Voorw woord – W Wim Jong gejan Op 23 feebruari van d dit jaar kreegg Nel Doets tte horen dat zij aan een ongeneesslijke ziekte lleed. 12 deceember is zij na 68 jaar. Ceees Doets overledeen, op de leeeftijd van bijn blijft alleeen achter. C Cees verteldee mij dat hij b bijna 44 jaarr met Nel getrouwd w was maar dat zij eigenlijk al een halve n, die met Ceees in het eeuw bijj elkaar wareen. Diegenen bestuur hebben gezeeten weten zzich haarfijn de heid van Nel Doets te herrinneren. Op p het gastvrijh momentt dat je binneenkwam voeelde je je al w welkom. Speciaal voor het bestuur haaldee zij een lekkker, bijzonder n huis om no og na de verggadering na tte praten. W Wij weten datt zij en Cees n niet alleen biertje in echtgeno oten waren maar ook ecchte kamerad den, die heel veel dingen n samen ondernamen. W Wij wensen Cees ook vanaf deze plaats veel sterkte en we ho open dat de schaakclub een de vriendschap de club hem toch steun zzal mogen bieden. binnen d Alles wat hierna volggt is ten opzichte van dit bericht slech hts triviaal. B Bij de werkelijk belangrijkke dingen in n het leven vvalt dit in hett niet, maar zij horen we el bij het schaaken, uw alleer passie. Een extrra dik nummeer deze keerr, zodat u ‐ m mocht u zich tijdens de feeestdagen aff en toe wat vervelen – deze p periode in ieder geval meet wat lectuu ur en oefenin ngen door ku unt komen. ZZoals u zult m merken is vooral het redactielid d Westra zich enigszins tte buiten geggaan, maar ggelukkig hebb ben ook vele e anderen de handschoen opgepakt. Wat is er zoal gebeurd de afgelopeen periode? Zaterdagg, 23 oktober was er op verzo oek van Sameen Kleurrijkk een simultaaan georganiseerd voor d de jeugd en overigge schakers in Harderw wijk en Ermello. De simultaaangever was Ali Bitalzadeeh. Waar hett door kwam is onduidelijk, maar er was geen belangstelling. Van Ermelo w waren er een n paar spelers ((Booy, Bosch h, van Bolhuis ((de drie B’s) en schrijverr dezes) en van Harderw wijk Ilona Wo oestenburg, V Visch, de Graaaf en Van Veen, en dat w was het dan,, totaal acht..
1
Het feesst was er niett minder om. Bitalzadeh is een ontzettend aardigge kerel die d de simultaan kleur gaf. Men n mocht zelf kiezen welkee kleur men nam, je moccht zetten, teerugnemen aals het al te ggek was, hij liet vaarianten zien n waar het m misging en ho oe het beter had gekund,, beantwoordde vragen, beschiktte over veel h humor, een vvlotte babbeel, kortom he et was echt eeen feest. Geerbrand gingg in zijn enthousiasme weer simultaan teegen de simu ultaangever sspelen. Diegeenen die verrstek hebben n laten gaan heb bben echt wat gemist. Als ik ooit weeer een simulttaan mag geeven, nodig ikk hèm uit. Dan kijk je nietsverm moedend teleevisie en zie jje ineens de vrouw van d de penningm meester in eeen glansroll. Zo val je vaan de ene verrrassing in dee ander. In de speeelzaal staat nu een enorrme televisiee, bioscoopfo ormaat, zodaat als er weeer eens voetbalw wedstrijd is, w we nu echt n niets hoeven n te missen. O Of is dat niett de bedoelin ng? En dan h het volgend jaar? Of er vo oor de club vveel verande ert weten wee nog niet. Vo oormijzelf in n ieder geval weel, nu ik per 1 1 januari mijn functie als gerechtsdeu urwaarder neerleg en geeen deel mee er uitmaak van het kantoor waar ikk bijna 30 jaar gewerkt he eb. Een derd de van de tijd d als enige, een later gaan ndeweg met meer peersonen. Op d dit moment runnen we d de zaak met zijn vijven. H Het zal voor m mij wel raar zzijn om na 43 3 jaar werken ineens tee stoppen. G Gelukkig magg ik nog wat ssoftware onderho oud doen maaar veel zal dat niet zijn. M Maar ik heb nog heel veel schaakkstudie liggen n dus ik kom m de tijd hopelijk wel door, en n dan zijn er nog diverse andere hobby’s.. We zullen h het zien. De p penningmeeester van VSG G noch diee van de Osbo waren er ggelukkig meee, nu er ook e een sponsor verdwijnt. Maar ho oe dan ook, eer zullen wel weer andereen komen diie dit overnem men. In het vo olgend jaar h hebben we ons Rie Timmer Rapid toe ernooi dit keeer in februari gepland. Wee zijn data vaan andere, co oncurrerend de toernooieen waardoor we op meer nagegaan en dit leekk ons de minst slechte, w mers hopen. O Ons toernoo oi is op zaterd dag, 12 febru uari a.s. Het deelnem schoolscchaaktoernoo oi op 26 janu uari. Bij beid de toernooien zijn extra handen nodig dus wie zich geroeepen voelt… of wie de scchoen past… De redacctie dankt allen voor de d diverse inzen ndingen. Wij hopen dat d dit een stijggende lijn zal blijken te zijjn. Rest onss u en de Uw wen prettige ffeestdagen tte wensen en n een voorspoedig Nieuwjaaar. 2
Een inspirerend genootschap
“Waar zal ik het volgende stukje eens over schrijven?” vroeg ik hem. Het bleef angstig lang stil, gemompel steeg op vanachter de opengeslagen krant. Het papier ging langzaam naar beneden en over de linker bovenhoek van de voorpagina ontwaarde ik het halve gezicht van mijn schaakheld. Hij keek me aan met zijn “je ziet toch dat ik de krant lees” – blik. “Ik vroeg me af of jij nog leuke gebeurtenissen weet waarover ik zou kunnen schrijven” herhaalde ik mijn vraag. Zijn ogen schoten heen en weer tussen de krant en mij. Ineens leek hij zich te herinneren dat ik een vaste column verzorg voor uw bulletin. “Jij verzint wel wat” probeerde hij mij te helpen. “Elke keer heb jij nog iets leuks geschreven”, bemoedigde hij. “Voor iemand met zoveel fantasie als jij is het schrijven van een artikel niet zo moeilijk”, vond hij. Wat kon ik anders dan beamen en instemmen. “Vertel eens over leden van het genootschap die ik ook ken” probeerde ik hem even later uit de tent te lokken. Hij hapte; ik hoorde verhalen over schaakvrienden die uit vorm waren, over mensen van de club die naast het schaken bridge als grote passie hebben, over “die jongen van West, je weet wel” die weer lid van de vereniging was geworden en over de voorzitter, “zo oud kan hij toch nog niet zijn”, die met pensioen gaat. Ook vertelde hij over mensen waar ik geen weet van had; over nieuwe leden uit het oosten van het land, over een echtpaar dat samen lid was geworden, over een jongeman die vriendelijk lachend elke week toch probeert te winnen. En plotseling realiseerde ik me dat in een vereniging zoals die van u heel veel dingen plaatsvinden. “Een goede vereniging is als een levend organisme” hoorde ik mijn vader vroeger wel eens zeggen, nadat hij de jaarvergadering van de postzegelclub had bijgewoond. Toen kon ik mij daar nooit iets bij voorstellen. Al met al geweldig inspirerend, dat genootschap van u schakers. Ik neem aan dat mijn schaakheld mij nog lang niet alles heeft verteld; dat belooft wat voor de volgende columns die ik voor u mag schrijven! Uw Dame
3
H Het leven n zit vol v verrassin ngen – Sap pe Westrra In het to oernooi om m het europeees kampioenschap van 2000 speelden Vuko ovic (2471) e en Aldrovaandi (2351) een onderggeschikte ro ol. Geen van n beide wistt een prijs tte behalen. Toch verrasteen zij, en met name Ald drovani, de schaakwerreld met een n bijzondere openingsvvariant. Inderdaaad, ook hett schaakleveen zit vol veerrassingen. Na de zeetten 1.e4 cc5 2.b3 Pc6 6 3.Pb2 d6 4 4.Lb5 e5 5.f4 4 was ondeerstaande sttelling op he et bord gekomeen. Hoogstw waarschijnliijk kent u deeze partij niet, daarom m aan u dee vraag om de volgend de zwarte zeet te vinden ((dus niet sttiekem verd der lezen). Om u te helpen geeff ik enkele tip ps:
• • • •
wan nneer u in sttaat bent dee zet door m middel van logissch redenerren te vindeen, neem daan eens conttact op mett een counselor zet d de stelling o op het bord d en probeer gewoon een tien zetten n uit gebruik beide h hersenhelfteen; de linkeer vanwege de lo ogica, de reechter vanw wege de creaativiteit en de eemotie veell bekende ggrootmeesteers hebben de zet niet kunnen ontdekken, heet is dus gee en kweestie van sch haakvernuftt
De bekeende Britse grootmeesster Tony Miles schreeff in één van zijn column ns over dezze stelling het volgend de: “Ik zag d deze positiee voor het eeerst in een cafeetje. Jaan Timman,, voorovergebogen ove er het schaakb bord, schudde vol ongeeloof zijn ho oofd en verzzuchtte “Ku un jij je voorrstellen watt zwart in deze stelling speeelde?”. Op dat momen nt had Timm man nog geen enkel idee hoe deze e partij was afgelopen.” De verraassende zett die zoveel indruk maaakte was 5...g5 (Neemt u me niet kwalijk datt ik geen uitroepttekens of vrraagtekens plaats; ik vo oel me daartoe niet geekwalificeerrd. Heeft u d deze zet trouwen ns gevondeen?) De partij werd vervvolgd met 6 6.fe Lg7 7.Paa3 Pge7 8.P Pc4 O‐O 9.ed Pd4 10.Ld d4 cd 11.de e De7 12.Pb2 De4 13.Kf1 1 Df5 0‐1 Een geniale partij? Nee, niet echt, w wit had beteere zetten kkunnen spelen d dan dat hij d deed. Niet ggeniaal maaar wel verraassend, zo zzouden meeer partijen ggespeeld moeten n worden!
4
On ngelijke sstrijd – Sa ape Westtra
Soms zie ik partijen n waarin spelers met een groot ratingverschil het tegen elkaar opne emen. nneer er sprrake is van onderschattting kan In de meeste gevalllen wint dee sterkere scchaker, wan der sterke o ook wel eens het punt b binnenslepe en. In het to oernooi om m de European Club de mind Cup (heet Europese kampioensschap voor cclubteams),, in oktoberr 2010 geho ouden in Plo ovdiv, speeldeen Vasily Yemelin (ratin ng 2571) en Jacques Be ernard (rating 2221) on nderstaande partij. 1.e4 c5 2.Pf3 Pc6 3 3.Lb5 d6 4.LLxc6+ bxc6 5 5.e5 Lg4 6.h h3 Lh5 7.0‐0 0 e6 8.d3 D Db8 9.Te1 dxxe5 10.g4 Lgg6 11.Pxe5 Ld6 12.Df3 Er is een vrreemde stelling ontstaan. Wit heeeft er voor ggekozen om een niet alledaagse varian nt van de Sicciliaanse op pening te sp pelen. Dit so oort keuzes is principieel; wijk je als sterkeree schaker aff van je gew wone openin ngsarsenaall, in de verw wachting dat jouw schaaksu urplus beslisst, of volg je e de gebaan nde paden? 12…., LLxe5? Deze loperzet is tte riskant. ZZwart lijkt zich h net zo verr ontwikkeld d te hebben n als wit, hett grote versschil is echteer de positie e van beide kkoningen; eeen koning in n het midde en is niet ged diend met h het openen van de stellling in het cen ntrum. Dit th hema wordt door Yem melin in het vervolg vollediig uitgebuit. 13.Dxc6 6+ Ke7 14.TTxe5 Dxe5 ZZwart lijkt alles onder ccontrole te hebben, maaar heeft he et witte vervolgg blijkbaar o overzien. 15.Db7++! Deze schaakzet drijfft de zwartee koning nogg meer naar het open vveld. 15...Kd6 6 Anders vaalt de toren op a8, terw wijl 15...Kf6 faalt vanweege 16.g5+ Kf5 17.Df3+ + 16.Pa3!! De echte p pointe waarrmee wit zijn tegenstan nder direct naar de stro ot vliegt. He et paard dreigt m mat op b5 en c4! Na 16 6.Dxa8?! De1+ 17.Kg2 D Dxc1 zou er nog hoop vvoor zwart zzijn. 16...De1 1+ 17.Kg2 LLe4+ 18.dxe e4 Db4 19.Lf4+ e5 20.TTd1+ Ke6 21 1.Dd7+ 1‐0 Zelf vind d ik dit soorrt partijen h heel erg leerzaam en in nstructief. W Wat mij in deze partij aanspreeekt is dat zo duidelijk blijkt dat dee sterke spe eler gewoon n verder kijkkt en de ste elling beter bllijkt te begrrijpen dan zijn tegenstaander. 5
