Wijziging Regeling extra werkgelegenheid voor langdurig werklozen 1996 SZW 26 juni 1998/nr. AM/RAW/98-1727 Directie Arbeidsmarkt
eerste volzin, de dienovereenkomstige financiële vergoeding. C De Minister van Sociale Zaken en Artikel 7 wordt als volgt gewijzigd: Werkgelegenheid 1. Het eerste lid, onderdeel c, komt te en de Minister van Binnenlandse Zaken luiden: c. het loon dat aan de langdurig werkBesluiten: loze wordt betaald wordt bij aanvang van de dienst-betrekking in het kader Artikel I van deze regeling bepaald op een De Regeling extra werkgelegenheid bedrag van niet meer dan het bedrag voor langdurig werklozen 1996, 1997 dat in de Wet minimumloon en minien 19981 wordt gewijzigd als volgt: mumvakantiebijslag voor hem als miniA mumloon geldt voor de duur van de Artikel 5, eerste lid, wordt als volgt eerste twaalf maanden dat hij gebruik gewijzigd: maakt van deze regeling. Van de eer1. In de eerste volzin vervalt ’ten ste volzin kan worden afgeweken met behoeve van in die gemeente wooneen algehele loonsverhoging op basis achtige langdurig werklozen’. van een collectieve afspraak voorzover 2. Na de eerste volzin wordt een nieu- het loon met die verhoging niet meer we tweede volzin ingevoegd, luidende: bedraagt dan 103% van het voor de De gemeenten Almelo, Amsterdam, langdurig werkloze geldende miniArnhem, Breda, Den Bosch, Den Haag, mumloon. Van de eerste volzin kan Deventer, Dordrecht, Eindhoven, daarnaast worden afgeweken indien Enschede, Groningen, Haarlem, op basis van een collectieve afspraak Heerlen, Helmond, Hengelo (O), met betrekking tot de in de sector gelLeeuwarden, Leiden, Maastricht, dende arbeidsvoorwaarden een perioNijmegen, Rotterdam, Schiedam, dieke loonsverhoging plaatsvindt binTilburg, Utrecht, Venlo en Zwolle bren- nen twaalf maanden na aanvang van gen slechts arbeidsplaatsen tot stand de dienstbetrekking. ten behoeve van in die gemeenten 2. Aan het slot van het derde lid wordt woonachtige langdurig werklozen, de punt vervangen door een komma tenzij de langdurig werkloze een peren een zinsnede toegevoegd, luidende: soon is als bedoeld in artikel 1, derde tenzij de subsidie wordt ontvangen op lid, onderdeel a. grond van artikel 16 van de Wet op de B (re)integratie arbeidsgehandicapten in Artikel 5a wordt als volgt gewijzigd: de vorm van een herplaatsingsbudget 1. In het eerste lid, vervalt ’ten behoe- dan wel een plaatsingsbudget of een ve van in die gemeente woonachtige pakket op maat wordt ontvangen als langdurig werklozen’. bedoeld in de artikelen 17 of 18 van de 2. Na het vierde lid wordt een nieuwe Wet op de (re)integratie arbeidsgehanvijfde lid toegevoegd, luidende: dicapten, 13b van de Wet inschakeling 5. Een gemeente, die niet meer dan 8 werkzoekenden, of 81a van de arbeidsplaatsen in het kader van deze Arbeidsvoorzieningswet 1996, waarbij regeling toegekend heeft gekregen, het pakket op maat niet bestaat uit ontvangt een extra vergoeding voor een loonkostensubsidie. ten hoogste een halve arbeidsplaats op jaarbasis, indien dit nodig is om een Artikel II langdurig werkloze aan de eis van arti- Bijlage I, genoemd in de Regeling extra kel 7, eerste lid, onderdeel a, te laten werkgelegenheid voor langdurig werkvoldoen. Indien uit het financieel verlozen 1996, 1997 en 1998, wordt voor slag, bedoeld in artikel 11, blijkt dat 1998 vervangen door een nieuwe bijlahet aantal gerealiseerde arbeidsplaat- ge I die bij deze regeling behoort. sen meer bedraagt dan het toegekende aantal arbeidsplaatsen, ontvangt de gemeente, met inachtneming van de
Uit: Staatscourant 1998, nr. 119 / pag. 8
Artikel III Bijlagen III en IV, genoemd in de Regeling extra werkgelegenheid voor langdurig werklozen 1996, 1997 en 1998, worden voor 1998 vervangen door nieuwe bijlagen III en IV die bij deze regeling behoren. Artikel IV Bijlage V, genoemd in Regeling extra werkgelegenheid voor langdurig werklozen 1996, 1997 en 1998, wordt vastgesteld overeenkomstig bijlage V die bij deze regeling behoort. Artikel V 1. Deze regeling treedt, met uitzondering van Artikel I, onderdeel C, in werking met ingang van de tweede dag na dagtekening van de Staatscourant waarin zij is geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 1998. 2. Artikel I, onderdeel C, onder 1, treedt in werking met ingang van de tweede dag na dag-tekening van de Staatscourant waarin zij is geplaatst en werkt terug tot en met 1 juni 1997. 3. Artikel I, onderdeel C, onder 2, treedt in werking op het tijdstip waarop de artikelen 16, 17 en 18 van de Wet op de (re)ïntegratie arbeidsgehandicapten, 13b van de Wet inschakeling werkzoekenden en 81a van de Arbeidsvoorzieningswet 1996 in werking treden. Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst. ’s-Gravenhage, 26 juni 1998. De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, A.P.W. Melkert. De Minister van Binnenlandse Zaken, H.F. Dijkstal. 1
Stcrt. 1995, 13, laatstelijk gewijzigd bij besluit van 19 december 1997, Stcrt. 249.
