1
Website vernieuwd
issn 1382-1962 april 2014
Dagelijks bezoeken tussen de 400 en 500 geïnteresseerden de website van Drukwerk in de Marge en er zijn 400 mensen die per e-mail de berichten ontvangen die op de site worden geplaatst. Om al die gebruikers nog beter van dienst te zijn, is de website ingrijpend vernieuwd: een ander uiterlijk en meer mogelijkheden. Op de nieuwe site kunnen uitgaven te koop worden aangeboden, het plaatsen van berichten is gemakkelijker geworden en er is meer aandacht voor de afdeling techniek. Bovendien is de site nu ook geschikt voor mobiele telefoon en tablet: afhankelijk van de grootte van het scherm past de layout zich automatisch aan. De belangrijkste vernieuwing is dat contribuanten hun uitgaven via de website te koop kunnen aanbieden. Vroeger verschenen aankondigingen van nieuwe uitgaven tussen de andere berichten, nu is er een aparte pagina waarop alle uitgaven vermeld staan. Bovendien kunnen ze met één druk op de knop worden besteld. Alleen als u lid bent van Drukwerk in de Marge kunt u op de site uw uitgaven te koop aanbieden. Dat is heel eenvoudig. U vult een formulier in dat u bereikt via de link bovenin de pagina ‘Uitgaven’. Hebt u een drukkerspagina op de site, dan verschijnen uw uitgaven automatisch ook op uw eigen pagina. Wanneer iemand een uitgave bestelt, wordt er automatisch een e-mail gestuurd naar de maker van die uitgave, met daarin de gegevens van de besteller. De aanbieder kan dan zelf de bestelling afhandelen met de besteller. Ook het plaatsen van berichten is veel eenvoudiger geworden. Registreren of inloggen is niet meer nodig, ook hier volstaat het invullen van een eenvoudig formulier. Iedereen, dus ook niet-contribuanten, kan berichten plaatsen op de website van Drukwerk in de Marge. Extra aandacht is er voor het onderwerp techniek. Naast diverse handleidingen voor drukpersen en handige tips en trucs is er nu een leverancierspagina met een uitgebreide lijst van bedrijven die zaken leveren waar drukkers in de marge behoefte aan hebben. (Ontbreken er volgens u bedrijven of heeft u interessante technische aanvullingen, laat dat dan vooral weten via
[email protected].) Met het ingebruiknemen van de nieuwe site zijn bestaande gebruikersnamen en wachtwoorden grotendeels komen te vervallen. Voor het plaatsen van berichten is het niet meer nodig in te loggen. Drukkers die hun eigen pagina willen onderhou-
Drukwerk in de Marge Nieuwsbrief 148
Van het bestuur
den, kunnen nog wel inloggen. Werkt uw wachtwoord niet of weet u uw gebruikersnaam niet meer, neem dan contact op met de redactie via
[email protected]. En over drukkerspagina’s gesproken: we willen heel graag dat die pagina’s zo compleet en actueel mogelijk zijn. Hebt u een drukkerspagina, wilt u dan uw gegevens nog eens controleren? Kloppen die niet meer, geef de wijzigingen dan door via
[email protected]. Hebt u nog geen drukkerspagina en drukt u wel, dan maken we natuurlijk graag een pagina voor u aan. Wij nodigen u van harte uit de nieuwe website te bezoeken, u vindt hem op www.drukwerkindemarge.org. Uw reacties worden zeer op prijs gesteld. Redactie
Drukmaterialen In de vorige Nieuwsbrief stond een oproep van het bestuur aan alle contribuanten om aan te geven of er behoefte was om drukmaterialen (zoals inkt en schoonmaakmiddelen) via de stichting met korting te kunnen kopen. Gezien de magere respons heeft het bestuur besloten om deze mogelijkheid niet verder uit te werken. Wel biedt Drukkerij Mostert & Van Onderen contribuanten van Drukwerk in de Marge de gelegenheid inkt met korting aan te schaffen. Bijvoorbeeld Van Son Rubberbase:
Opaque White — € 14,85 Pantone Black — € 8,69 Pantone Blue 072 — € 21,41 Pantone Green — € 14,84 Pantone Orange 021 — € 15,48 Pantone Process Blue — € 14,00 Pantone Purple — € 19,98 Pantone Red 032 — € 16,48 Pantone Reflex Blue — € 15,16
Pantone Rhodamine Red — € 21,09 Pantone Rubine Red — € 13,89 Pantone Transparant White — € 7,84 Pantone Violet — € 22,58 Pantone Warm Red — € 12,93 Pantone Yellow — € 13,14 Pantone Yellow 012 — € 15,26 Universal Black — € 19,19 (1 kilo)
Dit zijn de standaardprijzen voor blikken van 0,45 kilo (met uitzondering van Universal Black), exclusief 21% btw en verzendkosten. U kunt de inkt ook ophalen in Leiden. Contribuanten van Drukwerk in de Marge krijgen dus 15% korting op bovenvermelde prijzen! Ook andere inktsoorten (zoals goud/zilver/fluor) kunnen besteld worden. Prijzen op aanvraag. Neem voor meer informatie contact op met Hans Dessens van Mostert & Van Onderen (
[email protected]).
Bij het omslag Foliedruk, een fraai en uniek procedé Hoezo uniek? Wel, drukken of printen vindt plaats met drukinkt, toner of inktjetinkt. Foliedruk vindt wel met druk plaats, maar niet met inkt. Het is eigenlijk overdragen van een folie op de ontvanger. Dat zal bij ons in de meeste gevallen papier of boekbinderslinnen zijn, maar het kan ook op vele andere materialen. Een voorbeeld: de handtekeningstrip op vele pasjes is een folie, electrageleidende folie bestaat ook en zo zijn er nog vele gebruiksdoeleinden voor folie. Wij houden het maar bij ‘druk’folie. Laat ik u eerst uitleggen wat folie is en waar het ongeveer uit bestaat. Folie is een al dan niet gemetalliseerde laag, die wij over willen brengen op ons materiaal. Het bestaat simpel gezegd uit een drager, een scheiding en hechtlaag en de folie. De exacte lagen aangeven voert hier te ver. De drager is de basis van de folie. Hierop bevindt zich een scheiding en een hechtingslaag. De eerste scheidt de folie van de drager en de tweede hecht de folie op het te bedrukken materiaal. Het scheiden en hechten gebeurt vanaf 90 graden Celsius bij een drukkracht vanaf 500 kg. Verhogen van beide waarden moet steeds met kleine stapjes gebeuren.
