Titel 12 DECEMBER 1955. - Koninklijk besluit betreffende de vleeswinkels en de daarbij behorende bereidingswerkplaatsen. Publicatie : 23-12-1955 Inwerkingtreding : 02-01-1956 (ART. 1 - ART. 4) *** 01-07-1956 (ART. 5) *** 02-01-1956 (ART. 5bis - ART. 14) Dossiernummer : 1955-12-12/31
Inhoudstafel
Tekst
Begin
HOOFDSTUK I. - Vleeswinkels. Art. 1-2 (HOOFDSTUK II. - Eetwarenwinkels.)
Art. 3-4 (HOOFDSTUK III. - De leurhandel.) Art. 5, 5bis, 5ter HOOFDSTUK IV. - Werkplaatsen voor de bereiding met het oog op de verkoop of de bewaring van vlees. Art. 6-8 HOOFDSTUK V. - Algemene bepalingen. Art. 9-14, N
Tekst
Inhoudstafel
Begin
HOOFDSTUK I. - Vleeswinkels. Artikel 1. Het verkopen, het te koop stellen, het voor de verkoop bewaren, het met het oog op verkoop uitsnijden van vers, bereid of verduurzaamd slachtvlees, geschiedt onder de volgende voorwaarden : 1°a) de daartoe bestemde lokalen moeten behoorlijk verlicht en verlucht zijn; b) zij mogen niet in rechtstreekse verbinding staan met een slachterij, met stallen, met sanitaire inrichtingen of met ongezonde plaatsen; c) zij moeten ten minste 2,50 m hoog zijn en een oppervlakte hebben van ten minste 12 m2, zonder de koelkast. De oppervlakte moet in verhouding staan tot de omvang van het bedrijf, zodat alle verrichtingen met betrekking tot het bewerken, uitsnijden, verkopen, wegen en verpakken, gemakkelijk en hygiënisch kunnen geschieden; d) de vloer van deze lokalen moet waterdicht en uit hard en afwasbaar materiaal vervaardigd zijn. De bekleding van wanden en zoldering moet helder, glad en tegen reiniging met warm zeepwater bestand zijn. De overgangen van wanden onderling en van vloer naar wanden moeten rond afgewerkt zijn; e) de in deze lokalen geplaatste uitstalkasten of toonbanken moeten uit hard, glad, afwasbaar en niet absorberend materiaal vervaardigd of met dergelijk materiaal bekleed zijn en de haken en ophangstangen moeten in roestvrij metaal vervaardigd en zodanig geplaatst zijn dat het eraan opgehangen vers, bereid of verduurzaamd vlees de muren noch de vloer raakt; f) in de inrichting moet een koelkast voorhanden zijn die uitsluitend mag dienen voor het bewaren van vers, bereid of verduurzaamd vlees. De
binnenwanden van de koelkast moeten met afwasbaar materiaal bekleed zijn en steeds zindelijk gehouden worden; g) de lokalen en het materiaal moeten steeds volkomen zindelijk gehouden worden; h) (de lokalen mogen enkel dienen voor de handel in vlees, bereid of verduurzaamd vlees en vleesbereidingen en de produkten die opgenomen zijn in de bijlage van dit besluit, onder de voorwaarden erin bepaald) Wat echter de reeds bij de inwerkingtreding van dit besluit geëxploiteerde bedrijven betreft, moeten, zolang deze niet van exploitant verwisselen, de lokalen slechts voldoen aan de voorwaarden vermeld in artikel 4 van het ministerieel besluit van 11 Februari 1948 betreffende de bijzondere voorwaarden voor het verlenen van vergunningen aan de kleinhandelaars in vleeswaren, aan de vleeshouwers en aan de spekslagers; 2° vlees dat niet opgehangen wordt, moet op horden of in zindelijke en afwasbare roestvrije recipiënten gelegd worden. Het vlees mag niet buiten het lokaal uitgestald of te koop gesteld worden. Het moet steeds tegen uitwendige bezoedeling beschut en buiten het bereik van de kopers gehouden worden. Art. 2. In de grote distributiebedrijven en in de warenhuizen, (...) waar geen lokaal voorhanden is dat aan de in artikel 1, 1°, gestelde voorwaarden voldoet, is het toegelaten vers, bereid of verduurzaamd vlees te verkopen en te koop te stellen op voorwaarde : a) dat een van de andere afdelingen afgescheiden ruimte, die aan de vereisten van artikel 1, 1°, d, voldoet, hiervoor uitsluitend wordt bestemd; b) dat er in deze ruimte koeltoonbanken voorhanden zijn waarin het vlees tegen bederf gevrijwaard blijft, buiten het bereik van de kopers ligt en niet aan bezoedeling is blootgesteld; c) dat het vlees alleen door uitsluitend in deze afdeling tewerkgesteld personeel wordt behandeld; d) dat aan deze afdeling een voor het