Waarde(n)vol Wageningen Verkiezingsprogramma ChristenUnie Wageningen
2002 – 2006
verkiezingsprogramma ChristenUnie Wageningen 2002 - 2006
1
Inhoudsopgave 1
INLEIDING 1.1 UITGANGSPUNTEN 1.2 BESTUUR DICHT BIJ DE BURGER 1.3 MILIEU 1.4 ECONOMISCH BELEID 1.5 VOLKSGEZONDHEID 1.6 GRONDSLAG 2 ALGEMEEN BESTUUR 2.1 POSITIE VAN DE GEMEENTE 2.2 HET GEMEENTEBESTUUR EN DE BURGERS 2.3 INTERGEMEENTELIJKE SAMENWERKING 2.4 INTERNATIONALE CONTACTEN 2.5 PERSONEEL 2.6 INTERACTIEVE BELEIDSVORMING, INSPRAAK EN REFERENDA 3 OPENBARE ORDE EN VEILIGHEID 3.1 POLITIE 3.2 BRANDWEER 3.3 RAMPENBESTRIJDING EN CIVIELE VERDEDIGING 3.4 CHRISTELIJKE ZEDEN 4 MILIEU 4.1 WET- EN REGELGEVING, HANDHAVING EN CONTROLE 4.2 PREVENTIE, EDUCATIE EN VOORLICHTING 4.3 DUURZAAMHEID 4.4 NATUUR EN LANDSCHAP 5 VOLKSGEZONDHEID 5.1 ZIEKENHUISVOORZIENINGEN 5.2 DRUGS, ALCOHOL EN ROKEN 5.3 PROSTITUTIE 5.4 LIJKBEZORGING 6 RUIMTELIJKE ORDENING EN VOLKSHUISVESTING 6.1 PLANOLOGIE 6.2 RUIMTELIJKE ONTWIKKELING VAN WAGENINGEN 6.3 BUITENGEBIED 6.4 VOLKSHUISVESTING 6.5 GRONDBEDRIJF 7 VERKEER EN VERVOER 7.1 INFRASTRUCTUUR 7.2 VERKEERSVEILIGHEID 7.3 VOORZIENINGEN 7.4 AUTOMOBILITEIT, OPENBAAR VERVOER EN PARKEERBELEID 8 ONDERWIJS 8.1 OPENBAAR ONDERWIJS EN BASISEDUCATIE 8.2 SCHOOLBEGELEIDING 9 WELZIJNSWERK EN CULTUUR 9.1 EMANCIPATIE 9.2 JEUGDWERK 9.3 CULTUUR 9.4 DE 'KABEL' 9.5 SPORT EN RECREATIE 10 MAATSCHAPPELIJK WELZIJN 10.1 SOCIALE VOORZIENINGEN 10.2 MAATSCHAPPELIJKE DIENSTVERLENING 10.3 GEHANDICAPTEN EN OUDEREN 10.4 MINDERHEDEN
verkiezingsprogramma ChristenUnie Wageningen 2002 - 2006
4 4 5 5 5 5 6 6 6 6 7 7 7 7 8 8 8 9 9 9 9 9 10 11 11 11 11 11 12 12 12 12 13 13 14 15 15 15 15 15 16 16 16 16 17 17 17 17 18 18 18 18 19 19
2
11 ECONOMISCHE ZAKEN 11.1 WERKGELEGENHEID 11.2 WERKLOOSHEIDSBESTRIJDING 11.3 LANDBOUW 11.4 PUBLIEK PRIVATE SAMENWERKING EN MAATSCHAPPELIJK ONDERNEMEN 12 FINANCIËN 12.1 BEHEER EN VERANTWOORDING 12.2 GEMEENTELIJKE INKOMSTEN 12.3 SUBSIDIES 13 ONZE KANDIDATEN
verkiezingsprogramma ChristenUnie Wageningen 2002 - 2006
19 20 20 20 20 20 21 21 21 23
3
1
INLEIDING In februari 2001 hebben RPF en GPV te Wageningen besloten een unie aan te gaan: ChristenUnie Wageningen. Het gaat daarbij om meer dan alleen een nieuwe naam. Alhoewel nu nog twee afzonderlijke partijen, is onze doelstelling om deze partijen op te laten gaan in één partij. Dat heeft in de achterliggende periode nog heel veel tijd en energie gevraagd: het GPV Wageningen is zelfstandig geworden en losgemaakt van de afdeling EdeWageningen en heeft een eigen bestuur gekregen; de RPF heeft het huidige bestuur gehandhaafd en gezamenlijk hebben zij een nieuw bestuur gevormd: dat van de ChristenUnie Wageningen. Een nieuwe naam voor een versterkt geluid. De ChristenUnie erkent Gods heerschappij over heel het leven. Zij is daarom van mening dat ook voor het politieke handelen Gods Woord en Wet de richting aangeeft. Wij hebben getracht de erkenning van Gods heerschappij, ook over het publieke leven, te vertalen in actuele en praktische christelijke politiek. Wij willen deze politiek in de Wageningse gemeenteraad versterken en verder uitdragen. Dat kan als u ons steunt en op ons stemt.
1.1
Uitgangspunten De overheid heeft haar gezag van God ontvangen in de haar toevertrouwde taken om Hem te dienen en het kwade te weren uit de samenleving, maar ook om steun en richting te geven aan de ontplooiing van mens en maatschappij. Gemeentebestuur en burgers moeten, als verantwoorde rentmeesters, zorgvuldig omgaan met datgene wat aan hen is toevertrouwd. De taak van de gemeentelijke overheid bij het ontwikkelen en besturen van de gemeente is: • het treffen van voorzieningen die nodig zijn om de gemeente tot een verantwoorde ontplooiing te brengen; • het scheppen van mogelijkheden voor de burgers om de taak die God hun heeft gegeven te vervullen. De ChristenUnie is ervan overtuigd dat slechts vanuit deze basis een gezonde en duurzame ontplooiing van de Wageningse gemeenschap mogelijk is. Duurzaamheid betekent niet alleen maar kijken naar (overigens belangrijke) aspecten van hulpmiddelen en grondstoffen (zoals verminderen van energieverbruik en van aantasting van het milieu). Een duurzame samenleving is een samenleving waarin de mensen zich kunnen ontplooien volgens gezonde uitgangspunten uit de Bijbel. Kernbegrippen daarbij zijn sociale gerechtigheid en veiligheid. De ChristenUnie Wageningen streeft een beleid na waarin het hele, brede scala aan duurzaamheidaspecten naar voren komt. Een essentiële voorwaarde is dat de overheid een besef heeft van de normen die ze hierbij moet aanleggen en zelf ook betrouwbaar is. De ChristenUnie wil graag de goede normen die God in de Bijbel geeft, uitdragen. Goed bestuur begint bij heilzame normatieve keuzen. Het gemeentebestuur moet ook hier zijn verantwoordelijkheid kennen en nemen. Over normen en waarden moet publiekelijk, open en eerlijk gesproken kunnen worden. De ChristenUnie zet zich in voor gezagsherstel van de overheid en de aan haar verbonden controlerende en uitvoerende instituties. Publieke taken moeten publiek verantwoord worden. Burgers dragen medeverantwoordelijkheid voor de publieke samenleving, dus niet alleen voor zichzelf, maar ook voor de buurt, voor de gemeente Wageningen en de wijdere samenleving. Zij kennen hun eigen leefomgeving als geen ander. Zij moeten daarin serieus worden genomen. Burgers moeten juist de gemeentelijke overheid direct kunnen aanspreken. Burgers moeten weten waar de besluitvorming plaatsvindt, hoe zij daarop invloed kunnen uitoefenen en ook waar de grenzen van inspraak en invloed liggen. Als het gaat om het algemeen belang en een integrale beleidsafweging is het uiteindelijk de overheid die de knopen moet doorhakken. De overheid heeft immers een eigen terrein en eigen verantwoordelijkheden. Eerlijk is eerlijk. Wil de overheid mensen stimuleren om zelf verantwoordelijkheden te dragen, dan zal ze daarvoor aanknopingspunten moeten bieden in de leefomgeving. Dat betekent o.a. herwaardering van de kleine schaal, het stimuleren van particulier initiatief, vrijwilligerswerk (mantelzorg), gezamenlijk beheer van buurtvoorzieningen en inspraak bij keuzen op het gebied van ruimtelijke ontwikkeling, wonen en infrastructuur. Op tal van terreinen zijn ingrijpende keuzen nodig. In het vervolg van het verkiezingsprogramma worden die nader uitgewerkt. We beperken ons in deze inleidende paragraaf tot een aantal algemene uitgangspunten.
verkiezingsprogramma ChristenUnie Wageningen 2002 - 2006
4
1.2
Bestuur dicht bij de burger In de komende jaren zal er met de invoering van de dualisering veel veranderen. Veel veranderingen betreffen structuren. De belangrijkste is de ontvlechting van wethouderschap en raadslidmaatschap. De ChristenUnie Wageningen vindt echter veranderingen in de politieke cultuur veel belangrijker. Juist zaken als openheid, eerlijkheid, verantwoordelijkheid nemen en verantwoording afleggen maken de gemeentepolitiek sterker en herkenbaarder. De gemeente moet haar verantwoordelijkheid durven nemen als zij haar geloofwaardigheid niet wil verliezen. Regels die zij of de landelijke overheid heeft uitgevaardigd moeten duidelijk gecommuniceerd en ook consequent worden gehandhaafd. Gedogen is gebogen. Het Wageningse gemeentebestuur moet daarom niet terugschrikken voor het treffen van bestuurlijke maatregelen waar dat nodig is, ook wanneer dat belangen van anderen kan schaden. Tegelijkertijd moeten alle burgers, organisaties en bedrijven nadrukkelijk bepaald worden bij hun eigen verantwoordelijkheid. Een leefbare publieke samenleving vraagt om een sterk normbesef bij overheden en bij burgers. De ChristenUnie Wageningen wil het gemeentebestuur en de burger hierop aanspreken. Alleen de burgers en de overheid samen kunnen bijdragen aan een samenleving waarin het veilig en gelukkig leven is. Voor iedereen binnen en buiten het gemeentehuis moet duidelijk zijn wie bij de gemeente waarvoor verantwoordelijk is (de burgemeester, het college van B&W, de gemeenteraad, het ambtelijk apparaat). Voor allen geldt dat ze nauw betrokken moeten zijn bij dat wat er in de gemeente speelt en gevoeld wordt. Voor hen allen geldt ook de eis dat zij betrouwbaar, eerlijk en integer behoren te handelen.
1.3
Milieu Onze leefomgeving wordt ernstig bedreigd. Bodem, water en lucht zijn vervuild. Alhoewel men wereldwijd tot min of meer duidelijke uitspraken en afspraken wenst te komen, blijkt de praktijk bij de uitvoering weerbarstig. Velen denken nog steeds dat men kan komen tot een maakbare samenleving door die van boven af op te leggen. Echter als deze wensen niet geïmplementeerd worden in het denken en handelen van de individuele mens, die matigheid betracht dan is dit programma gedoemd te mislukken. Wat God eenmaal goed schiep, is door het optreden van de mens verworden. Met schaamte moeten we erkennen dat we teveel renteniers in plaats van rentmeesters zijn geweest. Daarom moet het roer om. Veel hangt samen met een juiste mentaliteit of juist het ontbreken ervan. Ook daar moet verandering in komen. Dat moet op nationaal niveau, maar ook plaatselijk. De ChristenUnie pleit voor een beleid waarin zorgvuldig beheer en zinvolle ontwikkeling van het geschapene tot eer van God het gaat winnen van materialisme en egoïsme. Dit wordt tegenwoordig aangeduid als een duurzame samenleving.
