BIPT Infobrief Nieuws en algemene informatie van het BIPT www.bipt.be
Een woordje van de voorzitter De maritieme sector, zowel wat betreft de binnenwateren als de zee, wint meer en meer aan belang. Dit ontgaat het BIPT niet. Nauwlettend wordt de toepasselijke binnenlandse, Europese en de internationale regelgeving opgevolgd en uitgevoerd. In samenwerking met andere instanties verantwoordelijk voor de maritieme sector ziet het BIPT erop toe dat de te gebruiken radioapparatuur kan functioneren volgens de regels en dit alles met als doel een storingsvrije communicatie te vrijwaren en de veiligheid van de opvarenden te verzekeren. België speelt een belangrijke rol in de regelgeving betreffende de radioverbindingen op de binnenwateren. Het Regionaal Binnenwaterakkoord, waar België fungeert als depositaris, draagt bij tot de ontwikkeling van een zo uniform mogelijke regeling tussen de huidige 17 contracterende landen aangaande radioverbindingen en radioapparatuur op de binnenwateren. Op deze manier wordt ernaar gestreefd om de veiligheid van iedereen te verhogen. Onze medewerkers trachten, via het organiseren van de maritieme examens tot het bekomen van een bedieningscertificaat, het uitreiken van de zendvergunningen, het volgen van de notificatie van radioapparatuur en het op de voet volgen van de bestendige wijzigingen van de desbetreffende regelgeving, ten dienste te staan van de opvarenden en dit zowel voor de beroeps- als voor de pleziervaart.
Luc Hindryckx Voorzitter van de Raad
Ellipse Building – Gebouw C, Koning Albert II laan 35, 1030 Brussel
Man Overboardnoodbakens (MOB)
2
Gebruik ik een marifoon of een gsm dichtbij de kust?
2
Ben ik verplicht om te luisteren op K16?
3
Wijziging marifoonverplichting op de binnenwateren sedert 20/09/2009!
3
Wat is het nut om te beschikken over een VHFcertificaat?
4
AIS (Automatic Identification System)
4
Navigatieradars voor niet-SOLAS-schepen
5
Programmering van de kanalen K75/76 en K87/88
5
Correcte programmering van de ATIS-code!
5
Maritieme vergunningen
6
Kanaalgebruik: zee- en binnenvaart
7-8
Richtlijnen voor de programmering van marifoontoestellen (VHF)
8
Certificaten en examens
9
Erkende SRCvormingscentra
10
Onder welke voorwaarden mag ik een maritieme VHFportofoon gebruiken?
11
Binnenvaart: aan welke voorwaarden moeten de portofoons voldoen?
11
Apparatuur
11
Regionaal Binnenwaterakkoord
12
Is GMDSS apparatuur verplicht op een nieuwe boot?
12
Storingen en controle
12
N IEUWS Man Overboard-noodbakens (MOB) De laatste tijd wordt een toename vastgesteld van apparatuur gebruikt voor “Man overboard” (kleine noodbakens). Er wordt vastgesteld dat sommige fabrikanten gebruikmaken van de GMDSS-frequenties (o.a. kanaal 70 en kanaal 16). Aangezien deze toepassingen niet compatibel zijn met het GMDSS-systeem en zelfs het systeem kunnen verstoren, vormen
deze nieuwe toepassingen een directe zorg voor de opsporingsen reddingsdiensten. Daarom zijn deze types van MOB’s niet toegestaan in België. Op internationaal vlak wordt momenteel gezocht naar een oplossing voor deze problematiek.
“ Wie op zee in een noodsituatie belandt heeft maar een beperkte steun aan een gsm. “ Een maritieme VHF-portofoon is niet verplicht voor pleziervaarders op zee. Nogal wat pleziervaarders vinden de extra kosten voor een marifoon en het afleggen van een examen voor het bekomen van een certificaat een overbodige luxe. Dit is onterecht.
