HANDOUT en PREEK
1
Wat nu? Deel 4: Volhouden! Wat doe je als je bent vastgelopen in problemen op één van de vele gebieden waarop je kunt vastlopen. Je heb gebeden, maar de problemen zijn niet weggegaan. Je denkt: dit kan nooit meer goed komen. - Als God problemen niet oplost, trek dan geen verkeerde conclusies, bij voorbeeld dat Hij afwezig is, of onverschillig, of boos. Of dat Hij jou zou straffen voor één of andere zonde. God wil je leren geloven dat alle beproevingen een doel hebben, ook als jij dat doel niet kent. Hij wil je leren dat er een belofte aan vastzit. - Er is een wonderlijk geheim waardoor christenen kunnen leren genoegen te nemen met de omstandigheden, ook als die beroerd zijn. Het geheim is dat Hij jou kracht geeft. Ga daarom in gebed naar Hem toe en zeg: “Heer, ik kan het niet, U kunt het wel.” Soms brengt Hij een onverwachte wending. Vaak ook niet. Maar wel heb je al biddend weer contact gekregen met God. God belooft zijn vrede, groter dan jezelf, die je verstand en gevoel overstijgt. Vrede van God, als beschermende vleugels om je heen is. Ook als je ze niet voelt. OVERDENKEN OF BESPREKEN 1. Ken je mensen (uit de geschiedenis of uit je omgeving) die indruk maken omdat ze een door beproevingen gelouterd en gerijpt geloof hebben? Of heb je zoiets zelf ervaren? Vertel elkaar erover. 2. “Geloof dat meteen door God beloond wordt, maakt minder (of een andere) indruk dan geloof dat door blijvende beproevingen heen volhardt.” Bespreek die stelling? Eénzijdig? 3. “Wees blij als allerlei beproevingen jou treffen”. In hoeverre is deze uitspraak realistisch? Hoe verandert deze visie jouw perspectief op beproevingen en hoe je ermee omgaat? 4. Denk bij ‘allerlei beproevingen’ niet alleen aan tegenslagen, maar ook aan verleidingen. Daarvan zijn er vele in de westerse wereld. Maak samen een rijtje actuele verleidingen. 5. Hoe ga jij en hoe gaan wij, eigentijdse christenen, met verleidingen om? Alert en strijdvaardig? Of lui en gemakzuchtig? Waarom zijn verleidingen groeikansen? 6. Waarom is bidden om wijsheid een weg die je veel brengt dan bidden om het oplossen of wegnemen van beproevingen? Bid jij vaak zo? 7. Bedenk – en als je het aandurft, benoem – je grootste persoonlijke tegenslag en/of verleiding van dit moment. Wat zou helpen om het in die beproeving vol te houden? Zie je kansen om er wijzer van te worden? Kan de groep jou er eventueel bij helpen? EEN STAP VERDER Als je te maken krijgt met onopgeloste tegenslagen of onverwachte verleidingen, geloof dan dat God in zulke beproevingen ook beloften legt. Bid om wijsheid: “Geef me wijsheid om te kijken zoals U kijkt en te handelen zoals U zegt”. OP ANDERE GEDACHTEN Jakobus 1:2-5 Het moet u tot grote blijdschap stemmen als u allerlei beproevingen ondergaat. Want u weet: wanneer uw geloof op de proef wordt gesteld, leidt dat tot standvastigheid. Als die standvastigheid ook daadwerkelijk blijkt, zult u volmaakt en volkomen zijn, zonder enige tekortkoming. Komt een van u wijsheid tekort? Vraag God erom en Hij zal u wijsheid geven.
