Edegem Bestuursakkoord 2013 -‐ 2018 N-‐VA – Groen – Open VLD
Inhoudstafel
EDEGEM, EEN UITDAGENDE GEMEENTE!
4
1 OPEN BESTUUR, PARTICIPATIE EN LOKALE DEMOCRATIE
6
Een open en transparant bestuur
6
Een sterke gemeenteraad
6
Burgerparticipatie en de rol van adviesraden
7
Intergemeentelijke samenwerking
8
2 EERLIJK EN CONSEQUENT FINANCIEEL BELEID
9
3 EEN POSITIEF PERSONEELSBELEID EN MODERNE DIENSTVERLENING
10
4 LOKALE ECONOMIE EN ONDERNEMEN
11
Actief winkel-‐ en horecabeleid
12
Duurzaam ondernemen
12
Landbouw
13
Werken in Edegem
14
Sociale economie
14
5 EEN VEILIGE GEMEENTE
14
Veiligheid en politie
15
Brandweer
15
6 BETAALBAAR WONEN
16
7 MOBILITEIT
17
8 RUIMTE EN LEEFOMGEVING
18
Ruimtelijke ordening
19
Kwalitatief straatbeeld
20
Openbare werken
20
Natuurontwikkeling en biodiversiteit
20
Meer ruimte voor water
22
9 WELZIJN EN GEZONDHEID
22
OCMW
23
2
Ouder, maar niet vergeten
24
Focus op gezondheid
24
Een toegankelijke gemeente
25
Asiel, migratie en integratie
25
10 EEN DYNAMISCH CULTUURBELEID
26
Overal cultuur
26
Een moderne bibliotheek
27
Erfgoed koesteren
27
Toerisme: Edegem een gezicht geven
28
11 JEUGD, SPORT EN VRIJE TIJD
28
Een beleid op maat van de jeugd
28
Edegem, een sportieve gemeente
30
Vrije tijd en evenementen
31
12 MILIEU EN DUURZAAMHEID
31
Milieu en duurzame ontwikkeling
31
Energie-‐ en klimaatbeleid
32
Afvalbeleid
33
13 INTERNATIONALE SOLIDARITEIT
34
14 WIJKWERKING EN SOCIAAL WEEFSEL
35
15 GEZIN, KINDEROPVANG EN ONDERWIJS
35
Een gezin-‐ en kindvriendelijke gemeente
36
Onderwijs
36
Kinderopvang
37
3
Edegem, een uitdagende gemeente! Van Edegem een uitdagende gemeente maken, maar ook de belangrijke uitdagingen die op ons afkomen slim en duurzaam aanpakken, daar willen we met de nieuwe bestuursploeg voor gaan. De uitdagingen zijn groot, maar onze werkkracht en motivatie zijn dat ook. Financieel is er de komende jaren weinig ademruimte. Toch is niet-‐investeren geen optie. De kosten op de lange termijn zouden immers zwaarder zijn dan wanneer we wél verstandig investeren. Een belangrijke uitdaging is dus een creatief, consequent en doordacht beleid uit te tekenen dat onze financiën niet laten ontsporen, dat bespaart waar bespaard moet worden en dat tegelijk ruimte laat voor nieuwe initiatieven. De financieel-‐economische crisis laat zich ook in Edegem voelen. Het is onze plicht om sociale uitsluiting te voorkomen en armoede te bestrijden. Als gemeente met een snel verouderende bevolking staan we voor de uitdaging om de wijkzorgdiensten verder uit te bouwen en vereenzaming tegen te gaan. Ook een gemeente als Edegem moet haar verantwoordelijkheid opnemen om de uitdaging van de klimaatverandering aan te gaan. Laat ons als openbaar bestuur het goede voorbeeld geven en de ambitie tonen om op termijn klimaatneutraal te zijn. Door in te zetten op energie-‐efficiëntie, boeken we niet alleen ecologische maar ook financiële winst. We gaan de uitdaging aan om open en transparant te besturen. Door voortdurend in dialoog te gaan met de gemeenteraad, het gemeentepersoneel, het middenveld en onze inwoners willen we zelf ook uitgedaagd worden. We dagen op onze beurt de Edegemnaren en de Edegemse verenigingen uit om verantwoordelijkheid te nemen en actief in dialoog te treden met het gemeentebestuur. Wij geloven dat bestuur en burger samen het engagement moeten aangaan om het Edegem van onze dromen te realiseren. Net zoals de burger zijn rechten kan doen gelden en van het bestuur mag eisen dat het zijn uiterste best doet en zijn beloften maximaal nakomt, zo durven wij als bestuur aan de Edegemnaar te vragen om burgerzin te tonen en naar beste vermogen mee te bouwen aan een veilig, leefbaar, rechtvaardig, warm, duurzaam en welvarend Edegem. We zijn ambitieus in bestuur, maar ook in natuur en cultuur! Domein Hof Ter Linden en Fort 5 bieden een historische kans om Edegem een groene long en een cultureel hart te schenken. Een nieuwe, moderne bibliotheek moet een ontmoetingsplaats worden voor de Edegemnaren en hen een prikkelend aanbod van socioculturele activiteiten aanbieden. Een uitdagende gemeente is ook een kind-‐ en gezinsvriendelijke gemeente, met een uitgebreid speelweefsel doorheen de gemeente dat kinderen de ruimte geeft om te spelen, waar een kwalitatief hoogstaand onderwijsaanbod is, waar jongeren én volwassenen ruime gelegenheid krijgen om zich te ontspannen, uit te gaan of te sporten. Een uitdaging apart is het mobiliteitsvraagstuk. Het is onze ambitie om woonwijken leefbaar te houden, sluipverkeer maximaal tegen te gaan en de oversteekbaarheid van drukke verkeerswegen te verbeteren. Dat kunnen we niet alleen doen. Enkel door samen te werken met de omliggende gemeenten en met de hogere overheden zullen we tot echte oplossingen kunnen komen. De uitdagingen zijn inderdaad talrijk, maar we nemen resoluut de handschoen op om een duurzaam en fris toekomstplan te maken voor Edegem. Enkele speerpunten in dit gezamenlijk project zijn: § We zijn als bestuur optimaal bereikbaar en werken actief samen met onze inwoners, verenigingen, adviesraden, middenstanders, gemeenteraad en administratieve diensten. We hanteren een nieuwe, open bestuursstijl en trekken volop de kaart van meer interactie met en participatie van onze inwoners en verenigingen. §
We voeren de komende legislatuur een verstandig en doordacht financieel beleid door het oriënteren van financiële middelen op de gemeentelijke kerntaken, de maximale integratie 4
van de ondersteunende diensten van gemeente en OCMW en de verdere ontwikkeling van het Autonoom Gemeentebedrijf. §
We zetten hoog in op intergemeentelijke en supralokale samenwerking, onder meer om problemen als sluipverkeer en dubbele investeringen te vermijden.
§
We zetten volop in op een meer divers winkel-‐ en horeca-‐aanbod in het centrum en in onze wijken. De leegstand pakken we actief aan. We zetten de handelstroeven van onze gemeente in de vitrine.
§
We gaan voor een veiliger Edegem in de breedste zin van het woord. Door een optimale samenwerking met politie en brandweer werken we een doelgericht veiligheidsplan uit. Het initiëren van buurtinformatienetwerken (BIN’s) moet ertoe bijdragen dat we de inbrakenplaag een halt toeroepen. We verhogen de verkeersveiligheid in onze gemeente en voorzien in veiligere oversteekplaatsen, onder meer in het centrum en op de verschillende Gewestwegen.
§
Onze visie op mobiliteit is wijkgerelateerd: elke weggebruiker moet veilig en efficiënt zijn bestemming kunnen bereiken. Een greep uit onze initiatieven: een verstandig verkeerscirculatieplan ontmoedigt sluipverkeer (o.m. in de Collegewijk), de parkeerbehoeften worden objectief vastgesteld, een bovenlokaal mobiliteitsbeleid krijgt vorm.
§
De inrichting van het Park Ter Linden en Fort 5 wordt een huzarenstuk. Samen met de Edegemnaar en de betrokken instanties proberen we deze openbare groene long optimaal gestalte te geven.
§
We werken een meer dynamisch cultuurbeleid uit. We willen de creativiteit een platform aanbieden en cultuur naar de mensen brengen. Cultuur zonder drempels, zonder hoofd-‐ en kleine letters.
§
We realiseren een moderne bibliotheek, waar naast boeken en andere media plaats is voor socioculturele activiteiten en een polyvalente ontmoetingsruimte.
§
We zetten Edegem op de kaart als kindvriendelijkste gemeente. We willen onze jeugdverenigingen steunen en een netwerk van speel-‐ en ontmoetingsplekken realiseren.
§
Ons bestuur wil zoveel mogelijk Edegemnaren die daarvoor open staan aan het sporten krijgen. Wij willen onze sportinfrastructuur en ons sportaanbod afstemmen op dat doel.
§
Als solidaire gemeente werken wij een stappenplan uit om tegen het einde van de legislatuur de 0,7% van de gewone dienst te besteden aan projecten en aankopen ten dienste van internationale solidariteit. Edegem treedt toe tot het burgemeestersconvenant, waarbij wij ons engageren om op termijn klimaatneutraal te zijn.
§
We maken werk van een sterk, lokaal flankerend onderwijsbeleid. Het hardnekkige probleem van de buitenschoolse kinderopvang (IBO) wordt aangepakt.
§
Het OCMW krijgt de regierol in het welzijnsbeleid van Edegem. Het breidt o.a. de sociale tewerkstellingsprojecten verder uit, om cliënten te reactiveren. We vinden ook dat mensen die al lang in Edegem wonen, voorrang moeten krijgen in het woonzorgcentrum Immaculata.
De partners van dit bestuursakkoord zijn bereid om, over principiële verschillen heen, duidelijke keuzes te maken die rekening houden met iedereen, die niemand achterlaten en die een vooruitziend, voorzichtig financieel beleid doen samengaan met een vernieuwende visie op de toekomst van onze gemeente. Alle elementen van het hiernavolgende bestuursakkoord zijn daardoor geïnspireerd.
5
Actiepunten voor een uitdagende gemeente
1
Open bestuur, participatie en lokale democratie
Een open en transparant bestuur Onze gemeentediensten moeten zo toegankelijk mogelijk zijn voor de inwoners. De gemeente moet begrijpelijk en open communiceren, oprecht luisteren naar vragen of opmerkingen van inwoners en onderzoeken hoe ze daarmee aan de slag kan gaan. Een gemeentebestuur moet tussen de mensen staan, niet boven hen. De tijd dat alles binnen ivoren torens werd beslist, is voorbij. Als bestuur vinden we een grote openheid noodzakelijk. Hier zijn onze voorstellen voor een open en transparant bestuur: 1.1. Edegem heeft recht op bestuurders die zich ten volle inzetten voor de gemeente. De burgemeester heeft de leiding van de gemeente als hoofdtaak. De schepenen zijn vlot beschikbaar en hebben coherente bevoegdheidspakketten. 1.2.
De gemeente Edegem werkt een moderne communicatiestrategie uit waarbij wordt onderzocht wat de meerwaarde is van alle bestaande en nieuwe informatie-‐ en communicatiekanalen binnen de lokale context van Edegem. We denken hierbij aan initiatieven zoals “open data”, aan het gebruik van sociale media, zoals Facebook en Twitter, sms-‐communicatie, enz. Specifieke apps kunnen bijvoorbeeld ingezet worden voor het melden van situaties in het openbaar domein.
1.3.
Op vragen of opmerkingen van een inwoner wordt binnen de 14 dagen geantwoord.
1.4.
De objectieve informatieverspreiding is niet alleen een bevoegdheid van het schepencollege maar van de hele gemeenteraad. Jaarlijks evalueert de gemeenteraad het informatiebeleid en worden er beleidsaanbevelingen gedaan.
1.5.
Jaarlijks bezoekt een delegatie van college, gemeenteraad en administratie (gemeente, OCMW, politie, brandweer) elke wijk in Edegem om in te spelen op mogelijke vragen. Deze rondgang kan thematisch worden georganiseerd, waarbij zowel wijkgerelateerde als wijkoverstijgende thema’s aan bod kunnen komen.
1.6.
De ondersteuning en de besluitvorming van de beleidsorganen in het gemeentebestuur zijn digitaal georganiseerd in een workflow van voorbereiding over besluitvorming tot en met opvolging, rapportering en afwerking. Dit geldt zowel voor de gemeenteraad en het college als voor het managementteam. De besluitvorming is gescreend op risico’s en kwaliteitsaspecten en wordt verbeterd, aangepast en vereenvoudigd waar dat wenselijk is. Een extranet is gecreëerd voor de gemeentelijke beleidsorganen en wordt actief gebruikt, ook tijdens de vergaderingen.
1.7.
We pleiten voor een verregaande deontologische code voor mandatarissen en partijen.
Een sterke gemeenteraad De gemeenteraad is geen verplicht maandelijks nummer, maar moet een forum zijn voor het politieke debat. Om de gemeenteraad te versterken en dichter bij de burger te brengen, doen we de volgende voorstellen:
6
1.8.
1.9.
In een vragenhalfuurtje kunnen burgers via de voorzitter van de gemeenteraad zelf agendapunten voorstellen. Deze worden dan bediscussieerd door de volledige raad en niet enkel door het college van burgemeester en schepenen. Agendapunten moeten een algemeen belang dienen. De voorzitter van de raad beslist over de geldigheid van de vraag in kwestie. Experts en ervaringsdeskundigen kunnen worden uitgenodigd op commissies en de gemeenteraad om agendapunten toe te lichten. Ze kunnen daarbij gebruik maken van multimediatoepassingen.
1.10. Om de onafhankelijkheid van de gemeenteraad ten aanzien van het college van burgemeester en schepenen te versterken en te waarborgen, benoemt de gemeenteraad een voorzitter die geen deel uitmaakt van het college van burgemeester en schepenen. 1.11. Het gemeentelijk informatieblad Edegem Vandaag krijgt een extra hoofdstuk “Uit de raad”, dat een helder en aantrekkelijk verslag biedt van de gemeenteraden. 1.12. Via de diverse mediakanalen van de gemeente (website, gemeentelijk infoblad, e-‐nieuwsbrief, digitale borden,...) worden inwoners uitgenodigd voor de gemeenteraad en worden ze geïnformeerd over de meest relevante punten die behandeld zullen worden, bij voorkeur met een paar regels uitleg per agendapunt. 1.13. De Edegemnaar kan een helder verslag van de gemeenteraad eenvoudig terugvinden op de website van de gemeente. Burgerparticipatie en de rol van adviesraden Politici worden enkel bij verkiezingen afgerekend op hun prestaties. Dat klopt niet. De verkiezingen zijn een belangrijke toets, maar er moet veel meer tussentijdse interactie en evaluatie zijn. We willen de lokale democratie versterken en burgers meer betrekken bij de lokale politiek. We wensen verschillende participatievormen efficiënt in te zetten, afhankelijk van de context. De zogenaamde “participatieladder” (informeren, advies vragen, mee beslissen, samenwerken, zelf beslissen) geeft enkel de mate van inspraak aan, maar zegt niet dat vormen van participatie met méér inspraak beter zouden zijn (of slechter). Afhankelijk van de situatie kan het beter zijn om enkel te informeren, op andere momenten is het gewenst om echt samen te beslissen. Hier volgen onze voorstellen die de interactie met en participatie van de Edegemnaar moeten aanmoedigen en verbeteren: 1.14. Edegem heeft een Facebookpagina en een Twitter-‐account die door verschillende gemeentelijke diensten en medewerkers voorzien kunnen worden van inhoud. Interactie met de Edegemse inwoner staat centraal. Er worden deontologische afspraken gemaakt met alle gemeentediensten over het doelgericht gebruik van sociale media. 1.15. Het beleid moet zo interactief mogelijk zijn. Zowel voor grote als voor kleine projecten worden inwoners en wijkcomités van in het begin betrokken bij het uitstippelen van plannen. Participatie is meer dan commentaar mogen leveren op kant-‐en-‐klare voorstellen vanuit het beleid. 1.16. De gemeente moedigt spontane wijk-‐ en burgerinitiatieven aan en ondersteunt deze structureel. Via wijkbudgetten krijgen buurten medezeggenschap over hoe hun straat of wijk wordt ingericht. Het gemeentebestuur nodigt inwoners uit een bepaalde straat of wijk uit om concrete voorstellen in te dienen die bijdragen tot de kwaliteit van hun buurt. De beste projecten krijgen belangrijke financiële steun om hun project te realiseren. 1.17. De gemeente zet per wijk peterschapsprojecten op. Inwoners krijgen mee verantwoordelijkheid over het beheer en de ontwikkeling van hun straat, plein of wijk. Eén of meerdere mensen worden aangeduid als (vrijwillig) ‘wijkregisseur’ en fungeren als aanspreekpunt voor wijk en bestuur. 1.18. Goede voorbeelden van burgerparticipatie worden jaarlijks in de bloemetjes gezet en krijgen een artikel in Edegem Vandaag.
