Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) 2015-2016
Opleiding tot leraar voortgezet onderwijs van de tweede graad in Nederlands Crohonummer: 35198 Variant: Voltijd NHL Hogeschool Afdeling: Talen Versie: Definitief concept besproken met Opleidingscommissie en Examencommissie
1
INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE................................................................................................................................................. 2 1
2
ALGEMEEN .................................................................................................................................................... 4
1.1
1.2
1.3
1.4
Aard van dit document .................................................................................................................... 4
Informatie en communicatie......................................................................................................... 4
Inwerkingtreding en duur ............................................................................................................. 4 Onderwijs- en examenregeling .................................................................................................... 4
TOELATING TOT DE OPLEIDING .......................................................................................................... 5
2.1
Algemene toelatingsseisen ............................................................................................................ 5
2.2
Deficiëntie............................................................................................................................................. 5
2.5
Na-inschrijving ................................................................................................................................... 6
2.3
2.4
Vrijstelling op grond van andere diploma's ........................................................................... 5
Vrijstelling op grond van een toelatingsonderzoek (21+)................................................ 6
2.5.1
3
2.5.2
5
6
Switchers ..................................................................................................................................... 6
OPZET EN INRICHTING VAN DE OPLEIDING .................................................................................. 7
3.1
Fasen opleiding .................................................................................................................................. 7
3.4
Contacturen ......................................................................................................................................... 7
3.2
3.3
4
Studieonderbrekers ................................................................................................................ 6
3.5
(Eind)kwalificaties ............................................................................................................................ 7
Werkvormen en toetsvormen ...................................................................................................... 7
Afstudeerrichtingen ......................................................................................................................... 7
STUDIELOOPBAANBEGELEIDING EN STUDIEVOORTGANG .................................................... 8
4.1 4.2
Studieloopbaanbegeleiding ........................................................................................................... 8 Studievoortgangregistratie ........................................................................................................... 8
STUDIEADVIES PROPEDEUTISCHE FASE ......................................................................................... 9
5.1
5.2 5.3
Normen studieadvies ....................................................................................................................... 9 Uitbrengen studieadvies................................................................................................................. 9 Negatief advies en afwijzing.......................................................................................................... 9
ORGANISATIE EN VOORZIENINGEN................................................................................................... 9
6.1
6.2
6.3
6.4
6.5
6.6
Afdelingshoofd.................................................................................................................................... 9
Opleidingscommissie ....................................................................................................................... 9
Examencommissie .......................................................................................................................... 10
Onderwijs Servicebureau ............................................................................................................. 10
Bureau Inschrijving ........................................................................................................................ 10
Kwaliteitszorg ................................................................................................................................... 10 2
6.7
Periodes, planning en roosters .................................................................................................. 11
6.10
Handleidingen................................................................................................................................... 11
6.8
6.9
6.11
6.12
6.13
6.14
Bereikbaarheid docenten ............................................................................................................. 11 Extra studiekosten .......................................................................................................................... 11
Veiligheidsvoorschriften .............................................................................................................. 11
Voorzieningen ................................................................................................................................... 11
Studeren met een functiebeperking ........................................................................................ 12
Klachten............................................................................................................................................... 12
Bijlage 1: Afstudeerrichtingen ....................................................................................................................... 13
Bijlage 2a: Overzicht Onderwijs- en Toetseenheden Propedeutische Fase ............................... 14
Bijlage 2b: Overzicht Onderwijs- en Toetseenheden Postpropedeutische Fase ...................... 16 Bijlage 2c: Werkvormen en toetsvormen ................................................................................................. 27
Bijlage 2d: Eindniveaus en eindwerken .................................................................................................... 29 Bijlage 2e: Contacturen .................................................................................................................................... 31
3
1
ALGEMEEN
1.1 Aard van dit document Dit studentenstatuut vormt samen met het instellingsspecifieke deel, het studentenstatuut zoals bedoeld in de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek (WHW). Het omvat ook de onderwijs- en examenregeling (OER).
Dit studentenstatuut bevat informatie over de opbouw van de studie en de ondersteunende faciliteiten die de student door de instelling worden aangeboden. Met name de bijlagen bevatten informatie over de opbouw van de studie.
Dit studentenstatuut is van toepassing op alle studenten die studiejaar 2015-2016 voor de opleiding staan ingeschreven.
1.2 Informatie en communicatie In dit statuut wordt voor specifieke informatie naar een aantal andere bronnen verwezen: • Internet (nhl.nl): hier is naast algemene informatie over de NHL ook informatie te vinden over voorzieningen, toelating, in- en uitschrijving. • Intranet (mijnnhl.nl): hier is voor studenten en medewerkers informatie te vinden over NHL-regelingen, de afdeling en de opleiding en overig nieuws; • Educator (educator.nhl.nl) : in de catalogus van Educator vind je meer gedetailleerde informatie over het onderwijs en de toetsen. Ook vind je in Educator informatie over jouw studieresultaten. 1.3 Inwerkingtreding en duur Dit studentenstatuut is geldig voor het studiejaar 2015-2016 dat loopt van 1 september 2015 tot en met 31 augustus 2016. Voorgaande studentenstatuten zijn hiermee vervallen. 1.4 Onderwijs- en examenregeling De onderwijs- en examenregeling is onderdeel van dit studentenstatuut en is te vinden in Educator. Meer informatie: WHW: Artikel 7.59 en artikel 7.13 nhl.nl: Studentenstatuut instellingsspecifiek deel Studentenstatuten opleidingsspecifieke delen mijnnhl.nl: NHL-regelingen educator.nhl.nl: Studentenstatuut opleidingsspecifieke delen Onderwijs- en examenregeling (OER)
4
2
TOELATING TOT DE OPLEIDING
2.1 Algemene toelatingsseisen Je bent toelaatbaar als je in het bezit bent van een havo-, vwo- of mbo niveau 4 diploma met het juiste profiel en de juiste vakken of in geval van mbo de juiste verwantschap.
2.2 Deficiëntie Als je wel over het juiste diploma beschikt, maar niet over het juiste profiel, de juiste verwantschap (mbo) of de juiste vakken, kun je toch voor de opleiding worden ingeschreven, mits je voor inschrijving met goed gevolg een toets in het ontbrekende vak of de ontbrekende vakken hebt afgelegd. Meer informatie: WHW: Artikel 7.25 nhl.nl: Regeling bijzondere toelatingen Contact: Toelatingscoördinator NHL
2.3 Vrijstelling op grond van andere diploma's Je kunt vrijstelling krijgen van de vooropleidingseisen in de volgende gevallen: • Je bent in het bezit van een propedeutisch, bachelor- of mastergetuigschrift van een Nederlandse hogeschool of universiteit; • Of je bent in het bezit van een ten minste gelijkwaardig binnenlands of buitenlands diploma. Hiervoor geldt een aparte procedure waarover de Toelatingscoördinator meer informatie kan verschaffen; • En je voldoet aan eventuele eisen t.a.v. profiel of vakken.
