Toelichting bestemmingsplan Reparatieplan Buitengebied Texel

Toelichting

bestemmingsplan “ Reparatieplan Buitengebied Texel” Planstatus: ontwerp Datum: 2016-07-13 Plan identificatie: NL.IMRO.0448.BUI2016BP0001-on01 Auteur: Gemeente Texel Team Beleid

1 Inleiding..................................................................................................................................... 4 1.1 Algemeen............................................................................................................................ 4 2 Planbeschrijving ......................................................................................................................... 5 2.1 Toelichting .......................................................................................................................... 5 2.2 Regels ................................................................................................................................. 5 2.3 Verbeelding......................................................................................................................... 6 3 Economische uitvoerbaarheid en grondexploitatie ....................................................................... 8 3.1 Economische uitvoerbaarheid .............................................................................................. 8 3.2 Grondexploitatie.................................................................................................................. 8

2

3

1 Inleiding 1.1 Algemeen Op 12 juni 2013 is het bestemmingsplan Buitengebied Texel 2013 door de gemeenteraad vastgesteld. Tegen het bestemmingsplan is beroep ingesteld bij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State. Op 14 april 2015, onder nummer 201309926/1/R1, heeft de Afdeling in de hoofdzaak uitspraak gedaan. Enkele beroepen zijn gegrond verklaard, enkele delen van het plan zijn vernietigd zodat op die locaties het oude bestemmingsplan weer van kracht is geworden. Ook is er door de Afdeling opdracht gegeven aan de gemeenteraad om op verschillende punten het plan te herstellen. Dit reparatieplan voorziet hier in.

Tot slot zijn in de afgelopen periode enkele ommissies in het bestemmingsplan gebleken. Deze worden eveneens met dit reparatieplan hersteld (ambtshalve aanpassingen).

In de navolgende planbeschrijving worden niet alle aanpassingen beschreven, de meeste aanpassingen zijn herstelde ommissies en ondergeschikte tekstaanpassingen die voor de inhoud van de bestemming van ondergeschikte betekenis zijn. Deze behoeven geen nadere toelichting. Enkele aanpassingen in de regels en de verbeelding verdienen een nadere toelichting.

In bijlage 1 'Reparaties naar aanleiding van de uitspraak Raad van State dd 15 april 2015', en bijlage 2 'Reparaties - ambtelijke wijzigingen' bij deze toelichting is schematisch weergegeven welke wijzigingen worden gedaan en is kort de reden en motivatie aangegeven.

4

2 Planbeschrijving 2.1 Toelichting Er zijn geen aanpassingen in de toelichting.

2.2 Regels Bij de wijzigingen in de regels staan in cursief weergegeven, aanwijzingen hoe de betreffende tekst gelezen moet worden.

Naar aanleiding van de uitspraak van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State van 14 april 2015, zijn in de regels de volgende aanpassingen gedaan:

De bestemming 'Agrarisch - Binnenduinrand' artikel 3.1: aangevuld is de mogelijkheid voor inpandige huisvesting van tijdelijk personeel binnen de daartoe opgenomen aanduiding op de verbeelding. (locatie Witteweg 7a, ivm reparatie naar aanleiding van de uitspraak van de Raad van State)

De bestemming 'Agrarisch - Oude land' artikel 5.1: er is een regeling opgenomen voor recreatieve appartementen ter plaatse van de daartoe op de verbeelding opgenomen maatvoering.

De bestemming 'Recreatie - Verblijfsrecreatieve terreinen' artikel 37.1: hier is het gebruik als tweede woning van een zomerhuis mogelijk gemaakt ter plaatse van de daartoe op de verbeelding opgenomen aanduiding. (locatie Monnikenweg 5, ivm reparatie naar aanleiding van de uitspraak van de Raad van State)

De bestemming 'Recreatie - Verblijfsrecreatieve terreinen' artikel 37.2.8 sub c: hierin is de regeling voor afschermende windsingels genuanceerd, zodat indien er reeds op andere wijze een goede landschappelijke inpassing gewaarborgd is, deze singel van 7 meter niet verplicht is.

De bestemming 'Wonen' artikel 50.4.4 sub d: aangevuld is dat logies met ontbijt tot een maximum van 6 slaapplaatsen per woning/wooneenheid is toegestaan.

De bestemming 'Wonen' artikel 50.4.4. sub d: aangevuld is dat verblijfsrecreatie mogelijk is in recreatieve appartementen ter plaatse van de daarvoor op de verbeelding opgenomen 5

maatvoering. Deze komt met name voor op monumentale stolpen, die voorheen tot een agrarisch bedrijf behoorden.

Verder zijn er diverse ambtshalve aanpassingen van de regels opgenomen.

Een van de belangrijkste daarvan is een nieuwe regeling voor bebouwing op het strand in artikel 32. Gebleken is dat op grond van het bestemmingsplan Buitengebied Texel 2013 van 12 juni 2013, een kiosk kon wijzigne in een paviljoen en omgekeerd. dit was uitdrukkelijk niet de bedoeling van de geldende strandnota. het beleid uit de strandnota was dus niet geheel juist vertaald in het bestemmingsplan. Dat wordt nu rechtgezet in die zin dat elke bebouwingsvorm van paviljoen, kiosk of pavikiosk, zijn eigen aanduiding krijgt. Voor het overige blijft de regeling hetzelfde.

Ook zijn de parkeerbeleidsregels verankerd in het plan, nu deze niet meer in de bouwverordening zijn geregeld. hiervoor wordt een nieuw artikel opgenomen in de algemene regels

Tot slot wordt gemeld dat de bijlage 'lijst met beroeps- of bedrijfsactiviteiten aan huis' is gewijzigd de naam van de bijlage wordt gewijzigd in "beroep aan huis of kleinschalige bedrijfsmatige activiteit aan huis".

2.3 Verbeelding Naar aanleiding van de uitspraak van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State van 14 april 2015, zijn op de verbeelding de volgende aanpassingen gedaan:

1. Hoofdweg 132: buitenprivaat opgenomen in bouwvlak; 2. Grensweg 18: recreatievf opstal in garage voorzien van een aanduiding; 3. Oosterenderweg 2: bouwvlak aangepast aan vergunde situatie en terugbrengen twee agrarische bouwvlakken; 4. Oosterenderweg 8: woonbestemming opgenomen op voormalige agrarische bedrijfswoning; 5. De Zeshonderd 9: bestemming 'Bedrijf - Agrarisch loonbedrijf' opgenomen; 6. Nabij Paal 21 (klimbos): bestemming gewijzigd in 'Natuur' (conform Provinciale Ruimtelijke Verordening); 7. Krimweg 44: de bestaande bedrijfsschuur is bestemd als "Bedrijf - opslag", de overige gronden hebben de bestemming 'Tuin' gekregen; 8. Pontweg nabij 17: aanduiding verkooppunt moterbrandstoffen zonder lpg is vernietigd, onderliggende verkeersbestemming is gehandhaafd; 6

9. Witteweg 7a: functieaanduiding opgenomen voor inpandige huisvesting tijdelijk personeel ten behoeve van het ter plaatse gevestigde eigen agrarische bedrijf; 10. Nieuwlanderweg 6: bouwvlak vergroot naar 1 hectare; 11. Witteweg 15: woonbestemming met maatvoering 2 recreatieve opstallen opgenomen; 12. Monnikenweg 5: woonbestemming omgezet in verblijfsrecreatieve bestemming met daarop de aanduiding voor gebruik als tweede woning; 13. Waalderweg 104: bouwvlak aangepast zodat bestaande bebouwing daarin valt, 20 slaapplaatsen toegekend; 14. Randweg 1: 20 recreatieve slaapplaatsen toegevoegd; 15. Vuurtorenweg 5 - 23: bestemming deels gewijzigd van verblijfsrecreatief gebouw in verblijfsrecreatief terrein. Een nadere motivering voor de aanpassingen in het plan staat schematisch weergegeven in de bijlage bij deze toelichting

Tot slot zijn ambtshalve nog enkele aanpassingen gedaan. Een van de belangrijkste hiervan is het opnemen van extra slaapplaatsen voor logies met ontbijt op de locaties Stolpweg 35 en Hoofdweg 116. (verwerking regeling logies met ontbijt)

Een andere belangrijke wijziging is de bouwaanduiding op het strand in de bestemming Natuur - kustzone. De aanduidingen zijn specifiek gemaakt zodat per aanduiding duidelijk is of daar een kiosk, pavikiosk of een paviljoen gebouwd mag worden. Wijziging hiertussen is niet meer mogelijk. Dit is conform het beleid zoals dat is opgenomen in de Strandnota uit 2009.

Eventuele dubbelbestemmingen en gebiedsaanduidingen die in het bestemmingsplan Buitengebied Texel 2013 over de nu opgenomen bestemmingsvlakken zijn gelegen, maken geen deel uit van dit reparatieplan. Deze dubbelbestemmingen en gebiedsaanduidingen hebben en houden rechtskracht op basis van het bestemmingsplan Buitengebied Texel 2013.

7

3 Economische uitvoerbaarheid en grondexploitatie 3.1 Economische uitvoerbaarheid Door dit reparatieplan worden alle benodigde wijzigingen/reparaties die de afgelopen periode bekend zijn geworden (ambtshalve en naar aanleiding van de uitspraak op beroep) in één keer vastgesteld als reparatie van het bestemmingsplan Buitengebied Texel 2013.

Het aantonen van de economische uitvoerbaarheid van het plan door middel van een cijfermatige opzet, is voor dit bestemmingsplan niet aan de orde.

3.2 Grondexploitatie Door middel van de grondexploitatieregeling in de Wet ruimtelijke ordening (Wro) en het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) beschikken gemeenten over mogelijkheden voor het verhalen van kosten voor bijvoorbeeld bouwen woonrijp maken en hebben zij sturingsmogelijkheden, omdat in het geval van grondexploitatie door derden diverse eisen en regels gesteld kunnen worden. Indien er sprake is van bepaalde bouwplannen, dient de gemeente hiervoor een exploitatieplan op te stellen, tenzij voornoemde kosten "anderszins verzekerd" zijn, bijvoorbeeld door overeenkomsten of eigen gronduitgifte, en het stellen van eisen met betrekking tot kwaliteit en fasering niet noodzakelijk wordt geacht. Een combinatie van een exploitatieplan en overeenkomsten is ook mogelijk.

De onderhavige reparatie heeft een conserverend karakter, waarbij de bestaande situatie als uitgangspunt geldt en met inachtneming van de actuele bouwen gebruiksregels wordt vastgelegd. In het plangebied worden slechts beperkte bouwmogelijkheden geboden, die kunnen worden aangemerkt als aangewezen bouwplan zoals bedoeld in artikel 6.2.1 van de Bro. Het betreft particuliere initiatieven waaraan in de meeste gevallen geen kosten voor de gemeente zijn verbonden, afgezien van kosten van het ambtelijk apparaat voor de begeleiding en toetsing van aanvragen. Deze kosten worden in voorkomend geval door middel van leges gedekt.

8

Bijlagen bij toelichting


Bijlage 1 bij de toelichting Reparaties naar aanleiding van de Uitspraak Raad van State dd 15 april 2015 Nr.

Adres

Onderwerp

Samenvatting uitspraak RvS

Voorstel voor reparatieplan Regels

Toelichting

Verbeelding

1

Hoofdweg 132

Bezwaar tegen het toegekende bouwvlak voor wonen (het buitenprivaat is in het agrarische gebied komen te liggen)

Gegrond, plandeel vernietigd: buitenprivaat moet in woonbestemming + bouwvlak vallen

Bouwvlak is aangepast zodat het buitenprivaat erbinnen valt.

2

Grensweg 18

Beroep tegen het niet als zodanig opnemen van de bij de woning aanwezige recreatieve opstal met bijbehorende slaapplaatsen Beroep tegen het niet omzetten van de woning met de bestemming “wonen ten behoeve van de recreatieve bestemming” naar “wonen”.

Ro-tje valt 2x onder overgangsrecht: niet gemotiveerd waarom. Beroep op dit punt gegrond, voor het overige ongegrond (woning blijft bedrijfswoning binnen de bestemming recreatie).

De bestemming R-RO opgenomen voor de bestaande recreatieve opstal in de ‘garage’.

3

Oosterenderweg 2

Bezwaar tegen het niet beantwoorden van een groot deel van de zienswijze Bestaande bedrijfsbebouwing is ten onrechte ten dele niet positief bestemd Functieaanduiding ‘specifieke vorm van agrarische – plattelandswoning’ ten onrechte toegekend aan het perceel van Bakker. Bezwaar tegen verschillende archeologische dubbelbestemmingen. Vrijstelling voor kamperen bij de boer en huisvesten tijdelijk personeel in kampeermiddelen is ten onrechte niet rechtstreeks bestemd. Bezwaar tegen de maximale bouwhoogte van bedrijfsgebouwen en overkappingen, de maximale hoogte van folietunnels. Bezwaar tegen het niet kunnen plaatsen van woonunits voor de huisvesting van tijdelijk personeel. Bezwaar tegen de vorm van de bouwvlakken en onpraktische ligging van het erfgebied in relatie tot ontwikkeling van de minicamping. Bezwaar tegen onduidelijkheid of gronden aan het areaal landbouwgrond op Texel zijn onttrokken. Bezwaar tegen het ten onrechte reeds leggen van natuurbestemmingen in gebied Waal en Burg.

Deels gegrond: Voorafgaand aan de opname van de status plattelandswoning had beoordeeld moeten worden of ter plaatse een gezond woon – en leefmilieu gegarandeerd kon worden.

Bezwaar tegen agrarische bestemming met bouwvlak. Bezwaar tegen de mogelijkheid dat zich een agrarisch bedrijf vestigt, en bedrijfsgebouwen worden gebouwd in de nabijheid van de woning.

In samenhang met locatie hierboven (Oosterenderweg 2) Deels gegrond te weten voor het plandeel met de bestemming agrarisch Oude Land met bouwvlak op de gronden van appellant. De raad had moeten onderzoeken en afwegen of een gezond woon- en leefklimaat gewaarborgd kon worden voor de woning van appellant.

4

Nabij Oosterendeweg 8

De afgegeven omgevingsvergunning voor de twee loodsen is niet goed verwerkt in het plan: valt nu buiten bouwvlak. De afgegeven vrijstelling voor 10 kampeermiddelen (kamperen bij de boer) is niet verwerkt in het plan, terwijl ook geen afwijking cf het nieuwe plan is afgegeven. Een deel van het tweede bouwvlak is vernietigd. Rest is ongegrond (bezwaar archeologie, bouwmogelijkheden, ligging en grootte van het bouwvlak, verzoek voor 2e dienstwoning)

In de regels is een nieuwe gebiedsaanduiding opgenomen: Milieuzone - bufferzone In de bestemming Agrarisch – Oude Land is toegevoegd een regel voor de aanduiding specifieke vorm van recreatie – kamperen bij de boer

Aan de toelichting is toegevoegd het bedrijfsplan zoals ingediend door de eigenaar van Oosterenderweg 2, waaruit blijkt dat er daadwerkelijk sprake is van 2 agrarische bedrijven, hetgeen onderbouwt waarom er twee agrarische bouwvlakken moeten blijven bestaan.

In overleg met beide partijen is een woonbestemming opgenomen voor de woning Oosterenderweg 8, zijn de 2 agrarische bouwvlakken voorzien van een passend bouwvlak, en is er een buffer opgenomen in de vorm van een milieuzone, waarbinnen niet gebouwd mag worden, om te waarborgen dat de afstand tussen de woning en een emissiepunt van het agrarische bedrijf, nooit kleiner wordt dan 50 meter. Aanduiding specifieke vorm van recreatie – kamperen bij de boer opgenomen conform de voorheen afgegeven vrijstelling, zoals uitgesproken door de Raad van State.

Zie hierboven, is in samenhang behandeld.

Nr. 5

Adres De Zeshonderd 9 Boodtlaan 57 Doolhof diverse

Onderwerp Beroep tegen het legaliseren van de mesthandel aan de Zeshonderd 9. Beroep tegen de gebruiksmogelijkheden van het perceel aan de Boodtlaan 57 (nabij Paal 21, De Koog). (klimbos) Beroep tegen de uitgebreide bouwontwikkelingen bij de Doolhof. Beroep richt zich op het toestaan van recreatief (mede)gebruik bij verschillende (natuur en agrarische) bestemmingen Beroep tegen de mogelijkheden voor mestopslag buiten bouwvlakken van agrarische bestemmingen.



