Technische Uitgiftevoorwaarden SLP Oost Titel tekst hier Datum NOVEMBER 2013
-1-
Opdrachtgever:
Schiphol Logistics Park B.V. P/a Schiphol Area Development Company N.V. (SADC) Postbus 75700 1118 ZT Luchthaven Schiphol 020 - 20 666 40
[email protected] www.schiphollogistics.nl
INHOUD
Vestgingscriteria
4
Inleiding
5
Begrippenlijst
6
Plangebied en ontwerp
8
Inrichting buitengebieden
9
Ontsluiting op het park
10
Technische aspecten
12
Bouwrijp maken
13
Woonrijp maken
14
Uitgangspunten en voorwaarden voorzieningen
15
Uitgangspunten en voorwaarden inrichting terrein
16
Voorwaarden uitvoering
18
BIJLAGEN DuBo Maatregelen
22
Dwarsprofielen wegen
24
VESTIGINGSCRITERIA
Het is uitsluitend toegestaan op de grond en/of in de daarop te stichten bebouwing ondernemingen te vestigen c.q. te doen vestigen, welke voldoen aan één of meer van de hierna bedoelde toetsingscriteria: * Bedrijven waarvan de inkomende en/of uitgaande goederenstroom minimaal 25% luchtvracht bevat (in waarde of in volume); * Bedrijven die vanwege hun Europese distributiefunctie (met name ten aanzien van onderdelen) ten minste tweemaal per week een inkomende en/of uitgaande luchtvrachtstroom met een hoge mate van urgentie hebben; * Bedrijven die onderdeel uitmaken van de aan de luchthaven gerelateerde logistieke keten en daardoor van strategisch belang zijn; * Bedrijven afkomstig uit de luchtvaartindustrie; * Bedrijven die op het luchthavenareaal gevestigd zijn en zich moeten hervestigen; * Buitenlandse ondernemingen waarvoor de Schiphol-zone de eerste vestigingsplaats in Nederland of Europa wordt (kraamkamerfunctie). De hiervoor beschreven ondernemingen en bijbehorende kantoren en gebouwen moeten bovendien een functie vervullen binnen: distributie, assemblage, technische, logistieke en/of commerciële dienstverlening.
-4-
INLEIDING
Voorliggend document bevat technische informatie en voorwaarden voor bedrijven die geïnteresseerd zijn om zich te gaan vestigen c.q. te gaan investeren in het hoogwaardig luchthaven gebonden bedrijventerrein “Schiphol Logistics Park” (SLP). Het document vormt een integraal onderdeel met het Beeldkwaliteitsplan SLP Oost (december 2010). Beide documenten zijn tevens een onderdeel van de koopovereenkomst. Voorliggend document geeft de investeerder achtergrond en informatie over het gebied en inzicht in de werkzaamheden die door de projectorganisatie SLP nog worden of inmiddels zijn verricht zowel in het openbaar gebied als op de uitgeefbare kavels. Dit document is een contractstuk waarin de ruimtelijke en functionele eisen zijn vastgelegd waaraan de gebouwen en de bijhorende buitenruimtes moeten voldoen. Bij een verschil tussen de uitgangspunten in dit document en de uitgangspunten vermeldt in het besluit van Burgemeester en Wethouders, d.d. 6 juli 2010 inzake de artikel 19 vrijstelling, dan prevaleren de artikel 19 uitgangspunten.