Als de NHL jouw in het buitenland afgegeven diploma gelijkwaardig vindt, kan de NHL bepalen dat je alsnog bewijst dat je de Nederlandse taal voldoende beheerst. Je kunt dit onder andere bewijzen door een toets Nederlands als Tweede Taal (NT2) te halen. Ook kan de NHL bepalen dat je nog deficiënties moet wegwerken zie 2.3. Pas als je voldoet aan deze eisen kun je worden ingeschreven. Meer informatie: WHW: Artikel 7.28 Contact: Toelatingscoördinator
5
2.4 Vrijstelling op grond van een toelatingsonderzoek (21+) Als je 21 jaar of ouder bent op het moment van inschrijving en niet beschikt over een diploma van een verplichte vooropleiding, een mbo-4, havo- of vwo-diploma, of een daaraan gelijkwaardig diploma, kun je mogelijk worden toegelaten op grond van de 21+ regeling. Je legt dan een toelatingsonderzoek af. Als je hiervoor slaagt, krijg je vrijstelling van de vooropleidingseisen. Het toelatingsonderzoek bestaat uit drie toetsen waarvan twee verplichte toetsen: Nederlands en Engels en een derde toets die aansluit bij de opleiding die jij wilt volgen. Voor de opleiding Leraar Nederlands gaat het om: Maatschappijleer. De toetsen worden afgenomen op havo-eindexamenniveau. Alle drie de toetsen moet je met een voldoende afsluiten. Op het toelatingsonderzoek is de Regeling bijzondere toelatingen van toepassing. De opleiding kan op grond van het bepaalde in artikel 7.29 WHW afwijken van de leeftijdsgrens van 21 jaar indien je beschikt over een in het buitenland afgegeven diploma dat in het eigen land toegang geeft tot een instelling voor hoger onderwijs. De opleiding kan ook van de leeftijdsgrens afwijken indien je in bijzondere gevallen geen diploma kunt overleggen. Meer informatie: WHW: Artikel 7.29 nhl.nl: Toelating: 21 plus toelating en 21 plus procedure, Regeling bijzondere toelatingen mijnnhl.nl : NHL-regelingen: Regeling bijzondere toelatingen Contact: Toelatingscoördinator
2.5 Na-inschrijving Het is niet mogelijk je na 30 september in te schrijven voor de resterende duur van het studiejaar. Bovenstaande beperkingen met betrekking tot de na inschrijving gelden niet voor studieonderbrekers en switchers. Zie toelichting hieronder.
2.5.1 Studieonderbrekers Als je wegens bijzondere persoonlijke omstandigheden (ziekte, bijzondere familieomstandigheden e.d.) je studie hebt moeten onderbreken, kun je je onder bepaalde voorwaarden wel na-inschrijven op andere data dan hierboven aangegeven.
2.5.2 Switchers Als je staat ingeschreven voor een bacheloropleiding bij de NHL en wilt overstappen naar een andere opleiding van de NHL, kun je onder voorwaarden op andere dan bovengenoemde data worden ingeschreven voor deze nieuwe opleiding. Meer informatie: mijnnhl.nl NHL-regelingen: Regels van procedurele aard met betrekking tot inschrijving. Contact: Toelatingscoördinator
6
3
OPZET EN INRICHTING VAN DE OPLEIDING
3.1 Fasen opleiding De opleiding bestaat uit een propedeutische fase met een omvang van 60 ec’s en een postpropedeutische fase met een omvang van 180 ec’s. Beide fasen zijn opgebouwd uit onderwijs- en toetseenheden en worden afgesloten met een examen. Een overzicht van het programma per fase vind je in bijlage 2a en 2b. In Educator zijn gedetailleerde beschrijvingen van de onderwijseenheden en toetseenheden te vinden. 3.2 (Eind)kwalificaties De inhoudelijke eisen waaraan je moet voldoen worden ook wel kwalificaties genoemd. We bedoelen daarmee de competenties en de daarvoor benodigde kennis, vaardigheden en attitude. Binnen de competenties van de bacheloropleiding onderscheiden we drie beheersingsniveaus. Iedere opleiding beschikt over een beschrijving van de (eind)kwalificaties en informeert je daarover. Bijlage 2d bevat een overzicht van de exameneisen in de vorm van de vereiste eindniveaus per competentie en de wijze van toetsing.
3.3 Werkvormen en toetsvormen In bijlage 2c is aangegeven welke verschillende werkvormen en toetsvormen de opleiding kent. Meer gedetailleerde informatie is o.a. te vinden in Educator.
3.4 Contacturen In bijlage 2e wordt het gemiddeld aantal contacturen per studiejaar / per semester weergegeven. Het gaat daarbij om onderwijs, begeleiding en toetsing waarbij een docent aanwezig is. Tijd voor zelfstudie geldt niet als contacttijd. Voor de propedeuse van de voltijd geldt een minimum van 12 contacturen. 3.5 Afstudeerrichtingen De opleiding kent geen afstudeerrichtingen.*) *) Zie bijlage 1.
7
4
STUDIELOOPBAANBEGELEIDING EN STUDIEVOORTGANG
4.1 Studieloopbaanbegeleiding Als student word je gedurende je gehele studie begeleid door een studieloopbaanbegeleider. De studieloopbaanbegeleider ondersteunt je in je ontwikkeling tot een competente, reflectieve professional. De begeleiding richt zich in ieder geval op jouw competentie-ontwikkeling, studieplanning en studievoortgang. 4.2 Studievoortgangregistratie De resultaten van toetsen worden bij de NHL vastgelegd in het studievolgsysteem Educator. Als student heb je via Educator op ieder moment toegang tot jouw resultaten en heb je daarmee zicht op jouw studievoortgang. Meer informatie: educator.nhl.nl: Catalogus met informatie over onderwijs- en toetseenheden Studieplan Behaalde resultaten Contact: Onderwijs Service Bureau, aanspreekpunt opleiding, of examencommissie
8
5
STUDIEADVIES PROPEDEUTISCHE FASE
Het studieadvies geldt voor alle bacheloropleidingen en associate-degreeprogramma’s ongeacht de voltijdse, deeltijdse of duale inrichting. Het studieadvies is een oordeel over jouw geschiktheid voor de opleiding op grond van de resultaten die je hebt behaald in de propedeutische fase. Het kan daarbij gaan om een positief advies als je aan onderstaande norm voldoet of een negatief studieadvies als je niet aan die norm voldoet.
5.1 Normen studieadvies Aan het einde van het eerste jaar van inschrijving voor de propedeutische fase van de opleiding moet je met ingang van het studiejaar 2015-2016 ten minste 50 EC hebben behaald om een positief studieadvies te krijgen.
Aan het einde van het tweede jaar van inschrijving moet je het propedeutisch examen hebben gehaald.
5.2 Uitbrengen studieadvies De NHL kent twee momenten waarop het studieadvies wordt uitgebracht, namelijk in het eerste jaar en in het tweede jaar. De examencommissie heeft daarnaast de bevoegdheid om een studieadvies uit te brengen zolang je het propedeutisch examen van een bacheloropleiding niet hebt gehaald. De examencommissie kan daarbij rekening houden met je bijzondere persoonlijke omstandigheden, mits die door jou zijn gemeld.
5.3 Negatief advies en afwijzing Als je niet aan de norm voldoet, krijg je in beginsel een negatief studieadvies met een afwijzing. Dit betekent dat je je studie moet staken. Je kunt je dan bij de hogeschool niet meer inschrijven voor dezelfde bacheloropleiding. Je kunt wel een andere bacheloropleiding gaan volgen aan de hogeschool, tenzij deze een gezamenlijk propedeutisch examen heeft met de bacheloropleiding waarvoor je bent afgewezen.
Een uitzondering hierop vormt de deeltijdse bacheloropleiding. Aan een negatief advies aan het einde van het eerste jaar bij de deeltijdse bacheloropleiding wordt geen afwijzing verbonden. Een deeltijdse student mag ondanks een negatief studieadvies aan het einde van het eerste jaar zijn studie voortzetten, maar moet evenals een voltijdse en duale student binnen twee jaar zijn propedeutisch examen behalen. Meer informatie: WHW: Artikel 7.8b mijnnhl.nl: NHL regelingen: Regeling studieadvies propedeutische fase Contact: Studieloopbaanbegeleider en examencommissie 6
ORGANISATIE EN VOORZIENINGEN
6.1 Afdelingshoofd Het afdelingshoofd geeft leiding aan een afdeling en de daartoe behorende opleidingen en is o.a. verantwoordelijk voor de kwaliteit en organisatie van het onderwijs. 6.2
Opleidingscommissie
9
Aan iedere opleiding of groep van opleidingen is een opleidingscommissie verbonden. Een opleidingscommissie bestaat uit studenten en medewerkers. De opleidingscommissie geeft een advies over de onderwijs- en examenregeling, beoordeelt de wijze van uitvoeren van de onderwijs- en examenregeling en kan advies geven over andere onderwijsaangelegenheden. Voor vragen of klachten over het onderwijs of kun je je wenden tot de opleidingscommissie.