7
1.19. De rol en functie van adviesraden wordt herbekeken. De bestaande raden worden in eerste instantie behouden. Concreet denken we aan drie sporen: §
Het meer thematisch en projectmatig organiseren van adviesraden. Voor grote projecten kan bijvoorbeeld een tijdelijke adviesraad of projectgroep opgericht worden. We denken hierbij onder meer aan de invulling van Hof Ter Linden/Fort 5, een nieuwe mobiliteitsplan, enz.
§
Bestaande adviesraden openstellen voor inwoners die geen lid zijn van een vereniging maar wel een interesse of expertise hebben in een thema zoals cultuur, milieu, sport, enz. Het gemeentebestuur moedigt inwoners aan die hier interesse of expertise voor hebben.
§
Het gemeentebestuur is verplicht een zeer grondige motivatie te geven als adviezen niet worden gevolgd. Daarnaast worden adviesraden ook betrokken bij de concrete uitvoering van beleid waarover zij hebben geadviseerd.
1.20. Binnen de Raad voor Gezin en Kind wordt een werkgroep “Raad voor personen met een beperking” opgericht. 1.21. In adviesraden zitten bevoegde ambtenaren en schepenen enkel op vraag van de adviesraad voor bijvoorbeeld het toelichten van een specifiek project. Naast advies moeten adviesraden vooral zelf initiatieven kunnen nemen. Daarbij worden concrete doelen gesteld; dat maakt het werk in de adviesraad aantrekkelijker. 1.22. De gemeente onderzoekt actief de mogelijkheden om nieuwe en sociale media aan te wenden in participatietrajecten. Zo kunnen consultatierondes over nieuwe projecten ook via onlinekanalen gebeuren. Nieuwe media zijn ideaal om ideeën te genereren. Zij kunnen een aanvulling zijn bij (representatievere) enquêtes of polls. 1.23. Politici moeten luisteren naar individuele burgers, naar actiegroepen, naar belangengroepen, naar bedrijven,… en hun opmerkingen ernstig in overweging nemen. Bij het nemen van beslissingen moet echter altijd het algemeen belang voorgaan op het individueel belang of het belang van een beperkte groep. Intergemeentelijke samenwerking Niet alle taken kunnen we volwaardig vervullen vanuit de gemeente alleen. Hiervoor zullen we meer moeten samenwerken met omliggende gemeenten. Intergemeentelijke samenwerking is op verschillende beleidsdomeinen zelfs onontbeerlijk geworden om tot echte oplossingen te komen, denk maar aan mobiliteit. Hier zijn onze voorstellen voor een doorgedreven intergemeentelijke samenwerking: 1.24. Sterkere specialisatie en meer efficiëntie bij de uitvoering van bepaalde taken dankzij intergemeentelijke samenwerking: juridisch advies, het opstellen van lastenboeken voor aanbestedingen, loonberekening, het opstellen van ruimtelijke structuurplannen en bijzondere infrastructuur (sport, cultuur, ...). 1.25. Voor het OCMW wordt onderzocht of bepaalde vormen van (bestaande of nieuwe) dienstverlening efficiënter, effectiever en kwaliteitsvoller kunnen geleverd worden via een samenwerkingsvorm met andere OCMW’s. 1.26. De vertegenwoordigers en bestuurders van intergemeentelijke samenwerkingsverbanden brengen regelmatig verslag uit aan het gemeentebestuur. Een helder verslag van de beslissingen in deze intercommunales staat op de gemeentewebsite. 1.27. Edegem is geen eiland en heeft er alle baat bij om samen te werken met de omliggende gemeenten en met de provinciale, Vlaamse en federale overheden. De kracht van een lokaal bestuur wordt onder meer bepaald door zijn vermogen om samen te werken met buurgemeenten en andere overheden. We moeten dus voortdurend zoeken naar partners en gemeenschappelijke belangen, over alle grenzen heen. Buurgemeenten die nieuwe
8
ontwikkelingen willen doorvoeren op het gebied van wonen, werken of voorzieningen, kunnen beter samenwerken dan elkaar beconcurreren.
2
Eerlijk en consequent financieel beleid
Edegem heet een rijke gemeente te zijn. Nochtans is er al lang geen sprake meer van ruime inkomsten. We zullen een strikt financieel beleid moeten koppelen aan grote creativiteit. De Edegemse inkomsten zijn in de afgelopen 10 jaar grondig veranderd. Onze financiële situatie heeft te lijden onder de blokkering van onze inkomsten uit het gemeentefonds, het wegvallen van dividenden uit intercommunales, de evolutie van de belastinginkomsten ten gevolge van de daling van het bevolkingsaantal en de veroudering van de bevolking. De enige bron die wel meegroeit met de inflatie zijn de opcentiemen op onroerend eigendom. De eenmalige inkomsten van de voorbije jaren (Elia, gemeentelijke schuldafbouw vanuit Vlaanderen,...) zullen niet meer in onze schoot vallen. Aan de uitgavenkant zien we stijgende personeelskosten, pensioenlasten, meer diensten voor een vergrijzende bevolking en nieuwe taken die door een hogere overheid naar de gemeente worden doorgeschoven. Besturen op alle niveaus moeten naar sluitende begrotingen. Edegem kan daar niet aan ontsnappen. Wij zijn het trouwens verplicht aan onze huidige en toekomstige bevolking om een financieel gezonde gemeente na te laten. Inkomsten en uitgaven moeten op elkaar afgestemd zijn. Hier zijn onze voorstellen voor een eerlijk en consequent financieel beleid: 2.1. Essentieel is het voeren van een kerntakendebat over de taken die de gemeente kan en wil uitvoeren. Bij het begin van een nieuwe legislatuur voeren we een grondig debat met het managementteam, het personeel, de vakbonden, de gemeenteraad en de burgers over de taken die de gemeente de volgende jaren nog zal uitvoeren. 2.2.
We zullen keuzes moeten maken. In een stevig uitgewerkte meerjarenbegroting willen we in het eerste jaar van de legislatuur ons financieel beleid vastleggen. Hierin bepalen we wat op korte, middellange en lange termijn de realisaties kunnen zijn.
2.3.
De invoering van de beleids-‐ en beheerscyclus (BBC) gebeurt op 1 januari 2014. De nieuwe regels voor het evenwicht van het financieel meerjarenplan volgens de BBC-‐wetgeving worden gerespecteerd. Om de medewerkers van de financiële dienst de nodige ruimte te geven voor de voorbereiding, invoering en begeleiding van enerzijds de BBC en anderzijds de nieuwe boekhoudsoftware wordt de gemeentelijke financiële dienst afdoende ondersteund.
2.4.
De financiële diensten van gemeente en OCMW werken intens samen en spelen een dynamische rol in het Edegemse beleid. Het beleid dient permanent getoetst te worden aan het financieel meerjarenplan. Personeel en bevolking worden goed geïnformeerd over inkomsten en uitgaven. De uitdagingen en gevaren worden hierbij helder voorgesteld.
2.5.
Bij het opstellen van de meerjarenbegroting willen we grote realisaties over langere termijnen afschrijven. Kortetermijnplanning moet plaats maken voor een langlopende visie op leningen.
2.6.
We willen al de bestaande gemeentelijke subsidies evalueren en waar nodig bijsturen. We stellen hierbij volgende principes voorop:
2.7.
§
Verhuur van gemeentelijke lokalen (tijdelijk of permanent) moet afgewogen worden tegen de werking van de organisaties en gebaseerd worden op een duidelijk reglement.
§
Subsidies zijn er om sociaal stimulerende doelstellingen te bereiken (cfr. milieu, co-‐ housing, aantrekken van jonge gezinnen, verhogen van zelfredzaamheid van andersvaliden of ouderen,…).
§
De gemeentelijke toelagen worden gescreend op het bestaan van gelijkaardige premies bij andere overheden en instanties.
We werken een stappenplan uit om tegen het einde van de legislatuur 0,7% van de gewone dienst te besteden aan projecten en aankopen ten dienste van internationale solidariteit.
9
2.8.
Bestaande en nieuwe aandelen en deelnemingen op bovengemeentelijk niveau zullen bekeken worden met het oog op politieke en sociale relevantie. Een gedeelte van de beleggingen gebeurt in ethische fondsen.
2.9.
De gemeentelijke belastingen worden in een totaalplan herbekeken en evenwichtig gespreid over de verschillende lagen van de bevolking en de verschillende types van inkomens. Op basis hiervan kunnen we een nieuw evenwicht vinden tussen de onroerende voorheffing, de personenbelasting en de gemeentelijke belastingen op vennootschappen. Een aantal principes staan hierbij voorop: §
Belastingen moeten eerlijk en sociaal verantwoord zijn.
§
Er kan geen nieuwe belasting komen op werk.
§
Belastingen mogen een ontradend effect hebben.
§
Belastingen en retributies op verbruik zijn aanvaardbaar (de vervuiler betaalt).
§
Belastingen worden geheven op basis van een duidelijk principe: een correcte prijs voor de juiste dienstverlening.
2.10. We willen een actief financieel beleid voeren met het oog op subsidies van hogere overheden en organisaties. Naast belastingen, dividenden en het gemeentefonds zal Edegem moeten uitkijken naar andere bronnen van inkomsten. Hierbij denken we onder andere aan subsidies vanuit diverse overheden (de provincie Antwerpen, het Vlaams Gewest, de Federale overheid, Europa,…). Dit houdt in dat voor alle projecten de mogelijkheden van subsidies moeten worden opgezocht. Een gespecialiseerde dienst in samenwerking met andere gemeenten kan hierbij van nut zijn.
3
Een positief personeelsbeleid en moderne dienstverlening
Als gemeente staan we ten dienste van de inwoners, die recht hebben op een optimale dienstverlening tegen de juiste prijs. Dienstverlening is de essentiële inzet van gemeentepolitiek en omvat zowel diensten waarmee inwoners rechtstreeks in contact komen (zoals het afleveren van identiteitskaarten, rijbewijzen of bouwvergunningen, sociale dienst, thuisdiensten…) als de diensten die eerder op de achtergrond werken maar even noodzakelijk zijn (zoals de huisvuilophaaldienst, groenonderhoud, onderhoud van straten en gebouwen,…). Als bestuur moeten we er steeds op uit zijn om dienstverlening voor de burger op een kwalitatief hoog peil te brengen en te houden. Dit kan alleen maar dankzij gemotiveerd en gewaardeerd gemeentepersoneel. Vandaar in dit luik onze voorstellen voor een positief personeelsbeleid en een kwaliteitsvolle, klantgerichte dienstverlening: 3.1. In het recente verleden werd gestart met een nieuw concept: frontoffice en backoffice. Hierbij wensten we komaf te maken met het geloop naar diverse adressen, afhankelijk van wat burgers nodig hebben. In Edegem hanteren we nu een “één-‐loketsysteem” voor alle zaken die rechtstreeks met de burger te maken hebben. We bouwen dit verder uit, na een grondige evaluatie met de betrokken personeelsleden en de klanten. Dit “één-‐loketsysteem” kan maar optimaal functioneren als de achterliggende diensten optimaal samenwerken en inspelen op de diverse vragen. Daarom zullen we ook de achterliggende diensten evalueren en waar nodig bijsturen. 3.2.
Wij leggen de lat hoog voor de medewerkers van de gemeente en het OCMW. We investeren daarom in motivatie, opleiding en werkomgevingsfactoren van alle medewerkers. De uitdaging is om van de gemeente Edegem een werkplek te maken waar mensen willen komen werken en die erkend wordt als “Beste Werkgever”.
3.3.
OCMW en gemeente moeten efficiënt samenwerken. Dit houdt in dat de managementteams van de gemeente en het OCMW samensmelten tot één managementteam. De diverse dienstverlenende entiteiten (verticale diensten) zoals burgerzaken, grondzaken, woonzorgcentrum, thuisdiensten en sociale dienst, blijven wel degelijk hun eigen rol spelen.
10
Alle horizontale (ondersteunende) diensten moeten centraal georganiseerd worden en diensten leveren aan alle verticale diensten van gemeente en OCMW. Hiervoor zullen dienstenniveau-‐overeenkomsten worden afgesloten tussen deze horizontale diensten en de verticale diensten van gemeente en OCMW. Dit moet leiden tot betere centrale diensten tegen lagere kosten. De aldus vrijgekomen mogelijkheden kunnen dan gebruikt worden voor verhoogde dienstverlening naar de burgers. 3.4.
De recente oprichting van een Edegems Autonoom Gemeentebedrijf (AGB) geeft ons nieuwe mogelijkheden. We gebruiken dit instrument voor efficiënt beleid op gebieden zoals ruimtelijke ordening, beheer eigen infrastructuur, woonbeleid,…
3.5.
De ervaringen opgedaan met publiek-‐private samenwerking (PPS) bij de recente werkzaamheden aan gemeentehuis, gemeentehallen en gemeenteplein zullen grondig worden geëvalueerd. De lessen die we hieruit leren, zullen een richtlijn zijn voor eventuele volgende projecten.
3.6.
In de voorbije jaren zijn belangrijke investeringen gedaan om het informaticaplatform op peil te brengen. De volgende stap, naast de ondersteuning van de interne diensten, is het verder ontwikkelen van diensten naar de burger toe (bv. doorgedreven e-‐loket, open data, apps voor Edegem, GIS…).
3.7.
De status en beslissingen in dossiers kunnen door de betrokken inwoners via het Digitaal Loket online geraadpleegd worden.
3.8.
We verminderen de papierberg en brengen de gemeentelijke diensten-‐ en productencatalogi digitaal uit. Op eenvoudig verzoek kan een papieren versie ter beschikking gesteld worden.
3.9.
Om burgers en bedrijven beter van dienst te zijn, werken we naar een geïntegreerde elektronische dienstverlening voor burgers en bedrijven. We bereiden ons voor op nieuwe datastandaarden die de communicatie tussen verschillende openbare besturen moeten vergemakkelijken.
3.10. De invoering van de digitale handtekening zorgt dat er via het e-‐loket geldige, digitale documenten bezorgd kunnen worden, waardoor de klantgerichtheid en de toegankelijkheid toeneemt. Het aanbod van het digitale loket wordt verder uitgebreid. Edegem stapt zo snel mogelijk mee in het project “Digitale Bouwaanvraag” van de Vlaamse overheid. 3.11. De Edegemse publieke dienstverlening en communicatie is maximaal toegankelijk, ook voor minderheidsgroepen. De werking wordt met extra pictogrammen visueel verstaanbaar gemaakt zodat ook mensen die niet goed kunnen zien of lezen of weinig Nederlands kennen de informatie begrijpen. Mensen die meer tijd nodig hebben of een specifieke uitgebreidere dienstverlening vragen, kunnen na afspraak komen. Mensen die zich moeilijk kunnen verplaatsen, kunnen een huisbezoek vragen. 3.12. Het Geografisch Informatiesysteem (GIS) biedt heel wat opportuniteiten voor onze gemeente. We werken rond geo-‐loketten en brengen zo de stedenbouwkundige informatie naar de burger. Verder zetten we het GIS horizontaal in binnen de verschillende diensten om informatie te ontsluiten.
4
Lokale economie en ondernemen
Een actief beleid rond lokale economie en werk is een prioriteit van de bestuursploeg 2013-‐2018. De speerpunten daarin zijn het aantrekken van een gevarieerder horeca-‐ en winkelaanbod in het centrum en in de wijken, intergemeentelijke samenwerking om bestaande en nieuwe bedrijvensites duurzaam in te richten, en kansen creëren voor projecten rond sociale economie. Hier volgen onze voorstellen voor Edegem:
11
Actief winkel-‐ en horecabeleid 4.1. Via een concreet plan blazen we onze lokale economie nieuw leven in. Het start allemaal met het kenbaar en aantrekkelijk maken van ons winkelaanbod. De vrije beroepen worden hierbij niet vergeten. 4.2.
Buurtwinkels, horeca en de wekelijkse markt krijgen prioritaire aandacht. We versterken het lokaal economisch weefsel in het centrum en de wijken. De bestaande lokale middenstand wordt versterkt door een meer divers en uitgebreid aanbod aan winkels en horecazaken.
4.3.
We zetten in op winkelen in de wijken. Zo werken we op verschillende plaatsen in onze gemeente aan knooppunten van plaatselijke middenstand. Bestaande knooppunten worden versterkt en ge(her)activeerd. We denken daarbij aan de middenstand in de Ten Boschstraat, de Hazeschransstraat, de hoek Fort V-‐straat/Burletlaan, het Sint-‐Goriksplein, de hoek Drie Eikenstraat/Joe Englishlaan, en het Kerkplein. We hebben aandacht voor het parkeerbeleid, al willen we met aangepaste infrastructuur (brede, toegankelijke voetpaden, fietsenstallingen) en acties zoals “Met belgerinkel naar de winkel” het duurzaam verplaatsen naar winkels in de buurt sterk blijven aanmoedigen.
4.4.
Nieuwe kansen voor horeca en ondernemers dienen zich aan in een toekomstplan voor Hof Ter Linden en Fort 5.
