als u de rolstoel voornamelijk binnen gebruikt, adviseren wij u daarom voor grijze banden te kiezen.
AANWIJZING
Als u de elektrische rolstoel langere tijd niet gebruikt en bij verzending van de rolstoel moet u de zekering verwijderen.
Pagina 20
06/2006
B600
Levering en ingebruikneming
6
Levering en ingebruikneming
6.1
Levering
De levering bestaat uit:
aangepaste elektrische rolstoel met hoofdcomponenten (zie afb. 4) gereedschapsset acculader gebruiksaanwijzing opties (zie hoofdstuk 8).
AANWIJZING
Welke opties er met de elektrische rolstoel worden meegeleverd, is afhankelijk van de aangeschafte uitvoering van de rolstoel. Uw dealer levert de elektrische rolstoel rijklaar af. Alle instellingen zijn in overeenstemming met de gegevens op het bestelformulier of worden door de dealer direct ter plaatse aangepast. De elektrische rolstoel is dus volledig afgestemd op uw persoonlijke behoeften.
Afb. 4
De functies van de afzonderlijke componenten kunnen aan de hand van de aanwijzingen in hoofdstuk 7 worden gecontroleerd. Een beschrijving van mogelijke storingen is te vinden in hoofdstuk 9. B600
06/2006
Hoofdcomponenten 1 2 3 4
rugleuning joystick en besturing armlegger (zijdeel) zitkussen
5 remontgrendeling 6 voetsteun 7 motor met aandrijfwiel
Pagina 21
Levering en ingebruikneming De gereedschapsset bestaat uit:
– 1 set inbussleutels maat 3, 4, 5 en 6 – 1 steeksleutel SW 13.
6.2
Ingebruikneming
Voor ingebruikneming van de rolstoel moeten alle onderdelen worden gecontroleerd op hun volledigheid (zie afb. 4) en functionaliteit. Voordat de elektrische rolstoel ingeschakeld kan worden, moet de 80 A-smeltzekering in de daarvoor bedoelde zekeringhouder aan de achterkant van de accubak worden gestoken (zie afb. 5). Haal de zekering hiervoor uit de meegeleverde beschermhoes op de bedieningseenheid, open het deksel van de zekeringhouder en steek de zekering in de houder.
Afb. 5
Let op dat u de zekering in het midden in de daarvoor bedoelde veercontacten drukt en dat deze niet schuin aan de zijkant komt te zitten. Sluit het deksel weer. Het moet daarbij voelbaar vastklikken.
Pagina 22
06/2006
Zekeringhouder 1 geopende deksel 2 aangebrachte zekering 3 zekeringhouder
B600
Bediening
7
Bediening
7.1
Instelmogelijkheden
7.1.1 Telescopeerbaar voorframe
GEVAAR
Gevaar voor verwonding doordat bouten, moeren e.d. niet zijn vastgezet! Vergeet nooit om na het aanpassen van een instelling de bouten en moeren weer stevig aan te draaien.
Doordat de voorkant van het frame telescopeerbaar is, kan de wielafstand van de elektrische rolstoel aangepast worden aan de stoelopbouw (afb. 6). Omdat het zwaartepunt hierdoor wordt verplaatst, mag deze instelling alleen worden aangepast door een geautoriseerde dealer.
De elektrische rolstoel heeft een aantal instellingen die aangepast kunnen worden. De zithoogte, zitbreedte en zithoek zijn ingesteld aan de hand van de bestelling van de klant en mogen alleen worden gewijzigd door de dealer. De standaard ingebouwde aandrijfwielvering moet worden afgesteld door een geautoriseerde dealer. De volgende instellingen kunnen door de rolstoelgebruiker zelf worden aangepast: – – – –
rughoek armleggerhoogte positie van de armleggers onderbeenlengte.
Telescopeerbaar voorframe
7.1.2 Rugleuning
De voetsteunen en de zijdelen kunnen zo nodig worden gedemonteerd. B600
Afb. 6
Door aan de ontgrendelingsriem (aan de onderkant van de rugleuning, afb. 7) te trekken, kunt u de hoek van de rugleuning verstellen. Er zijn vier verschillende standen mogelijk.
06/2006
Pagina 23
Bediening Als de rugleuning in de gewenste hoek staat, laat u de riem weer los. De rugleuning wordt dan in de eerstvolgende vergrendelingsstand vastgezet.
Afb. 8 Afb. 7
Zijdeel uitnemen
Nadat dit is gebeurd, moeten de vleugelbouten weer stevig worden aangedraaid.
Ontgrendelingsriem rugleuning
7.1.3 Zijdeel met armlegger Als de vleugelbouten worden losgedraaid, kunnen de zijdelen worden losgetild.
Als de bout wordt losgedraaid (zie afb. 9), kan de hoogte van de armlegger worden versteld.
De vleugelbouten zitten aan de onderkant van de armleggerhouders (zie afb. 8).
Pagina 24
06/2006
B600
Bediening
Afb. 9
Armleggerhoogte verstellen
Afb. 10 Bedieningseenheid aanpassen
Nadat dit is gebeurd, moet de bout weer stevig worden aangedraaid.
Nadat dit is gebeurd, moeten de bouten weer stevig worden aangedraaid.
AANWIJZING
7.1.4 Bedieningseenheid De bedieningseenheid is bevestigd aan een stang die onder de armlegger doorloopt. Om de positie van de bedieningseenheid aan te passen aan de armlengte, moet u de 3 bouten aan de onderkant van de armlegger met een inbussleutel maat 3 losdraaien (zie afb. 10). De bedieningseenheid kan dan naar voren of naar achteren worden geschoven.
B600
Als de stang van de bedieningseenheid te lang is, kan het uitstekende gedeelte gewoon worden afgezaagd. De bedieningseenheid is standaard gemonteerd aan de rechterkant. Desgewenst kan de eenheid voor linkshandigen aan de linkerarmlegger worden bevestigd. Dit mag alleen worden gedaan door de dealer.
06/2006
Pagina 25
Bediening
7.1.5 Voetsteun GEVAAR
Beknellingsgevaar! Let op dat u bij het uit- en inklappen van de voetsteunen niet met uw vingers in de gevarenzone komt. Demontage 1. Maak de kuitband los. 2. Klap de voetsteun op, maak de vergrendeling van de voetsteun los (zie afb. 12) en draai de steun naar binnen resp. naar buiten. 3. Trek de voetsteun omhoog en verwijder de steun.
Afb. 11 Aansluitstekker
LET OP
Verbreking van de verbinding tussen stekker en bedieningseenheid! Als de aansluitstekker tijdens het rijden losraakt (bijv. door trillingen), wordt de verbinding met de bedieningseenheid verbroken en voert de elektrische rolstoel een noodstop uit. Vergeet niet de borgring van de stekker naar rechts te draaien tot deze vastklikt.
Pagina 26
Montage 1. Steek de voetsteun aan de bovenkant in de houder en draai de steun naar voren tot de vergrendeling van de voetsteun vastklikt. 2. Bevestig de kuitband aan de houder.
06/2006
B600
Bediening
Afb. 13 Onderbeenlengte instellen Afb. 12 Voetsteunvergrendeling
7.2
Onderbeenlengte instellen (zie afb. 13) 1. Draai de bouten van de voetplaatbeugel los. 2. Schuif de voetsteun omhoog of omlaag om deze aan te passen aan de onderbeenlengte en de dikte van het zitkussen.
AANWIJZING
De voetplaatbeugel mag niet meer dan 160 mm uit de houder worden getrokken. 3. Draai de bouten weer vast. B600
In- en uitstappen
Doordat de elektrische rolstoel modulair is opgebouwd en de zijdelen en voetsteunen op eenvoudige wijze gedemonteerd kunnen worden, kan er zowel van opzij als van voren gemakkelijk in en uit de rolstoel worden gestapt.
