DROMEN WANEN GEVOELENS ALSOF
R.H. van der Zee & D.N. Ettema
INLEIDING Het voor u liggende boek bevat een combinatie van dromen, wanen en gevoelens alsof. Met betrekking tot wanen en dromen zijn er in de literatuur al vele zaken beschreven. De gevoelens alsof (sensations as if) worden slechts zelden genoemd. In feite is een gevoel alsof dat betrekking heeft op de psyche van de mens, vaak niet meer dan een waan. De in dit boek beschreven gevoelens alsof zijn geëxtraheerd uit de `Sensations as if’ uit het mind-gedeelte van Roberts. Voor de duidelijkheid zijn al deze rubrieken gecodeerd met een asterisk(*). De combinatie van deze drie rubrieken berust niet op louter toeval, maar heeft een wezenlijke bedoeling. Freud merkte reeds op: `De droom is een psychose met alle ongerijmdheden, waanvoorstellingen en zinsbegoochelingen van dien’. Hieruit kunnen we de conclusie trekken dat deze onderwerpen op een bepaalde manier met elkaar verbonden zijn. Vanuit de homeopathie kunnen we op twee manieren omgaan met dromen, wanen en gevoelens alsof. De ene manier is het voorschrijven van het geneesmiddel dat voorkomt in de desbetreffende repertoriumrubriek, met natuurlijk de overige symptomen die de totaliteit van de casus weergeven. De andere manier is via de betreffende rubriek te kunnen achterhalen waar het probleem van de patiënt ligt. De eerste manier van voorschrijven wordt door Dr. Panda, een klassiek homeopaat uit India aan de hand van een uitgebreide casuïstiek, na deze inleiding, verduidelijkt. De tweede manier, die een analytisch karakter draagt, willen we aan de hand van een praktijkvoorbeeld omschrijven. Nieuwe inzichten In Nederland en België is de homeopathie, sinds de komst van Sankaran, zich meer en meer gaan verdiepen in de achterliggende problematiek van de patiënt. Er wordt bijna op een psycho-analytische wijze getracht de patiënt te duiden. Door het `vertalen' van de symptomen, voorkomend uit het onderbewustzijn van de patiënt, kan de homeopaat het juiste geneesmiddel vinden. We zouden deze symptomen gezamenlijk het primaire-causale symptoom kunnen noemen. Met deze term zouden we kunnen aangeven dat er uit het onderbewustzijn - dat zich via dromen, wanen en gevoelens alsof uit - één aspect, een primaircausaal symptoom, verantwoordelijk is voor het ontstaan van deze fenomenen, ook al vinden we haar door verschillende repertoriumrubrieken met elkaar te verbinden. Dromen, wanen en gevoelens alsof in relatie tot andere mind-rubrieken uit het repertorium Om deze stelling te verduidelijken wordt aan de hand van twee geneesmiddelproeven aangeven dat diverse rubrieken van de psyche (mind) een duidelijke relatie hebben. Uit deze rubriek-relatie moet duidelijk worden dat, na een traumatische beleving, het onderbewustzijn zich op diverse, afzonderlijke wijzen (repertoriumrubrieken) kan uiten. Maar hoe afzonderlijk ze ook in het repertorium staan, in wezen geven ze allen dezelfde problematiek weer. De diverse rubrieken geven ook aan dat niet alleen dromen, wanen en gevoelens alsof een duidelijk verband met elkaar houden, maar dat rubrieken als angsten (fear), ongerustheid (anxiety), enz., hier ook een belangrijke schakel vormen. Al deze symptomen (rubrieken) ontstaan feitelijk vanuit datzelfde onderbewustzijn. Zo zien we bij Lachesis de angst dat iemand achter hem is - de waan dat iemand hem achtervolgt; angst voor dieven - de waan dieven te zien - de droom beschuldigd te worden van diefstal; de angst voor slangen - de waan dat slangen in en om haar heen zijn - de droom over
1
slangen; we zien de angst vergiftigd te worden - de waan vergiftigd te zijn, dat het medicijn vergiftigd is, spoedig vergiftigd te zullen worden - de droom vermoord te zullen worden; we zien de angst voor ziekte - de ongerustheid over de gezondheid - de waan een ongeneeslijke ziekte te hebben; we zien de ongerustheid van het geweten, alsof schuldig aan een misdaad de waan iets gestolen te hebben - de droom beschuldigd te worden van diefstal; we zien de droom over reizen - de waan op reis te zijn; de angst voor de dood - de dromen over de dood. 2
Bij Arnica zien we de angst voor de dood - de dromen over de dood - de waan dode mensen te zien; we zien de droom over doden - de waan een lijk te zien; we zien de angst gewond te raken - de droom over verminking; we zien de angst voor verstikking - de droom onder de rubriek ziekte: te zullen stikken; we zien de angst voor (dreigende) ziekte - de ongerustheid over de gezondheid - de waan een ongeneeslijke ziekte te hebben; we zien de droom over dieren - de wanen over dieren; we zien de ongerustheid alsof het geweten schuldig aan een misdaad is - de waan spoedig gearresteerd te zullen worden; we zien de waan een kerkhof te bezoeken - de droom over graven; we zien de wanen over honden en katten - de dromen over honden en katten; we zien de droom een lange redevoering te houden - de waan een vergadering te houden. Aan de hand van deze twee voorbeelden kan men zien dat er een duidelijke relatie bestaat tussen de diverse rubrieken. Men zou daarom kunnen stellen dat hetgeen men droomt, in wezen, voor de patiënt, een werkelijke beleving is omdat diezelfde droom(symptomen) ook onder de wanen, de angsten, enz. te vinden zijn. Als we nog een stapje verder gaan, betekent dit in feite dat als iemand iets droomt, de homeopaat niet alleen onder de rubriek `dromen’ kan zoeken, maar ook onder de andere genoemde rubrieken. Aan de hand van een praktijkvoorbeeld wordt verduidelijkt dat dit mogelijk is. Een patiënt met dwangneurotische verschijnselen en angsten voelde zich altijd ten achter gesteld, had altijd `pech' zoals hij zei, voelde zich heel gekrenkt, was erg teleurgesteld, snel vernederd, was verbitterd, enz. In zijn dromen speelden dezelfde problematieken. Het begrip teleurstelling kwam elke keer weer in het consult naar boven. Hij droomde bijvoorbeeld dat hij op het punt stond geslachtsgemeenschap te hebben, maar dat er altijd wel iets was dat verstorend werkte, zodat `het niet doorging.' Niet alleen met seksualiteit, maar ook met andere situaties ging het net weer mis. Vaak waren de hierboven beschreven gevoelens echter niet van wezenlijke aard (zo had men hem diverse keren ontkennend geantwoord), maar had hij wel het idee, het gevoel, de waan dat het werkelijkheid was dat anderen hem ook als zodanig bejegenden. Al deze symptomen zien we bij de geneesmiddelproef van Staphysagria, en het was dit middel dat zijn complex aan symptomen kon ondervangen en naar genezing leidde. Als we over complex van symptomen spreken, dan valt in deze casus nog meer op. Een diversiteit aan symptomen kunnen we tegenkomen bij het `mind-gedeelte' van het repertorium. Zijn klachten waren ontstaan nadat zijn beste vriend elf jaar geleden kwam te overlijden aan huidkanker. Hij was diep verontwaardigd dat zijn vriend hem dit had aangedaan, zomaar te sterven, hij was daardoor hevig teleurgesteld en verontwaardigd, hij was erg boos maar onderdrukte deze boosheid met stil verdriet, hij voelde zich zeer gekrenkt, kreeg later klachten doordat hij dacht dat anderen hem minderwaardig zouden vinden. De laatste opsomming van symptomen impliceert dat ook de rubriek `klachten door' een relatie heeft met de dromen, wanen en de gevoelens alsof, waarbij het lijkt dat de causale traumatische beleving de oorzaak van het ontstaan van deze fenomenen is, of zoals we het eerder noemden, de primaire-causale klacht die ontstaan is vanuit de diverse rubriekcombinaties.