Meer informatie: WHW: Artikel 10.3c mijnnhl.nl: NHL-regelingen: Regeling opleidingscommissie educator.nhl.nl: Informatie over de samenstelling opleidingscommissie
6.3 Examencommissie Aan iedere opleiding of groep van opleidingen is een examencommissie verbonden. De examencommissie stelt vast of een student voldoet aan de kwalificatie-eisen. De examencommissie borgt de kwaliteit van de toetsen en examens. Voor vragen of klachten over de toetsing kun je je wenden tot de examencommissie. De examencommissie brengt ook het studieadvies propedeutische fase uit. Meer informatie: WHW: Artikelen 7.12, 7.12a en 7.12b mijnnhl.nl: NHL-regelingen: Regeling examencommissie educator.nhl.nl: Informatie over de samenstelling examencommissie
6.4 Onderwijs Servicebureau Voor informatie over de planning van het onderwijs en de toetsen, informatie over studieresultaten, etc. kun je terecht bij het onderwijs service bureau dat de afdeling ondersteunt.
6.5 Bureau Inschrijving Voor informatie over en vragen over inschrijving, beëindiging van de inschrijving, betaling en restitutie van collegegeld kun je terecht bij Bureau Inschrijving. Uitsluitend Bureau Inschrijving is bevoegd om uitlatingen te doen en beslissingen te nemen betreffende inschrijving, beëindiging van inschrijving en betaling en restitutie van collegegeld.
6.6 Kwaliteitszorg De opleiding betrekt de studenten bij de kwaliteit van het onderwijs, door regelmatig het onderwijs te evalueren en de uitkomsten en vervolgacties terug te koppelen.
10
6.7 Periodes, planning en roosters In bijlage 2a en 2b vind je een overzicht van het onderwijs en de toetsen per fase en per periode of semester. De gedetailleerde roosters maakt de opleiding via de opleidingspagina op intranet bekend.
6.8 Bereikbaarheid docenten De opleiding maakt via intranet of andere wijze duidelijk wanneer de docenten bereikbaar zijn. Ziekmeldingen worden o.a. gemeld via de beeldschermen in het gebouw. 6.9 Extra studiekosten De opleiding kan bijkomende studiekosten zoals deelname aan bijzondere activiteiten of excursies bij jou in rekening brengen. De opleiding maakt de kosten vroegtijdig bekend en biedt jou de mogelijkheid om te kiezen voor een alternatieve, kosteloze activiteit.
6.10 Handleidingen De opleiding biedt meer gedetailleerde informatie over de invulling van onderwijseenheden aan in de vorm van (digitale)handleidingen, een course op Blackboard of op andere wijze.
6.11 Veiligheidsvoorschriften Naast de algemene veiligheidsvoorschriften van de NHL kan de opleiding, indien de aard van het onderwijs dit met zich brengt, aanvullende veiligheidsvoorschriften stellen voor deelname aan het onderwijs. De opleiding maakt deze veiligheidsvoorschriften bekend op het intranet. Je bent als student verplicht tot naleving van deze veiligheidsvoorschriften en tot naleving van de op basis van deze voorschriften gegeven aanwijzingen. Voor deelname aan de volgende onderwijseenheid/onderwijseenheden dient een student een Verklaring Omtrent Gedrag aan degene waar hij deze onderwijseenheid (feitelijk) volgt te kunnen overleggen: Voltijd 15-Werkplekleren 1 15-Werkplekleren 2 15-Werkplekleren 3 15-Werkplekleren 4
Voltijd Kopopleiding K15-Werkplekleren (verdieping)
Als een dergelijke verklaring niet kan worden overlegd, is deelname aan deze onderwijseenheid/onderwijseenheden niet mogelijk.
6.12 Voorzieningen Je hebt als student toegang tot de voorzieningen van de hogeschool. Hiertoe horen in ieder geval de diensten van een studentendecaan, de voorziening in de vorm van het profileringsfonds, de mediatheek, de restauratieve en reprografische voorzieningen, het netwerk en de daarbij behorende ondersteuning. Meer informatie: mijnnhl.nl: Informatie over diverse voorzieningen
11
6.13 Studeren met een functiebeperking Voor studenten met een functiebeperking biedt de NHL verschillende aanpassingen en voorzieningen. Om hiervan gebruik te kunnen maken kun je een afspraak maken met de decaan voor een intakegesprek. De decaan kijkt dan samen met jou naar de aard van de functiebeperking en de mogelijkheden voor aanpassingen en/of voorzieningen. Binnen de opleiding kun je terecht bij je studieloopbaanbegeleider. Voor aanpassingen ten aanzien van de toetsing is toestemming van de examencommissie nodig. Meer informatie: mijnnhl.nl: Studeren met een functiebeperking Contact: Studentendecaan, studieloopbaanbegeleider en/of examencommissie.
6.14 Klachten Aan de NHL is een klachtenloket verbonden. Bij dit klachtenloket kun je als student terecht met een klacht, bezwaar of beroep en vragen over de procedures voor klachten en geschillen. Meer informatie: mijnnhl.nl: NHL klachten Contact:
[email protected]
12
Bijlage 1: Afstudeerrichtingen Op grond van landelijke afspraken tussen hogescholen, bereiden de tweedegraads lerarenopleidingen van NHL Hogeschool de invoering voor van twee afstudeerrichtingen: • afstudeerrichting beroepsgericht onderwijs; • afstudeerrichting algemeen vormend onderwijs.
Elke afstudeerrichting kent een omvang van in totaal 60 EC's en bestaat uit drie componenten: • theoretische verdieping en verbreding van vakdidactiek en beroepsvoorbereiding generiek; • werkplekleren; • afstudeeronderzoek.