1.4
Economisch beleid In het economisch beleid moeten burgers kansen worden geboden om in vrijheid bezig te zijn, overeenkomstig de hun verleende mogelijkheden en genoemde verantwoordelijkheden, bezig te zijn. Daarin past een actief werkgelegenheidsbeleid. Dit mede gelet op de grote verschuivingen, die er plaatsvonden vanwege samenvoeging van DLO en WU tot Wageningen Universiteit & Researchcentrum (Wageningen UR). De ChristenUnie Wageningen streeft een evenwichtige werkgelegenheid na. Dat wil ook zeggen: niet alle kaarten op de kennisintensieve bedrijvigheid zetten. Maar als de kansen zich op dit specifieke vlak voordoen, dan is het de taak van de gemeente pogingen te ondernemen deze binnen haar poorten te krijgen. Er is echter veel meer dan alleen hoogwaardige kennisintensieve bedrijvigheid in Wageningen. De gemeente moet zich inspannen om extra werkgelegenheid aan te trekken. Dat wordt gestimuleerd als er voldoende woongelegenheid is en een ruime ontsluiting van de stad Wageningen, bijvoorbeeld door middel van Hoogwaardige Openbaar Vervoer (HOV); dat omvat meer dan alleen een ‘light rail’ verbinding. Innovatieve manieren van vervoer moeten in breder verband met andere partners in het kader van de samenwerking met de zogenaamde WERV-gemeenten (Wageningen, Ede, Rhenen en Veenendaal) onderzocht worden.
1.5
Volksgezondheid Wij verzetten ons tegen de gedachte dat mensen zelf mogen beschikken over leven dat zij niet (meer) de moeite waard achten en wij pleiten voor eerbiediging van de normen die de Schepper van het leven heeft gegeven. Ook de gemeentelijke overheid past hier geen neutrale houding. De overheid is in dienst van God. Een overheid die uitgaat van de heilzame werking van bijbelse normen voor de samenleving kan ons inziens zorgen voor een inspirerende en een verantwoorde ontwikkeling van Wageningen in het begin van het nieuwe millennium. Als wij praten over Volksgezondheid dan bedoelen we ook de geestelijke volksgezondheid. In dat beleid passen
verkiezingsprogramma ChristenUnie Wageningen 2002 - 2006
5
geen coffeeshops, gokgelegenheden, prostitutie of andere zedenbedervende activiteiten of voorstellingen al dan niet verspreid via de kabel of in openbare gelegenheden.
1.6
Grondslag De ChristenUnie erkent Gods heerschappij over het staatkundig leven, dat de overheid door God is gegeven en in zijn dienst staat en dat christenen de verantwoordelijkheid of opdracht hebben actief te zijn in de samenleving. Zij fundeert haar politieke overtuiging op de Bijbel, het geïnspireerde en gezaghebbende Woord van God, die door haar belijdenisgeschriften (de zogenaamde Drie Formulieren van Enigheid) worden nagesproken en die ook voor het staatkundig leven wijsheid bevatten.
2
Algemeen bestuur
2.1
Positie van de gemeente De in de Grondwet verankerde zelfstandigheid van gemeenten is van grote betekenis voor ons land. De gemeente staat - als lagere overheid - dicht bij de burger. Het beleid van een gemeente dient enerzijds gericht te zijn op rechtvaardiging van deze zelfstandigheid en anderzijds op het betrekken van burgers bij de vormgeving ervan. Bij het verlenen van medewerking aan uitvoering van regelingen die door hogere overheden zijn vastgesteld, zal de gemeente zoveel mogelijk rekening houden met de plaatselijke omstandigheden. De centrale overheid heeft de laatste jaren nogal de neiging om wetten uit vaardigen, waarvan de uitvoering overgelaten wordt aan de gemeenten zonder zich er rekenschap van te geven hoe een en ander gerealiseerd moet worden. Voorbeelden hiervan zijn: de wet- en regelgeving op het gebied van de opvang van asielzoekers, onderwijs, het prostitutiebeleid, het homohuwelijk, het coffeeshopbeleid.
2.2
Het gemeentebestuur en de burgers Aan het hoofd van de gemeente staat de gemeenteraad, die de gemeente bestuurt volgens een program dat door zoveel mogelijk fracties wordt gesteund. De raad is het kaderstellende, controlerende en eindverantwoordelijke orgaan. In het belang van het goed functioneren van de raad is het noodzakelijk om een groot aantal zaken te delegeren aan het dagelijks bestuur. De raad is er niet slechts om aan het eind van het beleidstraject een voorstel van het college goed of af te keuren. Veel meer dan tot nu toe moet het Wageningse college doelstellingen en kaders aangereikt krijgen door de raad, waarbinnen het moet besturen. Wij ondersteunen dan ook krachtig het beleid van dualisering. Omdat de raad hoofd van de gemeente is, dient de samenstelling van de raad mede bepalend te zijn voor de samenstelling van het college van burgemeester en wethouders. Daarom mag bij de vorming van het college in principe geen groepering vooraf worden uitgesloten. De ChristenUnie Wageningen geeft de voorkeur aan een klein en slagvaardig college. Het ontvlechten van wethouderschap en raadslidmaatschap kan in het belang van de duidelijkheid een goede zaak zijn. Voorwaarde is wel dat de Wageningse wethouders een binding met de partij en met de lokale gemeenschap hebben en houden. De wethouders in Wageningen moeten daarom op de kandidatenlijst gestaan hebben bij de gemeenteraadsverkiezingen en woonachtig zijn in de gemeente. De burgers behoren, door middel van adequate informatieverspreiding en voorlichting, tijdig bij de besluitvorming te worden betrokken. Een effectief en efficiënt middel kan het zogenaamde Overheidsloket 2000 zijn. De burger centraal is een al lang geleden uitgezet beleidsdoel, maar dient nu krachtig ter hand te worden genomen. In de vele gevallen waarin internet de contacten tussen burger en bestuur vereenvoudigt en versnelt moeten ICTmogelijkheden verder worden benut. Relevante stukken kunnen snel en milieuvriendelijk verspreid worden via e-mail en de website van de gemeente Wageningen. Bij het contact tussen burger en gemeente via sites en e-mail moet wel gewaakt worden voor onzorgvuldig bestuurlijk handelen en schending van de privacy. Daarom moet de gemeente Wageningen in een verordening de omgang met ICT vastleggen. Een verbeterde informatie- en dienstenverstrekking via internet moet bovendien toegankelijk zijn voor alle burgers, ook diegenen zonder een internetaansluiting thuis. Om het contact tussen de gemeente Wageningen en de burgers te bevorderen wordt een gemeentelijke open dag ingesteld. De Wageningse bevolking kan op die manier meer inzicht krijgen in de achtergronden en werkzaamheden van de gemeente.
verkiezingsprogramma ChristenUnie Wageningen 2002 - 2006
6
De afhandeling van briefwisseling met de burgers en verwerking van klachten dient hoge prioriteit te krijgen.
2.3
Intergemeentelijke samenwerking Regionale intergemeentelijke samenwerking in het WERV-verband moet verder bevorderd worden. De gemeente Wageningen en de buurgemeenten hebben gezamenlijke belangen en kunnen elkaar ondersteunen in het uitvoeren van bepaalde taken. Verschillende bestuurstaken overschrijden de gemeentegrens, bijvoorbeeld GGD, brandweer en andere voorzieningen. Dit moet niet leiden tot een dermate grootschalige activiteit dat het gemeentelijke beleid niet meer herkend kan worden. Een samenwerkingsverband moet de gemeentelijke autonomie zo min mogelijk aantasten. Een goede samenwerking tussen de gemeente Wageningen en de provincie Gelderland is van groot belang, o.a. op het gebied van ruimtelijke ordening, volkshuisvesting, vervoer en toegankelijkheid, veiligheid en milieu. In de afgelopen tijd is dit duidelijk gebleken waar het zaken betreft als woningcontingenten en positie van de Wageningse haven.
2.4
Internationale contacten Banden met gemeenten (niet alleen maar steden) in andere landen kunnen zeer positief zijn voor beide kanten. Maar het behoort niet tot de kerntaak van de gemeente een buitenlands beleid te voeren. De ondersteuning van de stedenbanden dient geëvalueerd te worden. Primair liggen hier taken voor particuliere initiatieven van burgers en bedrijven.
2.5
Personeel Het streven van het gemeentebestuur is erop gericht om werknemers in staat te stellen zich - gelet op hun capaciteiten - volledig te ontplooien, door het stimuleren van algemeen vormend of functiegericht onderwijs. Door het gemeentebestuur zullen geen initiatieven worden genomen tot het aanpassen van rechtspositieregelingen waarin alternatieve samenlevingsvormen worden gelijkgesteld met het huwelijk. Zondagsarbeid dient tot het uiterste te worden beperkt. Principiële bezwaren tegen niet-noodzakelijke zondagsarbeid mogen nooit leiden tot ontslag dan wel een negatief criterium vormen bij een benoeming. Bij het vervullen van een vacature dient - ongeacht het ras of geslacht van de sollicitant - de beste kandidaat te worden benoemd. Positieve discriminatie van vrouwen bij het benoemen in vacatures moet achterwege blijven. Een ambtenaar van de burgerlijke stand heeft het recht om op grond van gewetensbezwaren het sluiten van een homohuwelijk te weigeren. Het mag bovendien niet zo zijn, dat de gemeente Wageningen alleen kandidaten tot ambtenaar van de burgerlijke stand benoemt die voorstander zijn van het homohuwelijk. In de achterliggende periode is door ChristenUnie Wageningen regelmatig en krachtig aangedrongen op een goed werkend ambtenarenapparaat en is gepleit voor ondersteuning met moderne hulpmiddelen. Immers een adequate inzet van mensen en middelen komt de burger ten goede. De organisatiestructuur dient aangepast te worden aan nieuwe taken, verantwoordelijkheden en werkwijzen. Ook de vereiste informatieverstrekking wordt hierop afgestemd. Concreet betekent dit dat het Wageningse college meer op hoofdlijnen aanstuurt en verantwoordelijkheden direct bij de desbetreffende functionarissen liggen.
2.6
Interactieve beleidsvorming, inspraak en referenda Nauwe betrokkenheid van burgers bij de totstandkoming van beleid moet bevorderd worden. Allerlei vormen van (vroegtijdige) inspraak zijn daarvoor goede instrumenten. Belanghebbenden en doelgroepen moeten in de beleidsvoorbereiding een duidelijke plaats krijgen. Een onmisbaar element hierbij is een uitvoerige en heldere informatievoorziening naar de betrokken burgers. Zij horen vooraf duidelijk te weten binnen welke kaders zij kunnen meepraten, meedenken en meebeslissen en waar hun rol eindigt en de verantwoordelijkheid van het gemeentebestuur begint. Voor de ChristenUnie Wageningen is het een principieel punt dat de gemeentelijke overheid altijd de uiteindelijke integrale afweging maakt en de knopen doorhakt. Goede inspraakprocedures hebben sterk de voorkeur boven adviserende referenda. Correctieve referenda zijn in strijd met ons stelsel van indirecte democratie en eindverantwoordelijkheid bij de overheid. Overigens zou een
verkiezingsprogramma ChristenUnie Wageningen 2002 - 2006
7
bestuur dat dicht bij de bevolking staat referenda overbodig moeten maken.
