Taal een middel om mee te doen Marktconsultatie
Auteur Maaike van der Gaag Datum 2 juni 2009 Documentcode IB.2009.05.15 Versie 0.6 Status Definitief
Inhoudsopgave 1
Voorwoord
4
2
Marktconsultatie
6
2.1
Inleiding
6
2.2
Doel en doelgroep
6
2.3
Contactgegevens
6
2.4
Uitgangspunten marktconsultatie
8
2.5
Juridische aspecten
8
2.6
Procedure van de marktconsultatie
9
2.6.1
Stellen van vragen
9
2.6.2
Verslag marktconsultatie
10
2.7
Planning
10
3
Rotterdamse visie op inburgeren en participeren
11
3.1
Aanbod van kwalitatieve duale trajecten
12
3.2
Bepalen van het doelperspectief en taal/leerniveau
12
3.3
Werving en wijkgericht werken
9
Bijlage I Formulier voor het stellen van vragen
15
Bijlage II Aanmeldingsformulier
151
Bijlage III Vragenlijst 1
153
Bijlage IV Vragenlijst 2
159
Bijlage V Vragenlijst 3
24
Bijlage VI Begrippenlijst
37
Taal een middel om mee doen
Documentcode
Versie
Datum
Pagina
IB.2009.05.15
0.6
2 juni 2009
2 van 26
1
Voorwoord De Wet Inburgering bestaat sinds 1 januari 2007 en is verplicht voor iedereen van 16 jaar en ouder die nieuw in Nederland woonachtig is en niet uit een EU land komt en niet tijdens hun leerplicht 8 jaar of langer in Nederland hebben gewoond. Maar ook als je hier al langer woont maar de Nederlandse taal niet voldoende beheerst kan je gebruik maken van de voorzieningen uit de Wet Inburgering. Zij zijn zogenaamde vrijwillige inburgeraars. De doelstelling van de wet inburgering is het leren van de Nederlandse taal en hoe de Nederlandse samenleving in elkaar zit, zodat zij duurzaam kunnen meedoen in de samenleving. De gemeenten zijn verantwoordelijk voor het organiseren van een inburgeringstraject en worden hiervoor gefinancierd vanuit het rijk. Iedere inburgeraar betaalt een eigen bijdrage van € 270,-, Rotterdam vergoedt deze eigen bijdrage. Inburgering is daarmee dus gratis in Rotterdam. Je bent ingeburgerd zodra je voor het inburgeringsexamen of het staatsexamen bent geslaagd. Momenteel blijven zowel de instroom als de resultaten van inburgering achter bij het wettelijk vastgestelde niveau. Vanuit de Rijksoverheid is het Deltaplan inburgering opgesteld om de kwaliteit van de inburgering te verbeteren. Het deltaplan is bedoeld dat inburgeren gebeurt in combinatie met participeren om zo te zorgen dat mensen sneller meedoen in de samenleving. Meer maatwerk en een betere verbinding tussen taal en participatie zijn punten die in het Deltaplan naar voren komen. Ook zijn er vanuit het Deltaplan veranderingen in wet en regelgeving voorgesteld zoals direct op kunnen gaan voor het staatsexamen en het gebruiken van één handhavingstermijn. Op 1 januari 2009 is de wet Participatiebudget in werking getreden. Waar gemeenten nu te maken hebben met drie geldstromen van het WWB- werkdeel, de WEB en de WI is in de nieuwe structuur maar één geldstroom. Voor Rotterdam als G-31 gemeente geldt dat het samenvoegen van de middelen vanaf 2010 wordt ingevoerd. Door invoering van de wet Participatiebudget krijgen de gemeenten meer ruimte om de middelen in te kunnen zetten. Daarnaast wordt de verdeling van het participatiebudget vanuit het Rijk vanaf 2012, voor wat betreft de ingebrachte educatie- en inburgeringsmiddelen gebaseerd op een aantal outputverdeelmaatstaven. Door het gebruik hiervan wordt de verdeling gestuurd op de prestaties die gerealiseerd worden op het gebied van inburgering en volwasseneducatie. De prestaties die behaald zijn in een bepaald jaar worden twee jaar later terugvertaald naar de omvang van het budget. Al met al een groot aantal veranderingen op het gebied van inburgeren. De voorbereidingen van de uitvoering van de wet Participatiebudget is in volle gang. Een onderdeel hiervan is het aanbesteden van inburgeren en participatie. Aan u wordt gevraagd met ons mee te denken door middel van deze marktconsultatie.
Taal een middel om mee doen
Documentcode
Versie
Datum
Pagina
IB.2009.05.15
0.6
2 juni 2009
3 van 26
2
Marktconsultatie
2.1
Inleiding De Gemeente Rotterdam heeft voorafgaand aan deze marktconsultatie diverse workshops met deskundigen van de betrokken diensten uitgevoerd om de vraag aan de markt scherp te krijgen. De workshops hebben geresulteerd in een visie en beleid met daarbij behorend een overzicht van uitgangspunten en randvoorwaarden waar Inburgering en participatie aan moet voldoen. Het uitgangspunt van de gemeente Rotterdam is; Taal een middel om mee te doen! Hieronder staat allereerst de procedure rondom de marktconsultatie uitgelegd. In het volgende hoofdstuk vindt u meer informatie met betrekking tot de inhoud en de uitgangspunten die Rotterdam hanteert en wil toetsen.
2.2
Doel en doelgroep Via deze martkconsultatie onderzoekt de Gemeente Rotterdam of de ontwikkelde visie en het beleid met betrekking tot inburgering en participatie kan leiden tot betere resultaten. Rotterdam is benieuwd naar de ideeën van de markt met betrekking tot inburgering en participatie. De marktpartijen worden op deze manier betrokken bij de ontwikkeling van de in te kopen trajecten. Daarnaast heeft de marktconsultatie tot doel te toetsen of de uitgangspunten realistisch zijn en ingevuld kunnen worden door de diverse marktpartijen. De doelgroep voor deze marktconsultatie betreft alle organisaties die actief zijn op de markt van taal, inburgering en participatie.