4.5.
Met het nieuwe gemeenteplein is het werk in het centrum niet af: er is veel leegstand en een sterk verloop van ondernemers en handelszaken. We wensen niet alleen een beleid te voeren om deze tendensen tegen te gaan, maar willen ook onderzoeken op welke manier we een divers aanbod van handelszaken in het centrum kunnen realiseren.
4.6.
Via het Autonoom Gemeentebedrijf spelen we een actieve rol om de leegstand van winkelpanden aan te pakken.
4.7.
De zone tussen de Doelveldstraat en de Strijderstraat willen we extra kansen geven. Nu ligt dat gebied er wat verloren bij. Op basis van grondig onderzoek en overleg met alle betrokkenen willen we ook hier extra kansen bieden voor gezellig wonen, winkelen en uitgaan. Zo denken we onder meer aan het herinrichten van de site van brouwerij Beirens, parochiezaal het Centrum en Theater Cartouche, maar ook het binnengebied aan de Loze Gaanweg.
4.8.
De gemeente herwaardeert de markt. Niet alleen de wekelijkse dinsdagmarkt, maar ook andere ‘markten’: buurt-‐, rommel-‐ , ambachts-‐ en (bio)boerenmarkten. We zorgen voor leuke locaties die regelmatig beschikbaar zijn. We onderzoeken de behoeften om specifiek vervoer te organiseren voor mensen die moeilijker te been zijn.
4.9.
In navolging van andere gemeenten en steden stimuleren we de samenwerking met initiatieven als de Voedselbank en de Edegemse warenhuizen om het verspillen van voedsel een halt toe te roepen.
Duurzaam ondernemen 4.10. De gemeente zorgt dat de beschikbare bedrijfsruimte in Edegem optimaal benut wordt: we hanteren een belasting op leegstand. Zo is er ter hoogte van de Prins Boudewijnlaan een groot probleem van leegstaande kantoorgebouwen. Voor zover er behoefte is aan nieuwe ruimten, stimuleren we in de eerste plaats de verdichting van bestaande bedrijventerreinen. Ook bedrijven kunnen slim gebruik maken van ruimte door ruimte te delen. 4.11. De toekomstige invulling van de site IHK ter hoogte van de Doornstraat is nog steeds niet definitief. De site kan als bedrijventerrein enkel worden ingevuld als het over bedrijven gaat die daar ook echt werkgelegenheid willen creëren. Het louter creëren van opslagruimtes biedt onze gemeente geen economische meerwaarde.
12
4.12. De gemeente biedt een goede dienstverlening aan lokale ondernemers. Er is één duidelijk aanspreekpunt waar ondernemers en starters terecht kunnen met al hun vragen. Dat gebeurt het best in samenwerking met één van de acht erkende ondernemingsloketten in Vlaanderen. 4.13. We verhogen de ambtelijke ondersteuning voor het domein lokale economie. Willen we een actief beleid rond lokale en sociale economie voeren, dan zullen we die ondersteuning nodig hebben. 4.14. De raad van Edegemse Zelfstandige Ondernemers (EZO) wordt opgewaardeerd. Deze raad bestaat uit lokale handelaars, maar ook uit andere relevante actoren (industrie, diensten, vrije beroepen) en geeft advies aan het schepencollege en de gemeenteraad, zowel op verzoek als op eigen initiatief (belangenbehartiging). We willen de EZO een duidelijker gezicht geven door bepaalde acties te organiseren. 4.15. Via digitalisering en begeleiding vermindert de gemeente de administratieve lasten van alle lokale ondernemingen. De gemeente bekijkt de mogelijkheid om bepaalde datasets publiek toegankelijk te maken. Zo stimuleren we het gebruik ervan voor bijvoorbeeld apps (cfr Apps for Ghent). 4.16. Als gemeente zijn we voortrekker in het verduurzamen van bedrijventerreinen binnen de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden (IGEAN). Bedrijven halen schaalvoordelen uit gedeelde infrastructuur (energie-‐, water-‐, en andere infrastructuur) en een gecoördineerd grondstoffen-‐ en afvalbeheer. Idealiter worden materiaalkringlopen gesloten, waarbij het afval van het ene bedrijf een grondstof kan worden voor het volgende. 4.17. De bestaande bedrijventerreinen, langs bijvoorbeeld de Prins Boudewijnlaan moeten maximaal ontsloten worden door het openbaar vervoer. 4.18. De gemeente streeft naar energie-‐efficiënte bedrijven en ondernemingen. Hier kan het gemeentelijke Energieloket een essentiële rol vervullen door gerichte informatie te verstrekken over hernieuwbare energie en passief bouwen en verbouwen (zie ook hoofdstuk Energie). De gemeente geeft hierin ook zelf het goede voorbeeld. 4.19. In samenwerking met OVAM maakt de gemeente infobrochures met handige tips om haar bedrijven bewust te maken in verband met een verantwoordelijk afvalbeleid. 4.20. De gemeente onthaalt ondernemers op een jaarlijkse ontmoetingsdag. Daar geeft de gemeente informatie over het uniek aanspreekpunt en de duurzaamheiddoelstellingen van de gemeente. Maar bovenal is het een netwerkmoment dat de drempel naar de gemeentelijke administratie en het bestuur moet verlagen. Landbouw 4.21. In Edegem zijn nog verschillende landbouwers actief. Dat willen we zo houden en we willen hen ondersteunen. In het verhaal van Hof Ter Linden en dat van het Stadsrandbos (de Groene Vinger) moet er plaats blijven voor landbouw. 4.22. We promoten streekproducten. Dat kan bijvoorbeeld door netwerken van voedselteams uit te bouwen. Een voedselteam is een groep mensen uit dezelfde buurt die samen en rechtstreeks voeding aankopen bij lokale producenten. De landbouwer krijgt hierdoor een eerlijke prijs. Een bekend voorbeeld zijn de groentepakketten. 4.23. We bekijken of er interesse is bij de landbouwers om te starten met een “gemeenschapsondersteunend landbouwproject”. Een voorbeeld is een zelfplukboerderij: elke deelnemer betaalt een jaarlijks lidgeld en staat zelf in voor de oogst. Er wordt biologisch geteeld en er is een aanbod van goedkope en verse groenten vlak bij de deur. 4.24. We geven aandacht aan bestaande en nieuwe initiatieven rond lokale voedselproductie en – consumptie (bv. ondersteunen van volkstuintjes, ruimte voor lokale landbouwers op de markt, groentetuintjes in scholen, stimuleren van lokale groenten in restaurants, enz.). We werken
13
een initiatief uit rond gemeenschapstuinen waar buurtbewoners samen in de tuin kunnen werken. 4.25. De gemeente betrekt landbouwers en ambachtslui in het toerismebeleid via promotie van streekproducten, hoevetoerisme (hoevehotels, -‐winkels en –cafés) en ambachtstoerisme. De gemeente voorziet in fiets-‐ en wandelstopplaatsen bij hoeves en ateliers, en vermeldingen in toeristische brochures. Werken in Edegem 4.26. Vraag en aanbod op de lokale werkgelegenheidsmarkt worden goed op elkaar afgestemd. Als gemeente hebben we een belangrijke rol in het gericht doorverwijzen van onze inwoners naar de juiste instanties. Daarnaast grijpen we ons eigen personeelsbeleid aan om kansen te scheppen voor moeilijk bemiddelbare werkzoekenden en geven we het voorbeeld op het vlak van kwaliteit van werk en diversiteit. 4.27. Als gemeente bieden we stageplaatsen aan waar mensen werkervaring kunnen opdoen. 4.28. Bij overheidsopdrachten wordt verder consequent een clausule ingevoegd waarbij van de uitvoerder een engagement wordt gevraagd op het vlak van tewerkstelling, stage, opleiding of begeleiding van maatschappelijk kwetsbare groepen. 4.29. Het Plaatselijk Werkgelegenheidsagentschap (PWA) wordt verder ondersteund. We bekijken voor welke doelgroepen we bijkomende tewerkstellingskansen kunnen creëren met goede voorwaarden voor de gebruiker. Sociale economie 4.30. Om lokale en sociale tewerkstelling te creëren, is het belangrijk er genoeg aandacht en middelen aan te besteden. We zullen aan bestaande lokale behoeften beantwoorden door ze te koppelen aan sociale economie. We denken hierbij onder meer aan een optimaal beheer van Hof Ter Linden en Fort 5, een ideaal kader om langdurig en laaggeschoolde werkzoekenden werk te geven. 4.31. Het OCMW speelt een actieve rol in de verdere uitbouw van sociale economie in Edegem. We spelen hierdoor twee troeven uit: we creëren extra jobs voor mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt en we spelen in op lokale behoeften. Het werkgelegenheidsproject ‘5 beaufort’ is alvast een goede start. Maar er zijn nog tal van andere mogelijkheden: onderhoud en beheer van het domein Hof Ter Linden, horeca-‐activiteiten in Hof Ter Linden, sociaal restaurant, kinderopvang en thuiszorg voor senioren, oversteekhulp voor voetgangers… Een goede samenwerking met de Werkwinkel en de VDAB zijn hierbij cruciaal. Het OCMW kan voor de realisatie en uitwerking van dergelijke projecten samenwerkingsverbanden afsluiten met vzw’s die actief zijn in de sociale economie en expertise hebben op dit vlak.
5
Een veilige gemeente
Veiligheid is een basisrecht voor iedereen. Het is dan ook een kerntaak van de gemeente om veiligheid voor haar burgers na te streven. Mensen moeten zich in hun omgeving, wijk, gemeente veilig kunnen voelen. Daarbij gaat het zowel om het wegnemen van reële onveiligheid, als het werken rond onveiligheidsgevoelens. Veiligheid als basisrecht heeft daarbij te maken met eigendoms-‐ en gewelddelicten, maar ook met verkeersveiligheid, milieuveiligheid, sociale veiligheid in de ruime zin. Veiligheid is meer dan een goed werkende politie en justitie. Veiligheid vraagt een integrale aanpak, die begint bij een deugdelijk preventiebeleid. Bovendien is veiligheid een collectieve verantwoordelijkheid. Daarom moet de politie bij de uitvoering van haar kerntaken op zoek gaan naar
14
partnerschappen en moet ook elke burger bereid zijn om zelf bij te dragen aan een veiligere samenleving. Veiligheidsproblemen moeten doortastend worden aangepakt. De oplossingen moeten dicht bij de burgers staan en in overleg met hen worden bepaald. Hier volgen onze voorstellen: Veiligheid en politie 5.1. In nauwe samenwerking met de politie (HEKLA), brandweer en de gemeentelijke diensten wordt een doelgericht veiligheidsplan uitgewerkt waarbij preventie voorop staat. We vertrekken hierbij van het principe dat elke burger recht heeft op goede zorg vanwege de overheid, maar daarnaast ook de plicht heeft om zijn of haar verantwoordelijkheid te nemen. 5.2.
Scholen nemen het peterschap op van een pleintje in de buurt door het te onderhouden, bloemen te planten, of de speeltuigen af en toe eens schoon te maken…
5.3.
De politie maakt een prioriteit van de bestrijding van woninginbraken. Er wordt verder ingezet op preventieve woningscans.
5.4.
Er wordt voortgewerkt aan een veilig en sfeervol fuifbeleid in nauwe samenwerking met de jeugdorganisaties.
5.5.
Gemeenschapswachten kunnen de wijkagenten ondersteunen. Gemeenschapswachten worden ingezet voor algemeen toezicht op de veiligheid en problemen van overlast, gaande van vandalisme, burenruzies, nachtlawaai en zwerfafval. Ze kunnen instaan voor de bewaking van fietsstallingen en parkings, kunnen specifiek een oogje in het zeil houden bij sport-‐ en andere evenementen, aan schoolpoorten of op het openbaar vervoer, fungeren als aanspreekpunt in de wijk en zijn als zodanig ook duidelijk herkenbaar. Gemeenschapswachten opereren naast de politie maar hebben zelf geen politionele bevoegdheid. Zij hebben een preventieve rol en proberen zelf bemiddelend op te treden.
5.6.
Gemeentelijke Administratieve Sancties (GAS) zijn een zinvol instrument in een lokaal veiligheidsbeleid, omdat zij toelaten snel te reageren op vormen van overlast en kleine criminaliteit die veel ergernis wekken maar anders vaak onbestraft blijven. We zullen via een gemeenteraadsbesluit een duidelijke bepaling definiëren wat we juist verstaan onder vormen van overlast en kleine criminaliteit. We denken hierbij onder meer aan sluikstorten, nachtlawaai en hondenpoep.
5.7.
Er worden BIN’s (Buurtinformatienetwerken) opgezet. Hierdoor krijgt de inwoner van Edegem een actievere rol in de preventie van inbraak en andere criminaliteit, en wordt de dialoog met de politie structureel uitgebouwd en verbeterd. Op deze manier wordt de betrokkenheid tussen politie en buurtbewoners verstevigd en krijgen beide partijen een beter zicht op elkaars behoeften behoeftenen inspanningen. Het WIN-‐EZO-‐project (Winkel Informatie Netwerk met Edegemse Zelfstandige Ondernemers) blijven we verder uitbouwen.
Brandweer 5.8. De brandweer krijgt, zowel lokaal als zonaal, ondersteuning om het veranderingsproces van repressieve en curatieve dienstverlening naar proactieve en preventieve dienstverlening tot een goed einde te brengen. 5.9.
De brandweerhervorming mag geen negatieve impact hebben op de huidige werking.
5.10. De gemeente blijft investeren in materiaal, de opleiding, persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen en de fysieke paraatheid van alle brandweermensen. Dit betekent ook een grotere waardering voor de vrijwilligers. De gemeente moet dit stimuleren en vrijwilligers vanuit de gemeentediensten aanmoedigen. 5.11. De brandweerdienst is samengesteld uit vrijwilligers ‘geolied’ door voldoende beroepspersoneel, waardoor alle taken van de veiligheidsketen op elk moment geborgd zijn.
15
5.12. Rollend en niet-‐rollend materieel van de brandweer wordt tijdig vervangen zodat het bedrijfszeker blijft. 5.13. Er wordt voorzien in een structureel overlegorgaan tussen brandweer en gemeente. Adviezen van de brandweer worden opgevolgd of gemotiveerd aangepast door het gemeentebestuur en teruggekoppeld naar de brandweer. 5.14. De brandweer wordt in staat gesteld om binnen een zeer kort tijdsbestek aan te komen op de plaats van het onheil en het probleem snel onder controle te krijgen.
6
Betaalbaar wonen
Ook betaalbaar wonen is een prioriteit. We dienen er alles aan te doen om Edegem als residentiële gemeente te blijven houden. Door dichtslibbing van openbare ruimten en de bouw van nog meer appartementsgebouwen raakt Edegem hoe langer hoe meer verstedelijkt. De Edegemse bevolkingspiramide vertoont een belangrijk onevenwicht. De prognoses wijzen op een steeds groter aandeel van gepensioneerden in ons bevolkingsaantal. Het is goed dat mensen langer (gezond) leven en dat ze in hun woonomgeving kunnen blijven. We moeten dus oog hebben voor hun woningbehoeften. Maar vanuit samenlevingsmodellen en vanuit fiscaal oogpunt moeten we er ook voor zorgen dat de bevolkingspiramide stabieler wordt. We moeten de bejaarden uiteraard niet wegjagen, maar ervoor zorgen dat jongeren in onze gemeente kunnen (blijven) wonen. Dit is vandaag te weinig het geval. Dezelfde redenering geldt voor de financiële draagkracht van de inwoners. Ook wat dat betreft moeten diverse groepen aan hun trekken kunnen komen. We streven naar een gevarieerd woonaanbod. Net als in de rest van Vlaanderen, staat ook in Edegem de open ruimte onder druk. Nieuwe wijken kunnen het best duurzaam ingericht zijn, met compacte woningen en meer gedeelde ruimtes. Bestaande woonwijken kunnen we kwalitatief verdichten. Nieuwe grote woonprojecten zijn in Edegem niet meer mogelijk. We dienen ons beleid dus voornamelijk te richten op de bestaande woningen. Hier volgen onze voorstellen: 6.1. De basis voor het lokale woonbeleid is een gedetailleerde woonbehoeftestudie en omgevingsanalyse, opgemaakt door de huisvestingsambtenaar, die rekening houdt met de financiële mogelijkheden en woonbehoeften van de verschillende doelgroepen. 6.2.
We streven naar een gevarieerd woningaanbod op maat van senioren, jonge en kleine gezinnen, alleenstaanden, kapitaalkrachtigen en minder kapitaalkrachtigen… We stimuleren starterswoningen, co-‐housing en assistentiewoningen, waardoor ook jonge gezinnen een huis of appartement kunnen kopen en bejaarde ouders een beroep kunnen doen op zorg.
6.3.
Het onderdeel “wonen in eigen streek” uit het grond-‐ en pandendecreet passen we consequent toe, waardoor mensen die een band hebben met de gemeente gemakkelijker een woning of bouwgrond in Edegem kunnen kopen.
6.4.
