Het Verzekeringsblad 98e jaargang 13 juli 2008 nr.
13
De twee petten van de AFM Korte metten met provisie Leer uw klanten levenslopen
Bert Bruning (Atradius):
‘Wij dekken een gevoelig risico: de klant’ www.vbnet.nl VB_1308_p01_08.indd
1
10110044
01-07-2008
11:48:59
Zij is 9 en wil extra financiële
zekerheid voor haar medewerkers. Hoe lang zijn uw zakelijke relaties al ondernemer? Wat houdt hen nu bezig? Wat zijn hun plannen en ambities voor de komende jaren? De Goudse biedt ondernemers Impulz: dat zijn verzekeringsoplossingen die aansluiten bij de fase waarin de ondernemer is. De ondernemersleeftijd van uw relatie vormt dan ook een mooie aanleiding voor een inspirerend adviesgesprek. Meer weten? Kijk op www.goudse.nl/impulz en ontdek hoe wij u verder helpen in uw dagelijkse adviespraktijk.
Wat houdt uw zakelijke relaties bezig? Vraag naar hun ondernemersleeftijd en doe de Goudse RisicoScan.
www.goudse.nl/impulz
VB_1308_p01_08.indd
2
U kunt weer verder. 01-07-2008
11:49:34
‘Wij dekken een gevoelig risico: de klant’
COVER
Juist in een tijd van grotere risico’s voor bedrijven ziet algemeen directeur Bert Bruning van kredietverzekeraar Atradius Nederland kansen voor zijn maatschappij en het met haar samenwerkende intermediair. “Op korte termijn zijn ook de risico’s van Atradius groter, maar de risicoperceptie van ondernemers neemt toe en dat is op de langere termijn gunstig.” Voor het intermediair ligt met de kredietverzekering een (mkb-) markt voor het oprapen, maar voor hiervan echt de vruchten kunnen worden geplukt, moet er nog wel iets gebeuren.
14 6 8 20 28
Rubrieken
IN H O U D
Hoofdredactioneel
5
Nieuws
6
Onder meer: - NHP doet aangifte bij AFM
9
Ingezonden Ton Jansen - Overname Optas door AEGON
Intermediair
11
Niet IFO maar de AFM zet het Bos-onderzoek naar beleggingsverzekeringen voort. Het is en blijft een opmerkelijke zaak dat de toezichthouder hier gaat optreden als onderzoeker. De AFM hoeft geen geheimhouding in acht te nemen en kan de onderzoeksresultaten gulhartig naar buiten brengen. Eerder heeft zij in de basis genuanceerde rapportages zodanig geformuleerd dat de media daarmee de kwaliteit van de financiële dienstverlening konden afbranden. Nu de AFM de onderzoekerspet opzet, mag op zijn minst extra prudentie verwacht worden.
Producten
13
Zorg & Inkomen
17
Generali VB Innovatieprijs
18
Korte metten met het provisiestelsel
Fiscaal Juridisch
Als het aan het Verbond van Verzekeraars ligt, verandert binnen afzienbare tijd het provisiesysteem drastisch: “Het bestaande provisiesysteem is aan verandering toe. Het is op onderdelen intransparant en sluit niet goed aan bij de eisen die daaraan in de toekomst worden gesteld.” Directeur Leo de Boer leest in het onlangs uitgebrachte SEO-rapport een ondersteuning van dit standpunt. Als het aan hem ligt, stoppen verzekeraars met het geven van bonusprovisie, zo zegt hij in ‘Verzekerd!’, de nieuwsuitgave van het Verbond.
Ingrid Sandford-Brouwer - Nieuw lijfrentebesluit
De beleggingsverzekeringensoap: de AFM
24
26
Marktonderzoek Eric Landwaart en Michel van der List - Duurzaam als het maar niet duur is
31
Column Christian Dijkhof
Ondernemerschap Bart van Luijk - Dag! Mijn naam is Ad Adviseur ad 150 euro per uur!
nummer 13 - 3 juli 2008
3
Nathalie Kruit - Kleine lettertjes met grote gevolgen
Onbekend maakt onbemind. En dit geldt zeker voor de levensloopregeling, die maar niet populair wil worden onder werknemers. Uit CBS-cijfers blijkt dat slechts 5,5 procent van de werknemers in 2006 deelnam aan de levensloopregeling. Ook directeur-grootaandeelhouders maken slechts op kleine schaal gebruik van levenslopen. Gemiste kans, vindt Ramón Wernsen-Bruin MFP. De levensloopregeling biedt volgens hem namelijk ongekende mogelijkheden voor de pensioenplanning van klanten.
Een van de eerste initiatieven in de Federatie van NBVA en NVA is dat zij een transactieplatform gaan inrichten, samen met ANVA en Unit 4 Agresso. “Laat ik u verzekeren dat dit transactieplatform definitief ketenintegratie veroorzaakt”, zei Bob Veldhuis tijdens de ALV van de NVA. Of dat gebeurt, staat nog te bezien. Rondvraag leert wel dat andere partijen die op enige wijze een rol spelen in ketenintegratie in de branche, niet onwelwillend tegenover dit nieuwe initiatief staan, maar hier en daar wel kritische kanttekeningen plaatsen.
22
Aansprakelijkheid
Leer uw klanten levenslopen
Reacties op transactieplatform NBVA/NVA
VB_1308_p01_08.indd
- Aan het woord: Eblinc (2006)
32
34
Jurisprudentie Sjoerd Meijer en Bianca van der Goes - Gelijke monniken, gelijke kappen?
Met name(n)
36
Producten
38
Verzekerend Buitenland
39
ICT
40
Feiten & Cijfers
41
Nieuws
44
Barbier
46
3
01-07-2008
11:50:20
Praktijkgids Beleggen & Financieren 2008 Ook online verkrijgbaar!
Deze gids maakt voor u als financieel adviseur de wereld van financieren en beleggen op heldere wijze toegankelijk. Vanuit verschillende invalshoeken wordt deze specifieke tak van dienstverlening onder handen genomen. Uiteraard komt het basisbegrippenkader aan de orde. Het verschil tussen een aandeel en een obligatie kende u vermoedelijk al wel, maar wist u ook het onderscheid tussen een cap en een floor? Naast deze vragen, beantwoorden de auteurs ook vragen als wat u als financieel adviseur nu feitelijk mag adviseren op het gebied van beleggen. Welke diploma's en vergunnin-
gen zijn nodig voor welke acitiviteiten? Waar krijgt u allemaal mee te maken, met welke wetten en met welke instanties. De spelers, het speelveld, de spelregels en het spel zelf: alles wordt in een handzaam kader besproken. De toezichthouder, AFM, stelt deskundigheidseisen aan de financieel adviseur die zich op welke wijze dan ook met beleggen, financieren en sparen bezighoudt. De Praktijkgids Beleggen & Financieren dekt ruimschoots het niveau van de Beleggers A - cursus conform de normen die voorvloeien uit de Wet financieel toezicht. drs. R.M. van Dijk drs. A.I. Posthuma H. Winters FFP
Bestellen www.kluwer.nl/shop Telefoon (0570) 67 34 44 Fax (0570) 69 15 55 E-mail:
[email protected] Prijswijzigingen voorbehouden
ISBN 9789013040838 Los exemplaar € 57,50 (incl. btw) Abonnement € 48,88 (incl. btw) Abonnement op de online uitgave: Licentieprijs € 18,- (excl. btw) Prijs per gebruiker € 31,95 (excl. btw)
w w w. k l u w e r. n l / s h o p
VB_1308_p01_08.indd
4
01-07-2008
11:50:53
COLOFON
HOOF DREDAC T IO N EEL
Het Verzekeringsblad onafhankelijk verzekeringsmagazine sinds 1910 ■ hoofdredactie Jan Aikens
redacteuren Alex Klein, Erwin Loer, Yvonne Neppelenbroek (eindred.), Rick de Ruiter (webred.), Elly Gravendeel (red. ass.). ■ redactie Postbus 23, 7400 GA Deventer, tel. 0570-647730, fax 0570-647815, e-mail
[email protected], internet www.vbnet.nl ■ vragen van abonnees worden gratis beantwoord ■ uitgave van Kluwer, Postbus 23, 7400 GA Deventer, tel. 0570-647111 ■ uitgever Karin Sok ■ marketing Claudia Simoons (adverteerders) ■ abonnementen en verzending Kluwer Afdeling Klantcontacten, Postbus 878, 7400 AW Deventer, tel. 0570-673444, fax 0570-691555 e-mail
[email protected] ■ abonnementsprijs 2008 € 102,00 incl. btw. Collectieve abonnementen meer dan 20 exemplaren 10% reductie. Annulering abonnement is mogelijk tot 3 maanden voor het begin nieuwe abonnementsperiode ■ losse nummers Losse nummers € 6,75 excl. btw; VB-interactief Gidsen € 11,95 excl. btw. ■ advertenties Kluwer, Postbus 23, 7400 GA Deventer. Advertentie acquisitie: Emilie Kars-van der Goes tel. 0570-648 912 fax 0570-619 179 e-mail
[email protected] Media order: Toos Schurink tel. 0570-648912 fax 0570-649819 e-mail
[email protected] sluitingsdatum: Dinsdag 9 dagen voor het verschijnen. Zet- en lithokosten worden doorberekend ■ ontwerp Boshoff & Dekker, Deventer vormgeving Mediabuilders, Zutphen druk Plantijn Casparie Den Haag ■ ISSN 0165-7909 ■
Kluwer BV legt-uw gegevens vast voor de uitvoering van de (abonnements-) overeenkomst. De gegevens kunnen door Kluwer, of zorgvuldig geselecteerde derden, worden gebruikt om u te informeren over relevante producten en diensten. Indien u hier bezwaar tegen heeft, kunt u contact met ons opnemen.
Tenintegra Veronderstel dat de internetpioniers dezelfde kortzichtige, benepen en eigengewinmentaliteit tentoongespreid hadden als de marktpartijen in de verzekeringsbedrijfstak. Dan had het e-mailverkeer er een stuk anders uitgezien: eerst vragen aan de adressant welke provider hij heeft, dan uitzoeken via welke internet subverbinding de berichten getransporteerd worden en na de computer gekozen te hebben die daarvoor is ingericht, aan de ontvanger vragen of deze de boodschap wil decoderen, overtypen, archiveren en in de administratie wil inkloppen. Het versturen van een e-mailtje lijkt een fluitje van een cent, maar het duizelt je als je eens kijkt welke knooppunten het bericht moeiteloos moet nemen om in luttele seconden de inbox van de ontvanger te bereiken. Zo’n zelfde vergelijking gaat op voor het world wide web. We vinden het de gewoonste zaak van de wereld dat, als we vijf betaal-, beleggings-, spaar- en depositorekeningen hebben bij verschillende banken, we in een handomdraai via internet met de saldi van die rekeningen kunnen jongleren. En dat die schermutselingen ‘real time’ in de administratie van alle banken is verwerkt. Er wordt wel eens gezegd dat sprake is van anarchie op internet. Het is inderdaad een feit dat het net van niemand is. Maar de onderliggende onderdelen, waarop het principe is gebaseerd, hebben wel degelijk een eigenaar. Een van die eigenaren is de beheerder en bewaker van de protocollen. Dat instituut zorgt ervoor dat iedereen waar ook ter wereld beschikt over een begin- en een eindpunt. Zonder enige vorm van eigenbelang. Daaraan danken we dat we binnen en kwartiertje een ticket voor Rome, het laatste Wehkamp-snufje, een kaartje voor het theater, een hotelkamer en de boodschappen bij Albert Heijn kunnen bestellen, inclusief de afrekening, ontvangst- en betalingsbevestiging. Ketenintegratie ten top. En terwijl de gemiddelde Nederlander het gewoon vindt van de ene digitale snelweg naar de andere te manoeuvreren, moet de gemiddelde financiële dienstverlener als hij het looppad van de ene aanbieder wil verruilen voor een andere zelfs van GIMschoenen wisselen. Wie nog een beetje vaart wil maken, zit als een televisieregisseur achter een tiental schermen die bij even zovele aanbieders zijn ingelogd. Zijn ketenintegratie zit in het feit dat alle schermen aangesloten zijn op één printer, zodat daar ten minste de verschillende offertes samenkomen. We hebben in onze branche ongeveer net zoveel ‘internetten’ als er aanbieders zijn. Plus een aantal dat een beperkt aantal geldverstrekkers samenbindt, plus een aantal dat als eindbestemming een provider of volmachtbedrijf kent, plus straks weer een nieuwe waarvan de adviseurs de regie mogen voeren. In een vrije economie staat het natuurlijk iedereen vrij om met kapitaal te smijten. Maar voor een bedrijfstak die op de kleintjes moet letten, die de concurrentiepositie alleen kan handhaven door uitermate kostenefficiënt te werken, een wonderlijke ontwikkeling. Zeker als je nagaat dat alle investeringen erop gericht zijn om alleen de interne kern van de keten – het verkeer tussen distributie en productie – met elkaar te verbinden. Ook in het nieuwste initiatief van NBVA en NVA missen we de aansluiting naar de consument en ook de zekerheid dat aanvragen en mutaties naadloos aansluiten op de backoffice van de aanbieders. De zoveelste vorm dus van ketenintegratie, waarin onvoldoende aandacht wordt geschonken aan de eerste en de laatste schakel. Jan Aikens
[email protected]
nummer 13 - 3 juli 2008
VB_1308_p01_08.indd
5
5
01-07-2008
11:51:26
N I EU WS
De Beleggingsverzekeringensoap
AFM rapporteert in oktober De AFM gaat onderzoek doen naar de beleggingsverzekeringen die verkocht zijn in de periode 1995-2005. Dat schreef minister Bos het afgelopen weekend aan de Tweede Kamer. Het onderzoek bestaat uit drie delen: een algemene marktbeschrijving, een productanalyse en een rapportage van relevante productkenmerken van vijftig producten met naam en toenaam. De steekproef omvat vijftig producten met een zo groot mogelijke marktdekking, gespreid over de productcategorieën Kapitaalverzekering Eigen Woning, spaarverzekering en uitgestelde lijfrente. Over de selectie van maatmensen moet overleg gevoerd worden met verzekeraars en consumentenorganisaties. Het onderzoek leidt er niet toe, dat iedere polishouder inzicht in zijn individuele situatie krijgt, beseft Bos, “want dat is praktisch gezien onmogelijk. Wel wordt op deze manier goed inzicht gegeven in de structuur, werking en risico’s van beleggingsverzekeringsproducten.” Voor de steekproef van vijftig producten wordt gestreefd naar een zo groot mogelijke marktdekking, gespreid over de productcategorieën Kapitaalverzekering Eigen Woning, spaarverzekering en uitgestelde lijfrente. Over de selectie van maatmensen zal nog overleg gevoerd worden met verzekeraars. Dit om te voorkomen dat uitzonderlijke gevallen een misleidend of verkeerd beeld geven. Ook consumentenorganisaties wordt om input gevraagd bij de selectie van maatmensen en scenario’s. De AFM denkt in oktober te kunnen rapporteren. Die rapportage omvat in elk geval de eerste twee delen van de opdracht. Daarnaast wordt een eerste lijst van omstreeks vijftig producten opgeleverd die een indicatie vormen voor de markt. De definitieve versie daarvan vergt waarschijnlijk nog een vervolgonderzoek, dat de AFM in december voltooid wil hebben.
Strijd met IFO duurt voort De verhouding tussen het ministerie van Financiën en Instituut Financieel Onderzoek (IFO) dat het onderzoek niet tot een goed einde wist te brengen, is er niet beter op geworden. In elk geval heeft IFO nu de duidelijkheid gegeven “niet meer een afgeronde rapportage te kunnen of willen opleveren inzake het feitenonderzoek”, schrijft Bos. “Wel heeft IFO de principiële bereidheid uitgesproken samen te werken met de AFM.” Maar aan die bereidheid hangt IFO wel een prijskaartje en probeert zich daarmee waarschijnlijk in te dekken tegen de mogelijk ongunstige ontbindingsvoorwaarden van het onderzoekscontract. De ‘samenwerking’ bestaat eruit dat IFO de inmiddels verzamelde gegevens aan de AFM overhandigt. De brief van Bos suggereert dat IFO die bevindingen onder haar houdt als drukmiddel voor de omvang van de honorering. Deze inter-
6
VB_1308_p01_08.indd
……. De toezichthouder…….
…….De onderzoeker…….
pretatie van het retentierecht is ongetwijfeld voer voor juristen, ware het niet dat daarvoor de tijd ontbreekt. In elk geval beschikt Bos over het eerste conceptrapport dat door hem werd bestempeld als “Slordig, slecht gestructureerd, onvolledig en niet altijd neutraal”. Door het lopende geschil kan de minister het rapport nog niet openbaar publiceren. Hij drukt de Tweede Kamerleden op het hart dat “gegarandeerd moet zijn dat er geen publicatie van (delen van) deze documentatie plaatsvindt”.
De twee AFM-petten Het is en blijft op zijn minst een opmerkelijke zaak dat de toezichthouder hier gaat optreden als onderzoeker. De consequenties daarvan zijn voor de markt niet concreet te overzien. In elk geval staat vast dat door deze constructie de AFM geen geheimhouding in acht hoeft te nemen en de onderzoeksresultaten gulhartig naar buiten kan brengen. Bos wijst de Kamer erop dat het onderzoek gericht is op een periode waarin de AFM nog geen gedragstoezichthouder was. Een troost slechts voor mensen met een kort geheugen. De hele beleggingsverzekeringensoap is immers ontstaan door de publicatie van een AFM-rapport. Als vingeroefening wilde AFM deze producten nader beschouwen, vroeg en kreeg de vrijwillige medewerking van een handvol aanbieders. Ook toen was geen sprake van een formele toezichttaak en ook toen ging het om producten die in omloop gebracht waren toen de AFM nog moest worden uitgevonden. Desalniettemin hebben verzekeraars hun medewerking aan het onderzoek toegezegd. Bos daarover: “Het feit dat de AFM dit onderzoek uitvoert buiten haar toezichttaak om betekent ook dat ze verzekeraars niet kan dwingen tot medewerking. Een belangrijke voorwaarde van de AFM om deze opdracht uit te voeren was dat ik ervoor zou zorgen dat verzekeraars hun medewerking zullen verlenen aan dit onderzoek. Ik heb daartoe de verzekeraars (die eerder al in het kader van het IFO-onderzoek waren benaderd) gevraagd schriftelijk te ver-
nummer 13 - 3 juli 2008
6
01-07-2008
11:52:02
N IEU WS
klaren volledig te zullen meewerken aan het onderzoek. De respons van alle verzekeraars was positief, ondanks de zeer korte reactietermijn. Daarmee is niet alleen het commitment van verzekeraars aan dit onderzoek vastgelegd, maar is ook een aantal voorwaarden, waaraan het onderzoek dient te voldoen, helder vastgelegd. Verzekeraars willen meewerken en stemmen in met rapportage van relevante productkenmerken met naam en toenaam, mits de selectie van producten en maatmensen goed wordt afgestemd en er een adequate hoor en wederhoor van bevindingen voorafgaand aan publicatie plaatsvindt.”
Tussentijds berichtgeving Er zal nu geen windstilte intreden tot oktober. Er wordt een planning met mijlpalen opgesteld “op basis waarvan momenten worden gepland waarop verschillende belanghebbenden zullen worden geïnformeerd. Ik heb zulks nadrukkelijk met de Consumentenbond besproken en hecht zeer aan hun steun hiervoor.” IFO had de opdracht ook de informatie door verzekeraars te onderzoeken. Dit deel van de opdracht is nu geschrapt. Er moet alle partijen nu alles aan gelegen zijn om zo snel mogelijk een einde te maken aan deze soap. Die heeft tot nu toe alleen verliezers opgeleverd. Miljoenen polishouders leven in onrust omdat zij ten onrechte in de veronderstelling verkeren dat zij opgezadeld zijn met een niet adequate verzekering. De geforceerde transparantie-invulling heeft geleid tot voortdurende conflicten tussen intermediairverenigingen en aanbieders. Verzekeraars hebben hun omzet Leven particulier dramatisch zien dalen en last but not least is sprake van een voortdurende enorme imagoschade. AFM heeft in het verleden bewezen om in de basis genuanceerde rapportages zodanig te formuleren dat de media daarmee de kwaliteit van de financiële dienstverlening konden afbranden. Nu de toezichthouder formeel de onderzoekerspet opzet, mag op zijn minst extra prudentie verwacht worden. ■ Jan Aikens
Hagelschadeloket in Gelredome De verzekeraars van Achmea hebben een creatieve manier gevonden om hun door hagelschade getroffen verzekerden op snelle wijze te kunnen bedienen. Zij openden een tijdelijk meldpunt in het Gelredome in Arnhem. Klanten van Interpolis, Centraal Beheer, Avéro en FBTO konden daar terecht. Op vertoon van hun Groene Kaart werd de schade meteen getaxeerd en ook werd direct een afspraak gemaakt met een schadehersteller. Ongeveer duizend klanten hebben van deze mogelijkheid gebruikgemaakt. Vooral het oosten en het zuiden werden zondag 22 juni getroffen door hagelstenen met soms de grootte van pingpongballen. Ook werden vernielingen aangericht door blikseminslag en daardoor vallende bomen. Alleen Interpolis al ontving van 6300 klanten een schademelding. Er is niet alleen sprake van privéschade. Ook de boomtelers in de Betuwe zijn door het noodweer zwaar getroffen. De meldingen over de schadegrootte lopen nog uiteen. Zeker is, dat die een bedrag van 10 miljoen euro overschrijdt. ■
Fortis verkoopt PoliService en Verzekerings Unie Fortis Verzekeringen Nederland verkoopt de Verzekerings Unie (VU) en PoliService aan Beijer Groep en Optima Groep. De drie partijen zullen een samenwerkingsverband aangaan, waarin Fortis Verzekeringen Nederland als minderheidsaandeelhouder zal participeren. De overdracht staat op 1 oktober in de agenda. VU en PoliService passen niet langer in de strategie van Fortis Verzekeringen. De maatschappij richt zich in de distributie op het onafhankelijk intermediair. Verzekerings Unie is een loondienstorganisatie met 143 medewerkers, waarvan 123 in de buitendienst. PoliService voert beheerwerkzaamheden uit, voornamelijk ten behoeve van assurantieportefeuilles die eigendom zijn van Fortis Verzekeringen. Beijer Groep in Haarlem bestaat uit een intermediairbedrijf, een pensioenconsultancybedrijf en een volmachtbedrijf waarbij 150 intermediairs zijn aangesloten. Fortis heeft een aandelenbelang in Beijer. De Optima Groep in HardinxveldGiessendam telt 67 medewerkers en is actief via diverse franchiseformules en als inkoopcombinatie. ■
NHP doet aangifte bij AFM Serviceprovider Nationale HypotheekPas, met ruim 300 aangesloten erkend hypotheekadviseurs, heeft aangifte gedaan bij AFM. De klacht houdt in, dat grote verzekeraars het onmogelijk maken voor NHP-klanten om de overlijdensrisicoverzekering over te sluiten. De risicoverzekering wordt door hypotheekaanbieders vaak verplicht gesteld. Daarbij is volgens NHP sprake van koppelverkoop. “Partijen als DSB, Fortis, Postbank en Rabobank staan het hun klanten niet toe een overlijdensrisicoverzekering via NHP te sluiten bij Quantum Leben.” Quantum Leben is onder meer ook de risicodrager achter de TAF Maandlasten Beschermer en het TAF Zelfstandigenplan. De maatschappij is gevestigd in Liechtenstein en is vorige maand lid geworden van het Verbond van Verzekeraars. De verzekeraar wil in Nederland voet aan de grond krijgen door onder meer te stunten met premies voor overlijdensrisico. In vrijwel alle vergelijkingen komt Quantum tevoorschijn als goedkoopste verzekeraar. NHP doet nu een beroep op de AFM om tegen de aanbieders op te treden. “Door de weigering de NHP overlijdensrisicoverzekeringen te accepteren, belemmert een aantal banken en verzekeraars op onrechtmatige wijze de vrije keuze van de consument. Het wordt hierdoor voor consumenten feitelijk onmogelijk op hun overlijdensrisicoverzekering te besparen.” ■
nummer 13 - 3 juli 2008
VB_1308_p01_08.indd
7
7
01-07-2008
11:52:19
N I EU WS
Verzekeraars willen korte metten maken met provisiestelsel Als het aan het Verbond van Verzekeraars ligt, verandert binnen afzienbare tijd het provisiesysteem drastisch. Dit blijkt uit een artikel in het magazine ‘Verzekerd!’ van
Groenemeijer als Niels Mourits zei tijdens de presentatie mogelijkheden te zien om provisie en declaratie naast elkaar te laten bestaan. Zij weten dat politiek Den Haag in grote meerderheid een ander standpunt inneemt.