3
Openbare orde en veiligheid De kwaliteit van de openbare of publieke ruimte laat duidelijk te wensen over. Die ruimte is van ons allemaal, maar geweld en onveiligheid op straat, vervuiling en verslonzing van openbare ruimtes, agressie in het verkeer en bijvoorbeeld grove en godslasterlijke reclame-uitingen ontsieren de publieke ruimte en maken haar soms onleefbaar. Handhaving van de rechtsorde en het beschermen van de burgers (veiligheid) is één van de kerntaken van de overheid. Criminaliteit, onleefbaarheid en onveiligheid moeten krachtig bestreden worden. Nederland is doordrongen van de gedoogcultuur. Het is voor alle burgers van belang dat er duidelijke regels bestaan en dat die ook gehandhaafd worden. Niet alleen de overheid is echter verantwoordelijk. Overheid, burgers, het bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties zullen zich samen verantwoordelijk moeten voelen voor de bevordering en handhaving van de veiligheid. De overheid kan het niet alleen, maar zal als geloofwaardig handhaver van wetten en regels moeten appelleren aan de inzet en verantwoordelijkheid van burgers en hun organisaties. Een leefbare publieke samenleving vraagt om een sterk normbesef bij overheden en bij burgers. De ChristenUnie Wageningen wil het gemeentebestuur en de burger hierop aanspreken. De overheid vervult immers een voorbeeldfunctie. Het onderhouden en overdragen van normen en waarden is vooral een opdracht voor gezinnen en scholen, maar ook voor kerken en andere maatschappelijke organisaties. De overheid moet daar oog voor hebben, moet dat mogelijk maken en waar nodig en mogelijk ook bevorderen. Door middel van gemeentelijke verordeningen handhaaft het gemeentebestuur de openbare orde en waakt het over de veiligheid en de gezondheid van de burgers en over de openbare zedelijkheid. Samenkomsten op openbare plaatsen mogen niet storend zijn voor andere reguliere samenkomsten zoals kerkelijke samenkomsten. Dit geldt ook voor de herdenking van 4 mei en de viering van 5 mei. Tijdens het passeren van het defilé dienen de muziekpodia de vereiste achting te betonen.
3.1
Politie Het gemeentebestuur heeft regelmatig overleg met de politie. Aangezien de primaire taak van de politie 'op straat ligt', bevordert het gemeentebestuur het functioneren van wijkagenten. De politie moet telefonisch altijd goed bereikbaar zijn en het politiebureau moet zoveel mogelijk tot laat in de avond open zijn. De administratieve afhandeling van zaken dient zoveel mogelijk te worden geautomatiseerd. Tegen zogenaamde kleine vergrijpen, zoals diefstal, vernielingen en straatschenderij dient nadrukkelijk te worden opgetreden. Educatieve straffen, zoals het door de daders schoonmaken van bekladde gebouwen en voorzieningen, dienen in voorkomend geval - afhankelijk van de ernst van het vergrijp - te worden opgelegd. De gemeente werkt daarom royaal mee aan het bieden van mogelijkheden voor tenuitvoerlegging van taakstraffen, zoals HALT en STOP. Voorlichting op scholen over gewenst gedrag, drank- en drugsgebruik en dergelijke dient bevorderd te worden. Handhaving is een belangrijke taak van de politie. Dit geldt met name ook voor uitvoering en toezicht op het coffeeshop- en gokbeleid en het drankgebruik.
3.2
Brandweer Het gemeentebestuur zorgt voor een goed toegerust en geoefend brandweerkorps, dat naast enkele beroepskrachten vooral uit vrijwilligers bestaat. De samenwerking en schaalvergroting in de regio mag nimmer ten koste gaan van de inzet van deze vrijwilligers. De brandweer moet ook veel aandacht geven aan preventie. Rampen moeten immers voorkomen worden. Regelmatig (minstens 1 keer per jaar) moet worden gecontroleerd of inrichtingen die onder een gebruiksvergunning vallen aan de veiligheidseisen voldoen. Daartoe moet voldoende en deskundig personeel aanwezig zijn bij brandweer (en gemeente).
verkiezingsprogramma ChristenUnie Wageningen 2002 - 2006
8
Het instandhouden van een jeugdbrandweer wordt bepleit.
3.3
Rampenbestrijding en civiele verdediging Het is de taak van het gemeentebestuur zorg te dragen voor de bescherming van burgers bij rampen of in oorlogssituaties. Het stelt daartoe een rampenplan op en communiceert dit duidelijk met de burgers. Een duidelijke inventarisatie van bedrijven met gevaarlijke stoffen wordt gemaakt en in kaart gebracht. Handhaving van de regelgeving is een noodzaak. Regelmatig moet er overleg zijn met de bedrijven hieromtrent. Het gemeentebestuur is verantwoordelijk voor een goede voorlichting aan de burgers inzake het rampenbestrijdingsplan. Ook ten aanzien van horecagelegenheden en het kamerverhuurbedrijf worden duidelijke richtlijnen opgesteld en gehandhaafd.
3.4
Christelijke zeden Het gemeentebestuur dient toe te zien op eerbiediging van Gods Wet in openbare zaken. Openbare godslastering wordt bestreden. Een daartoe strekkend artikel moet worden opgenomen in de Algemene Plaatselijke Verordening. Binnen het kader van de wet waarborgt het gemeentebestuur de rust op zondag en een ongestoorde kerkgang. Aan evenementen waarvan wordt verwacht dat deze de openbare orde zullen verstoren, wordt medewerking ontzegd. Ook wil de ChristenUnie Wageningen dat de huidige beperkte openstelling van winkels op zondag vervalt. Het gemeentebestuur heeft tot taak openbare uitingen van prostitutie alsmede de vestiging van sekswinkels en seksinrichtingen tegen te gaan. Het gemeentebestuur doet al het mogelijke om het plaatsen van speelautomaten tegen te gaan. Vestiging van een casino en speelautomatenhallen dient te worden voorkomen. Op scholen moet een goede voorlichting worden gegeven over gokken en de mogelijke verslaving. Het gemeentebestuur moet prostitutie, naaktrecreatie en onzedelijk vertoningen tegengaan. Daartoe worden de nodige verordeningen vastgesteld. Het gemeentebestuur bevordert de naleving daarvan.
4
Milieu
4.1
Wet- en regelgeving, handhaving en controle Bij het gebruik en beheer van deze aarde dient zorgvuldig gekeken te worden naar het effect van een activiteit op de omgeving. In Wageningen, waar de functie wonen dicht bij de functie werken is gesitueerd, kunnen al snel conflicterende situaties optreden. Een duidelijke zonering en afbakening tussen beide functies verdient in dergelijke gevallen de voorkeur. Door de toepassing van duurzame en schone energiebronnen en grondstoffen en het krachtig bevorderen van energiebesparing kunnen op gemeentelijk niveau bijdragen worden geleverd in de strijd tegen onder andere luchtvervuiling. In het beleid wil de ChristenUnie niet alleen de belangen van de huidige generatie voor ogen hebben, maar ook die van toekomstige generaties. Concentratie van de milieutaken in één gemeentelijke milieudienst verdient de voorkeur. Het gaat echter wel over een integrale benadering en aanpak. Er zal voldoende personeel beschikbaar moeten om de naleving van de gestelde wettelijke regels te garanderen. Het verdient aanbeveling door middel van financiële prikkels (dwangsom, heffing, beloning, subsidie) milieuvriendelijk gedrag te stimuleren. Elke betroken partij neemt hierin zijn eigen verantwoordelijkheid.
4.2
Preventie, educatie en voorlichting Door middel van een krachtig preventiebeleid kunnen milieuproblemen in de toekomst wellicht worden voorkomen. Middelen die worden aangewend dienen vooral gebruikt te worden voor het aanpakken van de problemen bij de bron. verkiezingsprogramma ChristenUnie Wageningen 2002 - 2006
9
Onderwijs en voorlichting aangaande milieu en natuur vervullen in de aanpak van de milieuproblematiek een belangrijke rol. De ChristenUnie wil de burger daadkrachtig bewust blijven maken van de gevolgen van het eigen handelen voor het milieu. Door voorlichting en concrete maatregelen (bijvoorbeeld premies) kunnen mensen aangezet worden tot gedragsverandering. De gemeente Wageningen schenkt - gezien haar interne en externe voorbeeldfunctie - thee en koffie met een eerlijk keurmerk, gebruikt waar mogelijk ‘fair trade’ producten, maakt ruim gebruik van kringlooppapier en gaat zoveel mogelijk over op groene stroom.
4.3
Duurzaamheid Gestreefd wordt naar een verdere integratie van duurzaamheid op de diverse terreinen van het maatschappelijke leven. Hieronder wordt nader ingegaan op water, bodem, geluid en afval en energiegebruik en -besparing. Door het groeperen van gelijksoortige bedrijvigheid kunnen schaalvoordelen worden benut, die een bijdrage kunnen leveren aan een goede leefomgeving. Veel milieuklachten in Wageningen vinden hun oorzaak in geluidsoverlast. Bestrijding van geluidsoverlast door o.a. het wegverkeer, verdient meer aandacht. Daarbij verdienen maatregelen aan de bron de voorkeur boven maatregelen die alleen het probleem bij de ontvanger van de hinder verhelpen, zoals geluidswallen, geluidsschermen en zoab. Gemeentebesturen dienen een actief bodemsaneringbeleid te voeren. Als aanvulling op de gelden in het kader van het provinciaal bodemsaneringprogramma kan het nodig zijn extra middelen beschikbaar te stellen. Alle bouwactiviteiten van enige omvang dienen te worden gerealiseerd op basis van een z.g. schone grondverklaring. Mobiele verontreinigingen dienen in een zo vroeg mogelijk stadium te worden gesaneerd. Immobiele verontreinigingen kunnen ook worden aangepakt tezamen met het ontplooien van nieuwe activiteiten op een locatie. De gemeente stimuleert een zuinig energiegebruik. Het gemeentebestuur heeft hierin een voorbeeldfunctie. De toepassing van duurzame en schone energiebronnen en vooral het krachtig bevorderen van energiebesparing kunnen op gemeentelijk niveau een bijdrage leveren. Ook nieuwe mogelijkheden van alternatieve energiebronnen worden bevorderd. Hiertoe wordt onderzocht of in het gemeentelijk gebied locaties voor plaatsing van windmolens beschikbaar zijn. Daarbij wordt wel zeer goed gelet op inpassing in het bestaande landschap. Aantasting van belangrijke natuurgebieden wordt vermeden. Zonne-energie heeft echter bij ons de voorkeur boven windmolens. Het gezamenlijk uitwisselen van energie(bronnen) bij bedrijven kan een bijdrage leveren aan het verminderen van het gebruik van de fossiele grondstoffen. Alternatieve energievormen moeten daar waar mogelijk gestimuleerd worden, dit kan bijvoorbeeld door het gebruiken van de energie die vrij komt bij de verbranding van afval. Aandacht daarbij in het bijzonder voor: • het energieverbruik van de openbare gebouwen en gesubsidieerde instellingen. • de warmte-isolatie van woningen door het stellen van normen in de bouwvergunningen. • de mogelijkheid om warmte die bij productie van elektriciteit vrijkomt opnieuw te gebruiken. • de mogelijkheden voor toepassing van warmtekrachtkoppeling. Het afvalstoffenbeleid zoals dat is vastgesteld in het Gemeentelijk Afvalstoffenplan is voor de ChristenUnie uitgangspunt van beleid. Het ontstaan van afval dient krachtig te worden tegengegaan (afvalpreventie). Het gebruik van duurzame gebruiksgoederen wordt hierbij gestimuleerd. Bij de bescherming van grond- en oppervlaktewater en het terugdringen van de vervuiling daarvan dient te worden gekomen tot een z.g. integraal waterbeheer. Om verdroging van natuurgebieden tegen te gaan en om verspilling van kostbaar drinkwater te voorkomen moet zuinig worden omgegaan met ons grond- en oppervlaktewater. Om het oppervlaktewater en de daarin levende flora en fauna te beschermen, dienen de overstorten van het rioolwater te worden teruggedrongen. Dit kan onder andere door het in een vroeger stadium laten infiltreren van regenwater in bermen en het opvangen van regenwater in regentonnen. Bij nieuwbouw dient afvoer van hemelwater niet via het riool te gebeuren en bij bestaande gebouwen dient de gemeente afkoppeling te stimuleren. De gebruikte bestrijdingsmiddelen moeten biologisch afbreekbaar en zoveel mogelijk soortspecifiek zijn. De voorkeur gaat verre uit naar biologische bestrijdingsmiddelen en mechanische bewerkingsmethoden.
