Tijdschrift voor verzorgenden
Kleinschalig zorgen
‘‘Waarin klein groot kan zijn’’
D
e trend is helder. Van intramurale instellingen in de bossen naar kleinschalige woonvoorzieningen midden in de gemeente. Van veilig tussen andere patiënten naar actief, met ondersteuning in de eigen wijk. Kleinschalig wonen is al langer een succesvol concept in de wereld van de (met name) ouderenzorg. Toch zijn er een aantal zaken waar je als verzorgende alert op moet zijn. Bijvoorbeeld het fenomeen hospitalisatie. Het gedrag van bewoners verandert zodra ze in een instelling gaan verblijven. Passieve mensen worden ineens actief en actieve mensen kruipen angstvallig in een hoekje. Een zogeheten ‘huddle’ kan het hospitalisatieproces doorbreken. En wat? Ja een ‘huddle’. Een hele korte vergadering waarbij je met een actieblok concrete oplossingen bespreekt.
En zo zijn er vele manieren om het leven van de bewoners én de werkzaamheden van verzorgenden in een kleinschalige zorginstelling te optimaliseren. Leerling-verzorgende Esther Deelen-Verhoeven bedacht een leuke dagactiviteit voor de bewoners met beginnende dementie in zorginstelling het Parkhoff in Dordrecht. Nog meer tips hoe je van het kleinschalig wonen een succes kunt maken, zijn te vinden in bijgevoegd online TVV artikel: Zeven voorwaarden voor kleinschalig zorgen. Uiteraard is kleinschalig wonen niet het enige onderwerp waar we in TVV over schrijven. Maar daarvoor moet je het Tijdschrift voor Verzorgenden misschien zelf eens uitproberen. Voor nu hebben we een paar artikelen over kleinschalig wonen van de afgelopen
nummers gebundeld, zodat je een beetje een indruk krijgt wat we precies publiceren. Je kunt de pdf’s gemakkelijk uitprinten en eventueel gebruiken als naslagwerk. Zomaar gratis en voor niets. Online is natuurlijk ook niet meer weg te denken. Surf eens door www.nursing.nl en zoek eens op kleinschalig zorgen. Je vindt er een schat aan informatie. Of bezoek een van onze congressen. Het congres Kleinschalig Zorgen is op 1 april in de Reehorst in Ede. Ontdek waarin een kleine zorginstelling groot kan zijn.
Alexia Hageman Algemeen hoofdredacteur Verpleging en Verzorging Reed Business Media
eerder gepubliceerd in TvV
Zeven voorwaarden voor kleinschalig zorgen
M
isschien overweeg je om de omslag te maken naar kleinschalig zorgen of heb je dat al gedaan. Verpleegkundige Angèle Jonker heeft een eigen woonboerderij voor mensen met dementie. Zij geeft zeven randvoorwaarden om kleinschalig wonen tot een succes te maken.
1 Versterk de regievoering ‘Regievoering is ervaren dat je controle hebt over de dingen in het dagelijks leven. Om regievoering te versterken zijn rust, geduld, begrip en respect nodig. Laat bewoners bijvoorbeeld opstaan wanneer zij dat willen. Vraag of iemand lekker geslapen heeft en wacht een reactie af. In plaats van tegelijk de gordijnen te openen. Sluit zoveel mogelijk aan bij de gewoonten van de bewoner. Laat hem/haar de keuzes maken en respecteer deze. Om een bewoner de keuzes te kunnen laten maken is het cruciaal dat je uitlegt waarom iets belangrijk is. Vertel waar de behandeling of die medicijnen bij helpen. Ook het vergaren van informatie over de bewoner en het oppakken van signalen zijn cruciaal. Sommige mensen met dementie kunnen bijvoorbeeld niet meer verbaal communiceren. Maar ze hebben wel hun manieren om non-verbaal duidelijk te maken dat ze te veel of te
weinig prikkels krijgen. Wees alert op die signalen. Door de bewoner op een uitnodigende manier te benaderen kom je erachter wat bewoners ervaren. Doe je dat niet, kan het zijn dat de bewoner zich niet prettig voelt.’
2 Investeer tijd en energie in begrijpen van gedrag ‘Om het gedrag van verschillende mensen te begrijpen moet je tijd en energie investeren. Om bij de beleving van mensen met dementie te kunnen aansluiten is het bijvoorbeeld belangrijk dat je begrijpt welke impact de beperkingen op het leven hebben. En meer nog bij welke mogelijkheden en wensen je kunt aansluiten. Veel ouderen krijgen ook te maken met andere ziekten. En met bijvoorbeeld somatische aandoeningen. Mensen met een verstandelijke beperking zijn dan weer uniek op hun eigen manier. Ook voor hen kan kleinschalig zorgen heel prettig zijn, als je hun gedrag maar begrijpt. Veel aanwijzingen kunnen gevonden worden in het levensverhaal of de manier waarop mensen vroeger al met hun successen en verliezen om gingen. Je bent nog wie je bent. Je ondervindt beperkingen door ziekte maar je bent je niet je ziekte.’
