Verlichting
Samen sparen we energie
WAT IS LICHTCOMFORT ? Niemand stelt het belang van een goede verlichting in vraag. Het kunstlicht verlengt de uren dat je actief kunt zijn en de waarde daarvan besef je pas ten volle wanneer je ooit in een gebied komt waar geen elektriciteit is. Licht is ook een belangrijke veiligheidsfactor, zowel binnen als buiten. Onvoldoende licht bij het uitvoeren van welke activiteit ook, leidt tot gezichtsmoeheid, meer fouten en een groter ongevallenrisico.
Een doeltreffende verlichting wordt dan ook gekenmerkt door: • een voldoende verlichtingssterkte en schaduwvrije lichtverdeling op werkvlakken en in ruimtes waardoor je alles voldoende en zonder verblinding kunt waarnemen; • het scheppen van een omgeving waarin het aangenaam is om te leven en te werken en waarbij een oordeelkundige kleurweergave een rustig en goed gevoel geeft. Samengevat kunnen we spreken van ‘lichtcomfort’ bij een juiste sterkte, contrast en kleurweergave van het licht en een gelijkmatige verspreiding ervan.
Om maximaal lichtcomfort te bereiken en tegelijk meer licht te halen uit minder elektriciteit, is het in vele gevallen aangewezen om bestaande lampen en armaturen te vervangen. dat heet dan ‘relighting’ of ‘verlichtingsrenovatie’. Relighting vraagt een investering die je in drie tot vijf jaar volledig kunt terugwinnen door energiebesparing.
2
WELKE LAMP KIEZEN ? Voor huishoudelijke toepassingen heb je de beschikking over gloeilampen, halogeenlampen, fluorescentiebuizen en tenslotte de spaarlamp als kampioen in laag verbruik en lange levensduur. Voor toepassingen zoals de openbare verlichting, de sierverlichting en de verlichting van fabrieken, werkhallen en industrieterreinen zijn er nog de hogedruk kwikdamplampen, metaalhalogenidelampen en natriumlampen, naast lagedruk natriumlampen en inductielampen. We vermelden ze volledigheidshalve in dit overzicht zonder er echter verder op in te gaan. Ze worden immers zelden of nooit aangewend voor huishoudelijke toepassingen.
Gloeilampen
Halogeenlampen
Langwerpige fluorescentielampen
Compacte fluorescentielampen
Hogedruk kwiklampen Hogedruk metaalhalogenidelampen
Inductielampen
3
Soort lampen Temperatuurstralers
Zonder voorschakelapparatuur Gevoelig voor overspanning
Gloeilampen
Halogeenlampen
Gasontladingslampen
Met voorschakelapparatuur (VSA) Gevoelig voor aanschakelen
Fluorescentiebuizen
Langwerpige fluorescentiebuizen
Compacte fluorescentiebuizen
Overige lampen met gasontlading
Hogedruk kwiklampen
Hogedruk metaalhalogenidelampen
Hogedruk natriumlampen
Lagedruk natriumlampen
Inductielampen
4
Eigenschappen
Toepassingen
Zeer laag rendement Korte levensduur (1 000 uur) Perfecte kleurweergave Lage investering
Algemene, residentiële (huishoudelijke) verlichting in lokalen met lage gebruiksduur (kelder, toilet berging ...)
Zeer lage spanning (12 V)
Laag rendement Korte levensduur (2 000 – 4 000 uur) Perfecte kleurweergave Compact Transformator nodig
Accentverlichting (belichten voorwerpen en schilderijen)
Netspanning
Laag rendement Korte levensduur Perfecte kleurweergave
Aanstralen grote oppervlakken op plaatsen die weinig worden verlicht (oprit, traphal)
Hoog tot zeer hoog rendement Lange tot zeer lange levensduur (12 000 – 17 000 uur) Goede tot zeer goede kleurweergave Grote armaturen
Algemene verlichting in werkruimtes en industrie (tot 12 meter) (bureel, sportcentrum) maar ook in huis (zolder, garage)
Met ingebouwde VSA of spaarlampen
Hoog rendement (5 x gloeilamp) Lange levensduur (10 000 uur = 10 x gloeilamp) Directe vervanging van gloeilampen Goede tot zeer goede kleurweergave
Algemene residentiële verlichting in lokalen met hoge gebruiksduur (keuken, living) Vervangmarkt voor gloeilampen
Met externe VSA
Hoog rendement Lange levensduur (10 000 – 12 500 uur) Goede tot zeer goede kleurweergave Compact
Algemene verlichting tertiair en kleinere lokalen (sanitair, gang)
Redelijk rendement Lange tot zeer lange levensduur (12 000 – 16 000 uur) Matige kleurweergave
Industrieverlichting vanaf 7 meter
Hoog rendement
Hoog tot zeer hoog rendement