-5-
BEGRIPPENLIJST
Bypass: Een weg die de loading dock area aan tweede zijde ontsluit. Bypass is altijd 1-richting verkeer. Erfafscheiding: Gebouwde markering van de overgang tussen openbaar en privé-terrein (erfgrens) zoals een hekwerk, haag of muur. Footprint: Deel van het uitgeefbaar terrein dat bebouwd wordt, uitgedrukt in vierkante meters. Gebruiker: Een rechtspersoon die een bedrijf uitoefent op het Schiphol Logistics Park. H.O.V. (Zuidtangent): In 2002 is in de Provincie Noord Holland Hoogwaardig Openbaar Vervoer (HOV) in de vorm van de Zuidtangent gestart. Het eerste tracé van de Zuidtangent is de route Haarlem Schalkwijk – Schiphol. Deze route wordt uitgebreid in oostelijke (Amsterdam) en westelijke richting (station Haarlem). Daarnaast zijn er twee zijtakken, de zuidtak naar Nieuw Vennep en de oosttak naar Uithoorn. Het tracé van de oosttak loopt door het plangebied van SLP. HOV staat momenteel ook bekend als R-net Kavel: Een uit te geven gebied binnen het bebouwbaar terrein, bestemd voor bebouwing, loading dock area’s en onderhoudsstroken. Kwadrant IV: Het meest noordelijke kwadrant van SLP Oost. De locatie wordt in de toekomst ontwikkeld en wordt gezien als beoogde uitbreiding van SLP Oost. Deze locatie is op dit moment nog niet uitgeefbaar. L.I.B.: Luchthaven Indeling Besluit 2004. Het luchthavenindelingbesluit bevat de ruimtelijke maatregelen op rijksniveau in verband met de luchthaven Schiphol. Loading dock area (expeditieterrein): Een gebied dat is bestemd voor het manoeuvreren met en het laden/lossen van vrachtwagens. Luchthavenbinding: Het is uitsluitend toegestaan op de grond en/of in de daarop te stichten bebouwing ondernemingen te vestigen c.q. te doen vestigen, welke voldoen aan één of meer van de toetsingscriteria die door het Bestuursforum Schiphol zijn vastgesteld en worden getoetst door SADC. De bedoelde toetsingscriteria zijn opgenomen op pagina 4.
-6-
N201+: De provincie Noord-Holland realiseert tussen Hoofddorp en Amstelhoek de omlegging van de N201. De nieuwe N201 sluit met nieuwe parallelstroken aan op de A4. De nieuwe N201 wordt in delen aangelegd en medio december 2013 opengesteld. Naritaweg: Oost-west verbinding door SLP Oost en (zo mogelijk) SLP West voor auto’s, fietsers en voetgangers. Ontwikkelende partij (investeerder): Bedrijf dat geïnteresseerd is om zich te gaan vestigen c.q. te gaan investeren in bedrijventerrein SLP. Openbare ruimte: Ruimten beschikbaar voor het algemeen nut, zoals de Pudongweg, Naritaweg, overige infrastructuur, water en groengebieden. Parallelle Kaagbaan: Ruimtereservering ten behoeve van een nieuwe start- en landingsbaan parallel aan de bestaande Kaagbaan. Pudongweg: De centrale ontsluitingsweg van SLP Oost. Rooilijn: De overgang tussen onbebouwd en bebouwd terrein. (Gevellijn). Rooilijnzone: De gevel dient gesitueerd te worden binnen deze zone. De breedte van de rooilijnzone is nader omschreven in de betreffende paragrafen. Shared court: Een loading dock area waar goederen naar meerdere tegenover elkaar gelegen bedrijven kunnen worden overgeslagen. Naast de gezamenlijke verbinding, van en naar de ontsluitingsweg is er gezamenlijke manoeuvreerruimte. SLP Oost: Het bebouwbaar terrein oostelijk van de ruimtereservering voor de parallelle Kaagbaan. SLP West: Het bebouwbaar terrein westelijk van de ruimtereservering voor de parallelle Kaagbaan. Uitgeefbaar terrein: Alle kavels tezamen.