Iedere gebruiker kan het beste in- en uitstappen op de manier die voor hem het meest geschikt is. Een van de mogelijkheden is opzij instappen. Daarvoor moet afhankelijk van de kant waar wordt ingestapt, het rechter- of het linkerzijdeel worden gedemonteerd (zie hoofdstuk 7.1.3).
06/2006
Pagina 27
Bediening
GEVAAR
7.2.2 Van voren
Gevaar voor verwonding doordat de elektrische rolstoel wegrolt! Bij het instappen in en het uitstappen uit de elektrische rolstoel moet de besturing altijd uitgeschakeld zijn.
Wanneer de beide voetsteunen worden opgeklapt, kan de rolstoelgebruiker van voren in- en uitstappen (afb. 14). Door de voetsteunen opzij te klappen, kunt u de in- en uitstapruimte vergroten (afb. 15). De voetsteunen kunnen ook in hun geheel worden gedemonteerd. Met de hulp van een begeleider of met behulp van een transferlift kan de gebruiker eenvoudig in en uit de elektrische rolstoel stappen. Het gebruik van een draaischijf wordt op deze manier ondersteund.
LET OP
Bij overbelasting kunnen de voetsteunen en armleggers breken! Bij het instappen in en het uitstappen uit de rolstoel mag de gebruiker niet met zijn volle gewicht op de voetsteunen en armleggers steunen.
7.2.1 Van opzij Rijd de elektrische rolstoel zo dicht mogelijk naar de plaats waar de rolstoelgebruiker zit. Als de bedieningseenheid zich aan de in-/uitstapzijde bevindt, trekt u de stekker van de bedieningseenheid los (zie afb. 11). Verwijder het zijdeel zoals beschreven in hoofdstuk 7.1.3 (en demonteer zo nodig de voetsteun, zie hoofdstuk 7.1.5). Indien er een verlichtingsinstallatie aanwezig is, kan deze omlaag worden gezwenkt. De gebruiker kan nu van opzij op de zitting glijden. Door het gebruik van een glijplank kan dit worden vereenvoudigd. Pagina 28
Afb. 14 Voetsteunen opgeklapt
06/2006
B600
Bediening
LET OP
Gevaar voor beschadiging van andere apparaten! De elektrische rolstoel kan elektromagnetische velden genereren die storingen in andere apparaten kunnen veroorzaken. Als de besturing niet nodig is, moet deze daarom altijd worden uitgeschakeld.
7.3.1 Bedieningseenheid De elektrische rolstoel wordt bestuurd met de bedieningseenheid. Hiermee wordt de rolstoel in- en uitgeschakeld, kunnen er rijopdrachten worden gegeven en kan de actuele status van bepaalde functies en componenten worden weergegeven.
Afb. 15 Voetsteunen opzij geklapt
7.3
Besturing LET OP
Gevaar voor beïnvloeding van de rij-eigenschappen van de elektrische rolstoel! De rij-eigenschappen van de elektrische rolstoel kunnen worden beïnvloed door elektromagnetische velden (mobiele telefoons en andere apparatuur die straling afgeeft). Als er met de rolstoel wordt gereden, moet alle mobiele apparatuur daarom uitgeschakeld zijn.
B600
06/2006
Pagina 29
Bediening
7.3.2 In- en uitschakelen GEVAAR
Levensgevaar doordat de remmen niet werken! Voor het gebruik van de elektrische rolstoel moet de remontgrendelingshendel vergrendeld zijn. De automatische remmen moeten gereed zijn voor gebruik en goed functioneren.
GEVAAR
Gevaar voor ongevallen door een te lage of te hoge bandenspanning! Telkens voor gebruik dient door middel van een visuele controle nagegaan te worden of de banden van de elektrische rolstoel nog voldoende profieldiepte hebben en of de bandenspanning in orde is. Een verkeerde bandenspanning verkort de levensduur van de banden en verslechtert het rijgedrag.
Afb. 16 Bedieningseenheid 1 2 3 4
joystick knipperlichten links alarmlichten rijstand verhogen (extra functie) 5 aan-/uit-toets 6 claxon
Pagina 30
7 verlichting 8 knipperlichten rechts 9 rijstandindicator 10 indicator „extra functies“ 11 indicator „rijden“ 12 accu-indicator
Met de aan-/uit-toets (zie afb. 16, pos. 5) wordt de besturing van de elektrische rolstoel in- en uitgeschakeld. Als de besturing een tijd lang niet wordt bediend, wordt de rolstoel automatisch uitgeschakeld. De elektrische rolstoel kan ook tijdens het rijden met de aan-/uit-toets worden uitgeschakeld. De rolstoel wordt dan onmiddellijk afgeremd en tot stilstand gebracht.
06/2006
B600
Bediening
AANWIJZING
Na inschakeling staat de besturing altijd in de rijstand die was ingesteld op het moment dat de besturing werd uitgeschakeld.
7.3.3 Rijfunctie „drive“ GEVAAR
Gevaar voor verwonding door ongecontroleerd rijden van de elektrische rolstoel! Schakel de besturing van de elektrische rolstoel uit, als u de rijfunctie niet nodig heeft. Zo wordt voorkomen dat de joystick per ongeluk wordt bediend.
GEVAAR
Gevaar voor verwonding doordat de elektrische rolstoel omkantelt! Neem bij het rijden met de elektrische rolstoel de volgende veiligheidsmaatregelen in acht: - Rijd niet op hellingen met een hellingspercentage van meer dan 17%. - Verlaag de rijsnelheid bij het bergafwaarts rijden in overeenstemming met het hellingspercentage. - Overbrug geen hoogteverschillen > 5 cm. - Neem traptreden en stoepranden niet ongeremd. B600
De elektrische rolstoel is goedgekeurd voor het rijden op hellingen met een hellingspercentage van max. 17%. Op hellingen met een hoger hellingspercentage mag niet met de rolstoel worden gereden. Bij overschrijding van de kritische hellingshoek klinkt er een waarschuwingssignaal en gaat de LED „Mode“ knipperen. Om veilig bergafwaarts te kunnen rijden, moet de rijsnelheid afhankelijk van het hellingspercentage worden verlaagd (bijv. rijstand 1 instellen). De maximale hindernishoogte van de elektrische rolstoel bedraagt 5 cm. Hoogteverschillen van meer dan 5 cm mogen niet worden overbrugd. Rem voor het nemen van hindernissen zoals traptreden of stoepranden, altijd af. Als zich hindernissen op uw weg bevinden, rijd daar dan royaal omheen. Op een ongelijke ondergrond kan de rolstoel ongecontroleerd rijgedrag vertonen. Daarom moet de snelheid altijd worden aangepast aan de gesteldheid van de ondergrond. Voor het rijden wordt de joystick (zie afb. 12, pos. 1) gebruikt. Hoe verder deze uit de middenstand wordt bewogen, des te sneller beweegt ook de elektrische rolstoel in de betreffende richting. De maximumsnelheid bij volledige uitslag is afhankelijk van de gekozen rijstand. Zodra de joystick wordt losgelaten, wordt automatisch de remfunctie geactiveerd en wordt de rolstoel tot stil-
06/2006
Pagina 31
Bediening stand gebracht. Als de stoel stilstaat, zijn de mechanische remmen actief en kan de elektrische rolstoel niet rollen. De elektrische rolstoel heeft 4 rijstanden. Met de toets „M“ (zie afb. 12, pos. 4) kan de rijstand worden verhoogd. Na rijstand 4 springt de besturing terug naar rijstand 1. Aanpassen van de rij-eigenschappen
GEVAAR
Gevaar voor ongevallen en verwonding door een verkeerde programmering! Bij de programmering kunnen er fouten worden gemaakt die tot een ongecontroleerd rijgedrag leiden. Test het rijgedrag van de elektrische rolstoel daarom na het programmeren uit. Met een handprogrammeerapparaat dat wordt aangesloten op de bedieningseenheid, kunnen de snelheids-, versnellings- en vertragingswaarden door het servicepersoneel worden afgestemd op de individuele wensen van de rolstoelgebruiker.
