Doortrekpatronen
bij
en
selectie
op
geslacht
vinkenbaanvangsten
veldleeuweriken
van
(Alauda arvensis)
Hans Schekkerman
Inleiding bijdrage die
De de
vogeltrek,
mits
ringwerk,
soorten op de Voor veel
meld, zijn
aan
je
gestandaardiseerd,
zijn
er
vogels
gedrag
in de hand
De
hoop
populatie
daaraan nog
is
en
daarbij
geheel.
maar
dat deze
Vogels
representatief,
maar
populatie.
van
Eén
selectief,
de
en
verza-
trekstrategieën (zoals
derde mogelijkheid
om
toe:
het
is
van
volgen
een
van
de
van
te
aan
vormt
en
er
van
zijn
populatie gemakkelijker niet
geval
meer
doen
langstrekkende
actief proces,
een
is in zo'n
min of
van
goede afspiegeling
groepen uit de
steekproef
mogelijke oorzaken
een
echter
waarnemingen
deel
(heel klein)
steekproef
geeft
en
worden
dat niet kan. Daarnaast
die in het veld onzichtbaar
herkomst
onmogelijk
een
bepaalde
De
tussenjaren.
Het individueel herkenbaar maken
een
vangen
mechanismen denkbaar waardoor worden dan andere. gevangen
over
over
plaats geeft
de gevangen
van
als eventueel
trektellingen
met
kennis
onze
eerste
tijd.
is het
trekvogels
aan
als
aan
aantalsverloop
nemen
te
waar
conditie).
en
populaties: je vangt altijd
vogels. de
dingen
individuen in plaats
Bij ringonderzoek hele
het
van
nachttrekkers, waarbij
met name
ringen voegt
met
van
beeld
kan dit type gegevens ook
ook,
geslacht, leeftijd, afmetingen de
een
die informatie kunnen geven
maar
levert
trekvogels
van
vangplek, zowel binnen (seizoenspatroon)
vogel
een
ringen
en
vangen
kunnen indelen in drie typen informatie. In de
vogelsoorten
maar er
blijven,
het
zou
meer
aselect
vertekend beeld
selectieve vangst is het
van
gebruik
en
de
van
lokgeluiden. Het
afspelen
dagtrekkers
bandopnames
van
tussen
Nederlandse
ringen.
sexe-
en
slagnetten
kustringstations
voorheen moeilijk te
de
te
vangen
In dit artikel
leeftijdsgroepen
zang of roep
lokken werd
soorten
de
de vangst
zijn
voor
van
ik verschillen in
veldleeuwerik,
veldleeuweriken
seizoenspatronen
middel
het eind
zoals leeuweriken en
Vinkenbaan Castricum. Bovendien laat ik
bij
als
aan
Hierdoor
geïntroduceerd.
beschrijf bij
van
te
met
gebaseerd
timing
zien dat
geluid,
en
de
aan
er
ga
ik
12
werd
van
hand
na wat
de
jaren
'60 op
mogelijk
om
in grote aantallen
najaarstrek
van
op
overvliegende
de
het
piepers
selectie
op vanggegevens.
om
van
tussen
vangsten op
de
geslacht optreedt
de gevolgen daarvan
Materiaal
methode
en
Voor dit artikel Casticum
bij
zijn
(NH)
oktober-november
gevens verwerkt
op 75%
van
werd de
vleugellengte gemeten
Leeftijd
en
af
te
lezen.
de
de
Mannetjes zijn
kunnen niet
van
de
vogels
Fig.
1.
sexen
van
verdeling
verhouding
en
5177
tijdens
en
dagen
bij
een
de
bezet. Van nagenoeg alle
gemiddeld
is ook
twee
een
tijdens een
gemiddelde
Frequentieverdeling
van
veldleeuweriken(staafdiagram). normale verdelingen,
van
de trek niet
de
van
vleugellengtes
en
schattingen
er
is
geslacht bepalen.
worden
afgeleid
de
vleugellengte
van
5177 tijdens de
de curve).