verkiezingsprogramma ChristenUnie Wageningen 2002 - 2006
10
4.4
Natuur en landschap Een verdere aantasting van natuur en landschap dient te worden tegengegaan. Daarnaast moet worden gestreefd naar herstel van natuur en landschap. Diverse cultuurhistorisch en natuurwetenschappelijk waardevolle landschappen behoeven nadrukkelijk bescherming.
5
Volksgezondheid Het gemeentebestuur zorgt voor voldoende voorzieningen in de openbare gezondheidszorg in de gemeente als particuliere organisaties hierin niet (kunnen) voorzien. Het uitgangspunt bij verzorging van diegenen die psychisch of lichamelijk niet optimaal kunnen functioneren moet zijn om hen zo veel en zo lang mogelijk in de hun vertrouwde omgeving een plaats te geven. Daarbij is de inzet van gezinsleden, buren en andere vrijwilligers onmisbaar. Met dat doel stimuleert de gemeente Wageningen de oprichting van een steunpunt ter coördinatie met professionele zorgverlening en als vraagbaak voor mantelzorgers. Het gemeentebestuur draagt bij aan goede contacten met de provincie, met zorgverzekeraars en zorgverleners, zodat er voldoende aanbod, bereikbaarheid, toegankelijkheid en samenhang van de openbare gezondheidszorg in de gemeente voorhanden is. Naast de vele beroepskrachten is er in dit werkveld sprake van vrijwilligers. Ook hiervoor moet voldoende aandacht en ondersteuning zijn. Gezondheidszorg is niet alleen zorg gericht op het herstellen van de gezondheid in geval van ziekte, het is zeker ook het voorkomen van ziekte. Preventie via gezondheidsvoorlichting en -opvoeding is essentieel en een goed gemeentelijk beleid is belangrijk. Het creëren van rust en het voorkomen van stress zijn belangrijke ingrediënten van preventie. Preventie mag alleen door het gemeentebestuur bevorderd worden als die niet in strijd komt met de christelijke levensbeschouwing. Bij de gezondheidsvoorlichting en -opvoeding dient gebruik te worden gemaakt van verantwoord materiaal.
5.1
Ziekenhuisvoorzieningen Het regionale ziekenhuis in Ede wordt en blijft goed bereikbaar met zowel het openbaar als het particulier vervoer. De functie van een polikliniek in Wageningen, waaronder zeker ook de functie ter ondersteuning van de huisartsen, wordt nader gedefinieerd in nauwe samenhang met de meest betrokken doelgroepen. Het gemeentebestuur gaat, voor zover dat in zijn vermogen ligt, tegen dat binnen de gemeente gelegenheid wordt geboden tot het plegen van euthanasie en abortus provocatus.
5.2
Drugs, alcohol en roken De ChristenUnie Wageningen wil dat het gemeentebestuur drempels opwerpt, die verslavingen bemoeilijken en juist drempels weghaalt voor zorg en hulpverlening aan hen die verslaafd zijn. Particuliere initiatieven op dit gebied worden gestimuleerd. Voor wat betreft de hulpverlening (afkicken en reïntegratie in de samenleving) gaat de voorkeur van ChristenUnie uit naar particuliere instellingen die, zo nodig, in financieel opzicht worden gesteund. In de voorlichting moet zowel op de gevaren van hard- als van softdrugs gewezen worden. In geen geval mag worden overgegaan tot het gratis verstrekken van heroïne of andere verslavende middelen. Het verstrekken van methadon is alleen dan op z'n plaats als het leven van de patiënt ermee gered kan worden of in het kader van een vooraf bepaalde ontwenningsperiode. De vestiging van coffeeshops wordt ontmoedigd deze mogen zich in geen geval in de buurt van scholen, jeugdcentra en in woonwijken bevinden. Het beleid moet verder gericht zijn op sluiting van de coffeeshops.
5.3
Prostitutie De seksuele omgang tussen man en vrouw hoort deel uit te maken van de liefdesrelatie die deze mensen met elkaar zijn aangegaan. Deze liefdesrelatie kan alleen tot haar volle recht komen wanneer zij gebaseerd is op trouw en vertrouwen en hoort daarom thuis binnen het huwelijk. Prostitutie koppelt de seksuele omgang echter los van zowel liefde als trouw. Prostitutie gaat in tegen Gods Schepping en geboden. Door de opheffing van het bordeelverbod kan iedere gemeente in de toekomst te maken krijgen met de vestiging van bordelen. De ChristenUnie pleit ervoor om deze vestiging met alle mogelijke middelen tegen te gaan. Via ruimtelijke ordeningsinstrumenten wordt de vestiging zoveel mogelijk belemmerd. Daarnaast wordt via het instellen van een vergunningplicht in combinatie met een maximale handhaving extra eisen aan de vestiging gesteld. De ChristenUnie verkiezingsprogramma ChristenUnie Wageningen 2002 - 2006
11
Wageningen wil een actieve gemeentelijke inzet bij goede hulpverlening aan prostituees die hun ‘werkzaamheden’ willen stoppen.
5.4
Lijkbezorging De zorg voor voldoende betaalbare en gepaste gelegenheid tot het begraven van overledenen is een taak van het gemeentebestuur. Daarbij hoort ook het goed onderhouden van begraafplaatsen. Het behoort niet tot haar taak een crematorium op te richten of in stand te houden.
6
Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting Ruimtelijke ordening is bij uitstek een geschikt beleidsveld om de relatie tussen bestuur en burger te verstevigen. De gemeente voert daarom een uitnodigend beleid om burgers bij het beleidsproces te betrekken. Hier wordt actief burgerschap mogelijk en wordt het draagvlak voor het beleid vergroot. Om de belevenis van de burger te vergroten dient de cultuurhistorie beschermt en zichtbaar gemaakt te worden waar dit gewenst is. Voor een goede ruimtelijke ontwikkeling is een formulering van doelstellingen noodzakelijk. Die doelstellingen zijn al vastgelegd in een Structuurplan en zullen te zijner tijd in bestemmingsplannen nader worden uitgewerkt. Een belangrijk uitgangspunt voor Wageningen voor de te maken keuzen op het gebied van de ruimtelijke ordening is ook de verschenen Vijfde Nota over de Ruimtelijke Ordening 2000/2020. Daarin worden de WERV gemeenten aangewezen als regionaal stedelijk netwerk: sterk verstedelijkte zones die de vorm aannemen van een aantal goed met elkaar verbonden compacte grotere en kleinere steden, elk met een eigen karakter en profiel, gescheiden door buitengebied. Door intensieve bestuurlijke samenwerking zal aan het regionaal stedelijk netwerk gestalte moeten worden gegeven. Bij de invulling van de te kiezen vorm van samenwerking gaat de ChristenUnie uit van de drie bestuurslagen Rijk, Provincie en Gemeente. Een vierde bestuurslaag is niet wenselijk. Bij het opstellen van bestemmingsplannen wordt bijzondere aandacht geschonken aan de leefbaarheid van het plangebied, zodat diverse functies als wonen, werken, verkeer en recreatie zo harmonieus mogelijk op elkaar worden afgestemd. Bij de voorbereiding van deze plannen wordt met de belangen van direct betrokkenen zoveel mogelijk rekening gehouden. Er zal grote zorgvuldigheid worden betracht waar het gaat om de uitvoering van wettelijke mogelijkheden tot inspraak en bezwaar/beroep. Het gemeentebestuur behoort actief in te spelen op initiatieven tot aanleg en bescherming van toekomstige grondwaterbeschermingsgebieden.
6.1
Planologie Het bestemmingsplan is het juridische zwaartepunt van het ruimtelijke beleid. Met behulp van het bestemmingsplan moet de leefbaarheid van dorpen en wijken worden bevorderd. Veel bestemmingsplannen zijn niet meer actueel of te gedetailleerd. Dit werkt uitzonderingen op basis van artikel 19 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening (WRO) in de hand, waardoor het ruimtelijk beleid ongeordend en niet integraal gestalte krijgt. Oude bestemmingsplannen moeten getoetst worden aan nieuwe ontwikkelingen. Verouderde bestemmingsplannen moeten zo spoedig mogelijk worden herzien. Om voor de toekomst een duidelijk beeld van een buurt te krijgen, worden bestemmingsplannen zoveel mogelijk opgesteld voor een groter gebied. Bij de voorbereiding van planologische maatregelen moet onder meer het volgende in aanmerking worden genomen: • een ruime differentiatie in woonvormen, die aansluit bij de wensen van woningzoekenden; • overleg met de politie en andere deskundigen, zodat de beschikbare ruimte zodanig wordt geordend dat criminaliteit en vandalisme zoveel mogelijk voorkomen en bestreden kunnen worden.
6.2
Ruimtelijke ontwikkeling van Wageningen Bij de ontwikkeling van Wageningen is in het verleden te weinig aandacht gegeven aan de noodzaak van de genoemde harmonieuze samenhang tussen wonen, werken, verkeer en recreatie. De komende jaren zullen de volgende uitgangspunten worden gehanteerd: • De woningbouw moet worden afgestemd op de woningbehoefte van de maatschappelijk en economisch gebondenen en hun natuurlijke aanwas; • In het kader van de leefbaarheid zorgt het gemeentebestuur voor voldoende terreinen waarop de aan die kerverkiezingsprogramma ChristenUnie Wageningen 2002 - 2006
12
•
nen gebonden bedrijven kunnen worden gevestigd. Deze bedrijven worden zoveel mogelijk per sector gegroepeerd gevestigd en dienen op een redelijke afstand tot de woonkern gelegen te zijn; Bij het opstellen van bestemmingsplannen dienen de diverse thema’s als bodem, water, wonen, werken, duurzaamheid, natuur, recreatie en leefbaarheid integraal te worden afgewogen om een zo een harmonieus geheel te krijgen, met zo weinig mogelijk conflicterende items.