Pagina 32
7.3.4 Extra functies De overige extra elektrische functies (bijv. elektrische rughoekverstelling, zithoekverstelling, elektrische voetsteunen) worden eveneens opgeroepen met de toets „M“ (ca. 2 seconden ingedrukt houden). Voor het omschakelen van de Servotronic wordt de eerste LED van de rijstandindicator gebruikt. De aangesloten extra functies kunnen worden toegewezen aan de andere LED’s. Om van de ene naar de andere functie te gaan, moet de toets „M“ even worden ingedrukt of de joystick naar rechts worden bewogen. Met een beweging van de joystick naar voren resp. naar achteren kan de hulpaandrijving worden uitgeschoven en ingetrokken. Door de toets „M“ in te drukken, keert u weer terug naar de rijmodus.
7.3.5 Wegrijblokkering Activeren met de bedieningseenheid Om de wegrijblokkering te activeren, moet u de toets waarmee de alarmlichten worden ingeschakeld (zie afb. 12, pos. 3), langer dan 5 seconden ingedrukt houden. De besturing bevestigt dit met een kort geluidssignaal en schakelt zichzelf vervolgens uit.
06/2006
B600
Bediening
AANWIJZING
Activeren met de LCD-module
Als de joystick niet op de juiste manier wordt bewogen, blijft de wegrijblokkering actief, ook als daarna wel de juiste bewegingen met de joystick worden gemaakt. Na 10 seconden wordt de besturing automatisch weer uitgeschakeld. De elektrische rolstoel kan opnieuw worden ingeschakeld en de wegrijblokkering kan gedeactiveerd worden.
Bij gebruik van een speciale besturing wordt de wegrijblokkering geactiveerd met de LCD-module. Selecteer hiervoor op het LCD-display in de „Modus rijden“ de menu-optie „Wegrijblokkering“. Met een geluidssignaal wordt bevestigd dat de wegrijblokkering geactiveerd is. De besturing wordt uitgeschakeld. Deactiveren met de bedieningseenheid Als de wegrijblokkering geactiveerd is, lichten de rijstanden-LED’s bij inschakeling van de rolstoel snel na elkaar één voor één op.
Om de wegrijblokkering te deactiveren, moet u de joystick zo ver mogelijk naar voren duwen en ca. 3 seconden lang in deze stand houden. Er klinkt dan een piepsignaal. Vervolgens moet u de joystick zo ver mogelijk naar achteren trekken en ca. 3 seconden lang in deze stand houden. Ook dan klinkt er een signaal. De wegrijblokkering is gedeactiveerd en de rijfunctie wordt weer vrijgegeven.
Deactiveren met de LCD-module Na inschakeling van de elektrische rolstoel verschijnt er op het LCD-display een informatievenster (zie afb. 17). Het deactiveren gebeurt zoals beschreven onder „Deactiveren met de bedieningseenheid“.
Afb. 17 Informatievenster „wegrijblokkering“ B600
06/2006
Pagina 33
Bediening
7.3.6 Verlichting De elektrische rolstoel B600 is standaard van verlichting voorzien. Op de zijdelen is links en rechts een halogeenlamp en een knipperlicht aangebracht (zie afb. 18).
Afb. 19 Achterlampen
7.4
GEVAAR
Afb. 18 Voorlampen
In de beplating aan de achterkant van de rolstoel zijn twee achterlampen met geïntegreerd knipperlicht ingebouwd (zie afb. 19). De alarmlichten, de verlichting en de knipperlichten rechts/links (zie afb. 16) worden ingeschakeld met de bedieningseenheid.
Pagina 34
Remontgrendeling en -vergrendeling
06/2006
Levensgevaar doordat de rem niet goed werkt! Een verkeerd afgestelde rem kan tot gevolg hebben dat de rem niet goed functioneert. Daardoor kan er ernstig lichamelijk letsel worden opgelopen en zijn zelfs dodelijke ongevallen niet uitgesloten. Reparatie- en instelwerkzaamheden aan de rem mogen uitsluitend worden uitgevoerd door geautoriseerd servicepersoneel. B600
Bediening
GEVAAR
Gevaar voor ongevallen en verwonding doordat de rem niet werkt! Als de rem ontgrendeld is (duwmodus), werkt deze niet. Bij het voortduwen van de elektrische rolstoel op een hellende ondergrond moet de benodigde remkracht worden opgebracht door de persoon die de rolstoel duwt. Als de besturing uitvalt of de accu’s te weinig capaciteit hebben, kan de elektrische rolstoel worden geduwd. Daarvoor wordt de rem met behulp van de mechanische ontgrendeling losgezet. De remontgrendeling zit afhankelijk van de wensen van de klant rechts of links tussen het rolstoelframe en de zitting. Rem ontgrendelen Uit veiligheidsoverwegingen moet u eerst de remontgrendelingsbout omhoog trekken.
AANWIJZING
Afb. 20 Remontgrendeling 1 remontgrendelingsbout 2 remontgrendelingshendel
De remontgrendelingshendel is nu vrijgegeven en kan naar voren worden geduwd tot hij vastklikt.
Als de hendel in deze stand staat, herkent de besturing dat de rem ontgrendeld is en wordt de rijfunctie gedeactiveerd. Als de joystick wordt bewogen, verschijnt er een waarschuwing op het LCD-display.
De rem moet in deze stand nog ontgrendeld zijn! Als de duwfunctie al actief is, neem dan contact op met uw dealer.
B600
AANWIJZING
Na het omzetten van de remontgrendelingshendel zijn alle remsystemen uitgeschakeld.
06/2006
Pagina 35
Bediening
AANWIJZING
Rem vergrendelen
Het vloeistofpeil in de accu’s moet één keer per maand worden gecontroleerd. Zo nodig moeten de accu’s worden bijgevuld met gedestilleerd water.
Om de rem te vergrendelen, trekt u de remontgrendelingshendel omhoog tot de remontgrendelingsbout vastklikt (zie afb. 21). Om de rijfunctie te activeren, moet u de besturing uit- en weer inschakelen.
De accu’s bevinden zich onder de zitting van de elektrische rolstoel. Voor onderhoudsdoeleinden en om het verwijderen en terugplaatsen van de accu’s te vereenvoudigen, is de elektrische rolstoel B600 voorzien van een acculade (afb. 22).
Afb. 21 Rem vergrendelen
7.5
Accu’s
De standaarduitvoering van de elektrische rolstoel B600 is uitgerust met twee 12 V-natte-celaccu’s (onderhoudsarm).
Pagina 36
Afb. 22 Acculade
06/2006
B600
Bediening Controleer de accu’s als volgt:
2. Trek de acculade naar voren toe uit de rolstoel. 3. Maak de kliksluiting van de bevestigingsriem van de acculade los (zie afb. 24) en verwijder het deksel. De accu’s zijn nu vrij toegankelijk (zie afb. 25).
AANWIJZING
Als u de accu’s gaat controleren, zet de elektrische rolstoel dan altijd op een vlakke ondergrond.
AANWIJZING
Lees voordat u met de accu’s gaat werken, de meegeleverde waarschuwingen van de accufabrikant aandachtig door. 1. Duw de ontgrendelingsbout van de acculade omhoog. De ontgrendelingsbout bevindt zich in een inspringend gedeelte van de beplating aan de achterkant van de rolstoel (zie afb. 23). Afb. 24 Kliksluiting bevestigingsriem
4. Schroef de sluitdoppen (zie afb. 25) van de afzonderlijke kamers met een grote schroevendraaier los. Het vloeistofpeil van de accu’s kan worden bepaald aan de hand van de zuurpeilmarkeringen. 5. Vul de accu’s bij met gedestilleerd water, als de vloeistof onder deze markeringen staat.
Afb. 23 Acculade openen B600
06/2006
Pagina 37
Bediening
Afb. 25 Accu’s
Afb. 26 Ontgrendelingsbout vergrendeld
6. Sluit de acculade weer.
Optioneel kunnen er onderhoudsvrije lood-gelaccu’s worden gebruikt.