Naar bestaande verhuurders promoten we actief het bestaan van het Sociaal Verhuurkantoor (SVK). Renovatiepremies voor woningen die verhuurd worden via het SVK kunnen eigenaars over de streep halen en een actief instrument zijn om de kwaliteit van het woningpatrimonium te verbeteren.
6.5.
Als gemeente nemen we initiatieven om te voorzien in flats en diensten op maat van senioren.
6.6.
Als gemeente stimuleren we co-‐housing door informatie te verstrekken, waaronder voorbeelden van huurcontracten. Via het Autonoom Gemeentebedrijf kunnen we ook zelf een actieve rol spelen in projecten rond co-‐housing.
6.7.
Het woningbestand van de Ideale Woning moet verder gemoderniseerd worden. Hier moet tijdig aan begonnen worden, zodat dit geleidelijk kan gebeuren. Bij verbouwingen vragen wij extra aandacht voor duurzaamheid.
6.8.
Binnen het Autonoom Gemeentebedrijf (AGB) moet een “rollend woningfonds” ingrijpen bij verloedering, leegstand of verkrotting. Verwaarloosde panden worden door het fonds
16
aangekocht en gerenoveerd of vervangen door nieuwbouw. De (ver)nieuw(d)e woningen worden tegen marktconforme prijzen verkocht aan particulieren. Bij de verkoop moet voorrang gegeven worden aan Edegemnaars. De opbrengsten komen in het rollend fonds, waarmee opnieuw geïnvesteerd wordt. Leegstand aanpakken en slapende kavels worden geïnventariseerd. Bij een vermoeden van leegstand gebruikt de gemeente alle mogelijke databases die hierover informatie kunnen opleveren (elektriciteit, water, gas). De gemeente stort de opbrengsten van de heffingen in het rollend woningfonds. 6.9.
De site Berkenhof (Heldenstraat/Kontichstraat) reserveren we voor een kleinschalig woonproject met energiezuinige, betaalbare woningen.
6.10. Het AGB staat in voor het grond-‐ en pandenbeleid van de gemeente. Via het AGB worden alle mogelijke instrumenten en manieren onderzocht om betaalbaar wonen in Edegem te realiseren. 6.11. De gemeente kan “betaalbare prijzen” afdwingen in nieuwe woonprojecten door in te grijpen op kavelgrootte en volume. Wij pleiten ervoor om minimaal 20% van de nieuwe woongelegenheden in een project te doen beantwoorden aan de criteria van “bescheiden” woningen. Bij de verkoop moet voorrang gegeven worden aan Edegemnaars. Daarnaast moet er in de nieuwe verkavelingen genoeg aandacht gaan naar zaken die te maken hebben met de directe leefomgeving. 6.12. We voorzien in aangepaste ruimtelijke uitvoeringsplannen en stedenbouwkundige reglementen om het organiseren van groepswonen en samenwoonprojecten mogelijk te maken. Grotere woningen moeten, uiteraard met aandacht voor de woonkwaliteit, eenvoudiger opgesplitst kunnen worden.
7
Mobiliteit
Het wegennet in de zuidrand van Antwerpen is zo goed als verzadigd. Nog even en we kunnen in de auto niet meer voor of achteruit. De verkeersproblematiek in onze regio moet absoluut worden aangepakt. De huidige verkeersknoop heeft nadelige gevolgen op economisch, sociaal en ecologisch vlak. De leefbaarheid van onze woonwijken staat onder druk. Er zijn nog steeds te veel verkeerslachtoffers op onze wegen. Het is daarnaast duidelijk dat mobiliteit een verhaal is dat niet stopt aan onze gemeentegrenzen. Een intergemeentelijke aanpak is de enige garantie op succes. De nieuwe bestuursploeg wil een intergemeentelijk en bovenlokaal mobiliteitsbeleid uitwerken dat gebaseerd is op kwaliteit en veiligheid. Hier volgen onze voorstellen: 7.1. Bij start van de legislatuur beginnen we een nieuw mobiliteitsplan te maken. Het huidige plan is meer dan tien jaar oud en heeft dringend een update nodig. De uitgangspunten voor dit nieuwe plan moeten kwaliteit en slimme verkeerscirculatie zijn. We zien dit als een participatief project, waarbij de gemeente in dialoog gaat met de burger, de betrokken belangengroepen en omliggende gemeenten. We richten daarom een Mobiliteitsraad op die dit proces binnen de gemeente en met de omliggende gemeente moet coördineren. Deze tijdelijke coördinatieraad kan later uitgroeien tot een vaste adviesraad. 7.2.
In de vorige legislatuur werd het zogenaamde Voetpadenplan op de rails gezet. Daarin wordt over een periode van twintig jaar een traject uitgetekend om alle voetpaden in Edegem systematisch te onderhouden en te herstellen. In de nieuwe legislatuur willen we dit plan verder uitbouwen met een Fietspadenplan: de verschillende fietsassen worden in kaart gebracht en krijgen een bepaalde prioriteit mee. Op basis daarvan kunnen we systematisch en doordacht investeren in meer en betere fietspaden in onze gemeente. Jaarlijks stelt het gemeentebestuur een dynamisch voortgangsrapport op rond het gemeentelijk fietsbeleid.
7.3.
In de verkeerscel worden belangengroepen actief betrokken: de Fietsersbond, maar ook mindervaliden, brandweer, wijkregisseurs,…
17
7.4.
“Trage wegen” zijn slimme en veilige doorsteken voor voetgangers en fietsers. We zullen de trage wegen in onze gemeente uitbouwen en opwaarderen, en dit in nauwe samenwerking met de omliggende gemeentebesturen en – waar dat wenselijk of relevant is – zoveel mogelijk in goede verstandhouding met de eigenaars. We willen trage wegen herkenbaar maken door ze te benoemen. Op deze manier maken ze wezenlijk deel uit van het Edegemse stratenplan. Concreet plannen we een trage weg doorheen het Hof ter Linden, zodat de collegewijk / Fort 5 op veilige manier verbonden wordt met het centrum.
7.5.
We maken “doorlopende straten” (straten die voor auto’s doodlopen, maar niet voor voetgangers en fietsers) beter herkenbaar voor de actieve weggebruiker.
7.6.
We investeren in aantrekkelijke fietsinfrastructuur. Zo komen er op verschillende plaatsen (overdekte) fietsenstallingen in de wijken. Heel wat mensen missen immers goede stallingsmogelijkheden voor hun fiets omdat ze bijvoorbeeld in een appartement wonen. Met een gedeelde fietsenstalling komen we daaraan tegemoet.
7.7.
Bij nieuwe grote projecten, kantoren, winkels, sporthallen, grotere appartementsgebouwen wordt een verplichte overdekte fietsstalling in de bouwvoorschriften opgenomen.
7.8.
De gemeente zet mee in op elektrische voertuigen. Bij de vervanging van het huidige wagenpark, worden elektrische voertuigen mee in overweging genomen. We bekijken waar in de gemeente extra oplaadpunten voor fietsen en auto’s kunnen komen.
7.9.
De gemeente Edegem moet een actieve pleitbezorger zijn voor meer en aantrekkelijker openbaar vervoer in onze regio.
7.10. Voor de Collegewijk werken we in samenwerking met de omliggende gemeenten en de hogere overheid aan een nieuwe verkeerscirculatieplan om het probleem van sluipverkeer op te lossen. In afwachting van een definitief plan, doen we gerichte controles om overdreven snelheid aan te pakken en de zone 30 effectief af te dwingen. 7.11. Verschillende gewestwegen delen onze gemeente op, in het bijzonder de Prins Boudewijnlaan, Drie Eikenstraat, Mechelsesteenweg en de Boniverlei. Op deze drukke aders zijn er meer en veiliger oversteekplaatsen voor voetgangers en fietsers nodig. We onderzoeken in samenspraak met het Vlaams Gewest op welke manier een betere oversteekbaarheid, een hogere verkeersveiligheid en optimale doorstroming kunnen verlopen. 7.12. Autodelen wint aan populariteit. Autodelen is niet alleen goed voor de portemonnee (je deelt immers de vaste kosten en betaalt alleen wanneer je de auto gebruikt), maar is ook een sociaal en ecologisch project. Minder auto’s in het straatbeeld verhoogt de kwaliteit van de openbare ruimte en verlaagt het fileleed. Onbekend is echter onbemind. Daarom stimuleert de gemeente autodelen, maar bieden we ook zelf een aantal van onze dienstvoertuigen aan om te delen. De gemeente heeft immers zelf een uitgebreid wagenpark dat in het weekend niet gebruikt wordt. 7.13. De oversteekplaatsen in het centrum moeten duidelijk aangeduid worden voor de veiligheid van de voetgangers. 7.14. Bij de heraanleg van wegen, bij bouwprojecten of bij de inplanting van grootschalige infrastructuur moet objectief worden nagegaan wat de parkeerbehoeften zijn.
8
Ruimte en leefomgeving
Edegem is dichtbevolkt en moet dus zuinig omspringen met de open ruimte. Een duurzame ontwikkeling van onze gemeente begint dus bij een goede ruimtelijke ordening. We moeten de ruimte die er is verstandig gebruiken en op maat snijden zodat er in onze gemeente plaats blijft voor wonen, werken, winkelen, maar ook recreatie en natuurontwikkeling. We willen daarbij in de eerste plaats werken aan de kwaliteit van de ruimte: naast verdichten ook vergroenen, slimme allianties tussen landbouw, natuur en recreatie, meer ruimte voor water, een grotere kwaliteit van de publieke
18
ruimte. Wanneer de openbare ruimte aangenaam en veilig is ingericht, zullen meer mensen er gebruik van maken. Investeren in kwaliteitsvolle ruimte is investeren in het levendig karakter van onze gemeente, zorgt voor sociale cohesie en brengt ook op voor lokale middenstand en horeca. Hieronder volgen onze voorstellen: Ruimtelijke ordening 8.1. Het bestuur moet streven naar zo ruim mogelijk gedragen oplossingen na overleg met alle betrokken actoren (burgers, andere overheden, gemeentebestuur, enz.). Naast ruimte voor ondernemen en wonen, moet er meer aandacht worden besteed aan groene zones en vooral het behoud ervan. Edegem moet haar landelijk karakter behouden. 8.2.
Bij de beoordeling van mogelijke nieuwe plannen hanteren we de volgende uitgangspunten: §
Een bestemmingswijziging op basis van een politieke beslissing kan en mag geen verrijking of verarming van een grondeigenaar als gevolg hebben;
§
Sociale verplichtingen (onder meer koop – en/of huurwoningen, en andere vormen van wonen) worden steeds in overleg met de bevoegde instanties besproken;
8.3.
Edegem zal zo spoedig mogelijk de laatste hindernissen nemen om als ontvoogde gemeente erkend te worden. In concreto zal het vergunningenregister in de loop van 2013 – 2014 afgewerkt worden.
8.4.
Het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan (GRS) moet geactualiseerd worden. Het bestuur start met een agenderingsnota waarin de inhoudelijke bouwstenen voor een nieuw ruimtelijk beleid worden opgenomen op basis van een evaluatie van het bestaande structuurplan en het gevoerde ruimtelijk beleid. Er komt één beleidsplan omgeving waarin thema's gezamenlijk aangepakt worden zoals mobiliteit, huisvesting, groen, water, openbaar domein, lokale economie, enz. Dit verzekert een eenduidige aanpak. Na ruime inspraakronden met onder meer medewerking van de GECORO zal dit aanleiding geven tot een strategisch plan met duiding van concrete strategische projecten.
8.5.
Er zal onder meer een RUP CENTRUM worden opgemaakt waarbij rekening zal worden gehouden met de economische studies die over dit gebied reeds gemaakt werden.
8.6.
We brengen de “groene” (natuur) en “blauwe” (water) zones in onze gemeente in kaart en definiëren de stapstenen tussen deze gebieden.
8.7.
In overleg met de hogere overheden zal de gemeente Edegem trachten om een stedenbouwkundige verordening op te stellen waarbij – waar mogelijk – voor het hele grondgebied dezelfde stedenbouwkundige voorschriften gelden.
8.8.
Met betrekking tot de materie stedenbouw (aflevering van de individuele bouwvergunning) moet verder worden gestreefd naar een kortere doorloopperiode enerzijds en een meer efficiënte dossierbehandeling anderzijds.
8.9.
De gemeente werkt op de inrichtings-‐, bouw-‐ en verkavelingsvoorschriften om Edegem duurzamer te maken wat betreft ruimtelijke invulling. We werken naar een meer kwalitatieve invulling van het ruimtelijke beleid.
8.10. We verweven functies als wonen, werken en winkelen, op voorwaarde dat het gaat om functies op maat van de gemeente. Hinderlijke bedrijven worden afgezonderd. 8.11. We garanderen de aanwezigheid van groen op buurt-‐ en wijkniveau. Een keuze voor inbreiding, kernversterking en compact wonen biedt meer ruimte voor kwalitatieve publieke ruimte, buurtgroen en wijkgroen. We moeten durven kiezen om opnieuw meer groen in onze dichtbebouwde wijken te krijgen. Voor elke nieuwe ontwikkeling bepalen we groenontwikkelingspercentages in de RUP’s.
