Bedrijfskredieten
Tijd Rapport 2
Het ene bedrijf krijgt vlot krediet, het andere niet
4
Obligaties uitgeven goedkoper dan banklening
1
5
Vijf tips om uw kans op krediet te vergroten
DE TIJD | WOENSDAG 27 MEI 2009
Philippe Masset, verantwoordelijke bij ING voor de niet-retailactiviteiten: ’We stellen veeleer een beginnende verbetering van de kredietmarkt vast dan een verdere verslechtering.’
© SASKIA VANDERSTICHELE
‘Ja, we zijn strenger geworden’ l Philippe Masset, lid van het directiecomité van ING, over de oorzaken van de daling van kredieten aan bedrijven
INTERVIEW DIDIER BECLARD
Bedrijven die de investeringen terugdraaien, de hogere kostprijs van krediet, maar ook de strengere regels voor banken die daardoor defensiever worden. Het is een greep uit de oorzaken die Philippe Masset, hoofd wholesale banking bij ING, ziet voor het terugvallend aantal kredieten van banken aan bedrijven.
D
e kredietcrisis woedt al bijna een jaar in volle hevigheid en bedrijven klagen steeds meer over kredietschaarste. Banken zijn schijnbaar terughoudend geworden om bedrijven kredieten te verlenen. Philippe Masset is bij ING verantwoordelijk voor de niet-retailactiviteiten, met andere woorden voor de bedrijfsklanten. Wat vindt hij van het verwijt dat banken de geldkraan hebben toegedraaid? Philippe Masset: ‘In termen van kredietaanvragen zien we bij ING zeker een minder sterke groei dan vorig jaar. Ter herinnering: vorig jaar kenden we een sterke vooruitgang van zo’n 12, 13 procent bij een totaal uitstaand bedrag in de
orde van 28 miljard euro op 31 december voor alle ondernemingen in de ruime zin, dus voor alles wat niet privé is.’ ‘Als we het over twee jaar bekijken, is de groei in de orde van 25 procent. Sinds begin dit jaar stellen we echter duidelijk een daling van het ritme vast, zowel voor de aanvragen als voor de toekenningen.’ ‘Daar staat tegenover dat we de duidelijke boodschap richten aan onze klanten en aan de markt dat we voor dit jaar over een positief toegestaan budget voor krediet beschikken en dat we graag ingaan op de verzoeken van onze klanten. Wat daarom niet om het even wat en om het even hoe betekent.’
‘Het is bovendien duidelijk dat niveau van drie, vier kwartalen geer minder aanvragen zijn wegens leden. Sommige marktsegmenten de economische crisis. De onder- zijn tamelijk gesloten. Dus benemingen hebben minder belang- schikken de ondernemingen ook rijke investeringsover minder middelen. programma’s, zijn al‘Ten slotte is er de lemaal voorzichtiger De crisis maakt prijszetting. De kreen daarom is hun ondernemingen dietprijs is niet meer kredietvraag uiterdezelfde. We komen aard minder groot. voorzichtiger. van een situatie van Als we het over het Daarom is hun hyperliquiditeit, waareerste kwartaal bein financiering uiterst kredietvraag kijken, zijn de invesgemakkelijk en uiterst teringscijfers van de minder groot. goedkoop was. We zijn ondernemingen vrij overgegaan naar een sterk gedaald van situatie waarin het jaar tot jaar, dus dat is normaal.’ krediet duurder is, omdat de finan‘Een andere factor is dat de fi- ciële markten niet meer zo goed nanciële markten een beetje her- functioneren en de risico’s zijn stellen maar nog veraf zijn van het toegenomen. Een laatste factor
voor de Belgische ondernemingen is de terugtrekking van sommige buitenlandse banken. De aanpak van de bankgroepen is ietsje nationalistischer, voornamelijk omdat veel banken worden gesteund door hun staat van herkomst. Iedereen kijkt een beetje meer naar de eigen nationale markt.’ Hoe is de prijs geëvolueerd ten opzichte van vorig jaar? Masset: ‘We mogen niet alles over dezelfde kam scheren. Alles hangt af van de aard van het beestje, van het schuldniveau van de onderneming, van de sector, van de duur. Er is mogelijk sprake van een aanzienlijke verhoging van de brutomarge. Die kan vermenigvuldigd
ADVERTENTIE
Geld nodig om te groeien? Alle wegen leiden naar PMV
Een crisis is een uitdaging. Noodzaak leidt tot creativiteit en nieuwe inzichten. En dus tot nieuwe kansen. Ons hart slaat sneller in tijden van recessie.Want vooral nu moeten en willen we een krachtige investeringspartner zijn. Door te innoveren, te internationaliseren en te investeren gaan we volop voor een nieuwe bloeiperiode van onze bedrijven, hier en in de wereld. PMV, een nieuwe zakelijkheid voor een nieuwe wereld.
zijn met 3, 4, 5, 6 of zelfs meer, om maar een grootteorde te geven. Let wel, dat is de marge die de klant betaalt, de financieringskosten. Het is niet de marge van de bankier die gestegen is. Als we de indicator van de financieringskosten van de banken bekijken voor een bank met een goede rating, bevinden we ons tussen 75 en 150 basispunten. Dat is een indicatie. Door de situatie van de financiële markten is er een fundamentele verhoging van de kredietkosten. Het is dus zeker niet de bankier die het verschil in zijn zakken steekt.’
! VERVOLG PAGINA 2
Tijd Rapport Bedrijfskredieten
2
DE TIJD | WOENSDAG 27 MEI 2009
‘Ondanks alle mooie campagnes blijf je op een muur botsen’ l Ramen- en deurenplaatser All Services Net slaagt er niet in overbruggingskrediet te krijgen
KREDIETKRAAN DICHT
gen een muur liep. Ze zouden eerst een analyse maken, was het antwoord. Ik ben bij alle banken lang geweest die in België actief zijn. Sommige lieten al na een paar dagen weten dat het niets werd, andere gaven pas na maanden antwoord.’
CASE WOUTER DE BROECK
De kredietcrisis treft ondernemingen uit cyclische sectoren zwaarder dan andere. Dat ondervindt All Services Net, dat actief is in de bouwsector, aan den lijve. De zoektocht naar extra financiële middelen om de moeilijke periode te overbruggen is voor het bedrijf een ware lijdensweg.