13
1.1 1.2
Major
Major
JAAR 1
15-Algemene basisgrammatica
15-Algemene basisgrammatica
15-Persoonlijke professionele ontwikkeling 1 15-Project beeld van het beroep
1.3
EC
Titel Toets
1
Algemene basisgrammatica
st
T1
T2
n
15-Project beeld van het beroep
4
Beeld van het beroep
op
T1
T2
n
Schoolvak Nederlands 1
Schoolvak Nederlands 1
0
Schoolvak Nederlands 1.1
op
T1
T2
n
Taalbeheersing 1
Taalbeheersing 1
5
Taalbeheersing 1
op
T1
T2
n
15-Dramaproject
15-Dramaproject
2
Dramaproject
op
T2
T3
n
15-Onderwijskunde 1.1
15-Onderwijskunde 1
OWK 1 - opdracht
op
T2
T3
n
15-Persoonlijke professionele ontwikkeling 1
15-PPO 1 Keuze 1.1 en 1.2
3 2
PPO 1 Keuze 1.1
op
F
F
n
PPO 1 Keuze 1.2
op
F
F
n
Cultuurkunde
Cultuurkunde
2
Cultuurkunde
st
HT1
T3
n
Dramatische verbale expressie
Dramatische verbale expressie
op
HT1
T3
n
Proza-analyse 1
Proza-analyse 1
Dramatische verbale expressie Proza-analyse 1
st
HT1
T3
n
Schoolvak Nederlands 1
Schoolvak Nederlands 1
Schoolvak Nederlands 1.2
op
HT1
T3
n
15-Onderwijskunde 1.2
15-OWK - GKBtoets basis
3
OWK- GKBtoets basis
st
HT2
HT3
n
15- OWK 1 - didactische opdracht
2
OWK 1- didactische opdracht
op
T3
T4
n
15-P-taak: Beeld van de leerling
2
P-taak Beeld van de leerling
op
T3
T4
n
Jeugdliteratuur
Jeugdliteratuur
3
Jeugdliteratuur
st
HT2
T4
n
Leraarschap Nederlands
Leraarschap Nederlands
3
Leraarschap Nederlands
op
HT2
T4
n
Taal en maatschappij
2
Taal en maatschappij
mt
HT2
T4
n
15-PPO 1 Keuze 1.3 en 1.4
0 2
PPO 1 Keuze 1.3
op
F
F
n
PPO 1 Keuze 1.4
op
F
F
n
1
PPO 1 Diagnostische taaltoets
dt
F
F
n
PPO 1 Voortgangsgesprek
pfg
F
F
n
PPO 1 Eindopdracht
op
T4
HT4
n
op
T4
HT4
n
Proza-analyse 1
15-Persoonlijke professionele ontwikkeling 1 15-P-taak: Beeld van de leerling Major
Titel Toetseenheid
Eindwerk J/N
Titel Onderwijseenheid
Leerjaar: 1
Toetsmoment 1
Jaar.Periode
Major / Minor
Studiejaar: 2015/2016
Variant: Voltijd
Toetsvorm
Opleiding: Leraar Nederlands
Toetsmoment 2
Bijlage 2a: Overzicht Onderwijs- en Toetseenheden Propedeutische Fase
2 3 3
15-Werkplekleren 1
Poëzie-analyse Taal en maatschappij Taal en theorie 15-Persoonlijke professionele ontwikkeling 1
15-PPO 1 Persoonlijke professionele ontwikkeling 15-Training in gesprek met de leerling 15-Werkplekleren 1
15-Training in gesprek met de leerling 15-Werkplekleren 1
3
Training in gesprek met de leerling Verslag werkplekleren 1
op
T4
HT4
n
15-Taal- en cultuurverschillen
15-Taal- en cultuurverschillen
2
Taal- en cultuurverschillen
st
T4
HT4
n
Excursie Gent
Excursie Gent
2
Excursie Gent
op
T4
HT4
n
Poëzie-analyse
Poëzie-analyse
3
Poëzie-analyse
st
T4
HT4
n
Taal en theorie
Taal en theorie
3
Taal en theorie
op
T4
HT4
n
totaal aantal EC
2
60
14
Legenda: Toetsmoment 1 is 1e kans; toetsmoment 2 is herkansing Let op: de naam van het toetsmoment is geen aanduiding van 1e kans of herkansing maar van 1e of 2e week van de toetsperiode. Periode 1: T1 is 1e toetsweek Periode 2: T2 is 1e toetsweek; HT1 is 2e toetsweek Periode 3: T3 is 1e toetsweek; HT2 is 2e toetsweek Periode 4: T4 is 1e toetsweek; HT3 is 2e toetsweek; HT4 is 3e toetsweek F = flexibel
15
Bijlage 2b: Overzicht Onderwijs- en Toetseenheden Postpropedeutische Fase
JAAR 2
15-Verdieping lesgeven
15-Verdieping lesgeven
Grammatica 2
Grammatica 2
Taalbeschouwing
Taalbeschouwing
Taal en theorie
Taal en theorie
Vakdidactiek 2
Vakdidactiek 2
15-Klassenmanagement
15-Klassenmanagement
Grammatica 2
Grammatica 2
Literatuurgeschiedenis (me-1880)
Literatuurgeschiedenis (me1880) Vakdidactiek Nederlands 2
2.1
15-ATTK
EC
Titel Toets
Eindwerk J/N
Titel Toetseenheid
Toetsmoment 2
Titel Onderwijseenheid 15-ATTK
Major
Leerjaar: 2
Toetsmoment 1
Jaar.Periode
Major / Minor
Studiejaar: 2015/2016
Variant: Voltijd Toetsvorm
Opleiding: Leraar Nederlands
ATTK
st
T1
T2
n
op
T1
T2
n
2
Verdieping lesgeven opdracht Verdieping lesgeven -toets
st
T1
T2
n
0
Grammatica 2.1
op
T1
T2
n
5
Taalbeschouwing
op
T1
T2
n
5
Taal en theorie
st
T1
T2
n
op
T1
T2
n
2
Vakdid.2.1 Nederlands in het V.O. Klassenmanagement
op
T2
T3
n
5
Grammatica 2.2
st
T2
T3
n
Literatuurgesch. (me-1880)
st
T2
T3
n
op
T2
T3
n
2 2
Literatuurgeschiedenis (me-1880)
0
15-Werkplekleren 2 2.2
Major
15-P-taak: De leerling actief
2.3
Major
Vakdidactiek Nederlands 2
4
15-Differentiëren 2
15-Differentiëren 2
2
Vakdid. 2.2 Nederlands in het MBO Differentiëren 2
st
T3
HT3
n
15-P-taak: De leerling actief
15-P-taak: De leerling actief
4
P-taak: De leerling actief
op
T3
T4
n
15-Werkplekleren 2
15-Werkplekleren 2
5
Verslag werkplekleren 2
op
T3
T4
n
Didactiek van de jeugdliteratuur
Didactiek van de jeugdliteratuur
5
Didactiek van de jeugdliteratuur
op
T3
HT3
n
Taalbeheersing
Taalbeheersing
5
Taalbeheersing
st
T3
T4
n
15-Persoonlijke professionele ontwikkeling 2
15-PPO 2 Pers. professionele ontwikkeling 2
PPO 2 Eindopdracht
op
T4
HT4
n
PPO 2 Eindopdracht
op
T4
HT4
n
Literatuurgesch. (1880heden) Spelling
st
T4
HT4
n
st/op
T4
HT4
n
4
2.4
Major
Literatuurgeschiedenis (1880-heden)
Literatuurgeschiedenis (1880-heden) Literatuurgeschiedenis (1880heden) Spelling Spelling
totaal aantal EC
1
4 3 60
16
JAAR 3
15-Differentiëren
15-Differentiëren
EC 2
Titel Toets
Differentiëren
Eindwerk J/N
Titel Toetseenheid
Toetsmoment 2
Titel Onderwijseenheid
Leerjaar: 3
Toetsmoment 1
Jaar.Periode
Major / Minor
Studiejaar: 2015/2016
Variant: Voltijd Toetsvorm
Opleiding: Leraar Nederlands
st
T1
T2
n n
3.2
Major
15-Keuzetraining 3 15-Passend onderwijs
15-Passend onderwijs
2
Passend onderwijs
st
T1
T2
Didactiek van de grammatica
Didactiek van de grammatica
2
Didactiek van de grammatica
op
T1
T2
n
Grammatica redekundig
Grammatica redekundig
2
Grammatica redekundig
st
T1
T2
n
Jeugdliteratuur in thema's Mondelinge taalvaardigheidsdidactiek Taalbeleid en TVO 3 15-Ass. afstudeerfasebekwaam incl. landelijke kennistoets NE