19
8.12. We werken creatieve manieren uit voor gedeeld ruimtegebruik. Zo kan een bedrijfsparking in het weekend dienst doen als basketbalpleintje, kan een speelplaats in het weekend gebruikt worden als speelplaats voor kinderen in de buurt… 8.13. Voor elke wijk in Edegem gaan we na hoe we meer leven en kleur kunnen brengen. In overleg met alle betrokkenen werken we een wijkontwikkelingsplan uit. Bestaande parkjes en pleintjes worden opgewaardeerd tot gezellige en informele ontmoetingsplekken voor jong en oud. We plannen een grondige heraanleg van twee belangrijke pleinen in Edegem: het Sint-‐Goriksplein en het Kerkplein. Kwalitatief straatbeeld 8.14. We werken aan een uniform straatmeubilair: vuilnisbakken (met asbak waar zinvol), banken, rustpalen,… 8.15. We zoeken naar oplossingen voor een doeltreffend groen-‐ en straatonderhoud. We werken met ‘Edegem-‐proper-‐teams’, met ‘onkruidploegen’, zetten in op meer bloem(bakk)en in het straatbeeld, ruimen tijdig gevallen bladeren,… Edegem wordt groener en bloemiger. We denken aan herinrichting van pleinen, plantsoenen, hangbloembakken of geveltuinen. 8.16. We werken aan de toegankelijkheid voor rolstoelen van pleinen, parken,… Openbare werken 8.17. De heraanleg van straten gebeurt in een welomlijnde en doordachte visie, waarbij ook het visuele aspect en comfort meetellen. De bestrating wordt niet enkel vervangen door een nieuwe, maar er wordt ook plaats gemaakt voor een minimum aan groen en bijvoorbeeld rustpunten voor senioren. Edegem moet comfort en gezelligheid uitstralen. 8.18. Een bijzonder project is de heraanleg van de Boerenlegerstraat en eventuele zijstraten, zowel het reeds publieke deel, als het momenteel nog private deel. Dit project vereist een geïntegreerde benadering waarbij het monumentale karakter, de specifieke kenmerken van de straat over de verschillende delen en de waterproblematiek in de omgeving dient geïntegreerd te worden. 8.19. Bij de heraanleg van straten worden zeer concrete afspraken gemaakt met de nutsmaatschappijen. Als een straat wordt opengelegd, krijgt elke maatschappij de kans om de nodige ingrepen uit te voeren. Wie na de werkzaamheden de straat in kwestie terug moet openleggen, betaalt de kosten van de door de gemeente aangestelde aannemer die de straat terug moet herstellen. 8.20. Fietspaden en stoepen moeten ook ’s winters veilig blijven. We werken het idee van een ‘sneeuwtelefoon’ uit: senioren en mensen die niet goed te been zijn, moeten kunnen rekenen op de buren of de gemeente om hun stoep sneeuwvrij te krijgen. 8.21. Bij sneeuwruimen of strooien worden de fietspaden en belangrijke wandelpaden consequent mee in de planning opgenomen. Natuurontwikkeling en biodiversiteit 8.22. Groenzones willen we zoveel mogelijk inrichten of behouden als rust-‐ en wandelzones. Deze ruimtes moeten multifunctioneel ingericht worden (bv. educatief, recreatief, cultuur-‐ historisch,…). 8.23. De aankoop van Hof Ter Linden door de gemeente, de Provincie Antwerpen en het Vlaams gewest is een historische opportuniteit. We grijpen deze kans om tegelijk een brede visie uit te werken over het domein Hof Ter Linden en het aangrenzende Fort 5. Die visie moet er komen
20
samen met alle Edegemnaars, betrokken buurtbewoners, pachter, ect. Duurzame landbouw, natuurontwikkeling, zachte recreatie, sociale economie, cultuur, natuureducatie en kansen voor horeca zijn alvast speerpunten in dit ambitieuze masterplan voor Hof Ter Linden en het Fort 5. In samenspraak met Kempens Landschap en Agentschap Natuur en Bos richten we een brede projectgroep op die het traject rond de invulling van kasteel Hof Ter Linden moet opvolgen en begeleiden. 8.24. Het Fort 5 blijft met zijn hangars een uitgelezen plaats voor heel wat (jeugd)verenigingen. 8.25. Milieu-‐educatie (bioklas) blijft een volwaardige functie binnen het domein Fort 5/Hof Ter Linden (zie verder). 8.26. De ingang Elsdonck van het Fort 5 wordt geïntegreerd in een vernieuwd plein. 8.27. We integreren het WZC Immaculata in de groene long van Edegem. We voorzien in een rolstoeltoegankelijk verbindingspad vanuit WZC Immaculata. 8.28. We voorzien in een trage weg voor fietsers en voetgangers tussen Edegem centrum en Hangar 27. 8.29. De buitenglacis van Fort 5 wordt omgetoverd tot een speelbos. Dit is meer dan een afbakening van een speelzone. Een echte inrichting dringt zich op. We bekijken peterschapsmogelijkheden door de jeugdverenigingen. 8.30. We willen samen met de provincie, de Vlaamse overheid en de lokale besturen van Kontich en Aartselaar het inkleuren van een nieuw stadsrandbos (of liever groene vinger) opnieuw activeren, zonder daarbij aan de huidige landbouwfunctie te moeten raken. We bekijken de onder-‐ of oversteekbaarheid van de E19 ter hoogte van de Zandbergen. 8.31. Er komt een degelijke inventaris van de groenelementen van de gemeente, gekoppeld aan een beheersplan. Bosbeheersplannen en Natuurontwikkelingsplannen worden geactualiseerd. 8.32. De begraafplaats verdient onze aandacht. We werken een begraafplaatsbeheerplan uit met uitgebreide digitale informatie in een GIS-‐systeem. We maken een actief onderhoudsplan voor de groenzones en weggetjes. 8.33. Ook buiten natuurgebieden is er behoefte aan natuur en groen. Voor elke wijk wordt een groenontwikkelingsvisie ontwikkeld waarbij burgers van bij de start betrokken worden. Burgers krijgen inspraak, worden betrokken bij de aanplanting en kunnen eventueel verantwoordelijkheid krijgen bij het onderhoud d.m.v. buurtcontracten. 8.34. De gemeente investeert in de aanplanting van extra bomen, onderhoud van bestaande bomen en richtlijnen die bepalen hoe om te gaan met bomen bij weg-‐ of infrastructuurwerkzaamheden. 8.35. Edegem wil een ‘bijenvriendelijke’ gemeente zijn. Dit kan vormgegeven worden door het zaaien en aanplanten van stuifmeel en nectarhoudende bloemen en planten, het inrichten van een bijenhotel en het opzetten van een informatiecampagne voor burgers. Dit kan in samenwerking met de imkersgilde. Ook vlinderhoekjes in bestaande tuinen moeten ideeën geven voor de eigen tuin… 8.36. Groendaken bieden ook voor Edegem een enorme meerwaarde (vertraagde afvoer van regenwater, meerwaarde voor biodiversiteit, luchtzuiverende functie, …). De aanleg ervan wordt aangemoedigd en verder ondersteund door premies. 8.37. De gemeente stimuleert de aanwezigheid van natuurlijke elementen in landbouwgebied zoals het inzaaien van bloemenranden of het onderhouden van kleinschalige landschapselementen. 8.38. Ook elders maken we werk van kleine landschapselementen als stapstenen voor natuur, een voorbeeld is beplanting “tussen fietspad en rijbaan”, met een onderhoudsvriendelijk en laaggroeiend struiktype. 8.39. De gemeente zoekt actief naar synergie met verenigingen die kennis en inzicht hebben in natuurlijk Edegem. Het biodiversiteitscharter met Natuurpunt en VMPA is daar een goed
21
voorbeeld van. We bekijken de mogelijkheden voor een verregaande samenwerking en mogelijkheden voor beheerscontracten. 8.40. De gemeente organiseert (bv in het kader van de Dag van het Park) een werkdag ‘Natuur in je buurt’ waar burgers i.s.m. natuurverenigingen natuurbeheerswerkzaamheden doen in de buurt, een geboortebos planten,… 8.41. We maken werk van meer natuurspeeltuinen in Edegem: bergjes, takken en boomstammetjes, kleine vijvertjes, touwen en palen om zelf kampen mee te bouwen, enz. Natuurspeeltuinen dagen kinderen niet alleen fysiek uit, maar scherpen ook hun fantasie en sociale vaardigheden aan. Ook scholen kunnen natuurspeeltuinen integreren op de speelplaats. 8.42. Veel exoten zijn nefast voor de biodiversiteit. Daarom zal het gemeentebestuur streekeigen planten promoten. Meer ruimte voor water 8.43. Onze gemeente maakt werk van de verdere uitbouw, modernisering en onderhoud van het gemeentelijk rioleringsstelsel. Maximaal scheiden van regenwater en afvalwater is daarbij de boodschap. Regenwater hoort thuis in grachten, niet in rioolpijpen. 8.44. We zorgen ervoor dat onze gemeente volledig aangesloten wordt op de riolering en zoeken naar oplossingen voor die gebieden waar dat onmogelijk is. 8.45. Edegem voorziet in meer natuurlijke afwatering: grachten en greppels waarin water traag wordt afgevoerd. Onze beken moeten opnieuw kunnen meanderen en op zoveel mogelijk plaatsen kunnen beschikken over een winterbedding. Blauwe aders in de gemeente zijn bovendien een bron van rust, recreatie en natuurontwikkeling. 8.46. We werken actief in waterretentie om de wateroverlast in sommige wijken te beperken. Dat kan door de aanleg van bufferbekkens, van wadi’s in nieuwe wijken of bij de heraanleg van straten, naar het voorbeeld van de Oude Terelststraat. Hof ter Linden is belangrijk voor de waterhuishouding van wijk Molenveld. Aandacht bij de opmaak van het plan voor Hof ter Linden is in dit verband noodzakelijk. Maar ook in andere RUPs verliezen we de waterhuishouding niet uit het oog. 8.47. We behouden de subsidies voor regenwaterputten (die nu al verplicht zijn voor nieuwbouw) en groendaken. 8.48. We verminderen de hoeveelheid verharde oppervlakte in de gemeente. Dit kan onder andere via stedenbouwkundige verordeningen of via het bewustmaken en ondersteunen van instellingen of scholen om opritten, wegen, speelplaatsen te ‘ontharden’ of hiervoor op zijn minst materialen te gebruiken die water doorlaten.
9
Welzijn en gezondheid
In een context van besparingen, van een dramatische toename van de schuldenproblematiek en de energiearmoede, is een sterk lokaal sociaal beleid meer dan ooit een plicht van een lokaal bestuur. Meer dan ooit moeten we er als lokaal bestuur over waken dat mensen niet uitgesloten worden uit de samenleving en iedereen op een gelijke manier behandeld wordt. Dat vereist sterke spelers, krachtige instrumenten en een aangepast budget in de gemeentebegroting. Enkel een voldoende autonoom OCMW kan het sociale karakter van het lokale sociale beleid vrijwaren. Tegelijk is een praktische samenwerking en coördinatie met het gemeentebestuur belangrijk. Het sociaal beleid in onze gemeente moet samenhangend zijn, zonder schotten tussen gemeente en OCMW. Het OCMW voert een gerichte aanpak met aandacht voor kansarme groepen. Het doel is dat alle Edegemnaren moeten kunnen beschikken over de minimale financiële en psychosociale mogelijkheden om een menswaardig bestaan te leiden en dat ze ten volle kunnen deelnemen aan het maatschappelijk leven
22
en de vele socio-‐culturele activiteiten. Het OCMW neemt een duidelijke regierol op in het zorglandschap, onder meer op buurtniveau. Het OCMW heeft daarnaast een belangrijke functie in het ruime activeringsverhaal. OCMW 9.1. Het OCMW heeft een sleutelrol in de bestrijding van armoede en sociale uitsluiting. Van alle betrokkenen staat het OCMW het dichtste bij de burger en bundelt het de meeste ervaring op het raakvlak van welzijn en werk. 9.2.
Het lokaal sociaal beleidsplan wordt geïntegreerd in de algemene meerjarenplanning van de gemeente. Het plan vermeldt concrete doelstellingen, onder meer voor armoedebestrijding, en verbindt daar budgetten aan. Het legt afspraken voor samenwerking tussen gemeente, OCMW en externe partners vast. Het lokaal sociaal beleid integreert zich op zodanige wijze in het beleid dat er binnen élk gemeentelijk beleidsdomein acties zijn waarbij aandacht wordt besteed aan de minderheidsgroepen. Op die manier worden deze doelgroepen geen uitzondering meer maar een evidentie om rekening mee te houden in het vormgeven en het uitvoeren van een gemeentelijk beleid.
9.3.
Het OCMW heeft de regierol rond het welzijnsbeleid in Edegem. Het is niet de bedoeling om alles zelf in handen te houden, maar wel om in samenwerking met privépartners of andere actoren het welzijnsbeleid vorm te geven. Het OCMW betrekt een brede waaier aan partners bij haar beleid: middenveld, vrijwilligersorganisaties, scholen, verenigingen, verantwoordelijken binnen de eerste lijn,… Toegankelijkheid en heldere informatie over dienstverlening is even belangrijk als de dienstverlening zelf. Er dient werk gemaakt te worden van een doeltreffend communicatiebeleid.
9.4.
Het verder oriënteren van cliënten naar sociale tewerkstelling is noodzakelijk om cliënten te activeren. Het eigen sociaal tewerkstellingsproject 5beaufort moet meer ingebed worden in de Dienst Uitvoering. Opportune tewerkstellingsprojecten dienen opgestart te worden.
9.5.
Sociale fraude en fraude m.b.t. sociale bijstand treft iedere belastingbetaler en dus ook de sociaal zwakste mensen. Edegem voert een accuraat handhavingsbeleid, onder meer door data-‐uitwisseling tussen de lokale politie, federale en lokale inspectiediensten, arbeidsauditeurs en het OCMW. Hiervoor voorziet het OCMW in opleiding van het personeel om de fraude-‐alertheid aan te scherpen, uitgeschreven in processen en procedures zodat de spelregels voor iedereen duidelijk vastliggen.
9.6.
We herbekijken de bijdrage van de gemeente aan het OCMW om een optimale dienstverlening van het OCMW te kunnen garanderen.
9.7.
Het OCMW investeert in de opleiding van haar medewerkers en streeft naar een werkbare belasting van het personeel.
9.8.
Edegem kent een groeiende groep van mensen die extra zorg en ondersteuning nodig hebben. De wachtlijsten rond schuldbemiddeling en budgetbeheer moeten worden aangepakt.
9.9.
Het OCMW ontwikkelt een integraal begeleidingstraject op maat van zijn cliënten. Het zet in op alle relevante levensdomeinen en niet enkel op werk. Daarbij houdt het OCMW rekening met de zorgtaken die mensen opnemen en waardeert het vrijwilligerswerk.
9.10. Het OCMW blijft haar eigen diensten verder aanbieden ter ondersteuning van de thuiszorg: warme maaltijden, klusjesdienst, boodschappendienst, schoonmaakhulp… moeten binnen de financiële ruimte verder worden uitgebouwd. 9.11. Inwoners van Edegem moeten voorrang krijgen om terecht te kunnen in WZC Immaculata. Wie in Edegem gewoond en geleefd heeft, moet de kans krijgen om er te blijven. Afspraken met het private WZC moeten gemaakt worden. 9.12. Door de toename van het aantal dementerende ouderen zal het WZC Immaculata vooral investeren in opvang voor deze doelgroep. Er wordt onderzocht of er een aanpassing of
23
uitbreiding van deze vleugel van het WZC nodig is. Ook de opvang van ex-‐psychiatrische patiënten (ouderen) zal in de toekomst een nieuwe uitdaging worden. 9.13. De oprichting van een dienst dagopvang wordt onderzocht. Ouder, maar niet vergeten 9.14. De gemeente heeft aandacht voor de geëngageerde 50-‐plusser. Deze leeftijdsgroep verdient zeker en vast ook onze aandacht. Het bestuur wil zich inzetten om een aanbod van cultuur, sport en andere vrijetijdsbesteding voor deze doelgroep te voorzien. Bovendien stimuleren we deze 50-‐plussers om een handje toe te steken als vrijwilliger en zo te helpen bij het welzijn van de medeburgers. 9.15. We gaan voor een mensvriendelijke leefomgeving die een mix voor jong en oud mogelijk maakt. We lanceren een “wandelwegen en rustpunten”-‐plan. Hiermee willen we niet alleen voor voetpaden in goede staat zorgen. Zo voorzien we op strategische plaatsen ook in aangename rustpunten en verbinden we koppelen we trage wegen met elkaar. Zo bouwen we een wandelweefsel uit. 9.16. Een beleid dat erop gericht is om mensen zo lang mogelijk op te vangen in eigen buurt vraagt de uitbouw van extra zorg in de wijk. Centraal in elke wijk is een lokale ontmoetingsplaats. Dit kan perfect in samenwerking met bestaande locaties en initiatieven. We gaan op zoek naar andere locaties in Edegem. In het lokale dienstencentrum kan iedereen binnenlopen voor ontmoeting, gezamenlijke maaltijden, ontspanning, zorg en vorming. Het dienstencentrum is de ideale ontmoetingsplaats, met een ruim aanbod van sport en beweging, cafetaria en animatie. 9.17. Naast de professionele zorg is het principe ‘zo lang mogelijk in eigen omgeving’ maar mogelijk als er ook informele zorg is in de wijk. Omdat mantelzorg niet altijd verleend wordt door partner of kinderen, zullen mantelzorgers steeds vaker uit de buurt komen. Het lokaal dienstencentrum geldt als een ‘bank’ voor mantelzorgers waar vraag en aanbod op elkaar worden afgestemd. 9.18. Een alternatief voor een volwaardig dienstencentrum kan een wijkrestaurant zijn: een laagdrempelig initiatief, waar bewoners gezamenlijk een goedkope en gezonde maaltijd kunnen nuttigen in een gezellige sfeer. Het is een eenvoudig concept, maar erg groot qua impact. We bekijken met de middenstand of we zo’n wijkrestaurants kunnen organiseren. 9.19. Het ouderenbeleidsplan (geïntegreerd in de meerjarenplanning) wordt in samenspraak met de seniorenraad opgesteld. 9.20. Eenzaamheid bij senioren moet worden opgespoord. Vrijwilligersinitiatieven kunnen hierbij helpen. OCMW en gemeente moeten dit ondersteunen en mee op zoek gaan naar manieren om dit aan te pakken. Focus op gezondheid 9.21. Het recht op een goede en toegankelijke gezondheidszorg voor iedereen is essentieel. We trekken volop de kaart van de eerste lijn. De gemeente speelt een belangrijke rol in de uitbouw van een lokaal sterke eerstelijnszorg, inclusief de geestelijke gezondheidszorg. De gemeente is een actieve partner in het Lokaal Gezondheidsoverleg (LOGO) en stimuleert op deze manier de uitoefening van het huisartsenberoep en de samenwerking van de partners op de eerste lijn. 9.22. Het OCMW organiseert een aantal kooksessies in het kader van gezond eten. Er wordt gedacht aan het oprichten van een eigen moestuin. 9.23. De gezondheid van inwoners willen we centraal plaatsen bij elke beslissing die de gemeente neemt.
24
9.24. De gemeente hanteert het voorzorgsprincipe ten aanzien van het plaatsen van gsm-‐masten. Duidelijke informatie over plaats en zendvermogen van bestaande en geplande masten in de gemeente is beschikbaar. 9.25. In het kader van een strikte hantering van de milieuwetgeving zal de gemeente ook toekijken op geluidshinder en lichtoverlast. Beide factoren oefenen immers een negatieve invloed uit op onze gezondheid. Een toegankelijke gemeente Personen met een beperking vragen niet om een ‘apart’ beleid, maar om een beleid dat rekening houdt met hen. We gaan dus voor een inclusief beleid, waarbij elk beleidsdomein vanzelfsprekend aandacht heeft voor de specifieke behoeften van burgers met een beperking. Iedereen moet op een onafhankelijke en gelijkwaardige manier gebruik kunnen maken van gemeentelijke voorzieningen. Toegankelijkheid gaat om meer dan gebouwen alleen. Het gaat ook om dienstverlening en informatie. Hier volgen onze voorstellen: 9.26. De publieke ruimte dient voor iedereen toegankelijk en bereikbaar te zijn. Dat geldt zeker voor straten en pleinen. 9.27. Overheidsgebouwen moeten vlot toegankelijk zijn voor senioren en personen met een beperking. 9.28. Bij het bouwen van sociale woningen moet rekening gehouden te worden met de specifieke behoeften van personen met een beperking. 9.29. Bij het indienen van bouwdossiers voor publieke ruimte (bank, cafés, winkeliers, enz.) dient er rekening gehouden te worden met de toegankelijkheid. We motiveren huidige handelaars om de toegankelijkheid van hun ruimtes te verbeteren. 9.30. Bij aanpassing van straten en pleinen moet vooraf rekening gehouden worden met de mogelijkheden en beperkingen van senioren en mensen die minder mobiel zijn. (bv. installatie van zitbanken en drempels). Asiel, migratie en integratie 9.31. Het huidige Lokaal Opvanginitiatief (LOI) in Edegem omvat al heel wat plaatsen om asielzoekers op te vangen. Hiermee draagt Edegem haar steentje bij aan de asielopvang. We wensen een inclusief lokaal migratiebeleid waarbij intensief wordt samengewerkt door alle diensten die hierbij betrokken zijn (gemeentediensten/OCMW, politie en opvanginitiatieven als de federale diensten en de parketten). 9.32. We vragen voldoende aandacht voor interculturele bemiddeling en verwijzen nieuwkomers zo snel mogelijk door naar een inburgeringstraject. Het volgen van Nederlandse les is cruciaal om de kans op werk te vergroten en de kans op armoede te verkleinen. 9.33. Ook de begeleiding en opvolging van nieuwkomers via de Sociale Dienst dient voldoende uitgebouwd te worden om de integratie te bevorderen en maatschappelijke behoeften zo vroeg mogelijk op te vangen. 9.34. In geval van fraude draagt de gemeente de betrokkenen onmiddellijk over aan de dienst vreemdelingenzaken. Hiervoor is het van belang dat er uitwisseling is van gegevens tussen de gemeente, het OCMW en de dienst vreemdelingenzaken.
