Duurzame langetermijnstrategie

Special Transport en Logistiek

“Duurzame

langetermijnstrategie is sleutel tot succes”

“Natuurlijk voelen we de crisis, alleen gaan we uit van onze eigen sterkte, en denken we vooral op lange termijn. Dat resulteert in een gestage maar zeer duurzame groei.” Dat zegt general manager Brigitte Vanhoorne van Storopack Benelux, met hoofdvestiging in Machelen. Ondernemingsgroep Storopack is wereldwijd actief en is gespecialiseerd in allesomvattend advies voor beschermende verpakkingen. Woord: Joris Herpol – Beeld: Filip De Smet

Storopack is een familiebedrijf dat in 1874 werd opgericht als leerlooierij door Johannes Reichenecker in Backnang (Duitsland). Het bedrijf wordt momenteel geleid door de vierde generatie. Storopack is wereldwijd actief en realiseerde een omzet van 302,5 miljoen euro in 2010, een toename met 14,8 procent in vergelijking met het vorige jaar. Daarmee overtrof de ondernemingsgroep het doel dat ze zichzelf had gesteld. Ondanks sterk gestegen grondstofkosten evenaarde het resultaat

dat van het jaar voordien en lag het dus op schema. De groep wil op dezelfde weg verder gaan dankzij succesvolle productinnovaties. Wat grondstoffen voor kunststof, papier en energie betreft, houdt Storopack op lange termijn rekening met aanhoudende kostenstijgingen. Daarom investeert de groep in producttechnologie waarbij wordt bespaard op hulpbronnen en minder grondstoffen worden gebruikt voor eenzelfde customer value. Hierin schuilt volgens de bedrijfsleiding het concurren-

tievoordeel. Er werken momenteel 2.616 mensen voor de groep, waarvan een veertigtal in de Benelux.

Vier producten Storopack Benelux is gespecialiseerd in vier producten: beschermende verpakkingen met luchtkussens, papier, schuim en Loose Fill (chips). De activiteiten in de Benelux van Storopack worden geleid door algemeen directeur Brigitte Vanhoorne. “We hebben in feite verschillende vestigingen: in Harelbeke, Wuustwezel en Machelen. Daarnaast zijn er heel wat salesmensen op de baan”, legt Brigitte Vanhoorne uit. “Die salesmensen zijn zeer belangrijk voor het persoonlijk contact met de klant, want onze filosofie is om mee te denken met de klant. We willen de klant niet alleen beschermende verpakkingsmaterialen aanbieden als product, maar we willen ook en vooral een allesomvattend advies geven. Zo kunnen we de klant de beste verpakkingsoplossing bieden, en de productiviteit van het verpakkingsproces bij de klant verbeteren. We gaan voor duurzame klantenrelaties op lange termijn. En dat rendeert. We groeien gestaag, maar het is wel een duurzame groei. Vorig jaar is de omzet van Storopack Benelux gestegen met meer dan 10 procent. Basis voor dit succes is niet alleen de voortzetting van de vernieuwingsstrategie op het gebied van producten, maar ook de focus op allesomvattend advies inzake beschermende verpakkingen.”

Lange termijn “En we willen niet alleen relaties op lange termijn met onze klanten, maar ook met 18 | ondernemers | mei 2012


onze leveranciers en onze medewerkers. Met de leveranciers hebben we een echt partnership uitgewerkt. Onze medewerkers zijn onze belangrijkste ‘asset’. Zonder gemotiveerde medewerkers zijn we niets, want als een medewerker ziek is, dan kan er ook niet geproduceerd worden. Hetzelfde verhaal bij onze klanten: is een medewerker ziek, dan kan er niet verpakt worden. Daarom zetten we ook hoog in op het ‘working comfort’, en zoeken we naar ergonomische manieren om te verpakken, om het de medewerkers zo aangenaam mogelijk te maken.”

“Ik erger me mateloos aan de negatieve berichtgeving in de media. Zonde, want de kwaliteit van Belgische bedrijven gaat niet achteruit. De crisis zit dit jaar nog in het bedrijfsresultaat, maar volgend jaar ebt de angst weg en verbetert het ondernemingsklimaat.” “Ik geloof nogal sterk in het menselijk kapitaal van een onderneming. Onze onderneming is zeer horizontaal gestructureerd, met heel weinig lijnen. Zo wordt de betrokkenheid van de medewerkers verhoogd. Ik geloof ook in de inbreng van de medewerkers, al is dat niet altijd even gemakkelijk. Soms moeten er beslissingen worden genomen, en moeten er knopen worden doorgehakt, maar we ondersteunen onze mensen zo goed mogelijk. Ook al door te investeren in opleidingen. Geschikt personeel vinden blijft een moeilijke opdracht, zeker omdat wij ook gemotiveerde mensen zoeken voor een fysiek zwaardere job. Toch is er bij Storopack geen groot verloop. Dat komt omdat we onze medewerkers mee met het bedrijf laten evolueren.”

Hoe zie je de toekomst tegemoet? Brigitte Vanhoorne: “Waar ik me aan erger, is de negatieve berichtgeving in de media. Die heeft een invloed op ratingbureaus die dan weer veel angst met zich meebrengen. Dat is zonde, want we doen het hier in feite zo slecht niet. De kwaliteit van Belgische bedrijven gaat niet achteruit.

› ”Ik geloof sterk in het menselijk kapitaal van een onderneming. Zonder gemotiveerde werknemers zijn we niets. Een horizontale bedrijfsstructuur, met aandacht voor het working comfort van alle medewerkers, resulteert in hogere betrokkenheid en een lager personeelsverloop. Zo kunnen we medewerkers mee met het bedrijf laten evolueren.”

De crisis zal dit jaar wel nog wat meespelen in het bedrijfsresultaat, maar volgend jaar zal de angst denk ik wegebben en zal het ondernemersklimaat stilaan verbeteren. We merken dit jaar wel dat bedrijven minder snel gaan bestellen, en meer ‘just in time’ bestellen omdat ze zo weinig mogelijk voorraad willen aanhouden. Als hun verkoop daalt, dan daalt het volume dat ze afnemen aan verpakkingsproducten bij ons ook. Ik geloof wel dat ons bedrijf zal blijven groeien, vooral omdat Storopack een fami-

liebedrijf is dat vooral kiest voor duurzaam rendement op lange termijn. Meedenken met de klant, persoonlijk advies, en een sterke focus op eigen producten en innovaties: dat zijn onze troeven, zeker in tijden van crisis. Het feit dat we onze kernproducten nu ook afstemmen voor lagere afzet, maakt dat ook kleinere KMO’s van de voordelen van onze verpakkingstoepassingen kunnen genieten”, besluit Vanhoorne.•

mei 2012 | ondernemers | 19

We tailor our properties to our customers’ requirements. If you want to expand your business Goodman can deliver for you. www.goodman.com/be


Vloeibaar aardgas:

vrachtwagenbrandstof van de toekomst De toepassingen van gecomprimeerd aardgas (CNG) bleven tot nu toe beperkt tot personen- en bestelwagens. Bij zwaardere voertuigen stond het gebrek aan autonomie het gebruik in de weg. Aardgas in vloeibare vorm (Liquified Natural Gas of LNG) vergroot de autonomie nu met factor 3, waardoor de economische en ecologische voordelen van aardgas wel binnen het bereik van het lange-afstandvervoer komen. Beeld: Volvo Trucks