Bij het maken van nieuwbouwplannen dient er gestreefd te worden naar meervoudig (multifunctioneel) en intensief ruimtegebruik om zo de schaarse ruimte in Wageningen beter en verantwoord te benutten. Bij het ontwikkelen van nieuwe facilitaire gebouwen zal meer gelet moeten worden op de mogelijkheid van meervoudig ruimtegebruik. Hierbij valt te denken aan voorzieningen voor welzijn en zorg die meer gezamenlijk gehuisvest worden (bijvoorbeeld combinaties van kinderopvang, peuterspeelzalen, buitenschoolse opvang, bibliotheek, wijkcentrum en thuis- en ouderzorg). Een ander aandachtspunt is het realiseren van ondergronds parkeren. In te ontwikkelen bestemmingsplannen worden voldoende groenvoorzieningen opgenomen. Om de veiligheid van kinderen te waarborgen, is de ChristenUnie voor het nemen van maatregelen om ontwateringvijvers en -singels af te schermen.
6.3
Buitengebied Bij het vaststellen van bestemmingsplannen voor het buitengebied wordt met de volgende aspecten rekening gehouden: • de intensieve veehouderij mede afhankelijk van het milieu; • natuurbeheer, agrarisch beheer en recreatie-activiteiten in harmonie met elkaar; daarbij dient het karakter van de landelijke gebieden gehandhaafd te worden; • nieuwbouw van burgerwoningen in het buitengebied moet worden uitgesloten; • hoogspanningsnetten zoveel mogelijk ondergronds. De implementatie van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS) in het bestemmingsplan dient zorgvuldig te gebeuren. Het landschapsbeleidsplan kan hierbij een goede rol spelen. De Wageningse berg en de Utrechtse heuvelrug moeten voor de kleine zoogdieren in verbinding met elkaar gebracht worden door steppingstones en begeleidende beplanting langs de weilanden. Er wordt gezorgd voor een goede landschappelijke inpassing van nieuwe elementen. In dat kader wordt bij bestemmingsplanwijzigingen door middel van contracten gegarandeerd dat groensingels, houtwallen e.d. ook worden gerealiseerd. De rivier de Rijn wordt de ruimte gegeven, maar tegelijkertijd wordt de karakteristiek van de uiterwaarden zoveel mogelijk behouden.
6.4
Volkshuisvesting Waar gewoond wordt, wordt geleefd. De burger moet zich daar thuis kunnen voelen. Daarbij heeft hij ook een plicht om zijn woonomgeving te beheren en leefbaar te houden voor de buren en zichzelf. Het verantwoord omgaan met de natuur is daarbij belangrijk. Natuur, die eenmaal weggehaald is, krijg je niet direct terug. De gemeente kan hierbij onder andere door middel van voorlichting een grote rol in spelen. Belangrijk is ook dat de gemeente het grote voorbeeld is voor veel burgers. De voorbeeldfunctie van de gemeente komt onder andere tot uiting in het beleid dat waar groen moet worden gekapt, gezorgd moet worden voor herbeplanting. Monumentale bomen worden gespaard en beschermd. Leefbaar betekent ook het wonen zonder grote zorgen wat betreft risico´s. Bij het opstellen van visies en bestemmingsplannen dient er ruim aandacht gegeven te worden aan externe veiligheid. Vervuilende industrieën uit de zwaarste categorie worden in Wageningen niet toegelaten. De gemeente draagt zorg voor een gedifferentieerd woningaanbod in Wageningen, waarbij aandacht wordt geschonken aan het huisvesten van één-, tweepersoonshuishoudens, grote gezinnen, senioren en gehandicapten. Uit het woningmarktonderzoek van 2001 blijkt niet alleen vraag naar duurdere koopwoningen maar ook een grote behoefte aan goedkope eengezinswoningen. Alhoewel het bouwen van duurdere woningen kan zorgen voor enige doorstroming en er goedkopere woningen vrij komen voor starters en minder kapitaalkrachtige huishoudens, is dit middel alleen niet voldoende. De ChristenUnie wil daarom dat nieuwbouw van eengezinswoningen in zowel de goedkope als dure sector gebeurt. De meeste nieuwbouw zal plaats vinden op inbreidingslocaverkiezingsprogramma ChristenUnie Wageningen 2002 - 2006
13
ties. Daarbij moeten er genoeg stukken groen en speelplaatsen overblijven. Met de woningcorporaties worden prestatie-afspraken gemaakt. Daarin dient niet alleen de grootte van de kernvoorraad te worden aangegeven, maar ook de gewenste variatie in woningen binnen de kernvoorraad. Met de woningcorporaties vindt jaarlijks evaluatie van de woningvoorraad en –behoefte plaats. Wageningen heeft een relatief grote hoeveelheid hoogbouw (flatwoningen). De gemeente stimuleert dat de Woningstichting geen eengezinswoningen uit de kernvoorraad meer verkoopt. Er moet worden voorkomen dat huishoudens in te grote mate afhankelijk zijn van huursubsidie nu de grenzen daarvoor in 2001 zijn verhoogd. In de prestatie-afspraken moeten gemeente en corporaties ook afspraken maken over gezamenlijke inspanningen in het kader van buurt/wijkbeheer. Goed verzorgd uitziende woningen zijn bijvoorbeeld belangrijk voor de leefbaarheid in de wijk. Ook de aanpak van geluidsoverlast valt hier onder. Tenslotte moeten in urgente gevallen mensen binnen zes maanden een passende woning toegewezen krijgen. De gemeente Wageningen moet een voortrekkersrol vervullen in het totstandkomen van woonplannen waartoe in de Intergaal Structuurplan Volkshuisvesting (ISV) een eerste aanzet is gegeven. In deze plannen zal vooral aandacht besteed moeten worden aan herstructurering van de oude wijken. Herstructurering is beleidsmatig en financieel een zwaardere opgave dan nieuwbouw, maar zal toch krachtig ter hand genomen moeten worden om de neerwaartse spiraal waarin bepaalde wijken zich bevinden te doorbreken. Bij herstructurering moeten de wensen van de wijkbewoners zwaar tellen. Wanneer huizen gesloopt worden, zullen de bewoners gecompenseerd moeten worden voor de extra kosten die gepaard gaan met de verhuizing. Het aantal bewoners dat na sloop en nieuwbouw in de buurt terugkeert, is vaak klein. De gemeente moet ruim voldoende mogelijkheden bieden aan de bewoners (onder andere qua aantallen woningen en huurprijs) om, indien gewenst, naar de wijk terug te keren. Ook moet in de woonplannen veel aandacht worden gegeven aan het ‘opplussen’ van woningen zodat bewoners langer in hun vertrouwde woning kunnen blijven wonen. In beeldkwaliteitplannen biedt de gemeente een richtsnoer voor kwalitatief verantwoorde bouwkundige architectuur voor nieuwe en bestaande woningen. Deze beeldkwaliteitplannen zijn er met name voor het welstandstoezicht. Ook de belangen en opvattingen van omwonenden worden hierin betrokken.
6.5
Grondbedrijf De gemeente kijkt ruim van tevoren naar het betrekken van een strategische grondpositie (actief grondbeleid). De gemeente voert een duidelijk beleid ten aanzien van projectontwikkelaars of andere particuliere grondbezitters teneinde het complete bestemmingsplan te realiseren, ook publieke en groenfuncties (faciliterend grondbeleid). Het gemeentebestuur dient er tijdig voor te zorgen dat de voor nieuwbouw benodigde gronden beschikbaar komen. Prijsbepaling geschiedt op basis van taxatierapporten van onafhankelijke deskundigen en vrije onderhandelingen. Pas in het uiterste geval wordt tot onteigening overgegaan. Intergemeentelijke samenwerking Er vindt zorgvuldige en niet-competitieve afstemming plaats met naburige gemeenten ter realisering van regionale behoeften, zoals wonen, werken, recreatie en infrastructuur. Gemaakte samenwerkingsafspraken zijn voldoende democratisch gelegitimeerd. In het bijzonder dient er in WERV-verband onderzocht te worden welke mogelijkheden er zijn voor een Hoogwaardig Openbaar Vervoer (HOV) verbinding tussen de vier gemeenten Wageningen, Ede, Rhenen en Veenendaal. Deze HOV-verbinding kan een multifunctionele uitvoering krijgen, dat wil zeggen voor meerdere vormen van vervoer geschikt. Haven De potenties van de haven dienen benut te worden. In de haven worden alleen bedrijven toegestaan die een binding met het water hebben, voor de overige bedrijven worden zo spoedig mogelijk oplossingen bedacht om te verhuizen naar het Nudepark. Er dient een goede verbinding te zijn tussen de haven en de drie snelwegen (A12, A15 en A50), op deze verbindingen zal de overlast voor de omwonenden tot een minimum worden beperkt. Onderzocht zal worden wat de mogelijkheden zijn voor een directe aansluiting op de A15.
verkiezingsprogramma ChristenUnie Wageningen 2002 - 2006
14
7
Verkeer en vervoer Verkeer en vervoer is een terrein waarop de gemeentelijke overheid belangrijke taken te vervullen heeft. Een goede en moderne infrastructuur is van belang voor de ontwikkeling van de gemeente. Ten behoeve van burgers en bedrijfsleven richt het gemeentelijk verkeersbeleid zich daarom op een effectief en efficiënt verloop van verkeer en vervoer binnen de gemeente Wageningen en van en naar de regio. De ChristenUnie Wageningen laat zich hierbij leiden door drie criteria: veiligheid, leefbaarheid en milieuvriendelijkheid.
7.1
Infrastructuur Het gemeentebestuur zorgt voor de instandhouding van een goede infrastructuur. Daarbij moet op evenwichtige wijze aandacht worden besteed aan voorzieningen voor alle groepen verkeersdeelnemers, onder meer door het opstellen van een verkeersbeleidsplan. Het gemeentebestuur tracht - zoveel mogelijk in samenwerking met buurgemeenten en provincie - tot een samenhangend en op de toekomst gericht verkeers- en vervoersbeleid te komen, waarin de drie genoemde voorwaarden - veiligheid, leefbaarheid en milieu - leidende principes zijn.
7.2
Verkeersveiligheid De meest kwetsbare groepen verkeersdeelnemers, te weten gehandicapten, fietsers, voetgangers, jongeren en ouderen vereisen bijzondere aandacht. Lopende en fietsende schoolgaande kinderen dienen zoveel mogelijk gebruik te kunnen maken van daartoe ingerichte schoolroutes. Het verdient vanuit verkeersveiligheids- en milieu-overwegingen aanbeveling te komen tot een proef met z.g. groene golven. Daarbij dient te worden aangegeven bij welke snelheid deze golf functioneert. De gemeente bevordert het (doen) geven van verkeerslessen, met name voor scholieren en nieuwkomers in Nederland. Jaarlijks worden de schoolroutes met behulp van kinderen en hun ouders/opvoeders en leerkrachten geinventariseerd. De hoofdfietsroutes dienen bij voorkeur voorzien te worden van ongelijkvloerse kruisingen. Veel fietsenstallingen voldoen onvoldoende aan de eisen. De gemeente bevordert bewaakte stallingen. Als werkgever geeft de gemeente Wageningen ook het goede voorbeeld door actief mee te werken aan fietsprivé-projecten voor het eigen personeel en komen er bedrijfsfietsen in haar stalling voor personeel dat met openbaar vervoer of met de auto naar het werk komt.