3
4
De tijdsduur van loslaten en hechten is, zoals u zult begrijpen, bij een cilinderpers korter dan bij een degelpers of (vooral) bij handdruk. Daarom zijn er veel verschillende soorten scheidings- en hechtlagen tussen de drager en de folie. Maar ook de aard van het te bedrukken materiaal speelt een grote rol. Een hard maar glad oppervlak vraagt een heel andere folie, temperatuur en drukspanning dan bijvoorbeeld boekbinderslinnen. Leer is weer anders dan kunststof, wat ook weer andere folie en behandeling vergt. Om het nog wat moeilijker te maken is de aard van de stempels ook nog van groot belang. We kennen o.a. loden letters, magnesium- en messingstempels. Loden letters geleiden de warmte wel, maar niet zo goed als magnesium en nog beter messing dat doen. In Westzaan wordt mij wel eens gevraagd: ‘Smelt het lood niet door de warmte?’ Nee, als u het lood niet te heet maakt is daar geen gevaar voor. Eerder schreef ik al dat foliedruk begint bij een temperatuur van 90 graden Celsius. Loden letters gieten wij bij een temperatuur van ongeveer 600 graden Fahrenheit, dus daar hoeft u niet bang voor te zijn. De letters beschadigen veel eerder door een te hoge druk dan door de juiste foliewarmte. Zelf heb ik zeer veel met magnesium stempels gewerkt. Dit geleidt de warmte goed en geeft een mooi en vlak foliebeeld. Loden letters en magnesium hebben een talud. Als u dus met te hoge drukspanning werkt, kan het zijn dat een gedeelte van het talud ook als folieafdruk zichtbaar wordt. Messing stempels worden gegraveerd en hebben daardoor een steil drukbeeld. Dit wil natuurlijk niet zeggen dat u dan wel met een heel hoge drukspanning kunt drukken. (Messing stempels worden ook samen met een contra gebruikt, voor foliepreeg drukwerk. Pregen wil zeggen een verhoogd drukbeeld, meer daarover in een later artikel.) Bij gebruik van een pers moet u altijd een legger gebruiken om uw stempel te beschermen. Is het te foliën materiaal zacht, gebruik dan een harde legger en een zachte als uw materiaal ‘hard’ is. Zacht materiaal is b.v. print- of offsetpapier, hard is b.v. natuurkarton en mc-papier. Als u vaker gaat foliedrukken, maak dan een logboek aan. Schrijf op welk materiaal u bedrukt heeft met welke folie op welke temperatuur. Bewaar dit samen met een afdruk en na verloop van tijd heeft u uw eigen naslagwerk gemaakt. Als u folie koopt bij een folieleverancier schrijf de datum op. Hoewel niet iedereen het met me eens is, is mijn ervaring dat ook folie, net als ikzelf, last heeft van verouderingsverschijnselen. Kortom, folie aanbrengen op uw druk- of bindwerk kan heel mooi zijn maar er is geen standaardmethode. Elk materiaal, elke folie, stempel of machine kent zijn eigen gebruiksmogelijkheden, om niet te schrijven moeilijkheden. Als u zou vragen, help mij eens bij mijn materialen of
5
apparatuur, dan zal dat ook voor mij niet makkelijk zijn: daar heb ik bijna zeker geen ervaring mee. Nog een tip: gebruik een kleurfolie eens op eenzelfde kleur papier. Zelf heb ik eens glanzend zwarte folie op mat zwart karton gezet, ik vond dat heel mooi. Als u folie gaat aanbrengen dan wens ik u een glanzend resultaat. Op de achterzijde van het omslag heb ik met gebruik van een hand folieapparaat en drie loden ornamentjes, glanzend goudfolie aangebracht. De ingestelde temperatuur is tussen de 95 en 100 graden Celsius. Elk vel krijgt op een handapparaat een andere drukspanning en een andere tijdsduur van het overdrachtmoment. Geconcentreerd werken is dan ook wel nodig. Het klompje geeft het minste probleem, het huisje iets meer en het molentje het meest. Het klompje heeft een goede, het huisje een redelijke en het molentje een moeilijke scheiding van de folie op het omslagkarton. De wieken van het molentje zitten snel dicht. Om een beter resultaat te krijgen is elk vel even met een borsteltje nageborsteld. Luuk de Jong
Jaap Binsbergen Een mooie ochtend in Purmerend. Alex en ik zijn naar Jaap gegaan om hem te interviewen. Het is een feest om bij Jaap aan tafel te zitten en met hem te praten. Hij weet veel en kan honderduit vertellen en veel laten zien, mooie letterproeven, drukwerk waar hij door ontroerd wordt. Driftig schrijvend zat ik aan tafel en opeens tijdens het gesprek kwamen er vier volgeschreven velletjes papier boven water. ‘Ik heb het hele verhaal maar voor je opgeschreven...’
Geheel onverwacht ben ik in het grafische vak terechtgekomen na het overlijden van mijn vader in 1945. Daar sta je dan als kostwinner zonder verdere opleiding dan Mulo-A met wiskunde, dat ik in 1944 behaalde. Je kon na de bevrijding in korte tijd je gezel- en bedrijfsdiploma halen als handzetter. Ik werkte toen als leerling in de drukkerij van Jan Bruggeman op Texel. Je zette en drukte briefpapier, nota’s, bidprentjes, trouw- en rouwkaarten en reclamedrukwerk. Toen ik mijn diploma’s had werd ik kort daarop opgeroepen voor mijn dienstplicht, die ik als gewetensbezwaarde spittend heb doorgebracht in Vledder en Zwinderse Veld, en als leerling-verpleger in de Rijks Psychiatrische Inrichting te Eindhoven. Pas na mijn diensttijd in 1952 begon mijn zwerftocht langs diverse drukkerijen als zetter-opmaker, chef-zetter en uiteindelijk lay-outman bij de Arbeiderspers te Amsterdam (Hekelveld). Een modelbedrijf! Begin jaren ’60 begon ik met het maken van de lay-out van Vrij Nederland, toen nog op krantenformaat, als opvolger van Karst Zwart (de zoon van Piet). Dan ging ik op maandagmorgen naar de redactievergadering op de Raamgracht om de kopij op te halen voor het komende nummer van vn, dat op woensdag werd gedrukt. Met een paar velletjes kopij in mijn tasje liep ik dan via het Waterlooplein terug naar de Arbeiderspers. Op een van die dagen zag ik een drukker vlakbij de Amstel bezig met een cilinderpers. Ik ben daar naar binnen gelopen; dat was mijn eerste contact met Frans de Jong. Frans was toen bezig met een vorm — à l’improviste — op te bouwen op het fundament van de pers. Ik wachtte een proefdruk af en dacht bij mezelf: ‘Dat ga ik later ook doen, als ik gepensioneerd ben.’ Er was geen groter contrast denkbaar met het werk dat ik dagelijks deed, waar geen velletje kopij, geen onderschriftt, foto, geen pagina zonder layout naar de zetterij ging; alles werd tot op de laatste punt aangegeven. Maar altijd had ik het werk van Frans de Jong in mijn achterhoofd. Toen hij later startte in Het Drukhuis met Bart Boumans en René Treumann, hield ik regelmatig contact. De vrijheid die Frans zich veroorloofde inspireerde mij bovenmate. Maar ook het werk Jaap met letterproef van Ewald Spieker, met zijn strakke en 6
monumentale vormen, heeft mij zeer geboeid. En zowel van Frans de Jong als van Ewald heb ik werk gekocht. Ondertussen ging een deel van de Arbeiderspers in 1970 met Vrij Nederland en ander zetwerk naar Aalsmeer. En dan ga je als werknemer mee! De onrust waarin gedurende die sanering de hele grafische industrie verkeerde, deed me besluiten te solliciteren naar een baan als ordervoorbereider bij de huisdrukkerij van de Universiteit van Amsterdam. Vanaf het begin van mijn carrière had ik grote belangstelling voor letters en dus ook voor letterproeven. Niet alleen voor handletters, ook voor Monotype, Linotype en apl-Ludlow letterproeven. De eigen schoonheid van een letter kan in sombere perioden een opwekkend medicijn zijn. Door het werk als lay-outman en mijn bewondering voor De Stijl en de elementaire typografie zal in mijn werk het strakke element de boventoon voeren. Als margedrukker heb ik slechts een beperkt ‘oeuvre’ nagelaten, wat mij echter wel grote vreugde heeft gegeven bij het maken. Huib van Krimpen noemde margedrukkers ook wel plezierdrukkers. Ondanks dat plezier is er ook een tragische kant als een margedrukker moet stoppen met zijn hobby. Hij laat dan een grote of kleine hoeveelheid begerenswaardig materiaal na, dat hopelijk een nieuwe rol kan gaan spelen in de levens van een nieuwe generatie liefhebbers. Als slot wil ik nog wijzen op een margedrukker die kortelings is gestopt. Hij schreef, zette en drukte een mooi verhaal, inclusief illustraties, over Levie Schenkan. Levie was een bewoner van de Rijks Psychiatrische Inrichting in Eindhoven. De auteur van dit boekje is Chris Elffers, die net als ik als leerling-verpleegkundige en gewetensbezwaarde heeft gewerkt op dezelfde afdeChris Elffers (Druk-Elf-Kant 1991), Een herinnering aan ling waar Schenkan verbleef. Levie Schenkkan (1889–1974),
Jaap Binsbergen, 30 maart 2014
Rotterdam 1997
Tureluurs Met de uitroep: ‘Ik werd er tureluurs van!’ overhandigde Jaap Binsbergen het eerste exemplaar van Wat zit er op het wad aan Alex Barbaix, die Jaap en Jip geholpen heeft met het drukken van het boek. De uitroep werd gevolgd door de verzuchting: ‘Maar het is tot een goed einde gekomen.’ Op een voorjaarsmiddag in de Artis-bibliotheek, gevuld met vrienden, familie en bekenden werd Jaap geïnterviewd door Machteld van Thiel.
7
8
Waarom ‘Wat zit er op het wad?’ Omdat er verrassend veel vogels op het wad zitten, die niet allemaal in het boekje staan, maar de belangrijkste wel; de scholekster met zijn te-piét te-piét roep, de eider, de lepelaar, de kanoet, de rosse grutto en nog acht andere. Ik maakte de meeste lino’s al tien jaar geleden, als afwisseling naast het lezen en schilderen. Mijn vader, een vogelfotograaf, maakte zelf houtsneden van vogels en ik keek gefascineerd toe. Het gutsen in linoleum leerde ik van mijn vader. Van de linoleumsneden in het boek vind ik de brandgans het beste gelukt, de lepelaar is eigenzinnig geworden en het is jammer dat de horizon achter de kluut niet recht staat. Ik haal mijn voorbeelden uit kalenders van de vogelwerkgroepen die ik bewaar. Maar als het te lang duurt word ik driftig.