Qua samenstelling lijkt LNG sterk op CNG of aardgas uit het leidingnet. Bij alle drie is het hoofdbestanddeel methaan (CH4). Het verschil is dat (bijna) alle zuurstof, koolstofdioxide, water, zwaardere koolwaterstoffen en zwavelverbindingen die zich in aardgas bevinden tijdens de productie van LNG worden verwijderd. Als dit niet gebeurt, zouden deze componenten bevriezen tijdens het vloeibaar maken. LNG bevat door het ontbreken van deze stoffen een veel hoger percentage methaan (tot ~98%) dan aardgas uit het leidingnet (~82%). In Vlaanderen wordt aardgas vloeibaar toegeleverd via de Fluxys terminal in Zeebrugge, en dus zijn we logistiek gezien zeer goed gelegen om deze nieuwe brandstof

Het consortium BlueCargo wil een netwerk van LNG stations ontwikkelen in België, BlueCorridors zorgt voor de Europese dimensie: vrachtwagens moeten doorheen de EU op weg kunnen via verschillende corridors van noord naar zuid en van oost naar west. te introduceren. Als vrachtwagenconstructeur heeft Volvo Trucks een Dual Fuel uitvoering van de 460pk FM truck commercieel beschikbaar. De methaan-diesel motor haalt 70% van z’n energie uit LNG, maar kan ook op 100% diesel overschakelen als er geen

Voordelen op termijn LNG is momenteel de enige alternatieve aandrijving voor wegtransport over langere afstand, en heeft behalve een groot kostprijsvoordeel ook veel milieuvoordelen t.o.v. diesel, zoals een lagere uitstoot van CO2 en NOx. Bovendien maakt aardgas ons minder olie-afhankelijk, en kunnen we op termijn naadloos overschakelen op vloeibaar biogas, waardoor de milieubalans nog beter wordt. Bio-LNG is volledig hernieuwbare brandstof en kan gewonnen worden uit valorisatie van afvalproducten als mest en GFT-afval. • › De methaan-diesel motor haalt 70% van z’n energie uit LNG, maar kan ook op 100% diesel overschakelen als er geen LNG beschikbaar is.

Meer info? wouter.florizoone@ flanderssmarthub.be

LNG beschikbaar is. Op die manier kan men volop profiteren van de voordelen van het aardgas aan boord, maar blijft de truck operationeel als men niet tijdig kan tanken.

BlueCargo en BlueCorridors Dit brengt ons meteen bij het netwerk van tankstations. De ontwikkeling van een netwerk van LNG stations is immers een voorwaarde voor een efficiënt gebruik van deze nieuwe duurzame technologie, en daarom werd het consortium BlueCargo opgericht. BlueCargo bestaat uit Volvo Trucks, VITO, Flanders Smart Hub en Drive Systems, en wil samen met Fluxys het pad effenen voor de oprichting van de eerste LNG stations in België. Bovendien wordt het initiatief ook gekoppeld aan het project BlueCorridors, waardoor het een Europese dimensie krijgt. Het is immers de bedoeling dat vrachtwagens doorheen de EU met LNG op weg kunnen via verschillende corridors van noord naar zuid en van oost naar west.

Meer weten over LNG als toepassing voor de transportsector? Kom op 6 juni 2012 naar de Mobimixbeurs in Tour&Taxis in Brussel. Dan organiseren Flanders Smart Hub en Mobimix, met de steun van VITO, Drive Systems, Febetra en Federgon een seminarie rond LNG tijdens de Mobimixbeurs. Naast BlueCargo en BlueCorridors komen er ook andere praktijkvoorbeelden aan bod.



Sector vraagt langetermijnvisie voor

autofiscaliteit Er beweegt heel wat in de Belgische automobielsector. Op enkele maanden tijd schaften de verschillende overheden de ecopremie af, hervormde (lees: verhoogde) ze de BIV wetgeving na heel wat onduidelijkheden en werd het Voordeel Alle Aard op bedrijfswagens in het leven geroepen. En welke plaats zal het automobielbedrijf innemen in de multimodale maatschappij van de toekomst? Woord: Kris Timmermans – Beeld: Cliff Van Craen

Vier lokale vertegenwoordigers uit de sector laten samen met koepelvereniging Federauto hun stem horen in dit magazine. “De actualiteit verplicht ons om ruchtbaarheid te geven aan het verhaal van de automobielsector vandaag”, zegt Jos Vermeiren, algemeen Secretaris Vlaanderen van Federauto. “In december vorig jaar –vlak voor het autosalon- werd de ecopremie afgeschaft. In Wallonië werd vanaf 1 januari de Ecomalus verhoogd (belasting bij inschrijving van vervuilende voertuigen), in Vlaanderen traden op 1 maart de nieuwe regels rond de Belasting op Inverkeersstelling (BIV) na heel wat onduidelijkheid in

ecopremie had vooral een impact tijdens het autosalon. Dat was een fiasco. Wat bedrijfswagens betreft, zijn er een aantal grote klanten die een totale aankoopstop ingelast hebben. Sommige bedrijven pasten hun car policy wel al terug aan, maar de vraag is in welke mate dat nu nog terug zal oppikken. Momenteel zitten we op min 30%. Het is nu zaak voor de sectorspelers om hun business aan te passen naar dit worst case scenario. Wie investeringen plande, ondervindt zeker de impact van dat lage cijfer. Ik kan mij voorstellen dat het business plan van de merken uit het hogere segment vandaag ook heel anders is dan vorig jaar.”

“Zoals de kaarten nu geschud zijn, gaan concessiehouders nog weinig te zien hebben met het succes van een merk. Voor constructeurs wordt timing het belangrijkst, op het juiste moment het juiste product uitbrengen.” Frank Hermans (Hergon Group)

voege. En dan is er ook nog het Voordeel Alle Aard (VAA) op bedrijfswagens. Vele particulieren en bedrijven wachten nu onzeker af. De gevolgen laten zich voelen in de verkoop van zowel nieuwe als tweedehandsvoertuigen.”

Worst case scenario Philip Vandewalle, gedelegeerd bestuurder van Sterckx NV: “Het afschaffen van de 22 | ondernemers | mei 2012

“Vooral het Mini-segment kreeg het zwaar door de afgeschafte ecopremie”, zegt Wim Verstraeten, operationeel directeur van Ginion Overijse. “McLaren en BMW houden verrassend genoeg stand, al kregen onze X-modellen wel klappen. Dat hangt niet alleen af van de maatregelen, ook van de modellen die al enkele jaren in roulatie zijn. We zien duidelijk dat particulieren nu kiezen voor lichtere modellen en dat de optieratio’s in fleetwagens aanzien-

lijk dalen. Zowel voor nieuwe als tweedehandswagens is onze omzet gedaald. Het hogere segment is voor occasiewagens zwaar aangepakt door de werkelijke cataloguswaarde die een rol speelt in de nieuwe berekeningen.”