Schaakliteratuur?! – Sape Westra De Frankenstein‐Dracula Variant Iedereen kent graaf Dracula, de door Bram Stoker bedachte aristocraat uit het Roemeense Transsylvanië. Minder bekend is dat Stoker de hoofdpersoon van zijn in 1897 geschreven roman heeft gebaseerd op de Karpatische heerser prins Vlad III, bijgenaamd Dracula (Roemeens voor “zoon van de duivel”). De Dracula van Stoker is een charmante edele, die zich meestal kalm en beleefd voordoet, vooral om anderen een gevoel van veiligheid te geven. Lezers weten echter dat deze veiligheid vooral schijn is; in het echt is Dracula een door duistere driften aangestuurde vampier. Ook Dr. Frankenstein is bij velen bekend. Deze door Mary Shelly in 1818 gecreëerde romanfiguur is afkomstig uit een gegoede familie in Genua. Hij heeft een groot verlangen nieuwe dingen te ontdekken in oude wetenschappen. Uiteindelijk leidt dat tot het scheppen van zijn monster. Frankenstein is de verpersoonlijking van de waarschuwing aan de mensheid om niet met dingen bezig te zijn die je niet beheerst; als de geest eenmaal uit de fles is …. Een schaakvariant die genoemd is naar beide figuren? Dat zal een boosaardig bijeen geraapt zootje zetten zijn. Inderdaad, een bijzondere opening met een even bijzondere naam. In dit artikel bespreek ik een partij waarin deze variant de hoofdrol speelt. De opening dankt haar naam aan de Britse schaker/auteur Tim Harding die in zijn boek Bishop’s Opening een paar bladzijden besteedt aan een vlijmscherpe variant waarvan je haren ten berge rijzen. Een variant die volgens Harding super geschikt zou zijn voor een partij tussen Dracula en Frankenstein. De variant ontstaat in de Weense opening en is erg bruikbaar bij het doorgronden van openingsprincipes. 1.e4 e5 2.Pc3 Pf6 3.Bc4 Nxe4 Met zijn 3de zet dwingt wit de zwartspeler tot het spelen van de variant. 4.Qh5 Een logisch vervolg; wit heeft een pion geofferd en gaat op zoek naar manieren om daar gebruik van te maken. Natuurlijk kan ook een zet als 4.Pxe4?! Zwart trekt daardoor het spel naar zich toe met 4...d5, terwijl ook 4.Lxf7+ Kxf7 5.Pxe4 zwart goed spel geeft. 4...Pd6 4...Pg5 is slecht wegens 5.d4! De speler met ontwikkelingsvoorsprong doet er goed aan lijnen te openen. 5...Pe6 6.d5 7.Dxe5+ De7 8.Dxe7+ Lxe7 9.Ld3 en wit heft een voordeeltje omdat hij beter ontwikkeld is en ruimtevoordeel heeft. 5.Lb3 5.Dxe5+ is de laatste gelegenheid voor wit om niet in de Frankenstein‐Dracula variant terecht te komen. 5...De7 6.Dxe7+ Lxe7 7.Le2 5...Pc6 6
Verdediigt veld e5. Een goed aalternatief iis 5...Le7 6.Pb5 Wit vervvolgt zijn sp pel op punt f7, de zwarrte achillesh hiel. Zwart iss gedwongeen om de kw waliteit te geven, maar niet voordat hij zijn positiie versterkt heeft. Ookk 6.d4?! worrdt hier gespeeld, maar daat is meer eeen verrassingsaanval d dan een goe ed gefundeeerde voortzzetting. 6…g6 Zwart verdedigt f7. 7.Df3 Wit hou udt veld f7 o onder vuur. Hij moet ook wel, wan nt hij heeft geen ontwikkkelingsvoorssprong meeer maar staaat nog wel ssteeds en pion achter. 7...f5 David Bronstein sp peelde tegen n Mukhin (1 1959) 7...f6 en won dee partij die h hij in feite h had moeten n verliezen: 8.Pxc7+! Dxxc7 9.Dxf6 b b6 10.Dxh8 Lb7 11.Dxh h7 0–0–0 12 2.Pe2 Pf5 13 3.d3 Pcd4 14 4.Pxd4 exd4 4 15.0–0 Dc6 6 16.f3 Df6 17.Dh3 Ld6 6 18.Dg4?! D Dit lijkt te o overmoedig (18.g3 Th8 19.Dg2 is beter.) 18...Th8 19.g3 (19.h h3 voorkom mt het zwartte tegenspeel) 19...Lxg3! 3 Th5 21.Pg3 3+ 30.Txg3 Dxg3. In feiit won wit d de opening en zwart heet eindspel. 20.hxg3 8.Dd5 Veld f7 wordt nu vo oor de 3de maal aangeevallen. Zwaart kan nu n niet anders dan de kwaaliteit geven. 8...De7 9.Pxc7+ Kd d8 10.Pxa8 Nu zijn we terechtgekkomen in dee startpositie van de Franken nstein‐Dracu ula variant! Er is weinigg theorie ove er bekend, bestudeer d dus dit artikkel goed, welliicht kunt u eer in één vaan uw partijjen goed mee voor d de dag komen! 10...b6 De meest logische zett in deze steelling. De lop per wikkeld en h het paard o op a8 wordt wordt ontw opgehaald. 11.d3
7
Deze zet leidt tot het meest succesvolle witte plan. Vooral in correspondentiepartijen komt deze variant voor. Wellicht zijn de meeste schakers bang dat ze de complicaties niet achter het bord kunnen oplossen. 11.Df3 is ook uitgeprobeerd. Het verschil met de tekstzet is dat wit zich nu niet ontwikkeld (11.d3 opent tenminste nog een lijn voor de loper op c1). 11...Lb7 12.h4?! Lg7?! (12...Pd4 13.Dh3 Lxa8 en waarschijnlijk heft zwart enig voordeel, vooral omdat wit 14.Pe2 niet kan spelen vanwege 14...Pxe2. Een bijkomend probleem is de slechte positie van de witte dame op h3) 13.Dh3 e4 14.Pe2 Lxa8 15.0–0 Wit heft niet de sterkste zetten gespeeld, maar dankzij 12… Lg7 heeft wit toch kunnen rokeren. 15...Lf6 16.d3 Lxh4 17.Lf4 Lf6 18.Lxd6 Dxd6 19.dxe4 fxe4 20.Tad1 Wit trekt het spel nu naar zich toe en vlecht dreigingen in de stelling. 20...De7 21.Pf4 Lxb2 22.c3!? Wit doe twat van hem in deze variant wordt verwacht: material offeren voor aanval. 22...Te8 23.Txd7+ (23.Td2 La3 24.Tfd1 is wellicht sterker) 23...Dxd7 24.Td1 Dxd1+ 25.Lxd1 Te7 26.Dh6 Ke8 27.Pxg6 hxg6 28.Dh8+ Kd7 29.Dxa8 Raud‐Hector, 1996, 1‐0 na 60 zetten. Een andere zet die gespeeld wordt is 11.Pxb6?! Wanneer het paard op a8 blijft staan is zwart een extra zet kwijt en in sommige gevallen weet het paard zelfs te ontsnappen. 11...axb6 12.d3 Lb7 13.Df3 Pd4 14.Dh3 h5 15.f3 Wanneer wit dit sort zetten moet spleen om overeind te bijven mag met recht worden getwijfeld aan de juistheid van een variant. 15...f4 16.Ld2 Lg7 17.0–0–0 L6f5 (Kaidanov‐ Lputian, 1987). Ten slotte is ook 11.h4 gespeeld, maar wit kwam in problemen na 11...Lb7 12.Df3 Lxa8 13.Pe2 Lg7 14.Dh3 Tf8 15.Pc3 Pd4 16.0–0 f4 17.d3 Tf5 (Simmons‐Hector 2003). 11...Lb7 12.h4 Een verrassende zet die dwingt te reageren op een manier waarmee wit in de kaart wordt gespeeld. Nu blijkt het zwarte kwaliteitsoffer pure noodzaak te zijn geweest i.p.v. een romantisch idee. In sommige openingen offert de gambietspeler materiaal om vervolgens vol op de aanval te gaan spelen. In deze variant echter heeft zwart geofferd om tijd te winnen (ontwikkelingsvoorsprong) en actief spel te krijgen, maar wit blijkt in staat te zijn ondanks de achterstand in ontwikkeling zelf een aanval te lanceren. In een scherpe stelling als deze kunnen de kansen echter van het ene op het andere moment wisselen. 12...f4 Of 12...Lg7 13.Lg5 Pf6 14.Lxf6 Dxf6 15.Df3 Stukkenruil is in het voordeel van wit! 15.0–0–0?? is fout omdat na Pb4 de dame verloren gaat. 13.Df3 Pd4 14.Dg4 Wit wil 15.Dg5 spelen om de dames te ruilen. 14...Lg7 14...Lxa8 is ook mogelijk, maar het paard loopt niet weg. 15.Ld2 Lxa8 16.0–0–0
8
16.Ph3 is ongebruikelijk, maarr besliste wel snel de p partij J.J. Carrleton‐J.A.TTait: 16...P6ff5 17.Pg5 h5 18.Dh3 TTf8 19.c3 Pxxh4 20.Dxh4 4 Pxb3 21.aaxb3 Lf6 22.Txa7 Lxg2? (beter wass 22...Lxgg5 23.Txa8+ Kc7 24.Dxgg5 Dxg5 25.TTxf8 waarna een intereessante possitive zou zijjn ontstaan.) 23.Qh2!!. 16...Lf6 17.Te1!? Deze zeet is blijkbaaar de sterkstte. 17.h5 werd gespeeld in de correspondenttiepartij tusssen Wibe‐vaan Oosterom m. De partijj eindigde in n remise. 17 7.Lb4 kwam m voor in eeen ander top pduel. 17...a5 18.Lxd6 Dxd d6 19.Ph3 (19.Th2 is beeter dan he et er uit ziet. De f‐ en de g‐pionnen n willen graag geezet worden zodat de toren op dee tweede rijj kan spelen n en het paaard kan naaar e2.) 19...Dc6 6 20.Pg5 a4! 21.Lc4 b5 22.Pf7+ Kc7 7 23.Pxh8 LLxh8 24.h5 D Deze positiee lijkt veel o op een stelling uit een zeeer giftige varriant van dee Siciliaanse e drakenvariant, waar b beide spelers elkaar fanatiek te lijf gaan. 17...Dg7 7 18.Kb1 h5 5 19.Dh3 Vanaf nu is Frankenstein‐Draccula variant uitgespeeld d en wordt de partij eeen “gewone e” partij. 19...P6ff5 20.Pe2 Pxxe2 21.Txe2 2 Pxh4 22.gg3 Een verraassende zett! Zwart kan n de toren o op h1 echter nie et slaan van nwege de drreiging van de witte dame die via h1 naarr a8 kijkt! Biijvoorbeeld: 22…Lxh1 2 23.Dxh1 f3 24.gxh4 f3xxe2 25.Da8 en de zwarte ko oning heeft geen veiligee schuilplaaats meer: na 25…Kc7 (Kee7 loopt direect mat na 26.Lb4 d6 27.Dxaa7+ Ke8 28.La4+ Kf8 29 9.Db8+ Kf7 3 30.Lb3+ Ke7 31.Dxxd6+ Ke8 32 2.La4+ b5 33 3.Lxb5+ Kf7 7 34.Dd5) klappen beid de lopers en n de dame zzich lachend o op de knieën n. 22…Pf3 23 3.Lc3! Pg5 2 24.Dh2 Lxh1? 24...fxg3 2 25.fxg3 Lxh1 is de juiste volgorde en leidt tot onduidelijk spel. 25.gxf4! Lf3 26.fxe e5 Df8 27.exxf6 Dc5 28.TTe5 Dc7 29.Df4 1‐0 We heb bben in dit aartikel de paartij M.Okkees‐Timmerm man (Amsteelveen‐Volm mac2, 1993). Wit heeft heet durven o opnemen tegen één van de specialisten van d deze variantt; bewond derenswaarrdig! Het witte plan meet 11.d3 and d 14.Dg4 lijkkt erg goed te zijn. Nattuurlijk is er nogg veel te on ntdekken in de openinggsvariant alss deze. Bedenk echter wel de boo odschap van Fran nkenstein w waarmee ik dit artikel b begon!
9
Schaakopg gaven – Sa ape Westtra mooiee stellingen uit verschilllende toern nooien IIn het 24ste open schaaaktoernooi vvan Pula kw wam de s stelling van hiernaast o op het bord in de partijj die F Fercec (249 92) tegen Saaric speelde (2580). Zw wart aan z zet had 24… …,bxc3 gesp peeld. Een heel natuurlijke zet z zou nu 25.b bxc3 zijn, wit ging echteer vol op de e aanval e en bedacht een geheell ander plan n. Wat zou u u doen?
IIn het FIDE Women’s G Grand Prix 2 2010 in U Ulaanbataa r speelden topgrootmeeesteressen n tegen de e elkaar. In de e 2 ronde troffen Kossintseva (25 562) en v voormalig w wereldkamp pioene Zhu Chen (2476 6) e elkaar. Wit heeft in dezze stelling eeen winnende v voortzetting g. Ziet u weelke?
IIn de 7de ron nde van hett ONK in Dieeren moestt Sjef R Rijnaarts he et opnemen n tegen De R Ruiter. De w witspeler de eed “missch hien wel de mooiste ze et van h het toernoo oi” volgens d de schrijverr van het r rondeversla ag. Ziet u dee winst voorr wit?
10
Nog een stelling uit h het ONK van n dit jaar. Vaan Delft kreeg mett wit een veeelbelovend de stelling in n zijn partij tege en Rietveld. Onder opo offering van 3 pionnen o ontstond een enorme vvoorsprong in ontwikkeling. Hier mo oet van te p profiteren zzijn; ziet witspeler daat deed? u hoe de w Dan Zoler wist met w wit een mooi einde te bedenken in zijn parttij tegen . Ziet u hoe w wit direct wint? Roeland P Pruissers, eeen aantal jarren geleden n nog winnaar van de hoofd dgroep van ons Rie Tim mmer Rapidtoernooi, speelde in het ONK goed me ee. Even otmeesterreesultaat te leek hij zelfs een groo behalen; in zijn partij tegen Erwiin L’Ami had d hij zwart; na een verdachte pionwin nst ging hett snel bergafwaaarts met Ro oel (zwart). ZZiet u hoe LL’Ami de partij besliste?
11
VSG 1 slaat toe – Sape Westra Schaakmaat afgedroogd In de tweede ronde van de OSBO competitie kwam VSG 1 uit tegen Schaakmaat. De Apeldoornse vereniging heeft een redelijk sterk team, ware het niet dat twee veelbelovende jeugdspelers helaas niet in staat waren op 10 november in Ermelo acte de presence te geven. Dat hebben ze geweten. Om goed half tien waren al drie partijen in het voordeel van VSG beëindigd. Sape Westra mocht het punt om 21.05 uur al in ontvangst nemen. Zijn tegenstander behandelde de siciliaanse opening verkeerd, waardoor de witte stukken als heer en meester uit de opening kwamen. Een paar sterke torenzetten, een loperoffer en een matdreiging later gaf de zwartspeler op. Ernst Keijer stond na 6 zetten al zo goed als gewonnen. Het witte 1.f2‐f4 werd door Ernst vakkundig onderuit gehaald. Even leek het erop alsof wit tegenkansen zou krijgen; Ernst zette niet met de sterkste zet voort, maar er bleek geen vuiltje aan de lucht. Het eindspel met een pion meer was in alle varianten gewonnen. Sebastiaan Hiemstra heeft zijn verliespartij in de eerste ronde goed gemaakt. De tegenstander speelde te optimistisch in op de Slavische opening, waardoor zwart enorm voordeel kreeg op de damevleugel. Sebastiaan negeerde stukwinst omdat hij zag dat na een winstvariant van 8 zetten de partij uit zou zijn. En zo geschiedde! Jan Lambrechts nam het op tegen een sterke jeugdspeler. De caro‐kann werd door beide vakkundig gespeeld. In het middenspel, beide spelers hadden een dame, twee torens, een paard en zeven pionnen, kwam het aan op heen en weer laveren. Wit leek iets meer ruimte te hebben, maar dat past bij de zwarte opzet. Op één of andere manier kreeg Jan de kwaliteit te pakken; het witte paard leek echter gebruik te kunnen maken van de zwaktes op h6 en f6. Met een onverwachte kleine combinatie won zwart nog een pion en vanaf dat moment restte wit niets anders dan te vissen in troebel water. Jan had zijn duikbril echter op en haalde om 22.40 uur de vis op het droge. Theo Janssen speelde een Italiaanse opening. Meestal zijn dat rustige zettenreeksen, maar wanneer Theo de stukken neerzet kan dat niet gezegd worden. Al vroeg in de opening leek wit een voordeeltje te hebben. Door onzorgvuldig spel scheen dit echter als sneeuw voor de zon te verdwijnen. Theo zette zich schrap en wist remise uit het vuur te slepen. Mark de Graaf leek de zesde speler te worden met een positief einde. Uw verslaggever noteerde in zijn blok om 23.30 uur een punt voor onze tweede bord speler. Mark besliste echter anders en liet zijn stukken uit hun schijnbaar winnende positie weglopen, waardoor zwart weer enige hoop koesterde. Een aantal keren dachten omstanders een winnende voortzetting te zien voor wit. Pas om 24.00 uur vond Mark het tijd voor zijn punt.
