Een webshop is geen carrière Ontsnap uit het mutsenparadijs
Marianne Zwagerman
hinderlijk onderbroken door Jan Dijkgraaf
Colofon Marianne Zwagerman © Marianne Zwagerman 2011 Alle rechten voorbehouden Omslag ontwerp Studio Jan de Boer Typografie Perfect Service Foto omslag Mike van den Toorn Foto’s auteur achterflap : Hermien Lam Fotografie NUR 400 ISBN 9789461560506 www.bertramendeleeuw.nl www.bloeddoddig.nl
Inhoud Voorwoord 9 Inleiding – Leef onverschrokken en bloeddoddig 11 Mutsen – Wees geen muts 21 – Gebruik de muts 25 – Vermijd de muts 29 Macht – Loop niet weg voor macht 35 – Geloof niet dat kennis tot macht leidt 39 – Er is geen ander verkeer 43 – Netwerk! (verlaat het kippenhok) 47 Falen – Durf te falen 53 – Lach eens om jezelf 59 – Doe niet aan schaam en doe niet aan spijt 63 Naar de top – Hang rond op de luchtplaats 69 – Ga over lijken 73 – Wees authentiek 77 – Durf! 81 – Spreek mannentaal 85 Aan de top – Neem het grootste kantoor 91 – Pas je niet te veel aan aan de mannenmores 95 – Maak je eigen regels 99 – Wees geen excuustruus 103 Uiterlijk vertoon – Je lijf in de toolkit 109 – Verbrand je broekpak! 115 – Rijd de grootste auto 119 – Laat je foto’s thuis (tenzij het paaldansfoto’s zijn) 123 – Kruip eens in de huid van een kerel 127
Emotie – Huil! Maar zonder getuigen 133 – Laat die intuïtie eens voor je werken 137 – Speel geen toneel 141 Zelfvertrouwen – Stop met piekeren 147 – Durf de concurrentie aan / van de hoge duikplank 151 – Het ligt aan hem! 155 Onderhandelen – Onderhandel! Over alles! 161 – Realiseer je: het is maar zakelijk 165 – Verzuur niet als je je zin niet krijgt, zoek oplossingen 169 Mannen – Profiteer van het ‘respect’ van mannen 175 – Misbruik mannen op je werk 179 – Leer denken als een man 183 – Vraag die scheiding maar vast aan 187 Geld – Kap met dingen gratis doen 193 – Blijf de baas over je eigen geld 197 – Stop met vrouwenlogica over geld 201 Geluk – Word geen Agnes 207 – Durf een prinsesje te zijn 211 – Offer jezelf niet op, voor niets! 215 – Weiger een slachtoffer te zijn 219 Succes – Straal succes uit 225 – Claim je succes en blaas het op 229 – Geniet van je overwinning 233 Talent – Stop met multitasken 239 – Vlucht niet in talentontwikkeling 243 – Denk alleen in oplossingen 247 – Boek een gratis assessment 251
Gezin – Gebruik je nageslacht niet als excuus 257 – Lach emotionele chantage weg 261 – Houd je meisjesnaam 265 – Ga nooit parttime werken 269 Karakter – Koester egoïsme (ook van jezelf) 275 – Stop met kiften 279 – Jaloezie is goed 283 – Gebruik je woede als brandstof 287 Nawoord 291
Voorwoord Een wandelende midlifecrisis. Ik zag het zelf ook wel. Sinds ik terug was uit de Cariben droeg ik kettingen van schelpen en zelfs een met een haaientand en rastakraaltjes. Mijn haar was te lang en te blond, mijn Facebook stond vol foto’s van mij in bikini op stranden en zeilboten. Ik had er zelfs een filmpje op gezet van mijn optreden in een karaokebar, waar ik een wildere versie deed van ‘Proud Mary’ dan Tina Turner ooit liet zien. Toen me live op Radio 1 werd gevraagd welk programma van de afgelopen zestig jaar opgenomen moest worden in de canon van de Nederlandse televisie, was de PinUp Club* van Veronica het enige wat me te binnen schoot. Mijn lieve wijze homovriend Pieter corrigeerde me. Het is geen midlifecrisis, maar een midlifeparty. En hij heeft gelijk. Mijn leven voelt al ruim een jaar als een feest. Met af en toe een snik tussendoor. Maar er ging wel een crisis aan vooraf. Inmiddels noem ik het mijn Bevrijdingsdag, waarvan ik het jubileum al twee keer uitbundig vierde. Maar toen was die 4de mei de dag dat ik alles kwijtraakte wat jarenlang vanzelfsprekend en zeker was.** Mijn man. Mijn baan. Mijn gezondheid. In mijn favoriete voetbalvrouweneetschuur op het Leidseplein vertel ik Jan Dijkgraaf dat ik snel terugga naar de Cariben. Ik heb daar allemaal zeerovers ontmoet en ben welkom op hun zeilboten. Mijn leven is één groot avontuur. Op Union Island ontmoette ik Gjermund. Gjermund verkocht zijn bedrijf in Noorwegen, kocht een zeilboot en vertrok voor een reis om de wereld die vijfeneenhalf jaar zal duren. Hij was zeven maanden onderweg toen ik hem tegenkwam in een