Jeugdliteratuur in thema's Mondelinge taalvaardigheidsdid. Taalbeleid en TVO 3 15-Ass. afstudeerfasebekwaam incl. LKT NE*lk)
3
Jeugdliteratuur in thema's Mondelinge taalvaardigheidsdid. Taalbeleid en TVO 3 Dossier en gesprek
op
T1
T2
n
op
T1
T2
n
st ci
T1 F
T2 F
n n
ICT-didactiekportfolio
op
F
F
n
Landelijke kennistoets NE*lk )
dt
F
F
j
op
T2
T3
n
15-Werkplekleren 3
15-P-taak: Omgaan met verschillen 15-Werkplekleren 3
5
P-taak: Omgaan met verschillen Verslag werkplekleren 3
op
T2
T3
n
Vakdidactiek Nederlands 3
Vakdidactiek Nederlands 3
2
Vakdidactiek Nederlands 3
op
T2
HT2
n
Nederlands in het MBO
3
HT2
T4
n
op
HT2
T4
n
0
Nederlands in het MBO Lees- en schrijfvaardigheidsdid. Taalvaardigheid 3.1
op
Taalvaardigheid 3
Nederlands in het MBO Lees- en schrijfvaardigheidsdidactiek Taalvaardigheid 3
st
HT2
T4
n
Thematische letterkunde G&F
Thematische letterkunde G&F
3
Thematische letterkunde G&F
st
HT2
T4
n
Woordkunde
Woordkunde
3
Woordkunde
st
HT2
T4
n
Verdieping fictie
Verdieping fictie
Verdieping fictie
st
HT2
T4
n
15-Keuzetraining 3
15-Keuzetraining 3
2 3
Keuzetraining 3.1
op
F
F
n
Keuzetraining 3.2
op
F
F
n
op
F
F
n
op
T4
HT4
n
3.4
3.3
Lees- en schrijfvaardigheidsdidactiek Major
3 1
15-P-taak: Leer- en gedragsvarianten 15-P-taak: Omgaan met verschillen
Major
3
3
4
2
Keuzetraining 3.3 P-taak: Leer- en gedragsvarianten Dramaleer
st
T4
HT4
n
Filosofisch debat
Filosofisch debat
2
Filosofisch debat
op
T4
HT4
n
Semantiek
Semantiek
2
Semantiek
st
T4
HT4
n
Taalvaardigheid 3
Taalvaardigheid 3
2
Taalvaardigheid 3.2
op
T4
HT4
n
Verdieping vakkennis
Verdieping vakkennis
1
Verdieping vakkennis
op
T4
HT4
n
Vrije ruimte
Vrije ruimte
2
Vrije ruimte
op
F
F
n
15-P-taak: Leer- en 15-P-taak: Leer- en gedragsvarianten gedragsvarianten Dramaleer Dramaleer
totaal aantal EC
3
60
Legenda: Toetsmoment 1 is 1e kans; toetsmoment 2 is herkansing Let op: de naam van het toetsmoment is geen aanduiding van 1e kans of herkansing maar van 1e of 2e week van de toetsperiode. Periode 1: T1 is 1e toetsweek Periode 2: T2 is 1e toetsweek; HT1 is 2e toetsweek Periode 3: T3 is 1e toetsweek; HT2 is 2e toetsweek
17
Periode 4: T4 is 1e toetsweek; HT3 is 2e toetsweek; HT4 is 3e toetsweek F = flexibel *lk) Landelijke kennistoets, zie verder onder tabel jaar 4
JAAR 4
Minor
4.1-4.4
Major
15-Assessment startbekwaam incl. landelijke kennistoets NE
15-Ass. startbekwaam incl.land.kennistoets NE*lk)
15-Werkplaats leraarschap
15-P-taak: Praktijkonderzoek 15-Werkplaats leraarschap
15-Werkplekleren 4
15-Werkplekleren 4
15-P-taak: Praktijkonderzoek
Minor
totaal aantal EC
EC 1 5 3 2
18 1
30
Titel Toets
Assessment startbekwaam
Landelijke kennistoets NE*lk
op dt
F
Praktijkonderzoek
op
F
WP 4.1 - Onderwijskunde WP 4.2 -Vakdidactisch eindwerk Dossier en gesprek Beroepsproduct
F
Eindwerk J/N
Titel Toetseenheid
Toetsmoment 2
Titel Onderwijseenheid
Leerjaar: 4
Toetsmoment 1
Jaar.Periode
Major / Minor
Studiejaar: 2015/2016
Variant: Voltijd
Toetsvorm
Opleiding: Leraar Nederlands
F F
n
F
j
op
T3
HT 3
ci
F
F
op bp
F F
60
*lk) Landelijke kennistoets, zie verder onder tabel jaar 4 Legenda: Toetsmoment 1 is 1e kans; toetsmoment 2 is herkansing Let op: de naam van het toetsmoment is geen aanduiding van 1e kans of herkansing maar van 1e of 2e week van de toetsperiode. Periode 1: T1 is 1e toetsweek Periode 2: T2 is 1e toetsweek; HT1 is 2e toetsweek Periode 3: T3 is 1e toetsweek; HT2 is 2e toetsweek Periode 4: T4 is 1e toetsweek; HT3 is 2e toetsweek; HT4 is 3e toetsweek F = flexibel *lk) Landelijke kennistoets, zie verder onder tabel jaar 4
18
F F
j
n j
j j
In bovenstaand overzichten zijn landelijke kennistoetsen opgenomen. Deze zijn te herkennen aan (*lk). Voor deze landelijke kennistoetsen gelden onderstaande bepalingen op grond van een bindingsbesluit van de Vereniging Hogescholen. De onderwijs- en examenregeling van de NHL blijft op deze toetsen van toepassing, voor zover in onderstaande bepalingen daarvan niet wordt afgeweken. Onderwijs- en examenregeling Landelijke kennistoetsen lerarenopleidingen Studiejaar 2015-2016 Onderdeel 1 (Algemeen: geldt voor tweedegraads lerarenopleidingen en pabo) Inleiding landelijke kennisbases en kennistoets lerarenopleidingen In 2008 hebben de hogescholen met lerarenopleidingen met de staatssecretaris van OCW de Meerjarenafspraak Krachtig Meesterschap afgesloten. In die overeenkomst staat het verhogen van de kwaliteit van de lerarenopleidingen centraal. Zoals afgesproken in de Meerjarenafspraak heeft elke lerarenopleiding een kennisbasis opgesteld die in een ‘landelijk examen’ wordt getoetst. Vanaf het studiejaar 2013-2014 zijn de landelijke kennistoetsen voor deze opleidingen en de genoemde pabo-vakken een verplicht onderdeel van de hoofdfase geworden. Aan iedere landelijke kennistoets is één studiepunt verbonden. Elke student van een lerarenopleiding, tweedegraads of pabo, moet geslaagd zijn voor de landelijke kennistoets (tweedegraads) of landelijke kennistoetsen (pabo) voordat hij of zij gediplomeerd de opleiding kan verlaten.
De hogescholen hebben de kennisbases en kennistoetsen gezamenlijk in eigen beheer ontwikkeld. Er is per lerarenopleiding een landelijke kennisbasis samengesteld. De vragen van de kennistoets gaan over die kennisbasis. Tijdens de opleiding wordt deze kennisbasis behandeld. De opleiding bereidt de student voor op de kennistoets(en). Meer informatie over de landelijke kennisbasis en de landelijke kennistoets lerarenopleidingen is te vinden op www.10voordeleraar.nl. Daar zijn ook de landelijke kennisbasis en een oefentoets te vinden, evenals een toetsgids per vak dat een landelijke toets kent.