We vinden dan ook in het repertorium van de psyche de volgende rubrieken onder de rubriek `klachten door': Verontwaardiging (Indignation): acon., Coloc., ip., nux-v., plat., STAPH. Teleurstelling (Disappointment): alum., AUR., IGN., lach., LYC., Merc., NAT-M., Nuxv., Op., PH-AC., plat., PULS., sep., STAPH., verat. Boosheid, met stil verdriet (Anger with silent grief): Acon., alum., am-m., ars., aur., aurar., bell., Bry., cham., Chin., Cocc., Coloc., gels., hyos., IGN., LYC., nat-c., Natm., nux-v., Ph-ac., phos., plat., puls., STAPH., verat., zinc. Krenking (Mortification): acon., anac., Arg-n., ars., Aur., Aur-m., bell., Bry., calc., caust., Cham., COLOC., con., form., gels., IGN., Lach., LYC., Lyss., merc., NAT-M., Sulph., nux-v., Op., PALL., PH-AC., plat., Puls., rhus-t., Seneg., sep., STAPH., stram., verat. Minachting (Being scorned): acon., alum., Aur., bell., BRY., CHAM., coff., Coloc., ferr., hyos., ip., lyc., Nat-m., NUX-V., olnd., Par., Phos., Plat., sep., Staph., stront-c., sulph., verat. Opvallend genoeg zien we bij elke rubriek Staphysagria vermeld.Vanuit het analytische denken zou er op de een of andere manier een overeenkomst tussen deze rubrieken moeten bestaan, of anders gezegd, zou het aanwezig zijn van deze rubrieken eenzelfde basis moeten hebben. Hoe kan iemand boos worden en zich verontwaardigd voelen als iemand hem of haar komt te ontvallen? `Normaal' gesproken zou slechts het aanwezig zijn van verdriet over de overledene een normale uiting van de emotionele staat zijn. Omdat de aanwezige rubrieken uitnodigen tot een verder onderzoek, werd nog dieper in het verleden van de patiënt gezocht om een aanknopingspunt te vinden. Hierna werd nog meer duidelijk. Hij moest als kind naar de kostschool en had vreselijke problemen het ouderlijk huis te moeten verlaten, weg van zijn ouders, zijn vier broers, en zijn ene zus. Vanaf dat `psychisch trauma' hebben de zaken in zijn leven een negatieve wending gekregen. En het is dan ook begrijpelijk dat hij zich nu miskend voelt, `ik hoor er niet bij', `ik ben niet gewenst' (minachting). Toen zijn vriend stierf werd hij opnieuw verlaten, hij was getrouwd geweest maar het huwelijk moest mislukken omdat hij al maar bang was dat het mis zou gaan lopen; hij leerde een nieuwe vriendin kennen, maar durfde niet een relatie aan te gaan `omdat ik het niet zou kunnen verdragen als ze weer bij me weg zou gaan.' Dit betekent dat alle symptomen die nu aanwezig zijn, secundair zijn aan het trauma dat zich in zijn jeugd afgespeeld heeft. Een belangrijk aspect van het wezen van Staphysagria zou daarom kunnen zijn dat de patiënt een verlatingsangst heeft die hem nu op een bepaalde wijze (verontwaardiging, boosheid, enz.) doet reageren op de dood van zijn vriend. We kunnen aan de hand van zijn andere dromen, nog meer `mind-rubrieken' vinden. Hij droomde vaak over vreemde situaties, situaties die qua tijdsduiding eigenlijk niet mogelijk waren. Deze dromen hadden vooral betrekking op zijn eigen familie, zijn ouders, broers en zus. Alleen `was de tijd niet goed', het klopte niet, zoals hij steeds maar bleef herhalen. Iemand uit vroeger tijden leefde in zijn droom in een huidige situatie, een overleden tante had een gesprek met zijn moeder, terwijl ze al 16 jaar overleden was, enz. Het opvallende hierbij is dat Staphysagria vermeld staat onder de rubriek: Fouten maken; verwart heden met verleden. Ook kunnen we aannemen dat het gedwongen vertrek naar de kostschool zo afschuwelijk voor hem was dat hij heimwee kreeg en we vinden Staphysagria dan ook hier weer onder de rubriek klachten door heimwee.
3
4
Staphysagria was het geneesmiddel dat op praktisch alle rubrieken van indicatie was voor wat betreft alle levensfasen van de patiënt, gedateerd vanaf de scheiding van huis. We zien nu ook dat het trauma uit de jeugd bepalend is geweest voor zijn gedrag in de latere jaren en zien dat hier de primaire-causa is begonnen. Met behulp van zijn dromen en wanen werd het onderliggende probleem duidelijk en kon aan de oorzaak van zijn klachten gewerkt worden. Staphysagria bleek uiteindelijk het wezen, de kern van het probleem te weerspiegelen. Als we in het repertorium van de wanen kijken komen we zelfs nog meer rubrieken tegen die het probleem van deze patiënt vertegenwoordigen. Zo zien we bijvoorbeeld de wanen: bekritiseerd te worden; dat zijn echtgenote zal weglopen; onfortuinlijk, ongelukkig te zijn; dat vervelende angstige gedachten en dingen uit het verleden nu aanwezig zijn. Dit betekent dat de essentie van geneesmiddel en ziekte op alle fronten gelijksoortig zijn. Zo kunnen we concluderen dat het via de analytische methode mogelijk is inzicht te krijgen in het ontstaan van de nu aanwezige problematiek en dat het daarom altijd weer belangrijk is inzicht te krijgen in de kinderjaren. Deze casus leert ons dat we diverse rubrieken in elkaar kunnen laten overgaan en dat we de droom, de waan, enz., ook kunnen onderbrengen (dus ook kunnen repertoriseren) onder andere rubrieken uit de psyche. Wel dienen we e.e.a. met de nodige voorzichtigheid te benaderen omdat er situaties zijn die vanuit een geheel andere oorzakelijk hoek ontstaan. Een als hierboven beschreven analyse heeft totaal geen zin als het causale symptoom vanuit een andersoortige externe invloed ontstaat. Deze andere invloeden zijn: De dagelijkse omstandigheden; De gemakkelijk te beïnvloeden persoonlijkheid; Externe invloeden, camouflage. We zullen deze invloeden bespreken. Dagelijkse omstandigheden `Dromen ontspruiten aan waakzame gedachten'. Woe Cheng-en. Dagelijkse omstandigheden kunnen bepalend zijn voor het ontstaan van dromen, wanen en gevoelens alsof. Een patiënt die voor zijn werk veel reist en veel droomt over reizen; een vrouw die drie honden heeft en regelmatig over haar honden droomt; dit zijn geen karakteristieke dromen over reizen of honden. Dat zou een verkeerde interpretatie zijn omdat het slechts flarden uit het dagbewustzijn zijn die geen ziekelijke toestand weerspiegelen. Zo zien we vaak dat een zwangere vrouw enkele malen droomt dat ze haar op komst zijnde kind vergeten is te verschonen, uit bed te halen, te voeden, enz. Ze kan overdag de waan hebben het allemaal niet aan te kunnen (vaak zien we dit bij een eerste zwangerschap), het idee te hebben dat ze zal falen, `wat zullen anderen van me denken.' Alles bij elkaar genomen het primaire causale symptoom: onzekerheid. Ook dit zijn geen opvallende symptomen omdat dit vaak voorkomt en waarschijnlijk behoort bij het proces van bewustwording, fysieke verandering en moeten gaan dragen van een onherroepelijke verantwoordelijkheid. In de homeopathie zoeken we voornamelijk naar karakteristieke, typische, opvallende en vreemde zaken. Een goed voorbeeld hiervan is beschreven in het droomverhaal van de Ignatiapatiënt van Panda. Deze man, vrachtautochauffeur van beroep, droomt regelmatig over intellectuele onderwer-
