DE INTERPROVINCIALE SOCIALE KAART De Vlaamse provincies en de Vlaamse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest werken al een aantal jaren samen aan één sociale kaart voor Vlaanderen, die gratis toegankelijk is voor elke internetgebruiker via www.desocialekaart.be.
EEN SOCIALE KAART, WAT BETEKENT DIT? De sociale kaart geeft informatie over voorzieningen gerelateerd aan de welzijns- en gezondheidssector: rusthuizen, kinderdagverblijven, ziekenhuizen, dagcentra geestelijke gezondheidszorg, lokale dienstencentra, diensten van het OCMW, werkgelegenheidsinitiatieven,… 1 Per dienst van een organisatie, bijvoorbeeld de poetsdienst van het OCMW, vind je een handige fiche met adresgegevens, contactmogelijkheden, openingsuren, een heldere uitleg over de werking, de beoogde doelgroep en veel meer. De sociale kaart bevat het aanbod van volgende sectoren en domeinen: Algemene sociale dienstverlening; Lichamelijke gezondheidszorg; Geestelijke gezondheidszorg; Thuiszorg; Relaties en seksualiteit; Opleiding, werkloosheid en tewerkstelling; Huisvesting; Rechtshulp en justitie; Kinderen en gezinnen; Jongeren; Bijzondere jeugdbijstand; Ouderen; Personen met een handicap; Etnisch-culturele minderheden; Armoede en kansarmoede; Overheden. 1
VVP elektronisch handboek provinciaal beleid – sociale kaart – december 2006
1/ 5
De sociale kaart is een organisatiedatabank. Dit betekent dat je er niet terecht kunt voor een overzicht van alle huisartsen, diëtisten, logopedisten en andere vrije beroepen.
WAAROM HEBBEN DE PROVINCIES SAMEN HUN SCHOUDERS ONDER DIT PROJECT GEZET? De grote nood aan accurate en up-to-date informatie over het aanbod in de welzijns- en gezondheidssector wordt overal ervaren. Er bestaan regionale en Vlaamse sociale kaarten, maar die zijn veelal versnipperd, duur, niet verankerd in het werkveld, niet gedetailleerd tot op lokaal niveau, niet actueel. Het bestaan van vele losse initiatieven heeft ook tot gevolg dat de organisaties overstelpt worden met vragen. Wegens tijdsgebrek kunnen die niet allemaal beantwoord worden, en dit komt de kwaliteit van het initiatief niet ten goede. Een coördinatie op provinciaal, en sinds 2001 op interprovinciaal niveau, wil en kan daaraan verhelpen. Vanuit deze optiek hebben alle gedeputeerden, samen met de Vlaamse Gemeenschapscommissie, dit project steeds enthousiast ondersteund en de intense samenwerking gestimuleerd. Een belangrijke meerwaarde van dit project is dat lokale besturen, het werkveld en grote organisaties een pak mensen, middelen en tijd kunnen besparen door het gecoördineerde aanbod van methodiek, techniek en logistiek. Naast de lokale en bovenlokale aanpak is ook het intersectorale karakter van de sociale kaart een pluspunt.
HOE WERKT DE SOCIALE KAART? Er is resoluut gekozen voor een sociale kaart, die gratis raadpleegbaar is via het internet. Dit medium biedt het grote voordeel dat de dagelijkse actualiseringen onmiddellijk zichtbaar zijn voor de gebruiker. Zelf kan de gebruiker on line wijzigingen signaleren en wordt hij op die manier interactief bij het onderhoud van dit doorverwijsinstrument betrokken. Dagelijks is een team van beheerders in elke provincie bezig met het opsporen en corrigeren van hiaten en onvolmaaktheden. De welzijns- en gezondheidssector is continu in evolutie, hetgeen de uitdaging naar het up-to-date houden van de gegevens alleen maar groter maakt. Daarom is de betrokkenheid van gebruikers en organisaties van belang om de accuraatheid en de volledigheid van de voorzieningendatabank te verzekeren. De gegevens van gans Vlaanderen zijn in één centrale, gestructureerde databank verzameld en worden door de verschillende partners onderhouden. De samenwerking situeert zich op inhoudelijk, vormelijk en technisch vlak. Voor het beheer van hun sociale kaart opteren Limburg en Vlaams-Brabant voor een gecentraliseerde aanpak binnen de eigen administratie. In Brussel neemt de Brusselse Welzijns- en gezondheidsRaad (BWR) deze opdracht voor zijn rekening. West- en Oost-Vlaanderen werken samen met de regionale welzijnsraden, die instaan voor de actualisering van hun eigen regio. In Antwerpen wordt aansluiting gezocht bij lokale besturen die de sociale kaart van hun eigen grondgebied beheren. Daarnaast werken alle provincies ook samen met een aantal sectorale partners voor de actualisering van hun gegevens.