2
Waarom zou ik nog een marifoon aankopen, ik vaar slechts enkele mijlen van de kust en in geval van nood beschik ik over een degelijke gsm? - Met een gsm-oproep bereikt u slechts één persoon en daarom nog niet de juiste persoon of dienst. Via een VHF-DSC distress-alarmering ontvangt het kuststation uw noodoproep evenals alle schepen (uitgerust met VHF-DSC) in VHF-bereik. Er wordt onmiddellijk een noodprocedure gestart onder leiding van het MRCC (het maritieme reddings- en coördinatiecentrum in Oostende). Een nabijgelegen vaartuig kan eventueel onmiddellijk hulp verlenen. Met een gsmoproep weet niemand dat u in nood bent (zelfs niet als het vaartuig vlakbij ligt). - Mobiele-telefoonnetten kunnen uitvallen of overbelast worden (vooral) in noodsituaties. Daarenboven is er geen manier om aan te geven dat uw gesprek prioritair is. - Er is geen garantie van dekking noch op de binnenwateren noch op zee; op enkele mijlen van de kust zal de gsm niet meer functioneren. - Via een telefoongesprek wordt een oproep tot stand gebracht tussen twee punten. U dient het telefoonnummer van de andere persoon te kennen om hem te contacteren. Wanneer er communicatie is, zijn geen andere gesprekken meer mogelijk. Dit is wenselijk voor privé gesprekken maar totaal inefficiënt voor nood-, spoed- of veiligheidsverkeer. - Direct contact met aankomende hulp is onmogelijk, de coördinatie van de reddingsoperaties wordt hierdoor bemoeilijkt. - De batterij van uw gsm kan op de slechtst mogelijke momenten leeg zijn.
I NFORMATIE Ben ik verplicht om te luisteren op K16? Ja. Aangezien nog niet iedereen is overgeschakeld naar het wereldwijde noodsysteem GMDSS, is het verplicht om uit te luisteren op K16.
Wijziging marifoonverplichting op de binnenwateren sedert 20/09/2009! Het koninklijk besluit van 27 september 2006 betreffende het algemeen politiereglement op de binnenwateren werd gewijzigd met een KB van 20 september 2009. De nieuwe situatie wat betreft de radioapparatuur die men aan boord moet hebben is de volgende: - groot motorvaartuig(*): 2 marifoons verplicht (sedert 01/01/2007); - klein motorvaartuig: meer dan 7 meter en kleiner dan 20 m: één marifoon verplicht (sedert 01/01/2009); - klein motorvaartuig: kleiner of gelijk aan 7 meter: geen marifoonverplichting. (*) Onder een groot motorvaartuig wordt verstaan: - een schip met een lengte van 20 meter of langer; - een veerpont, ongeacht de lengte; - een passagiersschip, ongeacht de lengte; - een schip dat aan het vissen is, ongeacht de lengte van het schip; - een duwbak, ongeacht de lengte.
Voor meer inlichtingen omtrent deze materie kunt u zich wenden tot de FOD Mobiliteit en Vervoer. Het BIPT raadt aan, in het belang van uw veiligheid, om over twee marifoons te beschikken (waarvan ten minste één vast toestel). Iedereen die een marifoon aan boord heeft (ook al is dit niet verplicht) moet hiervoor een vergunning aanvragen. Tevens dienen de gebruikers van de radioapparatuur in het bezit te zijn van het gepaste bedieningscertificaat.
3
I NFORMATIE Wat is het nut van een VHF-certificaat? Voor het gebruik van een marifoon moet men een bedieningscertificaat bezitten. Voor een gewone marifoon (dus zonder DSC) volstaat het “Beperkt VHFcertificaat”. Hiervoor heeft het BIPT een eenvoudig examen opgesteld. U kunt de leerstof voor dit examen downloaden van de website van het BIPT en de cursus zelf studeren. U hoeft geen verplicht lespakket te volgen. Het examen wordt afgenomen op pc (hiervoor is geen voorgaande pc-kennis nodig). Het percentage geslaagden ligt hoog. Ná het examen: - hebt u kennis van het kanaalgebruik en de procedures (u kunt op een eenvoudige manier in contact komen met sluizen, bruggen, havenautoriteiten, …); - weet u wat te doen in een noodsituatie (veiligheid is essentieel); - kan u zenden en ontvangen met de marifoon als u de regels naleeft. Indien u echter ook op zee wenst te varen is het aangeraden om een marifoon met DSC aan te schaffen. Hiervoor hebt u een SRC-certificaat nodig (meer uitleg verder).