OPEN KAART
en maart 2008 Wie vandaag niet de helft van zijn investering uitbreiding van hadden we al eens het personeel 90.000 euro mis- zelf kan voorleggen, krijgt gewoon niets van de moesten we tegen gelopen, nadat drie banken. En dat terwijl ze zelf de meest waanzinhet eind van het klanten failliet wajaar opeens een ren gegaan. Maar nige risico’s hebben genomen. correctie van omdat we met een 75.000 euro boven overvloed aan opop de RSZ-bijdradrachten zaten, MARCEL KUNKELER, ZAAKVOERDER VAN ALL SERVICES NET gen betalen.’ hebben we ons Het werkingspersoneel snel uitgebreid van acht borst. ‘Wellicht was dat een misre- kapitaal was eind 2008 dermate naar twaalf werknemers, om alles kening van ons. Want we hebben aangetast dat All Services Net geen te kunnen bolwerken.’ Kunkeler die mensen niet naar behoren kun- geld meer had om het materiaal slaat zichzelf ootmoedig op de nen opleiden. En door de plotse aan te kopen voor de orders die het
moest afwerken. Op dat moment begon Marcel Kunkeler zijn verwoede pogingen om bij de banken een overbruggingskrediet los te krijgen. ‘Onze huisbankier was Fortis, maar gezien de situatie van de bank was er geen denken aan dat we daar zouden aankloppen. De andere banken, zoals KBC, waren ondertussen met campagnes gestart dat ze de ondernemers niet in de kou zouden laten staan. Dat gaf hoop. Tenminste, tot ik in het kantoor kwam. Het was alsof ik te-
In de motivatie van hun weigering wezen de banken meestal naar de gebrekkige solvabiliteit van de onderneming. ‘Ik heb altijd meteen open kaart willen spelen. Het is geen geheim dat onze eigen middelen zwaar zijn aangetast na wat we het afgelopen jaar te verduren hebben gehad. Maar niemand wil blijkbaar inzien dat het een vicieuze cirkel is. Onze omzet is fel gedaald, zeggen ze dan. Dat ons orderboek meer dan behoorlijk gevuld blijft, maakt blijkbaar nergens indruk.’ All Services Net heeft volgens Kunkeler zelf nog meer dan 200.000 euro te goed van klanten. ‘Die hebben het ook allemaal zwaar en kunnen mij niet meer garanderen dan een gedeeltelijke betalingen. Ondertussen draait alles natuurlijk gewoon door en moeten wij bestellingen weigeren omdat we geen werkingskapitaal hebben om ze uit te voeren. Als je dan hoort dat KBC miljarden krijgt van de belastingbetaler, is het opeens dubbel wrang dat je krediet geweigerd wordt omdat je zogezegd niet solvabel bent.’ ‘Wij hebben onze privéwoning al ingezet, we hebben verschillende financieringen lopen’, vervolgt Kunkeler. ‘Onze banken verdienen goed aan de cashflow van het bedrijf, maar ze weigeren gewoon elk risico. Wie vandaag niet de helft van zijn investering zelf kan voorleggen, krijgt gewoon niets. En dat terwijl ze zelf de meest waanzinnige risico’s hebben genomen.’ Marcel Kunkeler geeft zijn bedrijf weinig kans. ‘Als er niet snel een oplossing komt, leggen we de boeken neer. En geloof mij, ik ben niet de enige die in deze situatie verkeert.’
van de echte bankier, de adviseur. Met een goed inzicht in de behoeften van zijn klant, en die hem niet alleen krediet maar ook oplossingen kan bieden. En wanneer ik oplossingen zeg, bedoel ik niet alleen ‘product pushes’ maar een ware integratie van verschillende producten die aan zijn behoeften beantwoorden.’
ondernemingen afstraffen naargelang hun schuldenlast.’
tief zijn en andere oplossingen overwegen.’
A
ll Services Net uit Zaventem was tot oktober 2008 een bloeiende kmo. Het bedrijf, gespecialiseerd in de plaatsing van ramen en deuren, beschikte over een tot de rand gevuld orderboek. Omdat het zo goed ging, verhuisde All Services in de zomer naar aan groter gebouw. Toen de zaakvoerder Marcel Kunkeler daarvoor een investeringskrediet van 125.000 euro wilde afsluiten, voelde hij echter nattigheid. ‘Het dossier was al een tijd door het lokale kantoor goedgekeurd toen die beslissing werd herroepen door het hoofdkantoor in Leuven. De banken wisten in het voorjaar van 2008 al wat hun boven het hoofd hing, denk ik nu.’ Kunkeler bleef echter niet bij de pakken zitten en trok met zijn vraag naar het federale participatiefonds, dat via Initio leningen geeft aan bedrijven die starten of zich uitbreiden. ‘Mag geen probleem zijn, stelden ze me daar gerust. Een hele tijd later kreeg ik te horen dat ik niet in aanmerking kwam omdat de wettelijke termijn van vier maanden was overschreden.’ Intussen had Kunkeler ook met structurele problemen af te rekenen in zijn bedrijf. ‘In november
All Services Net kan bogen op een goedgevuld orderboek, maar dat maakt weinig indruk op de banken. begon het. Enkele grote klanten die geld waren kwijtgeraakt, belden hun bestellingen af. Omdat zo’n gat moeilijk meteen kan worden opgevuld, nam onze omzet een duik: van gemiddeld 150.000 euro per maand tot ongeveer de helft.’ FIKSE KNAUW
In minder dan een jaar tijd was het de tweede fikse knauw in de omzet, waardoor de financiële stabiliteit van de onderneming zwaar in het gedrang kwam. ‘In februari
© WIM KEMPENAERS
! VERVOLG VAN PAGINA 1
Welke marktsegmenten ondervinden het meest last? Masset: ‘Alles op lange termijn is nog uiterst moeilijk of zelfs onmogelijk. Alles wat overname- of concentratieoperaties met een hoog schuldniveau aangaat, is zeer ingewikkeld. Net als de grote gesyndiceerde kredieten. We zien een fundamentele evolutie in de relatie tussen de onderneming en haar bankier(s). Een terugkeer naar een nauwere, meer interactieve, meer veelzijdige relatie. De bankier moet kiezen op welke manier hij de middelen waarover hij beschikt, gaat
toewijzen en gaat zich richten op bepaalde klanten en niet op andere. Een van de doorslaggevende criteria zal net het relationele en het veelzijdige van die relatie zijn. De ondernemingen hebben er belang bij om zich weer op hun relationele banken te richten, omdat zij het zijn die hen gaan steunen.’ ‘Voor de bankier is er ook een terugkeer naar de rol
Er zijn ook andere marktsegmenten die heropleven. Masset: ‘De markt van de uitgifte van bedrijfsobligaties is inderdaad een mooi tegenvoorbeeld. Die markt, die volledig gesloten was, is sinds het einde van het jaar meesterlijk heropend. Talrijke ondernemingen, zoals AB InBev en Bekaert, hebben vlot schuldpapier kunnen plaatsen. Iedereen
stort zich op de markt van de be- gulering, met name hogere eisen drijfsobligaties, precies omdat er voor het eigen vermogen. Daargeen andere marktsegmenten door hebben de banken minder meer zijn. Tot voor kort lag de mogelijkheden en nemen ze een markt van de kapitaalverhogingen voorzichtigere houding aan. Dat zeer moeilijk. Nu is die weer open- kan leiden tot moeilijkere gesprekgegaan, maar met aanzienlijke kor- ken met sommige klanten.’ tingen, zodat de aandeelhouders bijna gedwongen worden om te Ondervinden bepaalde onvolgen.’ dernemingen meer moeilijk‘De banken zelf hebben meer fiheden dan andere? nancieringsprobleMasset: ‘Bij de onmen. We moeten ons dernemingen met een geen illusies maken in omzet van minder dan de huidige marktom- We zien een 250 miljoen euro is er standigheden: de bannog steeds een positieterugkeer naar ve vraag naar krediet, ken krijgen weer financieringscapaciteit een nauwere maar de vraag ligt bemaar heel wat minder relatie tussen duidend lager dan vodan in het verleden en rig jaar. Het verschilt veel minder op lange de ondernenaargelang de sector. termijn. De markt ming en haar Sommige sectoren zovoor de financiering als de metaalindustrie van banken op lange bankier. en de auto-industrie termijn, dat wil zegzijn meer blootgesteld. gen voor meer dan Zij lijden onder de cridrie jaar, is nagenoeg sis en we zien bij hen onbestaande. Niet zozeer omdat de een toename van de kredietprovibanken niet willen, maar omdat ze sies.’ het hoofd moeten bieden aan be‘Voor de grote ondernemingen langrijke financieringsverplichtin- is de trend dezelfde wat de vraag gen.’ betreft en verschillen de moeilijkheden eveneens naargelang de speDe strengere normen hebben cifieke situatie en de sector. Hoe eveneens een invloed. voluntaristisch we ons ook willen Masset: ‘We gaan naar een opstellen, we moeten streng blijtrend van toenemende re- ven bij de toezegging van kredieten. Een bankier die buitensporige uitgaven doet, bewijst de gemeenschap geen dienst. Zoals altijd moeten we de kwaliteit van de business case, het management, de balans en de ratio’s onder de loep nemen om de juiste keuze te maken en de juiste oplossing te bieden.’ ‘In de huidige omgeving hebben de ondernemingen die zich in moeilijkere sectoren bevinden of die al een hoge schuldenlast hebben, echt een probleem. Niet noodzakelijk door de bankiers maar omdat de markten situaties met een te hoge schuldenlast verafschuwen. © SASKIA VANDERSTICHELE We zien duidelijk dat de markten