* bloeddoddig.nl/pinup
** bloeddoddig.nl/alleskwijt
9
haven. ‘I used to be a millionaire in money, but now I’m a millionaire in time,’ legde hij me uit. A millionaire in time. Ja, dat ben ik ook, besefte ik. Vlak voor mijn vertrek naar de Cariben verhuisde ik van de boerderij waar ik bijna zeven jaar had gewoond naar mijn gehuurde Gooische minivilla. Mijn reistas moest ik inpakken vanuit de verhuisdozen. Mijn nieuwe situatie, zonder verplichtingen en lasten, drong pas tot me door na mijn gesprek met Gjermund. Ik was vrij. Helemaal vrij. Zo vrij als een mens maar kan zijn. Weinig mensen zitten in zo’n unieke positie. A millionaire in time. Ooit moet ik wel weer beginnen met werken en geld verdienen. Twintig jaar carrière maken, netjes leven en de verkoop van de boerderij zorgden echter voor een plezierig spaarsaldo. Niet genoeg om van te rentenieren, maar echt druk hoef ik me op de korte termijn niet te maken. Ik heb ook geen relatie van betekenis. Voor mijn vertrek naar de Cariben had ik het een tijdje erg leuk met Erik, een woest aantrekkelijke man die een jaar eerder mijn hart brak. Maar dat ging nergens heen en ik kan mijn toekomstplannen niet van hem af laten hangen. Ja, ik ga zeilen! Ik heb al een ticket geboekt, vertel ik aan Jan. Die kijkt me meewarig aan. Hij begrijpt niet dat ik mijn talenten zo verspil. Ik had zo’n mooie carrière. De vrouw die twee publieke omroepen oprichtte. Van gediplomeerd tweedehandsautoverkoper naar omroepbaas. En dan ga ik nu voor zeerover spelen in Zuid-Amerika? Waarom? ‘Weet je, Jan,’ leg ik uit, ‘ik weet nog hoe ik me voelde toen ik álles had. De woonboerderij, de man, de zeilboot, de paarden. Ik verdiende een kwartmiljoen euro per jaar en was doodongelukkig.’ ‘Hó!’ zegt Jan. ‘Een kwart miljoen per jaar? Weet je wel hoe weinig vrouwen in Nederland dat kunnen zeggen! Daar moet je wat mee doen. Je moet jouw kennis en ervaring gebruiken om andere vrouwen te inspireren.’ Nou ja, en dus schrijf ik nu eerst een boek. Voor jullie. De zeerovers wachten wel even. Amsterdam, 2011 Marianne Zwagerman
10
Inleiding – Leef onverschrokken en bloeddoddig! Dit boek gaat jou niet helpen om je ambities aan te boren. Dit boek gaat jou niet aansporen om door het glazen plafond te beuken. Als ik vertel over carrière maken, tref ik veel vrouwen die zeggen: ‘Maar ik héb helemaal geen ambitie. Ik wil gewoon een baantje en kinderen. Ik hoef helemaal niet naar de top.’ Prima. Ik vind het best. Ik ben de laatste die pleit voor een vrouwenquotum. Ik ben ook de laatste die beweert dat een ritje naar de top zaligmakend is. Sterker nog, ik droom er wel eens van hoe het zou zijn als ik minder ambitieus was. Het leven lijkt me zoveel eenvoudiger als je niet telkens die onrust in je lijf voelt dat je dóór moet. Dat er iets veranderd moet worden, ‘omdat het toch niet waar kan zijn dat...’