LET OP
Let er bij het sluiten van de acculade op dat de ontgrendelingsbout goed vastklikt. De bout moet in de daarvoor bedoelde uitsparing in de draagconstructie komen te zitten. Als de bout correct is vergrendeld, is deze aan de onderkant van de draagconstructie zichtbaar of in ieder geval duidelijk te voelen (zie afb. 26).
Pagina 38
7.5.1 LED’s „accucapaciteit“ De LED’s „accucapaciteit“ geven de laadtoestand van de accu’s aan. Als de rolstoel rijdt, wordt de accucapaciteit continu weergegeven.
Er zijn hiervoor 7 segmenten beschikbaar, waarbij ieder segment staat voor ca. 14% van de totale lading. Bij een maximale rijafstand op vlak terrein van ca. 35 km staat ieder segment bij gelijkblijvende rijbelasting dus voor ca. 5 km.
06/2006
B600
Bediening Vonkvorming dient onherroepelijk vermeden te worden. Dek de ventilatiesleuven in de beplating niet af.
Mogelijke laadtoestanden: De accu’s zijn geladen. Laad de accu’s zo mogelijk.
LET OP
Beschadiging van de accu’s! Wanneer er gedurende langere tijd in het rode gebied wordt gereden, heeft dat diepontlading en daardoor beschadiging van de accu’s tot gevolg. Als er met de elektrische rolstoel wordt gereden terwijl de accu’s ontladen zijn, kan de rolstoel plotseling blijven staan, waardoor de gebruiker in gevaar gebracht kan worden.
De accu’s moeten dringend worden geladen.
AANWIJZING
Direct na inschakeling van de elektrische rolstoel geeft de accu-indicator de laadtoestand aan die is opgeslagen na de laatste keer dat de rolstoel is gebruikt. De exacte accustatus wordt aangegeven nadat er even met de stoel is gereden.
7.5.2 Laden GEVAAR
Explosiegevaar! Bij het laden van de accu’s kunnen zich explosieve gassen ontwikkelen. De volgende veiligheidsmaatregelen dienen onherroepelijk in acht te worden genomen: Zorg in gesloten ruimtes voor voldoende ventilatie. Rook niet en ontsteek geen vuur. B600
De capaciteit van de accu’s bepaalt hoe ver er met de elektrische rolstoel gereden kan worden. De capaciteit wordt door een aantal factoren beïnvloed. Naast de temperatuur, de leeftijd van de accu’s en de rijbelasting heeft ook het laadritme een grote invloed op de capaciteit en dus op de afstand die met de rolstoel kan worden afgelegd. Voor een optimaal laadritme geldt het volgende:
06/2006
Onafhankelijk van de laadtoestand kunnen de accu’s op ieder gewenst moment worden opgeladen. Als een accu leeg is (er lichten 2 rode LED’s op), duurt het ca. 10 uur voordat hij volledig is geladen. Daarna kan de elektrische rolstoel zonder enig probleem aangesloten blijven, omdat de acculader een geprogrammeerde nalaadfase heeft waarbij de Pagina 39
Bediening
bereikte capaciteit behouden blijft. Bij dagelijks gebruik van de rolstoel verdient het aanbeveling de acculader ’s nachts aan te sluiten, zodat er overdag over de volledige capaciteit beschikt kan worden. Wanneer de rolstoel gedurende langere tijd niet wordt gebruikt, worden de accu’s langzaam maar zeker ontladen. Als de elektrische rolstoel een tijd lang niet wordt gebruikt, moet er minimaal 1 x per week een laadcyclus worden uitgevoerd, omdat de capaciteit van de accu’s anders afneemt. Ook is het zinvol in dergelijke gevallen de zekering te verwijderen. De accu’s mogen nooit volledig worden ontladen (diepontlading). De besturing van de elektrische rolstoel moet tijdens het laden uitgeschakeld zijn, zodat de laadstroom volledig in de accu’s terechtkomt.
7.5.3 Acculader De acculader is geschikt voor onderhoudsvrije en onderhoudsarme accu’s. In de acculader zijn twee karakteristieken opgeslagen, zodat het gebruikte type accu zo goed mogelijk geladen kan worden. De toepasselijke karakteristiek wordt voor aflevering van de elektrische rolstoel in de fabriek ingesteld. Als de acculader wordt gebruikt voor een andere elektrische rolstoel en als er nieuwe accu’s worden geplaatst, moet de karakteristiek worden gecontroleerd.
Het type accu kan worden ingesteld met de schakelaar aan de onderkant van de acculader (afgedekt met een ronde groene sticker). Als er met laden wordt begonnen, wordt door het knipperen van de groene LED aangegeven dat dit is gebeurd.
LET OP
Beschadiging van de accu’s! Als het verkeerde type accu is ingesteld, kunnen de accu’s onherstelbaar beschadigd raken.
Bij het laden van de accu’s moeten de volgende aanwijzingen in acht worden genomen:
Voor het laden mag alleen de door Otto Bock HealthCare GmbH aangegeven acculader worden gebruikt. Wanneer hiervan wordt afgeweken, komen de garantieaanspraken te vervallen. De spanningswaarde waarop de acculader is ingesteld, moet overeenstemmen met de spanning van het stroomnet in het land waar de lader wordt gebruikt.
Pagina 40
Bij gebruik van de acculader moeten de volgende veiligheidsmaatregelen in acht worden genomen:
06/2006
Zet de acculader altijd met de rubberpootjes op een vlakke ondergrond.
B600
Bediening
Bescherm de lader tegen directe zonnestraling om extra verwarming van het apparaat te voorkomen. De plaats waar de acculader wordt neergezet, moet droog en goed geventileerd zijn. Zorg ervoor dat er geen stof of vuil in de acculader binnendringt. Hierdoor kan de lader minder goed gaan werken. Reinig de acculader met een droge doek.
Ga als volgt te werk om de accu’s te laden:
GEVAAR
Explosiegevaar door vonkvorming! Voordat de accu’s worden losgekoppeld van de lader, moet deze altijd worden uitgeschakeld en moet de netstekker uit de contactdoos worden gehaald. 1. Schakel de besturing van de elektrische rolstoel uit. 2. Open het draaiklepje van de laadbus; de laadbus is geïntegreerd in de beplating aan de linker- of rechterzijkant van de rolstoel (zie afb. 27). 3. Steek de stekker van de acculader in de laadbus van de elektrische rolstoel.
B600
Afb. 27 Laadbus 1 laadbus 2 stekker van de acculader 3 draaiklepje
4. Sluit de acculader aan op de wandcontactdoos en schakel de lader in. Het laadproces begint automatisch en kan via de LED’s op de acculader worden gevolgd (zie tabel 2). 5. Schakel de acculader na beëindiging van het laadproces uit: haal de netstekker uit de wandcontactdoos en maak de stekker van de acculader los.
06/2006
Pagina 41
Bediening 6. Sluit de laadbus weer met het draaiklepje om de bus te beschermen tegen vocht. 7. Schakel de besturing in. De elektrische rolstoel is nu weer rijklaar. De laadtoestand van de accu’s wordt op de acculader als volgt weergegeven: Statusmelding
Functie
Gele LED licht op
Accu wordt geladen
Groene LED licht op
Accu is volledig geladen
Groene LED licht op 1 x Onderhoudsarme accu 2 x Onderhoudsvrije accu ononderbroken Accu voor 80% geladen
Rode LED licht op Tab. 2
Accu defect, niet aanwezig, laadtijd overschreden
Laadtoestand van de accu’s tijdens het laden
Als de LED’s geen van alle oplichten, is er geen netstroom.
Pagina 42
06/2006
B600
Opties
8
Opties
8.1
AANWIJZING
8.1.1 Heffunctie
Er mogen alleen originele opties van de fabrikant worden gebruikt. De optionele componenten mogen alleen worden gemonteerd zoals hier is beschreven. Wanneer hiervan wordt afgeweken, komen de garantieaanspraken te vervallen.
