E-22C. Configuratie en instellingen

Color Controller E-22B/E-22C

Configuratie en instellingen

© 2013 Electronics For Imaging. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor dit product. 45120444 1 oktober 2013

INHOUD

3

INHOUD INLEIDING

7

Over dit document

7

Terminologie en conventies

8

Fasen van de installatie op het netwerk

9

Batterij-informatie voor de Europese Unie en het Europees Milieuagentschap

SYSTEEMVEREISTEN Toegangs- en beheerniveaus Gebruikers en groepen Afdrukverbindingen

10

11 11 11 13

Blokkeringswachtrij

14

Afdrukwachtrij

14

Directe verbinding

14

Aanvullende beveiligingsfuncties

15

E-mailtoegang tot de E-22B/E-22C beheren

15

IP-adressen en -poorten beperken

15

Beveiligd afdrukken

16

LDAP-authenticatie

16

Netwerkvereisten

16

Netwerkprotocollen

16

Windows-netwerken

16

AppleTalk-netwerken (alleen voor ondersteuning voor downloaden van lettertypen)

17

UNIX-netwerken

17

Fysieke aansluiting op het netwerk

18

Voorbereiding voor instelling van E-22B/E-22C

19

Ethernetverbinding

19

INHOUD

4

Vereisten voor computers en mobiele apparaten

20

WebTools

22

INSTELLEN VANAF HET BEDIENINGSPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE

23

Het bedieningspaneel van de kopieermachine gebruiken

23

Toegang tot Instelling

23

Menutabbladen

24

Tabblad Hoofd

24

Tabblad PrintMe

24

Tabblad Takenlijst

24

Tabblad Gereedschappen

25

Tabblad Scannen

25

Tabblad Fiery

26

Opties van Instelling

27

Algemene instellingen

29

Serverinstellingen

29

Taakinstellingen

31

Takenlogboek instellen

33

USB

33

Netwerkinstellingen

33

Ethernet-instellingen

34

IP-adresinstelling

34

IPv6-instellingen

35

DNS-instellingen

35

Windows (WINS)-instellingen

36

AppleTalk-instellingen

37

Service-instellingen

37

Netwerkinstellingen

37

Afdrukinstellingen

38

Scaninstellingen

40

INHOUD

5

Beveiligingsinstellingen

40

Filterinstellingen

40

802.1x-authenticatie-instellingen

41

Poortconfiguratie-instellingen

42

IPSec-instelling (Internet Protocol Security)

43

INSTELLEN VANAF EEN CLIENTCOMPUTER

44

Configure

44

Fiery-instellingenwizard

45

BESCHRIJVING VAN DE OPTIES VAN INSTELLING

47

PS-opties

47

PCL-opties

50

Verwerking tijdens ontvangst

51

Automatische ladekeuze

51

WEBTOOLS

52

RESERVEKOPIE MAKEN VAN INSTELLINGEN EN DEZE TERUGZETTEN

53

Reservekopie maken/Terugzetten

BEHEER

53

55

Printerstuurprogramma’s installeren en configureren

55

Wachtwoorden

55

Gebruikerswachtwoorden

55

Wachtwoord voor besturingssysteem

55

De configuratiepagina afdrukken

56

De E-22B/E-22C starten, afsluiten, rebooten en opnieuw opstarten

56

Afgedrukte taken wissen

58

Afdrukken vanaf een USB-stick

59

INHOUD

E-mailadresboeken

6

60

Soorten adresboeken

60

Adresboeken terugzetten

61

Beheerdersopdrachten voor het beheren van adresboeken

62

Afdrukken vanaf mobiele apparaten

63

De E-22B/E-22C instellen voor Rechtstreeks mobiel afdrukken

63

Aanvullende vereisten voor Rechtstreeks mobiel afdrukken

64

Afdrukken naar PrintMe-cloud Afdrukken naar PrintMe-cloud instellen Optimale prestaties van de E-22B/E-22C onderhouden

PROBLEMEN OPLOSSEN

64 65 66

67

Foutenrapporten voor taken

67

Runtime-foutberichten

68

Printer niet gevonden

68

Kan geen verbinding met de E-22B/E-22C maken met hulpprogramma’s

69

Kan geen verbinding met de E-22B/E-22C maken met Command WorkStation

69

E-mailafdrukken testen

INDEX

70

71

INLEIDING

7

INLEIDING Dit document is bedoeld voor beheerders van de Color Controller E-22B/E-22C, waarnaar in dit document wordt verwezen als de E-22B/E-22C. Dit document beschrijft voornamelijk taken die door de beheerder moeten worden uitgevoerd of gecoördineerd voordat de E-22B/E-22C klaar is voor gebruik. In dit document wordt ervan uitgegaan dat de E-22B/E-22C is uitgepakt uit de verpakking en dat alle vereiste kabels zijn aangesloten vanaf de E-22B/E-22C naar het netwerk, een voedingsbron en de kopieermachine/printer, en dat de kopieermachine/printer operationeel is. Als u een beheerder bent en een E-22B/E-22C wilt gaan configureren, raden wij u sterk aan dit volledige document zorgvuldig door te lezen, te beginnen met “Fasen van de installatie op het netwerk” op pagina 9.

Over dit document Dit document bevat informatie over de volgende onderwerpen: • Systeemvereisten • Instellen vanaf het bedieningspaneel van de kopieermachine • Instellen vanaf een clientcomputer • Beschrijving van de opties van Instelling • WebTools • Reservekopie maken van instellingen en deze terugzetten • Beheer • Problemen oplossen

INLEIDING

8

Terminologie en conventies Dit document gebruikt de volgende terminologie en conventies. Term of conventie

Verwijst naar

Aero

E-22B/E-22C (in illustraties en voorbeelden)

E-22B/E-22C

Color Controller E-22B/E-22C

Kopieermachine/printer

Pro C5100S/C5110S / MP C6502/C8002 / MP C3003/C3503/ C4503/C5503/C6003

Titels in cursief

Documenten in dit pakket: Afdrukken, Afdrukken in kleur, Configuratie en instellingen, Fiery-kleurenreferentie, Hulpprogramma’s, Variabele gegevens afdrukken, Voorbeelden van workflows

Windows

Windows 8, Windows 7, Windows XP, Windows Vista, Windows Server 2003/2008/2008 R2/2012, Windows Server 2012 Onderwerpen waarvoor aanvullende informatie beschikbaar is door de Help te openen in de software Tips en informatie

WAARSCHUWING

Een waarschuwing met betrekking tot handelingen die kunnen leiden tot de dood of zwaar lichamelijk letsel indien deze niet juist worden uitgevoerd. Let altijd op deze waarschuwingen voor een veilig gebruik van de apparatuur.

LET OP

Een waarschuwing met betrekking tot handelingen die kunnen leiden tot lichamelijk letsel indien deze niet juist worden uitgevoerd. Let altijd op deze waarschuwingen voor een veilig gebruik van de apparatuur.

BELANGRIJK

Vereisten en beperkingen met betrekking tot handelingen. Lees deze onderdelen altijd goed voor een juist gebruik van de apparatuur en om beschadiging aan apparatuur of eigendommen te voorkomen.

INLEIDING

9

Fasen van de installatie op het netwerk Voor de installatie van de E-22B/E-22C op een netwerk moet de netwerkomgeving worden geconfigureerd, de E-22B/E-22C worden aangesloten, computers worden voorbereid voor afdrukken en de E-22B/E-22C na de installatie worden beheerd. Configureer het netwerk en de servers en zorg dat er een actieve netwerkverbinding is voordat u netwerkinstellingen in Instelling configureert. Dit geeft de E-22B/E-22C de mogelijkheid om op het netwerk naar zones, servers en wachtrijen op servers te zoeken. Telkens als u de configuratie van de E-22B/E-22C, de kopieermachine/printer of het netwerk op uw locatie verandert, moet u de instellingen aanpassen aan de gewijzigde omgeving. Voor het wijzigen van netwerk- of poortinstellingen kan het nodig zijn dat u ook andere opties in Instelling wijzigt. DE E-22B/E-22C INSTALLEREN OP HET NETWERK 1 Configureer de netwerkomgeving.

Configureer de netwerkservers om de gebruikers toegang te geven tot de E-22B/E-22C als een netwerkprinter. Raadpleeg pagina 16 voor informatie over het configureren van netwerkservers in Windows- en UNIX-netwerkomgevingen wanneer deze specifiek betrekking hebben op de E-22B/E-22C. Raadpleeg de documentatie bij uw netwerk voor meer informatie over het gebruik van uw netwerk. 2 Sluit de E-22B/E-22C fysiek aan op een functionerend netwerk.

Maak een netwerkknooppunt voor de E-22B/E-22C. Zorg voor een kabel en leid deze naar de plaats waar de E-22B/E-22C wordt geïnstalleerd, en sluit de kabel aan op de netwerkaansluiting van de E-22B/E-22C. Raadpleeg pagina 18 voor meer informatie. 3 Stel de E-22B/E-22C in.

Configureer de E-22B/E-22C voor uw afdruk- en netwerkomgeving (zie pagina 23). 4 Bereid computers voor op afdrukken.

Installeer de bestanden die nodig zijn om af te drukken, installeer gebruikerssoftware en verbind de computers met het netwerk. De installatie van de software wordt beschreven in Afdrukken.

INLEIDING

10

Batterij-informatie voor de Europese Unie en het Europees Milieuagentschap BELANGRIJK

Dit symbool geeft aan dat de batterijen en accu’s die in dit product worden gebruikt, gescheiden van huishoudelijk afval moeten worden weggeworpen in overeenstemming met EU-richtlijn 2006/66/EG (“Richtlijn”) en lokale vereisten. Als onder het getoonde symbool een chemisch symbool is afgedrukt, in overeenstemming met de Richtlijn, geeft dit aan dat in deze batterij of accu een zwaar metaal (Hg = kwik, Cd = cadmium, Pb = lood) aanwezig is met een concentratie boven een bepaalde drempel die in de Richtlijn wordt vermeld. Batterijen en accu’s mogen niet als ongesorteerd stedelijk afval worden weggegooid. Gebruikers van batterijen en accu’s moeten gebruik maken van de beschikbare inzamelings- en recyclingsystemen voor batterijen en accu’s. Als uw product niet-verwijderbare batterijen bevat, valt het gehele product al onder de EUrichtlijn voor AEEA (afgedankte elektrische en elektronische apparatuur) en moet dit worden ingeleverd bij een van de bevoegde inzamelingssystemen voor AEEA. Bij het inzamelingssysteem worden passende maatregelen genomen voor de recycling en verwerking van het product, met inbegrip van de batterijen. Deelname van eindgebruikers aan de inzameling en recycling van batterijen en accu’s is van belang om elke mogelijke invloed van in batterijen en accu’s gebruikte stoffen op het milieu en de menselijke gezondheid tot een minimum te beperken. In de EU zijn er gescheiden inzamelings- en recyclingsystemen voor batterijen en accu’s. Als u meer wilt weten over beschikbare recyclingsystemen voor batterijen en accu’s in uw omgeving, neemt u dan contact op met uw lokale gemeente, afvalbeheer of afvalverwerkingsbedrijf.

SYSTEEMVEREISTEN

11

SYSTEEMVEREISTEN Voordat u de E-22B/E-22C instelt, raden wij u sterk aan alle systeemvereisten te controleren.

Toegangs- en beheerniveaus Tijdens het configureren van de E-22B/E-22C in Instelling implementeert u een bepaald beheerniveau door de volgende elementen te configureren: • Gebruikers en groepen • Afdrukverbindingen • Toegang tot WebTools

Gebruikers en groepen Met Configure kunt u gebruikers maken, wachtwoorden toewijzen aan gebruikers, groepen met specifieke rechten maken en gebruikers toewijzen aan groepen. Verscheidene groepen zijn standaard ingesteld en u kunt nieuwe groepen maken. Alle gebruikers in een groep hebben dezelfde rechten. U kunt niet alleen de gebruikers die u hebt gemaakt toewijzen aan een groep, maar ook gebruikers toevoegen uit de algemene adreslijst van uw organisatie, indien u LDAP-services op de E-22B/E-22C inschakelt. Het volgende onderwerp is een overzicht dat is ontwikkeld om u te helpen een beveiligingsstrategie voor te bereiden. Raadpleeg de Help van Configure voor meer informatie, inclusief specifieke procedures. U kunt gedetailleerde informatie weergeven over gebruikers en groepen die u hebt gemaakt vanuit Configure in Command WorkStation. Raadpleeg de Help van Command WorkStation voor meer informatie. Gebruikersauthenticatie De term “gebruikersauthenticatie” betekent dat de E-22B/E-22C controleert of de gebruiker die een taak verzendt, bij een groep hoort en of de groep afdrukprivileges heeft (“Afdrukken in zwart-wit” of “Afdrukken in kleur en zwart-wit”). BELANGRIJK

De E-22B/E-22C verplicht standaard geen gebruikersauthenticatie. Zelfs als u wachtwoorden toewijst aan gebruikers en gebruikers toewijst aan groepen, wordt geen authenticatie uitgevoerd tenzij u de optie Gebruikers toestaan af te drukken zonder authenticatie uitschakelt (in Configure > Gebruikers en groepen). Als deze optie is geselecteerd, kan iedereen afdrukken naar de E-22B/E-22C.

SYSTEEMVEREISTEN

12

O PMERKING : U kunt niet tegelijkertijd authenticatie van de E-22B/E-22C en van de kopieermachine/printer inschakelen.

Als u wilt dat gebruikers hun gebruikersnaam en wachtwoord invoeren (als u de optie Gebruikers toestaan af te drukken zonder authenticatie uitschakelt), moet de gebruikers deze informatie invoeren in het printerstuurprogramma wanneer deze afdrukken. Gebruikers moeten hun gebruikersnaam en wachtwoord opgeven als deze bestanden maken vanaf het printerstuurprogramma om deze later af te drukken (zoals een e-mailbijlage die wordt verzonden naar de E-22B/E-22C). Omdat taken die via FTP worden verzonden, geen printerstuurprogramma vereisen, kunt u opgeven dat FTP-taken worden geverifieerd (raadpleeg Configure > Netwerk > Services > FTP > Wachtwoord vereisen voor afdrukken). Wachtwoorden Wanneer u een nieuwe gebruiker maakt in Configure > Gebruikers en groepen, wijst u een wachtwoord toe aan de gebruiker. In andere gebieden van het systeem kunt u ook wachtwoorden voor de volgende gebieden instellen: • Standaardbeheerder in de beheerdersgroep • Standaardoperator in de operatorgroep BELANGRIJK

Het beheerderswachtwoord is standaard ingesteld op de E-22B/E-22C. Wijzig het beheerderswachtwoord regelmatig om deE-22B/E-22C te beschermen tegen willekeurige of opzettelijke wijzigingen van de instellingen. Raadpleeg pagina 55 voor meer informatie. Gebruikers in de beheerdersgroep en de operatorgroep hebben rechten naast de expliciete rechten die u instelt wanneer u groepen maakt. In de volgende secties vindt u voorbeelden van deze rechten. Beheerdersrechten Gebruikers in de beheerdersgroep hebben het hoogste beheerniveau. De beheerdersrechten omvatten: • De E-22B/E-22C configureren met Configure of het bedieningspaneel van de kopieermachine • Groepen toevoegen en verwijderen • Gebruikers toevoegen en verwijderen • Wachtwoorden voor gebruikers instellen en wijzigen • Het takenlogboek verwijderen, afdrukken, exporteren of weergeven • Printtaken van gebruikers verwijderen, weergeven en wijzigen • Alle taakgegevens van de E-22B/E-22C wissen • Taken in zwart-wit of kleur afdrukken

SYSTEEMVEREISTEN

13

• Afdrukverbindingen publiceren • Lettertypen verwijderen • Afdruktaken beheren met de hulpmiddelen voor taakbeheer • Afdrukinstellingen vervangen • Standaardinstellingen voor afdrukopties bepalen • De E-22B/E-22C kalibreren Operatorrechten Gebruikers in de operatorgroep beheren afdruktaken via de hulpmiddelen voor taakbeheer, inclusief: • Takenlogboek weergeven • Printtaken van andere gebruikers verwijderen, weergeven en wijzigen • Taken in zwart-wit of kleur afdrukken • Alle taakgegevens van de E-22B/E-22C wissen • De E-22B/E-22C kalibreren (indien toegestaan door de beheerder) Gastrechten (geen wachtwoord) Een gebruiker heeft geen wachtwoord nodig om zich vanuit de hulpmiddelen voor taakbeheer aan te melden als gastgebruiker. Een gastgebruiker kan de status van actieve taken bekijken, maar kan geen wijzigingen aanbrengen in taken of in de status van de E-22B/E-22C.

Afdrukverbindingen De E-22B/E-22C ondersteunt de volgende afdrukverbindingen: Blokkeringswachtrij, Afdrukwachtrij en Directe verbinding. U activeert of “publiceert” deze afdrukverbindingen voor de gebruikers op het netwerk wanneer u de printerinstellingen configureert. Alle gepubliceerde verbindingen worden constant gecontroleerd op de aanwezigheid van taken. Via de afdrukwachtrij en de Directe verbinding hebben gebruikers meer directe toegang tot de E-22B/E-22C dan via de blokkeringswachtrij. Publiceer de afdrukwachtrij en de Directe verbinding daarom niet in omgevingen waarin een maximale controle vereist is. U kunt ook de wachtrij Afgedrukt inschakelen. Dit is een opslaggebied voor de meest recente taken uit de afdrukwachtrij. Via de wachtrij Afgedrukt kunnen gebruikers deze taken opnieuw afdrukken met de taakbeheerhulpprogramma’s (zoals Command WorkStation). O PMERKING : Als u de hulpprogramma’s en WebTools wilt gebruiken, moet u ten minste één afdrukverbinding inschakelen.