13
curves van
,
de
1),
die
mannetjes (118 overlap, Uit de
van
vleugellengte (met standaardafwijking)
Ook weergegevenzijn de
onder
het vercnkleed
vrouwtjes (Cramp
variatie zichtbaar en
zekerheid het
elk gekarakteriseerddoor gemiddelde
waarnemingen (oppervlakte
aan
stuk groter dan
vrouwtjes (107 mm)
behoorlijke
kunnen echter wel
de
geringde vogels
duidelijk gescheiden toppen (figuur
weergeven
alle individuen met
de vinkenbaan in
was
groot deel werd ook de conditie bepaald.
veldleeuweriken
vertoont
in 1977-1992
najaarstrek
jaren
grotere vleugellengte. De frequentieverdeling
gevangen
beide
alle
echter
gemiddelde vleugellengte
mm). Bij we
geslacht zijn bij
met een
1988), van
van
gevangen veldleeuweriken. In deze
de aantalsvan
herfsttrek twee
dus
vorm
beide
gevangen
onderliggende
μ standaardafwijking σ en
aantal
Tweetoppige
vrouwtjes)
twee
b
en
elkaar
de
(voor
standaardafwijking
verdeling
is dus
0
, a
,
natie
stapsgewijs
waarden
van
het
en
van
de
n
zes
overlap
de
tussen
veldleeuwerik
Om
na
te
houding
gaan of lokken de gevangen
van
langstrekkende
lichtschepen
en
kon
Deze
najaar
bij
bezien
mogen
we
dezelfde
bij
oudere
steekproef
dat de sterfte
werd
Figuur
aannemen
geeft
oktober;
het 1
de trek eind een
piek
het
overlap
van
van
et
al.
de mate Voor de
vogels.
klein dat per week
zo
Mörzer
de
moet
geslachtsver-
die van de (op dat
met
Bruyns
de
worden
vrouwtjes niet
was ten
te
vuurtorens
geslacht bepaald,
vastgesteld of het
zien).
vangsten,
aanzien
moment)
verzamelden
(1939)
Door sectie werd het
de Castricumse
met
van
onder de
aanname
geslacht (over
het hele
deze vogels nagenoeg 1:1). Gezien de herkomst
van
dat beide
die het
Titterington
vooral af
teweegbrengt,
(bij mannetjes
niet selectief
steekproeven
in aantallen
(slachtoffers
en
ringvangsten)
uit
gemiddeld
september voorzichtig
in de vierde week.
weriken.
Het het
van
ca.
december) aandeel
30%
november
begin
(tabel
1).
en
vleugellengte
aantal gevangen veldleeuweriken per standaardweek
najaar, gecorrigeerd
(begin
eind
vergeleken
november is de vierde
week 48
neemt
welke combi-
populatie zijn getrokken.
gedurende 1
betrof
de sexratio
Seizoenspatronen 2
de
worden
Dobben &
groot deel
een
vogels
vuurtorens
was
details in
het aantal gemeten
en
selectie
de Nederlandse kust.
langs
daarnaast
computerprogram-
gemaakt.
geluid
Van
tweetoppige
veldleeuweriken die tijdens de trek omkwamen door
gedurende vijfjaar
eerstejaars of
met
en van
groot
zo
een
nagegaan
schattingen hangt
vogels vergeleken
populatie.
en
verdelingen
twee
konden worden
aparte schattingen
de
de
onderliggende
frequentieverdeling oplevert
verdeling (wiskundige van
van
toewerkt werd
de
kengetallen
de aantallen
waren
Met behulp
.