. Het kabbelende bestaan van de tevreden muts in de Vinex-wijk is makkelijker, denk ik. Maar het is geen keuze. Ik heb bloeddorst in mijn lijf. Aangeboren of erin geramd, ik weet het niet, maar ik heb het. En als je het hebt, moet het eruit. Zoals creativiteit eruit moet. Of muzikaliteit. Of homoseksualiteit. Bloeddorst is weten waar je heen wilt en zorgen dat je er komt. Bloeddorst is lef. Bloeddorst is zelf de regie nemen, zonder slachtoffer te zijn van je omstandigheden. Bloeddorst is geldingsdrang. Bloeddorst is resultaat willen halen. Bloeddorst is over lijken durven gaan. Bloeddorst is je gevoel uitschakelen om je doel te bereiken. Bloeddorst is zichtbaar willen zijn, ertoe willen doen. Bloeddorst is... lekker! Weten waar je heen wilt en zorgen dat je er komt, daarin schijnen vrouwen nogal te verschillen van mannen. Vrouwen laten hun leven en hun carrière van toevalligheden afhangen, terwijl mannen zeker in hun loopbaan veel meer volgens een plan werken om doelen te bereiken. Dat blijkt althans uit allerlei onderzoeken; ik herken het niet van de mannen met wie ik samenwerkte. Die hadden geen verheven carrièreplannen. Ze wilden hooguit een Audi A6 en een secretaresse die ze konden neuken. Ik wilde voor mijn 35ste een boerderij. En een nieuwe Land Rover.
11
En vooral een goede secretaresse. En dat is me gelukt. Mijn bloeddorstige weg naar de top van de mediawereld begon in de autobranche. Ik ging naar de IVA, de autoschool in Driebergen, en werkte ongeveer tien jaar in de autobranche als marketing- en salesmanager bij fabrikanten van autogassystemen. Na een jaartje bij de BOVAG stapte ik over naar de Telegraaf Media Groep (TMG), want ik wilde per se in de mediawereld werken. Bij TMG heb ik eerst de autosite opgezet, AutoTelegraaf.nl. Daarna werd ik manager van het hele autocluster van De Telegraaf. Ik gaf leiding aan een van de meest prestigieuze projecten uit de geschiedenis van de krant: het opzetten en introduceren van de zondagkrant. Het leverde me mijn volgende mooie baan op: als directeur exploratie kwam ik in de directie van de krant. Ik was de eerste vrouwelijke directeur van De Telegraaf. Daar ging ik op zoek naar nieuwe groeimogelijkheden voor het bedrijf. Het overnemen van GeenStijl was er één van. En het opzetten van de tv-productietak. Mijn volgende promotie bracht me direct onder de raad van bestuur, als directeur van de Nederlandse holding van TMG. Ik had daar alle bedrijven onder mijn hoede die niet met papier te maken hadden, ruim honderd internetsites bijvoorbeeld, en ook de tv-activiteiten. Samen met twee collega’s vormde ik de directie die verantwoordelijk was voor vrijwel alle activiteiten in Nederland. De landelijke en regionale kranten, de tijdschriften, de internetsites en nog een paar andere dingen. Vanuit die rol nam ik het initiatief voor de oprichting van de twee nieuwe publieke omroepen WNL en PowNed. Van PowNed ben ik niet alleen vanuit TMG, maar ook als privépersoon de oprichter, omdat ik me persoonlijk erg betrokken voel bij de vernieuwing die deze omroep wilde brengen. Voor mijn 35ste had ik het allemaal. Maar voor mijn 40ste was ik het ook weer kwijt. Ik werd ziek. Ik hield het nog lang vol, maar moest me na verloop van tijd toch ziek melden en mijn directiefunctie neerleggen. Het leidde uiteindelijk tot mijn ontslag. Want een zieke directeur, dat is onhandig. Tegelijkertijd ging mijn man bij me weg, na twintig jaar. Terwijl ik in de medische mallemolen zat, ging ik door met de oprichting van PowNed. Net toen PowNed toestemming kreeg om toe te treden tot het publieke omroepbestel had ik mijn eigen toekomst als omroepbaas veilig gesteld. Maar mijn gezond-
12
heid nog niet. Ik kreeg een oproep om zes maanden in te kwartieren in een revalidatiecentrum. Ik koos voor mijn gezondheid en een half jaar zonder inkomsten. Ik vertrok bij PowNed. De papieren voor de WIA-afkeurprocedure gooide ik weg. Ik vertrouwde op mijn talenten. Die zouden me wel weer ergens brengen en ervoor zorgen dat ik na het revalideren mijn brood kon verdienen. Ongeacht de stand van mijn gezondheid. En dat was ook zo. Inmiddels ben ik mede-eigenaar en algemeen directeur van een communicatiebureau in Amsterdam. Kleiner dan TMG. Maar dat is slechts een kwestie van tijd... Zonder bloeddorst gaat dat allemaal niet. Het zal geen verrassing zijn dat je daarbij ook nog gewoon hard