-7-
PLANGEBIED EN ONTWERP
Het plangebied ligt direct ten zuiden van Schiphol en is optimaal aangesloten op het rijkswegennet (A4) en openbaar vervoer voorzieningen (R-net). De veiligheidseisen van Schiphol bepalen de bebouwingsgrenzen, de rooilijnen en de bouwhoogte. In het ontwerp is een reservering opgenomen voor een nieuwe start- en landingsbaan van Schiphol, de parallelle Kaagbaan. Door deze reservering wordt het gebied verdeeld in een westelijke en een oostelijk bouwveld van ca. 11 en 31 hectare bebouwbaar oppervlak. Daarmee zal het gebied transformeren van een voorheen grotendeels onbebouwd agrarisch en kassengebied tot een intensief bebouwd bedrijventerrein met een centrale groene zone (als gevolg van het reserveringsgebied parallelle Kaagbaan). Ontwerp Uitgangspunt van het stedenbouwkundig plan voor SLP is intensief ruimtegebruik met dientengevolge maximale bebouwingsdichtheid op het uitgeefbare terrein. Intensief ruimtegebruik wordt bereikt door het terrein en de gebouwen multifunctioneel te gebruiken. Kenmerkend voor het plangebied is dat het wordt doorkruist en geflankeerd door infrastructuur. Een aanzienlijk deel van de infrastructuur ligt verhoogd ten opzichte van het maaiveld, op dijklichamen. Door het landschap in te richten als een samenhangend geheel met een open karakter, ontstaat er ondanks de vele doorkruisingen een herkenbare eenheid. Een belangrijke doelstelling bij de richtlijnen voor de bebouwing die zijn opgenomen in het beeldkwaliteitplan zijn de herkenbaarheid en representativiteit van het gebied vanaf de hoofdontsluitingswegen.
-8-
INRICHTING BUITENGEBIEDEN
Het landschap is de contramal van de bebouwde lobben. Het sterkt zich uit tot de A4, de Geniedijk, de Ringdijk en de huidige N201 (Kruisweg). Binnen het ontwerp voor het landschap zijn de volgende elementen te onderscheiden: De watergangen De bestaande structuur van poldersloten wordt gehandhaafd, zo consequent mogelijk doorgezet en aangepast aan de diverse eisen. De breedte van de waterspiegel is verbreed tot 7,1 meter, waardoor de structuur beter zichtbaar is en er meer water is gerealiseerd. Dit principe zal ook bij SLP West worden doorgezet. Het landschap Voor de onbebouwde gebieden, die worden ingekaderd door bebouwde gebieden en infrastructuur, geldt dat zij elk een eigen karakter en gebruikswaarde hebben. Ook bij de inrichting van deze ‘groene’ gebieden geldt dat het herkenbaar maken van de polderstructuur uitgangspunt is. Het behouden en zichtbaar maken van de polderstructuur is een belangrijk uitgangspunt voor de ruimtelijke structuur van SLP. Dit komt onder meer tot uiting in de verbreding van de watergangen, het behoud van het polderlint langs de Aalsmeerderwerg en de inpassing van de bestaande 500 el boom. Het middengebied blijft voorlopig onbebouwd als gevolg van de reservering voor de Parallelle Kaagbaan. Het Ringdijkpark De zone die is aangeduid als Ringdijkpark betreft het overgangsgebied van circa 7 ha tussen de hoger gelegen woonbebouwing langs de Aalsmeerderdijk (en de Ringvaart) en de bedrijfspanden van SLP Oost. Bij het ontwerp van het park zijn twee bestaande woonkavels ingepast. Naast het realiseren van een buffer tussen de kleinschalige woonbebouwing aan de Aalsmeerderdijk en de grootschalige logistieke bedrijven in SLP, is de doelstelling ook een recreatieve, sociale en ecologische groene zoom te realiseren. Op deze wijze blijft de Ringdijk, als wezenlijke landschappelijke structuur van de polder, leesbaar als zelfstandig element. Bovendien wordt zo een schakel gerealiseerd in de ecologische verbindingszone tussen Aalsmeer en de Geniedijk. Om de mogelijke geluidsoverdracht (en –overlast) tot een minimum te beperken is in het verlengde van de Naritaweg, waar het park tevens het smalst is, een geluidwerende voorziening opgenomen als onderdeel van het parkontwerp. De Geniedijk De Geniedijk, een waardevol cultuurhistorisch element ten zuiden van SLP, (Unesco monument) zal in de toekomst zichtbaarder worden in het landschap. Tussen de Geniedijk en de bebouwing van SLP blijft een strook van 50 meter vrij, als onderdeel van het beoogde Geniepark.