HANDOUT en PREEK
2
Lezen + tekst: Jakobus 1 : 1-15 Na filmpje: Inleiding op de schriftlezing Volhouden. Dat moet je als je al vroeg weduwe wordt. Zoals Wilma Barneveld en Janny Dekker. Beide verloren hun man vrij plotseling, betrekkelijk jong, en na een kort ziekbed. Eén van de vele beproevingen waarin een mens soms het gevoel kan krijgen er helemaal in vast te lopen. Mooi hoe ze vertellen over Gods hulp die ze hebben ervaren. Wij zijn bezig met een serie Wat nu? Over de vraag wat doe je als je het gevoel hebt niks te kunnen doen? Als je bent vastgelopen in problemen of één van de vele gebieden waarop je kunt vastlopen. Je bidt, maar de problemen gaan niet weg. Je denkt: dit kan nooit meer goed komen. - Eerder ontdekten we: uit het feit dat God problemen niet oplost, moet je geen verkeerde conclusies trekken. Bij voorbeeld dat Hij afwezig is, of onverschillig, of boos. Of dat deze moeilijkheden een straf zouden zijn op één of andere zonde of zo. - God wil je leren geloven dat alle beproevingen een doel hebben, ook als jij dat doel niet kent, en dat er een belofte aan vastzit. - De laatste keer, in november, ging het over het geheim van genoegen leren nemen met de omstandigheden, ook als die beroerd zijn. Het geheim van dat wonder is dat God jou kracht geeft. Ga in gebed naar Hem toe en zeg: “Ik kan het niet, U kunt het wel.” Wat er dan gebeurt: soms brengt Hij een onverwachte wending ten goede. Vaak ook niet. Maar wel kan er een vrede over je neerdalen, die groter is dan jezelf, en die je verstand en gevoel overstijgt. Vrede van God, als beschermende vleugels om je heen is. Ook als je die bescherming, die vleugels van vrede niet voelt. Vanmorgen gaan we nog een stap verder. We gaan zelfs lezen over blij zijn met beproevingen. Dat staat in een brief van een bijzonder iemand. Een jonger broertje van Jezus: Jakobus Lange tijd heeft Jakobus niet geloofd in wie Jezus zelf zei dat Hij was: De Zoon van God. (Johannes 7,5: Ook zijn broers geloofden namelijk niet in hem) Geen wonder. Je broer, met wie je vroeger samen gespeeld hebt, zal het maar tegen je zeggen: ik ben de Zoon van God… Wanneer en hoe is Jakobus helemaal overtuigd geraakt van de hoge komaf van Zijn broer? Dat moet geweest zijn door Jezus’ opstanding. Veelbetekenend staat in 1 Korinte 15: Vervolgens is Hij aan Jakobus verschenen en daarna aan alle apostelen.
HANDOUT en PREEK
3
Jakobus groeit uit tot leider van de gemeente in Jeruzalem. Boeiend om een brief te gaan lezen van iemand die als kind met Jezus is opgegroeid. Hij schrijft deze brief ongeveer 10 jaar na Jezus’ dood. Rond 45 na Christus. Daarmee is dit ook de oudste brief (misschien zelfs het oudste geschrift) van het Nieuwe Testament. Het is vlak na een periode in Jeruzalem waarin een zekere Saulus de jonge christengemeente met ongekende felheid heeft vervolgd. Als gevolg daarvan zijn velen alle kanten uit weggevlucht, vooral naar Libanon, Syrië en naar het zuiden van het huidige Turkije. Ze heten dan ook: de twaalf stammen in de diaspora, dat betekent: verstrooiing, verspreiding. Die mensen in kleine groepjes her en der in een vreemde omgeving. Net als vluchtelingen vandaag, werden ze niet altijd met open armen ontvangen. Hun geloof en moed werden zwaar op de proef gesteld. Midden in die bepoevingen krijgen ze een brief van Jakobus die wel heel raar begint. Luister maar… Lezen: Jakobus 1:1-15 Jakobus valt met de deur in huis. En dat is nog zacht uitgedrukt. Het moet u tot gróte blijdschap stemmen, broeders en zusters, als u allerlei beproevingen ondergaat. Dat lijkt op binnenkomen met een bom! Stel je voor: -je loon wordt ingehouden; -je kinderen huilen van de honger; -je vrouw kan er niet meer tegen; -je wordt onschuldig voor de rechter gesleept; -allemaal dingen waarmee de vervolgde christenen toen te maken kregenEn dan zegt Jakobus: wees er maar héél blij mee… Ik zou zoiets nooit zeggen. “Beste mensen, zie uw ziekte, uw werkloosheid, uw kinderloosheid, dat u jong weduwe wordt etc als een zaak van grote blijdschap.” Je hoort de verwijten al: wat een onbenul, geen empathie, studeerkamer-geleerde, zeker nooit iets meegemaakt. Nee, ik zou zoiets nooit zeggen. Jakobus wel. Volgens mij niet per ongeluk, uit onbenulligheid of onhandigheid. Maar heel bewust. Blij met beproevingen: dat is overduidelijk een paradox. Een schijnbare tegenstelling. Beproevingen, dat zijn tegenslagen, narigheid – en nog wel wat meer ook trouwens. Maar daar ben je per definitie nooit blij mee, zeker niet in eerste instantie. Anders zouden het geen beproevingen zijn. Jakobus zegt dus iets raadselachtigs. Hij drukt zich met opzet kras uit. Om te prikkelen, te irriteren. En daardoor tot nadenken te stemmen.