Toelichting Met ingang van 1 juli 1998 zal in werking treden de Wet op de (re)ïntegratie arbeids-gehandicapten (Wet REA). In het kader hiervan kan een werkgever op aanvraag in aanmerking voor een tegemoetkoming in de kosten die
1
een werkgever maakt als hij een arbeids-gehandicapte in dienst neemt, het zogenoemde plaatsingsbudget. Dit budget kan worden gebruikt voor kosten door productieverlies, kosten voor aanpassing van de werkplek of inrichting van het bedrijf, her- of bijscholing, training en begeleiding. Over een periode van drie jaar wordt een standaard plaatsingsbudget verstrekt van in totaal f 24.000. Indien de kosten van reïntegratie hoger uitvallen, kan de werkgever ook een pakket op maat aanvragen. Zo’n pakket kan kosten omvatten voor werkaanpassing, scholing, inwerkkosten en vergoedingen voor productieverlies. Dit pakket op maat bestaat ook uit een loonkostensubsidie. Daarnaast kan een werkgever een eenmalige subsidie ontvangen in de vorm van een herplaatsingsbudget voor een werknemer, die al bij hem in dienst is, maar ongeschikt is geworden voor de eigen arbeid. In deze gevallen doet zich een probleem voor met de Regeling extra werkgelegenheid voor langdurig werklozen 1996, 1997 en 1998 (EWLW). Ingevolge de EWLW worden de loonkosten volledig vergoed, in verband waarmede cumulatie met een andere subsidie voor gemaakte arbeidskosten in de regeling is uitgesloten. In artikel 7, derde lid, is geregeld, dat de gemeente of instelling geen andere subsidie ontvangt voor gemaakte arbeidskosten. Het (her)plaatsingsbudget is een forfaitair bedrag; het is daarom niet mogelijk aan te geven hoe groot de component is die bestemd is voor loonkosten. De aanpassingen voor de eigen werknemer kunnen ten dele ook ’arbeidskosten’ omvatten. In het pakket op maat is echter een onderdeel vastgesteld, dat een loonkostensubsidie betreft (een bedrag van ten hoogste 33 1/3% van het overeengekomen bruto loon per jaar, gedurende maximaal 3 jaar). Verstrekking van het (her)plaatsingsbudget dan wel een pakket op maat aan een werkgever ten behoeve van een EWLW-werknemer zou dus op grond van artikel 7, derde lid, moeten leiden tot het niet in aanmerking komen voor vergoeding ingevolge de EWLW. Dit wordt niet wenselijk geacht. In verband hiermede wordt de EWLW gewijzigd (artikel I, onderdeel C, onder 2) in die zin dat in de anti-cumulatieregeling een uitzondering wordt gemaakt bij verstrekking van het (her)plaatsingsbudget, alsme-
de voor het pakket op maat. Wat betreft het pakket op maat wordt een uitzondering gemaakt voor het onderdeel van de subsidie, dat betrekking heeft op de loonkostensubsidie. Dit deel van de subsidie van het pakket op maat moet de werkgever in het kader van de EWLW-regeling derhalve niet aanvragen om in aanmerking te blijven komen voor de subsidie in het kader van de EWLW-regeling. In de regeling wordt verwezen naar de bepalingen in de Wet op de (re)integratie arbeidsgehandicapten en de bepalingen voor de werkgeverssubsidie in de Wet inschakeling werkzoekenden en de Arbeidsvoorzieningswet 1996, die dezelfde inhoud hebben. Dit wijzigingsvoorstel zal in werking treden op het tijdstip waarop de desbetreffende bepalingen in werking treden. Dit kan (in theorie) op verschillende tijdstippen zijn (artikel V, onder 3). Voorts worden wijzigingen aangebracht met betrekking tot het woonplaatsvereiste (artikel I, onderdelen A en B, onder 1). Bij de uitbreiding van de G79 naar alle gemeenten (met ingang van 1 januari 1998) is ervoor gekozen om elke gemeente in aanmerking te laten komen voor arbeidsplaatsen in het kader van deze regeling. In de toelichting is daarbij aangegeven dat het vanuit het oogpunt van doelmatigheid aanbeveling verdient dat een gemeente voor de uitvoering aansluiting zoekt bij een reeds deelnemende gemeente aan de regeling dan wel op regionaal niveau gaat samenwerken. Signalen zijn ontvangen dat als gevolg van het feit dat voor elke gemeente het woonplaatsvereiste geldt, samenwerking niet van de grond zal komen. Vanwege het belang dat gemeenten kunnen samenwerken bij het invullen van arbeidsplaatsen ingevolge deze regeling is het wenselijk geacht de bepalingen inzake het woonplaatsvereiste aan te passen. Hierbij is aansluiting gezocht bij de wijze waarop in het kader van de zorg het woonplaatsvereiste thans is geregeld. Dit betekent dat het woonplaatsvereiste voor de G25 van toepassing blijft en voor de andere gemeenten wordt losgelaten. Op deze manier blijft invulling gegeven worden aan het grotestedenbeleid. Daartoe zijn door de wijziging van artikel I, onderdeel A, onder 2, in de tweede volzin van het eerste lid van artikel 5 de gemeenten die tot de G25 worden gerekend, met name
Uit: Staatscourant 1998, nr. 119 / pag. 8
genoemd. Aan dit onderdeel is terugwerkende kracht toegekend tot en met 1 januari 1998 (artikel V, onder 1). Aangezien het hier om een uitbreiding van de mogelijkheden gaat om een langdurig werkloze in het kader van deze regeling arbeid te laten verrichten levert dit geen problemen op. In de praktijk is gebleken dat geen duidelijkheid bestaat over de positie van de EWLW-werknemer bij verandering van werkkring. De vraag is gesteld of betrokkene ook in aan-merking komt voor bezetting van een EWLWarbeidsplaats bij andere gemeenten? Niet genoegzaam kan worden benadrukt dat het bij EWLW-arbeidsplaatsen gaat om reguliere arbeid en dat de EWLW-werknemer een reguliere werknemer is. Derhalve moeten zomin mogelijk belemmeringen in de weg worden gelegd bij het zoeken van ander werk dan wel het solliciteren naar een andere EWLW-arbeidsplaats. Daarom is voor deze doelgroep een uitzondering gemaakt. In artikel I, onderdeel B, onder 2, is met terugwerkende kracht tot en met 1 januari 1998 een nieuwe bepaling toegevoegd aan artikel 5a van de regeling. Deze bepaling maakt het mogelijk dat een gemeente, die niet meer dan 8 arbeidsplaatsen toegekend heeft gekregen in het kader van deze regeling, in aanmerking komt voor maximaal 832 extra uren. Die extra uren zijn bedoeld om die gemeenten in staat te stellen om in voorkomende gevallen arbeidsplaatsen van meer dan 32 uur te creëren, indien dit nodig is om een langdurig werkloze aan de eis van artikel 7, eerste lid, onderdeel a, te laten voldoen. In het financieel verslag, bedoeld in artikel 11, wordt dan door de verantwoording van het aantal uren zichtbaar, dat meer dan 1664 uren per arbeidsplaats zijn gerealiseerd. Artikel I, onderdeel C, onder 1, zorgt ervoor dat de in de formulering van artikel 7, eerste lid, onder c, van de regeling nu beter wordt uitgedrukt dat direct bij indiensttreding al tot 103% van het minimumloon kan worden betaald. Deze wijziging treedt net als de oorspronkelijke wijziging met terugwerkende kracht in werking met ingang van 1 juni 1997. Tevens is tot uitdrukking gebracht dat een algehele loonsverhoging (tot maximaal 103%) en een periodieke loonsverhoging op basis van een collectieve afspraak binnen het eerste jaar van de dienst-
