Een verhaal over twee steden (Uit: Kompas)
Dit is een bordspel waarin spelers kiezen voor het soort stad waarin ze willen leven en het comfort waaraan ze belang hechten. De thema’s die aan bod zullen komen zijn: solidariteit, de gevolgen van het betalen van belastingen, de waarde van plaatselijke democratie. Behandelende onderwerpen • het recht op sociale zekerheid; • het recht op eigendom; • het recht op een gezond milieu Doelstellingen • verantwoordelijkheidszin binnen de gemeenschap ontwikkelen; • het belang van sociale voorzieningen voor het gemeenschapsleven inzien; • de waarden van ‘solidariteit’ en ‘verantwoordelijkheid’ bevorderen. Tijd Totale duur 90 minuten Groepsgrootte 4-10 Materiaal • 1 exemplaar van het bordspel; • dik papier of karton in A3-formaat (niet noodzakelijk, maar wenselijk); • schaar; • rode en blauwe balpennen en papier; • 1 dobbelsteen; • paperclips in twee kleuren (v.b. rood en blauw), gelijke aantallen per kleur; 1 clip per persoon; • hechtkussentjes voor posters (“Buddies”); • 4 kopieën van vervangkaarten • 2 enveloppen; • geld: 6.000 Ems per speler (zie bijlage); • 2 kopieën van het opdrachtenblad voor stadsbankiers; • 1 kopie van het opdrachtenblad voor de spelbankier; • timer; • overheadprojector en een transparant met de spelregels, om te projecteren (optie).
1 | Een verhaal over twee steden
Voorbereiding • Lees de instructies om je vertrouwd te maken met het bord, de kaarten en de regels. • Neem twee bladen van de vervangkaarten en snij ze uit. Doe de setjes in verschillende enveloppen (A en B) zodat ze niet gemengd geraken. De twee overblijvende kopieën van de bladen zullen als referentie worden gebruikt voor de gemeenteraadszittingen. • Kleef de fotokopie van het bord op het karton om het te verstevigen. • Kies drie mensen die de rol van bankiers zullen opnemen. Elke stad heeft een bankier en daarnaast heb je ook een spelbankier nodig. Geef de twee stadsbankiers en de spelbankier elk een kopie van het opdrachtenblad dat voor elk voor hen bedoeld is. Zorg dat de bankiers een kaartje krijgen zodat ze tijdens het spel gemakkelijk herkend kunnen worden. • Deel de rest van de deelnemers in twee groepen in. Geef hen elk een verschillende kleur paperclips (bijvoorbeeld rood en blauw). • Vertel elke speler zijn of haar eigen pion te maken door zijn of haar naam op een papiertje te schrijven en het in hun paperclip te steken. • Maak geld aan! Kopieer de pagina waar het geld op staat afgebeeld, snij het uit en maak bankbiljetten. Je hebt één set geld nodig per speler. Instructies 1. Leg uit dat deze activiteit een bordspel is en toon het spelbord. Stippel het pad uit dat stad A vertegenwoordigt en dan het pad dat stad B voorstelt. Toon waar de twee paden kruisen, toon de pleinen waar de mensen hun salaris ophalen, waar ze hun belastingen betalen en waar ze de kans krijgen om in de andere stad te gaan spelen. 2. Leg de spelregels uit (zie bijgevoegd blad) en zorg dat iedereen ze begrijpt. Bepaal wanneer het spel eindigt. 3. Vraag de bankiers bordjes te maken waarop staat wie ze zijn, zodat de deelnemers weten aan wie ze hun belastingen moeten betalen. 4. Speel het spel en zorg achteraf voor nabespreking en evaluatie. Nabespreking en evaluatie Begin met te vragen hoe het spel zelf verliep en bespreek daarna wat de deelnemers leerden. • Vonden zij het een fijn spel? Wat vonden ze er leuk aan en wat niet? • Vonden sommigen het in het begin oneerlijk dat sommige spelers meer belastingen moesten betalen dan anderen? Dachten zij er na een tijdje nog het zelfde over? • Hoe verliepen de gemeenteraadszittingen? Hoe werden beslissingen genomen? Op democratische wijze? • Wat dachten mensen die niet akkoord gingen met beslissingen van de gemeenteraad? • Wie verhuisde naar een andere stad? Waarom deden zij dat? • Heeft iemand op een gemeenteraadszitting uit eigen zak een gift gedaan om bij te dragen tot het sociale welzijn van de samenleving? Waarom deden zij dit? • In het begin van het spel waren de sociale omstandigheden in de twee steden gelijk. Hoe eindigden zij? Waren er enige verschillen en zo ja, welke?