-9-
ONTSLUITING OP HET PARK
Schiphol Logistics Park komt op één van de beste locaties van Nederland, grenzend aan Schiphol, midden in de randstad en pal langs de A4. Omdat SLP zal worden ontwikkeld tot een logistiek bedrijvenpark is optimale bereikbaarheid voor (vracht)verkeer essentieel. Ten behoeve van de bereikbaarheid en ontsluiting van de regio op langere termijn, is het Masterplan N201+ vastgesteld. Het nieuwe tracé van de N201 tussen Hoofddorp en Mijdrecht biedt meer capaciteit ter afwikkeling van het bestaande weggebruik. Met nieuwe aansluitingen op de A9 en de A4 verbetert de doorstroming naar de rijkswegen structureel. De nieuwe N201 loopt, inclusief de noodzakelijke ongelijkvloerse kruisingen, dwars door het plangebied van SLP. Ter hoogte van de Naritaweg komt een ongelijkvloerse kruising met een op- en afrit van de nieuwe N201 naar SLP Oost. De Naritaweg vormt hiermee vanaf 2014 de nieuwe entree van het gebied en is via een rotonde aangesloten op de Pudongweg.
- 10 -
Toegankelijkheid voor vrachtwagens langer dan 18 meter Bij aanvang van de planvorming voor SLP is rekening gehouden met de voor vrachtauto’s gebruikelijke lengte van 18 meter. In de loop van het proces zijn echter ook vrachtauto’s ontwikkeld met een lengte van 25 meter. Hoewel vrachtauto’s met deze lengte nog niet overal (mogen) rijden, is met het oog op toekomstbestendigheid van het terrein bekeken of SLP toegankelijk is voor dergelijke vrachtauto’s. Binnen het plangebied van SLP zijn met name de bochten / draaipunten mogelijke knelpunten. De breedte van de wegen zou geen problemen op moeten leveren. Omdat de planvorming van SLP-oost reeds in een vergevorderd stadium is, zijn ingrijpende veranderingen in de structuur niet meer mogelijk. Op detailniveau is het nog wel mogelijk geweest om aanpassingen door te voeren. Pudongweg (Aorta) De Pudongweg is zonder problemen te gebruiken door vrachtauto’s van 25 meter. Het zal wel effect hebben op de breedte van de inritten en de benodigde opstelruimte voor de poort. In principe zal er vanuit gegaan moeten worden dat de vrachtauto’s het gebied bereiken en verlaten via de nieuwe N201 en/of de Kruisweg. Rotonde De rotonde aan de zuidkant van de Pudongweg is noodzakelijk als keerpunt voor de vrachtauto’s. Wanneer wordt uitgegaan van een benodigde draaicirkel van 29 meter (buitenmaat) en 13 meter (binnenmaat), voldoet het rotonde-ontwerp hier ruim aan. (Met een buitendiameter van 37 meter en een binnendiameter van 25,5 meter.) Naritaweg- Oost (Groene Ader) Deze weg is in de huidige uitwerking niet geschikt voor vrachtauto’s langer dan 18 meter en het profiel zal niet meer aangepast (kunnen) worden. Kavelinrichting Doordat grotere vrachtauto’s meer ruimte nodig hebben voor parkeren en manoeuvreren zullen ook de voorterreinen groter moeten zijn. Dit betekent dat de bebouwingsdichtheid lager zal worden en de bebouwing verder van de weg gepositioneerd zal worden. Dit is niet direct in lijn met de uitgangspunten voor SLP. Wanneer de erfafscheidingen, de terreininrichting en de bebouwing echter in onderlinge samenhang ontworpen worden, dan kan wel een beeld ontstaan dat past binnen de bedoelingen voor SLP.