2
betrekking, ook in combinatie met elkaar is toegestaan. In artikel II is bijlage I voor 1998 opnieuw vastgesteld, dit heeft met name te maken met de nu definitieve toekenning van de aantallen arbeidsplaatsen voor 1998. In artikel III is bijlage III en bijlage IV voor het jaar 1998 vastgesteld. Het betreft het accountantsprotocol respectievelijk het financieel verslag. In artikel IV is bijlage V (de in 1998 nieuw deelnemende gemeenten aan de Regeling extra werkgelegenheid voor langdurig werklozen 1996, 1997 en 1998) vastgesteld. De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, A.P.W. Melkert. De Minister van Binnenlandse Zaken, H.F. Dijkstal. Bijlage I t/m 1998
Amsterdam Rotterdam ’s-Gravenhage Utrecht
4.633 4.400 2.793 1.217
Groningen Nijmegen Eindhoven Arnhem Enschede Tilburg Breda ’s-Hertogenbosch Maastricht Leeuwarden Almelo Deventer Zwolle Hengelo Helmond
717 635 500 662 576 558 391 402 352 227 305 264 256 238 175
Dordrecht Heerlen Haarlem Leiden Schiedam Venlo
270 267 244 218 141 114
Alkmaar Apeldoorn Delft Almere Emmen Zaanstad Lelystad Den Helder
178 166 159 156 156 151 139 117
t/m 1998
Sittard Roermond Kerkrade Smallingerland Oss Vlissingen Bergen op Zoom Geleen Zutphen Hoogezand Sappemeer Delfzijl Landgraaf Heerenveen Brunssum Sneek Amersfoort Spijkenisse Hoorn Vlaardingen Zoetermeer Ede Hilversum Gouda Capelle aan de IJssel Assen Wageningen Purmerend Zeist Roosendaal en Nispen Haarlemmermeer Amstelveen Nieuwegein Hoogeveen Tiel Doetinchem Middelburg Oosterhout Hellevoetsluis Rijswijk (ZH) Alphen aan de Rijn Velsen Zwijndrecht Rheden Terneuzen Weert Veenendaal
106 105 97 96 87 86 72 68 68 66 64 30 58 57 57 82 71 68 67 64 58 55 58 55 55 48 46 42 41 39 37 37 36 33 32 22 31 31 31 26 14 30 29 29 13 13
woording af over de realisatie van de arbeidsplaatsen en de besteding van de door hen ontvangen bijdrage door middel van een verslag en de daarop betrekking hebbende accountantsverklaring. Tevens is van toepassing de op vrijdag 19 december 1997, Stcrt. 1997, 249 gewijzigde richtlijn detacheringsverbod per 1 juli 1997 Regeling extra werkgelegenheid voor langdurig werklozen. 1.1. Reikwijdte accountantscontrole Dit controleprotocol dient om de reikwijdte en het object van de accountantscontrole nader aan te geven. Wij beogen geen aanpak van de accountantscontrole voor te schrijven. Veelal zal de accountant zich immers bij zijn controle baseren op een (risico)analyse van de administratieve organisatie en interne controle bij de desbetreffende gemeente en op basis daarvan komen tot een optimale afweging van de in te zetten controlemiddelen. Aangezien deze aanpak leidt tot maatwerk per gemeente is zulks ook niet mogelijk. De accountantscontrole strekt zich uit tot de deugdelijkheid van het verslag en de rechtmatigheid van het daarin verantwoorde beheer. Onder de controle op de rechtmatigheid van het verantwoorde beheer wordt verstaan de controle of de verantwoorde bestedingen (lasten) alsmede het aantal gerealiseerde arbeidsplaatsen tot stand zijn gekomen overeenkomstig de relevante regelgeving. Het doel van de controle is te komen tot het afgeven van een accountantsverklaring bij het financieel verslag regeling extra werkgelegenheid voor langdurig werklozen 1998. 1.2. Derdengegevens
Indien de verantwoorde uitgaven (lasten) zijn gebaseerd op gegevens van Bijlage III derden dient de gemeente deze gegevens te controleren op juistheid en volControleprotocol regeling extra werk- ledigheid. gelegenheid voor langdurig werklozen Er dient door de gemeenten een beleid 1998 te zijn geformuleerd dat misbruik en oneigenlijk gebruik (M en O- proble1.Algemeen matiek) op adequate wijze bestrijdt. Indien instellingen en stichtingen door Op grond van artikel 11 van de een andere accountant worden geconRegeling extra werkgelegenheid voor troleerd dan degene die de accounlangdurig werklozen 1996, 1997 en tantsverklaring bij dit verslag afgeeft, 1998 leggen gemeenten aan de minis- dient de gemeente ervoor zorg te drater van Binnenlandse Zaken verantgen dat de stichtingen en hun accoun-
Uit: Staatscourant 1998, nr. 119 / pag. 8
3
tants op de hoogte zijn van de controle en specifieke eisen zoals die voor deze regeling in dit protocol worden gesteld. In het kader van de rechtmatigheidscontrole besteedt de accountant mede aandacht aan de door de gemeente genomen maatregelen betreffende de controle van deze derdengegevens. Het gestelde in dit protocol is ook van toepassing voor accountants van instellingen waaraan de gemeenten in het kader van de regeling gelden verstrekken. Indien de gemeente-accountant ten behoeve van zijn oordeelsvorming gebruik maakt van verklaringen, die door andere accountants zijn afgegeven, dan dient hij zich ervan te vergewissen door middel van het uitvoeren van een rapportreview of een collegiaal evaluerend gesprek dat hij gebruik kan maken van de werkzaamheden van de andere accountant. Indien ten aanzien van bovenstaande zaken tekortkomingen worden geconstateerd, zal de accountant dit in vermelden. Vanzelfsprekend kan door hem worden aangegeven of er bijzondere omstandigheden of achterliggende redenen aanwezig zijn die geleid hebben tot de tekortkomingen.
