Tweede Kamer der Staten-Generaal
2
Vergaderjaar 1994-1995
Wijziging van hoofdstuk VIII (Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen) van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten voor het jaar 1994 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota)
MEMORIE VAN TOELICHTING Algemeen deel Door middel van het onderhavige wetsvoorstel wordt voorgesteld hoofdstuk VIII van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Rijk voor het jaar 1994 met f 304,1 miljoen te verhogen respectievelijk met f 28,8 miljoen te verlagen. In deze 2e suppletoire begroting is nog geen rekening gehouden met de toevoeging van het beleidsterrein Cultuur aan de OCenW-begroting. Deze toevoeging vindt vanaf 1995 plaats en is bij Nota van Wijziging op de ontwerpbegroting 1995 ingediend. De verantwoording over uitvoering van de begroting 1994 voor het beleidsterrein Cultuur vindt plaats in hoofdstuk XVI van de Rijksbegroting. Tabel begroting 1994 OConW uitgaven
ontvangsten
saldo
Mutaties 1e suppletoire begroting 1994 Mutaties 2e suppletoire begroting 1994 Totaal mutaties
33 773,3 501,2 304,1 805,3
2 122,5 304,5 -28,8 275,7
31 650,8 196,7 332,9 529,6
Stand na 2e suppletoire begroting 1994
34 578,6
2 398,2
32 180,4
Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994
In de bovenstaande tabel blijkt dat de begroting 1994 voor de uitgaven en de ontvangsten per saldo met f 529,6 miljoen (1,7%) toeneemt. Hiervan is f 196,7 miljoen reeds verklaard in de 1e suppletoire wet. In deze 2e suppletoire wet wordt voorgesteld de begroting van de uitgaven en de ontvangsten met per saldo f332,9 miljoen te verhogen. Dit saldo betreft voor f 78,7 miljoen aan technische en f 254,2 miljoen aan autonome en beleidsmatige mutaties. Voor de wijzigingen die met deze suppletoire begroting voor de uitgaven en de ontvangsten worden voorgesteld, wordt onderscheid gemaakt in de mutaties gemeld bij Miljoenennota 1995 en bij Najaarsnota 1994:
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
Tabel mutaties 2e suppletoire begroting 1994 uitgaven
ontvangsten
saldo
Gemeld bij Miljoenennota 1995 Gemeld bij Najaarsnota 1994
109,1 195,0
-25,5 -3,3
134,6 198,3
Mutaties 2e suppletoire begroting 1994
304,1
- 28,8
332,9
Dit onderscheid wordt gehanteerd om zo dicht mogelijk bij de begrotingssystematiekte blijven. Voorts zijn in de begroting 1995 de mutaties ten behoeve van de Miljoenennota reeds verwerkt en toegelicht. In het vervolg van het algemene deel van de memorie van toelichting wordt ingegaan op de ontwikkeling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten OCenW 1994 op hoofdlijnen, als basis voor de toelich– tingen per beleidsterrein en per artikel (uitgaven en ontvangsten) hierna in deze 2e suppletoire wet. Mutaties Miljoenennota Het saldo van de uitgaven– en ontvangstenmutaties ad f 134,6 miljoen zoals gemeld in de Miljoenennota 1995 kan als volgt worden gespecificeerd: ATechnische bijstellingen Algemene salarismaatregelen Niet-relevant studiefinanciering Diversen
30,2 - 114,2 6,8
Totaal technische bijstellingen (budgettair neutraal) B Autonome en beleidsmatige bijstellingen Leerlingen Rechtspositionele uitkeringen Ontvangsten studiefinanciering Vervroegde aflossing studielenmgen met korting Europees Sociaal Fonds Besparingsverliezen Dekkingsmaatregelen Tekort Miljoenennota Diversen
- 77,2
151,8 47,9 -80,0 232,0 40,0 110,0 -110,0 -152,6 - 27,3
Totaal autonome en beleidsmatige bijstellin– gen (compensatie overschrijding) Totaal mutaties Miljoenennota 1995
211,8 134,6
A Technische bijstellingen Bij Miljoenennota is op grond van de algemene salarismaatregelen (ASM) uit de aanvullende post Loonbijstelling een bedrag van f 30,2 miljoen aan de begroting van OCenW toegevoegd. Dit bedrag is bij Najaarsnota over de verschillende beleidsterreinen verdeeld. Deze bijstelling uit de aanvullende post en de verdeling over de verschillende beleidsterreinen wordt toegelicht bij de toelichting van artikel 26.06. Op grond van de ontwikkeling van de niet-relevante uitgaven en ontvangsten studiefinanciering is per saldo voor een bedrag van f 114,2 negatief bijgesteld. Het betreft een saldo van de verwachte verlaging van
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
de leenuitgaven als gevolg van het wetsvoorstel STOEB en als gevolg van de het verwachte lager gebruik dat van de leenrechten zal worden gemaakt (f 57 miljoen), een éénmalige mutatie als gevolg van de vaststelling als relevante ontvangsten van teveel betaalde uitkeringen studiefinanciering (f30,6 miljoen) en een verhoging van de spontane aflossingen van relevante rentedragende leningen (f26,6 miljoen). Deze bijstellingen zijn budgettair neutraal voor de begroting van OCenW. B Autonome en beleidsmatige bijstellingen Leerlingen Op grond van de ontwikkeling van de leerlingaantallen (leerlingen– tellingen 1993) op de beleidsterreinen primair onderwijs, voortgezet onderwijs en beroepsonderwijs, inclusief de effecten daarvan op de studiefinanciering, ontstaat een tegenvaller van f 151,8 miljoen. Voor deze tegenvaller is een bedrag van dezelfde omvang als generale bijdrage van het kabinet aan de begroting van OCenWtoegevoegd. Rechtspositionele uitkeringen Tot 1 augustus zijn de uitgaven voor de wachtgelden participatiefonds (PF) sectoren toegenomen met f 47,9 miljoen. Verwezen wordt naar de toelichting rechtspositionele uitkeringen bij de mutaties Najaarsnota hierna in het algemene deel van de toelichting van deze 2e suppletoire wet 1994. De uitgaven voor de wachtgelden in het hoger beroepsonderwijs zijn met f 20 miljoen toegenomen. Deze toename is binnen het desbetreffende beleidsterrein opgevangen door de korting met hetzelfde bedrag van de rijksbijdrage aan de instellingen voor het hoger onderwijs. Studiefinanciering Op grond van de ontwikkelingen van de ontvangsten studiefinanciering is een meevaller van f 80 miljoen ingeboekt. Daarnaast is op grond van de definitieve opbrengsten van de vervroegde aflossing studieleningen met korting (VASK) ten opzichte van de oorspronkelijke raming van f 410 miljoen een tegenvaller van f 232 miljoen ingeboekt. Europees Sociaal Fonds In de begroting 1994 is rekening gehouden met een subsidiebijdrage voor onderwijsdoeleinden van het Europees Sociaal Fonds (ESF) van f 40 miljoen. Deze bijdrage wordt in 1994 niet gerealiseerd. Besparingsverliezen Besparingsverliezen traden in 1994 op vanwege: - het niet doorgaan van de verlaging van de basisbeurs per 1 september 1994, als onderdeel van het wetgevingspakket Student Op Eigen Benen, STOEB (f 70 miljoen); - het op dat moment aanhouden van het wetsvoorstel verkoop sportvelden in het voortgezet onderwijs door de Eerste Kamer (f 20 miljoen); - het niet tijdig effectueren van het 27+ beleid op het terrein van het hoger onderwijs (f 20 miljoen). Deze besparingsverliezen zijn beleidsmatig met dekkingsmaatregelen binnen de begroting van OCenW opgevangen.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
Tekort Miljoenennota Het tekort Miljoenennota sluit als gevolg van de diverse mee– en tegenvallers op f 152,6 miljoen. Dit tekort is centraal geparkeerd op artikel 26.08 (centraal beheerde middelen). Als bijdrage van het kabinet is ontvangen een bedrag van in totaal f211,8 miljoen voor de leerlingen (f 151,8 miljoen) en het tekort 1993 (f60 miljoen). De autonome en beleidsmatige mutaties, inclusief het centraal geparkeerde tekort Miljoenennota, sluiten op een saldo van f211,8 aan meeruitgaven en zijn in evenwicht met de voornoemde dekking door het kabinet. Mutaties Najaarsnota Het saldo van de uitgaven– en ontvangstenmutaties ad f 198,3 miljoen zoals gemeld in de Najaarsnota 1994 kan als volgt worden gespecificeerd: A Algemene salarismaatregelen ABP-complex TBA Niet-relevant studiefinanciering Diversen
16,8 137,9 11,4
- 23,0 12,8
Totaal technische bijstellingen (budgettair neutraal) B Autonome en beleidsmatige bijstellingen Leerlingen Formatie Kasrealisatie PO Rechtspositionele uitkeringen: *ADV/BAPO * Quotum * Wachtgelden overige * Participatiefonds Huisvesting Dekking huisvesting Relevant studiefinanciering OV-jaarkaart Dekking OV-jaarkaart Projecten ABP-complex Tekort Miljoenennota Diversen
155,9
-38,5 -38,3 - 24,9 -31,0 38,2 10,1 35,0 10,0 - 10,0 62,0 70,8 -70,8 - 23,8 - 55,2 152,6 -43,8
Totaal autonome en beleidsmatige bijstellin– gen (compensatie overschrijdingl Totaal mutaties Najaarsnota 1994
42,4
198^3
A Technische bijstellingen Uit de aanvullende post Loonbijstelling is op grond van de algemene salarismaatregelen (ASM), de premiewijziging als gevolg van de privatisering van het ABP (ABP-complex) en de uitverdieneffecten Terugdringing Beroep Arbeidsongeschiktheidsregelingen (TBA) voor 1994 respectievelijk een bedrag van f 16,8 miljoen, f 137,9 miljoen en f 11,4 miljoen aan de begroting van OCenW toegevoegd. Op grond van de toevoeging op grond van het ABP-complex is voor een bedrag van f82,7 miljoen over de verschillende beleidsterreinen verdeeld. Voor het resterende bedrag van f 55,2 miljoen zie hierna in deze toelichting. Het totaal van de toevoeging ASM van f 47 miljoen, waarvan f 30,2
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
miljoen bij Miljoenennota en f 16,8 bij Najaarsnota is toegevoegd, is bij Najaarsnota over de verschillende beleidsterreinen verdeeld. De toevoeging op grond van de TBA is verdeeld over de wachtgeld– artikelen van de participatiefonds-sectoren, het hoger onderwijs en het wetenschappelijk onderzoek. Deze bijstellingen uit de aanvullende post en de verdelingen over de verschillende beleidsterreinen wordt toegelicht bij de toelichting van artikel 26.06 (ASM en ABP-complex) en artikel 26.02 (TBA). Voorts zijn als gevolg van het lagere beroep dat door studerenden is gedaan op de studieleningen de niet-relevante uitgaven voor de studie– leningen f 65 miljoen lager dan oorspronkelijk geraamd. Daarnaast worden op grond van de studievoortgang voor de studieleningen meeruitgaven verwacht van f 17 miljoen. De ontvangsten voor studie– leningen nemen af met f 25 miljoen. Per saldo een bijstelling van f 23 miljoen. Deze bijstellingen zijn budgettair neutraal voor de begroting van OCenW. B Autonome en beleidsmatige bijstellingen Leerlingen Voor de verwachte instroom van asielzoekers is bij Voorjaarsnota reeds f 147 miljoen aan de begroting van OCenW toegevoegd. Bij Miljoenennota is dit bedrag over de verschillende beleidsterreinen verdeeld. In het primair onderwijs is een ramingstechnisch overschot van f 16,5 miljoen ontstaan. Dit is het gevolg van het verschil tussen de geraamde en de feitelijk bekostigde aantallen formatie-eenheden. In het voorgezet onderwijs is een overschot van f 22 miljoen ontstaan als gevolg van het lager aantal dan geraamde leerlingen in de bekos– tiging. Deze ontwikkeling wordt nog geanalyseerd. Formatie In het primair en voortgezet onderwijs is ten aanzien van de toeslag begininkomens voor jonge docenten sprake van een meevaller van f 20,5 miljoen. In het voortgezet onderwijs is sprake van een meevaller van f 17,8 miljoen als gevolg van aanstellingen van personeel later dan 1 augustus 1994, terwijl voor de ramingen is uitgegaan van aanstellingen per 1 augustus 1994. Kasrealisatie Op grond van de ontwikkeling van de personele uitgaven voor het primair onderwijs blijkt een nog onverklaard overschot van f 24,9 miljoen. Rechtspositionele uitkeringen De invoering van het participatiefonds (PF) voor de sectoren primair onderwijs, voortgezet onderwijs, beroepsonderwijs en volwassenenedu– catie en de onderwijs ondersteunende instellingen kon per 1 augustus 1994 niet worden gerealiseerd. Afhankelijk van het wetsvoorstel PF (Tweede Kamer nr. 23 693) zal het PF met ingang van 1 maart 1995 dan wel per 1 augustus 1995 inwerking treden. De middelen voor de wachtgeldopslag, die in 1994 voor het PF op de personele artikelen voor deze sectoren waren opgenomen, zijn derhalve teruggeboekt naar de wachtgeldartikelen (uitgaven en ontvangsten) voor deze sectoren.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
Met het PF zullen drie doelstellingen moeten worden gerealiseerd: het terugdringen van de instroom in de wachtgeldregeling, het bevorderen van de herintreding van wachtgelders via uitstroom uit de wachtgeldre– geling en de beheersing van de totale wachtgelden voor de PF-sectoren. In afwachting van de start van het PF wordt bij OCenW op basis van de huidige wetgeving de instroomtoets uitgevoerd. Eveneens in afwachting van de start van het PF wordt per 1 augustus 1994 bij OCenWde terugploegregeling uitgevoerd. De verkorting van de werkweek in de PF-sectoren tot 38 uur en de regeling Bevordering van de Arbeidr ^rticipatie van Ouderen (BAPO of seniorenregeling) voor deze sectoren leveren een aanmerkelijke herbezettingsruimte op, waarin voor een aanzienlijk deel moet worden voorzien door het weer aan het werk gaan van wachtgelders. Deze verwachting '\s echter niet geheel uitgekomen. Het deelnemings– percentage aan de seniorenregeling was lager dan geraamd (43% in plaats van 75%). Deze meevaller bedraagt f 31 miljoen. Door de lagere deelname aan de seniorenregeling en als gevolg daarvan een lagere omvang van de extra formatie kunnen minder wachtgelders via de terugploegregeling worden aangesteld op vacatures (quotum). Hierdoor blijven meer wachtgelders in de wachtgeldregeling. Bovendien blijkt dat een groot deel van deze extra formatie (2/3-deel) is ingezet om onver– mijdbare ontslagen te voorkomen. De tegenvaller bedraagt f 38,2 miljoen. In tegenstelling tot de verwachting bij het afsluiten van de CAO 1993-1995 is derhalve sprake van enerzijds een lager beslag op de personele uitgaven van de PF-sectoren en anderzijds een hoger beslag op de wachtgelduitgaven van deze sectoren. Naast het effect van het PF op de ontwikkeling van de uitgaven wachtgelden is sprake van een autonome ontwikkeling van een hoger volume en een hoger gemiddelde uitkeringshoogte. Tenslotte leidt de strengere keuring van arbeidsongeschikten in het kader van de wet Terugdringing van het Beroep op de Arbeidsongeschiktheidsregelingen (TBA) tot een groei van de uitgaven wachtgelden. Tot 1 augustus 1994 was sprake van een sterke groei van de wachtgeld uitgaven voor de PF-sectoren. In de periode na 1 augustus 1994 is deze sterke groei afgenomen en tekent zich een stabilisatie af; de uitgaven voor de wachtgelden PF-sectoren zijn in deze periode met f 10,1 miljoen toegenomen. Conform het advies van de commissie Berghman wordt in 1994 ten behoeve van de oprichting van het PF een bedrag van f 35 miljoen verstrekt in de vorm van een zogenaamde solvabiliteitsbuffer. Voor de wachtgelden in het hoger beroepsonderwijs zijn de uitgaven en de ontvangsten een bedrag van f 23,9 miljoen respectievelijk f 2,1 miljoen toegenomen, zodat per saldo sprake is van een tegenvaller van f 21,8 miljoen. Voor een bedrag van f 10 miljoen kan deze tegenvaller worden verklaard door de toename van het aantal wachtgelders alsmede van de gemiddelde uitkeringshoogte. Het overige deel van de tegenvaller betreft een ramingstechnische bijstelling. Deze middelen zijn gedekt door de rijksbijdrage aan de instellingen voor het hoger beroepsonderwijs te korten met f 5 miljoen, een meevaller OKF (verevening en beroepen als gevolg van de verkoop onroerend goed in het hoger beroepsonderwijs) van f 5 miljoen en de niet bestede wachtgeldaanspraken in het wetenschappelijk onderwijs van f 10,9 miljoen.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
Huisvesting Als gevolg van het intrekken van het wetsvoorstel verkoop sportvelden in het voortgezet onderwijs onstaat in 1994 een tegenvaller van f 10 miljoen, die wordt gedekt door vertraging van de uitgaven voor het investeringsschema in het voortgezet en beroepsonderwijs. Studiefinanciering Op het beleidsterrein studiefinanciering is sprake van een tegenvaller op de relevante uitgaven van f 42 miljoen. Deze tegenvaller is opgebouwd uit een tegenvaller voor de regeling tegemoetkoming studiekosten (f 40 miljoen), een tegenvaller voor de beurzen (f 35 miljoen) en een meevaller voor de OV-jaarkaart (f 13 miljoen). Deze ontwikkelingen hangen samen met een afname van het aantal uitkeringsgerechtigden. Rekening houdend met een tegenvaller op de relevante ontvangsten van f 20 miljoen, ontstaat per saldo een tegenvaller van f 62 miljoen. Als gevolg van de afrekening in 1994 van het oude contract voor de OV-jaarkaart wordt in 1994 een bedrag van f 70,8 miljoen betaald, terwijl deze afrekening was voorzien in 1995. In de begroting voor 1994 is nog rekening gehouden met een betaling aan de openbaar vervoer bedrijven van een deel van de voorlopige vergoeding 1995 in december 1994. Dit deel wordt verlaagd met f 70,8 miljoen, dat in 1995 zal worden betaald. Deze beide mutaties zijn derhalve beleidsmatig en budgettair neutraal verwerkt. Projecten Op grond van het terughoudend kasbeleid in 1994 wordt voor een bedrag van f 23,8 miljoen aan verplichtingen voor projecten in het primair en voortgezet onderwijs definitief geblokkeerd. ABP-complex Als gevolg van de toevoeging uit de aanvullende post Loonbijstelling (uitdeling) voor het ABP-complex aan de begroting van OCenW ontstaat een éénmalig overschot van f 55, 2 miljoen. Zie de toelichting bij artikel 26.06. Tekort Najaarsnota Ten opzichte van het tekort van f 152,6 miljoen, zoals gemeld bij Miljoenennota, sluit het tekort bij Najaarsnota als gevolg van de diverse mee– en tegenvallers op f 42,4 miljoen. Deze overschrijding is in de begroting verwerkt. De dekking hiervan zal, met inachtneming van de regels budgetdiscipline, bij Voorjaarsnota 1995 worden bezien. De autonome en beleidsmatige mutaties sluiten op een saldo van f 42,4 miljoen aan meeruitgaven en zijn in evenwicht met de verwerking in de begroting van de voornoemde overschrijding.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
TOELICHTING OP BELEIDSTERREINNIVEAU Beleidsterrein 17.00 Ministerie algemeen Opbouw verplichtingen– en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
499 502
499 502
499 502 16606 13914
499 502 16606 13914
Stand na 2e suppletoire begroting
530022
530022
Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvul– lende poslen b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern) 2. Autonome mutaties
11914
11914
3 061 -2236
3 061 -2236
11089 2 000
11089 2 000
Totaal
13914
13914
Algemene toelichting: De begrote uitgaven voor het Ministerie algemeen bedroegen in de ontwerp-begroting 1994 in totaal f 499,5 mln. Ten opzichte van de vastgestelde begroting 1994 zijn de begrote uitgaven voor 1994 thans gestegen met f 30,5 mln. (6%). In de 1e Suppletoire wet 1994 zijn de verklaringen aangegeven voor een stijging van de uitgaven met f 16,6 mln. Kortheidshalve wordt hiernaar verwezen. De stijging van de uitgaven van f 13,9 mln. sedert de 1e Suppletoire wet 1994 is nader gespecificeerd: technische mutaties: autonome mutaties:
f 11,9 mln. of 85,6% van de uitgavenstijging; f 2,0 mln. of 14,4% van de uitgavenstijging;
Er zijn geen beleidsmatige mutaties. Toelichting op de mutaties: Het bedrag van de technische mutaties betreft voor een groot deel een technische verhoging vanwege algemene salarismaatregelen en een aantal budgettair neutrale overboekingen. De grootste overboeking houdt verband met de verhoginging van het budget van de IB-Groep in verband met de uitvoeringskosten van de VASK-operatie (Vervroegde Aflossing Studieschuld met Korting). Verdere overboekingen betreffen de uitvoeringskosten die gepaard gaan met nieuwe en gewijzigde wet– en regelgeving zoals de AWB, TBA, BWOO, bezemwet WHW, verlenging WW-bodem, NT2 en de herstructurering steunpunten. Tenslotte is een bedrag van f 2 mln. benodigd voor de voorbereiding van de invoering van het participatiefonds, de ontwikkeling van een
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
8
wachtgeldeninformatiesysteem en de gestegen kosten voor juridische bijstand. Beleidsterrein 18.00 Primair onderwijs Opbouw verplichtingen– en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkehjk vastgestelde begrotmg 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begrotmg 1994 Nieuwe mutaties
8 133 646
8378717
9740 8 143386 360 120 279118
9740 8 388 457 161 213 186728
Stand na 2e suppletoire begroting
8782624
8736398
Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000)
1. Technische mutaties
Verplichtingen
Uitgaven
51 492
43633
a. Bijstelling uit aanvul– lende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern) 2. Autonome mutaties 3. Beleidsmatige mutaties
42727
42727
8765 162594 65032
137 095 6000
Totaal
279118
186728
906
Algemene toelichting: De begrote uitgaven voor het primair onderwijs bedroegen in de ontwerp-begroting 1994, inclusief Nota's van Wijziging en Amendementen totaal f 8 388,5 mln., de verplichtingen bedroegen totaal f 8 143,4 mln.. Ten opzichte van de vastgestelde begroting 1994 zijn de begrote uitgaven voor 1994 thans gestegen met f 358,9 mln. (4,3%) en de verplichtingen met f 652,2 mln. (8,0%). In de 1e Suppletoire wet 1994 zijn de verklaringen aangegeven voor een stijging van de uitgaven met f 161,2 mln. en een stijging van de verplich– tingen met f 360,1 mln.. Kortheidshalve wordt hiernaar verwezen. De stijging van de uitgaven van f 197,7 mln. sedert de 1e Suppletoire wet 1994 is nader gespecificeerd: technische mutaties: autonome mutaties: beleidsmatige mutaties:
f 49,5 mln. of 25,0% van de uitgavenstijging; f 137,1 mln. of 69,4% van de uitgavenstijging; f 11,1 mln. of 5,6% van de uitgavenstijging;
Hieronder is een toelichting opgenomen op voorgaande drie categorieën mutaties. Toelichting op de mutaties: 1. Technische mutaties: Afgezien van een aantal kleine technische mutaties gaat het om twee grotere posten, namelijk de incidentele loonontwikkeling en de algemene salarisontwikkeling. Deze zijn in de algemene inleiding reeds toegelicht.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
2. Autonome mutaties: De voornaamste autonome mutaties zijn: - een verhoging van de begroting voor het primair onderwijs voor 1994 met f 95 mln. in het kader van de ontwikkeling van het aantal asielzoekers (wachtenden); - de verwerking van de leerlinggegevens op teldatum 1 oktober 1993, leidt tot een stijging van het aantal leerlingen ten opzichte van de raming in de ontwerp-begroting 1994( zie ook de volumegegevens Primair onderwijs in de rijksbegroting 1995); - een aanpassing van het budget voor rechtspositionele uitkeringen als gevolg van het uitstel van de invoering van het Participatiefonds, een hoger zittend bestand aan wachtgelders en een hogere gemiddelde uitkering per wachtgelder; - conform afspraken met het Participatiefonds naar aanleiding van het rapport van de commissie Berghman is voor het Participatiefonds een solvabiliteitsbuffer gecreerd van f 35,0 mln. Het aandeel van het primair onderwijs hierin bedraagt f 16,5 mln; - de doorwerking naar 1994 van de hogere realisatie van de incidentele loonontwikkeling in het basisonderwijs in 1993; - de doorwerking naar 1994 van de hogere gemiddelde personeelslast in 1993. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door veranderingen in het personeelsbestand van het basisonderwijs en het (voortgezet) speciaal onderwijs; - een bijstelling van de raming voor de toeslag begininkomens, voornamelijk door een ramingstechnische correctie van de sociale lasten. 3. Beleidsmatige mutaties: Tijdens de begrotingsbehandeling 1994 is het amendement nr. 28 betreffende de proportionalisering van de formatieschalen( inclusief de zogenaamde kleine scholenmaatregel) in het basisonderwijs (art 18.01) aangenomen. In het amendement werd rekening gehouden voor 1994 met een budgettair effect van f 10,7 mln. Om het amendement, naar de geest, echter volledig uit te voeren is een bedrag van f 21,8 mln benodigd. Met de mutatie van f 11,1 mln is nu het correcte bedrag in de begroting verwerkt. Herbesteding Toerusting en Bereikbaarheid (T&B) en Opbrengst T&B Door de in het kader van het T&B-beleid opgetreden fusies worden besparingen gegenereerd. De in de Rijksbegroting 1994 reeds vastgelegde doorwerking van de besparingen uit tranche 1992 (dit betreft de gevolgen van fusies en opheffingen per 1 augustus 1992), worden door de nu opgenomen mutaties op de artikelen 18.01 en 18.02 vermeerderd met de gerealiseerde opbrengsten uit tranche 1993, als met de voorlopig berekende effecten van tranche 1994 op het jaar 1994. Deze besparingen dienen in de vorm van herbestedingen weer terug te vloeien naar het basisonderwijs. In 1994 bestaan deze herbestedingen grotendeels uit reeds vastgelegde salaris– en formatiegaranties conform de regelgeving bij de samenvoeging van scholen. Daarnaast resteert per saldo een bedrag van f 2,4 mln. dat nog in 1994 een nader in te vullen herbesteding mogelijk maakt. Deze herbesteding zal op korte termijn plaatsvinden (zie ook de toelichting blz 73 van de begroting 1995). Projecten: op artikel 18.05 Overige uitgaven wordt in verband met het niet doorgaan van projecten een bedrag van f 5,1 mln minder uitgegeven.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
10
Beleidsterrein 19.00 Voortgezet onderwijs Opbouw verplichtingen– en uitgavenramingen vanaf de stand ontwarpbegroting (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
Stand ontwerpbegroting 1994 Mota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
6 461 478
6 463 924
1 600 6 463 078 99889 139 377
1 600 6 465 524 131 259 108 248
Stand na 2e suppletoire begroting
6702344
6705031
Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000)
1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvul– lende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern) 2. Autonome mutaties 3. Beleidsmatige mutaties Totaal
Verplichtingen
Uitgaven
103095
71 116
84000 40000
74184
- 20 905 54982 -18700
-3068 55832 -18700
139377
108248
Algemene toelichting: De begrote uitgaven voor het Voortgezet onderwijs bedroegen in de ontwerp-begroting 1994, inclusief amendementen totaal f 6 465,5 mln., de verplichtingen bedroegen totaal f 6 463,1 mln. Ten opzichte van de vastgestelde begroting 1994 zijn de begrote uitgaven voor 1994 thans gestegen met f 239,5 mln. (3,7%) en de verplichtingen met f 239,3 mln. (3,7%). In de 1e Suppletoire wet 1994 zijn de verklaringen aangegeven voor een stijging van de uitgaven met f 131,3 mln. en een stijging van de verplich– tingen met f 99,8 mln. Kortheidshalve wordt hiernaar verwezen. De stijging van de uitgaven van f 108,2 mln. sedert de 1e Suppletoire wet 1994 is nader gespecificeerd: technische mutaties: autonome mutaties: beleidsmatige mutaties:
f71,1 mln. of 66% van de uitgavenstijging; f 55,8 mln. of 51% van de uitgavenstijging; –f 18,7 mln. of– 17% van de uitgavenstijging.