2.3
Contactgegevens Uw contactpersoon voor deze marktconsultatie is Maaike van der Gaag, te bereiken via mailadres:
[email protected] en/of telefoon: 010-2676079. Indienen van uw reactie op de marktconsultatie kan per email naar bovengenoemd contactpersoon of per post naar: Gemeente Rotterdam Servicedienst Wijnbrugstraat 1-17 3011 XX Rotterdam T.a.v. Inkoopbureau - Maaike van der Gaag
Taal een middel om mee doen
Documentcode
Versie
Datum
Pagina
IB.2009.05.15
0.6
2 juni 2009
4 van 26
2.4
Uitgangspunten marktconsultatie Het doel van de marktconsultatie is nadrukkelijk niet om een voorselectie van gegadigden te maken in het kader van de komende aanbesteding. Voor zover nodig benadrukt gemeente Rotterdam dat uw deelname aan de marktconsultatie op geen enkele wijze een negatieve of positieve invloed zal hebben op uw mogelijkheid tot deelname aan de aanbesteding. Onder geen beding zal uw reactie een uitsluitinggrond vormen in het kader van een aanbestedingprocedure. De consultatie heeft tot doel om te toetsen of de uitgangspunten realistisch zijn en om marktpartijen te betrekken bij de ontwikkeling van de in te kopen trajecten. Om dit zo transparant mogelijk te doen en daarmee elke partij de kans te geven mee te doen, worden gedurende deze marktconsultatie de beginselen van non-discriminatie en transparantie in acht genomen. De resultaten van de marktconsultatie worden geanonimiseerd openbaar gemaakt. Deelnemende organisaties dienen bij de informatieverschaffing duidelijk aan te geven waar het bedrijfsvertrouwelijke informatie betreft. Deze bedrijfsvertrouwelijke informatie zal niet openbaar gemaakt worden. Correspondentie en documenten worden na afloop van de consultatie niet geretourneerd. De voertaal van de marktconsultatie is in het Nederlands. Alle communicatie inzake deze marktconsultatie dient te verlopen via de contactpersoon vermeldt onder 2.3. Het is niet toegestaan contact op te nemen met andere medewerkers van de gemeente Rotterdam betreffende deze marktconsultatie. Aan de deelname van de marktconsultatie is geen vergoeding van kosten verbonden.
2.5
Juridische aspecten Dit document is enkel bestemd voor marktconsultatie doeleinden. Het wordt ter beschikking gesteld onder de uitdrukkelijke voorwaarde dat u het uitsluitend gebruikt om suggesties en ideeën aan te reiken over een potentiële samenwerking met de gemeente Rotterdam. Een deelname aan deze marktconsultatie kan niet leiden tot verplichtingen van de deelnemende marktpartijen om overeenkomsten met de gemeente Rotterdam, en vice versa, aan te gaan. De in het document opgenomen informatie wordt geacht nauwkeurig te zijn bij publicatie. Alle informatie is echter onderhavig aan bewerkingen, wijzigingen en verbeteringen. De gemeente Rotterdam aanvaardt geen aansprakelijkheid voor de in dit document opgenomen informatie. Voor de ideeën, suggesties en voorstellen die in antwoord op deze marktconsultatie worden ingediend kan u zich niet beroepen op auteursrechtelijke bescherming, Het staat de gemeente Rotterdam vrij deze elementen op te nemen in de later toe te kennen opdracht, zonder dat hiervoor enige vorm van vergoeding verschuldigd is.
Taal een middel om mee doen
Documentcode
Versie
Datum
Pagina
IB.2009.05.15
0.6
2 juni 2009
5 van 26
2.6
Procedure van de marktconsultatie De procedure werkt als volgt: Schriftelijke reacties vragen marktconsultatie De deelnemende organisaties dienen de antwoorden op de vragen uit het marktconsultatie document schriftelijk in, bij voorkeur per e-mail. Deze reacties dienen uiterlijk 19 juni 2009 ontvangen te zijn door het Inkoopbureau van de gemeente Rotterdam. De schriftelijke vragenlijsten zijn onderverdeeld in drie onderwerpen: 1. Vragenlijst met betrekking tot duale trajecten gericht op georganiseerde activiteiten en introductiecursussen (bijlage III) 2. Vragenlijst met betrekking tot duale trajecten gericht op arbeidsparticipatie (bijlage IV) 3. Vragenlijst met betrekking tot toeleidingstrajecten (bijlage V) U hebt de mogelijkheid om één of meerdere vragenlijsten in te vullen. Het aanmeldingsformulier (bijlage II) moet in ieder geval zijn ingevuld. U dient op alle vragen van de betreffende lijst antwoord te geven.
2.6.1
Stellen van vragen Tot 9 juni 2009 10.00 uur bestaat de mogelijkheid tot het indienen van vragen. De vragen kunnen per post of per email gesteld worden naar de contactpersoon genoemd onder 2.3. U dient hiervoor het bijgevoegde formulier (bijlage I) te gebruiken. Een overzicht van de vragen en antwoorden worden op 12 juni 2009 gepubliceerd op www.aanbestedingskalender.nl.
2.6.2
Verslag marktconsultatie Nadat de geïnteresseerde partijen de vragen uit het marktconsultatie document hebben beantwoord, wordt op uiterlijk 10 juli 2009 het verslag van de marktconsultatie gepubliceerd op www.aanbestedingskalender.nl.
2.7
Planning De onderstaande planning geldt onder voorbehoud: Omschrijving
Datum
1 2 3 4 5
2 juni 2009 Voor 9 juni 2009 10.00 uur 12 juni 2009 19 juni 2009 10 juli 2009
Publiceren marktconsultatie Stellen van vragen Beantwoorden van vragen Indienen reactie op consultatiedocument Publiceren bevindingen marktconsultatie
Taal een middel om mee doen
Documentcode
Versie
Datum
Pagina
IB.2009.05.15
0.6
2 juni 2009
6 van 26
3
Rotterdamse visie op inburgeren en participeren In de visie van de gemeente Rotterdam is het beheersen van de Nederlandse taal een middel om duurzaam te kunnen participeren. Het sleutelwoord in Rotterdam is dan ook: meedoen! Dit meedoen kan in de vorm van arbeidsparticipatie en maatschappelijke participatie. Rotterdam kent 97.000 inwoners die in hun participatiemogelijkheden worden belemmerd door een taalachterstand. Naar schatting is tweederde van deze mensen inburgeringsplichtig of behoeftig en bestaat er een grote groep laaggeletterden. Rotterdam herkent het landelijke beeld van een lage instroom en een gering resultaat. Op dit moment is de gemeente actief met het verbeteren van de interne werkprocessen. Binnen de nieuwe aanbesteding is maatwerk in de vorm van geïntegreerde duale trajecten het uitgangspunt. Door kwalitatief goede trajecten die beter aansluiten bij de motivatie van de burger willen we de instroom bevorderen en het resultaat verhogen. De Gemeente Rotterdam heeft voorafgaand aan deze marktconsultatie diverse workshops met deskundigen van de betrokken diensten uitgevoerd om de vraag aan de markt scherp te krijgen. De workshops hebben geresulteerd in een visie en beleid met daarbij behorend een overzicht van uitgangspunten en randvoorwaarden waar inburgering en participatie aan moet voldoen. Hieronder volgt een overzicht van deze uitgangspunten, vervolgens wordt op sommige onderdelen een nadere toelichting gegeven. 1. Aanbod van kwalitatieve duale trajecten; Rotterdam zet in op kwalitatieve duale trajecten waarin participatie en taal gelijktijdig en geïntegreerd worden ingezet. Het aanleren van de taal gaat hierbij hand in hand met het aanleren, uitbreiden of behouden van vaardigheden waardoor een burger actief deelneemt aan de maatschappij. Het aanbod van duale trajecten wordt bepaald op basis van de combinatie van het doelperspectief en het taal/leerniveau. Het doelperspectief wordt vastgesteld op basis van de door Regioplan ontwikkelde participatieladder. 2. Bepalen van het doelperspectief en taal/leerniveau; Het doelperspectief, taal/leerniveau en persoonlijke omstandigheden van de klant worden in een uitgebreide intake besproken. Een onafhankelijke taal/leertoets stelt het taalniveau en leervermogen vast en kan eventueel aangevuld worden met een arbeidspotentieel toets. 3. Werving; Werving wordt actief ingezet om de doelgroepen te bereiken waarbij de sleutelwoorden verleiden en motiveren zijn. Voor een deel van de doelgroep (gericht op georganiseerde activiteiten) zal de werving wijkgericht plaatsvinden. 4. Wijkgericht werken; Wijkgericht werken wordt ingezet om de drempel tot deelname te verlagen. Ook kan op deze manier ingespeeld worden op specifieke kenmerken en behoefte van de wijk. De focuswijken op basis van de sociale index hebben hierbij prioriteit. 5. Aantallen en resultaten; Tussen de 4.000 en 5.000 burgers met een taalachterstand starten een traject. Minimaal 80% van de trajecten wordt duaal gevolgd. Ofwel door het volgen van een duaal traject (taal en participatie geïntegreerd ingekocht bij één aanbieder) of door het gelijktijdig volgen van een taaltraject naast een huidige baan, opleiding of een andere vorm van actieve participatie.