7.3
Voorzieningen Gestreefd wordt naar integratie van het beleid met betrekking tot verkeer en vervoer en ruimtelijke ordening. Infrastructuur wordt zoveel mogelijk gebundeld. Burgers ondervinden nog te veel hinder van parkeerders voor hun eigen deur. Daarom dienen publiektrekkende faciliteiten zoveel mogelijk nabij openbaar vervoersvoorzieningen gelokaliseerd te worden. Ter ontsluiting van natuurgebieden worden op strategische punten toeristisch/recreatieve voorzieningen aangelegd (parkeerplaatsen, picknickplaatsen, wandelroutes). Nu ondervinden burgers nog te veel hinder van parkeerders voor hun eigen deur.
7.4
Automobiliteit, openbaar vervoer en parkeerbeleid Gebruik van het openbaar vervoer moet worden gestimuleerd door de aanleg van voldoende parkeerplaatsen. Aan het treintaxisysteem en collectief vraagafhankelijk vervoer wordt alle medewerking gegeven. De aansluiting van de verschillende vormen van openbaar vervoer wordt verbeterd. Om zo min mogelijk rijtijdverlies voor de bussen te laten optreden, worden zonodig vrije busbanen aangelegd en dienen de bussen de verkeersregelinstallaties te kunnen beïnvloeden. In samenwerking met ondernemersverenigingen en/of grootwinkelbedrijven dient op koopavonden het aanbieden van gratis openbaar vervoer aan het publiek gestimuleerd te worden. verkiezingsprogramma ChristenUnie Wageningen 2002 - 2006
15
Hoogwaardig openbaar vervoer is meer dan alleen een light railverbinding met station Ede-Wageningen. Een light rail is een starre verbinding. Innovatieve wijzen van vervoer dienen in het onderzoek betrokken te worden. Onderzocht moet worden of een aansluiting van de WERV-gemeenten onderling niet eveneens tot de mogelijkheden behoort. Immers ter ontlasting van de aansluitingen met Ede-Wageningen zou dan gebruik gemaakt kunnen worden van een route via Rhenen. Uitbreiding van het aantal openbare parkeerplaatsen in het centrum verdient geen aanbeveling. De parkeerproblematiek is nu voor een aantal jaren goed geregeld. Bij aanleg van ondergrondse parkeervoorzieningen kan de bovengrondse parkeerruimte voor andere functies (bijvoorbeeld wonen, winkelen en werken) worden benut.
8
Onderwijs Het onderwijsbeleid moet onderdeel zijn van een integraal beleid voor een sluitend voorzieningenaanbod dat de burger in staat moet stellen aan de samenleving deel te kunnen nemen. De gemeente zal bij de uitvoering van haar beleid rekening houden met de grondwettelijk gewaarborgde vrijheid van onderwijs. Door een goed stelsel van onderwijsvoorzieningen bevordert het gemeentebestuur de vrijheid van schoolkeuze, ook in regionaal verband. De gemeente zorgt derhalve voor adequaat leerlingenvervoer teneinde de keuzevrijheid van de ouders en de bereikbaarheid van de school voor de leerlingen mogelijk te maken. De gemeente hanteert hierbij redelijke afstandsgrenzen en verlaagt mogelijke financiële drempels wanneer meerdere kinderen uit één gezin scholen buiten Wageningen bezoeken. Uitgangspunt bij het onderwijs is dat de bijzondere en openbare scholen financieel gelijkgesteld worden. De gemeente zet het bestuur van het openbaar onderwijs ‘op afstand’. Voor de uitvoering van het Integraal Huisvestingsplan Onderwijs dienen voldoende financiële middelen beschikbaar worden gesteld. Het onderwijs is een van de belangrijkste plekken om kindermishandeling te signaleren. De gemeente Wageningen bevordert dat hierover voorlichting wordt gegeven. Ook stimuleert de gemeente campagnes ter voorkoming en bestrijding van pesten op school.
8.1
Openbaar onderwijs en basiseducatie Het gemeentebestuur zorgt voor voldoende scholen voor openbaar onderwijs. Als bevoegd gezag zorgt het gemeentebestuur voor een goed toezicht en bestuur op afstand. Het openbaar onderwijs moet zodanig worden gegeven dat rekening wordt gehouden met de levensovertuiging van de ouders van iedere leerling die de openbare school bezoekt en dat de toegankelijkheid van het openbaar onderwijs voldoende gewaarborgd is. Voor de onderdelen vredesonderwijs, emancipatie en seksuele voorlichting betekent dit dat terughoudendheid wordt betracht. De gemeentelijke overheid zal in haar beleid aandacht moeten schenken aan die categorieën burgers, die onvoldoende mogelijkheden hebben gehad om hun talenten te ontwikkelen. Hiertoe zal zij bij het verlenen van subsidie aan instellingen die hiertoe activiteiten ontplooien, binnen zekere randvoorwaarden, de noodzakelijke middelen beschikbaar stellen.
8.2
Schoolbegeleiding Het bestuur van een bijzondere school moet vrij zijn in de keus van een schoolbegeleidingsdienst. In haar subsidiebeleid dient de gemeentelijke overheid ervoor te zorgen dat de schoolbegeleidingsdiensten hun taak op een verantwoorde wijze kunnen uitvoeren. Het gemeentelijk subsidiebedrag dient daarom te worden gekoppeld aan de hoogte van het door het rijk vast te stellen subsidiebedrag.
9
Welzijnswerk en cultuur De ChristenUnie Wageningen is ervan overtuigd dat de basis voor gezonde menselijke verhoudingen ligt in de liefde tot God en de naaste. Van daaruit gaan mensen zich verantwoordelijk voelen voor het welzijn van zichzelf en anderen. Het treffen van voorzieningen behoort dan ook tot de verantwoordelijkheid van de burgers. De taak van de overheid met betrekking tot welzijnswerk is voornamelijk voorwaardenscheppend en stimulerend. Gezien de samenstelling van de Wageningse bevolking mag de pluriformiteit van het welzijnswerk niet worden
verkiezingsprogramma ChristenUnie Wageningen 2002 - 2006
16
aangetast.
9.1
Emancipatie Het gemeentebestuur kan emancipatie-activiteiten die gericht zijn op personen in achterstandsituaties en voldoende openbare betekenis hebben, steunen. Geen medewerking wordt verleend aan die activiteiten die leiden tot aantasting van de belangrijke plaats van huwelijk en gezin in de samenleving. De oprichting en instandhouding van kinderopvangcentra wordt zo veel mogelijk aan het particulier initiatief overgelaten. Kinderopvang behoort in eerste instantie tot de taak van de ouders. De rol van de gemeente richt zich voornamelijk op controle van kwaliteit, veiligheid en hygiëne. Daar waar de noodzaak van kinderopvang duidelijk is, moedigt de gemeente particulier initiatief aan en bevordert het de totstandkoming van meer kinderopvang op levensbeschouwelijke basis. De gemeente moet niet de rol van ‘financierder van tweeverdieners’ op zich nemen. Financiële tegemoetkoming kan verantwoord zijn als er sprake is van een een-ouder-gezin of bij medisch/sociale noodzaak. Het opzetten en onderhouden van peuterspeelzalen met name voor kinderen in een achterstandspositie is een taak in het gemeentelijke beleid.
9.2
Jeugdwerk Het jeugdwerk ligt in het verlengde van de taak van de ouders ten opzichte van hun kinderen. Daarom berust de verantwoordelijkheid voor dit werk, behalve bij de jeugd zelf, bij de ouders. De gemeente heeft in het jeugdwerk en wijkopbouwwerk een taak, indien dit als gevolg van het ontbreken van voldoende particulier initiatief voor het verrichten van jeugdwerk, uit sociaal en pedagogisch oogpunt dringend gewenst is. De overheidssteun is gericht op het bevorderen van de eigen verantwoordelijkheid van de bij het werk betrokkenen.
9.3
Cultuur Kunstzinnige vaardigheden behoren tot de gaven die God aan mensen geeft. De gemeente Wageningen stimuleert burgers hun artistieke capaciteiten te ontplooien en stimuleert de bevolking te genieten van kunst en cultuur. Musea kunnen hierin een educatieve functie vervullen. Ook moet de gemeente bevorderen dat in haar eigen gebouwen met name kunstwerken van lokale kunstenaars staan of hangen. Er moet worden gestreefd naar voorzieningen met een zo breed mogelijk draagvlak. In een tijd van commercialisering en marktgerichtheid zijn kunst en cultuur kwetsbaar; ze kunnen niet zonder bescherming van de overheid. Kunst en cultuur verdienen een grote uitingsvrijheid, maar de gemeente Wageningen moet toch wel zekere grenzen hanteren op het gebied van zedelijkheid, discriminatie en godslastering. De Wageningse bibliotheek is een verrijking van het culturele leven en is daarom van groot belang in een gemeente. Net als voor alle culturele voorzieningen kan van de gebruikers een redelijke vergoeding worden gevraagd. Om alle burgers de gelegenheid te bieden gebruik te maken van de grote hoeveelheid informatie op het internet zijn aansluitingen in bibliotheken onontbeerlijk. Die aansluitingen bieden gefilterd internet. Ook de instandhouding van de gemeentelijke muziekschool is van groot belang. Schouwburg Junushoff heeft te kampen (gehad) met financiële tegenslagen. Steeds maar meer subsidie geven is echter niet de juiste weg. De ChristenUnie vindt dat hogere kosten van de Junushoff niet mogen worden afgewenteld op niet-bezoekers van de schouwburg. Indien bij de huidige subsidie zich nog steeds exploitatie tekorten voordoen, moet er gesneden worden in functies en activiteiten van het theater.