Hieronder is een toelichting opgenomen op deze drie categorieën mutaties. Toelichting op de mutaties: 1. Technische mutaties: Afgezien van een aantal kleine technische mutaties gaat het bij deze technische aanpassingen eigenlijk om drie grotere posten, waarvan de twee eerstgenoemden ten laste van de aanvullende posten worden gebracht, namelijk de algemene salaris maatregelen (ASM) van 1994 en de toedeling van middelen ter afdekking van de incidentele loonontwik– keling (ILC). Deze zijn in de algemene inleiding reeds toegelicht.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
11
De grote verschillen bij de externe overboekingen (1.b.) en de interne overboekingen (1.d.) worden veroorzaakt door het feit dat het Kabinet heeft besloten om de decentralisatie van de huisvesting met een jaar uit te stellen. Aangezien de financiële consequenties hiervan al in de meerjaren– ramingen van de begroting 1994 waren verwerkt, leidt dit uitstel nu noodzakelijkerwijs tot even zo grote correctieboekingen. Zie voor een nadere detaillering de toelichting bij het artikel 19.02. 2. Autonome mutaties: Afgezien van een aantal kleinere bijstellingen, gaat het vooral om de volgende autonome verhogingen: - Rechtspositie volume. De wachtgelduitgaven voor het voortgezet onderwijs ontwikkelen zich f25,2 mln (verplichtingen en uitgaven) sterker dan geraamd. Zie verder de toelichting bij artikel 19.04. - Een afdekking van de loonkosten-mutatie in de realisatie 1993. Uit de nacalculatie bleek dat de gemiddelde personeelslast te laag was geraamd. Het gaat om een verhoging van uitgaven en verplichtingen met f 19,7 mln opartikel 19.01. - De post diversen wordt in belangrijke mate beïnvloed door het effect van de in het kader van de CAO overeengekomen terugploegregeling (f 17,3 mln verplichtingen en uitgaven) en een bijdrage aan de solvabiliteitsbuffer van het Participatiefonds (f 18,5 mln verplichtingen en uitgaven). Zie voor een nadere toelichting de artikelen 19.01 en 19.04. - De kosten van de vervanging zijn met f 14,9 mln toegenomen. Enerzijds op grond van een bijstelling van de schoolbekostiging aan de hand van de ontwikkelingen in het ziekteverzuim van 1992/1993 (f 8,9 mln verplichtingen en uitgaven), anderzijds in het verlengde van de overschrij– dingen bij het Vervangingsfonds (f6 mln verplichtingen en uitgaven). Zie artikel 19.01. - Als gevolg van de toestroom van nieuwe leerlingen (ook asiel– zoekende ) moet een verhoging van de verplichtingen met f 12,6 mln worden verwerkt, in de sfeer van de uitgaven f 13,4 mln, respectievelijk op de artikelen 19.01 en 19.05. In elk geval de volgende verlagingen zijn van flinke omvang: - Onder de post diversen; lager dan geraamde uitgaven voor de BAPO-regeling (ad f 17,7 mln voor verplichtingen en uitgaven). Zie artikel 19.01. - In de sfeer van de formatie heeft zich in samenhang met de aanstel– lingen van personeel later dan 1 augustus bij verplichtingen en uitgaven een meevaller van f 17,8 mln voorgedaan (aanstellingen later dan 1 augustus). Zie artikel 19.01. - Onder de post diversen; een lager beroep op de fusiefaciliteiten, ad f 11,1 mln (verplichtingen en uitgaven). Zie artikel 19.01. 3. Beleidsmatige mutaties: In het kader van het terughoudend kasbeleid is het budget voor inventarisvernieuwingsprojecten VBO met f 18,7 mln verlaagd.
Twcede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
12
Beleïdsterrein 20.00 Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie Opbouw verplichtingen– en uitgavenramingan vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
3101 613
3 117373
3101 613 510945 70492
3 117373 68424 147 527
Stand na 2e suppletoire begroting
3 683 050
3 333 324
Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000)
1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvul– lende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern) 2. Autonome mutaties 3. Beleidsmatige mutaties Totaa!
Verplichtingen
Uitgaven
-139509
53626
- 207 089
25513
41 460 26120 240 401 - 30 400
27560 111 801 - 17 900
70492
147527
553
Algemene toelichting: De begrote uitgaven voor Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie bedroegen in de ontwerp-begroting 1994 f 3 117,4 mln, de verplichtingen bedroegen totaal f 3 101,6 mln. Ten opzichte van de vastgestelde begroting 1994 zijn de begrote uitgaven voor 1994thans gestegen met f216,0 mln. (6,9%) en de verplichtingen met f581,4 mln. (16,7%). In de 1e Suppletoire wet 1994 zijn de verklaringen aangegeven voor een stijging van de uitgaven met f 68,4 mln. en een stijging van de verplich– tingen met f 510,9 mln. Kortheidshalve wordt hiernaar verwezen. De stijging van de uitgaven van f 147,5 mln. sedert de 1e Suppletoire wet 1994 is nader gespecificeerd: Absoluut en procentueel zijn de mutaties ten opzichte van de ontwerp– begroting als volgt onder te verdelen: Technische mutaties Autonome mutaties Beleidsmatige mutaties
f 53,6 mln. of 36,3% van de uitgavenstijging. f 111,8 mln. of 75,8% van de uitgavenstijging. – f 17,9 mln. of– 12,1% van de uitgaven– stijging.
Toelichting op de mutaties: 1. Technische mutaties: Detechnische mutaties bestaan hoofdzakelijk uiteen bijstelling uit de aanvullende posten (f 34,4). Het betreft hier algemene salarismaatregelen 1994, een overboeking van gelden uit het Convenant II voor het onderwijs– ondersteunend personeel, uitverdieneffecten wachtgelden als gevolg van de in de ontwerpbegroting 1994 opgenomen efficiency-maatregelen en
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
13
subsidiekorting en uitverdieneffecten door de WetTerugdringing Beroep Arbeidsongeschiktheidsregeling (TBA), welke leidttot een extra instroom in de wachtgeldregeling. Een wijziging in de ramingsmethodiek van de nabetalingen en terugontvangsten naar aanleiding van afrekeningen heeft geleid tot een aanpassing van zowel de uitgaven– als de ontvangsten– raming met een bedrag van f 27,2 mln. Binnen het beleidsterrein Beroepsonderwijs en Volwasseneneducatie is voor een bedrag van f 70,7 mln. overgeboekt omdat de invoering van het Participatiefonds is uitgesteld. (zie ook de algemene inleiding). Tevens zijn onder andere overboekingen gepleegd in het kader van de budgettering van het vormingswerk. 2. Autonome mutaties: De autonome stijging van de uitgavenramingl f 111,8 mln.) wordt voornamelijk veroorzaakt door de volgende posten: - Leerlingvolume (f44,0 mln.): Het convenant secundair beroepsonderwijs is per 1 januari 1994 niet gecontinueerd. In verband hiermee moeten de budgetten 1994 worden verhoogd voor het verschil tussen het aantal deelnemers zoals dat nu in de referentieraming 1994 is opgenomen en zoals dat destijds bij het afsluiten van het convenant in de referentieraming 1991 was voorzien. Voor een verdere toelichting wordt verwezen naar de begroting 1995, p. 134/135. Tevens is de raming aangepast voor het aantal leerlingen in het vormingswerk op grond van de leerlingtelling 1993/1994. De raming voor examens Nederlands als Tweede Taal (NT2) is voor een toename van het aantal examenkandidaten bijgesteld. - Rechtspositievolume (f42,0 mln.): Het wachtgeldbudget 1994 is verhoogd om de kosten op te vangen van een lagere uitstroom, hogere gemiddelde kosten dan geraamd en het uitstel van de invoering van het participatiefonds. - Vervanging bij ziekte (f 27,6 mln.): Deze bijstelling is nodig om de nagekomen declaraties voor vervanging bij ziekte over het jaar 1993 te betalen. Vanaf 1994 is de vervanging in de lump-sum vergoeding verwerkt. 3. Beleidsmatige mutaties: De beleidsmatige mutaties (f - 17,9 mln.) bestaan met name uit de geleverde dekking voor de opgetreden problematiek inzake de vervanging bij ziekte (f -16,2 mln., zoals eerder genoemd). Deze dekking is gevonden binnen de onverplichte gelden op artikel 20.03. Toelichting op de verplichtingenraming: Met ingang van 1994 geldt voor artikel 20.01 een verplichtingenregime waarbij als uitgangspunt geldt dat de aan te gane verplichtingen geheel in het daaropvolgende jaar tot uitgaven leiden (t-1). In de 1e suppletoire wet was met dit uitgangspunt nog niet consequent rekening gehouden. Daarom is nu een technische bijstelling nodig. Deze is opgenomen onder de technische mutaties op de aanvullende post (f - 252,1 mln).
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
14
Beleidsterrein 21.00 Hoger beroepsonderwijs Opbouw verplichtingen– en uitgavenramingan vanaf de stand ontwerpbagroting (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
2 260 956
2 392 868
2 260 956 148 662 105 046
2 392 868 41 639 42 606
Stand na 2e suppletoire begroting
2514 664
2 477 113
Specificatie nieuwe mutaties (x f
1000) Verplichtingen
1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvul– iende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern) 2. Autonome mutaties 3. Beleidsmatige mutaties Totaal
Uitgaven
61798
23783
50 162
22 747
11636 23 900 19 348
1036 23 900 -5 077
105046
42606
Algemene toelichting: De begrote uitgaven voor het Hoger beroepsonderwijs bedroegen in de ontwerp-begroting 1994 in totaal f 2 392,9 mln., de verplichtingen bedroegen totaal f 2 261,0 mln. Ten opzichte van de vastgestelde begroting 1994 zijn de begrote uitgaven voor 1994thans gestegen met f84,2 mln. (3,5%) en de verplichtingen metf 246,7 mln. (11,2%). In de 1e Suppletoire wet 1994 zijn de verklaringen aangegeven voor een stijging van de uitgaven met f 41,6 mln. en een stijging van de verplich– tingen met f 148,7 mln. Kortheidshalve wordt hiernaar verwezen. De stijging van de uitgaven van f 42,6 mln. sedert de 1e Suppletoire wet 1994 is nader gespecificeerd: technische mutaties: autonome mutaties: beleidsmatige mutaties:
f 23,8 mln. of 55,8% van de uitgavenstijging; f 23,9 mln. of 56,1% van de uitgavenstijging; – f 5,1 mln. of– 11,9% van de uitgaven– stijging.
Hieronder is een toelichting opgenomen op deze drie categorieën mutaties. Toelichting op de mutaties: 1. Technische mutaties: In de 2e Suppletoire begroting van dit uitvoeringsjaar is de technische mutatie in de uitgaven ook ditmaal nagenoeg geheel het gevolg van bijstellingen uit de aanvullende post (art. 21.01 en 21.03). Deze zijn in de algemene inleiding reeds toegelicht.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
15
2. Autonome mutaties: In deze Suppletoire begroting is sprake van een autonome verhoging van f 23,9 mln. op artikel 21.03. Deze mutatie houdt verband met de verwachte ontwikkeling van de wachtgelduitgaven over dit begrotingsjaar. De gerealiseerde uitkeringen over de afgelopen maanden van dit jaar, inclusief de prognoses van de IBG-groep voor de resterende maanden, leiden tot de veronderstelling dat de totale uitgaven over 1994 circa f 207,0 mln. zullen gaan bedragen. 3. Beleidsmatige mutaties: Op totaalniveau bedraagt de uitgavenmutatie voor het beleidsmatige deel ruim - f 5,0 mln. Dit wordt veroorzaakt door een beleidsmatige verlaging op de normatieve exploitatievergoeding van f30,0 mln. (zie artikel 21.01) vanwege de compensatie die op grond van de budgetafspraken moet worden geleverd aan de hogere wachtgelduitgaven in 1994. Aangezien van dit bedrag f 20,0 mln is geboekt als beleidsmatige verhoging op artikel 21.03 is op totaalniveau van het beleidsterrein sprake van een negatief saldo van f 5,0 mln (zie ook de toelichting bij artikel 21.03). Overigens moet worden aangetekend dat het besparingsverlies als gevolg van de vertraagde invoering van het gewijzigd aansprakenregime voor studenten (–t– f 10,0 mln.) is gesaldeerd met een korting die is opgetreden als gevolg van de dekking van de budgettaire problematiek 1994 (–f 10,0 mln.) (zie artikel 21.01.). Beleidsterrein 22.00 Wetenschappelijk onderwijs Opbouw verplichtingen– en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting ( x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
4 854 767
4 792 320
4854767 83 618 300 668
4792320 83 618 22 875
Stand na 2e suppletoire begroting
5239053
4898813
Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
310718
33325
127515
30536
1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvul– lende posten b. Overboekingen (extern) c. Desaldermgen d. Overboekingen (intern) 2. Autonome mutaties
183 175 -10050
2761 - 10 450
Totaal
300 668
22 875
28
28
Algemene toelichting: De begrote uitgaven voor het Wetenschappelijk onderwijs bedroegen in de ontwerp-begroting 1994 totaal f 4 792,3 mln., de verplichtingen bedroegen totaal f 4 854,8 mln.. Ten opzichte van de vastgestelde
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
16
begroting 1994 zijn de begrote uitgaven voor 1994thans gestegen met f 106,5 mln. (2,2%) en de verplichtingen met f 394,3 mln. (8,1%). In de 1e Suppletoire wet 1994 zijn de verklaringen aangegeven voor een stijging van zowel de uitgaven als de verplichtingen met f 83,6 mln. Kortheidshalve wordt hiernaar verwezen. De stijging van de uitgaven van f 22,9 mln. sedert de 1e Suppletoire wet 1994 is nader gespecificeerd: technische mutaties: autonome mutaties:
f 33,3 mln. of 145% van de uitgavenstijging; –f 10,4 mln. of-45% van de uitgavenstijging;
Erzijn geen beleidsmatige uitgavenmutaties. Toelichting op de mutaties: 1. Technische mutaties: De uitgavenmutaties (en de daarmee samenhangende verplichtingen– mutaties, zie hierna) in de tweede suppletoire wet 1994 bestaan uit: 1. Bijstellingen uit aanvullende post (f 30,5 mln.); 2. Overboekingen intern, zowel binnen beleidsterrein 22 als binnen het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen (per saldo f 2,8 mln.); 3. Desaldering, onder gelijktijdige verhoging van het ontvangstenartikel van het beleidsterrein wetenschappelijk onderwijs, verband houdend met een aandeel van andere departementen in een deel van de subsidie aan het Afrika Studiecentrum (f 0,028 mln.). Voor een nadere, meer gespecificeerde toelichting op vorengenoemde technische mutaties wordt verwezen naar de toelichtingen op artikel– niveau. 2. Autonome mutaties: De uitgavenmutaties (en de hiermee samenhangende verplichtingen– mutaties, zie hierna) in de tweede suppletoire wet 1994 bevatten zowel een verlaging als een verhoging. Een verhoging van f 0,4 mln. wordt veroorzaakt door aan zogenoemde «bijzondere» universiteiten en academische ziekenhuizen betaalde vergoedingen voor de kosten van invoering van het Besluit Werkloosheid Onderwijs– en Onderzoekpersoneel per 1 maart 1994. In tegenstelling tot de zogenoemde «rijks»-universiteiten en acade– mische ziekenhuizen, waarvoor het Ministerie van Binnenlandse Zaken (DUO) belast is met de uitvoering van de ontslaguitkeringsregelingen, voeren de «bijzondere» universiteiten en academische ziekenhuizen zelf deze regelingen uit. Daarnaast een verlaging van f 10,85 mln. Dit bedrag was gereserveerd voor wachtgeldaanspraken. 3. Beleidsmatige mutaties: De verplichtingenmutaties zijn per saldo 0: De voorgenomen invoering van de zogenoemde 27+-regeling is in 1994 niet tot stand gekomen. Dit leidt tot een besparingsverlies van f 10 mln. De dekking is gevonden in artikel 22.06 door een zeer terughoudend beleid ten aanzien van financiering van projecten. Toelichting op de verplichtingraming: Het verschil tussen de uitgavenmutaties en verplichtingenmutaties,
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
17
respectievelijk f 22,9 en f 310,7 mln, vanaf de stand 1e suppletoire begroting 1994 wordt voornamelijk veroorzaakt door verplichtingen– mutaties in 1994 met kaseffect in zowel 1994 als 1995. De grootste verplichtingenmutaties die tot dit verschil hebben geleid zijn: - In verband met de overdracht van de integrale verantwoordelijkheid voor de huisvesting aan de universiteiten vanaf 1995 is er sprake van een overboeking van het beleidsterrein Huisvesting. Verplichting 1994: f 170,4 mln. Het kaseffect ligt in 1995. - Algemene salarismaatregelen 1993: Het kaseffect 1994 is reeds bij 1e suppletoire begroting 1994 verwerkt. In deze 2e suppletoire begroting wordt alleen het kaseffect 1995 (f73,4 mln.) als verplichting opgevoerd. - Rente en aflossing ten behoeve van academische ziekenhuizen: verplichting 1994 f 72,1 mln., met kaseffect 1994 ad f 36,4 mln. en kaseffect 1995 ad f 35,7 mln. - Budgettaire problematiek: verplichting 1994: - f 20 mln., kaseffect in 1994 en in 1995 van - f 10 mln. - Diverse kleinere mutaties met vaak meerjarig effect die hier niet nader zijn beschreven. Beleidsterrein 23.OO Onderzoek en wetenschapsbeleid Opbouw verplichtingen– en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting ( x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
1 156 286
1 188 172
1156286 18 802 78283
1188172 11 252 20971
Stand na 2e suppletoire begroting
1 253 371
1 220 395
Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvul– lende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern) 3 Beleidsmatige mutaties
68783
20971
37309
11882
15366 16108 9500
4244 4845
Totaal
78283
20971
Algemene toelichting: De begrote uitgaven voor het beleidsterrein Onderzoek en Weten– schapsbeleid bedroegen in de ontwerp-begroting 1994totaal f 1 188,2 mln., de verplichtingen bedroegen totaal f 1 156,3 mln. Ten opzichte van de vastgestelde begroting 1994 zijn de begrote uitgaven voor 1994 thans gestegen met f 32,2 mln. (2,7 %) en de verplichtingen met f 97,1 mln. (8,4%). In de 1e Suppletoire wet 1994 zijn de verklaringen aangegeven voor een stijging van de uitgaven met f 11,3 mln. en een stijging van de verplich– tingen met f 18,8 mln. Kortheidshalve wordt hiernaar verwezen. De
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
18
stijging van de uitgaven van f 21,0 mln. sedert de 1e Suppletoire wet 1994 is volledig aan technische mutaties toe te schrijven, waarbij meer dan 50% voortkomt uit aanvullende posten. Het restant is enerzijds desalderingen als gevolg van wijzigingen in de doelsubsidies aan TNO en anderzijds voornamelijk interne overboekingen als gevolg van de overdracht van het beleid inzake samenwerking Indonesië. De verplichtingenmutaties belopen een totaal van f 78,3 mln. De grotere stijging van de verplichtingenmutaties t.o.v. de kasmutaties vindt zijn oorzaak in het feit dat enerzijds stijgingen in het kasbudget van 1994 en 1995 gelijktijdig moeten worden verplicht in 1994 en anderzijds kasbudgetstijgingen ingaand in 1995 ook al in 1994 moeten worden verplicht. De aard van de verplichtingenmutaties zijn overeenkomstig de kasmutaties (v.w.b. stijgingen met een technisch karakter), echter de stijging van het verplichtingenbudget m.b.t. de beleidsmutaties heeft betrekking op de vermindering van de subsidietaakstelling van onderzoeksinstellingen in 1995 en verdere jaren. De exacte uitsplitsing van de kas– en verplichtingenmutaties zijn onder de artikelsgewijze toelichting opgenomen. Beleidsterrein 24.00 Huisvesting Opbouw verplichtingen– en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
1 834 862
1 988 148
-3740 1831122 186 658 6 644
-3740 1984408 1 805 104 098
Stand na 2e suppletoire begroting
2024424
2090311
Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000)
1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvul– lende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern) 2. Autonome mutaties 3. Beleidsmatige mutaties Totaal
Verplichtingen
Uitgaven
60692
60692
350
8381 53961 -2000 - 35 048 -19000 6644
350
8381 53961 -2000 62406 - 19 000 104098
Algemene toelichting: De begrote uitgaven voor het beleidsterrein Huisvesting bedroegen in de ontwerp-begroting 1994, inclusief amendementen totaal f 1 984,4 mln., de verplichtingen bedroegen totaal f 1 831,1 mln.. Ten opzichte van de vastgestelde begroting 1994 zijn de begrote uitgaven voor 1994thans gestegen met f 105,9 mln. (5,3 %) en de verplichtingen met f 193,3 mln. (9,6 %). In de 1e Suppletoire wet 1994 zijn de verklaringen aangegeven voor een stijging van de uitgaven met f 1,8 mln. en een stijging van de verplich–
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
19
tingen met f 186,7 mln.. Kortheidshalve wordt hiernaar verwezen. De stijging van de uitgaven van f 104,1 mln. sedert de 1e Suppletoire wet 1994 is nader gespecificeerd: technische mutaties: autonome mutaties: beleidsmatige mutaties:
f 60,7 mln. of 58,3% van de uitgavenstijging; f 62,4 mln. of 59,9% van de uitgavenstijging; – f 19,0 mln. of– 18,2% van de uitgaven– stijging;