Taal een middel om mee doen
Documentcode
Versie
Datum
Pagina
IB.2009.05.15
0.6
2 juni 2009
7 van 26
3.1
Aanbod van kwalitatieve duale trajecten Er is aangetoond dat het aanleren van de taal beter lukt in een omgeving waarin de taal gesproken wordt. Daarom wil de gemeente Rotterdam sterker in gaan zetten op duale trajecten. Een duaal traject is een traject waarbij taal en participatie gelijktijdig worden ingezet en op elkaar zijn afgestemd. Het leren van de taal gaat hand in hand met het aanleren, uitbreiden of behouden van vaardigheden waardoor de burger actief deelneemt aan de maatschappij. Het aanbod van duale trajecten wordt bepaald door de combinatie participatiedoel en taal/leerniveau. Mensen met een laag taal/leerniveau hebben een ander aanbod nodig om hun participatiedoel te bereiken of te behouden dan personen met een hoog taal/leerniveau. Er wordt een duaal traject aangeboden aan iedereen die nog niet participeert en met een lage Nederlandse taal beheersing. Daarnaast worden taaltrajecten aangeboden aan iedereen die zelfstandig participeert maar de Nederlandse taal onvoldoende beheerst. De examenprofielen sluiten aan bij het participatiedoel. Wanneer het doelperspectief van de klant zich richt op georganiseerde activiteiten in combinatie met een lager taalniveau worden de 1 examenprofielen OGO (opvoeding, gezondheid en onderwijs) of maatschappelijke activering ingezet. Voor klanten met het doelperspectief arbeidsparticipatie en een lager taalniveau vormen de profielen werk en zelfstandig ondernemen een passende aansluiting. 2 Voor hogere opgeleiden is er de mogelijkheid om het staatsexamen te behalen. Voor analfabeten en 3 laaggeletterden worden aparte taaltrajecten aangeboden. Het aanbod van duale trajecten en taaltrajecten door de gemeente Rotterdam zal voor circa 95% van de klanten passend zijn. Natuurlijk zijn er altijd uitzonderingen. Voor die inburgeringsplichtigen die geen gebruik kunnen maken van het gemeentelijke aanbod kan een Persoonlijk Inburgergingsbudget ingezet worden. De criteria voor inzet van een PIB dienen nog nader uitgewerkt te worden. Modulaire opbouw De taallessen zijn modulair van opbouw. Daarbij is er een splitsing aangebracht in mondelinge- en schriftelijke vaardigheden. Het komt namelijk veel voor dat deelnemers op één van de twee vaardigheden hoger scoren of zelfs al over het vereiste niveau beschikken. De modulaire opbouw maakt het mogelijk onderdelen af te sluiten met een deelexamen zodat de nadruk gelegd kan worden op vaardigheden die de deelnemers nog niet beheersen. Dit werkt motivatieverhogend.
3.2
Bepalen van het doelperspectief en taal/leerniveau Het doelperspectief, beginniveau van de Nederlandse taal en het leertempo zijn de uitgangspunten voor de plaatsing op een traject. De participatiedoelen binnen de trajecten zijn afgestemd op de participatieladder, ontwikkelt door regioplan. Het taal/leerniveau wordt bepaald door middel van een 1
Examenprofiel: een onderdeel van het examenprofiel is het portofolio. Het examenprofiel bepaalt het onderwerp waar de portfolio-opdrachten op inspelen. Er zijn vier examenprofielen: Werk, Zelfstandig Ondernemerschap, Maatschappelijke participatie en Opvoeding, Gezondheid en Onderwijs. 2 Analfabeten zijn mensen zijn die niet kunnen lezen en schrijven. Dit gaat veelal alleen bij allochtone mensen op, bij de autochtonen veel minder. 3 Functioneel analfabetisme ofwel laaggeletterdheid: het niet voldoende kunnen lezen en schrijven. Vaak kunnen ze ook niet rekenen. Dit betreft veelal autochtonen. Taal een middel om mee doen
Documentcode
Versie
Datum
Pagina
IB.2009.05.15
0.6
2 juni 2009
8 van 26
onafhankelijke taalleer toets. Deze toetst het leervermogen en het huidige niveau Nederlands. Voor klanten met een participatiedoel gericht op betaald werk kan aanvullend op de taal/leertoets een arbeidspotentieeltoets worden ingezet. Deze keuze houdt in dat er in het aanbod geen onderscheid meer wordt gemaakt tussen personen met en personen zonder uitkering en tussen inburgeringsplichtigen en vrijwillige inburgeraars. Wel gelden voor personen met een uitkering de regels van de WWB en is het bereiken van economische zelfstandigheid het primaire doel. Bij personen zonder uitkering is de keuze van het participatiedoel ruimer.