De
n.
beide
van
(voor
a
kengetallen: gemid-
waarnemingen
kengetallen
zes
eindoplossing
1985, p.85-87). De nauwkeurigheid van
aantal
0 en n b b
pb ,
, a
de
naar
op de waargenomen
lijkt
meest
0
voorgesteld
verdelingen
door drie
gedefinieerd
karakteriseren door de
te
normale verdelingen: p a dat
elk
kunnen worden
figuur 1,
zgn. 'normale'
overlappende
mannetjes),
delde p,
maatje
zoals in
frequentieverdelingen,
als bestaande uit
voor
dag
het aantal
van
week
op gang
vangdagen
44). Volgens
om na
1
(week
40
oktober snel
toe te nemen
Vanaf eind oktober dalen de aantallen al passeren
mannetjes
oktober
alleen in de
eerst
Gemiddeld
snel
bij
14
en
sneeuwval
vangst, geschat en
trekken
vrouwtjes.
vorst
daarna
uit
de
langzamer
mannetjes
dus
begint
op
deze gegevens komt
weer,
nog
veldleeu-
vleugellengtes,
toe tot
iets
tot
en na
bijna
80%
later door dan
Tabel
1.
weriken
Overzicht in
mannetjes
per
standaardweek
najaar 1977-92,
en
het
vrouwtjes hierin,
en
op
met
van
het aantal
op
de
vinkenbaan
gemeten veldleeu-
grond van de vleugellengteverdelinggeschatte
hun
vleugellengte (vll= gemiddelde
in mm,
aandeel
SD =
stan-
daardafwijking).
week
n
totaal
%
$
%
<J
v//
$
SDvIl
v//(?
SD vll
8
?
39
9
66.4
33.6
■ -
-
-
40
105
71.3
28.7
108.1
3.11
116.3
4.32
41
544
44.7
55.3
107.4
2.49
117.7
3.09
42
994
40.2
59.8
108.1
2.51
118.1
2.64
32.3
67.7
107.3
2.52
117.5
2.88
901
27.7
72.3
107.9
2.66
117.8
2.75
45
593
28.2
71.8
106.8
2.37
117.1
2.73
46
340
21.3
78.7
108.0
2.83
117.9
2.71
47
80
19.9
80.1
105.5
2.00
116.7
2.70
48
70
24.1
75.9
107.3
3.48
117.6
2.49
43
44
1498
2.
Fig.
Gemiddeld
riken
standaard-
per
week
aantal
veldleeuwe-
gevangen
(correctie
aantal
voor
vangdagen),
najaar 1977-92. Week
40 begint
oktober; 1 de
vierde
week 44.
15
op
1
november is
dag
van
na te
Om in
figuur
gaan hoeveel later is het 3. Hoewel
de vangsten van
bij
de
voor
beide
de
vrouwtjes.
de
voor
de
twee
doortrekpiek
daarna sneller af. De mediaan
vrouwtjes
het totale aantal wordt
voor
vangstverloop
geslachten
bereikt)
Een klein
valt
voor
de
mannetjes
dat echter in alle
verschil,
sexen
apart uitgezet
in week 43
(de
valt,
nemen
datum waarop 50%
ruim drie
dagen
later dan
afzonderlijke jaren
herken-
baar is.
Fig. 3. Reconstructie geven
het
van
het seizoenstotaal dat
De
vleugellengte van een
geliger
van
van
van
mannelijke
vogels per week, de lijnen
tot en
frequentieverdelingen
vleugellengte
ons
de doortrek
aantal gevangen
met
die
week
is
en
vrouwelijke veldleeuweriken.
geven
gevangen.
leveren ook wekelijkse schattingen op
mannetjes de (slechts
en
vrouwtjes.
30) mannetjes
afnemende trend (figuur 4). Dat
zou
Afgezien
van
in week 40 is
er
van
de
bij
langskomen
vogels
uit
meer
gemiddelde
sexen
kunnen betekenen dat de iets
1988)
nabijgelegen broedgebieden.
16
de
opvallend
beide
Scandinavische en/of Baltische Veldleeuweriken (Cramp dan
Staven
het (cumulatieve) percentage van
kleine
sprake
langvleu-
vroeger
bij
Fig.
4.