uitsnijden van vlees bestemde werkplaats wordt toegevoegd, die er mede in rechtstreekse verbinding staat en volgens de voorschriften van artikel 1 is gebouwd. Het vervoer van het vlees moet zonder gevaar voor bezoedeling kunnen plaats hebben; e) dat alleen op aanvraag en in tegenwoordigheid van de koper, achter de toonbank vers vlees uitgesneden wordt. (De grote distributiebedrijven en de warenhuizen bedoeld in alinea 1 moeten ten minste drie gewoonlijk onderscheiden takken van handel drijven, en een bezoldigd personeel in dienst hebben, aangesteld voor de verkoop, dat voortdurend ten minste uit vijf eenheden bestaat waarin niet begrepen is, in geval de exploitant een natuurlijk persoon is, deze laatste en zijn echtgenote, alsook hun verwanten in rechte lijn, en in geval de exploitant een handelsvennootschap is, de vennoten welke niet deelnemen aan de verkoop.) (HOOFDSTUK II. - Eetwarenwinkels.) Art. 3. In inrichtingen voor de verkoop in het klein van eetwaren wordt het te koop stellen en het verkopen van bereid of verduurzaamd vlees, hetzij gekookt, gezouten, gerookt of gedroogd, toegelaten onder de volgende voorwaarden : a) dat een van de andere afdelingen afgescheiden ruimte, die aan de vereisten
van artikel 1, 1°, d, voldoet hiervoor wordt bestemd; b) dat een of meer koeltoonbanken, die deze ruimte afbakenen uitsluiten voorbehouden worden voor het uitstallen en het bewaren van vleeswaren; Een termijn van twee jaar zal toegestaan worden aan de bestaande installaties voor de aankoop van de koeltoonbanken, termijn gedurende dewelke het gebruik van een koelkast verplichtend is voor het bewaren der vleeswaren; (Nochtans, wanneer de aktiviteit zich tot de verkoop beperkt van produkten, die in een doorzichtig en hermetisch afgesloten vel zijn verpakt, mag een gekoelde uitstalkast, waarin die produkten te koop worden aangeboden, de onder a bepaalde ruimte vervangen.) c) de toonbanken en uitstalkasten moeten met hard, glad, afwasbaar en niet absorberend materiaal bedekt worden; De bereidingen die niet uitgestald zijn in koeltoonbanken dienen in een glazen, verluchte kast geplaatst ofwel op een toonbank waar zij beschut zijn tegen bezoedelingen, aanrakingen en behandelingen van het publiek : d) droge worsten en gedroogde bereidingen mogen aan roestvrije haken en beschut tegen de behandelingen van het publiek worden gehangen; e) de behandelingen dienen met de grootste reinheid te gebeuren; f) de exploitant moet in het bezit zijn van een door de Minister van Middenstand verleende vergunning, na akkoord van de Minister van Volksgezondheid en van het Gezin. Art. 4. Het te koop stallen en de verkoop van droge worst, gerookt spek, gerookt bacon, gerookt paarde- of ossevlees, gekookte, gezouten, gedroogde en gerookte ham, reuzel en voedingsvet voor de verkoop in het klein geschikt evenals de hermetisch verpakte vleeswaren, worden toegelaten in inrichtingen voor de verkoop in het klein van eetwaren die aan de vereisten van voorafgaande artikelen niet voldoen. Deze produkten dienen nochtans uitgestald ofwel in een hiertoe uitsluitend voorbehouden glazen toonbank met hard, glad, afwasbaar en niet absorberend materiaal bedekt, voorzien van een glazen beschutsel dat ze vrijwaart voor bezoedeling en buiten bereik en behandeling van het publiek houdt. (HOOFDSTUK III. - De leurhandel.) Art. 5. Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt verstaan onder : - leurhandel : het bepaalde in artikel 2 van het koninklijk besluit nr. 82 van 28 november 1939 houdende reglementering van de leurhandel; - vers vlees : alle vlees dat geen behandeling heeft ondergaan ter bevordering van de houdbaarheid; wordt echter ook als vers vlees beschouwd, vlees dat een koelbehandeling heeft ondergaan; - bereid of verduurzaamd vlees : vlees dat een behandeling heeft ondergaan (onder meer zouten, roken, drogen, koken) voldoende om de bewaring ervan te verzekeren zonder verdere behandeling; - vleesbereidingen : voedingsprodukten vervaardigd van of met vlees dat een behandeling heeft ondergaan ten einde het een bepaalde houdbaarheid te verzekeren. Vlees dat enkel een koelbehandeling heeft ondergaan, vleespeptonen, vleessausen, dierlijke gelatines, vleesmeel, celproteïnen, beenderextracten en soortgelijke produkten worden evenwel niet als vleesbereidingen beschouwd. Art. 5bis. 1. De personen die een leurhandel drijven met vlees, bereid of verduurzaamd vlees en vleesbereidingen, moeten :