GEVAAR
AANWIJZING
Alle leverbare optionele onderdelen zijn te vinden op het bestelformulier en in de onderdelencatalogus. De elektrische rolstoel B600 is opgebouwd als een modulair systeem. Bepaalde modules kunnen vervangen worden en er kunnen extra onderdelen worden aangebouwd.
De MCS-besturing maakt het mogelijk een groot aantal aanvullende elektrische functies en speciaal aangepaste invoerapparaten te gebruiken. Een compleet overzicht van de opties is te vinden op het bestelformulier en in de onderdelencatalogus.
B600
Extra functies zitting
06/2006
Gevaar voor verwonding doordat de elektrische rolstoel omkantelt! Wanneer de zitting met de hefinrichting in hoogte is versteld, kan de elektrische rolstoel omkantelen en kan de rolstoelgebruiker uit de stoel vallen. Daarom moeten de volgende veiligheidsmaatregelen onherroepelijk in acht worden genomen: Gebruik de heffunctie alleen op een vlakke ondergrond. Gebruik de heffunctie alleen tot een maximaal hellingspercentage van 17%. Leg met de zitting in verhoogde stand alleen korte afstanden af (bijv. om te manoeuvreren). Belast de in hoogte verstelbare zitting nooit met meer dan 100 kg. Gebruik de heffunctie alleen bij een loodrecht ingestelde rughoek. Draag zo mogelijk een bekkengordel. Verander de montagepositie van de hefinrichting en de in hoogte verstelbare zitting niet. Als de hefinrichting achteraf wordt gemonteerd of wordt omgebouwd, neem dan de aanwijzingen uit de servicehandleiding in acht. Pagina 43
Opties den gezet. De heffunctie kan worden aangestuurd met de joystick in de modus „Extra functies“ of met de toetsenmodule (zie afb. 36).
GEVAAR
Gevaar voor verwonding doordat de elektrische rolstoel omkantelt! Als de hefinrichting wordt bediend, wordt automatisch de kruipversnelling geactiveerd. Indien dit niet gebeurt, is er sprake van een storing en mag de heffunctie niet worden gebruikt. Breng de rolstoel zo snel mogelijk naar de dealer om de storing te laten verhelpen.
Als de zitting in hoogte is versteld, kan de rijfunctie gewoon worden gebruikt. Zodra de zitting uit de onderste eindstand wordt bewogen, wordt de snelheid in verband met de geringere kantelstabiliteit verminderd (kruipversnelling). Op de bedieningseenheid wordt dit aangegeven door het knipperen van de LED „drive“.
GEVAAR
Beknellingsgevaar in de hefzone! Bij bediening van de hefinrichting kunnen uw handen op bepaalde plaatsen onder de zitting van de elektrische rolstoel klem komen te zitten. Om verwondingen te voorkomen, mag er niet in de gevarenzone worden gegrepen. Er mogen zich geen onbevoegden in de gevarenzone bevinden. Er mogen zich geen storende objecten of hindernissen in de hefzone bevinden.
Wanneer de elektrische rolstoel is voorzien van een speciale besturing, verschijnt er op het LCD-display een „slakkensymbool“ om aan te geven dat de kruipversnelling in werking is gesteld.
AANWIJZING
De hefinrichting is niet bedoeld voor permanent gebruik, maar voor een belasting van 10%. Als de rolstoel 1 uur wordt gebruikt, kan de heffunctie max. 6 minuten lang in werking zijn.
De B600 kan optioneel worden uitgerust met een hefinrichting. Met de heffunctie kan de zitting met behulp van een motorische aandrijving maximaal 40 cm hoger worPagina 44
06/2006
B600
Opties
GEVAAR
Gevaar voor verwonding doordat de elektrische rolstoel omkantelt! Het nemen van hindernissen (bijv. traptreden of stoepranden) is alleen toegestaan als de zitting horizontaal staat. De elektrische zithoekverstelling maakt het mogelijk de zitting 30° naar achteren te verstellen, bijv. ter vermindering van de ondervonden druk. Deze functie wordt aangestuurd met de joystick in de modus „Extra functies“. De zitting kan traploos naar achteren worden versteld (afb. 29). Een in de elektrische rolstoel geïntegreerde zwaartepuntverplaatsingsfunctie vergroot de kantelstabiliteit. Afb. 28 Hefinrichting uitgeschoven
8.1.2 Elektrische zithoekverstelling GEVAAR
Gevaar voor verwonding doordat de elektrische rolstoel omkantelt! Bij het rijden op hellingen met gekantelde zitting moet rekening worden gehouden met de gewijzigde kantelstabiliteit van de elektrische rolstoel. B600
Afb. 29 Elektrische zithoekverstelling
06/2006
Pagina 45
Opties
8.1.3 Elektrische rughoekverstelling De rugleuning kan worden uitgerust met een elektrische rughoekverstelling (zie afb. 30). Deze functie wordt aangestuurd met de joystick in de modus „Extra functies“.
8.1.4 Elektrische rolstoelen met rughoekverstelling voorbereiden voor transport Om de afmetingen van de rolstoel te kunnen verkleinen tot het transportformaat, moet u de volgende handelingen verrichten:
Ontgrendel de dwarsbout aan de onderkant van de aandrijving (duw de hendel omhoog, zie de pijl op afb. 31). Haal de bout uit de houder. Na verwijdering van de zijdelen kan de rugleuning nu naar voren worden geklapt en op de zitting worden gelegd.
Afb. 30 Elektrische rughoekverstelling
Afb. 31 Dwarsbout vergrendeld in de houder 1 dwarsbout 2 vergrendeling met hendel
Pagina 46
06/2006
B600
Opties Ga als volgt te werk om de elektrische rolstoel met rughoekverstelling weer in gebruik te kunnen nemen:
Klap de rugleuning omhoog. Steek de dwarsbout in de houder aan het uiteinde van de aandrijving. Vergrendel de bout (duw de hendel omlaag) door hem met de vergrendeling vast te zetten (afb. 31).
Recaro®-stoel losmaken van het onderstel
LET OP
Controleer of de bout en de vergrendeling van de rughoekverstelling goed vastzitten!
Recaro®-stoel aan het onderstel bevestigen
LET OP
8.1.5 Recaro®-stoel De B600 kan worden uitgerust met diverse modellen Recaro®-stoelen. De hoek van de rugleuning wordt bij Recaro®-stoelen ingesteld met de draaigreep aan de rechter- of linkerkant van de rugleuning. Voor het omklappen van de rugleuning is de zitting voorzien van een ontgrendelingsgreep. Deze zit opzij van de rugleuning. Als de ontgrendelingsgreep omhoog wordt getrokken, kan de rugleuning naar voren worden geklapt. De Recaro®-stoel kan worden voorzien van een elektrische rugleuningverstelling. Deze functie wordt aangestuurd met de besturing in de modus „Extra functies“. B600
Trek de ontgrendelingsriem die zich aan de voorkant onder de zitting bevindt, naar voren. Maak de rechter- en linkerbout waarmee de zitting is vastgezet aan het frame, los. Kantel de zitting iets naar achteren en schuif hem een stukje terug. Nu kan de zitschaalhouder aan de achterkant uit de bevestigingsbussen worden gehaald. Til de Recaro®-stoel van het onderstel af.
Gevaar voor verwonding doordat bouten, moeren e.d. niet zijn vastgezet! Bij het monteren van de Recaro®-stoel moet de zitschaalhouder goed in de bevestigingsbussen komen te zitten. De vergrendelingsbouten aan de voorkant moeten tot aan de sleutelring in het rolstoelframe vallen.