AIS (Automatic Identification System) Het AIS is een geautomatiseerd meld- en volgsysteem. Walstations in de omgeving van het schip ontvangen automatisch belangrijke informatie zoals identificatie (het MMSI-nummer, de scheepsnaam, de roepnaam, koers, positie, snelheid…). Het doel ervan is de veiligheid en de doelmatigheid van het scheepvaartverkeer te optimaliseren. Het AIS werkt via de radiomaritieme VHF-band op specifieke kanalen. AIS mag niet beschouwd worden als een vervanging van andere navigatieapparatuur zoals radar. Enkel andere vaartuigen eveneens voorzien van AIS kunnen door gebruik van deze apparatuur elkaar detecteren. In onze buurlanden zoals Nederland en Duitsland bestaat er een subsidieregeling voor eigenaars van binnenschepen voor het economisch vervoer. In Nederland wordt deze subsidieregeling zelfs uitgebreid tot alle schepen (ook de buitenlandse) die de Nederlandse binnenwateren bevaren. Meer informatie hieromtrent is te vinden op de website: www.senternovem.nl/ais (informatie in het Engels en het Nederlands beschikbaar). Ook in België lopen allerlei experimenten met het gebruik en eventueel zelfs de verplichting (in bepaalde havens) van AIS. Deze materie valt echter onder de bevoegdheid van de FOD Mobiliteit en Vervoer. Er moet voor het gebruik van zendapparatuur wel een vergunning aangevraagd worden bij het BIPT. Het BIPT kent eveneens een MMSI-nummer toe. Dit nummer kan worden aangevraagd via het aanvraagformulier op onze website: www.bipt.be – radiocommunicatie – vergunningen – radiomaritiem.
4
I NFORMATIE Navigatieradars voor niet-SOLAS-schepen Enige tijd geleden verscheen in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschap (2008/C280/06 van 04/11/2008) de geharmoniseerde norm EN 302.194-2V1.1.2. voor navigatieradars voor gebruik op de binnenwateren. Dit betekent dat toestellen die nu op de markt worden gebracht én op de Belgische binnenwateren worden gebruikt, aan deze norm moeten voldoen. Ter herinnering vestigen we er uw aandacht op dat: - op de Belgische binnenwateren het vermogen van radars beperkt is tot maximaal 5 kW; - de radartoestellen op de vergunning vermeld moeten worden; - in België navigatieradars voor zeeschepen op de markt gebracht mogen worden met een vermogen van respectievelijk 6, 12 of 25 kW én dat ze moeten voldoen aan de standaarden IEC 60945 en/of IEC 62252. Op de binnenwateren mogen deze niet gebruikt worden.
Programmering van de kanalen K75/76 en K87/88 Volgens het Binnenwaterakkoord (Bazel 6/04/2000) mogen K75 en K76 geprogrammeerd worden. Het BIPT wenst ook nog te benadrukken dat de kanalen K87 en K88 laag, als simplex-kanaal geprogrammeerd moeten worden.