25
10 Een dynamisch cultuurbeleid
Cultuur meet de polsslag van een samenleving. Cultuur brengt mensen samen. Cultuur verrijkt en kan een bindmiddel zijn tussen generaties en culturen maar tegelijk ook stimulerend werken voor de lokale economie, het verenigingsleven en het onderwijs. We willen er naar streven Edegem cultureel op de kaart te zetten. Dat hoeft niet noodzakelijk zware budgettaire consequenties te hebben. Als lokale overheid moeten we op de eerste plaats randvoorwaarden creëren opdat organisaties en individuen artistieke of culturele activiteiten en werking kunnen ontplooien, of kunnen participeren aan die activiteiten. Dat kan bijvoorbeeld door te voorzien in infrastructuur: de bibliotheek, een cultuur-‐ en gemeenschapscentrum, het deeltijds kunstonderwijs, het ter beschikking stellen van podia of tribunes, het invoeren van een cultuurpas, de cultuurcommunicatie, aanpassingen ten bate van personen met een handicap, doelgroepacties zoals goedkope tickets voor personen die het financieel moeilijk hebben, enz. We pleiten voor een lokaal cultuurbeleid dat bouwt op het aanwezige potentieel. De lokale overheid moet vooral mogelijk maken dat andere initiatiefnemers, kunstenaars, verenigingen,… hun cultureel of artistiek 'ding' kunnen doen. We willen geen beslissingen nemen voor we de behoeften en middelen van Edegem in kaart hebben gebracht. Dat impliceert ‘vragen’ stellen en ‘luisteren’. Daarna kunnen we ‘in’ vraag gaan stellen en vanuit die conclusies verder bouwen, verbeteren, afstoffen of veranderen. Overal cultuur 10.1. We werken een algemeen “Masterplan Cultuur en Verenigingen” uit: we brengen alle behoeften en beschikbare ruimtes in Edegem in kaart en zoeken naar een optimale invulling. Binnen de budgettaire krijtlijnen willen we creatief streven naar maximaal rendement. Daar is ‘grensoverschrijding’ een cruciaal hulpmiddel voor -‐ niet alleen in geografische zin, maar ook binnen onze eigen infrastructuur, binnen de verschillende vormen van cultuur en kunst, en grensoverschrijdend met betrekking tot andere segmenten zoals lokale middenstand, toerisme, wijkwerking, OCMW, onderwijs etc… 10.2. We willen een logistiek platform aanbieden aan zij die iets willen realiseren en proberen sneller op de bal te spelen om evenementen te afficheren. 10.3. Voor de bestaande infrastructuur bekijken we systematisch hoe we meerwaarde kunnen realiseren op het vlak van cultuur. We denken hierbij onder meer aan: het Centrum, Elzenhof, De Schrans, forttheater, Cartouche, Hangar 27… 10.4. De Sint-‐Antoniuskerk blijven we uitbouwen als een perfect akoestisch kader voor muziek en woord. 10.5. We hebben extra aandacht voor kleinschalige en wijkgerichte culturele activiteiten waaronder huiskamerconcerten, kunstprojecten in een wijk,... 10.6. We voorzien meer kunst in de publieke ruimte. Moderne kunstwerken (en dat kan heel breed worden ingevuld: van fotografie tot beelden of simpelweg gedichten…) kunnen meerwaarde bieden op onze rotondes en kale gevels. Concreet denken we aan het project: ‘Als de muren konden spreken’ waarmee we aan de Edegemnaar vragen (in de vorm van een uitgeschreven wedstrijd bv.) naar de artistieke invulling van lege ruimtes of de historische achtergrond van elke steen. 10.7. We willen het onderwijs en de ‘academie’ ondersteunen om een culturele boodschap te brengen en ze de mogelijkheid bieden om dit ook te tonen. 10.8. De huidige theaterzaaltjes moeten een kans krijgen en worden opgewaardeerd. We gaan samen met hen onderzoeken hoe we kunnen samenwerken.
26
Een moderne bibliotheek 10.9. De huidige bibliotheek is te klein en vertoont logistiek sporen van ouderdom. Het is een prioritair streven om zowel op korte als op lange termijn naar een oplossing te zoeken en een centraal gelegen, moderne, transparante en laagdrempelige bibliotheek te realiseren waar elke doelgroep terecht kan voor ontmoeting en een breed aanbod aan socioculturele activiteiten. Het AGB onderzoekt het potentieel van centraal gelegen sites in het centrum van Edegem. 10.10. We wensen ook een nieuwe dynamiek in de bibliotheek: het uitbreiden van de openingsuren, voldoende personeel dat bezoekers informeert en enthousiast maakt rond boeken, specifieke aandacht en initiatieven naar kinderen, het onderzoeken van mogelijkheden rond digitale leesinitiatieven zoals e-‐books, uitbreidingsactiviteiten onder impuls van de werkgroep leesplezier... De bibliotheek wordt hierdoor een plek van beleving en ontmoeting. Een nieuwe infrastructuur en dynamiek zorgen voor een stijging van het aantal bezoekers. 10.11. We willen beginnen met een boekenmarkt in Edegem. Hof ter Linden en de prachtige dreef lijken ons een geschikte locatie om (aanvankelijk) elke laatste zondag van de maand een boekenmarkt te organiseren. Die markten zijn doorgaans een publiekstrekker en kunnen worden aangewend om de aandacht te vestigen op onze culturele troeven, de bestaande horeca en de middenstand in het algemeen. 10.12. Vanuit de bib starten we met een zgn. 'Boekenvinder': een herkenbare locatie waar mensen boeken kunnen achterlaten en inruilen voor nieuwe. Op de ene locatie kan de 'Boekenvinder' slechts één enkel schap zijn, elders misschien een hele kast. De Boekenvinder is te ontdekken in het gemeentehuis, maar eventueel ook in diverse middenstandzaken, de bakker, de krantenwinkel op de hoek, op café, of op de tennisclub, in de parochiezalen, in een hippe koffiebar, enz. 10.13. De bibliotheek integreert de recentste digitale media in haar dienstverlening waardoor de toegankelijkheid voor gebruikers blijft groeien en de grenzen van de bibliotheek verruimen. De bibliotheek schakelt over op het provinciaal bibliotheekinformaticasysteem zodat intergemeentelijke samenwerking vlotter en klantgerichter verloopt. Erfgoed koesteren Wie zijn geschiedenis niet eert, kan de toekomst nooit bijbenen. We willen ons erfgoed koesteren als collectief bezit – tijdelijk bezit weliswaar, want we hebben het slechts in bruikleen, tot we het doorgeven aan de volgende generatie. 10.14. Monumenten, dorpsgezichten en landschappen bepalen het uitzicht en de identiteit van Edegem. Ze dragen bij tot de kwaliteit van de leefomgeving en moeten dus hun plaats krijgen in het ruimtelijk beleid. 10.15. Behoud en ontwikkeling hoeven niet te botsen. Dat risico kan worden beperkt door de kennis over onroerend erfgoed te integreren in het ruimtelijk beleid, bijvoorbeeld door meer gebruik te maken van de Vlaamse inventarissen Onroerend Erfgoed. De gemeente Edegem kan deze inventarissen samen met haar burgers aanvullen en verfijnen. 10.16. De gemeente brengt het erfgoed – privaat en publiek – in kaart en ontwikkelt een langetermijnvisie. 10.17. We richten een erfgoedcel op. Ze overkoepelt diverse aspecten die met erfgoed, cultuur, toerisme en imago bezig zijn, zoals de Historische Gidsen, de Heemkundige Kring, de gemeentelijke dienst cultuur en evenementen, Huis Hellemans, enz. Het doel is een klankbord te zijn waarbij elk apart onderdeel elkaar inspireert. Deze erfgoedcel kan door zijn open werking nieuwe krachten uitnodigen die zich geroepen voelen om mee te werken aan het erfgoed in Edegem.
27
Toerisme: Edegem een gezicht geven 10.18. We willen Edegem een gezicht geven. Edegem speelt daarom zijn toeristische troeven uit in één aantrekkelijk omvattend concept. De integratie van fietspaden, wandelpaden en andere vormen van vrijetijdsbesteding voor de Edegemse burger is hierin een uitdaging. 10.19. In samenwerking met de omliggende gemeenten en Toerisme Provincie Antwerpen zetten we Edegem op de toeristische kaart. We denken hierbij aan de ontwikkeling van een wandelpad en de koppeling van het provinciaal fietsknooppuntennetwerk aan de bezienswaardigheden en horecavestigingen in Edegem. 10.20. De gemeente legt de focus op ecotoerisme: dit is toerisme dat vooral positief is voor de lokale bevolking, de plaatselijke handelaars en het milieu. 10.21. Zoals talrijke andere steden en gemeenten zetten we in op dagjestoerisme door uit te pakken met kwalitatieve bezienswaardigheden en een uitgebreid ontspanningsaanbod. De gemeente werkt met lokale gidsen, beschermt haar erfgoed, stelt trage wegen open, legt nieuwe fiets-‐, ruiter-‐ en wandelpaden aan of gebruikt daarvoor landbouwwegen. 10.22. Een extra troef is het gezinsvriendelijk dagjestoerisme met uitgestippelde routes langs een uitgebouwd speelbos, een kinderboerderij, picknickweide, historische stopplaats in Fort 5, een avonturenbrug, maandelijkse kinderverteltochten, enz… 10.23. Het ruimtelijk beleid voorziet in de mogelijkheid om in landbouwzone ook verblijfsrecreatie of horeca uit te baten. Zo stimuleren we geïnteresseerde landbouwers om rond toerisme te werken. 10.24. De verschillende initiatieven i.v.m. toerisme dienen gekaderd binnen het bestaande intergemeentelijk samenwerkingsverband en de ondersteuning van Toerisme Provincie Antwerpen. 10.25. Een belangrijke partner voor het versterken van de toeristische troeven van Edegem is onze middenstand. We denken hierbij onder meer aan de verschillende (geplande) horecaprojecten en de verdere ontwikkelingen binnen het domein Hof Ter Linden.
11 Jeugd, sport en vrije tijd
Een beleid op maat van de jeugd Edegem kent een zeer actieve en uitgebreide jeugdwerking. Die jeugdwerking blijven we ondersteunen. Eén van de uitdagingen de komende jaren is de goede accommodatie en huisvesting van al deze (jeugd)verenigingen. We blijven inzetten op het traditionele jeugdwerk, maar focussen ook expliciet op de ‘niet-‐georganiseerde jeugd’: die groep van kinderen en jongeren die niet gelinkt zijn aan bepaalde jeugdverenigingen of groepen. In dat opzicht richten we onze pijlen vooral op het creëren van meer speelweefsel in onze gemeente: een netwerk van speel-‐ en ontmoetingsplekken. Hieronder onze voorstellen voor een beleid op maat van de Edegemse jeugd: 11.1. Bij de start van de legislatuur maken we een inventaris van de behoeften van de (jeugd)verenigingen en groepen op het vlak van accommodatie en speelruimte. We willen de beschikbare accommodatie verbeteren (zie ook ‘Masterplan Cultuur en Verenigingen’). We denken hierbij niet alleen aan de infrastructuur van de gemeente, maar ook aan de jeugdlokalen die toebehoren aan andere partners (parochies), waarbij we vanuit de gemeente een bemiddelende en ondersteunde rol willen spelen. Sociale economie kan een opdracht vervullen bij de renovatie van de jeugdlokalen. We begeleiden de jeugdverantwoordelijken i.v.m. het respecteren van de veiligheidsnormen en de brandveiligheid van hun lokalen.
28
11.2. Er wordt bij belangrijke beleidsbeslissingen uitgelegd op welke manier aan kinderen en jongeren werd gedacht in de vorm van een jeugdparagraaf. 11.3. Edegem heeft een dynamische jeugddienst. Die willen we ten volle blijven ondersteunen. Het is onze doelstelling om de jeugddienst actiever te laten samenwerken met andere diensten van de gemeente (bijv. de cultuurdienst). De jeugddienst is gevestigd in het Zwaluwnest, het ‘Huis van de Jeugd’. 11.4. De ontlening van (speel)materiaal voor jeugd en jeugdverenigingen willen we beter ontsluiten, en dit via een online-‐uitleendatabase. Deze uitleendienst wordt geïntegreerd in de algemene uitleendienst van de gemeente in de Gemeentehallen. 11.5. Activiteiten van en voor de Edegemse jeugd worden gebundeld op een overzichtelijke online-‐ activiteitenkalender. In samenwerking met o.a. de Edegemse scholen wordt er over deze activiteiten gecommuniceerd. We zoeken ook naar specifieke communicatiekanalen voor de jeugd, zoals sociale media enz. 11.6. We stimuleren een specifiek cultureel aanbod gericht op de Edegemse jeugd. Dit aanbod wordt ook afgestemd op de behoeften van de scholen. 11.7. We kiezen voor een brede invulling van vormingskansen in het jeugdwerk. Ook individuele jongeren moeten, los van elk verenigingsverband, kansen krijgen om een boeiend vormingspakket uit het jeugdwerk mee te pikken. Een EVC-‐traject (Elders Verworven Competenties) op gemeentelijk niveau kan kennis en ervaring van jongeren in het jeugdwerk valoriseren in een ‘ervaringscertificaat’. 11.8. De bestaande gemeentelijke projectsubsidies om jongeren creatief te stimuleren willen we ruimer bekendmaken. 11.9. We willen werk maken van een beleid voor niet-‐georganiseerde jeugd. We geven ‘hangjongeren’ ruimte door op zoek te gaan naar alternatieve plekken die kunnen worden ingericht, zowel in het centrum als in de wijken. Anderzijds hebben we ook aandacht voor bewustmaking (rondslingerend afval, lawaaioverlast) en dit in nauwe samenwerking met de politie en de jeugddienst. 11.10. De Edegemse bergen en het buitenglacis van Fort 5 bieden een perfect kader voor een ongestoorde chill-‐ruimte voor jongeren. Het nieuwe recreatiegebied ‘de Zandbergen’ moet dat kunnen blijven. 11.11. We geloven in de noodzaak van Hangar 27 en de Jeugdhuizen Nootuitgang en Het Varken. Ze hebben elk hun doelgroep binnen de gemeente. We willen hier dan ook verder in investeren. 11.12. Fuiven in Edegem gebeurt het best in Hangar 27. We willen blijvend investeren, qua middelen (security) en qua imago (ook andere activiteiten naast fuiven hebben perfect een plaats in Hangar 27). Het sluitingsuur wordt herbekeken en aangepast aan de behoeften van vandaag. Gemeentelijke ondersteuning zal verder verlopen via een opleidingsaanbod (‘fuifsteward’ of ‘sfeerbeheer’), een gemeentelijk fuifdraaiboek, het opzetten van (inter)gemeentelijk fuifoverleg, een fuifbox met veiligheidsmateriaal en logistieke ondersteuning zoals het gratis gebruik van hekken, fietsrekken, kapstokken, enzovoort. 11.13. De functie van de polyvalente cultuurzaal is volwaardig overgenomen door de gemeentelijke zaal Hangar 27 en deze wordt op Vlaams niveau geregistreerd vanaf 2015. 11.14. Het gratis festival Rock@edegem blijven we ondersteunen en vernieuwen. We staan open voor nieuwe initiatieven en concepten die vanuit de trekkersgroep opborrelen. We steunen andere initiatieven die vanuit de Edegemse jongeren komen en bekijken hoe we hen logistiek kunnen bijstaan (bv Open Air 2.0, Parkavonden,…). 11.15. We willen meer aandacht voor de muziekbeleving bij onze Edegemse jongeren door een gericht ondersteuningsbeleid: creëren van podiumkansen voor beginnende artiesten en -‐ groepen, aanbieden van repetitielokalen, zoeken naar mogelijkheden voor het opnemen van een cd of demo buiten het commerciële circuit, in samenwerking met andere partners.