moet werken en zo. Maar dat betekent niet dat je als een blinde kip tachtig uur per week moet maken, zoals ik regelmatig deed. Natuurlijk is het soms een kwestie van bloed, zweet en tranen (het laatste altijd buiten beeld). Maar veel belangrijker: slim zijn! Kansen pakken als ze voorbijkomen. Je vinger op durven steken als er een promotiekans is. Niet afwachten, maar zelf de regie nemen. En nooit geloven dat er iemand is die het beter kan dan jij. Durf te falen. Ik leerde veel van de kapitale blunders die ik maakte. Koester je mannelijke eigenschappen, want die heb je nodig op weg naar de top. Er is niets mis met egoïsme. Macht nastreven is prima. En manipuleren mag. Ruim baan voor bloeddorstige vrouwen. Ik haat het woord ‘emancipatie’ en blokkeer op Twitter iedereen die mij een feministe noemt. Maar er is nog wel één – hopelijk laatste – emancipatiegolf nodig. Waarin de bloeddorstige vrouwen definitief worden gescheiden van de mutsen. Want als je met die bloeddorst geboren bent, kom je erachter dat het lastig is, als je leeft en werkt in een land waar je een uitzondering bent. Waar de norm wordt bepaald door mutsen. Daar heb jij last van. Daardoor moet jij harder werken aan je zichtbaarheid en je geloofwaardigheid. Als gevolg van de mutsenplaag worden vrouwen automatisch niet als leider gezien. Dat geeft niet, als je je daarvan maar bewust bent. En alle middelen inzet die je hebt om dat beeld te herstellen. Dat is soms heel eenvoudig. Rijd de grootste auto en neem het grootste kantoor. Wees niet bescheiden met de simpele statussymbolen die direct het
13
verschil maken. Durf succes uit te stralen en vergeet niet om je succes te claimen en op te blazen als dat van pas komt. En blijf alsjeblieft weg bij typische vrouwentaal en vrouwengedrag, zoals parttime werken. Je zult te maken krijgen met emotionele chantage, maar laat je nooit een schuldgevoel aanpraten en offer jezelf niet op. Bloeddorst betekent ook dat je keuzes durft te maken. En misschien moet je zelfs de scheiding maar vast aanvragen als jouw man je niet steunt in je ambities. Dat klinkt misschien oppervlakkig, alsof je carrière belangrijker is dan je persoonlijke geluk. Maar je bloeddorst is een onderdeel van je identiteit. Je zult nooit gelukkig worden als je je bloeddorst onderdrukt. Ik gaf mijn bloeddorst alle ruimte. Maar werd evengoed niet gelukkig. Ik vergat om het leuk te hebben onderweg. Ik had mijn mannelijke eigenschappen zo perfect ontwikkeld dat ik niet eens wist hoe het leven als vrouw eruitzag. Ik was een robot geworden en vergat onverschrokken te genieten van de mensen om me heen en van de successen die ik behaalde. Ik verwaarloosde mijn relatie, mijn familie, mijn vrienden en mijn lijf. Alles stond in het teken van zakelijk succes. Het is de belangrijkste les die ik mee wil geven aan bloeddorstige vrouwen. Bloeddorst is goed. Koester en gebruik dat unieke talent. Maar voor écht geluk en succes is meer nodig... Fijn dat vrouwen tegenwoordig duikboten en straaljagers mogen besturen. Maar daarmee juich ik niet alle verworvenheden van het feminisme toe. Ik pleit voor een beetje traditie in de man-vrouwverhoudingen. Vrouwen mogen best doddig zijn. En doddigheid is onder meer dat je als vrouw niet alles moet willen weten en kunnen. Ik wil helemaal niet snappen hoe de buitenspelregel werkt. Laat mannen zich vooral lekker superieur voelen op dat onderwerp. Zodra er een man in de buurt is, wil ik niet meer begrijpen wat je allemaal met een klopboormachine kunt. En partneralimentatie betalen aan je ex-man is natuurlijk helemaal voorbij alle grenzen. Doddigheid staat voor mij voor vrouw durven blijven. En maximaal profiteren van je vrouwelijkheid. Ik had dat in mijn eerste twintig werkzame jaren veel vaker moeten doen. Zeker in de omgeving waarin ik werkte.