VVP elektronisch handboek provinciaal beleid – sociale kaart – december 2006
2/ 5
Op de website is een aantal zoekmodules uitgebouwd om de gezochte informatie snel terug te vinden. De gebruiker kan over de provinciegrenzen heen zoeken op (deel)gemeente, naam van de organisatie, familienaam van een contactpersoon, trefwoord en rubriek (werksoort). Recentelijk werd de functionaliteit ‘zoeken op werkingsgebied’ uitgebouwd. Naast een antwoord op de vraag wie er gevestigd is op een grondgebied, krijgt de gebruiker nu ook een antwoord op de vraag wie er actief is op dit grondgebied.
WAT IS DE BEDOELING VAN DE SOCIALE KAART? WELKE DOELGROEPEN KUNNEN DIT INSTRUMENT GEBRUIKEN? De sociale kaart is in de eerste plaats een instrument dat snel en efficiënt een antwoord moet bieden op de hulpvraag van een cliënt. Welke organisaties voldoen aan de hulpvraag? Wat zijn de specificaties van die organisaties? Welke organisaties voldoen op basis van die specificaties het best aan de behoeften van de cliënt en situeren zich het dichtst bij zijn woonplaats? Een cliënt komt met zijn vragen meestal terecht bij een hulpverlener, voor wie de sociale kaart een onontbeerlijk instrument is om gericht te kunnen doorverwijzen. Deze cliënt kan echter ook zelf op zoek gaan naar een antwoord op zijn hulpvraag en uitzoeken bij welke organisatie hij terecht kan. Het internet wordt meer en meer gebruikt voor deze doeleinden. Mensen gaan in alle anonimiteit op zoek naar duiding van hun probleem. Toch moet er op gewezen worden dat de sociale kaart niet als doelstelling heeft om probleemoplossend te werken. De bedoeling is wel om een toeleidingsweg aan te bieden tot die hulpverlening die het best een antwoord kan formuleren op een probleem of hulpvraag. Ook lokale besturen hebben belang bij een actuele sociale kaart. Bij het opnemen van de opdracht lokaal sociaal beleid worden ze al snel geconfronteerd met de vaststelling dat de medewerkers niet altijd een overzicht hebben van de welzijnsactoren op het eigen grondgebied of in de eigen regio. Vele lokale besturen starten bijgevolg met de opmaak van een eigen sociale kaart, dit met de bedoeling om een beleidsplan op te maken, of snel en correct door te verwijzen vanuit het Sociaal Huis.
VVP elektronisch handboek provinciaal beleid – sociale kaart – december 2006
3/ 5
De uitbouw van een eigen lokale of regionale sociale kaart is geen sinecure. Het verzamelen van de gegevens en het opzetten van een informaticasysteem om de sociale kaart beschikbaar te stellen is een eerste fase in het project. Het dagelijks beheren en actualiseren van de informatie is echter een blijvende investering in mensen en middelen, die vaak onderschat wordt. Daarom bieden de provincies aan de lokale besturen de mogelijkheid om op hun eigen website via concrete webadressen linken te leggen naar gegevens uit de interprovinciale sociale kaart. Op deze manier besparen de lokale besturen een pak middelen door de vruchten te plukken van een project waarin de provincies zullen blijven investeren. De provinciebesturen zien het immers als hun opdracht om informatie aan te bieden die de beleidsplanning en goede werking van de lokale besturen ondersteunt en vergemakkelijkt.