HANDOUT en PREEK
4
Hij gebruikt een joodse stijlfiguur die ‘masjaal’ heet Een masjaal is een korte, kernachtige zin die één kant van de werkelijkheid scherp belicht. Dus zonder nuances. Niet algemeen toepasbaar. Niet geschikt voor alle situaties. Deze woorden zijn meer algemeen en filosofisch. Niet zomaar geschikt voor persoonlijk en pastoraal gebruik (raadpleeg eerst uw predikant…). Een masjaal wil je aan het denken zetten. Over dingen die je niet meteen ziet. Die je gauw over het hoofd ziet. Jakobus wil ons op een denkspoor zetten. Hij bedoelt echt niet dat je altijd met een onwerkelijke, gemaakte glimlach moet rondlopen. Jezus zelf was dodelijk bedroefd in de tuin van Gethsémané (Mat 26:38) Dat was te zien ook. Maar wel wil Jakobus ons laten ontdekken dat er aan tegenslagen en aan dingen die op zich vreselijk zijn, –wonderlijk genoeg- ook een góede kant zit. Want u weet: wanneer uw geloof op de proef wordt gesteld, leidt dat tot standvastigheid… Jakobus ziet beproeving dus als een kans om je geloof in God sterker te laten worden. Je relatie met Hem, je vertrouwen in Hem te laten groeien. Volhouden in beproeving – leidt tot beproefd geloof. Beproefd geloof: geloof dat getest wordt en staande blijft. Bepoefd geloof dat het volhoudt: dat is een mooi, indrukwekkend geloof. Het is gerijpt, volwassen geworden. Ga zelf maar na. De mooiste, meest indrukwekkende mensen: zijn dat niet de mensen die veel hebben meegemaakt? Maar daarin hebben doorgezet? Mensen dus die niet alleen maar ja-ervaringen met God hebben gehad, maar ook veel neeervaringen. Geloof dat altijd meteen beloond wordt – dat is niet het bijbelse beeld. Geloof als snelle weg naar succes - dat maakt geen indruk, althans geen goede. Bij wijze van spreken: “maandag werd ik ontslagen. Dinsdag gingen we bidden en vasten. En woensdag had ik al een nieuwe baan, die nog beter betaalde ook. Zie je wel: als God een deur dichtdoet, zet hij ook altijd een andere deur open.” Dat kan best zo gaan. Maar het is veel te gemakkelijk en te snel om daar een algemene regel van te maken. Bovendien, onwillekeurig is mijn eerste reactie dan: OK, dat wil ik ook wel. Kom maar op en vertel me snel het geheime recept. Hoe moet je bidden, welke woorden, hoe lang, met hoeveel mensen? Bij succesverhalen is het gevaar groot dat het jou niet gaat om het spel maar om de knikkers.