Verloop
zijn wekelijkse mannetjes
Het
zou
en
Zijn
vleugellengte van gevangen veldleeuwerikenin
najaar
en
(Cramp
ook later
Bruyns
kunnen
toename
overeen
zijn
met
dat
te
vinden
bij
het
najaar.
De
punten
standaardfout) vleugellengtes
voor
het
seizoen
vooral adulte
deze hebben iets kortere
vogels
vleugels
dan
de vuurtorenslachtoffers? Van Dobben
(ongelijke) perioden. toe
in de
loop
van
het aandeel
de afnemende
standaardweek,
Ook
bij
de herfst
mannetjes
de sectie de leeftijd kon worden van
in
vroeg
overwegend eerstejaars;
vroeger doortrekken dan
bij
(met
gemiddelde
gaven hun gegevens niet per
aandeel mannetjes
waarvan
de
1988).
wel in vier
gemiddeld
van
vrouwtjes.
deze patronen terug
Mörzer
ke
de
schattingen
echter
langskomen, adulte
van
eerstejaars
(tabel 2).
De conclusie dat
wordt dus bevestigd.
loop
van
gemiddelde vleugellengte in
17
er
de
Bij
neemt
het
vrouwtjes
de vrouwtjes,
daarnaast
de herfst
en
verdeeldenhet
de vuurtorenslachtoffers
vastgesteld, is
in de
maar ze
een
(tabel 3).
duidelij-
Dit komt
vinkenbaanvangsten.
2. Aantal onderzochte veldleeuweriken,percentagemannetjes
Tabel
in
vrouwtje
vier
perioden
vinkenbaanvangsten (vb). sterkte
van
gemaakt met
de selectie
door
aan
te
nemen
n
periode
De
vergeleken
najaar,
verhouding vb: vt
het
in
dat
eventuele 19e
een
voor
en
aantal mannetjes
per
vuurtorenslachtoffers (vt)
en
aantal mannetjes per vrouwtje geeft
(Een minimumschatting
weer.
geslachtsverhouding
het
van
voor
vogel
de
een
selectiedruk
in
de
periode 1 is
mannetje geweest zou zijn,
en
1:18 verder te rekenen.)
%<3$
vogels
vb.
Vt.
/? vb.
vt.
vb.
vt
/
vinkenbaan vuurtoren
'/„
I
II
III
18
9
0.0
33.6
<0.05
1184
21.8
52.8
0.28
1.12
4.00
18-22 X
157
975
45.8
64.7
1.04
1.83
1.76
346
2993
61.6
72.0
1.60
2.57
1.60
23
3.
Tabel
X
Leeftijdsverdeling bij vrouwelijke veldleeuweriken (vuurtorenslachtoffers) Mörzer
V m
II
30 sept.
naar
alle cum
% l
$
e
56
97
46
18-22 okt.
77
62
133
88
>
23 okt.
adulte(Cramp 90%
1988),
wat
van
bij
gevangen
van
0.5
mm.
vrouwtjes
leeftijdsamenstelling
eerstejaars vrouwtjes
een
eerstejaars overeenkomt
vrouwtjes
verschuiving
met een
Het verschil
was
het
kalenderjaar
16
gemiddelde vleugellengte
van
gesext als
okt.
IV
De
n
1-17
in
Bruyns 1939).
periode
Ill
10.2
>
124
najaar (Van Dobben &
I
0.51
1-17 X
>
IV
30 IX
wat
in
verschil in
groter (c.
1.3
1.2
mm
kleiner dan die van
50%
gemiddelde vleugellengte
voor
de vroegste
tussen
wellicht ook nog andere
is
leeftijdssamenstelling
mm),
wat
factoren,
en
er
de laatste
bij
op duidt dat
zoals de herkomst,
Castri-
naast
een
de rol
spelen.