SYSTEEMVEREISTEN

14

Blokkeringswachtrij Taken die naar de blokkeringswachtrij zijn verzonden, worden op de vaste schijf van de E-22B/E-22C geplaatst zodat deze later kunnen worden afgedrukt of meerdere malen kunnen worden afgedrukt. Aangezien de blokkeringswachtrij een opslagruimte is, kunnen de daar opgenomen taken alleen worden afgedrukt met behulp van de hulpmiddelen voor taakbeheer.

Afdrukwachtrij De afdrukwachtrij is de standaardwachtrij van de E-22B/E-22C. Taken die naar de afdrukwachtrij zijn verzonden, worden verwerkt en afgedrukt in de volgorde waarin deze zijn ontvangen. Taken waaraan een operator een bepaalde prioriteit heeft toegekend via de hulpmiddelen voor taakbeheer en taken die via de Directe verbinding zijn verzonden, hebben prioriteit boven taken die naar de afdrukwachtrij zijn verzonden.

Directe verbinding Met de Directe verbinding worden taken direct naar de E-22B/E-22C verzonden, maar alleen wanneer de E-22B/E-22C niet actief is. Als de E-22B/E-22C bezig is, blijft de taak aanwezig op de computer van de gebruiker totdat de E-22B/E-22C klaar is. Vervolgens wordt de taak verwerkt zodra de vorige taak is beëindigd en voordat de volgende taak in de wachtrij wordt verwerkt. De Directe verbinding is bedoeld voor het downloaden van lettertypen en voor gebruik met testtoepassingen die Upstream-kanaalgegevens van de E-22B/E-22C nodig hebben. In het algemeen wordt het niet aangeraden dat u de Directe verbinding gebruikt voor het afdrukken van taken. O PMERKING : Als u lettertypen wilt downloaden naar de E-22B/E-22C, moet u eerst de Directe verbinding publiceren. BELANGRIJK

In de meeste gevallen worden taken die via de Directe verbinding worden verzonden, niet opgeslagen op de E-22B/E-22C en deze kunnen dus niet worden geselecteerd voor opnieuw afdrukken, verplaatsen of verwijderen. De Directe verbinding biedt dus enige beveiliging voor vertrouwelijke bestanden. Taken die naar de Directe verbinding zijn verzonden, worden wel in het takenlogboek vermeld. Dit is uitsluitend om administratieve redenen. Voor de zekerheid raden wij u echter aan Veilig wissen te gebruiken. Bepaalde taken die naar de Directe verbinding worden verzonden, veroorzaken het opslaan van tijdelijke bestanden op de E-22B/E-22C. Dit probleem kan optreden met de volgende soorten taken: • PDF-taken • TIFF-taken

SYSTEEMVEREISTEN

15

• Taken met de volgende instellingen: – Afdrukken in omgekeerde volgorde (voor grote taken) – Booklet Maker – Gemengde media – Scheidingen combineren – Paper Catalog

Aanvullende beveiligingsfuncties Naast de traditionele beveiligingsfuncties zoals wachtwoorden, kunt u de volgende functies gebruiken om de veiligheid van de E-22B/E-22C te verzekeren: • E-mailtoegang • IP-adressen en -poorten • Beveiligd afdrukken • LDAP-authenticatie

E-mailtoegang tot de E-22B/E-22C beheren Omdat u gebruikers toestemming kunt geven voor het afdrukken van bestandsbijlagen in e-mailberichten die naar de E-22B/E-22C zijn verzonden, aanvaardt de E-22B/E-22C alleen geldige bijlagen (bijvoorbeeld PostScript- of PDF-bestanden). Normaal gesproken moeten via e-mail verzonden virussen door de ontvanger worden uitgevoerd. Bijlagen die geen geldige bestanden zijn, worden door de E-22B/E-22C geweigerd. Omdat bestandstypen zoals .bat, .vbs en .exe virusactiviteiten kunnen veroorzaken, verwerkt de E-22B/E-22C deze bestandstypen niet. De E-22B/E-22C negeert ook e-mailberichten in RTF-indeling (Rich Text Format) of HTML-indeling (Hypertext Markup Language) en alle JavaScript-code die in e-mails voorkomt. Op de E-22B/E-22C kunt u lijsten van geautoriseerde e-mailadressen definiëren. Elk e-mailbericht dat de E-22B/E-22C ontvangt van een e-mailadres dat niet op deze lijst voorkomt, wordt verwijderd. Raadpleeg pagina 60 voor meer informatie.

IP-adressen en -poorten beperken Om ongeoorloofde verbindingen met de E-22B/E-22C te beperken, kunt u alleen gebruikers toelaten met IP-adressen die binnen een bepaald bereik vallen. U kunt onnodige poorten sluiten om ongewenste toegang via het netwerk te weigeren. Opdrachten of taken die door een ongeoorloofd IP-adres worden verzonden, worden door de E-22B/E-22C genegeerd.

SYSTEEMVEREISTEN

16

Beveiligd afdrukken Met deze optie kunt u zeer delicate of vertrouwelijke bestanden afdrukken. Een gebruiker die met het printerstuurprogramma een bestand afdrukt, geeft de taak een wachtwoord. De gebruiker moet dat wachtwoord vervolgens op de kopieermachine/printer invoeren om de taak te kunnen afdrukken. Raadpleeg Afdrukken voor meer informatie.

LDAP-authenticatie Wanneer LDAP-communicatie is ingeschakeld om namen en andere informatie van mensen op uw locatie op te vragen, kunt u het soort authenticatie instellen. Raadpleeg de Help van Configure voor meer informatie.

Netwerkvereisten Voordat u de E-22B/E-22C installeert op het netwerk, raden wij u sterk aan “Fasen van de installatie op het netwerk” op pagina 9 door te lezen. Stap 1 van het installeren van de E-22B/ E-22C op het netwerk is het configureren van de netwerkomgeving. U moet de netwerkservers configureren om de gebruikers toegang te geven tot de E-22B/E-22C als een netwerkprinter.

Netwerkprotocollen Wanneer de E-22B/E-22C is aangesloten op een netwerk, werkt deze als een netwerkprinter. De E-22B/E-22C ondersteunt de volgende netwerkprotocollen: • TCP/IP, met inbegrip van de protocollen DHCP, FTP, HTTP, IMAP, IPP, IPv4, IPv6, LDAP, LPD, LPR, NBT, POP3, Port 9100, SMB, SMTP, SNMP, SNTP en SSL/TLS • AppleTalk (alleen voor downloaden van lettertypen), Bonjour Deze protocollen kunnen tegelijkertijd op dezelfde kabel worden gebruikt. Computers die andere protocollen gebruiken, kunnen afdrukken via een server die een van de ondersteunde protocollen gebruikt. De E-22B/E-22C schakelt automatisch naar het juiste protocol en verwerkt alle verbindingen tegelijkertijd.

Windows-netwerken De E-22B/E-22C heeft een geldig IP-adres, subnetmasker en adres van de gateway nodig.

U kunt deze gegevens handmatig typen of het DHCP-protocol gebruiken om de adressen dynamisch toe te wijzen. Zorg dat de naam en het adres van de E-22B/E-22C zijn opgenomen in een DNS-database (Domain Name Server) of een database met hostnamen die door uw systeem wordt gebruikt. Als er meerdere E-22B/E-22C-afdrukverbindingen worden gepubliceerd (bijvoorbeeld zowel de afdrukwachtrij als de blokkeringswachtrij), kunt u een printer definiëren voor elke afdrukverbinding, zodat de gebruikers direct naar elke verbinding kunnen afdrukken.

SYSTEEMVEREISTEN

17

Configureer de E-22B/E-22C met de juiste Windows-domeinnaam.

Dit is vooral belangrijk voor Windows-afdrukken, ook wel SMB-afdrukken (Server Message Block) genoemd. Om Microsoft Active Directory te gebruiken, moet u de E-22B/E-22C aan een domein toewijzen. Als u de E-22B/E-22C aan een werkgroep toewijst, kunt u Microsoft Active Directory niet gebruiken.

AppleTalk-netwerken (alleen voor ondersteuning voor downloaden van lettertypen) AppleTalk-netwerken ondersteunen het downloaden van lettertypen alleen als u AppleTalk inschakelt in Configure. U moet Bonjour in Instelling inschakelen om Mac OS X-computers toegang te geven tot Bonjour-printers.

UNIX-netwerken • Wanneer u een UNIX-werkstation configureert met het LPR-protocol en verbinding maakt met de E-22B/E-22C via een TCP/IP-netwerk, kunt u rechtstreeks afdrukken naar de E-22B/E-22C. • UNIX-werkstations kunnen alleen worden ingesteld door een beheerder met rechten op het “root”-niveau. Na de eerste configuratie kunnen UNIX-gebruikers afdruktaken verzenden naar een benoemde printer. • De E-22B/E-22C is een printercontroller die ondersteuning biedt voor LPR-protocollen. • De E-22B/E-22C heeft een externe printernaam die u moet gebruiken om ermee te kunnen communiceren.

Ongeacht het UNIX-werkstation dat u gebruikt, moet u tijdens de configuratie van het netwerk voor de E-22B/E-22C een van de volgende namen gebruiken voor de externe printer (of rp in het bestand /etc/printcap): • print • hold

• naam van virtuele printer Computers in een TCP/IP-netwerk kunnen rechtstreeks naar de E-22B/E-22C afdrukken als een externe printer, of kunnen afdrukken naar Windows Server 2003/Server 2008/ Server 2008 R2/Server 2012- of UNIX-werkstations die als afdrukserver zijn ingesteld.

SYSTEEMVEREISTEN

18

Fysieke aansluiting op het netwerk Voordat u de E-22B/E-22C installeert op het netwerk, raden wij u sterk aan “Fasen van de installatie op het netwerk” op pagina 9 door te lezen. Stap 2 van het installeren van de E-22B/ E-22C op het netwerk is het fysiek aansluiten van de E-22B/E-22C op het netwerk. Gebruik de netwerkpoort op de E-22B/E-22C. WAARSCHUWING

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10

DVI-poort (niet gebruikt) VGA-poort (niet gebruikt) USB-poorten (2x) Netwerkpoort (RJ-45) USB-poorten (2x) Scanpoort Serviceschakelaars Service-LED’s Voedingskabel Aan-uitschakelaar I: stroom AAN O: stroom UIT

Weer voorzichtig bij het verzenden van zware voorwerpen. Neem contact op met de onderhoudsdienst als u zware voorwerpen die verbonden zijn met de E-22B/E-22C moet optillen en verplaatsen.

1

2

3

4

5

6 8

7

9

10

SYSTEEMVEREISTEN

19

Voorbereiding voor instelling van E-22B/E-22C Als voorbereiding op het afdrukken op uw locatie moet u de E-22B/E-22C configureren (“Instelling”) om de netwerkomgeving op te geven en te bepalen welke soorten afdruktaken u zult uitvoeren. Voordat u met de instelling begint, moet u beslissen welke toegangsniveaus u wilt implementeren, zoals wachtwoorden en andere beveiligingsfuncties van de E-22B/E-22C. Omdat veel van deze beveiligingsfuncties aan elkaar gekoppeld zijn, moet u de informatie aandachtig lezen om een doeltreffend beveiligingssysteem te plannen en de instelling vervolgens in die zin uitvoeren.

Ethernetverbinding Voor ethernetverbindingen ondersteunt de E-22B/E-22C Unshielded Twisted Pairbekabeling (UTP) voor de volgende netwerksnelheden: • 10BaseT: Categorie 3 of hoger • 100BaseTX: Categorie 5 of hoger (4 paar/8 draden, korte lengte) • 1000BaseT: Categorie 5e of hoger (4 paar/8 draden, korte lengte) VERBINDING MAKEN MET HET NETWERK 1 Schakel de kopieermachine/printer en de E-22B/E-22C uit.

Raadpleeg pagina 56 voor meer informatie over het afsluiten van de E-22B/E-22C. O PMERKING : Controleer of het scherm van het bedieningspaneel van de E-22B/E-22C is uitgeschakeld en of de aan-uitschakelaar van het aansluitingenpaneel van de E-22B/E-22C is uitgeschakeld. 2 Sluit de netwerkkabel aan op de juiste netwerkconnector (RJ-45) aan de achterkant van de E-22B/E-22C.

O PMERKING : Gebruik alleen de meegeleverde (afgeschermde) kabel om de kopieermachine/ printer aan te sluiten op de E-22B/E-22C. O PMERKING : Als u bang bent dat zonder autorisatie informatie wordt gehaald uit de

ethernetpoort van de E-22B/E-22C, kunt u de ethernetpoort desgewenst beveiligen. 3 Schakel de E-22B/E-22C en de kopieermachine/printer in.

Zet de aan-uitschakelaar aan de achterzijde van de E-22B/E-22C in de ingeschakelde stand en druk vervolgens op de aan-uitknop aan de voorzijde van de E-22B/E-22C. De kopieermachine/printer wordt van stroom voorzien via een afzonderlijke aansluiting vanaf de E-22B/E-22C. O PMERKING : Gebruik alleen de voedingskabel die is meegeleverd met de E-22B/E-22C en

gebruik geen kabels van andere elektronische apparaten.

SYSTEEMVEREISTEN

20

Vereisten voor computers en mobiele apparaten Voordat u de E-22B/E-22C-gebruikerssoftware vanaf de dvd installeert of deze downloadt van internet, moet u controleren of de clientcomputer of het mobiele apparaat voldoet aan de minimale systeemvereisten. In de onderstaande tabel ziet u deze vereisten. Minimumvereisten voor

Windows

Mac OS

Besturingssysteem

De volgende Windows-versies (met de meest recente servicepacks) worden ondersteund voor printerstuurprogramma’s en Fiery-toepassingen:

De volgende Mac OS-versies worden ondersteund voor printerstuurprogramma’s:

•

Windows XP (32-bits en 64-bits) Home, Professional

•

Windows Vista (32-bits en 64-bits) Home Basic Edition, Home Premium Edition, Ultimate Edition, Business Edition, Enterprise Edition

•

•

Windows Server 2003 (32-bits en 64-bits) Standard Edition, Enterprise Edition, Datacenter Edition Windows Server 2003 SP1 (64-bits), R2 (32-bits en 64-bits), SP2 (32-bits en 64-bits)

•

Mac OS v10.5.x (Mac OS-computers met PowerPC- en Intel-processor)

•

Mac OS v10.6 (Mac OS-computers met Intel-processor)

•


•


Mac OS-versies ondersteund voor Fierytoepassingen: •

Mac OS v10.5.x (Mac OS-computers met PowerPC G5- en Intel-processor)

•

Windows 7 (32-bits en 64-bits) Home Premium, Professional, Ultimate

•


•

Windows 8 (32-bits en 64-bits) Windows 8, Pro, Enterprise, RT

•


•

Windows Server 2008 (32-bits en 64-bits) Standard Edition, Enterprise Edition, Datacenter Edition, Web Server (32-bits en 64-bits)

•


•

Windows Server 2008 R2 (64-bits) Foundation Edition, Standard Edition, Enterprise Edition, Datacenter Edition, Web Server, met Itanium-processor

•

Windows Server 2012 (64-bits) Datacenter, Standard, Essentials, Foundation

O PMERKING : Job Monitor wordt niet ondersteund op 64-bits besturingssystemen. Geheugen voor afdrukken en hulpprogramma’s (behalve Command WorkStation)

500 MB (2 GB aanbevolen)


Vaste-schijfruimte (behalve Command WorkStation)

1 GB (2 GB aanbevolen)


Netwerkprotocol

TCP/IP

TCP/IP, EtherTalk, Bonjour

SYSTEEMVEREISTEN

Minimumvereisten voor

Windows

WebTools

Webbrowser met Java-ondersteuning:

21

Mac OS

•

Mac OS: Safari 5 en 6, Firefox 10 en 11

•

Windows: Internet Explorer 6, 7, 8 en 9, Firefox 10 en 11

O PMERKING : Regelmatige Java-updates kunnen Configure nadelig beïnvloeden. Aangezien niet voor alle versies ondersteuning kan worden gegarandeerd, kunt u het best de hier genoemde versie gebruiken.

O PMERKING : Microsoft brengt regelmatig nieuwe updates van Internet Explorer uit. Aangezien niet voor alle versies ondersteuning kan worden gegarandeerd, kunt u het best de hier genoemde versies gebruiken.