De organisatie 10voordeleraar De organisatie 10voordeleraar is door de lerarenopleidingen belast met de organisatie van de ontwikkeling van kennisbases, toetsvragen, de digitale toets en de totstandkoming van de uitslag. De digitale toetsen worden op de hogescholen afgenomen. De organisatie 10voordeleraar en de hogescholen met lerarenopleidingen zorgen er samen voor dat de landelijke kennistoetsen objectief en betrouwbaar zijn. Om te zorgen dat studenten, bij welke hogeschool zij hun opleiding ook volgen, dezelfde kansen hebben, hanteren alle hogescholen dezelfde regels: de landelijke kennistoetsen lerarenopleidingen-OER. Hierin staan de relevante regels voor studenten. Voor de landelijke kennistoetsen lerarenopleidingen gaan de bepalingen van deze landelijke kennistoetsen lerarenopleidingen OER boven de regels die gelden voor de overige toetsen van de opleiding. Om het landelijke, uniforme karakter van de landelijke kennistoets te waarborgen, volgen hogescholen de landelijke afspraken met betrekking tot deelname, de aanmelding voor de
19
toets, de toetsafname en bekendmaking van de resultaten. Dat houdt onder andere in dat hogescholen verplicht zijn om de toetsen te plannen in de overeengekomen tijdsloten. Toetsafnames buiten de overeengekomen tijdsloten zijn niet mogelijk.
Vanwege het landelijke karakter van de landelijke kennistoetsen lerarenopleidingen kunnen er specifieke maatregelen getroffen worden. Het gaat hierbij om de volgende maatregelen (niet limitatief): 1. Er kan, op initiatief van 10voordeleraar of de betrokken hogeschool, besloten worden dat de betrokken hogeschool niet kan deelnemen aan een toetsafname. Een dergelijke maatregel kan bijvoorbeeld genomen worden als de betrokken hogeschool niet een veilige toetsafname kan garanderen. Hierover worden de studenten door de betrokken hogeschool voorafgaand aan de toetsafname geïnformeerd. Deze hogeschool kan deelnemen aan de eerstvolgende toetsafname. Studenten dienen zich hiervoor opnieuw in te schrijven; 2. Als de toetsafname op het overeengekomen tijdstip is verstoord, zal door 10voordeleraar een nieuwe datum voor deze toetsafname worden bepaald Deze nieuwe toetsafname vindt vervolgens idealiter plaats binnen de toetsweek of toetsweken van de eerder geplande toetsafname datum doch uiterlijk binnen 4 werkweken na de eerder geplande toetsafname datum. De betrokken hogeschool informeert de studenten hierover; 3. In het geval van fraude 1 met de landelijke kennistoetsen kunnen er maatregelen op landelijk niveau genomen worden. Zo kan bijvoorbeeld de toetsafname uitgesteld worden. Er wordt in dat geval een nieuw toetsmoment gepland, uiterlijk binnen 4 werkweken na de eerder geplande toetsafname datum. De betrokken hogeschool informeert de studenten hierover; 4. Er kan besloten worden dat, bijvoorbeeld bij identiteitsfraude (een student heeft deelgenomen onder een andere naam dan die van de student zelf) de uitslag van de landelijke kennistoets niet wordt verstrekt. Het besluit daartoe wordt uiterlijk 5 werkweken na de datum van de toetsafname genomen. De betrokken hogeschool informeert de student(en) hierover; 5. Indien er bij studenten fraude wordt geconstateerd, is de examencommissie van de lerarenopleiding in kwestie bevoegd maatregelen te nemen jegens de betrokken student. Regels voor aanmelding, deelname en uitslag 1. Een student meldt zich bij de eigen opleiding digitaal aan voor deelname aan de kennistoets en ontvangt daarvan een bevestiging. 1
In het kader van de landelijke kennistoetsen lerarenopleidingen wordt onder fraude in ieder geval verstaan: a. wanneer tijdens of na een toetsafname geconstateerd wordt dat de student gebruik maakt, of gebruik heeft gemaakt van hulpmiddelen waarvan de raadpleging niet uitdrukkelijk is toegestaan; b. wanneer tijdens of na een toetsafname geconstateerd wordt dat de student kijkt of gekeken heeft naar/op/in het werk van (een) andere student(en); c. wanneer tijdens of na een toetsafname geconstateerd wordt dat de student aanleiding/mogelijkheden heeft gegeven aan andere studenten zijn of haar werk in te zien; d. wanneer tijdens of na een toetsafname geconstateerd wordt dat de student tijdens de toetsafname informatie geeft of heeft gegeven aan andere studenten over de inhoud en uitwerking van de landelijke kennistoets; e. wanneer tijdens of na een toetsafname geconstateerd wordt dat de student tijdens de toetsafname onjuiste of valse informatie geeft of heeft gegeven over zijn of haar identiteit; f. wanneer tijdens of na een toetsafname geconstateerd wordt dat de student zich door iemand anders heeft laten vertegenwoordigen; g. het zich voor de datum of het tijdstip waarop de toetsafname zal plaatsvinden, in het bezit stellen van de vragen of opgaven van de desbetreffende kennistoets.
20
2. In het geval een aangemelde student niet deelneemt aan de toets dan geldt de aanmelding als een toetsdeelname en kan de hogeschool administratiekosten in rekening brengen. 3. De landelijke kennistoetsen worden op de hogeschool en alleen in digitale vorm afgenomen. Voor studenten met een handicap of chronische ziekte waardoor het afleggen van de toets onder de standaardafnamecondities duidelijk negatief wordt beïnvloed, kan de examencommissie verzoeken de tijdsduur van de toetsafname te verlengen. De lettergrootte en het contrast van het beeldscherm kunnen vergroot worden. Het verzoek tot tijdsduurverlenging moet door de examencommissie gelijktijdig met de aanmelding ingediend worden. 4. De geldigheidsduur van de uitslag van de digitale landelijke kennistoetsen is bepaald op vijf jaar nadat de uitslag is opgenomen in de studentenadministratie van de hogeschool. Binnen deze periode gelden behaalde resultaten bij overstap ook op een andere hogeschool. 5. De opleiding ontvangt van 10voordeleraar 21 werkdagen na afloop van de toetsperiode een overzicht van de resultaten (inclusief een cijferlijst) van de studenten die hebben deelgenomen aan de toets. De opleiding deelt de student het behaalde cijfer mee uiterlijk drie werkdagen nadat de hogeschool het overzicht van de resultaten van 10voordeleraar heeft ontvangen . 10voordeleraar hanteert voor het bepalen van wat werkdagen en vakantieweken zijn het schoolvakantieoverzicht, zoals dat jaarlijks wordt gepubliceerd op de website van de rijksoverheid: www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/schoolvakanties/. 6. Nadat de uitslag van een landelijke kennistoets bekend is gemaakt, kunnen studenten die hun toets willen inzien zich aanmelden op de website www.10voordeleraar.nl. De inzage vindt plaats op een locatie die door 10voordeleraar wordt vastgesteld. Bij de inzage is er geen inhoudelijke toelichting. De reiskosten voor de inzage komen voor rekening van de student. 7. Beroep: Studenten kunnen tegen de uitslag van de toets beroep aantekenen. Dat moet binnen twee weken nadat de landelijke inzage periode is afgelopen, bij de ‘toegankelijke faciliteit’ (ook wel ‘Loket’ of ‘Klachtenloket’ genoemd) van de eigen hogeschool conform de procedures en reglementen van de eigen opleiding. Regels voor de toetsafname Bij de afname van de landelijke kennistoets gelden de volgende regels: 1. Studenten moeten zich legitimeren door middel van een geldige collegekaart in combinatie met een rijbewijs, paspoort of identiteitskaart. Alleen in het geval een hogeschool bij de identificatie van haar studenten geen collegekaart-systeem hanteert, volstaat een rijbewijs, paspoort of identiteitskaart voor legitimatie. Jassen, tassen, horloges, telefoons en andere middelen waarmee elektronische informatieoverdracht mogelijk is, moeten buiten het toetslokaal blijven, of vóór in de toetsruimte. 2. De surveillanten delen nadat de student achter de pc is gaan zitten aan elke student zijn/haar inlogbrief uit. Deze inlogbrief bevat een unieke inlognaam (deelnemer ID), een uniek wachtwoord en de URL voor de toets. Deelnemen onder een andere identiteit / inlognaam is niet toegestaan. 3. Studenten moeten minimaal 30 minuten blijven zitten alvorens ze de toetsruimte mogen verlaten. De toets moet in alle gevallen afgerond worden vóór het voor de toets vastgestelde eindtijdstip. 4. Studenten mogen geen andere dan de toegestane hulpmiddelen gebruiken. De toegestane hulpmiddelen staan vermeld in de toetsgids van de landelijke kennistoets.