Significance of Dreams
Uit de inleiding van 'SIGNIFICANCE OF DREAMS' - B.B.Panda Significantie van dromen Sinds mensenheugenis heeft men geprobeerd het mysterie van de droom te ontrafelen. Er zijn wat betreft de betekenis van dromen verschillende benaderingswijzen. Volgens een bepaalde denkwijze wordt de toekomst ons in symbolische vorm geopenbaard, die moeilijk te begrijpen is. In een samenleving heeft de mens te maken met vele belemmeringen, verlangens en wensen die onderdrukt worden door sociale barrières en remmingen. Als de mens slaapt is het bewustzijn naar de achtergrond gedrongen en de onderdrukte gedachten en emoties openbaren zich via het onderbewustzijn middels dromen. Wat ook de oorzaak of het effect van dromen mag zijn, in de homeopathie dienen we dromen te bestuderen vanuit een totaal andere benadering. Bij het voorschrijven van een homeopathisch middel, spelen de generaliteiten een belangrijk rol bij het selecteren van de geneesmiddelen. Zich herhalende dromen kunnen we onder het hoofdstuk generaliteiten voegen. Bij het schrijven over dit onderwerp wil ik laten zien in hoeverre droom-symptomen ons kunnen helpen bij het vinden van een geneesmiddel bij gecompliceerde gevallen. Om te beginnen zullen we de visie aanhalen die Dr.Robert Gibson Millar over dit onderwerp heeft: ’De effecten van de slaap en de droom kunnen we zien als generaliteiten. Hoe vaak al heeft het bestuderen van een droom ons niet de sleutel tot het geheim van een nog onbekend geneesmiddel gegeven. Want in de slaap is de mens bevrijd van zijn '’bewaker’, en het onderbewustzijn kan zich dan openbaren. In deze omstandigheden wordt vaak een tipje van de sluier opgelicht, zodat we tot op bepaalde hoogte in staat worden gesteld de mysteriën van het verwarde leven te begrijpen, waaronder datgene dat '’ziekte’ wordt genoemd. Natuurlijk moeten deze dromen een aanhoudend karakter hebben om van waarde te kunnen zijn, en dienen we heel nauwkeurig te bekijken of externe factoren debet zijn aan dromen. We zullen dan eerst deze externe factoren moeten elimineren.’ Ik herinner me een geval van aneurysma dat veel pijn veroorzaakte en meerdere ‘druksymptomen’ had. De patiënt had niet het minste vermoeden welke ziekte hij had, hij droomde de ene na de andere nacht van baden en zeeën vol bloed. Dit benauwde hem zo, dat de slaap voor hem één grote nachtmerrie werd. Voorzover het de selectie van een geneesmiddel betrof, waren de andere symptomen niet van betekenis, maar door me te laten leiden door deze droom, gaf ik hem Solanum tuberosum aegrotans , dat de dromen en pijnen volledig deed vervagen zodat hij in alle vrede en rust is kunnen sterven. Met betrekking tot dromen herinner ik me een geval dat ik onder behandeling had in 1961. In dat jaar bezocht ik een vriend die reeds drie jaar leed aan indigestie en dyspepsie ondanks de best mogelijke allopatische behandeling. Hij was ook bij gerenommeerde homeopathen onder behandeling geweest, helaas zonder effect. Hij verdroeg geen meelspijzen. Zuur braken was elke dag aan de orde. Er was opgeblazenheid van de buik wat hevige flatulentie tot gevolg had; dit was het hevigst tussen 17.00u en 21.00u. Hij hield van hete thee, koffie en was verzot op snoepen. En hoewel de arts hem verboden had te snoepen, snoepte hij elke dag grote hoeveelheden, wat uiteindelijk zijn klachten alleen maar verergerde. Toen hij deze symptomen vertelde was ik verheugd omdat ik dacht dat dit een duidelijk geval van Lycopodium was. Maar de patiënt vertelde dat hij reeds Carbo vegetabilis en Lycopodium in verschillende
9
Significance of Dreams
10
potenties had ingenomen (6, 12, 200, lM), er was echter geen enkele verbetering te constateren. Omdat de symptomen echter zo sterk op Lycopodium wezen, wilde ik het weer proberen. Ik begon met een 200 en ging door tot 10M; er kwam geen enkele vooruitgang, de enige verandering was een verergering op de 10M, zonder verbetering erna. Op een avond, toen ik met hem in gesprek was, vertelde hij dat hij de laatste twee jaren een uitzonderlijke droom had. Hij droomde constant dat hij ruzie met zijn buren had. Deze droom, over ruzie zowel met buren als met vrienden, had hij zeer frequent deze jaren. Ik was er van overtuigd dat dit bijzondere symptoom me moest kunnen leiden naar een geneesmiddel. Ik wilde het repertorium er op open slaan; op dat moment had ik slechts het kleine repertorium van Dr. Robert Faulkner bij me. Onder de rubriek 'Dreams of ‘quarrels’ (Ruzies), vond ik alleen Nux vomica . Om het te proberen schreef ik hem Nux vomica voor. Weer liet hij me weten dat hij dit middel ook al voldoende en zonder resultaat had ingenomen. Ik begon met een 30, toen een 200, en er was echter geen enkele verbetering. Na veertien dagen schreef ik een enkele dosis Nux vomica 1M voor. Er kwam een acute verergering die twee dagen duurde, op de derde dag was de verbetering zo opvallend, dat de patiënt vertelde dat hij zich de laatste drie jaren niet meer zo goed had gevoeld. Na het voorschrijven van de 1M heeft hij nooit meer gedroomd over deze ruzies. Dag na dag verbeterde zijn conditie. Na een maand schreef ik nog een dosis 1M voor en de dyspepsie verdween als door magie. Later werd een enkele dosis Sulphur voorgeschreven als complementair geneesmiddel.
N
ATRIUM MURIATICUM-PATIËNTEN DROMEN VAN DIEVEN EN INBREKERS DIE HUN WONING BETREDEN
De patiënt is hier zo van overtuigd dat hij opstaat en geen rust vindt totdat hij zelf het huis geïnspecteerd heeft, en gezien heeft dat er niemand binnen is. Deze opvallende symptomen moeten door velen ervaren zijn. Maar bij Natrium muriaticum zien we ook nog een andere droom.