de accountants(controle) en de rapportering door de accountant. Onder procedurele toetsing wordt verstaan: controle waarbij erop wordt toegezien of procedures in het leven zijn geroepen om te waarborgen dat aan de desbetreffende voorschriften wordt voldaan, of het volgen van die procedures leidt tot naleving van die voorschriften en of die procedures in feite zijn gevolgd. 2.1. Bijzondere aandachtspunten 2.1.1. Algemeen De accountant stelt vast dat de gecreëerde arbeidsplaatsen daadwerkelijk zijn gerealiseerd en voldoen aan de eisen zoals ze in de artikelen een tot en met vier en zes tot en met negen van deze regeling zijn gesteld. Tevens stelt de accountant vast dat de aanwending van de bijdrage binnen de reikwijdte van deze regeling en de daarbij horende toelichting valt.
2.1.2. Specifiek Woonplaats De accountant gaat indien het financieel verslag betrekking heeft op een zogenaamde G25-gemeente na of de betrokken werknemer op het moment van instroom woonachtig is in de gemeente, die een bijdrage ont2. Controle verslag vangt in het kader van de onderhavige regeling. Met uitzondering van de in dit protoVrije ruimte In artikel 6, eerste lid, van col opgenomen bijzondere, procedure- de regeling is per 1 januari 1998 toegele en specifieke aandachtspunten dient voegd de zogenaamde vrije ruimte van het verslag met normale aandacht te 10%. De accountant beoordeelt de worden gecontroleerd. Tot deze norbenutting van deze ruimte conform male aandacht behoort onder meer de het gestelde in de regeling en gaat controle dat het verslag in overeenvervolgens na of de 10% norm van het stemming is met de gemeentelijke aantal tot stand te brengen arbeidsadministratie, dat de bedragen daadplaatsen niet wordt overschreden. werkelijk zijn besteed, en het verslag is Detachering In artikel 6, eerste lid, van ingevuld conform de in de toelichting de regeling is per 1 juli 1997 het zgn. bij het verslag gegeven aanwijzingen. detacheringsverbod gevoegd. De in juli Onder bijzondere aandacht wordt ver- 1997 gepubliceerde richtlijn is bij circustaan: controle waarbij nadrukkelijk laire van 27 november 1997 gewijzigd wordt bezien of de desbetreffende (Stctr. 245). De accountant dient bij de voorschriften zijn nageleefd. In dit beoordeling op de naleving van dit geval moet dus verder worden gegaan verbod de onderstaande aspecten te dan bij de controle die normaal bij de betrekken. Functionele stichtingen blijcontrole van de gemeenterekening ven toegestaan mits daarbij de stichwordt uitgeoefend. ting als formele en materiële werkgeOm duidelijkheid te verschaffen over ver optreedt. de verwachtingen van het ministerie Organisaties opgericht na 1 juli 1997 met betrekking tot de inhoud en de dienen onmiddellijk in overeenstemreikwijdte van de controle van de ming te zijn met het detacheringsvergemeentelijke accountants in het bod (m.u.v. het hierna gestelde over kader van dit financieel verslag zijn leidinggeven door derden). Voor onderstaand richtlijnen gegeven voor bestaande constructies en bij leiding-
Uit: Staatscourant 1998, nr. 119 / pag. 8
geven door derden geldt een aanpassingstermijn tot 1 juli 1998. Een EWLWwerknemer mag geen werkzaamheden verrichten, die niet onder de directe leiding en toezicht van de werkgever staan bij wie de betreffende werknemer formeel in dienst is, tenzij er sprake is van tijdelijke vervanging bij bijvoorbeeld ziekte. Bij preventievetoezichtfuncties zal de samenwerkingsafspraak met politie ter aanvulling op de arbeidsovereenkomst een mogelijke basis kunnen zijn voor de beoordeling van de aan een dergelijke stichting gestelde eis van optreden als formeel en materieel werkgever. Voor iedere functie dient voorts te zijn vastgelegd wie de werknemer instructies geeft, werkzaamheden opdraagt of toezicht uitoefent op de werkzaamheden van de werknemer. Tevens moet uit de administratie blijken waar de werknemer is gehuisvest en op welke CAO de arbeidsovereenkomst is gebaseerd. De accountant kan bij zijn onderzoek de correspondentie betrekken van de desbetreffende gemeente of stichting met het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over een voorgenomen of aanwezige organisatiestructuur van de gemeente of stichting ten behoeve van het op adequate wijze inhoud geven aan het detacheringsverbod. WML Ingevolge artikel 7, eerste lid, onderdeel c, wordt het loon dat aan de langdurig werkloze wordt betaald, bij aanvang van de dienstbetrekking in het kader van deze regeling bepaald op een bedrag van niet meer dan het bedrag dat in de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag voor hem als minimumloon geldt voor de duur van de eerste twaalf maanden dat hij gebruik maakt van deze regeling. Van de eerste volzin kan worden afgeweken met een algehele loonsverhoging voorzover het loon met die verhoging niet meer bedraagt dan 103% van het voor de langdurig werkloze geldende minimumloon. Van de eerste volzin kan daarnaast worden afgeweken indien op basis van een collectieve afspraak met betrekking tot de in de sector geldende arbeidsvoorwaarden een periodieke loonsverhoging plaatsvindt binnen twaalf maanden na aanvang van de dienstbetrekking. Onder het plaatsvinden binnen twaalf maanden na aanvang van de dienstbetrekking wordt tevens begrepen het moment van instroom.