het Verbond, waarin wordt ingegaan op de conclusies van het SEO-rapport (zie ook Het VB van 19 juni). Zoals wij meldden, konden NBVA, NVA en Verbond gebroederlijk aan één tafel het rapport presenteren. Het bevatte immers geen concrete voorstellen, maar slechts aanbevelingen. Het bloed kan mogelijk gaan vloeien als partijen met hun eigen invulling naar buiten komen. Het Verbond is duidelijk op dit punt: “Het bestaande provisiesysteem is aan verandering toe. Het is op onderdelen intransparant en sluit niet goed aan bij de eisen die daaraan in de toekomst worden gesteld.” Directeur Leo de Boer ziet het SEO-rapport als een bevestiging van het standpunt van het Verbond over de rol van de klant in het advies- en beloningsproces. De klant moet in elk opzicht centraal komen te staan. Veel klanten denken dat een financieel advies gratis is. Beloning van de tussenpersoon is nu vooral een kwestie tussen verzekeraar en tussenpersoon. De Boer vindt de conclusie van SEO, dat de klant direct voor een advies moet gaan betalen, een hele logische. “Het was niet goed voor te stellen dat het een andere kant op zou kunnen. Als je om je heen kijkt, zie je dat alle wijzers in de samenleving en ook in de politiek die kant op wijzen.” Als het aan De Boer ligt, stoppen verzekeraars met het geven van bonusprovisie, “omdat daarvan de schijn van belangenverstrengeling kan uitgaan. Eigenlijk is ons standpunt heel kernachtig samen te vatten met het adagium: ‘Begrijpen, Bepalen en Bewust Betalen’. De klant moet begrijpen wat het advies en het product inhouden; hij bepaalt waarover het advies gaat en hij weet waarvoor hij betaalt. Bonusprovisie past niet in een toekomstbestendig distributie- en beloningssysteem. Zo snel mogelijk wettelijk afbouwen dus.” Dit standpunt staat haaks op dat van de kersverse Federatie van NBVA en NVA. Het ‘verband van intermediairs’ pleit er vurig voor om bonusprovisie in stand te houden. Niet als omzetsturing, maar wel als daardoor de kwaliteit van de keten verbeterd kan worden. Een formulering die is terug te vinden in MiFID en die de intermediairorganisatie van toepassing wil verklaren op de hele markt. Uit het artikel in Verzekerd! valt de conclusie te trekken dat verzekeraars verder willen gaan en het hele provisiesysteem over boord willen zetten om plaats te maken voor een declaratie- en/of abonnementenstelsel. Hoewel steeds meer adviseurs die richting opgaan kunnen NBVA en NVA het zich kennelijk nog niet ten opzichte van hun achterbannen veroorloven hierin krachtig stelling te nemen. Zowel Rob
8
VB_1308_p01_08.indd
Daartegenover staat dat het Verbond nu wel erg ver vóór de muziek gaat uitlopen: veel van haar eigen leden zijn administratief nog lang niet zo ver dat zij de producten ‘netto’, of met variabele provisie-opslagen kunnen bieden. Waardoor het gevaar ontstaat dat een met de mond beleden stelsel nog niet concreet handen en voeten gegeven kan worden door alle aanbieders. Of anders gezegd, dat oude schoenen weggegooid worden, voordat er nieuwe voorhanden zijn. Het gevolg daarvan mag natuurlijk niet zijn, dat de adviseurs straks blootsvoets door het leven moeten gaan. ■ Jan Aikens
Inkomende milieuschade nu verzekerbaar De Nederlandse Milieupool heeft een witte vlek in de milieuschadeverzekeringen gedicht door een dekking te ontwikkelen voor inkomende milieuschade. Regelmatig ontstaan problemen wanneer bij een calamiteit, zoals brand, gevaarlijke stoffen vrijkomen en zich verspreiden in de omgeving. De hoofdregel is weliswaar dat bij milieuschade de vervuiler betaalt, maar in een toenemend aantal gevallen worden ook eigenaren van vervuilde locaties verplicht de verontreiniging op te ruimen. Ook als zij niet de veroorzaker van die vervuiling zijn. Standaard biedt een milieuschadeverzekering daarvoor geen dekking. De Nederlandse Milieupool, onderdeel van Verenigde Assurantiebedrijven Nederland (VAN), heeft een dekking voor deze inkomende milieuschade ontwikkeld. De bij de pool aangesloten verzekeraars kunnen desgewenst deze extra dekking aan hun klanten aanbieden. ■
Allianz ook in FoBeS De pensioenproducten van Allianz zijn opgenomen in FoBeS, het ketengeïntegreerde frontofficebeheersysteem van Akkermans & Partners. De tweede release van het pensioenoffertesysteem FoBeS wordt binnenkort gedistribueerd. Sjoerd Laarberg, directeur Sales en Marketing van Allianz Nederland Levensverzekering: “Vergelijkingstools als FoBeS zijn Wft-proof en hebben de toekomst.” Eerder zijn al de producten van Fortis, Generali en De Amersfoortse opgenomen. Later dit jaar volgen volgens Akkermans andere verzekeraars. ■
nummer 13 - 3 juli 2008
8
01-07-2008
11:53:02
INGEZ O N D EN
De overname van Optas door AEGON Ton Jansen, voorzitter Stichting Belangenbehartiging Pensioengerechtigden van de vervoer- en havenbedrijven, reageert op het artikel ‘Politici zijn de weg kwijt’ in Het Verzekeringsblad van 24 april. Wij geven daarin de feiten met betrekking tot de overname van Optas door AEGON. In het artikel komt ook directeur communicatie van AEGON, Jan Driessen, aan het woord. Wij vroegen hem te reageren op de visie van Ton Jansen. We publiceren hieronder onverkort hun bijdragen.
Ton Jansen: ‘Wie is er nu de weg kwijt?’ In Het Verzekeringsblad, nr. 8 (24 april 2008) wordt gesteld dat politici de weg kwijt zijn in het conflict tussen havenwerkers, de stichting Optas en verzekeraar AEGON. Niets is minder waar. In het eenzijdige artikel, waarin de meningen van de redactie en die van AEGON-directeur Communicatie Jan Driessen door elkaar lopen, zijn de betrokken havenwerkers en havenwerkgevers niet gehoord én wordt op een aantal punten de plank flink misgeslagen. De betrokken havenwerkgevers en -nemers hebben zich al in 2001 verenigd in de Stichting Belangenbehartiging Pensioengerechtigden van de vervoer- en havenbedrijven (SBPVH). Deze stichting heeft als doel de belangen van werkgevers en werknemers te behartigen richting Optas N.V., en nu ook AEGON en de Stichting Optas (voormalig eigenaar van Optas N.V.). En dat dit nodig is, is maar al te goed gebleken de laatste jaren.
Dat AEGON de verkeerde partij is om de strijd mee aan te gaan omdat haar ‘objectief gezien’ niets te verwijten valt, is een opmerkelijke vaststelling. De stichting Optas heeft voor de verkoop van haar aandelen onderhandeld met meerdere, in aanvang zéér geïnteresseerde partijen. Andere verzekeraars hebben toen aangegeven dat zij wél Optas wilden overnemen, maar niet wilden betalen voor het zogenaamd beklemd vermogen, omdat dit geld van en voor de havensector is. AEGON moet dit ook hebben geweten, al geeft ze nu op dit punt ‘niet thuis’. AEGON heeft dus een risico genomen dat andere verzekeraars – naar mag worden aangenomen na grondige juridische analyse – niet hebben willen nemen. Volgens AEGON heeft het toenmalige bestuur van het Pensioenfonds voor de Vervoer- en Havenbedrijven (PVH) ten tijde van de overdracht aan Optas, zélf besloten geen zitting te nemen in het bestuur van Optas. Jan Driessen stelt dat het PVH-bestuur ‘Optas mijlenver op afstand van de haven’ wilde brengen. Dat is een onjuiste constatering. Optas zou neutraal worden ‘neergezet’. Neutraal is wat anders dan ‘mijlenver op afstand’. De bedoeling was ook niet om een andere bestemming te geven aan de reserves van Optas. Juist niet. Het was de bedoeling om te voorzien in een onafhankelijk bestuur en een onafhankelijk toezicht daarop om te voorkomen dat de reserves van het pensioenfonds voor andere (sociale) doelen zou worden aangewend dan voor pensioenen. De toentertijd, bij de overgang, betrokken notaris heeft dit klip en klaar uitgelegd. Hij stelde zelfs dat één van de sterke punten van de Optas-groep is dat er geen externe aandeelhouders zijn die hun deelneming zien als een belegging die rendement dient op te brengen.
Gesteld wordt dat de wortel van de pijn ligt bij het besluit dat sociale partners – werkgevers en werknemers van havenbedrijven – in 1996 eendrachtig hebben genomen om hun pensioenfonds over te doen aan Optas. Een dergelijk besluit is niet genomen. Het pensioenfonds is, in de door het pensioenfonds opgezette verzekeraar Optas voortgezet. Aan de werknemers is de garantie gegeven dat de resultaten van Optas aan de verzekerden ten goede zouden blijven komen. Het bestuur van Optas heeft zich aan die garantie niet gehouden. Daar is het misgegaan.
Dat Optas tien jaar lang heeft gefunctioneerd als zelfstandige verzekeraar is correct. Tenminste, dat was de bedoeling. Pogingen om ook verzekerden van buiten de oorspronkelijke doelgroep aan te trekken kunnen nauwelijks als geslaagd worden aangemerkt. Dat Optas als ‘commerciële verzekeraar in tien jaar de vleugels heeft uitgeslagen’ mag dan zo zijn, maar tot vliegen is het niet gekomen. Van alle bij Optas aangesloten verzekerden is 95 procent gerelateerd aan haven- en vervoerbedrijven. Het aan de Optas-directie toegeschreven succes is
nummer 13 - 3 juli 2008
VB_1308_p09_10_ingez.indd
9
9
01-07-2008
09:51:08
I N G EZ O ND E N
dan ook zeer beperkt en dus is feitelijk de door AEGON betaalde overnameprijs van 1,3 miljard euro veel te hoog. Dat komt doordat AEGON, ten onrechte, de bereidheid heeft gehad een prijs voor het beklemde vermogen te betalen. In de Nederlandse havens kan, naast het lossen en laden van boten, goed worden gerekend. Het beklemd vermogen wordt heus niet opgeteld bij de overnamesom. Maar in de havens weten ze wél dat het hier om twee verschillende zaken gaat; twee zaken, twee geschillen. Het ene geschil is met de Stichting Optas en betreft de opbrengst van de verkoop van aandelen aan AEGON en het andere geschil is met AEGON en gaat over het beleid ten aanzien van het beklemd vermogen. Gelukkig bevestigt AEGON dat het alle verplichtingen die vastliggen in overeenkomsten en reglementen heeft overgenomen en dat die voor honderd procent zullen worden nagekomen. Maar, zoals gesteld, twistpunt is het beleid ten aanzien van het beklemd vermogen. Toenmalig directeur Van der Werf van AEGON heeft tijdens een door havenwerknemers georganiseerde manifestatie aangegeven dat het beklemd vermogen dient als buffer voor de pensioenaanspraken nadat hij eerder had geroepen dat de havensector bij de Stichting Optas moet zijn. Er is een buffer
van 55 procent boven de verplichtingen, terwijl in de verzekeringswereld een buffer van 23 procent al heel netjes is. Het argument van AEGON is niet echt sterk in deze. De opmerkingen over Kamerleden in het algemeen en specifiek over Pieter Omtzigt zijn te onzinnig voor woorden. AEGON zou beter moeten weten en geen grote termen als ‘legale normen’ moeten gebruiken. Zeker nu daar bij AEGON zelf ernstige twijfel over mag bestaan. Zoals al eerder gesteld: havenwerknemers en havenwerkgevers richten hun pijlen niet alleen op AEGON, maar óók op Stichting Optas. Zij worden in die strijd gesteund door Tweede Kamerleden, ondernemersorganisaties en vakbonden, die met hun inbreng en opstelling zorgen voor aandacht voor en druk op de discussies. Dat is iets heel anders dan het tegen elkaar opzetten van partijen. De komende tijd moet duidelijk worden wie er nu eigenlijk gelijk heeft: de in het vorige artikel genoemde personen die de weg kwijt zijn, of AEGON en de Stichting Optas die zogenaamd van niets weten. ■ Ton Jansen Voorzitter Stichting Belangenbehartiging Pensioengerechtigden van de vervoer- en havenbedrijven
Jan Driessen: Verwachtingen versus concrete afspraken Het is duidelijk dat de Stichting en AEGON het niet eens zijn over de feiten. Er worden bovendien volgens AEGON steeds twee dingen door elkaar gehaald die niet verward moeten worden; de verwachtingen die er leefden ten tijde van de omzetting tien jaar geleden, en wat nu de verplichtingen van AEGON zijn. Ten aanzien van de afspraken uit het verleden kan de juridische procedure die de stichting (BPVH) tegen de mensen die
VB Arena 2008 20 | 11 | 08 Americahal Apeldoorn
10
VB_1308_p09_10_ingez.indd
er destijds bij betrokken waren, meer duidelijkheid brengen. AEGON staat daar buiten. Voor nu brengt de bemiddeling door Elco Brinkman de partijen die het aangaat hopelijk dichter bij elkaar. Laten we dat vooral een kans geven. ■ Jan Driessen Directeur Communicatie AEGON Nederland
Meer informatie:
www.branchedag.nl
nummer 13 - 3 juli 2008
10
01-07-2008
09:51:27
INT E RM ED IA IR
'Maak je niet zo druk om een handtekening' Tijdens de ochtendsessie voorafgaand aan het besloten deel van de Algemene Ledenvergadering van de NVA op donderdag 19 juni heeft mr. Frank Stadermann van Stadermann Luiten advocaten het aanwezige intermediair op het hart gedrukt niet al te benauwd om te gaan met de hele papierwinkel die de relatie intermediair-klant anno nu begeleidt: cliëntencontract, dienstenwijzer, klantprofiel, algemene voorwaarden, opdracht tot dienstverlening et cetera. "Het vragen van een handtekening van de klant is juridisch perfect, maar u hoeft het niet te doen als u vindt dat het de vertrouwensrelatie met de klant schaadt. Is uw klantdossier goed, dan neemt de rechter in een onverhoopt geding daar ook genoegen mee zonder handtekeningen en parafen op iedere pagina." Volgens Stadermann maakt het vragen van een handtekening aan de klant doorgaans nerveus. "Die specifieke handtekening is niet nodig. Komt er een rechtszaak, dan volstaat een goed klantendossier. Die kan bestaan ook uit (niet getekende) gespreksnotities die u naar de klant heeft gestuurd, aangevuld met klantprofiel, dienstenwijzer et cetera. Een goed dossier wordt door de rechter geaccepteerd, daar is geen handtekening voor nodig. U mag het doen, maar als u zich er onprettig bij voelt, hoeft het niet. U bent bang, bang om verantwoordelijkheid te nemen. Maar als u uw zaken goed doet, hoeft u geen angst te hebben."
Indekken Stadermann waarschuwde in lijn hiermee ook tegen het al te stringent indekken van het eigen risico als adviseur. "Hoe u zich tegenover uw klant wilt indekken, hangt af van wat u wilt bereiken. Wilt u snel een deal sluiten of wilt u belangenbehartiger zijn, op basis van een langdurige vertrouwensrelatie? Het laatste, lijkt me. Vertrouwen win je echter niet door je in te dekken en je eigen rechten te benadrukken. Beperk uw aansprakelijkheid dus niet nodeloos en stel u kwetsbaar op. Daarmee straalt u zelfvertrouwen uit en krijgt u gemakkelijker het vertrouwen van de klant. Bovendien: u bent verzekerd!"
dat wel goed moet worden gebruikt. "Zet niet in regel één: 'Wij moeten van de wet een dienstenwijzer maken.' Gebruik een instrument als de dienstenwijzer wervend, als visitekaartje van uw kantoor. Dit is uw service, zo zit u in elkaar. Wees er trots op en maak er reclame mee. Hetzelfde geldt voor het klantprofiel. U bent niet verplicht een klantprofiel te maken. Ja, u bent het wel, maar dat vertelt u de klant niet. U maakt een klantprofiel omdat u nu eenmaal zo zorgvuldig te werk gaat." ■ Erwin Loer
Paerel Leven en Van Kampen werken samen Paerel Leven en de Van Kampen Groep zijn een samenwerking aangegaan. Alle bij laatstgenoemde aangesloten intermediairs met de vergunning Wft-Leven krijgen hierdoor toegang tot de levenproducten van Paerel. Tot die producten behoort de dit jaar onder grote belangstelling van de pers geintroduceerde Rokerslijfrente. Met dit product krijgen rokers een gegarandeerde uitkering die tussen de vijftien en twintig procent hoger ligt dan gebruikelijk in de markt voor direct ingaande lijfrentes. ■
Algemene voorwaarden Stadermann ging verder nader in op documenten als de algemene voorwaarden, de dienstenwijzer en het klantprofiel. "De hemel valt niet naar beneden als de algemene voorwaarden niet compleet van toepassing zijn", stelde de advocaat. "In algemene voorwaarden is eigenlijk maar één ding echt belangrijk: de beperking van aansprakelijkheid. De wet kent die beperking namelijk niet. Leg die goed vast, op briefpapier, in e-mails en op uw website. Op briefpapier bijvoorbeeld is de opmerking 'Wij handelen onder toepasselijkheid van algemene voorwaarden', met een verwijzing naar de vindplaats daarvan, voldoende."
Dienstenwijzer en klantprofiel Stadermann vindt de dienstenwijzer een prachtig document,
Uitbreiding Lancyr-familie Drie ondernemingen in Noordoost-Nederland zijn toegetreden tot de Lancyr-franchiseketen. Zo is Lancyr nu ook vertegenwoordigd in Stadskanaal, Groningen, Assen, Meppel, Hardenberg en Zuidlaren. Dit past bij de ambitie van Lancyr om een nationaal dekkende verzekerings- en hypothekenketen te worden. De nieuwe Lancyrwinkels zijn Lancyr Lamberink in Groningen, Assen, Hardenberg en Zuidlaren, Lancyr Van der Veen in Stadskanaal en Lancyr Ulrich & Hardick in Meppel. Alle nieuw aangesloten kantoren zijn allround financiële dienstverleners. ■
nummer 13 - 3 juli 2008
VB_1308_p11_12_int.indd
11
11
01-07-2008
09:51:47
I N T ER ME D IA IR
INFO-Pocket nu in twee delen
Korting NVA-leden op Èfdécé
In de vernieuwde INFO-Pocket nemen het aantal opgenomen bedrijven en de hoeveelheid gegevens per bedrijf aanzienlijk toe. Naast digitale raadpleging met behulp van de disken netwerkversie, is het voortaan ook mogelijk om de gegevens online te raadplegen én te actualiseren. Met de nieuwe INFO-Pocket heeft u praktisch gezien de gehele verzekeringswereld in uw hand, nu met nog meer bedrijven en gegevens dan u reeds gewend was. De gedrukte versie bestaat voortaan uit twee afzonderlijk te bestellen delen. Het eerste deel komt voor wat betreft de bedrijven die erin zijn opgenomen vrijwel overeen met de vertrouwde INFOPocket. U vindt er bijna alle verzekeringsmaatschappijen, gevolmachtigd assurantiebedrijven en brancheverenigingen. Maar ook inkooporganisaties, serviceproviders, hypotheekverstrekkers, banken en bankverzekeringsconcerns, pensioenfondsen en -organisaties zijn vertegenwoordigd. Kijk in de INFO-Pocket. Hebt u een expertisebureau nodig dan wel een taxateur, schaderegelaar of een schadeonderzoekbureau? Of een arbodienst, een medisch keuringsinstituut of een reintegratiebedrijf? Ook die bedrijven vindt u in dit boek. Naast het aloude principe van het 'alfabetisch zoeken' kunt u in de digitale versie ook een bedrijf vinden in bepaalde categorieën. Nieuw zijn de categorieën 'inkooporganisaties/serviceproviders' en 'vakpers/uitgevers'. De categorie personeel/opleidingen is nu gesplitst. Om de zoektocht naar 'oude' levenpolissen zo gemakkelijk mogelijk te maken, vindt u de namen van de niet meer bestaande levensverzekeraars met een verwijzing naar hun rechtsopvolgers. Naast de nieuwe INFO-Pocket Adressengids is een apart deel opgenomen waarin nagenoeg alle NVA- en NBVA-leden opgenomen, alsmede de intermediairs die geen lid zijn van een van beide organisaties, maar een personeelsbestand van twintig of meer fte's hebben of indien het bedrijf geregistreerd is als assurantiemakelaar RMiA. ■
NVA-leden krijgen korting als zij het hypotheekadviessoftware Èfdécé van Unit4Agresso aanschaffen. Gebruikers van Dias of ANVA kunnen hun pakket koppelen aan Èfdécé, waardoor dubbele invoer niet nodig is. ■
Finsys gestopt met bonussen Sinds 1 juli hanteert Finsys een nieuwe provisieregeling. Deze regeling anticipeert enerzijds op het voornemen van de overheid om bonussen af te schaffen en anderzijds op de behoefte aan liquiditeit bij het intermediair. Volgens directeur Ernest Lichteveld heeft de discussie over bonussen de serviceprovider ertoe gezet om de provisieregeling anders in te richten. “Onze deelnemers ontvangen nu standaard een hoge provisie, zonder verdere bonus. Wij denken dat we hier de meeste van onze deelnemers een groot plezier mee doen. De paar die denken dat deze regeling nadeliger voor hun is, kunnen echter aan de oude regeling vasthouden.” De nieuwe provisieregeling is van toepassing op alle hypotheekaanvragen die na 1 juli worden ingediend. ■
12
VB_1308_p11_12_int.indd
Beloning sterk gestegen Na jaren waarin de toename van de salariëring van binnendienstmedewerkers op een assurantiekantoor vrijwel gelijk liep met de prijsinflatie, is de beloning voor de binnendienst in 2008 flink gestegen, zo blijkt uit het tweejaarlijkse beloningsonderzoek van D & O Personele Diensten voor binnendienstmedewerkers van assurantiekantoren. Het gemiddelde salaris is gestegen met 6,7 procent ten opzichte van 2006, en de prijsinflatie in dezelfde periode was 2,8 procent in dezelfde periode. Een opmerkelijke stijging in een periode met krapper wordende marges. D & O verklaart de stijging van de beloning vanuit de toename van het gemiddelde deskundigheidsniveau, de toename van het aantal commerciële taken voor de medewerkers in de binnendienst en de krapte op de arbeidsmarkt.
Variabele beloning in opkomst Naast een vast salaris en secundaire arbeidsvoorwaarden, zoals een pensioenregeling en een aanvulling van het salaris bij ziekte en arbeidsongeschiktheid, wordt een variabele beloning of een bonus steeds gebruikelijker. Veertig procent van de binnendienstmedewerkers, die een functie uitoefenen als commerciële binnendienst, schadebehandelaar of hypotheekondersteuner, heeft een variabele beloning of bonus. Die bedraagt gemiddeld één extra maandsalaris en is grotendeels afhankelijk van het behaalde rendement door het assurantiekantoor. In toenemende mate vormt niet het rendement de grondslag voor de bonus, maar individuele factoren van de betreffende medewerker. Zoals bijvoorbeeld de beoordeling van het functioneren van de medewerker of de omzet die door de betreffende medewerker vanuit de binnendienst is gesloten. ■
StFD self assessment 2008 Het jaarlijkse self assessment van de Stichting Financiële Dienstverlening (StFD is gestart. Deelnemers van de StFD hebben tot 15 september de tijd om de vragenlijst in te vullen. Als het goed is, heeft iedere deelnemer van StFD inmiddels een brief met een persoonlijke inlogcode ontvangen, die hij gedurende het hele self assessment kan gebruiken. De StFD vraagt deelnemers contact op te nemen als zij de brief met inlogcode nog niet hebben ontvangen. ■
nummer 13 - 3 juli 2008
12
01-07-2008
09:52:55
PRO D U C T EN
Aflossen met garantie Met het Krediet Aflossingsplan voegt Conservatrix een levensverzekering aan haar productenpalet toe waarmee kapitaal wordt opgebouwd op basis van beleggingen. Het product is ontwikkeld voor de aflossing van een consumptief krediet, maar kan desgewenst ook gebruikt worden voor de aflossing van een hypothecaire lening. Het product is flexibel opgebouwd waarbij de klant verschillende opties kan toevoegen aan de basisvariant. Bijvoorbeeld de opties premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid en dubbele uitkering bij overlijden door een ongeval. Andere mogelijkheden zijn verpanding en toevoeging van de clausule Kapitaalverzekering Eigen Woning. Het gedeelte van de premie dat is bestemd voor de kapitaalopbouw, wordt belegd in een of meer beursgenoteerde beleggingsfondsen. De verzekeringnemer heeft hierbij de keuze uit drie fondsen met een garantie-element. Voor het fonds DWS Eurorenta geeft Conservatrix een garantie af, gelijk aan een nettofondsrendement van 4 procent. Deze garantie geldt bij uitkering op de einddatum van de verzekering bij in leven zijn van de verzekerde. Bij de fondsen DWS Flexprofit 90 en DWS Flexprofit 80 wordt volgens Conservatrix respectievelijk 90 of 80 procent van de hoogst behaalde dagkoers ooit gegarandeerd. De minimale premie voor het Krediet Aflossingsplan bedraagt 50 euro per maand, of een veelvoud daarvan bij kwartaal, halfjaar of jaarbetaling. De minimale koopsom bij aanvang van de verzekering is 1000 euro. In geval van periodieke premiebetaling geldt een minimale looptijd van vijf jaar. Verlaging van de premie is mogelijk nadat het product ten minste twee jaar van kracht is. Premievrij maken is mogelijk als de waarde van de beleggingseenheden in de polis ten minste 500 euro bedraagt. De uitkering bij overlijden van de verzekerde of een van beide verzekerden tijdens het bestaan van de verzekering is standaard de tot dan toe opgebouwde poliswaarde. Als het overlijden plaatsvindt in de eerste helft van de duur van de verzekering, dan is de uitkering 110 procent van de opgebouwde waarde. Er kan ook een minimaal vast overlijdensrisicokapitaal verzekerd worden. De maximale eindleeftijd van de verzekerde voor de overlijdensrisicodekking is 72 jaar. Bij verpande verzekeringsovereenkomsten is de maximale eindleeftijd voor zowel de uitkering bij leven als de uitkering bij overlijden 80 jaar. Bij de keuze voor dubbele uitkering bij overlijden door een ongeval geldt de maximale eindleeftijd van 72 jaar. De periode van voorlopige dekking is gemaximeerd op 45 dagen. De uitkering van de voorlopige dekking is gemaximeerd op 7000 euro voor een persoon jonger dan 18 jaar, en op 200.000 euro voor een persoon van 18 jaar of ouder.
Kosten Concervatrix rekent bij periodieke premiebetaling 4,4 procent kosten op elke betaalde premie. Bij een koopsom is dat 7 procent van de koopsom, met een maximum van 1500 euro. Op een extra storting wordt 4 procent van de storting ingehouden, gemaximeerd op 1500 euro.
