VERZEKERD TEGEN ARBEIDSONGESCHIKTHEID. WAT BETEKENT DAT VOOR U ?
Situatie tot 1 augustus 2004 Tot 1 augustus 2004 waren predikanten verplicht verzekerd volgens de Wet Arbeidsongeschiktheidsverzekering Zelfstandigen (WAZ). Wanneer een predikant langer dan een jaar arbeidsongeschikt was, kon hij in aanmerking komen voor een WAZ-uitkering. Daarnaast voorzag het reglement van de Stichting Emeritaatsvoorziening (SEV) tot juli 2004 bij arbeidsongeschiktheid van ten minste 50% in een aanvullende uitkering van 70% van het gederfde traktement minus de WAZ-uitkering. Afschaffing van de WAZ per 1 augustus 2004 betekent niet dat alle WAZ-uitkeringen ook meteen worden stopgezet. Predikanten die per 1 augustus 2004 al een WAZ-uitkering hadden, houden deze zolang zij arbeidsongeschikt zijn of totdat ze 65 jaar worden. Elke predikant die geen WAZ-uitkering heeft, maar voor 1 augustus 2004 arbeidsongeschikt is geworden, kan nog recht hebben op een WAZ-uitkering. Dat betekent dat de laatste WAZ-uitkeringen uiterlijk ingaan op 1 augustus 2005.
Collectieve verzekering Nu de WAZ is afgeschaft, volgt uit het reglement dat het gehele financiële risico van arbeidsongeschiktheid van de deelnemende predikanten voor rekening van de SEV komt - dus inclusief het deel dat vroeger door de WAZ werd gedekt. De SEV heeft dit risico herverzekerd bij Fortis/AMEV. Is een predikant langer dan een jaar voor ten minste 25% arbeidsongeschikt, dan volgt er in beginsel een uitkering van Fortis/AMEV aan de SEV. Er is dus het één en nader veranderd. Wát er veranderd is en wat dit voor gevolgen heeft voor predikant en kerkenraad, wordt in deze gids toegelicht. Deze gids bestaat uit de volgende onderdelen: WIE IS WAARVOOR VERZEKERD EN WAT KOST HET? ARBEIDSONGESCHIKT: EN DAN ? VOORKOMEN IS BETER ……….. WAT TE DOEN ALS U HET ERGENS NIET MEE EENS BENT ? TOT SLOT ADRESSEN EN TELEFOONNUMMERS
Belangrijk Deze gids geeft in grote lijnen de inhoud weer van de tussen de SEV en Fortis/AMEV gesloten overeenkomst. Het is bedoeld als houvast voor predikanten die te maken krijgen met arbeidsongeschiktheid (en hun kerkenraden). Aan de tekst kunnen geen rechten worden ontleend. Voor de beantwoording van de vraag of sprake is van een recht op uitkering, zijn bepalend de tekst van de polisvoorwaarden van de verzekering tussen de SEV en Fortis/AMEV en het reglement van de SEV.