- 11 -
TECHNISCHE ASPECTEN
Milieukundige en geotechnische situatie Voor het project is onderzoek gedaan naar de bodemgesteldheid, zowel geotechnisch als milieukundig. De resultaten van dit onderzoek kunnen worden opgevraagd bij SLP. Het terrein voldoet aan de eisen die de wetgeving stelt op het gebied van bodemverontreiniging, gegeven de bestemmingen die erop rusten. De investeerder wordt geadviseerd voor zijn kavel om nader geotechnisch bodemonderzoek uit te voeren, om beter inzicht te krijgen in bodemgesteldheid. Dit onderzoek is voor rekening en risico van de investeerder. Voor onderzoek ter plekke, zoals sonderingen en boringen, dient toestemming gevraagd te worden aan SLP. SLP kan aan de toestemming voorwaarden verbinden. Explosieven In 2000 is door het Explosieven Opruimings Commando van de Koninklijke Landmacht vooronderzoek verricht naar de mogelijke aanwezigheid van niet-geëxplodeerde explosieven in het terrein. In 2004 heeft het Explosieven Opruimings Commando de aanbevelingen nader toegelicht, met als conclusie dat zij verder onderzoek niet nodig acht. De betreffende documenten, kunnen hiervoor worden opgevraagd bij SLP. Waterstanden De watergangen op het terrein staan in open verbinding met het omringende polderwater-systeem. Ze hebben een winterpeil van 6,15 meter – NAP en een zomerpeil van 6,00 meter – NAP. In de periode van 1989 tot 1999 varieerde de stijghoogte in het eerste watervoerende pakket tussen de NAP – 4,5 en -5,0 meter’. Voor meer informatie wordt verwezen naar het Hoogheemraadschap van Rijnland. Maaiveldhoogtes De hoogte van het maaiveld varieert tussen de 3,60 meter en 5,00 meter – NAP. Nadere informatie hierover kan worden opgevraagd bij SLP.
- 12 -
BOUWRIJP MAKEN
Met uitzondering van het vierde kwadrant is het terrein bouwrijp gemaakt. In dat kader zijn de volgende werkzaamheden uitgevoerd: • verwijderen van verhardingen en kabels, en leidingen van de kavels; • dempen van bestaande sloten met gebiedseigen grond; • graven van nieuwe watergangen met bijbehorende duikers; • aanleggen van openbare wegen, deels in de vorm van bouwwegen, deels voorzien van asfaltverharding, markering, bebording en openbare verlichting; • aanleggen van riolering; • aanleggen van distributienetten voor gas, water, elektriciteit en telefoon (kopernet) • aanleggen van buizen voor toekomstig glasvezel. • aanleggen van een brandhydrantennet, • bouwen van het rioolgemaal; • aanleggen van de afvoerende persleiding; • aanleggen van de Naritaweg tussen de Pudongweg en de aansluiting op de verlegde N201, met de bijbehorende riolering en nutsvoorzieningen. In een later stadium zal op SLP oost een parkeerplaats voor vrachtwagens worden aangelegd, ten behoeve van de bedrijven op SLP. Daarnaast kan deze parkeerplaats voor vrachtwagens naar het gebied SLP, de eerste opvang verzorgen. Congestie op de openbare weg, in verband met wachtende vrachtauto’s voor de poort van de bedrijven kan op deze manier worden vermeden. Met het bouwrijp maken van het terrein heeft Schiphol Logistics Park de kavels functievrij gemaakt, dat wil zeggen vrij van (bekende) obstakels op of in het terrein. Tevens zijn de sloten gedempt. De overige werkzaamheden die op de kavels nodig zijn, dienen door de investeerder zelf te worden uitgevoerd.
- 13 -
WOONRIJP MAKEN
Gedurende de ontwikkeling wordt het terrein gefaseerd woonrijp gemaakt. Een wegvak zal woonrijp worden gemaakt als de helft van de kavels langs dat wegvak in gebruik is genomen én nooit later dan drie jaar na de ingebruikname van het eerste kavel langs dat wegvak. Tot het woonrijp maken behoren in ieder geval de volgende werkzaamheden: • het aanleggen van de asfaltverharding, waterafvoer, markering en bebording van de wegen (voor zover dit nog niet is gebeurd); • het aanleggen van fiets- en voetpaden; • het aanleggen van de openbare verlichting van de fiets- en voetpaden; • het aanbrengen van straatmeubilair; • het aanbrengen van groenvoorzieningen. Voor de inrichting van de openbare ruimte wordt verwezen naar de bijlage, Dwarsprofielen wegen. De trottoirs op de scheiding tussen het openbaar gebied en de kavels liggen op 3,95 meter – NAP.