a) beschikken over een werkplaats die uitsluitend gebruikt wordt voor het uitsnijden en het bereiden van het vlees, het bereid of verduurzaamd vlees en de vleesbereidingen waarmee geleurd wordt en die beantwoordt aan artikel 6 van dit besluit. Die werkplaats moet uitgerust zijn met een koelkast of een gekoeld lokaal dewelke in verhouding staat met de belangrijkheid van het bedrijf en uitsluitend voorbehouden is voor de bewaring van het bovenvermelde vlees, bereid of verduurzaamd vlees en vleesbereidingen; de binnenwanden ervan moeten tot op een hoogte van 2 meter met hard, glad en afwasbaar materiaal bekleed zijn. Deze werkplaats mag niet als verkooppunt gebruikt worden; b) gemachtigd zijn het beroep uit te oefenen van beenhouwer of spekslager krachtens het ministerieel besluit van 11 februari 1948 betreffende de bijzondere voorwaarden voor het verlenen van vergunningen aan kleinhandelaars in vleeswaren, aan de beenhouwers en aan de spekslagers. De vergunning als hinderlijke inrichting die bij het Ministerie van Middenstand moet worden overgemaakt, dient betrekking te hebben op de onder punt a) hierboven bedoelde werkplaats; c) een vooraf verleende vergunning bezitten van de Minister van Middenstand, zoals is voorgeschreven bij het koninklijk besluit nr. 82 van 28 november 1939 houdende reglementering van de leurhandel. Deze vergunning zal afgeleverd worden na advies van de Minister die de Volksgezondheid onder zijn bevoegdheid heeft of van zijn afgevaardigde. 2. De personen die hun leurhandel beperken tot bereid of verduurzaamd vlees en vleesbereidingen moeten voldoen aan de in dit artikel gestelde voorwaarden, met uitzondering van de voorwaarde gesteld in punt 1 b), eerste lid. Art. 5ter. 1° De leurhandel in vlees, bereid of verduurzaamd vlees en vleesbereidingen mag alleen geschieden door middel van een uitsluitend voor dat doel bestemd voertuig dat speciaal is ingericht met het oog op het uitstallen, het in voorraad houden en het verkopen. Dat voertuig, waarvan de grootte dient te beantwoorden aan de behoeften, moet volgende kenmerken vertonen : a. de vloer en de wanden moeten stevig zijn en vervaardigd uit hard, glad en afwasbaar materiaal; b. de zijden die open zijn voor het publiek moeten voorzien zijn van een schut uit doorzichtig materiaal zodat de waren tegen verontreiniging van buiten uit en manipulaties door kopers worden gevrijwaard. Het bovenste deel van dat schut moet op tenminste 1,50 m van de grond zijn geplaatst. Indien dat schut een horizontaal bovengedeelte heeft, mag dat niet als toonbank worden gebruikt; c. de toonbanken moeten uit hard, glad, afwasbaar en niet absorberend materiaal vervaardigd zijn; zij moeten regelmatig gereinigd worden; d. (het voertuig moet uitgerust zijn met voorzieningen die het vlees, het bereid of verduurzaamd vlees en vleesbereidingen, andere dan die bedoeld in artikel 4 steeds houden bij een volgende maximum inwendige temperatuur : da) voor gekoeld vers vlees 7 °C; db) voor gekoelde slachtafval 3 °C; dc) voor diepgevroren vers vlees - 18 °C; dd) voor bereid of verduurzaamd vlees de maximum temperatuur voor bewaring die door de producent is aangegeven, zoniet 7 °C; de) voor gehakt, vlees in stukken van minder dan 100 gram en