4
2.2. Procedurele aandachtspunten
hebben deelgenomen in de declaratie van de instelling. Instelling De definitie van een instelREA Per 1 juli 1998 treedt de Wet ling -beschreven in artikel 3 van de (re)integratie arbeidsgehandicapten regeling- is met terugwerkende kracht (Wet REA) in werking. tot 1 juli 1997 aangepast. Een gemeen- Deze wet heeft tot doel de positie van te kan ingevolge het tweede lid van dit arbeidsgehandicapten op de arbeidsartikel onder bepaalde voorwaarden markt te verbeteren. Een combinatie zelf een instelling aanwijzen die een van de Wet REA met de Ewlw-regeling arbeidsplaats tot stand brengt in het is toegestaan; een werkgever kan voor kader van deze regeling. De accounplaatsing van een arbeidsgehandicapte tant besteedt aandacht aan de bij de op een Ewlw-arbeidsplaats gebruikmagemeente getroffen maatregelen ten ken van de subsidies van de Wet REA. aanzien van de naleving van de gestel- Bij toepassing van het ’pakket op de eisen (definitie en voorwaarden) maat’ (POM) is een uitzondering Additionaliteit De arbeidsplaats moet gemaakt voor het deel van de REAworden verwezenlijkt boven de subsidie dat betrekking heeft op de bestaande werkgelegenheid bij de loonkosten. Samenloop van het loongemeente of instelling en met de ten kostendeel van de POM-subsidie met gevolge van de arbeid geleverde goe- subsidie ingevolge de Ewlw-regeling is deren of diensten worden de concurniet toegestaan. Hierop moet worden rentieverhoudingen niet onveranttoegezien. woord beïnvloed. Een onderdeel van De wijze waarop onderdeel II, uitsplitde regeling dat deels een procedurele sing dienstbetrekking, van het finantoetsing dan wel specifieke aandacht cieel verslag door de gemeente wordt vereist van de accountant is de wijze ingevuld dient onderdeel uit maken waarop binnen de gemeente en/of van de procedurele toetsing. instelling wordt vastgesteld of er sprake is van extra gecreëerde arbeids3. Rapportering door de accountant plaatsen. Een en ander kan worden vormgegeven door bijvoorbeeld een 3.1. De accountantsverklaring en -rappositief advies/mededeling van een portage medezeggenschapsorgaan (ondernemingsraad of personeelsvertegenwoor- Voor geconstateerde onjuistheden en diging). onzekerheden gaat de accountant na Schriftelijke verklaring college van wat hiervan de consequenties zijn voor B&W De accountant besteedt aandacht de af te geven accountantsverklaring. aan de bij de gemeente getroffen In de accountantsverklaring bij het maatregelen in het kader van artikel financieel verslag dient het punt dat 6a. De gemeente moet in een schrifte- het controleprotocol is nageleefd tot lijke mededeling aan de betrokken uitdrukking te worden gebracht. Een werkgever meedelen dat de persoon dergelijke vermelding impliceert mede aangemerkt wordt als belanghebben- dat de controle is uitgevoerd met de in het kader van deze regeling. Ook inachtname van de hieronder gestelde dient te worden aangegeven hoeveel eisen. betrokkene ten minste moet verwerDe accountant bij zijn oordeelsvorming ven om te voldoen aan artikel 7, eerste heeft gestreefd naar een “hoge mate lid, onderdeel a. van zekerheid”. Indien dit begrip ten Duur dienstbetrekking behoeve van het gebruik van statistiDe accountant besteedt aandacht aan sche technieken moet worden gekwande bij de gemeente getroffen maatre- tificeerd dan is een betrouwbaarheid gelen in het kader van artikel 7, eerste van 95% gehanteerd. lid onderdeel e. De accountant heeft geconcludeerd Opleiding in de vorm van beroepsbedat de meest waarschijnlijke fout geleidende leerweg De accountant (goedkeuringstolerantie), met betrekbesteedt aandacht aan de bij de king tot de deugdelijkheid van het gemeente getroffen maatregelen in financieel verslag en de rechtmatighet kader van artikel 7, tweede lid. heid van het daarin verantwoorde Gedacht kan worden aan het verwerbeheer, niet groter is dan aangegeven ken van de gestelde eis in het contract in onderstaande tabel. tussen de gemeente en de betrokken instelling en het vermelden van de personen die aan een dergelijke leerweg
Uit: Staatscourant 1998, nr. 119 / pag. 8
Besteding < f 500.000 maximaal f 25.000 Bestedingen > f 500.000 en < f 1.000.000 foutfractie 5% Bestedingen > f 1.000.000 en < f 5.000.000 maximaal f 50.000 Besteding > f 5.000.000 foutfractie 1%