14
Als ik nu terugkijk naar foto’s uit de tijd dat ik directeur werd bij de krant kan ik weinig vrouwelijks of aantrekkelijks aan mezelf ontdekken. Ik was 36, maar zag eruit als 53. Een lelijke grijze muis met een saaie bril en seksloze mantelpakjes. Toen was dat niet echt een issue voor me. Mijn onaantrekkelijke uiterlijk stond me ook niet echt in de weg. Tenminste, zo heb ik dat nooit ervaren. Ik kwam er eigenlijk min of meer per ongeluk achter dat het ook anders kon. In de zoveelste ziekenhuiswachtkamer sprak ik mezelf streng toe. Ik was te zwaar en had te weinig conditie. Daar moest ik zelf wat aan doen. Als er dure artsen en apparatuur voor jou worden vrijgemaakt, heb je ook de plicht om aan je lijf te werken. Dus ik ging fanatiek sporten en viel achttien kilo af. Toen gebeurde er iets wat ik niet had verwacht. Mensen – mannen én vrouwen – begonnen anders op me te reageren. Dat motiveerde me weer om door te gaan met mijn veranderingsproces. Ik zette mijn bril af, ging sieraden dragen, lette goed op bij de visagie als ik eens voor een camera moest verschijnen en werd handiger met make-up. Het resultaat was verbluffend. Mensen herkenden me niet meer. Ik was, twee jaar na mijn vertrek, terug bij TMG en moest me zeker twintig keer opnieuw voorstellen aan mensen met wie ik negen jaar intensief had gewerkt. En ik merkte hoeveel makkelijker mijn leven werd nu ik er leuker uitzag. Voor het eerst van mijn leven – ik was inmiddels veertig – werd ik me op een positieve manier bewust van mijn uiterlijk. Ik ontdekte mijn vrouwelijke kant. Die had ik al die jaren weggestopt. En dat is funest! Niet alleen omdat je kansen laat liggen als je niet ook je vrouwelijke eigenschappen gebruikt. Want met bijvoorbeeld je vermogen om empathisch, intuïtief, sensitief en attent te zijn en het belang van de groep boven dat van jezelf te stellen, heb je een belangrijk onderscheidend wapen ten opzichte van mannelijke concurrenten op je werk. Die doddigheid moet je inzetten. Je kunt heel erg ver komen als je als een kerel denkt en handelt, maar een vette identiteitscrisis ligt op de loer. En uiteindelijk breekt die je op. Ik leerde dat later pas, in het revalidatiecentrum waar ik terecht kwam om met mijn – inmiddels chronische – ziekte te leren omgaan. Van leven als een kerel, terwijl je een vrouw bent, kun je ziek worden. En niet te vergeten: je loopt al die lekkere zeerovers mis... 15
Ik geloof in de combinatie van bloeddorst en doddigheid: bloeddoddigheid. De precies juiste mix tussen die twee. Die mix is elke dag anders. Voor de vergadering op maandagochtend stel je andere parameters in dan voor het feestje op vrijdagavond. Vrouwen die met hun bloeddoddigheid spelen, hebben de jackpot te pakken. Mondhoeken omhoog en onbeschaamd en onverschrokken leven. Dat is mijn motto voor bloeddoddige vrouwen. Het resultaat is een leuker leven. Met meer succes, meer plezier, meer geluk, meer voldoening en meer avontuur.
16
Mutsen
MUTSEN
Het lijkt wel of de Nederlandse vrouw alleen in muts-vorm bestaat.
“HET LIJKT WEL OF DE NEDERLANDSE VROUW ALLEEN IN MUTS-VORM BESTAAT.”