Welke soorten projecten maHoe ziet u de situatie evoluken het meest kans om kreeren? diet te krijgen? Masset: ‘Ik zie het glas altijd Masset: ‘De criteria zijn niet liever halfvol. We stellen een zekeveranderd. Belangrijk is de kwali- re stabilisering vast en veeleer een teit van de strategische visie, het beginnende verbetering dan een product, de markt, de cijferdoel- verdere verslechtering. We zien stellingen, het management, mo- marktsegmenten die zich geleidegelijke synergieën ten lijk opnieuw openen. aanzien van de activiEr is een extreem soeteitenportefeuille van pel geldbeleid gede onderneming en voerd. De rentevoeten ook het schuldniveau. De stortvloed zijn zo ver mogelijk De projecten - de on- aan wetgeving naar beneden gehaald, dernemers maken die er zijn heel belangrijoefening eveneens - mag ons niet ke fiscale plannen opworden onderworpen beletten onze gesteld. Men heeft aan scenariostudies paardenmiddelen gedie strenger zijn dan bankiersrol te bruikt en ik verondervroeger. De cashflow- vervullen. stel dat alles geleideverschillen kunnen lijk vruchten gaat afzeer groot zijn. Wat in werpen. We zullen het verleden als een niet snel de niveaus tezeer negatief scenario rugzien die we gekend werd beschouwd, kan nu als een hebben. We komen uit een omgerealistisch of, in elk geval, als een ving waar liquiditeit in overvloed denkbaar scenario worden be- was en de vergoeding voor risico schouwd, omdat we ons in een om- onbevredigend. Dat gaf de aanzet geving bevinden waarin schomme- tot het opzetten van allerlei irratilingen van tientallen procenten in onele constructies.’ termen van omzet of cashflow verre van uitzonderlijk zijn. Maar de Denkt u dat we riskeren teondernemers gaan zich ook niet in rug te keren naar dergelijke onredelijke projecten storten. De excessen? vraag is kleiner, wat niet meer dan Masset: ‘De schok is groot genormaal lijkt.’ noeg geweest om zich het avontuur te herinneren. Integendeel, het beWelk raad zou u geven? langrijkste risico op korte termijn Masset: ‘Ondernemingen moe- is de stortvloed aan regelgeving, we ten aandacht hebben voor hun vervallen van het ene uiterste in financiering. De financieringsmo- het andere. Maar we moeten erop gelijkheden zijn beperkter. De be- toezien dat die stortvloed aan wetlangrijkste raad die aan we onze geving ons niet belet om onze banprospecten en klanten geven, is kiersrol te vervullen, want dat zou hun behoeften tijdig te analyseren niet alleen schadelijk zijn voor ons en de mogelijkheden te onderzoe- maar vooral voor de economie en ken. Geloven dat ze een gesyndi- de ondernemingen. Regelgeving ceerd krediet kunnen heropstarten oké, maar we mogen het basisbezoals ze de drie vorige hebben her- roep niet kapotmaken. De crisis opgestart, is een illusie. Bedrijven heeft toch, bij gebrek aan beter en op zoek naar financiering moeten ironisch genoeg, het belang van de zich echt goed voorbereiden, crea- banken aangetoond.’
Tijd Rapport Bedrijfskredieten
3
DE TIJD | WOENSDAG 27 MEI 2009
‘Krediet krijgen is vandaag niet moeilijker dan anders’ l Zuivelbedrijven Milcobel en Kaasbrik amper getroffen door crisis
KREDIETKRAAN OPEN
goed mogelijke prijs. Nu de marktondersteuning door de Europese Unie zienderogen vermindert, ligt het voor de hand dat we onze productenportfolio uitbreiden. En dat is een piste die een doordacht investeringsplan vraagt.’ Een gelijkaardig positief geluid is te horen bij Kaasbrik, een kaasverwerkend bedrijf uit het Limburgse Halen. ‘Ik heb de indruk dat de voedingssector minder hard is getroffen door de crisis’, zegt zaakvoerder Luc De Turck. Kaasbrik raspt en verpakt kaas en levert eveneens mozzarella aan de grote pizzabakkers. ‘Onze klanten groeien zelfs met 5 tot 10 procent. Wellicht omdat mensen vandaag liever een pizza gaan eten dan duur te gaan tafelen.’
CASE WOUTER DE BROECK
Eten moeten we toch. Misschien schuilt in die dooddoener wel de verklaring waarom het precies de voedingsbedrijven zijn die vandaag geen problemen hebben om aan krediet te geraken. De melkcoöperatieve Milcobel en het kaasbedrijf Kaasbrik zijn goede voorbeelden.
M
ilcobel, de coöpera tieve van melkveehouders uit het Wase Kallo, trekt tot 2011 bijna 40 miljoen euro uit voor een nieuwe kaasmakerij van dochter Belgomilk in Moorslede. Dit jaar wordt de bestaande ruimte voor rijping en afwerking omgebouwd tot een productielijn, die volgend jaar begint te draaien wanneer de fabriek in Gierle bij Antwerpen dichtgaat. ‘We investeren in fasen’, zegt directievoorzitter Patric Buggenhout. ‘Elk daarvan maakt deel uit van het investeringsplan dat drie of vier jaar probeert vooruit te kijken. De concrete invulling wordt uiteraard telkens opnieuw tegen het licht gehouden en desnoods aangepast aan de omstandigheden. Maar daar is vandaag geen reden toe. Het doel is dat de kaasmakerij over twee jaar operationeel is. Als je dat wilt bereiken, kun je geen compromissen sluiten.’ STEVIGE BALANS
Buggenhout heeft van kredietschaarste geen weet. ‘Het was niet moeilijker dan anders om aan kapitaal te geraken. De financiering gebeurt per fase. Als er problemen zijn, horen we dat van onze finan-
LOYAUTEIT
De melkcoöperatieve Milcobel beschikt over een aanzienlijk eigen vermogen. Dat is een grote troef in de onderhandelingen met bankiers over kredietverlening. ciële directeur. En die heeft geen gewag gemaakt van moeizame onderhandelingen.’ De stevige balans van de groep kan daar volgens Buggenhout voor iets tussen zitten. ‘Wij beschikken over een aanzienlijk eigen vermogen. Onze leden zijn onze aandeelhouders en storten het ledenkapitaal vol volgens de hoeveelheid melk die ze leveren. In de loop der jaren hebben we uit dat kapitaal een mooie reserve aan-
gelegd, onze ‘dode banken ons opleghand’ zoals we ze Wij hebben altijd de ratio’s gerespecteerd die de den. Wellicht noemen. Dat banken ons oplegden. Wellicht speelt dat nu ook speelt dat nu ook maakt uiteraard in ons voordeel’, dat er niets op onze in ons voordeel. zegt Patric Bugsolvabiliteit valt genhout. Ook over aan te merken. En PATRIC BUGGENHOUT, directievoorzitter van Milcobel de omzet en dat banken ons als cashflow hoeven een goede partij de banken zich beschouwen.’ der ook alle grote Belgische namen. geen zorgen te maken, want van Milcobel werkt met vijf ver- ‘Wij hebben ook in het verleden al- een terugval in de verkoop als geschillende huisbankiers, waaron- tijd de ratio’s gerespecteerd die de volg van de crisis is geen sprake.