Stabiele fleetmarkt De fleetmarkt blijft de drijvende kracht achter de vernieuwing van de Belgische automobielmarkt, dat bevestigt ook Philippe Simonart, COO van Volkswagen D’Ieteren Finance: “De fleetmarkt vertoont dit jaar een zekere stabiliteit. Vorig jaar was een absoluut recordjaar voor de totale Belgische automobielmarkt met 578.000 ingeschreven voertuigen. Voor 2012 hebben we onze verwachtingen bijgesteld naar 510.000 voertuigen. Dat blijft een grote, sterke markt voor België. De totale verkoop van nieuwe voertuigen is met 12% gedaald, gelijk aan de daling die we vaststellen in de inschrijvingen. De verkoop aan particulieren zakt in de drie eerste maanden van 2012 met 21% door de ‘voorverkoop’. Vele voertuigen die anders tijdens het autosalon werden gekocht, schafte men nu immers nog vlug aan in december vorig jaar.” “In de professionele markt zien we een duidelijke stijging in de operationele leasing. Slechts 40% blijft trouw aan hetzelfde wagensegment bij het veranderen van voertuig, waar dat in 2001 nog 53% was. Minder mensen kiezen in dat geval voor een upgrade, zo’n 38% kiest zelfs voor een downgrade. Ook interessant: men koopt nu voertuigen waarvan de gemiddelde cataloguswaarde gemiddeld 500 euro hoger ligt en de CO2-uitstoot lager is. Men gaat dus voor duurdere wagens met een lagere CO2-uitstoot. Dit compenseert voor een stuk de nieuwe VAA. We vrezen wel dat de consument met het wegvallen van de ecopremie terug zal kiezen voor modellen


met een hogere uitstoot, omdat de groene alternatieven terug duurder geworden zijn. Een gevaarlijke evolutie.” Frank Hermans, CEO van Hergon Group: “Ik heb wel mijn bedenkingen bij dat cijfer van 510.000 voertuigen. Ik denk dat je de impact op de inschrijvingen vandaag nog niet ziet, en de komende maanden wellicht ook niet. Ik moet u wel beamen dat de fleetmarkt stabiel blijft. Onze vestiging in Zaventem is voor 80% fleet en deze presteerde zelfs iets beter dan vorig jaar. Dat hangt, zoals dhr. Verstraeten al zei, ook af van de modellen die je op dat moment hebt en van de competenties van de medewerkers. De Landrover Evoque in ons aanbod is nu zo’n ‘hot car’. Maar als ik de verkoopcijfers van april zie: waanzin. Ook de generalisten Renault en Peugeot voelen hetzelfde: verkoopsresultaten van min 20% of minder. We retailen nu nog de vrij grote pipe van vorig jaar, maar ik vraag mij af wat ik ga retailen in juni, juli en augustus.” “De nieuwe maatregelen zijn eigenlijk een copy/paste van de Nederlandse maatregelen”, gaat Frank Hermans verder. “Als je naar de cijfers kijkt, heeft België met 11 miljoen inwoners een totale jaarlijkse markt van ongeveer 550.000 verkochte auto’s. Maar in Nederland verkopen ze in een goed jaar 100.000 wagens minder, voor 16 à 17 miljoen inwoners! Ik zie geen reden waarom België niet zou evolueren naar dat Nederlandse marktmodel. Ik denk dat we al blij mogen zijn als de schade beperkt is en we eind dit jaar ook de 450.000 verkochte wagens zullen halen.”

Timing is key Frank Hermans: “Mijn gevoel is dat de klant –particulier of professioneel- echt let op de CO2-uitstoot van een nieuwe wagen. Ondertussen weten zij ook al dat die uitstoot in de berekening van het VAA heel determinerend is. Een kleinere motor is een toegeving die we willen maken, zolang de meeste opties behouden blijven. Zoals de kaarten nu geschud zijn, denk ik dat wij als concessiehouder nog weinig te zien hebben met het succes van een merk. Voor constructeurs wordt timing het belangrijkst, op het juiste moment een mooi, uitgekiend product uitbrengen op maat van het publiek, met een correcte CO2-uitstoot en aanvaardbaar qua prijs-kwaliteit.“ Wim Verstraeten: “Daar ben ik het mee eens. Met BMW hebben we vrij snel gereageerd, in januari kwamen er al nieuwe fleetmodellen uit, goed uitgerust en met een lage catalogusprijs. Dat in combinatie met een lage CO2-uitstoot zorgt ervoor dat

je toch winners in het aanbod hebt. Ik hoor dat mensen er weinig problemen mee hebben om een stukje bij te betalen. Het grote slagveld is vooral in het segment met de grotere motoren, waar het financieel verschil exponentieel groter is.”

Gebrek aan overgang Jos Vermeiren: “Als ik advocaat van de duivel mag spelen: uit wat ik hoor hier aan tafel, bereikt de nieuwe wetgeving rond ecofiscaliteit wel haar doel. Er wordt gedownsized, er wordt gekozen voor wagens met een lagere CO2-uitstoot. Als dat de bedoeling was van de overheid, dan zijn ze er wel in geslaagd. Weliswaar met alle gevolgen voor de sector.”

bemoeilijkt werd door een gebrek aan duidelijkheid en transparantie over de maatregelen, stemt iedereen gretig in. “Dat begint nu stilaan te beteren, maar de eerste maanden was het voor de verkoopsploeg enorm moeilijk, zelfs voor onze senior verkopers”, legt Wim Verstraeten uit. “Je moest al vrij onderlegd zijn om je weg te vinden in het kluwen.” Philip Vandewalle: “Het is onduidelijkheid troef. Onze verkopers moeten bijna fiscalisten zijn. Neem nu de nieuwe BTWberekening. Werkgevers moeten voor bedrijfswagens een opdeling maken tussen professioneel en privaat gebruik. Het woon-werkverkeer valt buiten de BTW. De

“Er is een gebrek aan overgang. Een nieuwe autofiscaliteit voor alle nieuwe bestellingen en inschrijvingen, en een overgangsmaatregel voor alle bestaande wagenparken, dat zou een leefbaar verhaal zijn.” Philip Vandewalle (Sterckx NV)

Daar stemmen Wim Verstraeten en Frank Hermans mee in. Philippe Simonart: “In de operationele leasing zien we een stijgend aantal contracten die vroeger dan verwacht stopgezet worden. Bestuurders die een voertuig gebruikten dat qua VAA vrij duur is, wisselden deze 6 à 7 maanden vroeger in dan verwacht voor een model met een lagere uitstoot en VAA. Dat brengt ook meer aanvragen naar nieuwe voertuigen.” Frank Hermans: “Het zijn vooral de mensen die in oktober of november vorig jaar bestellingen plaatsten die zich nu gepenaliseerd voelen. Mochten ze dit geweten hebben, hadden ze wellicht andere modellen gekozen. Dat is de grote onrechtvaardigheid.” Hier valt Philip Vandewalle bij: “Het gaat om een gebrek aan overgang. Als men die nieuwe regelgeving had ingevoerd voor alle nieuwe bestellingen en inschrijvingen en een overgangsmaatregel voor alle bestaande wagenparken, dat had een leefbaar verhaal geweest.”

Gevraagd: transparantie en consistentie Wanneer de vraag gesteld wordt of de contacten met particulieren en bedrijven

vraag is hoe wij als autodealer met die wagens moeten omgaan en hoe de facturatie bij ons moet afgewikkeld worden.” Philippe Decrock, directeur van de Federauto Studiedienst: “Dat is een groot vraagteken. De regering ontwaart niet de urgentie van waar wij mee zitten. In principe moesten we tegen 1 mei ook weten wat de exacte cataloguswaarde is waarop we o.a. het VAA moeten berekenen. Ondernemingen weten niet welke catalogusprijzen ze moeten hanteren bij de voorbereiding van de aankoop van een voertuig. De nieuwe BTW-regeling voor gemengd gebruik brengt ook mee dat een tweedehands doorverkopen (voor beperkt professioneel gebruik) als autodealer duurder kan uitkomen dan dat het bedrijf die wagen rechtstreeks aan de eindkoper zou factureren. Ook daar had al duidelijkheid moeten in zijn, maar de BTW-administratie blijft schipperen zonder concreet plan. We ijveren voor een forfaitaire berekening, ook wat de BTW betreft. Anders wordt de controleronde binnen drie jaar bijzonder moeilijk.” Philip Vandewalle: “En daarbij komt dat onze verkopers de wetgeving moeten kenmei 2012 | ondernemers | 23


nen van drie verschillende gewesten. De verschillen daartussen worden hoe langer hoe groter.” Wim Verstraeten: “Het is in België zeker in ieders belang dat er consistentie komt in de maatregelen. Alleen al consensus tussen de verschillende gewesten zou al flink helpen. In Overijse werken betekent nu dat slechts vijf kilometer verder de BIV van een wagen en de premies er volledig verschillend uitzien. Heel absurd.” Ook Philippe Simonart bevestigt dat de sector een gezamenlijke wetgeving wenst, tenminste wat de taxaties betreft.

hoger voordeel moeten krijgen, of een tegemoetkoming gedurende een bepaalde periode. Hun cataloguswaarde ligt nu eenmaal sowieso al hoger. ” Frank Hermans: “Ook voor bepaalde veiligheidsopties, ik denk maar aan adaptive cruise control, had men een uitzondering moeten maken. Nu wordt je financieel gestraft als je deze opties erbij neemt, terwijl studies al uitwezen dat ze het aantal ongevallen daadwerkelijk doen dalen. De overheid zou de investeringen hierin juist moeten stimuleren.”

“Op termijn zal de overheid niet door het aanpassen van de autofiscaliteit de automobielmarkt het sterkst beïnvloeden, maar wel door de mate waarin ze inzet op multimodaliteit.” Philippe Simonart (Volkswagen D’Ieteren Finance)

Langetermijnvisie nodig voor fiscaliteit Philippe Decrock: “Men weet op beleidsniveau zelf niet goed hoe het met de autofiscaliteit in België juist verder moet gaan. Het Duitse systeem, waarbij men een autofiscaliteit voor de komende 20 à 25 jaar afspreekt, daar hebben we als sector baat bij. Dan kan al wie in de autosector actief is zich daarop enten. Nu gebeurt het allemaal in stukjes. We blijven op onze honger naar een totaalvisie zitten.” Jos Vermeiren: “Het is absurd dat importeurs, concessiehouders e.d. wel business plannen op lange termijn uitwerken, maar die dan compleet onderuitgehaald weten door zaken waar ze geen vat op hebben, zoals de autofiscaliteit. Je zal maar tweedehandsverkoper zijn in een bepaalde niche, sommige stocks zijn door de nieuwe wetgeving gewoon niet meer verkoopbaar. Dat is wat we de overheid kwalijk kunnen nemen, dat het in de strot werd geramd zonder voldoende af te stemmen met de sector en zonder overgangsmaatregelen.” Philippe Decrock: “Niet alleen tweedehandsvoertuigen hebben nu problemen, ook de hybride en elektrische voertuigen hadden in het nieuwe systeem een iets 24 | ondernemers | mei 2012

Philippe Simonart: “Men wil laten geloven dat de nieuwe autofiscaliteit alleen op de auto’s betrekking heeft, maar eigenlijk wordt er rechtstreeks mee in de zakken van de bestuurders getast. Zo gaat er weer wat van het nettoloon af, wat onze internationale concurrentiepositie uiteindelijk kan ondermijnen.”

krijgt nu meer aandacht. De voorbeelden uit de buurlanden tonen een evolutie naar intermodaal gebruik van vervoersmiddelen, zowel individueel als publiek. Dat vergt een totaal andere manier van denken over mobiliteit.” Philippe Simonart: “Er bestaan inderdaad allerlei alternatieven voor individueel vervoer, maar er is coördinatie nodig om al die alternatieven te doen werken. De investeringen in de NMBS om de spoorwegen te verbeteren zijn ook een stap in de goede richting. De vraag is dan of de mensen al open genoeg zijn om van die alternatieven te combineren. Hier staan jongeren helemaal anders tegenover. Wij moeten nu kansen creëren voor onze kinderen, al heeft dat misschien pas binnen 15 jaar een effect.” Philippe Simonart nuanceert de invloed van de fiscaliteit op de totale markt: “Niet alleen de fiscale wetten doen de totale automobielmarkt in België evolueren. Ook de evolutie van het bruto nationaal product in België speelt een rol, samen met het aantal oprichtingen en faillissementen van bedrijven, de evolutie van de Belgische bevolking –of toch van de categorie die in staat is om een wagen te gebruiken- en tenslotte de evolutie van de huwelijken. Tussen nu en 2060 verwachten we zo’n 800.000 bijkomende bestuurders en dus potentiële klanten. Het aantal singles steeg tussen 1990 en 2007 met 33%. Dat vergroot de behoefte aan individuele mobiliteit.” Jos Vermeiren: “De behoefte naar mobiliteit zal inderdaad blijven en nog toenemen. Onze populatie wordt ouder, maar blijft ook langer actief.”

“De sector zou gebaat zijn bij een systeem als in Duitsland, waarbij men een autofiscaliteit voor de komende 20 à 25 jaar uitwerkt. Alleen dan kunnen alle sectorspelers zich daarop enten. Nu blijven we zitten op onze honger naar een totaalvisie.” Het automobielbedrijf van de toekomst De nieuwe fiscaliteit is een katalysator voor een veranderende markt. De ‘look’ van het automobielbedrijf van de toekomst ligt nog niet vast. Philippe Decrock: “Mobiliteit

Philippe Decrock (Federauto)

Philippe Simonart: “In die zin zijn de prognoses voor de Belgische automobielmarkt positief. We evolueren wel naar een multimodale samenleving. De grote kans voor de overheid ligt in het uitdokteren van een


plan om die multimodaliteit te stimuleren, om de combinatie van al die mogelijke vervoerswijzen te doen functioneren. Dat is ook de toekomst waarin de automobielsector zich zal moeten inpassen. We moeten alert zijn bij het aanpassen van fiscale wetgeving want dit kan de gedragingen van de consument beïnvloeden. Maar op termijn zal de overheid niet door het aanpassen van de autofiscaliteit de automobielmarkt het sterkst beïnvloeden, maar wel door de mate waarin ze inzet op multimodaliteit. Philip Vandewalle: “Zolang er voor mobiliteitsprojecten op lange termijn geen homogene structuur wordt uitgebouwd waarin elk beleidsniveau en elke betrokkene wordt samengezet in één enkel initiatief, komt er niets van in huis. Iedereen probeert op zijn niveau zaken uit te werken maar men vergeet het overleg met andere betrokkenen. En daar loopt het altijd vast.”

Tendensen op de markt Philip Vandewalle: “De vraag naar benzinemotoren is terug aan het opkomen.” Frank Hermans stelt daarop: “Dat komt door de nieuwe BIV-wetgeving, maar ook omdat de technische evolutie van de benzinemotor eindelijk die van dieselmotoren gevolgd is. Die heeft in Europa zo goed als stil gelegen, maar ging wel door in de Verenigde Staten. Het efficiëntieverschil tussen een benzine- en een dieselmotor verdwijnt. En als je weet dat een dieselmotor nu duurder is, dan is de keuze vlug gemaakt. Niet vergeten ook: in sommige buurlanden is benzine goedkoper dan diesel!” Wim Verstraeten: “Ik denk dat als we 2020 op de teller gaan zien, dat we met een totaal verschillend verhaal zullen zitten. Ik verwacht de komende jaren grote ver-

› Jos Vermeiren, algemeen secretaris Vlaanderen (Federauto)

anderingen in het autolandschap door de opkomst van de elektrische modellen. Momenteel is er nog nu minder interesse voor die modellen, maar de overgang wordt stilletjes gemaakt. Al onze toekomstige concessies en verbouwingen gebeuren in functie van een elektrisch gamma.”

lanceren, beschouw ik eerder als gevaarlijk. Dat brengt onzekerheid op de markt en doet de klant een afwachtende houding aannemen, omdat hij denkt dat het later misschien voordeliger zal zijn. Eerst een stabiele basis voor de huidige maatregelen, dan eventueel kleine aanpassingen, zoals de BIV voor leasingmaatschappijen.”

“Als we 2020 op de teller zien staan, denk ik dat we met een totaal verschillend verhaal zullen zitten. Ik verwacht de komende jaren grote veranderingen in het autolandschap door de opkomst van de elektrische modellen.” Wim Verstraeten (Ginion Overijse)

Philippe Decrock: “Ook hier zou de overheid actiever moeten sensibiliseren en stimuleren, zoals in onze buurlanden. Op particulierniveau is het verschil in aankoopprijs met een gewone wagen nog te groot om hen massaal in die richting te duwen.” Frank Hermans: “De enorme impact van overheidsmaatregelen kan even goed positief werken. Misschien komt er ook een doorbraak in de zoektocht naar een goedkopere batterij, dan is het probleem vanzelf opgelost. Het is een uitdaging zoals er al zovelen geweest zijn, ik maak mij daar niet teveel zorgen over.” Het gezelschap is het ermee eens dat ecofiscaliteit een trend is die zal blijven doorzetten. Maar kan de overheid ook een soort relance ontwikkelen voor de sector? Frank Hermans: “Ik ben bang van tegemoetkomingen zoals de ecopremie. Ik vind die CO2-drempel zonder nuance zo onrechtvaardig. Als de drempel op 95g ligt, vallen de mensen met een voertuig met net 96g uitstoot uit de boot. Er is geen marge. Dan vind ik een schrootpremie rechtvaardiger, die is voor alle merken hetzelfde. De meest vervuilende wagens worden vervangen door schonere voertuigen die veel veiliger zijn.” Philippe Simonart: “Ik heb mijn twijfels bij de schrootpremie. In Duitsland steeg de verkoop enorm, maar toen de premie werd stopgezet viel de verkoop terug naar nul. Een waar drama voor de autodealers, velen gingen failliet door de plotse daling. Men moet stabiliteit voorzien in de maatregelen die tot nu toe genomen werden. Nu nog extra maatregelen invoeren om alles te her-

Keep it simple Philip Vandewalle: “Naar de overheid toe moet ik de mening van dhr. Simonart bijtreden, tijdelijke maatregelen zullen de markt te zeer destabiliseren. Een vernieuwd wagenpark komt de veiligheid en het milieu ten goede, maar dat kan alleen door stabiele, continue maatregelen. In die zin mag het ook gezegd worden: het Waalse Ecomalus systeem is volgens mij geen slecht systeem. Alle lof voor onze collega’s daar voor de vrij geruisloze implementatie.” Ook Frank Hermans en Wim Verstraeten sluit zich in grote lijnen aan bij die conclusie: “De enige boodschap die ik naar de overheid heb is: keep it simple. Eenvoudige zaken zijn dikwijls de beste basis om alles –economisch gezien dan- laten vooruit te gaan. Niemand hier heeft nood aan een massa complexe maatregelen”, zegt Wim Verstraeten. “Ik pleit voor de harmonisering van de autofiscaliteit in België, met liefst een vereenvoudiging van de bestaande regelgeving. Iedereen moet in staat zijn om in de toekomst zijn eigen berekening te maken. Een calculator die de overheid ter beschikking stelt, kan bv. alle twijfel wegnemen over hoe hoog de belasting zal zijn. En bovenal moet er een langetermijnvisie ontwikkeld worden, o.a. door meer afstemming met de sector”, sluit Philippe Simonart het gesprek af. •


• • • • • •

Tijd- en temperatuurcontrole. Houdbaarheidcontrole met een tijdslabel: Timestrip Temperatuuroverschrijding meten: TimestripPlus label Temperatuurloggers (RFID): LOG-IC Loggers met CLOUDSERVICE via smartphone app. Impactindicatoren e.a.

Voor begeleiding van fusies, overnames en executive search opdrachten H&G Management bvba 0473-321.713 02-305.66.38

Neem gerust contact op, wij staan voor u klaar met een gepersonaliseerde service! www.innolabel.eu [email protected] +32 (0)474 88 10 44

Al meer dan 25 jaar actief in Transport, Logistiek en Supply Chain Management

INDUSTRIEEL BOUWEN OP TOPNIVEAU Cosimco realiseert uw industrieel bouwproject van A tot Z, en dit al meer dan 30 jaar. Onze specialisatie is immers ‘design & build’. We begeleiden u doorheen alle stappen van het bouwproces, van het vinden van de meest geschikte bouwplaats en het opstellen van het bouwprogramma tot het ‘sleutel-op-de-deur’ opleveren van het op uw maat ontworpen bedrijfsgebouw. Meer info op www.cosimco.be of bel 03 450 77 00

Cosimco nv Satenrozen Kartuizersweg 1 B-2550 Kontich Cosimco is in het bezit van een ISO 9001-kwaliteitscertificaat en een VCA** veiligheidscertificaat


Elektrische wagens vlot én veilig opladen

Kent u de voordelen van een elektrische wagen? Hij stoot geen CO2 uit, hij rijdt geruisloos en comfortabel, en zijn verbruikskosten liggen drie keer lager dan die van diesel- of benzinewagens. Ideaal voor korte en middellange trajecten. Met de CarPlug brengt Electrabel u nu de snelle en veilige oplossing om elektrische auto’s op te laden.

Een elektrische wagen tankt elektriciteit. Daarvoor zijn oplaadpunten nodig, thuis of op het werk. Helaas voldoen de oplaadkabels van autobouwers niet altijd.

Totaaloplossing voor bedrijven

Standaardkabel niet efficiënt De bijgeleverde standaardkabel gewoon via het stopcontact aansluiten, is gemakkelijk. Toch is het niet de veiligste, efficiëntste of meest gebruiksvriendelijke oplossing. “De oplaadkabels van sommige autobouwers kunnen maar 10 ampère aan”, zegt Eric Duys, EV-expert van Electrabel. “Voor volledig elektrische voertuigen betekent dit al gauw acht uur opladen. Bovendien kan een gewone stekker een elektriciteitslijn ook overbelasten.”

“De CarPlug volgt het elektriciteitsverbruik van werknemers met een elektrische bedrijfswagen via een identificatiesysteem en de website van Electrabel. Ze vergoeden voor hun thuisverbruik is dus eenvoudig, want ingebouwd in het systeem.”

de meest efficiënte oplaadoplossing op de markt.”

Automatisch opladen tijdens de daluren Eric Duys: “Een eenvoudig touchscreen bedient de CarPlug. Je programmeert het oplaadsysteem en start en stopt een laadbeurt wanneer jij dat wilt. Je kan een auto dus perfect tijdens de daluren laten opladen. Afstandsbediening via een smartphone of het internet is mogelijk. De CarPlug houdt ook het verbruik en de kostprijs van elke oplaadbeurt bij. Het systeem is volledig compatibel met alle merken en types van volledig elektrische en hybride plug-in wagens.”

Electrabel begeleidt bedrijven van a tot z bij de installatie van hun CarPlug-systeem. De elektriciteitsleverancier analyseert de mobiliteitsbehoeften van de onderneming, de elektrische installatie, en het gebruikte en beschikbare vermogen. Dat geeft aan welke aanpassingen noodzakelijk zijn. Hiermee stelt Electrabel de meest geschikte oplossing voor. Omdat personeelsleden hun wagen ook thuis opladen, volgt CarPlug het elektriciteitsverbruik van alle werknemers via een identificatiesysteem en de website van Electrabel. Ze vergoeden voor hun thuisverbruik is dus eenvoudig, want ingebouwd in het systeem. • Meer info? www.electrabel.be/CarPlugB2B

Snel en zorgenvrij met CarPlug “De CarPlug van Electrabel heeft een beveiligde Mennekes-stekker, een aangepaste laadkabel en een rechtstreekse aansluiting op de elektriciteitskast via een aparte lijn. Zo laadt de wagen tegen een groot vermogen van 16 ampère op. Dat betekent een tijdswinst van 60%. Het is daarmee meii 20 me 2012 12 | ondernemers onde on derrnemers | 27 2

30 Reeds 30 jaar specialist in duurzame transport, handling- en stockageoplossingen voor professionelen & organisaties !

Vraag de Plastibac catalogus via onze website (scan deze code)

30 jaar samenwerking samenwerking, flexibili iliteit, ite kwaliteit, verantwoordelijkheid jkheid en klantger gerichtheid.

30

Onze haast onklopbare nklopbare service, se servvicc m met belan ngrijke rij voorraden, same-day-dispatch, spatc patch, verzorgde e levve eringen en u uitstekende after-sales zijn er voorr u,, want w b Plast bij Plastiba acc staat U centraal!

Logistiek & Industrie

Voeding & Catering Milieu & Afval

PLASTIBAC BVBA - SPRL Z.5 Mollem 260 1730 Asse T +32 (0)2 452 95 61 F +32 (0)2 452 28 28 E [email protected]

© 12.046

Stockage & Magazijn

c.eu

w n

stiba ww.pla

te weg s l e n s De oduc t! r p w u aar


Air Cargo Security

Flessenhals op komst

in de luchtvrachtketen

Wie onbelemmerd vrachten wil blijven verzenden, zal vanaf 29 april 2013 geregistreerd moeten zijn als ‘Erkende Afzender’ of ‘Known Consignor’ in een nieuwe Europese database. Brucargo Strategic Committee baart zich zorgen over de nieuwe EU-verordening, die de luchtvrachtindustrie tal van hoge eisen oplegt. Woord: Roger Van den Bossche (O.T.M. Cargo Security)

Volgens de nieuwe EU-verordening moeten alle luchtvrachtzendingen vanaf 29 april 2013 verzonden worden via een veilige logistieke keten. Het ziet er naar uit dat vele Europese verladers niet tijdig zullen voldoen aan de nieuwe vereisten om erkende afzenders of ‘known consignors’ te worden. Zo moet men bv. gescreend en speciaal opgeleid personeel hebben, een beveiligingsadviseur aangesteld per locatie, een beveiligde ruimte waar luchtvrachtzendingen klaargemaakt worden voor verzending enz.

voor huidige en toekomstige problemen m.b.t. de uitvoering van de verordening en om een optimale communicatie te verzorgen. De sector zal voor verladers en forwarders voorlichtingsvergaderingen organiseren over het statuut Regulated Agent (RA) en Known Consignor (KC). • Meer info over hoe u ‘Erkend Afzender’ kunt worden? [email protected]

Zwarte maandag

Oplossingen vanuit de sector Na een overleg tussen het DGLV, O.T.M. (belangenorganisatie voor logistieke professionals) en BAFI (Belgian Airfreight Institute) – o.a. om voor diverse onduidelijkheden in de verordening een oplossing te bieden- werd de oprichting van een overlegplatform beslist, waar alle betrokken partijen voor zullen uitgenodigd worden. De bedoeling van dit platform is om de beste oplossing te zoeken

VVV-CXM@KNFHB-DT

Dit kan grote problemen veroorzaken voor de verladers. Van de 66.000 verladers die nu in Duitsland bekend staan als erkende afzenders, voldoen er slechts 15 aan de nieuwe normen. In België voldoen nu 12 bedrijven aan het statuut van erkende afzender. Verschillende aanvragen wachten op bewerking door het Directoraat-Generaal voor de Luchtvaart (DGLV), dat de erkenning uitreikt in België. Ook andere Europese landen reageren apathisch op het nieuwe security regime. Verandert dit niet in het komende jaar, stevenen we af op een zwarte maandag. Veel vracht zal moeten worden gescreend, wat in Europa voor grote logistieke vertragingen zal zorgen. Momenteel is er te weinig scancapaciteit en zijn er geen plannen voor investeringen. De prijzen voor het scannen vliegen zo de hoogte in, zonder daarbij de nodige vertragingen in acht te nemen. Daar worden ook de bedrijven met incidentele luchtvrachtzendingen de dupe van. Voor hen is het financieel namelijk niet interessanter om te voldoen aan de eisen voor erkende afzenders, waardoor ze noodgedwongen moeten kiezen voor een expressdienst. Expressvervoerders scannen nu al elke zending en zullen minder snel tegen capaciteitsproblemen aanlopen, vanzelfsprekend met een navenant prijskaartje. De verantwoordelijke diensten op de luchthavens moeten er nu voor kiezen om wel te investeren in scancapaciteit. Bedrijven die regelmatig luchtvracht te vervoeren hebben, kunnen er nu nog voor kiezen om zich toch als erkende afzender te laten registreren. Wie daarmee wacht tot 2013, is te laat.

@krtsnbgkhdudqddm ohmbncdvhksfdaqthjdm unnqdwsqàdudhkhfhmf Cxm`knfhbhrcrodbh`khrshmhmmnu`shdudFqddmQds`hkKnfhrshdj+ RdquhbdKnfhrshdjdmD,bnlldqbdchdmrsdmhmcdAdmdktw- V``qcdunkkd+oqhu`bx,dmodqrnnmrfdanmcdmydmchmfdmkdudqdm vhi``mcdcdtqèldsddmfdù`mbddqcdadudhkhfhmfrnoshd- Cdnmsu`mfdqhcdmshÜbddqsyhbgldsddmodqrnnmkhijdohmbncd- Tvhkssnbgmhdsc`stvydmchmfhmudqjddqcdg`mcdmu`ks> Lddqhmen9hmen?cxm`knfhb-dtneadk*21'/(364877/67 Eq`mbhrMdudmr+AtrhmdrrCdudknoldmsL`m`fdqAdktw



MVO in de logistieke sector? Zo pakt u het aan…

De term ‘MVO’ wordt alsmaar vaker in de mond genomen. U heeft ondertussen al een idee van wat het is, maar nog geen idee hoe er concreet invulling aan te geven? Lees nog even verder en laat u inspireren door deze logistieke verhalen. Woord: Sara Geris (Flanders Smart Hub)

CASE

1

Enclavewerking bij H.Essers Het bedrijf: Sinds 1996 is het vroegere Hessenatie Logistics, nu lid van H.Essers, de logistieke partner van Godiva voor opslag en distributie van zijn afgewerkte producten naar zijn uitgebreid distributie- en retailnetwerk in Europa, het Midden- en het Verre Oosten. De klant: Gestart als ambachtelijke chocolademaker groeide Godiva Chocolatier uit tot één van de meest prestigieuze chocolademerken in de wereld. Godiva Europe telt momenteel 400 werknemers en produceert meer dan twee miljoen kilo chocolade per jaar, waarvan 80% voor de export.

greerd werden op één fysiek platform en dat ze ter plaatse zouden uitgevoerd worden i.s.m. een beschutte werkplaats. In één hub werden alle logistieke activiteiten geconcentreerd: de stockage van de (semi-) afgewerkte goederen en verpakkingsmaterialen, de in- en outbound, de pick & pack activiteiten en het verzendklaar maken van de goederen voor gekoelde transporten.

Het verhaal:

De verpakkingsactiviteiten van het Godiva-personeel werden geoutsourced naar H.Essers. In een nieuwe, uitgebreide samenwerking met beschutte werkplaats BWK-deel van BW Leuven met in totaal 1.200 werknemers- wordt hun personeel in ‘enclave’ tewerkgesteld in Kampenhout.

H.Essers analyseerde in opdracht van Godiva de voor- en nabewerkingen op al verpakte goederen (de zgn. finished goods), enerzijds om een snellere respons te bieden aan de talrijke retailklanten wereldwijd en anderzijds als kostenoptimalisatie. Verschillende logistieke processen werden in kaart gebracht, zoals een aantal value added services (verpakking, herverpakking, conditionering en gecustomiseerde etikettering).

Dit samenwerkingsverband biedt een antwoord op de toenemende vereisten van de retailsector. Die vraagt om goederen te leveren met de langst mogelijke houdbaarheidsdatums (best before dates) en om een antwoord te bieden op de toenemende prijzendruk vanuit de markt.Door het inzetten van werknemers van de beschutte werkplaats werd de arbeidskost sterk gedrukt.

Een kortere toevoerketen zou een belangrijk concurrentieel voordeel betekenen in functie van deze doelstellingen. H.Essers stelde daarom een maximale integratie van de activiteiten voor. Het concept hield in dat alle verpakkingsactiviteiten geïnte-

Erwin De Pooter , Business Development H. Essers: “Ik kan de samenwerking alleen maar een win-winsituatie noemen. De BW groeit met ons mee in volume en in moeilijkheidsgraad. Van eenvoudige zaken zoals het etiketteren of het ompakken van voor-

30 | ondernemers | mei 2012

verpakte goederen tot de fase momenteel waarbij we naakte voeding verpakken in consumentenverpakkingen onder diverse voedingsnormen, op grote schaal voor een altijd groeiend aantal klanten. Nieuwe processen zetten we op in nauw overleg en volgens procedures die we samen ontwikkelden. De logistieke oplossing die we bieden aan de chocolatiers gaat gepaard met co-packingactiviteiten. Dat BWK dan in ons logistiek centrum werkt, biedt enorme voordelen in doorlooptijden, kosten, op vlak van kwaliteit en communicatie. Hierdoor is er een permanente procesverbetering en een groeiende automatisering van de activiteiten. Zo zijn stijgende volumes mogelijk met een beperkte groei van werknemers met een handicap in een sterk groeiende markt. We kunnen onze klanten daarom steeds maar betere voorwaarden geven voor de door hen uitbesteedde opdrachten. Voor de BW is er het voordeel van risicospreiding over meerdere chocoladeklanten en de garantie op een samenwerking op langere termijn met meer werkzekerheid voor hun personeelsleden.” •

CASE

2

BW Bouchout ontwikkelt eigen verpakkingsmachine Beschutte Werkplaats (BW) Bouchout profileert zich als expert binnen de voedingsverwerkende sector. De verpakkingsmachines en –ruimtes zijn HACCP gescreend en aangepast, waardoor ze zowel naakte als gesloten voeding mag verwerken. Daarnaast hebben zij een jarenlange ervaring in non-foodactiviteiten (nationale promoacties in de grootdistributie, verpakking en opslag van goederen,…)


In Londerzeel werd in 2008 een volledig nieuwe voedingsruimte gebouwd: een gekoelde high-care zone waar open voeding verwerkt kan worden, een ruime mid-care zone voor het verwerken van gekoelde voorverpakte goederen en een ruim gekoeld magazijn. Bovendien is traceability geïntegreerd in de volledige productielijn en in het eigen ERP-systeem. Voor Nespresso stellen de werknemers van BW Bouchout al zo’n tien jaar de bestellingen samen voor de klanten en maken ze verzendklaar. Door de stijgende vraag moest er voordurend nieuwe personen gezocht worden die dit werk aankonden. Orderpicking is immers niet eenvoudig, het vergt een aantal vaardigheden waarover de doelgroepwerknemers niet altijd beschikken. Daarom voerde BW Bouchout een automatisatie door in de vorm van een nieuwe orderpicking machine. Ook de allerzwaksten konden hierdoor ingeschakeld worden, want de orderpicking ‘robot’ doet het denkwerk zodat enkel de verdere verpakkingshandelingen moeten uitgevoerd worden. Door het succes van deze machine, een unicum in de wereld, kan BW Bouchout ook in deze crisistijden nog mensen blijven aannemen. www.bouchout.be

Zelf met een BW samenwerken? Beschutte werkplaatsen bieden nuttig en betaald werk voor mensen met een handicap. Hiervoor ontvangen zij subsidies van de overheid en zijn ze onderhevig aan de specifieke regels van de sociale economie. Ze bieden diverse activiteiten aan, maar heel wat beschutte werkplaatsen zijn actief op de markt van de afwerking en meer bepaald in de verpakkingsactiviteiten. Daar zijn goede redenen voor: goederen verpakken gebeurt volgens een eenvoudig, manueel en repetitief proces en betreft meestal grote volumes, waardoor dit werk perfect uitvoerbaar is door mensen met bepaalde handicaps. De meest gebruikelijke samenwerking is het uitbesteden van werk dat uitgevoerd wordt binnen de muren van de beschutte werkplaats. U maakt best samen met uw BW een afspraak rond prijs per stuk, om onaangename financiële verrassingen te vermijden. U kan het enclave-systeem overwegen: hierbij voeren de werknemers onder begeleiding van één of enkele monitoren uw opdracht uit binnen uw bedrijf. U heeft hierdoor wellicht een lager stockageniveau nodig, u hoeft immers geen

goederen uit te sturen naar een copacker. Bovendien kan u ook sneller inspelen op de noden van uw markt. Verder bieden de BW’s niet alleen flexibiliteit op het vlak van de uit te voeren activiteiten: ze bespreken ook graag met u de verschillende manieren van samenwerking en staan open voor suggesties en nieuwe vormen van samenwerking op maat van uw bedrijf! Bent u op zoek bent naar een flexibele, creatieve en kwalitatieve oplossing voor een eerlijke prijs, contacteer dan een BW in uw buurt: www.vlab.be. •

Meer info? [email protected]

Verlicht

de last van uw vrachtwagen. Contacteer ons voor meer info over onze leasing oplossingen. Optilease van ING Lease is een aantrekkelijke formule van financiële leasing met aankoopoptie die u de mogelijkheid geeft om de maandelijkse last van uw rollend materieel zo licht mogelijk te maken. Het geheim? U bepaalt gewoon zelf, naargelang uw eigen behoefte, het bedrag van de aankoopoptie. Hoe hoger de aankoopoptie, hoe lichter de maandelijkse aflossing. De maximale aankoopoptie zal worden afgestemd op de verwachte doorverkoopwaarde van uw vrachtwagen.

Tijdens de volledige duur van het contract hoeft u niets meer af te schrijven. Op het einde van het contract kunt u de aankoopoptie lichten, ze overdragen aan een derde of het leasingcontract verlengen. Dus als u wil weten hoe u uw vrachtvoertuigen vederlicht kunt financieren, bel dan met ING Lease op 02/739 64 11 of surf naar www.inglease.be

inglease.be

Leasingmaatschappij: ING Lease Belgium nv – Kolonel Bourgstraat 155, B-1140 Brussel – RPR Brussel – Btw BE 0402 918 402 – BIC: BBRUBEBB IBAN: BE 05 3100 4021 5175 – Tel. + 32 (0)2 739 64 11 – Fax + 32 (0)2 739 64 00 – [email protected] – www.inglease.be. Verantwoordelijk uitgever: Filip Indigne, Kolonel Bourgstraat 155, B-1140 Brussel.


PREFERENZ

Meer dan 20 jaar vakmanschap in een familiale sfeer. De Smet Carrosserie, kortweg DSC, is een onafhankelijk, alle-merken-carrosseriebedrijf voor personen-, bestel- en vrachtwagens. En dit reeds meer dan 20 jaar. De zaak werd opgestart in 1988 door Myriam en haar echtgenoot Etienne Desmedt en heeft zich stap voor stap ontwikkeld tot een vooraanstaande onderneming in haar sector. DSC is vandaag een belangrijke partner voor ondernemingen, verzekeringsmaatschappijen en particulieren. De verhuis naar het state-of-the-art bedrijfspand in 2007 is ongetwijfeld het resultaat van een voortdurende waakzaamheid op vlak van de klantentevredenheid. Bij DSC hecht men uitermate veel belang aan een correcte dienstverlening en een gemoedelijke relatie met de klant. Het vormt de basis van het vertrouwen dat we ruim 20 jaar genieten van onze klanten. En dat willen we graag zo houden.

Myriam De Smet Etienne Desmedt

Blijf op de hoogte en geniet van onze promoties via de e-nieuwsbrief. www.carr-desmet.be

Industriezone Dorent Dorent 38 B-1620 Drogenbos T +32 2 466 11 82 F +32 2 46æ6 87 57 E [email protected]

dsc


Ontdek transport via de waterweg Sinds de liberalisering van de binnenvaartmarkt kent het goederentransport via de waterweg een steile opgang, met groeicijfers van 30% en meer per jaar voor bepaalde nichemarkten. De opportuniteiten van binnenvaart als volwaardige transportmodus blijven echter nog te vaak verborgen voor bedrijven. Men ziet binnenvaart nog te vaak als onwerkbaar, traag en moeilijk is. Niets is minder waar.

Veelheid van innovatieve watertransportconcepten De snelheid waarmee veranderingen in het multimodale transportlandschap plaatsvinden maakt het moeilijk om up-to-date te blijven. Transportdeskundigen begeleiden bedrijven al vele jaren gratis bij hun zoektocht naar alternatieve transportconcepten en hebben een diepgaande kijk op de multimodale transportmarkt. Wie zoekt naar een modal shift naar kust- en binnenvaart, kan gratis beroep doen op hun kennis van innovatieve overslagconcepten en van het aanbod van gecombineerd vervoer. › Transportdeskundige Christine De Groef

Gratis transport-logistieke scan leidt tot besparingen Op uw vraag kan de transportdeskundige een transport-logistieke scan uitvoeren. Op basis van een globaal inzicht in de in- en uitgaande goederenstromen wordt nagegaan voor welk deel van het goederentransport de waterweg kansen biedt. Aarzel niet om de transportdeskundige in te schakelen! Zo geniet u maximaal van de actuele kansen die watertransport biedt en bespaart u uw bedrijf vaak flink wat transportkosten. Meer info? [email protected]

reiken trofee uit

De leden-journalisten van de Aviation Press Club (APC) huldigden onlangs hun Man of the Year (MOTY). Dat gebeurde in de gebouwen van Belgocontrol in Steenokkerzeel. Voorzitter Luk De Wilde reikte de jaarlijkse trofee uit aan Brieuc de Meeus, managing director van bagage-afhandelaar Flightcare. Zijn collega Patrick Anspach schetste een beeld van de award-winner en van het afhandelingsbedrijf. De Aviation Press Club verenigt journalisten die actief zijn met de berichtgeving over de luchtvaart. Met veel belangstelling en passie volgen ze de gebeurtenissen in de sector. Niettegenstaande bepaalde kranten en nieuwsmedia niet altijd geneigd zijn om journalisten vrij te stellen voor de berichtgeving over luchtvaart, ziet voorzitter De Wilde dat de belangstelling door de lezers/kijkers/luisteraars erg levendig blijft. www.aviationpressclub.be

VVV-CXM@KNFHB-DT

Luchtvaartjournalisten

@krtdqydjdqu`mvhksyhim c`smhdl`mc`mcdqr tvhcdmshsdhs``mmddls Cxm`knfhbhrcrodbh`khrshmhmmnu`shdudFqddmQds`hkKnfhrshdj+ RdquhbdKnfhrshdjdmD,bnlldqbdchdmrsdmhmcdAdmdktw- Odqrnnmrfdundkhfdfdfdudmrvnqcdmhmgdsahiyhimu`mcd fd`cqdrrddqcdfdrb`mc+udqrkdtsdkcdmudqynmcdm``mnmyd nocq`bgsfdudq-Ynj`mgdsmhdsfdadtqdmc`shdl`mc+cnnqgds udqkhdru`modqrnnmrfdfdudmr+tvhcdmshsdhs``mmddls Lddqhmen9hmen?cxm`knfhb-dtneadk*21'/(364877/67 Eq`mbhrMdudmr+AtrhmdrrCdudknoldmsL`m`fdqAdktw

› Paul Anspach (APC), mevrouw de Meeûs, Brieuc de Meeûs (Flightcare) en Luk De Wilde (APC)


Duurzame langetermijnstrategie

Recommend Documents