D
E NATRIUM MURIATICUM -PATIËNT DROOMT VAN VERGIFTIGING
In herinner me het volgende geval. In 1965 behandelde ik een patiënt de reeds tien dagen koorts had. De patiënt was op een avond doornat geworden in de regen en de volgende ochtend kreeg hij koorts. Hij maakte zich daar echter geen zorgen over. Op derde dag, om half negen 's morgens, was zijn temperatuur opgelopen tot 39.5ºC en moest hij in bed blijven. Allopatische behandelingen gedurende 5 dagen mochten niet baten. Naar aanleiding van het doornat worden, schreef ik Rhus toxicodendron 30 en 200 voor, echter zonder resultaat. Ook het voorschrijven van Dulcamara 30 en 200 mocht niet baten. Hij had dan weer 's morgens en dan weer 's avonds koorts. De ene dag had de patiënt dorst naar grote hoeveelheden koud water, en de volgende dag absoluut geen dorst. Hij had geen constipatie, maar aan de andere kant wel een gal-achtige ontlasting. Toen Dulcamara 200 niet werkte, bestudeerde ik keer op keer de materia medica; ik kon echter niet besluiten welk geneesmiddel ik moest gebruiken. Op een avond vertelde de vader van de jongen me dat hij de laatste zeven dagen constant gedroomd had dat iemand hem wilde vergiftigen. Deze droom wierp het licht op de selectie van het geneesmiddel. In het repertorium van Dr. Robert Faulkner vond ik alleen dat Natrium muriaticum-patiënten over vergiftiging dromen. In dit geval was er geen enkel Natrium muriaticum-symptoom aanwezig; maar op grond van deze droom schreef ik toch Natrium muriaticum 30 gedurende twee dagen voor en tot mijn grote verbazing en genoegen verdween de koorts die reeds twintig dagen geduurd had om niet meer terug te
Significance of Dreams
keren. In dit geval had ik opmerkelijk succes met Natrium muriaticum, maar in een ander geval had ik met ditzelfde middel een grote fout begaan. De patiënt was een jongen van tien jaar die reeds een jaar lang aan constipatie leed. Een jaar daarvoor had hij tyfus gehad en sindsdien last van de constipatie. Hij had dagen achtereen geen stoelgang en de buik was hevig opgeblazen door de enorme gasvorming in de maag. Er was geen enkel ander symptoom te vinden. Ondanks de constipatie had hij normale eetlust. Hij had hevige buikpijn ten tijde van de flatulentie. De ene na de andere nacht droomde deze jongen over inbrekers die het huis betraden. Regelmatig stond hij 's nachts op en riep luid dat er inbrekers in huis waren. Wanneer de ouders hem vertelden dat er niets aan de hand was, was hij niet gerust voordat het huis grondig doorzocht was. Toen ik deze opmerkelijke droom vernam, en de constipatie erbij betrok, was ik er zeker van dat Natrium muriaticum het aangewezen geneesmiddel was. Ik schreef achtereenvolgens Natrium muriaticum 30, 200 en 1M voor, maar noch de constipatie, noch de dromen verdwenen. Gebaseerd op het feit dat de constipatie er vanaf het moment van de tyfusaanval was, schreef ik Carbo vegetabis 30, 200 en 1M voor, maar dat gaf geen verbetering, behalve dat de flatulentie verminderde. Ook hier was het kleine repertorium van Dr. Robert Faulkner mijn redding. Onder de rubriek ‘Dreams of thieves’ (Rovers/Dieven) gaf Dr. Faulkner twee geneesmiddelen, nl. Magnesium muriaticum en Rumex . Hij vermeldde onder deze rubriek Natrium muriaticum niet. Na kritische bestudering van dit geval probeerde ik Magnesium muriaticum . Na een enkele dosis Magnesium muriaticum 200 verdween de constipatie binnen veertien dagen bijna helemaal en na een enkele dosis Magnesium muriaticum lM, was deze verdwenen zoals ook de dromen over inbrekers.
C
ARBO VEGETABILIS- EN IGNATIA-PATIËNTEN DROMEN VAN SPOKEN
In 1966 kwam er een bijzonder geval bij me. Een kind, acht jaar oud, droomde elke nacht van spoken. Om 00.30u of 01.00u werd hij wakker, schreeuwde het uit en klemde zich aan zijn moeder vast. Tijdens het vraaggesprek wilde hij niets zeggen, maar door wat troostende woorden van de ouders zei hij dat hij een reusachtig zwart figuur zag dat op hem af kwam en hem vertelde dat deze hem van zijn ouders weg kwam halen. Deze droom had een aanhoudend karakter en de slaap van het kind werd hier danig door verstoord. Er was door de ouders al veel geld voor behandelingen uitgegeven maar er trad geen verbetering op. Op een dag besloten zij om een homeopathische behandeling te proberen. Bij onderzoek bleek hij goed gezond, geen fysieke klachten noch deformaties. De jongen at goed, sliep goed en had een normale stoelgang. Buiten de dromen had hij nergens last van. Bij nader onderzoek ontdekte ik dat hij een jaar tevoren een vreemde koorts had die niet diagnostisch te verklaren was. Deze koorts hield drie maanden aan. Toen de koorts verdween duurde het drie maanden voordat hij weer gezond en op krachten was; sindsdien had hij die angstige dromen. Nu kon het kleine repertorium van Dr. Faulkner me niet helpen. Toen nam ik het repertorium van Dr. Lippe en onder de rubriek ‘Dreams of ghosts’ (Spoken) vond ik twee middelen, nl. Carbo vegetabilis en Ignatia . In dit repertorium was Carbo vegetabilis cursief gedrukt. Bij dit geval kwamen de dromen na koorts. Door verder te vragen ontdekte ik dat de jongen aan constipatie en winderigheid geleden had. Dus besloot ik Carbo vegetabilis te proberen. Carbo vegetabilis 200 gaf geen verlichting, maar een enkele dosis 1M deed de dromen voorgoed verdwijnen en de familie was weer gelukkig.