Geslachtsverhouding Ter
vergelijking
met
vinkenbaanvangsten
bij vangsten
de
voor
en
vuurtorenslachtoffers
vuurtoren-gegevens is dezelfde vier
perioden
18
de
in het
geslachtsverhouding najaar geschat
op
bij
grond
de
van
de
vleugellengte-frequentieverdeling in de
mannetjes
alle gevangen een
vogels
voornamelijk
houding
van
waren
naar
ongeveer 1:1
66%
mannetjes
en
34%
zoals de veldeeuwerik valt
verwachten. Waarom vangen
te
is het aandeel
perioden
dan onder de vuurtorenslachtoffers. Van
schatting
soort
monogame
In alle vier
(tabel 2).
vinkenbaanvangsten hoger
vrouwtjes. Bij geslachtsver-
een
dan niet
we
meer vrouw-
tjes? Een
is
mogelijkheid relatief
mannetjes
dat
meer
dat veldleeuweriken in trekken
(Spaepen
Een
(afgezien
en
stuwing
mannetjes
mogelijkheid
en
hierover enkele ondernomen 's de
van
succes was
1968) lijkt
is
op
langs
dat
de
maar
en en
nachts trekkende
begin
sindsdien
was
vogels (X
afkomstig
naar
waren
2
=l .96,
betrekking
stadium in de
tjes groter
periode 1993)
(eerder
zijn
en
uit
de
van
een
om
nachts
'80
jaren
vaste
routes
trekken
enkele
zijn
dan
pogingen
in
zou
van een
verschuiving
jaren
'30.
Als
de
vrouwtjes,
hoger
aandeel
van
de
in het
een
over
seizoenspatroon.
najaarstrek
II heeft dan
de doortrek,
bij
maar
echter uit
gegevens uit
van
te
bij
de
geval
1970-90
De slacht-
veldleeuweriken nog steeds
vangsten op
sluiten. in
dan
afwijkt
goede afspiegeling
een
van
vormen
19
nog
de
een
het aandeel
et
al.
op
oude
uit
de
1974, Karlsson
een
van
vraag
later
manne-
Gepubliceerde
vervroeging
blijft
later
ontstaan.
Zuid-Zweden
1992) wijzen
(Gatter
zijn geweest,
op de vinkenbaan
vuurtorens een
's
de vuurtorenslachtof-
wanneer
Falsterbo
lichte verlating, eerder dan
dat laatste het
de 75
en van
vrouwtjes bij
tijd, terwijl mannetjes
gekomen) doortrekgolf,
maar
overdag
maken. Van de
het bovenbeschreven patroon vanzelf zijn
mogelijkheid lijkt
schaars,
te
p>0.05, ns).
bijvoorbeeld periode
begin
41%
schatting
sprake
zinvol
vergelijking
met
mistnetten. Het
luidspreker geplaatste
een
naar
verschoven in
op gang
Duitsland
slachtsverhouding Als de
's
1942-1990 (Spaepen & Van Cauteren 1968, Ulfstrand
patroon of zelfs zou
op
het
is. Ook deze
trektellingen
uit de
vrouwtjes,
geslachtsverhouding
fers
al
is
voren
doortrekken dan De
relatief vaker
rondom de
dus geen
Een derde mogelijke oorzaak is waren
via smalle
op 21-23 oktober 1983 werden zowel 's nachts als
vogels
gevangen
nachttrekkers 38%. Er
offers
in dezelfde richting door-
niet
nachts trekkende veldleeuweriken te vangen op de vinkenbaan
slagnetten
dat
en
Gezien het feit
onwaarschijnlijk.
vrouwtjes
het
gegevens. In
beperkt,
overdag
hebben,
vrouwtjes.
Europa
zeekusten)
dat
trekwegen
dan
vinkenbaan minder gevangen worden. We hebben
voldoende veldleeuweriken gevangen 136
langstrekken
breed front overal door
een
van
daardoor
verschillende
geslachten
Castricum
& Van Cauteren
tweede
behulp
de
bij
onveranderd de trek. Zelfs
waarom
de
ge-
1:1. van
de
geslachtsverhouding
in de
totale populatie kan het
kans
(1984),
mannetjes andere de
op
bij
worden gevangen dan
te
om
mans
aandeel
hogere
worden verklaard door selectie
niet
maar
zich
op
afgespeelde de
vogelsoorten gevonden, bijvoorbeeld bij vinkenbaan hebben
optreedt.