BIJKOMENDE GEBRUIKSMOGELIJKHEDEN VAN DE SOCIALE KAART In Oost-Vlaanderen hebben de medewerkers van de sociale kaart en hun collega’s van de provinciale GIS-cel (Geografische InformatieSystemen) de handen in elkaar geslagen. Samen hebben ze een dynamische GIS-toepassing uitgebouwd. Voortaan kunnen surfers on line voor heel Oost-Vlaanderen, voor bepaalde regio’s of specifieke (deel)gemeenten kaartjes aanmaken waarbij voorzieningen uit de sociale kaart gelokaliseerd worden. Hierbij kan gekozen worden voor het visualiseren van alle voorzieningen of voor een bepaalde selectie (op basis van de sector of zorgvorm). Daar waar van toepassing wordt ook de capaciteit van de voorzieningen in het kaartje verwerkt. Deze nieuwe dienstverlening past in het opzet van het provinciale Steunpunt Sociale Planning om lokale besturen, sectoren en andere belanghebbenden te ondersteunen bij het opmaken van omgevingsanalyses. Ook in West-Vlaanderen is een gelijkaardig systeem in voorbereiding.
In de stad Antwerpen biedt de interprovinciale sociale kaart ondersteuning voor het lokaal sociaal beleid. Het Lokaal Sociaal Beleidsplan van de stad Antwerpen besteedt veel aandacht aan de VVP elektronisch handboek provinciaal beleid – sociale kaart – december 2006
4/ 5
verspreiding en versnippering van het zorgaanbod. Daarom wordt een aantal initiatieven genomen, waarbij het uitbouwen van Sociale Infopunten één van de belangrijkste realisaties is. Iedereen kan met een vraag om hulp- of dienstverlening terecht bij zo’n Sociaal Infopunt, dat op zijn beurt zal doorverwijzen naar het juiste zorgaanbod. De sociale kaart komt in beeld bij de informatievoorziening van de Sociale Infopunten. Het interprovinciale gegevensbestand is onderdeel van het informatiesysteem dat voor de Sociale Infopunten het zorgaanbod in de stad Antwerpen ontsluit. Daarmee realiseert de sociale kaart haar logistieke doelstelling om als centraal informatiebestand hergebruikt te worden door en voor regionale en sectorale sociale kaarten. De sociale kaart wordt op haar beurt beter, actueler en vollediger als gevolg van het intenser en meer operationeel gebruik.
SAMENWERKING MET ORGANISATIES De provinciale coördinatoren sociale kaart worden regelmatig gecontacteerd door organisaties zoals de mutualiteit of Kind en Gezin, die vragen om samen te werken. Deze organisaties zoeken proactief naar hiaten in de sociale kaart. Ze uniformiseren zoveel mogelijk de formulering van de dienstverlening die op hun fiches omschreven wordt. Dergelijke samenwerking komt de kwaliteit van de sociale kaart ten goede. De organisaties van hun kant kunnen via dit extra kanaal hun aanbod bekendmaken en profileren.
DE SOCIALE KAART ALS PLANNINGSINSTRUMENT De sociale kaart is een belangrijk instrument om aan sociale planning te doen. Een duidelijk en correct beeld van de organisaties werkzaam binnen een bepaalde regio is immers basisinformatie. Van hieruit kunnen hiaten en overlappingen in de dienstverlening worden ontdekt. Bovendien worden de gegevens in de provinciale sociale kaart voortdurend up-to-date gehouden en aangevuld. Op die manier wordt er steeds gewerkt met kwaliteitsvolle en recente aanbodgegevens. De sociale kaart laat toe om aan de hand van de opgenomen capaciteitsgegevens vraag en aanbod met elkaar te confronteren. Op basis hiervan kunnen beleidsbeslissingen beter onderbouwd worden of beleidsplannen meer op maat ontwikkeld worden. De gerichte opvraging, ontsluiting, analyse en visualisering van de informatie geeft een duidelijke meerwaarde: één kaart zegt soms meer dan tien tabellen.
CONTACT VOOR MEER INFORMATIE Voor alle vragen over de sociale kaart kan je terecht bij Patricia Werbrouck, de interprovinciale coördinator via
[email protected] of 09 267 75 25. Langs deze weg kan je ook de contactgegevens krijgen van de coördinator sociale kaart van jouw eigen provincie. Patricia Werbrouck Interprovinciale coordinator sociale kaart
VVP elektronisch handboek provinciaal beleid – sociale kaart – december 2006
5/ 5