De administratiekosten bedragen vijf euro per maand voor een verzekering met periodieke premiebetaling en 2,50 euro per maand voor een premievrije verzekering. De kosten voor polisbeheer bedragen 0,5 procent per jaar. Dan zijn er nog de aan- en verkoopkosten, de kosten van het beleggingsfonds en switchkosten (jaarlijks drie keer gratis). De afkoopkosten bedragen 200 euro plus 0,5 procent verkoopkosten. ■
Een AOV voor iedereen De Amersfoortse introduceert in augustus de low budget ‘AOV voor iedereen’. Er wordt in de hoogte van de premie of de duur van de uitkering geen onderscheid gemaakt naar het beroep van de zelfstandig ondernemer. Iedere verzekerde betaalt dezelfde premie, die is gebaseerd op leeftijd en gekozen dekking. Het product kent ook een vereenvoudigde acceptatieprocedure. Vanaf veertien dagen arbeidsongeschiktheid vindt een uitkering plaats. Deze uitkering kan lopen tot de 65-jarige leeftijd, ongeacht het beroep. De maximale uitkering bij arbeidsongeschiktheid bedraagt 15.000 euro op jaarbasis. De beoordeling van arbeidsongeschiktheid is in het eerste jaar voor eigen beroep en werkzaamheden, daarna volgens de WIA-normen. ■
WoonFlexx Transparant De vernieuwde WoonFlexx Transparant Hypotheek van United Capital en MNF Bank kent één tariefstructuur en vaste administratiekosten van 25 euro per maand, ongeacht de hoogte van het hypotheekbedrag. Er kan een keuze worden gemaakt uit twee of vier maanden offertegeldigheidsduur. De combinatie van maandelijkse administratiekosten en het daarbij horende rentevoordeel van 0,20 procent maakt dit product vooral aantrekkelijk bij hogere hypotheekbedragen. De distributie van WoonFlexx-producten vindt exclusief plaats via United Capital. ■
Vakantie pechhulp Route Mobiel introduceert een dekking voor pechhulp in vakantiemaanden: de Buitenland Zomerservice. Het tarief voor de maanden juni, juli en augustus bedraagt 14,50 euro. De pechhulp geldt voor 44 landen in Europa. Voor de vakantiegangers die in een ander seizoen dan de zomer pechhulp in het buitenland willen, is er de keuze uit vier andere Buitenland Services. De Buitenland Najaarservice is er voor de maanden september, oktober en november. De Buitenland Winterservice is geldig in de maanden december, januari en februari. De Voorjaarservice voor maart, april en mei. Daarnaast is er de Buitenland Flex-kwartaalservice waarbij de consument zelf de drie aaneengesloten maanden kiest waarin hij pechhulp in het buitenland wil hebben. ■
nummer 13 - 3 juli 2008
VB_1308_p13_prod.indd
13
13
01-07-2008
09:53:31
I N T ER V I E W
Juist in een tijd van grotere risico’s voor bedrijven ziet algemeen directeur Bert Bruning van kredietverzekeraar Atradius Nederland kansen voor zijn maatschappij en het met haar samenwerkende intermediair. “Op korte termijn zijn ook de risico’s van Atradius groter, maar de risicoperceptie van ondernemers neemt toe en dat is op de langere termijn gunstig.” Voor het intermediair ligt met de kredietverzekering een (mkb-)markt voor het oprapen, maar voor hiervan echt de vruchten kunnen worden geplukt, moet er nog wel iets worden gedaan aan het kennisniveau van de
Bert Bruning (47) is getrouwd en heeft twee dochters. Hij woont in Oostzaan en houdt van kunst; schilderijen vooral. In de schaarse tijd naast Atradius en zijn gezin gaat hij graag naar Ajax, en ‘rommelt’ hij in de tuin. Bruning werkt al 27 jaar bij Atradius. “Dat kan alleen omdat het zo’n verschrikkelijk leuk bedrijf is, anders hou je dat niet vol. Ik ga nog iedere dag fluitend naar mijn werk.” In zijn loopbaan binnen het bedrijf heeft hij onder meer met multinationals gewerkt, kantoren in het buitenland opgezet, underwriting van risico’s gedaan en in incasso en IT gezeten. Hij is van alle markten thuis, wat hem nu als directeur van Atradius Nederland goed van pas komt.
fotografie: Wilco van Dijen
adviseurs.
Bert Bruning (Atradius):
‘Wij dekken een gevoelig risico: de klant’ 14
VB_1308_p14_interview.indd
nummer 13 - 3 juli 2008
14
01-07-2008
09:53:51
IN T ERVIEW
Enkele maanden geleden is de Nederlandse kredietverzekeraar Atradius verhuisd van de Amsterdamse Keizersgracht, waar zij – en voorloper NCM – sinds 1925 gevestigd was, naar haar nieuwe, internationale hoofdkantoor in Slotervaart, net buiten de A10 en vlakbij de A4 richting Schiphol. Het grote, vooral uit glas opgetrokken gebouw is beter berekend op de huidige omvang van het bedrijf en bovendien veel beter bereikbaar voor de medewerkers én voor de (internationale) relaties. Het nieuwe hoofdkantoor is gebouwd volgens de internationale standaard waarvoor de verzekeraar heeft gekozen. Atradius heeft 95 vestigingen in 43 landen. Worden nu nieuwe kantoren gebouwd, dan zal het steeds volgens dezelfde principes zijn. “Daarbij gaat het enerzijds om technische specificaties, zoals een bepaald aantal vierkante meters voor een specifieke activiteit”, licht Bruning toe. “Anderzijds is er het basisprincipe van transparantie, licht en het bevorderen van communicatie tussen de medewerkers en de klanten. Door de manier waarop het gebouw is opgezet, willen we de communicatie intern bevorderen maar ook die met de buitenwereld.”
En die zijn ook echt verschillend: verschillende landen, verschillende sectoren, verschillende beoordelingen. Een bedrijf dat vandaag hartstikke goed gaat, kan over een half jaar problemen hebben. Zeker grote klanten zijn daar dagelijks mee bezig. Het risico is divers en kan enorm fluctueren.” Atradius geeft niet altijd een dekking af, als het niet goed gaat met het bedrijf, als kortom het risico te groot is. Bruning: “De klant baalt dan uiteraard als een stekker. Als wij echter kunnen uitleggen waarom dat is (betalingsachterstand, oplopende voorraden, andere problemen) is dat voor de klant meestal goed om te weten. Uiteindelijk wil die ook niet investeren in een onderneming als de kans groot is dat die investering op een teleurstelling uitdraait.” De verzekeringspremie wordt uitgedrukt in een percentage van de verzekerde omzet. Soms de hele omzet, soms alleen de export. “Voor goede risico’s kan het rond de 0,1 procent, voor slechte rond 1 procent”, aldus Bruning. “Gemiddeld is de premie ongeveer 0,2 à 0,3 procent. Dat valt best mee, bedrijven denken nogal eens dat de premie op een kredietverzekering een stuk hoger is.”
Intermediair cruciaal Internationale structuur Homogeniteit in de bedrijfsvoering is een bewuste keuze van de multinational, die veel verder gaat dan de architectuur van de kantoren. “Overal ter wereld zijn we op vergelijkbare manier georganiseerd, kennen we gelijksoortige procedures en hanteren we hetzelfde IT-systeem”, licht Bruning toe. “Onze klanten hebben wereldwijd soms meerdere vestigingen. En de klanten van onze klanten – de risico’s die wij moeten beoordelen om op basis daarvan dekking te kunnen verlenen – zitten ook overal, in meer dan tweehonderd landen. Dat risico willen we graag zo dicht mogelijk bij het risico beoordelen. Als een Nederlands bedrijf zaken doet met een afnemer in Italië, dan beoordelen we de kredietwaardigheid van het Italiaanse bedrijf in eerste instantie in Italië. Met Italiaanse underwriters die bij wijze van spreken op de fiets kunnen springen en naar het bedrijf fietsen. Zij beoordelen, en alleen als het echt nodig is, is er ook een underwriter hier, op de plek van de klant, die er nog eens naar kijkt. Dus omwille van zowel klantenservice als risicobeoordeling is de internationale structuur nodig. In de huidige organisatie maakt het niet zoveel uit of je samenwerkt met een collega in Tokio, New York of Amsterdam. Je werkt allemaal op dezelfde basis, met eensluidende procedures en systemen, en dus kun je optimaal met elkaar en de lokale klant communiceren. Al onze applicaties zijn online en realtime benaderbaar vanuit iedere vestiging in de wereld. Voorzien van alle mogelijke beveiliging en dat functioneert eigenlijk al jarenlang zonder noemenswaardige interrupties.”
Nicheproduct Bruning noemt de kredietverzekering een nicheproduct. “Het is een andere verzekering dan andere. Heb je een brandverzekering, dan kijk je daar hooguit eens per jaar of twee jaar naar bij de verlenging, en voor de rest ligt de polis toch een beetje te wachten tot er brand uitbreekt. Met een kredietverzekering zijn bedrijven veel regelmatiger bezig. Wij verzekeren namelijk niet één risico, maar een heleboel risico’s. Heeft een bedrijf honderd afnemers, dan zijn dat honderd risico’s.
Het intermediair is cruciaal voor Atradius, volgens Bruning. “Negentig procent van onze portefeuille gaat via het intermediair, verreweg ons belangrijkste distributiekanaal. Wij werken samen met zowel de hele grote, Aon en Marsh, als de kleinere intermediairs in het land. Ook banken spelen als tussenpersoon vanouds een rol in kredietverzekeringen. De kredietverzekering is zoals gezegd een beetje een vak apart. Daarbij is het goed en vaak noodzakelijk om een adviseur met enig verstand van zaken dichtbij de klant te hebben.” Atradius is absoluut geen direct writer, haast Bruning zich om deze suggestie te ontkrachten. “Via de website kunnen ondernemers inderdaad Atradius bellen en het komt ook langs andere weg wel eens voor dat bedrijven ons rechtstreeks benaderen, maar in de loop van het proces komt er eigenlijk altijd een tussenpersoon bij. Zo willen we dat ook, daar kiezen we bewust voor.”
Continuïteitsgarantie Zo’n vijftienduizend bedrijven in Nederland hebben een kredietverzekering. “Negenduizend daarvan staan bij ons in de boeken en de concurrentie heeft er zo’n zesduizend, becijfert Bruning. “Dat betekent dat nog een heleboel bedrijven geen kredietverzekering hebben, en dat is voor ons – en voor het met ons samenwerkende intermediair – bijzonder interessant. Een kredietverzekering is voor veel meer bedrijven, klein en groot, eigenlijk een noodzaak, maar lang niet altijd zijn ondernemers en hun financieel adviseurs zich daarvan evenzeer bewust. De debiteuren zijn in negen van de tien gevallen de grootste post op de balans. Dat maakt het bedrijf kwetsbaar. Als er wat gebeurt met een van de grotere afnemers, geeft de kredietverzekering een soort continuïteitsgarantie.” Volgens Bruning is een bedrijf niet gauw te klein voor een kredietverzekering. “Heb je echter een omzet van minder dan een ton, dan kan het naar verhouding erg duur worden, dat is wel zo.” Met een kredietverzekering verzekert een ondernemer een gevoelig iets: zijn klanten. Een ondernemer is trots op de
nummer 13 - 3 juli 2008
VB_1308_p14_interview.indd
15
15
01-07-2008
09:54:06
I N T ER V I E W
klanten die hij heeft. “Logisch”, vindt Bruning, “want daar doe je zaken mee en daar doe je het allemaal voor. Volkomen begrijpelijk dus dat bedrijven daar emotioneel mee omgaan. ‘Ik doe er al vijftien jaar zaken mee, kom er dagelijks over de vloer en ken ze persoonlijk’. Maar dat betekent niet dat het bedrijf niet in de problemen kan raken en op een gegeven moment zijn rekeningen niet meer kan betalen. Dat sentiment zorgt ervoor dat mensen moeite hebben het risico te onderkennen en daarop hun maatregelen te nemen.”
Opleiding intermediair Bruning is zich ervan bewust dat maar weinig intermediairs over de specifieke kennis beschikken om goed in kredietverzekeringen te kunnen adviseren. “Het is de verantwoordelijkheid van het intermediair om zijn relaties over alle mogelijke risico’s te adviseren. En juist op het grootste risico, de ontbrekende kredietwaardigheid van zakelijke relaties, zijn maar
in Nederland het ergste nog niet gezien hebben. “De kredietcrisis heeft impact en krijgt nog meer impact. Wij hebben een paar maanden geleden een onderzoek gedaan, waaruit bleek dat Nederland er relatief goed voor staat. Vraag bedrijven of zij veel last hebben van de kredietcrisis en dan zegt ‘slechts’ een op de vijf bedrijven volmondig ja. In andere landen is dat veel meer, in de VS of UK zelfs drie op de vijf. Maar dat aantal gaat ook in Nederland groeien, zoveel is zeker. De risico’s die er zijn voor bedrijven, zijn door de kredietcrisis aanzienlijk toegenomen. Banken hebben veel moeten afschrijven op met name hypotheken en daaraan gelieerde investeringen en producten die ze in portefeuille hebben. Zij zijn daardoor veel huiveriger geworden om krediet te verlenen en dus wordt financiering voor een bedrijf veel duurder. Een effect daarvan is dat afnemers van een bedrijf meer gebruik gaan maken van het leverancierskrediet. Dat is betrekkelijk goedkoop of kost niets, omdat het risico wordt gedragen door de leverancier. Een aanzienlijk groeiend risico, en dat is ook waarom ik als leverancier nog eens extra over een kredietverzekering zou nadenken.”
Olieprijs
weinig intermediairs echt thuis. Wat is een kredietverzekering en wat heeft de ondernemer er in beginsel aan? Je moet er tien minuten over kunnen praten, zeg ik altijd, en vervolgens moet je de weg kunnen vinden naar Atradius. In de huidige opleidingen wordt maar weinig aandacht besteed aan kredietverzekeringen en dat is niet goed. Het is een belangrijk risico dat bedrijven lopen en dus is het belangrijk dat het intermediair erin thuis is. Wij organiseren regelmatig cursussen van een halve of hele dag. Dan bespreken we de basisprincipes met de intermediairs en soms gaan we nog iets verder. Er moeten meer specialisten komen, de markt schreeuwt erom. Als branche zijn we nu dan ook bezig om een opleiding op een wat hoger niveau neer te zetten. We doen dat samen met intermediairs als Aon, ING en ABN Amro, en de uitvoerende instantie wordt Nibe-svv. We treden hiervoor ook in contact met het Verbond van Verzekeraars voor een breed draagvlak en met de AFM omdat we willen dat adviseurs straks objectief getoetst kunnen worden op hun kennis in deze.”
Kredietcrisis In een gesprek over kredietverzekeringen anno 2008 is het onderwerp ‘kredietcrisis’ onontkoombaar. Bruning is er (net als het Centraal Plan Bureau overigens) van overtuigd dat we
16
VB_1308_p14_interview.indd
Een andere belangrijke macro-ontwikkeling is de olieprijs. “Als land hebben wij het geluk dat de olieprijs in dollars wordt afgerekend en de euro ten opzichte van de dollar alleen maar duurder is geworden. De prijsstijgingen van de olie in dollars is tot nu toe dus voor een heel groot deel opgevangen door de sterke euro. Anders hadden we aan de pomp allang rond de drie euro betaald”, meent Bruning. “Maar de olieprijs stijgt door en er komt een moment dat we die stijging toch echt gaan merken. De grondstoffen van een bedrijf worden duurder en die van de afnemers van het bedrijf ook. Zie daar de toename van het risico.”
Kansen door tegenslag Nederland doet het volgens Bruning vrij goed en hij denkt dat we het ook relatief goed blijven doen. “We zijn een handelsnatie en wel gewend om met veranderde omstandigheden om te gaan. Maar we moeten niet naïef zijn. Het kan niet zo zijn dat het in de hele wereld stormt en dat wij hier in een windstil hoekje kunnen schuilen tot het over is. De ondernemer in Nederland krijgt met andere risico’s te maken waarmee hij anders moet omgaan. Voor Atradius en het intermediair dat met ons samenwerkt, zijn er in ieder geval kansen. Als het economisch slecht gaat, komen er wereldwijd meer bedrijven in de problemen en moeten wij meer uitkeren. De claims stijgen momenteel sterk, echt fors in andere landen maar ook tien tot twintig procent meer in Nederland. Tegelijkertijd echter gaat de risicoperceptie van bedrijven omhoog en dat is gunstig op de langere termijn. Bedrijven die een kredietverzekering afsluiten, worden doorgaans klanten door dik en dun, voor tientallen jaren. Ook als het weer beter gaat.” ■ Erwin Loer
nummer 13 - 3 juli 2008
16
01-07-2008
09:54:49
ZORG & IN KO M EN
Actie apothekers bij UVIT Circa twintig apothekers van het Landelijke Actie Comité Apothekers (LACA) blokkeerden onlangs de toegang tot het Nijmeegse hoofdkantoor van verzekeraarscombinatie UnivéVGZ-IZA-Trias. Met flyers en spandoeken maakten zij hun ongenoegen kenbaar over het zogeheten preferentiebeleid. Dit beleid voorziet erin dat vanaf 1 juli een aantal merkloze geneesmiddelen alleen nog maar in de goedkoopste variant worden afgeleverd. IZA voert dit beleid niet omdat zij een restitutiepolis hebben. Na een gesprek tussen de apothekers en een vertegenwoordiger van het UVIT-concern zijn de apothekers weer vertrokken. UVIT houdt onverkort vast aan het preferentiebeleid. Volgens de apothekers is door het nieuwe beleid hun vergoeding voor de praktijkkosten niet meer kostendekkend. De Nederlandse Zorgautoriteit (Nza) is een onderzoek gestart dat de hoogte van een kostendekkend tarief in kaart moet brengen. ■
De Friesland geeft eigen risico terug De Friesland Zorgverzekeraar nodigt ziekenhuizen in NoordNederland uit om zelf met voorbeelden te komen van behandelingen of zorg waarin zij uitblinken. Ziekenhuizen moeten kunnen aantonen dat hun behandeling ook werkelijk kwalitatief beter is dan gemiddeld, en dat tegen een redelijke prijs. De verzekerde van De Friesland die voor deze behandeling kiest, hoeft dan niet het verplichte eigen risico van 150 euro te betalen. Het gaat daarbij om behandelingen die vallen onder de reguliere zorg. ■
Chronisch het haasje zijn Gehandicapten en chronisch zieken ondervinden steeds vaker problemen met hun aanvullende verzekering. Om premies betaalbaar en concurrerend te houden, schrappen of versoberen zorgverzekeraars dekkingen die veel geld kosten. Tegelijkertijd is het aantal maatschappijen dat een gezondheidsverklaring vraagt voor de uitgebreidere pakketten fors toegenomen. Ondanks het feit dat de zorgverzekering voor het merendeel van de bevolking toegankelijker is geworden dan voor de stelselherziening, krijgen gehandicapten en chronisch zieken de rekening gepresenteerd en kunnen geen kant op. Omdat de huidige maatschappij de voor hen noodzakelijke dekkingen heeft aangescherpt of zelfs geschrapt, gaan gehandicapten en chronisch zieken op zoek naar alternatieven.
Deze zoektocht levert in de praktijk echter bar weinig op. Bij de introductie van de basisverzekering was bij een groot aantal verzekeraars een nieuwe verzekerde goud waard. Zelfs voor de uitgebreide aanvullende dekkingen stond de acceptatiepoort soms wagenwijd open. Voor mensen met een chronische aandoening hét moment om zonder selectie-eisen een ruimere dekking te kiezen. Maatschappijen kunnen echter jaarlijks de pakketten aanpassen om grip te houden op het rendement van de portefeuille. Hoe mooi de vooruitzichten in 2006 ook waren, de veelgebruikers die toen met open armen werden ontvangen, krijgen nu een bittere pil toegediend. Ook de Nederlandse Patiënten Consumenten Federatie (NPCF) constateert dat de aangescherpte risicoselectie vooral betrekking heeft op de meest uitgebreide pakketten, antroposofische pakketten en klasseverzekeringen voor eenpersoonskamers in ziekenhuizen. Er vindt geen selectie plaats in de standaard aanvullende verzekeringen. Volgens Pieter Hasekamp, algemeen directeur van Zorgverzekeraars Nederland, moeten sommige verzekeraars maatregelen nemen die noodzakelijk zijn om de aanvullende verzekering betaalbaar en daarmee toegankelijk te houden voor alle verzekerden. Het solidariteitsprincipe is dus ver te zoeken. Feit is en blijft dat een groep chronisch zieken, hoe klein deze groep ook is, vast zit aan een polis waar ze door allerlei aanpassingen in de dekking niets meer aan hebben. En geen andere verzekeraar die deze mensen met hun bestaande specifieke zorgconsumptie wel wil dekken tegen aanvaardbare condities. ■
Achmea kraamzorgopvang De circa 8500 zwangere verzekerden van de Achmea zorglabels die deze zomer zijn uitgerekend, krijgen tot 1 oktober 2008 extra kraamzorgondersteuning via hun zorgverzekeraar. Dit aanbod geldt voor verzekerden die vanwege regionale tekorten aan kraamverzorgenden deze zomer niet de reguliere 49 uur kraamzorg kunnen krijgen waar zij recht op hebben. Achmea vult in dat geval kraamzorguren aan met huishoudelijke ondersteuning tot de gestelde zorgindicatie. Via de speciale kraamzorglijn kunnen verzekerden 24 uur per dag terecht met inhoudelijke vragen. ■
Winstdeling op advocatenpolis De arbeidsongeschiktheidsverzekering van Movir voor advocaten keert een winstdeling uit die neerkomt op een premierestitutie van 9,4 procent van de betaalde premie over 2007. Voorwaarde is wel dat de verzekering in 2008 is voortgezet en valt onder de per 1 januari 2007 gesloten (vernieuwde) mantelovereenkomst tussen Movir, Stichting Pensioenfonds, Nederlandse Orde van Advocaten en BaliePlus, de serviceorganisatie voor Advocaten. ■
nummer 13 - 3 juli 2008
VB_1308_p17_ZI.indd
17
17
30-06-2008
14:59:36
G EN ER A LI V B INNOVATIE PR IJ S
Aan het woord:
EBlinc: winnaar ISI Innovatieprijs 2006 De ontwikkeling van een innovatie staat nooit stil. Na de lancering wordt het concept voortdurend aangepast aan actuele ontwikkelingen en nieuwe inzichten. In dit artikel een terugblik met Eblinc, de winnaar van de ISI Innovatieprijs 2006. Wat bracht hen de prijs en hoe heeft de innovatie zich verder ontwikkeld.
Intermediair Surplus Pensioenadviseurs uit Velp ontwikkelde in 2006 voor het eigen bedrijf het volledig geautomatiseerde ‘employee benefits’-administratiesysteem EBlinc waarin bedrijven gestructureerd mutaties kunnen verwerken. Met tal van hulpmiddelen kan een werkgever de personeelsgegevens eenvoudig beheren. Daarnaast krijgen werknemers met EBlinc, via de werkgever, inzicht in hun eigen arbeidsvoorwaardengegevens. Ook het intermediair en de verzekeraars hebben voordeel bij dit systeem, omdat de kwaliteit van de ingevoerde gegevens en de efficiency met dit systeem worden verhoogd. Met het systeem EBlinc won initiatiefnemer Gerrit-Jan van Dalen twee jaar geleden de ISI Innovatieprijs 2006. De jury oordeelde destijds dat Surplus Pensioenadviseurs met EBlinc ketenintegratie op een hoger plan bracht. “Een eerste stap richting de ontwikkeling van een marktstandaard vanuit commercieel perspectief lijkt gezet. De innovatie van Surplus inspireert de gehele branche”, aldus de jury. Twee jaar later blijkt de jury daarmee niet teveel gezegd te hebben. Van Dalen heeft zijn pensioenadviesbedrijf Surplus begin dit jaar verkocht en richt nu, samen met zijn commerciële kompaan,
Een werknemer kan zijn pensioengegevens bekijken en uitrekenen wat dit voor zijn persoonlijke situatie betekent als de pensioenleeftijd wordt vervroegd of uitgesteld. Ook kan hij zijn bestaande, eigen pensioenverzekeringen invoeren in het systeem.
18
VB_1308_p18_19_innovatie.indd
Noach van Beusekom, de pijlen op EBlinc. Het EB-pakket is inmiddels bij 52 intermediaire kantoren (eind 2006 circa 15) operationeel en eind 2008 moeten circa duizend bedrijven via het intermediair gebruikmaken van de applicatie. De intermediairs betalen voor iedere opgevoerde medewerker van een bedrijf een fee aan EBlinc. Een schoolvoorbeeld van een geslaagde innovatie, waarvan de initiatiefnemer in redelijk korte tijd goed kan leven.
Online bedrijfsbeeld De kern van het idee is simpel. Een zakelijk georiënteerde intermediair heeft diverse bedrijven in de boeken en regelt voor die bedrijven alle personeelsvoorzieningen. En dergelijke voorzieningen zijn zeer mutatiegevoelig. Denk daarbij aan personeelmutaties bij in- en uitdiensttredingen, verhuizingen, arbeidsongeschiktheid, gezinssamenstelling, salariswijzigingen, leaseauto’s, et cetera. Deze mutaties houdt de ondernemer veelal bij in afzonderlijke Excel-bestanden, wat muteren een tijdrovende bezigheid maakt. Daarnaast moet hij uitzoeken wie op de hoogte moet worden gebracht van de wijzigingen om deze partijen, waaronder verzekeraars, vervolgens hiervan op de hoogte te brengen. Met EBlinc wordt muteren een stuk eenvoudiger. Alleen al de eenmalige invoer van de personeelsgegevens scheelt zeeën van tijd. De werkgever heeft nu zijn complete EB-administratie online in beeld. Van Dalen: “Ik wilde graag dat al die bedrijven op een gestructureerde manier hun mutaties aan ons zouden doorgeven. Dat kun je best vragen, maar dan moet je er ook iets voor terugdoen. Je moet ze iets bieden, zodat ze dat ook graag doen. Daarom bieden wij bedrijven via internet verschillende tools, bij elkaar een compleet personeelsbeheersysteem, met allerlei functionaliteiten waar een bedrijf ook echt iets aan heeft. Denk aan arbeidsvoorwaarden, de pensioenregeling, de WIA, WGA, zorg enzovoorts. Krijgt een bedrijf een nieuwe werknemer, dan wordt deze eenmalig ingevoerd en de werkgever geeft op het scherm aan welke regelingen de werknemer deelneemt. Hij voert het salaris in en vervolgens worden alle kosten rond die werknemer voorgerekend en vastgelegd. De
nummer 13 7 - -103 april juli 2008 2008
18
30-06-2008
15:00:11
G ENERALI VB INNOVAT CO-AS SUIEP RA N RIJ T IES
werkgever weet direct wat hij moet inhouden. De boekhouder kan het meteen op het loon inhouden. Daarnaast kan de werkgever bijvoorbeeld ook de leaseauto registreren, er is een koppeling met loonadministratiepakketten, er is een vakantiedagen- en verlofregistratie. Dus we bieden via een portal allerlei dingen die de werkgever vroeger in diverse Excel-bestanden moest vastleggen, zeker bij de kleinere bedrijven van zestig tot zeventig man.”