O PMERKING : Bij bepaalde versies van Firefox op Mac OS X kunt u mogelijk geen wachtwoorden invoeren in Configure. Gebruik in dit geval Safari in plaats van Firefox. Een monitor en videogeheugen die 16-bits kleuren ondersteunen, met een minimale resolutie van 800 x 600 Een TCP/IP-netwerk en het IP-adres of de DNS-naam van de E-22B/E-22C In Configure, schakel Webservices in Command WorkStation

Intel Pentium 4-processor van minimaal 1,0 GHz

Macintosh G5 van minimaal 1,6 GHz

3 GB ruimte op de vaste schijf voor installatie 1 GB RAM of meer aanbevolen 1024 x 768-monitor met 16-bits videokaart Geïnstalleerd TCP/IP-netwerkprotocol Fiery Impose en Compose in Command WorkStation

Online-Help

In aanvulling op de vereisten voor Command WorkStation: •

Geactiveerde licentie op elke clientcomputer

•

Acrobat/PitStop-software

De Help-bestanden voor de Fiery-hulpprogramma’s zijn ontwikkeld voor gebruik met Microsoft Internet Explorer v5.5 of hoger. Als u andere browsers gebruikt, bijvoorbeeld Safari of eerdere versies van Internet Explorer, wordt de Help mogelijk niet juist weergegeven. Als in de browser pop-upblokkering wordt gebruikt, worden Help-bestanden hierdoor mogelijk geblokkeerd. In dit geval moet u pop-upblokkering tijdelijk uitschakelen om Help-bestanden te kunnen weergeven. Als in de browser de geavanceerde Internet-optie voor het weergeven van meldingen over scriptfouten is ingeschakeld, wordt mogelijk een waarschuwingsvenster getoond voordat de pagina van het Helpbestand wordt weergegeven. U kunt dit waarschuwingsvenster vermijden door de optie Melding van elke scriptfout weergeven op het tabblad Geavanceerd in het dialoogvenster Internet-opties uit te schakelen. Er kan ook een waarschuwingsbericht worden weergegeven in de statusbalk, maar deze fout heeft geen invloed op de inhoud van het Help-bestand.

SYSTEEMVEREISTEN

Minimumvereisten voor

Mobiel apparaat

Rechtstreeks mobiel afdrukken

Rechtstreeks mobiel afdrukken ondersteunt de volgende mobiele apparaten met Apple iOS 4.2 of hoger en afdrukfunctionaliteit: •

iPad (eerste generatie of hoger)

•

iPhone (4, 4S, 5)

•

iPod touch (derde generatie of hoger)

22

WebTools De E-22B/E-22C kan toegang tot het internet of een intranet ondersteunen met behulp van WebTools vanaf Windows- en Mac OS-computers. Raadpleeg pagina 52 om WebTools in te schakelen. Begin Begin biedt actuele informatie over geïnstalleerde opties en de taken die worden verwerkt en afgedrukt op de E-22B/E-22C. U hebt geen wachtwoord nodig om deze WebTool te gebruiken. Raadpleeg Hulpprogramma’s voor meer informatie. Downloads Met Downloads kunnen gebruikers installatieprogramma’s voor printerstuurprogramma’s en andere software rechtstreeks downloaden van de E-22B/E-22C. U hebt geen wachtwoord nodig om deze WebTool te gebruiken. Raadpleeg Afdrukken en Hulpprogramma’s voor meer informatie. Documenten Met Documenten kunnen gebruikers taken in hun postvakken op de E-22B/E-22C openen, beheren en wijzigen, en taken naar de E-22B/E-22C verzenden. Raadpleeg de Help van WebTool Documenten voor meer informatie. Adresboek voor scannen Met Adresboek voor scannen kunnen beheerders scanadressen op de E-22B/E-22C weergeven, importeren, exporteren en verwijderen. Wanneer gebruikers een taak scannen, hebben zij de keuze de scan te verzenden vanaf de LDAP-directory of vanaf een geïmporteerd scanadresboek. Configure Met Configure kunt u opties van de E-22B/E-22C bekijken en wijzigen vanaf een computer. Voor deze functie is het beheerderswachtwoord nodig.

INSTELLEN VANAF HET

BEDIENINGSPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE

23

INSTELLEN VANAF HET BEDIENINGSPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE Nadat u de E-22B/E-22C de eerste keer hebt gestart of nadat u systeemsoftware hebt geïnstalleerd, moet u de E-22B/E-22C instellen. Als u dit niet doet, worden de standaardinstellingen gebruikt. Zorg dat de instellingen geschikt zijn voor uw afdrukomgeving. Als uw netwerk- of afdrukomgeving wijzigt, moet de instellingen mogelijk aanpassen. Instellen vanaf het bedieningspaneel van de kopieermachine Voer de eerste instelling uit vanaf het bedieningspaneel van de kopieermachine. Na de eerste instelling kunt u opties wijzigen vanaf een clientcomputer. Instellen vanaf een clientcomputer Na het uitvoeren van de eerste instelling via het bedieningspaneel van de kopieermachine, kunt u de meeste opties wijzigen vanaf een netwerkcomputer door Configure te gebruiken (raadpleeg pagina 44). Als u de E-22B/E-22C voor de eerste keer instelt, kunt u de Fiery-instellingenwizard gebruiken om de instellingen voor taal, land, server en afdrukomgeving te configureren. Raadpleeg pagina 45 voor meer informatie.

Het bedieningspaneel van de kopieermachine gebruiken U kunt het bedieningspaneel van de kopieermachine gebruiken om toegang te krijgen tot menutabbladen en de functie Instelling. Raadpleeg pagina 24 voor meer informatie over menutabbladen.

Toegang tot Instelling U kunt toegang krijgen tot de functie Instelling vanaf het bedieningspaneel van de kopieermachine. Wanneer u de E-22B/E-22C instelt, moet u controleren of deze niet bezig is met het afdrukken of verwerken van bestanden. TOEGANG KRIJGEN TOT INSTELLING 1 Druk op Home op het bedieningspaneel van de kopieermachine. 2 Druk op het Fiery-pictogram. 3 Zorg dat de E-22B/E-22C niet actief is. 4 Tik op het tabblad Fiery. 5 Tik op Instelling. 6 Meld u aan met beheerdersrechten.

INSTELLEN VANAF HET


24

Menutabbladen Naast het uitvoeren van Instelling kunt u via het bedieningspaneel van de kopieermachine statusgegevens weergeven over de naar de E-22B/E-22C afgedrukte taken, speciale pagina’s afdrukken en afdrukopties instellen. Het menu geeft toegang tot veel opties die ook beschikbaar zijn via Command WorkStation. Raadpleeg Hulpprogramma’s voor meer informatie over de functies voor taakbeheer.

Tabblad Hoofd Het tabblad Hoofd wordt weergegeven als startpunt. Hierin wordt een overzicht van geblokkeerde en afgedrukte taken, de status van de papierlade en overige informatie weergegeven. Afdrukken onderbreken

Hiermee kunt u de afdrukactiviteiten tussen de E-22B/E-22C en de kopieermachine/printer onderbreken. Gebruik deze opdracht om de huidige taak van de E-22B/E-22C te onderbreken zodat u onderhoudstaken kunt uitvoeren. Taken worden nog steeds op de E-22B/E-22C verwerkt. Nadat u klaar bent met het onderhoud, selecteert u Afdrukken hervatten om door te gaan met het afdrukken van taken op de E-22B/E-22C.

Afdrukken hervatten

Hiermee kunt u de afdrukactiviteiten tussen de kopieermachine/printer en de E-22B/E-22C hervatten nadat u Afdrukken onderbreken selecteert.

Voorb.afdruk starten

Hiermee kunt u tijdens een lange afdruktaak extra pagina’s afdrukken naar een eenvoudig toegankelijke uitvoerlade om te controleren of de kopieermachine/printer de verwachte prestaties levert.

Tabblad PrintMe Op het tabblad PrintMe kunt u afdruktaken verzenden via document-ID’s als u een PrintMeabonnement hebt. O PMERKING : Het tabblad PrintMe wordt alleen weergegeven in het menu als afdrukken naar de PrintMe-cloud is ingeschakeld in Configure.

Tabblad Takenlijst Het tabblad Takenlijst biedt toegang tot taken volgens de status van de taak, vergelijkbaar met de vensters Actieve taken en Afgedrukte taken in Command WorkStation. Actief

Taken die momenteel die wachten om te worden afgedrukt.

Geblokkeerd

Geblokkeerde taken.

Afgedrukt

Afgedrukte taken.

Beveiligd

Hiermee kunt u zich aanmelden om beveiligde afdruktaken weer te geven.

INSTELLEN VANAF HET


25

Als u naar een andere lijst wilt schakelen, drukt u op het tabblad onder in het bedieningspaneel van de kopieermachine. Op elk van deze lijsten kunt u met één regel tegelijk omhoog en omlaag schuiven of direct naar de boven- of onderkant van de lijst gaan. Selecteer een taak en kies naar wens de knop Afdrukken, Afdrukken en blokkeren, of Verwijderen, of geef de taakeigenschappen weer. Op het tabblad Eigenschappen kunt u het aantal exemplaren wijzigen, maar geen enkele andere taakeigenschappen.

Tabblad Gereedschappen In het tabblad Gereedschappen kunt u laden uitlijnen uitvoeren. Lade-uitlijning

Hiermee kunt u tekst en afbeeldingen zo op de pagina plaatsen dat deze correct worden uitgelijnd op het vel papier en dat beide zijden van een dubbelzijdig vel precies dezelfde uitlijning hebben. Raadpleeg de Help van Command WorkStation voor meer informatie.

Kalibratie

Hiermee kunt u de E-22B/E-22C kalibreren met ColorCal. Raadpleeg Afdrukken in kleur voor meer informatie.

Tabblad Scannen Op het tabblad Scannen kunt u documenten scannen. Afhankelijk van het model kopieermachine/printer wordt scannen mogelijk niet ondersteund en wordt het tabblad Scannen mogelijk niet weergegeven op het bedieningspaneel van de kopieermachine. Raadpleeg Hulpprogramma’s voor meer informatie.

INSTELLEN VANAF HET


26

Tabblad Fiery Het tabblad Fiery bevat de meeste beheerfuncties, in het bijzonder het invoeren van instellingen voor opties van Instelling. Fiery-info

Hierin wordt informatie over de huidige configuratie van de E-22B/E-22C weergegeven.

Afdrukbare info

Hiermee kunt u de volgende systeempagina’s afdrukken vanaf de E-22B/E-22C: PS-testpagina/PCL-testpagina: deze bevestigt dat de E-22B/E-22C correct is aangesloten op

de kopieermachine/printer en levert voorbeelden in kleur en grijswaarden om problemen met de kopieermachine/printer of de E-22B/E-22C op te lossen. Op de testpagina vindt u de volgende instellingen: servernaam, kleurinstellingen, printermodel en datum en tijd waarop de testpagina is afgedrukt. PS-lettertypenlijst/PCL-lettertypenlijst: hiermee wordt een lijst afgedrukt van alle

lettertypen die beschikbaar zijn op de vaste schijf van de E-22B/E-22C. Configuratie: hiermee wordt algemene informatie geboden over de configuratie van hard- en

software van de E-22B/E-22C, de huidige instellingsopties, de huidige kalibratie en het IPadres van de E-22B/E-22C. Kleurendiagram: hiermee worden voorbeelden afgedrukt van de RGB-, CMY- en

PANTONE-kleuren die beschikbaar zijn op de E-22B/E-22C. Instructies aangepast papier: hiermee wordt een procedure afgedrukt voor het maken van

een aangepaste papieringang. Kalibratie-instructies: hiermee wordt een procedure afgedrukt voor het configureren van de

kalibratie. Takenlogboek: hiermee wordt een lijst met de laatste 55 taken afgedrukt. E-maillogboek: hiermee wordt een lijst met recente e-mailactiviteiten afgedrukt. FTP-logboek: hiermee wordt een lijst met recente FTP-activiteiten afgedrukt.

O PMERKING : Als u het e-mail- of FTP-logboek wilt afdrukken, moet u eerst de juiste service inschakelen. Raadpleeg pagina 39 voor e-mailservices. Raadpleeg pagina 39 voor FTPafdrukken. Instelling

Hiermee kunt u het menu Instelling openen om instellingsopties te wijzigen.

Takenlogboek wissen

Hiermee wordt het takenlogboek gewist van de E-22B/E-22C.

Server wissen

Hiermee kunt u alle taken in alle wachtrijen verwijderen, alsmede alle taken die gearchiveerd zijn op de vaste schijf van de E-22B/E-22C, de index van gearchiveerde taken (in het venster Archiveren), alle FreeForm-masters en de index van FreeForm-masters (in het venster FreeForm). Raadpleeg de beheerder of operator voordat u Server wissen kiest.

INSTELLEN VANAF HET


27

Diagnose uitvoeren

Voor het oplossen van problemen met e-mailafdrukken kiest u dit menu en kiest u vervolgens E-mailsysteem controleren. Raadpleeg pagina 67 voor meer informatie. De optie Videokaart controleren is beschikbaar voor servicemonteurs om diagnoses uit te voeren op de videokaart.

Fiery opnieuw starten

Hiermee kunt u alle activiteiten op de juiste manier afsluiten en de E-22B/E-22C vervolgens opnieuw opstarten. De volgende opties zijn beschikbaar vanuit het submenu dat wordt geopend: Fiery-service opnieuw starten: hiermee wordt de serversoftware opnieuw ingesteld zonder

het volledige systeem te rebooten. De netwerktoegang tot de E-22B/E-22C wordt tijdelijk onderbroken en alle huidige verwerkte taken worden afgebroken en kunnen verloren gaan. Systeem opnieuw starten: hiermee wordt de E-22B/E-22C afgesloten en vervolgens

gereboot. Afsluiten: hiermee worden alle activiteiten van de E-22B/E-22C op de correcte wijze

afgesloten.

Opties van Instelling Wanneer u de E-22B/E-22C instelt vanaf het bedieningspaneel van de kopieermachine, configureert u de E-22B/E-22C om taken te ontvangen via de netwerksystemen die op uw locatie worden gebruikt. Dit omvat het instellen van netwerkadressen en -namen die door computers, servers en de E-22B/E-22C moeten worden gebruikt wanneer deze met elkaar communiceren. Voordat u Instelling uitvoert, moet u controleren of de E-22B/E-22C is verbonden met een actief netwerk, omdat de E-22B/E-22C op het netwerk zoekt naar zones, servers en wachtrijen op servers. Als u de netwerkinstellingen uitvoert zonder verbinding met een functionerend netwerk, worden standaardinstellingen gebruikt die mogelijk niet geschikt zijn voor uw situatie. U moet alleen opties configureren voor de netwerksystemen die op het moment bij u actief zijn. Als uw netwerkvereisten veranderen, kunt u Instelling op elk gewenst moment wijzigen. Als de E-22B/E-22C is geconfigureerd voor ondersteuning van meerdere protocollen, wordt automatisch het juiste protocol geactiveerd wanneer een afdruktaak wordt ontvangen. De submenu’s en opties worden in volgorde weergegeven. Waar van toepassing, worden standaardwaarden onderstreept. Cursieve woorden geven een product- of locatiespecifieke waarde aan. Servernaam

Standaardservernaam Voer een naam in voor de E-22B/E-22C (maximaal 15 tekens). Dit is de naam waarmee de E-22B/E-22C wordt weergegeven in het netwerk.

INSTELLEN VANAF HET


28

O PMERKING : Als u meer dan één E-22B/E-22C instelt, mag u deze niet dezelfde naam geven. Ethernet-snelheid

Auto, 10Mbps (10Mbps half-duplex), 100Mbps (100Mbps half-duplex), 10FD (10Mbps full-duplex), 100FD (100Mbps full-duplex) Kies de geschikte snelheid van het netwerk. Kies Auto in een van de volgende gevallen: • De netwerksnelheid is onbekend. • De netwerkomgeving is gemengd. • Het netwerk gebruikt 1 Gbps. IPv4-adrestype

Automatisch, Handmatig Selecteer of de u de E-22B/E-22C wilt toestaan het IP-adres voor ethernet automatisch te verkrijgen door te zoeken op het netwerk. IP-adres

127.0.0.1 Als u Handmatig hebt gekozen bij IPv4-adrestype, moet u het IP-adres van de E-22B/E-22C voor ethernet invoeren. In tegenstelling tot een IP-adres dat automatisch wordt ingesteld, blijft dit IP-adres hetzelfde als u de E-22B/E-22C opnieuw opstart. U moet de standaardinstelling wijzigen in een geldig adres voor het netwerk. Subnetmasker

255.255.255.0 Stel het subnetmasker in voor afdrukken met TCP/IP op het netwerk. O PMERKING : Controleer de instelling van het subnetmasker bij uw netwerkbeheerder voordat

u verder gaat. Type gateway

Automatisch, Handmatig Kies de methode voor het verkrijgen van het gatewayadres voor afdrukken met TCP/IP. Gateway-adres

127.0.0.1 Als u Handmatig hebt gekozen bij Type gateway, stelt u het gatewayadres in voor afdrukken met TCP/IP op het netwerk.

INSTELLEN VANAF HET


29

Web Services inschakelen

Aan, Uit Selecteer Aan om WebTools beschikbaar te maken voor de gebruikers. TCP/IP moet zijn ingeschakeld op de E-22B/E-22C en op clientcomputers. Voor elke clientcomputer zijn een webbrowser met Java-ondersteuning en een geldig IP-adres of een geldige DNS-hostnaam vereist.

Algemene instellingen Met het menu Algemene instellingen kunt u systeeminformatie opgeven die betrekking heeft op de E-22B/E-22C en op gebruikers. De submenu’s en opties worden in volgorde weergegeven. Waar van toepassing, worden standaardwaarden onderstreept. Cursieve woorden geven aan dat een product- of locatiespecifieke waarde wordt weergegeven.