12
De zesde speler was Gerard de Hoop. Na een Pirc ontstaat vaan een stereotypische stelling, een soort halma op het schaakbord; pionnen staan in ketens door elkaar en tegen elkaar aan. Onoverzichtelijk is het vaak wanneer Gerard zijn partij speelt. Als hij net zo rijles geeft als dat hij schaakt, dan zou ik niet graag bij hem in de auto willen zitten. Er ontstaat een dame‐eindspel met elk zeven pionnen. Na ruil van de dames zou de dichtgeschoven stelling remise moeten zijn; wit biedt dat ook aan, maar Gerard denkt nog kansen te hebben. Een pionruil en een paar koningszetten later accepteert hij toch het halve punt; naar even later blijkt in gewonnen stelling! Bas West weet om 23.48 uur zijn halfje binnen te slepen. Hij is zo sportief om zijn tegenstander, die in zware tijdnood is, de hand te schudden. Terecht gezien de gang van zaken in de zetten voordat de tijdnood ontstond. Bas speelt zijn geliefde 1.d2‐d4 gevolgd door 2.Lg5 om het zwarte paard op f6 af te ruilen. Trompowski heet deze opening. Er schijnen ooit hele leuke partijen mee gespeeld te zijn, maar Bas voegt daar niets aan toe. Het middenspel gaat redelijk gelijk op, maar op één of andere manier komt Bas toch minder te staan. De sterke zwarte loper beheerst de lange diagonaal en de betere pionnenstelling geeft zwart goede kansen. Het toreneindspel met twee pionnen meer moet voor hem wel gewonnen zijn. Bas worstelt zich er echter, met dank aan de Apeldoorner, uit. De ene zwarte pion na de andere valt genadeloos in witte handen. Het remise‐eindspel wordt inderdaad remise, Bas piekert er niet over om op tijd te winnen. Een toch wel verrassende 6½ ‐ 1½ overwinning. Met 11½ bordpunten en 4 matchpunten tellen we aardig mee! Team VSG VDS ASV WDC Denk en Zet Schaakstad ZSG 2 Schaakmaat
Matchpunten 4 4 4 2 2 0 0 0
Bordpunten 11,5 11 9 8 7,5 6,5 2 5
13
Verslag VSG 2 – Wim Geitenbeek 2de Ronde 3B klasse Osbo Na de eerste wedstrijd die gewonnen is met 5 ½ ‐ ½ tegen De Combinatie 2 zijn we op weg gegaan naar de thuisbasis van PSV/Dodo om te schaken tegen het Jeugdteam NW Veluwe. Er was 1 partij vooruit gespeeld omdat Rob Boterenbrood niet op vrijdag 12 november kon spelen. In een spannende strijd op dinsdagavond stond Dimitry Brons beter, maar uiteindelijk heeft Rob de winst voor ons binnengesleept. Op vrijdagavond zullen we dus met 5 leden van VSG vertrekken naar de thuisbasis van Psv/Dodo. Echter door een miscommunicatie tussen mij en Henk Mondria zijn we maar met ons vieren aanwezig. Nogmaals mijn excuses richting Henk Mondria voor deze miscommunicatie. Henri Bosch is ingevallen een heeft het goed gedaan; hij won in het middenspel 2 pionnen en heeft de partij daarna goed uitgespeeld. Cor Petersen won zijn partij door het goed binnendringen in de stelling van zijn tegenstander en maakte de score daarmee 1‐3 voor VSG 2. Wim Geitenbeek speelde een aparte variant van de Pirc en won in het middenspel door een stukoffer, waarna een niet te dekken matvariant op het bord kwam. Michael van Heuzen was als laatste bezig tegen Peter Teune, een zeer degelijke speler bij PSV/dodo en leider van dit Jeugdteam. Michael speelde eveneens een Pirc systeem, won een kwaliteit in het middenspel, uiteindelijk een stuk extra en daarmee won hij zijn partij. Dit maakte de score op 1‐5 voor VSG 2. Een goed resultaat voor onze promotie aspiraties. Jeugdteam NW Veluwe ‐ VSG 2
1 ‐ 5
Dimitry Brons
‐ Rob Boterenbrood
0 ‐ 1
Peter Teune
‐ Michael van Heuzen 0 ‐ 1
Olger van Donk
‐ Cor Petersen
0 ‐ 1
Vincent Valstar
‐ Wim Geitenbeek
0 ‐ 1
Tristan Makkink
‐ NO
1 ‐ 0
Erik van Cappellen
‐ Henri Bosch
0 ‐ 1
Nadat wij de 2de ronde gewonnen hebben van het Jeugdteam NW Veluwe staan we 2 bordpunten los van onze grote concurrent Pegasus. Tevens staan wij aan de leiding in de 3B klasse van de Osbo. 14
Hopelijk staan we bij het einde van het externe schaakseizoen ook eerste of anders beste 2de in de Osbo competitie. Maar de tijd zal leren wat voor ons in het verschiet ligt.
Klasse 3B
Mp Bp 1 2
3 4
5
6
7
8
1. VSG 2
4
10½ x . .
5 .
.
.
5½
2. De Cirkel 2
4
9
. x .
. .
4
5
.
3. Pegasus
4
8½ . . x
. .
4½ .
4
4. jeugdteam NW Veluwe 2
6
1 . .
x 5
.
.
.
5. Nunspeet
2
4½ . . .
1 x
.
3½ .
6. VDS 3
0
3½ . 2 1½ . .
x
.
.
7. Pallas 5
0
3½ . 1 .
. 2½ .
x
.
8. De Combinatie 2
0
2½ ½ . 2
. .
.
x
15
.
R Huzen (1796) – S Hiemstra (1832) door Sebastiaan Hiemstra Men vroeg mij om een analyse te maken van mijn externe partij tegen de Schaakmaat, omdat het een erg mooie slachtpartij was. In deze partij moest ik tegen Remco Huzen, een jeugdspeler met een rating van 1796. Het thema van de partij is iets dat ik heel vaak tegen kom bij vooral jeugdspelers en dat is onderontwikkeling. Oftewel: te snel willen aanvallen. De partij ging als volgt: 1. 2. 3. 4.
d4 c4 Pc3 Lf4
d5 c6 Pf6
4.
…
e6
5.
c5
5.
…
b6
6. 7.
b4 Da4
La6
7.
…
Dc8
8.
g3
8.
…
Pb‐d7
9.
Lg2
Lc4
10. Dc2
a5!
11. e4
11. … 12. exd5
xb4 cxd5
Slavische / Catalaanse opening In de openingsdatabase komt deze zet maar 1 keer voor. 4. e3 of Pf3 is theorie. De openingsdatabase geeft nu dxc4 aan en waarschijnlijk wint het een pion, maar ik hou niet zo van zo´n opening. Een soort geaccepteerde dame gambiet. Ik heb liever een actief spel. Zijn bedoeling is duidelijk: Mij geen ruimte geven om mij vervolgens weg te drukken. Dit is alleen een zet die niet gebruikelijk is in deze opening. Maar ik had het idee dat deze zet te vroeg was…. Ik heb 2 bedoelingen met deze zet: Als eerste wilde ik zijn laatste zet in twijfel trekken en dat doe ik door deze meteen aan te vallen. Hij moet erop reageren. Mijn andere bedoeling was om mijn loper op c8 ruimte te geven, zodat deze naar a6 en vervolgens naar c4 kan gaan om op een mooi veld te komen. Bovendien hindert deze loper de ontwikkeling van mijn tegenstander op de koningsvleugel. Rybka geeft Pf3 als een betere zet. Deze zet had ik wel gezien, maar niet verwacht. De dame staat eigenlijk op een verkeerd veld. Hij dreigt Lxb8 om vervolgens Dxa6 te spelen en hij dreigt Dxc6+. Maar goed beide dreigingen zijn makkelijk te verdedigen. Rybka geeft Lb7 aan als eerste zet en Dc8 als 2e, maar ik wil mijn loper juist gebruiken op die lijn om zijn ontwikkeling te remmen. Dit is een morele overwinning. Zijn loper op g2 kijkt tegen een goed verdedigende pion van mij en kan daar niet zoveel. Maar aan de andere kant kan hij ook niet zoveel anders. Hij zal zijn koningsvleugel snel moeten ontwikkelen. Ook Rybka geeft dit als beste zet. Kort gevolgt door Lc4 welke mijn 8e zet is. De dreiging is om een keer a5 te kunnen spelen en daarvoor is het nodig dat mijn toren op a8 gedekt staat. Verder wordt c5 nog eens aangevallen en is het dus een goede ontwikkelzet. Rybka geeft ook dit aan als beste zet en nu met een voordeeltje van 0.10. De dreiging is 9. … a5. Rybka geeft nu 1,24 pion voorsprong. Beter was 9. Pf3 a5 10. b5 met nog onduidelijk spel, al stond ik wel beter. Ook deze zet is fout. Nu sta ik 2 pionnen voor. Volgens Rybka is het zelfs 3.41. Zijn bedoeling is chaos creeëren. Ik kan zijn paard niet nemen vanwege 12. … bxc3 13. cxc6 en mijn paard kan nergens heen. Ik blijf wel voor staan, maar ik wil niet afruilen. Normaal gesproken wel, maar ik sta zo goed op de damevleugel. Hij kan 16
13. xb6
Pxb6
14. Pd1 15. Db2
b3
15 … 16. Txa2
Txa2 xa2
17. Pc3
Da6
18. Da1 19. Ld2 20. Lxc3
Lb4 Lxc3 Pa4
21. Ld2
Db5
toch niets. Ik kon zijn paard wel slaan en dat zou ook wel goed zijn. (Rybka geeft dat ook aan. 3 pionnen voorsprong) Maar ik wilde een pion op a2 krijgen. Dat vond ik sterker dan een paard winnen. Bovendien sta ik toch al 2 pionnen voor. Na langere analyse (nadat ik Pxb6) speelde geeft Rybka nu een voorsprong van ruim 4 pionnen. Nu sta ik 5 pionnen voor. Ik wist dat het uit was. Het was nog een kwestie van een paar zetten. Rybka geeft nog Lb4+ Het paard op b6 mag niet geslagen worden omdat ik dan kan promoveren. Zijn dame is dus nu gebonden aan mijn a‐pion. Geen van zijn stukken doen nog iets zinnigs. Rybka geeft Lb4 aan met een score van +7! Da6 is slechter omdat hij nu zijn paard tegen de a‐pion kan geven. Daar is die dan eindelijk! Hier zag ik de winnende zettenreeks. Uitschakelen verdediging. Hiermee krijg ik controle over de velde b2 en c3 waarover hij het veld a1 verdedigde. En hij gaf op. Er is niets tegen de dreiging Db1 te doen. Zijn stukken aan de koningsvleugel hebben nooit meegedaan. Mijn toren ook niet, maar dat was ook niet nodig. Anders deed die in 1 zet (o‐o) wel mee, in tegenstelling tot zijn stukken.
De moraal van het verhaal: Eerst ontwikkelen en daarna aanvallen.
17
De psyche e achter d de schake er ‐ Rob Boterenbrood Toen ik nog een jeu ugdschakerr was deed d de psycholo ogische train ning zijn inttrede bij de clubschakers. Karel van Delft ggaf toen lesssen aan talentvolle jeu ugdschakerss (ik behoorrde daar niet bij!) Behalve d dat ik niet in n aanmerkin ng kwam vo oor die lesseen, vond ik d die lessen o ook onzin. N Na afloop vaan de eerstee speeldag vvan de OSBO‐kampioenschappen (4 december jl) viel het mij op hoeveel psycho ologie mijn partijen van n de afgelop pen week h heeft beïnvlo oed. wil ik jullie h hiervan deellgenoot maken. Graag w In de eeerste ronde moest ik teegen meneeer F. Kuggeleijn. Een sp peler met eeen rating vaan 1594. Gezien mijn rating (1762) en h het feit dat ik dit seizoe en goed draaai had ik heet gevoel daat ik bleek erg deze paartij eenvoudig moest kkunnen winnen en dat ik mij veel kon permittteren. Dit b tegen tee vallen. Vanuit de opeening stond ik wat mind der. (Mede omdat ik tee snel wilde e gaan aanvalleen en er nieet voor zorggde dat mijn n stukken on ntwikkeld w waren.) Gelu ukkig deed mijn ste tegenstander op dee 28 zet eeen minderee zet. Dit leidde ertoe d dat de stelliing weer ge elijk was. Ondertu ussen was ik dus wakkeer geschud en diep aan n het denkeen geslagen. Dit leidde ertoe (met eeen beetje mazzel, maarr ook met de wil om te winnen) daat ik op zet 70 van mijn n tegenstander won.. Wel was het een zeerr zware parttij, waarbij w we allebei n nog ongeveer 6 n hadden to oen hij de p partij opgaf. minuten “s Midd dags was de tweede ronde van de OSBO‐pk. Ik moest teggen meneerr A. Burer. EEen redelijk sterke schaaker (rating 1855). Ik bedacht dat remise een n gunstige u uitslag voor mij zou zijn. Ik b begon dus m met de gedaachte: remise is een mooie uitslagg en zocht n naar redene en om remise aaan te bieden. Opeenss had ik de rreden gevon nden: in de eerste rond de had ik ee en zeer zware p partij gehad en was mo oe. Goede reeden om re emise aan tee bieden. Du us maar op zet 18 remise aaangeboden. Gelukkig sloeg mijn tegenstand der af. Stelling na 26ste zet vaan wit: hier beter, m maar na De5 5 is het nogg best Wit staat h lastig. Mijn n tegenstander speeldee 26…,Txc3. Dit was voor m mij een verrrassende zet. Ik had hie er niet naar gekekken. Hij boo od na het uittvoeren van n deze zet remise aan. Een taactisch zeerr juist mome ent. Ik had een co ombinatie n niet gezien een ik verliess een pion. Of niet? Nadat ik beter keeek zag ik datt deze zet niet juist is. U ook? de …,Pxe4 en na Ik speelde 27.Dxc3. Hierop volgd 28.Txe6!! iis het uit. Sllaat zwart m met het paaard de dame op c3, dan iss Txe8 mat. Slaat zwartt met de torren op e6 daan is Dc8 m mat. De partiij ging verder m met …,Dg6 (ook een leeuke zet) 29 9.Txe8,Dxe8 8 30.De3,h6 6 31.Te1 en zwart gaf o op. 18
En tot slot nog de eeindstellingg van mijn partij tegen d de heer E. vvd Eijkel in d de externe wedstrijjd Nunspeeet –VSG‐2. D Deze wedstrrijd werd op p maandag 4 decembeer (dus 2 daggen na de OSBO O‐pk) gespeeeld. De lesssen van zaterdag 2 deccember (meentale hardheid, de will om te winnen en zorgen dat je stukkken goed staaan.) leidde en tot de vo olgende stelling (wit aan zet): In de opening had ik eeen pion geo offerd. Die ssta ik nog steeds achter, maaar ik heb w wel een bete ere oede velden n en de stelling. Miijn stukken staan op go koning van zwart staaat “op de to ocht”. Ziet u u hoe ik deze stellin ng heb gewo onnen? Ik speelde Dh5 5. Kd8 kan niet vaanwege Lb6 (schaak) en n zwart raakkt twee stukken kw wijt. Zwart speelde Kf8,, gevolgd do oor Txc8. Na Dxc8 en Pg6 gaf hij op. Ik heb vvan deze partijen veel ggeleerd. 1. Een beetje openingskeennis is handig. Scheeltt tijd en zorgt ervoor dat je vanuitt de o opening nie et minder sttaat. 2. ZZorg ervoorr dat je je sttukken o ontwikkelt en ga niet tte snel op pionjacht. 3. O Onderschatt de tegensttander niet. 4. ZZorg dat je iedere zet nauwkeurigg speelt en zeer belangrijk: heb de wil o om te w winnen. 5. En wellicht het a allerbelang rijkste: zorgg ervoor datt je plezier iin het schakken hebt! (Artikel iis bewerkt door de redacctie met goedkeuring van n de schrijver)
19
VSG3 ‐ ZSG3 Niet vlekkeloos – Uri Vecht Tweede ronde in de 3de klasse A en tegen een tegenstander , waar we qua rating beter opgewassen waren dan Dronten uit ronde 1. Dus een mooie kans om de eerste nederlaag weg te poetsen. Maar dan moet het ook wel kloppen achter de borden. Helemaal vlekkeloos ging het echter niet: Marco ter Meer ‐ Bram de Vries (1505) 1‐0 Met zwart speelde Marco de Hollandse opening, echter door een berekeningsfout kwam er een gedekt wit paard op e6. Dit kostte een kleine kwaliteit, waarvoor zwart wel wat meer spel terug kreeg. Toch behandelde Marco dit niet goed en kreeg wit weer de overhand en zelfs een beslissende aanval, echter intussen ging de tijdnood een rol spelen. Door de wilde stelling en de tijdnood sloeg Marco een remise aanbod af in de hoop fouten van zijn tegenstander en dat gebeurde ook: en zo kwam zwart toch gewonnen te staan. Wit restte niks anders dan te capituleren met nog 1 seconde op de klok. Mooi voorbeeld van strijdlust en koelbloedigheid van Marco! Rob Hollmann ‐ Henk v Schaik (1669) 1‐0 Een spannende partij waarin Rob de witte stukken aanvoerde met aanvalskansen aan beide kanten. Van Schaik probeerde zijn b‐ pion door te drukken, maar dat wist Rob met een schijnoffer te voorkomen. Hij kreeg daarvoor een toren en drie pionnen, zwart won een paard en een loper. De partij was complex en beide spelers gebruikten veel tijd, vooral zwart. Na zo'n 30 zetten had Rob twee pionnen meer en dus winstkansen. Wit probeerde een pluspion door te drukken, maar deed dat te onhandig. In de slotfase stond het gelijk, maar wegens 3‐2 achterstand van dat moment moest Rob wel doorspelen. In tijdnood van Schaik verloor zwart eerst zijn loper en ging toen door de vlag. Hardnekkig en goed op resultaat gespeeld van Rob. Uri Vecht ‐ Eric Jansen (1595) 0‐1 Uri speelde met zwart een Grünfeld‐Indische verdediging. Dat ging best goed en zwart kwam steeds beter te staan. Op het moment dat Uri dacht op c4 een pion te winnen met behoud van zijn aanval, overzag hij dat c4 niet éénmaal maar tweemaal gedekt stond. En dat betekende stukverlies en na nog wat zetten tegen‐beter‐weten‐in het jammerlijk verlies van deze partij. Dat bedoel ik nou dat het niet vlekkeloos ging. Goed begonnen, maar toen te overmoedig en te snel gespeeld door Uri. Wim Jongejan ‐ Jin Zhao Hu (1439) 0‐1 In een moderne Benoni, speelde Wim het niet goed met de witte stukken. Hu week als eerste van de theorie af. De partij was nog in evenwicht, toen Wim onnodig zijn paard terugspeelde naar b1, misschien een teken van slechte concentratie? Daarna volgde een dubbele aanval met een zwart paard op loper f4 en een aanval van Lg7 op pion b2. Wim was 20
gedwongen de pion te dekken en zag de afruil van paard tegen zijn mooie loper met lede ogen aan. Vervolgens kwam zijn andere paard gepend te staan. Bij wegzetten zou de dame vallen. Na enig zoeken sloeg Wim op g6 waarmee hij een afruil afdwong die beiden weer op gelijk spel zette . Zwart pikte eerst toch nog een pionnetje mee en bood toen dameruil aan. Volgens Rybka had wit dat direct moeten doen, maar zoiets druist tegen de natuur van Wim in. Hij wachtte er dus nog even mee gezien de pion achterstand. Rybka had gelijk: uiteindelijk volgde toch die dameruil en ook nog een veel slechtere stelling. Het was niet zinvol door te spelen en Wim feliciteerde zijn tegenstander. Met een betere concentratie van Wim was dit niet gebeurd! Henri Bosch – Rene in ’t Veld, geen rating 1‐0 Henri was blij dat hij dit keer een sympathieke tegenstander trof …. In een Russische opening stonden het na 15 zetten helemaal gelijk. Door een verkeerde toren zet van wit (a in plaats van de f) kreeg Henri het initiatief. Wit kon alleen nog maar verdedigen wat hem op een gegeven moment een kwaliteit koste. Toen Henri even later ook nog twee pionnen won, was de partij helemaal gewonnen. De wil van Henri om te winnen bleek in deze partij beslissend! Wido Sparling ‐ Jonas Kallgren, geen rating 0‐1 Wido op het laatste bord speelde met wit tegen een ratingloze Jonas Kallgren. (Maar inmiddels wel met een TPR van 1840!). Wit kwam leuk uit de opening — iets te leuk misschien, want in een overmoedige bui offerde hij op de 18e zet zijn loper op h6. Daarna bleek zwart best meer dan aardig te kunnen schaken voor iemand zonder rating. Op de 41 zet gaf wit, zwaar in tijdnood en in een kansloze stelling, zich gewonnen. Te optimistisch geofferd zoals Wido zelf aangeeft! Einduitslag 3 ‐3, tegen een tegenstander waar we eigenlijk van hadden moeten winnen. Laten we het er maar op houden dat een voorzichtige stijgende lijn zichtbaar wordt. Op naar de 3de ronde!