© LIEVEN VAN ASSCHE
‘De mozzarella voor de pizza-industrie die we in Langemark maken, is erg in trek. En ook naar onze merkkazen, zoals Oud Brugge, blijft voldoende vraag.’ De verenigde melkveehouders van Milcobel concentreren zich meer en meer op consumentenproducten zoals kaas. ‘Het doel van onze coöperatieve is dat we voldoende afzet kunnen creëren voor de melk die onze leden leveren en dat aan een zo
Het bedrijf heeft dit jaar 1,5 miljoen geïnvesteerd in een nieuwe rasplijn en bijhorende kantoorgebouwen. Krediet was geen enkel probleem, zegt De Turck. ‘Toen ik het bedrijf vier jaar geleden heb gekocht samen met de LRM (Limburgse Reconversiemaatschappij), hebben we een wentelkrediet bij KBC afgesloten voor 900.000 euro over zes jaar aan een rentetarief van 0,80 procent plus de eonia (de gemiddelde daggeldrente in de eurozone). Aan dat bijzonder gunstige tarief heeft de bank niets veranderd toen we een leasinglijn van 500.000 hebben opgenomen.’ De Turck ziet verschillende redenen voor die inschikkelijkheid. ‘Met 700.000 tot 800.000 euro beschikken wij over een mooie cashflow die ervoor zorgt dat we op zich weinig liquiditeit nodig hebben. In vier jaar tijd is onze omzet gestegen van 9 naar 20 miljoen euro en we hebben ook een aardige reserve aangelegd. Bovendien hebben we altijd maar met één bank gewerkt. Dat is een voordeel, want ik denk dat loyauteit en de persoonlijke relaties minstens een even grote rol spelen.’
‘Financiële crisis is onze bondgenoot’ l Nichespelers die zich richten op kleine ondernemers en familiale bedrijven verlenen meer krediet ERIKA RACQUET
T
erwijl de grootbanken op zijn zachtst gezegd niet in een riante positie zitten, zijn er wel banken die nog goed boeren. De kleine nichespelers die zich richten op zelfstandigen, familiale ondernemers en vrije beroepen, zoals Bank J. Van Breda & C°, Delta Lloyd Bank en BKCP. Niet alleen hun deposito’s groeien, de kredietverlening groeit mee. Wat is hun recept? ‘Een persoonlijke aanpak, advies op maat en een langetermijnrelatie met één gesprekspartner’, luidt het haast in koor. Behalve hun doelgroep delen deze drie banken ook hun credo over hun aanpak. Allemaal gaan ze prat op medewerkers die dicht bij hun klanten staan en gewend zijn mee te denken met zelfstandigen. Toch zijn er ook verschillen, al zit het hem soms in de nuances. Bank J. Van Breda presenteert zich uitgesproken als de bank die de on-
dernemer - ‘niet de onderneming, wel de ondernemer’ - helpt bij het opbouwen van zijn eigen vermogen in combinatie met het beheer van de financiële beslommeringen in zijn bedrijf. ‘Onze troef is onze vermogensbegeleiding’, zegt Dirk Wouters, lid van het vierkoppige directiecomité. ‘Met vragen over zijn privévermogen en over zijn professionele beslissingen komt de klant bij dezelfde persoon terecht. Denk aan de keuze om zichzelf een dividend uit te keren dan wel de winst te reserveren. Dat is kiezen tussen de rechtstreekse opbouw van het privékapitaal of de groei van het bedrijf, waar de eigenaar in een latere fase van meegeniet. Bij ons overleg je dat met dezelfde persoon. Elders zijn private banking en corporate banking twee aparte organisaties, waar je dus op zijn minst twee contactpersonen hebt.’ Delta Lloyd Bank zette pas een jaar geleden een aparte poot business banking op, al kon een klantondernemer vroeger ook al wel een
bedrijfskrediet krijgen. De nieuwe poot had snel de wind in de zeilen. ‘De crisis blijkt een bondgenoot’, zegt Patrick Vissers, directeur van business banking. ‘Mensen zijn op zoek naar een bankier die hun niet louter een product verkoopt, maar ook advies geeft. Wij vertrekken vanuit het complete ondernemersverhaal en zoeken een oplossing op maat, die de ondernemer ook begrijpt. Eenvoudig en transparant.’ Hij geeft het voorbeeld van een dokter die zijn woning en praktijk wilde uitbreiden en een tarief kwam vragen voor een specifieke oplossing. ‘We hebben hem toch uitgevraagd, en uiteindelijk het advies gegeven eerst een vennootschap op te richten, dan zijn verloning te optimaliseren, en dan pas het krediet aan te vragen. Zo’n aanpak lokt mondreclame uit.’ Vissers benadrukt dat een bankier een klant ook moet durven tegen te spreken. ‘Veel klanten bedanken ons daarvoor: ze zijn blij met de kritische kijk en met een bankier
die hen niet naar de mond praat om toch maar zijn product te kunnen verkopen.’ OUDERWETS
Jef Vandenbergh, woordvoerder van Delta Lloyd Bank, voegt eraan toe dat de aantrekkingskracht van nichespelers toch ook te danken is aan de beperktere imagoschade die ze leden. ‘Wij zijn ouderwetse bankiers: we verlenen maar krediet naargelang we deposito’s binnenkrijgen, en we houden die balans in de gaten. Daardoor moeten we weinig beroep doen op de interbankenmarkt.’ Dat zoiets de klanten niet koud laat, blijkt uit het grotere aantal vragen naar de financiële gezondheid van de bank. In deze tijden vraagt niet enkel de bank of haar potentiële klant solvabel is, maar ook omgekeerd. Ook Delta Lloyd Bank brengt advies over het privévermogen en over de financiering van de zaak samen bij één gesprekspartner. De bank legt echter wat minder sterk
de nadruk op de voortdurende op- zich daar niet mee. ‘We zijn een bouw van het privévermogen. kleine bank’, verklaart VanwynsBij BKCP is die link het minst berghe. ‘Het grote voordeel daarsterk. ‘Wij verlenen al sinds 1929 van is dat de beslissingslijnen kort krediet aan ondernezijn en de ondernemers’, zegt woordvoermer snel een antder Dominiek Van- Goed advies en woord krijgt. Maar we wynsberghe. ‘Er is dus een correcte kunnen geen speciaveel knowhow opgelist zijn in alles.’ bouwd. De voorbije prijs, dat slaat Ter illustratie van twee jaar hebben we meer aan dan de wat afwachtende wat meer publiciteit aanpak, verwijst hij gevoerd naar de parti- het goedkoopnaar rondetafelgeculieren om bij ons te ste, maar dan sprekken met klanten sparen, maar dat betewaaruit naar voren kent niet dat onze aan- wellicht zonder kwam dat de bank iets pak van professionele advies. assertiever haar proklanten is veranderd.’ ducten mag aanprijDe nadruk ligt op zen. ‘Ze willen best kredieten, het hele PATRICK VISSERS, wel advies krijgen gamma van kaskrediet Delta Lloyd Bank over wat wij nog te over kredietopening bieden hebben. Als tot de voorafbetaling het maar goed op hun van belastingen. De ondernemer situatie toegespitst is. Het mag niet die bij BKCP tegelijk terecht wil te agressief het pushen van producvoor zijn privézaken, vindt een ten worden, want dan haken ze af. gamma producten met een degelijk Wij proberen dat nu wat meer te rendement, maar BKCP profileert doen.’