vleesbereidingen : - onder gekoelde vorm 2 °C; - onder diepgevroren vorm - 18 °C.) e. de ophangstaven en -haken moeten uit roestvrij materiaal zijn en mogen niet langs de gedeelten, die open zijn voor het publiek, worden geplaatst; f. in de plaatsen bestemd voor de verkoop dient er verpakkingsmateriaal voorhanden te zijn dat het mogelijk maakt het vlees, het bereid of verduurzaamd vlees en de vleesbereidingen op een hygiënische manier te verpakken voor overhandiging aan de verbruikers; 2° De leurhandel in bereid of verduurzaamd vlees en vleesbereidingen moet gebeuren met een voertuig dat volledig is uitgerust zoals bepaald in dit artikel, punt 1°; 3° (opgeheven) 4° De personen die leurhandel drijven met voedingsmiddelen mogen bereid of verduurzaamd vlees en vleesbereidingen uitstallen en verkopen op voorwaarde dat de afdeling " bereid of verduurzaamd vlees en vleesbereidingen " uitgerust is overeenkomstig de voorwaarden opgelegd in dit artikel punt 1°. De ruimten voorbehouden voor het uitstallen en het verkopen van bereid of verduurzaamd vlees en vleesbereidingen moeten duidelijk en volledig afgescheiden zijn van die voor de andere voedingsmiddelen; 5° De houders van een machtiging tot leurhandel mogen enkel vlees vervoeren, uitstallen en verkopen dat herkomstig is van in een slachthuis geslachte dieren. Al de stukken vlees moeten het keuringsmerk dragen. Het vlees, het bereid of verduurzaamd vlees en de vleesbereidingen moeten voor de overhandiging aan de koper, hygiënisch verpakt worden. Het is verboden hiervoor kranten of oud papier te gebruiken, wanneer dit rechtstreeks in kontakt kan komen met het vlees, het bereid of verduurzaamd vlees en vleesbereidingen; 6° De leurhandel met van tevoren bereide verse worsten, met te drogen worsten, met van tevoren gehakt vlees alsook het in voorraad hebben of het uitstallen van bovenvermelde waren met het oog op de leurhandel mag slechts geschieden voor zover bovendien voldaan wordt aan de voorwaarden bepaald door de Minister die de Volksgezondheid onder zijn bevoegdheid heeft. (De leurhandel met diepgevroren vlees en diepgevroren gehakt vlees is toegelaten voor zover het vlees en het gehakt geproduceerd werden conform de algemene en de bijzondere bepalingen van het koninklijk besluit van 1 december 1969 houdende reglementering betreffende het diepvriesvlees gewijzigd door het koninklijk besluit van 9 november 1981 en voor zover het diepgevroren vlees en het diepgevroren gehakt vlees bewaard worden in overeenstemming met de bepalingen van hetzelfde bovenvermelde besluit.) HOOFDSTUK IV. - Werkplaatsen voor de bereiding met het oog op de verkoop of de bewaring van vlees. Art. 6. Vlees of vleesprodukten mogen alleen in een speciaal lokaal en onder de volgende voorwaarden worden bereid : a) het lokaal moet voldoen aan de voorwaarden gesteld bij artikel 1, 1°, a, b en c. De werkplaatsen waarvoor een regelmatige vergunning werd afgegeven
krachtens de bepalingen van het besluit van de Regent van 11 februari 1946, houdende goedkeuring van de titels I en II van het Algemeen Reglement voor de Arbeidsbescherming, maar die niet aan de vereisten betreffende de oppervlakte en de hoogte voldoen, mogen in bedrijf gehouden worden tot de hun toegestane exploitatietermijn is verstreken; b) de vloer moet waterdicht en uit hard en afwasbaar materiaal vervaardigd zijn. Wanden en zoldering moeten met hard en glad materiaal bekleed zijn. De bekleding van de wanden moet, tot een hoogte van 2 m helder en tegen reiniging met warm zeepwater bestand zijn. De overgangen van wanden onderling en van vloer naar wanden moeten rond afgewerkt zijn; c) alleen produkten, werktuigen, gereedschappen en benodigdheden die betrekking hebben op het bewerken en het verpakken van vlees en vleeswaren, mogen er in voorkomen; d) een drinkwaterkraan moet in de werkplaats voorhanden zijn; e) hermetisch sluitende en afwasbare bakken in plaatijzer moeten voorhanden zijn om pezen, huiden, beenderen en alle fabricage-afval te bergen; deze bakken moeten dagelijks geledigd en gereinigd worden. Art. 7. Het is verboden bij de bewerking van vleeswaren te gebruiken : toestellen, gereedschappen of recipiënten van niet vertind koper of messing, of waarvan de wanden, die in aanraking komen met de produkten, uit door de reglementering betreffende de eetwaren verboden stoffen vervaardigd zijn; verroeste gereedschappen of recipiënten, of waarvan de oppervlakte ruw of beschadigd is; onwelriekende of onzindelijke