3.3
Werving en wijkgericht werken Om de drempel van deelname aan een traject te verlagen, wordt wijkgericht werven en werken ingezet. Op deze manier kan ingespeeld worden op de specifieke kenmerken en behoeften binnen de verschillende wijken. Wel is het uitgangspunt dat trajecten gericht op werk op een centrale locatie worden uitgevoerd. De duale trajecten worden geïntegreerd ingekocht. Dat wil zeggen dat de invulling van het participatietraject en het taaltraject door één aanbieder (met eventuele onderaannemers) wordt verzorgd. Deze hoofdaanbieder is verantwoordelijk voor het bereiken van het afgesproken resultaat zowel met betrekking tot de Nederlandse taal als het participatiedoel.
.
Taal een middel om mee doen
Documentcode
Versie
Datum
Pagina
IB.2009.05.15
0.6
2 juni 2009
9 van 26
Bijlage I
Formulier voor het stellen van vragen
Marktconsultatie: Aanbestedende dienst: Contactpersoon: Email:
Taal een middel om mee te doen Servicedienst, Inkoopbureau Maaike van der Gaag
[email protected]
Gegevens Naam organisatie: Contactpersoon: Email: Telefoon: Datum:
Opgevraagde informatie
Toelichting: bij iedere vraag dient u aan te geven op welke pagina en paragraaf uit het marktconsultatie document deze vraag betrekking heeft (in te vullen bij de XX). Vraag x
Pagina x
Paragraaf x
Pagina x
Paragraaf x
Pagina x
Paragraaf x
Pagina x
Paragraaf x
Antwoord vraag x
Vraag x Antwoord vraag x
Vraag x Antwoord vraag x
Vraag x Antwoord vraag x
Enz. (gaarne lettertype Arial 10 gebruiken)
Taal een middel om mee doen
Documentcode
Versie
Datum
Pagina
IB.2009.05.15
0.6
2 juni 2009
10 van 26
Bijlage II 1.
Aanmeldingsformulier
Algemene gegevens Inschrijver
Organisatienaam Naam en functie bevoegde functionaris Postadres Postcode en plaats Telefoon Mobiel nummer E-mail adres 2. Reageert met de volgende vragenlijsten
□
Vragenlijst 1 Duale trajecten gericht op georganiseerde activiteiten en losse modules alfabetisering
□
Vragenlijst 2 Duale trajecten gericht op arbeidsparticipatie
□
Vragenlijst 3 Introductiecursussen 3.
Bedrijfsgegevens
Is uw organisatie zelfstandig of onderdeel van een holding?
□ Zelfstandig □ Onderdeel holding Indien onderdeel van een holding, welke? ……………………………………………….
Voor welke aanbesteding(en) / percelen
□ 0-10 medewerkers □ 10-50 medewerkers □ 50-100 medewerkers □ > 100 medewerkers □ 0-10 medewerkers □ 10-50 medewerkers □ 50-100 medewerkers □ > 100 medewerkers □ Duale trajecten inburgering en participatie gericht op
wilt u zich eventueel inschrijven tijdens de
georganiseerde activiteiten en losse modules alfabetisering
aanbesteding?
□ Introductiecursussen in de wijk □ Taalleertoets □ Toets op arbeidspotentieel □ Losse modules taal waaronder laaggeletterdheid en
Uit hoeveel medewerkers bestaat uw organisatie?
Hoeveel medewerkers houden zich binnen uw organisatie bezig met de onderwerpen waar u op reageert?
inburgering etc.
□ Duale trajecten gericht op werk
Taal een middel om mee doen
Documentcode
Versie
Datum
Pagina
IB.2009.05.15
0.6
2 juni 2009
11 van 26
Zou u deze opdrachten in eigen beheer, in combinatie of met onderaannemers uitvoeren?
4.
□ Eigen beheer □ In combinatie □ Met onderaannemers
Commerciële gegevens
Wat was de jaaromzet van uw organisatie in 2008?
€
Welk deel van de omzet was gerelateerd aan de dienstverlening zoals in deze marktconsultatie gevraagd? Hebt u er bezwaar tegen indien er een financiële analyse van uw organisatie wordt gemaakt? Bijvoorbeeld door Graydon of Kisys.
%
Bent u verzekerd tegen wettelijke aansprakelijkheid?
□ Ja □ Nee □ Ja □ Nee € ………..
Zo ja, tegen welke bedrag? 5.
Kwaliteit gegevens
Op welke wijze borgt u de kwaliteit van uw dienstverlening? Maakt u hiervoor gebruik van een kwaliteitssysteem of systematiek? Op welke wijze wordt de klanttevredenheid gemeten? Beschikt u over een privacyreglement? 6.
□ Ja □ Nee
Ervaring en visie
Hebt u aantoonbare ervaring op het gebied van de gevraagde dienstverlening? Hebt u aantoonbare ervaring met overheidsinstellingen?
□ Ja □ Nee □ Ja □ Nee
Hoe zou u de markt beschrijven met betrekking tot de marktconsultatie? U mag hiervoor maximaal 300 woorden gebruiken? Welke ontwikkelingen voorziet u de komende jaren met betrekking tot de onderwerpen van deze marktconsultatie? U mag hiervoor maximaal 300 woorden gebruiken.
Taal een middel om mee doen
Documentcode
Versie
Datum
Pagina
IB.2009.05.15
0.6
2 juni 2009
12 van 26
Bijlage III
Vragenlijst 1
Duale trajecten inburgering en participatie gericht op georganiseerde activiteiten. Inleiding Duale trajecten Deze trajecten hebben als doel deelnemers actief te laten meedoen in de maatschappij, bijvoorbeeld door deelname aan activiteiten op de school van de kinderen of vrijwilligerswerk en het inburgeringsexamen te laten behalen. • De verwachte deelnemers in deze trajecten zijn ouders van (jonge) kinderen, mensen die (tijdelijk) geen arbeidswens of –plicht hebben en personen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt; • Binnen de trajecten gericht op georganiseerde activiteiten worden de examenprofielen Opvoeding, Gezondheid en Onderwijs (OGO) en Maatschappelijke participatie aangeboden; • Deze trajecten vinden zoveel mogelijk in de wijk plaats. Er kan daardoor worden ingespeeld op de specifieke wensen en behoeftes van de doelgroep in die specifieke wijk. Door de trajecten dicht bij huis te houden wordt de drempel om deel te nemen verkleind. Alfabetisering: Deze trajecten hebben als doel klanten te alfabetiseren waarna ze kunnen instromen in een traject waarbij het inburgeringsexamen behaald kan worden gecombineerd met georganiseerde activiteiten of het verkrijgen van werk. • De verwachte deelnemers zijn personen waarvan bij de taal/leertoets blijkt dat zij gealfabetiseerd moeten worden. • Of deze trajecten in een bepaalde fase wel een duaal aanbod krijgen, bijvoorbeeld indien een klant A1- niveau voor de mondelinge vaardigheden heeft behaald, wordt nog bestudeerd. Rotterdam heeft 7 focuswijken die zich onder andere kenmerken door een laag taalniveau van de bewoners. Het is de intentie van de gemeente Rotterdam om de aanbesteding Duale trajecten inburgering en participatie gericht op georganiseerde activiteiten en losse modules alfabetisering in de delen in percelen. De percelen zijn dan een combinatie van focuswijken waarin slechts één aanbieder aanwezig is en alle voorzieningen verzorgd als dan niet met behulp van onderaannemers. 1.