- 14 -
UITGANGSPUNTEN EN VOORWAARDEN VOORZIENINGEN
Riolering In het openbaar gebied is een verbeterd gescheiden stelsel aangelegd. Daarnaast wordt de Beslisboom aan- en afkoppelen verharde oppervlakken gehanteerd (Tauw, 2003). Dit houdt in dat het water van de kavel als volgt behandeld dient te worden: • vuil water: verzamelen en afvoeren naar de huisaansluitingsput voor VWA, • vuil hemelwater, zijnde hemelwater dat valt op verontreinigde oppervlakken (zoals het expeditieterrein en de eventuele parkeergarage): verzamelen en afvoeren naar de huisaansluitingsput voor HWA, • schoon hemelwater, zijnde hemelwater dat valt op matig en licht verontreinigde oppervlakken (zoals de daken): verzamelen en afvoeren naar het oppervlaktewater; • drainagewater: verzamelen en afvoeren naar het oppervlaktewater; Ten aanzien van het schoon hemelwater geldt nog het volgende: De afvoer dient bovengronds plaats te vinden. De oppervlakken waarop het schoon hemelwater valt, dienen uit niet-uitlogende materialen te bestaan. Het hemelwater vanaf matig verontreinigde oppervlakken (bijvoorbeeld het eventuele parkeerdak) dient voor lozing op het oppervlaktewater te worden gezuiverd door een voorziening als een slibvangput. De investeerders dienen op het rioolstelsel aan te sluiten via huisaansluitingsputten, één voor hemelwater en één voor vuilwater. Deze huisaansluitingsputten dienen op de kavel nabij de erfgrens te worden geplaatst. Per kavel dienen nadere afspraken te worden gemaakt tussen investeerder, gemeente en SLP over ontwerp en uitvoering van de aansluitingen op de riolering. De kosten van deze aansluitingen zijn voor rekening van de investeerders. Nutsvoorzieningen Onder de trottoirs bevinden zich de distributienetten van de nutsvoorzieningen. Het volgende is aanwezig: • Water: PWN heeft een distributienet aangelegd dat geschikt is voor normaal gebruik, te weten 1 tot 3 m3/h. Dit houdt in dat de investeerders voor een eventuele sprinklerinstallatie zelf een buffervoorziening moeten realiseren. • Gas: Endinet heeft een lagedruk-gasnet aangelegd. • Elektriciteit: Liander heeft een midden- en een laagspanningsnet aangelegd. Bij een vermogensvraag vanaf 160 kVA dient de investeerder zelf een inpandig midden-spannings-station met transformator te realiseren. • Telecom: KPN heeft een kopernet aangelegd en buizen voor een toekomstig glasvezelnet. • Bluswatervoorziening: Er is een bluswatervoorziening gerealiseerd. Meer informatie over de ligging van de netten kan worden opgevraagd bij SLP. Voor meer informatie over de capaciteiten van de netten en de eisen aan aansluitingen, wordt verwezen naar de betreffende netbeheerders. Aansluitingen dienen bij de netbeheerders te worden aangevraagd en zijn voor rekening van de investeerders, inclusief de bijbehorende leidingen en beschermende maatregelen.