Het beroep tegen het bestemmen van een Bedrijf – agrarisch loonbedrijf op de locatie De Zeshonderd 9 is gegrond. Dit was namelijk in strijd met de Provinciale Ruimtelijke Verordening Structuurvisie (PRVS) art 28 lid 5

Toelichting

Verbeelding De Zeshonderd, de mestzak in de bedrijfsbestemming. De strijd met artikel 28 lid 5 PRVS is niet meer aan de orde, nu de provincie dit artikel uit de verordening (nu: PRV) heeft geschrapt. De zelfde bestemming opnemen (Bedrijfagrarisch loonbedrijf).

Doolhof 9: ongegrond Klimbos: gegrond (bos had natuur moeten zijn. Nu strijd met PRVS art 19.

Klimbos. De bestemming ‘Bos’ had in navolging van de Provinciale Ruimtelijke Verordening de bestemming ‘Natuur’ moeten zijn. Dit is aangepast voor het perceel dat nu vernietigd is en voor alle percelen met de bestemming “Bos” die in de EHS (nu : NNN) liggen. Verzoeker van Klimbos heeft in een gesprek bij de gemeente d.d. 25 juni 2015 aangegeven niet langer te voelen voor nieuwe planologische procedures om het Klimbos alsnog mogelijk te maken.

6

Rozendijk 16/16a

Bezwaar tegen het afwijzen van het verzoek om een bestemming “cultuur en ontspanning” dan wel “recreatieverblijfrecreatieve gebouwen” op te nemen. Discussie over de begrippen woonhuis/woning/wooneenheden. De afwijkingsbevoegdheid voor 4 recreatieappartementen dient voor alle behoudenswaardige stolpen of boerderijen te gelden, ongeacht de bestemming wonen of agrarisch. Het begrip stolp dient verruimd te worden.

Deels gegrond: de regeling van de uitzondering strijdig gebruik waarbij max 6 slaapplaatsen worden toegestaan, is gekoppeld aan het begrip bouwwerk, ipv aan het begrip woning of wooneenheid. Rest ongegrond. Voorgesteld wordt de regels aan te passen in die zin dat de uitzondering op het strijdige gebruik waarbij maximaal 6 slaapplaatsen worden toegelaten als logies met ontbijt in de woning, gekoppeld wordt aan het begrip wooneenheid (ipv aan het begrip bouwwerk). Zie ook lijst met ambtshalve wijzigingen, nav meer slaapplaatsen voor logies met ontbijt.

Artikel 50.4.4 (Wonen/strijdig gebruik) sub d wordt gewijzigd in: Het gebruik van de gronden en bouwwerken ten behoeve van verblijfsrecreatieve doeleinden anders dan: - In de recreatieve opstal ter plaatse van de maatvoering ‘maximum aantal recreatieve opstallen’ -Logies met ontbijt ondergeschikt aan de woonfunctie en tot een maximum van 6 slaapplaatsen per woning/wooneenheid, verdeeld over maximaal 3 slaapkamers, tenzij ter plaatse van de aanduiding ‘maximum aantal slaapplaatsen’ in welk geval

Nr.

Adres

Onderwerp



Toelichting

Verbeelding

het aantal slaapplaatsen ten hoogste het ter plaatse aangegeven aantal mag bedragen’. - in een recreatief appartementen ter plaatse van de maatvoering ‘maximum aantal recreatieve opstallen’ 7

Krimweg 44

Bezwaar tegen de onmogelijkheid seizoensmedewerkers in kampeermiddelen te huisvesten. Bezwaar tegen de bestemming bedrijf-opslag ipv bedrijf. Bezwaar tegen het niet positief bestemmen van de bestaande loods. Bezwaar tegen verbeelding voor zover bestaande bebouwing buiten bouwvlak valt.

Dit deel van het besluit is vernietigd: Er moet een nieuwe invulling voor deze locatie gemaakt worden, recht doend aan de uitspraak en de situatie ter plaatse..

Er is een overeenkomst gesloten met de eigenaren van Krimweg 44, die voorziet in een inspanningsverplichting voor de gemeente om de 10 stacaravans op het perceel te voorzien van een tijdelijke omgevingsvergunning en het positief bestemmen van de bestaande stenen loods. De bestaande loods krijgt de bestemming ‘Bedrijf – opslag’, de overige gronden de bestemming ‘Tuin’.

8

Krimweg 44

Bezwaar tegen de mogelijkheden voor huisvesting van seizoensmedewerkers en bezwaar tegen de bedrijfsbestemming op het achterliggende perceel.

Zie bij locatie Krimweg 44, beroep inzake bestemming aldaar gegrond, deel vernietigd. Rest is ongegrond (te grote woon/tuinbestemming)

Zie hierboven, deze zaken zijn in samenhang behandeld.

9

Pontweg 17

Bezwaar tegen mogelijkheid realisatie verkooppunt voor motorbrandstoffen aan de Pontweg.

Gegrond. Het plandeel is vernietigd, er had onderzoek gedaan moeten worden naar de aanvaardbaarheid van een nieuwe benzinepomp op die plek. Dit wordt niet gerepareerd. Er blijft een verkeersbestemming rusten op de betreffende plandelen, zonder de mogelijkheid om ter plaatse een benzinepomp te realiseren. In de praktijk bleek deze pomp om meerdere redenen al niet realiseerbaar (strijd met provinciaal beleid en bovendien grond in eigendom bij provincie). Verzoeker kijkt naar een andere locatie om een benzinepomp te realiseren.

10

Witteweg 7a

Beroep tegen de weigering om voor haar bestaande en legaal aanwezige bedrijf een bouwvlak op te nemen.

Deels gegrond: de afgegeven vrijstelling voor inpandige personeelsverblijven dient opgenomen te worden. Voor de rest ongegrond (Er behoeft geen agrarisch bouwvlak te worden opgenomen)

In het artikel Agrarisch – Binnenduinrand is een regel opgenomen in de bestemmingsomschrijving waarin staat dat het huisvesten van

Er zal een functieaanduiding opgenomen worden waarin is geregeld dat ter plaatse inpandige personeelsverblijven zijn toegestaan.

Nr.

Adres

Onderwerp



Toelichting

Verbeelding

personeel is toegestaan ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke vorm van bedrijf – inpandige personeelsverblijven’. 11

Nieuwlanderweg 6

Beroep tegen onjuiste uitvoering van het amendement om een zelfstandig agrarisch bouwvlak toe te kennen. (toegekende bouwvlak te klein)

Gegrond; de raad heeft ten onrechte een te zwaar belang gehecht aan de eigendomssituatie ter plekke.

Er is een groter bouwvlak opgenomen conform de wens van verzoeker, zoals ingediend tijdens de beroepsfase.

12

Witteweg 15

Bezwaar tegen het niet opnemen van de mogelijkheid om inpandige recreatieve opstallen uitpandig op het perceel te plaatsen. Tevens bezwaar tegen het niet positief bestemmen van het vergunde horeca bedrijf.

1 punt is gegrond: de afgegeven bouwvergunning voor een restaurant is niet vertaald in het bestemmingsplan. Dat had wel gemoeten

In overleg met de eigenaar is gezocht naar een goede planologische invulling van het perceel, nu de Raad van State dit plandeel had vernietigd. Er is een woonbestemming opgenomen met 2 recreatieve opstallen, met zoveel mogelijk clustering van de bebouwing. De omgevingsvergunning voor het restaurant, die nimmer is uitgevoerd, zal ingetrokken worden. De nieuwe invulling geeft minder landschappelijke verstoring en druk op de omgeving, dan de eerder vergunde situatie.

Deel van het besluit = vernietigd

13

Monnikenweg 5

Bezwaar tegen de bestemming tweede woning (en bijbehorende bouwmogelijkheden) op het perceel Monnikenweg 5.

Gegrond. Het opnemen van de woonbestemming is verstedelijking en dat komt in strijd met de PRVS Extra opmerking: reparatie van de windsingel verplichting: het toevoegen van de woorden “indien noodzakelijk” geeft rechtsonzekerheid. Art 37.2.8 = vernietigd De regeling voor de afschermende windsingel is vernietigd. Voorgesteld wordt een nieuwe verbeterde regel op te nemen. Zie ook lijst met ambtelijke wijzigingen.

14

Waalderweg 104

Bezwaar tegen het niet bestemmen van 20 slaapplaatsen en het niet opnemen van uitbreidingsmogelijkheden van het perceel richting Marsweg. Bezwaar tegen de grens van het bouwvlak. Bezwaar tegen de eis van het hebben van

Deels gegrond: Het oude groepsverblijf ligt buiten het bouwvlak, daardoor valt dit onder het overgangsrecht. De raad heeft dit niet

37.2.8 sub c wordt: Aan de buitenkant van het terrein moet een afschermende windsingel geplant en in stand gehouden worden met een minimale breedte van 7 meter, indien niet reeds op andere wijze een goede landschappelijke inpassing gewaarborgd is.

Het betreffende pand heeft de bestemming recreatie – recreatieve terreinen gekregen, met 5 slaapplaatsen, zodat er een zomerhuis geplaatst kan zijn. Verder is de locatie voorzien van een functieaanduiding die het mogelijk maakt dat dit zomerhuis ook gebruikt mag worden voor permanente bewoning.

De functieaanduiding ‘specifieke vorm van wonen – tweede woning’ wordt toegevoegd aan artikel 37. De ommissie tussen plankaart en regels zal worden hersteld door in de bestemmingsomschrijving op te nemen dat ter plaatse van

Rond de bestaande bebouwing (het oude groepsverblijf) wordt een bouwvlak opgenomen zodat het

Nr.

Adres

Onderwerp een afschermende windsingel van 7 meter rond het terrein. Bezwaar tegen de binnenplanse wijzigingsmogelijkheid ter vermindering van het aantal slaapplaatsen. Bezwaar tegen de onduidelijke formulering van de voorwaarden bij de 25%-uitbreidingsregel.

Samenvatting uitspraak RvS gemotiveerd. Ommissie: geen link tussen de aanduiding op de verbeelding en de regels voor de inpandige appartementen in de stolp. Voor het overige is het beroep ongegrond.

15

16

Randweg 1 Maaikeduinweg 15

Vuurtorenweg 5-23

Randweg 1 Bezwaar tegen het verkleinen van het bebouwingsvlak. Bezwaar tegen het niet opnemen van 112 slaapplaatsen in plaats van 92 Bezwaar tegen de weigering om analoog aan de regeling voor familiehuizen in artikel 37 “recreatie verblijfsrecreatieve terreinen” per persoon 20 m2 bebouwd oppervlak in het plan op te nemen in plaats van de huidige 13 m2 en het bebouwd oppervlakte te verruimen. Maaikeduinweg 15 Bezwaar tegen het afwijzen om hun stolp te splitsen in 2 woningen en het afwijzen van de mogelijkheid om 2 recreatieappartementen in de stolboerderij te realiseren.

Deels gegrond: het verzoek om 20 extra slaapplaatsen te bestemmen had beoordeeld moeten worden: was dit concreet genoeg en past het binnen het beleid? Je mag niet naar voren wijzen naar een in de toekomst te voeren procedure.

Bezwaar tegen de splitsing en het verkleinen van het bebouwingsvlak ten opzichte van het geldende bestemmingsplan. Bezwaar tegen het niet respecteren van bestaande rechten en belangen (niet meer toe staan dat recreatieeenheden losstaand mogen worden gerealiseerd).

Beroep deels gegrond: bestemming vernietigd, 3 losse huisjes + verplaatste Ro-tje als Ro-tje mogelijk maken.

Rest ongegrond . (splitsing woonhuis maaikeduinweg 15; ligging bouwvlak Randweg 1)

Rest ongegrond: niet langer uitplaatsen van eenheden uit een gebouw, uitwisselingsmogelijkheden/flexibiliteit voor de ondernemer is voldoende.

Voorstel voor reparatieplan Regels de maatvoering ‘maximum aantal recreatieve appartementen’ recreatieve appartementen zijn toegestaan, in de bestemming Agrarisch – Oude Land.

Toelichting

Verbeelding bestaande gebouw niet langer onder het overgangsrecht valt.

Deze 20 slaapplaatsen zijn alsnog opgenomen omdat uit de jarenlange correspondentie uit de archieven blijkt dat deze 20 destijds niet konden worden toegestaan omdat toestemming van de eigenaar (SBB) ontbrak. Het toekennen van de slaapplaatsen paste destijds al wel in het beleid. De exploitant heeft wel geïnvesteerd in kwaliteit, maar krijgt deze investering nu niet rendabel. Nu de grondeigenaar niet langer bezwaar heeft, kan er meegewerkt worden aan de slaapplaatsen. Er zal een redelijk bouwvlak worden opgenomen om een goede invulling van de afgegeven omgevingsvergunning en het verplaatsen van de recreatieve opstal mogelijk te maken. Verdere uitplaatsing van eenheden die nu nog in het appartementencomplex zitten, zal niet mogelijk gemaakt worden. Inmiddels is op verzoek van de eigenaar eveneens een uitgebreide procedure gestart.

Bijlage 2 bij de toelichting Reparaties ambtelijke wijzigingen Adres/locatie

Benodigde wijziging

Motivatie

Regels

Toelichting

Verbeelding

Wijzigingen voor specifieke locaties 1

Zanddijk 6

zuidelijk deel perceel (sectie A nummer 2988) moet zijn agrarisch ipv Natuur

2

Schorrenweg 11

verwerken gevoerde procedure ontheffing mechanisatie en tuinbouwbedrijf. Opnemen stukje paars (bedrijf).

3

Ruigendijk 4

Aanduidingsvlak veldschuur aanpassen aan werkelijkheid.

4

Schorrenweg 60

5

Hoofdweg 86

6

Stuifweg 5

7

Monnikenweg 8 Den Burg

8

9

Is in eigendom en gebruik bij het agrarische bedrijf, EHS is gecheckt (NNN) dit perceel valt daarbuiten. Zou gewoon een agrarische bestemming moeten hebben. De afgegeven vergunning en de gevoerde procedure zijn gecheckt en inderdaad had hier een bedrijfsbestemming opgenomen moeten worden.

Perceel A 2988 krijgt de bestemming ‘Agrarisch – Strandpolders’ in plaats van ‘Natuur – Kuststrook’ in bestemmingsomschrijving toevoegen: een agrarisch hulp- en toeleveringsbedrijf en land- en tuinbouwmechanisatiebedrijf ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke vorm van bedrijf – agrarisch loonbedrijf’

opgenomen aanduiding ’specifieke vorm van bedrijf – agrarisch loonbedrijf’ ter plaatse van de afgegeven vergunning daarvoor.

Door een misverstand is de nieuwe schuur precies buiten het aanduidingsvlak geplaatst. Ruimtelijk gezien is er geen bezwaar, en is de nieuwe schuur juist een landschappelijke verbetering. Wijzigen woonbestemming in ‘Bedrijf – agrarisch Was altijd een agrarisch loonbedrijf, nu loonbedrijf’ omgezet naar wonen, maar bedrijf is later toch voortgezet door zoon. Onbedoeld bleek de bedrijfsbestemming verwijderd te zijn, waardoor het bedrijf in de problemen dreigt te raken. Omdat hier altijd al een loonbedrijf was, is er geen belemmering deze bestemming weer te herstellen. Schuur onder overgangsrecht: in bouwvlak Hoewel er geen bouwvergunning voor een trekken. schuur op deze locatie in het archief zit, is het wel bekend dat deze er al zeer lange tijd staat.. Op een tekening behorende bij de bouwvergunning met nummer 16R-07 (25-09-2007) staat de schuur ingetekend op de erfinrichtingstekening. Op de ondergrond van de analoge verbeelding van het BP Buitengebied 1996 staat op deze locatie een schuur ingetekend. recreatieve opstal vergeten op te nemen. Uit archief onderzoek is gebleken dat hier inderdaad legaal een recreatieve opstal aanwezig is, die nu niet op de verbeelding staat. (mozard zaak 196865) tevens in het verleden een art 19 WRO procedure gevoerd om agrarische bestemming te wijzigen naar wonen. De stacaravan is een zomerhuis geworden. Voor Uit onderzoek is gebleken dat op deze de verbouwing is een vergunning afgegeven. Nu locatie inderdaad een vergunning is bestemming zomerhuizenterrein zonder afgegeven voor de verbouw van de bouwvlak, zou moeten worden 1 solitaire stacaravan.(handhavingsonderzoek BV 2008 recreatieve opstal. - 359L nr 1)

Aanduiding is opgenomen conform feitelijke situatie.