Tijdens de controle geconstateerde fouten zowel in gerealiseerde arbeidsplaatsen, uitsplitsing naar dienstbetrekkingen als in geld dienen te allen tijde te worden gecorrigeerd in het financieel verslag. Indien de meest waarschijnlijke fout in het totaal van de feitelijke bestedingen door de accountant hoger wordt ingeschat dan aangegeven in deze tabel, dan vermeldt hij de uitkomst van deze hogere schatting in zijn verslag. Geconstateerde opzettelijke fouten worden – ook indien de invloed op het totaal van de bestedingen minder is dan gegeven in bovenstaande tabel – in de toelichting bij de verklaring vermeld. 3.2. Model accountantsverklaring De gebruikelijke vorm van een accountantsverklaring is van toepassing. In de verklaring dient te worden vermeld dat het controleprotocol is nageleefd en dat de rechtmatigheid van de bestedingen, de realisatie van de extra arbeidsplaatsen en de juistheid van de uitsplitsing dienstbetrekkingen is vastgesteld. Bijlage IV Toelichting op het financieel verslag 1998 voor de Regeling extra werkgelegenheid voor langdurig werklozen 1996, 1997 en 1998 Inleiding Ingevolge artikel 11 van de Regeling extra werkgelegenheid voor langdurig werklozen 1996 en 1997 (Stcrt. 1995, 13, gewijzigd bij besluit van 25 april 1997, Stcrt. 1997, 86 en laatstelijk gewijzigd bij besluit van 29 december 1997, Stcrt 1997, 249) brengt iedere gemeente genoemd in bijlagen 1 en V bij deze Regeling, voor 1 oktober 1999 een financieel verslag uit over de besteding van de rijksbijdrage voor het creëren van extra arbeidsplaatsen voor langdurig werklozen. Onder de term arbeidsplaats wordt verstaan: elke periode van 1664 uren, zijnde arbeidsuren krachtens dienstbetrekking. Het
5
totaal van het gerealiseerde aantal arbeidsuren gedeeld door 1664 geeft het totaal van de gerealiseerde plaatsen aan. Het financieel verslag geeft de minister van Binnenlandse Zaken de mogelijkheid om te beoordelen of de bestedingen vallen binnen de in de Regeling gestelde grenzen. Bij dit verslag dient een accountantsverklaring gevoegd te zijn. Puntsgewijze toelichting I. Rijksmiddelen, bestedingen en realisatie 1.1 Aantal te realiseren arbeidsplaatsen U vindt het aantal te realiseren arbeidsplaatsen op de beschikkingen die u over 1995, 1996, 1997 en 1998 ontvangen heeft. 1.2 Aantal gerealiseerde arbeidsplaatsen Hier wordt een splitsing gevraagd tussen het aantal gerealiseerde arbeidsplaatsen in 1998 op basis van het aantal toegekende plaatsen in 1995 en het aantal gerealiseerde arbeidsplaatsen in 1998 op basis van het aantal toegekende plaatsen in 1996, 1997 en 1998. In verband met het feit dat rekening moet worden gehouden met het verschil in de hoogte van het vergoedingsbedrag tussen de arbeidsplaatsen uit 1995 en volgende jaren wordt bovendien het aantal dienstbetrekkingen, omgerekend naar 32 uur, dat aanving voor en na 1 januari 1996 gevraagd. Wellicht ten overvloede wil ik u hier erop attenderen dat de gerealiseerde arbeidsplaatsen moeten voldoen aan het gestelde in artikel 6 van de regeling alsmede aan de richtlijnen over het detacheringsverbod.
afzonderlijke posten gesplitst. De reden voor deze splitsing is om een duidelijker inzicht te kunnen krijgen in de kosten die de gemeenten maken in het kader van de regeling. Hier wordt uitdrukkelijk gevraagd om de werkelijke kosten aan te geven die gemaakt zijn in het kader van deze regeling. 1.5 Spaarsaldo Bij gemeenten die deelnemen aan de Ewlw-regeling en bij welke in het voorafgaande jaar de bestedingen lager zijn geweest dan het toegekend bedrag op basis van te verwachten realisatie is er een spaarsaldo ontstaan. In het financiële verslag over 1998 dient dan ook verantwoording te worden afgelegd over de besteding van dit spaarsaldo. Gelet op artikel 12, onderdeel d, van de regeling moet de bijdrage immers geheel worden besteed in het kader van de regeling. I. Uitsplitsing dienstbetrekkingen (het aantal personen ultimo december 1998) 2.1, 2.2 en 2.3 Bij dit onderdeel van het verslag wordt een splitsing van de dienstbetrekkingen gevraagd naar sector, uitstroom en omvang van de arbeidsduur. Met dienstbetrekkingen wordt bedoeld het aantal personen die ultimo december 1998 een arbeidsovereenkomst hadden in het kader van de regeling. Bij punt 2.2 e. overige dient het aantal personen te worden ingevuld dat instroomde in een Ewlw-dienstverband uit een andere voorziening, zoals de WW, een overstap van de ene Ewlwbaan naar de andere of uit een EAUdienstverband.
1.3 Afrekening Uitgangspunt is hier de voor 1998 door het Rijk verstrekte bijdrage uit de regeling Extra werkgelegenheid voor langdurig werklozen, verrekend met de aan de gemeente toekomende definitieve bijdrage, gebaseerd op het aantal gerealiseerde arbeidsplaatsen (uitkomst 1.2).