06/2006
Zet de achterkant van de Recaro®-stoel op het uiteinde van het rolstoelframe. Schuif de stoel naar voren tot de zitschaalhouder aan de achterkant in de bevestigingsbussen zit. Kantel de stoel zo ver naar voren dat de vergrendelingsbouten in het rolstoelframe komen te zitten. Pagina 47
Opties
8.2
Zwenkwielvering
8.3
De elektrische rolstoel B600 is standaard voorzien van aandrijfwielvering. Ter verbetering van het rijcomfort kunnen ook de voorwielen van vering worden voorzien. Een veer-/dempingselement aan elk van beide zwenkwielen vergroot het rijcomfort in het bijzonder bij het rijden op oneffen terrein en zorgt voor een betere wegligging.
Afb. 32 Zwenkwielvering
Pagina 48
Stuurvergrendeling van de voorwielen
Bij het op- en afrijden van hellingbanen en het in- en uitrijden van liftcabines moet de rolstoel precies rechtuit rijden. De elektrische rolstoel B600 biedt optioneel de mogelijkheid de voorwielen in de rechtuitstand vast te zetten, zodat er geen bochten meer gemaakt kunnen worden. Stuurvergrendeling van de voorwielen in werking stellen: Duw de klaphendel aan het voorframe een stukje opzij, zodat deze uit de middenstand springt. Aan de onderkant van het voorframe komt er een bout naar buiten die vastklikt in de voorvork, zodra de wielen in de rechtuitstand staan (zie afb. 33, linkerfoto).
De elektrische rolstoel kan nu alleen recht vooruit en recht achteruit rijden. Stuurvergrendeling van de voorwielen buiten werking stellen: Draai de klaphendel terug in de middenstand. De stuurwielvork wordt ontgrendeld en de wielen zijn weer vrij draaibaar. De hendel klikt in het midden van het voorframe in ontgrendelde stand vast (zie afb. 33, rechterfoto). 06/2006
B600
Opties
Afb. 34 Voetsteun omhoog gezwenkt Afb. 33 Stuurvergrendeling vastgezet en losgezet
8.4
8.5
Elektrisch instelbare voetsteunen
Om langdurige drukbelasting te voorkomen en om een antishocklagering te waarborgen, kan de elektrische rolstoel worden voorzien van elektrisch instelbare voetsteunen. In de modus „Extra functies“ van de besturing kunnen de rechter- en linkervoetsteun zowel ieder apart als beide tegelijk worden bediend. Deze functie wordt bestuurd met de joystick. Omhoog zwenken (afb. 34) Ter vergroting van de in- en uitstapruimte kunnen de voetsteunen omhoog worden gezwenkt. B600
Instellingen van de bedieningseenheid LET OP
Vergeet nooit om na het aanpassen van een instelling de bouten en moeren weer goed vast te draaien.
8.5.1 Hoogteverstelling Optioneel kan er voor de bedieningseenheid een speciale houder worden gemonteerd die het mogelijk maakt de bedieningseenheid omlaag te schuiven. Draai hiervoor de bevestigingsbout los (zie afb. 35) en stel de hoogte van de bedieningseenheid in.
06/2006
Pagina 49
Opties
Afb. 35 In hoogte verstelbare houder voor de bedieningseenheid
Afb. 36 Zwenkbare houder voor de bedieningseenheid
8.5.2 Wegdraaien Om het mogelijk te maken de elektrische rolstoel onder een tafelrand of dichter naar een object toe te rijden, kan de bedieningseenheid bij gebruik van een speciale houder opzij worden gedraaid (zie afb. 36).
Duw de houder van de bedieningseenheid opzij door er wat druk op uit te oefenen. Het draaielement wordt ontgrendeld. Draai de houder van de bedieningseenheid weg. Als de houder wordt teruggedraaid in zijn uitgangspositie, klikt het draaielement weer vast.
Pagina 50
8.5.3 Hoekverstelling (bedieningseenheid Delta) Om het mogelijk te maken de hoek van de bedieningseenheid aan te passen, kan als optie de tweedelige bedieningseenheid Delta worden gemonteerd.
06/2006
Draai de bevestigingsschroef onder de zwarte afdekkap ongeveer één slag los. De hoek van de bedieningseenheid kan dan worden aangepast. Draai de schroef na het instellen weer goed aan.
B600
Opties
8.6
Speciale besturingen
De elektrische rolstoel B600 kan worden voorzien van diverse speciale besturingen, zoals een blaas-zuigbesturing en een kinbesturing.
AANWIJZING
Nadere informatie hierover is te vinden in de gebruiksaanwijzing „Speciale besturingen“.
8.7
Overige weergave- en bedieningselementen
Afb. 37 Kilometerteller
8.7.1 Kilometerteller De kilometerteller wordt bevestigd aan de beschermbeugel voor de bedieningseenheid. Op de kilometerteller worden aangegeven:
snelheid etappekilometers totaal aantal kilometers digitale tijd.
B600
De snelheidsaanduiding is actief, als er links boven op het display km/h of m/h wordt aangegeven. Als de gele toets wordt ingedrukt, worden achtereenvolgens het aantal kilometers van de betreffende etappe, het totale aantal afgelegde kilometers, de digitale tijd en de snelheid weergegeven. Etappeteller op nul zetten Als de stand van de etappeteller wordt weergegeven, knipperen er aan de linkerkant van het display drie pijlen. Om de waarde op nul te zetten, moet de gele toets minimaal 2 seconden ingedrukt worden gehouden.
06/2006
Pagina 51
Opties Tijd instellen Als de digitale tijd op het display wordt weergegeven, kan de tijd worden ingesteld. Houd de gele toets minimaal 2 seconden ingedrukt. Op het display knipperen afwisselend de getallen 12: en 24:. Wanneer de toets bij 24: wordt ingedrukt, wordt de 24-uursaanduiding geactiveerd en wanneer de toets bij 12: wordt ingedrukt, wordt de 12-uursaanduiding geactiveerd. Daarna kunnen de uren en de minuten worden ingesteld, waarbij iedere positie achtereenvolgens automatisch wordt doorgeteld. Zodra het gewenste cijfer op het display verschijnt, moet de gele toets worden ingedrukt.
8.7.2 Toetsenmodule De toetsenmodule biedt de mogelijkheid tijdens het rijden extra elektrische functies te gebruiken. Met de vijf toetsenparen kunnen de volgende functies worden aangestuurd:
zithoekverstelling elektrische rughoekverstelling heffunctie rechtervoetsteun linkervoetsteun.
Totaalteller instellen Als het totale aantal afgelegde kilometers op het display wordt weergegeven, kan er worden gewisseld tussen km/h en m/h en kan de wielomvang worden ingevoerd. Houd hiervoor de gele toets minimaal 2 seconden ingedrukt en kies vervolgens door het indrukken van de toets tussen km/h en m/h. De wielomvang kan worden berekend aan de hand van de bandmaat en kan op dezelfde manier worden ingesteld als de tijd. Voorbeeld voor bandmaat 14 inch: Inch in mm U=dxp Pagina 52
14“ x 25,4 = 355,6 mm
355,6 mm x 3,1416 = 1 117 mm (in te stellen wielomvang) 06/2006
B600
Opties De B600 kan worden uitgerust met een bekkengordel. Deze is uitsluitend bedoeld als veiligheidsgordel tijdens het rijden met de elektrische rolstoel.
Afb. 38 Toetsenmodule
8.8
Overige opties
8.8.1 Bekkengordel LET OP
Gebruik de bekkengordel in geen geval als veiligheidsgordel tijdens het transport in een personenauto!
B600
Afb. 39 Bekkengordel vastmaken
8.8.2 Montageset voor hoofdsteunen (standaardzitting) De elektrische rolstoel kan optioneel worden uitgerust met een hoofdsteun. Hiervoor is de montageset nodig die te zien is op afb. 40.
06/2006
Pagina 53
Opties
Afb. 40 Montageset voor hoofdsteunen
8.8.3 Begeleidersbesturing Voor het besturen van de elektrische rolstoel door een begeleider kan er op de rugleuning van de stoel een aparte bedieningseenheid worden gemonteerd.