Zo is de
worden gevangen (gelokt
met
geluid) groter
1986) den.
niet
lokgeluid en
selectie op De sterkte
soorten
leeftijd
rens
0.28
te
dan
van
vogels
vier maal
zo
worden
de
van
Dat
gemakkelijk
te
van
de
van
92).
en
vogels
van
& Senar
werd dit niet gevon-
geluid
vaker
en
echter wel
blijkt bij
in de de
op de vinkenbaan 1.12 is dit
vangkans
mannetjes
loop
vuurto-
mannetje
verhoudingsgetal
tussen
in
gevangen).
oktober worden
najaar
najaar.
vangsten
op
in de
vogel
groter
en vrouw-
Naar de oorzaak hiervan kan
alleen
tot
vangen Het
loop
doortrekpatronen
de vinkenbaan wordt dus een
In het
sexratio,
begin
is dat de
en
vangkans
geslacht
vergelijkt
het
van
zo
vogels
daar
groot (de
voor een
seizoenspatroon
vroeger
door dan
mediane datum
het niet helemaal kan
20
onze
het van
van
juist
willekeu-
het
verloop
geval
is.
doortrekpatroon de vangsten
met
Gasteren, 1981-
vangsten suggereren.
verschilt ruim
verklaren.
een
overtrek-
meeste
werkelijkheid
op
tot
later in de herfst
bij Hoorn, op 35 km afstand (gegevens H.
is zelfs
ook
de herfst zal toenemen, en dat het
de vinkenbaan inderdaad een vertekend beeld 5
geselecteerd
maar
zullen de
vrouwtjes zijn,
gevolg
van
'foute'
latere doortrek zal aangeven dan in
een
trektellingen
selectie op
te
mannetjes.
Inderdaad trekken de
Het verschil
voor
doortrekverloop.
de veldleeuwerik?Figuur
van
het
alleen leiden
moeilijk
vangen
overtrekkende
we
het
van
relatief
rige
Krijgen
in het
veldleeuweriken op
zal niet
vertekend beeld
vogels
selectieve vangst
van
vangst
mannetjes.
kende
van
slagnetten
geraden.
Gevolgen Bij
loop
de
duidelijk. Overigens
vinkenbaanvangsten
vrouwtje,
Vroeg
het verschil in
(tabel 2):
wordt dus kleiner in de
tjes
de
helft
eerste
op elk
soorten
meer
met
bij
Ook
1989).
gevangen in de mistnet-
1995)
lokvogels
met
en/of lichte
Dat
ook
groter aandeel mannetjes.
een
& Gustamante
mannetjes bij
veel.
bij
die
is
mannetjes: bij citroensijzen (Borras
vangst
(jonge
veranderen. In de
dan later in de herfst
dat
resulteerde conditie
en
mannetjes gevonden
vrouwtje;
per
selectie op
de selectie op
van
het seizoen
van
tot
krombekstrandlopers (Figuerola deze
Bij
altijd
grotere
een
lokken
selectie
boompiepers
van
mechanisme achter de selectieve vangst is niet
biologisch
leidt
laten
zwartkop (Herremans
ten, zonder geluid (med. A. Wijker); ook dit wijst op Het
blijkbaar
vergelijkingsmateriaal.
zang
dat zulke
aanwijzingen
we
gemiddelde vleugellengte
alleen
vinkenbaanvangsten
maken
Dit werd al verondersteld door Herre-
onafhankelijk
van
door de
gemakkelijker
mannetjes
vrouwtjes.
basis
in de
mannetjes
de vangst:
een
week)
dat
Fig.
5.