HANDOUT en PREEK Dat je meer bezig bent met de formule tot succes dan met de persoon van God en jouw relatie met hemzelf. Eerlijk gezegd: ik ben vaak dieper onder de indruk van mensen die geen goed aflopend verhaal hebben. Geen gemakkelijk en snelle oplossingen kregen. Vervolgde christenen, bijv. Zij bidden veel. Hun omstándigheden veranderen vaak niet. Maar indrukwekkend is hoe zij zélf veranderd zijn. Hoe diep en sterk en vast hun vertrouwen in God is geworden. Zij doen God eer aan. Zij vertrouwen God niet omdat hun omstandigheden daar meteen beter van werden. Zij vertrouwen God om wie Hij is en wat Hij geeft. Het gaat hun om de relatie zelf: om ‘het spel’, niet om ‘de knikkers’. Zij hielden vol en kregen een sterk geloof. Beproefde, gerijpte gelovigen. Daar kan ik jaloers op zijn. Niet op hun omstandigheden. Wel op beproefd, gelouterd geloof. Dat overtuigt en indruk maakt. Volgens mij bedoelt Jakobus dat ook in vers 4: Als die standvastigheid ook daadwerkelijk blijkt, zult u volmaakt en volkomen zijn, zonder enige tekortkoming. Dat betekent niet dat je moreel nooit iets fout doet of zo. Maar dat je een mens uit één stuk bent. Consequent, vasthoudend, betrouwbaar. En dus: mooi! Een mooi mens. Hoe-dan-ook-geloven, dwars door alles heen: dat is dat mooi! Zo zou ik ook willen zijn! Denk eens aan de grootste moeilijkheid in je leven van dit moment Misschien iets in je huwelijk, je gezin, de kerk, je werk. Misschien iets met geld, schulden, een zware taak, je gezondheid. Jakobus vraagt jou en mij: Heb je ook oog voor díe kant van de tegenslagen die je treffen? Misschien zit er iets in van beproevingen die je geloof sterker kunnen maken. Misschien mag jij hierdoor een rijper, volwassener, beproefder gelovige worden. Voor God een eer. En voor mensen overtuigend. Heb je daar oog voor? Dat is een belangrijke vraag. Want er kan ook iets anders gebeuren. Tegenslagen kunnen jou ook van God vervreemden. Het kan je geloof mat en murw maken. De vraag dringt zich aan je op: waarom moet mij dit nu overkomen?
5
HANDOUT en PREEK Je krijgt geen antwoord op die vraag en loopt erin vast. Je raakt teleurgesteld in God, boos, verbitterd misschien. Je kunt steeds minder met alle mooie woorden over Gods liefde en nabijheid. Steeds sterker en vaker ben je geneigd op escape te drukken: ik kap ermee. Je geeft je over aan onverschilligheid en cynisme als het gaat over geloven. Het helpt toch niet. Ik word hier helemaal gek van en kan er beter mee stoppen. Misschien compenseer je je teleurstelling met afleiding zoeken in leuke dingen. Of je vlucht in middelen om te vergeten: drank of een andere verslaving. En ondertussen merk je dat het geloof je steeds minder zegt. Maar nu iets vreemds. Ik ga het nu verbreden. Diezelfde klacht -ik heb eigenlijk niks aan mijn geloof, het zegt me steeds minder - hoor ik ook regelmatig van mensen die helemaal geen tegenslagen ondervinden. Het gaat over het algemeen goed met ze. Ze hebben nooit iets ergs meegemaakt. Ze zijn in een christelijk gezin opgegroeid en tot geloof gekomen. Maar verder? Hun geloofsleven kabbelt maar zo wat voor het vaderland weg. Spannend of sprankelend wordt het nooit. Het blijft allemaal wat slapjes en zwakjes. Herken je dat? Soms ben je gewoon jaloers op het enthousiasme van mensen met een mega-bekeringsverhaal. Voor hen is alles nieuw en verrassend Voor jou niet. Voor jou is het geloof oud nieuws. Je kent alle vragen die erbij horen al. En de meeste antwoorden kun je inmiddels ook al voorspellen. Geloven is ingezakt en saai geworden. Je verveelt je erbij. Hoe komt dat? Jakobus zou zeggen: de oorzaak ligt in jezelf. Je vecht er niet voor om het vol te houden en standvastig te zijn. Die moeite is je teveel. Misschien denk je nu: hoezo, wáár moet ik dan voor vechten? Wát moet ik volhouden? Ik heb toch helemaal geen tegenslagen? Nee, dat niet. Geen tegenslagen. Maar wel beproevingen! Jakobus heeft namelijk over “allerlei beproevingen”. ‘allerlei’: je kunt ook vertalen: velerlei, veelsoortige. Het griekse woord voor ‘beproeving’ heeft dan ook verschillende nuances. ‘Beproeving’ kan betekenen: ‘tegenslag’. Maar ook: ‘test, verzoeking, verleiding, aanvechting’. Je moet het dus breder zien. Bij ‘allerlei beproevingen’ moet je dus ook denken aan verleidingen en aanvechtingen.