Hieronder is een toelichting opgenomen op deze drie categorieën mutaties. Toelichting op de mutaties: 1. Technische mutaties: De technische mutaties hebben met name betrekking op desaldering van uitgaven en ontvangsten in verband met verkoop van onroerend goed VO/BVE; indien een bevoegd gezag bij buitengebruikstelling van een gebouw kiest voor eigendomsbehoud, dan is dit bevoegd gezag een bedrag verschuldigd ter grootte van de waarde van het buiten gebruik gesteld onroerend goed in het economische verkeer. Deze verkoop– opbrengsten worden op grond van de bestaande middelen-afspraak, aangewend voor extra huisvesteringsinvesteringen voor het VO/BVE. 2. Autonome mutaties: De autonome mutaties betreffen voornamelijk een toevoeging aan de begroting 1994 in verband met verplichtingen die in het kader van de OKF-HBO operatie niet in 1993 tot betaling zijn gekomen. 3. Beleidsmatige mutaties: Beleidsmatig zijn er mutaties als gevolg van de waterschade in Zuid-Limburg eind 1993 en de definitieve beperking van de onverplichte gelden ten behoeve van de invulling van de begrotingsproblematiek. Voorts was in de vastgestelde begroting 1994 rekening gehouden met het wetsvoorstel inzake de verkoop van sportvelden. De geraamde opbrengst die gebaseerd was op een bedrag van f 60 per vierkante meter, bedroeg f 50 mln voor 1994 en f 20 mln. voor 1995. Naar aanleiding van het op verzoek van de Eerste Kamer aangepaste wetsvoorstel waarin uitgegaan werd van f 25 per vierkante meter, werd een opbrengst van f 10 mln. in 1994 en f 35 mln. in 1995 geraamd. Als gevolg van het intrekken van het wetsvoorstel Verkoop sportvelden in het Voortgezet onderwijs, ontstaat in 1994 een tegenvaller van f 10 mln., die wordt gedekt door vertraging van de uitgaven voor het investerings– schema in het Voortgezet en Beroepsonderwijs. Dit aangepaste wetsvoorstel wordt vooralsnog in de Eerste Kamer aangehouden. Dit betekent datten opzichte van de oorspronkelijke begroting 1994 de ontvangstenraming 1994 met f 50 mln. is verlaagd. Toelichting op de verplichtingmutaties: De verplichtingenmutaties wijken wat betreft de autonome mutaties af ten opzichte van de kasmutaties. Dit wordt met name veroorzaakt doordat in verband met de overdracht van de huisvestingsverantwoordelijkheid aan de universiteiten de in het verleden aangegane meerjarige verplich– tingen met kasgevolgen vanaf 1995 worden afgeboekt. Het gaat om een bedrag van f97,5 mln. aan verplichtingen. (In de ontwerpbegroting 1995 is rekening gehouden met de afboeking
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
20
van deze kasbedragen vanaf 1995 door overheveling naar de beleids– terreinen 22 en 23.) Beleidsterrrein 25.00 Studief inancieringsbeleid Opbouw varplichtingen– en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
4 455 070
4 455 070
4 455 070 - 32 400 - 40 700
4 455 070 - 32 400 - 40 700
Stand na 2e suppletoire begroting
4 381 970
4 381 970
Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000) Verplichtingen
1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvul– lende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern) 2. Autonome mutaties 3 Beleidsmatige mutaties Totaal
Uitgaven
- 80 000
- 80 000
- 105 000 27 112 -2 112 109300 - 70 000
- 105 000 27 112 -2 112 109 300 - 70 000
- 40 700
- 40 700
Algemene toelichting: Voorgesteld wordt om de uitgavenbegroting van beleidsterrein 25, studiefinanciering en onderwijsretributies, voor 1994 met f 40,7 mln te verlagen ten opzichte van de stand na de 1e suppletoire wet 1994. Dit is minder dan 1% van de totale uitgavenbegroting voor 1994, die met deze verlaging uitkomt op f 4382 mln. De voorgestelde bijstelling bestaat uit technische mutaties ter grootte van - f 80 mln. autonome mutaties ter grootte van f 109,3 mln en beleidsmatige mutaties die per saldo op - f 70 mln. uitkomen. Deze mutaties zijn voor een groot deel al gepresenteerd en toegelicht in de ontwerpbegroting 1995. Nog niet toegelicht zijn f - 65 mln aan technische mutaties, autonome verhogingen van per saldo f 112,8 mln en een beleidsmatige mutatie van - f 70,8 mln. Ten opzichte van de stand 1994 in de ontwerpbegroting 1995 wordt voorgesteld om de begroting voor de uitgaven studiefinanciering per saldo met f 23,0 mln te verlagen. Hieraan liggen de volgende ontwikke– lingen ten grondslag. Het opnamepercentage van de leenrechten komt lager uit dan waarmee tot nu toe in de begroting rekening was gehouden. In plaats van de 50% opname die in de begroting is voorzien, moet volgens de laatste inzichten worden gerekend op een opnamepercentage van rond de 40%. Met andere woorden, zo'n 60% van de leenrechten wordt niet gebruikt. Bij de basisbeurs en aanvullende beurs blijkt aan meer studerenden achterstallig hoger recht toegekend te worden dan was geraamd. Daarnaast is ten opzichte van de huidige ramingen sprake van een verschuiving tussen de onderwijssoorten en per saldo hogere aantallen gerechtigden, waardoor de gemiddelde uitgaven aan basisbeurs stijgen.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
21
De TS-uitgaven vallen hoger uit, doordat sprake is van zowel hogere aantallen gerechtigden als van iets hogere gemiddelde bedragen per TS-gerechtigde. Het aantal gerechtigden op een OV-kaart is over 1993 lager uitgekomen dan was verwacht. Dit heeft te maken met correcties in verband met geconstateerd onterecht kaartbezit. Daar staat tegenover dat de definitieve vergoeding van het afgelopen OVK-contract over 1994 al in 1994 betaald moet worden. In de ontwerp– begroting 1995 is nog uitgegaan van betaling in 1995. Dit leidt in 1994 tot f70,8 mln hogere uitgaven. Deze «hobbel» wordt met een kasschuif met de vergoeding voor de OV-kaart weer gladgestreken. De eerste resultaten van de studievoortgangscontrole wijzen op een hoger aantal omzettingen dan geraamd. Voorshands wordt aangenomen dat voor f 20 mln meer aan beurs wordt omgezet in lening. In de artikelsgewijze toelichting worden bedoelde ontwikkelingen nader gespecificeerd. Beleidsterrein 26.00 Overige programma uitgaven Opbouw verplichtingen– en uitgavenramingen vanaf de stand ontwarpbegroting ( x f 1000)
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
Verplichtingen
Uitgaven
493 909
497 163
-7600 486309 13 745 -309215
-7600 489563 17 847 -302215
190 839
205 195
Stand na 2e suppletoire begroting Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000)
1. Technische mutaties
Verplichtingen
Uitgaven
-23713
-16713
a. Bijstelling uit aanvul– lende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern) 2. Autonome mutaties 3. Beleidsmatige mutaties
-19815 10 101
-12815 10 101
-13999 - 245 575 - 39 927
- 13 999 - 245 575 - 39 927
Totaal
-309215
-302215
Algemene toelichting: Vanwege vooral het staartpostkarakter van dit beleidsterrein, wordt op beleidsterreinniveau geen toelichting gegeven. De toelichtingen op de mutaties zijn terug te vinden op artikelniveau.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
22
TOELICHTING OP ARTIKEL-IMIVEAU Beleidsterrein 17.00 Ministerie algemeen Artikel 17.5 Post actieven Opbouw verplichtingen– en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting
(x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
5 385
5 385
5385 102 9300
5385 102 9300
14787
14787
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijkvastgesteldebegroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begrotïng 1994 Nieuwe mutaties Stand na 2e suppletoire begroting Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvul– lende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern)
9300
9300
9 300
9 300
Totaal
9 300
9 300
Toelichting: Ad. 1.d Van artikel 17.06 is f 9,3 mln overgeboekt in verband met een correcte verantwoording van de uitgaven voor ontslaguitkeringen.
Artikel 17.6 Personeel en materieel ministerie Opbouw verplichtingen– en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting
(x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
257 184
257 184
257 184 18 415 - 2 061
257 184 18 415 - 2 061
Stand na 2e SLOpletoire begroting
273538
273538
Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000)
1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvul– lende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern) 2. Autonome mutaties
Verplichtingen
Uitgaven
-4061
-4061
2344 481
2344
-6886 2000
-6886 2000
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
481
23
1. Diversen Totaal
Verplichtingen
Uitgaven
2 000
2 000
-2061
-2061
Toelichting: Ad. 1.b Het betreft hier een overboeking f 0,481 mln van het Ministerie van Financiën conform afspraken bij de invoering van het omslagstelsel schade rijkswagenpark, alsmede een overboeking naar datzelfde ministerie in verband met de kosten van het betalingsverkeer. Ad. l.d De volgende overboekingen zijn te onderscheiden: - Van artikel 26.05 is een bedrag van f 0,349 mln overgeboekt dat is bestemd voor de volgende activiteiten: studie– en delegatiebezoeken, het 0 C en W-aandeel in de de conferentie Pers– en culturele zaken, en bezoeken sub-commissies onderwijs. Voorts is van artikel 26.05 een bedrag overgeboekt van f 0,1 mln dat is bestemd voor activiteiten in het kader van het project Eurydice voor internationale uitwisseling van onderwijs gegevens. - Van artikel 26.08 is in totaal f 0,575 mln overgeboekt voor departe– mentale projecten: de voorbereiding van de de territoriale en functionele decentralisatie van de huisvesting (f 0,1 mln), het vooronderzoek naar een nieuw personeelsinformatiesysteem voor het departement (f 0,075 mln) en de invoering van een nieuw postregistratiesysteem voor het kerndepartement (f 0,4 mln). - Van artikel 26.01 is een bedrag van f 0,75 mln overgeboekt voor de apparaatskosten voor medewerkers van de Commissie ARBON. - In het kader van de Grote Efficiency Operatie stopt het CBS met het verzorgen van de werkzaamheden in het kader van de integrale personeel– stellingen onderwijs (IPTO). Deze werkzaamheden zullen door OCenW worden overgenomen. In 1994 is hier een bedrag van f 0,7 mln mee gemoeid. Hiertoe is van artikel 19.05 en artikel 26.03 een bedrag van f 0,25 mln respectievelijk 0,45 mln overgeboekt naar artikel 17.06. - Naar artikel 17.05 is f 9,3 mln overgeboekt in verband met een correcte verantwoording van de uitgaven voor ontslaguitkeringen. - Naar artikel 17.08 is een bedrag van f 0,06 mln overgeboekt als bijdrage aan de kosten van het onderwijsverslag. Ad. 2.1 De gestegen kosten voor juridische bijstand (landsadvocaat) maken een bijstelling van het budget voor proceskosten van f 0,2 mln noodzakelijk. Daarnaast is in 1994 een bedrag van f 1,8 mln opgenomen voor de voorbereiding van de uitvoering van het participatiefonds en de ontwik– keling van een wachtgeldeninformatiesysteem.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
24
Artikel 17.7 Personeel en materieel IB-groep Opbouw varplichtingan– en uitgavanramingen vanaf de stand ontwerpbagroting (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
169 128
169 128
169128 -830 5 798
169128 -830 5 798
Stand na 2e suppletoire begroting
174 096
174 096
Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000)
1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvullende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern) Totaal
Verplichtingen
Uitgaven
5798
5798 400
400
-2717
-2717
8115
8 115
5 798
5 798
Toelichting: Ad. 1.b Naar het Ministerie van Financiën is f 2,7 mln overgeboekt voor de kosten van het betalingsverkeer. Ad. 1.d Van artikel 25.01 is een bedrag van f 2,1 mln overgeboekt voor de uitvoering van de VASK-operatie (Vervroegde Aflossing Studieschuld met Korting). Van artikel 26.08 is een bedrag overgeboekt van f 6,0 mln voor het bijstellen en inrichten van de uitvoeringsprocessen bij de IB-Groep als gevolg van nieuwe wetgeving, zoals de AWB, TBA, BWOO, bezemwet WHW, verlenging WW-bodem, NT2 en de herstructurering steunpunten.
Artikel 17.8 Personeel en materieel inspectie Opbouw verplichtingen– en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
62 151
62 151
62151 - 1 164 853
62151 - 1 164 853
Stand na 2e suppletoire begroting
61 840
61 840
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
25
Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvul– lende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern)
853
853
293
293
560
560
Totaal
853
853
Toelichting: Ad. 1.d Ter compensatie van een tekort op het budget voor materiële uitgaven welke met name is veroorzaakt door een stijging in de kosten voor dienstreizen, is voor 1994 een bedrag overgeboekt van f 0,5 mln van artikel 26.08. Voorts is van artikel 17.06 een bedrag overgeboekt van f 0,06 mln als bijdrage voor de kosten van het onderwijsverslag.
Artikel 17.9 Personeel en materieel adviesraden Opbouw verplichtingen– en uitgavanramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
5654
5654
5654 83 24
5654 83 24
Stand na 2e suppletoire begroting
5761
5761
Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000)
Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvul– lende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern) Totaal
Verplichtingen
Uitgaven
24
24
24
24
24
24
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
26
Beleidsterrein 18.00 Primair onderwijs Artikel 18.1 Personele uitgaven Opbouw verplichtingen– an uitgavenramingen vanaf de stand ontwarpbegroting (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
6 640 279
6 640 279
14700 6 654 979 322 166 89193
14700 6 654 979 322 166 89193
Stand na 2e suppletoire begroting
7 066 338
7 066 338
Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000) Verplichtingen
1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvul– lende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern) 2. Autonome mutaties 1. Afrekeningen 2. Diversen 3. Formatie 4. Inc. loonsommutatie 5. Leerlingen kenmerken 6. Leerlingen volume 7. Verschil ASM 8. Vervanging 9. Verzilvering 3. Beleidsmatige mutaties 1. Herbesteding T&B 2. Correctie am. 28 3. OpbrengstT&B Totaal
- 28 127
Uitgaven -28 127
30319
30319
-58 446 95420 14800 -21732 -16294 21 015 -12000 93446 24973 3138 -11 926 21 900 40573 11 100 - 29 773
-58 446 95420 14800 -21 732 - 16 294 21 015 - 12 000 93446 24973 3 138 -11926 21900 40573 11 100 -29773
89 193
89 193
Toelichting: Ad. 1.d Artikel 18.01 is verhoogd ais gevolg van: - een overboeking van artikel 18.02 in verband met Weer Samen Naar School (WSNS). Deze betreft de correctie van de materiële uitgaven voor de bijgestelde opbrengst als gevolg van de stabilisatie van het aantal leerlingen; - een overboeking vanuit het projectenbudget (artikel 18.05) voor het jaar 1994 waarmee compensatie wordt geleverd voor de geconstateerde overschrijding op het budget voor het onderwijsvoorrangsbeleid (OVB) in het schooljaar 1993/1994; - een overboeking vanuit het projectenbudget (artikel 18.05) voor het onderwijs aan visueel gehandicapte leerlingen ter compensatie van de meeruitgaven voor het aanvullend formatiebeleid ingevolge de toezeg– gingen aan de Tweede Kamer; - een overboeking van artikel 18.02 in verband met een verschuiving personeel materieel met betrekking tot onderwijsdeelname; - een overboeking van artikel 19.01 in verband met de indexering van de oorspronkelijke budgetten voor de Bedrijfsgezondheidszorg en het budget voor de Wet Terugdringing Arbeidsongeschiktheids Volume
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
27
(TAV-wet). Deze budgetten staan op artikel 19.01, terwijl ze voor een deel op artikel 18.01 worden uitgeput; - een overboeking van artikel 18.04 in verband met de verwachte terugploeg van wachtgelders (f 15,4 mln), zoals opgenomen in de CAO 1993-1995. In het kader van de terugploegregeling dienen wachtgelders aangesteld te worden op een aanzienlijk deel (quotum) van de vacatures die zijn ontstaan als gevolg van de extra formatie ten gevolge van de 38-urige werkweek en de seniorenregeling (BAPO), opgenomen in de CAO 1993-1995. Indien een wachtgelderteruggeploegd is, ontvangt hij/zij een regulier salaris, dat ten laste van het personele budget betaald wordt. De wachtgelduitkering vervalt. De hier opgenomen mutatie betreft de verhoging van het personele artikel nummer 18.01 met het in de CAO 1993-1995 verwachte terugploegeffect onder een gelijke verlaging van het artikel 18.04, rechtspositionele uitkeringen; Artikel 18.01 is verlaagd als gevolg van: - een overboeking naar artikel 18.02 in verband met een extra tegemoetkoming voor de aanpassing van boeken en leermiddelen ten behoeve van de basisvorming in het VSO (ten laste van het budget voor aanvullend formatiebeleid); - een overboeking naar artikel 18.04 in verband met het uitstel van het Participatiefonds. De geraamde bedragen voor de wachtgeldopslag 1994 zijn weer toegevoegd aan het artikel 18.04: rechtspositionele uitkeringen; - een overboeking naar beleidsterrein 26 ten behoeve van het budget voor het forum vitaal leraarschap. Ad. 2.1 Het afrekenen over 1992 leidt per saldo tot f 11,9 mln. meer nabeta– lingen dan geraamd. Ad. 2.2 Onder de noemer diversen zijn 3 mutaties opgenomen. De verbeterde informatievoorziening over gerealiseerde personele uitgaven heeft ertoe geleid dat het in 1994 gehanteerde ramingsmodel is verfijnd. Dit leidt tot een bijstelling van de raming van de uitgaven in 1994. Voorts wordt conform advies van de commissie Berghman ten behoeve van het Participatiefonds een solvabiliteitsbuffer van f 35 mln. ter beschikking gesteld. De opgenomen mutatie van f 16,5 mln. betreft het aandeel van de directie primair onderwijs in deze f 35 mln. Tenslotte is een mutatie opgenomen betreffende de realisatie van de regeling ADV/BAPO. Enerzijds is de deelname aan de BAPO-regeling (regeling Bevordering Arbeidsparticipatie Ouderen) lager dan de deelname geraamd in de CAO 1993-1995. Hierdoor wordt door de instellingen een lager beroep gedaan op de beschikbare herbezettings– middelen. Anderzijds is het financiële beslag van de uitbreiding van de ADV-regeling hoger dan geraamd. De opgenomen mutatie betreft het saldo van deze 2 effecten, die resulteert in een verlaging van de personele uitgaven. Ad. 2.3 Onder de noemer formatie zijn de volgende mutaties opgenomen. - Een bijstelling van de raming voor de toeslag begininkomens, voornamelijk door een ramingstechnische bijstelling van het percentage sociale lasten. - Naar verwachting doet zich een overschrijding van het budget van de buitenlandse scholen voor van f 1,9 mln. Daartegenover staat een onderschrijding van f 0,5 mln. op het budget voor de scholen voor trekkende bevolking.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
28
Ad. 2.4 De beschikbare ruimte voor de incidentele loonontwikkeling in 1993 (0,4%) was ontoereikend om de werkelijke ontwikkeling van het incidenteel in het basisonderwijs (0,75%) op te vangen. De opgenomen mutatie betreft de doorwerking van de realisatie 1993. Ad. 2.5 Leerlingkenmerken: Voor de eerste 7 maanden van 1994 is de leerling/ leerkracht-ratio bijgesteld. Ad. 2.6 Leerlingvolume: De verwerking van de leerlinggegevens perteldatum 1 oktober 1993 leidt tot een daling van het aantal leerlingen ten opzichte van de raming in de ontwerpbegroting 1994 voor het jaar 1994. Het betreft hier een saldo van de leerlingenraming voor basis– en (voortgezet) speciaal onderwijs. De stijging leidttot een wijziging van de basisformatie en heeft tevens effect op ADV, vervanging, taakrealisatie, vakleerkrachten en in het (voortgezet) speciaal onderwijs ondersteunend personeel. Voorts is in het kader van de ontwikkeling van het aantal asielzoekers (wachtenden) de begroting voor primair onderwijs voor 1994 verhoogd met f 95 mln. Hiervan heeft f 77,4 mln. betrekking op de personele begroting Het overige deel hiervan betreft materiële (f9,6 mln.) en huisvestingsuitgaven (f8 mln.). De hiervoor geraamde bedragen zijn naar de desbetreffende artikelen (18.02 en 24.01) overgeboekt.
Ad2.7 Verschil ASM/GPL: De realisatie van de gemiddelde personeelslast (GPL) in 1993 is hoger uitgevallen dan aanvankelijk was geraamd. Dit wordt met name verklaard door veranderingen in het personeelsbestand BaO en (V)SO. Deze mutatie is de doorwerking in 1994 van het uitvoeringsjaar 1993. Ad. 2.8 Vervanging: De hier opgenomen mutatie betreft het volgende. - Een correctie op de mutatie in de 1e Suppletoire Wet 1994 in verband met een verhoging van het opslagpercentage voor het Vervangingsfonds ; - Een stijging in het basisonderwijs en een daling in het (voortgezet) speciaal onderwijs van het ziekteverzuim; - Conform toezeggingen van de Minister aan de Tweede Kamer ontving het Vervangingsfonds een eenmalige extra bijdrage van f 15,0 mln. Het aandeel van het primair onderwijs hierin bedraagt f 9,0 mln. Ad. 2.9 Verzilvering: De vergoeding voor een verzilverde formatierekeneenheid ligt gemiddeld lager dan een gedeclareerde formatierekeneenheid. Op basis van de zogenaamde mei-melding is een prognose gemaakt van de hiermee gemoeide lagere uitgaven. Ad. 3.1 Herbesteding T&B en 3.3. opbrengst T&B: Door de in het kader van het T&B-beleid opgetreden fusies tot en met tranche 1994 wordt een besparing gegenereerd. De hier vermelde bedragen hebben betrekking op de in de Rijksbegroting 1995 vastgelegde mutaties met betrekking tot de opbrengsten uit T&B-tranche 1993, vermeerderd met de voorlopig berekende effecten van tranche 1994 op het jaar 1994. De herbesteding van deze besparingen ligt in de eerstkomende jaren vast in de vorm van de salarisgaranties en formatiegaranties conform de regelgeving bij de samenvoeging van scholen. Deze garantiekosten gaan in 1994 nog uit boven de gerealiseerde personele opbrengsten, maar worden voor dat meerdere gedekt door de materiële opbrengsten T&B (zie artikel 18.02).