Serverinstellingen Basis Servernaam

Standaardservernaam Voer een naam in voor de E-22B/E-22C (maximaal 15 tekens). Dit is de naam waarmee de E-22B/E-22C wordt weergegeven in het netwerk. Wanneer u de servernaam wijzigt met deze optie, wordt de nieuwe naam ook toegepast op de servernaam voor Windows-afdrukken (pagina 36). O PMERKING : Als u meer dan één E-22B/E-22C instelt, mag u deze niet dezelfde naam geven. Tijdzone

Lijst met zones Kies de juiste tijdzone uit een lijst van ondersteunde zones. Aanpassen aan zomertijd

Kies deze optie om de systeemtijd van de E-22B/E-22C aan te passen aan de zomertijd. Tijd automatisch instellen

Kies of u de systeemtijd van de E-22B/E-22C automatisch wilt instellen door middel van een tijdserver (SNTP). Tijdserver

Lijst Kies de server waarmee de E-22B/E-22C wordt gesynchroniseerd.

INSTELLEN VANAF HET


30

Wachtrijen U moet ten minste de afdrukwachtrij of de blokkeringswachtrij publiceren om gebruikers in staat te stellen de hulpprogramma’s en WebTools te gebruiken of om via een TCP/IP-netwerk af te drukken naar de E-22B/E-22C. Alleen de wachtrijen die u publiceert, zijn beschikbaar voor gebruikers. Afdrukwachtrij publiceren

Taken die naar de afdrukwachtrij zijn afgedrukt (of gedownload), worden in de wachtrij op de vaste schijf van de E-22B/E-22C geplaatst en in volgorde van binnenkomst afgedrukt. Blokkeringswachtrij publiceren

Taken die naar de blokkeringswachtrij zijn afgedrukt (of gedownload), kunnen alleen worden afgedrukt door de taken te kopiëren of te verplaatsen naar de afdrukwachtrij (bijvoorbeeld met Command WorkStation). Directe verbinding publiceren

Met de Directe verbinding kunnen gebruikers taken naar de E-22B/E-22C afdrukken (of downloaden) zonder de taken in de wachtrij te plaatsen. Taken die naar de Directe verbinding zijn verzonden, worden niet opgeslagen in de wachtrij Afgedrukt. Als u lettertypen wilt downloaden naar de E-22B/E-22C, moet u de Directe verbinding publiceren. Instellingen Veilig wissen inschakelen

Kies of u de gegevens op de vaste schijf van de E-22B/E-22C op een veilige manier wilt wissen telkens wanneer het afdrukken is voltooid. Gebruikersauthenticatie vereist om taken af te drukken

Kies of de E-22B/E-22C gebruikers verifieert voordat hun opdrachten worden verzonden naar de E-22B/E-22C. Als u voor deze optie Bevoegde gebruikers kiest, moeten de gebruikers horen bij een groep waaraan u afdrukprivileges hebt toegewezen. Startpagina afdrukken

Kies of automatisch een startpagina moet worden afgedrukt telkens wanneer de E-22B/E-22C wordt opgestart. De startpagina bevat informatie over de E-22B/E-22C, zoals de servernaam, de huidige datum en tijd, de hoeveelheid geheugen, de netwerkprotocollen en de afdrukverbindingen.

INSTELLEN VANAF HET


31

Tekenset gebruiken

Macintosh, DOS, Windows Selecteer de tekenset voor het weergeven van bestandsnamen op het bedieningspaneel van de kopieermachine en in Command WorkStation. Dat is belangrijk als in de bestandsnamen tekens met accenten of samengestelde tekens voorkomen (zoals é of æ). Voor netwerken met gemengde platforms selecteert u de instelling die in het algemeen de beste weergave oplevert van de speciale tekens die u gebruikt. Wachtwoord wijzigen Wijzig de wachtwoorden voor gebruikers van de E-22B/E-22C. Alle leden van de beheerdersgroep kunnen de opties van Instelling wijzigen en de stroom en volgorde van afdruktaken beheren met de hulpmiddelen voor taakbeheer. Raadpleeg pagina 55 voor meer informatie. Contactinformatie Geef de contactinformatie op voor mensen die de ondersteuning voor de E-22B/E-22C en de kopieermachine/printer leveren.

Taakinstellingen PostScript Met PostScript-instellingenmenu’s kunt u standaardinstellingen voor het afdrukken selecteren voor taken die naar de E-22B/E-22C worden verzonden. Wanneer een gebruiker een taak afdrukt vanaf het printerstuurprogramma, kan de gebruiker een specifieke instelling opgeven voor de meeste afdrukopties per taak en wordt deze instelling toegepast op de taak. Gebruikers die echter taken verzenden zonder printerstuurprogramma (bijvoorbeeld van UNIX- of DOS-opdrachtregels), kunnen geen instelling opgeven en moeten daarom vertrouwen op de standaardinstellingen in de instellingenmenu’s. Raadpleeg pagina 47 voor informatie over deze standaardinstellingen. Taakvoorbeeld & afgedrukte taken Voorbeeld tijdens verwerking

Kies of u een voorbeeldminiatuur wilt weergeven in Command WorkStation terwijl een taak wordt verwerkt. De voorbeeldminiatuur wordt weergegeven in het verwerkingsgedeelte van de Activiteitenmonitor.

INSTELLEN VANAF HET


32

Wachtrij Afgedrukt inschakelen

Als u deze optie inschakelt, schakelt u de wachtrij Afgedrukt in. Dit is een opslaglocatie op de vaste schijf van de E-22B/E-22C voor taken die onlangs zijn afgedrukt vanuit de afdrukwachtrij. Gebruikers drukken niet af naar de wachtrij Afgedrukt. Gebruikers met beheerders- of operatortoegang tot de hulpmiddelen voor taakbeheer kunnen echter taken uit de wachtrij Afgedrukt opnieuw afdrukken zonder deze opnieuw naar de E-22B/E-22C te sturen. Als u de wachtrij Afgedrukt niet inschakelt, worden afdruktaken van de vaste schijf van de E-22B/E-22C verwijderd zodra deze zijn afgedrukt. Taken opgeslagen in wachtrij Afgedrukt

1-99,

10

Als u de wachtrij Afgedrukt hebt ingeschakeld, moet u het aantal taken opgeven die in de wachtrij Afgedrukt moeten worden opgeslagen. Taken in de wachtrij Afgedrukt nemen ruimte in beslag op de vaste schijf van de E-22B/E-22C. Als er weinig schijfruimte is, moet u een kleiner aantal opgeslagen taken opgeven. Verkeerde combinatie van acties inschakelen

Kies of de E-22B/E-22C een specifieke actie moet ondernemen als de taak niet kan worden afgedrukt vanwege ontbrekende bronnen. Time-out verkeerde combinatie

0-999 (5) Als u de optie Verkeerde comb. van acties inschakelen hebt ingeschakeld, moet u opgeven hoe lang (in seconden) de E-22B/E-22C wacht voor deze bepaalt dat een taak een verkeerde combinatie bevat en daarom moet worden geannuleerd. Actie bij verkeerde combinatie

Onderbreken, Annuleren Als u Actie bij verkeerde combinatie hebt ingeschakeld, moet u de actie voor verkeerde combinaties van taken kiezen. Terwijl een taak onderbroken is, worden andere taken verder verwerkt en afgedrukt. Verwerking van apparaattaken Prioriteit lade voor handinvoer

Paneelinstelling, Stuurprogramma/Opdracht Geef op hoe de handinvoer taken verwerkt. Met Stuurprogramma/Opdracht worden het papierformaat en het mediatype ingesteld volgens de informatie van het printerstuurprogramma. Met Paneelinstelling worden het papierformaat en het mediatype bepaald door de informatie die vooraf is ingesteld op de kopieermachine/printer. Verschuivingsmodus

Uit, Tussen taken, Sets en taken Geef op of afgedrukte uitvoer moet worden verschoven. Kies Uit voor geniete uitvoer.

INSTELLEN VANAF HET


33

Takenlogboek instellen Het takenlogboek is een overzicht van alle taken die zijn verwerkt of afgedrukt op de E-22B/E-22C, ongeacht of de taken afkomstig zijn van een clientcomputer, netwerkserver of de E-22B/E-22C. Het takenlogboek kan worden afgedrukt vanaf het bedieningspaneel van de kopieermachine of vanuit de hulpmiddelen voor taakbeheer. Het afgedrukte takenlogboek geeft een overzicht van de administratieve gegevens voor elke taak, zoals gebruikersnaam, documentnaam, tijd en datum waarop de taak is afgedrukt en aantal pagina’s. Gebruikers die werken met Windows- en Macintosh-computers kunnen taakspecifieke opmerkingen opgeven die worden weergegeven in het takenlogboek. Paginaformaat voor afdrukken van takenlogboek 11x17/A3, Letter/A4

Kies het papierformaat om het takenlogboek af te drukken. Ongeacht het paginaformaat worden 55 taken per pagina weergegeven. Welk papierformaat wordt gebruikt, hangt af van de instelling Standaardpapierformaten onder PS-instellingen. Als de optie Standaardpapierformaten op VS is ingesteld, wordt het takenlogboek afgedrukt op het papierformaat 11x17 of Letter. Wachtwoord vereisen voor afdrukken van takenlogboek

Kies of gebruikers het beheerderswachtwoord moeten opgeven voordat zij het takenlogboek kunnen afdrukken of verwijderen.

USB USB-poort inschakelen USB-poort Uit, Aan Alle automatisch afdrukken, Automatisch afdrukken uitgeschakeld Als u bestanden automatisch wilt afdrukken wanneer een USB-stick wordt aangesloten op de E-22B/E-22C, selecteert u Alle automatisch afdrukken. Raadpleeg pagina 59 voor meer informatie over USB-afdrukken.

Netwerkinstellingen Wanneer u de netwerkinstellingen uitvoert, configureert u de E-22B/E-22C om taken te ontvangen via de netwerksystemen die op uw locatie worden gebruikt. Dit omvat het instellen van netwerkadressen en -namen die door computers, servers en de E-22B/E-22C moeten worden gebruikt wanneer deze met elkaar communiceren.

INSTELLEN VANAF HET


34

Voor het configureren van netwerkinstellingen moet u controleren of de E-22B/E-22C verbonden is met een actieve netwerkverbinding, omdat de E-22B/E-22C in het netwerk zoekt naar zones, servers en wachtrijen op servers. Als u de netwerkinstellingen uitvoert zonder verbinding met een functionerend netwerk, worden standaardinstellingen gebruikt die mogelijk niet geschikt zijn voor uw situatie. U moet alleen opties configureren voor de netwerksystemen die op het moment bij u actief zijn. Als uw netwerkvereisten veranderen, kunt u de netwerkinstellingen op elk gewenst moment wijzigen. Als de E-22B/E-22C is geconfigureerd voor ondersteuning van meerdere protocollen, wordt automatisch het juiste protocol geactiveerd wanneer een afdruktaak wordt ontvangen. O PMERKING : Waar van toepassing, zijn de standaardinstellingen voor de opties onderstreept.

Ethernet-instellingen Ethernet

Auto, 10 Mbps half-duplex, 100 Mbps half-duplex, 10 Mbps full-duplex, 100 Mbps fullduplex Kies de gewenste netwerksnelheid. Kies Auto in een van de volgende gevallen: • De netwerksnelheid is onbekend. • De netwerkomgeving is gemengd. • Het netwerk gebruikt 1 Gbps. • De E-22B/E-22C is verbonden met een hub met automatische onderhandeling.

IP-adresinstelling Als u de E-22B/E-22C voor TCP/IP wilt configureren, kiest u IPv4-adres. U kunt ook kiezen of u IPv6 wilt inschakelen (raadpleeg pagina 35). Wanneer u in Instelling een IP-adres, subnetmasker of adres van de gateway instelt voor de E-22B/E-22C, kunt u de E-22B/E-22C deze adressen automatisch laten verkrijgen van een DHCP-server. Schakel de E-22B/E-22C eerst in of start deze opnieuw en laat deze de status Niet actief krijgen. Zorg dat de DHCP-server actief is en configureer vervolgens de volgende opties. IPv4-adres Kies deze optie als een TCP/IP-netwerk via een ethernetkabel is verbonden met de E-22B/E-22C.

INSTELLEN VANAF HET


35

DHCP gebruiken

Kies of u de E-22B/E-22C wilt toestaan automatisch het ethernet-IP-adres en subnetmasker te verkrijgen door op het netwerk te zoeken met behulp van DHCP. Afhankelijk van het netwerk kan het IP-adres wijzigen. Sla de wijzigingen in Instelling op en druk de configuratiepagina (pagina 56) af om het IP-adres van de kopieermachine/printer en de E-22B/E-22C te controleren. Zorg dat het netwerk goed is geconfigureerd voor het protocol dat u kiest. Handmatige configuratie

Als u geen DHCP gebruikt, kiest u of u handmatig een statisch IP-adres, subnetmasker en gateway wilt toewijzen aan de E-22B/E-22C. Voer de informatie in de betreffende velden in.

IPv6-instellingen IPv6 inschakelen

Kies of u de E-22B/E-22C wilt toestaan zelf een IPv6-adres op te halen van het netwerk. O PMERKING : Om IPv6 in te schakelen, moet u eerst IPv4 inschakelen.

DNS-instellingen U kunt de E-22B/E-22C zo configureren dat deze toegang heeft tot een geschikte DNSserver. Met de DNS-server moeten gebruikers bij het verbinden van de hulpprogramma’s of WebTools van externe computers met de E-22B/E-22C alleen de servernaam onthouden, die gemakkelijker te onthouden is dan een IP-adres. DNS-adres automatisch ophalen

Kies of u de E-22B/E-22C wilt toestaan automatisch een DNS-adres te verkrijgen. Als u deze optie niet inschakelt, gebruikt u de volgende opties. Primaire DNS-server

Geef het IP-adres van de primaire DNS-server op. Secundaire DNS-server

Geef het IP-adres van de secundaire DNS-server op. Domeinnaam

Geef de DNS-domeinnaam op. O PMERKING : Wanneer u de domeinnaam wijzigt, veranderen de servernaam (pagina 29) en de servernaam voor Windows-afdrukken (pagina 36) eveneens.

INSTELLEN VANAF HET


36

Windows (WINS)-instellingen Bij het instellen van de WINS-service zijn in de tekstvelden hoofdletters, cijfers, spaties en de volgende tekens toegestaan: -_.~!@#$%^&(){}\', WINS gebruiken

Met deze optie schakelt u SMB (Server Message Block) in, het ingebouwde protocol voor bestands- en printerdeling van Windows. Als SMB is ingeschakeld, kan de E-22B/E-22C worden gekozen in het netwerk, zodat Windows-computers kunnen afdrukken naar een bepaalde afdrukverbinding op de E-22B/E-22C (zoals blokkeringswachtrij, afdrukwachtrij of Directe verbinding) zonder dat daarvoor andere netwerksoftware nodig is. Rondzendingen vanaf SMB-apparaten kunnen zonder een WINS-naamserver niet worden gerouteerd. Het instellen van de WINS-naamserver valt buiten het bestek van dit document. Vraag de netwerkbeheerder of een naamserver beschikbaar is in het netwerk. IP-adres WINS-server

Automatisch, Handmatig Deze optie wordt weergegeven als u DHCP gebruiken hebt ingeschakeld voor het automatisch ophalen van het IP-adres voor de E-22B/E-22C. Als u Handmatig selecteert, moet u het IP-adres invoeren. NetBIOS-naam

Standaardnaam De NetBIOS-naam wordt in het netwerk weergegeven voor toegang tot de E-22B/E-22C via SMB. De standaardnaam is dezelfde naam als de servernaam die is toegewezen in Serverinstellingen (raadpleeg pagina 29). Werkgroep of domein

Voer de naam in van de werkgroep of het domein. Opmerkingen

Servercommentaar (facultatief ) bevat informatie over de printer. Dit commentaar wordt weergegeven in de eigenschappen van de E-22B/E-22C in Netwerkomgeving en kan uit maximaal 15 tekens bestaan.

INSTELLEN VANAF HET


37

AppleTalk-instellingen AppleTalk inschakelen

Kies deze optie als u de E-22B/E-22C hebt aangesloten op een AppleTalk-netwerk zodat de E-22B/E-22C via AppleTalk kan communiceren, alleen voor het downloaden van lettertypen. Huidige AppleTalk-zones

Lijst met zones De E-22B/E-22C zoekt in het netwerk naar AppleTalk-zones in het netwerksegment. Kies de AppleTalk-zone waarin u de E-22B/E-22C wilt weergeven. Als het segment slechts één zone heeft, wordt de E-22B/E-22C automatisch aan die zone toegewezen. Het bericht “Geen AppleTalk-zone gevonden” kan betekenen dat het netwerk geen zones heeft of dat de netwerkkabel niet is aangesloten.

Service-instellingen Met de volgende opties kunt u services zoals LPD en FTP inschakelen.

Netwerkinstellingen Webservices Web Services inschakelen

Kies of u WebTools beschikbaar wilt maken voor de gebruikers. TCP/IP moet zijn ingeschakeld op de E-22B/E-22C en op clientcomputers. Voor elke clientcomputer zijn een webbrowser met Java-ondersteuning en een geldig IP-adres of een geldige DNS-hostnaam vereist. Extern bureaublad Extern bureaublad inschakelen

Kies of u Microsoft Extern bureaublad wilt inschakelen, waarmee de Windowsbureaubladfuncties van de E-22B/E-22C op externe computers kunnen worden beheerd en gecontroleerd. Raadpleeg pagina 55 voor informatie over Extern bureaublad. SLP Multicast Discovery inschakelen

Kies of u SLP (Service Location Protocol) wilt inschakelen. Met dit protocol kan de E-22B/E-22C services vinden op het netwerk.