6
HANDOUT en PREEK
7
Daar begint Jakobus zelf ook over in de volgende regels van zijn brief. Over verleidingen. Ik denk zelf dat het hem vooral daarom gaat. Wat zijn die verleidingen dan? Waar kom je ze tegen? OK, hebt u nog even…? Laat ik eens wat dingen noemen uit een gewone, gemiddelde leefstijl vandaag. Een kleine greep uit verleidingen, in steekwoorden. Ik noem er 7. Het hadden er ook veel meer kunnen zijn. Maar je moet van ophouden weten. En 7 is een mooi getal. 1. Leven en keuzes maken op gevoel. Dat zie je in bijna alles terug. Dat je alles baseert op ‘ik vind’ of ‘ik voel’. De eerste verleiding is om steeds minder gebruik te maken van het kompas van de bijbel. Jezelf geen tijd meer te gunnen voor het lezen en bestuderen ervan. Om zo te luisteren naar Gods stem. 2. Alle mogelijke beelden en geluiden - van rijp tot rot – stromen via beeldschermen je huis en hoofd binnen. We staan open staan voor van alles wat boeiend, sensationeel of spectaculair is. De tweede verleiding is om daarmee kritiekloos je hart laten vervullen. En vervuilen. 3. Werk, opleiding en inkomen hebben in onze sameneving per definitie altijd voorrang. De derde verleiding is om ze ook voorrang te geven op de kerk van Christus en het koninkrijk van God. 4. We leven in een praatzieke cultuur. Wij gooien alles eruit wat ons te binnen schiet. We kunnen moeilijk zwijgen en luisteren. En we zijn bang voor stilte want stilte vinden we al gauw ongemakkelijk. De vierde verleiding is om ook over God er alles maar uit te gooien wat er in je opkomt. En weinig naar Hem te luisteren. 5. We vervelen ons gauw en zijn altijd rusteloos op zoek naar nieuwe ervaringen en kicks. De vijfde verleiding is dan zomaar ontrouw te worden in je relaties op het moment dat ineens iets of iemand anders op de radar verschijnt die nieuw en boeiend is. 6. We hebben hebben een diep gewortelde afkeer van regels, regelmaat en gewoonten. De zesde verleiding is niets meer te doen aan goede gewoontevorming.