recipiënten. Art. 8. De dampen, rook en uitwasemingen die voortkomen van de bereidingsverrichtingen, moeten door middel van een gepaste inrichting, zonder hinder voor hen die in de werkplaats aanwezig zijn of voor de geburen, geëvacueerd worden. HOOFDSTUK V. - Algemene bepalingen. Art. 9. De te koop gestelde of voor de verkoop bewaarde vleeswaren moeten op het omhulsel of op de verpakking de naam en het adres van de fabrikant (...) dragen. Deze bepalingen is niet toepasselijk op bewerkte vleeswaren die door de vleeshouwer of door de spekslager, die ze bereid heeft, in zijn winkel verkocht worden. (De aanwijzingen waarvan sprake in voorgaande alinea zullen gebeurlijk kunnen vervangen worden door een onderscheidingsteken dat bij het Ministerie van Volksgezondheid en van het Gezin ingediend wordt en de identificatie van de fabrikant ((...)) gemakkelijk toelaat.) Art. 10. De personen die belast zijn met de verkoop en de bewerking van vers, bereid of verduurzaamd vlees moeten tijdens hun werk blijk geven van de grootste zindelijkheid. Zij mogen niet aangetast zijn door ziekten, waarvan de aangifte opgelegd wordt door de wetten en de reglementen op de aanstekelijke ziekten, noch door om het even welke huidaandoening. Art. 11. De bepalingen van dit besluit doen geenszins afbreuk aan de voorschriften betreffende de arbeidsbescherming en de politie van de vergunningsplichtige inrichtingen. Art. 12. Overtreding van dit besluit wordt gestraft met de bij de wet van 5 September 1952 bepaalde straffen, onverminderd de toepassing van de straffen bij het Wetboek van strafrecht gesteld.
Art. 13. Artikel 5 treedt in werking op 1 Juli 1956. Art. 14. Onze Minister van Volksgezondheid en van het Gezin is belast met de uitvoering van dit besluit. Art. N. Bijlage : (Lijst van de produkten waarvan de verkoop toegelaten is in vleeswinkels, in uitvoering van artikel 1, h, van dit besluit). (a) broodjes en sandwiches, belegd met produkten waarvan de verkoop toegelaten is in vleeswinkels; b) gevogelte, wild en konijnen op voorwaarde dat het wild en de konijnen onthuid en geledigd of dat het gevogelte gepluimd en geledigd werd en dat het te koop stellen en de behandeling op een afzonderlijke toonbank geschieden; c) specerijen, aromaten, kruiderijen onder gesloten verpakking; d) mosterd, pickles, uien, augurken, kappers, geëmulgeerde en nietgeëmulgeerde sausen, onder hermetisch gesloten verpakking; e) zuurkool; f) conserven van paddestoelen; g) conserven, al dan niet in zuur, van groenten en fruit, alsmede konfituur onder hermetisch gesloten verpakking; h) diepgevroren bereide maaltijden op basis van produkten waarvan de verkoop toegelaten is in vleeswinkels en diepbevroren groenten; i) olie voor fondue; j) boter en margarine; k) diverse kroketten, salades, quiches, pizza's, toasts en bereide gerechten op basis van produkten waarvan de verkoop toegelaten is in vleeswinkels; l) krabsalade bereid op basis van ingeblikte krab; m) conserven op basis van vlees; n) vleesextract, soepen en bouillons onder vloeibare, ingedikte of poedervorm, onder gesloten verpakking; o) hermetisch verpakt eten voor huisdieren op basis van vlees; p) kaas en kaasroulades op voorwaarde : - dat deze produkten te koop aangeboden en verkocht worden op een afzonderlijke toonbank, uitsluitend aldaar versneden en geconditioneerd worden met afzonderlijk materiaal en afzonderlijk worden bewaard; - dat de verse en de zachte kazen verpakt zijn en in die verpakkingen worden verkocht).
Aanhef
Tekst
Inhoudstafel
Begin
Gelet op de wet van 5 September 1952 betreffende de vleeskeuring en de vleeshandel, inzonderheid op de artikelen 13 en 14; Gelet op het advies van de Raad van State; Op de voordracht van Onze in Raad vergaderde Ministers, .....
Wijziging(en)
Tekst
Inhoudstafel
Begin
---------------------------------------------------GEWIJZIGD DOOR-------------------------------------------------• KONINKLIJK BESLUIT VAN 30-12-1992 GEPUBL. OP 31-12-1992
(GEWIJZIGD ART. : 5TER) • KONINKLIJK BESLUIT VAN 10-12-1984 GEPUBL. OP 11-04-1985