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
29
Ad. 3.2 Correctie amendement nr. 28: Dit betreft een correctie op de verwerking van amendement nr. 28 proportionalisering van de formatieschalen (inclusief de zogenaamde kleine scholenmaatregel).
Artikel 18.2 Materiële uitgaven Opbouw verplichtingen– en uitgavenramingen vanaf de stand ontwarpbegroting (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
1 194 415
1307 869
9 200 1203615 142 900 33091
9 200 1317069
Stand na 2e suppletoire begroting
1379606
1309220
-7849
Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000)
1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvul– lende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (inlern) 2. Autonome mutaties 1. Afrekeningen 2. Leerlingen volume 3. Materiële voorzieningen 3. Beleidsmatige mutaties 1. Besparingsverliezen 2. Herbesteding T&B 3. Opbrengst T&B Totaal
Verplichtingen
Uitgaven
3608
2020
3608 26430 3680 9600 13150 3053 18253 4786 - 19 986
2020 931 3680 9600 -12349 -10800
33091
-7849
943 -11 743
Toelichting: Ad. 1.d Overboekingen (intern): Dit betreft overboekingen binnen primair onderwijs van artikel 18.01 voor onder andere leerlingontwikkeling Weer Samen Naar School en een extra tegemoetkoming voor de aanpassing van boeken en leermiddelen ten behoeve van de basisvorming in het VSO. Verder bevat deze post een overboeking van Cfi/INFRA (artikel 24.01) ten behoeve van de realisatie van de afwikkeling van beroepen, alsmede van VO (artikel 19.05) ten behoeve van de extra tegemoetkoming voor de aanpassing van boeken en leermiddelen ten behoeve van de basis– vorming in het VSO. Ad. 2.1 Afrekeningen: Dit betreft een opwaartse bijstelling voor extra nabeta– lingen die voortvloeien uit een herrekening van de materiële uitgaven basisonderwijs 1992. Daarnaast een neerwaartse bijstelling op het budget voor beroepen (Voortgezet) Speciaal Onderwijs als gevolg van vertra– gingen in de afwikkeling.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
30
Ad. 2.2 Leerlingenvolume: In het kader van de ontwikkeling van het aantal asielzoekers is de materiële begroting voor 1994 (artikel 18.02) bijgesteld met f9,6 mln. Zie ook de toelichting bij artikel 18.01. Ad. 2.3 Materiële voorzieningen: De betreft voornamelijk een neerwaartse bijstelling voor de prijsontwikkeling '94, verwachte bijstellingen in verband met veroudering van gebouwen, een opwaartse bijstelling als gevolg van een op basis van gegevens per januari 1994 geactualiseerde volumeraming, met uitzondering van T&B effecten. In de verplichtingenstand zijn, conform de huidige systematiek, de gemuteerde uitgaven met eventuele doorwerking in 1995 verwerkt. Daarnaast zijn de verplichtingen tevens bijgesteld voor uitgavenmutaties in 1995 voor rentesaldering en schoonmaakonderhoud. Ad. 3.1 Besparingsverliezen: Deze zijn een gevolg van een vertraging van de decentralisatie van de huisvesting met een jaar. Enige componenten van de materiële uitgaven maken eveneens deel uit van het te decentraliseren budget. Met deze mutatie is het verplichtingenbudget aangepast tot het noodzakelijke niveau. Het betreft enerzijds een actualisering voor prijsbijstelling en anderzijds het effect van een door verzekeraars in 1993 en 1994 verhoogde verzekeringspremie. De kaseffecten zijn voor 1995 voorzien.
Ad 3.3 en 3.2 Opbrengst T&B en herbesteding T&B: Betreft het totaal van de in de Rijksbegroting 1995 vastgelegde mutaties met betrekking tot de opbrengsten uit T&B-tranche 1993, vermeerderd met de voorlopig berekende effecten van tranche 1994 op het jaar 1994. (Conform de systematiek op dit artikel is in de verplichtingenstand mede een deel van de doorwerking in 1995 verdisconteerd). De besparingen ontstaan als gevolg van de daling van het aantal scholen, gebouwen en m2. De gerealiseerde materiële opbrengst wordt weer in het basisonderwijs herbesteed. Het verschil tussen het opbrengst-bedrag en het herbestedings-bedrag in 1994 ontstaat omdat de kosten van de personele garanties groter zijn dan de personele opbrengsten. Deze meerkosten worden uit de materiële opbrengst gedekt (zie ook de toelichting bij artikel 18.01). Per saldo resteert f 0,9 mln die, gevoegd bij het reeds beschikbare bedrag van f 1,5 mln op het materiële artikel, in 1994 een nader in te vullen herbesteding van f 2,4 mln mogelijk maakt. Artikel 18.3 Onderwijsverzorging Opbouw verplichtingen– en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting ( x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
93996
93996
93996 1 590 -1759
93996 1 590 -1759
Stand na 2e suppletoire begroting
93 827
93 827
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
31
Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000) Verplichtmgen
Uitgaven
-1759
-1759
1. Technische mutaties a. Bijstelhng uit aanvul– lende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern)
- 1 759
Totaal
-1 759
- 1 759 -1759
Toelichting: Ad. l.d Overboeking intern: Vooruitlopend op de toekomstige bekostigings– structuur is het artikel zoveel mogelijk geschoond van «overige uitgaven», zoals coördinatie WPRO, begeleiding Fries en diverse kleine activiteiten. Deze «overige uitgaven» worden overgeboekt naar het artikel Overige uitgaven (18.05) waar ze in principe ook thuishoren. Op artikel 18.03 blijven de bedragen voor dienstsubsidies en eventuele nabetalingen staan.
Artikel 18.4 Rechtspositionele uitkeringen Opbouw verplichtingen– en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting ( x f 1000)
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
Verplichtingen
Uitgaven
158308
158308
-8560 149 748 - 88 700 117252
-8560 149 748 - 88 700 117252
178300
178300
Stand na 2e suppletoire begroting Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000)
1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvul– lende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern) 2. Autonome mutaties 1. Diversen 2. Rechtspositie volume Totaal
Verplichtingen
Uitgaven
76508
76508
12408
12408
64100 40744 13400 27344
64100 40744 13400 27344
117252
117252
Toelichting: Ad. 1.a Bijstelling uit aanvullende posten: De wet Terugdringing Beroep Arbeidsongeschikheidsregeling (TBA) leidttot een extra instroom in de wachtgeldregeling. Het wachtgeldbudget is hiervoor aangepast met de beschikbare middelen die opgenomen waren in de aanvullende post bij het Ministerie van Financiën.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
32
Ad. 1.d Overboekingen (intern): - Als gevolg van het uitstel van het Participatiefonds zijn de geraamde bedragen voor de wachtgeldopslag 1994 weer toegevoegd aan het artikel 18.04: rechtspositionele uitkeringen (f79,5 mln). - In het kader van de terugploegregeling dienen wachtgelders aangesteld te worden op een aanzienlijk deel (quotum) van de vacatures die zijn ontstaan als gevolg van de extra formatie ten gevolge van de 38-urige werkweek en de seniorenregeling (BAPO) opgenomen in de CAO 1993-1995. Indien een wachtgelderteruggeploegd is, ontvangt hij/zij een regulier salaris, dat ten laste van het personele budget betaald wordt. De wachtgelduitkering vervalt. Ónder de interne overboekingen is opgenomen een verlaging (– f 15,4 mln.) van het artikel rechtpositionele uitkeringen (18.04) met de in de CAO 1993-1995 verwachte omvang van het terugploegeffect op de wachtgelduitgaven onder een gelijke verhoging van artikel 18.01, personele uitgaven. Ad. 2.1 Diversen (niet gehaald quotum): Door de lagere deelname aan de BAPO-regeling ontstaat minder nieuwe formatieruimte en kunnen minder wachtgelders via de terugploegregeling aangesteld worden op deze nieuwe formatieruimte. Voorts wordt deze extra formatieruimte voor een groot deel bezet door potentiële wachtgelders (voorkomen van onver– mijdbare ontslagen). Hierdoor blijven meer zittende wachtgelders dan geraamd in de wachtgeldregeling en dient de raming voor de rechtsposi– tionele uitkeringen aangepast te worden. Ad. 2.2 Rechtspositie volume: Voor het Participatiefonds was per 1 augustus 1994 een gesaldeerd budget (uitgaven minus ontvangsten) gereserveerd voor de wachtgeldopslag en de terugploegregeling. De ontvangsten in verband met wachtgelden zouden immers rechtstreeks aan het Participatiefonds ten goede komen. Omdat het Participatiefonds niet per 1 augustus 1994 ingevoerd wordt dient dit gesaldeerde budget weer gecorrigeerd te worden voor zowel het uitgavenartikel 18.04 (rechtsposi– tionele uitkeringen) als het ontvangstenartikel 18.01 (ontvangsten primair onderwijs). Tevens is het budget rechtspositionele uitkeringen verhoogd als gevolg van een hoger zittend bestand aan wachtgelders en een hogere gemid– delde uitkering per wachtgelder.
Artikel 18.5 Overige uitgaven Opbouw verplichtingen– en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties Stand na 2e suppletoire begroting
Verplichtingen
Uitgaven
46648
178265
- 5 600 41048 -17836 41 341
- 5 600 172665 -73843 -10 109
64553
88713
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
33
Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000)
1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvul– lende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern) 3. Beleidsmatige mutaties 1. Comenius 2. Kinderopvang 3. NT2 (Cedersl 4. Overige activiteiten 5. Projecten 6. Verz. OVB 7. WSNS Totaal
Verplichtingen
Uitgaven
1 262
-5009
1 262 40079 14810 7539 8903 3817 -5100
-5009 -5100
-5 100
-90
10200 41 341
-10 109
Toelichting: Ad. 1.d Dit betreft de volgende overboekingen: - Voor 1994 wordt evenals in 1993 vanuit het projectenbudget compensatie geleverd voor de geconstateerde overschrijding op het budget voor onderwijsvoorrangsgebieden in het schooljaar 1993/1994. - Voor 1994 wordt vanuit het projectenbudget compensatie geleverd voor de aan de Tweede Kamer gedane toezeggingen in het kader van het onderwijs aan blinde en slechtziende leerlingen. - Vooruitlopend op de toekomstige bekostigingsstructuur is met ingang van 1995 het artikel 18.03 zoveel mogelijk geschoond van «overige uitgaven», zoals coördinatie WPRO, begeleiding Fries en diverse kleine activiteiten. Deze «overige uitgaven» worden overgeboekt naar het artikel 18.05 waar ze in principe ook thuishoren. Op artikel 18.03 blijven de bedragen voor dienstsubsidies en eventuele nabetalingen staan. - Een herverdeling van het CTO-budget over de betrokken directies op basis van de gerealiseerde verplichtingen. - Ingevolge de reorganisatie van de directie VBI is op basis van het overdrachtsprotocol t.a.v. taken op het terrein van het internationaal beleid het PO-deel overgeboekt naar het artikel Overige uitgaven. - Een overboeking in 1994 van het budget PPON naar het beleidsterrein Voortgezet Onderwijs. Ad. 3.1 tot en met 3.4 en 3.6 tot en met 3.7 De mutaties met betrekking tot het verplichtingenbudget betreffen het, onder voorbehoud van goedkeuring door de begrotingswetgever, aangaan van verplichtingen in 1994 met betrekking tot betalingen in latere jaren. Aansluitend op het Comenius-project is voor de periode 1995 t/m 1997, in het kader van onder meer ontwikkeling van programmatuur en deskundigheidsbevordering, jaarlijks f 4,5 mln. beschikbaar. In totaal (samen met enkele kleinere begrotingsposten) wordt voorgesteld het verplichtingenbudget 1994 hiervoor met f 14,8 mln. te verhogen. Over de aanwending hiervan worden voorstellen gedaan in de beleidsbrief over het vervolgbeleid na Comenius, die de Tweede Kamer binnenkort zal bereiken. De projectgroep Nederlands als Tweede Taal (NT2) wordt voorgezet tot 1 juli 1997. De instellingsbeschikking van de projectgroep is dienovereenkomstig verlengd. Het desbetreffende verplichtingenbudget bedraagtf 8,9 mln. Met de stichting Uitvoering Kinderopvangregelingen (SUK) is in 1994, in plaats van een eenjarig, een tweejarig contract
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
34
afgesloten. Dientengevolge wordt het verplichtingenbudget in 1994 verhoogd met de in het tweede convenant overeengekomen subsidie voor 1995 (f 9,239 mln., waarvan f 7,539 mln. op 18.05). De post overige activiteiten betreft een aantal kleinere projecten waarvoor in 1994 verplichtingen zijn aangegaan met kaseffecten in latere jaren. Ad. 3.5 Ingevolge het door het kabinet overeengekomen kasbeleid voor 1994, is voor het projectenbudget 1994 terughoudend omgegaan met het aangaan van nieuwe verplichtingen. Dientengevolge heeft geen herbesteding plaatsgevonden van vrijvallende gelden als gevolg van het niet doorgaan van projecten en is, daar waar mogelijk, de doorberekening van de algemene salarismaatregelen 1994 achterwege gebleven.
Artikel 18.1 Ontvangsten primair onderwijs Opbouw ontvangstenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000) Ontvangsten Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begrotmg 1994 Nieuwe mutaties Stand na 2e suppletoire begrotmg
47 274 47274 - 11 266 14 562 50 570
Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000) Ontvangsten 2. Autonome mutaties 1. Afrekeningen 2. Rechtspositie volume
14 562 2862 11700
Totaal
14562
Toelichting: Ad. 2.1 Afrekeningen: Dit betreft meer ontvangsten voor het Basisonderwijs en minder ontvangsten voor het (Voortgezet) Speciaal Onderwijs dan geraamd als gevolg van bijstelling van de openstaande voorschotten materiële instandhouding. Ad. 2.2 Deze mutatie betreft: - een correctie van f 5,6 mln. in verband met rechtspositionele ontvangsten over de eerste 7 maanden van 1994. Bij de in de eerste suppletoire wet opgenomen mutatie van –f 11,3 mln. waren ten onrechte ook de ontvangsten in de periode januari t/m juli 1994 meegenomen. - een verhoging van f 6,1 mln. in verband met een vertraging in de start van het Participatie Fonds. De rechtspositionele ontvangsten over de periode augustus t/m december 1994 zullen daardoor niet aan het Participatie Fondsten goede komen maaralsnog op ontvangstenartikel 18.01 worden gerealiseerd.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
35
Beleidsterrein 19.00 Voortgezet onderwijs Artikel 19.1 Personele uitgaven Opbouw verplichtingan– an uitgavenramingen vanaf de stand ontwarpbegroting (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
5 187 949
5 187 949
-300 5 187 649 226960 -14927
-300 5 187 649 226960 -14927
Stand na 2e suppletoire begroting
5 399 682
5 399 682
Specificatia nieuwe mutaties (x f 1000) Verplichtingen
1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvul– lende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern) 2. Autonome mutaties 1. Afrekeningen 2. Diversen 3. Formatie 4. Inc.loonsommutatie 5. Leerlingen volume 6. Vervanging 7. Verzilvering Totaal
Uitgaven
- 25 835
- 25 835
61 764
61764
- 87 599 10908 -5042 - 10 300 -11800 19700 8950 14900 -5500
- 87 599 10908 -5042 -10300 -11800 19700 8950 14900 -5500
-14927
-14927
Toelichting: Ad. 1.d Het gaat hier om het saldo van zes interne overboekingen, waarvan de eerste twee naar een ander beleidsterrein: - Naar artikel 26.03 «CASO vakbondsfaciliteiten en voorzieningen» inzake een bijdrage ad f 2 mln uit het schoolprofielbudget ter dekking van ondermeer het «Forum vitaal leraarschap». - Naarartikel 18.01 «personele uitgaven primair onderwijs» een bedrag van f 1,7 mln, met betrekking tot het PO-aandeel in het budget voor de Bedrijfsgezondheidszorg (BGZ) en de TAV-wet (Wet Terugdringen Arbeidsongeschiktheids Volume), welk aandeel niet thuishoort op het beleidsterrein van VO en zich daar bovendien niet realiseert.
Binnen VO hebben de volgende interne overboekingen plaatsgevonden: - Naar artikel 19.04 «rechtspositionele uitkeringen» een bedrag van f 98,2 mln. Als gevolg van het uitstel van het Participatiefonds zijn de geraamde bedragen voor de wachtgeldopslag 1994 weer toegevoegd aan het artikel 19.04. - Naar artikel 19.05 «overige uitgaven» in verband met de uitgaven aldaar in het kader van Profiel 2e fase en Scholing (f 2,8 mln.). - Naar artikel 19.05 «overige uitgaven» een bedrag van f 6,2 mln in verband met de convenantseenheden voor nascholing, welke eenheden tezamen met het onder dat artikel 19.05 voor nascholing geraamde bedrag rechtstreeks aan de scholen ter beschikking worden gesteld, namelijk als een bedrag per fte.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
36
- Van artikel 19.04 «rechtspositionele uitkeringen» een bedrag van f23,3 mln. In het kader van deterugploegregeling («het quotum») dienen wachtgelders te worden aangesteld op een aanzienlijk deel van de vacatures die zijn ontstaan, doordat extra formatie aan de schoolbesturen is toegekend als gevolg van het instellen van de 38-urige werkweek en de seniorenregeling (BAPO). Eén en ander is opgenomen in de CAO 1993-1995. Als een wachtgelder is «teruggeploegd» vervalt de wachtgeld– uitkerïng en ontvangt hij/zij een regulier salaris, dat dan ten laste van het personele budget zal worden betaald. Deze verhoging kent een even zo grote verlaging op het artikel 19.04. Alle genoemde bedragen hebben betrekking op verplichtingen èn uitgaven. Ad. 2.1 Het voor nabetalingen geraamde bedrag wordt verlaagd op grond van de laatste realisatiecijfers met betrekking tot de afrekeningen over voorgaande jaren (f 5 mln verplichtingen en uitgaven). Ad. 2.2 Deze mutatie betreft het saldo van drie posten: - Een neerwaartse bijstelling van de faciliteiten ten behoeve van fusies met f 11,1 mln. Door de linearisering van de formatiesleutels krijgen grote scholen en brede scholengemeenschappen meerfaciliteiten dan bij de vorige formatieformules. Dit zijn juist de scholen die bij fusies ontstaan. Door de hogere reguliere formatie wordt het beroep op overgangs– faciliteiten geringer dan eerst was geraamd. Aangezien de fusies zich voor het overgrote deel nog in 1994, 1995 en 1996 zullen voltrekken, betekent dit met name voor deze jaren een beperkter beroep op de overgangs– faciliteiten. - Ten behoeve van het Participatiefonds wordt conform het advies van de Commissie Berghman een solvabiliteitsbuffer van f 35 mln ter beschikking gesteld. De mutatie ad f 18,5 mln betreft het aandeel van het VO daarin. - Een verlaging met f 17,7 mln. De deelname aan de BAPO-regeling is lager dan de deelname geraamd in de CAO 1993-1995. Hierdoor wordt door de instellingen een lager beroep gedaan op de beschikbare herbezettingsmiddelen. De vermelde mutatie betreft een saldo van alle effecten met betrekking tot de BAPO, alsmede enige relatief kleine effecten. Ad. 2.3 Formatie: - De raming van de formatie OOP is naar boven bijgesteld omdat gebleken is dat de basisgegevens bij de oorspronkelijke raming niet volledig waren. Het gaat om een bedrag van f 10 mln. - Daarnaast heeft zich in de sfeer van de formatie in het algemeen een meevaller van f 17,8 mln voorgedaan, en wel in samenhang met de aanstellingen van personeel later dan 1 augustus. Nieuwe aanstellingen mogen namelijk pas aanvangen op de eerste schooldag. - Ten opzichte van de raming voor de Toeslag Begininkomens doet zich in 1994 een onderuitputting voor. Deze wordt voor het grootste deel veroorzaakt door lagere sociale lasten dan was geraamd (een neerwaartse bijstelling ad f 4 mln). Ad. 2.4 Incidentele loonsommutatie: Op grond van de realisatie 1993 en de nacalculatie daaromtrent is gebleken dat de gemiddelde personeelslast naar boven moet worden bijgesteld. Het gaat om een verhoging van f 19,7 mln.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
37
Ad. 2.5 Leerlingenvolume: Op grond van de leerlingtelling in september 1993 is de leerlingraming in eerste instantie in beperkte mate neerwaarts bijgesteld. Met betrekking tot 1994 ging het om een effect van f 6,6 mln. Op grond van de toestroom van asielzoekers moet daaraan nu echter een tegengestelde mutatie ad f 15,6 mln worden toegevoegd. Voor het leerlingenvolume per saldo derhalve een verhoging van bijna f 9 mln. Ad. 2.6 Vervanging: Naar aanleiding van de systematiek dat de zogenoemde voeding van de scholen - met enige vertraging - wordt bijgesteld voor de ontwikkelingen in het ziekteverzuim, heeft er een bijstelling plaatsge– vonden van het geraamde bedrag voor de vervangingsopslag (f 8,9 mln). Bovendien heeft de overheid ten aanzien van het Vervangingsfonds een bijdrage moeten leveren aan de bestrijding van de door het Vervangings– fonds niet voorziene tekorten over het schooljaar 1993/1994 (aandeel VO f 6 mln). Het een en ander is conform toezeggingen van de minister aan de Tweede Kamer. Ad. 2.7 Verzilvering: Uit de realisatiecijfers is gebleken dat de omvang van de verzilvering sterker is toegenomen dan was geraamd. Dit is blijkbaar een gewenningseffect als gevolg van de invoering van het FBS.
Artikel 19.2 Materiële uitgaven Opbouw verplichtingan– en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
740 926
739 390
740926 -10 055 24 498
739390 7 518 -1 647
Stand na 2e suppletoire begroting
755 369
745 261
Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000)
1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvul– lende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern) 2. Autonome mutaties 1. Afrekeningen 2. Leerlingen volume Totaal
Verplichtingen
Uitgaven
27924
929
5761 40000
929
- 17 837 -3426 -2000 -1 426
-2576 -2000 -576
24 498
-1 647
Toelichting: Ad. 1.b Het gaat hier om een verhoging van de verplichtingenstand als gevolg van hetterugnemen van een externe boeking naar het Gemeentefonds, omdat de decentralisatie huisvesting tot 1-1-96 is uitgesteld. De vermelde mutatie heeft betrekking op de uitgaven in 1995, maar leidt desalniettemin
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
38
tot een effect op de verplichtingen in 1994, omdat de verplichtingen ervoor al een jaar eerder worden aangegaan. Ad. 1.d Deze post is uit een drietal interne overboekingen opgebouwd: - Een doorboeking naar beleidsterrein 24 in verband met het uitstel van de decentralisatie huisvesting (een verlaging ad f 37,8 mln, alleen voor wat betreft het niveau van de verplichtingen). Zie ook de toelichting bij 1.b. hiervoor. - Een overboeking in de verplichtingensfeer vanaf het artikel 19.05 in verband met de opschoning van het projectartikel 19.05, waarbij uitgaven die tot de reguliere bekostiging behoren ook bij het betreffende begrotingsartikel worden ondergebracht. Deze opschoning gaat in per 1995, sorteert in de sfeer van de uitgaven daarom eerst per 1995 een effect, maar vereist op dit moment al een aanpassing van het beschikbaar te stellen verplichtingenniveau (19,9 mln). Ad. 2.1 Het voor nabetalingen bij afrekening geraamde bedrag is verlaagd op grond van de laatste realisatiecijfers. Ad. 2.2 Op grond van de leerlingtelling 1993/1994 is de leerlingraming beperkt neerwaarts bijgesteld. Voor de materiële uitgaven heeft dit een verlaging van 0,6 mln. in 1994 tot gevolg. De verplichtingraming 1994 is met f 1,4 mln verlaagd.