3 Maak de zorg persoonsgericht ‘Bovengenoemde voorwaarden helpen de zorg persoonsgericht te
maken. Daarbij bepalen de bewoners het dagritme en de verpleegkundigen en verzorgenden sluiten zoveel mogelijk aan bij het levensverhaal en de beleving van de bewoners. Dat doe je samen met je collega’s. Want voor bewoners is het niet prettig als ze alleen bij die ene verpleegkundige of verzorgende ondersteund worden zoals zij dat graag willen. Want wat als die medewerker er niet is, en iemand die hen niet begrijpt de zorg overneemt? Een dag eens niet vragen hoe het met iemand gaat of wat minder geduld hebben lijkt niet zo erg. Maar voor ouderen, en ook voor mensen met een verstandelijke beperking, kan dit het negeren van gevoelens betekenen. Ook nieuw personeel, therapeuten en de receptionisten horen daarom te omarmen dat de beleving van bewoners centraal staat.’ Congres kleinschalig zorgen - 26 september Het congres Kleinschalig zorgen voor ouderen gaat uit van positieve veranderingen tijdens de cultuuromslag, om zorgprofessionals energie en praktische tips te geven. meer lezen
4 Werk gelijkwaardig samen met bewoners en familieleden ‘Ook gelijkwaardig samenwerken met bewoners en familieleden is nodig om persoonsgerichte zorg te
bieden. Dat betekent vooral veel met de bewoner in gesprek gaan en al je zintuigen inzetten om signalen op te pakken. Zorgprofessionals doen dit over het algemeen al goed. Gelijkwaardig samenwerken met familieleden kan lastiger zijn. De bewoner zie je immers elke dag; van de familieleden bent je je misschien niet altijd bewust. Maar stel je voor dat jouw kind een school kiest waar ze zeggen veel aan natuur te doen. Als je na een paar weken ontdekt dat daar niets van terechtkomt en dat er onrespectvol met het milieu wordt omgegaan, vind je de school toch ook niet betrouwbaar? Zorg dat je familie goed op de hoogte houdt, uitlegt welke keuzes gemaakt kunnen worden en betrek familie actief bij het leven van hun familielid. Ook heel belangrijk: verwachtingen uitwisselen en laten zien hoe je beloftes nakomt. Zo merken mensen dat ze serieus genomen worden.’
5 Werk gelijkwaardig samen met vrijwilligers en mantelzorgers ‘De samenwerking met vrijwilligers en mantelzorgers hoort ook gelijkwaardig te gaan. Realiseer je zich dat vrijwilligers en mantelzorgers een belangrijke meerwaarde hebben.
Behandel ze als volwaardige medewerkers. Sommige organisaties zeggen moeite te hebben met het vinden van vrijwilligers. Bij Jonkerszorg willen vrijwilligers juist graag meehelpen. Dat ligt vooral aan het enthousiasme waarmee ze benaderd worden. Van een oproep als ‘we hebben te weinig geld, dus help alstublieft mee’ worden ze niet warm. Vertel waarom het zo mooi is om de bewoners te helpen ondersteunen. Welke boeiende activiteiten ze bijvoorbeeld samen met bewoners mogen doen. En blijf vrijwilligers en mantelzorgers bedanken voor hun inzet.’
6 Mentaal klaar zijn voor kleinschalig zorgen ‘Kleinschalig zorgen succesvol maken voor bewoners, familieleden en medewerkers draait voor een groot deel om de mentale instelling. Vooral bij grote zorgaanbieders gaat het nogal eens over financiën en werkdruk. Kan kleinschalig zorgen dan wel in deze tijd van transities en bezuinigingen? Kleinschalig zorgen begint echter niet met harder lopen of meer geld uitgeven; het begint met een positieve instelling. Zorg voor huiselijkheid, geborgenheid en gezelligheid. Werk je in een grote
organisatie? Begin dan gewoon klein, bij 7 of 8 bewoners. Richt de dag in op het resultaat voor bewoners: ‘een goede dag’ om daarna alle noodzakelijke klusjes hier tussenin te voegen. Vertel elkaar waar je warm van wordt in je werk, dan wordt de waarde van kleinschalig zorgen duidelijker en krijgen mensen meer passie.