Vergelijking
van
vangsten (Castricum)
vinkenbaanvangsten bij ’corr
2’ is
het najaar
de
Een aan
van
een
nog
om
van
beide
bij
een
geluid
In november veel anders
vangen immers
dan
oudere,
meer
kan
is
op
grond van
het patroon
dat
de
geslacht (m.b.v.
dat de
vinkenbaan-
ontstaat door
de
vuurtorengegevens);
vangkans, onafhankelijk
blijkt dat,
geslachten
seizoenspatroon
van
is
zo
op
1’
van
sexe,
over
toeneemt.
piek bereiken. dan niet
aangenomen
Veldleeuweriken ’corr
selectie
oorzaak hiervan is dat
afspelen
van
rekenmodelletje
worden
de herfst
mogelijke het
corrigeren voor
factor 10
met
te
gevangen
loop
te
doortrekpatronen
trektellingen (Hoorn),
daarnaastook
met een
Uit simulaties om
en
we
andere
in
dat ook
Als een
we
dat
ons
10
op sexe,
moet
lijkt
de
veldleeuwerik,
meer
op de zich
vogels
verklaring zijn;
later
de kans
toenemen
op dat
oktober relatiefveel
dan
eerstejaars
factor
krijgen
begin
soorten
concentreren
meer.
te
de selectie
naast
met een
bij
tijd
besteden
die dan hun
veldleeuweriken; gemakkelijker
in
het
in
Hoorn.
er
laten
najaar zijn
er
jonge vogels.
Het feit dat het verschil in
vangkans
tussen
21
mannetjes
en
vrouwtjes
afneemt in de
loop
worden gevangen dan later
vrouwtjes
is het patroon
najaar),
Het verschil
een
lijkt.
aangenomen
bedraagt
voor
hen
in doortrekdatum
uit de vangsten en
het dat
er
vertekend beeld
De te
twee
geslachten
te
dus
aan
het
in
de
van
de
loop
die bij
bleken dit wel in
de
van
maar
acht
herfst,
dagen. die
optreden
uit de vangsten zinvolle
er
in doortrekdatum
verschillen
trektellingen
kwantitatieve,
dan
selectiedruk,
verschillende selectie-effecten
licht,
mannetjes.
voor
werkelijkheid groter
verloop
de doortrek. Toch valt
van
vrouwtjes
selectie-problemen
in
vangkans
de veldleeuwerik kwamen
halen. Bij en
de
van
bij vinkenbaanvangsten
mannetjes
is
sexen
vroeg in het
mannetjes
achter verschoven dan
verschil in de mediane datum niet drie
een
informatie
de
tussen
vertienvoudiging
werkelijke
blijkt
tussen
de
van
selectie op
(sterkere
meer naar
Gebaseerd op het waargenomen
leiden tot
Het
elk
seizoenspatroon bij
dat het
andere manier wordt vertekend. Omdat vroeg in de herfst relatief nog minder
een
op
najaar betekent
het
van
maar
onzichtbaar
blijven.
niet in kwalitatieve zin
beïnvloeden: het uit de vangsten afgeleide verschil in mediane doortrekdatum was
te
klein,
maar
onmogelijk te
vangen
keerzijde
mogelijke
het
om
om
er
was
van
open
wel. Zonder
bijdrage
een
is echter dat effecten
doortrekpatronen,
bij
te
kunnen leveren
de
analyse
selectieve
van
maar
gebruik
te
maken
als leeuwerikenen
veld-vogels
Dat
vangst. ook
bijvoorbeeld
aan onze
goed rekening
voor
geldt de
kennis
moet
is het
geluid
van
piepers
van
de
worden
niet alleen
interpretatie
vrijwel
voldoendeaantallen
voor
van
vogeltrek.
gehouden de
De met
analyse
van
terugmeldingen.
Dankwoord Vele Castricumse ren
stelde
de
DLO) hielp bij en
ringers vingen
zijn trektellingen bij ontmenging
beschikking.
ter
de bimodale
van
becommentarieerden
Ingrid Tulp
al die veldleeuweriken. Hans
en maten
Hoorn
een
Hilko
van
van
(IBN-
Guido
frequentieverdelingen.
eerdere versie
Gaste-
van
der Voet
Keijl
dit verhaal.