Zeer hoog rendement
Goed rendement
Algemene en indirecte verlichting in Zeer lange levensduur (16 000 uur) Matige tot goede kleurweergave
Tertiair en industrie (winkelcentrum, werkhal)
Openbare verlichting, Zeer lange levensduur (16 000 uur) Slechte tot matige kleurweergave
Industrieverlichting (loods, werkhal)
Openbare verlichting, buitenverlichting Zeer lange levensduur (16 000 uur) Geen kleurweergave
Industrie (opritten, terreinbewaking)
Langste levensduur (60 000 – 100 000 uur) Goede kleurweergave Hoge investeringskost
5
Op moeilijk bereikbare plaatsen, openbare verlichting (sfeerverlichting in voetpaden)
WAAROM SPAARLAMPEN PLAATSEN ! Gloeilampen mogen dan wel spotgoedkoop zijn en een aangenaam ‘warm’ licht geven, toch leveren ze slechts 10 % werkelijk licht en voor de rest 90 % warmte die feitelijk verspilde energie is. De meeste spaarlampen passen in dezelfde fittings en armaturen als voor gloeilampen. Een spaarlamp verbruikt 5 maal minder elektriciteit dan een gloeilamp voor dezelfde hoeveelheid licht. Een spaarlamp van 3 W staat voor een gloeilamp van 15 W, een spaarlamp van 23 W geeft evenveel licht als een gloeilamp van 120 W. Bovendien gaat een spaarlamp 10 keer langer mee dan een gloeilamp. Een spaarlamp is duurder dan een gloeilamp, maar na pakweg 1 tot 2 jaar gebruik is de meerprijs terugverdiend en begint een periode van pure winst in energieverbruik en in je geldbeugel! Bij renovatie of nieuwbouw kun je opteren voor ‘plug-in’ spaarlampen met een aparte starter die niet in de lamp zelf is ingebouwd zoals bij de klassieke spaarlamp. Daardoor vallen dergelijke lampen slanker uit en kunnen ze in bijvoorbeeld ultraplatte armaturen worden ingebouwd.
Spaarlamp
6
“Plug-in”-lampen
Spaarlamp
TELLEN FLUORESCENTIEBUIZEN NIET MEER MEE ? De spaarlamp wordt wel eens de ‘compacte fluorescentiebuis’ genoemd. Ze is er inderdaad van afgeleid. Maar ook de oude vertrouwde TL-lamp verslaat met gemak de gloeilamp als het gaat om de levensduur en de energiebesparing. Ze vraagt wel een aangepaste armatuur en neemt meer plaats in. Fluorescentiebuizen van de oudere generatie gaven een koel, industrieel licht dat je gezicht een bleek, ongezond uiterlijk gaf en de voorwerpen onnatuurlijk kleurde. De nieuwste lampen produceren een aangenamere lichtkleur en geven een trouwere kleurweergave van de verlichte voorwerpen en lokalen. De vroegere, dikke lampen met een doorsnede van 38 mm kun je probleemloos vervangen door de slankere versie van 26 mm. Ze passen in dezelfde armaturen, werken met dezelfde voorschakelapparatuur en besparen tot 30 % meer energie terwijl ze ongeveer 23 % méér licht leveren. Er bestaan fluorescentiebuizen die zeer snel oplichten, herkenbaar aan de metalen strip over de hele lengte van de lamp. Ze hebben helaas een iets lagere lichtopbrengst en ook de voorschakelapparatuur verbruikt meer energie. Tenslotte bestaan er nog 16 mm fluorescentiebuizen die zeer zuinig zijn met energie, maar ze zijn beduidend korter dan TL-lampen met een doorsnee van 38 of 26 mm. Ze vereisen aparte armaturen of kunnen alleen mits bepaalde aanpassingen in een klassieke armatuur worden ingebouwd.
Ø 38 mm-lamp Ø 16 mm-lamp Ø 26 mm-lamp Ø 38 mm-Rapid Start-lamp
7
De klassieke fluorescentiebuis heeft - eenvoudig voorgesteld - een ballast en een starter als voorschakelapparatuur. De nieuwste en duurdere variant heeft een hoogfrequente elektronische ontstekingsmechanisme dat tot 60 % minder elektriciteit verbruikt dan de ‘ballast’-versie en de levensduur van de lamp wordt met 50 % verlengd. De meerprijs is dus vlug terugverdiend, ook al omdat het niet altijd nodig is om de vroegere armatuur volledig te vervangen. Het comfort van dergelijke lampen ligt beduidend hoger omdat ze • • • • • •
onmiddellijk stabiel licht geeft zonder flikkering; geen geluidshinder (gezoem) veroorzaakt; minder warmte ontwikkelt en minder verbruikt bij veroudering; kan worden gedimd; kleinere en lichtere armaturen vereist; automatisch uitschakelt bij einde levensduur (geen vervelend uit- en aanschakelen).