2 | Een verhaal over twee steden
• In welke stad zou je het liefst wonen en waarom? • Is het de moeite om hogere belastingen te betalen om een betere samenleving mogelijk te maken? Of zou je liever je hele loon behouden en er dingen mee kopen die je zelf nodig hebt of gewoon wil hebben? • Hoe was de eindsituatie in de twee steden? Waren zij in een egalitaire samenleving, dit zou dan Equaland zijn, of in een land waar mensen egoïstisch zijn, namelijk Egoland? • Hoe zou je je eigen land plaatsen op een schaal van 1 of 10 (1 is dan een zuiver Egoland, 10 is dan een zuiver Equaland). Tips voor de begeleider • Het spel is vrij gemakkelijk voor iedereen die bordspelen kent, maar zorg er toch voor dat de regels goed uitgelegd worden. Het kan helpen deze op een bord te schrijven, een overheadprojector te gebruiken, of papieren uit te delen waarop ze staan. • Het spel werkt het best met maximaal tien mensen die de burgers spelen. Er zou bij het begin van het spel een gelijk aantal burgers moeten zijn in elke stad. Als je bijvoorbeeld zestien deelnemers hebt, kun je de bankiers vragen in paren te werken. Als je met een grotere groep begint, kun je best het spel in twee aparte groepen spelen. Vergeet in dat geval niet al het materiaal te kopiëren en zorg voor een medebegeleider die verantwoordelijk is voor het tweede spel. • Een gouden tip: speel het spel eens op voorhand, met vrienden of buren. Je zult zekerder zijn bij het geven van aanwijzingen en over een vlot verloop van het spel. • Je merkt dat de belastingontvangers en fondsenbeheerders ‘bankiers’ werden genoemd. In werkelijkheid is dit niet de bevoegdheid van een bankier. De term is zo gekozen omdat dit het woord is dat gebruikt wordt in de meeste populaire gezelschapsspelen. Als je vindt dat de term “bankier” niet de meest geschikte is, kun je een andere kiezen, zoals ‘financieel beheerder. Suggesties voor follow-up Je kunt deelnemers aanmoedigen om verder na te denken over hoe Equaland er in de toekomst zou kunnen uitzien. Zie hiervoor ook de activiteit “Onze toekomstvisies”. Verdere informatie Europese Code voor Sociale Zekerheid De Europese Code voor Sociale Zekerheid, van de Raad van Europa, trad in 1968 in werking. In juli 2001 werd hij door 18 lidstaten geratificeerd. De code voorziet een brede waaier aan sociale beschermingsmaatregelen, zoals: • medische zorgen, waaronder dokters, specialisten en eerste hulp; • werkloosheidsuitkeringen; • pensioenen; • invaliditeitsuitkeringen.
3 | Een verhaal over twee steden
Bijlage 1: De spelregels
Aantal spelers: tussen 7 en 13. Drie mensen spelen de rol van bankier. In het begin van het spel hebben beide steden evenveel spelers. Doel van het spel: de winnaar is diegene die aan het einde van het spel het meeste geld heeft gewonnen. Hoe spelen 1. Kies drie bankiers: één voor stad A, één voor stad B, en één als algemeen bankier. 2. De helft van de spelers heeft rode pionnen, de andere helft blauwe. 3. Bij het begin van het spel worden de spelers in twee gelijke groepen verdeeld. De ene groep vormt de 'blauwe' spelers, de andere de 'rode'. De ene groep zal het traject afl eggen in stad A, de andere het traject in stad B. 4. Alle spelers starten op het vakje "Start en salaris". 5. Tijdens het spel kan een speler enkel van stad veranderen als hij of zij stopt op het vakje “kans om van stad te veranderen”. 6. Elke speler start met een salaris naargelang zijn of haar kleur. Blauwe spelers krijgen 500 Ems, rode krijgen 100 Ems. 7. Gooi met de dobbelsteen om te bepalen wie mag beginnen. De hoogste worp mag beginnen, daarna gaat men verder tegen de wijzers van de klok in. 8. Om de beurt gooit elke speler de dobbelsteen en zet het aantal stappen vooruit aangegeven door de dobbelsteen. Bij aankomst op een vakje leest hij of zij de opdracht hardop voor en voert de opdracht uit. 9. Een speler die achteruit moet stappen, stopt wanneer het doelvakje werd bereikt. De instructie van dit tweede vakje moet niet worden opgevolgd. 