Mutsen – Wees geen muts
MUTSEN
WEES GEEN MUTS
Het komt allemaal door de muts. De muts, dat is die vrouw die een witte driekwartlegging onder haar jurkje draagt. Lekker veilig. En ook zo geaccepteerd op het schoolplein. Want daar hangen ze rond, de mutsen. En vellen ze harde oordelen over die paar vrouwen die wel ontsnapt zijn. Die wel wat maken van hun werkende bestaan. Ik heb niets tegen mutsen. Of misschien heel veel. Maar dat is mijn punt niet. Mijn punt is dat er te veel zijn. En daarmee bepalen ze het beeld van ‘de vrouw’ in Nederland. Het lijkt wel of de Nederlandse vrouw alleen in muts-vorm bestaat. Ze hebben hun eigen tijdschriften (Margriet), eigen tv-programma’s (Life4you), eigen zomerweken (Libelle) en eigen beurs (Huishoudbeurs). Het is een mutsenmaffia. En die verstikt de bloeddoddige vrouwen: echte, leuke, intelligente, soms provocerende, bloeddorstige, zelfstandige, uitgesproken, humorvolle vrouwen. Bloeddoddige vrouwen weten waar ze naartoe willen en zorgen dat ze er komen. En daarin verschillen ze van de muts. Een muts is tevreden met een baantje in plaats van een carrière. Of ze hebben een andere definitie van een carrière. Samen met je buurvrouw slabbetjes breien en via internet verkopen is geen ambitie. Een webshop is geen carrière! Ho! Dijkgraaf hier! Ja, hartstikke leuk allemaal. Maar hóé voorkom je dat de mutsenmaffia je in haar greep krijgt? Durf doelen te stellen. En na te jagen. Daar begint het mee. Waar de muts zich aanpast en haar leven in tevredenheid voorbij laat kabbelen, zorg jij dat je altijd scherp hebt waar je uit wilt komen. En je zet alles in om dat doel te bereiken. Over lijken gaan klinkt wat zwaar, maar je moet de mogelijkheid wel openhouden. Als de situatie om vuil spel vraagt, speel je mee. En zet je die mannelijke eigenschappen in die je ook hebt. Als je het maar altijd combineert met doddigheid. En dan pikken de andere moeders op het schoolplein het wel? Nee, je ontsnapt definitief uit het veilige mutsenparadijs. Die keuze moet je wel maken. Je moet daar helemaal niet bij willen horen. Je wilt de rest van je leven toch geen parttime office manager zijn? En je gaat andere mensen ontmoeten, als je je bloeddorst vrijlaat. Interessantere mensen. Die mutsen in je omgeving ben je snel vergeten. En misschien zul je zelfs respect afdwingen. Maar dat boeit je niet.
22
Je gaat in een andere league spelen, waar het veel leuker is. Durf afscheid te nemen. Je moet door! Aha, one of the guys! Nóóit one of the guys! Jij draagt datzelfde jurkje als die muts op het schoolplein. Maar dan zonder legging en met hoge hakken. En zonder veilig topje eronder. Durf je tieten in te zetten! Doddigheid zit vooral van binnen. Je hebt zo’n voorsprong op mannen door je grotere empathische talent, dat nu eenmaal aangeboren is. Je gereedschapskist is daardoor zoveel beter gevuld dan die van de mannen om je heen. Je moet nooit vergeten die slim in te zetten. Je hebt bijvoorbeeld dezelfde warmte en interesse in mensen als de gemiddelde muts. Maar jij begrijpt dat je die eigenschappen als wapen moet gebruiken. Alsof mannen daar in trappen... Allemaal! Bij mannen is het nog veel makkelijker! Daar trek je natuurlijk je belangrijkste troefkaart, die van de verleiding. Daarbij draait het allemaal om positieve energie. Mannen voelen zich graag belangrijk en bijzonder. Met de juiste dosis aandacht en doddigheid geef je ze een goed gevoel over zichzelf. Je kunt de mannen om je heen nooit genoeg in het zonnetje zetten. Je houdt toch wel de regie. Maak ze belangrijk, dan zijn ze als was in je handen. Maar je moet ook niet bang zijn om een paar mannelijke eigenschappen in jezelf te ontdekken en te ontwikkelen. Mannen zijn dol op wedstrijdjes en willen altijd winnen. Vrouwen haken eerder af en relativeren het belang van de overwinning. Stop daarmee! Jij speelt dit spel wél om te winnen. Je doet mee voor de absolute top. Dat hoeft niet de positie te zijn van de CEO. Jij bepaalt je eigen top. Maar je zorgt dat je daar komt. En dat je niet onderweg links en rechts wordt gepasseerd door een kerel die minder competent is, maar die wel voor de prijzen gaat.
23
Je leven wordt zoveel makkelijker als je de kunst van het mutsen manipuleren verstaat.
“JE LEVEN WORDT ZOVEEL MAKKELIJKER ALS JE DE KUNST VAN HET MUTSEN MANIPULEREN VERSTAAT.”