Pagina 54
06/2006
B600
Storingen en het verhelpen daarvan
9
Storingen en het verhelpen daarvan AANWIJZING
Wanneer zich bij het verhelpen van storingen problemen voordoen of de storingen met de hier beschreven maatregelen niet volledig verholpen kunnen worden, neem dan contact op met uw dealer. De MCS-besturing van de elektrische rolstoel onderscheidt afhankelijk van het effect van de storing op het systeem de volgende categorieën:
waarschuwing storing defect weigering De storingen worden weergegeven via de LED’s voor de accucapaciteit op de bedieningseenheid. Om het mogelijk te maken de categorieën zichtbaar en hoorbaar van elkaar onderscheiden, is er aan iedere categorie een speciaal knipper- en geluidssignaal toegewezen. In de onderstaande hoofdstukken worden de verschillende foutcodes met de bijbehorende storingsbronnen en de mogelijke oorzaken en oplossingen nader toegelicht. Indien de opgetreden storingen met de beschreven maatregelen niet volledig verholpen kunnen worden, heeft de dealer de mogelijkheid met het handprogrammeerappa
B600
raat de precieze foutcode uit te lezen en een gerichte systeemanalyse uit te voeren. Alle opgetreden storingen worden opgeslagen in een lijst en kunnen bijv. bij een algehele revisie van de elektrische rolstoel worden opgevraagd. Uit de opgeslagen gegevens kunnen bijv. de verdere service- en onderhoudstermijnen worden afgeleid.
9.1
Waarschuwing
Een waarschuwing geeft informatie over de status of het niet of niet goed functioneren van een of meer componenten van de elektrische rolstoel. Componenten die in orde zijn, functioneren normaal. Als bijv. de verbinding van de controller met de zittingmotor niet in orde is, wordt dit alleen aangegeven wanneer deze motor wordt aangestuurd. U kunt in dit geval gewoon met de rolstoel blijven rijden. Waarschuwingsmelding Knippersignalen LED’s: Geluidssignaal:
2 x per seconde, 4 seconden lang 2 x per seconde
De waarschuwing wordt iedere minuut opnieuw gegeven en ook als de elektrische rolstoel wordt ingeschakeld.
06/2006
Pagina 55
Storingen en het verhelpen daarvan Statusmelding
Storingsbron
Mogelijke oorzaak Accuspanning te hoog of te laag
Temperatuur
Pulsregeling (controller) of monitor Rijsnelheid verlagen, laten oververhit afkoelen
Pulsregeling
Multifunctietoets of aan-/uit-toets
Beperkte rijmogelijkheden Waarschuwing in-/uitvoermodule
Laden of ontladen, afhankelijk van de accu-indicator
Probleem met de motorregeling
Opnieuw starten
Zitting niet in de laagste stand (in hoogte verstelbare zitting)
Zitting in de normale stand zetten
Verbindingsfout/toetsen defect
Motor niet aangesloten, motor overbelast, hulpapparaat (bijv. knipperlicht) defect
Blokkering acculader Acculader aangesloten Tab. 3
Mogelijke oplossing
Accu
Verbindingskabel, toetsen controleren
Verbindingskabel, contacten, verlichtingselement controleren Apparaat na het laden loskoppelen van het net
Overzicht van storingsbronnen en probleemoplossing bij waarschuwingen
Pagina 56
06/2006
B600
Storingen en het verhelpen daarvan
9.2
Storing
Storingsmelding
LET OP
Knippersignalen LED’s:
Gevaar voor verwonding door abrupt stoppen van de elektrische rolstoel! Bij communicatieproblemen in het bussysteem van de besturing voert het systeem een noodstop uit om te voorkomen dat bepaalde functies ongecontroleerd worden geactiveerd. Wanneer de besturing weer wordt ingeschakeld, kan de rolstoel afhankelijk van de probleemsituatie uit de gevarenzone (bijv. bij gebruik van de rolstoel op de openbare weg) worden gereden. Als de rolstoel nadat deze opnieuw is ingeschakeld, niet rijklaar is, kan door ontgrendeling van de rem (zie hoofdstuk 7.4) worden omgeschakeld naar de duwfunctie. Breng de rolstoel na een noodstop zo snel mogelijk naar een vakhandel! Een storing beïnvloedt een of meer functies van de elektrische rolstoel. Totdat de storing is verholpen, is het systeem niet voor 100% functioneel.
B600
Geluidssignaal:
4 x per seconde 2 x per seconde
De storingsmelding wordt iedere minuut opnieuw gegeven en ook als de elektrische rolstoel wordt ingeschakeld.
9.3
Defect/weigering
Bij een defect is er sprake van het uitvallen van een belangrijke systeemcomponent. Nadat het probleem is verholpen, kunt u het systeem weer activeren door het opnieuw te starten.
Een weigering is de ernstigste storingstoestand die kan optreden, en leidt tot een onmiddellijke noodstop van het systeem. Defect- of weigeringsmelding
06/2006
Continu looplicht met geluidssignaal
Pagina 57
Storingen en het verhelpen daarvan Statusmelding
Storingsbron Accu
Mogelijke oorzaak
Laden of ontladen, afhankelijk van de accu-indicator
Linkeraandrijfmotor of rem niet aangesloten, contactproblemen of kabelbreuk
Remontgrendeling vastzetten, motorkabel en stekkerverbinding van de controller controleren
Rechteraandrijfmotor Rechteraandrijfmotor of rem niet of rem aangesloten, contactproblemen of kabelbreuk Linkeraandrijfmotor of rem
Storing invoermodule Joystick niet in de nulstand Joystick bij de systeemstart niet gekalibreerd Invoermodule defect Storing uitvoermodule Storing pulsregeling Communicatiefout
Tab. 4
Mogelijke oplossing
Accu ontladen of te sterk geladen
Verbinding met de uitvoermodule niet in orde Module defect Storing in de controller
Module niet aangesloten Verbinding defect
Remontgrendeling vastzetten, motorkabel en stekkerverbinding van de controller controleren
Mechanische nulstand en beweeglijkheid van de joystick controleren Opnieuw starten
Controleren of de stekkercontacten in orde zijn Opnieuw starten Controleren of de stekkercontacten in orde zijn Opnieuw starten Controleren of de stekkercontacten in orde zijn Opnieuw starten
Overzicht van storingsbronnen en probleemoplossing bij storingen
Pagina 58
06/2006
B600
Storingen en het verhelpen daarvan Statusmelding
Storingsbron
Mogelijke oorzaak
Looplicht
Onjuiste systeemconfiguratie
Looplicht
Hoger bedieningsap- Positieverlies in de joystick paraat defect
Tab. 5
B600
In-/uitschakelmodule niet aanwezig of defect Twee dezelfde modules in concurrentie Verkeerd invoerapparaat geconfigureerd/aangesloten
Mogelijke oplossing Aansluiting van de invoerapparaten en stekkerverbinding van de modules controleren Opnieuw starten Mechanische nulstand en beweeglijkheid van de joystick controleren Opnieuw starten
Overzicht van storingsbronnen en probleemoplossing bij defecten en weigeringen
06/2006
Pagina 59
Periodiek en dagelijks onderhoud
10
Periodiek en dagelijks onderhoud AANWIJZING
Voor het bestellen van onderdelen kan er bij Otto Bock HealthCare GmbH een onderdelencatalogus worden aangevraagd. Er mogen alleen vervangende onderdelen van Otto Bock HealthCare GmbH worden gebruikt. Wanneer hiervan wordt afgeweken, komen de garantieaanspraken te vervallen.
AANWIJZING
Wanneer zich bij het onderhoud problemen voordoen, raadpleeg dan een geautoriseerde dealer. De elektrische rolstoel moet eenmaal per jaar bij een geautoriseerde dealer worden gecontroleerd op zijn rijveiligheid.
10.1 Onderhoudstermijnen De elektrische rolstoel dient telkens voor gebruik gecontroleerd te worden op zijn functionaliteit. De in tabel 6 beschreven werkzaamheden moeten op de aangegeven tijdstippen worden uitgevoerd door de gebruiker.
