Eindrapport vooronderzoek civiele testen
1 Met de steun van de Vlaamse overheid
Inhoudsopgave
1. Opdracht 2. Werkwijze 2.1. Criteria voor testmateriaal 2.2. Verkenning 2.3. Inventarisatie 2.4. Analyse 2.5. Conclusie 2.6. Criteria nieuw testmateriaal 3. Referenties
Bijlage 1: Verslag stuurgroep 25 april Bijlage 2: Verslag stuurgroep 20 juni Bijlage 3: Fiche Bureau ICE - TOA Bijlage 4: Fiche Uitgeverij Boom – TANG toetsen Bijlage 5: Fiche CNaVT - profielexamens Bijlage 6: Fiche CITO – Begintoets Taal en NT2-toets Online Bijlage 7: Fiche CITO en Bureau ICE - Staatsexamens Bijlage 8: Fiche eLAO
2 Met de steun van de Vlaamse overheid
1. Opdracht Vanuit verschillende beleidsdomeinen wordt aan Huis van het Nederlands gevraagd bewijzen van taalkennis Nederlands af te leveren. Vreemdelingen die de Belgische nationaliteit willen verwerven dienen aan te tonen dat ze niveau A2 hebben, voor bestuurszaken zijn er per aanwervingsniveau bepaalde taalvereisten, voor inburgering wordt het taalniveau opgetrokken naar niveau A2 (voor analfabeten blijft dit A1),… Huis van het Nederlands heeft heel wat ervaring met het afnemen van niveautesten in functie van het instappen in een NT2-cursus. De niveautesten die het Huis gebruikt, zijn echter ontwikkeld samen met de regionale NT2-partners en daardoor niet overal in Vlaanderen dezelfde. Zij resulteren bovendien in een eerst inschatting van het niveau en kunnen dus niet gebruikt worden als highstake testen. Huis van het Nederlands hebben daarom nood aan een aangepast instrumentarium om high-stake testen af te nemen en zo taalniveaus op een uniforme en gestandaardiseerde manier te valideren. Het opzet van dit vooronderzoek is te bekijken of er aan de slag kan gegaan worden met reeds bestaand testmateriaal. 2. Werkwijze 2.1. Criteria voor het testmateriaal In samenspraak met de betrokken overheden werd eerst bepaald welk soort toets noodzakelijk is op vlak van vaardigheden, niveaus en profielen. Aan de hand van een literatuurstudie en de praktijkervaring van Huis van het Nederlands werden praktische en inhoudelijke criteria voor het te gebruiken testmateriaal opgesteld. De testen moeten een alternatief bieden voor kandidaten die geen certificaat van een onderwijsinstelling kunnen voorleggen. De verkregen attesten dienen ingezet te kunnen worden op meerdere beleidsdomeinen. De testen moeten kwaliteitsvol zijn en gerelateerd aan het ERK. Het materiaal moet ook inpasbaar zijn in de decretale werking van Huis van het Nederlands. Het is gebruiksvriendelijk voor alle kandidaten zowel hoog- als laaggeschoolden) en bij voorkeur digitaal. Het materiaal wordt verder geanalyseerd op vlak van kostprijs, mogelijkheid tot gebruik in een Vlaamse context, opdeling in vaardigheden en profielen,… Aan de hand van deze criteria werd een fiche opgesteld waaraan bestaande testen afgetoetst kunnen worden en vergeleken. Op basis van deze analyse neemt de stuurgroep dan een beslissing over het te gebruiken toetsmateriaal in een testfase. In tabel 1 ziet u de blanco fiche.
3 Met de steun van de Vlaamse overheid
Tabel 1: Blanco fiche Toets
naam
Ontwikkelaar
Naam Ontwikkelaar Contactpersoon:
Jaar van uitgave Doel
Ontwikkeld in functie van…
Vaardigheden en niveaus
A1
A2
B1
B2
C1
C2
Lezen Luisteren Schrijven Spreken Gesprekken voeren Profielen/rollen
Welke contexten komen aan bod? In welke niveaus? Voor welke vaardigheden?
Validiteit
Meet de test enkel ERK-niveaus? Worden geen andere kennis/vaardigheden getest? Hoe is de ERK-relatering gebeurd? Authenticiteit: is het materiaal authentiek?
Betrouwbaarheid
Wordt er voldoende uitgebreid getest? Wordt objectiviteit gegarandeerd? Is er een duidelijke handleiding van hoe de test wordt afgenomen? Is er geen invloed van omgevingsfactoren of afnemers mogelijk? Is er een duidelijk beoordelingsmodel dat geen discussie toelaat? Ontwikkeld door: Goedgekeurd door:
Efficiëntie
Is de test inpasbaar in de decretale werking van de HvN? Correctie: Is een snelle correctie mogelijk, zijn er duidelijke richtlijnen bij het bepalen van de score? Tijdsinvestering consulent: hoeveel tijd spendeert de consulent aan het afnemen van de test?
4 Met de steun van de Vlaamse overheid
Gebruiksvriendelijkheid
Toegankelijk voor: (laaggeschoold, hooggeschoold?)(aandacht voor alfa-cursisten, dyslectische deelnemers etc?) Zijn pc-vaardigheden nodig? Afnameduur: hoeveel tijd spendeert de klant aan het maken van de test? Instructies: duidelijk? Resultaat: direct/nadien? Advies voor vervolgtraject/feedback voor remediëring?
Bruikbaar in Vlaamse context
Luisterfragmenten: Woordenschat: Context:
Aanpassingen
Nodig? Mogelijk?
Benodigdheden
Systeemvereisten: pc, internet Materiaal: koptelefoons, microfoons, aparte ruimtes
Kosten
Licentie: Prijs per test: Kostprijs voor eventuele aanpassingen: Kostprijs voor opleiding:
Opmerkingen
Deze fiche is gebaseerd op: -
Telefonisch contact/mailverkeer met
-
Handleiding bij de toets
-
De eigenlijke toets/een gelijkaardige voorbeeldtoets
-
Eigen bedenkingen (cursief)
-
…
5 Met de steun van de Vlaamse overheid
Op aanraden van de stuurgroep werd er ook een ideale fiche opgesteld. Hierin werd er per criterium omschreven aan welke eisen de ideale test moet voldoen. Op die manier werd het uiteindelijke doel nog eens duidelijk gesteld. In Tabel 2 ziet u de ideale fiche.
Tabel 2: De ideale fiche Toets
naam
Ontwikkelaar
Naam Ontwikkelaar Contactpersoon:
Jaar van uitgave
Bij voorkeur niet ouder dan 5 jaar
Doel
Highstake test, moet bepalen of de klant het beoogde ERK-niveau heeft behaald in functie van: -
Inburgering: vrijstelling NT2: A1 voor analfabeten, A2 voor andere inburgeraars
-
Nationaliteitsverwerving: A2
-
Bestuurszaken: Aanwervingsniveau D en E: A2
-
Bestuurszaken: Aanwervingsniveau D (administratieve en verzorgende functies): B1
-
Bestuurszaken: Aanwervingsniveau C (technische en verzorgende functies): B1
-
Eventuele toekomstige beleidsbeslissingen
Vaardigheden en niveaus
A1
A2
B1
B2
C1
C2
Lezen
x
x
x
x
x
x
Luisteren
x
x
x
x
x
x
Schrijven
x
x
x
x
x
x
Spreken/Gesprekken voeren
x
x
x
x
x
x
Profielen/rollen
Toetsbatterij waarin rollen, domeinen en profielen geselecteerd kunnen worden.
Validiteit
De testen zijn ERK-gerelateerd en testen geen andere kennis/vaardigheden. Er wordt bij
6 Met de steun van de Vlaamse overheid
voorkeur gebruik gemaakt van authentiek materiaal. Betrouwbaarheid
Er wordt voldoende getest. Er is een duidelijke handleiding van hoe de test wordt afgenomen. De invloed van omgevingsfactoren of afnemers wordt tot een minimum beperkt. Het beoordelingsmodel laat geen discussie toe. Ontwikkeld door: betrouwbare ontwikkelaars Goedgekeurd door: betrouwbare instanties
Efficiëntie
De test is inpasbaar in de decretale werking van de HvN Er is een snelle correctie mogelijk. Er zijn duidelijke richtlijnen bij het bepalen van de score. De afnemer spendeert een minimum aan tijd voor het geven van instructies, het afnemen en corrigeren van de test.
Gebruiksvriendelijkheid
De test en instructies zijn toegankelijk voor zowel hoog- als laaggeschoolden. Er is aandacht/mogelijkheid tot een aangepaste afname voor alfacursisten en personen met een beperking (dyslexie, slechtziend,…). De nodige pc-vaardigheden zijn beperkt tot de basiskennis. Resultaat: bij voorkeur onmiddellijk. De test voorziet ook advies voor vervolgtraject/feedback voor remediëring
Bruikbaar in Vlaamse context
Luisterfragmenten: bruikbaar zonder aanpassingen Woordenschat: geen uitgesproken Noord-Nederlandse woorden Context: bruikbaar zonder aanpassingen
Aanpassingen
Zo weinig mogelijk
Benodigdheden
Zo weinig mogelijk
Kosten
Zo laag mogelijk
7 Met de steun van de Vlaamse overheid
2.2. Verkenning Om een inventaris te maken van bestaand toetsmateriaal werd contact opgenomen met gekende toetsontwikkelaars en gezocht naar andere aanbieders. Er werd ook gewerkt met het principe van de ‘sneeuwbalmethode’ (aanbieders van toetsen en andere organisaties uit het veld vragen of ze nog andere ontwikkelaars kennen). Verder is er contact opgenomen met het Provinciaal Documentatiecentrum Atlas gezien hun jarenlange expertise in het NT2-veld. Vervolgens werd aan alle ontwikkelaars gevraagd welk materiaal zij precies ter beschikking hadden. Indien het enigszins in aanmerking kwam voor nader onderzoek, werd gevraagd een deel van het materiaal ter beschikking te stellen ter inzage. Met deze organisaties werd contact opgenomen: Toetsontwikkelaars Uitgeverij Boom, Bureau ICE, CNaVT, Selor, CINOP, CITO, AMN, Mister Dutch, Advies- en onderzoeksbureau Sardes, Studiecentrum voor Bedrijf en Overheid (SBO), Expertisecentrum KCH Examens, Teelen Kennismanagement, Uitgeverij Edu-Actief, Uitgeverij Deviant, Kennisinstituut voor taalontwikkeling ITTA, IVIO-Examenbureau, Stichting APS, Leerlingvolgsysteem Diataal. Hun referenties vindt u achteraan dit rapport. 2.3. Inventarisatie De bevindingen bij het inkijken van het testmateriaal werden genoteerd in fiches en afgetoetst aan de ideale fiche. De fiches werden aangevuld aan de hand van het ingekeken materiaal, de informatie op de websites, de informatie verschaft door de contactpersonen van de toetsontwikkelaars enz. Waar bleek dat het materiaal onvoldoende aan onze eisen voldeed, werd de fiche enkel beknopt aangevuld. Deze fiches zijn terug te vinden in bijlage 3 tot 9. 2.4. Analyse Een aantal ontwikkelaars liet al onmiddellijk weten geen bruikbaar materiaal te kunnen leveren. Voor deze organisaties werd daarom geen fiche ingevuld.
CINOP Ontwikkelaar CINOP gaf bij het eerste contact al aan geen bruikbaar testmateriaal voorhanden te hebben voor dit doel. Men liet wel weten bereid te zijn om nieuw materiaal te ontwikkelen.
Selor Selor gaf aan geen items te kunnen verspreiden via andere organisaties. Bovendien hebben zij geen materiaal voor niveau A1 en A2. Men is wel bereid Huis van het Nederlands te begeleiden in het ontwikkelen van eigen items. 8 Met de steun van de Vlaamse overheid
Bij het opstellen van de fiches voor de andere ontwikkelaars werd al vrij snel duidelijk dat een aantal van de bekeken testen niet in aanmerking komen voor verder onderzoek. Zij testen namelijk niet de gevraagde vaardigheden of niveaus. Deze testen zijn de volgende:
De ‘Begintoets taal’ en de ‘NT2 Toets online’ van CITO CITO meldt zelf dat de toetsomgeving en de testen verouderd zijn. Op 1 oktober 2013 is de ontwikkelaar met de verkoop gestopt van de toets NT2 Online en sinds 1 mei 2014 wordt de Begintoets Taal niet meer verkocht. Bovendien worden enkel de vaardigheden lezen en luisteren van niveau A1 en A2 getest. Gebruik van het bestaande materiaal is dus uitgesloten.
eLAO Deze toets test enkel woordenschat, grammatica en luistervaardigheid en is dus onvoldoende geschikt.
De staatsexamens NT2 van CITO en Bureau ICE Het gebruik van deze Nederlandse staatsexamens kan niet verantwoord worden in Vlaanderen. Materiaal laten ontwikkelen op basis van bestaande en gebruikte staatsexamens voor Nederland is daarom geen optie.
De ontwikkelaars die na deze selectie overbleven, hebben materiaal dat enkel bruikbaar is mits aanpassingen. Met hen hebben we een gesprek gehad om de mogelijkheden tot aanpassingen te bekijken.
TOA van Bureau ICE Het materiaal van Bureau ICE is zeker bruikbaar, maar het Noord-Nederlandse aspect vormt nog een struikelblok. Na gesprekken liet Bureau ICE weten een aangepaste versie van hun bestaande materiaal te willen ontwikkelen voor een Vlaamse context.
Profielexamens van CNaVT De werking van het CNaVT is heel specifiek en moeilijk te verenigen met de werking van Huis van het Nederlands. Men test namelijk slechts op één moment (of bij uitbreiding een aantal momenten) per jaar. Een onmiddellijke correctie van de resultaten door medewerkers van Huis van het Nederlands is voor hen geen optie. Bovendien is er geen materiaal voor niveau A1 voorhanden en is er momenteel voor A2 enkel materiaal beschikbaar dat de focus legt op ‘toeristische taalvaardigheid’. Na een gesprek bleek dat nieuw materiaal ontwikkelen op basis van het bestaande materiaal voor CNaVT geen optie is. Zij geven er de voorkeur aan volledig nieuw materiaal te ontwikkelen.
TANG toetsen van Uitgeverij Boom 9 Met de steun van de Vlaamse overheid
Het oorspronkelijke materiaal van Uitgeverij Boom is niet bruikbaar gezien het NoordNederlandse aspect van de testen. Er wordt bijvoorbeeld gewerkt met authentieke kijk- en luisterfragmenten van de Nederlandse omroep die niet zomaar vervangen kunnen worden. Bovendien werd het materiaal in eerste instantie ontwikkeld voor de doelgroep midden- en hogeropgeleiden. Vertrekken vanuit het bestaande materiaal is daarom geen optie. Zij zijn wel geïnteresseerd om een versie voor Vlaanderen te ontwikkelen. 2.5. Conclusie We kunnen concluderen dat er voor alle bestaand materiaal grote aanpassingen nodig zijn. Er is bij verschillende ontwikkelaars bereidheid en expertise om iets nieuws te ontwikkelen, al dan niet op basis van bestaand materiaal. De stuurgroep heeft op 20 juni criteria opgesteld waaraan het nieuw ontwikkelde testmateriaal moet voldoen. Samen met het Agentschap voor Binnenlands Bestuur werd afgesproken dat Huis van het Nederlands een prospectie zal uitvoeren bij de mogelijke testontwikkelaars. Huis van het Nederlands zal de ontwikkelaars bevragen om een goed bestek te kunnen opmaken en beter in te schatten welke procedure er verder moet gevolgd worden. Op basis van deze prospectie bespreken Huis van het Nederlands en het Agentschap voor Binnenlands Bestuur in de loop van augustus welke procedure het best gevolgd kan worden. 2.6 Criteria nieuw testmateriaal In onderstaande Tabel ziet u de fiche met criteria waaraan het nieuw ontwikkelde materiaal moet voldoen. Deze werd in kader van de prospectie aan de mogelijke testontwikkelaars bezorgd. Bureau ICE, CITO, CINOP, CNaVT, Selor en Uitgeverij Boom werden gevraagd een voorstel te doen.