HANDOUT en PREEK
8
Jezelf niet te trainen in het ontwikkelen van een geestelijk ritme in je leven. Van alles een optie te maken: ook van bijbellezing, gebed, kerkgang. Altijd met jezelf in discussie zijn: “zal ik nou wel of toch maar niet…” En zo alle structuur en discipline kwijt te raken. 7. Wij hechten enorm aan onze individuele vrijheid en aan recht op ons privé-domein. De zevende verleiding is dat je niet meer nadenkt of met elkaar praat over een goede persoonlijke ethiek. Geld, inkomen, werk, tijd, relaties: alles is tot persoonlijk en privé verklaard. De verleiding is lichtgeraakt te reageren zodra iemand het waagt daar iets van te vinden. Of zelfs te zeggen. Een korte greep uit allerlei verleidingen. Herken je iets? Of ben je alles gewoon gaan vinden? Dat kan heel goed. Ik bespeur het ook bij mezelf: de meeste zaken laat je gewoon gebeuren. Je leeft nu eenmaal in een gemakkelijk land. Nummer zes op de lijst van rijkste landen. Hier word je comfortabel gekoesterd onder de wattendeken van de welvaart. Maar watten zijn zacht en soft. Wie er onder ligt, wordt het ook: zacht en soft, vooral voor zichzelf. Je bent het vechten verleerd. Of je vecht verkeerd. Voor de verkeerde dingen. Terwijl je onbewust meedrijft op de stroom van wat iedereen doet. Misschien heb je weinig tegenslagen en problemen. Lichamelijk gezond. Gelukkig in de liefde. Hoog opgeleid. Maatschappelijk geslaagd. Op je werk gewaardeerd. Bij je vrienden populair. Terwijl je bankrekening groeit. OK, zou Jakobus zeggen, dan is het wel duidelijk op welk punt jij beproefd wordt. Jouw beproevingen zitten in die verleiding. De verleiding dat je alle kans hebt je om je genoeglijk en kritiekloos te laten meevoeren op de stroom van een goed en welvarend leven. En daarmee alle beproevingen en verleidingen die er wel zijn negeert of uit de weg gaat. Laten we eerlijk zijn: we voelen allemaal best aan wat het probleem is. De wattendeken van de welvaart is een zware test voor je geloof. Jezus zei het al: Wee jullie, die rijk zijn, jullie hebben je deel al gehad (Lucas 6:24). Ik zie velen van u daarmee worstelen. Zelf worstel ik er ook mee. Dit zijn onze beproevingen.
HANDOUT en PREEK Wat moet je doen? Een cultuur, een klimaat, een levensgevoel verander je zomaar niet. Maar hoe kan ik, hoe kunnen wij in die cultuur staande blijven? Geef me een advies, Jakobus. Maak het a.u.b. concreet en praktisch. Geef me de oplossing. Hoe krijg ik in al die beproevingen - of het nou tegenslagen zijn die ik onderga, of om verleidingen waaraan ik bloot sta – hoe krijg ik een beproefd geloof? Hoe word ik een gerijpt, volwassen christen? Jakobus geeft een advies. Geen kant en klare oplossing. Geen gedetailleerd spoorboekje. Maar wel een heldere richting. Juist voor dit probleem Meteen in vers 5. Komt één van u wijsheid tekort? Vraag God erom en Hij (…) zal u wijsheid geven. Vraag God… Het begint dus met bidden. Wil je het volhouden, wil het weer spannend worden, begin dan met bidden. Niet je schouders ophalen: ik geef het op. Niet de escape-toets indrukken: ik stop met vechten. Ga bidden, ga vechten met God. Volhouden begint met bidden. En bidden moet je volhouden. Bidden wij onze knieën nog bont en blauw? Bidden: misschien wel het zwakste onderdeel van de gereformeerde traditie. En wat moet je dan vragen. Jakobus zegt: vraag om wijsheid. “God, wat gebeurt er toch allemaal? Wat is er aan de hand? Wat hebt U met mij voor? Wat moet ik doen? Ik begrijp het nog niet. Help me toch a.u.b.” Dat is vragen om wijsheid. Bid om wijsheid. Niet om een oplossing, of een briefje uit de hemel, maar om wijsheid. Wijsheid is: het vermogen om de omstandigheden van het moment te zien in een bredere contekst. Een kind kan helemaal uitgelaten of juist overstuur bij je komen.
9
HANDOUT en PREEK
10
Dan vraag je als ouder: joh, wat is er? En dan zegt zo’n joch: “Er liep net een grote jongen op straat,die keek heel boos naar mij. U moet hem wegsturen”. Of: “ik kon met gym het hardste lopen van iedereen. Krijg ik nu een medaille”. Daarop reageer je als ouder enthousiast, al geef je hem geen medaille. Of je troost je kind en stelt hem gerust, al stuur je die jongen niet weg. En inwendig denk je: o, is dat alles?! Een jongen die boos kijkt… het hardst kunnen lopen… Wacht maar: er komen grotere successen en zwaardere tegenslagen. Wat voor jouw kind heel groot is, is voor jou al veel kleiner geworden. Dat is wijsheid. Het geheel overzien.