7 Maak het verschil voor de bewoner ‘Onze passie is het verschil maken voor alle bewoners. Zoals voor de mevrouw met Lewy body, een ziekte met zowel kenmerken van Parkinson als van dementie. Toen zij opgenomen moest worden hebben wij haar ook bezocht in het ziekenhuis. Ze wilde heel graag naar huis, en de dochter dacht dat ze het over haar oude woning in Heiloo had, waar ze met haar man had gewoond. Maar toen ze bij ons op de boerderij terug was noemde zei ze:’ dit bedoel ik dus
lekker thuis.’ Ze was echt blij eindelijk weer thuis te zijn. Zo’n gevoel creëren over de locatie, over de medebewoners en de medewerkers, daar gaat kleinschalig zorgen om. Probeer dat gevoel elke dag na te streven voor bewoners. Dat gevoel bereikt je niet met meer geld of meer medewerkers, dat gevoel bereikt je met meer beleving.’
eerder gepubliceerd in TvV
De opkomst van kleinschalig wonen is voor de zorg een positieve ontwikkeling, maar dit wil nog niet zeggen dat hospitalisatie verleden tijd is. Ook hier ligt het op de loer; zowel bewoners als verzorgenden kunnen hospitaliseren. Wat gebeurt er bij hospitalisatie en wat doe je eraan? TEKST JEROEN WAPENAAR | FOTO’S CORINE ZIJERVELD
TRANSPARANTIE EN COMMUNICATIE MEDICIJN TEGEN HOSPITALISATIE
Hoofden bij elkaar in de huddle
A
ls je opgenomen wordt in een verpleeghuis of verzorgingshuis verandert er veel in je leven. Je woont samen met andere bewoners. Wat je vanavond eet bepaal je niet meer helemaal zelf. Je bent afhankelijk van het personeel. Allerlei signalen in de instelling wijzen erop dat er ‘iets’ niet goed met je is. En er zijn allerlei activiteiten te doen waar jij misschien helemaal geen zin in hebt. De kans is groot dat je door al die veranderingen zelf ook verandert. Veel bewoners gaan zich, als ze langer in een instelling verblijven, anders gedragen. Sommige aardige mensen gaan ineens veel snauwen, of mopperen op verzorgenden en andere bewoners. Anderen die voorheen actief en opgewekt waren blijven somber in hun stoel zitten. Een belangrijke reden voor gedragsverandering is natuurlijk de complexe problematiek, zoals een ziekte of psychische problemen, en de gevolgen van die problematiek. Maar een belangrijke
28 september 2013 / TvV
reden is ook de omgeving; het verzorgingshuis of verpleeghuis in dit geval. De Amerikaan Erving Goffman maakte als een van de eerste onderzoekers duidelijk welke invloed de omgeving op mensen heeft. In zijn boek Asylums uit 1961, in Nederland verschenen onder de titel Totale instituties, analyseerde hij de invloed van instituten, zoals gevangenissen, kloosters, kostscholen en ook zorginstellingen en ziekenhuizen. Goffman liet zien dat het langdurig verblijven in een grote instelling, zonder redelijke privacy en keuzevrijheid, van negatieve invloed is op het welzijn en het gedrag van mensen. In Nederland noemen we dat het hospitalisatiesyndroom. Een veelgebruikte definitie van hospitalisatie is ‘het optreden van veranderingen in het gedrag, die al dan niet gewenst zijn, ten gevolge van een opname en een langdurig verblijf in een (te)huis’.
VASTZITTEN IN ROUTINE Erik van Genuchten publiceerde in april 1988 een artikel over het hospitalisatie-
syndroom in specifiek verpleeghuizen, verzorgingshuizen en ziekenhuizen. In dat artikel, Hospitalisatie. Bewoner heeft zich goed aangepast, maar vertoont weinig initiatief, beschrijft hij diverse concrete oorzaken en uitingen van hospitalisatie van bewoners, en geeft hij ook te nemen maatregelen om hospitalisatie van bewoners zoveel mogelijk voor te zijn. Het artikel van Van Genuchten verscheen in het InfoBulletin van het Bureau voor Toegepaste Sociale Gerontologie (BTSG) en is nog steeds handig als je hospitalisatie van bewoners zo veel mogelijk wilt voorkomen. Behalve bewoners kunnen ook zorgverleners hospitaliseren. Met die vorm van hospitalisatie wordt vooral bedoeld dat je bijvoorbeeld door weinig tijd veel ‘even snel’ doet, dat je vastzit in patronen en op routine werkt zonder voldoende tijd te nemen voor de bewoners en voor je eigen gezondheid. Zo werken kan er ook weer toe leiden dat de kwaliteit van leven van bewoners omlaag gaat. Vanuit het ‘Zorg voor
‘Als je de mens blijft zien, hospitaliseer je niet.’ Hoofd Zorg en welzijn Hanneke Bronkhorst in gesprek met mevrouw C. Broek-Warnaar.