Tabel 3: Criteria testen civiel effect Doel van de toetsen
De toetsen zullen een doorslaggevende rol spelen bij het toekennen van staatburgerschap en worden gebruikt bij aanwerving tot bepaalde openbare functies. Ze worden ook ingezet voor een vrijstelling van de Nederlandse les voor inburgeraars. Per niveaupaar worden er toetsen in twee contexten ontwikkeld. Het gaat in totaal om vier soorten combinatietoetsen: - A1/A2 maatschappelijke context - A1/A2 professionele context - B1/B2 maatschappelijke context - B1/B2 professionele context De moeilijkheidsgraad van examens binnen een verschillende context maar hetzelfde ERK-spectrum moet gelijk zijn. De ontwikkelaar dient ook mechanismen te voorzien waardoor de moeilijkheidsgraad van de toetsen van versie tot versie en domein tot
10 Met de steun van de Vlaamse overheid
domein constant gehouden kan worden. Er worden twee versies van de vier toetsen opgesteld. In totaal worden er dus acht toetsen opgeleverd. Vaardigheden en niveaus
De toetsen meten luister-, lees-, spreek- en schrijfvaardigheid apart. Gesprekken voeren en/of spreken geldt als 1 vaardigheid. De kandidaat krijgt een ERK-gerelateerd resultaat per vaardigheid. Er zijn per toets drie scoremogelijkheden per vaardigheid: - onder het minimale niveau (bv. minder dan A1 bij de A1/A2-toets) - op het minimale niveau (bv. A1 bij de A1/A2-toets) - op of boven het hoogste meetniveau (bv. A2 of meer bij de A1/A2-toets) De toetsen zijn digitaal en moeten in staat zijn om een gedifferentieerd profiel op te stellen in termen van vaardigheden en in termen van ERK-niveau. Per vaardigheid moet er een A1/A2 of B1/B2-oordeel gegeven worden. Een kandidaat krijgt dus vier resultaten per toets. De resultaten worden duidelijk en ondubbelzinnig gerapporteerd in ERK-termen.
Validiteit
De toetsen dienen de vaardigheden te meten op de beoogde niveaus binnen de beoogde context. De toetsen moeten aantoonbaar geschikt zijn voor het beoogde doelpubliek binnen de beoogde context. Het moet duidelijk zijn hoe de ontwikkelaar inhouds- en constructvaliditeit garandeert en hoe construct-irrelevante variantie vermeden wordt. Als eindresultaat krijgen de Huizen van het Nederlands gevalideerde toetsen.
Betrouwbaarheid
Ontwikkeling: Er zijn mechanismen die parallellie garanderen tussen: - verschillende versies van eenzelfde toets - verschillende toetsen van hetzelfde niveau Afname: De toetsen laten een parallelle afname toe en bieden voldoende houvast (zoals een handleiding, een scenario voor het mondelinge gedeelte) om die parallellie te garanderen. Er wordt opleiding voorzien voor de toetsafnemers. Beoordeling: Het beoordelingsmodel laat een snelle, accurate en consistente beoordeling toe die in lijn is met het construct en het doel van de toets. Er wordt opleiding voorzien voor de beoordelaars. Analyse: Gezien de toetsresulaten dadelijk bekendgemaakt moeten worden, is een postanalyse niet mogelijk. De preanalyse moet minimaal bestaan uit een klassieke itemanalyse, een IRT-analyse en een DIF-analyse. De analyse is gebaseerd op een pilot bij een
11 Met de steun van de Vlaamse overheid
substantiële representatieve populatie. Eens live moet de toets statistisch robuust zijn. Het geautomatiseerde beoordelingssysteem moet de toetsafnemer en/of beoordelaars in staat stellen om zonder verdere bewerkingen tot een resultaat te komen in termen van een ERK-niveau. De toetsen zijn inpasbaar in de decretale werking van de Huizen van het Nederlands, dit betekent:
Efficiëntie
Er is een snelle, onmiddellijke correctie nodig. Kandidaten krijgen dadelijk hun definitieve score. De kandidaat spendeert maximum een halve dag aan het afleggen van de test. Er zijn minimaal twee versies per toetstaak. De receptieve vaardigheden worden automatisch beoordeeld door de computer. Voor de productieve vaardigheden is er een digitaal beoordelingsmodel dat automatisch een eindscore berekent per vaardigheid. Gebruiksvriendelijkheid
De test en instructies zijn toegankelijk voor zowel hoog- als laaggeschoolden. De nodige pc-vaardigheden zijn beperkt tot de basiskennis.
Bruikbaar in Vlaamse context
De teksten en fragmenten voor de receptieve vaardigheden bestaan uit (semi-) authentiek Vlaams materiaal (vb. tv-programma’s, brieven,…) De gebruikscontext van het examen is Vlaams. Dit is niet enkel merkbaar in de teksten en de setting van de taken, maar eveneens op lexicaal niveau en op vlak van uitspraak.
Werkwijze/samenwerking
Er wordt intensief samengewerkt met de opdrachtgever. Er wordt op regelmatige basis gerapporteerd en er worden in overleg tussentijdse resultaten vastgelegd. Tijdens de ontwikkeling wordt er op gestructureerde wijze feedback gegeven.
Timing
Start najaar 2014 Duur: maximum een jaar
Kosten
1 offerte voor een toets die overgedragen wordt en 1 offerte voor een toets die in beheer blijft van de ontwikkelaar en met een licentie (richtprijs 1000 afnames per jaar, voor 3 jaar)
12 Met de steun van de Vlaamse overheid
Referenties Geraadpleegde websites: http://www.toets.nl/ http://www.cito.nl/ http://www.nt2.nl/ http://www.cinop.nl/ http://www.selor.be/nl/procedures/certificaten/taaltesten/ http://www.cnavt.org/ http://taalunieversum.org/inhoud/erk-nederlands http://www.erk.nl http://www.toetswijzer.nl http://www.sardes.nl/index.php?nav=1 https://www.examenbladmbo.nl/ http://www.steunpunttaalenrekenenmbo.nl/steunpuntmbo/ http://www.steunpuntve.nl https://www.cve.nl/item/wat_zijn_de_staatsexamens_nt2 https://www.cve.nl/item/centraal_ontwikkelde_examens_coe http://www.evaluatheek.be/Default.aspx http://www.sbo.nl/ http://www.kch.nl/over-ons/organisatie/kch-examens http://www.teelen.nl/ http://www.edu-actief.nl/ http://www.amn.nl/ http://www.misterdutch.nl/ 13 Met de steun van de Vlaamse overheid
http://www.uitgeverij-deviant.nl/ http://www.itta.uva.nl http://www.ivio-examenbureau.nl/ http://www.aps.nl/ http://www.diataal.nl/home.php http://www.comefica.com/nlinhoud/elao_nl_2.htm Geraadpleegde werken: Abell, O., Jepma, I., Kieswijzer toetsen taalniveau pedagogisch medewerkers in voorschoolse instellingen (pdf) (mei 2012), Utrecht: Sardes Abell, O., Jepma, I., Fukkink, H., Bijlage bij de kieswijzers voor taaltoetsen en taalcursussen, Herbeoordelingen en gebruikerservaringen “Evaluatie geëvalueerd, een checklist” CTO KULeuven – Opleiding Taalbeleidsexpert 2011-2012 “Taalneutraal evalueren, checklist voor toets- en examenvragen” – Huis van het Nederlands Antwerpen De Backer, F., Philips, I. (2013). Toolkit Competenties Nederlands Breed Evalueren. Leuven : Centrum voor Taal en Onderwijs, Leuven : Steunpunt voor Diversiteit en Leren. CTO/SDL Toolkit Competenties Nederlands Breed Evalueren Lager Onderwijs 2013
14 Met de steun van de Vlaamse overheid
Bijlage 1: Verslag stuurgroep 25 april
VERSLAG STUURGROEP PROJECT CIVIELE TESTEN Datum vergadering
25 april ’14
Verslaggever
Frieke
Datum volgende vergadering
20 juni van 10.00 – 12.00u
Aanwezig: Sabine Steemans (Linguapolis), Wouter Dumont (HvN W-Vlaanderen), Joke Vispoel (Agentschap Binnenlands Bestuur, team Inburgering), Philippe Vangeneugden (HvN Bru), Bart Deygers (CT&O), Els Pauels (Kind en Gezin), Marieke Van Keirsbilck, Eva Van Herck en Frieke Van Zundert (HvN) Verontschuldigd: Bart Colpaert (AHOVOS)
VERSLAG 1. Toelichting aanpak en werkwijze Zie ppt en projectfiche als bijlage. Fiche Marieke licht het voorstel van fiche toe (zie bijlage). Opmerkingen: Objectiveren naar welk soort test je op zoek bent (naar welke toets ben je op zoek en voor welk doelpubliek) – welke testen heb je nodig met welk civiel effect? o Context/niveau moet scherper zijn o Niveau: in hoeverre is de relatering valide genoeg – goed bekijken hoe ERK-relatering gebeurd is o Het moeten generische testen zijn waarin ruime rollen (dagelijks leven, opleiding, werk) aan bod komen Veld profielen en rollen gedetailleerder opmaken; voor elke vaardigheid en elk niveau ook de rollen koppelen Het gaat echt om high stake testen Niet alle testaanbieders zullen spreken en gesprekken voeren expliciet apart vermelden o We maken van spreken/gesprekken voeren één onderdeel Je kan niet werken met een Nederlandstalige test in een Vlaamse context o Framework van Nederlandse testcentra gebruiken 15 Met de steun van de Vlaamse overheid
o We zullen de testen na aanpassing sowieso opnieuw moeten valideren Idee is grondige voorbereiding vooraleer er gestart wordt met de ontwikkeling van testen Doel van de test toevoegen aan de fiche Waarom tot B1: de huidige testen die nu nodig zijn voor de HvN, zijn maar nodig tot B1. Als we ze toch bekijken, kunnen we ook de hogere niveaus meenemen. Dit kan nuttig zijn ikv eventuele nieuwe vragen in de toekomst. Het luik van ‘waar moet de test voor dienen, hoe moet die inpassen in de decretale werking’ moet verder uitgewerkt worden.
Fiche wordt bijgestuurd op basis van de opmerkingen. Inventaris bestaand toetsmateriaal (zie bijlage) Marieke overloopt de inventaris. Zijn er nog andere testen die we nog kunnen bekijken?
Selor: Joke vraagt na of we de toetsen van SELOR mogen opvragen. CNAVT: wordt mee opgenomen in het overzicht. Deze vraag moet aan het CTO gericht worden. Een mogelijke werkwijze zou zijn dat de HvN de CNAVT-testen ook kunnen afnemen en dat de overheid deze testen erkent. AKOV: toetsen voor onderwijzend personeel – opvragen A2 tem C1? Joke zal dit ook opvragen. Philippe geeft test van Actiris nog door (ELAO), incl. beschrijving en bevindingen die HvN Bru al gemaakt heeft.
Matrix Matrix is teveel werk als je de testen nadien nog moet aanpassen. Je moet eerder kijken naar het geraamte: hoe gaan ze te werk, wat kan het kosten op langere termijn, hoe flexibel kan je met de toetsontwikkelaar samenwerken, …. Wat na eerste afname, in hoeverre is er een itembank, hoe gaat men om met beoordeling, … Je kan niet kijken naar taken die nu geoperationaliseerd zijn (luisteren/spreken) omdat je ze later toch nog verandert. Meijerink – ERK We houden ons aan het ERK en nemen testen die gelinkt zijn aan Meijerink niet op.
2. Planning vervolg Feedback wordt verwerkt in de fiche en bijkomende testen worden opgenomen. Er wordt ook een fiche opgemaakt van de ‘ideale test’. Op beide zaken vragen we feedback via mail. Bij de contacten met de toetsontwikkelaar vragen we meteen al een inschatting van de kosten die nodig zullen zijn voor de aanpassingen aan de testen. Joke kijkt nog na hoe dit juist geformuleerd moet worden opdat het juridisch correct is. Agenda volgende stuurgroep: Bespreking van de aanzet tot aanbevelingen die het HvN opmaakt op basis van de bevindingen in de matrix. 16 Met de steun van de Vlaamse overheid
Bijlage 2: Verslag stuurgroep 20 juni VERSLAG OVERLEG CIVIELE TESTEN Datum vergadering
20 juni ’14
Verslaggever
Frieke
Aanwezig: Joke Vispoel (ABB), Bart George (Akov), Bart Deygers (CnavT), Sabine Steemans (Linguapolis), Eva Van Herck, Marieke Van Keirsbilck en Frieke Van Zundert (HvN) Verontschuldigd: Els Pauels (K&G), Wouter Dumont (HvN West-Vlaanderen), Philippe Vangeneugden (HvN Brussel)