11
Significance of Dreams
12
Nadat ik dit kind een paar dagen onder behandeling had kreeg ik bezoek van een angstige vader van een kind dat 's nachts angstig droomde. Hij kon echter niet zeggen waarover het kind precies droomde. Het kind leed aan Engelse ziekte (rachitis) en ondanks voldoende voeding kwam het niet in gewicht aan. Hij snoepte maar wat graag. Hij had geen last van indigestie of constipatie, maar regelmatig werd hij 's nachts gillend wakker en huilde dan een half uur aan een stuk. Hij wilde niet door zijn ouders getroost worden. Na een half uur, als hij besefte dat er geen reden voor zijn huilen was, beschreef hij zijn verschrikkelijke droom. Het bleek dat hij droomde over Dode mensen, soms over Donkere voorwerpen, soms over Wilde beesten en soms dat hij Achtervolgd werd door Donkere voorwerpen. In dit geval was er niet direct sprake van een herhalende droom. Aan de andere kant had hij regelmatig deze angstdromen. Onder de rubriek ‘Frightful dreams’ geeft Dr. Lippe een reeks middelen: Frigthful: Am-m., aran., aur., Bell., bov., dig., euphr., graph., jac-c., mag-m., merc., merc-i., nicc., nat-c., nat-s., ox-ac., Phos., plat., ran-s., sars., sep., sulph., zinc. Dus was ik in de veronderstelling dat een van deze middelen het genezende moest zijn. Ik gebruikte, of liever gezegd misbruikte Cina 30 en 200, echter zonder effect. Ammonium muriaticum, Belladonna en Phosphorus zijn cursief gedrukt. Ammonium muriaticum past bij een trage persoon die zwaarlijvig is maar wiens ledematen buitengewoon mager zijn. Het kind was echter helder, vlot en niet zwaarlijvig. Ook heeft dit middel constipatie. Het is een droge, harde, kruimelige ontlasting; de jongen had echter nooit constipatie gehad. Ammonium muriaticum was het dus niet. Voor zover het Belladonna aangaat, heeft dit geneesmiddel gevoeligheid en geïrriteerdheid. Bij Belladonna heeft het minste geluid al opschrikken tot gevolg. Maar de hevige Belladonna symptomen waren niet aanwezig. Daarna ben ik mij gaan concentreren op Phosphorus . De typische Phosphorus -patiënt is een ‘gratieus, jong persoon, knap, lang, magertjes, en smal van borst met een scherp waarnemingsvermogen, dunne, transparante huid, zacht haar en een tere gevoelige oogopslag’. De Phosphorus -patiënt is gevoelig voor licht, aanraking en een staande houding. Hij heeft de neiging flauw te vallen met nerveuze zwakte en beven van het hele lichaam. Een brandend gevoel is een karakteristiek van Phosphorus. De Phosphorus -patiënt kan niet op de linkerzijde liggen. Hij heeft een behoefte aan ijskoud water, heeft enorme honger om het lege gevoel in de maag te compenseren. Qua constitutie was deze patiënt geen Phosphorus , behalve het feit dat hij een enorme eetlust had. Het brandende en het lege gevoel waren niet aanwezig. Dus ook Phosphorus was niet van indicatie. Na verder onderzoek ontdekte ik dat de jongen een wisselende temperatuur had en geen extreme warmte en koude kon verdragen. Hij had een behoefte aan open lucht. Zijn benen waren heel warm en zelfs tijdens de winter stak hij zijn voeten buiten de dekens. Hij verdroeg geen koud bad, dit veroorzaakte een lichte koorts. Hij transpireerde zomers enorm en de geur daarvan was heel indringend. Na verder onderzoek ontdekte ik dat de jongen 's morgens om 11.00u-11.30u enorme honger had en goed at. Hij had een afkeer van baden, zijn huid was vies en er was wat uitslag op de heupen. Al de bovengenoemde symptomen kwamen na drie tot vier dagen onderzoek en wezen duidelijk op Sulphur . Ik wilde Sulphur proberen. De 30e potentie deed niets, maar met een enkele dosis Sulphur 200 vervaagden de angstige dromen. Dag na dag sterkte hij aan en werd in drie maanden tijd een gezond kind. Na ongeveer vier maanden, keerden de dromen terug en schreef ik een enkele dosis 1M voor. Na ongeveer een week verscheen er een verschrikkelijk jeukende en brandende uitslag. Het kind voelde zich op bepaalde tijden miserabel en huilde bitter. De vader werd ongeduldig en wilde de uitslag
HET REPERORIUM Het repertorium dat nu volgt is onderverdeeld in 3 delen: Dromen / Wanen en Gevoelens alsof / Aanvulling uit het repertorium van de psyche (m.b.t. dromen). De gevoelens alsof zijn gecodeerd met een asterisk (*). Ten behoeve van het onderscheid is de lay-out tussen deze drie delen afwijkend. 29
Zoals de voorafgaande casuïstiek en de analytische benadering uit de inleiding duidelijk hebben gemaakt, is het belangrijk te onderzoeken waar de dromen, de wanen en de gevoelens alsof vandaan komen. Zoals gezegd is het mogelijk om de diverse repertorium-delen met elkaar te vergelijken en eventueel te verbinden. Ten overvloede herhalen we dat een repertorium-analyse geen maatstaf is voor de keuze van een geneesmiddel, maar dat de geneesmiddelkeuze altijd middels de materia medica gemaakt dient te worden. Het repertorium functioneert ook hier weer als wegwijzer die de homeopaat kan aangeven waar hij de materia medica verder moet bestuderen.
DROMEN DROMEN algemeen ACON., agar., ALUM., ambr., am-c., am-m., anac., ant-cr., Ant-t., Arg-m., ARG-N., ARN., ARS., asaf., asar., aur., bar-c., bell., bism., bor., bov., BRY., calad., CALC., calcf., Calc-p., camph., CANN-I., cann-s., canth., CAPS., carb-an., carb-v., caust., cham., Chel., CHIN., CIC., cina., clem., COCC., coff., coloc., CON., cres., cycl., dig., dios., dros., Dulc., euph., euphr., ferr., GRAPH., guaj., hell., hep., IGN., iod., ip., LACH., laur., led., lyc., MAG-C., mag-m., MERC., mez., mosch., mur-ac., NAT-C., NAT-M., nat-s., Nit-ac., nux-m., NUX-V., olnd., op., petr., PHOS., PH-AC., plat., plb., PULS., ran-b., rheum., rhod., RHUS-T., Ruta., sabad., sabin., sars., Sel., seneg., SEP., SIL., spig., STANN., STAPH., stram., stroph., SULPH., sul-ac., THUJ., valer., verat., Zinc. Veel AARDBEVING rat., sil. ABSURD apis., chin., cina., colch., coloc., ferr-ma., Glon., mygal., pip-m., plan., rumx., Sulph., thuj. Vreemd Na middernacht: Chin. ACHTERVOLGD worden allox., arg-m., atro., bell., hir., hydr., kreos., mag-s., nux-m., nux-v., ped., ph-ac., sep., Sil., Sulph., verat., Zinc. Dieren Lopen (hard) Verkrachting Vluchten Achteruit lopen, moet: sep. Dieren, door: allox., alum., cench., eupi., hipp., hydr., ind., led., nux-v., sil., Sulph., tarent., tet., verat. Katten en honden, door: Nux-v., sil., verat. Krokodillen, door: led. Man die haar wil verkrachten, door een: Cench., kali-n., kreos.