21
VSG‐4 tegen Schaakstad 8 – Jo Wolters Met het schaamrood op de kaken moet ik melden dat we uiterst teleurstellend opnieuw hebben verloren en dat nog wel tegen een tegenstander die als een van de zwakkere broeders in de poule moet worden beoordeeld. Gemiddeld zaten we zo'n 200 ELO‐punten hoger!!!! Willem Booy bracht op bord 6 zijn koning in onveiligheid door een rochade en overleefde de daaropvolgende mataanval niet. Om 20:40 uur stond hij mat. 1 ‐ 0 Anton speelde een solide partij op bord 2. Zijn tegenstander probeerde nog remise aan te bieden in een verloren stelling. Anton weigerde, pareerde een dreiging van een aantal doorbrekende verbonden vrijpionnen met zijn stukkenmeerderheid en mocht om 21:15 de felicitaties van zijn tegenstander in ontvangst nemen. 1 ‐ 1 Jo's tegenstander op bord 1 deed in de opening wat vreemde dingen en met de wetenschap dat hij op papier veel zwakker was liet hij zich verleiden tot een onduidelijke aanval op de damevleugel en zag te laat dat hij in de tussenliggende tijd toch wat dreigingen verzameld had. Toen was het echter al te laat want de aanval op Jo's koningsstelling sloeg door. 2 ‐ 1 Gerbrand kwam op bord 4 al gauw in een redelijk evenwichtige stelling. Ietwat onzeker kwam hij vragen of hij remise mocht aanbieden, maar gezien de stand besloot hij toch verder te gaan. Dat bleek terecht want zijn tegenstander maakte een kapitale blunder door de dekking van een toren op te geven, die dan ook prompt verloren ging. Hij gaf direct op. 2 ‐ 2. Even later bleek dat hij zich niet goed voelde en is hij door Willem Booy en Kees Ferwerda naar huis gebracht. Kees op bord 3 deelde zijn tijd veel beter in dan vorige keer en voerde op het bord een verbeten strijd, waarbij de partij lang remiseachtig stond. Uiteindelijk speelde hij het toch niet nauwkeurig genoeg en verloor. Tsja 3‐2 Willem Viets op bord 5 moest dus winnen. In een erg complexe stelling wisten hij en zijn tegenstander telkens het antwoord te vinden op de dreigingen die er over en weer waren. Ook in gebruikte tijd hielden zij elkaar in evenwicht. In de tijdnoodfase zag Willem een minder voor de hand liggende zet over het hoofd die tot torenwinst geleid zou hebben. Gelukkig zag zijn tegenstander een paar zetten later loperwinst over het hoofd. In vliegende tijdnood bemachtigde Willem een loper en beide spelers gingen door hun vlag heen zonder dat er winst werd geclaimed. Remise dus. Einduitslag: 3,5 ‐ 2,5 in het voordeel van Schaakstad 8.
22
OSBO Nieuws – Sape Westra
De bondsraad van de KNSB heeft het ambitieuze beleidsplan voor de jaren 2011 – 2014 goedgekeurd. De twee rode draden in dit plan zijn ledengroei en het creëren van schaakhelden. Concreet: • •
in 2014 heeft de KNSB 8% meer unieke leden van in 2010 in 2014 staat Nederland in de tot 10 van beste schaaklanden
De KNSB ziet in dit beleidsplan een centrale plaats voor de verenigingen weggelegd. Daarnaast wil de bond zich richten op de 2 “groeimarkten” internetschaak en schoolschaak. De beide hoofddoelstellingen worden in het beleidsplan uitgewerkt in concrete subdoelstellingen. Het hele plan is te downloaden via www.schaakbond.nl. De Bondsraad heeft tevens ingestemd met het KISS reglement. Volgens dit reglement krijgt de NOC*NSF de beschikking over ledengegevens t.b.v. statistische analyse. Gegevens die worden doorgegeven zijn postcode, geboortedatum, geslacht, datum van aanvang van het lidmaatschap en de tak van sport. Andere gegevens zoals naam, adres en contactgegevens worden niet doorgegeven aan NOC*NSF. Op 8 januari organiseren onze Harderwijker schaakvrienden hun jaarlijkse schaaktoernooi. Er worden 7 ronden gespeeld met 20 minuten per persoon per partij. Aanmelden kan bij Piet Visch, (0341) 418897 of via
[email protected].
Op 4 december zijn de OSBO PK gestart. Een aantal VSG‐ers doet mee. Na 1 speeldag hebben Bas West en Rob Boterenbrood nog een 100% score in de 1ste klasse.
23
Schaken is keuzzes make en – Sape Westra possitie en tacttiek In elk sp pelletje schaaak moeten n wij schakeers voortdurrend keuzess maken. W Wel of niet sllaan, wel of n niet dat stukk verplaatseen, wel of niet die pion n opschuiven, wel of niet rokeren, etc. Voor wiie de princip pes van hett schaakspel kent (ontw wikkelen, ko oning uit heet centrum, etc.) worden n bepaalde kkeuzes auto omatismen. Je doet een n zet omdatt die bij hett principe ho oort. Toch ko omen in elkee partij situaaties voor w waarin je niet kunt teru ugvallen op die principes. Naar mijn meening onderrscheidt op die momen nten de goe ede schaker zich van dee gemiddeld de schuivver. Daarnaaast is natuurlijk het verrmogen stellinggen uit te reekenen erg belangrijk. We begeve en ons daarrmee op heet snijvlak vaan tactiekk en positie. In hoeverrre ben je alss schake er in staat eeen position nele keuze tte maken n die je onderbouwt met tactisch inzicht en rekkenvermogeen. In de steelling hiernaaast zien we een voorbeeld d van dit snijvlak. De sttelling uit de partijj Kramnik – Grischuk (M Moskou, komt u Tal me emorial 201 10). Wit heeeft pontificaal een toren op d6 geplaant en deze versterkt m met de oren op d1 en de pion op e5. dame op d3, de to De vraaag waar zw wart zich voo or zag geste eld is “moett ik die toren n op d6 lateen staan of moet ik hem afrruilen?” Ik n nodig u uit o om deze steelling eens ggoed in u op p te nemen. Desnoods zet u de stelliing op uw schaakbord neer en kijkk er eens 10 0 minuten n naar. Ik verkklap u vooraaf dat er geen co ombinatie in n zit; geen vvuurwerk du us, maar we el het duideelijke keuzem moment. Grischuk koos ervo oor de toren n te ruilen, d de partij gin ng verder m met 20...Txd d6! Deze ste erke zet leidt tott een volkom men gelijkee stelling. 21 1.Dxd6 Wit moet de vo olgende ruil van de paaarden toelaten n, waardoor de stellingg nog verder wordt verreenvoudigd d. De pointee is dat 21.e exd6? niet kan n vanwege d de penning 21...Td8! (p paardzetten n zijn zwakkker: 21...Pe8 8 22.d7 of 2 21...Pa6 22.Dd4 en in beidee gevallen h heeft wit eeen duidelijk voordeel) een nu volgt op 22.dxc7? (vrijwel gedwongen omdat zw wart anders ...Pe8 spee elt waardoor pion d6 al zwakker w wordt) 22...Txd d3 23.c8Q+ Kg7 en ond danks zijn extra stuk ve erliest wit na 24.Tf1 (24 4.g3 Dh3 25 5.Dxc6 Txd1+ 2 26.Pxd1 bxc6 of 24.Txd3 De1#) 24...Td2 en wiit heeft geeen verdedigiing voor hett punt g2. 21...Pb5 Ook m mogelijk is het meer creeatieve 21...Dxf4!? 22.D Dxc7 De3+ 2 23.Kh1 (23.Kf1 24
Df4+ 24.Ke1 Dxh2 is een voor beide partijen iets risicovollere voortzetting) 23...Df2 24.Tg1 Lxg2+! 25.Lxg2 Qf1+ 26.Tg1 Df3+ met eeuwig schaak. De partij eindigde in remise na 22.Pxb5 Lxb5 23.Dc5 Le2 24.g3 Dh3 25.Te1 Lf3 26.Df2 Lc6 27.Df1 Dxf1+ 28.Txf1 Td8 29.Lb3 Td3 30.Lc2 Td2 31.Tf2 Td4 32.Kf1 Kf8 33.Ke2 Ke7 34.Ke3 Tc4 35.Ld3 Tc1 36.Tf1 Tc5 37.Tf2 Tc1 38.Tf1 Tc5 39.Tf2 1/2‐1/2
Steinitz's onsterfelijke schaakpartij – Sape Westra
Vrijwel elke schaker heeft wel eens gehoord van de partij die de eerste wereldkampioen Wilhelm Steinitz speelde tegen de Duitse Graaf Curt von Bardeleben. Steinitz had even daarvoor zijn wereldtitel verloren aan Emanuel Lasker; of het daardoor kwam of niet, Steinitz vermorzelde zijn Duitse tegenstander op een geweldige manier. 115 jaren later wordt nog steeds deze partij als één van de beste in de schaakgeschiedenis gezien. Reden om ook in ons bulletin aandacht te besteden aan de onsterfelijke partij. “Genoeg is genoeg” is een credo in veel spellen en sporten. Wanneer je overklast bent en er is geen uitweg meer, dan rest een sporter niets anders dan op te geven en de tegenstander te feliciteren met de overwinning. De manier waarop Von Bardeleben opgaf past niet in dit beeld; hij zag dat Steinitz hem had overspeeld en verliet de speelzaal waar het legendarische toernooi van Hastings werd gehouden. Hij verloor zijn partij vervolgens op tijd. Tot dat moment speelde Von Bardeleben het toernooi van zijn leven; na 6 winstpartijen en 3 remises stond hij aan kop. De manier waarop hij reageerde op dit verlies levert een aantal vragen op. Was hij ontdaan door het verlies, baalde hij van de manier waarop hij was weggeschoven, was het een explosie van emotionaliteit, heeft hij later nog met Steinitz hierover gesproken en zo ja wanneer dan wel, was zijn stille vertrek wellicht een collegiale geste aan zijn medeschakers die daardoor niet werden gestoord door een luid applaus? Het is bekend dat Von Bardeleben over de gebeurtenis heeft gesproken met de organisatoren van het toernooi, in een aantal kranten is daarover geschreven. Wat de achtergrond precies is van zijn stille aftocht, we zullen het nooit met zekerheid weten. Wellicht maar goed ook, dan kunnen we ons vooral concentreren op de prestatie die Steinitz leverde. Hij werd de eerste wereldkampioen in 1886, nadat hij 25
Johann Zukertort versloeg in een match die gespeeld werd in de USA. In feite werd hij als beste schaker van de wereld gezien vanaf 1866, nadat hij Adolf Andersen had verslagen, tot 1894, toen hij van Lasker verloor. De partij tegen Von Bardeleben speelde hij op 17 augustus 1895, op een hete zomerse dag in Engeland. De partij leverde hem de schoonheidsprijs op en de daarbij behorende 5 pond sterling. In het juryrapport wordt beschreven “de gehele partij is uitermate artistiek en is van een briljante schoonheid”. Ook Steinitz zelf vond deze partij één van de mooiste uit zijn gehele schaakcarrière. Reeds gedurende 115 jaren wordt de partij als voorbeeld gebruikt door schaaktrainers, schrijvers van schaakboeken en commentatoren. De partij toont wat er gebeurt met een koning die niet uit het centrum kan vluchten. Één van Steinitz’ principes was “de schaker met voordeel moet aanvallen”. In deze partij laat hij dit principe heel duidelijk zien. Steinitz begint zijn positionele combinatie met een pionoffer op een veld dat schijnbaar door meerdere zwarte stukken is beschermd. Vervolgens offert Steinitz een toren, terwijl veel van zijn andere stukken worden aangevallen. Zolang de geofferde toren niet wordt geslagen lijkt zwart zich te kunnen redden, de toren danst zich echter elegant een weg over de 7de rij en moet uiteindelijk worden genomen, waarna de partij over en uit is. Steinitz slaagt erin om het onmogelijke mogelijk te maken! Veel briljante partijen ontstaan onder druk en dat zou ook in deze partij een rol kunnen hebben gespeeld; wanneer hij één zet had gewacht met het pionoffer zou Von Bardeleben de geïsoleerde pion kunnen hebben blokkeren en zelfs goede kansen op de overwinning hebben gehad. In plaats daarvan componeerde Steinitz zijn onsterfelijke partij. Steinitz,William ‐ Von Bardeleben,Curt Hastings, 1895 1.e4 e5 2.Pf3 Pc6 3.Lc4 Lc5 4.c3 Pf6 5.d4 exd4 6.cxd4 Lb4+ 7.Pc3?! Steinitz speelde deze oude gambietvariant graag. 7...d5? Een verkeerd besluit. Correct is 7...Pxe4! 8.0‐0 Lxc3 9.bxc3 d5 10.Ba3 Be6 Steinitz‐ Schlechter, Hastings 1895. In 1896 speelde Lasker in de WK match tegen Steinitz simpel 10...dxc4 en won daarmee twee keer! 8.exd5 Pxd5 9.0‐0 Le6 Na 9...Pxc3 10.bxc3 Lxc3 11.Db3! Lxa1 12.Lxf7+ Kf8 13.La3+ Pe7 14.Txa1 a5 wint 15.Te1, bijvoorbeeld na 15...a4 16.Dc4 b5 17.Txe7 bxc4 18.Txc7+ De7 19.Txe7+‐ ; ook 9...Lxc3 10.bxc3 Pxc3 11.De1+ wint simpel een stuk. 10.Lg5!? Lange tijd de meest gespeelde zet. Tegenwoordig geven computers als verbetering: 10.Pxd5 Lxd5 11.Db3!? Bxc4 12.Dxc4 Le7 13.d5 Pb4 14.Td1 0‐0 (14...c6? 15.d6 Lxd6 16.Lg5 f6 17.De6+ De7 18.Dxd6 Dxd6 19.Txd6 fxg5 20.Te1+ Kf8 21.Td7+‐ ) 15.Le3 met voordeel voor wit. 10...Le7 [10...Dd7 11.Lxd5 Lxd5 12.Te1+ Kf8!? De enige zet, andere zetten verliezen: (12...Le6 13.d5+‐ ; 12...Le7 13.Pe5! Pxe5 14.Txe5 Le6 15.Lxe7 Dxe7 16.d5 0‐0‐0 17.De2 wint een stuk) 13.Dd3!? Lxc3 14.bxc3 f6 15.Lf4 met ongeveer gelijk spel. 11.Lxd5! Lxd5 12.Pxd5 Na 12.Lxe7 Pxe7 13.Te1 0‐0 14.Txe7 Lxf3! (14...Dxe7? 15.Pxd5) 15.De1 Lg4 blijft zwart in leven. 26