Artikel 19.3 Onderwijsverzorging Opbouw veiplichtingen– en uitgavenramingan vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
81 331
81 331
13399 94730 1 245 3373
13399 94730 1 245 3373
99 348
99 348
Stand onlwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties Stand na 2e suppletoire begroting Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
3373
3373
1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvul– lende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern)
273
273
3 100
3 100
Totaal
3 373
3 373
Toelichting: Ad. 1.d Het betreft hier twee interne overboekingen: - Van artikel 18.05 «overige uitgaven primair onderwijs» f 0,7 mln ten behoeve van het project PPON/PO (Periodiek Peilings Onderzoek Primair Onderwijs) naarartikel 19.03;
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
39
- Van artikel 19.05 «overige uitgaven» naar dit artikel f 2,4 mln betreffende de budgetten toetsen basisvorming. Deze middelen worden, voor de uitvoering van deze taken, toegevoegd aan de reguliere subsidie van het CITO (art. 39.3 W.O.V.). Artikel 19.4 Rechtspositionele uitkeringen Opbouw varplichtingen– en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
Verplichtingen
Uitgaven
195 627
195 627
195 627 - 109 600 127880
195 627 - 109 600 127880
Stand na 2e suppletoire begroting
213907
213907
Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000)
1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvul– lende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern) 2. Autonome mutaties 1. Diversen 2. Rechtspositie volume Totaal
Verplichtingen
Uitgaven
85380
85380
10480
10480
74900 42500 17300 25200
74900 42500 17300 25200
127880
127880
Toelichting: Ad. 1.d Het gaat om twee interne overboekingen: - Van artikel 19.01 een bedrag van f 98,2 mln. Als gevolg van het uitstel van het Participatiefonds worden de geraamde bedragen voor de wachtgeldopslag 1994 weer aan dit artikel toegevoegd. - Een boeking van f23,3 mln naar het artikel 19.01. In het kader van de terugploegregeling dienen wachtgelders te worden aangesteld op een aanzienlijk deel van de vacatures die zijn ontstaan, doordat extra formatie aan de schoolbesturen is toegekend als gevolg van het instellen van de 38-urige werkweek en de seniorenregeling BAPO («het quotum»). Het één en ander is opgenomen in de CAO 1993-1995. Als een wachtgelder is «teruggeploegd» vervalt de wachtgelduitkering en ontvangt hij'/zij een regulier salaris, dat dan ten laste van het personele budget wordt betaald. Ad. 2.1 Een verhoging met f 17,3 mln (uitgaven en verplichtingen). Door de lagere deelname aan de BAPO-regeling kunnen minder wachtgelders via de terugploegregeling aangesteld worden op nieuwe formatieruimte. Voorts wordt de extra formatieruimte voor een groot deel bezet door potentiële wachtgelders (voorkomen van vermijdbare ontslagen). Hierdoor blijven meer zittende wachtgelders dan geraamd in de wacht– geldregeling en dient de raming voor de rechtspositionele uitkeringen aangepast te worden.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
40
Ad. 2.2
De wachtgelduitgaven voor het Voortgezet onderwijs ontwikkelen zich f 25,2 mln sterker dan geraamd. Hiervoor zijn twee verklaringen: – f 17,9 mln van dittotaal heeft betrekking op de meeruitgaven die werden gerealiseerd tot 1 augustus 1994. Daar staat tegenover dat op het ontvangstenartikel 19.01 een meevaller van f 7,3 mln is gerealiseerd. - De resterende verhoging met f 7,3 mln kan als volgt worden verklaard. Voor het Participatiefonds was per 1 augustus 1994 een gesaldeerd budget (uitgaven minus ontvangsten) gereserveerd voor de wachtgeldopslag en de terugploegregeling. De ontvangsten in verband met de wachtgelden zouden immers rechtstreeks aan het Participatie– fondsten goede komen. Omdat het Participatiefonds niet per 1 augustus 1994 ingevoerd wordt, dient dit gesaldeerde budget weer gecorrigeerd te worden voor zowel uitgaven als ontvangsten. Binnen de voornoemde f 7,3 mln bevindt zich tevens een verhoging voor het opvangen van een groter zittend bestand aan wachtgelders en een hogere gemiddelde uitkering per wachtgelder. Artikel 19.5 Overige uitgaven Opbouw verplichtingen– en uitgavenramingen vanaf da stand ontwerpbegroting (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijkvastgesteldebegroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
255 645
259 627
-11499 244146 -8661 -1 447
-11499 248128 5136 - 6 431
Stand na 2e suppletoire begroting
234 038
246 833
Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000)
1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvul– lende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern) 2. Autonome mutaties 1. Leerlingen volume 3. Beleidsmatige mutaties 1. Projecten Totaal
Verplichtingen
Uitgaven
12253
7269
5722
738
6531 5000 5000 -18700 - 18 700
6531 5000 5000 - 18 700 -18700
-1447
-6431
Toelichting: Ad. 1.d Het gaat hier om het saldo van acht interne overboekingen, waarvan vier met een ander beleidsterrein, te weten: - Van artikel 18.02 «materiële uitgaven primair onderwijs» als gevolg van veranderde inzichten met betrekking tot de besteding van het budget voor het Comeniusproject (f 0,2 mln). - Van artikel 26.05 «internationale betrekkingen» terfinanciering van het zogenoemde Europees Platform (f 0,7 mln). - Naarartikel 18.02 «materiële uitgaven primair onderwijs» betreffende leermiddelen BAVO/VSO (f 0,75 mln). - Naarartikel 17.06 «personeel en materieel ministerie» in verband met
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
41
de IPTO (Integrale Personeels Telling Onderwijs, uit te voeren door het Bureau Research voor Beleid te Leiden), f 0,25 mln. De overige boekingen vinden plaats binnen het beleidsterrein zelf: - Van artikel 19.01 «personele uitgaven» naar dit artikel in verband met uitgaven in het kader van het project «Profiel 2e fase» (f 2,8 mln). - Van artikel 19.01 «personele uitgaven» gelden naar dit artikel naar aanleiding van de convenantseenheden nascholing (f 6,2 mln). De middelen zullen tezamen met de hier beschikbare bedragen voor nascholing (f 25,2 mln.) rechtstreeks aan de scholen beschikbaar worden gesteld, namelijk als een bedrag per fte. - Naar artikel 19.03 «onderwijsverzorging» f 2,4 mln inzake de toetsen basisvorming. Deze middelen worden, voor de uitvoering van deze taken, toegevoegd aan de reguliere subsidie van het CITO (art. 39.3 W.O.V.). Ad. 2.1 Dekking voor de hogere uitgaven aan de cumi-faciliteiten als gevolg van de tussentijdse instroom. Ad. 3.1
In verband met hetterughoudend kasbeleid is het budget voor inventarisvernieuwings projecten VBO met f 18,7 mln verlaagd. Opbouw ontvangstenraming Artikel 19.1 Ontvangsten voortgezet ondarwijs vanaf de stand ontwerpbagroting (x f 1000) Ontvangsten Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties Stand na 2e suppletoire begroting
88976 88976 - 36 843 9936 62 069
Specificatie niauwe mutaties (x f 1000) Ontvangsten 2. Autonome mutaties 1. Afrekeningen 2. Diversen 3. Rechtspositie volume Totaal
9936 -2200 -1964 14 100 9 936
Toelichting: Ad. 2.1 Bijstelling van de raming van de ontvangsten op grond van de realisatiecijfers en de nacalculatie 1993. Ad. 2.2
De bijdrage van het ABP aan de bedrijfsgezondheidszorg is gekoppeld aan de hoogte van de verstrekkingen door OCW in het kader van het zogenoemde «aanvullende pakket». Aangezien de verstrekking in 1993 lager is geweest, is ook de bijdrage van het ABP achter gebleven.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
42
Ad. 2.3 Deze verhoging bestaat uit twee componenten: - f 7,3 mln omdat er op grond van realisatiecijfers meer ontvangsten worden verwacht. Het gaat hier om verrekeningen over lopende uitke– ringen, bijvoorbeeld op grond van anticumulatie-bepalingen of op grond van werkhervatting. - f 6,8 mln. Voor het Participatiefonds was per 1 augustus 1994 een gesaldeerd budget (uitgaven minus ontvangsten) voor de wachtgeld– opslag en de terugploegregeling beschikbaar gesteld. De ontvangsten in verband met wachtgelden zouden immers rechtstreeks aan het Participatiefonds ten goede komen. Omdat het Participatiefonds niet per 1 augustus 1994 ingevoerd wordt dient dit gesaldeerde budget weer gecorrigeerd te worden voor zowel de uitgaven als de ontvangsten.
Beleidsterrein 20.00 Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie Artikel 20.1 Personele/materiële uitgaven Opbouw verplichtingen– en uitgavenramingan vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
2 830 279
2 829 442
2 830 279 607 093 - 45 084
2 829 442
Stand na 2e suppletoire begroting
3 392 288
3 041 989
164815 47732
Specificatie nieuwa mutaties (x f 1000) Verplichtingen
1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvul– lende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern) 2. Autonome mutaties 1. Diversen 2. Formatie 3. Leerlingen volume 4. Vervanging 3. Beleidsmatige mutaties 1. Afbouw spec. cursussen 2. Beperking uitgaven 3. Evaluatie COO 4. Harmonisatie KMBO– tarief Totaal
Uitgaven
- 183 885
-2617
-212565
20037
41 100 - 12 420 154301 -5599 -3800 136 100 27600 -15500 -1 155 -1 300 -545
27200 - 49 854 53349 -5451 -3800 35000 27600 -3000 -1 155 -1300 -545
-12500
- 45 084
47732
Toelichting: Ad. 1.c De ramingsmethodiek van de nabetalingen en terugontvangsten bij afrekeningen is aangepast. Dit heeft tot gevolg dat het uitgavenartikel 20.01 wordt verhoogd voor nabetalingen. Hiertegenover staat dat het ontvangsten artikel 20.01 met eenzelfde bedrag wordt verhoogd in verband met terugontvangsten.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
43
Ad. 1.d - Overboeking van artikel 20.03 Overige uitgaven in verband met de budgettering van het vormingswerk per 1 augustus 1994. Hierdoor dienen de budgetten voor randgroepjongeren, culturele minderheden en inventaris conform het Besluit vormingswerk jeugdigen (BVJ) te worden overgebracht naar de reguliere budgetten op dit artikel ( f 6,1 mln). - Als gevolg van het uitstel van de invoerïng van het Participatiefonds zijn de geraamde bedragen voor de wachtgeldopslag 1994 weer toege– voegd aan het artikel 20.02 rechtspositionele uitkeringen ( f – 63,1 mln). - In het kader van de terugploegregeling (Quotum) moeten wacht– gelders aangesteld te worden op een aanzienlijk deel van de vacatures die zijn ontstaan als gevolg van de extra formatie ten gevolge van de seniorenregeling BAPO (Bevordering Arbeids Participatie Ouderen), zoals opgenomen in de CAO 1993-1995. indien een wachtgelder is aangesteld ontvangt hij'/zij een regulier salaris. De wachtgelduitkering vervalt (f7,6 mln.). Artikel 20.02 rechtsposi– tionele uitkeringen wordt voor dit bedrag verlaagd. - Overboeking naar beleidsterrein 26 Overige programma uitgaven. Bij de terugploegregeling is een budget opgenomen voor ontheffingenbeleid. In de BVE-sector is voor f 0.5 mln. minder aan ontheffingen toegekend, dan oorspronkelijk in de CAO 1993-1995 was geraamd.
In 1994 vinden een aantal aanpassingen op het verplichtingenbudget plaats, die tot kasgevolgen in 1995 leiden. Het betreft hier de volgende bijstellingen: - Overboeking naar beleidsterrein 26 Overige programma uitgaven voor de bijdrage aan Vitaal Leraarschapl f - 0,25 mln.). Deze bijdrage is in mindering gebracht op de ten behoeve van Convenant II gereserveerde budgetten. - Overboeking van artikel 20.03 van de voor Regionale Apparatuur– centra beschikbare middelen. Deze gelden worden vanaf 1 januari 1995 via de normatieve materiële vergoeding aan de instellingen vergoed (f5,0mln.). - In verband met het concentreren van onderzoeksgelden op artikel 20.03 Overige uitgaven worden de hiervoor op artikel 20.01 aanwezige budgetten (f - 2,0 mln.) vanaf 1995 overgeboekt. - De uitgaven voor examens voorzover dit staatsexamens betreffen zijn tot op heden opgenomen op artikel 20.03 Gezien het wettelijk karakter van deze uitgaven worden deze budgetten vanaf 1995 op artikel 20.01 opgenomen (f 23,8 mln.). Ad. 2.1 - Door wijziging in de systematiek van bevoorschotting van de Regionale Centra voor studie– en beroepskeuzevoorlichting valt eenmalig een bedrag vrij van f 1,8 mln. Deze middelen worden ingezet ter compen– satie van de stijging van het leerlingvolume in het Vormingswerk. - Compensatie in verband met een lagere bijdrage van het Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds aan de Bedrijfsgezondheidszorg (f-0,15 mln.). - De deelname aan de BAPO-regeling is lager dan in de CAO 1993-1995 was geraamd. Hierdoor wordt door de instellingen een lager beroep gedaan op de beschikbare herbezettingsmiddelen (salarissen) voor BAPO-vacatures (f-3,5 mln.). Ad. 2.2 Na verwerking van de door instellingen aangegeven correcties op gegevens bij de invoering van VAVO/WCBO is de personele lump sum vergoeding voor 1993 en 1994 naar beneden bijgesteld. Het bedrag over 1993 is opgenomen in de autonome verhoging van de ontvangsten op ontvangsten artikel 20.01 (f 1,5 mln.). In 1994 wordt de uitgavenraming
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
44
voorf 3,8 mln. neerwaarts bijgesteld. De vrijvallende bedragen zijn aangewend ter compensatie van de problematiek van de vervanging bij ziekte. Ad. 2.3 - Het convenant secundair beroepsonderwijs is per 1 januari niet gecontinueerd. Dit betekent dat de in het convenant gehanteerde bandbreedte-systematiek wordt losgelaten. Derhalve dient de begroting te worden bijgesteld voor het verschil tussen het aantal deelnemers uit de referentieraming 1994 en de referentieraming 1991 (f 35,5 mln.) Hiervoor zijn middelen ingezet die aan de begroting zijn toegevoegd voor de uitbreiding van het leerlingwezen, voorzover deze uitbreiding op korte termijn niet mogelijk blijkt (f - 4,0 mln.). - Er waren meer leerlingen Vormingswerk in het schooljaar 1993/1994 dan in de begroting was voorzien. Budgettering vind pas plaats per 1 augustus 1994. De raming voor de eerste 7 maanden wordt daarom bijgesteld (f 3,5 mln.). Ad. 2.4 De declaraties voor vervanging bij ziekte door instellingen over 1993 zijn hoger dan de destijds afgesproken budgetten. Een aantal nagekomen declaraties moet nog worden betaald. Hiervoor wordt de raming verhoogd. Compensatie hiervoor wordt onder andere gevonden door: - beperking van (onverplichte) uitgaven op de artikelen 20.01 en 20.03. - meer ontvangsten bij afrekening op de in voorgaande jaren verstrekte voorschotten. - correctie personele lump sum VAVO/WCBO. Ad. 3.1 - De specifieke cursussen beroepsonderwijs worden op dit moment afgebouwd. Hierdoor vrijgekomen budgetruimte wordt aangewend als compensatie van de stijging van het leerlingvolume in het Vormingswerk. Ad. 3.2 - Bij Miljoenennota 1995 is aangegeven dat f 5,3 mln. onbestemd gebleven budget ter compensatie van de problematiek vervanging bij ziekte is aangewend. Thans is voor een bedrag van f 4.0 mln alternatieve dekking gevonden op artikel 20.03. Het op artikel 20.01 onbestemd gebleven bedrag is derhalve teruggebracht naarf 1,3 mln. Ad. 3.3 - Na overleg met het departement van Economische Zaken is, vooruitlopend op de evaluatie van het cursorisch ondernemersonderwijs (COO), de raming voor dit onderwijs bijgesteld in verband met een daling van het aantal deelnemers schooljaar 1993/1994 ten opzichte van het schooljaar 1992/1993. De ontstane budgetruimte wordt aangewend als compensatie van de stijging van het leerlingvolume in het Vormingswerk. Ad. 3.4 - Het betreft hier de doorwerking in 1995 van de bij 1e suppletoire 1994 reeds aangegeven harmonisatie van de personele ratio's van gediplo– meerde leerlingen in het voltijds KMBO. Het verplichtingenbudget wordt hiervoor reeds in 1994 bijgesteld.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
45
Artikel 20.2 Rechtspositionele uitkeringen Opbouw verpüchtingen– en uitgavanratningen vanaf de stand ontwarpbagroting (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begrotmg 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
125 417
125 417
125 417 -69 421 109 987
125 417 - 69 421 109 987
Stand na 2e suppletoire begroting
165 983
165 983
Specificatie niauwe mutatias (x f 1000)
1.
Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvul– lende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern) 2. Autonome mutaties 1. Diversen 2. Rechtspositie volume
Totaal
Verplichtingen
Uitgaven
60490
60490
4990
4990
55500 49497 7500 41997
55500 49497 7500 41 997
109 987
109 987
Toelichting: Ad. 1.d - Als gevolg van het uitstel van de invoering van het Participatiefonds zijn de geraamde bedragen voor de wachtgeldopslag 1994 weer overge– boekt van artikel 20.01 Personele en Materiële uitgaven (f 63,1 mln.). - In het kader van de terugploegregeling (Quotum) dienen wacht– gelders aangesteld te worden op een aanzienlijk deel van de vacatures die zijn ontstaan als gevolg van de extra formatie ten gevolge van de seniorenregeling BAPO (Bevordering Arbeids Participatie Ouderen), zoals opgenomen in de CAO 1993-1995. Indien een wachtgelder op deze wijze is aangesteld, ontvangt hij/zij een regulier salaris. De wachtgelduitkering vervalt. (f - 7,6 mln.). Artikel 20.01 personele en materiële uitgaven wordt voor dit bedrag verhoogd. De wachtgelduitkering vervalt. (f - 7,6 mln). Artikel 20.01 Personele en materiële uitgaven wordt voor dit bedrag verhoogd. Ad. 2.1 Door een lagere deelname aan de BAPO-regeling kunnen minder wachtgelders via de terugploegregeling aangesteld worden op nieuwe formatieruimte. Hierdoor blijven meer wachtgelders dan geraamd in de wachtgeldregeling. De raming voor de rechtspositionele uitkeringen wordt derhalve aangepast. Ad. 2.2
Voor het Participatiefonds was per 1 augustus 1994 een gesaldeerd budget (uitgaven minus ontvangsten) beschikbaar gesteld voor de wachtgeldopslag en de terugploegregeling. Omdat het participatiefonds niet per 1 augustus 1994 wordt ingevoerd dient dit gesaldeerde budget weer gecorrigeerd te worden voor zowel het uigavenartikel 20.02 rechtspositionele uitkeringen als het ontvangstenartikel 20.01.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
46
Tevens is het budget rechtspositionele uitkeringen verhoogd als gevolg van een hoger bestand aan «zittende» wachtgelders en een hogere gemiddelde uitkering per wachtgelder (omgerekend naar 38 uur). Artikel 20.3 Overige uitgaven Opbouw verplichtingen– an uitgavenramingen vanaf da stand ontwarpbegroting (x f 1000)
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
Verplichtingen
Uitgaven
145917
162514
145917 - 26 727 5589
162514 - 26 970 - 10 192
124779
125352
Stand na 2e suppletoire begroting Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000)
1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvul– lende posten b. Overboekingen (extern) c. Desaldermgen d. Overboekingen (intern) 2. Autonome mutaties 1. Diversen 2. Leerlingen volume 3. Beleidsmatige mutaties 1. Beperking project– uitgaven Totaal
Verplichtingen
Uitgaven
-16 114
-4247
486
486
360
360
-5093 8955
- 16 960 36603 27648 8955 -14900
8955 -14900
-14900
-14900
5589
-10192
Toelichting: Ad. 1.c Door stijging van de kosten van examens wordt de raming voor de examendiensten bijgesteld. Deze bijstelling wordt gecompenseerd door meer ontvangsten op het ontvangstenartikel 20.01. Ad. 1.d - Overboeking naar artikel 20.01 Personele en Materiële uitgaven in verband met de budgettering van het vormingswerk per 1 augustus 1994. Daarom worden de budgetten voor randgroepjongeren, culturele minderheden en inventaris ( f – 6,1 mln.) conform het Besluit vormingswerk voor jeugdigen (BVJ) te worden overgebracht naar de reguliere budgetten op artikel 20.01. - Overboeking van beleidsterrein 18 Primair Onderwijs ten gunste van het budget informatie-technologie. Dit budget was bij de ontwerp– begroting 1994 door de directie Onderzoek en Wetenschapsbeleid overgeheveld naar de diverse velddirecties. Er blijkt nu een correctie nodig op de eerdere verdeling van het budget (f 1,0 mln.). Ad. 2.1 Aanpassing van de verplichtingenraming als gevolg van versnelling cq. vertraging in het aangaan van verplichtingen, alsmede door reallocatie van projectgelden.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
47
Ad. 2.2 Door toename van het aantal examenkandidaten wordt de raming voor examens Nederlands als Tweede Taal (NT2) bijgesteld. Ad. 3.1 Beperking van (onverplichte) projectuitgaven ter compensatie van de problematiek van de vervanging bij ziekte op artikel 20.01 Personele en Materiële uitgaven. Deze beperkingen hebben onder andere betrekking op de volgende artikel onderdelen: vernieuwingsfaciliteiten, onderzoek en beleidsevaluatie, inventarissen en scholingsactiviteiten.
Opbouw ontvangstenraming Artikel 20.1 Ontvangsten beroepsonderwijs en volwasseneneducatie vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000) Ontvangsten Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
29 324
Stand na 2e suppletoire begroting
79 424
29324 8 240 41 860
Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000) Ontvangsten 1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvullende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern) 2. Autonome mutaties 1. Afrekeningen 2. Rechtspositie volume
27560
Totaal
41 860
27560 14300 3600 10700
Toelichting: Ad. 1.c - De ramingsmethodiek van de nabetalingen en terugontvangsten bij afrekeningen is aangepast. Dit heeft tot gevolg dat het uitgavenartikel 20.01 wordt verhoogd voor nabetalingen. Hiertegenover staat dat het ontvangstenartikel 20.01 met eenzelfde bedrag wordt verhoogd in verband metterugontvangsten. - Door stijging van de kosten van examens dient de raming voor examendiensten te worden bijgesteld. Deze bijstelling op uitgavenartikel 20.03 wordt gecompenseerd door meer ontvangsten op het artikel 20.01 Ontvangsten beroepsonderwijs en volwasseneneducatie. Ad. 2.1 - De reeds bij 1e Suppletoire wet aangegeven terugvordering van de te hoge declaraties vervanging bij ziekte zal gefaseerd plaatsvinden via een aanpassing van de vervangingsvergoeding. De raming hiervoor is neerwaarts bijgesteld. Voorts is de raming verhoogd in verband met voortschrijdend inzicht in de realisatie. (f3,6 mln.).