Pagina 60
06/2006
B600
Periodiek en dagelijks onderhoud Component Banden Accu’s Verlichting Elektronica Rem
Werkzaamheid
Dagelijks
Door middel van een visuele controle op beschadigingen controleren Functionaliteit controleren Besturing zonder storingsmelding LED’s van de acculader geven geen storingsmelding
Remhendel bedienen terwijl de besturing ingeschakeld is
B600
Maandelijks X X
Vloeistof- resp. zuurpeil controleren (niet bij gelaccu’s)
Remwerking bij vergrendelde rem actief Tab. 6
Wekelijks
Bandenspanning (zie buitenkant band) en profieldiepte controleren
X X X
Telkens voor het rijden X
X X
Onderhoudswerkzaamheden en -termijnen
06/2006
Pagina 61
Periodiek en dagelijks onderhoud
AANWIJZING
Wanneer de joystick wordt bediend terwijl de rem ontgrendeld is, hoort de besturing een foutsignaal naar de bedieningseenheid te sturen. Wanneer dit niet gebeurt, is er sprake van een storing die onmiddellijk bij een vakhandel verholpen moet worden.
10.2 Zekering vervangen De 80 A-smeltzekering bevindt zich in een zekeringhouder aan de achterkant van de accubak (zie afb. 41).
Afb. 41 Zekeringhouder
Open het deksel van de zekeringhouder en vervang de zekering. Let op dat u de zekering in het midden in de daarvoor bedoelde veercontacten drukt en dat deze niet schuin aan de zijkant komt te zitten. Sluit het deksel weer. Het moet daarbij voelbaar vastklikken.
Pagina 62
06/2006
1 geopende deksel 2 aangebrachte zekering 3 zekeringhouder
B600
Periodiek en dagelijks onderhoud Om een voorwiel te demonteren, draait u met een inbussleutel maat 6 de asbout los (zie afb. 43, pos. 1) en trekt u de as uit het wiel. Draai de 5 inbusbouten (zie afb. 43, pos. 2) los en demonteer de tweedelige velg. De defecte binnenband is nu vrij toegankelijk en kan vervangen worden.
10.3 Banden verwisselen
Ga hiervoor als volgt te werk:
Om een aandrijfwiel te demonteren, draait u de kruiskopschroef in het midden van het wiel los (zie afb. 42, linkerfoto) en verwijdert u de wieldop. Draai de wielmoer SW 13 los (zie afb. 42, rechterfoto) en verwijder het wiel.
Afb. 43 Voorwiel demonteren
Afb. 42 Aandrijfwiel demonteren
1 asbout 2 inbusbout
Draai de 4 inbusbouten los en demonteer de tweedelige velg.
De defecte binnenband is nu vrij toegankelijk en kan vervangen worden.
B600
06/2006
Pagina 63
Periodiek en dagelijks onderhoud
10.4 Defecte verlichting vervangen
AANWIJZING
Armaturen en lampen kunnen worden besteld bij de dealer.
Om de lamp van het knipperlicht voor te vervangen, gaat u als volgt te werk:
Om de halogeenlamp van het voorlicht te vervangen, gaat u als volgt te werk:
Vervang de defecte halogeenlamp door een nieuwe. Klik het glas weer vast.
Klap het glas naar voren door voorzichtig op de zwarte vergrendelingshendel aan de onderkant van het verlichtingselement te drukken (zie afb. 44, pos. 1).
Open het knipperlicht: zet een smalle schroevendraaier in de uitsparing van de armatuur van het knipperlicht en kantel het glas van het knipperlicht omlaag (zie afb. 44, pos. 2). Verwijder het glas van het knipperlicht. Ontgrendel de lamp door licht aan de vergrendeling op de lampvoet te draaien en trek hem los (zie afb. 45).
Afb. 44 Voorlampen vervangen 1 vergrendelinsghendel voorlamp 2 uitsparing (schroevendraaier hier plaatsen)
Pagina 64
Afb. 45 Knipperlicht vervangen 06/2006
B600
Periodiek en dagelijks onderhoud
Om de lamp te monteren, schuift u hem naar binnen en draait u de lamp tot hij vastklikt. Plaats de fitting in de armatuur en zet het glas op het knipperlicht.
Ga als volgt te werk om de knipperlichten achter en het achterlicht te vervangen (zie afb. 46):
LET OP
Zorg dat er geen vocht in de verlichtingselementen binnendringt! Let bij het terugplaatsen van het glas op dat dit goed op de armatuur komt te zitten en draai de schroeven goed aan.
Schroef het glas los. Druk de lamp voorzichtig naar binnen, draai hem een kwartslag naar links en trek de lamp los. Plaats een nieuwe lamp en draai deze een kwartslag naar rechts. De lamp hoort nu weer te werken.
Afb. 46 Achterlicht zonder glas
B600
06/2006
Pagina 65
Periodiek en dagelijks onderhoud De zittingbespanning, de rugbespanning en het zitkussen kunnen worden onderhouden met een droge borstel.
10.5 Reiniging en dagelijks onderhoud LET OP
Gevaar voor beschadiging van de elektronica! Kans op storingen! Bij het reinigen van de elektrische rolstoel mogen de elektrische componenten, motoren en accu’s niet met water in aanraking komen.
De wielen en het frame kunnen worden gereinigd met een vochtige kunststofborstel.
LET OP
Gevaar voor beschadiging van componenten van de elektrische rolstoel! Gebruik voor het reinigen van de elektrische rolstoel geen agressieve reinigingsmiddelen, oplosmiddelen of harde borstels. Reinig de rolstoel in geen geval met een waterstraal of een hogedrukreiniger.
AANWIJZING
Voordat de rolstoel wordt gedesinfecteerd, moeten de zitting- en de rugbespanning, het zitkussen, de bedieningseenheid en de armleggers worden gereinigd.
De elektrische rolstoel moet regelmatig – afhankelijk van het gebruik en de mate van vervuiling – worden gereinigd. De bedieningseenheid, de acculader, de armleggers en de beplating kunnen worden gereinigd met een vochtige doek en een milde reinigingsoplossing.
Pagina 66
06/2006
B600
Als u de rolstoel niet meer gebruikt
11
Als u de rolstoel niet meer gebruikt AANWIJZING
Als u de elektrische rolstoel niet meer gebruikt, moeten alle componenten en materialen van de stoel volgens de geldende milieuvoorschriften zo nodig gescheiden worden opgeruimd of moet ervoor worden gezorgd dat ze worden gerecycled.
GEVAAR
Gevaar voor milieuvervuiling door accuzuur! De accu’s van de elektrische rolstoel bevatten een giftig zuur. Ze mogen niet bij het huishoudelijk afval worden gedaan en het accuzuur mag niet in de riolering of de bodem terechtkomen. De opgedrukte aanwijzingen van de accufabrikant dienen onherroepelijk in acht te worden genomen. Wanneer de elektrische rolstoel niet meer wordt gebruikt, moet deze volgens de in het land van gebruik geldende milieubepalingen worden opgeruimd. Defecte accu’s kunt u bij aankoop van nieuwe accu’s bij de dealer altijd weer inleveren.
B600
06/2006
Pagina 67
Fabrikant/Manufacturer:
Postadres voor retourzendingen/Address for Returns Otto Bock HealthCare GmbH Lindenstraße 13 • 07426 Königsee/Germany
Otto Bock HealthCare GmbH has been certified by the German Society for the Certification of Quality Assurance Systems (DQS) in accordance with DIN EN ISO 9001 standard, reg. no. 779 (management system)
© Otto Bock · 647G120 – 06.06
Otto Bock HealthCare GmbH Max-Näder-Straße 15 • 37115 Duderstadt/Germany Nationaal: Telefon 05527 848-1461/1462/1463 • Fax 05527 848-1460 Internationaal: phone +495527848-1304/1562/1590/1594/3663 • fax +495527848-1676 e-mail:
[email protected] • Internet: http://www.ottobock.com