Beter’-traject GoedGebruik is het filmpje Hospitalisatie van zorgverleners gemaakt, dat duidelijk maakt hoe je kunt herkennen dat je hospitaliseert en wat je eraan kunt doen (http://www.youtube. com/watch?v=tdcn4r810-c). Vooral een frisse blik is heel belangrijk.
RITME GEEFT RUST Misschien denk je bij het lezen over hospitalisatie: ‘Maar het kleinschalig wonen dan, dat helpt toch juist bijvoorbeeld hospitalisatie te voorkomen?’ Inderdaad lijkt hospitalisatie vooral veel in grote instellingen voor te komen, zoals Goffman al aantoonde. Kleinschalig wonen helpt slimmer te werken en tegelijk beter aan te sluiten bij wat de bewoner nodig heeft. Maar met kiezen voor het concept kleinschalig wonen ben je er nog niet. Willemien Schep is hoofd zorg en welzijn op locatie Kweekweg in Barneveld, een locatie van organisatie Norschoten waar twaalf woningen vanuit de visie van kleinschalig wonen zijn opgezet. Willemien benadrukt dat het mensen
eigen is om volgens patronen te werken. ‘Elke woning heeft altijd nog vijf, zes of zeven bewoners en het werk voor die mensen moet wel gebeuren. Die was-
manden zijn enorm.’ Niet vreemd dus dat verzorgenden graag een vast ritme hebben. ‘Verzorgenden zijn doeners, ze hebben houvast aan vaste patronen. Een
VOORBEELDEN UITINGEN HOSPITALISATIE VAN BEWONERS s .ERGENS MEER ZIN IN HEBBEN s !FNAME VAN INITIATIEF ALLES GOED VINDEN s 6ERDWIJNEN VAN PERSOONLIJKE GEWOONTEN s 6ERANDERINGEN WORDEN AFGEWEZEN WANT DIE ZIJN BEDREIGEND s 6ERLIES VAN INDIVIDUALITEIT s !FHANKELIJK GEDRAG EN ONDERDANIGHEID NEMEN TOE s 6ERVLAKKING VAN HET EMOTIONELE LEVEN MINDER SOCIALE CONTACTEN s !FSTOMPING De symptomen komen in verschillende gradaties voor. De lichtste vorm is die waarbij de bewoners niet aan (revalidatie)activiteiten willen deelnemen en zich teruggetrokken opstellen ten opzichte van het leven in huis. Dan volgt het passief, uitgeblust op de afdeling verblijven en ten slotte de ernstigste vorm, stupor en mutisme (algemene stijfheid en zwijgzaamheid). Bron: Hospitalisatie. Bewoner heeft zich goed aangepast, maar vertoont weinig initiatief, Erik van Genuchten. Zie ook: http://www.btsg.nl/infobulletin/hospitalisatie.html.
TvV / september 2013 29
‘Stel de bewoner voor als een ballon; zet af en toe het ventiel open’ patroon geeft ook rust. En iedereen wil toch zijn of haar werk een beetje combineren met zijn eigen leven.’
OMARM OPENHEID Bovendien willen alle verzorgenden graag het beste voor bewoners en dan is keuzes maken soms lastig. Aansluiten bij de beleving lijkt door kleinschalig wonen makkelijker, toch krijg je ook dan soms een situatie waarbij de bewoner graag iets wil en de verzorgende eigenlijk vindt dat het niet kan. Op de Kweekweg komen ze die situaties ook tegen. In het eerder genoemde filmpje vertellen Willemien en haar collega’s over een mevrouw met MS die naarmate de dagen vorderden steeds iets meer wilde voordat ze ging slapen. Het begon met het kussen opschudden en een glaasje water. Later wilde ze graag ook een appel eten. Vervolgens wilde ze nog Brinta. Met als gevolg dat als iemand even geen tijd had om Brinta te maken, de mevrouw zich dit aantrok. Het dagen nachtritme werd zo verstoord dat een negatieve spiraal ontstond. In het filmpje zeggen Willemien en haar collega’s dat ze via een multidisciplinair overleg uiteindelijk aangaven aan de mevrouw dat het op die manier niet kon. En dat de mevrouw het prima vond nu ze wist dat het niet meer zo gebeurde. Volgens Willemien gaat het nog steeds goed. ‘Het belangrijkste is dat je open en transparant bent. Ik geloof niet in “u vraagt, wij draaien”, je hebt veel meer aan een goede langetermijnvisie. Waarin je ook familieleden en mantelzorgers heel nauw betrekt bij wat wel en niet mogelijk is. We hebben ook de man van die mevrouw erbij betrokken.’ Open en transparant zijn is tevens cruciaal om te voorkomen dat bewoners het gevoel hebben dat ze zich naar strakke regels moeten schikken. ‘Communicatie is het sleutelwoord. Als je toevallig morgen wat later een bewoner gaat wekken omdat iemand anders eerst moet worden geholpen, leg dat dan ruim van tevoren uit’, zegt Willemien. 30 september 2013 / TvV
Geen groepsactiviteit doen maar in de tuin zitten als je dat zelf graag wilt – ook dat kan hospitalisatie voorkomen.