10. Als een betaling moet worden uitgevoerd en de speler kan er niet aan voldoen, blijft deze op het vakje staan en wordt bedelaar. 11. Twee of meer spelers kunnen tegelijkertijd op hetzelfde vak staan. Speciale vakken Belastingbijdrage Elke keer dat een speler op dit vak terechtkomt of er passeert zonder te stoppen, moet hij of zij belasting betalen. Het bedrag hangt af van het salaris van de speler en van de stad. Stad A 40% bij een salaris van minstens 500 Ems 10% bij een salaris van 100 Ems of minder Stad B 10% onafhankelijk van het salaris Een werkloze zonder uitkering betaalt geen belasting. Een werkloze die wel een uitkering krijgt, betaalt 10% van zijn bijdrage en dit in beide steden. De belasting wordt aan de bankier van de eigen stad betaald. Salaris Elke keer dat een speler het vak “Start en salaris” passeert of er stopt, krijgt hij of zij het vastgelegde loon van de bankier van zijn stad. Een werkloze krijgt een uitkering van zijn bankier als de stad een stelsel van sociale zekerheid heeft.
4 | Een verhaal over twee steden
Kans op verandering Elke speler die op het vak “kans op verandering” terechtkomt mag van stad veranderen. Daartoe moet de speler dit simpelweg meedelen aan de rest van de spelers en aan de bankiers. Bij de volgende ronde beweegt de speler verder op het traject van de andere stad. Een speler die van stad verandert, blijft hetzelfde salaris ontvangen, maar betaalt belastingen aangepast aan de stad. Gemeenteraadszittingen Alle spelers aanwezig in de stad gaan naar de zitting. Het is een gelegenheid om (eventueel) verandering te brengen in het stadsbeleid. Om de vijf belastingrondes kan er een zitting plaatsvinden. De stadsbankiers houden de stand bij van hoeveel mensen het belastingvak gepasseerd hebben in hun stad. Telkens wanneer een vijfde persoon het vak passeert, roept de bankier een bijeenkomst samen. De spelers van de stad beslissen dan of ze al dan niet een zitting willen houden. Tijdens een zitting stopt het spel en moeten de spelers van de andere stad wachten tot de zitting is afgesloten om verder te kunnen spelen. Spelers krijgen vijf minuten de tijd om over de noden van de stad en eventuele veranderingen in het beleid te beslissen. De vervangkaarten, waarvan ze een kopie hebben, geven een aantal beleidsopties weer, waarnaar spelers kunnen verwijzen (dit wil zeggen: die ze kunnen kiezen). Om een beleidsverandering door te voeren, moeten de spelers met het belastinggeld een vervangkaart kopen. Op elke kaart staat de prijs. De gemeenteraad kan alleen veranderingen teweegbrengen die het kan betalen. De stadsbankier draagt de som over aan de spelbankier. Burgers kunnen zoveel veranderingen invoeren als ze willen, zolang ze deze maar kunnen betalen. Een gemeenteraad in fi nanciële moeilijkheden kan beslissen om enkele vervangkaarten terug te verkopen aan de spelbankier. De prijs ervan bedraagt dan 50% van het oorspronkelijke bedrag. Rijke personen kunnen, als zij dit willen, de stadskas spijzen om meer vervangkaarten te kunnen aanschaffen. De bankier gebruikt een heel kleine hoeveelheid plakgom om de vervangkaart op het bord te plakken (op het desbetreffende vakje). Vervangkaarten Er zijn 17 vervangkaarten die de gemeenteraad mogelijkheden bieden voor een ander beleid. Vervangkaarten worden gekocht bij de spelbankier. Eens een kaart werd gekocht, plakt de stadsbankier deze op het spelbord, over een bestaand vak heen, zoals overeengekomen door de stadsbewoners. Om het even welk vak mag veranderd worden. Als er op dat ogenblik al een speler op dit vak staat, hoeft deze de nieuwe instructie niet op te volgen. De vervangkaart wordt pas van kracht vanaf de volgende speler die er op staat. Tijdens een gemeenteraadszitting bepalen de stadsbewoners het beleid en mogen zij één of meerdere vervangkaarten aankopen. Alle kaarten moeten worden betaald.
5 | Een verhaal over twee steden
Bedelaars Een speler die zonder geld komt te zitten en zijn/haar belastingen en andere kosten niet meer kan betalen wordt een 'bedelaar'. Als er evenwel in de stad een tehuis voor daklozen is, mogen bedelaars hier blijven overnachten als ze dit wensen, in plaats van op het vak waarop ze beland zijn. De verhuis naar desbetreffend vakje verlost hen echter niet van hun schulden. De bedelaar kan om geld bedelen bij elke speler die op zijn of haar vak terechtkomt. Het is aan deze speler om te bepalen al dan niet iets te geven. Als de bedelaar opnieuw geld heeft om de schulden af te lossen, wacht hij of zij de volgende ronde af, betaalt, gooit de dobbelsteen en gaat verder. Bedelaars slaan om de twee beurten een beurt over. De dobbelsteen bepaalt wat er gebeurt: • bij een zes vindt de bedelaar 50 Ems in een vuilbak; • bij een vijf verzamelt de bedelaar 20 lege bierblikjes en krijgt 50 Ems statiegeld, maar enkel als de stad een containerpark heeft; • bij een vier geeft de volgende voorbijganger 10 Ems aan de bedelaar; • bij een drie bezat de bedelaar zich en verslaapt zich tot de volgende ronde; • bij een twee overnacht de bedelaar in het park en vindt een briefje van 10 Ems onder de bank. Als de stad het park heeft vernieuwd, vindt de bedelaar een briefje van 20 Ems; • bij een één wordt de bedelaar overvallen. De volgende gift moet afgestaan worden aan de stadsbankier. De inkomsten van een bedelaar worden door de eigen stadsbankier uitbetaald. Wanneer eindigt het spel? Spelers beslissen hoe het spel moet eindigen vóóraleer ze ermee beginnen. Ze kunnen kiezen uit volgende mogelijkheden: • wanneer de eerste speler twintig rondes heeft afgelegd • na een afgesproken tijdstip, bijvoorbeeld 45 minuten
6 | Een verhaal over twee steden
Bijlage 2: Vervangkaarten
Renovatie van het park, met zwembad en kinderspeelhoek. Prijs: 200 Ems.
Opening van een nieuw theater. Prijs: 400 Ems.
Gratis toegang tot het strand! Lekker genieten! Prijs: 100 Ems.
De staking op school wordt afgeblazen. Speel opnieuw. Prijs van hogere lonen: 400 Ems.
Je wordt ziek. Openbare ziekenhuizen worden niet gesubsidieerd. Je betaalt 30 Ems. Prijs: 400 Ems.
De straten werden opgeknapt. Goed genoeg om mee te gaan tot de volgende gemeenteraadszitting. Prijs: 200 Ems.
Je wordt ziek. Openbare ziekenhuizen zijn volledig gesubsidieerd. Je betaalt slechts 10 Ems. Prijs: 600 Ems.
Geen daklozen meer in de stad. Een opvanghuis wordt gebouwd. Prijs: 200 Ems.
Je wilt lezen en nu is er een bibliotheek! Gooi nog eens. Prijs: 200 Ems.
Je hebt een juridisch probleem. Neem een advocaat. Ga twee blokken vooruit. Prijs: 200 Ems.
De straten zijn vernieuwd en helemaal heraangelegd. Ga drie blokken vooruit. Prijs: 400 Ems.
Transportproblemengedeeltelijk opgelost door de aanleg van fietspaden. Prijs: 150 Ems
Opruiming van het park. Prijs: 100 Ems.
Je vader gaat met pensioen en krijgt een uitkering. Een pensioenplan opstellen kost 400 Ems.
Je raakt je job kwijt! De werklozenkas betaalt 30% van je salaris uit. De stad heeft een reserve van 1000 Ems nodig.
Er zijn geen straatkinderen meer, want de stad bouwt een weeshuis. Prijs: 200 Ems.
Een containerpark vermindert de afvalophaling. Ga drie blokken vooruit. Prijs: 150 Ems.