12...Dxd5 13.Lxe7 Pxe7 Na 13...Kxe7 volgt 14.Tc1! The8 (14...Kd7 15.Tc5 Dd6 16.Db3 Kc8 (16...Pxd4 17.Da4++‐ ) 15.Tc5 Dd6 16.Dc2!? Tad8 17.d5! 14.Te1 f6 In 1896 stelde een zekere Emil Schallopp voor om het paard uit de penning te halen met 14...Kf8. 15.De2?! Dd7 Na 15...Dd6? volgt 16.Pd2! Dd7 17.Pe4 b6 18.Dh5+ Kf8 19.Pg5! fxg5 20.Df3++ 16.Rac1?! c6? De enige verdediging was 16...Kf7! Blijkbaar was zwart bang voor 17.Qxe7+. 17.d5! Een onverwachte aanval op zwarts sterkste veld! De c lijn wordt geopend en veld d4 komt beschikbaar voor het witte paard! Een sprong naar veld e6 ligt al in het verschiet. Tegelijkertijd is het winnende pionoffer vrijwel gedwongen, omdat zwart de witte pion op d4 dreigt te blokkeren met Pe7‐d5. 17...cxd5 Gedwongen. Andere zetten geven wit de mogelijkheid de stelling te openen: 17...Kf7 18.dxc6 Pxc6 (18...bxc6 19.Dc4+ Pd5 20.Pd4+‐ ) 19.Tcd1 Dg4 (19...Dc8 20.Dc4+ Kf8 21.Dc5+ Kf7 22.Dd5+ Kf8 23.Td3 Dc7 24.Pg5 fxg5 25.Tf3+ wint.) 20.Td4 Pxd4 21.Pe5+ wint; 17...Kf8 18.dxc6 Pxc6 19.Tcd1 Df7 20.Dc2 Kg8 (20...Dxa2 21.Td7 ) 21.Pd4 Pxd4 22.Txd4 h5 23.Tc4 Th6 24.Tc7 Dxa2 25.h3 Dd5 26.Tee7 en wit wint. 18.Pd4 Kf7 19.Pe6 Dreigt 20.Tc7. Wanneer je als witspeler in staat bent om blijvend een paard op de 6de rij te posteren heb je al half gewonnen! 19...Thc8 Wit wint na zowel19...Tac8 20.Dg4! als 19...Pc6 20.Pc5 Dc8 21.Dh5+ g6 22.Dxd5+ Kg7 23.Pe6+ Kh6 24.Te3 met de dreiging 25.Th3 mat. 20.Dg4! g6 De enige manier om veld g7 te verdedigen, omdat na 20...Pg6 21.Pg5+ wit winnend voordeel heeft. 21.Pg5+ Valt de zwarte dame aan. 21...Ke8 21...fxg5?? 22.Dxd7 wint. Steinitz begint nu aan zijn verbazingwekkende 14 zetten durende combinatie. 22.Txe7+! De toren zaait dood en verderf op de 7de rij. 22.Pxh7 Dxg4 23.Pxf6+ Kf7 24.Pxg4 wint een pion, maar volgens Schallopp is dat iets voor gewone stervelingen; Steinitz is met zijn onsterfelijke partij bezig! Ongelooflijk, wat een stelling! Alle 4 de witte stukken staan in. 22...Kf8 Zwart kon de toren niet slaan: 22...Dxe7 23.Txc8+ Txc8 24.Dxc8+ wint; of 22...Kxe7 23.Te1+ Kd6 24.Db4+ Tc5 (24...Kc6 25.Tc1# ; 24...Kc7 25.Pe6+ Kb8 26.Df4++‐ ) 25.Te6+ wint.] 23.Rf7+! Niet 23.Dxd7?? vanwege Rxc1+. 23...Kg8! Na 23...Dxf7 wint wit door 24.Txc8+ Txc8 25.Dxc8+ De8 26.Pxh7+. 24.Tg7+! Kh8! Na 24...Kf8 volgt 25.Pxh7+ Kxg7 26.Dxd7+ met winst. 25.Txh7+! Na deze zet verdween de zwartspeler uit de toernooizaal. Nadat zijn tijd verstreken was demonstreerde Steinitz de winst: 25.Txh7+! Kg8 26.Tg7+ Kh8 27.Dh4+ Kxg7 28.Dh7+ Kf8 29.Dh8+ Ke7 30.Dg7+ Ke8 31.Dg8+ Ke7 32.Df7+ Kd8 33.Df8+ De8 34.Pf7+ Kd7 35.Dd6 mat.
27
W Wereldbe eroemd e en onbek kend – Sap pe Westrra Cecil John J Seddon n Purdy Soms bllader je doeelloos in een n boek of w wandelt wat rond op heet wereldwijde web en kom je interesssante mensen tegen. Zo verging het me in de e afgelopen zomermaanden; op ee en heerlijk vrij momen nt in de och htend kwam m ik Purdy te egen, beter gezegd, ik liep pardoe es tegen hem aan. “Purdy?”” hoor ik u vvragen, “Waaar heb ik die naam eerder gehoord?” Om u een handje tte helpen vverklap ik u dat Wim Jongejan in se eizoen 2006 6‐2007 tweemaal een aartikel over hem heeft gesschreven (““The search for chesspe erfection I een II”, waarin Wim het gelijknaamige boek van Purdy h heeft behan ndeld). In díít artikel geef ik u meer informatie e over deze weereldberoem mde maar ttoch onbekeende Austraalische schaaker en ik laat u een mo ooie partij vaan hem zien n. Cecil John Seddon Purdy werd d op 27 maaart 1906 geb boren. Toen n hij op 6 no ovember 19 979 overleed werd teru uggekeken o op een vrucchtbaar schaakleven: • • • • • • •
Veel schaakktoernooien V n over de geehele werelld gewonneen. V Vier maal sc chaakkamp pioen van Au ustralië. In 1951 Inteernationaal Meester. In 1970, op 63 jarige leeeftijd, debu uteren op d de schaakolyympiade. V Van 1939 – – 1948 kamp pioen corresspondentieschaken van Australië.. V Van 1951 – – 1976 vice p president vaan de Intern national Corresponden nce Chess Federation.. V Van 1953 – – 1958 wereeldkampioen n correspon ndentieschaaken.
Naasst deze bloe emlezing vaan hoogtepu unten uit he et schaaakleven van Purdy maag niet onveermeld blijven dat hij vvooral bewo onderd werd d om zijn niiet aflatende inspanning om het schaaksspel wereld dwijd te pro omoten. heeft, zo zegggen zijn beewonderaarrs, zijn leven n gewijd Hij h aan het schaken. In feite iss Purdy een onal geweest; hij leefde van alles wat schaaakprofessio met schaken te e maken had d. Prijzengeeld bij toernooien, oedingen vo oor bestuurrlijke taken, maar starttgeld, vergo daarrnaast ook o opbrengsten uit schaakkmagaziness die Purd dy het licht liet zien. Als correspon ndentieschaaker leerd de hij zich aaan, na een tip van één n van zijn schaaakvrienden n, om alle vaarianten op p papier uit te schrrijven, vervo olgens de slechte varianten weg te e laten en u uit de overgebleven varrianten de b beste te kiezen. Dezee serieuze b benadering bracht hem m de wereld dtitel. Toen hijj 73 werd zaat Purdy no og vol plannen; hij wilde weer deelnemen aan n de Olympiade op Malta, h had zich aan ngemeld vo oor het Austtralische sch haakkampio oenschap en n was bezigg met het schrrijven van eeen boek ovver correspo ondentiesch haak. Het w werd hem niet gegund; tijdens een schaakpartij in n het schaakkcentrum vaan Sydney w werd hij gettroffen doorr een hartaaanval. Enkele d dagen later overleed h hij; zijn zoon n maakte latter de laatstte woorden n van zijn vaader 28
wereldkkundig: “Ik b ben aan hett winnen, m maar het zal nog wel eeen tijdje durren”. Als eerbetoon aan dezze wereldbeeroemde on nbekende laaat ik u de w wellicht meeest belangriijke schaakp partij van Purrdy zien. Hij speelde deeze in de finale van hett 1ste wereldkampioen nschap correspondentieschaak tegen Dr. Napolittano uit Italië. C. Purdyy Dr M. N Napolitano 1. c4 Pf6 6 2. d4 e6 3 3. Pc3 Lb4 4 4. a3 Lxc3+ 5 5. bxc3 c5 6 6. e3 Pc6 7. Ld3 e5 8. P Pe2 d6 9. e4 4 Nh5 10. 0‐0 g5 11. Lc2 P Pf4 12. La4 Ld7 13. Pg3 3 cxd4 In de paartij Bronsteein‐Smyslovv (Boedapesst, kandidattentoernoo oi 1950) speeelde zwart 13…Df6 6. Analyses w wezen uit dat de zet diie Napolitan no speelde een kansrijkke verbeterring was. Purdy was voo orbereid op p het nieuw wtje en beschouwde de witte stelling als voord delig. 14. Lxc6 6 bxc6 15. ccxd4 Df6 16. Le3 h5! 17 7. dxe5 dxe e5 18. Tb1 TTd8 Direct 18...h4 zou leiden tot een slechte possitie na 18. Pf5 Lxf5 19. exf5 Dxf5?? 20. Dd6. D Daarom ond derbreekt zw wart de aanval een geeft hij pion a7 op. 19. Dcc2 h4 20. Pff5 Lxf5 21. e exf5 0‐0! On ndanks de opgespelde pionn nen is dit dee juiste plaaats voor de koning. e pion op f5 5 winnen en n pas daarna Zwart wil eerst de verder gaan met zijn aanval,, omdat direect 21...h3 woord word dt met 22. gg4. beantw 22. Tfd d1 Ph5 23. Lxa7 Pg7 24 4. a4 Pxf5 Purdy schrijft ove er deze stellling dat hij h hier moest besluiten of hij w wel of niet m met 25.h3 dee zwarte pio on op h4 zou u blokkeren n. Hij herinn nerde zich dat Dr. Tarraasch eens h had gezegd dat enerzijd ds de opgesschoven pio on op h3 in het eindspel gem makkelijk zw wak kon worden, met n name wanneer deze zeet beantwoo ord werd met g2‐g3, teerwijl het naatuurlijk ook zo was daat het middeenspel niet voor niets vvoor het eindspeel kwam en dat een pio on op h3 verrvelende matdreigingeen met zich mee kon brrengen. In een b bordpartij zo ou Purdy w waarschijnlijkk h3 hebben n gespeeld,, waarschijn nlijk voldoen nde om een lich ht voordeel vast te kunnen houden n. In deze correspon ndentieparttij doet hij eechter 25. aa5?! h3 26. a6 6 Ta8 De torren moet naaar a8 omdaat de vrijpio on alleen door 2 tore ens kan worden afgesttopt. 27. Lc5 5 Tfe8 28. aa7 e4! 29. TTb7 Beter lijkt eerst 29.. De2!?. Na de tekstzet ko omt wit in een minderee positie terrecht. 29...Ph4 30. Db3 Df5! Na een lange anaalyse kwam Purdy tot de ontdekkingg dat zijn sterke damevvleugel niett voldoeende is voor de overwiinning. Na 3 31. Tb8 Dg4 4! 32. g3 e3! on ntstaan de b betere kanssen voor zwart. Hij stuu urde zijn volgen nde zet mett enige terughoudendh heid, omdatt de 29
zwartsp peler daardo oor een geforceerde reemisevarian nt tot zijn beeschikking kkreeg. 31. Tdd7! De partijj nadert haaar climax; beide spelerss hebben hun plan uitggerold, wit o op de damevleeugel en zw wart op de kkoningsvleugel. Dr. Nap politano mo oest op dit m moment een moeilijkk besluit nem men. Op heet moment vvan spelen bezette hij de koppositie in het wereldkkampioenscchap. Hij had het merendeel van zzijn partijen al gespeeld d en maar w weinig punten verspeeld, terwijl Purd dy nog maar een paar partijen had d afgerond vanwege de e lange tijd die de post van n en naar Au ustralië nod dig had. Late ere analyses van boven nstaand diaagram wezen u uit dat zwarrt een winnende, een vveelbeloven nde, een rem mise en een n slechte voortzetting had. a) 31...h hxg2! 32. Dd d1 Pf3+ 33. Kxg2 Dg4+! (33..Ph4+ leidt tot eeen positie w waarin zwartt een toren w wint, maar to och remise moet toesttaan: 34. Kgg3 Dxc5 35. Txf7 De5+ 3 36. Kg4 De6 6+ 37. Kxg5 Pf3 3+ 38. Txf3 exf3 39. Dd d4 De5+ 40.. Dxe5 Txe5+ 41. Kf6) 3 34. Kf1 Pxh2 2+ 35. Ke1 P Pf3+ 36. Kf1 Dh3 3+ 37. Ke2 P Pe5 38. Td6 en de zetteen e4‐e3 Ne e5xc4, ongeeacht in welke volgorde e, brengen n zwart de w winst. b) 31...D Dxc5!? 32. TTxf7 De5! (n na 32...e3?! kan wit 33. Db1!? exf2 2+ 34. Txf2 spelen en n na 34...Pf5! 35. Tb8 heeeft hij de b betere kansen) 33. Tfd7 7 Da1+ 34. Dd1! (Niet 3 34. Td1? Txxa7! 35. c5+ Kh8 8 36. Tbd7 ee3!) 34...Dxd d1+ 35. Txd1 en de wittte toren op p de 7de rij lijkt voldoende sterk te zijn. c) 31...ee3 (dreigt 32 2...e2) 32. fxxe3! Dxc5 3 33. Txf7 en w wit moet vluchten in eeeuwig schaak na 33...Txee3.] Natuurlijk kon de Ittaliaan op rremise speleen, maar waanneer hij zzou winnen was hij vrijwel zeker w wereldkampioen! Hij beesloot door te spelen en voor de w winst te gaan. 31...Pf3 3+?! 32. gxf3 3 exf3 33. K Kf1! Zwart h had deze zet over het h hoofd gezien. Na 33. Le e3 Tad8 34. Dd d1 Dg4+ 35.. Kf1 Dxc4 w was remise een feit gew weest. De gedachte achtter de teksttzet is dat 33...Dg4 34. Le3 Tad8 w wordt bean ntwoord meet 35. Dd3! 33...D Dxc5 34. Qc3 3 (zie diagra am). Een moedig beslu uit. Na de parrtij bleek 34 4. Txf7! De5 5 35. Tg7+ D Dxg7 36. c5+ + Kh8 37. Txxg7 Kxg7 38. Db7+ het b beste te zijn n, omdat wit het eindsp pel waarsch hijnlijk wel zzou winnen. 34...Tff8 35. Dd3 De5 36. Dxff3 Tae8! (zie diagram).. Corresspondentiepartijen duren lang, waardoor de achtergrond waaartegen een partij beoo ordeeld moe et worden n steeds verandert. Purrdy had één n van zijn an ndere partijeen inmiddels verloren;; in de analyse had hij een n pion op eeen verkeerd d veld gezett en dus de vverkeerde p positie beke eken. punt moest Purdy zijn p partij tegen Napolitano o winnen om m nog een kkans te Door ditt verloren p maken o op het wereeldkampioeenschap!