9.4
De 'kabel' De kabelabonnees hebben wettelijk de mogelijkheid een keuze te maken uit een meer of minder omvangrijk zenderaanbod en internetaansluitingen. Er is de afgelopen jaren veel wrijving geweest tussen de kabelexploitant (UPC) en de gemeente Wageningen met betrekking tot het zenderaanbod. De gemeente dient strak vast te houden aan het principe van kwaliteit. Ook moet de gemeente, eerder dan het stimuleren van een uitbreiding van het zenderaanbod tegen extra kosten voor de burgers, juist werken aan het tot stand komen van een beperkt basispakket dat bijvoorbeeld slechts de publieke omroepen omvat. De lokale omroep moet in haar uitzendingen ruimte geven aan alle maatschappelijke en levensbeschouwelijke stromingen in de Wageningse samenleving. Godslasterlijke en zedenkwetsende zaken moeten van de omroep worden geweerd.
verkiezingsprogramma ChristenUnie Wageningen 2002 - 2006
17
9.5
Sport en recreatie In onze gehaaste maatschappij heeft de mens meer dan ooit behoefte aan recreatie. Dat kan op vele manieren, maar sport is wel een van de populairste. Sport kan een belangrijke rol spelen bij het lichamelijk en psychisch welbevinden. De ChristenUnie meent dat de taak van het gemeentebestuur ten aanzien van sport en recreatie voorwaardenscheppend is. Dit betekent dat van de gebruikers een bijdrage wordt verwacht die in redelijke verhouding staat tot de kosten en tot het inkomen (op z’n minst moeten er tegemoetkomingen zijn voor minima). Ook in de sport is een tendens waarneembaar naar meer individuele sporten. Mede vanwege de sociale aspecten moet het gemeentelijk beleid gericht zijn op het instandhouden van de verenigingen en gezamenlijk sporten. Het voorgaande kan bereikt worden door sportkennismakingsprogramma’s voor speciale doelgroepen in Wageningen (bijvoorbeeld jongeren en allochtonen) te stimuleren en sportverenigingen te betrekken bij plannen voor naschoolse opvang. De gemeente moet ook op het terrein van sport en recreatie waken over de zondagsrust. De ChristenUnie vindt de ingezette trend in Wageningen van zelfbeheer van sportverenigingen uitstekend. Sportverenigingen die aantoonbaar investeren in ‘fair play’ ontvangen een bonus. Degenen die in verenigingsverband sporten, moeten ook (waar mogelijk) een deel van hun vrije tijd in zetten voor het in stand houden van verenigingen. Dat geldt ook voor de ouders van in verenigingsverband sportende kinderen. In de sportwereld zijn vrijwilligers immers van groot belang. De gemeente Wageningen dient de inzet van vrijwilligers krachtig te ondersteunen met zowel financiële als niet-financiële maatregelen, zoals weergegeven in de Vrijwilligersnotitie 2001. Op regionaal en op plaatselijk niveau moet de gemeente Wageningen de gehandicaptensport stimuleren en faciliteren. Gestreefd moet worden naar optimale toegankelijkheid van sport- en recreatievoorzieningen voor gehandicapten. Als het gaat om recreatie heeft de gemeente de taak om parken en plantsoenen aan te leggen en te onderhouden. Natuurgebieden in de Wageningse uiterwaarden en in het bos worden met wandel- en fietsroutes zoveel mogelijk opengesteld. Schade aan het milieu moet hierbij worden voorkomen. Naaktrecreatie en openbare recreatie moeten zoveel mogelijk beperkt worden, maar in ieder geval van elkaar gescheiden.
10
Maatschappelijk welzijn In Gods ogen is elk mens van onschatbare waarde. De ChristenUnie Wageningen wil zich dan ook juist inzetten voor mensen die extra ondersteuning nodig hebben. De duurzame zorg voor elkaar behoort tot de verantwoordelijkheid van ieder mens maar is in de huidige maatschappij helaas geen vanzelfsprekendheid meer. Het is van belang om in samenspraak met de betrokkenen - al dan niet georganiseerd in bepaalde verbanden - problemen vroegtijdig te signaleren en indien mogelijk op te lossen. Het beleid op het terrein van ouderen, gehandicapten, minima en minderheden is dan ook zeer geschikt voor interactief beleid.
10.1
Sociale voorzieningen Het gemeentebestuur is belast met de uitvoering van de sociale voorzieningsregelingen. Een van de belangrijkste regelingen daarvan is de Algemene Bijstandswet. De sociale dienst kan het initiatief nemen om te komen tot een vorm van samenwerking met de plaatselijke diaconieën en overige particuliere instellingen om andere vormen van noodfondsen te creëren. Een blijvend punt van zorg zijn de alleenstaande ouders met kinderen. Het gemeentelijk beleid moet erop gericht zijn, dat de alleenstaande ouder de opvoeding van kinderen en tieners, als eerste prioriteit kan kiezen. Tegelijkertijd moet deze - vaak kwetsbare - groep mogelijkheden aangereikt worden tot ontplooiing, werk en scholing. Juist voor deze groep moeten voldoende kinderopvangplaatsen beschikbaar zijn. De controle ter voorkoming van het misbruik van de sociale voorzieningen en ter bestrijding van fraude moet worden gehandhaafd. De contacten als gevolg van deze controle dienen gericht te zijn op de hulpverlening aan de persoon, waardoor een verbetering van de positie van de uitkeringsgerechtigde kan worden bereikt.
10.2
Maatschappelijke dienstverlening De maatschappelijke zorg behoort tot de verantwoordelijkheid van ieder mens ten opzichte van zijn naaste. De maatschappelijke voorziening in deze zorg is in de eerste plaats voorbehouden aan particuliere en/of kerkelijke instellingen, omdat er veelal levensbeschouwelijke aspecten bij aan de orde zijn. Kerken – netwerken die hun waarde bewezen hebben – moeten meer betrokken worden bij het ouderen-, gehandicapten- en minimabeleid (‘stille armoede’) en het minderhedenbeleid.
verkiezingsprogramma ChristenUnie Wageningen 2002 - 2006
18
De gemeente bevordert voorzieningen waardoor minder draagkrachtigen niet uitgesloten zijn van de moderne media (o.a. internet). Het gemeentebestuur bevordert de mantelzorg, het vrijwilligerswerk en de eerstelijnszorg voor ouderen.
10.3
Gehandicapten en ouderen De gemeente dient middels een samenhangend en integraal ouderen- en gehandicaptenbeleid met een langetermijnvisie deze kwetsbare groep(en) van de bevolking mogelijkheden te bieden om te blijven participeren in de Wageningse gemeenschap. Hiervoor schept zij goede leefomstandigheden zoals: het wegnemen van belemmeringen en het bieden van ondersteuning op het gebied van participatie, wonen, verkeer en vervoer, zorgvoorzieningen, veiligheid, werk en inkomen, recreatie en welzijn, educatie, ondersteuningen op het gebied van technologie, informatie en communicatie. Kortom: een doelmatige uitvoering en regelmatige evaluatie van de Wet Voorzieningen Gehandicapten. Uitgangspunt in het ouderenbeleid is het bieden van een volwaardige, zelfstandige maar ook geïntegreerde plaats aan ouderen in de samenleving. Het gemeentelijk beleid op o.m. de terreinen van volkshuisvesting, ruimtelijke ordening, verkeer, welzijn en zorgverlening is hierop gericht. De bouw van bejaardenwoningen en andere vormen van (semi-)zelfstandige woonruimte binnen (gezins) woonwijken is van groot belang. Het bouwen woningen met 'woon-keur' en 'levensloopbestendige' woningen dient bevorderd te worden. Uitgangspunt in het ouderenbeleid is het bieden van een volwaardige, zelfstandige, maar ook geïntegreerde plaats aan ouderen in de samenleving. Het gemeentelijk beleid op o.m. de terreinen van volkshuisvesting, ruimtelijke ordening, verkeer, welzijn en zorgverlening is hierop gericht. De bouw van bejaardenwoningen en andere vormen van (semi-)zelfstandige woonruimte binnen (gezins)woonwijken is van groot belang.
10.4
Minderheden Het gemeentebestuur voert binnen de kaders van het rijksbeleid een ruimhartig beleid ten aanzien van de opvang van asielzoekers en vluchtelingen. Uitgangspunt moet hierbij zijn een gelijkwaardige behandeling van Nederlanders en etnische minderheden. Zowel van Nederlanders als van leden van minderheidsgroepen mag in ruime mate begrip voor elkaar worden verwacht. Hiertoe is een goede voorlichting aan beide groepen van groot belang. Het gemeentebestuur dient zijn beleid naar de bevolking toe duidelijk uiteen te zetten. Dit ten einde misverstanden en vooroordelen bij de bevolking tegen te gaan. De gemeente stimuleert en faciliteert de vrijwilligers activiteiten voor asielzoekers van relevante organisaties, waaronder de Wageningse kerken. Racisme en discriminatie dienen te worden tegengegaan. Het gemeentebestuur verleent medewerking aan goede huisvestings- en onderwijsmogelijkheden voor etnische minderheden. De maatschappelijke dienstverlening en het sociaal-cultureel werk voor etnische minderheden ter integratie worden gestimuleerd. De gemeente heeft een begripvol en tegelijkertijd duidelijk beleid t.a.v. uitgeprocedeerde asielzoekers. Zij steunt de tijdelijke opvang voor individuele gevallen en biedt begeleiding bij het vaak moeizame terugkeerproces. Hierbij kan hulp gezocht worden bij bestaande particuliere instellingen in ons land met ervaring op dit gebied. De gemeente is streng voor echte illegalen
11
Economische zaken Om het economisch leven tot bloei te doen komen, moeten goede voorwaarden worden geschapen door overheid en burgers samen. Het is echter niet goed wanneer de welvaartsambitie het overheersende streven is in de samenleving. Economische ontwikkeling moet plaatsvinden in een duidelijk besef van ethische, culturele, sociale en ecologische normen die in een eerlijke balans tot hun recht moeten komen. De ChristenUnie Wageningen wil de gemeente, organisaties en bedrijven aansporen duurzaam, milieuvriendelijk, energiezuinig en maatschappelijk verantwoord te handelen.
verkiezingsprogramma ChristenUnie Wageningen 2002 - 2006
19
11.1
Werkgelegenheid Er moeten voldoende infrastructurele en planologische voorzieningen zijn voor een verantwoorde ontwikkeling en evenwichtige samenstelling van de bedrijvigheid. Kennisintensieve bedrijvigheid alleen is te beperkt. Een belangrijk uitgangspunt voor het economische beleid is de ontsluiting (van de bedrijfsterreinen) en voldoende woongelegenheid. De bestrijding van de werkloosheid blijft een speerpunt in het gemeentelijk beleid. Voor een goede ontwikkeling van bedrijvigheid - met name in het midden- en kleinbedrijf - is het nodig allerlei vergunningenprocedures met de nodige spoed af te werken. Het verdient aanbeveling aan te sluiten bij de Starterswinkel van de Kamer van Koophandel en een bedrijfsloket (één aanspreekpunt voor startende ondernemingen) op te zetten. Ondernemersschap binnen de Wageningen Universiteit en Researchcentrum (Wageningen UR) wordt bevorderd via de daartoe geëigende kanalen. De samenleving heeft collectieve rustmomenten nodig. De ChristenUnie Wageningen wil dat de gemeente de collectieve rustmomenten zal versterken. Daarom blijven de winkels op zondag gesloten.
11.2
Werkloosheidsbestrijding Via de bestuurlijke invloed op de centra voor werk en inkomen probeert het gemeentebestuur wildgroei van initiatieven voor werkloosheidsbestrijding tegen te gaan. Verder kunnen de contacten met werkgevers- en werknemersorganisaties in het bestuur van het arbeidsbureau worden ingezet voor de bestrijding van de (jeugd)werkloosheid. Aandachtspunten daarbij zijn afstemming van opleidingen op de vraag van de arbeidsmarkt, het scheppen van werkervaringsplaatsen en het geven van goede voorlichting over de mogelijkheden op de arbeidsmarkt.
11.3
Landbouw Bijzondere aandacht verdient de agrarische sector in onze gemeente. Bij toepassing van de planologische en milieuhygiënische wetgeving zoekt het gemeentebestuur een goed evenwicht tussen landbouwbelangen en de belangen van het natuurlijk milieu. Het gemeentebestuur dient levensvatbare initiatieven, die de milieuproblematiek in de agrarische sector beogen terug te dringen, te ondersteunen. Gelet op de milieuproblemen is uitbreiding van de intensieve veehouderij niet gewenst, tenzij aan de regelgeving met visie op de toekomst wordt voldaan. Aan de ombouw naar minder intensieve, meer grondgebonden en diervriendelijker systemen wordt wel medewerking verleend.