21
5. Bij het afsluiten van de toets moet de student de toets daadwerkelijk afsluiten (knop ‘toets beëindigen’) en uitloggen. De inlogcode, het kladpapier en eventueel andere uitgereikte hulpmiddelen moeten weer ingeleverd worden. 6. Studenten mogen niets meenemen waarop informatie over de vragen staat. 7. Alle gangbare regels van het tentamenreglement van de hogeschool zijn van toepassing voor zover ze niet in strijd zijn met deze regels voor de landelijke kennistoetsen.
22
Onderwijs- en examenregeling Landelijke kennistoetsen lerarenopleidingen Studiejaar 2015-2016 Onderdeel 1a (Specifiek: geldt voor tweedegraads lerarenopleidingen) Vooraf: 1. Voor de tweedegraads lerarenopleidingen Nederlands, Engels, Duits, Frans, geschiedenis, aardrijkskunde, algemene economie, bedrijfseconomie, maatschappijleer, gezondheidszorg en welzijn, omgangskunde, wiskunde, natuurkunde, scheikunde en biologie geldt het volgende: de vakdidactische en vakinhoudelijke kennis waarover de startbekwame docent moet beschikken, is vastgelegd in de kennisbases die landelijk zijn overeengekomen. 2. Per studiejaar zijn er twee toetsrondes. Deelname is verplicht voor alle hogescholen die de desbetreffende lerarenopleiding aanbieden. Toetsdata worden voor aanvang van het studiejaar gepubliceerd. Artikel 1 Voor de vakken Nederlands, Engels, geschiedenis, aardrijkskunde, algemene economie, bedrijfseconomie, wiskunde en natuurkunde geldt dat een digitale kennistoets onderdeel uitmaakt van de opleiding. Aan deze kennistoets is één studiepunt verbonden. 2 a. Aan deze toets moeten alle studenten en cursisten meedoen die vanaf het studiejaar 2011-2012 ingestroomd zijn. Alleen studenten vermeld in artikel 1 sub b zijn uitgesloten van deelname . b. Studenten van een kopopleiding met een vooropleiding die vermeld staat in de verwantschapstabel (zie artikel 6a.1 van de Regeling Studiefinanciering 2000) zijn uitgesloten van deelname aan de landelijke kennistoets.
Artikel 2 Voor de vakken Duits, Frans, maatschappijleer, gezondheidszorg en welzijn, omgangskunde, biologie en scheikunde geldt dat een digitale kennistoets onderdeel uitmaakt van de opleiding. Aan deze kennistoets is één studiepunt verbonden. 3 a. Aan deze toets moeten alle studenten en cursisten meedoen die vanaf het studiejaar 2012-2013 ingestroomd zijn. Alleen studenten vermeld in artikel 2 sub b zijn uitgesloten van deelname . b. Studenten van een kopopleiding met een vooropleiding die vermeld staat in de verwantschapstabel (zie artikel 6a.1 van de Regeling Studiefinanciering 2000) zijn uitgesloten van deelname aan de landelijke kennistoets.
Een aantal hogescholen heeft gekozen de kennistoets deel uit te laten maken van een grotere onderwijseenheid. In deze gevallen is de kennistoets voorwaardelijk voor het behalen van die onderwijseenheid. 3 Een aantal hogescholen heeft gekozen de kennistoets deel uit te laten maken van een grotere onderwijseenheid. In deze gevallen is de kennistoets voorwaardelijk voor het behalen van die onderwijseenheid. 2
23
Artikel 3 Er kan pas deelgenomen worden aan de digitale landelijke kennistoets als de student: a. de propedeuse heeft behaald en; b. tenminste 65% van de studiepunten heeft behaald behorende bij de onderwijseenheden van de kennisbasis en deze onderwijseenheden geheel heeft doorlopen en; c. deze studiepunten in het cijferregistratiesysteem van de studentenadministratie zijn verwerkt. d. Wanneer de opleiding geen propedeutisch examen kent, geldt lid a van dit artikel niet.
Artikel 4 Een student mag, mits voldaan is aan de voorwaarden voor deelname, elk studiejaar maximaal twee keer deelnemen aan een digitale landelijke kennistoets.
Artikel 5 Sinds het studiejaar 2013-2014 geldt voor het vak Engels dat het behalen van het Certificate of Proficiency in English (CPE) onderdeel is van de toetsing in het kader van 10voordeleraar. Voor het studiejaar 2015-2016 geldt voor de vakken Duits, Frans en Spaans dat een landelijk overeengekomen internationale toets onderdeel is van de toetsing in het kader van 10voordeleraar. Het betreft achtereenvolgens het GoetheZertifikat, de Test de Connaissance du Français (TCF) en het Diploma de Español como Lengua Extranjera (DELE). Aan elke internationale toets is één studiepunt verbonden. 4
Artikel 6 De geldigheidsduur van het Certificate of Proficiency in English (CPE) is bepaald op vijf jaar. Hetzelfde geldt voor het Goethe-Zertifikat (Duits), het TCF (Frans) en het DELE (Spaans). Binnen deze periode gelden behaalde resultaten bij een eventuele overstap naar een andere hogeschool ook op deze andere hogeschool.
Een aantal hogescholen heeft gekozen de internationale taaltoets deel uit te laten maken van een grotere onderwijseenheid. In deze gevallen is de kennistoets voorwaardelijk voor het behalen van die onderwijseenheid.