30
37. Tb1 (zie diagram op de volgende pagina) Het lijkkt alsof wit u uitgespeeld d is vanwege e de vele zwarte tactische kansen. Zoals wel vvaker in schaaakpartijen wordt de sspeler die vo oordeel heeft m minder geconcentreerd. Ook in dezze partij geb beurt dat. ZZwart speeltt het foutievve 37...Dxh h2? Dr. Nap politano zei later dat 37 7...De6 bete er was geweest, maar ookk dan behou udt wit zijn voordeel do oor 38. Tdb7 Dxxc4+ 39. Kg1. Na 39...D De6! 40. Dc3 3 Ta8 41. Dgg3 Kh7 lijkt zwaart nog net remise te kkunnen behaalen. 38. Tb3! De5 39.Dxxh3 Df4 In d deze positiee analyseerd de Purdy 20 mogelijkee voortzettingen! Hij scchreef al die e voortzettingen op papier heleemaal uit. In n eerste insttantie de was hij niet tevreden over de 15 voortzzetting die h hij had gezien: 40. c5. Hij d dacht dat zw wart na 40....Dc4+ (niett goed is 40...D Dc1+ 41. Kg2 2 Te1 42. Dff3 Th1 43. D Dxf7+!) 41. Kg2 Dxc5 42 2. Dg3 Df5 4 43. Tb8 Dxd7 44. Dxg5++ en wit kan n niet meer w winnen ondaanks de 2de dame die o op het bord d verschijnt. Toen hij dee varianten nogmaaals bestudeeerde ontdekkte hij echter een verb borgen winsstgang in dee 15de voortzetting! Hij ko on opgeluch ht ademhaleen: 40...Dc4 4+ 41. Kg2 D Dxc5 42. Dh h6! is de pointe! Na 42...g4 o om Th3 te vvoorkomen volgt 43. Tgg3 Te4 44. D Dh4 Df5 45. Td8 en hett is voorbij! (Naderh hand bleek 42. Tg3! Dee5 43. Dh4 zzelfs nog sneller tot win nst te leiden n.) 40. c5! Q Qc4+ 41. Kgg2 Nu kan zzwart kiezen n uit 2 voorttzettingen d die beide naaar de onde ergang leiden. 41...Re4 4 42. Df5! D Dxb3 43. Dxxe4 Kg7 44. Df5 g4 45. Dxg4+ 1‐0
31
Lekker mensen pesten En een kijk op het spel der schakers aangepast door: Willem Booy (oorspronkelijke auteur onbekend) In mijn verslag van de OSBO wedstrijd PSV/DODO tegen VSG 5, dat verscheen in het blad van november, had ik het over een nog niet onderzochte natuurwet. Ik ben aan het werk gegaan en ben van mening dat het meer een natuurkracht betreft. Ik verdiep mij er in hoe ik een eventuele wet zou moeten formuleren. Hieronder volgt een samenvatting van mijn bevindingen. Levenloze voorwerpen worden wetenschappelijk ingedeeld in drie categorieën, dingen die kapot gaan, die wegraken en die het niet doen. Het schaakspel valt onder de eerste twee. Het doel van alle levenloze dingen is; de mens te weerstaan en hem eindelijk te verslaan. De indeling in drie groepen is gebaseerd op de methode die ieder ding gebruikt om dit doel te bereiken. Als algemene regel geldt, dat alles wat kapot kan gaan, dit prompt doet op het ogenblik dat men het het meest nodig heeft. (Murphy, omschreef het anders, maar het komt op hetzelfde neer.) Een typisch voorbeeld hiervan is de auto, één van de sluwste onder de levenloze. Hij gaat nooit kapot wanneer je bij een benzinestation komt, waar van een staf monteurs net niemand iets te doen heeft. Hij wacht, tot je op een kruising midden in de stad bent, midden in de spits, of afgeladen met familie en bagage, ergens op een snelweg ver buiten de bewoonde wereld. Zo wordt een maximum aan ongemak, hinder en geprikkeldheid veroorzaakt, die het leven van de eigenaar bekorten. En daarom is het uiteindelijk begonnen. Wasmachines, vaatwassers, grasmaaiers, verwarmingsketels, radio's. CD spelers, computers en de schaakstukken, allemaal hebben ze een verbond gesloten met de auto om op hun beurt kapot te gaan, zodra het leven voor hun vijanden kalm en plezierig dreigt te verlopen. Paarden komen los van hun sokkel, lopers en pionnen breken stukken van hun kraag, de kantelen van torens storten in en de koning en zijn dame verliezen delen van hun kroon. Als het hierbij blijft is het nog te aanvaarden, dadelijk kom ik bij ergere soorten van treiterijen. Voor vele levenloze voorwerpen is het uiteraard erg moeilijk om stuk te gaan. Schaakstukken zijn hier een uitzondering op. Nijptangen bijvoorbeeld, handschoenen en sleutels, zijn daar nauwelijks toe in staat. Daarom hebben zij een andere techniek moeten ontwikkelen om de mens te weerstaan; zij raken weg.
32
De wetenschap heeft nog steeds niet het mysterie opgelost hoe zij dat doen, en niemand heeft er ooit één op betrapt. De meest aannemelijke theorie is, dat zij een geheime techniek hebben ontwikkeld om zich te verplaatsen, die zij voor menselijke ogen kunnen verbergen. Het is niet gewoon, dat een nijptang de hele weg van schuur naar zolder opklimt met de oprechte bedoeling de bloeddruk van zijn eigenaar te verhogen. Er zijn gevallen bekent van sleutels, die zich een meter diep onder matrassen wisten te verbergen. Damestasjes reizen vaak. ongeacht hun grote gewicht, door zes of zeven kamers om een schuilplaats te vinden onder een sofa. Geleerden zijn getroffen door het feit, dat dingen die stuk gaan praktisch nooit verdwijnen, terwijl dingen die wegraken zelden een defect krijgen. Een verwarmingsketel bijvoorbeeld zal het bij de eerste felle winterkou steevast begeven, maar raakt nooit zoek. Een damestasje gaat zelden stuk, maar pleegt onveranderlijk te verdwijnen. Sommige vinden dat dit bewijst dat levenloze dingen de mens niet helemaal vijandig gezind zijn. Tenslotte, zeggen zij, zou een kachel iemand nog grondiger kunnen sarren door zoek te raken dan door een defect, terwijl een sleutel hem meer van streek zou maken door kapot te gaan dan door weg te raken. maar niet iedereen is het er mee eens, dat dit op een verzoenende houding duidt. Velen zeggen dat het alleen maar bewijst dat verwarmingketels, handschoenen, sleutels en nijptangen ongelooflijk stom zijn. Het schaakstuk valt zeker niet onder deze sukkels, die kan beide vormen op een sublieme manier combineren. Bijvoorbeeld, je hebt een paard weer op zijn voetstuk bevestigd met secondelijm, bergt hem op in de doos, waarin hij de volgende dag niet meer aanwezig is. Na drie dagen zoeken, waarbij het huis binnenste buiten is gekeerd, komt hij weer doodleuk te voorschijn van achter de staande schemerlamp. Het ergste zijn wel de momenten tijdens een partij schaak, waar men opeens een stuk kwijt is zonder het te merken, dit stuk werkt ook nog samen met het notitieformulier, dat een zet of vijf geleden ineens aangeeft dat het geslagen is. Of die stukken die ineens van veld veranderen, paarden hebben de neiging één veld te verplaatsen maar lopers gaan meestal 2 velden opzij, de ellendigste lopers verschuiven een oneven aantal velden en kunnen dan ook de tegenstander in de war brengen en altijd zijn beide notitievellen onzichtbaar veranderd zodat er geen bewijsmateriaal te achterhalen is. De derde groep dingen, die niet werken, is de meest zonderlinge. Schaakstukken vallen hier niet onder, deze vorm van verlakkerij is hen te min. Wat hier wel onder valt zijn zaken als barometers, autoklokken, aanstekers, zaklantaarns en speelgoedtreinen.
33
Het is natuurlijk niet juist om te zeggen dat ze nooit werken. Ze werken één keer, gewoonlijk de eerste paar uur nadat men ze heeft aangeschaft en dan geven ze het op, doen het daarna nooit meer. In feite wordt aangenomen, dat ze worden vervaardigd om 't niet te doen. Sommige mensen hebben een hoge leeftijd bereikt zonder enkele van deze voorwerpen, barometers bijvoorbeeld, ooit goed te hebben zien werken. De wetenschap staat bij deze groep volkomen voor een raadsel. Er zijn vele theorieën hierover. De interessantste luidt; dat dingen die niet werken de hoogste graad van volmaaktheid hebben bereikt voor een levenloos voorwerp, een toestand waarnaar dingen die kapot gaan en de dingen die wegraken alleen maar naar kunnen streven. Zij hebben de mens werkelijk verslagen door hem erop af te richten nooit meer iets van ze te verwachten. Wanneer iemands aansteker het niet doet of zijn zaklantaarn geen licht geeft, krijgt hij daar geen hoge bloeddruk door. Dingen die niet werken hebben de mens de enige vrede gegeven, die hij van de wereld der levenloze voorwerpen ontvangt. Een schaker berust al eeuwen in het feit dat een pion ogenschijnlijk een veld dichterbij promotie is dan door een ander wordt waargenomen.
34
Mijn favoriete partij (met dank aan Rob Hollmann) Fischer bijt het spits af Al tijden spookte de gedachte aan een nieuwe rubriek met de naam “Mijn favoriete partij” door mijn schaakhoofd. Rob Hollmann heeft deze gedachte blijkbaar transcendent opgevangen en stuurde mij een mailtje met onderstaande partij. Aan hem de eer (en natuurlijk ook een beetje aan Bobby). In een interview werd aan Bobby Fischer gevraagd wat zijn meest favoriete partij was. Hij antwoordde: “Mijn partij tegen Donald Byrne toen ik 13 was”. De wedstrijd vond in 1956 plaats tijdens het Rosenwald Memorial in New York . Wit: Donald Byrne Zwart: Bobby Fischer 1.Pf3 Pf6 2.c4 g6 3.Pc3 Lg7 4.d4 0‐0 5.Lf4 d5 6.Db3 dxc4 7.Dxc4 c6 8.e4 Pbd7 9.Td1 Pb6 10.Dc5 Lg4 11.Lg5 Pa4 12.Da3 Pxc3 13.bxc3 Pxe4 14.Lxe7 Db6 15.Lc4 Pxc3 16.Lc5 Tfe8+ 17.Kf1
17. ‐Le6 18.Lxb6 Lxc4+ 19.Kg1 Pe2+ 20.Kf1 Pxd4+ 21.Kg1 Pe2+ 22.Kf1 Pc3+ 23.Kg1 axb6 24.Db4 Ta4 25.Dxb6 Pxd1 26.h3 Txa2 27.Kh2 Pxf2 28.Te1 Txe1 29.Dd8+ Lf8 30.Pxe1 Ld5 31.Pf3 Pe4 32.Db8 b5 33.h4 h5 34.Pe5 Kg7 35.Kg1 Lc5+ 36.Kf1 Pg3+ 37.Ke1 Lb4+ 38.Kd1 Lb3+ 39.Kc1 Pe2+ 40.Kb1 Pc3+ 41.Kc1 Tc2 mat. Een mooie partij voor een dertienjarige, of niet? De titel van deze rubriek is “Mijn favoriete partij”. Wie levert de volgende partij voor het volgende bulletin? U toch ……. 35
Een b(l)oeiende jeugdafdeling ‐ Gert van Heeringen
Op dit moment zijn er 16 jeugdleden. Van beginnend stap 1 t/m stap 4/5. Een paar jeugdleden van vorig seizoen zijn gestopt. Er zijn weer anderen bijgekomen. Sommige schakertjes zijn nog maar net een paar weken lid en dus nog maar kortgeleden gestart met stap 1. Vijf trainers zijn er eigenlijk nodig om een en ander in goede banen te leiden. De meest gevorderde schakers worden begeleid door Mark. Vaak heeft hij assistentie van Wim Geitenbeek of Uri Vecht. Soms (bij afwezigheid van Mark) is Andries Mellema present. Het zou mooi zijn als Mark standaard iemand naast zich zou hebben. De groep is anders eigenlijk te groot om te behappen. Dimitri Brons, Henri Bosch en Gert van Heeringen zijn daarnaast op dinsdagavond actief. De meeste avonden gaat de jeugd aan de slag met het werkboek en volgt daarna de interne competitie. Maar daarnaast ook bijvoorbeeld vrij schaken, een simultaanséance, doorgeefschaak, weggeefschaak etc. Het is boeiend vrijwilligerswerk. Na 5 december kwamen er een paar jeugdleden enthousiast naar me toe om te vertellen over de gekregen cadeautjes. “Ik heb eindelijk een keer van mijn vader gewonnen” zei een ander. Het zijn net grote mensen. Een verliespartij incasseren valt soms niet mee. Een prachtige stelling ineens weggeven is natuurlijk ook heel jammer. “Meester, ik had zo’n mooie zet gevonden. Zal ik deze eens laten zien?”. De laatste clubavond van dit jaar was er een traktatie. Een drankje met wat lekkers. Ik geniet er elke keer best weer van. Elke week toch weer een uurtje meester. Maar het kost wel behoorlijk wat energie. We gaan met goede moed volgend jaar weer van start. Aan het eind van het seizoen zijn de examens. Wanneer er iemand is die af en toe ook eens de jeugd wil begeleiden, dan horen wij dat graag. Want het komt natuurlijk best eens voor dat één van de jeugdtrainers niet kan. Bovendien maken meerdere handen het werk lichter. De beloning is dankbaarheid en voldoening. Op dit moment voert Josha de ranglijst van de interne competitie aan. Op de tweede plaats (heel verrassend) staat Jenco (stap 2). Jari staat derde. Bas, Erik, Jari, Iwan, Jenco, Josha, Kevin, Marco, Melissa, Mileen, Noah, Olaf, Sam, Tineke, Yvar ,Yannick, Sam, Yannick en misschien Benjamin. Een leuk stel. Tot volgend jaar. Namens het bestuur wil ik Andries, Dimitri, Gert, Henri, Mark, Wim en Uri bedanken voor hun enthousiaste inzet in 2010 . 36
Het is fijjn dat we zo o’n bloeiende jeugdafd deling hebb ben. Ik verm moed dat heet schaaktoe ernooi voor baasisscholen hier een beelangrijke bijdrage aan levert. Woensdagmiddag 26 janu uari is het weeer zover. Er wordt weer gerekend op velen vaan U om te assisteren. Persoonlijkk vind ik dit een hoogtepunt in het jaarr. Ruim hon nderd schakers en schaaksters. Waat een belangsstelling van ouders. Fijn n dat er spo onsors zijn o om het finan ncieel mogeelijk te maken. De afgelopen jaren waaren dat BETER BAD (M Marco ter M Meer), FLORADO BLOEM MEN (Henrii Bosch) en JONG GEJAN WISSEBORN GEERECHTSDEEURWAARD DERS (Wim JJongejan). D Daarnaast kkregen we de aafgelopen jaaren subsidiie van de geemeente. W We hopen naatuurlijk dat dat zo blijft. Maar met de huidige bezzuinigingsdrrift is dat naatuurlijk nie et helemaal zeker. Jonggejan Wisse eborn valt af aals sponsor. De penninggmeester hoopt er eigenlijk op daat een andere sponsor het stokje o overneemt. Dan blijven n de lasten vvoor iedere sponsor binnen de peerken. De organisaatie van dit jaarlijkse to oernooi gaaat de financciële draagkracht van V VSG te boven.