WIE IS WAARVOOR VERZEKERD EN WAT KOST HET? Wat moet worden verstaan onder “arbeidsongeschikt” Er kan verwarring ontstaan over het antwoord op de vraag wanneer sprake is van arbeidsongeschiktheid en wat de relatie is tussen de begrippen “ziek” en “arbeidsongeschikt”. In de polisvoorwaarden van de verzekering is een omschrijving opgenomen van “arbeidsongeschiktheid” die we u niet willen onthouden. Daarna zullen we uitleggen wat die omschrijving voor u betekent. “Arbeidsongeschiktheid wordt aanwezig geacht, indien de verzekerde door rechtstreeks en door uitsluitend medisch vast te stellen gevolgen van ongeval en/of ziekte voor tenminste 25% ongeschikt is tot het verrichten van de werkzaamheden die voor zijn krachten en bekwaamheden zijn berekend en die, gelet op zijn inkomen voorafgaand aan de arbeidsongeschiktheid in redelijkheid van hem kunnen worden verlangd. Hierbij wordt geen rekening gehouden met een verminderde kans op het verkrijgen van arbeid.” Om te beginnen: hoe ligt de relatie tussen “arbeidsongeschikt” en “ziek”? Welnu, u kunt een ziekte onder de leden hebben, zonder dat dat u belemmert uw werk te doen; u bent dan ziek, maar niet arbeidsongeschikt. Wanneer spreken we wél van arbeidsongeschiktheid in de zin van de verzekering? Daarvan is sprake als u door ziekte of ongeval geheel of gedeeltelijk 1 niet in staat bent om werkzaamheden te verrichten die passen bij uw “krachten en bekwaamheden”. Kortom, u bent arbeidsongeschikt in de zin van de verzekering als u door ziekte of ongeval niet in staat bent uw normale, dagelijkse werk te doen en evenmin om andere werkzaamheden te verrichten die passen bij uw opleidingsniveau en uw werkervaring. In die situaties spreken we van arbeidsongeschiktheid. Het maakt dus niet uit of die situatie nu één dag duurt of langer is. Immers, als u met griep onder de wol ligt, bent u niet in staat om welke werkzaamheden dan ook te verrichten en dus wordt u in zo’n geval beschouwd als arbeidsongeschikt. Als die (al dan niet gedeeltelijke) arbeidsongeschiktheid langer duurt dan 52 weken, komt een arbeidsongeschiktheidspensioen in beeld. Daarover verderop meer.
Wie is verzekerd? De verzekering is gesloten tussen de SEV (verzekeringnemer) en Fortis/AMEV (verzekeraar). De predikanten zijn de verzekerden. De verzekering is in beginsel van toepassing op alle predikanten in de Nederlands Gereformeerde Kerken die deelnemer zijn bij de SEV. Er is een aantal uitzonderingen: predikanten die op 1 juli 2004 een volledige WAZ-uitkering hadden, vallen onder de “oude” arbeidsongeschiktheidsregeling (deze is opgenomen in de overgangsbepaling van het reglement) en zijn niet in de verzekering opgenomen. Wanneer zij op enig moment niet meer (geheel) arbeidsongeschikt zijn, kunnen ze alsnog (deels) verzekerd worden. predikanten die op 1 juli 2004 een gedeeltelijke WAZ-uitkering hadden, zijn meeverzekerd voor het deel dat zij arbeidsgeschikt zijn. Formeel vallen ze daarmee zowel onder de oude als onder de nieuwe arbeidsongeschiktheidsbepalingen in het reglement. Het bestuur kan besluiten hen onder één van beide regelingen onder te brengen. predikanten die op 1 juli 2004 arbeidsongeschikt waren maar op dat moment nog geen recht hadden op een WAZ-uitkering vallen onder de overgangsregeling. Voor zover zij zowel onder de oude als onder de nieuwe bepalingen komen te vallen, kan het bestuur besluiten hen onder één van beide regelingen onder te brengen.
Premies De SEV betaalt de premie voor de collectieve verzekering aan Fortis/AMEV. Deze premie wordt uiteindelijk verdisconteerd in de bijdrage per ziel die de kerken jaarlijks aan de SEV betalen; er wordt dus geen bijdrage van de predikanten gevraagd. Voor de jaren 2004/2005 kan worden geput uit de “spaarpot” die de SEV tot nu toe aanhield omdat zij immers (behoudens het WAZ-deel) zelf het arbeidsongeschiktheidsrisico van de predikanten dekte. Nu dit risico voor de toekomst grotendeels is afgedekt door een verzekering, is nog slechts een deel van die spaarpot nodig. Voor de jaren na 2005 moet nog besluitvorming plaatsvinden over het eventueel inzetten van een deel van die “spaarpot”. 1
U geldt pas als gedeeltelijk arbeidsongeschikt in de zin van de verzekering, als u voor minimaal 25% niet in staat bent om (uw eigen of ander passend) werk te doen.
SEV - verzekerd tegen arbeidsongeschiktheid – tekst 13.12.2004
2
Rechten en verplichtingen Tegenover het recht op een uitkering staat een aantal voorwaarden en verplichtingen. De eerste voorwaarde is dat er sprake is van arbeidsongeschiktheid zoals omschreven in de polisvoorwaarden. Die omschrijving en de uitleg ervan haalden we hierboven al aan (zie “Wat moet worden verstaan onder arbeidsongeschikt)”. Verder is er een aantal verplichtingen waaraan de predikant zich bij arbeidsongeschiktheid moet houden. Die verplichtingen zijn beschreven in het reglement van de SEV en het “Ziekteverzuimprotocol predikanten SEV “, dat geacht wordt deel uit te maken van het reglement. De belangrijkste zijn hieronder beschreven; het gaat bijvoorbeeld om tijdige ziekmelding, niets doen wat het herstel in de weg staat, etc. Het ligt voor de hand dat u zich aan die voorwaarden houdt. Schroom niet om bij vragen contact op te nemen met Fortis/AMEV of de administratie van de SEV.
ARBEIDSONGESCHIKT: EN DAN ? Tijdige ziekmelding: het hoe en waarom Wanneer een predikant als gevolg van ziekte of ongeval niet in staat is zijn normale werk te doen, dan moet dit nog dezelfde dag worden gemeld aan Fortis/Amev. Meestal kan de predikant dit zelf doen. Als de predikant niet in staat is om zich zelf ziek te melden (hij is bijvoorbeeld met spoed opgenomen in het ziekenhuis) dan kan iemand anders dat doen, bijvoorbeeld de eventuele echtgenote van de predikant of iemand van de kerkenraad. De melding kan plaatsvinden via het internetloket of telefonisch (alle gegevens vindt u op de achterzijde). De predikant dient verder een meldingsformulier in te vullen en naar Fortis/AMEV te sturen. In dit formulier wordt onder andere gevraagd naar de aard en de verwachte duur van het ziekteverzuim. In de toekomst kan via een link op de website van de NGK een meldingsformulier gedownload worden, dat na invulling per e-mail naar Fortis/AMEV kan worden gestuurd. Zodra dat zo ver is, hoort u dat van ons. Het is belangrijk dat de predikant altijd een melding doet aan de verzekeraar als er sprake is van verzuim in verband met ziekte. Dus ook wanneer er alleen maar sprake is van een griepje of een andere kwaal die naar verwachting snel weer voorbij is. De praktijk leert namelijk dat langdurige ziekteperioden vaak worden voorafgegaan door kortere, ogenschijnlijk onbeduidende, ziekteperioden. Omdat Fortis/AMEV ook de preventie voor zijn rekening neemt, is het van belang dat Fortis/AMEV op de hoogte is van elk ziektegeval. De medewerkers van Fortis/AMEV die verantwoordelijk zijn voor de preventie en reïntegratie kunnen dan tijdig bepalen wanneer begeleiding gewenst is. Verder geldt dat ziekteperioden die elkaar opvolgen met tussenpozen van minder dan 4 weken, voor het bepalen van de wachttijd 2 gelden als één ziekteperiode. Ook daarom is het van belang dat elke ziekteperiode wordt gemeld bij de verzekeraar. En tenslotte: een eventuele uitkering gaat nooit eerder in dan een jaar na de dag waarop de predikant ziek gemeld is. Ook daarom is het van belang dat een predikant die in verband met ziekte zijn normale werk niet kan doen, dit zo snel mogelijk meldt bij de verzekeraar. Gebeurt dit later, dan gaat een eventuele uitkering immers ook later in.
Wat gebeurt er na de ziekmelding? Elke predikant die zich ziek meldt, krijgt allereerst een bevestiging van Fortis/Amev en wordt vervolgens ingedeeld bij een behandelteam. Een behandelteam bestaat uit de volgende personen: - medicus (kan vaststellen of er sprake is van een medisch gebrek en zo ja, welke beperkingen dat met zich meebrengt) - arbeidsdeskundige (kan vaststellen wat de gevolgen zijn van de vastgestelde beperkingen voor het werk van de predikant) - schadebehandelaar (gaat na of de melding onder de verzekering valt en houdt in de gaten dat de polisvoorwaarden worden nageleefd) Het behandelteam neemt contact op met de zieke predikant en inventariseert wat er aan de hand is. Vervolgens wordt er een plan van aanpak opgesteld. 2
De wachttijd is de tijd die verloopt tussen de eerste melding van verzuim en de ingangsdatum van de uitkering. De wachttijd bedraagt 52 weken na de eerste melding. SEV - verzekerd tegen arbeidsongeschiktheid – tekst 13.12.2004
3
Als begeleiding nodig wordt geacht, wordt de predikant bezocht door een arbeidsdeskundige om te bespreken wat er het beste gedaan kan worden. In een aantal gevallen zal echter besloten worden dat begeleiding niet mogelijk of niet nodig is. Dit laatste is bijvoorbeeld het geval als een predikant naar alle waarschijnlijkheid alleen maar een griepje heeft of iets anders dat naar de mens gesproken “vanzelf” en binnen afzienbare termijn overgaat. Ook kan het zijn dat begeleiding vanuit Fortis/AMEV geen bijdrage kan leveren aan het verminderen of voorkomen van arbeidsongeschiktheid. Dit is bijvoorbeeld het geval als een predikant getroffen is door een ernstige ziekte die niet behandelbaar is.
Mogelijkheden van begeleiding, preventie en reïntegratie Het behandelteam heeft een scala aan mogelijkheden om arbeidsongeschiktheid te voorkomen (preventie) of te verminderen en om de predikant zonodig te helpen om na een periode van arbeidsongeschiktheid de draad weer op te pakken (reïntegratie). Vaak lopen ze in elkaar over. Voorbeelden van die mogelijkheden zijn: wachtlijstbemiddeling, rugtrainingen, hulpmiddelen regelen, begeleiding op ergonomisch gebied, werkbegeleiding, doorverwijzing naar gespecialiseerde artsen of psychologen, etc. In alle gevallen geldt dat in overleg tussen predikant en het behandelteam bepaald wordt wat in zijn situatie de beste weg is. Het behandelteam van Fortis/AMEV is niet gebonden aan bepaalde leveranciers of dienstverleners in de zorg. De predikant kan ook zelf dienstverleners aanreiken. De kosten van het werk van het behandelteam vallen onder de verzekering. Kosten van eventuele hulpmiddelen of ingeschakelde dienstverleners en specialisten worden waar mogelijk verhaald op de ziektekostenverzekering van de predikant. Voor kosten die niet onder de ziektekostenverzekering vallen geldt dat ze in beginsel door Fortis/AMEV worden vergoed; dit wordt van geval tot geval bekeken. Criterium is o.a. dat de middelen moeten bijdragen aan een vermindering van het risico op langdurige of blijvende arbeidsongeschiktheid. Vergoeding door Fortis/AMEV is in principe alleen mogelijk als er vooraf toestemming is gegeven. Preventie- en reïntegratiemiddelen worden altijd ingezet in overleg tussen de verzekeraar en de predikant. Dat wil zeggen dat een predikant geen begeleiding of voorzieningen krijgt opgelegd die hij niet wil. Indien een predikant zich echter volledig onttrekt aan de mogelijkheden die de verzekeraar biedt en daarmee menselijkerwijs gesproken een eventueel herstel in de weg staat, kan dat wel gevolgen hebben voor de eventuele arbeidsongeschiktheidsuitkering. Hetzelfde geldt als een kerkenraad preventie of reïntegratie dwarsboomt.
Herstel ook melden! Wanneer een predikant hersteld is en weer aan het werk gaat, moet hij dit uiteraard ook melden bij Fortis/AMEV. Ook dit kan via het internetloket of telefonisch; Fortis/Amev stuurt vervolgens een bevestiging. Als de arbeidsongeschiktheid langer heeft geduurd en er al persoonlijke contacten met Fortis/AMEV zijn geweest, kan de melding ook rechtstreeks plaatsvinden bij degene met wie de predikant contact heeft gehad.
SEV - verzekerd tegen arbeidsongeschiktheid – tekst 13.12.2004
4
Einde van de interventie Het behandelteam blijft bemoeienis met de predikant houden totdat er een eindstadium is bereikt. Dit eindstadium kent twee uitersten: - de predikant is blijvend volledig arbeidsongeschikt - de predikant is hersteld en weer aan het werk Tussen deze twee uitersten zijn allerlei variaties denkbaar. Zo kan het bijvoorbeeld zijn dat een predikant wel weer hersteld is, maar niet weer aan het werk kan als predikant. In dat geval gaat het behandelteam samen met de predikant op zoek naar alternatieven. Bij dat zoeken naar alternatieven is het criterium dat de arbeid “passend” moet zijn, dat wil zeggen dat de werkzaamheden moeten passen bij - bijvoorbeeld - het opleidingsniveau en de werkervaring van de predikant en dat de werkzaamheden, gelet op zijn inkomensniveau vóór de arbeidsongeschiktheid, in redelijkheid van hem kunnen worden verlangd. Een beroepstest of omscholing is denkbaar. Uiteraard is één en ander afhankelijk van de persoonlijke situatie van de predikant. Leeftijd zal bijvoorbeeld een grote rol spelen bij de vraag of omscholing zinvol en haalbaar is. Als omscholing om één of andere reden niet zinvol of haalbaar lijkt, zal dat ook niet worden verlangd en worden de werkzaamheden waarvoor de omscholing benodigd zou zijn, niet als passend aangemerkt. Van belang is, dat Fortis/AMEV voor het vaststellen van de mate van arbeidsongeschiktheid geen rekening houdt met de vraag of de predikant de werkzaamheden die voor hem als “passend” worden aangemerkt, op dat moment ook daadwerkelijk kan vinden. Het bestuur zal van geval tot geval en met inachtneming van de specifieke omstandigheden van de predikant bekijken in hoeverre (en voor hoelang) de SEV daar eventueel wél rekening mee houdt. Als de arbeidsongeschiktheid leidt tot een uitkering, dan wordt deze uitkering (de “arbeidsongeschiktheidsrente”) door Fortis/Amev aan de SEV betaald. De SEV betaalt aan de betreffende predikant zelf een arbeidsongeschiktheidspensioen conform de bepalingen van het uitkeringsreglement. Dat alles neemt overigens niet weg dat de kerk, net als voor 1 juli 2004, de zorgplicht behoudt voor (het onderhoud van) de predikant en zijn eventuele gezin.
Wijzigingen in de mate van arbeidsongeschiktheid Het kan zijn dat een predikant na de wachttijd van een jaar (ondanks eventuele begeleiding) nog steeds (deels) arbeidsongeschikt is, maar dat de verwachting is dat er verbetering in de situatie zal komen. In dat geval wordt er een (gedeeltelijke) uitkering verstrekt, maar gaat het werk van het behandelteam gewoon door. De hoogte van de uitkering loopt zoveel mogelijk parallel met de mate van arbeidsongeschiktheid van de predikant.
VOORKOMEN IS BETER …………. Het belang van preventie; zelf contact opnemen Vanwege het grote belang van preventie wijden we daar een paar extra woorden aan. Als arbeidsongeschiktheid menselijkerwijs gesproken voorkomen kan worden, dan is dat immers in het belang van alle partijen. Van predikanten is bekend dat zij een hoge werkmoraal hebben en zich eerder te laat dan te vroeg ziek zullen melden. Wanneer een predikant in een situatie verkeert die op termijn tot arbeidsongeschiktheid zou kunnen leiden, dan kan hij het behandelteam vroegtijdig inschakelen. Er is dan dus (nog) geen ziekmelding gedaan. In eerste instantie zal een arbeidsdeskundige nagaan wat er aan de hand is. Vervolgens wordt in overleg vastgesteld wat er gedaan kan worden om het risico op arbeidsongeschiktheid te verkleinen. Soms gaan arbeidsongeschiktheid en conflictueuze situaties hand in hand. Het voert te ver om daar in het bestek van deze gids uitvoerig op in te gaan. In feite is er immers sprake van een heel andere situatie dan “zuivere” arbeidsongeschiktheid. Ook in dit geval geldt echter dat voorkomen beter is dan genezen. Een predikant of een kerkenraad (of beide tezamen!) kunnen bijvoorbeeld terecht bij de Vertrouwens- en Adviescommissie. Hoe u die commissie kunt bereiken, staat in het blauwe “informatieboekje voor de NGK”. Voor u als predikant geldt: voelt u aankomen dat u in een positie verkeert die gemakkelijk kan leiden tot uitval, schroomt u dan niet om het behandelteam van Fortis/AMEV in te schakelen! Zij zijn overigens ook op de hoogte van het bestaan van “binnenkerkelijke” voorzieningen als de eerder genoemde VAC etc. Ook voor preventief contact kunt u gebruik maken van het Internetloket en de telefoonnummers op de achterzijde.
SEV - verzekerd tegen arbeidsongeschiktheid – tekst 13.12.2004
5
WAT TE DOEN ALS U HET ERGENS NIET MEE EENS BENT ? Niet eens met de door Fortis/AMEV vastgestelde mate van arbeidsongeschiktheid: second opinion De mate van arbeidsongeschiktheid van de predikant wordt na een jaar vastgesteld. De predikant heeft dan al een heel traject doorlopen met het behandelteam. Uiteindelijk wordt de mate van arbeidsongeschiktheid als volgt vastgesteld: een arts stelt vast welke beperkingen er voortvloeien uit de ziekte of kwaal die de predikant heeft een arbeidsdeskundige stelt vast welke arbeidsmogelijkheden er, gegeven die beperkingen, nog zijn voor de predikant. In de meeste gevallen zal er tussen predikant en arts/respectievelijk arbeidsdeskundige overeenstemming zijn over de mate van arbeidsongeschiktheid van de predikant. Maar het kan natuurlijk voorkomen dat de predikant het niet eens is met de beslissing inzake de vaststelling van de mate van arbeidsongeschiktheid. In zo’n geval kan hij een zogenoemde “second opinion” vragen, door een eigen arts in te schakelen met specialiteit op het gebied van de kwaal/ziekte van de predikant (uiteraard niet de behandelend arts). Deze arts stelt vast welke beperkingen er zijns inziens voortvloeien uit de ziekte of kwaal die de predikant heeft. Vervolgens is er een aantal mogelijkheden, die voor de overzichtelijkheid in een schema zijn gezet:
Beide artsen stellen zelfde beperkingen vast
Arts predikant stelt andere beperkingen vast
Predikant schakelt “eigen” arbeidsdeskundige in
Nagegaan wordt wat de verschillen zijn, op basis daarvan nieuwe beslissing (na consultatie arbeidsdeskundige m.b.t. de uit die andere beperkingen voortvloeiende arbeidsmogelijkheden)
Arbeidsdeskundige predikant stelt dezelfde arbeidsmogelijkheden vast
Beslissing Fortis/AMEV blijft in stand
Arbeidsdeskundige predikant stelt andere arbeidsmogelijkheden vast
Nagegaan wordt wat de verschillen zijn, op basis daarvan nieuwe beslissing Fortis/AMEV
Niet eens met de beslissing van Fortis/Amev ná second opinion: arbitrage Blijft de predikant het niet eens met de vastgestelde mate van arbeidsongeschiktheid, dan biedt Fortis/AMEV de mogelijkheid van arbitrage. Er wordt dan een arbitragecommissie gevormd die een beslissing neemt die voor beide partijen bindend is. De arbitragecommissie bestaat uit de arts op wiens oordeel de beslissing in eerste instantie van Fortis/AMEV is gebaseerd, de arts die door de predikant is ingeschakeld voor een “second opinion” en een derde, door de beide anderen aangewezen. Niet eens met de beslissing van de SEV over de hoogte van het pensioen: arbitrage Wanneer de predikant of de kerkenraad het niet eens is met een beslissing van de SEV met betrekking tot de hoogte van het arbeidsongeschiktheidspensioen dan kan hij/kunnen zij op de in artikel 17 van het reglement beschreven wijze de zaak voorleggen aan een arbitragecommissie. Voorwaarde is wel dat eerst beide hier boven beschreven procedures zijn doorlopen waarin de predikant kan opkomen tegen de door AMEV vastgestelde mate van arbeidsongeschiktheid (second-opinion en arbitrage). Niet tevreden over de behandeling door het behandelteam: de klachtenregeling Indien een predikant niet tevreden is over de behandeling door het behandelteam, dient hij dat in eerste instantie bij het behandelteam zelf aan te kaarten. In overleg is veel mogelijk! Komen de predikant en het behandelteam er niet uit, dan wordt er binnen Fortis/AMEV naar een goede oplossing gezocht. Leidt dat niet tot een bevredigend resultaat, dan kan de predikant eventueel de SEV inschakelen, die kan besluiten een gesprek aan te gaan met de verzekeraar. Uiteindelijk is er de mogelijkheid om een officiële klacht in te dienen bij Fortis/AMEV. SEV - verzekerd tegen arbeidsongeschiktheid – tekst 13.12.2004
6
TOT SLOT
Waarom is het belangrijk om de aan de verzekering verbonden verplichtingen na te komen? Uit de verzekering vloeit een aantal verplichtingen voort voor de predikanten. Die verplichtingen zijn opgenomen in het reglement en met name in het aanhangsel “Ziekteverzuimprotocol predikanten SEV” , dat geacht wordt deel uit te maken van het reglement. Het gaat daarbij om zaken als tijdig melden, meewerken aan onderzoek naar de arbeidsongeschiktheid, en meer algemeen: niets doen dat een eventueel herstel belemmert. Als de predikant weigert die verplichtingen na te komen, gaat de arbeidsongeschiktheidsrente die Fortis/AMEV normaliter na het verlopen van de wachttijd aan de SEV zou betalen, niet in. Daaruit volgt dan dat de predikant jegens de SEV ook geen aanspraak kan maken op een arbeidsongeschiktheidspensioen. Als de arbeidsongeschiktheidsrente al is ingegaan, kan Fortis/AMEV bij een “weigerachtige” predikant besluiten om de arbeidsongeschiktheidsrente aan de SEV te verlagen of te beëindigen vanwege het niet nakomen van de verplichtingen. Op het moment dat die beslissing van Fortis/AMEV onherroepelijk wordt, zal het arbeidsongeschiktheidspensioen dat de SEV aan de predikant betaalde, in beginsel ook worden verlaagd of beëindigd. Als Fortis/AMEV een ten onrechte uitgekeerde arbeidsongeschiktheidsrente van de SEV terugvordert, is het bestuur gerechtigd het ten onrechte uitgekeerde arbeidsongeschiktheidspensioen van de predikant terug te vorderen. En tenslotte: het ligt voor de hand dat elk recht op uitkering van een arbeidsongeschiktheidspensioen vervalt, mocht de predikant opzettelijk onjuiste gegevens verstrekken.
Vertrouwelijkheid Het behandelteam gaat uiterst vertrouwelijk om met de gegevens van de predikant. Zelfs binnen het behandelteam geldt dit beroepsgeheim. Zo worden medische gegevens alleen aan de arbeidsdeskundige verstrekt voorzover dat van belang is voor het bepalen van de arbeidsmogelijkheden van de predikant. Ook aan de kerkenraad wordt alleen informatie verstrekt wanneer de predikant daar vooraf schriftelijk mee heeft ingestemd. Als er bijvoorbeeld aanpassingen nodig zijn in het werk of in de werkomgeving, is het uiteraard van belang dat de kerkenraad daarvan op de hoogte wordt gesteld. Het is daarbij echter lang niet altijd nodig dat de kerkenraad bijvoorbeeld ook geïnformeerd wordt over de medische achtergronden. Ook hier geldt dat van geval tot geval zal moeten worden nagegaan en afgesproken wat de beste weg is.
Rol van de kerkenraad Tot slot iets over de rol van de kerkenraad. De kerkenraad is geen partij in de verzekeringsovereenkomst, maar de kerkenraad heeft natuurlijk wel belang bij een gezonde predikant. Verder heeft de kerkenraad er vanuit financieel oogpunt belang bij dat de SEV een arbeidsongeschiktheidspensioen verstrekt als er daadwerkelijk sprake is van arbeidsongeschiktheid. Uitgangspunt is dan ook dat de kerkenraad meewerkt aan het voorkomen van arbeidsongeschiktheid én aan eventuele reïntegratie ingeval van arbeidsongeschiktheid. De kerkenraad kan vertrouwelijke informatie echter alleen krijgen als een predikant daarvoor toestemming geeft. Hier kan dus een spanningsveld liggen. Hoe weet de kerkenraad wat er van hem verlangd wordt? En wat kan een kerkenraad doen als de predikant arbeidsongeschikt is maar niet bereid om de kerkenraad op de hoogte te houden van de stand van zaken? In het algemeen kan gezegd worden dat het van belang is dat de kerkenraad in gesprek blijft met zijn predikant en zo op de hoogte blijft van het verloop van de ziekteperiode. Waar de verhoudingen goed zijn zal dit weinig problemen opleveren. Het is belangrijk dat de kerkenraad zorgt voor goede geestelijke opvang van de predikant, zeker als er sprake is van een ernstige (ziekte)situatie. Wellicht is het verstandig een vertrouwenspersoon in te schakelen, eventueel van buiten de eigen gemeente, die de predikant pastoraal kan bijstaan.
SEV - verzekerd tegen arbeidsongeschiktheid – tekst 13.12.2004
7
ADRESSEN EN TELEFOONNUMMERS
MELDING ZIEKTE EN HERSTEL Internetloket
[email protected]
Telefoonnummers
030 – 257 38 34 030 – 257 96 27 030 – 571 21 01
Faxnummer
030 – 257 81 24
(mevr. M.C. van den Heuvel) (mevr. K.M.J. Toxopeus) (de heer H. Lijzenga)
Na een melding van ziekte of herstel ontvangt u een bevestiging van Fortis/AMEV
De gegevens in bovenstaand kader kunt u ook gebruiken voor het leggen van contact op een ander vlak dan ziekmelding. Denk bijvoorbeeld aan vragen over preventie etc.
POSTADRES FORTIS/AMEV Fortis/ASR U 02.R4.20 t.a.v. de heer P.van Berkel Postbus 2072 3500 HB UTRECHT
ADRESGEGEVENS STICHTING EMERITAATSVOORZIENING SEV t.a.v. mevr. J. Janssens-Boer Prof. Leonard Fuchslaan 31 3571 HD UTRECHT tel. 030 - 27 11 915 (SEV) b.g.g. 030 - 27 11 333 (privé) e-mail-adres: mailto:
[email protected]
SEV - verzekerd tegen arbeidsongeschiktheid – tekst 13.12.2004
8