Personeelsadministratieplatform Met EBlinc heeft de adviseur alle noodzakelijke gegevens van zijn klanten zeer gestructureerd en compleet in zijn EB-administratie. Het systeem is dan ook bedacht om de administratie op het assurantiekantoor te vereenvoudigen. De intermediaire gebruiker heeft echter ook de mogelijkheid om het systeem tegen betaling aan een werkgever aan te bieden als personeelsadministratieplatform, zonder dat er direct verzekeringen worden verkocht. Middels een ‘Employee Benefits’-statement kan de ondernemer zijn werknemer in één keer volledig informeren over de regelingen en voorzieningen die hij via het bedrijf heeft lopen. Dit statement wordt met een paar muisklikken in Word vervaardigd. Indien een werkgever dat toestaat, kan de werknemer zelf – beperkt – gegevens muteren, maar ook online zien hoe zijn voorzieningen geregeld zijn. Er kunnen verlofdagen aangevraagd worden, die vervolgens door de werkgever moeten worden toegekend. Ook ziekte kan op deze manier worden gemeld. Een werknemer kan zijn pensioengegevens bekijken en uitrekenen wat dit voor zijn persoonlijke situatie betekent als de pensioenleeftijd wordt vervroegd of uitgesteld. Ook kan hij zijn bestaande, eigen pensioenverzekeringen invoeren in het systeem. De uitkomsten worden op het beeldscherm getoond. Hierdoor krijgt de werknemer in een oogopslag inzicht in zijn toekomstige financiële plaatje. Diezelfde berekening kan ook gemaakt worden voor arbeidsongeschiktheid. De mate van arbeidsgeschiktheid kan ingevoerd worden, waarna het systeem direct de gevolgen daarvan op de inkomsten van de werknemer laat zien.
Dalen zou graag zien dat koppelingen tot stand komen met deze bedrijven en instellingen. Ondanks de verregaande automatisering loopt hij op dat gebied nogal eens tegen obstakels aan. “Als je de lijntjes richting verzekeraars bekijkt, dan ontbreekt het daar aan de juiste webservices. Binnen EBlinc zijn diverse controlemechanismes ingebouwd waardoor mutaties duidelijk en foutloos aangeleverd worden bij de maatschappijen en instellingen. Je zou dus zeggen dat die mutaties eenop-een de backoffice ‘ingeschoten’ kunnen worden.
Uw innovatie in de spotlights? Aanmelden voor de Generali VB Innovatieprijs kan tot 5 september 2008. De jury zou graag zien dat er dit jaar nog meer intermediairs zich met hun innovatieve dienstverlening aanmelden. Ook als uw innovatie niet op alle criteria scoort, heeft aanmelden voor de innovatie- of aanmoedigingsprijs kans van slagen. Bij innovaties in de financiële dienstensector gaat het niet alleen om (baanbrekende) uitvindingen. Het gaat juist ook om slimmere vormen van bedrijfsvoering en andere (en betere) vormen van dienstverlening aan klanten. Op de nieuwe website is alle informatie beschikbaar voor belangstellenden en kandidaten. Via de site kan een formulier worden gedownload om uw innovatieve idee aan te melden.
Maar helaas werk dat niet op die manier. Mutaties worden automatisch vanuit EBlinc per mail naar de maatschappij verDe winnaar van de aanmoedingsprijs ontvangt zonden. Daar wordt € 2500. De winnaar van de innovatieprijs ontvangt € 7500. het bericht eruit gehaald en overgetikt in Website: www.generali-vb-innovatieprijs.nl het administratiesysteem. Die werkwijze staat een efficiënt contact hinderlijk in de weg en is niet echt het beeld van ketenintegratie die we als branche nastreven. Aan de bel trekken, haalt weinig uit. Wil je een verzekeraar in beweging krijgen, dan De Generali VB moet je met volume kunnen schermen. Pomp de mailserver van de maatschappij vol en hij Innovatieprijs wordt biedt vanzelf een koppeling aan, op eigen initiuitgereikt tijdens de atief krijg je daar geen beweging in.”
VB-Branchedag op 20 november 2008 in de Americahal Apeldoorn.
Stokkende ketenintegratie De ketenintegratie binnen EBlinc is goed geregeld. Na een mutatie bepaalt het systeem op welke producten, diensten en regelingen deze mutatie van toepassing is. Vervolgens verschijnt een scherm met daarin de bedrijven en instellingen en hun afdelingen die over de specifieke mutatie geïnformeerd moeten worden. Met een druk op de knop wordt de mutatie per mail aan al die afdelingen verzonden. Van
Generali VB
nummer 13 7 - -103 april juli 2008 2008
VB_1308_p18_19_innovatie.indd
19
19
30-06-2008
15:00:26
PFP
Leer uw klanten levenslopen Onbekend maakt onbemind. En dit geldt zeker voor de levensloopregeling. De regeling die op 1 januari 2006 het levenslicht zag, wil maar niet populair worden onder werknemers. Ook directeur-grootaandeelhouders (dga’s) maken slechts op kleine schaal gebruik van levenslopen. Gemiste kans! De levensloopregeling biedt namelijk ongekende mogelijkheden voor de pensioenplanning van uw klanten. Uit recente cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) blijkt dat slechts 5,5 procent van de werknemers in 2006 deelnam aan de levensloopregeling. Een werknemer mag jaarlijks kiezen aan welke regeling hij wil deelnemen: spaarloon of levensloop. Het is verboden om aan beide regelingen tegelijk mee te doen. Een werkgever is niet verplicht om een spaarloonregeling in te voeren, maar wel om een levensloopregeling aan te bieden. Voert de betreffende werkgever geen actief levensloopbeleid? Dan dient uw klant dus zelf aan te geven dat hij aan deze regeling wil deelnemen. Het is immers zijn wettelijk recht. Maar maakt u hem als adviseur voldoende bewust van de mogelijke voordelen?
van deze klant is om eerder te stoppen met werken. U kunt dan adviseren om zijn gehele jaarinkomen te storten in de levensloopregeling. Op deze manier genereert hij een nulinkomen en een forse belastingbesparing. Uw klant kan namelijk gebruikmaken van de middelingsregeling. Via deze regeling is het mogelijk om voor een periode van drie aaneengesloten jaren de inkomstenbelasting te herreDoor: Ramón Wernsen-Bruin MFP, kenen op basis van het gedirecteur Vaktechniek, middelde inkomen in box Dukers & Baelemans 1. Als het verschil tussen betaalde en herrekende belasting meer bedraagt dan 545 euro, dan ontvangt uw klant een teruggaaf van de fiscus. In figuur 2 ziet u hoe dit werkt.
Figuur 2. Gebruikmaken van de middelingsregeling
Leeftijd
Werknemers en levensloop Tja, waarom zouden uw klanten hun spaarloonregeling eigenlijk inruilen voor levensloop? Hiervoor zijn meerdere argumenten te geven. Ten eerste is de levensloopregeling een eenvoudige en vooral fiscaalvriendelijke regeling. Zo spaart uw klant belastingvrij tot maximaal 12 procent van zijn brutoloon. Hij is pas loonbelasting verschuldigd als hij het gespaarde geld opneemt voor bijvoorbeeld de financiering van zijn oude dag. In totaal mag uw klant tot 210 procent van zijn huidige bruto-inkomen sparen of beleggen. Dit doet hij op een geblokkeerde rekening bij een bank of verzekeraar. Verder heeft hij recht op een extra belastingkorting van 191 euro (2008) voor elk jaar dat wordt deelgenomen aan de regeling. Uw klant ontvangt deze belastingkorting bij opname van het tegoed. Stel uw klant heeft een inkomen van 80.000 euro bruto per jaar. Dan betekent dit dat hij 9600 euro per jaar onbelast kan sparen dan wel beleggen via de levensloopregeling, tot een maximum van 168.000 euro. Op deze manier is het mogelijk om een serieuze oudedagsvoorziening op te bouwen. Dit laatste is onmogelijk met de huidige spaarloonregeling. Zie figuur 1 voor de belangrijkste eigenschappen van de levensloopregeling.
Oudere werknemers Is uw klant geboren tussen 1 januari 1950 en voor 1956? Dan wordt de levensloopregeling nog interessanter. Hij mag dan namelijk meer dan 12 procent per jaar inleggen, zolang hij de 210 procent maar niet overschrijdt. Stel uw klant is 55 jaar oud, heeft een hypotheekvrij huis en heeft op de spaarrekening voldoende geld staan om een jaar van te leven. De wens
20
VB_1308_p20_21_PFP.indd
Inkomen box 1 Geheven belasting Inkomen box herrekend Belasting box 1 Verschil Drempel Teruggaaf
2006 55
2007 56
2008 57
Gemiddeld
Totaal
€
€
€
€
€
80.000 34.962 53.333
80.000 34.763 53.333
Nihil Nihil 53.333
53.333 69.725
21.096
20.896
20.902
62.893 6.832 545 6.287
Prepensioen en dga’s Daarnaast is het goed te weten dat met ingang van 1 januari 2006 pensioenfondsen hun deelnemers het prepensioen mogen laten afkopen. Deze afkoop is normaal progressief belast. U kunt uw klant dan wijzen op de mogelijkheid om deze afkoopsom te storten in een levensloopregeling. Hierop is de inlegbeperking van 12 procent van het loon niet van toepassing. O ja, uw klant dient het opgebouwde levenslooptegoed uiterlijk een dag voor zijn 65-ste verjaardag op te nemen. Op dat moment wordt er afgerekend met de fiscus: de maximale heffing bedraagt 52 procent. Is uw klant een directeur-grootaandeelhouder? Dan is hij ook een werknemer en kan hij dus ook deelnemen aan de levensloopregeling. Het genereren van een nulinkomen is in principe niet mogelijk, tenzij hij een oudere werknemer in dienst heeft die eveneens zijn gehele salaris in de levensloopregeling stort. Helaas wordt de IB-ondernemer (inclusief zzp’er) weer gediscrimineerd en mag (nog) niet deelnemen aan deze regeling. Hierin moet snel verandering komen!
nummer 13 - 3 juli 2008
20
30-06-2008
15:01:01
P FP
Al met al is de levensloopregeling een perfect middel voor uw klanten om in te zetten voor hun pensioenplanning. Wijs
uw klanten daarom op het meest flexibele oudedagsinstrument dat er bestaat: de levensloopregeling! ■
Figuur 1. Levensloop: need and nice to know • De werknemer moet kiezen tussen de spaarloonregeling en de levensloopregeling. • De werkgever moet een schriftelijke regeling treffen, waarvan hij niet ten nadele van de werknemers van de wet mag afwijken. • Het opbouwpercentage is in principe maximaal 12 procent per kalenderjaar. • De inleg is niet aftrekbaar voor de berekening van de werknemersverzekeringspremies. • De inleg verlaagt het SV-loon niet. • De uitkeringen zijn vrij van heffing van werknemersverzekeringspremies. • Over de uitkeringen moet de werkgever loonbelasting, premies volksverzekeringen en de loonafhankelijke premie ZVW inhouden, en hij moet de bijdrage Zorgverzekeringswet vergoeden. • Bij wisseling van werkgever blijft de oude werkgever verantwoordelijk voor de inhouding, tenzij de werknemer bij de nieuwe werkgever ook aan de levensloopregeling deelneemt (dan wordt de nieuwe werkgever verantwoordelijk voor de inhouding). • Na gebruik mag het saldo weer worden aangevuld. • De werknemer heeft geen recht op verlof (overleg met werkgever), met uitzondering van ouderschapsverlof.
• Het levensloopkapitaal mag worden omgezet in ouderdomspensioen (hierdoor mag het ouderdomspensioen echter niet bovenmatig worden). • Als het levensloopkapitaal nog niet is opgenomen wanneer de werknemer 65 jaar wordt, is het belast als loon uit een vroegere dienstbetrekking (de extra belastingkorting geldt dan niet). • Bij aanwending voor loonvervanging heeft de werknemer recht op een extra heffingskorting (levensloopkorting) van 191 euro (2008) voor ieder jaar dat de werknemer aan de regeling heeft deelgenomen. • De bank/verzekeraar waar het verlofkapitaal is ondergebracht, moet bij opname van verlof de desbetreffende gelden overmaken naar de werkgever, die voor inhouding en uitbetaling verantwoordelijk is. • Het levensloopsaldo is niet belast in box 3. • Bij overlijden van de werknemer gaat het levensloopsaldo naar de erfgenamen (belast als loon). • De werknemer kan een negatief saldo in de levensloopregeling hebben. De debetrente is niet aftrekbaar en gaat buiten de regeling om. • De levensloopregeling kan uitstekend dienen als overbruggingspensioen.
Praktijkgids Hypotheken 2008 Ook online verkrijgbaar!
Redactie en samenstelling mr. J.W.S. van Dijk H. Winters FFP ISBN 9789013051292 Editie 2008 Los exemplaar € 63,50 (incl. btw) Abonnement € 53,98 (incl. btw) Abonnement op de online uitgave: Licentieprijs € 20,- (excl. btw) Prijs per gebruiker € 39,85 (excl. btw)
Iedereen die zich met hypotheekbemiddeling bezighoudt moet van vele markten thuis zijn. Letterlijk, omdat de hypotheekadvisering een buitengewoon veelzijdig vak is, dat alle kenmerken in zich heeft van "all finance dienstverlening". De Praktijkgids Hypotheken is een uitgave die zich primair richt op de professionele (hypotheek)adviseur. Ze behandelt het thema hypotheken over de volle breedte. Zo komen productvormen, verzekeringsvormen, advisering en bedrijfsvoering, certificering en financiële en fiscale aspecten van het hypotheekadvies aan bod. Maar ook financiële dienstverleners, fiscalisten, pensioenadviseurs en het notariaat kunnen hun voordeel doen met hetgeen in dit boek wordt behandeld. Het boek is toegankelijk geschreven en bevat zogenoemde verdiepingshoofdstukken, zodat tevens de geïnteresseerde leek deze gids kan raadplegen voor alle vragen die er leven op het gebied van hypotheken.
Bestellen www.kluwer.nl/shop Telefoon (0570) 67 34 44, Fax (0570) 69 15 55 E-mail:
[email protected] Prijswijzigingen voorbehouden
De inhoud is conform de leerdoelen van Stichting Erkenningsregeling Hypotheekadviseurs.
w w w. k l u w e r. n l / s h o p nummer 13 - 3 juli 2008
VB_1308_p20_21_PFP.indd
21
21
30-06-2008
15:01:11
A A N SP R A KE LIJKHE ID
Algemene voorwaarden
Kleine lettertjes met grote gevolgen In een aantal beroepsaansprakelijkheidsverzekeringen wordt de dekking afhankelijk gesteld van het van toepassing zijn van algemene voorwaarden. Het is van groot belang dat de verzekerde ervoor zorgt dat zijn algemene voorwaarden op een juiste wijze van toepassing worden verklaard. Indien dit niet het geval is, dan ontbreekt immers niet alleen dekking onder de verzekering, maar kan de verzekerde bovendien tegenover zijn opdrachtgever niet de bescherming inroepen die de algemene voorwaar-
Door: Nathalie Kruit, Senior Schadejurist, Nassau verzekeringen
den hem bieden. De strop is dan dus dubbel zo groot. Hieronder wordt aan de hand van een voorbeeld uiteengezet hoe algemene voorwaarden van toepassing kunnen worden verklaard en wanneer ze kunnen worden ingeroepen. Tot slot wordt stilgestaan bij het nut van deze kleine lettertjes.
Een voorbeeld Een architect sluit een overeenkomst met een gemeente tot het ontwerpen van een schoolgebouw. De architect heeft de DNR 2005 op de overeenkomst van toepassing verklaard. De DNR 2005 zijn branchevoorwaarden die de rechtsverhouding tussen de opdrachtgever en de architect regelen. De advieskosten van de architect bedragen 250.000 euro. Tijdens de bouw blijkt dat de kelder niet waterdicht is. De gemeente meent dat er sprake is van een ontwerpfout en stelt de architect aansprakelijk voor de kosten van het verhelpen van de lekkage à 300.000 euro én (omdat het schoolgebouw niet voor het nieuwe schooljaar kan worden opgeleverd) de kosten van de huur van een andere lesruimte à 50.000 euro.
van toepassing is. Als de gemeente de offerte vervolgens accepteert of de DNR 2005 niet uitdrukkelijk van de hand wijst, dan zijn deze algemene voorwaarden onderdeel van de overeenkomst. Of in een bepaalde situatie de toepasselijkheid van de algemene voorwaarden is overeengekomen, hangt steeds af van de omstandigheden van het geval. Wanneer bijvoorbeeld niet reeds in de offerte, maar pas op de factuur naar de algemene voorwaarden wordt verwezen, dan zijn deze in principe niet van toepassing. Dit kan eventueel anders zijn als partijen al eerder zaken met elkaar hebben gedaan en de algemene voorwaarden op eerdere overeenkomsten van toepassing zijn geweest. In ons voorbeeld zou zich een probleem voordoen als de gemeente in de offerteaanvraag haar eigen inkoopvoorwaarden van toepassing heeft verklaard. Indien de architect in zijn offerte vervolgens alleen naar de DNR 2005 verwijst zonder daarbij de toepasselijkheid van de inkoopvoorwaarden van de hand te wijzen, dan blijven in principe de inkoopvoorwaarden van toepassing. De architect doet er goed aan om het zekere voor het onzekere te nemen en de algemene voorwaarden in iedere offerte opnieuw van toepassing te verklaren en daarbij, zo nodig, de toepasselijkheid van de algemene voorwaarden van de opdrachtgever uitdrukkelijk van de hand te wijzen.
Wanneer zijn algemene voorwaarden van toepassing?
Algemene voorwaarden onderdeel van overeenkomst? Algemene voorwaarden worden van toepassing door aanbod en aanvaarding. In ons voorbeeld moet de architect de gemeente dus hebben aangeboden de DNR 2005 op de overeenkomst van toepassing te laten zijn en moet de gemeente dit hebben aanvaard. De architect kan dit doen door in de offerte op te nemen dat de DNR 2005 op de overeenkomst
22
VB_1308_p22_23_Aanspr.indd
Indien de algemene voorwaarden van toepassing zijn verklaard, kan het toch nog mis gaan. Ten eerste moet de opdrachtgever een redelijke mogelijkheid hebben gekregen om van de algemene voorwaarden kennis te nemen. Dit is bijvoorbeeld het geval als de algemene voorwaarden vóór of tijdens het sluiten van de overeenkomst (en dus niet pas daarna) aan de opdrachtgever ter hand zijn gesteld. Onlangs heeft de Rechtbank Haarlem geoordeeld dat met een verwijzing naar de algemene voorwaarden op een
nummer 13 - 3 juli 2008
22
30-06-2008
15:01:34
AANSPRAK E L IJ KH EID
website ook aan dit vereiste wordt voldaan. Het is echter de vraag of hogere rechters ook zo zullen oordelen, dus voorzichtigheid blijft geboden. Indien de opdrachtgever geen redelijke mogelijkheid is geboden om kennis te nemen van de algemene voorwaarden, dan kan hij de voorwaarden in principe vernietigen en kan er dus geen beroep meer op worden gedaan. Op deze regel is in de wet een aantal uitzonderingen gemaakt. Grote ondernemingen, zoals ondernemingen waarbij minimaal vijftig personen werkzaam zijn, kunnen geen beroep op deze vernietigingsmogelijkheid doen. Ervan uitgaande dat in ons voorbeeld de gemeente een grote onderneming is, dan kan zij, als de architect de DNR 2005 niet met de offerte heeft meegezonden of niet heeft verwezen naar haar website, de bepalingen in de DNR 2005 dus niet vernietigen. Ook hier geldt echter dat beter het zekere voor het onzekere kan worden genomen en dat de architect er goed aan doet om de algemene voorwaarden direct bij de offerte mee te zenden en in de offerte op te nemen dat de gemeente door de ondertekening verklaart deze ook te hebben ontvangen. Ten tweede kan de opdrachtgever die consument of geen grote onderneming is, de algemene voorwaarden vernietigen als deze onredelijk bezwarend zijn. De wetgever helpt consumenten hierbij een handje middels een ‘zwarte’ en een ‘grijze’ lijst met bedingen die zonder meer onredelijk bezwarend zijn, of waarvan wordt vermoed dat zij dit zijn. Een beding waarin alle aansprakelijkheid wordt uitgesloten, wordt bijvoorbeeld vermoed onredelijk bezwarend te zijn. Kleine ondernemingen kunnen als gevolg van de reflexwerking ook bescherming ontlenen aan de ‘zwarte’ en ‘grijze’ lijst. Grote ondernemingen kunnen de algemene voorwaarden vernietigen, indien deze in strijd zijn met de redelijkheid en billijkheid. De DNR 2005 in ons voorbeeld is in overleg met de in de branche werkzame partijen opgesteld en wordt dus breed gedragen. De bepalingen zullen dan ook niet snel onredelijk bezwarend of in strijd met de redelijkheid en billijkheid zijn.
Wat is het nut? Het niet kunnen inroepen van de algemene voorwaarden kan grote gevolgen hebben. In de DNR 2005 is onder andere opgenomen dat de architect alleen aansprakelijk is voor directe schade, en dat de aansprakelijkheid ten opzichte van opdrachtgevers die geen consument zijn, is beperkt tot de advieskosten met een maximum van 1.000.000 euro. In ons voorbeeld is de architect, als hij inderdaad een ontwerpfout heeft gemaakt, aansprakelijk voor maximaal 250.000 euro, namelijk de advieskosten. De architect is op grond van de DNR 2005 niet aansprakelijk voor de huurkosten van de andere lesruimte, omdat dit geen directe schade is. Zou de architect de DNR 2005 niet in zijn offerte van toepassing hebben verklaard en niet eerder opdrachten van de gemeente hebben gekregen waarop de DNR 2005 van toepassing is, dan zou de architect aansprakelijk zijn voor de volledige 350.000 euro. Bij een aantal beroepsaansprakelijkheidsverzekeringen, met
name die voor de technische beroepen, wordt de dekking afhankelijk gesteld van de toepasselijkheid van algemene voorwaarden. Zijn deze voorwaarden niet van toepassing verklaard of kunnen zij worden vernietigd, omdat de opdrachtgever geen redelijke mogelijkheid is geboden daarvan kennis te nemen, dan ontbreekt veelal dekking onder de verzekering. Indien de rechter de voorwaarden terzijde stelt vanwege onredelijk bezwarendheid of strijd met de redelijkheid en billijkheid, dan wordt de dekking overigens niet aangetast. In ons voorbeeld leidt het niet toepasselijk zijn van de algemene voorwaarden ertoe dat de architect aansprakelijk is voor een hogere schade, maar ook dat hij deze schade niet kan afwentelen op zijn beroepsaansprakelijkheidsverzekeraar, omdat er geen polisdekking bestaat. Dit kan gevolgen hebben voor de continuïteit van het architectenbureau en bovendien voor verhaalsmogelijkheden van de gemeente. Zowel de verzekerde zelf als zijn opdrachtgevers hebben er dan ook belang bij dat de algemene voorwaarden op een juiste wijze van toepassing worden verklaard. Het is dus goed dit nog eens extra onder de aandacht van de verzekerde te brengen. Het zijn slechts kleine lettertjes, maar deze hebben grote gevolgen. ■
Auto van de zaak! Nova Dia zoekt: ● Schadebehandelaars verkeer ● Schadebehandelaars brand ● Letselschadebehandelaars ● (Intern) specialisten verzekeren (Rabobank) ● Relatiebeheerders zakelijke schadeverzekeringen ● Acceptanten wagenpark / garageverzekeringen ● Acceptanten zakelijke schadeverzekeringen
Je hebt de zekerheid van een vaste baan bij Nova Dia, maar wel de uitdaging en variatie van detachering. Ben jij ondernemend ingesteld: freelancen kan ook. We begeleiden je graag van werknemer naar ZZP’er. Mail je c.v. naar
[email protected] of bel met Erwin Demmink (06-55724104) of Alexandra Bone (06-28556987). Havendijk 18, 4201 XA Gorinchem
nummer 13 - 3 juli 2008
VB_1308_p22_23_Aanspr.indd
23
Telefoon 0183-681160
www.novadia.nl
23
30-06-2008
15:01:52
F I SC A A L JUR ID IS CH
Nieuw lijfrentebesluit
Duidelijkheid voor de adviespraktijk? Per 3 juni 2008 is er voor de inkomstenbelasting een nieuw besluit verschenen over lijfrenten, lijfrentepremieaftrek en rechten op periodieke uitkeringen, dat pas op 16 juni door het ministerie van Financiën is verspreid. De staatssecretaris van Financiën geeft aan, dat het besluit van 2 november 2006 over hetzelfde onderwerp in dit besluit opnieuw is uitgebracht en is aangevuld met nieuwe beleidsstandpunten. Daarnaast zijn er redactionele aanpassingen aangebracht. Dat moet echter meer gezien worden als ‘zoek de
Handleiding renseignering. Renseigneren is het verstrekken van fiscale informatie aan de Belastingdienst. In de Handleiding is opgenomen van welke verzekeringsgegevens er opgaaf moet worden gedaan, hoe dat moet en op welk moment dat moet gebeuren. Opgaaf wegens het niet tijdig vaststellen van de lijfrente als uitvoering van de gerichte lijfrente wordt gedaan wanneer er na de lijfrente-ingangsdatum op de polis zes maanden zijn verstreken. Gaat het om een lijfrente die ingaat ten gevolge van overlijden, dan geldt in dat geval een termijn van twaalf maanden. Voor een kapitaalverzekering met lijfrenteclausule tellen deze termijnen vanaf de expiratiedatum.
verschillen’, want daarmee zijn geen inhoudelijke wijzigingen beoogd. De beleidsstandpunten uit het Echtscheidingsbesluit van 30 januari 2006, voor zover deze betrekking hebben op lijfrenten, zijn ook in dit nieuwe besluit opgenomen. In de inleiding bij het besluit wordt specifiek genoemd welke nieuwe beleidsstandpunten zijn opgenomen. Naar mijn mening stonden een aantal van deze punten ook al in het besluit van 2006. Aan de standpunten die echt nieuw zijn en belang hebben voor de levensverzekeringspraktijk wordt hierna aandacht besteed.
Bedingen redelijke termijn lijfrente
Door: Ingrid SandfordBrouwer, fiscaal beleidsadviseur bij Fortis ASR Adviesbureau Fiscale en Juridische Zaken
24
VB_1308_p24_25_FiscJur.indd
Op grond van jurisprudentie gold voor de Wet op de inkomstenbelasting 1964 een redelijke termijn om na de expiratie van een kapitaalverzekering met lijfrenteclausule deze lijfrenteclausule uit te voeren. Voor de Wet inkomstenbelasting 2001 (hierna Wet IB 2001) geldt deze redelijke termijn ook voor de gerichte lijfrente om de hoogte van de termijnen vast te stellen. Een begunstigde heeft op grond van deze jurisprudentie namelijk een bepaalde termijn nodig om precies te weten hoe hij de uitkeringsfase van zijn lijfrente wil benutten. In de praktijk bestaat onduidelijkheid over de duur van deze redelijke termijn. Tot nu toe was hierover alleen iets opgenomen in de
Omdat het gaat om een termijn die redelijk moet zijn, kan er bij een feitelijke situatie waarbij de lijfrente wordt aangekocht na afloop van de in de Handleiding renseignering genoemde termijn, door omstandigheden nog steeds sprake zijn van een juiste uitvoering van de lijfrente. Toch moet er in een dergelijk geval altijd gerenseigneerd worden en kan de verzekeraar zonder goedkeuring van de belastinginspecteur niet meer meewerken aan de uitvoering. Om voor de praktijk uniformiteit te creëren en zoveel mogelijk zekerheid te bieden, licht de staatssecretaris van Financiën in het besluit de termijnen nader toe voor de verschillende situaties. Daarbij is wel aansluiting gezocht bij de termijnen die de Handleiding renseignering hanteert. Als minimumtermijn voor de vaststelling van een nabestaandenlijfrente is een termijn van twaalf maanden na de datum van overlijden van de verzekerde redelijk. Bij in leven zijn van de verzekerde op de expiratiedatum van de verzekering bedraagt een redelijke termijn zes maanden. Het komt ook voor dat de verzekerde overlijdt voordat hij de lijfrente heeft kunnen aangaan. Vaak zijn verzekeraars dan bereid om een lijfrente ten behoeve van de nabestaanden aan te bieden. De termijn vangt dan aan op de datum van overlijden van de verzekerde. Bij overlijden komt het voor dat de verzekeraar niet binnen de minimumtermijn op de hoogte
nummer 13 - 3 juli 2008
24
30-06-2008
15:02:18
F ISCAAL JU RID ISC H
is gesteld van het overlijden van de verzekerde en de begunstigde niet op de hoogte is van het bestaan van de lijfrente. In dat geval gaat de termijn van twaalf maanden pas in vanaf het moment waarop de verzekeraar dan wel de begunstigden de informatie hebben ontvangen. Als deze termijn wordt overschreden, is het aan de belastinginspecteur om te beoordelen of de termijn voor aanwending nog redelijk is. Dit kan het geval zijn als de overschrijding van de termijn niet aan de begunstigde te wijten is. In het besluit wordt daarbij de situatie aangehaald, dat dit het geval is als hij er wel alles aan heeft gedaan wat in redelijkheid van hem verwacht kan worden om de lijfrente te laten ingaan binnen de redelijke termijn, maar door toedoen van de verzekeraar of de tussenpersoon de offerte te laat is verstrekt. Het is de vraag of in een dergelijk geval de belastingplichtige kan laten zien, dat de overschrijding niet aan hem te wijten is. Tot nu toe is de ervaring, dat een belastinginspecteur geen uitzonderingen toestaat. Doordat de fiscus dit nu zelf opneemt in het besluit, lijkt er in ieder geval enige ruimte te zijn ontstaan. Een ander voorbeeld, genoemd in het besluit, is de situatie dat door een fout van de verzekeraar of de tussenpersoon de begunstigde niet voor het einde van de termijn op de hoogte is gesteld van het verstrijken van de termijn. Als de belastinginspecteur in dat geval van mening is, dat de overschrijding niet aan de begunstigde is te wijten, kan hij goedkeuren, dat er nog een lijfrente aangekocht kan worden. Bij overschrijding van de termijn is het dus de taak van de begunstigde om aan de belastinginspecteur aannemelijk te maken, dat de overschrijding niet aan hem te wijten is. Als hij daarin niet slaagt, wordt de lijfrente fiscaal geacht te zijn afgekocht. Dit betekent dat het kapitaal in zijn geheel progressief wordt belast. Bij een gerichte lijfrente is er ook nog revisierente verschuldigd. Verzoeken om toepassing van de hardheidsclausule worden afgewezen.
Uiterste ingangsdatum Brede-Herwaarderingslijfrente De voorwaarden voor lijfrente op grond van het regime van de Brede-Herwaardering wijken maar op enkele punten af van de voorwaarden op grond van het regime van de Wet IB 2001. In het besluit van 2006 is om die reden al door de staatssecretaris goedgekeurd dat de Brede-herwaarderingslijfrenten niet aan de Wet IB 2001 hoeven te worden aangepast. Een voorbeeld van een verschil is dat het verbod op prijsgeven niet in de polissen van vóór 2001 is opgenomen.
datum is opgenomen na de 70-ste verjaardag, dat de polis kan worden uitgevoerd zoals deze is opgemaakt. Deze uitvoering kan ook bij een andere toegestane levensverzekeraar plaatsvinden onder de voorwaarde dat de verzekering verder ongewijzigd blijft.
Tijdstip beoordelen hoogte Volgens de wettekst wordt voor de overbruggingslijfrente en de tijdelijke oudedagslijfrente de beoordeling van de geldende jaarmaxima gekoppeld aan het jaar van premiebetaling. In de praktijk worden polissen echter opgemaakt als oudedagslijfrente. Op de lijfrente-ingangsdatum wordt pas gekozen voor een tijdelijke lijfrente. Het is niet duidelijk hoe er dan nog rekening gehouden kan worden met het jaar van betaling. In het besluit heeft de staatssecretaris hier nu zijn uitleg over gegeven. Hij geeft daarbij aan dat een overbruggingslijfrente altijd wordt gemaximeerd tot het bedrag van 63.288 euro. Dit is het bedrag dat op 31 december 2005 in de wet was opgenomen. Het jaar 2005 is namelijk het laatste jaar dat opbouw voor een overbruggingslijfrente nog mogelijk was. Een tijdelijke oudedagslijfrente die ontstaat als gevolg van de omzetting van een andere gerichte lijfrente mag geen hogere uitkering krijgen dan het maximum bedrag dat genoemd wordt in de wet in het jaar van omzetting. Dit is ook de wijze waarop er in de praktijk mee wordt omgegaan. Op het moment dat het lijfrentekapitaal wordt aangewend voor een tijdelijke oudedagslijfrente wordt beoordeeld of de termijnen niet hoger zijn dan het wettelijke maximum.
Iets meer duidelijkheid Dit nieuwe lijfrentebesluit geeft op een aantal punten weer wat meer duidelijkheid voor de dagelijkse uitvoeringspraktijk van een levensverzekeraar. Hiermee kunnen we nu zeker aan de slag. Ten aanzien van de redelijke termijn voor het aanwenden van een lijfrente wil ik nog opmerken, dat ik blij ben dat dit nu ook als beleid gepresenteerd is. Zo weten belastingplichtigen ook waar ze aan toe zijn. Daarmee ligt het niet meer alleen op het pad van de verzekeraar om dit bij de renseignering te melden. ■ (ingezonden mededeling)
Onder het regime van de Brede Herwaardering, zoals dat gold vanaf 1992, kende de (tijdelijke) oudedagslijfrente geen uiterste ingangsdatum. Sinds het regime van Wet IB 2001 mogen deze lijfrentevormen niet later ingaan dan in het kalenderjaar waarin de belastingplichtige 70 jaar wordt. In het besluit van 2006 was al goedgekeurd dat dergelijke polissen niet aangepast behoefden te worden om voor lijfrentepremieaftrek vanaf 2001 in aanmerking te komen. Als vervolg hierop heeft de staatssecretaris in het nieuwe besluit goedgekeurd dat als in de polis een lijfrente-ingangs-
nummer 13 - 3 juli 2008
VB_1308_p24_25_FiscJur.indd
25
25
30-06-2008
15:02:49
MA R K TO ND E R ZO E K
Duurzaam als het maar niet duur is Gescheiden afvalinzameling, Max Havelaar koffie, groene stroom, hybride auto’s; maatschappelijk verantwoorde en duurzame manieren van consumeren steken meer en meer de kop op en hebben een steeds grotere invloed op het dagelijks gedrag van de consument. Met het faciliteren van duurzame keuzes, tracht ook de Nederlandse overheid steeds meer consumenten te bewegen om duurzaam te consumeren. Denk hierbij aan de manier waarop de overheid met de gloei- en spaarlampen omgaat en de sterk gereduceerde bijtelling voor zuinige auto’s. Ook op de financiële markt ontstaan steeds meer initiatieven om producten duurzaam in te richten. Maar is hier eigenlijk wel interesse in? GfK heeft een onderzoek uitgevoerd onder ruim 1000 Nederlanders, waarin de respondenten verschillende duurzame financiële concepten voorgelegd kregen, met hierbij de vraag in hoeverre zij dit aantrekkelijke producten vonden. In totaliteit zijn er tien producten voorgelegd (zie overzicht 1). Elk product kreeg een score, waarbij 1 stond voor ‘helemaal niet aantrekkelijk’ en 5 voor ‘zeer aantrekkelijk’. Er hoeft geen statisticus aan te pas te komen om daaruit te concluderen dat de neutrale score derhalve 3 was. De resultaten zijn ontnuchterend. Over het geheel genomen zijn de respondenten vrij onverschillig over de voorgestelde producten. Slechts twee van de tien voorgelegde producten komen boven de genoemde neutrale score van 3 uit. Dit blijken de producten te zijn waarbij het het meest evident is dat de consument hier zelf rechtstreeks gewin heeft: de milieuvriendelijke autoverzekering met korting op de premie als schadeherstel met gebruikte onderdelen gebeurt en de hypotheek voor milieuvriendelijke huizen en renovatie, waarbij rentekorting wordt toegekend aan het leningdeel dat gebruikt wordt voor het milieuvriendelijk maken voor de woning.
Overzicht 1. Producten 1. Een spaarrekening waarbij het geld uitsluitend wordt herbelegd in projecten en bedrijven die mens- en milieuvriendelijk zijn 2. Een hypotheek waarbij de consument een rentekorting ontvangt op het leningdeel dat gebruikt wordt voor het milieuvriendelijk maken van de woning 3. Een autoverzekering met korting op de premie als schadeherstel plaatsvindt met gebruikte onderdelen 4. Een autoverzekering waarbij de gemaakte kilometers door het planten van bomen gecompenseerd worden 5. Een verzekering waarbij een deel van de winst van de verzekeraar naar een goed doel gaat 6. Een creditcard waarbij CO2-aankopen gecompenseerd worden 7. Fiscaal gunstig beleggen in projecten en bedrijven die bijdragen aan een beter milieu 8. Fiscaal gunstig beleggen in projecten die bijdragen aan de levensomstandigheden van de mensen in de derde wereld 9. Fiscaal gunstig beleggen in projecten en bedrijven die een bijdrage leveren aan kunst en cultuur 10. Beleggen in projecten en bedrijven die gegarandeerd niet slecht zijn voor mens en milieu, zonder fiscale regeling
Ver van mijn bed
Eric Landwaart (l.) en Michel van der List
26
VB_1308_p26_27_marktonderz.indd
Om de verhoudingen tussen verschillende typen duurzaamheid te bepalen, zijn drie producten voorgelegd, die in essentie hetzelfde waren (een beleggingsmogelijkheid met fiscaal voordeel), maar die op verschillende gebieden voor een betere wereld zorgden: 1. Groen beleggen (projecten en bedrijven die bijdragen aan een beter milieu) 2. Sociaal-ethisch beleggen (projecten die bijdragen aan de levensomstandigheden van mensen in de derde wereld) 3. Cultureel beleggen (projecten en bedrijven die een bijdrage leveren aan kunst en cultuur) Het minst aantrekkelijke product blijkt het cultureel beleggen te zijn. Sociaal-ethisch beleggen krijgt al iets meer de handen op elkaar, maar groen beleggen scoort het hoogst van de drie mogelijkheden. Met andere woorden: het milieu is al niet zo
nummer 13 - 3 juli 2008
26
30-06-2008
15:04:49
M ARK CO-AS TONSU D ERZ RA NOTEK IE
belangrijk bij de keuze voor een financieel product, maar de leefomstandigheden van minder bedeelden in de derde wereld en een bijdrage aan kunst en cultuur zijn nog minder van belang.
ogen bij de consumenten die een bovengemiddelde neiging tot duurzaamheid ten toon spreiden. Echter, waar imago’s gebouwd kunnen worden, kunnen ook imago’s gebroken worden.
Met de armen over elkaar wachten tot de consument om duurzame financiële producten komt vragen, zal niet tot succes leiden; de interesse is matig en als er interesse is, is deze deels gericht op persoonlijk gewin. Om een financieel product met een duurzame insteek tot een succes te maken, lijkt het daarom nodig om de consument te belonen voor diens duurzame keuzes, bijvoorbeeld middels premiekortingen. Het is aan de financieel dienstverleners om – eventueel in samenwerking met subsidies vanuit de overheid – de consument hierin te faciliteren.
Het is vanuit het imago-oogpunt dan ook zaak om niet alleen te zorgen voor een duurGfK is al meer dan 25 jaar actief op de financiële zaam imago, maar ook markt. Een team van onderzoekers die zich louter om te voorkomen dat bezig houden met onderzoek op de financiële branche is bij alle onderzoeken betrokken. er imagoschade wordt opgelopen door juist Binnen financieel onderzoek bij GfK zijn er twee niet-duurzame keuzes. ingangen die GfK kiest bij het uitvoeren van onderDenk hierbij maar eens zoek: continu onderzoek (zoals het bekende TOF aan de ophef rond de onderzoek) en maatwerkonderzoek. Bij dit laatste beleggingen in clustertype onderzoek kunnen specifieke onderzoeksvrabommen door grote gen worden beantwoord met een gericht onderNederlandse fondsen... zoek, bijvoorbeeld gebaseerd op kennis die in het
Duurzaam imago Punt dat in huidig onderzoek niet is meegenomen, maar wel de moeite van het aanstippen waard is, is het duurzame imago dat gebouwd kan worden door duurzame producten aan te bieden. Partijen als ASN en Triodos gooien hoge
TOF onderzoek is opgedaan over bezit van financiële producten of financieel beslissingsgedrag van consumenten.
Michel van der List en Eric Landwaart GfK Panel Services Benelux
Info:
[email protected],
[email protected]
Figuur 1. Mate van aantrekkelijkheid duurzame financiële producten
Een milieuvriendelijke autoverzekering
3,11
Hypotheek voor milieuvriendelijke huizen
3,05
Spaarrekening: mens- en milieuvriendelijke beleggingen
2,86
Groen beleggen
2,82
Een autoverzekering met klimaatcompensatie
2,82
Goede doelen verzekering
2,72
Maatschappelijk beleggen
2,68
Sociaal-ethisch beleggen
2,66
Creditcard met klimaatcompensatie
2,57
Cultureel beleggen
2,30 2,00
3,50
nummer 13 - 3 juli 2008
VB_1308_p26_27_marktonderz.indd
27
27
30-06-2008
15:05:07
ICT
Branche reageert gematigd kritisch maar welwillend
Brancheorganisaties lanceren nieuw transactieplatform Een van de eerste initiatieven in de Federatie van NBVA en NVA is dat zij een transactieplatform gaan inrichten, samen met ANVA en Unit 4 Agresso (waarin Amedia is opgegaan). Binnenkort wordt de projectorganisatie ingericht, de beheerorganisatie volgt later dit jaar. De eerste productie zou uiterlijk medio 2009 moeten plaatsvinden. Andere partijen die op enige wijze een rol spelen in de zo noodzakelijke ketenintegratie in de branche, hebben inmiddels dit initiatief even kunnen laten bezinken. Rondvraag leert dat de meesten er niet onwelwillend tegenover staan, maar hier en daar wel kritische kanttekeningen plaatsen. “Ketenintegratie is voor ons van essentieel belang, omdat wij alleen in staat zijn de voordeur voor klanten vol open te zetten als we de achterdeur richting risicodragers ook volledig kunnen openen. Dáár heeft de hele bedrijfskolom behoefte aan. Jarenlange overleggen ten spijt is het er niet van gekomen. Het is wat ketenintegratie betreft 5 voor 12 en dus hebben we gezamenlijk de beslissing genomen: als het niet kan zoals het moet, dan moet het maar zoals het kan. Ketenintegratie betekent eigenlijk op dit moment niets anders dan dat u – op een enkele uitzondering na – gebruikmaakt van de extranetten van verzekeraars en dubbel werk verricht ten behoeve van verzekeraars. Dit heeft al velen ertoe verleid het ketenintegratieproces dood te verklaren: het dossier is verloren. Laat ik u verzekeren dat dit transactieplatform, dat overigens straks óók open zal staan voor de gehele markt, definitief ketenintegratie veroorzaakt.” Woorden over het voorgenomen transactieplatform, vol zelfvertrouwen uitgesproken door NVA-voorzitter Bob Veldhuis tijdens de openingstoespraak op de ALV van zijn organisatie onlangs.
tieve adviesfunctie wordt bevorderd. Een intermediair hoeft geen ingrepen meer te doen in zijn eigen organisatie (zoals nu bij GIM het geval is). Door communicatie via het transactieplatform bereikt hij in één stap alle verzekeraars. Verzekeraars op hun beurt hoeven eigen ontwikkelingen niet langer bij alle systeemhuizen te implementeren. Ook hier lopen alle mutaties via het transactieplatform”, luidt de onderbouwing van het initiatief.
Samen naar oplossing “Wij hoeven met HDN niet zo nodig hét instituut voor ketenintegratie te zijn. Wel willen we een voortrekkersrol vervullen met wat wij noemen het Delta Plan Ketenintegratie”, aldus Robin Baks, vice-voorzitter van Hypotheken Data Netwerk (HDN) en directeur van Eigen Huis Hypotheekservice in Het VB van 24 april 2008. “In de praktijk blijkt altijd dat het hypotheekadvies de kapstok vormt naar andere producten, zowel op het gebied van leven en schade, maar ook op het terrein van vermogensbeheer. Als je de ketenintegratie uitbreidt tot het hele domein ‘wonen’, ligt het voor de hand dat je alle partijen daarin betrekt, ook overlijdensrisico-, inkomen- en schadeverzekeraars.”
Onvoldoende voortgang Volgens de initiatiefnemers zit er volstrekt onvoldoende voortgang in de ketenintegratie en hebben zij de handen ineengeslagen om daar een nieuwe impuls aan te geven. “Al jaren worden pogingen ondernomen om de uitwisseling van informatie tussen de verzekeraars en het intermediair te optimaliseren. Ook en vooral om de kosten binnen de intermediaire bedrijfskolom te verlichten. Door SIVI zijn standaarden ontwikkeld om deze processen te bevorderen. Maar daarna zijn deze standaarden (waaronder de GIM) onvoldoende uitgerold. Verzekeraars hebben extranetten ontwikkeld die de procesgang sturen, aldus de initiatiefnemers. Door het ontwikkelen van één centraal transactieplatform waarlangs alle transacties verlopen, wordt een geweldige impuls gegeven aan de efficiency in de keten, waarbij bovendien de objec-
28
VB_1308_p28_30_ICT.indd
‘Alles via het platform’
nummer 13 - 3 juli 2008
28
30-06-2008
15:05:29
IC T
Vanuit die gedachte maakte Baks in datzelfde interview al duidelijk geen enkele belemmering te zien om ook in samenwerking met andere partijen, zoals concreet SIVI, te werken aan een marktbrede ketenintegratie. “Het ligt voor de hand om de handen ineen te slaan en samen te zoeken naar de beste oplossing.” Ook het transactieplatform van NVA, NBVA, ANVA en Unit4Agresso ziet hij daarom niet als een bedreiging voor HDN. “Ik kan mij voorstellen dat HDN en dit brancheinitiatief op termijn prima op elkaar kunnen aansluiten.”
Voorwaarde voor welslagen In Het VB van 22 mei 2008 lichtte Fred Verbeek, de huidige algemeen directeur van Online Groep, toe dat de door zijn bedrijf ontwikkelde Keten Integratie Module (KIM) online is gekoppeld met de extranetten van aanbieders, waaronder het extranet van Meetingpoint. “Als intermediair werk je in één (online) omgeving en je voert gegevens eenmalig in. Als je data wilt combineren of verplaatsen, doe je dat met één druk op de knop. Je ziet bovendien wat je doet, heel gebruikersvriendelijk.” De levensvatbaarheid van het systeem is mede gelegen in het feit dat er van de aanbieders geen extra inspanning of financiering wordt gevraagd, waardoor er tot op heden al zo’n honderddertig koppelingen konden worden gerealiseerd met extranetten van verzekeringsmaatschappijen, gevolmachtigden, banken, hypotheekverstrekkers, makelaars (zoals NVM) en taxateurs. “Zij hoeven eigenlijk niets te doen. Alleen hun eigen extranet onderhouden, maar dat moesten ze toch al.” Verbeeks’ vader Jos maakt er geen geheim van dat hij graag zou zien dat de KIM de nieuwe ketenintegratiestandaard in de branche zou worden, als (succesvolle) opvolger van het GIM. Volgens hem is de KIM het enige ketenintegratie-instrument dat operationeel is en ook daadwerkelijk werkt. Verbeek sr. vindt het aangekondigde transactieplatform voorlopig weinig concreet, maar staat er niet negatief tegenover. “Zowel aanbieders als alle gebruikers hoeven geen noemenswaardige moeite te doen om aan te sluiten op het platform, is het uitgangspunt. Dat correspondeert met de werking van de KIM en is in feite een voorwaarde voor welslagen. Als je met iedere partij in gesprek moet om een aansluiting op een systeem tot stand te brengen, ben je minimaal vele maanden verder. Vermenigvuldig al die tijd en inspanningen eens met het aantal partijen in de markt en je hebt een ‘hell of a job’, praktisch onhaalbaar. Je moet geen enkele marktpartij nodig hebben om het systeem neer te zetten. Ik hoop dat het platform in ieder geval dezelfde kant op gaat redeneren. Het kan en wij doen het al.” Hij ziet wel mogelijkheden voor samenwerking met het platform, in die zin dat de KIM wordt geïmplementeerd, of dat wordt geprofiteerd van de ervaring die Online hiermee inmiddels heeft opgedaan.
Intentieverklaring nieuw transactieplatform In de vorige maand getekende intentieverklaring hebben NVA, NBVA, ANVA en Unit4Agresso de volgende doelen vastgelegd: – Het intermediair middelen verschaffen waarmee de meerwaarde toeneemt en de administratieve lasten in het intermediaire kanaal zodanig worden beperkt dat het intermediair is staat is met andere distributievormen te blijven concurreren. – Een transactieplatform realiseren, gebaseerd op bestaande standaarden en afspraken, waarmee partijen in het intermediaire kanaal in staat worden gesteld, ieder vanuit de eigen positie en verantwoordelijkheid, op efficiënte wijze invulling te geven aan de procesketen. – Een zo breed mogelijk draagvlak creëren door dit platform ook open te stellen voor andere deelnemers. Het platform zal daarvoor de volgende functionaliteiten kennen: – Het platform biedt haar diensten centraal aan en is het schakelpunt in ketenintegratievraagstukken, waardoor een brede hoeveelheid functionaliteit op het gebied van ketenintegratie beschikbaar komt. – Effectieve communicatie met eenmalige invoer van gegevens. – Premievergelijking die de adviesfunctie van het intermediair ondersteunt. – Functionaliteit om offertes op te vragen via alle bestaande en nieuw te ontwikkelen communicatietechnieken. – Functionaliteit voor aanvragen en mutaties. – Functionaliteit om verzamelde berichten van verzekeraars of andere partijen (zoals gevolmachtigden) uit één postvak op te halen en te plaatsen. – De mogelijkheid voor gevolmachtigden om hun producten aan te bieden aan het intermediair. – Functionaliteit om autorisatie en authenticatie centraal te regelen.
Eerder stond bijvoorbeeld de NVA niet te juichen toen Meetingpoint vanuit de verzekeraars werd opgetuigd. Ik hoop oprecht dat dit initiatief van de brancheorganisaties tot een succes kan worden gemaakt, maar ik vrees dat de rechtstreekse betrokkenheid van de brancheorganisaties nu voor de verzekeraars een belemmering zal betekenen.”
Niet langer lineair denken Ketenintegratie is macht Jos Verbeek plaatst wel zijn vraagtekens bij de intentie waarmee marktpartijen ketenintegratie benaderen. “Wil je ketenintegratie hebben of wil je ketenintegratie gebruiken als machtsmiddel? De technische mogelijkheden zijn er, het inzicht is er en individuele partijen willen het graag. Het zijn nu de politieke krachten die een vooruitgang belemmeren.
Ook directeur Rik Douwes van serviceprovider Uniserv noemt het voorgenomen transactieplatform een heel goed initiatief, omdat “partijen hier de handen ineenslaan en actie gaan ondernemen.” Wel vreest hij een nieuwe ‘oplossing’ in navolging van HDN en SIVI, waarbinnen lineair wordt gedacht: een aanvraag komt van een tussenpersoon en gaat naar de maatschappij. Die is achterhaald, vindt hij. “Ook de
nummer 13 - 3 juli 2008
VB_1308_p28_30_ICT.indd
29
29
30-06-2008
15:05:52
ICT
systemen moeten gaan denken in functies en rollen. Een voor de hele financiële dienstverlening gestandaardiseerde interface lost veel op, maar is er nog niet.” In Het VB van 24 mei 2007 liet Douwes weten in dit verband veel te zien in Straight Through Processing (STP), dat uitgaat van informatievastlegging aan de bron (geen papier maar data in computers), het uitsluiten van onnodige bewerkingen, stappen en wachttijden in het proces, het overal en altijd (centrale database op internet) toegankelijk maken van alle gegevens voor iedereen (inclusief goede beveiliging via gebruikersrechten, waardoor partij x zonder toestemming niet bij de gegevens van partij y kan) en het minimaliseren van de menselijke handelingen. Daarmee sluit je niet langer andere spelers dan intermediairs en verzekeraars uit. “Je praat over netwerkspelers. In je model moet je anno nu net zo makkelijk een Independer, een Afab, Stater of – natuurlijk – Uniserv als een adviseur opnemen. En niet minder belangrijk: neem ook de klant op als schakel. Ook die is klaar voor in hoofdzaak digitale communicatie. Een ander punt is dat er vooralsnog alleen sprake is van verzekeringen. Waar is banksparen, waar zijn de hypotheken? Wat ik een beetje lees in het voornemen van NVA, NBVA, ANVA en Unit4Agresso is dat dit toch weer primair uitgaat van verzekeringen sec, met de tussenpersoon op de hoek enerzijds en de maatschappij anderzijds, en dat is jammer. Het platform zou allesomvattend moeten zijn, zonder hoogdravend te worden. Alle spelers in de huidige netwerkstructuur zouden ondersteund moeten worden door zo’n platform, dat ik dus in beginsel wel degelijk van harte ondersteun. Ik ben ook zeker van plan contact op te nemen om te bekijken of en hoe wij van onze kant kunnen meedoen.”
Platform van gelijke strekking Jan Lindeboom, manager Marketing en Verkoop van Meetingpoint vindt het lastig om te reageren op het initiatief van de brancheorganisaties omdat er inhoudelijk nog maar weinig bekend is. “De doelstellingen van de initiatiefnemers (zie het tekstkader bij dit artikel, red.) zijn in ieder geval precies dezelfde als die van Meetingpoint. We zijn dan ook blij dat we in dat opzicht op dezelfde golflengte zitten. We vragen ons wel af of het zinvol is om een tweede platform van gelijke strekking – of het dat gaat worden, is zoals gezegd nog ondui-
delijk – te ontwikkelen.” Lindeboom heeft zich in dit verband een beetje gestoord aan een kop in de vakpers: ‘NVA en NBVA zetten concurrent van Meetingpoint in de markt’. “Dat staat niet in het persbericht van de brancheorganisaties en zo hebben wij het ook niet begrepen. Jammer dat het dan toch zo wordt opgepakt.” Meetingpoint focust zich momenteel op meer bieden dan ketenintegratie alleen. Lindeboom: “Enerzijds zijn we nog volop bezig ons platform door te ontwikkelen. Deze zomer komen we bijvoorbeeld met nieuwe producten en nieuwe labels. Maar sinds vorig jaar hebben we ook heel sterk de nadruk gelegd op marketing en klantondersteuning. Daar is grote behoefte aan bij intermediairs, dus daar ondersteunen wij hen in. Wij geloven in onze visie en producten en de grote vraag bewijst dat wij op de goede weg zijn. We gaan uit van onze eigen kracht en ik zou het doodzonde vinden als wij ons nu laten vertragen in waar wij mee bezig zijn.”
Bereidwilligheid keten “Het beschikbaar stellen van gegevens aan meerdere partijen via één centrale interface is een gedachte die vaker geventileerd wordt. Of het ooit zover zal komen, hangt af van de bereidwilligheid van de gehele keten”, schreven wij ruim een jaar geleden. Die stellingname is nog steeds en onverminderd van toepassing, ook met betrekking tot het voorgenomen transactieplatform. Jos Verbeek legde met zijn vergelijking van het voorgenomen ‘intermediairinitiatief’ met het ‘Meetingpoint van de verzekeraars’ in dit opzicht de vinger precies op de zere plek. Iedereen wil maximale invloed. De drijvende kracht achter welk initiatief dan ook heeft touwtjes in handen waarmee een ander hem niet vertrouwt. In woord belijdt iedereen het ideaal van de ultieme ketenintegratie, maar in de praktijk zijn er teveel belangen en belangetjes die een daadwerkelijke realisering in de weg staan. Welk initiatief en van wie krijgt uiteindelijk wel de ruimte die het nodig heeft? Waar gaan alle partijen wel zomaar en van harte achter staan? Te vrezen valt dat, vanwege de beladen marktpositie van de intermediairorganisaties, het evenmin dit initiatief van de nieuwe Federatie en haar partners zal zijn. ■ Erwin Loer
Verbetering HDN-terugkoppeling Diverse partijen binnen de vereniging Hypotheken Data Netwerk (HDN) hebben een samenwerkingscontract ondertekend om deze zomer het ontwikkeltraject ‘Offertebericht als dataset’ uit te voeren. Het doel daarvan is de 4000 bij HDN aangesloten kantoren tijdwinst te laten behalen door de elektronische terugkoppeling van aanvraaggegevens door hypotheekmaatschappijen te verbeteren. Op dit moment ontvangen de HDN-intermediairs, inkoopcombinaties en ketens als terugkoppeling van de maatschappijen op een offerteaanvraag een HDN-offertebericht, met als bijlage een pdf. Deze pdf moet vervolgens worden geopend om te zien of de gegevens in de offerte overeenkomen met
30
VB_1308_p28_30_ICT.indd
de gegevens in de offerteaanvraag. Deze werkwijze wordt als omslachtig ervaren door de gebruikers. In de nieuwe opzet zullen de belangrijkste kernwaarden, zoals het hypotheekbedrag, waarde onderpand en het dekkingsbedrag ook als XML-data in het HDN-offertebericht staan. De XML-data worden vervolgens ingelezen in het adviespakket. Dit moet twee voordelen opleveren: in één oogopslag is duidelijk of de aanvraag die is ingediend, overeenkomt met de ontvangen offerte, en de gegevens zijn direct te vergelijken met de gegevens in de hypotheeksoftware op een kantoor. De verwachting is dat rond 1 oktober alle HDN-gebruikers van de nieuwe functionaliteit kunnen profiteren. ■
nummer 13 - 3 juli 2008
30
30-06-2008
15:06:07
COLUMN
Perverse prikkels
Beste Wouter, Soms zie ik door de bomen het Bos niet meer. Wellicht kunt u mij helderheid verschaffen in de complexe en impactvolle wereld waarin wij leven. Natuurlijk is het uw goed recht om de consument (of moet ik in uw geval van burgers spreken?) transparantie te bieden. Ook uw streven om (hypotheek)adviseurs te bevrijden van allerlei perverse prikkels die banken en verzekeraars telkens weer op hen loslaten, is een streven dat past bij een politicus met een sociaal karakter. Toch hoop ik dat u het mij niet kwalijk neemt dat ik probeer u enige realiteitszin terug te geven. Hoezeer ik uw doelstellingen ook onderschrijf, het middel moet geen doel op zich worden. Want transparantie invoeren en perverse prikkels afschaffen, dat is prima. Maar dan wel ook zelf voorop gaan in de strijd.
wij dit een perverse prikkel! U heeft véél meer belang bij het product brandstof dan bij het product openbaar vervoer. Jammer voor het milieu en de files, maar ook bij u moet de schoorsteen roken, nietwaar!? Overigens, als overheid bent u ook verantwoordelijk voor het publieke bestel. Toch ook vreemd dat daar van belastingeuro’s programma’s worden gemaakt die het woord woekerpolis hebben uitgevonden, terwijl de geruchten de ronde doen dat de presentatrice van dit programma een salaris naar binnen woekert dat boven het salaris van uw baas Balkenende ligt! Hetgeen zelfs bij wet verboden is. Opeens vraag ik me af hoeveel ik zojuist bij het tankstation aan haar vermeende woekersalaris heb bijgedragen…? Een betere wereld begint bij jezelf! ■
Reageren?
[email protected] Op benzine en diesel heft u als overheid zo’n 57 respectievelijk 49 procent marge. In uw ‘branche’ heet dat accijns, tax of belasting. Bij ons provisie. Waar u deze marge voor nodig heeft, is volstrekt onduidelijk en niet transparant. Zulke percentages worden bij ons in ieder geval als woekerpercentages benoemd! Om met Tros Radar-termen te spreken: “Van elke ingelegde euro gaat er dus méér dan de helft op aan onduidelijke kosten!”
Door: Christian Dijkhof, directeur HypotheekCompany BV
Ik begrijp overigens ook onmiddellijk waarom u het openbaar vervoer niet verdergaand stimuleert of verbetert. ‘Oversluiters’ kosten u onmiddellijk zo’n 50 procent marge! Dat begrijpen wij natuurlijk allemaal. Maar in ons vak noemen
nummer 13 - 3 juli 2008
VB_1308_p31_column.indd
31
31
30-06-2008
15:07:00
O N D ER NE ME R S CHA P
Dag! Mijn naam is Ad Adviseur ad 150 euro per uur! ‘Veranderen is leuk, maar niet altijd’, zullen veel adviseurs in de financiële dienstverlening zeggen. Met de veranderingen in de wetgeving, is er geen weg terug. De voorspellingen zijn somber: ‘de helft van het aantal tussenpersonen blijft over’. Velen zullen denken: ‘ja, maar niet mijn helft’. Degenen die niets doen, hebben geen toekomst. Want ‘niet veranderen is hetzelfde als uw adem inhouden, dat houdt geen tussenpersoon lang vol’. Het Verzekeringsblad helpt u voorlopig tot aan de VB Branchedag op 20 november 2008, op voorsprong. Bart van Luijk, oprichter DOOR Training & Coaching schrijft speciaal voor u acht artikelen onder de vlag ‘Áls tussenpersoon bent u het product en niet iets anders!’ Als tussenpersoon bent u decennialang de vertrouwensman van uw clientèle geweest. U kent de klant als geen ander. Zijn gezin, zijn werk en zijn dromen. Een belletje volstond om u aan het werk te zetten. Uitzoeken, analyseren, een voorstel uitwerken en de afspraak maken voor een persoonlijk advies. Nooit stuurde u een rekening. U leek Sinterklaas in een driedelig grijs pak. Adviseurs in aanpalende branches stuurden en sturen voor elk telefoontje of elk bezoek wél een rekening. U mocht het doen met een niet onaantrekkelijke provisie, tenminste als werd uitgegaan van de betreffende producten. De adviestijd voor een auto- of inboedelverzekering stond in schril contrast met uw provisie. Het maakte u niet uit. U als adviesproducent, zorgde voor de balans; u hield de productmix per klant scherp in het vizier.
Acht artikelen om uw btw te verhogen
Een prijskaartje om uw nek
Klanten klagen niet, ze gaan naar een ander
Vroeger op schoolreis kreeg je een kaartje om je nek, met daarop of je melk of karnemelk zou krijgen. Binnenkort hangt – als ware u een etalagepop bij C&A – een prijskaartje om uw nek: ‘150 euro per uur!’ Collega’s die als laatsten zullen veranderen, zullen zichzelf gelijk in de uitverkoop plaatsen ‘van 150 voor 95 euro per uur!’ Maak u geen zorgen, die (domme) collega’s komen er sneller aan dan u denkt. Immers voor de helft van hen worden het moeilijke tijden. De andere helft wapent zich met trainingen om de eigen btw te (kunnen) benadrukken: uw Betere Toegevoegde Waarde.
Tweederde van uw niet-tevreden clientèle zal u niet of niet rechtstreeks vertellen dat zij ongelukkig met u zijn. Juist in deze tijd van veranderingen moet u keuzes en snelheid maken. De concurrentie ligt op de loer en benadert uw grotere klanten sneller dan u denkt. Geef daarom uw hele klantenbestand bewust aandacht. Bezoek de grotere klanten, bel de middengroep en mail de kleintjes.
Compleet met illustraties, beklijftips en praktijkvoorbeelden bieden wij u acht artikelen om uw btw te verhogen. De route van de gemiddelde klant wordt gevolgd. Er wordt uitgegaan van de manier waarop klanten mogelijkerwijs denken. Vandaar deze volgorde: 1. Klanten klagen niet, ze gaan naar een ander 2. Uzelf ‘verkopen’ aan uw bestaande klanten 3. Klanten helpen aan een gezonde balans 4. Op bezoek bij een prospect 5. Klanten adviseren per telefoon 6. Alert reageren op e-mails 7. Onderhandelen over de prijs 8. Netwerken is net werken Op voorhand een korte toelichting.
De rode loper uit Uzelf ‘verkopen’ aan bestaande klanten
Zorg dat de rode loper vanuit uw kantoor denkbeeldig uitgerold ligt voor de klanten en prospects. Een rode loper door de telefoon, uit uw fax, via het web en in uw ogen. Wanneer de klant zich bij u welkom voelt, zal hij terugkomen.
32
VB_1308_p32_33_DIN.indd
U zult uw klanten moeten informeren over de verandering. Klanten waarvoor
nummer 13 - 3 juli 2008
32
30-06-2008
15:07:16
ONDERNEM ERSC H A P
u ogenschijnlijk jarenlang voor niets heeft gewerkt, moet u de boodschap brengen: ‘Dag, ik ben Ad Adviseur en ik kost vanaf nu 150 euro per uur!’ Als u het zo doet, zult u alras een groot deel van uw klanten verspelen. In de ogen van klanten bent u immers een ‘haler’. U brengt niets. Kom daarom niet met lege handen. Neem iets van waarde voor de klant mee: een advies, een analyse of een idee. Klanten helpen aan een gezonde balans Veel klanten doen zomaar iets. Zij verzekeren A bij u, B bij een bank en voor C gaan ze naar een collega. Het waarom van deze tijdverspillende onbalans weet een klant vaak niet. Het was en wordt nog meer uw taak om te ontzorgen. Zakelijke klanten moeten kunnen ondernemen en de financiële dienstverlening aan professionals zoals u overlaten. Particulieren willen geen uren bezig zijn met zaken die in kleine lettertjes zijn aangegeven. Zij dragen dit werk graag aan u over om zelf met de leuke dingen van het leven te kunnen doorgaan.
Op bezoek bij een prospect Of u wilt of niet, een deel van uw klanten kiest voor een andere invulling van hun financiële portefeuille. Wacht niet op de wind en ga nu al roeien! Neem nu al initiatieven om uw bestand met suspects en prospects te verrijken. Verras hen op een manier die zij van hun eigen tussenpersoon niet gewend zijn. Volg u mailings op en maak afspraken. Bij de klant thuis of bij u op de zaak. Het voordeel van prospects is ‘het gemis van een verleden’. U staat helemaal fris tegenover de klant en de klant tegenover u. U kunt transparant uzelf presenteren als de adviseur die (weer) balans in het financiële leven van klanten brengt.
Klanten adviseren per telefoon Al belt u dagelijks met Jan en alleman, zakendoen over de telefoon blijft lastig. Klanten die u bellen, nemen het initiatief dat u mag, nee, moet overnemen. Als u belt, is de kans groot dat u de klant stoort. De klant ziet u niet en u zult zaken die voor u vanzelfsprekend zijn, extra moeten accentueren en toelichten. U ziet de klant niet en weet dus ook niet of zijn aandacht wordt afgeleid door kinderen, huisdieren of de tv die aanstaat. Adviseren aan de telefoon is een vak dat te leren is. Het minste wat van u verwacht wordt, is dat u hiervoor tijd vrijmaakt.
Alert reageren op e-mails Aangezien de consument en het bedrijfsleven het internet hebben ontdekt om financiële diensten af te nemen, loopt u kans dat u mails binnenkrijgt. U krijgt vragen voorgeschoteld waarop direct een antwoord wordt verwacht.
Ook hier geldt: onderscheid uzelf van de concurrentie die zich verschuilt achter onpersoonlijke antwoorden per mail. Weeg elke vraag af en bepaal of u per mail, met een brief, aan de telefoon of persoonlijk reageert. De kern van uw boodschap blijft dezelfde: ‘de klant helpen een besluit te nemen!’
Onderhandelen over de prijs De maatschappij is veranderd. Mensen durven in een kledingzaak bij het afrekenen om korting te vragen en als zij die niet krijgen, de verkoper verbouwereerd achter te laten met de geannuleerde spullen. Vooral in het begin zult u weerstand ervaren tegen uw adviestarief. Bereid u op deze ‘ellende’ voor en ga na welk alternatief uw klant heeft. Veel van uw klanten zullen u niet willen missen en zullen kennelijk graag meer voor uw advies willen betalen. Zakken met uw prijs, is het minst slimme wat u kunt doen. Belangrijk is dat u weet wat u de klant te bieden heeft en waarop de klant kan rekenen. Presenteer uw voordelen zo dat de klant begrijpt waarvoor hij betaalt. U voorkomt ‘prijsgevechten’.
Netwerken is net werken Het hebben van een actief netwerk is de levensader van elke tussenpersoon. Mensen die u kennen en vol trots over uw advieswerk rond praten. Koester uw netwerk door het allereerst in kaart te brengen en het vervolgens de instrumenten te geven om positief over u te kúnnen praten. Brei ondertussen een groter netwerk door actief aanwezig te zijn bij openingen, een open huis, verenigingsbijeenkomsten en andere publieke aangelegenheden. Neem het voortouw in de regionale of plaatselijke ondernemersclub waarvan u lid bent. U zult ervaren dat een netwerk werkt!
Om te beklijven! Heb een droom Ken uw (potentiële) klanten Onderscheid u Ken uw (on)mogelijkheden Zeg minder toe, kom meer na Maak duidelijke afspraken Aanvaard fouten, accepteer ze niet Wees trots op uw (advies)werk Benader elk dag een (nieuwe) klant Vier successen samen ■
nummer 13 - 3 juli 2008
VB_1308_p32_33_DIN.indd
33
Door: Bart van Luijk Auteur, presentator, trainer en ideeënmaker. Geboren in Rotterdam (1947). Oprichter van DOOR Training & Coaching, trainingsinstituut met vestigingen in meer dan 40 landen, verdeeld over vier continenten. Samen met Joep van den Eijkel is hij de oprichter van de DIN Academy.
33
01-07-2008
09:55:06
J U R I SP RUD E NTIE
Tussentijds opzeggen verzekeringsovereenkomst
Gelijke monikken, gelijke kappen? De verzekeringsovereenkomst biedt de verzekeringnemer zekerheid. Deze zekerheid betekent dat de schade gedekt is onder de verzekeringsovereenkomst wanneer het verzekerde risico zich voordoet. Om deze reden moet de verzekeraar in beginsel terughoudend zijn met het tussentijds opzeggen van de verzekeringsovereenkomst. Immers opzegging impliceert dat het risico niet meer verzekerd is en eventuele schade dus niet meer gedekt.
In het huidige verzekeringsrecht is getracht te voorkomen dat de verzekeraar ruimere opzeggingsbevoegdheden heeft dan de verzekeringnemer. Het uitgangspunt is nu dat de verzekeraar en de verzekeringnemer gelijke opzeggingsbevoegdheden hebben. Voor de verzekeraar werden in de polisvoorwaarden nogal eens ruime opzeggingsbevoegdheden geformuleerd. Door op te nemen dat de verzekeringnemer dezelfde bevoegdheden heeft als de verzekeraar, is geprobeerd een einde te maken aan deze praktijk. Deze regel zou er immers toe leiden dat verzekeraars de opzegmogelijkheden slechts in beperkte mate in de polisvoorwaarden zouden opnemen omdat de verzekeringnemer dezelfde bevoegdheden zou hebben.
Verzorgd door: mr. S.Y.Th. Meijer, advocaat bij Lovells en werkzaam bij de vakgroep Privaatrecht van de Vrije Universiteit te Amsterdam in samenwerking met mr. B.M.M. van der Goes, werkzaam bij Lovells
Daarnaast heeft de wetgever willen onderstrepen dat er slechts terughoudend van de opzegbevoegdheden gebruik mag worden gemaakt. Daarom is aan het slot van art. 7:940, derde lid, BW bepaald dat de verzekeraar slechts tussentijds kan opzeggen op basis van de in de overeenkomst vermelde gronden. Deze gronden moeten van dien aard zijn dat gebondenheid van de verzekeraar niet meer gevergd kan worden. De vraag of deze beperking uit de slotzin alleen voor de verzekeraar geldt of ook voor de verzekeringnemer is recent door de rechtbank Arn-
De verzekeringnemer kan de overeenkomst alleen opzeggen indien de in de overeenkomst vermelde gronden zodanig zijn geschonden dat niet ver-
hem beantwoord. Daarnaast heeft de rechtbank Arnhem nog een interessant verband gelegd tussen het functioneren van de tussenpersoon en de opzegging (LJN: BB8208, Rechtbank Arnhem, 14 november 2007, BB8208).
Casus X heeft bij Verzekeraar een pakket van vijf verzekeringen afgesloten, waaronder een opstalverzekering. Het pakket was aangegaan tot 1 januari 2009. Bij brief van 24 februari 2006 heeft X via zijn tussenpersoon laten weten dat hij het pakket met ingang van de eerstvolgende premievervaldag, 1 januari 2007, wenste te beëindigen. Hierbij verwijst hij naar het artikel over de tussentijdse beëindiging van de verzekeringsovereenkomst en de polisvoorwaarden van Verzekeraar waarin is bepaald: 'De verzekering eindigt op de eerstvolgende premievervaldatum, indien Verzekeraar ten minste twee maanden van tevoren een schriftelijke opzegging aan de verzekeringnemer heeft verzonden.' Nu de Verzekeraar zich de bevoegdheid heeft voorbehouden om de verzekeringsovereenkomst op bovengenoemde wijze te beëindigen, komt aan de verzekeringnemer een gelijke bevoegdheid toe, meent X. De Verzekeraar weigert echter de verzekeringen met ingang van 1 januari 2007 te beëindigen. Tussentijdse opzegging kan alleen wanneer de gronden voor opzegging zodanig zijn dat gebondenheid aan de overeenkomst niet meer van de verzekeraar kan worden gevergd. Deze vereiste is volgens de Verzekeraar ook van toepassing op de verzekeringnemer. In dit geval is hiervan bovendien geen sprake.
wacht mag worden dat hij de verzekeringsovereenkomst met de verzekeraar in stand houdt. 34
VB_1308_p34_36_Jurispr.indd
Vordering Voor de rechtbank Arnhem vordert X een ver-
nummer 13 - 3 juli 2008
34
01-07-2008
09:55:32
J URISP RU D EN T IE
klaring voor recht dat hij de bevoegdheid heeft de verzekeringen tussentijds op te zeggen en dat voor deze bevoegdheid niet is vereist dat er feiten of omstandigheden moeten bestaan die ernstig genoeg zijn om de beëindiging van de verzekeringsovereenkomst te rechtvaardigen. Kortom, hij vindt niet dat de bepaling dat de Verzekeraar de overeenkomst slechts tussentijds kan opzeggen op in de overeenkomst vermelde gronden, welke van dien aard zijn dat gebondenheid aan de overeenkomst niet meer van de Verzekeraar kan worden gevergd, analoog op de verzekeringnemer van toepassing is.
ringnemer niet de bedoeling van de wetgever zijn geweest. Een dergelijke interpretatie van de bepaling zou met zich meebrengen dat de verzekeringnemer tussentijds zonder grond kan opzeggen, zolang hij zich maar aan de opzegtermijn houdt. Volgens de rechtbank kan dat niet de bedoeling van de wetgever zijn geweest. Dit betekent dat ook de verzekeringnemer alleen mag opzeggen als redelijkerwijs van de verzekeringnemer niet gevraagd kan worden nog langer aan de verzekeringsovereenkomst gebonden te zijn.
Schending zorgplicht een opzeggingsgrond? Mocht de rechter oordelen dat de bepaling wel op hem van toepassing is, dan wil X een verklaring voor recht dat hij de bevoegdheid heeft om het pakket op te zeggen. Hij meent in dat geval dat voldaan is aan de wettelijke vereisten voor tussentijdse opzegging omdat er omstandigheden zijn die ernstig genoeg zijn om de tussentijdse beëindiging van de verzekeringsovereenkomst te rechtvaardigen. X stelt dat de loondienstagent van de Verzekeraar tegenover hem tekort is geschoten doordat hij niet heeft gewezen op de noodzaak om de dekking van de opstalverzekering te verhogen in verband met de verbouwing van zijn woning. Hierdoor kan van X niet langer gevraagd worden, gebonden te blijven aan een overeenkomst met een Verzekeraar waarvoor de loondienstagent optrad.