4
24
Periode 1
K15-Leren & Didactiek basis K15-P-taak Beeld van het beroep K15-Persoonlijke professionele ontwikkeling K15-Werkplekleren (oriëntatie) K15-ICTdidactiekportfolio K15-Intervisie
Periode 2
K15-Leren & Didactiek basis
K15-P-taak De leerling actief K15-P-taak Omgaan met verschillen K15-Passend onderwijs K15-Persoonlijke professionele ontwikkeling K15-Werkplekleren (oriëntatie) K15-ICTdidactiekportfolio K15-Intervisie
K15-Leren & Didactiek verdieping K15-P-taak De leerling actief K15-P-taak Omgaan met verschillen K15-P-taak Praktijkonderzoek K15-P-taak Vakdidactische profilering K15-Persoonlijke professionele ontwikkeling K15-Werkplekleren (verdieping)
Leerjaar: 4
EC’s Titel toets 2 Schriftelijke toets 0
Toetsvorm Tentamen
T1
T2
N
0
K15-Leren lesgeven
K15-Leren lesgeven
Periode 3
Titel ToetsEenheid K15Adolescentiepsychologie
Voltijd
Eindwerk J/N
Titel OnderwijsEenheid K15Adolescentiepsychologie K15-ICTdidactiekportfolio K15-Intervisie
Variant:
Toetsmoment 2
Leraar Nederlands (Kopopleiding) Studiejaar: 2015/2016
Toetsmoment 1
Opleiding:
0 K15-P-taak Beeld van het beroep K15-Persoonlijke professionele ontwikkeling K15-Werkplekleren (oriëntatie) K15-Leren lesgeven
K15-Leren & Didactiek basis
K15-Passend onderwijs K15-Werkplekleren (oriëntatie)
K15-Leren & Didactiek verdieping K15-P-taak De leerling actief K15-P-taak Omgaan met verschillen
0 4 0
Opdracht
Opdracht
T1 T2
P2 P3
N
Opdracht
Opdracht
T2
N
Schriftelijke toets 2
Tentamen
T1 T2
P3 T3 T2
0 0 0 5 4 0 0
Schriftelijke toets 1
Tentamen
T3
N
2
Schriftelijke toets
Tentamen
P3
P4
N
6
Opdracht
Opdracht
P2
P3
N
2
Schriftelijke toets
Tentamen
T3
T4
N
3
Opdracht
Opdracht
0
0 0 3
0
Interview
Opdracht
Criteriumgericht Interview
Opdracht
P2 T2
P3 P4 P3 en P4
P3
P4 T4 P4 en T4
N N
0 0 0
25
Periode 4
K15-Werkplekleren (verdieping)
K15-Werkplekleren (verd.): Beroepsproduct K15-Werkplekleren (verd.): Dossier en gesprek Totaal EC
Toetsvorm Assessment
1
Opdracht
Criteriumgericht Interview Reflectieverslag
6
Opdracht
Opdracht
5
1 1
Praktijkonderzoek
Onderzoek
Opdracht 1
Reflectieverslag
Opdracht 3
Reflectieverslag
Opdracht 2
Werkplekleren (verdieping): Beroepsproduct 13 Werkplekleren (verdieping): Dossier&gesprek 60
Reflectieverslag Beroepsproduct Criteriumgericht interview
Eindwerk J/N
K15-P-taak Praktijkonderzoek K15-P-taak Vakdidactische profilering K15-Persoonlijke professionele ontwikkeling
EC’s Titel toets 1 Assessment startbekwaam 1 Opdracht
Toetsmoment 2
K15-P-taak Praktijkonderzoek K15-P-taak Vakdidactische profilering K15-Persoonlijke professionele ontwikkeling
Titel ToetsEenheid K15-Assessment startbekwaam K15-ICTdidactiekportfolio K15-Intervisie
Toetsmoment 1
Titel OnderwijsEenheid K15-Assessment startbekwaam K15-ICTdidactiekportfolio K15-Intervisie
P4
F
J
P4
T4
N
P4 P3 P4 P3 P4
T1 T2 T3 P4 P4
F
P4 T4 P4 T4
N J
N
P2
N
P3 P4
T4
J
F
J
Legenda: Toetsmoment 1 en 2: P1 = Periode 1, P2 = Periode 2, P3 = Periode 3, P4 = Periode 4 T1 = Toetsperiode 1, T2 = Toetsperiode 2, T3 = Toetsperiode 3, T4 = Toetsperiode 4 HT1 = Herkansing toetsperiode 1, HT2 = Herkansing toetsperiode 2, HT3 = Herkansing toetsperiode 3, HT4 = Herkansing toetsperiode 4 F = Flexibel
26
Bijlage 2c: Werkvormen en toetsvormen In onderstaande tabel aangegeven van welke werkvormen en toetsvormen de opleiding in de verschillende leerlijnen gebruik maakt. Dit geeft je een indruk van de vormgeving van het onderwijs. In bijlage 2a en 2b zie je deze toetsvormen terug. Details over de uitvoering van het onderwijs en de toetsing vind je o.a. in de digitale catalogus in Educator: educator.nhl.nl.
Tabel Leraar Aardrijkskunde Leerlijn
Integrale Leerlijn (competenties)
Conceptuele Leerlijn (kennis) Vaardigheden Leerlijn Studieloopbaanlijn
Type onderwijseenheid P-taken (professionaliseringstaken) Stage Afstuderen Project Cursussen
Trainingen SLB-taken
Werkvormen
Toetsvormen
Tutorbijeenkomst Brainstorm Discussievormen Spelvormen Presentaties …
AS = Assessment OR = Onderzoeksrapport
Hoorcollege Werkcollege … Practicum Trainingssessie … Plangesprek Voortgangsgesprek Intervisie Groepsgesprek Trainingssessie …
T = Tentamen E = Essay
VT = Vaardighedentoets PO = Practicumopdracht I = Intervisie RV = Reflectieverslag
27
Tabel Leraar Nederlands (Kopopleiding) Leerlijn
Integrale Leerlijn (competenties)
Conceptuele Leerlijn (kennis) Vaardigheden Leerlijn Studieloopbaanlijn
Type onderwijseenheid P-taken (professionaliseringstaken) Stage Afstuderen Project Cursussen
Trainingen SLB-taken
Werkvormen
Toetsvormen
Tutorbijeenkomst Brainstorm Discussievormen Spelvormen Presentaties …
AS = Assessment OR = Onderzoeksrapport
Hoorcollege Werkcollege … Practicum Trainingssessie … Plangesprek Voortgangsgesprek Intervisie Groepsgesprek Trainingssessie …
T = Tentamen E = Essay
VT = Vaardighedentoets PO = Practicumopdracht I = Intervisie RV = Reflectieverslag
28
Bijlage 2d: Eindniveaus en eindwerken Onderstaand overzicht maakt duidelijk wat de eindkwalificaties van de opleiding zijn, wat het beoogde eindniveau is en via welke eindwerken deze eindkwalificaties worden getoetst.
Opleiding: Studiejaar:
Leraar Nederlands 2015/2016
Eindkwalificatie Beoogd 15EindWerkniveau plekleren 4: Dossier en gesprek 1. Interpersoon- III X lijk competent 2. Pedagogisch III X competent 3. Vak- en III X vakdidactisch competent 4. OrganisatoIII X risch competent 5. Competent in III X het samenwerken met collega's 6. Competent in III X het samenwerken met de omgeving 7. Competent in III X reflectie en ontwikkeling
Variant:
15Werkplekleren 4: Beroeps product
Voltijd
15-Ptaak: Praktijkonderzoek
15Assessment startbekwaam
15- WP 4.2 Vakdidactisch eindwerk
X
X
Opmerkingen
X X
X
X
X X X
X
X
X
29
Opleiding: Studiejaar:
Leraar Nederlands(Kopleiding) 2015/2016
Eindkwalificatie Beoogd K15-WerkEindplekleren niveau (Verdieping): Dossier en gesprek 1. InterpersoonIII X lijk competent 2. Pedagogisch III X competent 3. Vak- en III X vakdidactisch competent 4. OrganisatoIII X risch competent 5. Competent in III X het samenwerken met collega's 6. Competent in III X het samenwerken met de omgeving 7. Competent in III X reflectie en ontwikkeling
Variant:
K15-Werkplekleren (Verdieping): Beroepsproduct X
Voltijd K15-Ptaak: Praktijkonder-zoek
X
K15Assessment startbekwaam
Opmerking en
X X X X
X
X
X
30
Bijlage 2e: Contacturen
In onderstaand overzicht zie je op hoeveel contacturen je gemiddeld per jaar / per semester kunt rekenen. Het gaat daarbij om contacturen m.b.t. onderwijs, begeleiding en toetsing waarbij een docent aanwezig is. Tijd voor zelfstudie geldt niet als contacttijd.
Leraar Nederlands
Jaar 1 Jaar 2 Jaar 3 Jaar 4
Semester 1
Periode 1 19 5 15 6*
Periode 2 16 10 5 4*
Semester 2
Periode 3 13 10 15 3*
Periode 4 11 8 8 -*
*) Het aantal contacturen is variabel, mede als gevolg van opleiden in de school. Leraar Nederlands (Kopopleiding)
Jaar 4
Semester 1
Periode 1 8
Periode 2 8
Semester 2
Periode 3 8
Periode 4 4
31