Financieel verslag 1998 regeling extra werkgelegenheid voor langdurig werklozen 1996, 1997 en 1998
1.4 Bestedingen Hier wordt het bedrag opgenomen dat in 1998 feitelijk is besteed in het kader van de regeling, met dien verstande dat de opgevoerde bestedingen uitsluitend betrekking hebben op het maximaal aantal toegekende plaatsen. Het bestede bedrag wordt in drie
I: Rijksmiddelen, bestedingen en realisatie
gemeente: contactpersoon: telefoon: adres: postcode & woonplaats:
__________________________ __________________________ __________________________ __________________________ __________________________
1.1 Aantal te realiseren arbeidsplaatsen in 1998 a: toekenning 1995 b: toekenning 1996, 1997 en 1998
_____________ _____________
1.2 Aantxal gerealiseerde arbeidsplaatsen in 1998 a: van het toegekende aantal 1995 waarvan de dienstbetrekkingen
Uit: Staatscourant 1998, nr. 119 / pag. 8
6
(omgerekend naar 32 uur) zijn aangevangen vóór 1 januari 1996: b: van het toegekende aantal 1996, 1997 en 1998: totaal gerealiseerd 1.3 Afrekening a: verstrekte rijksbijdrage b: definitief af te rekenen (som 1.2) te ontvangen (cq. terug te vorderen)
___ x f 40.000 = f ___ ___ x f 35.000 = f ___ ____________ ___ =f
f f ____________ f
1.4 Besteed in 1998 a: arbeidskosten b1: aanvullende kosten aan instellingen (derden) b2: aanvullende kosten door de gemeente bestedingen 1.5 Spaarsaldo a: saldo van voorgaande jaren b: definitieve afrekening (som 1.2)
bestedingen (zie 1.4) spaarsaldo over 1998
f f f ______________ f
f f ______________ f f ______________ f
II: UItsplitsing dienstbetrekkingen (stand ultimo december 1998) 2.1 a. b. c. d. e. f. g. h.
Dienstbetrekkingen naar sector openbare veiligheid toezicht kinderopvang onderwijs beheer openbare ruimte beheer publieke monumenten sport overige (10% van het totaal aantal arbeidsplaatsen op andere gebieden, zgn. vrije ruimte)
totaal 2.2 a. b. c. d. e. f.
Dienstbetrekkingen naar uitstroom uit: ABW / RWW IOAW IOAZ WIW Overig Geen uitkering
totaal 2.3 a. b. c.
________ ________ ________ ________ ________ ________ ________
________ ________
________ ________ ________ ________ ________ ________ ________
Dienstbetrekkingen naar omvang van arbeidsduur per week minder dan 32 uur p/w ________ 32 uur p/w ________ meer dan 32 uur p/w ________
Bijlage V Aa en Hunze Aalburg Aalsmeer
1998 5 2 3
Uit: Staatscourant 1998, nr. 119 / pag. 8
7
Aalten Abcoude Achtkarspelen Akersloot Alblasserdam Albrandswaard Alkemade Alphen-Chaam Ambt Delden Ambt Montfort Ameland Ammerzoden Angerlo Anna Paulowna Appingedam Arcen en Velden Asten Avereest Axel Baarle-Nassau Baarn Barendrecht Barneveld Bathmen Bedum Beek Beemster Beesel Belfeld Bellingwedde Bemmel Bennebroek Bergambacht Bergen (L) Bergen (Nh) Bergeyk Bergh Bergschenhoek Berkel en Rodenrijs Bernheze Bernisse Best Beuningen Beverwijk Binnenmaas Bladel Blaricum Bleiswijk Bloemendaal Boarnsterhim Bodegraven Bolsward Borculo Borger-Odoorn Born Borne Borsele Boskoop Boxmeer Boxtel Brakel Brederwiede Breukelen
4 1 16 1 5 2 1 1 1 2 1 1 1 4 9 2 2 4 4 1 9 4 7 1 3 5 1 4 1 5 4 1 1 2 6 3 5 1 2 5 2 9 7 15 2 2 1 1 3 6 2 5 2 7 4 5 4 3 6 9 1 2 2
Brielle Broekhuizen Brummen Bunnik Bunschoten Buren Bussum Castricum Coevorden Cranendonck Cuijk Culemborg Dalfsen Dantumadeel De Bilt De Lier De Marne De Ronde Venen De Wolden Den Ham Denekamp Deurne Didam Diemen Diepenheim Diepenveen Dinxperlo Dodewaard Doesburg Dongen Dongeradeel Doorn Drechterland Driebergen-Rijsenburg Dronten Druten Duiven Echt Echteld Edam-Volendam Eemnes Eemsmond Eersel Egmond Eibergen Eijsden Elburg Elst Enkhuizen Epe Ermelo Etten-Leur Ferwerderadeel Franekeradeel Gaasterlân-Sleat Geertruidenberg Geldermalsen Geldrop Gemert-Bakel Gendringen Gendt Genemuiden Gennep
Uit: Staatscourant 1998, nr. 119 / pag. 8
3 1 6 2 2 2 12 4 14 7 12 11 2 11 9 1 6 5 3 3 1 8 5 18 1 1 1 1 7 7 14 2 1 5 10 6 7 9 1 3 2 7 3 3 3 2 3 6 6 7 6 13 4 8 2 6 4 14 8 7 1 1 5