Geen van deze nichebanken profileert zich als prijsbreker. ‘Goed advies en een correcte prijs, dat slaat aan’, zegt Vissers, ‘eerder dan per se het goedkoopste, maar dan wellicht zonder advies.’ STARTERS WELKOM
‘We pakken niet uit met een of ander bodemtarief’, zegt ook Vanwynsberghe. ‘Ook omdat dat nog onderwerp van gesprek is. Dat hangt af van het project, en ook van de waarborgen bijvoorbeeld.’ Hij wijst erop dat BKCP een deel is van de coöperatieve groep Crédit Mutuel. ‘Winstmaximalisatie is in de groep niet de hoogste prioriteit. Tegenover de ondernemer betekent dat wellicht dat we ietsje flexibeler kunnen zijn. Vroeger luidde het: als je bot vangt bij een grootbank, probeer het dan eens bij het Beroepskrediet. Dat speelt nu minder sterk, maar toch zijn er nog kleine ondernemers die liever naar een kleine bank als de onze stappen. Ja, ook starters zijn absoluut welkom.’
ADVERTENTIE
Geef uw geld een persoonlijk adviseur. www.deltalloydbank.be/ondernemen
Mijn zakenbank
Tijd Rapport Bedrijfskredieten
4
DE TIJD | WOENSDAG 27 MEI 2009
‘Bedrijfsobligaties goedkoper dan beurs’
l Kapitaalmarkt neemt rol van bankleningen als financier van ondernemingen over CARL PANSAERTS
E
en tsunami van bedrijfsobligaties overspoelt Europa. Sinds Nieuwjaar hebben Europese ondernemingen voor 300 miljard euro bedrijfsobligaties verkocht: de helft door financiële ondernemingen, de an-
dere helft door niet-financiële. Ter vergelijking: over heel 2008 haalden niet-financiële bedrijven slechts 130 miljard euro op. In eigen land is de brouwer AB InBev de kampioen. Als de geplande emissie van 3 miljard dollar een succes is, staat de teller sinds Nieuwjaar op 11,5 miljard dollar. Ook de bedrijfsobligaties voor de
particuliere spaarders verkopen als zoete broodjes. Bekaert, Belgacom, AB InBev, GDF Suez en Solvay haalden sinds eind vorig jaar meer dan 2 miljard bij de Belgische en Luxemburgse kleine spaarder op. Peter De Coensel, verantwoordelijke beheer bedrijfsobligaties bij het Brusselse beurshuis Petercam, verklaart het immense succes. ‘De
balansen van de banken zijn door de oplopende waardeverminderingen op de actiefzijde ernstig aan het krimpen. Wegens de beperkte kapitaalbuffer aan de passiefzijde beperkt dat de verstrekking van nieuwe bankleningen. Sinds Nieuwjaar merken we dan ook dat de markt van de bankleningen in elkaar stort. Er worden nu zelfs
meer bankleningen terugbetaald dan dat er nieuwe worden toegekend.’ ‘Grote ondernemingen zijn ook minder geïnteresseerd in bankleningen. Waar tot voor een paar jaar de gemiddelde looptijd vijf jaar bedroeg, is dat nu gemiddeld 365 dagen en dus jaarlijks herzienbaar. Wegens de onzekerheid over de
ADVERTENTIE
toekomstige voorwaarden vinden bedrijven bankleningen minder interessant. Zij kiezen voor zekerheid via de uitgifte van bedrijfsobligaties met een looptijd van vijf jaar of langer.’ Ondernemingen willen ook minder afhankelijk van de banken worden. ‘De Franse milieugroep Veolia Environnement zei in april, bij de uitgifte van 750 miljoen euro aan obligaties, dat een van de doelstellingen was minder afhankelijk van de banken te worden’, verklaart Concepcion Moreno, investeringsanaliste bij Petercam, mede het groeiende succes van bedrijfsobligaties. KOSTPRIJS
Samen zorgen we ervoor dat uw plannen de beste kansen krijgen. U zet zich elke dag in voor uw zaak, praktijk of onderneming. Wij van onze kant engageren ons meer dan ooit om de groei van uw onderneming met alle middelen te ondersteunen. Moeilijke periodes moeten we samen overbruggen. Dat is de afspraak, dat is de uitdaging. Als onafhankelijke en grootste bank-verzekeraar ‘van hier’ stellen we daarvoor, naast de klassieke kredietvormen, een ruim aanbod aan gespecialiseerde bank- en verzekeringsdiensten tot uw beschikking. Onze medewerkers maken er een erezaak van om uw plannen te doen slagen. Kom er eens over praten, want praten werkt. Zeker als het over goede plannen gaat. Op www.kbc.be/samenondernemen leest u meer over ons engagement tegenover zelfstandigen, vr ije beroepen en ondernemingen.
www.kbc.be/samenondernemen
we hebben het voor u
Een onderneming van de KBC-groep
bedrijf dat een publieke plaatsing doet, moet veel informatie vrijgeven en moet een sterk trackrecord kunnen voorleggen. Enkel voldoende solide bedrijven kunnen dat. Wie dat in mindere mate is, kiest best voor een private plaatsing.’ ROADSHOW
Een erg belangrijk onderdeel van de plaatsing van een bedrijfsobligatie is de roadshow, weet Concepcion Moreno. ‘De top van het uitgevende bedrijf - meestal de gedelegeerd bestuurder, de financieel directeur en het hoofd van de dienst relaties met de beleggers trekt bijvoorbeeld naar Londen, Parijs en Frankfurt. Daar hebben zij contact met kredietanalisten en met kandidaat-beleggers, vooral vermogensbeheerders, pensioenfondsen en verzekeraars. De lening en het doel ervan worden uit de doeken gedaan, het strategisch plan van het bedrijf wordt toegelicht. Iedereen krijgt de kans uitgebreid vragen te stellen, over bijvoorbeeld de duurzaamheid van de resultaten en de capaciteit om de schuldratio’s te beheersen.’