VIJF BOTERHAMMEN Elke situatie vraagt bovendien om een nieuwe afweging. ‘De mens blijven zien’, noemt Willemien het. Als verzorgende is het belangrijk om over die afwegingen te praten. Juist bij kleinschalig wonen, omdat die vorm je als verzorgende ook kwetsbaarder kan maken omdat je op minder mensen kunt terugvallen. Van discussies kun je veel leren, merken ze op de Kweekweg. Zo ging het overleg laatst over een man die aardig wat boterhammen eet. Vertel je die dan na de vijfde boterham dat hij geen brood meer mag? ‘Een van de jonge meiden vond dat onzin, want hij is niet te dik en vindt het lekker. Van elkaar je mening geven leer je allemaal.’ Ook bij het aanbieden van activiteiten is de frisse, open blik cruciaal. Soms kan iemand stil en alleen ogen waardoor een verzorgende
haar best doet om de bewoner mee te krijgen naar een activiteit. Terwijl die bewoner misschien liever rustig zit. ‘Ook dat hebben we meegemaakt. Belangrijk is de levensgeschiedenis van de bewoner te kennen. Daarover leer je door veel te praten met familie en mantelzorger(s).’
KLAAGENERGIE OMZETTEN Wat ook kan helpen bij het doorbreken van hospitalisatie is een zogenaamde huddle; een heel korte vergadering. De huddle is een werkvorm uit de ‘Voilà!’-methode, die problemen op de werkvloer slimmer laat oplossen waardoor je bijvoorbeeld efficiënter kunt werken. De methode is ontwikkeld binnen het verbetertraject GoedGebruik. ‘Een heel korte vergadering waarbij je met een actieblok concrete oplossingen bespreekt zorgt
OORZAKEN VAN EN MAATREGELEN TEGEN HOSPITALISATIE VAN BEWONERS Oorzaken zijn onder andere: s )NACTIVITEIT HET SOMS GEDWONGEN NIETSDOEN s 2OLVERDELING DE BEWONERS ONDERGAAN VERZORGING EN HET PERSONEEL VERZORGT s 6ERLIES VAN PERSOONLIJKE VRIENDEN BEZITTINGEN EN BEZIGHEDEN VERLIES VAN eigenheid s !FDELINGSATMOSFEER SFEER VAN HET TE HUIS s -EDICATIE EFFECTEN KALMERENDE MEDICIJNEN s 6ERLIES VAN VOORUITZICHTEN BUITEN DE INSTELLING Maatregelen die een positief effect kunnen hebben zijn onder andere: s !LS VERZORGENDE CONTACTEN BEVORDEREN EN DREMPEL NAAR BUITENWERELD VERLAGEN s :INVOLLE BEZIGHEDEN DUS OOK GEEN ACTIVITEITEN AANBIEDEN AAN DEGENEN DIE NIET willen) s "ETER COMMUNICEREN s !ANDACHT VOOR LEEF WOON EN WERKKLIMAAT Bron: Hospitalisatie. Bewoner heeft zich goed aangepast, maar vertoont weinig initiatief, Erik van Genuchten. Zie ook: http://www.btsg.nl/infobulletin/hospitalisatie.html.
voor eyeopeners’, legt Nico Knibbe van adviesbureau LOCOmotion uit. ‘Geef medewerkers vertrouwen, zet ze in hun kracht en stimuleer creativiteit. Want vaak lopen mensen al jaren tegen iets aan maar vinden ze dat de manager het moet oplossen. Met een huddle zet je klaagenergie om in “iets doen”. Bijvoorbeeld een plankje verplaatsen dat net te hoog hangt, of altijd voldoende steunkousen in voorraad houden.’