1. 2. 3.
Werving en aanbod
Hoe denkt u sociaal geïsoleerde inburgeraars te bereiken? Maakt u hierbij een onderscheid in doelgroepen, zo ja welke? Wat heeft u nodig om een succesvolle werving, gerelateerd aan vraag 1 en 2 te garanderen?
Taal een middel om mee doen
Gebruik voor uw antwoord maximaal 100 woorden. Gebruik voor uw antwoord maximaal 100 woorden. Gebruik voor uw antwoord maximaal 100 woorden.
Documentcode
Versie
Datum
Pagina
IB.2009.05.15
0.6
2 juni 2009
13 van 26
4.
5.
6. 7.
Hoe ziet u de rolverdeling tussen de (deel)gemeente, CIL en de Werkpleinen en andere maatschappelijke instelling met betrekking tot een succesvolle werving? In iedere focuswijk worden alle duale trajecten inburgering en participatie gericht op georganiseerde activiteiten en de alfabetisering uitgevoerd dooréén aanbieder (met eventuele onderaannemers). Die beschikken over minimaal 1 professionele leslocatie. Welke combinatie van focuswijken zou en maken en waarom? Om vraag 5 uit te voeren moet/wil u daarvoor samenwerkingsverbanden aangaan?
Gebruik voor uw antwoord maximaal 100 woorden.
□ Eens □ Oneens Toelichting van maximaal 50 woorden:
Gebruik voor uw antwoord maximaal 100 woorden.
□ Ja □ Nee Zo ja, op welke onderdelen, licht u antwoord toe met maximaal 100 woorden.
2.
8.
Intake toetsing en plaatsing
Het participatiedoel en taal/leerniveau van de klant zijn de twee beste criteria om vast te stellen welk duaal traject de klant gaat volgen.
□ Ja □ Nee, alleen participatiedoel is belangrijk □ Nee, alleen het taalleerniveau is belangrijk □ Anders namelijk; Toelichting van maximaal 50 woorden
9.
10.
11.
Het blijkt dat alvorens met een traject te starten de volgende voorzieningen voor de klant geen belemmering meer dienen te vormen; - Kinderopvang - Medische hulpverlening - Schuldhulpverlening Op welke wijze ondersteunt u de klant met deze voorzieningen en welke verwachtingen heeft u van de gemeente? Empowerment is een effectief middel voor klanten die weinig zelfvertrouwen hebben en faalangst hebben om te slagen.
Gebruik voor uw antwoord maximaal 100 woorden.
Tijdens een intake gesprek kan beoordeeld worden of empowerment een noodzakelijk in te zetten middel is.
□ Eens □ Oneens, intake is te vroeg
Taal een middel om mee doen
□ Eens □ Oneens Toelichting van maximaal 50 woorden
Documentcode
Versie
Datum
Pagina
IB.2009.05.15
0.6
2 juni 2009
14 van 26
□ Oneens, moet vastgesteld worden d.m.v. een toetsing □ Anders namelijk; Toelichting van maximaal 50 woorden
12.
13. 14.
15.
3.
16. 17.
18.
19.
20.
21.
22.
23.
Er zijn klanten waarvan vroegtijdig duidelijk is dat zij het inburgeringsexamen niet zullen gaan halen. Hoe gaat u om met ‘niet-kunners’? Wanneer wijst u een persoon af om te starten met een traject? Het proces van werving tot plaatsing duurt theoretisch vier weken. In de praktijk blijkt dit echter wel eens langer te duren. Bij voorkeur wordt het proces zelfs verkort tot maximaal twee weken. Wat vindt u een reële doorlooptijd? Welke bijdrage kunt u leveren om de doorlooptijd te verkorten?
Toelichting van maximaal 100 woorden
Gebruik voor uw antwoord maximaal 100 woorden.
□ 2 weken □ 4 weken □ 6 weken □ Anders namelijk; Toelichting van maximaal 50 woorden Gebruik voor uw antwoord maximaal 100 woorden.
Inhoud traject
Op welke wijze zou u het taaltraject modulair opbouwen? Hoe is een modulaire opbouw te combineren met het vormen van klassen? Op welke wijze kunt u taal afstemmen op de individu en combineren met het participatiedoel? Rotterdam wil een gevarieerd aanbod voor hogere opgeleiden. Op welke wijze zou u hier invulling aan geven? Flexibiliteit binnen een traject is belangrijk voor de deelnemers, daarom moeten het tussentijds wisselen van een traject mogelijk zijn.
Gebruik voor uw antwoord maximaal 100 woorden.
Hoe lang heeft een deelnemer gemiddeld nodig om het resultaat op beide doelstellingen te behalen, in aantal uren per week, jaar? Kunt u een onderverdeling in tijdsbesteding aan taal en participatie maken. Gerelateerd aan vraag 17. Hoe kijkt u tegen de haalbaarheid om
Gebruik voor uw antwoord maximaal 50 woorden.
Taal een middel om mee doen
Gebruik voor uw antwoord maximaal 100 woorden.
□ Ja, op alle onderdelen dus participatiedoel, inburgering en examenprofiel
□ Ja, maar alleen het participatiedoel □ Ja, alleen het examenprofiel □ Nee, niet mogelijk
Gebruik voor uw antwoord maximaal 50 woorden.
Gebruik voor uw antwoord maximaal 100 woorden.
Documentcode
Versie
Datum
Pagina
IB.2009.05.15
0.6
2 juni 2009
15 van 26
sociaal geïsoleerde delgroep uit de focuswijken één of meer stappen op de participatieladder te laten stijgen? 4. Alfabetisering 24.
25.
26.
Een alfabetiseringstraject leidt tot instroom in een duaal inburgeringstraject gericht op werk of georganiseerde activiteiten. Dit alfabetiseringstraject is als volgt opgebouwd (hou rekening met verschillen in niveaus Alfa 0 – Alfa C Het aanbieden van alfabetiseringstrajecten door docenten in eigen taal werkt effectiever
Gebruik voor uw antwoord maximaal 100 woorden.