Dat succes heeft ook te maken met de totale kostprijs van de uitgifte van een obligatie. ‘De factuur voor de ondernemingen is sinds de invoering van de euro gezakt tot 0,2 à 0,4 procent van het opgehaalde bedrag. Dat is vier à vijf keer minder dan in de jaren negentig’, stelt De Coensel. ‘Het ophalen van kapitaal via een bedrijfsobligatie wordt uiterst aantrekkelijk in vergelijking met de uitgifte van nieuwe aandelen.’ Ten slotte speelt ook de honger van de belegger een rol, of dat nu kleine spaarders zijn dan wel institutionelen zoals vermogensbeheerders, pensioenfondsen of verzekeraars. ‘Zij worden aangetrokken door jaarlijkse coupons van vaak 6, 7 of 8 procent. Die honger stimuleert het aanbod van bedrijfsobligaties.’ De Coensel verwacht dat de vloedgolf van bedrijfsobligaties nog zal aanzwellen. ‘Er staat erg veel cash aan de zijlijn. Korteter- In eigen land is de brouwer AB InBev de kampioen in mijnpapier brengt, na het ophalen van kapitaal. © JAN DE MEULENEIR de kosten, zo goed als niets op. BedrijfsobliOf een plaatsing succesvol is, gaties bieden een uitstekend alternatief: een hoge coupon - vaak even hangt onder meer af van de roadhoog zo niet hoger dan het gemid- show, maar ook van de rating van delde jaarlijkse dividendrende- een bedrijf. ‘Niet dat je een rating ment van aandelen - maar met moet hebben’, weet De Coensel. minder risico, want veel bedrijven ‘Bekaert en Heineken haalden rezullen hun dividend fors moeten centelijk geld op terwijl geen van beide een kredietrating heeft. Ook verlagen of zelfs annuleren.’ Ondernemingen die de emissie veel bedrijven zonder rating doen van een bedrijfsobligatie overwe- een beroep op de kapitaalmarkt. gen, hebben twee opties, weet De Een rating is vrij duur en eigenlijk Coensel. ‘Een private plaatsing bij overbodig wanneer het opgehaaleen beperkt aantal institutionele de bedrag vrij klein is. De obligatie beleggers, of een publieke plaatsing komt dan toch niet in aanmerking bij institutionelen en/of de privé- voor opname in Iboxx, een belangbelegger. Aan een private plaatsing rijke Europese index van de bezijn minder regels verbonden. Ge- drijfsobligaties. Voor dat laatste middeld worden bedragen tussen moet de obligatie minstens 500 miljoen euro groot 20 en 100 miljoen euro zijn en een rating hebopgehaald. Het kosben.’ tenplaatje is vrij laag, ‘Overigens’, zegt onder meer omdat er BedrijfsobligaMoreno, ‘is de tijd minder marketing- ties bieden een voorbij dat bedrijven budget nodig is om de bij én S&P én Moody’s obligatie verkocht te uitstekend alén Fitch een rating krijgen. Er zijn ook ternatief: een aanvroegen. Men beminder rapporteringsperkt dat nu tot twee verplichtingen. De pri- hoge coupon ratingagentschappen vate plaatsing wordt vaak even hoog of zelfs maar één, zoals veelal gebruikt door recentelijk Suez Enviniet-genoteerde be- zo niet hoger drijven.’ dan het gemid- ronnement bij zijn eerste obligatie-uitgif‘Voor een publieke te.’ plaatsing gelden meer delde jaarlijkse ‘Wie geen rating regels. Er moet bij- dividendrendeheeft, moet het hebvoorbeeld een prosben van zijn naamsbepectus zijn dat is goed- ment van aankendheid, bijvoorgekeurd door de toe- delen - maar zichthouder. Een met minder risi- beeld via een beursnotering’, vervolgt De publieke plaatsing Coensel. ‘Een bedrijf sleept langer aan en is co. zonder rating en/of vooral, maar niet beursnotering kan noodzakelijk, bestemd nog met succes een voor genoteerde bedrijven en hogere bedragen. Het is bedrijfsobligatie plaatsen, maar ook duurder wegens de roadshows, dan wel in eigen land en als het volhet prospectus en de marketing- doende bekendheid geniet.’ Wie weinig bekend is, een bekosten.’ De Coensel onderstreept dat perkte hoeveelheid geld op de kabedrijven goed de voor- en nadelen pitaalmarkt wil ophalen, geen rategen elkaar moeten afwegen voor- ting heeft en niet te veel gevoelige aleer ze een beroep doen op de ka- informatie te grabbel wil gooien, pitaalmarkt. ‘De grootste voorde- neemt beter zijn toevlucht tot een len van bedrijfsobligaties? Er is de private plaatsing. ‘De belegger die fiscale aftrekbaarheid van de ren- op die plaatsing intekent, moet dan tebetalingen, die een kostenpost wel beseffen dat hij meestal slechts zijn. Bedrijfsobligaties bieden de één keer per jaar, bij de publicatie ondernemingen een stabiele lan- van het jaarverslag, informatie getermijnfinanciering tegen krijgt over de gang van zaken bij het marktconforme voorwaarden. En, bedrijf. De verhandelbaarheid van in tegenstelling tot een kapitaal- die obligaties is eveneens een heiverhoging via de beurs, is er geen kel punt. De eigenaars van obligaverwatering van de bestaande aan- ties uitgegeven via een publieke deelhouders. Bovendien kan de ka- plaatsing worden veel beter op de pitaalmarkt erg grote bedragen hoogte gehouden van het reilen en zeilen van het bedrijf, niet zelden aan.’ Maar er zijn ook nadelen, weet omdat het sowieso al om genoteerDe Coensel. ‘Een niet-genoteerd de bedrijven gaat.’
Tijd Rapport Bedrijfskredieten
5
DE TIJD | WOENSDAG 27 MEI 2009
Geef uw kansen op krediet een boost l Vijf elementen waarop een ondernemer moet letten om de bankier te overtuigen houden, dan zal de bank zeer voorzichtig worden. ‘We bekijken ook welke kredieten de onderneming al heeft, welke waarborgen daar tegenover staan en of die nog kunnen worden uitgebreid’, zegt Eckers. Het verschil tussen het kredietbedrag en de bankwaarde van de waarborgen, heet het open risico. ‘Dat open risico wordt afgewogen tegen het risicoprofiel van de ondernemer. Dat laatste is van veel factoren afhankelijk, maar de ondernemer heeft er wel vat op. Bijvoorbeeld door ervoor te zorgen dat de afbetalingen van bestaande kredieten vlot lopen, door overschrijdingen op de zichtrekening of achterstallen bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid of de btw-administratie te vermijden, door de balans in orde te houden en positieve bedrijfsresultaten te boeken.’
ERIKA RACQUET
H
et is wel degelijk nog mogelijk een bedrijfskrediet te krijgen, houden zowel de grootbanken als de kleinere nichespelers vol. Waarop letten ze dan? Voor welk soort dossiers liggen de kaarten het best? Vijf handgrepen om uw kansen op een krediet te vergroten.
1
KOM MET EEN GOED PROJECT
‘Voor een goed project is er altijd geld.’ Het ligt voor de hand, maar het zegt alles en niets. Wat is een goed project? ‘Kredieten beoordelen is een apart metier. Het is geen exacte wetenschap. En ja, het is dus ten dele subjectief’, vertelt Patrick Vissers, directeur business banking bij Delta Lloyd Bank. Voor een uitbreidings- of een nieuw project zal een kredietcomité meekijken, waarin in principe ook mensen zitten die de sector kennen. Zij bekijken of de verwachte inkomsten realistisch zijn ingeschat, de locatie, de concurrentiepositie. Maar ook de voorgeschiedenis en ervaring of zelfs de familietraditie van de ondernemer spelen een rol. ‘Wanneer we een gesprek aangaan, is het vaak belangrijker dat een ondernemer er blijk van geeft dat hij goed over alles heeft nagedacht, dan dat alles netjes op papier staat’, zegt Dirk Wouters, directielid van Bank J. Van Breda & C°. ‘De geloofwaardigheid van het project wordt ingeschat aan de
hand van drie vragen: wie, wat en hoe?’, vertelt Bart Eckers (BNP Paribas Fortis, marketing professionele markt). ‘Wie is de ondernemer, welke ervaring heeft hij, wat heeft hij al bewezen, kent hij de markt? Wat is precies het project? En hoe wil hij zijn nood aan financiering oplossen, met welke kredietvorm, bedrag, looptijd?’