7 | Een verhaal over twee steden
Bijlage 3: Opdrachtenformulier van de stadsbankiers
Beide steden beginnen zonder geld. Alle inkomsten zullen uit belastingen komen zodra de spelers dat vakje passeren. 1. Stadsbankiers gebruiken een invulblad om bij te houden hoeveel personen het belastingvakje zijn voorbijgekomen. Ze roepen een gemeenteraadszitting bijeen telkens een vijfde persoon het vak voorbijkomt of er op staat. 2. Stadsbankiers innen belastingen van elke speler in hun stad telkens deze het belastingvak voorbijkomt. Let erop dat de verhuisde stadsbewoners de nieuwe belastingen betalen. Het betaalschema ziet er als volgt uit: Stad A 40% bij een salaris van minstens 500 Ems 10% bij een salaris van 100 Ems of minder Stad B 10% onafhankelijk van salaris Een werkloze zonder uitkering betaalt geen belasting. Een werkloze die wel een uitkering krijgt betaalt 10% van zijn bijdrage, onafhankelijk van de stad. 3. Andere taken van de stadsbankier: • Het stadsgeld beheren; • Aan de spelbankier de vervangkaarten betalen; • Vervangkaarten volgens wens van de stadsbewoners op het spelbord plaatsen; • Het werklozenfonds beheren als de stad beslist er een op te richten; • Werkloosheidsuitkeringen betalen als de stad beslist heeft een stelsel voor sociale zekerheid op te richten. Er moet minstens 1000 Ems in de bank liggen op het moment dat het stelsel opgericht wordt. • De bedelaars in de stad in het oog houden en erop toezien dat ze eerlijk spelen bij het gooien van de dobbelstenen: bij een 6 vindt de bedelaar 50 Ems in een vuilbak; bij een 5 verzamelt de bedelaar 20 lege bierblikjes en krijgt 50 Ems statiegeld, indien de stad een containerpark heeft; bij een 4 geeft de volgende voorbijganger 10 Ems aan de bedelaar; bij een 3 bezat de bedelaar zich en verslaapt zich tot de volgende ronde; bij een 2 overnacht de bedelaar in het park en vindt een briefje van 10 Ems onder de bank. Als de stad het park heeft vernieuwd, vindt de bedelaar een briefje van 20 Ems; bij een 1 wordt de bedelaar overvallen. De volgende gift moet worden afgestaan aan de stadsbankier. De stadsbankier keert het geld uit aan mensen die geld in het park vinden en neemt ook het geld van de personen die worden bestolen. Bijhouden van het innen van de belasting Telkens wanneer een speler in jouw stad het belastingvak passeert, moet je belastingen innen en een stukje van de eerste taart aankruisen. Als vijf stukjes aangekruist zijn, moet je de eerste gemeenteraadszitting bijeenroepen. Als het spel herbegint ga je door met het aankruisen van stukken in de tweede taart enz.
8 | Een verhaal over twee steden
Bijlage 4: Rollenkaart van de spelbankier en invulformulier
Rollenkaart van de spelbankier De spelbankier heeft al het geld bij het begin van het spel. Dit worden zijn of haar taken: 1. Zorg ervoor dat het spel vlot verloopt. • Begin het spel; • Zorg ervoor dat de regels worden nageleefd; • Controleer de lengte van de raadszittingen. Zij mogen niet langer dan 5 minuten duren; • Eindig het spel na de op voorhand vastgelegde speeltijd of wanneer de eerste speler een afgesproken aantal rondes heeft afgelegd. 2. Hou de stand van zaken bij: • Bij het begin van het spel noteer je de naam, kleur en stad van elke speler; • Noteer hoeveel keer elke speler het vak “Start en salaris” voorbijkomt. 3. Betaal een salaris aan elke speler bij het begin van het spel, en elke daaropvolgende keer dat deze het “Start en salaris” vak passeert. Salarissen worden betaald afhankelijk van de kleur van de speler, ongeacht de stad waar ze zich in bevinden: • Blauwe spelers: 500 Ems • Rode spelers: 100 Ems 4. Verzamel alle betalingen voor de vervangkaarten van de stadsbankiers. Invulformulier Noteer de namen van de spelers met een rode of een blauwe pen, afhankelijk van de groep waartoe zij behoren. Het is aanbevolen een streepjescode te gebruiken om de stand van zaken in het oog te kunnen houden. Elke van de eerste vier rondes krijgt een verticaal streepje en bij de vijfde ronde streep je deze door. De zesde ronde begin je met een nieuwe set van vijf, zodat je gemakkelijk kan optellen. Een telling van twaalf rondes ziet er dus zo uit:
9 | Een verhaal over twee steden
10 | Een verhaal over twee steden