Een alfabetiseringstraject moet een participatiecomponent bevatten.
□ Ja □ Nee
□ Eens □ Oneens Toelichting van maximaal 50 woorden
Indien ja, beschrijft u dan hoe u dit participatiecomponent ziet en op welke moment deze wordt ingebouwd. Gebruik voor uw antwoord maximaal 100 woorden.
27.
3.
28.
29. 30.
31.
32.
Hoe lang heeft een deelnemer gemiddeld nodig om het resultaat op in aantal uren per week, jaar? Geeft hierbij ook de onderverdeling weer in tijdsbesteding aan taal en participatiecomponent
Gebruik voor uw antwoord maximaal 50 woorden.
Resultaten en uitstroom proces
Duale trajecten, modulair opgebouwd en wijkgericht ingezet werken resultaatverhogend.
□ Eens □ Oneens
Welke factoren werken resultaatverhogend? Noem 4 Kritische Prestatie Indicatoren waarop de resultaten van deze aanbesteding te sturen zijn en behaald worden
Gebruik voor uw antwoord maximaal 100 woorden.
Een persoon dient … % van de lessen te bezoeken om een positief resultaat te behalen. Welke uitval bestrijding is nodig naast
□
Taal een middel om mee doen
Toelichting van maximaal 50 woorden
□ □ □ □
Gebruik voor uw antwoord maximaal 100 woorden.
Documentcode
Versie
Datum
Pagina
IB.2009.05.15
0.6
2 juni 2009
16 van 26
33.
een stimulerend traject? Welk slagingspercentage is haalbaar binnen het duale traject gericht op georganiseerde activiteiten?
□
% van de gestarte deelnemers slaagt voor het inburgeringsexamen op alle onderdelen en behaalt het participatieresultaat.
□ % van de gestarte deelnemers behaalt alleen het participatieresultaat.
□ % van de gestarte deelnemers behaalt alleen het inburgeringsexamen.
□ % van de gestarte deelnemers alfabetiseert en stroomt door naar een duaal traject.
4. Prijsopbouw 34. 35.
36.
37.
38.
39.
Welke aspecten zijn van invloed om te komen tot een goede prijsopbouw? Welke gevraagde flexibiliteit van de aanbieders werkt hierbij kostenverhogend? Zoals; aangepaste lestijden, geïntegreerde taallessen o.b.v. participatiedoel. De gemeente moet in haar aanbesteding een minimum en maximum grens voor de prijs benoemen Het werkt motiverend voor de aanbieder als er een stimuleringsmaatregel staat voor het slagen van klanten? Gemeenten worden vanaf 2010 afgerekend op outverdeelmaatstaven. 50% van het budget wordt bepaald aan de hand van het aantal starters en 50% aan de hand van het aantal dat slaagt. De hoogte ervan wordt bepaald door de prestatie vergelijking met andere gemeenten. Kortom indien Rotterdam beter presteert krijgt zij meer geld, presteert zij minder dan gemiddeld gaat het budget omlaag. Het is terecht dat Rotterdam deze wijze van financiering weerlegt naar haar leveranciers? De gemeente wil graag met de gecontracteerde partijen een partnership relatie aangaan. Op welke
Taal een middel om mee doen
Gebruik voor uw antwoord maximaal 100 woorden. Gebruik voor uw antwoord maximaal 100 woorden.
□ Eens □ Oneens Toelichting van maximaal 50 woorden
□ Eens □ Oneens Toelichting van maximaal 50 woorden
□ Eens □ Oneens Toelichting van maximaal 50 woorden
Gebruik voor uw antwoord maximaal 100 woorden.
Documentcode
Versie
Datum
Pagina
IB.2009.05.15
0.6
2 juni 2009
17 van 26
wijze moet de gemeente hier volgens u invulling aan geven?
5. Visie 40.
41.
42.
Op welke wijze zou u een kwalitatief hoogwaardig traject gericht op het verkrijgen van werk opbouwen en inrichten? Wat is uw visie op de inrichting en uitvoering van de dienstverlening voor duale trajecten gericht op georganiseerde activiteiten? De gemeente wil graag met de gecontracteerde partijen een partnership relatie aangaan. Op welke wijze moet de gemeente hier volgens u invulling aan geven?
Taal een middel om mee doen
Gebruik voor uw antwoord maximaal 500 woorden.
Gebruik voor uw antwoord maximaal 500 woorden.
Gebruik voor uw antwoord maximaal 100 woorden.
Documentcode
Versie
Datum
Pagina
IB.2009.05.15
0.6
2 juni 2009
18 van 26
Bijlage IV
Vragenlijst 2
Duale trajecten inburgering en participatie gericht op het verkrijgen van werk Inleiding Deze trajecten hebben als doel deelnemers voor te bereiden op en te bemiddelen naar betaald werk of zelfstandig ondernemerschap en het inburgeringsexamen of staatsexamen te laten behalen. • De verwachte deelnemers zijn personen met een arbeidswens of –plicht en een kleine tot gemiddelde afstand tot de arbeidsmarkt; • Binnen de trajecten gericht op het verkrijgen van betaald werk en zelfstandig ondernemerschap worden de examenprofielen Werk en Zelfstandig ondernemerschap aangeboden. Hogere opgeleiden waaronder vluchtelingen met een status krijgen in dit traject het staatsexamen NT-2 aangeboden; • Deze trajecten vinden plaats op centrale locaties in de stad. De hierboven beschreven trajecten zijn bestemd voor personen die nog niet werken. Hierbij wordt taal en het verkrijgen van werk integraal ingekocht. Voor die personen die al participeren in de vorm van betaald werk, wordt alleen Nederlandse taal ingekocht. De voorwaarde hierbij is dat er een relatie is tussen de werksituatie van de klant en de verwerving van de taal, waardoor een duaal traject ontstaat. Het is de intentie van de gemeente Rotterdam om de aanbesteding Duale trajecten inburgering en participatie gericht op het verkrijgen van werk in de delen in percelen. De percelen zijn dan een combinatie een participatievoorziening richting werk en inburgering. 1.
Werving en aanbod
Trajecten gericht op het verkrijgen van werk hoeven niet wijkgericht te worden aangeboden?
□ Eens □ Oneens
2.
Wat zijn succesvolle wervingsmethodes voor deze doelgroep, maak hierbij een onderscheid tussen personen die aan het werk willen/moeten en personen die al werken.
Gebruik voor uw antwoord maximaal 150 woorden.
3.
Nemen personen die opteren voor een eigen bedrijf of dit reeds uitvoeren een aparte positie in bij de werving?
□ Ja □ Nee
1.
Toelichting van maximaal 50 woorden:
Zo ja, wat is er voor nodig om hen te bereiken, gebruik voor uw antwoord maximaal 100 woorden.