INSTELLEN VANAF HET


38

Bonjour Bonjour is een technologie van Apple Computer Inc. die een nulconfiguratie toestaat wanneer u de E-22B/E-22C instelt, installeert op, toevoegt aan of verwijdert van het netwerk. Hierdoor kunnen Mac OS-computers de E-22B/E-22C met Bonjour-ondersteuning detecteren en verbinden voor het afdrukken. Bonjour inschakelen

Kies of u Bonjour wilt inschakelen. Bonjour-servicenaam

Naam Voer de Bonjour-servicenaam in. Protocol voor afdrukken

LPD, IPP, Poort 9100 Kies het protocol dat de E-22B/E-22C gebruikt wanneer de Bonjour-service wordt gebruikt. De lijst toont alleen de protocollen die u inschakelt. Standaardwachtrij

Taken die via Bonjour zijn verzonden, worden verzonden naar de standaardafdrukverbinding voor het geselecteerde protocol. Als u bijvoorbeeld LPD kiest, worden opdrachten verzonden naar de verbinding die u hebt gekozen voor LPD-taken (raadpleeg “Standaard LPD-wachtrij” op pagina 38). Als er geen standaardverbinding is gedefinieerd (zoals voor IPP), wordt de afdrukwachtrij gebruikt.

Afdrukinstellingen Windows-afdrukken Windows-afdrukken inschakelen

Kies of u Windows-afdrukken wilt inschakelen. Raadpleeg Afdrukken en de documentatie bij Windows voor meer informatie over het instellen van een Windows-computer voor Windows-afdrukken. Windows-afdrukken werkt via TCP/IP. U moet TCP/IP dus configureren op alle computers die Windows-afdrukken gebruiken. LPD & Poort 9100 LPD-afdrukken inschakelen

Kies of u LPD-afdrukken wilt toestaan. Standaard LPD-wachtrij

Afdrukwachtrij, Blokkeringswachtrij, virtuele printers Kies de standaardverbinding voor het LPD-afdrukken als deze niet door de gebruiker is ingesteld.

INSTELLEN VANAF HET


39

Poort 9100 inschak.

Kies of u wilt dat toepassingen een TCP/IP-socket naar de E-22B/E-22C kunnen openen op Poort 9100 om een afdruktaak te downloaden. Standaardwachtrij poort 9100

Directe verbinding, Afdrukwachtrij, Blokkeringswachtrij Kies de E-22B/E-22C-afdrukverbinding voor het downloaden van taken naar Poort 9100. Alleen de afdrukverbindingen die u inschakelt zijn beschikbaar. Afdrukken via e-mail Afdrukken via e-mail inschakelen

Kies of u wilt dat de E-22B/E-22C e-mail of internetfax kan gebruiken voor het afdrukken van PostScript-, PDF- of TIFF-bestanden, of het verzenden van bestanden via e-mail of internetfax. Standaardwachtrij

Afdrukwachtrij, Blokkeringswachtrij, virtuele printers Kies de standaardverbinding voor het afdrukken van taken via e-mailafdrukken als deze niet is ingesteld door de gebruiker. FTP-afdrukken FTP-afdrukken inschakelen

Kies of u FTP-afdrukken wilt inschakelen op de E-22B/E-22C. O PMERKING : FTP-afdrukken wordt ondersteund voor Windows, Mac OS, UNIX, Linux en

andere besturingssystemen die het FTP-protocol ondersteunen. De E-22B/E-22C fungeert als een FTP-server in overeenstemming met RFC959, maar ondersteunt niet de volledige functionaliteit die wordt omschreven in RFC959. Standaardwachtrij

Afdrukwachtrij, Blokkeringswachtrij, virtuele printers Kies de standaardverbinding voor het afdrukken van taken via FTP-afdrukken als deze niet is ingesteld door de gebruiker. IPP IPP inschakelen

Kies of u afdrukken met het Internet Printing Protocol (IPP) wilt inschakelen. U moet Web Services inschakelen. Raadpleeg Afdrukken voor meer informatie over het instellen van clientcomputers om IPP-afdrukken te gebruiken.

INSTELLEN VANAF HET


40

Scaninstellingen O PMERKING : Bepaalde modellen kopieermachine/printer ondersteunen Scaninstellingen niet. Scannen inschakelen

Kies of u gebruikers wilt toestaan te scannen vanaf de E-22B/E-22C. Standaardbestandsindeling voor scannen

PDF, TIFF, JPEG Kies de standaardindeling voor bestanden in bijlage van een e-mail. Maximale bestandsgrootte

0–15000 [1000] Geef de maximale bestandsgrootte (in kilobytes) op die de E-22B/E-22C als bijlage kan versturen (bijvoorbeeld een gescand bestand in bijlage). Als het bestand groter is dan de maximumgrootte, stuurt de E-22B/E-22C een bericht met een koppeling naar de locatie op de E-22B/E-22C waar het bestand is opgeslagen. Scanbestand verwijderen

1 dag na het scannen, Handmatig, 1 week na het scannen Kies hoe vaak u gescande gegevens die naar een postvak op de vaste schijf van de E-22B/E-22C zijn verzonden, wilt verwijderen. Als u Handmatig selecteert, blijven de gescande gegevens op de vaste schijf staan, tot u deze expliciet hebt verwijderd of tot u alle scantaken hebt gewist. Standaarddomein van Scannen naar SMB Voer het standaarddomein in voor scannen naar SMB-bestanden.

Beveiligingsinstellingen U kunt de toegang tot de E-22B/E-22C via het netwerk beperken door de volgende items te beheren: • IP-adressen • IP-poorten • 802.1x-authenticatie • IPSec-protocol

Filterinstellingen In het menu Filter kunt u IP-adressen blokkeren of accepteren.

INSTELLEN VANAF HET


41

IP-filter inschakelen

Kies of u het IP-filter wilt inschakelen op de E-22B/E-22C. Standaard worden alle IPadressen toegestaan door de E-22B/E-22C. Regel de toegang tot de E-22B/E-22C door een IP-adres of een bereik van IP-adressen op te geven die de E-22B/E-22C aanvaardt of weigert. Op die manier wordt onbeperkte toegang tot de E-22B/E-22C via het netwerk voorkomen en is de veiligheid van het netwerk in uw omgeving gegarandeerd. Gebruik Configure om bepaalde adressen in te voeren. O PMERKING : De IP-adressen 0.0.0.0 en 255.255.255.255 zijn geen geldige adressen.

802.1x-authenticatie-instellingen De E-22B/E-22C kan authenticatie vereisen van een 802.1x-authenticatieserver (zoals een RADIUS-server), vaak via een tussenliggend toegangspunt (een authenticator). De E-22B/E-22C vereist authenticatie bij het opstarten of wanneer de ethernetkabel wordt losgekoppeld en opnieuw aangesloten. Als de E-22B/E-22C met succes is geverifieerd, krijgt het apparaat altijd toegang tot het netwerk. 802.1x-authenticatie

Kies of u de E-22B/E-22C wilt toestaan authenticatie te vragen van een 802.1xauthenticatieserver. Selecteer EAP-type

PEAP-MSCHAPv2, MD5-Challenge Kies het type EAP (Extensible Authentication Protocol). Gebruikersnaam, wachtwoord

De E-22B/E-22C gebruikt deze informatie om authenticatie te vragen bij een 802.1xauthenticatieserver. Servercertificaat valideren

Ja, Nee Selecteer Ja als u PEAP-MSCHAPv2 hebt geselecteerd als het EAP-type en wilt dat de E-22B/E-22C een vertrouwd basiscertificaat gebruikt bij het communiceren met de authenticatieserver. Als u wilt dat de E-22B/E-22C het servercertificaat valideert, plaatst u het certificaat in de lijst van vertrouwde certificaten van de E-22B/E-22C. Raadpleeg de Help van Configure voor meer informatie.

INSTELLEN VANAF HET


42

Poortconfiguratie-instellingen Sluit onnodige poorten om inkomende toegang tot de E-22B/E-22C via het netwerk te regelen. Poorten die niet worden vermeld in de volgende tabel, zijn gesloten. Poortconfiguratie inschakelen O PMERKING : U kunt alleen poort 80 wijzigen vanaf het bedieningspaneel van de kopieermachine. Andere poorten kunt u wijzigen in WebTools. Poortnummer

Overeenkomend protocol

Voorbeeld van protocolgebruik

20-21

FTP

Afdrukken via FTP

123

SNTP

Communicatie met een tijdserver

137-139

NetBIOS

SMB-afdrukken

161-162

SNMP

Command WorkStation

427

SLP

443

SSL

445

SMB/IP

500

ISAKMP

IPSec

515

LPD

WebTools en LPD-afdrukken via Windows

631

IPP

IPP-afdrukken via Windows

4500

IPSec

5353

Multicast DNS

6310

Rechtstreeks mobiel afdrukken

EFI-poorten (poorten 80218022 en 9906)

Command WorkStation en de optie Tweerichtingscommunicatie van het printerstuurprogramma

9100-9103

Poort 9100-afdrukken onder Windows Server 2003/Server 2008/ Server 2008 R2/Server 2012

Poort 80 inschakelen

Kies of u poort 80 wilt inschakelen, die wordt gebruikt voor het HTTP-protocol (WebTools en IPP-afdrukken).

INSTELLEN VANAF HET


43

IPSec-instelling (Internet Protocol Security) Als clientcomputers IPSec ondersteunen, stelt u in dat de E-22B/E-22C versleutelde communicatie van gebruikers accepteert. IPSec inschakelen

Kies of u IPSec wilt inschakelen op de E-22B/E-22C. Onbeveiligde communicatie

Kies of u onbeveiligde communicatie wilt toestaan. Vooraf gedeelde sleutel

Als u al een vooraf gedeelde sleutel hebt gedefinieerd, typt u deze in het veld. Elke inkomende communicatie die IPSec gebruikt, moet deze sleutel bevatten.

INSTELLEN VANAF EEN

CLIENTCOMPUTER

44

INSTELLEN VANAF EEN CLIENTCOMPUTER Nadat u de E-22B/E-22C de eerste keer hebt gestart of nadat u systeemsoftware hebt geïnstalleerd, moet u de E-22B/E-22C instellen. Als u dit niet doet, worden de standaardinstellingen gebruikt. Zorg dat de instellingen geschikt zijn voor uw afdrukomgeving. Als uw netwerk- of afdrukomgeving wijzigt, moet de instellingen mogelijk aanpassen. Instellen vanaf het bedieningspaneel van de kopieermachine Voer de eerste instelling uit vanaf het bedieningspaneel van de kopieermachine (raadpleeg pagina 23). Na de eerste instelling kunt u opties wijzigen vanaf een clientcomputer. Instellen vanaf een clientcomputer Na het uitvoeren van de eerste instelling via het bedieningspaneel van de kopieermachine, kunt u de meeste opties wijzigen vanaf een clientcomputer door Configure te gebruiken. Als u de E-22B/E-22C voor de eerste keer instelt, kunt u de Fiery-instellingenwizard gebruiken om de instellingen voor taal, land, server en afdrukomgeving te configureren. Raadpleeg pagina 45 voor meer informatie.

Configure Op de volgende manieren kunt u meer informatie vinden over het gebruik van Configure: • Als u Configure opent vanuit een internetbrowser, klikt u op het Help-pictogram op het tabblad Configureren in WebTools. • Als u Configure opent vanuit Command WorkStation, raadpleegt u de Help van Command WorkStation. CONFIGURE OPENEN VANAF EEN INTERNETBROWSER 1 Open een internetbrowser en voer het IP-adres van de E-22B/E-22C in. 2 Klik op Configure starten op het tabblad Configureren in WebTools. 3 Meld u aan met beheerdersrechten.

INSTELLEN VANAF EEN

CLIENTCOMPUTER

45

CONFIGURE OPENEN VANUIT COMMAND WORKSTATION 1 Start Command WorkStation. 2 Meld u aan met beheerdersrechten. 3 Kies een van de volgende mogelijkheden:

• Klik op Configure in het menu Server. • Klik op Configure op het tabblad Algemeen of Gebruikers in Apparaatcentrum. 4 Als het dialoogvenster Fiery-instellingen wordt weergegeven, klikt u op Configure.

Als u de eerste instelling nog niet hebt voltooid, kunt u in plaats hiervan klikken op de Fieryinstellingenwizard. Raadpleeg “Fiery-instellingenwizard” op pagina 45 voor meer informatie.

Fiery-instellingenwizard De Fiery-instellingenwizard leidt u door de eerste instelling om de E-22B/E-22C te configureren voor de afdrukomgeving. O PMERKING : De Fiery-instellingenwizard is alleen beschikbaar voor de eerste instelling en

wanneer u systeemsoftware opnieuw installeert. De Fiery-instellingenwizard leidt u door het volgende proces: 1 Kies een standaardtaal. 2 Geef de landinstellingen op. 3 Geef de serverinstellingen op. 4 Kies een afdrukomgevingsconfiguratie.

Een afdrukomgevingsconfiguratie bevat standaardinstellingsopties voor een bepaalde afdrukomgeving. U kunt kiezen uit een van de volgende configuraties die het best passen bij uw afdrukomgeving: • Grafisch en proefdrukken • Kantoor • Productie • Handel U kunt er ook voor kiezen de fabrieksinstellingen van de E-22B/E-22C te gebruiken voor uw afdrukomgeving in plaats van een afdrukomgevingsconfiguratie te kiezen.

INSTELLEN VANAF EEN

CLIENTCOMPUTER

46

5 Configureer instellingsopties voor een gekozen afdrukomgeving.

Nadat u de Fiery-instellingenwizard hebt voltooid, kunt u aanvullende wijzigingen in de E-22B/E-22C aanbrengen in Configure. O PMERKING : Als de Fiery-instellingenwizard afsluit zonder dat u de eerste instelling hebt voltooid, kunt u de Fiery-instellingenwizard openen in Apparaatcentrum > Configure of WebTools > Begin om de eerste instelling te voltooien.

FIERY-INSTELLINGENWIZARD OPENEN VANUIT CONFIGURE 1 Start Configure vanaf een internetbrowser en meld u aan als beheerder (raadpleeg pagina 44). 2 Klik op het tabblad Begin op “Klik hier om door te gaan.” naast “De eerste instelling van de Fiery-controller is niet voltooid.”

FIERY-INSTELLINGENWIZARD OPENEN VANUIT COMMAND WORKSTATION 1 Voer een van de volgende stappen uit als beheerder in Command WorkStation:

• Klik op Configure in het menu Server. • Klik op Configure op het tabblad Algemeen of Gebruikers in Apparaatcentrum. 2 Klik op Fiery-instellingenwizard in het dialoogvenster Fiery-instellingen.

Als u toegang wilt krijgen tot alle beschikbare opties, kunt u in plaats hiervan klikken op Configure. Raadpleeg “Configure” op pagina 44 voor meer informatie.

BESCHRIJVING VAN

DE OPTIES VAN INSTELLING

47

BESCHRIJVING VAN DE OPTIES VAN INSTELLING De volgende tabellen beschrijven afdrukopties (in alfabetische volgorde) en de bijbehorende standaardwaarden. Desgewenst kunt u de huidige instellingen bepalen door de configuratiepagina af te drukken (raadpleeg pagina 56). Raadpleeg de Help van Configure voor informatie over niet-vermelde opties. Raadpleeg Afdrukken voor meer informatie over afdrukopties.

PS-opties • Kies Configureren > PDL > PS om de PS-opties te openen. Optie

Instellingen (standaardinstelling is onderstreept)

Beschrijving

Afdrukken tot PS-fout

Ja, Nee

Geef op of de E-22B/E-22C het beschikbare gedeelte van een afdruktaak afdrukt wanneer een PostScript-fout optreedt. Selecteer Ja om het deel van de taak af te drukken dat vóór het optreden van de fout was verwerkt. Selecteer Nee om de afdruktaak helemaal te annuleren wanneer een PostScript-fout optreedt. Laat deze optie ingesteld op Nee, tenzij u problemen hebt met afdrukken.

Courier-vervanging toestaan

Ja, Nee

Geef aan of het lettertype Courier moet worden gebruikt voor lettertypen die niet beschikbaar zijn, wanneer bestanden naar de E-22B/E-22C worden gedownload of wanneer u een document afdrukt zonder over het corresponderende printerlettertype te beschikken. Als deze optie is ingesteld op Nee, produceren taken met lettertypen die niet beschikbaar zijn op de vaste schijf van de E-22B/E-22C een PostScript-fout en worden deze niet afgedrukt. Deze instelling is niet van toepassing op PDF-bestanden omdat bij dit type bestanden lettertypevervanging automatisch wordt uitgevoerd.

BESCHRIJVING VAN


48

Optie


Beschrijving

Master afdrukken

Ja, Nee

Selecteer Ja om een FreeForm-master af te drukken wanneer deze wordt gemaakt en afgedrukt naar de E-22B/E-22C. De master blijft na het afdrukken bewaard op de E-22B/E-22C, tenzij deze later wordt verwijderd. Selecteer Nee om een FreeForm-master alleen te verwerken en te blokkeren op de E-22B/ E-22C.