UTSEN – GEBRUIK DE MUTS
MUTSEN
GEBRUIK DE MUTS
De allerbelangrijkste vraag is natuurlijk: wie brengt in jouw ideale wereld de koffie rond? Precies! Het is prima dat er mutsen zijn. Mutsen moeten niet weg. En bovendien gaan ze niet weg. Je zult je hele leven met mutsen geconfronteerd worden. Ze nemen de telefoon op als je een afspraak bij de huisarts wilt maken, ze vangen je kind op na schooltijd, ze regelen je belastingaangifte en ze slepen je door de Pilatesles heen op de sportschool. Je hebt de muts gewoon nodig dus. Hoewel een man ook prima je belastingaangifte kan regelen. Zonder mutsen kan je geen carrière maken. Geen enkel bedrijf is alleen maar gebouwd op carrièrejagers. Er zijn ook mensen nodig die ‘gewoon een baantje’ hebben. Dat zijn mannen én vrouwen. In je werk kom je net zo goed mannelijke mutsen tegen: de Opel Astra-rijders die Johan heten en hun weekend in de stacaravan doorbrengen. Je afkeer van de muts stop je dan ook vakkundig weg. Je wilt er niet bij horen, maar je hebt ze wel nodig. En daarom laat je ze niet merken dat je walgt van hun witte legging, hun truien met een beertje erop, hun gezemel over de webshop die ze samen met hun buurvrouw runnen. Je hoort het met enig geduld en met een glimlach aan en zet je opdrachten gedecideerd uit. De kunst is om de muts voor je te laten rennen. Als een bijenkoningin. Wees ook niet bang om mutsachtig gedrag te vertonen om ze een beetje een goed gevoel te geven. Maar pas op dat je er niet in doorschiet. Realiseer je dat mutsen maar één doel hebben: jou weer naar beneden trekken. Naar het mutsenparadijs. Ze blijven jou zien als een afvallige en zullen nooit echt accepteren dat jij de baas bent. Mutsen zijn heel goed in emotionele chantage. Manipuleren is hun tweede natuur, al zullen ze het altijd ontkennen. Mijn secretaresse Marijke was er een ster in. Ik zat in mijn grote Telegraaf-kantoor verwikkeld in een ingewikkelde overname met acht mannen aan de andere kant van de tafel. Ik was de baas, leidde het onderhandelingsproces. We zaten midden in de afsluitende psychologische oorlogvoering waarin het erop of eronder was over de laatste voorwaarden. Het werd laat, want het uitputten van je tegenstander is een belangrijke tactiek. Op dat moment stapte Marijke mijn kantoor binnen. Ze legde haar arm
26
moederlijk op mijn onderarm, gaf me een Liga en zei: ‘Marianne, je moet wel wat eten, hoor.’ Natuurlijk heb ik haar de volgende dag ontslagen. Ze had mijn positie niet erger kunnen ondermijnen. En ze verkocht dat als bezorgdheid. Want zo doen mutsen dat. Dat moet natuurlijk andersom; niet de muts moet jou manipuleren, maar jij de muts. Je leven wordt zoveel makkelijker als je de kunst van het mutsen manipuleren verstaat. Manipuleren is sowieso een eigenschap die bloeddoddige vrouwen tot in de perfectie moeten ontwikkelen. Manipuleren mag. Nee, moet. Manipulatie is een prima onderdeel van je gereedschapskist. Maar dat is toch helemaal niet lief! Manipulatie is niet negatief! Je moet het niet te zwaar maken en zien als emotionele chantage of zo. Manipulatie is een doodgewoon en geaccepteerd stukje gereedschap om mensen te laten doen wat jij wilt. En dat is precies waar jij voor ingehuurd bent. Wat wil je dan? Zelf koffie halen voor je secretaresse om haar te vriend te houden? Nog even snel je huis schoonmaken voordat de werkster komt? Stop daarmee! Jij hebt een uniek talent om een bedrijf verder te brengen en groter te maken. En dat moet je inzetten. Andere mensen hebben het talent om jou daarbij te helpen. Zorg er dus voor dat ze precies dat doen. Dat hoeft helemaal niet grimmig. Als je op een vrolijke manier delegeert, wordt het voor iedereen een feestje om mee te werken aan dat doel. Dat klinkt misschien een beetje NLP’erig. Maar toch is dat wel hoe ik het doe. Ik verkoop het einddoel aan de mensen die eraan mee moeten werken. Zodat het ook hun doel wordt, iets wat we samen willen bereiken. Einddoel: één cappuccino, met zoetje. Het einddoel is natuurlijk iets heel groots en uitdagends. Waaraan ook ‘juffrouw Janny’ mee kan werken. Ik drink trouwens latte macchiato.