Giessenlanden Gilze en Rijen Goes Goirle Goor Gorinchem Gorssel Graafstroom Graft-De Rijp Gramsbergen Grave ’s-Graveland ’s-Gravendeel ’s-Gravenzande Groenlo Groesbeek Grootegast Grubbenvorst Gulpen Haaksbergen Haaren Haarlemmerliede-Spaarnwoude Haelen Halderberge Hardenberg Harderwijk Hardinxveld-Giessendam Haren Harenkarspel Harlingen Harmelen Hasselt Hattem Hedel Heel Heemskerk Heemstede Heerde Heerewaarden Heerhugowaard Heerjansdam Heeze-Leende Heiloo Heino Helden Hellendoorn Hendrik-Ido-Ambacht Hengelo (Gld) Het Bildt Heteren Heumen Heusden Heythuysen Hillegom Hilvarenbeek Hoevelaken Holten Hontenisse Horst Houten Huissen Huizen Hulst
1 5 17 5 4 18 1 1 1 1 3 1 1 3 2 8 4 1 2 7 1 1 2 8 7 12 2 5 2 12 1 1 1 1 1 17 4 2 1 14 1 2 5 1 3 8 4 2 6 1 5 15 2 4 2 1 1 1 3 6 4 16 6
8
Hummelo en Keppel 1 Hunsel 1 Ijsselham 1 Ijsselmuiden 1 Ijsselstein 6 Jacobswoude 1 Kampen1 8 Kapelle 1 Katwijk 7 Kerkwijk 1 Kessel 1 Kesteren 2 Kollumerland en Nieuwkruisland 7 Korendijk 1 Krimpen aan den IJssel 7 Laarbeek 5 Landsmeer 1 Langedijk 5 Laren 1 Leek 6 Leerdam 7 Leersum 1 Leeuwarderadeel 2 Leiderdorp 6 Leidschendam 7 Lemsterland 6 Leusden 3 Lichtenvoorde 2 Liemeer 1 Lienden 1 Liesveld 1 Limmen 1 Lingewaal 1 Lisse 3 Lith 1 Littenseradiel 2 Lochem 4 Loenen 1 Loon op Zand 5 Loosdrecht 3 Lopik 1 Loppersum 5 Losser 6 Maarn 1 Maarssen 14 Maartensdijk 1 Maasbracht 3 Maasbree 2 Maasdonk 1 Maasdriel 1 Maasland 1 Maassluis 16 Made 4 Margraten 2 Markelo 1 Marum 3 Maurik 1 Meerlo-Wanssum 1 Meerssen 6 Meijel 1 Menaldumadeel 3 Menterwolde 6 Meppel 14
Middelharnis 2 Mierlo 3 Mill en Sint Hubert 1 Millingen aan de Rijn 2 Monster 2 Montfoort 2 Mook en Middelaar 2 Moordrecht 2 Muiden 1 Naaldwijk 4 Naarden 3 Nederlek 3 Nederweert 2 Neede 2 Neerijnen 1 Niedorp 2 Nieuw-Lekkerland 1 Nieuwerkerk aan den IJssel 5 Nieuwkoop 1 Nieuwleusen 1 Nijefurd 4 Nijkerk 6 Noord-Beveland 1 Noordenveld 7 Noorder-Koggenland 1 Noordoostpolder 18 Noordwijk 5 Noordwijkerhout 2 Nuenen, Gerwen en Nederwetten 6 Nunspeet 3 Nuth 3 Obdam 1 Oegstgeest 3 Oirschot 2 Oisterwijk 6 Oldebroek 2 Oldenzaal 15 Olst 1 Ommen 3 Onderbanken 2 Oostburg 3 Oostflakkee 2 Ooststellingwerf 12 Oostzaan 1 Ootmarsum 1 Opmeer 1 Opsterland 11 Oud-Beijerland 5 Ouder-Amstel 2 Ouderkerk 1 Oudewater 1 Papendrecht 9 Pekela 8 Pijnacker 2 Raalte 6 Ravenstein 1 Reeuwijk 1 Reiderland 5 Reimerswaal 6 Renkum 12 Renswoude 1 Reusel-De Mierden 1 Rhenen 6
Uit: Staatscourant 1998, nr. 119 / pag. 8
Ridderkerk Rijnsburg Rijnwaarden Rijnwoude Rijssen Roerdalen Rossum Rozenburg Rucphen Ruurlo Sas Van Gent Sassenheim Schagen Scheemda Schermer Scherpenzeel Schiermonnikoog Schijndel Schinnen Schipluiden Schoonhoven Schoorl Schouwen-Duiveland Sevenum Simpelveld Sint-Michielsgestel Sint-Oedenrode Sint Anthonis Skarsterlâ Sliedrecht Slochteren Sluis-Aardenburg Soest Someren Son en Breugel Stad Delden Stadskanaal Staphorst Stede Broec Steenbergen Steenderen Steenwijk Stein Susteren Swalmen Tegelen Ten Boe Ter Aar Terschelling Texel Tholen Thorn Tubbergen Tytsjerksteradiel Ubbergen Uden Uitgeest Uithoorn Urk Vaals Valburg Valkenburg Valkenburg aan de Geul
16 3 3 2 6 2 1 7 7 1 4 2 6 6 1 1 1 6 4 1 3 1 8 1 3 5 3 1 8 8 3 1 12 3 4 1 19 1 5 5 1 16 8 4 3 8 r2 1 1 2 6 1 2 10 4 15 2 4 2 5 3 1 8
9
Valkenswaard Veendam Veere Veghel Veldhoven Venray Vianen Vlagtwedde Vleuten-De Meern Vlist Voerendaal Voorburg Voorhout Voorschoten Voorst Vorden Vriezenveen Vught Waalre Waalwijk Waddinxveen Warmond Warnsveld Wassenaar Wateringen Waterland Weerselo Weesp Wehl Werkendam West Maas en Waal Wester-Koggenland Westerveld Westervoort Weststellingwerf Westvoorne Wierden Wieringen Wieringermeer Wijchen Wijhe Wijk bij Duurstede Winschoten Winsum Winterswijk Wisch Wittem Woensdrecht Woerden Wognum Wormerland Woudenberg Woudrichem Wûnseradiel Wymbritseradiel Zaltbommel Zandvoort Zederik Zeewolde Zelhem Zevenaar Zevenbergen Zevenhuizen-Moerkapelle
13 18 2 8 14 11 6 4 2 1 3 15 1 6 4
Zijpe Zoeterwoude Zuidhorn Zuidlaren Zundert Zwartsluis
2 1 4 6 2 1
4 9 4 20 6 1 2 4 2 3 1 7 1 5 4 1 4 7 10 2 3 2 2 13 1 4 16 5 9 7 1 4 7 1 4 1 2 3 3 4 6 1 2 1 11 8 1
Uit: Staatscourant 1998, nr. 119 / pag. 8
10