Marsweg 10

is RO'tje in het nieuwe BP, was altijd wonen en moet weer wonen worden.

Marsweg 10: enkelbestemming ‘Recreatie – Recreatief opstal’ wordt ‘Wonen’.

Pontweg 89 a

clubgebouw staat 3 meter buiten het bouwvlak. bouwvlak aanpassen conform afgegeven vergunning zaaknr. 27743

Inderdaad is deze locatie altijd bestemd en in gebruik geweest voor wonen. Per abuis is hier in het bestemmingsplan van 2013 een recreatieve opstal bestemd. Dit zal hersteld moeten worden.

Enkelbestemming ‘Wonen – Vab’ wordt ‘Bedrijf – Agrarisch Loonbedrijf’

Het bouwvlak is aangepast zodat de bestaande schuur daarbinnen valt.

Op Stuifweg5 wordt een maatvoering opgenomen ‘maximum aantal recreatieve opstallen ’ 1, binnen de bestemming ‘Wonen – Vab’

Opgenomen wordt op deze locatie de Bestemming Recreatie – Recreatief opstal voor 1 eenheid..

Bouwvlak opgenomen conform vergunde situatie.

10

Postweg 145

beperking te vestigen categorie in bedrijfsbestemming in verband met om te zetten agrarisch bedrijf naar wonen, naastgelegen aan de bedrijfsbestemming (Postweg 147) Hoveniersbedrijf is cat 2 (<500 b.o). Grootste richtafstand is 30 meter (geluid)

11

Zwinweg 8-10

Reeds lang bestaande recreatieve opstal niet bestemd

Dit betreft een stukje maatwerk, niet in algemene zin bij alle bedrijfsbestemmingen. De reden is dat hierdoor de naastgelegen oude stolp in een agrarisch bouwvlak, later alsnog via een binnenplanse wijziging omgezet kan worden naar een woonbestemming (Vab). Bij bedrijvigheid van max categorie 3 zou de milieuafstand te groot worden. Beide aangrenzende percelen behoorden vroeger tot 1 agrarisch bouwvlak. Voor het bedrijfsgedeelte is de omzetting al gedaan in het Moederplan. Uit onderzoek is gebleken dat er in 1982 een planologische procedure is gevoerd voor deze recreatieve opstal. Uit ingediende gegevens blijkt dat deze ook al die tijd zo gebruik is.

In artikel 8 Bedrijf wordt toegevoegd onder 1a. 'uitgezonderd ter plaatse van de aanduiding specifieke vorm van bedrijf - maximale milieucategorie 2, waar alleen bedrijfsgebouwen en overkappingen zijn toegestaan ten behoeve van bedrijven zoals die zijn genoemd onder de categorieën 1 en 2 in Bijlage 3 in bijlage bij de regels, en naar aard en omvang daarmee vergelijkbare bedrijven.'

Op de betreffende locatie Postweg 145 is een functieaanduiding opgenomen ‘specifieke vorm van bedrijf – maximale milieucategorie 2’.

Maatvoering voor 1 recreatieve opstal is opgenomen.

Wijzigingen in algemene zin 1

algemeen

Art 1.116 begripsbepaling chalet

Opnemen in begripsbepaling en in de regels zodat er geen onduidelijkheid meer over is dat chalets geplaatst mogen worden op verblijfsrecreatieve terreinen.

2

algemeen

3

algemeen

Art 1.128 begripsbepaling tuinwal Art 1.31 begripsbepaling bijbehorend bouwwerk

“maximaal” moet zijn “ongeveer” omdat anders een tuinwal van 1,05 m ineens geen tuinwal meer zou zijn. In artikel 1 Bijlage II Bor staat: bijbehorend bouwwerk: ‘uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd, of ander bouwwerk met een dak.’ Het begrip in het BP BG 2013 is dezelfde als is het pdf bestand van SVBP 2012 ‘uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd, en met de aarde verbonden bouwwerk met een dak.’

4

algemeen

1.81 begripsbepaling logies met ontbijt

5

algemeen

Art 3 t/m 7

6

algemeen

Art 3 t/m 7

Woonhuis moet zijn woning/wooneenheid, omdat anders in het geval van meerdere woningen/wooneenheden in 1 woonhuis, slechts 1 keer gebruik gemaakt kan worden van de mogelijkheid tot het verstrekken van logies met ontbijt. Dat was niet de bedoeling van het plan. verschil tussen verbeelding en regels aanduiding erf, op de verbeelding staat (erf) en in de regels staat "specifieke vorm van agrarisch - erf" en dat zou moeten leiden tot (sa-erf) op de verbeelding. nav rechtszaak Boks pad naar Schapenboet uitspraak RvS 3.12.14

Aanlegvergunningstelsel in agrarisch, aanleg ondergeschikte verharding

7

algemeen

Art 3 t/m 7

Begrip kampeermiddel. In relatie kamperen bij de boer.

Artikel 1.116 (Begrippen/stacaravan) wordt aangepast naar: Stacaravan/chalet: een zelfstandig al dan niet verrijdbaar bouwwerk, bestaande uit een lichte constructie en uit lichte materialen al dan niet met wielaswielen, dat naar aard en inrichting is bedoeld voor recreatief dag- en of nachtverblijf, die gedurende meerdere jaren op een kampeerterrein op dezelfde plaats blijft staan en als kampeermiddel valt aan te merken. Artikel 1.128 (Begrippen/tuinwal): ‘maximaal 1 meter hoog’ wordt ‘ongeveer 1 meter hoog’. In de SVBP 2012 wijziging d.d. 3 december 2013 staat dit niet als voorgeschreven begrip en wordt verwezen naar relevante weten regelgeving. Het lijkt verstandig dit begrip aan te passen aan de laatste wetgeving van het Bor.

Artikel 1.31 (Begrippen/bijbehorend bouwwerk)wordt gewijzigd in: ‘uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd, of ander bouwwerk met een dak.’

1.81 Het bieden van de mogelijkheid tot recreatief nachtverblijf en ontbijt, in de woning/wooneenheid, aan personen die ……...

Komt door de nieuwe versie van IMRO: ineens was de gewone aanduiding "erf" mogelijk, in de regels staat nog de specifieke vorm van. Verschrijving weghalen en uitzondering weghalen in artikel 3, 4 en 5 zodat daar bij de aanvraag om aanleggen van verharding, het Beeld Kwaliteits Plan zijn werk kan doen.

Regels aanpassen ivm IMRO 2008 > IMRO 2012: ‘specifieke vorm van agrarisch – erf’ wordt ‘erf’: alle agrarische bestemmingen artikel 3 (Agrarisch – Binnenduinrand), Artikel 4 (Agrarisch – Hoge Berg), Artikel 5 (Agrarisch – Oude land), Artikel 6 (Agrarisch – Strandpolders), Artikel 7( Agrarisch - Zeepolders) 3.6.2 onder b/4.6.2 onder b/5.6.2 onder b/6.6.2 onder b en 7.6.2 onder b wordt: ‘Het aanbrengen van verhardingen van ondergeschikte betekenis bij reële dan wel volwaardige agrarische bedrijven en woningen, zoals het maken van oprijlanen, uitritten en ontsluitingen van percelen tot een gezamenlijke oppervlakte van 400 m2 en parkeervoorzieningen tot een aantal van niet meer dan 5. Deze regel geldt niet voor schapenboeten. Bij schapenboeten mag geen verharding worden aangelegd. Artikel 3 (Agrarisch – Binneduinrand), Artikel 5 (Agrarisch – Oude land), Artikel 6 (Agrarisch – Strandpolders) en Artikel 7 (Agrarisch – Zeepolders)afwijken van de gebruiksregels: Sub 2 wordt gewijzigd in: Er mogen uitsluitend kampeermiddelen, niet zijnde chalets en

Legenda aanpassen

stacaravans, geplaatst worden, waarbij de caravans gemeten zonder dissel niet langer dan 6,50 meter zijn. 8

algemeen

Art 3 t/m 7

Zie ook lijst van wijzigingen nav uitspraak RvS nr 14

3,1/4,1/5,1/6,1/7,1 bestemmingsomschrijv ing agrarische bestemmingen aanpassen aan het voorkomen van recreatieve appartementen in stolpen.

9

10

algemeen

algemeen

artikel 9 Bedrijf agrarisch loonbedrijf nav bv Hallerweg 36

Art 9 Buitenopslag bij Bedrijf – Agrarisch loonbedrijf

11

algemeen

Art Art Art Art

22 31 32 46

12

algemeen

Artikel 22, Bos

Artikel 3.1 (Agrarisch – Binnenduinrand), Artikel 4.1 (Agrarisch – Hoge berg) Artikel 5.1 (Agrarisch – Oude land), Artikel 6.1 (Agrarisch – Strandpolders) en Artikel 7.1 (Agrarisch – Zeepolders) bestemmingsomschrijving):onder ‘alsmede’’ wordt toegevoegd: ac (art3)/z (art 4)/ ab (art 5)/ ab (art 6) ab (art 7) Recreatieappartementen ten plaatse van de maatvoering ‘maximum aantal recreatieve appartementen’ en de andere subjes letteren door.

in de bestemmingsomschrijving van bedrijf – agrarisch loonbedrijf staat wel de plattelandswoning, maar deze komt niet voor bij de binnenplanse wijzigingen. Is dit bewust zo gedaan of is het een vergissing? Dit is een vergissing: alsnog opnemen van wijzigingsmogelijkheid. Artikel 9 lid 5: nummering klopt niet, aanpassen

In de nieuwe PRV is dit voor tijdelijke opslag mogelijk gemaakt

Standplaatsenbeleid verwerken in Buitengebied

Art. 22, 4, 1 strijdig gebruik, die zin loopt niet goed. En: 22,5,1 en 22,5,2 idem

Onder Artikel 3.2.2 (Agrarisch – Binnenduinrand/gebouwen en overkappingen), Artikel 4.2.2 (Agrarisch – Hoge berg/gebouwen en overkappingen), Artikel 5.2.2 (Agrarisch – oude land/gebouwen en overkappingen, Artikel 6.2.2 (Agrarisch – Strandpolders/gebouwen en overkappingen) en Artikel 7.2.2 (Agrarisch – Zeepolders/gebouwen en overkappingen) wordt een subje toegevoegd: o (art 3.2.2, m (art 4.2.2),o (art 5.2.2), n (art 6.2.2) en o (art 7.2.2): het maximum aantal toegestane recreatieappartementen is op de verbeelding weergegeven in de maatvoering ‘maximum aantal recreatieve appartementen’; Artikel 9.6 (Bedrijf – Agrarisch loonbedrijf’ / wijzigingsbevoegdheid): toegevoegd wordt: d. op de verbeelding de aanduiding ‘specifieke vorm van agrarisch – plattelandswoning’ wordt opgenomen. Hierbij gelden de volgende voorwaarden: 1.de opname van deze aanduiding doet geen onevenredige afbreuk aan de ontwikkelingsmogelijkheden van omliggende (agrarische) bedrijven, de milieusituatie, de woonsituatie, de verkeersfunctie, de natuurwaarden en de gebruiksmogelijkheden van de omliggende gronden. De nummering onder 9.5 sub a onder 1,2,3,4,5,6,8 moet zijn 1,2,3,4,5,6,7 en de nummering onder 9.5 sub b onder 1,2,3,5,6,7,9 moet zijn 1,2,3,4,5,6,7, Artikel ‘Bedrijf – Agrarisch loonbedrijf’: 9.4.3 onder e: opslag van al dan niet aan het bedrijf gerelateerde goederen buiten de gebouwen en overkappingen’ wordt gewijzigd in: e. permanente opslag van al dan niet aan het bedrijf gerelateerde goederen buiten de gebouwen en overkappingen. 9.4.X Toegestaan gebruik a. In overeenstemming met deze bestemming is: ondergeschikte tijdelijke opslag (maximaal 1 jaar) van materialen en producten voor de bedrijfsactiviteiten, buiten de gebouwen en overkappingen, met een maximum hoogte van 3 meter ten opzichte van het peil en waarbij sprake is van een goede landschappelijke inpassing. Acht standplaatsen bekend in In de bestemmingsomschrijvingen van de Artikel 31 buitengebied: ijsjesans aan de Jan Ayeweg (Natuur/bestemmingsomschrijving)’, Artikel 32 (Natuur in de bestemming bos, en ijsjesverkoop aan Kuststrook/bestemmingsomschrijving)’, Artikel 22 de Ruigendijk, bij Ecomare aan Ruijslaan (Bos/bestemmingsomschrijving) en Artikel 46 en bij de Muy in de bestemming ‘Verkeer’ (Verkeer/bestemmingsomschrijving) wordt onder ‘met daaraan en ‘Natuur’ en ‘Natuur-Kuststrook’. ondergeschikt’ een subje opgenomen: ‘standplaatsen’ Artikel 22.4.1 (Bos/strijdig gebruik) sub a wordt: Het gebruik als opslag-, stort, lozings- of bergplaats van bruikbare en/of onbruikbare of althans aan hun oorspronkelijk gebruik onttrokken voorwerpen, stoffen of producten met uitzondering van opslag van hout afkomstig van houtoogst ter plaatse of vrijgekomen bodemmateriaal ten behoeve van natuurbeheer. a. Aan artikel 22.5.wordt 22.5.3 ‘toetsingscriteria’ toegevoegd: Bij de afweging van de hierboven genoemde omgevingsvergunning, is het Beeldkwaliteitsplan Buitengebied van de gemeente Texel, zoals opgenomen in Bijlage 5 in bijlagen bij

13

algemeen

Art 35.2.2

14

algemeen

Art. 37.2.1 en 37.3 n.a.v. De Krim Roggeslooteweg

15

algemeen

16

algemeen

art 37.2.7 bijbehorende bouwwerken bij zomerhuizen/familieh uizen

17

algemeen

Art 37.2.8 sub c n.a.v. opmerking SAB Texel windsingels rond recreatieterreinen

18

algemeen

Art. 50,4,2

19

algemeen

50.4.4 onder d

20

algemeen

art 37

Art 50 / art 52

Gaat om de bestemming recreatieve opstal, er staat ‘woonhuis’ in de tekst, moet zijn bebouwing of gebouw, anders kan dit de indruk wekken dat daar ter plaatse gewoond mag worden. goothoogte zwembad de Krim naar 12,5. Vergunning voor bouw is afgegeven. Moeten we dit aanpassen bij afwijken van de bouwregels? De procedure is nl inmiddels gevoerd, dus dat is mosterd na de maaltijd.

de regels, steeds onderdeel van het toetsingskader. en deze zin wordt onder artikel 22.5.2: (Bos/Uitzonderingen) verwijderd. b. ‘De omgevingsvergunning wordt alleen verleend indien de betreffende werken of werkzaamheden geen onevenredige, blijvende schade toebrengen aan de aanwezige landschappelijke of natuurlijke of bodemkundige waarden en geen onevenredige afbreuk doen aan de gebruiksmogelijkheden van de betrokken of omliggende gronden’. en deze zin wordt onder artikel 22.5.2: (Bos/Uitzonderingen) verwijderd. Artikel 35.2.2 Recreatie – recreatief opstal/overige bouwwerken) sub c: woonhuis(zen) wordt gebouw(en)

de totale bouwhoogte was wel mogelijk gemaakt, goothoogte staat nog op 3,5 is vergissing, nu te herstellen.

Artikel 37.3 (Recreatie – Verblijfsrecreatieve terreinen/afwijken van de bouwregels): Onder c (zwembad): goothoogte max 3,50 m vervalt. Artikel 37.2.1 (Recreatie – Verblijfsrecreatieve terreinen/gebouwen en overkappingen) wordt: Gebouwen en overkappingen mogen , uitgezonderd sanitaire voorzieningen, uitsluitend worden gebouwd binnen het bouwvlak;

recreatieve terreinen zonder bouwvlak: letterlijk genomen zijn er nu ook geen gebouwen voor centrale voorzieningen mogelijk. Moet uitzondering voor staan…. Net als in artikel 34 lid 2. Nu: geen verplichting binnen bouwvlak, was wel nadrukkelijk de bedoeling! let op: stacaravans wel buiten bouwvlak (dus bijbehorende bouwwerken ook…) Punt is dat de regel van artikel 37,2,8 sub c onbedoeld strenger is geworden dan onder vigeur van het vorige plan: terug toevoegen van de woorden "indien noodzakelijk " oid. De uitspraak van de RvS zegt hier ten overvloede iets over…. Zie mail nr 30 en 31

na 6 slaapplaatsen toevoegen: per woning/wooneenheid

de inpandige appartementen, ontstaan vanuit de agrarische functie, die later terechtkomen in een wonen vab, bedrijf vab of woonbestemming, zit er in die bestemming een koppeling in lid 1? Ter plaatse van de aanduiding…. Etc.

Artikel 37.2.1 (Recreatie – verblijfsrecreatieve terreinen / Bouwregels: Gebouwen en overkappingen) sub b: toegevoegd wordt: of maximaal de bestaande goothoogte of bouwhoogte, indien deze hoger is.

Zie ook lijst met wijzigingen nav de uitspraak van de RvS nr 13.

Beroep en Bedrijf aan huis zorgvuldiger formuleren de woorden matchen nu niet

Artikel 37.2.7 (Recreatie – Verblijfsrecreatieve terreinen/Bijbehorende bouwwerken bij zomerhuizen/stacaravans/familiehuizen) toevoegen nieuw sublid d: ‘de bijbehorende bouwwerken bij zomerhuizen en familiehuizen worden gebouwd binnen het bouwvlak. 37.2.8 sub c wordt: Aan de buitenkant van het terrein moet een afschermende windsingel geplant en in stand gehouden worden met een minimale breedte van 7 meter, indien niet reeds op andere wijze een goede landschappelijke inpassing gewaarborgd is. Artikel 50.4.2 (Wonen / Beroep aan huis) sub e/51.4.2 (Wonen – Tweede woning/Beroep aan huis) sub e/52.4.2 (Wonen – Vab/Beroep aan huis) sub e wordt gewijzigd in: het beroep of de kleinschalige bedrijfsmatige activiteit aan huis levert geen onevenredige beperking van de gebruiksmogelijkheden van de omliggende gronden, en doet geen afbreuk aan de ontwikkelingsmogelijkheden voor omliggende (agrarische) bedrijven en/of de woonsituatie. Ook de bijbehorende bijlage krijgt die naam. Artikel 50.4.4 (Wonen/strijdig gebruik) sub d wordt gewijzigd in: Het gebruik van de gronden en bouwwerken ten behoeve van verblijfsrecreatieve doeleinden anders dan: - In de recreatieve opstal ter plaatse van de maatvoering ‘maximum aantal recreatieve opstallen’ -Logies met ontbijt ondergeschikt aan de woonfunctie en tot een maximum van 6 slaapplaatsen per woning/wooneenheid, verdeeld over maximaal 3 slaapkamers, tenzij ter plaatse van de aanduiding ‘maximum aantal slaapplaatsen’ in welk geval het aantal slaapplaatsen ten hoogste het ter plaatse aangegeven aantal mag bedragen’. - in een recreatief appartementen ter plaatse van de maatvoering ‘maximum aantal recreatieve opstallen’ Artikel 50.1 (Wonen/ bestemmingsomschrijving) Artikel 52.1 (Wonen – Vab/bestemmingsomschrijving) en artikel 20 (Bedrijf – Vab/bestemmingsomschrijving) artikel : toegevoegd wordt sub g (52) , toegevoegd wordt sub m (art 20), toegevoegd wordt g (art 50) onder ‘met daaraan ondergeschikt’: verblijfsrecreatie in een monumentale stolp ter plaatse van de maatvoering ‘maximum aantal recreatieve appartementen’

‘maximum aantal slaapplaatsen’ opnemen op Hoofdweg 116 : 7 stuks Stolpweg 35: 8 stuks

(en de rest van de subjes letteren door) Bouwregel: niet nodig, alleen bestaande situaties. Bij brand is calamiteitenregel van toepassing. 21

algemeen

52.2.2 onder d

gezamenlijke oppervlakte : 'die in een maatvoeringen op de verbeelding is aangegeven" : weghalen (is er overal een maatvoering op de verbeelding?)

22

algemeen

52.2.2 onder e

per woning mogen maximaal twee VRIJSTAANDE……. En toevoegen: tenzij de regel onder d een andere oppervlakte geeft

23

algemeen

Art 58 en art 61,6

bv De Robbenjager binnen de dubbelbestemming Waterstaat en woning bovenop het Duin aan de Witteweg 24 Waterkering mag helemaal niet gebouwd te Den Hoorn worden, er staat geen enkele uitzonderingsmogelijkheid in. Dat is te beperkend, te denken valt aan een uitzondering zoals die wel staat in de gebiedsaanduiding duinen, en dat er dan gebouwd mag worden cf de onderliggende bestemming na goedkeuring van de waterkeringbeheerder. Idem voor vrijwaringszone duin

24

algemeen

Art 64 (nieuw)

Het vraagstuk rondom parkeernormen in BP is uitgekristalliseerd. Nu de bouwverordening op dit punt vervallen is moet hierover een passage opgenomen worden in de bestemmingsplannen. Hiermee wordt het gemeentelijke Parkeerbeleid verankerd in het bestemmingsplan.

25

algemeen

Bijlage lijst met beroeps of bedrijfsactiviteit aan huis

moet zijn bijlage 4 ipv 1, is iets fout gegaan in de nummering

26

algemeen

27

algemeen

Agrarische artikelen (3 t/m 7) en het artikel voor Agrarisch Loonbedrijf (art. 9) Bestemming natuur en natuur kuststrook (art. 32)

Het vereiste van het indienen van een erfinrichtingsplan is toegevoegd aan alle afwijkingen (verplaatsing erf/bouwvlak en Ruimte voor Ruimte regeling Opgenomen een bouwmogelijkheid voor een kooikershuisje binnen de aanduiding ‘eendenkooi”

28

algemeen

Art 1.111 begripsbepalingen reël agrarisch bedrijf

Bij sommige takken van agrarische bedrijfsvoering is er wel heel veel arbeidsinzet vereist, maar is de opbrengst soms gering. Door

Artikel 52.2.2 (Wonen – Vab/gebouwen en overkappingen) sub d/gezamenlijke oppervlakte wordt gewijzigd in: Max. de oppervlakte die in de maatvoering op de verbeelding is aangegeven, en in het geval er geen maatvoering is aangegeven geldt max. 650 m2 tenzij de bestaande oppervlakte minder bedraagt, dan geldt deze oppervlakte. Artikel 52.2.2 (Wonen – Vab/gebouwen en overkappingen) sub e wordt gewijzigd in: Per woning mogen maximaal twee vrijstaande bijbehorende bouwwerken worden gebouwd, tenzij het bestaande aantal meer bedraagt in welk geval het maximum aantal bouwwerken het bestaande aantal zal bedragen, en met een oppervlakte van maximaal 100 m2, tenzij de gezamenlijke oppervlakte genoemd onder sub d meer bedraagt in welk geval de maximum oppervlakte de gezamenlijke oppervlakte als bedoeld onder sub d zal bedragen. Dit is exclusief de onder sub g bedoelde opstallen. Waterstaat-Waterkering en Vrijwaringszone duin: Aanpassen zodat er een uitzonderingsmogelijkheid ontstaat om te kunnen bouwen op locaties waar dat cf het bestemmingsplan zou moeten kunnen. (Artikel 58.3) Het volgende sublid wordt toegevoegd waarbij de hierop volgende subleden doornummeren: Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 58.2.1 in die zin dat de in de andere daar voorkomende bestemming(en) genoemde gebouwen, overkappingen en/of andere bouwwerken worden gebouwd, mits: a. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het doelmatig en veilig functioneren van de waterkering; b. vooraf advies wordt ingewonnen van de betreffende beheerder van de waterkering. (nieuw artikel 64) a. een bouwwerk, waarvan een behoefte aan parkeergelegenheid wordt verwacht, kan niet worden gebouwd of gebruikt wanneer op het bestemmingsvlak, of in de omgeving daarvan, niet in voldoende parkeergelegenheid is voorzien, en in stand wordt gehouden; b. bij een omgevingsvergunning wordt aan de hand van de op dat moment van toepassing zijnde beleidsregels bepaald of er sprake is van voldoende parkeergelegenheid; c. bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in sub a en worden toegestaan dat in minder dan voldoende parkeergelegenheid wordt voorzien, mits dit geen onevenredige afbreuk doet aan de parkeersituatie.

Dit is op de betreffende plekken toegevoegd aan de regels.

Komt 4 x voor op Texel

4.4 / art 58 Waterstaat – Waterkering aanpassen.

Aan sublid 32.2.1 wordt een nieuw sublid toegevoegd g. ter plaatse van de aanduiding 'Eendenkooi' mag per aanduiding maximaal 1 gebouw ten behoeve van de eendenkooi worden gebouwd met een oppervlakte van maximaal 40 m2 en een bouwhoogte van maximaal 4 meter. Art 1.111 er is sprake van een reëel agrarisch bedrijf als tussen de helft en een nagenoeg volledig 'redelijk' inkomen afkomstig is uit het bedrijf en/of tussen de helft en nagenoeg volledige arbeidsinzet van een volwaardige arbeidskracht aan het bedrijf

aanpassen paragraaf 3.8

29

algemeen

30

algemeen

31

algemeen

32

algemeen

beide eisen te stellen, is het voor sommige schapenboeren niet mogelijk de norm van een reëel bedrijf te halen. Agrarische artikelen 3 Toevoegen regel “tenzij bestaand” aan de regel t/m 7 25 meter afstand max tussen gebouwen. In het nieuwe plan is een regel opgenomen vor een maximale afstand tussen agrarische gebouwen. Deze regel bestond eerder niet en er bestaan al situaties waarbij de afstand groter is. Het was niet de bedoeling deze onder het overgangsrecht te plaatsen of illegaal te maken. Artikel 32 Natuur – Bouwzones op het strand komen niet overeen Bij de uitvoering van het bestemmingsplan bleek dat de bouwmogelijkheden op het Kuststrook met de strandnota strand te ruim zijn geworden. Met name de Bebouwingszones op mogelijkheid van uitwisselbaarheid van het strand kiosk, pavi-kiosk en paviljoen strookt niet met het vastgestelde beleid uit de Strandnota 2009. Dit wordt nu gerepareerd, door per bouwmogelijkheid een aanduiding op de betreffende plek te leggen. Archeologie "bouwaanvraag" staat er maar het gaat om nav stab rapport pagina 203 uitzonderingsregeling omgevingsvergunning (nl mn ook bij werken en in de artikelen 55, 56 werkzaamheden etc) en 57 lid 3 Archeologie de De formulering loopt niet goed en is onduidelijk. Er is voor gekozen om aan te sluiten bij de formulering van de archeologische artikelen 55, 56 en 57 artikelen uit de bestemmingsplannen lid 3 kernen.

besteed wordt. Een reëel bedrijf heeft de potentie uit te groeien tot een volwaardig agrarisch bedrijf. Dit is op de betreffende plekken toegevoegd aan de regels.

Neen

Neen

Er zijn ieuwe aanduidingen gemaakt voor ‘kiosk’, ‘paviljoen’ en ‘pavi-kiosk’. Deze zijn toegevoegd aan artikel 32 natuur – Kuststrook.

In de toelichting zal dit worden beschreven

Op de verbeelding zijn per strandslag de aanduidingen gewijzigd.

De indeling in 4 zones strandrecreatie is daarmee overbodig, dat zijn nu twee zones geworden; 1 met en een zonder bouwmogelijkheden voor watersportaccommodaties.

Het woord ‘bouwaanvraag’ wordt gewijzigd in ‘omgevingsvergunning’

In de regels is de formulering overgenomen zoals die ook in de bestemmingsplannen voor de kernen staat. Het werken met de archeologie-bepalingen wordt zo eenvoudiger.

Bedrijfsplan Oosterenderweg 2 De Waal opdrachtgever Fa. Van der Haas

Oosterenderweg 2 1793 EL DE WAAL locatie Oosterenderweg 2 1793 EL DE WAAL

1

status definitief datum 25 mei 2016 opsteller mr. L.J. van Pelt telefoon 088 – 888 66 61 intake 112-160228

Aanleiding

Het agrarische bedrijf van de Fa. Van der Haas is gevestigd aan de Oosterenderweg 2. Het bedrijf beschikt over agrarische bedrijfsbebouwing ten behoeve van haar agrarische bedrijfsactiviteiten. De agrarische bedrijfsactiviteiten bestaan uit de teelt van akkerbouwproducten (pootaardappelen, bieten), bloembollen- knollen en het houden van rundvee. Er is sprake van een volwaardig bedrijf. Fa. Van der Haas heeft in het verleden het bouwvlak van het naastgelegen agrarische bedrijf aangekocht. De bedrijfswoning behorende bij dit naastgelegen agrarische bedrijf is niet aangekocht. Deze woning wordt nog bewoond door de voormalige eigenaar. Gelet op de aankoop is sprake van twee agrarische bouwpercelen. De Fa. Van der Haas wenst beide agrarische bouwpercelen gescheiden te houden. De scheiding van de beide bouwpercelen is noodzakelijk, omdat de Fa. Van der Haas haar bedrijfsactiviteiten wil splitsen in twee afzonderlijke ondernemingen. Gelet op de continuïteit, inkomen en hoeveelheid werk zal sprake zijn van twee afzonderlijke ondernemingen waarvoor het gelet op het noodzakelijke permanente toezicht sprake dient te zijn om voor beide ondernemingen te kunnen beschikken over een eigen bedrijfswoning. Het huidige agrarische bedrijf zal met name voor wat betreft de veehouderijtak een noodzakelijke schaalvergroting moeten doormaken teneinde te komen tot een meer toekomstbestendig bedrijf met een doelmatige bedrijfsvoering. In dit verband is een uitbreiding van het aantal volwassen melkkoeien en stalruimte noodzakelijk. Het aangekochte bouwvlak dient hiervoor voldoende mogelijkheden te bieden. Ten behoeve hiervan is reeds een omgevingsvergunning voor het onderdeel bouwen verleend voor het realiseren van een nieuwe stal.

2

Huidige en toekomstige situatie

In de huidige situatie bestaat de firma Van der Haas uit Jan en Jeanette van der Haas. Het is de bedoeling dat het bedrijf wordt opgesplitst in een veehouderijtak en een akkerbouw/ bloembollentak. Het bedrijf beschikt over 22,30 hectare grond. Het bedrijf wil haar veehouderijtak met 78 hectare gaan uitbreiden. Ten behoeve van deze uitbreiding is meer stalruimte en zijn meer koeien noodzakelijk. Het is de bedoeling dat na de uitbreiding beschikt kan worden over 192 melkkoeien met ca. 92 stuks jongvee. Inmiddels is voor genoemde uitbreiding van de melkveehouderij op de locatie Oosterenderweg 2 door de provincie Noord-Holland een vergunning in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998 verleend. Zoals aangegeven wenst Fa. Van der Haas haar bedrijfsactiviteiten te gaan splitsen. In dit verband is het noodzakelijk dat het onderhavige reparatieplan, met het opnemen van twee afzonderlijke agrarische bouwvlakken hiertoe de aanzet geeft. In de gesplitste situatie zullen de bedrijfsactiviteiten op het van oudsher aanwezige bouwvlak bestaand uit akkerbouw en bloembollenteelt. Op het aangekochte bouwvlak zal de melkveehouderij gevestigd zijn. De bedrijfsoppervlakte voor de akkerbouw en bloembollenteelt bestaat uit: Pootaardappelen 10 ha Suikerbieten 6 ha Bloembollen (frittilaria) 6 ha

3

Standaardbedrijfsopbrengsten

Bijgaand treft u de SO-berekeningen (standaardbedrijfsopbrengsten) aan voor betreft de afzonderlijke bedrijfsactiviteiten akkerbouw en bloembollenteelt en de melkveehouderij. Met de SOberekening wordt het bedrijfstype en de bedrijfsomvang vastgesteld.

4

Conclusie

Uit de resultaten van de SO-berekeningen blijkt dat beide bedrijfsonderdelen afzonderlijk meer dan volwaardige bedrijven zijn. De beoogde splitsing geeft perspectief voor twee gezonde bedrijven met voldoende omvang. Zowel technisch als economisch is het realiseren van twee bedrijven goed mogelijk.

2

Bedrijfsomvang en -type volgens NSO-typering In statistiek en onderzoek worden bedrijven vaak ingedeeld naar bedrijfstype en bedrijfsomvang. Sinds 2010 wordt daarvoor de NSO-typering en de Standaardopbrengst (SO) gebruikt. Ook voor beleid wordt gebruik gemaakt van deze kengetallen. Het LEI berekent en beheert de normen en biedt op internet een rekenmodule aan, waar bedrijfsgegevens kunnen worden ingevuld en waar deze rapportage wordt samengesteld. Dit rapport is via die rekenmodule samengesteld op

25-5-2016

De gegevens en de gebruikte normen horen bij de Landbouwtelling van 2015 De ingevoerde gegevens leiden tot de volgende informatie: Bedrijfstype volgens NSO-typering Hoofdtype

4 - Graasdierbedrijven

Subtype

4500 - Melkveebedrijven Omschrijving

Resultaat

Eenheid

78

ha

Standaardopbrengst (SO)

667.400

euro

Standaardverdiencapaciteit (SVC)

174.190

euro

Totale oppervlakte cultuurgrond

Grootteklasse o.b.v. SVC

Klasse 4: 100.000 – 250.000 euro: grote bedrijven

Specificatie van ingevoerde gegevens, normen en SO per product Categorie

SO per eenheid

Standaardopbrengst

1.190

92.820

aantal dieren

470

21.620

46

aantal dieren

300

0

192

aantal dieren

2.880

552.960

Aantal

Eenheid

78

ha, gemeten maat

Fokjongvee 1 tot 2 jaar vrouwelijk

46

Fokjongvee jonger dan 1 jaar vrouwelijk Melk- en kalfkoeien

Grasland en weiden Blijvend grasland Rundvee: melk- en fokvee (geen vleesvee)

*) Aan de kalveren jonger dan 1 jaar wordt geen norm toegekend, omdat de opbrengst van die dieren is meegenomen in de norm van de koeien.

U kunt resultaten van groepen bedrijven bekijken in

Agrimatie

LEI is niet aansprakelijk voor eventuele schade ontstaan door het gebruik van de Rekenmodule, door het beëindigen van het beschikbaar stellen ervan of door conclusies en besluiten van gebruikers op basis van de uitkomsten ervan.

Toelichting bij de kengetallen Bedrijfstype De agrarische bedrijven in Nederland verschillen onderling sterk in bedrijfsopzet. Op het ene bedrijf wordt bijvoorbeeld melk geproduceerd en op een ander bedrijf appels. Om bedrijven te kunnen indelen en met elkaar te kunnen vergelijken wordt de Standaardopbrengst (SO) gebruikt. Met behulp van de SO-normen kunnen de appels en de koeien bij elkaar worden geteld en kan de economische bedrijfsomvang (SO) en het NSO-bedrijfstype (specialisatiegraad) van agrarische bedrijven worden berekend. Informatie over de verschillende typen is opgenomen op de website: LEI Wageningen UR

Standaardopbrengst (SO) De bedrijfsomvang van een bedrijf wordt gemeten in Standaardopbrengst (SO). Voor elke gewas- en diersoort uit de Landbouwtelling is een SO-norm berekend, die de opbrengsten per eenheid weergeeft die onder normale omstandigheden op jaarbasis behaald worden. De bedrijfsomvang wordt berekend als een sommatie van alle eenheden van de producten maal hun SO-norm. De opbrengsten van toeslagen, subsidies en verbredingsactiviteiten zijn niet meegenomen in de normen en dus ook niet in de totale SO van het bedrijf.

Standaard verdiencapaciteit (SVC) De bedrijfsomvang in SO is over bedrijfstypen heen niet sterk gerelateerd met de arbeidsinzet of het resultaat van een bedrijf. Een akkerbouwer houdt van 100.000 euro opbrengsten bijvoorbeeld meer over dan een vleesvarkenshouder. Met het kengetal SVC wordt daarvoor gecorrigeerd. De SVC geeft een beeld van de vergoeding voor de inzet van arbeid en kapitaal (toegevoegde waarde) die op basis van standaarden gemiddeld in een jaar wordt behaald met de betreffende agrarische productie. De werkelijk gerealiseerde toegevoegde waarde van een bedrijf zal nooit gelijk zijn aan de berekende SVC, vanwege verschillen in prijsvorming, technisch resultaat, productbewerking, subsidies en/of multifunctionele activiteiten. Grootteklasse SVC Voor het handiger gebruik van de SVC zijn standaard-grootteklassen vastgesteld. De gehanteerde grenzen van die klassen zijn gebaseerd op de gemiddelde verhouding van de SVC per arbeidskracht en dus min of meer bij een gemiddeld-efficiënte arbeidsinzet. De werkelijke arbeidsinzet van een bedrijf hangt mede af van de mate van mechanisering. Omdat de werkelijke toegevoegde van een bedrijf af kan wijken van de norm is het mogelijk dat de omschrijving bij de grootteklasse niet van toepassing is op het individuele bedrijf. De uitkomsten moeten dan ook vooral als een (globale) richtlijn worden gezien. Er zijn 5 klassen gedefinieerd op basis van het bedrag aan SVC: 1. < 25.000 euro: zeer kleine bedrijven Deze bedrijven vragen voor de agrarische activiteit volgens de in gebruik zijnde standaarden een arbeidsinzet van maximaal 0,75 arbeidsjaareenheden (aje), tenzij de arbeid duidelijk minder efficiënt of tegen een lagere vergoeding dan gemiddeld wordt ingezet. 2. 25.000 – 60.000 euro: kleine bedrijven Deze bedrijven vragen voor de agrarische activiteit volgens de in gebruik zijnde standaarden een arbeidsinzet van 0,75 tot maximaal 1,5 aje, afhankelijk van de mate van automatisering en de efficiëntie waarmee de arbeid kan worden ingezet. 3. 60.000 – 100.000 euro: middelgrote bedrijven Deze bedrijven zijn van dusdanige omvang dat voor ongeveer 1,5 tot 2,5 aje een gemiddelde toegevoegde waarde kan worden gerealiseerd. 4. 100.000 – 250.000 euro: grote bedrijven Deze bedrijven zijn van dusdanige omvang dat voor ongeveer 2,5 tot 5 aje een gemiddelde toegevoegde waarde kan worden gerealiseerd. 5. >= 250.000 euro: zeer grote bedrijven Deze bedrijven kunnen aan meer dan 5 aje arbeid bieden tegen een gemiddelde vergoeding.

Bedrijfsomvang en -type volgens NSO-typering In statistiek en onderzoek worden bedrijven vaak ingedeeld naar bedrijfstype en bedrijfsomvang. Sinds 2010 wordt daarvoor de NSO-typering en de Standaardopbrengst (SO) gebruikt. Ook voor beleid wordt gebruik gemaakt van deze kengetallen. Het LEI berekent en beheert de normen en biedt op internet een rekenmodule aan, waar bedrijfsgegevens kunnen worden ingevuld en waar deze rapportage wordt samengesteld. Dit rapport is via die rekenmodule samengesteld op

21-4-2016

De gegevens en de gebruikte normen horen bij de Landbouwtelling van 2015 De ingevoerde gegevens leiden tot de volgende informatie: Bedrijfstype volgens NSO-typering Hoofdtype

6 - Gwascombinaties

Subtype

6100 - Gewascombinaties Omschrijving

Totale oppervlakte cultuurgrond Standaardopbrengst (SO) Standaardverdiencapaciteit (SVC) Grootteklasse o.b.v. SVC

Resultaat

Eenheid

22

ha

227.100

euro

84.930

euro

Klasse 3: 60.000 – 100.000 euro: middelgrote bedrijven

Specificatie van ingevoerde gegevens, normen en SO per product Categorie

SO per eenheid

Standaardopbrengst

ha, gemeten maat

3.150

18.900

10

ha, gemeten maat

9.660

96.600

6

ha, gemeten maat

18.600

111.600

Aantal

Eenheid

Suikerbieten

6

Aardappelen, poot nak

Akkerbouwgewassen

Bloembollen en -knollen Overige bloemen, bloembollen en knollen

U kunt resultaten van groepen bedrijven bekijken in

Agrimatie

LEI is niet aansprakelijk voor eventuele schade ontstaan door het gebruik van de Rekenmodule, door het beëindigen van het beschikbaar stellen ervan of door conclusies en besluiten van gebruikers op basis van de uitkomsten ervan.

Toelichting bij de kengetallen Bedrijfstype De agrarische bedrijven in Nederland verschillen onderling sterk in bedrijfsopzet. Op het ene bedrijf wordt bijvoorbeeld melk geproduceerd en op een ander bedrijf appels. Om bedrijven te kunnen indelen en met elkaar te kunnen vergelijken wordt de Standaardopbrengst (SO) gebruikt. Met behulp van de SO-normen kunnen de appels en de koeien bij elkaar worden geteld en kan de economische bedrijfsomvang (SO) en het NSO-bedrijfstype (specialisatiegraad) van agrarische bedrijven worden berekend. Informatie over de verschillende typen is opgenomen op de website: LEI Wageningen UR

Standaardopbrengst (SO)

Standaardopbrengst (SO) De bedrijfsomvang van een bedrijf wordt gemeten in Standaardopbrengst (SO). Voor elke gewas- en diersoort uit de Landbouwtelling is een SO-norm berekend, die de opbrengsten per eenheid weergeeft die onder normale omstandigheden op jaarbasis behaald worden. De bedrijfsomvang wordt berekend als een sommatie van alle eenheden van de producten maal hun SO-norm. De opbrengsten van toeslagen, subsidies en verbredingsactiviteiten zijn niet meegenomen in de normen en dus ook niet in de totale SO van het bedrijf.

Standaard verdiencapaciteit (SVC) De bedrijfsomvang in SO is over bedrijfstypen heen niet sterk gerelateerd met de arbeidsinzet of het resultaat van een bedrijf. Een akkerbouwer houdt van 100.000 euro opbrengsten bijvoorbeeld meer over dan een vleesvarkenshouder. Met het kengetal SVC wordt daarvoor gecorrigeerd. De SVC geeft een beeld van de vergoeding voor de inzet van arbeid en kapitaal (toegevoegde waarde) die op basis van standaarden gemiddeld in een jaar wordt behaald met de betreffende agrarische productie. De werkelijk gerealiseerde toegevoegde waarde van een bedrijf zal nooit gelijk zijn aan de berekende SVC, vanwege verschillen in prijsvorming, technisch resultaat, productbewerking, subsidies en/of multifunctionele activiteiten. Grootteklasse SVC Voor het handiger gebruik van de SVC zijn standaard-grootteklassen vastgesteld. De gehanteerde grenzen van die klassen zijn gebaseerd op de gemiddelde verhouding van de SVC per arbeidskracht en dus min of meer bij een gemiddeld-efficiënte arbeidsinzet. De werkelijke arbeidsinzet van een bedrijf hangt mede af van de mate van mechanisering. Omdat de werkelijke toegevoegde van een bedrijf af kan wijken van de norm is het mogelijk dat de omschrijving bij de grootteklasse niet van toepassing is op het individuele bedrijf. De uitkomsten moeten dan ook vooral als een (globale) richtlijn worden gezien. Er zijn 5 klassen gedefinieerd op basis van het bedrag aan SVC: 1. < 25.000 euro: zeer kleine bedrijven Deze bedrijven vragen voor de agrarische activiteit volgens de in gebruik zijnde standaarden een arbeidsinzet van maximaal 0,75 arbeidsjaareenheden (aje), tenzij de arbeid duidelijk minder efficiënt of tegen een lagere vergoeding dan gemiddeld wordt ingezet. 2. 25.000 – 60.000 euro: kleine bedrijven Deze bedrijven vragen voor de agrarische activiteit volgens de in gebruik zijnde standaarden een arbeidsinzet van 0,75 tot maximaal 1,5 aje, afhankelijk van de mate van automatisering en de efficiëntie waarmee de arbeid kan worden ingezet. 3. 60.000 – 100.000 euro: middelgrote bedrijven Deze bedrijven zijn van dusdanige omvang dat voor ongeveer 1,5 tot 2,5 aje een gemiddelde toegevoegde waarde kan worden gerealiseerd. 4. 100.000 – 250.000 euro: grote bedrijven Deze bedrijven zijn van dusdanige omvang dat voor ongeveer 2,5 tot 5 aje een gemiddelde toegevoegde waarde kan worden gerealiseerd. 5. >= 250.000 euro: zeer grote bedrijven Deze bedrijven kunnen aan meer dan 5 aje arbeid bieden tegen een gemiddelde vergoeding.

Regels


1 Inleidende regels........................................................................................................................ 5 Artikel 1 Begrippen.................................................................................................................... 5 1.1 bijbehorend bouwwerk (artikel 1.31)................................................................................. 5 1.2 kampeermiddel (artikel 1.73) ............................................................................................ 5 1.3 logies met ontbijt (artikel 1.81) ......................................................................................... 5 1.4 reëel agrarisch bedrijf (artikel 1.111) ................................................................................. 5 1.5 stacaravan/chalet (artikel 1.116) ....................................................................................... 5 1.6 strandrecreatie 1 (artikel 1.122) ........................................................................................ 6 1.7 Strandrecreatie 2 (artikel 1.123) ........................................................................................ 6 1.8 strandrecreatie 3 (artikel 1.124) ........................................................................................ 6 1.9 strandrecreatie 4 (artikel 1.125) ........................................................................................ 6 1.10 tuinwal (artikel 1.128) ..................................................................................................... 6 2 Bestemmingsregels .................................................................................................................... 7 Artikel 2 Agrarisch - Binnenduinrand (artikel 3) ........................................................................... 7 Artikel 3 Agrarisch - Hoge berg (artikel 4) .................................................................................... 8 Artikel 4 Agrarisch - Oude land (artikel 5) ...................................................................................10 Artikel 5 Agrarisch - Strandpolders (artikel 6) .............................................................................12 Artikel 6 Agrarisch - Zeepolders (artikel 7)..................................................................................13 Artikel 7 Bedrijf (artikel 8) .........................................................................................................15 Artikel 8 Bedrijf - Agrarisch loonbedrijf (artikel 9) .......................................................................15 Artikel 9 Bedrijf - Opslag (artikel 17) ..........................................................................................16 Artikel 10 Bedrijf - Vab (artikel 20).............................................................................................16 Artikel 11 Bos (artikel 22) ..........................................................................................................16 Artikel 12 Natuur (artikel 31).....................................................................................................17 Artikel 13 Natuur - Kuststrook (artikel 32) ..................................................................................18 Artikel 14 Recreatie - Recreatief opstal (artikel 35) .....................................................................19 2

Artikel 15 Recreatie - Verblijfsrecreatieve gebouwen (artikel 36).................................................19 Artikel 16 Recreatie - Verblijfsrecreatieve terreinen (artikel 37) ..................................................19 Artikel 17 Tuin (artikel 45).........................................................................................................20 Artikel 18 Verkeer (artikel 46) ...................................................................................................20 Artikel 19 Wonen (artikel 50) ....................................................................................................21 Artikel 20 Wonen - Tweede woning (artikel 51) ..........................................................................22 Artikel 21 Wonen - Vab (artikel 52)............................................................................................22 Artikel 22 Waarde - Archeologie 2 (artikel 55) ............................................................................24 Artikel 23 Waarde - Archeologie 3 (artikel 56) ............................................................................25 Artikel 24 Waarde - Archeologie 4 (artikel 57) ............................................................................26 Artikel 25 Waterstaat - Waterkering (artikel 58) .........................................................................27 25.1 Afwijken van de bouwregels...........................................................................................28 3 Algemene regels........................................................................................................................29 Artikel 26 Algemene aanduidingsregels .....................................................................................29 26.1 luchtvaartverkeerszone 3 (artikel 61.4) ...........................................................................29 26.1.1 Afwijken van de bouwregels (artikel 61.4.2) .................................................................29 26.2 Milieuzone - bufferzone .................................................................................................29 26.2.1 Bouwregels ................................................................................................................29 26.3 Vrijwaringszone - duin (artikel 61.6)................................................................................29 26.3.1 afwijken van de bouwregels ........................................................................................29 Artikel 27 Overige regels ...........................................................................................................29 27.1 Voldoende parkeergelegenheid (artikel 64 - nieuw).........................................................29 4 Overgangs- en slotregels............................................................................................................31 Artikel 28 Slotregel ...................................................................................................................31

3

4

1 Inleidende regels Artikel 1 Begrippen Tussen haakjes staan de nummers van de begrippen zoals opgenomen in het bestemmingsplan Buitengebied Texel 2013 vastgesteld op 12 juni 2013.