2
GEEF ZOVEEL MOGELIJK ZEKERHEID OVER UW TERUGBETALINGSCAPACITEIT
Cruciaal in de beoordeling is de terugbetalingscapaciteit, luidt het overal. Draai het of keer het: een bank wil zoveel mogelijk zekerheid dat ze haar geld terugziet. ‘Dat is het allerbelangrijkst’, zegt Vissers, ‘veel meer dan eventuele waarborgen.’ Hoe voorspelbaarder de extra kasstroom die de investering zal opleveren, hoe liever. Een vervangingsinvestering is dan het eenvoudigst: de bestaande omzet en winstmarge zijn bekend, het is niet al te moeilijk in te schatten hoe dat evolueert met pakweg een nieuwe machine, winkelinrichting of bestelwagen. Idem voor investeringen die een kostenbesparing of efficiëntiewinst opleveren, bijvoorbeeld de aankoop van een eigen pand waardoor de huur van verschillende kantoren en magazijnen kan worden opgezegd. Voor uitbreidingsinvesteringen wordt het al iets lastiger. Is er een spectaculaire stijging van de kasstroom nodig om de terugbetalingen vol te
3
TOON AAN DAT U EEN GOEDE, BETROUWBARE ONDERNEMER BENT
Uw geloofsbrieven worden onder de loep genomen. Kent u de markt, wat hebt u al bewezen, wat zijn uw managementcapaciteiten, hoe gedreven bent u, wat is uw betaalgedrag? Maar de kredietgever onderzoekt ook of u er blijk van geeft dat u alle mogelijke scenario’s overdacht hebt. Of u een visie hebt over wat de crisis betekent in uw sector. En of u uw sterkten maar ook uw zwakten kent. Veel hangt dus af van het gesprek met uw kantoordirecteur of dossierbeheerder en van de manier waarop u uw plannen toelicht. Ook uw administratie en boekhouding geven de bank signalen over uw professionaliteit. Wie geen idee heeft over de stand van zaken omdat de ‘doos met bonnetjes’ bij de boekhouder is gedropt, geeft niet echt een goede indruk. Ook een jaarrekening die te laat is ingediend, zal vragen oproepen. De meeste banken houden vol dat ze graag een langetermijnrelatie opbouwen met hun klanten. Hoe commercieel dan wel hoe oprecht ze ook zijn in die uitspraak: of u ervoor openstaat een relatie aan te gaan, speelt wel degelijk een rol. In het beste geval betekent het voor de ondernemer dat zijn bankpartner zijn bedrijf na een tijdje goed kent en dat hij niet telkens opnieuw zijn plannen van nul af aan moet toelichten. Mogelijk komt de bank ook ter plaatse een kijkje nemen. Dat is natuurlijk niet om u een verplaatsing te besparen. ‘Bij een aanvraag van enige omvang hoort voor ons vaak
een plaatsbezoek’, vertelt Wouters. ‘We komen praten, maar zeker ook rondkijken. Bij een autodealer bijvoorbeeld kijken we hoeveel tweedehandswagens op de parking staan: krijgt hij de auto’s die hij overneemt bij aankoop van een nieuwe wel verkocht? Hoe is de sfeer? Is het bedrijf geen complete chaos? Wordt de baas zelfs tijdens een gesprek van een uurtje enkele keren gestoord voor kleinigheden? Let wel: dat is geen checklist waarbij één minpunt meteen het einde betekent. Overtuigt de zaakvoerder ons er bijvoorbeeld van dat hij wel degelijk een plan heeft voor mocht hij plots een ongeval krijgen, dan kan zijn schijnbare onmisbaarheid geduid worden.’
4
TOON AAN DAT U ER ZELF IN GELOOFT: EIGEN INBRENG
‘Een bewijs dat u in uw plannen gelooft, is voor ons dat u er zelf ook geld aan wil geven. Of er voldoende eigen inbreng is, is geen onbelangrijk criterium’, zegt Patrick Vissers. ‘Het gaat erom dat niet het hele risico op de schouders van de bank wordt gelegd, maar dat we samen in het bootje zitten.’ Voorts kijkt de financiële instelling ook naar de stand van het eigen
vermogen, dat gezien wordt als een gen ook zijn, een project dat niet buffer. ‘Kan het bedrijf een moei- realistisch wordt bevonden, krijgt lijk jaar doorstaan? En meer nog: in principe geen geld. Daaruit afleiden kan de onderneming dat een waarborg weihet faillissement van nig of geen belang een belangrijke klant heeft, is echter een of wanbetalingen en brug te ver. Een waarbetwistingen overle- Draai het of borg wordt niet gezien ven? Of een miskoop als een alternatief voor die in het voorraad- keer het: een een normale terugbemagazijn blijft liggen? bank wil zoveel taling, maar wel als Niet zelden gaat het een verzekering tegen om bedragen die een mogelijk zekerveelvoud zijn van de heid dat ze haar onvoorziene omstandigheden. ‘Je kan wel recurrente winst’, twee of drie jaar voorweet Wouters. Het be- geld terugziet. uit proberen te kijken, lang van het eigen vermaar verder wordt het mogen groeit in onzeerg moeilijk. Er kan zo kere tijden. ‘De buffer veel gebeuren met een van het eigen vermogen kan een terugbetalingscapaci- bedrijf en de bedrijfsleiding. Daarteit die op het randje is, wat com- voor dient de waarborg’, licht Ecpenseren’, voegt Dirk Wouters nog kers toe. Toch geeft Wouters toe dat er toe. ook een directere band is met het GEEF STEVIGE WAARvoorliggende project. ‘Hoe groot de BORGEN waarborg moet zijn, hangt mede af ‘Een ondernemer krijgt geen van het soort bedrijf en de sector, krediet omdat er een belangrijke en in welke mate de onderneming waarborg is, wel omdat de bank ook onderhevig is aan de crisis.’ Hij gelooft in het project, de mensen geeft een voorbeeld: ‘Een transpordie erachter staan en de terugbeta- teur die enkele wagens aan de kant lingscapaciteit’, zegt Bart Eckers. heeft staan en een krediet wenst, Hij verwoordt wat bij alle banken zal met sterke waarborgen moeten het credo is: hoe goed de waarbor- komen. Maar een leverancier van
5
stookolie die een tankwagen wil vervangen, dat is wat anders: de nood aan stookolie valt niet plots weg, dus de onzekerheid is veel minder groot. Een overnameopportuniteit kan een uitgelezen kans zijn, maar stel dat het om een aannemingsbedrijf gaat, dan zit je toch in een erg onzekere sector, hoe goed de reputatie van het bedrijf ook is.’
PS:
EN WAT MOET DE STARTER?
Als je al die criteria op een rij zet, moet je besluiten dat een starter weinig kans maakt. Dat geven de bankiers ook toe. ‘We sluiten het niet uit, maar het is inderdaad voor hen nog moeilijker’, geeft Vissers toe. Wouters windt er geen doekjes om: starters maken weinig kans. ‘Krediet is geen risicokapitaal, het is niet aangewezen als er niet meteen een recurrente kasstroom is’, verduidelijkt hij. ‘Dan werk je beter met eigen vermogen, eerst sparen dus. Of met risicokapitaal van familie, vrienden of business angels.’ Is er een aanzienlijk startkapitaal, dan kan de bank bijvoorbeeld wel over de brug komen om een onroerend goed te financieren, als dat gemakkelijk door te verkopen is mocht het fout lopen.