Omslagpagina

Uit, Voor taak, Na taak, Voor en na

Hiermee kunt u een vooromslag (taakoverzicht) afdrukken met de naam van de gebruiker die de taak heeft verstuurd, de naam van het document, de naam van de server, de tijd waarop de taak is afgedrukt, het aantal afgedrukte pagina’s en de status van de taak. Afgedrukte onderdelen variëren afhankelijk van het verwerken van de omslagpagina voor of na de taak.

Papierformaten converteren

Nee, Letter/Tabloid->A4/A3, A4/A3->Letter/Tabloid

Hiermee kunt u papierformaten in documenten automatisch converteren naar de opgegeven standaardpapierformaten. Als u bijvoorbeeld Letter/ Tabloid->A4/A3 selecteert, worden documenten met Letter-formaat automatisch op A4-papier afgedrukt. Deze optie werkt in combinatie met Standaardpapierformaten. Als de optie Papierformaten converteren bijvoorbeeld is ingesteld op Letter/Tabloid> A4/A3 en Standaardpapierformaten is ingesteld op VS, worden taken afgedrukt op het formaat A4/A3. Dit geldt ook voor de systeempagina’s van de E-22B/E-22C, zoals de startpagina, de testpagina en het takenlogboek.

Papiergewicht

Geef het gewicht van het papier op. Standaardwaarde van systeem Papiergewicht 1/Dun (52,3-65,9 g/m²), Papiergewicht 2/Normaal 1 (66-80,9 g/m²) (standaardwaarden voor Japanse en Chinese regio’s) Papiergewicht 3/Normaal 2 (81-100,9 g/m²) (standaardwaarden voor alle regio’s) Papiergewicht 4/Middeldik (101-127,4 g/m²), Papiergewicht 5/Dik 1 (127,5-150 g/m²), Papiergewicht 6/Dik 2 (150,1-216 g/m²), Papiergewicht 7/Dik 3 (216,1-256 g/m²), Papiergewicht 8/Dik 4 (256,1-300 g/m²)

PDF- en PS-objecten opslaan in cache

Aan, Uit

Kies of afbeeldingen in PDF- en PS-bestanden in het cachegeheugen worden bewaard, om het opnieuw verwerken van dezelfde afbeelding in een bestand te beperken.

BESCHRIJVING VAN


Optie


Beschrijving

Rastermodus

Voor Pro C5100S/C5110S: 200 punten, 200 lijnen + fijne tekst, 200 punten + fijne tekst, 200 punten + fijne tekst en lijntekeningen, Hybride, 175 punten, 175 lijnen + fijne tekst, 270 lijnen + fijne tekst en lijntekeningen,

Geef uitvoerinstellingen op voor rastersimulatie.

49

De instelling Hybride is een combinatie van AM- en FM-rasters.

Voor MP C6502/C8002: 200 punten, 200 lijnen + fijne tekst, 200 punten + fijne tekst, 200 punten + fijne tekst en lijntekeningen, Hybride, 175 punten, 270 lijnen + fijne tekst en lijntekeningen Voor MP C3003/C3503/C4503/C5503/C6003: Vloeiende afbeeldingen/gradaties (600 dpi), Vloeiende afbeeldingen/scherpe tekst (600 dpi), Halo-reductie (600 dpi), Scherpe tekst/lijntekeningen (1200 dpi), Maximaal scherpe tekst/lijntekeningen (1200 dpi), Hybride (1200 dpi) Standaardpapierformaten

VS, Metrisch (standaardinstelling is VS in de Verenigde Staten, Metrisch elders)

Geef aan of u standaard wilt afdrukken op Amerikaanse papierformaten (zoals Letter, Legal of 11 x 17) of op metrische papierformaten (zoals A4 of A3). Als geen paginaformaat is gedefinieerd in een PostScript-bestand, worden taken afgedrukt op Letter-papier als u VS hebt gekozen of op A4-papier als u Metrisch hebt gekozen.

Uitvoermethode

Afdrukz. beneden - norm.volg., Afdrukz. boven - norm.volg., Afdrukz. beneden - omgek.volg., Afdrukz. boven - omgek. volg.

Geef op hoe de afgedrukte taak wordt gerangschikt bij uitvoer.

Verschuivingsmodus

Uit, Tussen taken, Sets en taken

Geef op of de uitvoer moet worden verschoven. Kies Uit voor geniete uitvoer.

BESCHRIJVING VAN


50

PCL-opties • Kies Configureren > PDL > PCL om de PCL-opties te openen. Optie

Instellingen (standaardinstelling Beschrijving is onderstreept)

CR toevoegen aan LF

Ja, Nee

Geef op of aan elke nieuwe regel een regelterugloop moet worden toegevoegd.

Formulierlengte

5-128 (standaardinstelling is 60)

Stel het aantal regels in dat op een pagina wordt afgedrukt voor PCL-taken.

Lettertypebron

Intern, Laadbaar lettertype

Geef de PCL-lettertypebron op die u wilt inschakelen.

Lettertypenummer

0-999

Bepaal het standaardlettertype voor de E-22B/E-22C. Druk de interne PCL-lettertypenlijst af om de lettertypenummers te bepalen. De standaardlettertypen worden in volgorde weergegeven. De lettertypenummers worden echter niet weergegeven.

Papierformaat voor systeempagina’s

VS, Metrisch (standaardinstelling is VS in de Verenigde Staten, Metrisch elders)

Geef het papierformaat op waarop PCL-systeempagina’s worden afgedrukt. Systeempagina’s zijn pagina’s die u afdrukt vanaf het bedieningspaneel van de kopieermachine, bijvoorbeeld de PCLlettertypenlijst.

Standaardafdrukstand

Staand, Liggend

Deze PCL-optie bepaalt of de tekst of afbeelding langs de korte kant van het papier (staand) of de lange kant van het papier (liggend) wordt afgedrukt.

Symbolenset

ASCII, Roman_8, ECMA-94 L1, PC_8, ...

Kies de PCL-symbolenset die het best voldoet aan de eisen van gebruikers die afdrukken naar de E-22B/E-22C.

Tekengrootte (pnt)

4,0-999,75 (standaardinstelling is 12,00)

Als het standaard PCL-lettertype dat is geselecteerd bij Lettertypenummer een proportioneel schaalbaar lettertype aangeeft, bepaalt u hiermee de puntgrootte (hoogte) van het lettertype.

Tekenbreedte (tk/in)

0,44-99,99 (standaardinstelling is 10,00)

Als het standaard PCL-lettertype dat is geselecteerd bij Lettertypenummer een schaalbaar lettertype met een vaste tekenafstand aangeeft, bepaalt u hiermee de breedte van het schaalbare lettertype. De tekenbreedte wordt uitgedrukt in tekens per inch. Als u bijvoorbeeld de tekenafstand 10 kiest voor een lettertype, worden per inch 10 tekens afgedrukt.

BESCHRIJVING VAN


51

Verwerking tijdens ontvangst • Kies Configureren > Server > Taken > Verwerking tijdens ontvangst inschakelen om Verwerking tijdens ontvangst inschakelen te openen. Optie


Beschrijving

Verwerking tijdens ontvangst inschakelen

Aan, Uit

Wanneer Verwerking tijdens ontvangst is ingeschakeld, wordt een afdruktaak verwerkt en in de wachtrij geplaatst zodra de E-22B/E-22C niet actief is. Anders wordt de afdruktaak pas verwerkt nadat deze in de wachtrij is geplaatst.

Automatische ladekeuze • Kies Configureren > Server > Taken > Automatische ladekeuze om Automatische ladekeuze te openen. Optie


Beschrijving

Automatische ladekeuze

Op basis van mediumeigenschappen, Op basis van papiercatalogus

Selecteer Op basis van mediumeigenschappen om de lade te selecteren op basis van de media-eigenschappen van de taak, ongeacht of een ingang van de papiercatalogus is toegewezen aan die lade. Alle media-eigenschappen (Mediagewicht, Papierformaat en Papiertype) moeten overeenkomen voordat de lade wordt geselecteerd. Selecteer Op basis van papiercatalogus als er een rechtstreekse overeenkomst is tussen de papiercatalogus die aan de lade is toegewezen en de ingang van de papiercatalogus die in de taak is gedefinieerd.

WEBTOOLS

52

WEBTOOLS Met WebTools kunt u de E-22B/E-22C op afstand beheren via het internet of uw bedrijfsintranet. Nadat u WebTools hebt ingeschakeld, kunt u deze openen vanaf een netwerkcomputer. Controleer of de opties voor Netwerkinstellingen juist zijn voor uw omgeving. Raadpleeg Hulpprogramma’s en de Help van Configure voor meer informatie over WebTools. WEBTOOLS INSCHAKELEN 1 Schakel TCP/IP-netwerk in op een van de volgende locaties:

• Voer Netwerkinstellingen uit in Instelling. • Klik op Netwerk > Protocol > TCP/IP in Configure. 2 Voer de volgende stappen uit op elke clientcomputer:

• Wijs een geldig, uniek IP-adres en subnetmasker toe en indien nodig een gatewayadres. • Zorg ervoor dat op de computer een ondersteunde internetbrowser is geïnstalleerd en dat Java is ingeschakeld in de browser. WEBTOOLS STARTEN 1 Start een internetbrowser en typ het IP-adres of de DNS-naam van de E-22B/E-22C. 2 Klik op het tabblad dat overeenkomt met de WebTool die u wilt gebruiken.

RESERVEKOPIE

RESERVEKOPIE

MAKEN VAN INSTELLINGEN EN DEZE TERUGZETTEN

53

MAKEN VAN INSTELLINGEN EN DEZE TERUGZETTEN U kunt een reservekopie maken en terugzetten van geselecteerde instellingen of van de volledige configuratie van de E-22B/E-22C. Reservekopie maken/Terugzetten Gebruik de functie Reservekopie maken/Terugzetten wanneer de E-22B/E-22C normaal functioneert en u groepen met opgeslagen configuratie-instellingen wilt toepassen op de E-22B/E-22C. Raadpleeg pagina 53 voor meer informatie.

Reservekopie maken/Terugzetten Met de functie Reservekopie maken/Terugzetten in Configure kunt u een reservekopie maken van geselecteerde instellingen van de E-22B/E-22C en deze later terugzetten, zonder systeemsoftware opnieuw te installeren. Wanneer u een reservekopie maakt van instellingen, slaat u een configuratiebestand met de instellingen op. U kunt een reservekopie maken en terugzetten van de volgende instellingen van de E-22B/ E-22C: • Fiery-systeeminstellingen • Kleurinstellingen • Scaninstellingen • FreeForm-/VDP-hulpbronnen • Virtuele printers • Servervoorinstellingen • Lettertypen • Takenlogboek Raadpleeg de Help van Configure voor meer informatie. U kunt deze functie niet gebruiken om een reservekopie van de Paper Catalog-database te maken of terug te zetten. Raadpleeg de Help van Command WorkStation voor meer informatie over het exporteren van de Paper Catalog-database.

RESERVEKOPIE

MAKEN VAN INSTELLINGEN EN DEZE TERUGZETTEN

54

EEN RESERVEKOPIE MAKEN VIA RESERVEKOPIE MAKEN/TERUGZETTEN 1 Kies Server > Reservekopie maken/Terugzetten in Configure en klik vervolgens op de knop Reservekopie maken. 2 Selecteer de instellingen in het dialoogvenster Reservekopie maken en klik op Volgende. 3 Voer een bestandsnaam in, selecteer een locatie en klik op Volgende. 4 Klik op Voltooien.

EEN RESERVEKOPIE TERUGZETTEN VIA RESERVEKOPIE MAKEN/TERUGZETTEN 1 Kies Server > Reservekopie maken/Terugzetten in Configure en klik vervolgens op de knop Terugzetten. 2 Blader in het dialoogvenster Terugzetten naar het configuratiebestand dat u eerder hebt gemaakt en klik op Volgende. 3 Selecteer de instellingen en klik op Volgende. 4 Klik op Voltooien.

BEHEER

55

BEHEER De E-22B/E-22C bevat vele functies waarmee u de afdrukmogelijkheden, prestaties en beveiliging kunt beheren.

Printerstuurprogramma’s installeren en configureren Voordat u kunt afdrukken vanaf een clientcomputer naar de E-22B/E-22C, moet u eerst op elke clientcomputer een printerstuurprogramma installeren en deze vervolgens configureren voor geïnstalleerde opties van de E-22B/E-22C en de kopieermachine/printer. Nadat u de printerstuurprogramma’s hebt geïnstalleerd en geconfigureerd, kunt u vanuit elke toepassing op een clientcomputer afdrukken naar de E-22B/E-22C. Raadpleeg Afdrukken voor meer informatie over het installeren van printerstuurprogramma’s, inclusief het installeren van printerstuurprogramma’s op andere besturingssystemen.

Wachtwoorden Gebruikerswachtwoorden Voor het instellen van wachtwoorden voor gebruikers of groepen gebruikers gebruikt u Configure (raadpleeg de Help van Configure).

Wachtwoord voor besturingssysteem De E-22B/E-22C vereist een wachtwoord voor het besturingssysteem. In verband met de netwerkbeveiliging wordt u aangeraden dit wachtwoord periodiek te wijzigen. HET WACHTWOORD VOOR HET BESTURINGSSYSTEEM WIJZIGEN 1 Meld u via de monitor aan als beheerder. 2 Druk op Ctrl+Alt+Delete. 3 Klik op Wachtwoord wijzigen. 4 Voer het oude en nieuwe wachtwoord in en bevestig het nieuwe wachtwoord vervolgens. 5 Druk op Enter.

BEHEER

56

De configuratiepagina afdrukken De configuratiepagina bevat alle actieve instellingen in de huidige Instelling. Als u klaar bent met Instelling, drukt u een configuratiepagina af om de instellingen te controleren. Bewaar de huidige configuratiepagina dicht bij de E-22B/E-22C zodat u deze snel kunt raadplegen. Gebruikers hebben de informatie op deze pagina nodig, bijvoorbeeld de huidige standaardinstellingen van de printer. DE CONFIGURATIEPAGINA AFDRUKKEN VANUIT COMMAND WORKSTATION • Klik in Command WorkStation op Bestand > Afdrukken > Serverconfiguratie.

DE CONFIGURATIEPAGINA AFDRUKKEN VIA HET BEDIENINGSPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE 1 Druk op de knop Home op het bedieningspaneel van de kopieermachine. 2 Tik op het tabblad Fiery. 3 Tik op Afdrukbare info. 4 Tik op Configuratie.

De E-22B/E-22C starten, afsluiten, rebooten en opnieuw opstarten Doorgaans kunt u de E-22B/E-22C en de kopieermachine/printer altijd laten aanstaan. In dit deel wordt uitgelegd hoe u de E-22B/E-22C indien nodig kunt starten, afsluiten, rebooten en opnieuw opstarten. Als u de E-22B/E-22C opnieuw opstart, wordt de systeemsoftware van de E-22B/E-22C opnieuw ingesteld zonder het volledige systeem te rebooten. Netwerktoegang tot de E-22B/ E-22C is tijdelijk onderbroken en alle op dit moment verwerkte taken worden beëindigd. BELANGRIJK

Als u een USB-stick gebruikt, moet u deze verwijderen voordat u gaat rebooten. Anders zal de E-22B/E-22C niet rebooten.

BELANGRIJK

Zorg dat u voor de voeding van de E-22B/E-22C een voedingsaansluiting gebruikt die gescheiden is van de kopieermachine/printer. DE E-22B/E-22C STARTEN • Druk eenmaal op de aan-uitknop aan de voorkant van de E-22B/E-22C.

Zorg dat de voedingskabel op het aansluitingenpaneel is aangesloten en dat de aanuitschakelaar in de ingeschakelde stand (|) staat. Druk vervolgens eenmaal op de aan-uitknop aan de voorkant van de E-22B/E-22C.

BEHEER

57

DE E-22B/E-22C AFSLUITEN, REBOOTEN OF OPNIEUW OPSTARTEN 1 Druk op de knop Home op het bedieningspaneel van de kopieermachine. 2 Zorg dat de E-22B/E-22C niet bezig is met het ontvangen, verwerken of afdrukken van bestanden.

Als het systeem net klaar is met het verwerken van een taak, moet u minstens 5 seconden wachten nadat het systeem de stand Niet actief heeft bereikt voordat u verder gaat. 3 Tik op het tabblad Fiery en vervolgens op Fiery opnieuw starten. 4 Kies een van de volgende opties: • Fiery-service opnieuw starten

Hiermee wordt de E-22B/E-22C volledig opnieuw gestart (gereboot), dus zowel de systeemsoftware van de E-22B/E-22C als de software van het Windows-besturingssysteem op de E-22B/E-22C. • Systeem opnieuw starten

Hiermee wordt de systeemsoftware van de E-22B/E-22C opnieuw gestart, maar niet de software van het Windows-besturingssysteem op de E-22B/E-22C. • Systeem afsluiten

Hiermee wordt de E-22B/E-22C volledig afgesloten. 5 Als u de E-22B/E-22C afsluit, doet u het volgende:

• Druk op de bedieningsschakelaar van het bedieningspaneel van de kopieermachine nadat u de E-22B/E-22C hebt afgesloten. • Schakel de kopieermachine/printer uit met de aan-uitschakelaar op de kopieermachine/ printer.