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
48
Ad. 2.2 - Voor het Participatiefonds was per 1 augustus 1994 een gesaldeerd budget (uitgaven minus ontvangsten) beschikbaar gesteld voor de wachtgeldopslag en de terugploegregeling. Omdat het Participatiefonds niet per 1 augustus 1994 wordt ingevoerd dient dit gesaldeerde budget weer gecorrigeerd te worden voor zowel het uitgavenartikel 20.02 (rechtspositionele uitkeringen) als het ontvangstenartikel 20.01 Tevens worden er dit jaar meer terugontvangsten verwacht van te veel betaalde rechtspositionele uitkeringen, met betrekking tot wachtgelden (f 10,7 mln.).
Beleidsterrein 21.00 Hoger beroepsonderwijs Artikel 21.1 Personele/materiële uitgaven Opbouw verplichtingen– en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
1774 862
1804 186
1774862 80 253 24455
1804186 39 765 -11701
Stand na 2e suppletoire begroting
1 879 570
1 832 250
Specificatie nieuwa mutatias (x f 1000)
1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvul– lende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern) 2. Autonome mutaties 3. Beleiclsmatige mutaties 1. ABP 2. Besparmgsveriiezen 3. Budgetaire problematiek 4. Normatieve bekostiging Totaal
Verplichtingen
Uitgaven
25107
13376
22775
17561
2332
- 4 185
-652 -152 34500 -10000 - 25 000
- 25 077
24455
-11701
-77
10000 - 10 000 - 25 000
Toelichting: Ad. 1.d - Ter realisering van het programma beleidsgericht onderzoek hoger onderwijs is ten laste van de personele en materiële lasten, een bedrag van f 1,149 mln. toegevoegd aan het betreffende budget onder artikel 21.04. - Om het budget voor overige uitgaven (onderdeel van artikel 21.04 met gelijke naam) op het gewensteniveau te brengen, mede in relatie tot het totaal van de uitgaven op het beleidsterrein «Hoger beroepsonder– wijs», is een bedrag van f 3,1 mln. overgeboekt ten laste van de personele en materiële uitgaven. - Om de totale financiering ter kunnen realiseren van het expertise– centrum, dat is ingesteld om de door– en instroom van allochtonen in het hoger onderwijs te verbeteren, is een bedrag van f 0,3 mln. overgeboekt naar het budget voor onderwijsvoorrangsbeleid (art. 21.04).
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
49
- Voor 1994 was de bijdrage aan het bureau van de HBO-Raad voor 1994 te hoog vastgesteld (zie artikel 21.02). Het verschil van f 0,364 mln. is toegevoegd aan de normatieve exploitatievergoeding voor de hogescholen (zie ook onder 5). - Met ingang van 1995 vindt de bekostiging van het bureau van de HBO-Raad niet meer direct plaats, maar via de normatieve exploitatie– vergoeding van de hogescholen. Met ingang van 1995 zijn de budgetten overgeboekt van artikel 21.02. Aangezien de verplichting van de norma– tieve exploitatievergoeding 1995 in 1994 plaatsvindt, dient het verplich– tingenbudget 1994 te worden verhoogd (f 7,317 mln.). - In verband met een technische overboeking vanaf 1995 in de uitgaven alsmede een correctieboeking ten aanzien van de verplichtingeraming is het verplichtingenbudget 1994 f 2,9 mln. bijgesteld. Ad.3.1 Voor de realisatie van de bedrijfsgezondheidszorg is door het ABP onder bepaalde voorwaarden een bijdrage toegezegd. De beleidmatige verlaging dient ter dekking van de financiële effecten van de lagere bijdrage van het ABP. Ad. 3.2
Voor 1994 en volgende jaren is in de begroting 1994 een beleidsmatige verlaging ingeboekt in het kader van een gewijzigd aansprakenregime voor studenten. Als gevolg van een vertraging van een jaar in de invoering wordt thans een besparingsverlies van f 10,0 mln. voor 1994 en f 24,5 mln. voor 1995 bijgeboekt. Ad. 3.3
Ter dekking van de budgettaire problematiek 1994 is ten laste van de normatieve exploitatievergoeding een beleidsmatige verlaging ingeboekt van f 10,0 mln. Ad. 3.4 In verband met de budgetafspraak dat overschrijdingen op de wachtgelduitgaven worden gecompenseerd ten laste van de normatieve exploitatievergoeding wordt, in afwachting van de definitieve uitgaven, voorshands een beleidsmatige verlaging toegepast op artikel 21.01 van f 25,0 mln (zie ook art. 21.03).
Artikel 21.2 Organisaties Opbouw varplichtingen– en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
Verplichtingen
Uitgaven
275
7 681
275 -275
7 681 -139 -364
Stand na 2e suppletoire begroting
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
7 178
50
Specificatia nieuwe mutaties (x f 1000) Verplichtingen 1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvul– lende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern)
Uitgaven -364
7 681 -7 681
-364
Totaal
-364
Toelichting: Ad. l.a en 1.d De bijdrage aan de HBO-Raad, die in 1992 was verplicht (en aangepast in 1993) voor onder meer het kasjaar 1994 en 1995, bleek in 1994 te hoog vastgesteld. Aangezien in 1994 eveneens is besloten de financiering van de HBO-Raad met ingang van 1995 niet meer rechtstreeks te laten plaatsvinden maarvia de hogescholen, dient het verplichtingenbudget met in totaal f7,681 mln. te worden verhoogd (zie mutatie onder 1.a). Hiervan heeft f 7,317 mln. betrekking op de verplichting van de kasuit– gaven 1995 en het restant ad. f 0,364 mln. op de uitgaven 1994. In verband met de overboeking van het kas– en verplichtingenbudget 1994 (f 0,364 mln.) naar artikel 21.01 en de gewijzigde wijze van bekos– tiging van de HBO-Raad via de normatieve exploitatievergoeding van de hogescholen (artikel 21.01; zie ook de toelichting bij mutatie 1.d.5) bedraagt de verplichtingen– en kasmutatie in totaal respectievelijk f 0 mln. en-f 0,364 mln.
Artikel 21.3 Rechtspositionele uitkeringen Opbouw verplichtingen– en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbagroting (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
132688
156170
132688 25 428 49 086
156170 1 946 49 086
Stand na 2e suppletoire begroting
207 202
207 202
Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
5 186
5 186
1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvul– lendeposten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern) 2. Autonome mutaties 1. Rechtspositie volume 3. Beleidsmatige mutaties 1. Normatieve bekostiging
5186
5186
23 900 23900 20 000 20000
23 900 23900 20 000 20000
Totaal
49 086
49 086
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
51
Toelichting: Ad. 2.1 en3.1 De gerealiseerde wachtgelduitgaven over de afgelopen maanden van dit jaar rechtvaardigen een verwachte ontwikkeling van de wachtgeld– uitkeringen over geheel 1994, die oploopt tot ruim f 207 mln. In totaal is sprake van een overschrijding van f 43,9 mln. Daarvan wordt f 30 mln verklaard door de toename van de aantallen wachtgelders alsmede van de gemiddelde uitkeringshoogte. Het overige deel van de overschrijding betreft een ramingstechnische bijstelling. Gelet op deze ontwikkeling en de gemaakte budgetafspraken is een beleidsmatige verlaging op het normatieve exploitatiebudget toegepast van f 25 mln. (zie artikel 21.01). Hoewel dit volledige bedrag op dit artikel als autonome verhoging had moeten beschouwd, is - niet geheel correct in een eerder stadium hiervan f 20 mln. aangemerkt als beleidsmatige verhoging (zie mutatie 3.1). Naast de korting op het normatieve exploitatiebudget is voor deze middelen dekking gevonden door een meevaller op de wachtgeld– ontvangsten van f 2,1 mln., een meevaller OKF (verevening en beroepen als gevolg van de verkoop onroerend goed in het hoger beroepson– derwijs) van f 5,0 mln. en de niet bestede middelen wachtgeldaanspraken in de wetenschappelijk onderwijs van f 10,9 mln.
Artikel 21.4 Overige uitgaven Opbouw verplichtingen– en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
6 131
37 831
6131 41 256 31505
37831 67 5585
Stand na 2e suppletoire begroting
78 892
43 483
Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvul– lende posten b. Overboekingen (extern) c. Desaldenngen d. Overboekingen (intern)
31505
5585
16985
5585
Totaal
31 505
5 585
14 520
Toelichting: Ad. 1.a en l.d - In tegenstelling tot de raming diende voor een aantal projecten een meerjarige verplichting te worden aangegaan. Aangezien het meerjarig karakter niet geraamd was in de begroting, dient de verplichtingenraming te worden aangepast. De projecten hebben achtereenvolgens betrekking op de sectorale kwaliteitszorg, de samenwerking van hogescholen, het expertisecentrum ten behoeve van de verbetering van de in– en doorstroom van allochtone studenten in het hoger onderwijs en beleids– gericht onderzoek.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
52
In totaal leiden deze gevallen tot een verhoging van het verplichtingen– budget voor 1994 van f 21,12 mln. en een verlaging van de verplichtingen– budgetten voor 1995 t/m 1999 voor in totaal een gelijk bedrag. Voor de kasuitgaven heeft deze mutatie in alle betreffende jaren geen gevolgen. - In verband met de gezamenlijke financiering door hbo en wo van een aantal projecten/activiteiten heeft een overboeking plaatsgevonden naar artikel 22.06 (f 0,281 mln. voor 1994) ten laste van het voor dit doel beschikbare budget voor overige uitgaven. - Gelet op de geplande onderzoeken in het kader van Hoger onderwijs en onderzoeksplan diende de raming voor het budget voor onderzoek en advisering te worden bijgesteld. Voor dit kasjaar is f 1,149 mln aan dit budget toegevoegd. Dit bedrag is ten laste gebracht van de personele en materiële uitgaven (art. 21.01). - Om het budget voor overige uitgaven (binnen artikel 21.04 metgelijke naamgeving) op het gewenste uitgavenniveau te brengen, mede in relatie tot hettotaal van de uitgaven op het beleidsterrein «Hoger beroepsonder– wijs», is een bedrag van 3,100 mln overgeboekt ten laste van de personele en materiële uitgaven (art. 21.01). - Om de totale financiering te bewerkstelligen van het expertise– centrum, is een bedrag van f 0,3 mln. overgeboekt van artikel 21.01 naar het budget voor onderwijsvoorrangsbeleid. Geletop het meerjarig karaktervan de verplichting (zie ook onder 1) leidt dit tot een mutatie op het verplichtingenbudget van f 1,2 mln. - In verband met de medefinanciering van de studiedagen Nederland– Vlaanderen is een bedrag van f 0,017 mln. overgeboekt ten laste van artikel 26.03. - In verband met de gezamenlijke financiering door wo en hbo van het expertisecentrum (zie ook onder 1), waarvoor hbo penvoerder is, is een bedrag van f 1,3 mln. overgeboekt ten laste van artikel 22.06. Gelet op het meerjarig karakter van de verplichting (zie ook onder 1) leidt dit tot een mutatie op het verplichtingenbudget van f 5,2 mln. Opbouw ontvangstenraming Artikel 21.1 Ontvangsten hoger beroepsonderwijs vanaf de stand ontwerpbagroting (x f 1000) Ontvangsten Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties Stand na 2e suppletoire begroting
11404 11 404 2100 13 504
Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000) Ontvangsten 2. Autonome mutaties 1. Rechtspositie volume Totaal
2100 2100 2 100
Toelichting: Ad. 2.a
Voor het begrotingsjaar 1994 is voor het beleidsterrein hoger beroeps–
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
53
onderwijs een bedrag geraamd van ruim f 11,4 mln. aan ontvangsten, die verband houden met teveel betaalde rechtspositionele uitkeringen. Op grond van de gerealiseerde terugontvangsten over de afgelopen maanden, is het te verwachten dat het totaal van de terugontvangsten over het gehele jaar 1994 zal stijgen tot ruim f 13,5 mln. Met een autonome verhoging van f 2,1 mln. is de raming bijgesteld. Beleidsterrein 22.0O Wetenschappelijk onderwijs Artikel 22.1 Universiteiten Opbouw verplichtingen– en uitgavenramingen vanaf de stand ontwarpbegroting (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijkvastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
4 526 576
4 461 438
4 526 576 80227 323 280
4 461 438 80227 42 176
Stand na 2e suppletoire begrotmg
4 930 083
4 583 841
Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvul– lende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern)
323280
42176
229630
41126
Totaal
323280
42176
93 650
1 050
Toelichting: Ad. 1.d Overboekingen binnen beleidsterrein 22 als volgt te splitsen (uitgaven– mutaties): - algemene salarismaatregelen 1-10-1993: f 1,083 mln. (art. 22.06) - versnelde afbouw van de korting Wet Interim-lnhoudingen Salarissen Onderwijs (WIISO): f 0,7 mln. (art. 22.06) - correctie van de budgetten 1991 ten behoevevan uitkeringen na ontslag van universiteiten en academische ziekenhuizen: f 0,739 mln. (art. 22.04) - bijstelling (f 2,2 mln.) van de budgetten van de universiteiten die de universitaire lerarenopleidingen verzorgen (art. 22.03). In een convenant met de universiteiten inzake het stelsel van universitaire lerarenoplei– dingen is overeengekomen om voor maximaal 800 studenten jaarlijks een bedrag van maximaal f 6,4 mln. tot en met het studiejaar 1996-1997 beschikbaar te stellen. Bij de universiteiten was hiervoor reeds een budget van f 4,2 mln. in de rijksbijdrage 1994 verwerkt. - bijstelling van de rijksbijdrage van academische ziekenhuizen op het gebied van het OCenW-aandeel in de kosten van rente en afschrijving (gebouwen en medische en overige inventarissen): f36,404 mln. (art. 22.06). De verschillen tussen de uitgavenmutaties en de verplichtingenmutaties worden voornamelijk veroorzaakt doordat verplichtingen die in 1994 zijn aangegaan kaseffect in 1994 en/of 1995 hebben.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
54
Voor een nadere specificatie wordt verwezen naar de toelichting bij beleidsterrein. Artikel 22.2 Instituten internationaal onderwijs en onderzoek Opbouw verplichtingen– en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
80122
80218
80122 2 244 7 955
80218 2 244 5 335
Stand na 2e suppletoire begroting
90321
87797
Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvul– lende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern)
7955
5335
Totaal
7 955
1 899 6056
5335 5 335
Toelichting: Ad. 1.d Interne overboeking vanaf artikel 26.05 inzake de uitvoering door de Stichting NUFFIC van taken op het gebied van de Culturele Accoorden in internationaal verband: f 4,482 mln. Interne overboekingen binnen beleidsterrein 22: (uitgavenmutaties): - doorwerking van de incidentele looncomponent 1993: f 0,698 mln. (art. 22.06) - versnelde afbouw van de korting Wet Interim-lnhoudingen Salarissen Onderwijs (WIISO): f 0,094 mln. (art. 22.06) correctie van de budgetten 1994 inzake scholingsgelden: f 0,023 mln. (art. 22.06) Verhoging van de subsidie 1994 aan de Stichting NUFFIC in verband met de produktiekosten van de publikatie «Higher Education in the Netherlands»: f 0,038 mln. (art. 22.06).
De verschillen tussen de uitgavenmutaties en de verplichtingenmutaties worden veroorzaakt doordat verplichtingen die in 1994 zijn aangegaan kaseffect in 1994 en/of 1995 hebben.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
55
Artikel 22.3 Overige instituten hoger onderwijs Opbouw verplichtingen– en uitgavenramingan vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
125853
128194
125853 2 769 9 720
128194 2 769 2 073
Stand na 2e suppletoire begroting
138 342
133 036
Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvul lende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern)
9 720
2 073
6612
2073
Totaal
9 720
2 073
3 108
Toelichting: Ad. 1.d Interne overboekingen binnen beleidsterrein 22 als volgt te splitsen (uitgavenmutaties): - algemene salarïsmaatregelen 1-10-1993: f 0,557 (art. 22.06) - versnelde afbouw van de korting Wet Interim-lnhoudingen Salarissen Onderwijs (WIISO): f 0,106 mln. (art. 22.06) - bijstelling inzake de doorwerking van de incidentele looncomponent 1993: f 0,323 mln.fart. 22.06) - aandeel van het beleidsterrein wetenschappelijk onderwijs in de noodzakelijke verhoging van het budget 1994 en volgende jaren van het Universitair Asylfonds (UAF) als gevolg van de sterke toename van het aantal vluchteling-studenten: f 0,487 mln. (art. 22.06) - bijstelling van de budgetten van de universiteiten die de universitaire lerarenopleidingen verzorgen: - f 2,2 mln. (art. 22.01). - bijstelling van de rijksbijdrage 1994 van de Open Universiteit (OU) in verband met de budgettering van de uitkeringen na ontslag van de OU per 1 juli 1994: f 2,8 mln. (art. 22.04).
De verschillen tussen de uitgavenmutaties en de verplichtingenmutaties worden veroorzaakt doordat verplichtingen die in 1994 zijn aangegaan ''aseffect in 1994 en/of 1995 hebben. Voor een nadere specificatie wordt verwezen naar de toelichting bij beleidsterrein.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
56
Artikel 22.4 Rechtspositionele uitkeringen Opbouw verplichtingen– en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
29861
30115
29861 -968 -25571
30115 -968 -11993
3322
17154
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties Stand na 2e suppletoire begroting Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000)
1. Technische mutaties
Verplichtingen
Uitgaven
-15521
-1 543
1 368
1996
a. Bijstelling uit aanvul– lende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern) 2. Autonome mutaties 1. Diversen 2. Rechtspositie volume
-16889 - 10 050 800 -10850
-3539 - 10 450
Totaal
-25571
-11 993
400
- 10 850
Toelichting: Ad. 1.d Interne overboekingen binnen beleidsterrein 22 als volgt te splitsen (uitgavenmutaties): - bijstelling van de rijksbijdrage 1994 van de Open Universiteit (OU) in verband met de budgettering van de uitkeringen na ontslag van de OU per 1 juli 1994: - f 2,8 mln. (art. 22.03). - bijstelling van de budgetten 1991 ten behoeve van uitkeringen na ontslag van universiteiten en academische ziekenhuizen: – f 0,739 mln. (art. 22.01). Ad. 2.1 Betaalde vergoeding aan de zogenoemde «bijzondere» universiteiten en academische ziekenhuizen voor de kosten van invoering van het Besluit Werkloosheid Onderwijs– en Onderzoekpersoneel per 1 maart 1994: f 0,4 mln. Ad. 2.2 Afboeking van de reservering voor wachtgeldaanspraken (–f 10,85 mln.).
De verschillen tussen de uitgavenmutaties en de verplichtingenmutaties worden veroorzaakt doordat verplichtingen die in 1994 zijn aangegaan kaseffect in 1994 en/of 1995 hebben. Voor een nadere specificatie wordt verwezen naar de toelichting bij beleidsterrein.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
57
Artikel 22.6 Overige uitgaven Opbouw verplichtingen– en uitgavenramingen vanaf de itand ontwerpbegroting (x f 1000)
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
Verplichtingen
Uitgaven
92 355
92 355
92 355 - 654 -14716
92 355 - 654 -14716
76 985
76 985
Stand na 2e suppletoire begroting Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000)
1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvul– lende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern) 3 Beleidsmatige mutaties 1. Besparingsverliezen 2. Verlaging projecten Totaal
Verplichtingen
Uitgaven
-14716
-14716
27 490
27490
28
28
- 42 234
- 42 234
10000 - 10 000
10000 - 10 000
-14716
-14716
Toelichting: Ad. 1.c Desaldering onder gelijktijdige verhoging van het ontvangstenartikel 22.01 «Ontvangsten Wetenschappelijk Onderwijs» in verband met een mutatie in de subsidie 1994 van het Afrika Studiecentrum. Aan deze subsidie dragen het ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij en het ministerie van Buitenlandse Zaken elk voor 1/4 deel bij. Ad. 1.d - Twee interne overboekingen naar artikel 23.04 in verband met: - aandeel in het meerjarig contract met het CWTS (Centrum voor Wetenschaps– en Technologie Studies): - f 0,150 mln. - overboeking van het wetenschappelijk onderwijs-aandeel in de samenwerking Indonesië: - f 2 mln. - Twee interne overboekingen naar/van artikel 21.04 in verband met: - aandeel wetenschappelijk onderwijs in de opzet van het «Expertise– centrum allochtonen in het Hoger Onderwijs»: - f 1,3 mln. - diverse gemeenschappelijk uitgevoerde projecten, beleids– onderzoeken etcetera f 0,281 mln. - Twee interne overboekingen van artikel 26.05 in verband met: - de overdracht van de taken op het gebied van de bilaterale relaties: f 1,422 mln. - het aandeel in de kosten van het door de Stichting NUFFIC in 1994 uit te voeren: Informatie Richtlijn Algemeen Stelsel (IRAS): f 0,026 mln. - Interne overboekingen binnen beleidsterrein 22 (uitgavenmutaties): - algemene salarismaatregelen 1-10-1993: – f 1,64 mln. (art. 22.01 en 22.03) - versnelde afbouw van de korting Wet Interim-lnhoudingen Salarissen Onderwijs (WIISO): - f 0,9 mln. (art. 22.01 t/m 03)
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
58
- bijstellingen inzake de doorwerking van de incidentele looncomponent 1993: - f 1,021 mln. (art. 22.02 en 22.03) - aandeel van het beleidsterrein wetenschappelijk onderwijs in de noodzakelijke verhoging van het budget 1994 en volgende jaren van het Universitair Asylfonds (UAF) als gevolg van de sterke toename van het aantal vluchteling-studenten: - f 0,487 mln. (art. 22.03) - bijstelling van de rijksbijdrage van academische ziekenhuizen op het gebied van het OCenW-aandeel in de kosten van rente en afschrijving (gebouwen en medische en overige inventarissen): - f 36,404 mln. (art. 22.01). - correctie van de budgetten 1994 van drie instituten voor interna– tionaal onderwijs en onderzoek inzake scholingsgelden: - f 0,023 mln. (art. 22.02) - Verhoging van de subsidie 1994 van de Stichting NUFFIC in verband met de produktiekosten voor de publikatie «Higher Education in the Netherlands»: - f 0,038 mln.fart. 22.02). Ad. 3.1 Het gewijzigd aansprakenregime studenten, tot uitdrukking komend in de zogenoemde 27+-regeling is in 1994 niet tot stand gekomen. Dit leidt tot een besparingsverlies van f 10 mln. Ad. 3.2 De dekking van het onder 3.1. genoemde bedrag is hier gevonden door een zeerterughoudend beleid ten aanzien van financiering van projecten.
Artikel 22.7 Ontvangsten wetenschappelijk onderwijs Opbouw ontvangstenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000) Ontvangsten Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
3018
Stand na 2e suppletoire begroting
3 132
3 018 114
Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000) Ontvangsten 1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvullende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern)
114
Totaal
114
28 86
Toelichting: Ad. 1.c Aanvullende vordering/verrekening op de ministeries van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij en Buitenlandse Zaken in verband met een mutatie in de subsidie 1994 van het Afrika Studiecentrum te Leiden
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
59
(f 0,028 mln.). Beide ministeries dragen elk voor 1/4 deel bij aan deze subsidie. Ad. 1.d Aandeel van de Rijksuniversiteit Leiden in de jaarlijkse huurlasten van het Nederlands Instituut in Caïro (f 0,086 mln.).