Taal een middel om mee doen
Documentcode
Versie
Datum
Pagina
IB.2009.05.15
0.6
2 juni 2009
19 van 26
4.
2.
Hoe ziet u de rolverdeling tussen de (deel)gemeente, CIL en de Werkpleinen en andere maatschappelijke instelling met betrekking tot een succesvolle werving?
Gebruik voor uw antwoord maximaal 100 woorden.
Intake toetsing en plaatsing
□ Ja □ Nee, alleen participatiedoel is belangrijk □ Nee, alleen het taalleerniveau is belangrijk □ Anders namelijk;
5.
Het participatiedoel en taal/leerniveau van de klant zijn de twee beste criteria om vast te stellen welk duaal traject de klant gaat volgen.
6.
Het blijkt dat alvorens met een traject te starten de volgende voorzieningen voor de klant geen belemmering meer dienen te vormen; - Kinderopvang - Medische hulpverlening - Schuldhulpverlening Op welke wijze ondersteunt u de klant met deze voorzieningen en welke verwachtingen heeft u van de gemeente? Empowerment is een effectief middel voor klanten die weinig zelfvertrouwen hebben en faalangst hebben om te slagen.
Gebruik voor uw antwoord maximaal 100 woorden.
Tijdens een intake gesprek kan beoordeeld worden of empowerment een noodzakelijk in te zetten middel is.
□ Eens □ Oneens, intake is te vroeg □ Oneens, moet vastgesteld worden d.m.v. een toetsing □ Anders namelijk;
Toelichting van maximaal 50 woorden
7.
8.
□ Eens □ Oneens Toelichting van maximaal 50 woorden
Toelichting van maximaal 50 woorden
9.
10. 11.
Er zijn klanten waarvan vroegtijdig duidelijk is dat zij het inburgeringsexamen niet zullen gaan halen. Hoe gaat u om met ‘niet-kunners’? Wanneer wijst u een persoon af om te starten met een traject? Het proces van werving tot plaatsing duurt theoretisch vier weken. In de praktijk blijkt dit echter wel eens langer
Taal een middel om mee doen
Toelichting van maximaal 100 woorden
Gebruik voor uw antwoord maximaal 100 woorden.
□ 2 weken □ 4 weken
Documentcode
Versie
Datum
Pagina
IB.2009.05.15
0.6
2 juni 2009
20 van 26
12. 13.
3.
14. 15.
16.
17.
18.
te duren. Bij voorkeur wordt het proces zelfs verkort tot maximaal twee weken. Wat vindt u een reële doorlooptijd?
□ 6 weken □ Anders namelijk;
Welke bijdrage kunt u leveren om de doorlooptijd te verkorten? Er is geen minimaal taalniveau vereist om te stromen in een traject naar werk. Ook analfabeten kunnen direct instromen?
Gebruik voor uw antwoord maximaal 100 woorden.
Toelichting van maximaal 50 woorden
□ Eens □ Oneens Toelichting van maximaal 100 woorden
Inhoud traject
Op welke wijze zou u het taaltraject modulair opbouwen? Flexibiliteit binnen een traject is belangrijk voor de deelnemers, daarom moeten het tussentijds wisselen van een traject mogelijk zijn.
Gebruik voor uw antwoord maximaal 100 woorden.
Hoe lang heeft een deelnemer gemiddeld nodig om het resultaat op beide doelstellingen te behalen, in aantal uren per week, jaar? Maak een onderverdeling in tijdsbesteding aan taal en participatie? Gerelateerd aan vraag 17. Bij de bemiddeling naar werk speelt de gemeente:
Gebruik voor uw antwoord maximaal 50 woorden.
□ Ja, op alle onderdelen dus participatiedoel, inburgering en examenprofiel
□ Ja, maar alleen het participatiedoel □ Ja, alleen het examenprofiel □ Nee, niet mogelijk
Gebruik voor uw antwoord maximaal 50 woorden.
□ Geen rol, dat kan het beste volledig uitbesteed worden □ Geen rol, het imago van de gemeente werkt tegen □ Wel een rol, gemeente heeft een gedegen netwerk waardoor zij de aangewezen partij zijn.
□ Een gezamenlijke rol 4.
Resultaten en uitstroom proces
19.
Duale trajecten, modulair opgebouwd en wijkgericht ingezet werken resultaatverhogend.
□ Eens □ Oneens
20.
Welke factoren werken resultaatverhogend? Noem 4 Kritische Prestatie Indicatoren waarop de resultaten van deze aanbesteding te sturen zijn en behaald worden.
Gebruik voor uw antwoord maximaal 100 woorden.
21.
Taal een middel om mee doen
Toelichting van maximaal 50 woorden
□ □ □ □
Documentcode
Versie
Datum
Pagina
IB.2009.05.15
0.6
2 juni 2009
21 van 26
22.
Een persoon dient … % van de lessen te bezoeken om een positief resultaat te behalen.
□
23.
Welke uitval bestrijding is nodig naast een stimulerend traject? Welk slagingspercentage is haalbaar binnen het duale traject gericht op georganiseerde activiteiten?
Gebruik voor uw antwoord maximaal 100 woorden.
24.
□
% van de gestarte deelnemers slaagt voor het inburgeringsexamen op alle onderdelen en behaalt het participatieresultaat.
□ % van de gestarte deelnemers behaalt alleen het participatieresultaat.
□ % van de gestarte deelnemers behaalt alleen het inburgeringsexamen. 5. Prijsopbouw 25. 26.
27.
28.
29.
Welke aspecten zijn van invloed om te komen tot een goede prijsopbouw? Welke gevraagde flexibiliteit van de aanbieders werkt hierbij kostenverhogend? Zoals; aangepaste lestijden, geïntegreerde taallessen o.b.v. participatiedoel. De gemeente moet in haar aanbesteding een minimum en maximum grens voor de prijs benoemen Het werkt motiverend voor de aanbieder als er een stimuleringsmaatregel staat voor het slagen van klanten? Gemeenten worden vanaf 2010 afgerekend op outverdeelmaatstaven. 50% van het budget wordt bepaald aan de hand van het aantal starters en 50% aan de hand van het aantal dat slaagt. De hoogte ervan wordt bepaald door de prestatie vergelijking met andere gemeenten. Kortom indien Rotterdam beter presteert krijgt zij meer geld, presteert zij minder dan gemiddeld gaat het budget omlaag. Het is terecht dat Rotterdam deze wijze van financiering weerlegt naar haar leveranciers?
Taal een middel om mee doen
Gebruik voor uw antwoord maximaal 100 woorden. Gebruik voor uw antwoord maximaal 100 woorden.