- 15 -
UITGANGSPUNTEN EN VOORWAARDEN INRICHTING TERREIN
Inritten Het aantal en de locatie van de inritten dient te worden bepaald in overleg met SLP en de gemeente. Vanwege het doorgaande karakter van de wegen is het aantal inritten dat wordt toegestaan aan de Pudongweg en de Incheonweg beperkt. Langs de Pudongweg en de Incheonweg dienen de inritten een minimale onderlinge afstand van 200 meter te hebben en is er slechts één inrit per kavel toegestaan. Het combineren van inritten voor aangrenzende kavels, wordt daarom aangemoedigd. De mogelijke locaties voor inritten worden ook beperkt door de aanwezigheid van elementen in het openbaar gebied, zoals lichtmasten, riolerings-putten, brandhydranten en door randvoorwaarden ten behoeve van de verkeersveiligheid. De kavel dient zo te worden ingericht dat de vrachtwagens en personenauto’s die het expeditieterrein op willen rijden, niet op de openbare weg hoeven te wachten. Dit betekent dat bij de toegang naar het expeditieterrein minimaal 20 meter ruimte moet worden vrij gehouden (één vrachtautolengte) en bij de toegang naar de parkeervoorzieningen minimaal 15 meter (de lengte van drie personenauto’s). De inritten hebben een standaardontwerp, zie onderstaand figuur (die geldt voor de Pudongweg). De breedte van de inritten mag, op de grens tussen kavel en openbaar gebied, maximaal 12 meter zijn.
De inritten dienen ter hoogte van de kavelgrens op een hoogte van 3,95 meter – NAP te liggen, met uitzondering van de inritten langs de Naritaweg. De overgang naar de rijbaan dient te worden gevonden in het straatwerk. Hiervoor is per situatie (Pudongweg met fietspad, Pudongweg zonder fietspad, Naritaweg, Incheonweg) een principeoplossing beschikbaar. De exacte uitvoering van deze principeoplossing dient te worden bepaald in overleg met SLP en de gemeente.
- 16 -
De inritten naar de kavels dienen door en voor rekening van de investeerders te worden aangelegd. Mogelijk moeten er maatregelen worden genomen ter bescherming van de aanwezige kabels en leidingen. Deze maatregelen worden bepaald door de betreffende beheerders. Onderhoud aan de inritten is eveneens voor rekening van de investeerder. In de woonrijpfase worden fiets en voetgangerspaden volledig doorgestraat op kosten van de investeerder. De investeerders dienen de locaties van de in- en uitritten in nauw overleg met de projectorganisatie SLP vast te stellen. De locaties zullen namelijk afgestemd worden op elementen in het openbaar gebied, zoals bushaltes, lichtmasten, putten, kolken, etc. Tevens worden de locaties uit verkeersveiligheidsoogpunt getoetst. De investeerder dient daarom in het ontwerp van de kavel de locatie van de inrit aan te geven. Conform de eisen van de kabels- en leidingenbeheerder dienen door en op kosten van de investeerder zo mogelijk maatregelen te worden genomen ter bescherming van de kabels en leidingen.
Expeditieterrein De verharding dient in zwart of grijs te worden uitgevoerd.
Onderhoudsstrook Langs de watergangen die grenzen aan de kavels is een onderhoudsstrook (aangeduid als ‘plint’) gereserveerd. Deze onderhoudsstrook is minimaal 3,50 meter breed en mag niet worden bebouwd. De strook wordt verhard met grasbetonkeien. De onderhoudsstrook dient ook als aanvalsroute voor de brandweer, dus dient permanent toegankelijk te zijn (dus niet afsluitbaar). De onderhoudsstrook dient door en voor rekening van de investeerders te worden aangelegd. Mogelijk moeten er maatregelen worden genomen ter bescherming van de aanwezige kabels en leidingen. Deze maatregelen worden bepaald door de betreffende beheerders. Onderhoud aan de onderhoudsstrook is eveneens voor rekening van de investeerder.