27
Voor je het weet heb je je aangemeld voor de jaarlijkse Workshop Kerststukjes Maken op je werk.
“VOOR JE HET WEET HEB JE JE AANGEMELD VOOR DE JAARLIJKSE WORKSHOP KERSTSTUKJES MAKEN OP JE WERK.”
MUTSEN – VERMIJD DE MUTS
MUTSEN
VERMIJD DE MUTS
Women Inc. De Stichting Vrouwelijke Entrepreneurs. PIT, voor vrouwen met gezonde ambitie. De Leading Lady Club. De Federatie Zakenvrouwen. All Women on Top. TEDxWomen. Als je er zelf niet uit komt, kun je altijd nog bij je sisters terecht... Als bloeddoddige vrouw weet je één ding zeker: je zult vooral met mannen samenwerken. Andere vrouwen, muts of niet, zijn kanonnenvoer. Jij ontsnapt uit het mutsenparadijs. Wat je niet (echt nooit!) moet doen, is je aansluiten bij vrouwennetwerkclubjes. Die zijn allemaal uit zwakte en frustratie opgericht. De thema’s zijn altijd dezelfde. Vrouwen komen niet verder omdat ze door old boys worden tegengewerkt of het ligt aan de kinderopvang. Onder invloed van kritiek uit de eigen gelederen is de toon de laatste jaren aangepast, maar het blijven treurige clubjes waar vrouwen toch vooral komen uithuilen. Of nog erger, elkaar oppeppen met te kinderachtige acties. Zo las ik laatst op internet over een initiatief dat ‘Jump’ heet. Duizenden vrouwen gaan in een voetbalstadion samen een reuzensprong maken. Om energie los te laten komen of zo. Blijf weg bij dit soort kansloze bijeenkomsten. Ren weg uit het kippenhok en investeer je tijd liever in contacten met machtige mannen. Daar leer je wél wat van. En misschien leidt het nog eens tot een carrièreswitch of een nieuwe klant. Zeg! Mannen waren verantwoordelijk voor de financiële crisis. Zeggen de dames. Ik vind het prima, hoor. Als het de weg effent voor bloeddoddige vrouwen maakt het mij niet uit welk kulargument ze gebruiken. Maar goed: vrouwen op weg naar de top zoeken elkaar toch altijd op. Geen idee. Ik ben weinig vrouwen tegengekomen op weg naar de top. Misschien omdat ik mijn carrière begon in de autobranche. Daar waren helemaal geen vrouwen. En ook later bij De Telegraaf heb ik altijd vooral mannen opgezocht. Ik kan me geen enkel voordeel voorstellen van het opzoeken van andere vrouwen. Zij weten de weg niet, mannen wel. En zij nemen de beslissingen niet. Je moet zorgen dat je zichtbaar bent als je verder wilt komen. Standing out from the crowd is alleen maar makkelijker met mannen om je heen. Je moet je ook niet te veel willen omringen met vrouwen vanwege
30
het besmettingsgevaar. Waarom zou je het risico lopen dat je toch weer terug gezogen wordt in het mutsenparadijs? Voor je het weet heb je je aangemeld voor de jaarlijkse Workshop Kerststukjes Maken op je werk. Want elk bedrijf van enige omvang heeft een actieve personeelsvereniging. Waarin de übermutsen zich verzameld hebben om in de tijd van de baas ‘gezellige’ dingen te organiseren. Doe daar niet aan mee. Of span ze voor je karretje, om iets te organiseren waar je zelf wat aan hebt. Een inpandige sportschool is bijvoorbeeld gewoon een goed idee. Om als bloeddoddige vrouw lekker makkelijk dat lijf in vorm te houden. Een sportschool is ook nog de ideale plek om mutsen te vermijden. Er is namelijk een reden dat ze die witte legging dragen onder hun jurkje. En dat is niet om hun mooie gespierde benen te accentueren. Grote kans trouwens dat je naast de CEO op de loopband staat in de bedrijfssportschool. Want machtige mannen weten allang dat een topbaan hard werken is. En dat dit niet lukt zonder een fit lijf. Een win-win noemen we dat...
31