Bid om wijsheid. Wijsheid is ook het besef dat jijzelf in verhouding met God nog maar een kind bent. Dat veel voor jou te groot en onbegrijpelijk is. Tegenslag en lijden: het lijkt zovaak volstrekt zinloos. Het blijft totaal ondoorzichtig waar het toe dient. God is toch almachtig. En Hij is toch mijn Vader? Waarom doet Hij dan niks? Maar kijk naar het lijden van Jezus. Als er iets oneerlijk was, dan wel wat Hij over zich heen kreeg. Op het moment zelf volstrekt ondoorzichtig. Maar later bleek dat het bepaald niet zinloos was. Juist uitermate zinvol. Oneindig belangrijk. God is vaak niet te begrijpen. Wijsheid is het besef: Ik ben als een kind dat zijn Vader niet snapt. Maar hem toch wel vertrouwt. Omdat ik Hem door Christus in zijn Vaderhart mocht kijken. Bid om wijsheid. Natuurlijk, je mag best aan God vragen om oplossingen. Dat moeilijkheden weggaan. Paulus deed dat ook: mag die doorn in mijn vlees alstublieft weg? Maar wees erop voorbereid dat God ‘nee’ kan zeggen. Dat Hij een andere weg met je wil gaan. Waarin je geloofsvertrouwen wordt beproefd. Waarin jij rijpt naar wijsheid. Een mooier mens wordt. Bid om wijsheid. Natuurlijk, je mag ook best aan God vragen of verleidingen weggaan. Maar misschien laat God ze nog even staan. Ruimt Hij ze niet voor je op. Misschien wil Hij jou testen en trainen op het terrein van toewijding en gehoorzaamheid. Zodat je een wijzer christen wordt. Iemand die verleidingen heeft leren doorzien.
HANDOUT en PREEK Er biddend tegen strijdt. Iemand die weet hoe het voelt om te vallen. Die begrip heeft voor anderen die vallen. Die niet meer oordeelt, maar barmhartig en bewogen is. Die beseft dat het genade is als je staande blijft. Een wijs, mooi mens word je dan. Wijze mensen zijn de mooiste mensen. Hun geloof is beproefd en gerijpt. Dwars door de beproevingen van verdriet en onmacht heen. En dwars door de verleidingen van rijkdom, succes en macht heen. Bid om wijsheid. “Geef me wijsheid om te kijken zoals U kijkt en te handelen zoals U zegt. Leer me de verhoring daar te zoeken waar ik vaak niet als eerste kijk. Leer me zien dat verhoring lang niet altijd inhoudt dat tegenslagen en verleidingen weggaan. Maar wel dat ik van beproevingen wijzer word”. Rijper. Toegewijder. Minder gericht op mijn comfort. Meer op uw kerk en koninkrijk. Gezapig zal het dan niet gauw meer worden, als je zo bidt. Wel spannend, en enerverend. Jacobus spreekt woorden die irriteren en uitdagen. Wees blij als je allerlei beproevingen ondergaat. Proef die woorden. Kauw erop. Probeer ze uit. Ontdek het geheim. Jakobus is echt een jongere broer van Jezus. Geheel in stijl eindigt hij met een zaligspreking. Gelukkig is de mens die in de beproeving staande blijft. Want wie de proef doorstaat, ontvangt als lauwerkrans het leven, zoals God beloofd heeft aan iedereen die Hem liefheeft. Op je lauweren rusten – daarvoor is het nog te vroeg. De lauwerkrans komt straks. Eerst de proef doorstaan. Vraag dus om wijsheid. Dan zul je wijsheid ontvangen. En geluk vinden. In God die je liefhebt. Amen.
11