Beleidsterrein 23.00 Onderzoek en Wetenschapsbeleid Artikel 23.11nstellingen voor Onderzoek en Wetenschapsbeoefening Opbouw verplichtingen– en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begrotmg 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
1 103 289
1 122512
1 103 289 18962 66848
1 122512 18027 16420
Stand na 2e suppletoire begroting
1 189 099
1 156 959
Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000)
1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvullende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern) 3. Beleidsmatige mutaties 1. Herziening subs.-taakstelling Totaal
Verplichtingen
Uitgaven
57348
16420
36 875
11 882
8916 11557 9 500 9500
4244 294
66848
16420
Toelichting: Ad. 1 .c. Het betreft hier een verlaging van het uitgavenartikel als gevolg van de eenmalige directe bijdrage van het Ministerie van Economische Zaken aan TNO voor het stimuleringsprogramma Collectief onderzoek (K/V: - f 2,5 mln.). Daarnaast is als gevolg van technische correctie op de doelsubsidies aan TNO een verlaging van de verplichtingstand noodza– kelijk(V:-fO,26mln.) Tevens betreft het hier een drietal verhogingen namelijk: - een verhoging als gevolg van de toegekende WAGGS 1994 op de doelsubsidies aan TNO (K: f 1,9 mln. V: f 3,1 mln.). - verhoging als gevolg van de toegekende prijscompensatie door het Ministerie van Defensie aan TNO (K: f 0,8 mln. V: f 1,5 mln.). - verhoging als gevolg van een gedeeltelijke herziening van de ingevulde bezuinigingen op de doelsubsidies aan TNO (K: f 4,0 mln. V: f7,7mln.). Zowel de verlagingen als verhogingen hebben een gelijktijdige mutatie op het ontvangstenartikel 23.1 tot gevolg. Ad. 1.d - overboeking van artikel 22.06 als gevolg van de bijdrage aan het Centrum voor Wetenschaps– en Technologie studies (K/V: f 0,15 mln.).
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
60
- overboeking van artikel 26.05 als gevolg van de bijdrage aan de Nederlandse Taalunie inzake de Neerlandistiek in Zuid-Afrika (K: f 0,14 mln. V:fO,29mln.). - overboeking van artikel 23.04 als gevolg van de overheveling van projectfaciliteiten naar de reguliere bekostiging in het kader van de uitvoeringstoets subsidiedossier (V: f 2,2 mln.). - overboeking van artikel 24.04 als gevolg van de overdracht aan de KNAW en NWO van de huisvestingsbijdragen (V: f 8,0 mln.) - overboeking van artikel 23.04 als gevolg van de overdracht van de neerlandistiek in Indonesië aan de Nederlandse Taalunie (V: f 0,89 mln.). Ad. 3.1 Tljdens de behandeling van de begroting 1994 heeft de tweede kamer geconstateerd dat er spanning bestond tussen gelijktijdig investeren in de kennisinfrastructuur enerzijds en bezuinigen op de onderzoeks– en exploitatiebudgetten van die organisaties, die onderdeel uitmaken van de kennisinfrastructuur anderzijds. De hier opgenomen verplichting– verhoging is het gevolg van het besluit om de subsidietaakstelling te beperken tot globaal het niveau 1994.
Artikel 23.4 Coördinatie Wetenschapsbeleid Opbouw verplichtingen– en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
52 997
65 660
52997 -160 11435
65660 -6775 4551
Stand na 2e suppletoire begroting
64 272
63 436
Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvul– lende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern)
11435
4551
6 450 4551
4551
Totaal
11 435
4551
434
Toelichting: Ad. 1.c Verhoging van het verplichtingenbudget a.g.v. het aandeel van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen in de middelen vanaf 1995 van het Fonds Economische Structuurversterking. Ad. 1.d Overboeking van respectievelijk de artikelen 22.06 en 26.05 in het kader van de overdracht van het beleid inzake de samenwerking Indonesië (K/V: f2,Omln.)en(K/V:f 2,6mln.).
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
61
Artikel 23.1 Ontvangsten Onderzoek en Wetenschapsbeoefening Opbouw ontvangstenraming vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000) Ontvangsten Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
214 405
214 405 1 508 4 244
Stand na 2e suppletoire begroting
220 157
Specificatie niauwe mutatias (x f 1000) Ontvangsten 1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvullende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern)
4244
Totaal
4 244
4 244
Toelichting: Ad. 1.c Zie de congruente mutaties bij artikel 23.1 Instituten voor Onderzoek en Wetenschapsbeleid onder ad. 1.c desalderingen.
Beleidsterrein 24.0O Huisvesting Artikel 24.1 Huisvesting primair onderwijs Opbouw verplichtingen– en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
1 094 186
1 094 186
-3740 1 090 446 - 28 762 1 450
-3740 1 090 446 - 28 762 1 450
Stand na 2e suppletoire begrotmg
1 063 134
1 063 134
Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000) Verplichtingen
1.
Technische mutaties a. Bijstelhng uit aanvul– lende posten b. Overboekingen (extern) c Desalderingen d. Overboekingen (intern) 2. Autonome mutaties 1. Huisvesting 2. Leerlingen volume Totaal
-1650
Uitgaven
-1 650
350
350
-2000 3 100 -4900 8000
-2000 3 100 -4900 8000
1 450
1 450
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
62
Toelichting:
Ad. 1.d Overboeking naar artikel 18.02 in verband met het Ml-deel van de Londo-afrekenberoepen 85/87. Ad. 2.1 Het opgenomen bedrag betreft een saldo van mutaties. De voornaamste daarvan zijn: - renteopbrengst als gevolg van omzetting van leningen uit 1984 in verband met een gunstige rente-ontwikkeling; - minder voorzieningen als gevolg van het vervallen van beschikkingen omdat de bouwopdracht niet is verstrekt; - minder voorzieningen dan geraamd onder het eerste jaar van de tijdelijke wet beperking toewijzing huisvestingsvoorzieningen; - minder verplichtingen als gevolg van vertraging in de realisatie van voorzieningen; - meer uitgaven als gevolg van een groter aantal beroepen dat ingesteld is tegen de afrekening 90/91; - meer uitgaven als gevolg van niet geraamde boeterente in verband met de conversie van geldleningen 1988 in het (voortgezet) speciaal onderwijs. ad. 2.2 De huisvestingskosten verband houdende met de leerlingenstijging in het primair onderwijs die het gevolg is van de eerste opvang asielzoekers bedragen f 8 mln. Artikel 24.2 Huisvesting voortgezet onderwijs, beroepsonderwijs en volwasseneneducatie. Opbouw verplichtingen– en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting
(x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
585 938
725 362
585 938 273 797 49492
725 362 30 567 49492
Stand na 2e suppletoire begroting
909 227
805 421
Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000)
1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvul– lende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern) 2. Autonome mutaties 1. Huisvesting 2. Leerlingen volume 3. Beleidsmatige mutaties 1. Def. beperking onverpl. gelden 2. Verïenging IS '94 Totaal
Verplichtingen
Uitgaven
62342
62342
8381 53961
53961
4 150
8381
3450 -17000
4 150 700 3450 - 17 000
-7000 -10000
-7000 - 10 000
700
49 492
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
49 492
63
Toelichting: Ad. 1.b De opbrengst in verband met verkoop onroerend goed VO/BVE die gerealiseerd is via Domeinen, wordt aan dit artikel toegevoegd en conform de middelenafspraak aangewend voor extra huisvestingsinveste– ringen. Ad. 1.c De mutatie betreft de realisatie van extra verkoopopbrengsten onroerend goed ad f53,961 mln. (zie ook ontvangstenartikel 24.01) die op grond van de bestaande middelenafspraak ten gunste van nieuwe huisvestingsinvesteringen worden aangewend. Ad. 2.1 De uitgaven zijn met f 0,7 mln. verhoogd in verband met meer-ontvangsten die aangewend worden voor huisvestingsinveste– ringen. Ad. 2.2 De huisvestingskosten verband houdende met de leerlingenstijging in het voortgezet onderwijs die het gevolg zijn van de eerste opvang asielzoekers worden geraamd op f 3,45 mln. Ad. 3.1 Voor de invulling van de taakstelling in verband met de begrotings– problematiek zijn de onverplichte gelden ad f 7 mln definitief beperkt.
Ad.3.2 In verband met het niet doorgaan van de verkoop sportvelden is voor 1994 compensatie gezocht in het herschikken van investeringsplannen. Artikel 24.4 Huisvesting wetenschappelijk onderwijs, onderzoek en wetenschapsbeleid. Opbouw verplichtingen– en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties Stand na 2e suppletoire begroting
Verplichtingen
Uitgaven
154738
168600
154 738 - 58 377 - 44 298
168 600
52063
221756
53 156
Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000) Verplichtingen 2. Autonome mutaties
1. Afrekeningen 2. Diversen 3. Huisvesting 3. Beleidsmatige mutaties 1. Def. beperking onverpl. gelden 2. Huisvesting 3. Schade watersnoodramp Totaal
- 42 298 571
48 100 - 90 969 -2000
Uitgaven 55156 7056 48 100 -2000 -3000
-2000 1 000
-44298
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
53156
64
Toelichting: Ad. 2.1. Voor de afhandeling van de jaarrekeningen HBO is een bedrag van f 7,056 mln. benodigd (zie ontvangstenartikel 24.01). Ad. 2.2
In 1993 heeft de overdracht van de huisvestingsverantwoordelijkheid aan de HBO-besturen plaats gevonden. De hiermee samenhangende verplichtingen zijn niet zoals verwacht tot betalingen gekomen en zijn dorhalve doorgeschoven naar 1994. Aangezien het begrotingsartikel voor huisvesting HBO als gevolg van de overdracht is opgeheven, is dit bedrag (f 53,1 mln.) toegevoegd aan artikel 24.04. Thans blijkt dat f 5 mln. van dit toegevoegde bedrag onbesteed blijft. Dit bedrag wordt aangewend ter dekking van de begrotingsproblematiek. In het kader van de afwikkeling van de OKF-HBO operatie zijn er in 1994 verplichtingen aangegaan ten behoeve van bezwaren tegen de vastge– stelde deelnamesom, ingestelde beroepen en de tweede verevenings– ronde. Ad. 2.3 Voorts heeft er een neerwaartse bijstelling van de verplichtingen plaatsgevonden in verband met de afboeking van reeds aangegane meerjarige verplichtingen met kasgevolgen vanaf 1995 als gevolg van de overdracht van de huisvestingsverantwoordelijkheid aan de universi– teiten. Ad. 3.1 Definitieve beperking onverplichte gelden. Voor de invulling van de taakstelling in verband met de begrotings– problematiek zijn de onverplichte gelden ad f 3 mln. definitief beperkt. Ad. 3.3. Bij de eerste suppletoire begroting 1994 is f 4 mln. generaal gecompen– seerd voor de waterschade in Zuid-Limburg. Er is f 5 mln. benodigd; de resterende f 1 mln. wordt gecompenseerd binnen de begroting van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen.
Artikel 24.1 Ontvangsten huisvesting Opbouw ontvangstenraming vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000) Ontvangsten Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
66 000 331 863 12317
Stand na 2e suppletoire begroting
410 180
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
66 000
65
Specificatie niauwe mutaties (x f 1000) Ontvangsten 1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvullende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern) 2. Autonome mutaties 1. Afrekeningen 2. Huisvesting Totaal
53961 53961 -41644 7 056 -48700 12317
Toelichting: Ad. 1.c Op basis van de in het verleden gerealiseerde verkoopopbrengsten onroerend goed VO/BVE, alsmede op basis van de de gerealiseerde en nog te verwachten fusies in deze sektoren, is de verkoopopbrengst voor 1994 verhoogd met f 54.0 mln. Deze worden op grond van de bestaande middelen-afspraak ten gunste van nieuwe huisvestingsinvesteringen aangewend (zie uitgavenartikel 24.01). Ad. 2.1 Als gevolg van het aanhouden van het wetsvoorstel verkoop sport– velden worden de in de rijksbegroting 1994 geraamde opbrengsten ad f50 mln. niet gerealiseerd.
De overige autonome mutaties huisvesting hebben betrekking op teveel betaalde voorschotten op het gebied van huisvesting in het basison– derwijs en het (voortgezet) speciaal onderwijs (f 1,3 mln.). Ad2.2 In 1993 heeft de OKF-HBO operatie plaatsgevonden, inhoudende dat het economisch claimrecht van HBO-schoolgebouwen is overgedragen aan de instellingen tegen betaling van een deelnamesom. Een gedeelte van deze deelnamesommen is niet tijdig in 1993 ontvangen, doch is eerst in 1994 ontvangen. In de eerste suppletoire begroting 1994 is in verband hiermee het budget verhoogd met f 331,863 mln. Thans wordt n.a.v. de tweede vereveningsronde een extra ontvangst van f 0,170 mln. geraamd. De terugvordering van in 1993 contractueel verplichte vooruitbetaalde huurvergoedingen aan HBO-instellingen bedraagt f 6,485 mln. Voorts is er in het kader van de afhandeling van jaarrekeningen HBO f 0,401 mln. meer ontvangen dan de oorspronkelijke raming ad f 1,5 mln. De genoemde meerontvangsten ad f 7,056 zijn benodigd voor de uitgaven voor nabetalingen op jaarrekeningen HBO (zie uitgavenartikel 24.04).
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
66
Beieidsterrein 25.0O Studief inancieringsbeleid Artikel 25.1 Studiefinanciering Opbouw verplichtingen– en uitgavenramingan vanaf de stand ontwarpbagroting (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
4 454 070
4 454 070
4 454 070 - 32 400 - 41 500
4 454 070 - 32 400 - 41 500
Stand na 2e suppletoire begroting
4380170
4380170
Verplichtingen
Uitgaven
Specificatie niauwa mutaties (x f 1000)
1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvullende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderïngen d. Overboekingen (intern) 2 Autonome mutaties 1. Diversen 2. Leerlingen kenmerken 3. Leerlingen volume 3. Beleidsmatige mutaties 1. Aanpassing OV-kaart 2. Kasverschuiving OV-kaart 3. Nieuwe fasering STOEB 4. OV-kaart Totaal
- 80 000
- 80 000
-105000 27 112 -2 112 109300 - 81 500 16800 174000 - 70 800 6000 -50100 44 100 - 70 800
-105000 27 112 -2 112 109300 - 81 500 16800 174000 -70800 6000 -50100 44 100 - 70 800
-41500
-41500
Toelichting: Ad. 1.b In de ontwerpbegroting 1995 is voorgesteld om de begroting 1994 vanwege externe overboekingen met f 57 mln te verlagen. Dit bedrag heeft in zijn geheel betrekking op de uitgaven aan rentedragende leningen. Als gevolg van het opnamegedrag van studerenden ten aanzien van hun leenrechten blijkt er nog minder lening te worden verstrekt dan toen was verwacht. Geraamd is een opname-percentage van 50% gemeten over alle WSF-gerechtigden. De meest recente inzichten tonen aan dat het opname-percentage is gedaald tot rond de 40%. De realisatie tot en met september laat zien dat vooral door m.b.o.-studerenden (circa 27%) en door v.o.-studerenden (circa 16%) veel mmder lening wordt opgenomen. Bij het hoger onderwijs zijn deze percentages respectievelijk 47% voor h.b.o-ers en 58% voor w.o.-ers. Voorgesteld wordt om de raming van de leenuitgaven voor 1994 verder te verlagen met f 65 mln tot f368,9 miljoen. De omzetting van beurs in lening als gevolg van de studievoortgangscontrole komt naar verwachting f 20 mln hoger uit. Dit leidt tot f 17 mln hoger leenuitgaven. De totale verlaging van het leenbedrag komt daarmee uit op f 105 mln. Ad. 1.c De opbrengsten van het verbeterd inningsbeleid die in het financiële beeld van de Stoeb waren opgenomen worden gedesaldeerd met de ontvangsten.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
67
De kosten verbonden aan het uitvoeren van de actie «vervroegde aflossing studieleningen met korting (VASK)» worden gedekt uit de opbrengsten van de VASK. De met deze mutatie voorgestelde desaldering ad. 2,1 mln strekt daartoe. Ad. 1.d De voorgestelde overboeking houdt verband met de uitvoeringskosten VASK. Ad. 2.1 Deze post is het saldo van een aantal mutaties. De belangrijkste hiervan zijn: - verlaging van de raming van het bedrag dat vanwege achterstallig recht (ten onrechte te veel of te weinig betaalde studiefinanciering) moet worden bijgeteld; - vanwege het verschuiven van de datum van inwerkingtreding van de WTS vallen de in 1994 daarvoor gereserveerde middelen grotendeels vrij; - de opbrengsten van de Stoeb zijn in de begroting 1994 afzonderlijk gepresenteerd. In het uiteindelijke wetsvoorstel Stoeb hebben nog enkele aanpassingen ten opzichte van de stand begroting 1994 plaatsgevonden. Bovenstaande mutaties zijn gelijk aan de mutaties in de ontwerp– begroting 1995. Daarnaast was voorzien dat de afrekening van de OV-kaart over 1994 met betrekking tot de periode tot 1 november in 1995 zou plaatsvinden. De definitieve vergoeding over 1994 dient echter al in 1994 te worden betaald. Dit leidttot 70,8 mln hogere uitgaven in 1994. Hiertoe wordt de geplande kasschuif met de vergoeding voor de OV-kaart verlaagd (zie punt 4 van de beleidsmatige mutaties). De eerste resultaten van de SVC wijzen op een hoger aantal omzet– tingen dan geraamd. Vooshands wordt aangenomen dat voor f 20 mln meer aan beurs wordt omgezet in lening. Ad. 2.2 In de begroting 1994 was uitgegaan van een constant uitwonenden– percentage van 47,1%. Op grond van de realisatiecijfers 1993 moet dit met 0,7% omhoog worden bijgesteld. Dit leidt tot hogere uitgaven aan basisbeurs. Ad. 2.3 Als gevolg van volume-ontwikkelingen is in de ontwerpbegroting 1995 een verhoging van de uitgaven voorgesteld van 112 mln. Dit bedrag heeft betrekking op hogere aantallen gerechtigden, meer aanspraken op aanvullende beurs, meer aanspraken op de TS-regeling voor 12-17 jarigen, een verminderd beroep op de TSD-regeling en meer uitgaven ten behoeve van EG-studerenden in Nederland. Ten opzichte van deze stand doen zich de volgende ontwikkelingen voor: - De uitgaven aan basisbeurs komen naar verwachting f 22 mln hoger uit dan was geraamd. Dit is vooral het gevolg van hogere reguliere betalingen. Deze worden veroorzaakt door een verschuiving van de gerechtigden tussen de onderwijssoorten. Er studeren meer gerechtigden dan was verwacht aan een h.b.o.-instelling en minder aan een v.o.-instelling. Dit betekent dat de basisbeurs per student hoger wordt, want h.b.o'ers krijgen een hogere basisbeurs en zijn in de regel vaker uitwonend dan v.o.-studerenden. Bij de uitgaven aan aanvullende beurs wordt een stijging verwacht van f 13 mln. Dit is vooral het gevolg van hoger achterstallig recht. Voor de relevante uitgaven WSF18+ wordt derhalve in totaal een verhoging van de begroting voorgesteld van f 35 mln. - De aantallen gerechtigden op TS17- over het schooljaar 1993/94 zijn circa 6000 hoger uitgekomen dan was geraamd. In plaats van de
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
68
verwachte 197 300 zijn het er 203 600 geworden. Een deel van deze hogere aantallen heeft gevolgen voor het begrotingsjaar 1994. Tevens blijkt dat het gemiddelde bedrag per toekenning over het schooljaar 1993/94 f 14, hoger is uitgevallen en daarmee uitkomt op f 1073. Een zelfde tendens tekent zich af voor het schooljaar 1994/95. Uit de aantallen van het nieuwe schooljaar 1994/95 die in aanmerking voor TS17- komen, mag worden afgeleid dat er bijna 9000 toekenningen meer verstrekt zullen worden dan was geraamd. Het totaal aantal toekenningen over 1994/95 wordt nu geraamd op 196 200. Deze toekenningen zijn gemiddeld ongeveer f 18 hoger dan was verwacht, namelijk f 1086. Een groot deel van dit volume– en prijseffect slaat neer op het begrotingsjaar 1994. De oorzaak van de hogere aantallen is gelegen in de inkomensontwikkeling. Deze zorgt er voor dat er minder mensen uit de TS-inkomensschalen lopen dan was verwacht. Ten slotte kan een geplande kasschuif van 1994 naar 1995 om uitvoeringstechnische redenen geen doorgang vinden. Deze drie ontwikkelingen tezamen geven aanleiding om voor te stellen de begroting voor de uitgaven TS17- met f 40 mln te verhogen. - De afrekening met de OV-bedrijven over het jaar 1993 is iets lager uitgevallen dan was voorzien. Onder andere door correcties vanwege onterecht kaartbezit hoeft er f 6,8 mln minder te worden betaald. In totaliteit bezien komen de uitgaven OV-kaart naar verwachting f 13,0 mln lager uit. Deze ontwikkelingen nopen tot een bijstelling van f +62,0 mln ten opzichte van de stand ontwerpbegroting 1995. De totale mutatie uit hoofde van volume-ontwikkelingen die ten opzichte van de stand na de 1e suppletoire begroting 1994 wordt voorgesteld, bedraagt daarmee f +174,0 mln. De mutaties onder 3.1, 3.2 en 3.3 maken deel uit van de ontwerp– begroting 1995 en zijn daarin toegelicht. Ad. 3.1 In verband met de door de Tweede Kamer gewenste aanpassing van de OV-Kaart is een aanvullende overeenkomst met de OV-bedrijven gesloten. Deze houdt onder meer in dat de OV-bedrijven de uitvoeringskosten voor het contract door de IB-Groep van het ministerie vergoed krijgen. In 1994 is hiermee een bedrag van f 6 mln gemoeid. Ad. 3.3 Naar aanleiding van de behandeling van het wetsvoorstel Stoeb in de Tweede Kamer wordt de fasering van het invoeren van de basisbeurs– verlagingen aangepast. Hierdoor wordt het besparingsverlies ten opzichte van de begroting 1994 beperkt (en uiteindelijk in 1996 meer dan volledig gecompenseerd). Ten opzichte van het totale financiële Stoeb-plaatje in het wetsvoorstel treedt nu in 1994 nog een besparingsverlies op van f 44,1 mln. Ad. 3.2 en 3.4 De geplande kasverschuivingen OV-Kaart zijn ingegeven door het kasmanagementbeleid. Voor een bedrag van f - 70,8 mln heeft dit betrekking op de afrekening van de huidige OV-kaart over de periode januari tot november 1994.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
Artikel 25.2 Garanties rentedragende lcningen Opbouw verplichtingen– an uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
1 000
1 000
1 000
1 000
Stand na 2e suppletoire begroting
1 000
800 1 800
Specificatie nieuwa mutaties (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
3. Beleidsmatige mutaties 1. Afkoop garanties
800 800
800 800
Totaal
800
800
Toelichting Ad. 3.1 Van de uitstaande garantieverleningen is inmiddels een aanzienlijk deel bij de betreffende bankinstellingen afgekocht. Dit leidt in 1994 tot een eenmalige verhoging van de uitgaven met f 0,8 mln. Het ligt in de bedoeling om ook de nu nog openstaande garanties af te kopen.