Alg-Ang
Verkrachting Os, door een: eupi., hipp., tet. Paarden, door: allox., alum. Reuzen, door: bell. Rovers, door: mag-m. Soldaten, door: mag-s. Spoken, door: sil. Stieren, door: ind., tarent. -- dolle stieren: ind. Vijanden, door: con. Wilde dieren, door: sil., Sulph. AFDAK bevinden, zich onder een merc-i-r. AFGROND All-c., Lac-ac. Vallen ALARM hipp. AMPUTATIE van arm lob. Van een been: atro. ANDER persoon bij hem in bed ligt, dat een petr. ANGSTIG abrot., acon., adon., aeth., aether, agar., agn., alco., alet., all-c., all-s., alum., alumn., am-c., AM-M., ambr., ammc., Anac., ang., Ant-c., ant-t., apis., Aran., aran-ix., Arg-m., Arg-n., Arn., ARS., ars-i., ars-s-f., asar., asc-t., atro., AUR., aur-ar., aur-i., aur-m., Aur-s., bad., Bapt., bar-c., bar-m., bar-s., Bell., Bism., bol-la., BOR., bov., bruc., Bry., bufo., cact., CALC., calca., CALC-AR., Calc-f., Calc-p., Calc-s., Calc-sil., Camph., cann-i., Cann-s., canth., caps., carb-an., CARB-V., carbn-s., Carl., casc., cast., caust., cench., Cham., Chel., Chin., chin-ar., chin-s., Chlol., cimic., CINA., clem., COCC., cod., coff., Colch., coloc., CON., cop., corn., Croc., CROT-C., crot-h., Cycl., dig., digin., digox., dios., dor., dros., dulc., elaps., Erig., Eup-pur.,
31
Arr-Beg
32
DROMEN
euph., euphr., eupi., ferr., fl-ac., GRAPH., grat., guaj., ham., hell., hep., hipp., hydr., Hyos., hyper., iber., ign., indg., ip., iris., jacc., jug-c., jug-r., KALI-AR., kali-bi., KALIBR., KALI-C., kali-cy., Kali-i., kali-m., kalin., kali-p., Kali-s., kali-sil., kalm., kiss., kreos., lach., Laur., led., lis-s., lil-t., LYC., lyss., Mag-c., Mag-m., mag-s., manc., mand., mang., Med., Merc., merc-c., merc-i-f., merc-i-r., merc-sul., mez., mit., morph., mosch., mur-ac., myric., naja., Nat-ar., Nat-c., NAT-M., nat-p., Nat-s., natsil., NICC., Nit-ac., nux-m., Nux-v., op., oxac., paeon., Par., petr., ph-ac., phel., Phos., phys., plan., plat., plb., psor., ptel., PULS., Pyrog., Ran-b., Ran-s., rat., rheum., rhod., rhus-t., sabad., sabin., sang., sarr., sars., scroph-n., scut., sec., sel., sep., serp., SIL., sin-n., sol-n., spig., Spong., squil., stann., staph., stram., stront-c., Sul-ac., Sulph., tab., Tarax., teucr., thea., thuj., til., tub., ust., valer., verat., verat-v., verb., wildb., zinc., zinc-p., zing. Wakker Ochtend, in de: Con., ign. Middag, in de: ign. Middernacht, rond: all-c. -- na: dor., ph-ac., plan., stront-c. Angst, gevolgd door: alum., Am-m., Chin., Cocc., Con., hep., lyc., mag-s., mur-ac., nat-c., ph-ac., sil., sulph., zinc. Hoofdpijn, alternerend met: chin. Lijkt echt bij het wakker worden: cina., natm. Ogen sluiten, bij het: chin. Ontwaakt er door: bell., casc., corn., dicha., Erig., LYC., Meph., Sulph. Pijnlijke menstruatie, tijdens: Cycl. Slaap vallen, bij het in: chin. Trap gevallen te zijn, na van de: Rhus-t. Ziekte, na een: Puls. ARRESTATIE clem., mag-c. Gevangen Gevangenschap: bov., cerv.
AUTOPSIES rumx. Ontleden van dode lichamen: cench., chel., iris., ped., sang. Vriend, van zijn: ped. Vrouw die bij haar voeten is opgehangen, autopsie plegen bij een: iris. AVONTUURLIJK bar-c., senec., sulph. BADEN, wassen Kind in kokend water: mag-c. Mensen baden: chin-b. BAL, danspartij mag-c., mag-s. Banket Dansen Vermaak Op een bal zijn: mag-c., mag-s. BANKET mag-s., nit-ac., ph-ac. Drinken Eten Feesten BASEBALL atro. BED Liggen in bed met een ander persoon: petr. Te klein, te kort: ferr-i. BEDACHTZAAM, weloverwogen Ign. BEDELAAR mag-c. BEDREIGINGEN anac., ars., sep. Aanranding, van: sep. BEGRAFENISSEN allox., alum., ange-s., bart., brom., Chel.,
DROMEN form., hura., mag-c., nat-c., nicc., rat. Dode lichamen Doodskisten Graven Kerkhof Stoffelijk overschot Hoort zijn eigen begrafenisklokken luiden: aether. Processie, een begrafenis-: form. Stoffelijk overschot wordt weer levend na begraven te zijn: allox. BEGRAVEN Levend begraven worden: Arn., chel., ign. Begrafenissen Dode lichamen Doodskisten Graven Kerkhof Stoffelijk overschot BEHANDELING, medische canna. BEHULPZAAM zijn t.a.v anderen om hen blij te maken: sabad. BELACHELIJK zie LACHWEKKEND BELEDIGD worden en te zwak zijn zichzelf te verdedigen ambr. Beledigingen Ruzies BELEDIGINGEN asar., nat-s., tarent. Beledigd worden: asar. Winden hem op: nat-s. BEROUW, wroeging aether., arn., ars., elaps., fl-ac., hyper., lach., led., nat-c., nat-m., sanic. Religieus Verwijt Gebeurtenissen, t.o.v.: nat-m. God haar straft voor haar zonden, dat: aether.
Beg-Bli
-- verstoten worden door God: hyper. Pleiten voor gratie bij de rechter: aether. BESCHULDIGINGEN clem., lach., nat-m., thuj. Laster Onterecht beschuldigd van een misdaad: clem. BEVRIEZEN grat. Vriezen BEZIG zijn, druk ambr., anac., apis., bell., BRY., camph., canth., carb-ac., Carl., coca., hydr., hyos., hyper., ign., kalm., lach., led., lil-t., lyc., mosch., osm., phos., pip-m., polyg-h., sabad., sabin., sang., sep. Haast BEZOEKJES mag-s., nicc. Bezoek brengen aan haar zus die ver weg woont: mag-s. Bezoekjes afleggen: mag-s. Broer, van: nicc. BIDDEN ars-h., pip-m. Kerken BIJEN puls. Insekten Verjagen van bijen: puls. BLIND is, denkt dat hij phys. BLIJ ant-t., caust., chel., croc., dros., grat., kalicy., kali-i., lach., laur., mag-c., mag-s., manc., mang., mur-ac., nicc., nit-ac., op., senec., spig., stront., sulph., thuj., zing. Vreugdevol
33
Blo-Con
34
DROMEN
BLOED Phos., rhus-t., sol-t-ae Dat ze bloedt, wat in werkelijkheid waar is (menorragie): sec. Zwembaden vol: sol-t-ae.
Verdwaald
BLOEDVERGIETEN plat. Gevechten Oorlog
BRUILOFT, huwelijk ALUM., croc., mag-c., OP. Bruiloftfeest: alum., chel., mag-c., magm., mag-s., nat-c., nat-s. Iemand die ze niet liefheeft, met: mag-c. Met twee vrouwen: nat-c. Waar ze druk bezig is: nat-c.
BLOEMEN mag-c., nat-s. BOEREN, landarbeiden mag-s., merc-i-r. BOMBARDEMENT menis. Gevechten Luchtaanval Oorlog Schieten BOMEN die groeien zonder in de grond te staan Lyc. BOOSHEID all-c., alum., am-c., ambr., ant-c., apis., Arn., asar., aster., aur., bell-p., brom., Bry., calc., calc-sil., canth., carl., caust., cham., convo-d., crot-c., crot-h., dros., kali-n., lach., lipp., Mag-c., mag-m., mag.s., mang., merc-i-r., mosch., myris., nat-ar., nat-m., nicc., NUX-V., paeon., peti., ph-ac., Phos., puls., rat., rheum., rumx., sabin., sars., sel., sep., sil., sol-a., spong., stann., Staph., sul-ac., tarax., verat., zinc. Ruzies BOOT, zinkende alum., lyc., sil. BOS canth., com., mag-m., sep. Verdwalen in: mag-m., sep.
BRONNEN gelaten wordt, dat hij in All-c., merc-c. Probeert eruit te komen: calc-f.