PRETTIGER SAMENWONEN Voor veel bewoners is het samenwonen met andere mensen niet heel prettig. Met niet iedereen kun je even goed opschieten. Kunnen kiezen uit leefstijlgroepen zoals bij verpleeghuis Hogewey in Weesp maakt het samenwonen al een stuk prettiger, denkt wijkmanager Jan Vermin. Het concept van Hogewey is zo populair dat zowel de Ame-
rikaanse als de Australische televisie er al kwamen kijken. Het idee is dat bewoners zoveel mogelijk samenleven met mensen die dezelfde normen, waarden en ideeën over samenleven delen. Hogewey onderscheidt zeven leefstijlen: stads, ambachtelijk, Indisch, huiselijk, Goois, cultureel en christelijk. ‘Samenwonen wordt prettiger omdat je bijvoorbeeld in jouw woning muziek hebt die echt jouw smaak is. Of dat het huishouden zoveel mogelijk gedaan wordt op de manier die jij ook gewend bent.’ Toch blijft een locatie in beginsel een gesloten instituut. Zowel Jan als Willemien vinden het dan ook belangrijk om bewoners te stimuleren andere omgevingen te zien. Willemien geeft een voorbeeld van hoe dat kan. ‘Bij ons merken we dat vooral de jongere bewoners weinig te besteden hebben. Eigen bijdragen zijn enorm. Dus spannen we ons extra in om een vakantie voor bewoners toch mogelijk te maken.’ Laatst gingen ze naar een boerderij in Drenthe, waarbij de verzorgenden op de helft van de contracturen meegingen. Zelf moesten bewoners 100 euro betalen, het overgrote deel van het geld kwam van sponsors. ‘Bovendien hebben we activiteiten om uit het patroon te komen, zoals een bitterballenavond op zaterdag.’ Ook het gebouw zelf kan het verschil maken, ziet Jan. ‘Ons oude gebouw zat het idee van leefstijlen wat in de weg,
want het was traditioneel met lange gangen en weinig mogelijkheid om zelf naar buiten te gaan. In het nieuwe gebouw kan een bewoner makkelijk zelf de tuin in zonder dat er per se anderen mee hoeven.’ Bij Norschoten hebben ze dan weer huiskamers die geschakeld zijn, waardoor bewoners ook eens iemand anders kunnen ontmoeten.
EIGEN HOUDING VAN BELANG Uiteindelijk staat of valt alles met de eigen houding als je hospitalisatie voor wilt zijn, vinden Willemien en Jan. Zij geven nog een paar tips. Jan: ‘Sociaal agogen zijn echt een meerwaarde voor het contact tussen medewerker en bewoner. Hospitalisatie kan er zo insluipen, sociaal agogen kunnen je sturen.’ Willemien: ‘Zorg dat je patronen hebt, maar dat je er ook vanaf kunt wijken. Leer van elkaar, wij hebben bijvoorbeeld ook leerlingen die de rest scherp houden. En probeer de bewoner voor te stellen als een ballon die kan ontploffen als er te veel lucht bij komt. Dus zet af en toe dat ventiel open.’ Q Wil je meer informatie over hospitalisatie, het goed aansluiten bij de beleving van bewoners en slimmer werken? Kijk dan eens op deze websites en kanalen: www.norschoten.nl www.goedgebruik.nl http://www.youtube.com/user/goedgebruik?feature=watch www.vivium.nl/hogewey
TvV / september 2013 31
eerder gepubliceerd in TvV
ZINVOLLE DAGBESTEDING VOOR BEWONERS MET DEMENTIE
‘Samen naar buiten werkt goed’ Voor bewoners met beginnende dementie duurt de dag soms behoorlijk lang, zo ontdekte leerling-verzorgende Esther Deelen-Verhoeven. Wat is voor hen nou een zinvolle dagbesteding? Ze deed onderzoek en kwam tot leuke ontdekkingen. ‘Iets is zinvol als het een doel dient of betekenis heeft.’ TEKST EN FOTO: IRENE MULLER-SCHOOF
D
e bewoners op de afdeling kleinschalig wonen van het Parkhoff, onderdeel van het Parkhuis in Dordrecht, hebben beginnende dementie. Ze worden geholpen bij de adl. Daarnaast zitten ze vooral in de woonkamer. Ze hebben niet meer het vermogen om zelf hun dag in te delen en zijn afhankelijk van wat een verzorgende met hen onderneemt. Voor deze bewoners duurt de dag best lang, merkte Esther Deelen-Verhoeven, bblleerling verzorgende IG aan het Albeda College Rotterdam en werkzaam op de afdeling kleinschalig wonen van het Parkhoff. Zou ze iets voor de bewoners kunnen betekenen? Omdat Esther voor haar opleiding onderzoek moest doen, besloot ze uit te zoeken wat voor mensen met dementie een zinvolle dagbesteding zou zijn. Op internet vond zij allereerst wat achtergrondinformatie over zinvolle dagbesteding. Daarna observeerde ze de praktijk. ‘Ik ging kijken op welke momenten bewoners behoefte hebben aan activiteiten en of ze de aangeboden activiteiten leuk vinden’, vertelt Esther. ‘Vervelen ze zich, luisteren de zorgmedewerkers naar de wensen van de bewoners en kunnen de bewoners nog aangeven wat ze zinvol vinden?’