De tekst in onderstaande begrippen in het Moederplan wordt geschrapt en vervangen door de hieronder verwoorde nieuwe tekst.

In deze regels wordt verstaan onder:

1.1 bijbehorend bouwwerk (artikel 1.31) uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd gebouw, of ander bouwwerk, met een dak. 1.2 kampeermiddel (artikel 1.73) een tent, een tentwagen, een camper, een caravan danwel enig ander daarmee vergelijkbaar voertuig of onderkomen, dat geheel of ten dele is bestemd of opgericht danwel wordt of kan worden gebruikt voor recreatief nachtverblijf en dat gelet op zijn constructie, omvang en vorm geschikt is om te worden vervoerd. 1.3 logies met ontbijt (artikel 1.81) het bieden van de mogelijkheid tot recreatief nachtverblijf en ontbijt, in de woning/wooneenheid, aan personen die hun hoofdverblijf elders hebben, waarbij dit ondergeschikt is aan de woonfunctie. 1.4 reëel agrarisch bedrijf (artikel 1.111) er is sprake van een reëel agrarisch bedrijf als tussen de helft en een nagenoeg volledig 'redelijk' inkomen afkomstig is uit het bedrijf en/of tussen de helft en nagenoeg volledige arbeidsinzet van een volwaardige arbeidskracht aan het bedrijf besteed wordt. Een reëel bedrijf heeft de potentie uit te groeien tot een volwaardig agrarisch bedrijf. 1.5 stacaravan/chalet (artikel 1.116) een zelfstandig, al dan niet verrijdbaar bouwwerk, bestaande uit een lichte constructie en uit lichte materialen al dan niet met wielaswielen, dat naar aard en inrichting is bedoeld voor recreatief dag- en of nachtverblijf, die gedurende meerdere jaren op een kampeerterrein op dezelfde plaats blijft staan en als kampeermiddel valt aan te merken.

5

1.6 strandrecreatie 1 (artikel 1.122) zone waarbinnen de volgende bebouwing mag worden opgericht: strandhuisjes, sanitair en verkleedruimte, strandbewakingspost, beheer- en onderhoudsgebouw en (water)sportaccommodaties. 1.7 Strandrecreatie 2 (artikel 1.123) zone waarbinnen de volgende bebouwing mag worden opgericht: strandhuisjes, sanitair en verkleedruimte, strandbewakingspost en beheer- en onderhoudsgebouw. 1.8 strandrecreatie 3 (artikel 1.124) vervallen 1.9 strandrecreatie 4 (artikel 1.125) vervallen 1.10 tuinwal (artikel 1.128) een van oudsher op het Oude Land van Texel veel voorkomend landschapselement, in gebruik als terreinafscheiding, bestaande uit gestapelde graszoden, aan de basis ongeveer een meter breed en naar boven taps toelopend tot ongeveer 30 cm en ongeveer 1 meter hoog.

6

2 Bestemmingsregels In de bestemmingsregels worden de onderstaande wijzigingen aangebracht. Tussen haakjes staan de artikelnummers van de artikelen zoals opgenomen in Bestemmingsplan Buitengebied Texel 2013 vastgesteld op 12 juni 2013.

Aan sommige artikelen wordt een nieuw (sub)lid toegevoegd, alle hoger genummerde of geletterde (sub)leden vernummeren daardoor. Op alle plekken in de bestemmingsregels waar naar deze vernummerde (sub)leden wordt verwezen worden de (sub)leden vervangen door nieuwe (sub)leden.

Artikel 2 Agrarisch - Binnenduinrand (artikel 3) De regels van de bestemming Agrarisch - Binnenduinrand van het bestemmingsplan Buitengebied Texel 2013 van 12 juni 2013 worden gewijzigd danwel aangevuld zoals hierna is aangegeven. Behoudens onderstaande wijzigingen blijven de overige regels van artikel 3 ongewijzigd van toepassing.

In het hele artikel wordt de term "specifieke vorm van agrarisch - erf" vervangen door de term "erf".

In lid 3.1 bestemmingsomschrijving wordt het volgend sublid toegevoegd: ac. recreatieappartementen ter plaatse van de maatvoering 'maximum aantal recreatieve appartementen'; De daaropvolgende subleden worden verletterd naar ad tot en met ae.

In lid 3.1 wordt het volgende sublid toegevoegd: af. inpandige huisvesting voor tijdelijk personeel ten behoeve van het eigen, ter plaatse gevestigde, agrarische bedrijf ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf inpandige personeelsverblijven'.

In sublid 3.2.2 wordt aan sub e de volgende tekst toegevoegd: "Voor bestaande gebouwen of vervanging daarvan, geldt maximaal de bestaande afstand."

In sublid 3.2.2 wordt het volgende sublid toegevoegd:

7

o. het maximum aantal toegestane recreatieappartementen is op de verbeelding weergegeven in de maatvoering 'maximum aantal recreatieve appartementen'.

In sublid 3.4.4 onder d, het vierde streepje wordt '1 tent of 1 caravan' vervangen door '1 kampeermiddel';

In sublid 3.5.c wordt onder 2 geschrapt en vervangen door: 2. er mogen uitsluitend kampeermiddelen, niet zijnde chalets en stacaravans, geplaatst worden, waarbij de caravans gemeten zonder dissel niet langer dan 6,50 meter zijn;

In sublid 3.6.2 wordt lid b geschrapt en vervangen door: b. het aanbrengen van verhardingen van ondergeschikte betekenis bij reëele danwel volwaardige agrarische bedrijven en woningen zoals het maken van oprijlanen, uitritten en ontsluitingen van percelen tot een gezamenlijke oppervlakte van 400 m2 en parkeervoorzieningen tot een aantal van niet meer dan 5. Deze regel geldt niet voor schapenboeten. Bij schapenboeten mag geen verharding worden aangelegd;

In sublid 3.7.b wordt de volgende voorwaarde toegevoegd: 4. uit het in te dienen erfinrichtingsplan blijkt dat er sprake is van een goede landschappelijke inpassing van erf, beplanting en bebouwing conform het Beeldkwaliteitsplan.

In sublid 3.7.d wordt de volgende voorwaarde toegevoegd: 5. uit het in te dienen erfinrichtingsplan blijkt dat er sprake is van een goede landschappelijke inpassing van erf, beplanting en bebouwing conform het Beeldkwaliteitsplan.

In sublid 3.7.g wordt de volgende voorwaarde toegevoegd: 9. uit het in te dienen erfinrichtingsplan blijkt dat er sprake is van een goede landschappelijke inpassing van erf, beplanting en bebouwing conform het Beeldkwaliteitsplan.

Artikel 3 Agrarisch - Hoge berg (artikel 4) De regels van de bestemming Agrarisch - Hoge berg van het bestemmingsplan Buitengebied Texel 2013 van 12 juni 2013 worden gewijzigd danwel aangevuld zoals hierna is

8

aangegeven. Behoudens onderstaande wijzigingen blijven de overige regels van artikel 4 ongewijzigd van toepassing.


In lid 4.1 wordt het volgend sublid toegevoegd: z. recreatieappartementen ter plaatse van de maatvoering 'maximum aantal recreatieve appartementen'.

In sublid 4.2.2 wordt aan sub d de volgende tekst toegevoegd: "Voor bestaande gebouwen of vervanging daarvan, geldt maximaal de bestaande afstand."

In sublid 4.2.2 wordt het volgende sublid toegevoegd: m. het maximum aantal toegestane recreatieappartementen is op de verbeelding weergegeven in de maatvoering 'maximum aantal recreatieve appartementen'.

In sublid 4.4.4 onder d het derde streepje wordt '1 tent of 1 caravan' vervangen door '1 kampeermiddel';

In sublid 4.5 sub d wordt punt 13 geschrapt.

In sublid 4.6.2 wordt lid b (oud) geschrapt en vervangen door: b. het aanbrengen van verhardingen van ondergeschikte betekenis bij reeele danwel volwaardige agrarische bedrijven en woningen zoals het maken van oprijlanen, uitritten en ontsluitingen van percelen tot een gezamenlijke oppervlakte van 400 m2 en parkeervoorzieningen tot een aantal van niet meer dan 5. Deze regel geldt niet voor schapenboeten. Bij schapenboeten mag geen verharding worden aangelegd ;

In sublid 4.7.a wordt de volgende voorwaarde toegevoegd: 9

4. uit het in te dienen erfinrichtingsplan blijkt dat er sprake is van een goede landschappelijke inpassing van erf, beplanting en bebouwing conform het Beeldkwaliteitsplan.

In sublid 4.7.c wordt de volgende voorwaarde toegevoegd: 5. uit het in te dienen erfinrichtingsplan blijkt dat er sprake is van een goede landschappelijke inpassing van erf, beplanting en bebouwing conform het Beeldkwaliteitsplan.

In sublid 4.7.f wordt de volgende voorwaarde toegevoegd: 9. uit het in te dienen erfinrichtingsplan blijkt dat er sprake is van een goede landschappelijke inpassing van erf, beplanting en bebouwing conform het Beeldkwaliteitsplan.

Artikel 4 Agrarisch - Oude land (artikel 5) De regels van de bestemming Agrarisch - Oude land van het bestemmingsplan Buitengebied Texel 2013 van 12 juni 2013 worden gewijzigd danwel aangevuld zoals hierna is aangegeven. Behoudens onderstaande wijzigingen blijven de overige regels van artikel 5 ongewijzigd van toepassing.


In lid 5.1 wordt het volgend sublid toegevoegd: ab. recreatieappartementen ter plaatse van de maatvoering 'maximum aantal recreatieve appartementen'; De daaropvolgende subleden worden verletterd naar ac tot en met ad.

In lid 5.1 wordt het volgende sublid toegevoegd: ae. kamperen bij de boer ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie kamperen bij de boer.'


In sublid 5.2.2 wordt het volgende sublid toegevoegd: 10

o. het maximum aantal toegestane recreatieappartementen is op de verbeelding weergegeven in de maatvoering 'maximum aantal recreatieve appartementen'.

In sublid 5.4.4 onder d het tweede streepje na de huidige zin wordt toegevoegd: of ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - kamperen bij de boer, waarbij de voorwaarden van lid 5.5 c nummers 1 t/m 10 van toepassing zijn.

het vierde streepje wordt '1 tent of 1 caravan' vervangen door '1 kampeermiddel';

In sublid 5.5 sub g wordt punt 13 geschrapt.


In sublid 5.6.2 wordt lid b geschrapt en vervangen door: b. het aanbrengen van verhardingen van ondergeschikte betekenis bij reeele danwel volwaardige agrarische bedrijven en woningen zoals het maken van oprijlanen, uitritten en ontsluitingen van percelen tot een gezamenlijke oppervlakte van 400 m2 en parkeervoorzieningen tot een aantal van niet meer dan 5. Deze regel geldt niet voor schapenboeten. Bij schapenboeten mag geen verharding worden aangelegd;



In sublid 5.7.g wordt de volgende voorwaarde toegevoegd: 11

9. uit het in te dienen erfinrichtingsplan blijkt dat er sprake is van een goede landschappelijke inpassing van erf, beplanting en bebouwing conform het Beeldkwaliteitsplan.

Artikel 5 Agrarisch - Strandpolders (artikel 6) De regels van de bestemming Agrarisch - Strandpolders van het bestemmingsplan Buitengebied Texel 2013 van 12 juni 2013 worden gewijzigd danwel aangevuld zoals hierna is aangegeven. Behoudens onderstaande wijzigingen blijven de overige regels van artikel 6 ongewijzigd van toepassing.


In lid 6.1 wordt het volgend sublid toegevoegd: ab. recreatieappartementen ter plaatse van de maatvoering 'maximum aantal recreatieve appartementen'; De daaropvolgende subleden worden verletterd naar ac tot en met ae.

In sublid 6.2.2 wordt aan sub d de volgende tekst toegevoegd: "Voor bestaande gebouwen of vervanging daarvan, geldt maximaal de bestaande afstand."

In sublid 6.2.2 wordt het volgende sublid toegevoegd: n. het maximum aantal toegestane recreatieappartementen is op de verbeelding weergegeven in de maatvoering 'maximum aantal recreatieve appartementen'.



In sublid 6.6.2 wordt lid b geschrapt en vervangen door: b. het aanbrengen van verhardingen van ondergeschikte betekenis bij reeele danwel volwaardige agrarische bedrijven en woningen zoals het maken van oprijlanen, uitritten en 12

ontsluitingen van percelen tot een gezamenlijke oppervlakte van 400 m2 en parkeervoorzieningen tot een aantal van niet meer dan 5. Deze regel geldt niet voor schapenboeten. Bij schapenboeten mag geen verharding worden aangelegd;



In sublid 6.7.g wordt de volgende voorwaarde toegevoegd: 9. uit het in te dienen erfinrichtingsplan blijkt dat er sprake is van een goede landschappelijke inpassing van erf, beplanting en bebouwing conform het Beeldkwaliteitsplan.

Artikel 6 Agrarisch - Zeepolders (artikel 7) De regels van de bestemming Agrarisch - Zeepolders van het bestemmingsplan Buitengebied Texel 2013 van 12 juni 2013 worden gewijzigd danwel aangevuld zoals hierna is aangegeven. Behoudens onderstaande wijzigingen blijven de overige regels van artikel 7 ongewijzigd van toepassing.


In lid 7.1 wordt het volgend sublid toegevoegd: ab. recreatieappartementen ter plaatse van de maatvoering 'maximum aantal recreatieve appartementen'; De daaropvolgende subleden worden verletterd naar ac tot en met ad.

In lid 7.1 wordt het volgend sublid toegevoegd: ae. een agrarisch hulp- en toeleveringsbedrijf en land- en tuinbouwmechanisatiebedrijf ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf – agrarisch loonbedrijf'.

13


In sublid 7.2.2 wordt het volgende sublid toegevoegd: o. het maximum aantal toegestane recreatieappartementen is op de verbeelding weergegeven in de maatvoering 'maximum aantal recreatieve appartementen'.



In sublid 7.6.2 wordt lid b geschrapt en vervangen door: b. het aanbrengen van verhardingen van ondergeschikte betekenis bij reeele danwel volwaardige agrarische bedrijven en woningen zoals het maken van oprijlanen, uitritten en ontsluitingen van percelen tot een gezamenlijke oppervlakte van 400 m2 en parkeervoorzieningen tot een aantal van niet meer dan 5. Deze regel geldt niet voor schapenboeten. Bij schapenboeten mag geen verharding worden aangelegd;



In sublid 7.7.g wordt de volgende voorwaarde toegevoegd: 9. uit het in te dienen erfinrichtingsplan blijkt dat er sprake is van een goede landschappelijke inpassing van erf, beplanting en bebouwing conform het Beeldkwaliteitsplan. 14

Artikel 7 Bedrijf (artikel 8) Aan artikel 8.1 onder a. wordt aan het einde van de tekst toegevoegd: 'uitgezonderd ter plaatse van de aanduiding specifieke vorm van bedrijf - maximale milieucategorie 2, waar alleen bedrijfsgebouwen en overkappingen zijn toegestaan ten behoeve van bedrijven zoals die zijn genoemd onder de categorien 1 en 2 in Bijlage 3 in bijlage bij de regels, en naar aard en omvang daarmee vergelijkbare bedrijven.'