ADVERTENTIE
Kredietbemiddelaar helpt dossier te deblokkeren l Tussenpersoon behandelt klachten en verzuchtingen van ondernemers ERIKA RACQUET
‘E
en aanspreekpunt vormen voor elke ondernemer die financieringsproblemen ondervindt. Geen enkele kmo aan zijn lot overlaten wanneer hij wordt geconfronteerd met problemen om aan financiering te geraken. Het overleg bevorderen tussen de ondernemingen en hun financiële instelling.’ Met die opdrachten stuurde Sabine Laruelle, minister van Kmo en Middenstand, midden februari de kredietbemiddelaar het veld in. Ze nam die maatregel nadat ondernemers en hun federaties aan de klaagmuur waren gaan staan over de moeilijkheden die zij ondervinden om aan kredieten te komen. Chris Dauw, de man die de handschoen opnam, heeft sindsdien de handen vol. Hij krijgt gemiddeld anderhalf dossier per werkdag binnen. ‘Ik kan het niet wetenschappelijk bewijzen en de banken ontkennen het, maar toch
denk ik dat ze strenger geworden zijn’, zegt de kredietbemiddelaar. ‘Niet alleen zie ik dossiers waarvan ik denk dat ze vorig jaar vlotter aanvaard zouden zijn, mijn overtuiging wordt bevestigd door verschillende onderzoeken bij ondernemers.’ OP DE LANGE BAAN
Waarover de bank dan precies struikelt, is zelden echt duidelijk. Dauw: ‘Ondernemers hebben vooral de indruk dat hun dossier op de lange baan wordt geschoven. Er komen bijkomende informatievragen, er komt bericht dat nog een comité zich erover zal buigen, en een antwoord komt laat, vaak té laat.’ Uit de recentste enquête van Kefik, het Kenniscentrum voor Financiering van KMO waar ook de kredietbemiddelaar onderdak vindt, blijkt ook dat ondernemers klagen over de tarieven van kredieten. ‘Geen woekerprijzen, maar ze hebben het gevoel dat de tarieven niet in verhouding staan tot de lage
intresten op de interbancaire markt of bij de Europese Centrale Bank.’ De kredietbemiddelaar heeft ook geen rechtstreekse lijn met een nobele geldschieter die alle ondernemers zonder veel vragen een lening geeft. ‘Het is zeker niet de bedoeling slechte projecten te pushen, het gaat niet om rommeldossiers’, benadrukt Dauw. ‘Wat ik kan doen, is praten met beide partijen en dossiers proberen te deblokkeren. Meestal is het wel nodig de vraag wat aan te passen: het bedrag wat verlagen, een andere duurtijd, er meer banken bij betrekken, het eigen vermogen optrekken,... We pogen het doel te bereiken door de deal aantrekkelijker te maken, op een manier dat beide partijen ermee kunnen leven.’ Zijn job is zeker niet frustrerend, zegt de kredietbemiddelaar. ‘Meestal boeken we samen wel een succes.’ Meer informatie vindt u op www.kredietbemiddelaar.be
www.fonds.org
De helft van uw investeringskrediet geregeld nog voor u bij een bank binnenstapt? Participatiefonds de Lignestraat 1 - 1000 Brussel 02 210 87 87
Tijd Rapport Bedrijfskredieten
6
DE TIJD | WOENSDAG 27 MEI 2009
Extra zuurstof van de overheid
l Overheden bieden ondernemers waaier aan kredietinstrumenten aan
D
e Vlaamse en federale overheden hebben een waaier aan instrumenten uitgewerkt om ondernemers van risicokapitaal te voorzien. Maar het aanbod is zo groot dat het onoverzichtelijk wordt. Een kleine handleiding.
l Vlaamse instrumenten
Na de privatisering van de investeringsmaatschappij Gimv in 2007 - tot dan de ‘verpersoonlijking van het economisch overheidsinitiatief’ - werd haar taak als
■
kapitaalverschaffer grotendeels overgenomen door de ParticipatieMaatschappij Vlaanderen (PMV). De instrumenten van PMV die betrekking hebben op risicokapitaal, innovatieve investeringen en starters werden ondergebracht in de businessunit ‘PMV-kmo’. De mees-
te van die instanties bieden ook kredieten en waarborgen. De PMV-Waarborgregeling biedt de kredietverschaffer een overheidswaarborg voor een lening aan een ondernemer die onvoldoende garanties kan voorleggen.
■
In haar economisch relanceplan verhoogde de Vlaamse regering onlangs het budget voor de Waarborgregeling van 180 miljoen euro naar 300 miljoen euro in 2009. Het gebruik van die regeling kende in het eerste kwartaal van 2009 een stijging van 81 procent tegenover
ADVERTENTIE
het eerste kwartaal van vorig jaar. In die generieke Waarborgregeling kent Waarborgbeheer nv, een 100 procent dochter van PMV, op periodieke basis een enveloppe van overheidswaarborgen toe aan financiële instellingen. Die kunnen daar vervolgens een beroep op doen voor de financiering van ondernemingen die zelf onvoldoende zekerheden kunnen bieden. In de Generieke Waarborgregeling bedraagt het waarborgbedrag maximaal 1,5 miljoen euro. Naar aanleiding van de crisis werd beslist een tijdelijk waarborgfonds op te richten voor grotere bedragen en bedrijven, onder de naam Gigarant. Via de ‘Ad Hoc Crisis Waarborgen’ wil de ParticipatieMaatschappij Vlaanderen de kredietverlening aan ondernemingen in Vlaanderen een positieve stimulans geven om het economisch weefsel in de huidige financiële crisis in stand te houden. De ‘Ad Hoc Crisis Waarborgen’ zijn complementair aan de bestaande Generieke Waarborgregeling. De Ad Hoc Waarborgen worden geval per geval toegekend door Gigarant nv, een dochter van het Vlaams Gewest die beheerd wordt door PMV. Gigarant beschikt over de mogelijkheid om tot 31 december 2010 een totaalbedrag van 1,5 miljard euro aan waarborgen toe te kennen aan ondernemingen die als een gevolg van de financiële crisis moeilijkheden hebben om extra bankfinanciering aan te trekken. De Ad Hoc Waarborgen hebben steeds betrekking op waarborgbedragen hoger dan 1,5 miljoen euro, het maximale waarborgbedrag in de generieke Waarborgregeling.
■
De Win-winlening (de vroegere ‘vriendenlening’) moedigt particulieren via een belastingvoordeel aan om voordelig te lenen aan startende ondernemingen. Het gaat om achtergestelde leningen van maximaal 50.000 euro.
■
Het Vlaamse Innovatiefonds (Vinnof ) investeert in innovatieve starters met een hoog risicoprofiel en een sterk groeipotentieel, niet alleen door deelname in het kapitaal, maar ook met achtergestelde leningen. In het relanceplan stelt
■
Vlaams minister van Economie Patricia Ceysens (Open VLD) dat Vinnof zich voortaan helemaal zal toeleggen op zaaikapitaal. De doelgroep van starters is uitgebreid van ondernemingen jonger dan drie jaar tot ondernemingen jonger dan zes jaar. Vanaf 1 juni gaat KidsInvest van start, een investeringsfonds voor initiatieven in de zelfstandige kinderopvang, dus voor zelfstandige onthaalouders en opvangverblijven.
■
Om ook grotere bedrijven groeikansen te bieden, werkt de Vlaamse overheid, met steun van de Gimv en de Vlaamse ParticipatieMaatschappij, aan de oprichting van een specifiek fonds (‘XLfonds’) dat participaties kan nemen als er een tekort blijkt aan (risico)kapitaal.
■
l Federale instrumenten Het federale Participatiefonds verstrekt achtergestelde leningen (Starteo en Optimeo) tegen gunstige voorwaarden. Tot nu toe moesten kmo’s voor een krediet eerst naar de bank. Om banken sneller over de streep te trekken, kondigde de federale regering onlangs aan dat die procedure wordt omgekeerd. De kmo stapt eerst naar het Participatiefonds, dat een lening kan toekennen voor zowat 50 procent van het gewenste leenbedrag. Met die garantie kan dan de bank gepolst worden voor de andere helft van de lening.
l Europese instrumenten Ook Europa heeft een gamma aan steunmaatregelen ten behoeve van risicokapitaal. Die kunnen een belangrijke hefboom zijn voor nationale en regionale instrumenten. Het Europese investeringsfonds dat risicokapitaal en garantie-instrumenten ter beschikking stelt, speelt een centrale rol. Microfinanciering en financiering in het prille ontstaan van een bedrijf krijgen extra aandacht.
ADVERTENTIE
Arnaud Laviolette Head of Wholesale Banking Clients Belgium
[email protected]
Ook als u de koersen in krant stilhoudt, beweging. blijven de koersen in beweging.
Bottom line: 15.000 specialisten. Eén contactpersoon Waarom zou u voor advies over uw financiële bedrijfsvoering een gesprek aangaan met iedere specialist, analist of product manager ? Neem gewoon contact op met uw relationship manager. Hij zal alles voor u regelen. ingwholesalebanking.com/bottomline
ING België NV – Marnixlaan 24, B-1000 Brussel – RPR Brussel – BTW BE 0403.200.393. – BIC (SWIFT): BBRUBEBB – Rekening: 310-9156027-89 (IBAN: BE45 3109 1560 2789). Copyright (c) ING België - april 2009. Verantwoordelijke uitgever: Philippe Wallez – Marnixlaan 24, 1000 Brussel.
Volg de economische actualiteit in realtime op tijd.be