En dan nu weer een zoon-vaderproductie... Ja, daar is veel tijd in gestoken. Met bewondering kijk ik naar de boeken die geproduceerd zijn bij drukkerijen als Querido en de Arbeiderspers, die leken altijd goed. Als je het zelf maakt kom je van alles tegen, zeker als je met machinezetsel werkt. Je moet het heel goed voorbereiden en ik dacht dat ik het zelf kon, maar dat valt zwaar tegen. Ik ben Jip Binsbergen aan de drukpers tevreden met de keuze van de letter, de Monotype Old Style, maar eigenlijk is het op verkeerd papier gedrukt, dat had wel wat zachter gekund. Maar goed, niemand ziet dat en het boek is af. En het is een boek voor liefhebbers van vogels en van drukwerk! En margedrukken? Margedrukkers ploeteren in werkplaatsen en ik volgde Drukwerk in de Marge al heel lang, via Frans de Jong en René Treumann. Ik ben in 1993 zelf gaan drukken. Ik ben altijd gefascineerd geweest door drukwerk, móói drukwerk, letters en ornamenten. Ik ben gevallen voor de schreefloze. Ik heb veel verzameld, veel letterproeven, alles opgeborgen in dozen, waar ik het goed in op kan zoeken en ik kan er nog steeds van genieten. Hoe kom je aan je persnaam [Tussen Haakjes]? Als lay-outman bij de Arbeiderspers nam ik me voor ooit zelf te gaan drukken als ik gepensioneerd zou zijn en nu is het uitlopen naar het moment dat ik de zethaak weer neer ga leggen, tussen twee zethaken… En nu is het boek af, het voelt als een soort bevrijding. Ik heb er wel plezier aan
beleefd, maar er ook veel zorgen over gehad. Er zweeft nog wel iets in mijn hoofd, iets over staketsels, kruisingen van lijnen, maar ik denk niet dat dat er nog van komt. Silvia Zwaaneveldt
Wat zit er op het wad? De nieuwste uitgave van [Tussen Haakjes] is een beschrijving van wadvogels. De tekst is van Jip Binsbergen, vogelaar en assistent conservator in de Artis-Bibliotheek te Amsterdam. Hij heeft speciaal tekst geschreven bij de afbeeldingen van vogels die zijn vader Jaap Binsbergen door de jaren heen in linoleum sneed. Over elke lino is gedebatteerd en na wikken en wegen is er soms opnieuw gesneden. Het kenmerkende van elke vogel in zwart/wit typeren is nog niet zo eenvoudig als het lijkt. Jaap ging als tiener met zijn vader mee de duinen in en het wad op (Texel) om vogels te fotograferen, te observeren en te ringen. Niets vreemds of bijzonders in zijn jeugd. Het was een natuurlijk proces. Dat hij zijn kinderen de liefde voor natuur en in het bijzonder voor de vogels heeft meegegeven in de opvoeding is even natuurlijk. Jaap heeft nooit een eigen drukwerkplaats gehad. Het mini-proefpersje (A5-formaat) in zijn huis op zolder en wat kasten letter buiten beschouwing gelaten. Jaap stoeide in drukkerijen waar hij werkte met letter en linosnedes of ging bij bevriende margedrukkers zijn ontwerpen en ideeën uitvoeren. Jaap is onlangs 87 jaar geworden. Het afgelopen jaar wilde hij met medewerking van Jip nog een laatste uitgave realiseren. Dus zijn vele vogellino’s kwamen uit de schoenendoos. De tekst kon gegoten bij de Stichting Lettergieten waar hij al vele jaren als vrijwilliger de motor is rondom het proeftrekken en lay-outen van De Loodletter, een nieuwsbrief dat twee maal per jaar werd gezet en gedrukt in boekdruk, met in elke uitgave een gedegen artikel over een specifieke letter uit de collectie van de Stichting. Jaap is een meester in het ontwerpen en vormgeven van drukwerk. Letter, beeld en kleur vormen bij hem een uitdaging er iets moois en bijzonder van te maken. Hij zal niet zomaar wat uit de losse pols maken, er zit altijd een idee Jeugdfoto van Jaap
9
10
chter. Dus het lag voor de hand dat Jaap voor dit laatste drukwerk met a vele dummy’s zou komen aandraven. Dat het tenslotte een prachtuitgave zou worden is helemaal aan zijn doorzettingsvermogen te danken. Hij kwam vele dagen helpen bij het opmaken, corrigeren en drukken. Maar toen de dubbele cahiersteek voor de binding werd gekozen moest hij afhaken. De vingers wilden niet meer draad en naald hanteren. Zijn zoon Jip en schoondochter Mariëtte kwamen hem dit werk uit handen nemen. Jaap stond er glimmend bij te kijken. Bij het schoonsnijden was er voor hem weer een mogelijkheid te helpen. Jaap, wat een prachtprestatie. Is het echt de laatste uitgave? Ik hoop en denk het niet! Alex Barbaix Wat zit er op het wad? kost € 20 (incl. porto). Bestellen kan door dit bedrag over te maken op NL26 ASNB 0707 6147 24 van E.M. Binsbergen te Amsterdam, onder vermelding van ‘Wad’. U krijgt uw bestelling binnen een week toegestuurd. Niet elke bank vermeldt het postadres op de afschriften, dus graag een e-mail naar
[email protected] ter bevestiging. Of per post: Jip Binsbergen, Azartplein 183, 1019 PC Amsterdam
Doortje de Vries en Titi Zaadnoordijk op de Duits-Nederlandse Grafiekbeurs in Borken De laatste jaren ben ik aan het proberen om ook Duitsland voor mijn werk te gaan veroveren. Om rijk te worden natuurlijk, maar, na de eerste keer op de beurs in Mainz, kwam ik er ook achter hoe prettig het is om in een land te zijn waar beeldend kunstenaar een gerespecteerd beroep is. En zodoende kwam ik op de deelnemerslijst voor de 25e Duits-Nederlandse Grafiekbeurs in Borken te staan en tot mijn vreugde vond ik ook Doortje de Vries daarop.
Doorkijkje naar Doortje die haar nieuwe uitgaven laat zien aan Frans Baake.
Doortje was al veel vaker in Borken geweest op de beurs, dus zij zorgde ervoor dat we naast elkaar kwamen te staan en zij wist waar we moesten zijn voor extra tafels. Ook schroomde ze er niet voor om haar charmes aan te wenden bij de conciërge om mij extra licht in de vorm van extra lampen op het geannexeerde gebied aan de andere kant, waar eigenlijk mijn stand al ophield, te bezorgen!
Meer naar achteren in de zaal waren de gangpaden veel breder maar was er minder licht, kortom Doortje en ik hadden de beste plekken. Zoals gezegd, de standruimte was prima en verder was het ook goed georganiseerd, we kregen zelfs consumptiebonnen dus ik heb me de Duitse Kuchen goed laten smaken! En wat er te zien was was ook helemaal in orde, er was veel mooi werk van goeie kwaliteit, allemaal grafiek van Duitse en Nederlandse kunstenaars, er waren studenten die wat lieten zien, ook een aantal mensen met boeken, een foto-galerie en een antiquariaat, van Rainer Heeke, nu weet ik eindelijk waar Bredevoort Boekenstad ligt, ik kwam de afslag tegen onderweg naar Borken, nog voorbij Doetinchem. Had ik van tevoren geweten dat ik dit stukje zou gaan schrijven dan had ik natuurlijk nog wel even een paar foto’s gemaakt, om meer idee te krijgen van de rest van de beurs, helaas. Eigenlijk heb ik zelf natuurlijk weer lang niet alles gezien want ondanks dat Doortje en ik op elkaars spullen konden passen, was ik toch bang om net die ene klant voor die ene ansicht te missen. Want echt druk is het het hele weekend niet geworden, anders dan andere jaren liet ik me vertellen, want het was buiten veel te mooi weer. Ik had het nooit moeten vragen, of dat wel mocht, maar ik had het gewoon moeten doen, mijn gedichtenfluisterstoel meenemen om de mensen een liefdesgedicht in het oor fluisteren: Voor andere en extra energie voor mezelf en de mensen. Ik was jaloers op mijn overbuurman die droge-
Saai hoor, wachten op klanten..
11
12
naaldjes aan het drukken was op een mini-etspers van 12 cm (!) breed. Een demonstratie linodrukken op mijn eigen kleine pers had me ook wel wat geleken. Maar ’s avonds hoefde ik me niet te vervelen, nog beter ik hoefde helemaal niets. Geen kinderen om eten te geven, geen computer om nog even te werken maar gewoon vroeg naar bed. Lekker slapen op een luxematras achterin mijn busje. Weliswaar buiten de camping op de parkeerplaats, want ondanks mijn telefonische afspraak bleek bij nader inzien de camping toch dicht. Maar een aardige oude dame bracht me flessen water en haar hondje blafte me vrolijk tegemoet dus ik kwam niets tekort.
En nu kwam het mooie weer echt van pas, ’s morgens in het zonnetje ontbijten, en thermoskannen vullen met thee voor overdag. En ondanks het mooie weer kwamen er toch nog wel wat mensen op de beurs zondag. In elk geval ben ik uit de kosten en heb ik zelfs nog wat verdiend en ook niet onbelangrijk, een aantal abonnees geworven voor mijn (nu ook Duitstalige!) nieuwsberichten. Het was verder weer erg leerzaam om te zien hoe anderen hun werk verkopen, dat het wel degelijk uitmaakt of je je best daarvoor doet, en wat ook handig is, is een beursaanbieding (die je dan ook zo moet noemen). Doortje had i.t.t. mij wél een beursaanbieding, ze heeft hem hier in haar handen, een lief sprookje over dat je pas waarlijk lief kan hebben als je je ego los kan laten, maar dan gewoon gezellig gezegd. Dus volgend jaar doe ik ook een beursaanbieding.
En bovendien, naast mijn kunstenaarsboeken vol met prachtige heftige emotionele liefdesverhalen, waar ik gelukkig een aantal bezoekers zeer mee wist te raken, ga ik ook een gezéllig Duits boek drukken, waar iedereen blij van wordt. En dan druk ik natuurlijk ook datzelfde boek in een Nederlandse versie, voor Leiden, de tekst heb ik al! ik ben zeer tevreden ik mag er zeer zijn ik ben recht van leden en rond van lijn ik ben zwoel van zinnen en slim van verstand ik ben geweldig en zeer charmant
ich bin sehr zufrieden ich habe Augen und Mund meine Glieder sind gerade meine Linien sind rund ich bin kraftvoll und sinnlich und klug ist mein Verstand ich bin großartig und sehr charmant
Titi Zaadnoordijk
Pers no. 14 Met een doffe plop landde er begin april een brievenbuspakje op de deurmat. Het fraaie lettertje op het etiket trok meteen mijn aandacht. Met een ruk aan het stripje trok ik het pakje open en onder de flappen lag het boek Pers no. 14. Op de buitenkant staat Ernst W. Boissevain geconcentreerd aan het werk op de hda (Heidelberg Degel Automaat). In het kleurrijke boekje staat een productieoverzicht van Pers no. 14, met heel veel plaatjes. Het is het overzicht van de verzameling die ter herinnering van Ernst (hij overleed in september 2013) is ondergebracht bij de Leidse Universiteitsbibliotheek. Op bladzijde 99 wordt de vraag gesteld of dit overzicht ook werkelijk alles beschrijft wat Ernst ooit gedrukt heeft. Het antwoord ‘Zeker niet!’ geeft aan dat het productieoverzicht niet uitputtend is, hoewel zeer zorgvuldig samengesteld. Achterin het boek staat beschreven welke rol Drukwerk in de Marge heeft gespeeld in de liquidatie van de drukkerij van Ernst. De verkoop van de houten letter, zoals in de vorige Nieuwsbrief aangekondigd, is inmiddels is afgerond. De belangstelling was groot: alle letters zijn verkocht. De bescheiden winst zullen we besteden aan een activiteit in het jubileumjaar 2015, als we 40 jaar bestaan. Het was heel plezierig dat we de tijd kregen en de ruimte van Pers no. 14 mochten gebruiken om de letters uit te zoeken en vandaaruit te distribueren onder hun nieuwe eigenaren. En het is nog leuker om te zien dat er ook al met het materiaal gedrukt wordt.
13
14
Pers no. 14 en het allereerste begin is in de boekwinkel te bestellen. Het is een uitgave van De Buitenkant, isbn 9789 4909 1342 7, prijs € 20. Silvia Zwaaneveldt
Fading Type Een interview met de laatste lettergieter van Europa Meneer Gerstenberg, hoe is de gieterij in het Haus für Industriekultur in Darmstadt tot stand gekomen? Rainer Gerstenberg: Ik ben opgeleid bij Stempel ag en na vijfentwintig jaar voor het bedrijf gewerkt te hebben was ik in 1986, ten tijde van de liquidatie, voorzitter van de ondernemingsraad. Daardoor kon ik feitelijk niet ontslagen worden. De machines en matrijzen van Stempel, en daarmee mijn arbeidsplek, zijn destijds in handen gekomen van het Landesmuseum in Darmstadt. Toen heb ik met de Haas’schen Gießerei uit Münchenstein, een dochteronderneming van Stempel en de oudste lettergieterij ter wereld, een overeenkomst gesloten en heb ik me samen met vier voormalige collega’s hier in Darmstadt zelfstandig gevestigd. Sinds een jaar ben ik de enige eigenaar van de lettergieterij. En uw voormalige collega’s? Die zijn tegenwoordig allemaal met pensioen. Het beroep van lettergieter was eigenlijk toen al min of meer achterhaald. Sinds 1997 ben ik hier als allrounder werkzaam. Vijfentwintig jaar deed ik niets anders dan letters gieten, nu moet ik zelfs de machines repareren. Dat was vroeger streng verboden. En hoe lang zal deze lettergieterij nog bestaan? Eigenlijk zou u toch al in 2012 met pensioen gaan? Eigenlijk wilde ik op mijn vijfenzestigste met pensioen gaan. Nu ben ik zesenzestig en heb ik het bedrijf overgenomen. Ik ga dus proberen het nog een paar jaar vol te houden. Er zijn wel twee mensen geweest die het vak wilden leren, maar dat is niet doorgegaan, onder andere vanwege de financiën. Linotype (het bedrijf dat Stempel in 1985 overnam) heeft destijds aangeboden u om te scholen tot computerzetter. Waarom hebt u dat geweigerd? Ik zat destijds in de ondernemingsraad en men heeft geprobeerd mij
monddood te maken. Ze dachten dat ze me wel op een zijspoor konden manoeuvreren door me een opleiding van een jaar in Amerika aan te bieden. Mijn antwoord was echter: ‘U hoeft zich helemaal geen zorgen te maken, ik blijf in het vak.’ U had geen zin in computerzetten? Als je iets vijfentwintig jaar lang hebt gedaan, wil je het graag blijven doen. Het zou ook een sprong in het diepe zijn geweest, opnieuw opgeleid worden. In het begin was het niet bepaald gemakkelijk. Ik heb me bij de Messe in Frankfurt als drukker aangeboden, omdat ik ook nog een kleine drukkerij bezat. Toen dat niets werd heb ik ervoor gekozen zelfstandig verder te gaan met onze dochteronderneming, de Haas’schen Schriftgießerei. Dat is de weg die ik nog steeds volg. Waaruit bestaat uw collectie lettertypen? Gaat het om meer dan alleen de overblijfselen van Haas en Stempel? We bieden hier het complete programma van Stempel aan. Dat zijn ongeveer een miljoen matrijzen, die ik alleen als er gegoten moet worden uit de kelder haal. Bij mij thuis in Frankfurt liggen bijna een miljoen matrijzen van Deberny-Peignot en Haas. In Zwitserland zijn nog drie miljoen matrijzen opgeslagen. De rechten om uit die matrijzen van Fruttiger ag te mogen gieten heb ik tot 31 december 2013. En dan zijn er nog de matrijzen van Nebiolo. Nebiolo was de grootste lettergieter van Italië. Hun matrijzen — het kostbaarste bezit van een lettergieterij — hebben we in 1998 naar Duitsland gehaald. De machines echter niet. De broodletter van Stempel en van Haas, oftewel de letter waarmee de gieterij het meeste geld verdient, was vroeger Helvetica. Daarnaast zijn er ook nog de zogenoemde exotische lettertypen, zoals Arabisch, Tibetaans, Siamees, spijkerschrift, Chinees en nog veel meer. En wat produceert u vandaag de dag? We hebben drie afdelingen: de lettergieterij voor hoogdruk, stempel letters uit zink en aluminium en speciale korte loden letters voor de etikettendruk. De machines die
15
16
hiervoor werden gebruikt zijn in Duitsland het slachtoffer geworden van nieuwere technieken en worden nu in Zweden, Finland, Denemarken, Polen of Roemenië ingezet. Dit zijn allemaal nichemarkten geworden. Verder produceren we nog spiegelbeeldige letters voor de industrie. In de kruiden- en specerijenbranche worden de ‘tenminste houdbaar tot’-data nog voor een deel met onze speciale korte letters gedrukt. Levert u ook nog aan boekdrukkerijen? Jawel. In ieder grote stad is nog wel een boekdrukkerij: Hamburg, München, Berlijn, maar ook in Amsterdam. Daar zijn nog bedrijven die alleen maar boekdruk gebruiken. In opkomst is op het moment bovendien Amerika. Maar dan is het transport natuurlijk erg kostbaar, omdat we normaal gesproken onze letter per kilo verkopen. Een kilo kost ongeveer zeventig euro. Sommige letters zoals het @-teken verkopen we ook per stuk. Vanaf welk moment zag u een afname in de vraag naar gegoten letter? De eerste duidelijke afname van de afzet deed zich voor in de jaren zeventig, vooral door de opkomst van de offsetdruk. Zelfs afzetgebieden als Zuid-Amerika vielen plotseling weg. Maandenlang heeft het bedrijf voor Iran letters gegoten, met tonnen tegelijk. Nadat men echter machines en matrijzen aan Iran verkocht, droogde deze bron van inkomsten op. De firma Stempel heeft veel geld verdiend met de verkoop van loden letters, en toen de teruggang van de verkoop inzette heeft men van alles geprobeerd om nieuwe markten aan te boren. Behalve de ontwikkeling van Typomatic- en titelzetapparaten ook bijvoorbeeld componenten voor Danfoss-thermostaten. Veel van die pogingen liepen op niets uit, waardoor veel geld verloren werd.
17
Wat was naar uw mening de invloed van deze nieuwe technieken op de boekdruk? Volgens mij heeft vooral de typografie erg veel schade ondervonden. Allerlei letters werden willekeurig door elkaar gesmeten, cursief wordt gecombineerd met halfvet, en dan ook nog een magere variant. Het gevoel gaat verloren. Vroeger moesten zetters al van tevoren bedenken wat ze gingen zetten. Als ze een fout maakten, moest alles overnieuw. Je kon niet met een druk op de knop van een halfvette een cursief maken. Is de methode van fabricage ook zichtbaar in de letters zelf? Als ik als leek het verschil wil zien tussen uw letters en op de moderne manier gemaakte letters, waarop moet ik dan letten? Bij loodzetsel is de onderlinge afstand tussen letters altijd hetzelfde. Vooral toen het fotozetten net begon, was dat lang niet altijd het geval, terwijl verschillen in belichting er ook voor zorgden dat het gewicht van letters varieerde. De letter ‘r’ moet bijvoorbeeld in dit lettertype passen bij de ‘ft’. Bij dat soort combinaties mogen er geen grote tussenruimtes ontstaan, en dat is iets waar een letterontwerper rekening mee moet houden. Heeft dat ook invloed op het ontwerpproces van letters? Vandaag de dag worden soms niet meer dan twee letters uit een familie veranderd, en dan krijgt het lettertype een nieuwe naam en hoeft men geen licentierechten meer te betalen. Dat was vroeger anders. Laten we als voorbeeld de laatste letters van de firma Stempel nemen. Het bedrijf dacht met de Sabon en de sierletter Present veel geld te gaan verdienen. Voorheen moest een bedrijf dat deze letters ook wilde verkopen betalen voor een licentie. Maar wat deden de zogenaamde nieuwe letterontwerpers? Ze veranderden twee letters en dan was het niet meer de Present, maar kreeg de letter een heel andere naam.
18
Hoe ging dat vroeger dan? Als een lettergieter een letter had laten ontwerpen, was dat bedrijf dan de enige aanbieder? Of was er sprake van samenwerking of ruil tussen bedrijven? Iedere lettergieterij had zijn eigen letterontwerpers, die alleen voor dat bedrijf letters maakten. Neem bijvoorbeeld de Garamond. Garamond werd gegoten door Stempel, Bauer in Barcelona en bij de heer Dröse in Ingolstadt. De letterlijn (de plek van de letter op het letterstaafje) was bij al die Garamonds anders, zodat de letters van verschillende gieterijen niet gecombineerd konden worden. Als een drukker eenmaal de Garamond van Stempel had gekocht, moest hij altijd weer terug naar Stempel voor nieuwe letter. De letter zelf was identiek, alleen de letterlijn niet, en zo beconcurreerde men elkaar. Als tegenwoordig een klant Garamond wil laten bijgieten, vraag ik eerst waar de letter vandaan komt. Het antwoord is meestal: ‘tweedehands’. Ik laat dan een ‘m’ en een ‘o’ opsturen en kan zo bijpassende letter voor de klant gieten. Je leest vaak dat de boekdruk sinds de uitvinding nauwelijks is veranderd. Waarin schuilen volgens u de verschillen in productiemethode tussen uw letters en die van Gutenberg? Vooral in de machines. Gutenberg gebruikte een gietlepel, hij had de tijd, anders dan vandaag de dag. Daarom hebben wij ook letter op voorraad — ongeveer vijftig ton. En desondanks blijkt toch meestal dat je niet datgene hebt waarom gevraagd wordt. Omdat we tegenwoordig over de hele wereld leveren, hebben we een groot magazijn nodig, aangezien iedere taal zijn eigen accenten heeft. We gieten daarom een basispolis met daarbij aanvullingen voor de verschillende landen. En wat betreft het materiaal? Daar is eigenlijk niets veranderd. De legering van het lood is nog hetzelfde: er wordt vijf procent tin en achtentwintig procent antimoon toegevoegd. Als ik schrijfletters giet heb ik een beetje meer tin nodig, dan gebruiken we zes procent. Voor vulmateriaal heb ik minder antimoon nodig, dat hoeft niet heel hard te zijn omdat het geen drukspanning hoeft te doorstaan. Die legering kunnen we ook nog steeds krijgen. U mengt dat niet zelf? Nee. We hebben de smeltovens nog wel, maar het is vanwege de milieubepalingen onmogelijk. Dat gebeurt tegenwoordig door recyclingbedrijven. Vroeger bezat Stempel een enorme smeltketel waarin oud lood werd gesmolten, waarbij zonodig antimoon of tin werd toegevoegd.
En wat voor oplages kunnen er met dit soort letters worden gedrukt? Dat hangt ervan af op wat voor soort machine je drukt. Als ik op een Heidelberg degel werk met veel drukspanning, heb ik niet lang plezier van mijn letter. Maar wanneer ik voorzichtig ben, dan kan ik wel 100.000 afdrukken maken van dezelfde letter. Het materiaal is altijd hetzelfde. Het gaat erom hoe de drukker ermee omgaat. Als laatste vraag: waarom hebt u destijds voor het beroep lettergieter gekozen? Eigenlijk wilde ik zetter worden. Ik heb gesolliciteerd bij de firma Brönner, een grote uitgeverij met een eigen drukkerij, vlakbij het centraal station van Frankfurt. Toen werd er nog met de hand gezet. Grammatica was echter niet mijn sterkste punt, dus dat is op niets uitgelopen. Mijn vader had een kapperszaak in Frankfurt Sachsenhausen, en daar kwamen overdag en na werktijd voortdurend medewerkers van de firma Stempel om hun haren te laten knippen. Die heeft hij toen gevraagd: ‘Mijn zoon is bijna klaar met school, is er bij jullie bedrijf iets voor hem te doen?’ Ze waren toentertijd op zoek naar gieters — en zo werd ik lettergieter. Toen viel er nog iets te kiezen. Oliver Schwab Het Haus für Industriekultur in Darmstadt is te bezoeken. Geïnteresseerden kunnen telefonisch een afspraak maken met Rainer Gerstenberg. De gieterij is maandag tot vrijdag geopend van zes uur ‘s morgens tot twaalf uur ‘s middags. Druckerei Gerstenberg GbR, Erstes Wartegäßchen 41, D 60598 Frankfurt am Main www.rainer-gerstenberg.de
Stukje geschiedenis Mijn degelpers heeft een vast tafeltje en een wegdraaibaar tafeltje voor papier. Op het vaste tafeltje heeft ooit een plaatje gezeten, een merkplaatje of iets dergelijks. Er is een rechthoekje in het blad uitgestoken en daar zitten vier spijkergaatjes in. Ik had er nooit zo bij stilgestaan, bij dat lege rechthoekje. Mijn atelier ligt op de begane grond, met uitzicht op straat. Zo af en toe blijft er een voorbijganger staan om in de ‘etalage’ te kijken. Een enkeling kijkt verder naar binnen en ziet dan de drukpersen achter in de ruimte staan. Soms vraagt iemand dan of hij/zij even binnen mag kijken. Een paar dagen geleden gebeurde dat ook weer. De bezoeker was een oudere heer. Hij vroeg of hij ‘dat degeltje daar’ even mocht zien. Hij was
19
20
vlakbij mijn adres opgegroeid, zijn vader had een handelsdrukkerij gehad in de Valkestraat. Met zichtbaar plezier draaide hij om het ‘degeltje’ — mijn meer dan 400 kilo wegende Old style Chandler & Price — heen. ‘Waar komt-ie vandaan?’ ‘Hij is van Arnold van Kessel geweest,’ zei ik. Arnold van Kessel, overleden in 2004, had een private press in Amsterdam, de Rootvoet Pers. ‘Waar hij daarvóór heeft gestaan weet ik niet.’ ‘Deze pers had zó uit de drukkerij van mijn vader kunnen komen.’ De bezoeker wees op het lege rechthoekje in het tafelblad van de degelpers. ‘Heb je een centimeter? O kijk, hier ligt er een.’ Hij mat het rechthoekje op. ‘Even thuis kijken. Misschien kom ik nog terug.’ Binnen een half uur was hij terug, deze keer op de fiets. Hij stevende direct op de degelpers af en legde een metalen plaatje in het rechthoekje. Het paste precies. ‘Vier koperen spijkertjes en het zit weer vast,’ zei hij. Bertie van der Meij
Grafiek in Drenthe In het Drentse dorp Orvelte bevindt zich een modern gebouw dat enigszins aan het oog onttrokken wordt door het groen en de monumentale rietgedekte boerderijen in de omgeving. Dit pand herbergde het Grafisch Proeflokaal Orvelte. Het Grafisch Proeflokaal Orvelte was een museum, een technische- en kunstzinnige werkplaats en een galerie tegelijk. Hier ontmoetten passanten, geïnteresseerden in ambachtelijke druktechnieken, grafisch-technici en kunstenaars elkaar om te werken en te genieten. De initiatiefnemer van deze stichting was Toon Wegner, een belang-
rijke en bekende graficus, die van 1967 tot 2010 in de naastgelegen boerderij heeft gewerkt en gewoond. In 2007 heeft Wegner met enkele anderen de bovenvermelde stichting opgericht met als doel om ambachtelijke grafische technieken en de daarvoor benodigde gereedschappen voor het nageslacht veilig te stellen. Samen met een grote groep vrijwilligers onder leiding van mevrouw Eline Krottje werden er workshops, cursussen voor scholen en bedrijven georganiseerd. Een van de meest opvallende activiteiten was de Dinodruk. De Dinodruk Ruim 800 gutsers, 20 scholen, verzorgings- en verpleeghuizen en heel veel vrijwilligers deden mee aan het community-art project de Dinodruk. Op een rol van 25 meter linoleum werd het hoofdontwerp aangebracht door de kunstenaar Aldrik Salverda onder de noemer ‘Het mooiste van Drenthe’.Dit werd een linoleumsnede van 25 meter lang en twee meter breed. Op 14 september 2013 werd ’s werelds grootste linosnede op de schapenwei tegenover het Grafisch Proeflokaal afgedrukt. Een stalen cilinder van 1250 kg werd met behulp van twee paarden over het papier getrokken om een afdruk van deze omvang mogelijk te maken. Na de officiële goedkeuring van de notaris werd de Dinodruk vermeld in het Guinness Boek of Records als de grootste linoleumsnede ter wereld! Einde grafisch proeflokaal Helaas, het Grafisch Proeflokaal sluit de deuren. In de kleine twee jaar dat het gpo in de huidige vorm in Orvelte bestond, is gebleken dat het niet mogelijk is om een sluitende exploitatie te realiseren. We hebben het met hart en ziel geprobeerd, iedereen heeft hard gewerkt. We hebben mooie dingen gedaan en gemaakt, maar als het onvoldoende geld oplevert, houdt het gewoon op. Om het vormen van nog hogere schulden te voorkomen, restte het bestuur van de stichting weinig anders dan de stekker eruit te trekken. Op 4 februari 2014 ging de deur op slot. Doorstart Het openluchtmuseum ‘Ellert en Brammert’ is gelegen aan de rand van het plaatsje Schoonoord. Daar is te zien hoe de bevolking, met name de
21
22
veenarbeiders, vroeger leefden en werkten. Plaggenhutten, kleine boerderijtjes, smederij, houtbewerking en nog veel meer. Het museum wil graag dat werkplaatsen bemand zijn voor de bezoekers. Er stond daar een gebouw leeg. Na overleg met het bestuur waren zij direct enthousiast. Met dezelfde groep vrijwilligers gaan we aan de slag. Er is nog heel veel te doen, gebouw opknappen, verhuizen, krachtstroom aanleggen voor de Heidelberg degel etc. Wij zijn het bestuur van het museum zeer erkentelijk dat ze deze doorstart mogelijk hebben gemaakt. Zij hebben een ambachtelijk en werkende drukkerij en wij hebben een onderdak. Roel van Dijk
Zerkall bestellen? Papiergroothandel Jozef Vierhout heeft afgelopen week een partij Zerkall binnen gekregen. We proberen voor een nieuwe order weer een aantal wensen van drukkers te verzamelen. Mocht u toch al van plan zijn om een nieuwe voorraad te kopen, dan is het slim die bestelling aan ons door te geven, want dan kunnen de vrachtkosten verdeeld worden. Mooi bijvoorbeeld is het 145 grams Zerkall, zowel wit (7625) als ‘edelweiss’ (7624), en het 130 grams Zerkall (7648/1) (met het bekende ‘waaiereffect’ in het papier). Maar er zijn nog vele andere mogelijkheden zoals bijvoorbeeld het lichtbruine jutemeliert. Ook dikkere soorten en ons 8181/1 110 grs wordt graag gebruikt. Kijk op de website (vierhout.com) en bel even (070 3468800) of stuur een mailtje (
[email protected]).
Drukken in Ruïne van Brederode in Santpoort Vrijdagochtend is het dan zover. Na een goede voorbereiding gaan we drukken in een echte sfeervolle Ruïne. De Ruïne van Brederode in Santpoort. Een vriendin van ons is leerkracht van groep 5 op een basisschool in Akersloot, de kinderen zijn rond de 9 jaar. Zoals tegenwoordig gebruik is, wordt er vaak projectmatig gewerkt. Zo ook de afgelopen twee weken. Het thema van het project was de Middeleeuwen. Nu was er in de Middeleeuwen nog geen boekdrukkunst met houten of loden letters. Toch is in deze weken het maken van papier, etsen en het ontstaan van de boekdrukkunst besproken. Er is o.a. gesproken over het werk van de monniken. Daar-
naast kwam ook de kwestie ter sprake wie de uitvinder van de boekdrukkunst is, Gutenberg of Laurens Jansz. Coster? Wij ( Gien en ik) zijn momenteel erg enthousiast met de Adana tafelpers aan het drukken. Het was dan ook een hele leuke vraag of het mogelijk is om met 27 kinderen in mijn huis te komen kijken naar de drukkerij. Nou ben ik niet voor een kleintje vervaard maar 27 kinderen in groepjes bezig houden in huis, dat leek me niet het gewenste effect geven. Daarom hebben wij het een en ander besproken en besloten om het drukken met de al geplande excursie bij de Ruïne van Brederode te combineren. Het leuke is dan natuurlijk om de kinderen iets te vertellen over het drukken, ze wat te laten doen en dan ook nog een leuk aandenken mee te geven. We bedachten om een (bier)viltje te gaan gebruiken, daar kan niet zoveel fout mee gaan. Gien heeft het logo van de Heren van Brederode in vinyl uitgesneden en deze hebben we vooraf zo gedrukt dat de kinderen het logo op school in kunnen kleuren. Voor de achterkant hadden we een mooie tekst gemaakt met een aparte ‘monogram letter’. De H en de B zijn hierin verwerkt (de Heren van Brederode) wat ook meteen een puzzelvraag voor de kinderen is. De kinderen vinden de rondleiding erg leuk. De vrijwilligers weten allerlei historische feiten te melden, maar ook vertellen ze over de wc’s in de Middeleeuwen, twee kinderen uit de groep, worden met een groot zwaard geridderd en er wordt een groepsfoto in de gevangenis gemaakt. Dan is het zover: we hebben alles klaar staan. Informatie over de materialen (loden en houten letters, de zethaak, de ciceromeetlat, interlinies, cliché’s e.d.) en voorbeelden voor de kinderen. De Adana staat met de inkt op de rollers klaar voor gebruik. De kinderen zijn super geïnteresseerd en vinden het heel mooi om te zien dat er vroeger met allemaal losse letters, woorden en zinnen werden gedrukt. Dat is inderdaad heel iets anders dan de computer van vandaag. ‘Is dit ook monnikenwerk?’ wordt er gevraagd. Is ‘de maan’ een soort inktpot? is ook een reactie. De kinderen vinden het prachtig. Je begint met een blanco viltje, je drukt en ineens heb je een prachtig bedrukt
23
24
resentje. Er wordt gekeken hoe dat dan gaat en regelmatig zit een kind p met de neus of vinger er bijna tussen. Het ene kind vindt de techniek leuk, de ander vindt het resultaat mooi en de ander alles hier tussenin. Samen met de kinderen hadden we een erge leuke ochtend. Een ‘mobiele’ drukkers ochtend. Ingrid Rombouts
Nieuw verschenen Hof van Jan Boedelbeschrijving van Geerten Meijsing De uitgave Boedelbeschrijving bevat een aantal zeer persoonlijke dagboek notities van Geerten Meijsing uit de jaren 1996 tot 2001. Ze geven inzicht in de worsteling van de schrijver met zijn werk, depressies, drank en de liefde. De twaalf velletjes, gevat in een fraai zwart doosje, zijn gezet uit de Spectrum en door de Avalonpers en de Hof van Jan gedrukt op de achterkant van notariële boedelinventarissen uit de eerste helft van de twintigste eeuw. De oplage bestaat uit 150 exemplaren die alle zijn gesigneerd door de auteur. Deze uitgave is grotendeels bestemd voor de Vrienden van de Vorm, het genootschap dat is opgericht rond de schrijver. Een beperkt aantal exemplaren is beschikbaar voor verkoop. De uitgave kost € 21. Lino van J.J. Voskuil In de vpro-gids verscheen een interview met Detlev van Heest over het bij Van Oorschot verschenen boek Ik ben ik niet van J.J. Voskuil. Bij het interview is een afbeelding geplaatst van de jonge Voskuil. Het portret werd als linosnede vervaardigd door kunstenares Pita Snoeck in de Hof van Jan. Van de lino is een beperkt aantal exemplaren beschikbaar voor de verkoop.
De litho meet 34 × 34 cm. De gesigneerde lino kost € 25. Beide uitgaven zijn in de webwinkel van de Hof van Jan (www.hofvanjan.nl) te verkrijgen.
Katarina Rudebeck Toen ik nog aan de Koninklijke Academie studeerde en deelnam aan een prijsvraag voor een kunstopdracht voor een nog te bouwen politiebureau, werd mij door de toenmalige adviseur van de Rijksbouwmeester aangeraden om mijn verhaal over de onschuld maar achterwege te laten, want politiemannen hielden daar niet van. Later begreep ik dat dit de grootste onzin was. Toen ik recentelijk weer op een vervelende wijze gecon fronteerd werd met vooroordelen (of angst) voor de onschuld dacht ik: Nú moet er een boek komen. Het werd een boek rondom het gedicht Vers over de onschuld I van de IJslandse dichter Þorsteinn frá Hamri. Hij is net als ik geraakt door dit onderwerp. Zijn laatste dichtbundel, verschenen in 2008, beëindigd hij met een serie van tien verzen over de onschuld. De titel van deze bundel ‘Ieder woord is een gebeuren/ Hvert orð er atvik’ geldt zeker voor deze verzen. Het boek heeft een omslag van Zerkall 210 grs gecombineerd met Conqueror 100 grs, voor de binding van bladen en omslag is een dubbele cahiersteek gebruikt, formaat 30 x 21 cm, de inhoud bestaat uit een drietal Biotop 120 grs A3 bladen op A4 gevouwen. Oplage 30 genummerde en ondertekende exemplaren. Prijs € 30,00. Katarina Rudebeck, Anna van Hensbeeksingel 228, 2803 lm Gouda,
[email protected]
Titi Zaadnoordijk einige Gedichte een kleine dichtbundel met 14 gedichten van Titi vrij vertaald naar of in het Duits geschreven
manchmal fahre ich alleine wie ein Boot im Meer manchmal fühle ich innen ich liebe dich sehr Zeefdruk, genaaid, 20 blz, 20 × 13 cm, 100 exx., 2013, € 17,50
25
26
noch einmal für immer du nur dich Een indrukwekkend boek met het verhaal van een liefde in twee stemmen: in het Duits de directe rede, het verlangen, de poëzie, in het Nederlands de monologue intérieur, een gedachtenstroom van de vrouw, in schrijfletters op doorzichtig papier. Zes fotootjes schetsen de sfeer en drie grote lino’s maken het verhaal compleet. Het zwart-witte binnenwerk wordt teder bijeengehouden door een kleurige omhulling van bedrukte blauwgroene schutbladen en knalrode kaft.
Lino, zeefdruk, gebonden, 24 blz, 31 × 31cm, 20 ex., 2013, € 250 Beide uitgaven zijn te bestellen bij Titi Zaadnoordijk, Voetpad 69, 8483 jr Scherpenzeel (Friesland), 0561 481223, www.titi.nl
Jozef Moetwillig Na zijn bibliofiele uitgaven Wat weet ik? — spreuken van Montaigne, en Monument — gedichten van Horatius, verschijnt bij de private pers Jozef Moetwillig te Gent de nieuwe Paul Claes: ‘Het kristal’. Twaalf Sonnetten voor Spinoza. Deze nieuwe uitgave is een hommage aan de filosoof en lenzenslijper Benedictus de Spinoza met gedichten van Sully Prudhomme, Machado de Assis, J.L. Borges, Herman en Gorter en van de vertaler zelf. De originele versie en Claes’ vertaling staan tegenover elkaar afgedrukt. Het boekje is een fraai verzorgde uitgave
van 32 pagina’s met een nieuw-getekend portret van Spinoza van de hand van beeldend kunstenaar Karel Dierickx. Deze uitgave komt tot stand met de steun van ‘Spinoza in Vlaanderen’ en de ‘Vereniging Het Spinozahuis’, Nederland. Mocht u belangstelling hebben voor deze uitgave in de beperkte en genummerde oplage van 300 ex. — de eerste 100 worden door de auteur gesigneerd — gelieve dan contact op te nemen met
[email protected]. Bij voorintekening (vóór 1 mei) wordt uw naam in de tabula gratulatoria opgenomen. Bij verschijnen contacteren we u en Het kristal wordt u nog vóór de zomervakantie toegestuurd. De publicatie kost € 15,00, verzend envelop en porto incl. € 19,95 Technische gegevens: handzaam in gebruik, kaft: omslag met wikkel + 32 pag., formaat (gesloten): 16,5 cm × 23,5 cm, papier (interieur): Lessebo Design 150 gr/m², kaft: Pop’set 320 gr/m², gerild en geplooid, binding: garengenaaid. Bestellen: Jos Brabants, E. Maeyensstr. 18, Gent, 9040 België,
[email protected]
De Uitvreter Op 29 maart is in het Gerrit Komrij College te Winterswijk een door Jeroen Spijker vervaardigde bronzen kop van Gerrit Komrij onthuld. Tijdens de bijeenkomst zong Jan Jaap Sorber een paar liedjes die Gerrit en hij in hun eindexamenjaar 1963 op een feestje ten gehore hadden gebracht. De teksten hiervan, aangevuld met een gedicht van Komrij uit de schoolkrant Kontakt, zijn met een toelichting van Wim Scholtz door De Uitvreter gedrukt in een aardig boekje Nous les cultureux. Hiervan zijn voor de liefhebbers nog enige exemplaren beschikbaar. De prijs is € 10 excl. verzendkosten. Het boekje kan besteld worden bij het Poëziecentrum Nederland (
[email protected]).