Artikel 8 Bedrijf - Agrarisch loonbedrijf (artikel 9) De regels van de bestemming Bedrijf - Agrarisch loonbedrijf van het bestemmingsplan Buitengebied Texel 2013 van 12 juni 2013 worden gewijzigd danwel aangevuld zoals hierna is aangegeven. Behoudens onderstaande wijzigingen blijven de overige regels van artikel 9 ongewijzigd van toepassing.

Aan sublid 9.4 wordt een nieuw sublid toegevoegd: 9.4.3 (nieuw) Toegestaan gebruik a. In overeenstemming met deze bestemming is ondergeschikte tijdelijke opslag (maximaal 1 jaar) van materialen en producten voor de bedrijfsactiviteiten, buiten de gebouwen en overkappingen, met een maximum hoogte van 3 meter ten opzichte van het peil en waarbij sprake is van een goede landschappelijke inpassing.

In sublid 9.4.3 wordt onder e geschrapt en vervangen door: e. permanente opslag van al dan niet aan het bedrijf gerelateerde goederen buiten de gebouwen en overkappingen.

Bij de nummering onder 9.5.a wordt het volgende gewijzigd: sub 8 wordt sub 7.

Bij de nummering onder 9.5.b wordt het volgende gewijzigd: sub 9 wordt sub 8.

In sublid 9.6.c wordt de volgende voorwaarde toegevoegd: 9. uit het in te dienen erfinrichtingsplan blijkt dat er sprake is van een goede landschappelijke inpassing van erf, beplanting en bebouwing conform het Beeldkwaliteitsplan.

15

Aan sublid 9.6 wordt een nieuw sublid toegevoegd: 9.6.d (nieuw) Plattelandswoning op de verbeelding de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - plattelandswoning' wordt opgenomen. Hierbij gelden de volgende voorwaarden: 1. de opname van deze aanduiding doet geen onevenredige afbreuk aan de ontwikkelingsmogelijkheden van omliggende (agrarische) bedrijven, de milieusituatie, de woonsituatie, de verkeersfunctie, de natuurwaarden en de gebruiksmogelijkheden van omliggende gronden.

Artikel 9 Bedrijf - Opslag (artikel 17) De regels van de bestemming Bedrijf - Opslag van het bestemmingsplan Buitengebied Texel 2013 van 12 juni 2013 worden niet gewijzigd.

Artikel 10 Bedrijf - Vab (artikel 20) De regels van de bestemming Bedrijf - Vab van het bestemmingsplan Buitengebied Texel 2013 van 12 juni 2013 worden gewijzigd danwel aangevuld zoals hierna is aangegeven. Behoudens onderstaande wijzigingen blijven de overige regels van artikel 20 ongewijzigd van toepassing.

Aan sublid 20.1 wordt toegevoegd onder 'daaraan ondergeschikt' m. verblijfsrecreatie in een monumentale stolp ter plaatse van de maatvoering 'maximum aantal recreatieve appartementen'; De daaropvolgende subleden worden verletterd naar n tot en met r.

Aan lid 20.2.2 wordt het volgende sublid toegevoegd j. het maximum aantal toegestane recreatieve appartementen is op de vebreelding weergegeven in de maatvoering ''maximum aantal recreatieve appartementen'.

Artikel 11 Bos (artikel 22) De regels van de bestemming Bos van het bestemmingsplan Buitengebied Texel 2013 van 12 juni 2013 worden gewijzigd danwel aangevuld zoals hierna is aangegeven. Behoudens onderstaande wijzigingen blijven de overige regels van artikel 22 ongewijzigd van toepassing.

Aan sublid 22.1 wordt een nieuw sublid toegevoegd na d:

16

met daaraan ondergeschikt: e. standplaatsen; De daaropvolgende subleden worden verletterd naar f tot en met j.

In sublid 22.4.1 wordt onder a (oud) geschrapt en vervangen door: a. het gebruik als opslag-, stort, lozings- of bergplaats van bruikbare en/of onbruikbare of althans aan hun oorspronkelijke gebruik onttrokken voorwerpen, stoffen of producten met uitzondering van opslag van hout afkomstig van houtoogst ter plaatse of vrijgekomen bodemmateriaal ten behoeve van natuurbeheer;

In sublid 22.5.2 wordt geschrapt: Bij de afweging van de hierboven genoemde omgevingsvergunning, is het Beeldkwaliteitsplan Buitengebied van de gemeente Texel, zoals opgenomen in bijlage 5 in bijlagen bij de regels steeds onderdeel van het toetsingskader.

De omgevingsvergunning wordt alleen verleend indien de betreffende werken of werkzaamheden geen onevenredige, blijvende schade toebrengen aan de aanwezige landschappelijke of natuurlijke of bodemkundige waarden en geen onevenredige afbreuk doen aan de gebruiksmogelijkheden van de betrokken of omliggende gronden.

Aan sublid 22.5 wordt een nieuw sublid toegevoegd: 22.5.3. (nieuw) Toetsingscriteria a. Bij de afweging van de hierboven genoemde omgevingsvergunning, is het Beeldkwaliteitsplan Buitengebied van de gemeente Texel, zoals opgenomen in bijlage 5 in bijlagen bij de regels steeds onderdeel van het toetsingskader; b. De omgevingsvergunning wordt alleen verleend indien de betreffende werken of werkzaamheden geen onevenredige, blijvende schade toebrengen aan de aanwezige landschappelijke of natuurlijke of bodemkundige waarden en geen onevenredige afbreuk doen aan de gebruiksmogelijkheden van de betrokken of omliggende gronden.

Artikel 12 Natuur (artikel 31) De regels van de bestemming Natuur van het bestemmingsplan Buitengebied Texel 2013 van 12 juni 2013 worden gewijzigd danwel aangevuld zoals hierna is aangegeven. Behoudens onderstaande wijzigingen blijven de overige regels van artikel 31 ongewijzigd van toepassing. 17

Aan sublid 31.1 wordt een nieuw sublid toegevoegd na i:

met daaraan ondergeschikt: j. standplaatsen; De daaropvolgende subleden worden verletterd naar k tot en met l.

Aan sublid 31.2.1 wordt een nieuw sublid toegevoegd na b: c. ter plaatse van de aanduiding 'Eendenkooi' mag per aanduiding maximaal 1 gebouw ten behoeve van de eendenkooi worden gebouwd met een oppervlakte van maximaal 40 m2 en een bouwhoogte van maximaal 4 meter.

Artikel 13 Natuur - Kuststrook (artikel 32) De regels van de bestemming Natuur - Kuststrook van het bestemmingsplan Buitengebied Texel 2013 van 12 juni 2013 worden gewijzigd danwel aangevuld zoals hierna is aangegeven. Behoudens onderstaande wijzigingen blijven de overige regels van artikel 32 ongewijzigd van toepassing.

In sublid 32.1 sub l. wordt de teskt geschrapt en vervangen door: één paviljoen ter plaatse van de aanduiding 'Specifieke vorm van recreatie - paviljoen';

In sublid 32.1 sub m wordt de tekst geschrapt en vervangen door: één kiosk ter plaatse van de aanuiding 'Specifieke vorm van recreatie - kiosk';

aan sbulid 32.1 wordt een nieuw sublid toegevoegd na sublid l: m. één pavikiosk ter plaats evan de aan32duiding 'Specifieke vorm van recreatie - pavikiosk'; en de overige subleden worden doorgeletterd van n tot en met t

Aan sublid 32.1 wordt een nieuw sublid toegevoegd na q:

met daaraan ondergeschikt: 18

r. standplaatsen; De daaropvolgende subleden worden verletterd naar s tot en met u.

Sublid 32.2.1 b wordt geschrapt en vervangen door: ter plaatse van de aanduiding 'Specifieke vorm van recreatie - strandrecreatie 1'; 'Specifieke vorm van recreatie - strandrecreatie 2'; 'Specifieke vorm van recreatie - paviljoen'; 'Specifieke vorm van recreatie - kiosk' en 'Specifieke vorm van recreatie - pavikiosk' mag per aanduiding gebouwd worden hetgeen past in de mogelijkheden van die aanduiding. De gebouwen en overkappingen voor beheer en onderhoud van het natuurgebied mogen uitsluitend worden gebouwd binnen een bouwvlak.

Aan sublid 32.2.1 wordt een nieuw sublid toegevoegd na f: g. ter plaatse van de aanduiding 'Eendenkooi' mag per aanduiding maximaal 1 gebouw ten behoeve van de eendenkooi worden gebouwd met een oppervlakte van maximaal 40 m2 en een bouwhoogte van maximaal 4 meter.

Artikel 14 Recreatie - Recreatief opstal (artikel 35) De regels van de bestemming Recreatie - Recreatief opstal van het bestemmingsplan Buitengebied Texel 2013 van 12 juni 2013 worden gewijzigd danwel aangevuld zoals hierna is aangegeven. Behoudens onderstaande wijzigingen blijven de overige regels van artikel 35 ongewijzigd van toepassing.

In sublid 35.2.2 onder c wordt woonhuis(zen) gewijzigd in gebouw(en).

Artikel 15 Recreatie - Verblijfsrecreatieve gebouwen (artikel 36) De regels van de bestemming Recreatie - Verblijfsrecreatieve gebouwen van het bestemmingsplan Buitengebied Texel 2013 van 12 juni 2013 worden niet gewijzigd.

Artikel 16 Recreatie - Verblijfsrecreatieve terreinen (artikel 37) De regels van de bestemming Recreatie - Verblijfsrecreatieve terreinen van het bestemmingsplan Buitengebied Texel 2013 van 12 juni 2013 worden gewijzigd danwel aangevuld zoals hierna is aangegeven. Behoudens onderstaande wijzigingen blijven de overige regels van artikel 37 ongewijzigd van toepassing.

Aan sublid 37.1 wordt na c een nieuw sublid toegevoegd: d. zomerhuizen waar zowel recreatieve als permanente bewoning is toegestaan, ter plaatse van de aanduiding, 'Specifieke vorm van wonen - 2e woning'; De daaropvolgende subleden worden verletterd naar e tot en met p. 19

Aan sublid 37.2.1 onder a wordt toegevoegd na "overkappingen": uitgezonderd sanitaire voorzieningen.

Aan sublid 37.2.1 wordt aan sublid b toegevoegd: of maximaal de bestaande goothoogte of bouwhoogte indien deze hoger is.

Aan sublid 37.2.7 wordt toegevoegd een nieuw sublid: d. de bijbehorende bouwwerken bij zomerhuizen en familiehuizen mogen uitsluitend worden gebouwd binnen het bouwvlak.

In sublid 37.2.8 wordt onder c (oud) geschrapt en vervangen door: c. aan de buitenkant van het terrein moet een afschermende windsingel geplant en in stand gehouden worden met een minimale breedte van 7 meter, indien niet reeds op andere wijze een goede landschappelijke inpassing gewaarborgd is.

In sublid 37.3 onder c wordt geschrapt: goothoogte max. 3,50 m.

Artikel 17 Tuin (artikel 45) De regels van de bestemming Tuin van het bestemmingsplan Buitengebied Texel 2013 van 12 juni 2013 worden niet gewijzigd.

Artikel 18 Verkeer (artikel 46) De regels van de bestemming Verkeer van het bestemmingsplan Buitengebied Texel 2013 van 12 juni 2013 worden gewijzigd danwel aangevuld zoals hierna is aangegeven. Behoudens onderstaande wijzigingen blijven de overige regels van artikel 46 ongewijzigd van toepassing.

Aan sublid 46.1 wordt een nieuw sublid toegevoegd na h:

met daaraan ondergeschikt: i. standplaatsen; 20

De daaropvolgende subleden worden verletterd naar j tot en met q.

Artikel 19 Wonen (artikel 50) De regels van de bestemming Wonen van het bestemmingsplan Buitengebied Texel 2013 van 12 juni 2013 worden gewijzigd danwel aangevuld zoals hierna is aangegeven. Behoudens onderstaande wijzigingen blijven de overige regels van artikel 50 ongewijzigd van toepassing.

Aan sublid 50.1 wordt toegevoegd onder 'daaraan ondergeschikt' g. verblijfsrecreatie in een monumentale stolp ter plaatse van de maatvoering 'maximum aantal recreatieve appartementen'; De daaropvolgende subleden worden verletterd naar h tot en met k.

In sublid 50.4.1 worden de woorden '1 tent of 1 caravan' vervangen door '1 kampeermiddel' en aan de bestaande tekst achter 4. wordt toegevoegd 'en/of een recreatief appartement zoals op de verbeelding weergegeven in de maatvoering "maximum aantal recreatieve appartementen".

In sublid 50.4.2 wordt onder e. geschrapt en vervangen door: e. het beroep aan huis of de kleinschalige bedrijfsmatige activiteit aan huis levert geen onevenredige beperking van de gebruiksmogelijkheden van de omliggende gronden, en doet geen afbreuk aan de ontwikkelingsmogelijkheden voor de omliggende (agrarische) bedrijven en/of woonsituatie.

In sublid 50.4.4 wordt onder d. geschrapt en vervangen door: d. het gebruik van de gronden en bouwwerken ten behoeve van verblijfsrecreatieve doeleinden anders dan: - in de recreatieve opstal ter plaatse van de maatvoering ‘maximum aantal recreatieve opstallen’; - logies met ontbijt ondergeschikt aan de woonfunctie en tot een maximum van 6 slaapplaatsen per woning/wooneenheid, verdeeld over maximaal 3 slaapkamers, tenzij ter plaatse van de aanduiding ‘maximum aantal slaapplaatsen’ in welk geval het aantal slaapplaatsen ten hoogste het ter plaatse aangegeven aantal mag bedragen’; - kamperen op het achtererf in 1 kampeermiddel; - in recreatieve appartementen ter plaatse van de maatvoering ‘maximum aantal recreatieve appartementen’. 21

Artikel 20 Wonen - Tweede woning (artikel 51) De regels van de bestemming Wonen - Tweede woning van het bestemmingsplan Buitengebied Texel 2013 van 12 juni 2013 worden gewijzigd danwel aangevuld zoals hierna is aangegeven. Behoudens onderstaande wijzigingen blijven de overige regels van artikel 51 ongewijzigd van toepassing.

In sublid 51.4.1 worden de woorden 'één tent of caravan' vervangen door '1 kampeermiddel'.

In sublid 51.4.2 wordt onder e geschrapt en vervangen door: e. Het beroep aan huis of de kleinschalige bedrijfsmatige activiteit aan huis levert geen onevenredige beperking van de gebruiksmogelijkheden van de omliggende gronden, en doet geen afbreuk aan de ontwikkelingsmogelijkheden voor de omliggende (agrarische) bedrijven en/of woonsituatie.

In sublid 51.4.1 worden de woorden '1 tent of 1 caravan' vervangen door '1 kampeermiddel' en aan de bestaande tekst achter 4. wordt toegevoegd 'en/of een recreatief appartement zoals op de verbeelding weergegeven in de maatvoering "maximum aantal recreatieve appartementen".

In sublid 51.4.4 wordt onder e. geschrapt en vervangen door: e. indien er sprake is van permanente bewoning: het gebruik van de gronden en bouwwerken ten behoeve van verblijfsrecreatieve doeleinden anders dan: - in de recreatieve opstal ter plaatse van de maatvoering ‘maximum aantal recreatieve opstallen’; - logies met ontbijt ondergeschikt aan de woonfunctie en tot een maximum van 6 slaapplaatsen per woning/wooneenheid, verdeeld over maximaal 3 slaapkamers, tenzij ter plaatse van de aanduiding ‘maximum aantal slaapplaatsen’ in welk geval het aantal slaapplaatsen ten hoogste het ter plaatse aangegeven aantal mag bedragen’; - kamperen op het achtererf in 1 kampeermiddel.