Samenvatting 1
Mannelijke uit de
en
vrouwelijke veldleeuweriken verschillen
frequentieverdeling
geslachtsverhouding
van
de
voldoende in grootte om
vleugellengtes schattingen
binnen de vangst
de
en
af
te
leiden
gemiddelde vleugel lengte
van
van
de
beide
sexen.
2
Op grond
hiervan
trekken dan 3
Uit de
vergelijking
vinkenbaan
vrouwtjes.
blijken
mannetjes, van
en
vrouwtjes gemiddeld adulte
de sexratio
mannetjes
Het verschil in
een
vogels
met
die
grotere
vangkans
wat
van
vroeger in het
vroeger dan
vuurtorenslachtoffers
kans
lopen
gevangen
is het grootst in het
ode.
22
najaar
door
te
eerstejaars.
begin
te
van
blijkt
dat op
worden de
dan
trekperi-
4
De selectie op
gevonden de
geslachten (3
Onafhankelijk
in het
(verlating)
Ondanks de
is kleiner dan het
dagen)
van
selectie
veldleeuweriken in de
6
de vangsten leidt
tot
vertekening (verlating)
die door de afnemende selectiesterkte
op
loop
over
de herfst
toe.
de
Ook
vangkans dit leidt
voor
tot een
passerende vertekening
in de vangsten.
leveren
in kwalitatieve zin betrouwbare informatie
neemt
seizoenspatroon
selectie-effecten
voor
tussen
werkelijke (± 8 dagen).
geslacht
van
in het
bovendien
verschilt: het waargenomen verschil in mediane doortrekdatum
sexen
de 5
mannetjes bij
doortrekpatroon,
vinkenbaanvangsten
geslachtsgebonden
toch waardevolle (want
andere methoden
en met
moeilijk verkrijgbare)
doortrekpatronen bij veldleeuweriken.
Verwijzingen Borras, A. & J.C. Senar 1986. Sex, age and condition bias of decoy-trapped Citril Finches
Cramp,
S.
Figuerola,
(Serinus citrinella).
(ed.)
Gatter 1992.
M.
J.
Om.
1984.
Zugmuster
Blackcaps
Spaepen,
L.
1989.
de
van
arvensis).
497-500.
at
geslachtsverhouding
related bias
&
Migration
Falsterbo. Anser,
Cauteren 1968.
bij
vangst
van
Suppl.
Migration
of the
in
sex-ratio
of
trapped
10: 31-34.
33.
Lund.
Skylark,
Alauda arvensis L.
Gerfaut 58: 24-77.
(new results). et
of Curlew tape lure bias samples
a
Giervalk 74: 401-405.
sampling
Habitat and
1993. Birds van
of
im Herbst: EinfluB des Treibhauseffekts auf
Sylvia atricapilla. Ringing
J. & F.
Titterington
use
133: 427-4366.
Vertekening
Veldleeuweriken (Alauda
Herremans, M.
10: 403-406.
with mist nets? J. Field. Orn. 66:
und
Zugzeiten
Vogelzug?
Herremans,
Karlsson,
Zool.
J. & L. Gustamante 1995. Does
Sandpipers captured
den
Misc.
1988. The birds of the Western Palearctic. Vol. 5. Oxford.
al.
1985: Statistica!
of finite mixture distributions.
analysis
Wiley,
Chichester.
Ulfstrand, S., at
G.
Falsterbo,
Roos,
T. Alerstam &
Sweden. Vèr
Van Dobben, W.H. & M.F. Mörzer an
L.
F&gelvarld,
Österdahl Suppl.
Bruyns
1974. Visible bird
migration
8.
1939.
Zug
nach Alter und Geschlecht
niederlandischen Leuchttürmen. Ardea 28: 61-71.
adres: Hans Schekkerman
(Vrs Castricum), Tedingstraat 72, 6822 DE
Arnhem
23