BUITENLAND ind., plat., sil. Land Reizen BURGEROORLOG op. Oorlog CAFE, drinkgelag graph., kali-c., lyc., nat-c., nat-m., nit-ac., nux-v., petr., sil., sulph., zinc. CLOSET, zitten op een psor. Uitwerpselen COITUS am-m., bor., ind., iod., lac-ac., lyc., sil., sumb., thuj., Zinc-pic. Erotisch Onsuccesvol: ind., iod. CONSTANT, continu anac., bar-c., mosch., nat-s., Phos., plat., sabin. Onafgebroken CONVERSATIES, gesprekken van de afgelopen dag nat-c. Gebeurtenissen-van te voren
WANEN & GEVOELENS ALSOF WANEN, inbeeldingen, hallucinaties, illusies algemeen abel., absin., acet-ac., Acon., Aeth., agar., alco., alum., Ambr., anac., anan., anh., antc., ant-t., antip., apis., aran., aran-ix., argm., ARG-N., arn., Ars., ars-i., ars-m., ars-sf., art-v., asaf., asar., atro., Aur., aur-ar., Aur-m., Bapt., bar-c., bar-i., BELL., berb., bism., bry., Calc., calc-ar., calc-i., calc-s., Camph., CANN-I., Cann-s., canth., carban., carb-v., carl., caust., cench., cham., chel., chin., chin-ar., chlol., chlor., chloram., chlorpr., cic., cimic., cina., coca., cocain., COCC., Coff., colch., coloc., con., convo-s., cortico., croc., Crot-c., crot-h., Cupr., cupr-a., cyt-l., dat-a., dig., digin., dubo-m., dulc., elaps., eup-pur., euph-a., eupi., fl-ac., form., Glon., gran., graph., Hell., Hep., hoit., hura., hydr-ac., HYOS., IGN., iod., kali-bi., Kali-br., kali-c., kali-p., kali-sil., lac-c., LACH., lachn., lat-h., led., levo., Lol., Lyc., Lyss., mag-m., Mag-p., med., meny., meph., Merc., merl., mez., morph., mosch., mur-ac., murx., nat-c., nat-m., nat-p., psil., Psor., Puls., pyrog., ran-b., rheum., rhod., rhus-g., Rhus-t., russ., ruta., SABAD., sacch-l., sal-ac., samb., santin., Sec., sel., sep., Sil., spong., stann., Staph., STRAM., sulfonam., SULPH., syph., tarent., ter., tere-ch., thea., ther., thuj., tub., Valer., verat., verat-v., verb., verin., viol-o., visc., xan., Zinc., zincm. Dag en nacht: aeth., ars., kali-c. Ochtend, in de: bry., con. -- in bed: ambr., dulc., hell., hep., nat-c. Avond, in de: bry., lach., lyc., sulph. -- in bed: alum., ambr., Calc., camph., carb-an., Carb-v., chin., graph., ign., merc., nat-c., nit-ac., nux-v., ph-ac., rhus-t., sulph. -- slaap vallen, bij het in: bell., calc., guaj., phos. Nacht, in de: Acon., aeth., arn., ars., aur., Bell., Bry., camph., cann-i., canth., carb-v.,
Alg-Ach
carl., cham., chin-ar., coloc., con., dig., Dulc., kali-c., lyc., meny., Merc., nit-ac., nux-v., op., Plb., Puls., Rheum., sec., sep., sol-n., sulph., vip., zinc.Aan kan raken, dat ze niets*: Pall. Aandacht gefixeerd moet zijn op de ademhaling, zijn gehele*: Chlor. Aangename: atro., cann-i., op., stram. -- ochtend na het slapen, in de: bell. Aangevallen te zullen worden: abel., tarent. Aanrakend terwijl ze lacht en zingt, daarbij alles: bell. Aanval te zullen krijgen en gaat sneller lopen, een: Arg-n. Aanvallen en beledigingen, verdedigt zich tegen denkbeeldige: lyss. Aanwezig is, dat er iemand: hyos., lyc., thuj. mensen Aardbeving bevindt, dat men zich in een*: Fl-ac. Aardmannetje te zijn, een: cann-i. Absurde, lachwekkende: cann-i. lachwekkende -- gestalten aanwezig zijn, dat er absurde: ambr., arg-m., camph., cann-i., caust., cic., op., tarent. Achter wordt getrokken, dat hij naar*: Sumb. -- tijdens hoofdpijn*: Merc. Achter haar is, dat er iemand*: Brom., Crot-h., Lach., Med., Sacch-l., Tub. -- loopt, dat iemand achter hem*: Calc.
69
Ach-Ang
WANEN & GEVOELENS ALSOF
Achterna gezeten wordt in visioenen, dat men*: Hyos.
70
Achtervolgd te worden: absin., Anac., ars., aur., bell., bry., con., Hyos., Kali-br., lach., med., plb., rhus-t., sil., staph., stram., thuj., verat-v. vervolgd -- beelden van een trieste gebeurtenis uit het verleden, door kwellende, angstaanjagende: spong. -- beroven van een vriend, wegens het: kalibr. -- demonen, door: plb. -- geesten, door: lepi., plat., stram. -- moordenaars, rovers, door: alco. -- politie, door: alco., ars., bell., Cupr., Hyos., Kali-br., meli., phos., plb., zinc. -- soldaten, door: absin., bell., bry., nat-c., plb. -- vijanden, door: absin., anac., ars., aur., Bell., Chin., cic., Cocain., con., crot-h., cupr., dros., hell., Hyos., kali-br., Lach., lepi., lyc., meli., merc., nat-c., nux-v., plb., Puls., rhus-t., sil., stram., stry., zinc. vijand-omringd -- vreselijk ding, door een of ander: anac. Actie moeten zijn, en toch worden deze ervan weerhouden, dat geest en lichaam in*: Pop. Acties in de maag plaatsvinden, dat mentale*: Acon. -- er iemand naast hem is die zijn acties dupliceert*: Ars. Activiteit, met: Bell., Hyos., Stram. Adel te zijn, van: plat., phos. keizer koningin prins vooraanstaand Adem bedorven is en anderen die niet moeten inademen, dat de: lyss.
Afgrond achter hem is, dat er een: kali-c. -- bang in een afgrond te zullen vallen, is: alco. -- gesleept wordt, dat ze uit de diepste, duisterste afgrond (in de nacht, bij het wakker worden): thea. Afschuwelijk, alles lijkt: Plat. Afstand, verte, m.b.t.: Cann-i., cann-s., nux-m. vergroting-afstanden Afstand te bevinden, alles lijkt zich op verre*: Magn. -- voorwerpen lijken op grote*: Anac. Afwezig, vergeetachtig*: Bar-c. Alleen te zijn, altijd: puls., stram. verlaten vrienden-zonder -- kerkhof, op een: lepi., sep. -- schipbreukeling, als: Phys. -- wereld, op de: camph., cycl., hura., Plat., Puls. -- wildernis, woestijn, in een: stram. Alleen gelaten wordt door een goede vriend, dat men*: Rhus-t. -- alleen gelaten wordt en zonder vrienden is 's morgens bij het ontwaken, dat men*: Lach. -- is en iedereen om haar heen dood en stil is, dat ze*: Rhus-t. Ander te zijn, een: cann-i., cann-s., gels., Lach., mosch., phos., plb., pyrog., Valer. bewustzijn identiteit Ander te verplaatsen; dat hij alleen zou kunnen zien als hij zich in een ander zou verplaatsen (waarvan hij weet dat hij dat kan)*: Alum. Angst, schrik, na: bell., plat.