18 januari 2014 / TvV
ZELFDOEN VERHOOGT EIGENWAARDE Esther deed nuttige ontdekkingen. Iets is zinvol als het een doel dient of betekenis heeft. Dat kan educatief, plezierig, nuttig of stimulerend zijn. Bij zorgvragers die aan het dementeren zijn is het ook belangrijk om bestaande functies zo lang mogelijk intact te laten. Oefenen en stimuleren is voor hen daarom essentieel. Wanneer ze eenmaal iets niet meer kunnen komt die functie niet meer terug. Een zinvolle dagbesteding hoeft verder niet altijd te betekenen dat zorgvragers continu moeten worden vermaakt, zo ontdekte Esther. Bij elkaar zijn kan al zinvol zijn. Dan voelen ze zich opgenomen in het gezelschap – ze zijn niet alleen. Ook is het is zinvol om zo veel mogelijk door bewoners zelf te laten doen. Als verzorgende is het verleidelijk taken uit handen te nemen omdat je het zelf makkelijker doet, maar dat is volgens Esther niet verstandig. ‘Door zelfdoen blijven bewoners meer zelfredzaam en kunnen ze trots zijn op wat ze nog kunnen. Het verhoogt de eigenwaarde en het zelfvertrouwen.’ Een kenmerk van dementerenden is dat ze vaak niet meer in staat zijn om zelf de dag in te delen. Mensen met beginnende dementie kunnen onrustig worden, omdat ze het overzicht en de controle verliezen. Esther: ‘Verzor-
genden kunnen helpen om structuur te geven door bijvoorbeeld te werken met een planbord waarop de dagindeling en taakverdeling staan. Ook een overzichtelijke kalender met de afspraken van bewoners helpt. Het geeft veiligheid en houvast en daar worden ze rustiger van.’
PRIKKEL DE ZINTUIGEN Bij dementerende zorgvragers doen de zintuigen het vaak nog prima, weet Esther. Daarvan kan de verzorgende gebruikmaken. ‘Mensen met dementie voelen haarscherp aan hoe de verzorgende hen benadert. Ben jij niet rustig, dan merken ze dat en krijg je weerstand. Om de bewoners te laten ontspannen kun je allereerst zelf een rustige houding aannemen.’ Esther noemt enkele voorbeelden van hoe je bij de dagbesteding van die gevoeligheid van de zintuigen gebruik kunt maken. ‘Met muziek van vroeger kun je bewoners houvast geven. De herkenning voelt veilig en dat werkt ontspannend. Verder zorgt daglicht ervoor dat ze een beter dag- en nachtritme hebben. Sfeerverlichting is misschien wel gezellig, maar iemand met dementie kan er depressief van worden.’ Andere voorbeelden zijn naar buiten gaan als de zon schijnt: zonlicht zorgt
Esther Deelen-Verhoeven: ‘Mensen met dementie voelen haarscherp aan hoe de verzorgende hen benadert. Ben jij niet rustig, dan merken ze dat en krijg je weerstand.’
voor de benodigde vitamine D en een goed humeur. Of gebruikmaken van geuren van vroeger, zoals kaneel of versgemalen koffie. Daarnaast is aanraking van grote waarde, zoals door een massage of door het aaien van een dier. Nog een activiteit die zinvol kan zijn bij de dagbesteding is reminisceren. ‘Bij dementerenden is het langetermijngeheugen vaak langer intact dan het kortetermijngeheugen. Een fotoboek of levensboek kan mooie gesprekken op gang brengen. Tijdens een koffieronde een voorwerp van vroeger op tafel zetten is ook zo’n beproefde methode. Dat maakt de tongen los.’