27
28
In de Bonnefant How Weak are my Performances De zeventiende-eeuwse dichter en predikant John Donne geeft in zijn brieven een inzicht in zijn persoon, zijn geschriften, zijn ambities en problemen. Na een vroeg huwelijk is de weg naar een officiële betrekking afgesneden, al bedelt hij nog wel om de belangrijkste ambassadeurspost, in Venetië, en als dat niet mogelijk is, misschien Den Haag? In het dagelijkse leven heeft hij te maken met armoede, ziekte en de dood van enkele kinderen. Eenmaal bekend als predikant aan de St Paul’s kathedraal slaat de schrik hem om het hart als bisschop Laud hem beveelt zijn laatste preek aan koning Karel I voor te leggen. Donne durft zich enige tijd niet aan het hof te vertonen. Politiek en religie waren nauw met elkaar verweven: William Laud, inmiddels Aartsbisschop van Canterbury, sterft op het schavot in 1645; de koning volgt hem enkele jaren later. How Weak are my Performances is een keuze van twaalf brieven aan John Donne’s vriend en beschermheer Sir Robert Karre, afgedrukt in de spelling van die tijd. De tekst is gezet uit de Dante corps 14, met Castellar initialen en aantekeningen in Dante corps 12. Formaat en omvang: 24,5 × 16 cm en 24 pagina’s. De oplage bestaat uit slechts 26 exemplaren: A-M gedrukt op handgeschept groengrijs Barcham Green Charter Oak en N-Z op handgeschept wit Queen Anne pale wove. Exemplaren kunnen naar keuze gebonden worden in halfleer of halfperkament: prijs € 160, in heelperkamenten band: prijs € 225, of in heelleren band: prijs € 255 (incl. verzendkosten). Voor boekbinders zijn exemplaren in katernen beschikbaar.
Two Cities De Ierse dichter Matthew Sweeney is bekend om zijn humoristische gedichten, waarin hij vaak zichzelf opvoert. Ook in Two Cities verschijnt de dichter steeds even in beeld: New York en San Francisco in 27 geschreven ‘selfies’. Het boekje met deze teksten is gezet uit de Walbaum met Van Krimpen Open Kapitalen, en gedrukt op Van Gelder Ossekop in een oplage van 75 exemplaren: 25×16 cm en 16 bladzijden. De prijs is € 20. Vorig jaar verschenen van Matthew Sweeney de dichtbundel Horse Music, een Poetry Book Society Recommendation, en de spannende roman Death Comes for the Poets, geschreven met John Hartley Williams. Hans van Eijk / In de Bonnefant, Pastoor Pendersstraat 21, 6262 pb Banholt, 043 457 1916,
[email protected]
Triona Pers In beelden aanwezig is een nieuwe, waardevolle aanvulling op het verzameld werk van C.O. Jellema. In deze bundel, die voor een belangrijk deel bestaat uit niet eerder gepubliceerde essays, schrijft Jellema over het werk van door hem bewonderde dichters als Martinus Nijhoff, J.C. Bloem, J.A. dèr Mouw, Wilfred Smit, Hans Tentije en H.W.J.M. Keuls maar bovenal over zijn eigen poëzie, over het schrijven van gedichten, over wat poëzie, de poëtische beeldtaal, voor hem betekent. Kortom: de dichter aan het woord over andermans en eigen werk. De uitgave telt 76 bladzijden. Ze verschijnt in het voorjaar van 2014. De prijs is € 15,95. Wie de bundel voor verschijnen bij de uitgever reserveert ontvangt een met de hand genummerd exemplaar. Triona Pers, Houwerzijl, 0595 577247, www.zolderman.nl/triona
29
De Carbolineum Pers
30
Recent vond musicoloog Gilbert Huybens in de Koninklijke Bibliotheek te Brussel een Vlaams liedhandschrift uit 1680, dat sedert de aankoop door de kb in 1904 onbestudeerd en onuitgegeven is gebleven. Het bevat 38 liederen waarvan er 27 uit geen enkel ander handschrift of druk bekend zijn, en dus wellicht uniek zijn. De onderwerpen variëren van platte scatologie (‘Liedeken van Diversche Scheten’) tot mythologie, politiek en het kerstgebeuren. De integrale tekst van het liedhandschrift verschijnt nu bij De Carbolineum Pers met een inleiding en woordverklaring door Gilbert Huybens, en met meer dan dertig lino’s van Jonas Thys. De tekst is met de hand gezet uit nieuw gegoten Gloucester 12 punt, en met de handpers gedrukt op geschept Zerkall papier, 22 cm., 143 blz. De oplage bestaat uit 50 genummerde exemplaren, naar keuze ingenaaid (150 euro) of gebonden in kalfsperkament en met alle lino’s handgekleurd (600 euro). Carbolineum Pers, Huize Anseres, Petrus Janssensstraat 9, 2920 Kalmthout, 00 32 (0)4 77 77 22 51,
[email protected]
Studio 3005 Bij Studio 3005 verschenen drie nieuwe Notes (0718, 0719 en 720 ) van Q.S. Serafijn in een eenmalige editie. 4 pagina’s / 26 in boekdruk vervaardigde exemplaren / € 19,50 inclusief verzendkosten Studio 3005, Van ’t Hoffstraat 27, 2665 jl Bleiswijk, www.studio3005.nl/uitgeverij
Agenda Stichting Lettergieten 1983 De Stichting Lettergieten 1983 Westzaan heeft haar open dag op zaterdag 10 mei 2014, van 10 tot 15 uur Jacobus van Waertstraat 53, 1551 cj te Westzaan, www.lettergieten.nl
Grafische cursussen in Amsterdam Zelf aan de slag in een grafische werkplaats? Op korte termijn starten er weer vele grafische cursussen bij Grafisch Werkcentrum Amsterdam: pp Introductie Grafische Technieken — 8 lessen — Lino/hoogdruk, droge naald/diepdruk, letterzetten en boekbinden in 1 cursus. Startdatum 15 april. pp Cursus Prent&Boek — 6 lessen — maak je eigen prentenboek met behulp van lino, materiaaldruk en boekbindlessen. Startdatum 31 maart. pp Cursus Letterzetten/drukken — 5 lessen — basiskennis van het zetten met lood en hout en het omgaan met de verschillende proefpersen. Start 9 april. pp Weekendworkshop Lino/Hoogdruk — zaterdag/zondag — intensief weekend vormgeven en drukken. 10/11 mei. pp Workshop Japanse dozen maken — zaterdag — 19 april. pp Cursus boekbinden — 5 lessen — binden met losse vellen; lumbeck, japans binden en driegen. Start 10 april. Inschrijven/meer info op www.grafischwerkcentrumamsterdam.nl of 020 4651841
31
32
Cursus hoogdruk en diepdruk in Utrecht De technieken die beoefend worden zijn: pp etsen (o.a. lijnets, aquatint, vernismou) pp droge naald pp linosnede Naast de kennismaking met deze technieken (de ambachtelijke kant van het grafiek maken) en met de principes van het afdrukken, bieden deze lessen een inzicht in de diversiteit aan uitdrukkingsmogelijkheden in lijnvoering en structuren. Deelname staat open voor volwassenen, beginners en gevorderden. Laat je inspireren door de verschillende mogelijkheden van de druktechnieken om jouw creatieve ideeën te verwezenlijken. Ervaring met druktechnieken is een voordeel maar geen vereiste. Je hoeft helemaal niet te kunnen tekenen om toch prachtige resultaten te bereiken. Start donderdagavond datum 17 april, daara op 24 april, 8, 15 en 22 mei en 5 juni, van 19.30 tot 22.00 (minimaal 6 deelnemers) Werkplaats Juul Rameau, Vlampijpstraat 50, Utrecht, www.atelierdruk.nl
Colofon Deze nieuwsbrief is een uitgave van de Stichting Drukwerk in de Marge. Voorzitter: Roosje Keijser,
[email protected] Secretaris: Silvia Zwaaneveldt, Gerrit Doustraat 4, 2311 xp Leiden, silvia@drukwerkindemarge.org Penningmeester: Hans Dessens,
[email protected] Overige bestuursleden: Alex Barbaix, Carolien ten Oever, Sander Pinkse Nieuwe contribuanten/adreswijzigingen graag doorgeven aan de secretaris. Nieuwsbrieven verschijnen vier maal per jaar, begin januari, april, juli en oktober. Kopij voor de nieuwsbrief dient uiterlijk halverwege de voorafgaande maand binnen te zijn. Bijdragen liefst per e-mail naar
[email protected], of per post naar Nieuwsbrief Stichting Drukwerk in de Marge, Herengracht 51, 1015 bc Amsterdam. De nieuwsbrief staat onder redactie van Alex Barbaix en Sander Pinkse.