37
Analyse S Hiemstra (1832) – M Mujkanovic (2016) ‐ S. Hiemstra In deze partij moet ik tegen een op papier betere speler. Dat geeft mij altijd een uitdaging om nog beter en geconcentreerder te spelen. Bovendien is dit een vooruitgespeelde wedstrijd samen met nog 2 teamleden en dus moeten we een zo goed mogelijke score zien te halen om als team te kunnen winnen. 1. e4 d5 Scandinavisch. Het is een degelijke opening, maar wat ik er tegen heb is dat wit sneller zijn stukken ontwikkelt. Dat is iets waar zwart echt rekening mee moet houden. Pionstructuur van zwart is daarentegen heel erg solide. 2. exd5 Dxd5 3. Pc3 Da5 Altijd goed om een stuk te ontwikkelen met tempo. 4. Pf3 Pf6 5. d4 c6 Een vluchtveld creëren voor de dame en het veld d5 dekken. 6. Ld3 Hier was ik ‘out of book’. De openingdatabase geeft Lc4 of Pe5 aan met een goede score voor wit. Ik speelde Ld3 om evoor te zorgen dat hij geeft Lf5 kon spelen. … Lg4 Een goede ontwikkelzet. Zijn loper moet eruit voordat hij e6 kan spelen en een stuk pennen is ook altijd wel goed. 7. h3 Lh5 Even wat ruimte creëren voor mijn koning met tempo. 8. 0‐0 Pbd7 Rybka geeft een score van ongeveer 0.6. Ik vermoet dat dit komt door de ontwikkelvoorsprong van wit. 9. Lf4 Dit is een belangrijke zet dat ik wel vaker speel tegen het scandinavisch. Het voorkomt dat zwart Dc7 kan spelen. Met 1 zet ontwikkelen en de ander niet in zijn spel laten komen. … e6 10. … Lb4 was wel erg vervelend. En verder is a3 niet een slechte zet. Ik 10. a3 kan nu op elk moment b4 spelen om zijn dame weg te jagen (al wordt in deze stelling mijn c pion wel erg zwak.) … Pd5 Rybka gaf hier nog een leuk tactisch grapje voor zwart: Db6. Valt 2 pionnen aan, maar na 11. Le2 kan zwart niet op b2 slaan vanwege Pa4 dat de dame wint. Pd5 vond ik zelf geen goede zet. De reden is dat in het scandinavisch er een paard op d5 moet komen te staan dat gedekt is door het andere paard. 11. Pxd5 cxd5 Het is nu ineens een heel ander spel geworden. Het lijkt niet meer op Scandinavisch, maar meer op een 1. d4 d5 opening. 12. De2 Rybka twijfelt tussen Te1 en De2. Beide zetten zijn goed. Ik koos voor De2 om 3 redenen: De e‐lijn pakken omdat zijn koning nog onveilig in het midden staat. Een keer De3 kunnen spelen om uit de penning te komen. Iets met Lb5 dreigen. Dit is nog lang niet concreet, maar ik creëer de mogelijkheid om het te kunnen. Deze zet is fout. Le7 is veel beter, omdat het de koning in veiligheid brengt en … a6 een stuk ontwikkeld. A6 doet op zich niets en Lb5 was ook niet zo’n grote dreiging. 38
13. c4! c
Rybka geeeft nu een sscore van 1 p pion voor witt. Het idee vaan deze zet is een a aanval creër ren op zijn ko oning. Zijn ko oning staat n nog onveilig iin het middeen en mijn stukken z zijn allemaal l ontwikkeld,, dus wil ik het centrum o opengooien en achter zijjn koning aan n gaan.
… dxc4 4 14. Lxc4 Er dreigt nu Lxe6. Een voorbeeld als hij niets doet: 14. … b5? 15. Lxe6 6 xe6 16. Dxe6+ en Ryybka geeft nu u een score vvan +4 pionn nen. … Le7 15. Te1 T 0‐0 Ik dacht dat deze zett fout was vanwege Lxe6,, maar Rybkaa is het daar niet mee eens. D De score word dt 0. Er zal dan wel ergen ns diep een eeeuwig schaaak in zitten, omdat mijn koningsstelling open ngebroken w wordt met Lxf3. 16. Lxe6 fxe6 6? Wat ik geezien had in de partij w was: 16. … Lx xf3 17. xf3 xee6 18. Dxe6++ Tf7 19. Dxd7 Txf4 m met onduideliijk spel omdaat mijn koning open n komst te staaan en mijn f3 pion e erg zwak is. Rybka geeft 17. … Lg5 aaan met een s score zo ron d de 0. 17. Dxe6+ Kh8 Het volgeende grapje werkt niet: 17. … TTf7 18. Dxd7 L g5? 19. Tee8+!
18. Dxd7 Lxf3 3 19. Te7 T Ta‐d d8? Deze zet is fout omdat zijn loper op f3 b blijft hangen,, terwijl ik mijn loper kan n redden. Ditt had ik verw wacht en Rybka bevestigd daat het veel beeter is: 19. … … Txf4 20 Te8 8+Tf8 21. Txaa8 Txa8 22. xxf3 met 2 pio onnen v voorsprong maar een op pen koningstelling. Dit is erg moeilijk te winnen. 20. Dc7 Met een score van 4 pionnen! Ik dek mijn lop per en val teggelijk zijn dame aan. Hij moet reaageren en heeft dus geen n tijd om zijn loper in veiligheid te breengen.
… 21. Le5
Df5
7 is erg Met een score van 6 pionnen! Eiggenlijk is hett voorbij. De aanval op g7
overweldigend. o
… 22. Lg7 … 23. Dg3
Tc8 Kg8
… 24. Lh6
Tf7
Txg7 werrkt helaas nieet. 22. … Txcc7 23. Txc7+ Tf6!
Om dezee zet sloeg ik de vorige ze et op g7. Ik had liever meet een toren daar g geslagen om m vervolgens een aftrekscchaak te heb bben, maar n nu dreig ik heet ook. ed. Lf6+ werkkt helaas nieet vanwege 2 24. … Dg6 Rybka geeeft ook Le5++ aan als goe e en na het ru ilen blijft de loper hangeen. … Dg6 Nu alles afruilen en ik blijf een loper en 3 pionnen voor sttaan.
25. Dxg6 xg6 26. Txf7 T Kxf7 7 27. gxf3 g Als ik op de 24e zet Lff6+ gespeeld d had dan ko on zijn koningg nu mijn lop per slaan.
39
VSG 5 – 2e en 3e ronde – Willem Booy De volgende twee verslagen zullen kort en sober blijven, na ze gelezen te hebben zult u begrijpen waarom. VSG 5 ‐ Edese Schaakvereniging 5 ronde 2 Osbo competitie Het team ging voortvarend van start, hoewel ik mijzelf slecht kon concentreren door een te snelle beslissing bij de opstelling. Op bijna alle borden stond het rond 21.00 uur redelijk in evenwicht, alleen bord 6 kwam een kwaliteit achter. Ik zelf, op bord 1, kwam in een interessante stelling te staan die me een half uur bedenktijd benam. Daarna heb ik weer een ronde langs de borden gemaakt en bemerkte een toch wel grote achterstand op bord 6, Bieringa laat weten een goed gevoel te hebben, de geestelijkheid keek bedenkelijk, Van Heeringen ontspannen, Karangwa nuchter maar ondertussen steeg bij mij de adraline met sprongen. Van der Weide verliest zijn externe vuurdoop, jammer, maar hij had ook een visueelgehandicapte die regelmatig de stukken moest betasten en dat leidt ook af. Hendrik, je krijgt nog kansen genoeg, je hebt het in je, een volgende keer win je. Pierre wint, ik weet niet hoe, was zelf veel te druk bezig. Bord 5 verliest, bord 3 even later onmiddellijk gevolgd door een opgave van bord 2. Enige tijd later bood mijn tegenstander, die nog ver moest rijden, remise aan en omdat het voor de wedstrijdpunten niets meer uitmaakte heb ik het aangenomen. Uitslag 1,5‐4,5
VSG 5 ‐ De Schaakmaat 5 Zoals altijd het eerste uur, was het verloop mooi vlak. Vroegindeweij verliest als eerste door ‐ als ik het goed gezien heb ‐ een verkeerde volgorde van afruil. Van de Broek bood remise aan die door de tegenstander werd aangenomen, dit was tevens het enige positieve dat ons deze avond is overkomen. De heer Blesing heeft een schitterende partij gespeeld, goed geconcentreerd, en zijn tijd mooi verdeeld over de zetten. Lange tijd zag ik een mogelijke winst bij hem vandaan komen maar het mocht niet zo zijn. Uitslag 0,5‐5,5 40
Een drama in twee bedrijven – Sape Westra VSG 1 – Denk & Zet 1 Teamleider Theo Janssen werd de maandagavond voor de afgesproken speeldatum gebeld door de teamleider van de tegenpartij. Die had diverse problemen, en vroeg of de wedstrijd uitgesteld kon worden. Theo belde zijn spelers om deze vraag voor te leggen. Het resultaat was dat de wedstrijd een week werd uitgesteld, maar dat er drie partijen vooruit gespeeld zouden worden. Hun eerste drie bordspelers kwamen en het eerste bedrijf kon beginnen. Jan Lambrechts speelde een plusremise. Ruim 30 jaar geleden hadden beide spelers voor het eerst tegen elkaar geschaakt, wist Jan zich te herinneren. Liep het toen nadelig af, nu werd het punt gedeeld. Sebastiaan Hiemstra offerde in het pas begonnen middenspel een stuk. Het offer was goed voorbereid, maar zou objectief gezien slechts een pion en een actieve stelling moeten hebben opgeleverd. Door minder goed tegenspel kreeg hij een geweldige aanval en kwam uiteindelijk een loper en 3 pionnen voor. Genoeg om de winst te incasseren. Ernst Keijer kwam prima uit de opening, maar kreeg wel dreigingen op zijn koning. Toen hij twee zetten verwisselde kwam hij er slecht te staan en moest de kwaliteit geven. Natuurlijk weerde Ernst zich als een ware kampvechter; hij probeerde een, naar zou blijken tevergeefs, wanhoopsaanval en verloor. Einde van het eerste bedrijf; een gelijk spel tegen 3 tweeduizend spelers, niet gek. Het tweede bedrijf werd een week later (14 december) gespeeld. Het begon veelbelovend met een overwinning van Bas West. Zijn tegenstander dacht dat een pionnenstorm te kunnen uitvoeren met zijn koning in het centrum en een aantal onontwikkelde stukken. Hij won een pion maar verloor een stuk; om 20.55 uur liep Bas stralend door de speelzaal. Even later was het de beurt aan Sape Westra. Direct nadat Bas zijn punt had binnengesleept bood Sape remise aan; zijn stelling was iets minder en een half punt leek het hoogst haalbare. Het aanbod werd geaccepteerd. Gerard de Hoop speelde zijn bekende Pirc. Wit kreeg actief stukkenspel, terwijl Gerard de half open C lijn mocht exploiteren. Na ruil van paarden en lopers bleef een interessant middenspel over. Door de sterke pionnenketens was er voor geen van beide goed spel te vinden, daarom ook hier een remise. Nog steeds één punt voorsprong dus! Mark de Graaf speelde de Spaanse opening en kreeg in het beginnende middenspel schijnbaar een licht initiatief. Zwart pareerde goed en de stelling leek in evenwicht te zijn. Ergens ging er voor Mark iets mis; ruilde hij te veel stukken af, liet hij de te veel stukken ruilen, zette hij de stukken net niet op de juiste velden? Wie het weet mag het zeggen; in ieder geval ontstond een eindspel met een lastige zwarte vrijpion op c2, gedekt door een toren op b2. Mark verweerde zich kranig, maar na gedwongen verlies van een pion was het spel zo goed als over; met nog enkele minuten op de klok moest hij zich gewonnen geven. Theo Janssen was dus onze hoop in bange tijden. Ook Theo speelde zijn Pirc en leek goed uit de startblokken te komen; aandachtspunt was wel de grote hoeveelheid tijd die hij daarvoor nodig had. Tijdgebrek deed hem uiteindelijk ook de das om; hij verloor een pion, won er één terug en leek remise te kunnen houden, maar die vermaledijde tijd. De Hattemer had nog een uur terwijl Theo zich moest behelpen met 18 minuten. Weliswaar een zee van 41
tijd, maar het liep snel terug nar 8 tegenover 34 minuten. Om 23.55 uur konden onze gasten opgelucht ademhalen. Ze wonnen met het kleinst denkbare verschil. Een zure appel waar VSG 1 door heen moet bijten. De stand na de derde ronde is nu als volgt: Team ASV‐5 VSG‐1 VDS‐1 Denk en Zet‐1 Schaakmaat‐1 WDC‐1 ZSG 2 Schaakstad‐4
Matchpunten 6 4 4 4 2 2 2 0
Bordpunten 15,5 15 12,5 12 11 10 6,5 7,5
42
Verslag VSG 2 – Wim Geitenbeek 3de Ronde 3B klasse Osbo Maandagavond 6 december waren de weersomstandigheden niet al te best, maar gelukkig viel het toch wel mee. We mochten een uitwedstrijd spelen tegen Nunspeet, we hadden dus een aardig ritje voor de boeg. Al glibberend zijn we aangekomen bij de speellocatie van Nunspeet “De Ontmoeting”. Na een lekkere bak koffie/thee zijn we door de wedstrijdleider van Nunspeet welkom geheten en konden we gaan schaken. Hier volgen de opstellingen van de teams met daarachter de uitslagen per partij. Nunspeet
Ermelo
Uitslag
Bord 1 E. v.d. Eijkel
Rob Boterenbrood
0‐1
Bord 2 A. Kortendijk
Michael van Heuzen
0‐1
Bord 3 J. Nederpel
Cor Petersen
0‐1
Bord 4 H. Strating
Wim Geitenbeek
½‐½
Bord 5 H. Veenstra
Henri Bosch
0‐1
Bord 6 G. van Aalderen
Wim Jongejan
0‐1
De uitslag is Nunspeet ½ ‐ VSG 2 5½. Het was voor de teamleden van VSG 2 een verlaat sinterklaascadeautje, dat zij zichzelf gaven. We hebben op dinsdag 11 januari een beslissende wedstrijd in Poule 3B. Dan moeten we namelijk thuis spelen tegen Pegasus. We zullen ons best moeten doen tegen Pegasus, want wij hebben gemiddeld per bord ongeveer 75 elo ratingpunten achterstand. Bij deze wens ik de lezers van het schaakbulletin voor 2011 een goed “creatief” schaakjaar toe en dat u maar plezier mag beleven aan en in het schaakspel.