BEHEER

58

Afgedrukte taken wissen Met de opdracht Server wissen kunt u alle afdruktaken verwijderen uit de afdrukwachtrij, blokkeringswachtrij en de wachtrij Afgedrukt van de E-22B/E-22C. U kunt taken ook afzonderlijk of groepsgewijs verwijderen met Command WorkStation. Met de optie Server wissen verwijdert u ook alle taken die gearchiveerd zijn op de vaste schijf van de E-22B/ E-22C, de index van gearchiveerde taken en alle FreeForm-masters. TAKEN OP DE E-22B/E-22C WISSEN • Kies in Command WorkStation de optie Server wissen in het menu Server.

Raadpleeg de Help van Command WorkStation voor meer informatie. Maak altijd een reservekopie van de oorspronkelijke gegevens op uw media wanneer u informatie op de vaste schijf van de E-22B/E-22C opslaat en bewaart. Beschadig de vaste schijf van de E-22B/E-22C nooit en schakel het systeem niet uit terwijl het de vaste schijf gebruikt. Op pagina 56 wordt uitgelegd hoe u de E-22B/E-22C in- en uitschakelt. Technische problemen met de vaste schijf of systeemsoftware van de E-22B/E-22C kunnen leiden tot onherroepelijk verlies van de gegevens die u op de vaste schijf van de E-22B/E-22C hebt bewaard en opgeslagen. Als problemen met de vaste schijf optreden, is de blijvende opslag van de volgende gegevens niet gegarandeerd: • Lettertypen van derden • Afdruktaken • Kleurprofielen, inclusief profielen die zijn gedownload of bewerkt met Spot-On • Taakopmerkingen en instructies • Gegevens van gescande afbeeldingen • Met Impose bewerkte taken • Documenten met variabele gegevens • Adresboeken van de e-mailservice • Configuratiegegevens van de E-22B/E-22C (lijst van alle actieve instellingen in de huidige Instelling)

BEHEER

59

Afdrukken vanaf een USB-stick Gebruikers kunnen PS-, EPS-, TIFF- en PDF-bestanden opslaan op een USB-stick en deze bestanden afdrukken op de E-22B/E-22C. Als u bestanden automatisch wilt afdrukken wanneer u de USB-stick aansluit op de E-22B/E-22C, moet u de bestanden opslaan in specifieke mappen op de USB-stick. BELANGRIJK

Wanneer de systeemsoftware van de E-22B/E-22C is geïnstalleerd, kan de USB-poort aan de zijkant van het bedieningspaneel van de kopieermachine niet worden gebruikt voor het afdrukken vanaf een USB-stick. Raadpleeg Afdrukken voor meer informatie over Afdrukken. AUTOMATISCH AFDRUKKEN MET USB-STICK CONFIGUREREN 1 Stel afdrukopties in.

• Klik in Configure op Netwerk > Poort > USB. • Selecteer USB-poort inschakelen. • Selecteer voor de standaardwachtrij de verbinding waarnaar de E-22B/E-22C bestanden die geen verbinding opgeven, downloadt. • Stel Autom. afdrukken USB-media in op Alle afdrukken. 2 Maak op een computer mappen met de namen Print, Hold en Direct op het hoofdniveau van de USB-stick. 3 Sla de bestanden van de computer op de USB-stick op.

Wanneer u de USB-stick aansluit op de E-22B/E-22C, worden bestanden die zijn gekopieerd naar de mappen Print, Hold en Direct gedownload naar de overeenkomstige afdrukverbinding op de E-22B/E-22C. Bestanden die naar het hoofdniveau van de USB-stick zijn gekopieerd (en elke map onder het hoofdniveau die niet is genoemd voor een afdrukverbinding) worden gedownload naar de wachtrij die u voor USB-afdrukken hebt geconfigureerd. Bereid de USB-stick voor met de juiste mapstructuur en de geschikte bestanden voordat u de USB-stick aansluit op de E-22B/E-22C. Omdat de bestandsverwerking wordt gestart zodra u de USB-stick aansluit op de E-22B/E-22C, is er geen tijd voor bestandsbeheertaken, zoals het verplaatsen van bestanden naar een andere map of het verwijderen van bestanden. 4 Verwijder de USB-stick uit de computer en sluit deze aan op de USB-poort van de E-22B/ E-22C.

Raadpleeg pagina 18 voor de plaats van de poort voor de USB-stick. BELANGRIJK

Zorg dat u de USB-stick op de juiste manier uitschakelt voordat u de verbinding met de computer verbreekt.

BEHEER

60

E-mailadresboeken U kunt e-mail-/internetfaxadressen beheren door e-mailberichten in een specifieke opmaak te verzenden naar deE-22B/E-22C, en u kunt taken uitvoeren zoals het adresboek overschrijven, nieuwe adressen toevoegen, adressen verwijderen en huidige adressen ophalen op de E-22B/ E-22C. Gebruikers kunnen gebruikmaken van de adresboeken wanneer zij bestanden in bijlage naar de E-22B/E-22C verzenden. De E-22B/E-22C ondersteunt maximaal 1.000 vermeldingen in elk adresboek. O PMERKING : E-mailberichten kunnen alleen vanaf een beheerdersaccount worden verzonden.

Soorten adresboeken De E-22B/E-22C ondersteunt verschillende soorten adresboeken waarmee u het verzenden van e-mailberichten en bestanden naar ontvangers en afdruktaken kunt beheren. • Admin (Beheerder): stelt leden in staat het adresboek te wijzigen, het huidige adresboek van de E-22B/E-22C op te halen, een afdruktaak te annuleren of de status van een taak te ontvangen. Lidmaatschap in dit adresboek biedt echter niet dezelfde privileges als het beheerderswachtwoord (pagina 55). • Print (Afdrukken): bevat gebruikers met afdruktoegang. Gebruikers met e-mailadressen in het adresboek Print mogen taken via e-mail verzenden naar de E-22B/E-22C. Onbevoegde gebruikers krijgen per e-mail het antwoord dat de taak niet door de E-22B/E-22C is geaccepteerd om af te drukken. • Fax: wordt gebruikt voor scannen naar internetfax. Dit adresboek wordt gebruikt om scanbestanden via internetfax naar de E-22B/E-22C te verzenden. U kunt adressen in het adresboek niet gebruiken om een e-mail naar de E-22B/E-22C te verzenden. • Corporate (Zakelijk): een LDAP-adresboek dat wordt gebruikt voor scannen naar e-mail. Het adresboek Corporate wordt gebruikt om bestanden via Remote Scan te verzenden naar een lijst van adressen die op een LDAP-server zijn geregistreerd. • User (Gebruiker): is een door de beheerder gedefinieerd adresboek dat wordt gebruikt voor scannen naar e-mail. Gebruikers kunnen hiermee bestanden verzenden naar een lijst van adressen die in de E-22B/E-22C is geïmporteerd. U kunt ook scanadressen beheren vanaf het tabblad Adresboek voor scannen in WebTools. Raadpleeg pagina 22 voor meer informatie. Voer LDAP-instellingen uit voordat u het adresboek User instelt. Raadpleeg de Help van Configure voor meer informatie. Als een afdruktaak via e-mail wordt verstuurd, controleert de E-22B/E-22C eerst het adresboek Print. Als het e-mailadres van de gebruiker niet overeenkomt met de vermelding in het adresboek Print, dan wordt de taak niet afgedrukt. De gebruiker ontvangt in dat geval een e-mailbericht met de melding dat de afdruktaak niet is geaccepteerd.

BEHEER

61

Het standaardjokerteken “@” wordt opgeslagen in het adresboek voor afdrukken. Hiermee kan elke gebruiker afdrukken naar de E-22B/E-22C tot de beheerder de eerste vermelding aan het adresboek voor afdrukken toevoegt. Als u adresboeken wilt beheren, moet u een e-mailbericht naar de E-22B/E-22C verzenden met opdrachten in de velden Onderwerp en Bericht. De E-22B/E-22C antwoordt via e-mail met informatie over elke aanvraag, zoals beschreven in de volgende tabel. Als u meerdere adressen tegelijk wilt toevoegen of verwijderen, moet u de adressen op aparte regels vermelden in het berichtveld van het e-mailbericht.

Adresboeken terugzetten Als u adresboeken voor uzelf of anderen wilt terugzetten, gebruikt u een e-mailclient om deze terug te zetten vanuit de E-22B/E-22C. EEN ADRESBOEK OPHALEN VANUIT DE E-22B/E-22C 1 Start uw e-mailtoepassing. 2 Open een nieuw berichtvenster. 3 Typ in de Aan-regel het e-mailadres van de E-22B/E-22C. 4 Typ in de onderwerpregel de opdracht en de naam van het adresboek.

Als u bijvoorbeeld het adresboek van de gebruiker wilt ophalen, typt u “#GetAddressBook User”. 5 Verzend het bericht.

Het antwoordbericht bevat de adressen van het opgegeven adresboek. 6 Kopieer de adressen naar een tekstbestand of sla het bericht op.

EEN ADRESBOEK TERUGZETTEN OP DE E-22B/E-22C 1 Start uw e-mailtoepassing. 2 Open een nieuw berichtvenster. 3 Typ in de Aan-regel het e-mailadres van de E-22B/E-22C. 4 Typ in de onderwerpregel de opdracht en de naam van het adresboek.

Als u bijvoorbeeld het adresboek van de gebruiker wilt terugzetten, typt u “#GetAddressTo User”. 5 Kopieer de adressen naar de inhoud van het e-mailbericht met elk adres op een afzonderlijke regel.

U kunt ook bijnamen opslaan. Als een bijnaam of een adres echter langer is dan één regel, moet u het verkorten tot het op de regel past. 6 Verzend het bericht. 7 Controleer in het e-mailbericht dat u als antwoord hebt ontvangen, of de adressen correct zijn teruggezet.

BEHEER

62

Beheerdersopdrachten voor het beheren van adresboeken U kunt een e-mailclient gebruiken om de adresboeken te beheren die zijn opgeslagen op de E-22B/E-22C. Taak

Onderwerpveld beheerder

Berichtveld beheerder

Een specifiek #GetAddressBook adresboek ophalen adresboeknaam

Bijvoorbeeld: #GetAddressBook Admin Een adres toevoegen aan een adresboek

#AddAddressTo adresboeknaam

Bijvoorbeeld: #AddAddressTo Print

Een adresboek wissen

#ClearAddressBook adresboeknaam

Onderwerpveld e-mailantwoord

Berichtveld e-mailantwoord

Address Book adresboeknaam

Lijst met adressen in het opgegeven adresboek

Bijvoorbeeld: Address Book Admin naam@domein of “weergavenaam”

Added to Address Book Lijst met aan het adresboeknaam adresboek toegevoegde adressen De E-22B/E-22C toont Bijvoorbeeld: ook adressen die niet Added to Address Book toegevoegd kunnen Print worden, met vermelding van de reden. Address Book adresboeknaam cleared of

Bijvoorbeeld: #ClearAddressBook User

Als het adresboek niet is gewist, wordt de reden opgegeven.

Address Book adresboeknaam not cleared

Bijvoorbeeld: Address Book User cleared Een adres verwijderen uit een adresboek

#DeleteAddressFrom adresboeknaam

Bijvoorbeeld: #DeleteAddressFrom User

Help opvragen #Help voor e-mailservices

naam@domeinof “weergavenaam” Removed from Address Book adresboeknaam

Bijvoorbeeld:Removed from Address Book User

RE: Help

Adres 1 verwijderd Adres 2 verwijderd De E-22B/E-22C toont ook adressen die niet verwijderd kunnen worden, met vermelding van de reden. Syntaxis van e-mail voor probleemoplossing

BEHEER

63

Afdrukken vanaf mobiele apparaten Met Rechtstreeks mobiel afdrukken kunt u rechtstreeks draadloos afdrukken naar de E-22B/ E-22C vanaf ondersteunde mobiele apparaten. Ondersteunde mobiele apparaten moeten worden aangesloten op hetzelfde draadloze netwerksubnet als de E-22B/E-22C om te kunnen afdrukken via Rechtstreeks mobiel afdrukken.

De E-22B/E-22C instellen voor Rechtstreeks mobiel afdrukken Voor het gebruik van Rechtstreeks mobiel afdrukken moet u de volgende instellingen configureren in Configure: • Netwerk > Protocol > TCP/IP > Beveiliging: Geef de in te schakelen poorten op of selecteer Poortfilter inschakelen Beschikbare poorten > 5353 (Multicast DNS): geselecteerd Beschikbare poorten > 80 (HTTP): geselecteerd Beschikbare poorten > 631 (IPP): geselecteerd Beschikbare poorten > 6310 (Rechtstreeks mobiel afdrukken): geselecteerd • Netwerk > Services > Web: Web Services inschakelen: geselecteerd IPP inschakelen: geselecteerd • Netwerk > Services > Bonjour: Bonjour inschakelen: geselecteerd Rechtstreeks mobiel afdrukken inschakelen: geselecteerd • Printer > Algemeen: Afdrukwachtrij publiceren: geselecteerd Zorg dat de instellingen van de E-22B/E-22C zijn geconfigureerd zoals aangegeven. Rechtstreeks mobiel afdrukken werkt niet als deze instellingen worden gewijzigd. Raadpleeg de Help van Command WorkStation voor meer informatie over deze instellingen.

BEHEER

64

Aanvullende vereisten voor Rechtstreeks mobiel afdrukken Voor Rechtstreeks mobiel afdrukken is configuratie van netwerk en beveiliging nodig om taken af te drukken die vanaf mobiele apparaten zijn verzonden. Volg de volgende configuratievereisten: • U kunt documenten met een beveiligd wachtwoord afdrukken via Fierygebruikersauthenticatie (raadpleeg pagina 11). • Als Rechtstreeks mobiel afdrukken op meer dan één E-22B/E-22C wordt uitgevoerd, moet u aan elke E-22B/E-22C een aparte Bonjour-naam toewijzen. Als u aan meerdere E-22B/E-22Cs dezelfde naam hebt toegewezen, leidt dit tot problemen met de gebruikersauthenticatie. • Controleer of de E-22B/E-22C is aangesloten op een draadloos toegangspunt op het netwerk. • Controleer of de ondersteunde mobiele apparaten zijn aangesloten op hetzelfde draadloze netwerk als de E-22B/E-22C. Raadpleeg Afdrukken voor meer informatie over Rechtstreeks mobiel afdrukken.

Afdrukken naar PrintMe-cloud Gebruikers met een PrintMe-abonnement kunnen een document uploaden naar de PrintMecloudservice en het document vervolgens afdrukken naar de kopieermachine/printer via het bedieningspaneel van de kopieermachine. • Voor de PrintMe-functie op de E-22B/E-22C is een abonnement op de PrintMecloudservice nodig. • Voor informatie of ondersteuning met betrekking tot de PrintMe-cloudservice kunt u contact opnemen met Electronics for Imaging via [email protected]. • De beschikbaarheid van PrintMe kan verschillen, afhankelijk van het land of de regio. Raadpleeg Afdrukken voor meer informatie over het gebruik van afdrukken naar de PrintMecloud.

BEHEER

65

Afdrukken naar PrintMe-cloud instellen U moet de E-22B/E-22C instellen via Configure om afdrukken naar de PrintMe-cloud in te schakelen. AFDRUKKEN NAAR DE PRINTME-CLOUD INSTELLEN 1 Meld u aan bij Configure (raadpleeg pagina 44). 2 Schakel afdrukken naar de PrintMe-cloud in.

• Klik op PrintMe. • Selecteer PrintMe inschakelen. O PMERKING : (optioneel) Als u afdrukken naar de PrintMe-cloud wilt gebruiken via een proxyserververbinding met de E-22B/E-22C, configureert u de instellingen voor de proxyserver.

– Selecteer Proxy-instellingen. – Schakel Proxy in en voer de proxyservergegevens in. – Sla de instellingen op. • Klik op Toepassen.

BEHEER

66

Optimale prestaties van de E-22B/E-22C onderhouden De E-22B/E-22C vereist geen onderhoud. Naast service en onderhoud van de kopieermachine/printer en het bijvullen van verbruiksartikelen, kunt u de algehele prestaties van het systeem verbeteren door regelmatig de prestaties van de E-22B/E-22C te controleren. • Gebruik uw netwerkverbindingen op een zo goed mogelijke manier.

Publiceer alleen verbindingen die gebruikt zullen worden. De E-22B/E-22C controleert voortdurend alle gepubliceerde verbindingen, zelfs als deze niet actief zijn. Controleer de gepubliceerde verbindingen door een configuratiepagina af te drukken. Verwijder verbindingen die niet worden gebruikt. U kunt deze eenvoudig op elk gewenst moment weer instellen. • Stel het afdrukken van minder urgente taken uit totdat er minder netwerkverkeer is of er minder wordt afgedrukt.

U kunt terugkerende of minder urgente afdruktaken in de blokkeringswachtrij plaatsen. De beheerder of een gebruiker van de hulpmiddelen voor taakbeheer met operatorrechten kan dan bij minder verkeer alle taken van de blokkeringswachtrij verplaatsen (of kopiëren) naar de afdrukwachtrij. • Beperk onnodige netwerkcommunicatie.

Grote aantallen gebruikers die Fiery-hulpprogramma’s uitvoeren kunnen, met name als er regelmatig updates plaatsvinden, de prestaties van de E-22B/E-22C sterk beïnvloeden. • Zorg ervoor dat u voldoende schijfruimte hebt op de E-22B/E-22C.