Ook van toepassing op de verzekeringnemer? X meent dat de wettelijke bepaling over het tussentijds beeindigen van de verzekeringsovereenkomst onder bepaalde gronden slechts van toepassing is op de Verzekeraar en dat voor hem niet geldt dat er alleen tussentijds kan worden opgezegd als gebondenheid niet meer verlangd kan worden. De Verzekeraar is een andere mening toegedaan. Dit zou ook tot een voordeel van de verzekeringnemer leiden die zich niet verhoudt met het duurkarakter van de verzekeringsovereenkomst. De rechtbank is van mening dat de bescherming van de verzekeringnemer voorop heeft gestaan bij het toevoegen van de bepaling in het huidige verzekeringsrecht. Dit blijkt nog eens extra doordat de bepaling van dwingend recht is, waarvan niet ten nadele van de verzekeringnemer kan worden afgeweken. De rechtbank meent echter dat het de bedoeling van de wetgever was om de opzegmogelijkheden voor de verzekeringnemer en verzekeraar in zoverre gelijk te doen zijn dat de verzekeraar niet meer opzegmogelijkheden heeft dan de verzekeringnemer. Dit zou ook andersom moeten gelden. Als de beperking van het tussentijds opzeggen van de verzekeringsovereenkomst niet zou gelden voor de verzekeringnemer, dan zou deze de verzekering tegen de eerstvolgende premievervaldatum zonder enige grond kunnen beëindigen, aldus de rechtbank. De verzekeraar zou dan slechts tegen de premievervaldatum kunnen opzeggen bij aanwezigheid van een grond die van dien aard is dat gebondenheid aan de overeenkomst niet meer van de verzekeraar kan worden gevraagd. Naar het oordeel van de rechtbank kan een zo vergaande verruiming van de bevoegdheden van de verzeke-
Subsidiair vorderde X een verklaring voor recht dat hij de bevoegdheid had de verzekeringen op te zeggen. Hij vond dat er een zodanige grond aanwezig was die rechtvaardigde dat hij de overeenkomst tussentijds kon opzeggen, omdat zijn gebondenheid aan de overeenkomst gezien die grond niet meer van hem gevergd kon worden. De reden die aan zijn opzegging ten grondslag lag, was dat zijn tussenpersoon, een loondienstagent van de verzekeraar, hem onvoldoende heeft gewezen op de mogelijke onderverzekering van X. Door de verbouwingen aan zijn woning was er een noodzaak om zijn opstalverzekering aan te passen. De rechtbank oordeelt dat een loondienstagent met betrekking tot zijn zorgplicht ten opzichte van de verzekeringnemer gelijk moet worden gesteld aan een assurantietussenpersoon. Ook de loondienstagent dient de zorg te betrachten die van een redelijk bekwaam en redelijk handelend beroepsgenoot mag worden verwacht. Het is zijn taak te waken voor de belangen van de verzekeringnemers die hij adviseert. Tot deze taak behoort in beginsel ook dat – kort gezegd – de loondienstagent de verzekeringnemer tijdig wijst op de gevolgen die hem bekend geworden feiten voor de dekking van de tot zijn portefeuille behorende verzekeringen kunnen hebben. Dit brengt mee dat hij erop toeziet dat door of namens de verzekeringnemer aan de verzekeraar tijdig alle mededelingen worden gedaan waarvan hij, als redelijk bekwaam en redelijk handelend loondienstagent, behoort te begrijpen dat die de verzekeraar ervan zullen (kunnen) weerhouden om, voor zover in deze zaak van belang, een beroep te doen op het vervallen van het recht op schadevergoeding wegens de niet-nakoming van de in de polisvoorwaarden opgenomen mededelingsplicht ter zake van risicoverzwarende omstandigheden. Daarbij gaat het om feiten en omstandigheden die aan de loondienstagent bekend zijn, of die hem redelijkerwijs bekend behoorden te zijn. Bij dit laatste geldt dat indien de loondienstagent met betrekking tot een hem bekende omstandigheid die mogelijk tot een beroep op risicoverzwaring aanleiding kan geven, niet over voldoende gegevens beschikt of niet ervan mag uitgaan dat de gegevens waarover hij beschikt nog volledig en juist zijn, hij daarnaar bij zijn cliënt dient te informeren. De rechtbank meent dat, indien komt vast te staan dat de loondienstagent niet aan deze zorgplicht heeft voldaan, X
nummer 13 - 3 juli 2008
VB_1308_p34_36_Jurispr.indd
35
35
01-07-2008
09:56:13
J U R I SP RUD E NTIE
een voldoende gegronde reden had om de verzekering tussentijds op te zeggen wegens het tekortschieten van de loondienstagent. Van hem kan dan immers niet gevergd worden dat hij gebonden bleef aan de overeenkomst met een verzekeraar, voor wie de loondienstagent optrad. De loondienstagent heeft X vanaf 2003 een aantal maal bezocht. In die periode was X ook aan het verbouwen. In 2003 heeft hij op advies van de loondienstagent zijn opstalverzekering verhoogd. Nadien heeft de loondienstagent op dat gebied niet meer geadviseerd en niet gewezen op het risico van onderverzekering en de gevolgen daarvan en dat zijn woning was onderverzekerd, meent X. De verzekeraar betwist dit en stelt dat de loondienstagent meerdere malen heeft gewezen op de noodzaak de opstalverzekering aan te passen. De rechtbank draagt X op om het bewijs te leveren dat de loondienstagent hem niet deugdelijk heeft geïnformeerd. Een verdere beslissing wordt dan ook aangehouden.
Gelijke bescherming De rechtbank concludeert in deze uitspraak dat verzekeraar en verzekeringnemer een gelijke bescherming genieten tegen een al te willekeurige opzegging. De verzekeringnemer kan dus ook alleen opzeggen tegen de in de overeenkomst vermelde gronden, mits de grond die de verzekeringnemer aanvoert van zodanige aard is dat van hem niet meer kan worden verwacht dat hij de verzekeringsovereenkomst met de verzekeraar in stand houdt.
Uitwijkmogelijkheid Uiteindelijk is er nog wel een mogelijkheid dat verzekeringnemer inderdaad de verzekeringsovereenkomst mag opzeggen. Als vast komt te staan dat de loondienstagent tekort is geschoten in zijn zorgplicht, dan is dit een gegronde reden om de verzekeringsovereenkomst op te zeggen. Anders gezegd: het optreden van de tussenpersoon leidt er dan toe dat van de verzekeringnemer niet langer gevraagd mag worden gebonden te zijn aan de verzekeringsovereenkomst. Deze beslissing roept meer vragen op dan zij beantwoordt. Geldt dat bij elke tekortkoming in de zorgplicht van een tussenpersoon de verzekeringnemer de overeenkomst kan opzeggen? Moet niet een onderscheid worden gemaakt tussen loondienstagenten en onafhankelijke assurantietussenpersonen? Een loondienstagent is immers in dienst bij de verzekeraar en om die reden is het te rechtvaardigen om gebrek aan vertrouwen in de loondienstagent ook te zien als een gebrek aan vertrouwen in de verzekeraar. Bij onafhankelijke assurantietussenpersonen lijkt de conclusie dat van de verzekeringnemer niet meer gevergd kan worden gebonden te zijn aan de overeenkomst, niet gerechtvaardigd te zijn. ■
36
VB_1308_p34_36_Jurispr.indd
NN: Friese volgt Wijngaarden op Lard Friese (45) wordt als opvolger van Ludo Wijngaarden per 1 september de nieuwe topman van Nationale-Nederlanden. Formeel wordt hij benoemd tot voorzitter van de Intermediaire Divisie van ING, bestaande uit NN, Movir en WestlandUtrecht. Op dit moment is hij CEO van Ceska pojistovna, de grootste verzekeraar en pensioeninstelling van Tsjechië. “Friese heeft een brede achtergrond in de verzekeringsindustrie, zowel in Nederland als daarbuiten”, licht Jacques de Vaucleroi, lid van de Raad van Bestuur ING, de benoeming toe. Hij overdrijft niet. Lard Friese heeft zo’n twintig jaar ervaring in het verzekeringsvak. In 1988 begon hij zijn loopbaan bij NOG Verzekeringen (later Reaal). In 1992 kwam hij daar in de Raad van Bestuur. De grootste bekendheid verwierf hij door zijn functies binnen AEGON waarhij in dienst van het leven- en pensioenbedrijf werkte totdat hij voor deze maatschappij naar Japan vertrok. Ook binnen het Verbond en andere koepels was Friese actief. Zo was hij voorzitter van de Life Insurance Market Research Association in Nederland en lid van de Stichting van de Arbeid. In 2003 stapte hij uit de verzekeringsbranche om een functie te aanvaarden bij ACNielsen Europa, een onderneming op het gebied van marketing en marktonderzoek. In oktober 2006 keerde hij in Tsjechië terug in zijn oorspronkelijke vakgebied.
Afscheid Willem van Es Willem van Es heeft op 2 juli afscheid genomen van NN. De markante Van Es is binnen en buiten de branche een begrip. Buiten de verzekeringsbedrijfstak geniet hij vooral bekendheid als directeur sponsoring. Zijn naam wordt altijd in één adem genoemd met het Nederlands elftal, waarvan ‘hij’ de hoofdsponsor is. “Toch was ik maar 15% van mijn tijd met sponsoring bezig”, zegt Van Es in een interview in Nú, het relatiemagazine van Nationale-Nederlanden. Namens zijn maatschappij en het Verbond heeft Van Es zich beziggehouden met de vormgeving van de Wfd (nu Wft). Willem van Es, die zich altijd groot voorstander heeft getoond van intermediaire distributie, trad in 1973 in dienst van NN. Na een uitstap bij RVS, keerde hij in 1993 terug als directeur Buitendienst/Concernzaken. Hij memoreert de reorganisatiegolf waarin NN al sinds halverwege de jaren 90 terecht is gekomen. “Er zijn organisatorische stappen gezet, die niet allemaal goed hebben uitgepakt voor het bedrijf. Dat bezwaart me nog wel eens, want ik heb er zelf bij gezeten.” Deels achter de schermen verrichtte hij belangrijk werk bij de instelling van de AFM. Ook in het gekrakeel rond het al dan niet onderworpen zijn aan bindende adviezen van KiFiD speelde hij een oplossingsgerichte sleutelrol.
nummer 13 - 3 juli 2008
36
01-07-2008
09:56:43
M ET N A M E( N )
Vertrek Hennie Zoontjes bij Verbond
Duthler naar €FPA
Hennie Zoontjes – verlaat het Verbond van Verzekeraars na bijna acht jaar als eerste woordvoerder bij het Verbond gewerkt te hebben. Hij maakt de overstap naar het Spoorwegpensioenfonds waar hij aan de slag gaat als manager Communicatie. Eerder was Zoontjes werkzaam bij het College voor Zorgverzekeringen.
Henk Duthler – voorzitter van de Federatie Financieel Planners (FFP) treedt toe als lid van de €FPA. De FFP vertegenwoordigt de European Financial Planning Association (€FPA) in Nederland. Duthler ziet de samenwerking als een erkenning voor de investering die FFP heeft gedaan in het neerzetten van een keurmerk en ook als een goede kans om de kwaliteitseisen van de FFP te staven aan de Europese richtlijnen.
Nieuwe voorzitter NPP Aleid Wolfsen – nu nog burgemeester van Utrecht, wordt vanaf november 2008 voorzitter van het Nationaal Platform Personenschade (NPP). Hij neemt de voorzittershamer over van Wim Deetman tijdens het NPP congres op 8 november. Wim Deetman is vanaf de oprichting in 1998 voorzitter van de NPP geweest.
Uitbreiding directie Welke Cor Zwaan – is toegetreden tot de directie van Welke Beheer. Hiervoor was hij als Managing Director bij NIBC verantwoordelijk voor de retail hypotheekactiviteiten van de bank. Met zijn toetreden bestaat de directie verder uit Martin Keegstra, directievoorzitter, en Rob de Rooij.
Henk Duthler (li.) en €FPA-vertegenwoordiger Michael Fawcett (re.)
Director Innovation voor AON Risk Services Siebe Prikker – is benoemd tot Director Innovation bij Aon Risk Services. Voorlopig combineert hij deze nieuwe functie nog met zijn huidige rol als Broking Director Liability.
Business Unit Directeur Nessos Jan Beenen – is benoemd tot Business Unit Directeur bij Nessos, actief in strategische en operationele dienstverlening en detachering voor financiële instellingen. Beenen heeft verschillende functies bekleed binnen de IT-branche, onder meer als commercieel manager bij Be Value. v.l.n.r. Rob de Rooij, Martin Keegstra en Cor Zwaan
Uitbreiding Nova Dia Raad van Commissarissen Rabobank Sjoerd Eisma, Paul Overmars en Bernard Bijvoet zijn herbenoemd als leden van de Raad van Commissarissen. Teun de Boon – heeft besloten zich niet herkiesbaar te stellen en treedt dus af als commissaris. Hij blijft echter wel als adviseur betrokken bij de bank.
Pim Doomen – is bij Nova Dia in dienst getreden als verzekeringsprofessional. Na bij ABN AMRO als cliëntadviseur gewerkt te hebben, maakte hij de overstap naar Interpolis op de afdeling Bedrijven en verruilde vervolgens deze functie voor een baan bij de Rabobank als intern specialist verzekeringen.
Opvolger Hans Croes bij Yarden
Accountmanager voor Defam
Jan Willem van Holst – volgt Hans Croes op als directeur Verzekeringen bij Yarden Uitvaartorganisatie. Croes heeft een nieuwe functie buiten Yarden aanvaard. Van Holst is momenteel al werkzaam bij Yarden in de functie van directeur Financiën en Informatiemanagement.
Ronald Huberts – is benoemd tot accountmanager bij Defam Financieringen, dochter van Fortis Bank. Huberts was al eerder werkzaam bij Defam en ook bij Avéro Achmea. Zijn werkgebied omvat heel Nederland.
Acceptant Chubb Ad interim directeur bij DBV Pieter Paul Backhuijs – is benoemd tot algemeen directeur a.i. bij DBV Verzekeringen. Hij neemt de taken over van Jan Boven, die tijdelijk als gedelegeerd commissaris deze functie waarnam bij DBV na het vertrek van Jacques van Dijken. Backhuijs is al geruime tijd werkzaam als interim manager en organisatieadviseur. Zo was hij eerder werkzaam voor SNS Reaal en o.a. als interim directeur bij NOG Verzekeringen en Hooge Huys.
Christian Landzaat – is benoemd tot acceptant beroepsaansprakelijkheidsverzekeringen. Eerder was hij in dienst bij AIG Europe als Financial Lines Underwriter.
Böttcher vertrekt bij Cunningham Lindsey Gerard Böttcher – managing director gaat de onderneming verlaten om zich te oriënteren op een nieuwe stap in zijn loopbaan. Böttcher was sinds 1987 in dienst bij Cunningham. Pim Polak Schoute – trad in februari 2008 af in verband met zijn pensionering en Hans Groot – is benoemd tot Chief Executive Officer.
nummer 13 - 3 juli 2008
VB_1308_p37_metname.indd
37
37
01-07-2008
09:57:01
P R O D U C TE N
NHP Preferred Life Nationale HypotheekPas (NHP) introduceert de varianten NHP Preferred Life en NHP Light. De Preferred Life variant biedt extra korting voor mensen met een ‘goede verhouding’ tussen lengte en gewicht, een mbo-opleiding of hoger, een gezamenlijk inkomen van meer dan 30.000 euro, of een combinatie van deze factoren. De Light variant kent geen afsluitkosten en is bedoeld voor lagere verzekerde bedragen waarbij de maandpremie niet boven de 40 euro komt. ■
‘Vaste verkering’-polis Singles die eraan twijfelen hoe lang hun vrijgezellenstatus nog standhoudt, kunnen dankzij de ‘single omboekverzekering’ voortaan met een gerust hart lang van tevoren hun vakantie boeken bij single-touroperator One2gether Travel. De nieuwe polis, in samenwerking met verzekeraar Unigarant, komt neer op een veredelde annuleringsverzekering. Wie de verzekering bij boeking afsluit en voor vertrek een partner vindt, kan op dat moment, maar nu als ‘stel’, zonder extra kosten omboeken naar een reis binnen het aanbod van Konya vakanties, een partner van One2gether Travel. ■
Persoonlijke factoren bepalen TAF-premie De nieuwe TAF Leven Personal is een overlijdensrisicoverzekering waarbij de premie afhankelijk is van diverse factoren, die volgens onderzoeken en statistieken van invloed zijn op de levensverwachting van mensen. De acceptant kijkt niet alleen naar het geslacht en het rookgedrag. Ook de gezondheid, de levensstijl, het inkomen, het vermogen, het opleidingsniveau én het beroep van de aspirant verzekerde(n) worden in het proces meegenomen. Tot een verzekerd 500.000 euro wordt keuring verlangd. Op formulier moet wel voudigde gezondheidsworden ingevuld. bijzonderheden uit naar krijgt de aanvrager tien vragen voorgelegd. acceptatie kent de king een maxikapitaal De tijd de
38
VB_1308_p38_produkten.indd
kapitaal van geen medische het aanvraageen vereenverklaring Komen hier voren, dan aanvullende Gedurende de voorlopige dekmaal verzekerd van 265.000 euro. loopvan ver-
zekering is minimaal 5 en maximaal 35 jaar, maar kan maximaal tot het 75ste jaar doorlopen. De gegarandeerde premie is gedurende de gehele looptijd gelijk. Er kan ook koopsom in één keer gedaan worden of een combinatie van beiden. Het verzekerd kapitaal bedraagt minimaal 18.000 en maximaal 1.500.000 euro. De uitkering is afhankelijk van de gekozen dekkingsvariant: gelijkblijvend kapitaal, lineair dalend kapitaal of annuïtair dalend kapitaal.
Niet-rokerstarief Het niet-rokerstarief geldt indien de verzekerde voor aanvang van de verzekeringsovereenkomst verklaart ten minste twee aaneengesloten jaren direct voorafgaande aan de verzekeringsovereenkomst niet te hebben gerookt. Stopt iemand gedurende de looptijd van de polis, dan kan hij, nadat hij ten minste twee aaneengesloten jaren is gestopt met roken, de maatschappij hiervan schriftelijk in kennis stellen. Het niet-rokerstarief zal dan per eerstkomende vervaldatum na ontvangst van deze verklaring ingaan. Omgekeerd geldt deze procedure in het geval de aanvrager (weer) begint met roken. Indien na overlijden van de verzekerde blijkt dat de verzekeringnemer geen recht (meer) had op het niet-rokerstarief en verzuimd heeft de maatschappij daarvan schriftelijk in kennis te stellen, wordt de uitkering gereduceerd. Indien de verzekerde in de twee voorafgaande jaren voor zijn/haar overlijden (opnieuw) is begonnen met roken, wordt de uitkering gereduceerd tot 75 procent van het risicokapitaal. Is die periode langer dan de twee voorafgaande jaren, dan wordt de uitkering gereduceerd tot 60 procent van het risicokapitaal. Hoe die rookcontrole na een overlijden er in de praktijk uit gaat zien, zal de toekomst moeten uitwijzen. ■
Delta Lloyd introduceert Direct Schadeherstel Delta Lloyd introduceert Direct Schadeherstel: schadevergoeding in natura voor particuliere inboedel- en opstalschades. Nadat de klant de schade heeft gemeld bij zijn assurantieadviseur, neemt die telefonisch of schriftelijk contact op met Delta Lloyd. Er wordt dan direct gestart met het herstel. De financiële afhandeling vindt rechtstreeks plaats met de schadeherstelbedrijven. Volgens Delta Lloyd kan de assurantieadviseur hierdoor met zo min mogelijk rompslomp zijn klant optimaal van dienst zijn. ■
Lancyr breidt aanbod uit Lancyr heeft het verzekeringenassortiment van de online-verzekeringswinkel www.lancyr.nl uitgebreid met de bromfietsverzekering van Unigarant en de kortlopende reisverzekering van De Europeesche. Binnenkort volgt de uitvaartverzekering van Monuta. ■
nummer 13 - 3 juli 2008
38
01-07-2008
09:58:23
VERZEK EREND B U IT EN L A N D
BELGIË Minder fraudemeldingen In België werden vorig jaar 82 verdachte levensverzekeringstransacties gemeld. Dat is 32 procent minder dan in 2006. Het aantal meldingen dat afkomstig was van verzekeringstussenpersonen steeg van 26 naar 47. Opvallend is ook dat het totaal aantal meldingen van alle meldingsplichtigen met circa 30 procent steeg van 9938 naar 12.830. De top-3 bestaat uit wisselkantoren, kredietinstellingen en casino’s. In 1166 dossiers werden voldoende aanwijzingen gevonden van witwaspraktijken. De dossiers waren goed voor 623,7 miljoen euro, wat neerkomt op een gemiddelde van pakweg 535.000 euro per dossier. (De Verzekeringswereld)
Kwart meer klachten Vorig jaar registreerde de Ombudsdienst van de banksector 2173 klachten. Dat is 27 procent meer dan een jaar eerder. De stijging laat zich deels verklaren door de grotere bekendheid van de Ombudsdienst. Mensen worden zich ook steeds meer bewust van hun rechten. De Ombudsman schrijft slechts een klein deel toe aan het feit dat hij nu ook klachten over de Bank van de Post behandelt. Een groot deel van de klachten werd niet ontvankelijk verklaard, omdat niet eerst bij de bank zelf was geklaagd. Van de wel ontvankelijke klachten werd 60 procent ongegrond verklaard. Klachten over beleggingsadvies stonden op afstand op de eerste plaats. In 1 procent van de gevallen weigert een bank het advies van de Ombudsdienst op te volgen. (De Verzekeringswereld)
door Xbroker geboden producten is een aantal vooraanstaande verzekeraars betrokken. (Post Magazine)
FRANKRIJK Twijfel over pensioen Uit onderzoek onder loontrekkenden van 45 jaar en ouder blijkt dat 80 procent van deze groep Fransen zich zorgen maakt over hun pensioen. En 27 procent is daarover zelfs zeer bezorgd. De belangrijkste zorg is of zij hun levensstijl kunnen handhaven. Slechts één op de tien ondervraagden denkt dat zijn pensioen door het huidige stelsel volledig veilig is. De uitkomsten van het onderzoek leren ook dat Fransen niet bereid zijn langer te werken om op deze manier iets aan hun pensioen te doen. Zo’n 60 procent wil bij het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd het volle pond incasseren. Van hen doet 59 procent aan pensioensparen voor een aanvullend pensioen. Slechts een kwart van hen wil daar per se niet toe overgaan. (L’Argus de l’Assurance)
Honden: dekking verplicht Eigenaren en houders van honden die in Frankrijk als gevaarlijk te boek staan, moeten voortaan over een vergunning beschikken om zo’n hond te houden. Om in bezit te komen van een vergunning moeten zij een bewijs van verzekering kunnen overleggen, waaruit blijkt dat zij hun aansprakelijkheid als eigenaar/houder van een hond hebben gedekt. Daarbij geldt dat gezinsleden met betrekking tot deze dekking als derden moeten worden beschouwd. Binnenkort wordt per decreet aangegeven hoe de vergunning moet worden aangevraagd. (L’Argus de l’Assurance)
VERENIGD KONINKRIJK Terreinwinst voor online broker De Britse vergelijkingssite Xbroker zag dit voorjaar het gebruik van zijn diensten als gevolg van een marketingcampagne toenemen met 27 procent. Xbroker biedt kleinere verzekeringstussenpersonen de mogelijkheid om verzekeringen via zijn site af te sluiten. Zij krijgen meteen een polis. Een aanpak die succes heeft: de voorbije drie weken brachten tussenpersonen voor 750.000 pond aan productie. Op de
geten dat nu ook gelegenheidsbemiddelaars moeten worden geregistreerd. Vergeleken met 2005 stonden er op 1 januari 2008 35 procent meer verzekeringsagenten en 36 procent meer verzekeringsmakelaars ingeschreven. Doemdenkers hebben dus geen gelijk gekregen: de veronderstelde afname van het aantal bemiddelaars heeft zich niet voorgedaan. Bij loondienstagenten was sprake van een lichte stijging. Begin dit jaar waren er 11.897 actief. Te weinig, vinden verzekeraars. Zij willen op korte termijn 3000 nieuwe loondienstagenten aanstellen. (Verschicherungsrundschau)
SPANJE Afnemende winsten Vorig jaar behaalden verzekeraars in Spanje een verzekeringstechnisch resultaat van 9,6 procent (2006: 9,9 procent) van de verdiende premie. Schadeverzekeraars scoorden slechter dan levensverzekeraars: hun technisch resultaat viel meer dan een punt terug en kwam uit op 12 procent. Schadequote en beheerkosten stegen met 0,7 respectievelijk 0,3 procent. De grootste boosdoener was de benzinebranche. In deze branche, waarin onverminderd sprake is van felle prijsconcurrentie, viel het resultaat van 12,8 procent terug tot 12,1 procent. Kennelijk laten verzekeraars zich niet afschrikken door in het verleden opgedane ervaringen. Eind jaren 90 van de vorige eeuw leidde de concurrentie tot dieprood gekleurde resultaten. (Versicherungswirtschaft)
INDIA India blijft in trek
OOSTENRIJK Toename aantal intermediairs Het aantal personen dat zich in Oostenrijk beroepsmatig mag bezighouden met verzekeringsbemiddeling is de laatste jaren fors gestegen. Op 1 januari 2005 waren dat er 10.305 en begin dit jaar ging het om 18.398 personen. Een stijging van bijna 80 procent. Op het eerste oog een indrukwekkende stijging, maar niet mag worden ver-
De outsourcingsindustrie in India wordt door de kostenbesparingsprogramma’s en de devaluatie van de roepie veel minder hard geraakt dan was voorspeld. Ook voor de komende achttien maanden wordt in deze industrie weer een stijging voorzien. Deze is hoofdzakelijk het gevolg van het feit dat aandeelhouders van bedrijven op het Westelijk halfrond steeds sterker aandringen op offshoring om zo kosten te besparen en daardoor winstgevend te blijven. (Post Magazine)
nummer 13 - 3 juli 2008
VB_1308_p39_verzbuitenland.indd
39
39
01-07-2008
09:59:06
ICT
AIG partner in E-Business
Dat is het verschil voor NN
AIG Europe (Netherlands) heeft een sponsorcontract ondertekend met de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN). De verzekeraar is hiermee partner geworden van het opleidingsprogramma E-Business binnen de verzekeringbranche, waarover wij u eerder informeerden in Het VB 2008, nr. 11. De opleiding wordt aanbevolen door de branchevereniging NVGA, en ARAG Rechtsbijstand is inmiddels ook partner. ■
Zzp’ers kunnen nu ook de arbeidsongeschiktheidsverzekering van Nationale-Nederlanden zonder provisie afsluiten via datishetverschil.nl. Daarmee komt het aantal verzekeraars dat zich bij de vergelijkingssite heeft aangesloten op acht. Vorig jaar startte Datishetverschil.nl met de vergelijking en daarna provisievrij aanbieden van de arbeidsongeschiktheidsverzekeringen van verzekeraars Avéro, De Amersfoortse, Fortis ASR, Generali, Klaverblad en Reaal. In plaats van provisie betaalt de klant 900 euro ineens en 55 euro jaarlijks voor het beheer en de naleving van de zorgplicht. Recent verbond ook AEGON zich aan de site. Datishetverschil.nl is een initiatief van Geencentteveel.nl en Comoditas. Geencentteveel.nl vergelijkt sinds 1999 verzekeringen voor particulieren. Comoditas is een intermediair die zich richt op het afsluiten en verwerken van verzekeringen via internet. ■
Randstad sluit aan op ABzend Jeroen Zohlandt van AIG (links) en Rob Westerdijk (HAN) ondertekenen het contract
NEN 2082 gepubliceerd De NEN-normcommissie ‘Informatie- en Archiefmanagement’ heeft haar eerste norm gepubliceerd: NEN 2082, ‘Eisen voor functionaliteit van informatie- en archiefmanagement in programmatuur’. De norm beschrijft de eisen waaraan programmatuur moet voldoen en moet de uitwisselbaarheid van metagegevens en archiefdocumenten bevorderen tussen ITapplicaties en organisaties. Alles wat geautomatiseerd gebeurt, moet door de programmatuur worden geregistreerd, zodat terug te vinden is wat er wanneer en door wie is gedaan. Meer informatie over NEN 2082 kunt u vinden op www.nen2082.nl. ■
Offerte binnen één minuut Intermediairs kunnen nu op MijnReaal online de volledige aanvraag voor een hypotheekofferte invullen, inclusief levensverzekering en/of overlijdensrisicoverzekering en gezondheidsverklaring. Indien de aanvraag binnen alle richtlijnen valt, dan ontvangt de intermediair direct een offerte. Op Mijn Reaal kunnen intermediairs nu ook het nieuwe risicotarief op een levensverzekering offreren en aanvragen, en is het aantal levensverzekeringen waarvoor intermediairs offertes kunnen maken en aanvragen kunnen insturen, uitgebreid met de overlijdensrisicoverzekering, de Kies Vrij Beleggingsverzekering 2.0 en Opstap Hypotheekverzekering 2.0. ■
40
VB_1308_p40_ICT.indd
Randstad HR Services maakt vanaf 1 juni 2008 gebruik van de dienst ABzend van ABZ voor de digitale verzending van pensioen- en verzuimmeldingen. Met de aansluiting van Randstad kan ABzend nu al voor 30 procent van de beroepsbevolking de werknemergerelateerde mutaties verzenden. Randstad HR Services is de tweede grote dienstverlener (ADP is de eerste) op het gebied van salaris- en personeelsadministratie die gebruikmaakt van de backofficekoppeling van ABzend. Klanten van Randstad kunnen met deze koppeling pensioen- en verzuimmeldingen direct doorsturen naar de relevante ontvangers. ABzend distribueert voor Randstad HR Solutions berichten naar pensioenfondsen, inkomensverzekeraars en arbodiensten. ■
Groei aantal gebruikers Contractmanager Fortis ASR constateert een stijging van 50 procent in het aantal gebruikers van Contractmanager ten opzichte van vorig jaar. Zowel het aantal intermediairs als het aantal werkgevers dat met de online tool werkt, is toegenomen. Volgens de verzekeraar wordt de Contractmanager bovendien ervaren als een zeer gebruiksvriendelijke en gemakkelijke tool, en gebruiken intermediairs het ook als middel om een contactmoment met hun klant te creëren. Contractmanager is een gratis online tool waarmee intermediairs en werkgevers collectieve pensioen- en inkomensverzekeringen kunnen beheren en inzien. In april is het digitale archief in Contractmanager gelanceerd. Daarin kan de gebruiker de documenten van het pensioencontract inzien, downloaden en printen. ■
nummer 13 - 3 juli 2008
40
01-07-2008
09:59:24
F EIT EN E N C IJ FERS
De Goudse druk met intern ondernemen In 2007 heeft De Goudse op strategisch niveau belangrijke stappen gezet. Hoofditems waren: verbreding van de distributie, focus op de ondernemer en optimalisering van de bedrijfsvoering. In 2007 haalde De Goudse al bijna driekwart van de nieuwe productie uit de mkb-markt. Dit jaar is de maatschappij ook naar buiten toe gestart met de kanteling naar een volwaardige mkb-verzekeraar. Zo wordt onder meer het productportfolio breder getrokken door meer te focussen op schade, leven en andere, voor het mkb relevante verzekeringsoplossingen. In 2011 wil de maatschappij bekend staan als dé verzekeraar voor de mkb-markt. Dat De Goudse de nadruk legt op de zakelijke markt wil overigens niet zeggen dat de particuliere markt aan de kant geschoven wordt.