Beleidsterrein 25.00 Studiefinancieringsbeleid Opbouw ontvangstenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000) Ontvangsten Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting "994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
1 613 400 1 613 400 17 000 - 73 888
Stand na 2e suppletoire begroting
1 556 512
Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000) Ontvangsten 1. Technische mutaties a. Bijstellmg uit aanvullende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern) 2. Autonome mutaties Totaal
64312 32 200 32 112 - 138 200 -73888
Algemene toelichting: De ontvangstenraming studiefinanciering en onderwijsretributies dient volgens de laatste inzichten met f 73,9 mln neerwaarts te worden
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
70
bijgesteld ten opzichte van de 1e suppletoire wet. De totale ontvangsten– raming wordt daardoor met zo'n 4,5% verlaagd tot f 1556,5 mln. Hiervan heeft f 669,4 mln betrekking op de ontvangsten aan lesgeld en f 887,1 mln op de overige ontvangsten aan studiefinanciering. De neerwaartse bijstelling is het saldo van een verhoging met f 64,3 mln vanwege technische mutaties en een verlaging met f 138,2 mln als gevolg van autonome mutaties. Beleidsmatige mutaties worden niet voorgesteld. De technische mutaties zijn geheel toe te schrijven aan de ontvangsten studiefinanciering. Autonome mutaties worden zowel bij de lesgeld– ontvangsten (f + 18,2 mln) als bij de ontvangsten studiefinanciering (f– 156,4 mln) noodzakelijk geacht. De mutaties bij de lesgeldontvangsten en een deel van de mutaties op de WSF zijn al toegelicht bij ontwerpbegroting 1995. Ten opzichte van de stand 1994 volgens de ontwerpbegroting 1995 resteert een technische mutatie op de WSF van f - 25 mln en een autonome mutatie van - f 20 mln. Deze technische mutatie betreft de ontvangsten, zowel op kortlopende als op langlopende schulden, die niet relevant zijn voor het genormeerde financieringstekort. De autonome mutatie van - f 20 mln is een correctie op de raming van de relevante ontvangsten en heeft eveneens betrekking op zowel de kortlopende als de langlopende schulden. In de artikelsge– wijze toelichting worden deze mutaties nadertoegelicht. Artikel 25.1 Ontvangsten studiefinanciering Opbouw ontvangstenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000) Ontvangsten Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in le Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
959 200 959 200 20 000 - 92 088
Stand na 2e suppletoire begroting
887 112
Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000) Ontvangsten 1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvullende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern) 2. Autonome mutaties 1. Diversen Totaal
64312 32 200 32 112 - 156 400 - 156400 -92088
Toelichting: Ad. 1.b In de ontwerpbegroting 1995 is een mutatie van + f 57,2 mln voorge– steld en toegelicht, die betrekking heeft op externe overboekingen. Dit betreft de niet relevante ontvangsten en kent twee oorzaken: het feit dat ontvangsten op kortlopende schulden in relevant en niet relevant worden onderscheiden, en de hogere spontane aflossingen op rentedragende leningen.
Tweede Kamer, vprgaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
71
De laatste inzichten in de begrotingsuitvoering 1994 maken duidelijk dat de verwachte niet relevante meerontvangsten toch wat lager zullen uitvallen. Voor de niet relevante ontvangsten op kortlopende schulden (dit zijn rentedragende leningen die vanaf 1992 ten onrechte zijn verstrekt) gaat het om een verlaging met f 15 mln. De raming van de niet relevante ontvangsten op langlopende schulden (dit zijn de aflossingen op vanaf 1992 verstrekte rentedragende leningen) moet met f 10 mln omiaag worden bijgesteld. De totaal voorgestelde bijstelling komt daarmee uit op + f32,2 mln. Ad. 1.c Deze mutatie betreft desalderingen met het uitgavenartikel 25.01 en is aldaar reeds toegelicht.
AÖ2.1 In de ontwerpbegroting 1995 is de raming 1994 vanwege autonome mutaties met f 136,4 mln verlaagd. Dit is vooral het gevolg van lagere opbrengsten van de VASK-actie. Hiervoor was een opbrengst van f 410 mln geraamd, maar hierop is een tegenvaller van f 225 mln verwerkt. Daarnaast zijn ook enkele meevallende ontvangsten opgenomen. Dit betreft hogere ontvangsten renteloze voorschotten, hogere spontane aflossingen op rentedragende leningen en hogere rente-ontvangsten op leningen die vanaf 1992 zijn verstrekt. Ten opzichte van de ontwerpbegroting 1995 wordt een verdere verlaging van de raming voorgesteld van f 20 mln. Deze heeft voor f 10 mln betrekking op de kortlopende schulden en voor f 10 mln op de langlopende schulden. Deze bijstelling is het gevolg van de laatste inzichten in de begrotingsuitvoering 1994. In totaliteit wordt dus voorgesteld de begroting 1994 met f 156,4 mln te verlagen. Artikel 25.2 Lesgelden Opbouw ontvangstenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000) Ontvangsten Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
654 200
Stand na 2e suppletoire begroting
669 400
654 200 - 3 000 18 200
Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000) Ontvangsten 2. Autonome mutaties 1. Diversen 2. Leerlingen volume
18 200 300 17 900
Totaal
18 200
Toelichting: Ad. 2.1 Door de hoger dan verwachte deelname aan het v.o. en m.b.o. van 16tot 18-jarigen is ook het aantal lesgeldplichtige scholieren hoger. Hierdoor nemen de ontvangsten uit lesgeldheffing toe.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
72
Ad. 2.2 De loonindex die wordt gehanteerd voor het tussentijds bijstellen van de hoogte van het lesgeld valt lager uit dan in de vorige begroting werd verwacht. Dit heeft een negatief prijseffect op de lesgeldontvangsten tot gevolg. Een deel van dit effect is reeds bij Voorjaarsnota 1994 aangemeld. Het resterende deel wordt door deze mutatie in de begroting verwerkt.
Artikel 26.1 Bemiddeling wachtgelders Opbouw verplichtingen– en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbagroting (x f 1000)
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
Verplichtingen
Uitgaven
27 924
27 924
27 924 1 113 -10619
27 924 1 113 -10619
18 418
18 418
Stand na 2e suppletoire begroting Specificatie niauwe mutaties (x f 1000)
1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvul– lende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern) 2. Autonome mutaties 1. Diversen 3. Beleidsmatige mutaties Totaal
Verplichtingen
Uitgaven
-619
-619
131
131
-750 -10000 -10000
-750 -10000 - 10 000
-10619
-10619
Toelichting: Ad. 1.d De interne overboeking van f 0,75 mln. naar artikel 17.06 Personeel en Materieel is bestemd voor de personeelskosten van de ARBON (Commissie Arbeidsmarkt en Onderwijs). Ad. 2.1 Deze korting van f 10,0 mln. hangt samen met een verwachte onder– uitputting, in hoofdzaak op grond de door de RBA's voor arbeidsbemid– deling ingediende declaraties.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
73
Artikel 26.2 Overige rechtspositionele uitkeringen Opbouw verplichtingen– en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbagroting (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
318 669
318 669
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
318669 - 173 884 -23040
Stand na 2e suppletoire begroting
318669 - 173 884 -23040
121745
121745
Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000) Verplichtingen
1.
Uitgaven
Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvul– lende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern) 2 Autonome mutaties 1. Diversen 3. Beleidsmatige mutaties
- 20 639
- 20 639
-30218 2401
-30218 2401
7 178 -2401 -2401
7 178 -2401 -2401
Totaal
- 23 040
- 23 040
Toelichting: Ad. 1.a Op grond van de berekeningen van OCenW is voor voor extra wachtgelduitgaven als gevolg van de wet Terugdringing Beroep Arbeids– ongeschiktheidsregelingen (TBA) in 1994 f22,9 benodigd, terwijl een bedrag van f 11,4 uit de aanvullende post aan de begroting van OCenW is toegevoegd. Het restantbedrag zal worden toegevoegd indien deze wachtgelduitgaven zich daadwerkelijk blijken voorte doen.
De uitdeling over de verschillende beleidsterreinen van de toevoeging van f 11,4 mln., ten laste van dit artikel, is als volgt: Uitdeling TBA-gelden Arlikel PO VO BVE HBO WO OWB
18.04 19.04 20.02 21.02 22.04 23.01
TBA-gelden 3758 3 075 1 366 1026 1936 228
Totaal uitdeling
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
11389
74
Uit de aanvullende post van Financiën: Bij Najaarsnota: - TBA-gelden
11389
Ad. 1.ben2.1 Betreft een overboeking van f 2,4 mln. van BIZA voor het restant VUT-60. Dit budget is voor 1994 gebruikt voor de dekking van het tekort. Het budget voor latere jaren komt ten goede aan de arbeidsvoorwaarden. Ad. l.d In de eerste suppletoire wet 1994 is abusievelijk op artikel 26.06 een bedrag geparkeerd t.b.v. de maatregelen WW-bodem. In deze suppletoire wet wordt dit bedrag naar dit artikel overgeboekt.
Artikel 26.3 Vakbondsactiviteiten en Voorzieningen Opbouw verplichtingen– en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting
(x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
35 670
35 670
35670 601 -3637
35670 601 3363
Stand na 2e suppletoire begroting
32 634
39 634
Specif icatie nieuwe mutaties (x f 1000)
1.
Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvul– lende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern) 2. Autonome mutaties 1. Diversen 3. Beleidsmatige mutaties 1. Beleidsformatie CASO Totaal
Verplichtingen
Uitgaven
-3337
3663
-6637
363
3300 -1 500 -1 500 1 200 1 200 -3637
3300 -1 500 -1 500 1 200 1 200 3363
Toelichting: Ad. 1.d Voor het project «Vitaal leraarschap» heeft een interne overboeking plaatsgevonden van f 3,75 mln. De interne overboeking van f 0,25 mln. is een gevolg van de stopzetting, door het CBS, van de verzameling/ verwerking van gegevens als gevolg van de GEO (Grote Efficiency Operatie). Voortzetting van de IPTO (Integrale personeelstelling onderwijs) zal onder regime van CFI worden uitgevoerd in opdracht van het kerndepartement (AB/POA/0). De overboeking van f 0,2 mln. is bestemd voor de afronding van IPTO-werkzaamheden door het CBS.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
75
Ad. 2.1 De korting van f 1,5 mln. is een gevolg van de te verwachten onder– uitputting van voorzieningenbudget van dit artikel. Ad. 3.1 Voor de levering van beleidsinformatie uit CASO, ondermeer voor de berekening van de gemiddelde personeelslast, in– en uitstroomgegevens ten behoeve van voor– en nacalculatie, wordt dit artikel verhoogd met een bedrag van f 1,2 mln.
Artikel 26.5 Internationale Betrekkingen Opbouw verplichtingan– en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000) Verplichtingen
Uitgaven
21 310
24 564
21 310 666 -9949
24 564 4 768 -9949
12027
19383
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties Stand na 2e suppletoire begroting Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000)
1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvul– lende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern) 2. Autonome mutaties 3. Beleidsmatige mutaties Totaal
Verplichtingen
Uitgaven
-9949
-9949
7
7
-9956
-9956
-9949
-9949
Toelichting: Ad. 1.d De overboeking van f 9,95 mln. heeft voornamelijk betrekking op de overdracht van activiteiten op het gebied van bilaterale samenwerking en de daarbij behorende budgetten naar andere artikelen binnen de begroting. De specificatie van de mutatie ziet er als volgt uit:
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
76
(bedragen in duizenden guldens) Jaren: naar artikel a. 17.06: naar artikel b. 18.05: naar artikel c. 19.05: naar artikel d. 22.02: naar artikel e. 22.06: naar artikel f. 23.01: naar artikel g. 23.04: Artikel 26.05 wordt vermin– derd met totaal:
1994
1995
1 996
1997
1998
1999
449
359
349
359
349
359
187
152
177
152
177
152
695
695
695
695
695
695
1 462
1 362
1 462
4482 1 448
1 462
144
144
144
144
144
144
2551
2701
3267
3867
3867
3867
9956
5513
5994
6679
6594
6679
1362
ad a. Een naar artikel 17.06 structureel overgedragen budget van f 0,349 mln. in het jaar 1994 is bestemd voor de volgende activiteiten: studie– en delegatiebezoeken, het OCenW-aandeel in de PCZ-conferentie, bezoeken sub-commissies Onderwijs. Daarnaast is in het jaar 1994 eenmalig een bedrag van f 0,1 mln. overgeboekt ten behoeve van activiteiten in het kadervanEURYDICE. ad b. Het naar artikel 18.05 structureel overgedragen budget is bestemd voor activiteiten in het kader van de bilaterale samenwerking met Marokko, Suriname en Turkije. ad c. Het naar artikel 19.05 structureel overgedragen budget is bestemd voor de realisatie van aktiviteiten door het Europees Platform. ad d. Het naar artikel 22.02 overgedragen budget is bestemd voor de uitvoering van de Culturele Accoorden in het jaar 1994 door het Nuffic. ad e. Een naar artikel 22.06 structureel overgedragen budget van f 1,362 mln. in het jaar 1994 is bestemd voor activiteiten in het kader van de bilaterale samenwerking met de Verenigde Staten van Amerika, Japan, Egypte en Israël. Daarnaast is in het jaar 1994eenmalig een bedrag van f 0,06 mln. overgedragen voor het gasthoogleraarschap aan de univer– siteit van Michigan en een bedrag van f 0,026 mln. voor het Informatie– centrum Richtlijn Algemeen Stelsel (IRAS). ad f. Het naar artikel 23.01 structureel overgedragen budget is bestemd voor de Neerlandistiek in Zuid-Afrika. ad g. Het naar artikel 23.04 structureel overgedragen budget is bestemd voor activiteiten in het kader van de bilaterale samenwerking met Indonesië. Artikel 26.6 Loonbijstelling Opbouw verplichtingen– en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting ( x f 1000)
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties Stand na 2e suppletoire begrotmg
Verplichtingen
Uitgaven
58 386
58 386
58 386 - 18 005 - 38 965
58 386 - 18 005 - 38 965
1416
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
1416
77
Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000)
1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvul lende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (internl 2 Autonome mutaties 1. Diversen 2. Inc. loonsommutatie 3. Verschil ASM 3. Beleidsmatige mutaties Totaal
Verplichtingen
Uitgaven
17906
17906
16902 7700
16902 7700
-6696 -56871 -14855 13165 -55181
-6696 -56871 -14855 13 165 -55181
- 38 965
- 38 965
Toelichting: Ad. 1.a Het saldo van de post «bijstellingen uit de aanvullende posten» f 16,9 mln bestaat naast de toevoeging en verdeling van de ASM en Waggs 1994 uit drie grote componenten. namelijk: - een toevoeging van de post ABP-complex (onderdeel ASM) f 137,9 mln. - een decentrale verdeling hiervan over de beleidsterreinen - f 82,7 mln. - verdeling incidentele looncomponent PO en VO - f 37,3 mln. - verdeling reservering post loonstructuuronderzoek 1993 – f 2,1 mln. - overig reservering ASM niettoegelicht –f 1,1 mln.
In de eerste plaats de post algemene salarismaatregelen (ASM). Uit de aanvullende post bij Financiën is f 47 mln toegevoegd voor de ASM 1994, in verband met de aanpassing van de premies en afdrachten. Deze post is weer over de verschillende beleidsterreinen uitgedeeld. Onderdeel van de ASM is de post ABP-complex, in verband met (de vergoeding voor de kostenstijging voor overheidswerkgevers als gevolg van de privatisering van het ABP en de daarmee samenhangende wijziging van het bruto-netto traject). Uit de aanvullende post bij Financiën is f 137,9 mln toegevoegd voor het ABP-complex. Deze post is deels (f 82,7 mln) over de verschillende beleidsterreinen uitgedeeld. Het restant van f 55,2 mln is ingeleverd ten behoeve van het tekort 1994 (zie autonome mutaties). In de tweede plaats de post incidentele loonsommutatie. Vanuit de centrale reservering ten behoeve van de incidentele looncomponent voor de declaratiesectoren is een bedrag uitgedeeld aan het beleidsterrein primair onderwijs (f 10,3 mln) en het voortgezet onderwijs (f 27,0 mln). Door deze benodigde uitdeling ontstond er een tekort op de reservering van f 13,2 mln (zie autonome mutaties). In de derde plaats de post loonstructuur onderzoek. Van deze post, die al in 1993 structureel was uitgedeeld, stond nog een bedrag voor de maatregelen Onderwijs Ondersteunend Personeel (OOP). Deze post is uitgedeeld aan het beleidsterrein beroepsonderwijs en volwassenenedu– catie (f 1,2 mln) en het hoger beroepsonderwijs (f 0,9 mln). Het bedrag van f 14,9 mln dat nog als reservering voor deze post stond is ingeleverd ter dekking van het tekort 1994 (zie autonome mutaties).
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
78
Ad. 1.b Van het Ministerie van Binnenlandse Zaken is een bedrag van f 7,7 mln ontvangen uit het A&O-fonds. Dit bedrag was al over de beleidsterreinen uitgedeeld bij eerste suppletoire wet. Het gaat hier om een onderdeel van de onderwijs CAO. Ad. 1.d In de eerste suppletoire wet 1994 is abusievelijk op dit artikel een bedrag geparkeerd t.b.v. de maatregelen WW-bodem. In deze suppletoire wet wordt dit bedrag naar het juiste artikel overgeboekt (artikel 26.02). Ad. 2.2 Het tekort van f 13,2 mln is ontstaan op de reservering van het incidenteel voorde niet declaratiesectoren. Onderad. 1a. «bijstellingen uit de aanvullende posten» is det verschil reeds verklaard. in de begroting 1995( TK 1994-1995, 23 900) is op blz 260 en 261 meer in zijn algemeenheid aandacht besteed aan de werking van de incidentele looncomponent. Ad. 2.1 Het overschot van f 14,9 mln is ontstaan op de parkering van de maatregelen voor het OOP. Dit overschot is ingeleverd ter dekking van het tekort 1994. Ook deze mutatie heeft een relatie met de eerder genomde post «bijstellingen uit de aanvullende posten». Ad. 2.3 Het overschot van f 55,2 mln is ontstaan op de post ABP-complex. Dit overschot is ingeleverd ter dekking van het tekort 1994 (zie aanvullende posten).
In de eerste plaats ontstaat dit overschot door een wijziging in het penioenbijdrageverhaal (bijdrage door de werknemer). Vanwege de samenstellling van het personeelsbestand in het onderwijs leidt deze, in verhouding tot overige overheidssectoren, tot hogere ontvangsten voor de werkgever. In de tweede plaats is in de uitdeling rekening gehouden met een volledig kaseffect in 1994 van 8 maanden; de premiewijziging voor het pensioenbijdrageverhaal is per 1 mei 1994 ingegaan. Door OCenW wordt de afdracht van december 1994 in januari 1995 betaald en verantwoord, zodat het kaseffect voor 1994 op 7 maanden uitkomt. Onderstaande tabel geeft de uitdeling aan van de post loonbijstelling naar de diverse artikelen. In het tweede deel van de tabel wordt inzicht gegeven wat er in totaliteit vanuit de «aanvullende post van Financiën naar de begroting van OCenW is overgebracht. Bij de genoemde artikelen in de tabel, zijn in de mutatiepost «bijstel– lingen uit de aanvullende posten», deze uitdelingen verwerkt. Deze verwerking is bij de afzonderlijke artikelen niet meer toegelicht. Gelet op het repeterend karakter van de toelichtingen is er voor gekozen om dit éénmalig op dit artikel te doen. Zie hiervoor danook de toelichting zooals bovenstaand gegeven.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
79
Uitdeling poiten loonbijstelling Artikel
ASM
1994
Ministerie
PO VO
BVE
HBO WO OWB
Overige
17.06 17.07 17.08 17.09 18.01 19.01 19.02 19.03 19.04 19.05 20.01 20.02 20.03 21.01 22.06 23.01 26.01 26.02 26.03 26.05 26.06
389
Einde– ABP– jaars– complex uitke– r'rng 1011
12474 10292
Waggs LSO/OOP
Inci– denteel
Totaal Uitde– ling
944
2344
400 293 24
400 293 24
7 545 24 472
30319 61764
10 300 27 000
929 273 924 738
4397
10 766
140 141
343 345
3596 8289 1 080
13 046 17 509 2 668
31 358 27 2 50
929 273 924 738
1 226
589
16978 483 486
919
17561 25890 6544
92 2 796
100
131
1 135
1493
86 5 157
113 7 207
Totaal uitdeling
41 266
1011
82702
3477
2145
37300
167 902
Uit de aanvullende post van Financiën: Bij Miljoenennota: - Waggs-bijstelling - ASM 1994 Bij Najaarsnota: - ASM 1994 - ABP-complex Totaal uit de aanvul– lende post van Financiën
25697
3477
1 011
16778 137 883
42475
1011
137883
3477
Artikel 26.8 Centraal beheerde middelen Opbouw verplichtingen– en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000)
Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijkvastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties Stand na 2e suppletoire begroting
Verplichtingen
Uitgaven
31 950
31 950
7600 24350 203 254 - 223 005
-7600 24350 203 254 - 223 005
4599
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
4599
80
Specificatie niauwe mutaties (x f 1000)
1. Technische mutaties
Verplichtingen
Uitgaven
-7075
-7075
a. Bijstellmg uit aanvul– lende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern) 2 Autonome mutaties 1. Diversen 2. Leerlingen volume 3 Beleidsmatige mutaties 1. Blokkade sportvelden 2. Verkoop sportvelden 3. Wereldtentoonstelling
-7075 -174803 - 27 803 -147000
Totaal
-223005
-41 127 - 50 000
-7075 -174803 - 27 803 - 147 000 -41 127 - 50 000
7500
7500
1 373
1 373
-223005
Toelichting: Ad. 1.d Op dit artikel staan de projectgelden voor het ministerie geparkeerd. Met een overboeking wordt het benodigde bedrag (f7,1 mln.) overge– boekt naar beleidsterrein 17 waar de uitgaven worden gepleegd. Ad. 2.1 Tijdens het uitvoeringsjaar ontstaan ertekorten en overschotten. Deze bedragen worden op dit artikel geparkeerd. Bij deze suppletoire wet worden alle bedragen die niet noodzakelijktot uitgaven leiden ingeleverd ter dekking van het tekort 1994. Ad. 2.2 De post leerlingenvolume. Voor de asielzoekers is bij eerste suppletoire wet 1994 een bedrag toegevoegd van 147 mln. Dit bedrag wordt nu uitgedeeld overde beleidsterreinen: PO f87,0mln. VO f 42,5 mln. BVE f6,0mln. Infra f11,5mln. Ad. 3.1 en 3.2 Als gevolg van het intrekken van het wetsvoorstel Verkoop sportvelden is het bedrag dat in de begroting 1995 geraamd (en vervolgens geblok– keerd) was voor de opbrengst sportvelden, komen te vervallen. Zie tevens de toelichting bij beleidsterrein 24.00 en de bijbehorende artikelen. Ad. 3.3 Bij eerste suppletoire wet 1994 is van dit artikel een bijdrage geleverd ten behoeve van de wereldtentoonstelling 1996 in Boedapest. De tentoonstelling is afgelast. Hierdoor krijgt OCenW 85%, een bedrag van f 1,4 mln. terug van de geleverde bijdrage. De overgebleven 15% is door het Ministerie van Algemene Zaken gebruikt om de reeds aangegane verplichtingen te betalen.
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
81
Artikel 26.1 Ontv. overige prog. uitgaven Opbouw ontvangstenratningen vanaf de stand ontwerpbegroting (x f 1000) Ontvangsten Stand ontwerpbegroting 1994 Nota van wijziging Amendementen Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1994 Mutaties in 1e Suppletoire begroting 1994 Nieuwe mutaties
46 319 46319 - 6 014 - 40 086
Stand na 2e suppletoire begroting
219
Specificatie nieuwe mutaties (x f 1000) Ontvangsten 1. Technische mutaties a. Bijstelling uit aanvullende posten b. Overboekingen (extern) c. Desalderingen d. Overboekingen (intern) 2. Autonome mutaties 1. Diversen 3. Beleidsmatige mutaties Totaal
-86
-86 - 40 000 -40 000 - 40 086
Toelichting: Ad. 1.d Het betreft hier een overboeking naar artikel 22.01 ais aandeel van de Rijksuniversiteit Leiden in de jaarlijkse huurlasten van het Nederlandse Instituut in Caïro. Ad. 2.1 In de begroting 1995 (bladzijde 286) is reeds aangegeven dat er rekening mee wordt gehouden dat de subsidiebijdrage voor onderwijs– doelen van het Europees Sociaal Fonds van f 40 mln. in 1994 niet worden gerealiseerd.
De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, J. M. M. Ritzen
Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 24 022, nr. 2
82