11.4
Publiek Private Samenwerking en Maatschappelijk Ondernemen De rijksoverheid probeert op steeds meer terreinen samenwerking met het bedrijfsleven van de grond te brengen. Stimuleren van bedrijfsleven bij de publieke zaak wordt warm aanbevolen wanneer men werkelijk maatschappelijk betrokken wil zijn. De overheid moet er echter alert op zijn dat meebetalen ook meebepalen inhoudt en daarin haar grenzen als overheid duidelijk markeren. Vormen van maatschappelijke betrokkenheid die gestimuleerd moeten worden zijn bijvoorbeeld vrijwilligerswerk vanuit bedrijven en werkervaringsplaatsen voor langdurig werklozen.
12
Financiën Elk beleid van het gemeentebestuur moet zich vertalen in benodigde financiële middelen om alle plannen uit te voeren. Uiteindelijk moeten plannen van verschillende beleidsterreinen centraal tegen elkaar worden afgewogen. De wensen gaan nog steeds boven de mogelijkheden. Juist daarom moeten keuzen en verantwoording helder worden gepresenteerd zoals een goed beheerder (rentmeester) betaamt. In de afgelopen jaren heeft Wageningen te veel nieuwe zaken aangepakt. Externe bureaus werden veelvuldig ingezet tegen hoge kosten om alle ambities waar te maken, zonder dat er voldoende aansturing was vanuit het gemeentelijk apparaat. Ambitieus zijn is prima. De middelen zijn echter beperkt en het ambitieniveau moet daaraan aangepast worden. Er is een trend in de samenleving waarneembaar dat ook van de overheid steeds meer wordt gevraagd om richting mondige burger en controlerende raad verantwoording af te leggen. Meer verantwoording afleggen hoeft verkiezingsprogramma ChristenUnie Wageningen 2002 - 2006
20
echter niet te leiden tot een verkrampte, afgeslankte overheid die zich verontschuldigt voor elke euro die besteed wordt aan publieke middelen. Kwaliteit in de publieke sector mag geld kosten. Het is een kwestie van prioriteit. De noodzaak van een stevige overheid en de keuzen die de ChristenUnie maakt staan in het voorafgaande van dit programma duidelijk vermeld.
12.1
Beheer en verantwoording Het Wageningse college van B&W moet zich bewust zijn van haar actieve verantwoordingsrol richting burgers en raad. Hierbij is de jaarlijkse cyclus van begroting, tussentijdse rapportages (management rapportage, MARAP) en jaarrekening onmisbaar. Deze cyclus heeft de afgelopen jaren regelmatig ter discussie gestaan. Met name het instrument van de MARAP is onvoldoende ontwikkeld. Ook belangrijk is een voldoende inzicht in soort en omvang reserves en voorzieningen (balansposities) om het weerstandsvermogen van de gemeente te bepalen. De gewenste omvang moet door B&W worden geformuleerd en gemotiveerd. Voor de toekomstige investeringen is het van belang een meerjaren-investeringsplan en meerjarenbegroting door de gemeenteraad te laten behandelen. Daarnaast zullen de geijkte zinsneden uit risicoparagrafen zoals die de afgelopen periode met grote regelmaat gevonden konden worden, de komende jaren niet meer terug te vinden zijn. Een risico is een kans of mogelijkheid van schade of verlies. Deze kans is vaak moeilijk in te schatten; de hoogte van het financiële verlies indien het risico zich voordoet, moet echter veel beter gekwantificeerd worden. Het gemeentebestuur zorgt voor een goed beheer van de aan hem toevertrouwde geldmiddelen. Dit betekent: • zorg voor een reëel sluitende begroting; • geen overschrijding van de geraamde uitgavenposten, voordat hiervoor machtiging van de gemeenteraad is ontvangen. Bij het opstellen van de begroting dienen de geraamde uitgaven niet gebaseerd te worden op een voortschrijdende begroting. Jaarlijks dient op basis van een nader onderzoek te worden nagegaan of de werkelijke rekeningcijfers tot een aanpassing van de begrote ramingen moet leiden en de relatie tussen inhoudelijke en financiële voortgang van projecten duidelijk bepaald worden. Voor de komende periode waarin voor het eerst een dualistische verhouding tussen raad en college zal bestaan moet het collegeakkoord heldere, meetbare doelstellingen opnemen. Dit om enerzijds helder haar ambitie richting de burger te presenteren en zich anderzijds ‘afrekenbaar’ richting raad te kunnen opstellen. Beleid hoort geëvalueerd te worden. In incidentele, niet voorziene omstandigheden, kan voor het sluitend maken van de begroting, worden beschikt over een reserve.
12.2
Gemeentelijke inkomsten De publieke middelen die gemeenten ter beschikking staan, komen via het Rijk uit het gemeentefonds en vanuit belastingen die de gemeente zelf heft (OZB). De gemeente heft belasting, controleert de besteding en maakt aan haar burgers duidelijk waar zij het geld voor gebruikt. De hoogte van de OZB (Onroerende Zaak Belasting) wordt niet hoger vastgesteld dan strikt noodzakelijk om tot een sluitende begroting te komen voor de uitvoering van de overheidstaken, de kerntaken. Daarbij wordt een consistente gedragslijn gevolgd, om te voorkomen dat burgers voor onplezierige financiële verrassingen komen te staan. De gemeente moet aan de bewoners van Wageningen heel duidelijk maken waaraan zij het belastinggeld besteedt. De gemeente moet een ruimhartig vrijstellingenbeleid voeren waar gemeentelijke heffingen een grote last vormen (minimabeleid!). Voor het uitvoeren van een verantwoord milieubeleid kan het noodzakelijk zijn te komen tot het instellen of verhogen van bestemmingsheffingen. Deze heffingen dienen het milieu ten goede te komen en mogen geen algemeen dekkingsmiddel worden.
12.3
Subsidies Het subsidiebeleid van de gemeente moet erop gericht zijn burgers te stimuleren hun gaven zo goed mogelijk ten dienste van hun Schepper en anderen te ontplooien. Subsidies zijn slechts aanvullend op particulier initiatief. Met subsidies moet dan ook terughoudend omgesprongen worden. Uitgangspunten bij subsidiering zijn: • de te subsidiëren activiteiten behoren duidelijk omschreven te zijn; • deze activiteiten moeten door de particulieren zelf voldoende ondersteund worden (o.a. met redelijke eigen bijdragen); • subsidies moeten beperkt blijven tot activiteiten die worden georganiseerd vanuit of in het belang van de Wageningse bevolking; • subsidies worden alleen verleend aan instellingen die aantoonbare betekenis hebben voor de samenleving in Wageningen; • de te subsidiëren activiteiten zijn voor iedereen toegankelijk; • te subsidiëren activiteiten mogen niet in strijd zijn met christelijke waarden en normen, met het recht of de
verkiezingsprogramma ChristenUnie Wageningen 2002 - 2006
21
• • • •
goede zeden; in de subsidievoorwaarden mag echter geen inbreuk worden gemaakt op de vrijheid van godsdienst of daaruit voortvloeiende grondwettelijke vrijheden; van de besteding van de subsidie moet verantwoording worden afgelegd en dit moet nauwgezet worden gecontroleerd; terugvordering of sanctie zal plaatsvinden bij schending van afspraken; subsidies worden periodiek geëvalueerd.
Aan de hand van deze criteria wordt het bestaande subsidiebeleid systematisch doorgelicht en zonodig gesaneerd.
verkiezingsprogramma ChristenUnie Wageningen 2002 - 2006
22
13
Onze Kandidaten 1. JAAP J. LAMMERS (51) is zelfstandig ondernemer. Hij helpt bedrijven bij het bedenken van nieuwe creatieve oplossingen. Hij is een echte netwerker en is goed in staat om mensen met een verschillende (culturele) achtergrond tot een goed draaiend team te maken. Hobbies: nieuwe media, computers en squashen. 2. DIRK JANSSEN (22) is vijfdejaars student landinrichtingswetenschappen (WUR). Zijn interesses liggen in het vormen en leefbaar maken van de leefomgeving. In zijn vrije tijd is hij (naast zijn politieke functies) met name werkzaam op een veehouderijbedrijf en actief met het ontwerpen van internetsites. 3. JAN DIJKSTRA (37) is docent bij de leerstoelgroep Diervoeding (WUR) waar hij, naast onderwijs en begeleiding, wetenschappelijk onderzoek doet naar optimale rundveevoeding. Jan volleybalt graag en houdt cavia's. 4. ANNIE SLAA - DE JONG (67) is een gepensioneerde medewerkster van de WUR. Ze houdt van lezen, handwerken en cryptogrammen. Verder is ze betrokken bij het werk van de ouderenbonden in Wageningen (P.C.O.B.). 5. HERMEN VREUGDENHIL (26) is opleidingsadviseur VROM bij de Bestuursacademie. Hij houdt van sporten en lekker de natuur in trekken. 6. MONIQUE HEGER (31) is medewerker evaluatie bij de LEPRAzending. Ze heeft ontwikkelingsstudies gestudeerd aan de WUR. Ze houdt van zeilen, skiën, squashen, computeren en hamsters. 7. JAN VAN SCHAIK (55) is salesmanager in een ‘industrial adhesives’ bedrijf. Hij is kerkenraadslid en actief in het pastoraat in de plaatselijke Ned.Herv. Kerk (GB Modaliteit) Hij schaatst en skeelert graag en speelt trompet. 8. PETER DE HAAN (23) is vierdejaars student journalistiek. Hij houdt van lezen en is geïnteresseerd in Europese geschiedenis. Verder mag hij graag fietsen en wandelen. 9. BERTUS RUISCH (68) is een gepensioneerde technische rijksambtenaar, die zijn hele leven al in Wageningen woont en al politiek actief is. Zijn hobby’s zijn modelbouw, tuinieren en vissen. 10. ALKO AFMAN (22) studeert bos- en natuurbeheer (2e jaar) aan hogeschool Larenstein te Velp. Was actief in het landelijk bestuur van Perspectief (jongerenafdeling ChristenUnie). Houdt van trektochten maken door de bergen. 11. JAN VAN MAURIK (48) Hij is slager en adviseert cafetaria’s over productvorming. Is vaak in de tuin te vinden. 12. TANJA LEDELAY - VAN DER WEKKEN (35) is een moeder van zes kinderen en actief in het vrijwilligerswerk van de kerk en de peuterspeelzaal. Haar hobby’s zijn milieubewust huishouden, lezen, piano en zang. 13. PETRUS POSTMA (23) is vijfdejaars student landgebruiksplanning en houdt zich bezig met belangenbehartiging. Hij is veel bezig met communicatie en PR in het studentenverenigingsleven. Muziek luisteren is zijn grote hobby. 14. KAREL DE BLOOIS (41) heeft tuinbouw gestudeerd en is bezig namens World Partners een produktiebedrijf voor ijsbergsla in de Oekraine op te zetten.
ChristenUnie Wageningen Lijstrekker ChristenUnie Wageningen Jaap J. Lammers, E-mail:
[email protected] Secretariaat ChristenUnie Wageningen Jan Dijkstra, E-mail:
[email protected] p/a Matenstraat 14, 6707 CS, Wageningen Website: http://go.to/ChristenUnie
verkiezingsprogramma ChristenUnie Wageningen 2002 - 2006
23