Een eerlijke energiefactuur Samenvatting: De energiefactuur van de Vlamingen is een tweede belastingbrief geworden. De Vlaamse regering kiest er onder het mom van besparingen steeds vaker voor beleidsmaatregelen te financieren via de energiefactuur van gezinnen in plaats van de algemene middelen. Deze keuze heeft perverse effecten die nog versterkt door de invoering van een forfaitaire energieheffing. De zogenaamde Turteltaks: + Hoe lager het verbruik, hoe hoger de belasting per kwh. + Hoe lager het inkomen, hoe hoger het aandeel van de belasting in het gezinsbudget. è De zwakste schouders dragen vandaag de zwaarste lasten. sp.a wil dat sterkste schouders de zwaarste lasten dragen en wil hiertoe: + Een belastingvrije verbruikersschijf invoeren die rekening houdt met schaalnadelen van kleine gezinnen zoals alleenstaanden of éénoudergezinnen. + Energiebelastingen progressief laten oplopen naargelang verbruik. è Op die manier wordt bestaande logica omgedraaid en dragen de sterkste schouders het meest bij aan de financiering van de energietransitie. è De prikkel om energie te besparen blijft bestaan. Grote verbruikers die makkelijk minder kunnen verbruiken zullen daartoe geprikkeld worden, kleine verbruikers die niet kunnen besparen omdat ze nu eenmaal een bepaalde basishoeveelheid elektriciteit nodig hebben, worden ontzien. INLEIDING DE POTENTIE VAN EEN (MEER) PROGRESSIEVE FACTUUR Bovenstaande figuren zijn illustratief en geven de relatie weer tussen de energiefactuur, het gezinsinkomen en het aandeel van die factuur in het gezinsinkomen. Niettegenstaande de duidelijke positieve correlatie tussen de hoogte van de elektriciteitsfactuur en het gezinsinkomen (fig. links), is de link tussen het aandeel van de factuur in het gezinsbudget en het gezinsinkomen omgekeerd evenredig (fig. rechts). Armere gezinnen geven met andere woorden een groter aandeel van hun inkomen aan elektriciteit. Een progressieve prijszetting, waarbij de eerste kilowattuur goedkoper is dan de laatste, laat toe het aandeel van de factuur in het gezinsbudget tussen de midden en hoge inkomensdecielen gelijk(er) te trekken.
#eerlijkerisbeter
Dat is rechtvaardiger. In het bijzonder voor de lagere gezinsinkomens…en dus in de regel ook voor die huishoudens met slechts 1 inkomen (singles, één-oudergezinnen). sp.a pleit voor een meer progressieve energiefactuur omdat: • STERKSTE SCHOUDERS, DE ZWAARSTE LASTEN moeten dragen: Beleidsbeslissingen financieren via de nutsfacturen is een aanfluiting van dit basisprincipe. Niettegenstaande het verbruik hoger ligt naarmate het inkomen stijgt (en zij dus in absolute cijfers meer taxen en heffingen betalen), ligt het aandeel van de factuur (dus incl. taksen) binnen het gezinsbudget net hoger bij lagere inkomens. • HET ECOLOGISCH IS: Het federaal planbureau gaat uit van een prijselasticiteit van de vraag naar residentiële elektriciteit van -0.41 op korte termijn en -0.68 op lange termijn. Dat wil zeggen dat, indien de prijs met 1% stijgt, de vraag op korte termijn met 0.41% daalt. Een progressief tarief kan gedrag met andere woorden sturen. Amerikaans onderzoek1 wijst bovendien uit dat dat effect alleen speelt bij grootverbruikers. Wie heel veel verbruikt kan makkelijk minder verbruiken en kan daartoe worden gestimuleerd via hogere prijzen. Wie weinig verbruikt heeft die basishoeveelheid nu eenmaal nodig en zal ook bij hogere prijzen evenveel blijven verbruiken. PLAN SP.A 1. BELASTINGVRIJE SCHIJF EN PROGRESSIEVE BELASTING PER SCHIJF Vanuit rechtvaardigheidsoogpunt pleit sp.a ervoor in eerste instantie de kostenposten die beleidsmaatregelen financieren progressief te maken. Vanaf maart 2016 zal een gemiddeld gezin zo’n 0.29 euro/kwh elektriciteit betalen, waarvan heffingen en openbare dienstverplichtingen zo’n 0.11 euro/kwh bedragen: • De energiebijdrage. Met de middelen van het fonds stimuleren we de arbeidsmarkt. • Federale bijdrage elektriciteit. • Vlaamse energieheffing ofwel Turteltaks. • Openbare dienstverplichtingen distributienettarief (sociaal energiebeleid, ecologisch energiebeleid, straatverlichting,…). • Openbare dienstverplichtingen transmissienetbeheerder (aansluiting offshore, groenestroomcertificaten offshore, strategische reserve, rationeel energieverbruik).
Energiebijdrage Federale bijdrage elektriciteit Bijdrage energiefonds Openbare dienstverplichtingen laagspanning Openbare dienstverplichtingen hoogspanning TOTAAL
/kwh 0.0023306 euro 0.0030394 euro Tot 5000 kwh forfait 0.0688 euro
Gemiddelde factuur 8 euro 10,5 euro 100 euro 240 euro
0.0058046 euro
20,3 euro
0.1089746 euro
381 euro (38%)
1
A. Faruqui en S. Sergici, ‘household response to dynamic pricing of Electricity: a survey of seventeen pricing experiments’, Social Science Research Network Working Paper.