1. Toelichting aanpak en werkwijze en bevindingen per ontwikkelaar Zie ppt als bijlage.
2. Conclusie en aanbevelingen Er zal nieuw materiaal ontwikkeld moeten worden, want het bestaande is onvoldoende bruikbaar/niet meteen inzetbaar. Marieke heeft de criteria opgelijst waaraan een nieuwe test dan moet voldoen. Opmerkingen/aanvullingen: Vaardigheden worden apart getoetst, ook niveaus moeten kunnen worden opgesplitst. Vaardigheden worden niet geïntegreerd getoetst, zodat je kan differentiëren in niveaus/vaardigheden. 2 niveaus samen nemen is ook handig naar het motivationele aspect. We geven de voorkeur aan combinatietoetsen van 2 niveaus. Er kunnen attesten behaald worden op verschillende niveaus en vaardigheden. In het schema maken we geen onderscheid tussen spreken en gesprekken voeren. Efficiëntie: onmiddellijke correctie is vereist (ipv mogelijk) De doelen van de testen zijn er voor erg verschillende contexten – we zoeken naar een algemeen maatschappelijke context. Hoe hoger je gaat, hoe meer je de opdeling zou kunnen maken, maar dat zal afhankelijk zijn van het aantal taken dat er ontwikkeld wordt (cfr rollen die opgelijst staan). o A1: algemeen maatschappelijk o Vanaf A2: algemeen maatschappelijk en werk 17 Met de steun van de Vlaamse overheid
Op basis van het intakegesprek wordt er samen met de kandidaat besproken welke versie van de test er gekozen wordt o Hierover moet de klant duidelijk geïnformeerd worden – dit moet mee opgenomen worden in het communicatieplan Termijn hertesten? Dit kunnen we later beslissen. Hoe sneller je hertest, hoe meer toetstaken je moet voorzien. We vragen minimaal 4 versies per toetstaak. In Noorwegen hebben ze net hetzelfde proces gedaan (VOX) – we kunnen hier contact mee opnemen om te bekijken hoe ze het hebben aangepakt. We kunnen bij hen checken hoeveel versies zij hebben. Wordt bij de kosten het soort ‘onderhoudscontract’ voorzien? Zowel voor kwaliteitscontrole als voor bijkomende ontwikkelingen? Of voorzie je overdracht voor beheer bij de HvN? o Je zou moeten gaan naar 2 offertes die beide opties weergeven Suggesties validiteit/betrouwbaarheid zal Bart nog doorsturen, incl. het aantal weken tot maanden tijd dat voorzien moet worden. De toets dient digitaal afgenomen en beoordeeld te worden. Testfase: Zal de toetsontwikkelaar of HvN het materiaal uittesten bij Vlaamse kandidaten? Dit kan een groot verschil maken in het budget. Bij offertes moet je een maximaal budget meegeven – dit moeten we met de administratie verder bekijken. HvN gaat een vergelijking maken met ontwikkelde test op A1 door CTO – aantal versies, ontwikkelingsduur, kostprijs Vergelijking met ontwikkeling van instaptoetsen voor de CVO – doel hier is om te komen tot een uniformere werkwijze o Er moet wel uitwisseling zijn tussen de twee trajecten – de ontwikkeling van de instaptoetsen en de ontwikkeling van de civiele testen o De civiele testen zullen niet de instaptesten vervangen Werkwijze/samenwerking: kwaliteitscriteria zullen we pas opnemen bij het uitwerken van het bestek. Ook over onderhoud en beheer zal nog meer nagedacht moeten worden. o Onderhoud digitaal, kwaliteitsgaranties, … moet duidelijker gesteld worden. Misschien loont het de moeite om dit nog op te vragen bij de bestaande testen. o Concreter uitwerken rond training voor toetsafnemers, beoordelaars – dit moet in het proces gebeuren in samenwerking met de ontwikkelaars. Je moet ook de mogelijkheid hebben om mensen zelf verder te trainen. Wat met dyslectici, slechtzienden en slechthorenden? Als dit wordt opgenomen, zal de prijs de pan uitswingen. We moeten uitklaren of we het er al dan niet inlaten. High-stake luik: het feit dat mensen ook binnen de CVO en CBE hun certificaat kunnen behalen,relativeert het high-stake luik. Conclusie stuurgroep: Er moet een nieuwe toets ontwikkeld worden die moet voldoen aan de criteria die we hebben opgesteld. HvN bekijkt verder met de administratie hoe dit proces best aangepakt kan worden.
Hvn maakt een eindrapport en bezorgt dit aan alle leden.
18 Met de steun van de Vlaamse overheid
Bijlage 3: Fiche Bureau ICE – TOA Toets
TOA (=Toolkit Onderwijs en Arbeidsmarkt), online toetsenbank
Ontwikkelaar
Bureau ICE Contactpersoon: Stan Broos (Manager verkoop)
Jaar van uitgave
In 2009 werd de toetsenbank opgericht.
Doel van de test
De TOA bevat een groot aantal toetsen met een verschillende doelstelling en voor verschillende niveaus. De TOA beschikt over combinatietoetsen (=intaketoetsen) op de lagere niveaus (A1-A2, A2-B2) en hogere niveaus. Deze meten een combinatie van twee niveaus (B1-B2, B2-C1). Daarnaast zitten er niveautoetsen (=voortgang- en/of afsluitingstoetsen) in de TOA. Deze zijn altijd gericht op één niveau(A1, A2, B1 etc.).
Vaardigheden en niveaus Lezen
A1
A2
B1
B2
C1
OGO
Alg
Alg 1
Alg 1
Alg
W
OGO
Alg 2
Alg 2
NIVEAUTOETSEN
W Luisteren
OGO
OGO
Alg 1
Alg 1
W
W
Alg 2
Alg 2
OGO
OGO
/
/
/
W
W
Spreken
/
/
/
/
/
Gesprekken voeren
B (x2)
B (x1)
/
/
/
W (x1)
W (x1)
W/B (x2)
W/B (x3)
OGO/B (x3)
OGO/B (x3)
Schrijven
Vaardigheden en niveaus
Lezen
Alg
A1-A2 I
A2-B1 I
B1-B2 I
B2-C1 I
A1-A2 J
A2-B1 J
B1-B2 J
B2-C1 J
A1-A2 I
A2-B1 I
B1-B2 I
B2-C1 I
COMBINATIETOETSEN Luisteren
19 Met de steun van de Vlaamse overheid
Schrijven
Spreken
Gesprekken voeren
A1-A2 J
A2-B1 J
B1-B2 J
B2-C1 J
A1-A2 HS
A2-B1 HS
B1-B2 HS
B2-C1 HS
A1-A2 J
A2-B1 J
B1-B2 J
B2-C1 J
A1-A2 MC
A2-B1 MC
B1-B2 MC
B2-C1 MC
A1-A2 W
A2-B1 W
B1-B2 W
B2-C1 W
/
/
B1-B2 J
B2-C1 J
B1-B2 UV
B2-C1 UV
B1-B2 V
B2-C1 V
B1-B2 W
B2-C1 W
A1-A2 J
A2-B1 J
B1-B2 J
B2-C1 J
A1-A2 UV
A2-B1 UV
B1-B2 UV
B2-C1 UV
A1-A2 V
A2-B1 V
B1-B2 V
B2-C1 V
A1-A2 W
A2-B1 W
B1-B2 W
B2-C1 W
Gesprekken/sp reken
A2-B1 J A2-B1 UV A2-B1 V A2-B1 W
Profielen/rollen
Er is materiaal voor verschillende profielen, met onderwerpen en thema’s die verschillende doelgroepen aanspreken. Afkortingen uit bovenstaande schema’s: Alg: Algemeen B: Burgerschap HS: Hobby/Sport I: Intake J: Jongeren (doelgroep 12- tot 16-jarigen) MC: Maatschappij/Cultuur
20 Met de steun van de Vlaamse overheid
OGO: Opvoeding, Gezondheidszorg en Onderwijs UV: Uitgaan/Vrije tijd V: Vakantie W: Werk Lezen en Luisteren: Voor de niveaus A1 en A2 zijn er toetsen afgestemd op de inburgeringsprofielen OGO en Werk. Speciaal voor jongeren zijn er toetsen die qua onderwerpen en aanspreekvorm aansluiten op de doelgroep van 12- tot 16-jarigen. Daarnaast zijn er toetsen geschikt als intake instrument. Schrijven: Deze toetsen hebben als thema hobby/sport, maatschappij/cultuur en werk. Voor jongeren zijn er toetsen die qua onderwerpen en aanspreekvorm aansluiten op de doelgroep van 12- tot 16-jarigen. Voor de niveaus A1 en A2 zijn er ook toetsen afgestemd op de inburgeringsprofielen OGO en Werk. Voor de toetsen Nederlands Spreken, Gesprekken en Spreken/Gesprekken zijn er toetsen met als thema uitgaan/vrije tijd, werk of vakantie. Hier zijn ook toetsen speciaal voor jongeren. Validiteit
Alle taalvaardigheidstoetsen zijn gekoppeld aan de niveaus van het ERK. Elke toets is ontwikkeld op basis van een toetsmatrijs die de eisen weergeeft die worden gesteld in het Referentiekader. In de toetsmatrijs is opgenomen welke vaardigheden, taken of (sub)domeinen getoetst worden, wat voor soort vragen in de toets voorkomen en op welke manier die vragen verdeeld zijn over de gehele toets. Deze opbouw is gebaseerd op een analyse van centraal ontwikkelde examens (indien van toepassing), zodat ook aansluiting op die centrale examens geborgd kan worden. Daarnaast vergroot een toetsmatrijs de vergelijkbaarheid tussen verschillende versies van een toets (voor opbouw en inhoud). De toetsmatrijs bewaakt de validiteit door ervoor te zorgen dat de juiste stof wordt getoetst. De TOA bevat toetsen Lezen en Luisteren voor de ERK-niveaus A1 tot en met C1. De combinatietoetsen bevatten 30 items in totaal (15 items per niveau). De niveautoetsen bevatten 20 items. Er zijn toetsen Schrijven voor de ERK-niveaus A1 tot en met C1. Er zijn toetsen Gesprekken voor de ERK-niveaus A1 tot en met C1. Deze meten twee opeenvolgende niveaus. Er zijn toetsen Nederlands Spreken voor de ERK-niveaus B1 tot en met C1. Ook deze toetsen meten twee opeenvolgende niveaus. Daarnaast zijn er gecombineerde toetsen Spreken/Gesprekken voor de ERK-niveaus A2-B1.
Betrouwbaarheid
Bureau ICE zegt een onafhankelijke aanbieder van betrouwbare en kwalitatief goede toetsen te zijn, een koploper in de markt en hét expertisebureau als het gaat om toetsing en examinering. Om de toets- en itemkwaliteit inhoudelijk te borgen, worden alle toetsvragen onderworpen aan
21 Met de steun van de Vlaamse overheid
een deskundigenoordeel door taalspecialisten. De toetsexperts van ICE hebben een achtergrond in taal, zo kunnen zij een goede koppeling maken tussen theoretische kaders en de praktijk. Alle toetsen worden nauwkeurig beoordeeld op niveau en toetstechnische kwaliteit. Na een uitvoerig proces van constructie, screening en aanpassing kunnen de toetsen in de praktijk worden gebruikt. Na verloop van tijd analyseren psychometrici dan de toetsresultaten, waarbij zij de betrouwbaarheid en de validiteit van toetsen onder de loep nemen. Zo wordt de kwaliteit van de toetsen continu bewaakt en krijgt men een uitslag die het niveau en de vaardigheid objectief en betrouwbaar weergeeft. Na een voldoende hoeveelheid afnames van de TOA-toetsen wordt altijd een extra kwaliteitscontrole uitgevoerd in de vorm van een statistische analyse. Op deze manier kan men de moeilijkheid en betrouwbaarheid van een toets berekenen, de kwaliteit van de individuele items bepalen en de toets daarop aanpassen wanneer dat nodig blijkt. Er zijn uitgebreide instructies voor de afname en beoordeling en ook instructies en richtlijnen voor taalgebruik bij de afname voorzien. Een kandidaat moet op álle vormaspecten minimaal het getoetste niveau behalen om als einduitslag voldoende op dat niveau te scoren. Als de kandidaat op één of meer vormaspecten lager scoort dan het gemeten niveau, is de uitslag ‘lager dan het gemeten niveau’. De visie van Bureau ICE is dat een kandidaat een niveau pas beheerst, als hij alle aspecten van dat niveau beheerst. Opmerking: (Gesprekken A1-A2 W) Als de beoordelaar bv. voor alles de maximumscore (B2-C1) invoert, maar enkel op toon en register het minimum (A1), dan is het totaal niet het gemiddelde, maar het niveau van het laagst gescoorde onderdeel (in dit geval A1). Dit kan de uitslag van te test erg bepalen/verkleuren. Alle testen zijn goedgekeurd door de onderwijsinspectie. Efficiëntie
De website vermeldt: “16.000 docenten geven de TOA een 9 voor gebruiksvriendelijkheid” De meeste TOA toetsen worden afgenomen via de computer. Daar waar niet gekozen wordt voor een digitale afname wordt de beoordeling van die toetsen wel digitaal geregistreerd. De toetsen luisteren en lezen zijn enkel digitaal af te leggen en spreken en gesprekken voeren enkel op papier. Voor schrijven heeft men de keuze uit digitaal of op papier testen. De afnemer geeft bij het testen een algemene toelichting op de toets. Hij benoemt de tijdsduur voor de toets, controleert bij de start of de kandidaat begrijpt hoe meerkeuzevragen werken, hoe open vragen werken, hoe hij zijn gekozen antwoord kan veranderen, hoe hij naar een volgende vraag kan (en weer terug), en hij begint iedere toets met één of meer voorbeeldvragen. Dit duurt ongeveer 15 minuten. De afnemer investeert ook tijd in de beoordeling van het schrijven, en het afnemen en de
22 Met de steun van de Vlaamse overheid
correctie van het spreken. Dit duurt minstens 15 minuten per vaardigheid. De score van de kandidaat op de leestoetsen en luistertoetsen wordt direct na afloop van de afname automatisch door de computer berekend. De beoordeling van schrijfvaardigheid en spreekvaardigheid gaat niet automatisch. De testen worden handmatig digitaal beoordeeld via een diagnostisch beoordelingsmodel (via een vragenlijst op de computer). Op basis van de ingevulde scores krijgt men automatisch een niveau-uitslag van de kandidaat en een profiel van de schrijfvaardigheid of van de spreek- of gespreksvaardigheid van de kandidaat. Bureau ICE meent dat er geen training of cursus nodig is voor de afnemers. Indien er nood is aan meer begeleiding, organiseert Bureau ICE trainingen en advies om afnemers optimaal met de toetsenbank te leren werken. Na het beoordelen, kan men er ook voor kiezen om een second opinion aan te vragen. Er kan ook bij het toewijzen van een toets gekozen worden voor twee beoordelaars of voor twee beoordelaars plus één. Het beoordelingsmodel vraagt tijd, is niet zo gemakkelijk in te vullen. Er is naar mijn aanvoelen wel een opleiding van de afnemers/beoordelaars nodig in functie van een objectieve beoordeling. Er is een helpdesk beschikbaar voor praktische vragen. Gebruiksvriendelijkheid
Het uitgangspunt is dat de vaardigheid van de kandidaat om in de toetsomgeving te werken, niet van invloed is op zijn of haar toetsscore. Iedere toets start met een korte instructie. Deze moet in principe voldoende zijn voor de kandidaten om zelfstandig de toets(en) te kunnen maken. Iedere toets begint ook met één of meer voorbeeldvragen. De TOA heeft een gebruiksvriendelijke toetsspeler waarin duidelijk wordt hoe een kandidaat de vragen moet beantwoorden, moet navigeren naar de volgende vraag, enz. Om de kandidaten wegwijs te maken in de TOA is een aantal instructies in de handleiding opgenomen. Er is een algemene instructie over de werking van het toetssysteem en de knoppen die de kandidaten kunnen gebruiken. Ook zijn er toetsspecifieke instructies opgenomen met relevante informatie voor de kandidaat over de verschillende soorten toetsen. Lezen en Luisteren zijn enkel digitaal te gebruiken. Spreken/gesprekken voeren enkel op papier. Het examen schrijven kan zowel digitaal als op papier worden afgenomen. De kandidaat mag geen woordenboek gebruiken tijdens het examen. Voor een dyslectische kandidaat kunnen de condities aangepast worden door een verlenging van de toets/examentijd (een standaard toetstijdverlenging van +25% ) en/of vergroting van de tekst in de toets. Deze maatregelen zijn standaard beschikbaar wanneer voor een kandidaat
23 Met de steun van de Vlaamse overheid
‘dyslexie’ geregistreerd staat in de TOA. De leestesten hebben meestal 20 vragen en de kandidaat krijgt 50 minuten de tijd. De luistertesten duren gemiddeld 30 of 40 minuten, afhankelijk van het niveau. Er worden altijd 20 vragen gesteld. Voor schrijfvaardigheid krijgen de kandidaten meestal 60 minuten de tijd. (het beoordelen duurt ongeveer 15 minuten) Het testen van spreken/gesprekken duurt gemiddeld een 30-tal minuten. (het beoordelen duurt ongeveer 15 minuten) (Luisteren A2 OGO) De tijd loopt al bij het lezen van de instructies. Eerst wordt het fragment beluisterd, daarna komen pas de vragen. De fragmenten kunnen meerdere malen beluisterd worden. Op het einde van de test komt een melding: “u heeft nog 5 minuten”. Op het einde kan je nog je antwoorden herbekijken en aanpassen. De TOA is ook een leerlingvolgsysteem. De digitale toetsenbank geeft weer waar een leerling staat ten opzichte van het gewenste niveau. De TOA heeft ook een diagnostische functie. Zo krijgt men per toets inzicht in welke vaardigheden de klant al beheerst en welke nog niet. In het taalportfolio verzamelen de klanten bewijzen van hun taalvaardigheid voor de verschillende vaardigheden. Het portfolio biedt inzage in de stand van zaken van de ontwikkeling van de taalvaardigheid van een individuele kandidaat per deelvaardigheid. Bruikbaar in Vlaamse context
Luisterfragmenten: (Luisteren A2 OGO) Geen specifiek Noord-Nederlandse woorden, wel een duidelijk accent Woordenschat: (Gesprekken A1-A2 W) pas = kaart; bouwmarkt (Gamma, Praxis) (Gesprekken B1-B2 W) retourneren van artikelen (=terugbrengen?), shirt (= hemd/T-shirt) (Gesprekken/spreken A2-B1 UV) garderobe (=vestiaire) Context: (Gesprekken B1-B2 W en spreken B1-B2 W) MBO-diploma (Schrijven A2 OGO) Uw zoon wil informatie vragen bij een ROC (=CVO?) (Schrijven A2 OGO) U belt het consultatiebureau (=kind en gezin?). Uw zoon krijgt een prik (=inenting?). (Schrijven A2 OGO) Uw dochter zit in groep 8 van de basisschool. U wilt met andere ouders
24 Met de steun van de Vlaamse overheid
praten over het voortgezet onderwijs. (Schrijven A2 OGO) Formulier invullen: Achternaam – tussenvoegsels – voorletters – roepnaam – mobiele nummer: 06-…. U wilt dat uw kind naar een peuterspeelzaal gaat (Schrijven A2-B1 MC) emailadres:
[email protected] (Schrijven A2-B1 W) we zoeken een krantenbezorger in Amsterdam (Gesprekken A1-A2 W) u wilt met de trein naar Amsterdam – Naar welk station in Amsterdam? (kandidaat moet zelf station benoemen/fantaseren) Aanpassingen
Aanpassingen wat betreft taalvariant zijn noodzakelijk.
Benodigdheden
Systeemvereisten: pc, internet Algemene vereisten: -
Een continue internetverbinding, met toegang tot poort 443 (dit is standaard voor beveiligd webverkeer).
-
Een moderne webbrowser. De volgende browsers worden ondersteund: Microsoft Internet Explorer (versie 8 of hoger) Google Chrome (versie 17 of hoger) Mozilla Firefox (versie 10 of hoger) Apple Safari (versie 6 of hoger) Andere browserversies werken ook, maar mogelijk niet volledig. Deze worden niet ondersteund.
-
Javascript en cookies moeten ingeschakeld zijn.
-
De schermresolutie moet minimaal 1024x768 bedragen.
Het is ook mogelijk om de TOA te gebruiken op tablets zoals de iPad. Voor het bekijken van bepaalde rapportages en papieren toetsen is een pdf-viewer noodzakelijk. Voor Internet Explorer versies ouder dan versie 9 en Firefox versies ouder dan versie 20 is Adobe Flash versie 9 (of nieuwer) vereist. Nieuwere browsers hebben dit niet nodig. Audio en video bestanden en verkeer vanaf Youtube mogen niet geblokkeerd zijn.
25 Met de steun van de Vlaamse overheid
De internetverbinding moet een minimale capaciteit hebben van 1 Mbit/s per gebruiker (bij 10 kandidaten dus 10 Mbit/s). Materiaal: koptelefoons Kosten
Licentie 1: € 3.850,- per jaar + € 1,60 per toets (voor 4 vaardigheden: € 6,40) Licentie 2: € 1.925,- per jaar + € 2,10 per toets (voor 4 vaardigheden: € 8,40) Licentie 3: € 715,- per jaar + 2,65 per toets (voor 4 vaardigheden: € 10,60) Licentie 4: € 220,- per jaar + € 5,80 per toets (voor 4 vaardigheden: € 23,20) Buiten deze vier basislicenties, zijn nog andere licenties mogelijk. Kostprijs voor opleiding: Bureau ICE kan zorgen voor een training in de beoordeling van schrijven en spreken (de ERK-normen). Eén zo’n workshop (voor 12 personen) duurt 3 uur en kost 1700€. Ze zorgen ook voor hulpdocumenten voor latere intervisie met de andere afnemers.
Opmerkingen
Deze fiche is gebaseerd op: -
Telefonisch contact/mailverkeer met Stan Broos
-
Info op de website: www.toets.nl
-
Inhoudelijke handleiding bij de toetsenbank
-
Praktische handleiding bij de toetsenbank
-
Een steekproef uit de eigenlijke toetsenbank: lezen A1 OGO, lezen A1 W, luisteren A2 OGO, schrijven A2 OGO, gesprekken voeren A2 B, schrijven A2-B1 J, schrijven A2-B1 MC, schrijven A2-B1 W, schrijven B1-B2 W, spreken B1-B2 W, gesprekken voeren B1-B2 W, gesprekken voeren A2-B1 UV, gesprekken/spreken A2-B1 UV
-
Eigen bedenkingen (cursief)
26 Met de steun van de Vlaamse overheid
Bijlage 4: Fiche Uitgeverij Boom – TANG toetsen Toets
NT2-niveautoetsen A2 en B1 (TANG toetsen)
Ontwikkelaar
Uitgeverij Boom, samen met talencentra Radboud in’to Languages (Radboud Universiteit Nijmegen), Instituut voor Nederlands Taalonderwijs en Taaladvies (Universiteit van Amsterdam), Talencentrum Rijksuniversiteit Groningen en Language Center Tilburg University. Contactpersoon: Evelien Kleine Schaars (Webredacteur NT2 Uitgeverij Boom)
Jaar van uitgave
2013-2014
Doel
Vanuit een aantal Nederlandse universitaire talencentra is de vraag ontstaan naar goede, curriculumonafhankelijke taaltoetsen om de voortgang te toetsen van NT2leerders die op weg zijn naar niveau B2, het niveau van het Staatsexamen NT2, programma II. Het uitgangspunt daarbij was dat de toetsen up-to-date moesten zijn, een betrouwbare niveau-indicatie moesten geven en specifiek geschikt moesten zijn voor hoogopgeleide leerders van het Nederlands. De toetsen zullen dus voornamelijk worden gebruikt voor kandidaten op weg naar Staatsexamen I of II.
Vaardigheden en niveaus
A1
A2
B1
Lezen
X
Verschijnt voorjaar/zomer 2014
Luisteren
X
X
Schrijven
X
X
Spreken
X
X
B2
C1
C2
Gesprekken voeren Profielen/rollen
Alle teksten/opdrachten vallen binnen de domeinen dagelijks leven, opleiding en werk. Bij A2 heeft het domein dagelijks leven de overhand. Om de heterogeniteit van de toetsen te bevorderen is er onderscheid gemaakt tussen verschillende soorten opdrachten (een ansichtkaart of instructies voor een vriend schrijven, een formulier invullen, reageren op een vraag naar de plannen voor de zomervakantie, vertellen over het werk en/of de studie van een kennis, advies geven
27 Met de steun van de Vlaamse overheid
om met de trein of de auto ergens heen te gaan,…) Lezen A2: een folder, een brief van de gemeente, wasvoorschriften, een gebruiksaanwijzing, een e-mail, een website van een school, een recept, een advertentie, enz Luisteren A2: telefonische berichten en omroepberichten, een politiebericht, videofragmenten (om bijvoorbeeld iets te koken), gesprekken tussen Nederlanders, aankondigingen en instructies, een radiojournaal en radioreclames. Schrijven A2: zinnen afmaken, een formulier invullen, een e-mail schrijven, een plan in de toekomst beschrijven, een plaatje beschrijven, bijvoorbeeld van een gezin of een huis, een ansichtkaart schrijven en een instructiebriefje aan een vriend schrijven. De NT2-niveautoetsen zijn curriculumonafhankelijke toetsen. De toetsen zijn gebaseerd op het ERK.
Validiteit
Bij elke toets is er een toetsmatrijs met verantwoording, waarin staat aangegeven hoe de toets zich verhoudt tot het ERK. De opdrachten sluiten aan bij de eindtermen en descriptoren voor A2 en B1. De vier vaardigheden worden apart en uitgebreid getoetst, met verschillende onderdelen per vaardigheden, verschillende soorten teksten/opdrachten. Er is uitgegaan van een functionele kijk op het taalleren. De toetsen meten of een cursist in staat is om het Nederlands te gebruiken in bepaalde situaties. Dit blijkt uit de keuze van de teksten, de vragen en opdrachten. Er wordt in de vragen altijd een situatie geschetst waarin de kandidaat zich kan verplaatsen. De toetsen lezen en luisteren bestaan uit een mix van authentieke, semi-authentieke en niet-authentieke teksten. Betrouwbaarheid
Het leesexamen op A2-niveau bestaat uit 15 onderdelen. Bij elk onderdeel horen 1 of meerdere vragen. Het luisterexamen bestaat uit 7 onderdelen. Elk onderdeel bestaat uit meerdere fragmenten en bij elk fragment hoor een vraag. De Schrijftoets op A2-niveau bestaat uit 7 onderdelen en 12 opdrachten. Er is een algemene handleiding en verantwoording, een gebruiksaanwijzing van het testcentrum, een informatiebrochure (in de maak); per toets is er een handleiding (hierin staat informatie over de toets en de totstandkoming, de verantwoording, de beoordeling en cesuur en aanwijzingen voor afname) De testen werden ontwikkeld door de talencentra Radboud in’to Languages (Radboud Universiteit), Instituut voor Nederlands Taalonderwijs en Taaladvies (Universiteit van Amsterdam), Talencentrum Rijksuniversiteit Groningen en Language Center Tilburg University in samenwerking met Uitgeverij Boom
28 Met de steun van de Vlaamse overheid
De testen werden uitgebreid gepretest onder grote groepen hoogopgeleide anderstaligen, statistisch geanalyseerd en goedgekeurd door een brede examencommissie, bestaande uit diverse experts uit het NT2-veld. Ze zijn al volop in gebruik bij de Gemeente Amsterdam en de universiteiten. Het testcentrum wordt regelmatig geüpdatet. Efficiëntie
De deelvaardigheden lezen, luisteren, spreken en schrijven worden apart getoetst. De toetsen Luisteren en Lezen bestaan uit meerkeuzevragen. Deze toetsen worden automatisch beoordeeld. De toetsen Spreken en Schrijven worden door de afnemer beoordeeld. Dit gebeurt met een algemeen beoordelingsmodel en specifieke beoordelingsaspecten per opdracht. Wanneer een beoordeling is afgerond, kunnen de antwoorden van de kandidaat opnieuw worden ingezien en kan er eventueel opnieuw worden beoordeeld. Er is dus mogelijkheid tot overleg met een collega bij twijfel. De toetsen zijn niet tijdrovend voor afnemers. Lezen en luisteren worden direct automatisch beoordeeld. Voor schrijven en spreken zijn er beoordelingsmodellen, waarmee het examen in vrij korte tijd kan worden beoordeeld. Er is een implementatietraining voor de afnemers ontwikkeld. Tijdens deze training informeert men over de achtergronden en de verantwoording van de NT2niveautoetsen. Daarnaast gaat men in op de juiste wijze van beoordeling van de toetsen en het interpreteren van de resultaten. Deze presentaties kunnen gebeuren op locatie. De training is opgedeeld in twee subtrainingen: Een training voor docenten, directeuren en managers en een training voor de administratie en de ICT-afdeling. In totaal duurt de training 3 uur (eventuele pauze niet meegerekend). Ook een aangepaste training volgens de behoeften van de afnemers is bespreekbaar.
Gebruiksvriendelijkheid
De doelgroep van de toetsen zijn hooggeschoolden, het materiaal is niet geschikt voor laaggeschoolden. Dit blijkt uit de keuze van teksten op gebied van opleiding en werk. Het zijn teksten die iemand met een hbo- of universitaire opleiding zou kunnen tegenkomen. Er is wel voor gezorgd dat de teksten niet te specialistisch zijn. Voor de toetsen lezen en schrijven wordt het gebruik van een woordenboek toegelaten (digitale woordenboeken of het gebruik van internet zijn niet toegestaan) De testen worden enkel digitaal aangeboden: een basiskennis van pc-gebruik is nodig: klikken, scrollen, typen Afnameduur: 60 minuten voor lezen, 60 minuten voor luisteren, 60 minuten voor schrijven, 30 minuten voor spreken
29 Met de steun van de Vlaamse overheid
De instructie is telkens heel uitgebreid. De auteurs van de toetsen hebben een PowerPoint presentatie gemaakt bij de instructie van de A2 toetsen. Deze presentaties zijn te downloaden in het testcentrum. Er wordt een tweede versie bij elke toets gemaakt. Zo zou een toets eventueel eerst geoefend kunnen worden, individueel of klassikaal, zodat cursisten weten waar ze aan toe zijn als ze de andere versie van de toets als ‘echt’ examen gaan maken. De correctie van lezen en luisteren gebeurt onmiddellijk automatisch. Het resultaat van spreken en schrijven krijgt men pas na de correctie van de afnemer. Klanten krijgen een duidelijke uitslag over de beheersing van elk van de vier vaardigheden. De afnemer kan een rapport printen, e-mailen, printen of opslaan als pdf. Resultaten worden bewaard in een archief, er kan altijd een rapport geprint worden. Men kan een beoordeling dan ook nog altijd inzien en/of aanpassen. Op basis van de uitslag kan de kandidaat zich in het vervolg van zijn studie specifieker richten op een bepaalde vaardigheid (aangezien elke vaardigheid apart wordt getoetst). Lezen A2: De teksten zijn lang, de klant moet vaak diagonaal lezen, scannend lezen. De context past niet voor iedereen: “U studeert aan de universiteit van Tilburg…” Luisteren A2: Introductie wordt voorgelezen. Vragen worden niet voorgelezen. Er is weinig tijd om de vraag te lezen. Als je vlugger wil werken, moet je wachten tot de automatische overgang naar de volgende vraag. Er is geen oefenvraag/voorbeeld, het is nogal overdonderend. Schrijven B1: Deze test lijkt me echt voor hooggeschoolden, antwoorden moeten ingetypt worden, dit is niet evident voor laaggeschoolden (gebruik interpunctie, hoofdletters, snelheid typen). Een woordenboek gebruiken is toegestaan, maar is enkel een voordeel voor hooggeschoolden, laaggeschoolden verliezen hier misschien tijd mee. Er is vaak veel fantasie nodig bij de productieve vaardigheden (ook voor spreken B1) Spreken B1: Men moet de boodschap inspreken via een koptelefoon met microfoon voor een computer (niet levensecht). Dit vond ik heel onwennig. Ik kan me voorstellen dat dit voor veel mensen een extra drempel vormt. Positief is dat men begint met een voorbeeld. Luisteren A2: Je moet af en toe scrollen om alle antwoorden te kunnen zien of om het videofragment te bekijken Bruikbaar in Vlaamse context
Luisterfragmenten: Het Noord-Nederlandse accent is goed te begrijpen, duidelijk en helder ingesproken, maar zou wellicht toch opnieuw ingesproken moeten worden.
30 Met de steun van de Vlaamse overheid
Authentiek Noord-Nederlands beeldmateriaal en radiofragmenten zouden moeten vervangen worden. Woordenschat: Lezen A2: Lefgozers (tekst over basejumpen)(belemmert het beantwoorden van de vragen niet) Luisteren A2: Pinpas, pinnen, doei,… Schrijven B1: U huurt een huis van de “woningbouwvereniging”, kan best vervangen worden door de “sociale huisvestingsmaatschappij” (belemmert het juist maken van de schrijfoefening niet) Context: Adressen zijn natuurlijk in Breda, Tilburg, Den Haag,… Lezen A2: Eventueel in tekst over Sinterklaas ‘Nederland’ vervangen door ‘België’ Aanpassingen
Aanpassingen wat betreft taalvariant (in luisterfragmenten en in woordenschat) zijn noodzakelijk. Het materiaal zou even toegankelijk moeten zijn voor hoog- als voor laaggeschoolden. Luisteren A2: Het opnieuw inspreken en een aanpassing van de woordenschat bij het semi-authentiek materiaal; Nieuwe fragmenten en vragen zoeken bij het authentiek kijken luistermateriaal
Benodigdheden
Systeemvereisten: pc met internetverbinding Materiaal: Voor een klassikale afname moet een computerlokaal beschikbaar zijn; voor spreken en luisteren moeten koptelefoons met microfoon aanwezig zijn.
Kosten
Licentie: €363 incl. BTW per jaar Prijs per test: één toetsafname kost één credit (€ 6,05) (voor de 4 vaardigheden van één niveau: € 24,20) Kostprijs voor opleiding (duur 3 uur): -
Training op locatie: € 975,- (inclusief reiskosten trainer)
-
Training bij Boom Amsterdam (5 personen of meer): € 750,- (inclusief eenvoudige lunch)
-
Losse inschrijving: Training bij Boom Amsterdam (vanaf 3 personen): € 225,per persoon (inclusief eenvoudige lunch)
31 Met de steun van de Vlaamse overheid
Opmerkingen
Van alle toetsen is er een tweede versie in ontwikkeling. Deze nieuwe versies van de huidige toetsen zullen in de loop van 2014 worden toegevoegd aan het NT2 Testcentrum. Er zijn plannen om ook toetsen te ontwikkelen op A1-niveau, waarschijnlijk pas in de loop van volgend jaar. Deze toetsen zullen op dezelfde manier afgenomen worden, digitaal dus, in het testcentrum. De ontwikkelaars zijn enthousiast over het idee van een aangepaste versie voor Vlaanderen. Het plan zou zijn om van de bestaande toetsen een Vlaamse versie te maken. Het hangt nog af van de aanpassingen op welke termijn deze toetsen klaar zouden kunnen zijn. Men stelt voor om de authentieke teksten in de luistertoetsen te houden zoals ze zijn.
Deze fiche is gebaseerd op: -
Telefonisch contact/mailverkeer met Evelien Kleine Schaars
-
De algemene handleiding en verantwoording bij de toetsen
-
De gebruiksaanwijzing van het NT2-testcentrum versie februari 2014
-
Inkijkpagina’s NT2 Niveautoetsen
-
De eigenlijke toets lezen A2, luisteren A2, spreken B1 en schrijven B1
-
De website www.nt2.nl
-
Eigen bedenkingen (cursief)
32 Met de steun van de Vlaamse overheid
Bijlage 5: Fiche CNaVT – profielexamens Toets
Profielexamens Certificaat Nederlands als Vreemde Taal (CNaVT)
Ontwikkelaar
Het CNaVT is een project van de Nederlandse Taalunie. Het project wordt geleid en uitgevoerd door het Centrum voor Taal en Onderwijs (CTO)(Katholieke Universiteit Leuven). Sinds begin 2010 werkt het CTO voor de uitvoering van het project samen met Fontys Lerarenopleiding Tilburg (Fontys Hogescholen). Contactpersoon: Koen Van Gorp (Projectleider Certificaat Nederlands als Vreemde Taal CTO)
Jaar van uitgave
Er worden elk jaar nieuwe examens ontwikkeld
Doel
De examens van het CNaVT zijn bedoeld voor leerders van het Nederlands als Vreemde Taal. Het CNaVT werkt met examinerende instellingen over de hele wereld en streeft naar een zo groot mogelijk civiel effect. De certificaten sluiten aan bij de behoeften van de doelgroep en de talige eisen die de maatschappij stelt. De CNaVT-examens gaan uit van een functionele visie op taal: de examens beogen een bewijs te leveren dat een kandidaat het Nederlands kan gebruiken in een bepaald domein van de maatschappij. Met een behoefteonderzoek is nagegaan welke de belangrijkste domeinen zijn waarin mensen in het Nederlands willen functioneren. Daaruit zijn verschillende maatschappelijk relevante profielen naar voren gekomen. Voor elk profiel zijn talige doelstellingen of eindtermen (taalvaardigheidseisen) bepaald. Er worden jaarlijks vijf profielexamens gemaakt (zie profielen/rollen). Deze worden wereldwijd in meer dan 40 landen afgenomen, bij meer dan 2700 kandidaten. De examens worden bij universiteiten afgenomen, maar bijvoorbeeld ook in het secundair onderwijs, op volkshogescholen en bij privé-instellingen.
Vaardigheden en niveaus
A1 Lezen
A2
B1
B2
C1
PTIT
PMT
PPT
PAT
C2
PTHO Luisteren
PTIT
PMT
PPT
PAT
PTHO Schrijven
PTIT
PMT
PPT
PAT
33 Met de steun van de Vlaamse overheid
PTHO Spreken
PPT
PAT
PTHO Gesprekken voeren
PTIT
PMT
= “mondelinge interactie” Profielen/rollen
PPT
PAT
PTHO
Het CNaVT streeft in de examens een zo groot mogelijke contextualisering na. Er wordt geen algemene taalvaardigheid gemeten, maar er wordt gekeken naar de taalvaardigheid die nodig is om te functioneren in bepaalde domeinen en situaties in de maatschappij. De taalgebruiksbehoeften worden gebundeld in gebruiksprofielen. Er zijn vijf soorten profielexamens: -
Profiel Toeristische en Informele Taalvaardigheid (PTIT) Om sociaal te functioneren in het Nederlands. Gericht op informele communicatie. Voor mensen die contacten (willen) aangaan of onderhouden met Nederlandstalige familie of vrienden / voor mensen die zich als toerist willen redden in het Nederlands / voor mensen die, binnen een niet-professionele context, met Nederlandstalige toeristen in hun eigen land willen communiceren. Contexten zijn bv: thuis, hotel, openbaar vervoer, toeristische plaatsen, informatiediensten, openbare ruimtes, ... Komt globaal overeen met niveau A2 van het ERK
-
Profiel Maatschappelijke Taalvaardigheid (PMT) Om zelfstandig maatschappelijk te functioneren in het Nederlands. Gericht op meer formele communicatie. Voor mensen die interesse hebben voor de Nederlandse taal (en cultuur) en Nederlandse teksten zoals krantenartikelen en nieuwsberichten willen begrijpen / mensen die voor een langere periode in het Nederlandse taalgebied willen verblijven en tijdens dat verblijf het Nederlands willen begrijpen en gebruiken. Contexten zijn bv: openbare plaatsen, openbaar vervoer, winkels,
34 Met de steun van de Vlaamse overheid
ziekenhuizen, banken, sportcentra, theaters, restaurants, cafés, media zoals radio en kranten, ... komt globaal overeen met niveau B1 van het ERK -
Profiel Professionele Taalvaardigheid (PPT) Om professioneel in het Nederlands te functioneren. In de eerste plaats gericht op formele communicatie. Voor mensen die het Nederlands nodig hebben binnen administratieve en dienstverlenende functies zoals administratief medewerker, informaticus, vertegenwoordiger, reisleider, telefonist, bankbediende, receptionist, boekhouder, … Contexten zijn: balie, kantoor, vergadering, productpresentatie, ... Komt globaal overeen met niveau B2 van het ERK
-
Profiel Taalvaardigheid Hoger Onderwijs (PTHO) Meet de taalvaardigheid die nodig is bij aanvang van een opleiding aan een universiteit of hogeschool met het Nederlands als voertaal. Voor mensen die van plan zijn zich in te schrijven aan een Nederlandstalige universiteit of hogeschool. Zij moeten mondeling en schriftelijk kunnen omgaan met theoretische en abstracte teksten. Contexten zijn bv: hoorcollege, werkcollege, lezing, debat, zelfstudie van vakliteratuur, examens, communicatie met medestudenten. Komt globaal overeen met niveau B2 van het ERK (De meeste taalsituaties bevinden zich op niveau B2, sommige op C1)
-
Profiel Academische Taalvaardigheid (PAT) Om op academisch niveau in het Nederlands te functioneren. In de eerste plaats gericht op formele communicatie. Voor mensen die aan het eind staan van een opleiding Nederlands als Vreemde Taal of aan het begin van een loopbaan als docent Nederlands als Vreemde Taal / voor mensen die een academische loopbaan in Vlaanderen of Nederland ambiëren. Zij moeten kunnen omgaan met mondelinge en schriftelijke teksten op hoog academisch niveau. Contexten zijn bv: hoorcollege, werkcollege, lezing, teamvergadering, debat,
35 Met de steun van de Vlaamse overheid
zelfstudie van vakliteratuur,… Komt globaal overeen met niveau C1 van het ERK Elk profiel en examen is geplaatst binnen het ERK en binnen het raamwerk van ALTE. ALTE is een associatie van Europese instituten die taaltoetsen ontwikkelen voor hun eigen taal als vreemde of tweede taal. ALTE heeft als niet-gouvernementele organisatie (NGO) een adviserende status bij de Economische en Sociale Raad van de Verenigde Naties.
Validiteit
In een profielexamen wordt nagegaan of een kandidaat voldoet aan de taalvaardigheidseisen van het betreffende profiel. Met het oog op certificering wordt enkel een eindniveau gemeten, niet de tussenliggende taalvaardigheidsniveaus. Voor volgende examens ligt de focus op bepaalde kennis/vaardigheden: PPT (B2): Algemene beroepstaal staat centraal. Er is geen vakspecifieke (bijvoorbeeld boekhoudkundige, ... ) voorkennis of woordenschat vereist. De vaardigheid om met professionele teksten met onbekende woorden om te gaan (bijvoorbeeld door het gebruik van een woordenboek), is wel een vereiste. PTHO (B2): Naast inhoudelijke eisen spelen ook vormelijke eisen (grammatica, woordenschat etc.) bij het PTHO-profiel een belangrijke rol. PAT (C1): Centraal staat algemene academische taal. Er is geen vakspecifieke (bijvoorbeeld juridische, medische, ... ) voorkennis of woordenschat vereist. De vaardigheid om met wetenschappelijke teksten met onbekende woorden om te gaan (bijvoorbeeld door het gebruik van een woordenboek), is wel een vereiste. De CNaVT-examens zijn curriculumonafhankelijk. PTIT 2013 Luisteren: niet echt authentiek: de tekst is heel rustig en duidelijk ingesproken zonder achtergrondgeluiden. Betrouwbaarheid
De CNaVT-visie vertrekt van de leerbehoeften van de studenten en werkt vanuit een communicatief en taakgericht model. De actieve leerder staat centraal en taal wordt functioneel en behoeftegerelateerd aangeboden. Dit levert kwalitatief hoogwaardige en betrouwbare examens op. Er wordt een examentraining voorzien door het CNaVT. De examinerende instelling moet aan bepaalde eisen voldoen (zie efficiëntie). Er is een duidelijk instructieboekje. Hierin staat hoe het examen afgenomen dient te worden en waar moet de examinator op moet letten tijdens de afname. Dit is zeer
36 Met de steun van de Vlaamse overheid
uitgebreid en gedetailleerd (voorbereiding en afname, praktisch en inhoudelijk) Er is ook een instructievideo voor examinatoren: In deze video worden twee examinatoren gevolgd vanaf de ontvangst van het pakket tot het terugsturen ervan. De video is online te bekijken (alleen voor geregistreerde docenten). Het CNaVT is een project van de Nederlandse Taalunie. Het project wordt geleid en uitgevoerd door het Centrum voor Taal en Onderwijs (CTO)(Katholieke Universiteit Leuven). Het CTO werkt voor de uitvoering van het project samen met Fontys Lerarenopleiding Tilburg (Fontys Hogescholen). De taken die in de centrale examens worden afgenomen, worden eerst gepilot. Ze worden dus eerst bij een kleine groep representatieve kandidaten afgenomen. Na de examens worden er ook post-tests gedaan om na te gaan of de taken van een goede kwaliteit zijn. Er wordt regelmatig onderzoek gedaan om de kwaliteit van de examens altijd op een zelfde niveau te houden. Bezitters van de certificaten PTIT, PMT, PPT, PTHO en PAT krijgen vrijstelling van het Nederlandse Inburgeringsexamen en de Naturalisatietoets. Zowel het Ministerie van Wonen, Wijken en Integratie als het Ministerie van Justitie hebben hun wettelijke regelingen aangepast. Het Nederlandse Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen stelt bepaalde voorwaarden aan mensen die les willen geven in het basisonderwijs, het speciaal basisonderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs. Zij kunnen volgens een nieuwe wettelijke regeling een onderwijsbevoegdheid voor bepaalde tijd verkrijgen als zij in het bezit zijn van een diploma Nederlandse taalvaardigheid, bijvoorbeeld het CNaVT van het profiel Academische Taalvaardigheid. Om een betrekking in het Vlaamse onderwijs te kunnen uitoefenen en in aanmerking te komen voor een salaris(toelage) moet een personeelslid voldoen aan een aantal aanstellingsvoorwaarden. Als het personeelslid wordt aangesteld op basis van een anderstalig studiebewijs, kan hij zijn vereiste kennis van het Nederlands aantonen via deelname aan een examen georganiseerd door het CNaVT. Het CNaVT geldt dan als niet-Nederlandstalig studiebewijs dat het vereiste niveau van kennis van het Nederlands aantoont. Deze opleidingen in Vlaanderen erkennen een CNaVT-certificaat PAT en PTHO als bewijs van voldoende beheersing van het Nederlands. De bezitters van dit certificaat zijn vrijgesteld van een toelatingsexamen Nederlands: Universiteit Antwerpen, Universiteit Gent, Katholieke Universiteit Leuven, Katholieke Universiteit Brussel, Universiteit Hasselt / tUL, Katholieke Hogeschool Leuven, Karel De Grote - Hogeschool vzw, Katholieke Hogeschool Mechelen, Hogeschool Gent, Hogeschool voor Wetenschap & Kunst (W&K), Hogeschool-Universiteit Brussel, Katholieke Hogeschool Kempen, Groep T - Internationale Hogeschool Leuven ,
37 Met de steun van de Vlaamse overheid
Hogeschool Sint-Lukas Brussel, Katholieke Hogeschool Brugge – Oostende, Katholieke Hogeschool Sint-Lieven Gent, Lessius Hogeschool Antwerpen, Katholieke Hogeschool Zuid-West-Vlaanderen, XIOS Hogeschool Limburg, Katholieke Hogeschool Limburg. (Provinciale Hogeschool Limburg erkent enkel PTHO) Efficiëntie
De examens vinden elk jaar plaats in de eerste helft van mei. De examinator inventariseert bij de kandidaten de behoefte voor deelname aan één van de CNaVT-examens en schrijft hen in bij het CNaVT-secretariaat. De instelling ontvangt hiervoor in december formulieren van het CNaVT. Inschrijvingen verlopen enkel via de examinerende instellingen. Het CNaVT adviseert een examenprijs van 75 euro per examen. Tien procent daarvan mag de instelling houden om de administratieve kosten te dekken. Om als examinerende instelling door het CNaVT erkend te worden, dient de instelling aan de volgende eisen te voldoen: -
Er is minstens één examinator beschikbaar om de examens af te nemen;
-
Deze examinator heeft een taalvaardigheid die equivalent is aan de vereisten voor het examen PAT van het CNaVT (ERK-niveau C1);
-
Deze examinator is bereid de examens aan de instelling te organiseren en af te nemen;
-
Deze examinator is bereid de examenafname voor te bereiden met behulp van het instructieboekje en de instructievideo voor examinatoren. Hij/zij is bereid om deel te nemen aan een examinatorentraining in zijn/haar regio om erkend te worden als CNaVT-examinator.
-
De instelling beschikt over apparatuur voor het afspelen van audiofragmenten (luistervaardigheid) en het opnemen van gesprekken (spreken / mondelinge interactie).
De examinatoren zijn verantwoordelijk voor een vlotte, betrouwbare afname van de examens. Het CNaVT ondersteunt hen daar zoveel mogelijk bij. Het examenpakket bevat de examens zelf en een algemene instructie voor de examinator. Deel A en deel B (luisteren, lezen en schrijven) moeten op hetzelfde moment groepsgewijs afgelegd worden. Deel C (mondelinge interactie) kan om praktische redenen alleen individueel worden afgenomen. Alle afgelegde examens worden naar Leuven gestuurd. De kandidaatsprestaties worden beoordeeld door getrainde beoordelaars, onder supervisie van het CNaVT-team in Leuven. Kandidaten (en afnemers) ontvangen eind juli schriftelijk de uitslag. Geslaagde
38 Met de steun van de Vlaamse overheid
kandidaten krijgen een certificaat. Tijdsinvestering consulent voor het afnemen van de toets: PTIT 2013: 120 min en ongeveer 45 min extra voor de afnameprocedure (= 2 uur en 45 min in totaal) PMT 2013: 183 min en ongeveer 45 min extra voor de afnameprocedure (= 3 uur en 48 min in totaal) Gebruiksvriendelijkheid
Het examen wordt één keer per jaar afgenomen, in de eerste helft van mei. Kandidaten schrijven zich in voor het volledige examen. Het is niet mogelijk om voor een onderdeel van het examen in te schrijven. Alle examens worden op papier afgelegd. Kandidaten mogen bij de delen A en B lezen en schrijven gebruik maken van een woordenboek. Het gebruik van elektronische hulpmiddelen zoals een elektronisch woordenboek of een vertaalcomputer is niet toegestaan. Dit is een voordeel voor hooggeschoolden. Misschien verliezen laaggeschoolden hier meer tijd mee. Afnameduur: PTIT 2013: 120 min en ongeveer 45 min extra voor de afnameprocedure (= 2 uur en 45 min in totaal) PMT 2013: 183 min en ongeveer 45 min extra voor de afnameprocedure (= 3 uur en 48 min in totaal) De instructies zijn heel duidelijk. Kandidaten en examinatoren kunnen vanaf eind juli, gedetailleerde scores (per taak) opvragen bij het CNaVT-secretariaat. De taakscores worden niet automatisch meegestuurd met de uitslag. De kandidaat heeft inzagerecht: hij kan op het CNaVT-secretariaat in Leuven zijn examen inkijken. Voor kandidaten die niet naar Leuven kunnen komen om de examens in te kijken, kan het CNaVT per e-mail of telefonisch meer gedetailleerde informatie verschaffen. De kandidaat kan een bezwaarschrift indienen tegen zijn examenresultaten of tegen de procedure(s) volgens dewelke het examen afgehandeld is. Het CNaVT kan toestaan dat een kandidaat met een functiebeperking (bijvoorbeeld motorisch, visueel, auditief of leergestoord) het examen geheel of gedeeltelijk aflegt op een manier die is aangepast aan zijn mogelijkheden. De examencommissie doet een voorstel voor een aangepaste examenprocedure. Wanneer de kandidaat geslaagd is voor het profielexamen, zal op het certificaat vermeld staan dat het certificaat behaald
39 Met de steun van de Vlaamse overheid
is met een aangepaste procedure. Bruikbaar in Vlaamse context
Bij het maken en beoordelen van examens wordt er rekening gehouden met de variatie, bijvoorbeeld in lexicon en uitspraak, die er binnen het Nederlandse taalgebied bestaat. Luisterfragmenten: ingesproken door Noord- en Zuid-Nederlandse stemmen met een licht accent (evenwichtig verdeeld: telkens 1 taak Noord- en 1 taak Zuid-Nederlands) Woordenschat: bruikkbaar Context: bruikbaar
Aanpassingen
De werkwijze van testafnames (één keer per jaar) vormt een probleem. Ook zou HvN de testen zelf moeten kunnen beoordelen zodat we het resultaat onmiddellijk aan de kandidaten kunnen meedelen. Het is ook nodig om een aangepaste versie te ontwikkelen voor niveau A2. Het examen dat nu afgenomen wordt focust te veel op het toeristische aspect. Ook voor A1 zou er materiaal moeten komen.
Benodigdheden
Materiaal: apparatuur voor het afspelen van audiofragmenten en het opnemen van gesprekken en een klok/horloge voor het timen van de testen Voor de mondelinge prestaties heeft de examinator de keuze tussen een digitale en een analoge opname. Bij digitale opnames moeten de bestanden in een formaat .wma .mp3 of .wav zijn. Er dient ook een wachtlokaal met toezicht te zijn (kandidaten die al geëxamineerd zijn mogen geen contact hebben met kandidaten die hun examinering nog moeten doen).
Kosten
Licentie: / Prijs per test: Cursisten betalen ongeveer 75€ waarvan 10% door de exameninstelling mag ingehouden worden als tegemoetkoming in de kosten.
Opmerkingen
De bestaande profielexamens worden in de toekomst omgevormd tot drie domeinexamens. Elk domeinexamen test twee ERK niveaus. In mei 2015 wordt het nieuwe educatieve domeinexamen (B2-C1) ingevoerd, ter vervanging van de profielexamens PTHO en PAT. In 2016 wordt het professionele domeinexamen (B1-B2) ingevoerd dat PPT vervangt. In 2017 wordt het maatschappelijk domeinexamen (A2-B1) ingevoerd dat PTIT en PMT vervangt.
Deze fiche is gebaseerd op: -
Telefonisch contact/mailverkeer met Koen Van Gorp (Projectleider Certificaat Nederlands als Vreemde Taal)
-
De website: www.cnavt.org
40 Met de steun van de Vlaamse overheid
-
Info examens 2014
-
Examenreglement 2014
-
Nieuwsbrief van CNaVT waarin de overgang naar de domeinexamens wordt aangekondigd.
-
Voorbeeldtoetsen: PTIT (= Profiel Toeristische en Informele Taalvaardigheid A2) versie 1 2013, PMT (= Profiel Maatschappelijke Taalvaardigheid B1) versie 1 2013 en bijhorende instructies voor de examinator
-
Eigen bedenkingen (cursief)
-
www.alte.org
41 Met de steun van de Vlaamse overheid
Bijlage 6: Fiche CITO – Begintoets Taal en NT2-toets Online Toets
NT2-toets online Lezen en Luisteren en Begintoets Taal
Ontwikkelaar
CITO Contactpersoon: Jaco Clement Voor inhoudelijke vragen: Judith Janssen, toetsdeskundige van de unit Beroepsonderwijs en Bedrijven. Voor een vervolgtraject: Martine Jetten, accountmanager van de unit Beroepsonderwijs en Bedrijven.
Jaar van uitgave
NT2-toets online Lezen en Luisteren: in 2007 ontwikkeld en in 2008 gepilot Begintoets Taal: in 2010 ontwikkeld en gepilot, in 2011 uitgegeven Deze toetsen hebben de bedoeling de kandidaten een beter zicht te geven op de resultaten die verschillende trajecten opleveren en hen te ondersteunen bij de voorbereiding op het inburgeringsexamen.
Doel
Met de digitale Begintoets Taal kan men de startsituatie van een inburgeraar of NT2cursist meten. Vaardigheden en niveaus
A1
A2
Lezen
NT2toets online
NT2toets online
Luisteren
NT2toets online
NT2toets online
B1
B2
C1
C2
Schrijven Spreken Gesprekken voeren Profielen/rollen
De Begintoets Taal is bedoeld voor iedereen die een inburgeringstraject gaat volgen, ongeacht het opleiding- en taalvaardigheidsniveau. Centraal in de Begintoets Taal staan de belevenissen van de familie Askani, een allochtone familie die in Nederland woont. De deelnemer krijgt herkenbare situaties uit het dagelijks leven voorgelegd en selecteert de passende reacties. De opgaven hebben bovendien betrekking op
42 Met de steun van de Vlaamse overheid
taalsituaties die behoren bij 'Cruciale Praktijksituaties' uit het inburgeringsexamen. Begintoets Taal: De opgaven gaan over de belevenissen van de familie Askani. Er worden vragen gesteld over herkenbare situaties uit het dagelijks leven waarop de cursist een passende reactie selecteert. Werk, vrije tijd, studies Begintoets Taal: De toets geeft het taalniveau weer volgens de niveau-indeling van het Raamwerk Nederlands als Tweede Taal en maakt daarbij gebruik van de schalen van het ERK voor basisgebruiker A1 en A2. De opgaven uit de Begintoets Taal zijn naar niveau, inhoud en vorm vergelijkbaar met het inburgeringsexamen. De toets geeft een beeld van de afstand van de kandidaat tot het gewenste eindniveau.
Validiteit
Begintoets taal: De toets resulteert in een betrouwbaar startpunt voor het inburgeringstraject. Het niveau, de inhoud én de vorm van de Begintoets Taal zijn bovendien volledig afgestemd op het latere inburgeringsexamen. De maximale score is: ‘U bent op weg naar B1’ (B1 behaald kan niet blijken uit de resultaten) Een van de leesoefeningen geeft enkel een grafiek, waarbij een jaartal gewist is. De vraag luidt: “Wat moet er op de plaats van het vraagteken staan?” 1975-1980-1985-?1995. Dit is geen leesvaardigheid. Bij luisteren: “Geef aan welke vacature het best bij hem past” is ook voor een deel leesvaardigheid nodig, want de vacatures worden niet voorgelezen. De vragen uit het onderdeel lezen kunnen niet altijd gelinkt worden aan authentieke situaties: “Hoe kunt u de zin best afmaken?”, “Deze tekst komt uit: een brief/een krant/een leesboek”, “Welke titel past het best boven deze tekst?”, “Bij welke winkel hoort deze advertentie?”, “waar kunt u deze tekst lezen?”, “wat voor soort tekst is dit? Een informele brief/een krantenbericht/een menukaart?” Bij het onderdeel luisteren gaat het vaker over ‘levensechte’ situaties. De fragmenten kunnen echter oneindig herhaald worden, wat ook niet authentiek is; Opnieuw ook een minder ‘echte’ vraag: “U hoort een man en een vrouw praten, waar kunt u dit horen?” Betrouwbaarheid
De Begintoets Taal bestaat uit 45 meerkeuzevragen, gelijkelijk verdeeld over mondelinge en schriftelijke vaardigheden. NT2-toets online: Zowel de lees- als de luistertoets is een getrapte toets. De toets begint met een ‘voorschatter’ van 20 vragen. Deze vragen hebben betrekking op de taalniveaus A1, A2 en B1. Direct nadat deze voorschatter is gemaakt wordt door de computer het niveau van de kandidaat ingeschat. Er wordt berekend of zijn lees- of luistervaardigheid zich op niveau
43 Met de steun van de Vlaamse overheid
A1/A2 bevindt, dan wel op niveau A2/B1. Hierna maakt de kandidaat meteen een eenvoudiger (niveau A1 en A2) of moeilijker (niveau A2 en B1) vervolgtoets, afhankelijk van het resultaat op de voorschatter. De vervolgtoets bestaat altijd uit 16 vragen. Op grond van het resultaat van de totale toets (voorschatter en vervolgtoets samen) wordt door de computer het niveau van de kandidaat geschat (A1, A2 of B1). Gepilot op verschillende scholen, bij zowel laag- als hoogopgeleide deelnemers. Ontwikkeld door diverse toets deskundigen van het Cito. De toets is uitgebreid bij de doelgroep gepre-test, in samenwerking met docenten en scholen waar NT2 cursussen gegeven worden. De toetsen zijn samengesteld op basis van psychometrische criteria uit de pre-tests. Begintoets taal: Gepilot op verschillende scholen, alleen bij laag opgeleiden De toets geeft een zeer betrouwbaar beeld van het startniveau van iedere cursist. De validiteit ervan is uitgebreid getest door Cito, dé expert op het gebied van meten en beoordelen. Ontwikkeld door diverse toets deskundigen van het Cito. De toets is uitgebreid bij de doelgroep gepre-test, in samenwerking met docenten en scholen waar NT2 cursussen gegeven worden. De toetsen zijn samengesteld op basis van psychometrische criteria uit de pre-tests. Efficiëntie
Blijkbaar zijn er vaak technische problemen bij de test en het afdrukken van de rapportage. In de handleiding staat een hoofdstukje ‘tips bij mogelijke problemen’. Er is ook een document met aanbevelingen om problemen met online QMP-toetsing te voorkomen. Correctie: De beoordeling gaat automatisch Tijdsinvestering consulent: Enkel uitleggen hoe de toetsafname verloopt Opleiding afnemers: Enkel handleiding Er is een klantenservice en een ICT helpdesk. Begintoets Taal: Voor het maken van de toets is er een tijdslimiet van 90 minuten. Het uitgangspunt is dat de cursist de toets in 60 minuten maakt. Na de toets krijgt men direct de uitslag te zien. Deze is weergegeven in een voortgangsbalk waaruit men afleest in hoeverre de inburgeraar/NT2-cursist de vaardigheden beheerst. Begintoets taal: Test enkel digitaal. De consulent kan de kandidaat best helpen met het opstarten van de toets, tot hij bij de eerste vraag is aangeland. Er moet worden ingelogd met behulp van de inlogcode, vervolgens moet hij zijn volledige naam en de naam van
44 Met de steun van de Vlaamse overheid
de school/opleiding invullen en dan de instructies bekijken. Begintoets Taal is afgestemd op het inburgeringsexamen. De test is zowel individueel als per groep af te nemen. Er is een klantenservice en een ICT helpdesk. Gebruiksvriendelijkheid
De Begintoets Taal is bedoeld voor iedereen die een inburgeringstraject gaat volgen, ongeacht het opleiding- en taalvaardigheidsniveau. Hoewel het een toets is die op de computer wordt gemaakt, is de benodigde computervaardigheid tot een minimum beperkt. Wie met een muis overweg kan, kan de Begintoets Taal probleemloos maken. Bij de toets moet soms worden gescrold. Begintoets taal: De toets kent een tijdlimiet van 90 minuten, maar de verwachting is dat de toets in de meeste gevallen in 60 minuten kan worden afgerond. Na 80 minuten wordt de kandidaat gewaarschuwd dat de toets over tien minuten stopt. Na het verstrijken van de limiet krijgt de kandidaat de melding dat de tijd om is en dat de toets automatisch stopt. Beide meldingen verschijnen in een pop-upvenstertje met rode letters. Begintoets taal: De gehele vraag wordt voorgelezen. Zowel de introductie en het luisterfragment als de vraag met alternatieven kunnen meerdere malen worden voorgelezen. Als de kandidaat op de knop ‘Volgende’ heeft geklikt kan hij niet meer terug naar de vorige vraag. Voor de toets volstaat enige muisvaardigheid. Als de kandidaat eenmaal op de knop ‘Volgende’ heeft geklikt kan hij niet meer terug naar de vorige vraag. De kandidaat kan ook naar de volgende vraag zonder antwoord te hebben gegeven. Hij kan dan niet meer terug naar de betreffende vraag. Bij de luistertoets moet soms worden gescrold, bijvoorbeeld om de vraag en de antwoordmogelijkheden volledig in beeld te krijgen. Bij het aanklikken van een antwoord verschijnt het antwoord in de tekst (bijvoorbeeld in de vraag: welke titel past het best boven deze tekst); dit kan verwarrend zijn (personen die de stippellijn niet eerder hadden opgemerkt, denken n u misschien dat dit er eerder al stond) Je kan kiezen wanneer je naar het fragment luistert en hoe vaak Afnameduur: De leestest duurt max 90 min. Er is geen tijdslimiet voor de luistertest (maar deze duurt ook minimum 60 minuten). Instructies: De NT2- toets online bevat geen voorbeeldtoets en geen gebruiksaanwijzing voor de cursist. Tijdens de pilot van de NT2 toets online is gebleken dat dit niet nodig is. De wijze waarop de toets gemaakt moet worden is eenvoudig.
45 Met de steun van de Vlaamse overheid
De voortoets bevat vragen van niveau A1, A2 en B1. Een lezer/luisteraar op niveau A1 zal zeker ook geconfronteerd worden met vragen (luisterpassages/teksten) die voor hem nog te moeilijk zijn. Dit geldt ook voor de vervolgtoets. Afhankelijk van welke vervolgtoets gemaakt wordt, bestaat die immers uit opgaven van niveau A1 èn A2 of uit opgaven van niveau A2 èn B1. Het is belangrijk de kandidaten erop te attenderen dat zij ook opgaven zullen maken die nog te moeilijk voor hen zijn. Zij moeten zich hierdoor niet van de wijs laten brengen. Rapportage: De kandidaat kan de toetsuitslag printen en kan op de uitslag zien hoe ‘ver’ hij nog verwijderd is van het vereiste niveau. Bruikbaar in Vlaamse context
Luisterfragmenten: zouden best opnieuw ingesproken worden door “Vlaamse” stemmen Woordenschat: “een stomp geven”, “de Arbo-arts”(=arbeidsomstandigheden), plaatjes, het ROC (=regionaal opleidingencentrum), giromaatbon (=bon uit bankautomaat), een ponsplaatje, magnetron (microgolfoven) (zowel bij lezen als bij luisteren) Context: het overzicht van tv-programma’s en -zenders: Nederland 1, 2 en 3; in een luisterfragment Nederland vervangen door België
Aanpassingen
Zowel voor de NT2 Toets Online als de Begintoets Taal geldt dat deze producten in een verouderde toets-omgeving draaien. Dit kan resulteren in technische problemen, wanneer u gebruik maakt van een Internet Explorer browser hoger dan 8.0 of Chrome en Firefox browsers. Daarom heeft men besloten de verkoop van deze toetsen stop te zetten. Sinds september 2013 worden geen nieuwe logins meer verstrekt De luisterfragmenten zouden best opnieuw ingesproken worden door “Vlaamse” stemmen, een aantal woorden kan best vervangen worden, “een afspraak op 16/11/04” kan best aangepast worden naar een recentere datum De lay-out en het materiaal zijn ook verouderd (ingescand krantenknipsel van lang geleden, verouderd reclamefoldertje) of niet goed leesbaar (tekst op doosje geneesmiddel) of gewoon niet duidelijk. Er kan gepraat worden over het overzetten van de inhoud in een ander Toetsservicesysteem. Een maatwerkoplossing brengt kosten met zich mee. De inhoud (de opgaven) zouden na een inhoudelijke screening mogelijk overgezet kunnen worden naar een ander Toetsservice systeem (= een ander toets software). Intern zijn ze hier al mee bezig, maar de testen daarvan lopen nu en het is nog niet duidelijk wanneer ze de toetsen als product naar buiten kunnen brengen. Begintoets taal: Sinds september 2013 worden geen nieuwe logins meer verstrekt De inhoud (de opgaven) zouden na een inhoudelijke screening mogelijk overgezet kunnen worden naar een ander Toetsservice systeem (= een ander toets software). Intern zijn ze hier al mee bezig, maar de testen daarvan lopen nu en het is nog niet
46 Met de steun van de Vlaamse overheid
duidelijk wanneer ze de toetsen als product naar buiten kunnen brengen. Benodigdheden
NT2 toets online: Systeemvereisten: Browser: Internet Explorer 6 of hoger. Omdat er in de opgaven gebruik wordt gemaakt van Javascript en Flash versie 10 is het belangrijk dat de Internet Explorer Instellingen op normale beveiliging staan. (zie handleiding) Materiaal: computers, geluidskaart en koptelefoon (alleen voor NT2 Toets Online Luisteren) Begintoets taal: Systeemvereisten: Browser: Internet Explorer t/m 8 Beeldscherm met een minimumresolutie van 1024 x 768 pixels Printerdriver voor PDF (om de uitslagen te kunnen bewaren) Omdat er in de opgaven gebruik wordt gemaakt van Javascript en Flash versie 10 is het belangrijk dat de Internet Explorer Instellingen op normale beveiliging staan. Materiaal: koptelefoons, microfoons, aparte ruimtes Geluidskaart en koptelefoon
Kosten
Verkoop werd stopgezet Kostprijs voor eventuele aanpassingen: Er kan gepraat worden over het overzetten van de inhoud in een ander Toetsservice-systeem. Een maatwerkoplossing brengt kosten met zich mee.
Opmerkingen
Op 1 oktober 2013 is Cito met de verkoop gestopt van de NT2 Online (Lezen en Luisteren). Op 1 mei 2014 is Cito gestopt met de verkoop van de Begintoets Taal. Dit om de volgende redenen: -
Beide producten draaien in een technisch verouderde toetsomgeving. Dit kan resulteren in technische problemen, wanneer men gebruikt maakt van een Internet Explorer browser hoger dan versie 8.0 of Chrome en Firefox browsers.
-
De Begintoets Taal is geënt op het EPE inburgeringsexamen. Sinds januari 2013 zijn er nieuwe inburgeringsexamens van kracht. Het EPE maakt daar geen onderdeel meer van uit. In 2014 worden de laatste EPE examens afgenomen.
-
Voor beide producten geldt dat de belangstelling sterk is afgenomen. Daarom is het voor Cito niet meer mogelijk deze producten te vernieuwen, of te
47 Met de steun van de Vlaamse overheid
ondersteunen.
Deze fiche is gebaseerd op: -
Telefonisch contact/mailverkeer met Jaco Clement en Judith Janssen
-
De website: http://www.cito.nl/onderwijs/volwassen%20educatie/inburgering_nt2/nt2_toetsen
-
https://www.cve.nl/item/staatsexamens_nt2
-
Handleiding bij de toets
-
Een document met aanbevelingen om problemen met online QMP-toetsing te voorkomen
-
De toets NT2-toets online Lezen en Luisteren
-
De begintoets Taal
-
Eigen bedenkingen (cursief)
48 Met de steun van de Vlaamse overheid
Bijlage 7: Fiche CITO en Bureau ICE – Staatsexamens Toets
Staatsexamens NT2
Ontwikkelaar
De commissie Staatsexamens NT2 van het College van Examens is verantwoordelijk voor de organisatie en de ontwikkeling van de Staatsexamens NT2. Deze commissie stelt ook de inhoud van de voorbeeldexamens vast. Cito en Bureau ICE maken de opgaven: Cito maakt de onderdelen luisteren en spreken, Bureau ICE maakt de onderdelen lezen en schrijven. DUO (Dienst Uitvoering Onderwijs) neemt alle NT2-examens af, namens het College voor Examens (CvE). Contactpersoon: Judith Janssen, programmacoördinator Staatsexamens NT2 (luisteren/spreken), CITO, Afdeling Beroepsonderwijs en Bedrijven
Jaar van uitgave
Elk jaar worden nieuwe examens ontwikkeld
Doel
Het NT2-examen bestaat sinds 1992 en is door de overheid georganiseerd. Het wordt afgenomen onder verantwoordelijkheid van de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. De Staatsexamens NT2 zijn bedoeld voor anderstalige volwassenen die willen aantonen dat ze het Nederlands voldoende beheersen om te kunnen werken of studeren in Nederland. Zij kunnen het Diploma NT2 nodig hebben om te worden toegelaten tot een opleiding of bij het solliciteren. Soms stelt een opleiding of werkgever het Diploma NT2 verplicht. Zo moeten anderstaligen die aan een Nederlandse universiteit willen studeren, naast andere toelatingseisen, vaak in het bezit zijn van het Diploma NT2 Programma II. Ook verplichte én vrijwillige inburgeraars kunnen met een diploma NT2 laten zien dat ze de taal voldoende beheersen. Het Staatsexamen NT2 programma I is passend voor inburgeraars die een opleiding op het middenniveau hebben gevolgd (vergelijkbaar met vmbo en mavo). Het Staatsexamen NT2 programma II is passend voor inburgeraars die hoger onderwijs hebben gevolgd (in het eigen land). Men kan het diploma daarom ook gebruiken voor een verzoek om naturalisatie. Er zijn twee examenprogramma’s: Programma I toetst of iemand voldoende Nederlands beheerst voor een baan op mboniveau of om een beroepsopleiding te volgen op dit niveau (bv. een vakopleiding mbo-3 bij een ROC). Het niveau van Programma I komt overeen met niveau B1 van het ERK Programma II toetst of iemand voldoende Nederlands beheerst voor een baan of opleiding op hbo- of universitair niveau. Het niveau van Programma II komt overeen
49 Met de steun van de Vlaamse overheid
met niveau B2 van het ERK Programma I is voor wie vakgericht werk wil gaan doen, of daarvoor een opleiding wil volgen. Programma II is het programma voor wie werk op hbo- of universitair niveau wilt doen, of daarvoor een opleiding wilt volgen. Het Staatsexamen NT2 heeft twee examenprogramma's: -
Examenprogramma I Voor mensen die op niveau mbo-3 en mbo-4 een vakgerichte functie op de arbeidsmarkt willen vervullen. Of daarvoor een beroepsopleiding willen gaan volgen. Denk bijvoorbeeld aan een vakopleiding binnen een ROC (Regionaal Opleidingen Centrum).
-
Examenprogramma II Voor mensen die een midden- of hogere kaderfunctie willen gaan vervullen. Of daarvoor een opleiding willen gaan volgen. Denk aan een studie in het hoger onderwijs of aan een universiteit.
Staatsexamen NT2 programma I is bestemd voor mensen die een opleiding gaan volgen op mbo-niveau (KSB 3) of gaan werken in daarmee gelijkgewaardeerde functies. Staatsexamen NT2 programma II is bedoeld voor mensen die een opleiding willen volgen op hbo-niveau of hoger en gaan werken in middenkader en hogere functies. Vaardigheden en niveaus
A1
A2
B1
B2
Lezen
Programma I
Programma II
Luisteren
Programma I
Programma II
Schrijven
Programma I
Programma II
Spreken
Programma I
Programma II
C1
C2
Gesprekken voeren Profielen/rollen
De examens zijn sterk praktijkgericht en bestaan uit functionele opdrachten. De examenprogramma's zijn toegespitst op de taal die op de werkvloer en binnen opleidingen gebruikt wordt. Ze zijn samengesteld uit opdrachten die uit de praktijk
50 Met de steun van de Vlaamse overheid
komen. Het examen Luisteren bestaat uit verschillende luistersituaties. Dit zijn situaties die men kan tegenkomen in een opleiding of op het werk. Bv. een werkgever die een nieuwe werknemer vertelt wat hij precies moet gaan doen. Lezen: Deze teksten kan men allemaal tegenkomen op het werk, tijdens een opleiding of in het dagelijkse openbare leven. In het examen komen verschillende soorten teksten voor (berichten van een opleiding of werkgevers, informatiefolders en teksten uit leerboeken; advertenties en ingezonden brieven; artikelen uit tijdschriften over werk en opleiding met meningen van verschillende personen; handleidingen over de werking van apparaten, routebeschrijvingen en instructies, bv. over wat je moet doen bij een brand of bij een ongeluk op het werk.) Validiteit
Een examenprogramma bestaat uit vier onderdelen: Lezen, Luisteren, Schrijven en Spreken. Luisteren: Er worden twee soorten luistervaardigheid getoetst: globaal luisteren en selectief luisteren. In het examen Lezen wordt getoetst op: zich oriënteren op een tekst (weten wat het onderwerp, de herkomst of het doel van de tekst is, of voor wie de tekst is geschreven, globaal kunnen lezen); de betekenis van een tekstgedeelte begrijpen (vragen beantwoorden over de letterlijke betekenis van een tekstgedeelte of over twee tekstgedeelten die iets met elkaar te maken hebben, uit een tekst een conclusie kunnen trekken, dus heel precies en heel nauwkeurig kunnen lezen); specifieke informatie opzoeken (iets beschrijven, informatie ordenen of combineren). Spreken: De kandidaat moet informatie geven, informatie vragen, instructies geven, iets weigeren, klagen, verontschuldigen, een mening geven, argumenten noemen, een beschrijving geven of een advies geven. Schrijven: Het examen Schrijven Programma I heeft zinsopdrachten (zinnen aanvullen of zinnen toevoegen)(bv. korte briefjes aanvullen of gegevens aanvullen in een formulier) en korte schrijfopdrachten (zelf een volledige tekst schrijven)(bv. een notitie of een korte brief schrijven, een beschrijving geven van een situatie, een handeling, of een proces). Het examen Schrijven Programma II heeft ook zinsopdrachten en korte schrijfopdrachten. Maar de kandidaat moet ook twee middellange teksten schrijven (bv. een probleem beschrijven en een voorstel doen voor een oplossing. Als hulpmiddel krijgt men soms een tabel, grafiek of enkele plaatjes). De luisterfragmenten lijken op normaal taalgebruik: men hoort verschillende stemmen, versprekingen, herhalingen enzovoort. Een spreker kan een accent hebben, maar het is nooit een dialect. Soms hoort men geluiden op de achtergrond van de geluidsopname.
51 Met de steun van de Vlaamse overheid
Dit omdat er echte geluidsopnamen zijn gebruikt. Betrouwbaarheid
Er is een duidelijke handleiding van hoe de test wordt afgenomen en een duidelijk beoordelingsmodel. Het Staatsexamen NT2 is naast het Inburgeringsexamen het enige landelijke erkende examen, waarbij het niveau en de objectiviteit van het examen zijn gegarandeerd. Voor bedrijven en opleidingen betekent dit dat zij op een betrouwbare manier kunnen te weten komen of een werknemer of student voldoende basiskennis van het Nederlands heeft. Voor anderstaligen die het Diploma NT2 hebben gehaald, geldt dat zij hiermee een eerlijke kans krijgen om te laten zien dat zij de Nederlandse taal beheersen. Ook verricht Cito onderzoek om de kwaliteit van de Staatsexamens NT2 te monitoren. Op de website van Cito vindt u een lijst van actuele onderzoeksrapportages. Cito is als ontwikkelaar van de Staatsexamens NT2 lid van ALTE. ALTE is een associatie van Europese instituten die taaltoetsen ontwikkelen voor hun eigen taal als vreemde of tweede taal. ALTE heeft als niet-gouvernementele organisatie (NGO) een adviserende status bij de Economische en Sociale Raad van de Verenigde Naties. Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) in Groningen organiseert de examens. Vrijwel elke week nemen zij een examen voor programma I en II af. Het examen vindt plaats op één van de zeven vaste locaties: Amsterdam, Rotterdam, Eindhoven, Breda, Utrecht, Zwolle of Rijswijk.
Efficiëntie
De examens Luisteren worden automatisch via de computer nagekeken. De controle van de uitslagverwerking vindt ook op het Cito plaats. De afgelopen jaren hebben Cito en Bureau ICE op verzoek van het College voor Examens (Commissie Staatsexamens NT2) een aantal malen een Beoordelaarstraining Staatsexamen NT2 verzorgd voor Spreken en Schrijven. Cito verzorgt verder de training van de beoordelaars voor Spreken en faciliteert de beoordeling en uitslagverwerking voor Spreken. Gebruiksvriendelijkheid
Het examen staat open voor iedereen van zeventien jaar en ouder, ongeacht nationaliteit of opleiding. Wie op jongere leeftijd aan de Staatsexamens NT2 wil deelnemen, kan daartoe een verzoek indienen. Bij het examen kan rekening worden gehouden met de persoonlijke situatie of handicap. Zo kan iemand die slechtziend is vragen om een examen met grote letters. En een kandidaat die erg dyslectisch is kan een verzoek doen om verlenging van de examentijd. Afhankelijk van de handicap, zijn er ook specifiekere aanpassingen mogelijk. De examens Lezen en Luisteren zijn geheel digitaal. Bij het examen Lezen krijgt de kandidaat de teksten in een boekje uitgereikt en worden de vragen digitaal beantwoord. Het examen spreken is ook volledig gedigitaliseerd.
52 Met de steun van de Vlaamse overheid
Vanaf 2013 maken kandidaten een deel van het schrijfexamen op de computer. Dit geldt voor beide programma’s. In de jaren na 2013 zal een steeds groter deel van het schrijfexamen op de computer worden afgenomen. Uiteindelijk zal het schrijfexamen in zijn geheel digitaal worden geëxamineerd. Tijdens het examen Lezen mag de kandidaat maximaal drie woordenboeken gebruiken. Hij mag geen elektronische hulpmiddelen, zoals een digitaal woordenboek, gebruiken. De examens Luisteren Programma I en Programma II bestaan uit ongeveer 40 meerkeuzeopgaven. Tijdens het examen Luisteren mag men geen woordenboeken gebruiken. De onderdelen van het Luisterexamen duren samen ongeveer 1 uur. De tijd voor legitimatie, de instructie en de pauzes is hierbij niet meegerekend. Het examen Lezen Programma I bestaat uit ongeveer 8 teksten met 41, 42 of 43 vragen. Het examen Lezen Programma II bestaat uit ongeveer 8 teksten met 40 vragen. Het Programma I examen duurt 1 uur en 50 minuten. Het examen van Programma II examen duurt 1 uur en 40 minuten. De tijd voor legitimatie en voor de instructie is hierbij niet meegerekend. Er is geen pauze bij het leesexamen. Bij het examen Schrijven Programma I bestaat onderdeel A uit 10 zinsopdrachten (30 minuten) en 3 deelschrijftaken (30 minuten). Onderdeel B bestaat uit 3 korte opdrachten (60 minuten). Bij Programma II zijn de onderdelen A en B precies hetzelfde. Beide onderdelen bestaan uit 4 zinsopdrachten (10 minuten), een korte schrijftaak (20 minuten) en 1 middellange schrijftaak (30 minuten). Elk onderdeel duurt dus 1 uur. Het totale Schrijfexamen duurt 2 uur. De tijd voor de instructie en de pauze is hierbij niet meegerekend. Spreken: De kandidaat hoort de opgaven via een koptelefoon. Alles wat hij zegt, wordt opgenomen. De examens Spreken I en II hebben korte en middellange opdrachten. Bij de korte opdrachten moet de kandidaat een paar woorden of één of twee zinnen zeggen. Bij de middellange opdrachten moet hij een langere reactie geven. Hij krijgt soms tijd om na te denken over wat hij wil zeggen. Dat wordt dan duidelijk aangegeven. Het examen Spreken Programma II heeft ook nog twee langere opdrachten. U moet dan twee keer twee minuten over een onderwerp praten. U krijgt hiervoor per opdracht twee minuten voorbereidingstijd. Bij deze langere opdrachten mag hij aantekeningen maken. Elk examen Spreken Programma I bestaat uit 21 opdrachten (12 korte en 9 middellange opdrachten). Het examen van Programma II bestaat uit 17 opdrachten (6 korte, 9 middellange en 2 lange). Tijdens het examen Spreken mag u geen woordenboeken gebruiken. Het examen Spreken duurt ongeveer een half uur. De tijd voor legitimatie en voor de instructie is hierbij niet meegerekend. Er staan op de website duidelijke filmpjes, instructies en tips over het examen. Er zijn gratis voorbeeldexamens van de voorbije jaren beschikbaar. Meer recente examens kunnen tegen betaling besteld worden. Kandidaten kunnen op de website ook meer info krijgen over de beoordeling, de criteria waarop beoordeeld wordt, de
53 Met de steun van de Vlaamse overheid
puntenverdeling etc. Voor de Staatsexamens Programma I en II zijn er voorbeeldexamens. De voorbeeldexamens geven een compleet beeld van de inhoud, vorm en moeilijkheidsgraad van de examens. Elk voorbeeldexamen is een complete set van het examen, met opgaven die overeenkomen met een echt examen. In de beoordelingsvoorschriften wordt informatie gegeven over de afnamecondities, de beoordelingsmodellen en de cesuur (zak-/slaagregeling). De uitslag van het examen komt na ongeveer vijf weken op de website van DUO te staan en wordt ook per post verstuurd. Er zijn twee uitslagen mogelijk: 'voldoende' of 'onvoldoende'. Het is dus niet zo dat de kandidaat een cijfer of percentage krijgt. De uitslag geeft alleen aan of het niveau wel of niet wordt beheerst. Als een kandidaat voor alle vier onderdelen (Lezen, Luisteren, Schrijven en Spreken) is geslaagd, ontvangt hij het Diploma NT2. Als hij maar voor één, twee of drie onderdelen van het examen is geslaagd, dan krijgt hij een certificaat per onderdeel. Een certificaat blijft onbeperkt geldig. Als de kandidaat later de andere onderdelen haalt, kan hij zijn certificaten bij DUO inwisselen voor het Diploma NT2. De kandidaat mag maximaal 3 keer per jaar meedoen aan een examenonderdeel. Het examengeld bedraagt € 45,- per onderdeel. Voor een examen in de vier onderdelen Lezen, Luisteren, Spreken en Schrijven betaalt men dus € 180,00. Dit geldt voor Programma I en Programma II. Het luisterexamen wordt afgenomen met een computer en een koptelefoon. De kandidaat kan de audiofragmenten maar eenmaal beluisteren. Bruikbaar in Vlaamse context
Luisterfragmenten: Een spreker kan een accent hebben, maar het is nooit een dialect. Woordenschat: Noord-Nederlands Context: Noord-Nederlands
Aanpassingen
/
Benodigdheden
Systeemvereisten: pc, internet Materiaal: koptelefoons, microfoons
Kosten
Licentie: Prijs per test: Het examengeld bedraagt € 45,- per onderdeel. Voor een examen in de vier onderdelen Lezen, Luisteren, Spreken en Schrijven betaalt men dus € 180,00. Dit
54 Met de steun van de Vlaamse overheid
geldt voor Programma I en Programma II. Kostprijs voor eventuele aanpassingen: Kostprijs voor opleiding: Opmerkingen
Gebruik van dit materiaal in Vlaanderen kan niet verantwoord worden.
Deze fiche is gebaseerd op: -
Telefonisch contact/mailverkeer met
-
Website: http://www.cito.nl/onderwijs/volwassen%20educatie/ve_staatsexamen_nt2
-
http://www.duo.nl/particulieren/staatsexamenkandidaat/staatsexamen-nederlands-als-2e-taal/hoehet-NT2-examen-werkt.asp
-
https://www.cve.nl/item/staatsexamens_nederlands_als
-
Het voorbeeldexamen voor programma I 2011 : een informatieboekje, een opgavenboekje, beoordelingsvoorschriften, antwoordbladen en cd's Luisteren en Spreken.
-
Handleiding bij de toets
-
De eigenlijke toets/een gelijkaardige voorbeeldtoets
-
Eigen bedenkingen (cursief)
-
www.alte.org
55 Met de steun van de Vlaamse overheid
Bijlage 8: Fiche eLAO Toets
eLAO: Language Placement Tests Online
Ontwikkelaar
COMEFICA e-learning collaborative development Contactpersoon: /
Jaar van uitgave
1997
Doel
eLAO is een softwareprogramma dat de talenkennis van werkernemers of sollicitanten test.
Vaardigheden en niveaus
A1
A2
B1
B2
C1
X
X
X
X
X
C2
Lezen Luisteren Schrijven Spreken Gesprekken voeren Profielen/rollen
Woordenschat en grammatica in functie van werk
Validiteit
eLAO analyseert en meet 9 niveaus van taalkennis. Het evalueren gebeurt in termen van vaardigheden. Men kan kiezen uit 6 verschillende domeinen van taalvaardigheden: algemene woordenschat actief, algemene woordenschat passief, zakelijke woordenschat actief, zakelijke woordenschat passief, grammatica actief, luistervaardigheid. Deze toets is niet strikt ERK-gerelateerd (niet alle vaardigheden komen aan bod) en komt dus niet in aanmerking voor verder onderzoek. De oefeningen bestaan uit meerkeuzevragen. De kandidaat krijgt telkens een zin waarin een woord/zinsdeel ontbreekt en het ontbrekende woord/zinsdeel aan te duiden.
Betrouwbaarheid
eLAO functioneert op een willekeurige manier in de keuze van de vragen die aan de kandidaat worden aangeboden. Dit betekent dat, indien de kandidaat de test opnieuw zou afleggen, de gestelde vragen verschillend zullen zijn. De parameters van eLAO worden, in functie van de configuratie van de server van de cliënt, zodanig bepaald dat het mogelijk is om op het eind van elke module het bereikte niveau weer te geven (en de vragen waarop fout werd geantwoord). Men kan er ook voor kiezen om een tijdslimiet in te stellen waarbinnen de kandidaat moet antwoorden.
56 Met de steun van de Vlaamse overheid
eLAO is zodanig ontworpen dat het kan aangepast worden aan de situatie van elk bedrijf. Men kan specifieke modules laten ontwikkelen, bv. voor de verzekeringssector. Ontwikkeld door: COMEFICA e-learning collaborative development Efficiëntie
Correctie: automatische correctie bij meerkeuzevragen Tijdsinvestering consulent: minimaal
Gebruiksvriendelijkheid
Het is een interactief softwareprogramma dat zich aanpast aan de reacties van de kandidaten. Het programma beschikt over een ruime database, die meer dan 1000 vragen opneemt in het systeem. De procedure gebeurt in 2 stappen: -
Een algemene en snelle analyse van het niveau van de kandidaat
-
en een grondige analyse die het behaalde niveau bevestigt en/of herbevestigt en die een correcte situering binnen dat niveau beoogt.
De kandidaat moet enkel het juiste woord kunnen aanklikken. Andere pc-vaardigheden zijn niet nodig. De instructies zijn in die zin ook duidelijk. Afnameduur: Men kan ervoor kiezen om een tijdslimiet in te stellen waarbinnen de kandidaat moet antwoorden. Resultaat: Direct na de test krijgt men een verslag met: een beschrijving van de algemene taalvaardigheden, een beschrijving van de vaardigheden per getest domein, een gedetailleerde beschrijving van de zwakke punten waaraan gewerkt moet worden, de behoefteanalyse Bruikbaar in Vlaamse context
Luisterfragmenten: / Woordenschat: / Context: /
Aanpassingen
Aanpassingen zijn niet nodig. Dit materiaal is helemaal niet bruikbaar.
Benodigdheden
Systeemvereisten: pc, internet eLAO is beschikbaar op lokaal netwerk, Internet/Intranet Materiaal: koptelefoons
Kosten
Licentie: / Prijs per test: /
57 Met de steun van de Vlaamse overheid
Kostprijs voor eventuele aanpassingen: / Kostprijs voor opleiding: / Opmerkingen
Deze toets is niet strikt ERK-gerelateerd (niet alle vaardigheden komen aan bod) en komt dus niet in aanmerking voor verder onderzoek.
Deze fiche is gebaseerd op: -
De informatie op de website: http://www.comefica.com/nlinhoud/elao_nl_2.htm
-
En http://www.comefica.com/frcontenu/elao.htm
-
Een voorbeeldtoets
-
Eigen bedenkingen (cursief)
58 Met de steun van de Vlaamse overheid