Correcte programmering van de ATIS-code! In de binnenwateren is de programmering van de ATIS-code verplicht op ALLE radiotoestellen. Bij controle wordt echter regelmatig vastgesteld dat de programmering niet correct is. Bij aankoop van nieuwe toestellen, bijkomende toestellen of tweedehandsboten met radioapparatuur aan boord valt het nogal eens voor dat de ATIS-programmering niet correct is of niet werd aangepast. Het BIPT vraagt dan ook om aandacht te besteden aan de correcte programmering van de ATIS-code. Wanneer blijkt dat de ATIS-code niet (correct) werd geïnstalleerd kan het BIPT overgaan tot administratieve of juridische sancties. KB 27/10/2006: koninklijk besluit betreffende bijkomende basisvereisten van toepassing op bepaalde radio- en eindapparatuur Art. 3. Radioapparatuur voor radiotelefoondienst op binnenwateren die onder de op 6 april 2000 in Bazel gesloten regeling betreffende de radiotelefoondienst op binnenwateren valt en die gebruik maakt van de in de regeling betreffende de radiotelefoondienst op binnenwateren vastgestelde frequentiebanden, omvat een Automatic Transmitter Identification System (ATIS).
5
I NFORMATIE Maritieme vergunningen “Niemand mag binnen het Rijk noch aan boord van een Belgisch vaar- of luchtvaartuig, zonder schriftelijke vergunning een zend- of ontvangtoestel voor radioverbinding, houden, plaatsen, doen werken of gebruiken”
De dienst Vergunningen van het BIPT reikt de vergunningen uit voor het gebruik van private radionetten en individuele radiostations, conform art. 39, § 1 van de wet van 13/06/2005 betreffende de elektronische communicatie. De vergunning vermeldt naast de identiteit van de eigenaar en het vaartuig, de gebruikte radiotoestellen, de toegestane kanalen en het maximumvermogen. De installatie aan boord mag pas in gebruik genomen worden na het bekomen van de vergunning en de toegekende roepnaam. Er worden vergunningen opgesteld voor zowel de binnen-, plezier- en zeevaart als voor de visserij.
Hoe kan ik een vergunning aanvragen? In de volgende gevallen kan de vergunning worden ingetrokken: -
bij niet-naleving van de vergunningsvoorwaarden;
-
bij misbruik of ernstige inbreuken op de wetgeving betreffende de radioberichtgeving;
-
bij wijzigingen aan de radioinstallatie die niet vooraf ter kennis werden gebracht van het BIPT.
6
De vergunning kan worden aangevraagd door een schrijven, een fax of een e-mail te richten aan het BIPT en dat door middel van een specifiek aanvraagformulier. Dit aanvraagformulier kan u ophalen via onze website www.bipt.be --> radiocommunicatie --> Vergunningen --> Scheepsstations --> (op het + teken vooraan klikken) --> Vergunningsaanvraag. De aanvraag kan ook telefonisch gebeuren bij de dienst BMR: tussen 9 u. en 12 u.; tel. 02 226 88 53 of 02 226 88 57, fax 02 226 89 85 of e-mail
[email protected]. Het aanvraagformulier dient u volledig ingevuld, gedateerd en ondertekend terug te zenden naar het BIPT, samen met een kopie van de vlaggenbrief (voor de pleziervaart) meetbrief (binnenvaart) of zeebrief (professionele zeevaart).
Wijzigingen aan de vergunning Bij verandering of uitbreiding van de installatie, naamswijziging van het schip, verandering van eigenaar en/of adresverandering dient het BIPT onverwijld op de hoogte gebracht te worden om een nieuwe vergunning op te stellen. Bij verkoop of ontmanteling van het schip, stopzetting van de exploitatie van de radioapparatuur, dient de vergunning onverwijld teruggestuurd te worden naar het BIPT met vermelding van de identiteit en het adres van de eventuele nieuwe eigenaar.
I NFORMATIE Kanaalgebruik: zee- en binnenvaart Kanaal
Zeevaart
06
Intership-communicatie: eerste schip-schipkanaal op internationaal niveau. In België wordt kanaal 6 echter gebruikt door de loodsdiensten.
08
Intership-communicatie: eerste schip-schipkanaal in België. Eerste Intership-communicatiekanaal.