43
VSG3‐ Pegasus 2 ‐ Uri Vecht Op grond van de ratingcijfers zouden we van Pegasus 2 simpel moeten kunnen winnen. En omdat ze met een drietal invallers kwamen leken onze kansen helemaal gunstig. Maar er moet nog wel eerst voor geschaakt worden! Vrij vroeg in de avond van 7 december kwam Henri me met een sip gezicht vertellen dat hij ditmaal had verloren. Dat was op grond van die mooie ratingcijfers echt niet verwacht. Maar ja het is all in the game. 1‐0 voor Pegasus. Bord 5 Henri Bosch ‐ Dick Metz 1381 0 – 1 Na een opening met d4 en d5 kwam Henri met zwart in een beroerde stelling terecht, waar hij niet goed raad mee wist. Hij ging mee met een paarden afruil in de hoop om verder nadeel te beperken. Maar het liep anders. Zijn tegenstander won daarna een belangrijke pion. Een zwart loperoffer om zelf ook nog een vrijpion op het bord te zetten hielp ook al niet. En zo werd het nul waar Henri en wij niet op hadden gerekend. Even later vernam ik dat ook Wim de vlag had gestreken. Terwijl ook zijn rating veel hoger was dan die van zijn tegenstander. Twee nul voor Pegasus en een valse start voor VSG! Dat kon zo nog een fijne avond worden! Bord 4 Wim Jongejan – O. Goldbach 1300 0 – 1 Wim met wit speelde tegen een nieuweling in het schaakspel. Deze schaakt actief nog maar sinds één jaar, vandaar die bedrieglijk lage rating. Na een Orthodox Damegambiet ontwikkelde de partij zich eerst kalm. Op de damevleugel kreeg zwart een pion meer door een wat premature afruil door wit van pion c4 tegen d5. Daarna moest Wim een opmars van de zwarte b pion tegenhouden met de dame als blokkadestuk. Niet zo lekker dus. Met een slimme loperzet kreeg zwart verder initiatief met een aanval op de witte koningsstelling. Eerst leek dat nog niet zo gevaarlijk omdat Wim via een ingewikkelde combinatie beide witveldige lopers kon ruilen. Maar de zwarte aanval sloeg toch door: met een pion meer kwam Wim net één zet te kort om het mat af te wenden. Dus goed werk van de Zwollenaar in partij die lange tijd in evenwicht was. Een aanwinst voor Pegasus! Gelukkig keerde het tij aan bord drie. Uri was heel gemotiveerd om aan een paar eerdere slechte resultaten een einde te maken: Bord 2: Uri Vecht ‐ Huub Dijk 1553 1 ‐ 0 Uri probeerde met wit ook een geliefde opening te spelen: het Morra Gambiet. Maar zwart weigerde dit met een pionzet naar d5 en dus werd het manoeuvreren zonder directe aanvalskansen. Wit ontwikkelde zich wel efficiënter en kreeg daardoor in het middenspel de kans een schijnoffer te plaatsen dat zwart niet mocht aannemen op straf van mat in drie zetten. (Wel eerst even goed rekenen anders ben je weer de schlemiel van de avond!) Maar het offer was correct. Zwart moest dit dus weigeren en dat bracht hem (te) veel nadeel in de stelling. Er stond al langer een zwart paard gevangen op de rand van het bord en dat zou nu gaan sneuvelen. Gedesillusioneerd gaf de Pegasus speler het na 28 zetten op. 44
Tussenstand na drie partijen 2‐1 voor Pegasus. Maar nog volop werk aan de winkel! Het volgende winstpunt kwam van Wido. Ik heb er niet veel van gezien. Maar Wido is goed bezig de laatste tijd: Bord 6 Wido Sparling ‐ Jos Wegman 1090 1 – 0 Volgens Wido met de witte stukken, maakte Zwart de klassieke fout zijn f‐pion op te spelen zonder eerst zijn koning in veiligheid te hebben gebracht op h8. Zwart verloor toen eerst zijn loper en daarna zijn toren, waarna wit spoedig mat kon geven. Tussenstand 2‐2 met nog 2 partijen te gaan: die van Rob en Marco. Rob aan het eerste bord had al in het begin van de avond een stuk had veroverd en stond duidelijk gewonnen: Bord 1 Rob Hollmann ‐ Wim vd Born (1607) 1 – 0. Rob met zwart speelde zijn vertrouwde Scandinavische opening. Zijn tegenstander deed al vroeg passieve zetten als h3 en a3, wat voor Rob aanleiding was maar eens serieus op winst te gaan spelen. Dat lukte eerst maar moeizaam totdat Rob met een damezet een dubbele dreiging kon inbouwen: koningsaanval of stukverlies. Het werd stukverlies voor de eerste man van Pegasus 2. Nog wel goed opletten dat wit geen eeuwig schaak kon geven en koelbloedig bracht Rob zijn partij tot winst. Eindelijk stonden we in de plus: 3‐2. Maar Marco moest nog tot laat in de avond hard vechten in een gevaarlijke stelling vol penningen, waarin hij wel meer materiaal had, maar zijn tegenstander steeds met een mat op g7 kon dreigen: Bord 3 Marco ter Meer ‐ Harry Spoelstra (1655) 1 – 0 Met zwart koos Marco voor de Scandinavische opening met de Pf6 variant. Hij ontwikkelde zijn stukken vlot en kwam voordelig uit de opening. Marco offerde een pion voor meer spel, maar wit verdedigde zich bekwaam. Er werd afgewikkeld naar een eindspel waarin zwart twee pluspionnen had, en met dame slaat pion f5, zou Marco zichzelf de nodige problemen hebben bespaard en zijn toeschouwers de nodige zenuwen! In plaats daarvan pakte hij met zijn paard een pion op h3 en moest toen nog heel nauwkeurig spelen om zelf niet te worden matgezet. Echter, zwart loste daarna al die problemen gelukkig prima op (Fritz zou het ook zo gedaan hebben) en na verdere afruil besliste de zwarte a pion alle strijd en ook de match! En zo kwam het allemaal toch nog goed. Eindstand 4‐2 voor VSG. Pfffff
45
3e ronde OSBO Ede 3 – VSG 4 – Jo Wolters 9 december 2010 Uit tegen Ede 3. Na de nipte verliesbeurten waarin we met 2,5‐3,5 ten onder gingen tegen op papier zwakkere tegenstanders zouden we nu een op papier gelijkwaardiger tegenstander treffen. Ede 3 had beide vorige ronden met 4,5‐1,5 gewonnen en stond fier gedeeld op kop met 4 matchpunten en 9 bordpunten. Wij dus gedeeld onderaan met 0 matchpunten en 5 bordpunten. Met voor het eerst een compleet team vertrokken we dus om 19:00 uur naar Ede. Gelukkig dooide het inmiddels stevig zodat we goed begaanbare wegen aantroffen en waren we ruim op tijd voor een gezamenlijke “voor de wedstrijd kop koffie” aanwezig. De partijen (tussen haakjes de ELO‐rating): Bord 1: Jan Groters (1501)
‐
Jo Wolters (1579)
Bord2: Klaas Kos (1486)
‐
Anton Reijngoudt (1563)
Bord 3: Peter Jonker (1460)
‐
Kees Ferwerda (nnb)
Bord 4: Arnold van de Berg (1389) ‐
Ulbe Brouwer (1525)
Bord 5: Roelof van der Meer (1378) ‐
Gerbrand van Bolhuis (1447)
Bord 6: Herman Scherrenburg (1350)
‐
Willem Viets (1619)
Enig rumoer verried al vroeg dat er iets gebeurd was bij Ulbe. Inderdaad, hij had een torenwinst ontwaard, had de toren gewonnen, maar de daaropvolgende mataanval op zijn koningsstelling was niet meer te pareren: 1 ‐0 Kees en zijn tegenstander schoven de boel dicht met alleen een halfopen h‐lijn waar zich agressie kon gaan afspelen. Degene die de agressie zou vertonen zou materiaal verliezen en daarmee waarschijnlijk de partij. Na enig heen en weer geschuif werd de vrede getekend: 1,5 – 0,5
46
Jo kreeg stellingsvoordeel vanuit de opening en kon de druk geleidelijk aan opvoeren. Dit keer probeerde hij het eens niet te forceren maar deed gezonde zetten die zijn tegenstander telkens opnieuw voor grote problemen stelde. De tegenstander moest daarvoor veel tijd investeren. Voor de 1e 20 zetten gebruikte Jo 21 minuten en zijn tegenstander 1 uur en 36 minuten. De oplossingen voor de krachtzetten werden schaars evenals de tijd en op de 36e zet kon de winst worden bijgeschreven: pfff gelijk: 1.5 – 1.5 Anton had lang een rustige partij zonder dat het evenwicht werd verbroken. Bekwaam, zoals we van Anton gewend zijn, manoeuvreerde hij met zijn stukken, totdat zijn tegenstander plotseling een zet deed die hij beter niet had kunnen doen. Anton maakte het bekwaam af: 1.5 – 2.5 Als nu op de laatste 2 borden nog een punt gehaald zou worden zou er een overwinning gevierd kunnen worden. Gerbrand had een redelijk gelijkwaardige stelling. Beide spelers hadden nog ca 20 minuten op de klok. Ooooh Gerbrands tegenstander heeft een combinatie. Hij nam een pion en als Gerbrand die terug zou nemen met zijn dame volgde er een aftrekschaak waardoor de dame verloren zou gaan. Hij zag het gelukkig niet, maar had wel nogal wat pionnen geroofd inmiddels. Gerbrand won een stuk, maar keek nog steeds aan tegen een pionnenmeerderheid. Toen zette zijn tegenstander nog een stuk in en bood tegelijk remise aan. Gerbrand accepteerde die, want hij had die stukwinst over het hoofd gezien en gaf daarmee een waarschijnlijke winst uit handen. Niettemin: 2 – 3 (in elk geval een gelijkspel) Willem, tot slot, wilde alle aandacht voor zich opeisen door als laatste bezig te zijn. Hij had in een slechtere stelling een kwaliteit minder, maar wel wat pluspionnen. Helaas had hij ook wat meer tijd gebruikt. Hij bleef gezonde zetten produceren en ging uiteindelijk in een onduidelijke stelling door zijn vlag rond de klok van 12:00 uur: 3 – 3 Gemengde gevoelens dus. We hadden kunnen winnen en misschien ook wel moeten winnen, zoals het ging. Aan de andere kant is een gelijkspel na twee verliesbeurten en dat nog wel tegen de koploper in de poule toch ook wel een mooi resultaat.
47
Schaakopgaven de oplossingen Fercec – Saric; pakt u het schaakbord er maar even bij, want de winstvariant is dit keer te lang om vanaf het plaatje te spelen. Wit sloeg niet terug op c3 maar speelde het verrassende 25.Th7! Een erg sterke zet, vooral na het zwarte antwoord 25...cxb2. Nu krijgt wit winnend voordeel: 26.Dh5! Pxe5 Gedwongen wegens mat op f7. 27.fxe5 Ta7 28.Th8! De pointe van de combinative die begon met Th7; zwart heft geen verdediging tegen de dreiging 29.Txf8+, zodat de koning moet gaan dwalen naar niemandsland. 28...b1D 29.Txf8+ Kd7 [29...Kxf8 30.Dh8# ] 30.Dxf7+ Kc6 31.De8+ Td7 [31...Kb7 32.Dc8# ] 32.Tf7! Alles past vandaag; zwart heeft geen manier om de toren op d7 te beschermen en zijn nieuwe koningin heeft geen enkele schaak tot haar beschikking. 32...Kb5 [32...Db7 33.Dxe6+ Kb5 34.Txd7 ] 33.Dxd7+ Kc4 34.Da4+ [34.dxc5 Dxc5+ 35.Le3! had nog sneller tot winst geleid] 34...D6b4 35.Dxa6+ Db5 36.Dxe6 Da5 37.Lc1 Dbb4 38.Dg4 De1+ 39.Kg2 Dab4 40.Tc7 Db8 41.dxc5+ Kb5 42.Pd4+ Ka6 43.Dg6+ Ka5 44.Pc6+ 1‐0 Natuurlijk heeft Fercec dit niet allemaal vooruit kunnen berekenen, maar de lef waarmee hij deze variant is begonnen heeft hem een terecht punt opgeleverd. Kosintseva – Chen; na een paar onzorgvuldige zetten van Chen is Kosintseva in het winnende zadel geholpen. Ze kan direct winnen door 38.Dg5+ Kh8 39.Df4 De7 40.Tf7 (40.Tf8+? Kg7) 40...Td4 41.Df3 Th4+ 42.Kg1 Dg5 43.Tf8+ Kg7 44.Df7+ Kh6 45.Dxe6+ Dg6 46.Tf6; een nog snellere winstweg is 38.Dg3+ Kh8 39.Tf7 Dg8 40.Df3 Dg6 41.Tf8+ Kg7 42.Tf6. In de partij koos de Russische overigens een variant die op de 60ste zet tot winst leidde. Rijnaarts – De Ruiter; “misschien wel de mooiste zet van het toernooi” was 25.Db6!! Dxh1+ 26.Lc1 en zwart laat zich matzetten, omdat ook 26...Tf8 27.Td8 en 28.Txf8+ niet werkt …Txb6 27.Td8# Van Delft – Rietveld; 20.Pxf7! Als je eenmaal deze zet ziet is het ook niet moeilijk te zien dat het de totale vernietiging van de zwarte stelling betekent. 20...Txf7 21.fxg7! en nu heeft zwart 2 manieren om te verliezen: A) 21...Tg8 22.gxf8D+ Tgxf8 (of 22...Tfxf8 23.Lh5+ enz.) 23.Pd6+ en wit wint zoals hij wil; B) 21...Txf1+ 22.Txf1 Lxg7 23.Lh5+ Kd8 (na 23...Ke7 of 23...Kd7 wint 24.Tf7+) 24.Db6+ met spoedig mat. In de partij deed wit een andere 21ste zet: 21.Lh5!? g6 22.Lxg6 Pd7 Na 22...Tg8 beslist 23.Lxf7+ Kxf7 24.Tc7+ Ke8 25.f7+. Ook hopeloos is 22...Lxe4 23.Lxf7+ Kxf7 24.Tc7+ Ke8 25.Dxe4 Dd5 26.Dg6+ Kd8 27.Tfc1. 23.Da7! Een veel voorkomende aanvalszet in deze variant. Zwart heeft geen verdediging meer. 23...Lc5+ 24.Txc5 Pxc5 25.Dxc5 En opgegeven vanwege de beslissende matdreiging op e7.
Zoler – Thorsten; 28.Txd5! En de zwartspeler gaf op wegens 28...Dxd5 29.Td1!. L’Ami – Pruissers; wit maakt gebruik van het zwakke paard op h7 en de sterke positie van zijn torens. 39.Dc2! Prikt op het pijnpuntje en het is meteen over. 39...Te7 40.Te4 1‐0
48
Inhoudsopgave: Nr
Artikel
pag
1
Voorwoord – Wim Jongejan
1
2
Een inspirerend genootschap – De dame
3
3
Het leven zit vol verrassingen ‐ Sape Westra
4
4
Een ongelijke strijd – Sape Westra
5
5
Schaakliteratuur? – Sape Westra
6
6
Schaakopgaven – Sape Westra
10
7
VSG‐1 slaat toe – Sape Westra
12
8
VSG‐2 – Wim Geitenbeek
14
9
Partij analyse tegen Huzen – S. Hiemstra
16
10
De psyche achter de schaker – Rob Boterenbrood
18
11
VSG 3 niet vlekkeloos – Uri Vecht
20
12
VSG 4 tegen Schaakstad – Jo Wolters
22
13
Osbo nieuws – Sape Westra
23
14
Schaken is keuzes maken – Sape Westra
24
15
Steinitz’s onsterfelijke schaakpartij – Sape Westra
25
16
Wereldberoemd en onbekend – Sape Westra
28
17
Lekker mensen pesten – Willem Booy
32
18
Mijn favoriete partij – Rob Hollmann
35
19
Een b(l)oeiende jeugdafdeling – Gert van Heeringen
36
20
Partij analyse tegen Mujkanovic – S. Hiemstra
38
21
VSG 5 2e en 3e ronde – Willem Booy
40
22
Een drama in 2 bedrijven – Sape Westra
41
23
VSG‐2 3e ronde – Wim Geitenbeek
43
49
24
VSG‐3 Pegasus 2 – Uri Vecht
44
25
VSG‐4 tegen Ede 3 ‐ Jo Wolters
46
13
Oplossingen schaakopgaven
48
50