Bypass Langs de watergang naast kwadrant III bestaat de mogelijkheid om een zogenaamde ‘bypass’ te realiseren. Deze particuliere (éénrichtings)weg biedt de mogelijkheid om de kavel aan twee zijden te ontsluiten. Mocht een investeerder de bypass willen realiseren, dan zullen hierover met hem en andere betrokken investeerder(s) nadere afspraken worden gemaakt. Informatie hierover kan opgevraagd worden bij SLP
- 17 -
VOORWAARDEN UITVOERING
Algemeen De Pudongweg, de Naritaweg-west en de Incheonweg zijn reeds in beheer van de gemeente Haarlemmermeer. Dit betekent dat voor activiteiten op en langs deze wegen diverse gemeentelijke regels gelden. Voor meer informatie hierover wordt verwezen naar de gemeente Haarlemmermeer. Ook kan de gemeente bij de bouwvergunning nadere eisen aan de uitvoering stellen. De Naritaweg-oost is voorlopig nog slechts een bouwweg en in beheer van SLP. Onder meer om die reden zal ook SLP eisen stellen aan de uitvoering. Voor zover deze eisen niet hieronder zijn weergegeven, zullen ze te zijner tijd worden bepaald, na overleg met de investeerder. Graafwerkzaamheden Voor eventuele graafwerkzaamheden in het openbaar gebied is toestemming vereist van de beheerder (SLP, parkmanagementvereniging SLP of de gemeente). De verharding zal na de werkzaamheden worden hersteld op kosten van de investeerder. Toegang tot de kavel De investeerder dient zelf een tijdelijke verharde inrit te maken. De locatie van deze tijdelijke inrit dient in overleg met de gemeente en SLP te worden bepaald. De tijdelijke inrit ligt bij voorkeur op dezelfde locatie als de toekomstige definitieve inrit. De uitvoering van de tijdelijke inrit dient ter goedkeuring te worden voorgelegd aan SLP. Bij de aanleg van een tijdelijke inrit dienen maatregelen te worden genomen om de boven- en ondergrondse voorzieningen in de openbare ruimte te beschermen. Deze voorzieningen vereisen de goedkeuring van de beheerder. Schade die wordt aangebracht aan voorzieningen in de openbare ruimte door activiteiten, onder de verantwoordelijkheid van een investeerder, zal worden verhaald op de betreffende investeerder. Bouwplaatsinrichting Tijdelijke bouwwerken (zoals bouw- en reclameborden, bouwketen) mogen alleen op de eigen kavel worden opgericht. Opslag van materiaal, materieel en parkeren van voertuigen mag alleen op de eigen kavel plaatsvinden. De investeerder dient zelf zorg te dragen voor bouwaansluitingen. De aansluitkasten dienen op de eigen kavel te worden geplaatst. Het kan voor de uitvoering van de bouwwerkzaamheden op de kavel noodzakelijk zijn, tijdelijk materieel op te stellen op openbaar terrein dat nog niet in beheer van de gemeente is. Dit dient ter goedkeuring te worden voorgelegd aan SLP, onder opgave van de aard van de werkzaamheden, de aard van het materieel en de duur van de opstelling. SLP kan nadere eisen stellen ter bescherming van de openbare ruimte.
- 18 -
De investeerder dient voor aanvang van de werkzaamheden een tekening van de bouwplaatsinrichting in te dienen ter goedkeuring. Deze tekening, dient alle in dit hoofdstuk genoemde voorzieningen en hun locaties weer te geven. Afscheiding bouwplaats Voor de bouwwerkzaamheden op een kavel is een tijdelijke afscheiding (met bouwhekken) van de kavel gewenst. De plaatsing hiervan (wanneer, waar) dient in overleg met SLP te geschieden. Uiterlijk bij ingebruikname van de kavel dient de tijdelijke afscheiding te zijn verwijderd (en indien van toepassing te vervangen door een definitieve afscheiding). Water, energie en materiaalgebruik Op SLP zijn de drie thema’s van toepassing: -water; - energie en materiaalgebruik. Binnen deze thema’s zijn kostenneutrale maatregelen verplicht. De meeste maatregelen betreffen de gebouwen, een enkele maatregel heeft betrekking op de kavels. Als daarvoor aanleiding is, kan voor een specifiek bedrijf een milieuscan worden uitgevoerd. Het uitgangspunt van kostenneutrale maatregelen blijft daarbij gehandhaafd. In de bijlage is een lijst met DuBo maatregelen toegevoegd.
- 19 -
BIJLAGEN
DUBO MAATREGELEN
- 22 -
- 23 -
DWARSPROFIELEN WEGEN
Incheonweg
Naritaweg oost
- 24 -
Pudongweg
- 25 -
Titel tekst hier Datum