10 13 15 & 17 16
Binnenvaart
Dit kanaal mag enkel worden gebruikt voor veilige scheepsnavigatie. Intraship-verkeer: deze kanalen worden gebruikt voor het afhandelen van boordradioverkeer. Dit zijn verbindingen op het schip zelf. Noodkanaal: Kanaal 16 wordt gebruikt voor de afhandeling van nood- en spoedberichten, ná aankondiging via DSC op kanaal 70. Voor de niet-SOLAS-schepen is het (voorlopig) nog steeds mogelijk om een noodoproep, noodbericht, noodverkeer uit te sturen (omdat Oostende Radio nog steeds uitluistert op kanaal 16). Wanneer er geen noodverkeer aan de gang is, mag kanaal 16 worden gebruikt als oproepkanaal voor Oostende Radio. Marina: marifoonkanaal voor verkeer met de jachthavens.
23
Oostende Radio, bereikbaar via een relaisnetwerk.
24 27
Oostende Radio
67
Dit kanaal wordt gebruikt voor internationale SARoperaties (Search and Rescue) op zee. Het wordt ook gebruikt voor communicatie in verband met het bestrijden van milieurampen op zee.
70
Kanaal voor de verwerking van digitale noodoproepen - DSC (digital selective calling)
Het gebruik van DSC is verboden op de binnenwateren!
Zeeschepen die onder de GMDSS-bepalingen vallen, dienen op die frequentie een luisterwacht te houden. Na een DSC-nood- of spoedoproep gaat men over naar kanaal 16 voor de verdere afhandeling. Bij marifoons waar geen DSC ingebouwd is, moet kanaal 70 geblokkeerd zijn.
72
Familiaal en sociaal verkeer: mag alleen op de binnenwateren worden gebruikt en slechts met laag vermogen (tussen 0,5 en 1 W).
7
I NFORMATIE Zeevaart
Binnenvaart
73
Antipollutiekanaal: dit kanaal is voorbehouden voor verkeer i.v.m. de bestrijding van verontreiniging op zee.
77
Familiaal en sociaal verkeer: mag enkel gebruikt worden op laag vermogen (tussen 0,5 en 1 W).
Familiaal en sociaal verkeer: mag enkel gebruikt worden op laag vermogen (tussen 0,5 en 1 W).
82
Bunkering: het tot stand brengen van zogenaamde walfrequenties aan boord van al dan niet afgemeerde schepen of bevoorradingspunten is aan de voorafgaande toestemming van het BIPT onderworpen.
Bunkering: het tot stand brengen van zogenaamde walfrequenties aan boord van al dan niet afgemeerde schepen of bevoorradingspunten is aan de voorafgaande toestemming van het BIPT onderworpen.
87H
AIS (Automatic Identification System)
88H
AIS
Alle kanalen buiten Appendix 18 en die hieronder niet vermeld zijn, mogen slechts na de voorafgaande toestemming van het BIPT worden gebruikt en slechts wanneer zij uitdrukkelijk op de vergunning vermeld worden.
30
Mag niet gebruikt worden.
31
Dit kanaal wordt in Nederland gebruikt voor verbindingen tussen de jachthavens en de pleziervaart en mag bijgevolg enkel worden gebruikt binnen de Nederlandse territoriale wateren.
37
Dit kanaal wordt in het Verenigd Koninkrijk gebruikt voor verbindingen tussen de jachthavens en de pleziervaart en mag bijgevolg enkel worden gebruikt binnen de Britse territoriale wateren. Marinakanaal voor communicatie met de jachthavens. Dit kanaal wordt echter niet langer toegekend aan de jachthavens.
96H
Richtlijnen voor de programmering van marifoontoestellen (VHF) Binnenwateren: -
Automatische vermogensreductie (1 W) voor de volgende kanalen: 6 - 8 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 17 - 71 - 72 - 74 - 75 - 76 - 77; Kanaal 70 blokkeren voor uitzending, indien het toestel geen DSC-functie bezit; K75 & K76 activeren; K87 & K88 herprogrammeren als simplex, dus K87 laag & K88 laag; Scanfunctie en Dual-Watch desactiveren; ATIS activeren; Alle extra kanalen zoals 31, 34, … zijn toegestaan mits deze kanalen op de vergunning vermeld zijn.
Op zee: -
8
K15 - K17 – K75 & K76 dienen initieel op laag vermogen maar kunnen door een extra handeling op hoog vermogen gebracht worden; K70 blokkeren voor uitzending, indien het toestel geen DSC-functie bezit; K75 & K76 activeren; K87 & K88 herprogrammeren als simplex, dus K87 laag & K88 laag; Alle extra kanalen zoals 31, 34, 37, … zijn toegestaan mits deze kanalen op de vergunning vermeld zijn.
I NFORMATIE Certificaten en examens Het BIPT organiseert de examens tot het verwerven van de volgende certificaten: - het beperkt certificaat van radiotelefonist van scheepsstations (VHF); - het beperkt certificaat van operator van scheepsstations (ROC); - het algemeen certificaat van operator van scheepsstations (GOC); - short range certificate (SRC – enkel voor pleziervaart).
Hieronder vindt u een overzicht van welke apparatuur mag worden gebruikt bij welk certificaat VHF-marifoon Draagbare VHF-marifoon NAVTEX EPIRB 406 MHz SART VHF-DSC-marifoon MF/HF-marifoon MF/HF-DSC-marifoon Inmarsat B(2); Inmarsat F77 Inmarsat C; Inmarsat Mini C MF/HF-Telex
VHF
SRC
ROC
LRC (1)
GOC
X X X
X X X X X X
X X X X X X
X X X X X X
X X X X X X
X X X X
X X X X X
(DSC – Klasse D)
(1) De LRC-examens worden momenteel niet meer georganiseerd door het BIPT. (2) De Inmarsat B terminals zullen vanaf 1/01/2015 niet meer ondersteund worden door Inmarsat. Verbindingen maken zal niet meer mogelijk zijn.
Hoe bekom ik een SRC-certificaat (pleziervaart – A1-vaargebied)? Het examen tot het behalen van het SRC-certificaat wordt afgenomen door middel van een computer in de lokalen van het BIPT. De inschrijving gebeurt telefonisch op het nummer 02 226 89 59 minimaal drie weken voor de gewenste examendatum: - Om aan dit examen deel te nemen is een attest vereist waaruit blijkt dat men een opleiding heeft genoten die georganiseerd werd door een door het Instituut erkende instelling; - Er wordt enkel toegang verleend tot het examenlokaal aan personen die in het bezit zijn van de persoonlijke uitnodiging die hun door het BIPT per post werd toegestuurd na de telefonische inschrijving; - De inschrijvingskosten tot deelname aan het SRC-examen bedragen momenteel € 25,00; - De SRC-examens bestaan uit 33 meerkeuzevragen (23 over de SRC-materie en 10 over de VHF-materie) betreffende de stof zoals opgenomen in het examenprogramma. Om te slagen dient men voor beide onderdelen 60% van de punten te behalen; - Er wordt geen vrijstelling van examenstof verleend.
9
I NFORMATIE Welke SRC-vormingscentra zijn door het BIPT erkend? AMARACOM Contactpersoon: Pol Degryse Tel.: 0476 36 36 44 E-mail:
[email protected] www.freewebs.com/amaracom
ALTAÏR Tel.: 03 651 40 62 Fax: 03 651 72 01 E-mail:
[email protected] www.altairvaarschool.com
CENFLUMARIN – KTA Zwijndrecht Contactpersoon: mevrouw A. Wulff Tel.: 03 570 97 30 E-mail:
[email protected] www.cenflumarin.be
DYNVEN BVBA Contactpersoon: Constant Lettany Tel.: 0475 29 42 07 E-mail:
[email protected]
NAVICLASS BVBA Contactpersoon: Eddy Coenen Tel.: 0496 26 19 99 E-mail:
[email protected] www.naviclass.be
OFFSHORE NAVIGATION SCHOOL VZW Tel.: 09 386 14 38 Fax: 09 380 39 90 E-mail:
[email protected] www.offshore-navigation.be
SAILING EVENTS - école de navigation – charter - location Contactpersoon: E. Stevelinck Tel.: 02 261 17 30 E-mail:
[email protected] www.sailing-events.be
VLAAMSE ZEEZEILSCHOOL – VVV Nieuwpoort VZW Contactpersoon: Eric Van Audenrode Tel.: 058 23 52 32 E-mail:
[email protected] www.vlaamsezeezeilschool.be
Opleidingscentra die een erkenning wensen te bekomen dienen zich te wenden tot het BIPT, dienst BMR (adresgegevens achteraan in de folder).
Het volledige examenreglement voor het verkrijgen van de bedieningscertificaten voor operatoren voor scheepsstations is beschikbaar op de website van het BIPT.
Ik ben goedkoper af met een portofoon (draagbaar) dan met een marifoon (vast)? Goedkoper wel, maar niet beter! Het bereik én de kwaliteit van de radioverbinding van een portofoon (draagbare marifoon) is merkelijk lager dan bij een vast toestel omdat: - de antenne lager opgesteld is (slechts op manhoogte); - in sommige gevallen de antenne zelfs ingebouwd is in het toestel; - het vermogen maximaal 5 W bedraagt; - de batterijcapaciteit van een portofoon beperkt is. Om een goed bereik te garanderen is het dus veiliger om een marifoon te installeren (zeker op zee) in plaats van een portofoon te gebruiken.
10
I NFORMATIE Onder welke voorwaarden mag ik een maritieme VHF-portofoon gebruiken? -
een portofoon mag in geen enkel geval een vast station vervangen dat verplicht geïnstalleerd moet worden; het gebruik is enkel toegestaan aan boord van een vaartuig; de portofoon is verbonden met het vaartuig en moet aldus worden vermeld op de vergunning van het vaartuig; iedere gebruiker moet in het bezit zijn van een bedieningscertificaat; de vergunning moet steeds aanwezig zijn bij het toestel; de gebruiksvoorwaarden: (maximaal toegelaten vermogen, kanaalgebruik, radioprocedures, …) moeten gerespecteerd worden; het toestel moet voldoen aan de wettelijke voorwaarden.
Ik vaar enkel op de binnenvaart; aan welke voorwaarden moeten de portofoons voldoen? In België: -
alle kanalen mogen geprogrammeerd en gebruikt worden zoals bij vaste toestellen; ATIS is verplicht (roepnaam van het vaartuig); de vermogensreductie moet gerespecteerd worden.
In de andere Rainwatlanden (Donau- en Rijnvaartstaten): -
alleen op vaartuigen van meer dan 20 meter; alleen als aanvulling op een vast station; alleen op de kanalen 15 en 17 (interne communicatie aan boord van een vaartuig); vermogen gereduceerd tot 0,1 à 1 W; ATIS is verplicht.
In de landen die geen lid zijn van het Rainwat Committee: -
afhankelijk van land tot land – het is aangeraden om hierover de plaatselijke administratie te contacteren.
Aan welke eisen moet de apparatuur voldoen? Radioapparatuur die op SOLAS-schepen gebruikt wordt, moet voldoen aan de eisen van Richtlijn 96/98/EG en moet voorzien zijn van het “Wheel Mark”. Deze apparatuur mag ook op niet-SOLAS-schepen gebruikt worden. Apparatuur die voldoet aan de eisen van Richtlijn 1999/5/EG (R&TTE-richtlijn) mag gebruikt worden op niet-SOLAS-schepen. Deze apparatuur moet voorzien zijn van de gepaste CE-markering Meer informatie hierover is beschikbaar op de BIPT-website. Bepaalde van deze op niet-SOLASschepen gebruikte apparatuur moet wel aan bijkomende eisen voldoen (GMDSS, ATIS, …). Op de binnenwateren dient het radiostation te voldoen aan de regelgeving opgenomen in het Regionaal Binnenwaterakkoord.
11
Ondertekenende landen: België, Bulgarije, Duitsland, Frankrijk, Hongarije, Kroatië, Luxemburg, Moldavië, Montenegro, Nederland, Oostenrijk, Polen, Roemenië, Slowakije, Tsjechië, Servië en Zwitserland.
Ik ga een nieuwe boot kopen – ben ik verplicht om GMDSSapparatuur te installeren? De IMO (Internationale Maritieme Organisatie) raadt met aandrang aan om op alle zeegaande schepen GMDSS-radioapparatuur te installeren, zelfs in het geval dat er geen wettelijke verplichting is. Dit is in het belang van uw eigen veiligheid en dat van andere schepen. Het GMDSS-systeem is het wereldwijde maritieme nood- en veiligheidssysteem op zee. Nationale dienst voor de Controle van het spectrum (NCS) P. Callens, eerste adviseur Storingen / Administratie / Controle maritiem Tel.: 02 226 88 01 02 226 88 44 Fax: 02 226 88 02
[email protected] Beheer maritieme radiocommunicatie (BMR) P. Appeldoorn, eerste Ir. adviseur Vergunningen/Examencommissie Tel.: 02 226 88 53 02 226 88 57 (enkel tussen 9u en 12u) Fax: 02 226 89 85
[email protected]
Regionaal Binnenwaterakkoord In 17 landen (zie links) is het “Regionaal Binnenwaterakkoord” van kracht. Dit akkoord kwam tot stand om voor personen en goederen op de binnenwateren gemeenschappelijke veiligheidsprincipes en regels op te stellen. De harmonisatie van de radiotelefoondienst moet bijdragen tot een hogere veiligheid op de binnenvaart. In 2007 vonden enkele wijzigingen plaats van het Regionaal Binnenwaterakkoord onder meer omtrent het gebruik van DSC in de binnenwateren en omtrent het gebruik van de portofoons. Deze wijzigingen hebben echter geen invloed op de Belgische situatie. Op de website www.rainwat.bipt.be kan het publiek terecht voor de teksten van het Regionaal Akkoord in de officiële talen van het “Committee” (Frans, Engels en Duits) en in het Nederlands op de website van het BIPT (www.bipt.be). U vindt op de Rainwatwebsite tevens de link naar de administraties van de 17 landen die het akkoord hebben ondertekend. U vindt op deze websites ook de laatste versie met de recentste wijzigingen. Het huidige Regionaal Binnenwaterakkoord werd ondertekend in 2000. Een volledige herziening van dit akkoord is aan de gang en zal van toepassing zijn begin 2012.
Storingen en controle Storingen op de radioverbindingen dienen steeds te worden gemeld (alle werkdagen vanaf 8 tot 17 uur) op het telefoonnummer 02 226 88 01, fax 02 226 88 02 of via e-mail
[email protected]. De diensten die de veiligheid van het maritieme verkeer waarborgen kunnen dag en nacht terecht op de wachtdienst van het BIPT/ NCS voor het melden van radio-elektrische storingen. Meer inlichtingen hieromtrent kunt u bekomen op telefoonnummer 02 226 88 44 (F. Vindevoghel). De zendvergunning moet aan boord in de nabijheid van de radioapparatuur worden bewaard en op elk verzoek van de controlediensten voorgelegd kunnen worden. De controleurs hebben de bevoegdheid een onderzoek in te stellen om na te gaan of de toestellen nog voldoen aan de voorgeschreven normen. Bij ernstige afwijkingen of vaststelling van misbruiken, zowel inzake constructie, installatie als gebruik, kunnen zij van rechtswege de toestellen verzegelen of zelfs in beslag nemen. Bij ernstige overtredingen kunnen bovendien gerechtelijke vervolgingen ingesteld worden. Een scheepsstation mag enkel bediend worden door een persoon die in het bezit is van een gepast bedieningscertificaat.