29
11.16. We bieden een toekomst aan minder bereikbare en kansarme jongeren. We denken hierbij aan kortingssystemen, opgezet door het OCMW en verschillende andere actoren, waardoor deze jongeren gemakkelijker kunnen instappen op het vrijetijdsaanbod. 11.17. De gemeente geeft de jeugdraad alle ruimte, en blijft ze ondersteunen. De jeugdraad van de toekomst fungeert als een draaischijf: naast de formele adviesopdracht wordt de koppeling gemaakt met kleinere en tijdelijke participatieve initiatieven om ook jonge kinderen en jongeren buiten het georganiseerde jeugdwerk te bereiken. De jeugdraad moet nog meer een belangrijke partner zijn in het beleidsvoorbereidende werk. Edegem, een sportieve gemeente Sport (en ook cultuur) is voor onze gemeente een echt bindmiddel tussen burgers. Sport brengt mensen samen en maakt van de gemeente een echte samen-‐leving. Het verenigingsleven neemt een heel belangrijke plaats in onze gemeente. In ongeveer 90 sportverenigingen zijn zomaar eventjes rond de 10 000 mensen actief lid. Hierop strategisch, zinvol en gericht inzetten is dan ook ontzettend belangrijk. Naast de ondersteuning van de sportclubs zetten we vanuit de gemeente volop in op de uitbouw van een breed en laagdrempelig sportaanbod. We willen meer aandacht voor de recreatieve sporter. De gemeentelijke sportdienst heeft een ondersteunende, coördinerende en stimulerende rol in het uittekenen van een stevig lokaal sportbeleid. Hier volgen onze voorstellen voor een uitdagende, sportieve gemeente: 11.18. Edegem wil alle Edegemnaren in beweging krijgen. Tegelijk wordt ingezet op promotie van een gezonde levensstijl en gezonde voeding via zogenaamde ‘lifestyle programs’ in de sportclubs en de scholen. 11.19. Alle sportclubs en hun beschikbare accommodatie worden in kaart gebracht. Edegem maakt een masterplan ‘sportinfrastructuur’. De behoeften zijn groot, de vraag naar ondersteuning van verschillende verenigingen nog groter. In dit masterplan zal een belangrijke plaats zijn weggelegd voor overleg met onze buurgemeenten en met de Vlaamse Overheid. 11.20. Fort 5, Hof Ter Linden en het Meihof kunnen aantrekkingspolen zijn voor niet-‐georganiseerde sporten zoals joggen, skateboarden enz… Deze domeinen moeten worden ingericht met het oog op zachte recreatie. 11.21. Edegem besteedt ook aandacht aan de individuele sporter, de jogger, de fietser enz… 11.22. Sportfaciliteiten zullen tegen een correct tarief verhuurd kunnen worden. 11.23. Het gemeentelijk instructiebad blijft voor alle kinderen zeer nuttig en bewijst jaar na jaar zijn nut. Gezien de staat van dit instructiebad willen we echter intercommunaal gaan kijken of de bouw van een collectief multifunctioneel zwembad haalbaar is. Op deze manier blijven we het huidige aanbod rond instructie zwemmen realiseren maar dit gekaderd in een veel breder kader rond zwemrecreatie. 11.24. Edegem blijft de samenwerking met scholen steunen om sport te stimuleren. 11.25. De gemeente stelt sport-‐ en spelkoffers ter beschikking aan wijkinitiatieven en speelpleinen. 11.26. Edegem wil het sportaanbod naar senioren behouden. 11.27. De gemeentelijke sporthal ‘Den Willecom’ blijft een belangrijk instrument in ons sportbeleid. We streven verder ook naar een optimale samenwerking met de sportlocaties van privépartners. 11.28. Sport vraagt ondersteuning, niet alleen financieel, maar ook en vooral materieel en logistiek. De gemeente zal deze taak dan ook verder blijven uitvoeren. 11.29. Bij de (her)aanleg van buurtpleintjes, zal er rekening worden gehouden met de vraag van buurtbewoners voor wat betreft spontane sportbeleving, zoals petanquebanen, publieke sporttoestellen en open groene ruimte voor pleinspel.
30
11.30. Het AGB neemt het beheer van het omvangrijke onroerende sportpatrimonium over. Zo kan de werklast voor de sportdienst verminderen en kan deze zich focussen op haar kerntaak. 11.31. Het gemeentebestuur onderzoekt de mogelijkheid om lokalen en sportterreinen van de gemeente online te reserveren. Vrije tijd en evenementen Edegem moet een uitdagende gemeente worden waar het aangenaam is om te wonen, met een breed aanbod aan activiteiten. Hier zijn alvast enkele voorstellen: 11.32. Met een ware ‘Zomer van Edegem’ wil Edegem blijven inzetten op een bruisend Edegem tijdens de zomermaanden. 11.33. Uiteraard willen we onze traditionele jaarmarkt opnieuw laten uitgroeien tot hét hoogtepunt van feesten in Edegem. Alle verenigingen en handelaars maken hiervan telkenmale hun hoogtepunt. Overleg met alle comités, politie, brandweer en verenigingen blijft hierbij primordiaal. 11.34. In de winter houden we traditioneel een nieuwjaarsreceptie voor alle inwoners en enkele weken later een kerstboomverbranding. Hier kan i.s.m. de cultuurraad voor een culturele verrassing worden gezorgd. De middenstand zal actief betrokken worden om dit initiatief mee te ondersteunen en te dragen. 11.35. Kleinschalige initiatieven in wijken zullen door Edegem ondersteund worden, aangezien we de wijkwerking overal opnieuw willen opwaarderen. 11.36. Via internet en allerlei nieuwe media zullen de Edegemse burgers geïnformeerd worden over de evenementen in Edegem. 11.37. Ook initiatieven van de gezinsraad of andere groeperingen zullen de steun van de gemeente krijgen. 11.38. De herdenking van WO I zal een prominente plaats krijgen deze legislatuur. De specifieke rol van Edegem en de gevolgen voor onze gemeente zijn items die aan bod kunnen komen. We zoeken expliciet samenwerking met Edegemse partners en experten. 11.39. Het gemeentebestuur onderzoekt de ontwikkeling van een E-‐pas. Dit is een vrijetijdspas die alle huidige kaarten en passen bundelt.
12 Milieu en duurzaamheid
Het lokale niveau kan een sleutelrol spelen in de aanpak van de energieproblematiek door het energieverbruik te drukken, een proactief beleid te voeren rond hernieuwbare energie, lokale afvalstromen te recycleren en te valoriseren, een actief prijsbeleid en gerichte sociale ondersteuning te bieden. Ook Edegem moet de verantwoordelijkheid opnemen om de uitdaging van de klimaatverandering aan te pakken. We moeten als openbaar bestuur het goede voorbeeld geven en de ambitie hebben op termijn klimaatneutraal te zijn. Door in te zetten op energie-‐efficiëntie boeken we niet alleen ecologische, maar ook financiële winst. Hier zijn onze voorstellen voor een duurzamer Edegem: Milieu en duurzame ontwikkeling 12.1. Edegem heeft haar indicatoren bepaald voor de milieubarometer. We willen de milieubarometer inzetten als een instrument voor communicatie (bv. een vaste rubriek in het gemeentelijk infoblad) en als beleidsinstrument.
31
12.2. We realiseren een volwaardige bioklas (zowel naar locatie als naar werking). Het plan dat we hiervoor uitwerken houdt rekening met onze eigen scholen, maar ook scholen buiten Edegem, natuur-‐ en milieu-‐organisaties, ed… De synergie met de historische gidsen opent een waaier aan opportuniteiten. We trekken deze natuureducatie ook door buiten de muren van de bioklas: we organiseren in alle basisscholen themalessen over milieukwesties als “afval voorkomen”, “compostkids”, paddenoverzetacties, “recyclen” of “samen schoon in Edegem”. 12.3. We bouwen de milieudienst volwaardig uit. We voorzien in een permanente duurzaamheids-‐ ambtenaar die horizontaal kan werken over de beleidsdomeinen heen. 12.4. Als gemeente geven we het goede voorbeeld en maken we werk van interne milieuzorg binnen alle diensten. 12.5. Een goede milieuhandhaving vormt het sluitstuk van het lokale milieubeleid. De milieudienst neemt actief zijn controlefunctie op, zorgt voor een goede klachtenbehandeling en ook de zonale politie heeft aandacht voor milieuovertredingen. 12.6. De gemeente werkt actief samen met de milieuraad, die een belangrijke adviserende en dynamiserende rol heeft in het milieu-‐ en natuurbeleid. 12.7. De gemeente wil zijn inwoners meer aanzetten tot duurzaam materialengebruik, denk aan FSC, biologisch afbreekbare poetsproducten en milieuvriendelijke verven en vernissen door het verspreiden van informatie. 12.8. Het gemeentebestuur dringt er bij de Vlaamse overheid op aan het subsidiesysteem voor de wegeninfrastructuur voor geluidsschermen te herbekijken. Dit probleem is er voornamelijk ter hoogte van de woonwijk langs de E19. 12.9. Bij evenementen moeten de geluidsnormen gerespecteerd worden. Geregelde controles tijdens evenementen moeten hiertoe bijdragen. 12.10. We werken een brochure uit voor nieuwe inwoners met daarin uitleg over ons afvalbeleid, werking ecopark, een overzicht van de fietsdoorsteken,… Energie-‐ en klimaatbeleid 12.11. We maken een Lokaal Klimaatplan. Dit actieplan wordt tevens het instrument om onze inspanningen te evalueren. Jaarlijks wordt aan de bevolking gerapporteerd over de vooruitgang. 12.12. Edegem moet toetreden tot het burgemeestersconvenant waarbij de gemeente zich engageert om tegen 2020 de CO2-‐uitstoot met 20% te verminderen. Dit is een Europees project waar alle steden en gemeenten in de EU aan kunnen meewerken. (www.burgemeestersconvenant.eu). Op termijn evolueren we naar een volledige klimaatneutraalheid van Edegem. 12.13. Edegem speelt vandaag al sterk in op de informatiebehoeften rond bouwen en verbouwen. We trekken deze lijn verder en bieden informatie op maat aan via één centraal loket, dat ook online raadpleegbaar is. Bij voorkeur wordt een uniek woon-‐, water, en energieloket opgericht, dat geraadpleegd kan worden op vaste uren. Inwoners en verenigingen kunnen er terecht voor kosteloos eerstelijns energieadvies bij renovatie-‐ en nieuwbouwprojecten, energie-‐audits, informatie over goedkope leningen voor energiebesparingsinvesteringen,… 12.14. Als de gemeente bouwt, verbouwt of renoveert, kiest Edegem resoluut voor de best beschikbare technieken. 12.15. De gemeente koopt 100% groene stroom in. 12.16. De gemeente Edegem moet groepsaankopen van energie aanmoedigen en eventueel in samenwerking met de buurgemeenten aanbieden. We bekijken of het zinvol is een actie op te zetten rond de stookolietanks.
32
12.17. Openbare verlichting kan energiezuiniger door een goede inplanting en afstelling van de verlichting, een goede oriëntatie van de lichtbundel en efficiënte armaturen met energiezuinige lampen, zonder in te boeten op veiligheid. We realiseren het openbaar lichtplan. 12.18. De gemeente organiseert een energiewandeling. Deelnemende inwoners die al energiezuinige maatregelen hebben genomen (welke dan ook) laten hun woning bezoeken door hun medeburgers en geven uitleg over de voor-‐ en nadelen van hun ingrepen (naar het voorbeeld van opentuinendag). 12.19. De gemeente plant zonnepanelen op de eigen gebouwen waar dit rendabel en zinvol is. 12.20. De gemeente moedigt investeringen aan in (kleinschalige) decentrale energieopwekking. Als ze dit niet doet via rechtstreekse ondersteuning (subsidies of premies), voorziet ze op zijn minst in de nodige ruimte, de nodige informatie en het nodige beleidskader. 12.21. Derdebetalersfinanciering is een belangrijk beleidsinstrument om energiearmoede te bestrijden. De distributienetbeheerder, het OCMW, of een andere ‘derde betaler’ doet energiebesparende investeringen in huizen van mensen met een laag inkomen. Elke gemeente kan voor haar derdebetalersfinanciering ook terecht bij het Fonds ter reductie van de globale energiekost (FRGE) dat goedkope leningen verstrekt aan particulieren, bestemd voor energiebesparende maatregelen. De sociaal zwaksten vormen voor het Fonds een bijzondere doelgroep. Bovendien krijgen zij bij het afsluiten van een FRGE-‐lening ook een trajectbegeleiding vanuit het OCMW. 12.22. Edegem moet ook in haar sociale huisvesting een tandje bij steken. Als gemeente zetelen we in de raad van bestuur van de Ideale Woning. We willen de sociale huisvestingsmaatschappij aanzetten werk te maken van een vernieuwd sociaal en duurzaam woningpatrimonium. 12.23. Bij de vervanging van voertuigen van het gemeentelijke wagenpark bekijken we systematisch milieuvriendelijke en energiezuinige alternatieven (zoals vrachtwagens op aardgas en elektrische dienstwagens). 12.24. De gemeente en/of OCMW begeleidt actief gezinnen om hun energiefactuur te doen dalen. Dat kan door subsidies op provinciaal en Vlaams niveau, energie-‐audits, isolatie voor lage inkomensgezinnen en door de leasing van energiemeters en energiezuinige toestellen als alternatief voor dure energieslokoppen als elektrische verwarmingstoestellen. Personen met een laag inkomen kunnen een beroep doen op een derdebetalersfinanciering voor energiebesparende investeringen in hun woning. Sociale huisvestingsmaatschappijen en OCMW’s kunnen via groepsaankopen tarieven onderhandelen bij energieleveranciers. Deze systemen worden gepromoot en laagdrempelig gemaakt. Afvalbeleid 12.25. De gemeente zet actief in op afvalpreventie. 12.26. Groenafval kost Edegem een hoop (belasting)geld. Veel groenafval kan voorkomen worden door in te zetten op preventie en thuisverwerking en wijkcomposteren: §
De gemeente start een proefproject rond wijkcompostering, werkt met wijkcompostmeesters, verspreidt compostvaten, ed.
§
We bekijken of er bepaalde buurten in Edegem baat hebben bij een composteringsproject met kippen. Ook kippen zijn immers uitstekende groenafvalverwerkers…
§
Thuiscomposteren wordt sterk gepromoot door o.a. een verhakselaar die een gemeentelijke ‘tour’ doet ter beschikking te stellen aan de Edegemnaar.
12.27. Voor bewoners van appartementen is het niet eenvoudig om de verschillende afvalzakken en dozen te stockeren. Daarom wil de gemeente samen met de bewoners van
33
hoogbouwappartementen de mogelijkheid onderzoeken om een (ondergronds) sorteerstraatje in te planten. Op die manier kunnen de bewoners op elk moment hun afval kwijt. 12.28. Een aantal fracties wegen zwaar door in de kostprijs van ons afvalbeleid. Groenafval zoals hierboven aangehaald is er één van. Het uitgangspunt blijft dat het ecopark gratis is (zolang wettelijk toegestaan). We bekijken hoe we het ecopark organiseren rond deze ‘dure’ fracties met een overwegend gratis deel en een betalend deel. 12.29. Het gemeentebestuur wil via een kostenbatenanalyse een onderzoek uitvoeren over een eventuele uitbreiding van het ecopark voor KMO’s. We bekijken of we een proefproject Diftar kunnen opstarten voor bedrijfsafval. 12.30. Sluikstorters moeten kordaat aangepakt en afgeschrikt worden door een kordaat en snel optreden met gemeentelijke administratieve sancties (GAS-‐boete). We voorzien in een centraal meldpunt voor sluikstort. Het gemeentebestuur wil hondenpoep uit het straatbeeld bannen door te voorzien in hondenloopzones met vuilnisbakken voor hondenpoepzakjes. 12.31. Jaarlijks wil de gemeente een grootscheepse lenteschoonmaak organiseren met de medewerking van verenigingen, scholen en andere vrijwilligers. Bovenop het onmiddellijke resultaat, maakt zo ’n actie de mensen bewust van het belang dat netheid heeft voor het veiligheidsgevoel en de levenskwaliteit in een gemeente.