Controleer regelmatig de lijst van afdruktaken in de blokkeringswachtrij en het aantal afdruktaken dat zich in de wachtrij Afgedrukt bevindt. Een beheerder kan taken in de wachtrij Afgedrukt en de blokkeringswachtrij afdrukken of verwijderen. U kunt overwegen niet-actieve taken af te drukken of te verwijderen. Als er vaak weinig schijfruimte op de E-22B/E-22C is, kunt u de wachtrij Afgedrukt uitschakelen en ervoor kiezen de blokkeringswachtrij niet te publiceren in Printerinstellingen. Voor het verplaatsen of verwijderen van afdruktaken uit wachtrijen gebruikt u de hulpmiddelen voor taakbeheer. Als u schijfruimte vrijmaakt door niet-actieve taken te verwijderen, worden nieuwe taken sneller in wachtrijen geplaatst en afgedrukt.

PROBLEMEN

OPLOSSEN

67

PROBLEMEN OPLOSSEN De opstartdiagnose wordt beschreven in de documentatie voor onderhoudstechnici. Neem contact op met uw geautoriseerde Service/Support Center als u opstart-foutberichten krijgt op Command WorkStation of als de E-22B/E-22C niet de stand Niet actief bereikt.

Foutenrapporten voor taken Als fouten optreden wanneer de E-22B/E-22C taken verwerkt of afdrukt, kunt u een foutenrapport voor de taak verzenden naar de afdeling Technische ondersteuning. Het foutenrapport voor een taak bevat belangrijke informatie voor de afdeling Technische ondersteuning om problemen op te lossen zoals taakfouten, systeemstoringen of onverwachte afdrukresultaten. In foutenrapporten voor taken worden taakbestanden, logboeken en informatie over de E-22B/E-22C verzameld. Wanneer u een foutenrapport voor een taak maakt, worden in Command WorkStation taakbestanden, logboeken en informatie over de E-22B/E-22C verzameld en opgeslagen in een zipbestand. Voordat u het zipbestand naar de afdeling Technische ondersteuning verzendt, kunt u om veiligheidsredenen bepaalde bestanden uit het zipbestand verwijderen. O PMERKING : Afdruktaken hoeven geen foutstatus te hebben om foutenrapporten voor taken

te genereren. U kunt een foutenrapport maken voor alle taken in de wachtrij Geblokkeerd of Afgedrukt. EEN FOUTENRAPPORT VOOR EEN TAAK MAKEN 1 Selecteer in Command WorkStation een taak in de wachtrij Geblokkeerd of Afgedrukt. 2 Windows: houdt u Ctrl ingedrukt en klikt u met de rechtermuisknop op de taak. Mac OS: houdt u Command ingedrukt en klikt u met de rechtermuisknop op de taak. 3 Klik op Foutenrapport maken in het snelmenu. 4 Voer gegevens over de taakfout in.

• Voer in het tekstveld opmerkingen en eventuele aanvullende details in, zoals stappen waarmee de afdeling Technische ondersteuning de fout kan reproduceren. • (Optioneel) Voeg “Rasters” en “Kleurprofielen” toe aan het rapport. • (Optioneel) Voeg bestanden bij het rapport als bijlage, bijvoorbeeld een PS-bestand. 5 Sla het foutenrapport voor de taak op in een opgegeven map.

PROBLEMEN

OPLOSSEN

68

Runtime-foutberichten Raadpleeg de Help van Command WorkStation voor foutmeldingen in verband met het annuleren van taken en het afdrukken, met inbegrip van Schijf vol-meldingen en waarschuwingen over het laden van media. Gebruikers van Mac OS-toepassingen kunnen PostScript-foutrapportage inschakelen als een afdrukoptie.

Printer niet gevonden Als een printer niet kan worden gevonden in het netwerk, is de oorzaak meestal dat naam- of adresinstellingen voor de E-22B/E-22C met elkaar in conflict zijn of ontbreken. U moet op bepaalde plaatsen bepaalde namen typen. De volgende namen zijn vereist: • TCP/IP-hostnaam (wordt ook de DNS-naam genoemd), die door uw organisatie wordt gedefinieerd. Typ de hostnaam als de servernaam in Instelling van de E-22B/E-22C. • Externe printernaam (interne naam). Gebruik een van de volgende namen: – print – hold – direct O PMERKING : Als u de DNS-naam (TCP/IP-hostnaam) van de E-22B/E-22C wijzigt, moet u

een van de hulpprogramma’s op elke computer opnieuw configureren.

PROBLEMEN

69

OPLOSSEN

Raadpleeg de onderstaande tabel voor de juiste naam. Op deze locatie

Voor dit item

TCP/IP-netwerken

Raadpleeg

Instelling

servernaam

Beheerder definieert naam

pagina 27

Hosts-bestand van Windows

hostnaam

DNS-naam

pagina 16

(TCP/IP-hostnaam) Setup van Windows voor TCP/IP

LPD-hostnaam

DNS-naam

pagina 16

(TCP/IP-hostnaam) naam van printer print, hold of direct op LPD-hostcomputer

UNIX /etc/printcap-bestand (BSD)

rp-regel

print, hold of direct

Solaris

lpadminwachtrijnaam

print, hold of direct

Dialoogvenster Nieuwe server toevoegen, bij de configuratie van een hulpprogramma

servernaam

DNS-naam

pagina 17

Hulpprogramma’s

(TCP/IP-hostnaam)

Kan geen verbinding met de E-22B/E-22C maken met hulpprogramma’s Controleer de volgende punten als gebruikers geen verbinding kunnen maken met de E-22B/ E-22C: Instelling van E-22B/E-22C: het juiste netwerkprotocol moet zijn ingeschakeld, met de juiste

parameters (voor TCP/IP is dit bijvoorbeeld het IP-adres). Verder moet u de afdrukwachtrij of blokkeringswachtrij publiceren. U kunt deze instellingen snel controleren door een configuratiepagina af te drukken. Op de clientcomputer: de juiste netwerkprotocollen moeten zijn geladen.

Kan geen verbinding met de E-22B/E-22C maken met Command WorkStation Als er een probleem optreedt tijdens het maken van verbinding met de E-22B/E-22C, wordt een foutbericht weergegeven. Het probleem kan in de volgende situaties optreden: • De E-22B/E-22C wordt het eerst ingeschakeld. • De E-22B/E-22C wordt opnieuw gestart. • Wanneer u instellingen hebt gewijzigd die van invloed zijn op het serveradres, maar u de verbinding met de server niet opnieuw hebt geconfigureerd.

PROBLEMEN

OPLOSSEN

70

Als u dit probleem tegenkomt, probeer dan de volgende oplossingen, in deze volgorde: • Een externe computer die de hulpprogramma’s of WebTools gebruikt, kan storend werken door statusinformatie op te vragen. Sluit indien mogelijk de externe toepassing en probeer opnieuw verbinding te maken. • Start het programma Command WorkStation opnieuw en probeer opnieuw verbinding te maken. • Start de E-22B/E-22C opnieuw.

E-mailafdrukken testen Met dit diagnosehulpmiddel kunt u een snelle test van de e-mailfunctie van de E-22B/E-22C uitvoeren. Bij de diagnose E-mail testen verzendt het systeem een e-mailbericht naar zichzelf. U beheert de resultaten van de door vanuit het menu Functies een e-maillogboek af te drukken. O PMERKING : Zorg dat e-mailafdrukken in Instelling is ingeschakeld (pagina 39).

E-MAIL TESTEN UITVOEREN 1 Druk op de knop Fiery van het bedieningspaneel van de kopieermachine. 2 Druk op het tabblad Fiery op het bedieningspaneel van de kopieermachine. 3 Druk op de knop Aanmelden en meld u als Beheerder aan met juiste wachtwoord. 4 Kies Diagnose uitvoeren. 5 Kies E-mailsysteem controleren. 6 Nadat de test is voltooid, keert u terug naar het menu Fiery en kiest u Printable Pages (Afdrukbare pagina’s). 7 Kies E-maillogboek.

Het e-maillogboek wordt door de E-22B/E-22C naar de kopieermachine/printer verzonden. 8 Zoek in het e-maillogboek naar de resultaten van de test in de kolom Status.

Een succesvolle overdracht geeft aan dat de E-22B/E-22C in staat is e-mail te verzenden via het netwerk. Een mislukte overdracht geeft een probleem aan met de opties in Instelling van E-22B/E-22C. Controleer of de opgegeven opties in Instelling juist zijn.

INDEX

71

INDEX 1000BaseT 19 100BaseTX 19 10BaseT 19 802.1x-authenticatie, optie 41

A Aanpassen aan zomertijd, optie 29 aanraakscherm afbeelding 24 toegang tot instelling 24 Actie bij verkeerde combinatie, optie 32 afdrukken configuratiepagina 26 lettertypenlijst 26 omslagpagina voor elke taak 48 opnieuw afdrukken van eerder afgedrukte taken 13 pagina’s met serverinformatie 26 startpagina bij opstarten 30 verbindingen 13 Afdrukken hervatten, opdracht 24 Afdrukken onderbreken, opdracht 24 Afdrukken tot PS-fout, optie 47 Afdrukstand, optie 50 afdrukwachtrij opnieuw afdrukken van taken 32 publiceren 30 Afdrukwachtrij publiceren, optie 30 Afdrukwachtrij, beschrijving 13, 14 Afgedrukt, wachtrij 13, 32 AppleTalk inschakelen, optie 37 AppleTalk-instellingen 37 AppleTalk-zone, optie 37 Auto IP-configuratie inschakelen, optie 28 Automatische ladekeuze, optie 51

B Begin, WebTool 22 beheerdersrechten 12 blokkeringswachtrij publiceren 30 Blokkeringswachtrij publiceren, optie 30 Blokkeringswachtrij, beschrijving 13, 14 Bonjour inschakelen, optie 38 Bonjour-instellingen 38 Bonjour-servicenaam, optie 38

C client instellen, overzicht 9 Command WorkStation configuratiepagina 56 problemen bij verbinding met server 69 configuratiepagina afdrukken 26, 56 problemen met verbindingen oplossen 69 Configure, WebTool 22 contactinformatie voor de ondersteuning van de afdrukserver 31 Courier-lettertype, automatisch gebruiken 47 Courier-vervanging toestaan, optie 47 CR toevoegen aan LF, optie 50

D Diagnose uitvoeren, opdracht 27 Directe verbinding beschrijving 13, 14 publiceren 30 vereist voor downloaden van lettertypen 14 Directe verbinding publiceren, optie 30 DNS (Domain Name Server) implicaties van een wijziging 68 instelling 35 naam van de lijstserver 16 DNS-adres automatisch ophalen, optie 35 Documenten, WebTool 22 Domeinnaam, optie 35 downloaden van lettertypen, Directe verbinding vereist 14 Downloads, WebTool 22

INDEX

E E-mail-instelling 39 E-maillogboek afdrukken 26 diagnose 70 E-mailservices inschakelen, optie 39 ethernet connector 19 poortinstellingen 28, 34 snelheid 28, 34 TCP/IP-instellingen 34 Extern bureaublad inschakelen 37

F Formulierlengte, optie 50 foutberichten “Geen AppleTalk-zone gevonden” 37 runtime 68 FreeForm-master 48 FTP-instellingen 39 FTP-logboek 26 Functies, menu 24

G gateway, adres automatisch toewijzen 28

H hostnaam of DNS-naam wijzigen 68 hostnaam, registreren bij netwerk 16, 68 hulpmiddelen voor taakbeheer takenlogboek afdrukken 33 hulpmiddelen voor taakbeheer, taken verwijderen met 58 hulpprogramma’s protocol inschakelen op de server 34 vereiste afdrukverbindingen 30

I inschakelen clienthulpprogramma’s 34 WebTools 37 Instelling openen 24 instelling netwerkinstellingen 33 PS (PostScript)-instellingen 31 serverinstellingen 29 service-instellingen 37

72

Takenlogboek instellen 33 vanaf een netwerkcomputer 44 Internet Printing Protocol, inschakelen 39 internet, server benaderen met WebTools 22 IP-adres automatisch toewijzen 28 handmatig toewijzen 28 statisch 28 voor ethernet-instellingen 28 IP-adres voor ethernet-instelling 35 IP-filter inschakelen, optie 41 IP-poortblokkering 42 IPP inschakelen, optie 39 IPP-instellingen 39 IPSec-instelling 43 IPv4, TCP/IP 34 IPv6 inschakelen, optie 35 IPv6, TCP/IP 35

J Java-ondersteuning internetbrowser 52

K Kalibratie, opdracht 25 kleurendiagrammen 26

L Lade-uitlijning, opdracht 25 lettertypen bron 50 lijst met lettertypen afdrukken 26 printerlettertypen op server 26 tekenbreedte 50 tekengrootte 50 vervanging 47 Lettertypenummer (PCL), optie 50 LPD (TCP/IP) 38 LPD inschakelen, optie 38 LPR (TCP/IP), UNIX 17

M Master afdrukken, optie 48 Maximumgrootte bijlage, optie 40 Microsoft Active Directory 17

N naam geven aan server 27, 29, 68 netwerkinstellingen 33 netwerkkabel aansluiten 18

INDEX

73

O

R

Omslagpagina, optie 48 onderhouden van serverprestaties 66 ondersteunde netwerkprotocollen 16 operatorwachtwoord, rechten 13 Opmerkingen, optie in Windows-afdrukken 36 opnieuw afdrukken van taken 13

regelterugloop, PCL-taken 50 RJ-45-connector 19

P Pagina’s afdrukken, opdracht 26 PANTONE 26 Papierformaat voor systeempagina’s, optie 50 Papierformaten converteren, optie 48 Papiergewicht, optie 48 PDF- en PS-objecten opslaan in cache, optie 48 PDF-bestanden, lettertypevervanging in 47 Poort 9100 inschakelen, optie in afdrukservices 39 Poort 9100-wachtrij, optie 39 Poortconfiguratie inschakelen, optie 42 poortfilterinstelling 42 poortinstellingen, ethernet-instellingen 28, 34 PostScript-fout 47 PostScript-instellingen, zie PS-instellingen Primaire DNS-server, optie 35 printer fout bij verbinden 68 niet gevonden 68 niet in Kiezer 68 Prioriteit lade voor handinvoer, optie 32 problemen oplossen Command WorkStation, problemen met verbinding 69 Printer niet gevonden in de selectielijst met hulpprogramma’s 69 Printer niet gevonden op TCP/IP- of IPXnetwerken 68 verbinden met printer mislukt 68 productiviteit, instellingsopties 51 Protocol voor afdrukken, optie in Bonjourinstellingen 38 protocollen, netwerk 16 PS (PostScript)-instellingen 31 publiceren van verbindingen, overzicht 13 Punten, optie 50

S Scannen inschakelen, optie 40 scannen, bijlagegrootte 40 schijfruimte 66 Scope (SLP-instellingen) 37 Secundaire DNS-server, optie 35 server aanraakscherm 24 naam geven 27, 29 prestaties onderhouden en verbeteren 66 Server wissen, opdracht 26, 58 serverinstellingen 29 servernaam serverinstellingen 27, 29 Windows-afdrukken 36 service-instellingen 37 services IP-filterinstellingen 41 poortfilterinstelling 42 SLP-instellingen (Service Location Protocol) 37 SMB 36 standaard gebruikt papierformaat 49 Standaard LPD-wachtrij, optie 38 Standaardpapierformaten, optie 49 Standaardwachtrij, optie in Bonjourinstellingen 38 startpagina afdrukken 30 Startpagina afdrukken, optie 30 Subnetmasker, optie 28 Symbolenset, optie 50

INDEX

74

T

W

Taken opgeslagen in wachtrij Afgedrukt, optie 32 Takenlogboek definitie 33 instelling 33 menu Afdrukbare info 26 paginaformaat instellen 33 taken wissen uit 58 TCP/IP ethernet-instellingen 28 gepubliceerde verbindingen 30 hostnaam 68 met UNIX-werkstations 17 TCP/IP voor ethernet inschakelen, optie 34 Tekenbreedte, optie 50 tekens per inch 50 tekens, gebruikt in Command WorkStation 31 Tekenset gebruiken, optie 31 terminologie, algemeen 8 testpagina afdrukken 26 Tijdserver, optie 29 Tijdzone, optie 29 Time-out verkeerde combinatie, optie 32 Twisted Pair-kabel 19 Type gateway, optie 28

Wachtrij Afgedrukt inschakelen, optie 32 wachtrijen publiceren 30 wachtrijen, alles wissen 58 Wachtwoord vereisen voor afdrukken van takenlogboek, optie 33 wachtwoorden beheerdersrechten 12 instellen 12 operatorrechten 13 Web Services inschakelen, optie 37 Web Services instellingen 37 WebTools Begin 22 Configure 22 Documenten 22 Downloads 22 inschakelen 37 Werkgroep of domein, optie 36 Windows-afdrukken 36 domeinkwesties 17 Windows-instellingen 36 WINS-naamserver 36

U UNIX externe printernaam 69 in TCP/IP-netwerk 17 printcap-bestand 69 USB-afdrukken 59

V Veilig wissen, optie 30 verbeteren van serverprestaties 66 Verkeerde combinatie van acties inschakelen, optie 32 Verschuivingsmodus, optie 32 Verwerking tijdens ontvangst inschakelen, optie 51 Verwerking tijdens ontvangst, optie 51 Voorbeeld tijdens verwerking, optie 31

E-22C. Configuratie en instellingen

Recommend Documents