Overnemen en integreren Naast de strategische aanpassingen was De Goudse in het afgelopen jaar ook druk op de overnamemarkt. Na zes jaar van gedeeld aandeelhouderschap met ING Verzekeringen kwamen alle aandelen van De Goudse eind 2007 weer volledig in familiebezit. ING kreeg 20 procent van de aandelen in handen bij de overname in 2001 van Tiel Utrecht door De Goudse. De terugkoop past in de strategie van de verzekeraar om als onafhankelijk familiebedrijf te opereren. De aandelen zijn inmiddels overgaan op de derde generatie Bouwmeester. In het afgelopen jaar werd ook een meerderheidsbelang in Van Lanschot Chabot genomen en werd tevens een samenwerking aangegaan met Van Lanschot Bankiers. De Confior inkomensportefeuille werd van Menzis overgenomen evenals de verzuimportefeuille van AIG, in volmacht bij de Van Kampen Groep.
kredietrisico voor beleggingen. Het premie-inkomen dat is behaald uit de allianties met UVIT en Reaal, is in 2007 meer dan verdubbeld. ■
KERNCIJFERS DE GOUDSE (in mln euro’s)
2007
2006
Nettoresultaat
43,98
38,95
Brutoresultaat
59,29
58,28
Opbrengst uit beleggingen
87,42
84,92
Omzet
728,79
678,27
Eigen vermogen
220,08
260,96
194%
211%
Solvabiliteit De Goudse N.V.
PREMIE EN VERZEKERINGSTECHNISCH RESULTAAT Brutopremies
(in mln euro’s) Schade binnenland
Resultaten Door de aankopen nam de solvabiliteit van De Goudse af van 211 naar 194%, hetgeen nog ruim aan de wettelijke eisen voldoet. Het kostenniveau heeft de maatschappij stevig onder controle. Na een verlaging met 10% in 2006, is deze post in 2007 verder afgenomen met 5%. Het afgenomen resultaat Leven is te wijten aan een additionele reservering voor het
Schade buitenland Leven binnenland Leven buitenland Totaal
2007
Verzekeringstechnisch resultaat
2006
2007
2006
266,84 249,02
29,59
24,84
18,18
25,62
47,77
50,46
57,22
85,81
297,13 233,64 18,49
22,52
639,68 590,98
Menzis speelt Russisch roulette De stijging van de zorgkosten is voor het derde achtereenvolgende jaar een struikelblok voor Menzis. De maatschappij acht het onmogelijk om deze aan het begin het jaar in te schatten. Achterliggende oorzaak hierbij is het getouwtrek over de overfinanciering van de ziekenhuiszorg in 2005, 2006 en 2007, die is ontstaan bij de invoering van DBC’s in 2005. Het gaat volgens Menzis mogelijk om herberekingseffecten van tientallen miljoenen euro’s per zorgverzekeraar die impact hebben op de begrotingen en kostenramingen. Menzis denkt alleen al over het jaar 2005 nog zo’n 40 miljoen terug te krijgen. De werkelijk teveel uitbetaalde vergoedingen aan ziekenhuizen is echter nog steeds niet volledig in kaart gebracht door de verantwoordelijke overheidsdiensten. Als gevolg van deze financiële onduidelijkheid is de vooraf ingeschatte zorgpremie van Menzis over 2007 onvoldoende gebleken om
de zorgkosten in dat jaar te dekken. Het afgeven van premies op basis van niet hard te krijgen financiële cijfers begint voor Menzis zo langzamerhand op Russisch roulette te lijken. Althans, zo kunnen we het relaas van de maatschappij hierover wel benaderen. De verzekeraar boekt aan de kostenkant wel grote stappen voorwaarts en transformeert zich van een administratieve uitvoerder naar een dienstverlener in de zorg. Ofwel, van een procesgerichte naar een resultaatgerichte organisatie. Hiervoor is het afgelopen jaar de besturing aangepast en zijn er heldere resultaatafspraken gemaakt. De strategische stap is nodig om het hoofd boven water te houden in de grillige zorgmarkt waar bijna alle marges onder druk staan. “Om een marktconforme premie te kunnen bieden, is het essentieel
nummer 13 - 3 juli 2008
VB_1308_p41_42_feitencijfers.ind41
41
41
01-07-2008
11:53:34
F EI T EN EN CIJFE R S
dat de kosten laag blijven. Dat betekent efficiënt werken, scherp inkopen en kostenbewustzijn over de hele linie”, aldus de zorgverzekeraar in een toelichting.
Toekomst Menzis verwacht een verdere collectivisering op de zorgverzekeringsmarkt. Individueel verzekerden zullen volgens de maatschappij eerder overstappen naar een andere zorgverzekeraar als zij een interessante collectieve verzekering aangeboden krijgen. Ook zullen bestaande collectief verzekerden van maatschappij wisselen indien de collectiviteit als geheel wisselt van verzekeraar. De prijsontwikkeling in de zorg baart Menzis zorgen. Het lijkt volgens haar onvermijdelijk dat premies ook voor collectieve verzekeringen op termijn kostendekkend worden. Vanwege een aantal ontwikkelingen, zoals collectivisering en de verwachting dat buitenlandse (zorg)verzekeraars zich op de Nederlandse markt gaan begeven, verwacht Menzis dat de ingezette schaalvergroting van zorgverzekeraars verder zal doorzetten. Hierop vooruitlopend tekende Menzis eind 2007 een intentieverklaring die moet leiden tot een volledige overname van Azivo. De Haagse zorgverzekeraar heeft circa 120.000 verzekerden in de stadsregio Den Haag en speelt een belangrijke rol op de zorg(inkoop)markt. ■
KERNCIJFERS MENZIS (in mln euro’s)
2007
2006
Premies en bijdragen
3.949,00
3.463,37
Schaden eigen rekening
3.786,51
3.253,82
Bedrijfskosten
231,84
271,12
Verzekeringstechnisch resultaat
-37,85
-21,7
Opbrengsten uit beleggingen
20,38
34,95
Bruto resultaat
-14,26
-3,78
Netto resultaat
-14,26
-3,78
519,08
534,65
Eigen vermogen Aantal verzekerden
1.953.607,00 2.051.402,00
Daling winst Robein Leven De nettowinst van Robein Leven is in 2007 met 19% gedaald ten opzichte van 2006, naar 3,8 miljoen euro. Het premieinkomen en de omzet stegen daarentegen aanzienlijk, het premie-inkomen met 20% naar 122,7 mln euro en de omzet met 15% naar 3,0 mln euro. De winstdaling is het gevolg van marktbrede koersdalingen, met gevolgen voor een aantal obligatieleningen binnen
de beleggingsportefeuilles van Robein, met een drukkend effect op het nettoresultaat van 2 mln euro. De maatschappij benadrukt dat “het nettoresultaat, zonder de ‘last’ die voortvloeit uit de uitzonderlijke situatie op de financiële markten, een fraaie stijging zou hebben laten zien”. De totale bedrijfskosten bedroegen, uitgedrukt als percentage van de omzet 3,8%, net als in 2006. ■
Moeilijk jaar ZLM ZLM heeft in 2007 ingezet op een premieverlaging van 10% voor de WA en Casco dekkingen. Ook werd de pakketkorting opgeschroefd tot 8%. De aanpassingen kwamen de verzekeraar duur te staan. Het technisch resultaat kwam lager uit en het bruto premie-inkomen bleef als saldo van de premieverlaging en portefeuillegroei vrijwel nihil. Daar kwam nog eens een explosief stijgende schadelast bovenop, met name in de branches WA en de particuliere woonhuisportefeuille. De januaristorm Kyrill gaf de schadeklapper. Het totale bruto premie-inkomen bedroeg het afgelopen jaar 84,72 mln (2006: 84,43 mln). De bruto schadelast bedroeg 59,13 mln tegenover 50,81 mln in 2006. De bedrijfskosten namen tot van 16,21 mln tot 18,03 mln. De opbrengsten uit beleggingen maakten door de gerealiseerde winst op beleggingen een ongekende spurt omhoog van 11,4 naar 51,72 mln. Zo kon er toch nog een prima nettowinst van 37,77 mln worden genoteerd (2006: 17,41 mln. Het eigen vermogen is toegenomen tot 183,42 mln (2006: 174 mln). ■
42
VB_1308_p41_42_feitencijfers.ind42
Resultaten Bruto premie- Bruto inkomen schadelast (in mln euro’s) Ongevallen en ziekte
Technisch verzekeringsresultaat
2007
2006
2007
2006
2007
2006
8,25
7,82
1,68
1,60
4,15
3,76
Motorrijtuigen WA
31,71
33,81 26,24
22,87
2,12
7,4
Motorrijtuigen Casco
29,75
31,00 21,48
19,71
2,15
5,63
Brand
11,23
10,31
8,63
5,87
1,97
3,24
3,79
1,49
1,12
0,76
0,06
0,4
Overige branches
nummer 13 - 3 juli 2008
42
01-07-2008
11:54:21
N IEU WS
Noordhollandsche Motortoertocht 2008
Toplis Hettema en Hedex naar nieuw pand
Motorrijders uit de verzekeringsbranche kunnen zaterdag 13 september meedoen aan een motortoertocht, die de Noordhollandsche van 1816 voor de achtste keer organiseert. Deze tocht wordt onder aanvoering van de beide directieleden, Lex Verëll en Cas Verhage, verreden en voert over een afstand van circa 170 kilometer langs pittoreske plekken van Noord-Holland. Deelname aan de Noordhollandsche Motortoertocht staat open voor alle motorliefhebbers uit de verzekeringsbranche. ■
Toplis Hettema en Hedex, beide onderdeel van de Bartok Groep, hebben hun intrek genomen in een nieuw pand ‘Braingate’ aan de Rivium Boulevard 301 in Capelle aan den IJssel, dichtbij de Van Brienenoordbrug in Rotterdam. De verhuizing past in de centralisatiepolitiek van Bartok, dat in de loop van dit jaar de vestigingen in Apeldoorn en Eindhoven zal sluiten. ■
Troostwijk reikt Gouden Kompas uit
De Goudse verder met Sparta De Goudse heeft haar sponsorovereenkomst met Sparta verlengd. Ook de komende twee jaar is De Goudse ‘Official Business Partner’ van de Rotterdamse voetbalvereniging. Evenals voorgaande jaren biedt De Goudse genodigde relaties de mogelijkheid om een thuiswedstrijd bij te wonen. De Goudse was in de periode 1996 t/m 2002 hoofdsponsor van Sparta Rotterdam en sinds 2005 Official Business Partner van Sparta Rotterdam. ■
Het Gouden Kompas 2008 is dit jaar door Troostwijk uitgereikt aan TNT Real Estate. Het Gouden Kompas is een initiatief van de afdeling Research van Troostwijk Taxaties en zal jaarlijks worden uitgereikt aan een partij die zich heeft onderscheiden in de vastgoedmarkt. Met het Gouden Kompas wordt TNT Real Estate beloond voor de ontwikkeling van vijf ‘groene kantoren’ in samenwerking met OVG en Triodos. ■
Ruim 50.000 euro voor KiKa Dertig medewerkers van verzekeringsmakelaar en risicoadviseur Aon Nederland hebben op 14 juni de top van de Alpe d’Huez bereikt. Met deze sponsoractie is uiteindelijk meer dan 50.000 euro bij elkaar gefietst voor de stichting KiKa, Kinderen Kankervrij. De 21 haarspeldbochten en stijgingspercentages oplopend tot 11,5 procent vergden een flinke inspanning van de deelnemers. Een van de Aon-medewerkers wist een tijd van 59 minuten te noteren. ■
Toprelaties Fortis comfortabel in de wacht Toprelaties van Fortis kunnen voortaan op Schiphol terecht in een complete en comfortabel ingerichte wachtruimte, de ABN AMRO Preferred Banking Lounge. De lounge is sinds 2005 open voor toprelaties van ABN AMRO. ■
nummer 13 - 3 juli 2008
VB_1308_p43_44_ZN.indd
43
43
01-07-2008
11:54:38
N I EU WS
Leaserijders in de trein
Generali nr. 1 in Sprout 100
Alle Achmea-medewerkers (2800) die in een leaseauto rijden, kunnen sinds kort gebruikmaken van een NS Business Card. Deze kaart biedt de houders de mogelijkheid om hun leaseauto te laten staan en naar hun doel te reizen per openbaar vervoer. Zo ontstaat een combinatie tussen lease en openbaar vervoer waarbij de reiziger steeds de best passende mogelijkheid kan kiezen en dus files kan vermijden. ■
Banken en verzekeraars hebben het opvallend goed gedaan in de Sprout 100. Dat is een onderzoek van ondernemersmagazine Sprout naar de top 100 beste dienstverleners in Nederland, uitgevoerd door TNS NIPO. In het onderzoek onder 2500 ondernemers is Generali winnaar geworden. Maar liefst vier verzekeraars en één (internet)bank staan in de top 10 en in totaal nemen banken en verzekeraars 42 plaatsen in de top 100 in. De algemene tevredenheid van de ondernemers heeft de rangschikking in de Sprout 100 bepaald. Daarnaast is onder meer gevraagd naar klachtenbehandeling, flexibiliteit van het bedrijf, inhoudelijke kennis, prijs/kwaliteitverhouding en onafhankelijkheid van het advies. ■
Europeesche hoofdpartner van Oldtimer festival Europeesche Verzekeringen is dit jaar hoofdpartner van het Nationaal Oldtimer Festival. Zondag 17 augustus vindt dit festival voor de tweede keer plaats op het Circuit Park Zandvoort. Tijdens het festival is het mogelijk om deel te nemen aan de ‘Europeesche Verzekeringen Klassieker Tourtocht’, een tweeënhalf uur durende tocht door de omgeving. ■
Nieuwe vestiging GeldXpert In Heemstede, aan de Lanckhorstlaan 42, is deze week een nieuwe vestiging van GeldXpert geopend. Dit kantoor werkt samen met Teer Makelaars. Met de opening van dit nieuwe kantoor beschikt GeldXpert over 42 vestigingen in Nederland. GeldXpert wil in 2008 nog groeien met vijf tot tien nieuwe vestigingen. ■
Volmacht voor Veldhuis De Amersfoortse heeft aan Veldhuis Adviesgroep uit Heerde een volmacht verzuimverzekeringen verstrekt. Bij de ondertekening was Bob Veldhuis (directeur Veldhuis Adviesgroep en voorzitter NVA) aanwezig. Met de ondertekening van deze achttiende volmacht is De Amersfoortse de grootste verstrekker van volmachten verzuimverzekeringen. ■
v.l.n.r. André Wolfs (directeur GeldXpert Nederland), Remco Steijlen, Janneke Bakker en Jeroen Bruin (team Heemstede)
FBTO Zorg wint Bronzen Effie
v.l.n.r. Piet Bokhoven, Bob Veldhuis en René Draaisma
44
VB_1308_p43_44_ZN.indd
FBTO heeft met de campagne ‘Hoe een kleine speler een grote held werd: FBTO geeft de macht aan de klant’ een bronzen Effie gewonnen. Deze campagne is ontwikkeld door DDB en LBi Lost Boys. Consumenten konden via internet zelf de premie bepalen in een volledig interactief concept dat liet zien, dat hoe meer mensen zich aansloten, hoe verder de premie daalde. De feestelijke uitreiking van de prijs vond plaats in het Tuschinski Theater in Amsterdam. ■
nummer 13 - 3 juli 2008
44
01-07-2008
11:55:14 3323TH
Het doel is talent dat bij concurrenten werkt over te halen om voor ons te kiezen. Ga naar aegon.nl/werk
Eerlijk over werken bij AEGON. VB_1308_p43_44_ZN.indd 45 3323THEY_AEGON_AssMag_210x297.indd 1
01-07-2008 11:55:36 20-06-2008 14:01:31
SAT I R E
(S)ex-relatie Toen ik hem vroeg hoe het ging met hem – een nogal grijzemuizerige man van midden vijftig die ik al heel lang niet in de kappersstoel had gehad – vertelde hij me zijn wedervaren van de laatste jaren met de zakelijkheid die past bij een employee van een gerenommeerde bank. Toch had ik de grootste moeite niet af en toe in schaterlachen uit te barsten, want bij elkaar klonk het allemaal nogal als een slechte grap. Wat was nu het geval? Hij mocht van zijn baas niet langer pornosites bekijken onder werktijd. Nu vind ik dat om te beginnen best redelijk. We hebben het immers over een hobbymatige internetactiviteit die zich doorgaans vooral in beperkt verlichte werkkamertjes thuis afspeelt, op ontijdige uren als vrouw en kinderen allang vredig liggen te slapen. Hoewel ik er, net als iedere andere man als je ‘t ‘m vraagt, niets mee heb, weet ik dat honderdduizenden mannen in Nederland, zo niet enkele miljoenen, zich daar regelmatig mee vermaken. Prima, doe ik niet moeilijk over. Maar of de baas dat nou moet faciliteren en er kostbare werktijd voor moet inrichten? Nou nee. Voor mijn klant lag de situatie anders. Hij had vele jaren lang juist in opdracht van zijn broodheer wekelijks een hele lijst met ‘X-rated’ websites geconsumeerd. Die sites waren van financieel vooraanstaande klanten van de bank, en als betrokken dienstverlener probeer je toch het reilen en zeilen van je klant te volgen. Dus wie wilde zich opofferen om iedere maandagochtend langs de jonge, maar uiterst professionele OostEuropese meisjes te surfen, en via de gespierde gay boys naar de amateurfilmpjes van ‘echte’ Nederlandse huisvrouwen te gaan? “Geen collega was ervoor te porren”, vertelde mijn klant. “Het is toch iets anders of je dit doet in de beslotenheid van je eigen huis of op een door tl-buizen hel verlicht werkeiland op kantoor, ten overstaan van al je collega’s.” Hij, de man met de minste ruggengraat, had zich echter nooit tegen het werkgeversverzoek verzet, bang om daarmee een eventuele promotie in de weg te zitten.
“Die promotie is er trouwens nooit van gekomen”, voegde hij daar een beetje mistroostig aan toe. “Je bouwt toch een naam op als de pornobaas van de zaak, en dat doet het nu eenmaal niet goed voor je carrière.” Nu had de directie dan toch besloten afscheid te nemen van de site-exploitanten als klanten van de bank, waarmee ook een streep was gezet door het gereguleerde pornositebezoek van mijn klant. Er was wat rumoer in de media ontstaan en de bank wilde zijn goede naam liever niet een-op-een verbinden aan ‘juicy’ initiatieven op het internet, zeker niet nu een belangrijke overname uitgerold moest worden. De directie zag de cartoons in de kranten namelijk al voor zich: oranje en blauwe leeuwen in de meest creatieve standjes bezig met elkaar. Alle welpies helpen!
h
“En het ergste is”, besloot mijn klant het onderwerp, terwijl ik zijn nek uitschoor, “dat ik het nog mis ook. In de loop der jaren heb je toch een band opgebouwd met je klanten, en die band zo pats boem doorbroken zien worden, gaat je niet in de kouwe kleren zitten.” Hij verliet weer helemaal vrolijk de winkel, na mijn suggestie eens navraag te doen waar zijn zakenrelaties nu naartoe gingen met hun bankrekeningen. Al dat fun-geld moest toch ergens gestort worden, dus wellicht kon hij zo weer elders aan de slag?
BARBIER 46
VB_1308_p46_48.indd
nummer 13 - 3 juli 2008
46
01-07-2008
11:55:50 RNAB_
Op goede fundame Op goede fundamenten heelkunfraais bouwen: je iets heel fraais bouwen:
U kent Rijnlandse- en Nederlandse Hypotheekbank als relatief kleine, maar daadkrachtige organisaties met verstand van vastgoed en gericht op flexibele financieringsoplossingen voor u als klant. Gezien onze ambitie om de belangrijkste speler te zijn op de vastgoedmiddenmarkt, hebben we onze krachten gebundeld en beide organisaties samen gevoegd tot een nieuw bedrijf met een nieuwe naam, te weten: RNHB Hypotheekbank. RNHB Hypotheekbank biedt gestandaardiseerde maatwerkoplossingen voor financiële vraagstukken op het gebied van bedrijfspanden en beleggingsvastgoed en alle daarbij behorende specifieke situaties. Onze expertise op het gebied van ‘stenen’ staat garant voor een creatieve, doelgerichte en natuurlijk ook snelle aanpak. En... we bekijken financieringsaanvragen met een ondernemersoog. Zodat bij RNHB Hypotheekbank vaak meer mogelijk is dan bij minder gespecialiseerde aanbieders. Dat maakt RNHB Hypotheekbank de ideale partner als u op zoek bent naar een passende financiering. Wilt u méér weten over onze flexibele financieringsoplossingen voor de vastgoedmiddenmarkt? Bel dan met 030 - 755 20 00.
rnhb HYPOTHEEKBANK
Financier van de vastgoedmiddenmarkt Leidseveer 30 - Postbus 2244 - 3500 GE Utrecht Telefoon 030 - 755 20 00 - Fax 030 - 755 20 20 - www.rnhb.nl -
[email protected] VB_1308_p46_48.indd RNAB_IntroAdvFC.indd 1
47
01-07-2008 11:56:40 10-06-2008 14:03:41
Een polis die het rustiger aan doet als uw klant dat ook doet.
Inkomen Continu: de AOV die zich aan de situatie van uw klant aanpast. Uw klant is van grote waarde voor z’n bedrijf. Of is zelfs
is dat deze gemakkelijk op elk moment kan worden
z’n bedrijf. En die waarde kan groter worden als z’n
aangepast. U maakt zelf offertes en geeft mutaties
bedrijf gaat groeien. En kleiner als hij het bijvoorbeeld
online door. En de gezondheidsverklaring wordt
wat rustiger aan gaat doen. Daarom is het belangrijk
telefonisch door ons afgenomen. Gemakkelijk en zeer
om z’n waarde te beschermen. Met Inkomen Continu.
klantvriendelijk. Zodat uw klant in elke situatie z’n
Een arbeidsongeschiktheidsverzekering die zo flexibel
waarde behoudt.
VB_1308_p46_48.indd 48 1005.01.008 AOV Klant_Rustiger a1 1
01-07-2008 11:57:08 05-05-2008 16:53:30