□ Eens □ Oneens Toelichting van maximaal 50 woorden
□ Eens □ Oneens Toelichting van maximaal 50 woorden
□ Eens □ Oneens Toelichting van maximaal 50 woorden
Documentcode
Versie
Datum
Pagina
IB.2009.05.15
0.6
2 juni 2009
22 van 26
30.
De gemeente wil graag met de gecontracteerde partijen een partnership relatie aangaan. Op welke wijze moet de gemeente hier volgens u invulling aan geven?
Gebruik voor uw antwoord maximaal 100 woorden.
6. Visie 31.
32.
33.
Op welke wijze zou u een kwalitatief hoogwaardig traject gericht op het verkrijgen van werk opbouwen en inrichten? Wat is uw visie op de uitvoering van de dienstverlening voor duale trajecten gericht op het verkrijgen van werk? De gemeente wil graag met de gecontracteerde partijen een partnership relatie aangaan. Op welke wijze moet de gemeente hier volgens u invulling aan geven?
Taal een middel om mee doen
Gebruik voor uw antwoord maximaal 500 woorden.
Gebruik voor uw antwoord maximaal 500 woorden.
Gebruik voor uw antwoord maximaal 100 woorden.
Documentcode
Versie
Datum
Pagina
IB.2009.05.15
0.6
2 juni 2009
23 van 26
Bijlage V
Vragenlijst 3
Introductietrajecten Inleiding In de wijken worden voor deze doelgroep voorlichtingsbijeenkomsten en toeleidingstrajecten georganiseerd door de gemeente. Het blijkt dat een substantieel deel van de doelgroep een drempel ervaart om direct te starten met Deze trajecten hebben als doel deelnemers voor lichten en te enthousiasmeren voor een duaal traject richting georganiseerde activiteiten of werk. Een introductie traject dient de drempel te verlagen om te starten met een duaal traject. • De verwachte deelnemers zijn personen voor wie de stap te groot, door bijvoorbeeld culturele of religieuze achtergrond, om direct deel te nemen aan een traject • Deze trajecten vinden plaats in de wijk Het is de intentie van de gemeente Rotterdam om de aanbesteding introductietrajecten niet in te delen in percelen. Dit betekent dat heel Rotterdam bediend wordt door slechts één aanbieder al dan niet met behulp van onderaannemers. 1. Toeleidingstrajecten 1.
2.
3.
Wordt door het organiseren van een introductiecursus de drempel voor deelname aan een duaal traject inderdaad verlaagd? Voor welke doelgroep wilt u de introductietrajecten aanbieden en welke resultaten verwacht u? Op welke wijze zou u introductiecursussen organiseren?
Taal een middel om mee doen
□ Ja □ Nee Toelichting van maximaal 50 woorden Gebruik voor uw antwoord maximaal 200 woorden.
Gebruik voor uw antwoord maximaal 200 woorden.
Documentcode
Versie
Datum
Pagina
IB.2009.05.15
0.6
2 juni 2009
24 van 26
Bijlage VI
Begrippenlijst
WI De Wet Inburgering die de inburgeringsplicht oplegt aan in beginsel alle vreemdelingen van 16 tot 65 jaar, die duurzaam in Nederland willen en mogen verblijven en aan geestelijke bedienaren voor zover zij niet gedurende minstens acht jaar van de leerplichtige leeftijd in Nederland verbleven en niet over bepaalde diploma’s, certificaten of andere soortgelijke bewijsstukken beschikken. De wet geldt zowel voor nieuwkomers als voor oudkomers die tot deze doelgroep behoren. WEB De Wet Educatie Beroepsonderwijs regelt dat gemeenten een onderwijsaanbod mogen doen aan een ieder die 18 jaar of ouder is en laagopgeleid is. WWB Wet Werk en Bijstand WPB Wet Participatiebudget Nuggers Niet-uitkeringsgerechtigde ISI Informatie Systeem Inburgering TA Taalaanbieder TLT Taalleertoets VNG Vereniging Nederlandse Gemeenten CIL Centraal Inburgeringsloket. Hier zitten de klantmanagers van SoZaWe (JOS besteedt dit uit aan CIL) die inburgeringsplichtigen begeleidt bij het inburgeringstraject sinds 2007. Geestelijke bedienaar De persoon die arbeid verricht als geestelijke voorganger of godsdienstleraar. Werkpleinen Vijf locaties verdeeld over de stad van SoZaWe. Zij begeleiden uitkeringsgerechtigden in de reintegratie, inburgering en het zoeken van een baan etc.
Taal een middel om mee doen
Documentcode
Versie
Datum
Pagina
IB.2009.05.15
0.6
2 juni 2009
25 van 26
RWI Re-integratie, Werk en Inkomen, afdeling van SoZaWe Deltaplan Plan van de overheid om de inburgeringstrajecten te verbeteren. BPI Bestand Potentieel Inburgeringsplichtigen Inburgeringsniveau Het wettelijk voorgeschreven niveau A2 voor mondelinge vaardigheden en A1 voor schriftelijke vaardigheden voor oudkomers en A2 voor alle vaardigheden voor nieuwkomers. Startkwalificatie Minimaal een diploma op het niveau van MBO2 of HAVO. CEFRL Common European Framework of Reference for Languages, het referentiekader Nederlands als Tweede Taal waarin de eindtermen voor het inburgeringsexamen zijn vastgelegd. Deze systematiek onderscheidt 6 niveaus: A1, A2, B1, B2, C1 en C2. Omschrijving taalniveaus A1 Vertrouwd zijn met dagelijkse uitdrukkingen en basiszinnen in persoonlijke sfeer, kan vertrouwde namen en woorden in zeer eenvoudige zinnen begrijpen, kan basisformulieren invullen. A2 Begrijpt zinnen en frequente woorden, kan in reeks uitdrukkingen en zinnen met eenvoudige woorden zaken beschrijven uit directe omgeving, kan korte eenvoudige teksten lezen en eenvoudige notities schrijven. B1 Kan belangrijke punten begrijpen uit duidelijke teksten. Kan zich redden in de meest dagelijkse situaties. Kan eenvoudige tekst produceren over vertrouwde onderwerpen. B2 Kan de hoofdgedachte van een ingewikkelde tekst begrijpen. Kan een duidelijke tekst over complexe onderwerpen produceren. C1 Kan een uitgebreid scala van lange teksten begrijpen. Kan zichzelf vloeiend en spontaan uitdrukken. C2 Kan vrijwel alles wat hij/zij hoort of leest gemakkelijk begrijpen. Kan informatie samenvatten, argumenten reconstrueren en een samenhangend verslag doen. Kan fijne nuances in betekenis onderscheiden. Taal een middel om mee doen
Documentcode
Versie
Datum
Pagina
IB.2009.05.15
0.6
2 juni 2009
26 van 26