Artikel 21 Wonen - Vab (artikel 52) De regels van de bestemming Wonen - Vab van het bestemmingsplan Buitengebied Texel 2013 van 12 juni 2013 worden gewijzigd danwel aangevuld zoals hierna is aangegeven. Behoudens onderstaande wijzigingen blijven de overige regels van artikel 52 ongewijzigd van toepassing.

22

Aan sublid 52.1 wordt toegevoegd onder 'daaraan ondergeschikt' g. verblijfsrecreatie in een monumentale stolp ter plaatse van de maatvoering 'maximum aantal recreatieve appartementen'; De daaropvolgende subleden worden verletterd naar h tot en met l.

In sublid 52.2.2 onder d wordt de rij 'gezamenlijke oppervlakte' geschrapt en vervangen door: gezamenlijke oppervlakte: max. de oppervlakte die in de maatvoering op de verbeelding is aangegeven, en in het geval er geen maatvoering is aangegeven max. 650 m2 , tenzij de bestaande oppervlakte minder bedraagt dan geldt deze oppervlakte als maximum oppervlakte.

In sublid 52.2.2 onder e wordt geschrapt en vervangen door: e. per woning mogen maximaal 2 vrijstaande bijbehorende bouwwerken worden gebouwd, tenzij het bestaande aantal meer bedraagt in welk geval het maximum aantal bouwwerken het bestaande aantal zal bedragen, en met een gezamenlijke oppervlakte van max. 100 m2, tenzij de gezamenlijke oppervlakte genoemd onder sub d meer bedraagt in welk geval de maximum oppervlakte de gezamenlijke oppervlakte als bedoeld onder sub d zal bedragen. Dit is exclusief de onder sub g bedoelde recreatieve opstallen.

In sublid 52.4.1 worden de woorden 'één tent of caravan' vervangen door '1 kampeermiddel' en aan de bestaande tekst achter 4. wordt toegevoegd 'en/of een recreatief appartement zoals op de verbeelding weergegeven in de maatvoering "maximum aantal recreatieve appartementen".

In sublid 52.4.2 wordt onder e. geschrapt en vervangen door: e. het beroep aan huis of de kleinschalige bedrijfsmatige activiteit aan huis levert geen onevenredige beperking van de gebruiksmogelijkheden van de omliggende gronden, en doet geen afbreuk aan de ontwikkelingsmogelijkheden voor de omliggende (agrarische) bedrijven en/of woonsituatie.

In sublid 52.4.5 wordt onder d. geschrapt en vervangen door: d. het gebruik van de gronden en bouwwerken ten behoeve van verblijfsrecreatieve doeleinden anders dan: - in de recreatieve opstal ter plaatse van de maatvoering ‘maximum aantal recreatieve opstallen’; 23

- logies met ontbijt ondergeschikt aan de woonfunctie en tot een maximum van 6 slaapplaatsen per woning/wooneenheid, verdeeld over maximaal 3 slaapkamers, tenzij ter plaatse van de aanduiding ‘maximum aantal slaapplaatsen’ in welk geval het aantal slaapplaatsen ten hoogste het ter plaatse aangegeven aantal mag bedragen’; - kamperen op het achtererf in 1 kampeermiddel; - in recreatieve appartementen ter plaatse van de maatvoering ‘maximum aantal recreatieve appartementen’.

Artikel 22 Waarde - Archeologie 2 (artikel 55) De regels van de bestemming Waarde - Archeologie 2 van het bestemmingsplan Buitengebied Texel 2013 van 12 juni 2013 worden gewijzigd danwel aangevuld zoals hierna is aangegeven. Behoudens onderstaande wijzigingen blijven de overige regels van artikel 55 ongewijzigd van toepassing.

Artikel 55.2.a onder 2 wordt geschrapt en vervangen door: 2. vooraf door de aanvrager van de omgevingsvergunning een rapport op basis van de Kwaliteitsnorm voor de Nederlandse Archeologie is overgelegd waaruit blijkt dat van het terrein dat blijkens de aanvraag zal worden verstoord, naar het oordeel van Burgemeester en Wethouders in voldoende mate is vastgesteld dat: - de archeologische waarden in voldoende mate zijn zeker gesteld; of - er geen archeologische waarden aanwezig zijn; of - de archeologische waarden hierdoor niet of niet onevenredig worden geschaad.

In sublid 55.3.2 onder a wordt 'bouwaanvragen' geschrapt en vervangen door 'aanvragen omgevingsvergunning'.

In sublid 55.3.2.b onder 3 wordt het woord 'die' geschrapt.

Artikel 55.3.2 Uitzonderingen, wordt vernummerd naar artikel 55.4 De eerste zin van dit artikel wordt vervangen door: Op de in artikel 55.2 genoemde bouwregels en het in artikel 55.3.1 vervatte verbod gelden de volgende uitzonderingen:

Artikel 55.3.3 Verlenen omgevingsvergunning wordt vernummerd naar artikel 55.5 24

De eerste zin van dit artikel wordt vervangen door: Een in artikel 55.2 en artikel 55.3.1 genoemde omgevingsvergunning kan slechts worden verleend indien:

Artikel 55.3.4 Voorwaarden in omgevingsvergunning wordt vernummerd naar 55.6 De eerste zin van dit artikel wordt vervangen door: In het belang van de archeologische monumentenzorg en ter borging van het treffen van de maatregelen als bedoeld in artikel 55.5 sub b (nieuw) kunnen Burgemeester en Wethouders aan een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 55.2 en artikel 55.3.1 in ieder geval de volgende voorwaarden verbinden:

Artikel 55.4 Wijzigingsbevoegdheid wordt vernummerd naar 55.7


Artikel 56.2.a onder 2 wordt geschrapt en vervangen door: 2. vooraf door de aanvrager van de omgevingsvergunning een rapport op basis van de Kwaliteitsnorm voor de Nederlandse Archeologie is overgelegd waaruit blijkt dat van het terrein dat blijkens de aanvraag zal worden verstoord, naar het oordeel van Burgemeester en Wethouders in voldoende mate is vastgesteld dat: - de archeologische waarden in voldoende mate zijn zeker gesteld; of - er geen archeologische waarden aanwezig zijn; of - de archeologische waarden hierdoor niet of niet onevenredig worden geschaad.


In sublid 56.3.2.b onder 3 wordt het woord 'die' geschrapt. 25


Artikel 56.3.3 Verlenen omgevingsvergunning wordt vernummerd naar artikel 56.5 De eerste zin van dit artikel wordt vervangen door: Een in artikel 56.2 en artikel 56.3.1 genoemde omgevingsvergunning kan slechts worden verleend indien:

Artikel 56.3.4 Voorwaarden in omgevingsvergunning wordt vernummerd naar 56.6 De eerste zin van dit artikel wordt vervangen door: In het belang van de archeologische monumentenzorg en ter borging van het treffen van de maatregelen als bedoeld in artikel 56.5 sub b kunnen Burgemeester en Wethouders aan een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 56.2 en artikel 56.3.1 in ieder geval de volgende voorwaarden verbinden:



Artikel 57.2.a onder 2 wordt geschrapt en vervangen door: 2. vooraf door de aanvrager van de omgevingsvergunning een rapport op basis van de Kwaliteitsnorm voor de Nederlandse Archeologie is overgelegd waaruit blijkt dat van het terrein dat blijkens de aanvraag zal worden verstoord, naar het oordeel van Burgemeester en Wethouders in voldoende mate is vastgesteld dat: - de archeologische waarden in voldoende mate zijn zeker gesteld; of 26

- er geen archeologische waarden aanwezig zijn; of - de archeologische waarden hierdoor niet of niet onevenredig worden geschaad.


In sublid 57.3.2.b onder 3 wordt het woord 'die' geschrapt.


Artikel 57.3.3 Verlenen omgevingsvergunning wordt vernummerd naar artikel 57.5 De eerste zin van dit artikel wordt vervangen door: Een in artikel 57.2 en artikel 57.3.1 genoemde omgevingsvergunning kan slechts worden verleend indien:

Artikel 57.3.4 Voorwaarden in omgevingsvergunning wordt vernummerd naar 57.6 De eerste zin van dit artikel wordt vervangen door: In het belang van de archeologische monumentenzorg en ter borging van het treffen van de maatregelen als bedoeld in artikel 57.5 sub b (nieuw) kunnen Burgemeester en Wethouders aan een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 57.2 en artikel 57.3.1 in ieder geval de volgende voorwaarden verbinden:


Artikel 25 Waterstaat - Waterkering (artikel 58) De regels van de bestemming Waterstaat - Waterkering van het bestemmingsplan Buitengebied Texel 2013 van 12 juni 2013 worden gewijzigd danwel aangevuld zoals hierna 27

is aangegeven. Behoudens onderstaande wijzigingen blijven de overige regels van artikel 58 ongewijzigd van toepassing.

25.1 Afwijken van de bouwregels Het volgende sublid wordt toegevoegd waarbij de hierop volgende subleden doornummeren:

Artikel 58.3 Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 58.2.1 in die zin dat de in de andere daar voorkomende bestemming(en) genoemde gebouwen, overkappingen en/of andere bouwwerken mogen worden gebouwd, mits: a. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het doelmatig en veilig functioneren van de waterkering; b. vooraf advies wordt ingewonnen van de betreffende beheerder van de waterkering.

28

3 Algemene regels Artikel 26 Algemene aanduidingsregels 26.1 luchtvaartverkeerszone 3 (artikel 61.4) De regels van de algemene aanduidingsregel Luchtvaartverkeerszone 3 van het bestemmingsplan Buitengebied Texel 2013 van 12 juni 2013 worden gewijzigd danwel aangevuld zoals hierna is aangegeven. Behoudens onderstaande wijzigingen blijven de overige regels van artikel 61.4 ongewijzigd van toepassing. 26.1.1 Afwijken van de bouwregels (artikel 61.4.2) de zin onder 1. wordt geschrapt en vervangen door: er is een verklaring van geen bezwaar afgegeven door het bevoegd gezag op grond van het Besluit burgerluchthavens. 26.2 Milieuzone - bufferzone Ingevoegd wordt een nieuw lid 61.5, alle navolgende leden en subleden nummeren door.

26.2.1 Bouwregels Het is verboden gebouwen en overige bouwwerken op te richten ter plaatse van de aanduiding 'Milieuzone - bufferzone'. 26.3 Vrijwaringszone - duin (artikel 61.6) De regels van de algemene aanduidingsregel Vrijwaringszone - duin van het bestemmingsplan Buitengebied Texel 2013 van 12 juni 2013 worden gewijzigd danwel aangevuld zoals hierna is aangegeven. Behoudens onderstaande wijzigingen blijven de overige regels van artikel 61.6 ongewijzigd van toepassing. 26.3.1 afwijken van de bouwregels Het volgende sublid wordt toegevoegd waarbij de volgende subleden doornummeren:

61.6.2 Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 61.6.1 in die zin dat de in de andere daar voorkomende bestemming(en) genoemde gebouwen en overkappingen en/of andere bouwwerken worden gebouwd, mits: a. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het doelmatig en veilig functioneren van de waterkering; b. vooraf advies wordt ingewonnen van de betreffende beheerder van de waterkering.

Artikel 27 Overige regels 27.1 Voldoende parkeergelegenheid (artikel 64 - nieuw) Het volgende artikel wordt toegevoegd waarbij de hierop hoger genummerde artikelen vernummeren: 29

a. een bouwwerk, waarvan een behoefte aan parkeergelegenheid wordt verwacht, kan niet worden gebouwd of gebruikt wanneer op het bestemmingsvlak, of in de omgeving daarvan, niet in voldoende parkeergelegenheid is voorzien, en in stand wordt gehouden; b. bij een omgevingsvergunning wordt aan de hand van de op dat moment van toepassing zijnde beleidsregels bepaald of er sprake is van voldoende parkeergelegenheid; c. bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in sub a en worden toegestaan dat in minder dan voldoende parkeergelegenheid wordt voorzien, mits dit geen onevenredige afbreuk doet aan de parkeersituatie.

30

4 Overgangs- en slotregels Artikel 28 Slotregel Deze regels worden aangehaald als:

Regels van het bestemmingsplan Reparatieplan Buitengebied 2016 van de gemeente Texel.

Behorend bij het besluit van ............................................... 2016

bijlage 4 bij de regels van het moederplan: de naam van de bijlage wordt gewijzigd in 'Beroep aan huis of kleinschalige bedrijfsmatige activiteit aan huis'

31

(sr-pav)

(sr-pav)

N

(sr-pav)

(sr-pak)

(sa-sr1)

N

N

N

T

R-RO

B-OP

3,5 9

W

w 10

R-RO

(-w)

w 40

R-RT R-VR N ad 3

w 5

A-SP

N

N

N

W-TW 4,5 10

w 7

ad 3

(b≤2)

v 1

ad 3 4,5 10

B-AL

A-SP

(sr-pav)

(sr-kio)

v 1

N N

v 1

N N (sa-vs)

N

(sr-pav)

(sr-pak)

(sr-kio)

(sr-pav)

(sr-pav)

(sr-pav)

N

A-ZP

N

ad 3

N

(sb-al)

(e)

N

N

N

(** *)

N

N

N

N

N

N

(sr-pav)

(sr-pav)

N

N

R-VR

N N

N

ad 2

N N

w 112

h 1200

N

N

(e)

ad 2

N

(e)

3,5 9

ad 2

(e)

ad 2

W

ad 2

N

A-OL

(e)

A-BDR

T

(sr-kb)

N (e)

(e)

N

Plangebied

N

N

Reparatieplan buitengebied Texel

R-RO

N (sa-2ewon)

w 5

R-RT

(sr-pav)

Enkelbestemmingen

w (sr-pak)

50

h 650

R-VR (sa-sr1)

(-w)

N

N

N N

A-BDR

N

N

A-OL N R-RO

A-SP N

N

A-ZP

N

N

N

B-AL

W

3,5 9

N N

B-OP N

N

N

N

N

N

R-RO N

R-VR

N

N

B-AL

N v ad 2

h 90

3 3

N

1

R-RT

N

T

N

V N N N

W

N

W-TW N

Agrarisch - Binnenduinrand Agrarisch - Oude land Agrarisch - Strandpolders Agrarisch - Zeepolders Bedrijf - Agrarisch loonbedrijf Bedrijf - Opslag Natuur Recreatie - Recreatief opstal Recreatie - Verblijfsrecreatieve gebouwen Recreatie - Verblijfsrecreatieve terreinen Tuin Verkeer Wonen Wonen - Tweede woning

N

N

Gebiedsaanduiding

N

milieuzone - bufferzone

(sr-pav)

(sr-kio)

N

N

N

Functieaanduidingen (b≤2) (e)

N N

(sa-vs) (sb-al) (sb-ip) (sr-kb) (sr-kio) W

v 2

3,5 9

(sr-pak)

(sb-ip)

w 8

(sr-pav)

(sr-pav) (sr-sr1)

(sa-sr2) (sr-pak)

(sr-sr2) (sa-2ewon) (-w)

bedrijf tot en met categorie 2 erf specifieke vorm van agrarisch - veldschuur specifieke vorm van bedrijf - agrarisch loonbedrijf specifieke vorm van bedrijf - inpandige personeelsverblijve specifieke vorm van recreatie - kamperen bij de boer specifieke vorm van recreatie - kiosk specifieke vorm van recreatie - pavikiosk specifieke vorm van recreatie - paviljoen specifieke vorm van recreatie - strandrecreatie 1 specifieke vorm van recreatie - strandrecreatie 2 specifieke vorm van wonen - 2e woning wonen uitgesloten

Bouwvlakken bouwvlak

Maatvoeringen ad 2 v 1 w 10 h 90 3

maatvoering wonen maximum aantal recreatieve opstallen maximum aantal recreatieve slaapplaatsen maximum bebouwd oppervlak (m2) maximum goothoogte (m), maximum bouwhoogte (m)

3

Gemeente Texel Reparatieplan Buitengebied Texel N

Bestemmingsplan project

20151402

formaat

A1

vastgesteld

schaal

1:20000

ontwerp

kaart

1/1

voorontwerp

getekend

FJP

concept

idn

NL.IMRO.0448.BUI2016BP0001‐0N01

12‐07‐2016

w www.rho.nl e [email protected]

Toelichting bestemmingsplan Reparatieplan Buitengebied Texel

Recommend Documents