WANEN & GEVOELENS ALSOF Apoplexie te hebben, een*: Arg-m., Brom., Carb-v., Elaps., Ferr., Puls., Zinc. -- angst een apoplexie te krijgen*: Prim. -- getroffen wordt, dat men door een*: Kalicy., Tarent. -- zou dreigen, dat een*: Colch. Arm te zijn: bell., calc-f., hep., mez., nux-v., psor., Sep., stram., valer. behoeftig geruïneerd Armen afgesneden zijn, dat de: bapt. ledematen -- drie armen te hebben: petr. -- gebonden zijn tegen haar lichaam, dat de: cimic. -- niet bij haar behoren, dat de: agar., bapt. -- vergroot is, dat de onderarm: aran. -- vier armen te hebben: sulfon. -- wolken raken, dat de armen de (bij het slapen gaan): pic-ac. Armen en benen heeft, alsof hij teveel*: Pyrog. ledematen Arresteren komt (als de deuren open staan), dat iemand hem*: Ruta., Tab. Atmosfeer in de kamer zwaar en dik is, dat de*: Agn. -- in een hete*: Puls. -- tijdens eten een warme atmosfeer te betreden*: Nux-v. Baby er weerzinwekkend uitziet, dat de: Puls. Baby's in bed liggen, dat er twee: petr. Bal te zitten, op een: cann-i., chim. Bank beweegt, dat de*: Plb.
Apo-Bed
Barrière bestaat tussen zintuigen en externe voorwerpen, dat er een*: Aeth. Bed beweegt, dat het: lac-c. -- bezet is door iemand anders, dat het: petr. -- boven het bed is, dat iemand: calc. -- drijven in bed alsof aan het zwemmen, te: bell., stram. -- getrokken wordt, dat het onder haar vandaan: stram. -- hard is, dat het te: Arn., Bapt., bry., Morph., op., Pyrog., ruta. -- iemand bij hem in bed is, dat: anac., apis., Bapt., carb-v., graph., nux-v., op., petr., Puls., rhus-t., sec., stram., valer. --- komt en er geen plaats is, dat iemand 's avonds in bed: nux-v. -- jaagt, dat iemand hem uit bed: rhus-t. -- kloppen te horen onder het: BELL., calc., canth., colch. -- kreukels en plooien is, dat het vol: Stram. -- lakens weg te nemen, dat iemand probeert de: bell. -- mensen aan het bed in de kamer te zien: atro., Con. --- bij het binnenkomen van de kamer: lyc. -- naakte man met haar in de lakens gewikkeld is, dat een: Puls. -- niet in bed te liggen (bij het wakker worden om 04.00u.): hyper. -- onder het bed is, dat er iemand: am-m., ars., bell., calc., canth., colch. dieven vijand-bed --omhoog getild, verhoogd is, dat het: canth. -- staat, dat iemand dreigend aan het voeteneinde: chlol. -- tuin, zoekt naar het bed in de: puls. -- twee personen bij haar in bed liggen, dat er: cycl. -- verkocht heeft, dat iemand het: nux-v. -- vreemde voorwerpen, ratten, schapen in bed zijn, dat er: cimic. -- wippen in bed, dat iemand haar op en neer laat: bell., canth.
71
Bed-Bee
72
WANEN & GEVOELENS ALSOF
-- zakt, dat het bed naar beneden: bapt., Bell., bry., calc-p., chin-s., dulc., kalic., Lach., rhus-t., sacch. -- zwemmen in bed, te: bell., stram.
dat hij te*: Ovi-p. Bedienden, zich te moeten ontdoen van de: fl-ac.
Bed op en neer springt, dat het*: Bell. -- beweegt, dat het*: Clem. --- als men 's nachts wakker wordt*: Lac-c. -- door het bed te vallen*: Bell., Chin-s., Dulc., Lach., Rhus-t., Sacch-l., Sec. -- geluid maakt, dat iets onder het*: Bell. -- heen en weer slingert als een hangmat, dat het*: Tub. -- het hele lichaam rond gestrooid in bed ligt, dat het*: Bapt. -- hoofd uit bed valt, dat het*: Arg-m. -- iets hem uit bed duwt, dat*: Rhus-t. -- muizen in bed zijn, dat*: Colch. -- niet groot genoeg is, dat het*: Sulph. -- niet in bed is, dat ze*: Hyper. -- niet raakt als ze ligt, dat ze het bed*: Asar., Chin., Coff., Lac-c., Nat-m., Nuxv., Op., Ph-ac., Rhus-t., Spig., Stict., Stram., Thuj. -- omkeert, dat het*: Nux-v., Plb., Puls., Sin-n. -- onder haar uit wordt getrokken, dat het*: Stram. -- op haar valt, dat het*: Stram. -- ronddraait in een cirkel, dat het*: Con., Sol-n. -- uit bed te vallen*: Arg-n., Ars., Ars-s-f. -- verkocht heeft, dat iemand zijn*: Nux-v. -- wegzakt, dat het*: Lach. --- alles wegzakt in het, dat*: Lyc. --- diep weggezakt is in, dat hij*: Xanth. --- door het*: Rhus-t. --- van onder haar vandaan*: Kali-c. --- ze diep wegzakt in het*: Bry. --- zowel de persoon als het bed wegzakt, dat*: Lach. -- ze het hele bed bestrijkt, dat ze*: Pyrog. -- zuigkracht aan het bed vast te zitten en niet te kunnen bewegen, met een*: Sars. -- zwaar is voor het bed en dat het door zou breken als het niet ondersteund werd,
Beelden, hallucinaties, ziet illusoire: acon., alum., Ambr., Apis., Arg-n., Ars., bar-c., BELL., berb., brom., calc., calc-ar., calc-s., camph., Cann-s., canth., carb-an., Carb-v., caust., cham., chin., chin-ar., cic., cimic., coca, Crot-h., cupr., dros., dulc., graph., hell., Hep., Hyos., ign., kali-ar., kali-br., kalic., kali-p., lac-c., LACH., lachn., led., Lyc., mag-m., Merc., nat-c., Nat-m., nat-p., nitac., nux-m., nux-v., Op., ph-ac., Phos., plat., puls., rhod., rhus-t., ruta., Samb., sep., sil., spong., Stram., sulph., tab., Tarent., Thuj. valer., verat., Zinc. gestalten gezichten inbeeldingen man(nen) mensen spoken visioenen -- namiddag, in de: lyc. -- avond, in de: calc., carb-an., lyc., nit-ac. --- in bed: nit-ac. -- nacht, in de: con., ambr., arg-n., arn., bell., berb., calc., calc-sil., Camph., canth., carb-an., carb-v., cham., chin., crot-h., cupr., cur., graph., ign., Kali-br., kali-c., kali-sil., led., lyc., Merc., natm., nit-ac., nux-v., op., phos., puls., Sep., sil., spong., tab., Thuj., valer., zinc., zinc-p. -- aangename: bell., cann-i., cycl., Lach. -- alleen zijn, tijdens het: fl-ac., lach. -- angstwekkende: Ambr., anac., arg-n., arn., ars., atro., bar-c., Bell., CALC., calc-s., camph., Carb-an., Carb-v., Caust., chin., chin-ar., cina., coca, con., croc., gels., graph., Hep., hyos., ign., kali-ar., Kali-br., kali-c., kali-p., kali-sil., Lac-c., Lach., laur., lyc., mang., Merc., mur-ac., nat-c., nat-p., nit-ac., nux-v., Op., petr., ph-ac., Phos., puls., rhod., rhus-t., samb., sars., sec., sil., spong., Stram., sulph., tab., tarent. visioenen-afschuwelijke