#eerlijkerisbeter
Vandaag worden de meeste van deze tarieven/taksen lineair per verbruikte kwh aangerekend. Aangezien een verdubbeling van het inkomen niet leidt tot een verdubbeling van het elektriciteitsverbruik (zie fig. 3 op p.1) betekent kiezen voor kwh als belastbare basis dat onvoldoende rekening wordt gehouden met de financiële draagkracht van een huishouden. Deze ongelijkheid wordt versterkt door de forse verhoging van de bijdrage op het energiefonds (Turteltaks) vanaf maart 2016. Deze taks heeft het karakter van een forfait aangezien zo goed als alle huishoudens2 100 euro/jaar zullen betalen, los van hun verbruik of hun inkomen. Het effect is tweeledig: hoe lager het verbruik, hoe hoger de belasting per kilowattuur (blauwe lijn figuur) en hoe lager het inkomen, hoe hoger het aandeel van deze energiebelasting in het gezinsbudget.
sp.a draait dit principe om. Hoe hoger het verbruik (en in de regel dus het inkomen), hoe hoger de belasting per verbruikte kilowattuur moet worden (rode lijn). Op die manier dragen de sterkste schouders het meest bij aan de ondersteuning van groene stroom, de plaatsing van budgetmeters of zelf de kost voor straatverlichting. Hiertoe lanceert sp.a progressieve energiebelastingen: 1. Een belastingvrije verbruiksschijf 2. Een basisschijf die belast wordt aan het huidige tarief 3. Een luxeschijf die extra belast wordt
2
11500 gezinnen gaat het om € 770 omdat zij elektrisch verwarmen.
#eerlijkerisbeter
2. BELASTINGVRIJE SCHIJF AFHANKELIJK VAN GEZINSSAMENSTELLING De gezinssamenstelling in Vlaanderen evolueert. Het aantal alleenstaanden zal het miljoen overstijgen in 2030, ofwel een stijging van 50% op 30 jaar tijd. Ook het aantal éénoudergezinnen stijgt aanzienlijk. Vlaams Gewest 1991 2016 2030 2060 1991 2016 2030 2060 Gehuwde koppels 554.96 637.58 24,9 23,2 23,5 20,7 zonder kind 6 1 697.286 675.484 % % % % Gehuwde koppels met 880.32 636.98 39,4 23,2 18,5 14,5 kind(eren) 5 1 548.874 472.474 % % % % Ongehuwde samenwonende koppels 161.32 zonder kind 39.414 6 181.662 219.482 1,8% 5,9% 6,1% 6,7% Ongehuwde samenwonende koppels 183.01 met kind(eren) 24.782 7 219.504 288.513 1,1% 6,7% 7,4% 8,9% Eénpersoonshuishouden 557.04 865.93 1.040.30 1.275.50 25,0 31,5 35,0 39,2 s 9 8 3 1 % % % % 147.78 224.78 Eénoudergezinnen 0 6 237.115 273.078 6,6% 8,2% 8,0% 8,4% Andere private huishoudenstypes 27.924 41.049 44.614 52.107 1,3% 1,5% 1,5% 1,6% 100% 100% 100% 100% Copyright: Federaal Planbureau; FOD Economie - Algemene Directie Statistiek Als je éénpersoonshuishoudens en éénoudergezinnen vergelijkt met de koppels (gehuwd/samenwonend) dan krijg je onderstaand beeld. Rode lijn is aandeel van de koppels in totaal huishoudens, blauwe lijn zijn de eenpersoonshuishoudens en eenoudergezinnen. Een eenoudergezin kan je vergelijken met een eenpersoonshuishouden, maar met bijkomend één of meer kinderen ten laste. 80,0% 60,0% 40,0% 20,0% 0,0% 1991
2016
2030
2060
Zoals hierboven gesteld, houdt de samenstelling van de elektriciteitsfactuur onvoldoende rekening met deze realiteit, waardoor in toenemende mate alleenstaande(n) (ouders) de kost voor ons energiebeleid dreigen te dragen. De invoering van een belastingvrije verbruikschijf voor het basisverbruik dat iedereen nodig heeft biedt hiervoor een oplossing. Deze kan echter niet lineair per gedomicilieerde worden toegekend, anders zijn singles opnieuw de dupe, maar moet rekening houden met bestaande schaalvoordelen van grotere gezinnen.
#eerlijkerisbeter
Als gevolg van de schaalvoordelen in gezinsconsumptie stijgen de kosten voor een gezin niet proportioneel met elk bijkomend gezinslid. Vooral bij de kost voor huisvesting, maar ook inzake elektriciteitsverbruik zijn er belangrijke schaalvoordelen. Je kan dus stellen dat om dezelfde levensstandaard te onderhouden een gezin van 2 niet het dubbele inkomen nodig heeft in vergelijking met een alleenstaande. Wat Elektriciteit betreft verbruikt een gezin van 4 2,6 keer zoveel als een alleenstaande. Een gezin van 2 verbruikt 1,7 keer zoveel als een alleenstaande. Hieruit volgt dat onze belastingvrije schijf groter moet worden naargelang het aantal gezinsleden, maar niet proportioneel. Op die manier houden we rekening met de schaalnadelen voor singles. Voorbeeld: Alleenstaande: 200 kwh belastingvrij 2-persoonsgezin: 340 kwh belastingvrij 4-persoonsgezin: 520 kwh belastingvrij
#eerlijkerisbeter