13 Internationale solidariteit
Internationale solidariteit dragen we als gemeente hoog in het vaandel. De zusterband die de gemeente Edegem op dit moment heeft met San Jeronimo willen we behouden en verder versterken. Kennisversterking en capaciteitsopbouw met gemeenschappen in “het zuiden” zijn daarbij belangrijke uitgangspunten. Deze visie willen we als gemeente actief uitdragen, maar ook stimuleren en ondersteunen bij de Edegemse organisaties die zich vandaag reeds inzetten voor internationale solidariteit. 13.1. Voor de zusterband met San Jeronimo zijn uitwisselingen van groot belang. Deze uitwisselingsmomenten zijn een ideale opportuniteit om personeel van San Jeronimo, zowel technisch als ander ondersteunend personeel, de kans te geven hier in Edegem ervaringen op te doen en kennis op te bouwen. Omgekeerd, voor het Edegems personeel, geldt uiteraard hetzelfde. De inzet van het gemeentelijk personeel is essentieel voor de zusterband. 13.2. De zusterband is niet enkel een samenwerking tussen gemeentebesturen. Dit maakt er wel een belangrijk deel van uit, maar de medewerking en betrokkenheid van de bevolking is een hoofdelement dat nog gestimuleerd moet worden in het kader van Edegem en San Jeronimo. De rol van het comité del hermanamiento hierin is een belangrijke stap in de richting van participatieve samenwerking. Vanuit de gemeente zullen we onze internationale solidariteit nog sterker bekend maken naar de Edegemse bevolking. 13.3. De financiële steun van de overheden is nodig om de werking in het kader van de zusterband te behouden. Daaraan hangt er een zware administratieve last. Dit is zinvol in functie van een langetermijnvisie en om mogelijke misbruiken te voorkomen, maar het neemt wel veel tijd in beslag. De inzet van de betrokken gemeentelijke medewerkers en de inhoudelijke steun van andere collega’s zijn dan ook van belang en dienen gestimuleerd te worden. 13.4. De samenwerking met San Jeronimo moet evolueren. De zusterband mag niet dienen om enkele specifieke projecten te blijven ondersteunen, maar moet een proces zijn van samengroeien naar een beter bestuur en van het toewerken naar duurzame oplossingen. Het ganse gemeentebestuur en bij uitbreiding de hele gemeente moet permanent achter de beslissingen staan. Hiervoor is de medewerking van mandatarissen ook nodig en het engagement van hoofdambtenaren kan een verschil in de resultaten betekenen. 13.5. Na het behalen van de titel “Fair Trade gemeente” is het nu tijd om de titel ook te behouden. Deze titel is meer dan alleen een bordje voor het gemeentehuis of op de invalswegen van onze
34
gemeente. De gemeente moet een voortrekkersrol spelen in het aankopen en aanbieden van fairtrade, biologische en lokale producten.
14 Wijkwerking en sociaal weefsel
Van een gemeente een gemeenschap maken, dat is voor het nieuwe bestuur een echte uitdaging. Een buurt waar de mensen aan elkaar hangen, zet dingen in beweging. Bewoners spreken elkaar aan als er problemen zijn. Dat zorgt voor sociale controle en vergroot het veiligheidsgevoel. We wensen een bijzondere dynamiek te creëren rond het wijkgebeuren in Edegem, maar ook rond de talloze vrijwilligers en verenigingen in onze gemeente. De versterking van het sociaal weefsel is een bijzondere prioriteit voor een uitdagende gemeente. 14.1. In elke wijk willen we extra ontmoetingsruimte creëren via zorg voor pleintjes en parkjes, het verbeteren van de voetpaden en het plaatsen van nieuwe zitbanken. Volkstuintjes en geveltuintjes brengen mensen samen. 14.2. Het verder uitbouwen van zone 30 in de Edegemse wijken verhoogt de leefkwaliteit. 14.3. Het gemeentebestuur stimuleert wijkfeesten en initiatieven in het kader van de Burendag, dit door subsidies en aanbod van materiaal. 14.4. In elke wijk gaan we na hoe de bestaande infrastructuur een extra bijdrage kan leveren aan het verbeteren van de sfeer in de wijk. We denken bijvoorbeeld aan het openstellen van speelplaatsen van scholen voor kinderen uit de buurt. We gaan verder na hoe de bestaande infrastructuur de gemeenschapsvorming kan verstevigen. We denken hier bijvoorbeeld aan De Schrans in Molenveld, Elzenhof in den Elsdonk en zaal Centrum. De werking van het wijkcentrum ‘t Forum is hierbij ons streefdoel. 14.5. Het gemeentebestuur voert een actievere politiek om de middenstanders in de wijken te ondersteunen: inrichten van een gezellige winkelomgeving in de verschillende wijken, actieve promotie van de middenstanders,... 14.6. In Edegem Vandaag wordt er telkens per wijk een aparte katern gevoegd met specifieke berichtgeving. 14.7. De gemeente werkt met wijkbudgetten waarbij wijkcomités een budget krijgen om bepaalde initiatieven in hun buurt uit te werken. 14.8. De gemeente ondersteunt verder het statuut voor de Edegemse vrijwilliger: verzekering, recht op ondersteuning, vrijwilligersfeest,... Ook wijkvrijwilligers worden hierin betrokken. 14.9. We werken naar één subsidiereglement voor alle verenigingen in Edegem.
15 Gezin, kinderopvang en onderwijs
Ouders kiezen voor een woonplaats waar ze hun kinderen willen laten opgroeien. Als onze gemeente jonge gezinnen wil aantrekken en houden, moeten we investeren in gezins-‐ en kindvriendelijke maatregelen. Heel wat ouders, ook van buiten Edegem, kiezen vandaag al bewust voor Edegemse scholen omwille van de kwaliteit van het onderwijs (netoverschrijdend) en de goede en goedkope buitenschoolse kinderopvang. Hier mag Edegem terecht fier op zijn. Anderzijds zet dit een flinke druk op de capaciteit en dus op termijn ook op de kwaliteit van het aanbod, in het bijzonder de buitenschools kinderopvang. We kiezen ervoor om Edegemse gezinnen dit kwaliteitsvol onderwijs en deze opvang te blijven aanbieden. Een doorgedreven denkoefening met alle partners dringt zich dan ook op. Hier volgen onze voorstellen voor:
35
Een gezin-‐ en kindvriendelijke gemeente 15.1. Edegem wil de kindvriendelijkste gemeente worden van de regio. Kinderen en jongeren zijn daarom een belangrijke leidraad doorheen alle bevoegdheden. 15.2. Jeugd-‐ en kindvriendelijke ruimte is kwaliteitsvolle ruimte. Kindvriendelijkheid moet daarom een centraal aandachtspunt zijn bij alle ruimtelijke planningsinstrumenten. We hanteren het principe dat alle publieke ruimte toegankelijk en veilig is voor kinderen en jongeren. 15.3. We werken met onze gemeente aan een “speelweefsel”, een netwerk van formele kindvoorzieningen (speelterreinen, speelbossen, jeugdlokalen…), informele kindvoorzieningen (woonstraat, plein, groene ruimte, bibliotheek,…) en verbindingen tussen die voorzieningen. Dit betekent ook meer speelse, kindvriendelijke elementen in het straatbeeld: gekleurde stoeptegels, hinkelpaden, afspringpaaltjes, ed... 15.4. Ouders hebben baat bij opvoedingsondersteuning. Een goed en laagdrempelig advies voor allerlei opvoedingssituaties zou ook in Edegem van veel betekenis zijn. We zien dit gerealiseerd in samenwerking met het OCMW en de omliggende gemeenten. Deze kortdurende of soms intensieve interventies kunnen de instroom naar de bijzondere jeugdzorg beperken. We zien dit gerealiseerd in het “Huis van de Jeugd”. Hier kan ook een verdere samenwerking uitgebouwd worden met lokale actoren zoals CAW, CGGZ, CLB, enz. via het aanbieden van aanwezigheidsmomenten. 15.5. We kiezen ervoor om elk jaar één nieuwe speelplek in te richten, en dit naast het onderhoud en update van bestaande speelplekken. Zo’n speelplek hoeft niet telkens een speeltoestel te zijn, het kan ook gaan om landschappelijke elementen, natuurelementen, waterpartijen, stapstenen, ed... In de gemeentelijke parken en groenzones voorzien we in aparte wildernissenparcours: met stukken waar je in bomen mag klimmen, door de modder kan wroeten, kampen mag bouwen enzovoort. 15.6. We onderzoeken de mogelijkheid om een geboortebos te planten, met een jaarlijkse plantdag waarin ieder geboren kind een geboorteboom kan plaatsen. Onderwijs 15.7. Edegem zet in op een goed georganiseerd en kwalitatief hoogstaand gelijkekansenonderwijs. 15.8. We willen inzicht krijgen in het aantal schoolplaatsen waarin Edegem moet voorzien naar de toekomst toe, zodat we elk kind een volwaardige schoolplaats kunnen aanbieden. In samenspraak met de schoolbesturen denken we na over de toekomst van het onderwijs. Het gaat om onderwijsorganisatie, het onderwijsaanbod, de ligging, de demografische structuur, stedenbouwkundige ontwikkelingen, openbaar vervoer, enz… 15.9. Edegem zal lopende dossiers inzake renovatie van schoolgebouwen verder opvolgen en ondersteunen op voorwaarde dat deze renovaties duurzaam, ecologisch en energiezuinig gebeuren. 15.10. Voor de investeringen van de nieuwbouw van de gemeentelijke basisschool Andreas Vesalius wensen we een optimale en creatieve invulling van de bestaande gronden. In nauw overleg met het schoolbestuur, de schoolraad, de bouwwerkgroep en het gekozen architectenbureau bekijken we hoe we ruimtelijk en praktisch gezien, oplossingen kunnen bieden om de doorstroming van alle kleuters naar het lager onderwijs te kunnen garanderen. 15.11. We maken werk van een sterk lokaal flankerend onderwijsbeleid. Bovendien engageert de gemeente zich voor een regelmatig overleg met alle Edegemse scholen. Dit kan in de vorm van een gemeentelijke ‘Onderwijsraad’ met als doel het ontwikkelen van een integraal, lokaal onderwijsbeleid.
36
15.12. Door een nauwe samenwerking van deze onderwijsraad met het OCMW inzake armoedebestrijding wensen we vroegtijdig signalen op te vangen en drempels vanuit de school naar de doelgroep te verlagen. 15.13. Inwoners van Edegem zullen door de gemeente duidelijk geïnformeerd worden over het scholenaanbod, de start van de inschrijvingen en de manier van inschrijven. 15.14. In overleg met de scholen wordt de beschikbare schoolinfrastructuur optimaal benut, ook na de schooluren. Buurt en omgeving worden op die manier meer bij de school betrokken. Schoolgebouwen kunnen buiten de lesuren ter beschikking gesteld worden voor allerhande verenigingen, mits transparante afspraken over kostprijs, verzekering, toezicht, onderhoud enzovoort. 15.15. Scholen zullen blijvend aangemoedigd worden om enerzijds een goed afvalbeleid te voeren en anderzijds om kinderen een pedagogisch en bewustmakend project rond ‘afval’ aan te bieden. 15.16. In de scholen wordt er aandacht besteed aan gezonde voeding en snoep. Naast frisdrank-‐ en snoepautomaten is er ook een aanbod van fruit en gratis water. 15.17. De gemeente zet maximaal in op verkeersveiligheid in en rond alle Edegemse scholen. Daarvoor worden alle zinvolle initiatieven ondersteund. We investeren in veilige wandel-‐ en fietsroutes naar school. Ook oversteekplaatsen moeten onze aandacht blijven opeisen. We steunen actief het werken met gemachtigde opzichters bij de schoolspits. 15.18. Alle Edegemse scholen kunnen blijvend een beroep doen op de verkeerspolitie in het kader van hun lessen Wereldoriëntatie of projecten rond ‘Veilig Verkeer’. 15.19. In nauwe samenwerking met de politie moeten we de initiatieven inzake spijbelpreventie, veiligheid in de schoolomgevingen, verkeerseducatie, preventiebeleid inzake druggebruik,... blijven ondersteunen. Edegem kiest voor een antidrugbeleid, enerzijds door preventie in de scholen te ondersteunen, anderzijds voor een zero-‐tolerancebeleid in en in de buurt van scholen. Ook hierbij is nauwe samenwerking met de lokale politie nodig. 15.20. Kinderen zonder papieren en kinderen van asielzoekers zijn door hun verblijfsstatuut kwetsbaarder. Dit vereist een aangepast beleid. Alle scholen moeten kinderen met een precair verblijfsstatuut opvangen en daarvoor de nodige ondersteuning krijgen. Een goede samenwerking met het OCMW is hier een must. 15.21. De gemeente voorziet in stageplaatsen binnen haar diensten. Op die manier bouwen we als bestuur bruggen tussen onderwijs en werk. 15.22. Edegem wil de werking, locatie en doelstelling van het ETA (Edegems Taalatelier) herbekijken. 15.23. We wensen verschillende vormen van kunstonderwijs aan te bieden aan de kinderen en volwassenen van Edegem. We willen het aanbod bestendigen en eventueel uitbreiden in samenwerking met de verschillende academies en partners. Kinderopvang 15.24. De gemeente voert een beleid inzake kinderopvang dat het belang van het kind centraal stelt. 15.25. We leveren inspanningen om het huidige aanbod aan kinderopvang te blijven realiseren en voorzien in meer opvang voor kinderen in de eerste levensfase (ongeveer van 1 tot 3 jaar). De doelstelling is voldoende erkende en kwalitatieve kinderopvangvoorzieningen in Edegem. 15.26. We hebben specifiek aandacht voor de onthaalouders. Zij vinden het steeds moeilijker om hun huis aan te passen aan de voorwaarden van Kind & Gezin. Ook voor iets grootschaliger initiatieven is er weinig ruimte beschikbaar in de gemeente. Edegem kan hier een faciliterende rol spelen en zelf huizen en ruimten vrijmaken die voldoen aan alle eisen, maar waar er overeenkomsten gemaakt worden met zelfstandige opvanginitiatieven (klein en minder kleinschalig). Leegstaande ruimten kunnen door de gemeente eventueel tijdelijk ter beschikking gesteld worden.
37
15.27. In samenwerking met het OCMW wordt kinderopvang, volgens de formule twee onthaalouders onder één dak, georganiseerd binnen de muren van het WZC zodat zowel rusthuismedewerkers als OCMW cliënteel hun kinderen hier kunnen laten opvangen. 15.28. Er worden gemeentelijke starterspremies uitbetaald inkomensgerelateerde kinderopvang organiseren.
aan
privéinitiatieven
die
15.29. Veel ouders worstelen met de combinatie werken en gezin, zowel tijdens het schooljaar als in de vakantie. Edegem zorgt voor een up-‐to-‐date infopunt over vraag en aanbod van opvangmogelijkheden. Bijzondere aandacht gaat naar de groeiende vraag naar flexibele opvang (zieke kinderen, heel vroeg of heel late opvang). 15.30. Het probleem van de overbezetting en te krappe ruimtes in de buitenschoolse kinderopvang (IBO’s) in Edegem wordt aangepakt. We vragen de basisscholen in Edegem om na te gaan of en op welke manier zij een ruimte en buitenruimte beschikbaar kunnen stellen om een IBO te organiseren. 15.31. De gemeentelijke IBO werking wordt na een overgangsperiode afgestemd op de Edegemnaar die behoefte heeft aan kinderopvang. Deze voorrangsregeling speelt reactief in op de structurele overbezetting en speelt proactief in op de nieuwe verkavelingen die zich de komende jaren aandienen. We onderzoeken de mogelijkheid om via I-‐scan een reservatiesysteem uit te bouwen voor de voor-‐ en naschoolse opvang. 15.32. We herbekijken het sluitingsuur van de IBO’s en stemmen dit beter af op de omliggende gemeenten. We onderzoeken of en hoe we een maximale periode kunnen invoeren dat kinderen per dag opgevangen kunnen worden in de IBO’s. 15.33. We creëren een naadloze overgang tussen voor en-‐ naschoolse opvang, en geven bijvoorbeeld middagslapers op school een kans. Naast de IBO ingericht door de gemeente zijn er ook andere initiatieven mogelijk voor opvang van kinderen na schooltijd, waaronder zelfstandige initiatieven. Die moeten we als gemeente zoveel mogelijk ondersteunen. 15.34. We stimuleren andere vormen van opvangmogelijkheden voor de leden van het gezin (zowel kinderen als tieners): jeugdvakanties, speelpleinwerking, initiatieven voor occasionele kinderopvang, opvang zieke kinderen, ouderenopvang,… 15.35. Ouders kennen alternatieve kinderopvangmogelijkheden en maken er actief gebruik van in aanvulling op de klassieke IBO-‐opvang. Actieve promotie maakt het verschil tussen IBO De Speelclub en de speelweken SPED duidelijk voor ouders die gepaste opvang zoeken voor hun oudere kinderen. Er worden aangepaste ruimtes ter beschikking gesteld om avontuurlijke speelweken te organiseren. We onderzoeken of de speelweken doorlopend in juli en augustus georganiseerd kunnen worden en ondersteund door betaalde jobstudenten i.p.v. monitoren. 15.36. Speelweken en speelstraten bouwen we verder uit en worden gekaderd in de algemene wijkwerking. Dit aanbod wordt afgestemd op andere initiatieven zoals de sportpleinen. Tussen de trekkers van de verschillende speelstraatprojecten organiseren we uitwisselingsmomenten.
38