3W 5W 7W 11 W 15 W 20 W 23 W* Levensduur
8
= 15 W = 25 W = 40 W = 60 W = 75 W = 100 W = 120 W
* komt overeen met een theoretische 120 W-gloeilamp
ZIJN HALOGEENLAMPEN ZUINIG ? Halogeenlampen zijn de laatste jaren bijzonder gegeerd als verlichting in nieuwbouw. Vooral in moderne interieurs zijn ze in trek voor het leggen van accenten. Ze hebben een beter rendement en gaan langer mee dan de gloeilamp, maar ze verbruiken meer dan TL-lampen. Halogeenlicht is witter en sprankelend in vergelijking met andere lampen. Halogeenspotjes zijn klein, kunnen zeer goed worden gericht en nemen weinig plaats in. Ze werken op de normale netspanning of met een transformator op 12 volt. Die transformator verbruikt ook stroom en geeft onnodig warmte af. Halogeenlampen kunnen zeer heet worden (brandgevaar!) en geven infrarode warmtestraling af. Oppassen dus! De nieuwste halogeenlampen hebben een afscherming voor infrarode stralen en geven daardoor 30 % meer licht dan gewone halogeenlampen. Ter vergelijking: een halogeenlamp met coating van 20 watt geeft zoveel licht als een gewone halogeenlamp van 30 watt of een gloeilamp van 40 watt. Hoe dan ook: halogeenlampen zijn in aankoop plus verbruik de duurste keuze, zeker met de transformator erbij.
Oude verlichtingsinstallaties
100%
Gebruik van efficiënte lampen
90%
Elektronische VSA Efficiënte spiegeloptieken
40%
Lichtbeheerssystemen
25%
0%
20%
40%
60%
Energieverbruik
9
Potentiële energiebesparing 75 %
70%
80%
100%
Nog meer tips om beter te verlichten met minder energie • Allereerste regel: laat de verlichting nooit onnodig branden! • Vervang gloeilampen zoveel mogelijk door spaarlampen, zeker op plaatsen waar het licht een lange tijd blijft branden. De meerprijs voor een spaarlamp kun je in één jaar terugverdienen! • Plaats TL-verlichting waar voldoende plaats is en waar je een goed schaduwvrij licht nodig hebt: boven een bureau of werkbank, in een garage of een berging. • Sommige dimmers besparen energie. Wanneer je een gloeilamp of halogeenlamp voor 50 % dimt, daalt het elektriciteitsverbruik met 25 %. Spaarlampen en gewone TL-lampen kunnen je niet dimmen. En sommige dimmers verbruiken zelf meer elektriciteit dan het uitgespaarde licht! • Transformatoren van halogeenverlichting op 12 volt verbruiken ongeveer 5 watt stroom, ook wanneer de verlichting niet brandt. Net als voor dimmers is het dus aangeraden de lichtschakelaars te plaatsen vóór de transformator om ‘sluimerend’ verbruik te vermijden. • Plaats waar mogelijk een schakelklok, een bewegingsdetector of een lichtsensor (zoals in een hal of bij buitenverlichting) om uitsluitend te verlichten wanneer het nodig is, of maak gebruik van afstandsbedieningen. Deze ingrepen kunnen tot 50 % besparing opleveren van de energie die nodig is voor de verlichting. Energie Fabrikant Model Efficiënt A B C D E F G
Inefficiënt Energieverbruik kWh per jaar Werkelijk verbruik wordt bepaald door de wijze waarop het apparaat wordt gebruikt en de plaats waar het staat.
Een kaart met nadere gegevens is opgenomen in de brochures over het apparaat. Norm EN mei 1990 Richtlijn Etikettering Koelkasten 94/2/EG
10
Spaarlamp
Gloeilamp
• Gebruik de juiste armaturen met efficiënte spiegelreflectoren. Verlichten zonder reflectoren, met verouderde of vergeelde spiegels, betekent tot 30 % verloren energie. Een goede reflector brengt het licht waar het effectief nodig is en vermijdt verblinding. • Lampen moeten vanaf 1 januari 2001 verplicht een energielabel hebben (behalve laagvoltage halogeenlampen en reflectorlampen, zoals kopspiegellampen). Een lamp met de code ‘A’ is het zuinigst (spaarlamp), die met een ‘G’ verbruikt het meest (gloeilamp). Verder vermeldt de label het vermogen en de lichtopbrengst (in lumen) en (niet verplicht) het aantal branduren.
10
VU: Frank Demeyer, PR & Communicatie GeDIS - Industriepark De Bruaan 12, 9700 Oudenaarde Gedrukt op milieuvriendelijk papier.
VRAGEN
OVER VERLICHTING ?
6020F024 versie 2 - september 2004
• Vraag het aan onze medewerkers in de GeDIS-kantoren • Bel naar GeDIS 078 35 35 00 • Surf naar www.gedis.be