PLEZIER MET BINGO EN SJOELEN Om je zorgvragers een zinvolle dagbesteding te kunnen bieden is het belangrijk te weten wat je mag en kunt besteden aan tijd en geld, constateert Esther in haar onderzoek. ‘Daarnaast moet je rekening houden met de visie en het beleid van jouw instelling. Verder is het nodig dat je de verwachtingen en behoeften van je zorgvragers in beeld krijgt. Mensen met beginnende dementie kunnen vaak nog heel goed
verwoorden waar ze behoefte aan hebben.’ Esther interviewde veel van de bewoners en leerde ook over het nut van vragen stellen: ‘Er werd in mijn instelling destijds veel taart en cake gebakken; navraag leerde echter dat dit voor sommigen wel wat minder zou mogen. Ze vonden het of niet lekker, of deden niet mee met de activiteit omdat ze het niet konden, of vonden het te veel omdat het niet goed was voor de lijn. Dat vond ik wel opvallend en leerzaam. Wij dachten dat we er iedereen een plezier mee deden, maar blijkbaar voldeed het niet altijd aan de wensen. We moeten hier dus meer naar vragen.’ Een ander leerpunt was het niveau van de boeken in de bibliotheek. De boeken waren soms te moeilijk, zo bleek uit de interviews, waardoor bewoners beseften dat ze niet meer goed konden lezen en de aandacht er niet meer bij konden houden. ‘Zo streeft de activiteit haar doel voorbij en zitten we met gefrustreerde bewoners.’ Duidelijk werd ook dat de meeste bewoners buitenactiviteiten als wandelen, zwemmen, vakantie en tuinieren erg waarderen. Evenals bingo – vanwege de leuke prijzen – en
sjoelen. Esther: ‘Het is mooi om te zien hoe enthousiast en fanatiek sommige bewoners van het sjoelen worden. Ze spelen samen, hebben plezier en bewegen. Prachtig toch?’
BETREK BEWONERS EN FAMILIE Esther heeft aardig wat antwoorden gevonden op de vraag wat ze met bewoners kan ondernemen om de dag zinvol te besteden. ‘Kleine dingen die de dag indelen en de bewoners daarbij betrekken zijn van groot belang.’ Ze observeerde dat verzorgenden goed luisteren naar de bewoners; ze vragen vaak of ze aan een activiteit willen meedoen. Ook leerde Esther dat niet alle verzonnen activiteiten door de bewoners als zinvol worden ervaren. Een punt van aandacht zijn de lange avonden. Er is in haar instelling niet voldoende geld om ’s avonds meer met de bewoners te doen. Dan gaat de tv aan en dat vinden ze soms saai. Daarnaast staat in de visie van de organisatie dat het belangrijk is om naasten meer te betrekken bij de activiteiten. ‘Het inzetten van familie bij dagbesteding is zeker een mogelijkheid om meer te gaan benutten.’ Q TvV / januari 2014 19
Congres Kleinschalig zorgen Over de hervorming langdurige zorg
1 april 2014 | Reehorst | Ede Gelijkwaardigheid maakt het simpel Cora Postema is mantelzorger. Ze streeft naar een gelijkwaardige samenwerking met zorgprofessionals. Haar man heeft als gevolg van een infarct in de hersenstam enkele blijvende handicaps. Hij heeft ‘s nachts beademing nodig en ‘eet’ via een PEG sonde. Hij heeft hulp nodig heeft bij dagelijkse dingen als wassen, aankleden, toilet etc. Toch redden ze het samen prima thuis. Het congres Kleinschalig zorgen Cora vertelt haar persoonlijke verhaal en geeft u inspirerende inzichten vanuit het perspectief van een mantelzorger om de samenwerking met mantelzorgers te bevorderen. Door de hervormingen in de langdurige zorg zijn we samen op zoek naar het ideale samenspel tussen zorgprofessionals, cliënten en mantelzorgers. Het congres Kleinschalig zorgen gaat in op de gevolgen van de hervormingen in de langdurige zorg voor het kleinschalige zorgen voor ouderen en of mensen met een mentale of fysieke beperking. Tijdens deze dag worden vragen beantwoord als: * Waar liggen kansen? Wat zijn de dilemma’s? * Zijn kleinschalige voorzieningen de oplossing voor iedere cliënt? * Wat betekent het voor de traditionele, grote intramurale instellingen? * Wat wordt er van professionals gevraagd? * Wanneer gaat het goed tussen ‘netwerk’ en ‘professional’, wat kan er mis gaan? Stel uw eigen programma samen door middel van de verdiepingssessies.
www.reedbusinessevents.nl/kleinschaligzorgen “Zeer inspirerende bijdragen, gegeven door mensen met passie voor de zorg.”
Manager Zorg en Welzijn, De Omring
Initiatiefnemers:
Partners: